VERSLAG over het voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging van Verordening (EU) nr. 952/2013 houdende verlenging van het tijdelijke gebruik van andere middelen dan de elektronische gegevensverwerkingstechnieken waarin het douanewetboek van de Unie voorziet

19.10.2018 - (COM(2018)0085 – C8-0097/2018 – 2018/0040(COD)) - ***I

Commissie interne markt en consumentenbescherming
Rapporteur: Jasenko Selimovic


Procedure : 2018/0040(COD)
Stadium plenaire behandeling
Documentencyclus :  
A8-0342/2018
Ingediende teksten :
A8-0342/2018
Debatten :
Aangenomen teksten :

ONTWERPWETGEVINGSRESOLUTIE VAN HET EUROPEES PARLEMENT

over het voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging van Verordening (EU) nr. 952/2013 houdende verlenging van het tijdelijke gebruik van andere middelen dan de elektronische gegevensverwerkingstechnieken waarin het douanewetboek van de Unie voorziet

(COM(2018)0085 – C8-0097/2018 – 2018/0040(COD))

(Gewone wetgevingsprocedure: eerste lezing)

Het Europees Parlement,

–  gezien het voorstel van de Commissie aan het Europees Parlement en de Raad (COM(2018)0085),

–  gezien artikel 294, lid 2, en de artikelen 33 en 207 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, op grond waarvan het voorstel door de Commissie bij het Parlement is ingediend (C8-0097/2018),

–  gezien artikel 294, lid 3, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

–  gezien artikel 59 van zijn Reglement,

–  gezien het verslag van de Commissie interne markt en consumentenbescherming (A8-0342/2018),

1.  stelt onderstaand standpunt in eerste lezing vast;

2.  verzoekt de Commissie om hernieuwde voorlegging aan het Parlement indien zij haar voorstel vervangt, ingrijpend wijzigt of voornemens is het ingrijpend te wijzigen;

3.  verzoekt zijn Voorzitter het standpunt van het Parlement te doen toekomen aan de Raad en aan de Commissie alsmede aan de nationale parlementen.

Amendement    1

Voorstel voor een verordening

Overweging 5 bis

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

 

(5 bis)  De overgang naar een volledig gebruik van elektronische systemen voor interacties tussen marktdeelnemers en douaneautoriteiten, en tussen douaneautoriteiten onderling, zal het mogelijk maken de vereenvoudigingen waarin het wetboek voorziet ten volle effect te laten sorteren, wat zal leiden tot een betere uitwisseling van informatie tussen de partijen, een doeltreffender registratie van het binnengaan, het douanevervoer en het uitgaan van goederen, gecentraliseerde vrijmaking en geharmoniseerde douanecontroles in het gehele douanegebied van de Unie, waardoor administratieve kosten en rompslomp, fraude in verband met fouten in douaneaangiften en het schadelijke verschijnsel "port-shopping" worden teruggedrongen.

Amendement    1

Voorstel voor een verordening

Overweging 5 bis

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendment

 

(5 bis)  De overgang naar een volledig gebruik van elektronische systemen voor interacties tussen marktdeelnemers en douaneautoriteiten, en tussen douaneautoriteiten onderling, zal het mogelijk maken de vereenvoudigingen waarin het wetboek voorziet ten volle effect te laten sorteren, wat zal leiden tot een betere uitwisseling van informatie tussen de partijen, een doeltreffender registratie van het binnengaan, het douanevervoer en het uitgaan van goederen, gecentraliseerde vrijmaking en geharmoniseerde douanecontroles in het gehele douanegebied van de Unie, waardoor administratieve kosten en rompslomp, fraude in verband met fouten in douaneaangiften en het schadelijke verschijnsel "port-shopping" worden teruggedrongen.

