Index 
Volledig verslag van de vergaderingen
PDF 14047k
Dinsdag 13 september 2016 - Straatsburg Herziene uitgave
1. Opening van de vergadering
 2. Resultaten van de G20-top (debat)
 3. Onderzoek naar emissiemetingen in de automobielsector (debat)
 4. Stemmingen
  4.1. Cohesiebeleid en onderzoeks- en innovatiestrategieën voor slimme specialisatie (RIS3) (A8-0159/2016 - Ramón Luis Valcárcel Siso) (stemming)
  4.2. Europese territoriale samenwerking - beste praktijken en innoverende maatregelen (A8-0202/2016 - Iskra Mihaylova) (stemming)
  4.3. Onderzoek naar emissiemetingen in de automobielsector (A8-0246/2016 - Pablo Zalba Bidegain, Gerben-Jan Gerbrandy) (stemming)
  4.4. Verzoek om opheffing van de immuniteit van István Ujhelyi (A8-0229/2016 - Tadeusz Zwiefka) (stemming)
  4.5. Verzoek om verdediging van de voorrechten en immuniteiten van Rosario Crocetta (A8-0230/2016 - Heidi Hautala) (stemming)
  4.6. Verzoek om opheffing van de immuniteit van Sotirios Zarianopoulos (A8-0233/2016 - Gilles Lebreton) (stemming)
  4.7. Overeenkomst tussen de EU en China in verband met de toetreding van Kroatië (A8-0231/2016 - Iuliu Winkler) (stemming)
  4.8. Overeenkomst tussen de EU en Uruguay in verband met de toetreding van Kroatië (A8-0241/2016 - Pablo Zalba Bidegain) (stemming)
  4.9. Voordracht van Lazaros Stavrou Lazarou voor de benoeming tot lid van de Rekenkamer (A8-0258/2016 - Igor Šoltes) (stemming)
  4.10. Voordracht van João Figueiredo voor de benoeming tot lid van de Rekenkamer (A8-0259/2016 - Igor Šoltes) (stemming)
  4.11. Voordracht van Leo Brincat voor de benoeming tot lid van de Rekenkamer (A8-0257/2016 - Igor Šoltes) (stemming)
  4.12. Statistieken van de buitenlandse handel met derde landen (gedelegeerde en uitvoerende bevoegdheden) (A8-0240/2016 - Bernd Lange) (stemming)
  4.13. Statistieken over de prijzen van aardgas en elektriciteit (A8-0184/2016 - Barbara Kappel) (stemming)
  4.14. Naar een nieuwe opzet van de energiemarkt (A8-0214/2016 - Werner Langen) (stemming)
  4.15. EU-strategie voor verwarming en koeling (A8-0232/2016 - Adam Gierek) (stemming)
  4.16. Verbetering van het concurrentievermogen van kmo's (A8-0162/2016 - Rosa D'Amato) (stemming)
  4.17. Een EU-strategie voor het Alpengebied (A8-0226/2016 - Mercedes Bresso) (stemming)
  4.18. EU-trustfonds voor Afrika: gevolgen voor ontwikkelings- en humanitaire hulp (A8-0221/2016 - Ignazio Corrao) (stemming)
  4.19. Het creëren van arbeidsmarktomstandigheden die bevorderlijk zijn voor het evenwicht tussen werk en gezinsleven (A8-0253/2016 - Tatjana Ždanoka, Vilija Blinkevičiūtė) (stemming)
 5. Stemverklaringen
  5.1. Cohesiebeleid en onderzoeks- en innovatiestrategieën voor slimme specialisatie (RIS3) (A8-0159/2016 - Ramón Luis Valcárcel Siso)
  5.2. Europese territoriale samenwerking - beste praktijken en innoverende maatregelen (A8-0202/2016 - Iskra Mihaylova)
  5.3. Onderzoek naar emissiemetingen in de automobielsector (A8-0246/2016 - Pablo Zalba Bidegain, Gerben-Jan Gerbrandy)
  5.4. Verzoek om opheffing van de immuniteit van István Ujhelyi (A8-0229/2016 - Tadeusz Zwiefka)
  5.5. Verzoek om verdediging van de voorrechten en immuniteiten van Rosario Crocetta (A8-0230/2016 - Heidi Hautala)
  5.6. Verzoek om opheffing van de immuniteit van Sotirios Zarianopoulos (A8-0233/2016 - Gilles Lebreton)
  5.7. Overeenkomst tussen de EU en China in verband met de toetreding van Kroatië (A8-0231/2016 - Iuliu Winkler)
  5.8. Overeenkomst tussen de EU en Uruguay in verband met de toetreding van Kroatië (A8-0241/2016 - Pablo Zalba Bidegain)
  5.9. Voordracht van Lazaros Stavrou Lazarou voor de benoeming tot lid van de Rekenkamer (A8-0258/2016 - Igor Šoltes)
  5.10. Voordracht van João Figueiredo voor de benoeming tot lid van de Rekenkamer (A8-0259/2016 - Igor Šoltes)
  5.11. Voordracht van Leo Brincat voor de benoeming tot lid van de Rekenkamer (A8-0257/2016 - Igor Šoltes)
  5.12. Statistieken van de buitenlandse handel met derde landen (gedelegeerde en uitvoerende bevoegdheden) (A8-0240/2016 - Bernd Lange)
  5.13. Statistieken over de prijzen van aardgas en elektriciteit (A8-0184/2016 - Barbara Kappel)
  5.14. Naar een nieuwe opzet van de energiemarkt (A8-0214/2016 - Werner Langen)
  5.15. EU-strategie voor verwarming en koeling (A8-0232/2016 - Adam Gierek)
  5.16. Verbetering van het concurrentievermogen van kmo's (A8-0162/2016 - Rosa D'Amato)
  5.17. Een EU-strategie voor het Alpengebied (A8-0226/2016 - Mercedes Bresso)
  5.18. EU-trustfonds voor Afrika: gevolgen voor ontwikkelings- en humanitaire hulp (A8-0221/2016 - Ignazio Corrao)
  5.19. Het creëren van arbeidsmarktomstandigheden die bevorderlijk zijn voor het evenwicht tussen werk en gezinsleven (A8-0253/2016 - Tatjana Ždanoka, Vilija Blinkevičiūtė)
 6. Rectificaties stemgedrag/Voorgenomen stemgedrag: zie notulen
 7. Goedkeuring van de notulen van de vorige vergadering: zie notulen
 8. Recente ontwikkelingen in Polen en de impact ervan op de grondrechten, zoals vastgelegd in het Handvest voor de grondrechten van de Europese Unie (debat)
 9. De situatie in Turkije (debat)
 10. Rectificaties (artikel 231 van het Reglement): zie notulen
 11. De situatie na de verkiezingen in Gabon (debat)
 12. VN-bijeenkomst op hoog niveau over de aanpak van grote stromen vluchtelingen en migranten (debat)
 13. De betrekkingen tussen de EU en Tunesië in de huidige regionale context (debat)
 14. Sociale dumping in de EU (debat)
 15. Presentatie van het standpunt van de Raad inzake het ontwerp van algemene begroting voor het begrotingsjaar 2017 (debat)
 16. Economische partnerschapsovereenkomst tussen de EU en de SADC-EPO-staten - Parlementair toezicht op en monitoring door het maatschappelijk middenveld van de economische partnerschapsovereenkomst EU-SADC (debat)
 17. Voornaamste doelstellingen voor de 17e Conferentie van de partijen bij de Cites in Johannesburg (debat)
 18. Agenda van de volgende vergadering: zie notulen
 19. Sluiting van de vergadering


  

Puhetta johti ANNELI JÄÄTTEENMÄKI
varapuhemies

 
1. Opening van de vergadering
Video van de redevoeringen
 

(Istunto avattiin klo 9.00)

 

2. Resultaten van de G20-top (debat)
Video van de redevoeringen
MPphoto
 

  Puhemies. – Esityslistalla on seuraavana neuvoston ja komission julkilausumat G20-huippukokouksen tuloksista (2016/2769(RSP)).

 
  
MPphoto
 

  Pierre Moscovici, membre de la Commission. – Madame la Vice-présidente, Mesdames et Messieurs les députés, je suis heureux d'être ici au nom du Président Juncker, qui s'adressera à vous demain, pour vous donner mon sentiment sur le résultat du sommet du G20, qui a eu lieu les 4 et 5 septembre à Hangzhou en Chine.

L'Union européenne était représentée comme toujours par le Président Juncker et par le président du Conseil, Donald Tusk, que j'ai eu le plaisir d'accompagner, compte tenu de l'agenda fortement économique du sommet et du fait que le commissaire aux affaires économiques et financières accompagne toujours le président de la Commission au sommet du G20.

Ce fut l'occasion pour la Chine de faire preuve, d'abord, d'un très grand sens de l'organisation – on n’en doutait pas – mais aussi d'une responsabilité globale qu'elle assume dorénavant en tant qu'acteur clé de l'économie mondiale.

Pour le G20 dans son ensemble, ça a été l'occasion de démontrer, après des années de crise, que nous pouvons prendre des décisions politiques plus offensives pour assurer une croissance durable à long terme et rétablir la confiance. Je pense que, dans un contexte de questions, ce défi était important, et il a été relevé.

Nous avons présenté une série de dossiers sur lesquels l'Union européenne est à la pointe. Je pense à tout ce qui va dans le sens d'une stratégie de croissance globale, dans l'idée de poursuivre les réformes structurelles, mais aussi de se positionner comme un exemple dans le domaine de la fiscalité, de la lutte contre l'évasion fiscale et d’être un promoteur du commerce international et un défenseur de l'investissement.

Ces thèmes étaient d'ailleurs les priorités pour les principaux dirigeants mondiaux.

Notre stratégie a été de montrer que notre triangle européen – investissement, réformes structurelles, finances publiques responsables – fonctionne, mais nous devons poursuivre sur cette voie pour garantir un changement qui soit durable et positif à long terme.

Vous pourriez m'accuser de complaisance pour ces propos. Non, il y a pas de quoi faire preuve de complaisance, ça a été dit et redit lors de la plupart des interventions au cours de nos deux jours à Hangzhou comme un appel à agir d'urgence pour fournir des résultats tangibles pour nos citoyens qui les attendent.

Nos grandes économies sont très étroitement liées, et la croissance mondiale qui est lente fait face, on le sait, à de multiples obstacles. Le risque d'un cercle vicieux était bien identifié: faible croissance de la productivité, inégalités allant également croissant, le tout provoquant une réponse populiste – nous n'en avons pas le privilège – qui à son tour freine les réformes et, par conséquent, ralentit encore plus la croissance et ainsi de suite.

Le G20 a donc décidé d'utiliser tous les outils politiques – outils monétaires, outils budgétaires ou outils structurels – pour stimuler la croissance et privilégier les efforts pour mettre en place les réformes. Une coopération a également été lancée sur l'innovation et sur l'économie numérique pour augmenter la productivité et la croissance à long terme.

En outre, les dirigeants réunis au G20 ont délivré un message fort: après une période de longue crise, il faut penser à l'avenir; les bénéfices de la croissance, de la mondialisation, de l'innovation doivent être appréciés par tous, pas seulement par un groupe de quelques privilégiés.

Pour la première fois, et cela fait maintenant un certain nombre d'années que je participe à ces sommets, un concept a fait irruption dans le débat public, et c'est heureux. Il s’agit du concept d'inclusion, principe fondamental qui devrait être observé en mettant davantage l'accent sur les compétences, sur la protection sociale, mais aussi sur la définition des politiques budgétaires commerciales et autres qui doivent prendre en compte ce paramètre de croissance inclusive.

Les priorités de cette Commission, comme celles du G20 sont, vous le savez, déjà tournées vers la justice sociale.

Le commerce était aussi à l'ordre du jour. Le commerce international est un moteur pour les emplois, la croissance et le développement. C'est la raison pour laquelle nous sommes préoccupés par la croissance atone du commerce mondial et c'est aussi la raison pour laquelle nous continuons à défendre vigoureusement le libre-échange contre les tentations protectionnistes qui se font jour.

Mais la Commission a aussi beaucoup insisté sur le fait que le libre-échange doit être équitable pour avoir le soutien de nos peuples et de ce Parlement. Être favorable au libre-échange, ce n’est pas être favorable au libre-échange quelles qu’en soient les conditions, quels qu’en soient les termes, sans réserve ni régulation.

Le G20 joue un rôle essentiel dans le soutien à un système de commerce multilatéral qui soit solide et fondé sur le respect des règles. Nous avons largement insisté sur cet aspect dans nos discussions au G20 et le président de la Commission s'est personnellement engagé dans un combat qui, je le sais, tient à cœur à ce Parlement: la défense des intérêts de l'industrie européenne de l'acier et des travailleurs touchés par un contexte de surcapacité mondiale et, disons-le aussi, de surcapacités chinoises.

C'est d’ailleurs une question sur laquelle un pas important a été fait, à Hangzhou, avec l’accord G20, pour former un forum mondial sur la capacité de l'acier avec l'appui de l'OCDE et bien sûr l’approbation de la présidence chinoise.

Une fiscalité internationale équitable, voilà une autre condition essentielle pour restaurer la confiance de nos citoyens dans l’économie mondiale et pour permettre aussi au gouvernement de fournir les investissements et les services qui sont si nécessaires à nos économies.

Toutes les entreprises, je ne cesse de le dire ici, en ma capacité de commissaire chargé de la fiscalité, doivent payer leur juste part d'impôts dans les pays où elles réalisent leurs profits. Vous savez que l'Union européenne est à la pointe de ces efforts et qu'elle a déjà adopté l'an dernier plusieurs propositions très ambitieuses.

Nous avons été encouragés de voir l'ensemble des pays du G20 à nouveau fermement et fortement engagés non seulement à mettre en œuvre les accords passés, mais aussi à aller plus loin dans le sillage de l’affaire des Panama Papers, qui continue, c'est vrai, de peser sur les esprits. Le G20 a donc convenu de mettre en place une liste des juridictions non coopératives pour le prochain sommet de 2017 et d'envisager des mesures défensives en cas de non-conformité. Cette liste internationale du G20 est complémentaire de la liste que l'Union européenne, elle-même, s'apprête à lancer et qui doit également être opérationnelle en 2017, avec les problématiques qui sont complémentaires et qui, je crois, s’emboîtent bien.

En ce qui concerne la lutte contre le financement du terrorisme, le G20 continuera à diriger les travaux du GAFI. Les dirigeants ont appelé à une mise en œuvre rapide et résolue de sa nouvelle stratégie contre le financement du terrorisme et pour le renforcement de la coordination avec ceux qui ne participent pas à la task force, et particulièrement les pays vulnérables.

La réunion de Hangzhou a également permis de discuter de la réforme de la régulation financière, qui, je le rappelle, a été une initiative phare du G20. L'accent est maintenant mis sur la mise en œuvre cohérente des réformes convenues, tels que le cadre de Bâle III et sa finalisation pour la fin de 2016.

La présidence chinoise a aussi renforcé les discussions sur l'architecture financière internationale. Nous savons qu'il y a risque continu pour l’économie mondiale. L'accord unanime de maintenir un FMI fort avec des ressources suffisantes constitue un résultat appréciable.

L'an dernier à Antalya, nous avions appelé le G20 à reconnaître la crise des réfugiés pour ce qu'elle est: un défi mondial qui exige une réponse mondiale. Avec l'aide de ce Parlement, l'Union européenne a mis en place un ensemble complet de mesures pour gérer cette crise, mais nous ne pouvons relever ce défi que si la communauté internationale dans son ensemble fait des efforts coordonnés.

Nous avons tenu un message clair à l’égard de nos partenaires du G20, à savoir que nous souhaitons que le niveau de solidarité entre les nations nécessaire pour résoudre ce problème, qui est toujours manquant, fasse maintenant son émergence. La réponse suscite un optimisme résolu mais aussi prudent. Les membres du G20 ont déclaré qu'ils étaient prêts à partager le fardeau de la crise des réfugiés, appelant spécifiquement à une aide financière accrue et à la réinstallation des réfugiés.

La coopération du G20 pour soutenir le développement, la sécurité alimentaire, en particulier en Afrique, est aussi importante du point de vue du contrôle des flux migratoires.

Le sommet a aussi été l'occasion pour le G20 de réaffirmer son engagement envers l'accord de Paris. Le rythme des ratifications est bon et il est maintenant très probable que le seuil de l'entrée en vigueur de l'accord – je parle de la COP 21 – sera atteint cette année.

Le principal message de l'Union européenne aux membres du G20 à cet égard est qu'ils doivent agir maintenant tout aussi rapidement pour mettre en œuvre cet accord.

Bien sûr, vous vous en doutez, de nombreux dirigeants présents au sommet voulaient entendre la réponse des européens au référendum du Royaume-Uni.

Le Président Juncker a tenu à les rassurer, leur disant que nous étions prêts à y faire face, une fois que le gouvernement britannique aura communiqué ses intentions. Vous savez que la Commission a nommé son négociateur, mon compatriote, prédécesseur au poste de commissaire français, Michel Barnier. Nous souhaitons construire un nouveau partenariat avec la Grande-Bretagne qui fonctionne pour tout le monde. Une formule me vient toujours à l'esprit, et elle est d’ailleurs partagée avec le gouvernement britannique: la Grande-Bretagne, c'est son choix, ne sera plus, après cette négociation, un pays membre de l’Union européenne mais elle restera une nation européenne tout à fait décisive pour toute une série de politiques que nous avons à mener ensemble.

Dans le même temps, le président a souligné qu'il y avait beaucoup de choses que l’Union européenne des 27 pourrait réaliser ensemble. C'est cela notre objectif pour l'avenir et c'est dans cet esprit que le Président s’adressera ici à l'Assemblée, demain, pour son discours sur l'état de l'Union, parlant à la fois de l'Europe des 28, qui est la nôtre, de l'Europe des 27, qui est notre avenir, et de l'Europe des 19, celle de la zone euro, qui est le cœur battant de l'Europe.

Mais je ne veux pas anticiper sur ce qu'il vous dira, je pense que ce sera un moment important pour la Commission, pour le Parlement, pour l'Union européenne, avant la réunion des dirigeants des 27, qui se tiendra à Bratislava le 16 septembre.

Voilà les quelques éléments que je voulais vous présenter. Je ne voudrais pas être plus long, je pourrai revenir plus tard sur cette réunion du G20, qui a été je crois, encore une fois organisée d’une manière impressionnante par la Chine, très bien conduite par le président chinois, avec des résultats, nombreux, qui vont tout à fait dans le sens de ce que l'Union européenne pouvait en attendre.

 
  
MPphoto
 

  Françoise Grossetête, au nom du groupe PPE. – Madame la Présidente, Monsieur le Commissaire, il est regrettable que le Conseil soit absent pour parler de ce dernier sommet du G20, qui a été riche en déclarations de principe, mais qui n'a pas convaincu sur le plan des faits.

On peut se réjouir – M. le commissaire nous l'a expliqué – que l'Europe soit parvenue à imposer son agenda en matière économique. La feuille de route adoptée au sommet recoupe en effet une grande partie des priorités qui sont proposées par notre groupe du Parti populaire européen et qui guident notre travail depuis des mois, c'est-à-dire la justice, l'équité fiscale, pour lutter contre les inégalités – vous en avez parlé –, la promotion des échanges commerciaux dans le cadre d'une mondialisation régulée et une stratégie de croissance basée sur la relance de l'investissement et les réformes structurelles.

On pourrait dire aussi qu'il y a une petite victoire sur la question de la surproduction d'acier au niveau mondial, puisqu'elle a pu être enfin mise sur la table et qu'il n'est pas anodin que ce sujet ait été discuté en Chine, pays dont les subventions alimentent un dumping insupportable, qui accable l'industrie sidérurgique européenne.

Malgré ces avancées, je regrette que beaucoup d'autres sujets cruciaux n'aient été abordés qu'à demi-mot, voire pas du tout. Parmi ceux-là, la crise des réfugiés. Vous en avez parlé, Monsieur Moscovici, mais, s'il faut être optimiste, je crois que cela reste quand même très limité. Le changement climatique: bien sûr, il y a eu annonce sur la ratification de l'accord de Paris de la part des États-Unis et de la Chine. Néanmoins, nous attendons les faits. Il y a aussi la guerre en Syrie. Je citerai également un autre sujet, évoqué en quelques lignes dans le communiqué final. Il s'agit de la lutte conte l'antibiorésistance: aucun engagement concret n'a été pris, alors qu'il s'agit là d'un des plus grands fléaux de santé publique de notre siècle.

Face à des enjeux qui appellent une réponse d'envergure, on retient finalement peu de choses de ce sommet. Même la volonté affichée de lutter contre les populismes, si elle est positive, ne parvient pas à nous rassurer entièrement.

Les promesses n'engagent que ceux qui les croient, dit-on. Espérons néanmoins que ces promesses formulées à ce G20 engagent aussi ceux qui les ont faites, sans quoi ce sommet n'aura servi qu'à une chose: démontrer une fois de plus la puissance de la Chine, qui s'impose pour le meilleur et pour le pire, comme un acteur international incontournable.

 
  
MPphoto
 

  Ivan Korčok, President-in-Office of the Council. – Madam President, I am grateful for the invitation to discuss the outcome of the G20 Summit which took place last week in China and where the European Union was represented by President Tusk and President Juncker.

G20 leaders discussed various topics of global importance and, crucially, issues on which the G20 should provide leadership. I will focus on issues which I find are of particular relevance from the point of view of the Council, including migration, the global economy, trade, taxation and climate.

Let me start with an issue which is very high on our agenda, namely the management of migration. I consider the G20’s recognition of the current crisis as an issue of global concern to be a very positive signal. The EU has stated in international forums on various occasions that migration requires efficient and coordinated action and it calls for all stakeholders to take responsibility in a spirit of partnership and burden sharing. The EU and its Member States are fully assuming their responsibilities, but expect other partners, namely our G20 partners, also to do their part.

The communiqué by G20 leaders is a step in the right direction, as it calls for scaled-up support to refugees and host communities. The EU will certainly use the opportunity of the forthcoming New York summit on refugees and migration, which you will discuss with High Representative Mogherini later today, to take the G20 conclusions forward and pursue more equitable sharing of responsibility for what is clearly a global challenge.

My second point is the global economy. G20 leaders in China pointed to the progressing global economic recovery, while recognising that growth was still weaker than desirable and that downside risks remained. Challenges originating from geopolitical developments were also mentioned. Accordingly, leaders declared their determination to use all policy tools –monetary, fiscal and structural – individually and collectively to achieve the intended growth. Importantly, there was the recognition that growth needs to be inclusive in order to ensure that it serves the needs of everyone and benefits all countries and people so that no one is left behind. This is recognised in the Hangzhou Action Plan, which summarises the main commitments by G20 members.

The G20 summit also made a strong case for international trade as a driver of global economic recovery. To this end, G20 leaders committed to strengthening an open world economy by working towards trade and investment facilitation and liberalisation. The establishment of the G20 Trade and Investment Working Group is an important step in this regard. The G20 reaffirmed its commitment to the multilateral trading system, with the WTO at its core, and to advancing the post—Nairobi work in the WTO, including the outstanding issues of the Doha Development Round, with a view to achieving positive outcomes at the next WTO Ministerial Conference in 2017.

I also welcome the G20 commitment to ratifying the Trade Facilitation Agreement by the end of this year and its call for other WTO members to do the same. The EU, for its part, has already ratified. However, we need to recognise that anti-globalisation sentiment and opposition to trade are increasing. The G20 therefore emphasised the need to communicate the benefits of trade and open markets more effectively and to ensure that the benefits of trade are spread more widely. It also recognised the structural problems caused by excess capacity in some industries, most notably in the steel sector, and agreed that this required a collective response. G20 leaders therefore agreed to establish a global forum on steel access capacity, which should report to the relevant G20 Ministers in 2017.

Let me mention two more issues. Taxation is another priority that the EU shares with the G20. I particularly welcome the establishment of the G20/OECD Inclusive Framework for the implementation of the Base Erosion and Profit Shifting initiative (BEPS) as well as its first meeting in Kyoto. The EU has pioneered BEPS implementation with the recent adoption of the Anti-Tax Avoidance Directive (ATAD), but timely, consistent and widespread implementation of the BEPS package at global level remains critical in order to establish an international level playing field and avoid further loopholes.

I am also satisfied with the endorsement of the proposal for objective criteria to identify non-cooperative jurisdictions with respect to tax transparency and with the objective to prepare, by July 2017, a list of jurisdictions that have not yet sufficiently progressed towards a satisfactory level of implementation, as well as to consider defensive measures against them.

Following the adoption of conclusions on taxation last May, the Council has already started to determine, on the basis of a first screening by the Commission, non-cooperative third country jurisdictions with which dialogues should begin during the course of next year. The objective is to establish an EU list of such jurisdictions and explore defensive measures at EU level, in the tax as well as in the non-tax area, to be endorsed by the Council by the end of this year.

Finally, the G20 Summit reaffirmed the commitment of its members to sustainable development and strong and effective action to tackle climate change. The G20 leaders are committed to countries’ ratifying and implementing in a timely fashion all aspects of the Paris climate agreement, including financial assistance for developing countries. In particular, the G20 supported efforts to enable the Paris Agreement to enter into force by the end of 2016.

 
  
MPphoto
 

  Alessia Maria Mosca, a nome del gruppo S&D. – Signora Presidente, onorevoli colleghi, riglobalizzazione, condivisione delle regole e inclusione: sono queste le parole chiave del G20, che vanno ora però implementate per non restare parole vuote.

Riglobalizzazione, perché abbiamo il dovere, come Unione europea, prima di tutto, di dare vita a una nuova globalizzazione che valuti l'impatto dei fenomeni globali, gli accordi commerciali, la rivoluzione digitale, i flussi migratori e introduca correttivi adeguati per non lasciare nessuno ai margini. Condivisione, perché abbiamo bisogno di regole e di fiducia tra i partner. L'istituzione di un forum che controlli gli eccessi di capacità, a partire dall'acciaio, è un primo segnale positivo. Infine inclusione, perché tutti ne siano parte e facciano la propria parte. Significativamente per la prima volta questo vertice riconosce l'importanza dell'inclusione delle donne come driver di crescita.

Davanti ai fallimenti della vecchia globalizzazione offrire una risposta protezionistica è tanto facile quanto dannoso. Sta a noi avanzare una proposta nuova, che tenga il mondo connesso senza lasciare nessuno indietro.

 
  
MPphoto
 

  Sander Loones, namens de ECR-Fractie. – In het communiqué van de G-20-leiders lezen we dat de wereldeconomie zich herstelt. Al kan je tussen de lijnen lezen dat men daar toch wat aan twijfelt. Men vraagt tegelijk om meer overheidsinvesteringen en als ik dan de weekendkranten lees, dan staat daar: “Eindelijk, het beleid van besparingen heeft gefaald. Het is tijd om iets anders te proberen.” Dat was trouwens ook de lijn van de zes Zuid-Europese landen die vrijdag op de koffie zijn geweest bij meneer Tsipras in Athene. Met alle respect, maar de waarheid heeft haar rechten. De globale schulden zijn sinds 2008 niet gedaald. Integendeel, de schulden zijn toegenomen bij de bedrijven, bij de banken, bij de huishoudens en zeker ook bij de overheden. De totale schuld in de wereld bedraagt momenteel 200 biljoen euro. Dat is meer dan drie keer de totale wereldeconomie. Laat ons alsjeblieft dus geen blaasjes wijsmaken. Meer investeringen oké, maar dan zullen we ook eerst moeten besparen om die investeringen mogelijk te maken.

 
  
MPphoto
 

  Pavel Telička, on behalf of the ALDE Group. – Madam President, thank you for the debriefing that we received. I do not want to reiterate what has been said, and I think there are a number of important points. The reconfirmed commitment to growth, innovation, facilitation of investment and liberalisation of free trade is, of course, highly relevant. I also appreciate that China committed itself to free trade and to fight protectionism, and of course the decision to set up a global monitoring entity for the over-production of steel is highly relevant, especially nowadays for Europe.

In this respect it would be interesting to know from the Commissioner what will precede the work at multilateral level, how we are going to perceive it and whether the Commission has already considered the technicalities.

I would like a bit more information on two points. On refugees, to which the Minister devoted some time, I think that the recognition of the problem might not be entirely sufficient. Secondly, we know that Putin met Obama on the sidelines of the summit and that a deal has been brokered on a ceasefire but I wonder why we do not have anything in the conclusions from the G20 summit. I think that, both on the refugee crisis and on this, this does not send the best signal.

However, my main point is the following: while there is a recommitment to free trade, I wonder how credible the EU is in reconfirming this with its international partners if, at the same time, while on the one hand we are talking multilateral liberalisation, bilateral agreements and so on, we have, on the other, voices in Germany, France and elsewhere in Europe saying that the Transatlantic Trade and Investment Partnership – an important free trade agreement – is basically dead.

We know what the Commission had to say but I wonder how the Council, and how the Presidency, will react on the issue, because this is definitely a hit to the credibility of the European Union.

 
  
MPphoto
 

  Δημήτριος Παπαδημούλης, εξ ονόματος της ομάδας GUE/NGL. – Κύριε Moscovici, κύριε εκπρόσωπε του Συμβουλίου, στην Κίνα είδαμε ενδιαφέρουσες διακηρύξεις στο τέλος της συνάντησης του G20. Αλλά οι πολίτες ζητούν έργα χειροπιαστά όχι λόγια. Μετρήσιμο αποτέλεσμα και όχι απλά μια ανούσια ρητορική. Για παράδειγμα, στο θέμα της φοροδιαφυγής: ήταν σωστή η απόφαση της Επιτροπής για την φορολόγηση της Αpple, για την εκτεταμένη της φοροδιαφυγή στην Ιρλανδία. Έργα χρειαζόμαστε. Σωστά επισημάνατε, κύριε Moscovici, ότι χρειάζεται παγκόσμια συνεργασία στο προσφυγικό. Αλλά μπορεί η Ευρώπη να δίνει το παράδειγμα σε αυτό το θέμα, όταν η ίδια η ευρωπαϊκή συνεργασία δεν υλοποιείται, και έχουμε κράτη μέλη που αρνούνται να δεχθούν και να εφαρμόσουν τις αποφάσεις για αναλογική κατανομή των προσφύγων; Όταν ακόμη από τους 400 ειδικούς έχουν σταλεί λιγότεροι από 40 στη χώρα μου, την Ελλάδα, που σηκώνει ένα τεράστιο βάρος, για να βοηθήσουν στις διαδικασίες καταγραφής των προσφύγων;

Επιπλέον, όσον αφορά τις επενδύσεις και τη φοροδιαφυγή: η φοροδιαφυγή μόνο στην Ευρωπαϊκή Ένωση είναι 7 φορές μεγαλύτερη από τον ευρωπαϊκό προϋπολογισμό για το 2016, ανερχόμενη σε 1 τρισεκατομμύριο ευρώ τον χρόνο. Χρειαζόμαστε λοιπόν αποτελεσματικά έργα και όχι απλώς λόγια και περιμένω από τον εκπρόσωπο του Συμβουλίου να μας εξηγήσει στη δευτερολογία του, μαζί με όσα θα μας πει, γιατί σε μια τόσο σημαντική συνάντηση άργησε να έρθει.

 
  
MPphoto
 

  Reinhard Bütikofer, im Namen der Verts/ALE-Fraktion. – Frau Präsidentin, sehr geehrter Vertreter des Rates, Herr Kommissar, liebe Kolleginnen und Kollegen! Ich bin dem Vertreter des Rates ausdrücklich dankbar dafür, dass er zu spät gekommen ist, weil uns das die Gelegenheit geboten hat, zu Beginn in voller Schönheit zur Kenntnis zu nehmen, wie Herr Kommissar Moscovici beim Bullshit-Bingo brilliert. Herr Moscovici hat gesagt, man hat sich erfolgreich darauf verständigt, dass man langfristig nachhaltiges Wachstum gewährleisten werde. Er hat gesagt, Europa habe eine Spitzenposition beim Wachstum. Er hat gesagt, die Kommission habe völlig zu Recht und erfolgreich auf die Priorität des Sozialen gesetzt. Herr Moscovici, Sie haben völlig Recht, wenn Sie sagen, man kann nicht der Meinung sein, Sie wären selbstgefällig. Sie sind nicht selbstgefällig, Sie berichten aus einem Paralleluniversum!

Sie haben gesagt, die Ergebnisse des Gipfels in Hangzhou würden den Erwartungen der EU vollständig gerecht. Das ist das Erbärmlichste, was man sagen kann, denn das heißt, business as usual ist für die EU gut genug. Wenn man von einigen kleinen Fortschritten absieht, wie zum Beispiel dem Stahlforum für Überkapazitäten, auf das schon hingewiesen worden ist, oder dass man jedenfalls die Kooperation beim Thema Green Finance nicht beerdigt hat, hat dieses Treffen in Hangzhou wenig Substanzielles gebracht.

Was es aber gebracht hat, ist die Einsicht, dass Europa bei einem solchen globalen Ereignis nur noch die zweite Geige spielt. Im Vorfeld dieses Gipfels ist viel darüber schwadroniert worden, wenn China die Entscheidung des UNCLOS Arbitration Panel nicht anerkenne, würde China als internationaler Paria behandelt. Es ist viel darüber geredet worden, dass Russland in die Ecke gestellt werden solle wegen der Rolle, die es zum Beispiel leider in der Ukraine und auf der Krim spielt. Fakt ist: Davon konnte beim Gipfel überhaupt nicht die Rede sein. China und Russland standen im Zentrum des Geschehens, während die EU auf der zweiten Bank saß. Und ich glaube, wir müssen anfangen, aufzuhören mit der Selbstzufriedenheit, dass business as usual für uns gut genug wäre, wenn wir daran etwas ändern wollen.

Die EU hat es nicht geschafft, das Klimaabkommen zu ratifizieren. Die Amerikaner und die Chinesen haben einen großen act daraus gemacht in Hangzhou. Das zeigt, wie sehr wir hinterherrudern, und Sie, Herr Kommissar, bringen genau die Geisteshaltung zum Ausdruck, die dafür sorgt, dass es nicht besser wird.

 
  
MPphoto
 

  David Borrelli, a nome del gruppo EFDD. – Signora Presidente, onorevoli colleghi, l'ultimo G20 tenutosi in Cina non ha prodotto quei risultati che tutti noi avremmo diritto di aspettarci da un tale incontro di vertice, né quelle decisioni che la gravità della situazione mondiale richiederebbe. Tuttavia, delle posizioni utili a camminare verso un progresso più vero e più condiviso sono emerse e in qualche caso si sono affermate.

Voglio sottolineare i pochi fattori positivi, anziché richiamare quelli problematici, che pur ci sono, soprattutto in termini di omissioni. Ritengo infatti che una realtà come l'Unione europea debba dimostrare una sua capacità progettuale e concreta per essere credibile nel mondo e quindi influire su esso. Vi è in primo luogo il sostegno alla lotta dei cambiamenti climatici. Ora, dopo le ratifiche dell'accordo di Parigi da parte dei principali inquinatori mondiali – penso agli Stati Uniti e alla Cina – l'Unione europea deve fare in modo che non solo tutti gli Stati membri provvedano rapidamente a tale atto ma influire affinché anche i paesi terzi coinvolti facciano lo stesso.

In quest'ottica va anche valutata l'iniziativa sulla green finance e la proposta di incanalare verso soluzioni energetiche pulite una quota significativa dei fondi oggi diretti ai combustibili fossili. In questo senso, ci aspettiamo che la Commissione dia concretezza al progetto di economia circolare. Anche la dichiarazione di costruire un sistema finanziario aperto e resistente che punti su una cooperazione internazionale sul piano della tassazione e della trasparenza finanziaria è un elemento da non lasciar cadere, occorre però che gli si dia concretezza con grande rapidità. Mi auguro che questo Parlamento voglia affrontare questi temi e che la Commissione lo faccia sin da subito con il piano di lavoro 2017.

 
  
MPphoto
 

  Janice Atkinson, on behalf of the ENF Group. – Madam President, at the recent G20 meeting my Prime Minister, Theresa May, expressed the UK’s determination to once again be a global leader in free trade. Now that the UK will soon unshackle itself from the EU, it will be able to reach out to its Commonwealth partners, which it could not do before, because of EU restrictions. Africa kept in poverty by aid from this place will instead be able to trade freely again with the UK. India and Australia, representing major markets, have already shown their interest in a free trade deal. China, another huge market, is equally ready to look into a free trade deal with my country. If even a tiny country such as Switzerland has a trade deal with China, then surely the UK can have one as well. And it will. All the while the EU has no trade deal with major markets around the world. You exclude Russia because of your stupid sanctions. I hope my country reopens trade negotiations with Russia and we will continue to have a good relationship with it.

The EU dictates the trade policies of European countries and, unsurprisingly, with meagre results, unless you believe that the few deals that it has managed to negotiate with countries such as Morocco, Papua New Guinea and Algeria are game changers. Of course you do have your secret TTIP negotiations – and how is that going, by the way? Your friend Obama tries to push through TTIP, and that mostly serves the interests of multinationals. It does not serve the people. TTIP will end up in the bin, as the French and German Ministers have already publicly announced that it is dead in the water.

I am not gloating over these failures, but I do want to point out that the EU has a bad track record and has failed the peoples of the EU. Member States have their hands tied behind their backs because an unelected Commission is deciding for you. I bet the UK will have a trade deal with all major economies across the globe before the EU and yes, even with the USA. Obama will soon leave office and a new US government will be more than happy to sign a trade deal with the UK, just like the rest of the world.

 
  
MPphoto
 

  Bruno Gollnisch (NI). – Madame la Présidente, que retenir du sommet du G20 en Chine? Il y avait pourtant beaucoup à dire dans le pays des excédents d'acier, des textiles à bas prix qui inondent les marchés mondiaux, avec les conséquences que l'on connaît ici en matière de suppressions d'emplois.

Le président chinois s'est élevé contre toute idée de protectionnisme ou de barrières commerciales. Il défend ses intérêts, mais nous défendons mal les nôtres.

Sur le plan écologique, on a fait grand cas de la signature de l'accord de Paris par les États-Unis et la Chine, mais on apprenait dans le même temps que la Turquie programmait la construction de 80 centrales à charbon et la Chine ne renonce pas à son plan de construction de centrales thermiques jusqu'en 2030.

La situation en Syrie n'a guère progressé, malgré le très fragile et très partiel cessez-le-feu qui est intervenu.

Au G20, on aura beaucoup communiqué, occupé le terrain. On a parlé morale, la main sur le cœur, on a voulu faire avancer la croissance et surtout lutter contre les populismes, comme Mme Grossetête s'en est, à l'instant, félicitée. Le problème, c'est que lutter contre les populismes, c'est de plus en plus lutter contre les peuples.

 
  
MPphoto
 

  Daniel Caspary (PPE). – Frau Präsidentin! Es ist schon interessant, zum einen das G20—Abschlussdokument zu lesen und zum anderen die Ausführungen von Rat und Kommission zu hören und sie mit der Realität in Einklang bringen zu wollen. Ich möchte dies nur an vier Beispielen aufzeigen: Seit Jahren wird in der G20 über die Frage von Steuergleichheit und Steuerfairness gesprochen. In der Europäischen Union kommen wir überhaupt nicht voran, und wenn wir nicht wenigstens eine Wettbewerbskommissarin hätten, die jetzt versucht, die Notbremse zu ziehen, weil die Mitgliedstaaten diesen unfairen Steuerwettbewerb immer noch nicht stoppen, dann wären wir auch in Europa noch keinen einzigen Schritt weiter. Von daher ist das, was Kommissarin Vestager macht, aus meiner Sicht zumindest ein kleines gutes Zeichen am Horizont.

Das zweite – Innovationen: Wir sprechen darüber, dass man Innovationen stärken soll. Wenn man sich dann in der Praxis aber anschaut, was wir in Europa machen: Wir sprechen über eine Stärkung von Innovationen zur Finanzierung des Juncker—Plans, nehmen dann Mittel aus dem Breitbandausbau in Europa raus und hängen damit die Räume, für die es besonders wichtig ist europäische Förderung zu bekommen, um nicht von der Zukunft abgehängt zu werden – nämlich unsere ländlichen Regionen – von der Entwicklung ab.

Das dritte, Strukturreformen: auch da viele, viele Erklärungen. Da ist es schade, dass in meinem Land etliche Strukturreformen, die vor zehn, fünfzehn Jahren gemacht wurden, zurückgenommen wurden, aber wenn ich mir andere Staaten anschaue – Frankreich und Italien –, ist zumindest mein Eindruck von außen, dass dort überhaupt keine Strukturreformen vorankommen, sondern faktisch Stillstand herrscht.

Und zum Thema Handel: Da sprechen wir über trade facilitation agreements, wir sprechen darüber, dass wir den Handel verbessern wollen, und sehen dann im Prinzip zeitgleich zu den G20—Gesprächen in China, wie unsere Mitgliedstaaten es schaffen, das gute Handelsabkommen zwischen der Europäischen Union und Kanada wirklich zu beschädigen, indem man es durch die Europäische Kommission zu einem gemischten Abkommen erklären lässt und überhaupt nicht vorankommt, dieses Abkommen weiter zu verhandeln, sondern ganz im Gegenteil; es wird von der Kommission hintertrieben.

Ich wünsche mir, dass nicht nur Erklärungen abgegeben werden, sondern dass versucht wird, diese Erklärungen wirklich in die Tat umzusetzen; hierbei versagt der Rat aus meiner Sicht vollkommen und die Kommission leider in vielen Bereichen.

 
  
MPphoto
 

  Victor Boştinaru (S&D). – Madam President, the G20 summit in Hangzhou was a successful one, and I would like to say a few words to congratulate China for the way it was organised and presided over.

The S&D Group certainly welcomes the decisions in key sectors such as fair taxation, the refugee crisis and terrorism, and also the commitments to solve the problem of over- production, especially in the steel sector. But, as we know, it is one thing taking a decision and a totally different one putting it into practice.

We are very happy about the stance taken by the Commission against Apple in Ireland because, for the S&D Group, fair taxation is a key element in a wealthy and competitive economy. It is evident, however, that, alongside the measures to be taken at EU level, we need to act globally in order to make sure that the rules are binding for all. This is where Europe should assume its own responsibility as an important actor in the international community.

One key message, deriving from the G20 summit and more generally from the global economic situation, is that we need more growth, and that we cannot expect only developing countries to be the ones leading the process. The EU needs to do more in order to re-launch growth in the economy and to create more jobs, with more flexibility and more investment.

The G20 was also an occasion for the US and China to ratify jointly – and I would underline the symbolic importance of that ‘jointly’ – the Paris Agreement on climate change. This is an area in which Europe had always taken the lead but, at least this time, the United States and China got there first. They are the two biggest world polluters, so maybe this is equally a sign of world change. Europe should draw its own lessons because no EU Member State has ratified the Paris Agreement, and this is once again the difference between nice speeches and the action which is so necessary for European citizens and for the survival of the European project.

 
  
MPphoto
 

  Νότης Μαριάς ( ECR). – Κυρία Πρόεδρε, το κυριότερο συμπέρασμα από τη σύνοδο των G20 είναι ότι οι παγκόσμιοι ηγέτες απέφυγαν να αντιμετωπίσουν την αναγκαιότητα για δίκαιη κατανομή του παραγόμενου πλούτου και για καταπολέμηση της φτώχειας και της ανεργίας που πλήττει τον πλανήτη. Η καταπολέμηση της παγκόσμιας φτώχειας γίνεται επιτακτική, όχι μόνο για λόγους ηθικής τάξεως, αλλά επίσης επειδή το χτύπημα της φτώχειας θα ενισχύσει σε τεράστιο βαθμό την ενεργό ζήτηση. Επιπλέον, πρέπει να αντιμετωπιστεί το φορολογικό ντάμπινγκ, η φοροδιαφυγή και η φοροαποφυγή των πολυεθνικών, καθώς επίσης και το παγκόσμιο χρέος, το οποίο έχει εκτοξευθεί στα ύψη. Οι G20 παρέπεμψαν στις καλένδες τα μέτρα για την προσφυγική κρίση και για την αντιμετώπιση των προβλημάτων της ευρωπαϊκής χαλυβουργίας. Για το προσφυγικό, το μόνο που έκαναν οι G20 ήταν να εκφράσουν απλά ευχολόγια, χωρίς όμως να αναλάβουν συγκεκριμένες δεσμεύσεις και να επωμιστούν το αντίστοιχο βάρος. Τέλος, αντί να λάβουν μέτρα για την προστασία της ευρωπαϊκής χαλυβουργίας και των εργαζομένων της, αποφάσισαν απλά τη δημιουργία ενός φόρου, και το ζήτημα της λήψης μέτρων κατά της Κίνας, η οποία δημιουργεί το πρόβλημα στην παγκόσμια χαλυβουργία, απλά παραπέμφθηκε στο μέλλον.

 
  
MPphoto
 

  Jasenko Selimovic (ALDE). – Fru talman! G20-toppmötet hade en väldigt ambitiös rubrik: På väg mot en innovativ, vital, sammankopplad och inkluderande världsekonomi. Jag var glad över att globala ledare förstod att dagens omfattande utmaningar kräver en sådan ambition.

Dessvärre stannade det goda vid rubriken. Slutdeklarationen innehåller inte ett enda bindande åtagande och är snarare ett bevis på att de 20 mäktigaste ekonomierna inte vet hur de ska komma överens om hur de ska lösa dagens utmaningar. För hur ska man annars tolka följande mening:

“We support efforts to promote voluntary knowledge diffusion and technology transfer on mutually agreed terms and conditions.”

Allvarligt talat! Inte ett enda ord överhuvudtaget om vem, när, hur, med vilka. Vi lever i en tid av enorm populism. Vi behöver desperat tillväxt för att röra oss från den främlingsfientliga fläck som vi har fastnat i. Vi behöver hantera flyktingkrisen, Syrien, Ryssland, klimatet, epidemier, rasism – och det enda som de 20 mäktigaste ekonomierna kommer överens om är voluntary knowledge diffusion. Seriöst!

Kolleger, G20-mötet demonstrerar avsaknaden av gemensamma nämnare och visar att EU- och G20-ledarna inte är vuxna uppdraget. Då är det inte så konstigt att väljarna röstar på populister som lovar guld och gröna skogar. Vi behöver konkreta åtgärder, mätbara resultat, rimliga och genomtänka svar på dagens utmaningar och beslutsamhet att bemöta dem. Det är bara så man kan vinna väljarnas förtroende.

 
  
MPphoto
 

  Miguel Viegas (GUE/NGL). – Senhora Presidente, esta reunião do G20 – mais uma –representa um verdadeiro hino à hipocrisia. Perplexos perante os resultados desastrosos das suas políticas, os países do G20, representando mais de 80 % da riqueza mundial, propõem-nos mais uma tentativa para resolver a quadratura do círculo.

Desta forma, procura-se conciliar o crescimento económico, a desregulamentação do comércio internacional e as questões climáticas, tudo devidamente embrulhado com justiça social. Naturalmente estas piedosas declarações poderão iludir muita gente durante algum tempo, mas não poderão enganar toda a gente para todo o sempre.

A instabilidade financeira, a corrupção, as desigualdades sociais e o próprio aquecimento do planeta representam outras tantas faces das políticas neoliberais ao serviço do grande capital internacional.

Não serão dois ou três ou até vinte países ricos a resolver os problemas da humanidade, serão os povos em luta na construção de uma alternativa progressista e anticapitalista, capaz de dar resposta aos graves problemas do planeta em benefício dos trabalhadores e dos povos e não em favor de um punhado reduzido de multimilionários.

 
  
MPphoto
 

  Patrick O'Flynn (EFDD). – Madam President, it is good that countries meet to talk things through. It is even good that the EU – for so long as it exists – tags along for the ride. But let us be clear: summits in China are not going to solve the key problems facing Europe, namely economic stagnation and the social disruption caused by uncontrolled, irregular and large—scale immigration from Africa and Asia.

So long as the euro remains, growth across its members will be weak. We have had 15 years to find this out and every year provides us with more evidence. On migration, Mrs Merkel seems to expect all the Schengen countries to clear up her mess, and Mr Juncker thinks national borders should be abolished altogether. The EU’s representatives will keep going to G20 summits but every year they will be pushed a little further out to the fringes in the family photograph. The awkward truth is that, with every passing year, the failing EU and its members count for less in the world.

Mr Moscovici is right to say that the UK will remain a decisive European country in the years ahead. I very much hope that it can be a beacon for Europe, encouraging other European countries to take back control of their politics at a national level and make good use of the extra social solidarity that the nation-state provides. Only by harnessing this can European voices command the influence in the world that our great continent deserves.

 
  
MPphoto
 

  Barbara Kappel (ENF). – Frau Präsidentin, Herr Kommissar, geschätzter Vertreter des Rates! Am 4. und 5. September fand das 11. Treffen der Regierungschefs der Gruppe der 20 wichtigsten Industrie- und Schwellenländer in Hangzhou in China statt. Im Zentrum der Beratungen stand der Aufbau einer innovativen, gestärkten, vernetzten und inklusiven Weltwirtschaft. Gefordert wurde ein Aktionsplan zur Ankurbelung der schwachen Weltwirtschaft. Dieser Aktionsplan wird dringend notwendig sein, wenn wir sehen, dass in Europa die Investitionen immer noch nicht das Vorkrisenniveau erreicht haben, wir allein in Europa eine Investitionslücke von 400 Milliarden Euro haben und Eurostat das europäische Wachstum jetzt für das erste Halbjahr 2016 wieder zurückstufen musste.

Mittels des sogenannten Hangzhou-Konsenses soll nun ein inklusiveres Wachstum basierend auf besserer makroökonomischer Koordinierung, offenem Handel und Innovation erreicht werden. Ein Schwerpunkt liegt auf der Digitalisierung. Ja, das sind die richtigen Schwerpunkte. Konkreter scheint mir aber die Einrichtung des weltweiten Stahlforums, das beschlossen wurde und das bereits im kommenden Jahr ganz konkrete Maßnahmen vorlegen soll.

Ebenso hat sich die Konferenz zur Umsetzung der Klimaschutzziele verpflichtet. China und die Vereinigten Staaten haben hier sicher das Highlight gesetzt, indem sie sich dazu verpflichtet haben, die Klimaschutzziele von Paris zu vereinbaren. Das ist das Highlight, da hat man den Europäern die Show gestohlen. Das ist aber auch wichtig. Positiv ist auch die Einschätzung der Green Finance, der Kampf gegen die Steuerflucht und insbesondere gegen intransparente Steueroasen. Eine Liste soll es nächstes Jahr beim G20-Gipfel geben. Ich hoffe, man schafft diese Liste; bisher ist es nicht gelungen. Schauen wir, was die Zukunft bringt.

 
  
MPphoto
 

  Ελευθέριος Συναδινός ( NI). – Κυρία Πρόεδρε, η σύνοδος κορυφής των ηγετών των 20 ανεπτυγμένων χωρών πραγματοποιήθηκε στον απόηχο τριών σημαντικών γεγονότων: του «Brexit», της προσέγγισης Ρωσίας-ΗΠΑ και του αποτυχημένου πραξικοπήματος στην Τουρκία. Η Ρωσία, οι ΗΠΑ, η Αυστραλία και η Κίνα εξέφρασαν την πρόθεσή τους για οικονομική και εμπορική συνεργασία με τη Βρετανία. Ως Ευρωπαϊκή Ένωση, πρέπει να προσέξουμε, και απευθύνομαι κυρίως στη διαπραγματευτική ομάδα: αν η Ένωση τηρήσει εκδικητική στάση στις διαπραγματεύσεις – και αναφέρομαι κυρίως στη Γερμανία – τότε θα περάσει αρνητικό μήνυμα στις υπόλοιπες χώρες της Ένωσης και, κυρίως, στον υπόλοιπο κόσμο.

Οι ΗΠΑ και η Ρωσία προχωρούν σε συνεργασία για την καταπολέμηση της τρομοκρατίας, ενώ ο Πούτιν και η βρετανίδα Πρωθυπουργός May συμφώνησαν σε ανάπτυξη των διμερών εμπορικών και στρατηγικών σχέσεων. Είναι λοιπόν καιρός να καταργηθεί το καθεστώς κυρώσεων στη Ρωσία, το οποίο μόνο προβλήματα δημιουργεί στις εξασθενημένες οικονομικά χώρες της Ένωσης. Τέλος, όσον αφορά την Τουρκία, πρέπει πλέον να της επιβληθούν αυστηρές κυρώσεις, ιδίως μάλιστα μετά από τις απειλές του Ερντογάν να απελευθερώσει ροές λαθρομεταναστών και προσφύγων. Ο Πρόεδρος του Ευρωπαϊκού Συμβουλίου, κύριος Tusk, δήλωσε ότι η Ευρώπη δεν έχει άλλες δυνατότητες να υποδεχθεί νέα κύματα μεταναστών. Είναι εκβιασμός λοιπόν να ζητάει ο Ερντογάν όλο και περισσότερα από την Ένωση, αλλά είναι κυρίως ανοησία οι Ευρωπαίοι ηγέτες να υπομένουν τέτοιο εξευτελισμό επιδεικνύοντας υποχωρητικότητα.

 
  
MPphoto
 

  Gunnar Hökmark (PPE). – Madam President, the G20 meeting was held at a time that is more uncertain and more risk-laden than we have seen for decades. It could have been an important meeting in this perspective, but very little came out of it. And what came out of it did so because all the crucial problems that the global world order is facing were avoided. Nothing was really said about Syria, with its global impact not only on refugees but also on stability and security. Nothing was said about Ukraine, with the breaking of international law and international agreement that is undermining the rules underpinning world stability. Nothing was said about the need to fulfil Western sanctions against Russia, which is breaking international rules.

The conflicts on the islands in the South China Sea were also avoided, as were, in reality, the issues about obligations for the countries to fulfil to combat climate change. Nothing was said, either, about the need to enhance legal certainty for investments in the global order. We are today facing the undermining of respect for international rules. We see this very much in Russia and in China, who say they will not follow international court decisions. The next time there is a G20 meeting it will be important for the European Union to take the lead in restoring legal certainty and respect for international rules, because otherwise these meetings have no real meaning.

(The speaker agreed to take a blue-card question under Rule 162(8))

 
  
MPphoto
 

  Ангел Джамбазки (ECR), въпрос, зададен чрез вдигане на синя карта. – Г-жо Председател, уважаеми колега, не смятате ли, че на тази среща трябваше да се обърне повече внимание на ролята на диктаторския режим в Турция в имигрантската криза? И не смятате ли, че трябваше да се обърне повече и време, и да се постави въпросът за санкции за Турция, която така, както Русия анексира част от Украйна, за втори път анексира територии от суверенна държава? Напомням: анексът на Кипър и сегашното нахлуване на въоръжените сили на Турция в Сирия.

 
  
MPphoto
 

  Gunnar Hökmark (PPE), blue-card answer. – I think it could have been a good idea also to mention what has happened in Turkey in two ways: first of all, to strongly react against any sort of attempt to have a coup d'état, because what could have followed that would have been a civil war with a real disaster, even more than the disaster we are facing. Secondly, I think the importance of Turkey coming back to full respect for civil society and independence could have been stressed. I think both things should have been said, but the G20 avoided things that were crucial and I do not think that, in the time we are living in, we can avoid the complicated issues. We need to deal with them, hopefully together, but at least together with democratic nations.

 
  
MPphoto
 

  Tibor Szanyi (S&D). – Elnök Asszony, szeretnék köszönetet mondani Tusk elnök úrnak, amiért fölhívta a G20 résztvevőinek figyelmét a tevőleges szolidaritás igényére. Hiszen az Európára nehezedő migrációs nyomás okai globálisak, és ennélfogva a megoldásoknak is globálisaknak kell lenniük. Bár azért nehéz dolgunk van, hiszen magán az Európai Unión belül is vannak olyan tagországok, amelyek nem nagyon akarják kivenni a részüket ennek a problémának a kezeléséből, illetve a megoldásából. A másik köszönet Juncker elnök úrnak jár, hiszen nagyon elokvens módon figyelmeztette a résztvevőket, pontosabban a kínai vendéglátókat, az EU tagállamaiba irányuló kínai acélexport visszásságai kapcsán. Úgy gondolom, hogy az európai munkahelyek védelmében nagyon jó szolgálatot tett.

Végezetül pedig szeretném azt is fölvetni, hogy bár pont a tanácskozás idejére vagy a köré esett Kínának a csatlakozása a párizsi klímamegállapodásokhoz, az elkövetkezendő G20-ak alkalmával – úgy gondolom – nagyobb, még nagyobb és folyamatos figyelmet kell biztosítani annak érdekében, hogy az európai akaratokat – miszerint a fosszilis energiahordozókat, hacsak lehet a föld alatt hagyjuk – képviselni tudjuk.

 
  
MPphoto
 

  Bernd Lucke (ECR). – Frau Präsidentin, meine Damen und Herren! Dieser Gipfel hat in mehrfacher Hinsicht zu kurz gegriffen. Einiges ist schon erwähnt worden: Er greift zu kurz im Bereich des Freihandels, wenn nicht auch darüber geredet wird, dass der Freihandel gerade auch von vielen europäischen Politikern nicht etwa verteidigt, sondern immer wieder in Frage gestellt wird. Er greift zu kurz, wenn mehr Staatsausgaben gefordert werden, ohne darauf hinzuweisen, dass wir große Probleme dabei haben, die Überschuldung der Staaten zu bekämpfen, die diese Staatsausgaben finanzieren sollen.

Er greift aber auch zu kurz, wenn über den Terror und die Bekämpfung des Terrors geredet wird, ohne über die geistigen Grundlagen des Terrors zu reden und darüber, dass es dringend erforderlich wäre, die Ausbreitung radikalen gewaltbereiten islamistischen Gedankengutes stark zu bekämpfen – in allen Ländern der Welt und insbesondere in muslimischen Ländern der Welt, die dem zum Teil wehrlos ausgesetzt sind, die dem Angriff dieser salafistischen und wahhabitischen und fundamentalistischen und den Taliban oder dem IS nahestehenden Richtungen des Islam nichts entgegenzusetzen haben – nichts entgegenzusetzen haben in den sozialen Medien, nichts entgegenzusetzen haben in der Sozialarbeit, die von diesen radikalen Organisationen zum Teil vorbildlich betrieben wird.

Hier muss deutlich gemacht werden, dass der Westen auch eine Antwort hat für gläubige Menschen, die ein konservatives Weltbild haben, die aber nicht gewaltbereit sein wollen und die sich diesen Angriffen auf ihre Religion verschließen wollen.

 
  
MPphoto
 

  Νικόλαος Χουντής ( GUE/NGL). – Κυρία Πρόεδρε, στα συμπεράσματα της συνόδου κορυφής των G20 επαναλαμβάνονται η πίστη στα δόγματα της νεοφιλελεύθερης παγκοσμιοποίησης και η υπόσχεση - τα ευχολόγια - ότι αυτή η παγκοσμιοποίηση θα λειτουργήσει σε όφελος όλων των λαών, όλων των χωρών. Γίνεται μια απεγνωσμένη προσπάθεια να αποκρυφτούν οι ευθύνες για την προσφυγική κρίση, για την αστάθεια στη Μέση Ανατολή, για τα οικονομικά προβλήματα, για τη φτώχεια, για τη φτώχεια σε πλούσιες και φτωχές χώρες, για την περιβαλλοντική κρίση.

Κύριε Moscovici, τα μεγάλα προβλήματα της παγκόσμιας οικονομικής κρίσης είναι κυρίως ευρωπαϊκά προβλήματα. Αιτία γι’ αυτό είναι οι δικές σας πολιτικές: οι πολιτικές της λιτότητας, της δημοσιονομικής πειθαρχίας, της περικοπής των δημόσιων επενδύσεων και των δημόσιων δαπανών, της αναπαραγωγής της ανεργίας και της διαρροής εγκεφάλων από τις φτωχές χώρες προς τις πλουσιότερες. Αυτή είναι η πολιτική την οποίαν εισπράττει και η Ελλάδα των μνημονίων, με χαρακτηριστικότερο παράδειγμα τις μνημονιακές πολιτικές που οδηγούν σε αυτά τα αποτελέσματα. Τα ευχολόγια λοιπόν των G20 και της Ευρωπαϊκής Ένωσης, κύριε Moscovici, περί εξανθρωπισμού του καπιταλισμού δεν πείθουν πια κανέναν.

 
  
MPphoto
 

  Udo Voigt (NI). – Frau Präsidentin! Werte Kolleginnen und Kollegen, wir haben hier einen tollen Bericht gehört, der alles schöngefärbt hat. Es wird gesprochen von gerechtem Freihandel, gerechtem Wachstum für alle; niemand soll künftig mehr auf der Strecke bleiben. Werte Kolleginnen und Kollegen, wenn niemand mehr auf der Strecke bleibt, haben wir ja alles gelöst. Dann haben wir auch kein Migrationsproblem mehr, und dann haben wir ja gerechten Handel, gerechtes Wachstum für alle.

Sie fordern, dass in der Flüchtlingskrise mehr Solidarität kommt. Wo ist denn diese Solidarität? Auf der einen Seite wird Frontex statt zur Grenzschutzagentur zum Fährdienst für Migranten umformiert, und auf der anderen Seite macht Australien genau das Gegenteil: Sie retten die Migranten und bringen sie zum entsprechenden Ausgangspunkt zurück. Haben Sie denn auch mit den USA gesprochen, die verantwortlich sind für diese ganzen Migrationsströme? Wie viele Millionen Flüchtlinge nehmen denn die Vereinigten Staaten von Amerika auf?

 
  
MPphoto
 

  Cristian Dan Preda (PPE). – Madame la Présidente, je souhaiterais tout d'abord saluer les conclusions du dernier sommet du G20, car l'accent a été mis sur plusieurs éléments qui sont d'une importance stratégique pour l'Union.

Je voudrais insister tout d'abord sur la question du développement et la nécessité de mettre en œuvre efficacement les objectifs de l'agenda 2030. Comme je suis le rapporteur du Parlement sur la cohérence des politiques au service du développement, j'ai été ravi de voir que la question de la cohérence politique pour un développement soutenable a été mentionnée dans les conclusions. Je crois que l'Union a un rôle-clé à jouer pour promouvoir ce concept de la CPD, de la cohérence des politiques au service du développement, et ce forum a été une belle opportunité.

Un autre point est la question des réfugiés. Nous avons été frappés plus durement que d'autres par la crise des réfugiés, et quand il s'agit de cette question, il faut s'efforcer de travailler avec les autres partenaires pour déterminer les causes profondes de la crise, et les causes profondes sont aussi des causes politiques. Il ne faut pas oublier que les réfugiés viennent de régimes qui ne sont pas démocratiques et qui sont très loin de l'état de droit, et la coopération doit donc s'engager sur ce point.

Dans ce contexte, il est un peu triste de voir que la Russie est de retour sur la scène internationale. Elle est acceptée comme un partenaire normal, même si, comme on le sait, la Crimée est toujours occupée. La Russie continue à violer ouvertement le droit international, et on en voit les effets. Les séparatistes sont encouragés. En Transnistrie, il y a trois jours, le chef de la prétendue république de Transnistrie vient de demander l'adhésion de la Transnistrie à la Russie sur la base d'un référendum tenu il y a dix ans. Nos actes ont toujours des conséquences et il importe de rappeler que la Russie est un très mauvais partenaire du point de vue du droit international et, effectivement, de l'état de droit.

 
  
MPphoto
 

  Agnes Jongerius (S&D). – Ik denk dat je kunt zeggen dat de uitkomst van de G-20 enerzijds bemoedigend was, maar anderzijds ook zeer teleurstellend. Want ja, het ging heel veel over groei en banen, maar de oplossingen in de verklaringen van de G-20 zijn toch heel veel “business as usual”: supply-side economics, een strikt budgettair beleid en heel veel nadruk op hervormingen, terwijl de wereld wanhopig zit te wachten op het tegenovergestelde, namelijk vraag, vraag en nog eens vraag. De wereldeconomie kampt met een vraagtekort. De lage rentes en de grote tegoeden bij overheden en bij bedrijven dienen daarom ingezet te worden om de echte economie te stimuleren. Het is zo enorm jammer dat dat vorige week over het hoofd gezien is. Investeringen, zowel publiek als privaat, en ruimte voor loonstijging zijn heel hard nodig. Ik hoop dan ook van harte dat aanstaande vrijdag in Bratislava daar wel een open oog voor is.

 
  
MPphoto
 

  Zoltán Balczó (NI). – Elnök Asszony, az Európát sújtó népvándorlás megállítása nem lehet csupán európai feladat, ahogyan a létrejöttében is súlyos felelőssége van a globális szereplőknek – mindenek előtt az Egyesült Államoknak. Ezt kellett volna érvényesíteni az EU-nak a G20-ak találkozóján. Idézek a Tanács és a Bizottság elnökének közös leveléből: „felhívást fogunk intézni a részt vevő felekhez a humanitárius támogatások növelése, a migránsok áttelepítésének fokozása érdekében”. Ugyanakkor Donald Tusk kijelentette: „Európa lassan eléri kapacitásának határát a menekültek befogadása terén”. Nos, a valósághoz ez az állítás áll közelebb. Ideje lenne annak, hogy az európai országok vezetői, élükön Angela Merkellel, kiemeljék a fejüket a homokból, és szembenézzenek a lakosság többségi akaratával. Meg akarjuk védeni európai identitásunkat és európai kultúránkat!

 
  
MPphoto
 

  Milan Zver (PPE). – V zanimivi razpravi smo slišali, da je bil vrh skupine G20 le deloma uspešen.

Voditelji so se sicer dogovorili glede novih ukrepov v boju proti utaji davkov, Združene države Amerike in Kitajska sta se sporazumeli o ratifikaciji pariškega sporazuma o podnebnih spremembah, voditelji so pokazali rumeni karton kitajskemu dampingu v jeklarski industriji, ponovno so pokazali zavezanost svetovni trgovini in prostotrgovinskim sporazumom. Kaže tudi, da sta ZDA in Rusija dokončno prevzeli odgovornost za premirje v Siriji.

Zagotovo pa vrh ni bil posebno uspešen za novo premierko Združenega kraljestva. Na njem je namreč ameriški predsednik Obama novi britanski premierki Mayevi ponovno sporočil, da Velika Britanija ne bo imela privilegijev pri pogajanjih za nov trgovinski sporazum z ZDA, niti ZDA ne nameravajo spreminjati svojih tradicionalnih zunanjepolitičnih prioritet. Poudaril je, da je ena glavnih prioritet Amerike čezatlantsko partnerstvo z Evropsko unijo.

Kmalu potem je celo japonska vlada predala Mayevi študijo, v kateri ugotavljajo, da bodo številna japonska podjetja prisiljena seliti svoje sedeže iz Združenega kraljestva v druge članice Evropske unije, v kolikor Britanci ne ostanejo člani enotnega trga.

No, kljub temu pa je G20 prinesel nekaj morda manj vidnih sporočil. To je močnejšo zavezanost dvajseterice k prosti trgovini in s tem v zvezi boj proti različnim oblikam protekcionizma. To se zagotovo nanaša na Kitajsko in zveni tudi kot svarilo morebitni spremembi kursa po volitvah v ZDA.

Nov gospodarski zagon mora temeljiti na inovativnosti in pravičnosti, gospodarska rast pa naj bo inkluzivna. Ta sporočila vrha G20 so dobra.

Upam, da bodo rezultati tega vrha spodbudili Evropsko unijo, da pospeši sprejemanje prostotrgovinskih sporazumov s Kanado in ZDA.

 
  
MPphoto
 

  Hugues Bayet (S&D). – Madame la Présidente, Monsieur le Commissaire, même le G20 s'éloigne un peu plus maintenant du dogme de l'austérité et appelle à recourir à l’investissement public pour relancer la croissance.

L'Europe a en effet un besoin criant d'investissements publics puisqu’ils n’ont plus été aussi faibles depuis des décennies, alors même que les taux d'intérêts sont historiquement bas. Je pense que c'est un combat important, car l'investissement public, c'est un gage d'emplois de qualité et de progrès social pour tous, mais c'est aussi un soutien indispensable à l'économie réelle.

C'est aussi parfois un palliatif à la fuite, voire à la lâche désertion du secteur privé. Le dernier exemple en date, c'est le brutal licenciement boursier de Caterpillar à Gosselies en Belgique, où plus de 5 000 emplois ont été perdus en quelques minutes. Il n’y a rien d'économique là-dedans, c'est juste quelques milliers de familles qui sont sacrifiées pour remplir les poches de quelques nantis avec de plantureux dividendes. Ajoutons au passage que, depuis 15 ans, Caterpillar prive les recettes publiques belges de plusieurs millions d'euros en rapatriant ses bénéfices en Suisse. Pourtant le G20 demande aussi de lutter efficacement contre les paradis fiscaux.

Caterpillar est donc devenu un peu le symbole de ce qui ne va pas en Europe, et, si l'Europe n'est pas capable dans l'urgence d'évoluer vers plus de justice sociale et fiscale, ses citoyens lui tourneront définitivement le dos, et je pense qu'ils auront raison.

 
  
MPphoto
 

  Josef Weidenholzer (S&D). – Frau Präsidentin! Solche Gipfel wie der G20-Gipfel sind eigentlich grundsätzlich problematisch. Es werden im Vorfeld große Erwartungen genährt, die dann nicht erfüllt werden können, und sie zeigen auch, dass vieles von dem, was wir in Europa als vorrangig betrachten, auf globaler Ebene nicht als wirklich wichtig erachtet wird, vor allem dann, wenn man sich vorher selber schwächt wie beim Referendum über den Brexit.

Aus europäischer Sicht gibt es neben der sehr oberflächlichen und keineswegs innovativen Behandlung der wirtschaftlichen Rahmenbedingungen vor allem drei Mängel: Migration wurde nur vage andiskutiert; vor allem mangelt es an gemeinsamen Absichten, die Flüchtlingskrise zu lösen. Ähnliches trifft auf die Bekämpfung des Terrorismus zu, wo Maßnahmen gegen Geldwäsche und illegalen Waffenhandel vorrangig wären. Wenn das nicht gelingt, dann gleicht unsere Arbeit der des Sisyphus. Und schließlich wurde ein Bereich, der zu den Stärken der EU zählt, der digitale Sektor, fast vollständig ausgespart. Nachhaltiges Wachstum muss sich vor allem dieser Thematik zuwenden.

 
  
MPphoto
 

  Francisco Assis (S&D). – Senhora Presidente, Senhor Comissário, mesmo que destas cimeiras não saiam soluções, no imediato, de que o mundo precisa, é já importante que as grandes potências consigam, pelo menos, consensualizar um diagnóstico acertado dos principais problemas que se colocam ao mundo.

Nesta cimeira, os líderes do G20 perceberam que o mundo enfrenta o regresso dos discursos nacionalista e protecionista. Seduzidas por tais discursos, as populações de diversos países estão a apontar a globalização como o principal culpado das dificuldades laborais e sociais que as afetam. Ora, no seu comunicado final, os líderes do G20 dispõem-se a lutar contra o protecionismo e a eliminar obstáculos ao comércio e ao investimento internacional, reconhecendo, no entanto, o que é importante, que a globalização não é um fenómeno homogéneo.

Nos países em desenvolvimento e nas economias emergentes, a globalização está ligada, nos últimos anos, a progressos no campo da redução da pobreza, do aumento da esperança média de vida e da redução da mortalidade infantil, entre outros. Mas nos países desenvolvidos, tem tido alguns efeitos adversos ao nível, por exemplo, da precarização do trabalho e da evasão fiscal.

O comunicado final reconhece os benefícios da globalização e que estes têm de ser amplamente partilhados. Mas um comunicado não substitui um plano, e faltou um compromisso claro em torno das medidas de regulação global capazes de neutralizar as dificuldades que a globalização também tem provocado e relançar o crescimento.

 
  
MPphoto
 

  Sergio Gaetano Cofferati (S&D). – Signora Presidente, onorevoli colleghi, signor Commissario, Le confesso che mi sarei aspettato conclusioni migliori da parte della discussione del G20. Va bene dire che bisogna far crescere l'economia e prendere atto che, senza una crescita diffusa e uniforme, i problemi drammatici di carattere sociale ed economico che il mondo sta attraversando non si risolverebbero, però bisogna fare anche proposte che siano coerenti con l'assunto e queste proposte non ci sono.

Per avere una crescita sostenibile, bisogna avere norme ambientali rigide da rispettare. Queste non ci sono, e il rispetto delle norme esistenti, con Lei sa, è molto lasco. In secondo luogo, bisogna avere una politica economica fondata su una comune politica fiscale. Riguardo alle cose di cui Lei si occupa, io apprezzo molto il Suo lavoro, però bisogna dire che nel mondo l'attenzione alle politiche fiscali è molto bassa. La competizione tra la qualità dei prodotti e i sistemi produttivi è stata sostituita dalla competizione basata sul non far pagare tasse.

Credo che occorra cambiare radicalmente questa direzione e l'Europa può dare il buon esempio risolvendo i problemi dei quali Lei si sta occupando.

 
  
MPphoto
 

  Elly Schlein (S&D). – Signora Presidente, onorevoli colleghi, le conclusioni del G20 in materia di immigrazione sembrano una semplice presa d'atto della gravità della crisi e un inutile esercizio retorico. Si è preferito rinviare invece di intervenire con soluzioni concrete.

È assurdo che al tema dell'immigrazione sia stato dedicato solo 1 paragrafo su 48 (c'è da chiedersi in che mondo vivano i leader del G20!), un paragrafo che molti, tra cui Amnesty, hanno definito ipocrita perché la richiesta di una condivisione maggiore degli oneri da parte di paesi che non si assumono per primi le proprie responsabilità suona come un appello vuoto e ridicolo.

Attualmente solo 27 paesi nel mondo hanno programmi regolari per il reinsediamento dei rifugiati e appena 9 di questi fanno parte del G20. E non mi convince nemmeno Tusk, che dice che l'Europa sta arrivando al limite: l'86% delle persone sfollate si trova nei paesi in via di sviluppo. Ma di cosa stiamo parlando? Saremmo più credibili nel chiedere un maggiore sforzo di condivisione globale se intanto dessimo l'esempio facendolo al nostro interno.

 
  
MPphoto
 

  Monika Flašíková Beňová (S&D) – Stretnutie lídrov G20 v Číne bolo plné dôležitých tém a dobrou správou je, že lídri sa na mnohých veciach dohodli. Za ekonomickými a obchodnými témami aj napriek tomu, že išlo o stretnutie najvýznamnejších svetových politikov, však musí byť vidieť zlepšenie života ľudí nielen v ekonomicky vyspelých krajinách, ale na celom svete, pretože práve zlepšovanie sociálnych podmienok a kvality života má významný dopad aj na globálne témy, ktorými sú napríklad už spomínaná migrácia či udržateľnosť svetového hospodárstva a globálneho obchodu. Za veľmi dôležitú oblasť tiež považujem boj proti daňovým únikom, ktoré ožobračujú naše štátne rozpočty o množstvá miliárd eur, ale aj riešenie naliehavých diplomatických otázok najmä vo vzťahu k Turecku, ktoré je pre Európsku úniu veľmi dôležité aj z pohľadu riešenia migračnej krízy. Napriek niektorým všeobecným deklaráciám a dohodám však aj po tomto samite ostáva akýsi zvláštny pocit, ako keby každý z lídrov hovoril viac individuálne za svoju krajinu ako za celé Spoločenstvo.

 
  
MPphoto
 

  Catherine Stihler (S&D). – Madam President, the recent G20 Summit in Hangzhou saw several notable outcomes in steel dumping, tax avoidance and the refugee crisis. However, it was the comments made to my own country, the United Kingdom, which were chilling. With the focus of the meeting on economic growth, trade and investment, and with the UK’s decision to exit the EU, until that exit is concluded, uncertainty will exist in all of these areas. We do not even know, almost three months on since the referendum result, whether the UK’s negotiating position will prioritise access to the EU single market, a single market critical to the health of the British economy, critical to British jobs and, I would say, critical to Britain’s national interest.

And then there were the comments made by President Obama that a trade deal between the US and the EU will be a priority over any trade deal with the UK, followed by the warning from the Japanese that their firms could pull out of the UK if there was no single market access. I urge the British Government to listen, to take action, and to ensure that Britain can maintain what it has in accessing 500 million consumers in 27 different countries with one single set of rules, ensuring certainty for business and the highest standards for consumers.

 
  
MPphoto
 

  Georgi Pirinski (S&D). – Thank you Madam President. By all accounts, this year’s G20 summit was dominated by a new and overriding awareness. The rising anger of people at the ravages that present-day neoliberal globalisation has caused in their lives. Media reports have claimed that Australian Prime Minister Turnbull actually called on leaders to ‘civilise capitalism.’

Some of this awareness has found its way in the final communiqué, which states: ‘quality employment is at the centre of the G20’s domestic and global agenda, together with reducing inequalities and promoting inclusive labour force participation.’ These precisely are the Big Issues (in capital letters) that President Junker and his Commission must directly tackle with the utmost urgency and full priority, or see the European project disintegrate under the tidal wave of widespread and completely justified popular protest.

 
  
MPphoto
 

  Carlos Zorrinho (S&D). – Senhora Presidente, as declarações dos líderes e os comunicados oficiais da recente Cimeira do G20 indiciam um bom diagnóstico dos problemas que afetam o atual quadro de globalização desregulada. Deixam também perceber um bom entendimento sobre as soluções, reforçar a agenda de crescimento, aumentar a transparência, garantir a equidade territorial no impacto nas relações económicas, resolver as questões que multiplicam as crises de refugiados e os fluxos migratórios não sustentáveis, lutar contra o terrorismo e responder aos desafios das alterações climáticas.

Num mundo em que as desigualdades se aprofundam cada vez mais e as pessoas são cada vez mais instrumentalizadas, a agenda proclamada pelo G20 aumenta a responsabilidade de quem a subscreve. É preciso concretizá-la e, por isso, nós, na União Europeia, temos de dar o exemplo, colocando estas prioridades na nossa agenda. Aumenta assim a expectativa em relação ao discurso que amanhã será aqui proferido pelo Presidente da Comissão.

Depois de as políticas de austeridade cega terem empobrecido e enfraquecido a União, os abutres populistas e nacionalistas sobrevoam agora a sua possível presa. Mas quando olhamos para a agenda do G20, vemos que essa é uma agenda em que só uma União Europeia unida, cooperante e solidária pode vencer. O caminho é claro, comprometemo—nos com um caminho. Façamo-lo portanto, acontecer.

 
  
 

Pyynnöstä myönnettävät puheenvuorot

 
  
MPphoto
 

  Laima Liucija Andrikienė (PPE). – Ačiū. Kolegos, galime pasidžiaugti, kad G20 susitikimas Kinijoje įvyko. Deja, tenka pastebėti, kad jis nepasižymėjo svarbiais susitarimais ir sprendimais. Kas iš tiesų galėtų džiaugtis rezultatu – tai jo šeimininkė, Kinija, kuri išnaudojo G20 formatą kaip dar vieną progą pareklamuoti Pekino ekonominį pasaulio modelį, „One belt, one road“ strategiją, deatlantizacijos strategiją. Tuo metu Kanada pasiprašė priimama į AIIB, Azijos infrastruktūros investicijų banką, ir dabar iš didžiųjų valstybių tik JAV ir Japonija nėra įsijungusios į šią Kinijos vadovaujamą kredito instituciją. Europos Sąjunga, kamuojama daugybės problemų, neskiria pakankamo dėmesio OBOR strategijai ir galimoms jos pasekmėms. Baigdama noriu pasidžiaugti, kad baigiamajame komunikate nemažai vietos skiriama ir AMR, antimikrobakterinio atsparumo problemos sprendimui, kad siekiama į sprendimą įjungti Pasaulio sveikatos organizaciją, FAO – Jungtinių tautų Maisto ir žemės ūkio organizaciją, EBPO, apskritai iškelti šią problemą iki Jungtinių Tautų lygio.

 
  
MPphoto
 

  Ivan Jakovčić (ALDE). – Gospođo predsjedavajuća, mnogo je tema bilo na meniju sastanka G20 i treba jednostavno reći da su dvije teme, koje su ustvari međusobno potpuno isprepletene, a to su tema migracija i izbjegličke krize i tema ekonomskog rasta, za mene bile zaista ključne teme.

Mogu reći da, na neki način, ohrabrujuće poruke dolaze sa sastanka G20. Uostalom i sama činjenica da se G20 bavi migrantskom krizom pokazuje ozbiljnost i zrelost u ovom trenutku. S druge strane, ekonomski rast je povezan s onim što znači migrantska kriza, pogotovo kada govorimo o Africi, i potpuno jasno daje do znanja što nam treba narednih godina činiti.

Ja mislim da upravo u ovom slučaju Europska unije mora pokazati svoju snagu i jedinstvo, jer inače, ako ne bude konkretnih poteza i konkretnih rezultata, mnogo toga će ići krivim putem, a to nam sigurno ne treba.

 
  
MPphoto
 

  Γεώργιος Επιτήδειος ( NI). – Κυρία πρόεδρε, κατά την σύνοδο κορυφής των ηγετών των είκοσι περισσότερο ανεπτυγμένων χωρών, δηλαδή των G20, αποφεύχθηκε επιμελώς η εξέταση σοβαρών προβλημάτων τα οποία αντιμετωπίζει η διεθνής κοινότητα όπως, το προσφυγικό, η παράνομη μετανάστευση, καθώς επίσης και οι συνέπειες του πολέμου της Συρίας. Πώς όμως θα ήταν δυνατόν να γίνει αυτό όταν μεταξύ των είκοσι αυτών ηγετών υπάρχουν και οι κύριοι υπεύθυνοι όλων αυτών των προβλημάτων και ανάμεσά τους, βεβαίως, και ο Πρόεδρος της Τουρκίας, χώρα η οποία, με την ανοχή όλων, αυθαιρετεί και γίνεται κίνδυνος για την ειρήνη, τουλάχιστον, στη Μέση Ανατολή. Δεν δόθηκε όμως πειστική απάντηση και σε ορισμένα οικονομικά προβλήματα όπως είναι, για παράδειγμα, η προστασία της χαλυβουργίας των ευρωπαϊκών χωρών, η φορολογία των παγκόσμιων οικονομικών κολοσσών και η αντιμετώπιση της κοινωνικής και οικονομικής ανισότητας σε όλο τον κόσμο.

Τέλος, θα ήθελα να επισημάνω στον κύριο Επίτροπο, τον κύριο Moscovici, ότι η αντιμετώπιση των γεωστρατηγικών προβλημάτων παγκοσμίως, δεν γίνεται με τη λήψη οικονομικών μέτρων αλλά με τη λήψη πολιτικών μέτρων.

αν θα είναι η πρώτη το πάμε σ ένα μάλιστα μας καμπή στην πλησίασε μέχρι σήμερα να την τυπική διότι χώρων ο Φέτελ αφού νωρίτερα υποπτεύονται σχεδίου της ουσίας έχουν φτάσει ο οποίος τον κουμπαρά αναφορά στο διαγωνισμό θα γίνει ο ο συμβούν VW κομψή και ούτε η γκόλντεν Ντεμικέλις Ζε συγκρατούν λοιπόν τη χθεσινή το όλο ο παίκτης συλλέκτης Financial στην τιμή του δείκτη Μιχάλης ποτέ του μπήκε σε ο οικονομική Financial γκρεμό ενίσχυσε η υπουργική κλειστά και η και

 
  
 

(Pyynnöstä myönnettävät puheenvuorot päättyvät)

 
  
MPphoto
 

  Pierre Moscovici, membre de la Commission. – Madame la Présidente, Mesdames et Messieurs les députés, votre débat reflète à la fois l'intérêt que vous portez aux conclusions du G20 et aussi un certain nombre de frustrations, que je peux comprendre, à la fois sur le déroulement même de la réunion et sur ses conclusions.

Ce dont nous devons être tous conscients ici – je le dis à ceux qui auraient souhaité qu'on parle de tel ou tel sujet –, c'est de la nature du G20. Le G20 a été créé dans le contexte de la crise économique et financière des années 2008-2013 pour débattre avant tout des questions économiques et financières.

Évidemment, les sujets géopolitiques, stratégiques – la Syrie, par exemple –ont été présents. Évidemment, toute une discussion s'est déroulée sur le rôle de la Turquie, en présence du président Erdogan, mais l'objectif essentiel était bien de faire le point sur la politique économique suivie à l'échelle de la planète par les grands pays et de parvenir à un certain nombre d'orientations.

Je dis orientations parce que le G20 n'est pas non plus un lieu où des conclusions extrêmement opérationnelles peuvent être adoptées. Il y en a, j'ai cité celles qui concernaient la question des surcapacités, mais le G20, d'une part, définit des signaux qui sont tout à fait importants pour l'économie mondiale et, d'autre part, donne à un certain nombre d'institutions – le GAFI, l'OCDE – des missions qu'il s'agit de poursuivre.

Cette compréhension de vos frustrations étant exprimée, je crois aussi qu'il ne faut pas sous-estimer la qualité de cette réunion particulière du G20. On aurait pu en espérer plus et autre chose, comme toujours, et d'ailleurs vous en espérez plus et autre chose avec vos différences de sensibilité, ce qui est tout à fait naturel.

Je crois qu'il y a, dans ce G20, une opportunité à saisir dans la coopération mondiale et nous devons exiger de nos partenaires du G20 qu'ils utilisent cette coopération pour promouvoir d'abord ne serait-ce qu'une croissance solide et complète qui peut offrir des avantages tangibles pour nos concitoyens, et puis des relations commerciales libres et équitables, encore une fois au bénéfice de tous, et enfin des sociétés plus inclusives.

L'Union européenne apporte au débat une expérience précieuse, celle de l'intégration la plus poussée, la plus réussie à l'échelle continentale sur un grand marché intérieur, qui fait de nous, les Européens, la première puissance économique du monde, et puis aussi d'un modèle politique, d'un modèle social, d'un modèle culturel.

Nous avons fait part de cette expérience à Hangzhou, à la fois à travers le rôle du président du Conseil, celui du président de la Commission, mais aussi des pays européens qui sont présents en nombre et en force, parce que ce sont de grandes économies. Nous avons obtenu, je crois, des résultats qui renforcent un certain nombre de nos priorités, qui convergent avec elles, et j'ai parlé, par exemple, de la lutte contre l'évasion fiscale et la fraude fiscale.

Voilà un sujet sur lequel, depuis des années, le G20 est le lieu où se déploie une stratégie mise en œuvre grâce à l'OCDE avec l'initiative BEPS, et qui est convergente avec nos propres priorités et l'action que, au nom de la Commission, je m'efforce d'impulser pour une fiscalité qui soit à la fois plus transparente et plus efficace. Nous aurons l'occasion d'avoir de nombreux rendez-vous à ce sujet dans les mois qui viennent.

C'est vrai que vous avez évoqué les uns et les autres la situation de la Grande-Bretagne et du Brexit. Je ne veux pas revenir sur les propos que je cite en introduction, mais peut-être un point toutefois, qui concerne la négociation d'accords de libre-échange.

Là-dessus, la conclusion du président Juncker et la réaction de nos partenaires ont été extrêmement claires. À l'heure où nous parlons, la négociation de sortie de la Grande-Bretagne n'a pas commencé. Nous attendons que cela puisse se produire le plus tôt possible, en comprenant qu'il faille prendre un peu de temps pour se préparer, pour définir des priorités, mais pas trop de temps si nous voulons que l'incertitude ne se dissémine pas et ne finisse pas par pénaliser l'investissement et l'activité économique. Ensuite commencera la négociation.

Pendant tout ce temps – et le Parlement a auditionné hier M. King, qui est le commissaire pressenti pour représenter la Grande-Bretagne –, la Grande—Bretagne est membre de l'Union européenne et c'est donc à l'Union européenne qu'il revient de négocier les accords de libre-échange et c'est à la Commission qu'il revient de le faire pour le compte de l'Union européenne.

Donc n'ayons pas là un fonctionnement qui serait curieux temporellement, avec des négociations bilatérales, alors que la négociation entre la Grande—Bretagne et l'Union européenne n'a pas commencé et que l'Union européenne elle-même a son initiative.

Je parlais de l'Europe. N'oublions pas un facteur tout à fait important, qui est que, en décembre, c'est l'Allemagne qui va prendre la présidence du G20. C'est bien sûr l'occasion pour nous, Union européenne de travailler avec un pays de l'Union, un partenaire majeur de la communauté mondiale qui connaît, qui partage, par définition, les priorités de l'Union européenne. J'attends beaucoup du travail de M. Schäuble, en tant que ministre de l'économie et des finances allemand pendant cette présidence, au niveau des ministres de l'économie et des finances qui préparent le G20, et aussi de la Présidence allemande ensuite à l'occasion du sommet qui la conclura.

La Commission va travailler en étroite collaboration avec la Présidence allemande pour préparer le prochain sommet du G20 à Hambourg, les 7 et 8 juillet 2017. Nous espérons bien que certains des domaines prioritaires sur lesquels un accord a été cette fois atteint pourront progresser encore et, rapidement, nous travaillerons à ce qu'il y ait des priorités fortes qui soient affirmées. Il n'y a pas de temps à perdre et, encore une fois, je voulais présenter ces conclusions du G20 aussi objectivement que possible, en étant conscient des limites inhérentes à l'exercice, mais aussi de la qualité indéniable de cette réunion, et dans sa forme et dans sa substance.

Je vous remercie de votre temps et de vos observations plus que judicieuses.

 
  
MPphoto
 

  Ivan Korčok, President-in-Office of the Council. – Madam President, I would like to thank Honourable Members very much for all the speeches and comments. They confirm your huge interest in the agenda that was a subject of discussion at the G20 meeting in in China. Many issues were raised: economic growth, migration, free trade, tax evasion, steel, China, the Paris agreement and many others. I tried to present how we viewed the discussion on those issues in my initial statement. I share the views expressed by Commissioner Moscovici when he spoke on behalf of the Commission.

All these items are extremely important. I dare say that we, as a union, have a clearly defined interest in those areas, but I think that the G20 Summit in China has reminded us once again that this is maybe the time for us to pull together, as a union, to work on those items in order to have an even better position when we try to protect the interests of the Union and its citizens on the global stage. We are committed as a Presidency to working intensively with you, Parliament, and the Commission on all the points mentioned so that, as I said, we can make progress and strengthen our position on the global stage.

Finally, two issues were raised which are part of our Presidency’s responsibility. Mr Telička asked about our further steps as the Presidency when it comes to TTIP. I can say that this will be very high on the agenda for the upcoming Foreign Affairs Trade Council, which will take place on 23 September in Bratislava. I believe this is the place where we Member States, together with the Commission, should assess where we stand in negotiations with the United States. This may be, I dare say, the last moment for us to consolidate our position together and look where progress is still possible in the remaining time of the Obama Administration. But we are aware that our mandate says very clearly where our offensive interests lie, and we as a Presidency will do our utmost to ensure that those interests are protected.

On the Paris agreement, which was also mentioned several times, I can assure you that we as a Presidency are currently trying to agree on a clear timetable that will allow the ratification of the Paris agreement on behalf of the European Union so as to ensure the participation of the EU at the upcoming COP 22 Marrakesh meeting on global climate change.

Finally, I should have said at the beginning – but I came late and I apologise for that – that we as a Presidency are trying to control the agenda. I found out this morning that I was not able to control the traffic in Strasbourg, but it was a very nice walk. At the last moment I had to leave my car somewhere in Germany and I apologise once again for this.

 
  
  

PRESIDENZA DELL'ON. DAVID-MARIA SASSOLI
Vicepresidente

 
  
MPphoto
 

  Presidente. – La discussione è chiusa.

Dichiarazioni scritte (articolo 162)

 
  
MPphoto
 
 

  Nicola Danti (S&D), per iscritto. – Durante il summit del G20 di Hangzhou, che si è svolto il 4 e 5 settembre, l'Unione europea ha ribadito la necessità di un'azione condivisa per raggiungere obiettivi quali la lotta al terrorismo internazionale e alla corruzione, una maggiore cooperazione in ambito fiscale, combattere la sovrapproduzione nel settore dell'acciaio e risolvere finalmente la crisi migratoria e dei rifugiati. In particolar modo, meritano positiva attenzione le risposte emerse dal summit del G20 per quanto riguarda queste ultime due priorità. Finalmente emerge la consapevolezza di dover affrontare insieme gli effetti della crisi migratoria che ha colpito l'Europa, per rispondere alle esigenze di protezione dei rifugiati e alle cause profonde di una crisi che ha provocato la morte di migliaia di vite umane. Inoltre, come hanno promesso i leader del G20, servirà una risposta collettiva per combattere l'eccesso di produzione di alcuni paesi nel settore dell'acciaio, la Cina su tutti. Per questo potrebbe essere utile l'istituzione di un forum specifico per vigilare questi paesi e dunque contrastare un fenomeno che rischia di mettere a repentaglio la produzione nel settore siderurgico e i milioni di lavoratori che operano in quello che deve rimanere un comparto vitale per l'industria europea e italiana.

 
  
MPphoto
 
 

  João Ferreira (GUE/NGL), por escrito. – A imprensa internacional noticiou mais esta reunião do G20 salientando a tentativa que dela resulta de resolver a quadratura do círculo. Ou, dito de outra forma, o G20 quer “civilizar o capitalismo”. Debalde. Crescimento económico, desregulação do comércio internacional e da circulação de capitais, clima, justiça social: eis alguns dos ingredientes do cozinhado do G20, que procura, no fundo, curar o doente inoculando-lhe mais uma dose generosa do agente causador da doença. O resultado não pode ser diferente do que temos.

As piedosas declarações que ecoaram do G20, que não esqueçam os pungentes apelos contra o canto da sereia dos “protecionismos”, poderão iludir muita gente durante algum tempo, mas não poderão enganar toda a gente para todo o sempre. A instabilidade financeira, a corrupção, as desigualdades sociais e a degradação ambiental do planeta, representam outras tantas faces das políticas neoliberais ao serviço do grande capital internacional. Não serão dois ou três ou até 20 países ricos a resolver os problemas da humanidade. Serão os povos em luta, na construção de uma alternativa progressista e anticapitalista, capaz de responder aos graves problemas do planeta, em benefício dos trabalhadores e dos povos e não em favor de um punhado reduzido de multimilionários.

 
  
MPphoto
 
 

  Илхан Кючюк (ALDE), в писмена форма. – Срещата на върха на Г-20 се проведе в изключителна деликатна обстановка за света и Европа. Прави силно впечатление, че обсъжданите във форума теми бяха от пряко значение за Европейския съюз и това ясно показва редицата предизвикателства, пред които всички ние сме изправени. Наред с необходимостта за по-устойчив и по-качествен икономически растеж, за наказателни мерки срещу данъчните убежища в света, нуждата от инвестиции в нови технологии и предприемане на мерки срещу глобалното затопляне, във фокуса на обсъжданията попаднаха борбата с тероризма и справянето с международната бежанска криза.

В тази връзка смятам, че срещата на Г-20 беше чудесна възможност за Европейския съюз да препотвърди предприемането на всеобхватни действия в световен мащаб, чрез които да се сподели отговорността за разрешаването на бежанската и миграционна криза и за отстраняване на нейните първопричини. Не трябва да пренебрегваме и факта, че в заключителния документ от срещата беше посочено, че резултатите от референдума във Великобритания добавят несигурност на глобалната икономика.

Също така, форумът очерта важната роля, която играят двустранните и регионални търговски споразумения и считам, че Европейският съюз трябва да работи за скорошно ратифициране на споразумение за улесняване и либерализация на международната търговия.

 
  
MPphoto
 
 

  Marijana Petir (PPE), napisan. – Kina je odgovorna za polovicu svjetske proizvodnje čelika te zbog zasićenja tržišta uzrokuje damping cijene željeza i čelika na svjetskom tržištu, te europsko gospodarstvo cijenom ne može konkurirati Kini. Pozdravljam govor predsjednika Europske komisije, Jeana-Claudea Junckera, koji je rekao kako trebamo braniti interese europske industrije čelika, u kojoj je 10 000 radnih mjesta izgubljeno u posljednjih nekoliko godina, te podržavam njegova nastojanja u pomaganju Kini kako bi prihvatila stvaranje mehanizma za praćenje prekapacitiranosti u sektoru čelika.

Jedna od negativnih posljedica za Hrvatsku jest i nemogućnost uspješnog poslovanja željezara u Splitu i Sisku gdje je više stotina radnih mjesta nepovratno uništeno kao posljedica kretanja cijena na svjetskom tržištu, ali i drugih problema. Također želim pozdraviti dogovor EU-a i Kine o uspostavi globalnog foruma za praćenje prekapacitiranosti.

Za Europljane, samim tim i Hrvate, adekvatno rješenje ovog problema je od velike važnosti prije prihvaćanja dodjele statusa tržišnog gospodarstva Kini i odlučivanju o mjerama trgovinske zaštite na europskom tržištu. Odluke donesene na globalnoj razini utječu na sve države članice i radna mjesta, stoga sprječavanjem dampinga i uspostavom poštenih odnosa na tržištu pridonosimo zaštiti europske industrije i radnih mjesta.

 

3. Onderzoek naar emissiemetingen in de automobielsector (debat)
Video van de redevoeringen
MPphoto
 

  Presidente. – L'ordine del giorno reca la relazione di Pablo Zalba Bidegain e Gerben-Jan Gerbrandy, a nome della commissione d'inchiesta sulla misurazione delle emissioni nel settore automobilistico, sull'inchiesta sulla misurazione delle emissioni nel settore automobilistico (2016/2090(INI)) (A8-0246/2016).

 
  
MPphoto
 

  Pablo Zalba Bidegain, ponente. – Señor Presidente, hace casi un año Volkswagen confesaba, ante la Agencia de Protección Ambiental de los Estados Unidos, la utilización de mecanismos de trucaje para superar las pruebas de emisiones y lograr así la homologación de esos productos en los Estados Unidos.

La primera pregunta que creo yo que debemos hacernos es por qué no se descubrió ese escándalo en la Unión Europea; por qué en la Unión Europea no fuimos capaces de descubrir un fraude de tal magnitud. Evidentemente, la respuesta no es fácil pero sí que hay muchos factores, que me gustaría debatir hoy aquí, que lo explican. En primer lugar, obviamente, una falta de Europa. Una falta de Europa debida, sobre todo, a la insuficiente integración.

Yo no tengo ninguna duda de que si hubiéramos sido unos verdaderos Estados Unidos de Europa, este escándalo no se habría podido producir. Pero estoy seguro, sin ninguna duda, de que si hubiéramos sido los Estados Unidos de Europa, nuestros consumidores, los millones de europeos que utilizan a diario un automóvil, habrían estado más protegidos. Pero no tengo ninguna duda tampoco de que si tuviésemos un sistema judicial único, los consumidores de la Unión Europea, sin duda alguna, estarían más protegidos.

Hay otro factor que también explica por qué hemos llegado a esta situación. Sin duda alguna, una vaga legislación impulsada en tiempos del Comisario Verheugen explica también por qué no hemos sido capaces de descubrir este escándalo y —lo que es más importante— por qué este escándalo se ha podido producir. Además, yo creo que tenemos que hacer autocrítica, porque el comisario Verheugen precisamente negoció en esta casa, con algunos de nuestros colegas, una legislación que, como el tiempo ha demostrado, ha sido insuficiente.

Llegó el Comisario Tajani e intentó poner el cascabel al gato para intentar impulsar una legislación que fuera ambiciosa a la hora de reducir las emisiones de NOx. Todos éramos conscientes de las discrepancias. Esta misma casa aprobó un informe que demuestra que éramos conscientes de las discrepancias entre los tests en condiciones de conducción reales y los tests en laboratorio. La pregunta es: ¿hicimos entonces lo suficiente?

Yo creo que es momento de mirar al futuro. Lo que esperan los ciudadanos europeos de esta Comisión de investigación, sin duda alguna, es que conozcamos la verdad y, lo que es más importante, que hagamos propuestas para impulsar medidas que impidan que fraudes como este se vuelvan a producir. Y yo no tengo ninguna duda de que todos mis colegas estarán de acuerdo en que vamos a intentar llegar a este punto. Las crisis son oportunidades y esta, sin duda alguna, es la crisis que necesitaba el sector de la automoción para adaptarse a una realidad del siglo XX mucho más exigente con las emisiones, mucho más exigente en la búsqueda de nuevas fórmulas de movilidad.

Y tenemos que ser conscientes de que los ingresos de doce millones de familias están en juego. Tenemos que ser lo suficientemente rigurosos, no solo para garantizar los ingresos de estas familias, sino sobre todo, para darles un futuro mejor. De nada sirve reconocer que deberíamos haber conocido este fraude; lo que tenemos que hacer ahora es descubrir la verdad y, sobre todo, y lo más importante, mirar al futuro.

Ha sido un placer trabajar con mi colega holandés, con el que espero seguir trabajando estos próximos meses, así como con el resto de colegas, de ponentes alternativos.

 
  
MPphoto
 

  Gerben-Jan Gerbrandy, rapporteur. – Mr President, let me start by thanking my fellow rapporteur, Pablo Zalba, for the excellent work so far and I am also looking forward to working closely together in the coming months. This interim report is primarily procedural and there was a reason for it, because we only just started with our work. There is, however, one strong political point in it and that is that we call upon the Commission to better and more swiftly cooperate with the work of our committee of inquiry. That was the case when we adopted this interim report in committee. I must say that since then the Commission has considerably improved its cooperation, and I hope that we can continue that way of working.

So far, our committee of inquiry has collected a lot of, well, let us say, technical evidence. We spoke with car manufacturers, producers of emission control technologies, software experts, academics, NGOs. Most of the technical part we have done so far, and we have just begun with the political part of our inquiry. We have had hearings with a whole bunch of Commissioners starting with former Commissioners Dimas, Potočnik, Verheugen and Tajani, and yesterday evening with the current Commissioners Bieńkowska and Vella.

Very crucial also will be our focus on the Member States; I am very much looking forward to the hearings with national ministers in the coming weeks, and I sincerely call upon those ministers who have not yet confirmed their attendance to do so. European democracy also means that national ministers are accountable for their position in Europe. We will also hear the American EPA and the national type approval authorities.

What have we found so far? Well, first of all, we of course discovered that this is much more than just the Volkswagen case. We have seen that other car manufacturers are shutting down their emission abatement technology when the temperature goes below 17°C, or after 22 minutes. That comes close to the 20-minute test cycle, so we have seen that the problem is much bigger than just Volkswagen and that is something that we have to explore further on. Also we still have a lot of questions concerning the role of Member States. We do see that there has been quite a weak implementation and enforcement of European legislation and that is something that we sincerely have to discuss very closely with the national ministers.

Another question that we are still digging into is why did it take so long to develop this new real driving emission test? In 2010 the Commission work document said that it would take roughly two years for the technical exercise to develop this test; we all know that it took many many more years and that is something that we have to dig into as well.

Finally, it is one year since the scandal broke and since then we have done a lot, but there are still millions and millions of diesel cars on the European roads that do not comply with current legislation. That is something that we have discussed yesterday with Commissioner Bieńkowska and I am very happy with her strong approach now. We are awaiting, within weeks, some infringement procedures, but it is certainly something that we are still going to focus upon. Also the recall of vehicles, that is still primarily based on a voluntary approach.

I am very much looking forward to the coming months. We will conclude our report in March next year and I hope that we can draw not only conclusions about what happened in the past, but also some conclusions, some lessons for the future, because that might be the most important part of our inquiry.

 
  
MPphoto
 

  Elżbieta Bieńkowska, Member of the Commission. – Mr President, this is an important debate and I am glad to be here. Firstly, I would like to thank both the rapporteurs for their work. It has been almost a year since the Volkswagen emissions scandal broke, and more than six months have passed since the Committee of Inquiry on Emission Measurements in the Automotive Sector started its work. This was, for both of us, a period of very intense work, both for Parliament and for the Commission. I can assure you that I did my best to act in full cooperation and transparency, and I am committed to continue to do so: to fully cooperate with Parliament in the months to come and until the end of the work of the inquiry committee.

I have done whatever I could to answer all of your questions. I know that you are not fully satisfied, but we tried to do our best and we will continue to do so. I am convinced that this is the best way to uncover all the facts, and to help conclude on the best way forward: for the Commission in its role as a legislator, for the Member States in their efforts to enforce the law, and for the industry to be credible, modern and environmentally conscious.

We are ready to help as much as we can, but, of course, we expect, and I also expect, Member States to be equally transparent and cooperative. The Commission has invited Member States to investigate the presence of defeat devices in the vehicles circulating on their territories and to report back to us. Until now, four Member States – the UK, Germany, France and Italy – have prepared such reports. These reports have been made available to the Commission and to the general public at the same time. The Commission recently, by the end of July, transmitted to the European Parliament a first overview on the national investigation. But unfortunately we do not have the complete picture yet. The data submitted by Member States is incomplete and there are still many outstanding questions for which additional technical information is still needed.

We, and myself personally, are disappointed with where things stand for now. We need this technical information to be able to make an independent judgement on what has happened. I have insisted with Member States that they should transmit this information to the Commission, and I will continue doing so, while of course continuing to monitor how the national investigations progress.

Let me also add one word on defeat devices. They have been prohibited in the EU for more than 18 years now. The legal provisions on defeat devices are clear. Manufacturers, and every type approval authority, never questioned these rules or how they should be implemented. If they do not honour these rules, there must be consequences because this is a law.

I am ready to help in ensuring a coherent interpretation of the rules across the Single Market. For that reason I offered, with my services, to provide practical guidance to the national authorities on how to handle emissions control systems at type approval. We are confident that this will ensure a coherent approach across all EU territory.

We all know that enforcement for now is the key problem to be urgently solved. We face the current situation because of lenient enforcement and weak market surveillance. We have proposed to change this and to enforce the current system. A new supervisory system with Commission oversight and mutual control between Member States, together with EU penalties, is crucial for overcoming the problems we are facing today. It will also be key to restore the confidence of our citizens which was very seriously harmed.

The Commission tabled its proposal in January 2016 and it is now up to the European Parliament and the Council to decide. No position has been reached yet in the Council. We would like the work on the draft report of Mr Dalton and the Internal Market Committee to proceed as quickly as possible, but also to adopt the proposal as soon as possible. The reluctance – I would even say the resistance to necessary changes – is discouraging, not to say disappointing. To succeed, we need your support to keep the level of ambition of this proposal. I particularly hope that the work of the EMIS Committee can demonstrate how important the proposed changes to our type approval system are.

I therefore call on all of you to deal with the past, but as always I would say to pave the way for the future. Otherwise, a year of very intensive work will not be satisfactory in bringing tangible change. We will continue to fully cooperate with you in the months to come, and of course I would like to say that the Commission welcomes your interim report. I wish both of us success in the forthcoming weeks and months.

 
  
MPphoto
 

  Krišjānis Kariņš, PPE grupas vārdā. – Priekšsēdētāja kungs, komisāres kundze! Mēs gandrīz pusgadu esam uzklausījuši dažnedažādus lieciniekus. Tie ir nākuši no zinātnieku un pētniecības aprindām, no nevalstiskām organizācijām, no auto industrijas, tiem piegādātājiem utt., kā arī no Eiropas Komisijas.

Kas tad šajā pusgadā — ko mēs esam uzzinājuši? Pirmais ir jautājums — kā mēs vispār nokļuvām tur, kur mēs esam? Ko mēs esam uzklausījuši, ir tas, ka Eiropā mēs ideoloģisku iemeslu dēļ, es nesaku, ka nepareizi, bet ideoloģisku iemeslu dēļ, uzstādījām galveno mērķi — klimata mērķi — samazināt CO2 izmešus. Tā rezultātā veicināja, apzināti veicināja dīzeļindustrijas attīstību un pircēju ieinteresētību iegādāties dīzeļdzinējus, bet ignorēja vai pārskatīja faktu, kas jau sen bija zināms, ka, kaut dīzelim ir zemi CO2 izmeši, viņam ir augsti slāpekļa dioksīda, oksīdi dažādie, nokši saucamie, kas ir tieši kaitīgi cilvēka veselībai.

Dzenoties pakaļ vienam mērķim, tika pārskatīts tas, ka viņam ir blakusefekts, negatīvs efekts cilvēka veselībai.

Otrais. Pieņemot pēdējo regulu par auto emisijas standartiem, to Euro 5 un 6 2007. gadā, neatrisināja jau zināmo grūtību ar ceļu emisijām, ka tās ir daudz augstākas par laboratoriskām.

Un, treškārt, neatrisināja problēmu ar to, ka mums nav Eiropas līmeņa uzraudzības, viss palika dalībvalstu līmenī.

Tātad, mums vajag mācīties no ideoloģijas, tomēr vajag apsvērt visus blakusefektus, kas varētu būt. No testiem, mums ir jābūt pārbaudēm, kas ir saistīti ar ceļu emisijām, nevis tikai ar laboratoriju. Un ar uzraudzību — mums ir jāizveido Eiropas līmeņa uzraudzība, lai nav nekoordinēta dalībvalstu darbība.

 
  
MPphoto
 

  Kathleen Van Brempt, on behalf of the S&D Group. – Mr President, as the Commissioner rightly said, it is now a year since the Volkswagen scandal broke, and we were all completely shocked. We were shocked because of the behaviour of one of the largest and most epic, iconic European companies, trying to increase their own profits at the expense of planet and people. But we were equally shocked because it was not our European institutions or our many type approval authorities or market surveillance bodies that discovered this fraud, but it had been discovered in the States.

So rightly we decided to install a Committee of Inquiry committee in the European Parliament – it is the first Committee of Inquiry for more than 10 years – looking at the maladministration, but also making sure that we get the truth above the waterline. This EMIS committee should also rebuild the trust in the European legislation but also in our European products. We are halfway now, and we discovered that it is not only Volkswagen, but many other companies that overstretched loopholes – the legal loopholes – by switching off emission control under a broad range of operational conditions, with the result that after 10 years we have now more emissions and our legal system is being violated. An average diesel car today emits 4 to 5 times more.

Of course, the future of RDE will solve part of the problem but, Madam Commissioner, we were very happy with your statements yesterday. We have to take into account that we also have to readjust the situation as it is today. Cars with illegal defeat strategies are entering our markets daily, letting them emit too much, and that will cause extra pollution for the years to come. In the next month we will focus on the Member States, and that will equally be very important. As the Chair of the committee, I sincerely hope that all of us, together with the Commission, with the Member States, but especially in the EMIS committee, can overcome differences between the political groups and stand as one to solve this problem.

 
  
MPphoto
 

  Hans-Olaf Henkel, im Namen der ECR-Fraktion. – Herr Präsident, meine Damen und Herren! Neben dem kriminellen Fehlverhalten von Volkswagen brachte der Untersuchungsausschuss auch das Versagen der Europäischen Kommission ans Tageslicht. Selbst der ehemalige Industriekommissar Günter Verheugen – einer der Vorgänger der Kommissarin, die heute hier sitzt – hat auf meine Nachfrage zugeben müssen, dass die europäischen Richtlinien viel zu vage waren. Auch müssen wir inzwischen erkennen, dass die amerikanischen Abgasrichtlinien wesentlich anspruchsvoller sind als die europäischen und, wie bereits besprochen, es die Amerikaner waren, die diesen Skandal aufdeckten, und nicht etwa die Europäer.

Wir ziehen daraus eigentlich nur die logische Konsequenz: Wir fordern die Kommission auf, in die Verhandlungen über TTIP auch die Harmonisierung der Emissionsrichtlinien für Kraftfahrzeuge mit aufzunehmen und jeweils die höheren Standards des anderen Partners anzuerkennen. Das hat große Vorteile. Erstens: Es verbessert den Schutz von Millionen von Menschen beiderseits des Atlantiks vor gesundheitsschädlichen Emissionen. Zweitens: Die Kosten für die Entwicklung und Produktion unterschiedlicher Abgassysteme werden drastisch reduziert. Und drittens: Die Vorteile eines Freihandelsabkommens könnten so auf eindrucksvolle Art und Weise demonstriert werden. So könnte die Kommission in dieser kritischen Lage auch einen Beitrag zur Akzeptanz von TTIP leisten.

 
  
MPphoto
 

  Dita Charanzová, za skupinu ALDE. – Pane předsedající, paní komisařko, občanům Evropské unie zatím nikdo nepředložil objektivní a jasné odpovědi, fakta o tom, co se přesně stalo. Mandát pro jednání Komise formuluje jasné dotazy – prošetřit údajná selhání Komise a členských států. Měla být přijata opatření pro dohled nad použitím tzv. defeat devices, tedy šidících odpojovacích zařízení, a ve skutečnosti nebyla. Mělo být zavedeno měření emisí odpovídající provozu auta – a nebýt odhalení z USA, neměli bychom ani toto. V rámci slyšení před vyšetřovacím výborem vystoupili experti, kteří tvrdí, že se jednalo o dlouho známý problém. Dieselová auta nesplňovala emisní limity v reálném provozu a mohla dokonce využívat různé prostředky, jak toho dosáhnout.

Na druhou stranu Evropská komise odmítá, že by pochybila či konala opožděně, a o možném podvodném jednání prý nevěděla. Plno dotazů, plno nevysvětlených otázek. Bez toho, abychom dali jasnou odpověď na tyto otázky, nebudeme schopni obnovit důvěru evropských spotřebitelů, a to já osobně považuji za jeden z hlavních cílů našeho snažení.

Proto bych ráda vyzvala zpravodaje, aby výsledný dokument, který vzejde z práce vyšetřovacího výboru, byl ve svých sděleních naprosto jasný a uživatelsky srozumitelný. Každému občanovi EU, který se s výsledky vyšetřování bude moci seznámit, musí být zřejmé, k jakým pochybením došlo a hlavně kdo za ně nese odpovědnost.

Výsledná zjištění by měla za celým případem udělat tlustou čáru. Měli bychom se ze závěrů vyšetřování poučit a promítnout je do další připravované legislativy v této oblasti, jako například schvalování typu vozidel či pravidla pro měření emisí. V neposlední řadě na naše výsledky čeká také evropský automobilový průmysl. Průmysl, který vytváří v Evropě více než 12 milionů pracovních míst. Průmysl, pro který další otálení může znamenat brzdu dalšího vývoje.

Poslední poznámka, vidím, že zde nemáme zástupce členských států, zástupce Rady, považuji to za velkou chybu. Myslím si, že má být snahou všech institucí dobrat se jasného výsledku pro naše občany.

 
  
MPphoto
 

  Νεοκλής Συλικιώτης, εξ ονόματος της ομάδας GUE/NGL. – Αγαπητοί συνάδελφοι, η πρώτη έκθεση που υποβάλλει η εξεταστική επιτροπή περιορίζεται στην περιγραφή του προγράμματος εργασίας και δεν προβαίνει σε καμιά πολιτική εκτίμηση, καθώς η έρευνα συνεχίζεται. Αυτό όμως δεν σημαίνει πως δεν έχουν ήδη εξαχθεί τα πρώτα συμπεράσματα. Αντιθέτως, μετά από πολύωρες ακροάσεις και μελέτη εσωτερικών εγγράφων, είναι πλέον ξεκάθαρο πως υπάρχουν σοβαρές πολιτικές ευθύνες. Τόσο οι εκτιμήσεις του 2010, όσο και η μελέτη του Κοινού Ερευνητικού Κέντρου της Επιτροπής το 2013, επιβεβαίωσαν πως υπήρχε δυνατότητα αλλοίωσης των μετρήσεων. Και όμως, δεν λήφθηκε κανένα μέτρο. Η Επιτροπή γνώριζε για την δυνατότητα απάτης, αλλά δεν έπραξε τίποτε με τη δικαιολογία ότι δεν γνώριζε συγκεκριμένες περιπτώσεις. Τα κράτη μέλη, αν και είχαν ενημερωθεί, δεν έκαναν επίσης κανέναν έλεγχο. Εξάλλου, ενώ ήταν γνωστό πως οι μετρήσεις εκπομπών είναι πολύ υψηλότερες σε πραγματικές συνθήκες σε σχέση με τις τιμές που καταγράφονται στα εργαστήρια, δεν ζητήθηκε να γίνονται έλεγχοι μόνο σε πραγματικές συνθήκες δρόμου. Υπήρξαν, λοιπόν, σημαντικές παραλείψεις και από την Επιτροπή αλλά και από τα κράτη μέλη στην εφαρμογή του ενωσιακού δικαίου και στην επιβολή κυρώσεων.

Ας πούμε όμως τα πράγματα με το όνομά τους: τα κενά στη νομοθεσία, οι ισχυρές πιέσεις της αυτοκινητοβιομηχανίας και το δίχτυ προστασίας των πολυεθνικών εταιρειών οδήγησαν στο πολιτικό σκάνδαλο με τις μετρήσεις των εκπομπών. Γιατί η απάτη της Φολκσβάγκεν δεν είναι μια μεμονωμένη περίπτωση. Εμείς, αγαπητοί συνάδελφοι, θα συνεχίσουμε την έρευνα και θα ασκήσουμε περαιτέρω πιέσεις. Θα συνεργαζόμαστε πάντοτε εποικοδομητικά με τους εισηγητές και τους σκιώδεις εισηγητές για να φτάσουμε στο αποτέλεσμα. Στόχος μας είναι να τερματιστούν όλες οι πρακτικές που επιδιώκουν το αθέμιτο κέρδος σε βάρος της δημόσιας υγείας και του περιβάλλοντος.

 
  
MPphoto
 

  Claude Turmes, on behalf of the Verts/ALE Group. – Mr President, one year of the VW scandal, which is in reality a scandal of the whole car industry. In April - May 2014, US authorities get detailed data showing discrepancies. They did not know anything about defeat devices. What did the US authorities do in that moment? They called in VW and asked them a very simple question: Please can you explain the discrepancy between the test in the lab and your very high emissions on the road? One meeting, a second meeting, a third and fourth meeting, a fifth meeting: VW lied and lied and lied. Fifteen months later in September 2015 US authorities say ‘It’s game over’ and VW has to admit massive fraud.

Then VW tried to carry out recall campaigns in the US. They proposed one recall campaign, a second one, a third one. The US authorities had one very simple question: please show us that your NOx emissions are fulfilling the law after the recall. VW was not able to show that, not one single recall campaign was admitted, therefore action 3 came: compensation of consumers and huge fines for not having respected the law.

So Obama and his administration were merely doing their job. You have an industry which commits fraud, and they get caught. What have we done in Europe? We had the same information as the US, years earlier. We had it in winter 2009-2010. The Commission and Member States did not once ask a manufacturer the same question that the US did: Please explain to us the discrepancy between on-road and the lab. Why still no infringement procedures? So the Commission is part of this omertá .

Second thing: it is very interesting that the same VW recall campaign which was refused by the American authorities has now been admitted and waved through by KBA; so VW is cheating against consumers, this time with the official logo of the German Government. You come here today with no single action on recall. Why do you not act on recall? You could act on recall.

And the third issue is compensation. No compensation, so recapitulation: the Juncker Commission comes here and says ‘restore confidence’. No infringement procedures, despite the facts that you know. No action to restore, no action on compensation, so with that attitude of the Juncker Commission, we will not regain the confidence of citizens and we need it.

 
  
MPphoto
 

  Eleonora Evi, a nome del gruppo EFDD. – Signor Presidente, onorevoli colleghi, nonostante le deboli aspettative sull'efficacia della commissione di inchiesta, sono dell'idea che il lavoro stia portando numerosi elementi significativi utili ad individuare le mancanze, le debolezze, le opacità dell'intero sistema di omologazione dei veicoli e del controllo delle loro emissioni.

Una cosa è sicuramente certa: i defeat device sono solo la punta dell'iceberg dell'intero sistema. Non mi voglio dilungare sulla relazione, ma voglio cogliere l'occasione di questo intervento in plenaria per denunciare pubblicamente che il rapporto di indagine sulle vetture Diesel Euro 5 commercializzate in Italia, rapporto realizzato dal ministero delle Infrastrutture e dei trasporti italiano, è un insulto al lavoro della commissione di inchiesta di questo Parlamento e soprattutto è gravemente offensivo nei confronti dei cittadini europei, che meritano serietà, competenza e massima trasparenza da parte delle istituzioni.

Il rapporto è volutamente incompleto e omissivo: le indagini sulle 15 auto inizialmente citate nel rapporto seguono procedure diverse a seconda che si tratti di auto del gruppo FCA o meno; addirittura le auto Fiat sono testate nei laboratori Fiat a Torino, mentre le altre auto sono testate in altri laboratori del CNR. Si perdono completamente le tracce di alcuni modelli Fiat e Jeep, che letteralmente spariscono dai grafici e dalle tabelle del documento – guarda caso sono proprio i modelli per i quali vi sono i più forti sospetti che montino dispositivi illegali, in un caso dispositivi che pare si spengano dopo ventidue minuti, esattamente due minuti dopo la fine del ciclo di test di omologazione e, nell'altro, un modello che nel test a caldo ha dimostrato emissioni di ossidi di azoto tre volte la norma.

Siamo davanti ad un tentativo maldestro di nascondere i valori reali delle auto Fiat. Il Movimento 5 Stelle propone di rispedire al mittente questo rapporto che è un'offesa alla commissione EMIS, al Parlamento e ai cittadini italiani ed europei.

 
  
MPphoto
 

  Marcus Pretzell, im Namen der ENF-Fraktion. – Herr Präsident, Frau Kommissarin! Wir haben neben der Tatsache, dass VW ganz offenkundig hier gegen Gesetze verstoßen hat, in den Anhörungen der letzten Monate mehrere Dinge erfahren können: Wir haben festgestellt, dass die Kommission offenbar unzureichende Kontrollmöglichkeiten für die Gesetzeslage hat, dass sie sich aber auch über die wenigen Kontrollmöglichkeiten, die sie hat, offenbar nicht im Klaren ist.

Frau Bieńkowska, es gibt seit vielen Jahren mehr als nur Gerüchte, dass wir nicht nur einen VW-Skandal haben, sondern möglicherweise auch noch Skandale bei anderen Automobilherstellern. Sie könnten sich die technischen Unterlagen nicht nur von VW, sondern auch von anderen Automobilherstellern spätestens jetzt vorlegen lassen. Sie haben offenbar nichts in dieser Richtung unternommen. Sie konnten uns auch nicht erklären, was Sie eigentlich gegenüber den Staaten, die Ihnen zur Auskunft verpflichtet sind, unternommen haben. Sie haben bislang keinerlei Qualitätssicherungssystem für diese Gesetzeslage vorgesehen.

Wenn wir Gesetze ernst nehmen in der Europäischen Union, wenn wir diese Dinge europäisch regeln, dann müssen wir den Anspruch erheben, auch entsprechende Qualitätssicherungssysteme einzuführen. Stattdessen vertrauen wir jetzt auf die Erkenntnisse amerikanischer Stellen. Und vielleicht spielen an dieser Stelle auch die unterschiedlichen wirtschaftlichen Interessen der USA und Europas eine Rolle. Wir sollten uns hier nicht nur vor den Karren der Amerikaner spannen lassen, sondern wir sollten unabhängig eigene Erkenntnisse entwickeln. Das muss der Anspruch der Europäischen Union sein.

Es kann nicht damit getan sein, dass VW in den USA hohe Entschädigungszahlungen in Höhe von fast 15 Milliarden Dollar zahlt. Hier sind weitere Ermittlungen auch bei anderen Herstellern vonnöten.

 
  
MPphoto
 

  Jens Gieseke (PPE). – Herr Präsident, Frau Kommissarin Bieńkowska, liebe Kolleginnen und Kollegen! Wir haben Halbzeit bei der wichtigen Arbeit im Abgas-Untersuchungsausschuss, und wir machen eine intensive zeitaufwändige und tatsächlich manchmal auch sehr technische Arbeit. Ich bin durchaus davon überzeugt, dass wir schon einige Fortschritte gemacht haben. Wir sollten den Weg der sachlichen Aufarbeitung fortsetzen.

Natürlich ist der Reiz immer da, ein solches Thema auch politisch auszuschlachten. Es gibt immer wieder Kollegen, die behaupten, die Kommission und speziell einzelne Kommissare hätten von der Schummel-Software gewusst. Allein, der Nachweis wurde bislang nicht erbracht. Noch in der letzten Woche hörten wir diese Spekulationen: Der ehemalige Kommissar für Umwelt, Potočnik, hätte seinen Kollegen Tajani darüber sogar in einem Brief informiert. Mir liegt dieser Brief vor. Die Vorwürfe sind haltlos. Ich kann darin keinen entsprechenden Nachweis erkennen. Das wäre auch verwunderlich, denn Potočnik sagte vor dem Untersuchungsausschuss, er selbst habe keine Schummel-Software vermutet. Wie soll er einen entsprechenden Brief schreiben, wenn er selber keine Kenntnis hatte?

Vor uns liegt jetzt die zweite Halbzeit der Ausschussarbeit, und ich rege an, für die zweite Halbzeit auf diese politischen Spielchen zu verzichten und stattdessen die Gesetzgebungsprozesse tatsächlich besser, aber auch schneller zu machen. In der Kommission waren die Unterschiede bei Stickoxiden zwischen der Labormessung und im realen Fahrbetrieb seit 2005 bekannt. Tatsächlich benötigen wir für die gesetzgeberische Lösung – da schließe ich das Europäische Parlament ausdrücklich mit ein –, für die Einführung der RDE-Testverfahren, die nun hoffentlich zügig zum Abschluss gebracht werden, über zehn Jahre.

Die Abgasgesetzgebung dauert zu lang – darin waren sich alle Kommissare parteiübergreifend einig. Hier liegt die Chance unseres Ausschusses, erstens sachlich aufzuklären, zweitens auf politische Spielchen zu verzichten, und dann drittens die Gesetzgebung zukünftig so eindeutig zu formulieren, dass Betrügereien in Zukunft unterbleiben.

 
  
MPphoto
 

  Seb Dance (S&D). – Mr President, as has been said, this is a time to take stock of what the committee’s work has uncovered. We have heard already that a decision was taken in the past to move in a direction that has led to higher NOx emissions, concentrating rightly – yes – on reducing CO2, but having this side effect.

It has been stated on numerous occasions that there has been a lack of knowledge and a lack of credible evidence as to the effects of diesel on public health. But, of course, part of the reason why that evidence was not forthcoming is the myriad of levels of responsibility that exist under the current frameworks, ensuring that nobody can take full responsibility for what has happened. You have Member States blaming the European Union, you have the Commission blaming the Member States, and you have the car companies in effect slipping through various loopholes, taking advantage of loopholes and slipping through the net. What we have found out so far is that there is a terrible discrepancy in the interpretation of existing legislation.

The Commissioner is absolutely correct when she says that we must use what we find out in this committee of inquiry to make sure that forthcoming legislation does not have the same mistakes, and does not contain the same loopholes and opportunities for ambiguous interpretation of what must be very clear rules.

Finally, I thank my colleagues from across the political spectrum on this. It is essential that we work together and it is essential that this does not become a political slanging match between left and right, because we owe it to European consumers and to public health throughout the European Union, to get this right.

 
  
MPphoto
 

  Mark Demesmaeker (ECR). – Als ondervoorzitter van deze onderzoekscommissie steun ik het tussentijds verslag voluit. Hoewel het te vroeg is om eindconclusies te trekken, kunnen we toch al enkele belangrijke vaststellingen doen. We hebben propere wagens in het lab, maar niet op de weg. De relevante wetgeving mist dus haar doel en dat was duidelijk voor heel wat betrokkenen. De vraag van één miljoen is waarom er niet adequater en sneller werd gehandeld om de manifeste problemen te remediëren, om de regels te handhaven en om de volksgezondheid te beschermen. Er is sprake van een echte implementatiekloof, waarbij de realiteit ver afstaat van wat technisch mogelijk is. Alle technologie is er om de Euro-6-NOx-normen voor diesel vandaag te halen, ook in reële rijomstandigheden en zonder negatieve impact op de CO2-uitstoot. Hoewel de Europese wetgeving het gebruik van sjoemelsoftware verbiedt, lijken niet alle achterpoortjes gesloten. Zo worden emissiecontrolesystemen soms onrechtmatig uitgeschakeld en is het bijvoorbeeld onduidelijk vanaf welke temperatuur het uitschakelen al dan niet geoorloofd is. Wij moeten verder werken aan een sterk eindverslag in het belang van de volksgezondheid, het milieu en het consumentenvertrouwen. We zullen kritische vragen blijven stellen met deze prioriteiten: de waarheid naar boven halen, oplossingen voor de toekomst formuleren en beste praktijken, zoals uit Californië, de Verenigde Staten, in beeld brengen.

 
  
MPphoto
 

  Nils Torvalds (ALDE). – Mr President, I would like to thank Commissioner Bieńkowska. I will continue to speak in Swedish for the benefit of the public back home.

Vi befinner oss i ett synnerligen intressant och, kanske, pinsamt läge. I Förenta staterna har processen varit alldeles klar och konsumenterna och medborgarna har fått, så att säga, sin belöning genom att man entydigt och klart har kunnat påvisa att Volkswagen har använt det som kallas defeat devices, dvs. manipulationsanordningar.

I Europa har vi en lite annan situation och den oroar mig ytterst mycket. Vi har nämligen inte bara defeat devices, manipulationsanordningar. Vi har även defeat performance, dvs. manipulationsverksamhet. Utskottet har inte fått den information utskottet behöver, och det pekar på att det eventuellt finns andra skyldiga än enbart Volkswagen.

För medborgarnas och konsumenternas del är det av yttersta vikt att man kan påvisa klart och entydigt att kommissionen och kommissionens ledamöter inte hade sina händer i syltburken under denna process. Om man inte kan visa det kommer kommissionen att vara skyldig till att medborgarna inte får sin ersättning för de förluster de har utsatts för, både i fråga om en sämre miljö och i fråga om en sämre produkt som de har köpt. Av den orsaken uppmanar jag nu kommissionären att med största allvar ta denna fråga och ta den rakt framifrån och sluta slingra sig. Ge oss våra uppgifter så kanske vi kan rädda konsumenten.

 
  
MPphoto
 

  Merja Kyllönen (GUE/NGL). – Arvoisa puhemies, yksi syksyn merkittävimmistä kysymyksistä on liikenteen päästöjen vähentäminen. Komission kunnianhimo on korkealla, haaveillaan kokonaan päästöttömästä liikenteestä. Valitettavasti EMIS-skandaali on osoittanut, että kun ahneus hyppää auton rattiin, ralli on rajua ja kyyti kylmää. Miettikää: 400 000 ennenaikaista kuolemaa, jotka johtuvat liikenteen pienhiukkaspäästöistä, vuodessa Euroopassa – ei mikään pieni kysymys.

Ympäristönsuojelun lisäksi toinen suurista skandaalin koko kuvion selvittelytyön haasteista on kuluttajien luottamuksen palauttaminen. Meillä kaikilla on nyt näytön paikka. Eurooppalaisen autoteollisuuden on lopetettava kiertely ja tunnustettava vastuunsa. Toisaalta meidän kolmen – komission, neuvoston ja parlamentin – on työskenneltävä yhdessä, jotta tulevat pelisäännöt ovat riittävän tiukat ja huijauksille ei ole enää tilaa. Syyllisten etsiminen ei riitä. Koko ketju on käytävä lävitse, niin että virheistä opittua tietoa pystytään hyödyntämään ja tällaista ei enää tulevaisuudessa tapahdu.

 
  
MPphoto
 

  Bas Eickhout (Verts/ALE). – Mr President, I would like to thank the Commissioner for being here today. I think if you just look at what we learned after half a year of the committee of inquiry, what is very important is that all the technical experts say there is no technical reason at all to switch off any abatement technology. It is technically not needed for protecting engines or anything else.

We know that a lot of, if not all, car manufacturers are using software to switch off these technologies. Only Volkswagen has been sentenced for using defeat devices, but Fiat are using it, shutting it off after 22 minutes, and other car manufacturers are turning it off below 17°C. There is no reason for that. Still, no other car manufacturer is being blamed for using defeat devices, and action by the Commission is urgently needed. More importantly, as we speak, polluting cars are still driving on our streets. When is the Commission going to coordinate a European recall to get those dirty cars off our streets?

 
  
MPphoto
 

  Roger Helmer (EFDD). – Mr President, first of all I ought to congratulate colleagues because the debate, as I am hearing it, is a great deal more interesting than the interim report, although that was unanimously supported by the committee. It is a very curious report since it is almost totally devoid of content. It is an extraordinarily reflexive and self-referential document. Indeed, in paragraph 1, the committee calls on itself to fulfil its own mandate, which seems strangely tautological and redundant. It also calls on the Commission for more cooperation.

I would, however, take issue with one word in the report. With extraordinary hubris, paragraph 4 requires governments, parliaments and the competent authorities of Member States to take certain actions. It is no business of this Parliament or of its temporary committee to require sovereign governments to take any action at all. Had common courtesy prevailed, had the committee requested rather than required, we might have supported the report. As it is, I am afraid we cannot.

 
  
MPphoto
 

  Jean-François Jalkh (ENF). – Monsieur le Président, chers collègues, je tiens à saluer les travaux de notre Commission qui s'emploie à révéler avec beaucoup de minutie les carences de nos industries et de nos institutions concernant le contrôle des émissions de polluants.

Je regrette cependant que nos travaux orientés sur des questions techniques négligent par trop le fait que les révélations sur Volkswagen s'inscrivent dans le contexte d'une guerre économique entre l'Europe et l'Amérique. Quand on veut tuer son berger allemand, on l'accuse d'avoir la rage !

Si le contexte n'excuse rien, il peut permettre de comprendre la logique et les implications de ce dysfonctionnement. Le contexte, c'est notamment l'hostilité croissante que suscite le dioxyde d'azote depuis quelques années, alors que l'industrie européenne excelle dans le domaine des moteurs diésels, c'est aussi la priorité accordée par la législation américaine au tout essence.

Je formule donc le vœu que la rédaction de notre rapport ne soit pas seulement technique, mais d'une tonalité plus offensive, plus politique.

 
  
MPphoto
 

  Ivo Belet (PPE). – We zijn inderdaad halfweg de termijn van deze onderzoekscommissie en ik denk, beste collega's, en dat is hier ook net geïllustreerd, dat we een heel goed beeld hebben van wat er is fout gelopen, hoe dat sjoemelsoftwareschandaal is kunnen gebeuren en vooral wat we nu moeten doen om te vermijden dat dit zich in de toekomst zou herhalen. Dat de verantwoordelijkheid, mevrouw de commissaris, een gedeelde verantwoordelijkheid is, dat hebben we gisteren tijdens de hoorzitting met uzelf heel duidelijk kunnen vernemen, dat wisten we. Niemand, geen enkele instantie, ook dit Parlement niet, had voldoende in de gaten dat we veel harder moesten opletten met de trucs van de software in de dieselauto's. En met name de nationale overheden zijn tekortgeschoten in hun controletaak, ondanks wat hier een paar minuten geleden door een paar sprekers is gezegd. Precies zij zijn immers verantwoordelijk voor de uitvoering van de Europese wetgeving, die we met alle 28 lidstaten toch hebben goedgekeurd. Het komt er nu dus op aan - en mevrouw de commissaris, daarvoor rekenen we uiteraard op u - die controle zelf als het ware onder curatele te zetten en op een wat striktere manier toe te passen, zodat er eindelijk - en dat was meneer Helmers net vergeten - een gelijk speelveld ontstaat in de Europese Unie. Dat is het belang van die controle. Europa had altijd, en dit is vandaag ook nog het geval, niet alleen de beste, maar ook de meest milieuvriendelijke auto's op de markt. Dat moeten we zo houden. We moeten voortrekker blijven, ook inzake schone technologie. Vandaag zijn er al diesels op de markt, ook in Europa, die die grens van 80 milligram wel degelijk eerbiedigen. Dat bewijst dat onze aanpak goed is, dat we de autosector vooruit jagen en dat de autoconstructeurs weten dat ze inderdaad - om dat woord maar te gebruiken - in een hogere versnelling moeten gaan. De auto-industrie, of een deel daarvan, beste collega's, dat weten we allemaal, heeft ons allemaal bedrogen, heeft de consument bedrogen. En het is nu zaak - en wij moeten daar met ons verslag en met onze commissie een belangrijke rol in spelen - druk te zetten om ervoor te zorgen dat dat vertrouwen snel kan terugkomen. Dat kan alleen met ambitie en met volledige transparantie.

(De spreker gaat in op een "blauwe kaart"-vraag (artikel 162, lid 8, van het Reglement))

 
  
MPphoto
 

  Doru-Claudian Frunzulică (S&D), blue-card question. – In fact I welcome your speech and would like to underline the good methodology and transparency of the investigation by the committee of inquiry. At the same time, I have a question for you. How do you think that the committee of inquiry could help, as you mentioned, to restore consumer confidence and ensure that this situation will not happen again?

 
  
MPphoto
 

  Ivo Belet (PPE), "blauwe kaart"-antwoord. – Twee zaken: Eerst en vooral door alles op tafel te leggen, alle informatie. De commissaris heeft gisteren van een aantal documenten die zogezegd geheim zijn of niet op tafel zouden komen, gezegd: “ik kom met die documenten”. Totale transparantie. En ten tweede, collega, door ervoor te zorgen dat wij de wetgevende voorstellen, typegoedkeuring onder andere, en de volgende voorstellen op het vlak van emissies onder reële rij-omstandigheden, want we moeten nog verdere stappen zetten, zo snel mogelijk kunnen goedkeuren, hopelijk in snel akkoord met de Raad, zodat dat wetgeving kan worden.

 
  
MPphoto
 

  Christine Revault D'Allonnes Bonnefoy (S&D). – Monsieur le Président, Madame la Commissaire, chers collègues, qu'il est compliqué de légiférer pour faire coïncider la conduite des véhicules en préservant la santé de tous, faire respecter les conditions normales et, donc, reconnaître que la conduite en conditions normales se fait sur route, et pas sur des rouleaux dans un laboratoire de test, sans siège ni chauffage ou climatisation! Il a fallu dix ans pour arriver aux tests en conditions réelles, qui seront mis en place par paliers et avec un facteur de conformité de 2,5.

Mais il est encore plus compliqué de faire respecter, de contrôler et de sanctionner le non-respect de la législation européenne. Aujourd'hui, la situation est incompréhensible aux yeux des citoyens qui, eux, sont tenus de respecter cette législation européenne. Malheureusement, la chaîne de contrôle et de sanctions ne fonctionne pas, alors qu'il est question de santé publique. L'image de l'Europe et des institutions européennes qui en ressort est terrible et nous dessert tous.

Parce que je suis profondément européenne et convaincue que l'Union doit poursuivre sa construction politique, je crois qu'il est de notre responsabilité de tirer les conséquences du scandale qui aurait pu être évité ici même si toutes les parties prenantes avaient fait respecter la loi, rien que la loi, mais toute la loi.

Il est plus que jamais temps de rappeler nos positions et la raison d'être de cette commission d'enquête: la défense de l'intérêt général. L'enjeu n'est pas de tirer à boulets rouges sur l'industrie, pas plus qu'il n'est de couvrir des agissements qui plaçaient l'économie au-dessus de toutes les valeurs. L'enjeu est de restaurer la confiance des consommateurs et des citoyens. L'enjeu est de garantir une mobilité plus propre, dans le respect de la santé publique et de l'environnement, tout en pérennisant les emplois. L'enjeu est de favoriser le développement durable qui bénéficie à tous.

C'est ce qui motive ma mission en tant que rapporteure fictive de la commission EMIS pour le groupe des socialistes et des démocrates et c'est ce qui motive mon mandat de députée européenne.

 
  
MPphoto
 

  Daniel Dalton (ECR). – Mr President, it has been a year since we discovered that motorists around the world have been cheated by Volkswagen and, since then, the question has been: how did they do it without regulators noticing, not just in Europe but throughout the world?

If a company wants to cheat, no system will be 100% secure. But the key is to make it as hard as possible to cheat, and we need to do that as soon as we can. We have new ‘real driving emissions’ (RDE) testing rules already in place, which is one key part of the answer, and we have new market surveillance proposals from the Commission, which are the second key part. We need to deal with this as soon as possible, even while the EMIS Committee is examining specific lessons with a view to reporting back to us next year. We have a type-approval system at national level with mutual recognition. It is the right system, but it needs national administrations to enforce it, as the Commissioner herself said last night.

So let us be clear: every administration in the world was fooled by Volkswagen, not just those in Europe. We need a proper peer-to-peer review system for Member States and we need proper market surveillance both at national and EU level. We need a system that works and that we can deliver. We can deliver it to protect consumers and the environment, but we need to get on with it. There is no time to delay.

 
  
MPphoto
 

  José Inácio Faria (ALDE). – Senhor Presidente, Senhor Comissário, Caros Colegas, a maior parte dos países europeus estão confrontados, hoje em dia, com graves problemas de qualidade do ar, nomeadamente nas cidades onde se verifica uma maior densidade de tráfego rodoviário. É também nos centros urbanos que vivem e trabalham a maior parte dos cidadãos europeus, que ficam dessa forma expostos às nefastas consequências da poluição atmosférica, a qual constitui uma verdadeira ameaça à saúde pública.

De acordo com dados deste ano da Agência Europeia do Ambiente, mais de 70 mil pessoas morrem prematuramente na União Europeia como consequência dos elevados níveis de óxido nítrico na atmosfera. Sabemos também que o trânsito rodoviário e em especial os motores diesel são as fontes predominantes destes gases nas zonas urbanas.

Perante as dificuldades dos municípios em travar o problema da qualidade do ar, a que assistimos, nós, a nível da política europeia? Assistimos a uma Comissão Europeia que, no mínimo, se pode qualificar de omissa, inoperante e disfuncional. Esta aparece aos olhos do cidadão europeu como refém de uma pretensa e ilusória competitividade industrial que é procurada de forma desonesta e batoteira por parte de alguns grandes operadores da indústria automóvel.

Sem dúvida, a competitividade industrial é um objetivo pelo qual nos devemos bater. Mas será, sem dúvida, desta forma que a conseguiremos?

Apostemos antes na inovação tecnológica, procuremos responder às necessidades dos cidadãos de melhor qualidade de vida nas cidades, apostemos em transportes urbanos mais sustentáveis e mais eficientes, apostemos nas renováveis e na mobilidade elétrica mais limpa e mais barata, e ponhamos os olhos naquilo que outros, nossos concorrentes, estão a fazer neste momento.

É vergonhoso que não tenhamos sido capazes de detetar e atuar sobre a fraude das emissões de combustíveis e que outros o tenham feito por nós. Olhemos também para a forma expedita como os americanos assacaram responsabilidades e tomaram medidas para assegurar a defesa dos legítimos interesses dos consumidores.

Importa que a comissão de inquérito seja capaz de repor a verdade sobre todo este processo. O mínimo que se pode exigir por parte da Comissão Europeia é que seja diligente na sua cooperação com o Parlamento no apuramento da verdade.

Interessa, acima de tudo, saber o que vai mudar para assegurar de forma eficaz a fiscalização e a implementação da legislação europeia. Devemos colocar os cidadãos em primeiro lugar, mas não foi isso que vimos durante este processo. Não é esta a Europa que queremos construir.

 
  
MPphoto
 

  Kateřina Konečná (GUE/NGL). – Pane předsedající, paní komisařko, ve slavném seriálu „Jistě, pane ministře“ se uvádí, že pokud nechcete, aby se pravda dostala na povrch a vše se ututlalo, založíte vyšetřovací výbor. Jsem velmi ráda, že Evropský parlament se rozhodl potenciál vyšetřovacího výboru skutečně využít. Za dobrý úmysl však často přichází trest, a tak musíme čelit nespolupracující Komisi, výmluvám automobilek, přehazování odpovědnosti, obviňování druhých apod.

Vyšetřovací výbor EMIS se snaží odhalit to, co už všichni dávno víme, že o celém skandálu se dlouhodobě vědělo, ale byl tutlán všemi zasvěcenými stranami. Narážíme však na odpor těch, kteří by měli být voláni k zodpovědnosti, a na jejich aroganci, která nás však ještě více nutí odhalit pravdu.

Děkuji moc všem svým kolegům za spolupráci a dovolte mi poděkovat především předsedkyni vyšetřovacího výboru, která svou systematičností dokazuje, že je možné, že se nám opravdu podaří dojít k zdárnému konci.

 
  
MPphoto
 

  Karima Delli (Verts/ALE). – Monsieur le Président, Madame la Commissaire, il y a un an que le scandale Volkswagen a éclaté. Il est vite devenu le scandale de l'industrie automobile mondiale.

Un an après la découverte de cette fraude massive au test antipollution, rien n'a été fait, à part la création de notre commission d'enquête. Aucune mesure d'envergure n'a été prise, ni par la Commission, ni par les États membres pour faire respecter les normes européennes antipollution, pour protéger la santé des citoyens et pour rétablir la confiance des consommateurs. Depuis un an, on laisse le consommateur européen se faire arnaquer pendant que les Américains se font rembourser, on laisse des poubelles ambulantes polluer nos routes.

Vous allez lancer des mesures d'infraction contre les États qui ont homologué ces véhicules, c'est un premier pas. Mais qu'attendez-vous – lorsque je regarde le gouvernement français qui protège Renault, un des pires pollueurs en Europe – pour garantir qu'il n'y ait plus de diesel gates?

Réformons radicalement le système d'homologation, créons enfin une agence européenne indépendante pour certifier les véhicules et exiger un rappel automatique des véhicules si une fraude est contestée. Il est de votre devoir désormais d'agir.

 
  
MPphoto
 

  Sven Schulze (PPE). – Herr Präsident, Frau Kommissarin, sehr geehrte Damen und Herren! Der Ausschuss läuft jetzt seit März diesen Jahres, und wir haben dort technische Experten gehört, wir haben Vertreter von NGO gehört, wir hatten Vertreter der Automobilindustrie dort und auch frühere Kommissare – und auch nochmal mein Dank an alle, die recht schnell ihr Kommen zugesagt haben. Bis auf einen Gast hat das ja auch alles sehr gut geklappt. Zu den Ergebnissen:

Erstens: Man muss aus meiner Sicht ganz klar unterscheiden zwischen illegalen Abschaltvorrichtungen und erhöhten Emissionswerten von Diesel—PKW im Straßenbetrieb. Illegale Abschaltvorrichtungen sind ganz klar, wie sie auch schon sagen, illegal. Das muss bestraft werden, und das ist auch in der Gesetzgebung so vorgesehen. Man muss auch Zweifel haben, ob Volkswagen hier alleine am Pranger stehen darf. Wenn ich mir beispielsweise anschaue, was das italienische Unternehmen Fiat im Moment so an Schlagzeilen produziert, dann muss man da auch klar nochmal sagen, dass die Behörden da ganz, ganz stark prüfen sollten.

Zweitens: Mit den RDE—Messungen, die jetzt kommen werden, sind illegale Abschaltvorrichtungen sinnlos. Unrealistische Labormessungen, die mit der Realität nichts zu tun haben, werden der Vergangenheit angehören. Hier hat die europäische Ebene geliefert. Hier haben wir den richtigen Weg eingeschlagen, und hier hat auch Kommissar Tajani entsprechend mitgewirkt.

Drittens: Abschaltvorrichtungen aufgrund von Bauteilschutz: Dass dies möglich war, ist nur vielen Experten bekannt gewesen, der breiten Bevölkerung jedoch eher nicht. Ich denke, hier hat auch der Ausschuss hervorgebracht, dass die Hersteller teilweise den Bogen überspannt haben. Aber ich sage als Ingenieur auch ganz klar: Wir brauchen in ganz engem Rahmen diese Abschaltmöglichkeiten, die legal sind, denn bei ganz extrem hohen oder niedrigen Temperaturen oder unter anderen Voraussetzungen muss es möglich sein, die Technik zu schützen.

Ich möchte noch eine Anmerkung zum Ausschuss generell machen. Ich hatte das Gefühl, dass viele Ausschussmitglieder eine Verschwörung zwischen Kommission und der Automobilindustrie gegen den Verbraucher und gegen Umweltinteressen nachweisen wollten. Ich glaube, der Ausschuss hat jetzt schon gezeigt, dass das nicht der Fall ist.

 
  
MPphoto
 

  Massimo Paolucci (S&D). – Signor Presidente, onorevoli colleghi, i lavori della commissione d'inchiesta hanno fatto venire alla luce in modo chiaro che lo scandalo Volkswagen è solo la punta di un iceberg. Non c'è solo l'uso fraudolento di dispositivi nati per difendere i motori in condizioni particolari, c'è di più.

Già nel 2007, ma in modo ufficiale dal 2011, era noto che le auto messe in commercio su strada avevano emissioni 7-8 volte più alte di quelle testate in laboratorio in fase di omologazione. È una truffa grave ai danni degli utenti e un colpo per la qualità dell'aria delle nostre città, una truffa ancor più grave perché da tempo esistono le tecnologie per abbassare le emissioni di NOx.

Ecco perché è essenziale andare avanti con i controlli sulle emissioni reali su strada, cambiare profondamente le norme di omologazione, andare oltre a controlli affidati solo ai singoli Stati nazionali e avere norme più chiare e stringenti a tutela dei consumatori.

 
  
MPphoto
 

  Kosma Złotowski (ECR). – Panie Przewodniczący! Skandal, który stał się przyczyną powołania tej komisji, poważnie nadwyrężył poziom zaufania zarówno do europejskiej branży motoryzacyjnej, jak i do organów kontrolnych, zarówno krajowych, jak i unijnych. Nie chodzi w tym wszystkim jedynie o naruszenie prawa konsumentów do otrzymywania rzetelnych informacji o specyfikacji kupowanych produktów, ale także o przyszłość sektora, który jest bardzo ważny dla europejskiej gospodarki i rynku pracy w wielu państwach członkowskich, w tym także i w moim kraju.

Niestety mimo wielu przesłuchań i ekspertyz wciąż trudno jednoznacznie stwierdzić, czy fałszowanie wyników pomiarów emisji spalin było rzeczywiście działaniem celowym i świadomym czy, po prostu, efektem niedoskonałych metod testowania nowych modeli samochodów. Mam nadzieję, że ostatni etap prac komisji EMIS przyniesie jednoznaczną odpowiedź na pytanie, kto ponosi największą odpowiedzialność i kto powinien zostać ukarany, ale nie doprowadzi do trwałej recesji w europejskim przemyśle motoryzacyjnym.

 
  
MPphoto
 

  Paloma López Bermejo (GUE/NGL). – Señor Presidente, parece un exceso de prudencia demorar más la presentación de alguna conclusión política sobre el caso de los motores diésel. A estas alturas, sabemos que la existencia de dispositivos de manipulación de emisiones y la discrepancia entre la contaminación aérea y la prometida por los nuevos motores era generalmente conocida, sin que nadie actuara.

En los interrogatorios, las compañías de automóviles y la Comisión balbucean contradicciones y evasivas, pero no pueden negar que los fabricantes de coches influenciaron la definición de nuevos objetivos de emisiones y los estándares técnicos que deberían implementarlos, orientando la regulación hacia sus propios intereses.

Es probable que este caso sea tan solo la punta del iceberg de cómo los grandes oligopolios determinan la normativa europea, de cómo los beneficios privados cuentan más que la vida de las personas.

En la Unión Europea son centenares de miles las muertes prematuras al año por óxidos de nitrógeno, por eso cuesta entender tanto sigilo en este informe.

 
  
MPphoto
 

  Julia Reda (Verts/ALE). – Mr President, at half-time we have seen deficits with this committee’s foundation on which its work is supposed to stand. The Commission’s reaction to our request for documents has been unsatisfactory. Time has been wasted by both the Commission and by the Joint Research Centre. Adding insult to injury, we were given the most ridiculous explanations for their non—compliance, including ‘the document was too large’ and ‘we didn’t think the documents were relevant.’

Yesterday Commissioner Bieńkowska in turn expressed her dissatisfaction with Member States’ withholding information. Commissioner Bieńkowska, it is now your moment to excel. Give us your information, give it to us in full and give it to us now. The need to strengthen Parliament’s investigatory powers was also highlighted by a former Commissioner’s refusal to even appear before the committee. Let us therefore work to introduce the Verheugen clause to Rule 198, the right to summon a witness, plain and simple.

 
  
MPphoto
 

  Ivan Štefanec (PPE) – Vyšetrovací výbor EMIS bol zriadený najmä z dvoch dôvodov. Tým prvým je pravdivé popísanie príčin, ktoré viedli k tomu, že zo strany veľkých firiem mohla byť dlhodobo a hrubo obchádzaná európska legislatíva. Druhým dôvodom je téma obnovy naštrbenej dôvery európskeho spotrebiteľa.

Dôkladné vypočutie všetkých aktérov má preto viesť k tomu, že predpisy v tejto oblasti budú jasnejšie, prísnejšie a budú viac odrážať realitu. Pri procese tvorby novej legislatívy treba povedať, že sme aj dosiahli pokrok. Zhodujeme sa s Komisiou na tom, že kontrola emisií nesmie prebiehať len v laboratórnych podmienkach, ale najmä v reálnej premávke a tiež na tom, že pravidlá musia v rámci spoločného trhu platiť pre všetkých rovnako a všade rovnako. Treba ale otvorene povedať, že nie všetky členské štáty v tejto oblasti spolupracujú, čo celý proces spomaľuje a blokuje. Kauza má aj ďalší rozmer, ktorý ešte nie je uzavretý. Tisíce európskych spotrebiteľov sa stali obeťami zavádzania. V rovnakom prípade v Spojených štátoch amerických automobilka majiteľov odškodní sumou niekoľko tisíc dolárov, voči európskym zákazníkom ale takéto odškodnenie stále odmieta. Ak máme v našich občanoch obnoviť dôveru v to, že Európska únia stojí na ich strane a háji ich práva, je potrebné urobiť všetko pre to, aby aj Európania dostali spravodlivé a adekvátne odškodnenie. Našim zámerom a úlohou nie je trestať. Automobilový priemysel je pre Európu kľúčový a chceme ho podporovať, najmä čo sa týka zavádzania nových technológií a inovácií. Európska únia musí vytvárať pre automobilky stabilné prostredie. Čo ale od nich aj od každého požadujeme, je dodržiavanie dohodnutých pravidiel.

 
  
MPphoto
 

  Ismail Ertug (S&D). – Herr Präsident, liebe Kolleginnen und Kollegen! Die letzten Wochen haben eindrucksvoll gezeigt, dass dieser Untersuchungsausschuss sehr, sehr erforderlich ist. Aus den bisherigen Hearings lassen sich folgende Schlüsse ziehen: Die Europäische Kommission beantwortet unsere Fragen nur ausweichend, teilweise gar nicht. Die Europäische Kommission kennt ihre eigene Gesetzgebung nicht oder will sie nicht kennen, und sie weiß auch nicht, welche Befugnisse sie hat, beziehungsweise sie will nicht wahrhaben, welche Befugnisse sie hat.

Besonders auffällig ist, wie die Mitgliedstaaten Gesetzgebung umsetzen beziehungsweise nicht umsetzen. Ich frage mich: Wie kann es sein, dass die Europäische Kommission zum Beispiel im Streit um ein Kühlmittel in Autos sofort mit Vertragsverletzungsverfahren zur Hand ist, während sie aber bei einem solch großen Thema wie der Typgenehmigungsrichtlinie 23 Mitgliedstaaten ungeschoren davonkommen lässt? Die Mitgliedstaaten tragen auch eine entscheidende Mitverantwortung, aber eines ist klar: dass die Europäische Kommission hier eine Mitschuld trägt, weil sie nämlich nicht tätig geworden ist.

 
  
MPphoto
 

  Julie Girling (ECR). – Mr President, I would like to thank the rapporteurs for this interim report. It does not tell us a great deal, but it does set out where we have been going with this, and, for me, there are clearly two strands.

I came to this because of my rapporteurship on air quality, and my problems started when I was given a presentation from the Directorate-General for the Environment at the beginning of that process – that is about three years ago now – which clearly showed that they were very well aware of the disconnect between the actual standards and what they delivered on the road. I honestly can tell you that was the first time I was aware of it, and from that moment on I was determined that we should get to the bottom of why that should happen.

Now, in this particular inquiry, with these two strands, political and technical, my concern is that we make sure that, at the end of this, we know what the political lessons were; we understand clearly why the parts of the Commission that should have been working together, to make this work for citizens and their health, were not doing so quickly enough and not taking their responsibility seriously enough; and that we have in place a system that will ensure this never happens again.

 
  
MPphoto
 

  Luděk Niedermayer (PPE). – Mr President, during the last year we have learnt a lot not about Volkswagen, but mostly about the enforcement of EU regulation, about how division of responsibility between the Union and the State works, and about the behaviour or ethics of some of the firms. It was very sad to learn all this, and frustrating, but we have got a chance to change things for the better. I am not afraid that industry cannot do it or that it is too expensive: industry just needs to have very clear and simple rules to follow.

I do not believe that blaming and shaming should be a key part of the committee work. We should be focused on the future: that is the most important thing. We should start with understanding the basic facts and I will try to describe some of them. Firstly, I believe that only cars complying with the rules should be allowed onto the market. That is what we must do: we have proper rules and these are the only way to avoid unnecessary health risks. We know that, by using existing technologies, even current diesel cars can be made clean. What will happen in the future is hard to tell because technology is evolving so quickly.

We were late in introducing better laboratory testing. We are now on track. We must make sure that any altering of vehicles for testing will be prohibited. Real driving tests and random sampling should be a very important component of a future better system and should be supported alongside independent testing. I believe that this general failure on our part should be turned into victory, namely into a new system that will be better for us all and that we must bring about.

 
  
MPphoto
 

  Christel Schaldemose (S&D). – Hr. Formand! Skandalen om snydesoftware i millioner af biler på det europæiske marked handler ikke kun om snyd. Skandalen handler om menneskeliv. På grund af snyderiet har der været langt større mængder af de sundhedsskadelige NOX-gasser i den luft, vi indånder. I EU dør 72.000 mennesker for tidligt om året på grund af NOX, ca. det samme som dør i trafikulykker. Det er kernen i skandalen: Folk dør, og miljøet lider. I undersøgelsesudvalget er vi i fuld gang med at finde ud af, hvorfor denne skandale ikke blev opdaget noget før. Foreløbig tyder alt på en systemfejl. Ingen vidste tilsyneladende noget, og alle fralægger sig ansvaret – fra EU-Kommissionen til medlemsstaterne. EU’s måde at godkende og kontrollere biler på har slået fejl. Vi har brug for en ny måde at gøre det på. Vores kontrolsystemer skal være langt mere mistænksomme. Når noget ser mærkeligt ud, skal det undersøges til bunds, og vi skal have en entydig ansvarsfordeling. Lad os lære af denne skandale, lad os bygge et nyt system op, hvor vi først og fremmest tager hensyn til mennesker og miljø.

 
  
MPphoto
 

  Evžen Tošenovský (ECR). – Pane předsedající, paní komisařko, probíhající práce vyšetřovacího výboru pro měření emisí dává skutečně celistvý obraz o technických systémech spalovacích motorů, a to hlavně dieselových. Dozvěděli jsme se ohromné množství informací, a to nejen o technických aspektech, ale i o procesech při přípravě a schvalování potřebné legislativy. Pro mne osobně je skutečně poučné, jak silný politický tlak na snižování emisí CO2, který je na hraně technických možností, vede k obrovským problémům. Tlačí výrobce k nepřijatelným postupům až k podvodům, jako u VW, a zároveň přivádí i úřední dohled do složitých situací.

Věřím, že výsledkem práce vyšetřovacího výboru bude nejen popis, co se vlastně stalo u výrobců nebo při přípravě legislativy, ale hlavně, jak k případným regulacím přistupovat do budoucna. Přijímaná legislativní regulativní opatření musí zajistit technicky dosažitelné podmínky pro kontrolu a stejné postupy při homologaci vozidel v jednotlivých zemích EU.

 
  
MPphoto
 

  Francesc Gambús (PPE). – Señor Presidente, señora Comisaria, el pasado 13 de julio aprobábamos por unanimidad el informe preliminar, cumpliendo así el mandato que se nos dio tras el surgimiento del llamado «Dieselgate» en los Estados Unidos, que ha afectado a millones de vehículos en el mundo. Tras el escándalo, a los miembros a quienes se nos asignó a la comisión de investigación de este Parlamento se nos dio un mandato que cumplir. Y por ello, hoy queremos que se apruebe este informe, cuya petición primordial es dejar que la comisión de investigación pueda llegar al fondo de la cuestión. Se nos encomendó aportar luz a un caso al que no es fácil aproximarse.

Créanme, los diputados y las diputadas de esta Cámara que somos miembros, a la vez, de las Comisiones de Medio Ambiente y de Industria sabemos que debemos batallar entre intereses difíciles de encajar. Pero también sabemos que para conseguir la reindustrialización de Europa nos será necesario hallar una estrategia europea que preserve el medio ambiente y la salud pública sin dejar de apostar por la economía productiva, la investigación, la innovación y la industria.

Se nos encomendó aportar luz en un caso en el que la neblina de las normas impulsadas durante el mandato del Comisario Verheugen ha sido, en parte, causa de los hechos que nos han llevado hasta donde estamos hoy; una neblina que llegó incluso a dificultar la realización de nuestro cometido tras su rechazo inicial a comparecer ante la Comisión y la poca claridad de su posterior declaración. Debemos, cierto, mirar al futuro, ser transparentes, actuar con luz y taquígrafos. Y, por ello, con este informe emplazamos a la Comisión Europea, a los Estados miembros y a todas las autoridades competentes y actores involucrados a que cooperen y respeten el principio de leal colaboración con la comisión de investigación, para poder mejorar el trabajo hecho hasta ahora y evitar que, una vez más, donde esté hecha la ley, se pueda hallar la trampa.

Por ello, porque nuestra prioridad es la salud de nuestros ciudadanos, sus empleos y su bienestar, queremos llegar al final de la investigación y que esta sirva para aclarar responsabilidades y guiar por el camino del crecimiento a un sector que prevé la creación de unos 880 000 puestos de trabajo en Europa hasta el año 2025.

 
  
MPphoto
 

  Miriam Dalli (S&D). – Għandna eluf ta' ċittadini Ewropej, eluf ta' tfal li ta' kull sena qegħdin jispiċċaw jimirdu serjament u ġieli agħar minn hekk. U l-kawża ta' dan hi t-tniġġis fl-ibliet tagħna. Ma qegħdin ngħidu xejn ġdid. Imma suppost li għandna liġijiet ċari li jipprojbixxu dan, imma sal-lum il-ġurnata, xorta waħda, sfortunatament, qiegħed jiġri bil-kontra.

Is-sitwazzjoni li għandna quddiemna m'hijiex limitata għal produttur wieħed tal-karozzi. Għandna aktar minn kumpanija waħda li qed jiġġeneraw tniġġis - f'ċertu każi, għaxar darbiet aktar mil-limitu legali. Ma jistax ikun jibqa' jkollna awtoritajiet nazzjonali li ma jieħdu l-ebda azzjoni kontra kumpaniji tal-karozzi li jabbużaw mir-regoli. Ma nistgħux naċċettaw aktar sitwazzjoni fejn min jipproduċi l-karozzi jħossu kunfidenti biżżejjed li l-awtoritajiet nazzjonali se jibqgħu jgħattulu.

L-għan tagħna huwa li naċċertaw ruħna li ħadd ma jdur mar-regoli. Għalhekk li rridu nibqgħu ninvestigaw, nistaqsu, naslu għal konklużjonijiet u nagħmlu r-rakkomandazzjonijiet tagħna, biex dawn l-affarijiet ma jerġgħux jirrepetu ruħhom.

 
  
MPphoto
 

  Peter van Dalen (ECR). – De onderzoekscommissie, voorzitter, is halverwege de autorit eensgezind: het onderzoek gaat de goede kant op en er moet sneller meer informatie komen van alle betrokkenen. Die eensgezindheid op de achterbank zou wel eens kunnen verdwijnen, wanneer er straks conclusies moeten worden getrokken en er concrete maatregelen moeten komen. Om een paar hete hangijzers te noemen: Op welke manier moet de verwevenheid tussen de overheid en de auto-industrie worden aangepakt? En ook nog die duizenden lobbyisten? En hoe krijgen we echt schone lucht? Ik denk, voorzitter, dat er maar één oplossing is: zo snel mogelijk emissieloze auto's. Schone dieselauto's bestaan niet. Schone benzineauto’s bestaan ook niet. Niet met en niet zonder sjoemelsoftware. Rijden op elektriciteit en waterstof, daar zit toekomst in. Laat de Europese Unie daar alle energie op richten. Ruim baan voor de emissieloze auto.

 
  
MPphoto
 

  Dariusz Rosati (PPE). – Mr President, first of all let me express my thanks to our rapporteur for the work he has done on the report. It is a good summary of our six months’ work in the EMIS Committee of Inquiry. Nevertheless, our mandate has not been fulfilled yet. There is still much work to be done. There are a lot of doubts and there are also many unanswered questions. We are all in this House looking forward to the final conclusions and results. This cannot be done without close and loyal cooperation with the Commission.

During the meetings many of us blamed the Commission for the failure to reform the emission control testing system and the type-approval procedure, but this is not the full picture. Not only was the Commission late with taking proper actions, but also Parliament lost time to finalise its first report on the real driving emission legislation. Member States did not take effective action to enforce the explicit ban on defeat devices. The final outcome was that customers lost trust in the car manufacturer and consumers suffered from increased air pollution. We expect the Commission to make sure the Volkswagen Group compensates all customers affected by its illegal practices in the EU, and we expect Member States to swiftly penalise all such practices.

Now we should focus on the legislative work and finalise the third and fourth real driving emissions packages. We have half a year to investigate all failures and submit the final report, which will serve to improve the cars emission framework. Now it is time to make sure that such maladministration will never happen again. We, as the European Parliament, are here to protect European citizens and consumers in the first place from being cheated.

 
  
MPphoto
 

  Carlos Zorrinho (S&D). – Senhor Presidente, Senhora Comissária, é do interesse dos europeus, da sua indústria, dos seus centros de conhecimento e dos seus cidadãos que a União Europeia assuma um papel liderante na transição para a mobilidade inteligente.

A mobilidade inteligente poupa vidas, melhora a qualidade de vida e abre novas perspetivas de competitividade. Neste domínio, a EMIS já teve um impacto muito positivo.

Depois dela, as instituições europeias e os Estados-Membros terão de sair da sua zona de conforto, têm de assumir responsabilidades de efetiva fiscalização, têm de divulgar informação transparente e credível aos consumidores e têm de tirar partido do conhecimento existente, nomeadamente no Centro Comum de Investigação. Depois dela também, as metodologias de medição de emissões e as tecnologias associadas ao setor automóvel na União Europeia e fora dela não serão mais as mesmas.

Perante indícios de manipulações fraudulentas, as autoridades apostaram num salto tecnológico. Senhora Comissária, isso é importante, mas não basta. É preciso erradicar a cultura que permitiu a potencial fraude que está a ser avaliada – é esse o caminho que este relatório intercalar espelha e que a comissão de inquérito continua a percorrer de forma sólida.

 
  
 

Procedura catch-the-eye

 
  
MPphoto
 

  Maria Grapini (S&D). – Domnule președinte, doamnă comisar, vreau, de la bun început, să apreciez munca Comisiei, așa, la jumătate de mandat, dar vreau să subliniez câteva lucruri. S-au spus aici foarte-foarte multe aprecieri sau comparații între Statele Unite și Europa. Eu sunt raportor din umbră din partea grupului meu pe raportul de omologare. Doamna comisar, nu cred că trebuie să grăbim acest raport Dalton privind omologarea de tip, atât timp cât nu avem rezultatul Comisiei. Ce rost mai are să avem o Comisie care lucrează la anchetă dacă noi grăbim acest raport? Asta este o problemă. A doua problemă: eu nu cred că Statele Unite sunt mai bune decât Europa, nu aici este problema. Acolo este o reglementare extrem de lejeră, însă există o conformare voluntară și eu cred că nu putem transforma Comisia în jandarmul Europei, ci autoritățile naționale trebuie să pledeze pentru respectarea unor reguli simple care să protejeze și populația, dar să nu omoare industria în favoarea industriașilor non-europeni. Eu vin din industrie, știu ce greu este când supra-reglementăm pentru cei vinovați și-i omorâm și pe cei buni. Cred că este important să urmărim respectarea legilor și nu să supra-reglementăm. Și nu sunt de acord ca în raport să apară doar numele Volkswagen, pentru că sunt și alte companii care greșesc în acest domeniu și trebuie să vorbim despre toți.

 
  
MPphoto
 

  Patricija Šulin (PPE). – Preiskovalni odbor za merjenje emisij v avtomobilskem sektorju skupaj z Evropsko komisijo opravlja pomembno nalogo v tej preiskavi.

Več kot očitno je, da imamo v Evropski uniji slab tržni nadzor nad dogajanjem v avtomobilskem sektorju. Škandal, ki je bil odkrit v Volkswagnu, ni osamljen, in to ugotavljamo po tem, ko so v Evropski uniji odklopne naprave uradno prepovedane že 18 let. Dizelska vozila z neustreznimi odklopnimi napravami še vedno vozijo po naših cestah in tako onesnažujejo naše ozračje.

Znižanje emisij CO2 je pomembna naloga nas vseh, zato je potrebno na tovrstni škandal odločneje odreagirati, tudi z odkrivanjem in ustreznim sankcioniranjem odgovornih.

Evropska uredba je na tem področju preveč nejasna, saj kljub zakonski prepovedi uporabe odklopnih naprav dopušča preveč možnosti razlage glede uporabe teh naprav, zato je potrebno v najkrajšem možnem času to urediti.

Prav tako je pomembno, da v tej preiskavi poleg Evropske komisije in preiskovalnega odbora sodelujejo tudi države članice. Nenazadnje gre za zaupanje potrošnika v evropske proizvode.

 
  
MPphoto
 

  Νότης Μαριάς ( ECR). – Κύριε πρόεδρε, το σκάνδαλο της Φολκσβάγκεν απέδειξε ότι η περίφημη ανταγωνιστικότητα των γερμανικών εταιρειών οφείλεται σχεδόν αποκλειστικά στις μίζες και στις παράνομες και βρώμικες πρακτικές που χρησιμοποιούν για να εξαπατήσουν τις ελεγκτικές αρχές και τους καταναλωτές. Σε ερώτηση που κατέθεσα στις 23 Σεπτεμβρίου του 2015, είχα ζητήσει η έρευνα που διεξήχθη στις ΗΠΑ και αποκάλυψε το σκάνδαλο της Φολκσβάγκεν να επεκταθεί και στην Ευρώπη και να καλύψει και άλλες εταιρείες του κλάδου. Όπως επισημαίνει και η επίτροπος κυρία Bieńkowska στην απάντησή της, έρευνες που διεξήχθησαν σε διάφορα άλλα κράτη μέλη απέδειξαν ότι υπήρξαν παραπτώματα και μέθοδοι καταστρατήγησης των αποτελεσμάτων και σε άλλους κατασκευαστές. Θα πρέπει συνεπώς η Ευρωπαϊκή Ένωση να λάβει άμεσα μέτρα για την αυστηροποίηση των ελέγχων στα αυτοκίνητα όλων των εταιρειών σε όλη την Ευρώπη και να επιβάλει βαρύτατες κυρώσεις σε όσους παρανομούν.

Εύχομαι η νεοσύστατη επιτροπή του Ευρωπαϊκού Κοινοβουλίου να ρίξει άπλετο φως στις παράνομες πρακτικές της αυτοκινητοβιομηχανίας το γρηγορότερο, και να σεβαστεί αυστηρά το χρονοδιάγραμμα που έχει τεθεί. Στις 2 Μαρτίου του 2017, οι πολίτες πρέπει να γνωρίζουν!

 
  
MPphoto
 

  José Blanco López (S&D). – Señor Presidente, a estas alturas podemos decir que estamos ya ante un gran fracaso colectivo. Fracaso por parte de aquellos que intentaban engañar con mecanismos de trucaje a los ciudadanos, a la Comisión y a los Estados miembros, porque se ha descubierto el fraude; fracaso de la Comisión, porque, sabiendo —como dijo un Comisario— que las normas eran flexibles y que así lo interpretaba la industria, no impulsó a tiempo nuevas normas, nueva regulación, para evitar que estas cosas volvieran a suceder; y, desde luego, fracaso de los Estados miembros, porque las autoridades nacionales tienen el deber de controlar y el deber de investigar para que este tipo de situaciones, que atentan contra el medio ambiente, que atentan contra la salud de los ciudadanos, no se produzcan.

Desde luego tenemos que tomar nota para que en el futuro, que es lo más importante, estas cosas no se repitan. Estamos hablando de nuestra salud. Estamos hablando, en definitiva, del medio ambiente, pero también estamos hablando de la industria, que crea empleos y, desde luego, este tipo de cosas, este tipo de fraudes, tampoco ayuda a la industria, porque está bajo sospecha.

 
  
MPphoto
 

  Gesine Meissner (ALDE). – Herr Präsident! Der Ausschuss hat ganz offensichtlich einiges nicht zutage gebracht, aber auch andere Erkenntnisse ergeben, die ich für sinnvoll und auch gut halte. Also eine Sache zum Beispiel – ich fasse es mal in meinen Worten zusammen: VW konnte ganz offensichtlich die 80 Milligramm NOX, die in Kalifornien in den USA zugelassen sind, nur mit Dieselautos mit betrügerischer Software erreichen. Betrug ist natürlich strafbar und zu verurteilen. In Europa ist der Grenzwert wesentlich höher, und vor allen Dingen gab es ganz offensichtlich – für alle bekannt oder für alle, die es wissen wollten, bekannt – einen hohen Toleranzfaktor. Das heißt, 600 Milligramm kamen statt 180 Milligramm raus, also mehr als das Dreifache.

Deswegen scheint es auch zu sein, dass in Europa die Rechtslage für Autobesitzer eine andere ist als in den USA. Wir müssen daraus lernen, dass es wichtig ist, dass wir natürlich versuchen, Emissionen zu senken, also was jetzt greenhouse gas CO2 angeht, aber auch, zum Beispiel für saubere Luft und weniger Schadstoffe zu sorgen. Da müssen wir die Rahmenbedingungen haben, die die Industrie realistische Dinge produzieren lassen und die den Verbrauchern das Vertrauen in sozusagen gesunde Fahrzeuge ermöglichen. Und da müssen wir auch ambitioniert kontrollieren und auf die Umsetzung achten, und zwar so schnell wie möglich – inklusive der real driving emissions.

 
  
MPphoto
 

  Nicola Caputo (S&D). – Signor Presidente, onorevoli colleghi, più volte abbiamo evidenziato il ruolo di leadership dell'Unione europea nella lotta all'inquinamento ambientale: basti pensare al ruolo propulsivo che ha giocato nell'accordo di Parigi sul clima o a quello che sta giocando insieme all'ICAO per un'estensione dello schema ETS a livello mondiale.

Tuttavia tale leadership comporta obblighi. La commissione d'inchiesta sul dieselgate che questo Parlamento ha istituito deve inviare un segnale forte, di grande rigore e terzietà, nella conduzione dell'inchiesta, perché il mondo non abbia a dire che è l'Europa la prima a violare quelle norme. Occorre prendere una posizione decisa, avendo il coraggio di denunciare, se necessario, anche eventuali comportamenti omissivi nell'adozione di misure appropriate per rendere effettiva l'applicazione dell'esplicito divieto di impianti di manipolazione. La credibilità dell'Unione europea dipende anche e molto da questa inchiesta.

 
  
MPphoto
 

  Werner Kuhn (PPE). – Herr Präsident! Bevor wir emissionsfreie Fahrzeuge auf unseren Straßen haben – ob die elektrisch angetrieben werden oder auch mit Wasserstoffverbrennungs-Kraftmaschinen –, müssen wir uns schon mit der gegenwärtigen Situation auseinandersetzen und versuchen, technische Lösungen zu finden, damit diese Grenzwerte, was NOx betrifft, was CO2 betrifft, auch eingehalten werden können. Deshalb ist es notwendig, dass wir bei type approval, bei der Typenzulassung, in besonderer Weise Obacht darauf geben, dass die Abgasreinigungsanlagen nach Euronorm 6 auch technisch installiert werden. Und da ist es eben notwendig, unter Laborbedingungen 80 Milligramm pro Kilometer NOx hier in Deutschland auch einzuhalten, und da ist es notwendig, dass man auch auf den amerikanischen Markt reagiert. Aber der hat 70 Milligramm pro Meile; das sind 44 Milligramm pro Kilometer. Das geht nur dadurch, dass man eine solche AdBlue- oder Blue-Motion-Technologie einsetzt, wässrigen Harnstoff sozusagen, in einer Abgasreinigungsanlage, die diese Nitrosengase, dieses NOx,bindet und sie umwandelt in molekularen Stickstoff, der völlig unschädlich ist für Mensch und Wasser. Das ist das Thema, mit dem wir uns bei type approval auseinandersetzen werden, damit solche Dinge nicht mehr passieren können.

Da muss eine Marktüberwachung her, und diese Marktüberwachung muss stichprobenartig auch die neu zugelassenen Fahrzeuge testen, auch bei real driving emissions. Es ist natürlich klar, dass es einen Riesenunterschied macht, was den Abgasausstoß betrifft, ob Sie Kraftstoff verbrauchen bei 130 Stundenkilometern oder 170 Stundenkilometern oder 200 Stundenkilometern. Das muss mit neuen Technologien kompensiert werden. Nur so werden wir dieses Ziel tatsächlich erreichen. Es ist festgelegt, dass bis 2017 oder bis 2019, ich glaube, 168 Milligramm NOx ausgestoßen werden darf unter real driving emissions-Bedingungen und bis 2021 nur noch 129 Milligramm. Das muss unser Ziel sein. Ansonsten werden wir tatsächlich in unseren Innenstädten ein Klima schaffen, das absolut nicht verträglich und gesundheitsschädlich ist.

 
  
 

(Fine della procedura catch-the-eye)

 
  
MPphoto
 

  Elżbieta Bieńkowska, Member of the Commission. – Mr President, I want to thank all the honourable Members for this exchange of views and this honest debate. There is no doubt for me that we have a common objective: that we have to uncover fully the defeat devices scandal, that we have to draw the best appropriate conclusions from it, and that we have to move forward. Our guiding principles, for all of us, must be truth and transparency.

Again, let me underline that I will do all that is necessary, and use the Commission’s mandate and power as a regulator and as a guardian of the Treaty, to restore confidence in the law and trust in the industry. However, let me be honest about it: I do not really want to play the blame game that we are seeing now. I am the last person to do this but I have to be very vocal and say loudly that I cannot, with 100% confidence, blame other car manufacturers, because I do not have the full evidence.

I am sending several letters to the Member States, and I will continue to push them, as I am doing now, but I do not have any legal power in this respect. Some of you mentioned EU recalls, and I would very much like to go ahead with EU recalls, but I do not have any legal basis right now on which to do so.

I agree it is very odd that in some Member States we are seeing mandatory recalls, in some voluntary recalls, and in some nothing. This is not appropriate and it should not go on like this. However, I believe the Member States have really started to understand that we have to break with some past practices: that they have to be transparent, and give us all the relevant information, the technical and other information, that we need; and that it is their commitment to establishing real market surveillance that will be key to future success.

I need the commitment from the Member States – as, of course, I need it from you – so that we will be able to put in place a modern, efficient coherent framework for approving cars, and I want to be very clear about it. I am not doing this against the industry, quite the contrary. I am the Commissioner responsible for industry and I will do all that it takes for the car industry to flourish, to be competitive and to be respected. However, in the interests of the industry today – and I hope that the industry also starts to understand it – I need to be tough, we need to be tough, and we need to be demanding on the industrial side.

I want to use this current crisis – and I hope this is a common goal – to put better legislation in place, to have more efficient market surveillance and structures and to move industry into a really new dimension of performance, mobility and automation. I am certain that, with your support and engagement, together, and definitely not blaming each other because that leads us nowhere, we will be able to achieve those objectives. The time is right for this. This is the momentum that we have to use for the future of our automotive industry.

 
  
MPphoto
 

  Pablo Zalba Bidegain, ponente. – Señor Presidente, señora Comisaria, deseo agradecer a todos los colegas sus aportaciones y agradecer y reiterar mi agradecimiento al señor Gerbrandy por el gran trabajo que estamos haciendo, creo yo, conjuntamente, y que espero continuar en la segunda parte de este informe. Algunos colegas han lamentado la falta de contenido, incluso la falta de ambición de este informe, pero debo recordarles que acordamos que se trataba de un informe provisional y que decidimos que fuera un informe eminentemente técnico.

Ha dicho el señor Dance que no tenemos que batallar entre nosotros. Estoy de acuerdo. Los ciudadanos no esperan de nosotros que nos peleemos sin conseguir nada a cambio, sino todo lo contrario. Conjuntamente, tenemos que conseguir saber la verdad y, lo que es más importante, conjuntamente tenemos que hacer propuestas para impedir que esto vuelva a suceder en el futuro. Y no podemos permitir, queridos colegas, que esto sea un informe en contra de la industria, un informe en contra del empleo, sino todo lo contrario. Tiene que convertirse en un informe a favor del medio ambiente, en un informe a favor de la industria del automóvil y en un informe a favor del empleo.

 
  
MPphoto
 

  Gerben-Jan Gerbrandy, rapporteur. – Mr President, I believe that this was a very encouraging debate, a debate that was obviously not about the interim report, because that was limited to procedures, but much more about the current state of the investigation of our inquiry committee. Why did I believe that it was so encouraging? Because I noticed a very broadly shared common understanding of the problem that did not necessarily already reach commonly shared conclusions, but will be the challenge for my dear colleague, Pablo Zalba, and myself to get Parliament behind shared conclusions in the end. But I do believe that we are on the right track. We should not forget that we are only half-way through our investigation. There is still a lot to be investigated and a lot of evidence to be found.

I would like to highlight two elements. I think it was Seb Dance who very eloquently talked about the myriad of responsibilities. He said – and many others did as well – that there seems to be nobody really responsible in the end – not the Commission, not a Member State, not national authorities, etc. That might be the core of the problem that we are facing here. I am sure that, when we dig much deeper into that, we can also draw conclusions for the future, not only reflecting the car industry, but other policy fields as well.

Finally, I think it was my colleague Ivo Belet who said that, if we look at responsibilities, a lot has to do with the inability of the Member States to take their responsibility. I believe that it is a very important thing that came today. Many talked about naming and shaming, whether to do so or not. I believe that in politics in a well-functioning democracy political accountability is crucial, and that might mean naming and shaming if that is necessary. I am not afraid of it and I am not looking for it, but it is part of a strong democracy. That is what we are still building together in Europe, so let us continue with that.

 
  
MPphoto
 

  Presidente. – Grazie a tutti gli oratori, ai relatori, alla signora Commissaria per questo approfondito dibattito.

La votazione su questa relazione si svolgerà oggi.

(La seduta, sospesa alle 12.20, è ripresa alle 12.30)

 
  
  

VORSITZ: RAINER WIELAND
Vizepräsident

Schriftliche Erklarungen (Artikel 162 GO)

 
  
MPphoto
 
 

  Andor Deli (PPE), írásban. – Tisztelt Elnök Asszony! Üdvözlöm az EMIS vizsgálóbizottság kiegyensúlyozott, tényekhez ragaszkodó jelentését, mely nem hoz elhamarkodott döntéseket, hanem további tényfeltáráshoz köti végleges álláspontját. Abban egyetértünk, hogy fontos a típusjóváhagyás folyamatának felülvizsgálata és javítása. Úgy vélem, az egész emissziós botrányból megerősödve és egységesen kell kijönnie az európai autóiparnak. Az előállt helyzetet arra kell felhasználni, hogy új stratégiákat, fejlesztési terveket készítsünk az elkövetkező időszakra vonatkozóan, különös hangsúlyt fektetve az új, innovatív technológiákra. Hiszen mára már egyértelművé vált, hogy az autóipar nagy és mélyreható változások előtt áll.

Ez nagyon komplex folyamat, amelyben figyelembe kell venni azt a tényt, hogy jelen pillanatban az autóiparban, a hagyományos üzemanyagokra épülő technológiák és az új alternatív megoldások még évekig párhuzamos vonalakon fognak mozogni. A fokozatosság pedig azt kell, hogy segítse, hogy az európai autóipar továbbra is megőrizze helyét, mint az európai gazdaság alapköve, de egyúttal növelni tudja versenyképességét és jövőképességét.

 
  
MPphoto
 
 

  Monika Flašíková Beňová (S&D), písomne – Emisný škandál priniesol odhalenie viacerých svetových výrobcov automobilov o ich úmyselnom skresľovaní emisných údajov osobných a úžitkových vozidiel. Zároveň spôsobil pokles spotrebiteľskej dôvery. Európsky parlament preto v snahe o jej prinavrátenie zriadil vyšetrovací výbor. Zaoberá sa meraním emisií v automobilovom priemysle a dodržiavaním platných predpisov, či už zo strany Európskej komisie alebo príslušných orgánov v rámci členských štátov. Vyšetrovací výbor v súčasnosti zbiera a analyzuje informácie týkajúce sa používania rušiacich mechanizmov pri meraní emisií jednotlivými automobilkami. To by malo pokračovať ešte v priebehu jesene tohto roka. Dôležitá bude predovšetkým následná správa a z nej vyplývajúce odporúčania. Ich dodržiavanie by malo pomôcť, aby k podobným situáciám v takom veľkom rozsahu v budúcnosti nedochádzalo. Fungovanie automobilového priemyslu je výrazným faktorom ekonomického rastu a zamestnanosti. Emisná kauza ukázala dôležitosť ekologizácie celého odvetvia. Je potrebné zamerať sa aj na obmedzovanie využívania ťažkých kovov a iných škodlivín pri jednotlivých komponentoch a súčiastkach v automobiloch. Členské štáty sa k tomu zaviazali už v roku 2003. Napriek tomu dodnes existuje množstvo výnimiek. Viaceré z nich však vďaka moderným materiálom a pokroku už nie sú potrebné. Týka sa to napríklad využívania olova v autobatériách. Už dnes existujú overené technológie, ktoré vedia klasické olovené akumulátory plnohodnotne nahradiť.

 

4. Stemmingen
Video van de redevoeringen
 

Der Präsident. – Als nächster Punkt folgt die Abstimmungsstunde.

 

4.1. Cohesiebeleid en onderzoeks- en innovatiestrategieën voor slimme specialisatie (RIS3) (A8-0159/2016 - Ramón Luis Valcárcel Siso) (stemming)
MPphoto
 

  William (The Earl of) Dartmouth (EFDD). – Mr President, I just wonder if it is in order to congratulate the former president of the Commission, Mr Barroso, on his appointment with Goldman Sachs. And also to express my concern that his pension as a former president of the Commission seemingly is not enough. Is that in order Mr President?

 
  
MPphoto
 

  Der Präsident. – Zum ersten Teil Ihrer Frage: Ich habe mir die Frage nicht gestellt. Und zum zweiten Teil Ihrer Frage: Dafür gibt es Regeln.

Wir kommen nun zur Abstimmung.

 

4.2. Europese territoriale samenwerking - beste praktijken en innoverende maatregelen (A8-0202/2016 - Iskra Mihaylova) (stemming)

4.3. Onderzoek naar emissiemetingen in de automobielsector (A8-0246/2016 - Pablo Zalba Bidegain, Gerben-Jan Gerbrandy) (stemming)

4.4. Verzoek om opheffing van de immuniteit van István Ujhelyi (A8-0229/2016 - Tadeusz Zwiefka) (stemming)

4.5. Verzoek om verdediging van de voorrechten en immuniteiten van Rosario Crocetta (A8-0230/2016 - Heidi Hautala) (stemming)

4.6. Verzoek om opheffing van de immuniteit van Sotirios Zarianopoulos (A8-0233/2016 - Gilles Lebreton) (stemming)

4.7. Overeenkomst tussen de EU en China in verband met de toetreding van Kroatië (A8-0231/2016 - Iuliu Winkler) (stemming)

4.8. Overeenkomst tussen de EU en Uruguay in verband met de toetreding van Kroatië (A8-0241/2016 - Pablo Zalba Bidegain) (stemming)

4.9. Voordracht van Lazaros Stavrou Lazarou voor de benoeming tot lid van de Rekenkamer (A8-0258/2016 - Igor Šoltes) (stemming)
 

– Vor der Abstimmung:

 
  
MPphoto
 

  Igor Šoltes (Verts/ALE). – Dovolite mi, da pred glasovanjem o današnjih kandidatih za člane Evropskega računskega sodišča izpostavim dve pomembni dejstvi.

Prvič, Pogodba o delovanju Evropske unije v 286. členu določa, da Svet po posvetovanju z Evropskim parlamentom sprejme seznam članov za Evropsko računsko sodišče, sestavljeno v skladu s predlogi držav članic.

Seveda to pomeni strogo formalno, da naj bi Parlament imel samo posvetovalno vlogo, vendar to ne pomeni, da Svet naj ne spoštuje in upošteva tudi volje Evropskega parlamenta.

Zato mislim, kar se je zgodilo v nekaterih prejšnjih primerih, da tokrat in tudi v bodoče resno Svet vidi in upošteva stališče Evropskega parlamenta pri teh kandidaturah, sicer ne vem, zakaj izvajamo ves ta postopek, če ima na koncu Svet odločilno besedo. In mislim, za dobro sodelovanje v bodoče, je to pomembna informacija.

In drugič, še večjo skrb pa vzbuja dejstvo, da so na današnjem seznamu kandidatov za nove člane Evropskega računskega sodišča ponovno zgolj kandidati moškega spola.

In Parlament že dalj časa opozarja na pomen ustreznosti ravnovesja spolov. Poročilo Parlamenta o vlogi Evropskega računskega sodišča v prihodnosti navaja, da bo Parlament zelo resno upošteval vprašanje uravnoteženosti zastopanosti spolov med člani Računskega sodišča.

In samo za informacijo: trenutno Evropsko sodišče zastopajo samo štiri članice od skupno 28 članov. In če se bo tempo nadaljeval tako, kot kaže, bo slika še bolj porazna.

Mislim pa da, v primerjavo naj dodam, da je prav ta Parlament takratnemu kandidatu Junckerju jasno povedal, da število komisark v trenutni Komisiji ne sme biti nižje od števila komisark prejšnjega kolegija.

Čas je, da uveljavimo enake standarde v vseh evropskih inštitucijah, in upam, da se bo to resno upoštevalo tudi vnaprej.

 

4.10. Voordracht van João Figueiredo voor de benoeming tot lid van de Rekenkamer (A8-0259/2016 - Igor Šoltes) (stemming)

4.11. Voordracht van Leo Brincat voor de benoeming tot lid van de Rekenkamer (A8-0257/2016 - Igor Šoltes) (stemming)

4.12. Statistieken van de buitenlandse handel met derde landen (gedelegeerde en uitvoerende bevoegdheden) (A8-0240/2016 - Bernd Lange) (stemming)

4.13. Statistieken over de prijzen van aardgas en elektriciteit (A8-0184/2016 - Barbara Kappel) (stemming)

4.14. Naar een nieuwe opzet van de energiemarkt (A8-0214/2016 - Werner Langen) (stemming)

4.15. EU-strategie voor verwarming en koeling (A8-0232/2016 - Adam Gierek) (stemming)
MPphoto
 

  Beatrix von Storch (EFDD). – Herr Präsident! Sie haben gerade mitten in der Abstimmung einen Punkt gemacht, und ich würde Sie fragen, auf welchen Punkt der Geschäftsordnung Sie sich berufen. Sie haben gesagt, Sie haben Probleme bei der Feststellung der Mehrheitsverhältnisse, weil der Whip der S&D-Fraktion nicht anzeigt. Ist für Sie der Whip, der anzeigt, maßgeblich oder die Beteiligten, die sich an der Abstimmung beteiligen?

 
  
MPphoto
 

  Der Präsident. – Frau Kollegin von Storch! Ich habe nicht gesagt, dass ich Schwierigkeiten habe. Ich habe nur gesagt, dass ich mich sehr viel leichter tue. Selbstverständlich achte ich auf jeden einzelnen Kollegen sehr genau, auch auf Sie.

 

4.16. Verbetering van het concurrentievermogen van kmo's (A8-0162/2016 - Rosa D'Amato) (stemming)

4.17. Een EU-strategie voor het Alpengebied (A8-0226/2016 - Mercedes Bresso) (stemming)
 

– Vor der Abstimmung über Ziffer 31:

 
  
MPphoto
 

  Mercedes Bresso, autore. – Signor Presidente, onorevoli colleghi, l'emendamento orale introduce il supporto al coordinamento dei servizi di soccorso alpino.

 

4.18. EU-trustfonds voor Afrika: gevolgen voor ontwikkelings- en humanitaire hulp (A8-0221/2016 - Ignazio Corrao) (stemming)
 

– Vor der Abstimmung über Ziffer 4:

 
  
MPphoto
 

  Ignazio Corrao, author. – Mr President, I would like to move the oral amendment as tabled. You can find it at the end of your voting list.

 
  
 

– Vor der Abstimmung über Ziffer 13:

 
  
MPphoto
 

  Ignazio Corrao, author. – Mr President, again I would like to move the oral amendment as tabled. You can find it at the end of your voting list. If you want me to read it, I can read it. It is long.

 
  
 

– Vor der Abstimmung über Ziffer 15:

 
  
MPphoto
 

  Ignazio Corrao, author. – Mr President, the oral amendment covers here the split vote with the addition of the word ‘particularly’. And then you can find the entire amendment at the end of your voting list. But, if you want, I can read it all.

 
  
 

– Vor der Abstimmung über Ziffer 32:

 
  
MPphoto
 

  Ignazio Corrao, author. – I think you know what I am going to say.

(Laughter)

I would like to move the oral amendment as tabled. You can find it at the end of your voting list.

(Applause and laughter)

 

4.19. Het creëren van arbeidsmarktomstandigheden die bevorderlijk zijn voor het evenwicht tussen werk en gezinsleven (A8-0253/2016 - Tatjana Ždanoka, Vilija Blinkevičiūtė) (stemming)
 

Der Präsident. – Damit ist die Abstimmungsstunde geschlossen.

 

5. Stemverklaringen
Video van de redevoeringen
MPphoto
 

  Der Präsident. – Sie wissen, dass der Präsident den Herrn Kollegen Korwin-Mikke von der Sitzung ausgeschlossen hat. Er hat selbstverständlich das Recht, abzustimmen. Das hat er heute getan. Er hat auch das Recht, Stimmerklärungen abzugeben. Deshalb gebe ich ihm jetzt in Abweichung von der eigentlich vorgesehenen Reihenfolge das Wort, damit er sofort seine Stimmerklärung abgeben kann und danach den Sitzungssaal verlässt.

 

5.1. Cohesiebeleid en onderzoeks- en innovatiestrategieën voor slimme specialisatie (RIS3) (A8-0159/2016 - Ramón Luis Valcárcel Siso)
Video van de redevoeringen
  

Mündliche Erklärungen zur Abstimmung

 
  
MPphoto
 

  Janusz Korwin-Mikke (NI). – Panie Przewodniczący! Chciałem wyjaśnić, że wszelki postęp w dziedzinie nauki i techniki powstał w wyniku wolnej konkurencji, wolnych badań bez koordynowania przez rządy, bez robienia tego, co my tu robimy. Działalność Unii Europejskiej w kierunku koordynacji badań naukowych powoduje wyraźnie widoczne zahamowanie badań naukowych, zahamowanie postępu, dlatego głosowałem przeciwko temu sprawozdaniu.

 
  
MPphoto
 

  Der Präsident. – Vielen Dank, Herr Kollege Korwin-Mikke. Ich möchte Sie jetzt bitten, den Saal zu verlassen.

Seine Stimmerklärung betraf den Bericht betreffend die Kohäsionspolitik. Wir kehren jetzt zur normalen Reihenfolge zurück.

 
  
MPphoto
 

  Michela Giuffrida (S&D). – Signor Presidente, onorevoli colleghi, ho votato a favore di questa relazione perché si tratta di un testo completo e convincente, e ritengo che valutare l'attuazione delle strategie di ricerca e di innovazione sia molto importante per indirizzare la programmazione europea in corso.

Sono molti, purtroppo, gli Stati – compresa l'Italia – che sono ancora in ritardo rispetto agli investimenti pubblici in innovazione e ricerca tecnologica ed è un gap che è necessario sanare al più presto a beneficio dell'intera economia, soprattutto in un momento in cui l'innovazione è una valida risposta alla crisi.

Le RIS sono fondamentali anche per l'attuazione stessa della politica di coesione. Solo soluzioni innovative possono e devono essere usate, per esempio, per aumentare la capacità amministrativa degli enti locali. Lo chiedono anche le piccole e medie imprese, che sono costrette a confrontarsi con sistemi che sono ancora arcaici, complessi.

Supporto una valutazione e la revisione nel 2017 di quanto fatto fino ad oggi, per recuperare ritardi e rispettare gli impegni.

 
  
MPphoto
 

  Daniel Hannan (ECR). – Mr President, what is the purpose of cohesion payments? It seems to me there isn’t really a moral case for them. There are parts of the world that are genuinely needy. There are many more deserving recipients of our aid than these territories within the European Union. If we have money to give away as development money, it should be targeted to Africa, Asia, and places where it will be useful. Or is it, then, that it is raising the standard of living in the recipient countries? Well if that worked, then Greece would be the wealthiest country in the European Union, having been the largest per capita recipient since 1981 of cohesion and structural funds.

The reality is, of course, this money goes to purchasing the loyalty of interest groups within the recipient countries, and this is relevant because as the UK negotiates its disengagement there is going to be a question of what we continue to pay into and what we do not. Obviously, if we’re going to continue to be part of any programmes or common structures, of course we are going pay our share of those. You will not find anyone arguing about that. But the idea of paying simply because somebody has a medium-level GDP? Not going to happen.

 
  
MPphoto
 

  Monica Macovei (ECR). – Domnule președinte, tehnologia și inovarea sunt atuurile Europei și ale progresului în orice domeniu. Depinde, însă, cum le folosim. Există investiții din Fondul European de Dezvoltare tocmai pentru a se face strategii care să ducă la inovații și specializări inteligente. Nu trebuie să investim în orice, oricum, trebuie să vedem care este rezultatul. Și rezultatul trebuie să fie o specializare inteligentă. Din 2014, practic, orice regiune din Uniunea Europeană are o strategie de dezvoltare și inovare inteligentă, însă, în realitate, nu toate regiunile le pun în practică și le folosesc. Este o mare diferență între regiuni. Acolo unde nu există în practică și astfel de strategii de dezvoltare inteligentă, banii nu trebuie investiți, pentru că vor fi risipiți și pierduți. Ca atare, ceea ce susțin este să investim numai acolo unde regiunile și țările și-au făcut treaba și au adoptat astfel de strategii.

 
  
MPphoto
 

  Stanislav Polčák (PPE). – Pane předsedající, já jsem tuto zprávu podpořil, protože samozřejmě politika soudržnosti je téma, které Evropou hýbe, a myslím si, že bychom neměli zůstat tzv. vzadu. V tomto smyslu je důležité, abychom do politiky soudržnosti přidávali ještě více inteligentní specializace, více vědy, tato inteligentní specializace by měla být součástí politiky soudržnosti. Měla by se rozšiřovat víceúrovňová správa a zvyšovat její kapacity. Rovněž by měl být podřízen participativní přístup v politice soudržnosti pro rozhodování regionů. Já jsem tuto zprávu podpořil, my jsme ji probírali ve Výboru pro regionální rozvoj a myslím si, že je dobrý základ pro další práci na inteligentní specializaci.

 
  
MPphoto
 

  Seán Kelly (PPE). – Mr President, I too supported this proposal sharing the rapporteur's belief that RIS 3 strategies play an instrumental role in tackling the innovation gap that Europe and its Member States often face. And partly in reply to Mr Hannan’s question, there is no doubt that continued improvements and advances in the field of both regional and national legislation provide the key to the European Union’s future in this domain.

This report outlines the ways and means by which such deliberate evaluation, regulation and moderation would occur. From an Irish perspective I can appreciative the regional focus that RIS 3 may take incorporating regional and local authorities, thus encouraging multi-level involvement. Such efforts are essential in promoting knowledge-based growth not only in well-developed areas, but also in less well-developed regions. We find ourselves at a pivotal stage where the evaluation of existing policies, as well as the coordination of future ones, may be facilitated.

 
  
  

Schriftliche Erklärungen zur Abstimmung

 
  
MPphoto
 
 

  Isabella Adinolfi (EFDD), per iscritto. ‒ La strategia di specializzazione intelligente (RIS3) comprende molteplici politiche che toccano diversi ambiti come imprenditorialità, istruzione e innovazione ed è quindi un elemento fondamentale per la concessione di fondi UE agli Stati membri e alle regioni. Considerando il ruolo fondamentale che esercitano le PMI e le start-up nello sviluppo regionale, l'importanza dei sistemi di supporto per le imprese e la necessità di adottare sistemi affidabili per monitorare l'efficienza a tutti i livelli di governance, ho deciso di votare a favore.

 
  
MPphoto
 
 

  Tim Aker (EFDD), in writing. – We voted against this report because, as usual, it was filled with buzzwords and phrases that sound impressive but which will do nothing to create growth and jobs. The EU’s obsessive interference and over-regulation damage both jobs and growth, and we fail to see how buzzwords and corporate-speak will change that.

 
  
MPphoto
 
 

  Martina Anderson (GUE/NGL), in writing. ‒ I abstained on this own initiative report, which covers the innovation objective of the Europe 2020 Strategy. Each Member State has adopted its own national targets in each of these areas (employment, innovation, education, social inclusion and climate/energy). National and regional authorities across Europe will design smart specialisation strategies in entrepreneurial discovery process, so that the European Structural Investment Funds (ESIF) can be used more efficiently and synergies between different EU, national and regional policies, as well as public and private investments can be increased.

There are some good points in the report, including a broad view of innovation, support for technological as well as practice-based and social innovation, and a monitoring and evaluation system. It also provides investment choices for regions with a limited number of priorities, particularly knowledge-based investments and/or clusters.

However, the report focuses very heavily on using cohesion policies to meet the Europe 2020 objectives, places a strong emphasis on public-private funding and financial mechanisms, and identifies competitiveness is the main overarching goal of the innovation strategy. For these reasons I could not support the report entirely, so abstained.

 
  
MPphoto
 
 

  Eric Andrieu (S&D), par écrit. ‒ J’ai voté en faveur de ce rapport. Si l’on considère que l'innovation est un domaine qui est en constante évolution, les stratégies de recherche et d'innovation pour la spécialisation intelligente devraient être constamment révisées.

À cet effet, un examen des stratégies après 2017 semble obligatoire si l’on veut accroître l’efficience et l'efficacité de ces politiques de cohésion, en prenant notamment en compte les enseignements tirés des premières années de leur mise en œuvre.

 
  
MPphoto
 
 

  Laima Liucija Andrikienė (PPE), in writing. ‒ I have voted in favour of the Report on Cohesion policy and Research and Innovation Strategies for Smart Specialisation (RIS3). Research and innovation strategies for smart specialisation are an ex-ante conditionality for the allocation of the European Structural and Investment (ESI) funds. Smart specialisation combines and brings together different policies, including those for entrepreneurship, education and innovation, in order for regions to identify and select priority areas for their development and related investments by focusing on their strengths and comparative advantages and contributes to the achievement of the Europe 2020 objectives. The S3 platform, located at the JRC in Seville, plays a key role in advising regions and setting benchmarks on their innovation strategies, helping lagging regions and enhancing multi-level governance and synergies between regions, by providing information, methodologies, expertise and advice to national and regional policymakers. The report stresses that there is a still limited role for civil society, which must be more actively involved, a lack of interregional cooperation and of synergies across ESI funds and other EU funds. RIS3 strategies have to be well implemented and improved in order to tackle the innovation gap and boost jobs in Europe.

 
  
MPphoto
 
 

  Νίκος Ανδρουλάκης (S&D), γραπτώς. ‒ Υπερψήφισα την έκθεση σχετικά με την πολιτική συνοχής και τις στρατηγικές έρευνας και καινοτομίας για έξυπνη εξειδίκευση, διότι σε μια περίοδο οικονομικής ύφεσης και δημοσιονομικών περιορισμών με τον παγκόσμιο ανταγωνισμό συνεχώς να εντείνεται, η συνεχής βελτίωση της ΕΕ σε θέματα καινοτομίας είναι μείζονος σημασίας.

 
  
MPphoto
 
 

  Marie-Christine Arnautu (ENF), par écrit. ‒ Alors que ce rapport concerne l’innovation et la recherche, on pourrait s’attendre à ce qu’il critique les politiques d’austérité sur les budgets publics et privés qui soutiennent ces domaines. Selon le rapporteur, le mode de gouvernance de la stratégie doit être à multi-niveaux et compatibles avec la stratégie Europe 2020. Les États membres doivent ainsi se tenir en retrait par rapport à la Commission européenne, tête de file de la stratégie.

De fait, l’Union européenne utilise la stratégie SRI-SI pour renforcer les relations directes entre la Commission européenne et les régions devenues autorité de gestion du FEDER, ainsi que la coopération transeuropéenne au détriment de la coopération entre États nations.

Il convient de noter également que la stratégie SRI-SI favorise la concentration thématique, ce qui a pour conséquence de miser exclusivement sur des gros clusters ou pôles de recherche sans soutenir les petites structures et les grappes d’innovation. Aussi ai-je voté contre ce rapport.

 
  
MPphoto
 
 

  Jonathan Arnott (EFDD), in writing. ‒ In the interest of transparency and democracy I voted against this report. This report has been prepared by the Committee on Regional Development and therefore contains many EU buzzwords but ultimately delivers little.

 
  
MPphoto
 
 

  Jean Arthuis (ALDE), par écrit. ‒ J'ai voté en faveur de ce rapport car la SRI-SI permet d’accroître la valeur ajoutée, l’impact et la visibilité des financements européens. Elle est synonyme d’un réel retour sur investissement alors même que les budgets et ressources publiques sont mis à rude épreuve.

 
  
MPphoto
 
 

  Zigmantas Balčytis (S&D), raštu. ‒ Balsavau už sanglaudos politikos ir mokslinių tyrimų ir inovacijų strategijas, skirtas pažangiosios specializacijos (RIS3) iniciatyvai. RIS3 strategijos yra svarbi priemonė, kurią pasitelkus Europoje galima išspręsti inovacijų atotrūkio problemą, paskatinti darbo vietų kūrimą ir ekonomikos augimą. Pritariu, kad valdžios institucijos turėtų atkreipti ypatingą dėmesį į stebėseną ir strategijų peržiūrą, kad pasiektų aukštų rezultatų ir kiek galima būtų padidintas tarpregioninis bendradarbiavimas plėtojant plačios apimties projektus, kuriantys pridėtinę vertę ekonomikai.

 
  
MPphoto
 
 

  Zoltán Balczó (NI), írásban. ‒ A jelentés kohéziós politikáról és az intelligens szakosodást célzó kutatási és innovációs stratégiákról szól. Hasonló, innovációs stratégiák már korábban is készültek. A mostani abban különbözik elődeitől, hogy egyrészt a stratégiaépítésbe széleskörűen bevonja a helyi célközönséget és erőforrásokat, másrészt a hangsúlyt a technológiai kutatás-fejlesztésről áthelyezi az innováció teljes folyamatának felkarolására, harmadrészt nem csupán a legjobb gyakorlatokat másolná le, hanem a területek saját egyedi erősségeit és értékeit fölismerve gazdasági versenyelőnyökre és jövőbeli potenciálokra alapozna. A jelentés nem tűz ki konkrét, csak általános célokat, amiket mindig el lehet mondani.

Hasonló az egykori KGST-anyagokhoz, ott is mindig növelni kellett a hatékonyságot és elmélyíteni az együttműködést. Fő mondanivalója végül is az, hogy felkéri Régiók Főigazgatóságát, hogy készítsen rövid szakpolitikai dokumentumot a stratégiával kapcsolatos korábbi tapasztalatokról, és széles körben terjessze azt. Ezt támogatandónak ítéltem.

 
  
MPphoto
 
 

  Gerard Batten (EFDD), in writing. ‒ We voted against this report because as usual, it was filled with buzz words and phrases that sound impressive but which will do nothing to create growth and jobs. The EU’s obsessive interference and over regulation damages both jobs and growth and we fail to see how buzz words and corporate speak will change that.

 
  
MPphoto
 
 

  Nicolas Bay (ENF), par écrit. ‒ Dans ce texte, rien n’est prévu pour soutenir le principe de labellisation (entreprises innovantes) ou aborder l’épineux problème des brevets et de l’espionnage industriel, qui constituent pourtant des sujets majeurs pour l’avenir des économies de nos États membres. Il convient de noter également que la stratégie SRI-SI favorise la concentration thématique ce qui a pour conséquence de miser exclusivement sur des gros «clusters» ou pôles de recherche sans soutenir les petites structures et les grappes d’innovation.

De manière plus générale, on utilise la stratégie SRI-SI pour renforcer les relations directes entre la Commission européenne et les régions devenues autorités de gestion du FEDER, ainsi que la coopération transeuropéenne, au détriment de la coopération entre États nations.

Je me suis donc opposé à ce texte.

 
  
MPphoto
 
 

  Hugues Bayet (S&D), par écrit. ‒ Au vu des défis que rencontrent de nombreuses régions d’Europe dans le cadre d’une mondialisation exacerbant la compétition internationale et charriant avec elle un insoutenable lot de fermetures et de délocalisations, j’ai voté favorablement à ce rapport d’initiative soutenant notamment les stratégies de spécialisation intelligente (SRI-SI) mais également d’autres bonnes pratiques telles que la promotion des clusters ou encore de meilleures synergies entre les fonds et les outils disponibles.

Les fonds ESI représentant le principal instrument de la politique d’investissement de l’UE avec un budget de 454 milliards d’euros pour la période 2014-2020, il est en effet primordial que nous nous assurions que la part de ceux-ci allouée à la politique de cohésion soit utilisée le plus intelligemment et le plus spécifiquement possible.

Il apparaît en effet capital de permettre aux régions de se spécialiser dans des secteurs d’avenir et à forte croissance qui leur correspondent le mieux au regard de leurs atouts spécifiques, de leurs capacités mais également des compétences présentes sur leurs territoires, permettant ainsi de recréer un tissu économique pérenne et surtout l’emploi direct et indirect dont elles ont tant besoin.

 
  
MPphoto
 
 

  Beatriz Becerra Basterrechea (ALDE), por escrito. ‒ Las estrategias de investigación e innovación para la especialización inteligente representan un instrumento esencial para la innovación, así como, para impulsar el crecimiento y el empleo en Europa. Este informe me ha parecido muy equilibrado, y hace hincapié en la necesaria simplificación y coordinación de los programas puestos en marcha, importante para su correcta aplicación.

 
  
MPphoto
 
 

  Brando Benifei (S&D), per iscritto. ‒ Oggi ho votato a favore della relazione Valcárcel Siso su politica di coesione e strategie di ricerca e innovazione per la specializzazione intelligente. Si tratta di un testo importante che sottolinea la necessità di intensificare gli sforzi per creare una crescita economica intelligente, sostenibile e inclusiva. Una scelta obbligata, soprattutto in un momento in cui l'Europa sembra risentire ancora degli effetti generati dalla crisi economica mondiale. La relazione ribadisce il ruolo centrale delle RIS3 per il conseguimento degli obiettivi di Europa 2020, senza dimenticare di mettere in evidenza quegli aspetti che dovrebbero essere ritenuti di particolare importanza, penso in primo luogo alla corretta analisi delle priorità, dei punti di forza e del potenziale delle diverse regioni, ma anche all'utilizzo di metodologie adeguate che prevedano l'elaborazione di monitoraggi periodici di tipo quantitativo e qualitativo. L'elaborazione di processi partecipativi e la creazione di sinergie tra attori pubblici e privati è un altro punto cruciale che si lega strettamente al tema della governance multilivello. Occorre rilanciare al più presto un serio approccio dal basso verso l'alto per favorire la creazione di nuove sinergie e una crescita fondata sull'innovazione.

 
  
MPphoto
 
 

  Xabier Benito Ziluaga (GUE/NGL), por escrito. ‒ Voto a favor de este informe que apoya las políticas de cohesión y las estrategias de investigación e innovación para la especialización inteligente (RIS3).

Las RIS3 contribuyen a la programación estratégica de los Fondos de Cohesión y pueden tener un papel fundamental en el cumplimiento de los objetivos de Europa 2020, en la búsqueda de un desarrollo equilibrado y sostenible y en la creación de empleos de calidad.

Propone además el apoyo a las gobernanzas multinivel y mayor participación a todos los niveles en los programas de ayudas, así como, la creación de sinergias positivas en las diferentes regiones para determinar sus puntos fuertes.

Aunque el informe contiene muchas «odas al viento» estoy a favor de la innovación tecnológica y social, de la evaluación del sistema de ayudas, el refuerzo de las fortalezas de cada región y de las pymes, para conseguir un desarrollo más sostenible.

 
  
MPphoto
 
 

  Izaskun Bilbao Barandica (ALDE), por escrito. ‒ He apoyado este informe porque creo que las sinergias entre áreas homogéneas en conocimiento, tejido productivo y especialización han demostrado ser más eficaces para estimular y apoyar la innovación. Las áreas de desarrollo que se asocian a la cooperación transfronteriza, por ejemplo, demuestran esta realidad y los resultados que van obteniendo las regiones, como el País Vasco que han apostado por este modelo, acreditan que esta forma de organizar el apoyo a la innovación es más eficaz.

 
  
MPphoto
 
 

  Dominique Bilde (ENF), par écrit. ‒ J’ai voté contre ce rapport qui prétend donner un cadre favorable au domaine de la recherche et de l’innovation sans réellement s’attaquer aux véritables problèmes qui freinent l’expansion de ce secteur.

S’inscrivant dans la perspective du plan Juncker, la spécialisation «intelligente» préparée par Bruxelles doit prétendument booster la compétitivité de l’«économie européenne», notamment par l’utilisation et le recadrage d’une partie du FEDER. Outre que cet instrument fait doublon avec les politiques de recherches nationales et les contrats de plan État-région, il passe surtout à côté des enjeux stratégiques pour ce secteur: rien sur le problème des brevets ni sur les problèmes d’espionnage industriel.

Par ailleurs, on prescrit le remède en ignorant la cause du mal puisqu'aucune mention n’est faite des conséquences désastreuses des politiques d’austérité imposées par Bruxelles sur le secteur de la recherche et de l’innovation, stratégie qui ne sera favorable qu’aux grands pôles de recherches au détriment des petites structures, et qui a pour seul but de consolider l’emprise de la Commission européenne sur les régions au détriment de grandes stratégies nationales.

 
  
MPphoto
 
 

  Mara Bizzotto (ENF), per iscritto. ‒ La relazione sulle strategie di ricerca e innovazione per la specializzazione intelligente è ben ponderata e condivisibile, per questi motivi ho inteso sostenerla col mio voto.

 
  
MPphoto
 
 

  José Blanco López (S&D), por escrito. ‒ El objetivo de las estrategias RIS3 es impulsar un crecimiento inteligente, sostenible e integrador basado en el conocimiento, capaz de generar empleos de calidad en todas las regiones, no solo en zonas desarrolladas. Estas estrategias contribuyen a la concentración temática y la programación estratégica de los Fondos Estructurales y de Inversión Europeos (Fondos EIE) y conducen a una mayor orientación a los resultados sobre el terreno.

Pasados dos años del inicio de su implementación, este informe se centra en los principales ámbitos de mejora de las RIS3. En particular, subraya la necesidad de impulsar una utilización coordinada y complementaria de los Fondos EIE con el programa Horizonte 2020 y el Fondo Europeo para Inversiones Estratégicas para impulsar la innovación a escala regional, nacional y de la Unión, aumentando el atractivo de las inversiones en investigación e innovación con el fin de atraer capital privado como complemento de la financiación pública, para lo que se pide a autoridades locales y regionales que aprovechen al máximo las posibilidades de combinación de estos instrumentos. Destaca igualmente la necesidad de mejorar la coordinación entre todos los niveles de gobernanza y de otorgar un papel más activo a la sociedad civil.

Por todo ello, he votado a favor.

 
  
MPphoto
 
 

  Vilija Blinkevičiūtė (S&D), raštu. ‒ Balsavau dėl šio pranešimo, nes juo Parlamentas išsakė savo poziciją dėl sanglaudos politikos bei mokslinių tyrimų ir inovacijų strategijų, skirtų pažangiosios specializacijos iniciatyvai. Mokslinių tyrimų, technologinės plėtros ir inovacijų stiprinimas yra vienas iš investavimo prioritetų pagal Europos regioninės plėtros fondo 2014–2020 m. nuostatas. Visgi, įvairiose ES valstybėse parama inovacijoms labai skiriasi, visų pirma kai kalbama apie žinių ir technologijų panaudojimą inovacijų skatinimo srityje. Šiuo programavimo laikotarpiu valstybės narės pirmą kartą įpareigojamos parengti nacionalines ir regionines pažangiosios specializacijos strategijas, į verslininkystės procesą įtraukiant nacionalines ir regionines valdymo institucijas bei aukštojo mokslo institucijas, pramonės ir socialinius partnerius. Todėl šiuo pranešimu Parlamentas pabrėžia, kad šių strategijų tikslas – užtikrinti žiniomis paremtą tvarų augimą, darnų vystymąsi ir aukštos kokybės darbo vietas visuose regionuose – ne tik išsivysčiusiose teritorijose, bet ir pereinamojo laikotarpio regionuose, taip pat mažiau išsivysčiusiuose ir kaimo regionuose bei salose. Parlamentas taip pat reikalauja, kad reikalauja, kad būtų visapusiškai laikomasi naujų ex ante nuostatų dėl ESI fondų skyrimo sąlygų siekiant užtikrinti, kad veiktų pažangiosios specializacijos strategijos.

 
  
MPphoto
 
 

  Andrea Bocskor (PPE), írásban. ‒ Határozott véleményem, hogy a kutatási és innovációs stratégiák (RIS3) hozzájárulnak az uniós alapok hatékony felhasználásához, az Európai Unió minden tagállamát és régióját érintik, valamint felszabadítják valamennyi régió potenciálját, ezáltal elősegítve, hogy az Unió leküzdje mind a belső, mind a külső innovációs szakadékokat annak érdekében, hogy globális szinten versenyképesebbé váljon. Helyes, hogy ezek a regionális stratégiák az energiaügyre, az egészségügyre, az információs és kommunikációs technológiákra, a korszerű anyagokra, az élelmiszerekre, a szolgáltatásokra, a turizmusra, a fenntartható innovációra és közlekedésre, a bioalapú gazdaságra, a gyártási rendszerekre és a kulturális és kreatív ágazatokra összpontosítanak.

Sajnálatos azonban, hogy sok stratégia nem elég részletes, úgy vélem, hogy az intelligens szakosodási stratégiák nemzeti megfigyelőközpontjainak támogatása segíthet a RIS3 nyomon követését biztosító megfelelőbb indikátorrendszerek kiépítésében, különösen a módszertan és a képzés vonatkozásában. Szavazatommal ezért támogattam a jelentés elfogadását.

 
  
MPphoto
 
 

  Marie-Christine Boutonnet (ENF), par écrit. ‒ Si ce rapport a le mérite de s’intéresser à la compétitivité des entreprises de l’Union européenne, plus particulièrement sous l’angle de l’innovation et de la spécialisation, il oublie ce qui fait l’essentiel du problème à savoir le carcan de la monnaie unique et l’absence de protection économique aux frontières.

Ce sont ces facteurs qui font que les marges des entreprises sont si basses et ne leur permettent pas d’investir suffisamment dans la recherche et l’innovation.

Par ailleurs je suis en faveur de laisser la politique de recherche dans les compétences des États membres alors que ce rapport a tendance à mettre ces États sous la tutelle de la Commission.

Pour toutes ces raisons, j'ai voté contre.

 
  
MPphoto
 
 

  Renata Briano (S&D), per iscritto. ‒ Le Strategie di innovazione nazionali o regionali per la specializzazione intelligente (RIS3) sono un elemento chiave della riforma della politica di coesione dell'Unione europea, che ha lo scopo di portare l'innovazione nelle regioni, spingendole a creare sinergie tra loro e col territorio, oltre a rafforzare la programmazione strategica che è un elemento ancor più importante in tempo di crisi e carenza di risorse disponibili per molti territori. Se vogliamo che l'Unione europea diventi un'economia intelligente, sostenibile e inclusiva, dobbiamo coinvolgere le regioni e gli Enti locali, sostenendo un'innovazione che parta dai territori e dia forza a tutte quelle realtà, locali e regionali, che producono ricchezza e lavoro nonostante la crisi e dalla cui prosperità dipende, oggi come domani, una parte significativa del prodotto interno lordo nazionale ed europeo.

 
  
MPphoto
 
 

  Steeve Briois (ENF), par écrit. ‒ Le présent rapport vante les mérites de la stratégie de recherche et d’innovation pour la spécialisation intelligente (SRI-SI), stratégie censée s’inscrire, avec le plan Juncker, dans la nouvelle politique européenne d’investissement.

Ce document de cadrage oriente la mise en œuvre de la politique de cohésion et le versement du Fonds européen de développement économique régional (FEDER). Il considère que la stratégie économique de l’Union doit tout miser sur la spécialisation, l’innovation dans le but d’améliorer la compétitivité de nos PME. Globalement, la SRI-SI fait doublon avec les politiques de recherche nationale et surtout avec les contrats de plan État-région. Elle ne formule aucune critique ou remise en cause des politiques d’austérité sur les budgets publics et privés de soutien aux politiques de recherche et d’innovation.

Par ailleurs, ces stratégies reposent sur un mode de gouvernance multi-niveaux au détriment des gouvernements nationaux. L’Union européenne utilise en effet la stratégie SRI-SI pour renforcer ses relations directes avec les collectivités locales. Enfin, il convient de noter que la stratégie SRI-SI favorise la concentration thématique, ce qui a pour conséquence de miser exclusivement sur des gros clusters ou pôles de recherche sans soutenir les petites structures et les grappes d’innovation.

J’ai donc voté contre ce rapport.

 
  
MPphoto
 
 

  Daniel Buda (PPE), în scris. ‒ Într-un context european marcat de crize economice și sociale, Uniunea Europeană are rolul de a stimula o creștere economică sustenabilă prin valorificarea potențialului de inovare.

Dezvoltarea unor strategii de specializare inteligente vine ca răspuns la provocările actuale, aceste strategii având un impact semnificativ în îmbunătățirea competitivității economiei europene. Astfel, rolul RIS3 este unul fundamental în contextul contribuției politicii de coeziune la obiectivele Strategiei Europa 2020. Acest instrument impulsionează crearea de locuri de muncă, respectiv creșterea economică, dar contribuie și la combaterea decalajului în materie de inovare. Având în vedere importanța acestor strategii, e nevoie de o monitorizare atentă pentru a obține rezultatele scontate, dar și pentru a consolida cooperarea dintre regiuni în vederea îndeplinirii obiectivelor Strategiei Europa 2020.

M-am exprimat în favoarea acestui raport deoarece consider că strategiile de specializare inteligentă sunt un instrument esențial în vederea consolidării cercetării, stimulării inovației și încurajării unei creșteri economice sustenabile.

 
  
MPphoto
 
 

  Alain Cadec (PPE), par écrit. ‒ Afin que l’Union devienne en 2020 une économie intelligente, durable et inclusive, les régions doivent mettre en place des stratégies de recherche et d’innovation pour la spécialisation intelligente. Il est important que les régions utilisent les fonds structurels comme le FEDER pour investir dans la recherche, le développement et l’innovation.

Une telle stratégie permettra de stimuler l’entrepreneuriat, l’éducation et l’innovation. Les régions pourront alors déceler leurs potentiels et atouts afin de pouvoir se développer et se spécialiser. La plateforme de spécialisation intelligente (S3) a un rôle déterminant dans ce processus. Un suivi des stratégies doit impérativement être correctement mis en place afin de pouvoir évaluer leurs véritables bénéfices.

J’ai voté en faveur de ce rapport.

 
  
MPphoto
 
 

  Nicola Caputo (S&D), per iscritto. ‒ Oggi ho votato a favore della relazione in questione perché il rafforzamento della ricerca, dello sviluppo tecnologico e dell'innovazione è di fondamentale importanza per il raggiungimento degli obiettivi della politica di coesione. In particolare, le strategie di innovazione nazionali o regionali per la specializzazione intelligente (RIS3) sono necessarie per favorire un utilizzo più efficiente dei Fondi strutturali e di investimento europei e per sostenere il passaggio a un'economia intelligente e sostenibile.

Nel quadro delle strategie di innovazione per la specializzazione intelligente (RIS3), penso che le regioni debbano sviluppare regimi di servizi di sostegno innovativi che integrino o sostituiscano i servizi di sostegno esistenti, al fine di consentire a una determinata regione di sfruttare appieno il suo potenziale competitivo, aiutare le imprese ad assorbire nuove conoscenze e tecnologie per rimanere competitive, nonché garantire che le risorse della ricerca e dell'innovazione raggiungano una massa critica.

 
  
MPphoto
 
 

  Matt Carthy (GUE/NGL), in writing. ‒ I abstained on this own initiative report, which covers the innovation objective of the Europe 2020 Strategy. Each Member State has adopted its own national targets in each of these areas (employment, innovation, education, social inclusion and climate/energy). National and regional authorities across Europe will design smart specialisation strategies in entrepreneurial discovery process, so that the European Structural Investment Funds (ESIF) can be used more efficiently and synergies between different EU, national and regional policies, as well as public and private investments can be increased.

There are some good points in the report, including a broad view of innovation, support for technological as well as practice-based and social innovation, and a monitoring and evaluation system. It also provides investment choices for regions with a limited number of priorities, particularly knowledge-based investments and/or clusters.

However, the report focuses very heavily on using cohesion policies to meet the Europe 2020 objectives, places a strong emphasis on public-private funding and financial mechanisms, and identifies competitiveness is the main overarching goal of the innovation strategy. For these reasons I could not support the report entirely, so abstained.

 
  
MPphoto
 
 

  David Casa (PPE), in writing. ‒ At a time of economic recession and resulting budget constraints, and in an increasingly competitive global environment, I believe that it is important that the European Union keeps improving its capacity to innovate. RIS3 strategies are a valuable tool to tackle the innovation gap, and boost jobs and growth in Europe. Simplification, as well as coordination of the existing programmes, is also essential in contributing to a good implementation of those strategies in the years to come. A review of the strategies after 2017 is essential to boost the efficiency and effectiveness of RIS3 strategies, taking into account the lessons learned from the initial years of their implementation. I voted in favour of this report.

 
  
MPphoto
 
 

  Fabio Massimo Castaldo (EFDD), per iscritto. ‒ Sono diversi gli spunti positivi contenuti nella relazione sulla "RIS3" (Research, Innovation and Smart Specialisation Strategy), ovvero sulla specializzazione intelligente. Innanzitutto, si ricorda che i finanziamenti pubblici rimangono un potente motore dell'innovazione. Si invitano le autorità interessate a essere cauti nel concentrarsi maggiormente sugli strumenti finanziari in quanto l'innovazione non dovrebbe essere incentrata soltanto sulle sovvenzioni, ma dovrebbe altresì essere in grado di identificare mezzi di finanziamento alternativi, quali prestiti e garanzie. Si evidenzia l'importanza della consultazione delle imprese e in particolare delle PMI, in quanto la "visione dell'innovazione" avrà successo soltanto se le imprese realizzeranno anche il corrispondente potenziale. Infine, si segnala ai responsabili decisionali locali e regionali l'importanza del loro impegno a utilizzare le RSI3 come strumento di trasformazione economica nella propria regione e quindi, ("ottimisticamente"), a influenzare la politica dell'UE. Per questi motivi, ho votato a favore del testo finale.

 
  
MPphoto
 
 

  Caterina Chinnici (S&D), per iscritto. ‒ In risposta alla crisi economica e nello sforzo di promuovere una crescita intelligente, sostenibile e inclusiva, il rafforzamento dello sviluppo tecnologico e dell'innovazione è diventato una delle priorità d'investimento per l'Unione europea. A tale scopo, la politica di coesione e strategie di ricerca e innovazione per la specializzazione intelligente (RIS3) mira a rendere l'economia dell'Unione più competitiva sviluppando un valore aggiunto europeo in tali ambiti.

A tale proposito, ritengo che la politica RIS3 si debba basare su una partecipazione congiunta e una governance multilivello. Gli Stati membri non devono perdere l'occasione di coinvolgere nell'elaborazione delle strategie le autorità regionali e locali, più vicine alle piccole e medie imprese e alle start-up, pioniere dell'innovazione. Occorre inoltre procedere a un monitoraggio periodico sull'attuazione delle strategie RIS3 e stimolare la partecipazione della società civile, troppo spesso limitata, mediante piattaforme e partenariati di collaborazione.

Infine, la sinergia tra i fondi strutturali e di investimento (SIE) e gli altri strumenti finanziari dell'UE disponibili nell'ambito RIS3, come il Fondo europeo per gli investimenti strategici (FEIS), deve ritenersi necessaria per valorizzare il potenziale della ricerca e dell'innovazione nelle imprese e massimizzarne i risultati. Per questi motivi, ho votato a favore della relazione.

 
  
MPphoto
 
 

  Λευτέρης Χριστοφόρου (PPE), γραπτώς. ‒ Στηρίζουμε την έκθεση και τονίζουμε πως η συνεχής βελτίωση της ικανότητας της ΕΕ για καινοτομία είναι αποφασιστικής σημασία. Οι RIS3 πρέπει να επανεξετάζονται διαρκώς καθώς αφορούν ένα χώρο που αλλάζει συνεχώς.

 
  
MPphoto
 
 

  Κώστας Χρυσόγονος (GUE/NGL), γραπτώς. ‒ Ψηφίσαμε την έκθεση σχετικά με την πολιτική συνοχής και τις στρατηγικές έρευνας και καινοτομίας για έξυπνη εξειδίκευση. Θεωρώ πως ανάλογες διαδικασίες είναι θετικές για την εξέλιξη και βελτίωση των πρακτικών εκπαίδευσης, κάτι που υποστηρίζει τις προοπτικές των ευρωπαίων πολιτών. Γι’ αυτό και ψήφισα θετικά.

 
  
MPphoto
 
 

  Alberto Cirio (PPE), per iscritto. ‒ Mi sono espresso a favore della relazione del collega Valcarcel Siso sulla politica di coesione e sulle strategie di ricerca e innovazione per la specializzazione intelligente (RIS3). Si tratta infatti di un'ottima relazione che evidenzia come le strategie RIS3 contribuiscano alla crescita dell'Europa sia nel campo dell'innovazione che in quello dell'occupazione, in linea con gli obiettivi di Europa 2020. Chiedendo che le strategie RIS3 siano una condizionalità ex ante per l'allocazione dei fondi SIE, la relazione propone una crescita equilibrata e basata sulla conoscenza non solo nelle regioni ben sviluppate, ma anche nelle aree meno sviluppate o in transizione. Mi congratulo con il collega per l'ottimo lavoro svolto.

 
  
MPphoto
 
 

  Deirdre Clune (PPE), in writing. ‒ I supported the report on cohesion policy and research and innovation strategies for smart specialisation (RIS3) and noted no objections.

 
  
MPphoto
 
 

  Carlos Coelho (PPE), por escrito. ‒ As estratégias de investigação e inovação para a especialização inteligente (Research and innovation strategies for smart specialisation - RIS3) constituem um vetor fundamental para o crescimento económico baseado no conhecimento, para o incremento da capacidade de inovação da UE e para a construção de uma política de coesão assente nos objetivos da Europa 2020.

Como tal, constituem uma condição “ex ante” para os Estados-Membros e as regiões beneficiarem dos fundos europeus estruturais e de investimento (FEIE), o que conduz à conceção de uma Estratégia RIS3 em cada uma das regiões, facto que é positivo.

Acompanho a preocupação com a necessidade de reduzir estrangulamentos burocráticos para agilizar a execução das estratégias e a necessidade de assegurar uma revisão contínua das mesmas, considerando a constante evolução verificada nesta matéria.

Sublinho que a aplicação destas estratégias deve procurar promover a cooperação inter-regional, promovendo também sinergias entre as infraestruturas de investigação da UE, no contexto da política de coesão 2014—2020.

A plena aplicação da Agenda Urbana, centrada na criação de cidades inteligentes, deve ser prioritária, bem como as áreas das energias renováveis, da agenda digital ou da saúde pública, conforme a análise SWOT de cada região.

Pelo exposto, apoio o relatório.

 
  
MPphoto
 
 

  Therese Comodini Cachia (PPE), in writing. – The proper functioning of a digital single market requires high-quality skilled jobs with smart specialisation that could lead to new skills, knowledge, innovation and employment in order to better exploit research results and take advantage of all forms of innovation.