Amendement    2

Voorstel voor een verordening

Overweging 6

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

(6)  De Commissie en de lidstaten worden met tal van uitdagingen geconfronteerd om alle noodzakelijke elektronische systemen uiterlijk 2020 te hebben geïnstalleerd. Ten eerste betekent de harmonisatie van de gegevenselementen op basis van de door het wetboek vereiste internationaal aanvaarde gegevensmodellen dat bestaande elektronische systemen weer helemaal opnieuw moeten worden geprogrammeerd en dat er meer geld en tijd moet worden geïnvesteerd dan was voorzien toen het wetboek werd vastgesteld. Ten tweede is het belangrijk om de elektronische systemen in de correcte volgorde in te voeren, aangezien zij nauw met elkaar zijn verbonden. Vertragingen in de ontwikkeling van het ene systeem zullen daarom onvermijdelijk leiden tot vertragingen in de ontwikkeling van andere systemen. Ten derde is het wetboek (inclusief de einddatum voor de overgangsmaatregelen op 31 december 2020) in 2013 vastgesteld terwijl de voorschriften om het wetboek aan te vullen en uit te voeren, namelijk Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/2446 van de Commissie10, Uitvoeringsverordening (EU) 2015/2447 van de Commissie11 en Gedelegeerde Verordening (EU) 2016/341 van de Commissie12, pas in 2015 en 2016 werden vastgesteld. De besprekingen over deze voorschriften duurden veel langer dan verwacht en hierdoor is vertraging opgelopen bij het vaststellen van de functionele en technische specificaties die nodig zijn voor het ontwikkelen van de elektronische systemen.

(6)  De installatie van de elektronische systemen vereist van de Commissie en de lidstaten dat de gegevenselementen op basis van de door het wetboek vereiste internationaal aanvaarde gegevensmodellen worden geharmoniseerd, in sommige gevallen dat bestaande elektronische systemen weer helemaal opnieuw worden geprogrammeerd en dat er meer geld en tijd worden geïnvesteerd dan was voorzien toen het wetboek werd vastgesteld. Niet alle lidstaten beschouwen de aanpassing als even prioritair, wat tot verschillen in het tijdstip van invoering van de systemen in de lidstaten heeft geleid. Het is belangrijk om de elektronische systemen in de correcte volgorde in te voeren, aangezien zij nauw met elkaar zijn verbonden. Vertragingen in de ontwikkeling van het ene systeem zullen daarom onvermijdelijk leiden tot vertragingen in de ontwikkeling van andere systemen. Het wetboek (inclusief de einddatum voor de overgangsmaatregelen op 31 december 2020) is in 2013 vastgesteld terwijl de voorschriften om het wetboek aan te vullen en uit te voeren, namelijk Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/2446 van de Commissie10, Uitvoeringsverordening (EU) 2015/2447 van de Commissie11 en Gedelegeerde Verordening (EU) 2016/341 van de Commissie12, pas in 2015 en 2016 werden vastgesteld, waardoor vertraging werd opgelopen bij het vaststellen van de functionele en technische specificaties die nodig zijn voor het ontwikkelen van de elektronische systemen.

_________________

_________________

10 Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/2446 van de Commissie van 28 juli 2015 tot aanvulling van Verordening (EU) nr. 952/2013 van het Europees Parlement en de Raad met nadere regels betreffende een aantal bepalingen van het douanewetboek van de Unie (PB L 343 van 29.12.2015, blz. 1).

10 Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/2446 van de Commissie van 28 juli 2015 tot aanvulling van Verordening (EU) nr. 952/2013 van het Europees Parlement en de Raad met nadere regels betreffende een aantal bepalingen van het douanewetboek van de Unie (PB L 343 van 29.12.2015, blz. 1).

11 Uitvoeringsverordening (EU) 2015/2447 van de Commissie van 24 november 2015 houdende nadere uitvoeringsvoorschriften voor enkele bepalingen van Verordening (EU) nr. 952/2013 van het Europees Parlement en de Raad tot vaststelling van het douanewetboek van de Unie (PB L 343 van 29.12.2015, blz. 558).