I support therefore the call upon the EU and the Member States to use existing tools such as the Community Innovation Survey (CIS) to carry out periodic (annual and mid-term) monitoring – both quantitative and qualitative on of the implementation of the strategies, and to involve all stakeholders, including civil society in the exercise.

 
  
MPphoto
 
 

  Javier Couso Permuy (GUE/NGL), por escrito. ‒ He votado abstención en este informe, porque a pesar de contener aspectos positivos promueve la lógica de los mercados como gobernantes de facto de los Estados y sus ciudadanos, y potencia la financiación público-privada en la política de cohesión. El informe versa sobre el objetivo de la innovación dentro de la Estrategia 2020. Trata la innovación desde una perspectiva muy amplia, apoyando el desarrollo tecnológico, así como, innovación social basada en la experiencia. Fomenta la innovación regional y su adaptabilidad a las circunstancias particulares del entorno. También promueve una mejor rendición de cuentas y sistemas de evaluación. Se echa en falta una reflexión y pronunciamiento acerca de la recolocación de puestos de trabajo destruidos por la innovación tecnológica, así como, sobre el fenómeno de la concentración de la riqueza generada por la especialización inteligente.

 
  
MPphoto
 
 

  Andrea Cozzolino (S&D), per iscritto. ‒ Le PMI sono essenziali per l'economia delle regioni dell'UE in termini di occupazione e la competitività. Negli ultimi dieci anni le PMI hanno creato l'85 % dei posti di lavoro europei e nel 2015 hanno contribuito fino al 71 % della crescita dell'occupazione nell'economia commerciale non finanziaria. Attraverso i fondi ESI, in particolare l'Obiettivo Tematico 3, possiamo contribuire a migliorare ulteriormente la competitività delle piccole e medie imprese e la loro capacità di generare buona occupazione.

Per il periodo 2014-2020 sono previsti 63 miliardi di EUR che potranno sostenere oltre 800 000 PMI. La parte finanziaria, tuttavia, è solo uno degli aspetti. Persistono infatti alcune strozzature che impediscono di svilupparne appieno le potenzialità, a cominciare dalle difficolta che, a livello di Stati membri, si hanno nell'accesso al credito. Inoltre, la relazione sottolinea giustamente la necessità di semplificare le procedure amministrative e il ruolo che le amministrazioni locali devono svolgere, in particolare offrendo la necessaria assistenza tecnica. Con una più stretta cooperazione tra tutti i livelli possiamo sicuramente migliorare sia l'assorbimento delle risorse che la capacità delle PMI di contribuire alla crescita socio-economica europea.

 
  
MPphoto
 
 

  Andi Cristea (S&D), în scris. ‒ Cu o economie globală aflată într-o continuă transformare și care este marcată de recesiuni, dar și constrângeri bugetare, UE este obligată să-și îmbunătățească potențialul de inovare. Strategiile trebuie revizuite constant atunci când discutăm despre un domeniu aflat în continuă transformare. Am votat pentru creșterea sinergiei dintre instrumentele europene pentru a folosi resursele cât mai eficient. Este esențial ca autoritățile locale și cele regionale să-și dezvolte propriile opinii, precum și să asigure o cooperare mai extinsă între regiuni, pentru a evita dublarea eforturilor și cheltuielile ineficiente.

 
  
MPphoto
 
 

  Pál Csáky (PPE), írásban. – A technológiai fejlesztés és innováció megerősítése egyike az Európai Regionális Fejlesztési Alap 2014–2020 közötti időszakra vonatkozó beruházási prioritásainak. Az innováció, kutatás támogatásának pozitív hatásai vitathatatlanok. Az intelligens szakosodási stratégiák pozitív hatást gyakorolhatnak az európai gazdaság versenyképesebbé tételére, a munkahelyteremtésre, a vállalkozói szellemre. A stratégiák elősegítik a tudásalapú, fenntartható növekedést, a kiegyensúlyozott fejlődést és a minőségi munkahelyteremtést. A fentiek mellett az alapinfrastruktúra fejlesztését sem szabad elhanyagolni, mivel a megfelelő infrastrukturális összekapcsolás az egységes belső piac működésének is előfeltétele. Támogattam a jelentést.

 
  
MPphoto
 
 

  Edward Czesak (ECR), na piśmie. ‒ Popieram działania związane z polityką spójności i strategią dotyczącą badań naukowych i innowacji na rzecz inteligentnej specjalizacji, które muszą jeszcze podjąć niektóre państwa członkowskie w celu spełnienia wymogów związanych z warunkiem ex ante RIS3. Ustalenia EFRR (Europejskiego Funduszu Rozwoju Regionalnego) dotyczące ukierunkowania inwestycji (w okresie programowania 2014–2020) na obszary badań naukowych, rozwoju technologicznego i innowacji za pomocą strategii inteligentnej specjalizacji są bardzo istotne. W pełni rozumiem, że RIS3 jest warunkiem ex ante, aby otrzymać wsparcie na powyższe inwestycje.

 
  
MPphoto
 
 

  Miriam Dalli (S&D), in writing. ‒ I voted in favour of this report as I agree with the main areas outlined, where improvement for RIS3 should be carried out. The coordinated and complementary use of ESI Funds together with Horizon 2020 and EFSI, provides excellent options for boosting innovation at regional, national and EU levels. This strategy is fundamentally important to create a knowledge-based economy, sustainable growth and balances development and high quality jobs in all regions. This increases performance and also contributes to the achievement of the Europe 2020 objectives.

 
  
MPphoto
 
 

  Viorica Dăncilă (S&D), în scris. ‒ Consider necesară utilizarea complementarității dintre fondurile structurale și de investiții europene (ESIF) și fondurile europene pentru investiții strategice (EFSI) și a potențialului de a combina aceste fonduri în scopul de a face uz pe deplin de garanțiile Uniunii Europene pentru finanțarea platformelor de investiții.

 
  
MPphoto
 
 

  Michel Dantin (PPE), par écrit. ‒ Ce rapport d’initiative donne les premières conclusions ainsi que la position du Parlement européen sur les stratégies de recherche et d’innovation pour une spécialisation intelligente.

Élément clé de la nouvelle politique de cohésion 2014-2020, les stratégies SRI-SI visent à mieux mobiliser les fonds européens en incitant les régions à investir dans leurs atouts pour favoriser la croissance et l’emploi. Parmi les mesures principales, le rapport propose d’initier une réflexion pour l’amélioration de la mise en œuvre de ces stratégies.

Considérant que les spécificités des territoires sont des composantes essentielles du modèle de développement économique des régions, à l’exemple des zones de montagne, j’ai voté en faveur de ce rapport.

 
  
MPphoto
 
 

  William (The Earl of) Dartmouth (EFDD), in writing. ‒ We voted against this report because as usual, it was filled with buzz words and phrases that sound impressive but which will do nothing to create growth and jobs. The EU’s obsessive interference and over regulation damages both jobs and growth and we fail to see how buzz words and corporate speak will change that.

 
  
MPphoto
 
 

  Rachida Dati (PPE), par écrit. – J’ai soutenu ce texte sur la politique de cohésion et les stratégies de recherche et d’innovation pour la spécialisation intelligente (SRI-SI). Afin de garantir la meilleure efficacité dans l’utilisation des fonds européens vers les actions prioritaires, il est indispensable que des stratégies de spécialisation intelligentes (SRI-SI) soient mises en place.

Ces stratégies de spécialisation intelligentes doivent alors se développer dans des conditions propices à l’amélioration de la compétitivité et de l’innovation en Europe qui doivent être encouragées par une synergie des différents instruments à notre disposition.

 
  
MPphoto
 
 

  Andor Deli (PPE), írásban. ‒ A technológiai fejlesztés és innováció megerősítése egyike az Európai Regionális Fejlesztési Alap 2014–2020 közötti időszakra vonatkozó beruházási prioritásainak. Az intelligens szakosodási stratégiák pozitív hatást gyakorolhatnak az európai gazdaság versenyképesebbé tételére, a munkahelyteremtésre, a vállalkozói szellemre. A stratégiák elősegítik a tudásalapú, fenntartható növekedést, a kiegyensúlyozott fejlődést és a minőségi munkahelyteremtést. Az innováció, kutatás támogatásának pozitív hatásai vitathatatlanok, ezért szavazatommal támogattam a jelentést a plenáris szavazás során.

Azonban fontosnak tartom megjegyezni, hogy az alapinfrastruktúra-fejlesztést sem szabad elhanyagolni, mert sokszor a fejlettebb tagállamokban is hiányos az infrastruktúra, a szükséges fejlesztés piaci alapon nem mindig oldható meg, és a megfelelő infrastrukturális összekapcsolás az egységes belső piac működésének is előfeltétele.

 
  
MPphoto
 
 

  Isabella De Monte (S&D), per iscritto. ‒ Ho votato a favore della relazione perché ritengo che sia importante che l'Unione europea continui a rafforzare la propria capacità di innovare a fronte della crescente concorrenza mondiale. Inoltre, sostengo gli investimenti nella ricerca e nelle strategie di specializzazione intelligente per fornire servizi innovativi e competitivi, garantire crescita economica e nuovi posti di lavoro.

 
  
MPphoto
 
 

  Mireille D'Ornano (ENF), par écrit. ‒ Ce texte sert de fil conducteur à la mise en œuvre du Fonds européen de développement économique et régional (FEDER). Ce dernier vise à instaurer une relation directe entre l’Union européenne (la Commission) et les collectivités, en faisant ainsi l’impasse sur les États membres.

En outre, ce programme cadre qui s’inscrit dans la droite ligne de la stratégie «Europe 2020» ne remet nullement en cause les politiques d’austérité imposées en Europe aussi bien sur les budgets publics que privés. Aussi, j’ai voté contre ce texte.

 
  
MPphoto
 
 

  Ангел Джамбазки (ECR), в писмена форма. ‒ Подкрепих този доклад, тъй като той подчертава ролята на многостепенното управление в процеса на създаване на стратегии, ролята на програмата за градско развитие на ЕС в създаването на синергии и силните връзки за ефективно използване на ресурсите, както и ролята на мониторинга и оценката като важна част от стратегиите за интелигентна специализация в програмния период 2014 –2020 г.

 
  
MPphoto
 
 

  Γεώργιος Επιτήδειος (NI), γραπτώς. ‒ Η πολιτική συνοχής, πέρα από μη λειτουργική γενικότερα, δεν οδηγεί σε δημιουργία ποιοτικών θέσεων. Αντιθέτως, έχει προκαλέσει μεγάλη απώλεια πολύτιμου ανθρώπινου δυναμικού και στην χώρα μας αλλά και σε όλες τις άλλες οικονομικά αδύναμες χώρες της Ένωσης.

 
  
MPphoto
 
 

  Norbert Erdős (PPE), írásban. ‒ A technológiai fejlesztés és innováció megerősítése egyike az Európai Regionális Fejlesztési Alap 2014–2020 közötti időszakra vonatkozó beruházási prioritásainak. Az intelligens szakosodási stratégiák pozitív hatást gyakorolhatnak az európai gazdaság versenyképesebbé tételére, a munkahelyteremtésre, a vállalkozói szellemre. A stratégiák elősegítik a tudásalapú, fenntartható növekedést, a kiegyensúlyozott fejlődést és a minőségi munkahelyteremtést. Az innováció, kutatás támogatásának pozitív hatásai vitathatatlanok, ezért szavazatommal támogattam a jelentést a plenáris szavazás során.

Azonban fontosnak tartom megjegyezni, hogy az alapinfrastruktúra-fejlesztést sem szabad elhanyagolni, mert sokszor a fejlettebb tagállamokban is hiányos az infrastruktúra, a szükséges fejlesztés piaci alapon nem mindig oldható meg, és a megfelelő infrastrukturális összekapcsolás az egységes belső piac működésének is előfeltétele.

 
  
MPphoto
 
 

  José Manuel Fernandes (PPE), por escrito. ‒ As estratégias de RIS3 constituem uma ferramenta valiosa para colmatar o fosso em termos de inovação e impulsionar os empregos e o crescimento na Europa. As autoridades públicas devem tentar ter uma atenção especial ao acompanhamento e à revisão das estratégias, a fim de maximizar, por um lado, os seus resultados e, por outro, a cooperação inter-regional, com o objetivo de desenvolver projetos ambiciosos que criam valor acrescentado para a economia. A organização de uma conferência à escala europeia e o desenvolvimento de um documento de orientação política que incorpore os principais ensinamentos da experiência nesta área são ferramentas muito úteis a favor de uma melhoria contínua.

 
  
MPphoto
 
 

  Edouard Ferrand (ENF), par écrit. ‒ Vote contre: il convient de noter que la stratégie SRI-SI favorise la concentration thématique, ce qui a pour conséquence de miser exclusivement sur des gros clusters ou pôles de recherche sans soutenir les petites structures et les grappes d’innovation

 
  
MPphoto
 
 

  João Ferreira (GUE/NGL), por escrito. ‒ O Fundo Europeu de Desenvolvimento Regional (FEDER), em apoio ao Objetivo Temático n.º 1, estabeleceu que as regiões devem canalizar os respetivos investimentos em IDI (investigação, desenvolvimento e inovação) através de estratégias de especialização inteligente no período de programação 2014-2020. Por conseguinte, as RIS3 constituem uma condição «ex ante» para os Estados-Membros e as regiões da UE beneficiarem dos Fundos Europeus Estruturais e de Investimento. Todas as regiões europeias dispõem de uma Estratégia RIS3. Estas estratégias foram moldadas e começaram a ser executadas durante 2014 e 2015.

Ainda que o relatório se ligue à dimensão de cumprimento de objetivos da UE (nomeadamente através da Estratégia UE 2020, que rejeitamos), a lógica de centrar as estratégias de IDI nos Estados-Membros e nos organismos regionais e locais permite uma definição de necessidades mais realista e perspetivas de desenvolvimento mais sustentadas (não impostas, parecendo a lógica ser a de que a concretização do objetivo local poderá contribuir para o objetivo geral). A mobilização de fundos estruturais e de investimento, ligados à coesão social e territorial, enquadrados numa lógica RIS, poderá contribuir para o investimento na dinamização económica, nomeadamente no apoio às PME, o que, principalmente no quadro de depressão económica que a austeridade e as políticas de asfixia neoliberal impuseram, parece positivo.

 
  
MPphoto
 
 

  Raffaele Fitto (ECR), per iscritto. ‒ In un periodo di recessione economica e ristrettezze di bilancio e in un contesto di crescente inasprimento della concorrenza mondiale, è di vitale importanza che l'Unione europea continui a rafforzare la propria capacità di innovare. Ho votato a favore della relazione sull'implementazione della politica di coesione e delle strategie di ricerca e innovazione per la specializzazione intelligente, perché mette in evidenza gli aspetti a cui le strategie dovrebbero prestare particolare attenzione, come: l'analisi delle priorità, dei punti di forza e del potenziale di ogni regione; l'elaborazione di un monitoraggio periodico di tipo quantitativo e qualitativo; l'elaborazione di processi partecipativi; la creazione di sinergie tra attori pubblici e privati; il coordinamento tra tutti i livelli di governance e servizi. Ciascun paese dell'UE dovrebbe adoperarsi al massimo per promuovere sinergie tra questi strumenti e utilizzare le risorse nel modo più efficiente.

 
  
MPphoto
 
 

  Monika Flašíková Beňová (S&D), písomne ‒ Cieľom stratégie RIS3, ktorá je založená na politike súdržnosti, stratégie a výskumu a inovácií pre inteligentnú špecializáciu, je na základe poznatkov, udržateľného rastu, vyváženého rozvoja a vysoko kvalitných pracovných miest vo všetkých oblastiach – nielen v ekonomicky silných oblastiach, ale aj v regiónoch v procese transformácie rovnako ako v menej rozvinutých, vidieckych a odľahlých oblastiach – skvalitniť stratégiu inteligentnej špecializácie podpory tematického zamerania a strategického plánovania lepšieho využitia európskych štrukturálnych fondov a investičných fondov, zvýšiť orientáciu na výkon na zemi, a tým prispieť k dosiahnutiu cieľov, ktoré boli stanovené v rámci stratégie EUROPA2020.

 
  
MPphoto
 
 

  Lorenzo Fontana (ENF), per iscritto. ‒ Voto a favore della relazione perché sono per un maggiore e continuo monitoraggio della strategia di innovazione per la specializzazione intelligente.

 
  
MPphoto
 
 

  Λάμπρος Φουντούλης (NI), γραπτώς. ‒ Καταψηφίζω την έκθεση σχετικά με την πολιτική συνοχής και τις στρατηγικές έρευνας και καινοτομίας για έξυπνη εξειδίκευση (RIS3), διότι η πολιτική συνοχής πέρα από μη λειτουργική γενικότερα, δεν οδηγεί σε δημιουργία ποιοτικών θέσεων, αντιθέτως, έχει προκαλέσει μεγάλη απώλεια πολύτιμου ανθρώπινου δυναμικού στην χώρα μας, όπως και σε όλες τις άλλες οικονομικά αδύναμες χώρες της Ένωσης.

 
  
MPphoto
 
 

  Doru-Claudian Frunzulică (S&D), in writing. ‒ During the year 2014, regions have started to develop and publish their RIS3 strategies. The aim of these strategies is to create knowledge-based, sustainable growth, balanced development and high quality jobs in all regions, not only in well-developed areas but also in regions in transition as well as in less developed, rural and island regions. Smart specialisation strategies support thematic concentration and strategic programming of the European Structural and Investment Funds (ESI Funds) and lead to increased performance orientation on the ground, thus contributing to the achievement of the Europe 2020 objectives. I therefore support the report.

 
  
MPphoto
 
 

  Kinga Gál (PPE), írásban. ‒ A technológiai fejlesztés és innováció megerősítése egyike az Európai Regionális Fejlesztési Alap 2014–2020 közötti időszakra vonatkozó beruházási prioritásainak. Az intelligens szakosodási stratégiák pozitív hatást gyakorolhatnak az európai gazdaság versenyképesebbé tételére, a munkahelyteremtésre, a vállalkozói szellemre. A stratégiák elősegítik a tudásalapú, fenntartható növekedést, a kiegyensúlyozott fejlődést és a minőségi munkahelyteremtést. Az innováció, kutatás támogatásának pozitív hatásai vitathatatlanok, ezért szavazatommal támogattam a jelentést a plenáris szavazás során.

Azonban fontosnak tartom megjegyezni, hogy az alapinfrastruktúra-fejlesztést sem szabad elhanyagolni, mert sokszor a fejlettebb tagállamokban is hiányos az infrastruktúra, a szükséges fejlesztés piaci alapon nem mindig oldható meg, és a megfelelő infrastrukturális összekapcsolás az egységes belső piac működésének is előfeltétele.

 
  
MPphoto
 
 

  Ildikó Gáll-Pelcz (PPE), írásban. ‒ Szavazatommal támogattam a néppárti álláspontot, mivel a gazdasági recesszió és ennek következtében a szigorú költségvetési korlátozások és egyre élesedő globális verseny idején létfontosságú az EU számára innovációs képességének fenntartható javítása. A RIS3 központi szerepet tölt be a kohéziós politikának az Európa 2020 stratégia célkitűzéseihez való hozzájárulásában, ezért a RIS3 előzetes feltételnek számít a tagállamok és az uniós régiók számára ahhoz, hogy részesülhessenek az európai strukturális és beruházási alapok forrásaiból. Valamennyi európai régió rendelkezik RIS3 stratégiával, amelyeket folyamatosan felül kell vizsgálni.

Az innovációról van szó, azaz egy olyan területről, amely folyamatosan változik, ezért alapvető fontosságú, hogy a stratégiákat folyamatosan hozzáigazítsák a szakosodás területén bekövetkező változásokhoz. Ezenkívül ki kell emelni azokat a területeket, amelyekre a stratégiáknak különös figyelmet kell fordítaniuk: a prioritások elemzése, az egyes régiók erősségei és potenciálja, a négyes spirál bevonása a stratégiák meghatározásába, a módszertan használata, rendszeres időközönkénti mennyiségi és minőségi nyomon követés kialakítása, részvételi eljárások kialakítása, az érdekelt felek meghívása, különös tekintettel a magánszférára, a köz- és a magánszféra közötti szinergiák kialakítása, az összes irányítási szint és szervezeti egység közötti koordináció, illetve alternatív finanszírozási módok felkutatása.

 
  
MPphoto
 
 

  Francesc Gambús (PPE), por escrito. ‒ He votado a favor totalmente convencido de que es necesario, en un momento de recesión económica y restricciones presupuestarias, y en un entorno mundial cada vez más competitivo, que la Unión Europea siga mejorando su capacidad de innovar. Estamos hablando de innovación, un ámbito en constante cambio. Por ello, es esencial que las estrategias se adapten constantemente a los cambios operados en el ámbito de especialización. Todas las regiones europeas disponen de una estrategia RIS3, y estas estrategias se han empezado a aplicar a lo largo de 2014 y 2015.

 
  
MPphoto
 
 

  Elisabetta Gardini (PPE), in writing. – This is a very important report and it aims to increase the impact of the ESI funds on for example job creation and growth. The report outlines that the regions should develop RIS3 strategies based on analyses of competences, assets and more. It is important that these RIS3 strategies are developed on a regional level so that no growth opportunities are not lost. I also support the report in its assessment that more synergies are needed across different EU funding instruments, such as ESI. These obstacles hinders the coordination and the coherence of EU funding and reduces their overall impact.

 
  
MPphoto
 
 

  Enrico Gasbarra (S&D), per iscritto. ‒ Coordinare al meglio le risorse provenienti dall'Europa è un'esigenza cruciale per la crescita. Il ruolo delle autorità locali e regionali è essenziale per perseguire tale obiettivo. La relazione che abbiamo approvato sottolinea come ad una specializzazione strategica per l'innovazione debba anche e necessariamente corrispondere una complementarità tra tutti i fondi a disposizione. La crisi economico-finanziaria e le conseguenti riduzioni dei bilanci pubblici impongono ai territori uno sforzo per razionalizzare le capacità di investimenti per l'innovazione; con questa relazione auspichiamo che si pongano le basi per un approccio più comune ed efficace.

 
  
MPphoto
 
 

  Elena Gentile (S&D), per iscritto. ‒ Ho votato a favore della risoluzione del Parlamento europeo sulla politica di coesione e strategie di ricerca e innovazione per la specializzazione intelligente (RIS3) perché sono fermamente convinta che in questi tempi di crisi economica, finanziaria e sociale l'UE debba intensificare gli sforzi per creare una crescita economica intelligente, sostenibile ma soprattutto inclusiva.

L'innovazione deve essere la chiave di volta per rafforzare le sinergie tra i paesi membri per la crescita e la creazione di nuovi posti di lavoro, e le aree urbane dell'UE devono svolgere un ruolo fondamentale in questo processo, diventando catalizzatori delle strategie di smart specialization. Le regioni e le città, come fatto in Puglia, devono fungere da poli per vari attori e settori, declinando le sfide e le opportunità per la crescita intelligente, ed essendo pioniere dell'approccio territoriale integrato.

 
  
MPphoto
 
 

  Arne Gericke (ECR), schriftlich. ‒ Ich habe für den Bericht über Kohäsionspolitik und Forschungs- und Innovationsstrategien für intelligente Spezialisierung (RIS3) gestimmt, da ich der Überzeugung bin, wir müssen regionale Förderung und Forschungsförderung noch weiter verzahnen – gerade zum Vorteil strukturschwacher Regionen. Dort schaffen wir Arbeit. Beispiele existierender regionaler Forschungs- und Innovationsstrategien beweisen das – etwa in Thüringen.

 
  
MPphoto
 
 

  Jens Gieseke (PPE), schriftlich. ‒ Ich unterstütze die Kohäsionspolitik der Europäischen Union. Vor allem in den jetzigen Zeiten von wirtschaftlicher Rezession, knappen Haushalten und einem sich verschärfenden weltweiten Wettbewerb ist es absolut notwendig, dass die Europäische Union ihre Innovationskraft ausweitet und die europäischen Regionen gestärkt werden. Die Unterstützung wird vor allem im Bereich der Förderung von Beschäftigung und dem interregionale Austausch ansetzen.

Besonders begrüße ich, dass die Kohäsionspolitik wirtschaftliches Wachstum in ländlichen Regionen als ein zentrales Ziel anerkennt.

 
  
MPphoto
 
 

  Neena Gill (S&D), in writing. ‒ I voted in favour of this report because innovation is an area that is continuously evolving. It follows therefore that RIS3 strategies should be constantly revised. In order to achieve this, a review of the strategies after 2017 seems mandatory so as to boost efficiency and effectiveness, also taking into account the lessons learned from the initial years of their implementation.

 
  
MPphoto
 
 

  Tania González Peñas (GUE/NGL), por escrito. ‒ Voto a favor de este informe que apoya las políticas de cohesión y las estrategias de investigación e innovación para la especialización inteligente (RIS3).

Las RIS3 contribuyen a la programación estratégica de los Fondos de Cohesión y pueden tener un papel fundamental en el cumplimiento de los objetivos de Europa 2020, en la búsqueda de un desarrollo equilibrado y sostenible y en la creación de empleos de calidad.

Propone además el apoyo a las gobernanzas multinivel y mayor participación a todos los niveles en los programas de ayudas, así como, la creación de sinergias positivas en las diferentes regiones para determinar sus puntos fuertes.

Aunque el informe contiene muchas «odas al viento» estoy a favor de la innovación tecnológica y social, de la evaluación del sistema de ayudas, el refuerzo de las fortalezas de cada región y de las pymes, para conseguir un desarrollo más sostenible.

 
  
MPphoto
 
 

  Beata Gosiewska (ECR), na piśmie. ‒ Głosowałam za przyjęciem sprawozdania w sprawie polityki spójności i strategii dotyczących badań naukowych i innowacji na rzecz inteligentnej specjalizacji, tzw. RIS3.

Strategie RIS3 są cennym narzędziem do minimalizowania luki innowacyjnej i zwiększenia zatrudnienia oraz pobudzenia wzrostu gospodarczego w Europie. Strategia wymaga jeszcze wielu usprawnień, a władze publiczne powinny stale monitorować strategie w celu maksymalizacji ich wyników i zapewnienia możliwie jak najefektywniejszej współpracy międzyregionalnej. Uproszczenie i skoordynowanie istniejących programów jest ponadto niezbędne dla odpowiedniej realizacji tych strategii w kolejnych latach.

W tym kontekście przegląd strategii po 2017 r. powinien być obowiązkowy w celu zwiększenia efektywności i skuteczności strategii RIS3, biorąc pod uwagę doświadczenia zdobyte w pierwszych latach ich realizacji.

 
  
MPphoto
 
 

  Theresa Griffin (S&D), in writing. ‒ With my EPLP colleagues I voted in favour of this report because innovation is an area that is continuously changing, RIS 3 strategies should be constant revised. For this purpose, a review of the strategies after 2017 seems mandatory in order to boost the efficiency and effectiveness of them, taking also into account the lessons learned from the initial years of their implementation.

 
  
MPphoto
 
 

  Antanas Guoga (ALDE), in writing. ‒ I voted in favour of the report. RIS3 strategies are a valuable tool to tackle the innovation gap, and boost jobs and growth in Europe. Simplification, as well as coordination of the existing programmes, is also essential in contributing to a good implementation of those strategies in the years to come.

 
  
MPphoto
 
 

  Τάκης Χατζηγεωργίου (GUE/NGL), γραπτώς. – Υπερψηφίσαμε την έκθεση αφού προωθεί την ανάπτυξη της καινοτομίας παρέχοντας ένα ευρύ φάσμα επιλόγων για μια ισορροπημένη ανάπτυξη μέσω επενδύσεων σε δυσμενείς περιοχές, σε περιφέρειες καθώς και σε λιγότερο ανεπτυγμένες, αγροτικές και νησιωτικές περιοχές.

 
  
MPphoto
 
 

  Marian Harkin (ALDE), in writing. ‒ I voted in favour of this report because within cohesion policy, the European Regional Development Fund (ERDF) established that regions were required to concentrate their investments within four priorities including R&D and Innovation via smart specialisation strategies (RIS3) in the 2014-2020 programming period. Therefore, RIS3 is an ex-ante condition for Member States and EU regions for receiving European Structural and Investment Funds (ESIF). I was happy that the report focused on the RIS3 and its central role within cohesion policy and its contribution to the Europe 2020 goals. Moreover, the report highlights that the implementation of RIS3 can only be successful if based on local and regional assets. In addition, the report asks for better synergies for growth and job creation between funding instruments, ESIF, EFSI and Horizon 2020. Finally, the report acknowledges the importance of Smart cities as catalysts for RIS3 and presents the main lessons for the future of RIS3.

 
  
MPphoto
 
 

  Brian Hayes (PPE), in writing. ‒ I voted in favour as I have no objections.

 
  
MPphoto
 
 

  György Hölvényi (PPE), írásban. ‒ A technológiai fejlesztés és innováció megerősítése egyike az Európai Regionális Fejlesztési Alap 2014–2020 közötti időszakra vonatkozó beruházási prioritásainak. Az intelligens szakosodási stratégiák pozitív hatást gyakorolhatnak az európai gazdaság versenyképesebbé tételére, a munkahelyteremtésre, a vállalkozói szellemre. A stratégiák elősegítik a tudásalapú, fenntartható növekedést, a kiegyensúlyozott fejlődést és a minőségi munkahelyteremtést. Az innováció, kutatás támogatásának pozitív hatásai vitathatatlanok, ezért szavazatommal támogattam a jelentést a plenáris szavazás során.

Azonban fontosnak tartom megjegyezni, hogy az alapinfrastruktúra-fejlesztést sem szabad elhanyagolni, mert sokszor a fejlettebb tagállamokban is hiányos az infrastruktúra, a szükséges fejlesztés piaci alapon nem mindig oldható meg, és a megfelelő infrastrukturális összekapcsolás az egységes belső piac működésének is előfeltétele.

 
  
MPphoto
 
 

  Cătălin Sorin Ivan (S&D), in writing. ‒ The aim of these strategies is to create sustainable growth, balanced development and high quality jobs in all regions. Smart specialisation strategies support thematic concentration and strategic programming of the EFSI funds in order to increased performance.

This report deals with the areas where improvement for RIS3 should be carried out and underlines the fact that the use of ESI Funds, together with Horizon 2020, provides excellent options for boosting innovation at national and EU levels. I voted in favour of this report.

 
  
MPphoto
 
 

  Ivan Jakovčić (ALDE), napisan. ‒ Glasao sam za Izvješće o kohezijskoj politici te istraživačkim i inovacijskim strategijama za pametnu specijalizaciju (RIS3) s obzirom na središnju ulogu strategije RIS3 u doprinosu kohezijske politike ciljevima strategije Europa 2020, te s obzirom da bi strategije RIS3 trebale pomoći pri jačanju konkurentnosti europskoga gospodarstva, razvoju europske dodane vrijednosti u inovacijama i otvaranju većeg broja boljih visokokvalitetnih radnih mjesta.

Razvoj strategije RIS3 uključuje postupak razvoja mehanizama upravljanja s pomoću kojih se utvrđuju konkretna područja s najvećim strateškim potencijalom i određuju strateški prioriteti. Strategijama pametne specijalizacije podržava se tematska koncentracija i strateško programiranje u okviru europskih strukturnih i investicijskih fondova čime se poboljšava učinak na terenu.

U okviru platforme S3 u Sevilli, posebnu pozornost bi trebalo posvetiti regijama koje zaostaju te im pružiti pomoć u oblikovanju i usmjeravanju njihovih strategija. Postoji problem što su neke države članice uspostavile nacionalne strategije RIS3 tako da lokalnim i regionalnim tijelima nisu pružile šansu da oblikuju vlastite stavove.

 
  
MPphoto
 
 

  Jean-François Jalkh (ENF), par écrit. ‒ La stratégie présentée dans ce rapport s'inscrit dans le cadre du Fonds européen pour les investissements stratégiques (plan Juncker). Ce document de cadrage oriente la mise en œuvre de la politique de cohésion et le versement du Fonds européen de développement économique régional (FEDER). Il considère que la stratégie économique de l’Union doit tout miser sur la spécialisation et l’innovation dans le but d’améliorer la compétitivité de notre économie.

Cependant, rien n’est prévu pour soutenir le principe de labellisation (entreprises innovantes) ou aborder le problème des brevets et de l’espionnage industriel, sujets pourtant stratégiques. De plus, on ne trouve aucune critique ou remise en cause des politiques d’austérité sur les budgets publics et privés de soutien aux politiques de recherche et d’innovation.

L’État français, pris en tenaille entre l'Union européenne et les régions, n’est pas chef de file de la mise en œuvre de cette stratégie qui répond à des orientations décidées par la Commission européenne.

L’Union européenne utilise la stratégie SRI-SI pour renforcer les relations directes entre la Commission européenne et les régions devenues autorité de gestion du FEDER, ainsi que la coopération transeuropéenne au détriment de la coopération entre États nations. J'ai donc voté contre ce texte.

 
  
MPphoto
 
 

  Petr Ježek (ALDE), in writing. ‒ I supported this resolution because RIS3 will allow our regions to remain competitive, create more quality jobs and achieve sustainable growth by helping them develop in the areas of their strength. Put differently, smart specialisation means that these regions will be able to focus in priority sectors where they have the biggest competitive potential. I believe in the participatory approach of this strategy that concentrates on targeted research and innovation programmes but at the same time offers support for regions and businesses to take full advantage of the new technologies and knowledge. This way we will be able to bridge the development and innovation gap in Europe.

 
  
MPphoto
 
 

  Marc Joulaud (PPE), par écrit. ‒ J’ai voté en faveur du rapport de mon collègue Ramón Luis Valcárcel Siso au sujet des stratégies de recherche et d'innovation pour une spécialisation intelligente. Ces stratégies encouragent les différentes régions européennes à identifier leurs atouts afin d'orienter au mieux les fonds européens et de maximiser ainsi leur contribution à la croissance.

Le rapport tire les premières leçons de la mise en œuvre de ces stratégies et émet plusieurs recommandations de bon sens pour l’avenir. Il souligne par exemple l’importance de mieux adapter l’enseignement et la recherche aux besoins réels, afin que l’innovation réponde à la demande et débouche sur la croissance.

Ce rapport a été adopté à une large majorité, ce dont je me félicite.

 
  
MPphoto
 
 

  Philippe Juvin (PPE), par écrit. ‒ J’ai voté en faveur du rapport Valcárcel Siso qui apporte son soutien aux stratégies de spécialisation intelligente et qui appelle à tirer les leçons de la mise en œuvre de ces stratégies afin d'obtenir de meilleurs résultats à l’avenir.

En effet, les stratégies de recherche et d'innovation pour une spécialisation intelligente (SRI-SI) sont une conditionnalité ex-ante pour l'attribution des fonds ESI.

Les SRI-SI favorisent la concentration thématique et la programmation stratégique des fonds. En fonction des atouts et des avantages de chaque région, ces stratégies ont pour but d'engendrer la croissance dans toutes les régions européennes.

 
  
MPphoto
 
 

  Eva Kaili (S&D), in writing. ‒ The report of Ramón Luis Valcárcel Siso on Cohesion policy and research and innovation has been focusing on the importance of certain aspects of our policies that I align with. At a time of economic recession and resulting budget constraints, and in an increasingly competitive global environment, it is crucial that the European Union keep improving its capacity to innovate.

The rapporteur is of the opinion that RIS3 strategies are a valuable tool to tackle the innovation gap, and boost jobs and growth in Europe. For the time being, we can see that creation of the strategies still leaves room for changes to be made. Public authorities should try to pay special attention to the monitoring and review of the strategies in order to maximise its output on the one hand, and interregional cooperation on the other hand, in order to develop ambitious projects that create added value for the economy. Simplification, as well as coordination of the existing programmes, is also essential in contributing to a good implementation of those strategies in the years to come.

 
  
MPphoto
 
 

  Barbara Kappel (ENF), schriftlich. ‒ Ich stimme für den vorliegenden Bericht. In seiner Ausgewogenheit bringt er Vorschläge an die Kommission ein, welche die intelligente Spezialisierung in der Kohäsionspolitik und RIS3 weiter vorantreiben, um so einen größeren Mehrwert für die Rezipienten zu schaffen.

 
  
MPphoto
 
 

  Afzal Khan (S&D), in writing. ‒ I voted in favour of this report as innovation is an area that is continuously changing. Therefore, a review of the strategies after 2017 seems mandatory in order to boost the efficiency and effectiveness of them, taking also into account the lessons learned from the initial years of their implementation.

 
  
MPphoto
 
 

  Ádám Kósa (PPE), írásban. ‒ A technológiai fejlesztés és innováció megerősítése egyike az Európai Regionális Fejlesztési Alap 2014–2020 közötti időszakra vonatkozó beruházási prioritásainak. Az intelligens szakosodási stratégiák pozitív hatást gyakorolhatnak az európai gazdaság versenyképesebbé tételére, a munkahelyteremtésre, a vállalkozói szellemre. A stratégiák elősegítik a tudásalapú, fenntartható növekedést, a kiegyensúlyozott fejlődést és a minőségi munkahelyteremtést. Az innováció, kutatás támogatásának pozitív hatásai vitathatatlanok, ezért szavazatommal támogattam a jelentést a plenáris szavazás során.

Azonban fontosnak tartom megjegyezni, hogy az alapinfrastruktúra-fejlesztést sem szabad elhanyagolni, mert sokszor a fejlettebb tagállamokban is hiányos az infrastruktúra, a szükséges fejlesztés piaci alapon nem mindig oldható meg, és a megfelelő infrastrukturális összekapcsolás az egységes belső piac működésének is előfeltétele.

 
  
MPphoto
 
 

  Андрей Ковачев (PPE), в писмена форма. – Подкрепих доклада относно политиката на сближаване и научноизследователските и иновационните стратегии за инициативата за интелигентна специализация (RIS3), тъй като смятам, че технологиите и иновациите са основна предпоставка за икономически растеж както за регионите, така и за ЕС. Политиката на сближаване предоставя инструменти за насърчаване на научните изследвания и развитие на иновациите чрез използване на местните и регионални активи, чрез които могат да бъдат преодолени разликите в иновативния напредък между регионите.

Смятам, че чрез регионална насоченост, стратегическо и ефективно планиране и използване на инвестициите за публични изследвания и иновации ще се подпомогнат не само добре развитите области, но и по-слабо развитите и селските райони, ще се даде тласък за засилването на заетостта и растежа на местно ниво и ще се спомогне за засилване на административния капацитет на местно и регионално ниво.

 
  
MPphoto
 
 

  Ilhan Kyuchyuk (ALDE), in writing. ‒ Research and innovation strategies for Smart specialisation are particularly important in times when the EU needs to create smart, sustainable and inclusive growth in order to tackle financial and social crises across the Union. I supported the resolution and it is important to note that for the 2014-2020 programming period, Member States are required, for the first time, to develop national and/or regional smart specialisation strategies by involving national and regional managing authorities and stakeholders such as higher education institutions, industry and social partners, in an entrepreneurial discovery process. Therefore, research and innovation strategies for smart specialisation should be designed by a strong governance system and should stimulate private investment in research, technology and development.

 
  
MPphoto
 
 

  Giovanni La Via (PPE), per iscritto. – La seguente proposta di risoluzione mira al raggiungimento di una crescita sostenibile che si basi sulla conoscenza, su uno sviluppo armonioso e sulla creazione di posti di lavoro, non solo nelle aree ben sviluppate, ma anche nelle regioni in transizione e in quelle meno sviluppate, rurali e insulari. Avendo riguardo al presente obiettivo tematico, il FESR prevede che, durante il periodo 2014/2020, le regioni debbano concentrare gli investimenti nella RSI, mediante le strategie di specializzazione intelligente.

In questo contesto trova attuazione la RIS3, che costituisce la condizione attraverso la quale è possibile concedere agli Stati membri e alle regioni dell'UE, le quali godono di una propria strategia RIS3, fondi strutturali e di investimento europei (i cosiddetti fondi SIE). Pertanto, ritengo che le summenzionate strategie rappresentino uno strumento in grado di promuovere la crescita occupazionale europea e, per contribuire ad una buona attuazione di tali strategie, sono essenziali la semplificazione e il coordinamento dei programmi esistenti.

 
  
MPphoto
 
 

  Gilles Lebreton (ENF), par écrit. ‒ J’ai voté contre ce rapport parce qu’il ne veut opérer aucune remise en cause des politiques d’austérité sur les budgets publics et privés de soutien aux politiques de recherche et d’innovation.

D’autre part, je déplore que l’Union européenne utilise la stratégie SRI-SI pour renforcer les relations directes entre la Commission européenne et les régions devenues autorités de gestion du FEDER, au détriment de la coopération entre États nations.

 
  
MPphoto
 
 

  Marine Le Pen (ENF), par écrit. ‒ J’ai voté contre le rapport sur la politique de cohésion et les stratégies de recherche et d'innovation pour la spécialisation intelligente.

Ce texte vante les mérites de la stratégie de recherche et d’innovation pour la spécialisation intelligente. Il ne comporte aucune critique ou remise en cause des politiques d’austérité sur les budgets publics et privés de soutien aux politiques de recherche et d’innovation.

Le mode de gouvernance de la stratégie doit être à multi-niveaux et compatible avec la stratégie Europe 2020. Cela veut dire que l’État français n’est pas chef de file de la mise en œuvre de cette stratégie qui répond à des orientations décidées par la Commission européenne. L’Union européenne utilise la stratégie SRI-SI pour renforcer les relations directes entre la Commission européenne et les régions devenues autorité de gestion du FEDER, ainsi que la coopération transeuropéenne au détriment de la coopération entre États nations.

Dans le texte, rien n’est prévu pour soutenir le principe de labellisation (entreprises innovantes) ou aborder l’épineux problème des brevets et de l’espionnage industriel, qui constituent des sujets majeurs pour l’avenir des économies de nos États membres.

 
  
MPphoto
 
 

  Philippe Loiseau (ENF), par écrit. ‒ Ce rapport vante les mérites de la stratégie de recherche et d’innovation pour la spécialisation intelligente. Il considère qu’en termes de stratégie économique, l’UE doit tout miser sur la spécialisation et l’innovation, afin d’améliorer la compétitivité économique européenne.

Néanmoins, derrière ces poncifs se dessinent plusieurs éléments négatifs. Tout d’abord, le texte ne prévoit pas de soutien pour la labellisation, n’aborde pas la question des brevets et de l’espionnage industriels.

De plus, il tend à écarter l’échelon national au profit d’une relation directe entre la Commission et les régions, devenues autorité de gestion du FEDER (Fonds européen de développement régional).

Enfin, on n’y trouve nulle remise en cause de la politique monétaire de la Banque centrale européenne et des politiques d’austérité menées depuis des années.

Pour toutes ces raisons, j’ai voté contre ce rapport.

 
  
MPphoto
 
 

  Javi López (S&D), por escrito. ‒ He votado a favor del presente informe porque se ha centrado en los principales ámbitos de mejora de las RIS3. En particular, el informe subraya que la utilización coordinada y complementaria de los Fondos EIE con el programa Horizonte 2020 y el Fondo Europeo para Inversiones Estratégicas (FEIE), en consonancia con las orientaciones sobre complementariedades entre el FEIE y los Fondos EIE publicadas por la Comisión en febrero de 2016, ofrece excelentes posibilidades para impulsar la innovación a escala regional, nacional y de la Unión, aumentando el atractivo de las inversiones en investigación e innovación con el fin de atraer capital privado como complemento de la financiación pública.

En este sentido, el informe pide a las autoridades locales y regionales que aprovechen al máximo las posibilidades de combinación de estos instrumentos.

El informe pide que se realice una revisión de las estrategias RIS3 después de 2017 con el propósito de mejorar su eficiencia y eficacia, teniendo en cuenta lo aprendido en los primeros años de su aplicación.

 
  
MPphoto
 
 

  Paloma López Bermejo (GUE/NGL), por escrito. ‒ He votado abstención en este informe, porque a pesar de contener aspectos positivos promueve la lógica de los mercados como gobernantes de facto de los Estados y sus ciudadanos, y potencia la financiación público-privada en la política de cohesión. El informe versa sobre el objetivo de la innovación dentro de la Estrategia 2020. Trata la innovación desde una perspectiva muy amplia, apoyando el desarrollo tecnológico, así como, innovación social basada en la experiencia. Fomenta la innovación regional y su adaptabilidad a las circunstancias particulares del entorno. También promueve una mejor rendición de cuentas y sistemas de evaluación. Se echa en falta una reflexión y pronunciamiento acerca de la recolocación de puestos de trabajo destruidos por la innovación tecnológica, así como, sobre el fenómeno de la concentración de la riqueza generada por la especialización inteligente.

 
  
MPphoto
 
 

  Antonio López-Istúriz White (PPE), por escrito. ‒ En un momento de recesión económica y restricciones presupuestarias, y en un entorno mundial cada vez más competitivo, es crucial la labor de este informe que apuesta por la innovación y por las políticas de cohesión.

Como ya se estableció, el Fondo Europeo de Desarrollo Regional (FEDER) debe ser utilizado por las diferentes regiones europeas para definir su inversión en I+D+i a través de estrategias de especialización inteligente. Los RIS3 son una condición ex ante para que los Estados miembros y las regiones de la Unión puedan recibir los Fondos Estructurales y de Inversión Europeos (Fondos EIE). Así contribuimos a la concentración temática y a la programación estratégica de los mismos, conduciendo a una mayor orientación de los resultados sobre el terreno.

Doy mi voto positivo para la aprobación de este informe, que además de lo anteriormente descrito, fomenta un crecimiento sostenible basado en el conocimiento, que impulsa un desarrollo equilibrado y la creación de empleos de calidad en todas las regiones.

 
  
MPphoto
 
 

  Mairead McGuinness (PPE), in writing. ‒ I voted in favour of this report that aims to bolster knowledge-based growth equally in developed and less-developed regions.

 
  
MPphoto
 
 

  Petr Mach (EFDD), písemně. ‒ Hlasoval jsem proti. Jde o neužitečné usnesení plné nesmyslných provolání, jako např., že „strategie inteligentních specializací by měly být účinným nástrojem k vypořádání se se sociálními, environmentálními, klimatickými a energetickými výzvami.“ Nesouhlasím ani s tím, „aby vnitrostátní orgány investovaly do regionálního zpravodajství a hloubkové analýzy velkého objemu dat, což jim umožní pochopit vývojové trendy týkající se regionálních podniků v globálním hodnotovém řetězci.“ Podle mě nic takového vnitrostátní orgány dělat nemají.

 
  
MPphoto
 
 

  Andrejs Mamikins (S&D), in writing. ‒ I support the report’s idea to develop Strategies for Smart Specialisation on the basis of analyses of each region’s existing capabilities, assets and competences, to focus on entrepreneurial discovery in order to detect emerging niches or comparative advantages for smart specialisation, and to enhance a stronger partnership between public and private sectors.

 
  
MPphoto
 
 

  Vladimír Maňka (S&D), písomne ‒ Politika súdržnosti musí byť zameraná na efektívne a účinné využívanie zdrojov pri dosahovaní cieľov stratégie Európa 2020. Zvyšujúca sa konkurencieschopnosť si prirodzene vyžaduje zamerať sa na rozvoj a zvyšovanie podpory výskumu, vývoja a inovácií a na činnosti s vysokou pridanou hodnotou, ktoré posilnia rast zamestnanosti a rozvoj regiónov. Stratégia výskumu a inovácií pre inteligentnú špecializáciu (RIS3) je základom pre tvorbu operačných programov a vyžaduje si od všetkých zúčastnených subjektov nielen dôkladné poznanie regiónov a vzájomnú kvalitnú spoluprácu, ale aj kontrolu, monitorovanie a hodnotenie výsledkov pri dosahovaní cieľov. RIS3 je dôležitým nástrojom na riešenie rozdielov v oblasti inovácií a zvýšenie zamestnanosti a rastu v Európe.

 
  
MPphoto
 
 

  Louis-Joseph Manscour (S&D), par écrit. ‒ Dans le cadre d’«Europe 2020», chaque État membre a défini en 2014 ses stratégies nationales et régionales d’innovation pour une spécialisation intelligente (SRI-SI). Ces dernières visent à accroître les synergies entre les différentes politiques européennes, nationales et régionales, afin d’investir dans des domaines clés tels que l’éducation, l’innovation, l’inclusion sociale et l’énergie.

Ce rapport identifie principalement les domaines dans lesquels des améliorations peuvent être apportées en matière de spécialisation intelligente. Il rappelle par ailleurs la nécessaire complémentarité entre les fonds structurels européens, la stratégie Horizon 2020 et le fonds européen pour les investissements stratégiques (Plan Juncker) afin de stimuler l’innovation.

Je vote pour ce rapport qui promeut l’optimisation de l’utilisation des fonds européens au service de la croissance locale.

 
  
MPphoto
 
 

  Νότης Μαριάς (ECR), γραπτώς. ‒ Ψηφίζω υπέρ της έκθεσης σχετικά με την πολιτική συνοχής και τις στρατηγικές έρευνας και καινοτομίας για έξυπνη εξειδίκευση (RIS3), διότι είναι πλήρης και τεκμηριωμένη.

 
  
MPphoto
 
 

  Dominique Martin (ENF), par écrit. ‒ J’ai voté contre ce texte.

Ce document sert de fil conducteur à la mise en œuvre du Fonds européen de développement économique et régional (FEDER).

Dans sa mise en œuvre, il vise à instaurer une relation directe entre l’Union européenne (la Commission), en faisant ainsi l’impasse sur les États membres.

En outre, ce programme cadre, qui s’inscrit dans la droite ligne de la stratégie «Europe 2020» ne remet nullement en cause les politiques d’austérité imposées en Europe aussi bien sur les budgets publics que privés.

 
  
MPphoto
 
 

  Fulvio Martusciello (PPE), in writing. – Regarding the Report on Cohesion Policy and Research and Innovation Strategies for Smart Specialisation, I voted in favour, as the report highlights the need to develop sustainable and inclusive economic growth. The European Union has room for improvement, and, therefore, I find essential the need for technological development, education, specialisation strategies, and innovation, during these times of economic, financial, and social crisis the union is undergoing. Only by improving these areas is the EU able to develop a more competitive economy, allowing for the creation of more and better high-quality jobs.

 
  
MPphoto
 
 

  Gabriel Mato (PPE), por escrito. ‒ La Unión necesita tomar medidas que ayuden a fomentar un crecimiento económico sostenible e integrador, así como, el empleo de calidad, que es uno de los objetivos más importantes de la estrategia Europa 2020. Por eso es tan importante el informe que hemos aprobado, con mi total apoyo, en el que mi compañero Ramón Luis Valcárcel aboga por reforzar la competitividad de las regiones.

Para ello, proponemos impulsar las estrategias de especialización inteligente, que se deben convertir en herramientas indispensables para crear empleo de calidad y de futuro, dando la oportunidad a nuestras regiones para modernizarse y transformarse en polos innovadores que puedan competir en este mundo globalizado.

 
  
MPphoto
 
 

  Κώστας Μαυρίδης (S&D), γραπτώς. ‒ Η βελτίωση της ικανότητας της ΕΕ για καινοτομία και εξειδίκευση είναι θεμελιώδους σημασίας. Θα πρέπει να διαμορφωθούν καλύτερες στρατηγικές σε τομείς που αφορούν το RIS3 και να προσαρμόζονται συνέχεις στις αλλαγές του τομές εξειδίκευσης. Για την αποτελεσματική εφαρμογή των στρατηγικών αυτών είναι απαραίτητη η διευκόλυνση και απλούστευση των διάφορων διοικητικών διαδικασιών. Υπάρχουν διάφοροι τρόποι για την τόνωση της έρευνας και της καινοτομίας οι οποίοι μπορούν να συμβάλουν στη δημιουργία θέσεων απασχόλησης. Τέλος δεν πρέπει να αγνοείται και η σημαντικότητα της αξιολόγησης των καινοτομιών αυτών και της διαδικασίας που οδηγεί στην έρευνα και την εξειδίκευση, για τη σωστή αξιολόγηση είναι απαραίτητο να χρησιμοποιούνται σωστά ποιοτικά και ποσοτικά μέτρα και να δημοσιεύονται έγκυρες εκθέσεις οι οποίες θα αναλύουν τον αντίκτυπο των στρατηγικών RIS3.

 
  
MPphoto
 
 

  Georg Mayer (ENF), schriftlich. ‒ Hier wird über die Stärkung der Wirtschaft durch die effiziente Verwendung von EU-Mitteln im Rahmen der RIS3 berichtet. Mehr Innovation ist notwendig, um hochwertige Arbeitsplätze zu schaffen. Dies kann ich nur unterstützen.

 
  
MPphoto
 
 

  Valentinas Mazuronis (ALDE), raštu. ‒ Mokslinių tyrimų, technologinės plėtros ir inovacijų stiprinimas yra vienas iš investavimo prioritetų pagal Europos regioninės plėtros fondo 2014–2020 m. nuostatas. Visgi, įvairiose ES valstybėse parama inovacijoms labai skiriasi, visų pirma kai kalbama apie žinių ir technologijų panaudojimą inovacijų skatinimo srityje. Šiuo programavimo laikotarpiu valstybės narės pirmą kartą įpareigojamos parengti nacionalines ir regionines pažangiosios specializacijos strategijas, į verslininkystės procesą įtraukiant nacionalines ir regionines valdymo institucijas bei aukštojo mokslo institucijas, pramonės ir socialinius partnerius. Todėl šiuo pranešimu Parlamentas pabrėžia, kad šių strategijų tikslas – užtikrinti žiniomis paremtą tvarų augimą, darnų vystymąsi ir aukštos kokybės darbo vietas visuose regionuose

 
  
MPphoto
 
 

  Jean-Luc Mélenchon (GUE/NGL), par écrit. ‒ La spécialisation intelligente vise à mieux mobiliser l’ensemble des fonds structurels pour  "une croissance intelligente, durable et inclusive", en incitant les régions à adopter des modèles de développement économique adaptés à leurs atouts et en renforçant les synergies entre les politiques européennes en faveur de la recherche et de l’innovation.

Ces stratégies de recherche et d'innovation favorisent la concentration thématique et la programmation stratégique des fonds structurels et d'investissement européens (fonds ESI).

Le rapport se félicite de la mise en place de ces stratégies, tout en soulignant le rôle des services publics dans l'efficacité de ces stratégies. «La capacité administrative des autorités et la stabilité du service public sont déterminantes pour l'efficacité de la mise en œuvre des stratégies».

Un bavardage moins pontifiant qu'à l'accoutumée, avec une reconnaissance du rôle de l'État. Je vote pour ce texte.

 
  
MPphoto
 
 

  Joëlle Mélin (ENF), par écrit. ‒ Dans ce texte, rien n’est prévu pour soutenir le principe de labellisation (entreprises innovantes) ni pour régler le problème des brevets et de l’espionnage industriel, qui constituent des sujets majeurs pour l’avenir des économies de nos États membres.

L’ensemble de la stratégie mise en place découle de la stratégie Europe 2020, directement imputable à la Commission. À ce titre, l’État français n’est pas maître de son propre destin en la matière.

Enfin, la stratégie SRI-SI favorise la concentration thématique, ce qui a pour conséquence de miser exclusivement sur des pôles de recherche exclusifs sans soutenir les petites structures et les grappes d’innovation.

En conséquence, j’ai voté contre ce rapport.

 
  
MPphoto
 
 

  Nuno Melo (PPE), por escrito. ‒ Nesta época de crise económica, financeira e social, a UE deve intensificar os seus esforços em prol de um crescimento económico inteligente, sustentável e inclusivo. É necessário que os intervenientes desenvolvam as RIS3 com base na análise das capacidades, dos recursos e das competências de cada região, com o objetivo de identificar nichos emergentes ou vantagens comparativas para a especialização inteligente, evitar uma superespecialização forçada e artificial e reforçar uma parceria mais sólida entre os setores públicos e privados, evitando simultaneamente eventuais conflitos de interesses entre os setores públicos e privados. Daí o meu voto favorável.

 
  
MPphoto
 
 

  Roberta Metsola (PPE), in writing. ‒ I voted in favour of this report, which focuses on delivering research and innovation funds to less-developed and rural regions. The report expresses Parliament’s support for the RIS3 platform and points out ways that they can improve through greater oversight, planning and participation.

 
  
MPphoto
 
 

  Louis Michel (ALDE), par écrit. – Ce rapport a toute sa pertinence car il permet de tirer les enseignements de la mise en œuvre progressive au niveau régional des «stratégies de recherche et innovation pour la spécialisation intelligente » (SRI-SI).

Nous ne resterons compétitifs au niveau mondial qui si nous créons les conditions d’une croissance intelligente, durable et inclusive ; ce qui présuppose l’amélioration de notre capacité à innover. Pour y arriver, les SRI-SI doivent être conçues dans le cadre d’un système de gouvernance fort, fondées sur une analyse swoft (atouts, faiblesses, perspectives), faire l’objet d’un suivi et prévoir des mesures destinées à stimuler les investissements.

Ce ne sera que de cette manière que l’Europe pourra se revendiquer d’un savoir-faire européen qui lui permettra d’accroître sa compétitivité, de renouveler ses compétences, de créer des emplois, en un mot de continuer à exister au niveau mondial.

Dans ce cadre, je tiens à souligner le rôle essentiel joué par la plateforme pour la spécialisation intelligente (la «plateforme S3») dans la diffusion d’informations, de méthodes, de compétences et de conseils auprès des autorités responsables de l’élaboration des politiques à tous les niveaux de pouvoir et dans le cadre de la coopération transnationale.

 
  
MPphoto
 
 

  Miroslav Mikolášik (PPE), písomne – V predchádzajúcom období sa v rámci Európskeho fondu regionálneho rozvoja pre tematický cieľ č. 1 stanovilo, aby regióny v programovom vyhlásení zamerali investície na výskum, vývoj a inovácie prostredníctvom stratégií inteligentnej špecializácie. Stratégie RIS3 sú pre štáty a regióny EÚ predbežnou podmienkou pre čerpanie prostriedkov z európskych fondov, majú ich všetky regióny a ich uplatňovanie sa začalo počas rokov 2014 a 2015. Stratégie RIS3 sú dôležitým nástrojom na riešenie rozdielov v oblasti inovácií a zvýšenie zamestnanosti a rastu. Keďže ide o inovácie, a teda oblasť, ktorá sa neustále mení, je nevyhnutné, aby sa stratégie neustále prispôsobovali zmenám, ku ktorým v oblasti špecializácie dochádza. Je potrebné, aby verejné orgány venovali osobitnú pozornosť monitoringu a preskúmaniu stratégií, aby sa na jednej strane maximalizoval ich výstup a medziregionálna spolupráca, a na strane druhej, aby sa vytvárali projekty prinášajúce pridanú hodnotu pre hospodárstvo. Návrh kladie dôraz aj na zjednodušenie a koordináciu existujúcich programov, na preskúmanie stratégií po roku 2017 s cieľom posilniť účinnosť a efektívnosť stratégií RIS3. Usporiadanie fóra pre dialóg zainteresovaných strán a vypracovanie politického dokumentu, ktorý by zahŕňal hlavné poznatky vyplývajúce z reálnych skúseností v tejto oblasti, sú užitočným nástrojom, a preto za daný návrh budem hlasovať kladne.

 
  
MPphoto
 
 

  Marlene Mizzi (S&D), in writing. ‒ I have voted in favour of the report on Cohesion Policy and Research and Innovation Strategies for smart specialisation (RIS3), which aims to create knowledge-based, sustainable growth, balanced development and high quality jobs in all regions, not only in well-developed areas but also in regions in transition as well as in less developed, rural and island regions. Smart specialisation strategies support thematic concentration and strategic programming of the European Structural and Investment Funds and lead to increased performance orientation on the ground, thus contributing to the achievement of the Europe 2020 objectives. A review of the strategies after 2017 seems mandatory in order to boost the efficiency and effectiveness of them, taking also into account the lessons learned from the initial years of their implementation.

 
  
MPphoto
 
 

  Csaba Molnár (S&D), írásban. ‒ A gazdasági recesszió és ennek következtében szigorú költségvetési korlátozások és egyre élesedő globális verseny idején létfontosságú az EU számára innovációs képességének fenntartható javítása. Az Európai Regionális Fejlesztési Alap (ERFA) meghatározta, hogy a régióknak a K+F+I-re irányuló beruházásaikat intelligens szakosodási stratégiák révén kell koncentrálniuk a 2014–2020 közötti programozási időszakban. Ezért a RIS3 előzetes feltételnek számít a tagállamok és az uniós régiók számára ahhoz, hogy részesülhessenek az európai strukturális és beruházási alapok forrásaiból. Valamennyi európai régió rendelkezik RIS3 stratégiával.

A stratégiákat a régiók 2014 során kezdték el kidolgozni és közzétenni. A stratégiák közzétételét és végrehajtásuk megkezdését követően le kell vonni a tanulságokat, és meg kell próbálnunk jobban összpontosítani a következő években végrehajtandó intézkedéseket, hogy a RIS3 stratégiákat eredményesebbé és hatékonyabbá tegyük. A Regionális Fejlesztési Bizottság jelentése áttekinti a stratégia kulcsfontosságú szempontjait, és azokra a főbb területekre koncentrál, amelyek esetében a RIS3-ra vonatkozóan fejlesztéseket kell végrehajtani. Az állásfoglalás-tervezetet megszavaztam.

 
  
MPphoto
 
 

  Bernard Monot (ENF), par écrit. ‒ Le présent rapport vante les mérites de la stratégie de recherche et d’innovation pour la spécialisation intelligente. Il ne formule aucune critique ou remise en cause des politiques d’austérité et de leurs conséquences sur les budgets publics et privés de soutien aux politiques de recherche et d’innovation.

L’État français n’est pas chef de file de la mise en œuvre de la stratégie Europe 2020 qui répond à des orientations décidées par la Commission européenne.

L’Union européenne utilise la stratégie SRI-RI pour renforcer les relations directes entre la Commission européenne et les régions devenues autorités de gestion du FEDER ainsi que la coopération transeuropéenne au détriment de la coopération entre États-nations. La stratégie SRI-RI favorise la concentration thématique, ce qui a pour conséquence de miser exclusivement sur des gros clusters ou pôles de recherche sans soutenir les petites structures et les grappes d’innovation.

Vote défavorable.

 
  
MPphoto
 
 

  Cláudia Monteiro de Aguiar (PPE), por escrito. ‒ Subscrevo a posição do relator quando afirma que nesta era de recessão económica e, consequentemente, de escassez de recursos orçamentais, bem como de concorrência cada vez mais renhida ao nível mundial, torna-se determinante para a UE melhorar de forma sustentável a sua capacidade de inovação.

Entendo que as estratégias de RIS3 constituem um mecanismo valioso para diminuir as assimetrias em termos de inovação e impulsionar os empregos e o crescimento na Europa.

Defendo que as estratégias de RIS3 devem adaptar-se continuamente, uma vez que a inovação está em constante evolução e, deste modo, torna-se vital que as estratégias estejam sujeitas a uma revisão contínua. Entendo ser essencial a simplificação e a redução dos estrangulamentos nos procedimentos administrativos, de modo a assegurar a boa aplicação e execução efetiva das estratégias.

Pelo exposto, e por identificar que as estratégias de especialização inteligente são ferramentas valiosas para encarar os desafios na UE, o presente relatório merece o meu voto favorável.

 
  
MPphoto
 
 

  Sophie Montel (ENF), par écrit. ‒ Ce rapport fait l’éloge de la stratégie de recherche et d’innovation pour la spécialisation intelligente qui s’inscrit dans la nouvelle politique européenne d’investissement.

Ce rapport fait l’impasse sur les désastreuses politiques d’austérité imposées à la recherche et aux budgets nationaux. Cette stratégie répond à des orientations décidées par la Commission européenne et non par les États.

J’ai donc décidé de voter contre ce texte.

 
  
MPphoto
 
 

  Claude Moraes (S&D), in writing. ‒ With my EPLP colleagues I voted in favour of this report because innovation is an area that is continuously changing, RIS 3 strategies should be constant revised. For this purpose, a review of the strategies after 2017 seems mandatory in order to boost the efficiency and effectiveness of them, taking also into account the lessons learned from the initial years of their implementation.

 
  
MPphoto
 
 

  Nadine Morano (PPE), par écrit. ‒ J’ai voté en faveur de ce rapport sur la politique de cohésion et les stratégies de recherche et d’innovation pour la spécialisation intelligente.

La mise en place d’une croissance nouvelle et durable, basée notamment sur la recherche et sur l’innovation, est fondamentale dans une Union européenne frappée par le chômage et par la concurrence déloyale des pays émergents.

 
  
MPphoto
 
 

  Elisabeth Morin-Chartier (PPE), par écrit. ‒ J’ai voté en faveur du rapport Valcárcel Siso sur la politique de cohésion et les stratégies de recherche et d’innovation pour la spécialisation intelligente (SRI-SI).

Les SRI-SI favorisent la concentration thématique et la programmation stratégique des fonds structurels et d’investissement et conduisent à une démarche plus axée sur l’efficacité de leur mise en œuvre.

 
  
MPphoto
 
 

  Alessia Maria Mosca (S&D), per iscritto. ‒ La capacità di innovare è essenziale per la ripresa economica dell'Unione, alla luce del complesso contesto di recessione economica e delle sempre maggiori pressioni competitive sui mercati globali. Le strategie di specializzazione intelligente mirano a raggiungere una crescita sostenibile basata sulla conoscenza e creare posti di lavoro di qualità in tutta l'Unione, con speciale attenzione a quelle regioni in fase di transizione o meno sviluppate. È quindi da accogliere in maniera positiva la relazione proposta dal Parlamento europeo, che identifica le principali opportunità di miglioramento per le strategie di specializzazione intelligente, puntando quindi a sfruttarne appieno il potenziale. In particolare, la relazione evidenzia il bisogno di un monitoraggio costante delle strategie RIS3, al fine di tenerle aggiornate, vista l'alta dinamicità del settore dell'innovazione.

Considerando poi che le strategie per la specializzazione intelligente supportano i programmi dei Fondi strutturali di investimento e concorrono al raggiungimento degli obiettivi strategici di Europa 2020, è importante che si raggiungano sinergie tra i vari strumenti finanziari dell'Unione. Presentando questa relazione, il Parlamento europeo si fa anche portavoce di un necessario cambiamento di mentalità per promuovere un approccio a partire dal basso, poiché sino ad ora il sistema di governance multilivello non è stato adeguatamente sfruttato.

 
  
MPphoto
 
 

  Alessandra Mussolini (PPE), per iscritto. ‒ Ho votato a favore di questo provvedimento poiché ritengo importante che l'Unione europea continui a investire e a potenziare l'attività di ricerca e innovazione considerato anche l'attuale periodo di recessione economica e di conseguenti ristrettezze di bilancio. Per mezzo del Fondo europeo di sviluppo regionale (FESR) le regioni concentreranno gli investimenti nella RIS, mediante strategie di specializzazione intelligente. Pertanto, la RIS3 costituisce una condizione ex ante per la concessione agli Stati membri e alle regioni dell'UE dei Fondi strutturali e d'investimento europei (fondi SIE). A seguito della pubblicazione delle strategie, è necessario individuare meglio le azioni da compiere nei prossimi anni per rendere le strategie RIS3 più efficaci ed efficienti. La presente relazione si concentra sui principali settori in cui si dovrebbero apportare miglioramenti alle RIS3.

 
  
MPphoto
 
 

  József Nagy (PPE), írásban. ‒ Támogatom a jelentést, mivel úgy gondolom, hogy a RIS3 rendszer nagyban hozzájárul a fenntartható, intelligens és inkluzív gazdaság megvalósításához. A rendszer teljesen új módon ötvözi az ipari, oktatási és innovatív politikákat. Hármas spirál alapú megközelítést használ például a városfejlesztésben, melynek alapja az üzleti szereplők, a kutatóközpontok és a városok közötti fenntartható kapcsolat és együttműködés. A városok kulcsfontosságú szerepet töltenek be az Unió gazdasági és társadalmi fejlődésében, hiszen központokként szolgálnak a különböző szereplők és ágazatok számára. A jelentés rámutat arra, hogy a kisebb régiókban gondot okoz a megfelelő stratégiák kidolgozása és működtetése, a RIS3 rendszer innovációja hozzájárul ahhoz, hogy a bevált gyakorlatok cseréje alapján ezekben a régiókban a megfelelő stratégiák jól működjenek, illetve hogy ezek ismertté váljanak.

 
  
MPphoto
 
 

  Victor Negrescu (S&D), in writing. ‒ Improving the European Union’s capacity to innovate is crucial during these times of economic recession. I have voted for this report which through the RIS3 strategy will, amongst others, stimulate private investment in research, technology and development.

 
  
MPphoto
 
 

  Момчил Неков (S&D), в писмена форма. – Дадох подкрепата си за тази резолюция, призоваваща държавите от ЕС да подобрят изпълнението и мониторинга на „стратегии за интелигентна специализация“ (RIS3 или S3), защото съм на мнение, че S3 може да запълни някои от недостатъците на политиката на сближаване.

Въпреки че политиката на сближаване на ЕС е изключително важен механизъм, чиято основна цел трябва да е премахването на съществуващите социално-икономически неравенства между различните европейски региони, голяма част от европейските структурни и инвестиционни фондове не успяват да бъдат привлечени от селски и други по-слабо развити региони, които изпитват трудности при изготвянето и изпълнението на регионални стратегии.

В този контекст, заставам твърдо зад апелa на тази резолюция за развиване на административния капацитет на региони в неравностойно положение. Именно чрез подобрения в административен капацитет селските и по-слабо развити региони, каквито има и в моята страна България, ще могат да идентифицират своите силни страни и приоритетни сфери за развитие по начин, по който да използват максималния потенциал на тяхното население, създавайки нови умения, знания, иновация и работни места.

 
  
MPphoto
 
 

  Dan Nica (S&D), în scris. ‒ Strategiile de cercetare și inovare pentru specializare inteligentă (RIS3) ar trebui să ajute la îmbunătățirea competitivității economiei europene, la dezvoltarea unei valori adăugate europene în inovație si la crearea de noi locuri de muncă de înaltă calitate. Strategiile de specializare inteligentă pot fi și instrumente puternice de abordare a provocărilor în materie de energie, eficiența resurselor și securitate energetică.

Subliniez importanța adaptării învățământului și cercetării la nevoile reale ale pieței, în efortul de a se asigura că inovațiile nou-apărute satisfac cererea și conduc la creștere economică.

Susțin noul Consiliu european al inovării, menit să creeze un ghișeu unic pentru inovatori, și care va face legătura între reușitele științifice și nevoile mediului de afaceri și ale autorităților publice din Europa.

Având în vedere că cercetarea, dezvoltarea tehnologică și inovarea constituie priorități de investiții în cadrul Fondului european de dezvoltare regională (FEDER) pentru perioada 2014-2020, am votat pentru rezoluția Parlamentului European referitoare la politica de coeziune și la strategiile de cercetare și inovare pentru specializare inteligentă (RIS3).

 
  
MPphoto
 
 

  Liadh Ní Riada (GUE/NGL), in writing. – I abstained on this own-initiative report, which covers the innovation objective of the Europe 2020 Strategy. Each Member State has adopted its own national targets in each of these areas (employment, innovation, education, social inclusion and climate/energy). National and regional authorities across Europe will design smart specialisation strategies in entrepreneurial discovery process, so that the European Structural Investment Funds (ESIF) can be used more efficiently and synergies between different EU, national and regional policies, as well as public and private investments can be increased.

There are some good points in the report, including a broad view of innovation, support for technological as well as practice-based and social innovation, and a monitoring and evaluation system. It also provides investment choices for regions with a limited number of priorities, particularly knowledge-based investments and/or clusters.

However, the report focuses very heavily on using cohesion policies to meet the Europe 2020 objectives, places a strong emphasis on public-private funding and financial mechanisms, and identifies competitiveness is the main overarching goal of the innovation strategy. For these reasons I could not support the report entirely, so abstained.

 
  
MPphoto
 
 

  Андрей Новаков (PPE), в писмена форма. ‒ С все по-изостряща се конкуренция в световен мащаб за ЕС е от решаващо значение да продължи да подобрява потенциала си за иновации. RIS3 допринасят за ефикасното използване на средствата на ЕС и отключват потенциала на всички региони, подпомагат ЕС в борбата с разликите в иновациите и увеличават конкурентоспособността му.

Докладът подчертава нуждата от регионален подход в изпълнение на RIS3 и призовава ЕС и държавите членки да извършват периодичен мониторинг на изпълнението на стратегиите. Стратегиите RIS3 са ценен инструмент за преодоляване на разликите в иновациите и за засилване на заетостта и растежа в Европа.

 
  
MPphoto
 
 

  Franz Obermayr (ENF), schriftlich. ‒ Ich habe mich für diesen Bericht ausgesprochen, da hier über die Stärkung der Wirtschaft durch die effiziente Verwendung von EU-Mitteln im Rahmen der RIS3 berichtet wird. Mehr Innovation ist notwendig, um hochwertige Arbeitsplätze zu schaffen.

 
  
MPphoto
 
 

  Δημήτρης Παπαδάκης (S&D), γραπτώς. ‒ Στην περίοδο οικονομικής ύφεσης και χρηματοπιστωτικής και κοινωνικής κρίσης που διανύουμε, θέλουμε την ΕΕ να εξελιχθεί σε μια έξυπνη, διατηρήσιμη και χωρίς περιορισμούς οικονομία στα πλαίσια της στρατηγικής “Ευρώπη 2020”. Στα πλαίσια λοιπόν της προγραμματικής περιόδου 2014-2020, ορίστηκε ότι οι περιφέρειες θα πρέπει να εστιάσουν τις επενδύσεις τους στην έρευνα, την ανάπτυξη και την καινοτομία μέσω στρατηγικών έξυπνης εξειδίκευσης (RIS3).

Αυτές οι στρατηγικές, που καταρτίζουν οι εθνικές και περιφερειακές αρχές σε όλη την Ευρώπη, συμβάλλουν έτσι ώστε να γίνει πιο αποδοτική η χρήση των διαρθρωτικών και επενδυτικών ταμείων της ΕΕ και να αυξηθούν οι συνέργειες μεταξύ διαφορετικών εθνικών και περιφερειακών πολιτικών σε επίπεδο ΕΕ, καθώς και μεταξύ δημόσιων και ιδιωτικών επενδύσεων.

Επιπλέον οι RIS3 θα συμβάλουν στο να καταστεί η ευρωπαϊκή οικονομία πιο ανταγωνιστική, να δημιουργηθεί ευρωπαϊκή προστιθέμενη αξία στην καινοτομία, να δημιουργηθούν περισσότερες και καλύτερες θέσεις απασχόλησης υψηλής ποιότητας και να προστεθεί ένα ευρύ φάσμα νέων εμπειριών· Είναι πολύ θετικό ότι οι RIS3 υποστηρίζουν τη δημιουργία θέσεων εργασίας όχι μόνο σε σημαντικούς πόλους της έρευνας και της καινοτομίας αλλά και σε λιγότερο αναπτυγμένες και αγροτικές περιοχές.

Υπερψήφισα την έκθεση η οποία επικεντρώνεται στα κύρια σημεία που πρέπει να βελτιωθούν με στόχο την καλύτερη διαμόρφωση των στρατηγικών.

 
  
MPphoto
 
 

  Margot Parker (EFDD), in writing. ‒ We voted against this report because as usual, it was filled with buzz words and phrases that sound impressive but which will do nothing to create growth and jobs. The EU’s obsessive interference and over regulation damages both jobs and growth and we fail to see how buzz words and corporate speak will change that.

 
  
MPphoto
 
 

  Eva Paunova (PPE), in writing. – I voted in favour because one of my priorities is to encourage innovation at all levels. I believe that RIS3 aims to create knowledge- based growth not only in well-developed areas, but also in less-developed and rural regions. The report sends a support signal from the EU to RIS3 strategies, calls for them to be improved and also to for lessons to be learned from the strategies already initiated in order to achieve the best results in the forthcoming years in this area.

 
  
MPphoto
 
 

  Marijana Petir (PPE), napisan. ‒ Jedan od prioriteta kohezijske politike jest razvijanje istraživanja, tehnološkog razvoja i inovacija čemu su usmjerene RIS3 strategije. Konačni cilj tih strategija jest stvaranje održivog i uključivog gospodarskog rasta što je imperativ za EU jer se nalazi u gospodarskoj, financijskoj i socijalnoj krizi.

Podržavam ovu rezoluciju zbog navedenih stavova i odredbi. Rezolucija jasno daje do znanja da su RIS3 strategije usmjerene prema jačanju konkurentnosti europskog gospodarstva te da pridonose razvoju poduzetničkog duha, postizanju uravnoteženog razvoja i otvaranju visokokvalitetnih radnih mjesta. Osim toga, te strategije pridonose učinkovitom korištenju fondova EU-a i zato utječu na sve države članice s ciljem da se oslobađa potencijal svih regija. Rezolucija u tom pogledu predlaže određene norme i smjernice kao što su poštivanje novih odredbi o ex ante uvjetima za dodjelu sredstava iz fondova ESI-ja te podržavanje uloge platforme S3. Rezolucija također naglašava važnost procesa „odozgo prema gore” zbog čega svaka država članica treba dati šansu lokalnim i regionalnim tijelima da oblikuju svoje stavove.

 
  
MPphoto
 
 

  Florian Philippot (ENF), par écrit. ‒ Le rapport vante la stratégie de recherche et d’innovation pour la spécialisation intelligente, censée s’inscrire, avec le Fonds européen pour les investissements stratégiques (plan Juncker), dans la nouvelle politique européenne d’investissement. Il oriente la mise en œuvre de la politique de cohésion et le versement du Fonds européen de développement économique régional (FEDER). Il considère que la stratégie économique de l’Union doit tout miser sur la spécialisation, l’innovation.

Rien n’est prévu sur le principe de labellisation (entreprises innovantes) ou l’épineux problème des brevets et de l’espionnage industriel. On ne lit aucune critique des politiques d’austérité.

Le mode de gouvernance de la stratégie doit être à multi-niveaux et compatibles avec la stratégie Europe 2020. Les orientations sont décidées par la Commission européenne, non par les États. L’Union européenne utilise la stratégie SRI-SI pour renforcer les relations directes entre la Commission européenne et les régions, devenues autorités de gestion du FEDER, au détriment de la coopération entre nations.

Notons aussi que la stratégie SRI-SI favorise la concentration thématique, ce qui a pour conséquence de miser exclusivement sur des gros clusters ou pôles de recherche sans soutenir les petites structures. Pour toutes ces raisons, je vote contre ce rapport.

 
  
MPphoto
 
 

  Tonino Picula (S&D), napisan. ‒ Budući da u ovim vremenima gospodarske, financijske i socijalne krize EU mora ulagati više napora u stvaranje pametnog, održivog i uključivog gospodarskoga rasta, te da pravovremen i uspješan razvoj strategija RIS3 u državama članicama uvelike ovisi o njihovu rastućem administrativnom kapacitetu programiranja, pripreme proračuna, provedbe i evaluacije unutar okvira politike u cilju povećanja privatnih ulaganja u istraživanje, razvoj i inovacije.

U okviru tog razvoja treba voditi računa o činjenici da su inicijalne procjene strategija za pametnu specijalizaciju dale nejasnu sliku, pogotovo u pogledu izbora prioriteta koje se često smatralo previše općenitima ili nedovoljno povezanima s regionalnim gospodarskim i inovacijskim strukturama, što znači da je strategije pametne specijalizacije potrebno poboljšati u tom smislu. Zbog svega navedenog, podržavam usvajanje predloženog izvješća.

 
  
MPphoto
 
 

  Salvatore Domenico Pogliese (PPE), per iscritto. ‒ Il Fondo europeo di sviluppo regionale (FESR) stabilisce che, nel periodo di programmazione 2014-2020, le regioni debbano concentrare gli investimenti nella RIS, mediante strategie di specializzazione intelligente. All'interno di questo contesto la RIS3 costituisce una condizione ex ante per la concessione agli Stati membri e alle regioni dell'UE dei Fondi strutturali e d'investimento europei (fondi SIE). La concessione di questi fondi può avvenire, giustamente, solo a seguito del raggiungimento di determinati obiettivi tra i quali: l'elaborazione di un monitoraggio periodico di tipo quantitativo e qualitativo; l'elaborazione di processi partecipativi; il coinvolgimento delle parti interessate, con particolare attenzione al settore privato; la creazione di sinergie tra attori pubblici e privati; il coordinamento tra tutti i livelli di governance e l'individuazione di modalità alternative di finanziamento. Ritengo che sia di vitale importanza che l'Unione europea continui a rafforzare la propria capacità investire nella ricerca e nello sviluppo. Per questo motivo ho deciso di votare a favore dell’approvazione di questa risoluzione.

 
  
MPphoto
 
 

  Tomasz Piotr Poręba (ECR), na piśmie. ‒ Podczas ostatniej kadencji Europejski Fundusz Rozwoju Regionalnego (EFRR) ustalił w kontekście wspierania realizacji pierwszego celu tematycznego, że w okresie programowania 2014–2020 regiony muszą ukierunkować inwestycje na obszary badań naukowych, rozwoju technologicznego i innowacji za pomocą strategii inteligentnej specjalizacji. Dlatego RIS3 jest dla państw członkowskich i regionów UE warunkiem ex ante, by otrzymać wsparcie za pośrednictwem europejskich funduszy strukturalnych i inwestycyjnych (ESIF). Wszystkie regiony europejskie posiadają strategię RIS3. Strategie te zostały opracowane i zaczęto je realizować w latach 2014 i 2015. Zastosowanie warunku ex ante okazało się ważnym krokiem naprzód, ponieważ większość regionów przyjęła już strategię RIS3. Jednakże niektóre z nich muszą kontynuować prace mające na celu spełnienie wymogów związanych z warunkiem ex ante RIS3.

W sprawozdaniu podkreślono kluczowe znaczenie RIS3 dla wkładu polityki spójności w realizację celów strategii „Europa 2020”, rolę zarządzania wielopoziomowego w procesie określania strategii, rolę unijnego programu dla miast w tworzeniu synergii i silnych powiązań umożliwiających skuteczne wykorzystywanie zasobów, rolę nadzoru i oceny. Niniejszym poparłem to sprawozdanie.

 
  
MPphoto
 
 

  Franck Proust (PPE), par écrit. ‒ J’ai voté en faveur de ce rapport portant sur la politique de cohésion et les stratégies de recherche et d’innovation pour la spécialisation intelligente (SRI-SI).

Ces stratégies, qui sont une condition préalable à l’attribution de fonds structurels et d’investissements européens, favorisent la programmation et la concentration thématique des fonds.

Ce texte tire les conclusions de la mise en œuvre initiale de ces stratégies et réaffirme son soutien à l’Union européenne pour renforcer les stratégies SRI-SI au cours des années à venir.

 
  
MPphoto
 
 

  Julia Reid (EFDD), in writing. ‒ We voted against this report because as usual, it was filled with buzz words and phrases that sound impressive but which will do nothing to create growth and jobs. The EU’s obsessive interference and over regulation damages both jobs and growth and we fail to see how buzz words and corporate speak will change that.

 
  
MPphoto
 
 

  Sofia Ribeiro (PPE), por escrito. ‒ Votei favoravelmente por no meu entender ser cada vez mais fundamental apostar na inovação sustentável como forma de fazer face à escassez de recursos orçamentais bem como de concorrência a um nível mundial.

As estratégias RIS3, pela sua importância no contributo da Política de Coesão para os objetivos da Europa 2020, devem ser fruto de constante revisão. Uma vez que a inovação está em constante evolução, importa também destacar os domínios em que as estratégias se devem focar, através da análise de prioridades, pontos fortes e potencialidades de cada região, do acompanhamento periódico quantitativo e qualitativo, da criação de sinergias entre os intervenientes públicos e privados, permitindo também a redução dos estrangulamentos nos procedimentos administrativos, possibilitando o aconselhamento às regiões de modo a definirem e recentrarem as suas estratégias.

A inovação deve ser utilizada para reforçar a capacidade administrativa das autoridades públicas, especialmente ao nível local e regional, recorrendo às novas tecnologias e apostando na racionalização de procedimentos para melhor servir o público. É fundamental que as regiões desenvolvam as suas ideias inovadoras e trabalhem em conjunto de modo a evitar a duplicação de esforços e o uso indevido de recursos.

 
  
MPphoto
 
 

  Liliana Rodrigues (S&D), por escrito. ‒ Numa era de recessão económica e de escassez de recursos orçamentais, bem como de concorrência cada vez mais renhida ao nível mundial, torna-se determinante para a UE melhorar de forma sustentável a sua capacidade de inovação ao nível das estratégias de investigação e inovação para a especialização inteligente. Teremos de olhar com especial atenção para a revisão contínua dessas mesmas estratégias; analisando prioridades, pontos fortes e potencialidades de cada região; desenvolvendo processos de participação; criando sinergias entre os intervenientes públicos e privados; coordenando entre todos os níveis de governação e departamentos e identificando vias alternativas de financiamento e, finalmente, simplificando e reduzindo os procedimentos administrativos.

 
  
MPphoto
 
 

  Inmaculada Rodríguez-Piñero Fernández (S&D), por escrito. ‒ El objetivo de las estrategias RIS3 es impulsar un crecimiento inteligente, sostenible e integrador basado en el conocimiento, capaz de generar empleos de calidad en todas las regiones, no solo en zonas desarrolladas. Estas estrategias contribuyen a la concentración temática y la programación estratégica de los Fondos Estructurales y de Inversión Europeos (FEIE) y conducen a una mayor orientación a los resultados sobre el terreno.

Pasados dos años del inicio de su implementación, este informe se centra en los principales ámbitos de mejora de las RIS3. En particular, subraya la necesidad de impulsar una utilización coordinada y complementaria de los FEIE con el programa Horizonte 2020 y el Fondo Europeo para Inversiones Estratégicas para impulsar la innovación a escala regional, nacional y de la Unión, aumentando el atractivo de las inversiones en investigación e innovación con el fin de atraer capital privado como complemento de la financiación pública, para lo que se pide a autoridades locales y regionales que aprovechen al máximo las posibilidades de combinación de estos instrumentos. Destaca igualmente la necesidad de mejorar la coordinación entre todos los niveles de gobernanza y que se otorgue un papel más activo a la sociedad civil.

Por todo ello, he votado a favor.

 
  
MPphoto
 
 

  Claude Rolin (PPE), par écrit. ‒ J’ai voté en faveur de ce rapport d’initiative sur la politique de cohésion et stratégies de recherche et d'innovation pour la spécialisation intelligente (SRI-SI).

En effet, il convient d’encourager le développement de la recherche et de l’innovation pour la spécialisation intelligente car celles-ci devraient permettre d’accroître notamment la compétitivité économique européenne et de créer davantage d’emplois de qualité.

 
  
MPphoto
 
 

  Bronis Ropė (Verts/ALE), raštu. ‒ Balsavau už šį pranešimą, kuriame aptariama sanglaudos politikos ir mokslinių tyrimų bei inovacijų strategijų nauda ir esminiai iššūkiai jas rengiant. Reikia pastebėti, kad šios strategijos yra svarbios, nes jas pasitelkus Europoje galima išspręsti inovacijų atotrūkio problemą, paskatinti darbo vietų kūrimą ir ekonomikos augimą. Vis dėlto ne viskas yra padaryta įgyvendinant sanglaudos politiką. Būtina padidintas tarpregioninis bendradarbiavimą, ypač kai yra vykdomi dideli, pridėtinę vertę ekonomikai teikiantys projektai. Ne mažiau svarbi dokumente minima mintis, jog geresnį koordinavimą visais valdymo lygmenimis galima pasiekti skatinant regioninių strategijų viziją „iš viršaus į apačią“. Manau, jog būtent toks veiklos principas, gali apdėti apsiekti daug geresnių rezultatų.

 
  
MPphoto
 
 

  Fernando Ruas (PPE), por escrito. ‒ As estratégias de investigação e inovação para a especialização inteligente (RIS3) são uma condicionalidade ex-ante para a atribuição de financiamento através dos Fundos EEI (Europeus Estruturais e de Investimento). De facto, as estratégias RIS3 apoiam os objetivos de concentração temática e a programação estratégica dos Fundos EEI, promovendo a sua ‘orientação para o desempenho’.

Este relatório, que analisou a relação/inclusão destas estratégias no âmbito da Politica de Coesão, reflete a posição deste Parlamento sobre as mesmas no âmbito da aplicação do atual Quadro Financeiro Plurianual, demonstrando o apoio do Parlamento Europeu à implementação ‘no terreno’ das estratégias RIS3, apelando ao seu aprofundamento e a um processo de aprendizagem permanente com os projetos entretanto aprovados ou em fase de implementação, à simplificação de procedimentos, bem como a uma maior coordenação na aplicação dos atuais programas.

O relatório, que votei favoravelmente, sublinha que as estratégias RIS3 não se destinam exclusivamente às regiões mais desenvolvidas. Pelo contrário, pretendem ser um meio inteligente, inovador e eficaz para potenciar os pontos fortes e as oportunidades das regiões menos desenvolvidas, criando sinergias com vista ao desenvolvimento de uma economia mais baseada no conhecimento, na criação de valor e de mais-valias para a população.

 
  
MPphoto
 
 

  Tokia Saïfi (PPE), par écrit. ‒ J’ai voté en faveur de ce rapport qui donne les premières conclusions et la position du Parlement européen sur les stratégies SRI-SI.

Les stratégies SRI-SI signifient stratégies de recherche et d’innovation pour une spécialisation intelligente et sont une conditionnalité ex ante pour l’attribution de financements.

Elles favorisent la concentration thématique et la programmation stratégique des fonds ESI et conduisent, sur le terrain, à une démarche plus axée sur l’efficacité de leur mise en œuvre.

J’ai voté en faveur de ce texte qui envoie un signal de soutien de l’Union européenne aux stratégies SRI-SI, appelle à certaines améliorations et à aboutir ainsi à de meilleurs résultats dans les prochaines années.

 
  
MPphoto
 
 

  Lola Sánchez Caldentey (GUE/NGL), por escrito. ‒ Voto a favor de este informe que apoya las políticas de cohesión y las estrategias de investigación e innovación para la especialización inteligente (RIS3).

Las RIS3 contribuyen a la programación estratégica de los Fondos de Cohesión y pueden tener un papel fundamental en el cumplimiento de los objetivos de Europa 2020, en la búsqueda de un desarrollo equilibrado y sostenible y en la creación de empleos de calidad.

Propone además el apoyo a las gobernanzas multinivel y mayor participación a todos los niveles en los programas de ayudas.

Aunque el informe contiene muchas «odas al viento» estoy a favor de la innovación tecnológica y social, de la evaluación del sistema de ayudas, el refuerzo de las fortalezas de cada región y de las pymes, para conseguir un desarrollo más sostenible.

 
  
MPphoto
 
 

  Sven Schulze (PPE), schriftlich. ‒ Ich habe für die Kohäsionspolitik und für die Forschungs- und Innovationsstrategien für intelligente Spezialisierung gestimmt, da dies ein wichtiges Signal für ein solidarisches Europa darstellt.

Die Kohäsionspolitik dient der Stärkung des wirtschaftlichen, sozialen und territorialen Zusammenhalts. Es gilt, Unterschiede zwischen den verschiedenen Regionen und den Rückstand der am stärksten benachteiligten Gebiete zu verringern.

Die Forschungs- und Innovationsstrategien sind eine Bedingung für die Zuweisung von Mitteln aus dem Europäischen Struktur- und Investitionsfonds (ESI).

Sie zielen darauf ab, auf der Grundlage der jeweiligen Stärken und des Potenzials jeder Region auf Wissen gegründetes Wachstum zu schaffen, und zwar nicht nur in hochentwickelten Gegenden, sondern auch in weniger entwickelten und ländlichen Gebieten.

 
  
MPphoto
 
 

  María Lidia Senra Rodríguez (GUE/NGL), por escrito. ‒ He votado abstención en este informe, porque a pesar de contener aspectos positivos promueve la lógica de los mercados como gobernantes de facto de los Estados y sus ciudadanos, y potencia la financiación público-privada en la política de cohesión. El informe versa sobre el objetivo de la innovación dentro de la Estrategia 2020. Trata la innovación desde una perspectiva muy amplia, apoyando el desarrollo tecnológico, así como, innovación social basada en la experiencia. Fomenta la innovación regional y su adaptabilidad a las circunstancias particulares del entorno. También promueve una mejor rendición de cuentas y sistemas de evaluación. Se echa en falta una reflexión y pronunciamiento acerca de la recolocación de puestos de trabajo destruidos por la innovación tecnológica, así como, sobre el fenómeno de la concentración de la riqueza generada por la especialización inteligente.

 
  
MPphoto
 
 

  Remo Sernagiotto (ECR), per iscritto. ‒ L'esistenza di strategie di ricerca e innovazione per la specializzazione intelligente (RIS3) costituisce una delle condizioni ex ante per la concessione agli Stati membri e alle regioni dell'UE dei Fondi strutturali e d'investimento europei per il periodo di programmazione 2014-2020. Al fine di perseguire con successo questo nuovo approccio strategico, è importante che l'attuazione di tali strategie sia basata su punti di forza locali e regionali. Le regioni si trovano infatti in una posizione favorevole per scegliere le priorità giuste, partendo dal rafforzamento delle rispettive caratteristiche, potenzialità e vantaggi competitivi.

La ricerca e l'innovazione sono importanti fattori per il rilancio della crescita. Attualmente sono in atto circa 121 strategie RIS3 a livello nazionale e regionale. Si prevede che fino al 2020 verranno mobilitati ben 250 miliardi di EUR. Per continuare in questa direzione, è necessario promuovere approcci politici innovativi per dare impulso alla collaborazione interregionale, semplificare le procedure e ridurre le strozzature nel processo amministrativo delle strategie, migliorare le sinergie tra i fondi SIE e gli altri strumenti finanziari dell'UE e fornire maggiore sostegno alle PMI e alle imprese start-up. Queste sono alcune delle raccomandazioni formulate nella relazione che condivido pienamente. Ho deciso pertanto di votare a favore.

 
  
MPphoto
 
 

  Ricardo Serrão Santos (S&D), por escrito. ‒ A política de coesão é a marca distintiva da União Europeia, refletindo a prática da solidariedade que está na base da sua construção. A política de coesão serve de catalisador às políticas nacionais públicas destinadas a fomentar o desenvolvimento e o crescimento económico, oportunidades de emprego, mais e melhor educação e inclusão social. Este aspeto adquire especial relevância nas regiões da Europa onde existem maiores disparidades sociais, económicas e territoriais e que, inevitavelmente, dispõem de menor resiliência face a situações de crise económica.

As regiões ultraperiféricas inscrevem-se neste contexto. Apelo, por isso, a que a política de coesão continue a fazer parte das prioridades políticas da UE, traduzindo-se no seu financiamento adequado. Contesto qualquer tentativa de penalização de Estados-Membros que sofrem de importantes desequilíbrios macroeconómicos através da suspensão de instrumentos de política com impacto na coesão, que, justamente, são fulcrais para relançar o investimento, a economia e a criação de emprego. A possibilidade de suspensão dos fundos estruturais implica uma dupla-penalização que obedece a uma lógica que se afasta do princípio de solidariedade fundador da União e que se aproxima antes de uma estratégia de estrangulamento absoluto das economias que sofrem de fragilidades suplementares. Esta é uma lógica que apenas posso repudiar.

 
  
MPphoto
 
 

  Jill Seymour (EFDD), in writing. ‒ We voted against this report due it being an EU Commission project and we do not recognise their competency in this area.

 
  
MPphoto
 
 

  Czesław Adam Siekierski (PPE), na piśmie. ‒ W dobie ciągłej walki ze skutkami kryzysu i związanych z tym ograniczeń budżetowych, a także z uwagi na coraz silniejszą światową konkurencję ze strony takich krajów jak USA, Chiny czy Korea Południowa decydujące znaczenie dla UE ma stałe zwiększanie zdolności innowacyjnych.

„Europa 2020” to strategia UE na rzecz wzrostu gospodarczego na okres do roku 2020. W zmieniającym się świecie chcemy, aby UE stała się inteligentną i zrównoważoną gospodarką sprzyjającą włączeniu społecznemu. Unia chce osiągnąć do 2020 r. pięć ambitnych celów związanych z zatrudnieniem, innowacyjnością, kształceniem, włączeniem społecznym i klimatem/energią. W każdym z tych obszarów swoje własne cele krajowe określiło też każde państwo członkowskie. Za wspomnianą strategią stoją konkretne działania na szczeblu krajowym i unijnym. Władze krajowe i regionalne w całej Europie opracują strategie na rzecz inteligentnej specjalizacji w celu wykorzystania europejskich funduszy strukturalnych i innowacyjnych w sposób bardziej efektywny oraz zwiększenia synergii między różnymi politykami unijnymi, krajowymi i regionalnymi, a także inwestycjami publicznymi i prywatnymi.

Wspomniane strategie powinny przyczynić się do niwelowania luki innowacyjnej i zwiększania zatrudnienia oraz pobudzenia wzrostu gospodarczego w Europie. Obecnie widać już, że w tworzeniu strategii można wprowadzić szereg ulepszeń. Władze publiczne powinny starać się przywiązywać szczególną wagę do monitorowania i przeglądu strategii w celu maksymalizacji ich wyników.

 
  
MPphoto
 
 

  Siôn Simon (S&D), in writing. – With my EPLP colleagues I voted in favour of this report because innovation is an area that is continuously changing, RIS 3 strategies should be constant revised. For this purpose, a review of the strategies after 2017 seems mandatory in order to boost the efficiency and effectiveness of them, taking also into account the lessons learned from the initial years of their implementation

 
  
MPphoto
 
 

  Monika Smolková (S&D), písomne ‒ Stratégiu politiky súdržnosti a stratégie výskumu a inovácií pre inteligentnú špecializáciu (RIS3) vnímam ako veľmi cenný nástroj na riešenie rozdielov v oblasti inovácií a zvýšenia zamestnanosti a rastu v celej Európe. Rovnako za jednu z investičných priorít v rámci Európskeho fondu regionálneho rozvoja (EFRR) na roky 2014 – 2020 považujem aj posilnenie výskumu, technologického vývoja a inovácií. Aj keď stratégiu RIS3 majú v súčasnosti vypracovanú všetky európske regióny a ich uplatňovanie sa začalo v priebehu rokov 2014 a 2015, chcem poukázať na rozdielnosť podpory inovácií v EÚ a v rámci členských štátov, ktorá sa značne líši, najmä pokiaľ ide o využívanie znalostí a technológii pri podpore inovácií. Som toho názoru, že RIS3 je potrebné nepretržite skúmať a neustále prispôsobovať zmenám, ku ktorým v oblasti špecializácie dochádza. Uznesenie som podporila najmä preto, že prichádza s opatreniami, ktoré môžu výrazným spôsobom pomôcť, aby stratégie RIS3 boli efektívnejšie a účinnejšie. Od správy taktiež očakávam, že sa zlepší kvalita spolupráce správnych orgánov a príslušných subjektov v regiónoch, ktorá bude mať rozhodujúci vplyv na stratégiu RIS3, a zreteľne sa zníži riziko nesprávneho výberu priorít.

 
  
MPphoto
 
 

  Igor Šoltes (Verts/ALE), pisno. ‒ Pametna specializacija lahko pripomore k usmerjanju investicij ter koncentraciji raziskav in inovacij na področjih, kjer je prisotnih največ regionalnih in lokalnih kompetenc.

Razlike, ki se pojavljajo med evropskimi regijami na področju raziskav in inovacij, kažejo na to, da obstaja potreba po politikah, ki bodo krojene v skladu z lokalnimi potrebami. Prav pametna specializacija ponuja možnost za diferenciacijo in ekonomsko transformacijo na podlagi inovacij, ki bodo temeljile na lokalnih sredstvih in komparativnih prednostih. Prizadevanja in investicije se bodo tako osredotočile na omejeno število prioritet, ki bodo identificirane v postopku, v katerem bodo glavno vlogo igrali podjetniki in raziskovalci. Pametna specializacija je postala glavno načelo in predpogoj, na podlagi katerega se lahko pridobivajo sredstva iz Evropskega sklada za regionalni razvoj (ERDF).

Poročilo tako ponovno poudarja pomembno vlogo pametne specializacije, ki jo ta igra v kohezijski politiki. Menim, da je to prava smer razvoja na tem področju, zato sem glasoval za sprejem poročila.

 
  
MPphoto
 
 

  Ivan Štefanec (PPE), písomne ‒ Inovatívne postupy a využívanie moderných technológií pomáhajú zvyšovať hospodársky rast, znižovať nezamestnanosť a maximálne znižovať náklady. Na základe princípu subsidiarity pristupujeme k tomu, aby do týchto procesov boli maximálne zapojené samosprávy, a to najmä v zaostalých regiónoch. Kľúčové bude optimálne nastavenie spolupráce európskych inštitúcií, národných vlád, škôl, samospráv a podnikateľského prostredia.

 
  
MPphoto
 
 

  Beatrix von Storch (EFDD), schriftlich. ‒ Der Entschließung des EU-Parlaments über Kohäsionspolitik und Forschungs- und Innovationsstrategien für intelligente Spezialisierung (RIS3) habe ich nicht zugestimmt.

Die Kohäsionspolitik lehne ich als ein rein umverteilendes Instrument ab. Die AfD steht in Deutschland für selbständige und starke Gebietskörperschaften. Wir wollen regionale und lokale Selbstverwaltung ermöglichen und Subsidiarität garantieren, damit regionale Eigen- und Besonderheiten gepflegt werden können. Wir wollen dem Föderalismus wieder mehr Gewicht verleihen.

Die AfD ist also schon einer Politik des regionalen Ausgleichs innerhalb Deutschlands einigermaßen skeptisch eingestellt. Auf Ebene der EU hat diese erst recht nichts zu suchen. Wir stehen für starke und selbständige Nationalstaaten.

Eine durch die Kohäsionspolitik zentralplanerisch bewirkte und geförderte Spezialisierung der Regionen, die dadurch Schwerpunktbereiche für ihre Entwicklung und damit verbundene Investitionen bestimmen und auswählen können, lehne ich ab.

 
  
MPphoto
 
 

  Dubravka Šuica (PPE), napisan. ‒ Istraživačke i inovacijske strategije za pametne specijalizacije (RIS3) uvjet su financiranja iz Europskih strukturnih i investicijskih fondova. RIS3 podržava tematske koncentracije i strateško programiranje sredstava Europskog socijalnog fonda te nastoji poboljšati provedbu na terenu.

Ovo izvješće nam daje prve pokazatelje provedbe strategije za razdoblje 2014.-2019. U vremenu gospodarske, financijske i socijalne krize EU mora ulagati više napora u stvaranje pametnog, održivog i uključivog gospodarskog rasta. Podržavam ovaj prijedlog Rezolucije o kohezijskoj politici te istraživačkim i inovacijskim strategijama za pametnu specijalizaciju, jer smatram da je važno da se pametnom specijalizacijom kombiniraju i povezuju različite politike, pogotovo politike poduzetništva, obrazovanja i inovacija, kako bi regije mogle utvrditi i odabrati prioritetna područja za svoj razvoj te povezati ulaganja usredotočujući se na svoje jače strane i relativne prednosti.

Krajnji cilj je da se stvori veći broj visokokvalitetnih radnih mjesta i da se strategijama doprinosi širenju dobrih praksi i razvoju novog poduzetničkog duha.

 
  
MPphoto
 
 

  Patricija Šulin (PPE), pisno. ‒ Glasovala sem za poročilo o kohezijski politiki ter raziskovalnih in inovacijskih strategijah za pametno specializacijo.

Podpiram prizadevanja Evrope po ustvarjanju na znanju temelječe in trajnostne rasti, uravnoteženega razvoja in visokokakovostnih delovnih mest v vseh regijah. V času gospodarske krize je to še posebej pomembno. Kohezijska politika je tista, ki skrbi, da Evropa enakomerno raste, da ni prevelikih razlik v razvitosti med različnimi regijami v EU.

Podpiram poziv regijam, naj oblikujejo inovativne sheme podpornih storitev, ki bodo dopolnjevale ali nadomeščale obstoječe storitve, da bi posameznim regijam omogočile doseganje vsega konkurenčnega potenciala.

 
  
MPphoto
 
 

  Νεοκλής Συλικιώτης (GUE/NGL), γραπτώς. ‒ Υπερψηφίσαμε την έκθεση καθώς προωθεί την ανάπτυξη της καινοτομίας δίνοντας ένα ευρύ φάσμα επιλόγων για μια ισορροπημένη ανάπτυξη μέσω επενδύσεων σε δυσμενείς περιοχές, σε περιφέρειες καθώς και σε λιγότερο ανεπτυγμένες, αγροτικές και νησιωτικές περιοχές. Επίσης δίνει ιδιαίτερη έμφαση στην αξιοποίηση της τεχνολογικής ανάπτυξης για την δημιουργία νέων ποιοτικών θέσεων εργασίας και την στήριξη των ΜΜΕ.

 
  
MPphoto
 
 

  Ελευθέριος Συναδινός (NI), γραπτώς. ‒ Η πολιτική συνοχής, πέρα από μη λειτουργική γενικότερα, δεν οδηγεί σε δημιουργία ποιοτικών θέσεων. Αντιθέτως, έχει προκαλέσει μεγάλη απώλεια πολύτιμου ανθρώπινου δυναμικού στην χώρα μας, όπως και σε όλες τις άλλες οικονομικά αδύναμες χώρες της Ένωσης.

 
  
MPphoto
 
 

  Hannu Takkula (ALDE), kirjallinen. ‒ Suomi on ollut aina innovaatioiden kärkimaa, ja tämä on luonut taloudellista kasvua. Tässä mietinnössä nostettiin esille se, että innovaatioita tulee tukea tehokkaasti jatkossa koko Euroopan unionin alueella, mikä on ehdottoman tärkeä taloudellisen kasvun mahdollistaja. Muun muassa näistä syistä äänestin mietinnön puolesta.

 
  
MPphoto
 
 

  Claudia Țapardel (S&D), in writing. ‒ During the year 2014, regions have started to develop and publish their RIS3 strategies. The aim of these strategies is to create knowledge-based, sustainable growth, balanced development and high quality jobs in all regions, not only in well-developed areas but also in regions in transition as well as in less developed, rural and island regions. All this shall contribute to the achievement of the Europe 2020 objectives. I agree with the main areas identified by the report, where improvement for RIS3 should be carried out. Moreover, this report provides excellent options for boosting innovation at regional, national and EU levels. Because innovation is an area that is continuously changing, I believe that RIS 3 strategies should be constant revised. Therefore, I support the review of the strategies after 2017, which seems mandatory in order to boost the efficiency and effectiveness of them, taking also into account the lessons learned from the initial years of their implementation.

 
  
MPphoto
 
 

  Marc Tarabella (S&D), par écrit. ‒ Les SRI-SI constituent un outil précieux pour combler le retard en matière d'innovation ainsi que pour stimuler l'emploi et la croissance en Europe.

Pour l'heure, il existe encore une marge d'amélioration au regard de l'élaboration des stratégies. Les autorités devraient s'efforcer d'accorder une attention particulière au suivi et à la révision des stratégies afin de maximiser, d'une part, les résultats obtenus et, d'autre part, la coopération interrégionale, afin d'élaborer des projets ambitieux et de créer de la valeur ajoutée pour l'économie.

La simplification et la coordination des programmes existants sont également essentielles en vue de contribuer à la réussite de la mise en œuvre des stratégies dans les années à venir.

 
  
MPphoto
 
 

  Pavel Telička (ALDE), in writing. ‒ In an increasingly competitive global environment, it is crucial that the EU keeps improving its capacity to innovate. I voted in favour of the report on Cohesion Policy and Research and Innovation Strategies for smart specialisation, as these strategies will be valuable to overcome Europe’s innovation gap and encourage growth. In fact, by combining and bringing together different policies, including those for entrepreneurship, education and innovation, RIS3 enables regions to identify and select priority areas for their development and investments. RIS3 is also a condition for receiving European Structural and Investment Funds (ESIF), and therefore contributes to an increased performance orientation on the ground. Moreover, I am very supportive of including a review of the strategies after 2017, in order to ensure their continuing relevance and maximise their output.

 
  
MPphoto
 
 

  Ruža Tomašić (ECR), napisan. ‒ Podržala sam izvješće o kohezijskoj politici te istraživačkim i inovacijskim strategijama za pametnu specijalizaciju (RIS3), jer se njime potiče otvaranje radnih mjesta, i to visokokvalitetnih radnih mjesta koja se trebaju otvoriti ne samo u razvijenim područjima nego i u tranzicijski slabije razvijenim regijama.

Smatram da će upravo predložene socijalne inovacije pridonijeti uspostavi novih poslovnih modela i kultura. Držim da je ovo izvješće dobar put ka uspješnom razvitku Europe i država članica, prije svega slabije razvijenih regija.

 
  
MPphoto
 
 

  Romana Tomc (PPE), pisno. ‒ Predlog o kohezijski politiki ter raziskovalnih in inovacijskih strategijah za pametno specializacijo (RIS3) sem podprla.

Cilj slednje je ustvariti na znanju temelječo in trajnostno rast, uravnotežen razvoj in visokokakovostna delovna mesta v vseh regijah, tudi v manj razvitih, podeželskih in otoških regijah. Strategije RIS3 so pomembno orodje za odpravo inovacijske vrzeli ter spodbujanje zaposlovanja in rasti v Evropi.

Zaenkrat lahko opazimo, da vzpostavitev strategij še vedno daje dovolj možnosti za spremembe. Javni organi bi si morali prizadevati, da posebno pozornost namenijo spremljanju in pregledu strategij, da bi tako čim bolj izkoristili njihov učinek ter medregijsko sodelovanje, s čimer bi oblikovali ambiciozne projekte, ki ustvarjajo dodano vrednost za gospodarstvo.

 
  
MPphoto
 
 

  Estefanía Torres Martínez (GUE/NGL), por escrito. ‒ Voto a favor de este informe que apoya las políticas de cohesión y las estrategias de investigación e innovación para la especialización inteligente (RIS3).

Las RIS3 contribuyen a la programación estratégica de los Fondos de Cohesión y pueden tener un papel fundamental en el cumplimiento de los objetivos de Europa 2020, en la búsqueda de un desarrollo equilibrado y sostenible y en la creación de empleos de calidad.

Propone además el apoyo a las gobernanzas multinivel y mayor participación a todos los niveles en los programas de ayudas, así como, la creación de sinergias positivas en las diferentes regiones para determinar sus puntos fuertes.

Aunque el informe contiene muchas «odas al viento» estoy a favor de la innovación tecnológica y social, de la evaluación del sistema de ayudas, el refuerzo de las fortalezas de cada región y de las pymes, para conseguir un desarrollo más sostenible.

 
  
MPphoto
 
 

  Mylène Troszczynski (ENF), par écrit. ‒ Le présent rapport vante les mérites de la stratégie de recherche et d’innovation pour la spécialisation intelligente, stratégie censée s’inscrire, avec le Fonds européen pour les investissements stratégiques (plan Juncker), dans la nouvelle politique européenne d’investissement.

Ce document de cadrage oriente la mise en œuvre de la politique de cohésion et le versement du Fonds européen de développement économique régional (FEDER). Globalement, la SRI-SI fait doublon avec les politiques de recherche nationales et surtout avec les contrats de plan État-Région. Ce rapport ne présente aucune critique des politiques d’austérité sur les budgets publics et privés de soutien aux politiques de recherche et d’innovation.

Le mode de gouvernance de la stratégie doit être à multi-niveaux et compatible avec la stratégie Europe 2020. Cela veut dire que l’État français n’est pas chef de file de la mise en œuvre de cette stratégie qui répond à des orientations décidées par la Commission européenne.

Il convient de noter également que la stratégie SRI-SI favorise la concentration thématique, ce qui a pour conséquence de miser exclusivement sur des gros clusters ou pôles de recherche sans soutenir les petites structures et les grappes d’innovation.

J'ai donc voté contre.

 
  
MPphoto
 
 

  Kazimierz Michał Ujazdowski (ECR), na piśmie. ‒ Strategie RIS3 są istotnym czynnikiem w gospodarce, gdyż wypełniają one luki innowacyjne, wzmacniają efektywność inwestycji oraz stanowią bodziec do wzrostu zatrudnienia. Instytucje publiczne, monitorujące współpracę międzyregionalną i wspierające regionalne specjalizacje, mogą zapewnić stabilny wzrost i rozwój gospodarczy w całej Europie. Biorąc pod uwagę doświadczenia zdobyte w pierwszych latach realizacji projektu, by móc zwiększyć możliwość inicjatywy oddolnej i podkreślić znaczenie społeczeństwa obywatelskiego, istotne jest wsłuchanie się w głos władz lokalnych poszczególnych obszarów zaangażowanych w projekt.

Strategia jest ważnym elementem kształtującym rozwój gospodarczy i wzmacniającym siłę regionów, dlatego zagłosowałem za przyjęciem wniosku.

 
  
MPphoto
 
 

  István Ujhelyi (S&D), írásban. ‒ Gazdasági recesszió és ennek következtében szigorú költségvetési korlátozások és egyre élesedő globális verseny idején létfontosságú az EU számára innovációs képességének fenntartható javítása. Voksommal támogattam a jelentést.

 
  
MPphoto
 
 

  Miguel Urbán Crespo (GUE/NGL), por escrito. – Voto a favor de este informe que apoya las políticas de cohesión y las estrategias de investigación e innovación para la especialización inteligente (RIS3).

Las RIS3 contribuyen a la programación estratégica de los Fondos de Cohesión y pueden tener un papel fundamental en el cumplimiento de los objetivos de Europa 2020, en la búsqueda de un desarrollo equilibrado y sostenible y en la creación de empleos de calidad.

Propone además el apoyo a las gobernanzas multinivel y mayor participación a todos los niveles en los programas de ayudas, así como, la creación de sinergias positivas en las diferentes regiones para determinar sus puntos fuertes.

Aunque el informe contiene muchas «odas al viento» estoy a favor de la innovación tecnológica y social, de la evaluación del sistema de ayudas, el refuerzo de las fortalezas de cada región y de las pymes, para conseguir un desarrollo más sostenible.

 
  
MPphoto
 
 

  Ernest Urtasun (Verts/ALE), in writing. ‒ I voted for, as smart specialisation can help channelling investment and concentrate research and innovation on areas which are linked to local or regional competences, qualifications and assets regardless of their size.

 
  
MPphoto
 
 

  Ivo Vajgl (ALDE), in writing. ‒ I voted in favour of the Report on Cohesion Policy and Research and Innovation Strategies for Smart Specialisation (RIS3). The RIS3 supports a broad definition of innovation as signifying the transformation of an idea into a new or improved product or service introduced on the market, into a new or improved operational process used in industry and commerce, or into a new approach to a social service. I strongly believe that in these times of economic, financial and social crisis the EU must step up its efforts to create smart, sustainable and inclusive economic growth. I voted in favour because I am of the opinion that RIS3 should help make the European economy more competitive, develop European added value in innovation, create more and better high-quality jobs, and take on board a wide range of new experiences.

 
  
MPphoto
 
 

  Ramón Luis Valcárcel Siso (PPE), por escrito. ‒ Las estrategias de investigación e innovación para la especialización inteligente son una herramienta fundamental para luchar contra la crisis económica y el alto desempleo en Europa. La economía del conocimiento es una herramienta vital para promover empleo de calidad en la Unión y poder dar a nuestros jóvenes las oportunidades que se merecen. Este informe ha tenido en cuenta la opinión de los expertos en el área, así como, la de la gran mayoría de los grupos políticos de la cámara y pretende dar una clara señal de apoyo por parte de este Parlamento a dichas estrategias, poniendo énfasis en la necesidad de poder disponer de datos para evaluar su actual implementación, para de este modo, poder aprender de posibles errores y mejorarlas de cara al futuro. Por todo ello creo necesario votar a su favor.

 
  
MPphoto
 
 

  Hilde Vautmans (ALDE), schriftelijk. ‒ Dit verslag schenkt aandacht aan de rol van onderzoeks- en innovatiestrategieën. Europa zet financiële middelen in om innovatie te promoten als motor voor groei in tewerkstelling en investering in de toekomst van het industriebeleid van de EU. Ik stemde voor dit verslag omdat de EU in deze tijden van economische, financiële en sociale crisis extra inspanningen moet leveren om slimme, duurzame en economische groei te creëren.

 
  
MPphoto
 
 

  Miguel Viegas (GUE/NGL), por escrito. ‒ Em período de recessão económica, e fruto dos constrangimentos do Euro, deveria ser determinante para a UE melhorar de forma sustentável a sua capacidade de inovação.

Na prática, nada disso acontece. A política de coesão está inclusivamente a tornar-se um elemento fomentador de assimetrias. Com efeito, hoje, são os países ricos que absorvem os apoios à investigação e os países pobres que ficam com as migalhas do FSE para minorar os dados da austeridade.

Portugal forma aos milhares os investigadores que migraram para outros países em virtude da descontinuidade dos projetos de investigação. São crimes que estamos a cometer, cujas consequências irão perdurar por muitos anos.

 
  
MPphoto
 
 

  Harald Vilimsky (ENF), schriftlich. ‒ Der Bericht sieht in RIS3 ein wichtiges Instrument für die Bewältigung der Innovationslücke und für die Förderung von Beschäftigung und Wachstum in Europa. Grundsätzlich ist es ein sehr ausgewogener Bericht zur und über intelligente Spezialisierung. Daher habe ich dem Bericht zugestimmt.

 
  
MPphoto
 
 

  Julie Ward (S&D), in writing. ‒ Innovation is, by definition, a cross-cutting concept. I therefore welcome the effort made in this report to build synergies across policy areas and better coordinate funding tools that are crucial for the sustainable development of regions, in both urban and rural areas. I attended the European Symposium on Science (ESOF) 2016 last July in my region in Manchester, and where I co-hosted with my Greek S&D colleague Eva Kaili a session on the natural links between the Arts and Science. This session confirmed that there is a demand in both communities to work beyond the obvious and to change the mentality of working in silos. Attending businesses, scientists and artists all argued in favour of a more global approach to innovation, and to jointly explore their common impact on societies. For me this should be the essence of ‘smart specialisation’ strategies. Smart specialisation should not only be seen as a tick box exercise for jobs and growth, but help us answer ecological, social, economic and cultural challenges. And we must invest in creative thinking and transferable skills if the EU wants to be at the forefront of innovation in a fast changing world.

 
  
MPphoto
 
 

  Iuliu Winkler (PPE), în scris. ‒ Am votat raportul din proprie inițiativă referitor la Politica de coeziune și strategiile de cercetare și inovare pentru specializare inteligentă (RIS3). Raportorul consideră că într-o perioadă marcată de recesiune economică și de constrângeri bugetare inevitabile, precum și de o concurență globală tot mai acerbă, este esențial ca UE să își îmbunătățească în continuu potențialul de inovare. În opinia acestuia, RIS3 reprezintă un instrument valoros pentru a combate decalajul în materie de inovare și pentru a impulsiona crearea de locuri de muncă și creșterea economică în Europa.

 
  
MPphoto
 
 

  Jadwiga Wiśniewska (ECR), na piśmie. ‒ Warunkiem otrzymania wsparcia finansowego przez przedsiębiorstwa, za pośrednictwem europejskich funduszy strukturalnych, przez państwa członkowskie i regiony UE było uprzednie ukierunkowanie inwestycji na obszary badań naukowych, rozwoju technologicznego i innowacji za pomocą strategii inteligentnej specjalizacji. Strategia ta jest instrumentem realizacji polityki rozwoju i jej zadaniem jest wpieranie państw UE w wypracowaniu własnych ścieżek rozwoju gospodarczego, pobudzenie rozwoju przedsiębiorstw i zapewnienie im dalszego wzrostu.

Ograniczony budżet UE, a także recesja gospodarcza na całym świecie wymusiły zwiększenie konkurencyjności przedsiębiorstw poprzez podniesienie zdolności innowacyjnych. Obecnie wszystkie regiony europejskie posiadają strategię inteligentnej specjalizacji. Zostały one opracowane i zaczęto je realizować w latach 2014 i 2015. Sprawozdanie sprzyja wspieraniu przedsiębiorstw poprzez pobudzenie ich rozwoju, co w konsekwencji wpływa na wzrost ich konkurencyjności na arenie międzynarodowej.

 
  
MPphoto
 
 

  Θεόδωρος Ζαγοράκης (PPE), γραπτώς. ‒ Η έκθεση αναλύει τον ρόλο της έξυπνης ανάπτυξης και της καινοτομίας στα πλαίσια της πολυεπίπεδης διακυβέρνησης. Επίσης, θέτει τις απαραίτητες προϋποθέσεις για την αποτελεσματική εφαρμογή των έξυπνων στρατηγικών. Τέλος, ενθαρρύνει την δημιουργία συνεργιών με στόχο, μεταξύ άλλων, την ενίσχυση της απασχόλησης και την δημιουργία νέων θέσεων εργασίας. Ψήφισα θετικά.

 
  
MPphoto
 
 

  Pablo Zalba Bidegain (PPE), por escrito. ‒ Las estrategias de investigación e innovación para una especialización inteligente (RIS3) son una condición ex ante para la asignación de financiación de los Fondos EIE. Las RIS3 apoyan la concentración temática y la programación estratégica de los Fondos EIE y dan lugar a una mayor orientación hacia el rendimiento de su aplicación sobre el terreno.

Su objetivo es crear un crecimiento basado en el conocimiento, no solo en áreas desarrolladas, sino también en otras menos desarrolladas y en las regiones rurales.

Este informe es el primero que realiza el Parlamento Europeo en el período legislativo 2014-2019 en el que expresa su apoyo a las estrategias RIS3. Se aboga por una mejora de las estrategias ya iniciadas y un mayor aprendizaje a partir de ellas, con el fin de lograr mejores resultados en los próximos años.

Estoy a favor de este informe ya que no solo favorece a las regiones menos favorecidas sino que, además, es positivo para todos los europeos.

 
  
MPphoto
 
 

  Carlos Zorrinho (S&D), por escrito. ‒ Votei a favor do relatório Valcárcel Siso, por entender que as propostas apresentadas para as estratégias de especialização inteligente contribuem para a consecução dos objetivos da Europa 2020 através de um crescimento sustentável baseado no conhecimento, um desenvolvimento equilibrado e criação de emprego de elevada qualidade.

Sublinho o papel da plataforma S3, criada pela DG REGIO da Comissão e localizada no CCI de Sevilha, que desempenha um papel essencial no aconselhamento das regiões e na definição de critérios de referência no tocante às suas estratégias de inovação, no reforço da governação a vários níveis e das sinergias entre as regiões, mediante a disponibilização de informação, metodologias, conhecimentos especializados e consultoria aos decisores políticos nacionais e regionais.

Defendo ainda que a plataforma S3 de Sevilha preste especial atenção às regiões menos desenvolvidas, devendo, em especial, auxiliá-las a configurar e orientar as suas estratégias.

 
  
MPphoto
 
 

  Milan Zver (PPE), pisno. ‒ Glasoval sem za Poročilo o kohezijski politiki ter raziskovalnih in inovacijskih strategijah za pametno specializacijo (RIS3).

Strinjam se, da mora Evropska unija v teh časih gospodarske, finančne in socialne krize okrepiti svoja prizadevanja za pametno, trajnostno in vključujočo gospodarsko rast.

Zato menim, da bodo raziskovalne in inovacijske strategije za pametno specializacijo (RIS3) doprinesle k večji konkurenčnosti evropskega gospodarstva, razvoju evropske dodane vrednosti v inovacijah, ustvarjanju večjega števila visokokakovostnih delovnih mest in pridobivanju širokega spektra novih izkušenj.

 

5.2. Europese territoriale samenwerking - beste praktijken en innoverende maatregelen (A8-0202/2016 - Iskra Mihaylova)
Video van de redevoeringen
  

Mündliche Erklärungen zur Abstimmung

 
  
MPphoto
 

  Miguel Viegas (GUE/NGL). – Senhor Presidente, reconhecemos o potencial da cooperação territorial. Uma parte significativa da população europeia vive em zonas transfronteiriças e, por sua vez, estas regiões transfronteiriças são, na sua maioria, regiões deprimidas, sofrendo quase sempre dos problemas inerentes à interioridade e ao afastamento dos grandes centros.

Lamentamos, todavia, toda a propaganda à volta dos sucessivos programas Interreg, como se fosse possível fazer algo palpável apenas com algumas migalhas. Não é, se calhar, por acaso que não existe nenhum balanço minimamente objetivo sobre o impacto de 25 anos de cooperação territorial. Não se conhece nenhum impacto visível sobre o desenvolvimento socioeconómico dessas regiões e, muito menos, sobre a permeabilidade transfronteiriça, seja nas trocas comerciais, seja na partilha de infraestruturas.

Mas as críticas que fazemos estendem-se à política de coesão a nível global, que são, naturalmente, extensíveis à cooperação territorial. Esta política de coesão que levou um corte substancial no atual quadro plurianual é, infelizmente, cada vez mais uma miragem e cada vez mais está ao reboque das agendas neoliberais da União Europeia. A política de coesão está hoje condicionada não às necessidades das regiões e às estratégias locais de desenvolvimento, mas antes à agenda neoliberal da União Europeia.

A política mais grave, a política de coesão, na concretização, tende a transformar-se num elemento promotor das assimetrias, quando vemos os fundos destinados a apoiar a inovação serem centralizados nos países mais ricos do Norte, e os fundos destinados a apoiar o desemprego de longa duração são drenados para o Sul com o objetivo de minorar as consequências das políticas de liberalização impostas pela União Europeia.

Urge pôr cobro a esta situação, rompendo com este modelo e pugnando por uma nova Europa de paz e cooperação. Se queremos, de facto, a coesão social e territorial, desafiamos as instituições europeias a duplicar o orçamento para a coesão e a mudar completamente o seu figurino, por forma a dar liberdade às regiões para poderem escolher as suas estratégias de desenvolvimento, de acordo com as suas características, e, então, sim, poderemos lutar, de facto, contra as assimetrias regionais.

 
  
MPphoto
 

  Michela Giuffrida (S&D). – Signor Presidente, onorevoli colleghi, ho votato a favore di questa relazione perché credo che la cooperazione territoriale sia fondamentale per l'attuazione della politica di coesione, e non si può prescindere dalla cooperazione con i paesi frontalieri. Per le regioni di confine, come per esempio la mia, la Sicilia nel Sud Italia, la cooperazione con le regioni vicine è fondamentale per crescere e perseguire risultati di sviluppo che poggiano sullo sfruttamento delle stesse risorse: una cultura comune, una tradizione e soprattutto storie condivise.

L'obiettivo della cooperazione territoriale è crescere insieme, che è un concetto che le regioni frontaliere conoscono molto bene, così come affrontare le stesse difficoltà. Per questo la Commissione dovrebbe certamente ampliare e incentivare i programmi di cooperazione territoriale e li dovrebbe inserire nel contesto più ampio delle nuove sfide che l'Unione sta affrontando: prima di tutto, come sappiamo, la migrazione e il terrorismo.

 
  
MPphoto
 

  Monica Macovei (ECR). – Domnule președinte, 38 % din populația europeană trăiește în regiuni transfrontaliere și cooperează din toate punctele de vedere: oamenii trăiesc împreună, iar această cooperare este un element cheie pentru stabilitatea în regiunile respective, pentru locurile de muncă, pentru dezvoltare, pentru investiții. Tocmai de aceea am susținut acest raport și insist pentru accentul pus pe dezvoltarea investițiilor și trimiterea de fonduri în aceste regiuni tocmai pentru a le asigura dezvoltarea în continuare și pentru a le asigura stabilitatea. Iarăși, este importantă integrarea regională, pentru că se pune și problema crizei migrației și imigranții care ajung în astfel de regiuni, cum sunt integrați sau dacă sunt integrați. Prin urmare, foarte mare atenție pe această cooperare regională și, încă o dată, fonduri pe măsura eforturilor pe care le fac cei de acolo.

 
  
MPphoto
 

  Stanislav Polčák (PPE). – Pane předsedající, pokud jde o územní teritoriální spolupráci, tak bych chtěl uvést, že toto je skutečně nezbytný předpoklad kohezní politiky pro to, aby fungovala. Myslím si, že bychom měli kohezní politiku více propagovat, není vidět toliko hvězd. Myslím si, že kohezní politika právě v té podobě územní spolupráce by měla ukazovat, jakým způsobem dokáží regiony spolu spolupracovat a přinášet další benefity, ať je to odstraňování znevýhodnění nebo tvorba pracovních příležitostí. Tvorba regionálního HDP, to je velmi podstatné. V tomto smyslu je důležité, aby územní soudržnost byla součástí kohezní politiky, která bude pevnou součástí rovněž tedy evropské politiky regionálního rozvoje. Já jsem přesvědčen, že není dobré, abychom kohezní politiku oslabovali nějakými zvláštními nástroji, ta má své pevné místo v programu EU a já jsem velmi rád, že ji můžeme podporovat.

 
  
  

Schriftliche Erklärungen zur Abstimmung

 
  
MPphoto
 
 

  Isabella Adinolfi (EFDD), per iscritto. ‒ La cooperazione territoriale europea (CET) risulta essere uno degli obiettivi della politica di coesione della strategia Europa 2020. Essa svolge infatti un ruolo fondamentale nella ricerca e sviluppo. Per questo motivo è necessario introdurre sistemi monitoraggio e piani di valutazione che garantiscano maggiore trasparenza utili al conseguimento degli obiettivi in termini integrazione territoriale. Allo stesso tempo però ritengo che un uso più ampio di strumenti finanziari, congiuntamente alle sovvenzioni, non sia propriamente adeguato per l'implementazione dei programmi di cooperazione territoriale europea. Per questi motivi ho deciso di astenermi dal votare.

 
  
MPphoto
 
 

  Tim Aker (EFDD), in writing. – We voted against this report because it enshrines the EU principle of harmonising everything and refusing to allow different regions and territories to have their own way of developing. This report will not help the situation.

 
  
MPphoto
 
 

  Martina Anderson (GUE/NGL), in writing. ‒ I voted in favour of this own initiative report focusing on improving the effective use of the Interreg initiative (a Community Initiative in place since 1990) in order to develop European Territorial Cooperation (ETC). The overarching objective of ETC is to lessen the influence of borders in order to reduce disparities between regions, removing the remaining obstacles to investment and cooperation across borders. The report calls for increased funds to be directed towards ETC, for cross-border innovation policy and research cooperation, and for a focus on projects that promote the adaptation of social and mobility infrastructure to demographic change and migratory flows.

 
  
MPphoto
 
 

  Eric Andrieu (S&D), par écrit. ‒ J’ai voté en faveur de ce rapport, estimant que la coopération territoriale européenne participe pleinement à l'amélioration du potentiel économique, sociale et territoriale de nos régions.

Je regrette l'issue des négociations sur le cadre financier pluriannuel 2014-2020 en ce qui concerne les crédits pour la coopération territoriale européenne qui ont été fortement réduits.

Dans cette résolution nous appelons la Commission et les États membres à maintenir la coopération territoriale européenne comme un instrument d'intégration européenne.

Nous demandons par ailleurs d’attribuer à la coopération territoriale européenne un rôle plus spécifique au sein de la politique de cohésion après 2020, et enfin, d’augmenter son budget pour la prochaine période de programmation.

 
  
MPphoto
 
 

  Laima Liucija Andrikienė (PPE), in writing. ‒ I voted in favour of the report on European territorial cooperation (ETC). ETC so far has made a significant contribution to strengthening the EU’s objective of territorial cohesion through integrating diverse sectorial policies on a territorial scale. However, the ETC budget of EUR 10.1 billion represents only 2.8% of the total cohesion policy budget; therefore, an increased budget for ETC in the next programming period will boost the added value of cohesion policy. The report also calls for greater respect for Article 174 TFEU on territorial cohesion (rural areas, islands, cross-border and mountains regions, outermost regions). The report underlines the lack of reliable data on cross-border cooperation and thus calls on the Commission, Eurostat and other managing authorities to cooperate with the aim to set up common criteria and a common database. The ETC programmes have proved to be effective; however, their potential should be further developed in areas beyond regional policy such as the single market, the digital agenda, employment, mobility, energy, research, education, culture, health and the environment. The report calls on the Commission and the Member States to consider preserving ETC as an important instrument.

 
  
MPphoto
 
 

  Νίκος Ανδρουλάκης (S&D), γραπτώς. ‒ Ψήφισα υπέρ της έκθεσης σχετικά με την ευρωπαϊκή εδαφική συνεργασία (ΕΕΣ) διότι, ανεξάρτητα από τον μικρό προϋπολογισμό, τα έργα ΕΕΣ έχουν σημαντικά αποτελέσματα σε τομείς όπως οι μεταφορές, η εκπαίδευση, η ενέργεια, η υγειονομική περίθαλψη, η κατάρτιση και η απασχόληση.

 
  
MPphoto
 
 

  Pascal Arimont (PPE), schriftlich. ‒ Seitdem das ETZ-Programm (Interreg) vor ungefähr 25 Jahren ins Leben gerufen wurde, hat es sich zu einem der wichtigsten Instrumente für den territorialen Zusammenhalt entwickelt. Eine ganze Reihe von Programmen mit hohem europäischem Mehrwert und besonderer Auswirkung auf die europäischen Grenzregionen, wurden im Rahmen dieses Programms bereits unterstützt. Hierbei konnten Mehrwerte in wichtigen Sektoren wie u.a. Vernetzung, Innovation und Wissen, Kultur oder Bildung geschaffen werden.

Grenzüberschreitende Zusammenarbeit ist ein Schlüsselinstrument für die Entwicklung von Grenzregionen. Insbesondere als Bewohner und Vertreter einer Grenzregion unterstütze ich diese Maßnahmen, die zur Verbesserung der territorialen Zusammenarbeit beitragen sollen.

 
  
MPphoto
 
 

  Marie-Christine Arnautu (ENF), par écrit. ‒ Ce rapport encourage l’utilisation de la coopération territoriale pour financer l’accueil des immigrés clandestins, notamment grâce aux programmes Interreg; ces programmes ont également vocation à faciliter la mobilité de la main-d’œuvre au sein de l’Union.

Par ailleurs, la coopération territoriale est utilisée pour financer les politiques de voisinage et d’élargissement de l’Union européenne. Elle met l’accent sur la concentration thématique qui délaisse les projets plus locaux, entraînant un accroissement des disparités régionales.

En outre, le rapport demande une augmentation rapide du budget dédié à la coopération territoriale alors qu’il s’élève déjà à 10,1 milliards d’euros pour la période de programmation 2014-2020 soit 2,8 % du budget de la politique de cohésion tout en reconnaissant qu’il n’existe aucune donnée quantitative fiable démontrant l’efficacité de ces programmes de coopération territoriale.

Par conséquent, j’ai voté contre ce rapport.

 
  
MPphoto
 
 

  Jonathan Arnott (EFDD), in writing. ‒ In the interest of transparency and democracy I voted against this report. I believe that the UK should be good neighbours to the European Union. However there is a difference in being willing to share best practices with other countries and other countries, although the EU forcing us to do so.

 
  
MPphoto
 
 

  Jean Arthuis (ALDE), par écrit. ‒ J'ai voté en faveur de cette délibération portée par ma collègue Iskra Mihaylova car ce rapport montre clairement qu’"Interreg" a prouvé son efficacité.

Il met également en évidence son potentiel au-delà de la politique régionale, dans des domaines tels que le marché unique, l’agenda numérique, l'emploi, la mobilité, la culture, la santé et l'environnement.

 
  
MPphoto
 
 

  Zigmantas Balčytis (S&D), raštu. ‒ Balsavau už ši pranešimą, kurio tikslas ir toliau skatinti Europos teritorinio bendradarbiavimo (ETB) veiklą, kuri tapo viena iš dviejų lygiaverčių 2014–2020 m. sanglaudos politikos tikslų. ETB yra veiksminga priemonė plėtojant potencialą tokiose srityse kaip: bendroji rinka, skaitmeninė darbotvarkė, užimtumas, judumas, energetika, moksliniai tyrimai, švietimas, sveikata bei aplinkos apsauga, todėl būtina išsaugoti ETB kaip svarbią priemonę ir po 2020 m. ir iš esmės didinti jo biudžetą.

 
  
MPphoto
 
 

  Gerard Batten (EFDD), in writing. ‒ We voted against this report because it enshrines the EU principle of harmonising everything and refusing to allow different regions and territories to have their own way of developing. This report will not help the situation.

 
  
MPphoto
 
 

  Nicolas Bay (ENF), par écrit. ‒ J’ai voté contre ce rapport qui vise à renforcer la coopération territoriale européenne en favorisant «l’accueil des migrants» en augmentant le budget qui s’élève déjà à 10,1 milliards d’euros.

La place des immigrés clandestins n’est pas dans des centres d’accueil, elle est dans des charters de retour au pays.

 
  
MPphoto
 
 

  Hugues Bayet (S&D), par écrit. ‒ J'ai approuvé ce rapport d'initiative qui souligne la valeur ajoutée de la coopération territoriale européenne notamment dans des domaines tels que la protection de l'environnement ou la mobilité. La coopération territoriale a également permis de multiples collaborations entre villes, améliorant ainsi de nombreuses politiques régionales et locales.

Le rapport demande notamment aux États membres de recourir davantage aux programmes de coopération transfrontalière. Il souligne l’importance de créer des approches de politique d'innovation transfrontalières telles que des programmes communs de recherche et de mobilité.

Il souligne enfin la nécessité de simplifier davantage la mise en œuvre des programmes de coopération territoriale.

 
  
MPphoto
 
 

  Beatriz Becerra Basterrechea (ALDE), por escrito. ‒ La iniciativa Interreg tiene un espíritu absolutamente europeo, es decir, resolver problemas que sobrepasan fronteras administrativas nacionales y requieren soluciones comunes. He votado a favor de este informe porque me parece esencial que tras más de 25 años de actuación en la cooperación regional reflexionemos sobre las mejores prácticas llevadas a cabo y los desafíos futuros.

 
  
MPphoto
 
 

  Brando Benifei (S&D), per iscritto. ‒ La cooperazione territoriale europea ha come obiettivo generale quello di ridurre l'influenza dei confini nazionali per diminuire le disparità fra le regioni e gli ostacoli ancora esistenti per gli investimenti e le attività di cooperazione transfrontaliera. La relazione Mihaylova, che ho sostenuto con il mio voto, sottolinea efficacemente il ruolo della CTE all'interno della politica di coesione, pur sottolineandone la ristrettezza di finanziamento che non risulta essere all'altezza dell'elevato valore aggiunto che essa è in grado di apportare in settori quali i trasporti, l'ambiente, la sanità e l'innovazione.

Nel prossimo futuro occorre potenziare la CTE rafforzando ulteriormente la sua dimensione innovativa. Bisogna sollecitare il coinvolgimento di più attori privati, generando partenariati transfrontalieri pubblico-privato di successo e consentendo l'attuazione e la diffusione di approcci integrati. L'armonizzazione di strumenti di pianificazione, procedure amministrative e disposizioni giuridiche transfrontaliere rappresenta un passo ulteriore che può garantire un vero rafforzamento della coesione e un'efficace promozione dello sviluppo economico, sociale e culturale dell'Unione nel suo complesso.

 
  
MPphoto
 
 

  Xabier Benito Ziluaga (GUE/NGL), por escrito. ‒ He votado a favor en este informe porque pienso que es crucial disminuir las disparidades entre las regiones fronterizas y fomentar la paz, la estabilidad y la integración regional en estas zonas. Además, este dossier apoya la adaptación social y la movilidad de infraestructuras, con el objetivo de crear un cambio demográfico y fomentar los flujos migratorios. Apoya también la creación de empleos para personas mayores, mujeres y migrantes con el fin de contribuir a una mayor integración social.

 
  
MPphoto
 
 

  Izaskun Bilbao Barandica (ALDE), por escrito. ‒ Fomentar la capacidad y posibilidades de las regiones de colaborar en régimen transfronterizo vertebra y construye Europa porque estimula el desarrollo, favorece la convivencia en diversidad y genera potencialidad y posibilidades que no pueden frenar antiguas fronteras. Igualmente apostamos por simplificar los procedimientos y la burocracia que afecta a esta mecánica de cooperación y apuesta con la ponente por dar a estas políticas un papel estelar en la política de cohesión más allá de 2020.

 
  
MPphoto
 
 

  Dominique Bilde (ENF), par écrit. ‒ Je me suis farouchement opposée à ce rapport qui utilise la dialectique bien connue de concepts en soi positifs - ici la coopération - pour des objectifs dévoyés. En effet, sous prétexte d’améliorer la coopération territoriale européenne il s’agit en fait ici d’un levier vers la fédéralisation de l’UE.

La soi-disant coopération viendrait donc effacer toujours plus les frontières nationales, et ce, en faveur de projets iniques tels que le financement de l’accueil sans fin des migrants; la circulation des travailleurs sur le mode des travailleurs détachés, qui, on le sait, favorise le dumping social et la précarisation des travailleurs nationaux; ou encore la concentration thématique qui accroîtra encore l’exclusion des zones rurales en faveur de maxi régions de l’État Europe.

Dans les détails même, ce rapport est scandaleux puisqu’il demande par ailleurs une augmentation du budget dédié à la coopération territoriale alors qu’il s’élève déjà à 10,1 milliards d’euros, et que dans le même temps, les politiques publiques nationales sont soumises à la pression des politiques d’austérité menées par Bruxelles.

Le clou du spectacle réside dans ces plateformes institutionnalisées qui utiliseraient l’argent du contribuable à des fins de propagande pro-UE.

 
  
MPphoto
 
 

  Mara Bizzotto (ENF), per iscritto. ‒ La relazione che analizza le migliori pratiche riguardo al finanziamento per la cooperazione territoriale risulta equilibrata e condivisibile. Le nostre regioni del Nord si sono già dimostrate capaci di sfruttare queste opportunità di sviluppo collaborando con partner come Austria e Slovenia; per questo motivo ho inteso votare a favore di questo testo.

 
  
MPphoto
 
 

  José Blanco López (S&D), por escrito. ‒ La cooperación territorial europea (CTE) debe ser un elemento clave de la política de cohesión. Cabe recordar que aproximadamente el 38 % de la población europea vive en regiones fronterizas, por lo cual esta política se revela como fundamental a la hora de promover un mayor desarrollo económico, social y territorial de estas regiones.

No obstante, el presupuesto de la CTE solo representa el 2,8 % del presupuesto de la política de cohesión, por lo que, como indica el informe, no está a la altura de los grandes desafíos a los que se ha de enfrentar la CTE y no refleja su elevado valor añadido europeo. De ahí la reclamación de una mayor dotación presupuestaria para el próximo período de programación, dada la necesidad de dedicar atención especial a las zonas más desfavorecidas de la Unión desde el punto de vista geográfico y demográfico.

Por todo ello, he votado a favor del informe.

 
  
MPphoto
 
 

  Vilija Blinkevičiūtė (S&D), raštu. ‒ Balsavau dėl šio pranešimo, nes juo Parlamentas išsakė savo poziciją dėl Europos teritorinio bendradarbiavimo, geriausios patirties ir naujoviškų priemonių. Visa apimantis Europos teritorinio bendradarbiavimo tikslas – sumažinti nacionalinių sienų įtaką, kad būtų mažinami regionų skirtumai, šalinamos likusios investavimo ir bendradarbiavimo nepaisant sienų kliūtys, stiprinama sanglauda ir skatinamas darnus ekonominis, socialinis, kultūrinis ir teritorinis vystymasis visoje Sąjungoje. Deja, šiandien vis dar nepakankamai Europos Sąjungos piliečių naudojasi visomis galimybėmis, kurias suteikia ES vidaus rinka ir laisvas judėjimas. Todėl Europos Parlamentas pabrėžė, kad 2014–2020 m. laikotarpiu maždaug 41 proc. Europos regionų plėtros fondo lėšų bus investuota į priemones aplinkai gerinti, 27 proc. į pažangaus augimo stiprinimą, įskaitant mokslinius tyrimus ir inovacijas, o 13 proc. bus skirta integraciniam augimui skatinti vykdant veiklą, susijusią su užimtumu, švietimu ir mokymu, be to, 33 programomis bus apskritai siekiama gerinti susisiekimą tarp skirtingų šalių.

 
  
MPphoto
 
 

  Andrea Bocskor (PPE), írásban. ‒ Az európai területi együttműködés átfogó célja a nemzeti határok hatásának csökkentése, a régiók közötti különbségek csökkentése, a határokon átívelő beruházások és közös munka tekintetében még fennálló akadályok felszámolása, a kohézió megerősítése és az Unió egészének harmonikus gazdasági, társadalmi, kulturális és területi fejlődésének előmozdítása. Mivel az európai lakosság mintegy 38%-a határ menti régiókban él, és mivel az EU jelentős gazdasági, pénzügyi és társadalmi válsággal néz szembe, a meghatározó politikáknak ezeket a tényeket kell figyelembe venniük. Úgy vélem, hogy az európai területi együttműködés bizonyította hatékonyságát, de a benne rejlő lehetőségeket még jobban ki kell bontakoztatni.

Fontos, hogy a jelentés kiemeli a regionális politikán túlmutató lehetőségeit az olyan területeken, mint az egységes piac, a digitális menetrend, a foglalkoztatás, a mobilitás, az energiaügy, a kutatás, az oktatás, a kultúra, az egészségügy és a környezetvédelem terén. Ezért kérem a Bizottságot és a tagállamokat, hogy fontolják meg az európai területi együttműködés – mint fontos eszköz – fenntartását, sőt, szánjanak neki markánsabb szerepet a 2020 utáni időszakra szóló kohéziós politikán belül, jelentősen növelve egyúttal költségvetését. Ugyanakkor szavazatommal nem támogattam a jelentés elfogadását, mivel a jelentés (a hasznos gondolatok mellett) több olyan bekezdést is tartalmaz, mely a kohéziós forrásokat a bevándorlók integrálására fordítaná.

 
  
MPphoto
 
 

  Marie-Christine Boutonnet (ENF), par écrit. ‒ Même s’il est toujours utile de s’interroger sur les bonnes pratiques et de les partager, ce rapport vise à affaiblir le rôle des États en faveur du pouvoir supra national de l’UE.

Notamment il traite de l’élargissement de l’UE, de l’accueil des migrants, et favorise les liens avec les collectivités locales. Sans justifier à aucun moment de l’efficacité de cette politique, il demande une augmentation du budget déjà très conséquent et sollicite les États pour en faire la promotion.

Pour ces raisons, j'ai voté contre.

 
  
MPphoto
 
 

  Renata Briano (S&D), per iscritto. ‒ Se siamo consapevoli che l'Unione europea è la casa comune di tutti noi, viene naturale promuovere la cooperazione reciproca e quella fra le istituzioni di livello amministrativo minore degli Stati membri. La qualità di questa cooperazione ha importanti ricadute sia in termini di efficienza delle istituzioni e di servizi al cittadino, che in termini direttamente economici. I dati di Eurobarometro evidenziano che è necessaria una maggiore collaborazione transfrontaliera per l'attuazione dei programmi comuni, di cui deve essere semplificata sia la modalità di fruizione e accesso dei fondi che quella di gestione del programma. Troppo spesso i cittadini non sono a conoscenza dell'operato dei programmi sul loro territorio, della loro attivazione, delle possibili ricadute positive come servizi offerti e come opportunità lavorative. Dobbiamo renderci conto che il primo passo per un'Europa più vicina ai cittadini è un'Europa che comunica meglio e che rende comprensibili i risultati del proprio operato.

 
  
MPphoto
 
 

  Steeve Briois (ENF), par écrit. ‒ Ce rapport vise à renforcer la coopération territoriale dont l’objectif est de réduire l’influence des frontières nationales au sein de l’Union européenne.

Bien que la coopération territoriale puisse favoriser la multiplication des projets transfrontaliers, elle constitue une étape supplémentaire vers la fédéralisation de l’Union européenne. C’est la raison pour laquelle je me suis opposé à ce rapport qui encourage l’utilisation de la coopération territoriale pour financer non seulement la politique de voisinage et d’élargissement de l’Union mais également l’accueil des migrants clandestins notamment grâce aux programmes Interreg.

Sans compter que ces nouvelles orientations nécessiteront une augmentation du budget dédié à la coopération territoriale qui s’élève déjà à plus de 10 milliards d’euros pour la période 2014-2020.

Alors qu’il n’existe aucune donnée quantitative fiable pour démontrer l’efficacité des programmes de coopération territoriale, il est demandé aux États membre de faire la promotion de cette politique en finançant la création de plateformes de communication institutionnalisées.

Enfin, la mise en place des programmes de coopération territoriale repose sur une gouvernance multi-niveaux avec une participation accrue des collectivités locales dans les instances décisionnaires au détriment des gouvernements nationaux.

J’ai donc voté contre ce texte.

 
  
MPphoto
 
 

  Daniel Buda (PPE), în scris. ‒ Cooperarea teritorială europeană are o contribuție semnificativă la consolidarea obiectivului Uniunii de coeziune teritorială, stimulând atât creșterea economică, cât și dezvoltarea teritorială a regiunilor.

În urma restructurării CTE în concordanță cu obiectivele Strategiei Europa 2020, se constată un impact pozitiv crescut, rolul CTE fiind unul esențial în continuarea priorităților regionale. Acest instrument este prezent atât la nivelul orașelor și regiunilor, cât și în afara granițelor naționale, încurajând consolidarea cooperării și integrării regionale cu precădere în regiunile insulare.

În ceea ce privește practicile optime, se remarcă îmbunătățirea conectivității regionale, a mobilității și a accesibilității serviciilor prin surmontarea problemelor transfrontaliere în ceea ce privește mobilitatea persoanelor. Salut, de asemenea, consolidarea capacității instituționale și a capitalului social, întărirea structurilor rețelelor transfrontaliere și crearea unor noi parteneriate.

M-am exprimat în favoarea acestui raport deoarece consider că reprezintă un instrument valoros în asigurarea stabilității și integrării regionale, având o contribuție importantă în cadrul politicii de extindere și a celei de vecinătate.

 
  
MPphoto
 
 

  Alain Cadec (PPE), par écrit. ‒ La coopération territoriale européenne permet à des régions de coopérer et d’échanger leurs bonnes pratiques. Elles pourront alors poursuivre le plus efficacement possible les objectifs de la politique de cohésion.

La coopération territoriale européenne se décline en trois volets: la coopération transfrontalière, transnationale et interrégionale. Cela donne l’opportunité à des porteurs de projets de s’associer pour financer leurs projets dans différents domaines tels que l’emploi, l’environnement ou encore le tourisme.

Il est important que cette coopération reçoive un soutien politique et financier approprié à l’accomplissement de son objectif.

J’ai voté en faveur de ce rapport.

 
  
MPphoto
 
 

  Nicola Caputo (S&D), per iscritto. ‒ Oggi ho votato a favore della relazione in questione perché la cooperazione territoriale europea (CTE) è stata ripensata al fine di ottenere un maggiore impatto e un uso più efficace degli investimenti attraverso l'attenzione sulla concentrazione tematica e sull'orientamento al risultato.

Penso che la nuova cooperazione territoriale europea (CTE) sia di primaria importanza perché può contribuire all'accrescimento del potenziale economico, sociale e territoriale delle regioni, rispecchiando e integrando diverse politiche settoriali su scala territoriale, superando i confini nazionali.

Tuttavia, penso sia necessario rendere meno burocratiche le fasi di attuazione e gestione dei programmi e dei progetti per la cooperazione territoriale europea. Da un lato, la Commissione dovrebbe armonizzare le norme e i modelli relativi ai programmi di cooperazione territoriale europea. Dall'altro, gli Stati membri dovrebbero semplificare le loro disposizioni nazionali, al fine di evitare inutili oneri amministrativi non riconducibili alla normativa comunitaria.

Penso sia fondamentale promuove la cooperazione territoriale europea in materia di ricerca e innovazione, come progetti comuni di ricerca e cooperazione tra istituti di ricerca e imprese, fondazione di università internazionali transfrontaliere, centri di ricerca transfrontalieri, istituti di formazione transfrontalieri, creazione di cluster e reti aziendali transfrontalieri, incubatori e servizi di consulenza transfrontalieri alle PMI.

 
  
MPphoto
 
 

  Matt Carthy (GUE/NGL), in writing. ‒ I voted in favour of this own initiative report focusing on improving the effective use of the Interreg initiative (a Community Initiative in place since 1990) in order to develop European Territorial Cooperation (ETC). The overarching objective of ETC is to lessen the influence of borders in order to reduce disparities between regions, removing the remaining obstacles to investment and cooperation across borders. The report calls for increased funds to be directed towards ETC, for cross-border innovation policy and research cooperation, and for a focus on projects that promote the adaptation of social and mobility infrastructure to demographic change and migratory flows.

 
  
MPphoto
 
 

  David Casa (PPE), in writing. ‒ The survey Flash Eurobarometer ‘Cross-border cooperation in the EU’ (2015) established that the majority of the people living in EU border regions are not aware of EU-funded cross-border cooperation activities in their region falling under the umbrella of European Territorial cooperation (ETC). Therefore, I agree that more effective communication on the results and achievements from completed projects is needed and also to enhance synergies with the other EU-funded programmes/initiatives. I also believe that all parties involved in ETC should provide critical analysis of project thematic achievements in order to provide recommendations for post-2020, and at the same time ensuring for projects a high level of quality, transparency and closeness to citizens. I agree with this report.

 
  
MPphoto
 
 

  Fabio Massimo Castaldo (EFDD), per iscritto. ‒ La relazione in questione fa uno stato dell'arte piuttosto completo e dettagliato degli obiettivi, delle finalità e della criticità del nuovo quadro della cooperazione territoriale europea (CTE), con diversi spunti positivi e altri, invece, che non condivido totalmente. Tra gli aspetti più controversi figurano l'uso degli strumenti finanziari dei programmi di CTE, in particolar modo quando si incoraggia un uso più ampio degli strumenti finanziari quali meccanismi di flessibilità da utilizzare parallelamente alle sovvenzioni o quando si afferma che gli strumenti finanziari debbano costituire parte integrante dei programmi di cooperazione territoriale europea. Non condivisibile neanche un paragrafo sugli investimenti privati in cui però, a fronte di una raccomandazione sui possibili vantaggi dei partenariati pubblico-privato, si sottolinea il rischio di conflitto di interesse, che dovrebbe essere adeguatamente affrontato attraverso gli strumenti di legge vincolanti e non vincolanti. Per questi motivi ho preferito astenermi sul voto finale.

 
  
MPphoto
 
 

  Caterina Chinnici (S&D), per iscritto. ‒ La cooperazione territoriale europea (CTE) è uno dei due pilastri della politica di coesione dell'UE, nonché un'iniziativa chiave nella promozione di pace, stabilità e integrazione tra regioni europee, e consente di beneficiare appieno dei vantaggi del mercato interno. Nei 25 anni della sua esistenza ha dato un importante valore aggiunto, specialmente nell'affrontare le sfide transfrontaliere, e può rappresentare un'opportunità per le regioni europee, soprattutto per quelle più esposte alla crisi migratoria, che attraverso lo scambio di buone pratiche possono trovare soluzioni e approcci comuni.

Di fronte a questi esiti positivi e al potenziale del programma, ritengo che il bilancio di 10,1 miliardi di EUR (rappresentante solo il 2,8% del bilancio per la politica di coesione) non potrà essere all'altezza delle grandi sfide che la CTE deve affrontare.

Come succede per molti programmi complessi, il successo della CTE dipende molto dalle procedure amministrative richieste per la sua attuazione. Per tali motivi abbiamo rivolto alla Commissione la richiesta di ridurre l'onere amministrativo e di armonizzare le procedure dei programmi CTE.

Alla luce di tali considerazioni, ho votato a favore della relazione.

 
  
MPphoto
 
 

  Λευτέρης Χριστοφόρου (PPE), γραπτώς. ‒ Στηρίζουμε την έκθεση και συμφωνούμε με τη θέση της εισηγήτριας περί ανάγκης περιορισμού της γραφειοκρατίας που χαρακτηρίζει τη διαχείριση και την υλοποίηση των προγραμμάτων και των έργων ΕΕΣ. Η υλοποίηση των προγραμμάτων ΕΕΣ παραμένει περίπλοκη και, ως εκ τούτου, ζητούμε από την Ομάδα ανεξάρτητων εμπειρογνωμόνων υψηλού επιπέδου για την παρακολούθηση της απλούστευσης για τους δικαιούχους των ευρωπαϊκών διαρθρωτικών και επενδυτικών ταμείων να εξετάσει μέτρα για την απλούστευση και τη μείωση του διοικητικού φόρτου που βαρύνει τους δικαιούχους.

 
  
MPphoto
 
 

  Κώστας Χρυσόγονος (GUE/NGL), γραπτώς. ‒ Η έκθεση σχετικά με την ευρωπαϊκή εδαφική συνεργασία και τις βέλτιστες πρακτικές και καινοτόμα μέτρα αφορά σύνθετους και διαφορετικούς τομείς της συνεργασίας μεταξύ των κρατών μελών της ΕΕ. Καθώς χρειαζόμαστε βελτιώσεις ως προς τη συνεργασία αυτή, θεωρώ πως η έκθεση αποτελεί ένα σωστό βήμα και για αυτό τον λόγο ψήφισα θετικά.

 
  
MPphoto
 
 

  Alberto Cirio (PPE), per iscritto. ‒ Mi esprimo a favore di quanto riportato nella relazione della collega Mihaylova dal momento che l'European Territorial Cooperation ha consentito numerosi progressi in termini di connettività e innovazione, in special modo nelle regioni di confine dell'Unione. La cooperazione territoriale rappresenta uno degli obiettivi di Europa 2020 per la coesione e fornisce un quadro di riferimento per l'attuazione di azioni comuni e scambi politici tra gli attori nazionali, regionali e locali dei diversi Stati membri. Ritengo che sia fondamentale supportare adeguatamente un progetto che da 25 anni implementa uno sviluppo economico, sociale e territoriale quanto più armonioso possibile poiché ciò rientra tra quelle che considero le priorità per il mio territorio.

Il valore aggiunto apportato dall'ETC emerge sotto numerosi profili che spaziano da un miglioramento della connessione regionale fino ad una maggiore accessibilità ai servizi per i cittadini, consentendo così una velocizzazione nel trasferimento della conoscenza e dell'innovazione che a sua volta si traduce in maggiore competitività per le nostre imprese. In questo modo, oltre a far nascere numerose partnership imprenditoriali e istituzionali, si è comunque contribuito ad accrescere l'immagine e l'identità regionale stessa.

 
  
MPphoto
 
 

  Deirdre Clune (PPE), in writing. ‒ I supported the report on European territorial cooperation – best practices and innovative measures, and noted no objections.

 
  
MPphoto
 
 

  Carlos Coelho (PPE), por escrito. ‒ A Cooperação Territorial Europeia (CTE) compreende as dimensões de cooperação transfronteiriça, transnacional e inter—regional, constituindo-se como um dos dois objetivos da política de coesão.

A significativa dimensão financeira do INTERREG para o período 2014-2020 (10,1 mil milhões de euros) que, além destas dimensões, compreende o cofinanciamento de programas de cooperação de desenvolvimento regional fora da UE, atesta a sua importância, mas também a necessidade de desburocratizar e agilizar processos, de forma a concentrar recursos nos objetivos prioritários, reforçar a consecução da estratégia Europa 2020 e melhorar o potencial económico, social e territorial das regiões, integrando as suas políticas setoriais.

Entendo que, nos 25 anos do INTERREG, devem ser reunidas as melhores práticas de orientação do financiamento nos domínios da conectividade, mobilidade e acessibilidade; apoio à inovação e ciência; incremento de competitividade das PME; prevenção de catástrofes naturais; promoção do crescimento inclusivo, assente no emprego, educação e formação; e gestão sustentável dos recursos ambientais e energéticos.

Acompanho o alerta para a necessidade de coordenar melhor os mecanismos de financiamento da CTE com os fundos estratégicos e de investimento, eliminando sobreposições e garantindo uma governação mais coerente com os objetivos de coesão territorial.

Pelo exposto, apoio o relatório.

 
  
MPphoto
 
 

  Therese Comodini Cachia (PPE), in writing. – I agree with the rapporteur in advocating greater respect for territorial cohesion, in particular islands when implementing cohesion policy. There are intrinsic peculiarities which need to be addressed through this funding tool. In this sense it is disappointing to note the outcome of the negotiations on the MFF 2014-2020 regarding the cut in appropriations for ETC.

I agree that an increased budget for ETC in the next programming period will boost the added value of cohesion policy.

Member States need to simplify national provisions urging the implementation of e-cohesion and streamlining of administrative procedures.

 
  
MPphoto
 
 

  Javier Couso Permuy (GUE/NGL), por escrito. ‒ He votado a favor de este informe porque contiene algunos aspectos positivos de relevancia para mejorar las condiciones de la población de referencia. Recomienda que se preste especial atención a los proyectos que se esfuerzan en adaptar los municipios y las regiones a la nueva situación demográfica, tales como: la adaptación de la infraestructura social y de movilidad al cambio demográfico y los flujos migratorios, el apoyo a la búsqueda de empleo para personas de edad, mujeres y migrantes, contribuyendo a una mejor inclusión social. Refuerza la idea sobre la simplificación de los programas y la involucración de la sociedad civil, teniendo en cuenta la transparencia y rendición de cuentas. Insta a que las instituciones locales y regionales tengan un papel mayor en la propuesta, gestión y evaluación de los programas de cooperación territorial europea.

 
  
MPphoto
 
 

  Andi Cristea (S&D), în scris. ‒ Pentru perioada 2014-2020 s-a marcat o orientare clară în alocarea fondurilor pentru dezvoltarea transfrontalieră a priorităților strategice. Aceste modificări au contribuit la creșterea potențialului economic, social și teritorial al regiunilor, mergând chiar dincolo de granițele naționale.

Am votat pentru debirocratizarea programelor și a proiectelor CTE. O dezbatere publică structurată la nivelul UE cu privire la viitorul politicilor de coeziune pentru perioada post-2020 este necesară.

Aceste proiecte cu rezultate concrete în eliminarea impedimentelor pentru dezvoltarea securității, a transporturilor, a educației, a energiei sau a sănătății trebuie să continue.

 
  
MPphoto
 
 

  Pál Csáky (PPE), írásban. –Az európai területi együttműködés a 2007–2013-as programozási időszak óta a kohéziós politika önálló célkitűzése, mégse kap megfelelő figyelmet ez a terület. Azonban több paragrafusban megjelenik annak gondolata, hogy a kohéziós forrásokat, területfejlesztési eszközöket a migránsok társadalmi integrációjának támogatására, a menekültválság által támasztott kihívások kezelésére, a migráció és a menekültügy területét célzó intézkedésekre is kell fordítani. Ez a javaslat figyelmen kívül hagyja a kohéziós politika EUMSZ 174. cikkében megfogalmazott eredeti célkitűzését, amely „a különböző régiók fejlettségi szintje közötti egyenlőtlenségek és a legkedvezőtlenebb helyzetű régiók lemaradásának csökkentése”, „a gazdasági, társadalmi és területi kohézió erősítése”. Nem tudok egyetérteni azzal, hogy az európai régiók számára oly fontos kohéziós forrásokat migrációval kapcsolatos célokra fordítsák.

 
  
MPphoto
 
 

  Edward Czesak (ECR), na piśmie. ‒ Popieram sprawozdanie dotyczące europejskiej współpracy terytorialnej (Interreg), gdyż podejmuje ono bardzo istotne kwestie takie jak: opis najlepszych praktyk, wkład w spójność terytorialną, uproszczenia oraz wartość dodaną UE. Interreg stanowi ramy realizacji wspólnych działań i wymiany doświadczeń w zakresie polityki między podmiotami krajowymi, regionalnymi i lokalnymi z różnych państw członkowskich.

Poparłem to sprawozdanie, gdyż dla mnie bardzo ważna jest realizacja polityki spójności, a Interreg, o którym mowa w sprawozdaniu, jest jego częścią.

 
  
MPphoto
 
 

  Miriam Dalli (S&D), in writing. ‒ I am in favour of this report as it highlights the importance for the Commission and Member States of working towards preserving European territorial cooperation. I strongly believe that this cooperation is a fundamental basis for the European integration process and that it should be given a more distinct role within cohesion policy.

 
  
MPphoto
 
 

  Viorica Dăncilă (S&D), în scris. ‒ Consider că buna cooperare dintre CE, BEI și autoritățile locale și regionale reprezintă un element esențial pentru asigurarea succesului utilizării instrumentelor financiare în dezvoltarea teritorială și în întreaga politică de coeziune.

În acest context, cred că este necesară intensificarea schimbului de experiență și de cunoștințe între CE și BEI, pe de o parte, și autoritățile locale și regionale, de cealaltă parte.

 
  
MPphoto
 
 

  Michel Dantin (PPE), par écrit. ‒ Ce rapport d’initiative dresse un bilan de la politique de coopération territoriale européenne (Interreg), dont le but est de renforcer et développer les rapports de voisinage entre collectivités ou autorités territoriales de plusieurs États.

Le rapport recommande notamment de développer plusieurs secteurs clés tels que la connectivité, l’innovation, la connaissance, la culture et l’éducation.

Considérant que la coopération entre pays appartenant à un même espace géographique, tel que les régions montagneuses, est un élément clé permettant d’établir une réelle politique de développement territoriale, j’ai soutenu ce rapport.

 
  
MPphoto
 
 

  William (The Earl of) Dartmouth (EFDD), in writing. ‒ We voted against this report because it enshrines the EU principle of harmonising everything and refusing to allow different regions and territories to have their own way of developing. This report will not help the situation.

 
  
MPphoto
 
 

  Rachida Dati (PPE), par écrit. – J’ai soutenu ce texte sur les bonnes pratiques liées la coopération territoriale européenne. Le programme Interreg participe indéniablement au renforcement de la cohésion territoriale en Europe, notamment en favorisant la connectivité interrégionale et transfrontalière.

Il était particulièrement important de souligner la nécessité d’accorder une attention particulière aux projets visant les régions insulaires, les régions ultrapériphériques et les régions peu peuplées, ainsi que les régions de montagne et les régions rurales en vue de remplir nos objectifs fixés dans le cadre de la politique de cohésion pour la période 2014-2020.

Enfin, les politiques d'innovation transfrontalières, et notamment les programmes communs de recherche et de mobilité, doivent être encouragés pour favoriser la compétitivité et la croissance en Europe.

 
  
MPphoto
 
 

  Andor Deli (PPE), írásban. ‒ A plenáris szavazás során nem tudtam támogatni az európai területi együttműködésről szóló jelentést. A jelentés számos értékes gondolatot tartalmaz. Kétségtelen, hogy bár az európai területi együttműködés a 2007–2013-as programozási időszak óta a kohéziós politika önálló célkitűzése, mégse kap megfelelő figyelmet ez a terület. Azonban több paragrafusban megjelenik annak gondolata, hogy a kohéziós forrásokat, területfejlesztési eszközöket a migránsok társadalmi integrációjának támogatására, a menekültválság által támasztott kihívások kezelésére, a migráció és a menekültügy területét célzó intézkedésekre is kell fordítani.

Ez a javaslat figyelmen kívül hagyja a kohéziós politika eredeti célkitűzését, mely „a különböző régiók fejlettségi szintje közötti egyenlőtlenségek és a legkedvezőtlenebb helyzetű régiók lemaradásának csökkentése”, „a gazdasági, társadalmi és területi kohézió erősítése” (EUMSZ 174. cikk). Nem a sokat hangoztatott szolidaritásról van szó, hanem egy befektetési politikáról, melynek a nettó befizetők legalább annyira haszonélvezői mint a támogatásban részesülő országok. Nem tudok egyetérteni azzal, hogy az európai régiók számára oly fontos kohéziós forrásokat migrációval kapcsolatos célokra fordítsák. Itt az ideje felismerni, hogy a kötelező befogadási kvóta, az áttelepítés nem működik. A migránsok, menekültek számára származási országukban kell segítséget nyújtani, és nem az uniós tagállamokba hozni a problémát.

 
  
MPphoto
 
 

  Isabella De Monte (S&D), per iscritto. ‒ Ho sostenuto questa relazione perché sono convinta che una migliore connettività a livello comunitario, nazionale e regionale sia indispensabile per lo sviluppo dell'UE. Il testo pone tra i propri obiettivi l'incremento della qualità dei trasporti, della salute e dell'istruzione e un maggiore impegno comune alla salvaguardia della sicurezza dei cittadini.

 
  
MPphoto
 
 

  Mireille D'Ornano (ENF), par écrit. ‒ La politique territoriale de l’Union européenne absorbe déjà 10,1 milliards d’euros, soit 2,8 % du budget de la politique de cohésion pour la période 2014-2020.

Outre le fait que son efficacité n’a jamais été démontrée, elle s’appuie sur une régionalisation toujours plus poussée de l’Union au détriment des États nations. En l’occurrence, le programme de coopération multiterritoriale repose sur une implication accrue des collectivités dans les instances décisionnaires.

Enfin, ce programme encourage nombre de politiques que nous contestons, en particulier le financement de l’accueil des migrants, ou bien de la politique de voisinage et d’élargissement de l’Union européenne.

J’ai voté contre ce texte.

 
  
MPphoto
 
 

  Ангел Джамбазки (ECR), в писмена форма. ‒ Подкрепих доклада на г-жа Искра Михайлова относно европейското териториално сътрудничество – най-добри практики и новаторски мерки, тъй като тази политика е част от кохезионната политика на Европейския съюз, която е от изключително значение за България и за нейното икономическо и социално развитие. С отпуснатата сума от 10.1 милиарда евро за програмния период 2014 – 2020 г. целта на Европейското териториално развитие е да подпомогне цялостното сътрудничество между национални, регионални и местни участници, като акцент се поставя на трансграничното сътрудничество и подпомагането на граничните региони.

Докладът на г-жа Михайлова е важен най-вече поради две причини. На първо място той призовава за значително увеличение на бюджета в следващия програмен период, за да се увеличат инвестициите в граничните региони, тъй като те са изключително много засегнати от настоящата бежанска криза. На второ място докладът изисква да се опрости изпълнението на програмите за териториално сътрудничество, за да станат по-достъпни за различните участници и по този начин да се увеличи ефектът от инвестираните средства.

 
  
MPphoto
 
 

  Γεώργιος Επιτήδειος (NI), γραπτώς. ‒ Σύμφωνα με την έκθεση, ο πρωταρχικός ρόλος της Ευρωπαϊκής Εδαφικής Συνεργασίας είναι η μείωση της επίδρασης των εθνικών συνόρων, γεγονός το οποίο συνιστά άμεση απειλή στην εθνική κυριαρχία των κρατών μελών.

 
  
MPphoto
 
 

  Norbert Erdős (PPE), írásban. ‒ A plenáris szavazás során nem tudtam támogatni az európai területi együttműködésről szóló jelentést. A jelentés számos értékes gondolatot tartalmaz. Kétségtelen, hogy bár az európai területi együttműködés a 2007–2013-as programozási időszak óta a kohéziós politika önálló célkitűzése, mégse kap megfelelő figyelmet ez a terület. Azonban több paragrafusban megjelenik annak gondolata, hogy a kohéziós forrásokat, területfejlesztési eszközöket a migránsok társadalmi integrációjának támogatására, a menekültválság által támasztott kihívások kezelésére, a migráció és a menekültügy területét célzó intézkedésekre is kell fordítani.

Ez a javaslat figyelmen kívül hagyja a kohéziós politika eredeti célkitűzését, mely „a különböző régiók fejlettségi szintje közötti egyenlőtlenségek és a legkedvezőtlenebb helyzetű régiók lemaradásának csökkentése”, „a gazdasági, társadalmi és területi kohézió erősítése” (EUMSZ 174. cikk). Nem a sokat hangoztatott szolidaritásról van szó, hanem egy befektetési politikáról, melynek a nettó befizetők legalább annyira haszonélvezői, mint a támogatásban részesülő országok. Nem tudok egyetérteni azzal, hogy az európai régiók számára oly fontos kohéziós forrásokat migrációval kapcsolatos célokra fordítsák. Itt az ideje felismerni, hogy a kötelező befogadási kvóta, az áttelepítés nem működik. A migránsok, menekültek számára származási országukban kell segítséget nyújtani, és nem az uniós tagállamokba hozni a problémát.

 
  
MPphoto
 
 

  José Manuel Fernandes (PPE), por escrito. ‒ Atualmente, a CTE beneficia 28 Estados-Membros. O montante afeto à CTE ascende aos 10,1 mil milhões de euros: 74,1 % para a cooperação transfronteiriça - 60 programas, 20,4 % para a cooperação transnacional - 15 programas e 5,6 % para a cooperação inter-regional - 4 programas. O Interreg também cofinancia programas de cooperação de desenvolvimento regional fora da UE: programas de colaboração transfronteiriça do Instrumento de Assistência de Pré-Adesão (242 milhões destinados especificamente à cooperação transfronteiriça) e 16 programas de colaboração transfronteiriça do Instrumento Europeu de Vizinhança (634 milhões destinados especificamente à cooperação transfronteiriça). Concordo por isso, que a CTE tem um grande efeito de alavancagem.

 
  
MPphoto
 
 

  Edouard Ferrand (ENF), par écrit. ‒ Vote contre: reconnaît qu’il n’existe aucune donnée quantitative fiable démontrant l’efficacité de ces programmes de coopération territoriale.

 
  
MPphoto
 
 

  João Ferreira (GUE/NGL), por escrito. ‒ A nossa posição relativamente à Cooperação Territorial Europeia (CTE) tem sido crítica, tendo por base o entendimento de que esta prossegue o objetivo de superar os obstáculos que ainda subsistem ao funcionamento do mercado único da UE, nomeadamente os que têm que ver com os entraves à livre circulação de mercadorias e à migração dos trabalhadores entre países, tendo por base não os seus interesses e aspirações (e aproveitando as carestia de vida que lhes é imposta), mas sim as necessidades de mão-de-obra do capital.

A CTE não corresponde a uma cooperação assente no benefício mútuo, solidária e tendo na sua base a soberania e os interesses complementares dos países envolvidos, com a qual estaríamos indubitavelmente de acordo, mas antes com a intenção de obstaculizar o empecilho que consideram ser os modelos de desenvolvimento de base soberana e nacional.

A cooperação e a integração são uma realidade e uma necessidade potenciada pelo desenvolvimento das forças produtivas, particularmente do desenvolvimento tecnológico e científico. Este relatório, ao enfatizar a questão dos instrumentos financeiros e ao privilegiar as parcerias público-privado, faz notar que, como noutros momentos, promove-se uma cooperação impositiva com vista a facilitar a concentração e a centralização do capital (monopolista) por todo o espaço da UE.

 
  
MPphoto
 
 

  Raffaele Fitto (ECR), per iscritto. ‒ Ho espresso voto favorevole poiché la presente relazione sottolinea la necessità di una maggiore integrazione e complementarietà tra i programmi Interreg e gli altri programmi finanziati sia a livello nazionale che UE, quali Orizzonte 2020, il Fondo europeo per gli investimenti strategici (FEIS) e la Banca europea per gli investimenti.

 
  
MPphoto
 
 

  Lorenzo Fontana (ENF), per iscritto. ‒ Voto a favore della relazione auspicando anche una maggiore collaborazione con i privati.

 
  
MPphoto
 
 

  Λάμπρος Φουντούλης (NI), γραπτώς. ‒ Σύμφωνα με την έκθεση, ο πρωταρχικός ρόλος της Ευρωπαϊκής Εδαφικής Συνεργασίας είναι η μείωση της επίδρασης των εθνικών συνόρων, γεγονός το οποίο συνιστά άμεση απειλή στην εθνική κυριαρχία των κρατών μελών. Για αυτόν τον λόγο καταψηφίζω την έκθεση σχετικά με την ευρωπαϊκή εδαφική συνεργασία - βέλτιστες πρακτικές και καινοτόμα μέτρα.

 
  
MPphoto
 
 

  Doru-Claudian Frunzulică (S&D), in writing. ‒ Having in view that ETC has made a significant contribution to enhancing the economic, social and territorial potential of regions, Parliament expressed its disappointment concerning the outcome of the negotiations on the MFF 2014-2020 regarding the cut in appropriations for ETC. Thus, one of the important goals of this report was to call on the Commission and Member States to work towards preserving ETC as an important and positive instrument for the European integration process, through allocating ETC a more distinct role within Cohesion policy post-2020 and increasing its budget for the next programming period. I supported the report in the Plenary.

 
  
MPphoto
 
 

  Kinga Gál (PPE), írásban. ‒ A plenáris szavazás során nem tudtam támogatni az európai területi együttműködésről szóló jelentést. A jelentés számos értékes gondolatot tartalmaz. Kétségtelen, hogy bár az európai területi együttműködés a 2007–2013-as programozási időszak óta a kohéziós politika önálló célkitűzése, mégse kap megfelelő figyelmet ez a terület. Azonban több paragrafusban megjelenik annak gondolata, hogy a kohéziós forrásokat, területfejlesztési eszközöket a migránsok társadalmi integrációjának támogatására, a menekültválság által támasztott kihívások kezelésére, a migráció és a menekültügy területét célzó intézkedésekre is kell fordítani.

Ez a javaslat figyelmen kívül hagyja a kohéziós politika eredeti célkitűzését, mely „a különböző régiók fejlettségi szintje közötti egyenlőtlenségek és a legkedvezőtlenebb helyzetű régiók lemaradásának csökkentése”, „a gazdasági, társadalmi és területi kohézió erősítése” (EUMSZ 174. cikk). Nem a sokat hangoztatott szolidaritásról van szó, hanem egy befektetési politikáról, melynek a nettó befizetők legalább annyira haszonélvezői, mint a támogatásban részesülő országok. A magyar néppárti delegáció tagjaként nem értek egyet azzal, hogy az európai régiók számára oly fontos kohéziós forrásokat migrációval kapcsolatos célokra fordítsák. Itt az ideje felismerni, hogy a kötelező befogadási kvóta, az áttelepítés nem működik. A migránsok, menekültek számára származási országukban kell segítséget nyújtani, és nem az uniós tagállamokba hozni a problémát.

 
  
MPphoto
 
 

  Francesc Gambús (PPE), por escrito. ‒ He votado a favor al constatar que es necesario continuar apostando por mejorar y ampliar la cooperación territorial dentro de la UE. En la actualidad, la cooperación territorial europea beneficia a los 28 Estados miembros y se ha convertido en uno de los objetivos de la política de cohesión. Dispone de un presupuesto de 10 100 millones de euros: un 74,1 % para la cooperación transfronteriza (60 programas), un 20,4 % para la cooperación transnacional (15 programas) y un 5,6 % para la cooperación interregional (4 programas). La cooperación territorial europea contribuye a reforzar el potencial económico, social y territorial de las regiones, traspasando las fronteras nacionales y eliminando los obstáculos para la mejora de la seguridad, el transporte, la educación, la energía, la sanidad, la formación y el empleo. Por lo tanto, debemos seguir apostando decididamente por la mejora y la ampliación de la cooperación territorial de la UE.

 
  
MPphoto
 
 

  Elisabetta Gardini (PPE), in writing. ‒ I voted to approve this reports as it outlines several possible improvements in the area of ETC and aims to strengthen the program and its role in supporting cross-border initiatives. Cross—border cooperation and initiatives are one of the things that lie at the heart of what the EU is as they bring citizens of different Member States together in cooperation. The ETC is also important when it comes to closing the gaps in cross-border governance and regulation, an issue that makes it harder to do business and to facilitate investment to these regional cross-border areas.

 
  
MPphoto
 
 

  Enrico Gasbarra (S&D), per iscritto. ‒ Rafforzare la cooperazione territoriale europea significa investire in una crescita larga, democratica e intelligente, ambire ad un piano di solidarietà ed inclusione socio-economica, supportare la piccola e media impresa, rispondere ad esigenze di aree e territori diversi ma con urgenze comuni. Per questo ritengo che l'Europa non possa accettare ulteriori tagli alle politiche di coesione, ma anzi debba confermare con totale convinzione la necessità di investimenti nella crescita dei singoli territori per rafforzare l'intero progetto europeo.

Le politiche di coesione sono determinanti per il raggiungimento degli obietti di Europa 2020, per questo ritengo di dover dare il mio pieno appoggio alla relazione, ritenendo che nella sinergia tra governi locali e nazionali e tra città metropolitane, regioni e i diversi Stati risieda la vera anima dell'Europa, che trova nel rispetto di diverse identità la sua vera forza di propulsione.

 
  
MPphoto
 
 

  Elena Gentile (S&D), per iscritto. ‒ Ho votato a favore della risoluzione del Parlamento europeo sulla cooperazione territoriale europea – migliori pratiche e misure innovative, perché sono fortemente convinta del valore aggiunto europeo dello strumento della cooperazione territoriale e di programmi specifici come il programma Interreg, che fin dal 1990 supporta lo sviluppo dei territori. È infatti fondamentale dotarsi di un quadro efficace per la cooperazione transfrontaliera dato l'alto numero di cittadini che vivono in regioni transfrontaliere con simili difficoltà economiche, finanziarie e sociali.

La cooperazione territoriale rappresenta la risposta a sfide tradizionali come la ricerca, l'innovazione, l'adattamento al cambiamento climatico e la promozione della mobilità e dei trasporti sostenibili, ma anche a nuove sfide come la gestione dei flussi migratori e la scarda mobilità dei giovani.

Condivido dunque le preoccupazioni del Parlamento rispetto all'assenza di risorse sufficienti nel bilancio 2014-20 in favore della cooperazione territoriale, così come la necessità di aumentarne i fondi se vogliamo considerare le regioni transfrontaliere come laboratori dell’integrazione europea. Ritengo importantissimo infine il collegamento tra il programma Interreg e le strategie macro regionali e ritengo che esso possa diventare il braccio finanziario per lo sviluppo della Macroregione Adriatico-Ionica.

 
  
MPphoto
 
 

  Arne Gericke (ECR), schriftlich. ‒ Ich habe heute für den „Bericht über die Europäische territoriale Zusammenarbeit – bewährte Verfahren und innovative Maßnahmen“ gestimmt. Die Europäische territoriale Zusammenarbeit ist ein wichtiger Teil der Kohäsions- und Strukturpolitik der Europäischen Union und fördert die grenzübergreifende Zusammenarbeit der Regionen in Europa. Ihr Ziel ist die Stärkung einer harmonischen, ausgewogenen und nachhaltigen Entwicklung sowie des Zusammenhalts und der Wettbewerbsfähigkeit Europas. Gerade ein Binnenland wie Deutschland profitiert davon in seinen Grenzregionen – und das soll auch so bleiben.

 
  
MPphoto
 
 

  Jens Gieseke (PPE), schriftlich. ‒ Die Europäische territoriale Zusammenarbeit (ETZ) ist als eine Schlüsselkomponente der Europa-2020-Strategie weiter zu fördern. Die ETZ liefert in diesem Hinblick einen wichtigen Beitrag zur Verbesserung des wirtschaftlichen, sozialen und territorialen Potenzials der Regionen. Dies wird besonders im Bereich des Wissens- und Innovationstransfers und der transregionalen Verkehrsanbindung sichtbar.

 
  
MPphoto
 
 

  Neena Gill (S&D), in writing. ‒ I voted in favour of this report because it calls on the Commission and Member States to work towards preserving European Territorial Cooperation (ETC) as an important and positive instrument for the European integration process, by allocating ETC a more distinct role within cohesion policy post 2020 and increasing its budget for the next programming period.

 
  
MPphoto
 
 

  Bruno Gollnisch (NI), par écrit. ‒ A quoi sert la coopération territoriale européenne sinon à rendre encore plus floues les frontières des États et à servir, comme le dit le rapporteur, de «laboratoires de l’intégration européenne»?

C'est là une formule piquante à l’heure où l’euro et les politiques européennes favorisent la divergence des économies et accroissent les disparités sociales et territoriales. Plus piquant encore, cet enthousiasme affiché sur l’efficacité des coopérations transfrontalières et leur valeur ajoutée, qui côtoie l’aveu d’absence de données et de preuves fiables.

Bref, ce rapport est avant tout un acte de foi qui réclame que l’on investisse encore plus dans des projets qui ne marchent pas bien, sont inutiles voire nuisibles et créent des effets d’aubaine.

J’ai voté contre.

 
  
MPphoto
 
 

  Tania González Peñas (GUE/NGL), por escrito. ‒ He votado a favor en este informe porque pienso que es crucial disminuir las disparidades entre las regiones fronterizas y fomentar la paz, la estabilidad y la integración regional en estas zonas. Además, este dossier apoya la adaptación social y la movilidad de infraestructuras, con el objetivo de crear un cambio demográfico y fomentar los flujos migratorios. Apoya también la creación de empleos para personas mayores, mujeres y migrantes con el fin de contribuir a una mayor integración social.

 
  
MPphoto
 
 

  Beata Gosiewska (ECR), na piśmie. ‒ Głosowałam za przyjęciem sprawozdania w sprawie Europejskiej współpracy terytorialnej – najlepsze praktyki i działania innowacyjne.

Dla osiągnięcia lepszych rezultatów i bardziej wydajnego wykorzystania inwestycji europejska współpraca terytorialna (Interreg) w programie na lata 2014–2020 przyjęła nowy kształt. Było to możliwe dzięki skupieniu się na obszarach tematycznych i ukierunkowaniu na wyniki.

Aktualnie bardzo ważne jest podnoszenie świadomości społecznej na temat europejskiej współpracy regionalnej i jej większe wyeksponowanie, bowiem większość mieszkańców regionów przygranicznych UE nie jest świadoma prowadzonej w ich regionach współpracy transgranicznej finansowanej ze środków Unii Europejskiej.

Dlatego w mojej ocenie bardzo ważnym jest zarówno skuteczne nagłaśnianie wyników związanych z ukończonymi projektami, jak i lepsza koordynacja działań pomiędzy Komisją, organami zarządzającymi i wszystkimi zainteresowanymi stronami w trakcie realizacji programów transgranicznych. Pozwoli to zapewnić krytyczną analizę projektów pod kątem ich osiągnięć w poszczególnych obszarach tematycznych i ułatwi dalszą realizację programów po roku 2020 przy jednoczesnym zagwarantowaniu wysokiej jakości i przejrzystości projektów.

 
  
MPphoto
 
 

  Theresa Griffin (S&D), in writing. ‒ I voted in favour of this report because it calls on the Commission and Member States to work towards preserving ETC as an important and positive instrument for the European integration process, through allocating ETC a more distinct role within Cohesion policy post-2020 and increasing its budget for the next programming period.

 
  
MPphoto
 
 

  Françoise Grossetête (PPE), par écrit. ‒ J’ai voté en faveur de ce rapport, qui fait le point sur les progrès obtenus grâce à la coopération territoriale européenne (le programme Interreg), très utile notamment dans les régions frontalières.

Ce programme rassemble une série de projets à forte valeur ajoutée, de dimension transfrontalière, dans les domaines clés de la connectivité, de l’innovation de la culture ou de l’éducation.

 
  
MPphoto
 
 

  Antanas Guoga (ALDE), in writing. ‒ I voted in favour of the report. European Territorial Cooperation represents high value for money and has future potential beyond regional policy. It makes a significant contribution to boosting integrated and sustainable territorial development, including implementation and dissemination of integrated approaches, development of governance approaches, harmonisation of planning instruments, administrative procedures and legal provisions across borders.

 
  
MPphoto
 
 

  Τάκης Χατζηγεωργίου (GUE/NGL), γραπτώς. – Το 1990, το Interreg αναπτύχθηκε ως κοινοτική πρωτοβουλία με προϋπολογισμό μόλις 1 δισεκατομμυρίου ευρώ που κάλυπτε αποκλειστικά τη διασυνοριακή συνεργασία και με δικαιούχους 11 κράτη μέλη. Αργότερα, το Interreg επεκτάθηκε στη διακρατική και τη διαπεριφερειακή συνεργασία. Κατά την περίοδο 2014-2020, εγκρίθηκε ειδικός κανονισμός που καλύπτει τις δράσεις ΕΕΣ με τη στήριξη του ΕΤΠΑ. Επί του παρόντος, η ΕΕΣ έχει 28 κράτη μέλη δικαιούχους και έχει αναχθεί στον έναν από τους 2 στόχους της πολιτικής συνοχής. Υπερψηφίσαμε την έκθεση αφού διασφαλίζει:

- Καλύτερη περιφερειακή συνδεσιμότητα, κινητικότητα και προσβασιμότητα στις υπηρεσίες,

- Μεταφορά γνώσης και καινοτομίας, ενίσχυση της ανταγωνιστικότητας των ΜΜΕ,

- Αντιμετώπιση περιβαλλοντικών προκλήσεων, καλύτερη διαχείριση κινδύνων και αντίδραση σε καταστροφές,

- Ενίσχυση της ανάπτυξης της θεσμικής ικανότητας και του κοινωνικού κεφαλαίου, εδραίωση διασυνοριακών δομών δικτύων και δημιουργία νέων εταιρικών σχέσεων ενώ συμβάλλει επίσης στην εδαφική συνοχή.

 
  
MPphoto
 
 

  Marian Harkin (ALDE), in writing. ‒ I support the report of my colleague Iskra Mihaylova. I believe that European Territorial Cooperation should facilitate better regional connectivity, mobility and accessibility to services throughout Member States. Already it has helped to support research, innovation and the knowledge economy, adapting to climate change, and promoting sustainable transport and mobility through transnational approaches, and has contributed to enhancing institutional capacity of cities in the EU. Equally, cross-border labour markets are becoming an increasingly important element of ETC. I support the initiative of the Luxembourg Presidency, which proposed a specific legal tool for border regions, as well as the Commission’s initiative of carrying out, by the end of 2016, an analysis of the barriers to cross-border cooperation that will look at solutions and examples of good practices. I agree that potential of the European Territorial Cooperation should be further developed, especially in areas such as the single market, the digital agenda, employment, mobility, energy, research, education, culture, health and the environment.

 
  
MPphoto
 
 

  Brian Hayes (PPE), in writing. ‒ I voted in favour as I have no objections.

 
  
MPphoto
 
 

  Hans-Olaf Henkel (ECR), schriftlich. ‒ In diesem Initiativbericht wird die Europäische territoriale Zusammenarbeit (ETZ) behandelt. Dieses Finanzierungsinstrument wurde 1990 als Gemeinschaftsinitiative im Rahmen der EU-Kohäsionspolitik entwickelt und umfasst für den aktuellen mehrjährigen Finanzrahmen (MFR) 10,1 Milliarden Euro. Ziel ist eine verbesserte grenzüberschreitende bzw. transnationale und interregionale Zusammenarbeit innerhalb der EU. Positiv am Bericht sind die Forderungen nach mehr Ergebnisorientierung, einer besseren Umsetzung von ETZ-Programmen, nach mehr Daten und Überwachungssystemen, nach mehr Koordination, Synergie und Komplementarität. Zudem wird eine bessere Verknüpfung mit Anstrengungen zur Bewältigung der aktuellen Migrationskrise eingefordert. Negativ ist allerdings die Aussage, dass „nur“ 10,1 Milliarden Euro für 2014-2020 zur Verfügung stehen, sowie die pauschale Forderung, nach 2020 mehr Geld für die ETZ aufzuwenden, ohne dass gleichzeitig auf Einsparungen in anderen Bereichen gedrängt wird. Aufgrund der Tatsache, dass neben sinnvollen Projekten im Rahmen der EU-Kohäsionspolitik etliche Aktivitäten weder zielorientiert noch nachhaltig oder effizient umgesetzt werden und zur Verfügung stehende Gelder in einzelnen Mitgliedstaaten mangels professioneller Verwaltungskapazitäten nicht abgerufen werden können, ist eine pauschale Forderung nach mehr Mitteln für ein Instrument der Kohäsionspolitik blanker Hohn für die europäischen Steuerzahler. Aus diesem Grund lehne ich diesen Bericht ab. Im Übrigen bin ich der Meinung, dass der Einheitseuro abgeschafft werden muss. Er führt zu Zwietracht und Zwist in Europa.

 
  
MPphoto
 
 

  György Hölvényi (PPE), írásban. ‒ A plenáris szavazás során nem tudtam támogatni az európai területi együttműködésről szóló jelentést. A jelentés számos értékes gondolatot tartalmaz. Kétségtelen, hogy bár az európai területi együttműködés a 2007–2013-as programozási időszak óta a kohéziós politika önálló célkitűzése, mégse kap megfelelő figyelmet ez a terület. Azonban több paragrafusban megjelenik annak gondolata, hogy a kohéziós forrásokat, területfejlesztési eszközöket a migránsok társadalmi integrációjának támogatására, a menekültválság által támasztott kihívások kezelésére, a migráció és a menekültügy területét célzó intézkedésekre is kell fordítani.

Ez a javaslat figyelmen kívül hagyja a kohéziós politika eredeti célkitűzését, mely „a különböző régiók fejlettségi szintje közötti egyenlőtlenségek és a legkedvezőtlenebb helyzetű régiók lemaradásának csökkentése”, „a gazdasági, társadalmi és területi kohézió erősítése” (EUMSZ 174. cikk). Nem a sokat hangoztatott szolidaritásról van szó, hanem egy befektetési politikáról, melynek a nettó befizetők legalább annyira haszonélvezői, mint a támogatásban részesülő országok. Nem tudok egyetérteni azzal, hogy az európai régiók számára oly fontos kohéziós forrásokat migrációval kapcsolatos célokra fordítsák. Itt az ideje felismerni, hogy a kötelező befogadási kvóta, az áttelepítés nem működik. A migránsok, menekültek számára származási országukban kell segítséget nyújtani, és nem az uniós tagállamokba hozni a problémát.

 
  
MPphoto
 
 

  Cătălin Sorin Ivan (S&D), in writing. ‒ This report calls on the Commission and Member States to work closely towards preserving European Territorial Cooperation as an important instrument for the European integration process. European Territorial Cohesion receives a more distinct role within Cohesion policy post 2020 and has its budget increased for the next programming period. I voted in favour of this report.

 
  
MPphoto
 
 

  Ivan Jakovčić (ALDE), napisan. ‒ Glasao sam za Izvješće o europskoj teritorijalnoj suradnji – najbolje prakse i inovativne mjere, s obzirom da iz iskustva župana Istarske županije odlično poznajem vrijednost programa teritorijalne suradnje osobito za nove odnosno buduće zemlje članice. Svojevremeno je Istarska županija bila najuspješnija hrvatska regija u korištenju EU fondova osobito onih iz programa prekogranične suradnje sa Slovenijom i prekogranične suradnje na Jadranu.

Ti programi su nam osobito pomogli u pripremi institucija i građana za EU-u, ali i usvajanju naprednih razvojnih rješenja po uzoru na tadašnje razvijene regije u zemljama članicama. Programi teritorijalne suradnje izvrstan su instrument u prevladavanju razlika između članica osobito regija u prekograničnom području te postizanje socijalne i ekonomske kohezije.

Nažalost, teritorijalna suradnja ima tek 2,8 % od ukupnih sredstava kohezijske politike. Postoji trenutni problem slabije implementacije zbog kasnog usvajanja operativnih programa, ali i permanentni problem brojnih prepreka u implementaciji koje su često vezane s birokratskim pristupom rada u upravljačkim tijelima.

 
  
MPphoto
 
 

  Jean-François Jalkh (ENF), par écrit. ‒ Ce rapport vise à renforcer la coopération territoriale dont l’objectif général est de réduire l’influence des frontières nationales au sein de l’Union européenne.

Cet objectif n'est ni légitime, ni opportun. Le rapport ouvre outre la porte à des dérives auxiliaires: il encourage ainsi l’utilisation de la coopération territoriale pour financer l’accueil des migrants clandestins, notamment grâce aux programmes Interreg.

Enfin, concernant le dumping social, ces programmes ont également vocation à faciliter la mobilité de la main-d’œuvre au sein de l’Union.

J'ai donc voté contre.

 
  
MPphoto
 
 

  Petr Ježek (ALDE), in writing. ‒ I voted in favour of this report on ETC because it is important to further develop and support the large number of programmes that play a crucial role in achieving our cohesion policy goals. Such programmes will further improve our cross-border cooperation in many policy domains. Besides transportation, we will see a positive impact in healthcare, research and innovation, and even environment. As it has great potential to enhance the economic, social and territorial development across European regions and boost competitiveness of our small and medium enterprises (SMEs), it will positively affect our citizens and businesses, and I am pleased to support such a decision.

 
  
MPphoto
 
 

  Marc Joulaud (PPE), par écrit. ‒ J’ai voté en faveur du rapport de ma collègue Iskra Mihaylova au sujet de la coopération territoriale européenne.

Cet objectif de la politique régionale favorise la coopération entre différentes régions de l’Union en permettant de financer des projets qui dépassent les frontières nationales dans les domaines de l’emploi, des transports, de l’environnement ou encore du tourisme.

Du fait de sa position géographique, la France est très impliquée dans la coopération territoriale. La région des Pays de la Loire participe de son côté à deux programmes transnationaux («Europe du Nord-Ouest» et «Espace atlantique») et un interrégional (Interreg Europe).

Le rapport Mihaylova fait le point sur les progrès permis par la coopération territoriale et pointe plusieurs marges d’amélioration, notamment en matière de simplification. Il appelle à poursuivre et à amplifier cette coopération, c’est pourquoi je me réjouis de l’adoption de ce rapport.

 
  
MPphoto
 
 

  Philippe Juvin (PPE), par écrit. ‒ J’ai voté en faveur de ce rapport qui fait le point sur la coopération territoriale européenne.

Mise en place il y a environ 25 ans, la coopération territoriale européenne demeure un instrument clé pour parvenir à une cohésion territoriale par le biais d'une série de programmes et de projets à forte valeur ajoutée européenne, avec des retombées plus importantes dans les 60 régions frontalières européennes.

Elle a permis des progrès considérables dans une série de secteurs clés – connectivité, innovation et connaissance, culture et éducation.

 
  
MPphoto
 
 

  Eva Kaili (S&D), in writing. ‒ The rapporteur stresses the need for the management and implementation of European territorial cooperation (ETC) programmes and projects to become less bureaucratic. Irrespective of the separate regulation, the implementation of ETC programmes remains too complicated, and the report therefore urges the High Level Group of Independent Experts on Monitoring Simplification for Beneficiaries of ESI Funds to consider measures for significantly simplifying and reducing the administrative burden on beneficiaries.

As I am of this opinion I supported the report.

 
  
MPphoto
 
 

  Jarosław Kalinowski (PPE), na piśmie. ‒ Współpraca terytorialna w obrębie Wspólnoty Europejskiej jest istotnym elementem polityki spójności. W jej ramach rozwijanych jest wiele programów mających na celu ułatwienie transportu poprzez budowanie transnarodowych sieci komunikacyjnych, co jest ważnym aspektem na terenach przygranicznych, gdzie wiele osób codziennie przekracza granice, aby dojechać do pracy. Ponadto ułatwia to transport towarów, tym samym redukując koszty dostawy, a także przyczynia się do rozwoju turystyki.

Państwa współpracujące na terenach przygranicznych mają większe możliwości radzenia sobie z wyzwaniami środowiskowymi. Wiele obszarów zagrożonych leży na terytorium kilku krajów członkowskich, tak więc współpraca w zakresie ich ochrony daje dużo większe możliwości niż działania podejmowane osobno przez każde państwo. To samo dotyczy mórz i kontrolowania zanieczyszczeń wód.

Współpraca terytorialna skutkuje także wzrostem innowacyjności i badań podejmowanych przez instytuty badawcze i przedsiębiorstwa pochodzące z różnych krajów, a także daje możliwość współpracy międzynarodowych uniwersytetów przygranicznych.

Ważne jest także zwiększenie atrakcyjności tych obszarów dla przedsiębiorstw handlowych. Wykorzystanie potencjału ludzkiego, regionalnego i transgranicznego daje możliwości rozwoju terenów przygranicznych, a także stwarza nowe miejsca pracy, zapobiegając wyludnieniu.

 
  
MPphoto
 
 

  Barbara Kappel (ENF), schriftlich. ‒ Ein gut ausdifferenzierter Bericht, der die besten Beispiele für die territoriale Zusammenarbeit aufzeigt, um einen tatsächlichen Mehrwert für die europäischen Bürger zu schaffen. Die vorgeschlagenen Maßnahmen sind innovativ und dennoch realistisch umsetzbar. Aus diesen Gründen stimme ich für den vorliegenden Bericht.

 
  
MPphoto
 
 

  Afzal Khan (S&D), in writing. ‒ I voted in favour of this report as it calls on the Commission and Member States to work towards preserving ETC as an important and positive instrument for the European integration process.

 
  
MPphoto
 
 

  Bernd Kölmel (ECR), schriftlich. ‒ In diesem Initiativbericht wird die auch als Interreg bekannte Europäische territoriale Zusammenarbeit (ETZ) behandelt. Dieses Finanzierungsinstrument wurde 1990 als Gemeinschaftsinitiative im Rahmen der EU-Kohäsionspolitik entwickelt und umfasst für den aktuellen mehrjährigen Finanzrahmen (MFR) 10,1 Milliarden Euro. Ziel ist eine verbesserte grenzüberschreitende bzw. transnationale und interregionale Zusammenarbeit innerhalb der EU. Positiv am Bericht sind die Forderungen nach mehr Ergebnisorientierung, einer besseren Umsetzung von ETZ-Programmen, nach mehr Daten und Überwachungssystemen, nach mehr Koordination, Synergie und Komplementarität sowie einer Vereinfachung der Programme und einer Verringerung des dafür notwendigen Verwaltungsaufwands. Zudem wird eine bessere Verknüpfung mit Anstrengungen zur Bewältigung der aktuellen Migrationskrise eingefordert. Negativ ist allerdings die Aussage, dass „nur“ 10,1 Milliarden Euro für 2014-2020 zur Verfügung stehen, sowie die pauschale Forderung, nach 2020 mehr Geld für die ETZ aufzuwenden, ohne dass gleichzeitig auf Einsparungen in anderen Bereichen gedrängt wird. Aufgrund der Tatsache, dass neben sinnvollen Projekten im Rahmen der EU-Kohäsionspolitik etliche Aktivitäten weder zielorientiert noch nachhaltig oder effizient umgesetzt werden und zur Verfügung stehende Gelder in einzelnen Mitgliedstaaten mangels professioneller Verwaltungskapazitäten nicht abgerufen werden können, ist eine pauschale Forderung nach mehr Mitteln für ein Instrument der Kohäsionspolitik blanker Hohn für die europäischen Steuerzahler. Aus diesem Grund lehne ich diesen Bericht ab.

 
  
MPphoto
 
 

  Kateřina Konečná (GUE/NGL), písemně. ‒ Dne 13. září 2016 jsme na plenárním zasedání Evropského parlamentu ve Štrasburku hlasovali o zprávě k evropské územní spolupráci – osvědčené postupy a inovativní opatření. Přibližně 38 % evropské populace žije v příhraničních oblastech. Vzhledem k tomu, že se sama aktivně podílím na programu spolupráce Moravskoslezského kraje s jeho příhraničními regiony a jsem si vědoma různých problémů, které tuto spolupráci často sužují, je mi toto téma poměrně blízké. Základním cílem evropské územní spolupráce je snížit vliv hranic za účelem zmenšení rozdílů mezi regiony, odstranění zbývajících překážek pro investice a intenzivnější spolupráci napříč hranicemi, posílit soudržnost a podporovat harmonický ekonomický, sociální, kulturní a územní rozvoj Unie jako celku. Evropská územní spolupráce dle mého názoru přispívá k míru, stabilitě a regionální integraci. Zpravodaji se podařilo do zprávy zakomponovat potřebu vytvářet společný přístup k přeshraničním inovacím, jako jsou společný výzkum, programy mobility, společná infrastruktura pro výzkum apod. Zpráva zmiňuje, že kulturní spolupráce by měla být jedním z cílů evropské územní spolupráce, a poukazuje na to, že je třeba v příhraničních oblastech podporovat kulturní a vzdělávací spolupráci, neboť osoby žijící na opačných stranách hranice spolu často sdílejí kulturní i jazykové dědictví. Zprávu považuji za poměrně vyváženou, proto jsem ji ráda podpořila.

 
  
MPphoto
 
 

  Ádám Kósa (PPE), írásban. ‒ A plenáris szavazás során nem tudtam támogatni az európai területi együttműködésről szóló jelentést. A jelentés számos értékes gondolatot tartalmaz. Kétségtelen, hogy bár az európai területi együttműködés a 2007-2013-as programozási időszak óta a kohéziós politika önálló célkitűzése, mégse kap megfelelő figyelmet ez a terület. Azonban több paragrafusban megjelenik annak gondolata, hogy a kohéziós forrásokat, területfejlesztési eszközöket a migránsok társadalmi integrációjának támogatására, a menekültválság által támasztott kihívások kezelésére, a migráció és a menekültügy területét célzó intézkedésekre is kell fordítani.

Ez a javaslat figyelmen kívül hagyja a kohéziós politika eredeti célkitűzését, mely „a különböző régiók fejlettségi szintje közötti egyenlőtlenségek és a legkedvezőtlenebb helyzetű régiók lemaradásának csökkentése”, „a gazdasági, társadalmi és területi kohézió erősítése” (EUMSZ 174. cikk). Nem a sokat hangoztatott szolidaritásról van szó, hanem egy befektetési politikáról, melynek a nettó befizetők legalább annyira haszonélvezői, mint a támogatásban részesülő országok. Nem tudok egyetérteni azzal, hogy az európai régiók számára oly fontos kohéziós forrásokat migrációval kapcsolatos célokra fordítsák. Itt az ideje felismerni, hogy a kötelező befogadási kvóta, az áttelepítés nem működik. A migránsok, menekültek számára származási országukban kell segítséget nyújtani, és nem az uniós tagállamokba hozni a problémát.

 
  
MPphoto
 
 

  Stelios Kouloglou (GUE/NGL), in writing. ‒ The aim of this report is to lessen the influence of borders in order to reduce disparities between regions. Around 38% of Europe’s population lives in border regions. Through these measures presented in this report we should manage to reinforce cohesion, promote the economic, social, cultural and territorial development of the Union as a whole. One innovative measure is also the mention of the cultural cooperation, promote cultural and educational cooperation for a common cultural heritage. Last but not least to contribute to peace, stability and regional integration. For all these reasons I voted in favour of this report.

 
  
MPphoto
 
 

  Андрей Ковачев (PPE), в писмена форма. ‒ Гласувах в подкрепа на Доклада относно европейското териториално сътрудничество – най-добри практики и новаторски мерки, тъй като считам, че ЕТС е важен инструмент на политиката на сближаване, чиято цел е разрешаването на проблеми, които надхвърлят административните граници и изискват общи решения. За периода 2014 – 2020 г. е разпределена сума в размер на над десет милиарда евро по програми за трансгранично, транснационално и междурегионално сътрудничество. Средствата по тях са допринесли за по-добра регионална свързаност, мобилност и достъп до услуги, трансфер на знания и иновации, повишаване на конкурентоспособността на МСП, както и засилване на регионалната идентичност.

Много добри резултати се наблюдават при справянето с предизвикателствата, свързани с околната среда, по-доброто управление на рисковете и реакция при бедствия, както и засилване на изграждането на институционален капацитет и социален капитал, укрепване на трансграничните мрежови структури и създаване на нови партньорства.

Подкрепям призива към Комисията и държавите членки да работят за запазване на ЕТС като важен и положителен инструмент за процеса на европейска интеграция, като на ЕТС се отреди по-важна роля в рамките на политиката на сближаване след 2020 г.

 
  
MPphoto
 
 

  Ilhan Kyuchyuk (ALDE), in writing. ‒ I supported the text because European territorial cooperation (ETC) is one of the most important goals of cohesion policy for 2014-2020. The ETC makes a significant contribution to strengthening the EU’s objective of territorial cohesion through integrating diverse sectoral policies on territorial scale. In this regard, it could be argued that the ETC has a significant European added value. It contributes to peace, stability, economic development and regional integration not only in Europe but also in the world (in the framework of enlargement and neighbourhood policy). Therefore, ETC’s potential should be further developed beyond regional policy in areas such as the single market, the digital agenda, employment, mobility and energy, research, education, culture, health and environment. The Commission and Member States should consider preserving ETC as an important instrument, allocating it a more distinct role within cohesion policy post-2020 and significantly increasing its budget.

 
  
MPphoto
 
 

  Giovanni La Via (PPE), per iscritto. – La cooperazione territoriale, relativamente al periodo 2014 2020, è stata considerata con la finalità di ottenere un maggiore impatto e un adeguato uso degli investimenti. Almeno circa l'80 % del bilancio di ciascun programma di cooperazione deve infatti basarsi su almeno quattro obiettivi tematici, contribuendo in tal modo alla realizzazione della strategia Europa 2020. La CTE contribuisce dunque all'accrescimento economico, sociale e territoriale delle regioni, rappresentando e integrando le diverse politiche su scala territoriale. Esso resta dunque uno strumento fondamentale per la coesione territoriale, concepito per risolvere i problemi che trascendono i confini amministrativi e richiedono soluzioni comuni. In ragione di tali motivazioni, accolgo favorevolmente l'adozione di una nuova strategia orientata all´applicazione di migliori prassi e misure innovative per il nostro paese.

 
  
MPphoto
 
 

  Gilles Lebreton (ENF), par écrit. ‒ J’ai voté contre ce rapport car sous prétexte de renforcer la coopération territoriale européenne, il demande une augmentation du budget qui s’élève déjà à 10,1 milliards d’euros pour 2014-2020.

 
  
MPphoto
 
 

  Philippe Loiseau (ENF), par écrit. ‒ Le but affirmé est de renforcer la coopération territoriale, et donc de réduire l’incidence des frontières nationales au sein de l’UE.

On trouve ainsi, distillés en filigrane dans ce rapport, les aspects suivants: utilisation de la coopération territoriale pour financer l’accueil des migrants clandestins; participation accrue des collectivités locales dans les instances décisionnaires, au détriment des gouvernements nationaux; volonté de créer des plateformes institutionnelles de coopération pour faire de la propagande européiste aux frais du contribuable, etc.

Tout ceci, alors même qu’il n’existe aucune donnée quantitative fiable démontrant l’efficacité de ces programmes de coopération territoriale.

J’ai logiquement voté contre ce rapport.

 
  
MPphoto
 
 

  Javi López (S&D), por escrito. ‒ He votado a favor de este informe porque teniendo en cuenta que la Cooperación Territorial Europea (CTE) es un instrumento fundamental para el desarrollo económico, social y territorial de las regiones, el informe recuerda la decepción del Parlamento ante el resultado de las negociaciones del MFP 2014-2020 en lo que respecta al recorte en la dotación para la CTE.

Además, el informe pide a la Comisión y a los Estados miembros que preserven la CTE como un instrumento importante y positivo para el proceso de integración europea, asignando a la CTE un papel más claro dentro de la política de cohesión posterior a 2020. En este contexto, se pide un mayor presupuesto para la CTE en el próximo período de programación.

 
  
MPphoto
 
 

  Paloma López Bermejo (GUE/NGL), por escrito. ‒ He votado a favor de este informe porque contiene algunos aspectos positivos de relevancia para mejorar las condiciones de la población de referencia. Recomienda que se preste especial atención a los proyectos que se esfuerzan en adaptar los municipios y las regiones a la nueva situación demográfica, tales como: la adaptación de la infraestructura social y de movilidad al cambio demográfico y los flujos migratorios, el apoyo a la búsqueda de empleo para personas de edad, mujeres y migrantes, contribuyendo a una mejor inclusión social. Refuerza la idea sobre la simplificación de los programas y la involucración de la sociedad civil, teniendo en cuenta la transparencia y rendición de cuentas. Insta a que las instituciones locales y regionales tengan un papel mayor en la propuesta, gestión y evaluación de los programas de cooperación territorial europea.

 
  
MPphoto
 
 

  Antonio López-Istúriz White (PPE), por escrito. ‒ La Cooperación Territorial Europea (CTE) ha sido adaptada para conseguir un mayor impacto mediante un esfuerzo de concentración temática y orientación hacia resultados. Es un instrumento fundamental para el desarrollo de las regiones fronterizas, consideradas verdaderos laboratorios de la integración europea.

Apoyo la aprobación de este informe ya que considero que la cooperación interregional y transnacional permite que las distintas ciudades y regiones europeas cooperen en las diferentes cuestiones que les atañen, con el consiguiente intercambio buenas prácticas y apoyando al mismo tiempo la investigación conjunta, la innovación y la economía del conocimiento.

Doy mi voto positivo para su aprobación porque ofrece un valor añadido europeo considerable al contribuir a la estabilidad y la integración regional, dentro del marco de la política de ampliación y de vecindad.

 
  
MPphoto
 
 

  Bernd Lucke (ECR), schriftlich. ‒ In diesem Initiativbericht wird die auch als Interreg bekannte Europäische territoriale Zusammenarbeit (ETZ) behandelt. Dieses Finanzierungsinstrument wurde 1990 als Gemeinschaftsinitiative im Rahmen der EU-Kohäsionspolitik entwickelt und umfasst für den aktuellen mehrjährigen Finanzrahmen (MFR) 10,1 Milliarden Euro. Ziel ist eine verbesserte grenzüberschreitende bzw. transnationale und interregionale Zusammenarbeit innerhalb der EU. Positiv am Bericht sind die Forderungen nach mehr Ergebnisorientierung, einer besseren Umsetzung von ETZ-Programmen, nach mehr Daten und Überwachungssystemen, nach mehr Koordination, Synergie und Komplementarität sowie einer Vereinfachung der Programme und einer Verringerung des dafür notwendigen Verwaltungsaufwands. Zudem wird eine bessere Verknüpfung mit Anstrengungen zur Bewältigung der aktuellen Migrationskrise eingefordert. Negativ ist allerdings die Aussage, dass „nur“ 10,1 Milliarden Euro für 2014-2020 zur Verfügung stehen, sowie die pauschale Forderung, nach 2020 mehr Geld für die ETZ aufzuwenden, ohne dass gleichzeitig auf Einsparungen in anderen Bereichen gedrängt wird. Aufgrund der Tatsache, dass neben sinnvollen Projekten im Rahmen der EU-Kohäsionspolitik etliche Aktivitäten weder zielorientiert noch nachhaltig oder effizient umgesetzt werden und zur Verfügung stehende Gelder in einzelnen Mitgliedstaaten mangels professioneller Verwaltungskapazitäten nicht abgerufen werden können, ist eine pauschale Forderung nach mehr Mitteln für ein Instrument der Kohäsionspolitik blanker Hohn für die europäischen Steuerzahler. Aus diesem Grund lehne ich diesen Bericht ab.

 
  
MPphoto
 
 

  Mairead McGuinness (PPE), in writing. ‒ I supported this report, which seeks to achieve territorial cohesion through programmes and projects with an important impact on border regions.

 
  
MPphoto
 
 

  Petr Mach (EFDD), písemně. ‒ Hlasoval jsem proti. Jde o neužitečné usnesení plné nesmyslných provolání, jako např., že „strategie inteligentních specializací by měly být účinným nástrojem k vypořádání se se sociálními, environmentálními, klimatickými a energetickými výzvami.“ Nesouhlasím ani s tím, „aby vnitrostátní orgány investovaly do regionálního zpravodajství a hloubkové analýzy velkého objemu dat, což jim umožní pochopit vývojové trendy týkající se regionálních podniků v globálním hodnotovém řetězci.“ Podle mě nic takového vnitrostátní orgány dělat nemají.

 
  
MPphoto
 
 

  Andrejs Mamikins (S&D), in writing. ‒ I support this report that encourages the Member States to make greater use of Integrated Territorial Investment and Community-Led Local Development, and its recommendation that special focus be placed on projects that strive to adapt localities and regions to the new demographic situation and counteract the inequalities resulting from it. I think that the implementation of territorial cooperation programmes should be further simplified.

 
  
MPphoto
 
 

  Vladimír Maňka (S&D), písomne ‒ Európska územná spolupráca je nástroj politiky súdržnosti, ktorý pri efektívnom a rozumnom využití pomôže vyrovnávať regionálne rozdiely, posilní rozvoj regiónov najmä pri cezhraničnej spolupráci a zároveň prispeje k zvýšeniu územnej súdržnosti. Na roky 2014 – 2020 je vyčlenených na realizáciu cieľov tejto politiky 10,1 mld. EUR, z toho 74,1 % prostriedkov ide na cezhraničnú spoluprácu, 20,4 % na nadnárodnú spoluprácu a 5,6 % na medziregionálnu spoluprácu. Oceňujem, že z týchto zdrojov bude vybudovaný nový most medzi Rakúskom a Slovenskom a že tieto zdroje pomôžu posilniť malé a stredné podniky pri zvyšovaní ich konkurencieschopnosti.

 
  
MPphoto
 
 

  Louis-Joseph Manscour (S&D), par écrit. ‒ La coopération territoriale européenne vise à résoudre les problèmes communs à toute l’UE à travers la mise en œuvre d’objectifs partagés et l’échange de bonnes pratiques entre régions. Dotée d’un budget de 10 milliards d’euros pour la période 2014-2020, elle constitue l’un des deux objectifs de la programmation actuelle de la politique de cohésion.

Malgré son importance, cette politique a subi des coupes budgétaires lors des négociations sur le cadre financier pluriannuel 2014-2020.

Le présent rapport rappelle à la Commission et aux États membres l’importance de préserver la coopération territoriale européenne ainsi que de lui conférer un rôle distinct dans la politique de cohésion post 2020. Cette dernière devrait s’accompagner d’une hausse du budget qui lui est alloué pour la prochaine période de programmation.

Je vote donc en faveur de ce rapport qui soutient ce puissant outil de l’intégration européenne qu’est la coopération territoriale.

 
  
MPphoto
 
 

  Νότης Μαριάς (ECR), γραπτώς. ‒ Καταψηφίζω την έκθεση σχετικά με την ευρωπαϊκή εδαφική συνεργασία - βέλτιστες πρακτικές και καινοτόμα μέτρα, διότι δεν είναι πλήρης και τεκμηριωμένη.

 
  
MPphoto
 
 

  Dominique Martin (ENF), par écrit. ‒ J’ai voté contre ce texte.

La politique territoriale de l’Union européenne absorbe déjà 10.1 milliards d’euros, soit 2.8 % du budget de la politique de cohésion pour la période 2014-2020.

Outre que son efficacité n’a jamais été démontrée, elle s’appuie sur une régionalisation toujours plus poussée de l’Union européenne au détriment des États nations. En l’occurrence, le programme de coopération multiterritoriale repose sur une implication accrue des collectivités territoriales dans les instances décisionnaires.

Enfin, ce programme encourage nombre de politiques que nous contestons, en particulier le financement de l’accueil des migrants, ou bien de la politique de voisinage et d’élargissement de l’Union européenne.

 
  
MPphoto
 
 

  Fulvio Martusciello (PPE), in writing. – I have voted in favour of the Report on European Territorial Cooperation, as I consider being of extreme importance the EU’s goal to make gender equality the main element in all policies and practices that relate to European Territorial Cooperation. The report emphasises the principles of shared management, multi-level governance and partnership, all relevant to manage the migration crisis, and contribute to peace, stability, and regional integration.

 
  
MPphoto
 
 

  Jiří Maštálka (GUE/NGL), písemně. ‒ Dnes jsme hlasovali o zprávě, která se zabývá územní spoluprací v EU. Zpráva konstatuje, že v příhraničních regionech žije přibližně 38 % evropského obyvatelstva, a zdůrazňuje význam spolupráce fungující přes hranice v rámci politiky soudržnosti. Přeshraniční spolupráce je klíčovým nástrojem pro rozvoj příhraničních regionů. Orientuje se na lepší propojenost a přístupnost, posilování přenosu znalostí a inovací stejně jako řešení problémů životního prostředí. Souhlasím s tím, že je třeba usilovat o lepší koordinaci, součinnost a doplňkovost a zlepšit spolupráci a integraci širších strategických oblastí v rámci regionů. Zprávu jsem při hlasování podpořil.

 
  
MPphoto
 
 

  Gabriel Mato (PPE), por escrito. ‒ Mi apoyo al informe sobre mejoras prácticas y medidas innovadoras para mejorar la cooperación territorial europea.

Tenemos un inmenso reto por delante para mejorar esta cooperación, ya que se ha avanzado mucho pero queda por hacer aún un largo camino, teniendo en cuenta que aproximadamente el 38 % de la población europea vive en regiones fronterizas.

Por eso, debemos seguir trabajando para reducir la influencia de las fronteras nacionales con el fin de reducir las diferencias regionales, eliminando los obstáculos que subsisten a la inversión y cooperando a través de las fronteras, reforzar la cohesión y promover el desarrollo económico, social y cultural armonioso de la Unión en su conjunto.

 
  
MPphoto
 
 

  Κώστας Μαυρίδης (S&D), γραπτώς. ‒ Υπερψηφίζω την Ευρωπαϊκή Εδαφική Συνεργασία (ΕΕΣ) επειδή ενισχύει τις οικονομικές, κοινωνικές και εδαφικές δυνατότητες των περιφερειών και οδηγεί σε μια διασυνοριακή και διακρατική συνεργασία αφού ολοκληρώνει διαφορετικές τομεακές πολιτικές υπερβαίνοντας τα εθνικά σύνορα. Επίσης, προάγει την ασφάλεια και συμβάλλει στο να ξεπεραστούν εμπόδια που σχετίζονται με την εκπαίδευση, την υγειονομική περίθαλψη τις μεταφορές και την ενέργεια.

Αναμφισβήτητα, η ΕΕΣ πετυχαίνει βέλτιστες πρακτικές σε τομείς όπως η καλύτερη περιφερειακή συνδεσιμότητα, κινητικότητα και προσβασιμότητα στις υπηρεσίες, η μεταφορά γνώσης και καινοτομίας, στην αντιμετώπιση πολλών περιβαλλοντικών προκλήσεων με την εφαρμογή βέλτιστων πρακτικών σε περιβαλλοντικά ζητήματα. Τέλος, η ΕΕΣ στηρίζει την έρευνα και την καινοτομία αφού διαδικασίες έρευνας μπορούν να διεξαχθούν σε μεγαλύτερη κλίμακα.

Για όλους τους παραπάνω λόγους, υπερψηφίζω το συγκεκριμένο ψήφισμα.

 
  
MPphoto
 
 

  Georg Mayer (ENF), schriftlich. ‒ Hier werden die regionale Markenentwicklung und die Stärkung der regionalen Identität genauso wie das Risikomanagement und der Katastrophenschutz verbessert. Daher habe ich diesem Bericht zugestimmt.

 
  
MPphoto
 
 

  Jean-Luc Mélenchon (GUE/NGL), par écrit. ‒ La notion de coopération territoriale européenne recouvre aussi bien la coopération entre régions, entre régions transfrontalières et entre grandes zones ou bassins économiques comme la «région alpine». Mais c’est la formule territoriale de la concurrence généralisée.

Ce rapport appelle à réduire les disparités régionales et à développer ces coopérations. Incroyable! Cela existe déjà; ça s'appelle l'État ou la nation. Il demande plus de programmes de recherche et de culture en commun, de soutenir la création d'emploi, notamment pour les séniors, les femmes et les migrants.

À ce niveau de généralité, qui pourrait être contre? Mais c’est là un pansement sur les conséquences de la politique de la Commission de «mise en concurrence des territoires».

Pour contrer la crise économique et le chômage, l’idée sous-jacente est donc d’inciter les chômeurs à la «mobilité», à aller chercher du travail ailleurs. En tant que travailleur détaché ?

Quand les fonds structurels auraient besoin de plus de budget, la politique est à la promotion des partenariats publics-privés qui ruinent et vident les autorités publiques de leurs compétences, à la promotion des prêts privés (fonds Juncker) au détriment de la politique de cohésion.

Je note les bonnes volontés du rapport mais dénonce ce cadre général de mise en concurrence; je m’abstiens.

 
  
MPphoto
 
 

  Joëlle Mélin (ENF), par écrit. ‒ Ce rapport vise à renforcer la coopération territoriale dont l’objectif général est de réduire l’influence des frontières nationales au sein de l’Union européenne.

Bien que la coopération territoriale puisse favoriser la multiplication des projets transfrontaliers, elle constitue surtout dans ce rapport une étape supplémentaire vers la fédéralisation de l’Union européenne.

En conséquence, j’ai voté contre ce rapport.

 
  
MPphoto
 
 

  Nuno Melo (PPE), por escrito. ‒ O objetivo global da CTE passa por reduzir a influência das fronteiras nacionais com vista a reduzir as disparidades entre as regiões, reduzir os obstáculos que subsistem ao investimento e ao trabalho baseado na cooperação nas fronteiras nacionais, reforçar a coesão e promover o desenvolvimento económico, social, cultural e territorial harmonioso de toda a União. Assim temos que continuar a encontrar as melhores práticas para conseguir atingir os objetivos traçados. Daí o meu voto favorável.

 
  
MPphoto
 
 

  Roberta Metsola (PPE), in writing. ‒ I voted in favour of this report as it notes the successes that have been brought about through the interregional cooperation facilitated by European Territorial Cooperation programmes. However, it also notes that that these programmes do not have enough visibility amongst the Union’s citizens and that more needs to be done for these programmes to be used to their greatest effectiveness and reach.

 
  
MPphoto
 
 

  Louis Michel (ALDE), par écrit. – La coopération territoriale bénéficie à l’ensemble des États membres. Dotée d’un budget de 10,1 milliards d’euros, elle est essentielle en tant qu’instrument de cohésion au niveau européen.

Pour améliorer son efficience et contribuer à la mise en œuvre de la stratégie 2020, il fallait d’une part rassembler l’ensemble des programmes de coopération autour de grandes thématiques et d’autre part affecter les fonds à des priorités de développement transfrontalier plus stratégiques. Cette stratégie a permis de dégager des bonnes pratiques dans des domaines aussi divers que la connectivité, la mobilité et l’accessibilité des services au niveau régional, le transfert des connaissances, le développement de l’innovation et par conséquent le développement de la compétitivité des PME, la valorisation de l’image de marque régionale, la réponse aux défis environnementaux, l’amélioration de la gestion des risques, la réaction aux catastrophes, etc.

Il est absolument indispensable de préserver la coopération territoriale en tant que vecteur de l’intégration européenne. Dans le cadre de la cohésion post-2020, nous devons nous attacher à renforcer sa dimension innovante et favoriser les partenariats publics-privés transnationaux et transrégionaux, ce qui présuppose des harmonisations des procédures administratives et des dispositions juridiques.

 
  
MPphoto
 
 

  Miroslav Mikolášik (PPE), písomne – Európska teritoriálna spolupráca (Interreg) je kľúčovým nástrojom na dosiahnutie územnej súdržnosti prostredníctvom rôznych programov a projektov s európskou pridanou hodnotou a s dopadom na 60 európskych hraničných regiónov. V súčasnosti Európsku územnú spoluprácu využíva 28 členských štátov a je jedným z dvoch cieľov politiky súdržnosti. V programovom období 2014 – 2020 sa v rámci Interregu podporuje z Európskeho fondu regionálneho rozvoja cezhraničná, nadnárodná a medziregionálna spolupráca. Napriek malému rozpočtu prinášajú projekty cezhraničnej spolupráce pozitívne výsledky, či už ide o odstránenie prekážok, ktoré stoja v ceste lepšej bezpečnosti, doprave, vzdelávaniu, energetike, zdravotnej starostlivosti, odbornej príprave a zamestnanosti. Pre lepšie fungovanie ETS bude v budúcnosti dôležité zamerať sa na efektívnejšie čerpanie finančných prostriedkov, na zriadenie vhodných koordinačných mechanizmov, redukciu byrokracie pri riadení a vykonávaní Európskej územnej spolupráce, ako aj väčšie zapojenie finančné súkromného sektora do projektov ETS.

 
  
MPphoto
 
 

  Marlene Mizzi (S&D), in writing. ‒ I voted in favour of the report on European territorial cooperation since it is important to share best practices and innovative measures. One of the important elements of this report is that it calls on the Commission and Member States to work towards preserving European territorial cooperation as an important and positive instrument for the European integration process by allocating ETC a more distinct role within cohesion policy post 2020 and increasing its budget for the next programming period.

 
  
MPphoto
 
 

  Csaba Molnár (S&D), írásban. ‒ 1990-ben közösségi kezdeményezésként, 1 milliárd eurós költségvetéssel, kizárólag a határokon átnyúló együttműködés támogatására, 11 kedvezményezett tagállammal jött létre az Interreg, az Európai Unió négy közösségi kezdeményezésének egyike. Kezdeményezései az egész európai térség fejlesztése és kohéziója szempontjából alapvetően fontos együttműködési területek. Később kiterjesztették a transznacionális és a régióközi együttműködésre is. A 2014 és 2020 közötti időszakra külön rendeletet fogadtak el az ERFA által támogatott európai területi együttműködési fellépésekre vonatkozóan. Az európai területi együttműködésben jelenleg mind a 28 tagállam részt vesz, és ez lett a kohéziós politika két célja közül az egyik.

A Regionális Fejlesztési Bizottság jelentése áttekinti az európai területi együttműködés hozzáadott értékét, az Európa 2020 stratégia céljaihoz való hozzájárulást és számba veszi legjobb gyakorlatokat, továbbá ajánlásokat tesz a jövőre nézve. Az állásfoglalás-tervezetet megszavaztam.

 
  
MPphoto
 
 

  Cláudia Monteiro de Aguiar (PPE), por escrito. ‒ O Interreg, criado em 1990, foi desenvolvido como iniciativa comunitária com um orçamento de mil milhões de euros, abrangendo exclusivamente a cooperação transfronteiriça e beneficiando 11 Estados-Membros. Mais tarde foi alargado à cooperação transnacional e inter-regional. Em 2015, destacava-se a Cooperação Territorial Europeia (CTE) como um instrumento importante da política de coesão, concebido para solucionar os problemas que transcendem as fronteiras administrativas e exigem soluções comuns.

A CTE tem inúmeros exemplos das vantagens nas seguintes melhores práticas: ultrapassar desafios fronteiriços em termos de transportes e circulação de pessoas, apoiar soluções de transporte inteligentes e centros de transportes multimodais; simplificar as viagens que atravessam fronteiras; melhorar a interconectividade com ênfase nas infraestruturas rodoviárias, melhorar a acessibilidade marítima, efetuando melhorias nos portos regionais, serviços especializados como cuidados de saúde para idosos, soluções transfronteiriças no domínio da saúde, plano de investimentos destinado à construção de estruturas para idosos, com vista a mantê-los ativos na sociedade e a proporcionar-lhes vidas tão saudáveis e gratificantes quanto possível, entre outros.

Subscrevo a posição da relatora na necessidade de tornar menos burocrática a gestão e execução dos programas de CTE. Defendo a importância da CTE como instrumento vital para o processo de integração europeia.

 
  
MPphoto
 
 

  Sophie Montel (ENF), par écrit. ‒ Ce rapport relatif à la coopération territoriale européenne vise à renforcer la coopération territoriale dont l’objectif général est de réduire l’influence des frontières nationales au sein de l’Union européenne en multipliant les projets transfrontaliers. Il s’agit donc de faire disparaître les nations au nom de l’intérêt européen pour parachever le fédéralisme européen (on y encourage la coopération pour financer l’accueil de migrants, les politiques de voisinage de l’UE, etc.).

Ce budget s’élève déjà à 10,1 milliards d’euros, mais son augmentation est exigée. Compte tenu de ces éléments, j’ai voté contre ce texte.

 
  
MPphoto
 
 

  Claude Moraes (S&D), in writing. ‒ I voted in favour of this report because it calls on the Commission and Member States to work towards preserving ETC as an important and positive instrument for the European integration process, through allocating ETC a more distinct role within Cohesion policy post-2020 and increasing its budget for the next programming period.

 
  
MPphoto
 
 

  Nadine Morano (PPE), par écrit. ‒ Je me suis abstenue lors du vote de ce rapport relatif à la coopération territoriale européenne. Ce texte dresse un bilan de cette politique positive pour le développement de l’Union européenne.

Cependant, je regrette la présence d’une disposition qui demande des mesures de soutien à la création d’emplois pour les migrants. Une telle disposition constitue une fois de plus un appel d’air à l’immigration illégale.

 
  
MPphoto
 
 

  Elisabeth Morin-Chartier (PPE), par écrit. ‒ J’ai voté en faveur du rapport Mihaylova sur la coopération territoriale européenne, en particulier les bonnes pratiques et les mesures inédites.

Il s’agit de faire le point sur une coopération mise en place il y a 25 ans qui a permis des progrès considérables dans 60 régions frontalières. La position du groupe PPE est bien reflétée dans ce rapport.

 
  
MPphoto
 
 

  Alessia Maria Mosca (S&D), per iscritto. ‒ La cooperazione territoriale europea è un punto cardine delle politiche di coesione e, dunque, contribuisce allo sviluppo del potenziale economico, sociale e territoriale delle regioni europee. La suddetta importanza strategica però non si rispecchia nei fondi stanziati nel bilancio 2014-2020, inferiori al periodo precedente, rappresentando solo il 2,8 % delle risorse previste per le politiche di coesione.

Siamo dunque favorevoli alla relazione sulla cooperazione territoriale europea, in quanto, attraverso di essa, il Parlamento europeo chiede esplicitamente alla Commissione e agli Stati membri di affidare, in futuro, un ruolo più consistente alla cooperazione territoriale europea nel contesto delle politiche di coesione. La relazione sottolinea in maniera chiara il valore aggiunto generato dalle iniziative che rientrano nella cooperazione territoriale, specialmente quelle in materia di sostegno alla ricerca e all'innovazione, nonché al potenziamento della competitività delle PMI e la gestione delle sfide ambientali. La relazione inoltre, identificando in maniera precisa le migliori pratiche, riconosce l'impatto dei suddetti progetti e il maggiore potenziale della cooperazione transfrontaliera e transnazionale. Se si vuole promuovere un’integrazione europea al servizio dei cittadini, è fondamentale continuare a supportare politiche di cooperazione territoriale e il Parlamento europeo si impegna in questa direzione attraverso la relazione proposta.

 
  
MPphoto
 
 

  Alessandra Mussolini (PPE), per iscritto. ‒ La cooperazione territoriale europea è uno strumento importante per la politica di coesione concepita per risolvere i problemi che trascendono i confini amministrativi e richiedono soluzioni comuni. Per il 2014-2020 è stato adottato uno specifico regolamento riguardante le azioni della cooperazione territoriale europea (CTE), sostenuto dal FESR, ed è stata ripensata al fine di ottenere un maggiore impatto e un uso più efficace degli investimenti attraverso l'attenzione sulla concentrazione tematica e sull'orientamento al risultato, raggiungendo progressi concreti in settori chiave come la connettività, innovazione e conoscenza, cultura ed educazione. Pertanto, mi sono espressa a favore del provvedimento.

 
  
MPphoto
 
 

  József Nagy (PPE), írásban. ‒ Az európai területi együttműködés témájával foglalkozó jelentés teljes támogatásomat élvezi. A mintegy 26 évvel ezelőtt, szerény pénzügyi keretek között született program mára az Európai Uniós kohéziós politika egyik fő célkitűzésének megvalósítását teszi lehetővé. Az európai területi együttműködés által támogatott programok úgy segítik elő a környezet állapotának javulását, illetve a kutatás és innováció mértékének növekedését, hogy azt az adott területek lakói közvetlenül érezzék.

Szlovákia is számos terülten profitált az európai együttműködési programok jóvoltából. Példaként szeretném említeni azt a projektet, aminek köszönhetően megépült a Morva folyót áthidaló, Szlovákiát és Ausztriát összekötő híd, egyszerű átkelési lehetőséget biztosítva mind a bicikliseknek és gyalogosoknak. A projekt hosszú távú eredményeket is hozott: a turizmus fellendülésének következtében pihenőhelyekre és éttermekre lett szükség, ami vállalkozások beindításához és ezáltal munkahelyek új születéséhez vezetett. Országunk ismét számos projektbe kapcsolódott be, első számú partnereink az elkövetkező időszakban Ausztria, Csehország, Magyarország, Románia, valamint Ukrajna lesznek.

 
  
MPphoto
 
 

  Victor Negrescu (S&D), in writing. ‒ I have voted for this report that aims at achieving a greater impact and more effective use of investments by focusing on thematic concentration and results-orientation.

 
  
MPphoto
 
 

  Момчил Неков (S&D), в писмена форма. – Европейското териториално сътрудничество е една от двете важни цели на политиката за сближаване за периода 2014 – 2020 г., макар че едва 2,8% от бюджета на политиката на сближаване са отделени за тази цел. Подкрепих доклада на г-жа Михайлова, целящ да подкрепи териториалното сътрудничество на държавите членки, вземайки също така под внимание, че 38% от европейското население живее в гранични райони.

Всеобхватната цел на трансграничното сътрудничество е да намали въздействието на социалните граници с цел да се намалят различията между регионите и оставащите пречки за инвестициите. Считам, че по-доброто сътрудничество между България и съседните държави членки би допринесло за подобряването на икономическото, социално, културно и териториално развитие не само на Балканския регион, но и на ЕС като цяло.

Нараства и значението на трансграничните пазари на труда, които са силно динамични относно създаването на работни места. Държавите членки трябва да се възползват от програмите Interreg, за да улеснят трансграничната трудова мобилност и да насърчат, ако е необходимо, адаптирането на административната и социалната регулаторна рамка, както и да засилят диалога на всички равнища на управление.

Европейското териториално сътрудничество трябва да бъде подобрено, тъй като все още малък брой европейски граждани се възползват от всички възможности, които предоставя вътрешният пазар на ЕС и свободата на движение.

 
  
MPphoto
 
 

  Dan Nica (S&D), în scris. ‒ Cooperarea transfrontalieră este un instrument esențial pentru dezvoltarea regiunilor de frontieră cu un mare potențial în domenii care depășesc cadrul politicii regionale, precum: piața unică, agenda digitală, ocuparea forței de muncă, mobilitatea, energia, cercetarea, educația, cultura, sănătatea și mediul.

Comisia și statele membre ar trebui să ia în considerare perspectiva de a continua Cooperarea transfrontalieră ca instrument important, alocându-i într-o mai mare măsură un rol distinct în politica de coeziune post-2020, precum și un buget mult mai consistent.

Implementarea programelor de cooperare teritorială ar trebui simplificată prin reducerea complicațiilor administrative pentru beneficiari. Totodată, statele membre ar trebui să își simplifice dispozițiile naționale și să evite supra-reglementarea, în special prin implementarea e-coeziunii și prin raționalizarea procedurilor administrative.

 
  
MPphoto
 
 

  Norica Nicolai (ALDE), in writing. ‒ European Territorial Cooperation (ETC) is an instrument with which to promote equal development and territorial integration across the regions of the EU. The resolution draws on examples of best practices of ETC from the periods 2000-2006 and 2007-2013, finding that there have been great cross-border collaboration achievements made in areas such as mobility and regional connectivity, handling environmental challenges, education, employment as well as knowledge transfer and innovation. The resolution stresses the importance of continuing the development of such good results for the 2014-2020 period while evaluating certain issues that need improvement to reach full efficiency of ETC, such as simplifying the management and absorption of ETC programmes and raising public awareness about its positive contributions to EU regional cohesion. As such, I can only offer it my full support.

 
  
MPphoto
 
 

  Liadh Ní Riada (GUE/NGL), in writing. – I voted in favour of this own initiative report focusing on improving the effective use of the Interreg initiative (a Community Initiative in place since 1990) in order to develop European Territorial Cooperation (ETC). The overarching objective of ETC is to lessen the influence of borders in order to reduce disparities between regions, removing the remaining obstacles to investment and cooperation across borders. The report calls for increased funds to be directed towards ETC, for cross-border innovation policy and research cooperation, and for a focus on projects that promote the adaptation of social and mobility infrastructure to demographic change and migratory flows.

 
  
MPphoto
 
 

  Franz Obermayr (ENF), schriftlich. ‒ Auch für diesen Bericht habe ich mich ausgesprochen, da hier die regionale Markenentwicklung und die Stärkung der regionalen Identität genauso wie das Risikomanagement und der Katastrophenschutz verbessert werden.

 
  
MPphoto
 
 

  Δημήτρης Παπαδάκης (S&D), γραπτώς. ‒ Υπερψήφισα την έκθεση για την Ευρωπαϊκή εδαφική συνεργασία (ΕΕΣ) επειδή, με αυτό τον τρόπο, τονίζεται η σημασία της ΕΕΣ ως σημαντικό μέσο της πολιτικής συνοχής σχεδιασμού να επιλύει προβλήματα που υπερβαίνουν τα διοικητικά σύνορα και που απαιτούν κοινές λύσεις.

Η ΕΕΣ συμβάλλει σημαντικά στην ενίσχυση των οικονομικών, κοινωνικών και εδαφικών δυνατοτήτων των περιφερειών, δεδομένου ότι αντανακλά και ολοκληρώνει διαφορετικές τομεακές πολιτικές σε εδαφική κλίμακα, υπερβαίνοντας τα εθνικά σύνορα (διασυνοριακή και διακρατική συνεργασία), καθώς και σε μεμονωμένες πόλεις και περιφέρειες (διαπεριφερειακή συνεργασία).

Ανεξάρτητα από τον μικρό προϋπολογισμό, τα έργα ΕΕΣ έχουν απτά αποτελέσματα: άρση των εμποδίων για καλύτερη ασφάλεια, μεταφορά γνώσης και καινοτομίας, καλύτερη περιφερειακή συνδεσιμότητα, ενίσχυση της ανταγωνιστικότητας των ΜΜΕ καθώς και την αντιμετώπιση περιβαλλοντικών προκλήσεων.

Για όλους αυτούς τους λόγους, υπερψήφισα το εν λόγω ψήφισμα.

 
  
MPphoto
 
 

  Margot Parker (EFDD), in writing. ‒ We voted against this report because it enshrines the EU principle of harmonising everything and refusing to allow different regions and territories to have their own way of developing. This report will not help the situation.

 
  
MPphoto
 
 

  Eva Paunova (PPE), in writing. – I supported this Resolution as for 25 years the ETC has been a key instrument to achieve territorial cohesion through support of a number of programmes and projects with strong European added value. It has made significant progress in a number of key sectors – connectivity, innovation and knowledge, to mention a few. The report in question takes the measure of these developments.

 
  
MPphoto
 
 

  Marijana Petir (PPE), napisan. ‒ Europska teritorijalna suradnja postala je jedan od najvažnijih ciljeva kohezijske politike EU-a i zato s pravom zaslužuje ne samo punu pozornost, nego i podršku za nove planove koje stvara kohezijska politika EU-a.

Interregionalna suradnja na međunarodnoj razini među članicama EU-a, ali i izvan EU-a, dosada se pokazala kao vrlo plodno polje surađivanja: doprinijela je boljoj suradnji i zbližavanju među zemljama članicama, napretku gospodarstva, unapređenju institucionalnih kapaciteta, prilagodbi na klimatske promjene i dr. Europska teritorijalna suradnja važna je i za čitav niz drugih čimbenika, kao što su proširenje EU-a, poticanje razvoja otoka i drugih rjeđe naseljenih regija i izbjegličku krizu. U svemu tome europska teritorijalna suradnja može itekako pomoći.

Prijedlozi rezolucije da se poveća proračun europske teritorijalne suradnje, da se nadvladaju prepreke granične suradnje, da se pojednostave administrativni zahtjevi i da se povrh svega programi vezani uz ovo polje ne odgađaju, nego da se učinkovito provode na vrijeme, dobri su i hvalevrijedni te zbog toga podržavam rezoluciju.

 
  
MPphoto
 
 

  Florian Philippot (ENF), par écrit. ‒ Ce rapport vise à renforcer la coopération territoriale dont l’objectif général est de réduire l’influence des frontières nationales au sein de l’Union européenne.

Bien que la coopération territoriale puisse favoriser la multiplication des projets transfrontaliers, elle constitue surtout dans ce rapport une étape supplémentaire vers la fédéralisation de l’Union européenne.

Je vote bien évidemment contre ce texte.

 
  
MPphoto
 
 

  Tonino Picula (S&D), napisan. ‒ Budući da oko 38 % stanovništva Europe živi u pograničnim regijama te budući da se EU suočava s velikom gospodarskom, financijskom i socijalnom krizom koja posebno pogađa žene u svim područjima, te da postoji potreba za zajedničkim preispitivanjem strukture europske teritorijalne suradnje nakon 2020., potpuna dodana vrijednost programa europske teritorijalne suradnje ne može se samo ocijeniti kvantitativnim pokazateljima. Zbog toga se pridružujem pozivima Komisiji da izradi više kvalitativnih pokazatelja kako bi bolje došli do izražaja rezultati ostvareni teritorijalnom suradnjom, te podržavam usvajanje ovog izvješća.

Učinkovita prekogranična i transnacionalna suradnja dovodi do veće privlačnosti određenog geografskog područja za trgovačka društva, na način da se što učinkovitije koristi lokalni, regionalni i prekogranični potencijal te ljudski kapital kako bi se bolje zadovoljile potrebe i očekivanja trgovačkih društava te izbjegle pojave poput preseljenja poduzeća u treće zemlje, depopulacije regija EU-a i povećane nezaposlenosti.

 
  
MPphoto
 
 

  Miroslav Poche (S&D), in writing. ‒ European Territorial Cooperation, also known as Interreg, has been essential in cross-border, transnational, and interregional cooperation. ETC currently services 28 Member States’ and regional development cooperation programmes outside of the EU. As ETC now only represents 2.8% of the cohesion policy budget, I am disappointed in the budget cuts. These cuts will negatively impact areas like the single market, the digital market, mobility, energy, research, education, health, the environment and culture. I hope to preserve ETC post-2020 by increasing its funds because of its important role and positive impact on the European integration project. It has played a significant part in enhancing economic, social and territorial potential of the regions, so increasing its future funding is integral in maximising the regions’ full utility. I call on the Commission and Member States to work together with Parliament towards preserving European Territorial Cooperation as an important tool in the European integration process.

 
  
MPphoto
 
 

  Salvatore Domenico Pogliese (PPE), per iscritto. ‒ La cooperazione territoriale tra le diverse regioni che costituiscono l'Unione europea rappresenta a mio avviso uno degli obiettivi più importanti della politica di coesione. Per il 2014-2020 è stato adottato uno specifico regolamento riguardante le azioni della cooperazione territoriale europea (CTE), sostenuto dal FESR. Attualmente i 28 Stati membri beneficiano della CTE, diventata uno dei due obiettivi della politica di coesione. L'importo totale stanziato è pari a 10,1 miliardi di EUR. Il valore aggiunto della cooperazione territoriale europea si riscontra soprattutto nello scambio di buone pratiche nella gestione dei trasporti, nel trasferimento di conoscenze e innovazione e nel potenziamento della competitività delle PMI. Credo fortemente nella collaborazione tra i diversi enti locali e, in particolare, ritengo che sia fondamentale investire sulle capacità dei nostri amministratori locali mettendo a loro disposizione strumenti e risorse adeguate. Pertanto, ho votato a favore di questa risoluzione.

 
  
MPphoto
 
 

  Tomasz Piotr Poręba (ECR), na piśmie. ‒ Europejska współpraca terytorialna Interreg jest jednym z dwóch celów polityki spójności i stanowi ramy realizacji wspólnych działań i wymiany doświadczeń w zakresie polityki między podmiotami krajowymi, regionalnymi i lokalnymi z różnych państw członkowskich. Sprawozdanie koncentruje się na zagadnieniach dotyczących opisu najlepszych praktyk i wkładu w spójność terytorialną. Szereg ustępów dotyczy kolejnego okresu po roku 2020 i zawiera konkretne propozycje w tym zakresie. Wzywa do zwiększenia budżetu na europejską współpracę terytorialną w kolejnym okresie programowania oraz wyraża opinię, że współpraca transgraniczna może wnieść wartość dodaną w zarządzanie kryzysem migracyjnym. Zachęca również do wykorzystania programów Interreg i wzywa do ich realizacji, aby sprostać wyzwaniom w zakresie kryzysu uchodźczego.

Zawarta jest w nim opinia, że Europejska współpraca terytorialna udowodniła swoją skuteczność, ale ubolewa, że nie wykorzystano w pełni potencjału tej inicjatywy. W sprawozdaniu zawarta jest opinia, że współpraca transgraniczna jest kluczowym narzędziem rozwoju regionów przygranicznych, które są uznawane za prawdziwe laboratoria integracji europejskiej, i podkreślony jest fakt, że niezależnie od istnienia osobnego rozporządzenia dotyczącego europejskiej współpracy terytorialnej należy w większym stopniu uprościć wdrażanie terytorialnych programów współpracy.

Niniejszym poparłem sprawozdanie.

 
  
MPphoto
 
 

  Franck Proust (PPE), par écrit. ‒ J’ai voté pour ce rapport qui fait un bilan des progrès permis par la coopération territoriale européenne.

Dans le cadre de la politique de soutien aux régions des États membres, l’UE favorise la coopération entre pays (qu’elle soit transfrontalière, transnationale ou bien interrégionale), qui se caractérise notamment par des projets communs en matière d’emploi, de transports, de tourisme ou d’environnement.

 
  
MPphoto
 
 

  Julia Reid (EFDD), in writing. ‒ We voted against this report because it enshrines the EU principle of harmonising everything and refusing to allow different regions and territories to have their own way of developing. This report will not help the situation.

 
  
MPphoto
 
 

  Sofia Ribeiro (PPE), por escrito. ‒ Votei favoravelmente pois, no meu entender, a CTE através da sua orientação para os resultados, contribui significativamente para melhorar o potencial económico, social e territorial das regiões ao refletir e integrar diversas políticas setoriais à escala territorial e ao transpor as fronteiras nacionais, afetando também municípios e regiões em termos individuais.

O desejo de ultrapassar os desafios fronteiriços permitiu a participação das PME em atividades inovadoras concretas: criação de redes entre empresas, institutos promotores de conhecimentos e prestadores de serviços, acesso a tecnologias de ponta para testarem ideias de produtos, utilizarem técnicas de fabrico adequadas e comercializarem os seus produtos a nível mundial tal como, desenvolvimento do turismo, entre outras.

A CTE tem também permitido respostas conjuntas a problemas ambientais como a monitorização conjunta de bacias hidrográficas, a melhor utilização dos recursos e dos subprodutos marinhos, criando recifes artificiais para melhorar a biodiversidade, a cooperação conjunta na harmonização de atividades em matéria de prevenção de cheias e melhoria da qualidade da água e a melhoria do planeamento territorial e a gestão de risco na zona dos Alpes, bem como a resolução de outros desafios ambientais, tais como a poluição costeira, o risco de incêndios florestais e melhorar a monitorização dos portos, etc.

 
  
MPphoto
 
 

  Inmaculada Rodríguez-Piñero Fernández (S&D), por escrito. ‒ He votado a favor del Informe sobre cooperación territorial europea, pues gracias al Reglamento adoptado para el periodo 2014-2020, que recoge las acciones de la Cooperación Territorial Europea (CTE), financiadas por el FEDER, se redundará en un desarrollo económico, social y territorial mayor para las regiones.

Sin embargo, se presenta como necesario el preservar la CTE como un instrumento importante para el proceso de integración europea, así como, el dotarlo de un mayor presupuesto para el próximo período de programación.

Gracias a todo ello se podrá reforzar el objetivo de cohesión territorial de la Unión.

 
  
MPphoto
 
 

  Claude Rolin (PPE), par écrit. ‒ J’ai voté en faveur de ce rapport qui plaide pour un renforcement de la coopération territoriale étant donné que celle-ci vise à réduire les disparités et à promouvoir un développement économique, social et culturel harmonieux de l’Union dans son ensemble.

En effet, il est nécessaire d’attribuer à la coopération territoriale un rôle plus spécifique dans le cadre de la cohésion post 2020 et d’augmenter significativement son budget.

 
  
MPphoto
 
 

  Bronis Ropė (Verts/ALE), raštu. ‒ Balsavau už šį pranešimą, kuriame aptariamos Europos teritorinio bendradarbiavimo geriausios patirtys ir priemonės. Europos teritorinio bendradarbiavimo poveikis neša didelę ekonominę naudą. Kartu – tai potencialas ateities projektams. Todėl pranešimu Europos Komisiją ir valstybės narės raginamos stengtis išsaugoti ETB kaip svarbią, teigiamą Europos integracijos proceso priemonę ir Sanglaudos politikoje po 2020 m. Vis dėlto ETB programų ir projektų valdymas ir įgyvendinimas ateityje turi tapti mažiau biurokratiškas. Kartu dar vis trūksta privataus sektoriaus indėlio įgyvendinant ETB. Todėl būtina sukurti finansines priemones, kurios leistų įtraukti privačius suinteresuotuosius subjektus, skatintų steigti viešojo ir privačiojo sektorių partnerystes.

 
  
MPphoto
 
 

  Fernando Ruas (PPE), por escrito. ‒ A partir de 1990 o INTERREG - na génese da Cooperação Territorial Europeia (CTE), foi desenvolvido com o objetivo de promover a cooperação transfronteiriça, beneficiando 11 Estados-Membros, tendo sido posteriormente alargado à vertente da cooperação transnacional e inter-regional.

Já no anterior Quadro Financeiro Plurianual (QFP), a CTE demonstrou servir com eficácia os objetivos da Politica de Coesão, enquanto programa concebido para solucionar problemas que ultrapassam as fronteiras administrativas - mas que exigem soluções comuns, envolvendo diversos Estados-Membros ou mesmo países terceiros.

Neste QFP, a CTE foi reestruturada de forma a tornar-se mais direcionada e eficiente. Pretendeu-se também tornar a utilização dos investimentos mais eficaz através da concentração temática e da orientação para os resultados.

Verifica-se, assim, que a CTE contribui significativamente para a melhoria do potencial económico, social e territorial das regiões, ao refletir e integrar políticas setoriais diversas à escala territorial e ao promover a cooperação transfronteiriça/transnacional, bem como a cooperação inter-regional.

Por reconhecer a importância da CTE nas áreas estratégicas mencionadas e por considerar que o relatório evidencia de uma forma sistemática e bastante clara o seu valor acrescentado, as melhores práticas, o apoio à investigação e à inovação e o seu contributo para Estratégia Europa 2020, votei-o favoravelmente.

 
  
MPphoto
 
 

  Tokia Saïfi (PPE), par écrit. ‒ J’ai voté en faveur de ce texte qui porte sur la coopération territoriale européenne et plus spécifiquement sur les bonnes pratiques et mesures inédites.

La coopération territoriale européenne, également connue sous le nom «Interreg», a été mise en place il y a environ 25 ans et demeure un instrument clé pour parvenir à une cohésion territoriale par le biais d’une série de programmes et de projets à forte valeur ajoutée européenne et avec notamment des retombées plus importantes pour les régions frontalières.

J’ai donc voté en faveur de ce rapport qui soutient la coopération territoriale européenne et rappelle que celle-ci a permis des progrès considérables dans une série de secteurs clés comme l’innovation, la connaissance, la culture ou encore l’éducation.

 
  
MPphoto
 
 

  Lola Sánchez Caldentey (GUE/NGL), por escrito. ‒ He votado a favor en este informe porque pienso que es crucial disminuir las disparidades entre las regiones fronterizas y fomentar la paz, la estabilidad y la integración regional en estas zonas. Además, este dossier apoya la adaptación social y la movilidad de infraestructuras, con el objetivo de crear un cambio demográfico y fomentar los flujos migratorios. Apoya también la creación de empleos para personas mayores, mujeres y migrantes con el fin de contribuir a una mayor integración social.

 
  
MPphoto
 
 

  Sven Schulze (PPE), schriftlich. ‒ Ich habe für die Verlängerung des Programms der Europäischen territorialen Zusammenarbeit (ETZ-Programm) gestimmt, da es eines der wichtigsten Instrumente für den territorialen Zusammenhalt der EU darstellt.

Das Programm wurde bereits vor 25 Jahren ins Leben gerufen, und seitdem sind bereits eine ganze Reihe von Projekten mit hohem europäischem Mehrwert unterstützt worden, die sich besonders auf die vielen Grenzregionen der EU auswirken.

Dadurch wurden in Sektoren wie Vernetzung, Innovation und Wissen sowie Kultur und Bildung erhebliche Fortschritte erzielt.

 
  
MPphoto
 
 

  Maria Lidia Senra Rodríguez (GUE/NGL), por escrito. ‒ He votado a favor de este informe porque contiene algunos aspectos positivos de relevancia para mejorar las condiciones de la población de referencia. Recomienda que se preste especial atención a los proyectos que se esfuerzan en adaptar los municipios y las regiones o naciones a la nueva situación demográfica, tales como: la adaptación de la infraestructura social y de movilidad al cambio demográfico y los flujos migratorios, el apoyo a la búsqueda de empleo para personas de edad, mujeres y migrantes, contribuyendo a una mejor inclusión social. Refuerza la idea sobre la simplificación de los programas y la involucración de la sociedad civil, teniendo en cuenta la transparencia y rendición de cuentas. Insta a que las instituciones locales y regionales o nacionales tengan un papel mayor en la propuesta, gestión y evaluación de los programas de cooperación territorial europea.

 
  
MPphoto
 
 

  Remo Sernagiotto (ECR), per iscritto. ‒ La relazione formula delle condivisibili raccomandazioni per il futuro della cooperazione territoriale europea al fine di accrescere il potenziale economico, sociale e territoriale delle regioni dell'UE. Il valore aggiunto europeo della cooperazione territoriale europea è stato dimostrato in molti settori: connettività, mobilità e accessibilità regionale ai servizi; trasferimento di conoscenze e innovazione; gestione delle sfide ambientali e reazione ai disastri; consolidamento delle strutture di rete transfrontaliere e creazione di nuovi partenariati. È evidente, tuttavia, che vi è la necessità di semplificare e rendere meno burocratiche le fasi di attuazione e gestione dei programmi e dei progetti Interreg al fine di sfruttare pienamente le potenzialità di questo strumento. Mi auguro pertanto che questa iniziativa del Parlamento europeo contribuisca a lanciare un dibattito strutturato tra tutte le parti interessate a livello UE sul futuro della cooperazione territoriale europea, in vista della preparazione della politica di coesione successiva al 2020. Per queste ragioni, ho votato a favore della relazione.

 
  
MPphoto
 
 

  Ricardo Serrão Santos (S&D), por escrito. ‒ Estas novas práticas de Cooperação Territorial Europeia destinam-se essencialmente a reforçar, promover e favorecer as ações do espaço territorial dos Estados-Membros da União Europeia na colaboração a nível transnacional e a nível inter-regional. Esta colaboração de nível transnacional e de nível inter-regional beneficia imediatamente as macrorregiões e os espaços transfronteiriços, aumentando de imediato o seu nível de integração e de coesão económica e social no espaço estratégico europeu.

Há ainda que vincar a importância das parcerias público-privadas para uma harmonização destas boas práticas de cooperação, facilitando as questões políticas e económicas. Claramente, a isto terá de estar associada a garantia de transparência e correção em todos os planeamentos, abordagens e procedimentos.

 
  
MPphoto
 
 

  Jill Seymour (EFDD), in writing. ‒ We voted against this report due it being an EU Commission project, and we do not recognise the Commission’s competency in this area.

 
  
MPphoto
 
 

  Siôn Simon (S&D), in writing. – I voted in favour of this report because it calls on the Commission and Member States to work towards preserving European territorial cooperation (ETC) as an important and positive instrument for the European integration process by allocating it a more distinct role within cohesion policy post 2020 and increasing its budget for the next programming period.

 
  
MPphoto
 
 

  Monika Smolková (S&D), písomne ‒ Európsku územnú spoluprácu (EÚS) vnímam ako základný kameň európskej integrácie, ktorá zohráva mimoriadne dôležitú úlohu pri vytváraní spoločného európskeho priestoru. Som rada, že EÚS už dlhodobejšie preukazuje svoju účinnosť, no na druhej strane je mi ľúto, že pre nedostatočné zdroje sa jej potenciál doteraz naplno nerozvinul v niektorých oblastiach (jednotný trh, mobilita, zamestnanosť, výskum, vzdelávanie...). Hlasovala som za uznesenie, pretože správa nehovorí len o úspechoch, ale prichádza s námetmi a inovatívnymi opatreniami, ktoré môžu prispieť k dosiahnutiu vyrovnanej integrácie rôznych území EÚ. Napriek tomu, že do Európskej územnej spolupráce sa v poslednom období zaviedlo viac flexibility a pri vykonávaní programov spolupráce došlo k zníženiu administratívnej záťaže orgánov zodpovedných za programy, ešte stále existujú výrazné rozdiely medzi vidieckymi a mestskými oblasťami. Očakávam preto, že výraznejším spôsobom sa posilní prepojenie a súlad programov EÚS s vnútroštátnymi a regionálnymi programami. Rovnako očakávam, že pri vykonávaní politiky súdržnosti sa bude väčšia pozornosť venovať geograficky a demograficky znevýhodneným oblastiam.

 
  
MPphoto
 
 

  Igor Šoltes (Verts/ALE), pisno. ‒ Evropsko teritorialno sodelovanje je pomemben instrument v kohezijski politiki. Oblikovan je tako, da si prizadeva za preseganje upravnih meja, zmanjševanje vpliva nacionalnih meja in odstranjevanje ovir za sodelovanje in teritorialno integracijo. Čezmejno sodelovanje v obdobjih od 2000 do 2006 in od 2007 do 2013 je oblikovalo dobre prakse na področjih boljše povezljivosti in dostopnosti, prenosa znanja in inovacij, krepitve regionalne identitete, obravnavanja okoljskih izzivov in ostalega.

Evropsko teritorialno sodelovanje zagotavlja znatno dodano vrednost za Evropsko unijo, saj prispeva k miru, stabilnosti in regionalnemu povezovanju v okviru politike širitve in sosedske politike. Čezmejno sodelovanje lahko prinese tudi dodano vrednost k obvladovanju migracijske krize.

Parlament je analiziral implementacijo Evropskega teritorialnega sodelovanja, kot je bilo to predstavljeno v programskem obdobju 2014–2020. Parlament je vseskozi podpiral tovrstno politiko in tako v ta namen zaprosil tudi za več sredstev.

Poročilo predlaga nekaj novih načinov urejanja tega mehanizma, kot sta tematska osredotočenost in usmerjenost delovanja. Pomembno je poudariti tudi, da je približno 41 % proračuna za evropsko teritorialno sodelovanje v okviru Evropskega sklada za regionalni razvoj namenjenih za ukrepe izboljšanja okolja. Iz vseh omenjenih razlogov sem poročilo podprl.

 
  
MPphoto
 
 

  Joachim Starbatty (ECR), schriftlich. ‒ In diesem Initiativbericht wird die auch als Interreg bekannte Europäische territoriale Zusammenarbeit (ETZ) behandelt. Dieses Finanzierungsinstrument wurde 1990 als Gemeinschaftsinitiative im Rahmen der EU-Kohäsionspolitik entwickelt und umfasst für den aktuellen mehrjährigen Finanzrahmen (MFR) 10,1 Milliarden Euro. Ziel ist eine verbesserte grenzüberschreitende bzw. transnationale und interregionale Zusammenarbeit innerhalb der EU. Positiv am Bericht sind die Forderungen nach mehr Ergebnisorientierung, einer besseren Umsetzung von ETZ-Programmen, nach mehr Daten und Überwachungssystemen, nach mehr Koordination, Synergie und Komplementarität sowie einer Vereinfachung der Programme und einer Verringerung des dafür notwendigen Verwaltungsaufwands. Zudem wird eine bessere Verknüpfung mit Anstrengungen zur Bewältigung der aktuellen Migrationskrise eingefordert. Negativ ist allerdings die Aussage, dass „nur“ 10,1 Milliarden Euro für 2014-2020 zur Verfügung stehen, sowie die pauschale Forderung, nach 2020 mehr Geld für die ETZ aufzuwenden, ohne dass gleichzeitig auf Einsparungen in anderen Bereichen gedrängt wird. Aufgrund der Tatsache, dass neben sinnvollen Projekten im Rahmen der EU-Kohäsionspolitik etliche Aktivitäten weder zielorientiert noch nachhaltig oder effizient umgesetzt werden und zur Verfügung stehende Gelder in einzelnen Mitgliedstaaten mangels professioneller Verwaltungskapazitäten nicht abgerufen werden können, ist eine pauschale Forderung nach mehr Mitteln für ein Instrument der Kohäsionspolitik blanker Hohn für die europäischen Steuerzahler. Aus diesem Grund lehne ich diesen Bericht ab.

 
  
MPphoto
 
 

  Ivan Štefanec (PPE), písomne ‒ Pohraničné regióny tvoria prirodzené prírodné, ekonomické a sociologické celky, ktoré boli v minulosti často rozdelené politickými rozhodnutiami. Mnohé z nich predstavujú v rámci svojho štátu, ako aj Európy najchudobnejšie regióny. Európska únia sa snaží podporovať ich prirodzenú spoluprácu, a to ako finančne, tak aj prostredníctvom zdieľania know-how a informácií.

 
  
MPphoto
 
 

  Beatrix von Storch (EFDD), schriftlich. ‒ Der Entschließung des EU-Parlaments zu dem Thema „Europäische territoriale Zusammenarbeit – bewährte Verfahren und innovative Maßnahmen“ habe ich nicht zugestimmt.

Die Europäische territoriale Zusammenarbeit (ETZ) ist integraler Bestandteil der Kohäsionspolitik, da sie den territorialen Zusammenhalt der Union stärkt. Ihr Ziel besteht darin, den Einfluss nationaler Grenzen zu verringern, um Ungleichgewichte zwischen den Regionen abzubauen, die Hemmnisse, die den Investitionen und der grenzüberschreitenden Zusammenarbeit noch entgegenstehen, zu beseitigen, den Zusammenhalt zu stärken und die harmonische wirtschaftliche, soziale und territoriale Entwicklung der gesamten Union zu fördern.

Die Kohäsionspolitik lehne ich als ein rein umverteilendes Instrument ab. Die AfD steht in Deutschland für selbständige und starke Gebietskörperschaften. Wir wollen regionale und lokale Selbstverwaltung ermöglichen und Subsidiarität garantieren, damit regionale Eigen- und Besonderheiten gepflegt werden können. Wir wollen dem Föderalismus wieder mehr Gewicht verleihen.

Die AfD ist also schon gegenüber einer Politik des regionalen Ausgleichs innerhalb Deutschlands einigermaßen skeptisch eingestellt. Auf Ebene der EU hat diese erst recht nichts zu suchen. Wir stehen für starke und selbständige Nationalstaaten.

 
  
MPphoto
 
 

  Dubravka Šuica (PPE), napisan. ‒ Interreg je ključan instrument za postizanje teritorijalne kohezije kroz podršku brojnih programa i projekata s jakom europskom dodanom vrijednošću, s posebnim utjecajem na 60 europskih pograničnih regija. Ovo izvješće nam daje pregled mjera i dodane vrijednosti europske teritorijalne suradnje, najbolje prakse i doprinose ciljevima strategije Europa 2020.

Projekti prekogranične suradnje pokazuju konkretne rezultate: njima se uklanjaju prepreke za napredak u području sigurnosti, prijevoza, obrazovanja, energije, zdravstva, osposobljavanja i zapošljavanja. Podržavam ovaj prijedlog rezolucije o europskoj teritorijalnoj suradnji – najbolje prakse i inovativne mjere jer smatram da je prekogranična suradnja ključna za napredak graničnih regija.

Međutim, potrebno je osnažiti suradnju između različitih mehanizama financiranja i suradnje poput makroregionalnih strategija te ojačati veze i usklađenost s nacionalnim i regionalnim programima. Države i regije moraju poboljšati suradnju i izraditi zajedničke, integrirane strategije s provedbenim odredbama o mehanizmu za koordinaciju prekograničnih i transnacionalnih programa kojima će se omogućiti bolje koordinirano i dugoročno rješavanje izazova.

 
  
MPphoto
 
 

  Patricija Šulin (PPE), pisno. ‒ Glasovala sem za poročilo o evropskem teritorialnem sodelovanju – najboljša praksa in inovativni ukrepi.

Podpiram evropsko teritorialno sodelovanje, ki je del kohezijske politike in ki prispeva k zmanjšanju vplivov nacionalnih meja, da bi zmanjšali razlike med regijami ter odpravili ovire za naložbe, ki bi delovale čez mejo. Strinjam se s poročilom, ki pravi, da če bi želeli v polnosti izkoristiti potencial evropskega teritorialnega sodelovanja, bi mu morali nameniti več sredstev znotraj kohezijske politike, saj trenutno predstavlja 2,8% proračuna kohezijske politike.

 
  
MPphoto
 
 

  Ελευθέριος Συναδινός (NI), γραπτώς. ‒ Σύμφωνα με την έκθεση, ο πρωταρχικός ρόλος της Ευρωπαϊκής Εδαφικής Συνεργασίας είναι η μείωση της επίδρασης των εθνικών συνόρων, γεγονός το οποίο συνιστά ευθεία απειλή στην εθνική κυριαρχία των κρατών μελών.

 
  
MPphoto
 
 

  Adam Szejnfeld (PPE), na piśmie. ‒ Utworzona 25 lat temu Europejska Współpraca Terytorialna (Interreg) pozostaje kluczowym narzędziem do osiągnięcia spójności terytorialnej między ponad 60 europejskimi regionami przygranicznymi. W ostatnim ćwierćwieczu udało się osiągnąć postępy w wielu kluczowych sektorach jak transport, innowacyjność, wiedza, kultura czy edukacja.

Co więcej, współpraca międzyregionalna pozwoliła miastom i regionom nawiązać współpracę w szerokim zakresie i w różnorodnych obszarach tematycznych, obejmującą wymianę doświadczeń i sprawdzonych rozwiązań, co poprawiło skuteczność wielu regionalnych i lokalnych strategii politycznych.

Mimo tych osiągnięć pozostało wiele przeszkód dla dalszego zbliżenia, jak m.in. rozbieżne przepisy krajowe w dziedzinie zatrudnienia, opieki zdrowotnej i ubezpieczeń społecznych.

W sprawozdaniu właściwie określono obecne problemy współpracy terytorialnej oraz cele, na których powinniśmy się skupić w najbliższych latach. Badania i innowacyjność, wspólne projekty badawcze, tworzenie międzynarodowych uniwersytetów przygranicznych, transgranicznych klastrów i sieci przedsiębiorstw czy wspólne przyciągnięcie zagranicznych inwestorów to wyzwania, którym należy poświęcić szczególnie wiele uwagi.

 
  
MPphoto
 
 

  Claudia Țapardel (S&D), în scris. ‒ Cooperarea teritorială europeană (CTE) reprezintă una dintre componentele esențiale ale Uniunii Europene, izvorâtă din înseși principiile fondatoare ale acesteia. Ea este acoperită, începând cu anul 1990 de inițiativa comunitară Interreg, care, pe lângă colaborarea transfrontalieră, a ajuns să includă, în prezent, cooperarea transnațională și cooperarea interregională (între orașe și regiuni).

CTE aduce o valoare adăugată certă la obiectivele Strategiei Europa 2020 prin îmbunătățirea conectivității regionale, a mobilității și a accesibilității serviciilor (inclusiv în domeniul transporturilor), transferul de cunoștințe și inovare, creșterea competitivității IMM-urilor, marca de calitate și consolidarea identității regionale, contracararea provocărilor legate de mediu, un mai bun management de risc și reacția în caz de dezastre, consolidarea capacității instituționale și a capitalului social, întărirea structurilor rețelelor transfrontaliere și crearea unor noi parteneriate.

Toate aceste dimensiuni contribuie la atenuarea decalajelor de dezvoltare regională din cadrul UE, asigurând o platformă a dezvoltării locale strâns legată de interesele imediate ale cetățenilor europeni. Ele permit, totodată, o susținere corespunzătoare a cercetării și inovației, coordonarea politicilor guvernamentale și simplificarea mecanismelor birocratice.

Pentru toate motivele de mai sus, finanțarea acestei politici trebuie menținută cel puțin la același nivel ca până acum, coroborată cu o mai bună informare a cetățenilor și o vizibilitate crescută.

 
  
MPphoto
 
 

  Marc Tarabella (S&D), par écrit. ‒ J'ai voté en faveur du texte. Les meilleures pratiques comportent une valeur ajoutée manifeste: préparation conjointe d'une proposition d'inscription de la région minière germano-tchèque sur la liste du patrimoine mondial de l'UNESCO [Allemagne (Saxe)-République tchèque]; développement d'activités de tourisme "vert" pour préserver le patrimoine naturel exceptionnel de la région (Allemagne/Bavière-Autriche); développement de stratégies locales basées sur les résultats de projets spécifiques des programmes (Norvège, Suède, Danemark), projet Ramsar Eco NaTour, création d'espaces de loisirs pour les villes urbaines de Vienne et de Bratislava et amélioration de la sensibilisation locale et de la coopération régionale sur le changement climatique et la protection de la biodiversité (Autriche, Slovaquie), etc.

 
  
MPphoto
 
 

  Pavel Telička (ALDE), in writing. ‒ I voted in favour of this report which looked at best practices and innovative measures for European Territorial Cooperation (ETC), an important instrument of cohesion policy designed to solve problems which transcend administrative borders and require common solutions. While the ETC has been proven to be an effective instrument, best practice and particularly innovative measures have the potential to develop the fund even further by encouraging synergies between actors and programmes, reduce the administrative burden on beneficiaries, and simplify the implementation of its programmes. However, the ETC budget of EUR 10.1 billion represents 2.8% of the cohesion policy budget, which does not match the great challenges that ETC has to meet.

 
  
MPphoto
 
 

  Ruža Tomašić (ECR), napisan. ‒ Podržala sam izvješće o europskoj teritorijalnoj suradnji kojemu je cilj uklanjanje preostalih prepreka za ulaganje i prekograničnu suradnju, jačanje kohezije te poticanje gospodarskog i socijalnog razvoja Unije.

Smatram da je europska teritorijalna suradnja iznimno važna za jačanje regionalne suradnje i integracije u otočnim regijama, najudaljenijim regijama, slabo razvijenim regijama te planinskim i ruralnim područjima. Osobito podržavam poziv državama članicama da više koriste integrirana teritorijalna ulaganja (ITI) i lokalni razvoj pod vodstvom zajednice (CLLD), nove alate u kohezijskoj politici.

 
  
MPphoto
 
 

  Romana Tomc (PPE), pisno. ‒ Predlog Evropskega teritorialnega sodelovanja – najboljša praksa in inovativni ukrepi sem podprla.

Evropsko teritorialno sodelovanje je bilo v obdobju 2014 – 2020 preoblikovano, da bi s poudarkom na tematsko osredotočenost in usmerjenost v rezultate doseglo večji učinek in učinkovitejšo uporabo naložb. Evropsko teritorialno sodelovanje pomembno prispeva k povečanju gospodarskih, socialnih in teritorialnih možnosti regij z obravnavanjem in povezovanjem različnih sektorskih politik na teritorialni ravni. Povečati je treba sodelovanje med različnimi mehanizmi financiranja in sodelovanja, kot so makroregionalne strategije, ter okrepiti povezave in skladnost z nacionalnimi in regionalnimi programi.

Države članice in regije bi morale razviti skupne celostne strategije z izvedbenimi določbami za mehanizem usklajevanja med ustreznimi čezmejnimi in transnacionalnimi programi ter njihovim teritorialnim značajem, s čimer se bodo lahko nastali izzivi obravnavali celostno in bolj usklajeno ter z dolgoročnega vidika.

 
  
MPphoto
 
 

  Estefanía Torres Martínez (GUE/NGL), por escrito. ‒ He votado a favor en este informe porque pienso que es crucial disminuir las disparidades entre las regiones fronterizas y fomentar la paz, la estabilidad y la integración regional en estas zonas. Además, este dossier apoya la adaptación social y la movilidad de infraestructuras, con el objetivo de crear un cambio demográfico y fomentar los flujos migratorios. Apoya también la creación de empleos para personas mayores, mujeres y migrantes con el fin de contribuir a una mayor integración social.

 
  
MPphoto
 
 

  Mylène Troszczynski (ENF), par écrit. ‒ Ce rapport vise à renforcer la coopération territoriale dont l’objectif général est de réduire l’influence des frontières nationales au sein de l’Union européenne. Bien que la coopération territoriale puisse favoriser la multiplication des projets transfrontaliers, elle constitue surtout dans ce rapport une étape supplémentaire vers la fédéralisation de l’Union européenne.

J'ai voté CONTRE.

 
  
MPphoto
 
 

  Kazimierz Michał Ujazdowski (ECR), na piśmie. ‒ Rezolucja wskazuje efektywne decyzje podjęte w ramach współpracy terytorialnej w państwach członkowskich i koncentruje się na istotnych planach możliwych do realizacji w przyszłości. Sukces gwarantują: współpraca na polu terytorialnym i komunikacyjnym, zapewnienie konkurencyjności i wspieranie sektora MŚP, osiągnięcia w obszarze badań i innowacji, wspieranie tożsamości regionalnej, spójność terytorialna i zwiększanie potencjału instytucjonalnego i kapitału społecznego. Europejska współpraca terytorialna jest ważnym instrumentem pozytywnie wpływającym na integrację europejską, dlatego zdecydowałem się zagłosować za przyjęciem rezolucji.

 
  
MPphoto
 
 

  István Ujhelyi (S&D), írásban. ‒ 1990-ben közösségi kezdeményezésként létrejött az Interreg, mindössze 1 milliárd eurós költségvetéssel, kizárólag a határokon átnyúló együttműködés támogatására, 11 kedvezményezett tagállammal. Később kiterjesztették a transznacionális és a régióközi együttműködésre is. Voksommal támogattam.

 
  
MPphoto
 
 

  Miguel Urbán Crespo (GUE/NGL), por escrito. – He votado a favor en este informe porque pienso que es crucial disminuir las disparidades entre las regiones fronterizas y fomentar la paz, la estabilidad y la integración regional en estas zonas. Además, este dossier apoya la adaptación social y la movilidad de infraestructuras, con el objetivo de crear un cambio demográfico y fomentar los flujos migratorios. Apoya también la creación de empleos para personas mayores, mujeres y migrantes con el fin de contribuir a una mayor integración social.

 
  
MPphoto
 
 

  Ernest Urtasun (Verts/ALE), in writing. ‒ I voted for as European Territorial Cooperation (ETC) is an important instrument in cohesion policy, designed to tackle challenges that transcend administrative borders, lessen the influence of national borders, and remove obstacles to cooperation and territorial integration. An appropriate budget is needed to meet this crucial tool of European added-value and to re-focus on real cooperation among citizens and actors especially in the closest border areas.

 
  
MPphoto
 
 

  Ivo Vajgl (ALDE), in writing. ‒ I voted in favour of the report on European Territorial Cooperation – best practices and innovative measures. The overarching objective of ETC is to lessen the influence of national borders in order to reduce disparities between regions, removing the remaining obstacles to investment and cooperative working across borders, reinforce cohesion, and promote the harmonious economic, social, cultural and territorial development of the Union as a whole. The report emphasises that efficient cross-border and transnational cooperation makes a geographical area more attractive for trading companies, by using local, regional and cross-border potential, as well as human capital, as effectively as possible. I voted in favour because I believe that cross-border cooperation is a key tool for the development of border regions, which are considered true laboratories of European integration.

 
  
MPphoto
 
 

  Ramón Luis Valcárcel Siso (PPE), por escrito. ‒ La ponente trata con acierto la importante labor que la Cooperación Territorial Europea (Interreg) ha desempeñado en los últimos 25 años a través del apoyo de programas y proyectos europeos con un gran valor añadido. Del mismo modo trata con acierto los retos y desafíos de esta herramienta en el medio y largo plazo de la política de cohesión, incidiendo en la necesidad de seguir promocionando la cooperación interregional a través de la cooperación y coordinación entre autoridades locales, regionales, nacionales y europeas cuando proceda para poder, de este modo, favorecer el incremento de sinergias, del uso de diversos programas europeos, del fomento de la gobernanza multinivel y del intercambio de las buenas prácticas y conseguir de este modo un uso más eficiente del dinero público. Por todo ello creo necesario votar a favor de dicho informe.

 
  
MPphoto
 
 

  Hilde Vautmans (ALDE), schriftelijk. ‒ Ongeveer 38 % van de Europese bevolking woont in een grensstreek. De EU kampt met een ernstige economische, financiële en sociale crisis, die vooral voor vrouwen op alle fronten belemmerend is in deze regio's. Ik stemde voor dit verslag omdat ik van mening ben dat er moet worden gestreefd naar meer coördinatie, synergie en complementariteit tussen grensoverschrijdende en transnationale dossiers. Sommige van deze regio's hebben ook te maken met grote uitdagingen op het gebied van migratie. We vragen om de spoedige tenuitvoerlegging van Interreg-programma's om onder meer de vluchtelingencrisis aan te pakken en te zorgen voor de uitwisseling van beproefde praktijken tussen plaatselijke en regionale autoriteiten in grensgebieden.

 
  
MPphoto
 
 

  Harald Vilimsky (ENF), schriftlich. ‒ Der Bericht stellt fest, dass die ETZ zu einem der beiden gleichwertigen Ziele der Kohäsionspolitik für den Zeitraum 2014-2020 geworden ist. Interregionale Zusammenarbeit ermöglicht Städten und Regionen bei einer Vielzahl verschiedener Probleme zusammenzuarbeiten. Ebenso ermöglicht die ETZ eine verstärkte Zusammenarbeit in dünn besiedelten Gebieten. Der Bericht ist sehr gut ausdifferenziert, und ich habe daher auch zugestimmt.

 
  
MPphoto
 
 

  Daniele Viotti (S&D), per iscritto. ‒Ho votato a favore della relazione sulla cooperazione territoriale europea – migliori prassi e misure innovative. Uno dei principali obiettivi della relazione è quello di richiamare l'interesse degli Stati membri e della Commissione nel preservare l'ETC come strumento significativo e positivo per il processo di integrazione europea, assegnando all'ETC un ruolo fondamentale nell'ambito della politica di coesione post 2020 e aumentando il suo bilancio per il prossimo periodo di programmazione.

 
  
MPphoto
 
 

  Julie Ward (S&D), in writing. ‒ I voted in favour of this report because it calls on the Commission and Member States to work towards preserving ETC as an important and positive instrument for the European integration process, through allocating ETC a more distinct role within Cohesion policy post-2020 and increasing its budget for the next programming period.

 
  
MPphoto
 
 

  Θεόδωρος Ζαγοράκης (PPE), γραπτώς. ‒ Με την παρούσα πρωτοβουλία, την οποία και υποστήριξα, το Ευρωπαϊκό Κοινοβούλιο, συμβάλλει στην δημιουργία ενός ευέλικτου και απλοποιημένου πλαισίου για την υποστήριξη της Ευρωπαϊκής Εδαφικής Συνεργασίας. Στο κείμενο αναδεικνύεται η συμβολή της στην εδαφική συνοχή, η υποστήριξη της έρευνας και της καινοτομίας, ο καλύτερος συντονισμός των πολιτικών και δίνεται ιδιαίτερη σημασία στην ενημέρωση των πολιτών.

 
  
MPphoto
 
 

  Tomáš Zdechovský (PPE), písemně. ‒ Rozhodl jsem se tuto zprávu podpořit, protože evropskou územní spolupráci považuji za jeden z důležitých nástrojů politiky soudržnosti, která pomáhá snižovat rozdíly mezi jednotlivými regiony EU a prosazuje vyvážený územní rozvoj. Evropská územní spolupráce podle mého názoru přispívá ke zlepšení přeshraniční spolupráce a k potenciálu různých území. Zároveň však i podporuje vzdělávání a kulturní výměnu. Z pohledu České republiky mohou být vhodnými partnery pro EUS především výzkumné instituce, vysoké školy a univerzity a malé a střední podniky.

 
  
MPphoto
 
 

  Jana Žitňanská (ECR), písomne ‒ Európska územná spolupráca ako jeden z dvoch cieľov kohéznej politiky poskytuje rámec na implementáciu spojených akcií a výmenu politík medzi národnými, regionálnymi a miestnymi subjektmi z rôznych členských štátov, pričom na všetkých týchto úrovniach zohráva významnú úlohu a v súčasnosti z nej profituje všetkých 28 členských štátov. Cezhraničná spolupráca je vo všeobecnosti kľúčovým nástrojom pri rozvoji pohraničných regiónov. Takisto medziregionálna spolupráca umožňuje mestám a regiónom spolupracovať na mnohých témach. Práve preto si myslím, že Európska územná spolupráca ponúka výraznú európsku pridanú hodnotu a prispieva k stabilite a integrácii. Táto spolupráca je obzvlášť dôležitá v izolovaných regiónoch či riedko osídlených a vidieckych oblastiach, čo správa pani poslankyne Mihaylovovej správne identifikovala, ako aj nabádala, aby bol potenciál tejto územnej spolupráce naplno využívaný. Zo všetkých týchto dôvodov, ako aj z dôvodu vyváženosti správy som sa rozhodla dať jej svoj hlas.

 
  
MPphoto
 
 

  Milan Zver (PPE), pisno. ‒ Glasoval sem za Poročilo o evropskem teritorialnem sodelovanju – najboljša praksa in inovativni ukrepi.

Čezmejno sodelovanje je ključno orodje za razvoj obmejnih regij, ki so pogosto geografsko in demografsko v najbolj neugodnem položaju. Strinjam se s priporočilom, da je treba potencial evropskega teritorialnega sodelovanja še nadalje razviti na področjih, kot so enotni trg, digitalna agenda, zaposlovanje, mobilnost, energetika, raziskave, izobraževanje, kultura, zdravstvo in okolje.

Komisija in države članice naj tako ohranijo evropsko teritorialno sodelovanje kot pomemben instrument ter zanj določijo bolj izrazito vlogo znotraj kohezijske politike po letu 2020 in občutno povečajo proračun.

 

5.3. Onderzoek naar emissiemetingen in de automobielsector (A8-0246/2016 - Pablo Zalba Bidegain, Gerben-Jan Gerbrandy)
Video van de redevoeringen
  

Mündliche Erklärungen zur Abstimmung

 
  
MPphoto
 

  Curzio Maltese (GUE/NGL). – Signor Presidente, onorevoli colleghi, ho votato a favore della relazione intermedia per sostenere il difficile lavoro della commissione d'inchiesta, ma non dobbiamo nasconderci la realtà. In questa commissione sono già entrate in conflitto due tendenze: una, decisa a fare chiarezza su uno scandalo nato in Europa e scoperto in America, in una vicenda che toglie ulteriormente credibilità alle istituzioni europee. L'altra tendenza è quella di annacquare fatti e prove per giungere a un'autoassoluzione conveniente per alcuni gruppi politici.

Occorre, anzitutto, rispondere alle domande dell'opinione pubblica, per esempio: la Commissione era a conoscenza delle discrepanze fra test di laboratorio e test su strada, come ha ammesso lo stesso ex Commissario italiano Tajani? E, se lo sapeva, perché ha taciuto e non ha fatto nulla per anni?

Si tratta della salute e del lavoro dei cittadini europei. Non possiamo tollerare altre ambiguità, tantomeno indulgere in un'omertà che nel mio paese si definisce mafiosa.

 
  
MPphoto
 

  Seán Kelly (PPE). – Mr President, I listened very carefully to the debate here this morning on this issue, and I am pleased to support this report, in which this extremely important committee of inquiry has asked for support on all the measures needed for it to fulfil its mandate. It is important that Parliament gives support to the committee to ensure they can hold hearings, bring the relevant people before them and get the right insights into the automotive-sector emissions scandal from last year. The hearings that the committee has held thus far have managed to provide some very interesting insights, as we heard this morning. I am pleased that it is working to get to the bottom of the scandal.

Ensuring that the rules we make at EU and national level are adhered to is vital, and the fitting of the so-called defeat devices by Volkswagen is a clear breach of those rules. We must ensure that companies who cheat the system are found out and exposed, not least because they undermine our efforts to limit our carbon emissions and to ensure high-quality ambient air for our citizens.

 
  
MPphoto
 

  Marian Harkin (ALDE). – Mr President, I support the Committee of Inquiry in regard to the investigation of emissions in the automotive sector. This work of course is triggered by the Volkswagen scandal, but the European Parliament is not the only place in Europe where Volkswagen’s actions are being questioned.

Despite the fact that the Volkswagen legal team walked out, a case is proceeding in Castlebar court in County Mayo in Ireland on this issue. The case seeks to make public the original expert opinion and technical evidence VW used to develop a fix for the affected engines. The case brings to the fore the fact that there is no mechanism at European level for citizens to take a class action, and that is something we have to deal with. Volkswagen settled on a figure of USD 15 billion in relation to a class action taken in the US. EU citizens deserve no less than US citizens when it comes to defending their rights. So I say well done to those who took the case, and those who decided to hear it in the Castlebar court.

 
  
  

Schriftliche Erklärungen zur Abstimmung

 
  
MPphoto
 
 

  Isabella Adinolfi (EFDD), per iscritto. ‒ La collaborazione tra Stati membri e Commissione è un elemento imprescindibile per il corretto svolgimento dell'inchiesta che verifica una eventuale mala amministrazione, sia a livello europeo che nazionale, nell'applicazione della normativa attualmente in vigore per le emissioni delle autovetture. Per favorire e incentivare questa collaborazione, ho votato positivamente.

 
  
MPphoto
 
 

  Clara Eugenia Aguilera García (S&D), por escrito. ‒ Sin perjuicio de la competencia de los tribunales, el 17 de diciembre de 2015 se constituyó una comisión de investigación sobre las alegaciones de infracción y mala administración en la medición de emisiones en el sector del automóvil.

El alcance de la investigación está limitado por el art. 226 TFUE y la Decisión sobre el derecho de investigación del PE, conforme a los que debe centrarse en investigar el cumplimiento de Comisión y Estados de las obligaciones del Reglamento (CE) n.º 715/2007. Además de recopilar y analizar información sobre la aplicación de la Directiva 2007/46/CE, determinar si tenían pruebas de la utilización de dispositivos de desactivación y formular las recomendaciones que considere necesarias.

Mientras que el informe final tendrá lugar en marzo de 2017, este voto se refiere al informe intermedio que, por su naturaleza, no puede adelantar conclusiones antes de que todos los testigos sean escuchados y se reúnan evidencias bastantes.

Tiene, por tanto, carácter puramente técnico, haciendo hincapié en los aspectos procedimentales. Se recuerdan los principios de trasparencia y de buena cooperación entre instituciones y se solicita a todos los actores involucrados que proporcionen la asistencia necesaria para el cumplimiento del mandato de la Comisión EMIS.

Por todo ello, voto a favor del Informe.

 
  
MPphoto
 
 

  Tim Aker (EFDD), in writing. – We believe that national parliaments should be responsible for all investigations related to maladministration in the application of environmental law.

 
  
MPphoto
 
 

  Louis Aliot (ENF), par écrit. ‒ Je me suis prononcé en faveur du rapport concernant l’enquête sur la mesure des émissions dans le secteur de l'automobile. Ce rapport intermédiaire énonce les méthodes et auditions qui constituent l'enquête du Parlement suite au scandale Volkswagen.

Il s'agit d'un rapport qui encourage les représentants des institutions et les autorités des États membres à collaborer avec loyauté pour que soient réunis tous les éléments nécessaires à une enquête neutre et efficace.

 
  
MPphoto
 
 

  Martina Anderson (GUE/NGL), in writing. ‒ I voted in favour of this motion for resolution, which is the interim report of the Committee of Inquiry that was established in December to investigate alleged contraventions or maladministration in the application of Union law in relation to emission measurements in the automotive sector (Volkswagen scandal). The inquiry is ongoing and the report does not include any conclusions or recommendations. It calls for ongoing support and cooperation for the inquiry by the Commission and national governments, such as providing swifter access to requested documents.

 
  
MPphoto
 
 

  Eric Andrieu (S&D), par écrit. ‒ J’ai voté en faveur de ce texte dont l'objectif est de maintenir la pression sur les États membres et la Commission européenne qui traînent des pieds pour venir s'expliquer devant le Parlement européen. Les résultats des enquêtes menées dans les différents États membres se font aussi toujours attendre.

S’il est important de déterminer les responsabilités des différentes institutions dans le scandale, l’enjeu est aussi d’identifier les dysfonctionnements qui l’ont permis.

La législation européenne définit clairement ce qui est interdit, mais sa mise en œuvre effective et le contrôle de sa bonne application laissent parfois à désirer: la Commission renvoie la balle aux États membres, qui renvoient la balle aux constructeurs, démontrant que l’Europe manque cruellement d’un cadre global cohérent pour garantir le respect des normes qui limitent la pollution. Si l’Europe est capable de produire une législation pour un contrôle harmonisée pour les chemins de fer, elle devrait pouvoir le faire pour les automobiles.

Nous restons mobilisés avec la révision imminente du cadre européen d’homologation des véhicules: définir et faire respecter des normes d'émissions polluantes exigeantes est une priorité. Il s'agit de sauver des vies!

 
  
MPphoto
 
 

  Laima Liucija Andrikienė (PPE), in writing. ‒ I have voted in favour of the interim report on the inquiry into emission measurements in the automotive sector. The report encourages the Committee of Inquiry to pursue its work and to implement fully the mandate given by Parliament in its decision of 17 December 2015; it asks the Conference of Presidents and the Bureau to support all measures needed to enable the Committee of Inquiry to fulfil its mandate. The interim report asks the Commission to ensure prompt support and full transparency in assisting the work of the Committee of Inquiry, and requires that the governments, parliaments and competent authorities of Member States assist the Committee of Inquiry in its tasks with full respect for the principle of loyal cooperation established in the Union law. I fully support the approach taken and look forward to the hearings to take place later this year.

 
  
MPphoto
 
 

  Νίκος Ανδρουλάκης (S&D), γραπτώς. ‒ Ψήφισα υπέρ της ενδιάμεσης έκθεσης σχετικά με την εξέταση των μετρήσεων εκπομπών στην αυτοκινητοβιομηχανία, διότι υπενθυμίζει την αρχή της καλής συνεργασίας μεταξύ των θεσμικών οργάνων, επιμένει στην πλήρη διαφάνεια και τέλος ζητά απ’ όλους τους εμπλεκόμενους φορείς να παράσχουν την απαιτούμενη βοήθεια για την εκπλήρωση της αποστολής της επιτροπής ΕΜΙS.

 
  
MPphoto
 
 

  Pascal Arimont (PPE), schriftlich. ‒ Im Zuge der Enthüllungen um manipulierte Abgastests bei Dieselautos hat das EU-Parlament einen Untersuchungsausschuss zu Emissionsmessungen in der Automobilindustrie (EMIS) eingesetzt.

Dieser EMIS-Ausschuss untersucht, ob die EU-Kommission oder nationale Beamte von dem Betrug wussten oder zumindest einen Verdacht hegten, bevor diese rechtswidrige Praxis in den USA entdeckt wurde, und warum sie angesichts der Unterschiede bei den verschiedenen Messarten sich des Problems nicht – bewusst oder unbewusst – aktiver angenommen haben. Dem Parlament wurde nun der Zwischenbericht des Ausschusses vorgelegt.

Ich habe dem Text zugestimmt, da ich eine vollständige Aufklärung dieser Angelegenheit uneingeschränkt unterstütze und mir Maßnahmen wünsche, die solche Praktiken auf Kosten des Verbrauchers in Zukunft gänzlich verhindern. Ich unterstütze daher ebenfalls die Forderung an die Kommission nach einer transparenten und loyalen Zusammenarbeit sowie der Bereitstellung dringend zusätzlich angeforderter Informationen.

 
  
MPphoto
 
 

  Marie-Christine Arnautu (ENF), par écrit. ‒ En 2015, les révélations de chercheurs américains concernant des logiciels de trucage permettant de masquer les émissions de dioxyde d’azote des moteurs diesel entraînèrent le scandale Volkswagen. Ce procédé permettait au premier constructeur automobile mondial d’exporter aux États-Unis en dépit des strictes limites d’émission de dioxyde d’azote.

Le 17 décembre 2015, une commission d’enquête afin d’examiner les allégations d’infraction au droit de l’Union ou de mauvaise administration dans l’application de celui-ci était créée au Parlement européen.

Ce rapport intermédiaire énonce la méthode et les auditions qui constituent l’enquête du Parlement sur les émissions dans le secteur de l’automobile. Les auditions proprement dites se poursuivront «jusqu’à l’automne 2016», après quoi les députés travailleront à la rédaction du rapport final.

Ce texte bref et très neutre encourage la commission d’enquête à poursuivre ses travaux, invite la Conférence des présidents ainsi que la Commission et les autorités des États membres à collaborer avec loyauté, pour qu’aucun élément de l’enquête n’échappe à la commission.

J’ai donc voté en faveur de ce texte.

 
  
MPphoto
 
 

  Jonathan Arnott (EFDD), in writing. ‒ In the interests of transparency and democracy I voted against this report. I believe that national parliaments should be responsible for all investigations related to maladministration in the application of environmental law. Although the report is broadly OK I oppose it because it urges Member States too assist the EU Committee of Inquiry. I think the UK automotive industry has been through enough already.

 
  
MPphoto
 
 

  Zigmantas Balčytis (S&D), raštu. ‒ 2015 m. gruodžio 17 d. Europos Parlamentas, siekdamas ištirti įtariamus pažeidimus ar netinkamą administravimą įgyvendinant Sąjungos teisę dėl išmetamųjų teršalų matavimų automobilių įkūrė Tyrimo komitetą, kuris sudarytas iš 45 Parlamento narių. Pritariu raginimui, kad Tyrimo komitetas privalo tęsti savo darbą ir visapusiškai įgyvendinti savo įgaliojimus.

 
  
MPphoto
 
 

  Gerard Batten (EFDD), in writing. ‒ We believe that national parliaments should be responsible for all investigations related to maladministration in the application of environmental law.

 
  
MPphoto
 
 

  Nicolas Bay (ENF), par écrit. ‒ J’ai voté en faveur de ce texte qui encourage la commission d’enquête à poursuivre ses travaux, qui consistent à examiner les allégations d’infraction au droit de l’Union concernant le premier constructeur automobile mondial Volkswagen, lequel aurait utilisé des logiciels de trucage pour masquer les émissions de dioxyde d’azote afin d’exporter en plus grande quantité aux États-Unis.

 
  
MPphoto
 
 

  Hugues Bayet (S&D), par écrit. ‒ Suite au scandale relatif à la falsification des tests anti-pollution des voitures Volkswagen en septembre 2015, le Parlement européen a décidé de constituer une commission d'enquête sur les allégations d’infraction au droit de l’Union en ce qui concerne la mesure des émissions dans le secteur de l’automobile composée de 45 membres et chargée d'examiner ces allégations d'infraction.

Pour d’évidentes raisons environnementales et de santé publique, mais également pour de simples raisons d’honnêteté envers les citoyens et de concurrence loyale entre constructeurs, nous ne pouvons accepter l’idée que des acteurs économiques se sentent autorisés à falsifier leurs émissions au vu d’une éventuelle insuffisance des contrôles ou d’une mauvaise application du droit de l’Union en la matière.

Convaincu de la nécessité d’envoyer un message fort et de pouvoir améliorer les législations en vigueur pour prévenir ce genre de comportement à l’avenir, j’ai voté en faveur de ce rapport intermédiaire de la commission d’enquête qui encourage la commission d'enquête à poursuivre ses travaux et à remplir son mandat et apporte son soutien à toutes les actions et initiatives visant à l'accomplissement de ce dernier.

 
  
MPphoto
 
 

  Beatriz Becerra Basterrechea (ALDE), por escrito. ‒ Es necesario continuar con el avance en la investigación por parte de la comisión parlamentaria sobre Medición de las Emisiones en el Sector del Automóvil para valorar los aspectos más políticos del escándalo Volkswagen. Además, estamos estudiando actualizar la normativa existente en la Unión para asegurar que las mediciones son más cercanas a las circunstancias reales de conducción.

La comisión parlamentaria que investiga las mediciones de las emisiones de los coches, determina que el fabricante alemán y sus filiales tienen que acometer la revisión de 8,5 millones de unidades en Europa, 2,4 millones de ellas solo en Alemania. En el informe se denuncia la falta de cooperación de los Estados miembros para esclarecer cómo se pudo producir este fraude a los consumidores. La propia Comisaria europea de Mercado Interior, Elzbieta Bienkowska, ha anunciado la intención de abrir expedientes a aquellos estados miembros que incumplieron sus obligaciones de control por no tomar las medidas sancionadoras pertinentes.

 
  
MPphoto
 
 

  Brando Benifei (S&D), per iscritto. ‒ A seguito degli scandali verificatisi in seguito alle rivelazioni sui dispositivi truccati utilizzati per ridurre le emissioni inquinanti durante i test ufficiali sulle auto, il Parlamento europeo ha deciso di costituire, lo scorso dicembre, una commissione d'inchiesta. L'obiettivo è quello di esaminare le denunce di infrazione e di cattiva amministrazione nell'applicazione della legislazione dell'Unione sulla misurazione delle emissioni nel settore automobilistico. La commissione EMIS ha iniziato i propri lavori a marzo, stabilendo un calendario preciso in vista della relazione finale prevista per la primavera 2017.

La relazione interlocutoria presentata oggi al Parlamento, che ho deciso di sostenere con il mio voto, invita la commissione d'inchiesta a proseguire il proprio lavoro, appoggiando tutte le azioni e le iniziative volte a garantire l'espletamento del suo mandato. Il testo chiede agli Stati membri e alla Commissione di fornire tutto il sostegno tecnico e politico necessario e invita in particolare la Commissione a presentare rapidamente la documentazione richiesta relativa alle misurazioni delle emissioni dei veicoli, compresi il lavoro svolto dal Centro comune di ricerca (CCR) e tutte le registrazioni delle attività dei vari gruppi di esperti che si occupano di legislazione in materia di procedure di omologazione veicoli.

 
  
MPphoto
 
 

  Xabier Benito Ziluaga (GUE/NGL), por escrito. ‒ He votado a favor dado que la Resolución insta a la comisión de investigación sobre la Medición de las Emisiones en el Sector del Automóvil, a raíz del escándalo de VW, a que ponga en práctica plenamente el mandato impartido por el Parlamento en su Decisión de 17 de diciembre de 2015.

Pide a la Conferencia de Presidentes y a la Mesa que apoyen todas las medidas necesarias, particularmente, en lo que respecta a la autorización de audiencias y reuniones extraordinarias, el reembolso de los gastos de expertos y testigos, las misiones y cualquier otro medio técnico debidamente justificado.

Solicita a la Comisión Europea que garantice un apoyo inmediato y la plena transparencia, proporcionando todo el apoyo político y técnico posible, concretamente presentando con mayor prontitud la documentación que se le solicite; espera la plena colaboración de los comisarios y de las direcciones generales pertinentes, tanto de los que se encuentran actualmente en funciones como de aquellos que lo estuvieron durante mandatos anteriores.

Pide a los Gobiernos, Parlamentos y autoridades competentes de los Estados miembros que asistan a la comisión de investigación en su labor con pleno respeto del principio de cooperación leal establecido en el Derecho de la Unión.

 
  
MPphoto
 
 

  Izaskun Bilbao Barandica (ALDE), por escrito. ‒ He apoyado este informe porque estoy de acuerdo con tres cuestiones básicas que contiene: reclamar más información a la Comisión y mejorar la colaboración con ella, reforzar los aspectos preventivos de este trabajo sobre emisiones, para evitar que un caso así pueda repetirse y examinar también las responsabilidades en que han incurrido los Estados miembros que no pueden desconocer que buena parte de las funciones inspectoras les competen.

 
  
MPphoto
 
 

  Dominique Bilde (ENF), par écrit. ‒ J’ai soutenu ce rapport intermédiaire qui détaille la méthode et le calendrier pour cette commission spéciale relative à l’enquête sur la mesure des émissions dans le secteur de l’automobile.

Rappelons-le, cette commission a été créée à la suite du scandale Volkswagen révélant la «fraude» du premier constructeur automobile à des fins d’exportation.

Ce rapport n’évoque pas le fond puisque les députés travailleront jusqu’à la fin de l’année sur le rapport final. Aussi, je ne peux que soutenir la volonté affichée des rapporteurs à un véritable travail de coopération entre la Commission et les autorités compétentes des États membres, afin de faire toute la lumière sur cette affaire.

 
  
MPphoto
 
 

  Mara Bizzotto (ENF), per iscritto. ‒ La relazione fa il punto sui progressi nelle attività svolte dalla commissione di inchiesta sulla misurazione delle emissioni nel settore automobilistico e illustra puntualmente il programma di lavoro futuro. Ritengo che il testo sia chiaro, condivisibile e privo di criticità, per questo ho inteso sostenerlo col mio voto.

 
  
MPphoto
 
 

  José Blanco López (S&D), por escrito. ‒ Sin perjuicio de la competencia de los tribunales, el 17 de diciembre de 2015 se constituyó una Comisión de Investigación sobre la Medición de las Emisiones en el Sector del Automóvil.

El alcance de la investigación está limitado por el artículo 226 del TFUE y la Decisión sobre el derecho de investigación del PE, conforme a los que debe centrarse en investigar el cumplimiento por parte de la Comisión y los Estados de las obligaciones del Reglamento (CE) n.º 715/2007. Además de recopilar y analizar información sobre la aplicación de la Directiva 2007/46/CE, debe determinar si tenían pruebas de la utilización de dispositivos de desactivación y formular las recomendaciones que considere necesarias.

Dado que el informe final se presentará en marzo de 2017, este voto se refiere al informe provisional que, por su naturaleza, no puede adelantar conclusiones antes de que todos los testigos sean escuchados y se reúnan evidencias bastantes.

Tiene, por tanto, carácter puramente técnico, ya que hace hincapié en los aspectos procedimentales. Se recuerdan los principios de transparencia y de buena cooperación entre instituciones y se solicita a todos los actores involucrados que proporcionen la asistencia necesaria para el cumplimiento del mandato de la Comisión EMIS.

Por todo ello, voto a favor del informe.

 
  
MPphoto
 
 

  Vilija Blinkevičiūtė (S&D), raštu. ‒ Balsavau dėl šio pranešimo, nes juo Parlamentas pasisakė dėl išmetamųjų teršalų automobilių sektoriuje matavimo tyrimų. Europos Parlamentas 2015 m. nusprendė sudaryti Tyrimo komitetą, kuris tirtų įtariamus pažeidimus įgyvendinant Sąjungos teisę išmetamųjų teršalų matavimų automobilių sektoriuje srityje, ir nusprendė, kad šis komitetas pateiks rekomendacijas, kurias manys esant reikalingas šiuo klausimu.

Šiuo pranešimu Parlamentas prašo Komisiją užtikrinti skubią paramą ir visišką skaidrumą padedant Tyrimo komitetui vykdyti darbą, visapusiškai atsižvelgiant į lojalaus bendradarbiavimo principą, teikiant visokeriopą galimą techninę ir politinę paramą, ypač greičiau pateikiant reikalaujamus dokumentus. Parlamentas taip pat prašo valstybes nares visapusiškai laikantis lojalaus bendradarbiavimo principo teikti Tyrimo komitetui būtiną techninę ir politinę paramą, visų pirma sudarant Komisijai galimybę greičiau pateikti reikalaujamus dokumentus ir, jei dokumentams pateikti reikia valstybių narių sutikimo, paskubinant savo tokio sutikimo suteikimo vidaus procedūras.

 
  
MPphoto
 
 

  Franc Bogovič (PPE), napisan. ‒ Aktivnosti odbora EMIS su bile u skladu s mandatom i prihvaćenom metodologijom rada, posebno u organizaciji saslušanja svjedoka i stručnjaka, što je temeljna aktivnost odbora. Svim članovima odbora EMIS omogućena je dostupnost svih iskaza svjedoka i stručnjaka preko internetske stranice, što doprinosi tome da se sve relevantne informacije uzmu u obzir u završnom izvješću odbora.

Istražne radnje u prikupljanju pisane dokumentacije provedene su detaljno i sveobuhvatno kroz uključivanje najšireg kruga relevantnih institucija. Omogućena je transparentnost u radu i dostupnost u prikupljanju dokaza, postavljanjem posebne internetske stranice odbora. U daljnjem radu, uz poštovanje načela odane saradnje, odboru EMIS treba pružiti svu moguću tehničku i političku podršku od strane nadležnih institucija, zato sam na sjednici glasao za potvrdu izvješća.

 
  
MPphoto
 
 

  Biljana Borzan (S&D), napisan. ‒ Skandal s ispušnim plinovima je zapravo napad na zdravlje i potrošačka prava građana te ekonomiju Europske unije i država članica. „Štelalo” se ispuštanje dušičnih oksida koji su posebno štetni za jetru, pluća i krvnu sliku građana. Varalo ih se s prodajom skupljih automobila koji su navodno bili manje štetni za okoliš. Podržavam ovaj izvještaj i nadam se da će rad EMIS-a pridonijeti rasvjetljavanju afere i sprječavanju novih.

 
  
MPphoto
 
 

  Marie-Christine Boutonnet (ENF), par écrit. ‒ Il est en effet particulièrement judicieux de s’interroger sur les pratiques des constructeurs automobiles en matière de rejets de dioxyde de carbone et sur les éventuelles tricheries des constructeurs par rapport aux contrôles en la matière.

Ce rapport qui encourage la commission d’enquête nommée à cet effet à poursuivre ses travaux invitant la commission et les États membres à collaborer avec loyauté va dans le bon sens.

J'ai par conséquent voté pour ce texte.

 
  
MPphoto
 
 

  Renata Briano (S&D), per iscritto. ‒ Il 16 dicembre 2015 il Parlamento europeo ha deciso di istituire una commissione d'inchiesta incaricata di indagare sui casi di infrazione e di cattiva amministrazione nell'applicazione del diritto dell'Unione in relazione alla misurazione delle emissioni nel settore automobilistico. La commissione d'inchiesta è stata istituita a seguito della rivelazione che il gruppo Volkswagen aveva eluso i limiti delle emissioni di NOx (ossidi di azoto) per i veicoli diesel. Il suo mandato deve essere rispettato ed è importante che i cittadini europei siano informati sull'accaduto e che venga appurata la verità. Le leggi devono essere uguali per tutti e chi ha sbagliato deve renderne conto, sia per il principio di giustizia che per non incrinare la fiducia dei cittadini nel ruolo imparziale di garanzia e di controllo svolto dalle Istituzioni.

 
  
MPphoto
 
 

  Steeve Briois (ENF), par écrit. ‒ Le 18 septembre 2015 éclatait le scandale Volkswagen, suite aux révélations de chercheurs américains concernant des logiciels de trucage permettant de masquer les émissions de dioxyde d’azote des moteurs diesel.

Ce procédé permettait au premier constructeur automobile mondial d’exporter aux États-Unis en dépit des strictes limites d’émission de dioxyde d’azote. Le Parlement avait alors décidé le 17 décembre 2015 de former une commission d’enquête afin d’examiner les allégations d’infraction au droit de l’Union.

Ce rapport intermédiaire détaille la méthode de l’enquête du Parlement sur les émissions dans le secteur automobile. Ce n’est qu’après la clôture des auditions, au courant de l’automne 2016, que les députés européens s’attèleront à la rédaction du rapport final.

J’ai voté en faveur de ce rapport qui encourage simplement la commission d’enquête à poursuivre ses travaux et qui invite la Conférence des présidents ainsi que la Commission et les autorités des États membres à collaborer afin qu’aucun élément de l’enquête n’échappe à la Commission.

 
  
MPphoto
 
 

  Daniel Buda (PPE), în scris. ‒ Constituirea unei comisii de anchetă care să investigheze presupusele contravenții sau cazuri de administrare defectuoasă în aplicarea legislației Uniunii în ceea ce privește măsurarea emisiilor în sectorul autovehiculelor reprezintă o inițiativă oportună în vederea asigurării protecției mediului, cât și a monitorizării cu atenție a legislației în vigoare.

Activitatea acestei comisii de anchetă este una complexă și se bazează pe colectarea și analizarea de informații în vederea stabilirii dacă statele membre aveau la dispoziție dovezi privind folosirea dispozitivelor de manipulare, precum și informații referitoare la punerea în aplicare de către statele membre a Directivei 2007/46/CE.

Salut acest raport interimar referitor la Ancheta privind măsurarea emisiilor în sectorul autovehiculelor deoarece am convingerea că rezultatele anchetei vor contribui la îmbunătățirea cadrului de omologare tip al Uniunii Europene, iar acțiunile acestei Comisii vor contribui la respectarea legislației în vigoare cu privire la măsurarea emisiilor în sectorul autovehiculelor.

 
  
MPphoto
 
 

  Soledad Cabezón Ruiz (S&D), por escrito. ‒ Sin perjuicio de la competencia de los tribunales, el 17 de diciembre de 2015 se constituyó una comisión de investigación sobre las alegaciones de infracción y mala administración en la medición de emisiones en el sector del automóvil.

El alcance de la investigación está limitado por el art. 226 TFUE y la Decisión sobre el derecho de investigación del PE, conforme a los que debe centrarse en investigar el cumplimiento de Comisión y Estados de las obligaciones del Reglamento (CE) n.º 715/2007. Además de recopilar y analizar información sobre la aplicación de la Directiva 2007/46/CE, determinar si tenían pruebas de la utilización de dispositivos de desactivación y formular las recomendaciones que considere necesarias.

Mientras que el informe final tendrá lugar en marzo de 2017, este voto se refiere al informe intermedio que, por su naturaleza, no puede adelantar conclusiones antes de que todos los testigos sean escuchados y se reúnan evidencias bastantes.

Tiene, por tanto, carácter puramente técnico, haciendo hincapié en los aspectos procedimentales. Se recuerdan los principios de trasparencia y de buena cooperación entre instituciones y se solicita a todos los actores involucrados que proporcionen la asistencia necesaria para el cumplimiento del mandato de la Comisión EMIS.

Por todo ello, voto a favor del Informe.

 
  
MPphoto
 
 

  Nicola Caputo (S&D), per iscritto. ‒ Con il voto di oggi mi sono espresso in favore della relazione interlocutoria sul lavoro svolto finora dalla commissione d’inchiesta istituita dal Parlamento europeo all'indomani dello scandalo Volkswagen sulle violazioni delle norme comunitarie in materia di misurazioni delle emissioni di auto.

La commissione d'inchiesta lavorerà per un anno (siamo a metà del suo mandato), con compito di indagare sul presunto inadempimento di verifica dei cicli di prova utilizzati da parte Commissione, sulla presunta mancata adozione da parte della Commissione e delle autorità degli Stati membri di misure appropriate per rendere effettiva l'applicazione dell'esplicito divieto di "impianti di manipolazione" e sulla presunta omissione della Commissione nell'introduzione di prove che riflettano le condizioni reali di guida.

L'Unione europea è leader a livello mondiale nella lotta all'inquinamento ambientale. Basti pensare al ruolo propulsivo che ha giocato nel raggiungimento dell’accordo di Parigi sul clima o a quello che sta giocando in seno all’ICAO per un estensione dello schema ETS a livello mondiale. La credibilità dell'Unione europea agli occhi del mondo dipende anche, e molto, da questa inchiesta.

 
  
MPphoto
 
 

  Matt Carthy (GUE/NGL), in writing. ‒ I voted in favour of this motion for resolution, which is the interim report of the Committee of Inquiry that was established in December to investigate alleged contraventions or maladministration in the application of Union law in relation to emission measurements in the automotive sector (Volkswagen scandal). The inquiry is ongoing and the report does not include any conclusions or recommendations. It calls for ongoing support and cooperation for the inquiry by the Commission and national governments, such as providing swifter access to requested documents.

 
  
MPphoto
 
 

  David Casa (PPE), in writing. ‒ I voted in favour of this report as it sets out the need for cooperation from all those entities involved in order to be able to implement its mandate effectively. Amongst others it asks the Commission to ensure prompt support and full transparency in assisting the work of the Committee of Inquiry, in particular through swifter submission of requested documentation; expects full cooperation from the relevant current Commissioners and Directorate-Generals as well as from those who were in charge during past terms. It asks the Member States, to provide the Committee with the necessary technical and political support, by enabling the Commission to submit documents that are requested more swiftly and, if necessary by accelerating their internal proceedings for the granting of such consent.

 
  
MPphoto
 
 

  Fabio Massimo Castaldo (EFDD), per iscritto. ‒ La relazione in esame è la relazione di metà termine con cui la commissione speciale d'inchiesta EMIS informa il Parlamento sull'avanzamento dei lavori. Non vi è alcun riferimento diretto al merito dell'inchiesta – ovvero la verifica delle condizioni in cui l'UE e gli Stati membri stanno applicando la normativa in materia di controllo delle emissioni delle autovetture –, ma la relazione richiama Stati membri e Commissione a una piena collaborazione nel fornire tutte le informazioni utili all'inchiesta. Ho votato senza dubbio a favore.

 
  
MPphoto
 
 

  Caterina Chinnici (S&D), per iscritto. ‒ Credo che il lavoro della commissione d'inchiesta sulla misurazione delle emissioni nel settore automobilistico (EMIS) sia indispensabile per esaminare le presunte infrazioni al diritto dell'Unione o i casi di cattiva amministrazione in materia di misurazione delle emissioni nel settore automobilistico.

I recenti scandali che hanno investito il mercato automobilistico e intaccato la fiducia dei consumatori europei ci impongono di stabilire se la Commissione e gli Stati membri fossero a conoscenza dell'utilizzo di impianti di manipolazione e altresì di raccogliere dati attendibili sull’applicazione della direttiva da parte degli Stati membri.

Ho ritenuto di votare a favore della relazione intermedia poiché auspico che la commissione d'inchiesta prosegua i suoi lavori e porti a compimento il mandato che le è stato affidato. A tal fine, la relazione invita la Commissione europea ad assicurare tutto il sostegno tecnico e politico ai membri di EMIS in piena trasparenza. Infine, credo che i governi, i parlamenti nazionali e le autorità competenti degli Stati membri debbano collaborare con la commissione d'inchiesta nello svolgimento dei suoi compiti, nel pieno rispetto del principio di leale cooperazione.

 
  
MPphoto
 
 

  Λευτέρης Χριστοφόρου (PPE), γραπτώς. ‒ Στηρίζουμε την έκθεση και χαιρετίζουμε τη διαφάνεια για το κοινό σε σχέση με τις εργασίες τις επιτροπής, με την επιφύλαξη της διατήρησης της εμπιστευτικότητας, όπου απαιτείται, καθώς μέσω του ειδικού ιστότοπου της επιτροπής EMIS, τα μέλη της επιτροπής και το κοινό μπορούν να βρουν εκεί όλες τις σχετικές πληροφορίες που συνδέονται με το έργο της επιτροπής.

 
  
MPphoto
 
 

  Κώστας Χρυσόγονος (GUE/NGL), γραπτώς. ‒ Η ενδιάμεση έκθεση σχετικά με την εξέταση των μετρήσεων εκπομπών στην αυτοκινητοβιομηχανία, την οποία ψηφίσαμε σήμερα, αποτελεί ένα από τα βήματα που καλούμαστε να κάνουμε ώστε να αναβαθμίσουμε το ρυθμιστικό πλαίσιο σε έναν πολύ σημαντικό τομέα, όπως αυτός των εκπομπών ρύπων. Μετά τις αποκαλύψεις προ ολίγων μηνών σχετικά με παραποιημένα αποτελέσματα εκπομπών στην αυτοκινητοβιομηχανία, θεωρώ πως η έκθεση αυτή αποτελεί μια ορθή προσπάθεια διόρθωσης των προβλημάτων και των ελλείψεων που υπάρχουν. Γι’ αυτό και ψήφισα θετικά.

 
  
MPphoto
 
 

  Alberto Cirio (PPE), per iscritto. ‒ Voto a favore dell'assegnazione di maggiore supporto alla commissione d'inchiesta per le emissioni nel settore automobilistico, data la gravità e la rilevanza rappresentata da questo delicato tema per l'Europa, per i suoi cittadini e per le sue industrie. Ci troviamo in un momento storico ove la crescita non può non essere che sostenibile, dunque pregna di risvolti su tutti: dagli stockholders ai cittadini, dai lavoratori all'ambiente. Per consentire un'evoluzione efficace, è necessario accertare l'entità del fenomeno emissivo e i suoi lasciti multilivello.

Di fronte agli scandali emersi si rende, orbene, quanto più necessario accelerare il flusso di informazioni e documenti tra Parlamento e Stati membri per assicurare trasparenza e giustizia. Pur essendo fermamente convinto di tale esigenza, spero che questa collaborazione tra organismi europei e nazionali si sviluppi entro i confini del rispetto per le diverse giurisdizioni e delle relative competenze. In attesa della relazione finale, calendarizzata per il 2 marzo 2017, mi auguro che l'esito dell'inchiesta possa far luce al più presto sui comportamenti giusti e sbagliati per evitare in futuro il ripetersi di situazioni dannose per i cittadini.

 
  
MPphoto
 
 

  Deirdre Clune (PPE), in writing. ‒ I supported the report on the Inquiry into emission measurements in the automotive sector and noted no objections.

 
  
MPphoto
 
 

  Carlos Coelho (PPE), por escrito. ‒ No seguimento das denúncias feitas, em setembro de 2015, pela Agência de Proteção Ambiental dos Estados Unidos (EPA) de que o grupo Volkswagen fabricava veículos capazes de enganar os controlos de poluição, o Parlamento Europeu decidiu, em 17 de dezembro de 2015, constituir uma comissão de inquérito para investigar as alegadas contravenções ou a má administração na aplicação do direito comunitário em relação à medição das emissões no setor automóvel.

O objetivo do presente relatório intercalar da Comissão EMIS consiste em fornecer uma panorâmica geral das atividades da Comissão desde a sua constituição a 2 de março de 2016 e uma perspetiva sobre o próximo plano de trabalho sobre a primeira metade do mandato da Comissão.

Felicito a Comissão por ter cumprido o prazo estabelecido para a apresentação deste relatório preliminar, bem como pela criação de um sítio Web onde os membros e o público podem obter todas as informações pertinentes relacionadas com as atividades da Comissão, contribuindo para que o trabalho da Comissão seja o mais transparente possível, sem prejuízo, sempre que necessário, da preservação da confidencialidade.

 
  
MPphoto
 
 

  Therese Comodini Cachia (PPE), in writing. – There are alleged failures in the application of Union law in relation to emission measurements in the automotive sector which need to be investigated. I agree that the results of the ongoing investigation could bring added value to the Union’s type-approval framework support all measures needed to enable the Committee of Inquiry to fulfil its mandate.

 
  
MPphoto
 
 

  Javier Couso Permuy (GUE/NGL), por escrito. ‒ Me he abstenido en esta resolución porque aun no pudiendo oponerme a su contenido, la misma carece de significación política. Es mi opinión que las informaciones conocidas sobre el escándalo de las emisiones (y en particular, el escándalo que supone la revelación que las regulaciones europeas fueron implementadas para permitir graves discrepancias entre las emisiones reales y ficticias, por lo que muchos sistemas de manipulación de emisiones análogos al software desarrollado por Volskwagen-Bosch eran utilizados legalmente con la aprobación y el conocimiento de las autoridades nacionales y europeas) deberían haberse visto reflejadas en el mismo, en lugar de esperar otros seis meses para presentar las conclusiones finales.

 
  
MPphoto
 
 

  Andi Cristea (S&D), în scris. ‒ În data de 17 decembrie 2015, Parlamentul European a instituit o comisie care să ancheteze presupusurile cazuri de administrare defectuoasă în aplicarea legislației UE în ceea ce privește emisiile din sectorul autovehiculelor. Comisia colectează și analizează informațiile pentru a determina dacă statele membre aveau dovezi privind folosirea dispozitivelor de manipulare.

Am votat pentru includerea reuniunilor suplimentare la Bruxelles și Strasbourg, pentru schimbul de opinii și pentru continuarea investigațiilor în cazul emisiilor din sectorul autovehiculelor.

 
  
MPphoto
 
 

  Edward Czesak (ECR), na piśmie. ‒ W pełni popieram treść sprawozdania śródokresowego dotyczącego pomiarów emisji w sektorze motoryzacyjnym. Cieszy mnie fakt, że zgodnie z obietnicami sprawozdanie ma w pełni techniczny, a nie polityczny wymiar. Skupia się na konieczności współpracy pomiędzy organami unijnymi (Konferencją Przewodniczących, Prezydium PE, Komisją Europejską) i organami narodowymi każdego państwa członkowskiego.

Uważam, że należy popierać sprawozdania, które skupiają się na ważnych aspektach życia, dlatego też zagłosowałem za.

 
  
MPphoto
 
 

  Miriam Dalli (S&D), in writing. ‒ Following the outbreak of the Volkswagen scandal, the European Parliament set up the Committee of Inquiry into the Emission Measurements of the Automotive Sector. This report represents the committee’s first six months of work. The report pushes for transparency and asks for assistance from actors involved. Together with my colleagues of the EMIS committee, I have been working to reform the emission measurements in the automotive sector while also ensuring that Europeans’ health is safeguarded. I believe that as the work of this committee progresses, more evidence is collected and the picture becomes more clear, these elements are crucial to have effective and reliable emissions measurements which is crucially important in safeguarding the health of our citizens. This is why I have voted in favour of this report, which will be a stepping stone into the second half of the inquiry committee’s mandate.

 
  
MPphoto
 
 

  Daniel Dalton (ECR), in writing. ‒ Whilst we must await the eventual final outcome of the EMIS Committee’s investigation I can support this interim technical summary of progress made so far.

 
  
MPphoto
 
 

  Nicola Danti (S&D), per iscritto. ‒ Dopo oltre sei mesi dall'istituzione della commissione d'inchiesta, decisa nel dicembre del 2015 in seguito alla scoperta dello scandalo "Dieselgate", il Parlamento europeo ha approvato oggi la relazione interlocutoria sulla misurazione delle emissioni nel settore automobilistico.

Il lavoro che ci aspetta nei prossimi mesi sarà quello di andare ancora più a fondo, per fare piena luce sulle responsabilità tecniche e politiche e quindi poter correggere le lacune che negli ultimi anni hanno consentito non soltanto l'utilizzo di dispositivi di manipolazione, ma anche il continuo superamento dei limiti di emissioni dei veicoli a motore previsto dal diritto comunitario. Sono fiducioso e convinto che i risultati dell'indagine in corso potranno apportare un valore aggiunto e costituire una base per definire quadro normativo europeo più stringente, integrato e soprattutto trasparente.

Adesso dobbiamo guardare al futuro e essere capaci di ripristinare regole europee che finalmente garantiscano un livello adeguato per la salute e la sicurezza dei cittadini europei, in modo da riconquistarne la piena fiducia. Non possiamo assolutamente consentire che si ripeta una frode di tale portata e che il comportamento sleale di alcune case automobilistiche possa danneggiare milioni di consumatori e cittadini europei.

 
  
MPphoto
 
 

  Michel Dantin (PPE), par écrit. ‒ Ce rapport d’initiative présente un bilan à mi-parcours de la commission d’enquête sur la mesure des émissions dans le secteur de l’automobile (commission EMIS), dont je suis membre suppléant.

Cette commission a été créée en mars dernier, suite au scandale Volkswagen, afin de faire toute la lumière sur le dépassement des limites d’émissions des véhicules en Europe.

Les corapporteurs des groupes PPE et ALDE font état des travaux menés durant les six premiers mois, au cours desquels 37 auditions de représentants politiques, représentants du secteur de l’automobile et membres de la société civile ont été menées.

Le rapport présente également le programme de travail jusqu’au printemps 2017, date à laquelle nous présenterons nos conclusions. Soutenant ces objectifs, j’ai soutenu ce rapport intérimaire.

 
  
MPphoto
 
 

  William (The Earl of) Dartmouth (EFDD), in writing. ‒ We believe that national parliaments should be responsible for all investigations related to maladministration in the application of environmental law.

 
  
MPphoto
 
 

  Rachida Dati (PPE), par écrit. – J’ai voté en faveur de ce rapport intermédiaire sur l'enquête sur la mesure des émissions dans le secteur de l'automobile menée au Parlement européen suite au scandale de «l’affaire Volkswagen».

Afin de mener à bien cette enquête sur les allégations d’infractions au droit européen, l’Union européenne et ses États membre se doivent de faire preuve de transparence afin que la commission en charge de l’enquête puisse avoir accès aux informations nécessaires.

 
  
MPphoto
 
 

  Isabella De Monte (S&D), per iscritto. ‒ Sono a favore della misurazione delle emissioni in quanto ritengo che il numero di macchine presenti in strada vada monitorato e regolamentato con una normativa che limiti l'inquinamento dell'aria. Il dialogo sulle emissioni deve continuare ad essere una priorità dell'Unione europea per tutelare l'ambiente e la salute dei cittadini.

 
  
MPphoto
 
 

  Gérard Deprez (ALDE), par écrit. ‒ J’ai voté en faveur de cette résolution parce qu’il apparaît assez clairement qu’à mi-mandat, la commission parlementaire d’enquête sur les émissions automobiles (créée suite aux révélations concernant des dispositifs de fraude utilisés par le groupe Volkswagen pour réduire les émissions polluantes au cours des tests officiels d’automobiles) a besoin de plus d’informations de la part de la Commission européenne, notamment sur les mesures des émissions ainsi que des détails des groupe de travail d’experts sur les procédures d’homologation de véhicule.

Même si la coopération avec la Commission européenne semble s’être améliorée depuis cet été, il est indispensable que la commission d’enquête puisse déterminer si la Commission européenne et les représentants nationaux suspectaient ou étaient au courant de la fraude avant qu’elle ne soit découverte aux États-Unis.

Il est tout aussi nécessaire de comprendre pourquoi les autorités européennes et nationales n’ont pas fait preuve de plus de prudence face aux divergences des mesures d’émissions entre les tests d’homologation et la conduite en conditions réelles.

C’est pourquoi je soutiens sans réserve l’appel lancé à la Commission et aux États membres à faciliter l’enquête en respectant le principe de "coopération loyale" défini par les règles européennes.

 
  
MPphoto
 
 

  Mireille D'Ornano (ENF), par écrit. ‒ Il s’agit d’un rapport intermédiaire méthodologique du Parlement européen concernant l’enquête sur les émissions dans le secteur de l’automobile. La constitution de cette commission d’enquête fait suite au «scandale Volkswagen».

Le 18 septembre 2015 était révélé le recours de la multinationale à des manœuvres frauduleuses visant à falsifier les mesures d’émission de dioxyde d’azote par les moteurs diesel de ses véhicules.

Ce subterfuge permettait à Volkswagen de se conformer à la législation américaine, rendant ses produits aptes à l’exportation dans ce pays. Ce rapport d’étape ouvre la voie à la poursuite des travaux de la commission d’enquête et notamment des auditions jusqu’à l’automne 2016.

J’ai donc voté pour ce texte.

 
  
MPphoto
 
 

  Ангел Джамбазки (ECR), в писмена форма. ‒ Подкрепих междинния доклад относно разследването на емисиите в автомобилния сектор, дело на анкетната комисия, занимаваща се със случая. Подкрепям факта, че докладът се основава на техническа информация и данни, а не съдържа в себе си какво и да е било политически констатации и изявления. Съгласен съм, че е необходимо пълно сътрудничество между европейските институции и националните правителства, за да се постигнат по-добри резултати.

 
  
MPphoto
 
 

  Γεώργιος Επιτήδειος (NI), γραπτώς. ‒ Λαμβάνοντας υπόψη τις καταστροφικές συνέπειες που προκαλεί η ατμοσφαιρική ρύπανση ετησίως, η υγεία και ασφάλεια των ευρωπαίων πολιτών πρέπει να αποτελεί προτεραιότητα.

Για αυτόν τον λόγο, τα κράτη μέλη θα πρέπει να συνδράμουν στην εξασφάλιση του έργου της εξεταστικής επιτροπής ώστε να διασφαλιστεί η αποτελεσματικότητα των συστημάτων ελέγχου και να διερευνηθούν τυχόν παραβάσεις.

 
  
MPphoto
 
 

  Eleonora Evi (EFDD), per iscritto. ‒ Il voto positivo a questa relazione interlocutoria sui lavori della commissione d'inchiesta nel settore automobilistico è principalmente dovuto alla natura della relazione stessa, prettamente tecnica e procedurale. Gli elementi significativi che sono emersi nel corso del primo semestre di audizioni dei testimoni e che emergeranno nei prossimi mesi verranno trattati nella relazione conclusiva. Con questa relazione il Parlamento europeo richiama alla necessità di collaborazione da parte di Stati membri e Commissione nel fornire le informazioni necessarie all'inchiesta.

 
  
MPphoto
 
 

  José Manuel Fernandes (PPE), por escrito. ‒ Com este relatório intercalar é possível ter uma visão clara de como os fabricantes do sector automóvel eram capazes de alegar que os seus carros poluíam muito menos do que realmente fazem em condições reais de condução. Segundo o mesmo documento, a Comissão Europeia tem dificuldade em atuar contra a crescente discrepância entre as emissões em condições de condução e as geradas em ciclos de ensaios e os Estados-Membros não apoiaram nem foram rígidos na implementação e na aplicação da legislação para as emissões dos automóveis. Por isso, esta é uma boa oportunidade para melhorar os testes.

 
  
MPphoto
 
 

  Edouard Ferrand (ENF), par écrit. ‒ Vote pour: ce texte bref et très neutre encourage simplement la commission d’enquête à poursuivre ses travaux, invite la Conférence des présidents ainsi que la Commission et les autorités des États membres à collaborer avec loyauté, pour qu’aucun élément de l’enquête n’échappe à la commission.

 
  
MPphoto
 
 

  João Ferreira (GUE/NGL), por escrito. ‒ A 17 de dezembro de 2015, o Parlamento Europeu decidiu constituir uma comissão de inquérito de 45 membros para investigar as alegadas violações e a má administração na aplicação do direito da UE em relação às medições das emissões no sector automóvel, após o escândalo da Volkswagen. Um escândalo que confirma a promiscuidade existente entre o poder político e o poder económico na UE.

A Comissão EMIS foi constituída em 2 de março de 2016, sendo que o seu mandato prevê a apresentação de um relatório intercalar nos primeiros 6 meses e um relatório final no prazo de 12 meses do início do seu trabalho.

O trabalho da Comissão de Inquérito EMIS está ainda em curso, tendo sido já realizadas várias audiências de diferentes testemunhas e peritos, que continuarão durante o período de Outono. Este relatório intercalar não contém quaisquer resultados nem recomendações. No relatório, a comissão solicita apoio para o seu trabalho a partir Conferência de Presidentes e da Mesa do Parlamento, da Comissão Europeia e das Autoridades dos Estados-Membros, de forma transparente, no respeito pelo princípio da cooperação.

Tendo apoiado a constituição desta comissão e apoiando a sua continuação em funções, expressamos novamente as reservas que temos quanto ao alcance e consequências práticas do seu trabalho.

 
  
MPphoto
 
 

  Raffaele Fitto (ECR), per iscritto. ‒ Sono favorevole al progetto di relazione costituito dalla commissione d'inchiesta per la misurazione delle emissioni nel settore automobilistico, che necessita urgentemente di ulteriori informazioni da parte della Commissione europea. Ritengo di fondamentale importanza indirizzare il lavoro della commissione d'inchiesta, non solo al fine di indagare su quello che è successo in passato, ma anche di avanzare delle proposte per evitare che qualcosa di simile si ripeta in futuro. Per far sì che questo accada, l'inchiesta deve concentrarsi sulle responsabilità delle autorità nazionali, perché democrazia europea vuol dire anche responsabilità in Europa dei ministri nazionali. Questa crisi è anche un'opportunità per adeguare l'industria automobilistica europea al XXI secolo e per garantire un futuro migliore ai milioni di famiglie dei lavoratori nel settore automobilistico.

 
  
MPphoto
 
 

  Monika Flašíková Beňová (S&D), písomne ‒ Emisný škandál priniesol odhalenie viacerých svetových výrobcov automobilov o ich úmyselnom skresľovaní emisných údajov osobných a úžitkových vozidiel. Zároveň spôsobil pokles spotrebiteľskej dôvery. Európsky parlament preto v snahe o jej prinavrátenie zriadil vyšetrovací výbor. Zaoberá sa meraním emisií v automobilovom priemysle a dodržiavaním platných predpisov, či už zo strany Európskej komisie alebo príslušných orgánov v rámci členských štátov. Vyšetrovací výbor v súčasnosti zbiera a analyzuje informácie týkajúce sa používania rušiacich mechanizmov pri meraní emisií jednotlivými automobilkami. To by malo pokračovať ešte v priebehu jesene tohto roka. Dôležitá bude predovšetkým následná správa a z nej vyplývajúce odporúčania. Ich dodržiavanie by malo pomôcť, aby k podobným situáciám v takom veľkom rozsahu v budúcnosti nedochádzalo. Fungovanie automobilového priemyslu je výrazným faktorom ekonomického rastu a zamestnanosti. Emisná kauza ukázala dôležitosť ekologizácie celého odvetvia. Je potrebné zamerať sa aj na obmedzovanie využívania ťažkých kovov a iných škodlivín pri jednotlivých komponentoch a súčiastkach v automobiloch. Členské štáty sa k tomu zaviazali už v roku 2003. Napriek tomu dodnes existuje množstvo výnimiek. Viaceré z nich však vďaka moderným materiálom a pokroku už nie sú potrebné. Týka sa to napríklad využívania olova v autobatériách. Už dnes existujú overené technológie, ktoré vedia klasické olovené akumulátory plnohodnotne nahradiť.

 
  
MPphoto
 
 

  Lorenzo Fontana (ENF), per iscritto. ‒ Voto a favore della relazione interlocutoria sull'inchiesta sulla misurazione delle emissioni nel settore automobilistico.

 
  
MPphoto
 
 

  Λάμπρος Φουντούλης (NI), γραπτώς. ‒ Λαμβάνοντας υπόψη τις καταστροφικές συνέπειες που προκαλεί η ατμοσφαιρική ρύπανση ετησίως, η υγεία και η ασφάλεια των ευρωπαίων πολιτών πρέπει να αποτελεί προτεραιότητα.

Για αυτόν τον λόγο υπερψηφίζω την ενδιάμεση έκθεση σχετικά με την εξέταση των μετρήσεων των εκπομπών στην αυτοκινητοβιομηχανία. Τα κράτη μέλη θα πρέπει να συνδράμουν στην εξασφάλιση του έργου της εξεταστικής επιτροπής, ώστε να διασφαλιστεί η αποτελεσματικότητα των συστημάτων ελέγχου καθώς και να διερευνηθούν τυχόν παραβάσεις.

 
  
MPphoto
 
 

  Doru-Claudian Frunzulică (S&D), in writing. ‒ This interim report is a purely technical report as at this point in time it is premature to draw any definite conclusions from the work of the Inquiry Committee. However, it is interesting to understand the progresses of the work of the Committee, since as more and more evidence emerges the picture becomes more and more clear. All these elements have to become part of the final report.

Several countries around the globe have opened investigations into whether car manufacturers respect vehicle emission limits on the road, as opposed to under test conditions. Investigations have shown that most manufacturers switch off or turn down their emission-control technologies at temperatures and conditions outside those of the lab test. It is important to re-establish confidence in the consumer and to ensure that this situation will not happen again.

I welcome the good methodology and the transparency of the investigation of the Committee of Inquiry.

 
  
MPphoto
 
 

  Ildikó Gáll-Pelcz (PPE), írásban. ‒ Az EMIS vizsgálóbizottság tagjaként pozitív szavazatommal támogattam az időközi jelentést a gépjárműiparban alkalmazott kibocsátásmérés vizsgálatáról. Rendkívül fontos ügyről van szó az Európai polgárok számára, a levegő minőségének javítása és a Volkswagen-botrány feltárásának szempontjából egyaránt. Vitathatatlan, hogy a Volkswagen becsapta a fogyasztókat, ezért legfontosabb célkitűzésünknek az európai fogyasztók bizalmának visszaszerzését kell tekinteni. A jogszabályokat a gyártókkal be kell tartatni a nemzeti hatóságok által, egy megfelelő valós vezetési körülmények között tapasztalt kibocsátási tesztciklus létrehozása és egy hatásos piacfelügyeleti rendszer mentén.

A dízelbotránnyal kapcsolatban nyomatékosan ki kell jelenteni, hogy különféle gazdasági érdekek nem állhatnak a szilárd közérdek felett. Emellett határozottan fel kell hívnunk az Európai Bizottság és a Közös Kutatóközpont (JRC) figyelmét, hogy minden releváns dokumentumot, ami segítheti a vizsgálóbizottság munkáját, bocsássa a vizsgálóbizottság részére. A témával kapcsolatos összes kommunikáció, amelyet a JRC-n belül, valamint a JRC és az Európai Bizottság Belső Piaci Főigazgatósága, a Környezetvédelmi Főigazgatóság, a tagállamok nemzeti hatóságai és a típusjóváhagyási hatóságok között folytattak, hasznos lehet. Továbbá a különféle szakértői csoportok tevékenységeivel kapcsolatos összes dokumentumot, ezen kívül minden hivatalos és informális levelezést, amelyet a Bizottság az Európai Gépjárműgyártók Szövetségével (ACEA) folytatott.

A fogyasztói bizalom helyreállításának szempontjából a hasonló tényfeltárás és a bizonyítékok összegyűjtése elengedhetetlen.

 
  
MPphoto
 
 

  Francesc Gambús (PPE), por escrito. ‒ He votado a favor del informe provisional de la Comisión EMIS, que detalla las actividades de dicha comisión desde su constitución, el 2 de marzo de 2016, y presenta el programa de trabajo futuro para la primera mitad de su mandato. Es importante tener presente que la Comisión EMIS debe recopilar y analizar la información para determinar si la Comisión y los Estados miembros tenían pruebas de la utilización de dispositivos de desactivación, y, asimismo, recopilar y analizar información sobre la aplicación por parte de los Estados miembros de la Directiva 2007/46/CE. No obstante, no debemos centrar nuestra atención solamente en los hechos pasados, sino asegurarnos de que la legislación sobre este tema sea respetada e implementada correctamente, siempre intentando que exista un equilibrio entre el respeto al medio ambiente, la competitividad económica y la protección de los ciudadanos.

 
  
MPphoto
 
 

  Eider Gardiazabal Rubial (S&D), por escrito. ‒ Sin perjuicio de la competencia de los tribunales, el 17 de diciembre de 2015 se constituyó una comisión de investigación sobre las alegaciones de infracción y mala administración en la medición de emisiones en el sector del automóvil.

El alcance de la investigación está limitado por el art. 226 TFUE y la Decisión sobre el derecho de investigación del PE, conforme a los que debe centrarse en investigar el cumplimiento de Comisión y Estados de las obligaciones del Reglamento (CE) n.º 715/2007. Además de recopilar y analizar información sobre la aplicación de la Directiva 2007/46/CE, determinar si tenían pruebas de la utilización de dispositivos de desactivación y formular las recomendaciones que considere necesarias.

Mientras que el informe final tendrá lugar en marzo de 2017, este voto se refiere al informe intermedio que, por su naturaleza, no puede adelantar conclusiones antes de que todos los testigos sean escuchados y se reúnan evidencias bastantes.

Tiene, por tanto, carácter puramente técnico, haciendo hincapié en los aspectos procedimentales. Se recuerdan los principios de trasparencia y de buena cooperación entre instituciones y se solicita a todos los actores involucrados que proporcionen la asistencia necesaria para el cumplimiento del mandato de la Comisión EMIS.

Por todo ello, voto a favor del Informe.

 
  
MPphoto
 
 

  Iratxe García Pérez (S&D), por escrito. – Sin perjuicio de la competencia de los tribunales, el 17 de diciembre de 2015 se constituyó una comisión de investigación sobre las alegaciones de infracción y mala administración en la medición de emisiones en el sector del automóvil.

El alcance de la investigación está limitado por el Art. 226 TFUE y la Decisión sobre el derecho de investigación del Parlamento Europeo. La investigación persigue recopilar y analizar información sobre la aplicación de la Directiva 2007/46/CE, así como, determinar si existían pruebas de la utilización de dispositivos de desactivación y formular las recomendaciones que se consideren necesarias.

Mientras que el informe final tendrá lugar en marzo de 2017, este voto se refiere al informe intermedio que, por su naturaleza, no puede adelantar conclusiones antes de que todos los testigos sean escuchados y se reúnan evidencias.

Tiene, por tanto, carácter puramente técnico, haciendo hincapié en los aspectos procedimentales. Se recuerdan los principios de trasparencia y de buena cooperación entre instituciones y se solicita a todos los actores involucrados que proporcionen la asistencia necesaria para el cumplimiento del mandato de la Comisión EMIS.

 
  
MPphoto
 
 

  Enrico Gasbarra (S&D), per iscritto. ‒ Ho sostenuto la relazione preliminare presentata dai colleghi della commissione speciale di inchiesta sulle emissioni nel settore delle autovetture, di cui ho apprezzato i toni costruttivi con l'obiettivo di fare luce e assicurare la trasparenza su alcune situazioni di grande importanza per la sostenibilità ambientale e per la produzione industriale dell'Unione europea.

Mi associo alla richiesta rivolta alla Commissione europea affinché assicuri un tempestivo sostegno e piena trasparenza nel coadiuvare il lavoro della commissione d'inchiesta, nel pieno rispetto del principio di leale cooperazione tra le istituzioni europee. Sarà fondamentale garantire al Parlamento un accesso efficace e rapido ai documenti richiesti; auspico che tale cooperazione possa essere la premessa di un approccio di sempre maggiore trasparenza e apertura da parte del Consiglio nei confronti del Parlamento.

 
  
MPphoto
 
 

  Elena Gentile (S&D), per iscritto. ‒ Ho votato a favore della relazione interlocutoria sull'inchiesta sulla misurazione delle emissioni nel settore automobilistico dei colleghi Pablo Zalba Bidegain e Gerben-Jan Gerbrandy, perchè condivido l'importanza dell'inchiesta parlamentare e l'invito alle istituzioni europee tutte a supportare i lavori della Commissione in modo costruttivo.

Lo scandalo delle emissioni nel settore automobilistico dello scorso anno rappresenta una brutta pagina che merita di essere approfondita in ogni dettaglio al fine di chiarire eventuali responsabilità politiche, e per questo il gruppo dei Socialisti e Democratici ha da subito spinto per la formazione di un organo parlamentare che, nel rispetto dei sistemi giurisdizionali nazionali, verificasse eventuali responsabilità dei regolatori pubblici.

Penso che dopo sei mesi i lavori della commissione d'inchiesta possano essere valutati positivamente e spero che, grazie anche alla collaborazione del personale politico e amministrativo della Commissione europea, l'inchiesta possa concludersi rapidamente e con ottimi risultati.

 
  
MPphoto
 
 

  Arne Gericke (ECR), schriftlich. ‒ Ich habe heute für den Zwischenbericht über die Untersuchung zu Emissionsmessungen in der Automobilindustrie gestimmt. Er ist Teil einer wichtigen parlamentarischen Aufarbeitung des Abgas-Skandals. Wichtig ist mir, dass sowohl Management aller betroffenen Automarken als auch die Verantwortlichen in der Politik – EU und Deutschland – zur Verantwortung gezogen werden.

 
  
MPphoto
 
 

  Jens Gieseke (PPE), schriftlich. ‒ Es herrscht Wahlkampf im Abgas-Untersuchungsausschuss. Diesen Eindruck habe ich zumindest beim Halbzeit-Zwischenbericht des Abgas-Untersuchungsausschusses. Im Ausschuss kommen immer wieder Vorwürfe auf, die sich später als haltlos herausstellen. Einige Kollegen der SPD behaupten, man habe innerhalb der Kommission lange von Schummel-Software in der Automobilindustrie gewusst. Der ehemalige Umweltkommissar Potočnik hätte seinen Kollegen Tajani darüber sogar in einem Brief informiert. Mir liegt dieser Brief vor, und ich kann darin keinen Inhalt erkennen, der zu diesen Vorwürfe Anlass böte. Das wäre auch verwunderlich, denn Potočnik selbst sagte vor dem Untersuchungsausschuss aus, er habe keine Schummel-Software vermutet. Vielleicht möchte hier der eine oder andere den Untersuchungsausschuss zum eigenen Wahlkampf nutzen. Schließlich sollen bald wichtige Parlamentsposten neu besetzt werden. Wir sollten auf solche politischen Spielchen verzichten und uns auf die inhaltliche Arbeit fokussieren. Ich habe für den Zwischenbericht gestimmt.

 
  
MPphoto
 
 

  Neena Gill (S&D), in writing. ‒ The European Parliament decided in December 2015 to set up a Committee of Inquiry to investigate alleged contraventions or maladministration in the application of Union law in relation to emission measurements in the automotive sector. This interim report is not of a political nature, rather it outlines the working methods and the plan adopted so far by the EMIS committee and does not include any political assessments or policy conclusions. I voted in favour of this report.

 
  
MPphoto
 
 

  Bruno Gollnisch (NI), par écrit. ‒ Ce rapport n’est qu’un rapport d’étape, essentiellement technique, de la commission d’enquête mise en place par le Parlement après ce que l’on a appelé le scandale Volkswagen, ou encore le «Dieselgate».

Il est l’occasion de rappeler la faiblesse des pouvoirs d’une commission d’enquête du Parlement européen qui, fort heureusement, n’est pas le Congrès américain, et n’a donc ni la capacité de contraindre des individus à témoigner ni celle de les sanctionner en cas de non-comparution ou de déclarations partielles ou mensongères. Peut-être est-ce pour cela que ses investigations sont avant tout techniques.

Car, au-delà des véritables responsabilités du constructeur allemand, le cas Volkswagen s’inscrit dans ce que l’on peut considérer comme une véritable guerre économique avec les États-Unis, avec en toile de fond les négociations du traité transatlantique. La bataille des sanctions fait d’ailleurs rage aujourd’hui de part et d’autres de l’océan: Apple et Amazon, contre BNP, Volkswagen et Deutsche Bank...

Une pareille affaire aurait pu tuer une entreprise moins solide. Elle aura sans doute la peau du diesel, pourtant très prisé des Européens, et aura un coût pour tout le secteur automobile.

Ces aspects doivent aussi être pris en compte.

 
  
MPphoto
 
 

  Tania González Peñas (GUE/NGL), por escrito. ‒ He votado a favor dado que la Resolución insta a la comisión de investigación sobre la Medición de las Emisiones en el Sector del Automóvil, a raíz del escándalo de VW, a que ponga en práctica plenamente el mandato impartido por el Parlamento en su Decisión de 17 de diciembre de 2015.

Pide a la Conferencia de Presidentes y a la Mesa que apoyen todas las medidas necesarias, particularmente, en lo que respecta a la autorización de audiencias y reuniones extraordinarias, el reembolso de los gastos de expertos y testigos, las misiones y cualquier otro medio técnico debidamente justificado.

Solicita a la Comisión Europea que garantice un apoyo inmediato y la plena transparencia, proporcionando todo el apoyo político y técnico posible, concretamente presentando con mayor prontitud la documentación que se le solicite; espera la plena colaboración de los comisarios y de las direcciones generales pertinentes, tanto de los que se encuentran actualmente en funciones como de aquellos que lo estuvieron durante mandatos anteriores.

Pide a los Gobiernos, Parlamentos y autoridades competentes de los Estados miembros que asistan a la comisión de investigación en su labor con pleno respeto del principio de cooperación leal establecido en el Derecho de la Unión.

 
  
MPphoto
 
 

  Beata Gosiewska (ECR), na piśmie. ‒ Głosowałam za przyjęciem sprawozdania wstępnego w sprawie dochodzenia w sprawie pomiarów emisji w sektorze motoryzacyjnym.

W dniu 17 grudnia 2015 r. Parlament Europejski postanowił powołać złożoną z 45 członków komisję śledczą mającą na celu zbadanie zarzutów naruszenia lub niewłaściwego administrowania w stosowaniu prawa Unii w odniesieniu do pomiarów emisji w sektorze motoryzacyjnym, bez uszczerbku dla właściwości sądów krajowych lub sądów Unii.

Zakres tego dochodzenia jest ograniczony mandatem komisji i musi się koncentrować na przestrzeganiu przez Komisję i państwa członkowskie obowiązków nałożonych rozporządzeniem (WE) nr 715/2007. Ponadto zadaniem komisji EMIS jest gromadzenie i analizowanie informacji, by stwierdzić, czy Komisja i państwa członkowskie mają dowody na stosowanie urządzeń ograniczających skuteczność działania oraz gromadzenie i analizowanie informacji w sprawie wdrożenia przez państwa członkowskie dyrektywy 2007/46/WE. Wreszcie komisja ma również obowiązek przedstawiać wszelkie zalecenia, jakie uważa za konieczne w tej sprawie.

Ze względu na wagę tematyki i jej wpływ na środowisko, a przez to zdrowie i życie obywateli UE, poparłam to sprawozdanie.

 
  
MPphoto
 
 

  Theresa Griffin (S&D), in writing. ‒ I voted in favour of this interim report on the inquiry into emission measurements in the automotive sector which outlines the working methods and plan adopted so far by the EMIS committee.

 
  
MPphoto
 
 

  Françoise Grossetête (PPE), par écrit. ‒ J’ai voté en faveur de ce rapport. Ce rapport intermédiaire de la Commission d’enquête fait un état des lieux des auditions réalisées.

Il est important de continuer le travail sur ce sujet afin de comprendre les raisons du retard pris dans la mise en place des nouveaux tests pour réduire la différence entre les émissions réelles sur la route et les émissions testées en laboratoire.

Mais il apparaît déjà clairement que la priorité donnée à la lutte contre les émissions de CO2 a éclipsé pendant longtemps le combat contre les NOx, très nuisibles aussi pour la santé. Cela doit évoluer ! L’innovation nous aidera aussi à respecter les nouvelles normes.

 
  
MPphoto
 
 

  Antanas Guoga (ALDE), in writing. ‒ I voted in favour of the interim report. The interim report is factual and methodological in nature, aiming to provide an overview of the work programme of the EMIS Committee. As the investigation of Volkswagen case is still ongoing, it does not draw any conclusions. However, it is rather critical to provide it with all the technical and political support possible, in particular through swifter submission of requested documentation.

 
  
MPphoto
 
 

  Sergio Gutiérrez Prieto (S&D), por escrito. ‒ Sin perjuicio de la competencia de los tribunales, el 17 de diciembre de 2015 se constituyó una comisión de investigación sobre las alegaciones de infracción y mala administración en la medición de emisiones en el sector del automóvil.

El alcance de la investigación está limitado por el art. 226 TFUE y la Decisión sobre el derecho de investigación del PE, conforme a los que debe centrarse en investigar el cumplimiento de Comisión y Estados de las obligaciones del Reglamento (CE) n.º 715/2007. Además de recopilar y analizar información sobre la aplicación de la Directiva 2007/46/CE, determinar si tenían pruebas de la utilización de dispositivos de desactivación y formular las recomendaciones que considere necesarias.

Mientras que el informe final tendrá lugar en marzo de 2017, este voto se refiere al informe intermedio que, por su naturaleza, no puede adelantar conclusiones antes de que todos los testigos sean escuchados y se reúnan evidencias bastantes.

Tiene, por tanto, carácter puramente técnico, haciendo hincapié en los aspectos procedimentales. Se recuerdan los principios de trasparencia y de buena cooperación entre instituciones y se solicita a todos los actores involucrados que proporcionen la asistencia necesaria para el cumplimiento del mandato de la Comisión EMIS.

Por todo ello, voto a favor del Informe.

 
  
MPphoto
 
 

  Brian Hayes (PPE), in writing. ‒ I voted in favour as I have no objections

 
  
MPphoto
 
 

  Hans-Olaf Henkel (ECR), schriftlich. ‒ In Folge des VW-Abgasskandals wurde am 2. März 2016 der Untersuchungsausschuss zu Emissionsmessungen in der Automobilindustrie eingerichtet, um die mutmaßlichen Verstöße gegen das Unionsrecht und Missstände bei dessen Anwendung im Zusammenhang mit Emissionsmessungen in der Automobilindustrie unbeschadet der Zuständigkeiten der nationalen Gerichte oder der Gerichte der Union zu prüfen. Der Ausschuss nahm sich vor, neben den endgültigen Schlussfolgerungen auch einen Zwischenbericht nach der ersten Hälfte der Anhörungen zu produzieren. Dieser ist jetzt zur Abstimmung gestellt worden. ALFA hat sich stark dafür eingesetzt, dass der Bericht rein technischer Natur bleibt und keine frühzeitigen Feststellungen oder politischen Botschaften darstellt. Aus diesem Grund konnte ich dem Bericht zustimmen. Im Übrigen bin ich der Meinung, dass der Einheitseuro abgeschafft werden muss. Er führt zu Zwietracht und Zwist in Europa.

 
  
MPphoto
 
 

  Cătălin Sorin Ivan (S&D), in writing. ‒ The interim report is a purely technical one at this point, it is early to draw any definite conclusions. While the work of the Inquiry Committee is in progress, more evidence emerges, all of which will be included in the final report.

 
  
MPphoto
 
 

  Anneli Jäätteenmäki (ALDE), kirjallinen. ‒ Volkswagen-skandaalia edeltävistä virheistä pitää oppia. Päästömittaukset on yhtenäistettävä, sääntöjen kiertäminen on sanktioitava nykyistä tiukemmin ja verotusta on suunnattava pois dieselautojen tukemisesta. Samalla katsetta on suunnattava rohkeammin tulevaisuuteen. Polttomoottori ei ole inhimillisen kehityksen viimeinen vaihe.

Toivon, että tutkimusvaliokunnan työ etenee jouhevasti ja että se saa kaikki tarvitsemansa tiedot kaikilta relevanteilta tahoilta.

 
  
MPphoto
 
 

  Ivan Jakovčić (ALDE), napisan. ‒ Glasao sam za prijedlog rezolucije Europskog parlamenta o istrazi mjerenja emisija u automobilskom sektoru, zbog toga što snažno podržavam nastavak rada Odbora kako bi se konkretno doprinijelo homologacijskom okviru Unije. U tom kontekstu potrebna je bezuvjetna potpora Europske komisije kroz političku i tehničku pomoć.

Također, nužno je odobriti potrebna saslušanja, izvanredne sjednice, naknade troškova te sva ostala tehnička sredstva koja su neophodna za nesmetan rad Odbora. Moraju se jasno i nedvojbeno ustanoviti koje su to nepravilnosti i povrede počinjene pri provedbi europskog prava. Iako spomenuti Odbor djeluje po planu rada, potrebno je snažnije i odlučnije nastaviti s istragom svih točaka uvrštenih u njegov mandat, te stoga podržavam ovo privremeno izvješće.

 
  
MPphoto
 
 

  Jean-François Jalkh (ENF), par écrit. ‒ Ce texte bref et très neutre encourage simplement la commission d’enquête à poursuivre ses travaux, invite la Conférence des présidents ainsi que la Commission et les autorités des États membres à collaborer avec loyauté, pour qu’aucun élément de l’enquête n’échappe à la commission.

J'ai cependant rappelé lors du débat en séance plénière que notre rapport se doit d'être politique et pas seulement technique. En effet, les moteurs diesel sont l'objet d'une guerre économique que les États-Unis livrent à l'industrie automobile européenne, et particulièrement allemande.

J'ai voté en faveur du rapport intermédiaire.

 
  
MPphoto
 
 

  Marc Joulaud (PPE), par écrit. ‒ J’ai voté en faveur du rapport de mon collègue Pablo Zalba Bidegain concernant les travaux de la commission d’enquête sur la mesure des émissions dans le secteur de l’automobile.

Ce rapport dresse un état des lieux des auditions et présente le programme de travail de la commission d’enquête pour les semaines à venir. Il s’agit d’un travail important qui doit être mené pour faire toute la lumière sur la tricherie de Volkswagen et surtout pour avancer des solutions afin qu’un tel scandale ne se reproduise plus.

À cette fin, mon groupe politique sera vigilant pour que la commission d’enquête ne soit pas instrumentalisée ni détournée de ses objectifs.

Ce rapport a été adopté à une large majorité, ce dont je me félicite.

 
  
MPphoto
 
 

  Philippe Juvin (PPE), par écrit. ‒ J’ai voté en faveur de ce rapport intermédiaire concernant les travaux de la commission d'enquête sur la mesure des émissions dans le secteur de l'automobile (EMIS).

En effet, suite au scandale Volkwagen, le Parlement européen a décidé en décembre 2015 de constituer une commission d'enquête composée de 45 membres et chargée d'examiner les allégations d'infraction au droit de l'Union ou de mauvaise administration dans l'application de celui-ci en ce qui concerne la mesure des émissions dans le secteur de l'automobile.

Dans son rapport final, la commission d'enquête sera tenue de formuler toutes les recommandations qu'elle juge nécessaires en la matière. Il est important que le Parlement s’implique pour faire la lumière sur ce scandale.

 
  
MPphoto
 
 

  Eva Kaili (S&D), in writing. ‒ I voted in favour of the report as it is absolutely necessary that the EMIS Committee has the necessary backing to continue its work. It is crucial that all involved parties play their part in a constructive way.

 
  
MPphoto
 
 

  Barbara Kappel (ENF), schriftlich. ‒ Der Zwischenbericht des EMIS-Ausschusses hat sich an der technischen Natur der Thematik orientiert, verzichtet auf politische Aussagen und stellt einen sachlichen Überblick über die Arbeit des Ausschusses dar. Ich stimme daher für den Bericht.

 
  
MPphoto
 
 

  Krišjānis Kariņš (PPE), rakstiski. ‒ Es balsoju par starpposma ziņojumu par izmeklēšanu saistībā ar emisiju mērījumiem autobūves nozarē, jo uzskatu, ka nepieciešams nonākt līdz konkrētiem piedāvājumiem kā uzlabot gaisa kvalitāti Eiropas pilsētās. Komitejas darbs aizsākās ar “Volkswagen” skandālu, ar kuru arī aktualizējās jautājums par gaisa kvalitātes problēmām Eiropas pilsētās. Tieši dīzeļa automašīnas rada lielu daļu kaitīgo izmešu, vairākas reizes pārsniedzot ar likumu noteiktās atļautās normas.

Šobrīd ir uzklausīti bijušie un esošie komisāri, tehniskie eksperti, autobūves uzņēmumu un nevalstisko organizāciju pārstāvji. Tuvākajos mēnešos uzklausīsim arī dalībvalstu pārstāvjus. Komitejas darbs noslēgsies ar izvērstu gala ziņojumu un ieteikumiem.

 
  
MPphoto
 
 

  Afzal Khan (S&D), in writing. ‒ I voted in favour of the report as it outlines the working methods and plan adopted so far by the EMIS Committee.

 
  
MPphoto
 
 

  Bernd Kölmel (ECR), schriftlich. ‒ In Folge des VW-Abgasskandals wurde am 2. März 2016 der Untersuchungsausschuss zu Emissionsmessungen in der Automobilindustrie eingerichtet, um die mutmaßlichen Verstöße gegen das Unionsrecht und Missstände bei dessen Anwendung im Zusammenhang mit Emissionsmessungen in der Automobilindustrie unbeschadet der Zuständigkeiten der nationalen Gerichte oder der Gerichte der Union zu prüfen. Der Ausschuss nahm sich vor, neben den endgültigen Schlussfolgerungen auch einen Zwischenbericht nach der ersten Hälfte der Anhörungen zu produzieren. Dieser ist jetzt zur Abstimmung gestellt worden.

ALFA hat sich stark dafür eingesetzt, dass der Bericht rein technischer Natur bleibt und keine frühzeitigen Feststellungen oder politischen Botschaften darstellt. Aus diesem Grund konnte ich dem Bericht zustimmen.

Was die künftigen Schlussfolgerungen des Ausschusses angeht, muss ich allerdings meine ernste Besorgnis zum Ausdruck bringen. Wie mehrmals von meinem Kollegen und ALFA-Abgeordneten Hans-Olaf Henkel gewarnt, versuchen einige Parlamentarier anderer Fraktionen wie Paloma López Bermejo (Vereinigte Europäische Linke/Nordische Grüne) und Bas Eickhout (Grüne), die Untersuchung in eine unakzeptable Richtung zu steuern und die gesamte Automobilindustrie wegen technischer Manipulationen bei einem Hersteller (VW) in Sippenhaft zu nehmen. Ähnliche politisch motivierte Schlussfolgerungen lehnt ALFA als eine der Industrie und dem technologischen Fortschritt nahe deutsche Partei deutlich ab.

 
  
MPphoto
 
 

  Ilhan Kyuchyuk (ALDE), in writing. ‒ I voted in favour of the resolution because there is no doubt that the Committee of Inquiry should have full support from the Conference of Presidents and the Bureau, the Commission and the governments, parliaments and competent authorities of Member States. All support is needed for Committee’s actions and initiatives leading to the accomplishment of the mandate given by Parliament in its decision of 17 December 2015.

 
  
MPphoto
 
 

  Giovanni La Via (PPE), per iscritto. – Il Parlamento europeo, in data 17 dicembre 2015, ha istituito una commissione d'inchiesta sulla misurazione delle emissioni nel settore automobilistico (EMIS). A seguito dello scandalo derivato dal caso Volkswagen, abbiamo deciso di vederci chiaro e capire come sia stato possibile per tale azienda usare meccanismi in grado di eludere le norme relative alle omologazioni delle auto in relazione ai livelli di emissione. Nello specifico, la sua funzione risulta essere quella di raccogliere e analizzare informazioni inerenti a stabilire se la Commissione e gli Stati membri disponessero di prove con le quali stabilire se fossero stati effettivamente utilizzati dei meccanismi di manipolazione in grado di alterare i risultati reali delle emissioni delle automobili. Ritengo imprescindibile continuare a procedere con un'inchiesta il più possibile trasparente e approfondita, al fine di stabilire quanto realmente accaduto e impedire, grazie alla nuova legislazione, che ciò possa accadere nuovamente a scapito dei nostri consumatori e a danno dell'ambiente.

 
  
MPphoto
 
 

  Gilles Lebreton (ENF), par écrit. ‒ J’ai voté pour ce rapport car il encourage simplement la commission d’enquête à poursuivre ses travaux, et invite la Conférence des présidents ainsi que la Commission et les autorités des États membres à collaborer avec loyauté, pour qu’aucun élément de l’enquête n’échappe à la commission.

 
  
MPphoto
 
 

  Patrick Le Hyaric (GUE/NGL), par écrit. ‒ Ce rapport intérimaire de la commission d’enquête sur le scandale Volkswagen demande une meilleure coopération de la Commission dans la fourniture de documents. Ceux-ci pourraient faire la lumière sur les responsabilités dans le scandale des émissions de gaz toxique des moteurs diesels.

Alors qu’il s’avère de plus en plus clair que la Commission était au courant de logiciels truquant les tests de pollution en laboratoire, la commission d’enquête du Parlement européen cherche désormais à savoir qui a bloqué les révélations au sein de la Commission.

À cet effet, la commission d’enquête a organisé plusieurs auditions. De celles-ci on voit certains département de la Commission tirer l’alarme sur ces logiciels bien avant que le scandale n'éclate, alors que certains commissaires semblent de leur côté avoir cherché à faire taire ces inquiétudes.

Tout cela confirme le besoin de poursuivre les travaux de cette commission d’enquête parlementaire afin de dégager les responsabilités sur la couverture politique de cet énorme scandale industriel et sanitaire. Voilà pourquoi j’ai soutenu ce rapport intermédiaire.

 
  
MPphoto
 
 

  Marine Le Pen (ENF), par écrit. ‒ J’ai voté pour le rapport sur l’enquête sur la mesure des émissions dans le secteur de l'automobile.

Ce rapport intermédiaire énonce la méthode et les auditions qui constituent l’enquête du Parlement sur les émissions dans le secteur de l’automobile. Les auditions proprement dites se poursuivent jusqu’à l’automne 2016, après quoi les députés travailleront à la rédaction du rapport final. Aussi aucune orientation de fonds n’est-elle donnée dans ce texte voté en commission le 13 juillet.

Ce texte encourage simplement la commission d’enquête à poursuivre ses travaux, invite la Conférence des présidents ainsi que la Commission et les autorités des États membres à collaborer avec loyauté, pour qu’aucun élément de l’enquête n’échappe à la commission.

 
  
MPphoto
 
 

  Philippe Loiseau (ENF), par écrit. ‒ Suite au scandale Volkswagen, le Parlement européen a créé cette commission ad hoc en décembre 2015, chargée d’enquêter sur les pratiques frauduleuses de Volkswagen quant aux calculs des émissions de dioxyde d’azote de ses moteurs diesel.

Ce rapport intermédiaire, très neutre, encourage simplement cette commission d’enquête à poursuivre ses travaux. Il invite également à une collaboration maximale entre la Commission européenne et les autorités compétentes des États membres, afin qu’aucun élément n’échappe à l’enquête.

J’ai soutenu cette initiative de transparence et de justice en votant pour ce texte.

 
  
MPphoto
 
 

  Javi López (S&D), por escrito. ‒ Sin perjuicio de la competencia de los tribunales, el 17 de diciembre de 2015 se constituyó una comisión de investigación sobre las alegaciones de infracción y mala administración en la medición de emisiones en el sector del automóvil.

El alcance de la investigación está limitado por el art. 226 TFUE y la Decisión sobre el derecho de investigación del PE, conforme a los que debe centrarse en investigar el cumplimiento de Comisión y Estados de las obligaciones del Reglamento (CE) n.º 715/2007. Además de recopilar y analizar información sobre la aplicación de la Directiva 2007/46/CE, determinar si tenían pruebas de la utilización de dispositivos de desactivación y formular las recomendaciones que considere necesarias.

Mientras que el informe final tendrá lugar en marzo de 2017, este voto se refiere al informe intermedio que, por su naturaleza, no puede adelantar conclusiones antes de que todos los testigos sean escuchados y se reúnan evidencias bastantes.

Tiene, por tanto, carácter puramente técnico, haciendo hincapié en los aspectos procedimentales. Se recuerdan los principios de trasparencia y de buena cooperación entre instituciones y se solicita a todos los actores involucrados que proporcionen la asistencia necesaria para el cumplimiento del mandato de la Comisión EMIS.

Por todo ello, voto a favor del Informe.

 
  
MPphoto
 
 

  Juan Fernando López Aguilar (S&D), por escrito. ‒ Sin perjuicio de la competencia de los tribunales, el 17 de diciembre de 2015 se constituyó una comisión de investigación sobre las alegaciones de infracción y mala administración en la medición de emisiones en el sector del automóvil.

El alcance de la investigación está limitado por el art. 226 TFUE y la Decisión sobre el derecho de investigación del PE, conforme a los que debe centrarse en investigar el cumplimiento de Comisión y Estados de las obligaciones del Reglamento (CE) n.º 715/2007. Además de recopilar y analizar información sobre la aplicación de la Directiva 2007/46/CE, determinar si tenían pruebas de la utilización de dispositivos de desactivación y formular las recomendaciones que considere necesarias.

Mientras que el informe final tendrá lugar en marzo de 2017, este voto se refiere al informe intermedio que, por su naturaleza, no puede adelantar conclusiones antes de que todos los testigos sean escuchados y se reúnan evidencias bastantes.

Tiene, por tanto, carácter puramente técnico, haciendo hincapié en los aspectos procedimentales. Se recuerdan los principios de trasparencia y de buena cooperación entre instituciones y se solicita a todos los actores involucrados que proporcionen la asistencia necesaria para el cumplimiento del mandato de la Comisión EMIS.

Por todo ello, voto a favor del Informe.

 
  
MPphoto
 
 

  Paloma López Bermejo (GUE/NGL), por escrito. ‒ Me he abstenido en esta resolución porque aun no pudiendo oponerme a su contenido, la misma carece de significación política. Es mi opinión que las informaciones conocidas sobre el escándalo de las emisiones (y en particular, el escándalo que supone la revelación que las regulaciones europeas fueron implementadas para permitir graves discrepancias entre las emisiones reales y ficticias, por lo que muchos sistemas de manipulación de emisiones análogos al software desarrollado por Volskwagen-Bosch eran utilizados legalmente con la aprobación y el conocimiento de las autoridades nacionales y europeas) deberían haberse visto reflejadas en el mismo, en lugar de esperar otros seis meses para presentar las conclusiones finales.

 
  
MPphoto
 
 

  Antonio López-Istúriz White (PPE), por escrito. ‒ Como miembro substituto de esta comisión y tras haber seguido muy de cerca todos los avances de la misma, doy mi voto positivo al proyecto de informe provisional de la Comisión EMIS. El objetivo del mismo no es más que presentar una breve descripción de las actividades de dicha comisión desde su constitución el 2 de marzo de 2016.

En la comisión nos hemos centrado en investigar y esclarecer si tanto la Comisión como las autoridades de los Estados miembros ejecutaron de manera adecuada las obligaciones impuestas por el Reglamento (CE) n.º 715/2007.

 
  
MPphoto
 
 

  Bernd Lucke (ECR), schriftlich. ‒ In Folge des VW-Abgasskandals wurde am 2. März 2016 der Untersuchungsausschuss zu Emissionsmessungen in der Automobilindustrie eingerichtet, um die mutmaßlichen Verstöße gegen das Unionsrecht und Missstände bei dessen Anwendung im Zusammenhang mit Emissionsmessungen in der Automobilindustrie unbeschadet der Zuständigkeiten der nationalen Gerichte oder der Gerichte der Union zu prüfen. Der Ausschuss nahm sich vor, neben den endgültigen Schlussfolgerungen auch einen Zwischenbericht nach der ersten Hälfte der Anhörungen zu produzieren. Dieser ist jetzt zur Abstimmung gestellt worden.

ALFA hat sich stark dafür eingesetzt, dass der Bericht rein technischer Natur bleibt und keine frühzeitigen Feststellungen oder politischen Botschaften darstellt. Aus diesem Grund konnte ich dem Bericht zustimmen.

Was die künftigen Schlussfolgerungen des Ausschusses angeht, muss ich allerdings meine ernste Besorgnis zum Ausdruck bringen. Wie mehrmals von meinem Kollegen und ALFA-Abgeordneten Hans-Olaf Henkel gewarnt, versuchen einige Parlamentarier anderer Fraktionen wie Paloma López Bermejo (Vereinigte Europäische Linke/Nordische Grüne) und Bas Eickhout (Grüne), die Untersuchung in eine unakzeptable Richtung zu steuern und die gesamte Automobilindustrie wegen technischer Manipulationen bei einem Hersteller (VW) in Sippenhaft zu nehmen. Ähnliche politisch motivierte Schlussfolgerungen lehnt ALFA als eine der Industrie und dem technologischen Fortschritt nahe deutsche Partei deutlich ab.

 
  
MPphoto
 
 

  Mairead McGuinness (PPE), in writing. ‒ I voted in favour of this interim report, which documents the workings of the EMIS Committee so far.

 
  
MPphoto
 
 

  Petr Mach (EFDD), písemně. ‒ Hlasoval jsem proti. Nesouhlasil jsem se zřízením vyšetřovacího výboru. Pokud společnost Volkswagen podváděla, má to řešit německá policie a soudy, ne výbor Evropského parlamentu. Nesouhlasím s výzvou, aby vyšetřovací výbor ve své činnosti nadále pokračoval.

 
  
MPphoto
 
 

  Andrejs Mamikins (S&D), in writing. ‒ From my point of view it is very important to collect and analyse information to ascertain whether the Commission and the Member States had evidence of the use of defeat mechanisms, as well as to collect and analyse information on the implementation by the Member States of Directive 2007/46/EC. Transparency and coordinated actions are the best weapons against abuses in the automotive sector.

 
  
MPphoto
 
 

  Vladimír Maňka (S&D), písomne ‒ Európsky parlament v súlade s článkom 226 Zmluvy o fungovaní EÚ zriadil v decembri 2015 dočasný vyšetrovací výbor. Jeho úlohou je vyšetrovanie nedostatkov pri uplatňovaní právnych predpisov Únie týkajúcich sa merania emisií v automobilovom priemysle. Výbor musí vypracovať vyšetrovaciu správu a predložiť všetky odporúčania, ktoré považuje za nevyhnutné v tejto veci. Keďže výsledky vyšetrovania môžu byť podkladom na pridanú hodnotu rámca Únie na typové schvaľovanie, vyžaduje si naplnenie mandátu dočasného výboru viac času na vyšetrovanie. Preto je potrebné, aby Komisia a členské štáty s Európskym parlamentom spolupracovali a poskytli výboru maximálnu súčinnosť.

 
  
MPphoto
 
 

  Louis-Joseph Manscour (S&D), par écrit. ‒ Le présent rapport intermédiaire de la commission d'enquête du Parlement européen sur la mesure des émissions dans le secteur de l’automobile (EMIS) intervient suite au scandale «Volkswagen» qui a éclaté fin 2015.

En effet, un vaste système de logiciels permettant la fraude aux tests anti-pollution de l’UE avaient été découvert sur 11 millions de véhicules diesel dans le monde.

Au regard des enjeux en matière d’intérêt général, de santé publique et d’environnement, je vote en faveur de ce rapport de la commission d’enquête EMIS, afin que toute la lumière soit faite sur ce scandale de fraude aux tests anti-pollution.

 
  
MPphoto
 
 

  Νότης Μαριάς (ECR), γραπτώς. ‒ Ψηφίζω την ενδιάμεση έκθεση σχετικά με την εξέταση των μετρήσεων εκπομπών στην αυτοκινητοβιομηχανία, για τους λόγους που ανέφερα αναλυτικά στην ομιλία μου στην Ολομέλεια του Ευρωπαϊκού Κοινοβουλίου στο Στρασβούργο στις 13/9/2016, καθώς και διότι η εν λόγω ενδιάμεση έκθεση είναι πλήρης και τεκμηριωμένη.

 
  
MPphoto
 
 

  Dominique Martin (ENF), par écrit. ‒ J’ai voté pour ce texte.

Il s’agit d’un rapport intermédiaire méthodologique du Parlement européen concernant l’enquête sur les émissions dans le secteur de l’automobile. La constitution de cette commission d’enquête fait suite au «scandale Volkswagen» qui, le 18 septembre 2015, révélait le recours de la multinationale à des manœuvres frauduleuses visant à falsifier les mesures d’émission de dioxyde d’azote par les moteurs diesel de ses véhicules.

Ce subterfuge permettait à Volkswagen de se conformer à la législation américaine, rendant ses produits aptes à l’exportation dans ce pays. Ce rapport d’étape ouvre la voie à la poursuite des travaux de la commission d’enquête, et notamment des auditions jusqu’à l’automne 2016.

 
  
MPphoto
 
 

  Fulvio Martusciello (PPE), in writing. – The European Union is on a regular process of improvement. We all in the EPP group certainly want a better and smarter Europe, but only by correcting our mistakes we will be able to accomplish the aforementioned goal. The promised investigation is important and any objections to carrying it out would only go against the principle of loyal cooperation established in Union Law. Therefore, I voted in favour of the Report on the Inquiry into Emission Measurements in the Automotive sector.

 
  
MPphoto
 
 

  Jiří Maštálka (GUE/NGL), písemně. ‒ Dnes jsme se seznámili s prvními průběžnými závěry činnosti výboru pro vyšetřování údajných přestupků nebo nesprávného úředního postupu při uplatňování práva Unie v souvislosti s měřením emisí v automobilovém průmyslu. Jedná se o zvláštní orgán Evropského parlamentu, který nijak nezasahuje do kompetencí vnitrostátních soudních ani exekutivních orgánů. Výbor EMIS má za úkol shromažďovat informace a údaje a analyzovat je. Při dnešním hlasování jsme podpořili další činnost výboru EMIS, přislíbili jsme veškerou možnou součinnost a spolupráci. Hlasoval jsem pro přijetí zprávy.

 
  
MPphoto
 
 

  Gabriel Mato (PPE), por escrito. ‒ El primer informe presentado ante el pleno por la Comisión de Investigación del Parlamento Europeo sobre la medición de emisiones contaminantes en el sector del automóvil pone a las claras que algo se hizo mal y que es preciso tomar medidas para evitar que algo así vuelva a producirse.

Voto a favor de este informe, que pone de manifiesto que la legislación actual es suficiente. Y pido a los miembros de la Comisión un esfuerzo para plantear soluciones en el informe definitivo, puesto que Europa se juega mucho en la resolución de un problema fundamental para un sector tan importante como la industria automovilística y también para el medio ambiente.

 
  
MPphoto
 
 

  Georg Mayer (ENF), schriftlich. ‒ Eine parlamentarische Untersuchung bzgl. des Abgasskandals soll eingeleitet werden. Die Arbeit des Ausschusses soll für die Öffentlichkeit möglichst transparent werden. Daher unterstütze ich diesen Untersuchungsausschuss.

 
  
MPphoto
 
 

  Valentinas Mazuronis (ALDE), raštu. ‒ Pritariau EP parengtam pranešimui dėl išmetamųjų teršalų matavimo automobilių sektoriuje tyrimų. Šiame pranešime apžvelgiamos EMIS komiteto pirmosios kadencijos pusės darbo plano perspektyvos. Be to, komitetas raginamas surinkti ir išanalizuoti informaciją, kad būtų nustatyta, ar Komisija ir valstybės narės turėjo įrodymų dėl išderinimo įtaisų naudojimo, bei surinkti ir išanalizuoti informaciją dėl valstybių narių Direktyvos 2007/46/EB įgyvendinimo.

 
  
MPphoto
 
 

  Jean-Luc Mélenchon (GUE/NGL), par écrit. ‒ Le 17 décembre 2015, le Parlement européen a décidé de constituer une commission d'enquête composée de 45 membres et chargée d'examiner les allégations d'infraction au droit de l'Union ou de mauvaise administration dans l'application de celui-ci en ce qui concerne la mesure des émissions dans le secteur de l'automobile, sans préjudice des compétences des juridictions nationales ou de celles de l'Union.

Le rapport qui nous est présenté a pour objet de donner un bref aperçu des activités de ladite commission depuis sa constitution, le 2 mars 2016, ainsi qu'une idée du plan de travail pour la première moitié du mandat de cette commission.

La commission a d'ores et déjà procédé à de nombreuses auditions dont les comptes rendus sont accessibles au public via un site dédié. Je vote pour ce rapport et encourage la commission d'enquête à poursuivre ses travaux avec rigueur.

 
  
MPphoto
 
 

  Joëlle Mélin (ENF), par écrit. ‒ Suite au scandale Volkswagen, le Parlement avait décidé de former une commission d’enquête.

Il s’agit ici d’un rapport intermédiaire bref et neutre qui vise à assurer une bonne collaboration entre les différentes autorités compétentes.

J’ai donc voté pour ce texte.

 
  
MPphoto
 
 

  Nuno Melo (PPE), por escrito. ‒ É necessário assegurar o apoio imediato e a total transparência no apoio ao trabalho da Comissão de Inquérito, respeitando plenamente o princípio da cooperação leal, prestando todo o apoio técnico e político possível, nomeadamente através de uma maior rapidez na apresentação da documentação requerida. A plena cooperação dos atuais comissários e diretores-gerais pertinentes, bem como dos que exerceram funções em anteriores mandatos é fundamental para o sucesso desta Comissão de Inquérito. Daí o meu voto favorável.

 
  
MPphoto
 
 

  Roberta Metsola (PPE), in writing. ‒ I chose to support this report as it is essential that Parliament’s committees, especially its committees of inquiry, receive the necessary support for them to fulfil their mandates. It is important for Member States and for the Commission to comply with the committee’s requests for information in a prompt and transparent manner.

 
  
MPphoto
 
 

  Louis Michel (ALDE), schriftelijk. – Vorig jaar werd Europa opgeschrikt door de bevinding dat auto’s veel méér schadelijke gassen uitstoten dan is toegelaten en dat tal van autoconstructeurs in de voertuigen sjoemelsoftware hadden ingebouwd zodat ze ongestoord de officiële controles konden passeren. Op 17 december vorig jaar heeft het Parlement dan ook terecht het startschot gegeven voor de oprichting van een parlementaire onderzoekscommissie. Deze EMIS-commissie heeft tot doel onderzoek te voeren naar de inbreuken en het wanbeheer bij de toepassing van het Unierecht op het gebied van emissiemetingen in de automobielsector. Op basis van het tussentijds verslag is het prematuur conclusies te verbinden aan het mandaat van deze commissie, maar verwacht wordt dat de EMIS-commissie op het eind van haar werkzaamheden de nodige aanbevelingen presenteert. Om te garanderen dat de commissie haar werk naar behoren kan doen, is het noodzakelijk dat ze beschikt over alle relevante informatie over het gebruik en de kennis van manipulatiemechanismen in de automobielsector. Daarom is het aangewezen dat alle betrokken partijen de nodige technische en politieke ondersteuning bieden aan het onderzoek van de EMIS-commissie. Zo kunnen we onze auto-industrie in de toekomst beter doen presteren en tegelijk alle inwoners van Europa een betere luchtkwaliteit garanderen.

 
  
MPphoto
 
 

  Miroslav Mikolášik (PPE), písomne – 17. decembra 2015 Európsky parlament rozhodol o zriadení vyšetrovacieho výboru vo veci merania emisií v automobilovom priemysle na vyšetrenie údajného porušenia alebo nesprávneho úradného postupu pri uplatňovaní práva Únie v súvislosti s meraním emisií v automobilovom priemysle bez toho, aby bola dotknutá právomoc vnútroštátnych súdov alebo súdov Spoločenstva. Touto predbežnou správou Výbor žiadal o podporu všetkých opatrení, potrebných na plnenie svojho mandátu, ktorého rozsah je upravený článkom 226 TFEU a rozhodnutím Parlamentu, Rady a Komisie. Požiadavka výboru sa týkala zaistenia plnej podpory, transparentnosti a lojálnej spolupráce, zaistením technickej a politickej pomoci európskych inštitúcií a členských štátov. Za návrh predbežnej správy výboru EMIS hlasujem kladne.

 
  
MPphoto
 
 

  Marlene Mizzi (S&D), in writing. ‒ I have voted in favour of the report, which recalls the principle of good cooperation between the institutions, insists on full transparency and asks all actors involved to provide the necessary assistance for the fulfilment of the Committee’s mandate. The interim report is a purely technical report as at this point in time it is premature to draw any definite conclusions from the work of the Inquiry Committee.

 
  
MPphoto
 
 

  Csaba Molnár (S&D), írásban. ‒ Az Európai Parlament tavaly december 17-én határozatot fogadott el vizsgálóbizottság felállításáról az uniós jog állítólagos megsértése és állítólagos hivatali visszásságok kivizsgálására a gépjárműiparban alkalmazott kibocsátásmérés kapcsán, felszólítva egyúttal a vizsgálóbizottságot arra, hogy a munka megkezdésétől számított hat hónap elteltével nyújtson be időközi jelentést. A vizsgálóbizottság a határidő lejártával az eddigiekben hozzá benyújtott és az általa megvizsgált szóbeli és írásbeli tanúvallomások alapján időközi jelentésében megállapítja, hogy további vizsgálatokra van szükség minden olyan szempontból, amelyre megbízatása kiterjed.

Azt indítványozza ezért, hogy a Parlament utasítsa a vizsgálóbizottságot munkája folytatására és támogassa a megbízatás teljesítésére irányuló valamennyi intézkedést és kezdeményezést, továbbá kérje föl az Elnökök Értekezletét és az Elnökséget, hogy támogasson minden ahhoz szükséges intézkedést, hogy a vizsgálóbizottság képes legyen teljesíteni megbízatását. Azt kéri továbbá, hogy a Parlament fogalmazzon meg a tagállamok kormányainak, parlamentjeinek és felhatalmazással rendelkező hatóságainak szóló elvárást arra nézve, hogy támogassák a vizsgálóbizottságot feladatainak végrehajtásában, az uniós jogba bevésődött jóhiszemű együttműködés alapelvének teljes tiszteletben tartásával. Az időközi jelentés elfogadását támogattam.

 
  
MPphoto
 
 

  Bernard Monot (ENF), par écrit. ‒ Le 18 septembre 2015 éclatait le scandale Volkswagen à la suite des révélations de chercheurs américains concernant des logiciels de trucage permettant de masquer les émissions de dioxyde d’azote des moteurs diesel. Ce procédé permettait au premier constructeur automobile mondial d’exporter aux États-Unis en dépit des strictes limites d’émission de dioxyde d’azote.

Le Parlement avait alors décidé le 17 décembre 2015 de former une commission d’enquête afin d’examiner les allégations d’infraction au droit de l’Union ou de mauvaise administration dans l’application de celui-ci.

Ce rapport intermédiaire énonce la méthode et les auditions qui constituent l’enquête du Parlement sur les émissions dans le secteur de l’automobile. Les auditions proprement dites se poursuivent "jusqu’à l’automne 2016", après quoi les députés travailleront à la rédaction du rapport final.

Aussi aucune orientation de fond n’est-elle donnée. Ce texte bref et très neutre encourage simplement la commission d’enquête à poursuivre ses travaux, invite la conférence des présidents ainsi que la Commission et les autorités des États membres à collaborer avec loyauté, pour qu’aucun élément de l’enquête n’échappe à la commission.

Vote favorable.

 
  
MPphoto
 
 

  Cláudia Monteiro de Aguiar (PPE), por escrito. ‒ A Comissão de Inquérito à indústria automóvel não se coibiu de analisar várias áreas de negócio por forma a aprofundar a investigação em curso. Neste sentido, enviou diversos questionários aos Estados-Membros, às instituições da União e a outros organismos, e abriu um convite público à apresentação de elementos de prova no seu sítio Web.

Voto favoravelmente o presente relatório e defendo que temos de evoluir para uma indústria automóvel elétrica, que contribua para o aumento da sustentabilidade das cidades e a melhoria das condições de vida de todos os cidadãos.

 
  
MPphoto
 
 

  Sophie Montel (ENF), par écrit. ‒ Ce rapport intermédiaire concernant l’enquête sur la mesure des émissions dans le secteur de l’automobile énonce la méthode et les auditions qui constituent l’enquête du Parlement sur les émissions dans le secteur de l’automobile mise en place suite au scandale Volkswagen.

Ces auditions se poursuivront jusqu’à l’automne 2016. Le texte encourage simplement la commission d’enquête à poursuivre ses travaux. J’ai voté en faveur de ce texte.

 
  
MPphoto
 
 

  Claude Moraes (S&D), in writing. ‒ I voted in favour of the report which outlines the working methods and plan adopted so far by the EMIS Committee, without introducing any political assessment or anticipating policy conclusions or recommendations.

 
  
MPphoto
 
 

  Nadine Morano (PPE), par écrit. ‒ Ce texte est relatif aux travaux de la commission d’enquête sur la mesure des émissions dans le secteur de l’automobile.

Il constitue un état des lieux des auditions de la Commission et n’a aucune portée normative. J’ai voté pour.

 
  
MPphoto
 
 

  Elisabeth Morin-Chartier (PPE), par écrit. ‒ J’ai voté en faveur du rapport sur l’enquête concernant la mesure des émissions dans le secteur de l’automobile (EMIS), chargé de collecter des informations sur les erreurs ou les malversations commises dans l’application de la directive européenne.

Ce rapport intermédiaire présentait les mesures déjà adoptées et celles prévues, faisait état de la coopération loyale de cette commission dans son travail et demandait aux États d’apporter à cette enquête le support politique et technique dont elle a besoin pour mener à bien sa mission.

 
  
MPphoto
 
 

  József Nagy (PPE), írásban. ‒ Támogattam a jelentést, amely ésszerű egyensúlyt kíván teremteni az egészség és az Európai Unió versenyképessége között. Az európai ipar jövőjéről van itt szó. A cél a szén-dioxid-kibocsátás csökkentése. Jelenleg az Európai Unió alkalmazza a legszigorúbb szabályokat a káros anyag kibocsátásokra vonatkozóan. Nagyon fontos, hogy harmonizált szabályokat fogalmazzunk meg. Célunk, hogy a környezet minőségét tovább javítsuk, és ezáltal az európai polgárok egészsége javuljon. Véleményem szerint minden lépést meg kell tenni, hogy az ipar versenyképessége megmaradjon, és így a foglalkoztatottság tovább nőjön.

 
  
MPphoto
 
 

  Victor Negrescu (S&D), in writing. ‒ I have voted for this report that offers a brief overview of the activities of the EMIS Committee and also provides an outlook on the upcoming working plan of the Committee. The EMIS Committee has been set up since the 2nd of March 2016 to investigate alleged contraventions or maladministration relating to emission measures in the automotive sector.

 
  
MPphoto
 
 

  Dan Nica (S&D), în scris. ‒ Comisia temporară de anchetă a fost instituită în 2015 ca să ancheteze presupusele lacune în aplicarea legislației Uniunii în ceea ce privește măsurarea emisiilor în sectorul autovehiculelor, această comisie urmând să prezinte eventuale recomandări.

Am votat pentru rezoluția Parlamentului European referitoare la ancheta privind măsurarea emisiilor în sectorul autovehiculelor deoarece consider că această comisie trebuie să-și continue activitatea și să-și îndeplinească integral mandatul acordat de Parlament. Rezultatele anchetei în curs ar putea duce la îmbunătățirea cadrului de omologare de tip al Uniunii.

Invităm Comisia să asigure un sprijin prompt și o transparență deplină atunci când îi acordă asistență comisiei de anchetă în activitatea acesteia, cu respectarea deplină a principiului cooperării loiale, asigurându-i tot sprijinul tehnic și politic posibil, în special prin transmiterea mai rapidă a documentației solicitate.

 
  
MPphoto
 
 

  Liadh Ní Riada (GUE/NGL), in writing. – I voted in favour of this motion for resolution, which is the interim report of the Committee of Inquiry that was established in December to investigate alleged contraventions or maladministration in the application of Union law in relation to emission measurements in the automotive sector (Volkswagen scandal). The inquiry is ongoing and the report does not include any conclusions or recommendations. It calls for ongoing support and cooperation for the inquiry by the Commission and national governments, such as providing swifter access to requested documents.

 
  
MPphoto
 
 

  Franz Obermayr (ENF), schriftlich. ‒ Hier wird eine parlamentarische Untersuchung eingeleitet, die den Abgasskandal der Automobilindustrie bearbeitet. Die Arbeit des Ausschusses wird – unter Wahrung der Vertraulichkeit – für die Öffentlichkeit möglichst transparent werden. Aus diesem Grund unterstütze ich den vorliegenden Bericht.

 
  
MPphoto
 
 

  Maite Pagazaurtundúa Ruiz (ALDE), por escrito. ‒ Esta resolución sobre la investigación sobre la medición de las emisiones en el sector del automóvil, creada como consecuencia del escándalo de las emisiones de los motores diésel del Grupo Volkswagen, se presenta seis meses después del inicio de su mandato, con el único objetivo de mostrar una descripción de las actividades realizadas desde su constitución el 2 de marzo de 2016.

Por la naturaleza de dicha comisión no le está permitido presentar conclusiones antes de la finalización de su mandato. Lo que sí sabemos a través de este informe, es que las evidencias del trabajo realizado hasta el momento confirman la necesidad de seguir trabajando, y para ello es necesario que los Gobiernos, las autoridades competentes y las partes implicadas muestren una cooperación leal que será la muestra su compromiso con los ciudadanos. Por ello he decidido votar a favor.

 
  
MPphoto
 
 

  Δημήτρης Παπαδάκης (S&D), γραπτώς. ‒ Υπερψήφισα την έκθεση η οποία προβλέπει την συνέχιση των προσπαθειών της επιτροπής ούτως ώστε να διερευνηθούν οι καταγγελίες για παραβιάσεις ή κακής διαχείρισης κατά την εφαρμογή του κοινοτικού δικαίου, σε σχέση με τις μετρήσεις εκπομπών στην αυτοκινητοβιομηχανία. Πλέον η επιτροπή καλείται να συγκεντρώσει και να αναλύσει τις πληροφορίες προκειμένου να εξακριβωθεί κατά πόσο η Επιτροπή και τα κράτη μέλη είχαν αποδείξεις για τη χρήση μηχανισμών αναστολής και να διατυπώσει οποιεσδήποτε συστάσεις κρίνει σκόπιμες σχετικά με το θέμα.

Επιπρόσθετα, η διαφάνεια των συγκεκριμένων μετρήσεων είναι ένα θέμα το οποίο πρέπει να ξεκαθαρίσει το συντομότερο δυνατό, κάτι το οποίο με την ενισχυμένη δράση της επιτροπής, μετά και το ψήφισμα, ενισχύεται ακόμη περισσότερο.

 
  
MPphoto
 
 

  Margot Parker (EFDD), in writing. ‒ We believe that national parliaments should be responsible for all investigations related to maladministration in the application of environmental law.

 
  
MPphoto
 
 

  Alojz Peterle (PPE), in writing. ‒ I voted for the interim report that highlights several important issues regarding NOx emissions and steers the EMIS Committee’s work in the second half of its mandate. We need to better explore what happened during the relevant period, both in the Commission as well as in the Parliament that lead eventually to vague legislation, which partially enabled the situation we are facing today. The confidence in the industry has been damaged and in order to regain trust, the testing regime clearly needs to reflect the real world more accurately.

 
  
MPphoto
 
 

  Marijana Petir (PPE), napisan. ‒ Pozdravljam rad Istražnog odbora za mjerenje emisija u automobilskom sektoru o istrazi mjerenja emisija. Ovo izvješće podsjeća da pratimo utvrđivanje činjenica kako bi se rasvijetlili svi uzroci i okolnosti koje su dovele do jednog od najvećih skandala u novijoj europskoj povijesti. Taj skandal osim svojih mjerljivih ekonomskih učinaka za sve zaposlene u automobilskom sektoru ruši istovremeno ugled europske industrije, pogotovo industrije vozila koja je na svjetskom tržištu suočena sa snažnom konkurencijom.

Najteže posljedice koje ovaj skandal ima su ipak one koje utječu na povjerenje građana u institucije EU-a i nacionalnih država. Narušava se povjerenje građana u zajednički projekt Unije, u ispravnost, primjerenost i dosljednost europskih politika. Naša vjerodostojnost kao i vjerodostojnost EU institucija može se oporaviti samo ukoliko povjerenstvo bude ispunilo u potpunosti zadani mandate - utvrdilo poštivanje obveza propisanih Uredbom (EZ) br. 715/2007 (homologacija) od strane država članica i Komisije, utvrdilo jesu li Komisija i države članice imale dokaze o uporabi uređaja za ometanje te također informacije o provedbi Direktive 2007/46/EZ (implementacija homologacije) od strane država članica.

Iako Europski parlament nema nadležnost nad pravosuđem, važno je da i države budu vjerodostojne te da provedu odgovarajuće pravosudne aktivnosti ukoliko se utvrdi kaznena odgovornost pojedinih osoba ili zainteresiranih skupina.

 
  
MPphoto
 
 

  Florian Philippot (ENF), par écrit. ‒ Ce rapport intermédiaire énonce la méthode et les auditions qui constituent l’enquête du Parlement sur les émissions dans le secteur de l’automobile. Les auditions proprement dites se poursuivent «jusqu’à l’automne 2016», après quoi les députés travailleront à la rédaction du rapport final. Aussi aucune orientation de fond n’est-elle donnée dans ce texte voté en commission le 13 juillet.

Ce texte bref et très neutre encourage simplement la commission d’enquête à poursuivre ses travaux, invite la Conférence des présidents ainsi que la Commission et les autorités des États membres à collaborer avec loyauté, pour qu’aucun élément de l’enquête n’échappe à la commission. Je vote donc en sa faveur.

 
  
MPphoto
 
 

  Tonino Picula (S&D), napisan. ‒ Svrha obrazloženja nacrta privremenog izvješća odbora EMIS je dati sažet pregled aktivnosti navedenog Odbora od njegova osnivanja 2. ožujka 2016. te u glavnim crtama predstaviti predstojeći plan rada za prvu polovinu mandata odbora EMIS.

Budući da je članak 226. UFEU-a za Europski parlament pravna osnova za osnivanje privremenog Istražnog odbora radi istrage navodne povrede ili nepravilnosti u provedbi prava Unije, ne dovodeći u pitanje nadležnosti nacionalnih sudova ili sudova Unije, te budući da je to važan sastavni dio nadzornih ovlasti Parlamenta, slažem se sa stajalištem da Istražni odbor nastavi sa svojim radom te da u potpunosti ispuni mandat koji mu je Parlament povjerio u svojoj Odluci od 17. prosinca 2015. i podržavam sve mjere i inicijative koje vode do ispunjenja mandata.

 
  
MPphoto
 
 

  Miroslav Poche (S&D), písemně. ‒ Jsem velmi rád, že v prosinci 2015 se Evropský parlament rozhodl zřídit vyšetřovací výbor složený ze 45 poslanců k vyšetřování údajných přestupků nebo nesprávného úředního postupu při uplatňování práva Unie v souvislosti s měřením emisí v automobilovém průmyslu. Vyšetřování výboru EMIS se zaměřuje na dodržování povinností stanovených nařízením (ES) č. 715/2007, má za úkol shromažďovat a analyzovat informace s cílem zjistit, zda Komise a členské státy měly důkazy o používání odpojovacích zařízení, a dále shromažďovat a analyzovat informace o provádění směrnice 2007/46/ES členskými státy. Jako sociální demokrat usiluji o větší transparentnost v dnešním světě, proto oceňuji, že bude možné sledovat svědectví podávaná odborníky a svědky pomocí doslovného záznamu ze slyšení v angličtině, který bude také zveřejněn na webových stránkách výboru EMIS. Věřím, že konečná zpráva vyšetřovacího výboru přinese nové poznatky, které budou užitečné nejen pro hodnocení této kauzy kolem emisí v automobilovém průmyslu, ale i pro soudní orgány.

 
  
MPphoto
 
 

  Salvatore Domenico Pogliese (PPE), per iscritto. ‒ Il 17 dicembre 2015 il Parlamento europeo ha deciso di costituire una commissione d'inchiesta composta da 45 membri, incaricata di esaminare le denunce di infrazione o di cattiva amministrazione nell'applicazione della legislazione dell'Unione in relazione alla misurazione delle emissioni nel settore automobilistico. Sono convinto che una delle prerogative di maggiore importanza del Parlamento europeo sia quella di vigilare sull'operato delle altre istituzioni dell'Unione, rappresentando gli interessi dei cittadini europei. Per quanto concerne il merito di questa inchiesta, reputo doveroso contribuire al ristabilimento della piena fiducia da parte dei consumatorie e appurare le singole responsabilità senza danneggiare l'intero comparto automobilistico che rappresenta un'eccellenza europea. Ho votato a favore dell'approvazione di questa relazione interlocutoria.

 
  
MPphoto
 
 

  Tomasz Piotr Poręba (ECR), na piśmie. ‒ Na podstawie decyzji Parlamentu z dnia 17 grudnia 2015 r., aby utworzyć komisję śledczą ds. pomiarów emisji w sektorze motoryzacyjnym, komisja ma przedstawić sprawozdanie śródokresowe w ciągu 6 miesięcy od jej powołania. Sprawozdanie będzie poddane pod głosowanie w dniu 13 września 2016 r.

Biorąc pod uwagę, że przesłuchania EMIS wciąż trwają, koordynatorzy uzgodnili, że sprawozdanie nie będzie zawierało żadnych treści o charakterze politycznym. Jest ono zatem czysto techniczne i opisuje ramy czasowe oraz podkreśla konieczność pełnej współpracy pomiędzy Konferencją Przewodniczących, Prezydium PE, Komisją Europejską i władzami narodowymi. Niniejszym poparłem to sprawozdanie.

 
  
MPphoto
 
 

  Franck Proust (PPE), par écrit. ‒ J’ai voté pour le rapport intermédiaire de la commission d’enquête sur la mesure des émissions dans le secteur de l’automobile (EMIS), dont je suis membre.

Le texte voté ici fait état des travaux à mi-parcours, essentiellement techniques car retraçant les auditions d’experts réalisées jusqu’à présent. Cette commission a été mise en place en décembre 2015 à la suite du scandale Volkswagen.

À travers les travaux de cette commission, mon objectif est de rappeler l’importance de protéger les automobilistes et les citoyens de ce genre de pratiques et d’améliorer ensuite les procédures de tests, en harmonie avec la lutte perpétuelle pour maintenir la compétitivité et le savoir-faire automobile européens, notamment français.

Cette démarche s’inscrit d’ailleurs dans la continuité des recommandations effectuées dans mon rapport CARS 2020 sur l’avenir de l’automobile.

 
  
MPphoto
 
 

  Julia Reid (EFDD), in writing. ‒ We believe that national parliaments should be responsible for all investigations related to maladministration in the application of environmental law.

 
  
MPphoto
 
 

  Christine Revault D'Allonnes Bonnefoy (S&D), par écrit. ‒ La commission d‘enquête sur les fraudes aux émissions des véhicules n’en est qu’à la moitié de ses travaux mais un élément s’impose déjà aux yeux de ses membres: le problème n’est pas tant la législation européenne qui encadre les émissions que sa mise en œuvre effective et le contrôle de sa bonne application.

En tant que législateurs, il est de notre responsabilité de faire toute la lumière sur le scandale du Dieselgate car la confiance de nos concitoyens dans l’Europe s’érode un peu plus chaque jour.

Il faut restaurer cette confiance, elle est indispensable à la cohésion en Europe. Pour cela il faut absolument mettre au jour tous les dysfonctionnements politiques et institutionnels qui ont permis un tel scandale.

Plus largement, l’enjeu est de garantir une mobilité plus propre, dans le respect de la santé publique et de l’environnement, tout en pérennisant les emplois, in fine pour favoriser un développement durable qui bénéficie à tous.

Dans mon travail de rapporteure fictive de la commission EMIS pour le groupe des socialistes et des démocrates, la défense de l'intérêt général est ma motivation principale, et je continuerai d'œuvrer en ce sens jusqu'à la fin de l'enquête parlementaire.

 
  
MPphoto
 
 

  Sofia Ribeiro (PPE), por escrito. ‒ O objetivo do relatório consiste em dar uma panorâmica geral sucinta das atividades da Comissão EMIS desde a sua constituição, bem como em fornecer uma perspetiva sobre o próximo plano de trabalho sobre a primeira metade do mandato.

Em 17 de dezembro de 2015, o Parlamento decidiu constituir uma comissão de inquérito para investigar as alegadas contravenções ou má administração na aplicação do direito comunitário relacionadas com a medição das emissões no setor automóvel, sem prejuízo das competências cometidas aos órgãos jurisdicionais nacionais ou da União.

Além disso, a Comissão EMIS é chamada a recolher e analisar informações para verificar se a Comissão e os Estados-Membros dispunham de provas da utilização de mecanismos manipuladores, bem como a recolher e analisar informações sobre a aplicação.

Os coordenadores da EMIS adotaram o calendário das reuniões EMIS para 2016, tendo em conta a necessidade de limitar a sobreposição com as comissões permanentes e concordaram em limitar o número de missões das comissões ao mínimo necessário, solicitar uma análise aprofundada sobre as obrigações legais no que se refere à medição das emissões no setor automóvel da UE, entre outras medidas. Face ao exposto, votei favoravelmente.

 
  
MPphoto
 
 

  Inmaculada Rodríguez-Piñero Fernández (S&D), por escrito. ‒ Sin perjuicio de la competencia de los tribunales, el 17 de diciembre de 2015 se constituyó una comisión de investigación sobre las alegaciones de infracción y mala administración en la medición de emisiones en el sector del automóvil.

El alcance de la investigación está limitado por el art. 226 TFUE y la Decisión sobre el derecho de investigación del PE, conforme a los que debe centrarse en investigar el cumplimiento de Comisión y Estados de las obligaciones del Reglamento (CE) n.º 715/2007. Además de recopilar y analizar información sobre la aplicación de la Directiva 2007/46/CE, determinar si tenían pruebas de la utilización de dispositivos de desactivación y formular las recomendaciones que considere necesarias.

Mientras que el informe final tendrá lugar en marzo de 2017, este voto se refiere al informe intermedio que, por su naturaleza, no puede adelantar conclusiones antes de que todos los testigos sean escuchados y se reúnan evidencias bastantes.

Tiene, por tanto, carácter puramente técnico, haciendo hincapié en los aspectos procedimentales. Se recuerdan los principios de trasparencia y de buena cooperación entre instituciones y se solicita a todos los actores involucrados que proporcionen la asistencia necesaria para el cumplimiento del mandato de la Comisión EMIS.

Por todo ello, voto a favor del Informe.

 
  
MPphoto
 
 

  Claude Rolin (PPE), par écrit. ‒ J’ai voté en faveur du rapport intermédiaire relatif à l'enquête sur la mesure des émissions dans le secteur de l'automobile, car il est essentiel que la Commission fasse preuve de transparence totale sur cette question.

La fraude apparue au grand jour ne fait que confirmer le besoin de renforcer les systèmes de contrôle des normes et de faire en sorte qu’ils soient supervisés par un organisme indépendant au niveau européen.

Les États membres doivent également apporter leur soutien, notamment l’aide technique et politique nécessaires à la poursuite des travaux.

Cette tricherie est non seulement inacceptable, mais elle a aussi un coût. Le coût de la non-Europe, car elle détériore l’image de l’industrie automobile – singulièrement l’industrie allemande, et il sera plus difficile, demain, de faire la leçon aux autres grandes puissances mondiales qui rechignent à contribuer à la baisse d’émission de gaz à effet de serre.

 
  
MPphoto
 
 

  Bronis Ropė (Verts/ALE), raštu. ‒ Balsavau už šį pranešimą, kuriuo aptariamas specialaus tyrimų komiteto dėl išmetamųjų teršalų automobilių sektoriuje darbas. Esu šio komiteto narys ir turiu pripažinti, kad jis dirba labai nelengvomis sąlygomis. Pirmiausia jo nariams nėra taip paprasta išsireikalauti reikiamų dokumentų, nuolatos vėluojama juos pateikti. Nepaisant to, jau ima ryškėti galimi komiteto darbo rezultatai, kurie turėtų atskleisti, jog iki šiol esama nekompetentingų pareigūnų, kurie nenorėjo tirti tikrųjų išmetimų didėjimo, o ne mažėjimo, priežasčių.

 
  
MPphoto
 
 

  Fernando Ruas (PPE), por escrito. ‒ Em dezembro de 2015, no seguimento do chamado ‘escândalo das emissões no sector automóvel’, o Parlamento Europeu constituiu uma Comissão de Inquérito de 45 membros, para investigar as alegadas infrações na aplicação do direito comunitário relacionadas com a medição das emissões de gases no setor automóvel (sem prejuízo das competências cometidas aos órgãos jurisdicionais nacionais ou da União Europeia).

O presente relatório intercalar vem referir a importância do bom desenrolar das ações de avaliação previstas, devendo para isso a Comissão de Inquérito prosseguir com o seu trabalho de forma a poder cumprir integralmente as obrigações que lhe foram acometidas no âmbito do seu mandato.

Para além disso, também a Comissão Europeia, os Estados-Membros, através dos seus governos, parlamentos nacionais e autoridades competentes, deverão assegurar o apoio ao trabalho da Comissão de Inquérito, respeitando plenamente o princípio da cooperação leal e prestando todo o apoio técnico e político possível.

Em face do exposto, votei favoravelmente este relatório.

 
  
MPphoto
 
 

  Tokia Saïfi (PPE), par écrit. ‒ J’ai voté en faveur de ce rapport qui a été élaboré par la commission parlementaire d’enquête sur les émissions automobiles créée par le Parement le 17 décembre 2015 et mise en place le 2 mars dernier, à la suite du scandale Volkswagen.

Depuis sa création, la commission d’enquête EMIS a tenu 12 réunions et auditionné 37 experts; une étude a également été commandée sur les divergences des mesures d’émissions entre les tests d’homologation et la conduite en conditions réelles.

Ce texte, qui est un rapport à mi-parcours des travaux de la commission EMIS, appelle une nouvelle fois la Commission et les États membres à faciliter l’enquête en respectant le principe de coopération loyale défini par les règles européennes.

Il est important que la sécurité et la santé de nos citoyens et des automobilistes soient assurées et c’est en ce sens que nous devons améliorer les procédures de tests.

 
  
MPphoto
 
 

  Lola Sánchez Caldentey (GUE/NGL), por escrito. ‒ He votado a favor dado que la Resolución insta a la comisión de investigación sobre la Medición de las Emisiones en el Sector del Automóvil, a raíz del escándalo de VW, a que ponga en práctica plenamente el mandato impartido por el Parlamento en su Decisión de 17 de diciembre de 2015.

Pide a la Conferencia de Presidentes y a la Mesa que apoyen todas las medidas necesarias, particularmente, en lo que respecta a la autorización de audiencias y reuniones extraordinarias, el reembolso de los gastos de expertos y testigos, las misiones y cualquier otro medio técnico debidamente justificado.

Solicita a la Comisión Europea que garantice un apoyo inmediato y la plena transparencia, proporcionando todo el apoyo político y técnico posible, concretamente presentando con mayor prontitud la documentación que se le solicite; espera la plena colaboración de los comisarios y de las direcciones generales pertinentes, tanto de los que se encuentran actualmente en funciones como de aquellos que lo estuvieron durante mandatos anteriores.

Pide a los Gobiernos, Parlamentos y autoridades competentes de los Estados miembros que asistan a la comisión de investigación en su labor con pleno respeto del principio de cooperación leal establecido en el Derecho de la Unión.

 
  
MPphoto
 
 

  Daciana Octavia Sârbu (S&D), in writing. ‒ I welcome this report and the work of Parliament’s special Committee of Inquiry into the car emissions scandal. Public trust in the car manufacturers has been seriously eroded, as has confidence in the authorities tasked with regulating this industry. We should take every opportunity to improve legislation where necessary, but we also need an effective enforcement regime with appropriate oversight. Type approval authorities must have the necessary powers and resources to enforce the law and deter criminal activities, otherwise any improvements to legislation will be meaningless. I hope this report marks the beginning of long-lasting changes to improve environmental standards and restore public trust.

 
  
MPphoto
 
 

  Sven Schulze (PPE), schriftlich. ‒ Ich habe für den Interimsbericht des Untersuchungsausschusses zur Emissionsmessung in der Automobilindustrie gestimmt.

Es wurden Experteninformationen zur Emissionsmessung gesammelt und ehemalige Kommissare angehört, um die Motive ihres Handelns herauszufinden.

 
  
MPphoto
 
 

  Olga Sehnalová (S&D), písemně. ‒ Průběžná zpráva o vyšetřování měření emisí v automobilovém průmyslu potvrzuje mandát a pokračování činnosti vyšetřovacího výboru po polovině jeho funkčního období. Požaduje také po zúčastněných stranách, zejména po Evropské komisi, včasnou podporu a plnou transparentnost procesu vyšetřování. Zprávu jsem proto podpořila. S ohledem na stále probíhající proces slyšení pozvaných hostů se jedná o čistě technický dokument, protože výbor nechce před ukončením vlastního šetření předjímat žádné, byť dílčí, závěry. Shrnutí faktické činnosti výboru a výsledné poznatky budou obsahem závěrečné zprávy, kterou bude Evropský parlament přijímat v souladu s uděleným mandátem po roce činnosti.

 
  
MPphoto
 
 

  Maria Lidia Senra Rodríguez (GUE/NGL), por escrito. ‒ Me he abstenido en esta resolución porque aun no pudiendo oponerme a su contenido, la misma carece de significación política. Es mi opinión que las informaciones conocidas sobre el escándalo de las emisiones (y en particular, el escándalo que supone la revelación que las regulaciones europeas fueron implementadas para permitir graves discrepancias entre las emisiones reales y ficticias, por lo que muchos sistemas de manipulación de emisiones análogos al software desarrollado por Volskwagen-Bosch eran utilizados legalmente con la aprobación y el conocimiento de las autoridades nacionales y europeas) deberían haberse visto reflejadas en el mismo, en lugar de esperar otros seis meses para presentar las conclusiones finales.

 
  
MPphoto
 
 

  Remo Sernagiotto (ECR), per iscritto. ‒ Dal mese di marzo 2016, a seguito dello scandalo Volkswagen, la commissione d'inchiesta EMIS indaga su presunte violazioni delle norme europee e casi di cattiva amministrazione in relazione alla misurazione delle emissioni nel settore automobilistico. La relazione interlocutoria fornisce una panoramica del programma di lavoro della commissione: fino ad oggi EMIS ha tenuto 12 riunioni, per un totale di circa 50 ore, e 37 audizioni con esperti provenienti da istituti di ricerca e organizzazioni non governative, rappresentanti dell'industria e la Commissione europea. Dal momento che l'indagine è ancora in corso, la relazione non trae alcuna conclusione. Ho votato quindi a favore del testo in cui il Parlamento si limita a chiedere agli Stati membri e alla Commissione europea di fornire il sostegno tecnico e politico necessario per l'espletamento del mandato della commissione d'inchiesta.

 
  
MPphoto
 
 

  Jill Seymour (EFDD), in writing. ‒ I voted against this report as the commission is calling on Member States to follow the lead of the European Parliament. We believe that the EU should not instruct Member States in any way.

 
  
MPphoto
 
 

  Siôn Simon (S&D), in writing. – On 17 December 2015, the European Parliament decided to set up a Committee of Inquiry to investigate alleged contraventions or maladministration in the application of Union law in relation to emission measurements in the automotive sector. I voted in favour of the interim report which sets up working methods for the committee.

 
  
MPphoto
 
 

  Branislav Škripek (ECR), písomne ‒ Hlasoval som za. Podporujem ideu technickej dočasnej správy a jej návrhy. Komisia by mala zabezpečiť podporu a plnú transparentnosť v rámci pomoci práci vyšetrovacieho výboru a plne rešpektovať zásadu lojálnej spolupráce, pričom zabezpečí všetku možnú technickú a politickú podporu.

 
  
MPphoto
 
 

  Monika Smolková (S&D), písomne ‒ Podporila som návrh uznesenia, pretože považujem za veľmi dôležité, aby sme mali pravidelné informácie o tom, ako pokračuje vyšetrovanie merania emisií v automobilovom priemysle. Vyšetrovací výbor bol vytvorený 2. marca 2016 a v zmysle rozhodnutia predkladá aj predbežnú právu po šiestich mesiacoch svojej činnosti. Záverečnú správu predloží Parlamentu do 12 mesiacov. Počas uplynulého polroka vyšetrovací výbor si najprv vymenil názory s predstaviteľmi Komisie o tom, ako budú počas roka postupovať pri vyšetrovaní. Následne uskutočnil niekoľko vypočutí príslušných svedkov a znalcov v automobilovom priemysle. Práca vyšetrovacej komisie nie je jednoduchá, pretože členovia, kolegovia poslanci, sa vo väčšine musia spoľahnúť na znalecké posudky a svedecké výpovede, čo nie vždy musia korelovať s pravdivými údajmi. Všetci sme presvedčení, že automobilka Volkswagen porušila zákon, ale za dôležité považujem, aby sa už podobný prípad porušovania zákona a zavádzania spotrebiteľa nikdy v budúcnosti neopakoval.

 
  
MPphoto
 
 

  Igor Šoltes (Verts/ALE), pisno. ‒ Preiskovalni odbor Evropskega parlamenta za meritve emisij (EMIS) v avtomobilskem sektorju je aprila 2016 pričel delo z izmenjavo mnenj s predstavniki Evropske komisije, temu pa je sledilo zaslišanje ustreznih prič in strokovnjakov. Odbor je prav tako določil oglede strokovnih laboratorijev, ki merijo emisije, ter se odločil naročiti več strokovnih študij s tega področja. Vzpostavljena je bila posebna spletna stran, kjer lahko poslanci in javnost najdejo vse pomembne informacije v zvezi z delom odbora. V pripravi je tudi program zaslišanj v drugem delu mandata odbora. Ta zaslišanja se bodo nadaljevala vsaj do jeseni 2016, nato pa se bo odbor posvetil pripravi končnega poročila, ki mora biti pripravljeno v roku 12 mesecev od začetka dela.

Ker menim, da je potrebno raziskati nepoštene prakse, vezane na emisije v avtomobilskem sektorju, sem vmesno poročilo podprl.

 
  
MPphoto
 
 

  Joachim Starbatty (ECR), schriftlich. ‒ In Folge des VW-Abgasskandals wurde am 2. März 2016 der Untersuchungsausschuss zu Emissionsmessungen in der Automobilindustrie eingerichtet, um die mutmaßlichen Verstöße gegen das Unionsrecht und Missstände bei dessen Anwendung im Zusammenhang mit Emissionsmessungen in der Automobilindustrie unbeschadet der Zuständigkeiten der nationalen Gerichte oder der Gerichte der Union zu prüfen. Der Ausschuss nahm sich vor, neben den endgültigen Schlussfolgerungen auch einen Zwischenbericht nach der ersten Hälfte der Anhörungen zu produzieren. Dieser ist jetzt zur Abstimmung gestellt worden.

ALFA hat sich stark dafür eingesetzt, dass der Bericht rein technischer Natur bleibt und keine frühzeitigen Feststellungen oder politischen Botschaften darstellt. Aus diesem Grund konnte ich dem Bericht zustimmen.

Was die künftigen Schlussfolgerungen des Ausschusses angeht, muss ich allerdings meine ernste Besorgnis zum Ausdruck bringen. Wie mehrmals von meinem Kollegen und ALFA-Abgeordneten Hans-Olaf Henkel gewarnt, versuchen einige Parlamentarier anderer Fraktionen wie Paloma López Bermejo (Vereinigte Europäische Linke/Nordische Grüne) und Bas Eickhout (Grüne), die Untersuchung in eine unakzeptable Richtung zu steuern und die gesamte Automobilindustrie wegen technischer Manipulationen bei einem Hersteller (VW) in Sippenhaft zu nehmen. Ähnliche politisch motivierte Schlussfolgerungen lehnt ALFA als eine der Industrie und dem technologischen Fortschritt nahe deutsche Partei deutlich ab.

 
  
MPphoto
 
 

  Ivan Štefanec (PPE), písomne ‒ K objasneniu pozadia emisného škandálu sme o krok bližšie. Spolupráca s Európskou komisiou sa zlepšila, no narazili sme na komplikácie zo strany niektorých členských štátov, ktoré odmietajú poskytovať kľúčové informácie. Ako člen výboru EMIS budem spokojný vtedy, keď spoločne nastavíme realistické pravidlá, ktoré budú firmy dodržiavať a nebudú brániť rozvoju automobilového priemyslu v Európe. Európske inštitúcie spolu s členskými štátmi by tiež mali vyvinúť maximálne úsilie, aby dosiahli podobné odškodnenie podvedených zákazníkov, aké prebehlo v USA.

 
  
MPphoto
 
 

  Beatrix von Storch (EFDD), in writing. ‒ I voted against the motion for an EU Parliament resolution on the inquiry into emission measurements in the automotive sector. Given the EU’s penchant for regulatory harmonisation the outcome of such an inquiry can only result in further calls for more stringent regulations on Member States. Monitoring and enforcement of emissions standards should be left to the Members States in which best practices will be adopted through regulatory competition.

Furthermore, the inquiry requires that the governments, parliaments and competent authorities of Member States assist the Committee of Inquiry in its tasks. I find the legal basis for this demand lacking.

 
  
MPphoto
 
 

  Dubravka Šuica (PPE), napisan. ‒ Na temelju prijedloga Konferencije predsjednika, Parlament je odlučio u prosincu 2015. godine osnovati Istražni odbor radi istrage navodnih propusta u primjeni prava Unije u vezi s mjerenjima emisija u automobilskom sektoru. Plan rada Istražnog odbora odnosi se na saslušanje relevantnih svjedoka i stručnjaka, pisanih dokaza, službenih putovanja, naručenih sažetaka i studija stručnog mišljenja te službeno pisano mišljenje Prave službe Europskog parlamenta o pozivanju na svjedočenje osoba koje će možda morati sudjelovati u sudskom postupku.

Budući rezultati istrage koja je u tijeku mogli bi donijeti dodanu vrijednost homologacijskom okviru Unije. Podržavam privremeno izvješće o istrazi mjerenja emisija u automobilskom sektoru kako bi se u potpunosti ispunio mandat Istražnog odbora koji mu je Parlament povjerio uz potporu Konferencije predsjednika, Predsjedništva i Komisije te pomoć vlada, parlamenata i nadležnih tijela država članica.

 
  
MPphoto
 
 

  Patricija Šulin (PPE), pisno. ‒ Glasovala sem za vmesno poročilo o preiskavi glede merjenja emisij v avtomobilskem sektorju.

Preiskovalni odbor za meritve emisij v avtomobilskem sektorju skupaj z EK opravlja pomembno nalogo. Več kot očitno je, da imamo v EU slab tržni nadzor nad dogajanjem v avtomobilskem sektorju. Škandal, ki je bil odkrit v VW, ni osamljen, to pa ugotavljamo po tem, ko so odklopne naprave v Evropski uniji uradno prepovedane že 18 let.

Dizelska vozila z neustreznim delovanjem odklopnih naprav še vedno vozijo po naših cestah in tako onesnažujejo naše ozračje. Znižanje emisij CO2 je pomembna naloga vseh, zato je potrebno na tovrstne škandale odločneje odreagirati, tudi z odkrivanjem in ustreznim sankcioniranjem odgovornih. Evropska Uredba je na tem področju preveč nejasna, saj kljub zakonski prepovedi uporabe odklopnih naprav dopušča preveč možnosti razlage glede uporabe teh naprav, zato je potrebno v najkrajšem možnem času to urediti. Prav tako je pomembno, da v tej preiskavi poleg Evropske komisije in Evropskega parlamenta sodelujejo tudi države članice.

Nenazadnje gre za zaupanje potrošnika v evropske proizvode.

 
  
MPphoto
 
 

  Νεοκλής Συλικιώτης (GUE/NGL), γραπτώς. ‒ Υπερψηφίσαμε την έκθεση καθώς περιορίζεται στην περιγραφή του προγράμματος εργασίας και δεν προβαίνει σε καμία πολιτική εκτίμηση λόγω του ότι η έρευνα συνεχίζεται. Αυτό όμως δεν σημαίνει πως δεν έχουν ήδη διεξαχθεί τα πρώτα συμπεράσματα. Αντιθέτως, μετά από πολύωρες ακροάσεις και μελέτη εσωτερικών εγγράφων είναι πλέον ξεκάθαρο πως υπάρχουν σοβαρές πολιτικές ευθύνες. Τόσο οι εκτιμήσεις του 2010 όσο και η μελέτη του Κοινού Ερευνητικού Κέντρου της Επιτροπής το 2013 επιβεβαίωσαν πως υπήρχε η δυνατότητα αλλοίωσης των μετρήσεων και όμως δεν λήφθηκε κανένα μέτρο. Η Επιτροπή γνώριζε για την δυνατότητα απάτης αλλά δεν έπραξε τίποτε με την δικαιολογία ότι δεν γνώριζε συγκεκριμένες περιπτώσεις. Και τα κράτη μέλη, αν και είχαν ενημερωθεί, επίσης δεν έκαναν κανένα έλεγχο. Υπήρξαν λοιπόν σημαντικές παραλείψεις και από την Επιτροπή αλλά και από τα κράτη μέλη στην εφαρμογή του ενωσιακού δικαίου καθώς και στην επιβολή κυρώσεων. Τα κενά στην νομοθεσία, οι ισχυρές πιέσεις της αυτοκινητοβιομηχανίας και το δίκτυ προστασίας των πολυεθνικών εταιρειών οδήγησαν στο πολιτικό σκάνδαλο με τις μετρήσεων των εκπομπών. Εμείς θα συνεχίσουμε την έρευνα και θα ασκήσουμε περαιτέρω πιέσεις. Στόχος μας είναι να τερματιστούν όλες οι πρακτικές που, έχοντας στόχο το αθέμητο κέρδος, προκαλούν σοβαρές συνέπειες στην δημόσια υγεία και το περιβάλλον.

 
  
MPphoto
 
 

  Ελευθέριος Συναδινός (NI), γραπτώς. ‒ Λαμβάνοντας υπόψη τις καταστροφικές συνέπειες που προκαλεί η ατμοσφαιρική ρύπανση ετησίως, η υγεία και ασφάλεια των ευρωπαίων πολιτών πρέπει να αποτελεί προτεραιότητα.

Για αυτόν τον λόγο τα κράτη μέλη θα πρέπει να συνδράμουν στην εξασφάλιση του έργου της εξεταστικής επιτροπής, ώστε να διασφαλιστεί η αποτελεσματικότητα των συστημάτων ελέγχου καθώς και να διερευνηθούν τυχόν παραβάσεις.

 
  
MPphoto
 
 

  Claudia Țapardel (S&D), în scris. ‒ Constituirea Comisiei de anchetă privind măsurarea emisiilor în sectorul autovehiculelor (EMIS) a fost răspunsul instituțional al Parlamentului European față de declanșarea scandalului falsificării testelor de emisii poluante în cazul unor constructori europeni de autovehicule.

Scopul raportului de față derivă din însuși mandatul comisiei, acela de a prezenta un document interimar la mijlocul perioadei sale de activitate de un an.

Astfel, lucrările EMIS s-au concentrat în ultimele luni pe schimburi de opinii cu reprezentanții Comisiei Europene, pe audieri ale martorilor și experților relevanți, pe organizarea unor misiuni de informare la Institutul pentru Energie și Transporturi din cadrul Centrului Comun de Cercetare (JRC-IET), la Laboratorul pentru măsurarea emisiilor autovehiculelor (VELA) și, respectiv, la autoritățile de omologare de tip din Luxemburg și la instalația de testare a autovehiculelor din Lambsheim (Germania). La acestea s-au adăugat o serie de studii, informări și note punctuale, precum și cereri de documente, chestionare și apel la martori relevanți. Pentru transparența activității EMIS a fost creat și un site special, unde pot fi accesate toate informațiile relevante pentru public.

Toate aceste măsuri vor contribui la aflarea adevărului și determinarea celor responsabili pentru situația de față. Este vorba despre realizarea uneia dintre misiunile fundamentale ale PE, de a apăra interesele cetățenilor.

 
  
MPphoto
 
 

  Marc Tarabella (S&D), par écrit. ‒ Nous exigeons de la Commission qu'elle apporte un soutien rapide et garantisse une transparence totale en assistant la commission d'enquête dans ses travaux, dans le plein respect du principe de coopération loyale, en fournissant toute l'aide technique et politique possible, notamment en présentant plus promptement les documents demandés.

Nous comptons sur la pleine coopération des actuels commissaires et directions générales concernés ainsi que des personnes responsables précédemment.

Enfin nous invitons les États membres, dans le plein respect du principe de coopération loyale, à fournir à la commission d'enquête l'aide technique et politique nécessaire, notamment en permettant à la Commission de présenter plus rapidement les documents requis et, si la communication de documents est soumise à l'approbation des États membres, en accélérant leurs procédures internes en la matière

 
  
MPphoto
 
 

  Pavel Telička (ALDE), in writing. ‒ I voted in favour of the draft interim report on the EMIS Committee, a committee which was set up in March this year to investigate alleged contraventions or maladministration in the application of Union law in relation to emission measurements in the automotive sector. I believe that the work done by this Committee is crucial to establish the facts and clearly identify the figures responsible for the alleged offenses, but also to restore the credibility not only of the European automotive sector but also of our inquiry authorities. I hope that the committee’s work will continue being done in full transparency and in closer cooperation with the Commission. I am looking forward to the Committee’s final report in March next year.

 
  
MPphoto
 
 

  Isabelle Thomas (S&D), par écrit. ‒ La commission d’enquête parlementaire mise en place suite à la découverte de l’ampleur des fraudes aux émissions des véhicules routiers a rendu un premier rapport intermédiaire.

Le scandale du «Dieselgate» a mis en lumière de graves dysfonctionnements administratifs et institutionnels, car dans ce cas la législation européenne existe et définit clairement ce qui est interdit. Mais c’est sa mise en œuvre effective et sa bonne application qui n’ont pas suivi.

En tant que législateur, le Parlement européen se doit de déterminer les responsabilités de ce scandale, États membres et constructeurs se renvoyant la faute.

Il en va de la crédibilité de l’Union européenne dans son action contre la pollution, pour un meilleur cadre de vie, et par voie de conséquence, de la confiance qu’elle suscite chez les citoyens.

À quoi bon encadrer, légiférer, règlementer, si nos efforts ne sont pas suivis d’effets? Cette commission d’enquête doit faire toute la lumière et maintenir la pression sur les autres institutions afin qu’elles coopèrent. Je lui ai témoigné mon soutien en votant en faveur de ce rapport.

 
  
MPphoto
 
 

  Ruža Tomašić (ECR), napisan. ‒ Podržavam privremeno izvješće o istrazi mjerenja emisija u automobilskom sektoru. Smatram da bi rezultati takvih istraga mogli donijeti dodanu vrijednost homologacijskom okviru Unije, a da pritom ne dovode u pitanje nadležnost nacionalnih sudova ili sudova Unije.

Također, privremeno izvješće odbora EMIS sadrži i sažet pregled aktivnosti Odbora od njegova osnivanja te u glavnim crtama predstavlja predstojeći plan rada za prvu polovinu mandata. Smatram da će istrage navodne povrede ili nepravilnosti u primjeni prava Unije u vezi s mjerenjima emisija u automobilskom sektoru biti od velike koristi građanima Europske unije.

 
  
MPphoto
 
 

  Romana Tomc (PPE), pisno. ‒ Predlog resolucije glede preiskave merjenja emisij v avtomobilskem sektorju sem podprla.

Evropski parlament je 17. decembra 2015 ustanovil preiskovalni odbor EMIS s 45 člani, da bi brez poseganja v pristojnost nacionalnih sodišč ali sodišč Unije raziskal domnevne kršitve ali nepravilnosti pri izvajanju zakonodaje Unije v zvezi z meritvami emisij v avtomobilskem sektorju. Zato je prav, da delo preiskovalnega odbora podpremo in jim zagotovimo popolno preglednost.

 
  
MPphoto
 
 

  Estefanía Torres Martínez (GUE/NGL), por escrito. ‒ He votado a favor dado que la Resolución insta a la comisión de investigación sobre la Medición de las Emisiones en el Sector del Automóvil, a raíz del escándalo de VW, a que ponga en práctica plenamente el mandato impartido por el Parlamento en su Decisión de 17 de diciembre de 2015.

Pide a la Conferencia de Presidentes y a la Mesa que apoyen todas las medidas necesarias, particularmente, en lo que respecta a la autorización de audiencias y reuniones extraordinarias, el reembolso de los gastos de expertos y testigos, las misiones y cualquier otro medio técnico debidamente justificado.

Solicita a la Comisión Europea que garantice un apoyo inmediato y la plena transparencia, proporcionando todo el apoyo político y técnico posible, concretamente presentando con mayor prontitud la documentación que se le solicite; espera la plena colaboración de los comisarios y de las direcciones generales pertinentes, tanto de los que se encuentran actualmente en funciones como de aquellos que lo estuvieron durante mandatos anteriores.

Pide a los Gobiernos, Parlamentos y autoridades competentes de los Estados miembros que asistan a la comisión de investigación en su labor con pleno respeto del principio de cooperación leal establecido en el Derecho de la Unión.

 
  
MPphoto
 
 

  Ramon Tremosa i Balcells (ALDE), in writing. ‒ I fully support this report. With this report and vote, we ask the Commission to ensure prompt support and full transparency in assisting the work of the Committee of Inquiry, with full respect for the principle of loyal cooperation, providing all the technical and political support possible, in particular through swifter submission of requested documentation; we expect full cooperation from the relevant current Commissioners and Directorate-Generals as well as from those who were in charge during past terms.

We ask the Member States to provide the Committee of Inquiry with the necessary technical and political support, in particular by enabling the Commission to submit documents that are requested more swiftly and, if the submission of documents requires the Member States’ consent, by accelerating their internal proceedings for the granting of such consent. All clarification and information should be made public and fully transparent.

 
  
MPphoto
 
 

  Mylène Troszczynski (ENF), par écrit. ‒ Le 18 septembre 2015 éclatait le scandale Volkswagen, suite aux révélations de chercheurs américains concernant des logiciels de trucage permettant de masquer les émissions de dioxyde d’azote des moteurs diesel. Ce procédé permettait au premier constructeur automobile mondial d’exporter aux États-Unis en dépit des strictes limites d’émission de dioxyde d’azote.

Le Parlement avait alors décidé le 17 décembre 2015 de former une commission d’enquête afin d’examiner les allégations d’infraction au droit de l’Union ou de mauvaise administration dans l’application de celui-ci.

Ce rapport intermédiaire énonce la méthode et les auditions qui constituent l’enquête du Parlement sur les émissions dans le secteur de l’automobile. Les auditions proprement dites se poursuivent «jusqu’à l’automne 2016», après quoi les députés travailleront à la rédaction du rapport final. Aussi aucune orientation de fond n’est-elle donnée dans ce texte voté en commission le 13 juillet.

Ce texte bref et très neutre encourage simplement la commission d’enquête à poursuivre ses travaux, invite la Conférence des présidents ainsi que la Commission et les autorités des États membres à collaborer avec loyauté, pour qu’aucun élément de l’enquête n’échappe à la commission.

J'ai voté pour ce texte.

 
  
MPphoto
 
 

  Kazimierz Michał Ujazdowski (ECR), na piśmie. ‒ Prace komisji śledczej, która ma na celu zbadanie zarzutów naruszenia lub niewłaściwego administrowania w stosowaniu prawa Unii Europejskiej w odniesieniu do pomiarów emisji w sektorze motoryzacyjnym, są wartościowe z punktu widzenia odpowiedniego zarządzania polityką klimatyczną i przemysłem motoryzacyjnym. Wskazane misje informacyjne, ustalony harmonogram prac, stałe gromadzenie dokumentacji i dostarczanie informacji opinii publicznej przekonują mnie do istotności omawiania danej kwestii przez komisję, dlatego głosuję za przyjęciem projektu rezolucji.

 
  
MPphoto
 
 

  István Ujhelyi (S&D), írásban. ‒ Az EMIS bizottság időközi jelentéstervezetének célja, hogy rövid áttekintést nyújtson arról, hogy az EMIS bizottság milyen tevékenységeket végzett 2016. március 2-i létrehozása óta, valamint bepillantást engedjen az EMIS megbízatásának első felére vonatkozó, hamarosan elkészülő munkatervbe. Támogattam.

 
  
MPphoto
 
 

  Miguel Urbán Crespo (GUE/NGL), por escrito. – He votado a favor dado que la Resolución insta a la comisión de investigación sobre la Medición de las Emisiones en el Sector del Automóvil, a raíz del escándalo de VW, a que ponga en práctica plenamente el mandato impartido por el Parlamento en su Decisión de 17 de diciembre de 2015.

Pide a la Conferencia de Presidentes y a la Mesa que apoyen todas las medidas necesarias, particularmente, en lo que respecta a la autorización de audiencias y reuniones extraordinarias, el reembolso de los gastos de expertos y testigos, las misiones y cualquier otro medio técnico debidamente justificado.

Solicita a la Comisión Europea que garantice un apoyo inmediato y la plena transparencia, proporcionando todo el apoyo político y técnico posible, concretamente presentando con mayor prontitud la documentación que se le solicite; espera la plena colaboración de los comisarios y de las direcciones generales pertinentes, tanto de los que se encuentran actualmente en funciones como de aquellos que lo estuvieron durante mandatos anteriores.

Pide a los Gobiernos, Parlamentos y autoridades competentes de los Estados miembros que asistan a la comisión de investigación en su labor con pleno respeto del principio de cooperación leal establecido en el Derecho de la Unión.

 
  
MPphoto
 
 

  Ivo Vajgl (ALDE), in writing. ‒ I voted in favour of the Interim report on the inquiry into emission measurements in the automotive sector. On the basis of a proposal by the Conference of Presidents, Parliament decided on 17 December 2015 to set up a Committee of Inquiry to investigate the alleged failures in the application of Union law in relation to emission measurements in the automotive sector. According to the mandate, the Committee’s investigation has to focus on the compliance by the Commission and Member States’ authorities with the obligations imposed by Regulation (EC) No 715/2007. The Committee is required to make any recommendations that it deems necessary in the matter. I voted in favour because I believe that the results of the ongoing investigation could bring added value to the Union’s type-approval framework.

 
  
MPphoto
 
 

  Ramón Luis Valcárcel Siso (PPE), por escrito. ‒ Este informe intermedio refleja los pasos dados por la comisión de investigación EMIS desde su constitución, el 17 de diciembre de 2015, en aras de dirimir si se produjeron posibles incumplimientos o malas prácticas de administración en la aplicación de la legislación europea, relativa a la medición de las emisiones en el sector automovilístico. Para llevar a cabo las investigaciones necesarias (y así cumplir con el mandato que le fue otorgado por el Parlamento Europeo), EMIS precisa recopilar y analizar importantes cantidades de información de diversa índole, de manera que viene convocando audiencias en las que prestan declaración funcionarios de la Comisión Europea y representantes de los servicios técnicos nacionales y de autoridades de homologación, entre otros. Para poder completar su tarea, cuyos logros se verán condensados en un documento final que se presentará en marzo de 2017, a través de este informe la comisión EMIS solicita a la Mesa y a la Conferencia de Presidentes que apoyen las medidas que sean necesarias para permitirle terminar de cumplir con su cometido. Así pues, en apoyo al trabajo que está desempeñando esta comisión, he votado a favor del mismo.

 
  
MPphoto
 
 

  Hilde Vautmans (ALDE), schriftelijk. ‒ Naar aanleiding van de vaststelling dat niet alle auto's die nieuw op de weg komen voldoen aan de emissienormen vermeld in de aankoopbrochure en/of handleiding, heeft het Europees Parlement een onderzoekscommissie in het leven geroepen om de ware toedracht te kennen van de zogenaamde emissie-fraude bij nieuwe wagens. In het besluit tot oprichting van deze onderzoekscommissie stond de verplichting een interimverslag op te stellen. De commissie zelf heeft al laten weten dat ze hard aan het werk is met het opvragen van informatie en het horen van betrokkenen, maar dat ze inhoudelijk nog geen conclusies kan trekken. Ik stemde ermee in de commissie verder haar werk te laten doen en de betrokkenen (zoals bedrijven, getuigen en overheden) de nodige informatie te laten leveren om tot een duidelijk beeld van de toedracht te komen.

 
  
MPphoto
 
 

  Miguel Viegas (GUE/NGL), por escrito. ‒ A 17 de dezembro de 2015, o Parlamento Europeu decidiu constituir uma comissão de inquérito de 45 membros para investigar as alegadas violações e a má administração na aplicação do direito da União em relação às medições das emissões no setor automóvel, após o escândalo da Volkswagen.

A comissão EMIS foi constituída em 2 de março de 2016, e o seu mandato prevê que a comissão de inquérito apresente um relatório intercalar nos primeiros 6 meses e um relatório final no prazo de 12 meses do início do seu trabalho.

O trabalho da comissão de inquérito EMIS está ainda em curso, já tendo sido realizadas várias audiências de diferentes testemunhas e peritos que continuarão durante o período de outono. Este relatório intercalar não contém, portanto, quaisquer resultados nem recomendações.

Sublinhamos a necessidade de mais apoio no pleno respeito do princípio da cooperação estabelecido na legislação da União, facilitando o acesso a toda a documentação relevante, dando assim pleno sentido à função fiscalizadora do Parlamento Europeu.

 
  
MPphoto
 
 

  Harald Vilimsky (ENF), schriftlich. ‒ Dieser Zwischenbericht ist sehr unkritisch verfasst und wurde auch im Ausschuss einstimmig angenommen. Daher habe ich auch hier dem Bericht zugestimmt.

 
  
MPphoto
 
 

  Daniele Viotti (S&D), per iscritto. ‒ Ho votato a favore della relazione d'inchiesta sulla misurazione delle emissioni nel settore automobilistico. Nel dicembre 2015 il Parlamento ha deciso di istituire una commissione d'inchiesta per indagare sulle presunte violazioni e sulla cattiva amministrazione nell'applicazione del diritto dell'UE in materia di emissioni nel settore automobilistico, chiedendo di riferire entro sei mesi dall'inizio dei lavori. Data la natura della commissione d'inchiesta, essa non può fornire conclusioni definitive prima di aver ascoltato tutti i testimoni e prima di aver raccolto le prove sufficienti. È dunque prematuro per la stessa presentare eventuali osservazioni. La relazione interlocutoria ha una natura puramente tecnica, ma sottolinea gli aspetti procedurali e ribadisce il principio di buona cooperazione tra le istituzioni, insistendo su una maggiore trasparenza.

 
  
MPphoto
 
 

  Lieve Wierinck (ALDE), in writing. – The report clearly reflects on what has been done and where we are at this stage. To mention just a few, the committee has planned fact-finding missions, it has requested and taken into account numerous studies and it has gathered a significant amount of facts and information. In addition, a great number of involved stakeholders has been heard, such as the relevant current and former Commissioners, representatives from the industry itself as well as consumer organisations, etc. As is stated in the resolution, it is too early to draw final conclusions. Much more work is to be done. I therefore welcome its call to the European Commission, the Member States and all other competent authorities to ensure full transparency and exchange of information in order to support the Committee in performing its duties.

 
  
MPphoto
 
 

  Jadwiga Wiśniewska (ECR), na piśmie. ‒ W dniu 17 grudnia 2015 r. Parlament Europejski powołał komisję śledczą, składającą się z 45 członków, w celu weryfikacji zarzutów niewłaściwego administrowania w stosowaniu prawa Unii w odniesieniu do pomiarów emisji w sektorze motoryzacyjnym. Poddane pod głosowanie sprawozdanie jest śródokresowym efektem prac komisji, w którym to zwraca się ona do Konferencji Przewodniczących i Prezydium o poparcie wszystkich środków umożliwiających organizację przesłuchań i posiedzeń nadzwyczajnych, zwrot kosztów ponoszonych przez ekspertów i świadków, misje oraz wszelkie inne należycie uzasadnione środki techniczne. Zwraca się również do KE o zagwarantowanie wsparcia pomocy w pracy komisji śledczej.

Głosowałam za przyjęciem sprawozdania w celu sprawnej kontynuacji prac komisji śledczej.

 
  
MPphoto
 
 

  Θεόδωρος Ζαγοράκης (PPE), γραπτώς. ‒ Υπερψήφισα την πρόταση των εισηγητών. Η παρούσα έκθεση εγκρίθηκε ομόφωνα από την αρμόδια εξεταστική επιτροπή για τις μετρήσεις εκπομπών στην αυτοκινητοβιομηχανία.

 
  
MPphoto
 
 

  Marco Zanni (EFDD), per iscritto. ‒ Abbiamo oggi approvato la relazione di metà termine con la quale la commissione speciale d'inchiesta sulla misurazione delle emissioni nel settore automobilistico informa il Parlamento sullo stato di avanzamento dei lavori. Tale relazione non contiene ancora alcun riferimento diretto al merito dell'inchiesta – ovvero verificare un'eventuale cattiva amministrazione da parte delle Istituzioni europee e degli Stati membri nell'applicazione della normativa vigente in materia di controllo delle emissioni delle autovetture –, ma sottolinea, seppur in maniera piuttosto generale, la necessità di maggiore collaborazione tra gli Stati membri e la Commissione al fine di fornire le informazioni necessarie all'inchiesta.

 
  
MPphoto
 
 

  Jana Žitňanská (ECR), písomne ‒ Túto priebežnú správu špeciálneho výboru na vyšetrovanie merania emisií v automobilovom priemysle, ktorá bola vydaná po pol roku od jeho založenia, som podporila. Keďže ešte stále prebieha vyšetrovanie v tejto veci, správa neobsahuje žiadne predbežné závery či politické vyhlásenia, ale má výlučne technickú povahu. Obsahuje teda najmä rozvrhy jednotlivých výsluchov a podrobný popis činnosti výboru. Zároveň vyzýva na čo najefektívnejšiu spoluprácu a najrýchlejšie reakcie na žiadosti o poskytnutie informácií či dokumentov tak, aby bolo možné riadne vyšetriť všetky potrebné skutočnosti.

 
  
MPphoto
 
 

  Carlos Zorrinho (S&D), por escrito. ‒ Votei a favor do relatório Zalba e Gerbrandy, por concordar com as linhas gerais deste relatório intercalar que elenca as atividades da Comissão de Inquérito EMIS, onde sou membro efetivo.

De facto, enquanto membro ativo desta Comissão de inquérito, para além da necessidade de erradicar a cultura que permitiu a potencial fraude, tenho vindo a confirmar a inevitabilidade de a União Europeia assumir um papel de liderança na transição para a mobilidade inteligente.

Esta transição tecnológica é do interesse dos Europeus, da sua indústria e dos seus centros de conhecimento, na medida em que poupa vidas, melhora a qualidade de vida e abre novas perspetivas de competitividade.

 
  
MPphoto
 
 

  Milan Zver (PPE), pisno. ‒ Glasoval sem za Poročilo o preiskavi glede merjenja emisij v avtomobilskem sektorju.

Podpiram vse ukrepe ter pobude, ki vodijo k izpolnitvi mandata preiskovalnega odbora, ki mu ga je Parlament podelil v sklepu z dne 17. decembra 2015 z namenom, da bi preučil domnevno neustrezno uporabo zakonodaje Unije v zvezi z meritvami emisij v avtomobilskem sektorju, in podal morebitna priporočila, ki bi bila po njegovem mnenju v tej zadevi potrebna.

 

5.4. Verzoek om opheffing van de immuniteit van István Ujhelyi (A8-0229/2016 - Tadeusz Zwiefka)
  

Schriftliche Erklärungen zur Abstimmung

 
  
MPphoto
 
 

  Isabella Adinolfi (EFDD), per iscritto. ‒ Considerando quanto prescritto dalla legge europea in materia di immunità parlamentare, congiuntamente a quanto indicato dalla legge ungherese, ho deciso di votare in favore della revoca dell'immunità parlamentare del deputato ungherese al Parlamento europeo, Istvàn Ujhelyi.

 
  
MPphoto
 
 

  Tim Aker (EFDD), in writing. – UKIP MEPs voted to uphold the waiver of immunity as Ujhelyi was not a Member of the European Parliament at the time the incident took place.

 
  
MPphoto
 
 

  Martina Anderson (GUE/NGL), in writing. ‒ This is a request to waive the parliamentary immunity of Hungarian S&D MEP István Ujhelyi. In Hungarian law defamation is treated as a criminal offence, and criminal proceedings have been taken against the MEP over comments he made on Hungarian TV in April 2014 in which he opposed Tamás Sneider’s application for the post of Vice-President of the Hungarian Parliament by saying about Mr Sneider that ‘he stated that he had a fight with a gipsy Mafioso and hit him with… baseball bats’, and that ‘everyone else says he was the local boss of a Mafia-style organisation, a skinhead organisation’. The comments were made before he was elected as MEP but while he was a candidate. In November 2014 the Hungarian court suspended the procedure and moved that the EP waive his immunity. István Ujhelyi believes the EP should defend his immunity because under Hungarian law candidates for European elections have parliamentary immunity. But under European law only MEPs are covered, so the interpretation by JURI is that immunity should be waived as he wasn’t acting in his capacity as MEP when he made the comments. I believe this is the correct interpretation, so voted in favour.

 
  
MPphoto
 
 

  Eric Andrieu (S&D), par écrit. ‒ Istvan Ujhelyi n’était pas membre du Parlement européen au moment de l'infraction présumée. Il ne pouvait donc se prévaloir juridiquement d’une quelconque immunité de notre Parlement.

 
  
MPphoto
 
 

  Marie-Christine Arnautu (ENF), par écrit. ‒ Dans le cadre de l'émission "Egyenes Beszéd" diffusée le 25 avril 2014 par la chaîne de télévision hongroise ATV, M. István Újhelyi a déclaré qu'il s'opposait à la candidature de M. Tamás Sneider au poste de vice-président de l'Assemblée nationale en affirmant, à propos de la personne de Tamás Sneider, qu'"il a déclaré qu'il s'était battu avec un tzigane mafieux et qu'il l'avait roué de coups avec je ne sais quoi, une batte de base-ball", et que "tout le monde dit qu'il a été le chef local d'une organisation mafieuse, d'une bande de skinheads".

Le tribunal de Pest a demandé la levée de l'immunité parlementaire d'István Ujhelyi. La demande du tribunal porte sur une procédure pénale pour diffamation concernant un particulier en Hongrie.

Considérant que les accusations qui pèsent sur István Ujhelyi ne se rapportent pas à des opinions exprimées ou à des votes émis dans l'exercice de ses fonctions en tant que député au Parlement européen, l'immunité prévue n'est donc pas applicable.

Néanmoins, István Ujhelyi plaide pour que le Parlement européen ne lève pas son immunité au motif qu'en vertu d’une loi hongroise, les candidats aux élections européennes en Hongrie jouissent d'une immunité parlementaire.

Je me suis donc abstenue.

 
  
MPphoto
 
 

  Jonathan Arnott (EFDD), in writing. ‒ In the interest of transparency and democracy I voted in favour of this waiver. I voted to waive the immunity. The event took place before Ujhelyi was even an MEP.

 
  
MPphoto
 
 

  Jean Arthuis (ALDE), par écrit. ‒ J'ai voté en faveur de cette délibération comme le préconisait la commission au fond

 
  
MPphoto
 
 

  Zigmantas Balčytis (S&D), raštu. ‒ Parlamento pirmininkas pranešė, kad 2015 m. liepos 15 d. gavo Vengrijos nuolatinio atstovo ES laišką, kuriuo pateikiama Pešto centrinio apygardos teismo nutartis dėl prašymo atšaukti Europos Parlamento nario Istváno Ujhelyiʼaus imunitetą dėl šmeižto. Kadangi teiginiai buvo pateikti prieš Istvánui Ujhelyi'ui tampant Europos Parlamento nariu, todėl pritariu sprendimui atšaukti Istváno Ujhelyiʼaus imunitetą.

 
  
MPphoto
 
 

  Gerard Batten (EFDD), in writing. ‒ UKIP MEP's voted to uphold the waiver of immunity as Ujhelyi was not a Member of the European Parliament at the time the incident took place.

 
  
MPphoto
 
 

  Nicolas Bay (ENF), par écrit. ‒ Le tribunal central d'arrondissement de Pest a demandé la levée de l'immunité parlementaire d'István Ujhelyi, l'immunité prévue par l'article 8 du protocole nº 7 n'est pas applicable, car, au moment des faits reprochés, il n’était pas encore député mais simplement en campagne. Cependant, István Ujhelyi plaide pour que le Parlement européen ne lève pas son immunité au motif qu’une loi hongroise permet aux candidats aux élections européennes en Hongrie de jouir déjà d'une immunité parlementaire. Je me suis donc abstenu, respectant le droit hongrois en la matière et laissant à ce député le bénéfice du doute.

 
  
MPphoto
 
 

  Hugues Bayet (S&D), par écrit. ‒ J'ai voté la levée d'immunité de Monsieur Ujhelyi suivant en cela la décision de la commission des affaires juridiques

 
  
MPphoto
 
 

  Beatriz Becerra Basterrechea (ALDE), por escrito. ‒ Me abstuve en la votación para retirar la inmunidad parlamentaria al eurodiputado húngaro, István Ujhelyi, del Grupo de la Alianza Progresista de Socialistas y Demócratas. Esta solicitud se produce como consecuencia de una acusación de difamación a otro cargo público en Hungría.

Aunque estos sucesos ocurrieron antes de que se convirtiera en diputado al Parlamento Europeo tras las elecciones al Parlamento Europeo de 2014, es decir, fuera de la actividad parlamentaria por la que goza de inmunidad, considero que los elementos de juicio no me permiten adoptar una posición rotunda en este caso. Al mismo tiempo, siendo un diputado húngaro opositor al Gobierno de Viktor Orbán, caracterizado en los últimos años por su creciente autoritarismo, es un motivo más para ser prudente en relación a esta solicitud de retirada de la inmunidad parlamentaria que, además, fue promovida por el portavoz parlamentario del partido ultraderechista Jobbik, Tamás Sneider, que ha estado envuelto en varios episodios violentos y con connotaciones racistas.

 
  
MPphoto
 
 

  Brando Benifei (S&D), per iscritto. ‒ Attenendomi alle indicazioni della commissione giuridica, ho votato a favore della revoca dell'immunità dell'onorevole István Ujhelyi. Si tratta di una richiesta presentata sulla base di una decisione del 26 novembre 2014 del tribunale distrettuale centrale di Pest (Ungheria) in relazione a un procedimento penale per diffamazione.

 
  
MPphoto
 
 

  Xabier Benito Ziluaga (GUE/NGL), por escrito. ‒ He votado a favor del suplicatorio para la suspensión de inmunidad, tal y como ha sido propuesta por la comisión de JURI. Entiendo que no hay posibilidad de utilizar la suspensión para iniciar una persecución de corte político.

 
  
MPphoto
 
 

  Izaskun Bilbao Barandica (ALDE), por escrito. ‒ Estoy de acuerdo con las apreciaciones jurídicas que consideran que las declaraciones que han dado origen a la imputación del señor Uhjelyi, se produjeron cuando no era parlamentario europeo, no tiene que ver en modo alguno con su condición de tal, ni con las funciones que nos competen a los diputados del Parlamento Europeo y tiene cauce para esclarecerse en el ámbito de la justicia húngara.

 
  
MPphoto
 
 

  Dominique Bilde (ENF), par écrit. ‒ J’ai préféré m’abstenir sur cette demande de levée de l’immunité parlementaire du député socialiste hongrois Istvan Ujhelyi.

M. Ujhelyi est en effet l’objet en Hongrie d’une procédure pénale pour des faits de diffamation. Pour rappel, il aurait accusé en 2014 lors d’une émission tv le candidat au poste de vice-président de l’Assemblée nationale hongroise d’être le chef local d’une organisation mafieuse, d’une « bande de skinheads ».

En soi, ces propos n’ayant pas été tenu dans l’exercice de ses fonctions de députés européens, l’immunité ne tient pas. Cependant, il semblerait qu’une loi hongroise prévoit que cette immunité soit applicable à tous candidats aux élections européennes.

Dans le doute et en attendant que des autorités compétentes démêlent cet imbroglio juridique, il valait donc mieux s’abstenir.

 
  
MPphoto
 
 

  José Blanco López (S&D), por escrito. ‒ He votado a favor de la suspensión de la inmunidad parlamentaria de István Ujhelyi a la vista del informe elaborado por la Comisión de Asuntos Jurídicos, que constata que el Tribunal Central de Distrito de Pest ha solicitado la suspensión en relación con un procedimiento penal en curso por un delito de difamación vinculado con las declaraciones efectuadas por el citado parlamentario el 25 de abril de 2014 sobre una persona de Hungría, cuando no era diputado al Parlamento Europeo, y que, por tanto, los cargos contra él no se refieren a una opinión expresada o a un voto por él emitidos en el ejercicio de sus funciones como diputado al Parlamento Europeo.

 
  
MPphoto
 
 

  Vilija Blinkevičiūtė (S&D), raštu. ‒ Balsavau dėl šio pranešimo, nes juo Parlamentas nutarė atšaukti Vengrijos europarlamentaro Istváno Ujhelyi'aus imunitetą. Pešto centrinis apygardos teismas pateikė prašymą atšaukti Europos Parlamento nario Istváno Ujhelyi'aus imunitetą, susijusį su šiame teisme nagrinėjama byla dėl šmeižto, t. y. dėl 2014 m. Istváno Ujhelyi'aus teiginių apie privatų asmenį Vengrijoje. Kaltinimai Istvánui Ujhelyi'ui nesusiję su jam, kaip Europos Parlamento nariui, einant pareigas pareikšta nuomone ar balsavimu ir todėl negalima taikyti absoliutaus imuniteto pagal Protokolo (Nr. 7) 8 straipsnį apsaugos.

 
  
MPphoto
 
 

  Biljana Borzan (S&D), napisan. ‒ Podržavam zahtjev za ukidanje imuniteta Istvánu Ujhelyiju.

 
  
MPphoto
 
 

  Steeve Briois (ENF), par écrit. ‒ Dans le cadre de l’émission télévisée diffusée en avril 2014 sur la chaine hongroise ATV, le député européen István Ujhelyi avait affirmé s’opposer à la candidature de Tamas Sneider en tant que vice-président de l’Assemblée nationale. Selon lui, le candidat avait déclaré s’être battu avec un Tzigane qu’il aurait par la suite roué de coup. Toujours selon István Ujhelyi, Tamas Sneider aurait été le chef local d’une organisation mafieuse par le passé.

Par ces propos, le député européen hongrois est accusé de diffamation et fait par conséquent l’objet d’une demande de levée d’immunité parlementaire formulée par le tribunal central d’arrondissement de Pest. Considérant que les accusations qui pèsent sur István Ujhelyi ne se rapportent pas à des opinions exprimées ou à des votes émis dans l'exercice de ses fonctions en tant que député au Parlement européen, l'immunité prévue par l'article 8 du protocole nº 7 n'est donc pas applicable.

Néanmoins, István Ujhelyi plaide pour que le Parlement européen ne lève pas son immunité au motif que les candidats aux élections européennes en Hongrie jouissent d'une immunité parlementaire en vertu de loi hongroise. Je me suis donc abstenu sur ce texte.

 
  
MPphoto
 
 

  Nicola Caputo (S&D), per iscritto. ‒ Oggi ho votato a favore della relazione in questione perché, nel quadro di un procedimento penale dinanzi al tribunale di Pest, István Ujhelyi è accusato di aver commesso il reato di diffamazione ai sensi dell'articolo 226, paragrafo 1 della legge C del 2012 del codice penale ungherese.

Da quanto emerge dalla decisione del tribunale, István Újhelyi, nel corso del programma "Parliamo chiaro", trasmesso sull'emittente ungherese ATV il 25 aprile 2014, ha dichiarato di essersi opposto alla candidatura di Tamás Sneider alla carica di vicepresidente del parlamento ungherese.

Secondo István Újhelyi, il candidato alla vicepresidenza Sneider "ha affermato di essersi battuto con un mafioso zingaro colpendolo con non so quale tipo di strumento, mazze da baseball" e "tutti dicono che fosse il boss locale di un'organizzazione di stampo mafioso, un'organizzazione di teste rasate".

Il 26 novembre 2014, il tribunale centrale di Pest ha sospeso l'azione penale a carico di István Ujhelyi e ha chiesto al Parlamento europeo di revocarne l'immunità. István Ujhelyi, dal canto suo, ritiene che il Parlamento europeo debba salvaguardare la sua immunità in quanto i candidati alle elezioni ungheresi al Parlamento europeo godono dell'immunità parlamentare.

 
  
MPphoto
 
 

  Matt Carthy (GUE/NGL), in writing. ‒ This is a request to waive the parliamentary immunity of Hungarian S&D MEP István Ujhelyi. In Hungarian law defamation is treated as a criminal offence, and criminal proceedings have been taken against the MEP over comments he made on Hungarian TV in April 2014 in which he opposed Tamás Sneider’s application for the post of Vice-President of the Hungarian Parliament by saying about Mr Sneider that ‘he stated that he had a fight with a gipsy Mafioso and hit him with… baseball bats’, and that ‘everyone else says he was the local boss of a Mafia-style organisation, a skinhead organisation’. The comments were made before he was elected as MEP but while he was a candidate. In November 2014 the Hungarian court suspended the procedure and moved that the EP waive his immunity. István Ujhelyi believes the EP should defend his immunity because under Hungarian law candidates for European elections have parliamentary immunity. But under European law only MEPs are covered, so the interpretation by JURI is that immunity should be waived as he wasn’t acting in his capacity as MEP when he made the comments. I believe this is the correct interpretation, so voted in favour.

 
  
MPphoto
 
 

  Fabio Massimo Castaldo (EFDD), per iscritto. ‒ Le dichiarazioni di István Ujhelyi sono state rilasciate il 25 aprile 2014, quando non era membro del Parlamento europeo, ma membro del Parlamento ungherese. Ho quindi deciso di votare a favore della revoca dell'immunità parlamentare.

 
  
MPphoto
 
 

  Λευτέρης Χριστοφόρου (PPE), γραπτώς. ‒ Στηρίζουμε την έκθεση, καθώς τα πραγματικά περιστατικά που προκύπτουν από το αίτημα άρσης ασυλίας και την ακρόαση του István Ujhelyi καταδεικνύουν ότι οι δηλώσεις έγιναν σε χρονική περίοδο, κατά την οποία αυτός δεν ήταν βουλευτής του Ευρωπαϊκού Κοινοβουλίου. Συνεπώς, σύμφωνα και με την Επιτροπή, όταν ο István Ujhelyi προέβη στις επίμαχες δηλώσεις δεν ενεργούσε στο πλαίσιο της άσκησης των καθηκόντων του ως βουλευτής του Ευρωπαϊκού Κοινοβουλίου. Το γεγονός ότι η ουγγρική νομοθεσία αναγνωρίζει ότι οι υποψήφιοι βουλευτές στις εκλογές για το εθνικό ή το Ευρωπαϊκό Κοινοβούλιο απολαύουν βουλευτικής ασυλίας βάσει των εθνικών διαδικασιών ουδόλως επηρεάζει τω ως άνω συμπέρασμα για τους σκοπούς της διαδικασίας στο Ευρωπαϊκό Κοινοβούλιο.

 
  
MPphoto
 
 

  Κώστας Χρυσόγονος (GUE/NGL), γραπτώς. ‒ Ψηφίσαμε ως προς την άρση ασυλίας του István Ujhelyi. Καθώς η διαδικασία αυτή δεν σχετίζεται με τη δράση του στο Ευρωπαϊκό Κοινοβούλιο, αποφάσισα να ψηφίσω θετικά.