11 Uitvoeringsverordening (EU) 2015/2447 van de Commissie van 24 november 2015 houdende nadere uitvoeringsvoorschriften voor enkele bepalingen van Verordening (EU) nr. 952/2013 van het Europees Parlement en de Raad tot vaststelling van het douanewetboek van de Unie (PB L 343 van 29.12.2015, blz. 558).

12 Gedelegeerde Verordening (EU) 2016/341 van de Commissie van 17 december 2015 tot aanvulling van Verordening (EU) nr. 952/2013 van het Europees Parlement en van de Raad met overgangsregels voor enkele bepalingen van het douanewetboek van de Unie voor de gevallen waarin de relevante elektronische systemen nog niet operationeel zijn, en tot wijziging van Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/2446 (PB L 69 van 15.3.2016, blz. 1).

12 Gedelegeerde Verordening (EU) 2016/341 van de Commissie van 17 december 2015 tot aanvulling van Verordening (EU) nr. 952/2013 van het Europees Parlement en van de Raad met overgangsregels voor enkele bepalingen van het douanewetboek van de Unie voor de gevallen waarin de relevante elektronische systemen nog niet operationeel zijn, en tot wijziging van Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/2446 (PB L 69 van 15.3.2016, blz. 1).

Amendement    3

Voorstel voor een verordening

Overweging 7

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

(7)  Hoewel de meeste systemen uiterlijk in 2020 zullen zijn uitgerold, is duidelijk geworden dat andere op die datum slechts gedeeltelijk kunnen zijn voltooid.

(7)  Hoewel artikel 278 van het wetboek één uiterste termijn voor de uitrol van alle in dat artikel bedoelde systemen bevat, namelijk 31 december 2020, en ondanks de inspanningen van de Unie en een aantal lidstaten op budgettair en operationeel niveau om het werk binnen de gestelde termijn te voltooien, is duidelijk geworden dat sommige systemen op die datum slechts gedeeltelijk kunnen zijn uitgerold, hetgeen betekent dat er na die datum nog niet-elektronische systemen zullen worden gebruikt en dat, bij ontstentenis van wetswijzigingen ter verlenging van deze termijn, bedrijven en douaneautoriteiten niet in staat zullen zijn hun taken en juridische verplichtingen met betrekking tot douanewerkzaamheden uit te voeren.

Amendement    4

Voorstel voor een verordening

Overweging 10 bis (nieuw)

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

 

(10 bis)  Om het Europees Parlement en de Raad in staat te stellen toezicht te houden op de uitrol van alle elektronische systemen die noodzakelijk zijn voor de toepassing van de bepalingen van het wetboek als bedoeld in artikel 278 van het wetboek, dient de Commissie regelmatig verslag uit te brengen over de geboekte vooruitgang en de verwezenlijking van de tussentijdse doelstellingen binnen de vastgestelde termijnen, waartoe de betrokken overheidsdiensten van de lidstaten de Commissie regelmatig de nodige informatie moeten doen toekomen. Zodra alle elektronische systemen operationeel zijn, dient de Commissie te beoordelen of zij geschikt zijn voor het beoogde doel door binnen een jaar na de eerste dag waarop zij allemaal operationeel zijn een geschiktheidscontrole uit te voeren.

Amendement    5

Voorstel voor een verordening

Artikel 1 – alinea 1 – punt 1

Verordening (EU) nr. 952/2013

Artikel 278 – lid 2 – inleidende formule

 

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

2.  Andere middelen dan de in artikel 6, lid 1, bedoelde elektronische gegevensverwerkingstechnieken mogen uiterlijk tot en met 31 december 2025 op overgangsbasis worden gebruikt, indien de elektronische systemen die nodig zijn voor de toepassing van de volgende bepalingen van het wetboek nog niet operationeel zijn:

2.  Uiterlijk tot en met 31 december 2023 mogen andere middelen voor de uitwisseling en opslag van informatie dan de in artikel 6, lid 1, bedoelde elektronische gegevensverwerkingstechnieken op overgangsbasis worden gebruikt, indien de elektronische systemen die nodig zijn voor de toepassing van de volgende bepalingen van het wetboek nog niet operationeel zijn:

Amendement    6

Voorstel voor een verordening

Artikel 1 – alinea 1 – punt 1

Verordening (EU) nr. 952/2013

Artikel 278 – lid 2 bis (nieuw)

 

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

 

2 bis.  Uiterlijk één jaar na de inwerking van Verordening (EU) 2018/[XXX]+ en daarna elk jaar tot de datum waarop de in de leden 1 en 2 van dit artikel bedoelde elektronische systemen volledig operationeel zijn, dient de Commissie een jaarverslag in bij het Europees Parlement en de Raad over de vorderingen bij de ontwikkeling van deze elektronische systemen. Hiertoe verstrekken de lidstaten de Commissie tijdig geactualiseerde informatie.

 

_______________

 

+ PB: gelieve het nummer van deze wijzigingsverordening in te voegen in de tekst, en de titel, datum en referentie van publicatie in de voetnoot.

TOELICHTING

I. Inleiding

De douane-unie is een hoeksteen van de Europese Unie, een van de grootste handelsblokken ter wereld, en derhalve van essentieel belang is voor de goede werking van de interne markt ten behoeve van zowel EU-bedrijven, als EU-burgers. In die zin hebben de uitrol van elektronische systemen voor alle uitwisselingen van informatie tussen douaneautoriteiten onderling, en tussen marktdeelnemers en douaneautoriteiten, alsook de opslag van die informatie reeds tot een significante kostenreductie, een administratieve vereenvoudiging voor bedrijven en burgers, en een meer geharmoniseerde uitwisseling van die informatie geleid.

II. Standpunt van de rapporteur

Rapporteur betreurt het dat de uitrol van dergelijke elektronische systemen niet op de deadline in 2020 zal zijn voltooid, zoals voorzien in artikel 278 van het douanewetboek van de Unie. Omdat het evenwel belangrijk is dat dergelijke elektronische systemen goed functioneren, is het voor rapporteur prioritair ervoor te zorgen dat deze uitrol zo doeltreffend en grondig als mogelijk geschiedt.

Rapporteur steunt dan ook het voorstel van de Commissie om artikel 278 van het wetboek te wijzigen, zodat de overgangsregelingen voor de uitwisseling en de opslag van douane-informatie (d.w.z. de bestaande elektronische en papieren systemen) ook na 2020 - en tot ten laatste in 2025 - nog kunnen worden gebruikt voor douaneprocessen waarvoor de elektronische systemen nodig zijn die niet voor 2020 zullen worden geïmplementeerd. Rapporteur is van oordeel dat de deadline moet worden verlengd met het oog op rechtszekerheid voor douaneautoriteiten, bedrijven en burgers, die moeilijkheden zouden ondervinden indien sommige van de elektronische systemen niet zouden zijn uitgerold en het tegelijkertijd bij wet verboden zou zijn gedurende een overgangsperiode door te gaan met alternatieve regelingen.

Rapporteur vindt overigens wel dat een verdere verlenging van de deadline tot na 2025 koste wat kost moet worden vermeden. Rapporteur stelt dan ook voor het Europees Parlement volledig te betrekken bij de ontwikkeling van de elektronische systemen die tegen 2020 nog niet geïmplementeerd zullen zijn, en dat door de Commissie te verzoeken één jaar na de inwerkingtreding van deze verordening, en daarna elk jaar, verslag uit te brengen over de geboekte vooruitgang en over de uitdagingen die zich bij de voltooiing van dat werk voordoen.