 
  
MPphoto
 
 

  Deirdre Clune (PPE), in writing. ‒ I supported the report on the Request for waiver of the parliamentary immunity of István Ujhelyi and noted no objections.

 
  
MPphoto
 
 

  Lara Comi (PPE), per iscritto. ‒ Ho votato a favore della revoca dell'immunità in oggetto perché le dichiarazioni in questione sono state rese prima che il collega István Ujhelyi fosse eletto al Parlamento europeo e conseguentemente non possono essere ritenute rilasciate nell'esercizio delle sue funzioni di membro del Parlamento europeo.

 
  
MPphoto
 
 

  Therese Comodini Cachia (PPE), in writing. – The waiver was requested for parliamentary immunity of a Member of the European Parliament, István Ujhelyi, in connection with proceedings before it. The report grants the waiver on criminal proceedings relating to the crime of defamation, which I support.

 
  
MPphoto
 
 

  Javier Couso Permuy (GUE/NGL), por escrito. ‒ He votado a favor de retirar la inmunidad parlamentaria de István Ujhelyi puesto que ha sido imputado por realizar unas declaraciones difamatorias y de contenido racista en la televisión húngara, cuando aún no era eurodiputado. Por el carácter del delito que se le imputa, he decidido votar a favor de la retirada de su inmunidad parlamentaria para que los tribunales de su país puedan seguir con el proceso judicial.

 
  
MPphoto
 
 

  Edward Czesak (ECR), na piśmie. ‒ Popieram wniosek o uchylenie immunitetu panu Istvánowi Ujhelyi’emu. Eurodeputowany został oskarżony przed sądem węgierskim o zniesławienie pana Sneidera, twierdząc, że był on szefem organizacji o charakterze mafijnym. Pan Ujhelyi uważa, że powinien go chronić immunitet, mimo że zniesławienia dokonał w czasie, kiedy jeszcze nie był eurodeputowanym. Jasnym jest fakt, że nie miało to żadnego związku z wykonywaniem obowiązków wynikających z bycia eurodeputowanym. Sprawozdawca zaleca zniesienie immunitetu, ja uważam dokładnie tak samo.

 
  
MPphoto
 
 

  Miriam Dalli (S&D), in writing. ‒ I am in favour for the waiver of the immunity of István Ujhelyi, because in this way he can prove his innocence or otherwise in full compliance with the rule of law.

 
  
MPphoto
 
 

  William (The Earl of) Dartmouth (EFDD), in writing. ‒ UKIP MEPs voted to uphold the waiver of immunity as Ujhelyi was not a Member of the European Parliament at the time the incident took place.

 
  
MPphoto
 
 

  Mireille D'Ornano (ENF), par écrit. ‒ Le 25 avril 2014 à la télévision hongroise, M. István Újhelyi a déclaré qu'il s'opposait à la candidature de M. Tamás Sneider au poste de vice-président de l'Assemblée nationale en affirmant que Tamás Sneider avait eu une violente altercation avec un Tsigane. Pour les besoins de la procédure pénale en diffamation, il est nécessaire de lever l’immunité parlementaire d’István Ujhelyi. Dans le cas d’espèce, l’immunité parlementaire n’est de toute façon pas applicable, mais l’intéressé a fait valoir une disposition particulière de la législation hongroise, qui la confère aux candidats aux élections européennes. Je me suis donc abstenue sur ce rapport.

 
  
MPphoto
 
 

  Γεώργιος Επιτήδειος (NI), γραπτώς. ‒ Τα κοινοβουλευτικά προνόμια δεν πρέπει σε καμία περίπτωση να οδηγούν σε άνιση και προνομιακή μεταχείριση των βουλευτών έναντι τρίτων όσον αφορά την εφαρμογή του νόμου και την απονομή της δικαιοσύνης.

 
  
MPphoto
 
 

  Rosa Estaràs Ferragut (PPE), por escrito. ‒ Está establecido que los miembros del Parlamento Europeo no podrán ser buscados, detenidos ni procesados por las opiniones o los votos por ellos emitidos en el ejercicio de sus funciones; hay que tener en cuenta que las declaraciones por las que se inició este asunto, se efectuaron cuando el Sr Ujhelyi no era todavía diputado al Parlamento Europeo, y por tanto, al realizar dichas declaraciones, no actuó en el ejercicio de sus funciones como diputado al Parlamento Europeo.

Por ello la Comisión de Asuntos Jurídicos recomienda que el Parlamento Europeo suspenda la inmunidad parlamentaria de István Ujhelyi

 
  
MPphoto
 
 

  José Manuel Fernandes (PPE), por escrito. ‒ No âmbito do processo penal instaurado junto do Tribunal Distrital Central de Pest, István Ujhelyi foi acusado do crime de difamação. Segundo o acórdão do Tribunal, os factos na origem do processo penal são os seguintes: num programa televisivo o deputado teceu comentários sobre a candidatura de Tamás Sneider para Vice-Presidente do Parlamento húngaro. Os factos do processo, tal como constam do pedido de levantamento da imunidade e da audição de István Ujhelyi, indicam que as declarações foram proferidas quando este ainda não era membro do Parlamento Europeu. Concordo com o levantamento da imunidade parlamentar de István Ujhelyi.

 
  
MPphoto
 
 

  Edouard Ferrand (ENF), par écrit. ‒ Abstention: il s'agit d'une procédure pénale pour diffamation concernant un particulier en Hongrie.

 
  
MPphoto
 
 

  João Ferreira (GUE/NGL), por escrito. ‒ Este pedido de levantamento da imunidade parlamentar tem por base um processo pendente perante o Tribunal Distrital Central de Pest. O processo diz respeito a um crime de difamação relacionado com declarações feitas por István Ujhelyi sobre uma pessoa na Hungria, nomeadamente dizendo que esta não tinha condições para exercer um determinado cargo público por relações que tinha com criminosos. Estas declarações foram proferidas quando István Ujhelyi ainda era deputado do parlamento nacional húngaro e não do Parlamento Europeu. Não estando as declarações objeto de processo relacionadas com opiniões ou votos emitidos no exercício das suas funções de deputado do Parlamento Europeu, o que por consequência faz com que a imunidade absoluta prevista no artigo 8.º do Protocolo n.º 7 não seja aplicável. Como tal e face aos factos, votamos favoravelmente o levantamento da imunidade.

 
  
MPphoto
 
 

  Λάμπρος Φουντούλης (NI), γραπτώς. ‒ Υπερψηφίζω την έκθεση σχετικά με την αίτηση άρσης της βουλευτικής ασυλίας του István Ujhelyi. Τα κοινοβουλευτικά προνόμια δεν πρέπει σε καμία περίπτωση να οδηγούν σε άνιση και προνομιακή μεταχείριση των βουλευτών έναντι τρίτων όσον αφορά την επιβολή του νόμου και την απονομή της δικαιοσύνης.

 
  
MPphoto
 
 

  Doru-Claudian Frunzulică (S&D), in writing. ‒ The committee unanimously followed the rapporteur’s recommendation to waive the immunity.

 
  
MPphoto
 
 

  Arne Gericke (ECR), schriftlich. ‒ Ich habe für den Bericht über den Antrag auf Aufhebung der Immunität von István Ujhelyi gestimmt, um ein transparentes Verfahren in einem gegen ihn laufenden Verfahren vor ungarischen Gerichten zu ermöglichen. Dem Gerichtsbeschluss zufolge hat das Strafverfahren folgenden Hintergrund: István Ujhelyi hatte sich in der Sendung Egyenes Beszéd („Direkte Rede“) des ungarischen TV-Senders ATV vom 25. April 2014 gegen Tamás Sneiders Kandidatur für das Amt des stellvertretenden Präsidenten des ungarischen Parlaments ausgesprochen, weil Tamás Sneider gesagt habe, er habe sich mit einem Zigeuner-Mafioso geprügelt und diesen mit Baseballschlägern oder „wer weiß womit“ geschlagen. Außerdem, so István Ujhelyi weiter, werde allgemein behauptet, dass er der lokale Chef einer mafiösen Organisation, einer Skinhead-Organisation, gewesen sei.

 
  
MPphoto
 
 

  Neena Gill (S&D), in writing. ‒ I supported the request as I agreed with the stated reasons to waive immunity.

 
  
MPphoto
 
 

  Tania González Peñas (GUE/NGL), por escrito. ‒ He votado a favor del suplicatorio para la suspensión de inmunidad, tal y como ha sido propuesta por la comisión de JURI. Entiendo que no hay posibilidad de utilizar la suspensión para iniciar una persecución de corte político.

 
  
MPphoto
 
 

  Τάκης Χατζηγεωργίου (GUE/NGL), γραπτώς. – Υπερψηφίσαμε την έκθεση για την άρση της βουλευτικής ασυλίας του István Ujhelyi αφού η υπό εξέταση υπόθεση για την οποία ζητείται η άρση της ασυλίας του έλαβε χώρα πριν να εκλεγεί Ευρωβουλευτής.

 
  
MPphoto
 
 

  Marian Harkin (ALDE), in writing. ‒ I support the waiver of the immunity of István Ujhelyi. Considering that Mr. Ujhelyi made the defamatory states at a time when he was not a Member of the European Parliament, it must be noted that when making the statements in question, István Ujhelyi was not acting in the performance of his duties as Member of the European Parliament. The fact that under national Hungarian legislation candidates standing in elections to the national parliament or to the European Parliament may enjoy parliamentary immunity in accordance with national procedures does not alter this conclusion for the purposes of the procedure in the European Parliament.

 
  
MPphoto
 
 

  Brian Hayes (PPE), in writing. ‒ I voted in favour as I have no objections.

 
  
MPphoto
 
 

  Ivan Jakovčić (ALDE), napisan. ‒ Glasao sam za prijedlog odluke Europskog parlamenta o zahtjevu za ukidanje imuniteta Istvánu Ujhelyiju zbog toga što je to bio stav ALDE grupe.

 
  
MPphoto
 
 

  Jean-François Jalkh (ENF), par écrit. ‒ Le tribunal central d'arrondissement de Pest a demandé la levée de l'immunité parlementaire de M. István Ujhelyi. La demande du tribunal porte sur une procédure pénale pour diffamation concernant un particulier en Hongrie. Ce député a en effet attaqué lors d'un entretien à la radio un homme politique de la majorité, l'accusant d'un passé politique extrémiste et violent. Je tiens en ces matières à la prudence, et me suis abstenu.

 
  
MPphoto
 
 

  Marc Joulaud (PPE), par écrit. ‒ J'ai voté en faveur du rapport de mon collègue Tadeusz Zwiefka sur la demande de levée d'immunité parlementaire de d'István Ujhelyi. Cette procédure est une formalité qui, sans se prononcer sur le fond de l'affaire, vise à permettre aux autorités judiciaires de pouvoir effectuer leur travail d'investigation.

Ce rapport a été adopté à une large majorité, ce dont je me félicite.

 
  
MPphoto
 
 

  Philippe Juvin (PPE), par écrit. ‒ Comme le préconisait la Commission JURI, j’ai voté en faveur de la levée de l’immunité parlementaire de Monsieur István Ujhelyi qui est poursuivi pour diffamation car ses propos ne se référait nullement à des opinions liées à son mandat de parlementaire.

 
  
MPphoto
 
 

  Barbara Kappel (ENF), schriftlich. ‒ Ich stimme für die Aufhebung der Immunität des Kollegen Ujhelyi. Die ihm vorgeworfenen Sachverhalte passierten alle vor bzw. außerhalb seines Mandates, sodass die Aufhebung seiner Immunität ihn nicht bei der Mandatsausübung behindert.

 
  
MPphoto
 
 

  Afzal Khan (S&D), in writing. ‒ I supported the request as I agree with the reasons for the proposal to waive the immunity.

 
  
MPphoto
 
 

  Gilles Lebreton (ENF), par écrit. ‒ Je me suis abstenu sur ce rapport. Certes, M Ujhelyi est accusé de diffamation avant son mandat mais il bénéficie du doute quant à l’intention de lui nuire malgré une loi hongroise prévoyant la défense de son immunité en Hongrie.

 
  
MPphoto
 
 

  Marine Le Pen (ENF), par écrit. ‒ Je me suis abstenue sur la levée de l’immunité parlementaire de M. István Újhelyi, accusé d’avoir diffamé un député national hongrois. Considérant que les accusations qui pèsent sur István Ujhelyi ne se rapportent pas à des opinions exprimées ou à des votes émis dans l'exercice de ses fonctions en tant que député au Parlement européen, l'immunité prévue par l'article 8 du protocole nº 7 n'est donc pas applicable.

Toutefois István Ujhelyi plaide pour que le Parlement européen ne lève pas son immunité au motif qu'en vertu d’une loi hongroise, les candidats aux élections européennes en Hongrie jouissent d'une immunité parlementaire.

 
  
MPphoto
 
 

  Philippe Loiseau (ENF), par écrit. ‒ Les accusations qui pèsent sur István Ujhelyi ne se rapportent pas à des opinions exprimées ou à des votes émis dans l'exercice de ses fonctions en tant que député au Parlement européen, l'immunité prévue par l'article 8 du protocole nº 7 n'est pas applicable.

Néanmoins, István Ujhelyi plaide pour que le Parlement européen ne lève pas son immunité au motif qu'en vertu d’une loi hongroise, les candidats aux élections européennes en Hongrie jouissent d'une immunité parlementaire.

Par conséquent, je me suis abstenu.

 
  
MPphoto
 
 

  Paloma López Bermejo (GUE/NGL), por escrito. ‒ He votado a favor de retirar la inmunidad parlamentaria de István Ujhelyi puesto que ha sido imputado por realizar unas declaraciones difamatorias y de contenido racista en la televisión húngara, cuando aún no era eurodiputado. Por el carácter del delito que se le imputa, he decidido votar a favor de la retirada de su inmunidad parlamentaria para que los tribunales de su país puedan seguir con el proceso judicial.

 
  
MPphoto
 
 

  Petr Mach (EFDD), písemně. ‒ Hlasoval jsem pro zbavení pana Ujhelyiho imunity. Předmětná událost (údajná pomluva jiného poslance, že spolupracoval s mafií) se stala před vznikem jeho poslaneckého mandátu, nechť tedy tuto záležitost řeší maďarské orgány.

 
  
MPphoto
 
 

  Andrejs Mamikins (S&D), in writing. ‒ I am opposed to the waiver of the immunity of István Ujhelyi. He was charged with having committed the crime of defamation. I am in principle against such kind of articles in the Criminal Codes. Especially I am sceptical when such articles are used against journalists and politicians. Sometimes it is a very useful instrument against political opponents, especially when it was used against opponents of Hungarian regime leader Mr Orbán.

 
  
MPphoto
 
 

  Vladimír Maňka (S&D), písomne ‒ Ústredný obvodný súd v Budapešti obvinil poslanca Istvána Ujhelyiho z trestného činu ohovárania, ktorého sa mal dopustiť pred získaním mandátu poslanca EP. Zároveň v súlade s maďarskými právnymi predpismi požiadal súd EP o zbavenie jeho poslaneckej imunity. Keďže výroky a vyjadrenia poslanca Ujhelyiho sa netýkajú jeho názorov a vyjadrení pri výkone mandátu europoslanca, EP v súlade s rokovacím poriadkom rozhodol o zbavení jeho imunity. Samozrejme, že verím v spravodlivé vyšetrenie celého prípadu.

 
  
MPphoto
 
 

  Νότης Μαριάς (ECR), γραπτώς. ‒ Ψηφίζω υπέρ της έκθεσης σχετικά με την αίτηση άρσης της ασυλίας του István Ujhelyi, κατόπιν της θετικής εισήγησης της Επιτροπής Νομικών Υποθέσεων του Ευρωπαϊκού Κοινοβουλίου.

 
  
MPphoto
 
 

  Dominique Martin (ENF), par écrit. ‒ Je me suis abstenu sur ce rapport.

Le 25 avril 2014 à la télévision hongroise, M. István Újhelyi a déclaré qu'il s'opposait à la candidature de M. Tamás Sneider au poste de vice-président de l'Assemblée nationale en affirmant que Tamás Sneider avait eu une violente altercation avec un Tsigane.

Pour les besoins de la procédure pénale pour diffamation, il est nécessaire de lever l’immunité parlementaire d’ István Ujhelyi.

Dans le cas d’espèce, l’immunité parlementaire n’est de toute façon pas applicable, mais l’intéressé a fait valoir une disposition particulière de la législation hongroise, qui la confère aux candidats aux élections européennes.

 
  
MPphoto
 
 

  Georg Mayer (ENF), schriftlich. ‒ Hier geht es um die Aufhebung der Immunität des MdEP István Ujhelyi. Dieser wurde in einem Strafverfahren nach Artikel 226 Absatz 1 des Gesetzes C/2012 über das ungarische Strafgesetzbuch der Verleumdung angeklagt. Ob der Tatbestand erfüllt ist, obliegt der richterlichen Beurteilung. Deswegen unterstütze ich diesen Antrag.

 
  
MPphoto
 
 

  Valentinas Mazuronis (ALDE), raštu. ‒ Pritariu EP pranešimui, kuriuo siūloma naikinti Europos Parlamento nario I. Ujhelyi teisinį imunitetą. Manau, jog tai padės teisėsaugai greičiau ištirti baudžiamąją bylą dėl šmeižto.

 
  
MPphoto
 
 

  Jean-Luc Mélenchon (GUE/NGL), par écrit. ‒ Le rapport demande  la levée de l'immunité parlementaire d'István Újhelyi, député hongrois social-démocrate. Dans le cadre d'une émission de télévision István Újhelyi a déclaré à propos de son adversaire d'extrême-droite au poste de vice-président de l'assemblée nationale, M. Tamás Sneider, qu'il était «le chef local d'une organisation mafieuse, d'une bande de skinheads». Le tribunal central d'arrondissement de Pest a demandé au Parlement européen de lever l'immunité  afin de pouvoir le poursuivre en diffamation.

Je vote contre car à l'évidence il s'agit d'une opinion politique dans le cadre de l'exercice du mandat non moins politique de István Újhelyi.

 
  
MPphoto
 
 

  Joëlle Mélin (ENF), par écrit. ‒ Considérant que les accusations qui pèsent sur István Ujhelyi ne se rapportent pas à des opinions exprimées ou à des votes émis dans l'exercice de ses fonctions en tant que député au Parlement européen, l'immunité prévue par l'article 8 du protocole nº 7 n'est pas applicable mais István Ujhelyi plaide pour que le Parlement européen ne lève pas son immunité au motif qu'en vertu d’une loi hongroise, les candidats aux élections européennes en Hongrie jouissent d'une immunité parlementaire.

Par conséquent, je me suis abstenue.

 
  
MPphoto
 
 

  Nuno Melo (PPE), por escrito. ‒ A defesa da independência do mandato do deputado europeu é da competência do Parlamento Europeu e essa independência não pode ser posta em causa. De acordo com o artigo 8.º do Protocolo relativo aos Privilégios e Imunidades da União Europeia, os membros do Parlamento Europeu não podem ser procurados, detidos ou perseguidos pelas opiniões ou votos emitidos no exercício das suas funções.

Neste caso o Tribunal Distrital Central de Pest solicitou o levantamento da imunidade parlamentar de um deputado ao Parlamento Europeu, István Ujhelyi, no âmbito de um processo pendente perante o dito tribunal. O pedido do tribunal diz respeito a um processo penal instaurado pelo crime de difamação, relacionado com declarações feitas por István Ujhelyi sobre uma pessoa na Hungria. As acusações proferidas contra István Ujhelyi não estão relacionadas com opiniões ou votos emitidos no exercício das suas funções de deputado ao Parlamento Europeu e que, por conseguinte, a imunidade absoluta prevista no artigo 8.º do Protocolo n.º 7 não é aplicável, daí que votei favoravelmente ao levantamento da sua imunidade.

 
  
MPphoto
 
 

  Louis Michel (ALDE), par écrit. – J'ai voté en faveur de la levée de l'immunité parlementaire d'István Ujhelyi dont la demande a été formulée par le tribunal central d'arrondissement de Pest (Hongrie) dans le cadre d'une procédure pénale dont István Ujhelyi a été saisi pour diffamation en lien avec des déclarations émises par le concerné à l'encontre d'un particulier en Hongrie.

L'immunité parlementaire est octroyée aux membres du Parlement européen afin de les protéger contre toute pression en lien avec des opinions ou votes émis par eux dans l'exercice de leurs fonctions, conformément à l'article 8 du protocole n° 7.

Les déclarations incriminées ont été formulées le 24 avril 2014, alors qu'István Ujhelyi n'était pas député au Parlement européen mais député au parlement national hongrois. L'immunité ne s'applique donc pas dans ce cas de figure.

 
  
MPphoto
 
 

  Marlene Mizzi (S&D), in writing. ‒ I have voted in favour of the request for the waiver of the immunity of István Ujhelyi, since he was brought before the Central District Court of Pest criminal proceeding and was charged with having committed the crime of defamation pursuant to Article 226(1) of Act C of 2012 on the Hungarian Criminal Code.

 
  
MPphoto
 
 

  Csaba Molnár (S&D), írásban. ‒ A Pesti Központi Kerületi Bíróság 2014. november 26-én kelt végzésében a rágalmazás vétségének elkövetésével vádolt Ujhelyi István mentelmi jogának felfüggesztését kérte. A vád alapjául szolgáló kijelentéseket Ujhelyi István 2014. április 25-én tette, még azt megelőzően, hogy a 2014. évi európai parlamenti választásokon európai parlamenti képviselővé választották volna. A Jogi Bizottság ezért jelentésében úgy véli, hogy Ujhelyi István nem európai parlamenti képviselői feladatait látta el, amikor a szóban forgó kijelentéseket tette, és így azt indítványozza, hogy az Európai Parlament függessze fel Ujhelyi István mentelmi jogát.

Ujhelyi István álláspontja szerint ezzel szemben az Országgyűlésről szóló 2012. évi XXXVI. magyar törvény szerint a magyarországi európai parlamenti választásokon induló jelöltet is megilleti a mentelmi jog, ezért mentelmi jogát az Európai Parlamentnek fenn kellene tartania. A magam részéről Ujhelyi István álláspontját megalapozottnak tartom, ezért a Jogi Bizottság határozati javaslata ellen szavaztam.

 
  
MPphoto
 
 

  Bernard Monot (ENF), par écrit. ‒ Dans le cadre d’une émission de télévision hongroise ATV, M. István Ujhelyi a déclaré qu'il s'opposait à la candidature de M. Tamás Sneider au poste de vice-président de l'Assemblée nationale en affirmant, à propos de la personne de Tamás Sneider, que "tout le monde dit qu'il a été le chef local d'une organisation mafieuse, d'une bande de skinheads". Le tribunal central d'arrondissement de Pest a demandé la levée de l'immunité parlementaire d'István Ujhelyi. La demande du tribunal porte sur une procédure pénale pour diffamation concernant un particulier en Hongrie.

Considérant que les accusations qui pèsent sur István Ujhelyi ne se rapportent pas à des opinions exprimées ou à des votes émis dans l'exercice de ses fonctions en tant que député au Parlement européen, l'immunité prévue par l'article 8 du protocole nº 7 n'est pas applicable.

Toutefois, István Ujhelyi plaide pour que le Parlement européen ne lève pas son immunité au motif qu'en vertu d’une loi hongroise, les candidats aux élections européennes en Hongrie jouissent d'une immunité parlementaire.

Dans le doute, cette demande appelle une abstention.

 
  
MPphoto
 
 

  Cláudia Monteiro de Aguiar (PPE), por escrito. ‒ O presente relatório merece o meu voto favorável, uma vez decorridos todos os trâmites legais exigidos e pelo facto de o delito em causa não estar, de alguma forma, relacionado com o desempenho das funções de deputado e por não existir prova ou suspeita de que, na origem da ação penal, se encontre a intenção de prejudicar politicamente o deputado em causa.

 
  
MPphoto
 
 

  Sophie Montel (ENF), par écrit. ‒ Ce rapport Zwiefka concerne la poursuite d’Istvan Ujhelyi, par la chaine hongroise ATV, pour avoir tenu des propos diffamatoires.

Cette poursuite est sans liens avec son activité parlementaire n’étant pas mue par des considérations politique. Cependant, M. Ujhelyi plaide pour que le Parlement européen ne lève pas son immunité au motif qu'en vertu d’une loi hongroise, les candidats aux élections européennes en Hongrie jouissent d'une immunité parlementaire.

J’ai donc décidé de m’abstenir sur ce texte.

 
  
MPphoto
 
 

  Nadine Morano (PPE), par écrit. ‒ J’ai voté en faveur de ce rapport relatif à la levée de l’immunité Parlementaire de Monsieur István Ujhelyi . Toute demande adressée au Président du Parlement européen par les autorités d'un État membre en vue de lever l'immunité d'un député est instruite par la commission Parlementaire compétente. J’ai voté conformément à l’avis rendu par cette commission.

 
  
MPphoto
 
 

  József Nagy (PPE), írásban. ‒ Támogattam az Ujhelyi képviselő úr mentelmi jogának felfüggesztésére irányuló kérelmet. A mentelmi jog felfüggesztése iránti kérelem és Ujhelyi István meghallgatása alapján az ügy tényállása szerint a kijelentéseket olyan időpontban tették, amikor Ujhelyi István még nem volt európai parlamenti képviselő. Egyébként véleményem szerint Ujhelyi képviselő úr extremista politikusok címére tett kérdéses kijelentései nem lépték túl a személyiségvédelem határát, és ezért biztos vagyok, hogy Ujhelyi kollégámnak ad majd igazat a magyarországi bíróság.

 
  
MPphoto
 
 

  Victor Negrescu (S&D), in writing. ‒ I have voted for this report according to the evaluation made by the JURI Committee.

 
  
MPphoto
 
 

  Liadh Ní Riada (GUE/NGL), in writing. – This is a request to waive the parliamentary immunity of Hungarian S&D MEP István Ujhelyi. In Hungarian law defamation is treated as a criminal offence, and criminal proceedings have been taken against the MEP over comments he made on Hungarian TV in April 2014 in which he opposed Tamás Sneider’s application for the post of Vice-President of the Hungarian Parliament by saying about Mr Sneider that ‘he stated that he had a fight with a gipsy Mafioso and hit him with… baseball bats’, and that ‘everyone else says he was the local boss of a Mafia-style organisation, a skinhead organisation’. The comments were made before he was elected as MEP but while he was a candidate. In November 2014 the Hungarian court suspended the procedure and moved that the EP waive his immunity. István Ujhelyi believes the EP should defend his immunity because under Hungarian law candidates for European elections have parliamentary immunity. But under European law only MEPs are covered, so the interpretation by JURI is that immunity should be waived as he wasn’t acting in his capacity as MEP when he made the comments. I believe this is the correct interpretation, so voted in favour.

 
  
MPphoto
 
 

  Franz Obermayr (ENF), schriftlich. ‒ Hier geht es um die Aufhebung der Immunität des MdEP István Ujhelyi. Dieser wurde in einem Strafverfahren nach Artikel 226 Absatz 1 des Gesetzes C/2012 über das ungarische Strafgesetzbuch der Verleumdung angeklagt. Ob der Tatbestand erfüllt ist, obliegt der richterlichen Beurteilung. Aufgrund dessen unterstütze ich diesen Bericht.

 
  
MPphoto
 
 

  Margot Parker (EFDD), in writing. ‒ UKIP MEPs voted to uphold the waiver of immunity as Ujhelyi was not a Member of the European Parliament at the time the incident took place.

 
  
MPphoto
 
 

  Florian Philippot (ENF), par écrit. ‒ Considérant que les accusations qui pèsent sur István Ujhelyi ne se rapportent pas à des opinions exprimées ou à des votes émis dans l'exercice de ses fonctions en tant que député au Parlement européen, l'immunité prévue par l'article 8 du protocole nº 7 n'est donc pas applicable. Mais István Ujhelyi plaide pour que le Parlement européen ne lève pas son immunité au motif qu'en vertu d’une loi hongroise, les candidats aux élections européennes en Hongrie jouissent d'une immunité parlementaire.

Je préfère donc m'abstenir.

 
  
MPphoto
 
 

  Tonino Picula (S&D), napisan. ‒ Budući da optužbe protiv kolege Istvána Ujhelyija nisu povezane s izražavanjem mišljenja ili njegovim glasovanjem pri izvršavanju dužnosti zastupnika u Europskom parlamentu i stoga apsolutni imunitet u skladu s člankom 8. Protokola br. 7 nije primjenjiv, podržavam odluku o ukidanju imuniteta.

 
  
MPphoto
 
 

  Paulo Rangel (PPE), por escrito. ‒ No dia 26 de novembro de 2014 deu entrada, no Tribunal Distrital de Pest, um pedido de levantamento da imunidade parlamentar de István Újhelyi.

Na origem do pedido estão declarações proferidas pelo deputado num programa de televisão local. Alegadamente, Újhelyi terá protagonizado um conjunto de declarações e acusações a Tamás Sneider, previstas e punidas segundo as normas do Código Penal húngaro como crime de difamação.

As declarações em questão foram alegadamente proferidas no dia 25 de abril de 2014, antes das eleições para a atual legislatura do Parlamento Europeu, que resultaram na eleição de István Ujhelyi como deputado. Ou seja, gostaria de salientar que factos indicam que as declarações foram proferidas quando este ainda não era membro do Parlamento Europeu. Assim, com base na recomendação da Comissão dos Assuntos Jurídicos, votei favoravelmente.

 
  
MPphoto
 
 

  Julia Reid (EFDD), in writing. ‒ UKIP MEPs voted to uphold the waiver of immunity as Ujhelyi was not a Member of the European Parliament at the time the incident took place.

 
  
MPphoto
 
 

  Sofia Ribeiro (PPE), por escrito. ‒ No âmbito do processo instaurado junto do Tribunal Distrital Central de Pest, István Ujhelyi foi acusado do crime de difamação. Segundo o acórdão do Tribunal, os factos na origem do processo penal são os seguintes: no programa Egyenes Beszéd («Conversa Franca»), em 25 de abril de 2014, István Ujhelyi afirmou que se opunha à candidatura de Tamás Sneider para Vice-Presidente do Parlamento húngaro, referindo que «ele declarou que teve um desentendimento com um mafioso cigano e lhe deu com não sei que espécie de instrumentos, tacos de basebol» e que «todos os outros dizem que ele era o chefe local de uma organização de tipo mafioso, uma organização de cabeças-rapadas».

As declarações em questão foram feitas em 25 de abril de 2014, antes das eleições para o Parlamento Europeu de 2014, que resultaram na eleição de István Ujhelyi como deputado. Tendo em conta que o procedimento judicial não diz respeito a opiniões ou votos emitidos no exercício das suas funções enquanto deputado ao Parlamento Europeu e que não há razão para supor que a intenção subjacente à ação judicial consiste em prejudicar a atividade política do deputado, este pedido, que votei favoravelmente, decide levantar a imunidade ao deputado István Ujhelyi.

 
  
MPphoto
 
 

  Liliana Rodrigues (S&D), por escrito. ‒ As acusações proferidas contra István Ujhelyi não estão relacionadas com opiniões ou votos emitidos no exercício das suas funções enquanto deputado ao Parlamento Europeu.

 
  
MPphoto
 
 

  Inmaculada Rodríguez-Piñero Fernández (S&D), por escrito. ‒ He votado a favor de la suspensión de la inmunidad parlamentaria de István Ujhelyi a la vista del informe elaborado por la Comisión de Asuntos Jurídicos, que constata que el Tribunal Central de Distrito de Pest, ha solicitado la suspensión en relación a un procedimiento penal en curso, por un delito de difamación vinculado con las declaraciones efectuadas por el citado parlamentario el 25 de abril de 2014 sobre una persona de Hungría, cuando no era diputado al Parlamento Europeo, y que, por tanto, los cargos contra él no se refieren a una opinión expresada o a un voto por él emitidos en el ejercicio de sus funciones como diputado al Parlamento Europeo.

 
  
MPphoto
 
 

  Claude Rolin (PPE), par écrit. ‒ J'ai voté en faveur de la levée d'immunité de M. István Ujhelyi, afin que la justice hongroise puisse effectuer son travail, dans le strict respect des droits de la défense, étant entendu que les faits incriminés (propos tenus à l’occasion d’une émission de télévision hongroise) n'ont pas de lien direct avec la fonction de député européen de M. Ujhelyi - qui était alors député national - et ne sont pas motivés par une quelconque volonté de nuire.

 
  
MPphoto
 
 

  Bronis Ropė (Verts/ALE), raštu. ‒ Balsavau už šį pranešimą. Pešto centrinio apygardos teismo nagrinėjamoje baudžiamojoje byloje István Ujhelyi kaltinamas šmeižtu. 2014 m. balandžio 25 d. laidoje "Tiesiai šviesiai" István Ujhelyi pareiškė, kad prieštaravo, jog Tamás Sneider kandidatuotų į Vengrijos parlamento Pirmininko pavaduotojo pareigas, ir pasakė, kad T. Sneider „susimušė su romų mafijos nariu ir sudavė jam, nežinau, kokiu, įrankiu, beisbolo lazda“ ir kad „visi sako, kad jis vietos lygmeniu vadovavo mafijos pobūdžio organizacijai (skustagalvių organizacijai)“. Nepaisant to, kad šie apsisakymai išsakyti tuo metu, kai minėtas asmuo nebuvo Europos Parlamento narys, vis dėlto siekiant ištirti įvykį buvo būtina atšaukti István Ujhelyi neliečiamybę.

 
  
MPphoto
 
 

  Fernando Ruas (PPE), por escrito. ‒ Este relatório diz respeito ao pedido de levantamento da imunidade parlamentar do colega István Ujhelyi. Trata-se de um pedido efetuado pelo Tribunal Distrital Central de Pest, relativo a 26 de novembro de 2014, e que diz respeito a um processo pendente nesse Tribunal no âmbito de um alegado crime de difamação, de que foi acusado István Ujhelyi nos termos do artigo 226.º, n.º 1, da Lei C de 2012 sobre o Código Penal húngaro.

Uma vez que se trata de uma alegada conduta praticada fora do seu mandato enquanto Eurodeputado (exercendo István Ujhelyi, à data dos factos que estão na origem deste processo judicial, as funções de Membro do Parlamento Nacional) e não havendo quaisquer razões para acreditar que existam intenções subjacentes à ação judicial no sentido de prejudicar a sua atividade política, votei favoravelmente este pedido de levantamento da imunidade parlamentar.

 
  
MPphoto
 
 

  Lola Sánchez Caldentey (GUE/NGL), por escrito. ‒ He votado a favor del suplicatorio para la suspensión de inmunidad, tal y como ha sido propuesta por la comisión de JURI. Entiendo que no hay posibilidad de utilizar la suspensión para iniciar una persecución de corte político.

 
  
MPphoto
 
 

  Maria Lidia Senra Rodríguez (GUE/NGL), por escrito. ‒ He votado a favor de retirar la inmunidad parlamentaria de István Ujhelyi puesto que ha sido imputado por realizar unas declaraciones difamatorias y de contenido racista en la televisión húngara, cuando aún no era eurodiputado. Por el carácter del delito que se le imputa, he decidido votar a favor de la retirada de su inmunidad parlamentaria para que los tribunales de su país puedan seguir con el proceso judicial.

 
  
MPphoto
 
 

  Jill Seymour (EFDD), in writing. ‒ I voted to waive the immunity, as this event took place before the subject was an MEP.

 
  
MPphoto
 
 

  Monika Smolková (S&D), písomne ‒ Ústredný obvodný súd v Pešti požiadal EP o zbavenie parlamentnej imunity poslanca EP Istvána Ujhelyiho v súvislosti s trestným činom ohovárania, ktorého sa mal poslanec dopustiť ešte v apríli v roku 2014. Podľa rozhodnutia súdu je skutková podstata taká, že István Ujhelyi počas televíznej besedy uviedol výroky na kandidáta za podpredsedu maďarského parlamentu, ktorým ho okrem iného označil za miestneho bossa mafiánskej organizácie, a povedal, že sa pobil s cigánskym mafiánom,... Podľa maďarského trestného zákona každý, kto pred inými osobami uvedie skutočnosť, spôsobilú ohroziť vážnosť osoby, rozširuje neoverené správy alebo použije výraz priamo odkazujúci na takúto skutočnosť, sa dopustí trestného činu ohovárania. Tieto výroky mal povedať poslanec Ujhelyi v čase, keď ešte nevykonával mandát poslanca EP, preto v záujme vyšetrenia uvedenej skutočnosti som podporila návrh na uznesenia, aby István Ujhelyi bol zbavený imunity.

 
  
MPphoto
 
 

  Ivan Štefanec (PPE), písomne ‒ Európsky parlament nemôže brániť zákonnému a riadne odôvodnenému trestnému stíhaniu svojho člena. Poslanec Európskeho parlamentu nereprezentuje len seba, ale aj svoju krajinu a celú Európsku úniu. Vždy by sa preto mal vyvarovať nevhodného správania, ako je napríklad aj osočovanie a urážanie svojich politických protivníkov. O to viac, ak ide o verejné vystúpenie.

 
  
MPphoto
 
 

  Beatrix von Storch (EFDD), schriftlich. ‒ Ich habe für die Aufhebung der Immunität gestimmt, weil es sich nicht um einen mandatsbezogenen Sachverhalt handelt.

 
  
MPphoto
 
 

  Dubravka Šuica (PPE), napisan. ‒ Tijekom programa Egyenes Beszed (Otvoreni razgovori) emitiranog na mađarskom TV kanalu ATV 25. travnja 2014. István Ujhelyi izjavio je da je protiv prijave Tamása Sneidera na mjesto potpredsjednika mađarskog parlamenta te u tom pogledu naveo navodne sporne izjave gospodina Sneidera.

Podržavam izvješće o zahtjevu za ukidanje imuniteta Istvánu Ujhelyiju u skladu s člankom 226. stavkom 1. Zakona C iz 2012. mađarskog Kaznenog zakonika prema kojem svaka osoba koja pred drugima iznese kao činjenicu nešto što može naštetiti nečijem ugledu ili časti, širi glasine ili izravno upućuje na takvu tvrdnju, čini kazneno djelo klevete koje je kažnjivo.

 
  
MPphoto
 
 

  Ελευθέριος Συναδινός (NI), γραπτώς. ‒ Τα κοινοβουλευτικά προνόμια δεν πρέπει σε καμία περίπτωση να οδηγούν σε άνιση και προνομιακή μεταχείριση των βουλευτών έναντι του νόμου και της δικαιοσύνης.

 
  
MPphoto
 
 

  Marc Tarabella (S&D), par écrit. ‒ Nous avons voté en faveur de la levée d'immunité afin que cette personne puisse s'expliquer devant la justice de son pays.

 
  
MPphoto
 
 

  Pavel Telička (ALDE), in writing. ‒ I voted in favour of waiving the immunity of the Member of the European Parliament István Ujhelyi, who is being accused of defamatory statements made during a talk show broadcasted by a Hungarian TV Channel, towards an applicant for the post of Vice-President of the Hungarian Parliament. Waving the immunity will facilitate the enquiry in connection to criminal proceedings, as the statement was made at a time when István Ujhelyi was not a Member of the European Parliament, but a Member of the National Parliament. It therefore cannot be covered by the immunity provided by his status of Member of the European Parliament.

 
  
MPphoto
 
 

  Ruža Tomašić (ECR), napisan. ‒ Podržavam zahtjev za ukidanje imuniteta Istvánu Ujhelyiju. Smatram to opravdanim, budući da je njegova izjava izrečena u razdoblju kada on nije bio zastupnik u Europskom parlamentu. Optužba protiv Istvána Ujhelyija nije povezana s izražavanjem mišljenja ili njegovim glasovanjem pri izvršavanju dužnosti zastupnika u Europskom parlamentu i stoga smatram da nadležna tijela trebaju istražiti moguće kazneno djelo.

 
  
MPphoto
 
 

  Romana Tomc (PPE), pisno. ‒ Predlog sklepa o zahtevi za odvzem imunitete Istvánu Ujhelyiju sem podprla.

V sodnem postopku pred osrednjim okrožnim sodiščem v Pešti je bil István Ujhelyi obtožen kaznivega dejanja obrekovanja v skladu s členom 226(1) zakona C madžarskega kazenskega zakonika iz leta 2012.

Kaznivo dejanje nima veze z delovanjem poslanca, zato odvzem imunitete podpiram.

 
  
MPphoto
 
 

  Estefanía Torres Martínez (GUE/NGL), por escrito. ‒ He votado a favor del suplicatorio para la suspensión de inmunidad, tal y como ha sido propuesta por la comisión de JURI. Entiendo que no hay posibilidad de utilizar la suspensión para iniciar una persecución de corte político.

 
  
MPphoto
 
 

  Miguel Urbán Crespo (GUE/NGL), por escrito. – He votado a favor del suplicatorio para la suspensión de inmunidad, tal y como ha sido propuesta por la comisión de JURI. Entiendo que no hay posibilidad de utilizar la suspensión para iniciar una persecución de corte político.

 
  
MPphoto
 
 

  Ivo Vajgl (ALDE), in writing. ‒ I voted in favour of the report on the request for waiver of the immunity of István Ujhelyi. In criminal proceedings brought before the Central District Court of Pest, István Ujhelyi was charged with having committed the crime of defamation pursuant to Article 226(1) of Act C of 2012 on the Hungarian Criminal Code. Since the statements in question were made on 25 April 2014, they were made before István Ujhelyi became a Member of the European Parliament following his election during the 2014 European Parliament elections. I voted in favour of the report because when making the statements in question, István Ujhelyi was not acting in the performance of his duties as Member of the European Parliament.

 
  
MPphoto
 
 

  Miguel Viegas (GUE/NGL), por escrito. ‒ Ao deputado István Ujhelyi foi feito um pedido de levantamento da imunidade parlamentar no âmbito de um processo pendente perante o Tribunal Distrital Central de Pest.

O processo diz respeito a um crime de difamação, relacionado com declarações feitas por István Ujhelyi sobre uma pessoa na Hungria, nomeadamente dizendo que esta não tinha condições para exercer um determinado cargo público por relações que tinha com criminosos.

Estas declarações foram proferidas quando István Ujhelyi ainda era deputado do Parlamento Nacional Húngaro e não do Parlamento Europeu. As declarações objeto de processo não estão relacionadas com opiniões ou votos emitidos no exercício das suas funções de deputado ao Parlamento Europeu, o que, por consequência, faz com que a imunidade absoluta prevista no artigo 8.º do Protocolo n.º 7 não seja aplicável.

Como tal, e face aos factos, votamos a favor do levantamento da imunidade.

 
  
MPphoto
 
 

  Harald Vilimsky (ENF), schriftlich. ‒ Da die Geschehnisse vor bzw. außerhalb seiner Tätigkeit als Abgeordneter erfolgten, habe ich dem Antrag zugestimmt.

 
  
MPphoto
 
 

  Udo Voigt (NI), schriftlich. ‒ In dem zur Abstimmung stehenden Bericht bzw. Fall von Immunitätsaufhebung geht es um ein reines Meinungsdelikt. Da die parlamentarische Immunität eines Abgeordneten gerade dessen freie Meinungsäußerung schützen soll, steht die hier geforderte Immunitätsaufhebung dem Geist der parlamentarischen Demokratie entgegen, weshalb hier ein „Nein“ am Platze war.

 
  
MPphoto
 
 

  Jana Žitňanská (ECR), písomne ‒ Mnohokrát je plénu Európskeho parlamentu predložená žiadosť o zbavenie imunity poslancov Európskeho parlamentu na základe rôznych skutočností. Môj názor na tieto správy je taký, že pokiaľ ide o žiadosť o zbavenie imunity v dôsledku činu, ktorý sa udial v čase, keď bol príslušný poslanec už členom Európskeho parlamentu a zároveň predmetný čin sa udial v súvislosti s výkonom jeho mandátu (napríklad týkal sa jeho výrokov v pléne), nemal by byť poslaneckej imunity zbavený. Pokiaľ však ide o udalosti, ktoré s výkonom mandátu poslanca Európskeho parlamentu nesúvisia, prípadne sa stali ešte predtým, ako sa poslanec svojho mandátu ujal, nevidím dôvod na hlasovanie proti takejto žiadosti. Myslím si, že pravidlá sú v prípade zbavovania imunity poslancov dostatočne jasné, a preto som aj v tomto prípade – keďže v čase incidentu ešte nešlo o poslanca Európskeho parlamentu – hlasovala za zbavenie imunity.

 
  
MPphoto
 
 

  Milan Zver (PPE), pisno. ‒ Glasoval sem za zahtevo za odvzem imunitete Istvánu Ujhelyiju.

Kot izhaja iz poročila, obtožbe zoper Istvána Ujhelyija niso povezane z mnenjem ali glasom, ki bi ga ta poslanec izrekel pri opravljanju svojih dolžnosti poslanca Evropskega parlamenta, zato zanj ne velja absolutna imuniteta v smislu člena 8 Protokola št. 7.

 

5.5. Verzoek om verdediging van de voorrechten en immuniteiten van Rosario Crocetta (A8-0230/2016 - Heidi Hautala)
  

Schriftliche Erklärungen zur Abstimmung

 
  
MPphoto
 
 

  Tim Aker (EFDD), in writing. – UKIP MEPs voted to uphold the defence of parliamentary privilege as Crocetta was a Member of the European Parliament at the time the incident took place and was fulfilling his role.

 
  
MPphoto
 
 

  Martina Anderson (GUE/NGL), in writing. ‒ I voted in favour of defending the immunity of Rosario Crocetta. This immunity procedure is a rejection of the request to waive the immunity of former Italian S&D Rosario Crocetta who is subject to criminal proceedings for alleged defamation. In 2012 Crocetta made several comments relating to organised crime involvement in public procurement procedures in relation to environmental policies, including saying the certain waste-to-energy plants were controlled by the Mafia. He was MEP at the time, and a member of ENVI and first Vice-Chair of the Special Committee on Organised Crime, Corruption and Money Laundering. JURI’s position is that there is a direct and obvious link between his activities as an MEP and the comments and his immunity should be defended. I support the Committee’s position.

 
  
MPphoto
 
 

  Eric Andrieu (S&D), par écrit. ‒ J'ai voté en faveur de la défense de l'immunité de Rosario Crocetta.

 
  
MPphoto
 
 

  Marie-Christine Arnautu (ENF), par écrit. ‒ Rosario Crocetta est accusé d’avoir tenu des propos diffamatoires alors qu’il était député européen parce qu’il a publiquement accusé des individus de travailler avec la mafia italienne.

Dans le cadre de la procédure pénale le visant en Italie, il a demandé la défense de son immunité parlementaire au Parlement européen.

Rosario Crocetta était député au Parlement européen lorsqu'il a tenu les propos en question et le compte-rendu des débats auxquels M. Crocetta a participé montre qu'il a toujours été très actif dans la lutte contre la criminalité organisée et son impact sur l'Union et ses États membres. Il a également mis l'accent sur l’influence de la corruption systématique sur la politique et l’économie, notamment en ce qui concerne les marchés publics liés à la politique environnementale. Enfin, il ressort des documents fournis à la commission des affaires juridiques et de l'audition devant celle-ci que les déclarations de M. Crocetta ont un lien direct et évident avec ses fonctions parlementaires.

J’ai donc voté pour le maintien de son immunité parlementaire.

 
  
MPphoto
 
 

  Jonathan Arnott (EFDD), in writing. ‒ In the interest of transparency and democracy I voted in favour of this waiver. This is a defamation issue which took place before Crocetta was an MEP.

 
  
MPphoto
 
 

  Jean Arthuis (ALDE), par écrit. ‒ J'ai voté en faveur de cette délibération comme le préconisait la commission au fond.

 
  
MPphoto
 
 

  Zigmantas Balčytis (S&D), raštu. ‒ Parlamento pirmininkas pranešė, kad gavo buvusio Europos Parlamento nario Rosario Crocettos prašymą ginti jo parlamentinį imunitetą Palermo teisme (Italija) nagrinėjamoje baudžiamojoje byloje. Atsižvelgiant į visas pateiktas aplinkybes, Teises reikalų komitetas rekomenduoja Europos Parlamentui ginti Rosario Crocettos parlamentinį imunitetą, todėl balsavau už šį pranešimą.

 
  
MPphoto
 
 

  Gerard Batten (EFDD), in writing. ‒ UKIP MEP's voted to uphold the defence of parliamentary privilege as Crocetta was a Member of the European Parliament at the time the incident took place and was fulfilling his role.

 
  
MPphoto
 
 

  Nicolas Bay (ENF), par écrit. ‒ Je me suis montré favorable à la défense de l’immunité de cet ex-député italien au Parlement européen, étant donné que les propos et les écrits critiques de Rosario Crocetta sur la mafia italienne ont un lien direct et évident avec ses fonctions parlementaires.

 
  
MPphoto
 
 

  Hugues Bayet (S&D), par écrit. ‒ J'ai voté pour la demande de défense des privilèges et immunités de Monsieur Crocetta suivant en cela la décision de la commission des affaires juridiques.

 
  
MPphoto
 
 

  Beatriz Becerra Basterrechea (ALDE), por escrito. ‒ He votado a favor de amparar la inmunidad parlamentaria del exeurodiputado italiano Rosario Crocetta, que fue acusado en Italia de difamaciones y calumnias. La Comisión de Asuntos Jurídicos recomienda que el Parlamento Europeo ampare sus privilegios e inmunidades, ya que las declaraciones efectuadas fueron realizadas dentro de su actividad parlamentaria como MEP.

Considero que es necesario proteger la libertad de expresión de los cargos públicos que, en el ejercicio de su función, deben poder expresar libremente opiniones y comentarios acerca de los asuntos más diversos.

Asimismo el Sr. Crocetta, actual presidente de Sicilia, siempre ha destacado en su actividad pública por su lucha contra la delincuencia organizada y la influencia de la corrupción en el ámbito económico y medioambiental. Durante su actividad como europarlamentario, Crocetta insistió en el poder que ostenta la mafia en Europa, por ello propuso crear una Comisión Antimafia de la Unión. Su compromiso por liberar a Italia y especialmente a su región, Sicilia, de la mafia le ha valido numerosos enemigos y amenazas.

 
  
MPphoto
 
 

  Brando Benifei (S&D), per iscritto. ‒ Attenendomi alle indicazioni della commissione giuridica, ho votato a favore della richiesta di difesa dei privilegi e delle immunità di Rosario Crocetta. Si tratta di una richiesta presentata il 7 gennaio 2016 da Rosario Crocetta in difesa dei suoi privilegi e delle sue immunità, nel quadro del procedimento penale per diffamazione pendente dinanzi alla terza camera penale del tribunale di Palermo. Secondo la commissione, le dichiarazioni del Crocetta hanno un nesso diretto ed evidente con le sue funzioni parlamentari e si può quindi ritenere che Rosario Crocetta abbia agito nell'esercizio delle sue funzioni di deputato al Parlamento europeo.

 
  
MPphoto
 
 

  Xabier Benito Ziluaga (GUE/NGL), por escrito. ‒ He votado a favor de la defensa de inmunidad del parlamentario Rosario Crocetta, ya que fue acusado por hacer unas declaraciones en un debate político sobre la mafia. En este caso, entendemos que sus declaraciones están directamente vinculadas con su actividad política como MEP, por lo que voto a favor de la defensa de su inmunidad.

 
  
MPphoto
 
 

  Izaskun Bilbao Barandica (ALDE), por escrito. ‒ Estoy de acuerdo con los argumentos jurídicos que aconsejan amparar al señor Crocetta. Las declaraciones que dieron origen al litigio judicial, se producen en temas y actividades relacionados con su actividad y se refieren a un asunto, la influencia de la mafia en la contratación pública, de interés general a nivel europeo. El señor Crocetta, era además eurodiputado cuando se produjo esta denuncia.

 
  
MPphoto
 
 

  Dominique Bilde (ENF), par écrit. ‒ J’ai voté en faveur de la défense de l’immunité parlementaire de Monsieur Rosario Crocetta du fait que celui-ci soit accusé de propos diffamatoires mais dont le lien avec ses fonctions et son mandat de député européen sont avérés.

M. Crocetta a en effet accusé publiquement des individus de collusion avec la mafia italienne, mais l’on sait de par les comptes rendu des débats du Parlement qu’il a toujours politiquement été très actif sur la question des organisations criminelles, des associations de malfaiteurs et des cas de corruption, le tout en lien avec leurs conséquences sur l’Union européenne et les États Membres.

Le lien direct entre les propos pour lesquels il est poursuivi et son action politique de député européen étant établi, il devrait pouvoir jouir de son immunité parlementaire.

 
  
MPphoto
 
 

  José Blanco López (S&D), por escrito. ‒ He votado a favor de amparar la inmunidad del antiguo diputado al Parlamento Europeo Rosario Crocetta a la vista del informe elaborado por la Comisión de Asuntos Jurídicos, que constata que el procedimiento penal en curso seguido contra él en la Tercera Sala de lo Penal del Tribunal de Palermo versa sobre unas supuestas declaraciones difamatorias realizadas cuando era diputado al Parlamento Europeo; que las declaraciones del señor Crocetta están directa y manifiestamente relacionadas con su actividad parlamentaria y que, de conformidad con el artículo 8 del Protocolo n.º 7, los miembros del Parlamento Europeo no podrán ser buscados, detenidos ni procesados por las opiniones o los votos por ellos emitidos en el ejercicio de sus funciones, inmunidad destinada a proteger la libre expresión y la independencia de los diputados al Parlamento Europeo.

 
  
MPphoto
 
 

  Vilija Blinkevičiūtė (S&D), raštu. ‒ Balsavau dėl šio pranešimo, nes juo Parlamentas nutarė ginti buvusio Italijos europarlamentaro Rosa Crocettos imunitetą. Buvęs Europos Parlamento narys Rosario Crocetta paprašė ginti jo, kaip Parlamento nario, imunitetą Palermo teismo 3-iojo bylų skyriaus nagrinėjamoje baudžiamojoje byloje, kurioje remiantis prokuratūros pateiktu pranešimu, R. Crocetta įtariamas padaręs šmeižiančius pareiškimus, už kuriuos baudžiama pagal Italijos baudžiamojo kodeksą. Rosario Crocetta tuo metu, kai jis padarė minėtuosius pareiškimus, buvo Europos Parlamento narys, o iš R. Crocettos parlamentinių įrašų matyti, kad jis visuomet labai aktyviai kovojo su organizuotu nusikalstamumu ir jo poveikiu Sąjungai ir valstybėms narėms. Jis taip pat didelį dėmesį skyrė sistemingos korupcijos neigiamam poveikiui politikai ir ekonomikai, visų pirma kiek tai susiję su viešaisiais pirkimais aplinkos politikos srityje.

 
  
MPphoto
 
 

  Biljana Borzan (S&D), napisan. ‒ Podržavam zahtjev za zaštitu povlastica i imuniteta Rosarija Crocette.

 
  
MPphoto
 
 

  Steeve Briois (ENF), par écrit. ‒ Rosario Crocetta est accusé d’avoir tenu des propos diffamatoires lorsqu’il était député européen. Il avait en effet accusé publiquement des individus d’entretenir des liens avec la mafia italienne. Dans le cadre de la procédure pénale le visant en Italie, il a demandé la défense de son immunité parlementaire au Parlement européen. Rosario Crocetta était député au Parlement européen au moment des faits et le compte-rendu des débats auxquels il a participé montre qu'il a toujours été très actif dans la lutte contre la criminalité organisée.

Il a également mis l'accent sur les cas de corruption systématique notamment en ce qui concerne l’attribution des marchés publics liés à la politique environnementale. Enfin, il ressort des documents fournis à la commission des affaires juridiques que les déclarations de Rosario Crocetta ont un lien direct et évident avec ses fonctions parlementaires. C’est la raison pour laquelle j’ai voté pour la défense de son immunité parlementaire.

 
  
MPphoto
 
 

  Nicola Caputo (S&D), per iscritto. ‒ Oggi ho votato a favore della relazione in questione perché ritengo che le circostanze del caso giustificano l'applicazione dell'articolo 8 del protocollo n. 7 in materia di privilegi e immunità dell'Unione europea. Anche la commissione giuridica, infatti, invocando l'articolo 9, paragrafo 3, del regolamento e dopo un’attenta analisi della fattispecie, ha raccomandato al Parlamento europeo di difendere l'immunità e i privilegi di Rosario Crocetta.

Il concetto di "opinione", alla luce dell'articolo 8 del protocollo, include i discorsi e le dichiarazioni che, in merito al contenuto, corrispondono a valutazioni soggettive. La commissione giuridica ha ritenuto che le circostanze del caso mostrano che le dichiarazioni dell'on. Crocetta hanno un collegamento evidente e diretto con l'esercizio delle sue funzioni parlamentari.

L'on. Crocetta, anche a livello europeo, ha mostrato particolare interesse alla lotta contro la criminalità organizzata e l'influenza che quest'ultima esercita sulla politica e sull'economia. Egli, infatti, è stato primo vicepresidente della commissione speciale del Parlamento europeo sulla criminalità organizzata, la corruzione e il riciclaggio di denaro e membro della commissione per l'ambiente, la sanità pubblica e la sicurezza alimentare.

 
  
MPphoto
 
 

  Matt Carthy (GUE/NGL), in writing. ‒ I voted in favour of defending the immunity of Rosario Crocetta. This immunity procedure is a rejection of the request to waive the immunity of former Italian S&D Rosario Crocetta who is subject to criminal proceedings for alleged defamation. In 2012 Crocetta made several comments relating to organised crime involvement in public procurement procedures in relation to environmental policies, including saying the certain waste-to-energy plants were controlled by the Mafia. He was MEP at the time, and a member of ENVI and first Vice-Chair of the Special Committee on Organised Crime, Corruption and Money Laundering. JURI’s position is that there is a direct and obvious link between his activities as an MEP and the comments and his immunity should be defended. I support the Committee’s position.

 
  
MPphoto
 
 

  Fabio Massimo Castaldo (EFDD), per iscritto. ‒ In questo caso è ovvio, anche alla luce della successiva nomina di Musumeci a Presidente della Commissione antimafia, che l'on. Crocetta abbia utilizzato il suo potere di insindacabilità in modo strumentale per fini elettorali. Ho perciò deciso di votare contro il mantenimento dell'immunità dell'ex deputato europeo.

 
  
MPphoto
 
 

  Λευτέρης Χριστοφόρου (PPE), γραπτώς. ‒ Στηρίζουμε την έκθεση καθώς όταν ο κ. Rosario Crocetta ήταν βουλευτής του Ευρωπαϊκού Κοινοβουλίου, και ιδίως όταν προέβη στις επίμαχες δηλώσεις, συμμετείχε ενεργά, σε πολιτικό επίπεδο, στην καταπολέμηση του οργανωμένου εγκλήματος και των επιπτώσεών του στην πολιτική και την οικονομία, ιδίως όσον αφορά τις δημόσιες συμβάσεις στον τομέα της περιβαλλοντικής πολιτικής. Διετέλεσε, μάλιστα, αντιπρόεδρος της ειδικής επιτροπής του Ευρωπαϊκού Κοινοβουλίου για το οργανωμένο έγκλημα, τη διαφθορά και τη νομιμοποίηση εσόδων από εγκληματικές ενέργειες και υπήρξε μέλος της Επιτροπής Περιβάλλοντος, Δημόσιας Υγείας και Ασφάλειας των Τροφίμων.

 
  
MPphoto
 
 

  Κώστας Χρυσόγονος (GUE/NGL), γραπτώς. ‒ Ψηφίσαμε σχετικά με την αίτηση για την υπεράσπιση της ασυλίας του Rosario Crocetta. Καθώς το αρχικό αίτημα άρσης ασυλίας είχε άμεση σχέση με τη δράση του ως Ευρωβουλευτή, θεωρώ πως οφείλαμε να υπερασπιστούμε την ασυλία του και για αυτό τον λόγο ψήφισα θετικά.

 
  
MPphoto
 
 

  Deirdre Clune (PPE), in writing. ‒ I supported the report on the Request for defence of the parliamentary immunity of Rosario Crocetta and noted no objections.

 
  
MPphoto
 
 

  Lara Comi (PPE), per iscritto. ‒ Ho votato a favore del mantenimento dell'immunità in quanto le dichiarazioni sono state rese quando era deputato al Parlamento europeo e le sue affermazioni possono essere ritenute collegate all'attività parlamentare da lui svolta.

 
  
MPphoto
 
 

  Therese Comodini Cachia (PPE), in writing. – The report concerns the election of the Members of the European Parliament by direct universal suffrage, indicating that Mr Crocetta’s statements had a direct and obvious connection with his parliamentary duties. The report defends the immunity and privileges of Rosario Crocetta, I support it.

 
  
MPphoto
 
 

  Javier Couso Permuy (GUE/NGL), por escrito. ‒ He votado a favor de este informe que pide el mantenimiento de la inmunidad parlamentaria de Rosario Crocetta, puesto que este antiguo eurodiputado, ha sido imputado en relación a unas declaraciones de denuncia del crimen organizado y de la mafia italiana cuando era europarlamentario. Al ser él, en ese momento el primer vicepresidente de la Comisión Especial del Parlamento Europeo sobre delincuencia organizada, corrupción y blanqueo de dinero, considero que sus declaraciones fueron realizadas en el marco de su mandato parlamentario, por lo que coincido con la ponente en mi consideración de que no se le debe retirar su inmunidad en este caso.

 
  
MPphoto
 
 

  Miriam Dalli (S&D), in writing. ‒ I am in favour of the immunity of Rosario Crocetta because in this way he can prove his innocence or otherwise in front of the relevant judicial authorities.

 
  
MPphoto
 
 

  William (The Earl of) Dartmouth (EFDD), in writing. ‒ UKIP MEPs voted to uphold the defence of parliamentary privilege as Crocetta was a Member of the European Parliament at the time the incident took place and was fulfilling his role.

 
  
MPphoto
 
 

  Mireille D'Ornano (ENF), par écrit. ‒ Ce rapport concerne l’immunité parlementaire d'un député pour les besoins d’une poursuite pénale en diffamation. En l’occurrence, le député européen Rosario Crocetta est accusé d’avoir tenu des propos diffamatoires en accusant publiquement des individus de liens mafieux. Très impliqué dans la lutte contre la criminalité organisée, Rosario Crocetta a tenu des propos cohérents avec son mandat de député européen. Pour cette raison, je soutiens le maintien de son immunité. J’ai voté pour ce rapport.

 
  
MPphoto
 
 

  Γεώργιος Επιτήδειος (NI), γραπτώς. ‒ Καταψήφισα την πρόταση για τη διατήρηση της βουλευτικής ασυλίας καθώς τα κοινοβουλευτικά προνόμια δεν πρέπει σε καμία περίπτωση να οδηγούν σε άνιση και προνομιακή μεταχείριση των βουλευτών έναντι τρίτων όσον αφορά την επιβολή του νόμου και την απονομή της δικαιοσύνης.

 
  
MPphoto
 
 

  Rosa Estaràs Ferragut (PPE), por escrito. ‒ Como señala la Comisión en su informe, los hechos del presente asunto cumplen con los requisitos para la aplicación de esta disposición, ya que siendo el diputado del Parlamento Europeo, puede considerarse que a la vista de las circunstancias del caso y del contenido de las declaraciones, las denuncias vertidas por el señor Crocetta guardaban una relación directa y manifiesta con sus actividades como diputado del Parlamento Europeo. Teniendo en cuenta que los miembros del Parlamento Europeo no podrán ser buscados, detenidos ni procesados por las opiniones o los votos por ellos emitidos en el ejercicio de sus funciones, este informe recoge la recomendación de la Comisión de Asuntos Jurídicos que indica que el Parlamento Europeo debería amparar sus privilegios e inmunidades.

 
  
MPphoto
 
 

  José Manuel Fernandes (PPE), por escrito. ‒ Em 2 de outubro de 2012, durante um debate político realizado no Centro Pio La Torre, em Palermo, Rosario Crocetta proferiu um conjunto de declarações que viriam a finalizar com uma ação por difamação num tribunal italiano. A Comissão dos Assuntos Jurídicos considera que os factos do processo, como evidenciam os documentos fornecidos e a audição Rosario Crocetta, mostram que as declarações em causa têm um nexo direto e óbvio com as atividades parlamentares de Rosario Crocetta estando estreitamente associado, a nível político, à luta contra a criminalidade organizada e respetiva influência na política e na economia, em especial no que toca à contratação pública no domínio da política ambiental. Concordo com a defesa da imunidade e os privilégios de Rosario Crocetta.

 
  
MPphoto
 
 

  Edouard Ferrand (ENF), par écrit. ‒ Vote: pour la défense de son immunité.

 
  
MPphoto
 
 

  João Ferreira (GUE/NGL), por escrito. ‒ Este relatório aborda um pedido de defesa da imunidade parlamentar do então deputado no Parlamento Europeu Rosario Crocetta. Este deputado está a enfrentar uma ação penal pendente na 3.ª Secção Criminal do Tribunal de Palermo, por ter alegadamente proferido declarações difamatórias, comportamento que é punível pelo artigo 595.º do Código Penal italiano.

Os deputados no Parlamento Europeu não podem ser procurados, detidos ou perseguidos pelas opiniões ou votos emitidos no exercício das suas funções, sendo esta uma forma de proteger a sua liberdade de expressão e a sua ação política, artigo 8.º do Protocolo n.º 7. As declarações do deputado em questão proferidas no âmbito do combate à criminalidade organizada foram as que foram alvo da ação penal em causa. Considera-se que os factos do caso, como mostram os documentos fornecidos às autoridades competentes, como a Comissão de Assuntos Jurídicos, indicam que as declarações de Rosario Crocetta têm um nexo direto e óbvio com as suas funções parlamentares. Pode-se considerar que Rosario Crocetta estava a agir no exercício das suas funções de deputado ao Parlamento Europeu. Logo votámos favoravelmente a defesa das imunidades e dos privilégios de Rosario Crocetta.

 
  
MPphoto
 
 

  Λάμπρος Φουντούλης (NI), γραπτώς. ‒ Καταψηφίζω την έκθεση σχετικά με την αίτηση για την υπεράσπιση των προνομίων και ασυλιών του Rosario Crocetta καθώς τα κοινοβουλευτικά προνόμια δεν πρέπει σε καμία περίπτωση να οδηγούν σε άνιση και προνομιακή μεταχείριση των βουλευτών έναντι τρίτων όσον αφορά την επιβολή του νόμου και την απονομή της δικαιοσύνης.

 
  
MPphoto
 
 

  Arne Gericke (ECR), schriftlich. ‒ Ich habe für den Bericht über den Antrag auf Schutz der Vorrechte und der Immunität von Rosario Crocetta gestimmt. Das Parlament hat nach eingehender Prüfung den weiteren Schutz des italienischen Exabgeordneten beschlossen, der zu einem der engagiertesten Kämpfer gegen die Machenschaften der Mafia in Sizilien zählt.

 
  
MPphoto
 
 

  Neena Gill (S&D), in writing. ‒ I voted in favour of the report on the request for defence of the parliamentary immunity of Rosario Crocetta.

 
  
MPphoto
 
 

  Tania González Peñas (GUE/NGL), por escrito. ‒ He votado a favor de la defensa de inmunidad del parlamentario Rosario Crocetta, ya que fue acusado por hacer unas declaraciones en un debate político sobre la mafia. En este caso, entendemos que sus declaraciones están directamente vinculadas con su actividad política como MEP, por lo que voto a favor de la defensa de su inmunidad.

 
  
MPphoto
 
 

  Τάκης Χατζηγεωργίου (GUE/NGL), γραπτώς. – Υπερψηφίσαμε τη αίτηση για προστασία του κ. Crocetta έτσι ώστε να μην αρθεί η βουλευτική του ασυλία. Δεν υπάρχει αμφιβολία ότι, όταν ο κ. Crocetta προέβη στις επίμαχες δηλώσεις (για τις οποίες κατηγορείται), έθεσε ένα ζήτημα γενικού ενδιαφέροντος που προκαλεί ανησυχία στους ευρωπαίους πολίτες, δηλαδή την επιρροή που φέρεται ότι ασκεί το οργανωμένο έγκλημα σε συγκεκριμένες διαδικασίες σύναψης δημόσιων συμβάσεων με σημαντικές οικονομικές και περιβαλλοντικές συνέπειες, καθώς και σε γνωστούς πολιτικούς, ζήτημα η αντιμετώπιση του οποίου μπορεί να θεωρηθεί ως ένα από τα βασικά καθήκοντα των βουλευτών του Ευρωπαϊκού Κοινοβουλίου. Λαμβανομένων υπόψη των περιστάσεων της υπόθεσης και του περιεχόμενου των δηλώσεων, οι ισχυρισμοί του κ. Crocetta αποδεικνύουν άμεσο και πρόδηλο σύνδεσμο με τις δραστηριότητές του ως βουλευτή του Ευρωπαϊκού Κοινοβουλίου.

 
  
MPphoto
 
 

  Marian Harkin (ALDE), in writing. ‒ I would defend the immunity and privileges of Rosario Crocetta. Considering the facts of the case, it is clear that the statements in question have direct and obvious connection with Mr Crocetta’s parliamentary activities. It is uncontested that, when he was a Member of the European Parliament and, in particular at the time of the statements in question, Mr Crocetta was very much involved, at a political level, in the fight against organised crime and its influence on politics and economy, especially as regards public procurement in the field of environmental policy. Therefore I support his immunity as a Member.

 
  
MPphoto
 
 

  Brian Hayes (PPE), in writing. ‒ I voted in favour as I have no objections.

 
  
MPphoto
 
 

  Ivan Jakovčić (ALDE), napisan. ‒ Glasao sam za prijedlog odluke Europskog parlamenta o zahtjevu za zaštitu povlastica i imuniteta Rosarija Crocette jer je g. Crocetta bio uvijek aktivan u borbi protiv organiziranog kriminala i njegova utjecaja na politiku i gospodarstvo.

Budući da je g. Crocetta bio zastupnik u Europskom parlamentu kada su sporne izjave dane, te s obzirom na to da je potrebno zaštititi slobodu izražavanja i neovisnosti zastupnika u Europskom parlamentu pri obnašanja parlamentarnih dužnosti, podržavam ovo izvješće.

 
  
MPphoto
 
 

  Jean-François Jalkh (ENF), par écrit. ‒ Rosario Crocetta est accusé d’avoir tenu des propos diffamatoires alors qu’il était député européen. Il accusa publiquement des individus de travailler avec la mafia italienne.

Dans le cadre de la procédure pénale le visant en Italie, il a demandé la défense de son immunité parlementaire au Parlement européen. Les propos tenus l'étaient dans le cadre de ses fonctions parlementaires: j'ai donc voté pour la défense de l'immunité de M. Crocetta.

 
  
MPphoto
 
 

  Marc Joulaud (PPE), par écrit. ‒ J’ai voté en faveur du rapport de ma collègue Heidi Hautala sur la demande de défense des privilèges et immunités parlementaires de Rosario Crocetta. La commission des affaires juridiques a en effet estimé que les propos qu’il a tenus, en lien avec la lutte contre la criminalité, avaient un lien direct et évident avec les fonctions parlementaires du député européen, ce qui ne justifiait donc pas la levée de son immunité parlementaire.

Ce rapport a été adopté à une large majorité, ce dont je me félicite.

 
  
MPphoto
 
 

  Philippe Juvin (PPE), par écrit. ‒ Alors qu’il était député européen de 2009 jusqu'en décembre 2012, date de son élection à la présidence de la région de la Sicile, Monsieur Crocetta, très investi sur les questions de lutte contre la criminalité organisée et la corruption, a tenu des propos dans le cadre de sa campagne, alors qu'il était encore député européen, laissant entendre des liens entre certains de ses concurrents et la mafia sicilienne au sujet d'un marché public suspecté de fraude. Suite à ces propos, Monsieur Crocetta, a été poursuivi pour diffamation.

J’ai suivi la recommandation de la Commission JURI en votant en faveur de la défense de l’immunité de Monsieur Crocetta qui a estimé que les propos tenus avaient un lien direct et évident avec les fonctions parlementaires du député.

 
  
MPphoto
 
 

  Barbara Kappel (ENF), schriftlich. ‒ Ich stimme für die Aufhebung der Immunität des Kollegen Crocetta. Die ihm vorgeworfenen Sachverhalte passierten alle vor bzw. außerhalb seines Mandates, sodass die Aufhebung seiner Immunität ihn nicht bei der Mandatsausübung behindert.

 
  
MPphoto
 
 

  Gilles Lebreton (ENF), par écrit. ‒ J’ai voté pour défendre l’immunité parlementaire de M. Crocetta car il a courageusement attaqué la mafia dans le cadre de ses fonctions. Il est étonnant que la justice italienne le lui reproche!

 
  
MPphoto
 
 

  Marine Le Pen (ENF), par écrit. ‒ J’ai voté pour la défense de l’immunité parlementaire de M. Rosario Crocetta, accusé d’avoir tenu des propos diffamatoires alors qu’il était député européen. Il a publiquement accusé des individus de travailler avec la mafia italienne. Rosario Crocetta était député au Parlement européen lorsqu'il a tenu les propos en question et le compte-rendu des débats auxquels M. Crocetta a participé montre qu'il a toujours été très actif dans la lutte contre la criminalité organisée et son impact sur l'Union et ses États membres.

Il a également mis l'accent sur l’influence de la corruption systématique sur la politique et l’économie, notamment en ce qui concerne les marchés publics liés à la politique environnementale. Enfin, il ressort des documents fournis à la commission des affaires juridiques et de l'audition devant celle-ci que les déclarations de M. Crocetta ont un lien direct et évident avec ses fonctions parlementaires.

 
  
MPphoto
 
 

  Philippe Loiseau (ENF), par écrit. ‒ J’ai voté pour défendre l’immunité parlementaire de M. Crocetta, car il a courageusement attaqué la mafia italienne dans le cadre de ses fonctions. Député européen, il a toujours fait preuve d’une grande pugnacité dans la lutte contre le crime organisé et son impact dans les États-membres de l’Union. Il est par ailleurs étonnant que la justice italienne le lui reproche.

 
  
MPphoto
 
 

  Paloma López Bermejo (GUE/NGL), por escrito. ‒ He votado a favor de este informe que pide el mantenimiento de la inmunidad parlamentaria de Rosario Crocetta, puesto que este antiguo eurodiputado, ha sido imputado en relación a unas declaraciones de denuncia del crimen organizado y de la mafia italiana cuando era europarlamentario. Al ser él, en ese momento el primer vicepresidente de la Comisión Especial del Parlamento Europeo sobre delincuencia organizada, corrupción y blanqueo de dinero, considero que sus declaraciones fueron realizadas en el marco de su mandato parlamentario, por lo que coincido con la ponente en mi consideración de que no se le debe retirar su inmunidad en este caso.

 
  
MPphoto
 
 

  Petr Mach (EFDD), písemně. ‒ Hlasoval jsem pro zbavení imunity pana Crocetty, který je stíhán pro pomluvu. Nechť věc řeší italské soudy.

 
  
MPphoto
 
 

  Vladimír Maňka (S&D), písomne ‒ Bývalý europoslanec p. Rosario Crocetta požiadal o ochranu svojej imunity, keďže sa mal podľa talianskeho práva dopustiť spáchania trestného činu ohovárania. Tohto skutku sa mal dopustiť svojimi názormi a vyjadreniami počas výkonu mandátu europoslanca. V zmysle záverov Súdneho dvora, okolností prípadu a v súlade s rokovacím poriadkom EP rozhodol o ochrane výsad a imunity poslanca Crocettu. Návrh som podporil.

 
  
MPphoto
 
 

  Νότης Μαριάς (ECR), γραπτώς. ‒ Ψηφίζω υπέρ της έκθεσης σχετικά με την αίτηση άρσης της ασυλίας του Rosario Crocetta, κατόπιν της θετικής εισήγησης της Επιτροπής Νομικών Υποθέσεων του Ευρωπαϊκού Κοινοβουλίου.

 
  
MPphoto
 
 

  Dominique Martin (ENF), par écrit. ‒ J’ai voté pour ce texte.

Il s’agit d’une demande de levée de l’immunité parlementaire pour les besoins d’une poursuite pénale en diffamation. En l’occurrence, le député européen Rosario Crocetta est accusé d’avoir tenu des propos diffamatoires en accusant publiquement des individus de liens mafieux.

Très impliqué dans la lutte contre la criminalité organisée, Rosario Crocetta a tenu des propos cohérents avec son mandat de député européen. Pour cette raison, je soutiens le maintien de son immunité.

 
  
MPphoto
 
 

  Georg Mayer (ENF), schriftlich. ‒ Hier geht es um die Aufhebung der Immunität des MdEP Rosario Crocetta. Ob der Tatbestand erfüllt ist, obliegt der richterlichen Beurteilung. Deswegen unterstütze ich diesen Bericht.

 
  
MPphoto
 
 

  Jean-Luc Mélenchon (GUE/NGL), par écrit. ‒ Le rapport demande la défense de l'immunité parlementaire de Rosario Crocetta, député social-démocrate italien. Dans le cadre d'un débat politique au Centro Pio La Torre, en 2012, il a déclaré "Dimanche, durant notre convention, je fournirai les noms des personnes concernées par l'accord entre Musumeci et Miccichè pour revenir sur la question des quatre thermovalorisateurs gérés par la mafia".

À la demande des parties lésées, le procureur près le tribunal de Palerme a inculpé M. Crocetta pour délit de diffamation sanctionné par l’article 595 du code pénal de l'Italie. À noter l’époque des déclarations en cause, M. Crocetta était très engagé, au niveau politique, dans le cadre de la lutte contre le crime organisé et son influence sur la politique et l’économie, en particulier en ce qui concerne les marchés publics à la politique environnementale.

Au vu des circonstances de l’espèce et de la teneur des propos, les allégations de M. Crocetta sont dès lors susceptibles de présenter un lien direct et évident avec ses activités en tant que député au Parlement européen. Aussi je vote pour la défense de son immunité.

 
  
MPphoto
 
 

  Joëlle Mélin (ENF), par écrit. ‒ Rosario Crocetta était député au Parlement européen lorsqu'il a tenu les propos litigieux et le compte-rendu des débats auxquels M. Crocetta a participé montre qu'il a toujours été très actif dans la lutte contre la criminalité organisée. Il ressort aussi des documents fournis à la commission des affaires juridiques et de l'audition devant celle-ci que les déclarations de M. Crocetta ont un lien direct et évident avec ses fonctions parlementaires.

Ainsi, j’ai voté pour la défense de son immunité.

 
  
MPphoto
 
 

  Nuno Melo (PPE), por escrito. ‒ A defesa da independência do mandato do Deputado Europeu é da competência do Parlamento Europeu e essa independência não pode ser posta em causa. De acordo com o artigo 8.º Protocolo relativo aos Privilégios e Imunidades da União Europeia, os membros do Parlamento Europeu não podem ser procurados, detidos ou perseguidos pelas opiniões ou votos emitidos no exercício das suas funções. O presente pedido de imunidade vem no âmbito da ação penal pendente na 3.ª Secção Criminal do Tribunal de Palermo que, de acordo com a notificação do Ministério Público, Rosario Crocetta terá, alegadamente, proferido declarações difamatórias, comportamento que é punível pelo artigo 595.º do Código Penal italiano. Tendo em consideração que o registo das atividades parlamentares de Rosario Crocetta revela que este sempre desempenhou um papel muito ativo na luta contra a criminalidade organizada e o seu impacto na União e nos Estados-Membros, que a ação do deputado em causa se centrou igualmente na influência da corrupção sistemática na política e na economia. Considero que Rosario Crocetta estava a agir no exercício das suas funções de deputado ao Parlamento Europeu. Assim, voto favoravelmente a defesa dos privilégios e das imunidades de Rosario Crocetta.

 
  
MPphoto
 
 

  Louis Michel (ALDE), par écrit. – J’ai décidé de voter en faveur de la défense des privilèges et immunités de Rosario Crocetta dont la demande a été formulée par l’ancien député européen lui-même dans le cadre d’une procédure pénale en instance auprès de la troisième chambre criminelle du tribunal de Palerme pour laquelle il est accusé d'avoir tenu des propos diffamatoires – comportement réprimé dans le code pénal de l'Italie.

Compte tenu de l'article 8 du protocole n° 7, les membres du Parlement européen ne peuvent être recherchés, détenus ou poursuivis en raison des opinions ou votes émis par eux dans l'exercice de leurs fonctions. Or, il ressort que les déclarations de Rosario Crocetta ont un lien direct et évident avec ses fonctions parlementaires. L’immunité parlementaire est donc d’application dans ce cas de figure.

 
  
MPphoto
 
 

  Marlene Mizzi (S&D), in writing. ‒ I have supported the request for defence of the privileges and immunities of Rosario Crocetta since his parliamentary record shows that he had always been very active in the fight against organised crime and its impact on the Union and its Member States and was focused on the influence of systematic corruption on politics and the economy, especially as regards public procurement in the field of environmental policy. Therefore, I have voted in favour of the decision to defend the immunity and privileges of Mr Rosario Crocetta.

 
  
MPphoto
 
 

  Csaba Molnár (S&D), írásban. ‒ Az olasz Büntető Törvénykönyv 595. cikke értelmében büntetendő, rágalmazó kijelentések megtételével vádolt Rosario Crocetta volt európai parlamenti képviselő egy palermói bíróság előtt folyó büntetőügy kapcsán az Európai Unió kiváltságairól és mentességeiről szóló 7. jegyzőkönyv 8. és 9. cikke alapján kérte mentelmi jogának fenntartását. A Jogi Bizottság jelentésében megállapítja, hogy a szóban forgó kijelentéseket Rosario Crocetta akkor tette, amikor európai parlamenti képviselő volt, a bizottságnak átadott dokumentumokból és a terhelt meghallgatásából pedig az tűnik ki, hogy Crocetta úr kijelentései közvetlen és nyilvánvaló kapcsolatban állnak parlamenti képviselői feladatainak ellátásával.

A bizottság ennélfogva vélelmezi, hogy Rosario Crocetta a szóban forgó ügyben európai parlamenti képviselői tisztségét gyakorolta, ezért azt javasolja, hogy a Parlament Rosario Crocetta mentelmi jogát és kiváltságait tartsa fenn. A Jogi Bizottság javaslatát támogattam.

 
  
MPphoto
 
 

  Bernard Monot (ENF), par écrit. ‒ Rosario Crocetta est accusé d’avoir tenu des propos diffamatoires alors qu’il était député européen. Il accusa publiquement des individus de travailler avec la mafia italienne. Dans le cadre de la procédure pénale le visant en Italie, il a demandé la défense de son immunité parlementaire au Parlement européen.

Rosario Crocetta était député au Parlement européen lorsqu'il a tenu les propos en question et le compte rendu des débats auxquels M. Crocetta a participé montre qu'il a toujours été très actif dans la lutte contre la criminalité organisée et son impact sur l'Union et ses États membres. Il a également mis l'accent sur l’influence de la corruption systématique sur la politique et l’économie, notamment en ce qui concerne les marchés publics liés à la politique environnementale.

Enfin, il ressort des documents fournis à la commission des affaires juridiques et de l'audition devant celle-ci que les déclarations de M. Crocetta ont un lien direct et évident avec ses fonctions parlementaires. Vote favorable au maintien de l'immunité parlementaire.

 
  
MPphoto
 
 

  Cláudia Monteiro de Aguiar (PPE), por escrito. ‒ Após análise dos argumentos a favor e contra a defesa da imunidade de Rosario Crocetta e considerando que o mesmo estava a agir no exercício das suas funções de deputado ao Parlamento Europeu, o presente relatório tem o meu voto favorável.

 
  
MPphoto
 
 

  Sophie Montel (ENF), par écrit. ‒ Ce rapport Hautala concerne la défense des privilèges et immunités parlementaires de Rosario Crocetta. Ce dernier est accusé d’avoir tenu des propos diffamatoires alors qu’il était député européen accusant publiquement des individus de travailler avec la mafia italienne. Étant donné que M.Crocetta était député au parlement européen lorsqu’il a tenu ces propos, et membre très actif de la lutte contre la criminalité organisée, il ressort que ces déclarations étaient en lien avec ses fonctions parlementaires. J’ai donc voté pour la défense de son immunité.

 
  
MPphoto
 
 

  Nadine Morano (PPE), par écrit. ‒ J’ai voté en faveur de ce rapport relatif à la défense de l’immunité Parlementaire de Rosario Crocetta. Toute demande adressée au Président du Parlement européen par les autorités d'un État membre en vue de lever l'immunité d'un député est instruite par la commission Parlementaire compétente. J’ai voté conformément à l’avis rendu par cette commission

 
  
MPphoto
 
 

  József Nagy (PPE), írásban. ‒ Szavazatommal támogatom Rosario Crocetta képviselő úr mentelmi jogának fenntartását, többek közt azért is, mert vitathatatlan, hogy amikor Crocetta úr a szóban forgó kijelentéseket tette, politikai szinten rendkívül sokat foglalkozott a szervezett bűnözéssel és hatásaival szembeni küzdelemmel. Tekintettel az ügy körülményeire és a kijelentések tartalmára, állításai nyilvánvaló módon kapcsolódnak európai parlamenti képviselői tevékenységéhez.

 
  
MPphoto
 
 

  Victor Negrescu (S&D), in writing. ‒ I have voted for this report according to the evaluation made by the JURI Committee.

 
  
MPphoto
 
 

  Liadh Ní Riada (GUE/NGL), in writing. – I voted in favour of defending the immunity of Rosario Crocetta. This immunity procedure is a rejection of the request to waive the immunity of former Italian S&D Rosario Crocetta who is subject to criminal proceedings for alleged defamation. In 2012 Crocetta made several comments relating to organised crime involvement in public procurement procedures in relation to environmental policies, including saying the certain waste-to-energy plants were controlled by the Mafia. He was MEP at the time, and a member of ENVI and first Vice-Chair of the Special Committee on Organised Crime, Corruption and Money Laundering. JURI’s position is that there is a direct and obvious link between his activities as an MEP and the comments and his immunity should be defended. I support the Committee’s position.

 
  
MPphoto
 
 

  Franz Obermayr (ENF), schriftlich. ‒ Aufgrund eines Strafverfahrens wegen eines verwaltungsrechtlichen Delikts wurde ein Antrag auf Aufhebung der parlamentarischen Immunität gestellt. Ich habe für die Entziehung der Freiheit zulasten von Rosario Crocetta gestimmt und bin für die Aufhebung der parlamentarischen Immunität, bis dieser Fall gelöst ist und keine Anschuldigung mehr vorliegt.

 
  
MPphoto
 
 

  Margot Parker (EFDD), in writing. ‒ UKIP MEPs voted to uphold the defence of parliamentary privilege as Crocetta was a Member of the European Parliament at the time the incident took place and was fulfilling his role.

 
  
MPphoto
 
 

  Florian Philippot (ENF), par écrit. ‒ Rosario Crocetta est accusé d’avoir tenu des propos diffamatoires alors qu’il était député européen. Il a accusé publiquement des individus de travailler avec la mafia italienne. Dans le cadre de la procédure pénale le visant en Italie, il a demandé la défense de son immunité parlementaire au Parlement européen.

Rosario Crocetta était député au Parlement européen lorsqu'il a tenu les propos en question et le compte-rendu des débats auxquels M. Crocetta a participé montre qu'il a toujours été très actif dans la lutte contre la criminalité organisée et son impact sur l'Union et ses États membres. Il a également mis l'accent sur l’influence de la corruption systématique sur la politique et l’économie, notamment en ce qui concerne les marchés publics liés à la politique environnementale.

Enfin, il ressort des documents fournis à la commission des affaires juridiques et de l'audition devant celle-ci que les déclarations de M. Crocetta ont un lien direct et évident avec ses fonctions parlementaires. Je vote donc pour le rapport, qui défend le maintien de son immunité.

 
  
MPphoto
 
 

  Tonino Picula (S&D), napisan. ‒ Budući da je iz parlamentarnog djelovanja g. Crocette vidljivo da je uvijek bio vrlo aktivan u borbi protiv organiziranog kriminala i njegova utjecaja na Uniju i njezine države članice, te da je također bio usredotočen na utjecaj sustavne korupcije na politiku i gospodarstvo, posebno u pogledu javne nabave u području politike zaštite okoliša, slažem se s odlukom o očuvanju povlastica i imuniteta kolege.

 
  
MPphoto
 
 

  Paulo Rangel (PPE), por escrito. ‒ Em janeiro de 2016, o Presidente recebeu um pedido de Rosario Crocetta, antigo deputado ao Parlamento Europeu, relativo à defesa da sua imunidade parlamentar no âmbito de um processo penal pendente no Tribunal de Palermo.

Naquele processo, Rosario Crocetta é acusado de crimes de difamação relacionados com criminalidade organizada, durante um debate político em 2 de outubro de 2012. Segundo o Tribunal de Justiça, uma declaração proferida por um deputado fora do Parlamento Europeu pode constituir uma opinião expressa no exercício das suas funções, na aceção ao artigo 8.º do Protocolo n.º 7, dando relevância não ao local em que a declaração foi proferida, mas à natureza e ao seu conteúdo.

Para estar compreendida no espectro da imunidade, uma opinião de um eurodeputado deve ter uma relação direta e óbvia com as suas funções parlamentares. Os factos do processo, como evidenciam os documentos e a audição realizada, mostram que as declarações têm um nexo óbvio com as atividades parlamentares de Rosario Crocetta.

Em face do ante exposto, e por concordar com as premissas do TJUE, não posso deixar de considerar que Rosario Crocetta, ao proferir as declarações em causa, agiu no quadro do exercício das suas funções. Portanto, em concordância com a recomendação da Comissão dos Assuntos Jurídicos, voto favoravelmente.

 
  
MPphoto
 
 

  Julia Reid (EFDD), in writing. ‒ UKIP MEPs voted to uphold the defence of parliamentary privilege as Crocetta was a Member of the European Parliament at the time the incident took place and was fulfilling his role.

 
  
MPphoto
 
 

  Sofia Ribeiro (PPE), por escrito. ‒ A pedido dos lesados, os serviços do Ministério Público junto do Tribunal de Palermo acusaram Rosario Crocetta do crime de difamação, punível pelo artigo 595.º do Código Penal italiano.

A Comissão dos Assuntos Jurídicos considera que os factos do processo, como evidenciam os documentos fornecidos e a audição Rosario Crocetta, mostram que as declarações em causa têm um nexo direto e óbvio com as atividades parlamentares de Rosario Crocetta. Tendo em conta as circunstâncias do caso e o conteúdo das declarações, as alegações de Rosario Crocetta são, por conseguinte, suscetíveis de apresentar um nexo direto e óbvio com suas atividades enquanto deputado ao Parlamento Europeu.

À luz do que precede, pode considerar-se que Rosario Crocetta, ao proferir as declarações em causa, agiu no quadro do exercício das suas funções de deputado ao Parlamento Europeu.

Com base no artigo 9.º, n.º 3, do Regimento, após o exame dos argumentos a favor e contra a defesa da imunidade de Rosario Crocetta, a Comissão dos Assuntos Jurídicos recomenda que o Parlamento Europeu defenda a imunidade e os privilégios de Rosario Crocetta. Neste sentido, votei favoravelmente o presente pedido.

 
  
MPphoto
 
 

  Liliana Rodrigues (S&D), por escrito. ‒ Este antigo deputado ao PE solicitou a defesa da sua imunidade parlamentar no âmbito da ação penal pendente num Tribunal de Palermo (Itália) por alegadas declarações difamatórias. As afirmações em questão foram proferidas enquanto Rosario Crocetta era deputado europeu e possuem um nexo direto com as suas funções parlamentares. O Parlamento decidiu corretamente manter a sua imunidade.

 
  
MPphoto
 
 

  Inmaculada Rodríguez-Piñero Fernández (S&D), por escrito. ‒ He votado a favor de amparar la inmunidad del antiguo diputado al Parlamento Europeo Rosario Crocetta a la vista del informe elaborado por la Comisión de Asuntos Jurídicos, que constata que el procedimiento penal en curso seguido contra él en la Tercera Sala de lo Penal del Tribunal de Palermo, versa sobre unas supuestas declaraciones difamatorias realizadas cuando era diputado al Parlamento Europeo; que las declaraciones del señor Crocetta están directa y manifiestamente relacionadas con su actividad parlamentaria y que, de conformidad con el artículo 8, del Protocolo n.º 7, los miembros del Parlamento Europeo no podrán ser buscados, detenidos ni procesados por las opiniones o los votos por ellos emitidos en el ejercicio de sus funciones, inmunidad destinada a proteger la libre expresión y la independencia de los diputados al Parlamento Europeo.

 
  
MPphoto
 
 

  Claude Rolin (PPE), par écrit. ‒ J’ai voté en faveur de la défense des privilèges et immunités de M. Rosario Crocetta, ancien député européen, très actif dans la lutte contre la criminalité organisée, car la procédure pénale en instance en Sicile au sujet de propos diffamatoires présumés de M. Crocetta ont un lien direct avec ses fonctions parlementaires. Cette procédure étant liée de façon évidente à l'exercice de ses fonctions de député au Parlement européen, il y a lieu de requérir la défense de ses droits, dans le strict respect de la justice.

 
  
MPphoto
 
 

  Bronis Ropė (Verts/ALE), raštu. ‒ Balsavau už šį pranešimą. 2012 m. spalio 2 d. per politines diskusijas centre „Pio La Torre“ ir per 2012 m. spalio 7 d. teatro „Politeama“ scenoje vykusį rinkimų komisijos susirinkimą R. Crocetta padarė pareiškimus, kurie tam tikrų asmenų įvertinti kaip šmeižtas. Žalą patyrusių šalių prašymu Palermo teismo prokuratūra pateikė R. Crocettai kaltinimus dėl šmeižto, už kurį baudžiama pagal Italijos baudžiamojo kodekso 595 straipsnį. Kadangi minėto parlamentaro pareiškimai turi tiesioginį ir akivaizdų ryšį su jo parlamentine veikla, Parlamentas nusprendė ginti jo imunitetą.

 
  
MPphoto
 
 

  Lola Sánchez Caldentey (GUE/NGL), por escrito. ‒ He votado a favor de la defensa de inmunidad del parlamentario Rosario Crocetta, ya que fue acusado por hacer unas declaraciones en un debate político sobre la mafia. En este caso, entendemos que sus declaraciones están directamente vinculadas con su actividad política como MEP, por lo que voto a favor de la defensa de su inmunidad.

 
  
MPphoto
 
 

  Maria Lidia Senra Rodríguez (GUE/NGL), por escrito. ‒ He votado a favor de este informe que pide el mantenimiento de la inmunidad parlamentaria de Rosario Crocetta, puesto que este antiguo eurodiputado, ha sido imputado en relación a unas declaraciones de denuncia del crimen organizado y de la mafia italiana cuando era europarlamentario. Al ser él, en ese momento el primer vicepresidente de la Comisión Especial del Parlamento Europeo sobre delincuencia organizada, corrupción y blanqueo de dinero, considero que sus declaraciones fueron realizadas en el marco de su mandato parlamentario, por lo que coincido con la ponente en mi consideración de que no se le debe retirar su inmunidad en este caso.

 
  
MPphoto
 
 

  Jill Seymour (EFDD), in writing. ‒ I voted to waive the immunity, as this event took place before the subject was an MEP.

 
  
MPphoto
 
 

  Monika Smolková (S&D), písomne ‒ Bývalý poslanec EP Rosario Crocetta požiadal o ochranu svojej poslaneckej imunity v súvislosti s prebiehajúcim trestným konaním pred trestným senátom v Palerme, keďže podľa oznámenia prokuratúry sa pán Crocetta údajne dopustil ohovárania, ktoré sa podľa talianskeho trestného zákonníka považuje za trestný čin. Pán Rosario Crocetta bol v čase, keď urobil príslušné vyhlásenie, poslancom EP a bol vždy veľmi aktívny v boji proti organizovanej trestnej činnosti a jej vplyvu na Úniu a jej členské štáty. Pri svojej práci vždy upozorňoval na vplyv, ktorý má systematická korupcia na politiku a ekonomiku, najmä pokiaľ ide o verejné obstarávanie v oblasti environmentálnej politiky. Ako vyplýva z dokumentov poskytnutých Výboru pre právne veci a z vypočutia pred týmto výborom, ukazujú na to, že vyhlásenia pána Crocettu majú priamu a zjavnú súvislosť s výkonom poslaneckej funkcie, preto sme hlasovali za to, aby sme ochránili výsady a imunity Rosaria Crocettu.

 
  
MPphoto
 
 

  Ivan Štefanec (PPE), písomne ‒ Poslanec Európskeho parlamentu, ktorý je vystavený zákonnému trestnému stíhaniu, by mal mať možnosť obhájiť svoje tvrdenia na súde. Imunita chráni poslancov pri bezprostrednom výkone ich mandátu. Všetko, čo vykonajú nad jeho rozsah, je vecou posúdenia príslušných národných orgánov.

 
  
MPphoto
 
 

  Beatrix von Storch (EFDD), schriftlich. ‒ Dem Antrag auf Schutz der Vorrechte und der Immunität von Rosario Crocetta habe ich zugestimmt. Es kann davon ausgegangen werden, dass Rosario Crocetta in Ausübung seines Amtes als Mitglied des Europäischen Parlaments handelte.

 
  
MPphoto
 
 

  Dubravka Šuica (PPE), napisan. ‒ Bivši zastupnik u Europskom parlamentu Rosario Crocetta podnio je zahtjev za zaštitu svojeg parlamentarnog imuniteta u vezi s kaznenim postupkom koji se vodi pod trećim kaznenim sudskim vijećem suda u Palermu. Prema priopćenju Ureda javnog tužitelja, gospodin Crocetta navodno je dao klevetničke izjave što je kažnjivo na temelju članka 595. talijanskog Kaznenog zakona.

Podržavam izvješće o zahtjevu za zaštitu povlastica i imuniteta Rosarija Crocette budući da u skladu s člankom 8. Protokola br. 7 zastupnici u Europskom parlamentu ne mogu biti podvrgnuti nikakvom obliku ispitivanja, zadržavanja ili sudskog postupka zbog izraženih mišljenja ili glasovanja pri obnašanju svojih dužnosti, i budući da se taj imunitet mora smatrati apsolutnim imunitetom izuzetim iz bilo kakvih sudskih postupaka zbog izraženog mišljenja ili glasovanja pri obavljanju parlamentarnih dužnosti.

 
  
MPphoto
 
 

  Ελευθέριος Συναδινός (NI), γραπτώς. ‒ Τα κοινοβουλευτικά προνόμια δεν πρέπει σε καμία περίπτωση να οδηγούν σε άνιση και προνομιακή μεταχείριση των βουλευτών έναντι του νόμου και της δικαιοσύνης.

 
  
MPphoto
 
 

  Marc Tarabella (S&D), par écrit. ‒ Nous avons vote en faveur de la levee d'immunité afin que cette personne puisse s'expliquer devant la justice de son pays.

 
  
MPphoto
 
 

  Pavel Telička (ALDE), in writing. ‒ I voted in favour of defending the privileges and immunities of the Member of the European Parliament Rosario Crocetta, who is accused by the Court of Palermo of making defamatory statements about alleged influence of organised crime on specific public procurement procedures. Based on the evidence given by the Committee on Legal Affairs, I agree that the statements made constitute an opinion expressed in the performance of his duties as a Member of the European Parliament, even if they were made outside the precincts of the Parliament. Crocetta has always been very active in the fight against organised crime and its impact on the EU. In the name of freedom of speech, Crocetta should therefore be allowed to use the immunity granted to him in this position.

 
  
MPphoto
 
 

  Ruža Tomašić (ECR), napisan. ‒ S ovim prijedlogom se slažem, jer prema odluci Europskog parlamenta njegovi zastupnici ne mogu biti podvrgnuti nikakvom obliku ispitivanja ili sudskog postupka zbog izražavanja svoga mišljenja pri obnašanju svojih dužnosti. Također, imunitet koji posjeduju zastupnici nije osobna povlastica tih zastupnika već jamstvo neovisnosti Parlamenta kao cjeline pa tek onda njegovih zastupnika.

Zastupnik Crocetta je bio uključen u borbu protiv organiziranog kriminala pa je zbog toga tijekom svoje službe uvijek upozoravao na prikrivene, ali opasne posljedice organiziranog kriminala. Iz prethodno navedenih razloga, izjave zastupnika Crocette mogu biti u izravnoj vezi s njegovim aktivnostima zastupnika u Europskom parlamentu i iz tog razloga prihvaćam i pozdravljam odluku da se zaštite njegove zastupničke povlastice i imunitet.

 
  
MPphoto
 
 

  Romana Tomc (PPE), pisno. ‒ Predlog sklepa za zaščito privilegijev in imunitete Rosaria Crocette sem podprla.

Rosario Crocetta se je v svoji zahtevi skliceval na člen 8 Protokola št. 7 o privilegijih in imunitetah Evropske unije. Zaradi okoliščin primera, ki se dotikajo dela poslanca Evropskega parlamenta, sem zaščito privilegijev in imunitete podprla.

 
  
MPphoto
 
 

  Estefanía Torres Martínez (GUE/NGL), por escrito. ‒ He votado a favor de la defensa de inmunidad del parlamentario Rosario Crocetta, ya que fue acusado por hacer unas declaraciones en un debate político sobre la mafia. En este caso, entendemos que sus declaraciones están directamente vinculadas con su actividad política como MEP, por lo que voto a favor de la defensa de su inmunidad.

 
  
MPphoto
 
 

  Mylène Troszczynski (ENF), par écrit. ‒ Rosario Crocetta est accusé d’avoir tenu des propos diffamatoires alors qu’il était député européen. Il accusa publiquement des individus de travailler avec la mafia italienne.

Dans le cadre de la procédure pénale le visant en Italie, il a demandé la défense de son immunité parlementaire au Parlement européen.

Rosario Crocetta était député au Parlement européen lorsqu'il a tenu les propos en question et le compte-rendu des débats auxquels M. Crocetta a participé montre qu'il a toujours été très actif dans la lutte contre la criminalité organisée et son impact sur l'Union et ses États membres.

Il a également mis l'accent sur l’influence de la corruption systématique sur la politique et l’économie, notamment en ce qui concerne les marchés publics liés à la politique environnementale. Enfin, il ressort des documents fournis à la commission des affaires juridiques et de l'audition devant celle-ci que les déclarations de M. Crocetta ont un lien direct et évident avec ses fonctions parlementaires.

J'ai voté pour la défense de son immunité.

 
  
MPphoto
 
 

  István Ujhelyi (S&D), írásban. ‒ Rosario Crocetta volt európai parlamenti képviselő kiváltságainak és mentelmi jogának fenntartását kérte egy palermói bíróság előtt folyamatban lévő büntetőeljárással összefüggésben; mivel az ügyészség által küldött értesítés azzal vádolja Crocetta urat, hogy az olasz büntető törvénykönyv 595. cikke értelmében büntetendő, rágalmazó kijelentéseket tett. Döntésemben követtem a frakció álláspontját.

 
  
MPphoto
 
 

  Miguel Urbán Crespo (GUE/NGL), por escrito. – He votado a favor de la defensa de inmunidad del parlamentario Rosario Crocetta, ya que fue acusado por hacer unas declaraciones en un debate político sobre la mafia. En este caso, entendemos que sus declaraciones están directamente vinculadas con su actividad política como MEP, por lo que voto a favor de la defensa de su inmunidad.

 
  
MPphoto
 
 

  Ivo Vajgl (ALDE), in writing. ‒ I voted in favour of the report on the request for defence of the privileges and immunities of Rosario Crocetta. A former Member of the European Parliament, Rosario Crocetta, has requested the defence of his parliamentary immunity in connection with criminal proceedings pending before the third Criminal Chamber of the Court of Palermo. According to the notice served by the Public Prosecutor’s Office, Mr Crocetta is alleged to have made defamatory statements, which behaviour is punishable under Article 595 of the Italian Criminal Code. Mr Crocetta’s parliamentary record shows that he had always been very active in the fight against organised crime and its impact on the Union and its Member States. He also focused on the influence of systematic corruption on politics and the economy. The Committee on Legal Affairs considers that the facts of the case show that the statements in question have direct and obvious connection with Mr Crocetta’s parliamentary activities. I believe that when he made the statements in question, he raised an issue related to a general interest of concern to European citizens which can be regarded as one of the duties of a Member of the European Parliament.

 
  
MPphoto
 
 

  Miguel Viegas (GUE/NGL), por escrito. ‒ Este relatório aborda um pedido de defesa da imunidade parlamentar do então deputado ao Parlamento Europeu Rosario Crocetta.

Este deputado está a enfrentar uma ação penal pendente na 3.ª Secção Criminal do Tribunal de Palermo por ter alegadamente proferido declarações difamatórias, comportamento que é punível pelo artigo 595.º do Código Penal italiano.

Os deputados ao Parlamento Europeu não podem ser procurados, detidos ou perseguidos pelas opiniões ou votos emitidos no exercício das suas funções – isto é uma forma de proteger a sua liberdade de expressão e a sua ação política, ao abrigo do artigo 8.º do Protocolo n.º 7.

As declarações do deputado em questão, proferidas no âmbito do combate à criminalidade organizada, foram alvo da ação penal em causa. Considera-se que os factos do caso, como demonstram os documentos fornecidos às autoridades competentes, como a Comissão de Assuntos Jurídicos, indicam que as declarações de Rosario Crocetta têm um nexo direto e óbvio com as suas funções parlamentares.

Pode-se considerar que Rosario Crocetta estava a agir no exercício das suas funções de deputado ao Parlamento Europeu. Logo votamos a favor da defesa das imunidades e dos privilégios de Rosario Crocetta.

 
  
MPphoto
 
 

  Harald Vilimsky (ENF), schriftlich. ‒ Mitglieder des Europäischen Parlaments dürfen wegen einer Äußerung oder Abstimmung im Zusammenhang mit der Ausübung ihres Amtes weder in ein Ermittlungsverfahren verwickelt noch festgenommen oder verfolgt werden. Die Immunität ist dazu da, um die Meinungsfreiheit der Abgeordneten zu schützen. Daher habe ich dem Antrag zugestimmt.

 
  
MPphoto
 
 

  Jana Žitňanská (ECR), písomne ‒ Mnohokrát je plénu Európskeho parlamentu predložená žiadosť o zbavenie imunity poslancov Európskeho parlamentu na základe rôznych skutočností. Môj názor na tieto správy je taký, že pokiaľ ide o žiadosť o zbavenie imunity v dôsledku činu, ktorý sa udial v čase, keď bol príslušný poslanec už členom Európskeho parlamentu a zároveň predmetný čin sa udial v súvislosti s výkonom jeho mandátu (napríklad týkal sa jeho výrokov v pléne), nemal by byť poslaneckej imunity zbavený. Pokiaľ však ide o udalosti, ktoré s výkonom mandátu poslanca Európskeho parlamentu nesúvisia, prípadne sa stali ešte predtým, ako sa poslanec svojho mandátu ujal, nevidím dôvod na hlasovanie proti takejto žiadosti. Myslím si, že pravidlá sú v prípade zbavovania imunity poslancov dostatočne jasné, a preto som aj v tomto prípade – keďže skutočnosti nasvedčujú, že k udalosti došlo v súvislosti s výkonom poslaneckého mandátu – hlasovala za zachovanie imunity.

 

5.6. Verzoek om opheffing van de immuniteit van Sotirios Zarianopoulos (A8-0233/2016 - Gilles Lebreton)
  

Schriftliche Erklärungen zur Abstimmung

 
  
MPphoto
 
 

  Isabella Adinolfi (EFDD), per iscritto. ‒ Tenendo conto che secondo la legge europea i membri del Parlamento europeo possono beneficiare anche in territorio nazionale dell'immunità parlamentare e che i reati imputati a Sotirios Zarianopoulos dalla Corte suprema greca possono essere considerati dei presupposti gravi abbastanza per la revoca dell'immunità parlamentare, ho deciso di votare a favore.

 
  
MPphoto
 
 

  Tim Aker (EFDD), in writing. – UKIP MEPs voted to uphold the waiver of immunity as Zarianopoulos was not fulfilling his role as a Member of the European Parliament: this incident took place when Zarianopoulos was a member of Thessaloniki City Council.

 
  
MPphoto
 
 

  Martina Anderson (GUE/NGL), in writing. ‒ This relates to an MEP from the Greek Communist Party, Sotirios Zarianopoulos. The Greek authorities are proposing to prosecute him jointly with others in his capacity as a former member of Thessaloniki City Council for failing to comply with legal obligations. The case concerns the issuing in 2011 by Thessaloniki City Council of allegedly illegal permits to use public property for the purpose of setting up outside seating areas on pavements. Zarianopoulos himself informed MEPs that he would vote in favour of the report that will result in the waiving of his immunity. Because the proposed proceedings do not concern opinions expressed or votes cast in the performance of the duties as MEP, and the proceedings involve all those who were members of the city council at the time, I voted in favour of waiving immunity.

 
  
MPphoto
 
 

  Eric Andrieu (S&D), par écrit. ‒ Il s'agit ici d'un cas clair et non problématique de levée d'immunité parlementaire: j'ai voté avec mes collègues socialistes en faveur.

 
  
MPphoto
 
 

  Marie-Christine Arnautu (ENF), par écrit. ‒ La poursuite envisagée concerne l’émission en 2011 par le conseil municipal de Salonique d’autorisations prétendument illégales d’occupation du domaine public aux fins d’installation de terrasses sur des voies piétonnes. Sotirios Zarianopoulos est poursuivi en sa qualité d’ancien membre de ce conseil municipal.

La poursuite envisagée est manifestement sans aucun lien avec le statut de député au Parlement européen de Sotirios Zarianopoulos, mais plutôt en lien avec son mandat antérieur de membre du conseil municipal de Salonique. Elle ne concerne pas non plus une opinion ou un vote émis par le député dans l'exercice de ses fonctions de membre du Parlement européen, au sens de l'article 8 du protocole n° 7 sur les privilèges et immunités de l'Union européenne.

Il n'existe ainsi aucun motif de présumer que la poursuite envisagée serait inspirée par l'intention de nuire à l'activité politique du député (fumus persecutionis), d’autant plus que la poursuite concerne l’ensemble des membres du conseil municipal de l’époque (poursuites judiciaires pour prévarication commise conjointement (article 13bis, 45 et 259 du code pénal) contre 34 conseillers municipaux qui ont voté pour.

J’ai donc voté en faveur de la levée d’immunité.

 
  
MPphoto
 
 

  Jonathan Arnott (EFDD), in writing.In the interest of transparency and democracy I am in favour of this waiver. The proposed proceedings are unrelated to his status as an MEP.

 
  
MPphoto
 
 

  Jean Arthuis (ALDE), par écrit. ‒ J'ai voté en faveur de cette délibération comme le préconisait la commission au fond.

 
  
MPphoto
 
 

  Zigmantas Balčytis (S&D), raštu. ‒ Parlamento pirmininkas pranešė, kad Graikijos Respublikos Aukščiausiojo Teismo prokuroras 2016 m. kovo 28 d. perdavė prašymą atšaukti Sotirioso Zarianopouloso imunitetą, kuris susijęs su procesu, kurį ketina inicijuoti prokuroras dėl Salonikuose įvykdytos nusikalstamos veikos. Kadangi procesas, kurį ketinama inicijuoti, yra akivaizdžiai nesusijęs su Sotirioso Zarianopouloso, kaip Europos Parlamento nario statusu, todėl pritariu sprendimui atšaukti Sotirioso Zarianopouloso imunitetą.

 
  
MPphoto
 
 

  Gerard Batten (EFDD), in writing. ‒ UKIP MEP's voted to uphold the waiver of immunity as Zarianopoulos was not fulfilling his role as a Member of the European Parliament: this incident took place when Zarianopoulos was a member of Thessaloniki City Council.

 
  
MPphoto
 
 

  Nicolas Bay (ENF), par écrit. ‒ La poursuite envisagée est manifestement sans aucun lien avec le statut de député au Parlement européen de Sotirios Zarianopoulos, mais plutôt en lien avec son mandat antérieur de membre du conseil municipal de Salonique. Elle ne concerne pas non plus une opinion ou un vote émis par le député dans l'exercice de ses fonctions de député grec au Parlement européen, au sens de l'article 8 du protocole n° 7 sur les privilèges et immunités de l'Union européenne.

Je suis donc favorable à la levée de son immunité, qui semble logique.

 
  
MPphoto
 
 

  Hugues Bayet (S&D), par écrit. ‒ J'ai voté en faveur de la levée d'immunité de Monsieur Zorianopoulos suivant en cela la décision unanime de la commission des affaires juridiques.

 
  
MPphoto
 
 

  Beatriz Becerra Basterrechea (ALDE), por escrito. ‒ He votado a favor de retirar la inmunidad parlamentaria al MEP griego Sotirios Zarianopoulos. Este diputado está acusado de un caso de corrupción durante su desempeño como conejal del Ayuntamiento de Salónica.

Debido a que los cargos de los que se le acusa son ajenos a su actividad parlamentaria como eurodiputado, la inmunidad no puede ser utilizada para obviar a la justicia griega ante un caso de fraude en la administración pública.

 
  
MPphoto
 
 

  Brando Benifei (S&D), per iscritto. ‒ Attenendomi alle indicazioni della commissione giuridica, ho votato a favore della revoca dell'immunità per l'onorevole Sotirios Zarianopoulos. Si tratta di una richiesta che è in relazione ad un'azione penale che riguarda l'emissione nel 2011, da parte del Consiglio comunale di Salonicco, di autorizzazioni presumibilmente illegittime di occupazione del demanio pubblico per l'installazione di terrazze su zone pedonali. L'onorevole è stato perseguito in qualità di ex consigliere comunale.

 
  
MPphoto
 
 

  Xabier Benito Ziluaga (GUE/NGL), por escrito. ‒ He votado a favor del suplicatorio para la suspensión de inmunidad, tal y como ha sido propuesta por la comisión de JURI. Entiendo que no hay posibilidad de utilizar la suspensión para iniciar una persecución de corte político.

 
  
MPphoto
 
 

  Izaskun Bilbao Barandica (ALDE), por escrito. ‒ Los hechos por los que se juzga al señor Zarianopulos, nada tienen que ver con su condición de eurodiputado. Por el contrario, guardan relación con su condición anterior de concejal de Salónica y de un procedimiento vinculado a la revisión de supuestos fraudes en la concesión de varias autorizaciones administrativas. En consecuencia no procede concederle la inmunidad.

 
  
MPphoto
 
 

  Dominique Bilde (ENF), par écrit. ‒ J’ai voté en faveur de cette demande de levée de l’immunité de Sotirios Zarianopoulos dont le rapport a été rédigé par mon collègue Gilles Lebreton.

Monsieur Zarianopoulos doit faire l’objet de poursuite en raison du rôle qu’il aurait eu en tant que conseiller municipal de Salonique dans l’émission d’autorisations soupçonnées d’être illégales d’occupation du domaine public à des fins d’installation de terrasses sur des voies piétonnes.

Comme on le voit, ces poursuites n’ont rien avoir avec ses fonctions de député européen ni avec aucune opinion qu’il aurait émises dans le cadre de ce mandat. Il n’y a donc aucun doute que la poursuite serait motivée par une intention de nuire à son activité politique de député, d’autant que les autres membres du dit conseil municipal sont également poursuivis.

 
  
MPphoto
 
 

  José Blanco López (S&D), por escrito. ‒ He votado a favor de la suspensión de la inmunidad parlamentaria de Sotirios Zarianopoulos a la vista del informe elaborado por la Comisión de Asuntos Jurídicos, que constata que el fiscal del Tribunal Supremo griego ha solicitado la suspensión de la misma en relación con unos hechos acaecidos en el año 2011 —unas autorizaciones supuestamente ilegales de ocupación del espacio de uso público para la instalación de terrazas en vías peatonales realizadas por el Ayuntamiento de Salónica cuando Sotirios Zarianopoulos era concejal de dicho Ayuntamiento—, hechos que no guardan relación con su condición de diputado al Parlamento Europeo.

 
  
MPphoto
 
 

  Vilija Blinkevičiūtė (S&D), raštu. ‒ Balsavau dėl šio pranešimo, nes juo Parlamentas nutarė atšaukti Graikijos europarlamentaro Sotirioso Zarianopouloso imunitetą. Procesą dėl įtariamai įvykdytos nusikalstamos veikos numatoma inicijuoti dėl to, kad 2011 m. Salonikų miesto taryba išdavė, kaip įtariama, neteisėtus leidimus bendrą teritoriją naudoti terasoms pėsčiųjų zonoje įrengti, ir Sotiriosui Zarianopoulosui procesas inicijuojamas kaip buvusiam šios miesto tarybos nariui. Procesas, kurį ketinama inicijuoti, yra akivaizdžiai nesusijęs su Sotirioso Zarianopouloso, kaip Europos Parlamento nario, statusu, tačiau yra susijęs su jo ankstesniais – Salonikų miesto tarybos nario – įgaliojimais.

 
  
MPphoto
 
 

  Biljana Borzan (S&D), napisan. ‒ Podržavam zahtjev za ukidanje imuniteta Sotiriosu Zarianopoulosu.

 
  
MPphoto
 
 

  Steeve Briois (ENF), par écrit. ‒ La poursuite concerne l’émission en 2011 par le conseil municipal de Salonique d’autorisations prétendument illégales d’occupation du domaine public à des fins d’installation de terrasses sur des voies piétonnes. Sotirios Zarianopoulos, député européen est poursuivi en sa qualité d’ancien membre de ce conseil municipal. La poursuite engagée à l’encontre de Sotiros Zarianopoulos n’a aucun lien avec son statut de député au Parlement européen mais concerne directement ses activités en tant qu’ancien conseiller municipal de Salonique.

Elle ne concerne pas non plus une opinion ou un vote émis par le député dans le cadre de l'exercice de ses fonctions de député du Parlement européen, au sens de l'article 8 du protocole n° 7 sur les privilèges et immunités de l'Union européenne.

Il n’y a par conséquent aucune raison de croire que la poursuite serait inspirée par l'intention de nuire à l'activité politique du député européen, d’autant plus qu’elle concerne l’ensemble des membres du conseil municipal de l’époque. C’est la raison pour laquelle j’ai voté pour la levée de son immunité parlementaire.

 
  
MPphoto
 
 

  Matt Carthy (GUE/NGL), in writing. ‒ This relates to an MEP from the Greek Communist Party, Sotirios Zarianopoulos. The Greek authorities are proposing to prosecute him jointly with others in his capacity as a former member of Thessaloniki City Council for failing to comply with legal obligations. The case concerns the issuing in 2011 by Thessaloniki City Council of allegedly illegal permits to use public property for the purpose of setting up outside seating areas on pavements. Zarianopoulos himself informed MEPs that he would vote in favour of the report that will result in the waiving of his immunity. Because the proposed proceedings do not concern opinions expressed or votes cast in the performance of the duties as MEP, and the proceedings involve all those who were members of the city council at the time, I voted in favour of waiving immunity.

 
  
MPphoto
 
 

  Fabio Massimo Castaldo (EFDD), per iscritto. ‒ Ho votato a favore alla richiesta di revoca dell'immunità del collega Sotirios Zarianopoulos.

 
  
MPphoto
 
 

  Λευτέρης Χριστοφόρου (PPE), γραπτώς. ‒ Στηρίζουμε την αίτηση για άρση της ασυλίας του Σωτηρίου Ζαριανόπουλου λαμβάνοντας υπόψη ότι οι ελληνικές αρχές προτίθενται να ασκήσουν δίωξη στον Σωτήριο Ζαριανόπουλο για παράβαση καθήκοντος εν συμβουλίω.

 
  
MPphoto
 
 

  Deirdre Clune (PPE), in writing. ‒ I supported the report on the Request for waiver of the parliamentary immunity of Sotirios Zarianopoulos and noted no objections.

 
  
MPphoto
 
 

  Lara Comi (PPE), per iscritto. ‒ Ho votato a favore della revoca dell'immunità per il collega in quanto l'azione penale oggetto della richiesta è priva di nesso con il suo status di parlamentare europeo e inoltre non riguarda opinioni espresse nell'esercizio delle sue funzioni di deputato europeo e non è ravvisabile un "fumus persecutionis" in merito alla sua attività politica.

 
  
MPphoto
 
 

  Therese Comodini Cachia (PPE), in writing. – I support the report granting waiver of the immunity of Sotirios Zarianopoulos MEP in connection with proceedings relating to an alleged offence

 
  
MPphoto
 
 

  Javier Couso Permuy (GUE/NGL), por escrito. ‒ El actual eurodiputado del Partido Comunista Griego está siendo imputado en Grecia, por la supuesta concesión de permisos ilegales de utilización de la propiedad pública, para el establecimiento de zonas de descanso en las calles de Tesalónica cuando era concejal.

Dado que no se puede considerar la existencia del fumus persecutionis para dañarlo políticamente, puesto que la causa va dirigida a todos los concejales en esa época, y puesto que el propio Zarianopoulos expresó su voluntad de que le fuera retirada su inmunidad parlamentaria, he votado a favor del levantamiento de la misma.

 
  
MPphoto
 
 

  Edward Czesak (ECR), na piśmie. ‒ Popieram wniosek o uchylenie immunitetu panu Zarianopoulosowi, mimo że czyn, którego się dopuścił, został dokonany, zanim stał się on europosłem. Czyn, o którym mowa, dotyczy wydawania rzekomo nielegalnych pozwoleń na użytkowanie własności publicznej w celu wykorzystania jej na rzecz zorganizowania przestrzeni do siedzenia (miało to miejsce w 2011 roku, kiedy pan Zarianopoulos był członkiem Rady Miasta Saloniki). Sam pana Zarianopoulos postanowił nie korzystać z immunitetu i przywilejów z niego płynących, ja natomiast uważam, że takie zachowanie powinno być równoznaczne z odebraniem immunitetu, stąd moja decyzja o zagłosowaniu za.

 
  
MPphoto
 
 

  Miriam Dalli (S&D), in writing. ‒ I am in favour of the immunity of Sotirios Zarianopolus because in this way he can prove his innocence or otherwise in front of the relevant judicial authorities.

 
  
MPphoto
 
 

  William (The Earl of) Dartmouth (EFDD), in writing. ‒ UKIP MEPs voted to uphold the waiver of immunity as Zarianopoulos was not fulfilling his role as a Member of the European Parliament: this incident took place when Zarianopoulos was a member of Thessaloniki City Council.

 
  
MPphoto
 
 

  Mireille D'Ornano (ENF), par écrit. ‒ Sotirios Zarianopoulos est poursuivi en qualité d’ancien membre du conseil municipal de Salonique, concernant des autorisations prétendument illégales d’occupation du domaine public. Il n’existe aucun lien entre ces poursuites et le mandat parlementaire de Sortirios Zarianpoulos. En outre, rien ne permet de supposer que ces poursuites seraient motivées par la volonté de nuire à l’activité de ce député. J’ai voté pour cette demande.

 
  
MPphoto
 
 

  Γεώργιος Επιτήδειος (NI), γραπτώς. ‒ Τα κοινοβουλευτικά προνόμια δεν πρέπει σε καμία περίπτωση να οδηγούν σε άνιση και προνομιακή μεταχείριση των βουλευτών έναντι τρίτων όσον αφορά την επιβολή του νόμου και την απονομή της δικαιοσύνης.

 
  
MPphoto
 
 

  Rosa Estaràs Ferragut (PPE), por escrito. ‒ El fiscal del Tribunal Supremo griego ha solicitado la suspensión de la inmunidad parlamentaria de Sotirios Zarianopoulos, diputado al Parlamento Europeo, en relación con un procesamiento relativo a una supuesta infracción, y atendiendo a que el procesamiento que se quiere iniciar no guarda relación manifiesta con la condición de diputado al Parlamento Europeo, sino con su mandato anterior como concejal de Salónica.

 
  
MPphoto
 
 

  José Manuel Fernandes (PPE), por escrito. ‒ A ação intentada prende-se com a atribuição, em 2011, pelo Município de Salónica, de autorizações, alegadamente ilícitas, de ocupação do espaço público para efeitos da instalação de esplanadas em zonas pedonais e onde Sotorios Zarianopoulos é acusado na sua qualidade de antigo vereador deste município. Esta ação não está, de modo algum, relacionada com o estatuto de deputado ao Parlamento Europeu, mas sim com o seu anterior mandato de vereador do Município de Salónica. Por isso, concordo com o levantamento da imunidade parlamentar.

 
  
MPphoto
 
 

  Edouard Ferrand (ENF), par écrit. ‒ Vote pour: n'existe aucun motif de présumer que la poursuite envisagée serait inspirée par l'intention de nuire à l'activité politique du député (fumus persecutionis).

 
  
MPphoto
 
 

  João Ferreira (GUE/NGL), por escrito. ‒ O Procurador do Supremo Tribunal Grego solicitou o levantamento da imunidade parlamentar a Sotirios Zarianopoulos que é deputado do Partido Comunista Grego no Parlamento Europeu. A ação intentada prende-se com a atribuição, em 2011, pelo Município de Salónica, de autorizações, alegadamente ilícitas, de ocupação do espaço público para efeitos da instalação de esplanadas em zonas pedonais. Sotirios Zarianopoulos é acusado, na sua qualidade de antigo vereador deste município, de ajudar a esta situação. Considera-se que não existem motivos para suspeitar que a intenção subjacente ao processo penal seja prejudicar a atividade política do deputado tanto mais que a referida ação envolve todos os, à época, vereadores do município.

 
  
MPphoto
 
 

  Λάμπρος Φουντούλης (NI), γραπτώς. ‒ Υπερψηφίζω την έκθεση σχετικά με την αίτηση για την άρση της βουλευτικής ασυλίας του Σωτηρίου Ζαριανόπουλου καθώς τα κοινοβουλευτικά προνόμια δεν πρέπει σε καμία περίπτωση να οδηγούν σε άνιση και προνομιακή μεταχείριση των βουλευτών έναντι τρίτων όσον αφορά την επιβολή του νόμου και την απονομή της δικαιοσύνης.

 
  
MPphoto
 
 

  Arne Gericke (ECR), schriftlich. ‒ In der Erwägung, dass die Staatsanwaltschaft beim Obersten Gerichtshof Griechenlands im Zusammenhang mit der Verfolgung einer mutmaßlichen Straftat die Aufhebung der parlamentarischen Immunität von Sotirios Zarianopoulos, Mitglied des Europäischen Parlaments, beantragt hat, habe ich heute für einen entsprechenden Bericht im Parlament gestimmt, um ein transparentes Verfahren zu ermöglichen.

 
  
MPphoto
 
 

  Neena Gill (S&D), in writing. ‒ I voted in favour of the report on the request for waiver of the parliamentary immunity of Sotirios Zarianopoulos.

 
  
MPphoto
 
 

  Tania González Peñas (GUE/NGL), por escrito. ‒ He votado a favor del suplicatorio para la suspensión de inmunidad, tal y como ha sido propuesta por la comisión de JURI. Entiendo que no hay posibilidad de utilizar la suspensión para iniciar una persecución de corte político.

 
  
MPphoto
 
 

  Τάκης Χατζηγεωργίου (GUE/NGL), γραπτώς. – Ψηφίσαμε υπέρ της άρσης της βουλευτικής ασυλίας του βουλευτή Κώστα Ζαριανόπουλου (ΚΚΕ) αφού και ο υπό αναφορά ευρωβουλευτής δήλωσε ότι θα ψηφίσει υπέρ της άρσης της ασυλίας του ώστε να διελευκανθεί η υπόθεση.

 
  
MPphoto
 
 

  Marian Harkin (ALDE), in writing. ‒ I support this waiver of immunity. I believe that there is no reason to suspect that the intention underlying the proposed proceedings is to cause political damage to the MEP concerned. It is evident that the proposed proceedings do not concern opinions expressed or votes cast in the performance of the duties of the Member of the European Parliament in question and therefore a waiver is appropriate.

 
  
MPphoto
 
 

  Brian Hayes (PPE), in writing. ‒ I voted in favour as I have no objections.

 
  
MPphoto
 
 

  Ivan Jakovčić (ALDE), napisan. ‒ - Glasao sam za odluku Europskog parlamenta o zahtjevu za ukidanje imuniteta Sotiriosu Zarianopoulosu zbog toga što je ovdje riječ o navodnom kaznenom djelu. Naime, radi se o nezakonitom izdavanju dozvola Općinskog vijeća u Solunu, te je g. Zarianopoulos obuhvaćen spomenutim postupkom u svojstvu bivšeg člana Općinskog vijeća.

Obzirom da navedeni kazneni postupak nije povezan s obnašanjem dužnosti zastupnika u Europskom parlamentu, te se ne tiče izražavanja mišljenja ili glasovanja, podupirem ovo izvješće kojim se ukida imunitet g. Zarianopoulosu.

 
  
MPphoto
 
 

  Jean-François Jalkh (ENF), par écrit. ‒ La demande de levée d'immunité de Sotirios Zarianopoulos concerne l’émission en 2011 par le conseil municipal de Salonique d’autorisations prétendument illégales d’occupation du domaine public aux fins d’installation de terrasses sur des voies piétonnes. Sotirios Zarianopoulos est poursuivi en sa qualité d’ancien membre de ce conseil municipal. Cette accusation de prévarication concerne tous les conseillers municipaux qui avaient voté pour les autorisations. L'affaire ne relevant pas de ses fonctions de parlementaire, j'ai voté pour la levée d'immunité.

 
  
MPphoto
 
 

  Philippe Juvin (PPE), par écrit. ‒ J’ai voté en faveur de la levée de l’immunité de mon collègue, Monsieur Zarianopoulos, qui est poursuivi dans le cadre d'une enquête relative à l'attribution d'autorisations prétendument illégales d'occupation de l'espace public. Cette affaire est sans lien avec le mandat du parlementaire.

 
  
MPphoto
 
 

  Barbara Kappel (ENF), schriftlich. ‒ Ich stimme für die Aufhebung der Immunität des Kollegen Zarianopoulos. Die ihm vorgeworfenen Sachverhalte passierten alle vor bzw. außerhalb seines Mandates, sodass die Aufhebung seiner Immunität ihn nicht an der Mandatsausübung behindert.

 
  
MPphoto
 
 

  Gilles Lebreton (ENF), par écrit. ‒ J’ai voté pour la levée de l’immunité parlementaire de M. Zarianopoulos car il est poursuivi pour des faits (commis en 2011 en tant que membre d’un conseil municipal) qui n’ont rien à voir avec ses actuelles fonctions. L’intéressé en convient d’ailleurs lui-même. Il est à noter que je suis l’auteur de ce rapport.

 
  
MPphoto
 
 

  Marine Le Pen (ENF), par écrit. ‒ J’ai voté pour la levée de l’immunité parlementaire de Sotirios Zarianopoulos. La poursuite envisagée est manifestement sans aucun lien avec le statut de député au Parlement européen de Sotirios Zarianopoulos, mais plutôt en lien avec son mandat antérieur de membre du conseil municipal de Salonique.

Elle ne concerne pas non plus une opinion ou un vote émis par le député dans l'exercice de ses fonctions de membre du Parlement européen, au sens de l'article 8 du protocole n° 7 sur les privilèges et immunités de l'Union européenne.

Il n'existe ainsi aucun motif de présumer que la poursuite envisagée serait inspirée par l'intention de nuire à l'activité politique du député, d’autant plus que la poursuite concerne l’ensemble des membres du conseil municipal de l’époque.

 
  
MPphoto
 
 

  Philippe Loiseau (ENF), par écrit. ‒ J’ai voté pour la levée de l’immunité parlementaire de M. Zarianopoulos, car il est poursuivi pour des faits (commis en 2011, en tant que membre d’un conseil municipal) qui n’ont rien à voir avec ses actuelles fonctions. L’intéressé en convient d’ailleurs lui-même. Il est à noter que le rapporteur de ce texte est un député de notre groupe ENL, Gilles Lebreton.

 
  
MPphoto
 
 

  Paloma López Bermejo (GUE/NGL), por escrito. ‒ El actual eurodiputado del Partido Comunista Griego está siendo imputado en Grecia, por la supuesta concesión de permisos ilegales de utilización de la propiedad pública, para el establecimiento de zonas de descanso en las calles de Tesalónica cuando era concejal.

Dado que no se puede considerar la existencia del fumus persecutionis para dañarlo políticamente, puesto que la causa va dirigida a todos los concejales en esa época, y puesto que el propio Zarianopoulos expresó su voluntad de que le fuera retirada su inmunidad parlamentaria, he votado a favor del levantamiento de la misma.

 
  
MPphoto
 
 

  Petr Mach (EFDD), písemně. ‒ Hlasoval jsem pro zbavení imunity pana Zarianopoulose. Jeho stíhání nijak nesouvisí s funkcí poslance, nechť jeho případ řeší příslušné řecké orgány.

 
  
MPphoto
 
 

  Vladimír Maňka (S&D), písomne ‒ Prokurátor gréckeho Najvyššieho súdu podal žiadosť o zbavenie imunity europoslanca Sotiriosa Zarianopoulosa z dôvodu jeho trestného stíhania ako bývalého člena mestskej rady v Solúne za údajne nezákonné povolenie na obsadenie verejného priestoru mestskou radou v Solúne. V zmysle rokovacieho poriadku, Protokolu o výsadách a imunitách EÚ a vzhľadom na to, že vyšetrovanie sa netýka vyjadrení, názorov a činností p. Zarianopoulosa pri výkone mandátu europoslanca, EP rozhodol o zbavení imunity. Tento návrh som podporil.

 
  
MPphoto
 
 

  Νότης Μαριάς (ECR), γραπτώς. ‒ Ψηφίζω υπέρ της έκθεσης σχετικά με την αίτηση άρσης της ασυλίας του Σωτηρίου Ζαριανόπουλου, κατόπιν της θετικής εισήγησης της Επιτροπής Νομικών Υποθέσεων του Ευρωπαϊκού Κοινοβουλίου.

 
  
MPphoto
 
 

  Dominique Martin (ENF), par écrit. ‒ J’ai voté pour cette demande.

Sotirios Zarianopoulos est poursuivi en qualité d’ancien membre du conseil municipal de Salonique, concernant des autorisations prétendument illégales d’occupation du domaine public.

Il n’existe aucun lien entre ces poursuites et le mandat parlementaire de Sortirios Zarianopoulos. En outre, rien ne permet de supposer que ces poursuites seraient motivées par la volonté de nuire à l’activité de ce député.

 
  
MPphoto
 
 

  Jiří Maštálka (GUE/NGL), písemně. ‒ Dnes jsme hlasovali o zbavení imunity kolegy z KKE, S. Zarionopulose. S jeho případem jsme se seznámili již při jednání Výboru pro právní záležitosti. Po osobní konzultaci s jeho kanceláří mi bylo sděleno, že soudruh Zarianopulos si sám přeje být poslanecké imunity zbaven, aby se mohl řádně obhajovat a bránit v řízení před vnitrostátními orgány. Protože jsem mu chtěl vyhovět, hlasoval pro zbavení jeho imunity.

 
  
MPphoto
 
 

  Georg Mayer (ENF), schriftlich. ‒ Hier geht es um die Aufhebung der Immunität des MdEP Sotirios Zarianopoulos. Ob die Voraussetzungen hierfür erfüllt sind, obliegt der richterlichen Beurteilung. Deswegen unterstütze ich diesen Antrag.

 
  
MPphoto
 
 

  Jean-Luc Mélenchon (GUE/NGL), par écrit. ‒ Le rapport demande la levée de l'immunité parlementaire de Sotirios Zarianopoulos, député communiste grec. Les autorités grecques envisagent de poursuivre Sotirios Zarianopoulos pour la délivrance en 2011, par le conseil municipal de Salonique, d'autorisations prétendument illégales d'occupation du domaine public aux fins de l'installation de terrasses sur des voies piétonnes.

Sotirios Zarianopoulos est poursuivi en sa qualité d'ancien membre de ce conseil municipal, aussi la poursuite envisagée est manifestement sans aucun lien avec son statut de député au Parlement européen.

De plus la poursuite ne concerne pas une opinion ou un vote émis par le député dans l'exercice de ses fonctions de membre du Parlement européen, au sens de l'article 8 du protocole nº 7 sur les privilèges et immunités de l'Union européenne.

Je vote pour la levée de l'immunité.

 
  
MPphoto
 
 

  Joëlle Mélin (ENF), par écrit. ‒ Il n'existe aucun motif pour que la poursuite envisagée soit inspirée par l'intention de nuire à l'activité politique du député, d’autant plus que la poursuite concerne l’ensemble des membres du conseil municipal de l’époque.

Ainsi, j’ai voté pour la levée de son immunité

 
  
MPphoto
 
 

  Nuno Melo (PPE), por escrito. ‒ A defesa da independência do mandato do Deputado Europeu é da competência do Parlamento Europeu e essa independência não pode ser posta em causa. De acordo com o artigo 8.º do Protocolo relativo aos Privilégios e Imunidades da União Europeia, os membros do Parlamento Europeu não podem ser procurados, detidos ou perseguidos pelas opiniões ou votos emitidos no exercício das suas funções. Neste caso a ação intentada está relacionada com a atribuição, em 2011, pelo Município de Salónica, de autorizações, alegadamente ilícitas, de ocupação do espaço público para efeitos da instalação de esplanadas em zonas pedonais e que Sotorios Zarianopoulos é acusado na sua qualidade de antigo vereador deste município.

Assim a ação intentada não está, de modo algum, relacionada com o estatuto de deputado ao Parlamento Europeu de Sotirios Zarianopoulos, mas que se prende, ao invés, com o seu anterior mandato de vereador do Município de Salónica. Voto assim favoravelmente o pedido de levantamento de imunidade.

 
  
MPphoto
 
 

  Louis Michel (ALDE), par écrit. – J’ai décidé de voter en faveur de la levée d’immunité parlementaire de Sotirios Zarianopoulos dont la demande a été formulée par le procureur près la Cour suprême grecque suite à la délivrance d’autorisations prétendument illégales d’occupations du domaine publics aux fins de l’installation de terrasses sur voies piétonnes par Sotirios Zarianopoulos en sa qualité d’ancien membre du conseil municipal.

Étant donné que la poursuite menée contre Sotirios Zarianopoulos ne concerne pas une opinion ou un vote émis par le député dans l’exercice de ses fonctions de membre du Parlement européen, au sens de l’article 8 du protocole n° 7 sur les privilèges et immunités de l’Union européenne, la levée de l’immunité parlementaire est reconnue.

 
  
MPphoto
 
 

  Csaba Molnár (S&D), írásban. ‒ A görög főügyész 2016. március 28-i kérelmében jogellenes cselekmény feltételezett elkövetésére vonatkozó nyomozati eljárással összefüggésben kérte Szotiriosz Zarianopulosz európai parlamenti képviselő parlamenti mentelmi jogának felfüggesztését. A görög hatóságok azzal a váddal kívánnak eljárni Szotiriosz Zarianopoulosszal szemben, hogy 2011-ben a szaloniki önkormányzat tagjaként nem tett eleget jogszabályi kötelezettségeinek.

A Jogi Bizottság jelentése szerint nyilvánvaló, hogy a tervezett eljárás nem Szotiriosz Zarianopulosz európai parlamenti képviselői megbízatásával, hanem korábbi, a szaloniki önkormányzatban betöltött tagságával függ össze, továbbá nincs ok feltételezni, hogy a tervezett eljárás mögöttes szándéka a képviselő politikai tevékenységének akadályozása, már csak azért sem, mert az eljárás kiterjed a nevezett időszakban a szaloniki önkormányzatban tagsággal rendelkező valamennyi személyre. A bizottság ezért azt javasolja, hogy az Európai Parlament a képviselő mentelmi jogát függessze föl. Ennek megfelelően szavaztam.

 
  
MPphoto
 
 

  Bernard Monot (ENF), par écrit. ‒ La poursuite envisagée concerne l’émission en 2011 par le conseil municipal de Salonique d’autorisations prétendument illégales d’occupation du domaine public aux fins d’installation de terrasses sur des voies piétonnes. Sotirios Zarianopoulos est poursuivi en sa qualité d’ancien membre de ce conseil municipal, manifestement sans aucun lien avec le statut de député au Parlement européen, mais plutôt en lien avec son mandat antérieur de membre du conseil municipal de Salonique.

Elle ne concerne pas non plus une opinion ou un vote émis par le député dans l'exercice de ses fonctions de membre du Parlement européen. Il n'existe ainsi aucun motif de présumer que la poursuite envisagée serait inspirée par l'intention de nuire à l'activité politique du député, d’autant plus que la poursuite concerne l’ensemble des membres du conseil municipal de l’époque contre 34 conseillers municipaux qui ont voté pour. On ne saurait donc s’opposer à la levée de l’immunité.

 
  
MPphoto
 
 

  Cláudia Monteiro de Aguiar (PPE), por escrito. ‒ O presente relatório merece o meu voto favorável, uma vez decorridos todos os trâmites legais exigidos e, pelo facto de o delito em causa não estar, de alguma forma, relacionado com o desempenho das funções de deputado e por não existir prova ou suspeita de que, na origem da ação penal, se encontre a intenção de prejudicar politicamente o deputado em causa.

 
  
MPphoto
 
 

  Sophie Montel (ENF), par écrit. ‒ Ce rapport Lebreton concerne sur la poursuite de M. Zarianopoulos, ancien membre du conseil municipal de Salonique accusé d’occupation illégale du domaine public aux fins d’installation de terrasses sur des voies piétonnes.

Cette poursuite étant sans liens avec son activité parlementaire n’étant pas mue par des considérations politique, j’ai décidé de voter pour ce texte.

 
  
MPphoto
 
 

  Nadine Morano (PPE), par écrit. ‒ J’ai voté en faveur de ce rapport relatif à la levée de l’immunité Parlementaire de Monsieur Zarianopoulos . Toute demande adressée au Président du Parlement européen par les autorités d'un État membre en vue de lever l'immunité d'un député est instruite par la commission Parlementaire compétente. J’ai voté conformément à l’avis rendu par cette commission.

 
  
MPphoto
 
 

  József Nagy (PPE), írásban. ‒ A Sotirios képviselő úr mentelmi jogának felfüggesztésére irányuló kérelmet a Görög Köztársaság főügyésze továbbította az Európai Parlamentnek. Jogellenes engedélyek kibocsátásával vádolják, amely tehát nem az európai parlamenti megbízatásával függ össze, hanem korábbi, szaloniki önkormányzatban betöltött tagságával. Szavazatommal ezért támogattam a jelentést.

 
  
MPphoto
 
 

  Victor Negrescu (S&D), in writing. ‒ I have voted for this report according to the evaluation made by the JURI Committee.

 
  
MPphoto
 
 

  Liadh Ní Riada (GUE/NGL), in writing. – This relates to an MEP from the Greek Communist Party, Sotirios Zarianopoulos. The Greek authorities are proposing to prosecute him jointly with others in his capacity as a former member of Thessaloniki City Council for failing to comply with legal obligations. The case concerns the issuing in 2011 by Thessaloniki City Council of allegedly illegal permits to use public property for the purpose of setting up outside seating areas on pavements. Zarianopoulos himself informed MEPs that he would vote in favour of the report that will result in the waiving of his immunity. Because the proposed proceedings do not concern opinions expressed or votes cast in the performance of the duties as MEP, and the proceedings involve all those who were members of the city council at the time, I voted in favour of waiving immunity.

 
  
MPphoto
 
 

  Franz Obermayr (ENF), schriftlich. ‒ Im Zusammenhang mit der von der Staatsanwaltschaft angestrebten gerichtlichen Verfolgung von Vergehen in Thessaloniki wurde ein Antrag auf Aufhebung der parlamentarischen Immunität gestellt. Ich habe für die Entziehung der Freiheit zulasten von Sotirios Zarianopoulos gestimmt und bin für die Aufhebung der parlamentarischen Immunität, bis dieser Fall gelöst ist und keine Anschuldigung mehr vorliegt.

 
  
MPphoto
 
 

  Margot Parker (EFDD), in writing. ‒ UKIP MEPs voted to uphold the waiver of immunity as Zarianopoulos was not fulfilling his role as a Member of the European Parliament: this incident took place when Zarianopoulos was a member of Thessaloniki City Council.

 
  
MPphoto
 
 

  Florian Philippot (ENF), par écrit. ‒ La poursuite envisagée concerne l’émission en 2011 par le conseil municipal de Salonique d’autorisations prétendument illégales d’occupation du domaine public aux fins d’installation de terrasses sur des voies piétonnes. Sotirios Zarianopoulos est poursuivi en sa qualité d’ancien membre de ce conseil municipal.

La poursuite envisagée est manifestement sans aucun lien avec le statut de député au Parlement européen de Sotirios Zarianopoulos, mais plutôt en lien avec son mandat antérieur de membre du conseil municipal de Salonique. Elle ne concerne pas non plus une opinion ou un vote émis par le député dans l'exercice de ses fonctions de membre du Parlement européen, au sens de l'article 8 du protocole n° 7 sur les privilèges et immunités de l'Union européenne.

Il n'existe ainsi aucun motif de présumer que la poursuite envisagée serait inspirée par l'intention de nuire à l'activité politique du député (fumus persecutionis), d’autant plus que la poursuite concerne l’ensemble des membres du conseil municipal de l’époque (poursuites judiciaires pour prévarication commise conjointement (article 13bis, 45 et 259 du code pénal) contre 34 conseillers municipaux qui ont voté pour.

Je vote donc en faveur du rapport, qui demande la levée d'immunité.

 
  
MPphoto
 
 

  Tonino Picula (S&D), napisan. ‒ Budući da ništa ne ukazuje na to da je predmetni kazneni postupak potaknut s namjerom nanošenja štete političkom djelovanju zastupnika (fumus persecutionis), posebice imajući u vidu da su tim postupkom obuhvaćeni svi tadašnji članovi Općinskog vijeća, podržavam odluku o ukidanju imuniteta kolegi Sotiriosu Zarianopoulosu.

 
  
MPphoto
 
 

  Paulo Rangel (PPE), por escrito. ‒ No dia 28 de março de 2016, o Procurador junto do Supremo Tribunal de Justiça da Grécia requereu o levantamento da imunidade parlamentar de Sotirios Zarianopoulos. Com efeito, as autoridades judiciárias gregas acusam Zarianopoulos de, com alegada ilicitude, atribuir autorizações de ocupação do espaço público para efeitos de instalação de esplanadas, enquanto este exerceu o mandato de vereador do Município de Salónica.

Considero que a ação intentada não está relacionada com o estatuto de deputado ao Parlamento Europeu de Zarianopoulos, prendendo-se, ao invés, com o seu anterior mandato como vereador municipal. Nesse sentido, sem antolhar nem compactuar com qualquer forma de fumus persecutionis, voto a favor do presente relatório.

 
  
MPphoto
 
 

  Julia Reid (EFDD), in writing. ‒ UKIP MEPs voted to uphold the waiver of immunity as Zarianopoulos was not fulfilling his role as a Member of the European Parliament: this incident took place when Zarianopoulos was a member of Thessaloniki City Council.

 
  
MPphoto
 
 

  Sofia Ribeiro (PPE), por escrito. ‒ O Procurador-Geral do Supremo Tribunal grego solicitou o levantamento da imunidade parlamentar de Sotirios Zarianopoulos, deputado ao Parlamento Europeu, no âmbito da instauração de um processo de inquérito relativo a um alegado delito. A ação intentada prende-se com a atribuição, em 2011, pelo Município de Salónica, de autorizações, alegadamente ilícitas, de ocupação do espaço público para efeitos da instalação de esplanadas em zonas pedonais e que Sotorios Zarianopoulos é acusado na sua qualidade de antigo vereador deste município.

Tendo em conta que o procedimento judicial não diz respeito a opiniões ou votos emitidos no exercício das suas funções enquanto deputado ao Parlamento Europeu e que não há razão para supor que a intenção subjacente à ação judicial consiste em prejudicar a atividade política do deputado, este pedido, que votei favoravelmente, decide levantar a imunidade ao deputado Sotirios Zarianopoulos.

 
  
MPphoto
 
 

  Liliana Rodrigues (S&D), por escrito. ‒ A ação intentada não está relacionada com o estatuto de deputado ao Parlamento Europeu de Sotirios Zarianopoulos.

 
  
MPphoto
 
 

  Inmaculada Rodríguez-Piñero Fernández (S&D), por escrito. ‒ He votado a favor de la suspensión de la inmunidad parlamentaria de Sotirios Zarianopoulos, a la vista del informe elaborado por la Comisión de Asuntos Jurídicos, que constata que el fiscal del Tribunal Supremo griego ha solicitado la suspensión de la misma en relación a unos hechos acaecidos en el año 2011 -unas autorizaciones supuestamente ilegales de ocupación del espacio de uso público, para la instalación de terrazas en vías peatonales realizadas por el Ayuntamiento de Salónica, cuando Sotirios Zarianopoulos era concejal de dicho Ayuntamiento-, hechos que no guardan relación con su condición de diputado al Parlamento Europeo

 
  
MPphoto
 
 

  Claude Rolin (PPE), par écrit. ‒ J'ai voté en faveur de la levée d'immunité de M. Sotirios Zarianopoulos, afin que la justice grecque puisse effectuer son travail, dans le strict respect des droits de la défense, étant entendu que les faits présumés (non-accomplissement d'obligations légales en réunion et autorisations prétendument illégales d'occupation du domaine public aux fins de l'installation de terrasses sur des voies piétonnes) n'ont pas de lien direct avec la fonction de député européen de M. Zarianopoulos, qui était alors membre du conseil municipal de Salonique, et ne sont pas motivés par une quelconque volonté de nuire.

 
  
MPphoto
 
 

  Bronis Ropė (Verts/ALE), raštu. ‒ Balsavau už šį pranešimą. Atsižvelgdamas į Graikijos Respublikos Aukščiausiojo Teismo prokuroro 2016 m. kovo 28 d. perduotą prašymą atšaukti Sotirioso Zarianopouloso imunitetą, kuris susijęs su procesu, kurį ketina inicijuoti prokuroras dėl Salonikuose įvykdytos nusikalstamos veikos, bei S. Zarianopoulosui suteiktą galimybę patiekti savo įvykių versiją EP komitetui, Europos parlamentas priėmė sprendimą atimti minėto parlamento nario neliečiamybę.

 
  
MPphoto
 
 

  Fernando Ruas (PPE), por escrito. ‒ Este relatório diz respeito ao pedido de levantamento da imunidade parlamentar do Membro do Parlamento Europeu Sotirios Zarianopoulos.

Trata-se de um pedido efetuado pelo Procurador do Supremo Tribunal grego, que diz respeito a um processo relacionado com um alegado delito em que o eurodeputado terá estado envolvido em 2011 no Município de Salónica no que respeita a autorizações, alegadamente ilícitas, de ocupação do espaço público para efeitos da instalação de esplanadas em zonas pedonais quando exercia o cargo de Vereador deste Município.

Ora, sendo que se trata de uma conduta alegadamente praticada fora do seu mandato enquanto Eurodeputado, prendendo-se sim com o seu anterior mandato de Vereador do Município de Salónica e não havendo quaisquer razões para acreditar que existam outras intenções subjacentes à ação judicial no sentido de prejudicar a atividade política, votei favoravelmente este pedido de levantamento da imunidade parlamentar, atenta a verificação dos pressupostos elencados no artigo 9.° Do Protocolo n.º 7 relativo aos Privilégios e Imunidades da União Europeia.

 
  
MPphoto
 
 

  Lola Sánchez Caldentey (GUE/NGL), por escrito. ‒ He votado a favor del suplicatorio para la suspensión de inmunidad, tal y como ha sido propuesta por la comisión de JURI. Entiendo que no hay posibilidad de utilizar la suspensión para iniciar una persecución de corte político.

 
  
MPphoto
 
 

  Maria Lidia Senra Rodríguez (GUE/NGL), por escrito. ‒ El actual eurodiputado del Partido Comunista Griego está siendo imputado en Grecia, por la supuesta concesión de permisos ilegales de utilización de la propiedad pública, para el establecimiento de zonas de descanso en las calles de Tesalónica cuando era concejal.

Dado que no se puede considerar la existencia del fumus persecutionis para dañarlo políticamente, puesto que la causa va dirigida a todos los concejales en esa época, y puesto que el propio Zarianopoulos expresó su voluntad de que le fuera retirada su inmunidad parlamentaria, he votado a favor del levantamiento de la misma.

 
  
MPphoto
 
 

  Monika Smolková (S&D), písomne ‒ Prokurátor Gréckeho najvyššieho súdu v súvislosti s trestným konaním vo veci údajného prečinu požiadal o zbavenie parlamentnej imunity poslanca Európskeho parlamentu Sotiriosa Zarianopoulosa. Plánované trestné stíhanie sa týka vydania údajne nezákonného povolenia na obsadenie verejného priestoru mestskou radou v Solúne, a to na účely zriadenia terás na chodníkoch pre chodcov, a keďže Soltirios Zarianopoulos je stíhaný ako bývalý člen tejto mestskej rady. Keďže plánované stíhanie nemá žiadnu súvislosť so štatútom Sotiriosa Zarianopoulosa ako poslanca Európskeho parlamentu, ale súvisí skôr s jeho predchádzajúcim mandátom člena mestskej rady v Solúne, rozhodli sme sa ako poslanci EP zbaviť Sotiriosa Zarianopoulosa imunity, aby sa mohli podozrenia v súvislosti s trestným konaním vo veci údajného prečinu vyšetriť.

 
  
MPphoto
 
 

  Ivan Štefanec (PPE), písomne ‒ Činnosť poslancov Európskeho parlamentu, ktorá nemá priamy súvis s výkonom ich mandátu, vrátane rozhodnutí, ktoré urobili ako členovia miestnych zastupiteľských orgánov, je vždy predmetom skúmania príslušných národných orgánov.

 
  
MPphoto
 
 

  Beatrix von Storch (EFDD), schriftlich. ‒ Ich habe für die Aufhebung der Immunität gestimmt, weil es sich nicht um einen mandatsbezogenen Sachverhalt handelt.

 
  
MPphoto
 
 

  Dubravka Šuica (PPE), napisan. ‒ Tužitelj pri grčkom Vrhovnom sudu zatražio je da se zastupniku u Europskom parlamentu Sotiriosu Zarianopoulosu ukine zastupnički imunitet u vezi s planiranim kaznenim postupkom u vezi s kaznenim djelima u Solunu (predmet ABM A2015/1606) i koji je objavljen na plenarnoj sjednici 27. travnja 2016.

Podržavam izvješće o zahtjevu za ukidanje imuniteta Sotiriosu Zarianopoulosu budući da kazneni postupak o kojem je riječ nije ni na koji način povezan sa statusom Sotiriosa Zarianopoulosa kao zastupnika u Europskom parlamentu, već s njegovim ranijim mandatom člana Općinskog vijeća Soluna.

 
  
MPphoto
 
 

  Ελευθέριος Συναδινός (NI), γραπτώς. ‒ Τα κοινοβουλευτικά προνόμια δεν πρέπει σε καμία περίπτωση να οδηγούν σε άνιση και προνομιακή μεταχείριση των βουλευτών έναντι του νόμου και της δικαιοσύνης.

 
  
MPphoto
 
 

  Marc Tarabella (S&D), par écrit. ‒ Nous avons voté en faveur de la levée d'immunité afin que cette personne puisse s'expliquer devant la justice de son pays.

 
  
MPphoto
 
 

  Pavel Telička (ALDE), in writing. ‒ I voted in favour of waving the immunity of the Member of Parliament Sotirios Zarianopoulos, as requested by the public prosecutor at the Greek Supreme Court. The proposed proceedings concern the fact that in 2011, the Thessaloniki City Council, which Zarianopoulos was member of in that time, allegedly issued illegal permits to use public property for the purpose of setting up outside seating areas on pavements. The proposed proceedings are thus clearly unrelated to Sotirios Zarianopoulos’s status as a Member of the European Parliament. He should therefore not be granted the immunity provided by that position, but be prosecuted in his capacity as a former member of that city council.

 
  
MPphoto
 
 

  Ruža Tomašić (ECR), napisan. ‒ Podržala sam zahtjev za ukidanje imuniteta zastupniku Sotiriosu Zarianopoulusu koje se odnosi na neispunjenje pravnih obveza na sjednici te na navodno nezakonito izdavanje dozvola Općinskog vijeća u Solunu za korištenje javnih površina u vidu postavljanja terasa u pješačkoj zoni.

Naime, budući da se predmetni kazneni postupak ne odnosi na izraženo mišljenje niti glasovanje zastupnika u okviru obnašanja njegovih dužnosti zastupnika u Europskom parlamentu, može se zaključiti da postupak nije pokrenut s namjerom nanošenja štete političkom djelovanju zastupnika. Tim postupkom obuhvaćeni su svi tadašnji članovi Općinskog vijeća te smatram da je potrebno omogućiti nadležnim institucijama da obave potpunu istragu kako bi se utvrdila eventualna odgovornost za navedena djela.

 
  
MPphoto
 
 

  Romana Tomc (PPE), pisno. ‒ Predlog zahteve za odvzem imunitete Sotiriosu Zarianopulosu sem podprla, ker v skladu s členom 9 Protokola št. 7 o privilegijih in imunitetah Evropske unije poslanci Evropskega parlamenta uživajo na ozemlju svoje države imunitete, priznane članom parlamenta te države, ter se v skladu z 62. členom Grške ustave proti poslancem v času njihovega mandata ne sme začeti kazenskega postopka, jim odvzeti prostosti, jih zapreti ali drugače zadržati brez dovoljenja poslanske zbornice.

 
  
MPphoto
 
 

  Estefanía Torres Martínez (GUE/NGL), por escrito. ‒ He votado a favor del suplicatorio para la suspensión de inmunidad, tal y como ha sido propuesta por la comisión de JURI. Entiendo que no hay posibilidad de utilizar la suspensión para iniciar una persecución de corte político.

 
  
MPphoto
 
 

  István Ujhelyi (S&D), írásban. ‒ A görög főügyész 2016. március 28-án továbbított és a plenáris ülésen 2016. április 27-én bejelentett kérelemben a főügyész – a jogellenes cselekmény ügyében eljáró szaloniki ügyész által indítani kívánt nyomozati eljárás kapcsán – kéri Szotiriosz Zarianopulosz mentelmi jogának felfüggesztését. Döntésemben követtem a frakció álláspontját.

 
  
MPphoto
 
 

  Miguel Urbán Crespo (GUE/NGL), por escrito. – He votado a favor del suplicatorio para la suspensión de inmunidad, tal y como ha sido propuesta por la comisión de JURI. Entiendo que no hay posibilidad de utilizar la suspensión para iniciar una persecución de corte político.

 
  
MPphoto
 
 

  Ivo Vajgl (ALDE), in writing. ‒ I voted in favour of the report on the request for waiver of the immunity of Sotirios Zarianopoulos. The public prosecutor at the Greek Supreme Court has requested the waiver of the immunity of Sotirios Zarianopoulos MEP in connection with proceedings relating to an alleged offence. The proposed proceedings concern the issuing in 2011 by Thessaloniki City Council of allegedly illegal permits to use public property for the purpose of setting up outside seating areas on pavements, and Sotirios Zarianopoulos is to be prosecuted in his capacity as a former member of that city council. I voted in favour because I believe that the proposed proceedings are clearly unrelated to Sotirios Zarianopoulos’s status as a Member of the European Parliament, but are related to his former mandate as a member of Thessaloniki City Council.

 
  
MPphoto
 
 

  Miguel Viegas (GUE/NGL), por escrito. ‒ O Procurador do Supremo Tribunal grego solicitou o levantamento da imunidade parlamentar de Sotirios Zarianopoulos, que é deputado do Partido Comunista Grego no Parlamento Europeu.

A ação intentada prende-se com a atribuição, em 2011, pelo Município de Salónica, de autorizações, alegadamente ilícitas, de ocupação do espaço público para efeitos da instalação de esplanadas em zonas pedonais e que Sotorios Zarianopoulos é acusado, na sua qualidade de antigo vereador deste município, de ajudar a esta situação.

Considera-se que não existem motivos para suspeitar que a intenção subjacente ao processo penal seja prejudicar a atividade política do deputado, tanto mais que a referida ação envolve todos os que, à época, eram vereadores do município.

 
  
MPphoto
 
 

  Harald Vilimsky (ENF), schriftlich. ‒ Da die Geschehnisse vor bzw. außerhalb seiner Tätigkeit als Abgeordneter erfolgten, habe ich dem Antrag zugestimmt.

 
  
MPphoto
 
 

  Jana Žitňanská (ECR), písomne ‒ Mnohokrát je plénu Európskeho parlamentu predložená žiadosť o zbavenie imunity poslancov Európskeho parlamentu na základe rôznych skutočností. Môj názor na tieto správy je taký, že pokiaľ ide o žiadosť o zbavenie imunity v dôsledku činu, ktorý sa udial v čase, keď bol príslušný poslanec už členom Európskeho parlamentu a zároveň predmetný čin sa udial v súvislosti s výkonom jeho mandátu (napríklad týkal sa jeho výrokov v pléne), nemal by byť poslaneckej imunity zbavený. Pokiaľ však ide o udalosti, ktoré s výkonom mandátu poslanca Európskeho parlamentu nesúvisia, prípadne sa stali ešte predtým, ako sa poslanec svojho mandátu ujal, nevidím dôvod na hlasovanie proti takejto žiadosti. Myslím si, že pravidlá sú v prípade zbavovania imunity poslancov dostatočne jasné, a preto som aj v tomto prípade – keďže na základe dostupných informácií nemajú udalosti súvis s výkonom poslaneckého mandátu – hlasovala za zbavenie imunity.

 
  
MPphoto
 
 

  Milan Zver (PPE), pisno. ‒ Kot izhaja iz poročila kazenski postopek ni povezan s statusom Sotiriosa Zarianopoulosa kot poslanca Evropskega parlamenta, temveč z njegovim predhodnim mandatom člana občinskega sveta mesta Solun, zato podpiram zahtevo za odvzem imunitete Sotiriosu Zarianopoulosu.

 

5.7. Overeenkomst tussen de EU en China in verband met de toetreding van Kroatië (A8-0231/2016 - Iuliu Winkler)
  

Schriftliche Erklärungen zur Abstimmung

 
  
MPphoto
 
 

  Isabella Adinolfi (EFDD), per iscritto. ‒ A seguito dei negoziati, imposti dall'Organizzazione mondiale del commercio, sono state apportate le seguenti modifiche al quadro tariffario UE-Cina: aumento del contingente tariffario per alcuni prodotti alimentari e diminuzione delle aliquote tariffarie per altre categorie di prodotti come le calzature e "split-system". Poiché tale accordo è necessario per l'adeguamento del quadro tariffario, ho deciso di votare positivamente.

 
  
MPphoto
 
 

  Tim Aker (EFDD), in writing. – We abstained on this as it was merely a technical update to reflect the fact that Croatia has joined the EU since the original agreement was signed with China.

 
  
MPphoto
 
 

  Louis Aliot (ENF), par écrit. ‒ Suite à l'adhésion de la Croatie, l'UE a dû renégocier les tarifs douaniers avec la Chine conformément aux règles de l'organisation Mondial du Commerce. Alors que la Chine ne fait aucune concession, la Commission européenne a dû, une nouvelle fois, céder sur les tarifs douaniers et les quotas.

Je me suis donc opposé à cet accord car il s'agit d'une relation déséquilibrée dans laquelle l'UE et la France sont perdantes.

 
  
MPphoto
 
 

  Martina Anderson (GUE/NGL), in writing. ‒ I voted in favour of this report which will slightly amend quotas on trade with China following the accession of Croatia to the EU without affecting the Irish economy. Under the WTO rules, the EU has to negotiate with its trade partners new conditions due to the accession of Croatia to the EU. The Commission negotiated new conditions on industrial goods – slightly lower EU tariffs on footwear and air-conditioners. On agriculture quotas, the Commission will propose a regulation to increase the tonnage allocation for garlic and mushrooms from China (while maintaining the same percentage).

 
  
MPphoto
 
 

  Eric Andrieu (S&D), par écrit. ‒ J’ai voté en faveur de ce rapport technique qui vise à conclure l'accord UE-Chine, en tenant compte de l'adhésion de la Croatie à l'UE, conformément aux exigences de l’OMC. La Commission a négocié avec la Chine la question du retrait de concessions spécifiques liées au retrait de l'annexe de la Croatie dans le cadre de son adhésion à l'UE. Ces négociations ont abouti à un projet d'accord sous forme d'échange de lettres qui a été paraphé le 7 Octobre 2015. Il convient maintenant de conclure l'accord.

 
  
MPphoto
 
 

  Νίκος Ανδρουλάκης (S&D), γραπτώς. ‒ Ψήφισα υπέρ της σύστασης σχετικά με το σχέδιο απόφασης του Συμβουλίου που αφορά τη σύναψη συμφωνίας υπό μορφή ανταλλαγής επιστολών μεταξύ της Ευρωπαϊκής Ένωσης και της Λαϊκής Δημοκρατίας της Κίνας, καθώς η συμφωνία περιλαμβάνει αναλογικές τροποποιήσεις στις παραχωρήσεις και συνάδει με την προηγούμενη πρακτική και το πλαίσιο του ΠΟΕ.

 
  
MPphoto
 
 

  Marie-Christine Arnautu (ENF), par écrit. ‒ Il s’agit ici d’une recommandation d’une proposition de décision du Conseil autorisant conclusion de l'accord sous forme d’échange de lettres entre l’Union européenne et la République populaire de Chine au titre de l’article XXIV, paragraphe 6, et de l’article XXVIII de l’accord général sur les tarifs douaniers et le commerce (GATT) de 1994 concernant la modification de concessions dans la liste d’engagements de la République de Croatie, dans le cadre de son adhésion à l’Union européenne.

Suite à l’adhésion de la Croatie, l’UE a dû renégocier avec la Chine des accords de tarifs douaniers conformément aux règles de l’OMC.

Du coup, la Commission Européenne a fait plusieurs concessions sur les tarifs douaniers et sur les quotas: chaussures, appareils d’air conditionné, ail, champignons. La Chine n’a fait aucune concession.

Les tarifs douaniers de l’UE vis-à-vis de la Chine étant déjà très défavorables (le commerce extérieur de la France avec la Chine est d’ailleurs très déficitaire), cette nouvelle liste de concessions n’est pas la bienvenue. Ce type de relations n’est pas équilibré.

C’est pourquoi je me suis opposée à ce rapport.

 
  
MPphoto
 
 

  Jean Arthuis (ALDE), par écrit. ‒ J'ai voté en faveur de cette recommandation car avec l’adhésion de la République de Croatie, l’Union européenne a élargi son union douanière. Par conséquent, elle était tenue, selon les règles de l’Organisation mondiale du commerce (OMC) (article XXIV, paragraphe 6, du GATT de 1994), d’ouvrir des négociations avec les membres de l’OMC ayant des droits de négociation en ce qui concerne la liste d’engagements de la Croatie afin de convenir éventuellement d’une compensation.

 
  
MPphoto
 
 

  Zigmantas Balčytis (S&D), raštu. ‒ Kroatijos Respublikai įstojus į Europos Sąjungą, išsiplėtė ES muitų sąjunga. Todėl Europos Sąjunga pagal Pasaulio prekybos organizacijos (PPO) taisykles buvo įpareigota pradėti derybas su derybų teisę turinčiomis PPO narėmis dėl Kroatijos muitų tarifų sąrašo siekiant galiausiai susitarti dėl kompensacinio sureguliavimo. Toks sureguliavimas privalomas, jei patvirtinus ES išorės muitų tarifų režimą muitų tarifai padidėja, palyginti su muitais, dėl kurių stojančioji šalis įsipareigojo PPO.

Pritariu šiai rekomendacijai, kad šis susitarimas su Kinijos Liaudies Respublika būtų sudarytas Sąjungos vardu.

 
  
MPphoto
 
 

  Gerard Batten (EFDD), in writing. ‒ We abstained on this as it was merely a technical update to reflect the fact that Croatia has joined the EU since the original agreement was signed with China.

 
  
MPphoto
 
 

  Nicolas Bay (ENF), par écrit. ‒ Suite à l’adhésion de la Croatie, l’UE a dû renégocier avec la Chine des accords de tarifs douaniers conformément aux règles de l’OMC. La Commission Européenne a fait plusieurs concessions sur les tarifs douaniers et sur les quotas; en revanche, la Chine n’en a fait aucune, alors même que les tarifs douaniers de l’UE vis-à-vis de la Chine lui sont très favorables. Voilà pourquoi je considère que cette liste de nouvelles concessions n’est pas la bienvenue, d’autant moins que la Commission n’a rien prévu pour nous protéger du dumping chinois: en décembre prochain, 15 ans après son adhésion à l’OMC, la Chine se verra en effet accorder automatiquement le statut d’économie de marché...

 
  
MPphoto
 
 

  Hugues Bayet (S&D), par écrit. ‒ J'ai approuvé ce rapport sur la proposition de décision du Conseil autorisant la conclusion de l'accord sous forme d'échanges de lettre entre l'Union et la Chine au titre de certaines dispositions du GATT concernant la modification de concessions dans la liste d'engagements de la Croatie dans le cadre de son adhésion à l'Union.

 
  
MPphoto
 
 

  Beatriz Becerra Basterrechea (ALDE), por escrito. ‒ Como consecuencia de la adhesión de Croacia a la Unión Europea y debido a las normas de la OMC, la Unión, debe negociar con el restante de los miembros de la OMC que tengan derechos de negociación respecto a la lista arancelaria de Croacia.

 
  
MPphoto
 
 

  Brando Benifei (S&D), per iscritto. ‒ Oggi ho votato a favore della relazione Winkler, un provvedimento di natura tecnica che approva l'accordo tra UE e Cina che consente al paese asiatico di vedere ristabiliti i propri diritti commerciali, leggermente ridotti a seguito dell'allargamento dell'unione doganale dell'UE per l'adesione della Croazia nel luglio 2013. Le norme dell'Organizzazione mondiale del commercio (OMC) hanno imposto infatti all'Unione europea di avviare negoziati con i paesi membri dell'OMC, detentori di diritti di negoziato connessi all'elenco tariffario della Croazia, allo scopo di convenire un adeguamento compensativo.

 
  
MPphoto
 
 

  Xabier Benito Ziluaga (GUE/NGL), por escrito. ‒ He votado a favor de este informe necesario para formalizar el acceso de Croacia a la Unión Europea.

 
  
MPphoto
 
 

  Izaskun Bilbao Barandica (ALDE), por escrito. ‒ La aprobación de este informe es coherente y consecuencia del ingreso de Croacia en la Unión Europea. Con ese ingreso, la Unión ha ampliado su unión aduanera y corresponde, de acuerdo con las normas de la OMC, negociar respecto a la lista arancelaria de esta república de la Unión. En este caso con respecto a la República Popular de China.

 
  
MPphoto
 
 

  Dominique Bilde (ENF), par écrit. ‒ J’ai voté contre ce rapport qui vise à prendre en compte l’adhésion de la Croatie à l’UE dans le cadre des accords de tarifs douaniers avec la Chine.

Si de prime abord, on pouvait considérer ce texte comme une simple mise en conformité juridique visant à prendre en compte la Croatie dans les accords, il s’avère que l’UE en a profité pour renégocier les dits accords avec la puissance chinoise, et ce, dans un sens éminemment défavorable aux pays européens.

L’UE a accepté de multiples concessions, et sur les tarifs douaniers, et sur les quotas, notamment sur les chaussures, mais également sur des produits alimentaires tels que l’ail ou les champignons. Le géant chinois, quant à lui, n’a admis aucun compromis.

Alors même que le commerce extérieur de la France est déjà déficitaire vis à vis de la Chine, ces nouvelles concessions risques d’aggraver le déséquilibre de notre balance commerciale. Comme d’habitude, le fait que l’UE soit responsable de la politique commerciale pour tous ses États-Membres ne nous permet pas de défendre nos intérêts économiques et stratégiques.

 
  
MPphoto
 
 

  Mara Bizzotto (ENF), per iscritto. ‒ La relazione Winkler analizza l'accordo fra UE e Cina per compensare le preferenze commerciali che questa aveva con la Croazia prima della sua adesione all'UE.

Pur non essendoci conseguenze dirette sul comparto produttivo italiano, ritengo che l'UE dovrebbe tutelare maggiormente il proprio mercato interno nei confronti della Cina, che si dimostra continuamente un concorrente commerciale estremamente agguerrito, sempre pronto a mettere in campo pratiche di concorrenza sleale per accaparrarsi quote di mercato a discapito delle produzioni di qualità dei nostri territori. Per questo motivo mi sono espressa contro questo testo.

 
  
MPphoto
 
 

  José Blanco López (S&D), por escrito. ‒ He votado a favor de conceder la aprobación a la celebración del Acuerdo entre la Unión y China relativo a la modificación de las concesiones en la lista arancelaria de Croacia en el marco de la OMC como consecuencia de su adhesión a la Unión.

Con la adhesión de Croacia, la Unión ha ampliado su unión aduanera. En consecuencia, de acuerdo con las normas de la OMC, la Unión está obligada a entablar negociaciones con los miembros de la OMC que tengan derechos de negociación respecto a la lista arancelaria de Croacia para acordar un ajuste compensatorio. Así, la Comisión ha negociado con los miembros de la OMC, en este caso China, que tienen derechos de negociación respecto a la supresión de concesiones específicas en relación con la retirada de la lista arancelaria de Croacia por su ingreso en la Unión.

 
  
MPphoto
 
 

  Vilija Blinkevičiūtė (S&D), raštu. ‒ Balsavau dėl šio pranešimo, nes juo siekiama ES teisės aktų suderinimo. Šiuo pranešimu Parlamentas pritaria Europos Sąjungos ir Kinijos Liaudies Respublikos susitarimo pasikeičiant laiškais dėl 1994 m. Bendrojo susitarimo dėl muitų tarifų ir prekybos (GATT) dėl nuolaidų pakeitimo Kroatijos Respublikos įsipareigojimų sąraše jai stojant į Europos Sąjungą.

 
  
MPphoto
 
 

  Andrea Bocskor (PPE), írásban. ‒ A Horvát Köztársaság csatlakozásával kibővült az Európai Unió vámuniója. Ennek következtében a Kereskedelmi Világszervezet (WTO) szabályai alapján, az Európai Unió köteles tárgyalásokat kezdeményezni azon WTO tagállamokkal, melyekkel kapcsolatban Horvátország idáig ún. engedményes vámtarifalistával rendelkezett. Ez abban az esetben válik szükségessé, ha az uniós vámtarifarendszerhez történő csatlakozás eredményeként a vámtarifa szint ez okból történő emelkedése meghaladja a csatlakozó ország által a WTO-ban vállalt szintet. A tárgyalások megkezdéséhez szükséges felhatalmazást a Tanács 2013. július 15-én adta meg a Bizottságnak, mely felhatalmazás a GATT XXIV. cikkének 6. pontján alapul.

E tárgyalások eredményeképpen a Bizottság javasolta a Tanácsnak a megállapodás Unió nevében történő aláírását. A fentiekre tekintettel szavazatommal támogattam a Parlament egyetértését a tanácsi határozat tervezetére vonatkozóan.

 
  
MPphoto
 
 

  Biljana Borzan (S&D), napisan. ‒ Podržavam ovu preporuku koja je tehničke prirode. Ona ima za cilj sklapanje ugovora između EU-a i Kine, uzimajući u obzir pristupanje Hrvatske u EU-u i prilagodbe carinskih tarifa, kao i zahtjeve WTO-a.

 
  
MPphoto
 
 

  Marie-Christine Boutonnet (ENF), par écrit. ‒ Suite à l’adhésion de la Croatie, l’UE a dû renégocier avec la Chine des accords de tarifs douaniers conformément aux règles de l’OMC et la Commission a fait un certain nombre de concessions (chaussures, ails, champignons) tandis que la Chine n'en a fait aucune. Considérant une relation déséquilibrée et portant préjudice à la France, j'ai voté contre ce texte.

 
  
MPphoto
 
 

  Renata Briano (S&D), per iscritto. ‒ È corretto che anche la Repubblica di Croazia, ora che è pienamente parte dell'Unione europea, partecipi degli accordi commerciali che la UE sigla con gli Stati esteri. Lo riteniamo un atto dovuto.

 
  
MPphoto
 
 

  Steeve Briois (ENF), par écrit. ‒ Suite à l’adhésion de la Croatie, l’Union européenne a renégocié avec la Chine les accords sur les tarifs douaniers conformément aux règles de l’Organisation mondiale du commerce (OMC). C’est dans ce contexte que la Commission européenne a accordé à la Chine, sans la moindre réciprocité, de nouvelles concessions tarifaires portant notamment sur les importations de chaussures, d’appareils d’air conditionné, d’ail ou de champignons.

Au lieu de mettre en place un protectionnisme intelligent visant à lutter contre le dumping social et environnemental que pratique la Chine, l’Union européenne préfère lui accorder de nouvelles concessions tarifaires qui renforceront le déficit de la balance courante des États membres. Les mêmes causes entrainant les mêmes effets, cette folle politique commerciale contribuera à accélérer la désindustrialisation qui frappe les pays occidentaux depuis le début des années 1980 avec à la clé la destruction de milliers d’emplois dans le secteur marchand.

C’est la raison pour laquelle j’ai voté contre ce rapport.

 
  
MPphoto
 
 

  Daniel Buda (PPE), în scris. ‒ Acordul între Uniunea Europeană și China vizează modificarea concesiilor tarifare legate de aderarea Croației la Uniune. Având în vedere că Uniunea Europeană și-a extins uniunea vamală odată cu aderarea Republicii Croația, devine obligatorie inițierea unor negocieri cu membrii Organizației Mondiale a Comerțului referitor la tariful vamal al Croației tocmai pentru a se ajunge la un acord privind ajustarea compensatorie.

Acest acord de compensare reprezintă o dovadă a atașamentului Uniunii față de regimul comercial bazat pe norme multilaterale, fiind marcată încă o dată supremația scopului constituirii uniunilor vamale și a zonelor de comerț liber.

Salut acordul încheiat cu Republica Populară Chineză privind modificarea concesiilor tarifare legate de aderarea Croației la Uniunea Europeană deoarece consider că prezentul acord conține modificări proporționale cu concesiile și este în conformitate cu practica anterioară.

 
  
MPphoto
 
 

  Nicola Caputo (S&D), per iscritto. ‒ Oggi ho espresso voto favorevole in merito alla raccomandazione in questione poiché ritengo sia giusto che alla Repubblica popolare cinese vengano ripristinati i diritti commerciali. Questi, infatti, a seguito dell'allargamento dell'unione doganale UE, con l'adesione della Croazia, sono stati in parte ridotti.

Le norme dell'Organizzazione mondiale del commercio (OMC), in particolare l'articolo XXIV, paragrafo 6, del GATT 1994, prescrivono all'Unione europea di avviare negoziati con i paesi membri dell'OMC detentori dei diritti di negoziato connessi all'elenco tariffario della Croazia, al fine di consentire un adeguamento compensativo. Tale adeguamento è necessario qualora l'adozione del regime tariffario esterno dell'UE comporti un aumento dei dazi maggiore rispetto al livello al quale il paese aderente si è impegnato alla luce del quadro dell'OMC.

La Commissione, per compensare le perdite, ha individuato due particolari misure per i prodotti cinesi interessati: la prima prevede l'aumento del contingente tariffario e la seconda, invece, mira alla riduzione delle aliquote tariffarie consolidate.

 
  
MPphoto
 
 

  Matt Carthy (GUE/NGL), in writing. ‒ I voted in favour of this report which will slightly amend quotas on trade with China following the accession of Croatia to the EU without affecting the Irish economy. Under the WTO rules, the EU has to negotiate with its trade partners new conditions due to the accession of Croatia to the EU. The Commission negotiated new conditions on industrial goods – slightly lower EU tariffs on footwear and air-conditioners. On agriculture quotas, the Commission will propose a regulation to increase the tonnage allocation for garlic and mushrooms from China (while maintaining the same percentage).

 
  
MPphoto
 
 

  David Casa (PPE), in writing. ‒ As a consequence of the accession of Croatia, the customs union of the EU has grown and consequently in line with WTO rules, the EU had to enter into negotiations with other WTO members, in this particular case, China, having negotiated rights related to the tariff schedule of Croatia. I give my consent to the proposal to conclude the Agreement as it includes proportionate modifications to the concessions and is consistent with earlier practice and WTO framework. It has also taken note of the Commission reports stating that the relevant compensatory adjustments to China are proportionate and do not exceed China’s rights as affected by the withdrawal of Croatia’s concessions to China.

 
  
MPphoto
 
 

  Fabio Massimo Castaldo (EFDD), per iscritto. ‒ In seguito ai negoziati relativi all'adesione della Croazia all'Unione europea, e alle concessioni relative, l'accordo commerciale con la Cina ha subito modifiche con riferimento al commercio di alcuni prodotti. La relazione mira ad approvare queste modifiche, che non sollevano alcuna problematica. Ho votato a favore.

 
  
MPphoto
 
 

  Λευτέρης Χριστοφόρου (PPE), γραπτώς. ‒ Επικροτούμε τη συμφωνία με τη Λαϊκή Δημοκρατία της Κίνας και πιστεύουμε πως η τελευταία δικαιούται αποκατάσταση των προηγούμενων δικαιωμάτων εμπορικών συναλλαγών της, τα οποία περιορίσθηκαν ελαφρώς εξαιτίας της διεύρυνσης της τελωνειακής ένωσης της ΕΕ με την προσχώρηση της Κροατίας.

 
  
MPphoto
 
 

  Κώστας Χρυσόγονος (GUE/NGL), γραπτώς. ‒ Η ψηφοφορία ως προς τη σύναψη συμφωνίας μεταξύ της Ευρωπαϊκής Ένωσης και της Λαϊκής Δημοκρατίας της Κίνας, σχετικά με την τροποποίηση των παραχωρήσεων που προβλέπονται στον πίνακα της Δημοκρατίας της Κροατίας στο πλαίσιο της προσχώρησής της στην Ευρωπαϊκή Ένωση, αποτελεί ένα θετικό βήμα και καθώς ανάλογες διαδικασίες ευνοούν την ομαλή εξέλιξη της πορείας προσχώρησης, ψήφισα θετικά.

 
  
MPphoto
 
 

  Alberto Cirio (PPE), per iscritto. ‒ Coerentemente con i principi economici che animano lo spirito dell'Unione europea fin dalle sue origini, accolgo con estremo favore l'accordo commerciale raggiunto con la Cina in merito all'adesione della Croazia. I negoziati, iniziati il 7 ottobre 2015, si sono conclusi con successo a dimostrazione delle ottime relazioni intrattenute dalla diplomazia europea con la Repubblica popolare cinese. Auspico che, in virtù di questo genere di accordi, si possa raggiungere un migliore grado di cooperazione e integrazione economica internazionale capace di riflettersi sul benessere dei rispettivi popoli.

 
  
MPphoto
 
 

  Deirdre Clune (PPE), in writing. ‒ I supported the report on the EU-China Agreement relating to the accession of Croatia and noted no objections.

 
  
MPphoto
 
 

  Lara Comi (PPE), per iscritto. ‒ Con l'adesione della Repubblica di Croazia, l'unione doganale dell'Unione europea si è estesa e di conseguenza sono stati avviati negoziati con alcuni partner dell'organizzazione mondiale del commercio, tra cui la Cina, per definire un adeguamento compensativo del regime tariffario. Ho espresso il mio voto a favore dell'accordo tra l'Unione europea e la Repubblica popolare cinese, perché ha l'obiettivo di facilitare e regolarizzare gli scambi commerciali, evitando l'insorgere di ostacoli al commercio comunitario con paesi terzi. Tale accordo di compensazione rappresenta l'impegno dell'Unione europea volto alla promozione di un regime commerciale multilaterale, fondato su chiare regole compatibili con il sistema normativo dell'Organizzazione mondiale del commercio.

 
  
MPphoto
 
 

  Javier Couso Permuy (GUE/NGL), por escrito. ‒ En coherencia con mi oposición anterior al Acuerdo UE-China relativo a la Organización Mundial de Comercio por su defensa y promoción de un modelo neoliberal de comercio internacional, también he votado en contra de la adhesión de Croacia al mismo.

 
  
MPphoto
 
 

  Andi Cristea (S&D), în scris. ‒ Odată cu aderarea Republicii Croația la Uniunea Europeană, aceasta din urmă și-a extins uniunea vamală, fapt ce a generat o creștere a tarifelor peste nivelul pe care țara aflată în curs de aderare s-a angajat să-l respecte. Am votat pentru reducerea actualei taxe consolidate a UE pentru a sprijini stabilizarea economică. Ajustările compensatorii față de China sunt proporționale și nu depășesc drepturile Chinei afectate de retragerea concesiilor din partea Croației.

 
  
MPphoto
 
 

  Pál Csáky (PPE), írásban. – A Horvát Köztársaság csatlakozásával kibővült az Európai Unió vámuniója. Ennek következtében a Kereskedelmi Világszervezet (WTO) szabályai alapján, az EU köteles tárgyalásokat kezdeményezni azon WTO-tagállamokkal, melyekkel kapcsolatban Horvátország ez idáig ún. engedményes vámtarifa listával rendelkezett. Ez abban az esetben válik szükségessé, ha az uniós vámtarifarendszerhez történő csatlakozás eredményeként a vámtarifaszint ez okból történő emelkedése meghaladja a csatlakozó ország által a WTO-ban vállalt szintet. A tárgyalások megkezdéséhez szükséges felhatalmazást a Tanács 2013. július 15-én adta meg a Bizottságnak. E tárgyalások eredményeképpen a Bizottság javasolta a Tanácsnak a megállapodás Unió nevében történő aláírását.

Szavazatommal támogattam a Parlament egyetértését a tanácsi határozat tervezetére vonatkozóan.

 
  
MPphoto
 
 

  Edward Czesak (ECR), na piśmie. ‒ W pełni popieram porozumienia z Chińską Republiką związane z przystąpieniem Chorwacji do struktur Unii Europejskiej, co bezpośrednio wpłynęło na rozszerzenie się unii celnej. Pozytywnie przyjąłem wiadomość, że UE podjęła negocjacje z członkami WTO, które to mają na celu uzgodnienie wyrównania cen, chodzi także o obniżenie aktualnych stawek celnych UE na obuwie oraz klimatyzatory typu okiennego lub ściennego, oraz zwiększenia kontyngentów przywozowych na czosnek i grzyby. W moim przekonaniu, jeśli zależy nam na sprawnym działaniu unii celnej, należy zagłosować za, co też uczyniłem.

 
  
MPphoto
 
 

  Miriam Dalli (S&D), in writing. ‒ I voted in favour of the EU-China Agreement relating to the accession of Croatia as I believe that the trading rights should be restored. This fullfills the purpose of a customs union as rightly outlined in GATT.

 
  
MPphoto
 
 

  Daniel Dalton (ECR), in writing. ‒ I welcome this agreement; as an important actor in global trade it is important that the EU continues to set an example in abiding by WTO rules and adopts a flexible approach in trade negotiations with third countries, particularly with growing markets such as China.

 
  
MPphoto
 
 

  Nicola Danti (S&D), per iscritto. ‒ Nella seduta plenaria odierna mi sono espresso favorevolmente in merito al progetto di risoluzione in questione, il quale, essendo di natura strettamente tecnica, mira a definire l'accordo con la Cina in merito alla modifica delle concessioni nell'elenco della Croazia, in considerazione dell'adesione di quest'ultima all'UE.

In seguito all'acquisizione della membership europea della Repubblica croata, infatti, l'UE ha ampliato ulteriormente l'unione doganale. Ciò ha implicato l'avvio di negoziati con i paesi membri dell'Organizzazione mondiale del commercio (OMC) detentori di diritti di negoziato in relazione all'elenco tariffario della Croazia per concordare un adeguamento compensativo, tra i quali, appunto, la Cina.

Con l'approvazione di questo provvedimento, il Parlamento europeo contribuisce quindi a garantire la certezza e la coerenza delle regole in materia di scambi commerciali con i paesi terzi.

 
  
MPphoto
 
 

  Michel Dantin (PPE), par écrit. ‒ Ce rapport présente la recommandation du Parlement Européen quant au protocole de mise à jour de l’accord UE-Chine suite à l’adhésion de la Croatie à l’Union Européenne et porte sur les possibles compensations auprès du pays partenaire de l’UE dès lors que l’Union élargit son marché à un nouveau membre. Le rapporteur propose de soutenir la proposition de la Commission en faveur de cette négociation. Considérant que l’élargissement du marché unique modifie les conditions d’échange avec les pays partenaires, et qu’il faut redéfinir ces conditions, j’ai soutenu ce rapport.

 
  
MPphoto
 
 

  William (The Earl of) Dartmouth (EFDD), in writing. ‒ We abstained on this as it was merely a technical update to reflect the fact that Croatia has joined the EU since the original agreement was signed with China.

 
  
MPphoto
 
 

  Rachida Dati (PPE), par écrit. – L’adoption de ce texte permet la conclusion de l’accord sous forme d’échange de lettres entre l’Union européenne et la Chine au titre de l’accord général sur les tarifs douaniers et le commerce (GATT) de 1994 concernant la modification de concessions dans la liste d’engagements de la Croatie dans le cadre de son adhésion à l’Union européenne. J’ai voté en faveur de ce texte afin de tenir compte du fait qu’avec l’adhésion de la Croatie, l'Union européenne a élargi son union douanière, ce qui nous oblige à ajuster nos accords commerciaux en conséquence.

 
  
MPphoto
 
 

  Mireille D'Ornano (ENF), par écrit. ‒ L’Union européenne a renégocié ses tarifs douaniers avec la Chine suite à l’adhésion de la Croatie. Alors que le commerce extérieur de l’Union européenne est déjà largement déficitaire vis-à-vis de la Chine, cette renégociation acte une nouvelle série de concessions. Le groupe ENF dénonce cette relation commerciale déséquilibrée et qui ne correspond en rien aux intérêts économiques français. J’ai donc voté contre ce texte.

 
  
MPphoto
 
 

  Ангел Джамбазки (ECR), в писмена форма. ‒ Подкрепих препоръката относно споразумението между ЕС и Китай във връзка с присъединяването на Хърватия. Този технически доклад отразява нуждата от привеждане на споразумението след присъединяването на Хърватия към ЕС и разширяването на митническия съюз. Тази актуализация се отнася за намаляването на европейските мита за някои видове продукти и увеличаване на квотата за внос на други земеделски такива.

 
  
MPphoto
 
 

  Γεώργιος Επιτήδειος (NI), γραπτώς. ‒ Η συμφωνία αυτή θα έχει ως αποτέλεσμα την αποκατάσταση των προηγούμενων δικαιωμάτων εμπορικών συναλλαγών της Λαϊκής Δημοκρατίας της Κίνας, τα οποία περιορίσθηκαν εξαιτίας της διεύρυνσης της τελωνειακής ένωσης της ΕΕ με την προσχώρηση της Κροατίας. Θα ενισχυθεί δηλαδή περαιτέρω η με καλπάζοντα ρυθμό ανάπτυξη της ιδιαίτερα ανταγωνιστικής (για τις ευρωπαϊκές οικονομίες) οικονομίας της Κίνας.

 
  
MPphoto
 
 

  Norbert Erdős (PPE), írásban. ‒ A Horvát Köztársaság csatlakozásával kibővült az Európai Unió vámuniója. Ennek következtében a Kereskedelmi Világszervezet (WTO) szabályai alapján, az Európai Unió köteles tárgyalásokat kezdeményezni azon WTO tagállamokkal, melyekkel kapcsolatban Horvátország idáig ún. engedményes vámtarifalistával rendelkezett. Ez abban az esetben válik szükségessé, ha az uniós vámtarifarendszerhez történő csatlakozás eredményeként a vámtarifa szint ez okból történő emelkedése meghaladja a csatlakozó ország által a WTO-ban vállalt szintet. A tárgyalások megkezdéséhez szükséges felhatalmazást a Tanács 2013. július 15-én adta meg a Bizottságnak, mely felhatalmazás a GATT XXIV. cikkének 6. pontján alapul.

E tárgyalások eredményeképpen a Bizottság javasolta a Tanácsnak a megállapodás Unió nevében történő aláírását. A fentiekre tekintettel szavazatommal támogattam a Parlament egyetértését a tanácsi határozat tervezetére vonatkozóan.

 
  
MPphoto
 
 

  José Manuel Fernandes (PPE), por escrito. ‒ Com a adesão da República da Croácia a União Europeia alargou a sua união aduaneira. Competia à União Europeia dar início a negociações com os membros da OMC que detêm direitos de negociação relacionados com a pauta aduaneira da Croácia a fim de chegar a acordo quanto a um eventual ajustamento compensatório. Esse ajustamento é necessário se a adoção do regime pautal externo da UE resultar num aumento dos direitos aduaneiros que exceda o nível ao qual o país aderente se vinculou no âmbito da OMC. Considero que o Parlamento Europeu deve aprovar o acordo porque a República Popular da China tem direito ao restabelecimento dos seus direitos comerciais anteriores, que sofreram uma ligeira degradação devido ao alargamento da união aduaneira aquando da adesão da Croácia à União.

 
  
MPphoto
 
 

  Edouard Ferrand (ENF), par écrit. ‒ Vote contre: les tarifs douaniers de l’UE vis-à-vis de la Chine étant déjà très défavorables (le commerce extérieur de la France avec la Chine est d’ailleurs très déficitaire), cette nouvelle liste de concessions n’est pas la bienvenue. Ce type de relations n’est pas équilibré.

 
  
MPphoto
 
 

  João Ferreira (GUE/NGL), por escrito. ‒ Com a adesão da República da Croácia a União Europeia alargou a sua união aduaneira. Consequentemente, em conformidade com as regras da Organização Mundial do Comércio (OMC) [artigo XXIV, n.º 6, do GATT de 1994], cumpria à UE dar início a negociações com os membros da OMC que detêm direitos de negociação relacionados com a pauta aduaneira da Croácia, a fim de chegar a acordo quanto a um eventual ajustamento compensatório.

Em 15 de julho de 2013, o Conselho autorizou a Comissão a encetar negociações nos termos do artigo XXIV, n.º 6, do GATT de 1994. A Comissão negociou com os membros da OMC que detêm direitos de negociação a questão da retirada de concessões específicas decorrente da retirada da pauta aduaneira da República da Croácia no contexto da adesão deste país à UE.

Pese embora o carácter eminentemente técnico deste relatório, a nossa posição é indissociável da posição de princípio relativamente aos fundamentos que determinam a sua necessidade, de que se destaca a competência exclusiva da UE em matéria de política comercial que lhe foi conferida pelo Tratado de Lisboa. Entendemos que os países devem poder estabelecer, de pleno direito, os acordos comerciais que soberanamente entenderem.

 
  
MPphoto
 
 

  Raffaele Fitto (ECR), per iscritto. ‒ Ho espresso il mio voto favorevole alla presente raccomandazione in quanto approvo la proposta relativa alla conclusione dell'accordo tra l'Unione europea e la Repubblica popolare cinese sulla modifica delle concessioni nell'elenco della Repubblica di Croazia nel quadro della sua adesione all'Unione europea. Tale accordo, infatti, prevede delle idonee modifiche alle concessioni ed è coerente con la linea seguita nei casi precedenti e con il quadro dell'Organizzazione mondiale del commercio (OMC).

 
  
MPphoto
 
 

  Monika Flašíková Beňová (S&D), písomne ‒ V tomto konkrétnom prípade ide o dohodu, ktorá má čisto technický charakter. Jej hlavným cieľom je uzavrieť dohodu medzi Európskou úniou a Čínou s prihliadnutím na pristúpenie Chorvátska k Európskej únii, v súlade s požiadavkami Svetovej obchodnej organizácie. Európska komisia dojednala s Čínou otázku zrušenia osobitných úľav v súvislosti s ukončením plánu pristúpenia Chorvátska k Európskej únii.

 
  
MPphoto
 
 

  Lorenzo Fontana (ENF), per iscritto. ‒ Voto contrario alla raccomandazione in quanto non sono mai stato a favore delle preferenze commerciali nei confronti della Cina.

 
  
MPphoto
 
 

  Λάμπρος Φουντούλης (NI), γραπτώς. ‒ Καταψηφίζω τη συμφωνία ΕΕ-Κίνας σχετικά με την προσχώρηση της Κροατίας, καθώς η συμφωνία αυτή θα έχει ως αποτέλεσμα την αποκατάσταση των προηγούμενων δικαιωμάτων εμπορικών συναλλαγών της Λαϊκής Δημοκρατίας της Κίνας, τα οποία περιορίσθηκαν εξαιτίας της διεύρυνσης της τελωνειακής ένωσης της ΕΕ με την προσχώρηση της Κροατίας. Θα ενισχυθεί δηλαδή περαιτέρω η με καλπάζοντα ρυθμό ανάπτυξη της ιδιαίτερα ανταγωνιστικής (για τις ευρωπαϊκές οικονομίες) οικονομίας της Κίνας.

 
  
MPphoto
 
 

  Doru-Claudian Frunzulică (S&D), in writing. ‒ This is a file of technical nature. It aims to conclude the EU-China agreement, taking into account the accession of Croatia to the EU, as per the WTO requirements. The Commission has negotiated with China the issue of the withdrawal of specific concessions in relation to the withdrawal of the schedule of Croatia in the course of its accession to the EU. These negotiations resulted in a draft Agreement in the form of an Exchange of Letters that was initialled on 7 October 2015. It is now appropriate to conclude the Agreement.

No amendments were tabled in the Committee on International Trade (INTA). I support the conclusion of this agreement.

 
  
MPphoto
 
 

  Kinga Gál (PPE), írásban. ‒ A Horvát Köztársaság csatlakozásával kibővült az Európai Unió vámuniója. Ennek következtében a Kereskedelmi Világszervezet (WTO) szabályai alapján, az Európai Unió köteles tárgyalásokat kezdeményezni azon WTO tagállamokkal, melyekkel kapcsolatban Horvátország ez idáig ún. engedményes vámtarifa listával rendelkezett. Ez abban az esetben válik szükségessé, ha az uniós vámtarifarendszerhez történő csatlakozás eredményeként a vámtarifa szint ez okból történő emelkedése meghaladja a csatlakozó ország által a WTO-ban vállalt szintet. A tárgyalások megkezdéséhez szükséges felhatalmazást a Tanács 2013. július 15-én adta meg a Bizottságnak, mely felhatalmazás a GATT XXIV. cikkének 6. pontján alapul.

E tárgyalások eredményeképpen a Bizottság javasolta a Tanácsnak a megállapodás Unió nevében történő aláírását. A fentiekre tekintettel szavazatommal támogattam a Parlament egyetértését a tanácsi határozat tervezetére vonatkozóan.

 
  
MPphoto
 
 

  Ildikó Gáll-Pelcz (PPE), írásban. ‒ Megszavaztam az ajánlást. A Horvát Köztársaság csatlakozásával kibővült az Európai Unió vámuniója. Ennek következtében a Kereskedelmi Világszervezet (WTO) szabályai értelmében az Európai Unió kompenzációs kiigazítás esetleges megállapítása érdekében köteles volt tárgyalásokat kezdeni azon WTO-tagokkal, amelyek Horvátország engedményes listái vonatkozásában tárgyalási joggal rendelkeznek. Ezt a kiigazítást el kellett végezni, mivel az EU külső vámtarifarendszerének átvételéből eredően a vámtarifaszint emelkedésének mértéke meghaladja a Horvátország által a WTO-ban vállalt szintet.

Miután a Bizottság javasolta a Tanácsnak a Kínával levélváltás formájában létrejött megállapodás Unió nevében történő aláírását, a Parlamentnek is egyetértését kell adnia. A Kínai Népköztársaságnak joga van korábbi kereskedelmi jogainak visszaállításához, miután azok az EU vámuniójának Horvátország uniós csatlakozását követő bővülése következtében valamelyest erodálódtak. A Bizottság helyesen járt el, amikor az érintett kínai termékekkel kapcsolatos kompenzáció eszközeként 1) a vámkontingensek növelését és 2) a jelenlegi rögzített vámtarifák csökkentését javasolta a veszteségek ellensúlyozására.

 
  
MPphoto
 
 

  Francesc Gambús (PPE), por escrito. ‒ He votado a favor para tener en cuenta la adhesión de la República de Croacia a la Unión Europea. En consecuencia, de acuerdo con las normas de la Organización Mundial del Comercio, la Unión Europea está obligada a entablar negociaciones con los miembros de la OMC que tengan derechos de negociación respecto a la lista arancelaria de Croacia para acordar finalmente un ajuste compensatorio.

 
  
MPphoto
 
 

  Elena Gentile (S&D), per iscritto. ‒ Ho votato a favore della raccomandazione concernente il progetto di decisione del Consiglio relativa alla conclusione dell'accordo in forma di scambio di lettere tra l'Unione europea e la Repubblica popolare cinese, a norma dell’articolo XXIV, paragrafo 6, e dell’articolo XXVIII dell'accordo generale sulle tariffe doganali e sul commercio (GATT) 1994, sulla modifica di concessioni nell’elenco della Repubblica di Croazia nel quadro della sua adesione all'Unione europea. L'UE, con l'adesione della Croazia, ha di fatto ampliato la propria unione doganale e pertanto si è reso necessario un adeguamento compensativo con i paesi membri dell'OMG possessori di diritti di negoziato. Ritengo pertanto che la Cina abbia il diritto a veder riconosciuti i suoi diritti commerciali, in maniera proporzionale, ridotti a causa dell'adesione della Croazia all'UE.

 
  
MPphoto
 
 

  Arne Gericke (ECR), schriftlich. ‒ Ich habe heute für das „Abkommen EU-China im Zusammenhang mit dem Beitritt Kroatiens zur EU“ gestimmt, da es sich um eine technische Aktualisierung eines wichtigen Abkommens nach dem Beitritt Kroatiens zur EU handelt.

 
  
MPphoto
 
 

  Tania González Peñas (GUE/NGL), por escrito. ‒ He votado a favor de este informe necesario para formalizar el acceso de Croacia a la Unión Europea.

 
  
MPphoto
 
 

  Beata Gosiewska (ECR), na piśmie. ‒ Głosowałam za rezolucją ustawodawczą Parlamentu Europejskiego w sprawie projektu decyzji Rady w sprawie zawarcia Porozumienia w formie wymiany listów między Unią Europejską a Chińską Republiką Ludową na podstawie art. XXIV ust. 6. oraz art. XXVIII Układu ogólnego w sprawie taryf celnych i handlu (GATT) z 1994 r. odnoszącego się do zmian list koncesyjnych Republiki Chorwacji w związku z jej przystąpieniem do Unii Europejskiej.

Przystąpienie Republiki Chorwacji spowodowało rozszerzenie unii celnej przez Unię Europejską, a to z kolei sprawiło, że Unia Europejska zobowiązana była do rozpoczęcia negocjacji z członkami WTO, którzy mają prawa negocjacyjne w zakresie listy koncesyjnej Chorwacji, w celu uzgodnienia wyrównania, które jest należne, jeżeli przyjęcie systemu zewnętrznej taryfy celnej UE powoduje wzrost stawek ponad poziom, do którego dane przystępujące państwo zobowiązało się w ramach WTO.

W mojej ocenie Parlament Europejski powinien wyrazić zgodę na to porozumienie, gdyż przywraca ono Chińskiej Republice Ludowej prawa handlowe, które zostały ograniczone wskutek rozszerzenia unii celnej UE w związku z przystąpieniem Chorwacji.

 
  
MPphoto
 
 

  Theresa Griffin (S&D), in writing. ‒ I support the conclusion of this agreement. Under WTO rules China has the right to have its previous trading rights restored, following their slight erosion due to the enlargement of the EU Customs Union with Croatian EU accession.

 
  
MPphoto
 
 

  Antanas Guoga (ALDE), in writing. ‒ I voted in favour. I welcome the Agreement with the People’s Republic of China and believe the European Parliament should give its consent. The People’s Republic of China has the right to have its previous trading rights restored, following their slight erosion due to the enlargement of the EU Customs Union with Croatian EU accession.

 
  
MPphoto
 
 

  Τάκης Χατζηγεωργίου (GUE/NGL), γραπτώς. – Η προσχώρηση της Δημοκρατίας της Κροατίας είχε ως συνέπεια τη διεύρυνση της τελωνειακής ένωσης της Ευρωπαϊκής Ένωσης. Συνεπώς, η Ευρωπαϊκή Ένωση υποχρεώθηκε σύμφωνα με τους κανόνες του Παγκόσμιου Οργανισμού Εμπορίου (ΠΟΕ) να προβεί σε διαπραγματεύσεις με τα μέλη του ΠΟΕ που έχουν δικαιώματα διαπραγμάτευσης σχετικά με τον δασμολογικό πίνακα της Κροατίας, προκειμένου να επέλθει τελικά συμφωνία για αντισταθμιστική προσαρμογή. Σε αυτό το πλαίσιο, η Επιτροπή προτείνει στο Συμβούλιο να υπογραφεί εξ ονόματος της Ένωσης η συμφωνία υπό μορφή ανταλλαγής επιστολών με τη Λαϊκή Δημοκρατία της Κίνας. Παράλληλα, υποβάλλεται επίσης στο Συμβούλιο χωριστή πρόταση για τη σύναψη της εν λόγω συμφωνίας. Υπερψηφίσαμε την πρόταση αφού η έκθεση ήταν ισορροπημένη.

 
  
MPphoto
 
 

  Marian Harkin (ALDE), in writing. ‒ I voted in favour of this EU-China agreement. The People’s Republic of China has the right to have its previous trading rights restored, following the slight erosion due to the enlargement of the EU customs union with Croatian EU accession. The purpose of a customs union or of a free-trade area should be to facilitate trade between the constituent territories and not to raise barriers to the trade of other contracting parties with such territories. This compensatory agreement can therefore be seen as yet another sign of the EU’s attachment to the multilateral rules-based trading regime, with the world trade organisation at its centre.

 
  
MPphoto
 
 

  Brian Hayes (PPE), in writing. ‒ I voted in favour as I have no objections.

 
  
MPphoto
 
 

  Hans-Olaf Henkel (ECR), in writing. ‒ After the EU enlarged its customs union with the accession of Croatia, it was required to negotiate the tariff schedule of Croatia with WTO members for a possible compensatory adjustment. Negotiations with China focused on lower EU duties on footwear and air conditioning machines and higher import quotas of garlic and mushrooms. My group and I are strong supporters of trade, and we have therefore voted in favour of this report.

 
  
MPphoto
 
 

  György Hölvényi (PPE), írásban. ‒ A Horvát Köztársaság csatlakozásával kibővült az Európai Unió vámuniója. Ennek következtében a Kereskedelmi Világszervezet (WTO) szabályai alapján, az Európai Unió köteles tárgyalásokat kezdeményezni azon WTO tagállamokkal, melyekkel kapcsolatban Horvátország ez idáig ún. engedményes vámtarifalistával rendelkezett. Ez abban az esetben válik szükségessé, ha az uniós vámtarifarendszerhez történő csatlakozás eredményeként a vámtarifaszint ez okból történő emelkedése meghaladja a csatlakozó ország által a WTO-ban vállalt szintet. A tárgyalások megkezdéséhez szükséges felhalmazást a Tanács 2013. július 15-én adta meg a Bizottságnak, mely felhatalmazás a GATT XXIV. cikkének 6. pontján alapul.

E tárgyalások eredményeképpen a Bizottság javasolta a Tanácsnak a megállapodás Unió nevében történő aláírását. A fentiekre tekintettel szavazatommal támogattam a Parlament egyetértését a tanácsi határozat tervezetére vonatkozóan.

 
  
MPphoto
 
 

  Cătălin Sorin Ivan (S&D), in writing. ‒ The European Union enlarged its Customs Union with the accession of Croatia. This file aims to conclude the EU-China agreement, taking into account the accession of Croatia to the EU, as is required under WTO rules.

 
  
MPphoto
 
 

  Ivan Jakovčić (ALDE), napisan. ‒ Glasao sam za preporuku o nacrtu odluke Vijeća o sklapanju Sporazuma u obliku razmjene pisama između Europske unije i Narodne Republike Kine u skladu s člankom XXIV. stavkom 6. i člankom XXVIII. Općeg sporazuma o carinama i trgovini (GATT) iz 1994. u pogledu izmjene povlastica na popisu Republike Hrvatske u okviru njezina pristupanja Europskoj uniji, jer smatram da bi se prijedlog za uključenje Sporazuma trebao podržati s obzirom da sadrži proporcionalne izmjene povlastica i u skladu je s ranijom praksom i okvirom WTO-a.

U njemu su uzeta u obzir izvješća Komisije u kojima stoji da su relevantne kompenzacijske prilagodbe Kini proporcionalne i ne premašuju kineska prava na koja je utjecalo ukidanje hrvatskih povlastica Kini. U Općem sporazumu o carinama i trgovini s pravom se naglašava da bi svrha carinske unije ili područja slobodne trgovine trebala biti „olakšavanje trgovine između samostalnih područja, a ne podizanje prepreka trgovini između drugih članica i tih područja”.

 
  
MPphoto
 
 

  Jean-François Jalkh (ENF), par écrit. ‒ Ce texte est une mise à jour des accords de tarifs douaniers, conformément aux règles de l’OMC. L’UE a dû renégocier sa position avec la Chine, suite à l’adhésion de la Croatie.

Ainsi, la Commission Européenne a fait plusieurs concessions sur les tarifs douaniers et sur les quotas (chaussures, appareils d’air conditionné, ail, champignons), alors que la Chine n’a fait aucune concession. J'ai voté contre.

 
  
MPphoto
 
 

  Petr Ježek (ALDE), písemně. ‒ Po přistoupení Chorvatské republiky se celní unie EU rozšířila a bylo nutné vyjednat kompenzační vyrovnání se členy Světové obchodní organizace, protože vnější celní tarif EU vedl ke zvýšení cel. Usnesení o uzavření dohody s Čínou jsem se rozhodl podpořit, protože toto vyrovnání je nejen přiměřené, ale i v souladu s předchozí praxí a rámcem WTO a snahou EU dodržovat pravidla mnohostranného obchodního režimu.

 
  
MPphoto
 
 

  Marc Joulaud (PPE), par écrit. ‒ J’ai voté en faveur du rapport de mon collègue Iuliu Winkler concernant l’adhésion de la Croatie à l’accord UE-Chine. L’accord avec la Chine qui a été conclu en 2015 concerne essentiellement des arrangements commerciaux. Il est normal et nécessaire que ces arrangements soient à présent étendus à la Croatie suite à son adhésion à l’union douanière. Une décision qui me satisfait et qui va dans le sens d’un marché intérieur plus fort.

Ce rapport a été adopté à une large majorité, ce dont je me félicite.

 
  
MPphoto
 
 

  Philippe Juvin (PPE), par écrit. ‒ J’ai voté en faveur de ce rapport qui prend en compte l’adhésion de la Croatie dans le cadre de l’accord entre l’Union européenne et la Chine. Avec l’adhésion de la Croatie, l’UE a élargi son union douanière. Par conséquent, la Croatie était tenue, selon les règles de l’OMC, d’ouvrir des négociations avec les membres de l’OMC ayant des droits de négociation afin de convenir éventuellement d’une compensation.

 
  
MPphoto
 
 

  Barbara Kappel (ENF), schriftlich. ‒ Ich stimme für das vorliegende Abkommen, da es lediglich die bestehenden Regeln im Hinblick auf den EU-Beitritt von Kroatien modifiziert und keine substanziellen Änderungen beinhaltet.

 
  
MPphoto
 
 

  Afzal Khan (S&D), in writing. ‒ I supported the conclusion of this agreement. Under WTO rules China has the right to have its previous trading rights restored, following their slight erosion due to the enlargement of the EU Customs Union with Croatian EU accession.

 
  
MPphoto
 
 

  Ádám Kósa (PPE), írásban. ‒ A Horvát Köztársaság csatlakozásával kibővült az Európai Unió vámuniója. Ennek következtében a Kereskedelmi Világszervezet (WTO) szabályai alapján, az Európai Unió köteles tárgyalásokat kezdeményezni azon WTO tagállamokkal, melyekkel kapcsolatban Horvátország ez idáig ún. engedményes vámtarifa listával rendelkezett. Ez abban az esetben válik szükségessé, ha az uniós vámtarifarendszerhez történő csatlakozás eredményeként a vámtarifaszint ez okból történő emelkedése meghaladja a csatlakozó ország által a WTO-ban vállalt szintet. A tárgyalások megkezdéséhez szükséges felhalmazást a Tanács 2013. július 15-én adta meg a Bizottságnak, mely felhatalmazás a GATT XXIV. cikkének 6. pontján alapul.

E tárgyalások eredményeképpen a Bizottság javasolta a Tanácsnak a megállapodás Unió nevében történő aláírását. A fentiekre tekintettel szavazatommal támogattam a Parlament egyetértését a tanácsi határozat tervezetére vonatkozóan.

 
  
MPphoto
 
 

  Андрей Ковачев (PPE), в писмена форма. ‒ Подкрепих предложението за сключване на споразумение с Китайската народна република във връзка с изменението на отстъпките в списъка на Република Хърватия в процеса на присъединяването ѝ към Европейския съюз, тъй като то е в съответствие с практиката на ЕС при предходни разширявания и в съответствие с Общото споразумение за митата и търговията (ГАТТ). Подкрепям предвидените от Комисията компенсиращи корекции за Китай във връзка със загуби от оттеглянето на отстъпките от страна на Хърватия, тъй като те са пропорционални и в съответствие с предишни практики в рамките на СТО.

 
  
MPphoto
 
 

  Ilhan Kyuchyuk (ALDE), in writing. ‒ With Croatia’s accession on 1 July 2013, the EU enlarged its customs union. The European Parliament gave its consent to the compensatory agreement with the People’s Republic of China and I supported the resolution. The agreement will respect the trading rights of the People’s Republic of China and on the other hand is a sign of the EU’s attachment to the WTO’s multilateral rules-based trading regime. The compensatory agreement will enable Croatia to benefit fully from trade relations between the EU and the People’s Republic of China (EU and China now trade well over EUR 1 billion a day). Last but not least, the compensatory agreement could serve as a basis and a proof that China meets its WTO obligations and trades.

 
  
MPphoto
 
 

  Giovanni La Via (PPE), per iscritto. – La presente relazione analizza l'accordo negoziato tra l'UE e la Cina relativamente all'adesione della Croazia. Con il presente accordo l'UE ha allargato la propria unione doganale, prevedendo la possibilità di avviare negoziati con i membri dell'OMC, i quali godono del diritto di negoziare secondo il tariffario della Croazia. Lo scopo è di concordare un adeguamento compensativo. A sua volta, tale adeguamento diverrà necessario qualora l'adozione del regime tariffario esterno dell'UE comporti un aumento dei dazi superiore al livello rispetto al quale il paese aderente si è impegnato nel quadro dell'OMC.

 
  
MPphoto
 
 

  Gilles Lebreton (ENF), par écrit. ‒ J’ai voté contre ce rapport car il accorde des concessions supplémentaires à la Chine. C’est une nouvelle preuve de l’irresponsabilité de l’UE.

 
  
MPphoto
 
 

  Marine Le Pen (ENF), par écrit. ‒ J’ai voté contre le rapport sur l’accord UE-Chine concernant l'adhésion de la Croatie. Suite à l’adhésion de la Croatie, l’UE a dû renégocier avec la Chine des accords de tarifs douaniers conformément aux règles de l’OMC. Du coup, la Commission Européenne a fait plusieurs concessions sur les tarifs douaniers et sur les quotas (chaussures, appareils d’air conditionné, ail, champignons.

La Chine n’a fait aucune concession. Les tarifs douaniers de l’UE vis-à-vis de la Chine étant déjà très défavorables (le commerce extérieur de la France avec la Chine est d’ailleurs très déficitaire), cette nouvelle liste de concessions n’est pas la bienvenue. Ce type de relations n’est pas équilibré.

 
  
MPphoto
 
 

  Philippe Loiseau (ENF), par écrit. ‒ J’ai voté contre ce rapport. En effet, suite à l’adhésion de la Croatie à l’Union européenne, cette dernière a dû renégocier avec la Chine des accords de tarifs douaniers, conformément aux règles édictées par l’Organisation mondiale du commerce (OMC). Comme on pouvait s’y attendre, la Commission européenne a fait plusieurs concessions sur les tarifs douaniers et sur les quotas d’échange (chaussures, appareils d’air conditionné, ail, champignons…).

Comme on pouvait également s’y attendre, la Chine n’a, elle, fait aucune concession. Les barrières douanières entre l’UE et la Chine nous étaient déjà largement défavorables. Cette série de nouveaux accords va donc accentuer la balance déficitaire de notre commerce extérieur avec ce pays. Je ne pouvais donc pas souscrire à un tel texte.

 
  
MPphoto
 
 

  Javi López (S&D), por escrito. ‒ He votado a favor de conceder la aprobación a la celebración del Acuerdo entre la Unión y China relativo a la modificación de las concesiones en la lista arancelaria de Croacia en el marco de la OMC como consecuencia de su adhesión a la Unión.

Con la adhesión de Croacia, la Unión ha ampliado su unión aduanera. En consecuencia, de acuerdo con las normas de la OMC, la Unión está obligada a entablar negociaciones con los miembros de la OMC que tengan derechos de negociación respecto a la lista arancelaria de Croacia para acordar un ajuste compensatorio. Así, la Comisión ha negociado con los miembros de la OMC, en este caso China, que tienen derechos de negociación respecto a la supresión de concesiones específicas en relación con la retirada de la lista arancelaria de Croacia por su ingreso en la Unión.

 
  
MPphoto
 
 

  Paloma López Bermejo (GUE/NGL), por escrito. ‒ En coherencia con mi oposición anterior al Acuerdo UE-China relativo a la Organización Mundial de Comercio por su defensa y promoción de un modelo neoliberal de comercio internacional, también he votado en contra de la adhesión de Croacia al mismo.

 
  
MPphoto
 
 

  Mairead McGuinness (PPE), in writing. ‒ I voted in favour of modernising EU concessions with China to take into account the most recent enlargement to included Croatia in the Union.

 
  
MPphoto
 
 

  Petr Mach (EFDD), písemně. ‒ Zdržel jsem se. Nemám námitky proti přiřazení Chorvatska k dohodě s Čínou, která navyšuje v souvislosti s rozšířením EU o Chorvatsko příslušné dovozní kvóty.

 
  
MPphoto
 
 

  Andrejs Mamikins (S&D), in writing. ‒ The purpose of this report is to conclude an Agreement in the form of an Exchange of Letters between the European Union and China pursuant to the General Agreement on Tariffs and Trade relating to the modification of concessions in the schedule of Croatia in the course of its accession to the European Union. I support the position of Parliament to give its consent to the conclusion of the Agreement.

 
  
MPphoto
 
 

  Vladimír Maňka (S&D), písomne ‒ Európsky parlament schválil uzavretie dohody, ktorou sa v súvislosti s pristúpením Chorvátska do Únie znižujú zmluvné colné sadzby určené v Spoločnom colnom sadzobníku pri vybraných priemyselných výrobkoch a upravujú kvóty pre vybrané poľnohospodárske výrobky z Číny. Návrh je v súlade s pravidlami WTO a záujmami zmluvných strán na vyrovnanom vzájomnom obchodovaní.

 
  
MPphoto
 
 

  Νότης Μαριάς (ECR), γραπτώς. ‒ Καταψηφίζω τη σύσταση σχετικά με το σχέδιο απόφασης του Συμβουλίου που αφορά τη σύναψη συμφωνίας υπό μορφή ανταλλαγής επιστολών μεταξύ της Ευρωπαϊκής Ένωσης και της Λαϊκής Δημοκρατίας της Κίνας, σύμφωνα με το άρθρο XXIV παράγραφος 6 και το άρθρο XXVIII της Γενικής Συμφωνίας Δασμών και Εμπορίου (ΓΣΔΕ) του 1994 σχετικά με την τροποποίηση των παραχωρήσεων που προβλέπονται στον πίνακα της Δημοκρατίας της Κροατίας στο πλαίσιο της προσχώρησής της στην Ευρωπαϊκή Ένωση, διότι δεν είναι πλήρης και τεκμηριωμένη.

 
  
MPphoto
 
 

  Dominique Martin (ENF), par écrit. ‒ J’ai voté contre ce texte.

L’Union européenne a renégocié ses tarifs douaniers avec la Chine suite à l’adhésion de la Croatie. Alors que le commerce extérieur de l’Union européenne est déjà largement déficitaire avec la Chine, cette renégociation acte une nouvelle série de concessions. Le groupe ENF dénonce cette relation commerciale déséquilibrée, et qui ne correspond en rien aux intérêts économiques français.

 
  
MPphoto
 
 

  Fulvio Martusciello (PPE), in writing. – Croatia is the youngest member of the European Union. Even though the country’s economy has not reached the successful levels of those belonging to other Member States, Croatia is located in a strategic geographical position that can be beneficial to foreign investors. The EU’s greatest trading partners, China included, should not underestimate Croatia’s potential and capability. As stated in the report, Croatia needs to make some major changes to adapt its economy to the EU, but as a bloc, we will make sure that the country has all the necessary instruments to achieve the following goal.

 
  
MPphoto
 
 

  Emmanuel Maurel (S&D), par écrit. ‒ Le rapport Winkler avait pour vocation de transmettre au Conseil les recommandations du Parlement européen quant à la démarche à adopter pour ajuster, suite à l’adhésion de la Croatie à l’Union européenne, les concessions offertes à la Chine par l’UE à l’OMC.

S’il préfigure le type d’ajustements (inverses) que l’UE devra effectuer suite au Brexit, le dossier est principalement technique puisqu’il s’agit de modifier, selon la pratique établie, les droits de douane sur des produits industriels et les quotas de produits agricoles, proportionnellement à la taille du marché croate, pour tenir compte de l’élargissement du marché unique européen. Les changements sont mineurs: les droits de douane à l’entrée du marché européen pour les chaussures en caoutchouc en provenance de Chine passeront de 17 à 16,9%. De la même manière, la Chine aura la possibilité d’exporter 650 tonnes supplémentaires de champignons en Europe.

J’ai voté pour ce rapport car j’estime qu’il est n’est pas opportun d’engager une confrontation inutile avec la Chine. En revanche, je continuerai à me battre au niveau parlementaire pour l’Union européenne augmente ses droits de douane sur les produits dumpés que Pékin déverse en Europe: acier, céramique, produits chimiques, papier, etc.

 
  
MPphoto
 
 

  Georg Mayer (ENF), schriftlich. ‒ Mit dem Beitritt der Republik Kroatien erweiterte die Europäische Union ihre Zollunion.

Im Rahmen des Abkommens wird die Kommission eine Angleichung von Zolltarifen mittels Durchführungsverordnung vornehmen und Warenkontingente anpassen. Das befürworte ich.

 
  
MPphoto
 
 

  Valentinas Mazuronis (ALDE), raštu. ‒ Kroatijos Respublikai įstojus į Europos Sąjungą, išsiplėtė ES muitų sąjunga. Todėl Europos Sąjunga pagal Pasaulio prekybos organizacijos (PPO) taisykles (1994 m. GATT XXIV straipsnio 6 dalis) buvo įpareigota pradėti derybas su derybų teisę turinčiomis PPO narėmis dėl Kroatijos muitų tarifų sąrašo siekiant galiausiai susitarti dėl kompensacinio sureguliavimo. Toks sureguliavimas privalomas, jei patvirtinus ES išorės muitų tarifų režimą muitų tarifai padidėja, palyginti su muitais, dėl kurių stojančioji šalis įsipareigojo PPO.

 
  
MPphoto
 
 

  Jean-Luc Mélenchon (GUE/NGL), par écrit. ‒ La République populaire de Chine et l’UE disposaient d’accords douaniers pour l’export et l’import de certaines marchandises, convenus dans le cadre de l'accord général sur les tarifs douaniers et le commerce (GATT) de l’OMC. Suite à l’adhésion de la Croatie en juillet 2013, il faut adapter ces quotas et contingents tarifaires à une Union à 28 États. C’est ce que propose cette décision. Je suis non seulement opposé à ces dernières vagues d’élargissement mais également au modèle de libre-échange de l’OMC. Je vote contre.

 
  
MPphoto
 
 

  Joëlle Mélin (ENF), par écrit. ‒ Les tarifs douaniers de l’UE vis-à-vis de la Chine étant déjà très défavorables (le commerce extérieur de la France avec la Chine est d’ailleurs très déficitaire), cette nouvelle liste de concessions va à l’encontre de nos intérêts. Ce type de relations n’est pas équilibré et de fait dommageable.

Par conséquent, j’ai voté contre.

 
  
MPphoto
 
 

  Nuno Melo (PPE), por escrito. ‒ Com a adesão da República da Croácia a União Europeia alargou a sua união aduaneira. Consequentemente, em conformidade com as regras da Organização Mundial do Comércio (OMC) [artigo XXIV, n.º 6, do GATT de 1994], cumpria à União Europeia dar início a negociações com os membros da OMC que detêm direitos de negociação relacionados com a pauta aduaneira da Croácia, a fim de chegar a acordo quanto a um eventual ajustamento compensatório. Esse ajustamento é necessário se a adoção do regime pautal externo da UE resultar num aumento dos direitos aduaneiros que exceda o nível ao qual o país aderente se vinculou no âmbito da OMC. A República Popular da China tem direito ao restabelecimento dos seus direitos comerciais anteriores, que sofreram uma ligeira degradação devido ao alargamento da união aduaneira aquando da adesão da Croácia à União. Daí o meu voto favorável.

 
  
MPphoto
 
 

  Roberta Metsola (PPE), in writing. ‒ I voted in favour of this resolution as it is important that Croatia, the newest member of our Customs Union, is included in existing conventions and agreements.

 
  
MPphoto
 
 

  Louis Michel (ALDE), par écrit. – Le 1er juillet 2013, la République de Croatie est devenue le 28ème État membre de l’Union européenne. L’union douanière européenne s’est donc, par la même occasion, élargie.

Or, selon les règles de l'Organisation mondiale du commerce (OMC), conformément à l’article XXIV, paragraphe 6, du GATT de 1994, l’Union européenne était tenue d'ouvrir des négociations avec la République populaire de Chine en ce qui concerne la liste d'engagements de la Croatie afin de convenir éventuellement d'une compensation. Celle-ci est nécessaire si l'adoption du régime tarifaire extérieur de l'UE entraîne une augmentation des droits au-delà du niveau pour lequel le pays adhérent s'est engagé dans le cadre de l'OMC.

Le Parlement européen a ainsi donné son approbation à l’accord UE-Chine concernant l'adhésion de la Croatie. Les résultats ont été négociés par la Commission en accord avec les membres de l’OMC détenant des droits de négociation et concernent les produits industriels et les contingents agricoles. C’est dans cette optique que j’ai voté pour cette recommandation.

 
  
MPphoto
 
 

  Marlene Mizzi (S&D), in writing.I voted in favour of the report, which aims to conclude the EU-China Agreement, taking into account the accession of Croatia to the EU, as per the WTO requirements. The Commission has negotiated with China the issue of the withdrawal of specific concessions in relation to the withdrawal of the schedule of Croatia in the course of its accession to the EU. Therefore, I supported the conclusion of this agreement.

 
  
MPphoto
 
 

  Sorin Moisă (S&D), in writing. ‒ I voted in favour of the Agreement, which is a necessary step in order to ensure compliance with WTO rules. After the accession of Croatia, the EU had to launch negotiations with WTO Members holding negotiating rights, amongst which China, in order to agree on compensatory adjustments linked to the fact that the EU has enlarged its customs union and Croatia has adopted the EU’s external tariff regime, which led to an increase in tariff beyond the level for which Croatia had previously bound itself at the WTO.

The outcome of the negotiations with China is a balanced one, the number of products affected and the actual level of the compensation being quite limited, i.e. EU duty on footwear was reduced from 17% to 16,9% and on certain air conditioning machines from 2.7% to 2.5%, additional 2 150 tonnes of garlic were added under the EU tariff rate quota of 9.6% and additional 650 tonnes were added to the EU tariff rate quota for mushroom.

 
  
MPphoto
 
 

  Csaba Molnár (S&D), írásban. ‒ A Horvát Köztársaság csatlakozásával kibővült az Európai Unió vámuniója. Horvátország ezzel átvette az EU külső vámtarifarendszerét, aminek következtében a Kínai Népköztársaság korábbi kereskedelmi jogainak a Nemzetközi Kereskedelmi Bizottság jelentésének megállapítása szerint valamelyest erodálódtak. Kína korábbi kereskedelmi jogainak visszaállítása ügyében a Bizottság a Tanács 2013. július 15-i fölhatalmazása alapján tárgyalásokat kezdeményezett, és javasolja a Tanácsnak a Kínai Népköztársasággal levélváltás formájában létrejött megállapodás Unió nevében történő aláírását. A Tanácsnak ehhez meg kell szereznie az Európai Parlament egyetértését is.

A Nemzetközi Kereskedelmi Bizottság jelentésében azt javasolja, hogy a Parlament a megállapodás megkötésével értsen egyet. Ennek megfelelően szavaztam.

 
  
MPphoto
 
 

  Bernard Monot (ENF), par écrit. ‒ Suite à l’adhésion de la Croatie, l’UE a dû renégocier avec la Chine des accords de tarifs douaniers conformément aux règles de l’OMC. La Commission Européenne a fait plusieurs concessions sur les tarifs douaniers et sur les quotas (chaussures, appareils d’air conditionné, ail, champignons). La Chine n’a fait aucune concession. Les tarifs douaniers de l’UE vis-à-vis de la Chine étant déjà très défavorables pour les entreprises européennes (le commerce extérieur de la France avec la Chine est d’ailleurs très déficitaire), cette nouvelle liste de concessions n’est pas la bienvenue. Ce type de relations n’est pas équilibré. Vote défavorable.

 
  
MPphoto
 
 

  Cláudia Monteiro de Aguiar (PPE), por escrito. ‒ Com a adesão da República da Croácia a União Europeia alargou a sua união aduaneira. A República Popular da China tem direito ao restabelecimento dos seus direitos comerciais anteriores, que sofreram uma ligeira degradação devido ao alargamento da união aduaneira aquando da adesão da Croácia à União.

Em conformidade com as regras da Organização Mundial do Comércio, cumpria à UE dar início a negociações com os membros da OMC que detêm direitos de negociação relacionados com a pauta aduaneira da Croácia. A Comissão escolheu o aumento dos contingentes pautais e a diminuição dos níveis de direitos pautais relativamente aos produtos chineses em questão, a fim de compensar perdas, como instrumentos compensatórios.

Uma vez que a proposta de celebração do acordo altera de forma proporcionada as concessões e é coerente com a prática anterior e com o quadro da OMC, sou favorável à celebração do presente Acordo.

 
  
MPphoto
 
 

  Sophie Montel (ENF), par écrit. ‒ Ce rapport concerne l’accord UE-Chine sur l’adhésion de la Croatie à l’UE. Cette dernière a dû en effet renégocier avec la Chine des accords de tarifs douaniers conformément aux règles de l’OMC. Considérant que cet accord est très favorable à la Chine qui n’a fait aucune concession, et donc déséquilibré, j’ai décidé de voter contre ce texte.

 
  
MPphoto
 
 

  Claude Moraes (S&D), in writing. ‒ I voted in favour of the report as Labour MEPs support the conclusion of this agreement. Under WTO rules China has the right to have its previous trading rights restored, following their slight erosion due to the enlargement of the EU Customs Union with Croatian EU accession.

 
  
MPphoto
 
 

  Nadine Morano (PPE), par écrit. ‒ Ce rapport vise à donner l’approbation du Parlement à l’adhésion de la Croatie à l’accord UE-Chine.

En effet, la Croatie ayant adhéré à l’Union européenne seulement à partir du 1er juillet 2013, elle n’était pas partie à cette convention alors qu’en tant qu’État membre elle y a totalement sa place. J’ai donc voté en faveur de ce rapport.

 
  
MPphoto
 
 

  Elisabeth Morin-Chartier (PPE), par écrit. ‒ J’ai voté en faveur du rapport sur l’accord entre l’Union européenne et la Chine concernant la modification de concessions dans la liste d’engagements de la République de Croatie dans le cadre de son adhésion à l’Union européenne. L’Union douanière de l’Union européenne s’est retrouvée agrandie par l’intégration de la Croatie en 2013. Il fallait alors négocier une compensation avec la Chine pour mettre le pays en conformité avec ses engagements dans le cadre de l’OMC.

 
  
MPphoto
 
 

  Alessandra Mussolini (PPE), per iscritto. ‒ A seguito dell'adesione della Repubblica di Croazia, l'unione doganale dell'Unione europea si è estesa e di conseguenza sono stati avviati negoziati con alcuni partner dell'OMC, tra cui la Cina, per definire un adeguamento compensativo del regime tariffario. L'obiettivo dell'accordo tra l'Unione europea e la Repubblica popolare cinese è di facilitare e regolarizzare gli scambi commerciali e pertanto mi sono espressa a favore del provvedimento.

 
  
MPphoto
 
 

  József Nagy (PPE), írásban. ‒ Az ajánlást elfogadtam, hiszen egy olyan lépés megtételéről szavaztunk, ami Horvátország Európai Unióhoz való csatlakozását követően teljesen természetes. Az új tagállammal az EU vámuniója is kibővült, ami hatással van a WTO többi tagjára, tehát Kínára is. Úgy gondolom, hogy a téma kapcsán sikerült mindkét fél számára kedvező feltételeket szabni.

 
  
MPphoto
 
 

  Victor Negrescu (S&D), in writing. ‒ The General Agreement on Tariffs and Trade (GATT) is part of the rules of the World Trade Organisation and regulates international trade. I have voted for this report that will start negotiations with the World Trade Organisation’s Member, China, regarding the tariff schedule of Croatia following its accession to the European Union thus enlarging its customs.

The agreement, in the form of an Exchange of Letters with the People’s Republic of China, will be signed by the European Council on behalf of the European Union, and in the meantime proposal is being submitted by the European Commission regarding the conclusions of the Agreement.

 
  
MPphoto
 
 

  Liadh Ní Riada (GUE/NGL), in writing. – I voted in favour of this report which will slightly amend quotas on trade with China following the accession of Croatia to the EU without affecting the Irish economy. Under the WTO rules, the EU has to negotiate with its trade partners new conditions due to the accession of Croatia to the EU. The Commission negotiated new conditions on industrial goods – slightly lower EU tariffs on footwear and air-conditioners. On agriculture quotas, the Commission will propose a regulation to increase the tonnage allocation for garlic and mushrooms from China (while maintaining the same percentage).

 
  
MPphoto
 
 

  Franz Obermayr (ENF), schriftlich. ‒ Mit dem Beitritt der Republik Kroatien erweiterte die Europäische Union ihre Zollunion.

Im Rahmen des Abkommens wird die Kommission eine Angleichung von Zolltarifen mittels Durchführungsverordnung vornehmen und Warenkontingente anpassen. Dies befürworte ich.

 
  
MPphoto
 
 

  Maite Pagazaurtundúa Ruiz (ALDE), por escrito. ‒ Con la adhesión de la República de Croacia, la Unión amplió su unión aduanera lo que exige, de acuerdo con las normas de la Organización Mundial del Comercio (OMC), entablar negociaciones con aquellos miembros de la OMC que tengan derechos de negociación respecto a la lista arancelaria de Croacia para acordar un ajuste compensatorio. Es el caso de China y es el objetivo del presente Acuerdo. Doy, por tanto, mi visto bueno a este informe y a la concesión de la aprobación a la celebración del Acuerdo.

 
  
MPphoto
 
 

  Margot Parker (EFDD), in writing. ‒ We abstained on this as it was merely a technical update to reflect the fact that Croatia has joined the EU since the original agreement was signed with China.

 
  
MPphoto
 
 

  Eva Paunova (PPE), in writing. – As a member of Parliament’s Delegation for Relations with China, I am following closely the relationship between the European Union and China. The EU is China’s largest trade partner and China is the EU’s second largest partner. With the accession of the Republic of Croatia, the European Union enlarged its Customs Union. Consequently, the European Union was required under World Trade Organisation (WTO) rules to enter into negotiations with WTO Members having negotiating rights related to the tariff schedule of Croatia in order to eventually agree on a compensatory adjustment. That is why I am fully supporting the agreement.

 
  
MPphoto
 
 

  Marijana Petir (PPE), napisan. ‒ Podržavam sporazum u formi izmjene pisama između Europske unije i Narodne Republike Kine. Pristupanjem Hrvatske Europskoj uniji, Narodnoj Republici Kini su u manjoj mjeri smanjena trgovinska prava zbog proširenja carinske unije EU-a. Sukladno Općem sporazumu o carinama i trgovini Narodna Republika Kina ima pravo na obnovu svojih prethodnih trgovinskih prava. Ovim kompenzacijskim sporazumom povlastice obiju strana su proporcionalno izmijenjene te su u skladu s ranijom praksom i okvirom Svjetske trgovinske organizacije.

Republika Hrvatska je svojim ulaskom u EU svakako doprinijela proširenju tog tržišta te se kao hrvatska zastupnica nadam da će i Republika Hrvatska moći iskoristiti pogodnosti ovog kompenzacijskog sporazuma. Svrha same carinske unije treba biti olakšavanje trgovine između samostalnih područja, a ne podizanje prepreka trgovini između drugih članica i tih područja.

Sporazum je sagledan s više strana te je Odbor za vanjske poslove podržao prijedlog i naveo da su relevantne kompenzacijske prilagodbe Kini proporcionalne i da ne premašuju kineska prava na koja je utjecalo ukidanje hrvatskih povlastica Kini. Ovaj sporazum je još jedan dokaz kako EU podržava multilateralni trgovinski sustav, ali i poštuje trgovačka pravila ETO-a.

 
  
MPphoto
 
 

  Florian Philippot (ENF), par écrit. ‒ Suite à l’adhésion de la Croatie, l’UE a dû renégocier avec la Chine des accords de tarifs douaniers conformément aux règles de l’OMC. La Commission Européenne a fait plusieurs concessions sur les tarifs douaniers et sur les quotas (chaussures, appareils d’air conditionné, ail, champignons). La Chine n’a fait aucune concession. Les tarifs douaniers de l’UE vis-à-vis de la Chine étant déjà très défavorables (le commerce extérieur de la France avec la Chine est d’ailleurs très déficitaire), cette nouvelle liste de concessions n’est pas la bienvenue. Ce type de relations n’est pas équilibré. Je vote donc contre ce rapport.

 
  
MPphoto
 
 

  Tonino Picula (S&D), napisan. ‒ Pristupanjem Republike Hrvatske Europska unija je proširila svoju carinsku uniju. Zbog toga je Europska unija na temelju pravila Svjetske trgovinske organizacije (WTO) (članak XXIV. stavak 6. GATT-a iz 1994.) morala pokrenuti pregovore sa zemljama članicama WTO-a koje imaju pregovaračka prava povezana s carinskom tarifom Hrvatske kako bi se na kraju usuglasili oko kompenzacijske prilagodbe.

Takva se prilagodba provodi ako donošenje vanjskog tarifnog sustava EU-a dovodi do povećanja carina iznad razine na koju se zemlja pristupnica obvezala pri WTO-u. Vijeće je 15. srpnja 2013. ovlastilo Komisiju za pokretanje pregovora na temelju članka XXIV. stavka 6. GATT-a iz 1994. Komisija je pregovarala sa zemljama članicama WTO-a koje imaju pregovaračka prava koja se odnose na ukidanje određenih povlastica u vezi s ukidanjem popisa Republike Hrvatske u okviru njezina pristupanja Europskoj uniji.

Uzimajući u obzir Sporazum u obliku razmjene pisama između Europske Unije i Narodne Republike Kine u skladu s člankom XXIV. stavkom 6. i člankom XXVIII. Općeg sporazuma o carinama i trgovini (GATT) iz 1994. u pogledu izmjene povlastica na popisu Republike Hrvatske u okviru njezina pristupanja Europskoj uniji (15562/2015), slažem se s preporukom o sklapanju ovog Sporazuma.

 
  
MPphoto
 
 

  Miroslav Poche (S&D), písemně. ‒ EU rozšířila přistoupením Chorvatska svoji celní unii. Podle pravidel WTO je teď tedy povinna jednat s jejími členy o změně pravidel a kompenzačním vyrovnání. Toto vyrovnání je nutné vzhledem ke zvýšení cel nad úroveň, ke které se Chorvatsko u WTO zavázalo. Hlasoval jsem pro tuto technickou zprávu, která formálně umožňuje, aby upravená dohoda mezi Čínou a Evropskou komisí vstoupila v platnost.

 
  
MPphoto
 
 

  Salvatore Domenico Pogliese (PPE), per iscritto. ‒ Con l'adesione della Repubblica di Croazia l'Unione europea ha ampliato la propria unione doganale. Di conseguenza, le norme dell'Organizzazione mondiale del commercio (OMC) (articolo XXIV, paragrafo 6, del GATT 1994) hanno imposto all'Unione europea di avviare negoziati con i paesi membri dell'OMC detentori di diritti di negoziato connessi all'elenco tariffario della Croazia allo scopo di convenire infine un adeguamento compensativo. Tale adeguamento è necessario qualora l'adozione del regime tariffario esterno dell'UE comporti un aumento dei dazi superiore al livello rispetto al quale il paese aderente si è impegnato nel quadro dell'OMC. Ho votato a favore dell'approvazione di questa raccomandazione al fine di favorire lo sviluppo delle opportunità del commercio internazionale anche in Croazia.

 
  
MPphoto
 
 

  Tomasz Piotr Poręba (ECR), na piśmie. ‒ Wraz z przystąpieniem Republiki Chorwacji Unia Europejska rozszerzyła unię celną. W związku z tym, zgodnie z regułami Światowej Organizacji Handlu (WTO), Unia Europejska zobowiązana była do rozpoczęcia negocjacji z członkami WTO, którzy mają prawa negocjacyjne w zakresie listy koncesyjnej Chorwacji, w celu uzgodnienia wyrównania. Takie wyrównanie jest należne, jeżeli przyjęcie systemu zewnętrznej taryfy celnej UE powoduje wzrost stawek ponad poziom, do którego dane przystępujące państwo zobowiązało się w ramach WTO. Wyrównania te dotyczą w szczególności obniżenia aktualnych stawek celnych UE na obuwie oraz klimatyzatory typu okiennego lub ściennego, a także zwiększenia kontyngentów przywozowych na czosnek i grzyby. Niniejszym poparłem sprawozdanie.

 
  
MPphoto
 
 

  Franck Proust (PPE), par écrit. ‒ J’ai voté pour ce rapport qui s’inscrit dans le cadre de l’adhésion de la Croatie à l’Union européenne. En comptant un État membre supplémentaire, l’UE a élargi son union douanière et a donc été tenue de clarifier des règles techniques, formalisées par un accord sous forme d’échange de lettres entre l’Union européenne et la Chine.

 
  
MPphoto
 
 

  Paulo Rangel (PPE), por escrito. ‒ A 1 de julho de 2013 a Croácia tornou-se o 28.º Estado Membro da União, alargando, assim, o número de países que integram a hodierna união aduaneira. Em conformidade com as regras da Organização Mundial de Comércio (OMC), cumpre à União renegociar os termos dos acordos comerciais subjacentes às pautas da OMC, em caso de aumento da sua união aduaneira.

Nesse sentido, a Comissão negociou com a República Popular da China a aplicação de alguns instrumentos compensatórios sobre alguns direitos comerciais. Este acordo garante a proporcionalidade das concessões de cada uma das partes e, ademais, é coerente com o quadro da OMC.

Respeitando o artigo XXIV, n.º 4, do GATT, na medida em que uma união aduaneira ou uma zona de livre comércio devem ter por objetivo facilitar as trocas comerciais entre os territórios constitutivos e não criar entraves ao comércio destes, assim como por considerar que os ajustamentos compensatórios são adequados, votei favoravelmente no presente relatório.

 
  
MPphoto
 
 

  Julia Reid (EFDD), in writing. ‒ We abstained on this as it was merely a technical update to reflect the fact that Croatia has joined the EU since the original agreement was signed with China.

 
  
MPphoto
 
 

  Liliana Rodrigues (S&D), por escrito. ‒ Trata-se apenas de um documento de natureza técnica relativo ao acordo UE-China, tendo em atenção a adesão da Croácia à UE.

 
  
MPphoto
 
 

  Inmaculada Rodríguez-Piñero Fernández (S&D), por escrito. ‒ He votado a favor de conceder la aprobación a la celebración del Acuerdo entre la Unión y China relativo a la modificación de las concesiones en la lista arancelaria de Croacia en el marco de la OMC como consecuencia de su adhesión a la Unión.

Con la adhesión de Croacia, la Unión ha ampliado su unión aduanera. En consecuencia, de acuerdo con las normas de la OMC, la Unión está obligada a entablar negociaciones con los miembros de la OMC que tengan derechos de negociación respecto a la lista arancelaria de Croacia para acordar un ajuste compensatorio. Así, la Comisión ha negociado con los miembros de la OMC, en este caso China, que tienen derechos de negociación respecto a la supresión de concesiones específicas en relación con la retirada de la lista arancelaria de Croacia por su ingreso en la Unión.

 
  
MPphoto
 
 

  Claude Rolin (PPE), par écrit. ‒ Suite à l’adhésion de la Croatie, l’Union européenne a élargi son union douanière. Elle était alors tenue, selon les règles de l’Organisation mondiale du commerce (OMC), d’ouvrir des négociations avec les membres de l’OMC ayant des droits de négociation dans les listes d’un des pays adhérents afin de convenir d’une compensation. Au même titre qu’une grande majorité des Députés européens, je juge le résultat de ces négociations avec la Chine et l’Uruguay comme étant acceptable, raison pour laquelle j’ai décidé de voter en faveur de ces actes.

 
  
MPphoto
 
 

  Bronis Ropė (Verts/ALE), raštu. ‒ Balsavau už šį pranešimą. Kroatijos Respublikai įstojus į Europos Sąjungą, išsiplėtė ES muitų sąjunga. Todėl Europos Sąjunga buvo įpareigota pradėti derybas su derybų teisę turinčiomis PPO narėmis dėl Kroatijos muitų tarifų sąrašo siekiant galiausiai susitarti dėl kompensacinio sureguliavimo. Kinijai taikomas atitinkamas kompensacinis sureguliavimas yra proporcingos ir neviršija Kinijos teisių, kiek jos susijusios su poveikiu šiai šaliai dėl Kroatijos nuolaidų panaikinimo.

 
  
MPphoto
 
 

  Fernando Ruas (PPE), por escrito. ‒ Fui favorável à aprovação da proposta de recomendação sobre o projeto de decisão do Conselho relativa à celebração do Acordo entre a UE e a China, tendo em conta a adesão da Croácia à UE e, consequentemente, à União Aduaneira.

Tal como o relator refere, este acordo permitirá o restabelecimento dos direitos comerciais anteriores da República Popular da China com a UE, facilitando as trocas comerciais e evitando entraves ao comércio. Nessa medida, trata-se de um acordo de carácter compensatório, que cumpre as regras da Organização Mundial do Comércio (OMC) e do seu regime de comércio multilateral.

Destaco, a esse respeito, que a China é hoje a segunda maior economia do mundo e o principal país fornecedor de bens à UE e, nessa medida, os instrumentos compensatórios que compõem este Acordo são perfeitamente proporcionais e coerentes com a prática anterior à adesão da Croácia e com o quadro da OMC, pelo que atentos esses pressupostos, dei o meu aval à aprovação deste relatório.

 
  
MPphoto
 
 

  Tokia Saïfi (PPE), par écrit. ‒ Avec l’adhésion de la République de Croatie, l’Union européenne a élargi son union douanière. Par conséquent, elle était tenue, selon les règles de l’Organisation mondiale du commerce (OMC) (article XXIV, paragraphe 6, du GATT de 1994), d’ouvrir des négociations avec les membres de l’OMC ayant des droits de négociation en ce qui concerne la liste d’engagements de la Croatie afin de convenir éventuellement d’une compensation.

C’est en ce sens que j’ai soutenu ce rapport sur l’accord entre l'Union européenne et la Chine concernant la modification de concessions dans la liste d'engagements de la République de Croatie dans le cadre de son adhésion à l’UE.

 
  
MPphoto
 
 

  Lola Sánchez Caldentey (GUE/NGL), por escrito. ‒ He votado a favor de este informe necesario para formalizar el acceso de Croacia a la Unión Europea.

 
  
MPphoto
 
 

  Sven Schulze (PPE), schriftlich. ‒ Ich habe für das Abkommen zwischen der EU und China im Hinblick auf die Änderung der Zugeständnisse in der Liste der spezifischen Verpflichtungen der Republik Kroatien gestimmt.

Hintergrund ist, dass durch den Beitritt Kroatiens zur EU im Jahre 2013 die Zollunion erweitert wurde und die EU somit gemäß den Bestimmungen der WTO verpflichtet ist, mit WTO-Mitgliedstaaten Verhandlungen über Ausgleichsregelungen aufzunehmen, wenn diese Verhandlungsrechte bezüglich des Zolltarifs Kroatiens besitzen.

Ein solcher Ausgleich ist vorzunehmen, wenn die Annahme des EU-Zolltarifs dazu führt, dass die Zölle das Niveau überschreiten, an das sich das Beitrittsland bei der WTO ursprünglich gebunden hatte.

 
  
MPphoto
 
 

  Maria Lidia Senra Rodríguez (GUE/NGL), por escrito. ‒ En coherencia con mi oposición anterior al Acuerdo UE-China relativo a la Organización Mundial de Comercio por su defensa y promoción de un modelo neoliberal de comercio internacional, también he votado en contra de la adhesión de Croacia al mismo.

 
  
MPphoto
 
 

  Jill Seymour (EFDD), in writing.I abstained on this report as it is a technical update to an already established agreement.

 
  
MPphoto
 
 

  Siôn Simon (S&D), in writing. – I supported the conclusion of this agreement. Under WTO rules, China has the right to have its previous trading rights restored, following their slight erosion due to the enlargement of the EU customs union with Croatian accession to the EU.

 
  
MPphoto
 
 

  Branislav Škripek (ECR), písomne – Hlasoval som za udelenie súhlasu s dohodou. Pristúpením Chorvátskej republiky rozšírila Európska únia svoju colnú úniu. Čínska ľudová republika má právo na základe dohody GATT na obnovenie svojich pôvodných obchodných práv. K ich čiastočnému narušeniu došlo následkom rozširovania colnej únie EÚ po pristúpení Chorvátska . Táto kompenzačná dohoda sa preto môže vnímať ako ďalší znak toho, že EÚ je súčasťou multilaterálneho obchodného systému založeného na pravidlách, v centre ktorého sa nachádza WTO. Komisia zvolila zvýšenie colných kvót a taktiež zníženie súčasných záväzných colných sadzieb ako nástrojov kompenzácie strát dotknutých čínskych výrobkov.

 
  
MPphoto
 
 

  Monika Smolková (S&D), písomne ‒ S prihliadnutím na stanovisko Výboru pre medzinárodný obchod som sa rozhodla podporiť uzatvorenie dohody medzi EÚ a Čínou, ktorou sa mení koncesia ciel a kvót v súvislosti s pristúpením Chorvátska k Únii. Súhlasím s názorom, že Čínska ľudová republika má právo na obnovenie svojich pôvodných obchodných práv, ku ktorých slabému narušeniu došlo následkom rozširovania colnej únie EÚ pristúpením Chorvátska. EÚ touto dohodou napĺňa články dohody GATT, ktorou sa stanovili pravidlá pre fungovanie voľného obchodu. Uplatňujú sa tým zásady multilaterálneho obchodného systému, v ktorého centre je WTO. Táto dohoda týkajúca sa pristúpenia Chorvátska je navyše súčasťou bežnej praxe, ktorú EÚ uplatňovala aj pri predchádzajúcich rozšíreniach. Týka sa niekoľkých colných položiek, na ktoré sa používajú dovozné kvóty. Pre určité priemyselné a poľnohospodárske produkty, ktoré Čína do EÚ dováža, sa buď zníži viazaná colná sadzba alebo sa zvýši dovozná kvóta. Úprava týchto predpisov spôsobená pristúpením Chorvátska tak vychádza v ústrety Číne, a preto by mala byť vo vzájomných obchodných vzťahoch prijatá pozitívne.

 
  
MPphoto
 
 

  Ivan Štefanec (PPE), písomne ‒ Podstatou spoločného trhu, ktorý je základom európskej hospodárskej spolupráce, je princíp, že dohodnuté pravidlá sa vzťahujú aj na štáty, ktoré do Európskej únie pristúpili až po tom, ako bola príslušná smernica, regulácia, či medzinárodná dohoda prijatá. Čína je pre Európsku úniu dôležitý partner a rozširovanie spolupráce na nové členské štáty upevňuje našu pozíciu.

 
  
MPphoto
 
 

  Beatrix von Storch (EFDD), schriftlich. ‒ Bei der Entschließung des EU-Parlaments zu dem Entwurf eines Beschlusses des Rates über den Abschluss eines Abkommens in Form eines Briefwechsels zwischen der Europäischen Union und der Volksrepublik China nach Artikel XXIV Absatz 6 und Artikel XXVIII des Allgemeinen Zoll- und Handelsabkommens (GATT) 1994 im Zusammenhang mit der Änderung der Zugeständnisse in der Liste der spezifischen Verpflichtungen der Republik Kroatien im Zuge ihres Beitritts zur Europäischen Union habe ich mich enthalten.

Ich lehne die Ausweitung der EU um weitere Mitgliedstaaten ab, so dass ich auch der Anpassung der verschiedenen völkerrechtlichen Verträge an den Beitritt Kroatiens jedenfalls nicht zustimmen kann.

 
  
MPphoto
 
 

  Dubravka Šuica (PPE), napisan. ‒ Pristupanjem Republike Hrvatske Europskoj uniji proširena je carinska unija. Na temelju pravila Svjetske trgovinske organizacije, Europska unija je morala pokrenuti pregovore sa zemljama članicama WTO-a koje imaju pregovaračka prava povezana s carinskom tarifom Hrvatske kako bi se na kraju usuglasili oko kompenzacijske prilagodbe koja se provodi ako donošenje vanjskog tarifnog sustava EU-a dovodi do povećanja carina iznad razine na koju se zemlja pristupnica obvezala pri WTO-u.

Podržavam preporuku o nacrtu odluke Vijeća o sklapanju Sporazuma u obliku razmjene pisama između Europske unije i Narodne Republike Kine u skladu s člankom XXIV. stavkom 6. i člankom XXVIII. Općeg sporazuma o carinama i trgovini (GATT) iz 1994. u pogledu izmjene povlastica na popisu Republike Hrvatske u okviru njezina pristupanja Europskoj uniji.

 
  
MPphoto
 
 

  Patricija Šulin (PPE), pisno. ‒ Glasovala sem za priporočilo o osnutku sklepa Sveta o sklenitvi Sporazuma v obliki izmenjave pisem med Evropsko unijo in Ljudsko republiko Kitajsko v skladu s členom XXIV:6 in členom XXVIII Splošnega sporazuma o carinah in trgovini (GATT) 1994 glede spremembe ugodnosti na seznamu ugodnosti Republike Hrvaške v okviru njenega pristopa k Evropski uniji.

Z vstopom Hrvaške v Evropsko unije se je razširila tudi carinska unija. Ker so se s tem carinske tarife povečale bolj, kot znaša stopnja, za katero se je pristopna država obvezala pri Svetovni trgovinski organizaciji, potrebujemo to prilagoditev.

 
  
MPphoto
 
 

  Pavel Svoboda (PPE), písemně. ‒ Hlasoval jsem pro udělení souhlasu ze strany Evropského parlamentu s uzavřením dohody mezi EU a Čínou v souvislosti s přistoupením Chorvatska k EU, čímž se rozšířila celní unie EU, a proto byla podle pravidel WTO EU povinna zahájit jednání s Čínou o listině celních koncesí Chorvatska. Jedná se o prospěšný krok, který přinese snížení smluvní celní sazby stanovené společným sazebníkem či zvýšení kvóty u některých zemědělských produktů.

 
  
MPphoto
 
 

  Ελευθέριος Συναδινός (NI), γραπτώς. ‒ Η συμφωνία αυτή θα έχει ως αποτέλεσμα την αποκατάσταση των προηγούμενων δικαιωμάτων εμπορικών συναλλαγών της Λαϊκής Δημοκρατίας της Κίνας, τα οποία περιορίσθηκαν εξαιτίας της διεύρυνσης της τελωνειακής ένωσης της ΕΕ με την προσχώρηση της Κροατίας. Θα ενισχυθεί δηλαδή περαιτέρω η με καλπάζοντα ρυθμό ανάπτυξη της ιδιαίτερα ανταγωνιστικής (για τις ευρωπαϊκές οικονομίες) οικονομία της Κίνας.

 
  
MPphoto
 
 

  József Szájer (PPE), írásban. ‒ A Horvát Köztársaság csatlakozásával kibővült az Európai Unió vámuniója. Ennek következtében, a Kereskedelmi Világszervezet (WTO) szabályai alapján, az Európai Unió köteles tárgyalásokat kezdeményezni azon WTO tagállamokkal, melyekkel kapcsolatban Horvátország ez idáig ún. engedményes vámtarifa listával rendelkezett. Ez abban az esetben válik szükségessé, ha az uniós vámtarifarendszerhez történő csatlakozás eredményeként a vámtarifa szint ez okból történő emelkedése meghaladja a csatlakozó ország által a WTO-ban vállalt szintet. A tárgyalások megkezdéséhez szükséges felhatalmazást a Tanács 2013. július 15-én adta meg a Bizottságnak, mely felhatalmazás a GATT XXIV. cikkének 6. pontján alapul.

E tárgyalások eredményeképpen a Bizottság javasolta a Tanácsnak a megállapodás Unió nevében történő aláírását. A fentiekre tekintettel szavazatommal támogattam a Parlament egyetértését a tanácsi határozat tervezetére vonatkozóan.

 
  
MPphoto
 
 

  Claudia Țapardel (S&D), in writing. ‒ This vote aims to conclude the EU- China agreement, taking into account the accession of Croatia to the EU, as per the WTO requirements. The vote is necessary, as the European Parliament’s consent to a Council Decision is a mandatory component in the completion of the ratification process of the Additional Protocol. I support this agreement, as it is now appropriate to conclude it.

 
  
MPphoto
 
 

  Marc Tarabella (S&D), par écrit. ‒ Le Parlement européen a suivi la commission des affaires étrangères qui a émis un avis sous forme de lettre; elle estime qu'il convient d'approuver le projet de conclusion de l'accord, car ce dernier apporte des modifications proportionnées aux concessions et est conforme aux pratiques antérieures dans le cadre de l'OMC. Elle prend acte des rapports de la Commission, selon lesquels les compensations en question sont proportionnées et n'excèdent pas les droits de la Chine concernés par le retrait des concessions de la Croatie à celle-ci.

 
  
MPphoto
 
 

  Pavel Telička (ALDE), in writing. ‒ I voted in favour of the EU-China Agreement relating to the accession of Croatia, which will restore China’s previous trading rights. In fact, these had been slightly eroded due to the enlargement of the EU customs union when Croatia joined the EU in 2013. In order to compensate for the losses, the agreement will therefore increase tariff rate quotas, and lower the current bound tariff rates as the instruments of compensation for the Chinese products that were involved. I believe it is important that multilateral rules-based trading regime, with the WTO at its centre, are upheld and further developed.

 
  
MPphoto
 
 

  Ruža Tomašić (ECR), napisan. ‒ Podržala sam Sporazum između Europske unije i Kine u pogledu izmjene povlastica na popisu Republike Hrvatske u okviru njezina pristupanja Europskoj uniji.

Naime, prema pravilima Svjetske trgovinske organizacije (WTO) Europska unija mora pokrenuti pregovore sa zemljama članicama WTO-a koje imaju pregovaračka prava povezana s carinskom tarifom Hrvatske kako bi se usuglasili oko kompenzacijske prilagodbe. Budući da smatram da Sporazum sadrži proporcionalne izmjene povlastica te je u skladu s ranijom praksom i okvirom WTO-a, glasovala sam za njegovo usvajanje.

 
  
MPphoto
 
 

  Romana Tomc (PPE), pisno. ‒ Predlog resolucije o sporazumu med EU in Kitajsko, povezan s pristopom Hrvaške, sem podprla.

Po pristopu Republike Hrvaške je Evropska unija razširila carinsko unijo. Zato je morala v skladu s pravili Svetovne trgovinske organizacije (STO) (člen XXIV:6 GATT 1994) začeti pogajanja s članicami STO, ki imajo pogajalske pravice glede carinske tarife Hrvaške, da bi se dogovorila o kompenzacijski prilagoditvi. Taka prilagoditev je potrebna, če se zaradi sprejetja zunanjega tarifnega režima EU carinske tarife povečajo bolj, kot znaša stopnja, za katero se je pristopna država obvezala pri STO.

 
  
MPphoto
 
 

  Estefanía Torres Martínez (GUE/NGL), por escrito. ‒ He votado a favor de este informe necesario para formalizar el acceso de Croacia a la Unión Europea.

 
  
MPphoto
 
 

  Mylène Troszczynski (ENF), par écrit. ‒ Suite à l’adhésion de la Croatie, l’Union européenne a dû renégocier avec la Chine des accords de tarifs douaniers conformément aux règles de l’OMC.

La Commission européenne a donc fait plusieurs concessions sur ces tarifs douaniers et sur les quotas(Chaussures, appareils d’air conditionné, ail, champignons).

La Chine n’a fait aucune concession.

Les tarifs douaniers de l’UE vis-à-vis de la Chine étant déjà très défavorables (le commerce extérieur de la France avec la Chine est d’ailleurs très déficitaire), cette nouvelle liste de concessions n’est pas la bienvenue.

J'ai voté contre.

 
  
MPphoto
 
 

  Kazimierz Michał Ujazdowski (ECR), na piśmie. ‒ Na skutek przystąpienia Republiki Chorwacji do Unii Europejskiej, w oparciu o przepisy WTO należało zrekompensować Chińskiej Republice Ludowej wycofanie list koncesyjnych i wzrost stawek na skutek unijnej zewnętrznej taryfy celnej. Ułatwianie wymiany handlowej poprzez eliminowanie barier jest ważnym celem międzynarodowej polityki handlowej, dlatego udzieliłem poparcia w/w rezolucji.

 
  
MPphoto
 
 

  István Ujhelyi (S&D), írásban. ‒ A Horvát Köztársaság csatlakozásával kibővült az Európai Unió vámuniója. Ennek következtében a Kereskedelmi Világszervezet (WTO) szabályai értelmében az Európai Unió kompenzációs kiigazítás esetleges megállapítása érdekében köteles volt tárgyalásokat kezdeni azon WTO-tagokkal, amelyek Horvátország engedményes listái vonatkozásában tárgyalási joggal rendelkeznek. Ilyen kiigazítást abban az esetben kell elvégezni, ha az EU külső vámtarifarendszerének átvételéből eredően a vámtarifaszint emelkedésének mértéke meghaladja a csatlakozó ország által a WTO-ban vállalt szintet. Voksommal támogattam a jelentést.

 
  
MPphoto
 
 

  Miguel Urbán Crespo (GUE/NGL), por escrito. – He votado a favor de este informe necesario para formalizar el acceso de Croacia a la Unión Europea.

 
  
MPphoto
 
 

  Viktor Uspaskich (ALDE), raštu. – Palankiai vertinu susitarimą su Kinijos Liaudies Respublika ir manau, kad Europos Parlamentas turėtų jam pritarti. Kinijos Liaudies Respublika turi teisę susigrąžinti savo ankstesnes prekybos teises, atsižvelgiant į nedidelį padėties pablogėjimą dėl ES muitų sąjungos išsiplėtimo į ES įstojus Kroatijai.

 
  
MPphoto
 
 

  Ivo Vajgl (ALDE), in writing. ‒ I voted in favour of Recommendation on the draft Council decision on the conclusion of the Agreement in the form of an Exchange of Letters between the European Union and the People's Republic of China pursuant to Article XXIV: 6 and Article XXVIII of the General Agreement on Tariffs and Trade (GATT) 1994 relating to the modification of concessions in the schedule of the Republic of Croatia in the course of its accession to the European Union. With the accession of the Republic of Croatia, the European Union enlarged its customs union. Consequently, the European Union was required under World Trade Organisation (WTO) rules to enter into negotiations with WTO Members having negotiating rights related to the tariff schedule of Croatia in order to eventually agree on a compensatory adjustment. Such adjustment is due if the adoption of the EU’s external tariff regime results in an increase in tariff beyond the level for which the acceding country has bound itself at the WTO. I believe that the People’s Republic of China has the right to have its previous trading rights restored, following their slight erosion due to the enlargement of the EU Customs Union with Croatian EU accession.

 
  
MPphoto
 
 

  Ramón Luis Valcárcel Siso (PPE), por escrito. ‒ Tras la adhesión de Croacia, la Unión, bajo las reglas de la Organización Mundial del Comercio, ha acordado una serie de ajustes de compensación en el acuerdo entre la Unión y China. Hablamos de un acuerdo equilibrado que ha sido logrado por la Comisión por lo que considero necesario votar a favor de su propuesta.

 
  
MPphoto
 
 

  Hilde Vautmans (ALDE), schriftelijk. ‒ Bij de toetreding van Kroatië tot de Unie werd de douane-unie de facto uitgebreid. De Volksrepubliek China heeft recht op herstel van haar vroegere handelsrechten, na de lichte erosie ervan door de uitbreiding van de EU-douane-unie met de toetreding van Kroatië tot de EU. Ik stemde voor deze aanbeveling.

 
  
MPphoto
 
 

  Miguel Viegas (GUE/NGL), por escrito. ‒ Com a adesão da República da Croácia, a União Europeia alargou a sua união aduaneira. Consequentemente, em conformidade com as regras da Organização Mundial do Comércio (OMC) [artigo XXIV, n.º 6, do GATT de 1994], cumpria à União Europeia dar início a negociações com os membros da OMC que detêm direitos de negociação relacionados com a pauta aduaneira da Croácia, a fim de chegar a acordo quanto a um eventual ajustamento compensatório.

Em 15 de julho de 2013, o Conselho autorizou a Comissão a encetar negociações nos termos do artigo XXIV, n.º 6, do GATT de 1994. A Comissão negociou com os membros da OMC que detêm direitos de negociação a questão da retirada de concessões específicas decorrente da retirada da pauta aduaneira da República da Croácia, no contexto da adesão deste país à União Europeia.

Embora estes acordos de livre comércio mereçam o nosso repúdio pelas suas consequências nas economias locais, entendemos que os países devem poder estabelecer, de pleno direito, os acordos comerciais que soberanamente entenderem. Por esta razão, o nosso voto de abstenção.

 
  
MPphoto
 
 

  Harald Vilimsky (ENF), schriftlich. ‒ Durch den Beitritt Kroatiens zur EU wurde auch die Zollunion erweitert. Bei diesem Vorschlag handelt es sich um ein technisches Abkommen, das die Quoten in Bezug auf bestimmte landwirtschaftliche Produkte zwischen der EU und China nach dem Beitritt von Kroatien neu regelt. Ich habe dem Vorschlag daher zugestimmt.

 
  
MPphoto
 
 

  Iuliu Winkler (PPE), în scris. ‒ Recomandarea cu privire la Acordul UE-China referitor la aderarea Croației, al cărui raportor sunt, vine în contextul în care UE, odată cu aderarea Republicii Croația, și-a extins uniunea vamală. Prin urmare, UE este obligată, conform normelor Organizației Mondiale a Comerțului (OMC) să deschidă negocieri cu membrii OMC care au drepturi de negociere în ceea ce privește tariful vamal al Croației, pentru a ajunge în cele din urmă la un acord referitor la o ajustare compensatorie.

Ca raportor, salut acordul încheiat cu Republica Populară Chineză și consider oportună aprobarea sa de către Parlamentul European.

 
  
MPphoto
 
 

  Θεόδωρος Ζαγοράκης (PPE), γραπτώς. ‒ Ενέκρινα με την θετική μου ψήφο το περιεχόμενο της παρούσα έκθεσης, την οποία έχει ήδη εγκρίνει η αρμόδια επιτροπή Διεθνούς Εμπορίου με αυξημένη πλειοψηφία, γεγονός που υπογραμμίζει και την ευρύτερη αποδοχή της από τις πολιτικές ομάδες.

 
  
MPphoto
 
 

  Pablo Zalba Bidegain (PPE), por escrito. ‒ He votado a favor de este informe ya que es necesario adaptar el régimen arancelario actual con la República Popular de China. El Parlamento ha cumplido con su obligación y la Unión, una vez demuestra que acata las normas de la OMC.

 
  
MPphoto
 
 

  Tomáš Zdechovský (PPE), písemně. ‒ Čína představuje pro EU silného ekonomického partnera, a proto jsem hlasoval pro tuto dohodu, která napomůže tomu, aby EU a Čína i nadále měly dobré a fungující obchodní styky. S přístupem Chorvatska mezi členské státy Evropské unie došlo k rozšíření evropské celní unie. Na základě pravidel Světové obchodní organizace (WTO) proto musela EU znovu projednat práva vztahující se k celnímu sazebníku Chorvatska tak, aby mohlo dojít k případnému vyrovnání cel.

 
  
MPphoto
 
 

  Jana Žitňanská (ECR), písomne ‒ Keďže v roku 2013 v dôsledku vstupu Chorvátska do Európskej únie došlo zároveň k zväčšeniu colnej únie, je podľa pravidiel Svetovej obchodnej organizácie potrebné začať rokovania týkajúce sa kompenzačných vyrovnaní. K takýmto rokovaniam je nutné pristúpiť vtedy, keď sa v dôsledku zväčšenia colnej únie zmenia clá, ktoré boli pôvodné dohodnuté. A keďže v prípade Číny k takejto zmene došlo, a to konkrétne pre obuv, klimatizačné stroje, huby a cesnak, súhlas s uzavretím dohody som podporila.

 
  
MPphoto
 
 

  Milan Zver (PPE), pisno. ‒ Predlog resolucije o sporazumu med EU in Kitajsko, povezan s pristopom Hrvaške, sem podprl.

Po pristopu Republike Hrvaške je Evropska unija razširila carinsko unijo. Zato je morala v skladu s pravili Svetovne trgovinske organizacije (STO) (člen XXIV:6 GATT 1994) začeti pogajanja s članicami STO, ki imajo pogajalske pravice glede carinske tarife Hrvaške, da bi se dogovorila o kompenzacijski prilagoditvi. Taka prilagoditev je potrebna, če se zaradi sprejetja zunanjega tarifnega režima EU carinske tarife povečajo bolj, kot znaša stopnja, za katero se je pristopna država obvezala pri STO.

 

5.8. Overeenkomst tussen de EU en Uruguay in verband met de toetreding van Kroatië (A8-0241/2016 - Pablo Zalba Bidegain)
  

Schriftliche Erklärungen zur Abstimmung

 
  
MPphoto
 
 

  Isabella Adinolfi (EFDD), per iscritto. ‒ Come conseguenza dei negoziati imposti dall'Organizzazione mondiale del commercio dopo l'entrata della Repubblica di Croazia nell'unione doganale sono state apportate delle modifiche ai contingenti tariffari sulle carni bovine. Poiché l'adeguamento compensativo delle tariffe esterne all'UE è un processo necessario, ho deciso di votare a favore.

 
  
MPphoto
 
 

  Tim Aker (EFDD), in writing. – We abstained on this as it was merely a technical update to reflect the fact that Croatia has joined the EU since the original agreement was signed with Uruguay.

 
  
MPphoto
 
 

  Louis Aliot (ENF), par écrit. ‒ Suite à l'adhésion de la Croatie, l'UE a dû renégocier les tarifs douaniers avec l'Uruguay conformément aux règles de l'Organisation mondiale du commerce.

Je me suis opposé à cet accord car, une fois de plus, la Commission a cédé sur les quotas, notamment sur la viande bovine, alors qu'elle n'en a pas demandé autant à la partie adverse.

 
  
MPphoto
 
 

  Martina Anderson (GUE/NGL), in writing. ‒ I abstained on this report. Under the WTO rules, the EU has to negotiate with its partners new conditions due to the accession of Croatia to the EU. The Commission proposes modifications related to tariff rate quotas on bovine meat. The Commission is also preparing an implementing Regulation regarding several tariff rate quotas. The amendment to the Agreement is mainly technical, but because there is a possibility that the modification of the tariff rate quotas on beef may have a small effect on European farmers, including in Ireland, I did not vote in favour but abstained.

 
  
MPphoto
 
 

  Eric Andrieu (S&D), par écrit. ‒ J’ai voté en faveur de ce rapport de nature technique qui vise à conclure l'accord UE-Uruguay en tenant compte de l'adhésion de la Croatie à l'UE et en adaptant la grille tarifaire, conformément aux exigences de l'OMC. Il convient maintenant de conclure l’accord.

 
  
MPphoto
 
 

  Νίκος Ανδρουλάκης (S&D), γραπτώς. ‒ Υπερψήφισα τη σύσταση σχετικά με το σχέδιο απόφασης του Συμβουλίου που αφορά τη σύναψη συμφωνίας υπό μορφή ανταλλαγής επιστολών μεταξύ της Ευρωπαϊκής Ένωσης και της Ανατολικής Δημοκρατίας της Ουρουγουάης, διότι η ΕΕ διεύρυνε την τελωνειακή ένωσή της και σύμφωνα με τους κανόνες του ΠΟΕ, πρέπει να προβεί σε διαπραγματεύσεις σχετικά με τον δασμολογικό πίνακα της Κροατίας.

 
  
MPphoto
 
 

  Marie-Christine Arnautu (ENF), par écrit. ‒ Ce texte est une recommandation sur le projet de décision du Conseil relative à la conclusion de l'accord sous forme d'échange de lettres entre l'Union européenne et la République orientale de l'Uruguay au titre de l'article XXIV, paragraphe 6, et de l'article XXVIII de l'accord général sur les tarifs douaniers et le commerce (GATT) de 1994 concernant la modification de concessions dans la liste d'engagements de la République de Croatie dans le cadre de son adhésion à l'Union européenne.

Après l’adhésion de la Croatie, l’UE a dû renégocier avec l’Uruguay des accords de tarifs douaniers conformément aux règles de l’OMC.

La Commission européenne en a profité pour fait deux concessions sur les quotas sur la viande bovine.

Dans toute négociation, l’Union européenne fait des concessions tarifaires ou de quotas sans que la partie adverse n’en fasse autant. Ce type de relations n’est pas équilibré.

Aussi me suis-je opposée à ce rapport.

 
  
MPphoto
 
 

  Zigmantas Balčytis (S&D), raštu. ‒ Balsavau už šia rekomendaciją, nes pritariu susitarimo sudarymui tarp ES ir Urugvajaus Rytų respublikos, pagal kurią būtų susitarta dėl kompensacinio sureguliavimo.

 
  
MPphoto
 
 

  Gerard Batten (EFDD), in writing. ‒ We abstained on this as it was merely a technical update to reflect the fact that Croatia has joined the EU since the original agreement was signed with Uruguay.

 
  
MPphoto
 
 

  Nicolas Bay (ENF), par écrit. ‒ Suite à l’adhésion de la Croatie, l’UE a dû renégocier avec l’Uruguay des accords de tarifs douaniers conformément aux règles de l’OMC.

Du coup, la Commission européenne a fait deux concessions concernant les quotas sur la viande bovine. Les concessions tarifaires doivent venir des deux côtés. Je suis contre ce vote, qui va donc accroître cette relation non équilibrée.

 
  
MPphoto
 
 

  Hugues Bayet (S&D), par écrit. ‒ J'ai approuvé ce rapport sur la proposition de décision du Conseil autorisant la conclusion de l'accord sous forme d'échanges de lettre entre l'Union et l'Uruguay au titre de certaines dispositions du GATT concernant la modification de concessions dans la liste d'engagements de la Croatie dans le cadre de son adhésion à l'Union.

 
  
MPphoto
 
 

  Beatriz Becerra Basterrechea (ALDE), por escrito. ‒ En consecuencia de la adhesión de Croacia a la Unión y debido a las normas de la OMC, la Unión debe negociar con el restante de los miembros de la OMC que tengan derechos de negociación respecto a la lista arancelaria de Croacia.

 
  
MPphoto
 
 

  Brando Benifei (S&D), per iscritto. ‒ Oggi ho votato a favore della relazione Zalba Bidegain, un provvedimento di natura tecnica che approva l'accordo tra UE e Uruguay, che consente al paese sudamericano di vedere ristabiliti i propri diritti commerciali, leggermente ridotti a seguito dell'allargamento dell'unione doganale dell'UE per l'adesione della Croazia nel luglio 2013. Le norme dell'Organizzazione mondiale del commercio (OMC) hanno imposto infatti all'Unione europea di avviare negoziati con i paesi membri dell'OMC, detentori di diritti di negoziato connessi all'elenco tariffario della Croazia, allo scopo di convenire un adeguamento compensativo.

 
  
MPphoto
 
 

  Xabier Benito Ziluaga (GUE/NGL), por escrito. ‒ He votado a favor de este informe necesario para formalizar el acceso de Croacia a la Unión Europea.

 
  
MPphoto
 
 

  Izaskun Bilbao Barandica (ALDE), por escrito. ‒ La aprobación de este informe es coherente y consecuencia del ingreso de Croacia en la Unión Europea. Con ese ingreso, la Unión ha ampliado su unión aduanera y corresponde, de acuerdo con las normas de la OMC, negociar respecto a la lista arancelaria de esta república de la Unión. En este caso con respecto a la República Oriental de Uruguay.

 
  
MPphoto
 
 

  Dominique Bilde (ENF), par écrit. ‒ J’ai refusé de voter en faveur de ce rapport sur le projet de décision du Conseil relative à la conclusion de l’accord sous forme d'échange de lettres entre l'Union européenne et la République orientale de l'Uruguay au titre de l'article XXIV, paragraphe 6, et de l'article XXVIII de l'accord général sur les tarifs douaniers et le commerce (GATT) de 1994 concernant la modification de concessions dans la liste d'engagements de la République de Croatie dans le cadre de son adhésion à l'Union européenne.

Comme dans le cas de la Chine en effet, sous prétexte de prendre en compte l’adhésion de la Croatie à l’UE, ont été renégociés les accords avec l’Uruguay et ce, dans un sens très défavorable puisque l’UE s’est couchée sur les quotas sur la viande bovine.

Il est inacceptable que l’UE continue à faire de telles concessions à sens unique, au détriment de notre économie mais également de notre agriculture, laquelle est déjà en situation périlleuse à l’heure actuelle.

 
  
MPphoto
 
 

  Mara Bizzotto (ENF), per iscritto. ‒ Nonostante questa procedura sia una diretta conseguenza del recente ingresso della Croazia nell'UE, non condivido i contenuti di questa relazione, che ritengo potrebbe aprire a talune criticità per il comparto produttivo europeo. Per questo ho votato contro questo testo.

 
  
MPphoto
 
 

  José Blanco López (S&D), por escrito. ‒ He votado a favor de conceder la aprobación a la celebración del Acuerdo entre la Unión y Uruguay relativo a la modificación de las concesiones en la lista arancelaria de Croacia en el marco de la OMC como consecuencia de su adhesión a la Unión.

Con la adhesión de Croacia, la Unión Europea ha ampliado su unión aduanera. En consecuencia, de acuerdo con las normas de la OMC la Unión está obligada a entablar negociaciones con los miembros de la OMC que tengan derechos de negociación respecto a la lista arancelaria de Croacia, para acordar un ajuste compensatorio. Así, la Comisión ha negociado con los miembros de la OMC, en este caso Uruguay, que tienen derechos de negociación respecto a la supresión de concesiones específicas, en relación con la retirada de la lista arancelaria de Croacia por su ingreso en la Unión.

 
  
MPphoto
 
 

  Vilija Blinkevičiūtė (S&D), raštu. ‒ Balsavau dėl šio pranešimo, nes juo juo siekiama teisės aktų suderinimo ES. Šiuo pranešimu Parlamentas pritaria Europos Sąjungos ir Urugvajaus Rytų Respublikos susitarimo pasikeičiant laiškais dėl 1994 m. Bendrojo susitarimo dėl muitų tarifų ir prekybos (GATT) dėl nuolaidų pakeitimo Kroatijos Respublikos įsipareigojimų sąraše jai stojant į Europos Sąjungą.

 
  
MPphoto
 
 

  Andrea Bocskor (PPE), írásban. ‒ A Horvát Köztársaság csatlakozásával kibővült az Európai Unió vámuniója. Ennek következtében a Kereskedelmi Világszervezet (WTO) szabályai alapján az Európai Unió köteles tárgyalásokat kezdeményezni azon WTO tagállamokkal, melyekkel kapcsolatban Horvátország ez idáig ún. engedményes vámtarifa listával rendelkezett. Ez abban az esetben válik szükségessé, ha az uniós vámtarifarendszerhez történő csatlakozás eredményeként a vámtarifaszint ez okból történő emelkedése meghaladja a csatlakozó ország által a WTO-ban vállalt szintet. A lefolytatott tárgyalások eredményeképpen a megállapodástervezetet 2015. december 18-án parafálták Nairobiban, majd ezt követően a Tanács 2016. április 11-én hozta meg határozatát a tervezet aláírását illetően.

Szavazatommal támogattam a jelentést, mivel az Európai Parlament e tanácsi határozattal történő egyetértése szükséges a kiegészítő jegyzőkönyv ratifikációjához.

 
  
MPphoto
 
 

  Biljana Borzan (S&D), napisan. ‒ Podržavam ovu preporuku koja je tehničke prirode. Ona ima za cilj sklapanje ugovora između EU-a i Urugvaja, uzimajući u obzir pristupanje Hrvatske u EU-u i prilagodbe carinskih tarifa, kao i zahtjeve WTO-a.

 
  
MPphoto
 
 

  Marie-Christine Boutonnet (ENF), par écrit. ‒ Suite à l’adhésion de la Croatie, l’UE a dû renégocier avec l’Uruguay des accords de tarifs douaniers conformément aux règles de l’OMC et la Commission a fait des concessions en ce qui concerne les quotas sur la viande bovine.

Considérant que cette relation est déséquilibrée, j'ai voté contre ce texte.

 
  
MPphoto
 
 

  Renata Briano (S&D), per iscritto. ‒ È corretto che anche la Repubblica di Croazia, ora che è pienamente parte dell'Unione europea, partecipi degli accordi commerciali che l'UE sigla con gli Stati esteri. Lo riteniamo un atto dovuto.

 
  
MPphoto
 
 

  Steeve Briois (ENF), par écrit. ‒ Suite à l’adhésion de la Croatie, l’Union européenne a renégocié avec l’Uruguay les accords sur les tarifs douaniers conformément aux règles de l’Organisation mondiale du commerce (OMC). C’est dans ce contexte que la Commission européenne a accordé à l’Uruguay, sans la moindre réciprocité, de nouvelles concessions tarifaires portant sur les quotas d’importation de viande bovine. Au lieu de protéger nos éleveurs et nos agriculteurs, qui subissent déjà la chute du cours des matières premières, par le biais d’un protectionnisme intelligent, l’Union européenne s’enferme par dogmatisme et idéologie dans cette folle politique du libre-échange généralisé. À ces nouvelles concessions tarifaires s’ajoutera dans les mois à venir l’accord de libre-échange transatlantique avec les États-Unis, qui signera définitivement l’arrêt de mort de notre agriculture. C’est la raison pour laquelle j’ai voté contre ce texte.

 
  
MPphoto
 
 

  Daniel Buda (PPE), în scris. ‒ Acordul între Uniunea Europeană și Uruguay vizează modificarea concesiilor tarifare legate de aderarea Croației la Uniune. Având în vedere că Uniunea Europeană și-a extins uniunea vamală odată cu aderarea Republicii Croația, devine obligatorie inițierea unor negocieri cu Republica Orientală a Uruguayului referitoare la tariful vamal al Croației tocmai pentru a se ajunge la un acord privind ajustarea compensatorie.

Acest acord de compensare reprezintă o dovadă a atașamentului Uniunii față de regimul comercial, fiind marcată încă o dată supremația scopului constituirii uniunilor vamale și a zonelor de comerț liber.

Salut acordul încheiat cu Uruguay privind modificarea concesiilor tarifare legate de aderarea Croației la Uniunea Europeană deoarece consider că prezentul acord conține modificări proporționale cu concesiile și este în conformitate cu practica anterioară.

 
  
MPphoto
 
 

  Nicola Caputo (S&D), per iscritto. ‒ Oggi ho votato a favore della raccomandazione concernente il progetto di decisione del Consiglio relativa alla conclusione dell'accordo in forma di scambio di lettere tra l'Unione europea e la Repubblica orientale dell'Uruguay, perché con l'adesione della Repubblica di Croazia e il relativo ampliamento dell'unione doganale l'UE è tenuta ad avviare i negoziati con l'Uruguay in merito al tariffario della Croazia. Tale adeguamento scaturisce dagli obblighi sanciti dalle norme dell'OMC, in modo particolare all'articolo XXIV, paragrafo 6, del GATT del 1994.

I negoziati con l'Uruguay hanno determinato un progetto di accordo siglato a Nairobi il 18 dicembre 2015. L'Unione europea dovrà integrare nel suo elenco per il territorio doganale le modifiche attinenti ai contingenti tariffari sulle carni bovine. In merito all'accordo, la Commissione europea sta redigendo un regolamento di applicazione relativo ai diversi contingenti tariffari. L'approvazione da parte del Parlamento europeo è indispensabile al fine del completamento del processo di ratifica del protocollo aggiuntivo.

 
  
MPphoto
 
 

  Matt Carthy (GUE/NGL), in writing. ‒ I abstained on this report. Under the WTO rules, the EU has to negotiate with its partners new conditions due to the accession of Croatia to the EU. The Commission proposes modifications related to tariff rate quotas on bovine meat. The Commission is also preparing an implementing Regulation regarding several tariff rate quotas. The amendment to the Agreement is mainly technical, but because there is a possibility that the modification of the tariff rate quotas on beef may have a small effect on European farmers, including in Ireland, I did not vote in favour but abstained.

 
  
MPphoto
 
 

  David Casa (PPE), in writing. ‒ As a consequence of the accession of Croatia, the customs union of the EU has grown and consequently in line with WTO rules, the EU had to enter into negotiations with other WTO members, in this particular case, Uruguay, having negotiated rights related to the tariff schedule of Croatia. I give my consent to the proposal to conclude the Agreement. The EU will incorporate in its schedule for the customs territory of the EU 28 that of the EU 27 with modifications related to tariff rate quotas on bovine meat. In connection to the Agreement, the European Commission is also preparing an implementing Regulation regarding several tariff rate quotas.

 
  
MPphoto
 
 

  Fabio Massimo Castaldo (EFDD), per iscritto. ‒ Con l'adesione della Repubblica di Croazia, l'Unione europea ha ampliato la propria unione doganale. Di conseguenza, le norme dell'Organizzazione mondiale del commercio (OMC) hanno imposto all'UE di avviare negoziati con i paesi membri dell'OMC detentori di diritti di negoziato connessi all'elenco tariffario della Croazia, allo scopo di convenire un adeguamento compensativo. Il mio voto è stato positivo.

 
  
MPphoto
 
 

  Λευτέρης Χριστοφόρου (PPE), γραπτώς. ‒ Στηρίζουμε την έκθεση προκειμένου να ολοκληρωθεί η διαδικασία κύρωσης του πρόσθετου πρωτοκόλλου.

 
  
MPphoto
 
 

  Κώστας Χρυσόγονος (GUE/NGL), γραπτώς. ‒ Η ψηφοφορία σχετικά με τη σύναψη συμφωνίας μεταξύ της Ευρωπαϊκής Ένωσης και της Δημοκρατίας της Ουρουγουάης, σχετικά με την τροποποίηση των παραχωρήσεων που προβλέπονται στον πίνακα της Δημοκρατίας της Κροατίας στο πλαίσιο της προσχώρησής της στην Ευρωπαϊκή Ένωση, αποτελεί ένα θετικό βήμα και καθώς ανάλογες διαδικασίες ευνοούν την ομαλή εξέλιξη της πορείας προσχώρησης, ψήφισα θετικά.

 
  
MPphoto
 
 

  Alberto Cirio (PPE), per iscritto. ‒ L'accordo commerciale siglato dall'Unione europea con la Repubblica orientale di Uruguay successivamente all'adesione della Croazia accoglie da parte mia un parere conforme poiché si traduce in un'ulteriore possibilità di sviluppo per le imprese europee. Lo sviluppo di relazioni commerciali tra paesi relativamente giovani e provenienti da background economici molto distanti rappresenta un successo del progetto economico incarnato dall'Unione. Fino a venti anni fa sarebbe stato impensabile convenire a una partnership tra un paese dell'America Latina e uno appartenente alla Jugoslavia, per motivi non solo geografici, bensì prevalentemente legati all'ideologia economica e politica abbracciata dall'uno e dall'altro. Oggi, grazie al contributo dell'Unione europea, avvicinare ciò che una volta era molto lontano è possibile e sono orgoglioso di poter partecipare e supportare questa svolta storica.

 
  
MPphoto
 
 

  Deirdre Clune (PPE), in writing.I supported the report on the EU-Uruguay Agreement relating to the accession of Croatia and noted no objections.

 
  
MPphoto
 
 

  Lara Comi (PPE), per iscritto. ‒ Ho votato a favore della conclusione dell'accordo commerciale tra l'Unione europea e la Repubblica orientale dell'Uruguay, in quanto, a seguito dell'ingresso nell'Unione della Repubblica di Croazia, l'unione doganale si è ampliata ed è ora opportuno provvedere a degli adeguamenti compensativi del regime tariffario. Il fine di tale accordo è quello di semplificare e promuovere il commercio tra l'Unione europea e i paesi terzi, nel caso particolare la repubblica dell'Uruguay, nel pieno rispetto delle regole dell'Organizzazione mondiale del commercio.

 
  
MPphoto
 
 

  Therese Comodini Cachia (PPE), in writing. – The EU will incorporate in its schedule for the customs territory of the EU 28 that of the EU 27 with modifications related to tariff rate quotas on bovine meat. In connection to the Agreement, the European Commission is also preparing an implementing Regulation regarding several tariff rate quotas. I concord with the rapporteur to grant European Parliament’s consent.

 
  
MPphoto
 
 

  Javier Couso Permuy (GUE/NGL), por escrito. ‒ En coherencia con mi oposición anterior al Acuerdo UE-Uruguay, relativo a la Organización Mundial de Comercio por su defensa y promoción de un modelo neoliberal de comercio internacional, también he votado en contra de la adhesión de Croacia al mismo.

 
  
MPphoto
 
 

  Andi Cristea (S&D), în scris. ‒ Odată cu aderarea Republicii Croația, UE și-a extins uniunea vamală și era obligată, conform normelor în vigoare, să demareze negocieri cu Republica Orientală a Uruguayului privind tariful vamal aplicat Croației pentru a ajunge la un acord privind o ajustare compensatorie, deoarece regimul tarifar extern al Uniunii Europene duce la o creștere a tarifelor. Aceste negocieri au dus la semnarea proiectului de acord la 18 decembrie 2015. Am votat pentru ratificarea acestui protocol adițional, decizia Consiliului constituind o componentă obligatorie în cadrul completării procesului de ratificare.

 
  
MPphoto
 
 

  Pál Csáky (PPE), írásban. – A Horvát Köztársaság uniós csatlakozásával kibővült az EU vámuniója, ennek következtében, a Kereskedelmi Világszervezet (WTO) szabályai alapján, az Európai Unió köteles tárgyalásokat kezdeményezni azon WTO tagállamokkal, melyekkel kapcsolatban Horvátország ez idáig ún. engedményes vámtarifa listával rendelkezett. Ez abban az esetben válik szükségessé, ha az uniós vámtarifarendszerhez történő csatlakozás eredményeként a vámtarifa szint ez okból történő emelkedése meghaladja a csatlakozó ország által a WTO-ban vállalt szintet. Az Uruguay-jal folytatott tárgyalások eredményeképpen a megállapodás-tervezetet 2015. december 18-án parafálták, majd ezt követően a Tanács meghozta határozatát a tervezet aláírását illetően.

Támogattam a jelentést, mivel az Európai Parlament e tanácsi határozattal történő egyetértése szükséges a kiegészítő jegyzőkönyv ratifikációjához.

 
  
MPphoto
 
 

  Edward Czesak (ECR), na piśmie. ‒ Popieram porozumienie pomiędzy Chorwacją a Urugwajem dotyczące wyrównania kontyngentów taryfowych na mięso z bydła. To istotne porozumienie, zważywszy na fakt, że w momencie przystąpienia Chorwacji do UE unia celna automatycznie została rozszerzona. Podjęcie negocjacji pomiędzy Chorwacją a Urugwajem to ważne działanie mające na celu ustalenie zewnętrznej taryfy celnej UE, aby stawki te nie były wysokie. To są podwody dla których zagłosowałem „za”.

 
  
MPphoto
 
 

  Miriam Dalli (S&D), in writing.I voted in favour of the EU-Uruguay Agreement which takes into account the accession of Croatia to the EU and adapting the tariff schedule as per the WTO requirements. I support this agreement, which represents a culmination of the deepening of relations between the European Union and Uruguay.

 
  
MPphoto
 
 

  Daniel Dalton (ECR), in writing.I welcome this agreement. As an important actor in global trade, it is important that the EU continues to set an example in abiding by WTO rules and adopts a flexible approach in trade negotiations with third countries.

 
  
MPphoto
 
 

  Nicola Danti (S&D), per iscritto. ‒ Con l'adesione della Croazia, l'UE ha ampliato la propria unione doganale ed era pertanto tenuta, coerentemente con le regole stabilite nell'ambito nell'OMC, ad avviare negoziati con l'Uruguay relativamente al tariffario della Croazia allo scopo di raggiungere un accordo sull'adeguamento compensativo, in ragione del mutato regime tariffario esterno dell'UE. Il provvedimento, di natura strettamente tecnica e simile a quello votato con riferimento alla Repubblica popolare cinese, è indispensabile per il completamento del processo di ratifica del protocollo aggiuntivo.

 
  
MPphoto
 
 

  Michel Dantin (PPE), par écrit. ‒ Ce rapport d’initiative présente la recommandation du Parlement européen quant au protocole de mise à jour de l’accord UE-Uruguay suite à l’adhésion de la Croatie à l’Union européenne et porte sur les possibles compensations auprès du pays partenaire de l’UE dès lors que l’Union élargit son marché à un nouveau membre. Le rapporteur recommande de soutenir la proposition de la Commission en faveur de cette négociation. Considérant que l’élargissement du marché unique modifie les conditions d’échange avec les pays partenaires et qu’il faut redéfinir ces conditions, j’ai soutenu ce rapport.

 
  
MPphoto
 
 

  William (The Earl of) Dartmouth (EFDD), in writing. ‒ We abstained on this as it was merely a technical update to reflect the fact that Croatia has joined the EU since the original agreement was signed with Uruguay.

 
  
MPphoto
 
 

  Rachida Dati (PPE), par écrit. – J’ai soutenu la conclusion d’un accord sous forme d’échange de lettres entre l’Union européenne et la République orientale de l’Uruguay au titre de l’accord général sur les tarifs douaniers et le commerce (GATT) de 1994 concernant la modification de concessions dans la liste d’engagements de la Croatie dans le cadre de son adhésion à l’UE. L’union douanière de l’Union européenne ayant été élargie suite à l’adhésion de la Croatie, il était nécessaire d’adapter nos accords commerciaux en conséquence.

 
  
MPphoto
 
 

  Mireille D'Ornano (ENF), par écrit. ‒ Ce rapport fait suite à l’adhésion de la Croatie, l’Union européenne a dû renégocier ses tarifs douaniers avec l’Uruguay. Ces renégociations ont donné lieu à des nouvelles concessions tarifaires et de quotas (viande bovine), sans contrepartie de l’Uruguay. Nous dénonçons ces relations commerciales déséquilibrées. J’ai donc voté contre ce texte.

 
  
MPphoto
 
 

  Ангел Джамбазки (ECR), в писмена форма. ‒ Подкрепих препоръката за сключване на споразумение между ЕС и Уругвай във връзка с изменението на отстъпките в списъка на Република Хърватия в процеса на присъединяването ѝ към Европейския съюз. Докладът е технически и отразява нуждата да се приспособят съществуващите споразумения след разширяването на европейския митнически съюз след присъединяването на Република Хърватия към ЕС.

 
  
MPphoto
 
 

  Γεώργιος Επιτήδειος (NI), γραπτώς. ‒ Η συμφωνία αυτή θα έχει ως αποτέλεσμα την αποκατάσταση των προηγούμενων δικαιωμάτων εμπορικών συναλλαγών της Ουρουγουάης, τα οποία επλήγησαν λόγω της διεύρυνσης της τελωνειακής ένωσης της ΕΕ με την προσχώρηση της Κροατίας.

 
  
MPphoto
 
 

  Norbert Erdős (PPE), írásban. ‒ A Horvát Köztársaság csatlakozásával kibővült az Európai Unió vámuniója. Ennek következtében, a Kereskedelmi Világszervezet (WTO) szabályai alapján, az Európai Unió köteles tárgyalásokat kezdeményezni azon WTO tagállamokkal, melyekkel kapcsolatban Horvátország ez idáig ún. engedményes vámtarifa listával rendelkezett. Ez abban az esetben válik szükségessé, ha az uniós vámtarifarendszerhez történő csatlakozás eredményeként a vámtarifa szint ez okból történő emelkedése meghaladja a csatlakozó ország által a WTO-ban vállalt szintet. Az Uruguay-jal folytatott tárgyalások eredményeképpen a megállapodástervezetet 2015. december 18-án parafálták Nairobiban, majd ezt követően a Tanács 2015. április 11-én hozta meg határozatát a tervezet aláírását illetően.

Szavazatommal támogattam a jelentést, mivel az Európai Parlament e tanácsi határozattal történő egyetértése szükséges a kiegészítő jegyzőkönyv ratifikációjához.

 
  
MPphoto
 
 

  José Manuel Fernandes (PPE), por escrito. ‒ O Parlamento deve dar a sua aprovação à celebração do projeto de decisão do Acordo sob a forma de Troca de Cartas entre a União Europeia e a República Oriental do Uruguai relativo à alteração de concessões previstas na pauta aduaneira da República da Croácia, no contexto da adesão deste país à União Europeia. As negociações com o Uruguai resultaram num projeto de acordo rubricado a 18 de dezembro de 2015, em Nairobi. A UE integrará na sua pauta, para o território aduaneiro da UE-28, a pauta da UE-27 com modificações relativas aos contingentes pautais aplicados à carne de bovino.

 
  
MPphoto
 
 

  Edouard Ferrand (ENF), par écrit. ‒ Vote contre: dans toute négociation, l’Union européenne fait des concessions tarifaires ou de quotas sans que la partie adverse n’en fasse autant. Ce type de relations n’est pas équilibré.

 
  
MPphoto
 
 

  João Ferreira (GUE/NGL), por escrito. ‒ Na sequência da adesão da República da Croácia, a UE alargou a sua união aduaneira, cumprindo-lhe, de acordo com as regras da OMC (artigo XXIV, n.º 6, do GATT de 1994) dar início a negociações com a República Oriental do Uruguai relativamente à pauta aduaneira da Croácia, a fim de chegar a acordo quanto a um eventual ajustamento compensatório.

As negociações com o Uruguai resultaram num projeto de acordo rubricado a 18 de dezembro de 2015, em Nairobi. Uma proposta relativa à assinatura deste acordo foi também apresentada e a decisão do Conselho relativa à assinatura teve lugar em 11 de abril de 2016. A aprovação pelo Parlamento Europeu da presente decisão do Conselho constitui um elemento obrigatório para concluir o processo de ratificação do Protocolo Adicional.

Pese embora o carácter eminentemente técnico deste relatório, a nossa posição é indissociável da posição de princípio relativamente aos fundamentos que determinam a sua necessidade, de que se destaca a competência exclusiva da UE em matéria de política comercial, que lhe foi conferida pelo Tratado de Lisboa. Entendemos que os países devem poder estabelecer, de pleno direito, os acordos comerciais que soberanamente entenderem.

 
  
MPphoto
 
 

  Raffaele Fitto (ECR), per iscritto. ‒ Ho votato a favore della presente raccomandazione in quanto approvo la proposta relativa alla conclusione dell'accordo tra l'Unione europea e la Repubblica orientale dell'Uruguay. Difatti, a seguito dell'adesione della Repubblica di Croazia, l'Unione ha ampliato la propria unione doganale ed era quindi tenuta, ai sensi delle norme dell'Organizzazione mondiale del commercio (OMC) ad avviare i negoziati con la Repubblica orientale dell'Uruguay in merito al tariffario della Croazia, allo scopo di convenire eventualmente un adeguamento compensativo poiché il regime tariffario esterno dell'UE comporta un aumento delle tariffe.

 
  
MPphoto
 
 

  Monika Flašíková Beňová (S&D), písomne ‒ V tomto konkrétnom prípade ide o súbor dojednaní, ktoré majú čisto technický charakter. Hlavným cieľom predmetnej dohody je uzatvorenie dohody medzi Európskou úniou a Uruguajom, ktorá bude prihliadať na pristúpenie Chorvátska k Európskej únii a prispôsobenie tarifných plánov podľa požiadaviek Svetovej obchodnej organizácie.

 
  
MPphoto
 
 

  Lorenzo Fontana (ENF), per iscritto. ‒ Voto contrario alla raccomandazione relativa all'accordo UE-Uruguay in seguito alla adesione della Croazia.

 
  
MPphoto
 
 

  Λάμπρος Φουντούλης (NI), γραπτώς. ‒ Καταψηφίζω τη συμφωνία ΕΕ-Ουρουγουάης, σχετικά με την προσχώρηση της Κροατίας καθώς η συμφωνία αυτή θα έχει ως αποτέλεσμα την αποκατάσταση των προηγούμενων δικαιωμάτων εμπορικών συναλλαγών της Ουρουγουάης, τα οποία επλήγησαν λόγω της διεύρυνσης της τελωνειακής ένωσης της ΕΕ με την προσχώρηση της Κροατίας.

 
  
MPphoto
 
 

  Doru-Claudian Frunzulică (S&D), in writing. ‒ This is a file of technical nature. It aims to conclude the EU-Uruguay agreement, taking into account the accession of Croatia to the EU and adapting the tariff schedule, as per the WTO requirements. It is now appropriate to conclude the Agreement.

No amendments were tabled in the Committee on International Trade (INTA). I support the conclusion of this agreement.

 
  
MPphoto
 
 

  Kinga Gál (PPE), írásban. ‒ A Horvát Köztársaság csatlakozásával kibővült az Európai Unió vámuniója. Ennek következtében, a Kereskedelmi Világszervezet (WTO) szabályai alapján, az Európai Unió köteles tárgyalásokat kezdeményezni azon WTO tagállamokkal, melyekkel kapcsolatban Horvátország idáig ún. engedményes vámtarifalistával rendelkezett. Ez abban az esetben válik szükségessé, ha az uniós vámtarifarendszerhez történő csatlakozás eredményeként a vámtarifaszint ez okból történő emelkedése meghaladja a csatlakozó ország által a WTO-ban vállalt szintet. Az Uruguay-jal folytatott tárgyalások eredményeképpen a megállapodástervezetet 2015. december 18-án parafálták Nairobiban, majd ezt követően a Tanács 2015. április 11-én hozta meg határozatát a tervezet aláírását illetően.

Szavazatommal támogattam a jelentést, mivel az Európai Parlament e tanácsi határozattal történő egyetértése szükséges a kiegészítő jegyzőkönyv ratifikációjához.

 
  
MPphoto
 
 

  Ildikó Gáll-Pelcz (PPE), írásban. ‒ Jóváhagytam képviselőtársam ajánlását az EU–Uruguay közötti GATT egyezmény értelmében Horvátország felvételét a kiegészítő jegyzőkönyvbe. Az Európai Parlamentnek egyetértését kell adnia az Európai Unió és az Uruguayi Keleti Köztársaság között az 1994. évi Általános Vám- és Kereskedelmi Egyezmény (GATT) XXIV. cikkének 6. pontja és XXVIII. cikke alapján, a Horvát Köztársaság engedményes listáján szereplő engedményeknek ezen ország Európai Unióhoz való csatlakozása során történő módosítására vonatkozóan, levélváltás formájában létrejött megállapodás megkötéséhez. A Horvát Köztársaság csatlakozásával kibővült az Európai Unió vámuniója.

Ennek következtében a Kereskedelmi Világszervezet (WTO) szabályai értelmében az Európai Unió kompenzációs kiigazítás esetleges megállapítása érdekében köteles volt tárgyalásokat kezdeni azon WTO-tagokkal, amelyek Horvátország engedményes listái vonatkozásában tárgyalási joggal rendelkeznek. Ezt a kiigazítást el kellett végezni, mivel az EU külső vámtarifarendszerének átvételéből eredően a vámtarifaszint emelkedésének mértéke meghaladja a Horvátország által a WTO-ban vállalt szintet.

 
  
MPphoto
 
 

  Elena Gentile (S&D), per iscritto. ‒ Ho votato a favore della raccomandazione concernente il progetto di decisione del Consiglio relativa alla conclusione dell'accordo in forma di scambio di lettere tra l'Unione europea e la Repubblica orientale dell’Uruguay, a norma dell’articolo XXIV, paragrafo 6, e dell'articolo XXVIII dell'accordo generale sulle tariffe doganali e sul commercio (GATT) del 1994, sulla modifica di concessioni nell'elenco della Repubblica di Croazia nel quadro della sua adesione all'Unione europea. Infatti, l'adesione della Croazia all'unione doganale ha reso necessario l'accordo per un adeguamento compensativo allo scopo di aggiornare il tariffario della Croazia. Con l'accordo raggiunto a Nairobi tra Unione europea e Uruguay, lo scorso dicembre 2015, e grazie anche al voto favorevole del Parlamento europeo, l'UE modificherà i contingenti tariffari sulle carni bovine.

 
  
MPphoto
 
 

  Arne Gericke (ECR), schriftlich. ‒ Ich habe für das Abkommen EU-Uruguay im Zusammenhang mit dem Beitritt Kroatiens zur EU gestimmt, da es sich um eine technische Aktualisierung eines wichtigen Abkommens nach dem Beitritt Kroatiens zur EU handelt.

 
  
MPphoto
 
 

  Tania González Peñas (GUE/NGL), por escrito. ‒ He votado a favor de este informe necesario para formalizar el acceso de Croacia a la Unión Europea.

 
  
MPphoto
 
 

  Beata Gosiewska (ECR), na piśmie. ‒ Głosowałam za zaleceniem w sprawie projektu decyzji Rady w sprawie zawarcia Porozumienia w formie wymiany listów między Unią Europejską a Wschodnią Republiką Urugwaju na podstawie art. XXIV ust. 6. oraz art. XXVIII Układu ogólnego w sprawie taryf celnych i handlu (GATT) z 1994 r. odnoszącego się do zmian list koncesyjnych Republiki Chorwacji w związku z jej przystąpieniem do Unii Europejskiej.

W związku z przystąpieniem Republiki Chorwacji UE rozszerzyła unię celną, a ponieważ system zewnętrznej taryfy celnej UE powoduje wzrost stawek zgodnie z regułami WTO, UE była obowiązana do rozpoczęcia negocjacji z Wschodnią Republiką Urugwaju w sprawie listy koncesyjnej Chorwacji. Zwieńczeniem negocjacji z Urugwajem było sporządzenie projektu porozumienia, który parafowano w dniu 18 grudnia 2015 r. w Nairobi.

W mojej ocenie Parlament Europejski powinien wyrazić zgodę na zawarcie Porozumienia w formie wymiany listów między Unią Europejską a Wschodnią Republiką Urugwaju odnoszącego się do zmian list koncesyjnych Republiki Chorwacji w związku z jej przystąpieniem do Unii Europejskiej.

 
  
MPphoto
 
 

  Marian Harkin (ALDE), in writing. ‒ I voted in favour of this EU-Uruguay Agreement relating to the accession of Croatia. With the accession of the Republic of Croatia, the EU enlarged its customs union and was therefore required under WTO rules to enter into negotiations with the Eastern Republic of Uruguay regarding the tariff schedule of Croatia in order to eventually agree on a compensatory adjustment as the EU’s external tariff regime results in an increase of tariffs. The EU will now incorporate its schedule for the customs territory of the EU 28 that of the EU 27 with modifications related to tariff rate quotas.

 
  
MPphoto
 
 

  Brian Hayes (PPE), in writing.I voted in favour as I have no objections.

 
  
MPphoto
 
 

  Hans-Olaf Henkel (ECR), in writing. ‒ After the EU enlarged its customs union with the accession of Croatia, it was required to negotiate the tariff schedule of Croatia with WTO members for a possible compensatory adjustment. Negotiations with Uruguay focused on adjustments of tariff rate quotes on bovine meat. My group and I are strong supporters of trade, and we have therefore voted in favour of this report.

 
  
MPphoto
 
 

  György Hölvényi (PPE), írásban. ‒ A Horvát Köztársaság csatlakozásával kibővült az Európai Unió vámuniója. Ennek következtében, a Kereskedelmi Világszervezet (WTO) szabályai alapján, az Európai Unió köteles tárgyalásokat kezdeményezni azon WTO tagállamokkal, melyekkel kapcsolatban Horvátország ez idáig ún. engedményes vámtarifalistával rendelkezett. Ez abban az esetben válik szükségessé, ha az uniós vámtarifarendszerhez történő csatlakozás eredményeként a vámtarifaszint ez okból történő emelkedése meghaladja a csatlakozó ország által a WTO-ban vállalt szintet. Az Uruguay-jal folytatott tárgyalások eredményeképpen a megállapodástervezetet 2015. december 18-án parafálták Nairobiban, majd ezt követően a Tanács 2015. április 11-én hozta meg határozatát a tervezet aláírását illetően.

Szavazatommal támogattam a jelentést, mivel az Európai Parlament e tanácsi határozattal történő egyetértése szükséges a kiegészítő jegyzőkönyv ratifikációjához.

 
  
MPphoto
 
 

  Cătălin Sorin Ivan (S&D), in writing. ‒ The European Union enlarged its Customs Union with the accession of Croatia. This file aims to conclude the EU-Uruguay agreement, taking into account the accession of Croatia to the EU, as is required under WTO rules.

 
  
MPphoto
 
 

  Ivan Jakovčić (ALDE), napisan. ‒ Glasao sam za preporuku nacrta odluke Vijeća o sklapanju Sporazuma u obliku razmjene pisama između Europske unije i Istočne Republike Urugvaja na temelju članka XXIV. stavka 6. i članka XXVIII. Općeg sporazuma o carinama i trgovini (GATT) iz 1994. u pogledu izmjene koncesija u rasporedu Republike Hrvatske u okviru njezina pristupanja Europskoj uniji, jer se time daje suglasnost za sklapanje ovog sporazuma.

Nakon ulaska Hrvatske u EU-u proširena je carinska unija, te su stoga bili potrebni pregovori s Istočnom Republikom Urugvajem kako bi se usuglasila kompenzacijska prilagodba s obzirom na to da vanjski tarifni sustav dovodi do povećanja carina. Suglasnost Europskog parlamenta o ovom nacrtu Vijeća obvezan je dio dovršetka procesa ratifikacije Dodatnog protokola.

 
  
MPphoto
 
 

  Jean-François Jalkh (ENF), par écrit. ‒ Ce rapport fait suite à l’adhésion de la Croatie à l’UE. Cette dernière a dû renégocier avec l’Uruguay des accords de tarifs douaniers conformément aux règles de l’OMC. En conséquence, la Commission européenne a fait deux concessions sur les quotas sur la viande bovine. J'ai donc voté contre ce rapport.

 
  
MPphoto
 
 

  Petr Ježek (ALDE), písemně. ‒ Po přistoupení Chorvatské republiky se celní unie EU rozšířila a bylo nutné vyjednat kompenzační vyrovnání se členy Světové obchodní organizace, protože vnější celní tarif EU vedl ke zvýšení cel. Pro usnesení o uzavření dohody s Uruguayskou východní republikou jsem hlasoval, poněvadž je vyrovnání jak v souladu s předchozí praxí a rámcem WTO, tak i a snahou EU dodržovat pravidla mnohostranného obchodního režimu.

 
  
MPphoto
 
 

  Marc Joulaud (PPE), par écrit. ‒ J’ai voté pour le texte de mon collègue Pablo Zalba concernant l’adhésion de la Croatie à l’accord UE-Uruguay. En 2015, les négociations avec l’Uruguay ont abouti à un accord commercial; ce vote permet à la Croatie de se voir également appliquer les dispositions de l’accord suite à son adhésion en 2013, une décision qui me satisfait et qui permet à la Croatie d’aligner son marché économique sur celui des autres États membres.

Ce rapport a été adopté à une large majorité, ce dont je me félicite.

 
  
MPphoto
 
 

  Philippe Juvin (PPE), par écrit. ‒ J’ai voté en faveur du rapport sur l'accord UE-Uruguay concernant l'adhésion de la Croatie. Suite à l'adhésion de la Croatie, l'Union a élargi son union douanière et s'est trouvée par conséquent dans l'obligation, en vertu des règles de l'OMC, d’ouvrir des négociations avec l'Uruguay en ce qui concerne la liste d'engagements de la Croatie afin de convenir éventuellement d'une compensation, l'adoption du régime tarifaire extérieur de l'Union entraînant une augmentation des droits.

 
  
MPphoto
 
 

  Barbara Kappel (ENF), schriftlich. ‒ Ich stimme für das vorliegende Abkommen, da es lediglich die bestehenden Regeln im Hinblick auf den EU-Beitritt von Kroatien modifiziert und keine substanziellen Änderungen beinhaltet.

 
  
MPphoto
 
 

  Ádám Kósa (PPE), írásban. ‒ A Horvát Köztársaság csatlakozásával kibővült az Európai Unió vámuniója. Ennek következtében, a Kereskedelmi Világszervezet (WTO) szabályai alapján, az Európai Unió köteles tárgyalásokat kezdeményezni azon WTO tagállamokkal, melyekkel kapcsolatban Horvátország idáig ún. engedményes vámtarifalistával rendelkezett. Ez abban az esetben válik szükségessé, ha az uniós vámtarifarendszerhez történő csatlakozás eredményeként a vámtarifa szint ez okból történő emelkedése meghaladja a csatlakozó ország által a WTO-ban vállalt szintet. Az Uruguay-jal folytatott tárgyalások eredményeképpen a megállapodástervezetet 2015. december 18-án parafálták Nairobiban, majd ezt követően a Tanács 2015. április 11-én hozta meg határozatát a tervezet aláírását illetően.

Szavazatommal támogattam a jelentést, mivel az Európai Parlament e tanácsi határozattal történő egyetértése szükséges a kiegészítő jegyzőkönyv ratifikációjához.

 
  
MPphoto
 
 

  Ilhan Kyuchyuk (ALDE), in writing.With Croatia’s accession on 1 July 2013, the EU enlarged its customs union. In the light of this, the European Parliament should give its consent to the compensatory agreement with the Eastern Republic of Uruguay. The agreement will respect the trading rights of the Eastern Republic of Uruguay and, at the same time, it is a sign of the EU’s attachment to the WTO multilateral rules-based trading regime. It is important to note that the EU will incorporate in its schedule for the customs territory of the EU 28 Uruguay’s specific high-quality beef quota (EU Regulation 481/2012, 48 200 tons). Last but not least, the compensatory agreement will enable Croatia to benefit fully from trade relations between the EU and the Eastern Republic of Uruguay (worth EUR 1.603 million in EU exports to Uruguay and EUR 1.131 million in EU imports from Uruguay).

 
  
MPphoto
 
 

  Giovanni La Via (PPE), per iscritto. – La presente relazione analizza l'accordo UE-Uruguay relativamente all'adesione della Croazia. Si tratta di un atto dovuto al fine di tenere in conto, nell'ambito di applicazione dello stesso, dell'entrata della Croazia tra i 28 Stati membri.

 
  
MPphoto
 
 

  Gilles Lebreton (ENF), par écrit. ‒ J’ai voté contre ce rapport car il accepte que l’UE fasse des concessions tarifaires imprudentes.

 
  
MPphoto
 
 

  Marine Le Pen (ENF), par écrit. ‒ Croatie, l’Union européenne a dû renégocier avec l’Uruguay des accords de tarifs douaniers conformément aux règles de l’OMC. Du coup, la Commission européenne a fait deux concessions sur les quotas sur la viande bovine. Dans toute négociation, l’Union européenne fait des concessions tarifaires ou de quotas sans que la partie adverse n’en fasse autant. Ce type de relations n’est pas équilibré.

 
  
MPphoto
 
 

  Philippe Loiseau (ENF), par écrit. ‒ Suite à l’adhésion de la Croatie à l’Union européenne, celle-ci a dû renégocier avec l’Uruguay ses tarifs douaniers, conformément aux règles de l’OMC. L’UE a malheureusement fait deux concessions importantes, concernant les quotas de viande bovine, alors que l’Uruguay n’en a fait aucune. Ce type de relation commerciale n’étant pas équilibré et fortement défavorable à notre commerce et à ses acteurs, en l'occurrence les éleveurs bovins, j’ai logiquement voté CONTRE ce texte.

 
  
MPphoto
 
 

  Javi López (S&D), por escrito. ‒ He votado a favor de este informe por el cual el Parlamento concederá su aprobación a la celebración del Acuerdo entre la Unión y Uruguay relativo a la modificación de las concesiones en la lista arancelaria de Croacia en el marco de la OMC como consecuencia de su adhesión a la Unión Europea.

Porque con la adhesión de Croacia, la Unión ha ampliado su unión aduanera. En consecuencia, de acuerdo con las normas de la OMC la Unión está obligada a entablar negociaciones con los miembros de la OMC que tengan derechos de negociación respecto a la lista arancelaria de Croacia, para acordar un ajuste compensatorio. Así, la Comisión ha negociado con los miembros de la OMC, en este caso Uruguay, que tienen derechos de negociación respecto a la supresión de concesiones específicas, en relación con la retirada de la lista arancelaria de Croacia por su ingreso en la Unión.

 
  
MPphoto
 
 

  Paloma López Bermejo (GUE/NGL), por escrito. ‒ En coherencia con mi oposición anterior al Acuerdo UE-Uruguay, relativo a la Organización Mundial de Comercio por su defensa y promoción de un modelo neoliberal de comercio internacional, también he votado en contra de la adhesión de Croacia al mismo.

 
  
MPphoto
 
 

  Mairead McGuinness (PPE), in writing. ‒ With the accession of Croatia, the EU’s Customs Union grew and consequently the EU was required to negotiate the tariff schedule to incorporate Croatia. I voted in favour of the results of the negotiations between the EU and Uruguay.

 
  
MPphoto
 
 

  Petr Mach (EFDD), písemně. ‒ Zdržel jsem se. Nemám námitky proti přiřazení Chorvatska k dohodě s Uruguayí, na jejímž základě se rozšíří v souvislosti se začleněním Chorvatska do EU dovozní kvóta na hovězí maso.

 
  
MPphoto
 
 

  Andrejs Mamikins (S&D), in writing. ‒ The purpose of this report is to conclude an Agreement in the form of an Exchange of Letters between the European Union and Uruguay pursuant to the General Agreement on Tariffs and Trade relating to the modification of concessions in the schedule of Croatia in the course of its accession to the European Union. I support the position that the European Parliament give its consent to the conclusion of the Agreement.

 
  
MPphoto
 
 

  Vladimír Maňka (S&D), písomne ‒ Pristúpením Chorvátska do Únie sa rozšírila colná únia, kde vonkajší colný režim spôsobuje zvýšenie taríf. Pravidlá WTO požadujú v takýchto prípadoch kompenzačné vyrovnania, preto Európsky parlament schválil uzavretie dohody, ktorá sa týka colných kvót na hovädzie mäso. V tejto súvislosti je potrebné, aby Komisia predložila návrh nariadenia, ktorým sa upravia colné kvóty.

 
  
MPphoto
 
 

  Νότης Μαριάς (ECR), γραπτώς. ‒ Απείχα κατά την ψηφοφορία της σύστασης σχετικά με το σχέδιο απόφασης του Συμβουλίου που αφορά τη σύναψη συμφωνίας υπό μορφή ανταλλαγής επιστολών μεταξύ της Ευρωπαϊκής Ένωσης και της Ανατολικής Δημοκρατίας της Ουρουγουάης, σύμφωνα με το άρθρο XXIV παράγραφος 6 και το άρθρο XXVIII της Γενικής Συμφωνίας Δασμών και Εμπορίου (ΓΣΔΕ) του 1994, σχετικά με την τροποποίηση των παραχωρήσεων που προβλέπονται στον πίνακα της Δημοκρατίας της Κροατίας στο πλαίσιο της προσχώρησής της στην Ευρωπαϊκή Ένωση, διότι δεν είναι επαρκώς τεκμηριωμένη.

 
  
MPphoto
 
 

  Dominique Martin (ENF), par écrit. ‒ J’ai voté contre ce texte.

Ce rapport fait suite à l’adhésion de la Croatie, l’Union européenne a dû renégocier ses tarifs douaniers avec l’Uruguay. Ces renégociations ont donné lieu à des nouvelles concessions tarifaires et de quotas (viande bovine), sans contrepartie de l’Uruguay. Nous dénonçons ces relations commerciales déséquilibrées.

 
  
MPphoto
 
 

  Fulvio Martusciello (PPE), in writing. – In regards to the proposal concluding an agreement in the form of Exchange Letters between the EU and the Eastern Republic of Uruguay, I voted in favour. I support the strengthening of mutual relations by cooperating in terms of trade, investment, finance and technology, especially now that the bloc welcomed its latest member back in 2013.

 
  
MPphoto
 
 

  Emmanuel Maurel (S&D), par écrit. ‒ Comme le rapport Winkler, le rapport Zalba Bidegain, tel que soumis au vote en session plénière, visait à faire valider par le Parlement européen la démarche de la Commission et du Conseil d’ajuster les concessions offertes par l’Union européenne à l’Uruguay à l’OMC, ce afin de tenir compte de la récente adhésion de la Croatie à l’UE et de l’agrandissement du marché européen qu’elle a occasionné.

Les ajustements apportés sont relativement bénins, car proportionnels à la petite taille du marché croate: l’Uruguay pourra exporter une quantité légèrement plus importante de viande bovine dans l’Union européenne.

Si j’ai voté pour ce rapport technique, je serai très vigilant à la tournure des négociations entre l’Union européenne et les pays du Mercosur (Brésil, Argentine, Uruguay, Paraguay). Une rencontre entre les ministres du commerce concernés aura lieu très prochainement et l’Uruguay a déjà fait part de son objectif d’obtenir de généreux quotas d’exportation supplémentaires pour sa viande bovine. Je m’opposerai à un accord qui se ferait au détriment de l’élevage européen, en pleine crise

 
  
MPphoto
 
 

  Georg Mayer (ENF), schriftlich. ‒ Mit dem Beitritt der Republik Kroatien erweiterte die Europäische Union ihre Zollunion.

Im Rahmen des Abkommens wird die Kommission eine Angleichung von Zolltarifen mittels Durchführungsverordnung vornehmen und Warenkontingente anpassen. Das befürworte ich.

 
  
MPphoto
 
 

  Valentinas Mazuronis (ALDE), raštu. ‒ Į Europos Sąjungą įstojus Kroatijos Respublikai, išsiplėtė ES muitų sąjunga. Taigi ES pagal Pasaulio prekybos organizacijos (PPO) taisykles (GATT 1994 XXIV straipsnio 6 dalis) buvo įpareigota pradėti derybas su Urugvajaus Rytų Respublika dėl Kroatijos muitų tarifų sąrašo, kad galiausiai būtų susitarta dėl kompensacinio sureguliavimo, nes dėl ES išorės muitų tarifų režimo padidėja muitų tarifai.

 
  
MPphoto
 
 

  Jean-Luc Mélenchon (GUE/NGL), par écrit. ‒ L’Uruguay et l’UE disposaient d’accords douaniers pour l’export et l’import de certaines marchandises, convenus dans le cadre de l'accord général sur les tarifs douaniers et le commerce (GATT) de l’OMC. Suite à l’adhésion de la Croatie en juillet 2013, il faut adapter ces quotas et contingents tarifaires à une Union à 28 États. C’est ce que propose cette décision. Je suis non seulement opposé à ces dernières vagues d’élargissement mais également au modèle de libre-échange de l’OMC. Je vote contre.

 
  
MPphoto
 
 

  Joëlle Mélin (ENF), par écrit. ‒ Dans toute négociation, l’Union européenne fait des concessions tarifaires ou de quotas sans que la partie adverse n’en fasse autant. Ce type de relations n’est pas équilibré et est néfaste pour nos intérêts.

J’ai donc voté contre.

 
  
MPphoto
 
 

  Nuno Melo (PPE), por escrito. ‒ Voto favoravelmente a aprovação à celebração do projeto de decisão do Acordo sob a forma de Troca de Cartas entre a União Europeia e a República Oriental do Uruguai, nos termos do artigo XXIV, n.º 6, e do artigo XXVIII do GATT de 1994, relativo à alteração de concessões previstas na pauta aduaneira da República da Croácia, no contexto da adesão deste país à União Europeia.

 
  
MPphoto
 
 

  Roberta Metsola (PPE), in writing. ‒ I voted in favour of this resolution as it is important that Croatia, the newest member of our Customs Union, is included in existing conventions and agreements.

 
  
MPphoto
 
 

  Louis Michel (ALDE), par écrit. – Le 1er juillet 2013, la République de Croatie est devenue le 28ème État membre de l’Union européenne. L’union douanière européenne s’est donc, par la même occasion, élargie.

Or, selon les règles de l'Organisation mondiale du commerce (OMC), en vertu de l’article XXIV, paragraphe 6, du GATT de 1994, l’Union européenne a dû ouvrir des négociations avec la République orientale de l'Uruguay en ce qui concerne la liste d'engagements de la Croatie afin de convenir éventuellement d'une compensation, l'adoption du régime tarifaire extérieur de l'Union ayant entraîné une augmentation des droits.

Le Parlement européen a approuvé l’accord UE-Uruguay concernant l'adhésion de la Croatie auquel j'ai apporté mon soutien. Les résultats ont été négociés par la Commission en accord avec les membres de l’OMC détenant des droits de négociation et concernent la viande bovine.

 
  
MPphoto
 
 

  Marlene Mizzi (S&D), in writing.I voted in favour of the report, which aims to conclude the EU-Uruguay agreement, taking into account the accession of Croatia to the EU and adapting the tariff schedule, as per the WTO requirements. Therefore, I supported the conclusion of this agreement.

 
  
MPphoto
 
 

  Sorin Moisă (S&D), in writing. ‒ I voted in favour of the Agreement, which is a necessary step in order to ensure compliance with WTO rules. After the accession of Croatia, the EU had to launch negotiations with WTO Members holding negotiating rights, amongst which Uruguay, in order to agree on compensatory adjustments linked to the fact that the EU has enlarged its customs union and Croatia has adopted the EU’s external tariff regime, which led to an increase in tariff beyond the level for which Croatia had previously bound itself at the WTO.

The outcome of the negotiations with Uruguay is a balanced one, with concessions limited adding 76 tonnes in the country allocated (Uruguay) EU tariff rate quota ‘boneless meat of bovine animals, fresh or chilled’ and respectively 1 875 tonnes into the EU tariff rate quota ‘Meat of bovine animals, frozen’ while maintaining, in both cases, the present in-quota rate of 20%.

 
  
MPphoto
 
 

  Csaba Molnár (S&D), írásban. ‒ A Horvát Köztársaság csatlakozásával kibővült az Európai Unió vámuniója. Horvátország ezzel átvette az EU külső vámtarifarendszerét, aminek következtében az ország engedményes listáján szereplő, az Uruguayi Keleti Köztársaságot megillető engedmények módosultak. Az ügyben a Bizottság a Tanács 2013. július 15-i fölhatalmazása alapján tárgyalásokat kezdeményezett, aminek eredményeként Uruguayjal levélváltás formájában megállapodás jött létre, amit 2015. december 18-án Nairobiban parafáltak. A megállapodás aláírásáról a Tanács 2016. április 11-én meghozta határozatát, amihez azonban meg kell szereznie az Európai Parlament egyetértését is.

A Nemzetközi Kereskedelmi Bizottság jelentésében azt javasolja, hogy a Parlament a megállapodás megkötésével értsen egyet. Ennek megfelelően szavaztam.

 
  
MPphoto
 
 

  Bernard Monot (ENF), par écrit. ‒ Suite à l’adhésion de la Croatie, l’UE a dû renégocier avec l’Uruguay des accords de tarifs douaniers conformément aux règles de l’OMC. Du coup, la Commission européenne a fait deux concessions sur les quotas sur la viande bovine sans que la partie adverse n’en fasse autant. Ce type de relation n’est pas équilibré. Vote défavorable.

 
  
MPphoto
 
 

  Cláudia Monteiro de Aguiar (PPE), por escrito. ‒ Com a adesão da República da Croácia a União Europeia alargou a sua união aduaneira. A República Oriental do Uruguai tem direito ao restabelecimento dos seus direitos comerciais anteriores, que sofreram uma ligeira degradação devido ao alargamento da união aduaneira aquando da adesão da Croácia à União.

Em conformidade com as regras da Organização Mundial do Comércio, cumpria à UE dar início a negociações com os membros da OMC que detêm direitos de negociação relacionados com a pauta aduaneira da Croácia.

Uma vez que a proposta de celebração do acordo altera de forma proporcionada as concessões e é coerente com a prática anterior e com o quadro da OMC, sou favorável à celebração do presente Acordo.

 
  
MPphoto
 
 

  Sophie Montel (ENF), par écrit. ‒ Ce rapport concerne l’accord UE-Uruguay sur l’adhésion de la Croatie à l’UE. Cette dernière a dû en effet renégocier avec l’Uruguay des accords de tarifs douaniers conformément aux règles de l’OMC. Considérant que cet accord est très favorable à l’Uruguay puisque la Commission a fait deux concessions sur les quotas de viande bovine sans contrepartie, j’ai décidé voter contre.

 
  
MPphoto
 
 

  Claude Moraes (S&D), in writing. ‒ I voted in favour of the report which asks the Council to adopt a decision to conclude the Agreement in the form of an Exchange of Letters with Uruguay.

 
  
MPphoto
 
 

  Nadine Morano (PPE), par écrit. ‒ Ce rapport vise à donner l’approbation du Parlement à l’adhésion de la Croatie à l’accord conclu entre l’UE et l’Uruguay.

En effet, la Croatie ayant adhéré à l’Union européenne seulement à partir du 1er juillet 2013, elle n’était pas partie à cette convention alors qu’en tant qu’État membre, elle y a totalement sa place. J’ai donc voté en faveur de ce rapport.

 
  
MPphoto
 
 

  Elisabeth Morin-Chartier (PPE), par écrit. ‒ J’ai voté en faveur du rapport sur l’accord entre l’Union européenne et l’Uruguay concernant la modification de concessions dans la liste d’engagements de la République de Croatie dans le cadre de son adhésion à l’Union européenne. L’union douanière de l’Union européenne s’est retrouvée agrandie par l’intégration de la Croatie en 2013. Il fallait alors négocier une compensation avec l’Uruguay pour mettre le pays en conformité avec ses engagements dans le cadre de l’OMC.

 
  
MPphoto
 
 

  Alessandra Mussolini (PPE), per iscritto. ‒ A seguito dell'adesione della Repubblica di Croazia, l'unione doganale dell'Unione europea si è estesa e di conseguenza si ha l'obbligo di aprire i negoziati con i partner dell'OMC, in questo caso l'Uruguay, per convenire eventuali compensazioni a favore del paese terzo al fine di bilanciare l'aumento delle tariffe. L'obiettivo dell'accordo tra l'Unione europea e la Repubblica orientale di Uruguay ha lo scopo di semplificare e regolarizzare gli scambi commerciali e pertanto mi sono espressa a favore del provvedimento.

 
  
MPphoto
 
 

  József Nagy (PPE), írásban. ‒ Az Európai Uniónak számos külső partnere van, ami bizonyos kötelességeket von magával. Éppen ezért természetes, hogy az új tagállamokkal való bővülés ezekre a szövetségesekre is hatással lehet. Mint a WTO tagja, az Uruguayi Keleti Köztársaság minden joggal kérte az eddigi megállapodások felülvizsgálatát. Úgy gondolom, hogy a két fél között folytatott tárgyalások eredménye az EU számára teljesen elfogadható, így ezt az ajánlást is helyénvalónak látom.

 
  
MPphoto
 
 

  Victor Negrescu (S&D), in writing. ‒ The General Agreement on Tariffs and Trade (GATT) is part of the rules of the World Trade Organisation and regulates international trade. I have voted for this report that will start negotiations with the World Trade Organisation’s Member, Uruguay, regarding the tariff schedule of Croatia following its accession to the European Union thus enlarging its customs.

The agreement, in the form of an Exchange of Letters with the Uruguay, will be signed by the European Council on behalf of the European Union, and in the meantime another proposal is being submitted by the European Commission regarding the conclusions of the Agreement.

 
  
MPphoto
 
 

  Liadh Ní Riada (GUE/NGL), in writing. – I abstained on this report. Under the WTO rules, the EU has to negotiate with its partners new conditions due to the accession of Croatia to the EU. The Commission proposes modifications related to tariff rate quotas on bovine meat. The Commission is also preparing an implementing Regulation regarding several tariff rate quotas. The amendment to the Agreement is mainly technical, but because there is a possibility that the modification of the tariff rate quotas on beef may have a small effect on European farmers, including in Ireland, I did not vote in favour but abstained.

 
  
MPphoto
 
 

  Franz Obermayr (ENF), schriftlich. ‒ Ich habe mich für diesen Bericht ausgesprochen. Mit dem Beitritt der Republik Kroatien erweitert die Europäische Union ihre Zollunion.

Im Rahmen des Abkommens wird die Kommission eine Angleichung von Zolltarifen mittels Durchführungsverordnung vornehmen und Warenkontingente anpassen.

 
  
MPphoto
 
 

  Maite Pagazaurtundúa Ruiz (ALDE), por escrito. ‒ Con la adhesión de la República de Croacia, la Unión Europea amplió su unión aduanera lo que exige, de acuerdo con las normas de la Organización Mundial del Comercio (OMC), entablar negociaciones con aquellos miembros de la OMC que tengan derechos de negociación respecto a la lista arancelaria de Croacia para acordar un ajuste compensatorio. Es el caso de Uruguay y es el objetivo del presente Acuerdo. Doy, por tanto, mi visto bueno a este informe y a la concesión de la aprobación a la celebración del Acuerdo.

 
  
MPphoto
 
 

  Margot Parker (EFDD), in writing. ‒ We abstained on this as it was merely a technical update to reflect the fact that Croatia has joined the EU since the original agreement was signed with Uruguay.

 
  
MPphoto
 
 

  Eva Paunova (PPE), in writing. – With the accession of the Republic of Croatia, the EU enlarged its Customs Union and was therefore required under WTO rules (Article XXIV:6 of the GATT 1994) to enter into negotiations to the Eastern Republic of Uruguay regarding the tariff schedule of Croatia in order to eventually agree on a compensatory adjustment as the EU’s external tariff regime results in an increase of tariffs. I voted in favour as trade is one of the key policies for the EU and for the benefit of EU citizens. Furthermore, this proposal has no financial impact on expenditure, but has a financial impact on revenue.

 
  
MPphoto
 
 

  Marijana Petir (PPE), napisan. ‒ Podržavam Sporazum u formi Izmjene pisama između Europske unije i Istočne Republike Urugvaja. Sporazum je u skladu s praksom EU-a iz prethodnih proširenja te se temelji na praksi EU-a koja je u skladu s politikom vanjskog djelovanja.

Sporazumom koji je EU sklopila s državama članica WTO-a, EU se obvezuje da pri svakom proširenju treća zemlja koja uvozi na jedinstveno europsko tržište ima pravo na veće kvote. Republika Hrvatska je svojim ulaskom u EU svakako doprinijela proširenju tog tržišta te se kao hrvatska zastupnica nadam da će i Republika Hrvatska moći iskoristiti dio pogodnosti ovog kompenzacijskog sporazuma. Pristupanjem Hrvatske Europskoj uniji, Unija je proširila svoje granice, a to znači za Istočnu Republiku Urugvaj povećanje kvota pri izvozu proizvoda u EU, ali i dodatne olakšice za EU pri izvozu proizvoda u Urugvaj.

Ovaj sporazum je još jedan dokaz kako EU podržava multilateralni trgovinski sustav, ali i poštuje trgovačka pravila WTO-a.

 
  
MPphoto
 
 

  Florian Philippot (ENF), par écrit. ‒ Suite à l’adhésion de la Croatie, l’UE a dû renégocier avec l’Uruguay des accords de tarifs douaniers conformément aux règles de l’OMC. La Commission européenne a fait deux concessions sur les quotas sur la viande bovine. Dans toute négociation, l’Union européenne fait des concessions tarifaires ou de quotas sans que la partie adverse en fasse autant. Ce type de relations n’est pas équilibré. Je vote donc contre ce rapport.

 
  
MPphoto
 
 

  Tonino Picula (S&D), napisan. ‒ S pristupanjem Republike Hrvatske Europska unija je proširila svoju carinsku uniju te je stoga na temelju pravila Svjetske trgovinske organizacije (WTO) (članak XXIV. stavak 6. GATT-a iz 1994.) morala pokrenuti pregovore s Istočnom Republikom Urugvajem u vezi s tarifnim rasporedom Hrvatske kako bi se na kraju usuglasila kompenzacijska prilagodba s obzirom na to da vanjski tarifni sustav dovodi do povećanja carina.

Iz pregovora s Istočnom Republikom Urugvajem proizašao je nacrt Sporazuma koji je parafiran 18. prosinca 2015. u Nairobiju. Istovremeno je podnesen zasebni prijedlog o potpisivanju tog Sporazuma, a odluka Vijeća o potpisivanju donesena je 11. travnja 2016. Europska unija u svoj će raspored za carinsko područje EU 28 uvrstiti koncesije sadržane u rasporedu EU 27 s izmjenama povezanim s carinskim kvotama za goveđe meso.

Europska komisija također priprema provedbenu uredbu u vezi s nekoliko carinskih kvota. Uzimajući u obzir nacrt Sporazuma u obliku razmjene pisama između Europske unije i Istočne Republike Urugvaja na temelju članka XXIV. stavka 6. i članka XXVIII. Općeg sporazuma o carinama i trgovini (GATT) iz 1994. u pogledu izmjene koncesija u rasporedu Republike Hrvatske u okviru njezina pristupanja Europskoj uniji (06871/2016), podržavam stajalište o sklapanju Sporazuma.

 
  
MPphoto
 
 

  Miroslav Poche (S&D), písemně. ‒ Vnější celní tarif EU vede ke zvýšení cel. Bylo tedy potřeba, aby Evropský parlament schválil tuto zprávu a udělil tak souhlas s uzavřením dohody mezi EU a Uruguayí ve formě výměny dopisů o změnách koncesí v listině Chorvatské republiky v průběhu jejího přistoupení k Evropské unii.

 
  
MPphoto
 
 

  Salvatore Domenico Pogliese (PPE), per iscritto. ‒ Con l'adesione della Repubblica di Croazia, l'Unione ha ampliato la propria unione doganale ed era quindi tenuta, ai sensi delle norme dell'OMC (articolo XXIV, paragrafo 6, del GATT del 1994) ad avviare negoziati con la Repubblica orientale dell'Uruguay per quanto riguarda il tariffario della Croazia, allo scopo di convenire eventualmente un adeguamento compensativo poiché il regime tariffario esterno dell'UE comporta un aumento delle tariffe. Mi felicito del fatto che i negoziati con la Repubblica orientale dell'Uruguay si sono conclusi positivamente in quanto reputo l'America Latina una fonte di grandi opportunità di sviluppo per l'economia mondiale e in particolare per il mercato comune europeo. Ho votato a favore di questa raccomandazione.

 
  
MPphoto
 
 

  Tomasz Piotr Poręba (ECR), na piśmie. ‒ Wraz z przystąpieniem Republiki Chorwacji UE rozszerzyła unię celną. Była w związku z tym zobowiązana do rozpoczęcia negocjacji ze Wschodnią Republiką Urugwaju w sprawie listy koncesyjnej Chorwacji. Celem tych negocjacji było uzgodnienie wyrównania, gdyż system zewnętrznej taryfy celnej UE powoduje wzrost stawek. Negocjacje z Urugwajem doprowadziły do sporządzenia w 2015 r. projektu porozumienia, w którym uzgodniono wyrównania dotyczące kontyngentów taryfowych na mięso z bydła. Niniejszym poparłem sprawozdanie.

 
  
MPphoto
 
 

  Franck Proust (PPE), par écrit. ‒ J’ai voté pour ce rapport, qui s’inscrit dans le cadre de l’adhésion de la Croatie à l’Union européenne. En comptant un État membre supplémentaire, l’UE a élargi son union douanière et a donc été tenue de clarifier des règles techniques, formalisées par un accord sous forme d’échange de lettres entre l’Union européenne et l’Uruguay.

 
  
MPphoto
 
 

  Paulo Rangel (PPE), por escrito. ‒ A 1 de julho de 2013, a Croácia tornou-se o 28.º Estado-Membro da União, alargando, assim, o número de países que integram a hodierna união aduaneira. Em conformidade com as regras da Organização Mundial de Comércio (OMC), cumpre à União renegociar os termos dos acordos comerciais subjacentes às pautas da OMC, em caso de aumento da sua união aduaneira.

Nesse sentido, a Comissão negociou com o Uruguai a aplicação de alguns instrumentos compensatórios sobre alguns direitos comerciais. Este acordo garante a proporcionalidade das concessões de cada uma das partes e, ademais, é coerente com o quadro da OMC.

Respeitando o artigo XXIV, n.º 4, do GATT, na medida em que uma união aduaneira ou uma zona de livre comércio devem ter por objetivo facilitar as trocas comerciais entre os territórios constitutivos e não criar entraves ao comércio destes, assim como por considerar que os ajustamentos compensatórios são adequados, votei favoravelmente o presente relatório.

 
  
MPphoto
 
 

  Julia Reid (EFDD), in writing. ‒ We abstained on this as it was merely a technical update to reflect the fact that Croatia has joined the EU since the original agreement was signed with Uruguay

 
  
MPphoto
 
 

  Sofia Ribeiro (PPE), por escrito. ‒ Votei favoravelmente por considerar importante a relação entre a UE e a República do Uruguai, não só, mas também, ao que respeita a celebração do projeto de decisão do Acordo sob a forma de Troca de Cartas entre a União Europeia e a República Oriental do Uruguai, nos termos do artigo XXIV, n.º 6, e do artigo XXVIII do GATT de 1994, relativo à alteração de concessões previstas na pauta aduaneira da República da Croácia, no contexto da adesão deste país à União Europeia.

A UE alargou a sua união aduaneira, cumprindo-lhe, de acordo com as regras da OMC, dar início a negociações com a República Oriental do Uruguai relativamente à pauta aduaneira da Croácia, a fim de chegar a acordo quanto a um eventual ajustamento compensatório, na medida em que o regime pautal externo da UE resulta num aumento dos direitos aduaneiros.

A UE integrará na sua pauta, para o território aduaneiro da UE-28, a pauta da UE-27 com modificações relativas aos contingentes pautais aplicados à carne de bovino. Além disso, a Comissão está a preparar, no contexto do acordo, um regulamento de execução relativo aos diferentes contingentes pautais.

 
  
MPphoto
 
 

  Liliana Rodrigues (S&D), por escrito. ‒ Trata-se apenas de um documento de natureza técnica relativo ao acordo UE-Uruguai, tendo em atenção a adesão da Croácia à UE.

 
  
MPphoto
 
 

  Inmaculada Rodríguez-Piñero Fernández (S&D), por escrito. ‒ He votado a favor de conceder la aprobación a la celebración del Acuerdo entre la Unión y Uruguay relativo a la modificación de las concesiones en la lista arancelaria de Croacia en el marco de la OMC como consecuencia de su adhesión a la Unión.

Con la adhesión de Croacia, la Unión Europea ha ampliado su unión aduanera. En consecuencia, de acuerdo con las normas de la OMC la Unión está obligada a entablar negociaciones con los miembros de la OMC que tengan derechos de negociación respecto a la lista arancelaria de Croacia, para acordar un ajuste compensatorio. Así, la Comisión ha negociado con los miembros de la OMC, en este caso Uruguay, que tienen derechos de negociación respecto a la supresión de concesiones específicas, en relación con la retirada de la lista arancelaria de Croacia por su ingreso en la Unión.

 
  
MPphoto
 
 

  Claude Rolin (PPE), par écrit. ‒ Suite à l’adhésion de la Croatie, l’Union européenne a élargi son union douanière. Elle était alors tenue, selon les règles de l’Organisation mondiale du commerce (OMC), d’ouvrir des négociations avec les membres de l’OMC ayant des droits de négociation dans les listes d’un des pays adhérents afin de convenir d’une compensation. Au même titre qu’une grande majorité des députés européens, je juge le résultat de ces négociations avec la Chine et l’Uruguay comme étant acceptable, raison pour laquelle j’ai décidé de voter en faveur de ces actes.

 
  
MPphoto
 
 

  Bronis Ropė (Verts/ALE), raštu. ‒ Balsavau dėl šio pranešimo. Kroatijos Respublikai įstojus į Europos Sąjungą, išsiplėtė ES muitų sąjunga. Todėl Europos Sąjunga buvo įpareigota pradėti derybas su derybų teisę turinčiomis PPO narėmis dėl Kroatijos muitų tarifų sąrašo siekiant galiausiai susitarti dėl kompensacinio sureguliavimo. ES į savo muitų tarifų sąrašą, apimantį 28 valstybes, įtrauks 27 valstybių muitų tarifų sąrašą su pakeitimais, susijusiais su jautienai taikomomis tarifinėmis kvotomis. Šiuo metu Europos Komisija taip pat rengia su Susitarimu susijusį įgyvendinimo reglamentą dėl kelių tarifinių kvotų. Europos Parlamento pritarimas šiam Tarybos sprendimui yra privaloma šio papildomo protokolo ratifikavimo proceso užbaigimo sudedamoji dalis.

 
  
MPphoto
 
 

  Fernando Ruas (PPE), por escrito. ‒ A adesão da Croácia à União Europeia implicou um alargamento da sua união aduaneira, resultando na necessidade de se efetuarem ajustamentos compensatórios nalguns acordos comerciais, tendo em conta que o regime pautal externo da UE resulta num aumento dos direitos aduaneiros.

Foi o que sucedeu no âmbito do Acordo UE-Uruguai, com modificações relativas aos contingentes pautais aplicados à carne de bovino. Tratando-se de uma medida compensatória que cumpre os critérios de coerência e proporcionalidade, bem como as regras da Organização Mundial de Comércio e do seu respetivo regime comercial multilateral, dei o meu voto favorável à aprovação deste relatório.

 
  
MPphoto
 
 

  Tokia Saïfi (PPE), par écrit. ‒ À la suite de l'adhésion de la République de Croatie, l'Union a élargi son union douanière et s'est trouvée par conséquent dans l'obligation, en vertu des règles de l'OMC (article XXIV, paragraphe 6, du GATT de 1994), d’ouvrir des négociations avec la République orientale de l'Uruguay en ce qui concerne la liste d'engagements de la Croatie afin de convenir éventuellement d'une compensation, l'adoption du régime tarifaire extérieur de l'Union entraînant une augmentation des droits.

C’est en ce sens que j’ai soutenu ce rapport sur l’accord entre l’UE et la République orientale de l’Uruguay concernant la modification de concessions dans la liste d’engagements de la République de Croatie dans le cadre de son adhésion à l’UE.

 
  
MPphoto
 
 

  Lola Sánchez Caldentey (GUE/NGL), por escrito. ‒ He votado a favor de este informe necesario para formalizar el acceso de Croacia a la Unión Europea.

 
  
MPphoto
 
 

  Sven Schulze (PPE), schriftlich. ‒ Ich habe für das Abkommen zwischen der EU und Uruguay im Hinblick auf die Änderung der Zugeständnisse in der Liste der spezifischen Verpflichtungen der Republik Kroatien gestimmt.

Hintergrund ist, dass durch den Beitritt Kroatiens zur EU im Jahre 2013 die Zollunion erweitert wurde und die EU somit gemäß den Bestimmungen der WTO verpflichtet ist, mit WTO-Mitgliedstaaten Verhandlungen über Ausgleichsregelungen aufzunehmen, wenn diese Verhandlungsrechte bezüglich des Zolltarifs Kroatiens besitzen.

Ein solcher Ausgleich ist vorzunehmen, wenn die Annahme des EU-Zolltarifs dazu führt, dass die Zölle das Niveau überschreiten, an das sich das Beitrittsland bei der WTO ursprünglich gebunden hatte.

 
  
MPphoto
 
 

  Maria Lidia Senra Rodríguez (GUE/NGL), por escrito. ‒ En coherencia con mi oposición anterior al Acuerdo UE-Uruguay, relativo a la Organización Mundial de Comercio por su defensa y promoción de un modelo neoliberal de comercio internacional, también he votado en contra de la adhesión de Croacia al mismo.

 
  
MPphoto
 
 

  Jill Seymour (EFDD), in writing.I abstained on this report as it is a technical update to an already established agreement.

 
  
MPphoto
 
 

  Siôn Simon (S&D), in writing. – With the accession of Croatia, the EU enlarged its customs union. Consequently, it was required under WTO rules to enter into negotiations with WTO members in relation to the tariff schedule of Croatia in order eventually to agree on a compensatory adjustment.

 
  
MPphoto
 
 

  Branislav Škripek (ECR), písomne ‒ Hlasoval som za. S pristúpením Chorvátskej republiky rozšírila EÚ svoju colnú úniu a podľa pravidiel WTO (článok XXIV 6 dohody GATT 1994) sa od nej preto vyžadovalo, aby začala rokovať s Uruguajskou východnou republikou o listine colných koncesií Chorvátska. Cieľom bola prípadná dohoda o kompenzačnom vyrovnaní, keďže vonkajší colný režim EÚ spôsobil zvýšenie taríf. Európska únia zaradí do svojej listiny pre colné územie EÚ-28 koncesie pre colné územie EÚ-27 so zmenami týkajúcimi sa colných kvót na hovädzie mäso.

 
  
MPphoto
 
 

  Monika Smolková (S&D), písomne ‒ Po pristúpení Chorvátska došlo k rozšíreniu colnej únie EÚ, a preto bolo potrebné urovnať obchodné vzťahy s Uruguajskou východnou republikou ohľadom listiny colných koncesií. Na základe pravidiel WTO, vzhľadom na dohodu GATT z roku 1994, sa od EÚ vyžadovalo, aby upravila svoje colné kvóty alebo sa s Uruguajom dohodla na kompenzačnom vyrovnaní. Dohoda s Uruguajom bola nakoniec vyjednaná koncom roku 2015 v Nairobi. EÚ podľa nej zaradí do svojej listiny pre colné územie zmeny týkajúce sa colných kvót najmä na hovädzie mäso. K tomu pripravuje Komisia aj vykonávacie nariadenie o niekoľkých ďalších colných kvótach. Keďže ide o vyrovnanie podmienok medzi Uruguajom a EÚ v rámci pravidiel WTO, uzavretie tejto dohody som podporila. Prispejeme tým k udržiavaniu dôvery medzi krajinami rešpektujúcimi zásady medzinárodných obchodných vzťahov.

 
  
MPphoto
 
 

  Ivan Štefanec (PPE), písomne ‒ Rozširovanie medzinárodných dohôd, ktoré EÚ uzatvorila s tretími krajinami, na nové členské štáty je praktickým vyjadrením jedného z pilierov Európskej únie, spoločného a jednotného trhu.

 
  
MPphoto
 
 

  Beatrix von Storch (EFDD), schriftlich. ‒ Bei der Entschließung des EU-Parlaments zu dem Entwurf eines Beschlusses des Rates über den Abschluss des Abkommens in Form eines Briefwechsels zwischen der Europäischen Union und der Republik Östlich des Uruguay nach Artikel XXIV Absatz 6 und Artikel XXVIII des Allgemeinen Zoll- und Handelsabkommens (GATT) 1994 im Zusammenhang mit der Änderung der Zugeständnisse in der Liste der spezifischen Verpflichtungen der Republik Kroatien im Zuge ihres Beitritts zur Europäischen Union habe ich mich enthalten.

Ich lehne die Ausweitung der EU um weitere Mitgliedstaaten ab, so dass ich auch der Anpassung der verschiedenen völkerrechtlichen Verträge an den Beitritt Kroatiens jedenfalls nicht zustimmen kann.

 
  
MPphoto
 
 

  Dubravka Šuica (PPE), napisan. ‒ S pristupanjem Republike Hrvatske Europska unija je proširila svoju carinsku uniju. S obzirom na pravila Svjetske trgovinske organizacije, Europska unija je morala pokrenuti pregovore s Istočnom Republikom Urugvajem u vezi s tarifnim rasporedom Hrvatske kako bi se na kraju usuglasila kompenzacijska prilagodba s obzirom na to da vanjski tarifni sustav dovodi do povećanja carina.

Podržavam preporuku o nacrtu odluke Vijeća o sklapanju Sporazuma u obliku razmjene pisama između Europske unije i Istočne Republike Urugvaja na temelju članka XXIV. stavka 6. i članka XXVIII. Općeg sporazuma o carinama i trgovini (GATT) iz 1994. u pogledu izmjene koncesija u rasporedu Republike Hrvatske u okviru njezina pristupanja Europskoj uniji, kao i suglasnost za sklapanje sporazuma.

 
  
MPphoto
 
 

  Patricija Šulin (PPE), pisno. ‒ Glasovala sem za priporočilo o predlogu sklepa Sveta o sklenitvi Sporazuma v obliki izmenjave pisem med Evropsko unijo in Vzhodno republiko Urugvaj v skladu s členom XXIV:6 in členom XXVIII Splošnega sporazuma o carinah in trgovini (GATT) 1994 glede spremembe ugodnosti na seznamu ugodnosti Republike Hrvaške v okviru njenega pristopa k Evropski uniji.

Z vstopom Hrvaške v Evropsko unijo se je povečala tudi carinska unija. Ker so se s tem tarife povečale, se je EU morala z Urugvajem dogovoriti glede končne kompenzacijske prilagoditve. Zato tudi potrebujemo ta sporazum.

 
  
MPphoto
 
 

  Pavel Svoboda (PPE), písemně. ‒ Hlasoval jsem pro udělení souhlasu ze strany Evropského parlamentu s uzavřením dohody mezi EU a Uruguayí v souvislosti s přistoupením Chorvatska k EU, čímž se rozšířila celní unie EU, a proto byla podle pravidel WTO EU povinna zahájit jednání s Uruguayí o listině celních koncesí Chorvatska. Jedná se o logický krok v návaznosti na rozšíření EU o Chorvatsko, což je okolnost pozitivní nejen pro Chorvatsko, ale i pro dosavadní členské státy EU.

 
  
MPphoto
 
 

  Ελευθέριος Συναδινός (NI), γραπτώς. ‒ Η συμφωνία αυτή θα έχει ως αποτέλεσμα την αποκατάσταση των προηγούμενων δικαιωμάτων εμπορικών συναλλαγών της Ουρουγουάης, τα οποία επλήγησαν λόγω της διεύρυνσης της τελωνειακής ένωσης της ΕΕ με την προσχώρηση της Κροατίας.

 
  
MPphoto
 
 

  József Szájer (PPE), írásban. ‒ A Horvát Köztársaság csatlakozásával kibővült az Európai Unió vámuniója. Ennek következtében, a Kereskedelmi Világszervezet (WTO) szabályai alapján, az Európai Unió köteles tárgyalásokat kezdeményezni azon WTO tagállamokkal, melyekkel kapcsolatban Horvátország ez idáig ún. engedményes vámtarifalistával rendelkezett. Ez abban az esetben válik szükségessé, ha az uniós vámtarifarendszerhez történő csatlakozás eredményeként a vámtarifaszint ez okból történő emelkedése meghaladja a csatlakozó ország által a WTO-ban vállalt szintet. Az Uruguayjal folytatott tárgyalások eredményeképpen a megállapodástervezetet 2015. december 18-án parafálták Nairobiban, majd ezt követően a Tanács 2015. április 11-én hozta meg határozatát a tervezet aláírását illetően. Szavazatommal támogattam a jelentést, mivel az Európai Parlament e tanácsi határozattal történő egyetértése szükséges a kiegészítő jegyzőkönyv ratifikációjához.

 
  
MPphoto
 
 

  Claudia Țapardel (S&D), în scris. ‒ Odată cu aderarea Croației, UE și-a extins uniunea vamală și a fost, prin urmare, obligată să demareze negocieri cu Uruguay privind tariful vamal al statului croat. Acest document referitor la acordul dintre UE și Uruguay ia în considerare aderarea Croației la UE și prevede o adaptare a programului de tarifare, în conformitate cu cerințele OMC.

Consider că acum este un moment oportun pentru încheierea noului acord și, din acest motiv, votez pentru susținerea acestuia.

 
  
MPphoto
 
 

  Marc Tarabella (S&D), par écrit. ‒ J'ai donné mon approbation à la conclusion de l'accord sous forme d'échange de lettres entre l'Union européenne et la République orientale de l'Uruguay au titre de l'article XXIV, paragraphe 6, et de l'article XXVIII de l'accord général sur les tarifs douaniers et le commerce (GATT) de 1994 concernant la modification de concessions dans la liste d'engagements de la République de Croatie dans le cadre de son adhésion à l'Union européenne.

 
  
MPphoto
 
 

  Pavel Telička (ALDE), in writing. ‒ When the Republic of Croatia joined the EU in 2013, the EU’s customs union was enlarged. Under WTO rules, it was therefore required to enter into negotiations with Uruguay regarding the tariff schedule of Croatia in order to agree on a compensatory adjustment, as the EU’s external tariff regime had seen its tariffs increase. This is why I voted in favour of the EU-Uruguay Agreement relating to the accession of Croatia. The EU will now incorporate in its schedule for the customs territory of the EU 28 that of the EU 27, with modifications regarding the tariff rate quotas on bovine meat.

 
  
MPphoto
 
 

  Romana Tomc (PPE), pisno. ‒ Predlog resolucije o sporazumu med EU in Urugvajem, povezan s pristopom Hrvaške, sem podprla.

Evropska unija je s pristopom Republike Hrvaške povečala svojo carinsko unijo, zato je morala v skladu s pravili Svetovne trgovinske organizacije (STO) (člen XXIV:6 GATT 1994) začeti pogajanja z Vzhodno republiko Urugvaj o carinskih tarifah Hrvaške, da bi se dogovorila o končni kompenzacijski prilagoditvi, saj so se zaradi zunanjega tarifnega režima EU tarife povečale.

 
  
MPphoto
 
 

  Estefanía Torres Martínez (GUE/NGL), por escrito. ‒ He votado a favor de este informe necesario para formalizar el acceso de Croacia a la Unión Europea.

 
  
MPphoto
 
 

  Kazimierz Michał Ujazdowski (ECR), na piśmie. ‒ Na skutek przystąpienia Republiki Chorwacji do Unii Europejskiej, w oparciu o przepisy WTO należało zrekompensować Wschodniej Republice Urugwaju wycofanie list koncesyjnych i wzrost stawek w związku z unijną zewnętrzną taryfą celną. Ułatwianie wymiany handlowej poprzez eliminowanie barier jest ważnym celem międzynarodowej polityki handlowej, dlatego udzieliłem poparcia ww. rezolucji.

 
  
MPphoto
 
 

  István Ujhelyi (S&D), írásban. ‒ A jelentés készítője úgy véli, hogy az Európai Parlamentnek egyetértését kell adnia az Európai Unió és az Uruguayi Keleti Köztársaság között az 1994. évi Általános Vám- és Kereskedelmi Egyezmény (GATT) XXIV. cikkének 6. pontja és XXVIII. cikke alapján, a Horvát Köztársaság engedményes listáján szereplő engedményeknek ezen ország Európai Unióhoz való csatlakozása során történő módosítására vonatkozóan, levélváltás formájában létrejött megállapodás megkötéséhez. Egyetértettem vele.

 
  
MPphoto
 
 

  Miguel Urbán Crespo (GUE/NGL), por escrito. – He votado a favor de este informe necesario para formalizar el acceso de Croacia a la Unión Europea.

 
  
MPphoto
 
 

  Viktor Uspaskich (ALDE), raštu. – Manau, kad Europos Parlamentas turėtų pritarti Europos Sąjungos ir Urugvajaus Rytų Respublikos susitarimo pasikeičiant laiškais pagal 1994 m. GATT XXIV straipsnio 6 dalį ir XXVIII straipsnį dėl nuolaidų pakeitimo Kroatijos Respublikos sąraše jai stojant į Europos Sąjungą sudarymui.

 
  
MPphoto
 
 

  Ivo Vajgl (ALDE), in writing. ‒ I voted in favour of the recommendation on the draft Council decision on the conclusion of the Agreement in the form of an Exchange of Letters between the European Union and the Eastern Republic of Uruguay pursuant to Article XXIV:6 and Article XXVIII of the General Agreement on Tariffs and Trade (GATT) 1994 relating to the modification of concessions in the schedule of the Republic of Croatia in the course of its accession to the European Union. With the accession of the Republic of Croatia, the EU enlarged its customs union and was therefore required under WTO rules to enter into negotiations to the Eastern Republic of Uruguay regarding the tariff schedule of Croatia in order to eventually agree on a compensatory adjustment as the EU’s external tariff regime results in an increase of tariffs. Following the negotiations, the EU will incorporate in its schedule for the customs territory of the EU 28 that of the EU 27 with modifications related to tariff rate quotas on bovine meat.

 
  
MPphoto
 
 

  Ramón Luis Valcárcel Siso (PPE), por escrito. ‒ Tras la adhesión de Croacia, la Unión, bajo las reglas de la Organización Mundial del Comercio, ha acordado una serie de ajustes de compensación en el acuerdo entre la Unión y Uruguay. Hablamos de un acuerdo equilibrado que ha sido logrado por la Comisión, por lo que considero necesario votar a favor de su propuesta.

 
  
MPphoto
 
 

  Hilde Vautmans (ALDE), schriftelijk. ‒ Ik stemde voor deze aanbeveling. Met de toetreding van de Republiek Kroatië heeft de Europese Unie haar douane-unie uitgebreid. Uit hoofde van de regels van de Wereldhandelsorganisatie ("WTO") moest de Europese Unie bijgevolg onderhandelingen openen met de Republiek ten oosten van de Uruguay over de tarievenlijst van Kroatië om uiteindelijk tot overeenstemming te komen over een compenserende regeling, omdat het buitentarief van de EU tot hogere tarieven leidt. Wanneer de EU uitbreidt, moet ze telkens eerder afgesloten verdragen of overeenkomsten aanpassen aan de bestaande situatie. In dit geval dus de overeenkomst met Uruguay vanwege de toetreding van Kroatië.

 
  
MPphoto
 
 

  Miguel Viegas (GUE/NGL), por escrito. ‒ Na sequência da adesão da República da Croácia, a UE alargou a sua união aduaneira, cumprindo-lhe, de acordo com as regras da OMC (artigo XXIV, n.º 6, do GATT de 1994) dar início a negociações com a República Oriental do Uruguai relativamente à pauta aduaneira da Croácia, a fim de chegar a acordo quanto a um eventual ajustamento compensatório.

As negociações com o Uruguai resultaram num projeto de acordo rubricado a 18 de dezembro de 2015, em Nairobi. Uma proposta relativa à assinatura deste acordo foi também apresentada e a decisão do Conselho relativa à assinatura teve lugar em 11 de abril de 2016. A aprovação pelo Parlamento Europeu da presente decisão do Conselho constitui um elemento obrigatório para concluir o processo de ratificação do Protocolo Adicional.

Embora estes acordos de livre comércio mereçam o nosso repúdio pelas suas consequências nas economias locais, entendemos que os países devem poder estabelecer, de pleno direito, os acordos comerciais que soberanamente entenderem. Por esta razão, o nosso voto de abstenção

 
  
MPphoto
 
 

  Harald Vilimsky (ENF), schriftlich. ‒ Durch den Beitritt Kroatiens zur EU wurde auch die Zollunion erweitert. Bei diesem Vorschlag handelt es sich um ein technisches Abkommen, das die Quoten in Bezug auf bestimmte landwirtschaftliche Produkte zwischen der EU und Uruguay nach dem Beitritt von Kroatien neu regelt. Ich habe dem Vorschlag daher zugestimmt.

 
  
MPphoto
 
 

  Pablo Zalba Bidegain (PPE), por escrito. ‒ Agradezco mucho el apoyo que ha recibido este informe. Era necesario adaptar el régimen arancelario actual. El Parlamento ha hecho bien en dar su consentimiento a la conclusión del acuerdo entre la Unión y la República de Uruguay, ya que a consecuencia de la ampliación de la unión aduanera tras la adhesión de Croacia y cumpliendo con las normas de la OMC, es necesario examinar un posible ajuste compensatorio del régimen arancelario actual.

 
  
MPphoto
 
 

  Jana Žitňanská (ECR), písomne ‒ Keďže v roku 2013 v dôsledku vstupu Chorvátska do Európskej únie došlo zároveň k zväčšeniu colnej únie, je podľa pravidiel Svetovej obchodnej organizácie potrebné začať rokovania týkajúce sa kompenzačných vyrovnaní. K takýmto rokovaniam je nutné pristúpiť vtedy, keď sa v dôsledku zväčšenia colnej únie zmienia clá, ktoré boli pôvodné dohodnuté. A keďže aj v prípade Uruguaja k takejto zmene došlo, a to konkrétne pre hovädzie mäso, súhlas s uzavretím dohody som podporila.

 

5.9. Voordracht van Lazaros Stavrou Lazarou voor de benoeming tot lid van de Rekenkamer (A8-0258/2016 - Igor Šoltes)
  

Schriftliche Erklärungen zur Abstimmung

 
  
MPphoto
 
 

  Isabella Adinolfi (EFDD), per iscritto. ‒ Nella composizione dei membri della Corte dei Conti vi è un netto squilibrio di genere: abbiamo infatti, su 28 membri, solo 4 donne. In caso di nomina del seguente candidato, questo squilibrio sarebbe ulteriormente accentuato. Inoltre, non vi è un vero controllo democratico delle nomine, in quanto il Parlamento non ha un potere vincolante in materia. Per queste ragioni ho deciso di astenermi.

 
  
MPphoto
 
 

  Eric Andrieu (S&D), par écrit. ‒ J'ai voté en faveur du renouvellement du mandat de Lazaros Stavrou Lazarou comme membre de la Cour des comptes. Ce dernier a prouvé qu'il était compétent et bien qualifié pour le poste.

 
  
MPphoto
 
 

  Marie-Christine Arnautu (ENF), par écrit. ‒ Ce rapport a pour objet le renouvellement d’un membre de la Cour des comptes européenne. Le Parlement européen est consulté, pour avis, sur cette nomination.

Le candidat en question, le chypriote Lazaros Stravrou Lazarou, est membre de l’Association des comptables agréés depuis 1987, diplômé en fiscalité internationale, membre de la Cour depuis 2010.

Il fut successivement membre des chambres «Conservation et gestion des ressources naturelles», «Politiques structurelles, transport et énergie» puis membre non permanent de la chambre horizontale «Coordination, évaluation, assurance et développement».

Depuis 2014, il est membre responsable de la déclaration d’assurance sur les comptes de l’Union européenne. Pur produit de la nomenklatura européenne, Lazaros Stavrou Lazarou sollicite un nouveau mandat. Je me suis abstenue.

 
  
MPphoto
 
 

  Jean Arthuis (ALDE), par écrit. ‒ J'ai voté en faveur de cette nomination comme le préconisait la commission au fond.

 
  
MPphoto
 
 

  Zigmantas Balčytis (S&D), raštu. ‒ Balsavau už Lazarosą Stavrou Lazarou skyrimą Audito Rūmų nariu. Lazarosas Stavrou Lazarou Europos audito Rūmų narys nuo 2010 metų. Būdamas Audito Rūmų nariu konstruktyviai prisidėjo prie Audito Rūmų darbo bei prie 2013–2017 metų strategijos įgyvendinimo. Taip pat prisidėjo prie veiksmų tobulinant metines ataskaitas Europos Parlamentui.

 
  
MPphoto
 
 

  Nicolas Bay (ENF), par écrit. ‒ Membre de la Cour des Comptes européenne depuis 2010, Lazaros Stavrou Lazarou sollicite un nouveau mandat.

Je me suis abstenu sur le renouvellement du mandat de ce pur produit de la nomenklatura eurocratique.

 
  
MPphoto
 
 

  Hugues Bayet (S&D), par écrit. ‒ J'ai approuvé la nomination de M. Lazarou à la Cour des comptes, suivant en cela la recommandation de la commission du contrôle budgétaire.

 
  
MPphoto
 
 

  Brando Benifei (S&D), per iscritto. ‒ La Corte dei conti è un'importante istituzione europea che svolge il ruolo di revisore esterno e indipendente dei conti dell'Unione. Fondata nel 1977, essa è divenuta a pieno titolo un'istituzione UE solo nel 1993 continuando a fornire il proprio sostegno per il miglioramento della gestione del bilancio europeo. Si compone di un membro per ogni Stato dell’Unione, ciascuno dei quali viene nominato dal Consiglio previa consultazione del Parlamento rimanendo in carica per sei anni. In questa occasione, il Parlamento è stato chiamato ad esprimersi sulla nomina di Lazaros Stavrou Lazarou. Preso atto dei contenuti della relazione della commissione per il controllo dei bilanci e seguendo le indicazione del mio gruppo politico, l'S&D ho espresso il mio voto segreto sul nome proposto.

 
  
MPphoto
 
 

  Xabier Benito Ziluaga (GUE/NGL), por escrito. ‒ Se ha votado esta candidatura para el Tribunal de Cuentas.

Currículum vitae bien capacitado. En principio, no encuentro datos para objetar. A pesar de eso es preciso recordar que la institución sigue sin recibir candidatas.

Voto favorable.

 
  
MPphoto
 
 

  Izaskun Bilbao Barandica (ALDE), por escrito. ‒ Consideramos recogiendo el dictamen favorable de la Comisión de control presupuestario, que el currículo del señor Lazaros Stavrou como los resultados de su audiencia del cinco de septiembre, le acreditan como candidato idóneo para su nombramiento como miembro del Tribunal de Cuentas.

 
  
MPphoto
 
 

  Dominique Bilde (ENF), par écrit. ‒ J’ai préféré m’abstenir concernant la nomination de Lazaros Stavrou Lazarou comme membre de la Cour des comptes.

Le chypriote est déjà membre depuis 2010. Certes, ses antécédents montrent qu’il a le profil, puisqu’il est diplômé en fiscalité internationale et notamment membre de l’Association des comptables agréés depuis 1987.

Cependant, son parcours au sein de la Cour des comptes atteste de son appartenance à cette oligarchie européenne: membre de la chambre «Conservation et gestion des ressources naturelles», ou encore de la chambre «Politiques structurelles, transport et énergie». On a du mal à voir en quoi, depuis 2010, son travail a permis de faire avancer l’intérêt général.

 
  
MPphoto
 
 

  Mara Bizzotto (ENF), per iscritto. ‒ Non metto in dubbio le capacità professionali di questo candidato, ma non dispongo di elementi di valutazione sufficienti per dargli il mio completo appoggio. Per questo motivo mi sono astenuta.

 
  
MPphoto
 
 

  José Blanco López (S&D), por escrito. ‒ El pleno del Parlamento Europeo ha sometido esta mañana a votación, en voto secreto, la propuesta de nombramiento de Lazaros Stavrou Lazarou como miembro del Tribunal de Cuentas, tras la evaluación de las cualificaciones del candidato, la audiencia celebrada el pasado 5 de septiembre ante la Comisión de Control Presupuestario y su dictamen favorable, votación en la que he participado.

 
  
MPphoto
 
 

  Vilija Blinkevičiūtė (S&D), raštu. ‒ Balsavau dėl šio pranešimo, nes juo Parlamentas pritarė Tarybos pasiūlymui skirti Lazarosą Stavrou Lazarou iš Kipro Audito Rūmų nariu. Tokį sprendimą Parlamentas priėmė atsižvelgdamas į Biudžeto kontrolės komiteto siūlomo kandidato kvalifikacijos įvertinimą, visų pirma atsižvelgiant į Sutarties dėl Europos Sąjungos veikimo 286 straipsnio 1 dalyje nustatytus reikalavimus.

 
  
MPphoto
 
 

  Steeve Briois (ENF), par écrit. ‒ Ce texte porte sur le renouvellement d’un mandat d’un membre de la Cour des comptes européenne. Le Parlement européen est à ce titre consulté pour avis dans la nomination du chypriote Lazaros Stavrou Lazarou. Membre de l’Association des comptables agréés depuis 1987 puis diplômé en fiscalité internationale, le candidat est membre de la Cour depuis 2010 et responsable de la déclaration d’assurance des comptes de l’Union européenne depuis 2014. Pur produit de la nomenklatura européenne, Lazaros Stavrou Lazarou sollicite un nouveau mandat. Je me suis abstenu sur cette nomination.

 
  
MPphoto
 
 

  Nicola Caputo (S&D), per iscritto. ‒ Oggi ho espresso voto positivo in merito alla relazione in questione perché ritengo pertinente e adeguata la nomina di Lazaros Stavrou Lazarou a membro della Corte dei conti.

Le qualifiche professionali del dott. Lazarou sono notevoli: membro dell'Associazione dei contabili certificati iscritti all'albo (ACCA) dal 1987, membro dell'Istituto cipriota dei revisori pubblici abilitati dal 1988, membro della Corte dei conti europea dal 2 novembre 2010, decano della sezione V "Finanziamento e amministrazione dell'Unione" e membro per la relazione annuale dalla campagna del giugno 2016. Dal febbraio 2014 al maggio 2016, Lazaros Stavrou Lazarou ha ricoperto il ruolo di membro permanente della Sezione CEAD "Coordinamento, valutazione, affidabilità e sviluppo" e di membro responsabile della dichiarazione di affidabilità.

Di notevole ambizione sono gli obiettivi personali prefissati: contribuire in modo costruttivo ai lavori della Corte e, in qualità di decano della sezione V, preparare e presiedere riunioni, coordinare i compiti e garantire che i lavori della sezione procedano spediti. In qualità di membro del comitato amministrativo, il candidato vorrebbe contribuire all'attuazione della strategia della Corte per il 2013-2017, stabilendo il programma di lavoro annuale che delinea le priorità, lo sviluppo e l'attuazione della strategia per il periodo 2018-2022.

 
  
MPphoto
 
 

  Λευτέρης Χριστοφόρου (PPE), γραπτώς. ‒ Στηρίζουμε τον διορισμό του Λάζαρου Σταύρου Λαζάρου, καθώς πληροί όλα τα κριτήρια.

 
  
MPphoto
 
 

  Κώστας Χρυσόγονος (GUE/NGL), γραπτώς. ‒ Ο διορισμός του Λάζαρου Σταύρου ως μέλους του Ελεγκτικού Συνεδρίου αποτέλεσε ένα σωστό βήμα καθώς η εμπειρία και οι γνώσεις του εγγυώνται μια θετική συνεισφορά στο έργο του Συνεδρίου. Ως εκ τούτου υπερψήφισα.

 
  
MPphoto
 
 

  Deirdre Clune (PPE), in writing.I wish to respect the privacy of the secret ballot and not disclose my voting intentions.

 
  
MPphoto
 
 

  Lara Comi (PPE), per iscritto. ‒ La candidatura di Lazaros Stavrou quale membro della Corte dei conti è stata valutata con successo dalla commissione per il controllo dei bilanci. Congratulandomi per la nomina di Lazaros Stavrou, gli auguro un buon lavoro.

 
  
MPphoto
 
 

  Therese Comodini Cachia (PPE), in writing. – I have no reason not to support the CONT members’ decision to grant favourable opinion on the Council’s nomination of Lazaros Stavrou Lazarou as a Member of the Court of Auditors.

 
  
MPphoto
 
 

  Edward Czesak (ECR), na piśmie. ‒ Popieram kandydaturę Lazarosa Stavrou Lazarou, mianowanego przez rząd Cypru, na kandydata na członka Trybunału Obrachunkowego. Pan Lazarou był członkiem Europejskiego Trybunału Obrachunkowego od dnia 2 listopada 2010 r, nie mam żadnych zastrzeżeń do jego wcześniejszej pracy, cenię jego doświadczenie w tym sektorze zarówno w obszarze unijnym, jak i krajowym (pełnił funkcję głównego inspektora rachunkowego Republiki Cypryjskiej, szefa instytucji certyfikującej dla funduszy UE, szefa organu ds. zamówień publicznych oraz członka Rady Audytu Wewnętrznego Republiki Cypryjskiej (od stycznia 2000 r. do października 2010 r.)).

 
  
MPphoto
 
 

  Miriam Dalli (S&D), in writing.I voted in favour of the renewal of Lazaros Stavrou Lazarou’s mandate as a member of the Court of Auditors, as I believe that he has proved himself competent and well qualified for the post.

 
  
MPphoto
 
 

  Michel Dantin (PPE), par écrit. ‒ La commission du contrôle budgétaire (CONT) a auditionné trois candidats à la nomination à la Cour des comptes, proposés par trois États membres: le Maltais Léo Brincat, le Portugais Joao Figueiredo et le Chypriote Lazaros Stavrou Lazarou.

Considérant qu’après audition, les membres de la commission ont validé ces trois nominations dès lors que les candidats répondent aux attentes du Parlement et de la Cour des comptes, j’ai voté en faveur de ce rapport.

 
  
MPphoto
 
 

  Mireille D'Ornano (ENF), par écrit. ‒ Le Parlement européen est consulté pour avis sur le renouvellement du mandat d’un membre de la Cour des comptes. Le Chypriote Lazaros Stavrou Lazarou, membre de l’Association des comptables agréés depuis 1987, diplômé en fiscalité internationale, est membre de la Cour des comptes depuis 2010. Depuis 2014, il est membre responsable de la déclaration d’assurance sur les comptes de l’Union européenne. Je me suis abstenue sur ce texte.

 
  
MPphoto
 
 

  Γεώργιος Επιτήδειος (NI), γραπτώς. ‒ Η επιλογή προσώπων για θέσεις ευθύνης θα πρέπει να βασίζεται στην ακεραιότητα του χαρακτήρα τους και στην αποδεδειγμένη δραστηριότητά τους όσον αφορά την προστασία δημόσιου, υπό την ευρεία έννοια, χρήματος.

 
  
MPphoto
 
 

  Edouard Ferrand (ENF), par écrit. ‒ Abstention: pur produit de la nomenklatura européenne, Lazaros Stavrou Lazarou sollicite un nouveau mandat.

 
  
MPphoto
 
 

  Doru-Claudian Frunzulică (S&D), in writing. ‒ The ECA operates as a collegiate body of 28 Members, one from each Member State. The Members are appointed by the Council after consultation with the European Parliament for a renewable term of six years. Members elect one of their number as President for a renewable term of three years.

The nomination of Lazaros Stavrou Lazarou (CY) is for a renewal of his current mandate – he has been a Member of the ECA since 2010. Therefore, it could be expected that the appointments procedure progresses smoothly.

His hearing took place in the Committee on Budgetary Control (CONT) on Monday 5 September where he was approved by a large majority. I supported the candidate at the plenary stage.

 
  
MPphoto
 
 

  Arne Gericke (ECR), schriftlich. ‒ Ich habe für den Bericht über die Wiederernennung von Lazaros Stavrou Lazarou zum Mitglied des Rechnungshofs gestimmt, da ich den zypriotischen Wirtschaftsprüfer für einen geeigneten Kandidaten halte.

 
  
MPphoto
 
 

  Neena Gill (S&D), in writing. ‒ I voted in favour of this report - the mandate of the Mr Lazarou should be renewed as he has proved himself competent and well-qualified in that time.

 
  
MPphoto
 
 

  Tania González Peñas (GUE/NGL), por escrito. ‒ Se ha votado esta candidatura para el Tribunal de Cuentas.

Currículum vitae bien capacitado. En principio, no encuentro datos para objetar. A pesar de eso es preciso recordar que la institución sigue sin recibir candidatas.

Voto favorable.

 
  
MPphoto
 
 

  Brian Hayes (PPE), in writing.I voted in favour as I have no objections.

 
  
MPphoto
 
 

  Ivan Jakovčić (ALDE), napisan. ‒ Glasao sam za prijedlog odluke Europskog parlamenta o predloženom imenovanju Lazarosa Stavroua Lazaroua za člana Revizorskog suda, zbog toga što smatram da kvalifikacije predloženog kandidata ispunjavanju uvjete koji su potrebni kako bi se g. Lazaroua imenovalo za spomenutu funkciju.

Njegova profesionalna karijera, te iskustvo u državnim tijelima Republike Cipra i u međunarodnim revizorskim institucijama zasigurno su jamstvo da će g. Lazarou funkciju člana Revizorskog suda nastavljati obnašati stručno, dosljedno i savjesno.

 
  
MPphoto
 
 

  Jean-François Jalkh (ENF), par écrit. ‒ M. Lazaros Stavrou Lazarou est membre de l’Association des comptables agréés depuis 1987, diplômé en fiscalité internationale et membre de la Cour depuis 2010.

Il fut successivement membre des chambres «Conservation et gestion des ressources naturelles», «Politiques structurelles, transport et énergie» puis membre non permanent de la chambre horizontale «Coordination, évaluation, assurance et développement».

Depuis 2014, il est membre responsable de la déclaration d’assurance sur les comptes de l’Union européenne. S'il semble avoir les compétences requises pour cet emploi, Lazaros Stavrou Lazarou est aussi un membre de la nomenklatura de Bruxelles: je me suis abstenu pour ce vote.

 
  
MPphoto
 
 

  Marc Joulaud (PPE), par écrit. ‒ J'ai voté en faveur du rapport de mon collègue Igor Soltes sur la nomination de M. Lazaros Stavrou Lazarou comme membre de la Cour des comptes. Ce texte approuve la candidature proposée par le Conseil après audition par la commission du contrôle budgétaire, attestant des compétences requises pour exercer cette fonction.

Cette nomination a été adoptée à une large majorité, ce dont je me félicite.

 
  
MPphoto
 
 

  Philippe Juvin (PPE), par écrit. ‒ Comme le recommandait la commission CONT qui a auditionné Lazaros Stavrou Lazarou, j’ai voté en faveur de sa nomination.

 
  
MPphoto
 
 

  Barbara Kappel (ENF), schriftlich. ‒ Herr Lazarou kommt aus Zypern und ist bereits seit 2010 Mitglied des Europäischen Rechnungshofs. In den vergangenen Jahren hat Herr Lazarou leider keinen zufriedenstellenden Erfolgsnachweis erbracht. Aus diesem Grund enthalte ich mich meiner Stimme.

 
  
MPphoto
 
 

  Андрей Ковачев (PPE), в писмена форма. – Подкрепих доклада относно предложението за назначаване на Лазарос Ставру Лазару за член на Сметната палата, тъй като господин Лазару разполага с нужната квалификация и нужния опит като член на сметната палата от 2010 г. Господин Лазару е автор на много специализирани доклади и съм убеден, че ще продължи да работи конструктивно за работата на Сметната палата.

 
  
MPphoto
 
 

  Giovanni La Via (PPE), per iscritto. – La candidatura proposta dal Consiglio di nominare come membro della Corte dei conti Lazaros Stavrou Lazarou è stata ritenuta valida successivamente a una scrupolosa analisi delle credenziali e del background personale dell'aspirante.

 
  
MPphoto
 
 

  Marine Le Pen (ENF), par écrit. ‒ Je me suis abstenue sur la nomination de M. Lazaros Stavrou Lazarou à la Cour des comptes.

Celui-ci est membre de la Cour depuis 2010. Il fut successivement membre des chambres «Conservation et gestion des ressources naturelles», «Politiques structurelles, transport et énergie» puis membre non permanent de la chambre horizontale «Coordination, évaluation, assurance et développement». Depuis 2014, il est membre responsable de la déclaration d’assurance sur les comptes de l’Union européenne. C’est un pur produit de la nomenklatura européenne.

 
  
MPphoto
 
 

  Philippe Loiseau (ENF), par écrit. ‒ Ce rapport défend le «renouvellement» du mandat d’un membre de la Cour des comptes européenne.

En l’occurrence, M. Lazaros Stavrou Lazarou, déjà membre depuis 2010, sollicite un nouveau mandat. Il est également membre de l’Association des comptables agréés depuis 1987 et diplômé en fiscalité internationale.

Personnage par ailleurs peu appréciable car pur produit de la nomenklatura européenne, il n’en demeure pas moins membre d’une institution respectable, et dont le travail est souvent à saluer.

J’ai opté pour l’abstention sur ce rapport.

 
  
MPphoto
 
 

  Paloma López Bermejo (GUE/NGL), por escrito. ‒ Pese a su cualificación para este puesto, el nominado se ha manifestado públicamente sobre sus afinidades políticas, lo que puede comprometer su neutralidad. Por ello, me he abstenido.

 
  
MPphoto
 
 

  Vladimír Maňka (S&D), písomne ‒ Výbor pre kontrolu rozpočtu vypočul kandidáta a pozitívne posúdil jeho kvalifikáciu, doterajšiu profesionálnu prax a skúsenosti najmä ako člena Európskeho dvora audítorov. Návrh na jeho vymenovanie za člena Dvora audítorov som na základe kladného hodnotenia podporil.

 
  
MPphoto
 
 

  Νότης Μαριάς (ECR), γραπτώς. ‒ Καταψηφίζω την έκθεση σχετικά με τον προτεινόμενο διορισμό του Λάζαρου Λαζάρου ως μέλους του Ελεγκτικού Συνεδρίου, καθώς δεν συμφωνώ με βασικά σημεία της ως άνω έκθεσης.

 
  
MPphoto
 
 

  Dominique Martin (ENF), par écrit. ‒ Je me suis abstenu sur ce texte.

Le Parlement européen est consulté pour avis sur le renouvellement du mandat d’un membre de la Cour des comptes.

Le Chypriote Lazaros Stavrou Lazarou, membre de l’Association des comptables agréés depuis 1987, diplômé en fiscalité internationale, est membre de la Cour des comptes depuis 2010.

Depuis 2014, il est membre responsable de la déclaration d’assurance sur les comptes de l’Union européenne.

 
  
MPphoto
 
 

  Valentinas Mazuronis (ALDE), raštu. ‒ Pritariau Tarybos pasiūlymui skirti Audito Rūmų nariu Lazarosą Stavrou Lazarou iš Kipro. Tokį sprendimą Parlamentas priėmė atsižvelgdamas į Biudžeto kontrolės komiteto siūlomo kandidato kvalifikacijos įvertinimą.

 
  
MPphoto
 
 

  Jean-Luc Mélenchon (GUE/NGL), par écrit. ‒ Pur produit de la technocratie, Lazaros Stavrou Lazarou a fait une carrière de haut fonctionnaire. Il fut comptable général de la République de Chypre, responsable du contrôle constitutionnel et juridique ainsi que de la gestion des opérations financières publiques.

Il n'est membre d'aucun parti politique, n'a jamais exercé de mandat représentatif et a déjà exercé les fonctions de membre de la Cour des comptes européenne.

Je vote contre sa nomination en souvenir de la honteuse agression de Chypre par la BCE, à laquelle ce monsieur n'a rien trouvé à redire.

 
  
MPphoto
 
 

  Joëlle Mélin (ENF), par écrit. ‒ Membre de l’Association des comptables agréés depuis 1987, diplômé en fiscalité internationale, le candidat est membre de la Cour depuis 2010.

Il fut successivement membre des chambres «Conservation et gestion des ressources naturelles», «Politiques structurelles, transport et énergie» puis membre non permanent de la chambre horizontale «Coordination, évaluation, assurance et développement».

Depuis 2014, il est membre responsable de la déclaration d’assurance sur les comptes de l’Union européenne. Lazaros Stavrou Lazarou, malgré une expérience certaine, représente une caste de l’Union européenne que nous souhaiterions voir évoluer.

Je me suis donc abstenue.

 
  
MPphoto
 
 

  Nuno Melo (PPE), por escrito. ‒ O Tribunal de Contas é uma instituição fiscalizadora, que verifica a legalidade e regularidade das receitas e despesas da União Europeia, bem como a boa gestão financeira, exercendo as suas funções com total independência.

Dentro deste espírito, a nomeação das individualidades que o compõem tem de se reger por critérios de competência e independência.

O Senhor Lazaros Stravrou Lazarou apresentou o seu Curriculum Vitae, respondeu a um questionário escrito e foi ouvido na Comissão do Controlo Orçamental, tendo o mesmo apresentado argumentos suficientes para justificar a nomeação para o Tribunal de Contas para aí desempenhar as suas funções de forma competente e independente. Daí o meu voto favorável.

 
  
MPphoto
 
 

  Louis Michel (ALDE), par écrit. – J’apporte mon soutien à la candidature de Lazaros Stavrou Lazarou suite à sa nomination par le Conseil, approuvée par le Parlement européen, en vue d’assurer les fonctions de membre de la Cour des comptes.

Tant la formation académique que le parcours professionnel - dévoués aux domaines des finances publiques, de la gestion ou du contrôle de gestion - de M. Lazaros Stavrou Lazarou témoignent de ses compétences à exercer les fonctions de membre de la Cour des comptes avec maîtrise. D’autant plus que M. Lazaros Stavrou Lazarou dispose déjà d’une expérience en tant que membre de la Cour des comptes suite à sa première nomination par le Conseil en 2010.

Je suis convaincu que le savoir-faire de M. Lazaros Stavrou, son sens des responsabilités et ses connaissances de l’institution sont un atout pour la Cour des comptes.

 
  
MPphoto
 
 

  Csaba Molnár (S&D), írásban. ‒ Lazaros Stavrou Lazarou 2010 óta tagja a Számvevőszéknek. Mandátuma lejártával a Tanács újabb ciklusra kívánja Lazarou urat kinevezni, ehhez azonban konzultálnia kell az Európai Parlamenttel is. A Költségvetési Ellenőrző Bizottság jelentésében jelezte, hogy értékelte a javasolt jelölt képességeit, és 2016. szeptember 5-i ülésén meg is hallgatta a jelöltet. Mindennek alapján azt javasolja, hogy a Parlament nyilvánítson kedvező véleményt a Tanács Lazaros Stavrou Lazarou számvevőszéki taggá történő kinevezésére irányuló javaslatáról.

 
  
MPphoto
 
 

  Bernard Monot (ENF), par écrit. ‒ Le Parlement européen est consulté, pour avis, sur cette nomination d’un membre de la Cour des comptes. Membre de l’Association des comptables agréés depuis 1987, diplômé en fiscalité internationale, le candidat est membre de la Cour depuis 2010. Il fut successivement membre des chambres "conservation et gestion des ressources naturelles", "politiques structurelles, transport et énergie" puis membre non permanent de la chambre horizontale "Coordination, évaluation, assurance et développement". Depuis 2014, il est membre responsable de la déclaration d’assurance sur les comptes de l’Union européenne. Pur produit de la nomenklatura européenne, Lazaros Stavrou Lazarou sollicite un nouveau mandat. Abstention.

 
  
MPphoto
 
 

  Cláudia Monteiro de Aguiar (PPE), por escrito. ‒ Atendendo à avaliação das qualificações do candidato proposto e à sua audição do candidato proposto pelo Conselho para o cargo de membro do Tribunal de Contas, pela Comissão do Controlo Orçamental, dou parecer favorável à proposta do Conselho de nomeação de Lazaros Stavrou Lazarou para o cargo de membro do Tribunal de Contas.

 
  
MPphoto
 
 

  Sophie Montel (ENF), par écrit. ‒ Je me suis abstenue lors du vote de la nomination de M. Stavrou, puisqu’il s’agit d’un pur produit de «l’establishment» européen.

 
  
MPphoto
 
 

  Nadine Morano (PPE), par écrit. ‒ J’ai voté en faveur de ce rapport qui approuve la nomination de Lazaros Stavrou Lazarou en tant que membre de la Cour des comptes.

Lazaros Stavrou Lazarou a été auditionné par la commission du contrôle budgétaire. Les membres de cette commission ont approuvé cette proposition de nomination à une très large majorité.

 
  
MPphoto
 
 

  Victor Negrescu (S&D), in writing. ‒ I support the nomination of Lazaros Stavrou Lazarou as a member of the Court of Auditors.

 
  
MPphoto
 
 

  Δημήτρης Παπαδάκης (S&D), γραπτώς. ‒ Ψήφισα υπέρ της ανανέωσης εντολής του Κύπριου μέλους, Λάζαρου Λαζάρου, ο οποίος αποτελεί μέλος του Ελεγκτικού Συνεδρίου από το 2010 και του εύχομαι καλή συνέχεια στο έργο του.

 
  
MPphoto
 
 

  Marijana Petir (PPE), napisan. ‒ Na temelju životopisa gospodina Lazarosa Stavroua Lazaroua, kao i mišljenja Odbora za proračunski nadzor, podržavam imenovanje gospodina Lazarosa Stavroua Lazaroua članom Europskog revizorskog suda. U njegovom radu ističe se vršenje dužnosti člana I. revizijskog vijeća „Očuvanje i upravljanje prirodnim resursima”, dužnosti člana II. revizijskog vijeća „Strukturne politike, promet i energetika” te vršenje dužnosti privremenog člana horizontalnog revizijskog vijeća CEAD „Koordinacija, procjena, jamstvo i razvoj”.

Surađivao je s Europskom komisijom gdje je vodio poslove vezane za postizanje dogovora u vezi s kvantificiranjem pogrešaka u javnoj nabavi te određivanje ranijeg datuma objave godišnjeg izvješća i praćenje napretka prema tom cilju. U svom radu iskazao se kao stručna, odgovorna, kompetentna i poštena osoba. Posjeduje izvanredne revizorske sposobnosti i iskustvo jer je specijaliziran za područje revizije.

 
  
MPphoto
 
 

  Florian Philippot (ENF), par écrit. ‒ Il s'agit du renouvellement du mandat d’un membre de la Cour des comptes européenne. Le Parlement européen est consulté, pour avis, sur cette nomination.

Membre de l’Association des comptables agréés depuis 1987, diplômé en fiscalité internationale, le candidat est membre de la Cour depuis 2010.

Il fut successivement membre des chambres «Conservation et gestion des ressources naturelles», «Politiques structurelles, transport et énergie» puis membre non permanent de la chambre horizontale «Coordination, évaluation, assurance et développement». Depuis 2014, il est membre responsable de la déclaration d’assurance sur les comptes de l’Union européenne.

Pur produit de la nomenklatura européenne, Lazaros Stavrou Lazarou sollicite un nouveau mandat. Devant un tel profil, je préfère m'abstenir.

 
  
MPphoto
 
 

  Tonino Picula (S&D), napisan. ‒ Budući da je Odbor za proračunski nadzor ocijenio kvalifikacije predloženog kandidata, posebno u smislu uvjeta navedenih u članku 286. stavku 1. Ugovora o funkcioniranju Europske unije i dao pozitivno mišljenje o prijedlogu Vijeća da se Lazaros Stavrou Lazarou imenuje članom Revizorskog suda, podržavam stajalište izvjestitelja.

 
  
MPphoto
 
 

  Miroslav Poche (S&D), písemně. ‒ V případě pana Lazaroua se jedná o obnovení předchozího mandátu. Podpořil jsem jeho obnovenou nominaci na člena Evropského účetního dvora, se kterým v rámci Výboru pro rozpočtovou kontrolu intenzivně spolupracujeme. Evropský účetní dvůr tvoří kolegium 28 členů, každý je nominován z jednoho členského státu EU. Jejich mandát lze obnovit. Pana Lazaroua jsem podpořil již v hlasování na výboru, neboť jeho předchozí působení potvrdilo jeho vynikající kvalifikaci pro daný post.

 
  
MPphoto
 
 

  Franck Proust (PPE), par écrit. ‒ Nous avons été appelés à nous prononcer sur la nomination d'un membre de la Cour des comptes européenne. Cette procédure témoigne de l'utilité du Parlement dans l'exercice de son contrôle sur le fonctionnement des institutions européennes.

 
  
MPphoto
 
 

  Sofia Ribeiro (PPE), por escrito. ‒ Após a avaliação da Comissão do Controlo Orçamental às qualificações de Lazaros Stavrou Lazarou e posterior à audição do candidato, votei favoravelmente e este relatório dá parecer favorável à proposta do Conselho de nomeação de Lazaros Stavrou Lazarou para o cargo de membro do Tribunal de Contas.

 
  
MPphoto
 
 

  Inmaculada Rodríguez-Piñero Fernández (S&D), por escrito. ‒ El pleno del Parlamento Europeo ha sometido esta mañana a votación, en voto secreto, la propuesta de nombramiento de Lazaros Stavrou Lazarou como miembro del Tribunal de Cuentas, tras la evaluación de las cualificaciones del candidato, la audiencia celebrada el pasado 5 de septiembre ante la Comisión de Control Presupuestario y su dictamen favorable, votación en la que he participado.

 
  
MPphoto
 
 

  Claude Rolin (PPE), par écrit. ‒ J’ai voté en faveur de la désignation de M. Lazaros Stavrou Lazarou comme membre de la Cour des comptes pour un second mandat, en regard de son expérience et de ses objectifs.

M. Stavrou a annoncé vouloir contribuer à la mise en œuvre de la stratégie 2013-2017 et à l'élaboration et à la mise en œuvre de la stratégie 2018-2022, en mettant l’accent sur les échanges réguliers à entretenir avec le Parlement européen (via la commission CONT) et sur la fiabilité des informations sur lesquelles fonder le rapport annuel.

 
  
MPphoto
 
 

  Bronis Ropė (Verts/ALE), raštu. ‒ Balsavau dėl siūlymo skirti Lazarosą Stavrou Lazarou Audito Rūmų nariu. Jis yra įgijęs Halo universiteto ekonomikos mokslų bakalauro laipsnį bei šio universiteto J. F. Kenedžio viešojo administravimo mokyklos viešojo administravimo mokslų magistro laipsnį. Nuo 2010 m. lapkričio 2 d. jis yra Europos Audito Rūmų narys ir siekia būti paskirtas dar vienai kadencijai. Akivaizdu, kad jis turi reikiamą kompetenciją ir patirtį tęsti šį darbą.

 
  
MPphoto
 
 

  Fernando Ruas (PPE), por escrito. ‒ O processo de seleção para este cargo foi realizado de forma aberta e transparente, pelo que votei favoravelmente no que diz respeito à nomeação de Lazaros Stavrou como Membro do Tribunal de Contas, uma vez que na audição por parte da Comissão de Controlo Orçamental Lazaros Stravou demonstrou possuir competência e experiência profissional comprovada para o desempenho das funções que lhe serão atribuídas.

 
  
MPphoto
 
 

  Lola Sánchez Caldentey (GUE/NGL), por escrito. ‒ Se ha votado esta candidatura para el Tribunal de Cuentas.

Currículum vitae bien capacitado. En principio, no encuentro datos para objetar. A pesar de eso es preciso recordar que la institución sigue sin recibir candidatas.

Voto favorable.

 
  
MPphoto
 
 

  Monika Smolková (S&D), písomne ‒ Rozhodla som sa, že podporím kandidáta Lazarou na vymenovanie za člena Dvora audítorov. Jeho vypočutie vo výbore pre rozpočtovú kontrolu prebehlo hladko a získal veľkú podporu. Pán Lazarou sa stal členom Dvora audítorov už v roku 2010 a teraz sa uchádza o obnovenie mandátu. Podľa dostupných informácií sa vo svojej funkcii osvedčil a aj jeho doterajšie profesijné skúsenosti ukazujú, že je na túto úlohu dobre vybavený. Štátnym príjmom z daní a poplatkov sa venoval od roku 1989 a v roku 2000 sa stal vedúcim Štátnej pokladne Cyperskej republiky. V rámci tejto funkcie bol zároveň vedúcim certifikačného orgánu pre prostriedky z EÚ, vedúci orgánu zodpovedného za verejné obstarávanie a nakoniec aj člen Internej rady audítorov Cypru. Keďže od roku 2010 ako člen Európskeho dvora audítorov viedol viacero osobitých správ v rôznych tematických oblastiach od ochrany a riadenia prírodných zdrojov, cez štrukturálne politiky až po dopravu a energetiku. Domnievam sa, že jeho skúsenosti budú pre Dvor audítorov prospešné aj do budúcnosti. Počas jeho nového mandátu mu prajem veľa úspechov.

 
  
MPphoto
 
 

  Ivan Štefanec (PPE), písomne ‒ Dvor audítorov je dôležitá inštitúcia, ktorá dohliada na účelnú alokáciu zdrojov. Po tom, ako sme spoločne s Európskou komisiou vyhlásili boj proti finančným podvodom, bude jeho význam narastať– pán Lazarou svojou profesionálnou kariérou spĺňa všetky predpoklady, aby bol pre prácu Dvora audítorov prínosom.

 
  
MPphoto
 
 

  Beatrix von Storch (EFDD), schriftlich. ‒ Bei der Nominierung habe ich mich enthalten. Den Kandidaten kenne ich nicht.

 
  
MPphoto
 
 

  Dubravka Šuica (PPE), napisan. ‒ Odbor Parlamenta za proračunski nadzor, ocijenivši kvalifikacije predloženog kandidata, u smislu uvjeta navedenih u članku 286. stavku 1. Ugovora o funkcioniranju Europske unije, te nakon održanog saslušanja kandidata Vijeća za članstvo u Revizorskom sudu, dao je pozitivno mišljenje o prijedlogu Vijeća da se Lazaros Stavrou Lazarou imenuje članom Revizorskog suda.

Podržavam prijedlog odluke o predloženom imenovanju, jer smatram da je Odbor Parlamenta kompetentan dati mjerodavno mišljenje o kvalifikacijama kandidata.

 
  
MPphoto
 
 

  Ελευθέριος Συναδινός (NI), γραπτώς. ‒ Η επιλογή προσώπων για θέσεις ευθύνης θα πρέπει να βασίζεται στην ακεραιότητα του χαρακτήρα τους και στην αποδεδειγμένη δραστηριότητά τους όσον αφορά στην προστασία δημόσιου, υπό την ευρεία έννοια, χρήματος.

 
  
MPphoto
 
 

  Pavel Telička (ALDE), in writing. ‒ I voted in favour of renewing the nomination of Lazaros Stavrou Lazarou as a Member of the Court of Auditors. Based on his long-standing experience in public service in Cyprus as well as his valuable performance as a Member of the Court of Auditors until now, I am certain that Lazaros Stavrou Lazarou will continue to perform his job at the best of his capacity and in the best interest of the European citizens.

 
  
MPphoto
 
 

  Ruža Tomašić (ECR), napisan. ‒ Podržala sam ponovno imenovanje Lazarosa Stavroua Lazaroua za člana Revizorskog suda budući da Lazarou od studenog 2010. godine na različitim položajima Suda obavlja svoje dužnosti pri provjeri ispravnosti prikupljanja i uporabe financijskih sredstava EU-a. S obzirom na to da je Lazarou istaknuo ciljeve za budući mandat, vjerujem da će nastaviti pošteno i učinkovito obavljati svoje dužnosti kao član Revizorskog suda.

 
  
MPphoto
 
 

  Romana Tomc (PPE), pisno. ‒ Odbor za proračunski nadzor je ocenil kandidatova priporočila, zlasti glede na zahteve iz člena 286(1) Pogodbe o delovanju Evropske unije.

Pri tem sem glasovala po svojem prepričanju.

 
  
MPphoto
 
 

  Estefanía Torres Martínez (GUE/NGL), por escrito. ‒ Se ha votado esta candidatura para el Tribunal de Cuentas.

Currículum vitae bien capacitado. En principio, no encuentro datos para objetar. A pesar de eso es preciso recordar que la institución sigue sin recibir candidatas.

Voto favorable.

 
  
MPphoto
 
 

  Mylène Troszczynski (ENF), par écrit. ‒ Il s'agit du renouvellement du mandat d’un membre de la Cour des comptes européenne, M. Lazaros Stavrou Lazarou. Le Parlement européen est consulté, pour avis, sur cette nomination.

Membre de l’Association des comptables agréés depuis 1987, diplômé en fiscalité internationale, le candidat est membre de la Cour depuis 2010.

Il fut successivement membre des chambres «Conservation et gestion des ressources naturelles», «Politiques structurelles, transport et énergie» puis membre non permanent de la chambre horizontale «Coordination, évaluation, assurance et développement».

Depuis 2014, il est membre responsable de la déclaration d’assurance sur les comptes de l’Union européenne.

Pur produit de la nomenklatura européenne, Lazaros Stavrou Lazarou sollicite un nouveau mandat.

J'ai choisi l'abstention.

 
  
MPphoto
 
 

  István Ujhelyi (S&D), írásban. ‒ A jelölt szakmai múltjára és felkészültségére, illetve a korábbi meghallgatásainak eredményére tekintettel támogattam a kinevezését.

 
  
MPphoto
 
 

  Miguel Urbán Crespo (GUE/NGL), por escrito. – Se ha votado esta candidatura para el Tribunal de Cuentas.

Currículum vitae bien capacitado. En principio, no encuentro datos para objetar. A pesar de eso es preciso recordar que la institución sigue sin recibir candidatas.

Voto favorable.

 
  
MPphoto
 
 

  Ivo Vajgl (ALDE), in writing. ‒ I voted in favour of the nomination of Lazaros Stavrou Lazarou as a Member of the Court of Auditors because there are no legal, political or personal reasons on the grounds of which an objection to his nomination would be founded.

 
  
MPphoto
 
 

  Miguel Viegas (GUE/NGL), por escrito. ‒ Nada tem contra a personalidade em conta. Todavia, não reconhecemos legitimidade a este tribunal europeu, que representa mais um instrumento ao serviço desta integração capitalista neoliberal e militarista da Europa.

 
  
MPphoto
 
 

  Marco Zanni (EFDD), per iscritto. ‒ Si è reso necessario nominare due nuovi membri della Corte dei conti e prorogare il mandato di un terzo. La procedura prevede che i membri della Corte dei conti siano scelti tra personalità che fanno o hanno fatto parte, nei rispettivi Stati, delle istituzioni di controllo esterno o che posseggano una qualifica specifica per tale funzione e che debbano offrire tutte le garanzie d'indipendenza. I tre candidati presentano un curriculum piuttosto variegato, il che mi ha portato a esprimere voti diversi.

Nonostante l'indubbia qualifica del candidato cipriota, mi sono astenuto, principalmente per due ragioni. Innanzitutto, continua a permanere la mancanza di una certa "parità di genere" nei candidati presentati. La Corte dei conti presenta infatti già uno squilibrio piuttosto marcato – su 28 membri solo 4 sono donne – e ritengo che gli Stati membri e il Consiglio dovrebbero dare un segnale per promuovere la parità di genere in tutte le Istituzioni e a tutti i livelli. Inoltre, il fatto che il voto del Parlamento non sia vincolante ha creato in passato attriti tra il Parlamento stesso e il Consiglio. Infatti, non esiste un vero controllo democratico nella scelta del candidato e la nomina risulta essere prettamente "politica".

 

5.10. Voordracht van João Figueiredo voor de benoeming tot lid van de Rekenkamer (A8-0259/2016 - Igor Šoltes)
  

Schriftliche Erklärungen zur Abstimmung

 
  
MPphoto
 
 

  Isabella Adinolfi (EFDD), per iscritto. ‒ Nella composizione dei membri della Corte dei conti vi è un netto squilibrio di genere: abbiamo infatti, su 28 membri, solo 4 donne. In caso di nomina del seguente candidato questo squilibrio sarebbe ulteriormente accentuato. Inoltre, non vi è un vero controllo democratico delle nomine, in quanto il Parlamento non ha un potere vincolante in materia. Per queste ragioni ho deciso di astenermi.

 
  
MPphoto
 
 

  Eric Andrieu (S&D), par écrit. ‒ J’ai voté en faveur de la nomination de Joao Figueiredo, dont le but est de remplacer le président sortant de la Cour des comptes européenne, M. Caldeira.

M. Figueiredo est actuellement juge à la Cour des comptes portugaise et a auparavant fait ses preuves comme secrétaire d'État et directeur général de l'administration publique.

 
  
MPphoto
 
 

  Marie-Christine Arnautu (ENF), par écrit. ‒ Ce rapport a pour objet le remplacement d’un membre de la Cour des comptes européenne. Le Parlement européen est consulté, pour avis, sur cette nomination.

Le candidat portugais Joao Figueiredo est diplômé en droit et a occupé différents postes dans la fonction publique, dont il est issu, depuis 1982. Chef de service, directeur de pôle, puis chef de cabinet du ministre de la justice, il s’investit dans le monde judiciaire de 1983 à 2002. Il occupa même une fonction de secrétaire d’État à l’administration portugaise. Depuis 2003, il occupe des fonctions dans le domaine des finances publiques. Il est actuellement juge à la cour des comptes portugaise.

Quoique versé dans le milieu du contrôle budgétaire et financier, il dispose essentiellement de compétences à caractère juridique et en planification de projets.

En raison des réussites qu’il évoque, comme la création d’un service d’évaluation de politiques publiques, l’annulation d’un partenariat public-privé illégal, sa probité et son souhait d’accroître la performance des budgets semblent acquis.

C’est pourquoi j’ai voté en sa faveur.

 
  
MPphoto
 
 

  Jonathan Arnott (EFDD), in writing.In the interests of transparency and democracy I abstained from voting on this nomination.

 
  
MPphoto
 
 

  Jean Arthuis (ALDE), par écrit. ‒ J'ai voté en faveur de cette nomination comme le préconisait la commission au fond.

 
  
MPphoto
 
 

  Zigmantas Balčytis (S&D), raštu. ‒ Balsavau už João Alexandre Tavareso Gonçalveso de Figueiredo skyrimą Audito Rūmų nariu. João Alexandre Tavares Gonçalves de Figueiredo dirbo Portugalijos audito institucijos teisėju. Per ilgą darbo patirtį jam pavyko sukaupti didelę patirtį ne tik administravimo įstaigose ir valdžios institucijose, bet ir Audito institucijose, kuriose vykdoma išorės finansų kontrolė. Eidamas Portugalijos audito institucijos teisėju jis atliko auditus, ypač daug dėmesio skirdamas administraciniam ir finansiniam centrinės ir vietos valdžios institucijų sudarytų sutarčių vykdymo teisėtumui. Taip pat buvo atsakingas už auditus, kuriuos atliekant buvo tiriami finansiniai pažeidimai.

 
  
MPphoto
 
 

  Nicolas Bay (ENF), par écrit. ‒ Joao Alexandre Tavares Gonçalves de Figueiredo me paraissant avoir le profil adapté pour ce poste, puisqu’il occupe depuis 2003 des postes dans les finances publiques et qu’il est actuellement membre de la Cour des comptes au Portugal, j’ai voté en faveur de sa nomination en tant que membre de la Cour des comptes.

 
  
MPphoto
 
 

  Hugues Bayet (S&D), par écrit. ‒ J'ai approuvé la nomination de M. Figuereido à la Cour des comptes.

 
  
MPphoto
 
 

  Brando Benifei (S&D), per iscritto. ‒ La Corte dei conti è un'importante istituzione europea che svolge il ruolo di revisore esterno e indipendente dei conti dell'Unione. Fondata nel 1977, essa è divenuta a pieno titolo un'istituzione UE solo nel 1993 continuando a fornire il proprio sostegno per il miglioramento della gestione del bilancio europeo. Si compone di un membro per ogni Stato dell'Unione, ciascuno dei quali viene nominato dal Consiglio previa consultazione del Parlamento rimanendo in carica per sei anni. In questa occasione, il Parlamento è stato chiamato ad esprimersi sulla nomina di João Figueiredo. Preso atto dei contenuti della relazione della commissione per il controllo dei bilanci e seguendo le indicazione del mio gruppo politico, l'S&D ho espresso il mio voto segreto sul nome proposto.

 
  
MPphoto
 
 

  Xabier Benito Ziluaga (GUE/NGL), por escrito. ‒ Se ha votado esta candidatura para el Tribunal de Cuentas.

Trayectoria profesional como abogado notable, ha sido sensible a preguntas formuladas por delegaciones portuguesas del GUE/NGL, respondiendo debidamente. Lamento que se siga sin presentar a mujeres para estos puestos, en una institución en la que están infrarrepresentadas. Voto favorable.

 
  
MPphoto
 
 

  Izaskun Bilbao Barandica (ALDE), por escrito. ‒ Consideramos recogiendo el dictamen favorable de la Comisión de control presupuestario, que el currículo del señor Tavares como los resultados de su audiencia del cinco de septiembre, le acreditan como candidato idóneo para su nombramiento como miembro del Tribunal de Cuentas.

 
  
MPphoto
 
 

  Dominique Bilde (ENF), par écrit. ‒ J’ai voté en faveur de la nomination de João Figueiredo à la Cour des comptes.

Il semble avoir un parcours plutôt cohérent: après un passage au ministère de la justice, il fut secrétaire d’État à l’administration portugaise, occupant ensuite des fonctions dans le domaine des finances publiques. De fait, il est actuellement juge à la cour des comptes portugaise.

Étant donné que son profil est parfaitement adapté à la fonction qu’il brigue, je ne voyais donc pas de raison de m’opposer à cette nomination.

 
  
MPphoto
 
 

  Mara Bizzotto (ENF), per iscritto. ‒ Pur non dubitando delle capacità professionali di questo candidato, non dispongo di elementi di valutazione sufficienti per dargli il mio completo appoggio. Per questo motivo mi sono astenuta.

 
  
MPphoto
 
 

  José Blanco López (S&D), por escrito. ‒ El pleno del Parlamento Europeo ha sometido esta mañana a votación, en voto secreto, la propuesta de nombramiento de João Alexandre Tavares Gonçalves de Figueiredo como miembro del Tribunal de Cuentas tras la evaluación de las cualificaciones del candidato, la audiencia celebrada el pasado 5 de septiembre, ante la Comisión de Control Presupuestario y su dictamen favorable, votación en la que he participado.

 
  
MPphoto
 
 

  Vilija Blinkevičiūtė (S&D), raštu. ‒ Balsavau dėl šio pranešimo, nes juo Parlamentas pritarė Tarybos pasiūlymui skirti João Alexandre Tavaresą Gonçalvesą de Figueiredą iš Portugalijos Audito Rūmų nariu. Tokį sprendimą Parlamentas priėmė atsižvelgdamas į Biudžeto kontrolės komiteto siūlomo kandidato kvalifikacijos įvertinimą, visų pirma atsižvelgiant į Sutarties dėl Europos Sąjungos veikimo 286 straipsnio 1 dalyje nustatytus reikalavimus.

 
  
MPphoto
 
 

  Steeve Briois (ENF), par écrit. ‒ Ce texte porte sur le remplacement d’un membre de la Cour des comptes européenne. Le Parlement européen est consulté pour avis sur cette nomination.

Diplômé en droit, le candidat portugais Joao Alexandre Tavares Gonçalves de Figueiredo a occupé différents postes dans la fonction publique depuis 1982. Chef de service, directeur de pôle, chef de cabinet du ministre de la justice, il s’investit dans le monde judiciaire de 1983 à 2002. Depuis 2003, il occupe des fonctions dans le domaine des finances publiques.

Actuellement juge à la Cour des comptes portugaise, il évoque la création d’un service d’évaluation des politiques publiques ainsi que l’annulation d’un partenariat public-privé illégal comme ses principales réussites.

J’ai voté en faveur de la nomination de Joao Alexandre Tavares Gonçalves de Figueiredo en raison de sa probité et de son souhait d’accroître la performance des budgets européens.

 
  
MPphoto
 
 

  Nicola Caputo (S&D), per iscritto. ‒ Oggi ho votato a favore della relazione in questione poiché ritengo di notevole pertinenza la nomina di João Alexandre Tavares Gonçalves de Figueiredo a membro della Corte dei conti.

Le esperienze professionali del candidato in questione sono importanti e in linea con il ruolo da ricoprire. Il giudice de Figueiredo, infatti, dal 2003 al 2005 ha ricoperto il ruolo di responsabile di verifiche ispettive presso la Corte dei conti portoghese, dal 2006 al 2008 è stato Segretario di Stato per la pubblica amministrazione, ministero delle Finanze portoghese e dal 2008 svolge la professione di giudice presso la Corte dei conti portoghese. Nella veste di giudice, il candidato esercita il controllo della legittimità dei contratti stipulati da enti amministrativi o aziendali dell'amministrazione centrale dello Stato, delle regioni autonome e delle autorità locali ed esegue verifiche in merito ai risultati dei contratti e alla responsabilità finanziaria. Anche i requisiti linguistici posseduti dal candidato sono di primo livello. Il giudice de Figueiredo padroneggia, infatti, le lingue francese, inglese e spagnola.

 
  
MPphoto
 
 

  Λευτέρης Χριστοφόρου (PPE), γραπτώς. ‒ Στηρίζουμε την έκθεση διορισμού του João Figueiredo, καθώς πληροί όλα τα κριτήρια.

 
  
MPphoto
 
 

  Κώστας Χρυσόγονος (GUE/NGL), γραπτώς. ‒ Ο διορισμός του João Figueiredo ως μέλους του Ελεγκτικού Συνεδρίου αποτέλεσε ένα σωστό βήμα, αφού η εμπειρία και οι γνώσεις του εγγυώνται μια θετική συνεισφορά στο έργο του Συνεδρίου. Ως εκ τούτου υπερψήφισα.

 
  
MPphoto
 
 

  Deirdre Clune (PPE), in writing.I wish to respect the privacy of the secret ballot and not disclose my voting intentions.

 
  
MPphoto
 
 

  Lara Comi (PPE), per iscritto. ‒ La candidatura di João Figueiredo quale membro della Corte dei conti è stata valutata con successo dalla commissione per il controllo dei bilanci. Congratulandomi per la nomina di João Figueiredo, gli auguro un buon lavoro.

 
  
MPphoto
 
 

  Therese Comodini Cachia (PPE), in writing. – I have no reason not to support the favourable opinion on the Council’s nomination of João Alexandre Tavares Gonçalves de Figueiredo as a Member of the Court of Auditors.

 
  
MPphoto
 
 

  Edward Czesak (ECR), na piśmie. ‒ Popieram kandydaturę Joãa Alexandra Tavaresa Gonçalvesa de Figueireda na członka Trybunału Obrachunkowego. W moim przekonaniu spełnia on niezbędne warunki, żeby wykonywać taką funkcję; ma zarówno kompetencje (ukończenie studiów prawniczych), jak i doświadczenie (od 2008 roku pełnił funkcję sędziego w Portugalskim Najwyższym Sadzie Audytywnym, był również audytorem przez całe życie zawodowe). Podczas przesłuchania CONT w dniu 5 września pan Figueiredo w sposób przekonywujący zaprezentował swoje kwalifikacje. Żadna negatywna opinia nie została zgłoszona.

 
  
MPphoto
 
 

  Miriam Dalli (S&D), in writing.I voted in favour of the nomination of João Figueiredo as a member of the Court of Auditors, as I believe that he has proved himself competent and well qualified for the post.

 
  
MPphoto
 
 

  Michel Dantin (PPE), par écrit. ‒ La commission du contrôle budgétaire (CONT) a auditionné trois candidats à la nomination à la cour des comptes, proposés par trois États membres: le Maltais Léo Brincat, le Portugais Joao Figueiredo et le Chypriote Lazaros Stavrou Lazarou.

Considérant qu’après audition, les membres de la commission ont validé ces trois nominations dès lors que les candidats répondent aux attentes du Parlement et de la Cour des comptes, j’ai voté en faveur de ce rapport.

 
  
MPphoto
 
 

  Mireille D'Ornano (ENF), par écrit. ‒ Le Parlement européen est consulté pour avis sur le remplacement d’un membre de la Cour des comptes européenne.

Diplômé en droit, Joao Alexandre Tavares Gonçalves de Figueiredo a initialement servi comme chef de cabinet du ministre de la justice du Portugal avant d’être nommé juge à la Cour des Comptes de ce pays. À son nouveau poste, il disposera essentiellement de compétences juridiques et de planification de projets.

Dans l’ensemble, je suis convaincue par son apparente probité, traduite par ses réussites professionnelles: évaluation des politiques publiques, annulation d’un partenariat public-privé illégal. J’ai donc voté pour ce texte.

 
  
MPphoto
 
 

  Γεώργιος Επιτήδειος (NI), γραπτώς. ‒ Η επιλογή προσώπων για θέσεις ευθύνης θα πρέπει να βασίζεται στην ακεραιότητα του χαρακτήρα τους και στην αποδεδειγμένη δραστηριότητά τους όσον αφορά την προστασία δημόσιου, υπό την ευρεία έννοια, χρήματος.

 
  
MPphoto
 
 

  Edouard Ferrand (ENF), par écrit. ‒ Vote pour: en raison des réussites qu’il évoque, comme la création d’un service d’évaluation de politiques publiques, l’annulation d’un partenariat public-privé illégal, sa probité et son souhait d’accroître la performance des budgets semblent acquis.

 
  
MPphoto
 
 

  Doru-Claudian Frunzulică (S&D), in writing. ‒ The ECA operates as a collegiate body of 28 Members, one from each Member State. The Members are appointed by the Council after consultation with the European Parliament for a renewable term of six years. Members elect one of their number as President for a renewable term of three years.

The nomination of Joao Figueiredo is to replace the outgoing President of the ECA, Mr Caldeira. Mr Figueiredo is currently a Judge at the Portuguese Audit Court and also previously worked as a State Secretary and Director-General in the public administration.

His hearing took place in Committee on Budgetary Control (CONT) on Monday 5 September where he was approved by a large majority. I supported the candidate at the plenary stage.

 
  
MPphoto
 
 

  Arne Gericke (ECR), schriftlich. ‒ Ich habe für den Bericht über die Ernennung von João Alexandre Tavares Gonçalves de Figueiredo zum Mitglied des Rechnungshofs gestimmt, da ich den ehemaligen Richter am portugiesischen Rechnungshof für einen geeigneten Kandidaten halte.

 
  
MPphoto
 
 

  Neena Gill (S&D), in writing. ‒ I voted in favour of this report. I believe the candidate’s nomination should be approved as he has proved himself competent and well-qualified for the post.

 
  
MPphoto
 
 

  Tania González Peñas (GUE/NGL), por escrito. ‒ Se ha votado esta candidatura para el Tribunal de Cuentas.

Trayectoria profesional como abogado notable, ha sido sensible a preguntas formuladas por delegaciones portuguesas del GUE/NGL, respondiendo debidamente. Lamento que se siga sin presentar a mujeres para estos puestos, en una institución en la que están infrarrepresentadas. Voto favorable.

 
  
MPphoto
 
 

  Brian Hayes (PPE), in writing.I voted in favour as I have no objections.

 
  
MPphoto
 
 

  Ivan Jakovčić (ALDE), napisan. ‒ Glasao sam za prijedlog odluke Europskog parlamenta o predloženom imenovanju Joãoa Alexandrea Tavaresa Gonçalvesa de Figueireda za člana Revizorskog suda, zbog toga što smatram da g. Figueiredo ima potrebno profesionalno i stručno iskustvo za dotičnu funkciju.

G. Figueiredo je bio sudac na portugalskom revizorskom sudu, radio je u Ministarstvu financija i pravosuđa Portugala te obnašao niz funkcija koje su mu omogućile da stekne potrebno znanje i vještine kako bi kompetentno obnašao funkciju člana Revizorskog suda. Povrh toga, ishod saslušanja održanog u Odboru za proračunski nadzor bio je pozitivan, te stoga podržavam njegovo imenovanje.

 
  
MPphoto
 
 

  Jean-François Jalkh (ENF), par écrit. ‒ Joao Alexandre Tavares Gonçalves de Figueiredo sera prochainement nommé membre de la Cour des comptes. Quoique versé dans le milieu du contrôle budgétaire et financier, il dispose essentiellement de compétences à caractère juridique et en planification de projets.

En raison des réussites qu’il évoque, comme la création d’un service d’évaluation de politiques publiques, l’annulation d’un partenariat public-privé illégal, sa probité et son souhait d’accroître la performance des budgets semblent acquis. J'ai donc voté pour.

 
  
MPphoto
 
 

  Marc Joulaud (PPE), par écrit. ‒ J'ai voté en faveur du rapport de mon collègue Igor Soltes sur la nomination de M. João Figueiredo comme membre de la Cour des comptes. Ce texte approuve la candidature proposée par le Conseil après audition par la commission du contrôle budgétaire, attestant des compétences requises pour exercer cette fonction.

Cette nomination a été adoptée à une large majorité, ce dont je me félicite.

 
  
MPphoto
 
 

  Philippe Juvin (PPE), par écrit. ‒ Comme le recommandait la commission CONT qui a auditionné João Figueiredo, j’ai voté en faveur de sa nomination.

 
  
MPphoto
 
 

  Barbara Kappel (ENF), schriftlich. ‒ Herr João Figueiredo kommt aus Portugal, er ist seit 2008 Richter am portugiesischen Rechnungshof. Davor war er Staatssekretär für öffentliche Verwaltung im portugiesischen Finanzministerium sowie leitender Prüfer am portugiesischen Rechnungshof. Es spricht nichts gegen die Kandidatur von Herrn João Figueiredo. Daher stimme ich der Nominierung zu.

 
  
MPphoto
 
 

  Андрей Ковачев (PPE), в писмена форма. ‒ Подкрепих доклада относно предложението за назначаване на Жуан Алешандър Тавареш Гонсалвеш де Фигейреду за член на Сметната палата, тъй като смятам че господин Фигейреду притежава нужния опит в сферите на публичните финанси, бюджетирането и стратегическото управление.

 
  
MPphoto
 
 

  Giovanni La Via (PPE), per iscritto. – La candidatura proposta dal Consiglio di nominare come membro della corte dei conti João Figueiredo è stata ritenuta valida successivamente a una scrupolosa analisi delle credenziali e del background personale dell'aspirante.

 
  
MPphoto
 
 

  Marine Le Pen (ENF), par écrit. ‒ J’ai voté pour la nomination de M. João Figueiredo à la Cour des comptes.

Diplômé en droit, le candidat a occupé différents postes dans la fonction publique, dont il est issu, depuis 1982. Chef de service, directeur de pôle, puis chef de cabinet du ministre de la justice, il s’investit dans le monde judiciaire de 1983 à 2002. Il occupa même une fonction de secrétaire d’État à l’administration portugaise. Depuis 2003, il occupe des fonctions dans le domaine des finances publiques. Il est actuellement juge à la cour des comptes portugaise.

En raison des réussites qu’il évoque, comme la création d’un service d’évaluation de politiques publiques ou l’annulation d’un partenariat public-privé illégal, sa probité et son souhait d’accroître la performance des budgets semblent acquis.

 
  
MPphoto
 
 

  Philippe Loiseau (ENF), par écrit. ‒ Le Parlement devait ici rendre un avis sur la nomination d’un membre de la Cour des comptes européenne.

M. Joao Figueiredo est actuellement juge à la cour des comptes portugaise. Diplômé en droit, ancien haut fonctionnaire et membre de cabinets ministériels, il dispose de compétences en planification de projets, ainsi que dans le milieu du contrôle budgétaire et financier.

En raison de certaines réussites, telles que la création d’un service d’évaluation des politiques publiques ou l’annulation d’un partenariat public-privé illégal, de sa probité et de son souhait d’accroître la performance des budgets, je me suis prononcé pour cette nomination.

 
  
MPphoto
 
 

  Paloma López Bermejo (GUE/NGL), por escrito. ‒ He preferido abstenerme en este voto, por considerar que el proceso de nominación no ha sido lo suficientemente exhaustivo para dar la aprobación.

 
  
MPphoto
 
 

  Νότης Μαριάς (ECR), γραπτώς. ‒ Καταψηφίζω την έκθεση σχετικά με τον προτεινόμενο διορισμό του João Alexandre Tavares Gonçalves de Figueiredo ως μέλους του Ελεγκτικού Συνεδρίου, καθώς δεν συμφωνώ με βασικά σημεία της ως άνω έκθεσης.

 
  
MPphoto
 
 

  Dominique Martin (ENF), par écrit. ‒ J’ai voté pour ce texte.

Le Parlement européen est consulté pour avis sur le remplacement d’un membre de la Cour des comptes européenne.

Diplômé en droit, Joao Alexandre Tavares Gonçalves de Figueiredo a initialement servi comme chef de cabinet du ministre de la justice du Portugal avant d’être nommé juge à la Cour des Comptes de ce pays.

À son nouveau poste, il disposera essentiellement de compétences juridiques et de planification de projets. Dans l’ensemble, nous sommes convaincus par son apparente probité, traduite par ses réussites professionnelles: évaluation des politiques publiques, annulation d’un partenariat public-privé illégal.

 
  
MPphoto
 
 

  Valentinas Mazuronis (ALDE), raštu. ‒ Atsižvelgdamas į Biudžeto kontrolės komiteto įvertinimą pritariu Tarybos pasiūlymui skirti João de Figueiredą iš Portugalijos Audito Rūmų nariu.

 
  
MPphoto
 
 

  Jean-Luc Mélenchon (GUE/NGL), par écrit. ‒ João Figueiredo, juriste de formation, a exercé dans la haute administration avant d'obtenir des responsabilités auprès du gouvernement socialiste portugais de António Manuel de Oliveira Guterres.

Il semble avoir démontré son expérience dans la gestion des finances publiques; néanmoins, je m'abstiens.

 
  
MPphoto
 
 

  Joëlle Mélin (ENF), par écrit. ‒ Quoique versé dans le milieu du contrôle budgétaire et financier, João Figueiredo dispose essentiellement de compétences à caractère juridique et en planification de projets.

En raison de certaines réussites, comme la création d’un service d’évaluation des politiques publiques ou l’annulation d’un partenariat public-privé illégal, de sa probité et de son souhait d’accroître la performance des budgets, j’ai voté en faveur de cette nomination.

 
  
MPphoto
 
 

  Nuno Melo (PPE), por escrito. ‒ O Tribunal de Contas é uma instituição fiscalizadora, que verifica a legalidade e regularidade das receitas e despesas da União Europeia, bem como a boa gestão financeira, exercendo as suas funções com total independência.

Dentro deste espírito, a nomeação das individualidades que o compõem tem de se reger por critérios de competência e independência.

O Senhor João Alexandre Tavares Gonçalves de Figueiredo apresentou o seu Curriculum Vitae, respondeu a um questionário escrito e foi ouvido na Comissão do Controlo Orçamental, tendo o mesmo apresentado argumentos suficientes para justificar a nomeação para o Tribunal de Contas para aí desempenhar as suas funções de forma competente e independente. Daí o meu voto favorável.

 
  
MPphoto
 
 

  Louis Michel (ALDE), par écrit. – J’apporte mon soutien à la candidature de M. João Figueiredo suite à sa nomination par le Conseil, approuvée par le Parlement européen, en vue d’assurer les fonctions de membre de la Cour des comptes.

La formation académique et le parcours professionnel de M. João Figueiredo se caractérisent à la fois par une spécialisation dans le domaine du droit et celui de la finance publique. João Figueiredo dispose également d’une expérience internationale de qualité.

L’ensemble de ces points laissent à penser que M. João Figueiredo exercera les fonctions de membre de la Cour des comptes avec maîtrise.

 
  
MPphoto
 
 

  Csaba Molnár (S&D), írásban. ‒ João Alexandre Tavares Gonçalves de Figueiredo a Portugál Számvevőszék tagja, akit a Tanács az Európai Számvevőszék tagjává kíván kinevezni, ehhez azonban konzultálnia kell az Európai Parlamenttel is. A Költségvetési Ellenőrző Bizottság jelentésében jelezte, hogy értékelte a javasolt jelölt képességeit, és 2016. szeptember 5-i ülésén meg is hallgatta a jelöltet. Mindennek alapján azt javasolja, hogy a Parlament nyilvánítson kedvező véleményt a Tanács João Alexandre Tavares Gonçalves de Figueiredo számvevőszéki taggá történő kinevezésére irányuló javaslatáról.

 
  
MPphoto
 
 

  Bernard Monot (ENF), par écrit. ‒ Le parlement européen est consulté, pour avis, sur cette nomination d’un membre de la Cour des comptes. Diplômé en droit, le candidat a occupé différents postes dans la fonction publique, dont il est issu depuis 1982. Chef de service, directeur de pôle, puis Chef de cabinet du ministre de la justice, il s’investit dans le monde judiciaire de 1983 à 2002. Il occupa même une fonction de secrétaire d’État à l’administration portugaise. Depuis 2003, il occupe des fonctions dans le domaine des finances publiques. Il est actuellement juge à la cour des comptes portugaise. Sa probité et son souhait d’accroître la performance des budgets semblent acquises. Vote favorable.

 
  
MPphoto
 
 

  Cláudia Monteiro de Aguiar (PPE), por escrito. ‒ Atendendo à avaliação das qualificações do candidato proposto e à sua audição do candidato proposto pelo Conselho para o cargo de membro do Tribunal de Contas, pela Comissão do Controlo Orçamental, dou parecer favorável à proposta do Conselho de nomeação de João Figueiredo para o cargo de membro do Tribunal de Contas.

 
  
MPphoto
 
 

  Sophie Montel (ENF), par écrit. ‒ J’ai voté pour la nomination de M. João Figueiredo à la Cour des comptes en raison de ses réussites, comme la création d’un service d’évaluation des politiques publiques ou l’annulation d’un partenariat public-privé illégal. Sa probité et son souhait d’accroître la performance des budgets semblent acquis.

 
  
MPphoto
 
 

  Nadine Morano (PPE), par écrit. ‒ J’ai voté en faveur de ce rapport qui approuve la nomination de João Figueiredo en tant que membre de la Cour des comptes.

João Figueiredo a été auditionné par la commission du contrôle budgétaire. Les membres de cette commission ont approuvé cette proposition de nomination à une très large majorité.

 
  
MPphoto
 
 

  Victor Negrescu (S&D), in writing. ‒ I support the nomination of João Figueiredo as a member of the Court of Auditors.

 
  
MPphoto
 
 

  Marijana Petir (PPE), napisan. ‒ João Alexandre Tavares Gonçalves de Figueiredo je učinio mnogo za državljane Portugala. Utjecao je na ustroj i djelovanje države i portugalskog društva u cjelini. Proveo je reforme portugalske javne uprave u kojima je: reorganizirao državnu upravu, uveo reformu zapošljavanja u javnom sektoru, kreirao sustav evaluacije javnih službi, rukovodećih osoba i zaposlenika, gdje je prvi put u portugalski javni sektor uveden sustav ocjenjivanja javnih službi i rukovoditelja, zajedno sa sustavom mjerenja učinkovitosti svih državnih službenika.

Uveo je reformu sustava socijalne zaštite za javne službenike i kontrolu zapošljavanja i mobilnosti ljudskih resursa. Nadalje, uveo je kontrolu koju Revizorski sud vrši nad ugovorima o javno-privatnim partnerstvima za davanje autocesta u koncesiju, reformu sustava kontrole maloljetničke delinkvencije i vođenje sustava elektroničkog nadzora prijestupnika u Portugalu. Sve navedeno čini ga pravim kandidatom za člana Europskog revizorskog suda.

 
  
MPphoto
 
 

  Florian Philippot (ENF), par écrit. ‒ Il s'agit du remplacement d’un membre de la Cour des comptes européenne. Le Parlement européen est consulté, pour avis, sur cette nomination.

Diplômé en droit, le candidat a occupé différents postes dans la fonction publique, dont il est issu, depuis 1982. Chef de service, directeur de pôle, puis chef de cabinet du ministre de la justice, il s’investit dans le monde judiciaire de 1983 à 2002. Il occupa même une fonction de secrétaire d’État à l’administration portugaise. Depuis 2003, il occupe des fonctions dans le domaine des finances publiques. Il est actuellement juge à la Cour des comptes portugaise.

Quoique versé dans le milieu du contrôle budgétaire et financier, il dispose essentiellement de compétences à caractère juridique et en planification de projets.

En raison des réussites qu’il évoque, comme la création d’un service d’évaluation des politiques publiques ou l’annulation d’un partenariat public-privé illégal, sa probité et son souhait d’accroître la performance des budgets semblent acquis. Je vote donc en faveur de sa nomination.

 
  
MPphoto
 
 

  Tonino Picula (S&D), napisan. ‒ Budući da je Odbor za proračunski nadzor ocijenio kvalifikacije predloženog kandidata, posebno u smislu uvjeta navedenih u članku 286. stavku 1. Ugovora o funkcioniranju Europske unije i dao pozitivno mišljenje o prijedlogu Vijeća da se Joãa Alexandrea Tavaresa Gonçalvesa de Figueireda imenuje članom Revizorskog suda, podržavam stajalište izvjestitelja.

 
  
MPphoto
 
 

  Miroslav Poche (S&D), písemně. ‒ Podpořil jsem nominaci nového člena Evropského účetního dvora, se kterým v rámci Výboru pro rozpočtovou kontrolu intenzivně spolupracujeme. Pana Figueireda jsem podpořil již v hlasování na výboru, považuji ho za zcela kompetentního pro daný post. Jako člen Evropského účetního dvora získal šestiletý mandát. Pan Figueiredo nahrazuje odcházejícího předsedu Evropského účetního dvora pana Caldeiru. Nového předsedu si mezi sebou zvolí členové Účetního dvora na dobu tří let.

 
  
MPphoto
 
 

  Sofia Ribeiro (PPE), por escrito. ‒ Após a Comissão do Controlo Orçamental ter procedido à avaliação das qualificações e posterior audição do candidato João Figueiredo, votei favoravelmente e este relatório dá parecer favorável à proposta do Conselho de nomeação de João Figueiredo para o cargo de membro do Tribunal de Contas.

 
  
MPphoto
 
 

  Inmaculada Rodríguez-Piñero Fernández (S&D), por escrito. ‒ El pleno del Parlamento Europeo ha sometido esta mañana a votación, en voto secreto, la propuesta de nombramiento de João Alexandre Tavares Gonçalves de Figueiredo como miembro del Tribunal de Cuentas tras la evaluación de las cualificaciones del candidato, la audiencia celebrada el pasado 5 de septiembre, ante la Comisión de Control Presupuestario y su dictamen favorable, votación en la que he participado.

 
  
MPphoto
 
 

  Bronis Ropė (Verts/ALE), raštu. ‒ Balsavau dėl dėl João Alexandre Tavareso Gonçalveso de Figueiredo skyrimo Audito Rūmų nariu. Nuo 2008 m. birželio mėn. jis yra Portugalijos audito institucijos teisėjas. Trejetą metų buvo Portugalijos Vyriausybės Finansų ministerijos už viešąjį administravimą atsakingas ministras. Lisabonos universitete įgijo teisės diplomą. Atsižvelgiant į jo patirtį ir kompetencijas, nėra priežasčių nepritarti jo kandidatūrai.

 
  
MPphoto
 
 

  Fernando Ruas (PPE), por escrito. ‒ Votei favoravelmente a proposta de nomeação do Juiz João Figueiredo para membro do Tribunal de Contas Europeu, substituindo o Juiz Vítor Caldeira, atendendo ao seu inegável currículo na área, que demonstra uma larga e reconhecida competência do domínio do direito fiscal e financeiro.

Após a audição na Comissão do Controlo Orçamental no passado dia 5 de setembro, verificou-se estarem reunidos os requisitos à sua nomeação, designadamente, no que respeita à sua competência, ao percurso e experiência profissional, bem como no tocante às garantias de independência e imparcialidade inerentes ao exercício desta função e no escrupuloso respeito pelas disposições do Tratado sobre o Funcionamento da União Europeia. Por tudo quanto fica exposto e por vir substituir um outro juiz português de reconhecido mérito, deixo aqui expresso os meus votos de um excelente mandato ao serviço do Tribunal de Contas Europeu.

 
  
MPphoto
 
 

  Lola Sánchez Caldentey (GUE/NGL), por escrito. ‒ Se ha votado esta candidatura para el Tribunal de Cuentas.

Trayectoria profesional como abogado notable, ha sido sensible a preguntas formuladas por delegaciones portuguesas del GUE/NGL, respondiendo debidamente. Lamento que se siga sin presentar a mujeres para estos puestos, en una institución en la que están infrarrepresentadas. Voto favorable.

 
  
MPphoto
 
 

  Ricardo Serrão Santos (S&D), por escrito. ‒ A nomeação de João Figueiredo para exercer funções como Membro do Tribunal de Contas é favorável porque este apresenta um nível de experiência profissional extremamente maduro para o exercício correto destas funções.

João Figueiredo, além de uma carreira notável a nível nacional, possui ainda a experiência internacional e multicultural necessária para cumprir os seus deveres no sistema europeu.

 
  
MPphoto
 
 

  Monika Smolková (S&D), písomne ‒ Podporila som vymenovanie kandidáta Figueiredo na člena Dvora audítorov, pretože sa domnievam, že jeho pracovné skúsenosti zodpovedajú potrebám tejto funkcie. Jeho odbornú a osobnostnú spôsobilosť na vykonávanie tejto pozície potvrdil aj výbor pre rozpočtovú kontrolu, keď pána Figueiredo po vypočutí schválil veľkou väčšinou. Nominácia pána Figueiredo je nahradením odchádzajúceho prezidenta Dvora audítorov, pána Caldeira. Pán Figueiredo je v súčasnosti sudcom portugalského Dvora audítorov a v minulosti pracoval ako štátny tajomník a generálny riaditeľ vo verejnej správe. Jeho bohaté skúsenosti z rôznych oblastí verejnej správy sú zárukou, že bude pre prácu Európskeho dvora audítorov prínosom. Najmä skutočnosť, že sa podieľal na všeobecnej účtovnej uzávierke Portugalska, plánovaní a kontrole verejných výdavkov, ako aj dlhodobé pôsobenie na portugalskom ministerstve financií ma presvedčili, že je na túto funkciu kvalitne pripravený. Verím, že bude svoj mandát vykonávať svedomite a držím mu v jeho pôsobení palce.

 
  
MPphoto
 
 

  Ivan Štefanec (PPE), písomne ‒ Dvor audítorov je dôležitá inštitúcia, ktorá dohliada na účelnú alokáciu zdrojov. Po tom, ako sme spoločne s Európskou komisiou vyhlásili boj proti finančným podvodom, bude jeho význam narastať – pán Figueiredo svojou profesionálnou kariérou spĺňa všetky predpoklady, aby bol pre prácu Dvora audítorov prínosom.

 
  
MPphoto
 
 

  Beatrix von Storch (EFDD), schriftlich. ‒ Bei der Nominierung habe ich mich enthalten. Den Kandidaten kenne ich nicht.

 
  
MPphoto
 
 

  Dubravka Šuica (PPE), napisan. ‒ Odbor Parlamenta za proračunski nadzor, ocijenivši kvalifikacije predloženog kandidata, u smislu uvjeta navedenih u članku 286. stavku 1. Ugovora o funkcioniranju Europske unije, te nakon održanog saslušanja kandidata Vijeća za članstvo u Revizorskom sudu, dao je pozitivno mišljenje o prijedlogu Vijeća da se João de Figueiredo imenuje članom Revizorskog suda.

Podržavam prijedlog odluke o predloženom imenovanju, jer smatram da je Odbor Parlamenta kompetentan dati mjerodavno mišljenje o kvalifikacijama kandidata.

 
  
MPphoto
 
 

  Ελευθέριος Συναδινός (NI), γραπτώς. ‒ Η επιλογή προσώπων για θέσεις ευθύνης θα πρέπει να βασίζεται στην ακεραιότητα του χαρακτήρα τους και στην αποδεδειγμένη δραστηριότητά τους όσον αφορά στην προστασία δημόσιου, υπό την ευρεία έννοια, χρήματος.

 
  
MPphoto
 
 

  Pavel Telička (ALDE), in writing. ‒ I voted in favour of nominating João Figueiredo as a Member of the Court of Auditors. In the light of his robust professional experience, I trust that he will successfully monitor the implementation of the budget of the European Union in an independent and competent manner

 
  
MPphoto
 
 

  Ruža Tomašić (ECR), napisan. ‒ Podržala sam kandidata portugalske vlade za člana Revizorskog suda, zato što vjerujem da će njegovo prijašnje profesionalno iskustvo biti dobar temelj za obavljanje revizorskih dužnosti. Naime, kandidat João Goncalves de Figueiredo po zanimanju je pravnik, a ima osmogodišnje iskustvo suca na portugalskom Revizorskom sudu te je bio državni tajnik za javnu upravu, Ministarstvo financija, Vladu Portugala i glavni revizor portugalskog Revizorskog suda. Zbog toga smatram da će ovaj kandidat uspješno obavljati poslove revizorskog suca.

 
  
MPphoto
 
 

  Romana Tomc (PPE), pisno. ‒ Odbor za proračunski nadzor je ocenil kandidatova priporočila, zlasti glede na zahteve iz člena 286(1) Pogodbe o delovanju Evropske unije. Pri tem sem glasovala po svojem prepričanju.

 
  
MPphoto
 
 

  Estefanía Torres Martínez (GUE/NGL), por escrito. ‒ Se ha votado esta candidatura para el Tribunal de Cuentas.

Trayectoria profesional como abogado notable, ha sido sensible a preguntas formuladas por delegaciones portuguesas del GUE/NGL, respondiendo debidamente. Lamento que se siga sin presentar a mujeres para estos puestos, en una institución en la que están infrarrepresentadas. Voto favorable.

 
  
MPphoto
 
 

  Mylène Troszczynski (ENF), par écrit. ‒ Il s'agit du remplacement d’un membre de la Cour des comptes européenne par M. Joao Figueiredo. Le Parlement européen est consulté, pour avis, sur cette nomination.

Diplômé en droit, le candidat a occupé différents postes dans la fonction publique, dont il est issu, depuis 1982. Chef de service, directeur de pôle, puis chef de cabinet du ministre de la justice, il s’investit dans le monde judiciaire de 1983 à 2002. Il occupa même une fonction de secrétaire d’État à l’administration portugaise. Depuis 2003, il occupe des fonctions dans le domaine des finances publiques. Il est actuellement juge à la cour des comptes portugaise.

Quoique versé dans le milieu du contrôle budgétaire et financier, il dispose essentiellement de compétences à caractère juridique et en planification de projets.

J'ai voté pour sa nomination.

 
  
MPphoto
 
 

  István Ujhelyi (S&D), írásban. ‒ A jelölt szakmai múltjára és felkészültségére, illetve a korábbi meghallgatásainak eredményére tekintettel támogattam a kinevezését.

 
  
MPphoto
 
 

  Miguel Urbán Crespo (GUE/NGL), por escrito. – Se ha votado esta candidatura para el Tribunal de Cuentas.

Trayectoria profesional como abogado notable, ha sido sensible a preguntas formuladas por delegaciones portuguesas del GUE/NGL, respondiendo debidamente. Lamento que se siga sin presentar a mujeres para estos puestos, en una institución en la que están infrarrepresentadas. Voto favorable.

 
  
MPphoto
 
 

  Ivo Vajgl (ALDE), in writing. ‒ I voted in favour of the nomination of João Figueiredo as a Member of the Court of Auditors because there are no legal, political or personal reasons on the grounds of which an objection to his nomination would be founded.

 
  
MPphoto
 
 

  Miguel Viegas (GUE/NGL), por escrito. ‒ Nada tem contra a personalidade em conta. Todavia, não reconhecemos legitimidade a este tribunal europeu, que representa mais um instrumento ao serviço desta integração capitalista neoliberal e militarista da Europa.

 

5.11. Voordracht van Leo Brincat voor de benoeming tot lid van de Rekenkamer (A8-0257/2016 - Igor Šoltes)
  

Schriftliche Erklärungen zur Abstimmung

 
  
MPphoto
 
 

  Isabella Adinolfi (EFDD), per iscritto. ‒ Durante la sua carica al governo Leo Brincat, candidato alla nomina come membro della Corte dei conti, si è rifiutato, insieme ai membri del suo partito, di aprire un indagine riguardante i "Panama Papers" sul ministro Konrad Mizzi e sul capo dello staff del primo ministro Keith Schembri. Questa è la motivazione per cui ho deciso di esprimere un voto negativo.

 
  
MPphoto
 
 

  Eric Andrieu (S&D), par écrit. ‒ M. Brincat a apporté son soutien à un collègue du gouvernement maltais dans un vote de confiance lié aux documents de Panama de mai 2016. N'ayant pas reçu suffisamment d'informations sur ce sujet, j'ai décidé de m'abstenir.

 
  
MPphoto
 
 

  Marie-Christine Arnautu (ENF), par écrit. ‒ Ce rapport concerne la nomination d’un membre de la Cour des comptes européenne. Le Parlement européen est consulté, pour avis, sur cette nomination.

Le candidat, Léo Brincat, ancien ministre maltais de l'environnement, participa à la mise en place de l'Office national public d'audit maltais. Après un passage très court (en 1966) par Barclays, il occupa différents postes politiques tout au long de sa carrière: secrétaire de cabinet du Premier ministre, membre de la commission des comptes publics de la Chambre des représentants, ministre des finances et du commerce et membre de la commission des affaires étrangères. En parallèle, il fut directeur du service recherche-stratégie d'HSBC Malta.

Orienté à gauche mais défendant des positions conservatrices, il ne fait pas l'objet d'un consensus total; pour autant il est proposé à ce poste par la gauche et la droite du Parlement maltais.

Leo Brincat est un personnage controversé. Alors que son rôle est de lutter contre la corruption, il a ouvertement soutenu le ministre maltais Konrad Mizzi (parti travailliste), dont le nom est apparu dans l’affaire des Panama Papers.

J’ai donc voté contre cette nomination.

 
  
MPphoto
 
 

  Jonathan Arnott (EFDD), in writing.In the interests of transparency and democracy I abstained from voting on this nomination.

 
  
MPphoto
 
 

  Jean Arthuis (ALDE), par écrit. ‒ J'ai voté contre cette nomination car cette personne n'incarne pas à mes yeux les valeurs d'intégrité et de transparence nécéssaires à l'exercice de cette fonction.

 
  
MPphoto
 
 

  Zigmantas Balčytis (S&D), raštu. ‒ Balsavau už Leo Brincatą skyrimą Audito Rūmų nariu. Leo Brincatas per finansų ir prekybos ministro kadenciją aktyviai veikė, kad Nacionalinė audito tarnyba taptų visiškai nepriklausoma – ji tapo Maltos parlamento tarnybos sudedamąja dalimi.

 
  
MPphoto
 
 

  Nicolas Bay (ENF), par écrit. ‒ Alors que le rôle d’une Cour de comptes consiste notamment à lutter contre la fraude, il se trouve que Leo Brincat a ouvertement soutenu le ministre maltais Konrad Mizzi dont le nom est apparu dans l’affaire des Panama Papers. J’ai donc voté contre sa nomination.

 
  
MPphoto
 
 

  Hugues Bayet (S&D), par écrit. ‒ J'ai approuvé la nomination de M. Brincat à la Cour des comptes, suivant en cela la recommandation de la commission du contrôle budgétaire.

 
  
MPphoto
 
 

  Brando Benifei (S&D), per iscritto. ‒ La Corte dei conti è un'importante istituzione europea che svolge il ruolo di revisore esterno e indipendente dei conti dell'Unione. Fondata nel 1977, essa è divenuta a pieno titolo un'istituzione UE solo nel 1993 continuando a fornire il proprio sostegno per il miglioramento della gestione del bilancio europeo. Si compone di un membro per ogni Stato dell'Unione, ciascuno dei quali viene nominato dal Consiglio previa consultazione del Parlamento rimanendo in carica per sei anni. In questa occasione, il Parlamento è stato chiamato a esprimersi sulla nomina di Leo Brincat. Preso atto dei contenuti della relazione della commissione per il controllo dei bilanci e seguendo le indicazione del mio gruppo politico, l'S&D, ho espresso il mio voto segreto sul nome proposto.

 
  
MPphoto
 
 

  Xabier Benito Ziluaga (GUE/NGL), por escrito. ‒ Se ha votado esta candidatura para el Tribunal de Cuentas.

Persona con trayectoria de irregularidades e intereses creados, tanto políticos –aprovechando la época en la que el Partido del Trabajo estaba en el Gobierno- como económicos particulares. Involucrado en el caso de los papeles de Panamá.

Voto en contra.

 
  
MPphoto
 
 

  Dominique Bilde (ENF), par écrit. ‒ Le consensus étant absent autour de Leo Brincat, j’ai préféré voter contre sa nomination comme membre de la Cour des comptes.

Certes, cet ancien ministre maltais de l’environnement a notamment participé à la mise en place de l’Office national d’audit à Malte. On ne peut que, par ailleurs, reconnaître son parcours politique comme une forme de professionnalisme, notamment au travers de sa fonction de membre de la commission des comptes publics de la Chambre des représentants, ou encore comme ministre des finances et du commerce.

Cependant, ses liens étroits avec le milieu bancaire, et notamment son passage à Barclays et sa position de directeur du service recherche-stratégie chez HSBC Malta, me font me poser des questions sur sa totale impartialité.

 
  
MPphoto
 
 

  Mara Bizzotto (ENF), per iscritto. ‒ Il candidato maltese proposto come membro della Corte dei conti europea, il cui ruolo sarebbe quello di combattere la corruzione, è noto nel suo paese per aver aiutato un collega di partito a sfuggire ad una mozione di sfiducia del proprio governo. Considerato questo precedente non ho quindi inteso supportare col mio voto la sua nomina.

 
  
MPphoto
 
 

  José Blanco López (S&D), por escrito. ‒ El pleno del Parlamento Europeo ha sometido esta mañana a votación, en voto secreto, la propuesta de nombramiento de Leo Brincat como miembro del Tribunal de Cuentas, tras la evaluación de las cualificaciones del candidato, la audiencia celebrada el pasado 5 de septiembre, ante la Comisión de Control Presupuestario y su dictamen favorable, votación en la que he participado.

 
  
MPphoto
 
 

  Vilija Blinkevičiūtė (S&D), raštu. ‒ Balsavau dėl šio pranešimo, nes juo Parlamentas atmetė Tarybos pasiūlymą skirti Leo Brincatą iš Maltos Audito Rūmų nariu. Tokį sprendimą Parlamentas priėmė neatsižvelgdamas į Biudžeto kontrolės komiteto siūlomo kandidato kvalifikacijos įvertinimą, visų pirma atsižvelgiant į Sutarties dėl Europos Sąjungos veikimo 286 straipsnio 1 dalyje nustatytus reikalavimus.

 
  
MPphoto
 
 

  Renata Briano (S&D), per iscritto. ‒ Leo Brincat, laureato presso il Chartered Institute of Bankers London e membro del medesimo Istituto, ha un curriculum vitae esemplare e vanta decenni di positive esperienze in ambito politico ed economico. Sia per la sua sensibilità dimostrata quando ha svolto l'incarico di ministro dello Sviluppo sostenibile, dell'ambiente e dei cambiamenti climatici della Repubblica di Malta, che per il suo lavoro di capo della ricerca aziendale presso la HSBC Bank Malta, in base alle informazioni in nostro possesso non rileviamo motivi per contrastare la sua nomina come membro della Corte dei conti dell'Unione europea.

 
  
MPphoto
 
 

  Steeve Briois (ENF), par écrit. ‒ Ce texte porte sur la nomination d’un membre de la Cour des comptes européenne. Le Parlement européen est consulté pour avis sur cette nomination.

Malgré l’expérience acquise tout au long de sa carrière en tant que secrétaire de cabinet du Premier ministre, membre de la commission des comptes publics de la chambre des représentants, ministre des finances et du commerce et membre de la commission des affaires étrangères, le candidat maltais Leo Brincat reste un personnage controversé. Alors qu’il devait lutter contre la corruption, il a ouvertement soutenu le ministre maltais Konrad Mizzi dont le nom est apparu dans l’affaire des Panama Papers, jusqu’à s’opposer à la motion de censure déposée à l’encontre du ministre.

Ce soutien sans faille jette une zone d’ombre sur sa candidature. C’est la raison pour laquelle j’ai voté contre la nomination de Leo Brincat.

 
  
MPphoto
 
 

  Nicola Caputo (S&D), per iscritto. ‒ Oggi ho votato a favore della relazione concernente la proposta di nomina di Leo Brincat a membro della Corte dei conti perché reputo il profilo del candidato di elevata caratura professionale.

L'ex ministro vanta numerose esperienze affini. Egli è stato, infatti, membro della prima commissione nazionale transpartitica istituita nel 1995 per introdurre trasparenza e regolamentazione nel settore dei finanziamenti dei partiti politici, nota come commissione Galdes, e ha ricoperto il ruolo di membro fondatore e presidente della commissione per i conti pubblici all'interno della Camera dei rappresentanti, organismo che rafforza i rapporti tra la Corte dei conti nazionale e il Parlamento.

In qualità di ministro di due diversi dicasteri, Leo Brincat, si è occupato di questioni attinenti alle finanze pubbliche, sia durante il mandato di ministro delle Finanze e del Commercio che in veste di ministro dello Sviluppo sostenibile, dell'ambiente e dei cambiamenti climatici. Proprio in concomitanza con il suo mandato di ministro delle Finanze e del Commercio, la Corte dei conti maltese ha assunto piena indipendenza entrando a far parte del gabinetto del Parlamento di Malta.

 
  
MPphoto
 
 

  Λευτέρης Χριστοφόρου (PPE), γραπτώς. ‒ Μετά από αξιολόγηση της υποψηφιότητας, καταψηφίζουμε την έκθεση.

 
  
MPphoto
 
 

  Deirdre Clune (PPE), in writing.I wish to respect the privacy of the secret ballot and not disclose my voting intentions.

 
  
MPphoto
 
 

  Therese Comodini Cachia (PPE), bil-miktub. – In-nomina ta' Leo Brincat għal pożizzjoni fil-Qorti tal-Awdituri ġiet miċħuda minn 381 Membru tal-PE. Dan ifisser li dan il-vot ma kienx il-PN kontra l-gvern. Dan kien vot mir-rappreżentanti taċ-ċittadini Ewropej kontra l-mod ta' kif Joseph Muscat juża l-poter biex jipproteġi lil Konrad Mizzi fl-iskandlu tal-Panama Papers. Fl-Ewropa, korruzzjoni istituzzjonalizzata hija inaċċettabbli.

Li Muscat jirreżisti u jisfida r-rieda tal-Parlament u jibqa' jdeffes rasu fir-ramel u jmexxi din in-nomina quddiem il-Kunsill ta' persuna li obdietu u vvutat favur Konrad Mizzi minkejja l-iskandlu ta' natura ta' servizzi finanzjarji li fih Mizzi jinstab, juri kemm Muscat mhux lest jaħdem favur Malta iżda lest jaħdem favur dawk ta' madwaru.

 
  
MPphoto
 
 

  Edward Czesak (ECR), na piśmie. ‒ Popieram kandydaturę Lea Brincata, który został nominowany przez rząd Malty na kandydata na członka Trybunału Obrachunkowego. Pan Brincat ma kwalifikacje do pełnienia tej funkcji (ukończył Londyński Instytut Bankierski, następnie podjął współpracę z wymienionym Instytutem) oraz bardzo bogate doświadczenie zawodowe, pełnił funkcje: Ministra Ekorozwoju, Środowiska i Zmian Klimatu (od marca 2013 do kwietnia 2016), Ministra Finansów i Handlu (od marca 1997 do września 1998), Ministra Handlu (od października 1996 do marca 1997 r.), Przewodniczącego Narodowej Izby Kontroli (od marca 1999 do lutego 2003), Przewodniczącego Komisji Rachunków Publicznych w Izbie Reprezentantów (od 1998 do 2003 roku).

 
  
MPphoto
 
 

  Miriam Dalli (S&D), in writing.I voted in favour of the nomination of Leo Brincat for the European Court of Auditors as he has the qualifications and experience needed for the job. Coming from Malta myself, I truly believe that Leo Brincat’s experience as a Minister for Finance and Commerce, and also as a founder member and chairperson of the Public Accounts Committee within the House of Representatives, is an asset for the European Court of Auditors. He also performed well in his hearing and proved himself to be competent and qualified to fill the role of ECA member.

 
  
MPphoto
 
 

  Michel Dantin (PPE), par écrit. ‒ La commission du contrôle budgétaire (CONT) a auditionné trois candidats à la nomination à la cour des comptes, proposés par trois États membres: le Maltais Léo Brincat, le Portugais Joao Figueiredo et le Chypriote Lazaros Stavrou Lazarou.

Considérant qu’après audition, les membres de la commission ont validé ces trois nominations dès lors que les candidats répondent aux attentes du Parlement et de la Cour des comptes, j’ai voté en faveur de ce rapport.

 
  
MPphoto
 
 

  Mireille D'Ornano (ENF), par écrit. ‒ Le Parlement européen est consulté pour avis sur la nomination d’un membre de la Cour des comptes européenne.

Ancien ministre maltais de l’environnement, Leo Brincat a occupé divers postes politiques de premier plan après un bref passage par de la banque Barclays. Il fut successivement secrétaire de cabinet du Premier ministre, membre de la commission des comptes publics de la Chambre des représentants, ministre des finances et du commerce et membre de la commission des affaires étrangères.

Ce personnage est controversé, notamment en raison de son soutien au ministre maltais Konrad Mizzi, impliqué dans l’affaire des Panama Papers. J’ai donc voté contre ce texte.

 
  
MPphoto
 
 

  Γεώργιος Επιτήδειος (NI), γραπτώς. ‒ Η επιλογή προσώπων για θέσεις ευθύνης θα πρέπει να βασίζεται στην ακεραιότητα του χαρακτήρα τους και στην αποδεδειγμένη δραστηριότητά τους όσον αφορά την προστασία δημόσιου, υπό την ευρεία έννοια, χρήματος.

 
  
MPphoto
 
 

  Edouard Ferrand (ENF), par écrit. ‒ Vote contre: alors que son rôle est de lutter contre la corruption, il a ouvertement soutenu le ministre maltais Konrad Mizzi (parti travailliste), dont le nom est apparu dans l’affaire des Panama Papers. Leo Brincat a voté contre la motion de censure déposée contre le ministre Mizzi.

 
  
MPphoto
 
 

  Λάμπρος Φουντούλης (NI), γραπτώς. ‒ Η επιλογή προσώπων για θέσεις ευθύνης θα πρέπει να βασίζεται στην ακεραιότητα του χαρακτήρα τους και στην αποδεδειγμένη δραστηριότητά τους όσον αφορά την προστασία δημόσιου, υπό την ευρεία έννοια, χρήματος. Για τον παραπάνω λόγο καταψηφίζω την έκθεση σχετικά με τον προτεινόμενο διορισμό του Leo Brincat ως μέλους του Ελεγκτικού Συνεδρίου.

 
  
MPphoto
 
 

  Doru-Claudian Frunzulică (S&D), in writing. ‒ Leo Brincat has been nominated by the Maltese government (Labour); he was formerly the Environment Minister in that government, playing a key role in the COP21 decisions earlier this year. He is the second candidate to be nominated for the Maltese post following the withdrawal by Toni Abela of his candidacy in April after the Committee on Budgetary Control (CONT) voted by a majority to reject him due to concerns relating to his political profile.

The hearing of Mr Brincat took place in CONT on Monday 5 September, where his candidacy was approved with 11 votes in favour, 9 against and 1 abstention. From the perspective of the CONT rapporteur (Green) and the S&D Group, the candidate proved himself to be qualified, competent and motivated, so I supported him at committee stage.

 
  
MPphoto
 
 

  Arne Gericke (ECR), schriftlich. ‒ Ich habe für den Bericht über die Ernennung von Leo Brincat zum Mitglied des Rechnungshofs gestimmt, da ich den ehemaligen Unternehmensberater und langjährigen Europaminister Maltas für einen geeigneten Kandidaten halte.

 
  
MPphoto
 
 

  Tania González Peñas (GUE/NGL), por escrito. ‒ Se ha votado esta candidatura para el Tribunal de Cuentas.

Persona con trayectoria de irregularidades e intereses creados, tanto políticos –aprovechando la época en la que el Partido del Trabajo estaba en el Gobierno- como económicos particulares. Involucrado en el caso de los papeles de Panamá.

Voto en contra.

 
  
MPphoto
 
 

  Ivan Jakovčić (ALDE), napisan. ‒ Glasao sam Protiv prijedloga odluke Europskog parlamenta o predloženom imenovanju Lea Brincata za člana Revizorskog suda, zbog toga što je to bio stav ALDE grupe.

 
  
MPphoto
 
 

  Jean-François Jalkh (ENF), par écrit. ‒ La nomination de Leo Brincat comme membre de la Cour des comptes se justifie par une longue carrière et le soutien des deux bords du Parlement maltais.

Cependant, son profil de politique est orienté à gauche, même s'il défend des positions conservatrices, tel que cela se pratique à Malte. Il a ouvertement soutenu le ministre maltais Konrad Mizzi (parti travailliste), dont le nom est apparu dans l’affaire des Panama Papers.

Leo Brincat a voté contre la motion de censure déposée contre le ministre Mizzi, et cette affaire jette une zone d’ombre sur sa candidature. J'ai voté contre sa nomination.