BIJLAGE: LIJST VAN ENTITEITEN WAARVAN OF PERSONEN VAN WIE DE RAPPORTEUR INFORMATIE HEEFT ONTVANGEN

De volgende lijst is op zuiver vrijwillige basis en onder exclusieve verantwoordelijkheid van de rapporteur opgesteld. De rapporteur heeft bij de opstelling van het ontwerpverslag informatie ontvangen van de volgende entiteiten of personen:

Entiteit en/of persoon

Permanente Vertegenwoordiging van Oostenrijk bij de Europese Unie

Permanente Vertegenwoordiging van Frankrijk bij de Europese Unie

PROCEDURE VAN DE BEVOEGDE COMMISSIE

Titel

Verlenging van het tijdelijke gebruik van andere middelen dan de elektronische gegevensverwerkingstechnieken waarin het douanewetboek van de Unie voorziet

Document- en procedurenummers

COM(2018)0085 – C8-0097/2018 – 2018/0040(COD)

Datum indiening bij EP

2.3.2018

 

 

 

Bevoegde commissie

       Datum bekendmaking

IMCO

12.3.2018

 

 

 

Medeadviserende commissies

       Datum bekendmaking

INTA

12.3.2018

JURI

12.3.2018

 

 

Geen advies

       Datum besluit

INTA

21.3.2018

JURI

27.3.2018

 

 

Rapporteurs

       Datum benoeming

Jasenko Selimovic

21.3.2018

 

 

 

Behandeling in de commissie

19.6.2018

11.7.2018

24.9.2018

 

Datum goedkeuring

11.10.2018

 

 

 

Uitslag eindstemming

+:

–:

0:

31

3

2

Bij de eindstemming aanwezige leden

John Stuart Agnew, Pascal Arimont, Dita Charanzová, Carlos Coelho, Anna Maria Corazza Bildt, Daniel Dalton, Pascal Durand, Evelyne Gebhardt, Maria Grapini, Robert Jarosław Iwaszkiewicz, Liisa Jaakonsaari, Philippe Juvin, Antonio López-Istúriz White, Morten Løkkegaard, Eva Maydell, Marlene Mizzi, Christel Schaldemose, Andreas Schwab, Olga Sehnalová, Jasenko Selimovic, Richard Sulík, Róża Gräfin von Thun und Hohenstein, Mylène Troszczynski, Marco Zullo

Bij de eindstemming aanwezige vaste plaatsvervangers

Lucy Anderson, Biljana Borzan, Edward Czesak, Arndt Kohn, Julia Reda, Martin Schirdewan, Lambert van Nistelrooij, Sabine Verheyen

Bij de eindstemming aanwezige plaatsvervangers (art. 200, lid 2)

Ramón Jáuregui Atondo, Stanislav Polčák, Flavio Zanonato, Tomáš Zdechovský

Datum indiening

19.10.2018

HOOFDELIJKE EINDSTEMMING IN DE BEVOEGDE COMMISSIE

31

+

ALDE

ECR

EFDD

ENF

PPE

 

S&D

 

Verts/ALE

Dita Charanzová, Morten Løkkegaard, Jasenko Selimovic

Edward Czesak, Daniel Dalton, Richard Sulík

Marco Zullo

Mylène Troszczynski

Pascal Arimont, Carlos Coelho, Anna Maria Corazza Bildt, Philippe Juvin, Antonio López-Istúriz White, Eva Maydell, Stanislav Polčák, Andreas Schwab, Sabine Verheyen, Lambert van Nistelrooij

Lucy Anderson, Biljana Borzan, Evelyne Gebhardt, Maria Grapini, Liisa Jaakonsaari, Ramón Jáuregui Atondo, Arndt Kohn, Marlene Mizzi, Christel Schaldemose, Olga Sehnalová, Flavio Zanonato

Pascal Durand, Julia Reda

3

-

EFDD

PPE

John Stuart Agnew

Róża Gräfin von Thun und Hohenstein, Tomáš Zdechovský

2

0

ALDE

GUE/NGL

Robert Jarosław Iwaszkiewicz

Martin Schirdewan

Verklaring van de gebruikte tekens:

+  :  voor

-  :  tegen

0  :  onthouding

Laatst bijgewerkt op: 5 november 2018
Juridische mededeling - Privacybeleid