 
  
MPphoto
 
 

  Marc Joulaud (PPE), par écrit. ‒ J’ai voté contre la nomination de Leo Brincat comme membre de la Cour des comptes. Il n’a en effet pas su convaincre lors de son audition par la commission du contrôle budgétaire du Parlement européen.

 
  
MPphoto
 
 

  Philippe Juvin (PPE), par écrit. ‒ J’ai voté contre la nomination du candidat maltais Léo Brincat, qui n'a pas convaincu le PPE lors de son audition en commission, particulièrement en raison du soutien qu'il a apporté au ministre de la santé et de l'énergie, alors inquiété par l'affaire des Panama papers.

 
  
MPphoto
 
 

  Barbara Kappel (ENF), schriftlich. ‒ Leo Brincat kommt aus Malta und ist ehemaliger Minister der Sozialistischen Regierungspartei. Als ein anderes Mitglied der maltesischen Regierung mit der Panama Papers-Affäre in Verbindung gebracht wurde, hat Herr Brincat bei einem Misstrauensvotum den Beschuldigten in Schutz genommen und gegen seine Verfolgung bzw. ein Objektivierungsverfahren gestimmt. Seine Kandidatur ist daher abzulehnen.

 
  
MPphoto
 
 

  Giovanni La Via (PPE), per iscritto. – La candidatura proposta dal Consiglio di nominare come membro della Corte dei conti Leo Brincat è stata ritenuta valida successivamente ad una scrupolosa analisi delle credenziali e del background personale dell'aspirante.

 
  
MPphoto
 
 

  Marine Le Pen (ENF), par écrit. ‒ J’ai voté contre la nomination de M. Leo Brincat à la Cour des comptes.

Leo Brincat est un personnage controversé. Alors que son rôle est de lutter contre la corruption, il a ouvertement soutenu le ministre maltais Konrad Mizzi (parti travailliste), dont le nom est apparu dans l’affaire des Panama Papers. Leo Brincat a voté contre la motion de censure déposée contre le ministre Mizzi.

Cette affaire jette une zone d’ombre sur sa candidature. Son gouvernement persiste et soutient sa nomination.

 
  
MPphoto
 
 

  Philippe Loiseau (ENF), par écrit. ‒ Leo Brincat est une personnalité controversée.

Alors que son rôle est de lutter contre la corruption, il a pourtant soutenu ouvertement le ministre maltais Konrad Mizzi (parti travailliste), dont le nom a été éclaboussé par l'affaire des Panama Papers.

Leo Brincat s'est alors distingué en votant contre la motion de censure déposée à l'encontre de M. Mizzi. Cette affaire porte, à mon sens, un coup à la crédibilité de cette candidature.

Je m'oppose donc à cette nomination.

 
  
MPphoto
 
 

  Paloma López Bermejo (GUE/NGL), por escrito. ‒ He votado en contra de esta nominación al haberse planteado dudas sobre la probidad del candidato.

 
  
MPphoto
 
 

  Vladimír Maňka (S&D), písomne ‒ Po oboznámení sa s profesijným životopisom kandidáta, jeho skúsenosťami v oblastí rozpočtu, rozpočtového hospodárenia a auditu a na základe predchádzajúceho vypočutia kandidáta Výborom pre kontrolu rozpočtu som vyjadril podporu na jeho menovanie za člena Dvora audítorov. Kandidátovi v pléne Európskeho parlamentu chýbal potrebný počet hlasov. Preto je teraz na Rade, či sa rozhodne, aby kandidát do tejto funkcie nastúpil, alebo v spolupráci s dotknutým členským štátom predloží iného kandidáta.

 
  
MPphoto
 
 

  Νότης Μαριάς (ECR), γραπτώς. ‒ Καταψηφίζω την έκθεση σχετικά με τον προτεινόμενο διορισμό του Leo Brincat ως μέλους του Ελεγκτικού Συνεδρίου, καθώς δεν συμφωνώ με βασικά σημεία της ως άνω έκθεσης.

 
  
MPphoto
 
 

  Dominique Martin (ENF), par écrit. ‒ J’ai voté contre ce texte.

Le Parlement européen est consulté pour avis sur la nomination d’un membre de la Cour des comptes européenne.

Ancien ministre maltais de l’environnement, Leo Brincat a occupé divers postes politiques de premier plan après un bref passage par la banque Barclays: il fut successivement secrétaire de cabinet du Premier ministre, membre de la commission des comptes publics de la Chambre des représentants, ministre des finances et du commerce et membre de la commission des affaires étrangères.

Ce personnage est controversé, notamment en raison de son soutien au ministre maltais Konrad Mizzi, impliqué dans l’affaire des Panama Papers.

 
  
MPphoto
 
 

  Jean-Luc Mélenchon (GUE/NGL), par écrit. ‒ Le candidat au poste de membre de la Cour des comptes est ici l'ancien ministre du développement durable maltais, Leo Brincat.

À noter qu'il a pris publiquement la défense de deux ministres de son gouvernement suspectés d'être liés à l'affaire des Panama papers.

Pour un poste ou la principale tâche est de lutter contre la fraude fiscale, cette proposition de candidature est inacceptable, je vote contre.

 
  
MPphoto
 
 

  Joëlle Mélin (ENF), par écrit. ‒ Leo Brincat est un personnage controversé. Alors que son rôle est de lutter contre la corruption, il a ouvertement soutenu le ministre maltais Konrad Mizzi (parti travailliste), dont le nom est apparu dans l’affaire des Panama Papers. Leo Brincat a voté contre la motion de censure déposée contre le ministre Mizzi. Cette affaire jette une zone d’ombre sur sa candidature.

En conséquence, j’ai voté contre sa nomination.

 
  
MPphoto
 
 

  Nuno Melo (PPE), por escrito. ‒ O Tribunal de Contas é uma instituição fiscalizadora, que verifica a legalidade e regularidade das receitas e despesas da União Europeia, bem como a boa gestão financeira, exercendo as suas funções com total independência. Dentro deste espírito, a nomeação das individualidades que o compõem tem se reger por critérios de competência e independência.

O Senhor Leo Brincat apresentou o seu Curriculum Vitae, respondeu a um questionário escrito e foi ouvido na Comissão do Controlo Orçamental, não tendo apresentado argumentos suficientes para justificar a nomeação para o Tribunal de Contas para aí desempenhar as suas funções de forma competente e independente. Daí o meu voto desfavorável à sua nomeação.

 
  
MPphoto
 
 

  Marlene Mizzi (S&D), in writing.I voted in favour of the Maltese candidate for the European Court of Auditors. Mr Brincat’s capabilities and qualifications for the post were never in question. Those are what he should have been judged on and what I based my vote on.

 
  
MPphoto
 
 

  Csaba Molnár (S&D), írásban. ‒ A több korábbi máltai kormányban korábban miniszteri tárcát viselő Leo Brincatot a Tanács az Európai Számvevőszék tagjává kívánja kinevezni, ehhez azonban konzultálnia kell az Európai Parlamenttel is. A Költségvetési Ellenőrző Bizottság jelentésében jelezte, hogy értékelte a javasolt jelölt képességeit, és 2016. szeptember 5-i ülésén meg is hallgatta a jelöltet. Mindennek alapján csekély szótöbbséggel támogatta ugyan a jelölt kinevezését, ám nem foglalt állást abban a tekintetben, hogy a Parlament kedvező vagy kedvezőtlen véleményt nyilvánítson a Tanács Leo Brincatnak számvevőszéki taggá történő kinevezésére irányuló javaslatáról. A Tanács javaslatát támogattam.

 
  
MPphoto
 
 

  Bernard Monot (ENF), par écrit. ‒ Le Parlement européen est consulté, pour avis, sur cette nomination d’un membre de la Cour des Comptes. Ancien ministre maltais de l'environnement, Leo Brincat participa à la mise en place de l'office national public d'audit maltais.

Il occupa différents postes politiques tout au long de sa carrière: secrétaire de cabinet du premier ministre, membre de la commission des comptes publics de la Chambre des représentants, ministre des finances et du commerce et membre de la commission des affaires étrangères. En parallèle, il fut directeur du service recherche-stratégie d'HSBC Malta.

Il ne fait pas l'objet d'un consensus total, pour autant il est proposé à ce poste par la gauche et la droite du parlement maltais. Leo Brincat est un personnage controversé. Alors que son rôle est de lutter contre la corruption, il a ouvertement soutenu le ministre maltais Konrad Mizzi (parti travailliste), dont le nom est apparu dans l’affaire des Panama Papers. Leo Brincat a voté contre la motion de censure déposée contre le ministre Mizzi.

Cette affaire jette une zone d’ombre sur sa candidature. Son gouvernement persiste et soutient sa nomination. Vote défavorable.

 
  
MPphoto
 
 

  Cláudia Monteiro de Aguiar (PPE), por escrito. ‒ Atendendo à avaliação das qualificações e à audição pela Comissão do Controlo Orçamental do candidato proposto pelo Conselho, dou parecer favorável à proposta de nomeação de Leo Brincat para o cargo de membro do Tribunal de Contas.

 
  
MPphoto
 
 

  Sophie Montel (ENF), par écrit. ‒ J’ai voté contre la nomination de M. Brincat à la Cour des comptes considérant qu’il s’agit là d’un personnage controversé. Il a en effet ouvertement soutenu le ministre maltais Mizzi dont le nom est apparu dans l’affaire des Panama papers.

 
  
MPphoto
 
 

  Nadine Morano (PPE), par écrit. ‒ J’ai voté contre ce rapport qui approuve la nomination de Leo Brincat en tant que membre de la Cour des comptes. En effet, les motivations de la nomination demeuraient trop floues pour que je la soutienne.

 
  
MPphoto
 
 

  Victor Negrescu (S&D), in writing. ‒ I support the nomination of Leo Brincat as a member of the Court of Auditors.

 
  
MPphoto
 
 

  Marijana Petir (PPE), napisan. ‒ Revizorski sud jedan je institucionalnih stupova Europske unije. Među ostalim, Sud provodi reviziju prihoda i rashoda EU-a, provjerava jesu li financijska sredstva EU-a ispravno prikupljena i upotrijebljena, jesu li točno prikazana te ostvaruju li vrijednost za uloženi novac, provjerava svaku osobu ili organizaciju koja upravlja financijskim sredstvima EU-a, što uključuje i provjere na licu mjesta u institucijama EU-a (osobito u Komisiji), državama članicama EU-a i državama koje primaju pomoć od EU-a, predstavlja nalaze i sastavlja preporuke u izvješćima o reviziji za Europsku komisiju i nacionalne vlade, moguće prijevare, korupciju ili druge nezakonite aktivnosti prijavljuje Europskom uredu za borbu protiv prijevara (OLAF).

Gospodin Brincat bio je ministar u Malteškoj vladi. Utvrđeno je kako je Malta tijekom toga razdoblja prodavala svoje državljanstvo državljanima ne-EU zemalja za 650 000 eura. Članovi te Vlade spominju se i u aferi povezanoj s „dokumentima iz Paname”, povezanoj s utajama poreza. S obzirom na reputaciju Suda koja mora biti besprijekorna i koja ovisi o sastavu časnih predstavnika država članica, smatram da bi imenovanje g. Brincata na dužnost člana Revizorskog suda, kojemu je upravo nadzor trošenja novaca Europskih poreznih obveznika glavna zadaća, narušila vjerodostojnost Suda.

 
  
MPphoto
 
 

  Florian Philippot (ENF), par écrit. ‒ Il s'agit de la nomination d’un membre de la Cour des comptes européenne. Le Parlement européen est consulté, pour avis, sur cette nomination.

Ancien ministre maltais de l'environnement, Leo Brincat a participé à la mise en place de l'Office national public d'audit maltais. Après un pasage très court (en 1966) par Barclays, il a occupé différents postes politiques tout au long de sa carrière: secrétaire de cabinet du Premier ministre, membre de la commission des comptes publics de la Chambre des représentants, ministre des finances et du commerce et membre de la commission des affaires étrangères. En parallèle, il a été directeur du service recherche-stratégie d'HSBC Malta.

Leo Brincat est un personnage controversé. Alors que son rôle est de lutter contre la corruption, il a ouvertement soutenu le ministre maltais Konrad Mizzi (parti travailliste), dont le nom est apparu dans l’affaire des Panama Papers. Leo Brincat a voté contre la motion de censure déposée contre le ministre Mizzi.

Cette affaire jette une zone d’ombre sur sa candidature. Dans ces conditions, je vote contre sa nomination.

 
  
MPphoto
 
 

  Tonino Picula (S&D), napisan. ‒ Budući da je Odbor Parlamenta za proračunski nadzor ocijenio kvalifikacije predloženog kandidata, posebno u smislu uvjeta navedenih u članku 286. stavku 1. Ugovora o funkcioniranju Europske unije, te dao pozitivno mišljenje o prijedlogu Vijeća da se Leo Brincat imenuje članom Revizorskog suda, slažem se s preporukom izvjestitelja.

 
  
MPphoto
 
 

  Franck Proust (PPE), par écrit. ‒ Nous avons été appelés à nous prononcer sur la nomination d'un membre de la Cour des comptes européenne. Cette procédure témoigne de l'utilité du Parlement dans l'exercice de son contrôle sur le fonctionnement des institutions européennes.

 
  
MPphoto
 
 

  Sofia Ribeiro (PPE), por escrito. ‒ Após a Comissão do Controlo Orçamental ter procedido à avaliação das qualificações e à audição do candidato Leo Brincat, votei favoravelmente este relatório que dá parecer favorável à proposta do Conselho de nomeação de Leo Brincat para o cargo de membro do Tribunal de Contas.

 
  
MPphoto
 
 

  Inmaculada Rodríguez-Piñero Fernández (S&D), por escrito. ‒ El pleno del Parlamento Europeo ha sometido esta mañana a votación, en voto secreto, la propuesta de nombramiento de Leo Brincat como miembro del Tribunal de Cuentas, tras la evaluación de las cualificaciones del candidato, la audiencia celebrada el pasado 5 de septiembre, ante la Comisión de Control Presupuestario y su dictamen favorable, votación en la que he participado.

 
  
MPphoto
 
 

  Claude Rolin (PPE), par écrit. ‒ J’ai voté contre la nomination de M. Leo Brincat comme membre de la Cour des comptes, suite à son audition, et compte tenu de sa précédente fonction de ministre du développement durable, de l'environnement et du changement climatique au sein du gouvernement maltais, qui a agi de manière inopportune concernant les révélations des Panama Papers.

Compte tenu de ce passif, il est préférable, tant pour Malte que pour l’Union européenne, que le Premier ministre maltais propose un autre candidat, indépendant, plutôt qu’un ancien ministre.

Aussi, je souhaite que le vote défavorable intervenu ce jour au Parlement incite le Conseil à retirer sa proposition et à présenter un nouveau candidat au Parlement.

 
  
MPphoto
 
 

  Bronis Ropė (Verts/ALE), raštu. ‒ Balsavau dėl siūlymo skirti Leo Brincatą Audito Rūmų nariu. Chartered Institute of Bankers London įgijo asocijuotojo nario kvalifikaciją, trejus metus ėjo Tvaraus vystymosi, aplinkos ir klimato kaitos reikalų ministro pareigas Maltoje. Reikia apstebėti, kad abejonių dėl šio asmens kvalifikacijos būtent Audito rūmų nario pareigoms kilo nemažai. Taip pat netvirti ir neišsamūs buvo Leo Brincatos atsakymai atsakingame komitete.

 
  
MPphoto
 
 

  Fernando Ruas (PPE), por escrito. ‒ Tendo sido apresentada uma proposta em que o processo de seleção foi realizado de forma aberta e transparente, concordo com a nomeação de Leo Brincat para o cargo de Membro do Tribunal de Contas, uma vez que, na audição por parte da Comissão de Controlo Orçamental ao candidato proposto, este demonstrou possuir competência e experiência profissional comprovada para o desempenho cabal destas funções.

 
  
MPphoto
 
 

  Lola Sánchez Caldentey (GUE/NGL), por escrito. ‒ Se ha votado esta candidatura para el Tribunal de Cuentas.

Persona con trayectoria de irregularidades e intereses creados, tanto políticos –aprovechando la época en la que el Partido del Trabajo estaba en el Gobierno- como económicos particulares. Involucrado en el caso de los papeles de Panamá.

Voto en contra.

 
  
MPphoto
 
 

  Christel Schaldemose (S&D), skriftlig. ‒ De danske socialdemokrater har valgt at støtte den maltesiske regerings indstilling til udnævnelse til den europæiske revisionsret. Vi mener dog stadig, det er en uskik at udnævne politikere til revisionsretten og ikke revisorer, og vil gerne på det kraftigste opfordre medlemsstaterne til at indstille revisorer uden nogen politisk baggrund.

 
  
MPphoto
 
 

  Jill Seymour (EFDD), in writing. ‒ I voted against Leo Brincat joining the court of auditors due to his pro EU stance.

 
  
MPphoto
 
 

  Ivan Štefanec (PPE), písomne ‒ V prípade pána Brincata sme nenadobudli presvedčenie, že je dostatočne kvalitným kandidátom na obsadenie tak zodpovedného miesta, ako je člen Dvora audítorov. Jeho nomináciu sme preto neschválili.

 
  
MPphoto
 
 

  Beatrix von Storch (EFDD), schriftlich. ‒ Den Kandidaten habe ich abgelehnt, weil sein Hintergrund und Werdegang zu politisch gefärbt sind.

 
  
MPphoto
 
 

  Dubravka Šuica (PPE), napisan. ‒ Odbor Parlamenta za proračunski nadzor, ocijenivši kvalifikacije predloženog kandidata, u smislu uvjeta navedenih u članku 286. stavku 1. Ugovora o funkcioniranju Europske unije, te nakon održanog saslušanja kandidata Vijeća za članstvo u Revizorskom sudu, dao je pozitivno mišljenje o prijedlogu Vijeća da se Leo Brincat imenuje članom Revizorskog suda.

Ne podržavam prijedlog odluke o predloženom imenovanju, zbog nejasnog držanja prema ministrima u vladi koji su bili povezani s međunarodnim financijskim skandalom Panama Papers. Također, ministar Brincat bio je protiv malteškog pristupanja EU-u i eurozoni, pa smatram da ne zadovoljava profil člana Revizorskog suda.

 
  
MPphoto
 
 

  Ελευθέριος Συναδινός (NI), γραπτώς. ‒ Η επιλογή προσώπων για θέσεις ευθύνης θα πρέπει να βασίζεται στην ακεραιότητα του χαρακτήρα τους και στην αποδεδειγμένη δραστηριότητά τους όσον αφορά στην προστασία δημόσιου, υπό την ευρεία έννοια, χρήματος.

 
  
MPphoto
 
 

  Pavel Telička (ALDE), in writing. ‒ I voted against nominating Leo Brincat as a Member of the Court of Auditors. Despite his proven professional experience, his statements on the Panama Papers scandal disqualify him from becoming a Member of this Court, at this point in time. In the wake of the scandal, Brincat had defended a cabinet minister exposed in the Panama Papers, voting against the government’s no-confidence motion.

 
  
MPphoto
 
 

  Ruža Tomašić (ECR), napisan. ‒ Podržala sam nominaciju gospodina Lea Brincata za člana Revizorskog suda budući da smatram da je kvalificiran za tu poziciju. Naime, revizori trebaju pridonijeti unaprjeđivanju načina na koji Europska komisija upravlja proračunom Europske unije te izvješćivati o financijama EU-a.

S obzirom na to da je kandidat malteške vlade Brincat član prvog međustranačkog odbora osnovanog 1995. godine kako bi se uvela transparentnost i regulacija u financiranju političkih stranaka te jedan od osnivača i predsjednik Odora za javne račune u Zastupničkom domu, tijela koje jača veze između Nacionalnog ureda za Reviziju i Parlamenta, vjerujem da će mu navedeno iskustvo pomoći pri obavljanju dužnosti na novoj poziciji.

 
  
MPphoto
 
 

  Romana Tomc (PPE), pisno. ‒ Odbor za proračunski nadzor je ocenil kandidatova priporočila, zlasti glede na zahteve iz člena 286(1) Pogodbe o delovanju Evropske unije. Pri tem sem glasovala po svojem prepričanju.

 
  
MPphoto
 
 

  Estefanía Torres Martínez (GUE/NGL), por escrito. ‒ Se ha votado esta candidatura para el Tribunal de Cuentas.

Persona con trayectoria de irregularidades e intereses creados, tanto políticos –aprovechando la época en la que el Partido del Trabajo estaba en el Gobierno- como económicos particulares. Involucrado en el caso de los papeles de Panamá.

Voto en contra.

 
  
MPphoto
 
 

  Mylène Troszczynski (ENF), par écrit. ‒ Il s'agit de la nomination d’un membre de la Cour des comptes européenne, M. Leo Brincat. Le Parlement européen est consulté, pour avis, sur cette nomination.

Ancien ministre maltais de l'environnement, il participa à la mise en place de l'Office national public d'audit maltais. Après un passage très court (en 1966) chez Barclays, il occupa différents postes politiques tout au long de sa carrière: secrétaire de cabinet du Premier ministre, membre de la commission des comptes publics de la Chambre des représentants, ministre des finances et du commerce et membre de la commission des affaires étrangères. En parallèle, il fut directeur du service recherche-stratégie d'HSBC Malta.

Leo Brincat est un personnage controversé. Alors que son rôle est de lutter contre la corruption, il a ouvertement soutenu le ministre maltais Konrad Mizzi (parti travailliste), dont le nom est apparu dans l’affaire des Panama Papers.

J'ai voté contre sa nomination.

 
  
MPphoto
 
 

  István Ujhelyi (S&D), írásban. ‒ A jelölt szakmai múltjára és felkészültségére, illetve a korábbi meghallgatásainak eredményére tekintettel támogattam a kinevezését.

 
  
MPphoto
 
 

  Miguel Urbán Crespo (GUE/NGL), por escrito. – Se ha votado esta candidatura para el Tribunal de Cuentas.

Persona con trayectoria de irregularidades e intereses creados, tanto políticos –aprovechando la época en la que el Partido del Trabajo estaba en el Gobierno- como económicos particulares. Involucrado en el caso de los papeles de Panamá.

Voto en contra.

 
  
MPphoto
 
 

  Ivo Vajgl (ALDE), in writing. ‒ I voted in favour of the nomination of Leo Brincat as a Member of the Court of Auditors because there are no legal, political or personal reasons on the grounds of which an objection to his nomination would be founded.

 
  
MPphoto
 
 

  Miguel Viegas (GUE/NGL), por escrito. ‒ Não reconhecemos legitimidade a este tribunal europeu, que representa mais um instrumento ao serviço desta integração capitalista neoliberal e militarista da Europa.

Contudo, esta nomeação merece-nos o nosso repúdio pelo facto de a personalidade em causa estar profundamente ligada a um governo fortemente implicado no escândalo fiscal dos “Panamá Papers”.

 
  
MPphoto
 
 

  Marco Zanni (EFDD), per iscritto. ‒ Si è reso necessario nominare due nuovi membri della Corte dei conti e prorogare il mandato di un terzo.

La procedura prevede che i membri della Corte dei conti siano scelti tra personalità che fanno o hanno fatto parte, nei rispettivi Stati, delle istituzioni di controllo esterno o che posseggano una qualifica specifica per tale funzione e che debbano offrire tutte le garanzie di indipendenza. I tre candidati presentano un curriculum piuttosto variegato, il che mi ha portato ad esprimere voti diversi.

Ho votato in maniera negativa la candidatura del maltese Leo Brincat, ministro dello sviluppo sostenibile, ex ministro delle finanze, eletto deputato nel 1981, per il fatto di aver ostacolato alcune indagini durante il suo mandato di carica al governo. I membri del suo partito politico al governo ed egli stesso hanno infatti respinto la richiesta di apertura di un’indagine sul ministro Konrad Mizzi e sul capo dello staff del primo ministro Keith Schembri legati all’affare Panama papers. Questo mi ha spinto a non considerare opportuno un voto positivo nei confronti del candidato.

 

5.12. Statistieken van de buitenlandse handel met derde landen (gedelegeerde en uitvoerende bevoegdheden) (A8-0240/2016 - Bernd Lange)
  

Schriftliche Erklärungen zur Abstimmung

 
  
MPphoto
 
 

  Martina Anderson (GUE/NGL), in writing. ‒ I voted in favour of this report. The Commission was required to adapt the decision making rules in trade policy to the new regime of delegated and implementing acts as a consequence of the adoption of the Lisbon Treaty. Part of this includes amending the regulation on Community statistics.

 
  
MPphoto
 
 

  Eric Andrieu (S&D), par écrit. ‒ J'ai voté en faveur de cette recommandation, un compromis équilibré entre les intérêts des colégislateurs ayant été trouvé.

 
  
MPphoto
 
 

  Laima Liucija Andrikienė (PPE), in writing. ‒ I have given my consent to the recommendation concerning Community statistics relating to external trade with non-member countries (delegated and implementing acts). In the light of the changes brought by the Lisbon Treaty and by the subsequent adoption of Regulation (EU) No 182/2011 (on implementing acts), the Commission was required to adapt the decision-making rules in trade policy to the new regime of delegated and implementing acts. Most of the legislation in the field of the Common Commercial Policy has been aligned to the new constitutional regime (Trade Omnibus I and Trade Omnibus II). The Commission committed to amend Regulation (EC) No 471/2009 on Community statistics, which is the only legislative act in the field of the Common Commercial Policy referring to the regulatory procedure with scrutiny. Following the adoption of the new Inter-institutional agreement on Better law-making in December 2015, the European Parliament and the Council were able to reach an agreement on the regulation in question, which was overwhelmingly approved by the Committee on International Trade of the European Parliament and by the Council.

 
  
MPphoto
 
 

  Νίκος Ανδρουλάκης (S&D), γραπτώς. ‒ Υπερψήφισα τη σύσταση για τη δεύτερη ανάγνωση σχετικά με τη θέση του Συμβουλίου σε πρώτη ανάγνωση ενόψει της έγκρισης του κανονισμού του Ευρωπαϊκού Κοινοβουλίου και του Συμβουλίου που αφορά την τροποποίηση του κανονισμού (ΕΚ) αριθ. 471/2009 για τις κοινοτικές στατιστικές του εξωτερικού εμπορίου με τις τρίτες χώρες όσον αφορά την ανάθεση κατ’ εξουσιοδότηση και εκτελεστικών αρμοδιοτήτων στην Επιτροπή για την έγκριση ορισμένων μέτρων, διότι το τελικό κείμενο αποτελεί συμβιβασμό του Συμβουλίου με το Κοινοβούλιο.

 
  
MPphoto
 
 

  Marie-Christine Arnautu (ENF), par écrit. ‒ Le règlement (CE) n° 471/2009 concerne les statistiques communautaires relatives au commerce extérieur avec les pays tiers.

L’objectif de cette décision est de déterminer précisément les pouvoirs dont dispose la Commission et de fixer la procédure appropriée pour lui permettre d’adopter des mesures pour les statistiques du commerce extérieur en vertu de ces pouvoirs. L’objectif général est de supprimer, d’ici à la fin de la septième législature du Parlement et dans l’ensemble des instruments législatifs, toutes les dispositions renvoyant à la procédure de réglementation avec contrôle et de les remplacer par des procédures avec actes délégués et compétences d’exécution.

Le règlement (CE) n° 471/2009 du Parlement européen et du Conseil confère à la Commission le pouvoir d'exécuter certaines des dispositions de ce règlement. Afin d'aligner le règlement (CE) n° 471/2009 sur les articles 290 et 291 du TFUE, les compétences d'exécution conférées à la Commission par ce règlement doivent être remplacées par le pouvoir d'adopter des actes délégués et des actes d'exécution.

La disparition des procédures de réglementation avec contrôle pour les remplacer par des actes délégués et des compétences d’exécution est une mesure technique rendue obligatoire par l’adoption du TFUE.

J’ai donc voté pour.

 
  
MPphoto
 
 

  Jean Arthuis (ALDE), par écrit. ‒ J'ai voté en faveur de cette recommandation car dans un objectif d'allègement des charges administratives pesant sur les entreprises, la Commission promeut dans cette documentation une simplification de la législation en matière de statistiques communautaires. Cette ambition se double d'une volonté de fixer des priorités de collecte de données afin de mieux étudier les mutations du monde économique.

 
  
MPphoto
 
 

  Zigmantas Balčytis (S&D), raštu. ‒ Balavau už rekomendaciją dėl Statistikos, susijusios su išorės prekyba su ES nepriklausančiomis šalimis. Atsižvelgiant į Tarptautinės prekybos komiteto patvirtinimą, aš pritariu Tarybos pirmojo svarstymo pozicijai be pakeitimų.

 
  
MPphoto
 
 

  Nicolas Bay (ENF), par écrit. ‒ J’ai voté pour ce texte qui concerne une mesure technique: le remplacement dans le règlement des statistiques du commerce extérieur des procédures de réglementation avec contrôle par les actes délégués et les compétences d’exécution, ce qui va dans le bon sens.

 
  
MPphoto
 
 

  Hugues Bayet (S&D), par écrit. ‒ J’ai décidé de voter en faveur de cette recommandation, m’inscrivant dans la suite de l’excellent travail réalisé par mes collègues de la commission INTA.

Les modifications dont il est question dans ce texte consistent fondamentalement en la mise en conformité des procédures appliquées en matière de statistiques, pour deux points précis, avec le droit de l’Union relatif au nouveau régime d'actes délégués et d'actes d'exécution tel qu’issu du traité de Lisbonne.

 
  
MPphoto
 
 

  Brando Benifei (S&D), per iscritto. ‒ Oggi ho votato a favore della relazione Lange, che approva la posizione del consiglio in prima lettura sulla modifica il regolamento (CE) n. 471/2009, relativo alle statistiche comunitarie del commercio estero con i paesi terzi.

Si tratta di un provvedimento di natura tecnica che riguarda il conferimento alla Commissione dei poteri delegati e di esecuzione per l'adozione di alcune misure specifiche. Il testo tiene conto dei bilanciamenti sui contenuti che sono stati resi possibili a seguito dell’approvazione dell’accordo interistituzionale "Legiferare meglio" che ha consentito di superare lo stallo dei negoziati.

 
  
MPphoto
 
 

  Xabier Benito Ziluaga (GUE/NGL), por escrito. ‒ He votado a favor de este informe en segunda lectura. Ya existe un acuerdo bajo el marco «Legislar mejor», que establece, entre otras cosas, una solución horizontal relativa a la consulta de expertos de los Estados miembros en la preparación de actos delegados.

La adopción del nuevo Acuerdo interinstitucional «Legislar mejor» en diciembre de 2015, permitió que los equipos negociadores del Parlamento y el Consejo alcanzaran un acuerdo sobre el Reglamento en cuestión.

 
  
MPphoto
 
 

  Izaskun Bilbao Barandica (ALDE), por escrito. ‒ He votado a favor de este informe sobre las estadísticas relativas al comercio exterior con terceros países. Quiero agradecer al ponente su labor en buscar acuerdos y llegar a este texto final.

 
  
MPphoto
 
 

  Dominique Bilde (ENF), par écrit. ‒ J’ai voté en faveur de ce rapport sur la position du Conseil en première lecture en vue de l'adoption d'un règlement du Parlement européen et du Conseil modifiant le règlement (CE) n° 471/2009 concernant les statistiques communautaires relatives au commerce extérieur avec les pays tiers en ce qui concerne les pouvoirs délégués et les compétences d'exécution conférés à la Commission pour l'adoption de certaines mesures.

Le règlement prévoit notamment la disparition des procédures de réglementation avec contrôle, et ce, pour les remplacer par des procédures avec actes délégués et compétences d’exécution.

Il ne s’agit là que d’une simple mise en conformité avec les traités, et notamment le TFUE qui prévoient ce remplacement dans ses articles 290 et 291.

 
  
MPphoto
 
 

  Mara Bizzotto (ENF), per iscritto. ‒ Pur trattandosi di un provvedimento tecnico che normalmente non porrebbe particolari problemi, permane il mio scetticismo a causa dell'uso disinvolto e poco trasparente da parte della Commissione dello strumento degli atti delegati. Ho quindi optato per un voto di astensione.

 
  
MPphoto
 
 

  José Blanco López (S&D), por escrito. ‒ Tras los cambios introducidos por el Tratado de Lisboa y la posterior adopción del Reglamento (UE) n.º 182/2011, se hizo necesario adaptar las normas de toma de decisiones en materia de política comercial al nuevo régimen de actos delegados y de ejecución. La mayor parte de la legislación en el ámbito de la política comercial común se ha armonizado a través de los Reglamentos comerciales generales Trade Omnibus I y II y varias armonizaciones individuales posteriores. Había quedado pendiente de adaptación, sin embargo, el Reglamento (CE) n.º 471/2009 sobre estadísticas comunitarias.

Tras las negociaciones y el acuerdo con la Comisión y el Consejo, la Comisión INTA del Parlamento Europeo aprobó por abrumadora mayoría el texto acordado, que hoy ha sido sometido a votación en el Pleno y que ha contado con mi apoyo.

 
  
MPphoto
 
 

  Vilija Blinkevičiūtė (S&D), raštu. ‒ Balsavau dėl šio pranešimo, nes juo Parlamentas pritarė bendrai pozicijai su Taryba dėl reglamento dėl Bendrijos statistikos, susijusios su išorės prekyba su ES nepriklausančiomis šalimis. Atsižvelgdama į pokyčius, kuriuos lėmė Lisabonos sutartis ir vėliau priimtas Reglamentas (ES) Nr. 182/2011 (dėl įgyvendinimo aktų), Komisija turėjo atitinkamai pritaikyti prekybos politikai taikomas sprendimų priėmimo taisykles. Komisija įsipareigojo pateikti pasiūlymą dėl antrojo nuostatų derinimo taikant komiteto procedūrą etapo – kad būtų derinami teisėkūros procedūra priimti aktai, kuriuose numatyta reguliavimo procedūra su tikrinimu.

 
  
MPphoto
 
 

  Biljana Borzan (S&D), napisan. ‒ Podržavam ovo izvješće koje poravnaje prethodni Odborski režim post-Lisabonskog ugovora o povjerenim i provedbenim aktima kako bi se omogućila sustavna proizvodnja statistike Zajednice u području vanjske trgovine.

 
  
MPphoto
 
 

  Marie-Christine Boutonnet (ENF), par écrit. ‒ Afin d'aligner le règlement (CE) n° 471/2009 sur les articles 290 et 291 du TFUE, les compétences d'exécution conférées à la Commission par ce règlement doivent être remplacées par des pouvoirs d'adopter des actes délégués et des actes d'exécution. Il s'agit ici d'une mesure purement technique.

J'ai voté pour.

 
  
MPphoto
 
 

  Renata Briano (S&D), per iscritto. ‒ Il regolamento (CE) n. 223/2009 del Parlamento europeo e del Consiglio, dell'11 marzo 2009, relativo alle statistiche europee, definisce il sistema statistico europeo (SSE) come una partnership tra l'autorità statistica europea, ossia la Commissione (Eurostat), gli istituti nazionali di statistica (INS) e le altre autorità nazionali preposte, in ciascuno Stato membro, allo sviluppo, alla produzione e alla diffusione di statistiche europee.

Il comitato del sistema statistico europeo (comitato SSE), istituito ai sensi dell'articolo 7 del regolamento (CE) n. 223/2009, è considerato il comitato-ombrello in seno all'SSE. Esso assiste la Commissione nell'esercizio delle competenze di esecuzione in taluni settori statistici. Tali settori non comprendevano l'aspetto commerciale e l'analisi dei flussi import/export tra Unione e paesi terzi. Con il presente regolamento si amplia la portata dell'analisi statistica, si razionalizza e uniforma il metodo e si rendono più utili i dati fruibili alla pubblica consultazione.

 
  
MPphoto
 
 

  Steeve Briois (ENF), par écrit. ‒ Ce texte porte sur le règlement n° 471/2009 concernant les statistiques communautaires relatives au commerce extérieur avec les pays tiers. Ce règlement vise à déterminer les prérogatives de la Commission européenne lui permettant d’adopter des mesures pour les statistiques du commerce extérieur.

Concrètement, seront supprimées dans l’ensemble des instruments législatifs toutes les dispositions renvoyant à la procédure de réglementation avec contrôle afin de les remplacer par des procédures avec actes délégués et compétences d’exécution.

J’ai voté en faveur de cette mesure technique, rendue obligatoire par l’adoption du traité sur le fonctionnement de l’Union européenne (TFUE).

 
  
MPphoto
 
 

  Daniel Buda (PPE), în scris. ‒ În contextul modificărilor aduse de Tratatul de la Lisabona și prin adoptarea ulterioară a Regulamentului (UE) nr. 182/2011 (privind actele delegate), Comisiei i s-a solicitat să își adapteze normele de adoptare a deciziilor din cadrul politicii comerciale la noul regim al actelor delegate și al actelor de punere în aplicare.

Astfel, majoritatea actelor legislative din domeniul politicii comerciale comune au fost aliniate la noul regim constituțional prin intermediul actelor Omnibus I și II privind comerțul și al altor câteva alinieri individuale ulterioare.

Am acordat un vot favorabil, având în vedere faptul că, până la sfârșitul celei de a 7-a legislaturi, Comisia și-a luat angajamentul de a elabora a doua serie de alinieri privind procedura comitetelor cu privire la actele legislative care prevăd procedura de reglementare cu control.

 
  
MPphoto
 
 

  Nicola Caputo (S&D), per iscritto. ‒ Oggi ho votato a favore della relazione in questione, che aggiorna il regolamento sulla raccolta delle statistiche del commercio estero con i paesi terzi. Alla luce dei cambiamenti introdotti dal trattato di Lisbona e della conseguente adozione del regolamento (UE) n. 182/2011 (sugli atti di esecuzione), la Commissione ha dovuto adeguare le regole decisionali in materia di politica commerciale al nuovo regime degli atti delegati e degli atti di esecuzione.

La maggior parte della normativa nel settore della politica commerciale comune è stata allineata al nuovo regime costituzionale tramite gli strumenti Omnibus I e II in materia di scambi commerciali e con vari allineamenti specifici successivi.

La Commissione ha proposto di modificare il regolamento (CE) n. 471/2009 relativo alle statistiche comunitarie, che è l'unico atto legislativo nel settore della politica commerciale comune a fare riferimento alla procedura di regolamentazione con controllo.

 
  
MPphoto
 
 

  Matt Carthy (GUE/NGL), in writing. ‒ I voted in favour of this report. The Commission was required to adapt the decision making rules in trade policy to the new regime of delegated and implementing acts as a consequence of the adoption of the Lisbon Treaty. Part of this includes amending the regulation on Community statistics.

 
  
MPphoto
 
 

  David Casa (PPE), in writing. ‒ I voted in favour of this report as in its current state the agreement is essentially in line with the original Commission proposal with the exceptions of some minor changes. The agreement also now takes into consideration the outcome of the inter-institutional agreement on better law-making adopted in Plenary in March 2016. The aim of the Commission proposal is to amend Regulation 471/2009 on Community statistics relating to trade with non-member countries to the new institutional context of delegated and implementing acts.

 
  
MPphoto
 
 

  Fabio Massimo Castaldo (EFDD), per iscritto. – In linea con il trattato di Lisbona, la Commissione ha dovuto adeguare le regole decisionali in materia di politica commerciale al regime degli atti delegati e atti di esecuzione.

Gran parte della normativa nel settore della politica commerciale comune è stata modificata nei termini richiesti tramite gli strumenti Omnibus I e II in materia di scambi commerciali (Trade Omnibus I e II) e con modifiche puntuali successive. La Commissione si è inoltre impegnata a presentare una seconda serie di modifiche della procedura di comitologia entro la fine della settima legislatura. In tale contesto, viene proposta la modifica del regolamento (CE) n. 471/2009 relativo alle statistiche comunitarie, che è l'unico atto legislativo nel settore della politica commerciale comune a fare riferimento alla ex procedura di regolamentazione con controllo. Si tratta di un adeguamento necessario e dettato dal trattato, ho quindi votato a favore.

 
  
MPphoto
 
 

  Λευτέρης Χριστοφόρου (PPE), γραπτώς. ‒ Στηρίζουμε την τροποποίηση του κανονισμού (ΕΚ) αριθ. 471/2009 σχετικά με τις κοινοτικές στατιστικές, ο οποίος είναι η μόνη νομοθετική πράξη στο πεδίο της κοινής εμπορικής πολιτικής που παραπέμπει στην κανονιστική διαδικασία με έλεγχο.

 
  
MPphoto
 
 

  Κώστας Χρυσόγονος (GUE/NGL), γραπτώς. ‒ Ψηφίσαμε ως προς τη σύσταση ενόψει της έγκρισης του κανονισμού του Ευρωπαϊκού Κοινοβουλίου και του Συμβουλίου που αφορά την τροποποίηση του κανονισμού (ΕΚ) αριθ. 471/2009 για τις κοινοτικές στατιστικές του εξωτερικού εμπορίου με τις τρίτες χώρες όσον αφορά την ανάθεση κατ’ εξουσιοδότηση και εκτελεστικών αρμοδιοτήτων στην Επιτροπή για την έγκριση ορισμένων μέτρων. Πρόκειται για μια διαδικασία τυπικής φύσεως ως προς την οποία δεν εκφράστηκαν αντιρρήσεις σε αυτό το στάδιο από καμία πλευρά. Ως εκ τούτου ψήφισα θετικά.

 
  
MPphoto
 
 

  Alberto Cirio (PPE), per iscritto. ‒ Accolgo favorevolmente la proposta della Commissione, volta alla modifica delle statistiche inerenti al commercio estero con paesi terzi.

Si tratta di un provvedimento di carattere tecnico, che consente di adattare le regole decisionali relative alla politica commerciale al nuovo regime di atti delegati e atti d'esecuzione, in linea con quanto previsto dal trattato di Lisbona. Il mio voto a favore giunge dalla considerazione che, implementando il regime di atti delegati, il Parlamento e dunque l'intera popolazione europea potrà avere maggiore controllo e consapevolezza riguardo all'elaborazione di dati inerenti la bilancia commerciale. Infatti, una conoscenza profonda e una miglior interpretazione delle informazioni su esportazioni e importazioni sono basilari per l'organizzazione e la pianificazione della nostra politica industriale.

Ricordando l'eccellenza delle nostre piccole e medie imprese e il loro ruolo all'interno del tessuto industriale europeo, grazie ad una maggiore consapevolezza dei risultati economici conseguiti, si potrà perseguire una strategia diretta all'internazionalizzazione con riflessi positivi per tutti.

 
  
MPphoto
 
 

  Deirdre Clune (PPE), in writing. ‒ I supported the vote on statistics relating to external trade with non-member countries (delegated and implementing powers) and noted no objections.

 
  
MPphoto
 
 

  Lara Comi (PPE), per iscritto. ‒ Ho votato a favore del provvedimento in quanto, in seguito ai cambiamenti introdotti dal trattato di Lisbona e alla conseguente adozione del regolamento (UE) n. 182/2011 sugli atti di esecuzione, si è reso necessario un adeguamento delle regole decisionali in materia di politica commerciale da parte della Commissione con particolare riferimento al regolamento 471/2009, inerente alle statistiche comunitarie relative al commercio estero con i paesi terzi, che rappresenta l'unico atto legislativo nel settore della politica commerciale comune che fa riferimento alla procedura di regolamentazione con controllo.

 
  
MPphoto
 
 

  Javier Couso Permuy (GUE/NGL), por escrito. ‒ El informe mejora y actualiza las estadísticas relativas al comercio exterior con terceros países, una información fundamental para los estudios y la planificación económica. Por ello, he votado a favor.

 
  
MPphoto
 
 

  Edward Czesak (ECR), na piśmie. ‒ Celem rozporządzenia jest dostosowanie rozporządzenia (WE) nr 421/2009 w sprawie statystyk dotyczących handlu zagranicznego z państwami trzecimi do TFUE pod względem przekazywania Komisji uprawnień delegowanych i wykonawczych do przyjęcia niektórych środków.

Po głosowaniu w pierwszym czytaniu na posiedzeniu plenarnym w dniu 12 marca 2014 r. PE i Rada prowadziły negocjacje z zamiarem zawarcia porozumienia na wczesnym etapie drugiego czytania na podstawie stanowiska Rady w pierwszym czytaniu, które PE może zatwierdzić jako odzwierciedlające kompromis osiągnięty między współprawodawcami i obejmujące kombinację aktów delegowanych, aktów wykonawczych, a także przenoszące pewne kwestie do podstawowego aktu ustawodawczego. Jedna kwestia pozostaje nierozstrzygnięta: konsultacje z ekspertami z państw członkowskich w trakcie przygotowywania aktów delegowanych, na które nalegała Rada. To właśnie wtedy postanowiono o zawieszeniu negocjacji w oczekiwaniu na wynik porozumienia międzyinstytucjonalnego w sprawie lepszego stanowienia prawa. Po przyjęciu tego porozumienia międzyinstytucjonalnego projekt rozporządzenia został odpowiednio zmieniony.

ECR wspiera zrównoważony wynik negocjacji następujących po porozumieniu międzyinstytucjonalnym w sprawie lepszego stanowienia prawa, a w konsekwencji również rekomendację przeprowadzenia drugiego czytania bez poprawek. Zagłosowałem za.

 
  
MPphoto
 
 

  Miriam Dalli (S&D), in writing. ‒ I am in favour of this report as I believe that the negotiations and the outcomes further strengthen the regulation. This will lead to better decision making rules in trade policy.

 
  
MPphoto
 
 

  Nicola Danti (S&D), per iscritto. ‒ Mi sono espresso a favore circa l'armonizzazione delle regole decisionali in materia di politica commerciale UE, con particolare riferimento al nuovo regime degli atti delegati e di esecuzione della Commissione europea.

Dopo lunghi negoziati, si è finalmente giunti ad un compromesso costituito dal presente provvedimento, il quale prevede l'adeguamento del vecchio regime di "comitatologia" alle regole intervenute in seguito all'entrata in vigore del trattato di Lisbona e del regolamento UE del 2011 sugli atti di esecuzione, il quale consentirebbe di realizzare sistematicamente indagini statistiche a livello comunitario in materia di commercio estero.

Un passo in avanti, quindi, verso una maggiore efficienza dell'azione europea in ambito commerciale.

 
  
MPphoto
 
 

  Michel Dantin (PPE), par écrit. ‒ Le présent rapport concerne les statistiques relatives au commerce extérieur de l’Union avec les pays tiers. Il s’attache principalement aux règles de mise en œuvre pratique de la législation européenne en la matière, que sont les actes d’exécution et les actes délégués.

Considérant que ce rapport permet d’harmoniser et de fiabiliser les données relatives au commerce extérieur afin d’établir des accords commerciaux en toute connaissance de cause, j’ai soutenu ce rapport.

 
  
MPphoto
 
 

  Rachida Dati (PPE), par écrit. – J’ai soutenu ce texte qui permet d’aligner le règlement sur les statistiques communautaires relatives au commerce extérieur avec les pays tiers sur les nouvelles règles du traité sur le fonctionnement de l’Union européenne concernant les pouvoirs délégués et d’exécution de la Commission.

Il est évident que nous devons adapter les législations en cohérence avec les règles institutionnelles en vigueur.

 
  
MPphoto
 
 

  Mireille D'Ornano (ENF), par écrit. ‒ Il s’agit de la recommandation pour la deuxième lecture sur la position du Conseil en première lecture concernant les statistiques relatives au commerce extérieur de l'Union. L’objet de ce texte est de déterminer précisément les pouvoirs dont dispose la Commission et de fixer les procédures nécessaires à l’adoption de mesures statistiques. Le règlement (CE) n° 471/2009 du Parlement européen et du Conseil confère à la Commission le pouvoir d’exécuter certaines dispositions de ce règlement. J’ai donc voté pour ce texte.

 
  
MPphoto
 
 

  Ангел Джамбазки (ECR), в писмена форма. ‒ Гласувах „за“ този проект за регламент, тъй като той се отнася до статистиката за външната търговия с трети страни и за функционирането на ЕС по отношение на възлагането на делегираните и изпълнителните правомощия на Комисията за приемане на определени мерки. Важно е, че е проведено задълбочено обсъждане.

За щастие, след публикуване на резултата от Междуинституционалното споразумение за по-добро законотворчество, проектът за регламент е бил преработен съобразно.

 
  
MPphoto
 
 

  Γεώργιος Επιτήδειος (NI), γραπτώς. ‒ Προτείνεται η καταψήφιση της σύστασης καθώς δι’ αυτής διευρύνονται οι παραχωρούμενες εκτελεστικές αρμοδιότητες προς την Επιτροπή.

 
  
MPphoto
 
 

  José Manuel Fernandes (PPE), por escrito. ‒ A Comissão teve de adaptar as regras de tomada de decisão em matéria de política comercial ao novo regime de atos delegados e de execução e comprometeu-se a apresentar a segunda fase de alinhamentos de comitologia – relativos a atos legislativos que contenham o procedimento de regulamentação com controlo – antes do final da sétima legislatura.

Neste contexto, a Comissão propôs a alteração do Regulamento relativo às estatísticas comunitárias. A adoção do novo Acordo Interinstitucional «Legislar Melhor» permitiu que as equipas de negociação do Parlamento e do Conselho chegassem a acordo relativamente ao regulamento em questão. Votei favoravelmente.

 
  
MPphoto
 
 

  Edouard Ferrand (ENF), par écrit. ‒ Vote pour: la disparition des procédures de règlementation avec contrôle pour les remplacer par des actes délégués et des compétences d’exécution est une mesure technique rendue obligatoire par l’adoption du traité FUE.

 
  
MPphoto
 
 

  João Ferreira (GUE/NGL), por escrito. ‒ À luz das alterações introduzidas pelo Tratado de Lisboa – das quais frontalmente discordamos – e pela posterior adoção do Regulamento (UE) n.º 182/2011 (sobre os atos de execução), a Comissão teve de adaptar as regras de tomada de decisão em matéria de política comercial ao novo regime de atos delegados e de execução. A maior parte da legislação no domínio da política comercial comum foi alinhada pelo novo regime, através dos regulamentos «Trade Omnibus» I e II e de vários alinhamentos individuais posteriores.

Neste contexto, a Comissão propôs a alteração do Regulamento (CE) n.º 471/2009 relativo às estatísticas comunitárias, o qual constitui o único ato legislativo no domínio da política comercial comum que se refere ao procedimento de regulamentação com controlo.

Na sequência da aprovação da posição do Parlamento em primeira leitura na sessão plenária de 12 de março de 2014, tiveram início negociações informais com a Presidência italiana tendo em vista chegar rapidamente a um acordo em segunda leitura.

Após várias rondas de trílogos, as negociações foram suspensas na pendência da adoção do novo Acordo Interinstitucional «Legislar melhor» que prevê, nomeadamente, uma solução horizontal no que se refere à consulta de peritos dos Estados-Membros aquando da preparação de atos delegados. Abstivemo-nos.

 
  
MPphoto
 
 

  Monika Flašíková Beňová (S&D), písomne ‒ Nový návrh zo strany Európskej komisie prinesie v oblasti tvorby štatistík zosúladenie so stavom, ktorý sa vyžaduje po prijatí Lisabonskej zmluvy. V tomto prípade ide predovšetkým o tvorbu štatistík Európskej únie v oblasti zahraničného obchodu. Konečný kompromis je v tomto prípade kombináciou delegovaných a vykonávacích aktov.

 
  
MPphoto
 
 

  Λάμπρος Φουντούλης (NI), γραπτώς. ‒ Καταψηφίζω την σύσταση καθώς δι’ αυτής διευρύνονται οι παραχωρούμενες εκτελεστικές αρμοδιότητες προς την Επιτροπή.

 
  
MPphoto
 
 

  Doru-Claudian Frunzulică (S&D), in writing. ‒ This file aligns the previous comitology regime to the post-Lisbon Treaty rules on delegated and implementing acts in order to enable the systematic production of Community statistics in the field of external trade. The final compromise involves a mix of delegated acts and implementing acts and also moves certain issues to the basic legislative act, a compromise that balanced the interests of the co-legislators.

After the initial agreement resulting from two trilogues in December 2014, the Council refused to accept its outcome due to one unresolved issue: the consultation of Member States’ experts in the preparation of delegated acts. The negotiations were therefore suspended until December 2015, when the new Inter-institutional Agreement on Better law making was agreed and a new horizontal formulation for the issue in question had been found.

The text adopted in Council is in accordance with the compromise reached with Parliament. I therefore supported the outcome.

 
  
MPphoto
 
 

  Ildikó Gáll-Pelcz (PPE), írásban. ‒ Jóváhagytam az EU harmadik országokkal folytatott külkereskedelmére vonatkozó statisztikáról szóló 471/2009/EK rendelet módosításáról szóló európai parlamenti és tanácsi rendelet elfogadása céljából első olvasatban kialakított tanácsi álláspontot. A Lisszaboni Szerződés következtében bevezetett módosítások felszólították a Bizottságot, hogy a kereskedelempolitikával kapcsolatos döntéshozatali szabályokat igazítsa hozzá a felhatalmazáson alapuló jogi aktusok és a végrehajtási aktusok új rendszeréhez. A közös kereskedelempolitika területére vonatkozó legtöbb jogszabály összehangolásra került az új alkotmányos rendszerrel.

Mivel a Bizottság elkötelezte magát a komitológiai kiigazítások második hullámának a 7. parlamenti ciklus végéig történő megvalósítása mellett, ennek értelmében javasolták a közösségi statisztikákról szóló szóban forgó rendelet módosítását, amely az egyetlen olyan jogalkotási aktus a közös kereskedelempolitika területén, amelyben szerepel az ellenőrzéssel történő szabályozási bizottsági eljárás.

 
  
MPphoto
 
 

  Francesc Gambús (PPE), por escrito. ‒ He votado a favor teniendo presente que, por los cambios introducidos por el Tratado de Lisboa, se pidió a la Comisión que adaptase las normas de toma de decisiones en materia de política comercial al nuevo régimen de actos delegados y de ejecución.

 
  
MPphoto
 
 

  Arne Gericke (ECR), schriftlich. ‒ Ich habe für die Empfehlung zu Statistiken des Außenhandels mit Drittländern (delegierte Befugnisse und Durchführungsbefugnisse) gestimmt. Es geht dabei darum, welche Freiheiten und Befugnisse die EU beim Erstellen solcher Statistiken haben soll, und bringt die bisherige Gesetzgebung dazu auf einen aktuellen Stand.

 
  
MPphoto
 
 

  Neena Gill (S&D), in writing. ‒ I voted in favour of this report, which aligns the former regulatory procedure with scrutiny to delegated and implementing acts in order to enable the systematic production of Community statistics in the field of external trade to the new post-Lisbon regime of delegated and implementing acts.

 
  
MPphoto
 
 

  Tania González Peñas (GUE/NGL), por escrito. ‒ He votado a favor de este informe en segunda lectura. Ya existe un acuerdo bajo el marco «Legislar mejor», que establece, entre otras cosas, una solución horizontal relativa a la consulta de expertos de los Estados miembros en la preparación de actos delegados.

La adopción del nuevo Acuerdo interinstitucional «Legislar mejor» en diciembre de 2015, permitió que los equipos negociadores del Parlamento y el Consejo alcanzaran un acuerdo sobre el Reglamento en cuestión.

 
  
MPphoto
 
 

  Beata Gosiewska (ECR), na piśmie. ‒ Głosowałam za zaleceniem do drugiego czytania dotyczącym stanowiska Rady w pierwszym czytaniu w sprawie przyjęcia rozporządzenia Parlamentu Europejskiego i Rady zmieniającego rozporządzenie (WE) nr 471/2009 w sprawie statystyk Wspólnoty dotyczących handlu zagranicznego z państwami trzecimi w odniesieniu do powierzenia Komisji uprawnień delegowanych i wykonawczych do przyjmowania niektórych środków.

W związku ze zmianami po wejściu w życie traktatu lizbońskiego i przyjęciu rozporządzenia (UE) nr 182/2011 (w sprawie aktów wykonawczych) Komisja musiała dostosować zasady podejmowania decyzji w polityce handlowej do nowego systemu aktów delegowanych i wykonawczych. Większość przepisów ustawodawczych w tej dziedzinie dostosowano za pomocą aktu zbiorczego oraz w drodze kilku dostosowań indywidualnych. Komisja zobowiązała się przedstawić do końca siódmej kadencji drugi zbiór dostosowań procedury komitetowej w odniesieniu do aktów ustawodawczych obejmujących procedurę regulacyjną połączoną z kontrolą. Wobec tego Komisja zaproponowała wprowadzenie zmian do rozporządzenia (WE) nr 471/2009 w sprawie statystyk Wspólnoty, które jest jedynym aktem ustawodawczym w dziedzinie wspólnej polityki handlowej odnoszącym się do procedury regulacyjnej połączonej z kontrolą.

W mojej ocenie można poprzeć stanowisko Rady w tym zakresie.

 
  
MPphoto
 
 

  Marian Harkin (ALDE), in writing. ‒ I voted in favour of the adoption of a regulation of the European Parliament and of the Council amending Regulation (EC) No 471/2009 on Community statistics relating to external trade with non-member countries as regards the conferral of delegated and implementing powers on the Commission for the adoption of certain measures. In the light of the changes brought about by the Lisbon Treaty and by the subsequent adoption of Regulation (EU) No 182/2011 (on implementing acts), the Commission was required to adapt the decision making rules in trade policy to the new regime of delegated and implementing acts. In this context, the Commission amended Regulation (EC) No 471/2009 on Community statistics which is the only legislative act in the field of the Common Commercial Policy referring to the regulatory procedure with scrutiny.

 
  
MPphoto
 
 

  Brian Hayes (PPE), in writing. ‒ I voted in favour as I have no objections.

 
  
MPphoto
 
 

  Ivan Jakovčić (ALDE), napisan. ‒ Glasao sam za preporuku za drugo čitanje o stajalištu Vijeća u prvom čitanju radi donošenja uredbe Europskog parlamenta i Vijeća o izmjeni Uredbe (EZ) br. 471/2009 o statistici Zajednice u vezi s vanjskom trgovinom sa zemljama nečlanicama u vezi s dodjelom delegiranih i provedbenih ovlasti Komisiji radi donošenja određenih mjera, jer smatram da je, nakon mnogobrojnih usklađivanja velikog broja propisa te pregovora i donošenja novog Međuinstitucijskog sporazuma 2015. između EP-a i Vijeća, došlo do zajedničkog stajališta i dogovora.

Na Odboru za međunarodnu trgovinu Europskog parlamenta ove je godine usuglašeni tekst na glasovanju odobren velikom većinom.

 
  
MPphoto
 
 

  Jean-François Jalkh (ENF), par écrit. ‒ L’objectif de cette décision est de déterminer précisément les pouvoirs dont dispose la Commission et de fixer la procédure appropriée pour lui permettre d’adopter des mesures pour les statistiques du commerce extérieur en vertu de ces pouvoirs. La disparition des procédures de règlementation avec contrôle pour les remplacer par des actes délégués et des compétences d’exécution est une mesure technique rendue obligatoire par l’adoption du traité FUE. J'ai voté en faveur de ce rapport.

 
  
MPphoto
 
 

  Marc Joulaud (PPE), par écrit. ‒ J’ai voté en faveur du rapport de Bernd Lange concernant les pouvoirs de la Commission dans le domaine des statistiques relatives au commerce extérieur avec les pays tiers. Ce texte a pour objectif de supprimer une procédure ancienne (la procédure de règlementation avec contrôle) et de remplacer celle-ci par des actes délégués et/ou d’exécution. Cette démarche s’inscrit dans le cadre de l’accord « Mieux légiférer », que je soutiens car il fait en sorte que la législation européenne serve au mieux les citoyens et les entreprises.

 
  
MPphoto
 
 

  Philippe Juvin (PPE), par écrit. ‒ J’ai voté en faveur du rapport Lange sur les statistiques relatives au commerce extérieur avec les pays tiers (pouvoirs délégués et compétences d'exécution), suite à l'obtention d'un accord en trilogue qui a ensuite été approuvé par le Conseil en janvier 2016.

 
  
MPphoto
 
 

  Εύα Καϊλή (S&D), γραπτώς. ‒ Καλωσορίζουμε την ευθυγράμμιση την οποία προτείνει η Επιτροπή στο πεδίο της κοινής εμπορικής πολιτικής που έχει ευθυγραμμισθεί προς το νέο συνταγματικό καθεστώς μέσω των γενικών πράξεων για το εμπόριο Ι και ΙΙ καθώς και την δέσμευση της Επιτροπής για την υλοποίηση του δεύτερου γύρου για τις απαραίτητες ευθυγραμμίσεις.

 
  
MPphoto
 
 

  Barbara Kappel (ENF), schriftlich. ‒ Ich stimme für den vorliegenden Bericht. Bestimmte Beschlussfassungsvorschriften im Bereich der Handelspolitik sollten neu gefasst und an die Praxis der delegierten Rechts- und Durchführungsrechtsakte, wie im letzten interinstitutionellen Abkommen festgelegt, angepasst werden.

 
  
MPphoto
 
 

  Afzal Khan (S&D), in writing. ‒ In the light of the changes brought about by the Lisbon Treaty the Commission was required to adapt the decision making rules in trade policy to the new regime of delegated and implementing acts. I voted in favour of the report as this file represents a compromise balancing the interests of the co-legislators.

 
  
MPphoto
 
 

  Giovanni La Via (PPE), per iscritto. – Con la presente proposta, la Commissione mira a modificare il regolamento sulle statistiche comunitarie relative al commercio estero con i paesi terzi, che risulta essere l'unico atto legislativo nel settore della politica commerciale comune a fare riferimento alla procedura di regolamentazione con controllo.

Sono presenti modifiche dovute ad adeguamenti tecnici che consentiranno una più fedele e precisa rappresentazione dello status quo, utile nel determinare valutazioni il più fedeli possibile alla realtà degli accordi commerciali.

 
  
MPphoto
 
 

  Marine Le Pen (ENF), par écrit. ‒ J’ai voté pour le rapport sur les statistiques relatives au commerce extérieur avec les pays tiers. L’objectif de cette décision est de déterminer de quels pouvoirs dispose la Commission et de fixer la procédure appropriée pour lui permettre d’adopter des mesures pour les statistiques du commerce extérieur en vertu de ces pouvoirs. L’objectif général est de supprimer, d’ici à la fin de la septième législature du Parlement et dans l’ensemble des instruments législatifs, toutes les dispositions renvoyant à la procédure de réglementation avec contrôle et de les remplacer par des procédures avec actes délégués et compétences d’exécution. Il s’agit d’une mesure technique rendue obligatoire par l’adoption du traité FUE.

 
  
MPphoto
 
 

  Philippe Loiseau (ENF), par écrit. ‒ La disparition des procédures de règlementation avec contrôle en vue de leur remplacement par des actes délégués et d’exécution est une mesure technique rendue obligatoire par l’adoption du traité FUE.

En conséquence, j’ai voté pour cette délibération.

 
  
MPphoto
 
 

  Mairead McGuinness (PPE), in writing. ‒ I voted in favour of updating existing legislation on Community statistics relating to external trade with non-member countries to the new institutional context of delegating and implementing acts.

 
  
MPphoto
 
 

  Andrejs Mamikins (S&D), in writing. ‒ The proposal seeks to amend Regulation No 471/2009 in order to align it with the new institutional context. I support the position to empower the Commission to adopt delegated acts in respect of the adaptation of the list of customs procedures or provisions deriving from international conventions, changes necessary for methodological reasons.

 
  
MPphoto
 
 

  Vladimír Maňka (S&D), písomne ‒ EP svojím uznesením postúpil do druhého čítania návrh nariadenia Európskeho parlamentu a Rady, ktorým sa mení nariadenie (ES) č. 471/2009 o štatistike Spoločenstva o zahraničnom obchode s nečlenskými krajinami, pokiaľ ide o prenesenie delegovaných a vykonávacích právomocí na Komisiu s cieľom prijať určité opatrenia. Podporujem návrh, aby transparentným a dôsledným uplatnením rozdelenia právomoci Komisie na prijímanie delegovaných a vykonávacích právomocí došlo k odstráneniu všetkých ustanovení odkazujúcich na regulačný postup s kontrolou a aby sa stanovil vhodný postup na prijímanie opatrení. Tento postup povedie aj k zjednodušeniu Európskeho štatistického systému.

 
  
MPphoto
 
 

  Νότης Μαριάς (ECR), γραπτώς. ‒ Καταψηφίζω τη σύσταση για τη δεύτερη ανάγνωση σχετικά με τη θέση του Συμβουλίου σε πρώτη ανάγνωση ενόψει της έγκρισης του κανονισμού του Ευρωπαϊκού Κοινοβουλίου και του Συμβουλίου που αφορά την τροποποίηση του κανονισμού (ΕΚ) αριθ. 471/2009 για τις κοινοτικές στατιστικές του εξωτερικού εμπορίου με τις τρίτες χώρες όσον αφορά την ανάθεση κατ’ εξουσιοδότηση και εκτελεστικών αρμοδιοτήτων στην Επιτροπή για την έγκριση ορισμένων μέτρων διότι δεν είναι πλήρης και τεκμηριωμένη.

 
  
MPphoto
 
 

  Dominique Martin (ENF), par écrit. ‒ J’ai voté pour ce texte.

Il s’agit de la recommandation pour la deuxième lecture sur la position du Conseil en première lecture concernant les statistiques de l'Union relatives au commerce extérieur.

L’objet de ce texte est de déterminer précisément les pouvoirs dont dispose la Commission et de fixer les procédures nécessaires à l’adoption de mesures statistiques. Le règlement CE 471/2009 du Parlement européen et du Conseil confère à la Commission le pouvoir d’exécuter certaines dispositions de ce règlement.

 
  
MPphoto
 
 

  Jean-Luc Mélenchon (GUE/NGL), par écrit. ‒ La proposition de la Commission à l'examen vise à aligner le règlement du Parlement européen et du Conseil du 6 mai 2009 concernant les statistiques communautaires relatives au commerce extérieur avec les pays tiers aux dispositions contenues dans le traité de Lisbonne. Le texte délègue à la Commission le pouvoir d'adopter des actes en ce qui concerne: la liste des procédures douanières ou des destinations douanières admises ou l'exclusion de biens ou de mouvements des statistiques relatives au commerce extérieur. Les statistiques sont un enjeu politique qu'on ne peut laisser à la discrétion de la Commission, d'autant plus que ce sera sur la base de statistiques impartiales que nous mettrons en place le protectionnisme solidaire. Je vote contre.

 
  
MPphoto
 
 

  Joëlle Mélin (ENF), par écrit. ‒ La disparition des procédures de règlementation avec contrôle pour les remplacer par des actes délégués et des compétences d’exécution est une mesure technique rendue obligatoire par l’adoption du traité FUE.

En conséquence, j’ai voté pour cette délibération.

 
  
MPphoto
 
 

  Nuno Melo (PPE), por escrito. ‒ O objetivo da presente proposta é alterar o Regulamento (CE) n.º 471/2009, de modo a alinhá-lo com o novo contexto institucional. Em especial, trata-se de identificar os poderes conferidos à Comissão e estabelecer o procedimento adequado para a adoção de medidas baseadas nesses poderes. Daí o meu voto favorável.

 
  
MPphoto
 
 

  Roberta Metsola (PPE), in writing. ‒ I chose to support this legislative resolution, following the changes to the new Inter-institutional agreement on Better Law-making which will allow the Commission to make changes to Regulation (EC) No 471/2009 on Community statistics relating to external trade with non-member countries.

 
  
MPphoto
 
 

  Louis Michel (ALDE), par écrit. – Déléguer des compétences d’exécution à la Commission, sous le contrôle de comités de représentants des États membres dans le cadre de la « comitologie », se justifie pour des raisons d’uniformité et existe depuis les années 1960. Toutefois, le traité de Lisbonne a introduit une réforme majeure en distinguant les actes d’exécution des actes délégués, mettant le Parlement européen sur un pied d’égalité avec le Conseil et la Commission, augmentant d’autant les pouvoirs du Parlement européen dans la sphère exécutive. Ainsi, le Parlement peut désormais faire pression sur la Commission et le Conseil en menaçant de bloquer une décision législative en codécision ou une décision budgétaire. Avec le traité de Lisbonne, le législateur dispose du droit d’opposition pour quelque motif que ce soit, et du droit de révoquer purement et simplement la délégation ou un acte individuel. Il s’agit là d’un outil de pression conséquent sur la Commission. Pour ma part, et dans le cadre de l’accord interinstitutionnel « Mieux légiférer », je soutiens une procédure de délégation qui permette au législateur de se concentrer sur l’essentiel, à condition que la compétence déléguée à la Commission soit bien encadrée et mise en application de manière tout à fait transparente.

 
  
MPphoto
 
 

  Miroslav Mikolášik (PPE), písomne – Lisabonská zmluva zaviedla niekoľko zmien, v rámci ktorých Komisia musela prispôsobiť pravidlá rozhodovania v obchodnej politike novému režimu delegovaných a vykonávacích aktov. Prostredníctvom súhrnného aktu pre obchod I. a II. bola väčšina právnych predpisov v oblasti spoločnej obchodnej politiky zosúladená, ďalšia konsolidácia je potrebná v oblasti legislatívnych aktov týkajúcich sa regulačného postupu s kontrolou. Jediným legislatívnym aktom v tejto oblasti je nariadenie (ES) č. 471/2009 o štatistike Spoločenstva. Prijatie medziinštitucionálnej dohody o lepšej tvorbe práva umožnilo dosiahnuť dohodu o tomto nariadení a poskytlo horizontálne riešenie v otázke konzultácie odborníkov členských štátov pri príprave delegovaných aktov. Dohoda bola schválená Výborom pre medzinárodný obchod (INTA), ako aj Radou, ktorej pozíciu podporujem svojím hlasom.

 
  
MPphoto
 
 

  Marlene Mizzi (S&D), in writing. ‒ I have voted in favour of the report, which aligns the previous comitology regime to the post-Lisbon Treaty rules on delegated and implementing acts in order to enable the systematic production of Community statistics in the field of external trade, which is essential.

 
  
MPphoto
 
 

  Sorin Moisă (S&D), in writing. ‒ I voted in favour of this uncontroversial proposal, which aims at amending the Regulation (EC) No 471/2009 in order to bring it in line with the new institutional framework applicable after the entry into force of Lisbon Treaty related to the adoption of delegated and implementing acts.

 
  
MPphoto
 
 

  Csaba Molnár (S&D), írásban. ‒ A Közösség harmadik országokkal folytatott külkereskedelmére vonatkozó statisztikáról szóló 471/2009/EK rendeletnek bizonyos intézkedések elfogadása érdekében a Bizottságra ruházandó felhatalmazáson alapuló és végrehajtási hatáskörök tekintetében történő módosításáról szóló európai parlamenti és tanácsi rendelet tervezetéről a Parlament 2014. március 12-én első olvasatban kialakította álláspontját. Az ezt követően megkezdett háromoldalú tárgyalásokat több fordulót követően felfüggesztették a jogalkotás minőségének javításáról szóló új intézményközi megállapodás elfogadásáig. E megállapodás 2015. decemberi elfogadását követően a Parlament és a Tanács tárgyalócsoportjai megállapodásra jutottak a kérdéses rendelet vonatkozásában.

A Tanács 2016. június 16-án fogadta el első olvasatbeli álláspontját, megerősítve a megállapodást. A Nemzetközi Kereskedelmi Bizottság jelentésében azt javasolja, hogy a Parlament értsen egyet a Tanács első olvasatban elfogadott álláspontjával, és ezzel a rendeletet a Tanács álláspontjának megfelelően emelje jogerőre. Ennek megfelelően szavaztam.

 
  
MPphoto
 
 

  Bernard Monot (ENF), par écrit. ‒ Le rapport propose des amendements à une proposition de règlement instaurant un système obligatoire de statistiques sur les prix du gaz et de l'électricité en secteur résidentiel. La suppression de la délégation à la commission (amendements 1, 3, 6) va dans le bon sens. Certaines idées du rapporteur plus souverainistes et plus pro-industrie ont cependant été mises de côté en commission ITRE. Aussi, la proposition de la Commission n'est pas souhaitable du fait d'un niveau de contrainte trop élevé pour les États et les entreprises et d'une délégation injustifiée à la Commission. Vote favorable.

 
  
MPphoto
 
 

  Cláudia Monteiro de Aguiar (PPE), por escrito. ‒ Segundo o relatório em causa, “Na sequência da aprovação da posição do Parlamento em primeira leitura na sessão plenária de 12 de março de 2014, tiveram início negociações informais com a Presidência italiana tendo em vista chegar rapidamente a um acordo em segunda leitura. Após várias rondas de trílogos, as negociações foram suspensas na pendência da adoção do novo Acordo Interinstitucional «Legislar melhor» que prevê, nomeadamente, uma solução horizontal no que se refere à consulta de peritos dos Estados-Membros aquando da preparação de atos delegados“.

Voto assim favoravelmente o acordo celebrado em primeira leitura com vista a continuar o processo de negociações com o Conselho para que se chegue a um entendimento profícuo e interessante para ambas as partes.

 
  
MPphoto
 
 

  Sophie Montel (ENF), par écrit. ‒ Le rapport Lange concernant les statistiques européennes relatives au commerce extérieur avec les pays tiers a trait à une mesure purement technique, à savoir le remplacement dans le règlement sur les statistiques du commerce extérieur des procédures de réglementation avec contrôle par les actes délégués et les compétences d’exécution. J’ai donc voté pour ce texte.

 
  
MPphoto
 
 

  Claude Moraes (S&D), in writing. ‒ I voted in favour of the report which aligns the former regulatory procedure with scrutiny to delegated and implementing acts, in order to enable the systematic production of Community statistics in the field of external trade to the new post-Lisbon regime of delegated and implementing acts.

 
  
MPphoto
 
 

  Nadine Morano (PPE), par écrit. ‒ J’ai voté en faveur de ce texte relatif aux statistiques sur le commerce extérieur avec les pays tiers. Il s’agissait ici d’approuver la position du Conseil en première lecture sur le projet de modification de la Commission concernant le règlement 471/2009. Cette modification se fait dans le seul but de l’aligner sur le nouveau régime institué par le traité de Lisbonne. Je soutiens tous les textes qui simplifient la lisibilité des textes européens.

 
  
MPphoto
 
 

  Alessandra Mussolini (PPE), per iscritto. ‒ Mi sono espressa positivamente sulla relazione sulle Statistiche del commercio estero con i paesi terzi, in quanto, alla luce delle modifiche introdotte dal trattato di Lisbona e alla successiva adozione del regolamento (UE) n. 182/2011 sugli atti di esecuzione, la Commissione ha adeguato le regole decisionali in materia di politica commerciale al nuovo regime degli atti delegati e degli atti di esecuzione.

In particolare, la Commissione mira a modificare il regolamento 471/2009 inerente alle statistiche comunitarie relative al commercio estero con i paesi terzi, che rappresenta l'unico atto legislativo nel settore della politica commerciale comune che fa riferimento alla procedura di regolamentazione con controllo.

 
  
MPphoto
 
 

  József Nagy (PPE), írásban. ‒ Támogatom az ajánlást. Az Európai Unió rendkívüli munkát végez a harmadik országokkal folytatott külkereskedelmi területeken. Ezekhez a munkálatokhoz a Bizottságnak szüksége van a megfelelő jogkörökre és jogosítványokra. A kapcsolattartás, a különböző árukra és vámokra, vámkódexekre vonatkozó pontos statisztikai adatok mind fontos részei annak, hogy a külkereskedelmi kérdésekben gördülékeny és hatékony válaszok szülessenek.

 
  
MPphoto
 
 

  Victor Negrescu (S&D), in writing. ‒ One of the steps toward updating the way decisions on trade policy are adopted in the European Union was the Omnibus proposal, covering over 24 regulations on trade defence instruments, Economic Partnership Agreement Market Access Regulation and Trade Barriers Regulation amongst others. I have voted for this report that aims at better law making in the EU’s trade policy.

 
  
MPphoto
 
 

  Liadh Ní Riada (GUE/NGL), in writing. – I voted in favour of this report. The Commission was required to adapt the decision making rules in trade policy to the new regime of delegated and implementing acts as a consequence of the adoption of the Lisbon Treaty. Part of this includes amending the regulation on Community statistics.

 
  
MPphoto
 
 

  Marijana Petir (PPE), napisan. ‒ Obzirom da je bilo nužno uskladiti donošenje odluka u trgovinskoj politici novom režimu implementiranih i delegiranih akata te imajući u vidu da su se nakon pregovora pregovarački timovi Parlamenta i Vijeća usuglasili oko predmetne uredbe te da je i prijedlog izvjestitelja bio podržavajući, glasovala sam pozitivno o preporuci za drugo čitanje o stajalištu Vijeća u prvom čitanju radi donošenja uredbe Europskog parlamenta i Vijeća o izmjeni Uredbe (EZ) br. 471/2009 o statistici Zajednice u vezi s vanjskom trgovinom sa zemljama nečlanicama u vezi s dodjelom delegiranih i provedbenih ovlasti Komisiji radi donošenja određenih mjera.

 
  
MPphoto
 
 

  Florian Philippot (ENF), par écrit. ‒ La disparition des procédures de règlementation avec contrôle en vue de leur remplacement par des actes délégués et des compétences d’exécution est une mesure technique rendue obligatoire par l’adoption du traité FUE. Bien que je reste opposé au traité FUE, adopté contre la volonté du peuple qui m'a élu, je ne pratique pas l'obstruction systématique et je vote donc en faveur de cette mesure purement technique.

 
  
MPphoto
 
 

  Tonino Picula (S&D), napisan. ‒ Većina propisa u području zajedničke trgovinske politike usklađena je s novim ustavnim poretkom preko Združenih zakona o trgovini I i II te u nekoliko naknadnih pojedinačnih usklađivanja. Komisija je preuzela obvezu do kraja sedmog parlamentarnog saziva predstaviti sljedeći niz usklađivanja u okviru postupka komitologije za one zakonodavne akte za koje je predviđen regulatorni postupak s kontrolom.

Komisija je u tom smislu predložila izmjenu Uredbe (EZ) br. 471/2009 o statistici Zajednice, jedinom zakonodavnom aktu u području zajedničke trgovinske politike u kojem se navodi regulatorni postupak s kontrolom. Donošenje novog Međuinstitucijskog sporazuma u prosincu 2015. omogućilo je tako pregovaračkim timovima Parlamenta i Vijeća da postignu dogovor o predmetnoj uredbi.

Usuglašeni tekst predstavljen je 21. travnja 2016. odboru INTA na glasovanje o odobrenju i tada je odobren velikom većinom glasova. Predsjednik Odbora je na temelju izglasanog odobrenja istoga dana u dopisu predsjedniku Odbora stalnih predstavnika (COREPER) uputio preporuku da se na plenarnoj sjednici stajalište Vijeća potvrdi u prvom čitanju bez izmjena. Po pravnoj i jezičnoj provjeri Vijeće je 16. lipnja 2016. usvojilo svoje stajalište u prvom čitanju i time potvrdilo dogovor. U svjetlu gore navedenoga, podržavam stajalište izvjestitelja da se stajalište Vijeća u prvom čitanju odobri bez izmjena.

 
  
MPphoto
 
 

  Franck Proust (PPE), par écrit. ‒ J’ai approuvé cet accord entre la Commission européenne, le Conseil de l’Union européenne et le Parlement européen, qui apporte des modifications techniques au règlement (CE) n° 471/2009 concernant les statistiques communautaires relatives au commerce extérieur avec les pays tiers, conformément au nouveau contexte institutionnel relatif aux pouvoirs délégués et aux compétences d’exécution.

 
  
MPphoto
 
 

  Sofia Ribeiro (PPE), por escrito. ‒ Votei favoravelmente, por entender que, à luz das alterações introduzidas pelo Tratado de Lisboa e pela posterior adoção do Regulamento (UE) n.º 182/2011 (sobre os atos de execução), a Comissão teve de adaptar as regras de tomada de decisão em matéria de política comercial ao novo regime de atos delegados e de execução.

A maior parte da legislação no domínio da política comercial comum foi alinhada pelo novo regime constitucional, através dos regulamentos «Trade Omnibus» I e II e de vários alinhamentos individuais posteriores.

 
  
MPphoto
 
 

  Inmaculada Rodríguez-Piñero Fernández (S&D), por escrito. ‒ El Informe legislativo respecto a las «Estadísticas comunitarias relativas al comercio exterior con terceros países, en lo que concierne a la atribución a la Comisión de competencias delegadas y de ejecución para adoptar determinadas medidas» busca adaptar el proceso de comitología a lo establecido en el Tratado de Lisboa. Así será posible crear estadísticas en terreno del comercio exterior.

Con la aprobación del «Better law Making» la aplicación se realizará con carácter horizontal, por lo que se permitirá la consulta a los expertos de los Estados miembros para preparar los actos delegados. Por todo ello, he votado a favor.

 
  
MPphoto
 
 

  Bronis Ropė (Verts/ALE), raštu. ‒ Balsavau dėl šio pranešimo. Dėl kurio Europos Parlamentas jau balsuoja antrą kartą. Pirmąjį kartą 2014 m. kovo 12 d. plenariniame posėdyje patvirtinus pranešimą, Italijai pirmininkaujant Tarybai buvo pradėtos neoficialios derybos tam, kad ankstyvu antrojo svarstymo etapu būtų galima pasiekti susitarimą.

Tačiau Tarpinstitucinio susitarimo dėl geresnės teisėkūros rengimo metu, trišalio dialogo derybos buvo sustabdytos. 2015 m. gruodžio mėn. šį naują Tarpinstitucinį susitarimą dėl geresnės teisėkūros priėmus, Parlamento ir Tarybos derybų grupėms buvo sudarytos sąlygos susitarti dėl šio reglamento.

 
  
MPphoto
 
 

  Fernando Ruas (PPE), por escrito. ‒ Votei de forma favorável a proposta de recomendação em segunda leitura do Parlamento Europeu referente à alteração do Regulamento n.º 471/2009 do Conselho relativo às estatísticas comunitárias do comércio externo com países terceiros.

Trata-se de uma alteração que surge na sequência das alterações introduzidas pelo Tratado de Lisboa e pelo Regulamento n.º 182/2011 sobre atos de execução em matéria de política comercial, ao abrigo da qual a Comissão Europeia se comprometeu a apresentar uma segunda fase de alinhamentos de comitologia - método de controlo dos países da UE sobre a forma como a Comissão Europeia aplica a legislação europeia.

Esse alinhamento implica a alteração ao Regulamento n.º 471/2009 sobre estatísticas comunitárias, já que constitui o único ato legislativo no domínio da política comercial comum que se refere ao procedimento de comitologia relativo a uma regulamentação com controlo.

A dificuldade na definição de um acordo nesta matéria prendeu-se com o atraso na adoção do novo Acordo Interinstitucional “Legislar Melhor”, que ocorreu em dezembro de 2015, entre as equipas de negociação do Parlamento e do Conselho, tendo posteriormente este Regulamento sido aprovado por larga maioria na Comissão de Comércio Internacional em abril de 2016.

 
  
MPphoto
 
 

  Tokia Saïfi (PPE), par écrit. ‒ Ce rapport porte sur un accord en deuxième lecture concernant les statistiques relatives au commerce extérieur avec les pays tiers.

Sous la précédente mandature, la Commission s'est engagée à réviser les actes législatifs qui comprennent actuellement des références à la procédure de réglementation avec contrôle.

J’ai donc voté en faveur de ce texte de nature technique.

 
  
MPphoto
 
 

  Lola Sánchez Caldentey (GUE/NGL), por escrito. ‒ He votado a favor de este informe en segunda lectura. Ya existe un acuerdo bajo el marco «Legislar mejor», que establece, entre otras cosas, una solución horizontal relativa a la consulta de expertos de los Estados miembros en la preparación de actos delegados.

La adopción del nuevo Acuerdo interinstitucional «Legislar mejor» en diciembre de 2015, permitió que los equipos negociadores del Parlamento y el Consejo alcanzaran un acuerdo sobre el Reglamento en cuestión.

 
  
MPphoto
 
 

  Maria Lidia Senra Rodríguez (GUE/NGL), por escrito. ‒ El informe mejora y actualiza las estadísticas relativas al comercio exterior con terceros países, una información fundamental para los estudios y la planificación económica. Por ello, he votado a favor.

 
  
MPphoto
 
 

  Siôn Simon (S&D), in writing. – I voted for the report because it aligns the former regulatory procedure with scrutiny to delegated and implementing acts in order to enable the systematic production of Community statistics in the field of external trade to the new post-Lisbon regime of delegated and implementing acts.

 
  
MPphoto
 
 

  Branislav Škripek (ECR), písomne ‒ Hlasoval som za. Na základe zmien, ktoré priniesla Lisabonská zmluva, Komisia bola nútená navrhnúť zmeny nariadenia (ES) č. 471/2009 o štatistike Spoločenstva, ktoré je jediným legislatívnym aktom v oblasti spoločnej obchodnej politiky týkajúcej sa regulačného postupu s kontrolou. Nakoniec po veľmi zložitých rokovaniach a prijatím medziinštitucionálnej dohody o lepšej tvorbe práva v decembri 2015 sa dosiahla dohoda medzi Parlamentom a Radou o tomto nariadení.

 
  
MPphoto
 
 

  Monika Smolková (S&D), písomne ‒ Podporila som návrh legislatívneho uznesenia EP k pozícii Rady v prvom čítaní na účely prijatia nariadenia Európskeho parlamentu a Rady, ktorým sa mení nariadenie č. 471/2009 o štatistike Spoločenstva o zahraničnom obchode s nečlenskými krajinami, pokiaľ ide o prenesenie delegovaných a vykonávaných právomocí na Komisiu s cieľom prijať určité opatrenia. V súvislosti so zmenami, ktoré priniesla Lisabonská zmluva bola Komisia nútená prispôsobiť pravidlá rozhodovania v obchodnej politike novému režimu delegovaných a vykonávacích aktov. Preto v tejto súvislosti Komisia navrhla zmeny nariadenia č. 471/2009 o štatistike Spoločenstva, ktoré je jediným legislatívnym aktom v oblasti spoločnej obchodnej politiky týkajúci sa regulačného postupu s kontrolou. Po prijatí pozície Parlamentu v prvom čítaní v pléne 12. marca 2014 sa začali neformálne rokovania s cieľom dosiahnuť dohodu v druhom čítaní. Po niekoľkých kolách trialógov sa rokovania prerušili, ale prijatie Medziinštitucionálnej dohody o lepšej tvorbe práva v decembri 2015 umožnilo rokovacím tímom Parlamentu a Rady dosiahnuť dohodu o tomto nariadení. Text dohody bol schválený na výbore INTA, preto sme v pléne schválili pozíciu Rady v prvom čítaní bezo zmien.

 
  
MPphoto
 
 

  Ivan Štefanec (PPE), písomne ‒ Hospodársky rast je v súčasnosti závislý na výmene tovarov s inými krajinami a časťami sveta. Ako sme videli z analytických dát, jeho význam stále narastá. Preto je dôležité uzatvárať medzinárodné obchodné zmluvy, najmä s tými krajinami, ktoré sú k nášmu chápaniu slobody a férového obchodu najbližšie.

 
  
MPphoto
 
 

  Beatrix von Storch (EFDD), in writing. ‒ The draft EU Parliament legislative resolution on statistics relating to external trade with non-member countries was approved without a vote. However, had there been a vote I would have voted against the resolution.

Such statistics will simply be another justification through which the EU will call for further regulation. And in the EU context, regulation is synonymous with harmonisation.

 
  
MPphoto
 
 

  Dubravka Šuica (PPE), napisan. ‒ U svjetlu izmjena do kojih je došlo Ugovorom iz Lisabona, a zatim i donošenja Uredbe (EU) br.182/201, Komisija je pravila o donošenju odluka u trgovinskoj politici morala prilagoditi novom režimu provedbenih i delegiranih akata. Komisija je predložila izmjenu Uredbe (EZ) br. 471/2009 o statistici Zajednice, jedinom zakonodavnom aktu u području zajedničke trgovinske politike u kojem se navodi regulatorni postupak s kontrolom.

Donošenjem Međuinstitucijskog sporazuma u prosincu 2015. omogućeno je tako pregovaračkim timovima Parlamenta i Vijeća da postignu dogovor o predmetnoj uredbi. Po pravnoj i jezičnoj provjeri Vijeće je 16. lipnja 2016. usvojilo svoje stajalište u prvom čitanju.

Podržavam preporuku za drugo čitanje o stajalištu Vijeća u prvom čitanju radi donošenja uredbe Europskog parlamenta i Vijeća o izmjeni Uredbe (EZ) br. 471/2009 o statistici Zajednice u vezi s vanjskom trgovinom sa zemljama nečlanicama u vezi s dodjelom delegiranih i provedbenih ovlasti Komisiji radi donošenja određenih mjera.

 
  
MPphoto
 
 

  Patricija Šulin (PPE), pisno. ‒ Glasovala sem za priporočilo za drugo obravnavo o stališču Sveta v prvi obravnavi z namenom sprejetja Uredbe Evropskega parlamenta in Sveta o spremembi Uredbe (ES) št. 471/2009 o statistiki Skupnosti o zunanji trgovini z državami nečlanicami v zvezi s podelitvijo delegiranih in izvedbenih pooblastil Komisiji za sprejetje nekaterih ukrepov.

Podpiram predlagano spremembo Uredbe o statistiki Skupnosti, s katero Komisija predlaga prilagoditvena pravila o sprejemanju odločitev v trgovinski politiki novemu režimu, po uvedbi Lizbonske pogodbe, delegiranih in izvedbenih aktov.

 
  
MPphoto
 
 

  Pavel Svoboda (PPE), písemně. ‒ Hlasoval jsem pro vyslovení souhlasu ze strany Evropského parlamentu s postojem Rady, pokud jde o nařízení Evropského parlamentu a Rady, kterým se mění nařízení Rady (ES) č. 471/2009 o statistice Společenství týkající se zahraničního obchodu se třetími zeměmi, pokud jde o svěření přenesených a prováděcích pravomocí Komisi pro účely přijímání některých opatření, protože je potřeba přizpůsobit pravidla pro rozhodovací postupy v obchodní politice novému režimu aktů v přenesené pravomoci a prováděcích aktů. Komise se tedy zavázala, že do konce 7. volebního období předloží druhou vlnu přizpůsobení postupu projednávání ve výborech týkající se právních aktů odkazujících na regulativní postup s kontrolou a navrhla změnu nařízení o statistice Společenství. K projednávání dochází až nyní, jelikož nové znění nyní již reflektuje také nově uzavřenou interinstitucionální dohodu o zlepšení tvorby právních předpisů.

 
  
MPphoto
 
 

  Ελευθέριος Συναδινός (NI), γραπτώς. ‒ Η συγκεκριμένη σύσταση προτείνει την ενίσχυση των εκτελεστικών αρμοδιοτήτων της Επιτροπής με σκοπό την πλήρη καθοδήγηση του εμπορίου των κρατών μελών με τρίτες χώρες.

 
  
MPphoto
 
 

  Tibor Szanyi (S&D), írásban. ‒ Szavazatommal támogattam az állásfoglalás elfogadását, amellyel a Parlament jóváhagyja a Tanácsban első olvasatban, valamint az intézményközi egyeztetés több fóruma és fordulója révén lefolytatott, több mint két éves jogszabály-előkészítési munka eredményét. A jogszabálytervezet tükrözi a Lisszaboni Szerződés nyomán előállt intézményi változások, valamint a jogszabályalkotás minősége javításának (’Better Law-making’) követelménye által szükségessé vált, a komitológiai szabályokat érintő módosításokat, az Unió nemzetközi kereskedelemre, valamint statisztikai adatszolgáltatása vonatkozó kompetenciája alapján.

 
  
MPphoto
 
 

  Claudia Țapardel (S&D), in writing. ‒ In light of the changes brought about by the Lisbon Treaty, the Commission was required to adapt the decision-making rules in trade policy to the new regime of delegated and implementing acts. This file aligns the previous comitology regime to the post-Lisbon Treaty rules on delegated and implementing acts in order to enable the systematic production of Community statistics in the field of external trade. The final compromise involves a mix of delegated acts, implementing acts, and also moving certain issues to the basic legislative act, a compromise that balanced the interests of the co-legislators. The text adopted in the Council is in accordance with the compromise reached with Parliament. I therefore support this report.

 
  
MPphoto
 
 

  Marc Tarabella (S&D), par écrit. ‒ J'ai voté en faveur du texte. Des négociations informelles ont débuté sous la présidence italienne, à la suite de l'adoption de la position du Parlement en plénière et en première lecture le 12 mars 2014, en vue de parvenir rapidement à un accord en deuxième lecture. Après plusieurs cycles de trilogue, les négociations ont été suspendues dans l'attente du nouvel accord interinstitutionnel "Mieux légiférer" qui prévoit, entre autres, une solution horizontale pour la consultation des experts des États membres lors de la préparation des actes délégués.

L'adoption du nouvel accord interinstitutionnel "Mieux légiférer" en décembre 2015 a ainsi permis aux équipes de négociateurs du Parlement et du Conseil de trouver un accord sur le règlement à l'examen.

Le texte de l'accord a été présenté à la commission INTA pour être soumis à un vote d'approbation, le 21 avril 2016, et a été approuvé à une très grande majorité. Compte tenu de ce résultat, le président de la commission a recommandé au Parlement en séance plénière de voter pour.

 
  
MPphoto
 
 

  Pavel Telička (ALDE), in writing. ‒ The Lisbon Treaty introduced new decision-making rules in trade policy related to the use of delegated and implementing acts by the Commission. I voted in favour of the regulation on Statistics relating to external trade with non-member countries, as this will allow the newly negotiated decision-making rules to finally be adopted. In fact, negotiations regarding these new rules had been suspended while waiting for the Inter-institutional Agreement on Better Law-making to be adopted in 2015, which provides among other things for a horizontal solution regarding the consultation of Member States’ experts in preparation of delegated acts.

 
  
MPphoto
 
 

  Ruža Tomašić (ECR), napisan. ‒ Slažem se s promjenom uredbe o statistici Zajednice u vezi s vanjskom trgovinom sa zemljama nečlanicama u vezi s dodjelom delegiranih i provedbenih ovlasti Komisiji radi donošenja određenih mjera jer smatram da Komisija treba prilagoditi pravila o donošenju odluka u trgovinskoj politici novom režimu provedbenih i delegiranih akata.

Većina propisa koji se odnose na zajedničku trgovinsku politiku usklađeni su s novim sustavnim poretkom. S obzirom da Komisija pri pripremi i izradi delegiranih akata treba osigurati da se njima ne nameće dodatni administrativni teret državama članicama i njihovim predstavnicima, glasovala sam pozitivno.

 
  
MPphoto
 
 

  Romana Tomc (PPE), pisno. ‒ Predlog resolucije o statistiki o zunanji trgovini z državami nečlanicami (delegirana in izvedbena pooblastila) sem podprla.

Komisija je morala zaradi sprememb, ki jih je uvedla Lizbonska pogodba in posledično sprejetje Uredbe (EU) št. 182/2011 (o izvedbenih aktih), prilagoditi pravila o sprejemanju odločitev v trgovinski politiki novemu režimu delegiranih in izvedbenih aktov.

 
  
MPphoto
 
 

  Estefanía Torres Martínez (GUE/NGL), por escrito. ‒ He votado a favor de este informe en segunda lectura. Ya existe un acuerdo bajo el marco «Legislar mejor», que establece, entre otras cosas, una solución horizontal relativa a la consulta de expertos de los Estados miembros en la preparación de actos delegados.

La adopción del nuevo Acuerdo interinstitucional «Legislar mejor» en diciembre de 2015, permitió que los equipos negociadores del Parlamento y el Consejo alcanzaran un acuerdo sobre el Reglamento en cuestión.

 
  
MPphoto
 
 

  Mylène Troszczynski (ENF), par écrit. ‒ La disparition des procédures de règlementation avec contrôle pour les remplacer par des actes délégués et des compétences d’exécution est une mesure technique et automatique rendue obligatoire par l’adoption du traité FUE.

J'ai voté pour.

 
  
MPphoto
 
 

  István Ujhelyi (S&D), írásban. ‒ A Lisszaboni Szerződéssel bevezetett módosítások, valamint a (végrehajtási jogi aktusokról szóló) 182/2011/EU rendelet ezt követő elfogadása fényében felszólították a Bizottságot, hogy a kereskedelempolitikával kapcsolatos döntéshozatali szabályokat igazítsa hozzá a felhatalmazáson alapuló jogi aktusok és a végrehajtási aktusok új rendszeréhez. A jelentést megszavaztam.

 
  
MPphoto
 
 

  Miguel Urbán Crespo (GUE/NGL), por escrito. – He votado a favor de este informe en segunda lectura. Ya existe un acuerdo bajo el marco «Legislar mejor», que establece, entre otras cosas, una solución horizontal relativa a la consulta de expertos de los Estados miembros en la preparación de actos delegados.

La adopción del nuevo Acuerdo interinstitucional «Legislar mejor» en diciembre de 2015, permitió que los equipos negociadores del Parlamento y el Consejo alcanzaran un acuerdo sobre el Reglamento en cuestión.

 
  
MPphoto
 
 

  Ivo Vajgl (ALDE), in writing. ‒ I voted in favour of the recommendation for second reading on the Council position at first reading with a view to the adoption of a regulation of the European Parliament and of the Council amending Regulation (EC) No 471/2009 on Community statistics relating to external trade with non-member countries as regards the conferral of delegated and implementing powers on the Commission for the adoption of certain measures. In the light of the changes brought about by the Lisbon Treaty and by the subsequent adoption of Regulation (EU) No 182/2011 (on implementing acts), the Commission was required to adapt the decision making rules in trade policy to the new regime of delegated and implementing acts. The Commission committed itself to come up with the second wave of comitology alignments – concerning legislative acts containing the regulatory procedure with scrutiny – by the end of the 7th legislature. The agreed text was presented to the Committee on International Trade (INTA) for a vote of approval on 21 April 2016, and was approved by an overwhelming majority.

 
  
MPphoto
 
 

  Hilde Vautmans (ALDE), schriftelijk. ‒ Ik stemde voor deze aanbeveling. Het gaat om institutionele aanpassingen op het gebied van de bevoegdheid Handel van de Europese Commissie. In het licht van de veranderingen als gevolg van het Verdrag van Lissabon was de Commissie verplicht om de besluitvormingsregels inzake handelsbeleid aan te passen aan het nieuwe stelsel van gedelegeerde en uitvoeringshandelingen.

 
  
MPphoto
 
 

  Miguel Viegas (GUE/NGL), por escrito. ‒ Na sequência da aprovação da posição do Parlamento em primeira leitura, na sessão plenária de 12 de março de 2014, tiveram início negociações informais com a Presidência italiana, tendo em vista chegar rapidamente a um acordo em segunda leitura.

Após várias rondas de trílogos, as negociações foram suspensas na pendência da adoção do novo Acordo Interinstitucional «Legislar melhor», que prevê, nomeadamente, uma solução horizontal no que se refere à consulta de peritos dos Estados-Membros aquando da preparação de atos delegados.

O voto de abstenção.

 
  
MPphoto
 
 

  Iuliu Winkler (PPE), în scris. ‒ Am votat recomandarea PE referitoare la poziția Consiliului în vederea adoptării unui regulament al PE și al Consiliului privind statisticile comunitare referitoare la comerțul exterior cu țările terțe în ceea ce privește acordarea de competențe delegate și de executare. Recomandarea PE vine ca urmare a modificărilor aduse de Tratatul de la Lisabona, Comisiei solicitându-i-se să-și adapteze normele de adoptare a deciziilor din cadrul politicii comerciale la noul regim al actelor delegate și al actelor de punere în aplicare. Adoptarea noului Acord interinstituțional privind o mai bună legiferare a permis, astfel, echipelor de negociere ale Parlamentului și Consiliului să ajungă la un acord cu privire la regulamentul respectiv.

 
  
MPphoto
 
 

  Pablo Zalba Bidegain (PPE), por escrito. ‒ He votado a favor de este informe ya que se trata simplemente de adaptarnos a nuestro nuevo marco jurídico. Era necesario adaptar las normas de toma de decisiones en materia de política comercial al nuevo régimen de actos delegados y de ejecución.

 
  
MPphoto
 
 

  Milan Zver (PPE), pisno. ‒ Komisija je morala zaradi sprememb, ki jih je uvedla Lizbonska pogodba, in posledično sprejetja Uredbe (EU) št. 182/2011 (o izvedbenih aktih) prilagoditi pravila o sprejemanju odločitev v trgovinski politiki novemu režimu delegiranih in izvedbenih aktov.

Komisija se je zavezala, da bo do konca 7. zakonodajnega obdobja pripravila drugi val uskladitev s postopkom komitologije v zvezi z zakonodajnimi akti, ki vsebujejo regulativni postopek s pregledom. V okviru tega je Komisija predlagala spremembo Uredbe (ES) št. 471/2009 o statistiki Skupnosti, ki je edini zakonodajni akt na področju skupne trgovinske politike, ki se nanaša na regulativni postopek s pregledom.

V skladu z navedenim sem podprl Priporočilo za drugo obravnavo o stališču Sveta v prvi obravnavi z namenom sprejetja Uredbe Evropskega parlamenta in Sveta o spremembi Uredbe (ES) št. 471/2009 o statistiki Skupnosti o zunanji trgovini z državami nečlanicami v zvezi s podelitvijo delegiranih in izvedbenih pooblastil Komisiji za sprejetje nekaterih ukrepov.

 

5.13. Statistieken over de prijzen van aardgas en elektriciteit (A8-0184/2016 - Barbara Kappel)
  

Schriftliche Erklärungen zur Abstimmung

 
  
MPphoto
 
 

  Isabella Adinolfi (EFDD), per iscritto. ‒ Ritengo di fondamentale importanza l'applicazione di un regolamento che renda obbligatoria la comunicazione dei dati al consumatore, soprattutto per quanto riguarda il gas e l'energia elettrica. Il consumatore deve sempre essere adeguatamente informato al fine di garantire una perfetta trasparenza. Va inoltre tutelata la confidenzialità dei dati forniti; per queste sono le ragioni per cui ho espresso un voto positivo.

 
  
MPphoto
 
 

  Martina Anderson (GUE/NGL), in writing. ‒ I abstained on this report. The objective of this regulation is to transform the voluntary basis regarding the collection of data for natural gas and electricity prices charged to household end-users into an obligatory one. Statistics must then be provided by Member States to Eurostat. The benefits of collecting the data regarding the natural gas and electricity prices that consumers pay in different Member States include that it will enhance transparency and may help to protect households from profiteering. However, the report also states that its aim is to develop a fully-integrated internal energy market. Sinn Féin believes that more transparency and obligatory reporting in the energy market is certainly required, but we have concerns about the Energy Union and the impact of a ‘fully integrated internal energy market’, so for this reason abstained.

 
  
MPphoto
 
 

  Laima Liucija Andrikienė (PPE), in writing. ‒ I have voted in favour of the report concerning statistics on natural gas and electricity prices. Since the 1970s the Commission has been collecting data on natural gas and electricity prices. In 1990 the Council adopted the directive to define the procedure to improve the transparency of gas and electricity prices charged to industrial end-users. According to this directive, for household and final non-household consumers, the collection of data has been done by national authorities on a voluntary basis. I support the proposal to transform the voluntary basis into a mandatory one as serious problems in the data collection occurred as has been reported by several Member States.

 
  
MPphoto
 
 

  Νίκος Ανδρουλάκης (S&D), γραπτώς. ‒ Δεν συμμετείχα στη συγκεκριμένη ψηφοφορία εξαιτίας του γεγονότος πως ο εισηγητής της έκθεσης προέρχεται από την ομάδα του ENF και αποτελεί πάγια θέση της ομάδας των Σοσιαλιστών και Δημοκρατών να μη συμμετέχουν σε αντίστοιχες ψηφοφορίες.

 
  
MPphoto
 
 

  Pascal Arimont (PPE), schriftlich. ‒ Der Legislativvorschlag zur Änderung der geltenden Richtlinie 2008/92/EG wurde im November 2015 als Teil des Pakets betreffend die Lage der Energieunion veröffentlicht. Ziel dieses Vorschlags ist die Schaffung eines gemeinsamen Rahmens für die Entwicklung, Erstellung und Verbreitung vergleichbarer europäischer Statistiken über Erdgas- und Strompreise für Haushaltskunden und Endkunden des Nichthaushaltssektors in der EU.

Das Ziel dieser Verordnung liegt nun darin, aus der Freiwilligkeit eine Verbindlichkeit zu machen, um so Probleme bei der Datenerfassung, die von mehreren Mitgliedstaaten gemeldet worden sind, zu unterbinden.

Ich stimme dem Vorschlag der Kommission zu, die Erhebung beider Datentypen durch einen Rechtsakt zu regeln. Nur so kann die Qualität der Erhebung der Strom- und Erdgaspreise im Bereich der privaten Haushalte garantiert und eine größtmögliche Transparenz über die vom industriellen Endverbraucher zu zahlenden Gas- und Strompreise gewährleistet werden. Die Märkte müssen weiterhin gründlich erfasst werden und die Preisdaten von hoher Qualität bleiben. Dies gelingt am besten durch ein gemeinschaftliches Verfahren.

 
  
MPphoto
 
 

  Marie-Christine Arnautu (ENF), par écrit. ‒ La proposition de règlement prévoit de rendre obligatoire la collecte de statistiques sur les prix de l'électricité et du gaz délivrés aux particuliers, alors que cette collecte était auparavant volontaire. Pour les entreprises, une directive de 2008 rendait déjà cette collecte obligatoire.

Cette proposition est un accessoire des paquets de libéralisation dans le secteur de l'énergie adoptés dans les années 2004-2012. Le but affiché est de faire des statistiques européennes pour inciter ensuite à la création d'oligopoles transnationaux européens, puis transatlantiques, qui, "mis en concurrence", "baisseront les prix". C'est l'inverse qui s'est passé, la Commission a forcé la France à augmenter les tarifs d'EDF à partir de 2007, pour créer artificiellement un marché concurrentiel de l'électricité. Pour ce qui est du gaz, faire croire que des acteurs privés, non adossés à des États, vont garantir un approvisionnement sûr et abordable, relève de la gageure.

Au-delà de cette considération générale, trois reproches peuvent être faits au texte: le choix du règlement par rapport à la directive; une délégation de pouvoir (articles 9 et 10) sans limite de durée; un système déclaratif supplémentaire qui alourdira la gestion des entreprises concernées.

Aussi ai-je voté contre cette proposition.

 
  
MPphoto
 
 

  Jonathan Arnott (EFDD), in writing. ‒ In the interest of transparency and democracy I voted against this report. In the context of the ‘Energy Union strategy’ the Commission has committed to preparing reports about energy costs and process every two years starting in 2016. The statistical data on gas and electricity prices are needed by the Commission to monitor the internal market and will no doubt be used as the basis for more unnecessary legislation from the EU.

 
  
MPphoto
 
 

  Jean Arthuis (ALDE), par écrit. ‒ J'ai voté en faveur de ce rapport qui a pour objectif de passer d'une base facultative à une base obligatoire, de manière à éviter les problèmes dans la collecte des données signalés par plusieurs États membres.

 
  
MPphoto
 
 

  Zigmantas Balčytis (S&D), raštu. ‒ Nebalsavau už pasiūlymo dėl Europos Parlamento ir Tarybos reglamento dėl Europos gamtinių dujų ir elektros energijos kainų statistikos.

 
  
MPphoto
 
 

  Nicolas Bay (ENF), par écrit. ‒ J’ai voté contre cette proposition de la Commission, qui veut renforcer les obligations faites aux États: le niveau de contrainte est trop élevé pour les États et les entreprises, et cette nouvelle délégation de compétences à la Commission me paraît totalement injustifiée.

 
  
MPphoto
 
 

  Hugues Bayet (S&D), par écrit. ‒ J’ai voté en faveur de ce règlement visant à établir un cadre commun pour l’élaboration, la production et la diffusion de statistiques européennes comparables sur les prix du gaz naturel et de l’électricité aux clients finals résidentiels et non résidentiels dans l’Union. Ce texte propose que les États membres recueillent des données sur les prix du gaz naturel et de l’électricité et leurs sous-composants (coûts de réseau, taxes, prélèvements, redevances et charges) ainsi que sur les volumes de consommation.

La collecte de ces données s’effectue en effet pour l’instant sur la base d’un accord volontaire, rendant parfois difficile la collecte de statistiques complètes qui permettent de rendre compte de la réalité des coûts au sein de l’Union. La complexité croissante du marché intérieur de l’énergie rendant l’obtention de données fiables et à jour de plus en plus difficile et de plus en plus importante, un acte législatif couvrant la collecte des deux types de données sera bénéfique.

 
  
MPphoto
 
 

  Beatriz Becerra Basterrechea (ALDE), por escrito. ‒ Esta resolución tiene como objetivo convertir en obligatoria la recogida de datos relativos a los precios del gas natural y la electricidad aplicados a los usuarios domésticos que la Comisión lleva recabando desde 1970, a fin de evitar problemas en esta tarea como han señalado varios Estados miembros.

Considero que esta medida es necesaria para evitar que la calidad se deteriore considerablemente, así como, para continuar manteniendo una amplia cobertura del mercado y un elevado nivel de calidad de los datos relativos a los precios.

Esta información es indispensable para garantizar un alto nivel de transparencia e información tras el proceso de armonización y liberalización que se ha producido en el mercado interior de la energía de la Unión. Esta liberalización también debe repercutir en unos precios competitivos y un servicio de calidad, evitando las prácticas oligopolísticas que, en el caso de España, han supuesto un encarecimiento del 70 % de la factura en los últimos diez años. En la actualidad España es el cuarto país con la factura de la luz más alta de Europa. Por estos motivos he votado a favor.

 
  
MPphoto
 
 

  Brando Benifei (S&D), per iscritto. ‒ La relazione Kappel, presentata oggi in Parlamento, ha come obiettivo di trasformare la rilevazione dei dati relativi ai prezzi di gas naturale ed energia elettrica da base volontaria a base obbligatoria, in modo da evitare i problemi già sperimentati da diversi Stati membri.

Si tratta di una misura necessaria per evitare un deterioramento significativo della qualità dell'indagine sui dati per il settore domestico e per continuare a mantenere un'ampia copertura di mercato e un'elevata qualità di informazioni sui prezzi. Pur condividendo nel merito il contenuto della relazione, ho deciso di non partecipare al voto, in dissenso con la legittimità dell'operato del gruppo di estrema destra ENF.

 
  
MPphoto
 
 

  Xabier Benito Ziluaga (GUE/NGL), por escrito. ‒ Si a primera vista la idea general del informe puede parecer buena: obligar a los Estados miembros a comunicar a Eurostat las estadísticas del precio del gas y de la electricidad, al final lo que busca es una vía para promover el mercado energético único a escala europea. Este mercado va en el sentido de una mayor liberalización del sector energético, lo que significa un papel más importante para el mercado y un poder menor para los Estados, para que estos puedan regular el sector en función de consideraciones medioambientales o sociales. Por ello, voto en contra.

 
  
MPphoto
 
 

  Dominique Bilde (ENF), par écrit. ‒ J’ai malheureusement dû voter contre cette résolution législative de ma collègue Kappel concernant la proposition de règlement relative aux statistiques européennes sur les prix du gaz et de l’électricité.

Malgré une tentative de la rapporteure d’amender ce texte dans un sens plus favorable à la souveraineté industrielle des nations européennes, lesdits amendements ont été vidés de leur contenu en commission ITRE.

Or, le but de cette proposition n’est autre que l’européanisation du secteur industriel, puisque les statistiques européennes doivent inciter à la création d’oligopoles d’abord européens puis transatlantiques, dans cette logique toujours similaire de libéralisation massive.

Rappelons que cette mise en concurrence, censée faire baisser les prix pour le consommateur, a eu l’effet inverse lorsque, par exemple, la Commission a poussé la France à augmenter les tarifs d’EDF en 2007 afin de créer artificiellement (où est donc la main invisible?) une concurrence sur le marché de l’électricité.

La Commission, en choisissant de passer par le règlement et non la directive, poursuit sa tentative d’emprise totale sur les États-membres, sans garantie de plus-value pour les consommateurs.

 
  
MPphoto
 
 

  Mara Bizzotto (ENF), per iscritto. ‒ La relazione della collega Kappel sulle statistiche in tema di prezzi del gas naturale e dell'energia elettrica è equilibrata e condivisibile. Ho quindi scelto di votare a suo favore.

 
  
MPphoto
 
 

  José Blanco López (S&D), por escrito. ‒ La recogida de datos relativos a los precios del gas natural y la electricidad aplicados a los usuarios domésticos se ha estado realizando con carácter voluntario —con un índice de respuesta del 100 %—. El objetivo es convertir este carácter voluntario en obligatorio, como lo es para los precios industriales, lo que no debería conllevar una carga adicional para las autoridades de notificación; los datos seguirán siendo recogidos por las autoridades nacionales competentes.

El informe, entre otras cuestiones, tiene por objeto aclarar los objetivos, facilitar determinadas disposiciones para las autoridades de notificación y las empresas que han de facilitar los datos y evitar series de datos incomparables.

Conforme a las directrices del Grupo S&D, no voté el informe al corresponder su redacción a una ponente del Grupo de la Europa de las Naciones y la Libertad de, entre otros, el ultraderechista Frente Nacional francés. Ahora bien, su contenido no resulta controvertido y se alcanzó un acuerdo interinstitucional en primera lectura.

 
  
MPphoto
 
 

  Vilija Blinkevičiūtė (S&D), raštu. ‒ Balsavau dėl šio pranešimo, nes juo Parlamentas išreiškė savo poziciją dėl būsimo ES reglamento dėl Europos gamtinių dujų ir elektros energijos kainų statistikos. Nuo XX a. 8 dešimtmečio Europos Komisija rinko duomenis apie gamtinių dujų ir elektros kainas. 1990 m. Taryba priėmė direktyvą, kurioje apibrėžta procedūrą, skirta padidinti dujų ir elektros kainų, taikomų galutiniams pramonės vartotojams, bet ne namų ūkių vartotojams, skaidrumą. Surinkti ir paskelbti duomenis privalo Eurostatas. 2007 m. metodika buvo patobulinta, kad būtų atsižvelgta į liberalizuotas energijos rinkas. Tuo pat metu duomenys apie galutiniams namų ūkių vartotojams taikomas gamtinių dujų ir elektros kainas buvo renkami savanoriškai, o atsakymų lygis buvo 100 proc. Reglamento tikslas yra savanorišką būdą paversti privalomu, kad būtų išvengta problemų renkant duomenis, kaip pranešė kai kurios valstybės narės. Šis žingsnis būtinas, siekiant neleisti reikšmingo elektros ir gamtinių dujų kainų duomenų apklausų kokybės sumažėjimo ir toliau siekti didelės rinkos dalies bei aukštos kainų duomenų kokybės.

 
  
MPphoto
 
 

  Franc Bogovič (PPE), napisan. ‒ Na osnovi dosadašnjih direktiva koje reguliraju područje prikupljanja podataka o cijenama prirodnog plina i električne energije, za krajnje korisnike u kućanstvima prikupljanje podataka je dobrovoljno. Ovakvo rješenje je dovodilo do određenih problema prilikom prikupljanja podataka od strane pojedinih država članica. Ova uredba sada omogućuje da prikupljanje podataka bude obavezno, kako za industrijske krajnje korisnike tako i za krajnje korisnike u kućanstvima.

Ovim se poboljšava i uvodi kompletna transparentnost cijena prirodnog plina i električne energije za sve korisnike i omogućuje održivost visoke kvalitete podataka u ovom području. Prikupljanje podataka o cijenama ne bi trebalo dodatno opteretiti tijela koja provode izvješćivanje, dok bi nadležna nacionalna tijela i dalje prikupljala podatke o cijenama.

Također, u izvješću je ukazano na nekoliko bitnih točaka i predložena su dobra rješenja, koja se odnose na probleme utvrđivanja subjekata odgovornih za raščlambu cijena, što se ne može prepustiti opskrbljivačima, zatim na očuvanju povjerljivosti podataka o opskrbljivačima i potrošačima, kao i u segmentu koji se odnosi na objašnjenje da se opći prosječni udio troškova prijenosa i distribucije može razlikovati samo na općoj razini kućanstva i kupaca koji nisu kućanstva. Procjenjujem da su to sve smišljena rješenja, zato moja potpora i glas idu ovome izvješću.

 
  
MPphoto
 
 

  Biljana Borzan (S&D), napisan. ‒ Podržavam ovo izvješće koje je propis o prikupljanju statističkih podataka o cijenama plina i električne energije, pretvaranje džentlmenskog dogovora u propise za domaće cijene. Zakoni već postoje za industrijske cijene. Sadržaj, dakle, nije sporan.

 
  
MPphoto
 
 

  Renata Briano (S&D), per iscritto. ‒ I cittadini hanno diritto di poter effettuare le proprie scelte di mercato in materia di energia elettrica e gas naturale in piena libertà e consapevolezza, per cercare il fornitore che offra loro il miglior soddisfacimento delle proprie esigenze personali e famigliari. Questo non è possibile se la normativa comunitaria non è aggiornata e se i prezzi finali reali di gas ed energia elettrica non sono trasparenti e comprensibili al cittadino. Occorre fare chiarezza sia sul termine "onere" sia sulle accise, precisando ove esse ricadano, a quanto ammontino e quale sia il prezzo reale finale del servizio per il fruitore. Si tratta di una norma di civiltà e di trasparenza.

 
  
MPphoto
 
 

  Steeve Briois (ENF), par écrit. ‒ Ce rapport vise à amender une proposition de règlement qui prévoit de rendre obligatoire la collecte de statistiques sur les prix du gaz et de l’électricité délivrés aux particuliers en secteur résidentiel. Pour rappel, une directive de 2008 rendait déjà cette collecte obligatoire pour les entreprises. D’après ce règlement, l’élaboration de statistiques européennes devrait aboutir à la constitution d’oligopoles européens transnationaux puis transatlantiques permettant de favoriser la concurrence, et donc la baisse des prix. Or, pour rappel, la Commission européenne avait imposé à la France une augmentation des tarifs d’EDF en 2007 pour créer artificiellement un marché concurrentiel de l’électricité. Par conséquent, croire que des acteurs privés non adossés à des États garantiront un approvisionnement sûr et abordable pour les consommateurs relève de l’illusion. Bien que ce rapport s’oppose à la délégation des pouvoirs à la Commission sans limite de durée, j’ai voté contre ce texte qui renforcera les contraintes administratives pour les États membres et les entreprises.

 
  
MPphoto
 
 

  Daniel Buda (PPE), în scris. ‒ Obiectivul acestui regulament este de a transforma caracterul voluntar în caracter obligatoriu, pentru a evita problemele legate de colectarea de date raportate de mai multe state membre.

Este necesar acest demers pentru a nu permite calității colectării datelor privind prețurile la energie electrică și la gazele naturale pentru sectorul consumatorilor casnici să scadă în mod semnificativ și pentru a obține în continuare o acoperire largă de piață și o calitate ridicată a datelor privind prețurile.

Am votat în favoarea acestui raport prin care se dorește să se simplifice modalitatea de colectare a datelor privind prețurile, procedură care nu ar trebui să creeze o sarcină suplimentară pentru autoritățile de raportare, acestea urmând să fie colectate de autoritățile naționale competente.

 
  
MPphoto
 
 

  Cristian-Silviu Bușoi (PPE), în scris. ‒ În 1990 a fost adoptată directiva prin care se definea procedura de creștere a transparenței prețurilor la gaze și energie electrică plătite de consumatorii finali industriali, iar în prezent colectarea datelor privind prețurile la gazele naturale și la energia electrică plătite de consumatorii casnici finali se efectuează pe bază de voluntariat.

Susțin prezentul regulament referitor la propunerea de regulament al Parlamentului European și al Consiliului privind statisticile europene referitoare la prețurile la gaze naturale și energie electrică și de abrogare a Directivei 2008/92/CE a Parlamentului European și a Consiliului privind o procedură comunitară de ameliorare a transparenței prețurilor la gaz și energie electrică aplicate utilizatorilor finali din industrie, întrucât consider necesar procesul de a transforma caracterul voluntar în caracter obligatoriu, pentru a evita problemele legate de colectare de date raportate de mai multe state membre. Colectarea datelor privind prețurile ar trebui sa revină autorităților naționale competente, pentru nu a complica cu nimic situația actuală.

 
  
MPphoto
 
 

  Nicola Caputo (S&D), per iscritto. ‒ Oggi ho votato a favore del regolamento in questione, che migliora la rilevazione dei dati relativi ai prezzi di gas naturale ed energia elettrica applicati ai consumatori finali domestici.

La metodologia attualmente applicata funziona su base volontaria. L'obiettivo del regolamento è quello di trasformare la base volontaria in base obbligatoria, in modo da evitare problemi nella rilevazione di dati, come segnalato da diversi Stati membri. Tale misura è necessaria per evitare un deterioramento significativo della qualità dell'indagine sui dati relativi ai prezzi di energia elettrica e gas naturale per il settore domestico e per continuare a mantenere un'ampia copertura di mercato e un'elevata qualità dei dati sui prezzi.

La rilevazione dei dati non comporterà un onere aggiuntivo per le autorità responsabili della trasmissione di dati e i dati sui prezzi continueranno a essere rilevati dalle autorità nazionali competenti.

La posizione del Parlamento mira a chiarire gli obiettivi, semplificare determinate disposizioni per le autorità responsabili della trasmissione di dati e le società che devono fornire i dati, nonché a evitare fraintendimenti che, nel peggiore dei casi, potrebbero dar luogo a serie di dati non comparabili.

 
  
MPphoto
 
 

  Matt Carthy (GUE/NGL), in writing. ‒ I abstained on this report. The objective of this regulation is to transform the voluntary basis regarding the collection of data for natural gas and electricity prices charged to household end-users into an obligatory one. Statistics must then be provided by Member States to Eurostat. The benefits of collecting the data regarding the natural gas and electricity prices that consumers pay in different Member States include that it will enhance transparency and may help to protect households from profiteering. However, the report also states that its aim is to develop a fully-integrated internal energy market. Sinn Féin believes that more transparency and obligatory reporting in the energy market is certainly required, but we have concerns about the Energy Union and the impact of a ‘fully integrated internal energy market’, so for this reason abstained.

 
  
MPphoto
 
 

  David Casa (PPE), in writing. ‒ Currently, the collection of data for natural gas and electricity prices charged to household end-users has been carried out on a voluntary basis. In order to ensure high quality reporting of price data for both the household and the-household sector, the Commission considered that the collection of both types of data should be covered by a legal act. I agree with the report and believe that in order to not let the quality of the survey of the electricity and natural gas price data for the household sector deteriorate significantly, and in order to continue to achieve a wide market coverage and high quality of price data, this step is necessary.

 
  
MPphoto
 
 

  Fabio Massimo Castaldo (EFDD), per iscritto. ‒ Si tratta di una relazione relativamente neutra, in quanto si occupa di formulazione di statistiche, corretta, senza criticità, già sostenuta in commissione ITRE. Ho quindi votato a favore.

 
  
MPphoto
 
 

  Λευτέρης Χριστοφόρου (PPE), γραπτώς. ‒ Στηρίζουμε την έκθεση, καθώς πιστεύουμε πως η εθελοντική βάση πρέπει να μετασχηματιστεί σε υποχρεωτική, έτσι ώστε να αποφεύγονται προβλήματα στη συγκέντρωση δεδομένων από ορισμένα κράτη μέλη. Το βήμα αυτό είναι απαραίτητο προκειμένου να αποφευχθεί η μείωση της ποιότητας της έρευνας για τα δεδομένα τιμών ηλεκτρικής ενέργειας και φυσικού αερίου για τον οικιακό τομέα και να συνεχιστεί η επίτευξη ευρείας κάλυψης της αγοράς και τιμολογιακών δεδομένων υψηλής ποιότητας.

 
  
MPphoto
 
 

  Κώστας Χρυσόγονος (GUE/NGL), γραπτώς. ‒ Ψηφίσαμε για την έκθεση σχετικά με τις ευρωπαϊκές στατιστικές όσον αφορά τις τιμές φυσικού αερίου και ηλεκτρικής ενέργειας. Πράγματι, η πρόταση για τη συλλογή των δεδομένων σχετικά με τις φυσικές τιμές του φυσικού αερίου και της ηλεκτρικής ενέργειας είναι θετική, καθώς μπορεί να ενισχυθεί, υπό προϋποθέσεις, η διαφάνεια και να προστατευθούν τα νοικοκυριά από την αισχροκέρδεια. Ωστόσο, στην έκθεση αναφέρεται ότι ο στόχος είναι να ενισχυθεί μια πλήρης, ολοκληρωμένη εσωτερική αγορά ενέργειας. Οφείλουμε να είμαστε προσεκτικοί ως προς το σημείο αυτό και να δρούμε πάντοτε με γνώμονα τα συμφέροντα των πολιτών. Καθώς κάτι τέτοιο δεν έχει εξασφαλιστεί, ψήφισα αρνητικά.

 
  
MPphoto
 
 

  Alberto Cirio (PPE), per iscritto. ‒ Mi esprimo a favore della relazione Kappel sulle statistiche in tema di gas naturale ed energia elettrica.

Infatti, questo documento si propone di migliorare la qualità dei dati sui prezzi di energia elettrica e gas naturale abrogando la direttiva 2008/92/CE e introducendo nuove misure. In particolare, il passaggio dalla comunicazione dei dati su base volontaria alla comunicazione su base obbligatoria rappresenta un passo in avanti nel campo della trasparenza per il consumatore finale domestico. Inoltre, la relazione chiarisce gli obiettivi e semplifica le procedure per la trasmissione dei dati al fine di evitare fraintendimenti, agevolando così il confronto dei dati.

Comprendo la decisione della delegazione francese, che ha ritenuto opportuno esprimere un parere contrario a questa relazione per ragioni politiche, ma sottolineo che, dal punto di vista pratico, il lavoro svolto dall'on. Kappel rimane molto buono.

 
  
MPphoto
 
 

  Deirdre Clune (PPE), in writing. ‒ I supported the report on the Statistics on natural gas and electricity prices and noted no objections.

 
  
MPphoto
 
 

  Carlos Coelho (PPE), por escrito. ‒ Há muito que a UE procede à recolha de dados sobre os preços do gás natural e da eletricidade, recolhidos e publicados pelo Eurostat, tendo sido melhorado o seu procedimento, mas sendo a sua base de cariz voluntário.

Apoio o Relatório Kappel, que vem proceder à passagem de um regime voluntário a um regime obrigatório no que respeita à recolha de dados sobre os preços do gás natural e da eletricidade, evitando a ocorrência de problemas relatados pelos Estados, beneficiando o consumidor e permitindo uma vasta cobertura do mercado com elevado nível de qualidade dos dados relativos aos preços.

Com as novas regras estabelecidas neste relatório, clarificam-se objetivos, simplificam-se procedimentos e aumenta-se a transparência.

 
  
MPphoto
 
 

  Lara Comi (PPE), per iscritto. ‒ Ho votato a favore della risoluzione, in quanto condivido la necessità di procedere ad una rilevazione obbligatoria dei dati relativi ai prezzi di gas naturale ed energia elettrica, applicati ai consumatori domestici per evitare da un lato problemi nelle rilevazioni statistiche e dall'altro per evitare che vi sia un deterioramento della qualità dell'indagine sui dati relativi ai prezzi. La tutela del consumatore finale deve essere garantita attraverso sistemi di rilevazione trasparenti ed omogenei.

 
  
MPphoto
 
 

  Therese Comodini Cachia (PPE), in writing. – I support the call to define the procedure to improve the transparency of gas and electricity prices charged to industrial end-users.

A good understanding of the taxes, fees, levies and charges in each Member State is essential for ensuring price transparency. The importance of a breakdown of the data on network costs, taxes, fees, levies and charges is also a must, as the report rightly underlines.

 
  
MPphoto
 
 

  Javier Couso Permuy (GUE/NGL), por escrito. ‒ He votado en contra del presente informe debido a que supone un paso adelante en la implementación de la Unión Energética. Pese a que consideramos importante la armonización en lo referente a la estructura de los precios, de cara a mejorar la transparencia de los mercados eléctricos y del precio final pagado por el consumidor, esta propuesta se hace con la única intención de profundizar la integración de los mercados energéticos. Nuestra apuesta es contraria a la Unión Energética, puesto que consideramos que la energía es un bien público y no solo una mercancía. Es por ello y nuestra oposición a la Unión Energética por lo que, pese a considerar necesario la armonización de las estadísticas en la Unión, he votado en contra de este informe.

 
  
MPphoto
 
 

  Andi Cristea (S&D), în scris. ‒ Comisia Europeană a colectat datele privind prețurile la energie electrică și gaze naturale începând cu anii 1970. Colectarea datelor privind prețurile gazelor naturale și a energiei electrice plătite de consumatorii casnici se efectuează pe bază de voluntariat. Am votat pentru transformarea caracterului voluntar în cel obligatoriu, atât pentru consumatorii casnici, cât și pentru cei industriali. Aceste date urmează a fi colectate de către autoritățile naționale competente. Simplificarea procedurii de colectare și analizare a datelor reprezintă o prioritate în acest caz. Statisticile actuale au la bază verificarea facturilor din bazele de date ale furnizorilor. În acest sens, este important să se protejeze caracterul confidențial al informațiilor privind consumatorii și furnizorii.

 
  
MPphoto
 
 

  Edward Czesak (ECR), na piśmie. ‒ Zgadzam się z rozporządzeniem, w którym mowa o obowiązku nakładanym na państwa członkowskie, jeśli chodzi o gromadzenie i przedkładanie danych statystycznych dotyczących cen gazu ziemnego i energii elektrycznej dla odbiorców przemysłowych i gospodarstw domowych. Dane te dotyczą cen energii elektrycznej, opłat za dostęp do sieci, podatków i opłat oraz ich składników podrzędnych i byłyby zgłaszane co sześć miesięcy. Proponowane rozporządzenie ma celu zastąpienie dyrektywy 2008/92/WE, która taki obowiązek nakłada w odniesieniu do odbiorców przemysłowych. Gromadzenie, jak i przedkładanie danych ma na celu monitorowanie wewnętrznego rynku energii oraz skutków różnych strategii politycznych w dziedzinie energii, takich jak wspieranie odnawialnych źródeł energii. W głosowaniu oddałem głos za przyjęciem dokumentu.

 
  
MPphoto
 
 

  Michel Dantin (PPE), par écrit. ‒ Ce rapport législatif porte sur l'établissement de statistiques sur le prix du gaz et de l’électricité. Étant opposé aux valeurs et principes politiques défendus par la rapporteure Barbara Kappell, députée autrichienne et membre du groupe europhobe "Europe des Nations et des Libertés", j’ai décidé de ne pas soutenir ce rapport.

 
  
MPphoto
 
 

  Andor Deli (PPE), írásban. ‒ Az Európai Bizottság az 1970-es évek óta gyűjt adatokat a földgáz- és villamosenergia-árakról. A Tanács 1990-ben fogadta el azt az irányelvet, amely meghatározta az ipari végfelhasználók által fizetendő gáz- és villamosenergia-árak átláthatóságának javítását célzó eljárást; ez azonban a háztartási fogyasztókra nem vonatozik. Az egyre bonyolultabbá váló belső energiapiac az adatszolgáltatásra vonatkozó, kötelező jogi erővel bíró szabályok hiánya egyre inkább megnehezítette a földgáz- és villamosenergia-árakkal kapcsolatos megbízható és naprakész adatok beszerzését, különösen a lakossági ágazat tekintetében. A jelentés célja, hogy a háztartási ágazatra vonatkozó villamosenergia- és földgázárak felmérésének minősége ne romoljon, továbbá a piac széles rétegeiről adjon képet, valamint hogy megmaradjon az áradatok magas minősége.

A javaslat értelmében az adatgyűjtés nem róna további terheteket az adatszolgáltató hatóságokra, és az áradatok gyűjtését továbbra is az illetékes nemzeti hatóságok végeznék. Ennek a jelentésnek a célja, hogy tisztázza a célokat és bizonyos rendelkezéseket egyértelművé tegyen az adatszolgáltatásra kötelezett hatóságok és cégek számára.

 
  
MPphoto
 
 

  Tamás Deutsch (PPE), írásban. –Az Európai Bizottság az 1970-es évek óta gyűjt adatokat a földgáz- és villamosenergia-árakról. A Tanács 1990-ben fogadta el azt az irányelvet, amely meghatározta az ipari végfelhasználók által fizetendő gáz- és villamosenergia-árak átláthatóságának javítását célzó eljárást; ez azonban a háztartási fogyasztókra nem vonatozik. Az egyre bonyolultabbá váló belső energiapiac, az adatszolgáltatásra vonatkozó, kötelező jogi erővel bíró szabályok hiánya egyre inkább megnehezítette a földgáz- és villamosenergia-árakkal kapcsolatos megbízható és naprakész adatok beszerzését, különösen a lakossági ágazat tekintetében.

A jelentés célja, hogy a háztartási ágazatra vonatkozó villamosenergia- és földgázárak felmérésének minősége ne romoljon, továbbá a piac széles rétegeiről adjon képet, valamint hogy megmaradjon az áradatok magas minősége. A javaslat értelmében az adatgyűjtés nem róna további terheteket az adatszolgáltató hatóságokra, és az áradatok gyűjtését továbbra is az illetékes nemzeti hatóságok végeznék. Ennek a jelentésnek a célja, hogy tisztázza a célokat és bizonyos rendelkezéseket egyértelművé tegyen az adatszolgáltatásra kötelezett hatóságok és cégek számára.

 
  
MPphoto
 
 

  Mireille D'Ornano (ENF), par écrit. ‒ J’ai voté pour ce rapport, mais contre la proposition de la Commission et contre le mandat de délégation. Ce texte vient en complément des paquets de libéralisation dans le secteur de l’énergie adoptés dans les années 2004-2012. L’objectif est de rassembler des statistiques européennes pour inciter à la création d’oligopoles transnationaux européens. Toutefois, ce texte devrait en bonne logique faire l’objet d’une directive, et non pas d’un règlement. Deuxièmement, la délégation de pouvoir en faveur de la Commission ne connaît pas de limite dans le temps. Enfin, ce système met en place une gestion administrative lourde, source de difficultés pour les entreprises concernées.

 
  
MPphoto
 
 

  Ангел Джамбазки (ECR), в писмена форма. ‒ Не подкрепих този доклад, въпреки че станахме свидетели на задълбочен консултативен процес под форма на диалог не само с държавите членки, но и националните регулатори. Регламентът бе тълкуван с цел да бъде заменена Директива 2008/92/ЕО.

Съгласно този регламент държавите членки ще трябва да се съберат и да представят статистически данни за цените за промишлените потребители и домакинства за природен газ и електроенергия. Данните за цените ще бъдат докладвани на всеки шест месеца за различните обеми на потребление и ще покриват цените на енергията, таксите за достъп, такси и налози, както и техните подкомпоненти.

Независимо от странното първо впечатление, този доклад се занимава само с фактическо отчитане и налага други задължения на държавите членки. Ето защо суверенитетът на държавите членки по отношение на политиката остава непокътнат. Това е причината, поради която реших да подкрепя тази инициатива.

 
  
MPphoto
 
 

  Γεώργιος Επιτήδειος (NI), γραπτώς. ‒ Η έκθεση παραχωρεί υπερεξουσίες στην Επιτροπή, ειδικά στον τομέα της έκδοσης κατ’ εξουσιοδότησης πράξεων με σκοπό την τροποποίηση του κειμένου του κανονισμού.

 
  
MPphoto
 
 

  Norbert Erdős (PPE), írásban. ‒ Az Európai Bizottság az 1970-es évek óta gyűjt adatokat a földgáz- és villamosenergia-árakról. A Tanács 1990-ben fogadta el azt az irányelvet, amely meghatározta az ipari végfelhasználók által fizetendő gáz- és villamosenergia-árak átláthatóságának javítását célzó eljárást; ez azonban a háztartási fogyasztókra nem vonatozik. Az egyre bonyolultabbá váló belső energiapiacon az adatszolgáltatásra vonatkozó, kötelező jogi erővel bíró szabályok hiánya egyre inkább megnehezítette a földgáz- és villamosenergia-árakkal kapcsolatos megbízható és naprakész adatok beszerzését, különösen a lakossági ágazat tekintetében. A jelentés célja, hogy a háztartási ágazatra vonatkozó villamosenergia- és földgázárak felmérésének minősége ne romoljon, továbbá a piac széles rétegeiről adjon képet, valamint hogy megmaradjon az áradatok magas minősége.

A javaslat értelmében az adatgyűjtés nem róna további terheteket az adatszolgáltató hatóságokra, és az áradatok gyűjtését továbbra is az illetékes nemzeti hatóságok végeznék. Ennek a jelentésnek a célja, hogy tisztázza a célokat, és bizonyos rendelkezéseket egyértelművé tegyen az adatszolgáltatásra kötelezett hatóságok és cégek számára. Az Európai Néppárt iránymutatásának értelmében szavazatommal támogattam a jelentés elfogadását.

 
  
MPphoto
 
 

  José Manuel Fernandes (PPE), por escrito. ‒ A recolha de dados relativos aos preços no consumidor final do gás natural e da eletricidade foi efetuada numa base voluntária — com uma taxa de resposta de 100 %. O objetivo do presente regulamento consiste em transformar um regime voluntário num regime obrigatório, de modo a evitar a ocorrência de problemas na recolha de dados.

Este passo é necessário, a fim de evitar que a qualidade dos dados do inquérito sobre os preços da eletricidade e do gás natural para o setor do consumo doméstico se deteriore significativamente e para continuar a alcançar uma vasta cobertura do mercado, bem como um nível elevado de qualidade dos dados relativos aos preços.

O presente relatório visa clarificar os objetivos, simplificar determinadas disposições para as autoridades declarantes e as empresas que têm de fornecer os dados, bem como evitar mal-entendidos que – no pior dos casos – levariam a conjuntos de dados incomparáveis.

 
  
MPphoto
 
 

  Edouard Ferrand (ENF), par écrit. ‒ Vote contre la proposition de la Commission, contre le mandat de négociation et pour le rapport: même avec les amendements de suppression de la délégation qui limite la casse, la proposition de la Commission ne parait pas assez bonne pour être votée, du fait d'un niveau de contrainte trop élevé pour les États et les entreprises et d'une délégation injustifiée à la Commission.

 
  
MPphoto
 
 

  João Ferreira (GUE/NGL), por escrito. ‒ Desde os anos 70 que a Comissão Europeia tem procedido à recolha de dados sobre os preços do gás natural e da eletricidade. Em 1990, o Conselho adotou a diretiva que define o procedimento com vista a melhorar a transparência dos preços no consumidor final industrial do gás e da eletricidade, mas não no que diz respeito ao consumidor doméstico.

A metodologia foi alterada em 2007 para ter em conta a liberalização dos mercados da energia. Entretanto, a recolha de dados relativos aos preços no consumidor final do gás natural e da eletricidade foi efetuada numa base voluntária — com uma taxa de resposta de 100%.

De acordo com a relatora, o “objetivo deste regulamento consiste em transformar um regime voluntário num regime obrigatório, de modo a evitar a ocorrência de problemas na recolha de dados, tal como tem vindo a ser relatado por diversos Estados-Membros”.

Somos a favor da recolha de dados sobre os preços do gás e da eletricidade, tendo em vista a transparência e a proteção das famílias e consumidores finais. No entanto, este relatório é mais um capítulo do caderno de encargos do Mercado Único Europeu e da dita União Energética, maquilhado, aqui e ali, de pretensas boas intenções. Votámos contra.

 
  
MPphoto
 
 

  Raffaele Fitto (ECR), per iscritto. ‒ Ho espresso voto favorevole alla presente relazione, in quanto è necessario modificare il sistema di rilevazione dei dati relativi ai prezzi di gas naturale ed energia elettrica, applicati ai consumatori finali domestici, passando dall'attuale rilevazione su base volontaria a quella su base obbligatoria. Tale cambiamento evita un deterioramento della qualità dell'indagine, garantendo al tempo stesso un'ampia copertura di mercato ed un'elevata qualità dei dati sui prezzi.

 
  
MPphoto
 
 

  Monika Flašíková Beňová (S&D), písomne ‒ Na základe zmenenej metodiky z roku 2007 bol zber údajov o cenách zemného plynu a elektriny účtovaných koncovým odberateľom vykonávaný na základe dobrovoľnosti. Cieľom tohto nariadenia je zmeniť dobrovoľný zber údajov na povinný, a to z dôvodu, aby sa nezhoršila kvalita štatistického zisťovania cien v sektore domácností a aby tieto údaje naďalej zabezpečovali vysokú kvalitu. Vnútroštátny regulačný orgán alebo vláda by mali navrhnúť metodiku rozčlenenia nákladov. Oznamovanie informácií o cenách sa stane pre veľkých odberateľov mimo domácností povinným.

 
  
MPphoto
 
 

  Lorenzo Fontana (ENF), per iscritto. ‒ Voto a favore della relazione che rende obbligatoria la rilevazione di dati relativi ai prezzi di gas naturale ed energia elettrica, in modo da evitare problemi nella rilevazione.

 
  
MPphoto
 
 

  Λάμπρος Φουντούλης (NI), γραπτώς. ‒ Καταψηφίζω την σχετική έκθεση καθώς παραχωρεί υπερεξουσίες στην Επιτροπή, ειδικά στον τομέα της έκδοσης κατ’ εξουσιοδότησης πράξεων με σκοπό την τροποποίηση του κειμένου του κανονισμού.

 
  
MPphoto
 
 

  Ashley Fox (ECR), in writing. – I voted in favour of this report as the collection of statistical data will enable Member States to plan their energy needs better. In addition, the collection of prices will enable the internal energy market to function better and ultimately lead to lower prices for consumers. I am pleased that the Commission carried out extensive consultations with the Member States governments so that the proposal put forward that was acceptable to the majority.

 
  
MPphoto
 
 

  Kinga Gál (PPE), írásban. ‒ Az Európai Bizottság az 1970-es évek óta gyűjt adatokat a földgáz- és villamosenergia-árakról. A Tanács 1990-ben fogadta el azt az irányelvet, amely meghatározta az ipari végfelhasználók által fizetendő gáz- és villamosenergia-árak átláthatóságának javítását célzó eljárást; ez azonban a háztartási fogyasztókra nem vonatozik. Az egyre bonyolultabbá váló belső energiapiac, az adatszolgáltatásra vonatkozó, kötelező jogi erővel bíró szabályok hiánya egyre inkább megnehezítette a földgáz- és villamosenergia-árakkal kapcsolatos megbízható és naprakész adatok beszerzését, különösen a lakossági ágazat tekintetében.

A jelentés célja, hogy a háztartási ágazatra vonatkozó villamosenergia- és földgázárak felmérésének minősége ne romoljon, továbbá a piac széles rétegeiről adjon képet, valamint hogy megmaradjon az áradatok magas minősége. A javaslat értelmében az adatgyűjtés nem róna további terheteket az adatszolgáltató hatóságokra, és az áradatok gyűjtését továbbra is az illetékes nemzeti hatóságok végeznék. Ennek a jelentésnek a célja, hogy tisztázza a célokat és bizonyos rendelkezéseket egyértelművé tegyen az adatszolgáltatásra kötelezett hatóságok és cégek számára.

 
  
MPphoto
 
 

  Ildikó Gáll-Pelcz (PPE), írásban. ‒ Az Európai Bizottság az 1970-es évek óta gyűjt adatokat a földgáz- és villamosenergia-árakról. A Tanács 1990-ben fogadta el azt az irányelvet, amely meghatározta az ipari végfelhasználók által fizetendő gáz- és villamosenergia-árak átláthatóságának javítását célzó eljárást, ez azonban a háztartási fogyasztókra nem vonatozik. Az egyre bonyolultabbá váló belső energiapiac, az adatszolgáltatásra vonatkozó, kötelező jogi erővel bíró szabályok hiánya egyre inkább megnehezítette a földgáz- és villamosenergia-árakkal kapcsolatos megbízható és naprakész adatok beszerzését, különösen a lakossági ágazat tekintetében.

A jelentés célja, hogy a háztartási ágazatra vonatkozó villamosenergia- és földgázárak felmérésének minősége ne romoljon, továbbá a piac széles rétegeiről adjon képet, valamint hogy megmaradjon az áradatok magas minősége. A javaslat értelmében az adatgyűjtés nem róna további terheteket az adatszolgáltató hatóságokra, és az áradatok gyűjtését továbbra is az illetékes nemzeti hatóságok végeznék. Ennek a jelentésnek a célja, hogy tisztázza a célokat, és bizonyos rendelkezéseket egyértelművé tegyen az adatszolgáltatásra kötelezett hatóságok és cégek számára.

 
  
MPphoto
 
 

  Francesc Gambús (PPE), por escrito. ‒ He votado a favor del informe, considerando que, desde la década de 1970, la Comisión Europea ha estado recabando datos sobre los precios del gas natural y la electricidad. La metodología se modificó en 2007 con el fin de tener en cuenta la liberalización de los mercados de la energía. Mientras tanto, la recogida de datos relativos a los precios del gas natural y la electricidad aplicados a los usuarios domésticos se ha estado realizando con carácter voluntario, con un índice de respuesta del 100 %. El objetivo del nuevo Reglamento es convertir este carácter voluntario en obligatorio, a fin de evitar problemas en la recogida de datos. No hay duda de que esta medida es necesaria para evitar que la calidad de la encuesta sobre los datos relativos a los precios de la electricidad y el gas natural correspondientes al sector de los hogares se deteriore considerablemente.

 
  
MPphoto
 
 

  Elisabetta Gardini (PPE), in writing. ‒ Energy, both gas and electricity is the lifeblood of the modern economy and thus energy policies have a huge impact on consumers and businesses alike. In order for us policy makers to make the best possible regulations in order to support the energy market there is a natural need for up-to-date quality information and data. Given this, I supported this report, as it will help us make rules and regulations for European energy market with the most relevant information. This is key to make the market sustainable while promoting economic growth in the wider economy.

 
  
MPphoto
 
 

  Arne Gericke (ECR), schriftlich. ‒ Ich habe heute für den Bericht zu Erdgas- und Strompreisstatistiken gestimmt. Was sehr technisch klingt, hat eine nicht unerhebliche Bedeutung für den Alltag von Bürgern und Familien in Europa, denen steigende Gas- und Strompreise immer mehr auf der Tasche lasten. Durch eine verbesserte Vergleichbarkeit nationaler Statistiken in diesem Bereich sorgt die EU für bessere Vergleichbarkeit und mehr echte Wahlfreiheit im Binnenmarkt. Das spart uns Bürgern und Familien bares Geld!

 
  
MPphoto
 
 

  Jens Gieseke (PPE), schriftlich. ‒ Eine einheitliche Erdgas- und Strompreisstatistik innerhalb der Europäischen Union ist zu begrüßen. Eine solche Statistik, unter der Aufsicht von Eurostat, dient der Vergleichbarkeit und trägt wesentlich zur Transparenz des Energiemarktes bei. Ich bin der Ansicht, dass dadurch die Rechte des Endverbrauchers erheblich gestärkt werden.

 
  
MPphoto
 
 

  Tania González Peñas (GUE/NGL), por escrito. ‒ Si a primera vista la idea general del informe puede parecer buena: obligar a los Estados miembros a comunicar a Eurostat las estadísticas del precio del gas y de la electricidad, al final lo que busca es una vía para promover el mercado energético único a escala europea. Este mercado va en el sentido de una mayor liberalización del sector energético, lo que significa un papel más importante para el mercado y un poder menor para los Estados, para que estos puedan regular el sector en función de consideraciones medioambientales o sociales. Por ello, voto en contra.

 
  
MPphoto
 
 

  Theresa Griffin (S&D), in writing. ‒ Following my group position, I did not vote on this report, as this is a report drafted by an ENF Member.

 
  
MPphoto
 
 

  Antanas Guoga (ALDE), in writing. ‒ I voted in favour of the report. The price collection is supposed to not lead to an additional burden for the reporting authorities and the price data will continue to be collected by the competent national authorities. This report aims to clarify the goals, facilitate certain provisions for the reporting authorities and the companies which have to provide the data, as well as to avoid misunderstandings which – in the worst case – would lead to incomparable data sets.

 
  
MPphoto
 
 

  Τάκης Χατζηγεωργίου (GUE/NGL), γραπτώς. ‒ Η έκθεση έχει ως βασικό στόχο την προώθηση μεταρρυθμίσεων για ενίσχυση της ανταγωνιστικότητας και ολοκλήρωση της ενιαίας αγοράς φυσικού αερίου και ηλεκτρικής ενέργειας. Κατά την δική μας άποψη είναι πολύ σημαντικό να ενισχυθεί η διαφάνεια όσον αφορά τις τιμές που χρεώνονται στους οικιακούς καταναλωτές για το φυσικό αέριο αλλά και για την ηλεκτρική ενέργεια. Βασικός μας στόχος είναι η προστασία των πολιτών από την αισχροκέρδεια, και να επιτύχουμε την ασφάλεια του ενεργειακού εφοδιασμού των νοικοκυριών με όσο το δυνατό πιο χαμηλές τιμές. Για τους ανωτέρω λόγους, θεωρούμε ενδεδειγμένη τη στάση αυτή της καταψήφισης.

 
  
MPphoto
 
 

  Marian Harkin (ALDE), in writing. ‒ I voted in favour of this regulation that will make it mandatory for the national regulatory authority or government to submit a cost breakdown methodology on the natural gas and electricity prices in their Member State, to ensure the correct and fair comparability of prices between countries. Until now, the European Commission has been collecting data on natural gas and electricity prices on a voluntary basis from Member States. However as problems in the data collection have been increasingly reported by several Member States, this regulation is being brought in to law to transform the voluntary basis of collection into an obligatory one. I believe the introduction of this regulation will help prevent any further problems in the quality of data collection.

 
  
MPphoto
 
 

  Brian Hayes (PPE), in writing. ‒ I voted in favour as I have no objections

 
  
MPphoto
 
 

  Hans-Olaf Henkel (ECR), in writing. ‒ This regulation requires Member States to collect and submit statistics every six months on the prices charged to industrial consumers and households for natural gas and electricity. Seeing as it was proposed after consulting the Member States, and considering this reporting will not have an impact on policies of individual countries but will allow to monitor the market, I have voted favourably.

 
  
MPphoto
 
 

  György Hölvényi (PPE), írásban. ‒ Az Európai Bizottság az 1970-es évek óta gyűjt adatokat a földgáz- és villamosenergia-árakról. A Tanács 1990-ben fogadta el azt az irányelvet, amely meghatározta az ipari végfelhasználók által fizetendő gáz- és villamosenergia-árak átláthatóságának javítását célzó eljárást, ez azonban a háztartási fogyasztókra nem vonatozik. Az egyre bonyolultabbá váló belső energiapiac, az adatszolgáltatásra vonatkozó, kötelező jogi erővel bíró szabályok hiánya egyre inkább megnehezítette a földgáz- és villamosenergia-árakkal kapcsolatos megbízható és naprakész adatok beszerzését, különösen a lakossági ágazat tekintetében.

A jelentés célja, hogy a háztartási ágazatra vonatkozó villamosenergia- és földgázárak felmérésének minősége ne romoljon, továbbá a piac széles rétegeiről adjon képet, valamint hogy megmaradjon az áradatok magas minősége. A javaslat értelmében az adatgyűjtés nem róna további terheteket az adatszolgáltató hatóságokra, és az áradatok gyűjtését továbbra is az illetékes nemzeti hatóságok végeznék. Ennek a jelentésnek a célja, hogy tisztázza a célokat, és bizonyos rendelkezéseket egyértelművé tegyen az adatszolgáltatásra kötelezett hatóságok és cégek számára.

 
  
MPphoto
 
 

  Ivan Jakovčić (ALDE), napisan. ‒ Glasao sam za izvješće o prijedlogu uredbe Europskog parlamenta i Vijeća o europskoj statistici cijena prirodnog plina i električne energije i stavljanju izvan snage Direktive 2008/92/EZ Europskog parlamenta i Vijeća o postupku Zajednice za poboljšanje transparentnosti cijena plina i električne energije koje se zaračunavaju industrijskim krajnjim korisnicima, jer smatram da je potrebno da se osiguraju kvalitetni i točni podaci o cijenama plina i električne energije za kućanstva da bi se osigurala velika pokrivenost tržišta.

Prikupljanje podataka o cijenama ne bi trebalo rezultirati dodatnim opterećenjem za tijela koja provode izvješćivanje, a nadležna nacionalna tijela i dalje će prikupljati podatke o cijenama. Cilj ovog izvješća jest razjasniti ciljeve, pojednostavniti određene odredbe za tijela koja provode izvješćivanje i poduzeća koja dostavljaju podatke o cijenama prirodnog plina i električne energije, kako bi se izbjegli nesporazumi, netočni podaci i nejasni rezultati.

 
  
MPphoto
 
 

  Jean-François Jalkh (ENF), par écrit. ‒ Ce texte prévoit de rendre obligatoire la collecte de statistiques sur les prix de l'électricité et du gaz délivrés aux particuliers, alors que cette collecte était volontaire. Pour les entreprises, une directive de 2008 rendait déjà cette collecte obligatoire.

Cette proposition est un accessoire des paquets de libéralisation dans le secteur de l'énergie adoptés dans les années 2004-2012. Le but affiché est de faire des statistiques européennes pour inciter ensuite à la création d'oligopoles transnationaux européens, puis transatlantiques, qui "mis en concurrence", "baisseront les prix". Or, c'est l'inverse qui s'est passé, la Commission européenne a forcé la France à augmenter les tarifs d'EDF à partir de 2007, pour créer, artificiellement un marché concurrentiel de l'électricité. De plus, pour ce qui est du gaz, faire croire que des acteurs privés, non adossés à des États vont garantir un approvisionnement sûr et abordable relève de la gageure.

La suppression de la délégation à la commission (amendements 1,3,6) va dans le bon sens. Certaines idées du rapporteur plus souverainistes et plus "pro-industrie" ont été cependant vidées en commission ITRE.

Si je me suis opposé à la proposition de la Commission et au mandat de négociation, j'ai voté en faveur du rapport.

 
  
MPphoto
 
 

  Barbara Kappel (ENF), schriftlich. ‒ Ich stimme für den vorliegenden Bericht. Er sieht vor, dass Preisstatistiken nicht nur bei Nicht-Haushaltskunden erhoben werden, sondern auch bei Haushaltskunden, damit im Bereich der europäischen Energiepolitik informationsbasierte Entscheidungen zum Wohle der Elektrizitäts- und Gaskonsumenten getroffen werden können.

 
  
MPphoto
 
 

  Krišjānis Kariņš (PPE), rakstiski. ‒ Lai nodrošinātu vienota enerģētikas tirgus darbību, ir nepieciešami uzticami statistikas dati. Tādēļ Eiropas Komisija ir nākusi klajā ar likumdošanu, kas nodrošinās augstvērtīgu datu apkopošanu un izvērtēšanu par gāzes un elektrības cenām Eiropas Savienībā. Komisija pēc šī likuma pieņemšanas iegūs datus par dabasgāzes un elektrības cenām, kuras maksā mājsaimniecības un uzņēmumi, un varēs padziļināti izvērtēt vienotā enerģētikas tirgus darbību, lai nepieciešamības gadījumā nāktu klajā ar attiecīgu likumdošanu nepilnību novēršanai. Ņemot vērā augstāk minētos iemeslus, balsoju par šo likumu.

 
  
MPphoto
 
 

  Afzal Khan (S&D), in writing. ‒ I voted in favour of the report as its objective is to transform the voluntary basis of the collection of data for households into an obligatory one, so as to avoid problems in data collection as having been reported by several Member States.

 
  
MPphoto
 
 

  Jaromír Kohlíček (GUE/NGL), písemně. ‒ Ceny zemního plynu a elektrické energie jsou zajímavé z řady pohledů. Jedním z nejdůležitějších důvodů, proč právě tyto ceny mají být dlouhodobě povinně sledovány, je srovnatelnost shromažďovaných údajů. Dodávky plynu i elektrické energie představují v současnosti typická síťová odvětví. Naštěstí parametry elektrické energie i plynu jsou ve státech EU sjednoceny (stabilita napětí a frekvence u střídavého proudu, jakostní parametry u zemního plynu). Cena pro konečného spotřebitele ovšem má minimálně dvě složky, cenu za množství (normální metry kubické u plynu, kWh) a cenu za dodávku. Zejména u nejrůznějších „cen za dodávku“ vidíme nutnost definovat, které poplatky budou součástí ceny energie v položce doprava, respektive využití sítě, a které v položce množství spotřebované energie. Jde zde zejména o spotřební daně a různě strukturované poplatky za připojení k síti.

Nařízení má sjednotit metodiku vykazování cen a odstranit tak případné zjištěné nejasnosti. Právě tím můžeme získat spolehlivou statistickou informaci. Jsou definována referenční období, četnost předávání údajů i možnost udílení výjimek. Zpráva je poměrně jasná, doufám, že praktické použití tohoto nařízení nenarazí na zásadní nejasnosti. Protože zároveň s přijetím daného nařízení se ruší směrnice 2008/92/ES, nedochází ani ke zvýšení počtu platných směrnic a nařízení EU. Přijetí zprávy proto podporuji.

 
  
MPphoto
 
 

  Kateřina Konečná (GUE/NGL), písemně. ‒ Dne 13. září 2016 jsme na plenárním zasedání Evropského parlamentu ve Štrasburku hlasovali o zprávě o návrhu nařízení o evropských statistikách cen zemního plynu a elektřiny. Statistiky pro ceny plynu a elektřiny jsou součástí evropského systému energetických statistik, který spravuje Eurostat. Cílem tohoto nařízení je transformovat na dnes dobrovolné bázi založený sběr dat pro ceny zemního plynu a elektřiny účtované koncovým zákazníkům – domácnostem do povinného. Osobně jsem pro nápad shromažďovat údaje týkající se cen zemního plynu a elektřiny, které spotřebitelé platí v různých zemích, neboť to zvýší transparentnost a může to pomoci ochránit domácnosti a konečné spotřebitele před pochybnými cenovými praktikami některých dodavatelů energií a plynu. Tento krok je také nezbytný pro kvalitu průzkumu dat cen elektřiny a zemního plynu. Nicméně samotná zpráva je napsána v duchu směřování EU k úplnému, společnému vnitřnímu trhu s energií, s čímž nemohu vůbec souhlasit. Dlouhodobě totiž zastávám názor, že problematika dodávek energií a jejich produkce patří čistě jen do suverénních pravomocí národních států a na celoevropskou úroveň by se rozhodně přenášet neměla. Samotnému projednávání dokumentu z mého pohledu také neprospělo ani to, že se někteří kolegové pokusili do textu propašovat změny v neprospěch jaderné energetiky. Proto jsem se musela při hlasování zdržet.

 
  
MPphoto
 
 

  Ádám Kósa (PPE), írásban. ‒ Az Európai Bizottság az 1970-es évek óta gyűjt adatokat a földgáz- és villamosenergia-árakról. A Tanács 1990-ben fogadta el azt az irányelvet, amely meghatározta az ipari végfelhasználók által fizetendő gáz- és villamosenergia-árak átláthatóságának javítását célzó eljárást; ez azonban a háztartási fogyasztókra nem vonatozik. Az egyre bonyolultabbá váló belső energiapiacon az adatszolgáltatásra vonatkozó, kötelező jogi erővel bíró szabályok hiánya egyre inkább megnehezítette a földgáz- és villamosenergia-árakkal kapcsolatos megbízható és naprakész adatok beszerzését, különösen a lakossági ágazat tekintetében. A jelentés célja, hogy a háztartási ágazatra vonatkozó villamosenergia- és földgázárak felmérésének minősége ne romoljon, továbbá a piac széles rétegeiről adjon képet, valamint hogy megmaradjon az áradatok magas minősége.

A javaslat értelmében az adatgyűjtés nem róna további terheteket az adatszolgáltató hatóságokra, és az áradatok gyűjtését továbbra is az illetékes nemzeti hatóságok végeznék. Ennek a jelentésnek a célja, hogy tisztázza a célokat, és bizonyos rendelkezéseket egyértelművé tegyen az adatszolgáltatásra kötelezett hatóságok és cégek számára.

 
  
MPphoto
 
 

  Андрей Ковачев (PPE), в писмена форма. – Подкрепих доклада относно предложението за регламент на Европейския парламент и на Съвета относно европейската статистика на цените на природния газ и електроенергията и за отмяна на Директива 2008/92/ЕО на Европейския парламент и на Съвета относно процедура на Общността за подобряване на прозрачността на цените на газ и електроенергия за промишлени крайни потребители, тъй като смятам че достъпът до данни за цените на природен газ и електроенергия е в интерес на крайния битов потребител.

Тази стъпка би подобрила качеството на проучване на данните за цените на електроенергията и природния газ за битовия сектор, включването на компоненти, като например акцизи, както и осигуряване на сравнимостта на цените между отделните страни членки. Считам, че достъпът до данни за секторите на битови потребители и небитови потребители би спомогнало за по-добра методология за разбивка на разходите, както и за точността на общия среден дял на разходи за пренос и разпределение.

 
  
MPphoto
 
 

  Ilhan Kyuchyuk (ALDE), in writing. ‒ I supported the resolution because the collection of the electricity and natural gas price charged to industrial consumers and households should become obligatory for all Member States. This step is necessary in order to continue to achieve a wide market coverage and high quality of price data. The price data on gas and electricity prices are needed for monitoring the internal market for energy, and the impacts of various policies in the field of energy, such as support for renewable energy sources. This is particularly important in the context of the Energy Union strategy, which obligates the Commission to prepare reports about energy costs and prices every two years, starting in 2016.

 
  
MPphoto
 
 

  Giovanni La Via (PPE), per iscritto. – Le misure contenute nella presente relazione risultano essere doverose per evitare un danneggiamento della qualità dell'indagine sui dati relativi ai prezzi di energia elettrica e gas naturale per il settore domestico, e per continuare a mantenere una vasta copertura di mercato e un'elevata qualità dei dati sui prezzi. Essa intende, tra gli altri punti, agevolare determinate disposizioni per le autorità responsabili che si occupano della trasmissione di dati e le società che forniscono i dati, nonché evitare circostanze che possano addurre equivoci relativamente a dati non comparabili. Di conseguenza, reputo opportuno sostenere il progetto di risoluzione legislativa del Parlamento europeo, così come posto al voto oggi.

 
  
MPphoto
 
 

  Gilles Lebreton (ENF), par écrit. ‒ J’ai voté contre ce rapport car il renforce les obligations pesant sur les États.

 
  
MPphoto
 
 

  Marine Le Pen (ENF), par écrit. ‒ J’ai voté contre le rapport sur les statistiques sur les prix du gaz et de l'électricité. Ce texte prévoit de rendre obligatoire la collecte de statistiques sur les prix de l'électricité et du gaz délivrés aux particuliers, alors que cette collecte était volontaire. Pour les entreprises, une directive de 2008 rendait déjà cette collecte obligatoire. Cette proposition est un accessoire des paquets de libéralisation dans le secteur de l'énergie adoptés dans les années 2004-2012. Le but affiché est de faire des statistiques européennes pour inciter ensuite à la création d'oligopoles transnationaux européens, puis transatlantiques, qui "mis en concurrence", "baisseront les prix". Or, c'est l'inverse qui s'est passé, la Commission européenne a forcé la France à augmenter les tarifs d'EDF à partir de 2007, pour créer, artificiellement un marché concurrentiel de l'électricité. De plus, pour ce qui est du gaz, faire croire que des acteurs privés, non adossés à des États vont garantir un approvisionnement sûr et abordable relève de la gageure.

 
  
MPphoto
 
 

  Philippe Loiseau (ENF), par écrit. ‒ La proposition de la Commission ne me semble pas acceptable, du fait d'un niveau de contrainte trop élevé pour les États et les entreprises, et d'une délégation injustifiée à la Commission.

J’ai donc voté contre la proposition de la Commission, contre le mandat de négociation et pour le rapport en lui-même.

 
  
MPphoto
 
 

  Paloma López Bermejo (GUE/NGL), por escrito. ‒ He votado en contra del presente informe debido a que supone un paso adelante en la implementación de la Unión Energética. Pese a que consideramos importante la armonización en lo referente a la estructura de los precios, de cara a mejorar la transparencia de los mercados eléctricos y del precio final pagado por el consumidor, esta propuesta se hace con la única intención de profundizar la integración de los mercados energéticos. Nuestra apuesta es contraria a la Unión Energética, puesto que consideramos que la energía es un bien público y no solo una mercancía. Es por ello y nuestra oposición a la Unión Energética por lo que, pese a considerar necesario la armonización de las estadísticas en la Unión, he votado en contra de este informe.

 
  
MPphoto
 
 

  Mairead McGuinness (PPE), in writing. ‒ I voted in support of collecting data in order to be able to compare prices of natural gas and electricity in other Member States. This will ensure high quality price data.

 
  
MPphoto
 
 

  Petr Mach (EFDD), písemně. ‒ Hlasoval jsem proti. Nesouhlasím s rozšiřováním okruhu povinného vykazování pro statistické účely, zbytečně to zatěžuje firmy.

 
  
MPphoto
 
 

  Andrejs Mamikins (S&D), in writing. ‒ The objective of this regulation is to transform the voluntary basis of collecting information about gas prices into an obligatory one to avoid problems in the data collection as has been reported by several Member States. I fully support the adoption of this regulation, because the creation of the common European energy market needs reliable information. The way to a common EU energy market consists of a lot of steps. This important decision is one of them.

 
  
MPphoto
 
 

  Vladimír Maňka (S&D), písomne ‒ Cieľom tohoto návrhu je zmeniť súčasný dobrovoľný zber údajov o cenách zemného plynu a elektrickej energie na povinný tak, aby sa zvýšila kvalita štatistického zisťovania a súčasne sa zachovala ochrana citlivých údajov o spotrebiteľoch a dodávateľoch. Zber údajov budú naďalej vykonávať vnútroštátne orgány. Podporujem preto správu o návrhu nariadenia Európskeho parlamentu a Rady o európskej štatistike cien zemného plynu a elektriny a o zrušení smernice Európskeho parlamentu a Rady 2008/92/ES o postupe Spoločenstva na zlepšenie transparentnosti cien plynu a elektrickej energie účtovaných priemyselným koncovým odberateľom.

 
  
MPphoto
 
 

  Νότης Μαριάς (ECR), γραπτώς. ‒ Απείχα κατά την ψηφοφορία της έκθεσης σχετικά με την πρόταση κανονισμού του Ευρωπαϊκού Κοινοβουλίου και του Συμβουλίου για τις ευρωπαϊκές στατιστικές όσον αφορά τις τιμές φυσικού αερίου και ηλεκτρικής ενέργειας και για την κατάργηση της οδηγίας 2008/92/ΕΚ του Ευρωπαϊκού Κοινοβουλίου και του Συμβουλίου σχετικά με κοινοτική διαδικασία για τη βελτίωση της διαφάνειας των τιμών αερίου και ηλεκτρικής ενέργειας για τον τελικό βιομηχανικό καταναλωτή, διότι δεν είναι επαρκώς τεκμηριωμένη.

 
  
MPphoto
 
 

  Dominique Martin (ENF), par écrit. ‒ J’ai voté pour ce rapport, mais contre la proposition de la Commission et contre le mandat de délégation.

Ce texte est accessoire des paquets de libéralisation dans le secteur de l’énergie adoptés dans les années 2004-2012. L’objectif est de faire de rassembler des statistiques européennes pour inciter ensuite à la création d’oligopoles transnationaux européens.

J’adresse aux textes trois reproches essentiels: tout d’abord, ce texte devrait en bonne logique faire l’objet d’une directive, et non pas d’un règlement. Deuxièmement, la délégation de pouvoir en faveur de la Commission ne connaît pas de limite dans le temps. Enfin, ce système met en place une gestion administrative lourde, source de difficultés pour les entreprises concernées.

 
  
MPphoto
 
 

  Fulvio Martusciello (PPE), in writing. – Regarding the report on the proposal for a regulation of the EU Parliament and of the Council on European statistics on natural gas and electricity prices, I find it crucial to make the voluntary collection of data obligatory not only to avoid any sort of conflict and misunderstanding, but also to be able to provide high-quality price data. I give my full support to the transparency of prices but also assert the need of confidentiality of sensitive information of consumers and suppliers. Without further delay, I want to express my positive vote towards the resolution.

 
  
MPphoto
 
 

  Jiří Maštálka (GUE/NGL), písemně. ‒ Dnes jsme se zabývali zprávou, která stanoví postup shromažďování a předávání statistických dat Evropské komisi, resp. úřadu EUROSTAT, týkajících se cen plynu a elektřiny. Cílem nařízení, o kterém jsme dnes diskutovali, je změnit dosavadní dobrovolné shromažďování údajů na povinné. S tím bych v zásadě asi neměl problém, ačkoli v nařízení nevidím žádné přesvědčivé záruky ochrany osobních údajů spotřebitelů/zákazníků. Nesouhlasím však s tím, že zpravodajka navrhuje změny v rozpisu nákladů, návrh dále nespecifikuje, kdo bude mít odpovědnost za rozpis cen a ani nedefinuje termín „poplatek“. Kvůli těmto nedostatkům jsem se při hlasování zdržel.

 
  
MPphoto
 
 

  Georg Mayer (ENF), schriftlich. ‒ Hier wird die Qualität der Erhebung der Strom- und Erdgaspreise im Bereich der privaten Haushalte sichergestellt. Diese Statistiken dienen der Preisstabilität für private Endkunden.

Dies kann ich nur unterstützen.

 
  
MPphoto
 
 

  Jean-Luc Mélenchon (GUE/NGL), par écrit. ‒ La Commission européenne recueille des données sur les prix du gaz naturel et de l'électricité depuis les années 1970. Néanmoins, la fourniture de ces données reste facultative pour les prix des clients résidentiels. Le texte vise à rendre cette procédure obligatoire. Il s'attache également à en préciser les modalités afin que les données recueillies soient «des données de qualité, complètes et comparables qui indiquent le prix du gaz naturel et de l'électricité». L'existence de données comparables dans ce domaine sera favorable aux consommateurs et utilisateurs finaux. Je vote pour ce texte en regrettant l'identité politique de son auteur.

 
  
MPphoto
 
 

  Joëlle Mélin (ENF), par écrit. ‒ La proposition de la Commission ne paraît pas acceptable du fait d'un niveau de contrainte trop élevé pour les États et les entreprises et d'une délégation injustifiée à la Commission.

J’ai donc voté contre.

 
  
MPphoto
 
 

  Nuno Melo (PPE), por escrito. ‒ A competitividade, a sustentabilidade e a segurança energética são os objetivos globais de uma União da Energia resiliente, dotada de uma política visionária em matéria de alterações climáticas.

A existência de informação de elevada qualidade, comparável, atualizada, fiável e harmonizada sobre os preços do gás natural e da eletricidade cobrados aos consumidores finais é necessária para definir a política da União da Energia e acompanhar os mercados da energia dos Estados-Membros.

O presente regulamento tem por objetivo disponibilizar estatísticas europeias para apoiar as políticas energéticas, em especial dirigidas à criação de um mercado interno da energia plenamente integrado para os consumidores.

Deve haver uma maior transparência dos custos e dos preços da energia, bem como dos apoios públicos, para melhorar a integração no mercado. Daí o meu voto favorável.

 
  
MPphoto
 
 

  Roberta Metsola (PPE), in writing. ‒ I voted in favour of this legislative resolution as it seeks to ensure that the quality of data related to electricity and natural gas for the household sector remains of a high standard by making reporting obligatory.

 
  
MPphoto
 
 

  Louis Michel (ALDE), par écrit. – La création d’un marché de l’énergie doit d’abord passer par la mise à disposition de statistiques fiables pour l’ensemble des États membres afin de pouvoir comparer le prix du gaz et de l’électricité facturé aux clients finaux résidentiels et non résidentiels au sein de l’Union européenne. Cela permet notamment de suivre l’évolution du marché européen et de proposer des réponses adéquates face à cet enjeu de première nécessité. Jusqu’à présent, la transmission de statistiques se faisait sur base volontaire, mais il est nécessaire qu’elle devienne obligatoire. Cela permettra à l’avenir de garantir une fiabilité continue des données récoltées. C’est un élément crucial car après tout, l’ensemble de notre société, de notre quotidien, repose sur l’approvisionnement en énergie. Pouvoir jouir d’un accès au gaz ou à l’électricité est essentiel notamment pour la compétitivité de nos entreprises.

 
  
MPphoto
 
 

  Miroslav Mikolášik (PPE), písomne – Európska komisia prostredníctvom Eurostatu už dlhodobo zbiera údaje o cenách zemného plynu a elektriny, avšak pre koncových odberateľov – domácnosti doposiaľ platí zásada dobrovoľnosti. Toto nariadenie si kladie za cieľ zmeniť dobrovoľný zber na povinný. To by umožnilo lepšie získavanie údajov o cenách pre čo najväčšiu časť trhu a vo vysokej kvalite. Zber údajov o cenách nemá byt záťažou pre orgány aktívne v tomto procese, naopak, má objasniť ciele, zjednodušiť určité ustanovenia, ktoré sa týkajú orgánov podávajúcich správy a zabrániť nedorozumeniam, ktoré by mohli mať negatívny účinok na porovnávanie údajov. Správa poukazuje aj na potrebu zmeniť rozčlenenie v oblasti poplatkov, a tým aj súčasný stav, ktorý umožňuje presúvať poplatky zo siete na energie a naopak. Dôraz je kladený aj na zodpovednosť vnútroštátnych regulačných orgánov alebo vlád, aby navrhli metodiku rozčlenenia nákladov a poskytovali požadované informácie na jeho realizáciu po konzultácii so zainteresovanými stranami a po overení Eurostatom, čo umožní porovnateľnosť krajín. Dokument kladie dôraz aj na zvýšenie ochrany citlivých údajov informácii o spotrebiteľoch a dodávateľoch. Súčasné štatistiky sú založené na nahliadaní do faktúr z dodávateľských databáz. Fakturované ceny by sa však nemali uverejňovať, ak v určitom pásme spotreby nie je minimálny počet klientov. Daný návrh preto podporujem.

 
  
MPphoto
 
 

  Sorin Moisă (S&D), in writing. ‒ Through this vote, I express my support for the new regulation on statistics on natural gas and electricity prices that creates a legal requirement for data collection in each Member States. Under the old framework, Member States disclosed statistics on a voluntary basis, making systematic and updated data unavailable for regulators. Consequently, the analysis on the impact of policies in our ever-changing socio-economic environment was challenging. As required under the Energy Union strategy, the Commission must issue every two years a report on energy costs and prices, hence the new regulation will be a helpful tool for the Commission’s work.

 
  
MPphoto
 
 

  Csaba Molnár (S&D), írásban. ‒ A Bizottság rendelet elfogadására tett javaslatot az Európai Parlamentnek és Tanácsnak a földgáz- és villamosenergia-árakra vonatkozó európai statisztikáról és az ipari végfelhasználók által fizetendő gáz- és villamosenergia-árak átláthatóságának javítását célzó közösségi eljárásról szóló 2008/92/EK európai parlamenti és tanácsi irányelv hatályon kívül helyezésére vonatkozóan. Az Ipari, Kutatási és Energiaügyi Bizottság jelentésében azt javasolja, hogy a parlament első olvasatban néhány módosítással hagyja jóvá a Bizottság indítványát. A javaslat elfogadását támogattam.

 
  
MPphoto
 
 

  Cláudia Monteiro de Aguiar (PPE), por escrito. – O presente regulamento tem como objetivo tornar obrigatória a recolha de dados relativos aos preços no consumidor final do gás natural e da eletricidade.

Esta alteração é fundamental, de modo a evitar que a qualidade dos dados do inquérito sobre os preços da eletricidade e do gás natural para o setor do consumo doméstico se deteriore significativamente, e para continuar a alcançar uma vasta cobertura do mercado, bem como um nível elevado de qualidade dos dados relativos aos preços.

O relatório visa clarificar os objetivos, simplificar determinadas disposições para as autoridades declarantes e as empresas que têm de fornecer os dados, bem como evitar mal-entendidos que – no pior dos casos – levariam a conjuntos de dados incomparáveis.

Relativamente à repartição dos preços, compete à autoridade reguladora nacional ou ao governo propor uma metodologia de repartição de custos e fornecer as informações necessárias para aplicar a repartição, sob reserva de uma consulta prévia das partes interessadas e de uma verificação pelo Eurostat, a fim de garantir a comparabilidade dos preços entre os países.

Subscrevo a posição do relator, segundo a qual, ao tornar obrigatória a comunicação, é importante proteger a confidencialidade de informações sensíveis relativas aos consumidores e aos fornecedores.

 
  
MPphoto
 
 

  Sophie Montel (ENF), par écrit. ‒ Ce rapport sur les statistiques sur les prix de gaz et de l’électricité propose des amendements à une proposition de règlement qui présente un système obligatoire de statistiques sur les prix du gaz et de l’électricité en secteur résidentiel. Cependant, ce rapport renforce les obligations faites aux États membres et impose de fortes contraintes aux entreprises. J’ai donc décidé de voter contre ce texte.

 
  
MPphoto
 
 

  Alessandra Mussolini (PPE), per iscritto. ‒ Sin dagli anni '70, la Commissione europea raccoglie i dati relativi ai prezzi di gas naturale ed energia elettrica. Dal 2007 si tiene conto della liberalizzazione dei mercati energetici e la rilevazione dei dati è stata effettuata sempre su base volontaria con un tasso di risposta del 100 %. Oggi l'obiettivo di questo regolamento è di trasformare la base volontaria in obbligatoria, in modo tale da evitare problemi nella rilevazione dei dati, come segnalato da alcuni Stati membri.

Mi sono espressa a favore del provvedimento poiché ritengo sia una misura necessaria per evitare un deterioramento della qualità dell'indagine sull'andamento dei prezzi e soprattutto per continuare a mantenere una rilevazione sempre trasparente ed omogenea, tutelando il consumatore finale.

 
  
MPphoto
 
 

  József Nagy (PPE), írásban. ‒ A földgáz- és villamosenergia-árakra vonatkozó európai statisztikákról szóló jelentést elfogadtam. Az egyes tagállamoktól érkező számadatokat csak akkor tudjuk hatékonyan összehasonlítani, ha az adatok gyűjtésének megkezdése előtt közös kritériumokat fektetünk le. Ahhoz, hogy az Európai Unió reális adatokon alapuló statisztikákat állíthasson fel, először pontosan meg kell határoznunk, hogy ez milyen feltételek mellett is történjen.

 
  
MPphoto
 
 

  Victor Negrescu (S&D), in writing. ‒ The European Commission has been collecting data on natural gas and electricity prices charged to industrial end-users since the 1990’s but not to household consumers, these being done only on a voluntary basis. I have voted against this report that will make it compulsory to collect the data regarding the household consumers, data that will not benefit household consumers.

 
  
MPphoto
 
 

  Norica Nicolai (ALDE), în scris. ‒ Am susținut prin votul de astăzi acest raport, deoarece consider că acesta aduce amendamentele necesare regulamentului privind statisticile europene referitoare la prețurile la gaze naturale și energie electrică, îmbunătățind astfel propunerea inițială a Comisiei. Consider că este foarte important ca aceste statistici să fie cât mai complete, iar faptul că Regulamentul stabilește cadrul ce va asigura o continuitate în colectarea acestor date, este un lucru extrem de pozitiv. De asemenea, susțin prezentul raport deoarece acesta subliniază importanța protejării tuturor acestor date cu caracter confidențial, în relația dintre consumatori și furnizori.

 
  
MPphoto
 
 

  Luděk Niedermayer (PPE), písemně. ‒ Podpořil jsem zprávu o nařízení, jehož cílem je změnit dobrovolné shromažďování údajů na povinné, aby byly k dispozici údaje pro co největší část trhu a ve vysoké kvalitě. Vzhledem k tomu, že údaje o cenách by měly nadále shromažďovat příslušné vnitrostátní orgány, neměla by vznikat další byrokratická zátěž. Dochází ke zjednodušení některých ustanovení týkajících se orgánů, které provádějí shromažďování, a společností, které poskytují údaje. Mělo by se rovněž zamezit nedorozuměním, která by v krajním případě mohla vést k tomu, že soubory údajů nebudou vzájemně srovnatelné. Dále je nutné definovat „poplatek“ a napravit tak současnou nevyhovující situaci, kdy je možné přesouvat poplatky ze sítě na energii a naopak. Schválené změny v rozpisu nákladů by měly lépe odrážet cenovou strukturu.

 
  
MPphoto
 
 

  Liadh Ní Riada (GUE/NGL), in writing. – I abstained on this report. The objective of this regulation is to transform the voluntary basis regarding the collection of data for natural gas and electricity prices charged to household end-users into an obligatory one. Statistics must then be provided by Member States to Eurostat. The benefits of collecting the data regarding the natural gas and electricity prices that consumers pay in different Member States include that it will enhance transparency and may help to protect households from profiteering. However, the report also states that its aim is to develop a fully-integrated internal energy market. Sinn Féin believes that more transparency and obligatory reporting in the energy market is certainly required, but we have concerns about the Energy Union and the impact of a ‘fully integrated internal energy market’, so for this reason abstained.

 
  
MPphoto
 
 

  Franz Obermayr (ENF), schriftlich. ‒ Hier wird die Qualität der Erhebung der Strom- und Erdgaspreise im Bereich der privaten Haushalte sichergestellt. Diese Statistiken dienen der Preisstabilität für private Endkunden.

Dies kann ich nur unterstützen.

 
  
MPphoto
 
 

  Marijana Petir (PPE), napisan. ‒ Cilj prijedloga Uredbe jest promjena energetske politike EU-a po kojoj bi se trebalo omogućiti kućanstvima i poduzećima da na siguran i održiv način te po pristupačnoj cijeni kupuju energiju. Podržavam prijedlog Uredbe jer smatram pozitivnim stvaranje mehanizama koji će dovesti do učinkovitijeg stjecanja pouzdanih podataka o cijenama prirodnog plina i električne energije.

Budući da je unutarnje energetsko tržište sve složenije i budući da je teško doći do pouzdanih podataka, Parlament i Vijeće smatrali su da se to područje mora regulirati zakonskim aktom. To je razlog koji smatram opravdanim za nastanak ove Uredbe. Ona dakle ima za cilj normirati određena pravila u pogledu obračunavanja cijena prirodnog plina i električne struje na razini cijele Europske Unije što će dovesti do uspostavljanja zajedničkog okvira te učinkovitije provedbe. Nadalje, Uredba traži od država članica da jamče vjerodostojnost sustava prikupljanja i obrade podataka, što će dovesti do veće transparentnosti.

 
  
MPphoto
 
 

  Florian Philippot (ENF), par écrit. ‒ Ce texte prévoit de rendre obligatoire la collecte de statistiques sur les prix de l'électricité et du gaz délivrés aux particuliers, alors que cette collecte était volontaire. Pour les entreprises, une directive de 2008 rendait déjà cette collecte obligatoire. Le but affiché est de faire des statistiques européennes pour inciter ensuite à la création d'oligopoles transnationaux européens, puis transatlantiques, qui, "mis en concurrence", "baisseront les prix". Or, c'est l'inverse qui s'est passé, la Commission européenne a forcé la France à augmenter les tarifs d'EDF à partir de 2007, pour créer, artificiellement, un marché concurrentiel de l'électricité. De plus, faire croire que des acteurs privés non adossés à des États vont garantir un approvisionnement sûr et abordable relève de la gageure.

Au-delà de cette considération générale, trois reproches peuvent être faits au texte: le choix du règlement par rapport à la directive, alors qu'il s'agit d'un texte d'harmonisation de outils statistiques. Comme d'habitude, l'UE veut mettre la main directement sur l'outil statistique des États membres par un règlement d'applicabilité directe; une délégation de pouvoir (articles 9 et 10) sans limite de durée; un système déclaratif supplémentaire qui alourdira encore plus la gestion des entreprises concernées.

Les amendements respectant la souveraineté des États ayant été rejetés, je vote contre ce texte.

 
  
MPphoto
 
 

  Tonino Picula (S&D), napisan. ‒ Uzimajući u obzir članak 294. stavak 2. i članak 338. stavak 1. Ugovora o funkcioniranju Europske unije, u skladu s kojima je Komisija podnijela prijedlog Parlamentu (C8-0357/2015), te članak 294. stavak 3. Ugovora o funkcioniranju Europske unije, podržavam usvajanje stajališta u prvom čitanju.

 
  
MPphoto
 
 

  Salvatore Domenico Pogliese (PPE), per iscritto. ‒ L'obiettivo del presente regolamento è di trasformare la base volontaria in base obbligatoria, in modo da evitare problemi nella rilevazione di dati. Tale misura è necessaria per evitare un deterioramento significativo della qualità dell'indagine sui dati relativi ai prezzi di energia elettrica e gas naturale per il settore domestico e per continuare a mantenere un'ampia copertura di mercato e un'elevata qualità dei dati sui prezzi.

Concordo con la relatrice sulla necessità che la rilevazione di dati non dovrebbe comportare un onere aggiuntivo per le autorità responsabili della trasmissione di dati. È importante tutelare la confidenzialità delle informazioni riservate dei consumatori e dei fornitori. La trasparenza dei prezzi e la chiarezza delle informazioni rivolte ai consumatori rappresentano il presupposto irrinunciabile per lo sviluppo di un rapporto fornitore/cliente incentrato sulla fiducia. Solo in un ambiente economico caratterizzato dalla fiducia è possibile creare benessere. Ho pertanto votato a favore di questa proposta di regolamento.

 
  
MPphoto
 
 

  Tomasz Piotr Poręba (ECR), na piśmie. ‒ Zgodnie z przedmiotowym rozporządzeniem państwa członkowskie będą musiały gromadzić i przedkładać dane statystyczne dotyczące cen gazu ziemnego i energii elektrycznej dla odbiorców przemysłowych i gospodarstw domowych. Dane na temat cen byłyby zgłaszane co sześć miesięcy dla różnych wielkości zużycia, a dotyczyłyby cen energii elektrycznej, opłat za dostęp do sieci, podatków i opłat oraz ich składników podrzędnych. Dane statystyczne dotyczące cen gazu i energii elektrycznej są wymagane w celu monitorowania wewnętrznego rynku energii oraz skutków rożnych strategii politycznych w dziedzinie energii, takich jak wspieranie odnawialnych źródeł energii. W kontekście strategii Unii Europejskiej Komisja zobowiązała się do opracowywania sprawozdań na temat kosztów i cen energii co dwa lata, począwszy od roku 2016.

Wstępny wniosek Komisji został przedstawiony po przeprowadzeniu wszechstronnych konsultacji oraz w porozumieniu z państwami członkowskimi i krajowymi organami regulacyjnymi, w związku z czym między stanowiskami Parlamentu i Rady nie odnotowano istotnych problematycznych różnic. Porozumienie osiągnięte w ramach rozmów trójstronnych w czerwcu 2016 r. wymaga teraz zatwierdzenia przez zgromadzenie plenarne. Niniejszym poparłem sprawozdanie.

 
  
MPphoto
 
 

  Paulo Rangel (PPE), por escrito. ‒ O principal objetivo da presente proposta consiste em aumentar a transparência dos preços do gás natural e da eletricidade sobre o consumidor doméstico.

A Diretiva 2008/92/CE do Parlamento Europeu e do Conselho estipula, neste âmbito, um quadro vinculativo comum sobre a produção, a transmissão e a divulgação de estatísticas comparáveis dos preços da eletricidade e do gás natural para os consumidores finais industriais. No entanto, a recolha de dados relativos aos referidos preços praticados pelos consumidores domésticos mantém-se numa base voluntária.

A proposta em apreço pretende, pois, estabelecer um regime vinculativo para a recolha dos mesmos dados também para os consumidores domésticos, evitando desta forma a ocorrência de problemas na recolha dos mesmos e garantindo a sua veracidade e comparabilidade.

Votei favoravelmente o presente relatório, porque considero importante a transparência de dados sobre os preços efetivamente pagos pelos consumidores domésticos, na medida em que esta proposta promove a justiça social e o escrutínio do mercado energético.

 
  
MPphoto
 
 

  Julia Reid (EFDD), in writing. ‒ The UK as an independent country should be free to choose how to collect statistics on energy prices.

 
  
MPphoto
 
 

  Sofia Ribeiro (PPE), por escrito. ‒ Votei favoravelmente o presente relatório, pois é importante que a recolha de dados seja feita de forma primorosa de modo a evitar que a qualidade de dados dos inquéritos disponíveis sobre os preços da eletricidade e do gás natural para o setor do consumo doméstico se deteriore significativamente, e para continuar a alcançar uma vasta cobertura do mercado, bem como um nível elevado de qualidade dos dados relativos aos preços.

Deve ser proporcionada, em benefício do cidadão, uma recolha de dados por parte das autoridades nacionais competentes que seja correta e que inclua quaisquer subcomponentes que tenham sido omitidos, nomeadamente os impostos especiais de consumo.

A autoridade reguladora nacional ou o governo devem, após propor uma metodologia de repartição de custos, fornecer as informações necessárias para aplicar esta repartição, sob reserva de uma consulta prévia das partes interessadas e de uma verificação pelo Eurostat, a fim de garantir a comparabilidade dos preços entre os países.

 
  
MPphoto
 
 

  Inmaculada Rodríguez-Piñero Fernández (S&D), por escrito. ‒ La recogida de datos relativos a los precios del gas natural y la electricidad aplicados a los usuarios domésticos se ha estado realizando con carácter voluntario —con un índice de respuesta del 100 %—. El objetivo es convertir este carácter voluntario en obligatorio, como lo es para los precios industriales, lo que no debería conllevar una carga adicional para las autoridades de notificación y los datos seguirán siendo recogidos por las autoridades nacionales competentes.

El informe, entre otras cuestiones, tiene por objeto aclarar los objetivos, facilitar determinadas disposiciones para las autoridades de notificación y las empresas que han de facilitar los datos, así como evitar series de datos incomparables.

Conforme a las directrices del Grupo S&D, no voté el informe al corresponder su redacción a una ponente del Grupo de la Europa de las Naciones y la Libertad de, entre otros, el ultraderechista Frente Nacional francés. Ahora bien, su contenido no resulta controvertido y se alcanzó un acuerdo interinstitucional en primera lectura.

 
  
MPphoto
 
 

  Claude Rolin (PPE), par écrit. ‒ J’ai voté en défaveur du rapport de la députée Barbara Kappel concernant les prix du gaz et de l'électricité, car je refuse, pour d’évidentes raisons éthiques et au nom de valeurs d’humanisme et de démocratie, de soutenir quelque travail législatif que ce soit mené sous l’égide d’un membre du groupe extrémiste, anti-européen et raciste, Europe des Nations et des Libertés.

 
  
MPphoto
 
 

  Fernando Ruas (PPE), por escrito. ‒ O presente relatório diz respeito à proposta de regulamento do Parlamento Europeu e do Conselho relativo às estatísticas sobre os preços do gás natural e da eletricidade.

Desde 1990 que existe um procedimento que promove a transparência dos preços no consumidor final industrial nestes sectores, mas não junto do consumidor doméstico. Por essa razão, o propósito deste regulamento é justamente transformar o atual regime voluntário de recolha de dados relativos aos preços no consumidor final num regime obrigatório, como forma de evitar dificuldades na recolha e melhorar a qualidade dos dados relativos aos preços da eletricidade e do gás natural.

Assim, subscrevo as alterações propostas pela relatora, que vêm clarificar e simplificar regras e procedimentos, quer para as autoridades declarantes, quer para as empresas aquando do fornecimento de dados.

E, naturalmente, por considerar relevante esta mudança do paradigma vigente, a bem da simplificação e transparência dos dados estatísticos, sem fazer perigar a confidencialidade de algumas informações relativas aos consumidores, apoiei este relatório, atribuindo o meu voto favorável.

 
  
MPphoto
 
 

  Lola Sánchez Caldentey (GUE/NGL), por escrito. ‒ Si a primera vista la idea general del informe puede parecer buena: obligar a los Estados miembros a comunicar a Eurostat las estadísticas del precio del gas y de la electricidad, al final lo que busca es una vía para promover el mercado energético único a escala europea. Este mercado va en el sentido de una mayor liberalización del sector energético, lo que significa un papel más importante para el mercado y un poder menor para los Estados, para que estos puedan regular el sector en función de consideraciones medioambientales o sociales. Por ello, voto en contra.

 
  
MPphoto
 
 

  Sven Schulze (PPE), schriftlich. ‒ Ich habe für die Aufhebung der Richtlinie 2008/92/EG und somit für die Änderung zu den Europäischen Erdgas- und Strompreisstatistiken gestimmt.

Ziel der Änderung ist die Schaffung eines gemeinsamen Rahmens für die Entwicklung, Erstellung und Verbreitung vergleichbarer europäischer Statistiken über Erdgas- und Strompreise für Haushaltskunden und Endkunden des Nichthaushaltssektors in der EU.

 
  
MPphoto
 
 

  Maria Lidia Senra Rodríguez (GUE/NGL), por escrito. ‒ He votado en contra del presente informe debido a que supone un paso adelante en la implementación de la Unión Energética. Pese a que consideramos importante la armonización en lo referente a la estructura de los precios, de cara a mejorar la transparencia de los mercados eléctricos y del precio final pagado por el consumidor, esta propuesta se hace con la única intención de profundizar la integración de los mercados energéticos. Nuestra apuesta es contraria a la Unión Energética, puesto que consideramos que la energía es un bien público y no solo una mercancía. Es por ello y nuestra oposición a la Unión Energética por lo que, pese a considerar necesario la armonización de las estadísticas en la Unión, he votado en contra de este informe.

 
  
MPphoto
 
 

  Jill Seymour (EFDD), in writing. ‒ I voted against this as I do not wish the EU to have access to our internal energy statistics.

 
  
MPphoto
 
 

  Ivan Štefanec (PPE), písomne ‒ Ceny zemného plynu a elektrickej energie je možné významne znížiť vďaka aplikovaniu inovatívnych technológií, rekonštrukcii a prepojeniu existujúcich sietí a hľadaniu nových, efektívnych a ekologických zdrojov.

 
  
MPphoto
 
 

  Beatrix von Storch (EFDD), in writing. ‒ I voted against the draft EU Parliament legislative resolution for statistics on natural gas and electricity prices.

I reject the notion that the provision of such statistics should be obligatory rather than voluntary. This is counter to the spirit of interstate cooperation. The entire basis for justification, that the ‘growing complexity of the internal energy market make it increasingly difficult to obtain reliable and up-to-date price data’, is insufficient.

 
  
MPphoto
 
 

  Dubravka Šuica (PPE), napisan. ‒ Od 70-ih godina prošlog stoljeća Europska komisija prikuplja podatke o cijenama prirodnog plina i električne energije. 1990. godine Vijeće je usvojilo direktivu kojom se poboljšava transparentnost cijena plina i električne energije koje se zaračunavaju industrijskim korisnicima. Krajnji korisnici u kućanstvima nisu bili zahvaćeni ovom direktivom.

Podaci za kućanstva su se prikupljali na dobrovoljnoj bazi. Prikupljanje podataka o cijenama neće dodatno opteretiti tijela koja provode izvješćivanje, a nadležna nacionalna tijela i dalje će prikupljati podatke o cijenama. Podržavam ovaj prijedlog uredbe jer smatram da prikupljanje podataka o cijenama prirodnog plina i električne energije koje se zaračunava krajnjim korisnicima u kućanstvu treba biti obvezno, jer se na taj način osigurava kvaliteta istraživanja podataka o cijenama za sektor kućanstva i visoka kvaliteta podataka o cijenama.

 
  
MPphoto
 
 

  Patricija Šulin (PPE), pisno. ‒ Glasovala sem za poročilo o predlogu uredbe Evropskega parlamenta in Sveta o evropski statistiki cen zemeljskega plina in električne energije in o razveljavitvi Direktive 2008/92/ES Evropskega parlamenta in Sveta o enotnem postopku Skupnosti za večjo preglednost cen plina in električne energije, ki se zaračunavajo industrijskim končnim uporabnikom.

Podpiram predlagane spremembe iz poročila, da so države članice tiste, ki zagotovijo, da sistem zbiranja in urejanja podatkov zagotavlja razumljive in primerljive visokokakovostne reprezentativne podatke za cene zemeljskega plina in električne energije. Več držav članic se sooča s težavami pri zbiranju podatkov, zato potrebujemo to uredbo, s katero bomo preoblikovali prostovoljno osnovo v obvezno.

 
  
MPphoto
 
 

  Νεοκλής Συλικιώτης (GUE/NGL), γραπτώς. ‒ Για εμάς είναι πολύ σημαντικό να ενισχυθεί η διαφάνεια όσον αφορά τις τιμές που χρεώνονται στους οικιακούς καταναλωτές για το φυσικό αέριο αλλά και για την ηλεκτρική ενέργεια. Βασικός μας στόχος είναι βέβαια να προστατεύσουμε τα νοικοκυριά από την αισχροκέρδεια, και να επιτύχουμε την ασφάλεια του ενεργειακού εφοδιασμού των νοικοκυριών με όσο το δυνατό πιο χαμηλές τιμές. Ωστόσο δυστυχώς η έκθεση δεν κινείται προς αυτήν την κατεύθυνση αλλά βασικό στόχο έχει την προώθηση μεταρρυθμίσεων για ενίσχυση της ανταγωνιστικότητας και ολοκλήρωση της ενιαίας αγοράς φυσικού αερίου και ηλεκτρικής ενέργειας. Για τους λόγους αυτούς καταψηφίσαμε την έκθεση.

 
  
MPphoto
 
 

  Ελευθέριος Συναδινός (NI), γραπτώς. ‒ Δια της εν λόγω έκθεσης παραχωρούνται υπερεξουσίες στην Επιτροπή, ειδικά στον τομέα της έκδοσης κατ’ εξουσιοδότησης πράξεων με σκοπό την τροποποίηση του κειμένου του κανονισμού, όσον αφορά τις τιμές φυσικού αερίου και ηλεκτρικής ενέργειας.

 
  
MPphoto
 
 

  Tibor Szanyi (S&D), írásban. ‒ A szavazás során tartózkodtam, mivel a jelentés elvi tartalmát támogathatónak tartottam. A földgáz- és villamosenergia-árakra vonatkozó európai statisztikákat érdemes felállítani, illetve kötelező rendszerbe foglalni, hisz az az ipari árak esetében ez már létezik. Ennek ellenére a már csak az előadó személye miatt is (aki frakciójával EU- és integráció ellenes) úgy vélem, hogy a témát alaposabban is meg kell vizsgálni. Hiszem, hogy itt és sok más területen is csak erősebb integrációval lehet EU szinten eredményeket elérni. Legyen ez az energiaárak összehasonlíthatósága vagy más kérdés. Egyetértek azzal, hogy az átfogó, összehasonlítható és időben elérhető adatok komoly kontrollt is jelenthetnek a tagállamoknak.

 
  
MPphoto
 
 

  Marc Tarabella (S&D), par écrit. ‒ Le rapport aborde également les points importants qui figurent ci-après. En premier lieu, la proposition de la Commission ne précise pas quel sera l'agent chargé de fournir la répartition des prix, tâche qui ne saurait être remplie par les fournisseurs.

En deuxième lieu, la transmission d'informations sur les prix devient obligatoire pour les grands clients non résidentiels.

Enfin, il convient de préciser que la part moyenne globale des coûts de transport et de distribution ne peut être distinguée qu'à l'échelle de l'ensemble des clients résidentiels et non résidentiels. Les composants des charges d'utilisation du réseau ne peuvent être indiqués qu'à l'échelle de l'ensemble des secteurs "clients résidentiels" et "clients non résidentiels", à l'exclusion des tranches de consommation individuelles.

 
  
MPphoto
 
 

  Pavel Telička (ALDE), in writing. ‒ I supported this report on proposal for a regulation on European statistics on natural gas and electricity prices, I believe that harmonised methodology for data collection in the field of energy will help to recognize differences and disparities between the Member States. Clear and objective statistics will then be an important basis for setting up an EU-wide policies and appropriate measures in the field of energy.

 
  
MPphoto
 
 

  Ruža Tomašić (ECR), napisan. ‒ Predloženim zakonodavnim aktom obuhvatit će se prikupljanje podataka o cijenama prirodnog plina i električne energije za sektor kućanstava i sektor potrošača koji nisu kućanstva. Cilj ovog izvješća je pojednostaviti određene odredbe za tijela koja provode izvješćivanje i poduzeća koja dostavljaju podatke te izbjeći nesporazume.

Budući da predloženo prikupljanje podataka o cijenama ne bi trebalo rezultirati dodatnim opterećenjem za tijela koja provode izvješćivanje, podržala sam ovo izvješće.

 
  
MPphoto
 
 

  Romana Tomc (PPE), pisno. ‒ Predlog uredbe o statistiki cen zemeljskega plina in električne energije sem podprla.

Namen te uredbe je preoblikovati prostovoljno osnovo v obvezno, da se preprečijo težave pri zbiranju podatkov, o katerih poroča več držav članic. To je potrebno, da se kakovost pregleda nad podatki o cenah elektrike in zemeljskega plina za sektor gospodinjstev ne bi znatno poslabšala in da bi še naprej zagotavljali široko pokritost trga ter visoko kakovost podatkov o cenah.

 
  
MPphoto
 
 

  Estefanía Torres Martínez (GUE/NGL), por escrito. ‒ Si a primera vista la idea general del informe puede parecer buena: obligar a los Estados miembros a comunicar a Eurostat las estadísticas del precio del gas y de la electricidad, al final lo que busca es una vía para promover el mercado energético único a escala europea. Este mercado va en el sentido de una mayor liberalización del sector energético, lo que significa un papel más importante para el mercado y un poder menor para los Estados, para que estos puedan regular el sector en función de consideraciones medioambientales o sociales. Por ello, voto en contra.

 
  
MPphoto
 
 

  Ramon Tremosa i Balcells (ALDE), in writing. ‒ I support this report.

I am in favour of full transparency and publication of the gas and electricity prices in all Member States so that consumers can better be aware and choose/change their providers.

Since the 1970s the European Commission has been collecting data on natural gas and electricity prices. In 1990 the Council adopted the directive to define the procedure to improve the transparency of gas and electricity prices charged to industrial end-users, yet not to household consumers. The responsibility to collect and publish the data lies with Eurostat.

The objective of this Regulation is to transform the voluntary basis into an obligatory one, so as to avoid problems in the data collection as having been reported by several Member States. In order to not let the quality of the survey of the electricity and natural gas price data for the household sector deteriorate significantly, and in order to continue to achieve a wide market coverage and high quality of price data, this step is necessary.

 
  
MPphoto
 
 

  Mylène Troszczynski (ENF), par écrit. ‒ Ce texte prévoit de rendre obligatoire la collecte de statistiques sur les prix de l'électricité et du gaz délivrés aux particuliers, alors que cette collecte était volontaire. Pour les entreprises, une directive de 2008 rendait déjà cette collecte obligatoire.

Cette proposition est un accessoire des paquets de libéralisation dans le secteur de l'énergie adoptés dans les années 2004-2012. Le but affiché est de faire des statistiques européennes pour inciter ensuite à la création d'oligopoles transnationaux européens, puis transatlantiques, qui, "mis en concurrence", "baisseront les prix". Or, c'est tout l'inverse qui s'est passé, la Commission européenne a forcé la France à augmenter les tarifs d'EDF à partir de 2007, pour créer, artificiellement, un marché concurrentiel de l'électricité. De plus, pour ce qui est du gaz, faire croire que des acteurs privés, non adossés à des États vont garantir un approvisionnement sûr et abordable relève de la gageure.

J'ai voté contre ce texte.

 
  
MPphoto
 
 

  Kazimierz Michał Ujazdowski (ECR), na piśmie. ‒ Gromadzenie danych dotyczących cen energii i gazu jest istotne z racji zdobywania wiedzy na temat danego rynku. Celem rozporządzenia jest przekształcenie dobrowolnego gromadzenia danych w obowiązkowe, tak by uniknąć problemów ze zebraniem danych, z jakimi zmagały się pewne państwa członkowskie. W interesie Unii jest zapewnienie wysokiej jakości danych, by zapobiegać nieporozumieniom wynikającym z różnych metodologii i badań statystycznych. Zaproponowane poprawki uznałem za odpowiednie, dlatego poprałem projekt rezolucji.

 
  
MPphoto
 
 

  Miguel Urbán Crespo (GUE/NGL), por escrito. – Si a primera vista la idea general del informe puede parecer buena: obligar a los Estados miembros a comunicar a Eurostat las estadísticas del precio del gas y de la electricidad, al final lo que busca es una vía para promover el mercado energético único a escala europea. Este mercado va en el sentido de una mayor liberalización del sector energético, lo que significa un papel más importante para el mercado y un poder menor para los Estados, para que estos puedan regular el sector en función de consideraciones medioambientales o sociales. Por ello, voto en contra.

 
  
MPphoto
 
 

  Ernest Urtasun (Verts/ALE), in writing. ‒ I voted against as Greens are in favour or collecting and disseminating high quality and reliable data on the prices and cost of electricity and gas, for both households and industrial customers to bring transparency to the market and enable better energy policy making. However, the proposed framework, by simply distinguishing household and non-household consumers, remains insufficient to enable to provide a good understanding of the market for the different types of customer (ex. SMEs, energy-intensive industry, households). In addition if fails to provide a transparent picture of the cost of each energy source, by not accounting for direct and indirect subsidies that are not included in the final customer prices, for ex. for nuclear power and fossil fuels.

 
  
MPphoto
 
 

  Viktor Uspaskich (ALDE), raštu. – Siekiama, kad kainų duomenų rinkimas netaptų papildoma našta ataskaitas teikiančios institucijoms, o kainų duomenis toliau rinktų kompetentingos nacionalinės institucijos. Šia ataskaita siekiama patikslinti tikslus, palengvinti kai kurias nuostatas, taikomas ataskaitas teikiančios institucijoms ir bendrovėms, kurios turi patiekti duomenis ir vengti nesusipratimų, dėl kurių blogiausiu atveju duomenų rinkiniai galėtų tapti nesuderinami.

 
  
MPphoto
 
 

  Ramón Luis Valcárcel Siso (PPE), por escrito. ‒ Mediante esta regulación se pretende establecer un marco común para el desarrollo, la producción y la diseminación de estadísticas europeas comparables en gas y electricidad natural para los hogares y demás consumidores europeos. Hablamos de un documento consensuado ampliamente en la comisión de industria, investigación y energía, por lo que creo necesario votar a su favor.

 
  
MPphoto
 
 

  Miguel Viegas (GUE/NGL), por escrito. ‒ Somos a favor da recolha de dados sobre os preços do gás e da eletricidade naturais que os consumidores pagam em diferentes países, uma vez que irá aumentar a transparência e pode ajudar a proteger as famílias e consumidores finais de especulação.

No entanto, este relatório é mais um capítulo do caderno de encargos do Mercado Único Europeu e da União Energética Europeia, maquilhado, aqui e ali, de pretensas boas intenções.

 
  
MPphoto
 
 

  Harald Vilimsky (ENF), schriftlich. ‒ Derzeit werden Daten über die von den Endkunden in privaten Haushalten zu zahlenden Erdgas- und Strompreise auf der Grundlage der Freiwilligkeit erfasst. Das Ziel dieser Verordnung ist, aus einer Freiwilligkeit eine Verbindlichkeit zu machen. Probleme der Datenerhebung, die von mehreren Mitgliedstaaten gemeldet worden sind, könnten dadurch unterbunden werden. Die Erfassung der Preisdaten würde wie bisher durch die zuständigen einzelstaatlichen Behörden erfolgen. Da durch die Annahme dieser Verordnung verhindert werden würde, dass die Qualität der Erhebung deutlich sinkt, habe ich dem Bericht zugestimmt.

 
  
MPphoto
 
 

  Jarosław Wałęsa (PPE), in writing. ‒ For the promotion of transparency within gas and electricity prices, I will be voting in favour of the first-reading agreement regarding this issue. Comprehensible and comparable are the two main words in this context. The Member States have to guarantee to provide comprehensible and comparable high-quality data, which needs a proper system for data collection and the compilation of those statistics, to truly represent the prices of natural gas and electricity, in order to truly serve the citizens of the EU.

 
  
MPphoto
 
 

  Lieve Wierinck (ALDE), in writing. – I voted in favour of this resolution with regard to statistics on prices of natural gas and electricity in Europe. It concerns an important proposal for a regulation on statistics on prices of natural gas and electricity in Europe. This resolution aims at achieving more transparency for the consumers with regard to these prices, specifically aimed at the household sector and non-household consumers. In order to achieve this objective, an obligatory collection of data is needed. This should however not create additional burdens on the relevant authorities. Therefore, the report that this resolution concerns, aims at making this transition possible and easier. It also gives specific recommendations on what still needs to be done. One important aspect is that it stresses the importance of protecting the confidentiality of sensitive information.

 
  
MPphoto
 
 

  Jadwiga Wiśniewska (ECR), na piśmie. ‒ W głosowaniu poparłam rozporządzenie, którego celem jest gromadzenie danych statystycznych dotyczących cen gazu i energii elektrycznej. Niezbędne są aktualne, wiarygodne i zharmonizowane dane dla sprawnego monitorowania rynku energii państw członkowskich oraz kształtowania polityki energetycznej. Do chwili obecnej takie zestawienie kosztów funkcjonowało jedynie dla odbiorców przemysłowych w UE, natomiast teraz ma być powszechnie dostępne, tak aby każdy obywatel UE miał dostęp do wiarygodnych i porównywalnych cen gazu i energii. Rozporządzenie nie zakłada harmonizacji struktury cen gazu i energii w UE, jedynie gromadzenie danych w celu tworzenia statystyk i zapewnienia przejrzystości cenowej.

 
  
MPphoto
 
 

  Θεόδωρος Ζαγοράκης (PPE), γραπτώς. ‒ Έδωσα την θετική μου ψήφο στην έκθεση του συναδέλφου Langen η οποία ακολουθεί μια σειρά εγγράφων της Ευρωπαϊκή Επιτροπής από το 2015 και που αφορούν τον σχεδιασμό της αγοράς ηλεκτρικής ενέργειας στην εσωτερική αγορά της ΕΕ. Στην έκθεση λαμβάνεται, μεταξύ άλλων, υπόψη η ενίσχυση των επενδύσεων, η ασφάλεια του ενεργειακού εφοδιασμού καθώς και η ενσωμάτωση των ΑΠΕ.

 
  
MPphoto
 
 

  Jana Žitňanská (ECR), písomne ‒ Návrh nariadenia, na základe ktorého budú musieť členské štáty zbierať a odovzdávať štatistiky týkajúce sa cien elektriny a plynu pre domácnosti a priemysel, som podporila. Okrem stanovenej povinnosti zbierať údaje o cenách energií, poplatkoch za siete či daniach budú mať členské štáty zároveň povinnosť tieto údaje pravidelne nahlasovať Európskej komisii (resp. Eurostatu). Na základe týchto údajov bude následne možné lepšie monitorovať vnútorný trh a tvoriť špecializované politiky presne na mieru. Zároveň, keďže aj doteraz mali členské štáty povinnosť zbierať údaje s výnimkou údajov pre domácnosti, ktoré budú podľa nového nariadenia taktiež povinné, nemala by táto dodatočná povinnosť spôsobiť žiadne výrazné zaťaženie.

 
  
MPphoto
 
 

  Milan Zver (PPE), pisno. ‒ Glasoval sem za predlog uredbe o statistiki cen zemeljskega plina in električne energije.

Strinjam se, da je potrebno zagotoviti skupni okvir za evropsko statistiko v podporo energetski politiki, zlasti za vzpostavitev popolnoma integriranega notranjega energetskega trga za odjemalce.

Menim, da bo predlagana uredba omogočala večjo preglednost glede stroškov in cen energije ter glede ravni javne podpore.

 

5.14. Naar een nieuwe opzet van de energiemarkt (A8-0214/2016 - Werner Langen)
Video van de redevoeringen
  

Mündliche Erklärungen zur Abstimmung

 
  
MPphoto
 

  Xabier Benito Ziluaga (GUE/NGL). – Señor Presidente, la semana pasada vinieron al Parlamento Europeo varios ciudadanos españoles afectados por el «impuesto al sol» y las medidas retroactivas. Nos explicaron cómo el diseño del mercado energético perjudica a los autoconsumidores de energías renovables.

Este informe podría haber aportado una solución para estas personas, que viven un verdadero drama social. Este informe podría haber creado también un marco jurídico y legislativo que ayudase a implementar las energías renovables, con prioridad de acceso a la red, frente a las energías provenientes de quemar combustibles fósiles como el carbón o el gas, primera causa del calentamiento global.

En cambio, supone que todas las tecnologías son neutrales, tanto la nuclear como la solar. Otro paso más para guiarnos ciegamente por las necesidades del mercado, es decir, las necesidades de las grandes empresas del sector energético, que, por cierto, seguirán recibiendo subvenciones encubiertas a los combustibles fósiles y a sus grandes infraestructuras, como ya conocemos —Castor, Doñana, el South Stream Corridor—, a través de los mecanismos de capacidad que este informe avala.

 
  
MPphoto
 

  Jiří Pospíšil (PPE). – Pane předsedající, já jsem podpořil tuto zprávu, považuji ji za důležitou. Pro mě budování vnitřního energetického trhu není jen otázkou ekonomické výhodnosti a posilování vnitřního trhu EU jako takového, ale je to pro mě i otázka energetické bezpečnosti, která je zvláště pro menší země, které dříve v dobách komunismu spadaly pod vliv Sovětského svazu, geopoliticky významná. Zkrátka a dobře, čím bude kvalitnější vnitřní energetický trh, tím budeme méně závislí na energiích z vnějšku EU, např. právě z území Ruska, a budeme schopni případně s těmi vnějšími partnery společně také vyjednávat lepší podmínky. Výhodou toho materiálu, proč ho schvaluji a podporuji, je mimo jiné i to, že zůstává na jednotlivých státech, aby si volily své energetické zdroje, včetně tedy atomové energie. Atomová energie není zde zapovězena, to si myslím, že je velmi správné a rozumné.

 
  
MPphoto
 

  Момчил Неков (S&D). – Г-н Председател, докладът, който гласуваме днес, е озаглавен „Към нова концепция за енергийния пазар“. Аз обаче бих го поставил под въпрос. Моята страна България трябваше да извади от експлоатация общо четири реактора от атомна електроцентрала, която задоволяваше нуждите на редица страни от региона, за да влезе в Европейския съюз. От нетен износител на електроенергия, бих искал да припомня, че през 2012 г. страната ни трябваше да спре износа на електроенергия заради недостиг на мощности на вътрешния пазар.

Според направените изчисления по проекта „АЕЦ Белене“ е възможно около две хиляди души да работят на площадката на първи реактор, а общо не по-малко от четири хиляди да са заети в национален план. Всяко забавяне отнема възможността за създаване на заетост в един от най-бедните региони в Европейския съюз.

Как ще се постигне икономически ръст в Европа, ако разходите отиват в изграждане на нова и нова инфраструктура, вместо да се използват пълноценно вече започнати проекти? Това го плаща всеки ден българският гражданин.

 
  
MPphoto
 

  Μαρία Σπυράκη ( PPE). – Κύριε Πρόεδρε, το στοίχημα της ενεργειακής ένωσης αποτελεί οδηγό ώστε το μείγμα της ενεργειακής πολιτικής να διευρύνει την ασφάλεια των κρατών μελών και τη συμπληρωματικότητα στην τροφοδοσία. Ειδικά, σε ό,τι αφορά την πατρίδα μου, την Ελλάδα, είναι ζωτικής σημασίας να μας δοθεί χρόνος ώστε να προχωρήσουμε στη σταδιακή απεξάρτηση από τον λιγνίτη και αυτό μπορεί να συμβεί με την παροχή δικαιωμάτων ρύπων στη χώρα μας μέσω του Ταμείου Εκσυγχρονισμού. Ήδη, ομάδα ευρωβουλευτών του Ευρωπαϊκού Λαϊκού Κόμματος έχει καταθέσει σχετική τροπολογία στην έκθεση για το σύστημα εμπορίας ρύπων.

Κύριε Πρόεδρε, συνάδελφοι, το ενεργειακό μείγμα οφείλει να βασίζεται σε διαφοροποιημένους προμηθευτές και θα ήθελα στο σημείο αυτό να θέσω ερώτημα για την ολοκλήρωση, εντός χρονοδιαγράμματος μέχρι το 2019, του αγωγού TAP που μεταφέρει αζέρικο αέριο στην Ευρώπη δεδομένου ότι η SOCAR, ως βασικός μέτοχος, προειδοποιεί ότι, λόγω των εμποδίων που αντιμετωπίζει με την αποκρατικοποίηση της ΔΕΣΠΑ, είναι πιθανό να μη συμβάλει στο έργο. Θα ήθελα, τέλος, να αναφέρω ότι είναι απαραίτητη η ενθάρρυνση της χρήσης των βιοκαυσίμων στις μεταφορές επειδή σε πολλά κράτη μέλη υπολειπόμεθα του στόχου.

 
  
MPphoto
 

   Seán Kelly (PPE). – A Uachtaráin, arís thugas tacaíocht don tuarascáil seo, curtha le chéile go healaíonta ag mo chomhghleacaí, Werner Langen.

I think that putting in place a single market for electricity in the EU can bring significant benefits in terms of supply security and price, but it is important that we get it right. With the points outlined in this report, I think we are heading in the right direction and I look forward to the legislative proposals later in the year.

A key point in these discussions will be the ways in which the new electricity market design can help us to meet our climate goals. The promotion of renewables will be crucial, and I think that any single market for electricity will need to ensure a favourable climate for investment in renewables and therefore send the right signals. Additionally, by ensuring that prices will reflect actual electricity supply and demand, we will allow for stronger price signals in the wholesale market and therefore encourage investment in new capacity and flexibility.

 
  
  

Schriftliche Erklärungen zur Abstimmung

 
  
MPphoto
 
 

  Isabella Adinolfi (EFDD), per iscritto. ‒ La relazione, che ha come tema la trasformazione del mercato dell'energia, introduce alcuni elementi innovativi e altamente interessanti, uno fra tutti è un approccio maggiormente orientato al futuro per quel che riguarda le energie rinnovabili. Tuttavia nella relazione sono presenti alcuni punti che non possono essere supportati, come quelli che si riferiscono allo sfruttamento dei fossili e alle centrali a gas ad alta efficienza. Per queste ragioni ho deciso di votare negativamente.

 
  
MPphoto
 
 

  Tim Aker (EFDD), in writing. – We are against the report because we object new EU legislation in this field. We in UKIP believe that the UK should make its own energy policy and exploit and invest in lower-cost, reliable energy sources like coal, gas and nuclear.

 
  
MPphoto
 
 

  Martina Anderson (GUE/NGL), in writing. ‒ This own initiative report focuses on the design of a new EU electricity market in light of the aim to double the percentage of electricity produced by renewables from 25% to 50% of the total by 2030.

It proposes only market-based solutions to increase capacity such as incentives and rewards. GUE/NGL’s position in favour of a focus on public support for developing renewable energy, access to the grid, the right to self-generation, decentralised solutions, and energy efficiency measures, etc. have been largely ignored. The report proposes that change be based mainly on market rules whilst being ‘technology-neutral’ i.e. not favouring one form of energy over another – which is the opposite of what is required as we need a strong intervention by Member States in favour of developing renewables. I voted against the report.

 
  
MPphoto
 
 

  Eric Andrieu (S&D), par écrit. ‒ J’ai voté en faveur de ce rapport qui va dans la bonne direction: développer un marché propre pour l’avenir, qui travaille pour les consommateurs et assure une énergie abordable. Telles doivent être nos priorités.

 
  
MPphoto
 
 

  Laima Liucija Andrikienė (PPE), in writing. ‒ I have voted in favour of the report on a new energy market design. The report aims to strengthen the internal market for energy and to allow electricity to move freely to where it is most needed, to reap maximum benefits from cross-border competition and provide the right signals and incentives to drive the right investments. The electricity market should enhance regional cooperation on all dimensions of energy supply and demand, and should focus on improved, more decentralised and more flexible markets, in order to ensure a well-regulated, market-based system, which is capable of delivering on all of the EU’s established energy and climate goals for 2030. The report also considers that all Member States have to implement fully the Third Energy Package and to be more proactively involved in designing a flexible and decentralised internal market on electricity. Furthermore, renewables need to be fully integrated into the electricity system by ensuring that markets are fit for renewables, promoting their participation in electricity markets on an equal footing with conventional generation.

 
  
MPphoto
 
 

  Νίκος Ανδρουλάκης (S&D), γραπτώς. ‒ Ψήφισα υπέρ της συγκεκριμένης έκθεσης που προηγείται της νομοθεσίας σχετικά με την αγορά ηλεκτρικής ενέργειας και θα προταθεί στο τέλος του 2016. Η παρούσα έκθεση είναι σημαντική καθώς λαμβάνει υπόψιν της στο σχεδιασμό της νέας αγοράς ενέργειας, τη μετάβαση από τη παραδοσιακή, κεντρική παραγωγή ηλεκτρικής ενέργειας σε ένα σύστημα που βασίζεται περισσότερο στις ανανεώσιμες πηγές ενέργειες, που παράγονται συχνά σε ένα πιο τοπικό επίπεδο, και στην ευελιξία.

 
  
MPphoto
 
 

  Pascal Arimont (PPE), schriftlich. ‒ Das Ziel dieses Berichtes ist es den Energiebinnenmarkt zu stärken. Außerdem gilt es, weiterhin darauf hinzuarbeiten, dass Elektrizität frei zu den Orten geleitet werden kann, an denen sie am nötigsten gebraucht wird. So soll ein größtmöglicher Nutzen aus dem grenzüberschreitenden Wettbewerb gezogen und die richtigen Signale und Anreize für sinnvolle Investitionen gegeben werden. Des Weiteren fordert der Bericht, dass erneuerbare Energien in vollem Umfang in das Stromversorgungssystem integriert werden sollten, indem sichergestellt wird, dass die Märkte dafür ausgerüstet sind und der Anteil dieser Energien am Elektrizitätsmarkt im gleichen Umfang wie der Anteil an den konventionellen Energieträgern gefördert wird.

Ich habe dem Bericht zugestimmt, da ich den Standpunkt vertrete, dass ein aufeinander abgestimmter Ansatz mit Blick auf eine angemessene Stromerzeugung und die Zuverlässigkeitsstandards notwendig ist. Dadurch kann eine umfangreichere grenzüberschreitende Koordinierung und Zusammenarbeit sowie ein harmonisierter Ansatz bei den Kapazitätsmechanismen ermöglicht werden. Außerdem bin ich der Meinung, dass die regionale Kooperation im Bereich der Energiepolitik gestärkt werden muss und auf einen einheitlichen europäischen Rahmen für die Förderung erneuerbarer Energien hingearbeitet werden sollte.

 
  
MPphoto
 
 

  Marie-Christine Arnautu (ENF), par écrit. ‒ Ce rapport traite du nouveau marché de l'énergie, induit par les orientations adoptées dans le cadre de l'Union de l'énergie. Cela touche à des questions macroéconomiques sur le marché de l'énergie (capacités de production, marché de gros, interconnexion), mais se répète avec les rapports Union de l'énergie et interconnexion, à 7 mois de distance.

Ce rapport veut donner à l'ACER plus de pouvoirs, au nom d'une coordination renforcée au niveau régional, l'objectif étant de la faire passer progressivement du rôle de coordination entre les régulateurs nationaux à un rôle de régulateur supranational, même si le rapport reste prudent sur cette évolution.

Le texte est dans l’illusion d'un marché de l'énergie intégré et sur l'Union de l'énergie (points 3 et 4), brocardant pour cela les États qui ne vont pas assez vite dans le changement en se prononçant aussi contre les mécanismes nationaux de capacité (point 9), et fait passer le marché avant la sécurité d'approvisionnement, comme tous les textes européens en la matière.

Enfin, l'écologie (ici les énergies renouvelables) est un prétexte pour renforcer le fédéralisme européen et pour détruire les entreprises nationales, au nom de la fluidité nécessitée par les énergies intermittentes.

J’ai donc voté contre.

 
  
MPphoto
 
 

  Jonathan Arnott (EFDD), in writing. ‒ In the interests of transparency and democracy I voted against this report. The report aims to ensure the implementation of the Third Energy Package in all Member States. It calls for a new regulatory framework and asks Member States to increase the use of renewable energy in order to reduce CO2 emissions from electricity generation. I voted against this report because I object to any new EU legislation in this field. I believe that the UK should make its own energy policy and exploit and invest in lower-cost, reliable energy sources like coal, gas and nuclear.

 
  
MPphoto
 
 

  Jean Arthuis (ALDE), par écrit. ‒ J'ai voté en faveur de ce rapport, qui rappelle les objectifs à atteindre en matière de climat et d’énergie, ce qui nécessitera une transformation fondamentale du système européen d'électricité, ainsi que la réorganisation du marché européen de l'électricité.

 
  
MPphoto
 
 

  Zigmantas Balčytis (S&D), raštu. ‒ Balsavau už šį pranešimą dėl naujo energijos rinkos modelio kūrimo. 2015 m. liepos 15 d. buvo paskelbtas komunikatas dėl Europos bendrosios rinkos ir nuo to buvo pradėtos viešos konsultacijos dėl to, kokia turėtų būti naujo elektros energijos rinkos modelio struktūra. Energetikos sektoriuje Europa, be kita ko, susiduria su tokiais iššūkiais: pastaraisiais metais išaugusi priklausomybė nuo naftos ir dujų importo, diversifikacijos stoka, didelės energijos kainos, kurioms įtaką daro dideli muito mokesčiai, bendrai didėjanti pasaulinė energijos paklausa, pavojus gamybos ir tranzito šalių saugumui, kova su klimato kaita, lėta pažanga energijos vartojimo efektyvumo srityje, didesnė atsinaujinančiųjų išteklių energijos dalis, energijos rinkų integracija ir susiejimas bei rinkos iškraipymai dėl skirtingų paramos schemų. Todėl pritariu geresnės energijos rinkos integravimui ir koordinavimui, kuris suteiks daugiau galimybių pasiekti bendrus Europos tikslus, t. y. užtikrinti saugų, ekonomiškai efektyvų ir aplinkai nekenksmingą energijos tiekimą.

 
  
MPphoto
 
 

  Gerard Batten (EFDD), in writing. ‒ We are against the report because we object to new EU legislation in this field. We in UKIP believe that the UK should make its own energy policy and exploit and invest in lower-cost, reliable energy sources like coal, gas and nuclear.

 
  
MPphoto
 
 

  Nicolas Bay (ENF), par écrit. ‒ J’ai voté contre ce rapport à la tonalité très libérale, qui vise une fois de plus la dérégulation du marché de l’énergie au nom d’une prétendue lutte contre les monopoles (d’État).

 
  
MPphoto
 
 

  Hugues Bayet (S&D), par écrit. ‒ J'ai voté en faveur de ce rapport qui souligne notamment l'énorme potentiel d'une coopération régionale renforcée et l'importance d'une programmation coordonnée à long terme pour le développement efficace des infrastructures de transport et des marchés de l'électricité en Europe.

Le rapport regrette par ailleurs qu'il existe toujours de grosses lacunes dans l'interconnexion au sein de certains États membres et entre ceux-ci.

Soutenant la part croissante des énergies renouvelables dans l'Union européenne, le rapport souligne qu'une intégration pleine et entière des énergies renouvelables au sein du marché de l'électricité est essentielle. Les députés insistent ainsi sur l'importance de régimes de soutien aux énergies renouvelables stables et rentables pour l'investissement à long terme.

 
  
MPphoto
 
 

  Brando Benifei (S&D), per iscritto. ‒ Le comunicazioni presentate dalla Commissione nel luglio 2015 hanno posto alcuni obiettivi chiari per il futuro del mercato dell'energia nel nostro continente. Essi ruotano attorno a tre questioni fondamentali: la creazione di un mercato dell'energia elettrica esteso a tutta l'UE; il conferimento di una dimensione europea alla sicurezza dell'approvvigionamento energetico e il rafforzamento della cooperazione regionale nell'ambito della politica energetica.

La relazione Langen, che oggi ho sostenuto con il mio voto, prende in esame le misure prospettate dalla Commissione, individuando efficacemente il rapporto tra obiettivi fissati e mezzi per il loro conseguimento. Oggi è prioritario definire un nuovo insieme di regole che siano adeguate alla nuova natura dell'offerta di energia. Il mercato dell'energia si sta sempre più muovendo da un sistema tradizionale centralizzato ad uno più flessibile, fondato sulle rinnovabili e la produzione a livello locale. L'Europa deve creare reti di distribuzione intelligenti, promuovere nuove soluzioni per lo stoccaggio e aumentare la fiducia degli attori coinvolti; solo così potrà creare un mercato dell'energia che possa funzionare al meglio sia per i consumatori sia per l'industria.

 
  
MPphoto
 
 

  Dominique Bilde (ENF), par écrit. ‒ Je me suis opposée à ce rapport sur le marché de l’énergie, malgré quelques points positifs qu’il convient de souligner.

La nécessité d’investissement dans le réseau, la coordination des États au niveau régional, ou encore, le respect du principe de subsidiarité sont autant d’idées auxquelles je crois, tout comme le rappel de la compétence nationale sur le mix énergétique.

Cependant, une nouvelle fois un rapport parlementaire (faisant d’ailleurs doublon avec le rapport sur l’union de l’énergie, voté il y a seulement 7 mois) va dans le sens d’une Europe fédérale par la « politique des petits pas » : on cherche à faire concéder aux États-membres, petit à petit, des pans entiers de leurs compétences et ce, sous des prétextes fallacieux.

Ici, la technique est de donner plus de pouvoir à l’ACER (Agence européenne de coopération des régulateurs de l’énergie), qui se profile de plus en plus comme un régulateur transnational au lieu d’un coordinateur des régulateurs nationaux.

Outre cette visée idéologique, le rapport est irréaliste puisqu’il fait passer le marché avant la sécurité d’approvisionnement, au nom de la sacrosainte union de l’énergie.

 
  
MPphoto
 
 

  Mara Bizzotto (ENF), per iscritto. ‒ La relazione Langen sul nuovo assetto del mercato dell'energia è poco equilibrata e presenta criticità che mi hanno spinta ad esprimermi con un voto contrario.

 
  
MPphoto
 
 

  José Blanco López (S&D), por escrito. ‒ El 15 de julio de 2015 la Comisión presentó su Comunicación sobre la nueva configuración del mercado de la energía, previa a la legislación prevista para finales de 2016.

Para un nuevo diseño del mercado de la energía, es necesario considerar la naturaleza cambiante de nuestros suministros. Debemos dotarnos de mayor flexibilidad, incorporar las renovables y las generadas a nivel local.

Entre los múltiples desafíos que afrontamos, está la dependencia del petróleo y el gas, la falta de diversificación y de progresos en eficiencia, los elevados precios, la creciente demanda mundial, los riesgos de seguridad o la lucha contra el cambio climático.

El informe sienta las bases de una Unión de la Energía basada en un mercado interconectado a escala europea, que asegure el suministro eléctrico a precios asequibles, con aprovechamiento óptimo de los recursos y eficiencia energética como pilares, integrando las renovables y las cogeneradas.

Esto exige incrementar las interconexiones interiores y acabar con islas energéticas como la península ibérica. Una mejor integración de los mercados abriga múltiples oportunidades para alcanzar un abastecimiento seguro y eficiente y sostenible para el medio ambiente.

Por todo ello, he votado a favor de este informe.

 
  
MPphoto
 
 

  Vilija Blinkevičiūtė (S&D), raštu. ‒ Balsavau dėl šio pranešimo, nes juo Parlamentas pasisakė dėl būsimo Europos elektros energijos rinkos modelio. Europos energetikos politika yra užtikrinamas energijos rinkos veikimas ir energijos tiekimo saugumas, skatinamas taupymas efektyviau vartojant energiją, atsinaujinančių energijos formų plėtojimas ir energetikos tinklų sujungimas. Visgi, keliose valstybėse narėse prognozuojami nepakankami gamybos pajėgumai, dėl kurių netolimoje ateityje gali nutrūkti elektros energijos tiekimas, jei nebus sukurti būtini atsarginiai mechanizmai. Todėl glaudesnis bendradarbiavimas regioniniu lygmeniu yra būtinas ir jis turėtų padėti sustiprinti rinkos integraciją Europos lygmeniu. Taigi, Parlamentas palankiai įvertino 2015 m. Komisijos komunikatą dėl naujo energijos rinkos modelio ir sutinka su nuomone, kad pertvarkyta energijos rinka ir įgyvendinti galiojantys teisės aktai turėtų sustiprinti regioninį bendradarbiavimą visais energijos tiekimo ir paklausos aspektais. Tačiau Parlamentas paragino koreguoti Europos rinkų reglamentavimo sistemą, kad galėtų didėti atsinaujinančiųjų išteklių energijos dalis ir būtų panaikintos esamos tarpvalstybinio reglamentavimo spragos.

 
  
MPphoto
 
 

  Simona Bonafè (S&D), per iscritto. ‒ La risoluzione che approviamo oggi reagisce alla comunicazione della Commissione europea e intende fornire delle indicazioni in vista dell'attesa proposta legislativa.

L'assetto del mercato dell'energia è un aspetto fondamentale per il raggiungimento nel settore di un mercato realmente unico. Solo con un mercato armonizzato sarà possibile avere quei segnali di prezzo essenziali per mobilitare gli investimenti necessari a portarci in una dimensione di solide interconnessioni e di efficace integrazione dell'energia prodotta da fonti rinnovabili. Conosciamo tuttavia quali sono i dati relativi alla dipendenza energetica dell'Unione europea e abbiamo sperimentato negli ultimi anni come gli squilibri geopolitici possano esporci in questo senso. Di conseguenza è necessario avere dei piani affidabili per garantire la tenuta delle reti elettriche, anche in considerazione del graduale progresso tecnologico per l'integrazione delle rinnovabili.

 
  
MPphoto
 
 

  Marie-Christine Boutonnet (ENF), par écrit. ‒ Ce rapport utilise l’écologie pour renforcer le pouvoir supra national de l’UE sur les États membres.

Ses réflexions sur le stockage de l’électricité pour les énergies renouvelables relèvent de l’utopie caractérisée.

Je considère essentiel le rôle de l’État en matière énergétique, en particulier pour une question de sécurité d’approvisionnement.

Pour toutes ces raisons, j'ai voté contre.

 
  
MPphoto
 
 

  Renata Briano (S&D), per iscritto. ‒ Nel 2014 il mercato dell'energia era il secondo mercato in ordine di importanza dell'Unione europea. Un mercato importante, dal cui funzionamento dipendono le utenze domestiche dei nostri cittadini, la produzione industriale, i trasporti, le grandi reti di comunicazione, i servizi sanitari e assistenziali, la difesa militare e molti altri aspetti della vita di ogni giorno.

Questo grande mercato va riformato, con la creazione di un mercato dell'energia elettrica esteso a tutta l'UE che fornisca chiari segnali di prezzo per nuovi investimenti, assieme al conferimento di una dimensione europea alla sicurezza dell'approvvigionamento energetico e al rafforzamento della cooperazione regionale nell'ambito della politica energetica, in particolare con riferimento agli investimenti nei nuovi impianti di produzione dell'energia, agli interconnettori e ai regimi di aiuto, avendo anche cura di sostenere e di promuovere l'integrazione delle energie rinnovabili nel mercato unico europeo.

 
  
MPphoto
 
 

  Steeve Briois (ENF), par écrit. ‒ Ce rapport traite du nouveau marché de l’énergie induit par les orientations adoptées dans le cadre de l’Union de l’énergie. Bien que le texte mette l’accent sur la nécessité de financer de nouveaux investissements dans le réseau, je me suis opposé à ce rapport qui fait la promotion de l’Union de l’énergie.

D’une part, ce rapport vise à renforcer les pouvoirs de l’Agence de coopération des régulateurs de l’énergie (ACER) au nom d’une meilleure coordination entre les régulateurs nationaux. Il va sans dire que l’objectif tacite de ce rapport est de confier à l’ACER un rôle de régulateur supranational au détriment de la souveraineté des États membres.

D’autre part, l’Union européenne utilise l’écologie comme un prétexte pour avancer vers un fédéralisme européen et pour détruire les entreprises nationales bénéficiant d’un monopole naturel. C’est la raison pour laquelle j’ai voté contre ce texte.

 
  
MPphoto
 
 

  Daniel Buda (PPE), în scris. ‒ Printre provocările cu care se confruntă Europa în domeniul energiei se numără dependența de importurile de petrol și gaze care s-a amplificat în ultimii ani, lipsa de diversificare, prețurile ridicate la energie influențate de taxele pe energie impuse de către stat, creșterea cererii de energie la nivel global, precum și integrarea și interconectarea piețelor energetice și denaturările pieței provocate de diferite sisteme de sprijin.

Îndeplinirea obiectivelor UE privind schimbările climatice necesită un ansamblu de măsuri, fapt care implică, pe lângă utilizarea energiilor din surse regenerabile, și evaluarea beneficiilor tehnologiilor cu emisii reduse de carbon în raport cu tehnologiile cu niveluri ridicate de emisii.

Am votat în favoarea raportului care vizează o nouă organizare a pieței energiei, considerând că propunerea Comisiei Europene pentru o politică energetică implicând în egală măsură structuri centralizate și descentralizate este una corectă și viabilă în actualul context internațional.

 
  
MPphoto
 
 

  Cristian-Silviu Bușoi (PPE), în scris. ‒ Viitorul pieței de energie în țările UE constituie unul dintre subiectele actuale la nivel european. Mai mult decât atât, acesta a reprezentat, de la bun început, unul dintre catalizatorii actului fondator al Uniunii Europene, act direct legat de gestionarea resurselor de energie.

Datorită infrastructurii învechite, a piețelor slab integrate și a politicilor necoordonate, consumatorii, gospodăriile și întreprinderile nu beneficiază de o gamă mai variată de opțiuni sau de prețuri mai scăzute la energia electrică. La 15 iulie 2015, Comisia Europeană a publicat o serie de orientări și obiective prin care să reglementeze și să unifice piața energetică europeană. Toate măsurile trebuie verificate în ceea ce privește instrumentele, temeiul juridic, punerea în aplicare și posibilitățile europenizării aprovizionării cu energie electrică.

Susțin propunerea de rezoluție a PE referitoare la raportul „Către o nouă organizare a pieței energiei”. Consider că este momentul să se finalizeze piața unică a energiei în Europa pentru o aprovizionare cu energie care să fie sigură, viabilă din punct de vedere ecologic și la prețuri abordabile. Prețuri previzibile la energie și securitatea aprovizionării vor crește nivelul de trai al gospodăriilor.

 
  
MPphoto
 
 

  Alain Cadec (PPE), par écrit. ‒ Ce rapport d’initiative du Parlement européen constitue une réponse à la communication et à la consultation publique de la Commission sur une nouvelle organisation du marché de l’électricité. Le constat est fait que nous avons besoin d’un marché européen de l’électricité davantage interconnecté. Nous devons également veiller à une plus grande indépendance énergétique et améliorer la sécurité de l’approvisionnement en électricité. Il est primordial également de renforcer la coopération régionale en matière de politique énergétique. J’ai voté en faveur de ce rapport.

 
  
MPphoto
 
 

  Nicola Caputo (S&D), per iscritto. ‒ Dopo attenta lettura e discussione in Aula ho dato il mio voto positivo alla proposta di risoluzione del Parlamento europeo sul tema "Verso un nuovo assetto del mercato dell'energia" in quanto ritengo che il nostro scenario internazionale evidenzi che la sicurezza energetica – sia in termini di approvvigionamento sia di regolamentazione – contribuisca a garantire e consolidare l'indipendenza politica degli Stati membri.

Di conseguenza va incoraggiato e perseguito un dialogo che si ponga l'obiettivo di perfezionare lo svolgimento dei relativi processi di cambiamento energetico verso le fonti più pulite e rinnovabili e di lenire le distorsioni di mercato. Questa differente gestione di sovranità è parte importante delle sfide che l'Europa deve affrontare nel settore dell'energia, che in definitiva necessita – innanzitutto – di maggiore integrazione ed interconnessione.

 
  
MPphoto
 
 

  Matt Carthy (GUE/NGL), in writing. ‒ This own initiative report focuses on the design of a new EU electricity market in light of the aim to double the percentage of electricity produced by renewables from 25% to 50% of the total by 2030.

It proposes only market-based solutions to increase capacity such as incentives and rewards. GUE/NGL’s position in favour of a focus on public support for developing renewable energy, access to the grid, the right to self-generation, decentralised solutions, and energy efficiency measures, etc. have been largely ignored. The report proposes that change be based mainly on market rules whilst being ‘technology-neutral’ i.e. not favouring one form of energy over another – which is the opposite of what is required as we need a strong intervention by Member States in favour of developing renewables. I voted against the report.

 
  
MPphoto
 
 

  David Casa (PPE), in writing. ‒ I believe that there is a big potential to strengthen the internal market for energy and to allow electricity to move freely to also benefit cross-border competition and provide the right signals for investments. Improved integration and coordination of energy markets means that there are many opportunities to achieve the common European goal of a secure, affordable, environmentally-sound energy supply. I generally support the ideas set out in this report and voted in favour.

 
  
MPphoto
 
 

  Fabio Massimo Castaldo (EFDD), per iscritto. ‒ La Commissione europea ritiene che il nuovo mercato elettrico debba trarre il massimo vantaggio dalla concorrenza transfrontaliera, consentire la generazione distribuita di energia elettrica, anche per l'autoconsumo, e sostenere la nascita di società di servizi energetici innovativi.

La riforma del mercato elettrico è fondamentale per raggiungere gli obiettivi UE in materia di clima ed energia. In particolare, deve creare le condizioni favorevoli a ridurre il consumo energetico, gestendo meglio la domanda grazie alle nuove tecnologie (reti, contatori e case intelligenti, impianti di stoccaggio energetico) ai nuovi servizi da parte di imprese innovative e intermediari affidabili e alla transizione dei consumi verso fonti alternative. Se la relazione dell'on. Langen è molto migliore molto rispetto alla versione iniziale, sono emersi elementi non sostenibili (ETS, carbon leakage, sfruttamento fossili, centrali a gas ad alta efficienza...) perciò ho deciso di votare contro.

 
  
MPphoto
 
 

  Caterina Chinnici (S&D), per iscritto. ‒ La politica energetica dell'Unione europea deve ormai adattarsi ai nuovi assetti del mercato globale dell'energia al fine di garantire la sicurezza dell'approvvigionamento, la sostenibilità ambientale e l'accessibilità in termini di prezzo per famiglie ed imprese. Ritengo che tali obiettivi vadano perseguiti promuovendo l'integrazione e il coordinamento dei mercati dell'energia degli Stati membri con il fine ultimo di creare un mercato unico europeo per l'energia elettrica. Ho votato a favore della relazione, poiché invita gli Stati membri e la Commissione a conferire un'elevata priorità alla promozione delle energie rinnovabili e a istituire mercati regionali più ampi, preferibilmente testando progetti innovativi a livello transfrontaliero. In effetti, l'Agenzia per la cooperazione fra i regolatori nazionali dell'energia (ACER) ha evidenziato che la cooperazione regionale presenta enormi potenzialità soprattutto con riferimento ai risparmi dei costi. Ritengo che le interconnessioni all'interno e fra alcuni Stati membri vadano potenziate poiché vi sono tuttora lacune che provocano strozzature delle reti e pregiudicano gli scambi energetici transfrontalieri. Auspico che la Commissione garantisca parità di condizioni per i produttori di energia di Stati membri e di paesi terzi poiché la concorrenza stimola la sicurezza energetica. Indispensabile infine lo sviluppo di nuove soluzioni di stoccaggio dell'energia elettrica al fine di consentire una gestione efficace della domanda.

 
  
MPphoto
 
 

  Λευτέρης Χριστοφόρου (PPE), γραπτώς. ‒ Στηρίζουμε την έκθεση που προωθεί τους στόχους της ενεργειακής πολιτικής, δηλαδή την ασφάλεια ενεργειακού εφοδιασμού, την περιβαλλοντική βιωσιμότητα και τον καθορισμό των κατάλληλων τιμών. Στο πλαίσιο αυτό πρέπει να διευκολυνθεί η χρήση νέων τεχνολογιών και η πραγματοποίηση επενδύσεων, κυρίως σε ανανεώσιμες πηγές ενέργειας και σε μονάδες ηλεκτροπαραγωγής χαμηλών ανθρακούχων εκπομπών.

 
  
MPphoto
 
 

  Κώστας Χρυσόγονος (GUE/NGL), γραπτώς. ‒ Ψηφίσαμε ως προς την έκθεση με θέμα τον ανασχεδιασμό της αγοράς ενέργειας. Είναι προφανές πως το ζήτημα αυτό αφορά έναν από τους πιο σημαντικούς τομείς της ευρωπαϊκής βιομηχανίας, με άμεσες προεκτάσεις στην καθημερινότητα των ευρωπαίων πολιτών. Οφείλουμε λοιπόν να είμαστε ιδιαίτερα προσεκτικοί, αφού προοπτικές όπως η αύξηση του τελικού κόστους, καθώς και η παγίωση μιας μη βιώσιμης ικανότητας παραγωγής απειλούν τον τομέα αυτό. Θα πρέπει επίσης να δοθούν περισσότερες δυνατότητες συμμετοχής στους καταναλωτές, κάτι το οποίο δεν εξασφαλίζεται για την ώρα. Ως εκ τούτου ψήφισα αρνητικά.

 
  
MPphoto
 
 

  Alberto Cirio (PPE), per iscritto. ‒ Mi sono espresso a favore della relazione dell'on. Langen sul nuovo design del mercato dell'energia, la quale si inserisce nella serie di documenti sul mercato unico europeo pubblicati dalla Commissione il 15 luglio 2015.

Mi congratulo con il collega per l'accento posto sul bisogno di un unico, stabile sistema energetico al fine di garantire un approvvigionamento sostenibile ed efficiente. Ritengo che l'integrazione dei singoli mercati nazionali a livello europeo favorirà non solo una migliore cooperazione tra i paesi dell'Unione, ma anche una riduzione dei costi per industrie e consumatori europei grazie alla libera circolazione dell'energia. Inoltre, concordo con la relazione sulla necessità di promuovere investimenti e sviluppare progetti a lungo termine nel campo delle fonti rinnovabili.

 
  
MPphoto
 
 

  Deirdre Clune (PPE), in writing. ‒ I supported the report, Towards a New Energy Market Design, and noted no objections.

 
  
MPphoto
 
 

  Carlos Coelho (PPE), por escrito. ‒ O mercado da eletricidade tem de gerar a efetiva transformação deste mercado, contribuir para a eficiência e a segurança do aprovisionamento, bem como para o desenvolvimento de energias renováveis e de interligações, e assegurar a realização do mercado interno da energia europeu.

O mercado europeu da energia, se bem concebido e devidamente aplicado, tem potencial para aumentar substancialmente a segurança e a independência energética da Europa, nomeadamente face aos principais fornecedores de que depende a União.

Apoio o presente relatório pois considero importante a revisão do quadro regulamentar existente, com vista a incentivar a utilização de sistemas de armazenamento de energia, com o objetivo de alimentar o sistema de energia com uma proporção mais elevada de energia proveniente de fontes renováveis intermitentes, com custos marginais reduzidos.

Uma melhor integração e coordenação dos mercados da energia encerra múltiplas oportunidades para alcançar os objetivos europeus comuns de um aprovisionamento energético seguro, sustentável e a preços acessíveis.

 
  
MPphoto
 
 

  Birgit Collin-Langen (PPE), schriftlich. ‒ Ich habe für den Bericht gestimmt, denn dieser zeigt die Maßnahmen auf, die für eine Vervollständigung des EU- weiten Energie-Binnenmarktes erforderlich sind. Dabei ist es dem Berichterstatter gelungen, die Balance zwischen EU-weiten Regelungen, wie der generellen Abschaffung von Preiszonen, überflüssigen Subventionen und nationalen Schutzmechanismen, und der Subsidiarität zu wahren. Die Verantwortung über die Versorgungssicherheit obliegt den Mitgliedstaaten, aber die notwendigen Kapazitäten müssen gemeinsam berechnet werden.

 
  
MPphoto
 
 

  Lara Comi (PPE), per iscritto. ‒ Ho votato a favore di questa relazione perché nella definizione di un nuovo assetto del mercato energetico è necessario dare priorità alle fonti rinnovabili, tenendo conto però del mantenimento di una sicurezza energetica duratura e di prezzi accessibili per i consumatori. Bisogna garantire una struttura del mercato che agevoli il processo di cambiamento, senza che si verifichino distorsioni della concorrenza e tenendo in considerazione fonti energetiche a bassa emissione di carbonio, affinché si possa integrare la produzione proveniente dalle fonti rinnovabili.

 
  
MPphoto
 
 

  Therese Comodini Cachia (PPE), in writing. – As a Union we endeavour to promote energy efficiency savings, the development of renewable energy and the interconnection of energy networks. Such are essential in defining the Member States’ energy mix and the conditions governing the use of their energy resources which nonetheless remains a national competence.

I support the call for proactively involving the civil society stakeholders in designing a flexible and decentralised European internal market in electricity in order to enhance coordination between national transition strategies whereby fees and taxes are to be applied fairly, avoiding double costs for the charging and discharging of energy and resulting in a market which rewards fast-reacting and flexible sources. This provides an essential contribution towards the creation of an EU-wide electricity market providing clear price signals for new investments.

 
  
MPphoto
 
 

  Javier Couso Permuy (GUE/NGL), por escrito. ‒ He votado en contra del presente informe porque supone una decepcionante visión en torno al diseño de los mercados y redes energéticas en la Unión, que no aporta soluciones a los problemas presentes. Nuestro grupo ha incluido enmiendas en apoyo a las renovables y criticando mecanismos como los mecanismos de capacidad que permiten beneficiar a las grandes multinacionales del sector eléctrico. Este informe no recoge la necesidad de apoyar a los pequeños productores de renovables, ni tampoco la importancia de permitir la intervención del Estado en el sector eléctrico. El informe llama a la desaparición de los precios regulados, que han demostrado ser una de las mejores herramientas para enfrentar el problema de la pobreza energética. Es por todo esto por lo que he decidido votar en contra del presente informe.

 
  
MPphoto
 
 

  Andrea Cozzolino (S&D), per iscritto. ‒ La relazione pone le basi per un riordinamento del mercato dell'energia, tale da tener conto della natura mutevole del sistema, che tende sempre più a discostarsi da una visione centralizzata, andando verso un sistema basato in maniera crescente su fonti rinnovabili variabili che contribuiscano alla decarbonizzazione della nostra economia, spesso, per di più, prodotte a livello locale. La proposta pone tre obiettivi strategici. Una gestione virtuosa di domanda e offerta, che favorisca investimenti, superando le strozzature di mercato, che tendono a confinare il potenziale energetico tutto all'interno dei rispettivi Stati membri. In secondo luogo, rafforzamento del sistema di approvvigionamento energetico, attraverso un approccio realmente europeo. Infine, maggiore cooperazione e integrazione interregionale, in particolare per gli investimenti in nuove centrali. Il testo, nel complesso e nonostante qualche punto controverso – come nel caso degli incentivi nazionali che possono creare distorsioni di prezzi e mercati – è un ottimo punto di partenza per affrontare la discussione con la Commissione in vista della proposta di riforma del mercato e per questo ho ritenuto importante sostenerlo.

 
  
MPphoto
 
 

  Pál Csáky (PPE), írásban. – Az elmúlt időszakra jellemző változások, mint az új technológiák, az ingadozó nyersanyagárak vagy a megújuló áramtermelés gyors terjedése alapjaiban változtatták meg az európai energiapiacot. A jelentés három kitűzött célt kíván elérni. Elsősorban létre kell hozni egy, az Unió egész területén érvényes villamosenergia-piacot, amely egyértelmű árjelzéseket ad az új befektetések számára. Másodsorban meg kell teremteni biztonságos energiaellátás európai infrastruktúráját. Harmadrészt pedig erősíteni kell az energiapolitikán belüli regionális együttműködést, különös tekintettel az új energiatermelő berendezések fejlesztéseire, a rendszerösszekötőkre és a támogatási rendszerekre, valamint a megújuló energiaforrások európai belső piaci integrációjára.

A fenti célok elérése Európa közös érdeke, mivel a villamosenergia-piacok integrációja javítani fogja a biztonságos, költséghatékony és környezetvédelmi szempontból átgondolt energiaellátást. Az új stratégia kialakítása során a tagállamok nemzeti energiaszerkezetének általános struktúrája tiszteletben tartandó.

 
  
MPphoto
 
 

  Edward Czesak (ECR), na piśmie. ‒ Nie popieram celów politycznych wymienionych w komunikacie konsultacyjnym w sprawie struktury rynku energii elektrycznej, będącego częścią sprawozdania dotyczącego europejskiego rynku wewnętrznego opublikowanego przez Komisję Europejską w dniu 15 lipca 2015 r. Nie jestem zwolennikiem stworzenia ogólnounijnego rynku energii elektrycznej z jasnymi sygnałami cenowymi dla nowych inwestycji. Nie uważam za stosowne ugruntowywanie europejskiego podejścia do bezpieczeństwa energetycznego oraz wzmocnienie współpracy regionalnej w zakresie polityki energetycznej, w szczególności przy inwestycjach w nowe instalacje do wytwarzania energii, przy sieciach międzysystemowych i systemie wsparcia oraz przy integracji energii ze źródeł odnawialnych z europejskim rynkiem wewnętrznym. Faktem jest, że w sprawozdaniu znajduję pozytywne elementy, ale przeważają jednak negatywne, stąd moja decyzja, aby głosować przeciwko.

 
  
MPphoto
 
 

  Miriam Dalli (S&D), in writing. ‒ Our electricity supply is changing – moving away from the traditional, centralised, base-load power supply towards a system which is based on variable renewables. This is why we need to move towards a new energy market design which adapts and takes into account the elements of a changing energy supply. I am in favour of this report, as I believe that we need to move towards an energy market based on consumer needs whilst ensuring affordable energy.

 
  
MPphoto
 
 

  Daniel Dalton (ECR), in writing. ‒ Whilst there are a number of areas of this report I agree with, the fact remains that decisions over the precise energy mix in each member state are a national competence and I oppose efforts to centralise this at a European level. This has previously been a subject of significant political debate within the UK and taking that decision-making power away from British voters is not something I can support.

 
  
MPphoto
 
 

  Michel Dantin (PPE), par écrit. ‒ Ce rapport d’initiative fait suite à la communication de la Commission européenne sur “une nouvelle organisation du marché de l’énergie” publiée en juillet 2015. Le rapport vise à renforcer le marché intérieur et à permettre la libre circulation de l’électricité. Il propose d’établir un contrôle régional de la sécurité de l’approvisionnement ainsi que des normes européennes claires d'adéquation du système afin de déterminer si un mécanisme de capacité est réellement nécessaire. Considérant qu’il est nécessaire d’intégrer pleinement les énergies renouvelables dans le réseau électrique commun en veillant à ce que leurs spécificités (par exemple, l’intermittence) soient mieux prises en compte, j’ai soutenu ce rapport.

 
  
MPphoto
 
 

  William (The Earl of) Dartmouth (EFDD), in writing. ‒ We are against the report because we object to new EU legislation in this field. We in UKIP believe that the UK should make its own energy policy and exploit and invest in lower-cost, reliable energy sources like coal, gas and nuclear.

 
  
MPphoto
 
 

  Rachida Dati (PPE), par écrit. – J’ai voté en faveur de ce rapport, sans valeur législative contraignante, qui appelle à une nouvelle organisation du marché de l’énergie en Europe. Je suis particulièrement favorable à un renforcement du marché intégré dans le domaine de l’énergie, notamment afin de garantir une stabilité propice aux investissements dans ce domaine. De plus, compte tenu de nos objectifs environnementaux, il est indispensable d’encourager l’Union européenne et ses États membres à se diriger vers une meilleure efficacité énergétique, permettant une moins grande consommation et encourageant le développement des énergies renouvelables.

 
  
MPphoto
 
 

  Andor Deli (PPE), írásban. ‒ Az elmúlt évek főbb változásai, mint az új technológiák, az ingadozó nyersanyagárak, vagy a megújuló áramtermelés gyors terjedése alapjaiban változtatták meg az európai energiapiacot. A jelentés három kitűzött célt kíván elérni. Elsősorban létre kell hozni egy, az Unió egész területén érvényes villamosenergia-piacot, amely egyértelmű árjelzéseket ad az új befektetések számára. Másodsorban meg kell teremteni biztonságos energiaellátás európai infrastruktúráját. Harmadrészt pedig erősíteni kell az energiapolitikán belüli regionális együttműködést, különös tekintettel az új energiatermelő berendezések fejlesztéseire, a rendszerösszekötőkre és a támogatási rendszerekre, valamint a megújuló energiaforrások európai belső piaci integrációjára.

A fenti célok elérése Európa közös érdeke, mivel a villamosenergia-piacok integrációja javítani fogja a biztonságos, költséghatékony és környezetvédelmi szempontból átgondolt energiaellátást. Fontos, hogy az új stratégia kialakítása során a tagállamok nemzeti energiaszerkezetének és az energiaellátásának általános struktúrája mindvégig tiszteletben legyen tartva. A belső piac kiteljesítéséhez elengedhetetlen az energiatárolási lehetőségek hatékony használata, a hálózat fejlesztése, a megfelelő interkonnektorok megépítése és a megújuló források minél szélesebb körű alkalmazása. A villamosenergia-piacok jobb integrációja és összehangolása számos lehetőséget rejt magában a biztonságosabb, költséghatékonyabb és fenntarthatóbb energiaellátásra irányuló közös európai célok eléréséhez.

 
  
MPphoto
 
 

  Marielle de Sarnez (ALDE), par écrit. – L’Union dispose d’un cadre pour l’énergie et le climat qui prévoit à l’horizon 2030 une réduction des émissions de gaz à effet de serre de 40 % par rapport au niveau de 1990, une amélioration de l’efficacité énergétique de 30 % et une augmentation de la part des énergies renouvelables de 27 % dans le mix énergétique de l’UE.

Ces objectifs ne peuvent être atteints sans réorganiser en profondeur le secteur européen de l’électricité. Nous devons développer des énergies propres, améliorer les économies d’énergie. Cela passe par l’innovation et surtout une meilleure coordination de nos politiques nationales.

Enfin, l’Europe doit se doter d’une politique énergétique autonome, garantie de son indépendance.

 
  
MPphoto
 
 

  Tamás Deutsch (PPE), írásban. – Az elmúlt évek főbb változásai, mint az új technológiák, az ingadozó nyersanyagárak vagy a megújuló áramtermelés gyors terjedése alapjaiban változtatták meg az európai energiapiacot. A jelentés három kitűzött célt kíván elérni. Elsősorban létre kell hozni egy, az Unió egész területén érvényes villamosenergia-piacot, amely egyértelmű árjelzéseket ad az új befektetések számára. Másodsorban meg kell teremteni biztonságos energiaellátás európai infrastruktúráját. Harmadrészt pedig erősíteni kell az energiapolitikán belüli regionális együttműködést, különös tekintettel az új energiatermelő berendezések fejlesztéseire, a rendszerösszekötőkre és a támogatási rendszerekre, valamint a megújuló energiaforrások európai belső piaci integrációjára.

A fenti célok elérése Európa közös érdeke, mivel a villamosenergia-piacok integrációja javítani fogja a biztonságos, költséghatékony és környezetvédelmi szempontból átgondolt energiaellátást. Fontos, hogy az új stratégia kialakítása során a tagállamok nemzeti energiaszerkezetének és az energiaellátásának általános struktúrája mindvégig tiszteletben legyen tartva. A belső piac kiteljesítéséhez elengedhetetlen az energia tárolási lehetőségek hatékony használata, a hálózat fejlesztése, a megfelelő interkonnektorok megépítése és a megújuló források minél szélesebb körű alkalmazása. A villamosenergia-piacok jobb integrációja és összehangolása számos lehetőséget rejt magában a biztonságosabb, költséghatékonyabb és fenntarthatóbb energiaellátásra irányuló közös európai célok eléréséhez.

 
  
MPphoto
 
 

  Mireille D'Ornano (ENF), par écrit. ‒ En dépit de l’incitation à l’investissement dans le réseau, on peut regretter les pouvoirs renforcés accordés à l’ACER, régulateur supranational, au détriment de l’autorité des États. L’idéologie de marché prime sur la sécurité d’approvisionnement des États. Pour ces raisons, nous ne saurions soutenir ce rapport. J’ai voté contre ce texte.

 
  
MPphoto
 
 

  Ангел Джамбазки (ECR), в писмена форма. ‒ Гласувах против този файл, защото, въпреки че съдържа някои добри идеи, се позовава на всеобщия подход „отгоре-надолу“. Когато говорим за енергийните пазари, особено с препоръки за по-добро сътрудничество, не трябва да забравяме, че геополитическите предизвикателства в целия Европейски съюз широко се различават. Когато обсъждаме политиката, трябва незабавно да се вземат предвид тези регионални особености.

Освен това, има още по-фундаментално предизвикателство – инфраструктурата. България е една от държавите – членки на ЕС, които се борят с тези подобни предизвикателства.

Решението за преодоляване на тези препятствия не се въвежда както централизирани и децентрализирани структури. Трябва да се избегнат нарушения на пазара и неподходящи инвестиции в нови съоръжения и, ако тези бъдат водени от ЕС, ще поставим цялата система в риск. Включване на повече възобновяеми енергийни източници е добър подход и аз силно го подкрепям. Независимо от това, подходът на ЕС за определяне на политиката на енергийния микс ще пренебрегне регионалните особености и само ще наруши функционирането на цялата структура.

 
  
MPphoto
 
 

  Γεώργιος Επιτήδειος (NI), γραπτώς. ‒ Η προσέγγισή μου όσον αφορά το θέμα της ενεργειακής ασφάλειας και επάρκειας είναι τελείως διαφορετική, θεωρώ πως η ενέργεια αποτελεί υποδομή κρίσιμης σημασίας για το κάθε κράτος, πρέπει να έχει τον πλήρη έλεγχο της παραγωγής και διανομής της και να μην υπόκειται σε ελέγχους και περιορισμούς από το εξωτερικό, με μοναδική εξαίρεση ίσως ζητήματα προστασίας του περιβάλλοντος.

 
  
MPphoto
 
 

  Norbert Erdős (PPE), írásban. ‒ Az elmúlt évek főbb változásai, mint az új technológiák, az ingadozó nyersanyagárak, vagy a megújuló áramtermelés gyors terjedése alapjaiban változtatták meg az európai energiapiacot. A jelentés három kitűzött célt kíván elérni. Elsősorban létre kell hozni egy, az Unió egész területén érvényes villamosenergia-piacot, amely egyértelmű árjelzéseket ad az új befektetések számára. Másodsorban meg kell teremteni biztonságos energiaellátás európai infrastruktúráját. Harmadrészt pedig erősíteni kell az energiapolitikán belüli regionális együttműködést, különös tekintettel az új energiatermelő berendezések fejlesztéseire, a rendszerösszekötőkre és a támogatási rendszerekre, valamint a megújuló energiaforrások európai belső piaci integrációjára.

A fenti célok elérése Európa közös érdeke, mivel a villamosenergia-piacok integrációja javítani fogja a biztonságos, költséghatékony és környezetvédelmi szempontból átgondolt energiaellátást. Fontos, hogy az új stratégia kialakítása során a tagállamok nemzeti energiaszerkezetének és az energiaellátásának általános struktúrája mindvégig tiszteletben legyen tartva. A belső piac kiteljesítéséhez elengedhetetlen az energiatárolási lehetőségek hatékony használata, a hálózat fejlesztése, a megfelelő interkonnektorok megépítése és a megújuló források minél szélesebb körű alkalmazása. A villamosenergia-piacok jobb integrációja és összehangolása számos lehetőséget rejt magában a biztonságosabb, költséghatékonyabb és fenntarthatóbb energiaellátásra irányuló közös európai célok eléréséhez. Az Európai Néppárt iránymutatásának megfelelően szavazatommal támogattam a jelentés elfogadását.

 
  
MPphoto
 
 

  Eleonora Evi (EFDD), per iscritto. ‒ La transizione verso la produzione decentralizzata di energia, basata sullo sfruttamento delle fonti rinnovabili è ormai in atto. Per questo motivo è necessario un cambiamento radicale nella governance e della normativa sul mercato energetico, affinché venga riconosciuta l'esistenza del numero sempre maggiore di attori coinvolti, non più solo grandi produttori, da una parte, e consumatori energetici passivi, dall'altra. Il relatore Langen, però, propone un testo che solo apparentemente sembra innescare un cambio di assetto nel mercato energetico, che metta al centro le rinnovabili e la produzione decentralizzata. Come Movimento Cinque Stelle abbiamo proposto emendamenti volti a introdurre elementi estremamente innovativi come il concetto di prosumer, per riconoscere l'esistenza di un nuovo soggetto, quello dei sempre più numerosi cittadini che, oltre a consumare, producono energia. Tuttavia noto con dispiacere che nel testo rimangono troppi riferimenti al continuo sfruttamento delle fonti fossili, al nucleare e al cosiddetto ETS o "emission trading system (che finora ha coinciso solamente con la creazione di un mercato speculativo delle quote di CO2 senza alcun beneficio per il clima). Osservo che questi aspetti non consentono veramente di cambiare il paradigma vigente nel mercato energetico. Pertanto il mio voto è negativo.

 
  
MPphoto
 
 

  José Manuel Fernandes (PPE), por escrito. ‒ O futuro do mercado da eletricidade deve passar pela criação de um mercado de eletricidade à escala da UE que envie um sinal claro em matéria de preços para novos investimentos, pela criação de uma abordagem europeia para a segurança do aprovisionamento de energia e pelo reforço da cooperação regional no setor da energia, em especial no que diz respeito a investimentos em novas centrais, interligações e regimes de apoio, bem como à integração das energias renováveis no mercado único europeu.

Preços de energia comportáveis e segurança do aprovisionamento são imprescindíveis para o nível de vida dos agregados familiares, mas também para a segurança do emprego nas empresas com utilização intensiva de energia. A Comissão propõe, para este efeito, um pacote de medidas com o qual eu concordo.

 
  
MPphoto
 
 

  Edouard Ferrand (ENF), par écrit. ‒ J'ai voté contre la résolution. Comme d'habitude, l'écologie (ici les énergies renouvelables) est un prétexte pour renforcer le fédéralisme européen et pour détruire les entreprises nationales, au nom de la fluidité nécessitée par les énergies intermittentes.

 
  
MPphoto
 
 

  João Ferreira (GUE/NGL), por escrito. ‒ A Comissão Europeia enunciou três objetivos políticos para o futuro mercado único da energia: 1. Criar um mercado de eletricidade à escala da UE; 2. Criar uma abordagem da UE para a segurança do aprovisionamento de energia; 3. Reforçar a cooperação regional no sector da energia, em especial no que diz respeito a investimentos em novas centrais, interligações e a regimes de apoio, bem como à integração das energias renováveis no mercado único. Uma agenda indissociável dos objetivos dos grandes grupos europeus do sector e das potências que defendem os seus interesses.

No essencial, o relatório defende a liberalização do “mercado da energia”, pressionando os Estados-Membros a acelerarem o processo de privatização do que ainda é público. Sem reconhecer que, contrariando miríficas promessas, nem trabalhadores nem consumidores beneficiaram com a liberalização. Muito pelo contrário! Aumentaram lucros à conta do emprego, salários e direitos dos trabalhadores e dos preços pagos pelos consumidores.

A energia é um sector estratégico, fundamental a um desenvolvimento económico soberano do país, apoiado no conhecimento científico, no progresso tecnológico e na sustentabilidade ambiental. Razão suficiente para dever ser conservado na esfera pública, sob escrutínio e controlo democráticos. Este relatório é incompatível com estes princípios. E esta é razão bastante para o nosso voto contra.

 
  
MPphoto
 
 

  Monika Flašíková Beňová (S&D), písomne ‒ Predmetom tejto správy je európsky energetický trh a najmä predstavenie štruktúry, ako by tento systém mal vyzerať s prihliadnutím k schopnosti dosiahnuť ciele energetickej politiky. K výzvam, ktorým čelíme v oblasti energetiky, patrí najmä zvýšená závislosť na dovoze ropy a plynu, ale aj nedostatočná diverzifikácia. Navyše ceny energií sú zvyšované aj štátnymi daňami a globálnym dopytom po energii. Medzi problematické tiež patria bezpečnostné riziká, či už v krajinách, kde dochádza priamo k ťažbe, alebo v tranzitných krajinách. Oznámenie Európskej komisie je založené na 3 významných politických cieľoch pre budúcnosť trhu s elektrickou energiou.

 
  
MPphoto
 
 

  Lorenzo Fontana (ENF), per iscritto. ‒ Voto contrario alla relazione: un altro attacco alla sovranità energetica degli Stati membri.

 
  
MPphoto
 
 

  Λάμπρος Φουντούλης (NI), γραπτώς. ‒ Καταψηφίζω την έκθεση με θέμα «Προς τον ανασχεδιασμό της αγοράς ενέργειας». Η προσέγγισή μου όσον αφορά το θέμα της ενεργειακής ασφάλειας και επάρκειας είναι τελείως διαφορετική. Θεωρώ πως η ενέργεια αποτελεί υποδομή ζωτικής σημασίας για το κάθε κράτος, πρέπει να έχει τον πλήρη έλεγχο της παραγωγής και διανομής της και να μην υπόκειται σε ελέγχους και περιορισμούς από το εξωτερικό, με μοναδική εξαίρεση ίσως ζητήματα προστασίας του περιβάλλοντος.

 
  
MPphoto
 
 

  Doru-Claudian Frunzulică (S&D), in writing. ‒ This own-initiative report comes ahead of the expected electricity market design legislation to be proposed by the end of 2016. Part of the Energy Union, it concerns the rules for the electricity market and particularly trading, transmission and distribution of electricity. A new market design is needed to take into account the changing nature of our electricity supply, moving away from traditional, centralised, base-load power generation towards a system based more on variable renewables and flexibility, often produced at a more local level. Thus the energy markets need to adapt. We need to ensure a market design that is fit for the future, and one which works for consumers and industry, ensuring affordable energy. I therefore voted in favour of the report.

 
  
MPphoto
 
 

  Kinga Gál (PPE), írásban. ‒ Az elmúlt évek főbb változásai, mint az új technológiák, az ingadozó nyersanyagárak vagy a megújuló áramtermelés gyors terjedése alapjaiban változtatták meg az európai energiapiacot. A jelentés három kitűzött célt kíván elérni. Elsősorban létre kell hozni egy, az Unió egész területén érvényes villamosenergia-piacot, amely egyértelmű árjelzéseket ad az új befektetések számára. Másodsorban meg kell teremteni biztonságos energiaellátás európai infrastruktúráját. Harmadrészt pedig erősíteni kell az energiapolitikán belüli regionális együttműködést, különös tekintettel az új energiatermelő berendezések fejlesztéseire, a rendszerösszekötőkre és a támogatási rendszerekre, valamint a megújuló energiaforrások európai belső piaci integrációjára.

A fenti célok elérése Európa közös érdeke, mivel a villamosenergia-piacok integrációja javítani fogja a biztonságos, költséghatékony és környezetvédelmi szempontból átgondolt energiaellátást. Fontos, hogy az új stratégia kialakítása során a tagállamok nemzeti energiaszerkezetének és az energiaellátásának általános struktúrája mindvégig tiszteletben legyen tartva. A belső piac kiteljesítéséhez elengedhetetlen az energiatárolási lehetőségek hatékony használata, a hálózat fejlesztése, a megfelelő interkonnektorok megépítése és a megújuló források minél szélesebb körű alkalmazása. A villamosenergia-piacok jobb integrációja és összehangolása számos lehetőséget rejt magában a biztonságosabb, költséghatékonyabb és fenntarthatóbb energiaellátásra irányuló közös európai célok eléréséhez.

 
  
MPphoto
 
 

  Ildikó Gáll-Pelcz (PPE), írásban. ‒ Az elmúlt évek főbb változásai, mint az új technológiák, az ingadozó nyersanyagárak vagy a megújuló áramtermelés gyors terjedése alapjaiban változtatták meg az európai energiapiacot. A jelentés három kitűzött célt kíván elérni. Elsősorban létre kell hozni egy, az Unió egész területén érvényes villamosenergia-piacot, amely egyértelmű árjelzéseket ad az új befektetések számára. Másodsorban meg kell teremteni biztonságos energiaellátás európai infrastruktúráját. Harmadrészt pedig erősíteni kell az energiapolitikán belüli regionális együttműködést, különös tekintettel az új energiatermelő berendezések fejlesztéseire, a rendszerösszekötőkre és a támogatási rendszerekre, valamint a megújuló energiaforrások európai belső piaci integrációjára.

A fenti célok elérése Európa közös érdeke, mivel a villamosenergia-piacok integrációja javítani fogja a biztonságos, költséghatékony és környezetvédelmi szempontból átgondolt energiaellátást. Fontos, hogy az új stratégia kialakítása során a tagállamok nemzeti energiaszerkezetének és az energiaellátásának általános struktúrája mindvégig tiszteletben legyen tartva. A belső piac kiteljesítéséhez elengedhetetlen az energiatárolási lehetőségek hatékony használata, a hálózat fejlesztése, a megfelelő interkonnektorok megépítése és a megújuló források minél szélesebb körű alkalmazása. A villamosenergia-piacok jobb integrációja és összehangolása számos lehetőséget rejt magában a biztonságosabb, költséghatékonyabb és fenntarthatóbb energiaellátásra irányuló közös európai célok eléréséhez.

 
  
MPphoto
 
 

  Francesc Gambús (PPE), por escrito. ‒ He votado a favor del informe teniendo presente que la UE afronta importantes retos en el ámbito de la energía: la dependencia de las importaciones de petróleo y gas, la falta de diversificación, los precios elevados de la energía, la creciente demanda mundial de energía, los riesgos para la seguridad en los países productores y en los países de tránsito, la lucha contra el cambio climático, la falta de progresos en la eficiencia energética, el aumento de la cuota de las energías renovables, la integración y la interconexión de los mercados de la energía y las distorsiones del mercado ocasionadas por los diferentes regímenes de ayuda. Estoy convencido de que es imprescindible una mejor integración y coordinación de los mercados de la energía en Europa que nos permita alcanzar los objetivos europeos comunes de un abastecimiento energético seguro y, al mismo tiempo, eficiente en términos de costes y sostenible desde el punto de vista del medio ambiente.

 
  
MPphoto
 
 

  Elisabetta Gardini (PPE), in writing. ‒ This report represents a necessary move towards decentralisation in the European energy market. If the European energy market is to functions to its fullest of potential it must become more regionalised, more flexible and with a high degree of regional cooperation. It is also very important that this design is specifically market-oriented to attract investment and to drive innovation in order to achieve a sustainable energy market for European consumers and businesses. For these regional markets to bear fruit, we need a flexible regulatory framework that covers all cross-border regulatory gaps that exists today.

 
  
MPphoto
 
 

  Enrico Gasbarra (S&D), per iscritto. ‒ L'Europa ha assunto impegni molto significativi lo scorso anno nella conferenza COP21 sul clima. Per ottenere le riduzioni di consumo e di emissioni, è necessaria una evoluzione profonda dei nostri sistemi energetici, a partire dalle abitudini quotidiane.

Un peso fondamentale nella distribuzione delle emissioni è rappresentato dal riscaldamento e raffreddamento negli edifici, che da soli costituiscono anche un impegno finanziario importante per molte famiglie in Europa. Per raggiungere l'obiettivo fissato a Parigi di una riduzione del consumo energetico del 40 percento sono necessarie azioni straordinarie: chiediamo alla Commissione, nel quadro della annunciata proposta di riforma sull'efficienza energetica degli edifici, di introdurre misure ambiziose e impegnative.

 
  
MPphoto
 
 

  Elena Gentile (S&D), per iscritto. ‒ Ho votato a favore della risoluzione del Parlamento europeo sul tema "Verso un nuovo assetto del mercato dell'energia" perché ritengo fondamentale l'integrazione di tutte le parti interessate per raggiungere gli obiettivi prefissati dal COP21 dello scorso dicembre 2015 a Parigi, in materia di energia sicura, conveniente, efficiente e sostenibile. Considero estremamente necessario un rafforzamento della cooperazione regionale nell'ambito della politica energetica in modo da coordinare al meglio gli investimenti nei nuovi impianti di produzione dell'energia e massimizzare l'effetto e l'efficacia dei finanziamenti. Le preoccupazioni sempre crescenti legate al clima e alla tutela dell'ambiente, già espresse in molteplici consessi internazionali, evidenziano la necessità di promuovere lo sviluppo delle energie rinnovabili, senza trascurare al contempo il bisogno di garantire la sicurezza e l'approvvigionamento energetico sostenibile e a prezzi accessibili, e questo soprattutto per sostenere un buon tenore di vita delle famiglie e per salvaguardare i posti di lavoro in aziende ad alto consumo energetico. Sono infine convinta della necessità di instaurare un dialogo più intenso e una cooperazione più stretta tra le istituzioni, i corpi e le agenzie UE al fine di delineare un contesto più favorevole per l'innovazione e la ricerca.

 
  
MPphoto
 
 

  Arne Gericke (ECR), schriftlich. ‒ Ich habe mich bei der Abstimmung zum Bericht über das Thema „Auf dem Weg zur Umgestaltung des Energiemarkts“ enthalten, da das Dossier zwar sicher gut gemeint ist, in zahlreichen Bereichen aber den notwendigen Dreiklang von Umweltfreundlichkeit, Verfügbarkeit und Preis aus dem Blick verliert. Hier wünsche ich mir mehr verbraucher- und familienorientierte Entscheidungen im Binnenmarkt.

 
  
MPphoto
 
 

  Jens Gieseke (PPE), schriftlich. ‒ Die Umgestaltung des europäischen Energiemarktes ist nötig, um

1. einen EU-weiten Elektrizitätsmarkt mit klaren Preissignalen für neue Investitionen zu schaffen. Es ist dabei ein richtiger Schritt, der Agentur ACER mehr Kompetenzen im Bereich der grenzübergreifenden Koordination zuzugestehen.

2. einen europäischen Ansatz zur Energieversorgungssicherheit zu begründen.

Die Energieversorgungssicherheit ist nicht nur für die europäische Wirtschaft, sondern vor allem auch für die europäischen Verbraucher ein zentrales Anliegen. Die aufeinander abgestimmte Stromerzeugung und gemeinsame Zuverlässigkeitsstandards bieten hier erste Ansätze in die richtige Richtung.

3. die regionale Zusammenarbeit in der Energiepolitik, insbesondere bei Investitionen in neue Energieerzeugungsanlagen, bei Interkonnektoren und Förderregeln sowie bei der Integration erneuerbarer Energien in den europäischen Binnenmarkt, zu stärken.

Eine europäisch geförderte regionale Zusammenarbeit im Bereich der erneuerbaren Energien halte ich für sehr sinnvoll, da sich hierdurch überregionale Synergien ergeben können.

 
  
MPphoto
 
 

  Neena Gill (S&D), in writing. ‒ I voted in favour of this report because we need to implement a market design that is fit for the future, and one which works for both consumers and industry, ensuring affordable energy.

 
  
MPphoto
 
 

  Bruno Gollnisch (NI), par écrit. ‒ Les rapports du Parlement sur l’énergie se suivent et se ressemblent :

– même appel à un marché unique de l’énergie, négateur de la compétence exclusive reconnue aux États par les traités pour le choix de leur «mix» énergétique;

– même croyance erronée dans la capacité du marché à fixer le juste prix de l’énergie, satisfaisant à la fois pour le producteur et le consommateur et favorisant les investissements de long terme;

– même mise en avant de la nécessité d’un assouplissement du système électrique, conséquence de l’obligation d’un recours croissant aux énergies intermittentes, pour suggérer des pistes bientôt transformées en contraintes;

– et surtout, même ignorance des situations spécifiques des États, notamment au regard de la sécurité des approvisionnements.

Cela peut plaire ou ne pas plaire, mais la France n’a pas les mêmes problèmes ni les mêmes défis énergétiques que l’Allemagne ou la Lituanie. Il n’est pas innocent qu’elle ait choisi par exemple un mécanisme de capacité pour garantir l’approvisionnement en électricité en cas de pic de consommation, plutôt que des réserves stratégiques.

Comme d’habitude, j’ai voté contre un texte qui remet en cause l’indépendance de choix des États dans des domaines éminemment souverains.

 
  
MPphoto
 
 

  Tania González Peñas (GUE/NGL), por escrito. ‒ He votado en contra del informe porque se basa sobre los mecanismos del mercado y no sobre las necesidades sociales y medioambientales. Deja de lado o trata al margen las cuestiones del acceso a la red para los autoconsumidores, la descentralización del sistema o la eficiencia energética.

El informe se basa también sobre la neutralidad de la tecnología, lo que implica que se considera de la misma manera la energía proveniente de fuente renovable o de fuente nuclear; cuando sabemos perfectamente que los impactos medioambientales son considerablemente diferentes.

Los mecanismos de capacidad son unas subvenciones encubiertas a las grandes empresas y posiblemente a las energías fósiles. Además, existe el riesgo que estos mecanismos conducen a la construcción de nuevas grandes infraestructuras que nos condenan a seguir con el modelo actual para varias décadas más.

 
  
MPphoto
 
 

  Theresa Griffin (S&D), in writing. ‒ I voted in favour of this report because we need to ensure a market design that is fit for the future, and one which works for consumers and industry, ensuring affordable energy.

 
  
MPphoto
 
 

  Françoise Grossetête (PPE), par écrit. ‒ J’ai voté en faveur de ce rapport d’initiative. Il propose de réorganiser le marché de l’électricité. Il est notamment important de renforcer la coopération régionale sur toutes les dimensions de l'offre et de la demande afin d’être capable de réaliser tous les objectifs énergétiques et climatiques fixés par l'Union pour 2030. Le cadre réglementaire actuel des marchés européens a besoin d’être adapté afin de permettre l'augmentation de la part des énergies renouvelables et de combler les lacunes existantes dans la réglementation au niveau transfrontalier. Au sein d'un système énergétique de plus en plus décentralisé, il faut stimuler davantage l'investissement, l'accès des PME au marché de l'énergie et garantir un approvisionnement en électricité durable et efficace, grâce à un système d'énergie intelligent.

 
  
MPphoto
 
 

  Antanas Guoga (ALDE), in writing. ‒ I voted in favour. Improved integration and coordination of energy markets means that there are many opportunities to achieve the common European goal of a secure, affordable, environmentally-sound energy supply. Predictable energy prices and security of supply are indispensable in particular for maintaining domestic standards of living and ensuring job security at energy-intensive companies.

 
  
MPphoto
 
 

  Jytte Guteland, Anna Hedh, Olle Ludvigsson, Jens Nilsson och Marita Ulvskog (S&D), skriftlig. – Vi socialdemokrater har idag röstat för betänkandet om en ny marknadsmodell för energimarknaden. Betänkandet lyfter fram flera bra saker, och en ny marknadsmodell för energimarknaden är nödvändig med tanke på den utveckling som sker inom området för förnybar och flexibel energi.

Under omröstningen röstade vi mot en skrivning som handlar om samordning på EU-nivå för att fastställa ett koncessionssystem för användning av vattenkraft och för att öppna sektorn för konkurrens i syfte att undvika snedvridning på marknaden. Vi ser ingen anledning till en EU-harmoniserad åtgärd inom detta område, och det kan vara ett hot mot självständigheten för lokalt, kommunalt ägda energibolag med egen produktion. Det finns redan idag EU-regler som innebär gemensamma spelregler för medlemsstaterna vad gäller vattenverksamheter, och reglerna på den inre marknaden främjar konkurrens. Vi ser inget behov av ytterligare åtgärder. Om nya åtgärder är befogade finns det i så fall andra större problem att ta tag i på elmarknaden.

Vi har också röstat mot en skrivning i betänkandet om vad som påstås vara bättre marknadsanpassade så kallade investeringsfrämjande åtgärder för att främja förnybar energi. Den generaliserande skrivningen är oklar och lämnar öppet för tolkningar av vad som är att betrakta som olika investeringsåtgärder.

 
  
MPphoto
 
 

  Τάκης Χατζηγεωργίου (GUE/NGL), γραπτώς. ‒ Η έκθεση στοχεύει στην κατάργηση των εθνικών πολιτικών και στην ενίσχυση των εξουσιών της Κομισιόν για ενοποίηση της αγοράς και δημιουργία μιας πανευρωπαϊκής αγοράς ηλεκτρικής ενέργειας. Αυτές οι πολιτικές, κατά την άποψη μας, θα έχουν καταστροφικές συνέπειες για τους καταναλωτές. Κερδισμένοι θα είναι μονάχα οι μεγάλες εταιρείες καθώς θα μπορούν να δρουν απρόσκοπτα αυξάνοντας τα κέρδη τους. Στην δική μας άποψη είναι ξεκάθαρο πως η ενέργεια πρέπει να διασφαλιστεί ως δημόσιο κοινωνικό αγαθό, στο οποίο όλοι να έχουν ισότιμη και φτηνή πρόσβαση. Επίσης η παροχή ενέργειας στους πολίτες να είναι ζήτημα εθνικής πολιτικής, η οποία να καθορίζεται βάσει των αναγκών της χώρας και του λαού, με στόχο πάντα την κοινωνική ανάπτυξη. Τέλος ο σχεδιασμός της αγοράς ηλεκτρικής ενέργειας θα έπρεπε να στηρίζεται σε μια ολοκληρωμένη πρόταση για στήριξη και ανάπτυξη των ανανεώσιμων πηγών ενέργειας, στοιχείο που επίσης απουσιάζει από την έκθεση. Εφόσον η έκθεση έχει μοναδικό στόχο να καταστήσει την ενέργεια εργαλείο για ενίσχυση του ιδιωτικού συμφέροντος και της ανταγωνιστικότητας της ΕΕ θεωρούμε ενδεδειγμένη στάση αυτή της καταψήφισης.

 
  
MPphoto
 
 

  Marian Harkin (ALDE), in writing. ‒ I supported the resolution ‘Towards a New Energy Market Design’ for a number of reasons. Firstly, in order for Europe to meet its 2030 climate goals, there needs to be a transformation in the way the energy market in Europe operates. This means that we need an improved integrated energy market to achieve a secure, affordable, environmentally-sound energy supply and security. We need to reduce our dependency on oil and gas imports and incentivise development of new technologies, particularly low-carbon generating facilities. This report sets out the best way to achieve a properly functioning EU energy market with market led approaches. That is why I supported the rapporteur’s call to phase-out subsidies for mature renewable technologies and I voted against an amendment which called for continuing financial support from governments to certain renewable technologies at the expense of other possibly more innovative technologies.

 
  
MPphoto
 
 

  Brian Hayes (PPE), in writing. ‒ I voted in favour as I have no objections

 
  
MPphoto
 
 

  Hans-Olaf Henkel (ECR), schriftlich. ‒ Der Bericht ist nicht konsequent und in sich konsistent. Entweder liberalisieren wir komplett die europäischen Energiemärkte und schaffen einen gemeinsamen europäischen Energiemarkt, wie z. B. jetzt mit dem Digital Single Market, oder wir überlassen den Mitgliedstaaten die Entscheidungshoheit über den Energie-Mix ihres Landes und die Sicherstellung der Energiesicherheit. Dieser Bericht spricht sich weder konsequent für Deregulierung und die Liberalisierung der Energiemärkte noch komplett für Subsidiarität aus. Er zeigt keine klare Linie, wie es in Europa energiepolitisch weitergehen soll. Im Einklang mit dem von der Parteivorsitzenden Ulrike Trebesius vorgestellten Konzeptpapier setzt sich ALFA dafür ein, dass energiepolitische Fragen gänzlich den Mitgliedstaaten überlassen werden. Deshalb habe ich den Bericht abgelehnt. Im Übrigen bin ich der Meinung, dass der Einheitseuro abgeschafft werden muss. Er führt zu Zwietracht und Zwist in Europa.

 
  
MPphoto
 
 

  György Hölvényi (PPE), írásban. ‒ Az elmúlt évek főbb változásai, mint az új technológiák, az ingadozó nyersanyagárak vagy a megújuló áramtermelés gyors terjedése alapjaiban változtatták meg az európai energiapiacot. A jelentés három kitűzött célt kíván elérni. Elsősorban létre kell hozni egy, az Unió egész területén érvényes villamosenergia-piacot, amely egyértelmű árjelzéseket ad az új befektetések számára. Másodsorban meg kell teremteni a biztonságos energiaellátás európai infrastruktúráját. Harmadrészt pedig erősíteni kell az energiapolitikán belüli regionális együttműködést, különös tekintettel az új energiatermelő berendezések fejlesztéseire, a rendszerösszekötőkre és a támogatási rendszerekre, valamint a megújuló energiaforrások európai belső piaci integrációjára.

A fenti célok elérése Európa közös érdeke, mivel a villamosenergia-piacok integrációja javítani fogja a biztonságos, költséghatékony és környezetvédelmi szempontból átgondolt energiaellátást. Fontos, hogy az új stratégia kialakítása során a tagállamok nemzeti energiaszerkezetének és az energiaellátásának általános struktúrája mindvégig tiszteletben legyen tartva. A belső piac kiteljesítéséhez elengedhetetlen az energiatárolási lehetőségek hatékony használata, a hálózat fejlesztése, a megfelelő interkonnektorok megépítése és a megújuló források minél szélesebb körű alkalmazása. A villamosenergia-piacok jobb integrációja és összehangolása számos lehetőséget rejt magában a biztonságosabb, költséghatékonyabb és fenntarthatóbb energiaellátásra irányuló közös európai célok eléréséhez.

 
  
MPphoto
 
 

  Cătălin Sorin Ivan (S&D), in writing. ‒ We need to ensure a market design which works for consumers and industry alike, ensuring affordable energy. I voted in favour of this report.

 
  
MPphoto
 
 

  Ivan Jakovčić (ALDE), napisan. ‒ Glasao sam za Izvješće o temi „Ususret novom modelu energetskog tržišta”, s obzirom da daljnja integracija energetskog tržišta koja je potrebna traži i nova rješenja kako bi se osigurala sigurna, jeftina, učinkovita i ekološki održiva opskrba energijom. Energetski sustav u budućnosti treba biti fleksibilniji što se tiče proizvodnje, distribucije, potražnje i skladištenja.

Problem je što se predviđa nedostatak proizvodnih kapaciteta, nacionalna tržišta kapaciteta otežavaju integraciju tržišta, postoji problem nedovoljne prekogranične fizičke povezanosti infrastrukture i suradnje u nekim regijama, nedovoljno iskorištenog upravljanja potražnjom. Treba pravilno predvidjeti i rastući udio raznih obnovljivih izvora energije te razvoj novih pametnih mreža i novih tehnologija decentralizirane proizvodnje.

U nova ulaganja nužno je kombinirati sredstva Europskog fonda za strateška ulaganja i drugih specifičnih izvora financiranja za energetiku, kao što je Instrument za povezivanje Europe. Novi model se treba temeljiti na holističkom pristupu usmjerenom ka budućnosti s ciljem integrirane, stabilne i sigurne opskrbe energijom.

 
  
MPphoto
 
 

  Jean-François Jalkh (ENF), par écrit. ‒ Ce texte récite les mantras de l'UE sur les énergies renouvelables et de longs passages sur le stockage (indispensable pour les énergies intermittentes solaire et éolienne) (points 26 à 36) qui sont parfaitement utopiques en l'état actuel de la recherche.

Ce rapport a une tonalité très centriste: on caresse les États dans le sens du poil sur les questions réglées par les traités (mix énergétique), on s'appuie sur une approche évolutive pour grignoter les compétences des États et on se repose sur un prétendu marché de l'énergie, qui est, quoiqu'en dise le rapporteur, un monopole naturel.

Comme d'habitude aussi, les énergies renouvelables sont un prétexte pour renforcer le fédéralisme européen et détruire les entreprises nationales, au nom de la fluidité nécessitée par les énergies intermittentes. J'ai voté contre de rapport d'initiative.

 
  
MPphoto
 
 

  Petr Ježek (ALDE), in writing. ‒ I am in favour of measures that will lead to a better functioning and competitive energy market, and thus lower and more predictable energy prices for our large and small consumers. As it will also improve our cross-border cooperation on energy policy, it will help secure our energy supply and decrease our dependence on suppliers from outside the EU. As this is an important step to achieve our priorities on energy and climate issues, I gladly voted in support of this resolution.

 
  
MPphoto
 
 

  Marc Joulaud (PPE), par écrit. ‒ J’ai voté en faveur du rapport de mon collègue Werner Langen. Ce rapport vise à favoriser la libre circulation de l’électricité en Europe, pour une approche régionale plus efficace. Une approche régionale qui permettra de sécuriser les apprivoisements en électricité et la mise en place d’une tarification claire et plus juste. La question de l’énergie en Europe est centrale et je tiens à apporter mon soutien à un texte qui constitue une première étape vers une proposition législative sur l’organisation du marché de l’énergie attendue fin 2016.

Ce rapport a été adopté à une large majorité, ce dont je me félicite.

 
  
MPphoto
 
 

  Philippe Juvin (PPE), par écrit. ‒ J’ai voté en faveur de ce rapport dont l'objectif est de rendre plus flexible le marché de l'énergie et notamment le secteur de l'électricité. Un compromis acceptable a été trouvé concernant la possibilité de mettre en place des mécanismes de capacité qui assurent une certaine sécurité d'approvisionnement. Ce rapport fait suite à la communication de la Commission et à la consultation publique sur "une nouvelle organisation du marché de l'énergie" publiée en juillet 2015. Une proposition législative sur l'organisation du marché de l'énergie est attendue fin 2016.

 
  
MPphoto
 
 

  Εύα Καϊλή (S&D), γραπτώς. ‒ Υπερψήφισα την έκθεση σχετικά με τον ανασχεδιασμό της αγοράς ενέργειας γιατί θεωρώ υψίστης σημασίας, αφενός, να δημιουργηθεί μια πανευρωπαϊκή αγορά ηλεκτρικής ενέργειας που θα παρέχει, μέσω τιμών, σαφείς ενδείξεις, ώστε να πραγματοποιηθούν νέες επενδύσεις και, αφετέρου, να καθιερωθεί μία ευρωπαϊκή προσέγγιση σχετικά με την ασφάλεια ενεργειακού εφοδιασμού. Πρέπει να ενισχυθεί η περιφερειακή συνεργασία στην ενεργειακή πολιτική, ιδίως όσον αφορά τις επενδύσεις σε νέες μονάδες παραγωγής ενέργειας, τις διασυνδέσεις και τους κανόνες περί ενισχύσεων, καθώς και την ενσωμάτωση των ανανεώσιμων πηγών στην ευρωπαϊκή εσωτερική αγορά.

 
  
MPphoto
 
 

  Barbara Kappel (ENF), schriftlich. ‒ Ein sehr gelungener Bericht, der die Öffnung der Energiemärkte grenzüberschreitend vorsieht und die Integration erneuerbarer Energien weiter vorantreibt. Gleichzeitig bestätigt der Berichterstatter, dass die Mitgliedstaaten bei der Festlegung ihres Energiemixes autonom sind. Ebenso beabsichtigt er, die Integration der Energiemärkte – ohne gleichzeitige Kompetenzausweitung der Kommission – weiter voranzutreiben. Ich teile die kritische Meinung des Berichterstatters zu Kapazitätsmechanismen und schließe mich seiner Forderung an, dass Preissignale jedenfalls beim Endkunden ankommen müssen. Deshalb stimme ich für diesen Bericht.

 
  
MPphoto
 
 

  Tunne Kelam (PPE), in writing. ‒ I voted in favour of this report. Security, interconnectivity, inter-operability and energy efficiency form the core of European energy market, and we have to further work towards achieving a fully integrated European energy market that would be built on innovative approaches, ensuring cross-border competition and empowering consumers. Electricity must flow freely to where it is most needed and wanted.

I especially welcome that the report calls on new and innovative approaches for smart grids and interconnectivity and on empowering decentralised generators, prosumers and consumers. This will ensure diversification of supply chains, make our systems less dependent on external energy resources and also increase conscious energy consumption. I support the notion of some pilot projects across Europe that could then be applied across the Member States. We need good and new innovative approaches to production and distribution.

Lastly, a functioning internal energy market is only viable when Member States play by the same rules, act in solidarity and ensure a swift implementation of needed measures.

 
  
MPphoto
 
 

  Afzal Khan (S&D), in writing. ‒ I voted in favour of this report because we need to ensure a market design that is fit for the future, and one which works for consumers and industry, ensuring affordable energy.

 
  
MPphoto
 
 

  Jaromír Kohlíček (GUE/NGL), písemně. ‒ Langenova zpráva je zajímavým kompromisem mezi požadavky těch, kteří chtějí zrušit jakoukoliv jinou výrobu elektrické energie než tu, která pochází z tzv. obnovitelných zdrojů, a těch, kteří si uvědomují možná úskalí daného kroku. Mezi obnovitelnými zdroji totiž klíčovou úlohu z hlediska instalovaných kapacit mají vodní elektrárny, poté s odstupem větrné a s dalším odstupem fotovoltaika. Pouze geotermální energie je tedy dlouhodobě stabilním zdrojem. Vzhledem k této nestabilitě (slunce, vítr, voda určují nespolehlivost těchto zdrojů) je nutné zajistit buď záložní zdroje, či stabilizující kapacity, které v případě nedostatku energii do sítě mohou flexibilně doplnit. Zpráva bere na vědomí vznik nové třídy spotřebitelů energie, kteří zároveň tuto energii i vyrábí, a všímá si nepropojenosti evropského trhu s elektrickou energií jak uvnitř EU, tak vně společenství. Nedostatkem zprávy je malá pozornost věnovaná špatnému stavu propojení vysokonapěťových sítí, právě toto je přitom klíčový bod budoucího zajištění bezpečných dodávek elektrické energie. Energii je totiž nutné nejen vyrobit, ale i spolehlivě přenést.

 
  
MPphoto
 
 

  Bernd Kölmel (ECR), schriftlich. ‒ Der Bericht ist nicht konsequent und in sich inkonsistent. Entweder liberalisieren wir komplett die europäischen Energiemärkte und schaffen einen gemeinsamen europäischen Energiemarkt, wie z. B. jetzt mit dem Digitalen Binnenmarkt, oder wir überlassen den Mitgliedstaaten die Entscheidungshoheit über den Energie-Mix ihres Landes und die Sicherstellung der Energiesicherheit. Dieser Bericht spricht sich weder konsequent für Deregulierung und die Liberalisierung der Energiemärkte noch komplett für Subsidiarität aus. Er zeigt keine klare Linie, wie es in Europa energiepolitisch weitergehen soll. Im Einklang mit dem von der Parteivorsitzenden Ulrike Trebesius vorgestellten Konzeptpapier setzt sich ALFA dafür ein, dass energiepolitische Fragen gänzlich den Mitgliedstaaten überlassen werden. Deshalb habe ich den Bericht abgelehnt.

 
  
MPphoto
 
 

  Kateřina Konečná (GUE/NGL), písemně. ‒ Dne 13. září 2016 jsme na plenárním zasedání Evropského parlamentu ve Štrasburku hlasovali o zprávě k tématu „Na cestě k novému uspořádání energetického trhu“. Trh s elektřinou se neustále mění a u elektřiny vyrobené z obnovitelných zdrojů se předpokládá zvýšení současného celkového podílu vyrobené elektřiny z 25 % na 50 % do roku 2030. Iniciativa Komise, o které zpráva pojednává, si klade za cíl zlepšit fungování vnitřního trhu s elektřinou tak, aby bylo možné elektřinu přesouvat tam, kde a kdy je jí nejvíce zapotřebí, a zároveň plně integrovat rostoucí podíl energie z obnovitelných zdrojů. Což je samozřejmě chvályhodná snaha. Bohužel na to jde Komise zase zcela špatně. Kdo mě delší dobu sleduje, ví, že z mnoha důvodů nejsem velkým fanouškem energie z obnovitelných zdrojů. Proto jsem také podpořila pozměňovací návrhy vyzývající k postupnému rušení dotací pro energii z obnovitelných zdrojů. Taktéž příliš nejsem pro další zvyšování pravomocí Agentury pro spolupráci energetických regulačních orgánů, neboť se domnívám, že tato oblast náleží čistě a pouze do národních kompetencí. Vzhledem k tomu, že konečné znění zprávy neprošlo ve znění, se kterým bych mohla souhlasit, rozhodla jsem se tuto zprávu nepodpořit a hlasovala proti jejímu znění.

 
  
MPphoto
 
 

  Ádám Kósa (PPE), írásban. ‒ Az elmúlt évek főbb változásai, mint az új technológiák, az ingadozó nyersanyagárak, vagy a megújuló áramtermelés gyors terjedése alapjaiban változtatták meg az európai energiapiacot. A jelentés három kitűzött célt kíván elérni. Elsősorban létre kell hozni egy, az Unió egész területén érvényes villamosenergia-piacot, amely egyértelmű árjelzéseket ad az új befektetések számára. Másodsorban meg kell teremteni biztonságos energiaellátás európai infrastruktúráját. Harmadrészt pedig erősíteni kell az energiapolitikán belüli regionális együttműködést, különös tekintettel az új energiatermelő berendezések fejlesztéseire, a rendszerösszekötőkre és a támogatási rendszerekre, valamint a megújuló energiaforrások európai belső piaci integrációjára.

A fenti célok elérése Európa közös érdeke, mivel a villamosenergia-piacok integrációja javítani fogja a biztonságos, költséghatékony és környezetvédelmi szempontból átgondolt energiaellátást. Fontos, hogy az új stratégia kialakítása során a tagállamok nemzeti energiaszerkezetének és az energiaellátásának általános struktúrája mindvégig tiszteletben legyen tartva. A belső piac kiteljesítéséhez elengedhetetlen az energiatárolási lehetőségek hatékony használata, a hálózat fejlesztése, a megfelelő interkonnektorok megépítése és a megújuló források minél szélesebb körű alkalmazása. A villamosenergia-piacok jobb integrációja és összehangolása számos lehetőséget rejt magában a biztonságosabb, költséghatékonyabb és fenntarthatóbb energiaellátásra irányuló közös európai célok eléréséhez.

 
  
MPphoto
 
 

  Stelios Kouloglou (GUE/NGL), in writing. ‒ This report is on the energy market design, which means the way that market actors generate, trade, supply and electricity. Among the members of GUE/NGL, we believe that new energy market design must be market-based and technology-neutral. We believe that the consumers should be more involved and allowed to participate in the market if they wish so, we promote the use of renewables and also new energy efficiency improvements. However, few of our amendments were tabled within the final report, this is why I voted against the report.

 
  
MPphoto
 
 

  Андрей Ковачев (PPE), в писмена форма. – Подкрепих доклада относно нова концепция за енергийния пазар, тъй като смятам, че това е успешна крачка към постигането и гарантирането на енергийна независимост на ЕС. Необходимо е създаването на дългосрочна и прозрачна концепция, която да включва и защитава както националните, така и европейските цели и интереси, да се постигне равновесие както между сигурността на доставките, така и на устойчивостта на цените.

Единният интегриран енергиен пазар ще подпомогне преодоляването на енергийната зависимост на Европа от внос на газ и нефт от Русия, което ще даде предпоставка за осъществяването и договарянето на по-добри условия с нови и потенциални енергийни партньори на ЕС. Смятам, че координираната политика в сферата на възобновяемите енергийни източници между ЕС и националните енергийни политики ще насърчи производството и потреблението на енергия от възобновяемите енергийни източници, ще спомогне за интеграцията на енергийния пазар, ще намали предпоставките за енергийна бедност и ще насърчи борбата с изменението на климата.

 
  
MPphoto
 
 

  Gilles Lebreton (ENF), par écrit. ‒ J’ai voté contre ce rapport sur l’énergie, car il est d’inspiration ultra-libérale.

 
  
MPphoto
 
 

  Marine Le Pen (ENF), par écrit. ‒ J’ai voté contre le rapport intitulé «Vers une nouvelle organisation du marché de l'énergie». Tout d'abord, ce rapport veut faire donner à l'ACER des pouvoirs renforcés, au nom d'une coordination renforcée au niveau régional (points 70 et 72), l'objectif étant de la faire passer progressivement du rôle de coordination entre les régulateurs nationaux à un rôle de régulateur supranational. Ce rapport reste aussi dans l'illusion d'un marché de l'énergie intégré et sur l'Union de l'énergie (points 3 et 4), brocardant pour cela les États qui ne vont pas assez vite dans le changement. Il se prononce aussi contre les mécanismes nationaux de capacité (point 9) et fait passer le marché avant la sécurité d'approvisionnement, comme tous les textes européens en la matière. Comme d'habitude aussi, l'écologie (ici les énergies renouvelables) constitue un prétexte pour renforcer le fédéralisme européen et détruire les entreprises nationales, au nom de la fluidité nécessitée par les énergies intermittentes.

 
  
MPphoto
 
 

  Philippe Loiseau (ENF), par écrit. ‒ L’approche évolutive dont il est fait état est un moyen de limiter un peu plus les compétences des États membres, de manière quasi indolore. De plus, le marché de l’énergie est logiquement un monopole naturel, alors même que les marges de manœuvre des États sont quasiment absentes sur les questions réglées par les traités. Les États, quoi qu’en dise le rapporteur, sont donc toujours perdants, quel que soit l’habillage et les formules employées.

L'écologie est, comme trop souvent, prise comme prétexte pour renforcer le fédéralisme européen et pour détruire les entreprises nationales, au nom de la fluidité nécessitée par les énergies.

Je ne pouvais que voter contre cette résolution.

 
  
MPphoto
 
 

  Javi López (S&D), por escrito. ‒ He votado a favor de este informe porque configura las futuras normas para el mercado energético y, particularmente, para su comercialización y distribución. Para un nuevo diseño del mercado de la energía es necesario tener en cuenta la naturaleza cambiante de nuestros suministros, por lo que los mercados de energía necesitan adaptarse, evolucionando desde los modelos tradicionales de generación centralizada hacia sistemas más basados en renovables variables y con una mayor flexibilidad, a menudo también generada a nivel más local.

Aboga por una evolución hacia un mercado eléctrico verdaderamente flexible, descentralizado, integrado y abierto, donde la mejora de las interconexiones potencialmente pueda garantizar que los servicios y suministros fluyan libremente a través de las fronteras nacionales, sobre la base de las necesidades y ventajas locales y regionales.

En definitiva, se trata de impulsar un diseño del futuro mercado de la energía, al servicio de consumidores e industria, por el que se garantice un suministro a precios asequibles.

 
  
MPphoto
 
 

  Paloma López Bermejo (GUE/NGL), por escrito. ‒ He votado en contra del presente informe porque supone una decepcionante visión en torno al diseño de los mercados y redes energéticas en la Unión, que no aporta soluciones a los problemas presentes. Nuestro grupo ha incluido enmiendas en apoyo a las renovables y criticando mecanismos como los mecanismos de capacidad que permiten beneficiar a las grandes multinacionales del sector eléctrico. Este informe no recoge la necesidad de apoyar a los pequeños productores de renovables, ni tampoco la importancia de permitir la intervención del Estado en el sector eléctrico. El informe llama a la desaparición de los precios regulados, que han demostrado ser una de las mejores herramientas para enfrentar el problema de la pobreza energética. Es por todo esto por lo que he decidido votar en contra del presente informe.

 
  
MPphoto
 
 

  Antonio López-Istúriz White (PPE), por escrito. ‒ La Unión europea necesita un nuevo diseño del mercado de la electricidad para satisfacer las expectativas de los consumidores, aportar beneficios reales de las nuevas tecnologías, facilitar inversiones, en particular en energías renovables y, reconocer la interdependencia de los Estados miembros en lo que se refiere a la seguridad energética.

Considero que en el diseño de este nuevo mercado eléctrico europeo, deben tenerse en cuenta las particularidades nacionales y una de ellas sigue el bajo nivel de interconexiones.

Otro reto para el futuro es la integración en el mercado de un porcentaje creciente de energías renovables intermitentes no gestionables. Para ello se requieren buenas herramientas de previsión y mayor implantación de la participación de la demanda de manera flexible.

Debido a que el mercado europeo necesitará impulsar medidas para facilitar que el consumidor disponga de la información de sus consumos en tiempo real por medios electrónicos y de herramientas para que pueda gestionar mejor su energía y mejorar sus hábitos de consumo, reduciendo así su gasto energético, y para la protección del mismo, voto a favor de la aprobación de este informe.

 
  
MPphoto
 
 

  Bernd Lucke (ECR), schriftlich. ‒ Der Bericht ist nicht konsequent und in sich konsistent. Entweder liberalisieren wir komplett die europäischen Energiemärkte und schaffen einen gemeinsamen europäischen Energiemarkt, wie z. B. jetzt mit dem Digital Single Market, oder wir überlassen den Mitgliedstaaten die Entscheidungshoheit über den Energie-Mix ihres Landes und die Sicherstellung der Energiesicherheit. Dieser Bericht spricht sich weder konsequent für Deregulierung und die Liberalisierung der Energiemärkte noch komplett für Subsidiarität aus. Er zeigt keine klare Linie, wie es in Europa energiepolitisch weitergehen soll. Im Einklang mit dem von der Parteivorsitzenden Ulrike Trebesius vorgestellten Konzeptpapier setzt sich ALFA dafür ein, dass energiepolitische Fragen gänzlich den Mitgliedstaaten überlassen werden. Deshalb habe ich den Bericht abgelehnt.

 
  
MPphoto
 
 

  Mairead McGuinness (PPE), in writing. ‒ I voted in favour of this report, which looks at completing the internal energy market through the efficient use of energy storage capacities, network expansions and the efficient use of interconnectors.

 
  
MPphoto
 
 

  Petr Mach (EFDD), písemně. ‒ Hlasoval jsem proti. Zpráva „podporuje stoupající podíl obnovitelných zdrojů energie v EU“, což já nepodporuji. Nesouhlasím ani s výzvou za „vytvoření regulačního rámce, který by vedl koncové spotřebitele k vlastní výrobě a ke skladování energie.“

 
  
MPphoto
 
 

  Andrejs Mamikins (S&D), in writing. ‒ The existing regulatory framework for European markets needs to be adjusted in order to allow a growing share of renewable energy sources and to close existing cross-border regulatory gaps. A new market design for electricity must be based on market principles, which would stimulate investment, ensure that small and medium enterprises have access to the energy market and unlock a sustainable and efficient electricity supply through a stable, integrated and smart energy system. But from my point of view a lower electricity price for people is the most important factor.

 
  
MPphoto
 
 

  Vladimír Maňka (S&D), písomne ‒ Návrh Komisie v oblasti vnútorného trhu s energiou stanovuje tri politické ciele:

1.vytvorenie celoeurópskeho trhu s elektrickou energiou s jasnými cenovými signálmi pre nové investície,

2. stanovenie európskeho prístupu k bezpečnosti dodávok energie,

3. posilnenie regionálnej spolupráce v energetickej politike, najmä v súvislosti s investíciami do elektrární a začleňovaním obnoviteľných zdrojov energie do jednotného európskeho trhu.

Dôsledná implementácia týchto cieľov do všetkých politík dotýkajúcich sa vnútorného trhu s energiou zabezpečí Únii a jej obyvateľom sebestačnosť, udržateľnosť a dostatok cenovo dostupnej a bezpečnej energie, ktorá bude zohľadňovať ochranu životného prostredia a zamestnanosť v tomto sektore.

 
  
MPphoto
 
 

  Louis-Joseph Manscour (S&D), par écrit. ‒ Le présent rapport a pour but de préciser la position du Parlement européen en vue de la proposition législative de la Commission européenne sur une nouvelle organisation du marché de l’énergie qui devra paraître en décembre 2016.

Compte tenu de l’évolution de notre approvisionnement en énergie (modes et lieux de productions, développement du renouvelable...) le marché doit nécessairement s’adapter à ces mutations.

Ce rapport établit différentes options pour parvenir à un marché de l’énergie plus fluide, plus ouvert et plus intégré. Il propose par exemple d’augmenter les interconnexions afin que les services et l’approvisionnement en énergie circulent au-delà des frontières de chaque État sur la base des besoins locaux et régionaux.

L’approvisionnement énergétique des 500 millions d’Européens constitue un enjeu crucial; je vote donc en faveur de ce rapport qui réunit un large consensus au sein du Parlement et respecte l’approche de notre groupe politique.

 
  
MPphoto
 
 

  Νότης Μαριάς (ECR), γραπτώς. ‒ Καταψηφίζω την έκθεση με θέμα «Προς τον ανασχεδιασμό της αγοράς ενέργειας για τους λόγους που ανέφερα αναλυτικά στην ομιλία μου στην Ολομέλεια του Ευρωπαϊκού Κοινοβουλίου στο Στρασβούργο στις 12/9/2016, καθώς και διότι η εν λόγω έκθεση δεν είναι πλήρης και τεκμηριωμένη.

 
  
MPphoto
 
 

  Dominique Martin (ENF), par écrit. ‒ J’ai voté pour ce texte.

En dépit de l’incitation à l’investissement dans le réseau, nous critiquons les pouvoirs renforcés accordés à l’Agence européenne de coopération des régulateurs de l'énergie (ACER), régulateur supranational, au détriment de l’autorité des États. L’idéologie de marché prime sur la sécurité d’approvisionnement des États. Pour ces raisons, nous ne saurions soutenir ce rapport.

 
  
MPphoto
 
 

  Fulvio Martusciello (PPE), in writing. – I voted in favour of the Report on Towards a New Energy Market Design because I consider that exemplary measures and initiatives must be taken in order to tackle the energy-related challenges Europe is facing. Such challenges include the dependency on oil and gas imports, high-energy prices, security risks, the fights against climate change, and poor progress in energy efficiency, among others. Only by taking the necessary measures to resolve these conflicts we will be able to achieve the common European goal of a secure, affordable, environmentally sound energy supply.

 
  
MPphoto
 
 

  Jiří Maštálka (GUE/NGL), písemně. ‒ Dnes jsme hlasovali o zprávě, která se zabývá tématem nového uspořádání energetického trhu. Zpráva klade příliš velký důraz na zapojení Evropského fondu pro strategické investice, se kterým naše frakce již od počátku vůbec nesouhlasí. Dále se zde zdůrazňuje pouze význam působení tržních sil bez jakéhokoliv zapojení spotřebitelů a jejich postojů. Posilování úlohy ACER a jiných evropských agentur v oblasti energetiky rovněž není myšlenkou, kterou bych mohl podpořit. Řada pozměňovacích návrhů naší frakce směřujících např. k většímu soustředění na obnovitelné zdroje energie nebyla přijata. Proto jsem hlasoval proti přijetí této zprávy.

 
  
MPphoto
 
 

  Marisa Matias (GUE/NGL), por escrito. ‒ O setor da energia é um setor extremamente importante e que requer um planeamento estratégico. É essencial promover as energias renováveis e olhar para a energia como um bem público a que todos devem ter um acesso justo.

Considero ainda que só é possível responder a questões como o desenvolvimento das energias renováveis, a eficiência energética e a sustentabilidade do meio ambiente com gestão e controlo público. O relatório Langen não reflete estas necessidades, por isso votei contra.

 
  
MPphoto
 
 

  Gabriel Mato (PPE), por escrito. ‒ Mi apoyo a la propuesta de resolución sobre la comunicación de la Comisión en la que se avanzan los pasos de cara a una nueva configuración del mercado de la energía.

Creo que la reorganización del mercado de la electricidad, combinada con la aplicación de la legislación vigente, debe reforzar la cooperación regional en todos los ámbitos del abastecimiento y de la demanda de energía, y debe centrarse en la mejora de los mercados y en su mayor descentralización y flexibilidad para garantizar un sistema bien regulado y basado en el mercado, que sea capaz de alcanzar todos los objetivos establecidos por la Unión en materia de clima y energía para 2030.

 
  
MPphoto
 
 

  Georg Mayer (ENF), schriftlich. ‒ Hier wird die Energieversorgungssicherheit als politisches Ziel für den künftigen Elektrizitätsmarkt postuliert. Insbesondere wird Wert auf erneuerbare Energien und kohlenstoffarme Stromerzeugungsanlagen gelegt. Da aber gleichzeitig nicht auf Atomstrom verzichtet werden soll, kann ich diesen Bericht nicht unterstützen.

 
  
MPphoto
 
 

  Joëlle Mélin (ENF), par écrit. ‒ L’approche évolutive dont il est fait état est un moyen de limiter un peu plus les compétences des États membres de manière indolore. De plus, le marché de l’énergie est logiquement un monopole naturel, de même les marges de manœuvre des États sont quasiment absentes sur les questions réglées par les traités. Les États, quoi qu’en dise le rapporteur, sont donc toujours perdants, quel que soit l’habillage et les formules employées.

L'écologie est, comme trop souvent, un prétexte pour renforcer le fédéralisme européen et pour détruire les entreprises nationales, au nom de la fluidité nécessité par les énergies.

J’ai alors voté contre la résolution.

 
  
MPphoto
 
 

  Nuno Melo (PPE), por escrito. ‒ A integração dos mercados da energia, articulada com a integração de todos os operadores de mercado, incluindo os «produtores-consumidores», contribuirá para alcançar o objetivo consagrado no Tratado de um aprovisionamento energético seguro, a preços acessíveis, eficiente e sustentável.

Para atingir os objetivos em matéria de clima e energia, o sistema energético do futuro deverá ser mais flexível, pelo que é necessário investir em todas as soluções de flexibilidade, ou seja, numa produção flexível, no desenvolvimento de redes e numa procura e armazenamento flexíveis.

É, assim, importante que a nova estratégia relativa à União da Energia seja concebida por forma a tornar a UE líder no domínio das energias renováveis. Para atingir este objetivo, será necessária uma transformação fundamental do sistema de eletricidade europeu. Daí o meu voto favorável.

 
  
MPphoto
 
 

  Roberta Metsola (PPE), in writing. ‒ I supported this report which has the interests of the Union’s customers as its main focus. It takes note of the changes in the energy market and how the Union must react in order to make changes in line with recent developments such as the increased presence of renewables with market-driven remuneration. The report also supports the need for a long-term strategy and policy in the field of energy to make the most of investments; therefore, I voted in favour of this report.

 
  
MPphoto
 
 

  Louis Michel (ALDE), schriftelijk. – Hoe garanderen we dat in de nabije toekomst de energiebevoorrading in Europa verzekerd blijft? En hoe garanderen we dat energie betaalbaar én duurzaam wordt? Om aan deze uitdagingen het hoofd te bieden wordt in dit verslag terecht gewezen op de noodzaak van versterkte Europese energienetwerken De uitbouw van een goed functionerende grensoverschrijdende interconnectie tussen de lidstaten en het ontwikkelen van de nodige back-upsystemen zal de elektriciteitsbevoorrading in Europa garanderen. Een sterkere energie-infrastructuur in Europa zou alvast onze energie-onafhankelijkheid verhogen. Een nieuwe opzet van de energiemarkt, die tegelijk gedecentraliseerd zal zijn, zou er bovendien toe leiden dat grensoverschrijdende concurrentie, door de aanwezigheid van meerdere energieleveranciers, prijsvoordelen voor de consument oplevert. Tegelijk zal het groeiend aanbod aan hernieuwbare energiebronnen, de integratie van die hernieuwbare energiebronnen in de energiemarkt en de ontwikkeling van slimme netten en nieuwe technologieën voor decentrale opwekking de consument ook in staat stellen een actievere rol te spelen als consument én producent van energie. Op die manier zal de consument-producent zowel aan de vraagzijde als aan de aanbodzijde op de elektriciteitsmarkt mee kunnen beslissen over de prijsvorming.

 
  
MPphoto
 
 

  Miroslav Mikolášik (PPE), písomne – Európa čelí v oblasti energetiky niekoľkým zásadným výzvam, či už ide o zvýšenú závislosť od dovozu ropy a plynu, nedostatočnú diverzifikáciu, vysoké ceny energií, rastúci celosvetový dopyt po energii, bezpečnostné riziká v producentských a tranzitných krajinách, boj proti negatívnym klimatickým zmenám, pomalý pokrok v energetickej efektívnosti, zvyšovanie podielu energie z obnoviteľných zdrojov, integráciu a prepojenie energetických trhov a trhové deformácie spôsobené rôznymi systémami dotácií. Lepšia integrácia a koordinácia energetických trhov so sebou prináša veľa príležitostí, ako dosiahnuť spoločné európske ciele bezpečných, cenovo dostupných a ekologických dodávok energie. Avšak energetické trhy, najmä trhy s elektrickou energiou, sú v súčasnosti ešte stále výrazne charakterizované vnútroštátnou zodpovednosťou za energetický mix. Opatrenia na presadzovanie vnútroštátnych energetických mixov sú veľmi rozmanité a zahŕňajú napríklad významné dotácie na podporu obnoviteľných zdrojov energie a stanovovanie kapacitných mechanizmov na zaistenie bezpečnosti dodávok v niektorých členských štátoch. Daný návrh má za cieľ posilniť vnútorný trh s elektrickou energiou s jasnými cenovými signálmi pre nové investície, má zaistiť bezpečnosť pri dodávkach energie a posilniť regionálnu spoluprácu v oblasti energetickej politiky, najmä v súvislosti s investíciami do elektrární, prepojeniami, podpornými schémami, ako aj v súvislosti so začleňovaním obnoviteľných zdrojov energie do jednotného európskeho trhu, na čo je potrebné vhodne prispôsobiť jednotlivé trhy. S daným návrhom súhlasím a hlasujem kladne.

 
  
MPphoto
 
 

  Marlene Mizzi (S&D), in writing. ‒ I have voted in favour of the report towards a new energy market design because we need to ensure a market design that is fit for the future, and one which works for consumers and industry, ensuring affordable energy.

 
  
MPphoto
 
 

  Csaba Molnár (S&D), írásban. ‒ Az Európai Bizottság 2015. július 15-én tette közzé az európai villamosenergia-rendszerekről szóló konzultatív közleményét, amelyben nyilvános konzultációt kezdeményezett arról, hogy az újonnan kialakított villamosenergia-piacnak hogyan kellene kinéznie ahhoz, hogy az energiapolitikai célok, azaz a biztonságos ellátás, a környezeti fenntarthatóság és az ár-érték arány elérhetővé váljanak. A villamosenergia-piacok jobb integrációja és összehangolása számos lehetőséget rejt magában a biztonságos, költséghatékony és környezeti szempontból fenntartható energiaellátásra irányuló közös európai célok eléréséhez, ugyanakkor az energiapiacok, különösen a villamosenergia-piacok kialakítását ma még erőteljesen a nemzetállami jelleg dominálja.

Az Ipari, Kutatási és Energiaügyi Bizottság jelentésében olyan állásfoglalás elfogadására tesz javaslatot, amely kritikusan, de alapvetően támogatólag viszonyul a Bizottság e tárgyban javasolt intézkedéscsomagjához. Az állásfoglalás tervezetét támogattam.

 
  
MPphoto
 
 

  Cláudia Monteiro de Aguiar (PPE), por escrito. ‒ A crescente dependência, nos últimos anos, em relação às importações de petróleo e de gás, a falta de diversificação, o elevado preço da energia, o aumento da procura de energia, os riscos de segurança para os países produtores, a luta contra as alterações climáticas, o processo lento na eficiência energética, as quotas das energias renováveis tornaram-se os grandes desafios no domínio da Europa da energia.

A 15 de julho de 2015, a Comissão Europeia publicou uma série de documentos alusivos ao mercado interno europeu com três objetivos políticos para o futuro mercado de eletricidade: criar um mercado de eletricidade à escala da EU, criar uma abordagem europeia para a segurança do aprovisionamento de energia e reforçar a cooperação regional no setor da energia.

Subscrevo a posição do relator, que defende que uma melhor integração e coordenação dos mercados da energia encerra múltiplas oportunidades para alcançar os objetivos europeus comuns de um aprovisionamento energético seguro, sustentável e a preços acessíveis.

Destaco a importância desta abordagem à escala da UE, uma vez que preços da energia aceitáveis e segurança do aprovisionamento são essenciais para o nível de vida dos agregados familiares, assim como para a segurança do emprego nas empresas.

 
  
MPphoto
 
 

  Sophie Montel (ENF), par écrit. ‒ Ce rapport Langen vers une nouvelle organisation du marché de l’énergie traite du nouveau marché de l’énergie induit par les modifications apportées par l’Union de l’énergie. Quelques points positifs sont à mettre au crédit de ce rapport (investissement dans le réseau, rappel de la compétence nationale sur le mix énergétique…). Cependant, d’autres points entachent le rapport comme le renforcement des pouvoirs de l’ACER, la promotion sans fin de l’Union de l’énergie, le tout teinté de libéralisme. J’ai donc voté contre ce rapport.

 
  
MPphoto
 
 

  Claude Moraes (S&D), in writing. ‒ I voted in favour of this report because we need to ensure a market design that is fit for the future, and one which works for consumers and industry, ensuring affordable energy.

 
  
MPphoto
 
 

  Nadine Morano (PPE), par écrit. ‒ J’ai voté en faveur de ce rapport sur la nouvelle organisation du marché de l’énergie. Je soutiens notamment la volonté de le rendre plus flexible et celle de renforcer la sécurité de l’approvisionnement, ce qui est fondamental pour notre continent, notamment en créant un marché interconnecté à l’échelle européenne.

 
  
MPphoto
 
 

  Elisabeth Morin-Chartier (PPE), par écrit. ‒ J’ai voté en faveur du rapport de mon collègue Werner Langen (PPE). Ce rapport met en avant la volonté de renforcer le marché intérieur de l’énergie pour permettre une circulation de l’électricité plus libre. À cette fin, il faut renforcer la coopération régionale et la coordination sur les politiques énergétiques, et encourager les échanges transfrontaliers.

 
  
MPphoto
 
 

  Alessandra Mussolini (PPE), per iscritto. ‒ I mercati dell'energia, ed in particolare i mercati dell'energia elettrica, mantengono tuttora un carattere fortemente nazionale, sulla base del principio della responsabilità nazionale del mix energetico. Le misure per l'attuazione dei mix energetici nazionali si differenziano notevolmente e vanno dall'abbandono dell'energia nucleare fino alle sovvenzioni per le energie rinnovabili e all'introduzione dei cosiddetti meccanismi di regolazione della capacità in alcuni Stati membri al fine di garantire la sicurezza dell'approvvigionamento. La relazione dell'on. Langen mira a rafforzare il mercato interno europeo dell'energia contribuendo ad un approvvigionamento sicuro ed efficiente attraverso strategie chiare e concrete. Ho quindi espresso il mio voto a favore del provvedimento.

 
  
MPphoto
 
 

  József Nagy (PPE), írásban. ‒ Szavazatommal támogattam a jelentést. Az energiapiac újratervezésével egy fenntartható energiatermelési modell irányába kell elindulni. Szükség van elsősorban az energiatermelő berendezések fejlesztésére, valamint a megújuló energiaforrások európai belső piaci integrációjára. Az energiapiac újratervezésének fő céljaként az Unió egész területén érvényes villamosenergia-piac létrehozását látom, mely fő szempont volt számomra a jelentés támogatásában.

 
  
MPphoto
 
 

  Victor Negrescu (S&D), in writing. ‒ The European future electricity market has three political objectives: the creation of an EU-wide electricity market providing clear price signals for new investments; provision of a European dimension to security of electricity supply; strengthening of regional cooperation on energy policy, in particular when there is investment in new energy production facilities, for interconnectors and funding rules, and for the integration of renewables into the European Single Market. I have voted for this report that will ensure that energy policy objectives of security of supply, environmental impact and value for money can be achieved.

 
  
MPphoto
 
 

  Dan Nica (S&D), în scris. ‒ Noua strategie privind uniunea energetică furnizează noi beneficii pentru consumatorii de energie, le oferă acestora o gamă mult mai largă de opțiuni în ceea ce privește participarea la piețele energetice și asigură o protecție mai bună a consumatorilor.

Punerea deplină în aplicare a celui de-al treilea pachet legislativ privind energia în toate statele membre este unul dintre pașii cei mai importanți către o piață europeană a energiei.

Solicităm ca serviciile de furnizare a energiei electrice și de sistem să fie atribuite respectând principiile economiei de piață. O astfel de licitație publică, națională sau transfrontalieră, ar trebui să fie neutră din punct de vedere tehnologic și să permită și participarea operatorilor din domeniul stocării de energie.

Subliniez necesitatea de a accelera, la toate nivelurile decizionale, autorizarea proiectelor care vizează infrastructura energetică.

Deoarece propunerile Comisiei privind o nouă organizare a pieței energiei se referă exclusiv la sectorul energiei electrice, invităm Comisia să analizeze posibilitatea de a revizui conceptul pieței gazelor naturale pentru a răspunde provocărilor din sectorul gazelor.

 
  
MPphoto
 
 

  Norica Nicolai (ALDE), în scris. ‒ Am votat în favoarea acestui raport și am dat, deci, un vot în favoarea noii strategii privind uniunea energetică, pentru că trebuie să fim cu toții conștienți de importanța unei astfel de uniuni pentru piața europeană și pentru consumatorii care, într-un final, vor avea o gamă mai largă de opțiuni.

În același timp, raportul pune accent pe un aspect de natură practică: planificarea pe termen lung a dezvoltării infrastructurii, reiterând importanța tehnologiilor regenerabile, în vederea asigurării durabilității acestei piețe.

 
  
MPphoto
 
 

  Luděk Niedermayer (PPE), písemně. ‒ Podpořil jsem zprávu, kterou považuji za vyváženou, když mimo jiné zdůrazňuje právo členských států na to, aby si mohly stanovovat podmínky pro využívání a skladbu vlastních energetických zdrojů. Souhlasím s výzvou k posílení role agentury ACER a oceňuji, že důležité místo ve zprávě zaujímá podpora digitálních technologií v souvislosti s vytvořením ambiciózní strategie digitalizace energetického sektoru zahrnující zavedení inteligentních sítí a inteligentních měřicích přístrojů, vypracování mobilních aplikací, internetových platforem a datových uzlů.

 
  
MPphoto
 
 

  Liadh Ní Riada (GUE/NGL), in writing. – This own initiative report focuses on the design of a new EU electricity market in light of the aim to double the percentage of electricity produced by renewables from 25% to 50% of the total by 2030.

It proposes only market-based solutions to increase capacity such as incentives and rewards. GUE/NGL’s position in favour of a focus on public support for developing renewable energy, access to the grid, the right to self-generation, decentralised solutions, and energy efficiency measures, etc. have been largely ignored. The report proposes that change be based mainly on market rules whilst being ‘technology-neutral’ i.e. not favouring one form of energy over another – which is the opposite of what is required as we need a strong intervention by Member States in favour of developing renewables. I voted against the report.

 
  
MPphoto
 
 

  Franz Obermayr (ENF), schriftlich. ‒ Hier wird die Energieversorgungssicherheit als politisches Ziel für den künftigen Elektrizitätsmarkt postuliert. Insbesondere wird Wert auf erneuerbare Energien und kohlenstoffarme Stromerzeugungsanlagen gelegt. Dies kann ich nur unterstützen.

 
  
MPphoto
 
 

  Maite Pagazaurtundúa Ruiz (ALDE), por escrito. ‒ El 15 de julio de 2015 la Comisión Europea presentó su Comunicación relativa a una nueva configuración del mercado de la energía en el que incluye una serie de medidas para hacer frente a los desafíos actuales. Mientras tanto, la dependencia energética sigue en aumento y también los precios, seguimos importando el 80 % del petróleo, el 100 % del uranio y el 60 % del gas que consumimos, hemos rebajado nuestros objetivos en energía para 2030 e incluso así el nivel de interconexiones sigue por debajo del nivel del deseable, por no hablar del trabajo pendiente en materia de eficiencia energética.

Este informe pone en el foco de debate todos los retos mencionados y pendientes en materia de energía con el fin de que podamos alcanzar los objetivos de energía y clima para 2030. Es por todo ello que he votado a favor de este informe.

 
  
MPphoto
 
 

  Δημήτρης Παπαδάκης (S&D), γραπτώς. ‒ Ο ανασχεδιασμός της αγοράς ενέργειας στην ΕΕ αποτελεί ένα σημαντικότατο θέμα, τόσο για την Ένωση αλλά και τα κράτη μέλη της. Στο πλαίσιο επίτευξης των στόχων της ενεργειακής πολιτικής είναι σημαντική η διευκόλυνση χρήσης νέων τεχνολογιών και η πραγματοποίηση επενδύσεων, κυρίως σε ανανεώσιμες πηγές ενέργειας και σε μονάδες ηλεκτροπαραγωγής χαμηλών ανθρακούχων εκπομπών.

Οι προκλήσεις που αντιμετωπίζει η Ευρώπη στον τομέα της ενέργειας μπορούν να αντιμετωπιστούν μέσω καλύτερης ενοποίησης και συντονισμού των αγορών ενέργειας παρέχοντας πολλές δυνατότητες για την επίτευξη των κοινών ευρωπαϊκών στόχων για έναν πιο ασφαλή, οικονομικά αποδοτικό και περιβαλλοντικά βιώσιμο ενεργειακό εφοδιασμό.

Για όλους αυτούς τους λόγους υπερψήφισα την εν λόγω έκθεση.

 
  
MPphoto
 
 

  Margot Parker (EFDD), in writing. ‒ We are against the report because we object to new EU legislation in this field. We in UKIP believe that the UK should make its own energy policy and exploit and invest in lower-cost, reliable energy sources like coal, gas and nuclear.

 
  
MPphoto
 
 

  Piernicola Pedicini (EFDD), per iscritto. ‒ La relazione focalizza l'attenzione sulla necessità di concretizzare la "transizione" dei consumi verso fonti alternative. Di fatto la struttura del mercato energetico europeo necessita un armonizzazione rispetto all'attuale situazione di cambiamento: il passaggio da una produzione centralizzata che sfrutta mega impianti ad alimentazione fossile, a una produzione delocalizzata con un sempre maggiore numero di soggetti coinvolti, e soprattutto col mutare della figura del "consumatore" a "produttore & consumatore", ovvero il prosumer. Tuttavia la relazione non accoglie appieno quanto predetto rispetto al ruolo di fulcro dell'energia rinnovabile attorno a cui deve ruotare il mercato energetico, bensì enfatizza il ruolo del "mercato autoregolatore", delegittimando gli incentivi a supporto delle rinnovabili e, subdolamente, avallando quelli a sostegno delle fonti fossili o nucleari. Per le motivazioni sopracitate mi esprimo con voto negativo.

 
  
MPphoto
 
 

  Alojz Peterle (PPE), in writing. ‒ I voted for the report that highlights that only stronger market integration can ensure more energy security for the EU. A new energy market design is strategically needed for the achievement of a true EU Energy Union and this report indicates directions for the Commission and proposes relevant solutions for the obstacles that have been hindering a common European market for energy. In the future, more electricity will be traded across borders and that requires efficient cooperation from all market actors, therefore we have to build the capacity for cross-border cooperation to reflect the increasing variability of production so that sufficient energy can flow across the EU.

 
  
MPphoto
 
 

  Marijana Petir (PPE), napisan. ‒ Podržavam prijedlog o novom modelu energetskog tržišta i općenito o modernizaciji energetskog tržišta koji vodi održivosti i koji je naklonjen brizi za okoliš. Neodržive modele u svim članicama EU-a bi trebalo smanjiti što je više moguće i posvetiti veliku pažnju obnovljivim izvorima energije. Potrebna su veća sredstva za ulaganje u nova postrojenja za proizvodnju takve energije.

Trenutni sustav električne energije je potrebno promijeniti, naglasak staviti na obnovljivost s niskom razinom emisije ugljika. Tržište električne energije je i dalje pod nacionalnim utjecajima, a cijene energije za standardna kućanstva su previsoke. Cijena energenata općenito u svijetu je sve veća i veća, pa je sve veća i potražnja za alternativnim načinom proizvodnje energije koji je u implementaciji skuplji, ali kasnije isplativiji nego dosadašnji sustavi. Zajednička energetska politika je dobra inicijativa, ali zbog raznolikosti zemalja teško će je biti moguće implementirati pogotovo zbog neslaganja nacionalnih uvjeta pojedine zemlje.

Slažem se da je potrebna analiza tržišta te treba preispitati postojeće sustave financiranja. Promicanje obnovljivih izvora energije je od izuzetne važnosti za ostvarenje klimatskih ciljeva EU-a.

 
  
MPphoto
 
 

  Florian Philippot (ENF), par écrit. ‒ Ce rapport a une tonalité très centriste: on caresse les États dans le sens du poil sur les questions réglées par les traités (mix énergétique), on s'appuie sur une approche évolutive pour grignoter les compétences des États et on se repose sur un prétendu marché de l'énergie, qui est, quoiqu'en dise le rapporteur, un monopole naturel.

Comme d'habitude aussi, l'écologie (ici les énergies renouvelables) est un prétexte pour renforcer le fédéralisme européen et pour détruire les entreprises nationales, au nom de la fluidité nécessitée par les énergies intermittentes. Je vote donc contre ce texte.

 
  
MPphoto
 
 

  Tonino Picula (S&D), napisan. ‒ Integracijom energetskih tržišta, zajedno s integracijom svih aktera na tržištu, uključujući i proizvođače-potrošače, doprinijeti će se ostvarenju u Ugovoru zadanog cilja sigurne, jeftine, učinkovite i ekološki održive opskrbe energijom te će energetski sustav u budućnosti morati biti fleksibilniji kako bi se ostvarili klimatski i energetski ciljevi, za što su potrebna ulaganja u sva četiri rješenja za fleksibilnost, a to su fleksibilna proizvodnja, razvoj mreže, fleksibilnost potražnje i skladištenje.

Podržavam pozive da se postojeći regulatorni okvir za europska tržišta prilagodi kako bi se omogućio veći udio obnovljivih izvora energije i kako bi se riješile postojeće prekogranične regulatorne praznine; ističe da se novi model tržišta električne energije kao dio sve decentraliziranijeg energetskog sustava mora temeljiti na tržišnim načelima, čime bi se potaknula ulaganja, omogućio pristup malih i srednjih poduzeća energetskom tržištu te otvorila opskrba održivom i učinkovitom električnom energijom s pomoću stabilnog, integriranog i pametnog energetskog sustava; smatra da bi se tim okvirom trebala promicati i nagrađivati fleksibilna rješenja za skladištenje energije, tehnologije odgovora na potražnju, fleksibilna proizvodnja energije, povećana međusobna povezanost i daljnja integracija tržišta, što će doprinijeti promicanju sve većeg udjela energije iz obnovljivih izvora i njihovoj integraciji na tržište.

 
  
MPphoto
 
 

  Miroslav Poche (S&D), písemně. ‒ Podpořil jsem tuto zprávu z vlastní iniciativy, která souvisí s připravovanou legislativou ohledně schématu fungování energetického trhu, která bude publikována v prosinci. V současné Evropě se mění způsoby výroby a dodávek energie a tomu je potřeba přizpůsobit tržní prostředí. Největším problémem bude správě definovat mechanismus, na základě kterého budou národní státy kompenzovat firmy za to, že budou garantovat určitou kapacitu energetického trhu pro případy, že dojde k omezení dodávek energie, např. v případě black outu, a zároveň co nejméně narušit tržní prostředí, resp. ochránit konečné spotřebitele od neadekvátního navýšení ceny za elektrickou energii. Jsem rád, že již v rámci jednání na výboru ITRE byly zohledněny návrhy naší politické skupiny, které představily soubor kritérií, která musejí být splněna před tím, než takový mechanismus bude zaveden.

 
  
MPphoto
 
 

  Salvatore Domenico Pogliese (PPE), per iscritto. ‒ Tra le sfide che l'Europa deve affrontare nel settore dell'energia si annoverano la dipendenza dalle importazioni di petrolio e gas, che è aumentata ulteriormente negli ultimi anni, la mancanza di diversificazione, i prezzi dell'energia elevati a causa dei prelievi statali, la crescita complessiva della domanda di energia a livello globale, i rischi in termini di sicurezza per i paesi produttori e di transito, la lotta contro i cambiamenti climatici, i limitati progressi nel campo dell'efficienza energetica, la quota crescente di energie rinnovabili, l'integrazione e l'interconnessione dei mercati dell'energia e le distorsioni del mercato dovute ai diversi regimi di aiuto. La relazione mira a rafforzare il mercato interno dell'energia e consentire all’elettricità di spostarsi liberamente dove è più necessario per trarre i massimi benefici dalla concorrenza transfrontaliera e fornire i giusti segnali e gli incentivi a guidare i giusti investimenti. Una società ed una economia dinamiche necessitano di un approvvigionamento energetico sicuro ed efficiente. Il mercato interno europeo può contribuire al raggiungimento di questo obiettivo e per farlo servono strategie chiare e ambiziose. Pertanto, ho votato a favore di questa relazione.

 
  
MPphoto
 
 

  Franck Proust (PPE), par écrit. ‒ J’ai voté en faveur de ce rapport qui incite au renforcement du marché intérieur de l’énergie, en permettant notamment une libre circulation de l’électricité, en lien avec la concurrence transfrontalière qui permettra de stimuler les investissements appropriés pour le secteur. En effet, la coopération régionale et la coordination sur les politiques énergétiques sont nécessaires. Aussi, ce rapport indique la possibilité de mettre en œuvre des mécanismes de capacité qui permettront d’assurer une sécurité d’approvisionnement pour les citoyens européens. L’Union de l’énergie démontre bien l’utilité de la coopération entre États dans un secteur où le prisme national seul n’est pas suffisant pour répondre aux attentes et aux besoins des citoyens.

 
  
MPphoto
 
 

  Paulo Rangel (PPE), por escrito. ‒ A dependência em relação às importações de gás e de petróleo, a falta de diversificação, o crescente aumento da procura mundial de energia, o lento progresso na eficiência energética e o aumento da quota das energias renováveis são alguns dos desafios energéticos que a Europa atualmente enfrenta.

Em julho de 2015, a Comissão apresentou uma série de documentos alusivos à conceção de uma nova configuração do mercado de energia europeu, estando o presente documento no seu seguimento.

O relatório visa reforçar o mercado energético interno europeu, baseando-se em três objetivos principais: facilitação da circulação energética, garantindo a estabilidade de preços aos investidores; uso eficiente e seguro das capacidades de armazenamento energético; pela mão da cooperação regional no setor, aumento do investimento e melhoria da integração de energias renováveis.

Voto favoravelmente o presente relatório, salvaguardado, no entanto, que o disposto no artigo 194.º do TFUE, segundo o qual a política energética europeia deve assegurar o funcionamento do mercado da energia e a segurança do fornecimento da mesma, deve ser cumprido. Relembro, também, que a definição do cabaz energético dos Estados-Membros e das condições de exploração dos seus recursos energéticos continua a ser uma prerrogativa nacional.

 
  
MPphoto
 
 

  Julia Reid (EFDD), in writing. ‒ We are against the report because we object to new EU legislation in this field. We in UKIP believe that the UK should make its own energy policy and exploit and invest in lower-cost, reliable energy sources like coal, gas and nuclear.

 
  
MPphoto
 
 

  Sofia Ribeiro (PPE), por escrito. ‒ Votei favoravelmente, por considerar que é necessário continuar a proteger os consumidores europeus, uma vez que preços de energia comportáveis são imprescindíveis para o nível de vida dos agregados familiares, mas também para a segurança do emprego nas empresas com utilização intensiva de energia.

O presente relatório pretende criar um mercado de eletricidade à escala da UE, reforçando a cooperação regional no setor da energia, integrando as energias renováveis no mercado único europeu e limitando a dependência das importações de petróleo e gás, tendo como objetivo último a autossuficiência energética da União, reduzindo assim a dependência de países terceiros.

 
  
MPphoto
 
 

  Liliana Rodrigues (S&D), por escrito. ‒ Senhor Presidente, é preciso um novo design do mercado energético que tenha em atenção a natureza variável de um fornecimento de eletricidade que se afasta do modelo centralizado tradicional e se encaminha para um sistema mais flexível com base em energias renováveis produzidas a um nível local.

Uma nova configuração do mercado da energia, associada à implementação da legislação em vigor, fortalece a cooperação regional em todas as vertentes da segurança do aprovisionamento energético e da procura energética, devendo centrar-se em mercados melhorados, mais descentralizados e mais flexíveis, a fim de assegurar um sistema baseado no mercado bem regulamentado e com capacidade para concretizar todos os objetivos estabelecidos pela UE em matéria de energia e clima para 2030.

 
  
MPphoto
 
 

  Inmaculada Rodríguez-Piñero Fernández (S&D), por escrito. ‒ El 15.07.2015 la Comisión presentó su Comunicación para una nueva configuración del mercado de la energía, previa a la legislación prevista para finales de 2016.

Para un nuevo diseño del mercado de la energía es necesario considerar la naturaleza cambiante de nuestros suministros. Debemos dotarnos de mayor flexibilidad, incorporar a las renovables y las generadas a nivel local.

Entre los múltiples desafíos que afrontamos está la dependencia a petróleo y gas, la falta de diversificación y de progresos en eficiencia, los elevados precios, la creciente demanda mundial, los riesgos de seguridad o la lucha contra el cambio climático.

El Informe sienta las bases de una Unión de la Energía basada en un mercado interconectado a escala europea, que asegure el suministro eléctrico a precios asequibles, con aprovechamiento óptimo de los recursos y eficiencia energética como pilares, integrando a las renovables y a las cogeneradas.

Esto exige incrementar las interconexiones interiores acabando con islas energéticas como la Ibérica. Una mejor integración de los mercados abriga múltiples oportunidades para alcanzar un abastecimiento seguro y eficiente y sostenible para el medio ambiente.

Por todo ello, he votado a favor de este Informe.

 
  
MPphoto
 
 

  Claude Rolin (PPE), par écrit. ‒ J’ai voté en faveur de la résolution du Parlement européen pour une nouvelle organisation du marché de l’énergie pour qu’il soit davantage intégré au niveau européen.

Il est normal que les États membres cherchent à garantir l’approvisionnement en électricité pour répondre à la demande à moyen et long terme. Mais, comme la majorité des députés européens, j’estime que ces États membres doivent garantir cet approvisionnement dans la perspective de la coopération transfrontalière.

Je suis également en faveur de régimes de soutien aux énergies renouvelables qui soient adaptés aux circonstances nationales. Nous savons pertinemment bien que le développement de ces énergies renouvelables est une nécessité pour la planète et est porteur d’emplois et de croissance inclusive.

 
  
MPphoto
 
 

  Fernando Ruas (PPE), por escrito. ‒ No âmbito da Comunicação da Comissão de 15 de julho do ano passado, foi lançada uma consulta pública sobre a nova configuração do mercado da energia.

Nessa comunicação, enunciam-se três objetivos políticos claros: um mercado à escala da UE, que envie um sinal claro em matéria de preços para novos investimentos, uma nova abordagem europeia para a segurança do aprovisionamento, o reforço da cooperação regional no setor, em especial, no que diz respeito a investimentos em novas centrais, interligações e regimes de apoio, e a integração das energias renováveis no mercado único europeu.

A Europa enfrenta desafios no domínio da energia relativos ao aumento da dependência das importações de petróleo e de gás, ao elevado preço da energia, ao crescente aumento da procura mundial, a riscos de segurança nos países produtores e de trânsito ou ainda à luta contra as alterações climáticas.

Enquanto português, considero absolutamente prioritária a plena integração do mercado europeu, não descurando obviamente as outras vertentes evidenciadas na Comunicação da Comissão e apoiadas por este relatório - como a importância da diminuição da dependência energética externa ou da diminuição do preço da energia. Por me rever nas posições defendidas pelo presente relatório, votei-o favoravelmente.

 
  
MPphoto
 
 

  Pirkko Ruohonen-Lerner (ECR), kirjallinen. ‒ Mietinnön energiamarkkinoiden turvallisuutta sekä kuluttaja- ja ympäristöystävällisyyttä edistävät kohdat ovat hyviä. Energiamarkkinoiden kehitys on välttämätöntä, jotta kasvihuonekaasuja voidaan vähentää. Tämä onnistuu luomalla toimivat energiamarkkinat uusiutuville energianlähteille. Tasapainoiset markkinat tukevat myös innovaatioita ja uusien kasvuyritysten menestystä. Useissa jäsenmaissa fossiilisia polttoaineita tuetaan yhä suorasti tai epäsuorasti. Tähän on jatkossa puututtava.

On tärkeää, että markkinoiden liittäminen toisiinsa tapahtuu huomioimalla myös jäsenvaltioiden näkemykset. Jäsenvaltioilla on usein paras kuva omasta tilanteestaan. Ne tietävät parhaiten, miten saavuttaa esimerkiksi vaadittu uusiutuvan energian tavoite.

 
  
MPphoto
 
 

  Tokia Saïfi (PPE), par écrit. ‒ J’ai voté en faveur de ce rapport dont l’objectif principal est de rendre plus flexible le marché de l’énergie et notamment le secteur de l’électricité. Ce rapport plaide, en effet, pour un marché de l’électricité réorganisé, associé à la mise en œuvre de la législation existante.

Dans ce sens, le cadre règlementaire doit être modifié afin de permettre l’amélioration de la part des énergies renouvelables et de combler les lacunes existantes dans la réglementation au niveau transfrontalier. En effet, il est regrettable qu’il existe toujours d’importantes lacunes dans l’interconnexion entre les États membres. Il est nécessaire d’élaborer de nouvelles approches pour surmonter les goulets d’étranglement et parvenir à un réseau de distribution intelligent qui permette la bonne intégration des divers acteurs du marché de l’énergie.

J’ai soutenu ce rapport parce qu’il rappelle l’importance d’un marché de l’énergie plus flexible, ciblant les énergies renouvelables et mieux intégré au sein de l’Union.

 
  
MPphoto
 
 

  Lola Sánchez Caldentey (GUE/NGL), por escrito. ‒ He votado en contra del informe porque se basa sobre los mecanismos del mercado y no sobre las necesidades sociales y medioambientales. Deja de lado o trata al margen las cuestiones del acceso a la red para los autoconsumidores, la descentralización del sistema o la eficiencia energética.

El informe se basa también sobre la neutralidad de la tecnología, lo que implica que se considera de la misma manera la energía proveniente de fuente renovable o de fuente nuclear; cuando sabemos perfectamente que los impactos medioambientales son considerablemente diferentes.

Los mecanismos de capacidad son unas subvenciones encubiertas a las grandes empresas y posiblemente a las energías fósiles. Además, existe el riesgo que estos mecanismos conducen a la construcción de nuevas grandes infraestructuras que nos condenan a seguir con el modelo actual para varias décadas más.

 
  
MPphoto
 
 

  Daciana Octavia Sârbu (S&D), in writing. ‒ The increasing diversity of energy sources and the full integration of renewable energy into power grids require a new energy market design. This will allow the EU to reduce dependence on centralised power generation and increase the use of many more localised sources of energy. This vital transition will increase our energy independence. I welcome the S&D’s approach to capacity mechanisms to ensure consumers get good value for money and to reduce the number of people living in energy poverty.

 
  
MPphoto
 
 

  Sven Schulze (PPE), schriftlich. ‒ Ich habe für den Vorschlag zur Umgestaltung des Energiemarkts gestimmt, da der Energiebinnenmarkt gestärkt und Netzengpässe vermieden werden sollen.

Dafür sind die effiziente Nutzung von Energiespeicherkapazitäten, der Netzausbau und die effiziente Nutzung von Verbindungsleitungen unumgänglich. Außerdem sollen erneuerbare Energien in vollem Umfang in das Stromversorgungssystem integriert werden.

 
  
MPphoto
 
 

  Jasenko Selimovic (ALDE), in writing. ‒ I do share the rapporteurs approach that a ‘strengthened European internal market in electricity is possible’. Indeed, lots have been done in that regards. Today, new electricity suppliers can enter Member States’ markets, while both industrial and domestic consumers are now free to choose their own suppliers, something that was completely unthinkable some decades ago.

However, the way for a complete, full-fledged internal energy market is still long, and further steps are needed. We need to continue pushing EU Member States for a full implementation of the Third Energy Package. Full and correct implementation of such legislation will bring more consumer protection, enhance the unbundling of energy networks and promote a better functioning of retails markets. However, the rapport is a good step forward and I welcome it.

 
  
MPphoto
 
 

  Maria Lidia Senra Rodríguez (GUE/NGL), por escrito. ‒ He votado en contra del presente informe porque supone una decepcionante visión en torno al diseño de los mercados y redes energéticas en la Unión, que no aporta soluciones a los problemas presentes. Nuestro grupo ha incluido enmiendas en apoyo a las renovables y criticando mecanismos como los mecanismos de capacidad que permiten beneficiar a las grandes multinacionales del sector eléctrico. Este informe no recoge la necesidad de apoyar a los pequeños productores de renovables, ni tampoco la importancia de permitir la intervención del Estado en el sector eléctrico. El informe llama a la desaparición de los precios regulados, que han demostrado ser una de las mejores herramientas para enfrentar el problema de la pobreza energética. Es por todo esto por lo que he decidido votar en contra del presente informe.

 
  
MPphoto
 
 

  Jill Seymour (EFDD), in writing. ‒ I voted against this report as I am against any new legislation from the EU in this field.

 
  
MPphoto
 
 

  Siôn Simon (S&D), in writing. – I voted in favour of this report because we need to ensure a market design that is fit for the future, and one which works for consumers and industry, ensuring affordable energy.

 
  
MPphoto
 
 

  Monika Smolková (S&D), písomne ‒ Elektrizačná sústava Európy prechádza obdobím zásadných zmien. Rovnako aj trh s elektrickou energiou sa neustále mení a dnešný trh od toho, ako vyzeral pred piatimi rokmi. Podiel elektrickej energie vyrobenej z obnoviteľných zdrojov by sa mal zvýšiť zo súčasných 25 % na 50 % v roku 2030. V danom kontexte považujem za mimoriadne dôležité, aby v záujme dosiahnutia cieľov stratégie energetickej únie prebehla zásadná transformácia elektrickej sústavy Európskej únie (EÚ), ktorá umožní prevádzkovateľom sietí, výrobcom a spotrebiteľom tak v domácnostiach, ako v priemysle, plne využívať nové technológie. Teší ma, že EÚ vstúpila do roku 2015 so záväzkom – popri boji proti príčinám zmeny klímy – poskytovať svojim občanom a podnikom bezpečné a cenovo prijateľné zásobovanie energiou. Myslím si, že prijatím globálnej dohody o klíme v Paríži v decembri (prijalo ju 195 krajín) sa vyslal jasný signál investorom, podnikom a tvorcom politík, že globálny prechod na čistú energiu je nezvratný proces, pričom je nevyhnutný odklon od využívania znečisťujúcich fosílnych palív. Hlasovala som za uznesenie, lebo je dôležité, aby opatrenia smerujúce k novej koncepcii trhu s energiou vytvorili dostatočné podmienky na spoľahlivé a dostupné dodávky energie pre všetkých občanov a podniky EÚ.

 
  
MPphoto
 
 

  Igor Šoltes (Verts/ALE), pisno. ‒ Julija 2015 je Evropska komisija izdala serijo dokumentov o skupnem evropskem trgu. Eden izmed njih je bil namenjen tudi trgu z električno energijo in njegovem prihodnjem razvoju, s ciljem, da bi ta izpolnil pričakovanja potrošnikov, prinesel prave koristi novih tehnologij in olajšal investicije, predvsem v obnovljive vire. Komisija mora do konca tega leta podati zakonodajni predlog za področje zasnove trga z električno energijo in varnostjo oskrbe z električno energijo.

V Evropski Uniji imamo trenutno preveliko število konvencionalnih elektrarn, kar je priložnost in hkrati izziv, da še bolj podpremo alternativne vire energije. To poročilo na žalost tega ne stori, ampak stanje v veliki meri ohranja tako, kot je bilo do sedaj, saj ne daje odločne podpore alternativnim virom energije in s tem ne pripomore k pocenitvi energije, ki bi iz takšnih virov izvirala, kar je ključnega pomena za bolj okolju prijazno gospodarstvo.

Zaradi premalo ambicioznega poročila sem se odločil glasovati proti.

 
  
MPphoto
 
 

  Joachim Starbatty (ECR), schriftlich. ‒ Der Bericht ist nicht konsequent und in sich konsistent. Entweder liberalisieren wir komplett die europäischen Energiemärkte und schaffen einen gemeinsamen europäischen Energiemarkt, wie z. B. jetzt mit dem Digital Single Market, oder wir überlassen den Mitgliedstaaten die Entscheidungshoheit über den Energie-Mix ihres Landes und die Sicherstellung der Energiesicherheit. Dieser Bericht spricht sich weder konsequent für Deregulierung und die Liberalisierung der Energiemärkte noch komplett für Subsidiarität aus. Er zeigt keine klare Linie, wie es in Europa energiepolitisch weitergehen soll. Im Einklang mit dem von der Parteivorsitzenden Ulrike Trebesius vorgestellten Konzeptpapier setzt sich ALFA dafür ein, dass energiepolitische Fragen gänzlich den Mitgliedstaaten überlassen werden. Deshalb habe ich den Bericht abgelehnt.

 
  
MPphoto
 
 

  Ivan Štefanec (PPE), písomne ‒ Energetická únia je mimoriadne významný a ambiciózny projekt, na konci ktorého bude lacnejšia, čistejšia a bezpečnejšia energia pre domácnosti aj firmy. Nevyhnutným predpokladom na jeho realizáciu je odbúravanie existujúcich bariér a zbližovanie trhov jednotlivých členských štátov.

 
  
MPphoto
 
 

  Beatrix von Storch (EFDD), in writing. ‒ I voted against the motion for an EU Parliament resolution towards a new energy market design.

Markets cannot be designed. Rather, they are dynamic entities, created through voluntary interactions between buyers and sellers. Furthermore, where regulations regarding energy markets may be desired by the peoples of the Member States, their institutions rather than EU should supply them.

 
  
MPphoto
 
 

  Dubravka Šuica (PPE), napisan. ‒ Planovi Europske komisije moraju doprinijeti energetskoj učinkovitosti, sigurnosti energetske opskrbe, kao i razvoju obnovljivih izvora energije. Također, mora se osigurati dovršetak uspostave europskog unutarnjeg energetskog tržišta. Integracija energetskih tržišta doprinijet će ostvarenju cilja sigurne, jeftine, učinkovite i ekološki održive opskrbe energijom.

Energetsko tržište koje bi se pravilno provodilo ima izniman potencijal za povećanje europske energetske sigurnosti i neovisnosti od velikih dobavljača. Nužno je kombinirati sredstva Europskog fonda za strateška ulaganja s izvorima financiranja u energetiku kako bi stvaranje tržišta bilo što učinkovitije. Danas, više od polovice električne energije EU-a proizvodi se bez nastanka stakleničkih plinova.

Podržavam ovo izvješće, jer smatram da je Europskoj uniji potreban novi model energetskog tržišta koji će pojačati regionalnu suradnju u svim dimenzijama opskrbe i potražnje za energijom. Tržište će postati decentraliziranije i fleksibilnije te će doprinijeti ostvarenju energetskih i klimatskih ciljeva Europske unije.

 
  
MPphoto
 
 

  Patricija Šulin (PPE), pisno. ‒ Glasovala sem za poročilo Na poti k novi zasnovi energetskega trga.

Moramo iti v smer dokončanja evropskega notranjega trga z električno energijo, s tem pa prispevati k učinkovitosti, zanesljivosti oskrbe ter razvoju obnovljivih virov energije. Podpiram poziv k prilagoditvi obstoječega regulativnega okvira evropskih trgov, da bi omogočili večji delež obnovljivih virov energije in premostili obstoječe čezmejne regulativne vrzeli. Prav tako potrebujemo pri novi zasnovi trga z električno energijo celosten, v prihodnost usmerjen pristop.

V tem smislu poročilo pravilno poziva Komisijo, da se pri tem postavi na čelo participativnega procesa, katerega namen je doseganje skupne praktične opredelitve proizvajalcev.

 
  
MPphoto
 
 

  Νεοκλής Συλικιώτης (GUE/NGL), γραπτώς. ‒ Η κατάργηση των εθνικών πολιτικών και η ενίσχυση των εξουσιών της Επιτροπής για ενοποίηση της αγοράς και δημιουργία μιας πανευρωπαϊκής αγοράς ηλεκτρικής ενέργειας, έτσι όπως προτείνεται στην έκθεση, θα έχει καταστροφικές συνέπειες για τους καταναλωτές. Κερδισμένοι θα είναι μονάχα οι μεγάλες εταιρείες καθώς θα μπορούν να δρουν απρόσκοπτα αυξάνοντας τα κέρδη τους. Για εμάς είναι ξεκάθαρο πως η ενέργεια πρέπει να διασφαλιστεί ως δημόσιο κοινωνικό αγαθό, στο οποίο όλοι να έχουμε ισότιμη και φτηνή πρόσβαση. Εξίσου σημαντικό είναι η παροχή ενέργειας στους πολίτες να είναι ζήτημα εθνικής πολιτικής, η οποία να καθορίζεται βάσει των αναγκών της χώρας και του λαού ,με στόχο πάντα την κοινωνική ανάπτυξη. Τέλος, ο σχεδιασμός της αγοράς ηλεκτρικής ενέργειας θα έπρεπε να στηρίζεται σε μια ολοκληρωμένη πρόταση για στήριξη και ανάπτυξη των ανανεώσιμων πηγών ενέργειας, στοιχείο που επίσης απουσιάζει από την έκθεση. Καταψηφίσαμε λοιπόν την έκθεση καθώς έχει μοναδικό στόχο να καταστήσει την ενέργεια εργαλείο για ενίσχυση του ιδιωτικού συμφέροντος και της ανταγωνιστικότητας της ΕΕ.

 
  
MPphoto
 
 

  Ελευθέριος Συναδινός (NI), γραπτώς. ‒ Η στρατηγική ανασχεδιασμού της αγοράς ενέργειας αποτελεί χαρακτηριστικό παράδειγμα εφαρμογής κακής ενωσιακής οικονομικής πολιτικής. Η ενέργεια αποτελεί υποδομή κρίσιμης σημασίας για κάθε κράτος, το οποίο και θα πρέπει να έχει τον πλήρη έλεγχο παραγωγής και διανομής της και κυρίως να μην υπόκειται σε ελέγχους και περιορισμούς από εξωτερικούς παράγοντες, με μοναδική εξαίρεση ίσως ζητήματα που αφορούν την προστασία του περιβάλλοντος.

 
  
MPphoto
 
 

  Tibor Szanyi (S&D), írásban. ‒ Szavazatommal támogattam a jelentést, mivel úgy vélem, hogy az EU Alapszerződésében rögzített, energiaellátással kapcsolatos céljainkat egy szorosabb energiapiaci integrációval érhetjük csak el. Fontos, hogy biztonságos, megfizethető, hatékony és fenntartható energiaellátást biztosítsunk az egész EU tekintetében. Egyetértek a jelentéssel abban, hogy az éghajlati és energiaügyi célkitűzések eléréséhez a jövő energiarendszerének rugalmasabbnak kell lennie, így beruházásokra van szükségünk mind a négy rugalmassági megoldás – rugalmas termelés, hálózatfejlesztés, keresletrugalmasság és tárolás – terén.

Az energiapiac újratervezése során fontosnak tartom, hogy ne csak a teljes piaci integráció legyen a cél, hanem hogy a megújuló, biztonságos energiatermelést támogassuk, és a fosszilis, illetve nukleáris energiatermelést semmilyen módon ne. Itt meg kell jegyeznem azt a sajnálatos tényt, hogy Magyarország a tárolókapacitások és -technológiák hiányára hivatkozva 10 éve nem adott ki szélerőművekre engedélyt, és extra adót vet ki a napelemes rendszerekre. Így kétségesnek tartom, hogy elérjük a 2020-as 13%-os megújuló célszámot. Úgy gondolom, hogy ösztönözni kell a megújuló (lokális) energiaforrások tagállami fejlesztését, és hogy az energiatárolással kapcsolatos K+F+I-re több erőforrást kell fordítanunk.

 
  
MPphoto
 
 

  Dario Tamburrano (EFDD), per iscritto. ‒ La decentralizzazione del mercato dell'energia necessita di un nuovo quadro normativo e di governance dell'energia. Con la relazione della Commissione europea "Verso un nuovo assetto del mercato dell'energia", la Commissione ritiene che il nuovo mercato elettrico debba consentire, in vista degli obiettivi UE in materia di clima ed energia, la costituzione di una rete distribuita di energia elettrica (incluso l'autoconsumo) e lo sviluppo di servizi energetici innovativi. Non sono soddisfatto di questa relazione che non riconosce davvero l'importanza delle energie rinnovabili e della decentralizzazione in vista della decarbonizzazione e in generale degli obiettivi UE. Il ruolo del mercato viene inoltre messo su un piedistallo favorendo le fossili e ostacolando le rinnovabili e l'autoconsumo. Ho cercato di riportare, con una serie di emendamenti, l'attenzione sull'importanza del mercato dell'energia di rinnovabili, prosumer, per una reale e inclusiva transizione energetica. Altri emendamenti che ho presentato tendevano a mitigare rischi collettivi (come il "carbon bubble) e le esternalità negative. Per le problematiche riscontrate nella relazione mi sono espresso con voto negativo.

 
  
MPphoto
 
 

  Claudia Țapardel (S&D), în scris. ‒ În prezent, Uniunea Europeană se confruntă cu o serie de provocări în domeniul energiei, printre care dependența de importurile de petrol și gaze, lipsa de diversificare, prețurile ridicate la energie influențate de taxele pe energie impuse de către stat, creșterea cererii de energie la nivel global, riscurile în materie de securitate pentru țările producătoare și de tranzit, combaterea schimbărilor climatice, progresul lent în ceea ce privește eficiența energetică, creșterea ponderii energiei din surse regenerabile, integrarea și interconectarea piețelor energetice și denaturările pieței provocate de diferitele sisteme de sprijin.

În acest sens, Comisia a considerat că se impune o mai bună integrare și coordonare a piețelor de energie, prin crearea unei piețe de energie electrică la nivelul întregii UE, crearea unei dimensiuni europene veritabile pentru securitatea aprovizionării cu energie și întărirea cooperării regionale în domeniul interconexiunilor și sistemelor de sprijin, precum și în vederea integrării energiei din surse regenerabile.

Totuși, situația actuală este caracterizată de predominanța factorului decizional național, ceea ce accentuează nevoia de consultări, în subdomeniile prețurilor aplicabile în caz de penurie, extinderii supravegherii de reglementare la nivel european, creșterii interconectării, utilizării energiilor din surse regenerabile, subsidiarității organizării pieței europene, liberalizării prețurilor. Este un pas înainte pentru îmbunătățirea situației.

 
  
MPphoto
 
 

  Marc Tarabella (S&D), par écrit. ‒ J'ai voté pour le texte. En effet, parmi les défis à relever par l'Europe dans le domaine de l'énergie, on compte la dépendance vis-à-vis des importations de pétrole et de gaz, qui a encore augmenté ces dernières années, le manque de diversification, des prix de l'énergie élevés, caractérisés par des droits d'État, la demande mondiale croissante en énergie, les risques en matière de sécurité pour les pays producteurs et les pays de transit, la lutte contre le changement climatique, le peu de progrès en ce qui concerne l'efficacité énergétique, la part croissante d'énergies renouvelables, l'intégration et l'interconnexion des marchés de l'énergie et les distorsions de marché en raison de régimes d'aides différents.

 
  
MPphoto
 
 

  Pavel Telička (ALDE), in writing. ‒ This own initiative report endorsed by the European Parliament is the first reaction to the Commission’s communication from July 2015. As a shadow rapporteur I supported the report on the new energy market design as proposed by the rapporteur W. Langen as a result of negotiations between the groups. I consider this text to be well-balanced, with market-based approach, covering all important issues related to the EU’s energy market including reform of ETS or role of ACER. It is not an easy task to bring forward a solution for transformation of the entire market design, but I believe this report will serve as an good first step towards this target.

 
  
MPphoto
 
 

  Ruža Tomašić (ECR), napisan. ‒ Izvješćem o temi „Ususret novom modelu energetskog tržišta” pojačava se regionalna suradnja u svim dimenzijama opskrbe i potražnje za energijom. Ujedno se predlaže stvaranje novog energetskog tržišta koje bi trebalo biti dobro regulirano te doprinijeti ostvarenju svih energetskih ciljeva Europske unije.

Međutim, iako podržavam navedene elemente ovog izvješća, ne mogu podržati to što je nova strategija energetske unije osmišljena kako bi Europska unija preuzela vodeću riječ o energiji iz obnovljivih izvora. Stoga sam glasovala suzdržano.

 
  
MPphoto
 
 

  Romana Tomc (PPE), pisno. ‒ Predlog resolucije o novi zasnovi energetskega trga sem podprla.

Ustvaril naj bi se trg z električno energijo na ravni Unije z jasnimi cenovnimi signali za nove naložbe. Utemeljil naj bi se evropski pristop k energetski varnosti in okrepilo naj bi se regionalno sodelovanje na področju energetske politike, zlasti pri naložbah v nove obrate za proizvodnjo energije, pri povezovalnih vodih in pravilih o financiranju ter pri vključevanju obnovljivih virov energije na evropski notranji trg.

 
  
MPphoto
 
 

  Estefanía Torres Martínez (GUE/NGL), por escrito. ‒ He votado en contra del informe porque se basa sobre los mecanismos del mercado y no sobre las necesidades sociales y medioambientales. Deja de lado o trata al margen las cuestiones del acceso a la red para los autoconsumidores, la descentralización del sistema o la eficiencia energética.

El informe se basa también sobre la neutralidad de la tecnología, lo que implica que se considera de la misma manera la energía proveniente de fuente renovable o de fuente nuclear; cuando sabemos perfectamente que los impactos medioambientales son considerablemente diferentes.

Los mecanismos de capacidad son unas subvenciones encubiertas a las grandes empresas y posiblemente a las energías fósiles. Además, existe el riesgo que estos mecanismos conducen a la construcción de nuevas grandes infraestructuras que nos condenan a seguir con el modelo actual para varias décadas más.

 
  
MPphoto
 
 

  Ulrike Trebesius (ECR), schriftlich. ‒ Der Bericht ist nicht konsequent und in sich konsistent. Entweder liberalisieren wir komplett die europäischen Energiemärkte und schaffen einen gemeinsamen europäischen Energiemarkt, wie z. B. jetzt mit dem Digital Single Market, oder wir überlassen den Mitgliedstaaten die Entscheidungshoheit über den Energie-Mix ihres Landes und die Sicherstellung der Energiesicherheit. Dieser Bericht spricht sich weder konsequent für Deregulierung und die Liberalisierung der Energiemärkte noch komplett für Subsidiarität aus. Er zeigt keine klare Linie, wie es in Europa energiepolitisch weitergehen soll. Im Einklang mit dem von mir als Parteivorsitzender vorgestellten Konzeptpapier setzt sich ALFA dafür ein, dass energiepolitische Fragen gänzlich den Mitgliedstaaten überlassen werden. Deshalb habe ich den Bericht abgelehnt.

 
  
MPphoto
 
 

  Ramon Tremosa i Balcells (ALDE), in writing. ‒ I am very much concerned about the energy market situation in Spain.

The renewable energy has been very penalised by the current Centre Right government and retroactive measures have been taken to penalise people who invested in renewable energy.

I strongly believe that renewable energy should be supported in Spain as the national energy oligopoly companies try to limit their development.

I am strongly committed to the removal of structural network bottlenecks, these are important preconditions for realising the internal market in energy and thereby stepping up competition.

Full transparency of prices and offer is another crucial point to safeguard consumers Rights and best choices for energy providers.

 
  
MPphoto
 
 

  Mylène Troszczynski (ENF), par écrit. ‒ Ce rapport a une tonalité très centriste: on caresse les États dans le sens du poil sur les questions réglées par les traités (mix énergétique), on s'appuie sur une approche évolutive pour grignoter les compétences des États et on se repose sur un prétendu marché de l'énergie, qui est, quoiqu'en dise le rapporteur, un monopole naturel.

Comme d'habitude aussi, l'écologie (ici les énergies renouvelables) est un prétexte pour renforcer le fédéralisme européen et pour détruire les entreprises nationales, au nom de la fluidité nécessitée par les énergies intermittentes.

J'ai voté contre.

 
  
MPphoto
 
 

  Mihai Țurcanu (PPE), în scris. ‒ Ca urmare a Comunicării făcute de Comisia Europeană în iulie 2015 privind o nouă organizare a pieței energiei, prezentul raport subliniază necesitatea reorganizării pieței energiei și ameliorarea cadrului de reglementare în vederea creșterii utilizării de energii regenerabile și a completării lacunelor existente în legislația la nivel transfrontalier.

Raportul susține faptul că organizarea pieței energiei ar trebui să fie fondată pe principiile specifice pieței, întrucât acest fapt ar putea contribui la stimularea investițiilor, garantând accesul pe piață al IMM-urilor, obținându-se, astfel, un sistem energetic stabil, integrat și inteligent.

În acest context, raportul recomandă Comisiei ca, în lucrările sale privind noua organizare a pieței energiei, să încerce să garanteze condiții de concurență echitabile între producătorii de electricitate europeni și cei din țările terțe, cu scopul de a furniza consumatorilor europeni electricitate durabilă și la un preț abordabil.

Raportul insistă asupra importanței susținerii energiilor regenerabile stabile și rentabile pentru investițiile pe termen lung, care sunt ajustabile pe termen scurt și pot fi adaptate în funcție de nevoile la nivel național.

Așadar, ținând cont de rolul esențial al acestora în sânul pieței energiei, raportul invită statele să încurajeze utilizarea acestora.

Prin urmare, am votat în favoarea raportului privind noua organizare a pieței energiei.

 
  
MPphoto
 
 

  Kazimierz Michał Ujazdowski (ECR), na piśmie. ‒ Rezolucja dotycząca struktury rynku energii nie jest atrakcyjnym projektem z punktu widzenia polskiego rynku oraz polskich zasobów. Ograniczanie wytwarzania i zużywania paliw kopalnych na rzecz zwiększania roli energii odnawialnej jest możliwe dla państw, które osiągnęły wysoki poziom rozwoju gospodarczego. Stworzenie ogólnounijnego rynku energii elektrycznej mającego gwarantować europejskie bezpieczeństwo w oparciu o nowe instalacje i integrację wokół odnawialnych źródeł energii nie jest najlepszym rozwiązaniem z punktu widzenia polskiego interesu energetycznego, dlatego jestem przeciwny powyższej rezolucji.

 
  
MPphoto
 
 

  István Ujhelyi (S&D), írásban. ‒ Az Európai Bizottság 2015. július 15-én számos, az európai belső piacról szóló dokumentumot tett közzé, közöttük az ebben a jelentésben tárgyalt, az európai villamosenergia-rendszerekről szóló konzultatív közleményt. A mostani, végső dokumentumot a frakció álláspontjának megfelelően támogattam.

 
  
MPphoto
 
 

  Miguel Urbán Crespo (GUE/NGL), por escrito. – He votado en contra del informe porque se basa sobre los mecanismos del mercado y no sobre las necesidades sociales y medioambientales. Deja de lado o trata al margen las cuestiones del acceso a la red para los autoconsumidores, la descentralización del sistema o la eficiencia energética.

El informe se basa también sobre la neutralidad de la tecnología, lo que implica que se considera de la misma manera la energía proveniente de fuente renovable o de fuente nuclear; cuando sabemos perfectamente que los impactos medioambientales son considerablemente diferentes.

Los mecanismos de capacidad son unas subvenciones encubiertas a las grandes empresas y posiblemente a las energías fósiles. Además, existe el riesgo que estos mecanismos conducen a la construcción de nuevas grandes infraestructuras que nos condenan a seguir con el modelo actual para varias décadas más.

 
  
MPphoto
 
 

  Viktor Uspaskich (ALDE), raštu. – Palankiai vertinu tai, kad nauja energijos sąjungos strategija yra dar naudingesnė energijos vartotojams, siūlo jiems daug galimybių dalyvauti energijos rinkose ir užtikrina geresnę vartotojų apsaugą.

 
  
MPphoto
 
 

  Ivo Vajgl (ALDE), in writing. ‒ I voted in favour of the report entitled ‘Towards a New Energy Market Design’. In order to achieve the climate and energy targets, the energy system of the future will need more flexibility, which requires investment in all four flexibility solutions – flexible production, network development, demand flexibility and storage. The report calls for the new electricity market design to embrace a holistic, future-oriented approach. Furthermore, it emphasises that a strengthened European internal market in electricity is possible, on the basis of stronger price signals on the wholesale market through prices that reflect actual scarcity and surplus of supplies, including price spikes. I voted in favour because I believe that energy efficiency is a core principle of the Energy Union strategy, since this is an effective way of reducing emissions, generating savings for consumers and reducing the EU’s dependency on fossil fuel imports.

 
  
MPphoto
 
 

  Ramón Luis Valcárcel Siso (PPE), por escrito. ‒ La propuesta de la Comisión quiere reforzar el mercado interno de la energía y proporcionar el libre movimiento de la energía allá donde se necesita, con el objetivo de alcanzar los máximos beneficios derivados de la cooperación transfronteriza en la materia. En este sentido, la agencia para la cooperación de los reguladores de energía ACER, ha de cobrar un rol creciente para favorecer la cooperación regional e interregional. Hablamos en general de una propuesta bastante completa, que ha sido enriquecida con las enmiendas realizadas en el seno de la comisión de industria, investigación y energía, por lo que creo necesario votar a su favor.

 
  
MPphoto
 
 

  Derek Vaughan (S&D), in writing. ‒ I voted in favour of this report because we need to ensure a market design that is fit for the future, and one which works for consumers and industry, ensuring affordable energy.

The move away from generation in large central power plants towards decentralised production from renewable energy sources (and flexibility) requires an adaptation of the current rules of electricity trading and changes to the existing market roles.

 
  
MPphoto
 
 

  Hilde Vautmans (ALDE), schriftelijk. ‒ De voltooiing van de Europese interne energiemarkt is een eis van de liberalen in het Europees Parlement. Met dit verslag moedigen we de Europese Commissie aan om dit ter harte te nemen. Een Europese interne energiemarkt zou een groter aanbod aan betaalbare en hernieuwbare energiebronnen met zich meebrengen. We hebben daarvoor een sterkere integratie van de nationale markten door de ontwikkeling van interconnecties nodig.We dienen ook de ontwikkeling van slimme netten en nieuwe technologie voor decentrale opwekking te bespoedigen. Ik heb voor dit verslag gestemd om de consumenten in staat te stellen een actievere rol als consument én als producent te spelen, en een beter vraagzijdebeheer te stimuleren. In een Europa zonder binnengrenzen zouden we ook een energiemarkt zonder binnengrenzen moeten kunnen hebben ten dienste van alle EU-burgers.

 
  
MPphoto
 
 

  Marie-Christine Vergiat (GUE/NGL), par écrit. ‒ Ce rapport prétend faire de l’UE le premier producteur d'énergie à partir de sources renouvelables.

Ce serait une bonne chose en soi si cela n'était pas contredit par les faits et les actes.

S'il s'agissait de permettre réellement le développement d'énergies renouvelables et de cesser la dépendance tant à l'énergie nucléaire qu'aux énergies fossiles, je serais totalement pour.

Dans la réalité, l'UE consacre des sommes fabuleuses à l'énergie nucléaire et dérisoires aux énergies renouvelables, y compris pour la recherche. Elle développe, partout dans le monde, des accords de libre-échange qui conduisent à des aberrations en matière d'exportations, notamment au regard de l’empreinte carbone, soi-disant pour casser les prix, mais qui cassent avant tout les droits des salariés et les salariés eux-mêmes, et je ne parle pas de la multitude de conflits armés pour assurer le contrôle des énergies fossiles.

Ce texte ne crée pas la moindre illusion et quand il prétend que le marché intérieur de l’énergie va mieux protéger les consommateurs en luttant contre la réglementation des prix et les subventions, mon indignation n'a plus de limites comme si la précarité énergétique liée à l'augmentation croissante de la pauvreté n’était pas un fléau croissant en Europe.

 
  
MPphoto
 
 

  Miguel Viegas (GUE/NGL), por escrito. ‒ No essencial, do que este relatório trata é, mais uma vez, a liberalização do “mercado da energia”, pressionando os Estados-Membros a acelerarem o processo de privatização do que ainda é público.

A verdade é que os resultados já conhecidos do que se passou com a liberalização do mercado, como o da eletricidade por exemplo, demonstram bem que nem trabalhadores nem consumidores beneficiaram com a liberalização. Pelo contrário! Sempre diminui o emprego com direitos e aumentam os preços pagos pelos consumidores.

A Energia é um setor estratégico, fundamental para o desenvolvimento económico, social e soberano de um país e do seu povo, que deve ser utilizado de forma eficiente, evitando desperdícios, acompanhando o conhecimento científico e tecnológico, com sustentabilidade ecológica, para a elevação das condições de vida da sociedade, e, por isso, deve pertencer à esfera pública e democrática.

O presente documento é incompatível com estes princípios democráticos fundamentais. Por isso, votamos contra.

 
  
MPphoto
 
 

  Harald Vilimsky (ENF), schriftlich. ‒ Dem Bericht nach sollen Wasserkraftzulassungen auf EU-Ebene stärker koordiniert und das Konzessions-Regime harmonisiert werden. Zudem soll den Mitgliedsländern weiter erlaubt werden, auch in Zukunft Atomkraft verwenden zu dürfen. Darum habe ich den Bericht abgelehnt.

 
  
MPphoto
 
 

  Daniele Viotti (S&D), per iscritto. ‒ Ho votato a favore della relazione "Verso un nuovo assetto del mercato dell’energia" perché sono convinto che l'Unione energetica debba essere completata al più presto. Stiamo vivendo una fase di trasformazione nella natura della fornitura di energia elettrica, verso sistemi più flessibili e verdi. Il mercato deve adeguarsi alle nuove dinamiche e mi auguro che la Commissione possa fare propria la visione del Parlamento europeo nell'elaborazione delle proposte legislative future.

 
  
MPphoto
 
 

  Julie Ward (S&D), in writing. ‒ I voted in favour of this report because we need to ensure a market design that is fit for the future, and one that works for consumers and industry, ensuring affordable, clean and safe energy. Building a true European Energy Union must work not only in order to be environmentally sustainable and reduce carbon emissions, but also to eliminate energy poverty, including targeted policies to ensure affordable energy for vulnerable groups, particularly vulnerable women, in line with an earlier report I co-authored on ‘Meeting anti-poverty targets in light of rising household costs’. We must make sure that our energy policy is compatible and complementary to social and environmental policy.

 
  
MPphoto
 
 

  Lieve Wierinck (ALDE), in writing. – I voted in favour of this resolution because it contributes to the plans of the European commission to create an EU-wide electricity market. This will be to the benefit of both companies and EU citizens. The EU’s energy market needs to become more interconnected and integrated. In order to achieve this, specific steps need to be taken. For example, I welcome the focus on decentralisation and an increased flexibility of the market. We need to empower consumers to become ‘prosumers’ of green energy, and also the future possibilities of battery storage offer a lot of opportunities to succeed in a transition to a more sustainable energy landscape in the EU.

 
  
MPphoto
 
 

  Iuliu Winkler (PPE), în scris. ‒ Am votat raportul din proprie inițiativă referitor la o nouă organizare a pieței energiei.

Raportorul consideră că propunerea Comisiei Europene pentru o politică energetică implicând în egală măsură structuri centralizate și descentralizate este, în principiu, corectă. Salut opinia acestuia, conform căreia organizarea dorită a pieței trebuie, prin urmare, să fie astfel concepută încât procesele de transformare să poată avea loc fără a cauza denaturarea piețelor și fără a duce la investiții proaste.

 
  
MPphoto
 
 

  Jana Žitňanská (ECR), písomne ‒ Uznesenie Európskeho parlamentu reaguje na oznámenie Komisie o novej koncepcii trhu s energiou a zasadzuje sa za to, aby transformovaný energetický trh posilňoval regionálnu spoluprácu a zameriaval sa na zlepšené, decentralizované a pružnejšie trhy. Oznámenie taktiež dáva jasné cenové signály pre nové investície a zabezpečenie dodávok elektriny. Uznesenie podľa môjho názoru obsahuje niekoľko pozitívnych prvkov, napríklad viac trhovej podpory pre obnoviteľné zdroje. Na druhej strane som sa však v dôsledku pre mňa negatívnych prvkov, ako sú odsúdenie kapacitných trhov či národné energetické mixy určované na európskej úrovni namiesto národnej úrovne, rozhodla hlasovať proti tomuto uzneseniu.

 
  
MPphoto
 
 

  Carlos Zorrinho (S&D), por escrito. ‒ Votei a favor do relatório Langen por considerar que esta iniciativa apresenta uma posição equilibrada do que deverá ser o papel do Parlamento Europeu no processo de codecisão sobre a nova configuração do mercado da energia, que deverá ser apresentado pela Comissão Europeia no final deste ano.

Defendo que os Estados-Membros devam preparar estratégias alternativas aos mecanismos de capacidade que neste momento são utilizados para adaptar a capacidade de produção à flexibilidade exigida pela procura. Este mecanismo tem como consequência uma distorção do mercado interno e repercute-se na fatura de energia dos consumidores europeus.

Considero que a aposta crescente nas renováveis como fontes de energia deverá, a longo-prazo, permitir a descontinuação destes mecanismos de capacidade.

 
  
MPphoto
 
 

  Marco Zullo (EFDD), per iscritto. – La riforma del mercato elettrico è fondamentale per raggiungere gli obiettivi dell'UE in materia di clima ed energia. In particolare, devono essere create le condizioni favorevoli alla riduzione del consumo energetico attraverso una migliore gestione della domanda. Ciò è possibile grazie alle nuove tecnologie che possono esser messe in campo al fine di migliorare le reti, i contatori, costruendo case intelligenti e impianti di stoccaggio energetico ma anche facendo ricorso ai nuovi servizi da parte di imprese innovative, a intermediari affidabili e alla transizione dei consumi verso fonti alternative. Questa relazione invece non propone quella rivoluzione necessaria a creare un nuovo assetto del mercato dell’energia che collochi al centro le rinnovabili e la loro produzione decentralizzata. Non viene riconosciuto il ruolo chiave che il nuovo assetto deve avere al fine di velocizzare il processo di decarbonizzazione dell'elettricità così da contribuire al raggiungimento degli obiettivi dell'UE in materia di clima ed energia. Viene dato spazio al ruolo del mercato lasciandolo libero di autoregolarsi quando si tratta di interventi a favore delle rinnovabili mentre rimangono giustificati tutti quegli interventi mascherati a sostegno delle fossili e del nucleare. Mi sono dunque espresso dando il mio voto contrario a tale relazione.

 
  
MPphoto
 
 

  Milan Zver (PPE), pisno. ‒ Glasoval sem za poročilo Na poti k novi zasnovi energetskega trga.

Strinjam se z ugotovitvami poročila, da bo moral biti energetski sistem v prihodnosti prožnejši, da bi lahko dosegli podnebne in energetske cilje. Zato so potrebne naložbe v vse štiri prožne rešitve – prožno proizvodnjo, razvoj omrežij, prožno povpraševanje in skladiščenje.

 

5.15. EU-strategie voor verwarming en koeling (A8-0232/2016 - Adam Gierek)
Video van de redevoeringen
  

Mündliche Erklärungen zur Abstimmung

 
  
MPphoto
 

  Μαρία Σπυράκη ( PPE). – Kύριε πρόεδρε, εμείς οι καταναλωτές στην Ελλάδα, αλλά και σε όλα τα κράτη μέλη, πρέπει να δούμε τον λογαριασμό να μειώνεται. Αλλά, για να συμβεί αυτό, είναι απαραίτητη η ενεργειακή αναβάθμιση των κτιρίων. Κυρίες και κύριοι συνάδελφοι, σας καλώ να υπερψηφίσετε, στον προϋπολογισμό της Ευρωπαϊκής Ένωσης για το 2017, πιλοτική μου πρόταση για την αναβάθμιση των κτιρίων στη μακρο-περιφέρεια Αδριατικής-Ιονίου η οποία βαθμολογήθηκε με Α άριστα από την Επιτροπή και είμαι σίγουρη ότι θα προχωρήσετε σε αυτό.

Η πρότασή μου προωθεί τη χρηματοδότηση περιφερειακών και τοπικών πρωτοβουλιών ώστε να αναβαθμιστούν ενεργειακά όχι μόνο δημόσια κτίρια αλλά και κατοικίες, και αυτό σε μια περιοχή που υποφέρει από την ενεργειακή φτώχεια σε ποσοστό άνω του πενήντα τοις εκατό. Ήδη στη Γαλλία, το σχέδιο Γιούνγκερ, μέσω της Ευρωπαϊκής Τράπεζας Επενδύσεων, διέθεσε τετρακόσια εκατομμύρια τα οποία συνέβαλαν στην αναβάθμιση πέντε χιλιάδων κατοικιών, στη δημιουργία έξι χιλιάδων θέσεων εργασίας και στη μείωση της κατανάλωσης σε εννιά χιλιάδες εξακόσια νοικοκυριά ετησίως. Ξέρουμε ότι γίνεται, μπορούμε να το κάνουμε στην Ελλάδα, μπορούμε να το κάνουμε παντού!

 
  
MPphoto
 

  Seán Kelly (PPE). – I believe this to be a good report, and the first step towards putting in place long-term objectives to decarbonise the heating and cooling sector. Almost half of the EU’s final energy demand is for heating and cooling, and so I think that this initiative is timely and I believe that our work on heating and cooling should go hand in hand with our work on renewables, energy efficiency, buildings and energy security. For me, technology development is a vitally important part of the strategy. When we consider the energy security situation in Europe, and our over-dependence on Russian gas, we should remember that this dependence is largely to do with our heat supply.

For this reason, it is important not only that we look to diversify our sources of natural gas, which is crucial, but also that we explore ways to support and accelerate the increased deployment of renewable heat technologies.

 
  
  

Schriftliche Erklärungen zur Abstimmung

 
  
MPphoto
 
 

  Isabella Adinolfi (EFDD), per iscritto. ‒ Il rapporto sulla strategia dell'UE in materia di riscaldamento e raffreddamento presenta alcune proposte molto innovative e importanti per la salvaguardia dell'ambiente a livello comunitario. Merita, tra questi, di essere citato la costruzione di edifici "smart", gli incentivi all'autoproduzione, la necessità di smantellare le centrali elettriche più obsolete e infine l'attenzione prestata all'importanza dell'informazione ed educazione dei cittadini. Tuttavia vi è un elemento che contrasta con quanto detto in precedenza: la produzione di energia dai rifiuti. Essa infatti implicherebbe l'uso di inceneritori altamente inquinanti. Per questi motivi ho deciso di astenermi.

 
  
MPphoto
 
 

  Tim Aker (EFDD), in writing. – Although the strategy does not announce any new legislative proposals, we oppose the EU strategy on heating and cooling as it will be used to reinforce the disruptive EU energy and climate policy that has already brought irreparable damage to Europe’s industry and economy.

 
  
MPphoto
 
 

  Martina Anderson (GUE/NGL), in writing. ‒ I voted in favour of this own initiative report which makes proposals to direct the implementation of the Commission’s strategy on the Energy Union launched in February this year. Part of the Commission’s proposal was its first ever strategy for heating and cooling to tackle the massive use of fossil fuels. This is a progressive report that emphasises the need to include specific measures for heating and cooling in the upcoming revisions of the Energy Efficiency Directive, the RES Directive and the Energy Performance of Building Directive, and the new ‘energy market design’. It suggests that high-energy efficiency measures, high-performance insulation, the use of renewable sources and recovered heat are the fundamental priorities for EU’s heating and cooling strategy.

 
  
MPphoto
 
 

  Eric Andrieu (S&D), par écrit. ‒ J'ai voté en faveur de ce rapport. Le chauffage et le refroidissement représentent environ la moitié de la demande énergétique finale de l'UE. Ce qui explique pourquoi il est si important de réduire la demande et de rendre le secteur plus efficace, afin de réduire notre dépendance aux importations d'énergie, de réduire les émissions et de faire baisser les coûts pour les consommateurs, en particulier les personnes menacées par la pauvreté énergétique.

 
  
MPphoto
 
 

  Laima Liucija Andrikienė (PPE), in writing. ‒ I have voted in favour of the EU strategy on heating and cooling. In the EU, almost 50% of the EU’s final energy demand is used for heating and cooling, of which 80% is used in buildings. The share of primary energy from fossil fuels in heating and cooling remains very high at 75% and presents a major barrier to decarbonisation, thereby accelerating climate change and causing significant harm to the environment.

The heating and cooling sector should reflect the 2015 Paris Agreement on Climate Change (COP21) and be compatible with the EU’s energy and climate goal of 100% cent renewables by 2050 the latest. This issue affects in particular some EU Member States (Mediterranean countries) more than others. In order to tackle this issue, the energy efficiency of buildings must be improved and the use of renewables (including solar energy) must be increased. Reversible heat pumps may play an important role since they are energy efficient and the re-use of waste heat and cold generated by industry should be encouraged.

 
  
MPphoto
 
 

  Νίκος Ανδρουλάκης (S&D), γραπτώς. ‒ Υπερψήφισα την έκθεση σχετικά με τη στρατηγική της ΕΕ για τη θέρμανση και την ψύξη που αναφέρεται στα κτίρια τόσο στον τομέα της βιομηχανίας όσο και σε αυτά που προορίζονται για κατοικία. Ιδιαίτερη έμφαση δίνεται στην ανάγκη για αρχιτεκτονικές λύσεις, εκσυγχρονισμού της θέρμανσης των κτιρίων, πχ μέσα από την καλύτερη μόνωση τους, τον εκσυγχρονισμό των συσκευών ψύξης/θέρμανσης και τη μεγαλύτερη χρήση ανανεώσιμων πηγών και τηλεθέρμανσης.

 
  
MPphoto
 
 

  Pascal Arimont (PPE), schriftlich. ‒ Die Kommission hat ihre erste Strategie zur Senkung des hohen Energieverbrauchs, insbesondere von fossilen Energieträgern, im Bereich der Wärme- und Kälteerzeugung vorgelegt. Hierbei handelt es sich um eine der Prioritäten der Energieunion. Die Wärme- und Kälteerzeugung ist eine der energieintensivsten Branchen der EU, für die etwa 50 % der Energie in der EU aufgewandt werden und in der der Anteil der erneuerbaren Energieträger nur 18 % beträgt, während der Anteil fossiler Energieträger 75 % ausmacht. Die Strategie beinhaltet Pläne zur Steigerung der Energieeffizienz von Gebäuden und zur Verbesserung der Verbindungen zwischen Elektrizitätssystemen und Fernwärmenetzen. Durch diese soll die Nutzung erneuerbarer Energieträger deutlich gesteigert und die Wiederverwendung der in der Industrie erzeugten Abwärme und Kälte gefördert werden; ein Ansatz, den ich begrüße. Ich teile auch die Auffassung, dass Europa nur wettbewerbsfähig bleibt, wenn es in innovative und nachhaltige Konzepte im Bereich der Forschung und Entwicklung investiert – vor allem im Energiebereich. Ebenso bin ich der Meinung, dass in Sachen Klimaschutz und Steigerung der Energieeffizienz weiterhin großer Handlungsbedarf besteht.

 
  
MPphoto
 
 

  Marie-Christine Arnautu (ENF), par écrit. ‒ Malgré les bonnes mesures proposées, la France n’a pas besoin des recommandations de l’UE pour définir sa politique énergétique, en l’occurrence en matière de chauffage et de refroidissement. Les problématiques d’Europe centrale, aux installations souvent vétustes et/ou très polluantes, ne sont pas les mêmes que celles qui se posent chez nous et l’interprétation du texte pourrait bien se faire contre nos intérêts en imposant de lourdes contraintes aux particuliers et en accélérant la défiguration ou la destruction pure et simple de notre patrimoine. J ‘ai donc voté contre.

 
  
MPphoto
 
 

  Jonathan Arnott (EFDD), in writing. ‒ In the interests of transparency and democracy I would like to confirm I voted against this report. The EU ‘Heating and Cooling strategy’ is part of the European Commission´s Sustainable Energy Security Package. Its main objective is to reach 2030 climate and energy targets. Although this strategy does not announce any new legislative proposals I oppose this EU strategy as it will be used to reinforce the disruptive EU Energy and Climate policy that has already brought irreparable damages to the UK´s industry and economy.

 
  
MPphoto
 
 

  Jean Arthuis (ALDE), par écrit. ‒ J'ai voté en faveur de cette délibération car elle fixe une stratégie de l'Union européenne en matière de chauffage et de refroidissement, énonçant des propositions visant à réduire l'utilisation de l'énergie dans les bâtiments. J'estime que la rénovation des bâtiments est l'un des moyens les plus simples pour que l'énergie soit utilisée de manière plus efficace et pour parvenir à des réductions significatives des émissions de CO2.

 
  
MPphoto
 
 

  Zigmantas Balčytis (S&D), raštu. ‒ Balsavau už pranešimą dėl ES šildymo ir vėsinimo strategijos. ES šildymo ir vėsinimo strategija yra neatskiriama Energijos sąjungos strategijos dalis, todėl šildymo ir vėsinimo sektorius yra itin svarbus siekiant ES energetikos ir klimato tikslų iki 2020 m., 2030 m. ir 2050 m., taip pat siekiant energijos tiekimo saugumo didinimo tikslų. Be to, naujosiose valstybėse narėse, įstojusiose į ES po 2004 m., didžiausios efektyvumo didinimo galimybės yra šiluminės pastatų renovacijos srityje. Todėl pritariu, kad reikia didinti finansavimą, skirtą darbui, susijusiam su ištisų gyvenviečių šilumine rekonstrukcija. Tai turi būti laikoma prioritetu, ypač todėl, kad atitinkamų pastatų savininkai negali padengti sąnaudų, o valstybės parama nėra pakankama.

 
  
MPphoto
 
 

  Gerard Batten (EFDD), in writing. ‒ Although the strategy does not announce any new legislative proposals, we oppose the EU strategy on heating and cooling as it will be used to reinforce the disruptive EU energy and climate policy that has already brought irreparable damage to Europe’s industry and economy.

 
  
MPphoto
 
 

  Nicolas Bay (ENF), par écrit. ‒ Ce texte, dont l’auteur est Polonais et qui concerne avant tout les pays d’Europe de l’Est, fait potentiellement peser de graves menaces sur notre patrimoine architectural.

On y trouve certes une précaution pour les « bâtiments historiques ». Cependant, outre que le concept reste vague (compte tenu des différentes législations en matière de protection du patrimoine, avec seulement 44 000 bâtiments protégés en France contre plus d’1 000 000 en Allemagne), le paragraphe 23 demande par exemple aux « autorités locales » de traiter « les problèmes spécifiques des bâtiments ruraux, qui sont généralement plus vieux, moins économes en énergie et moins bénéfiques pour la santé et assurent un confort thermique moindre ». C’est-à-dire l’isolation par l’extérieur ?

Ce risque qui pèse sur notre patrimoine (au sens large) est d’autant plus grand que la tendance actuelle en France est de donner toujours plus de pouvoir décisionnaire aux édiles locaux, qui n’ont généralement pas les compétences requises et qui peuvent difficilement résister aux diverses pressions (en particulier du BTP), au détriment des Architectes des Bâtiments de France. Voilà pourquoi ce texte risque d’accélérer la défiguration, voire la destruction pure et simple de notre patrimoine, au nom de l’« efficacité énergétique ».

 
  
MPphoto
 
 

  Hugues Bayet (S&D), par écrit. ‒ J'ai approuvé ce rapport qui rappelle tout d'abord que le chauffage et le refroidissement représentent la plus grande part de la demande au sein de l'Union européenne.

Le rapport demande que des stratégies spécifiques à long terme basées sur les énergies renouvelables soient développées. Il demande également que les normes d'efficacité énergétiques soient renforcées et la Commission est appelée à prévoir un cofinancement approprié pour les initiatives de rénovations des bâtiments publics et logements multiples qui se caractérisent par une efficacité énergétique basse.

Parallèlement, les États membres sont invités à faire progressivement cesser, dans les zones urbaines, l'utilisation de chaudières anciennes qui génèrent des émissions à faible altitude.

Enfin, les députés estiment que des progrès devraient être faits au titre du programme-cadre Horizon 2020 dans la recherche et développement portant sur des matériaux et des systèmes de chauffage et de refroidissement durables et efficaces.

 
  
MPphoto
 
 

  Brando Benifei (S&D), per iscritto. ‒ Quasi il 50 % della domanda finale di energia dell'UE è utilizzato per il riscaldamento e il raffreddamento, di questa circa l'80 % è impiegata per gli edifici. L'accordo stabilito con la COP21 ha indicato chiaramente la via da seguire. Essa si concilia fortemente con gli stessi obiettivi europei che prevedono, al più tardi per il 2050, un settore del riscaldamento e del raffreddamento basato interamente sulle energie rinnovabili. La relazione Gierek, che oggi ho sostenuto con il mio voto, appoggia la comunicazione della Commissione relativa alla strategia UE su riscaldamento e raffreddamento, indicando alcune misure da adottare per conseguire gli obiettivi prefissati. Un'elevata efficienza energetica, un isolamento termico altamente performante e soprattutto il ricorso a fonti energetiche rinnovabili e all'energia termica di recupero rappresentano le priorità fondamentali insieme a un sistema energetico più decentralizzato e flessibile. I Fondi strutturali e di investimento europei possono rappresentare uno strumento importante per la realizzazione di queste proposte e per una più generale modernizzazione del sistema energetico del continente. La nuova strategia non deve essere solo un punto di forza della politica ambientale dell'Unione ma anche una grande opportunità sia alle per le imprese sia per i consumatori.

 
  
MPphoto
 
 

  Xabier Benito Ziluaga (GUE/NGL), por escrito. ‒ Los sectores de la calefacción y la refrigeración consumen la mitad de la energía (sobre todo de fuente fósiles) en la Unión y, una parte importante de esa energía se pierde por falta de eficiencia. Existe entonces un margen importante de mejora del sector y, por consiguiente, de disminución de la consumición de la energía y de emisión de gases de efecto invernadero.

El informe va en la buena dirección porque propone aumentar la cuota de energía renovable en este ámbito, invertir para mejorar la eficiencia energética mediante la renovación de los edificios, acelerar la modernización de los sistemas de calefacción, descentralizar los sistemas de producción energético, etc.

Si este conjunto de medidas va en la buena dirección, es muy insuficiente para bajar drásticamente las emisiones de gases de efecto invernadero, cambiar en profundidad el sistema energético y cumplir con los objetivos climáticos. Por ello, me he abstenido.

 
  
MPphoto
 
 

  Dominique Bilde (ENF), par écrit. ‒ J’ai voté contre ce rapport sur la stratégie de l’UE en matière de chauffage et de refroidissement car les mesures qu’il propose risquent de mettre en péril notre patrimoine architectural, notamment rural.

Si l’efficacité énergétique est en effet un objectif louable, le texte pousse les autorités locales à prendre des mesures visant les bâtiments ruraux, lesquels sont jugés «plus vieux, moins économes en énergie et moins bénéfiques pour la santé». Outre le danger que de telles mesures feraient peser sur notre patrimoine, il faut rappeler que le changement de normes constant pose un certain problème de coût, notamment pour les particuliers qui doivent investir, selon le rapport dans des pompes à chaleur réversibles ou dans des travaux d’isolation thermique.

Si des tentatives sont présentes dans le texte pour être prudent vis à vis des «bâtiments historiques», cette précaution se révèle fragile compte tenu du flou juridique autour de cette définition.

Rappelons d’ailleurs que malgré la précaution incluse dans la loi sur la transition énergétique pour la protection du bâti ancien dans les opérations d’isolation, le décret d’application s’est, lui, empressé d’atténuer au possible cette assurance.

 
  
MPphoto
 
 

  Mara Bizzotto (ENF), per iscritto. ‒ La relazione Gierek è condivisibile e priva di criticità, l'ho quindi sostenuta col mio voto.

 
  
MPphoto
 
 

  José Blanco López (S&D), por escrito. ‒ Calefacción y refrigeración suponen aproximadamente la mitad de la demanda de energía final de la UE. De ahí la importancia de mejorar la eficiencia energética en este ámbito, para reducir dependencia, emisiones y costes para los consumidores, en especial, para aquellos en riesgo de pobreza energética. Se trata de garantizar que la energía se utilice de manera más eficiente y de reducir las emisiones de CO2.

Entre las medidas que se deben adoptar, es necesario un incremento sustancial de la financiación para las obras de renovación térmica de urbanizaciones completas. Asimismo, es necesario sustituir las centrales termoeléctricas obsoletas de las urbanizaciones por eficientes centrales de cogeneración combinada de calor y electricidad. Por otra parte, en los países mediterráneos, la refrigeración es un motivo de preocupación. Las soluciones arquitectónicas adecuadas, el aislamiento y las bombas de calor reversibles pueden tener un papel importante para resolver este problema. Además, la radiación solar es una fuente importante de calor que aún no se ha utilizado lo suficiente.

Se alimentan así algunas de las próximas iniciativas legislativas en materia de eficiencia energética, previstas para finales de 2016, en particular, la Directiva revisada relativa a la eficiencia energética de los edificios.

Por estos motivos, he votado a favor de este informe.

 
  
MPphoto
 
 

  Vilija Blinkevičiūtė (S&D), raštu. ‒ Balsavau dėl šio pranešimo, nes juo Parlamentas pasisakė dėl pastatų šildymo ir vėsinimo strategijos. Šildymui ir vėsinimui suvartojama beveik 50 proc. galutinės ES energijos paklausos, iš kurių 80 proc. naudojama pastatuose, o kiekvienas papildomas sutaupytos energijos procentas dujų importą leistų sumažinti 2,6 proc. Parlamento manymu, reikia imtis aktyvesnių veiksmų tiek mažinant pastatų šildymo paklausą, tiek perkeliant likusią paklausą nuo importuoto iškastinio kuro deginimo individualiuose katiluose prie tvarių šildymo ir vėsinimo galimybių. Pranešime taip pat pabrėžiama, kad atsinaujinančių energijos išteklių dalis lėtai augo, tačiau vis dar esama milžiniškų galimybių visuose lygmenyse ir valstybėse narėse jos turėtų būti išnaudojamos. Parlamentas palankiai įvertino Komisijos komunikatą dėl ES šildymo ir vėsinimo strategijos, kuriuo žengtas svarbus žingsnis link holistinio požiūrio į šildymo ir vėsinimo sektoriaus pertvarką Europos Sąjungoje ir nustatytos prioritetinės veiksmų sritys.

 
  
MPphoto
 
 

  Franc Bogovič (PPE), napisan. ‒ Rezolucija o strategiji EU-a za grijanje i hlađenje čini strateški dio veoma značajne oblasti poput energetske stabilnosti i sigurnosti EU-a, s obzirom da se skoro polovica krajnje potražnje za energijom u EU-u koristi za grijanje i hlađenje. Ta strategija EU-a prepoznaje ključne izazove i potrebe za povećanjem energetske učinkovitosti i uvođenjem obnovljivih izvora energije.

Uočeni problemi u dotrajalosti i neefikasnosti sustava stambenog grijanja u EU-u jesu ujedno i veliki potencijal za povećanje energetske učinkovitosti. Ulaganje u uštedu energije i energetsku učinkovitost nudi najveći i najbrži povrat uloženih sredstava u energetskom sektoru. Strategija prepoznaje aktivnu ulogu koju potrošači mogu imati u stvaranju održivog europskog sustava grijanja i hlađenja.

Naglašena je potreba za uvećanjem stope recikliranja, jer će proizvodnja energije iz otpada imati vrlo važnu ulogu u sektoru grijanja. Strategija ukazuje na jedan integriran pristup u mobilizaciji svih ključnih aktera u vezi upotrebe svih raspoloživih europskih strukturnih i investicijskih fondova koji bi trebali biti dostupni svim akterima, a posebno malim, srednjim i mikro poduzećima. Uz to, tako i na glasanju sva moja podrška ide toj rezoluciji.

 
  
MPphoto
 
 

  Simona Bonafè (S&D), per iscritto. ‒ Più del 40 % del consumo finale di energia in Europa avviene negli edifici, un consumo che contribuisce per il 36% al totale delle emissioni di CO2. Se si pensa all'impatto su queste cifre degli impianti da riscaldamento e raffreddamento emerge chiaramente l'importanza di un intervento in questi settori per razionalizzare il consumo energetico e ridurre inquinamento ed emissioni. In vista della presentazione da parte della Commissione delle proposte legislative sull'efficienza energetica e sulla performance degli edifici, il Parlamento intende sottolineare con questa relazione, che sostengo, l'importanza di favorire tutte le misure che possono portare a un ammodernamento dei sistemi di riscaldamento e raffreddamento. Con le opportune misure fiscali, già messe in campo ad esempio in Italia, e con sistemi integrati che sfruttino le nuove tecnologie, sarà possibile conseguire nei prossimi anni risultati significativi in termini di risparmio tanto a livello di singole abitazioni quanto a livello di grandi edifici.

 
  
MPphoto
 
 

  Biljana Borzan (S&D), napisan. ‒ Podržavam ovo Izvješće o strategiji EU-a za grijanje i hlađenje. Računi za grijanje i hlađenje su otprilike polovica potrošnje energije u EU-u, što govori koliko je važno smanjenje potražnje i stvaranje učinkovitijeg sektora, kako bi se smanjila ovisnost o uvozu energije, smanjile emisije i srušili troškovi za potrošače, posebno one u opasnosti od energetskog siromaštva.

 
  
MPphoto
 
 

  Marie-Christine Boutonnet (ENF), par écrit. ‒ Ce texte appelle les États membres et les collectivités locales à économiser l’énergie en matière de chauffage et de refroidissement. L’économie d’énergie est ici considérée comme «le premier combustible propre».

Il insiste, dans son paragraphe 23, sur les bâtiments ruraux avec un risque évident pour le patrimoine rural de la France.

Ce paragraphe ayant été adopté, j'ai voté contre ce texte.

 
  
MPphoto
 
 

  Renata Briano (S&D), per iscritto. ‒ Il riscaldamento e il raffreddamento di edifici pubblici, industrie e abitazioni ha un importante impatto economico e ambientale per l'intera Unione europea. I dati in nostro possesso dimostrano significative differenze fra Europa orientale, settentrionale e mediterranea sul tema: conseguentemente diversa è anche la gerarchia d'importanza delle singole iniziative nei vari paesi. Nel caso degli Stati che hanno aderito all'UE dopo il 2004 le principali opportunità in termini di efficienza si concentrano nella riqualificazione termica degli edifici, considerata la soluzione più semplice per garantire un utilizzo più efficiente dell'energia e un'importante riduzione delle emissioni di CO2. È necessario aumentare in modo significativo le risorse finanziarie destinate alla riqualificazione termica di interi isolati, in particolare quelli costruiti ricorrendo alla tecnologia dei pannelli prefabbricati. A tal fine dovrebbe essere destinata a titolo del Fondo europeo per l'efficienza energetica e le energie rinnovabili una dotazione finanziaria pari ad almeno il 25 % del totale. Tale obiettivo dovrebbe figurare al primo posto nelle priorità del settore poiché i costi di tale riqualificazione superano le possibilità dei proprietari degli edifici mentre il sostegno statale è insufficiente. Riscaldamento più efficiente significa ambiente più sano e risparmio per i tutti i cittadini.

 
  
MPphoto
 
 

  Steeve Briois (ENF), par écrit. ‒ Ce rapport vise à accroître l’efficacité énergétique et encourage le recours aux énergies renouvelables pour le chauffage et le refroidissement avec un objectif de 100 % d’ici 2050. Pour y parvenir, le rapport propose de s’appuyer sur la géothermie, la production de biométhane, l’utilisation prioritaire de matières premières locales ou la récupération de la chaleur industrielle. Bien qu’il soit nécessaire dans les États membres de s’attaquer au gaspillage énergétique en vue de réduire notre facture énergétique, se pose tout de même la question du financement des infrastructures permettant d’atteindre cet objectif, telles que l’isolation thermique et les pompes à chaleur réversibles. Or, sur ce point, il est à craindre que ces travaux soient à la charge des particuliers malgré la mise en place d’un système de subventions. Par ailleurs, ce rapport préconise de réaliser des études sur les économies d’énergie dans les bâtiments historiques en vue d’y améliorer la performance énergétique. Or, rien ne nous garantit que les travaux adéquats assurent la protection et la préservation de notre patrimoine culturel. C’est la raison pour laquelle j’ai voté contre ce texte.

 
  
MPphoto
 
 

  Daniel Buda (PPE), în scris. ‒ Multe dintre clădirile europene se confruntă în prezent cu problema pierderilor de energie din cauza izolării lor necorespunzătoare și a sistemelor de încălzire vechi și ineficiente. Totodată, sărăcia energetică afectează aproape 11% din populația UE. Instrumentele de politică și capacitățile UE nu sunt încă suficient de dezvoltate pentru a stimula transformarea sectorului încălzirii și răcirii, pentru a valorifica la maximum potențialul existent și a dezvolta soluții pentru reducerea cererii.

Potrivit estimărilor, cantitatea de energie termică produsă în urma proceselor industriale și risipită în atmosferă sau în apă, în loc să fie utilizată într-un mod productiv, este suficientă pentru a acoperi în întregime nevoile de încălzire din clădirile rezidențiale și terțiare din Uniune.

Salut inițiativa Comisiei pentru industrie, cercetare și energie cu privire la inițierea acestui raport, considerând că aplicarea corectă a măsurilor de dezvoltare a unei strategii cuprinzătoare și integrate pentru încălzire și răcire oferă, atât pentru întreprinderile, cât și pentru consumatorii din UE, o serie de oportunități semnificative în ceea ce privește reducerea costurilor energetice globale pentru industrie, stimularea competitivității și asigurarea unei reduceri a costurilor suportate de consumatori, motiv pentru care am votat în favoarea acestui raport.

 
  
MPphoto
 
 

  Cristian-Silviu Bușoi (PPE), în scris. ‒ Problema încălzirii și a răcirii are efecte profunde în cele mai diferite domenii. Este esențial să se înregistreze progrese reale în revoluționarea sectorului încălzirii și răcirii ca parte a unei reforme mai ample a sistemului energetic. Principala modalitate de a combate sărăcia energetică este de a reduce prețurile la încălzire, asigurându-se că eficiența energetică va crește semnificativ.

Strategia de creștere a eficienței și a sustenabilității încălzirii și răcirii își propune să abordeze un aspect complex: distribuția elementelor ce fac referire la încălzire în mai multe directive și instrumente legislative precum: Directiva privind eficiența energetică a clădirilor, Directiva privind energia din surse regenerabile și Directiva privind eficiența energetică.

Susțin propunerea de rezoluție a Parlamentului European referitoare la o strategie a UE pentru încălzire și răcire. Subliniez importanța realizării unor cercetări științifice mai ample cu privire la dezvoltarea unor soluții tehnologice inovatoare, menite să asigure aparatele casnice și toate sistemele de încălzire și de răcire, care să fie eficiente din punct de vedere energetic. O importantă sursă de căldură, care nu a fost folosită suficient, o reprezintă radiația solară, care, cu ajutorul panourilor care încălzesc apa sau generează energie electrică, poate fi valorificată la maxim.

 
  
MPphoto
 
 

  Nicola Caputo (S&D), per iscritto. ‒ Dopo attenta lettura e discussione in aula ho dato il mio voto positivo alla relazione alla proposta di risoluzione del Parlamento europeo sul tema una strategia dell'UE in materia di riscaldamento e raffreddamento in quanto ritengo che lo scenario del corretto approvvigionamento energetico non può più essere disgiunto da quello relativo all'utilizzo più efficiente dell'energia e alla importante riduzione delle emissioni di CO2, a seguito dell’accordo COP 21, ormai ratificato anche da USA e Cina. Va peraltro tenuto conto della resilienza energetica delle nostre nazioni, e della lotta alla cosiddetta "povertà energetica". Con la successiva considerazione che i mercati dell'energia mantengono tuttora un carattere fortemente regionalistico, sulla base del principio della responsabilità nazionale del mix energetico, molto disomogeneo tra gli Stati.

 
  
MPphoto
 
 

  Matt Carthy (GUE/NGL), in writing. ‒ I voted in favour of this own initiative report which makes proposals to direct the implementation of the Commission’s strategy on the Energy Union launched in February this year. Part of the Commission’s proposal was its first ever strategy for heating and cooling to tackle the massive use of fossil fuels. This is a progressive report that emphasises the need to include specific measures for heating and cooling in the upcoming revisions of the Energy Efficiency Directive, the RES Directive and the Energy Performance of Building Directive, and the new ‘energy market design’. It suggests that high-energy efficiency measures, high-performance insulation, the use of renewable sources and recovered heat are the fundamental priorities for EU’s heating and cooling strategy.

 
  
MPphoto
 
 

  David Casa (PPE), in writing. ‒ The Commission has launched the first ever strategy to tackle heating and cooling efficiently. This is one of the priorities of the EU especially when it is consists of the EU’s biggest energy sector and I fully agree. The report points out at the local character and potential of heating and cooling. The strategy includes amongst others plans to boost the energy efficiency of buildings and the use of renewable energy. I believe it is important that there is access to finance for investments to modernising the heating and cooling system and a focus on the research and technological innovation for European industry. I voted in favour of this report.

 
  
MPphoto
 
 

  Fabio Massimo Castaldo (EFDD), per iscritto. ‒ Il riscaldamento e il raffreddamento sono responsabili di metà del consumo energetico dell'UE e molta di tale energia va persa. Renderli più efficienti e sostenibili è una priorità strategica dell'Unione dell'energia. Se la relazione del collega Gierek comporta numerosi riferimenti positivi (ad esempio l'importanza di smantellare al più presto le centrali più obsolete e di accelerare la sostituzione degli impianti domestici più inquinanti), essa conserva elementi che non ci soddisfano: ad esempio quando tratta del teleriscaldamento su cui vorremmo maggiore prudenza, specie in relazione a nuove reti e infrastrutture; quando tratta della geotermia, del biogas senza distinguere le fonti di provenienza, e soprattutto sulla strategia della Commissione europea sulla produzione di energia da rifiuti che implica inceneritori. Per questi motivi ho deciso di astenermi.

 
  
MPphoto
 
 

  Dita Charanzová (ALDE), in writing. ‒ I voted in favour of this report as I believe that new sustainable energy strategies, such as self-generation and sustainable use of organic waste, could help us to decrease our dependency on high-carbon infrastructure and increase, on the other hand, energy efficiency in rural buildings. I would be also in favour of a new attractive financing system to promote new technologies for heating households using renewable energy sources as well as of modernisation of old and inefficient heating systems and of deep renovation of buildings with improved thermal insulation.

 
  
MPphoto
 
 

  Caterina Chinnici (S&D), per iscritto. ‒ La politica energetica dell'Unione europea in materia di riscaldamento e raffreddamento deve mirare a ridurre la dipendenza energetica degli Stati membri, abbassare i costi per i consumatori e diminuire le emissioni coerentemente con gli obiettivi stipulati alla Conferenza di Parigi sui cambiamenti climatici (COP 21). Ad oggi, quasi il 40 % della domanda finale di energia dell'UE è utilizzato per il riscaldamento e il raffreddamento degli edifici. È necessario incrementare l'efficienza energetica degli edifici mediante il rinnovo e la ristrutturazione, in particolare migliorandone l'isolamento termico. Ho ritenuto di votare a favore della relazione poiché invita gli Stati membri a mettere in atto strategie che permettano ai consumatori di essere maggiormente coinvolti nel mercato dell'energia e di intraprendere azioni per controllare il consumo energetico. È opportuno inoltre continuare a sostenere la costruzione di edifici a energia quasi zero. Ritengo che gli Stati membri debbano offrire incentivi per la promozione e l'impiego di energie rinnovabili. Ed è essenziale investire in attività di ricerca e innovazione al fine di sviluppare tecnologie energeticamente efficienti. Infine, credo che gli Stati membri debbano garantire che una quota dei finanziamenti dedicati all'efficienza energetica sia erogata a favore delle famiglie aiutandole ad investire in apparecchiature di riscaldamento e raffreddamento più efficienti.

 
  
MPphoto
 
 

  Λευτέρης Χριστοφόρου (PPE), γραπτώς. ‒ Στηρίζουμε την έκθεση και θυμίζουμε ότι στις μεσογειακές χώρες της Ευρώπης η ψύξη είναι ένα θέμα αυξανόμενης ανησυχίας, και συνδέεται με τη σταδιακή κλιματική αύξηση της θερμοκρασίας. Κατάλληλες αρχιτεκτονικές λύσεις, η μόνωση και οι αντιστρέψιμες αντλίες θερμότητας - που αντλούν θερμότητα από ένα δωμάτιο σε ζεστό καιρό και τη διοχετεύουν όταν απαιτείται θέρμανση - μπορούν να διαδραματίσουν σημαντικό ρόλο στην επίλυση αυτού του προβλήματος.

 
  
MPphoto
 
 

  Κώστας Χρυσόγονος (GUE/NGL), γραπτώς. ‒ Η έκθεση σχετικά με τη στρατηγική της ΕΕ για τον τομέα θέρμανσης και ψύξης είναι ιδιαίτερα σημαντική καθώς επηρεάζει ζητήματα βιομηχανικής αλλά και καταναλωτικής φύσεως. Η διάθεση αναβάθμισης των εξοπλισμών που χρησιμοποιούνται, καθώς και η στρατηγική εξορθολογισμού της ενέργειας που καταναλώνει η ευρωπαϊκή κοινωνία, αποτελούν θετικά βήματα και για αυτόν το λόγο ψήφισα θετικά.

 
  
MPphoto
 
 

  Alberto Cirio (PPE), per iscritto. ‒ È con favore che accolgo la relazione della commissione per l'industria con cui si stabilisce un'indispensabile strategia europea in materia di riscaldamento e di raffreddamento dal momento che considero tale tema prioritario nel quadro di una crescita sostenibile. La politica energetica europea include la riduzione dell'utilizzo di combustibili fossili e il potenziamento delle energie rinnovabili (che ad oggi hanno un utilizzo, seppur crescente, limitato al 18 %) per garantire energia più pulita, sicura, competitiva, persistente e a prezzi ragionevoli per tutti. L'eccessiva dipendenza da un numero limitato di fonti, inoltre, rende i paesi vulnerabili alle interruzioni delle forniture. In un momento in cui l'accessibilità economica dell'energia e la competitività dei prezzi energetici recano crescente preoccupazione a famiglie e imprese, è necessario ridurre la nostra dipendenza dai combustibili fossili e diminuire le emissioni di gas a effetto serra. La proposta da me approvata invita gli Stati membri a smantellare gradualmente nelle aree urbane l'uso di impianti arretrati e la dismissione dei caminetti a legna nelle città. Tali provvedimenti richiedono, durante la transizione, investimenti da gestire all'insegna dei principi di efficienza ed efficacia, dunque si rivela essenziale la collaborazione con gli enti locali.

 
  
MPphoto
 
 

  Deirdre Clune (PPE), in writing. ‒ I supported the report on an EU strategy on heating and cooling and noted no objections.

 
  
MPphoto
 
 

  Carlos Coelho (PPE), por escrito. ‒ O aquecimento e a refrigeração é o maior setor energético da União Europeia, com uma quota de 50% do consumo energético da UE. Desta metade do consumo global, apenas 18% provêm de fontes renováveis e 75% de fontes fósseis. A dimensão desta área torna-a uma prioridade da União da Energia e este relatório, como primeira estratégia de eficiência energética do setor, reveste-se de grande importância.

Entendo que a renovação térmica dos edifícios deve ser prioritária, incluindo intervenções alargadas em grandes zonas residenciais. Recordo, a este título, que o financiamento da UE deve ser equilibrado com o investimento nacional e com a iniciativa dos proprietários, em respeito ao princípio da subsidiariedade.

A este propósito, faço notar que as necessidades de aquecimento ou refrigeração são muito variáveis na UE (as exigências de calor no norte contrastam com as exigências de arrefecimento no sul, por exemplo), pelo que as especificidades devem ser consideradas em qualquer regulamentação.

Defendo que qualquer reforma global neste setor promova a iniciativa científica e a investigação em tecnologias energéticas e que, por essa via, a transição energética seja um processo sustentado e assente em análises custo-benefício credíveis e transparentes.

Pelo exposto, apoio o relatório.

 
  
MPphoto
 
 

  Lara Comi (PPE), per iscritto. ‒ Ho votato a favore della relazione poiché, nella definizione della strategia dell'Unione europea per il riscaldamento e il raffreddamento, pone l'accento sulla riqualificazione energetica degli edifici, sottolineando come sia necessario un intervento da parte del Fondo europeo per l'efficienza energetica affinché i cittadini siano aiutati nel sopportare i costi dell'ammodernamento degli stessi attraverso una copertura di almeno il 25 % del costo totale. Per quanto riguarda il raffreddamento al centro della strategia dovrebbe esserci la ricerca di nuove soluzioni architettoniche, l'isolamento termico e le pompe di calore a inversione, con un attenzione particolare su queste ultime, date le enormi potenzialità in tema sia di riscaldamento che di raffreddamento.

 
  
MPphoto
 
 

  Javier Couso Permuy (GUE/NGL), por escrito. ‒ He votado a favor del presente informe, debido a que el desarrollo de una estrategia europea en este ámbito, supone una herramienta necesaria para la reducción de emisiones. El sector del calentamiento y enfriamiento, supone uno de los principales emisores de carbono en la Unión, plantear una estrategia a nivel europeo es un primer paso para corregir los problemas que supone la asignación de recursos a través de mecanismos de mercado. El informe incluye un apoyo explícito al uso de las energías renovables en este sector, así como, la mejora de la eficiencia energética de los edificios, mecanismos de calefacción colectiva, etc. El texto supone un apoyo al desarrollo de tecnologías más sostenibles y a la reducción de emisiones en este sector. Es por todo esto por lo que he decidido votar a favor del presente informe.

 
  
MPphoto
 
 

  Andrea Cozzolino (S&D), per iscritto. ‒ La risoluzione del Parlamento europeo presenta una strategia europea per il miglioramento degli impianti di riscaldamento e raffreddamento nei locali a livello europeo che contribuisca al raggiungimento degli obiettivi generali di decarbonizzazione e di efficienza energetica. Il Parlamento europeo, nella risoluzione, constata che la percentuale di energia primaria da combustibili fossili impiegata per il riscaldamento e il raffreddamento dei locali rimane molto elevata e rappresenta un ostacolo importante alla decarbonizzazione, accelerando di conseguenza il cambiamento climatico e provocando danni significativi all’ambiente. Ho votato in favore della risoluzione perché con il mio voto intendo sostenere questo processo di ammodernamento degli impianti di riscaldamento e raffreddamento. Tale processo deve coinvolgere i diversi attori a tutti i livelli: la Commissione deve impiegare un importante meccanismo finanziario per esempio per l'accelerazione del tasso di ristrutturazione edilizia e a stanziare una quota più elevata di fondi UE a favore di programmi di efficienza energetica e dell'uso di energia da fonti rinnovabili; gli Stati membri devono prendere provvedimenti mirati a offrire forti incentivi per il miglioramento dell'efficienza energetica; le autorità nazionali e locali devono assicurare che i consumatori siano pienamente consapevoli e possano usufruire dei benefici tecnici ed economici dei nuovi impianti di riscaldamento e raffreddamento.

 
  
MPphoto
 
 

  Andi Cristea (S&D), în scris. ‒ Încălzirea treptată a climei determină răciri ce generează pierderi de energie în imobilele ce nu beneficiază de izolare termică adecvată. Am votat pentru rezervarea a cel puțin 25% din Fondul european pentru eficiență energetică și energii regenerabile în scopul renovării termice a proprietăților. Acest obiectiv trebuie să reprezinte o prioritate, cu atât mai mult cu cât problema încălzirii și a răcirii este din ce în ce mai mare în statele membre.

Folosirea soluțiilor arhitecturale adecvate, a izolațiilor și a pompelor de căldură reversibile, înlocuirea centralelor termice depășite cu unele de înaltă eficiență reprezintă soluții concrete pentru a ușura disconfortul termic al cetățenilor statelor membre afectați de aceste schimbări climatice.

 
  
MPphoto
 
 

  Edward Czesak (ECR), na piśmie. ‒ Głosowałem za przyjęciem strategii UE w zakresie ogrzewania i chłodzenia, stanowi ona pierwszy etap analizy problemów i wyzwań w tym sektorze oraz rozwiązywania ich za pomocą polityki energetycznej UE. W celu osiągnięcia celów UE w zakresie klimatu i energii sektor, którego dotyczy strategia, musi przejść radyklaną zmianę, aby ograniczyć zużycie energii i zmniejszyć wykorzystanie paliw kopalnych. Jak potwierdzają badania, aż 84% energii wykorzystywanej do ogrzewania i chłodzenia pochodzi nadal z paliw kopalnych, a tylko 16% ze źródeł odnawialnych. Moim zdaniem ważne jest, żeby wprowadzić zmiany w tym sektorze. Do głównych celów strategii należy połączenie systemów elektroenergetycznych z systemami grzewczymi i chłodniczymi, jak i odzyskiwanie energii odpadowej z przemysłu.

 
  
MPphoto
 
 

  Miriam Dalli (S&D), in writing. ‒ Heating and cooling is the largest energy sector especially in homes around the European Union. High efficiency cogeneration heat plants and reversible heat-cooling pumps are needed for Northern and Mediterranean countries. I am in favour of this report which highlights the need for architectural solutions, the modernisation of heating and cooling appliance as well the greater use of district heating and renewables. We need to keep in mind that heating and cooling accounts for roughly half of the EU’s final energy demand – therefore it is highly important to reduce this demand and make the sector more efficient. I voted in favour of this EU strategy which addresses energy poverty, reduces emissions and also brings down costs to consumers.

 
  
MPphoto
 
 

  Viorica Dăncilă (S&D), în scris. ‒ Având în vedere că politicile privind eficiența energetică ar trebui să se concentreze pe cele mai rentabile moduri de îmbunătățire a performanțelor clădirilor prin reducerea cererii de căldură și/sau conectarea clădirilor cu alternative cu eficiență ridicată, consider importantă realizarea de cercetări științifice extinse pentru dezvoltarea de soluții tehnologice inovatoare, menite să propună aparate casnice și sisteme de încălzire și de răcire care să fie eficiente din punct de vedere energetic și care să funcționeze pe bază de energie din surse regenerabile.

 
  
MPphoto
 
 

  Michel Dantin (PPE), par écrit. ‒ Ce rapport d’initiative porte sur la proposition de la Commission européenne de lancer sa première stratégie de lutte contre la consommation massive d’énergie, lutte considérée comme une des priorités de l’Union de l’énergie. Le rapport du Parlement souligne l’importance des réseaux d’énergie urbains et invite les États membres à réduire l’utilisation de chaudières. Il souligne également l’importance des investissements dans la recherche et l'innovation dans ce domaine. Considérant qu’une utilisation plus efficace de l’énergie doit aider, d’une part, l’Union à atteindre les objectifs de la COP21 et, d’autre part, les citoyens européens à réduire leur facture énergétique, j’ai voté en faveur de ce rapport.

 
  
MPphoto
 
 

  William (The Earl of) Dartmouth (EFDD), in writing. ‒ Although the strategy does not announce any new legislative proposals, we oppose the EU strategy on heating and cooling as it will be used to reinforce the disruptive EU energy and climate policy that has already brought irreparable damage to European industry and economy.

 
  
MPphoto
 
 

  Rachida Dati (PPE), par écrit. – Ce rapport sur la stratégie de l’Union européenne en matière de chauffage et de refroidissement dresse les recommandations du Parlement européen afin de traiter de la consommation massive d’énergie dans ce secteur. Alors que près de 50 % de la demande finale d'énergie dans l'Union européenne est utilisée pour le chauffage et le refroidissement, il est indispensable d’établir des lignes directrices afin de renforcer l’efficacité énergétique, principalement dans les bâtiments. Il me semble particulièrement nécessaire d’encourager la recherche et l’innovation dans ce domaine afin de permettre non seulement une meilleure isolation générant des économies d’énergie, mais aussi de développer l’utilisation des énergies renouvelables.

 
  
MPphoto
 
 

  Andor Deli (PPE), írásban. ‒ Az Európai Unió a teljes földgáz-felhasználásának 59%-át, míg a kőolajfogyasztásának a 12%-át fordítja fűtésre és hűtésre, miközben minden 1%-nyi energiahatékonyságbeli növekedés 2,6%-kal csökkenti a földgázimportot. Az Unió ezért kiemelt figyelmet fordít a fűtés és a hűtési stratégia megalkotásra, annak érdekében, hogy el tudja érni a kitűzött klímacélokat, és csökkenteni tudja a függőségét az energiahordozók beszállítóitól. Épületeink fűtése és hűtése emészti fel a teljes energiafelhasználásunk közel 35%-át, komoly felújítási munkálatokkal viszont ez jelentősen csökkenthető lenne. Továbbra is tetemes a nem megfelelő hatékonyságú, rendes szigetelés nélküli falak illetve egyrétegű ablakok állománya. Ennek érdekében jött létre az épületek energiateljesítményéről szóló irányelv, amely kötelező minimum energiahatékonysági kritériumokat szab meg az új beruházások terén.

Az ipar esetében szigeteléssel és hatékonyságnöveléssel alacsonyabb kibocsátáscsökkenés érhető el, mivel a megfelelő hőfokra fűtés sokszor szerves része a gyártási folyamatnak. Ennek ellenére cél a folyamatok minél teljesebb dekarbonizációja. Ugyanakkor az igazán magas hőfokon zajló folyamatok esetében nem lehet megoldás a megújulókból termelt árammal való fűtés, tehát fosszilis tüzelőanyagra van szükség. Az Unió kiemelt célja, hogy a létrejövő hőfelesleget – vagy éppen hidegfelesleget – minél jobban tudja hasznosítani. Végezetül, fontos kiemelni az LNG-import terminálok szerepét, mint távhűtési forrásokat.

 
  
MPphoto
 
 

  Isabella De Monte (S&D), per iscritto. ‒ Questa strategia è un'utile opportunità oltre che un importante impegno per lo sviluppo delle energie rinnovabili e la riduzione delle emissioni CO2. Inoltre, per combattere il fenomeno del riscaldamento globale diventa sempre più importante investire nelle tecnologie e nella gestione di nuovi impianti e costruzioni termoisolanti, come ad esempio le pompe di calore a inversione e i pannelli prefabbricati. La relazione affronta seriamente le odierne sfide climatiche e tutela il benessere dei cittadini e il rispetto per l'ambiente, per questo ho deciso di sostenerla.

 
  
MPphoto
 
 

  Tamás Deutsch (PPE), írásban. – Európai Unió teljes földgáz-felhasználásának 59%-át, míg kőolajfogyasztásának 12%-át fordítja fűtésre és hűtésre, miközben minden 1%-nyi energiahatékonyságbeli növekedés 2,6%-kal csökkenti a földgázimportot. Az Unió ezért kiemelt figyelmet fordít a fűtési és a hűtési stratégia megalkotásra, annak érdekében, hogy el tudja érni a kitűzött klímacélokat és csökkenteni tudja a függőségét az energiahordozók beszállítóitól. Épületeink fűtése és hűtése emészti fel a teljes energiafelhasználásunk közel 35%-át, komoly felújítási munkálatokkal viszont ez jelentősen csökkenthető lenne. Továbbra is tetemes a nem megfelelő hatékonyságú, rendes szigetelés nélküli falak, illetve egyrétegű ablakok állománya. Ennek érdekében jött létre az épületek energiateljesítményéről szóló irányelv, amely kötelező energiahatékonysági minimumkritériumokat szab meg az új beruházások terén.

Az ipar esetében szigeteléssel és hatékonyságnöveléssel alacsonyabb kibocsátáscsökkenés érhető el, mivel a megfelelő hőfokra fűtés sokszor szerves része a gyártási folyamatnak. Ennek ellenére cél a folyamatok minél teljesebb dekarbonizációja. Ugyanakkor az igazán magas hőfokon zajló folyamatok esetében nem lehet megoldás a megújulókból termelt árammal való fűtés, tehát fosszilis tüzelőanyagra van szükség. Az Unió kiemelt célja, hogy a létrejövő hőfelesleget – vagy éppen hidegfelesleget – minél jobban tudja hasznosítani. Végezetül fontos kiemelni az LNG import terminálok szerepét, mint távhűtési forrásokat.

 
  
MPphoto
 
 

  Mireille D'Ornano (ENF), par écrit. ‒ Ce texte prolonge le rapport Pieper voté en juin à Bruxelles sur l’efficacité énergétique. L’objectif affiché est d’atteindre 100 % d’énergies renouvelables. Malgré cet objectif en apparence louable, on redoute une forme d’austérité énergétique imposée aux peuples européens. En outre, ce texte fait courir un risque important à notre patrimoine, en préconisant une amélioration de leurs performances énergétiques au détriment de la préservation de leur valeur patrimoniale. J’ai donc voté contre la résolution.

 
  
MPphoto
 
 

  Ангел Джамбазки (ECR), в писмена форма. ‒ Подкрепих това досие, защото то представлява добър идеологически подход за преодоляване на проблемите с отоплението и охлаждането из целия ЕС. Имам някои опасения по отношение на възможността за получаване на някакви значителни краткосрочни ефекти, но в дългосрочен план това е единствената жизнеспособна стратегия, ако искаме да се подобри системата и да опазим околната среда, имайки предвид ресурсите. Очевидно е, че ще трябва да се направи оценка на ситуацията за всяка една държава членка, тъй като предизвикателствата се различават драстично.

 
  
MPphoto
 
 

  Γεώργιος Επιτήδειος (NI), γραπτώς. ‒ Η ενέργεια θα έπρεπε να είναι αποκλειστική ευθύνη του κάθε κράτους, η Ένωση θα πρέπει να περιοριστεί σε πιέσεις που αφορούν την προστασία του περιβάλλοντος.

 
  
MPphoto
 
 

  Norbert Erdős (PPE), írásban. ‒ Az Európai Unió a teljes földgáz-felhasználásának 59%-át, míg a kőolajfogyasztásának a 12%-át fordítja fűtésre és hűtésre, miközben minden 1%-nyi energiahatékonyságbeli növekedés 2,6%-kal csökkenti a földgázimportot. Az Unió ezért kiemelt figyelmet fordít a fűtés és a hűtési stratégia megalkotásra, annak érdekében, hogy el tudja érni a kitűzött klímacélokat és csökkenteni tudja a függőségét az energiahordozók beszállítóitól. Épületeink fűtése és hűtése emészti fel a teljes energiafelhasználásunk közel 35%-át, komoly felújítási munkálatokkal viszont ez jelentősen csökkenthető lenne. Továbbra is tetemes a nem megfelelő hatékonyságú, rendes szigetelés nélküli falak illetve egyrétegű ablakok állománya. Ennek érdekében jött létre az épületek energiateljesítményéről szóló irányelv, amely kötelező minimum energiahatékonysági kritériumokat szab meg az új beruházások terén.

Az ipar esetében szigeteléssel és hatékonyságnöveléssel alacsonyabb kibocsátás-csökkenés érhető el, mivel a megfelelő hőfokra fűtés sokszor szerves része a gyártási folyamatnak. Ennek ellenére cél a folyamatok minél teljesebb dekarbonizációja. Ugyanakkor, az igazán magas hőfokon zajló folyamatok esetében nem lehet megoldás a megújulókból termelt árammal való fűtés, tehát fosszilis tüzelőanyagra van szükség. Az Unió kiemelt célja, hogy a létrejövő hőfelesleget – vagy éppen hidegfelesleget – minél jobban tudja hasznosítani. Végezetül, fontos kiemelni az LNG import terminálok szerepét, mint távhűtési forrásokat. Az Európai Néppárt iránymutatásának megfelelően szavazatommal támogattam a jelentés elfogadását.

 
  
MPphoto
 
 

  Eleonora Evi (EFDD), per iscritto. ‒ Il miglioramento dei sistemi di riscaldamento e di raffreddamento deve essere al centro degli sforzi che siamo chiamati a compiere per realizzare l'obiettivo dell'efficienza energetica all'interno dell'Unione. Un obiettivo che diviene ancor più importante in una congiuntura storica e in un contesto economico, climatico e ambientale che chiamano l'Europa a spezzare le catene della propria dipendenza energetica e a sfruttare, nel modo più ampio possibile, le fonti rinnovabili di energia, rispondendo in modo virtuoso ai bisogni crescenti delle famiglie e delle imprese. Osservo che la strategia proposta dal relatore recepisce molte delle istanze M5S. Ad esempio, mi ritrovo nella necessità, evidenziata nel testo giunto in plenaria, di decentralizzare la produzione energetica e di riqualificare il patrimonio edilizio nel suo insieme. Alcuni aspetti della strategia non mi trovano pienamente d'accordo. Penso, ad esempio, ad alcuni riferimenti alla geotermia, al teleriscaldamento e alla produzione di rifiuti (mediante incenerimento) quali metodi per contribuire alla produzione decentralizzata ed efficiente di energia. Credo infatti che la Strategia non consideri sufficientemente le criticità ambientali che possono essere innescate dal ricorso a tali tecnologie. Tuttavia, l'approccio che emerge dalla strategia sul riscaldamento e il raffreddamento è nel complesso apprezzabile. Per questa ragione il mio voto è favorevole.

 
  
MPphoto
 
 

  José Manuel Fernandes (PPE), por escrito. ‒ A questão do aquecimento e da refrigeração não afeta da mesma forma todos os Estados-Membros. Por esse motivo, a ordem de prioridade das medidas tomadas varia de país para país. É na renovação térmica dos edifícios que poderão ser realizados os maiores ganhos em matéria de eficiência energética nos países que aderiram à União depois de 2004.

É indispensável aumentar substancialmente o financiamento de obras de renovação térmica de zonas residenciais inteiras, nomeadamente das construídas com recurso ao método de construção com grandes painéis. Pelo menos 25% da totalidade dos meios do Fundo Europeu para a Eficiência Energética e as Energias Renováveis devem ser dedicados a esse fim.

 
  
MPphoto
 
 

  João Ferreira (GUE/NGL), por escrito. ‒ A questão do aquecimento e da refrigeração afeta de forma variada os Estados-Membros. Por esse motivo, a ordem de prioridade das medidas tomadas varia de país para país. É na renovação térmica dos edifícios que poderão ser alcançados grandes ganhos em matéria de eficiência energética, garantindo uma redução considerável das emissões de CO2.

É indispensável aumentar substancialmente o financiamento de obras de renovação térmica de zonas residenciais inteiras, objetivo que a atual dotação dos programas pertinentes da UE não está em condições de cumprir.

O relatório avança com um conjunto de propostas e de considerações que, em termos genéricos, merecem o nosso acordo, seja relativamente à produção de calor, seja relativamente à refrigeração – uma preocupação crescente nos países mediterrânicos –, incluindo no que respeita às soluções arquitetónicas adequadas, como o isolamento térmico e as bombas de calor reversíveis, que retiram calor dos edifícios durante os períodos mais quentes e bombeiam calor para o interior quando é necessário aquecimento.

A radiação solar é uma importante fonte de calor, embora ainda esteja subaproveitada, podendo ser utilizada através de painéis solares para o aquecimento de água ou a geração de eletricidade.

Relativamente contido na vertente da apreciação política, o relatório desenvolve sobretudo considerações de pendor mais técnico. Votámos favoravelmente.

 
  
MPphoto
 
 

  Raffaele Fitto (ECR), per iscritto. ‒ Voto a favore della presente relazione su una strategia dell'UE in materia di riscaldamento e raffreddamento. Questa ha il merito di affrontare adeguatamente il tema, ponendo come priorità il raggiungimento di obiettivi quali: una strategia per la decarbonizzazione, rinnovamento degli edifici esistenti per permettere un consumo minore di energia, integrazione dei sistemi dell'elettricità con quelli del raffreddamento e del riscaldamento.

 
  
MPphoto
 
 

  Monika Flašíková Beňová (S&D), písomne ‒ Geografická diverzifikácia Európskej únie nastoľuje aj otázky vo vzťahu k problematike vykurovania a chladenia. V niektorých krajinách je táto téma významnejšia ako v iných, a preto tiež existujú rozdielne priority a prístupy, ktoré sa týkajú opatrení, ktoré bude nutné v budúcnosti prijať. Z pohľadu ochrany životného prostredia treba zdôrazniť, že v mnohých krajinách dodnes fungujú zastarané tepelné elektrárne, ktoré je potrebné čo najskôr nahradiť novými vysoko účinnými elektrárňami na kombinovanú výrobu elektrickej energie a tepla. Dôležité je tiež využívanie alternatívnych prírodných zdrojov, kde napríklad slnečné žiarenie sa stále dostatočne nevyužíva.

 
  
MPphoto
 
 

  Lorenzo Fontana (ENF), per iscritto. ‒ Voto a favore della relazione in quanto è giusto tenere conto delle differenze climatiche all'interno dell'Europa e sostenere nuovi strumenti per l'efficienza energetica.

 
  
MPphoto
 
 

  Λάμπρος Φουντούλης (NI), γραπτώς. ‒ Καταψηφίζω την έκθεση σχετικά με μια στρατηγική της ΕΕ για τη θέρμανση και την ψύξη. Η ενέργεια θα έπρεπε να είναι κατά την άποψη μου αποκλειστική ευθύνη του κάθε κράτους και η Ένωση θα πρέπει να περιοριστεί σε πιέσεις που αφορούν την προστασία του περιβάλλοντος.

 
  
MPphoto
 
 

  Doru-Claudian Frunzulică (S&D), in writing. ‒ Heating and cooling accounts for roughly half of the EU’s final energy demand – which is why it is so important to reduce demand and make the sector more efficient, in order to reduce dependence on energy imports, reduce emissions, and bring down costs to consumers, especially those at risk of energy poverty.

The report is in response to a Commission communication on the heating and cooling strategy. Heating and cooling refers to heating and cooling of buildings both in the residential and industrial sectors. It will feed into some of the upcoming legislative initiatives on energy efficiency, in particular the revised Energy Performance of Buildings Directive to be proposed in the autumn.

I voted in favour of the report.

 
  
MPphoto
 
 

  Kinga Gál (PPE), írásban. ‒ Az Európai Unió teljes földgázfelhasználásának 59%-át, míg kőolajfogyasztásának 12%-át fordítja fűtésre és hűtésre, miközben minden 1%-nyi energiahatékonyságbeli növekedés 2,6%-kal csökkenti a földgázimportot. Az Unió ezért kiemelt figyelmet fordít a fűtési és hűtési stratégia megalkotásra, annak érdekében, hogy el tudja érni a kitűzött klímacélokat, és csökkenteni tudja a függőségét az energiahordozók beszállítóitól. Épületeink fűtése és hűtése emészti fel teljes energiafelhasználásunk közel 35%-át, komoly felújítási munkálatokkal viszont ez jelentősen csökkenthető lenne. Továbbra is tetemes a nem megfelelő hatékonyságú, rendes szigetelés nélküli falak illetve egyrétegű ablakok állománya.

Ennek érdekében jött létre az épületek energiateljesítményéről szóló irányelv, amely kötelező energiahatékonysági minimumkritériumokat szab meg az új beruházások terén. Az ipar esetében szigeteléssel és hatékonyságnöveléssel alacsonyabb kibocsátáscsökkenés érhető el, mivel a megfelelő hőfokra fűtés sokszor szerves része a gyártási folyamatnak. Ennek ellenére cél a folyamatok minél teljesebb dekarbonizációja. Ugyanakkor az igazán magas hőfokon zajló folyamatok esetében nem lehet megoldás a megújulókból termelt árammal való fűtés, tehát fosszilis tüzelőanyagra van szükség. Az Unió kiemelt célja, hogy a létrejövő hőfelesleget – vagy éppen hidegfelesleget – minél jobban tudja hasznosítani. Végezetül fontos kiemelni az LNG-import-terminálok szerepét mint távhűtési forrásokat.

 
  
MPphoto
 
 

  Ildikó Gáll-Pelcz (PPE), írásban. ‒ Az Európai Unió teljes földgázfelhasználásának 59%-át, míg kőolajfogyasztásának 12%-át fordítja fűtésre és hűtésre, miközben minden 1%-nyi energiahatékonyságbeli növekedés 2,6%-kal csökkenti a földgázimportot. Az Unió ezért kiemelt figyelmet fordít a fűtési és a hűtési stratégia megalkotásra annak érdekében, hogy el tudja érni a kitűzött klímacélokat, és csökkenteni tudja függőségét az energiahordozók beszállítóitól. Épületeink fűtése és hűtése emészti fel teljes energiafelhasználásunk közel 35%-át, komoly felújítási munkálatokkal viszont ez jelentősen csökkenthető lenne. Továbbra is tetemes a nem megfelelő hatékonyságú, rendes szigetelés nélküli falak, illetve egyrétegű ablakok állománya.

Ennek érdekében jött létre az épületek energiateljesítményéről szóló irányelv, amely kötelező energiahatékonysági minimumkritériumokat szab meg az új beruházások terén. Az ipar esetében szigeteléssel és hatékonyságnöveléssel alacsonyabb kibocsátáscsökkenés érhető el, mivel a megfelelő hőfokra fűtés sokszor szerves része a gyártási folyamatnak. Ennek ellenére cél a folyamatok minél teljesebb dekarbonizációja. Ugyanakkor az igazán magas hőfokon zajló folyamatok esetében nem lehet megoldás a megújulókból termelt árammal való fűtés, tehát fosszilis tüzelőanyagra van szükség. Az Unió kiemelt célja, hogy a létrejövő hőfelesleget – vagy éppen hidegfelesleget – minél jobban tudja hasznosítani. Végezetül fontos kiemelni az LNG-import-terminálok szerepét mint távhűtési forrásokat.

 
  
MPphoto
 
 

  Francesc Gambús (PPE), por escrito. ‒ He votado a favor del informe plenamente concienciado de su importancia, ya que la cuestión de la calefacción y la refrigeración es relevante en muchos Estados miembros. No obstante, existen diferencias en el orden de prioridades que tienen estos países en cuanto a la acción que debe adoptarse. Debemos trabajar para garantizar de la manera más simple que la energía se utiliza de una manera eficiente y conseguir reducciones significativas de las emisiones de CO2. Por lo tanto, es necesario incrementar la financiación para las obras de renovación térmica, porque, en general, los propietarios de los edificios afectados no pueden afrontar los costes que comportan, y la ayuda estatal resulta insuficiente.

 
  
MPphoto
 
 

  Elisabetta Gardini (PPE), in writing. ‒ I voted in support of this very important report by Mr Gierek. If we wish to move to a more energy efficient and effective society, we must not forget that heating and cooling stands for close to 50% of the EU’s final energy demand. Given this, action from our part in increasing the efficiency and sustainability of heating and cooling in the EU will play a major role in the overall effectiveness of the energy market. Due to the importance of this topic, I think that a modern solution to the financing of research and new methods is needed; this should include a magnitude of actors including EU research instruments such as Horizon 2020 as well as private investors.

 
  
MPphoto
 
 

  Enrico Gasbarra (S&D), per iscritto. ‒ L'Europa ha assunto impegni molto significativi lo scorso anno nella conferenza COP21 sul clima. Per ottenere le riduzioni di consumo e di emissioni, è necessaria una evoluzione profonda dei nostri sistemi energetici, a partire dalle abitudini quotidiane.

Un peso fondamentale nella distribuzione delle emissioni è rappresentato dal riscaldamento e raffreddamento negli edifici, che da soli costituiscono anche un impegno finanziario importante per molte famiglie in Europa. Per raggiungere l'obiettivo fissato a Parigi di una riduzione del consumo energetico del 40 percento sono necessarie azioni straordinarie: chiediamo alla Commissione, nel quadro della annunciata proposta di riforma sull'efficienza energetica degli edifici, di introdurre misure ambiziose e impegnative.

 
  
MPphoto
 
 

  Elena Gentile (S&D), per iscritto. ‒ Ho votato a favore della proposta di risoluzione del Parlamento europeo circa una strategia dell'Unione europea in materia di riscaldamento e raffreddamento perché ritengo che oggi una delle sfide principali per il nostro pianeta passi per la salvaguardia dell'ambiente, sulla riduzione del consumo energetico e sulla sostenibilità delle fonti di approvvigionamento energetico. Se consideriamo che circa il 50 % della domanda finale di energia nell'UE riguarda il riscaldamento e il raffreddamento, è fondamentale che questi settori siano compatibili con gli obiettivi climatici ed energetici dell'UE, che prevedono l'uso totale delle energie rinnovabili entro il 2050. Ritengo che tali obiettivi rappresentino un'ottima base di partenza per iniziare a discutere di una strategia globale seria ed efficace che porti risultati concreti e offra importanti opportunità di lavoro per le imprese e i consumatori in UE. Accolgo con favore infatti la comunicazione della Commissione sulla strategia UE in materia di riscaldamento e raffreddamento che pone in essere una linea olistica volta a dettare le priorità e gli obiettivi. Sostengo, infine, la necessità di sviluppare nuove tecnologie relative alle fonti energetiche rinnovabili, grazie anche a incentivi da parte degli Stati membri e agevolazioni per il ritiro di sistemi obsoleti di riscaldamento.

 
  
MPphoto
 
 

  Arne Gericke (ECR), schriftlich. ‒ Ich habe für den Bericht über die EU-Strategie für die Wärme- und Kälteerzeugung gestimmt. Europa kann Produzenten und Einzelhandel in Europa dazu bewegen, mehr für energiesparsame Produkte zu tun – und hilft damit den Bürgern und Familien europaweit, bares Geld zu sparen. Das unterstütze ich.

 
  
MPphoto
 
 

  Jens Gieseke (PPE), schriftlich. ‒ Eine erneuerte EU-Strategie im Bereich der Wärme- und Kälteerzeugung begrüße ich.

Zurzeit wird die Hälfte der in der EU erzeugten Energie für Wärme- oder Kälteerzeugung genutzt. 18 % dieser Energie wird nur aus erneuerbaren Energiequellen gewonnen, 75 % wird durch fossile Energiequellen erzeugt. Ein Wandel ist daher überfällig. Die vorgeschlagene Steigerung der Energieeffizienz von Gebäuden und die bessere Vernetzung von Elektrizitätssystemen und Fernwärmenetzen stellen einen guten Ansatz dar. Vor allem die Förderung der besseren Nutzung von Abwärme aus der Industrie und Landwirtschaft eröffnet im ländlichen Raum neue Chancen.

 
  
MPphoto
 
 

  Neena Gill (S&D), in writing. ‒ I voted in favour of this report. Heating and cooling accounts for roughly half of the EU’s final energy demand – the report seeks solutions to reduce demand and make the sector more efficient in order to decrease dependence on energy imports, reduce emissions, and bring down costs to consumers, especially those at risk of energy poverty.

 
  
MPphoto
 
 

  Bruno Gollnisch (NI), par écrit. ‒ 40 % de la consommation d’énergie de l’UE est utilisée pour le chauffage et le refroidissement des bâtiments.

Bien que je sois persuadé qu’il s’agit là d’une source importante d’économies d’énergie et sans doute d’économies tout court à long terme, j’ai voté contre ce rapport. Parce que l’enfer est pavé de bonnes intentions, mais aussi de beaucoup des mesures proposées.

Les «chaudières intelligentes», par exemple, font penser aux polémiques suscitées par les compteurs du même nom, notamment autour de problèmes de santé, de protection de la vie privée, de coupures intempestives de courant et sans même l’assurance de vraies économies. L’Allemagne a décidé de s’en passer. C’est un signe. Ou encore le renouvellement préconisé des matériels qui aura forcément un coût important pour les ménages.

Et il y a aussi l’encouragement, voire l’obligation de l’isolation extérieure des bâtiments anciens. Cette obligation existe déjà en droit français, via un décret d’application très controversé de la loi sur la transition énergétique. Elle risque d’entraîner la disparition de nombre de façades pittoresques qui font le charme et la beauté de bien des villes et villages de France. Sans garantie d’efficacité. Ce juteux marché pourrait rapporter 800 millions d’euros aux professionnels. C’est payer cher la laideur.

 
  
MPphoto
 
 

  Tania González Peñas (GUE/NGL), por escrito. ‒ Los sectores de la calefacción y la refrigeración consumen la mitad de la energía (sobre todo de fuente fósiles) en la Unión y, una parte importante de esa energía se pierde por falta de eficiencia. Existe entonces un margen importante de mejora del sector y, por consiguiente, de disminución de la consumición de la energía y de emisión de gases de efecto invernadero.

El informe va en la buena dirección porque propone aumentar la cuota de energía renovable en este ámbito, invertir para mejorar la eficiencia energética mediante la renovación de los edificios, acelerar la modernización de los sistemas de calefacción, descentralizar los sistemas de producción energético, etc.

Si este conjunto de medidas va en la buena dirección, es muy insuficiente para bajar drásticamente las emisiones de gases de efecto invernadero, cambiar en profundidad el sistema energético y cumplir con los objetivos climáticos. Por ello, me he abstenido.

 
  
MPphoto
 
 

  Beata Gosiewska (ECR), na piśmie. ‒ Głosowałam za sprawozdaniem w sprawie strategii UE w zakresie ogrzewania i chłodzenia.

Problematyka grzania i chłodzenia w różnym stopniu dotyczy poszczególnych krajów członkowskich. Zróżnicowane są więc hierarchie istotności poszczególnych działań w tych krajach. Największe rezerwy efektywnościowe w przypadku nowych krajów UE, które przystąpiły do UE po 2004 r., w tym również Polski, tkwią w termomodernizacji budynków, jako najprostszym sposobie efektywnego wykorzystania energii oraz poważnego ograniczenia emisji CO2. Znacznego zwiększenia wymagają środki finansowe na prace termomodernizacyjne całych osiedli, zwłaszcza tych, które zostały wzniesione w technologii wielkiej płyty. Na ten cel z Europejskiego Funduszu Efektywności Energetycznej i Energii Odnawialnej powinno być przeznaczonych co najmniej 25% całości środków. Niezbędna jest również wymiana przestarzałych ciepłowni osiedlowych na wysokosprawne elektrociepłownie. Odmiennym problemem, który aktualnie narasta w europejskich państwach śródziemnomorskich, jest chłodzenie, wiąże się to z procesem stopniowego ocieplania klimatu.

Dużą rolę w rozwiązaniu obu problemów mogą odebrać rozwiązania architektoniczne jak termoizolacja oraz rewersyjne pompy ciepła, ponadto konieczne są intensywne prace badawcze nad nowymi innowacyjnymi rozwiązaniami w tym zakresie.

W mojej ocenie przyjęcie strategii UE w zakresie ogrzewania i chłodzenia jest niezbędne.

 
  
MPphoto
 
 

  Maria Grapini (S&D), în scris. ‒ Am votat acest raport deoarece problema încălzirii și a răcirii este tot mai des adusă în discuție de către statele membre ale UE. Susțin găsirea și folosirea unor soluții arhitecturale inovative și adecvate, precum izolarea termică a clădirilor. Răcirea este o problemă din ce în ce mai îngrijorătoare legată în mod direct de încălzirea treptată a climei. Astfel, consider că, în temeiul Directivei privind eficiența energetică, statele membre ar trebui să elaboreze planuri statale de renovare a clădirilor în vederea transformării acestora în clădiri eficiente din punct de vedere energetic, nu în ultimul rând prin oferirea de stimulente pentru renovarea clădirilor deținute de persoane fizice, și că aceste planuri ar trebui să cuprindă și măsuri specifice pentru cele mai vulnerabile grupuri, pentru a contribui la combaterea sărăciei energetice.

 
  
MPphoto
 
 

  Theresa Griffin (S&D), in writing. ‒ Heating and cooling accounts for roughly half of the EU's final energy demand – I voted in favour of this report which is looking for solutions to reduce demand and make the sector more efficient, in order to decrease dependence on energy imports, reduce emissions, and bring down costs to consumers, especially those at risk of energy poverty.

 
  
MPphoto
 
 

  Françoise Grossetête (PPE), par écrit. ‒ J’ai voté en faveur de ce rapport d’initiative. Nous avons besoin d’une vraie stratégie pour le secteur du chauffage et du refroidissement. Ce secteur représente près de la moitié de la consommation d'énergie en Europe! Il est donc indispensable de prendre des mesures ciblées pour ce secteur et d'encourager vivement les améliorations de l'efficacité énergétique grâce à un meilleur système de chauffage et de refroidissement. Dans le cadre de la directive sur l'efficacité énergétique, les États membres doivent notamment mettre en œuvre sans tarder des plans nationaux de rénovation des bâtiments. Ne perdons pas de temps!

 
  
MPphoto
 
 

  Antanas Guoga (ALDE), in writing. ‒ I voted in favour of the report. There needs to be a substantial increase in the funding for work on the thermal renovation of entire housing estates, especially those built using large-panel system building methods. At least 25% of the European Energy Efficiency and Renewable Energy Fund needs to be set aside for this purpose. This objective must be given high priority, particularly since on the whole the owners of the buildings concerned are unable to meet the costs involved and support from the state is insufficient.

 
  
MPphoto
 
 

  Τάκης Χατζηγεωργίου (GUE/NGL), γραπτώς. ‒ Στην έκθεση υπάρχουν πολλές θετικές προτάσεις όσον αφορά την προώθηση των ανανεώσιμων πηγών ενέργειας, την ανάγκη για καταπολέμηση της ενεργειακής φτώχειας και στήριξη των ευάλωτων ομάδων, την ενίσχυση της χρηματοδότησης για ανακαινίσεις οικισμών καθώς και για τα νοικοκυριά που βρίσκονται εκτός περιοχών με κεντρικά συστήματα θέρμανσης και ψύξης.

Ωστόσο υπάρχει μια προβληματική εκτίμηση που αναφέρεται πως το κλειδί για την καταπολέμηση της ενεργειακής φτώχειας είναι η αύξηση της ενεργειακής απόδοσης για μείωση των συνολικών εξόδων. Η εν λόγω πρόταση επιδιώκει να αποπροσανατολίσει καθώς αποσιωπά την κύρια αιτία της ενεργειακής φτώχειας που είναι οι νεοφιλελεύθερες πολιτικές της σκληρής λιτότητας.

Παρά το γεγονός αυτό υπερψηφίσαμε την έκθεση καταθέτοντας την διαφωνία μας στο πιο πάνω σημείο.

 
  
MPphoto
 
 

  Marian Harkin (ALDE), in writing. ‒ I supported this own initiative report on an EU Strategy on Heating and Cooling and was very happy that it got the majority support of the Parliament. The report sets out key proposals for the Commission to reduce the use of energy in buildings. For example, the report highlights the need for greater improvement in efficiency standards and renovation of old homes. It is striking that private and public buildings account for 40% of final energy use and 36% of CO2 emissions in the EU, with a huge 85% of the energy consumption of buildings used for space and water heating alone. I support the rapporteur in their call for further energy renovations which will lead not only to job creation and investment but it will also help to cut CO2 emissions in the EU. We must do much more to renovate existing housing stocks, which often have very low energy efficiency standards. If we are to achieve this, it is important the European Commission presents an ambitious review of energy efficiency legislation in the coming weeks and takes into consideration the proposals made in this report.

 
  
MPphoto
 
 

  Brian Hayes (PPE), in writing. ‒ I voted in favour as I have no objections.

 
  
MPphoto
 
 

  György Hölvényi (PPE), írásban. ‒ Az Európai Unió teljes földgázfelhasználásának 59%-át, míg kőolajfogyasztásának 12%-át fordítja fűtésre és hűtésre, miközben minden 1%-nyi energiahatékonyságbeli növekedés 2,6%-kal csökkenti a földgázimportot. Az Unió ezért kiemelt figyelmet fordít a fűtési és a hűtési stratégia megalkotásra annak érdekében, hogy el tudja érni a kitűzött klímacélokat, és csökkenteni tudja függőségét az energiahordozók beszállítóitól. Épületeink fűtése és hűtése emészti fel teljes energiafelhasználásunk közel 35%-át, komoly felújítási munkálatokkal viszont ez jelentősen csökkenthető lenne. Továbbra is tetemes a nem megfelelő hatékonyságú, rendes szigetelés nélküli falak, illetve egyrétegű ablakok állománya.

Ennek érdekében jött létre az épületek energiateljesítményéről szóló irányelv, amely kötelező energiahatékonysági minimumkritériumokat szab meg az új beruházások terén. Az ipar esetében szigeteléssel és hatékonyságnöveléssel alacsonyabb kibocsátáscsökkenés érhető el, mivel a megfelelő hőfokra fűtés sokszor szerves része a gyártási folyamatnak. Ennek ellenére cél a folyamatok minél teljesebb dekarbonizációja. Ugyanakkor az igazán magas hőfokon zajló folyamatok esetében nem lehet megoldás a megújulókból termelt árammal való fűtés, tehát fosszilis tüzelőanyagra van szükség. Az Unió kiemelt célja, hogy a létrejövő hőfelesleget – vagy éppen hidegfelesleget – minél jobban tudja hasznosítani. Végezetül fontos kiemelni az LNG-import-terminálok szerepét mint távhűtési forrásokat.

 
  
MPphoto
 
 

  Cătălin Sorin Ivan (S&D), în scris. ‒ Am votat în favoarea acestui raport referitor la o strategie a UE pentru încălzire și răcire a clădirilor în sectoarele rezidențiale și industriale. Acest demers va îmbunătăți performanța și eficiența energetică revizuită a clădirilor care urmează să fie propuse în toamnă.

 
  
MPphoto
 
 

  Ivan Jakovčić (ALDE), napisan. ‒ Glasao sam za Izvješće o strategiji EU-a za grijanje i hlađenje jer smatram da je u državama članicama potreban istinski napredak u transformaciji grijanja i hlađenja koji su dijelovi šireg energetskog sustava.

S obzirom da se gotovo 50 % krajnje potražnje za energijom u EU-u koristi za grijanje i hlađenje, a ti se sektori veoma razlikuju među državama članicama zbog različitih struktura izvora energije, klimatskih uvjeta, stupnjeva učinkovitosti zgrada i intenziteta industrije, treba osigurati fleksibilnost u odabiru odgovarajućih strateških rješenja kako bi se spomenute sustave učinilo učinkovitijima, održivijima i rentabilnijima.

Strategija EU-a za grijanje i hlađenje prioritizira područja djelovanja, te ima cilj postizanja učinkovitog sektora koji povećava energetsku sigurnost i olakšava isplativo postizanje klimatskih i energetskih ciljeva EU-a.

 
  
MPphoto
 
 

  Jean-François Jalkh (ENF), par écrit. ‒ Ce texte prolonge le rapport Pieper voté en juin à Bruxelles sur l’efficacité énergétique. Encourageant le développement des énergies renouvelables, avec un objectif de 100 % pour le chauffage et le refroidissement d’ici 2050, c’est en effet avant tout l’«efficacité énergétique» qu’il préconise, c’est-à-dire les économies d’énergie considérées comme «premier combustible» (considérant A). Pour ce faire, en plus d’encourager la géothermie, la production de biométhane (explicitement aux paragraphes 52 et 100) et plus généralement «l’utilisation prioritaire de matières premières locales» (93), mais aussi d’insister sur la récupération de la chaleur industrielle, le rapport recommande surtout des «solutions architecturales appropriées».

Ces recommandations sont mêlées à l'aspect très démagogique de «lutte contre la pauvreté énergétique».

Des règles trop contraignantes feront peser un risque important sur notre patrimoine (au sens large), d’autant plus grand que la tendance actuelle en France est de donner toujours plus de pouvoir décisionnaire aux édiles locaux, qui n’ont généralement pas les compétences requises et qui peuvent difficilement résister aux diverses pressions (en particulier du BTP), au détriment des architectes des bâtiments de France. J'ai voté contre ce texte.

 
  
MPphoto
 
 

  Petr Ježek (ALDE), písemně. ‒ Hlasoval jsem pro tuto novou strategii, protože chlazení a vytápění představuje největší část poptávky po energetických službách v EU a zvýšení efektivity v jejich využívání je zásadní k tomu, abychom snížili náklady s nimi spojené a zároveň docílili snížení emisí CO2 a zlepšili zabezpečení dodávky energie. Jedním z klíčových kroků této strategie je finančně podpořit vlastníky budov k tomu, aby provedli širokosáhlou tepelnou renovaci budov. Tato strategie je tedy nejenom příznivá pro tyto vlastníky, ale i jejich nájemníky a v neposlední řadě také životní prostředí.

 
  
MPphoto
 
 

  Marc Joulaud (PPE), par écrit. ‒ J’ai voté en faveur du rapport Gierek pour une stratégie de l’UE en matière de chauffage et de refroidissement. Le texte appelle à une stratégie plus ciblée en encourageant les initiatives locales en matière énergétique. Mon vote a été encouragé par l’approche locale du texte, mettant l’accent sur l’efficacité énergétique et soulignant l’importance de la recherche et de l’innovation sur le territoire européen.

Ce rapport a été adopté à une large majorité, ce dont je me félicite.

 
  
MPphoto
 
 

  Josu Juaristi Abaunz (GUE/NGL), in writing. ‒ Heating and cooling consume half of the EU's energy and much of it is wasted. Although the heating and cooling sector is moving to clean low carbon energy, 75% of the fuel it uses still comes from fossil fuels, while overall renewable energy accounts for 18% of primary energy consumption in the heating and cooling sector and there is a significant potential to increase its share.

In the new strategy, the Commission, and this report, aim to address five key areas: making it easier to renovate buildings; integrating electricity systems with heating and cooling systems; increasing the share of renewables used in heating and cooling; recovering wasted energy from industry; and getting consumers and industry involved in the process.

EH Bildu does agree on those points, but regrets the role and according to the report potential given to Waste to Energy. In EH Bildu we oppose the incineration of recyclable materials as it poses a risk to the environment and to human health, as dioxins, the highly toxic chemicals produced by waste incineration and industrial processes have shown to be lingering in the bodies of people all over the planet, and have been identified as the cause of many cancers.

 
  
MPphoto
 
 

  Philippe Juvin (PPE), par écrit. ‒ J’ai voté en faveur du rapport GIEREK sur une stratégie de l'Union européenne en matière de chauffage et de refroidissement, qui appelle à une stratégie plus ciblée concernant ce secteur qui représente 50 % de la consommation énergétique de l'Union, les énergies renouvelables ne représentant que 18 % de cette consommation, contre 75 % pour les combustibles fossiles.

Il s’agit là d’une des priorités de l'Union de l'énergie.

 
  
MPphoto
 
 

  Εύα Καϊλή (S&D), γραπτώς. ‒ Υπερψήφισα την έκθεση του συναδέλφου Gierek. Το ζήτημα της θέρμανσης και ψύξης είναι πιο επίκαιρο σε ορισμένα κράτη μέλη από ό,τι σε άλλα. Αυτό σημαίνει, επίσης, ότι υπάρχουν διαφορές όσον αφορά τη σειρά προτεραιότητας που υπάρχει από την άποψη της δράσης που πρέπει να αναληφθεί στις χώρες αυτές. Έμφαση πρέπει επίσης να δοθεί στις μεγαλύτερες ευκαιρίες για αύξηση της απόδοσης που πρέπει να υπάρξουν στις νέες χώρες που προσχώρησαν στην ΕΕ μετά το 2004 στη θερμική ανακαίνιση των κτιρίων. Είναι ο απλούστερος τρόπος για να εξασφαλιστεί ότι η ενέργεια χρησιμοποιείται πιο αποτελεσματικά και για την επίτευξη σημαντικής μείωσης των εκπομπών CO2. Eπίσης, η ηλιακή ακτινοβολία αποτελεί μια σημαντική πηγή θερμότητας που δεν έχει ακόμη αξιοποιηθεί επαρκώς. Μπορεί να αξιοποιηθεί με τη χρήση πάνελ που θερμαίνουν νερό ή παράγουν ηλεκτρική ενέργεια και η χώρα μου η Ελλάδα έχει συγκριτικά πολύ περισσότερες δυνατότητες ανάπτυξης της ηλιακής ενέργειας.

 
  
MPphoto
 
 

  Barbara Kappel (ENF), schriftlich. ‒ Der Bericht beinhaltet einige sehr innovative Ideen, um den Energieaufwand für Wärme- und Kälteerzeugung nachhaltiger zu gestalten. Doch schießt er in manchen Punkten über das Ziel hinaus, was die Gefahr birgt, dass in die Heiz- und Kühlungsgewohnheiten der Bürger hineinreguliert werden könnte. Dazu gehören erzwungene Maßnahmen bei Gebäuden in ländlichen Gebieten, die Abschaffung von gewissen Kategorien von Öfen oder die Forderung nach flächendeckender Fernwärme. Ich enthalte mich daher zu dem vorliegenden Bericht.

 
  
MPphoto
 
 

  Afzal Khan (S&D), in writing. ‒ I voted in favour of this report which is looking for solutions to reduce demand and make the sector more efficient, in order to decrease dependence on energy imports, reduce emissions, and bring down costs to consumers, especially those at risk of energy poverty.

 
  
MPphoto
 
 

  Kateřina Konečná (GUE/NGL), písemně. ‒ Dne 13. září 2016 jsme na plenárním zasedání Evropského parlamentu ve Štrasburku hlasovali o zprávě o strategii EU pro vytápění a chlazení. K dílčí zprávě výboru ENVI k tomuto dokumentu, za který byl však primárně odpovědný výbor ITRE, jsem byla stínovou zpravodajkou. Proto jsem další osud toho dokumentu sledovala velmi pozorně. Problematika vytápění je zejména v regionu, ze kterého pocházím, klíčovým faktorem pro zajištění čistoty ovzduší. Vytápění a chlazení spotřebuje polovinu celkové vygenerované energie EU a hodně z toho je zbytečně vyplýtváno. Z nové strategie představené Komisí jsou pro mě osobně nejdůležitější a klíčové tyto oblasti, na které se EU hodlá v dalších letech soustředit: usnadnění renovace a rekonstrukce budov; integrace elektrických systémů se systémy vytápění a chlazení do jednoho funkčního celku a intenzivnější využívání odpadního tepla a chladu, které produkuje průmysl. Co však považuji za největší pozitivum této zprávy je to, že zpravodaj pochopil také lokální charakter a potenciál vytápění a chlazení a ve zprávě přímo uvedl, že více decentralizované a flexibilní energetické systémy se zdroji energie a tepla umístěnými blíže k sobě i místu spotřeby mohou usnadnit a zefektivnit celkovou výrobu energie. Z těchto důvodů jsem zprávu ráda podpořila.

 
  
MPphoto
 
 

  Ádám Kósa (PPE), írásban. ‒ Az Európai Unió a teljes földgáz-felhasználásának 59%-át, míg a kőolajfogyasztásának a 12%-át fordítja fűtésre és hűtésre, miközben minden 1%-nyi energiahatékonyságbeli növekedés 2,6%-kal csökkenti a földgázimportot. Az Unió ezért kiemelt figyelmet fordít a fűtés és a hűtési stratégia megalkotásra, annak érdekében, hogy el tudja érni a kitűzött klímacélokat és csökkenteni tudja a függőségét az energiahordozók beszállítóitól. Épületeink fűtése és hűtése emészti fel a teljes energiafelhasználásunk közel 35%-át, komoly felújítási munkálatokkal viszont ez jelentősen csökkenthető lenne. Továbbra is tetemes a nem megfelelő hatékonyságú, rendes szigetelés nélküli falak, illetve egyrétegű ablakok állománya. Ennek érdekében jött létre az épületek energiateljesítményéről szóló irányelv, amely kötelező minimum energiahatékonysági kritériumokat szab meg az új beruházások terén.

Az ipar esetében szigeteléssel és hatékonyságnöveléssel alacsonyabb kibocsátáscsökkenés érhető el, mivel a megfelelő hőfokra fűtés sokszor szerves része a gyártási folyamatnak. Ennek ellenére cél a folyamatok minél teljesebb dekarbonizációja. Ugyanakkor, az igazán magas hőfokon zajló folyamatok esetében nem lehet megoldás a megújulókból termelt árammal való fűtés, tehát fosszilis tüzelőanyagra van szükség. Az Unió kiemelt célja, hogy a létrejövő hőfelesleget – vagy éppen hidegfelesleget – minél jobban tudja hasznosítani. Végezetül, fontos kiemelni az LNG-import terminálok szerepét, mint távhűtési forrásokat.

 
  
MPphoto
 
 

  Андрей Ковачев (PPE), в писмена форма. ‒ Дадох гласа си в подкрепа на доклада относно „Стратегията на ЕС в сферата на отоплението и охлаждането“ и споделям тезата за необходимост от значително увеличение на финансирането за дейностите за топлинно саниране на цели жилищни комплекси, особено тези, построени с използването на едропанелни системи като строителни методи. Повече средства от Европейския фонд за енергийна ефективност и възобновяема енергия трябва да бъдат заделени за тази цел. Тя трябва да се превърне в приоритет, особено с оглед на факта, че като цяло собствениците на съответните сгради не могат да поемат свързаните с това разходи, а подпомагането от националната държава е недостатъчно.

Следва да се акцентира и върху факта, че най-големи възможности за повишаване на ефективността в новите държави, присъединили се към ЕС след 2004 г., предлага именно топлинното саниране на сградите. Това е добър начин да се гарантира, че енергията се използва по-ефикасно и да се постигне значително намаляване на емисиите на CO2. Остарелите топлоелектрически централи в жилищните комплекси трябва да бъдат заменени с малки, високоефективни топло- и електроцентрали.

 
  
MPphoto
 
 

  Giovanni La Via (PPE), per iscritto. – Tra le priorità dell'Unione europea, la Commissione ha progettato la prima strategia che mira a supportare l'uso corretto e moderato dell'energia e del combustibile fossile in un settore specifico, quale quello del riscaldamento e raffreddamento. Esso è il più diffuso tra gli utilizzi del consumo energetico, occupandone il 50 %, di cui solo il 18 % sono rinnovabili e 75 % carbone fossile. Tale strategia, quindi, vuole ottimizzare l'efficienza energetica, aumentare l'uso dell'energia rinnovabile, e incoraggiare il riutilizzo degli scarti energetici di riscaldamento e raffreddamento delle industrie. A livello pratico, si chiede agli Stati membri di eliminare tutti gli impianti obsoleti per il riscaldamento e promuovere una fase di smaltimento dei caminetti a legna inefficienti. Infine, si sottolinea l'importanza della ricerca e dell'innovazione tecnologica, e l'accesso ai fondi d'investimento destinati alla modernizzazione del settore di riscaldamento e raffreddamento.

 
  
MPphoto
 
 

  Gilles Lebreton (ENF), par écrit. ‒ J’ai voté contre ce rapport car la France n’a pas besoin des recommandations de l’UE pour définir sa politique énergétique.

 
  
MPphoto
 
 

  Marine Le Pen (ENF), par écrit. ‒ J’ai voté contre le rapport sur la stratégie de l'UE en matière de chauffage et de refroidissement. Malgré certaines bonnes mesures proposées, la France n’a pas besoin des recommandations de l’Union européenne pour définir sa politique énergétique, en l’occurrence en matière de chauffage et de refroidissement. Les problématiques de l’Europe centrale, aux installations souvent vétustes et/ou très polluantes (en particulier en Pologne, pays du rapporteur), ne sont pas les mêmes que celles qui se posent chez nous, et l’interprétation du texte pourrait bien se faire contre nos intérêts (en imposant de lourdes contraintes aux particuliers... et en accélérant la défiguration ou la destruction pure et simple de notre patrimoine).

 
  
MPphoto
 
 

  Philippe Loiseau (ENF), par écrit. ‒ Encourageant le développement des énergies renouvelables, c’est avant tout l’«efficacité énergétique» que le rapport préconise. D’ailleurs, ces appels incessants à l’efficacité énergétique peuvent être considérés comme une forme d’«austérité énergétique».

De plus, il est à craindre que ce texte serve certains intérêts du BTP, au détriment de notre patrimoine. Ce risque qui pèse sur notre patrimoine (au sens large) est d’autant plus grand que la tendance actuelle en France est de donner toujours plus de pouvoir décisionnaire aux exécutifs locaux, qui n’ont généralement pas les compétences requises et qui peuvent difficilement résister aux diverses pressions (en particulier du BTP), au détriment des architectes des bâtiments de France. De manière générale, malgré certaines bonnes mesures proposées, la France n’a pas besoin des recommandations de l’UE pour définir sa politique énergétique, en l’occurrence en matière de chauffage et de refroidissement. La problématique de l’Europe centrale n’est en outre pas la même qu’en Europe occidentale et l’interprétation du texte peut se faire au détriment de l’intérêt des Français. Pour l’ensemble de ces raisons, j’ai voté contre ce rapport.

 
  
MPphoto
 
 

  Javi López (S&D), por escrito. ‒ He votado a favor de este informe porque es necesaria una estrategia de la Unión en el ámbito de la calefacción y refrigeración. Es importante mejorar la eficiencia en este ámbito, con el fin de reducir la dependencia energética, las emisiones y los costes para los consumidores, en especial, aquellos en riesgo de pobreza energética.

Se trata de garantizar que la energía se utiliza de una manera más eficiente y conseguir reducciones significativas de las emisiones de CO2. Si bien existen diferencias en el orden de prioridades que tienen los Estados miembros en cuanto a las acciones que deben adoptarse en este ámbito.

Entre las medidas a adoptar, cabe referir que es necesario un incremento sustancial de la financiación para las obras de renovación térmica de urbanizaciones completas. Por lo menos el 25 % del fondo europeo para eficiencia energética y la energía renovable debe reservarse para este fin. Asimismo, es necesario sustituir las centrales termoeléctricas obsoletas de las urbanizaciones, por eficientes centrales de cogeneración combinada de calor y electricidad.

Por otra parte, en los países mediterráneos, la refrigeración es un motivo de preocupación. Las soluciones arquitectónicas adecuadas, el aislamiento y las bombas de calor reversibles pueden tener un papel importante para resolver este problema.

 
  
MPphoto
 
 

  Paloma López Bermejo (GUE/NGL), por escrito. ‒ He votado a favor del presente informe, debido a que el desarrollo de una estrategia europea en este ámbito, supone una herramienta necesaria para la reducción de emisiones. El sector del calentamiento y enfriamiento, supone uno de los principales emisores de carbono en la Unión, plantear una estrategia a nivel europeo es un primer paso para corregir los problemas que supone la asignación de recursos a través de mecanismos de mercado. El informe incluye un apoyo explícito al uso de las energías renovables en este sector, así como, la mejora de la eficiencia energética de los edificios, mecanismos de calefacción colectiva, etc. El texto supone un apoyo al desarrollo de tecnologías más sostenibles y a la reducción de emisiones en este sector. Es por todo esto por lo que he decidido votar a favor del presente informe.

 
  
MPphoto
 
 

  Antonio López-Istúriz White (PPE), por escrito. ‒ Este informe hace hincapié en lograr garantizar que la energía se utilice de una manera más eficiente y conseguir reducciones significativas de las emisiones de CO2.

Para conseguirlo es necesario un incremento sustancial de la financiación para las obras de renovación térmica y sustituir lo antes posible las centrales termoeléctricas obsoletas de las urbanizaciones, por eficientes centrales de cogeneración combinada de calor y electricidad.

La refrigeración es un motivo de preocupación y está vinculada al calentamiento gradual del clima. Por ello las soluciones arquitectónicas, el aislamiento y las bombas de calor reversibles que propone este informe, pueden tener un papel importante para resolver este problema.

Teniendo esto presente, considero que es vital seguir investigando con el fin de desarrollar soluciones nuevas e innovadoras.

Por todo lo anteriormente descrito, doy mi voto positivo para la aprobación de este informe.

 
  
MPphoto
 
 

  Mairead McGuinness (PPE), in writing. ‒ Heating and cooling represents 50% of the EU’s energy consumption. I support this report that aims to include more renewable energy sources and to encourage reuse of waste heat.

 
  
MPphoto
 
 

  Petr Mach (EFDD), písemně. ‒ Hlasoval jsem proti. Zpráva obsahuje nesmyslná provolání, jako např., „že je nezbytný systémový přístup k chlazení, a to jak pokud jde o budovy, tak i přepravu chlazeného zboží.“ Chlazení ať si řeší ve svých chladicích autech i doma každý podle sebe. Zpráva také volá po zavádění nových dotací na podporu obnovitelných zdrojů, s čímž nesouhlasím.

 
  
MPphoto
 
 

  Andrejs Mamikins (S&D), in writing. ‒ This strategy provides a framework for integrating efficient heating and cooling into EU energy policies. I support the opinion that we have to ensure that a share of energy efficiency funding has to be dedicated to improvements for energy-poor households, to work with stakeholders, to raise consumer awareness of household energy efficiency aspects and to stimulate the take-up of the recommendations of company energy audits.

 
  
MPphoto
 
 

  Vladimír Maňka (S&D), písomne ‒ Cieľom Únie v oblasti energetiky a klímy do roku 2050 je využitie 100 % energie z obnoviteľných zdrojov. Pritom až 50 % súčasnej konečnej spotreby energie v EÚ sa využíva pri vykurovaní a chladení, z toho 80 % sa využíva v budovách. Ciele Únie je tak možné dosiahnuť len ak znížime spotrebu energie a dôsledne budeme uplatňovať zásadu energetickej efektívnosti. Moje pracovné skúsenosti ma utvrdzujú v tom, že najlepším spôsobom znižovania energetickej náročnosti v tejto oblasti je zatepľovanie budov. Je preto nutné zvýšiť objem finančných prostriedkov na zatepľovanie obytných budov a komplexov, ale aj na využívanie inovačných spôsobov získavania potrebnej energie.

 
  
MPphoto
 
 

  Νότης Μαριάς (ECR), γραπτώς. ‒ Αναφερόμενος στους λόγους που επεσήμανα αναλυτικά στην ομιλία μου στην Ολομέλεια του Ευρωπαϊκού Κοινοβουλίου στο Στρασβούργο στις 12/9/2016 απείχα κατά την ψηφοφορία της έκθεσης σχετικά με μια στρατηγική της ΕΕ για τη θέρμανση και την ψύξη.

 
  
MPphoto
 
 

  Marian-Jean Marinescu (PPE), în scris. – Am votat pentru raportul referitor la o strategie a UE pentru încălzire și răcire, în care am reiterat importanța dezvoltării unor sisteme UE care să furnizeze stimulente pentru reabilitarea eficientă din punct de vedere energetic a clădirilor publice, locuințelor personale și locuințelor sociale, precum și pentru construirea de clădiri ecologice. În același raport am subliniat necesitatea utilizării fondurilor structurale pentru modernizarea sistemului de construcții, în special sub formă de credite preferențiale, ceea ce ar facilita o modernizare extrem de necesară a clădirilor existente, mai ales în părțile mai puțin dezvoltate ale UE.

Cantitatea de căldură produsă din procesele industriale și comerciale pierdută în aer sau în apă ar putea acoperi în întregime necesarul de căldură în clădirile rezidențiale europene. UE trebuie să găsească o soluție tehnologică și un cadru legal viabil care să recupereze această pierdere energetică.

Statele membre trebuie să grăbească implementarea Directivei privind eficiența energetică, stimularea eficientizării clădirilor din punct de vedere energetic fiind un punct esențial care ar contribui la ameliorarea gospodăriilor afectate de sărăcie energetică. Planurile statale de renovare a clădirilor trebuie să prevadă măsuri de ajutorare pentru persoanele care locuiesc în zonele cele mai defavorizate și pentru grupurile vulnerabile care se confruntă cu sărăcia energetică.

 
  
MPphoto
 
 

  Dominique Martin (ENF), par écrit. ‒ J’ai voté contre la résolution.

Ce texte prolonge le rapport Pieper voté en juin à Bruxelles sur l’efficacité énergétique. L’objectif affiché est d’atteindre 100 % d’énergies renouvelables. Malgré cet objectif en apparence louable, on redoute une forme d’austérité énergétique imposée aux peuples européens. En outre, ce texte fait courir un risque important à notre patrimoine, en préconisant une amélioration de leurs performances énergétiques au détriment de la préservation de leur valeur patrimoniale.

 
  
MPphoto
 
 

  Jiří Maštálka (GUE/NGL), písemně. ‒ Problematika vytápění a chlazení představuje velký problém. Celá řada budov v EU stejně jako v ČR je zastaralá a při vytápění z nich teplo uniká. Dochází tak k plýtvání energií, přitom se řada občanů EU potýká s energetickou chudobou. Ve zprávě vyzýváme Komisi, aby předložila strategii boje s plýtváním energií. Je nutné investovat do výzkumu a vývoje nových spořivějších technik vytápění tak, aby se zamezilo zbytečným ztrátám, což by ve výsledku mohlo vést i ke snížení cen pro koncového spotřebitele. Zprávu jsem při hlasování podpořil.

 
  
MPphoto
 
 

  Marisa Matias (GUE/NGL), por escrito. ‒ Considero muito importante que este relatório fale sobre a redução, ainda que gradual, mas significativa, do uso de combustíveis fósseis, pois acredito que devemos caminhar para uma utilização mais inteligente e sustentável dos recursos, nomeadamente o aumento da utilização das energias renováveis.

Todavia este relatório faz referência à produção de energia a partir de resíduos (incineradoras) com a qual eu não concordo, razão pela qual me abstive.

 
  
MPphoto
 
 

  Gabriel Mato (PPE), por escrito. ‒ La Estrategia de la Unión relativa a la calefacción y la refrigeración constituye un importante paso hacia un enfoque integral para la transformación de la calefacción y la refrigeración en la Unión y la identificación de los ámbitos de acción prioritarios.

Por esa razón, en este Parlamento hemos aprobado la propuesta que apoya plenamente la intención de la Comisión de reconocer y aprovechar las sinergias entre los sectores de la calefacción y la electricidad, con objeto de lograr un sector eficiente que aumente la seguridad energética y facilite la consecución de los objetivos de la Unión en materia de clima y energía de una forma rentable.

Además, pedimos a la Comisión que considere los sectores de la calefacción y la refrigeración parte de la configuración del mercado europeo de la energía.

 
  
MPphoto
 
 

  Κώστας Μαυρίδης (S&D), γραπτώς. ‒ Το ζήτημα της θέρμανσης και της ψύξης είναι πιο επίκαιρο σε ορισμένα κράτη μέλη σε σύγκριση με κάποια άλλα. Ιδιαίτερα στις χώρες της Μεσογείου η ψύξη είναι ένα θέμα που θα πρέπει να μας ανησυχήσει αφού είναι άμεσα συνδεδεμένο με την σταδιακή κλιματική αύξηση της θερμοκρασίας. Για την επίλυση του προβλήματος θα μπορούσαν να διαδραματίσουν σημαντικό ρόλο λύσεις όπως είναι η κατάλληλη αρχιτεκτονική των κτιρίων και η μόνωση αλλά και οι αντιστρέψιμες αντλίες θερμότητας. Υπερψηφίζω τη στρατηγική της ΕΕ για τη θέρμανση και τη ψύξη γιατί είναι αναπόσπαστο μέρος της στρατηγικής για την Ενεργειακή Ένωση και για την επίτευξη των στόχων της ΕΕ για την ενέργεια και το κλίμα ως το 2020, 2030 και 2050. Επίσης, θα πρέπει να τονιστεί ότι η ποσότητα θερμότητας η οποία παράγεται από τις διάφορες βιομηχανίες είναι αρκετή ώστε να μπορεί να καλύψει όλες τι ανάγκες θέρμανσης των οικιστικών κτιρίων. Επιπλέον, υπερθεματίζω την στρατηγική της ΕΕ για τη θέρμανση και τη ψύξη αφού παρέχει σημαντικές ευκαιρίες σε επιχειρήσεις αλλά και καταναλωτές της ΕΕ αν εφαρμοστεί σωστά. Οι καταναλωτές θα πρέπει να είναι στο επίκεντρο αυτής της στρατηγικής μέσω της χρήσης σύγχρονων τεχνολογιών και καινοτόμων λύσεων.

 
  
MPphoto
 
 

  Georg Mayer (ENF), schriftlich. ‒ Dieser Bericht hat positive Ansätze, da er die mangelnde Energieeffizienz richtig diagnostiziert. Dieses Problem kann jedoch nicht durch das Regulieren von Heizgewohnheiten gelöst werden. Somit enthalte ich mich meiner Stimme.

 
  
MPphoto
 
 

  Valentinas Mazuronis (ALDE), raštu. ‒ Pritariu EP parengtam pranešimui, nes jame siūloma gerokai padidinti finansavimą, skirtą darbui, susijusiam su ištisų gyvenviečių, ypatingai pastatytų naudojant stambiaplokštes konstrukcijas, šilumine renovacija. Šiam tikslui raginama skirti ne mažiau kaip 25 proc. Europos Energijos vartojimo efektyvumo ir atsinaujinančiosios energijos fondo lėšų. Šis tikslas turi būti laikomas svarbiu prioritetu, nes tokių pastatų savininkai negali padengti susijusių sąnaudų, o valstybės parama nėra pakankama.

Taip pat pritariu pranešimo nuostatoms, jog gyvenvietėse veikiančios pasenusios katilinės turi būti kuo greičiau pakeistos mažomis, bet labai efektyviomis kogeneracinėmis jėgainėmis.

 
  
MPphoto
 
 

  Jean-Luc Mélenchon (GUE/NGL), par écrit. ‒ Le gaz demeure la principale source d'énergie pour le chauffage et le refroidissement des foyers, bâtiments publics et industriels. Si ce rapport a à cœur de promouvoir les énergies renouvelables, il souligne en premier lieu que 75 % du parc immobilier existant est inefficace sur le plan énergétique. Et ce sont les habitations rurales ou les foyers modestes qui sont en premier lieu touchés par des factures faramineuses. En conséquence, le rapport invite la Commission à planifier les aides aux consommateurs les plus vulnérables sur les fonds européens et à supprimer progressivement les subventions aux combustibles fossiles. Il souligne le potentiel de la réhabilitation de ces logements en termes de création d’emplois locaux non délocalisables dans le secteur de l’isolation et du bâtiment. Il pousse au développement et à la recherche (sans référence au secteur privé) de méthodes alternatives propres, comme la géothermie. Mais, malgré une analyse intéressante devant permettre logiquement une planification stratégique générale et efficace, il reste dans la logique d’un nouveau marché des produits et services d’efficacité énergétique, ou encore le soutien du système de quotas d’émission de l’Union. Encore et toujours la métaphysique du marché. Je suis donc contraint de m’abstenir.

 
  
MPphoto
 
 

  Joëlle Mélin (ENF), par écrit. ‒ Encourageant le développement des énergies renouvelables, c’est avant tout l’«efficacité énergétique» que le rapport préconise. D’ailleurs, ces appels incessants à l’efficacité énergétique peuvent être considérés comme une forme d’«austérité énergétique». De plus, il est à craindre que ce texte serve certains intérêts du BTP au détriment de notre patrimoine. Ce risque qui pèse sur notre patrimoine (au sens large) est d’autant plus grand que la tendance actuelle en France est de donner toujours plus de pouvoir décisionnaire aux exécutifs locaux, qui n’ont généralement pas les compétences requises et qui peuvent difficilement résister aux diverses pressions (en particulier du BTP), au détriment des architectes des bâtiments de France. De manière générale, malgré certaines bonnes mesures proposées, la France n’a pas besoin des recommandations de l’UE pour définir sa politique énergétique, en l’occurrence en matière de chauffage et de refroidissement. La problématique de l’Europe centrale n’est en outre pas la même qu’en Europe occidentale et l’interprétation du texte peut se faire au détriment de l’intérêt des Français. C’est pour l’ensemble de ces raisons que j’ai voté contre ce rapport.

 
  
MPphoto
 
 

  Nuno Melo (PPE), por escrito. ‒ São necessários esforços adicionais para reduzir as necessidades de aquecimento dos edifícios e para substituir as necessidades remanescentes de combustíveis fósseis importados, utilizados em caldeiras individuais, por opções de aquecimento e refrigeração sustentáveis, em consonância com os objetivos da União para 2050.

Os edifícios representam uma enorme percentagem do consumo final total de energia, e o aumento da eficiência energética dos edifícios e os programas de resposta através da procura podem desempenhar um papel central no equilíbrio entre a procura de energia e a cobertura das necessidades em períodos de pico da procura, permitindo uma redução da sobrecapacidade e uma diminuição dos custos de produção, de funcionamento e de transporte.

A estratégia para o aquecimento e a refrigeração deve dar prioridade a soluções sustentáveis e com uma boa relação custo-eficácia, que permitam aos Estados-Membros alcançar as metas da União em matéria de política climática e energética. Daí o meu voto favorável.

 
  
MPphoto
 
 

  Roberta Metsola (PPE), in writing. ‒ I voted in favour of this report as it is essential that cooling is given the same level of importance as heating, especially as our summers are becoming warmer each year. The report also consistently highlights the need to tackle CO2 emissions and the importance of green technologies in the areas of heating and cooling, as they make up the major share of the Union’s energy demand.

 
  
MPphoto
 
 

  Louis Michel (ALDE), schriftelijk. – De helft van de eindvraag naar energie in de EU wordt nog steeds gebruikt voor verwarming. 80 procent daarvan is bestemd voor het verwarmen of koelen van gebouwen. Tegelijk stoten onze gebouwen 13 procent van alle CO2-emissies in Europa uit. Dit komt omdat het aandeel uit fossiele brandstoffen voor koeling en verwarming van gebouwen nog steeds 75 procent bedraagt. Dit zijn verontrustende cijfers. Zulke slechte cijfers hebben een voordeel. Als we nu handelen, kunnen we op zeer korte termijn enorme resultaten boeken inzake de beperking van CO2-uitstoot. In de eerste plaats door dringend werk te maken van de renovatie en isolatie van oude gebouwen. Isoleren blijft de snelste weg naar energie-efficiëntie en – mooi meegenomen – renovatie- en isolatieprojecten geven een boost aan onze economie en tewerkstelling. Daarnaast moet het aandeel aan hernieuwbare en teruggewonnen energie worden vergroot. In de industrie gaat nog te veel warmte verloren in de atmosfeer. Die energie kan opgevangen en voor de verwarming van woningen ingezet worden. Daarom steun ik de voorstellen om plaatselijke besturen en particulieren via de bestaande structuur- en investeringsfondsen te ondersteunen bij de intelligente modernisering van de energiesystemen van openbare gebouwen, woonwijken en privéwoningen.

 
  
MPphoto
 
 

  Miroslav Mikolášik (PPE), písomne – Až 50 % konečnej spotreby energie v rámci EÚ ide na vykurovanie a chladenie, pričom až 75 % použitých palív v EÚ má fosílny pôvod a iba 18 % dodávok primárnej energie na vykurovanie a chladenie pochádza z obnoviteľných zdrojov. Riešenie rastúceho využívania energie, najmä však fosílnych palív, je aj jedným z cieľov energetickej únie EÚ. Stratégia Európskej únie týkajúca sa vykurovania a chladenia má za cieľ zvýšiť energetickú efektívnosť budov modernizáciou ich zastaraných vykurovacích systémov, renováciou a zabezpečením tepelnej inovácie. Zlepšenie väzieb medzi elektrickými systémami a diaľkovým centrálnym vykurovaním by pomohlo k väčšiemu využívaniu obnoviteľných zdrojov. Dôraz je kladený na trvalo udržateľné vykurovanie a chladenie. Ďalšími nástrojmi sú vedecký výskum, technická inovácia, modernizácia európskeho priemyslu, ako aj potreba zriadenia atraktívneho finančného systému, ktorý by podporoval nové technológie pre vykurovanie domácností s použitím obnoviteľných zdrojov. Za správu hlasujem kladne.

 
  
MPphoto
 
 

  Marlene Mizzi (S&D), in writing. ‒ Heating and cooling accounts for roughly half of the EU’s final energy demand - which is why it is so important to reduce demand and make the sector more efficient, in order to reduce dependence on energy imports, reduce emissions, and bring down costs to consumers, especially those at risk of energy poverty. That is why I have voted in favour of the report.

 
  
MPphoto
 
 

  Sorin Moisă (S&D), in writing. ‒ I welcome the Commission’s strategy and fully support Parliament’s report on the EU strategy on heating and cooling that seeks to improve our citizens’ comfort and progressively decrease their energy bill. The Parliament sent through this report a strong political signal to the Commission to accelerate investments in the right direction and equally challenge the industry to find innovative retrofitting technologies.

 
  
MPphoto
 
 

  Csaba Molnár (S&D), írásban. ‒ A Bizottság ez év február 16-án tette közzé „Az Európai Unió hőtechnikai stratégiája” című közleményét. Az Ipari, Kutatási és Energiaügyi Bizottság közleménnyel kapcsolatos állásfoglalás-tervezete alapvetően három kérdésre koncentrál. Megállapítja, hogy az Unióhoz 2004 után csatlakozott országokban az épületek termikus felújítása a legegyszerűbb mód annak biztosítására, hogy az energiát hatékonyabban használják fel, és jelentősen csökkentsék a szén-dioxid-kibocsátásokat. Ennek érdekében pénzügyi lépéseket is sürget.

Rámutat arra, hogy Európa földközi-tengeri országaiban a fokozatos felmelegedésnek köszönhetően a hűtés jelenti a legnagyobb problémát, aminek megoldásában a megfelelő építészeti megoldások, a szigetelés, valamint a melegben hőt elvonó, hidegben viszont hőt beengedő reverzibilis hőszivattyúk jelenthetik a megoldást. Kitér végül a napsugárzára, ami jelentős hőforrás, de melynek kellő kihasználása – olyan elemek segítségével, amelyek vizet melegítenek, vagy villamos áramot termelnek – még várat magára. Az állásfoglalás-tervezetet megszavaztam.

 
  
MPphoto
 
 

  Bernard Monot (ENF), par écrit. ‒ Ce texte prolonge le rapport Pieper voté en juin à Bruxelles sur l’efficacité énergétique. Il encourage le développement des énergies renouvelables, avec un objectif de 100 % pour le chauffage et le refroidissement d’ici 2050. Il est à craindre que ce texte serve certains intérêts du BTP au détriment de notre patrimoine. L’efficacité énergétique ne doit pas être l’éternel alibi des lobbys du BTP pour détruire notre cadre de vie, notamment le bâti ancien, rural et historique, trop souvent négligé au profit du chiffre d’affaires des grandes enseignes du bâtiment.

 
  
MPphoto
 
 

  Cláudia Monteiro de Aguiar (PPE), por escrito. ‒ A crescente dependência, nos últimos anos, em relação às importações de petróleo e de gás, a falta de diversificação, o elevado preço da energia, o aumento da procura de energia, os riscos de segurança para os países produtores, a luta contra as alterações climáticas, o lento processo em matéria de eficiência energética e as quotas das energias renováveis tornaram-se os grandes desafios no domínio da Europa da energia.

A 15 de julho de 2015, a Comissão Europeia publicou uma série de documentos alusivos ao mercado interno europeu, com três objetivos políticos para o futuro mercado de eletricidade: criar um mercado de eletricidade à escala da UE, criar uma abordagem europeia para a segurança do aprovisionamento de energia e reforçar a cooperação regional no setor da energia.

Subscrevo a posição do relator, que defende que uma melhor integração e coordenação dos mercados da energia encerra múltiplas oportunidades para alcançar os objetivos europeus comuns de um aprovisionamento energético seguro, sustentável e a preços acessíveis.

Destaco a importância desta abordagem à escala da UE, uma vez que os preços de energia aceitáveis e a segurança do aprovisionamento são essenciais para o nível de vida dos agregados familiares, assim como para a segurança do emprego nas empresas.

 
  
MPphoto
 
 

  Sophie Montel (ENF), par écrit. ‒ Ce texte sur la stratégie de l’UE en matière de chauffage et de refroidissement est le prolongement du rapport Pieper voté en juin à Bruxelles sur l’efficacité énergétique. Il encourage le développement des énergies renouvelables pour réaliser des économies d’énergie (géothermie, biométhane, utilisation prioritaire des matières premières locales…). Cependant, ce rapport pourrait impliquer, s’il était interprété de façon extensive, une menace pour notre patrimoine rural. J’ai donc décidé de m’abstenir lors du vote de ce texte.

 
  
MPphoto
 
 

  Claude Moraes (S&D), in writing. ‒ Heating and cooling accounts for roughly half of the EU’s final energy demand – I voted in favour of this report which is looking for solutions to reduce demand and make the sector more efficient, in order to decrease dependence on energy imports, reduce emissions, and bring down costs to consumers, especially those at risk of energy poverty.

 
  
MPphoto
 
 

  Nadine Morano (PPE), par écrit. ‒ Ce rapport est relatif à la mise en place d’une stratégie européenne en matière de chauffage et de refroidissement. Ce secteur, qui représente la moitié de la consommation d’énergie en Europe, doit bénéficier d’une attention particulière. C’est l’objectif de ce texte. J’ai donc voté pour.

 
  
MPphoto
 
 

  Elisabeth Morin-Chartier (PPE), par écrit. ‒ J’ai voté en faveur de ce rapport sur la stratégie de l’UE en matière de chauffage et de refroidissement. Il s’agit d’une invitation faite aux États membres de moderniser leurs systèmes de chauffage. La recherche et l’innovation technologique peuvent apporter beaucoup dans ce domaine et les investissements pour une modernisation des installations de chauffage et de refroidissement doivent être encouragés.

 
  
MPphoto
 
 

  Alessandra Mussolini (PPE), per iscritto. ‒ Mi sono espressa a favore della relazione sulla strategia dell'UE in materia di riscaldamento e del raffreddamento, una tematica molto importante per garantire un utilizzo più efficiente dell'energia e un'importante riduzione delle emissioni di CO2. Ritengo necessario aumentare in modo significativo le risorse finanziarie destinate alla riqualificazione termica di interi isolati, in particolare quelli costruiti ricorrendo alla tecnologia dei pannelli prefabbricati. A tal fine dovrebbe essere destinata a titolo del Fondo europeo per l'efficienza energetica e le energie rinnovabili una dotazione finanziaria pari ad almeno il 25 % del totale. Occorre inoltre affrontare i problemi specifici presentati dagli edifici nelle aree rurali, che tendono a essere più vecchi, meno efficienti sotto il profilo energetico, meno salubri e meno confortevoli dal punto di vista termico.

 
  
MPphoto
 
 

  József Nagy (PPE), írásban. ‒ A fűtés és a hűtés kérdésének jelentősége eltér az egyes tagállamokban. Azon tagállamok esetében, melyek 2004 után csatlakoztak az Unióhoz a legegyszerűbb módja annak, hogy az energiát hatékonyan használják fel csökkentve a szén-dioxid-kibocsátást, az épületek termikus felújításában rejlik. Új, innovatív megoldásokra van szükség, főképp a napenergia felhasználásával. A benne rejlő lehetőségeket és ezt az alternatív utat kellene a jövőben kiaknázni. Szavazatommal támogattam a jelentést, mivel a jelentés a jövőbe tekint, és szükség van mind a környezet, mind az egészség szempontjából az általa kínált megoldásokra.

 
  
MPphoto
 
 

  Victor Negrescu (S&D), in writing. ‒ A number of differences have been identified in the order of priority regarding of actions to be undertaken as part of the EU strategy on heating and cooling, taking into consideration that heating and cooling is more pertinent in some Member States than in others. I have voted for this report that will ensure that energy is used more efficiently thus achieving CO2 emissions reductions.

 
  
MPphoto
 
 

  Dan Nica (S&D), în scris. ‒ Am votat pentru Rezoluția Parlamentului referitoare la strategia UE pentru încălzire și răcire deoarece stabilirea unor politici adecvate în planificarea și implementarea infrastructurii pentru încălzire și răcire vor avea impact direct asupra sistemului energetic, eficienței energetice și economiei în general.

Industria are nevoie de semnale clare pentru a realiza investițiile necesare în realizarea obiectivelor energetice ale UE.

Subliniez necesitatea unor obiective ambițioase și obligatorii, precum și a unui cadru de reglementare care să stimuleze inovarea, fără a crea sarcini administrative inutile, în vederea promovării optime a soluțiilor de încălzire și răcire eficiente din punctul de vedere al costurilor și durabile din punct de vedere ecologic.

 
  
MPphoto
 
 

  Norica Nicolai (ALDE), in writing. ‒ My endorsement for this report stems from its commitment to meet the goal of the EU’s greenhouse gas emission reduction under the climate agreement reached at the COP21 climate conference in Paris. The report outlines the strategy to reduce the EU’s energy dependency on fossil fuel imports by integrating heating and cooling into the electricity system. The report emphasises that half of the EU’s heating and cooling usage stems from residential buildings, and thus provides a practical framework to decarbonise the energy sector by helping households access finances to invest in renewable and energy efficient technology. I am also in support of this report because of its focus on consumers as the centre of its strategy and its goal to create an energy efficient market.

 
  
MPphoto
 
 

  Luděk Niedermayer (PPE), písemně. ‒ Podpořil jsem zprávu o strategii pro vytápění a chlazení, která prostřednictvím udržitelných a nákladově efektivních řešení umožní členským státům dosáhnout cílů EU v oblasti klimatu a energetické politiky. Efektivně dosažitelné úspory energií totiž představují zásadní cestu k dosažení klimatických cílů. Vzhledem k tomu, že odvětví vytápění a chlazení v členských státech jsou velmi rozmanitá vzhledem k jejich různým energetickým mixům, klimatickým podmínkám, stupňům energetické účinnosti budov a intenzitě průmyslu, měla by být zajištěna flexibilita při výběru odpovídajících řešení podle vytyčené strategie. Hlavní pozornost by se měla zaměřit na problémy v souvislosti se zabezpečením dodávek energie do EU související se zabezpečením dodávek tepla. V tomto ohledu by proto Komise měla prověřit způsoby, jak dále podporovat diverzifikaci zdrojů vytápění a urychlit širší využívání technologií pro obnovitelné zdroje tepla.

 
  
MPphoto
 
 

  Liadh Ní Riada (GUE/NGL), in writing. – I voted in favour of this own initiative report which makes proposals to direct the implementation of the Commission’s strategy on the Energy Union launched in February this year. Part of the Commission’s proposal was its first ever strategy for heating and cooling to tackle the massive use of fossil fuels. This is a progressive report that emphasises the need to include specific measures for heating and cooling in the upcoming revisions of the Energy Efficiency Directive, the RES Directive and the Energy Performance of Building Directive, and the new ‘energy market design’. It suggests that high-energy efficiency measures, high-performance insulation, the use of renewable sources and recovered heat are the fundamental priorities for EU’s heating and cooling strategy.

 
  
MPphoto
 
 

  Franz Obermayr (ENF), schriftlich. ‒ Dieser Bericht hat positive Ansätze, da er die mangelnde Energieeffizienz richtig diagnostiziert. Dieses Problem kann jedoch nicht durch das Regulieren von Heizgewohnheiten gelöst werden. Aus diesem Grund enthalte ich mich bei diesem Bericht meiner Stimme.

 
  
MPphoto
 
 

  Δημήτρης Παπαδάκης (S&D), γραπτώς. ‒ Η στρατηγική για την Ενεργειακή Ένωση υπόσχεται τον εφοδιασμό όλων των Ευρωπαίων με ασφαλή, βιώσιμη και ανταγωνιστική ενέργεια κάτι που απαιτεί ουσιαστική αλλαγή του ενεργειακού μας τοπίου. Ανάμεσα στη δέσμη μέτρων για την επίτευξη αυτού του στόχου είναι και η στρατηγική της ΕΕ για τη θέρμανση και την ψύξη.

Η θέρμανση και η ψύξη των κτιρίων και η βιομηχανία καταναλώνουν το ήμισυ της ενέργειας της ΕΕ. Αυτό δεν συνεπάγεται μόνο κατανάλωση περισσότερης ενέργειας απ’ ό,τι χρειάζεται αλλά και οικονομικό βάρος για πολλές οικογένειες στην Ευρώπη. Η προτεινόμενη στρατηγική για τη θέρμανση και την ψύξη εστιάζει στην άρση των εμποδίων που δυσχεραίνουν την απαλλαγή των κτιρίων και της βιομηχανίας από τις ανθρακούχες εκπομπές. Επίσης, η αύξηση της ενεργειακής απόδοσης και η χρήση ανανεώσιμων πηγών ενέργειας θα έχουν αντίκτυπο στην ασφάλεια του ενεργειακού εφοδιασμού.

Υπερψήφισα την έκθεση η οποία καλεί για φιλόδοξες μεταρρυθμίσεις στον τομέα της ενέργειας ώστε να καταστεί πιο αποτελεσματικός, περιβαλλοντικά υπεύθυνος και κοινωνικά προσανατολισμένος. Υπάρχει επείγουσα ανάγκη λήψης μέτρων για τη μείωση των εκπομπών CO2 και την αποφυγή μιας επικίνδυνης παγκόσμιας αύξησης της θερμοκρασίας. Για αυτό και η ΕΕ πρέπει να θέτει ως δεσμευτικό στόχο τη μείωση της κατανάλωσης ενέργειας κατά 40% μέχρι το 2030.

 
  
MPphoto
 
 

  Margot Parker (EFDD), in writing. ‒ Although the strategy does not announce any new legislative proposals, we oppose the EU strategy on heating and cooling as it will be used to reinforce the disruptive EU energy and climate policy that has already brought irreparable damage to Europe’s industry and economy.

 
  
MPphoto
 
 

  Piernicola Pedicini (EFDD), per iscritto. ‒ Il riscaldamento e il raffreddamento rappresentano il 40 % di tutta l'energia primaria e il 50 % di tutta l'energia utilizzabile sotto forma di calore, e molta di tale va persa. Tuttavia, il sistema del riscaldamento e del raffreddamento e il sistema di energia elettrica possono sostenersi a vicenda negli sforzi per ridurre le emissioni di carbonio. A febbraio la Commissione ha proposto una "Strategia dell'UE in materia di riscaldamento e raffreddamento" con lo scopo di proporre interventi volti ad eliminare la dispersione energetica degli edifici, massimizzando l'efficienza e la sostenibilità dei sistemi di riscaldamento e raffreddamento, grazie anche all'uso di tecnologie avanzate. La relazione di iniziativa sul riscaldamento e raffreddamento riporta al suo interno alcuni punti rilevanti che sostengo appieno, come ad esempio lo smantellamento di centrali obsolete, la sostituzione di impianti domestici più inquinanti, aumento del tasso di rinnovamento edilizio, soprattutto in vista degli obiettivi di avere edifici a emissioni 0 per il 2050, etc. Tuttavia, la relazione conserva alcuni elementi ambigui in relazione al teleriscaldamento, alla geotermia, e alla strategia della commissione sulla produzione di energia, che sembra avallare l'utilizzo degli inceneritori. Per le ragioni sopra espresse, ho deciso di astenermi.

 
  
MPphoto
 
 

  Marijana Petir (PPE), napisan. ‒ Prihvaćam prijedlog o strategiji EU-a za grijanje i hlađenje i podržavam svaki oblik energetske učinkovitosti i održivosti. Zbog klimatskih promjena koje nas pogađaju u zadnje vrijeme bitno je da svaku djelatnost u što kraćem roku učinimo „zelenom” i pokušamo osmisliti što bolja rješenja za održiv okoliš. Zalažem se za što veću uporabu obnovljivih izvora energije kako bi na taj način doprinijeli boljem stanju prirode i okoliša.

Potrebna su veća ulaganja za istraživanje naprednih sustava grijanja i hlađenja kao i uklanjanje svih neučinkovitih i za okoliš štetnih načina grijanja i hlađenja. Potrebne su veće kampanje i primjeri u praksi održivih sustava u energetici i na taj način približiti potrošačima prednost ovakvog sustava. Potrebna je energetska obnova svih zgrada koje nemaju učinkovit sustav energije.

Zgrade od posebnog značaja, odnosno stare zgrade koje su pod određenom vrstom zaštite arhitekture, potrebno je također obnoviti vodeći računa o energetskoj učinkovitosti, a da se pri tom ne narušava izvorni izgled zgrade. Nadam se da će građani EU-a i sva tijela uvidjeti potrebu za što boljim energetskim rješenjima kako bi osigurali održiv okoliš za buduće generacije.

 
  
MPphoto
 
 

  Florian Philippot (ENF), par écrit. ‒ Malgré quelques mesures positives, ce texte présente des défauts rédhibitoires. Il traite de la même façon tous les pays de l'Union européenne alors que l'état des installations n'a rien à voir dans les pays de l'Europe de l'Ouest et dans ceux de l'Europe de l'Est. Il existe un très fort risque que le texte soit interprété d'une manière exagérée en France, imposant de très lourdes contraintes et menaçant directement la survie de notre patrimoine architectural si précieux. Je vote donc contre ce rapport.

 
  
MPphoto
 
 

  Tonino Picula (S&D), napisan. ‒ Gotovo 50 % krajnje potražnje za energijom u EU-u koristi se za grijanje i hlađenje, od čega 80 % u zgradama; budući da se Pariški sporazum o klimatskim promjenama iz 2015. (COP21) treba odražavati u sektoru grijanja i hlađenja. Sektor grijanja i hlađenja, da bi bio u skladu s energetskim i klimatskim ciljevima EU-a, najkasnije do 2050. treba se temeljiti na 100 posto obnovljivim izvorima energije, što se može postići samo smanjenjem potrošnje energije i potpunim iskorištavanjem načela „energetska učinkovitost na prvom mjestu” odnosno „energetska učinkovitost kao gorivo prvog izbora”.

Svakim 1-postotnim povećanjem uštede energije uvoz plina smanjuje za 2,6 posto. Budući da je tržište u sektoru grijanja i hlađenja u EU-u fragmentirano zbog svoje lokalne naravi i različitih tehnologija i ekonomskih aktera uključenih u proces, te da su lokalna i regionalna dimenzija ključne za uvođenje odgovarajućih politika u sektoru grijanja i hlađenja za planiranje i provedbu infrastrukture za grijanje i hlađenje i za konzultiranje s potrošačima kako bi se uklonile prepreke, a sustavi grijanja i hlađenja učinili učinkovitijima i održivijima, podržavam stajalište izvjestitelja i usvajanje ovog izvješća.

 
  
MPphoto
 
 

  Miroslav Poche (S&D), písemně. ‒ Energetická efektivita je téma, kterým se dlouhodobě zabývám, do této zprávy jsem předložil řadu svých pozměňovacích návrhů a podpořil finální text i na plénu. Pro účel vytápění a chlazení je využíváno téměř 50 % konečné poptávky po energii v EU, z čehož 80 % se využívá v budovách. Když navíc vezmeme v potaz, že každý další 1% nárůst úspor energie snižuje dovoz plynu o 2,6 %, tak je přirozené, že to má podněcovat členské státy k tomu, aby vyvíjely dlouhodobé strategie v oblasti vytápění a chlazení založené na integrovaném přístupu, harmonizovaném mapování a hodnocení v souladu s článkem 14 směrnice o energetické účinnosti. Je nezbytné při tom pamatovat na to, že i když na jedné straně velká část současných budov na území Evropy trpí plýtváním energie v důsledku špatné kvality jejich izolace a zastaralých a neúčinných systémů vytápění, postihuje na straně druhé energetická chudoba téměř 11 % obyvatelstva EU. Jako nejlepší řešení tohoto problému vnímám investice do tepelných renovací budov, což je způsob nejefektivnějšího využívaní energii a snížení emisí CO2. Navíc je třeba co nejdříve nahradit zastaralé teplárny na sídlištích malými, vysoce výkonnými elektrárnami pro kombinovanou výrobu elektřiny a tepla.

 
  
MPphoto
 
 

  Salvatore Domenico Pogliese (PPE), per iscritto. ‒ La problematica del riscaldamento e del raffreddamento riguarda in modo diverso i vari Stati membri. Concordo con il relatore sulla necessità di aumentare in modo significativo le risorse finanziarie destinate alla riqualificazione termica di interi isolati, in particolare quelli costruiti ricorrendo alla tecnologia dei pannelli prefabbricati. A tal fine dovrebbe essere destinata a titolo del Fondo europeo per l'efficienza energetica e le energie rinnovabili una dotazione finanziaria pari ad almeno il 25 % del totale. Inoltre, penso sia indispensabile sostituire le vecchie centrali termiche con piccole centrali termiche a cogenerazione e ad alte prestazioni. Il progetto di relazione sottolinea l'importanza della rete dei distretti energetici, sottolinea il carattere locale e il potenziale di riscaldamento e raffreddamento, invita gli Stati membri a eliminare gradualmente nelle aree urbane l'uso di impianti obsoleti per il riscaldamento e, ove possibile, favorire la fase di smaltimento degli inefficienti caminetti a legna presenti nelle città. Ho votato a favore dell’approvazione di questa relazione.

 
  
MPphoto
 
 

  Tomasz Piotr Poręba (ECR), na piśmie. ‒ W lutym 2016 r. Komisja przedstawiła strategię UE w zakresie ogrzewania i chłodzenia. Stanowi to pierwszy etap analizy problemów i wyzwań w tym sektorze oraz rozwiązywania ich za pomocą polityki energetycznej UE. W związku ze strategią w zakresie ogrzewania i chłodzenia w dniu 9 września 2015 r. Komisja zorganizowała posiedzenie forum konsultacyjnego ad hoc. Ogółem 84% energii wykorzystywanej do ogrzewania i chłodzenia pochodzi nadal z paliw kopalnych, a tylko 16% – ze źródeł odnawialnych. Aby osiągnąć cele UE w zakresie klimatu i energii, sektor ciepłowniczy i chłodniczy musi radykalnie ograniczyć zużycie energii i zmniejszyć wykorzystanie paliw kopalnych. Główny nacisk położony jest na dekarbonizację ogrzewania i chłodzenia, renowację już istniejących budynków, połączenie systemów elektroenergetycznych z systemami grzewczymi i chłodniczymi, zwiększenie udziału energii ze źródeł odnawialnych w ogrzewaniu i chłodzeniu, odzyskiwanie energii odpadowej z przemysłu. Ważnym jest też zaangażowanie konsumentów i przemysłu w ten proces. Niniejszym poparłem sprawozdanie.

 
  
MPphoto
 
 

  Franck Proust (PPE), par écrit. ‒ Dans le cadre de l’union de l’énergie, la Commission européenne a lancé une stratégie de lutte contre la consommation massive d’énergie. J’ai voté en faveur de ce rapport qui invite les États membres à réduire progressivement, dans les zones urbaines particulièrement, l’utilisation de systèmes de chauffage obsolètes. La recherche et l’innovation doivent permettre de rénover les réseaux d’énergie et la modernisation des systèmes de chauffage et de refroidissement doit être une priorité.

 
  
MPphoto
 
 

  Paulo Rangel (PPE), por escrito. ‒ Hodiernamente, na União Europeia, metade da procura final de energia tem como objetivo sustentar necessidades do maior setor energético europeu: o setor do aquecimento e da refrigeração. Ora, somente 18% da energia que sustenta o referido setor é proveniente de fontes energéticas renováveis, sendo o restante fornecimento levado a cabo por via de combustíveis fósseis.

A grande maioria da energia deste setor, mais precisamente 80%, é utilizada em edifícios, tornando-se assim importante um aumento de eficiência energética no consumo doméstico, o reaproveitamento de energia desperdiçada, o isolamento térmico de alto desempenho e a utilização de energias renováveis. A diversidade das necessidades energéticas dos Estados-Membros fundamenta a ideia da neutralidade tecnológica, garantindo a flexibilidade na escolha das soluções adequadas a cada utilizador.

O presente relatório salienta também a importância de garantir financiamento para a modernização do setor, assim como de promover formas de atingir o melhor custo-benefício na transição energética.

Considerando os objetivos delineados pelo Acordo de Paris, o caminho até à independência energética por via das fontes de energia fósseis é longo e, portanto, o setor do aquecimento e da refrigeração necessita de uma ação sustentada e adequada tal como este relatório sublinha. Portanto, o meu voto é favorável.

 
  
MPphoto
 
 

  Julia Reid (EFDD), in writing. ‒ Although the strategy does not announce any new legislative proposals, we oppose the EU strategy on heating and cooling as it will be used to reinforce the disruptive EU energy and climate policy that has already brought irreparable damage to Europe’s industry and economy.

 
  
MPphoto
 
 

  Sofia Ribeiro (PPE), por escrito. ‒ Votei favoravelmente o presente relatório, por entender que qualquer alteração que beneficie o ambiente é uma mais-valia para a UE. Assim, é necessário ter em conta novas tecnologias e técnicas que possam resultar em maior eficiência energética, como, por exemplo, a renovação térmica dos edifícios ou o uso de painéis solares para o aquecimento de água ou a geração de eletricidade que ainda é pouco frequente.

Nos países europeus mediterrânicos, a refrigeração é uma preocupação cada vez maior devido ao aquecimento gradual do clima. As soluções arquitetónicas adequadas, o isolamento térmico e as bombas de calor reversíveis, que retiram calor dos edifícios durante os períodos mais quentes e bombeiam calor para o interior quando é necessário aquecimento, podem desempenhar um papel de relevo na resolução deste problema.

 
  
MPphoto
 
 

  Liliana Rodrigues (S&D), por escrito. ‒ Senhor Presidente, a questão do aquecimento e da refrigeração não afeta da mesma forma todos os Estados-Membros. Por esse motivo, a ordem de prioridade das medidas tomadas terá de variar de país para país, assim como os prazos de implementação.

Todos entendemos que é na renovação térmica dos edifícios que poderão ser realizados os maiores ganhos em matéria de eficiência energética, sendo essa a forma mais simples de garantir uma utilização mais eficaz da energia e uma redução considerável das emissões de CO2. É indispensável aumentar o financiamento de obras de renovação térmica das zonas residenciais.

Nos países europeus mediterrânicos, como o meu, Portugal, essa é uma preocupação cada vez maior. As soluções arquitetónicas adequadas, o isolamento térmico e as bombas de calor reversíveis, que retiram calor dos edifícios durante os períodos mais quentes e bombeiam calor para o interior quando é necessário aquecimento, podem desempenhar um papel de relevo na resolução deste problema.

 
  
MPphoto
 
 

  Inmaculada Rodríguez-Piñero Fernández (S&D), por escrito. ‒ Calefacción y refrigeración suponen aproximadamente la mitad de la demanda de energía final de la Unión. De ahí la importancia de mejorar la eficiencia energética en este ámbito, para reducir dependencia, emisiones y costes para los consumidores, en especial, para aquellos en riesgo de pobreza energética. Se trata de garantizar que la energía se utilice de manera más eficiente y reducir las emisiones de CO2.

Entre las medidas a adoptar, es necesario un incremento sustancial de la financiación para las obras de renovación térmica de urbanizaciones completas. Asimismo, es necesario sustituir las centrales termoeléctricas obsoletas de las urbanizaciones, por eficientes centrales de cogeneración combinada de calor y electricidad. Por otra parte, en los países mediterráneos, la refrigeración es un motivo de preocupación. Las soluciones arquitectónicas adecuadas, el aislamiento y las bombas de calor reversibles pueden tener un papel importante para resolver este problema. Además, la radiación solar es una fuente importante de calor que aún no se ha utilizado lo suficiente.

Se alimentan así algunas de las próximas iniciativas legislativas en materia de eficiencia energética, previstas para finales de 2016, en particular, la directiva revisada de eficiencia energética en edificios.

Por estos motivos, he votado a favor de este Informe.

 
  
MPphoto
 
 

  Claude Rolin (PPE), par écrit. ‒ Comme la plupart des membres de cet hémicycle, j’ai voté en faveur de la résolution du Parlement européen sur la stratégie de l’Union européenne sur le chauffage et le refroidissement. Cette stratégie doit notamment permettre de réduire la pauvreté énergétique qui frappe encore bon nombre de citoyens européens aujourd’hui.

Parmi les pistes soutenues, je citerai la volonté du Parlement européen de voir les énergies renouvelables davantage intégrées dans les réseaux de quartier. Je salue à ce titre la déclaration du commissaire Canete, qui promet une initiative pour l’accès au financement. Affaire à suivre.

 
  
MPphoto
 
 

  Bronis Ropė (Verts/ALE), raštu. ‒ Balsavau dėl šio pranešimo. Jame esama labai gerų minčių - pavyzdžiui akcentų dėl energijos vartojimo efektyvumo būtinybės, pastatų renovacijos skatinimo, raginimo spręsti specifines kaimo pastatų, kurie dažnai būna senesni, mažiau efektyvūs energijos vartojimo atžvilgiu, mažiau naudingi sveikatai ir teikia mažesnį šiluminį komfortą, problemas. Vis dėlto, pranešimo rengimo metu buvo nuspręsta neįtraukti svarbių žaliųjų siūlymų - tekste labai aptakiai kalbama apie atsinaujinančių elektros šaltinių plėtrą ir integravimą į bendrą sistemą. Taip pat atmesti siūlymai dėl griežtesnio šiukšlių vertimo energija reguliavimo, efektyvesnės energijos decentralizuotos gamybos.

 
  
MPphoto
 
 

  Fernando Ruas (PPE), por escrito. ‒ Este relatório de iniciativa surge no seguimento da Comunicação da Comissão intitulada “Estratégia da UE para o Aquecimento e a Refrigeração”, que representa - tal como evidenciado no relatório - um passo importante para desenvolver uma abordagem abrangente em matéria de aquecimento e refrigeração na União Europeia (UE) e para identificar domínios de intervenção prioritários nestas áreas.

De facto, 50 % da procura final de energia na UE destina-se a aquecimento e refrigeração, representando a geração por combustíveis fósseis 75% deste número.

O relatório evidencia a importância da concretização do plano para melhorar a eficiência energética dos edifícios, principalmente na renovação térmica dos edifícios existentes e na construção de pequenas centrais de cogeração de calor e eletricidade mais eficientes que deverão substituir as centrais de produção obsoletas.

Considero ainda importante o enfoque na refrigeração, devido ao aquecimento global, um problema sentido principalmente na Europa do Sul, pelo que concordo com o sublinhar da importância das soluções arquitetónicas adequadas, isolamento térmico e na utilização de bombas de calor reversíveis. O relator ressalva ainda os benefícios da investigação e da inovação na indústria europeia, sublinhando a importância de assegurar o acesso a financiamentos. Por concordar com o teor do relatório, votei-o favoravelmente.

 
  
MPphoto
 
 

  Pirkko Ruohonen-Lerner (ECR), kirjallinen. ‒ Uusiutuvien energioiden ja energiamarkkinoiden yhdistäminen lämmitys- ja jäähdytyspolitiikkaan on ensisijaisen tärkeää ilmaston lämpenemisen ehkäisyssä. Esitys jättää tilaa myös jäsenvaltioiden omalle sääntelylle. Näin voidaan myös jäsenvaltioiden erityisolosuhteet huomioiden tehostaa siirtymistä kohti kestävämpää lämmitys- ja jäähdytysstrategiaa. Juuri kansallisten ja alueellisten erityispiirteiden huomioiminen tulee olemaan erittäin tärkeää tämän suunnitelman onnistumiselle. Myös maalämpö tulisi huomioida strategiassa paremmin, sillä se on kustannustehokas ja ympäristöystävällinen lämmitys- ja jäähdytysratkaisu.

 
  
MPphoto
 
 

  Tokia Saïfi (PPE), par écrit. ‒ J’ai voté en faveur de ce rapport qui appelle à une stratégie plus ciblée en matière de chauffage et de refroidissement, secteur qui représente près de la moitié de la consommation d’énergie en Europe. Ce rapport souligne la nécessité de prendre des mesures spécifiques pour le chauffage et le refroidissement lors de la révision des directives sur l’efficacité énergétique, sur les énergies renouvelables ainsi que sur la performance énergétique des bâtiments. Il est nécessaire que des stratégies à long terme pour ce secteur soient définies et mises en place, en portant une attention particulière aux énergies renouvelables.

J’ai soutenu ce rapport parce qu’il identifie certaines priorités comme la modernisation des systèmes de chauffage vétustes et inefficaces, l’accélération du retrait progressif des systèmes de chauffage dépassés ou encore la rénovation des bâtiments. Un système attractif de financements doit favoriser les nouvelles technologies pour le chauffage des citoyens européens utilisant des sources d’énergies renouvelables.

 
  
MPphoto
 
 

  Lola Sánchez Caldentey (GUE/NGL), por escrito. ‒ Los sectores de la calefacción y la refrigeración consumen la mitad de la energía (sobre todo de fuente fósiles) en la Unión y, una parte importante de esa energía se pierde por falta de eficiencia. Existe entonces un margen importante de mejora del sector y, por consiguiente, de disminución de la consumición de la energía y de emisión de gases de efecto invernadero.

El informe va en la buena dirección porque propone aumentar la cuota de energía renovable en este ámbito, invertir para mejorar la eficiencia energética mediante la renovación de los edificios, acelerar la modernización de los sistemas de calefacción, descentralizar los sistemas de producción energético, etc.

Si este conjunto de medidas va en la buena dirección, es muy insuficiente para bajar drásticamente las emisiones de gases de efecto invernadero, cambiar en profundidad el sistema energético y cumplir con los objetivos climáticos. Por ello, me he abstenido.

 
  
MPphoto
 
 

  Daciana Octavia Sârbu (S&D), in writing. ‒ I welcome this report on the EU Strategy on Heating and Cooling. Heating and cooling account for a significant proportion of household energy bills and approximately half of the EU’s final energy demand. The modernisation of infrastructure and appliances could significantly increase energy efficiency, reducing pollution and energy dependence. It is critical that cost savings are passed on to the final consumer, especially those who are already in energy poverty and those at risk.

 
  
MPphoto
 
 

  Sven Schulze (PPE), schriftlich. ‒ Ich habe für die von der Kommission vorgeschlagene EU-Strategie für die Wärme- und Kälteerzeugung gestimmt, weil die Senkung des hohen Energieverbrauchs eine Priorität der Energieunion darstellt.

Die Strategie beinhaltet Pläne zur Steigerung der Energieeffizienz von Gebäuden und zur Verbesserung der Verbindungen zwischen Elektrizitätssystemen und Fernwärmenetzen, durch die die Nutzung der erneuerbaren Energieträger deutlich gesteigert und die Wiederverwendung der in der Industrie erzeugten Abwärme und Kälte gefördert wird.

Die Mitgliedstaaten werden außerdem aufgefordert, veraltete Heizeinrichtungen in städtischen Gebieten abzuschaffen.

 
  
MPphoto
 
 

  Maria Lidia Senra Rodríguez (GUE/NGL), por escrito. ‒ He votado a favor del presente informe, debido a que el desarrollo de una estrategia europea en este ámbito, supone una herramienta necesaria para la reducción de emisiones. El sector del calentamiento y enfriamiento, supone uno de los principales emisores de carbono en la Unión, plantear una estrategia a nivel europeo es un primer paso para corregir los problemas que supone la asignación de recursos a través de mecanismos de mercado. El informe incluye un apoyo explícito al uso de las energías renovables en este sector, así como, la mejora de la eficiencia energética de los edificios, mecanismos de calefacción colectiva, etc. El texto supone un apoyo al desarrollo de tecnologías más sostenibles y a la reducción de emisiones en este sector. Es por todo esto por lo que he decidido votar a favor del presente informe.

 
  
MPphoto
 
 

  Jill Seymour (EFDD), in writing. ‒ I voted against this report as I believe it would be used as a way of bringing in new EU legislation.

 
  
MPphoto
 
 

  Siôn Simon (S&D), in writing. – I voted in favour of this report which is looking for solutions to reduce demand and make the sector more efficient, in order to decrease dependence on energy imports, reduce emissions, and bring down costs to consumers, especially those at risk of energy poverty.

 
  
MPphoto
 
 

  Branislav Škripek (ECR), písomne ‒ Vykurovanie a chladenie tvoria najväčší podiel dopytu EÚ po energii. Energia z odpadov bude naďalej zohrávať dôležitú úlohu pri vykurovaní, keďže jej alternatívou sú často len skládky a využívanie fosílnych palív. Komisia by v rámci programu energia z odpadu mala vypracovať plán na podporu a využívanie potenciálneho prínosu udržateľného využívania organického odpadu na vykurovanie a chladenie pripojené k systémom diaľkového vykurovania a chladenia. Hlasoval som za.

 
  
MPphoto
 
 

  Monika Smolková (S&D), písomne ‒ Európania vynaložia na vykurovanie a chladenie v priemere 6 % svojich spotrebných výdavkov, pričom 11 % z nich si nemôže dovoliť v zime dostatočne vykurovať svoje domovy. Žiaľ, spotrebiteľská voľba je obmedzená nedostatkom informácií o skutočnej spotrebe energie a nákladoch a často aj nedostatkom finančných prostriedkov na investície do najúčinnejších technológií. Podporila som uznesenie, pretože vypracovanie stratégie týkajúcej sa vykurovania a chladenia považujem za prioritu energetickej únie, ktorá môže viesť k úsporám energie a nákladov pre spoločnosti i občanov. Za pozitívne považujem aj to, že táto stratégia stavia na pevnom základe právnych predpisov EÚ a identifikuje oblasti, v ktorých je potrebná zmena alebo reforma, aby sa zohľadnil budúci vývoj a podarilo sa dosiahnuť ciele energetickej únie. Oceňujem, že v rozpočte na roky 2014 – 2020 sa výrazne zvýšil príspevok na túto oblasť; od navrhovanej stratégie preto očakávam, že pomôže znížiť dovoz energie a energetickú závislosť, znížiť náklady domácnosti a podnikov a splniť cieľ EÚ v oblasti znižovania skleníkových plynov a záväzok vyplývajúci z dohody o zmene klímy uzavretej na konferencii o zmene klímy COP21 v Paríži.

 
  
MPphoto
 
 

  Igor Šoltes (Verts/ALE), pisno. ‒ Poročilo predstavlja dober začetek urejanja tega področja, kjer na žalost še vedno prevladujejo fosilna goriva. Kljub temu ostaja jezik poročila precej ohlapen in fosilnim gorivom daje možnost, da še dolgo ostanejo glavni vir ogrevanja in hlajenja.

V februarju 2016 je bila prvič sprejeta strategija EU za ogrevanje in hlajenje, ki je zadala cilj, da se na tem področju zmanjša odvisnost od fosilnih goriv in premakne porabo v okvir dogovorjenih zavez nedavnega pariškega dogovora ter preide na bolj učinkovite in trajnostne vire, ki bodo hkrati zmanjšali odvisnost EU od uvoza goriv.

Poročilo med drugim govori tudi o izolaciji stavb, izkoriščanju energije iz odpadnih snovi ter možnosti za večje sinergije med trgom električne energije in trgom ogrevanja in hlajenja.

Kljub pomembnim temam, ki so na ta način odprte, menim, da gre za zamujeno priložnost, saj bi moral biti Parlament pri velikem evropskem potencialu za prihranke pri energiji, ustvarjanju novih lokalnih delovnih mest in zniževanju izpusta toplogrednih plinov veliko bolj ambiciozen.

Iz tega razloga sem se glasovanja vzdržal.

 
  
MPphoto
 
 

  Ivan Štefanec (PPE), písomne ‒ Znižovanie nákladov a zvyšovanie efektivity je jedným zo základných predpokladov pre úspešnú implementáciu energetickej únie. Dôležité je nielen rekonštruovať existujúce zariadenia a zabraňovať tepelným stratám, ale aj podporovať výskum a vývoj nových technológií.

 
  
MPphoto
 
 

  Beatrix von Storch (EFDD), in writing. ‒ I voted against the motion for an EU Parliament resolution on an EU strategy on heating and cooling.

The report says that the Commission should promote renewables. Markets should determine which energy types should be used rather than what bureaucrats find is currently fashionable.

Furthermore, the report advises using the European Structural and Investment Fund in order to finance the modernisation of the heating and cooling sector. They cite its job creation potential and the inability of building owners to cover the necessary costs. With regards to job creation via stimulus, whether spent on energy efficiency or digging holes, it does not create jobs. Instead of individuals and companies deciding on how best to allocate their wealth such government stimulus programs make the decision for them. The funds should be returned to the Member States and the European Structural and Investment Fund should be scrapped.

 
  
MPphoto
 
 

  Dubravka Šuica (PPE), napisan. ‒ 50 % krajnje potražnje za energijom u Europskoj uniji koristi se za grijanje i hlađenje. Da bi sektor grijanja i hlađenja bio u skladu s energetskim i klimatskim ciljevima EU-a do 2050. godine, mora se zasnivati na stopostotnim, obnovljivim izvorima energije. 1 % povećanja uštede energije smanjuje uvoz plina za 2,6 %.

Udio obnovljivih izvora u sektoru grijanja i hlađenja se povećava, ali postoji golem potencijal na svim razinama da se još više iskoristi, posebice u stambenim zgradama čiji sektor je odgovaran za 13 % svih emisija CO2 u Uniji.

Podržavam Izvješće o strategiji Europske unije za grijanje i hlađenje, jer smatram da su smjernice navedene u njemu kvalitetne i da će pridonijeti smanjenju emisija i uštedi energije. Također, smatram da će se provedbom ovih smjernica povećati udio obnovljivih izvora energije u sektoru zgradarstva, što će doprinijeti smanjenju ukupnih emisija CO2 na razini Europske unije.

 
  
MPphoto
 
 

  Patricija Šulin (PPE), pisno. ‒ Glasovala sem za poročilo o strategiji EU za ogrevanje in hlajenje.

Soglašam s poročilom, da je Strategija EU za ogrevanje in hlajenje pomemben korak k zagotavljanju celostnega pristopa k preoblikovanju ogrevanja in hlajenja v Evropski uniji ter za opredelitev prednostnih področij za ukrepanje. V EU namreč skoraj 50 % končne porabe energije predstavlja ogrevanje in hlajenje, od tega gre 80 % za ogrevanje in hlajenje stavb. Strategija bi morala dati prednost trajnostnim in stroškovno učinkovitim rešitvam, ki državam članicam omogočajo uresničitev ciljev podnebne in energetske politike. Sektorji ogrevanja in hlajenja v državah članicah so namreč zelo raznoliki.

 
  
MPphoto
 
 

  Νεοκλής Συλικιώτης (GUE/NGL), γραπτώς. ‒ Υπερψηφίσαμε την έκθεση καθώς περιλαμβάνει πολλές θετικές προτάσεις όσον αφορά την προώθηση των ανανεώσιμων πηγών ενέργειας, την ανάγκη για καταπολέμηση της ενεργειακής φτώχειας και στήριξη των ευάλωτων ομάδων, την ενίσχυση της χρηματοδότησης για ανακαινίσεις οικισμών καθώς και για τα νοικοκυριά που βρίσκονται εκτός περιοχών με κεντρικά συστήματα θέρμανσης και ψύξης.

Ωστόσο, διαχωρίζουμε την θέση μας από τη λανθασμένη εκτίμηση που καταγράφεται πως δήθεν το κλειδί για την καταπολέμηση της ενεργειακής φτώχειας είναι η αύξηση της ενεργειακής απόδοσης για μείωση των συνολικών εξόδων. Δυστυχώς η εν λόγω θέση επιδιώκει να αποπροσανατολίσει καθώς αποσιωπά την κύρια αιτία της ενεργειακής φτώχειας που είναι οι νεοφιλελεύθερες πολιτικές της σκληρής λιτότητας.

 
  
MPphoto
 
 

  Ελευθέριος Συναδινός (NI), γραπτώς. ‒ Η διασύνδεση των τομέων παραγωγής και διάθεσης ενέργειας αλλά και η ανάπτυξη και η υιοθέτηση καινοτόμων τεχνολογιών δεν πρέπει να χρηματοδοτούνται από μέτρα υπερφορολόγησης των πολιτών της Ένωσης. Μπορούν να χρηματοδοτηθούν από φορολόγηση των μεγάλων εταιρειών παραγωγής και διάθεσης ενέργειας και κυρίως αυτών που δεν επενδύουν σε ανανεώσιμες και φιλικά προς το περιβάλλον πηγές.

 
  
MPphoto
 
 

  Tibor Szanyi (S&D), írásban. ‒ A fűtés és a hűtés kérdésének hordereje és a megteendő lépések tekintetében eltérő fontossági sorrend alakult ki a tagállamokban. Összességében tekintve viszont, az EU végső energiakeresletének mintegy 50%-át fűtésre és hűtésre használjuk. Egyetértek tehát azzal, hogy az Unióhoz 2004 után csatlakozott országokban a hatékonyság javítására az épületek termikus felújításában rejlik a legnagyobb lehetőség. Ez a legegyszerűbb mód annak biztosítására, hogy az energiát hatékonyabban használjuk fel, és jelentősen csökkentsük a szén-dioxid-kibocsátásokat. Fontos aránynak tartom, hogy 1 százaléknyi energia-megtakarítás 2,6%-kal csökkenti a földgázimportot, és remélem, hogy az energiahatékonyság mellett a fosszilis arány is drasztikusan csökken majd.

Egyetértek továbbá azzal is, hogy jelentős mértékben emelni kell a teljes lakótelepek termikus felújítására szánt összegeket, különös tekintettel a paneltechnológiával épült épületekre. Az agyonadóztatott Magyarországon a lakosoknak például konkrétan megélhetési gondjaik vannak, csak sokadrangú kérdés számukra a korszerűsítés. A reverzibilis hőszivattyúk rendszerét jónak tartom, különösen energiahatékonyak, és hatalmas potenciállal rendelkeznek a fűtés és a hűtés tekintetében. Osztom azt a véleményt, amely szerint a fűtési és hűtési ágazatnak tükröznie kell az éghajlatváltozásról szóló, 2015. évi párizsi megállapodást (COP21), és csak reménykedni tudok abban, hogy az Unió energetikai és éghajlati céljaival összeegyeztethető fűtési és hűtési ágazat legkésőbb 2050-re 100%-ban megújuló energiaforrásokon fog alapulni. Mindezek tükrében szavazatommal támogattam a jelentést.

 
  
MPphoto
 
 

  Adam Szejnfeld (PPE), na piśmie. ‒ Ogrzewanie i chłodzenie dotyczy przetwarzania ok. 40% całkowitej energii pierwotnej na ok. 50% całkowitej energii użytkowej w postaci energii cieplnej. O ile wytwarzanie energii elektrycznej może podlegać ujednoliceniu na jednolitym rynku energii, o tyle ogrzewanie i chłodzenie wymagają lokalnych rozwiązań. Narasta jednak zależność grzania i chłodzenia od rynku energii, który np. w skali lokalnej, zarówno do produkcji energii elektrycznej, jak i ciepła (chłodu) wykorzystuje kogenerację.

O zróżnicowaniu potrzeb zapewnienia komfortu cieplnego obywatelom Unii świadczy fakt, że w skali rocznej rozpiętość użytkowania energii na metr kwadratowy ogrzewanej powierzchni waha się w państwach członkowskich od 60 do nawet 300 kWh.

W sprawozdaniu PE skupiono się na wielu ważnych kwestiach, jak między innymi na dążeniu do likwidacji przestarzałych, małych, nieekologicznych ciepłowni osiedlowych i przejście na ciepło z wysokosprawnych systemów kogeneracyjnych. Słusznie podkreślono konieczność wzięcia pod uwagę różnic pomiędzy Zachodem a Wschodem UE w użytkowaniu bardziej efektywnego gazu dla celów grzewczych.

W najbliższych latach państwa członkowskie i UE powinny zdecydowanie skupić się na działaniach z zakresu chłodzenia i ogrzewania w wymiarze architektonicznym i urbanistycznym, a także na wykorzystywaniu naturalnych źródeł ciepła i chłodzenia oraz na zintensyfikowaniu rozwoju innowacyjnych badań i stworzeniu całego przemysłu nowych materiałów do izolowania cieplnego.

 
  
MPphoto
 
 

  Hannu Takkula (ALDE), kirjallinen. ‒ Suomi on johtava maa kaukolämmön ja jäähdytyksen sekä sähkön ja lämmön yhteistuotannon käytössä. Äänestin EU-strategian puolesta, koska sen avulla voidaan edistää sähkön ja lämmön yhteistuotantoa ja biomassan käyttöä Euroopassa. En kuitenkaan tukenut 23 artiklaa, koska mielestäni siinä lausutaan väärällä tavalla maaseudun rakennuksista, jotka esimerkiksi Suomessa ovat usein hyvinkin energiatehokkaita.

 
  
MPphoto
 
 

  Dario Tamburrano (EFDD), per iscritto. ‒ In tema di riscaldamento e raffreddamento, la strategia europea dovrebbe dirigersi verso un aumento della quota di energie rinnovabili, invece ad oggi il 75 % dei combustibili utilizzati in tale settore sono ancora di origine fossile. Attualmente, la tecnologia esistente permetterebbe un uso più intelligente e sostenibile delle risorse, contribuendo ad una transizione verso l'economia verde. Il miglioramento potrebbe avvenire con nuovi investimenti, con la creazione di ricchezza e con una spesa ridotta per i combustibili fossili. Gli emendamenti che il M5S ha proposto alla relazione Gierek si sono diretti verso la decentralizzazione della produzione energetica, una maggiore quota di rinnovabili nel riscaldamento e raffreddamento ed interventi di riqualificazione energetica nel settore industriale. La relazione ha alcuni elementi in riferimento ad alcune forme di teleriscaldamento, al biogas senza specificarne la provenienza e soprattutto sulla generica produzione di energia da rifiuti (che va ad implicare l'utilizzo di inceneritori) che mi trovano in disaccordo. Per tali motivi, nonostante i numerosissimi elementi positivi e l'ottima collaborazione con il relatore, mi sono astenuto.

 
  
MPphoto
 
 

  Claudia Țapardel (S&D), în scris. ‒ Sistemele de încălzire și răcire acoperă aproximativ o jumătate din consumul de energie din cadrul Uniunii Europene. În acest context, este foarte important ca instituțiile europene să contribuie la eficientizarea domeniului respectiv, atât în ceea ce privește consumatorii industriali, cât și cei casnici. În mod concret, este vizată eficiența energetică a clădirilor, prin intermediul termoizolării construcțiilor mai vechi, modernizarea și chiar înlocuirea centralelor termice vechi, respectiv modernizarea dispozitivelor de încălzire și răcire (inclusiv boilere și aparate de aer condiționat). Acest proces se află deja în desfășurare în multe dintre statele membre, însă este nevoie de o coordonare a eforturilor la nivel european, pentru a evita decalajele între regiuni și pentru a evita vulnerabilizarea anumitor grupuri sociale. Resursele naționale nu sunt suficiente, iar investițiile individuale ale cetățenilor sunt de neconceput. Pentru remedierea acestor probleme este necesară o creștere substanțială a finanțării europene, care să acopere renovarea termică a loturilor rezidențiale și construirea de instalații inovatoare, dar și o creștere a gradului de utilizare a energiilor regenerabile (în special a energiei solare). Este vorba despre o inițiativă absolut necesară, pe care o susțin fără rezerve.

 
  
MPphoto
 
 

  Marc Tarabella (S&D), par écrit. ‒ Je me suis prononcé en faveur du texte. Les radiations solaires constituent une source de chaleur importante qui n'est pas encore suffisamment exploitée. Un moyen de le faire serait l'utilisation de panneaux pour chauffer l'eau ou de cellules photovoltaïques pour produire de l'électricité.

Compte tenu de l'efficacité énergétique particulièrement élevée des pompes à chaleur réversibles et de leur grand potentiel pour le chauffage et le refroidissement, il convient de mener des recherches intensives sur de nouvelles solutions innovantes dans ce domaine.

 
  
MPphoto
 
 

  Pavel Telička (ALDE), in writing. ‒ The European Commission has published its´ strategy for heating and cooling in February 2016 as a part of so-called winter package. This strategy does not include any legislative measures, it is however important to focus on this area as the heating and cooling in buildings and industry accounts for more than 50% of total energy consumption in the EU. I supported the report by the rapporteur A. Gierek, I believe he presented vital ideas for future heating and cooling systems. I however don´t agree that there should be a role for the European Commission to play in the field of training and certification of practitioners in the field of energy efficiency, therefore I abstained on Article 98 and I also do not support the vision that the EU and European Commission should be made responsible for measures related to the energy poverty in certain Member States.

 
  
MPphoto
 
 

  Ruža Tomašić (ECR), napisan. ‒ Podržala sam ovo izvješće jer su visoka energetska učinkovitost, visokoučinkovita toplinska izolacija i uporaba obnovljivih izvora energije navedeni kao prioriteti Strategije. Cilj je olakšati decentraliziranu proizvodnju energije i time omogućiti potrošačima i zajednicama da se više uključe na tržište energije i kontroliraju vlastitu potrošnju energije.

Budući da postoje razlike u prioritetima zemalja, slažem se sa stavom izvjestitelja da je potrebno poduzeti različite mjere kako bi se postiglo učinkovitije iskorištavanje energije i ostvarilo znatno smanjenje emisija ugljičnog dioksida.

 
  
MPphoto
 
 

  Romana Tomc (PPE), pisno. ‒ Predlog resolucije strategije EU za ogrevanje in hlajenje sem podprla, saj menim, da si je treba prizadevati za povečanje financiranja za toplotno prenovo celih stanovanjskih naselij, zlasti tistih, ki so bila zgrajena iz velikih elementov.

Prav tako je pomembno, da zastarele toplarne v stanovanjskih naseljih čim prej zamenjajo z visoko učinkovitimi kombiniranimi obrati za soproizvodnjo električne energije in toplote.

 
  
MPphoto
 
 

  Estefanía Torres Martínez (GUE/NGL), por escrito. ‒ Los sectores de la calefacción y la refrigeración consumen la mitad de la energía (sobre todo de fuente fósiles) en la Unión y, una parte importante de esa energía se pierde por falta de eficiencia. Existe entonces un margen importante de mejora del sector y, por consiguiente, de disminución de la consumición de la energía y de emisión de gases de efecto invernadero.

El informe va en la buena dirección porque propone aumentar la cuota de energía renovable en este ámbito, invertir para mejorar la eficiencia energética mediante la renovación de los edificios, acelerar la modernización de los sistemas de calefacción, descentralizar los sistemas de producción energético, etc.

Si este conjunto de medidas va en la buena dirección, es muy insuficiente para bajar drásticamente las emisiones de gases de efecto invernadero, cambiar en profundidad el sistema energético y cumplir con los objetivos climáticos. Por ello, me he abstenido.

 
  
MPphoto
 
 

  Mylène Troszczynski (ENF), par écrit. ‒ Ce texte encourage le développement des énergies renouvelables, avec un objectif de 100 % pour le chauffage et le refroidissement d’ici 2050.

Toutefois, outre que ces appels incessants à l’efficacité énergétique peuvent être considérés comme une forme d’«austérité énergétique» qui n’est pas de nature à permettre la «reprise» si souvent annoncée, il est à craindre que ce texte serve certains intérêts du BTP au détriment de notre patrimoine... sans compter les éternels problèmes liés au financement de certains travaux de «mise aux normes», surtout pour les particuliers, même si le texte parle d’aides diverses.

En France, la loi sur la transition énergétique avait pris en compte dans son article 14 la nécessité de protéger le bâti ancien des opérations d’isolation par l’extérieur. Cependant, un décret d’application publié au Journal officiel le 31 mai a quasiment supprimé cette nécessaire précaution.

Ce risque qui pèse sur notre patrimoine (au sens large) est d’autant plus grand que la tendance actuelle en France est de donner toujours plus de pouvoir décisionnaire aux édiles locaux, qui n’ont généralement pas les compétences requises et qui peuvent difficilement résister aux diverses pressions (en particulier du BTP), au détriment des architectes des bâtiments de France.

J'ai voté contre.

 
  
MPphoto
 
 

  Mihai Țurcanu (PPE), în scris. ‒ Încălzirea și răcirea reprezintă cea mai mare parte din consumul energetic la nivel european. În acest sens, prezentul raport subliniază necesitatea unei strategii specifice pe termen lung, care să aibă în centrul său energiile regenerabile. Raportul evidențiază, astfel, rolul major jucat de noile tehnologii pe bază de apă, aer, energie solară, energie geotermală etc. și invită statele membre să prevadă măsuri de incitare pentru promovarea și adoptarea acestor tehnologii.

În acest context, se estimează că modernizarea sistemelor de încălzire demodate și ineficace, o mai bună utilizare a căldurii de către sistemele de încălzire urbană, precum și o renovare în profunzime a clădirilor sunt câteva dintre elementele esențiale care pot permite a abordare mai sigură și durabilă a aprovizionării cu căldură. Se propune, astfel, un sistem atractiv de finanțare, favorizând utilizarea noilor tehnologii pentru încălzirea gospodăriilor pe baza energiilor regenerabile.

Mai mult, raportul subliniază importanța realizării unor cercetări științifice în vederea dezvoltării de soluții tehnice inovatoare pentru obținerea unor dispozitive și sisteme de încălzire eficace pe plan energetic și bazate pe energiile regenerabile.

Am votat, așadar, în favoarea raportului intitulat „Strategia UE pentru încălzire și răcire”.

 
  
MPphoto
 
 

  Kazimierz Michał Ujazdowski (ECR), na piśmie. ‒ Prace komisji dotyczące strategii ogrzewania i chłodzenia są istotne z punktu widzenia unii energetycznej i klimatycznej oraz bezpieczeństwa dostaw energii. Stosowanie nowoczesnych technologii ogrzewania i chłodzenia, wykorzystanie przy produkcji energii biogazu, biomasy, wdrażanie wysokich jakości izolacji w budynkach i modernizacja starszych budowli, inwestowanie w małe, wysokosprawne ciepłownie – działania te zwiększają efektywność zarządzania energią. W głosowaniu zdecydowałem się poprzeć proponowaną rezolucję.

 
  
MPphoto
 
 

  István Ujhelyi (S&D), írásban. ‒ A fűtés és a hűtés kérdésének hordereje eltér az egyes tagállamokban. Ez azzal jár, hogy a megteendő lépések tekintetében eltérő fontossági sorrend alakult ki ezekben az országokban. Hangsúlyozni kell azt is, hogy az Unióhoz 2004 után csatlakozott országokban a hatékonyság javítására az épületek termikus felújításában rejlik a legnagyobb lehetőség. Szavazatommal támogattam.

 
  
MPphoto
 
 

  Miguel Urbán Crespo (GUE/NGL), por escrito. – Los sectores de la calefacción y la refrigeración consumen la mitad de la energía (sobre todo de fuentes fósiles) en la Unión y, una parte importante de esa energía se pierde por falta de eficiencia. Existe entonces un margen importante de mejora del sector y, por consiguiente, de disminución de la consumición de la energía y de emisión de gases de efecto invernadero.

El informe va en la buena dirección porque propone aumentar la cuota de energía renovable en este ámbito, invertir para mejorar la eficiencia energética mediante la renovación de los edificios, acelerar la modernización de los sistemas de calefacción, descentralizar los sistemas de producción energético, etc.

Si este conjunto de medidas va en la buena dirección, es muy insuficiente para bajar drásticamente las emisiones de gases de efecto invernadero, cambiar en profundidad el sistema energético y cumplir con los objetivos climáticos. Por ello, me he abstenido.

 
  
MPphoto
 
 

  Viktor Uspaskich (ALDE), raštu. – Palankiai vertinu Komisijos ketinimą parengti priemonių rinkinį, skirtą palengvinti daugiabučių pastatų renovaciją; manau, kad reikėtų parengti suderintą ir išsamų miestų energetikos planavimo priemonių rinkinį, kad būtų galima įvertinti vietos šildymo ir vėsinimo galimybes, vykdyti optimizuotą ir integruotą pastatų renovaciją ir šildymo ir vėsinimo infrastruktūros plėtrą.

 
  
MPphoto
 
 

  Ivo Vajgl (ALDE), in writing. ‒ I voted in favour of the report on an EU Strategy on Heating and Cooling. Almost 50% of the EU’s final energy demand is used for heating and cooling, of which 80% is used in buildings. The report underlines the necessity to take along specific measures for heating and cooling when revising the Energy Efficiency Directive (2012/27/EU), the Renewable Energy Directive (2009/28/EC) and the Energy Performance of Buildings Directive (2010/31/EU). Moreover, the report calls for specific sustainable heating and cooling strategies to be developed at national level, giving special attention to combined heat and power. I am of the opinion that the heating and cooling sector should reflect the 2015 Paris Agreement on Climate Change (COP 21).

 
  
MPphoto
 
 

  Ramón Luis Valcárcel Siso (PPE), por escrito. ‒ Hablamos de la primera estrategia de lucha contra el consumo masivo de energía en el ámbito de la calefacción y de la refrigeración por parte de la Comisión Europea. Un sector que representa el 50 % del consumo energético de la Unión y, en el que las energías renovables solo representan un 18 % de dicho consumo, frente al 75 % de los combustibles fósiles. El informe señala, entre otras cosas, la importancia de reducir de manera progresiva las calderas obsoletas y, la importancia de seguir incrementando la innovación y las nuevas tecnologías en el área. Por ello creo necesario votar a favor de este informe.

 
  
MPphoto
 
 

  Derek Vaughan (S&D), in writing. ‒ Heating and cooling accounts for roughly half of the EU’s final energy demand – I voted in favour of this report which is looking for solutions to reduce demand and make the sector more efficient, in order to decrease dependence on energy imports, reduce emissions, and bring down costs to consumers, especially those at risk of energy poverty.

 
  
MPphoto
 
 

  Hilde Vautmans (ALDE), schriftelijk. ‒ Ik stemde voor dit inhoudelijk zeer ruime verslag. Aangezien "verwarming en koeling" het grootste deel van de energievraag in de EU uitmaken, is het belangrijk dat we er zeer doelgericht en nauwgezet mee omspringen. We vragen nationale, lokale en Europese overheden om een gunstig kader te creëren voor huurders en mensen die in gebouwen met meerdere woningen wonen om ook hen in staat te stellen voordeel te halen uit eigen productie, gebruik van hernieuwbare "verwarming en koeling" en maatregelen voor energie-efficiëntie. Ook wijzen we erop dat energiewinning uit afval een belangrijke rol op het gebied van verwarming zal blijven spelen, aangezien het storten van afval en het gebruik van fossiele brandstoffen vaak het alternatief vormen. Vele van de maatregelen die gevraagd worden, hebben al ingang gevonden in Vlaanderen, maar nog niet in de rest van Europa. Vlaanderen loopt op dit vlak vaak op kop.

 
  
MPphoto
 
 

  Miguel Viegas (GUE/NGL), por escrito. ‒ É indispensável aumentar substancialmente o financiamento de obras de renovação térmica de zonas residenciais inteiras, nomeadamente das construídas com recurso ao método de construção com grandes painéis. Os meios do Fundo Europeu para a Eficiência Energética e as Energias Renováveis devem ser aplicados para este fim. Este objetivo deve constituir uma prioridade, nomeadamente tendo em conta que os custos deste tipo de projetos normalmente ultrapassam as capacidades dos proprietários dos edifícios. As centrais de produção de calor obsoletas nas zonas residenciais devem também ser substituídas, com caráter de urgência, por pequenas centrais de cogeração de calor e eletricidade de elevada eficiência.

Nos países europeus mediterrânicos, a refrigeração é uma preocupação cada vez maior devido ao aquecimento gradual do clima. Soluções arquitetónicas adequadas, como o isolamento térmico e as bombas de calor reversíveis, que retiram calor dos edifícios durante os períodos mais quentes e bombeiam calor para o interior quando é necessário aquecimento, podem desempenhar um papel relevante na resolução deste problema.

Pelo exposto, o voto a favor.

 
  
MPphoto
 
 

  Harald Vilimsky (ENF), schriftlich. ‒ Grundsätzlich enthält der Bericht einige innovative Ideen. Allerdings halte ich wenig davon, in die Heizgewohnheiten der Menschen direkt einzugreifen. Dazu gehört unter anderem die Forderung nach einer flächenmäßigen Fernwärme und dass Modelle von Öfen, welche mit soliden Heizstoffen befeuert werden, stufenweise aus dem Verkehr gezogen werden sollen. Daher habe ich mich meiner Stimme enthalten.

 
  
MPphoto
 
 

  Daniele Viotti (S&D), per iscritto. ‒ Ho votato a favore della relazione sulla strategia dell'UE in materia di riscaldamento e raffreddamento. La relazione cerca di rimediare all'attuale consumo di energia nell'Unione europea: più della metà della domanda di energia va in riscaldamento e raffreddamento degli edifici, non solo consumando più energia di quella necessaria ma creando inoltre un onere finanziario per molte famiglie in Europa. È necessario quindi un cambiamento nel settore dell'energia per renderlo più efficiente, responsabile verso l'ambiente e orientato al sociale.

 
  
MPphoto
 
 

  Julie Ward (S&D), in writing. ‒ Heating and cooling accounts for roughly half of the EU’s final energy demand – I voted in favour of this report which searches for solutions to reduce demand and make the sector more efficient, in order to decrease dependence on energy imports, reduce emissions, and bring down costs to consumers, especially those at risk of energy poverty. Together with fellow Socialist MEPs I have worked to advance a comprehensive European strategy to end energy poverty, while targeting those who are most vulnerable, particularly women facing social exclusion and single mothers.

 
  
MPphoto
 
 

  Lieve Wierinck (ALDE), in writing. – A substantial part of the EU’s energy is used to heat and cool houses and buildings across the EU. Therefore, if the EU wants to increase its energy-efficiency we will have to work on the infrastructures that provide these. I voted in favour of this resolution, because it recognises the importance of thermal renovation and the efficiency gains that it can bring. I welcome its specific recommendations with regard to the renovation and insulation of buildings, as well as the use of new technological solutions and renewables. Finally, becoming more energy-efficient also means that we become less dependent on third countries for our energy supply, for example, with regard to our gas supply.

 
  
MPphoto
 
 

  Θεόδωρος Ζαγοράκης (PPE), γραπτώς. ‒ Η παρούσα έκθεση της επιτροπής Βιομηχανίας, Έρευνας και Ενέργειας έχει λάβει υπόψη της τις διαφορές και τις απόψεις που υπάρχουν στα κράτη μέλη, ενώ υπογραμμίζει τα μέτρα που πρέπει να ληφθούν, κυρίως στα νεότερα κράτη μέλη, για την θερμική ανακαίνιση των κτιρίων. Ψήφισα θετικά.

 
  
MPphoto
 
 

  Jana Žitňanská (ECR), písomne ‒ Nová stratégia pre vykurovanie a chladenie bola Európskou komisiou predstavená vo februári 2016 a ide o súčasť stratégie energetickej únie. Práve so zreteľom na stratégiu energetickej únie bola vypracovaná táto správa, ktorá reaguje na hlavné výzvy so stratégiou súvisiace. Podľa správy jedným z najväčších problémov je, že až 84 % vykurovania a chladenia je generovaného z fosílnych palív a potenciál obnoviteľných zdrojov energie nie je dostatočne využívaný. Tento fakt môže negatívne ovplyvniť klimatické a energetické ciele. Uznesenie preto navrhlo najmä dekarbonizáciu vykurovania a chladenia, premenu už existujúcich budov na budovy s nízkou energetickou spotrebou, využívanie potenciálu energie z odpadov, ale napríklad aj zahrnutie spotrebiteľov a priemyslu do procesu vytvárania a zabezpečovania energie.

 
  
MPphoto
 
 

  Carlos Zorrinho (S&D), por escrito. ‒ Votei a favor do relatório Gierek por concordar com a estratégia proposta para o aquecimento e a refrigeração. Cerca de 40% do consumo de energia tem origem num parque imobiliário envelhecido que representa 36% do nosso consumo total de emissões de dióxido de carbono.

Neste sentido, defendo que, além dos edifícios públicos, alarguemos o nosso âmbito legislativo sobre o aquecimento e a refrigeração a privados, criando ao mesmo tempo acesso a financiamento para que possam levar a cabo as reformas necessárias.

Destaco de forma particular o apelo ao desenvolvimento, a nível nacional, de estratégias específicas e sustentáveis de aquecimento e refrigeração, dando especial atenção à produção combinada de calor e eletricidade, à cogeração e aos sistemas de aquecimento e refrigeração urbanos, dando sempre preferência a fontes de energia renováveis.

 
  
MPphoto
 
 

  Marco Zullo (EFDD), per iscritto. – Il riscaldamento e il raffreddamento sono responsabili di metà del consumo energetico dell'UE, ma molta energia prodotta per riscaldare e raffreddare viene persa. Una delle priorità strategica dell'Unione in campo energetico non può che essere quella di rendere più efficienti e sostenibili queste due grosse voci di consumo. Questo consentirà di ridurre la dipendenza dalle importazioni di energia e i costi per famiglie e imprese ma anche di contribuire alla riduzione delle emissioni dei gas serra e agli impegni sottoscritti nell'accordo sul clima di Parigi COP21. Bisogna pensare che il 75 % dei combustibili utilizzati nel settore del riscaldamento e del raffreddamento continua a essere di origine fossile, circa metà è costituito dal consumo di gas. Noi del M5S siamo riusciti ad ottenere in questa relazione che la produzione energetica per riscaldamento e raffreddamento derivi sempre più da fonti rinnovabili e che si spinga per una riqualificazione energetica dell'edilizia esistente sia privata sia industriale. Tuttavia la relazione mantiene degli elementi che non condivido come la strategia sulla produzione di energia da rifiuti che implica il ricorso agli inceneritori. Ho votato quindi astensione.

 
  
MPphoto
 
 

  Milan Zver (PPE), pisno. ‒ Podprl sem predlog resolucije strategije EU za ogrevanje in hlajenje.

Kot poudarja poročilo mora sektor ogrevanja in hlajenja, ki je skladen z energetskimi in podnebnimi cilji EU, temeljiti na 100 % obnovljivih virih energije najpozneje do leta 2050, kar je možno doseči le s temeljitim zmanjšanjem naše porabe energije in s polno uporabo načela, da je energetska učinkovitost najpomembnejše gorivo.

Strinjam se, da je treba storiti več, da bi zmanjšali povpraševanje po ogrevanju stavb in da bi preostalo povpraševanje preusmerili s kurjave na uvožena fosilna goriva v individualnih kotlih na trajnostne možnosti ogrevanja in hlajenja, skladne s cilji EU 2050.

 

5.16. Verbetering van het concurrentievermogen van kmo's (A8-0162/2016 - Rosa D'Amato)
Video van de redevoeringen
  

Mündliche Erklärungen zur Abstimmung

 
  
MPphoto
 

  Maria Lidia Senra Rodríguez (GUE/NGL). – Senhor Presidente, as PME geram 71 % do emprego na União Europeia, e é por isso que entendemos ser fundamental avançar em relação às medidas de apoio a estas empresas.

Votei a favor deste relatório, porque consideramos positivo que identifique a austeridade como uma das causas do enfraquecimento das PME e também porque insiste na necessidade de facilitar o acesso das PME aos fundos estruturais e de investimento da União Europeia.

Mas quero destacar a nossa repulsa perante a ameaça da Comissão Europeia de congelar esses fundos destinados ao Estado espanhol e a Portugal, porque, além de considerarmos intolerável a utilização de fundos para chantagear os povos, consideramos que tanto os ajustes para evitar o congelamento de fundos, como o congelamento de fundos em si, vão criar ainda mais dificuldades às PME e, portanto, vão aumentar ainda mais os elevados níveis de desemprego, pobreza, marginalização e exclusão social que têm sido provocados pelas políticas de austeridade, sobretudo nos povos do sul da Europa.

Consideramos também que a União dos Mercados de Capitais não é a solução para as PME – na verdade, poderá criar novas dificuldades – e que também não são alternativa os acordos de comércio livre, que colocam as PME num caminho de redução dos custos de produção, reduzindo ao mesmo tempo salários e preços na origem, destruindo empregos e provocando o encerramento de muitas PME.

Este relatório refere-se também ao reforço das PME do setor agrícola, da pesca e da aquicultura através do objetivo temático n.º 3. Entendemos que, para manter estas PME, que são fundamentais para garantir a nossa soberania alimentar e a nossa segurança alimentar, são também fundamentais políticas de regulação da produção e dos mercados, bem como uma distribuição justa dos direitos de produção e dos direitos de pesca.

 
  
MPphoto
 

  Marlene Mizzi (S&D). – Mr President, SMEs account for 99% of all EU businesses and provide about two-thirds of employment in Europe. This makes them an indispensable sector in stabilising the European economy and creating jobs and growth in Europe. One of the biggest challenges SMEs encounter on a daily basis is that of difficult access to affordable finance. Unfortunately, the current instruments are insufficient and do not provide SMEs, especially micro and small enterprises, with the necessary means to finance investment.

We must put in place the right environment and create the right opportunities for our SMEs to thrive and invest in the future. Therefore, I support the report, which not only underlines the importance of better access to financing for SMEs but also highlights the need to simplify relevant administrative procedures for continuous information and training on projects, and stresses the crucial role of local government in the proper utilisation of EU funds.

 
  
MPphoto
 

  Jiří Pospíšil (PPE). – Pane předsedající, já jsem podpořil tento dokument, jsem rád, že zde na plénu přijímáme i dokumenty, jejichž cílem je podpořit malé a střední podniky, podpořit byznys, a nejen dokumenty, které upravují rodičovskou dovolenou otců a další věci, které by, podle mého názoru, si měly upravit jednotlivé členské státy. Podpora malého a středního podnikání je obecně velmi důležitá pro prosperitu našeho kontinentu a je dobře, že tento materiál jasně vyzývá jednotlivé národní vlády, aby odstranily byrokratickou zátěž, zjednodušily přístup k podnikání, to si myslím, že je velmi důležité. A důležitá je také pasáž, podle mého názoru, která se týká financování malého a středního podnikání, protože přístup k úvěrům je pro začínajícího malého podnikatele mimořádně důležitou záležitostí. Z tohoto pohledu já tedy s dokumentem souhlasím, je dobře, že peníze jdou i na politiku soudržnosti, právě na podporu podnikání, tzn., že ty peníze budou reprodukovány a nejen utraceny.

 
  
MPphoto
 

  Seán Kelly (PPE). – Mr President, it is often said that SMEs constitute the keystone in the economies of our Member States, and thus, in initiatives such as the cohesion policy and the Euro 2020 strategy, careful consideration has been given to the role of SMEs in the economy, both now and in the future. As this report highlights the key economic concerns and priorities of the European Union, I support its proposals in the sphere of resource efficiency, growth and, above all, competitiveness, as well as the reflections on the relation to regional policy.

The report acknowledges the impact that the economic downturn had on SMEs throughout Europe, acknowledging the stifling of demand which was experienced. This is something I understand, given the obstacles that the Irish economy has faced: thankfully we are now recovering.

The recommendation for more and more efficient financial instruments is a good one, and I think that, if we implement these measures in a balanced way, we will ensure that SMEs can continue to innovate, compete and grow, and that, in conjunction with the digital single market, SMEs can thrive into the future.

 
  
  

Schriftliche Erklärungen zur Abstimmung

 
  
MPphoto
 
 

  Isabella Adinolfi (EFDD), per iscritto. ‒ Il periodo di programmazione 2014-2020 dei Fondi strutturali e di investimento prevede 11 obiettivi tematici, tra cui la promozione della competitività delle PMI. La presente relazione riconosce la fondamentale importanza delle PMI per il tessuto economico e sociale europeo e in questo senso chiede alla Commissione di: semplificare la normativa esistente al fine di facilitare l'accesso delle PMI al credito (facendo espressa menzione del microcredito e dell'esigenza di trovare una soluzione duratura per l'arretrato dei pagamenti relativi alla politica regionale); tenere conto del valore aggiunto dei progetti delle PMI per lo sviluppo e l'innovazione dei settori tradizionali, soffocate dalle politiche di austerità attuate dall'Unione europea; tenere conto dei principi del pacchetto dell'economia circolare al fine di promuovere una crescita economica più sostenibile; assicurare la trasparenza degli appalti pubblici per evitare possibili frodi. Per questi motivi ho deciso di votare a favore.

 
  
MPphoto
 
 

  Tim Aker (EFDD), in writing. – The EU is being hypocritical when it talks about SMEs. Far from helping SMEs, its red tape and over-regulation makes the life of small business owners a misery. Fortunately Brexit means this will not be our problem for much longer, and we look forward to a positive and lighter regulatory climate in post-Brexit Britain.

 
  
MPphoto
 
 

  Louis Aliot (ENF), par écrit. ‒ Ce rapport vise à renforcer la compétitivité des PME qui génèrent 100 millions d'emplois dans l’Union européenne, soit un tiers des emplois dans le secteur privé. Quelques bonnes idées sont à relever: réduction des retards de payements et simplification administratives en faveur des bénéficiaires de fonds structurels, simplification d'accès au crédit pour les PME. Bien que la politique de cohésion permette au mieux d’atténuer les effets néfastes des politiques européennes en matière d’emploi et d’investissement dans les PME, l'injection massive de fonds publics n'est pas une solution pérenne pour pallier les difficultés rencontrées par les PME. Dans ce contexte, je me suis abstenu sur ce rapport. Je considère qu'il ne s'attaque par réellement aux racines des problèmes rencontrés par les PME en matière de compétitivité, de financement et de trésorerie.

 
  
MPphoto
 
 

  Martina Anderson (GUE/NGL), in writing. ‒ This implementation report calls for simplified and easier access to credit for SMEs. It emphasises that each ESI Fund (ESF, ERDF, Cohesion fund, EFMM and EARDF) supports 11 thematic objectives and the thematic objective 3 is about ‘enhancing the competitiveness of small and medium-sized enterprises, the agricultural sector and the fisheries and aquaculture sector’ and the related investment priorities for the ERDF. While it was a generally good report, it also made positive reference to the Capital Markets Union aimed at developing non-bank lending (shadow banking), which Sinn Féin strongly opposes. Because of this call being included, I did not vote in favour of the overall report but abstained

 
  
MPphoto
 
 

  Eric Andrieu (S&D), par écrit. ‒ J'ai voté en faveur de ce rapport qui souligne la nécessité d'une simplification des procédures administratives, un meilleur accès au financement des PME, et insiste sur le rôle fondamental des gouvernements locaux qui – directement ou indirectement – sont impliqués dans les comités de suivi des programmes. Les PME sont essentielles au développement et à la prospérité de notre économie.

 
  
MPphoto
 
 

  Laima Liucija Andrikienė (PPE), in writing. ‒ I have voted in favour of the report on enhancing the competitiveness of SMEs. Under the theme ‘competitiveness of SMEs’ the ESI funds have allocated more than EUR 63 billion (plus EUR 31 billion of national co-financing for a total amount of EUR 94 billion) in the 2014-2020 programme. In the EU there are 23 million SMEs, which account for around 99% of all businesses, make a fundamental contribution to economic growth, social cohesion, innovation and high-quality job creation, providing over 100 million jobs. However, only a small percentage of the EU’s SMEs are currently able to identify and exploit the opportunities offered by international trade, trade agreements and the global value chains, and only 13% of them have been active at international level outside the EU over the past three years. While voting in favour of this report I also call for a less regulated access to funding. I also invite the Commission and the Member States to ensure enhanced coordination and consistency among all EU investment policies targeted at SMEs and Member States to exchange data and best practices. I also encourage the European Commission to make serious efforts and to encourage the long-awaited internationalisation of SMEs.

 
  
MPphoto
 
 

  Pascal Arimont (PPE), schriftlich. ‒ Das thematische Ziel „Stärkung der Wettbewerbsfähigkeit von KMU“ (TZ 3) ist für die Verwirklichung der Ziele der Kohäsionspolitik und der Strategie Europa 2020 von allergrößter Bedeutung. Mit der Einführung der thematischen Konzentration in der Programmplanung der Kohäsionspolitik für 2014–2020 wurde ein wirksames Instrument dafür geschaffen, dass operationelle Programme mit einem verbesserten Schwerpunkt auf Investitionsprioritäten konzipiert werden können. Der Bericht bietet eine frühzeitige Bewertung dieses thematischen Kernziels sowie die erste Berichterstattung über die allgemeine Umsetzung der Strategie im Finanzplanungszeitraum 2014–2020, in der sowohl gemessen wird, was bislang erreicht werden konnte, als auch versucht wird, Schlussfolgerungen für die Zukunft zu ziehen.

Kleine und mittlere Unternehmen sind sowohl mit Blick auf die Beschäftigung als auch auf die Wettbewerbsfähigkeit von größter Bedeutung für die Wirtschaft der Regionen der EU. Sie bilden das Rückgrat unserer Wirtschaft und schaffen europaweit die meisten Arbeitsplätze. Ich unterstütze daher die Schaffung einer großen Bandbreite an Maßnahmen und Finanzierungsinstrumenten, zur Förderung und Stärkung der Wettbewerbsfähigkeit von KMU.

 
  
MPphoto
 
 

  Marie-Christine Arnautu (ENF), par écrit. ‒ On recense plus de 23 millions de PME dans l’UE, soit 99 % des entreprises. Ces PME génèrent 100 millions d’emplois, soit deux tiers des emplois du secteur privé. 14 % des fonds européens disponibles sont alloués en faveur des PME, soit plus de 140 milliards d’euros pour la période de programmation 2014-2020.

Ce rapport ne s’attaque pas aux racines des difficultés rencontrées par les PME en matière de compétitivité, de financement ou de trésorerie, à savoir:

– la concurrence internationale déloyale exacerbée par le dumping social, environnemental, fiscal et monétaire que pratiquent les pays émergents et certains États membres;

– la monnaie unique qui prive les États du levier monétaire pour réduire les écarts de compétitivité avec leurs partenaires commerciaux;

– l’interdiction dans les traités européens de mettre en œuvre un patriotisme économique, notamment en accordant la priorité aux entreprises résidentes dans l’attribution des marchés publics;

– le durcissement des conditions d’octroi de crédit occasionné par les accords Bâle III.

En aucun cas, l’injection massive d’argent public, notamment par le biais de subventions, ne permettra de remédier durablement aux difficultés rencontrées par les PME.

C’est pourquoi j’ai voté contre ce rapport.

 
  
MPphoto
 
 

  Jonathan Arnott (EFDD), in writing. ‒ In the interests of transparency and democracy I would like to confirm I abstained on this report. Of course I want the EU to enhance the competitiveness of SMEs but as usual the EU´s strategy for this is more EU legislation. More paperwork and red tape.

Far from helping SMEs the EU´s red tape and over regulations makes the lives of small business owners a misery. Fortunately Brexit means this will not be the UKs problem for much longer. I look forward to a positive and lighter regulatory climate post-Brexit.

 
  
MPphoto
 
 

  Jean Arthuis (ALDE), par écrit. ‒ J'ai voté en faveur de ce rapport car comme le Parlement européen, j'ai toujours fait des PME la base indispensable de la création de l'emploi en Europe. Pour rappel, «les PME forment l'épine dorsale de l'économie de l'Union européenne et ont un énorme potentiel de création d'emplois, étant à l'origine de 85 % des nouveaux emplois; 20,7 millions de PME représentent plus de 67 % de l'emploi du secteur privé dans l'Union européenne, dont 30 % proviennent de microentreprises». Le Parlement estime également que «les PME sont les principaux moteurs de la croissance économique européenne à long terme et des possibilités de création d'emplois durables dans les 28 États membres».

 
  
MPphoto
 
 

  Zigmantas Balčytis (S&D), raštu. ‒ Balsavau už pranešimą dėl Bendrųjų nuostatų reglamento 9 straipsnio 3 dalyje nurodyto teminio tikslo didinti MVĮ konkurencingumą įgyvendinimo. Ekonomikos ir finansų krizės laikotarpiu daugelyje valstybių narių išaugo skurdas ir socialinė atskirtis, taip pat ilgalaikis nedarbas, jaunimo nedarbas ir socialinė nelygybė, taigi MVĮ atlieka reikalingą svarbų vaidmenį skatinant Europos atsigavimą. Kiekvienas Europos struktūrinis ir investicijų (ESI) fondas remia po 11 teminių tikslų. Paramą telkiant pagal temas, veiklos programos buvo labiau pritaikytos prie konkretaus skaičiaus strateginių tikslų, ypač susijusių su MVĮ, įskaitant labai mažas įmones, potencialu stiprinti augimą ir kurti aukštos kokybės darbo vietas. Tačiau nors MVĮ yra labai svarbios sėkmingai sanglaudos politikai užtikrinti, jos susiduria su daugybe problemų – teisinėmis, institucinėmis ir techninėmis kliūtimis. Todėl pritariu, kad atsirandančios kliūtys MVĮ turi būti šalinamos bei toliau būtų stiprinama numatyta ESI fondų parama.

 
  
MPphoto
 
 

  Zoltán Balczó (NI), írásban. ‒ A Regionális Fejlesztési Bizottság által benyújtott jelentés a kis- és közepes vállalkozások versenyképességének javítása tematikus célkitűzés végrehajtásáról szól. Felhívja a tagállamokat, hogy segítsék a kkv-k fejlődését, ennek keretében egyszerűsítsék a hitelhez jutás feltételeit, és biztosítsák a kkv-kat célzó valamennyi uniós beruházási politika fokozott koordinációját. Ezen túlmenően a jelentés felhívja a Bizottságot, hogy a tagállamokkal és az irányító hatóságokkal együtt ösztönözze egy egyetemekből, kutatóközpontokból, társadalmi és gazdasági szereplőkből és közintézményekből álló hálózat kialakítását, amely támogatja a vállalkozói készségek kialakítását.

Mivel jelenleg a kkv-k egynegyede folytat külkereskedelmet, a jelentés e téren is előrelépést és annak megfelelő támogatást javasol (a strukturális és beruházási alapok hatékonyabb felhasználásával). A kkv-k nemzetközi versenyképességük növelése céljából kapjanak nagyobb részt a kohéziós politika forrásaiból. A kkv-k fokozott támogatása olyan cél, amivel egyetértek és igennel szavaztam. Ugyanakkor megjegyezném, hogy a kkv-k akkor tudnak fejlődni, ha az aggregált kereslet nő a gazdaságban.

 
  
MPphoto
 
 

  Gerard Batten (EFDD), in writing. ‒ The EU is being hypocritical when it talks about SMEs. Far from helping SMEs, its red tape and over-regulation makes the life of small business owners a misery. Fortunately Brexit means this will not be our problem for much longer, and we look forward to a positive and lighter regulatory climate in post-Brexit Britain.

 
  
MPphoto
 
 

  Nicolas Bay (ENF), par écrit. ‒ La politique de cohésion permet au mieux d’atténuer les effets néfastes des politiques européennes en matière d’emploi et d’investissement dans les PME. En aucun cas, l’injection massive d’argent public – notamment par le biais de subventions – ne permettra de remédier durablement aux difficultés rencontrées par les PME (concurrence déloyale, non-optimalité de la zone euro, interdiction du patriotisme économique): je me suis donc abstenu.

 
  
MPphoto
 
 

  Beatriz Becerra Basterrechea (ALDE), por escrito. – En el periodo de programación 2014-2020 se han asignado más de 63 000 millones de euros de los Fondos EIE (Fondos Estructurales y de Inversión Europeos) para el objetivo general relativo a la «competitividad de las pymes». Voto a favor de este informe debido a que considero fundamental apoyar a casi 1 000 0000 de empresas y por consiguiente la creación directa de más de 300 000 puestos de trabajo. Además, se prevé que proporcione financiación a microempresas, con especial atención a cooperativas y empresas de la economía social.

 
  
MPphoto
 
 

  Brando Benifei (S&D), per iscritto. ‒ I 23 milioni di piccole e medie imprese europee rappresentano circa il 99 % di tutte le imprese dell'UE. Pur offrendo oltre 100 milioni di posti lavoro e costituendo un elemento centrale della crescita economica, dell'innovazione e della coesione sociale del continente solo il 13 % di esse è impegnato in attività commerciali e in investimenti nei mercati globali. Le politiche di austerità, attuate dagli Stati membri e dall'Unione europea negli scorsi anni, hanno soffocato la domanda e generato numerose difficoltà alle imprese. Ho votato a favore della relazione D'Amato perché condivido fortemente la necessità di rilanciare la competitività delle PMI europee, anche a livello internazionale, attraverso investimenti e in particolare con un corretto utilizzo dei fondi SIE. Il testo sottolinea efficacemente alcune linee guida per uscire da queste problematiche partendo dalla semplificazione delle procedure amministrative e dal miglioramento dell'accesso al credito per le imprese. Occorre garantire un maggiore coinvolgimento delle autorità locali e un miglioramento delle loro capacità amministrative nei comitati di sorveglianza dei programmi per il Fondo europeo di sviluppo regionale (FESR), per il Fondo sociale europeo (FSE) e altri fondi. Le PMI sono un fattore cruciale per lo sviluppo e la prosperità della nostra economia, non possiamo dimenticarlo.

 
  
MPphoto
 
 

  Xabier Benito Ziluaga (GUE/NGL), por escrito. ‒ Voto a favor a este informe que resalta la importancia de las pymes en la economía europea. Propone simplificar y disminuir la burocracia, la regulación y legislación en el acceso a ayudas y créditos para las pymes.

Destacamos que el informe hace referencia a la mala gestión económica y que las medidas de austeridad que paralizan la demanda, inciden de manera más dura en las pymes; y que apoya la creación de redes de innovación, y el intercambio de las experiencias positivas, así como el apoyo técnico.

Apostar por una inversión en pymes es apostar por el futuro, el empleo y una economía más sostenible.

 
  
MPphoto
 
 

  Dominique Bilde (ENF), par écrit. ‒ Concernant ce rapport sur le renforcement de la compétitivité des PME, j’ai choisi de m’abstenir.

Certes, je rejoins sur beaucoup de points les objectifs souhaités par le rapporteur. Ainsi, je me suis toujours battue en faveur de la simplification administrative pour les PME et en particulier les bénéficiaires des fonds structurels européens qui sont visés dans ce rapport. Par ailleurs, je souhaite également que soient réduits au maximum les retards de paiement liés aux fonds issus de la politique de cohésion, ainsi que, nécessité fondamentale, la simplification de l’accès au crédit en faveur des PME.

Cependant, je déplore que ce rapport ne s’attaque pas aux racines du «mal» en matière de compétitivité ou de financement pour les PME. Ainsi, le texte omet de pointer du doigt le problème de la concurrence déloyale, fruit du dumping social, environnemental, fiscal et monétaire que subissent les entreprises européennes.

De même, aucune remise en cause de la monnaie unique qui empêche pourtant les États membres de pouvoir doper leurs exportations. En règle générale, l’interdiction par Bruxelles de mettre en place un véritable patriotisme économique qui favoriserait les entreprises, leur permettant d’être prioritaires dans l’attribution des marchés publics par exemple.

 
  
MPphoto
 
 

  Mara Bizzotto (ENF), per iscritto. ‒ La relazione è condivisibile ed equilibrata. Ritengo di fondamentale importanza sostenere le piccole e medie imprese, che rappresentano la forza economica del nostro territorio; per questo ho deciso di sostenere col mio voto questo testo.

 
  
MPphoto
 
 

  José Blanco López (S&D), por escrito. ‒ La política de cohesión es el principal instrumento para la inversión y creación de empleo en la Unión. A lo largo de esta crisis se ha convertido en determinadas regiones en la única política de inversión.

En la UE existen 23 millones de pymes —el 99 % de todas las empresas—, que contribuyen de manera fundamental al crecimiento económico, la cohesión social, la innovación y la creación de empleo de calidad.

A través de los Fondos Estructurales destinados al programa de mejora de competitividad de las pymes, en el periodo 2014-2020 se espera aumentar la creación de puestos de trabajo e invertir en el desarrollo de las capacidades de las personas, al tiempo que desarrollar y aplicar nuevos modelos de negocio, desarrollar nuevos productos y servicios y apoyar la internacionalización.

Por ello, el informe, que he apoyado, pide a Comisión y Estados miembros que tengan en cuenta el valor añadido de los proyectos de las pymes para el desarrollo y la innovación de sectores tradicionales para impulsar su adaptación ante los procesos de digitalización mejorando sus cualificaciones en las TIC, y apela a Estados miembros y entidades regionales a que estudien y apliquen en toda su extensión las posibilidades que ofrecen los instrumentos financieros.

 
  
MPphoto
 
 

  Vilija Blinkevičiūtė (S&D), raštu. ‒ Balsavau dėl šio pranešimo, nes juo Parlamentas pasisakė dėl Europos Sąjungos mažų ir vidutinių įmonių (MVĮ) konkurencingumo didinimo. ES šiandien veikia 23 mln. MVĮ, o tai sudaro apie 99 proc. visų įmonių. Jos iš esmės prisideda prie ekonomikos augimo, socialinės sanglaudos, inovacijų skatinimo ir aukštos kokybės darbo vietų kūrimo: MVĮ užtikrina per 100 mln. darbo vietų, t. y. sukuria 2 iš 3 privačiojo sektoriaus darbo vietų, o užimtumo augimo lygis jose dukart viršija stambesnių įmonių rodiklį. Ir, vis dėlto, MVĮ, kurios galėtų pretenduoti į ESI fondų pagalbą, ypač neigiamai veikia sudėtingos ir nepastovios taisyklės bei susijusi biurokratinė našta, o ypač tai, kad administracinės išlaidos visiškai neproporcingos skiriamo finansavimo, paraiškų finansavimui gauti nagrinėjimo trukmės ir avansinių lėšų būtinybės požiūriu. Todėl šiuo pranešimu Parlamentas ragina Komisiją ir valstybes nares atsižvelgti į MVĮ projektų pridėtinę vertę tradicinių sektorių vystymo ir inovacijų požiūriu, nes tai skatintų ne tik kurti darbo vietas, bet ir išsaugoti vietos ir regioninio verslo specifiką, kartu laikantis tvarumo principų.

 
  
MPphoto
 
 

  Andrea Bocskor (PPE), írásban. ‒ Helyes, hogy a Bizottság fokozott figyelmet fordít a jó kormányzásra és a jó minőségű közszolgáltatásokra. Az átlátható, következetes és innovatív közbeszerzési rendszer fontos a kkv-k számára, ezért fontos a kkv-k pályázatokon való részvétele előtt álló akadályok minél teljesebb körű elmozdítása, a túlzott bürokratikus terhek kiiktatása, a kiegészítő feltételek szabásának elkerülése nemzeti szinten, egyúttal mihamarabb végrehajtva a közbeszerzési vitarendezésre vonatkozó hatályos jogalkotási keret rendelkezéseit. Ugyanakkor nem hiszem, hogy a kkv-k megfelelő ösztönzők mellett elő tudják segíteni a bevándorlók integrálását.

 
  
MPphoto
 
 

  David Borrelli (EFDD), per iscritto. ‒Ho votato a favore della relazione della collega D'Amato sull'attuazione dell'obiettivo tematico "promuovere la competitività delle PMI" perché mette in evidenza il contributo economico apportato dalle piccole e medie imprese, parliamo di oltre 100 milioni di posti di lavoro in Europa, e individua le difficoltà affrontate oggi dalle stesse PMI a causa delle politiche di austerità attuate dagli Stati membri e dall'Unione. La relazione pone particolare attenzione a temi di grande rilevanza come la crescita occupazionale tramite la promozione di una prosperità economica più sostenibile, la risoluzione del grave problema dei ritardi dei pagamenti da parte della Commissione e il sostegno all'attività autonoma attraverso il microcredito, affinché si possano superare gli ostacoli all'accesso ai servizi bancari tradizionali. Infine, mi preme sottolineare l'importanza della partecipazione diretta dei cittadini che, attraverso la piattaforma Rousseau, hanno contribuito alla stesura di questa relazione.

 
  
MPphoto
 
 

  Marie-Christine Boutonnet (ENF), par écrit. ‒ Bien que je sois en faveur du soutien aux PME et bien que tous les vœux pieux de ce texte aillent dans ce sens, je constate une nouvelle fois dans ce rapport que les vraies racines du mal ne sont pas identifiées et encore moins combattues (monnaie unique, frontières ouvertes à tous les dumpings de toutes sortes et interdiction de pratiquer le patriotisme économique).

Par conséquent, je me suis abstenue.

 
  
MPphoto
 
 

  Renata Briano (S&D), per iscritto. ‒ I fondi SIE servono a promuovere la competitività delle piccole e medie imprese dell'Unione europea. Sono una importante fonte di finanziamento di cui beneficeranno 801.500 imprese per la per la creazione diretta di 354.300 nuovi posti di lavoro: questo significa che il 5 % di tutte le PMI dell'UE e l'8 % delle nuove imprese riceveranno finanziamenti europei. I fondi SIE sono strumenti validi e da sostenere, che finanziano 11 obiettivi tematici, tra cui la promozione della competitività delle piccole e medie imprese del settore agricolo (per il FEASR) e del settore della pesca e dell'acquacoltura (per il FEAMP), nonché le priorità d'investimento correlate per il FESR: tutte azioni utili per sostenere la realizzazione della strategia Europa 2020 dell'UE per una crescita intelligente, sostenibile, inclusiva e solidale dell'Europa.

 
  
MPphoto
 
 

  Steeve Briois (ENF), par écrit. ‒ Ce rapport vise à renforcer la compétitivité des 23 millions de PME implantées au sein de l’Union européenne. Nous partageons la plupart des idées défendues dans ce rapport telles que la simplification administrative en faveur des bénéficiaires des fonds structurels européens, l’accroissement des synergies entre les fonds structurels européens ou encore la simplification de l’accès au crédit en faveur des PME. Nous constatons en revanche que le rapporteur n’avance aucune piste concrète pour atteindre ces vœux pieux. De plus, ce rapport ne s’attaque pas aux racines des problèmes rencontrés par les PME en matière de financement, de trésorerie ou de compétitivité. Aucune remise en cause de la directive sur le détachement des travailleurs qui exacerbe la concurrence déloyale au sein de l’Union, aucun commentaire sur les traités européens qui interdisent les États membres d’attribuer les marchés publics à leurs PME. En réalité, la politique de cohésion permet au mieux d’atténuer les effets néfastes des politiques européennes en matière d’emploi et d’investissement dans les PME. En aucun cas, l’injection massive d’argent public, notamment par le biais de subventions, ne permettra de remédier durablement aux difficultés rencontrées par les PME. Je me suis donc abstenu sur ce rapport.

 
  
MPphoto
 
 

  Cristian-Silviu Bușoi (PPE), în scris. ‒ După ascensiunea din ultimele decenii, se apreciază că firmele mici și mijlocii vor constitui în perioada următoare vectorul principal al progresului economic, atât în țările dezvoltate, cât și în cele aflate în tranziție.

Îmbunătățirea competitivității IMM-urilor este un domeniu esențial de intervenție, în condițiile în care IMM-urile reprezintă circa 99% din totalul întreprinderilor, cu o contribuție decisivă la crearea de noi locuri de muncă și asigurarea coeziunii. Îmbunătățirea competitivității întreprinderilor mici și mijlocii este obiectiv prioritar în Programul Operațional Regional 2014-2020, acestui cadru fiindu-i alocate aproximativ 63 de miliarde de euro din fondurile ESI pentru această perioadă.

Susțin propunerea de rezoluție a PE referitoare la punerea în aplicare a obiectivului tematic „îmbunătățirea competitivității IMM-urilor”, deoarece consider că programul se va concentra asupra instrumentelor financiare și sprijinului destinat internaționalizării întreprinderilor și va fi simplificat pentru ca întreprinderile mici să beneficieze mai ușor de el. În cursul noii perioade de programare, investițiile în IMM-uri se vor face prin OT 3, permițând totodată și realizarea de investiții în IMM-uri în cadrul altor obiective tematice.

Elaborarea strategiei pentru competitivitate pune accent pe capitalizarea potențialului industriilor și serviciilor competitive, atragerea IMM-urilor în lanțul de creare a valorii, promovarea inovării tehnologice și susținerea internaționalizării IMM-urilor.

 
  
MPphoto
 
 

  Alain Cadec (PPE), par écrit. ‒ Les petites et moyennes entreprises constituent l’épine dorsale de l’économie européenne. Elles représentent 100 millions d’emplois et contribuent énormément à la croissance économique de l’Union. La politique de cohésion de l’Union européenne à travers ses fonds structurels et d’investissement participe au financement des PME. Il est donc primordial que la politique de cohésion offre des instruments adaptés aux spécificités de ces entreprises. Dans cette perspective, il est important de renforcer le soutien des fonds structurels et d’investissement aux PME. Il faut également éliminer les obstacles bureaucratiques et réglementaires qui empêchent les PME d’accéder à ce soutien financier. J’ai voté en faveur de ce rapport d’initiative.

 
  
MPphoto
 
 

  Nicola Caputo (S&D), per iscritto. ‒ Oggi ho votato a favore della relazione in questione perché penso che le PMI siano la forza motrice dell'economia europea. Gli Stati membri e le regioni dovrebbero prevedere meccanismi di informazione e di sostegno efficaci per consentire alle PMI di beneficiare di fondi europei, nonché adottare misure ambiziose combinando le risorse di bilancio dell'UE provenienti in particolare dai programmi COSME e Orizzonte 2020 e dai Fondi strutturali e di investimento europei. Bisogna anche semplificare la vita delle PMI velocizzando le procedure di accesso ai finanziamenti europei e alleggerendo gli atti legislativi dell'UE più gravosi, al fine di sostenere la competitività delle PMI e l'assorbimento dei Fondi strutturali e di investimento europei. Inoltre penso che l'accesso al credito debba essere semplificato e meno regolamentato, tenendo conto delle caratteristiche particolari delle microimprese, delle nuove imprese e delle regioni in cui esse operano. Noto che purtroppo gli investitori e le banche sono spesso restii a finanziare le imprese nelle fasi di avviamento e di prima espansione e che molte PMI, in particolare le nuove imprese di piccole dimensioni, incontrano difficoltà nell'ottenere accesso a finanziamenti esterni.

 
  
MPphoto
 
 

  Matt Carthy (GUE/NGL), in writing. ‒ This implementation report calls for simplified and easier access to credit for SMEs. It emphasises that each ESI Fund (ESF, ERDF, Cohesion fund, EFMM and EARDF) supports 11 thematic objectives and the thematic objective 3 is about ‘enhancing the competitiveness of small and medium-sized enterprises, the agricultural sector and the fisheries and aquaculture sector’ and the related investment priorities for the ERDF. While it was a generally good report, it also made positive reference to the Capital Markets Union aimed at developing non-bank lending (shadow banking), which Sinn Féin strongly opposes. Because of this call being included, I did not vote in favour of the overall report but abstained.

 
  
MPphoto
 
 

  David Casa (PPE), in writing. ‒ Small and medium-sized enterprises (SMEs) are essential for the economy of EU regions, both in terms of employment and competitiveness and the Report underscores the importance of doubling the support offered through Cohesion Policy to SMEs for the 2014-2020 period. In the new programming period, among other possibilities, investments in SMEs will be made also through the ESI Funds under the broad theme of ‘competitiveness of SMEs’. It is important to increase funding for the strengthening of the competitiveness of SMEs. I voted in favour of this Report.

 
  
MPphoto
 
 

  Fabio Massimo Castaldo (EFDD), per iscritto. ‒ Il periodo di programmazione 2014-2020 dei Fondi strutturali e di investimento prevede 11 obiettivi tematici: l'obiettivo tematico (OT) 3 riguarda la promozione della competitività delle PMI e ha una dotazione di oltre 63 miliardi di euro (94, se si aggiunge il cofinanziamento nazionale). La relazione della nostra collega Rosa D'Amato contiene diverse aspetti positivi: la definizione del processo di internazionalizzazione delle PMI, che dovrebbe basarsi sulla responsabilità sociale delle imprese, sul rispetto dei diritti umani e dei diritti dei lavoratori e sul livello più elevato possibile di protezione dell'ambiente, al fine di garantire una concorrenza leale e un aumento dell'occupazione di qualità; l'enfasi sulle difficoltà incontrate dalle PMI, con la chiara menzione del fatto che le politiche di austerità attuate dagli Stati membri e dall'Unione europea hanno soffocato la domanda; la rilevazione dell'assenza di dati fattuali sugli effetti e i risultati prodotti dagli strumenti finanziari nonché il debole legame esistente tra tali strumenti finanziari e gli obiettivi e le priorità generali dell'UE; la menzione del microcredito, mirato principalmente ai microimprenditori e alle persone svantaggiate che desiderano intraprendere un'attività autonoma, è fondamentale per superare gli ostacoli all'accesso ai servizi bancari tradizionali. Per questi motivi, voto a favore.

 
  
MPphoto
 
 

  Dita Charanzová (ALDE), in writing. ‒ In view of the fact that there are 23 million SMEs registered within the European Union providing more than 100 million jobs, I voted for this report. I am very much in favour of implementation of measures that will enhance their competitiveness. I believe that this can be achieved through financial support provided by European Structural and Investment Funds, by providing SMEs with microcredits, by simplifying mechanism that will help the business environment and speeding up the process of setting up of new businesses and by decreasing excessive bureaucracy that prevents SMEs from applying for the available funds. I would be in favour of Member States exchanging more data, knowledge and best practices in this regard. Thank you.

 
  
MPphoto
 
 

  Caterina Chinnici (S&D), per iscritto. ‒ Le PMI sono il motore fondamentale della crescita dell'economia dell'UE sia in termini di occupazione che di competitività. Sono oltre 23 milioni le PMI dell'UE che garantiscono circa 100 milioni di posti di lavoro. Promuovere il loro sviluppo è un obiettivo chiave per l'Unione europea.

In un momento di crisi economica difficile come quello ancora in corso, le PMI vanno aiutate a promuovere la loro competitività e l'innovazione, e sotto questo profilo i Fondi SIE costituiscono strumenti efficaci per il raggiungimento di tale obiettivo. Come più volte sostenuto da questa Aula, però, occorrono procedure semplificate di accesso ai fondi, unitamente al coordinamento con tutte le politiche d'investimento dell'UE per le PMI.

Solo in questo modo e attraverso una azione sinergica si potrà massimizzare l'impatto e l'effetto degli investimenti per creare un ecosistema positivo di sviluppo e di crescita.

Per questi motivi ho votato a favore della relazione.

 
  
MPphoto
 
 

  Λευτέρης Χριστοφόρου (PPE), γραπτώς. ‒ Στηρίζουμε την έκθεση και υπογραμμίζουμε πως οι μικρές και μεσαίες επιχειρήσεις (ΜΜΕ) είναι ουσιώδεις για την οικονομία των περιφερειών της ΕΕ, τόσο σε θέματα απασχόλησης όσο και ανταγωνιστικότητας.

 
  
MPphoto
 
 

  Κώστας Χρυσόγονος (GUE/NGL), γραπτώς. ‒ Ψηφίσαμε ως προς την έκθεση σχετικά με την εφαρμογή του θεματικού στόχου «βελτίωση της ανταγωνιστικότητας των μικρομεσαίων επιχειρήσεων». Ιδιαίτερα, κατά την περίοδο της οικονομικής κρίσης που η Ευρώπη συνεχίζει να αντιμετωπίζει, η ανάπτυξη στρατηγικών για τη βελτίωση της θέσης των επιχειρήσεων μικρού και μεσαίου βεληνεκούς, λειτουργεί προς όφελος των πολιτών και ως εκ τούτου ψήφισα θετικά.

 
  
MPphoto
 
 

  Alberto Cirio (PPE), per iscritto. ‒ Ho votato a favore della relazione D'Amato sulla promozione della competitività delle piccole e medie imprese (PMI) dal momento che queste ultime sono fondamentali per l'economia dell'Unione europea, sia in termini di occupazione che di competitività. Infatti, esse costituiscono il 99 % delle imprese europee e offrono circa due terzi dei posti di lavoro nel settore privato. Inoltre, questo tema è essenziale per il raggiungimento degli obiettivi della politica di coesione e della strategia di Europa 2020. Dal momento che la politica di coesione per il periodo 2014-2020 raddoppierà i fondi per le PMI per il periodo 2007-2013 fino a 140 miliardi di euro, accolgo con favore la proposta di semplificare la normativa europea, nazionale e regionale al fine di facilitare l'accesso delle PMI ai finanziamenti.

 
  
MPphoto
 
 

  Deirdre Clune (PPE), in writing. ‒ I supported the report on enhancing the competitiveness of SMEs and noted no objections.

 
  
MPphoto
 
 

  Carlos Coelho (PPE), por escrito. ‒ A competitividade das pequenas e médias empresas é uma das prioridades da Estratégia Europa 2020. A programação dos fundos de coesão ao nível temático é uma inovação bem-vinda, uma vez que possibilita um maior escrutínio da sua aplicação, permitindo desde já concluir que a sua atribuição tem contribuído para um reforço do crescimento e para a criação de emprego, incluindo nas microempresas.

Esta temática é de particular importância para Portugal, onde a maioria do tecido empresarial são PME. Esta resolução faz um bom diagnóstico das dificuldades encontradas. Ressalve-se, contudo, que no âmbito dos fundos de coesão do período anterior - contrariamente ao que se passou no resto da Europa - Portugal teve uma das melhores execuções a nível europeu.

Congratulo-me pela aprovação desta resolução, reforçando a importância de maior escrutínio e uma maior ligação às PME no planeamento do próximo quadro financiamento plurianual.

 
  
MPphoto
 
 

  Birgit Collin-Langen (PPE), schriftlich. ‒ Ich habe für den Bericht gestimmt, denn ich unterstützte die Verdopplung der Finanzmittel für den laufenden Programmplanungszeitraum 2014-2020. Aber allein mit der Aufstockung des Budgets ist es nicht getan: Ich unterstützte außerdem die vorgeschlagenen Maßnahmen, wodurch bestehende Hindernisse für die wirksame Nutzung von Finanzmitteln durch KMU ermittelt und z. B. durch Informations- und Unterstützungsmechanismen abgebaut werden können. Auch die Vorschläge, potenzielle Synergien innerhalb der ESI-Fonds und zwischen den ESI-Fonds und anderen für KMU wichtigen Fonds herzustellen, stellen für mich wichtige Maßnahmen dar, um die Wettbewerbsfähigkeit der KMU konsequent weiter aufzubauen und zu stärken.

 
  
MPphoto
 
 

  Lara Comi (PPE), per iscritto. ‒ Promuovere la competitività delle imprese è una priorità per raggiungere gli obiettivi della politica di coesione e della strategia Europa 2020. Le piccole e medie imprese sono fondamentali per lo sviluppo economico delle regioni dell'UE, perché promuovono allo stesso tempo competitività e occupazione. Nel periodo 2007-2013 mediante la politica di coesione le imprese avevano ricevuto 70 miliardi di euro a sostegno delle loro attività. L'obiettivo per il periodo 2014-2020 è quello di raddoppiare la quota, anche mediante il contributo di strumenti finanziari. Ho votato a favore dell'attuazione dell'obiettivo tematico di promozione delle PMI all'interno della politica di coesione, perché ritengo sia uno strumento efficace per l'applicazione di programmi operativi incentrati sulle politiche di investimento, capaci di stabilire obiettivi specifici in termini di crescita economica e occupazione. È importante sottolineare come tale approccio riconosca la rilevanza delle autorità locali nella dimensione territoriale dei programmi operativi ed è volto a semplificare e ridurre gli oneri amministrativi, in modo da poter accedere e utilizzare gli strumenti finanziari dell'UE.

 
  
MPphoto
 
 

  Therese Comodini Cachia (PPE), in writing. – We have 23 million small and medium-sized enterprises (SMEs) in the EU, which account for around 99% of all businesses; making a fundamental contribution to economic growth, social cohesion, innovation and high-quality job creation. Having said that we only have 13% of European SMEs which are engaged in commercial activities and investments in the global markets.

I share the concern expressed in this report on a skills gap with regard to ICT skills that should be dealt with by placing more emphasis on relevant training and education; improving access to finance, providing more information, simplifying legislation, cutting red tape and promoting e-cohesion amongst society stakeholders. In this sense, operational programmes should be fine-tuned to support research and development, particularly SMEs to increase their capacity to submit patent applications to the European Patent Office. These require viable and user-friendly financing schemes to achieve the scopes aimed at.

 
  
MPphoto
 
 

  Javier Couso Permuy (GUE/NGL), por escrito. ‒ He votado a favor de este informe porque contribuye a reforzar las capacidades de pequeñas y medianas empresas, a través de mejorar su accesibilidad a la financiación, y por lo tanto contribuye a fijar puestos de trabajo y potenciar la creación de nuevas oportunidades. El informe pide un acceso al crédito simplificado y menos regulado para las pymes, y recalca que éstas son esenciales en la economía de las regiones de la Unión. Hace hincapié en recordar que una buena parte de los problemas sufridos por las pymes fueron y son debidos a las políticas de austeridad implementadas por los Estados miembros.

 
  
MPphoto
 
 

  Andrea Cozzolino (S&D), per iscritto. ‒ Ho votato in favore della risoluzione poiché ritengo che la promozione dell'imprenditorialità rappresenti un importante incentivo alla crescita delle PMI sui mercati nazionali e internazionali. È noto che le PMI costituiscono il motore per la crescita economica delle regioni dell'UE, sia in termini di occupazione che di competitività. In quest'ottica, la politica di coesione 2014-2020 rappresenta un efficace catalizzatore di investimenti volti a promuovere e sostenere, mediante una serie di strumenti finanziari innovativi, l'avviamento e lo sviluppo delle PMI. Tuttavia, la complessa gestione dei fondi strutturali e degli oneri amministrativi, nonché l'accesso limitato delle PMI ai finanziamenti hanno finora condotto a un assorbimento insufficiente dei fondi ed è necessario accelerare in questa direzione. È pertanto fondamentale che gli Stati membri e le regioni prevedano meccanismi di informazione e di sostegno efficaci per consentire alle PMI di beneficiare dei fondi europei. Una forte sinergia tra i fondi SIE e altre politiche e strumenti finanziari destinati alle PMI consentirà di massimizzare l'impatto degli investimenti e rendere tangibili i risultati degli investimenti della politica di coesione, contribuendo a modellare la crescita attuale e futura delle regioni negli Stati membri.

 
  
MPphoto
 
 

  Andi Cristea (S&D), în scris. ‒ Strategia Europa 2020 prevede creșterea inteligentă, durabilă și favorabilă incluziunii. Întreprinderile mici și mijlocii sunt esențiale pentru economia statelor membre, atât pentru ocuparea forței de muncă, cât și pentru creșterea competitivității. În perioada 2007-2013 s-au alocat peste 70 de miliarde de euro pentru sprijinirea întreprinderilor, prin intermediul politicii de coeziune. Pentru perioada 2014-2020 se urmărește dublarea acestei sume.

Am votat pentru continuarea ajutorării IMM-urilor de a se integra cu succes în lanțurile valorice globale. Aceste întreprinderi reprezintă coloana vertebrală a economiei UE, fiind responsabile de 85% dintre locurile de muncă nou create. Ele reprezintă factori-cheie ai creșterii economice pe termen lung a Europei.

 
  
MPphoto
 
 

  Pál Csáky (PPE), írásban. – Tartózkodtam a kis-és középvállalkozások versenyképességének javításáról szóló jelentés szavazása során. A jelentés sok hasznos gondolatot tartalmaz. A KKV-k fontos szerepet játszhatnak Európa fellendülésében, hiszen az összes vállalkozás 99%-át kitevő mintegy 23 millió kis- és középvállalkozás jelentős mértékben járul hozzá a gazdasági növekedéshez, a társadalmi kohézióhoz, innovációhoz, munkahelyteremtéshez. Azonban a jelentés egy bekezdésében megjelenik a menekültek és migránsok integrációja, melyhez – amint a jelentés kifejti – a kisvállalkozások tevékenységét segítő megfelelő támogatás és ösztönzők innovatív lehetőséget nyújthatnak.

A kohéziós politika eredeti szerződéses hivatása „a különböző régiók fejlettségi szintje közötti egyenlőtlenségek és a legkedvezőtlenebb helyzetű régiók lemaradásának csökkentése”. Ezért nem tudok egyetérteni azzal, hogy az európai régiók számára oly fontos kohéziós forrásokat migrációval kapcsolatos célokra fordítsák.

 
  
MPphoto
 
 

  Edward Czesak (ECR), na piśmie. ‒ Popieram sprawozdanie, ponieważ zwraca ono uwagę na kilka kluczowych aspektów. Zarówno na rolę, jaką MŚP powinny mieć w gospodarce UE, jak i ich rolę w realizacji polityki spójności. Kolejnym aspektem jest potrzeba ograniczania biurokracji oraz zróżnicowania źródeł finansowania, jak również wczesne zaangażowanie w dyskusje o priorytetach inwestycyjnych w przyszłych rundach finansowania, a także wymiana najlepszych praktyk między państwami członkowskimi. Chciałbym jedynie zaznaczyć, że nie uważam, że należy wiązać wsparcie dla MŚP z szansą na integrację uchodźców i migrantów.

 
  
MPphoto
 
 

  Miriam Dalli (S&D), in writing. ‒ This report calls the Commission amongst others, to consider the circular economy package and COP21, to consider reduction of austerity policies, raising awareness on financial sources of SMEs, coordination among all EU investment policies, acceleration of cohesion policy and sharing of best practices between Member States. It also underlines the need to reduce administrative burdens and better access to financing. I am in favour of this report as it really and truly enhances the competitiveness of SMEs which I believe are the future of development and economic prosperity.

 
  
MPphoto
 
 

  Viorica Dăncilă (S&D), în scris. ‒ Având în vedere că politica de coeziune reprezintă instrumentul principal pentru investițiile în creștere și locuri de muncă în Uniunea Europeană, consider că trebuie să se monitorizeze mai îndeaproape accelerarea punerii în aplicare, în special crearea de proiecte cu un potențial de creștere sustenabilă și de creare de locuri de muncă de calitate, cu accent pe proiectele lansate și în mediul rural, pentru crearea de noi servicii și pentru a contribui la evitarea depopulării zonelor rurale.

 
  
MPphoto
 
 

  Michel Dantin (PPE), par écrit. ‒ Ce rapport d’initiative vise à établir une stratégie permettant d’atteindre les objectifs de la politique de cohésion et de la stratégie Europe 2020. Le rapport propose une concertation thématique dans l’établissement de la politique de cohésion avec des objectifs clairs, en particulier celui de renforcer la croissance et des créer des emplois de qualité dans les PME. Considérant que les petites et moyennes entreprises, qui sont au cœur du modèle économique de l’Union européenne, devraient bénéficier d’un soutien de l’Union en faveur de leur compétitivité, j’ai soutenu ce rapport.

 
  
MPphoto
 
 

  William (The Earl of) Dartmouth (EFDD), in writing. ‒ The EU is being hypocritical when it talks about SMEs. Far from helping SMEs, its red tape and over-regulation makes the life of small business owners a misery. Fortunately Brexit means this will not be our problem for much longer, and we look forward to a positive and lighter regulatory climate in post-Brexit Britain.

 
  
MPphoto
 
 

  Rachida Dati (PPE), par écrit. – J’ai voté en faveur de ce texte. L’adoption à une large majorité de ce rapport sur la mise en œuvre de l’objectif thématique «renforcement de la compétitivité des PME» est un signe extrêmement positif envoyé aux 23 millions de PME de l’Union européenne, véritables cœurs de nos économies. Alors que le développement et la prospérité de ces entreprises déterminent indéniablement la croissance européenne, mais permettent également la cohésion sociale, il est indispensable de renforcer leur compétitivité, notamment par une contribution adéquate des FSIE (Fonds structurels et d’investissement européens). L’importance d'un accès au financement est très justement soulignée dans ce rapport.

 
  
MPphoto
 
 

  Andor Deli (PPE), írásban. ‒ A kis-és középvállalkozások versenyképességének javításáról szóló jelentés szavazása során tartózkodó álláspontra helyezkedtem. A jelentés sok hasznos gondolatot tartalmaz. A KKV-k kétségtelenül fontos szerepet játszhatnak Európa fellendülésében, hiszen az összes vállalkozás 99%-át kitevő mintegy 23 millió kis- és középvállalkozás jelentős mértékben járul hozzá a gazdasági növekedéshez, a társadalmi kohézióhoz, innovációhoz, munkahelyteremtéshez. Azonban a jelentés egy bekezdésében megjelenik a menekültek és migránsok integrációja, melyhez – amint a jelentés kifejti – a kisvállalkozások tevékenységét segítő megfelelő támogatás és ösztönzők innovatív lehetőséget nyújthatnak.

A kohéziós politika eredeti szerződéses hivatása „a különböző régiók fejlettségi szintje közötti egyenlőtlenségek és a legkedvezőtlenebb helyzetű régiók lemaradásának csökkentése” (EUMSZ 174. cikk). Nem tudok egyetérteni azzal, hogy az európai régiók számára oly fontos kohéziós forrásokat migrációval kapcsolatos célokra fordítsák. Itt az ideje felismerni, hogy a kötelező befogadási kvóta, az áttelepítés nem működik. A migránsok, menekültek számára származási országukban kell segítséget nyújtani, és nem az uniós tagállamokba hozni a problémát.

 
  
MPphoto
 
 

  Isabella De Monte (S&D), per iscritto. ‒ Ho votato a favore della promozione della competitività delle PMI in quanto ritengo che esse siano di fondamentale importanza per l'economia dell'UE. Inoltre, la competitività delle PMI favorisce una crescita sostenibile e responsabile dal punto di vista economico e ambientale, sia a livello comunitario che nazionale e regionale.

 
  
MPphoto
 
 

  Mireille D'Ornano (ENF), par écrit. ‒ Aujourd'hui, 14 % des fonds européens disponibles sont alloués en faveur des 23 millions de PME, soit plus de 140 milliards d’euros pour la période de programmation 2014-2020. Le rapport pointe du doigt la lourdeur administrative des systèmes de subventions des fonds structurels européens, les retards de paiement fréquents et les difficultés d’accès au crédit. Hormis les constats, auxquels nous souscrivons, ce rapport ne propose aucune solution concrète. En particulier, il ne remet nullement en cause la concurrence déloyale, le caractère non-optimal de la zone euro ainsi que le durcissement des conditions d’octroi de crédit occasionné par les accords Bâle III. Je me suis donc abstenue sur ce texte.

 
  
MPphoto
 
 

  Ангел Джамбазки (ECR), в писмена форма. ‒ Подкрепих този доклад, тъй като смятам, че съдържа в себе си множество положителни елементи. Специално внимание е обърнато на ролята на малките и средни предприятия за европейската икономика и кохезионната политика, намаляване на бюрокрацията и насърчаването на финансиране. Не съм съгласен единствено с факта подкрепата за малките и средни предприятия да се обвърже с интегрирането на мигранти и бежанци.

 
  
MPphoto
 
 

  Γεώργιος Επιτήδειος (NI), γραπτώς. ‒ Η ενίσχυση των μικρών και μεσαίων επιχειρήσεων σε καμία περίπτωση δεν περνάει μέσα από την επιπλέον δανειοδότηση ή τις θολές πρακτικές της Ένωσης. Αυτό που απαιτείται είναι μια ευνοϊκή και για τους εργαζόμενους και για τις επιχειρήσεις φορολογική πολιτική, προστασία τους από τον ανταγωνισμό τρίτων χωρών και έμφαση στις δυνατότητες ανάπτυξης με δικά τους κεφάλαια και όχι δάνεια που θα ενισχύσουν για ακόμα μια φορά το αμαρτωλό τραπεζικό σύστημα.

 
  
MPphoto
 
 

  Norbert Erdős (PPE), írásban. ‒ A kis-és középvállalkozások versenyképességének javításáról szóló jelentés szavazása során tartózkodó álláspontra helyezkedtem. A jelentés sok hasznos gondolatot tartalmaz. A KKV-k kétségtelenül fontos szerepet játszhatnak Európa fellendülésében, hiszen az összes vállalkozás 99%-át kitevő mintegy 23 millió kis- és középvállalkozás jelentős mértékben járul hozzá a gazdasági növekedéshez, a társadalmi kohézióhoz, innovációhoz, munkahelyteremtéshez. Azonban a jelentés egy bekezdésében megjelenik a menekültek és migránsok integrációja, melyhez – amint a jelentés kifejti – a kisvállalkozások tevékenységét segítő megfelelő támogatás és ösztönzők innovatív lehetőséget nyújthatnak.

A kohéziós politika eredeti szerződéses hivatása „a különböző régiók fejlettségi szintje közötti egyenlőtlenségek és a legkedvezőtlenebb helyzetű régiók lemaradásának csökkentése” (EUMSZ 174. cikk). Nem tudok egyetérteni azzal, hogy az európai régiók számára oly fontos kohéziós forrásokat migrációval kapcsolatos célokra fordítsák. Itt az ideje felismerni, hogy a kötelező befogadási kvóta, az áttelepítés nem működik. A migránsok, menekültek számára származási országukban kell segítséget nyújtani, és nem az uniós tagállamokba hozni a problémát.

 
  
MPphoto
 
 

  Eleonora Evi (EFDD), per iscritto. ‒ La politica di coesione è uno strumento fondamentale per favorire gli investimenti nel territorio dell'Unione. La relazione a prima firma del M5S della collega D'Amato si focalizza sulla promozione della competitività della piccola e media impresa europea, vera ossatura economica e occupazionale dell'Europa con oltre 100 milioni di posti di lavoro, e individua criticità e margini di miglioramento nella progettazione della nuova programmazione. In primo luogo un forte e deciso riferimento alle politiche di austerità e alla crisi economica quale causa del soffocamento della domanda interna. Inoltre, burocrazia e giungla normativa come ulteriori ostacoli nel fare impresa e investimenti nell'economia reale. La relazione chiede maggiore trasparenza negli appalti pubblici e nell'uso dei fondi europei, attenzione e rigore nei pagamenti da parte della Commissione e degli Stati membri, maggiore accesso al credito per le PMI. Serve ripensare l'intero sistema produttivo affinché si possano effettuare passi concreti in direzione dell'economia circolare e della transizione energetica, creando al contempo occupazione e lavoro verde. Ho votato a favore.

 
  
MPphoto
 
 

  José Manuel Fernandes (PPE), por escrito. ‒ As pequenas e médias empresas (PME) são essenciais para a economia das regiões da UE, tanto em termos de emprego como de competitividade. No período de 2007-2013, com o apoio da política de coesão, 70 mil milhões de euros foram usados para apoiar as empresas, sobretudo as PME, e no período de 2014-2020 o objetivo é duplicar esse montante.

No âmbito do amplo tema da «competitividade das PME», mais de 63 mil milhões de euros dos FEEI foram afetados ao período de programação de 2014-2020. Será dado apoio a cerca de 801 500 empresas para a criação de 354 300 novos postos de trabalho diretos. 396 500 micro, pequenas e médias empresas irão receber financiamento para investir no desenvolvimento do capital humano e nas competências dos trabalhadores. Votei favoravelmente.

 
  
MPphoto
 
 

  Edouard Ferrand (ENF), par écrit. ‒ Abstention: la politique de cohésion permet au mieux d’atténuer les effets néfastes des politiques européennes en matière d’emploi et d’investissement dans les PME.

 
  
MPphoto
 
 

  João Ferreira (GUE/NGL), por escrito. ‒ No atual contexto económico e social, o apoio às pequenas e médias empresas (PME) é essencial. Apoiamos, por essa razão, um relatório visando chamar a atenção para este facto essencial, mais ainda se esse relatório reclama um incremento nesse apoio, a partir do orçamento da UE.

Mas esta questão central não pode esconder profundas e sérias divergências que temos relativamente a alguns dos aspetos abordados neste relatório. Não nos revemos nem na agenda neoliberal da Estratégia UE2020, à qual os fundos estruturais e de investimento da UE estão subordinados (princípio defendido pelo relator), nem nas regras de condicionalidade (ou “afunilamento” temático) que espartilham a ação dos Estados-Membros (e das PME) na determinação das suas reais necessidades e prioridades de investimento.

Concordando genericamente com a necessidade de aumentar a eficiência das PME, promovendo práticas de economia circular e, por essa via (e, em geral, pela via do aumento da sustentabilidade ambiental das empresas), promover a criação de novos postos de trabalho, não podemos concordar com o carácter excessivamente prescritivo e impositivo de muitas orientações subjacentes à aplicação dos fundos da UE.

Quanto a nós, o desenvolvimento das PME é inseparável do quadro de desenvolvimento estratégico do Estado-Membro em que se inserem. Demarcamo-nos da exaltação dos benefícios do Mercado Único.

 
  
MPphoto
 
 

  Raffaele Fitto (ECR), per iscritto. ‒ Ho votato favorevolmente poiché ritengo che migliorare la competitività delle piccole e medie imprese significa sostenere un elemento chiave dell'economia europea e di una politica di coesione di successo. Ferme restando talune riserve in merito al collegamento fra supporto alle PMI e gestione dei migranti, politiche che invero dovrebbero restare distinte, la presente relazione affronta adeguatamente tematiche fondamentali per le PMI quali taglio della burocrazia, accesso semplificato al credito per le PMI e lo scambio delle migliori pratiche fra gli Stati membri.

 
  
MPphoto
 
 

  Monika Flašíková Beňová (S&D), písomne ‒ V uplynulom programovom období bolo v rámci celej Európskej únie investovaných do rozvoja malých a stredných podnikov viac ako 70 miliárd eur zo štrukturálnych fondov. V prebiehajúcom období 2014 – 2020 by sa mala táto suma výrazným spôsobom navýšiť. Nevyhnutnosťou je preto uľahčenie prístupu MSP k týmto finančným prostriedkom. Cieľom je predovšetkým ďalšie zvyšovanie konkurencieschopnosti MSP. Dlhodobo sú chrbtovou kosťou európskej ekonomiky. Zodpovedajú za vytváranie viac ako 85 percent nových pracovných miest. V predchádzajúcom programovom období sa vďaka investovaným európskym peniazom podarilo v Európskej únii vytvoriť približne 260 tisíc pracovných miest. V nasledujúcich rokoch by to malo byť ešte o takmer 100 tisíc viac. Spoločnosti budú môcť zároveň investovať do rozvoja zručností a vzdelania ich súčasných zamestnancov. Je dôležité zefektívnenie existujúceho regulačného rámca a platných pravidiel.

 
  
MPphoto
 
 

  Lorenzo Fontana (ENF), per iscritto. ‒ Voto a favore della relazione in quanto considero le piccole e medie imprese importanti per la nostra economia e devono essere aiutate.

 
  
MPphoto
 
 

  Λάμπρος Φουντούλης (NI), γραπτώς. ‒ Καταψηφίζω την έκθεση σχετικά με την εφαρμογή του θεματικού στόχου «βελτίωση της ανταγωνιστικότητας των μικρομεσαίων επιχειρήσεων» – άρθρο 9 παράγραφος 3 του κανονισμού περί καθορισμού κοινών διατάξεων,καθώς θεωρώ πως η ενίσχυση των μικρών και μεσαίων επιχειρήσεων σε καμία περίπτωση δεν περνάει μέσα από την επιπλέον δανειοδότηση ή τις θολές πρακτικές της Ένωσης. Αυτό που απαιτείται είναι μια ευνοϊκή και για τους εργαζόμενους και για τις επιχειρήσεις φορολογική πολιτική, προστασία τους από τον ανταγωνισμό τρίτων χωρών και έμφαση στις δυνατότητες ανάπτυξης με δικά τους κεφάλαια και όχι δάνεια που θα ενισχύσουν για ακόμα μια φορά το αμαρτωλό τραπεζικό σύστημα.

 
  
MPphoto
 
 

  Ashley Fox (ECR), in writing. – I voted in favour of this report as job growth and the competitiveness of business should be the focus of the EU. There are many thousands of SMEs in my constituency which must compete against big corporations to gain a share of the market. In calling for the reduction of red tape, easier access to credit and diversification of finance I hope this report will enable businesses to thrive in a competitive market.

 
  
MPphoto
 
 

  Doru-Claudian Frunzulică (S&D), in writing. ‒ SMEs are key to the future development and prosperity of our economy. They are essential for the economy of EU regions, in terms of employment and competitiveness. ESI funds – through their Thematic Objectives (TO) – contribute to enhancing the competitiveness of the SMEs. For the 2014-2020 financing period more than EUR 63 bn have been allocated to the TO 3 ‘Enhancing the competitiveness of SMES’ which – together with the national co-financing – will amount to EUR 94 bn. I support the need for simplification of administrative procedures and a better access to financing of SMEs. Furthermore, I also consider important the role of local governments which – directly or indirectly – are involved in programme monitoring committees. However, many of the local authorities are still lacking the administrative capacity to properly participate in the OPs. Therefore technical assistance and their early involvement in the discussions regarding the OPs are crucial.

 
  
MPphoto
 
 

  Kinga Gál (PPE), írásban. ‒ A kis-és középvállalkozások versenyképességének javításáról szóló jelentés szavazása során tartózkodó álláspontra helyezkedtem. A jelentés sok hasznos gondolatot tartalmaz. A KKV-k kétségtelenül fontos szerepet játszhatnak Európa fellendülésében, hiszen az összes vállalkozás 99%-át kitevő mintegy 23 millió kis- és középvállalkozás jelentős mértékben járul hozzá a gazdasági növekedéshez, a társadalmi kohézióhoz, innovációhoz, munkahelyteremtéshez. Azonban a jelentés egy bekezdésében megjelenik a menekültek és migránsok integrációja, melyhez – amint a jelentés kifejti – a kisvállalkozások tevékenységét segítő megfelelő támogatás és ösztönzők innovatív lehetőséget nyújthatnak.

A kohéziós politika eredeti szerződéses hivatása „a különböző régiók fejlettségi szintje közötti egyenlőtlenségek és a legkedvezőtlenebb helyzetű régiók lemaradásának csökkentése” (EUMSZ 174. cikk). A magyar népparti delegáció tagjaként nem tudok egyetérteni azzal, hogy az európai régiók számára oly fontos kohéziós forrásokat migrációval kapcsolatos célokra fordítsák. Itt az ideje felismerni, hogy a kötelező befogadási kvóta, az áttelepítés nem működik. A migránsok, menekültek számára származási országukban kell segítséget nyújtani, és nem az uniós tagállamokba hozni a problémát.

 
  
MPphoto
 
 

  Ildikó Gáll-Pelcz (PPE), írásban. ‒ Pozitív szavazatommal támogattam az átfogó jelentést, az előadónak pedig gratulálok munkájáért. A kkv-k mérhetetlenül fontosak az uniós régiók gazdasága számára, mind a foglalkoztatás, a versenyképesség és az unió fenntartható növekedésének szempontjából. Az Európa 2020 stratégia alapvető célkitűzése az intelligens, fenntartható és inkluzív növekedés végrehajtása. A kkv-k az újonnan létrejövő munkahelyek 85%-át adják; 20,7 millió kkv-nek köszönhető a magánszektorbeli foglalkoztatás 67%-a az Unióban, amelyből 30%-ot a mikrovállalkozások adnak. Ezért minden olyan jelentést támogatok, amely a kohéziós politika támogatásával a vállalkozások, főként a kkv-k versenyképességét növeli.

Az EU kohéziós politikája beruházások fő eszköze, amelyek segítik a tagállamok régióinak, köztük Magyarország jelenlegi és jövőbeli növekedését. Mivel a 2007–2013 közötti időszakban a kkv-k a kohéziós politika támogatásával 70 milliárd euró támogatásban részesültek, a cél a 2014–2020 közötti időszakban ezt az arányt akár meg is duplázni a pénzügyi eszközeink segítségével. A kkv-k számára kedvező üzleti környezet szükséges céljaik eléréséhez, amelyhez a például az újragyártás, újrahasznosítás és környezettudatos tervezés jelentősen hozzájárulna, a körforgásos gazdaság felé való elmozdulás érdekében. Az EU nemzetközi kötelezettségvállalásai olyan területeken, mint például az éghajlatváltozás elleni együttműködés vagy a szomszédságpolitika konkrét lehetőségeket rejtenek a kkv-k számára, de ehhez hatékonyabb támogatási keretre és szorosabb nemzetközi együttműködésre van szükség.

 
  
MPphoto
 
 

  Francesc Gambús (PPE), por escrito. ‒ He votado a favor del informe con el objetivo de continuar apoyando a las pymes europeas. El objetivo común es apoyar la aplicación de la Estrategia Europa 2020 de la UE para un crecimiento inteligente, sostenible e integrador. Las pymes son esenciales para la economía de la UE, tanto en términos de empleo como de competitividad. Para el periodo 2007-2013, con el apoyo de la política de cohesión, se destinaron 70 000 millones de euros a apoyar a empresas, principalmente pymes, y para el periodo 2014-2020 el objetivo es duplicar este importe.

 
  
MPphoto
 
 

  Elisabetta Gardini (PPE), in writing. ‒ SMEs represents 99% of businesses in the EU, is of huge importance to the European economy and stand for large parts of innovation and economic growth in the EU. Linked to this is also that those SMEs provide around 100 million jobs in the EU and that they maintain double the employment growth compared to larger companies. This report touches on many topics that I think are very important; such as simplifying and deregulate SMEs access to credit, enchanting support to SMEs from ESI funds and removing obstacles against SMEs in public procurement. SMEs are the backbone of our economy and I support this report and its objective to make business easier for them.

 
  
MPphoto
 
 

  Enrico Gasbarra (S&D), per iscritto. ‒ Nello slancio alla piccola e media impresa risiede il potenziale di crescita socio economica più propulsiva delle singole regioni e dell'intera Unione europea. E le PMI rappresentano la principale fonte di sviluppo, innovazione ed occupazione nell'UE, garantendo incrementi occupazionali e nuove prospettive del mercato del lavoro, lo sviluppo di campi come ricerca e innovazione capaci di promuovere professioni e imprese nuove e alternative al mercato preesistente minacciato da saturazioni, l'apertura alla semplificazione, alla formazione e alla creazione di partenariati per rendere più largo, partecipato e democratico l'accesso ai fondi dedicati. Nella piccola e media impresa europea, oltre a dimorare le nostre radici, risiedono soprattutto le più ambiziose prospettive di rilancio economico del domani. Per questo motivo ritengo importante supportare pienamente la relazione.

 
  
MPphoto
 
 

  Elena Gentile (S&D), per iscritto. ‒ Ho votato a favore della risoluzione del Parlamento europeo sull'attuazione dell'obiettivo tematico di "promuovere la competitività delle PMI", perché consapevole del ruolo fondamentale e insostituibile delle PMI per l'economia delle regioni e dei territori dell'UE e della loro funzione in termini di occupazione e di competitività. Sono fermamente convinta che a seguito della crisi economica e finanziaria, i livelli di povertà e di esclusione sociale siano aumentati in molti Stati membri, insieme alla disoccupazione di lungo periodo, alla disoccupazione giovanile e alle disuguaglianze sociali. In determinate aree, peraltro, solo le piccole e medie imprese possono generare la ripresa economica e garantire il futuro dei nostri giovani, e quindi sono fermamente convinta che la politica di coesione rappresenti il principale strumento per gli investimenti nei territori dell'UE. Condivido quindi la richiesta di difendere la politica di coesione anche nel prossimo periodo finanziario e di continuare quel processo di semplificazione che rende più facile per le autorità locali e regionali accedere ai finanziamenti disponibili. Credo infine che l'obiettivo tematico 3 "promuovere la competitività delle PMI" possa e debba avere maggiori risorse visto il numero di PMI presenti in Europa e il loro peso percentuale sul numero di occupati nell'UE.

 
  
MPphoto
 
 

  Arne Gericke (ECR), schriftlich. ‒ Ich habe für den Bericht über die Umsetzung des thematischen Ziels „Verbesserung der Wettbewerbsfähigkeit von KMU“ gestimmt. Der Mittelstand ist tragende wirtschaftliche Kraft, die Arbeit schafft. Deshalb muss Europa alles dafür geben, den Mittelstand zu fördern. Als Mittelstandsexperte der EKR-Fraktion unterstütze ich diesen Ansatz.

 
  
MPphoto
 
 

  Jens Gieseke (PPE), schriftlich. ‒ Die Förderung von kleinen und mittleren Unternehmen (KMU) ist eine der Herzensangelegenheiten, der sich die EVP verschrieben hat. Es sind die KMU, die das Rückgrat unserer europäischen Wirtschaft ausmachen. Nicht nur sind 99 % der Unternehmen in der Europäischen Union KMU, KMU schaffen auch 85 % der neuen Arbeitsplätze. Das Programm zur Verbesserung der Wettbewerbsfähigkeit von KMU sieht für den Zeitraum von 2014 bis 2020 ein Investitionsvolumen von 94 Mrd. Euro vor. Damit sollen unmittelbar 354 000 Arbeitsplätze geschaffen werden. Weiterhin werden KMU im Rahmen des Programmes finanzielle Unterstützungen erhalten, um weiterhin in innovative Projekte und die Aus- und Weiterbildung ihrer Angestellten zu investieren.

 
  
MPphoto
 
 

  Neena Gill (S&D), in writing. ‒ I voted with my S&D colleagues in favour of this report, which underlines the need for simplification of administrative procedures and better access to financing for SMEs. Furthermore, it stresses the role of local governments which -directly or otherwise – are involved in programme monitoring committees. However, many of the local authorities are still lacking the administrative capacity to properly participate in the Operational Programmes (OPs). Therefore technical assistance and their early involvement in the discussions regarding the OPs are crucial.

 
  
MPphoto
 
 

  Tania González Peñas (GUE/NGL), por escrito. ‒ Voto a favor a este informe que resalta la importancia de las pymes en la economía europea. Propone simplificar y disminuir la burocracia, la regulación y legislación en el acceso a ayudas y créditos para las pymes.

Destacamos que el informe hace referencia a la mala gestión económica y que las medidas de austeridad que paralizan la demanda, inciden de manera más dura en las pymes; y que apoya la creación de redes de innovación, y el intercambio de las experiencias positivas, así como el apoyo técnico.

Apostar por una inversión en pymes es apostar por el futuro, el empleo y una economía más sostenible.

 
  
MPphoto
 
 

  Maria Grapini (S&D), în scris. ‒ Am votat acest raport întrucât consider că IMM-urile sunt un pilon important pentru economia UE și un generator de locuri de muncă, fiind responsabile pentru 67 % din locurile de muncă din sectorul privat al UE și 58 % din valoarea adăugată din sector. Rolul acestora este esențial pentru economiile regionale, pentru asigurarea competitivității și a unei creșteri inteligente, durabile și favorabile incluziunii. UE va asigura sprijin financiar pentru 5 % din toate IMM-urile și 8 % din toate noile întreprinderi din UE, sub forma unui ajutor nerambursabil sau practici precum împrumuturile, subvenționarea ratei dobânzii și oferirea de garanții. Optimizarea eficienței în alocarea și utilizarea resurselor de către IMM-uri va rezulta în reducerea costurilor de producție și creșterea productivității, iar industria europeană ar putea realiza economii potențiale de 630 de miliarde EUR pe an. Așadar, este necesară elaborarea unui cadru favorabil, alături de consolidarea cooperării pe plan internațional, pentru a asigura integrarea IMM-urilor europene în lanțurile valorice globale.

 
  
MPphoto
 
 

  Theresa Griffin (S&D), in writing. ‒ I voted with my S&D and EPLP colleagues in favour of this report because it underlines the need for simplification of administrative procedures and a better access to financing of SMEs. Furthermore, it stresses the role of local governments which – directly or indirectly – are involved in programme monitoring committees. However, many of the local authorities are still lacking the administrative capacity to properly participate in the OPs. Therefore technical assistance and their early involvement in the discussions regarding the OPs are crucial.

 
  
MPphoto
 
 

  Antanas Guoga (ALDE), in writing. ‒ I voted in favour of the report. Improving resource efficiency in SMEs offers enormous potential for the reduction of production costs and for productivity gains. A better use of resources is calculated to represent an overall savings potential of EUR 630 billion per year for European industry. SMEs need a favourable business environment in which green ideas can be easily developed, financed and brought to the market.

 
  
MPphoto
 
 

  Τάκης Χατζηγεωργίου (GUE/NGL), γραπτώς. ‒ Υπερψηφίσαμε την έκθεση για τις ΜΜΕ. Η έκθεση καλεί σε απλούστευση των διαδικασιών για την παραχώρηση πιστώσεων προς τις ΜΜΕ. Επίσης στην έκθεση έχουν συμπεριληφθεί αναφορές που κατακρίνουν τις πολιτικές λιτότητας οι οποίες έχουν προξενήσει σειρά προβλημάτων στις μικρομεσαίες επιχειρήσεις.

 
  
MPphoto
 
 

  Marian Harkin (ALDE), in writing. ‒ I voted strongly in favour of this report. There are 23 million SMEs in the EU, which account for around 99% of all businesses, they are responsible for providing over 100 million jobs, which generate two out of every three private sector jobs, and they maintain double the employment growth rate of larger enterprises. SMEs are pivotal to the EU economy, However in order to maintain and further enhance their fundamental contribution to economic growth, social cohesion, innovation and high-quality job creation we need simplified and less regulated access to credit, particularly with regard to microenterprises and start-ups and the regions in which they operate. I hope that the information provided by this report will highlight to the Commission the need to make greater use of ESI Funds to help SMEs seize new trading opportunities by supporting them more to address adjustment costs and the negative impacts of increased international competition.

 
  
MPphoto
 
 

  Brian Hayes (PPE), in writing. ‒ I voted in favour as I have no objections.

 
  
MPphoto
 
 

  Hans-Olaf Henkel (ECR), in writing. ‒ This report is centred on the involvement of SMEs in the European Structural and Investment Funds. Although some parts of the report were not aligned with my group’s position (such as the overly critical points on austerity policies), it did contain many positive elements such as simplified access to credit, cutting red tape and exchange of best practices. This is why I have voted in favour of this report.

 
  
MPphoto
 
 

  György Hölvényi (PPE), írásban. ‒ A kis-és középvállalkozások versenyképességének javításáról szóló jelentés szavazása során tartózkodó álláspontra helyezkedtem. A jelentés sok hasznos gondolatot tartalmaz. A KKV-k kétségtelenül fontos szerepet játszhatnak Európa fellendülésében, hiszen az összes vállalkozás 99%-át kitevő mintegy 23 millió kis- és középvállalkozás jelentős mértékben járul hozzá a gazdasági növekedéshez, a társadalmi kohézióhoz, innovációhoz, munkahelyteremtéshez. Azonban a jelentés egy bekezdésében megjelenik a menekültek és migránsok integrációja, melyhez – amint a jelentés kifejti – a kisvállalkozások tevékenységét segítő megfelelő támogatás és ösztönzők innovatív lehetőséget nyújthatnak.

A kohéziós politika eredeti szerződéses hivatása „a különböző régiók fejlettségi szintje közötti egyenlőtlenségek és a legkedvezőtlenebb helyzetű régiók lemaradásának csökkentése” (EUMSZ 174. cikk). Nem tudok egyetérteni azzal, hogy az európai régiók számára oly fontos kohéziós forrásokat migrációval kapcsolatos célokra fordítsák. Itt az ideje felismerni, hogy a kötelező befogadási kvóta, az áttelepítés nem működik. A migránsok, menekültek számára származási országukban kell segítséget nyújtani, és nem az uniós tagállamokba hozni a problémát.

 
  
MPphoto
 
 

  Cătălin Sorin Ivan (S&D), in writing. ‒ The report underlines the need for simplification of administrative procedures and a better access to financing of SMEs. It also stresses the role of local governments which are involved in programme monitoring committees. Technical assistance and their early involvement in the discussions regarding the Operational Programmes are crucial. I voted in favour of this report.

 
  
MPphoto
 
 

  Ivan Jakovčić (ALDE), napisan. ‒ Glasao sam za Izvješće o provedbi tematskog cilja „jačanje konkurentnosti malih i srednjih poduzeća” – članak 9. stavak 3. Uredbe o zajedničkim odredbama, s obzirom na važnost 23 milijuna malih i srednjih poduzeća u EU-u, koja čine oko 99 % svih poduzeća, i realiziraju više od 100 milijuna radnih mjesta ili dvije trećine radnih mjesta u privatnom sektoru, te gdje je u sklopu kohezijske politike za programsko razdoblje 2014. – 2020. osigurano podupiranje malih i srednjih poduzeća udvostručenjem potpore pružene u razdoblju 2007. – 2013. koja iznosi 140 milijardi EUR.

Pozitivno je što je tematski cilj „jačanje konkurentnosti malih i srednjih poduzeća” s 13,9 % jedan od tematskih ciljeva za koji je namijenjen najveći postotak ukupnog iznosa dostupnih financijskih sredstava te je ključan za ostvarenje ciljeva kohezijske politike i strategije Europa 2020. Potrebno je ostvariti bolju apsorpciju u odnosu na razdoblje 2007. -2013., te ukloniti prepreke uslijed nepotrebnih administrativnih opterećenja, složenog upravljanja strukturnim fondovima, složenosti propisa.

Potrebna je bolja koordinacija i veća dosljednost svih investicijskih politika EU-a usmjerenih na mala i srednja poduzeća. Očekuje se da bi se pravilom uspješnom provedbom mogla ostvariti potpora za 801 500 poduzeća i omogućiti otvaranje preko 350 000 novih radnih mjesta.

 
  
MPphoto
 
 

  Jean-François Jalkh (ENF), par écrit. ‒ La politique de cohésion permet au mieux d’atténuer les effets néfastes des politiques européennes en matière d’emploi et d’investissement dans les PME. En aucun cas, l’injection massive d’argent public, notamment par le biais de subventions, ne permettra de remédier durablement aux difficultés rencontrées par les PME. Je me suis abstenu sur ce texte.

 
  
MPphoto
 
 

  Petr Ježek (ALDE), písemně. ‒ Hlasoval jsem pro toto usnesení, protože zvyšování konkurenceschopnosti malých a středních podniků má zásadní význam pro evropské hospodářství, to jak z hlediska zaměstnanosti, tak i z hlediska konkurenceschopnosti, a je důležitým prvkem politiky soudržnosti. Je tudíž správné tento tematický cíl strategie EU Evropa 2020 podpořit, neboť v konečném součtu pomůžou příslušné fondy poskytnout podporu přibližně 801 500 společnostem a odhaduje se, že bude vytvořeno 354 300 nových pracovních míst.

 
  
MPphoto
 
 

  Marc Joulaud (PPE), par écrit. ‒ J’ai voté en faveur du rapport D’Amato au sujet du renforcement de la compétitivité des PME qui est un objectif prioritaire de la politique régionale européenne. Le rapport en question fait le point sur les résultats obtenus à ce jour grâce aux fonds européens et en tire des leçons pour l’avenir. Il reprend les propositions que j’ai faites en commission du développement régional, visant notamment à offrir un cadre stable aux PME et à réduire drastiquement la charge administrative qui pèse sur les entrepreneurs.

Comme je l’avais défendu dans mon rapport au sujet du financement des PME, le rapport D’Amato appelle également à une simplification profonde de l’accès aux fonds européens pour ces entreprises qui sont trop souvent découragées par la complexité des procédures.

J’estime que le financement et la compétitivité des PME et des TPE doivent être au cœur des priorités de l’Union européenne, c’est pourquoi je me réjouis de l’adoption de ce rapport.

 
  
MPphoto
 
 

  Philippe Juvin (PPE), par écrit. ‒ J’ai voté en faveur de ce rapport qui fournit une évaluation précoce de l’objectif thématique intitulé «Renforcer la compétitivité des PME». Il s’agit du premier compte rendu sur la mise en œuvre de cette politique pour la période de programmation financière 2014-2020, en mesurant la réalisation des objectifs à ce jour et en s'efforçant d'en tirer des conclusions pour l'avenir.

 
  
MPphoto
 
 

  Eva Kaili (S&D), in writing. ‒ I have supported the report of MEP D’Amato as it moves towards the direction of enabling SMEs to grow and develop. Such an objective requires the creation of a competitive environment that will allow SMEs to flourish. It is, of course, essential to take into consideration the requirements that they have.

 
  
MPphoto
 
 

  Barbara Kappel (ENF), schriftlich. ‒ Ich stimme für den vorliegenden Bericht. Zur Stärkung der Wettbewerbsfähigkeit von Klein- und Mittelbetrieben, dem Rückgrat der europäischen Wirtschaft, zeigt er einige sehr gute und innovative Vorschläge auf.

 
  
MPphoto
 
 

  Afzal Khan (S&D), in writing. ‒ I voted in favour of this report as it underlines the need for simplification of administrative procedures and a better access to financing of SMEs. Furthermore, it stresses the role of local governments which are involved in programme monitoring committees.

 
  
MPphoto
 
 

  Kateřina Konečná (GUE/NGL), písemně. ‒ Dne 13. září 2016 jsme na plenárním zasedání Evropského parlamentu ve Štrasburku hlasovali o zprávě o provádění tematického cíle „zvýšení konkurenceschopnosti malých a středních podniků“. Malé a střední podniky mají zásadní význam pro ekonomiku regionů EU, a to jak z hlediska zaměstnanosti, tak i konkurenceschopnosti. Navíc je třeba si uvědomit, že politika soudržnosti je jedním z hlavních nástrojů pro investice v oblasti růstu a vytváření pracovních míst v EU. Vzhledem k tomu, že se mým kolegům podařilo do zprávy prosadit mimo jiné také explicitní zmínku, že v důsledku hospodářské a finanční krize se v mnoha členských státech zvýšila nejen míra chudoby a sociálního vyloučení, ale i dlouhodobá nezaměstnanost, nezaměstnanost mladých lidí a sociální nerovnost a že problémy, s nimiž se v současnosti malé a střední podniky potýkají, jsou zčásti zapříčiněny tím, že úsporná opatření prováděná členskými státy utlumila poptávku, jsem nakonec mohla její znění podpořit. Dále považuji za pozitivní změnu k lepšímu zakomponování kritiky finančních nástrojů, kdy text poukazuje na nedostatek průkazných údajů o výstupech a výsledcích finančních nástrojů a na velmi volnou vazbu těchto finančních nástrojů na zastřešující cíle a priority EU a vyzývá Komisi, aby dále zlepšila poskytování grantů a neprosazovala používání finančních nástrojů jako primární způsob financování.

 
  
MPphoto
 
 

  Ádám Kósa (PPE), írásban. ‒ A kis-és középvállalkozások versenyképességének javításáról szóló jelentés szavazása során tartózkodó álláspontra helyezkedtem. A jelentés sok hasznos gondolatot tartalmaz. A KKV-k kétségtelenül fontos szerepet játszhatnak Európa fellendülésében, hiszen az összes vállalkozás 99%-át kitevő mintegy 23 millió kis- és középvállalkozás jelentős mértékben járul hozzá a gazdasági növekedéshez, a társadalmi kohézióhoz, innovációhoz, munkahelyteremtéshez. Azonban a jelentés egy bekezdésében megjelenik a menekültek és migránsok integrációja, melyhez – amint a jelentés kifejti – a kisvállalkozások tevékenységét segítő megfelelő támogatás és ösztönzők innovatív lehetőséget nyújthatnak.

A kohéziós politika eredeti szerződéses hivatása „a különböző régiók fejlettségi szintje közötti egyenlőtlenségek és a legkedvezőtlenebb helyzetű régiók lemaradásának csökkentése” (EUMSZ 174. cikk). Nem tudok egyetérteni azzal, hogy az európai régiók számára oly fontos kohéziós forrásokat migrációval kapcsolatos célokra fordítsák. Itt az ideje felismerni, hogy a kötelező befogadási kvóta, az áttelepítés nem működik. A migránsok, menekültek számára származási országukban kell segítséget nyújtani, és nem az uniós tagállamokba hozni a problémát.

 
  
MPphoto
 
 

  Stelios Kouloglou (GUE/NGL), in writing. ‒ This report concerns access to credit for SMEs. Each fund ESI (ESF, EGF, Cohesion fund, EFMM and EARDF) are about ‘enhancing the competitiveness of small and medium-sized enterprises’. SMEs are essential for the economy of EU regions for employment and competitiveness especially with the crisis and austerity measures that the EU is still facing. I voted in favour of this report

 
  
MPphoto
 
 

  Андрей Ковачев (PPE), в писмена форма. – Подкрепям доклада за изпълнението на тематичната цел за „повишаване на конкурентоспособността на малките и средни предприятия“. Той е с основополагаща важност за постигане на целите в сферата на кохезионните политики и „Европа 2020“. Представя точно концентрацията върху кохезионните политики и предоставя ефективен инструмент за създаването на оперативни програми с по-добър фокус върху инвестиционните приоритети. Не на последно място се обяснява и значимостта на МСП като основен генератор на свободни работни места, основа на икономиките на държавите членки и отрасъл, който най-успешно развива сферата на услугите.

Продължаваме да настояваме за по-малко бюрокрация, улесняване на достъпа до разнообразни източници на финансиране и по-голямо прецизиране на критериите и избора на МСП за подпомагане. Въпреки че това е най-бързо адаптиращият се сектор, той е и най-уязвим, защото няма големи обороти. Политиките на сближаване допълнително биха подпомогнали растежа на регионите в държавите членки. Важно е и създаването на предпоставки за специализирани обучения, за да се осигури устойчивост и управленски капацитет.

 
  
MPphoto
 
 

  Giovanni La Via (PPE), per iscritto. – Voto a favore della proposta di promuovere la competitività delle piccole e medie imprese (PMI). Già durante il periodo 2007-2013 era stato messo a disposizione un fondo per promuove le PMI, e ciò ha dato degli ottimi risultati nel campo dell'occupazione e della competitività. Di fatti, secondo la relazione annuale del 2014/2015 ad opera della Commissione, le PMI hanno contribuito con quasi più del 70 % all´aumento dell´occupazione, dando lavoro a quasi 90 milioni di persone. Visti gli ottimi risultati, si vuole ora raddoppiare l'importo dei fondi destinati a promuovere la competitività delle PMI. Tenendo in considerazione la situazione attuale in cui ci troviamo, cioè un periodo di crisi caratterizzato da un aumento della disoccupazione giovanile, e considerando anche che le PMI sono dei canali essenziali per lo sviluppo dell'economia dei paesi europei, ritengo fondamentale investire e intervenire per promuovere la crescita e la competitività delle PMI.

 
  
MPphoto
 
 

  Gilles Lebreton (ENF), par écrit. ‒ Je me suis abstenu sur ce rapport car la politique de cohésion qu’il soutient permet au mieux d’atténuer les effets néfastes des politiques européennes en matière d’emploi et d’investissement dans les PME. En aucun cas, l’injection massive d’argent public, notamment par le biais de subventions, ne permettra de remédier durablement aux difficultés rencontrées par les PME (concurrence déloyale, déficience de la zone euro, interdiction du patriotisme économique).

 
  
MPphoto
 
 

  Marine Le Pen (ENF), par écrit. ‒ Je me suis abstenue sur le rapport sur le renforcement de la compétitivité des PME. On recense plus de 23 millions de PME dans l’Union européenne soit 99 % des entreprises. Ces PME génèrent 100 millions d’emplois, soit deux tiers des emplois du secteur privé. Je partage la plupart des idées défendues dans ce rapport, mais celui-ci ne s’attaque pas aux racines des difficultés rencontrées par les PME en matière de compétitivité, de financement ou de trésorerie. Je citerai la concurrence internationale déloyale exacerbée par le dumping social, environnemental, fiscal et monétaire que pratiquent les pays émergents et certains États membres; la non-optimalité de la zone euro qui ne permet pas d’endiguer les chocs asymétriques exogènes, la monnaie unique qui prive les États membres du levier monétaire pour réduire les écarts de compétitivité avec leurs partenaires commerciaux; et l’interdiction dans les traités européens de mettre en œuvre un patriotisme économique, notamment en accordant la priorité aux entreprises résidentes dans l’attribution des marchés publics.

 
  
MPphoto
 
 

  Philippe Loiseau (ENF), par écrit. ‒ La politique de cohésion permet – au mieux – d’atténuer les effets néfastes des politiques européennes en matière d’emploi et d’investissement dans les PME. En revanche, l’injection massive d’argent public, notamment par le biais de subventions, ne peut pallier à long terme les difficultés rencontrées par les PME. Je me suis donc abstenu sur ce dossier.

 
  
MPphoto
 
 

  Javi López (S&D), por escrito. ‒ He votado a favor de este informe porque las pequeñas y medianas empresas (pymes) son esenciales para la economía de las regiones de la Unión, tanto en términos de empleo como de competitividad. Los Fondos Estructurales y de Inversión Europeos (EIE) - a través de sus objetivos temáticos (OT) - contribuyen a la mejora de la competitividad de las pymes.

El informe pide una simplificación de los procedimientos administrativos y un mejor acceso a la financiación de las pymes. Además, hace hincapié en el papel de las entidades locales que —directamente o indirectamente— están implicadas en la gestión de los Fondos EIE. Sin embargo, la mayoría de las entidades locales carecen de la capacidad administrativa para participar apropiadamente en los programas operativos. En este sentido, la asistencia técnica y la participación temprana en los debates sobre las prioridades de inversión en las futuras rondas de financiación representan dos aspectos cruciales.

 
  
MPphoto
 
 

  Paloma López Bermejo (GUE/NGL), por escrito. ‒ He votado a favor de este informe porque contribuye a reforzar las capacidades de pequeñas y medianas empresas, a través de mejorar su accesibilidad a la financiación, y por lo tanto contribuye a fijar puestos de trabajo y potenciar la creación de nuevas oportunidades. El informe pide un acceso al crédito simplificado y menos regulado para las pymes, y recalca que éstas son esenciales en la economía de las regiones de la Unión. Hace hincapié en recordar que una buena parte de los problemas sufridos por las pymes fueron y son debidos a las políticas de austeridad implementadas por los Estados miembros.

 
  
MPphoto
 
 

  Antonio López-Istúriz White (PPE), por escrito. ‒ En el período 2014-2020 los programas operativos se han orientado hacia un número de objetivos estratégicos, en particular en lo que se refiere al potencial de las pymes, incluidas las microempresas, para contribuir al crecimiento y la creación de empleo de alta calidad.

Doy mi apoyo a la aprobación de este informe ya que considero las pymes y los emprendedores necesitan un entorno de apoyo para avanzar hacia una economía circular. La Comisión Europea, el Banco Europeo de Inversiones y el Fondo Europeo de Inversiones ha trabajado para impulsar programas operativos que impulsen el crédito, en una época de restricciones de crédito en el sector bancario.

La idea de este informe es perseguir el objetivo común de las inversiones en el marco de los Fondos EIE, apoyando la aplicación de la Estrategia Europa 2020 de la Unión para un crecimiento inteligente, sostenible e integrador.

 
  
MPphoto
 
 

  Mairead McGuinness (PPE), in writing. ‒ I voted in favour of this report that introduces thematic concentration in cohesion policy programming to encourage growth enhancement.

 
  
MPphoto
 
 

  Petr Mach (EFDD), písemně. ‒ Hlasoval jsem proti. Zpráva velebí dotace pro malé a střední podniky a vyzývá k jejich navýšení. Jsem přesvědčen, že malé, střední či velké podniky mají spolu čestně soupeřit na trhu, a to bez dotací.

 
  
MPphoto
 
 

  Andrejs Mamikins (S&D), in writing. ‒ The thematic objective of this report is to enhance the competitiveness of SMEs. To reach this goal we have to honestly analyse existing problems and after that to make recommendations. From my point of view, the important recommendation of this report is to gain simplified and less regulated access to credit, enhancing support from the European funds to SMEs, reducing complexity of implementation of support schemes.

 
  
MPphoto
 
 

  Vladimír Maňka (S&D), písomne ‒ Malé a stredné podniky sú hybným motorom rozvoja a zároveň stabilným prvkom hospodárskeho rastu.

V EÚ predstavujú 99 % všetkých podnikov s viac ako 100 miliónmi pracovných miest. V rámci politiky súdržnosti je pre MSP na roky 2014 – 2020 vyčlenených 140 miliárd €, ktoré by mali prioritne smerovať na posilnenie a zvýšenie ich konkurencieschopnosti. Komisia a členské štáty musia odstraňovať zbytočné administratívne bariéry, musia sa zamerať na tvorbu zjednodušenej ale účinnej legislatívy a flexibilného finančného prostredia, ktoré vytvoria lepšie podmienky pre zakladanie MSP, podporia výskum a inovácie a širšie zapojenie MSP do obchodu. Takéto prostredie im umožní zvýšiť tvorbu pridanej hodnoty, rastu hospodárstva a zamestnanosti.

 
  
MPphoto
 
 

  Louis-Joseph Manscour (S&D), par écrit. ‒ Les petites et moyennes entreprises (PME) sont essentielles à l’économie des régions européennes en termes d’emploi et de compétitivité.

Pour la période 2014-2020, plus de 63 milliards d’euros ont été alloués à l’amélioration de la compétitivité des PME à travers les fonds structurels et d’investissement européens.

Le présent rapport appelle notamment à une simplification des procédures administratives ainsi qu’à un accès facilité au financement pour ces PME. Il souligne aussi le rôle important que les autorités locales doivent jouer dans la création de stratégies régionales pour le développement de PME performantes.

Je soutiens ce rapport qui encourage la compétitivité des 23 millions de PME européennes, outils indispensables au développement économique de l’UE.

 
  
MPphoto
 
 

  Νότης Μαριάς (ECR), γραπτώς. ‒ Ψηφίζω υπέρ της έκθεσης σχετικά με την εφαρμογή του θεματικού στόχου «βελτίωση της ανταγωνιστικότητας των μικρομεσαίων επιχειρήσεων» – άρθρο 9 παράγραφος 3 του κανονισμού περί καθορισμού κοινών διατάξεων, διότι είναι πλήρης και τεκμηριωμένη.

 
  
MPphoto
 
 

  Dominique Martin (ENF), par écrit. ‒ Je me suis abstenu sur ce texte.

Bien que nous approuvions la plupart des idées du texte, nous constatons l’absence de mesure pour y parvenir. Par ailleurs, le texte ne conteste pas la concurrence internationale déloyale, la monnaie unique privant les États membres du levier monétaire pour réduire les écarts de compétitivité avec leurs partenaires commerciaux, ou encore le durcissement des conditions d’octroi de crédit occasionné par les accords Bâle III.

Cette politique de cohésion permet au mieux d’atténuer les effets néfastes des politiques européennes en matière d’emploi et d’investissement dans les PME, mais se résoudre à injecter massivement de l’argent public ne permettra pas de remédier durablement aux difficultés rencontrées. C’est, comme souvent, s’attaquer aux conséquences et non aux causes.

 
  
MPphoto
 
 

  Fulvio Martusciello (PPE), in writing. – Regarding the report on implementation of the thematic objective ‘enhancing the competitiveness of SMEs,’ I voted in favour since I believe that in these times of uncertainty, a large number of citizens will benefit from the direct creation of 354 300 new jobs resulting from the support that will be given to companies and enterprises. On the other hand, I also voted favourably because I truly consider that cohesion policy represents the main tool for investment in growth, which in the long-run can have potentially outstanding effects in the development of Member States.

 
  
MPphoto
 
 

  Jiří Maštálka (GUE/NGL), písemně. ‒ Dnes jsme projednávali situaci malých a středních podniků v EU. Jde o sektor, který vytváří 2 ze 3 pracovních míst v soukromé sféře a celkově poskytuje asi 100 milionů pracovních míst. Ve zprávě se zabýváme zejména tím, jak usnadnit malým a středním podnikům přístup k financování, např. prostřednictvím politiky soudržnosti, a lepšímu nastavení úvěrové politiky. Ve zprávě zdůrazňujeme i nutnost transparentnosti všech finančních nástrojů stejně jako potřebu zaměřit se na snižování zbytečné administrativní zátěže a zjednodušování právních předpisů v oblasti podnikání malých a středních podniků. Zprávu jsem podpořil.

 
  
MPphoto
 
 

  Gabriel Mato (PPE), por escrito. ‒ Las pequeñas y medianas empresas siguen siendo el motor del crecimiento, el empleo y la competitividad en Europa.

Desde la Unión debemos hacer lo posible para mejorar las condiciones en las que trabajan estas empresas, para facilitar su acceso a financiación y quitar trabas burocráticas que obstaculizan su actividad.

Mi apoyo al informe debatido en este sentido, porque debemos dar todo nuestro respaldo desde el Parlamento y desde todas las instituciones de la Unión para que estas entidades sigan mejorando su capacidad y su actividad.

 
  
MPphoto
 
 

  Κώστας Μαυρίδης (S&D), γραπτώς. ‒ Υπερψηφίζω την εφαρμογή του θεματικού στόχου για την βελτίωση της ανταγωνιστικότητας των ΜΜΕ γιατί αναμφίβολα οι ΜΜΕ είναι ουσιώδεις και απαραίτητες για την οικονομία των περιφερειών της ΕΕ σε θέματα που σχετίζονται με την απασχόληση αλλά και την ανταγωνιστικότητα. Οι ΜΜΕ αποτελούν τη ραχοκοκαλιά της οικονομίας της ΕΕ και είναι απαραίτητες για την δημιουργία θέσεων εργασίας, είναι οι κύριοι μοχλοί για την δημιουργία βιώσιμων θέσεων απασχόλησης για όλα τα κράτη μέλη. Η στήριξη, η σύσταση και η ανάπτυξη των μικρομεσαίων επιχειρήσεων αλλά και των πολύ μικρών επιχειρήσεων είναι οι κύριοι φορείς δημιουργίας θέσεων εργασίας στην ΕΕ. Οι τοπικές διοικήσεις θα πρέπει αναμφίβολα να συμμετέχουν και να παρακολουθούν όλα τα προγράμματα τα οποία στηρίζονται από το Ευρωπαϊκό Ταμείο Περιφερειακής Ανάπτυξης (ΕΤΠΑ) αλλά και από το Ευρωπαϊκό Κοινωνικό Ταμείο (ΕΚΤ). Θα πρέπει να ενθαρρύνεται και να προωθείται ο τραπεζικός δανεισμός στις ΜΜΕ. Τέλος, οι ΜΜΕ επιβάλλεται να έχουν ένα ευνοϊκό επιχειρηματικό περιβάλλον όπου να μπορούν να αποφεύγονται αλλά και να προλαμβάνονται οι περιβαλλοντικές ζημιές και επίσης να αναπτύσσονται οι πράσινες ιδέες. Οι ΜΜΕ αλλά και οι ίδιοι οι επιχειρηματίες έχουν ανάγκη από ένα υποστηρικτικό περιβάλλον για να μεταβαίνουν σταδιακά σε μια κυκλική οικονομία.

Για τους παραπάνω λόγους υπερψηφίζω τη συγκεκριμένη πρόταση ψηφίσματος.

 
  
MPphoto
 
 

  Georg Mayer (ENF), schriftlich. ‒ Dieser Bericht fordert bessere Bedingungen für Klein- und Mittelbetriebe. Dass dadurch Arbeitsplätze entstehen, ist mir ein wichtiges Anliegen. Daher kann ich den Bericht nur unterstützen.

 
  
MPphoto
 
 

  Jean-Luc Mélenchon (GUE/NGL), par écrit. ‒ Le rapport rappelle que les PME sont essentielles pour l'économie des régions de l'Union, à la fois en termes d'emploi et de compétitivité. Et il « souligne que les problèmes rencontrés par les PME sont en partie dus au fait que les politiques d'austérité mises en œuvre par les États membres ont étouffé la demande ». Pour y remédier, il appelle de ses vœux un accès simplifié et moins réglementé au crédit pour les PME, notamment via les Fonds ESI (FSE, FEDER, Fonds de cohésion, EFMM et FEADER). Je regrette néanmoins qu'il soit encore fait référence à l'Union des marchés de capitaux, qui a pour but de développer les prêts non bancaires (le « shadow banking ») comme source de financement des PME, ce qui peut accroître le risque de domino bancaire en cas de crises. Je m'abstiens.

 
  
MPphoto
 
 

  Joëlle Mélin (ENF), par écrit. ‒ La politique de cohésion permet au mieux d’atténuer les effets néfastes des politiques européennes en matière d’emploi et d’investissement dans les PME. En aucun cas l’injection massive d’argent public, notamment par le biais de subventions, ne permettra de remédier durablement aux difficultés rencontrées par les PME. Je me suis donc abstenue sur ce dossier.

 
  
MPphoto
 
 

  Nuno Melo (PPE), por escrito. ‒ A política de coesão é o principal instrumento para o investimento no crescimento e no emprego na UE, com um orçamento de mais de 350 mil milhões de euros até 2020. Os resultados concretos do investimento na política de coesão podem ajudar a definir o crescimento atual e futuro das regiões nos Estados-Membros.

Em consequência da crise económica e financeira, os níveis de pobreza e de exclusão social aumentaram em muitos Estados-Membros – tal como o desemprego de longa duração, o desemprego dos jovens e as desigualdades sociais – e, por isso, as PME podem desempenhar um papel pertinente e importante na recuperação económica da Europa.

É, assim, necessário olhar para as PME como grande motor do desenvolvimento e crescimento económico. Daí o meu voto favorável.

 
  
MPphoto
 
 

  Roberta Metsola (PPE), in writing. ‒ I chose to support this report as it reiterates Parliament’s commitment to SMEs. The report urges further action, using existing measures, to support our SMEs, namely by making them aware of possible financing opportunities, investment from Member States and implementation of the cohesion policy areas related to SMEs.

 
  
MPphoto
 
 

  Louis Michel (ALDE), par écrit. – Les PME et les start-up forment la majeure partie de notre tissu industriel. Elles sont essentielles pour l’emploi et la compétitivité de toutes les régions de l’Union. Les PME sont le premier employeur en Europe. Elles représentent plus de 99 % des entreprises (ou 22 millions d’entreprises au sein de l’Union) et emploient plus de 100 millions d’Européens. Elles sont le moteur de notre économie et doivent être fortes, compétitives et innovantes. Pour y arriver, l’accès au financement est un prérequis incontournable. Le Fonds européen d’investissement (FEI) répond à cette demande par la mise à disposition de capital-risque. Créer une entreprise et la faire perdurer est le meilleur moyen de créer de l’emploi. L’Europe ne retrouvera le chemin de la croissance que pour autant qu’on donne à ceux qui veulent investir et créer, les moyens de le faire. Améliorer l’accès au financement, aider à la flexibilité, à la transparence, à la professionnalisation, à la multiplication des besoins de financements et bien entendu à l’entreprenariat.

 
  
MPphoto
 
 

  Miroslav Mikolášik (PPE), písomne – V oblasti zamestnanosti a konkurencieschopnosti predstavujú malé a stredné podniky veľký význam pre hospodárstvo EÚ. MSP sú hlavnou hnacou silou európskeho dlhodobého hospodárskeho rastu a príležitostí na udržateľné vytváranie pracovných miest v 28 členských štátoch. Majú až 85 % podiel na tvorbe nových pracovných miest v EÚ. Tematický cieľ zvýšenia konkurencieschopnosti stredných a malých podnikov má primárny význam pre dosiahnutie cieľov kohéznej politiky a stratégie Európa 2020. Správa je hodnotením implementácie tohto tematického cieľa, doposiaľ dosiahnutých úspechov a zameriava sa na budúce vyhliadky a očakávania. V rámci témy „konkurencieschopnosť MSP“ sa viac ako 63 mld. EUR z EŠIF vyčlenilo na programovanie v rokoch 2014 – 2020 (spolu s takmer 31 mld. EUR z vnútroštátneho spolufinancovania to celkovo predstavuje 94 mld. EUR). Približne 801 500 spoločnostiam sa poskytne finančná podpora na priame vytvorenie 354 300 nových pracovných miest a asi 396 500 mikropodnikov, malých a stredných podnikov získa finančné prostriedky na investovanie do rozvoja ľudského kapitálu a zručností ľudí.

 
  
MPphoto
 
 

  Csaba Molnár (S&D), írásban. ‒ Az európai strukturális és beruházási alapok mindegyike egy tematikus célkitűzést támogat. A kis- és középvállalkozások versenyképességének növelése a 3. számú tematikus célkitűzés célja. A Regionális Fejlesztési Bizottság állásfoglalásra irányuló tervezete leszögezi, hogy a kkv-k az újonnan létrejövő munkahelyek 85%-át adják és 20,7 millió kkv-nek köszönhető a magánszektorbeli foglalkoztatás 67%-a az Unióban, amelyből 30%-ot a mikrovállalkozások adnak. Emlékeztet az EP korábbi megállapítására, miszerint „a kkv-k a hosszú távú európai növekedés és fenntartható munkahelyteremtés fő motorjai a 28 tagállamban” és az EP álláspontjára a 3. tematikus célkitűzésről folytatott tárgyalások során.

Számba veszi a 2014–2020-as programozási időszakban a kkv-k versenyképességének támogatására igénybe vehető pénzügyi eszközöket és a várható eredményeket. Áttekinti a 2007–2013-as időszak konkrét operatív programjait – amelyek esetében a finanszírozás legnagyobb részét (több mint 80%-át) kutatásra, innovációra és a kkv-kkal kapcsolatos területekre költötték – ezek között a magyarországi gazdaságfejlesztési operatív programot. Az állásfoglalás-tervezetet megszavaztam.

 
  
MPphoto
 
 

  Bernard Monot (ENF), par écrit. ‒ Nous partageons la plupart des idées défendues dans ce rapport, qui n’avance en revanche aucune piste de réflexion sérieuse et concrète pour réaliser ces vœux pieux (simplification administrative, accès au crédit, etc.). Ce rapport ne s’attaque pas aux racines des difficultés rencontrées par les PME en matière de compétitivité, de financement ou de trésorerie, à savoir l’euro, l’absence de transmission à l’économie réelle des politiques monétaires accommodantes, la complexité administrative, etc. En résumé, la politique de cohésion permet au mieux d’atténuer les effets néfastes des politiques européennes en matière d’emploi et d’investissement dans les PME. En aucun cas l’injection massive d’argent public, notamment par le biais de subventions, ne permettra de remédier durablement aux difficultés rencontrées par les PME.

 
  
MPphoto
 
 

  Cláudia Monteiro de Aguiar (PPE), por escrito. ‒ Entendo que a política de coesão é um dos principais instrumentos de políticas públicas para apoiar e reforçar a competitividade das PME. Com um orçamento até 2020 superior a 350 mil milhões de euros, a política de coesão pode ajudar a definir o crescimento atual e futuro das regiões nos Estados-Membros.

Voto favoravelmente o presente relatório com vista a reforçar o apoio às PME, salientando a importância da duplicação do apoio relativo ao período 2007-2013 para 140 mil milhões de euros, a existência de uma futura plataforma participativa e a criação de um ecossistema que inclua as universidades, os centros de investigação, os agentes sociais e económicos e as instituições públicas.

 
  
MPphoto
 
 

  Sophie Montel (ENF), par écrit. ‒ Ce rapport sur la mise en œuvre de l’objectif thématique « Renforcer la compétitivité des PME » n’avance aucune piste de réflexion sérieuse et concrète pour atteindre certains objectifs globalement partagés. Ainsi, si on ne peut qu’être d’accord avec la simplification administrative, la réduction des retards de paiements, ou la facilitation de l’accès au crédit, ce rapport ne s’attaque ni à la concurrence déloyale que l’Union impose de fait (directive sur le détachement, etc.), ni à l’accroissement de l’hétérogénéité due à la monnaie unique, ni à l’interdiction par l’Union du pourtant nécessaire patriotisme économique…

 
  
MPphoto
 
 

  Claude Moraes (S&D), in writing. ‒ I voted with my S&D and EPLP colleagues in favour of this report because it underlines the need for simplification of administrative procedures and a better access to financing of SMEs. Furthermore, it stresses the role of local governments which – directly or indirectly – are involved in programme monitoring committees. However, many of the local authorities are still lacking the administrative capacity to properly participate in the OPs. Therefore technical assistance and their early involvement in the discussions regarding the OPs are crucial.

 
  
MPphoto
 
 

  Nadine Morano (PPE), par écrit. ‒ Je me suis abstenue sur ce rapport relatif au renforcement de la compétitivité des PME. Si cet objectif est essentiel, surtout dans le contexte économique que nous connaissons, je regrette la présence dans ce texte d’une disposition qui demande plus d’intégration pour les migrants. Il est essentiel de faire la distinction entre les réfugiés, qui bénéficient d’un statut particulier de manière légale, des migrants qui peuvent être des personnes ayant été déboutées du droit d’asile et qui continuent de rester illégalement sur notre territoire. Ces derniers n’ont donc pas vocation à être intégrés, mais à être expulsés.

 
  
MPphoto
 
 

  Alessandra Mussolini (PPE), per iscritto. ‒ Il Parlamento europeo ha sempre sostenuto che le piccole e medie imprese rappresentano la spina dorsale dell'economia dell'Unione e che hanno un enorme potenziale in termini di creazione di posti di lavoro. Ho quindi votato a favore della relazione dell'on. D'Amato sull'attuazione dell'obiettivo tematico di promozione della competitività delle PMI poiché ritengo siano il motore della crescita economica a lungo termine dell'Europa oltre all'opportunità di creare posti di lavoro sostenibili nei 28 Stati membri. Nel periodo 2007-2013 mediante la politica di coesione le imprese avevano ricevuto 70 miliardi di euro a sostegno delle loro attività. L'obiettivo per il periodo 2014-2020 è quello di raddoppiare la quota, anche mediante il contributo di strumenti finanziari.

 
  
MPphoto
 
 

  József Nagy (PPE), írásban. ‒ A kis- és középvállalkozások fellendítése az európai strukturális és beruházási alapok egyik jelentős célkitűzése. A kkv-k szerepe tagadhatatlanul megnőtt az elmúlt évek során, ami mindenek előtt a társadalomra és gazdaságra való pozitív hatásuknak köszönhető. A kis- és középvállalkozásokat az Európai Unió leginkább operatív programok finanszírozásán keresztül támogatja, ezzel ösztönözve a vállalkozói szellemet, és a szolgáltatások minőségének illetve kapacitásának dinamikus fejlődését. Hasznosnak tartanám egy stratégiai terv kidolgozását, amely segítségével az EU által támogatott programok végre jobban beivódhatnának az európai köztudatba.

 
  
MPphoto
 
 

  Victor Negrescu (S&D), in writing. ‒ The European Structural and Investment funds are the main investment policy tool with a total budget of EUR 454 billion for 2014-2020. I have voted for this report that will allocate more than EUR 63 billion from the European Structural and Investment funds to improve competitiveness of small and medium-sized enterprises with the expectation of offering support to over 800 000 companies for the creation of over 300 000 jobs during the 2014-2020 programming.

 
  
MPphoto
 
 

  Dan Nica (S&D), în scris. ‒ Am votat pentru rezoluția referitoare la punerea în aplicare a obiectivului tematic „îmbunătățirea competitivității IMM-urilor”. Cele 23 de milioane de IMM-uri din UE, care reprezintă circa 99% dintre toate întreprinderile, aduc o contribuție fundamentală la creșterea economică, coeziunea socială, inovare și crearea de locuri de muncă de înaltă calitate, asigurând peste 100 de milioane de locuri de muncă.

Accesul la credite mai simplu și mai puțin reglementat trebuie să țină seama de caracteristicile specifice ale microîntreprinderilor și ale întreprinderilor nou—înființate, precum și de cele ale regiunilor în care acestea își desfășoară activitatea. Comisia, statele membre și autoritățile regionale ar trebui să acorde o atenție deosebită îmbunătățirii accesului la finanțare al microîntreprinderilor și al întreprinderilor nou-înființate care doresc să se dezvolte.

Invităm Comisia să sporească finanțarea pentru consolidarea competitivității IMM-urilor atunci când va elabora politica de coeziune pentru perioada de după 2020.

Totodată, solicităm autorităților de management să țină seama de caracteristicile și competențele specifice ale fiecărui teritoriu în parte, acordând o atenție deosebită teritoriilor subdezvoltate, depopulate și cu un nivel de șomaj ridicat, în vederea promovării atât a sectoarelor economice tradiționale, cât și a celor inovatoare.

 
  
MPphoto
 
 

  Norica Nicolai (ALDE), in writing. ‒ SMEs create jobs and economic growth for the regions of Europe and remain therefore a key priority of the Cohesion Policy. I support this resolution because investment in the SME sector is fundamental for keeping the economy of Europe strong, and the resolution sets out how to achieve this through increased spending on SMEs, using ESI Funds, for the 2014-2020 period. Importantly, it highlights the positive impact of involving local public authorities directly in the management of the ESI Funds in order to create more local awareness about the opportunities that the funds represent for entrepreneurs and SMEs. This should help ensure an efficient and targeted use of the funds.

 
  
MPphoto
 
 

  Luděk Niedermayer (PPE), písemně. ‒ Podpořil jsem zprávu, která mimo jiné upozorňuje na potíže MSP spojené s přístupem k diverzifikovaným zdrojům financování. Situaci by pomohl zlepšit koordinovaný postup Evropské investiční banky a Evropského investičního fondu. Jiným problémem jsou překážky bránící širokému zpřístupnění ESI fondů malým a středním podnikům, mezi které lze řadit administrativní zátěž, vysoký počet režimů podpory, složitost předpisů a postupů, opožděné vydávání správních nařízení a riziko přijímání zbytečných dodatečných předpisů (gold plating). Je proto třeba podniknout opatření na snížení administrativní zátěže a zjednodušit postupy řízení ESI fondů na straně MSP se zvláštním důrazem na požadavky týkající se auditu, pružnosti řízení, posuzování rizik a průběžného hodnocení, systému kontroly a souladu s pravidly hospodářské soutěže a dalšími politikami EU. Podstatné přitom je, že některé členské země zvyšují podstatně zátěž těchto podniků neadekvátně vysokými náklady regulace. Časté jsou vysoké náklady na plnění statistických, daňových či jiných povinností. Z úrovně EU lze tímto směrem – tedy ke snížení těchto nákladů – působit jen nepřímo.

 
  
MPphoto
 
 

  Liadh Ní Riada (GUE/NGL), in writing. – This implementation report calls for simplified and easier access to credit for SMEs. It emphasises that each ESI Fund (ESF, ERDF, Cohesion fund, EFMM and EARDF) supports 11 thematic objectives and the thematic objective 3 is about ‘enhancing the competitiveness of small and medium-sized enterprises, the agricultural sector and the fisheries and aquaculture sector’ and the related investment priorities for the ERDF. While it was a generally good report, it also made positive reference to the Capital Markets Union aimed at developing non-bank lending (shadow banking), which Sinn Féin strongly opposes. Because of this call being included, I did not vote in favour of the overall report but abstained.


 
  
MPphoto
 
 

  Андрей Новаков (PPE), в писмена форма. ‒ Малките и средните предприятия (МСП) са от основно значение за икономиката на регионите на ЕС както по отношение на заетостта, така и по отношение на конкурентоспособността. През програмния период 2014 – 2020 г. политиката на сближаване ще предостави допълнителна подкрепа за МСП, като подкрепата за периода 2007 – 2013 г. ще се удвои и ще достигне размер от 140 милиарда евро.

До 2020 г. МСП се очаква да осигурят промишлено производство, възлизащо на най-малко 20% от БВП на държавите членки. Докладът призовава Комисията, при формулирането на политиката на сближаване за периода след 2020 г., да увеличи финансирането за засилване на конкурентоспособността на МСП.

 
  
MPphoto
 
 

  Franz Obermayr (ENF), schriftlich. ‒ Dieser Bericht schafft bessere Bedingungen für Klein- und Mittelbetriebe. Dass dadurch Arbeitsplätze entstehen, ist mir ein wichtiges Anliegen. Aus diesem Grund unterstütze ich diesen Bericht.

 
  
MPphoto
 
 

  Maite Pagazaurtundúa Ruiz (ALDE), por escrito. ‒ Para el periodo de programación 2014-2020 se han asignado más de 63 000 millones de euros de los Fondos Estructurales y de Inversión Europeo para el objetivo general relativo a la «competitividad de las pymes».

A través de esta financiación se espera dar apoyo a las pymes en la creación directa de puestos de trabajo e invertir en el desarrollo del capital humano y en las capacidades de las personas.

Las pequeñas y medianas empresas (pymes) son la columna vertebral de la economía europea. La Unión cuenta con alrededor de 23 millones de pymes, lo que representan aproximadamente el 99 % de todas las empresas. Contribuyen al crecimiento económico, la cohesión social, la innovación y la creación de empleo de alta calidad.

Para una más eficiente y eficaz aplicación de los objetivos descritos y, para que el acceso a la financiación sea más sencillo, este Parlamento pide a través del presente informe la simplificación de los procedimientos administrativos, un mejor acceso a la financiación de las pymes y hace hincapié en el papel de las entidades locales y la mejora de su asistencia técnica. Por ello doy mi apoyo sin paliativos al presente informe.

 
  
MPphoto
 
 

  Δημήτρης Παπαδάκης (S&D), γραπτώς. ‒ Οι μικρομεσαίες επιχειρήσεις (MME) είναι ουσιαστικής σημασίας για την οικονομία των περιφερειών της ΕΕ όσον αφορά την απασχόληση και την ανταγωνιστικότητα, για αυτό τον λόγο υπερψήφισα την έκθεση για την βελτίωση της ανταγωνιστικότητας των ΜΜΕ.

Η σχετική έκθεση υπογραμμίζει την ανάγκη για απλοποίηση των διοικητικών διαδικασιών και τη βελτίωση της πρόσβασης των ΜΜΕ σε χρηματοδότηση. Επίσης, υπογραμμίζει το ρόλο των τοπικών κυβερνήσεων που - άμεσα ή έμμεσα - συμμετέχουν σε επιτροπές παρακολούθησης του προγράμματος. Ωστόσο, πολλές από τις τοπικές αρχές εξακολουθούν να στερούνται τη διοικητική ικανότητα να συμμετέχουν κανονικά στα επιχειρησιακά προγράμματα (ΕΠ). Ως εκ τούτου, η τεχνική βοήθεια και η έγκαιρη συμμετοχή τους στις συζητήσεις σχετικά με τα ΕΠ είναι ζωτικής σημασίας. Τέλος, θα πρέπει να ενθαρρύνεται και να προωθείται ο τραπεζικός δανεισμός στις ΜΜΕ.

 
  
MPphoto
 
 

  Margot Parker (EFDD), in writing. ‒ The EU is being hypocritical when it talks about SMEs. Far from helping SMEs, its red tape and over-regulation makes the life of small business owners a misery. Fortunately Brexit means this will not be our problem for much longer, and we look forward to a positive and lighter regulatory climate in post-Brexit Britain.

 
  
MPphoto
 
 

  Eva Paunova (PPE), in writing. – I voted in favour of this resolution as I believe that it is favourable to SMEs. The report introduces thematic concentration in the cohesion policy programming 2014-2020. Through thematic concentration, operational programmes appeared to be better targeted towards a limited number of strategic goals, in particular in terms of growth enhancement and high quality job creation potential for SMEs.

 
  
MPphoto
 
 

  Alojz Peterle (PPE), in writing. ‒ I voted for the report because SMEs, which form the backbone of Europe’s economy, need more financing options after the financial crisis caused banks to cut back on lending. As SMEs have more limited financing options and are in need of macroeconomic stability and a stable regulatory environment, this report urges the EU’s proposed Capital Market Union to help SMEs gain access to other financing sources like investment capital and crowdfunding. Besides, it also calls for a one-stop shop to help SMEs get financing and to avoid heavy regulation in getting that financing, so that SMEs can fulfil their job creation potential.

 
  
MPphoto
 
 

  Marijana Petir (PPE), napisan. ‒ Ulaganje u povećanje konkurentnosti malih i srednjih poduzeća jedan je od glavnih ciljeva kohezijske politike EU-a 2014.-2020., a jaka mala i srednja poduzeća jamac su razvoja društva.

Kao zastupnica u Europskom parlamentu uvijek ću dati svoj glas i prihvatiti prijedloge za olakšavanje razvoja i jačanja malih i srednjih poduzeća, kako putem ostvarivanja financijske podrške, tako i olakšavanjem administrativnog tereta, jer je riječ o glavnim pokretačima gospodarstva EU-a. Mala i srednja poduzeća zapošljavaju najviše naših građana, osiguravaju otvaranje radnih mjesta te tako imaju značajnu ulogu u konačnom prevladavanju i oporavku od gospodarske krize. Moramo poticati konkurentnost svih oblika malih i srednjih poduzeća, olakšati im pristup financiranju i kreditima, pojednostaviti zakonodavstvo, smanjiti birokraciju, olakšati pristup informacijama, poticati mala i srednja poduzeća na izvoz i internacionalizaciju. Ovdje je posebno važno naglasiti poticanje „zelenih” poduzeća koja otvaraju „zelena radna mjesta” doprinoseći time i održivom razvoju.

 
  
MPphoto
 
 

  Florian Philippot (ENF), par écrit. ‒ Je partage la plupart des idées défendues dans ce rapport, qui n’avance en revanche aucune piste de réflexion sérieuse pour réaliser ces vœux pieux:

- simplification administrative en faveur des bénéficiaires des Fonds structurels européens;

- réduction des retards de paiement liés aux Fonds issus de la politique de cohésion;

- simplification de l’accès au crédit en faveur des PME...

Ce rapport ne s’attaque pas aux racines des difficultés rencontrées par les PME:

- concurrence déloyale par le dumping social, environnemental, fiscal et monétaire de certains pays émergents ou États membres;

- monnaie unique qui prive les États membres du levier monétaire pour réduire les écarts de compétitivité avec leurs partenaires commerciaux;

- interdiction dans les traités européens de mettre en œuvre un patriotisme économique (priorité aux entreprises nationales dans l’attribution des marchés publics);

- durcissement des conditions d’octroi de crédit occasionné par les accords Bâle III.

La politique de cohésion permet à peine d’atténuer les effets néfastes des politiques européennes en matière d’emploi et d’investissement dans les PME. En aucun cas l’injection massive d’argent public, notamment par le biais de subventions, ne permettra de remédier durablement aux difficultés rencontrées par les PME. Je préfère donc m'abstenir devant ce texte incapable de s'attaquer aux causes des problèmes qu'il évoque.

 
  
MPphoto
 
 

  Tonino Picula (S&D), napisan. ‒ U 23 milijuna malih i srednjih poduzeća u EU-u, koja čine oko 99 % svih poduzeća, nudi se više od 100 milijuna radnih mjesta ili dvije trećine radnih mjesta u privatnom sektoru te ona i dalje bilježe dvostruku stopu rasta zaposlenosti u odnosu na veća poduzeća, čime ta poduzeća bitno doprinose gospodarskom rastu, socijalnoj koheziji, inovacijama i otvaranju visokokvalitetnih radnih mjesta.

Sve to unatoč činjenici da se samo 13 % europskih malih i srednjih poduzeća bavi komercijalnim aktivnostima i ulaganjima na svjetskim tržištima. Na mala i srednja poduzeća koja bi ispunjavala uvjete za financiranje iz europskih strukturnih i investicijskih fondova (fondova ESI), s obzirom na to da djeluju u konkurentnom okruženju i da se moraju nositi s brojnim ograničenjima, kao što su ograničenja u novčanom toku, uvelike utječu složena i nestabilna pravila te administrativno opterećenje, a osobito činjenica da su administrativni troškovi potpuno nerazmjerni financijskim sredstvima koja su im dodijeljena, rokovima za obradu zahtjeva za financiranje i potrebi za uplatom predujmova. Zbog svega navedenog snažno podržavam usvajanje ovog izvješća.

 
  
MPphoto
 
 

  Miroslav Poche (S&D), písemně. ‒ Statistiky ukazují, že malé a střední podniky (MSP) mají zcela zásadní význam pro ekonomiku regionů EU, a to jak z hlediska zaměstnanosti, tak z hlediska konkurenceschopnosti. A právě na podporu převážně malých a středních podniků bylo v období 2007–2013 s pomocí politiky soudržnosti věnováno 70 miliard EUR. V období 2014–2020 je cílem tuto částku zdvojnásobit. Podporuji záměr, aby v programovém období 2014–2020 byly MSP podpořeny částkou okolo 94 miliard EUR, ale domnívám se, že je potřeba věnovat MSP ještě větší podporu. Kdyby se podařilo naplnit cíle, které jsou uvedené v této zprávě, mimo jiné poskytnout podporu více než 800 tisícům společnostem, které přímo vytvoří více než 350 tisíc nových pracovních míst, považoval bych to za nesmírně úspěšné pro zaměstnaneckou politiku Evropské unie. Osobně bych byl rád, kdyby tato legislativa dosáhla ještě jednoho neméně důležitého cíle, tj. snížení výrobních nákladů a s tím spojeného nárůstu produktivity, což by předcházelo škodám na životním prostředí a vedlo k přechodu na nízkouhlíkové hospodářství.

 
  
MPphoto
 
 

  Salvatore Domenico Pogliese (PPE), per iscritto. ‒ Sono sempre stato convinto che la priorità dell'azione dell'UE debba essere la creazione di posti di lavoro. Per creare occupazione è necessario sostenere adeguatamente le piccole e medie imprese (PMI). Esse sono fondamentali per l'economia delle regioni dell'UE, sia in termini di occupazione che di competitività. Per il periodo 2007-2013 erano stati assegnati, con l'aiuto della politica di coesione, 70 miliardi di euro al sostegno alle imprese, in particolare le PMI, e l'obiettivo per il periodo 2014-2020 è di raddoppiare tale importo. Il raggiungimento di questi obiettivi ambiziosi deve essere adeguatamente monitorato dal Parlamento europeo. Il nostro compito deve essere quello di evitare spreco di risorse ma, soprattutto, quello di sostenere l'azione della Commissione nella formulazione delle proposte più adeguate. Per quanto concerne la promozione della competitività delle PMI, ritengo di fondamentale importanza investire nella formazione dei dipendenti e incentivare le assunzioni di giovani meritevoli e dotati di talento. Sono convinto che il fattore umano sia l'elemento determinante per il successo delle aziende. Per tutte queste ragioni, ho votato a favore di questa relazione.

 
  
MPphoto
 
 

  Tomasz Piotr Poręba (ECR), na piśmie. ‒ Ponieważ etap programowania europejskich funduszy strukturalnych i inwestycyjnych dobiega końca, sprawozdanie z własnej inicjatywy komisji REGI skupia się na pierwszych wnioskach z zaangażowania MŚP, a konkretniej na realizacji zawartego w rozporządzeniu w sprawie wspólnych przepisów (art. 9) trzeciego z jedenastu celów tematycznych – wzmacniania konkurencyjności MŚP.

Sprawozdanie to zawiera wiele pozytywnych elementów, w tym nacisk na kluczową rolę MŚP w gospodarce UE oraz w udanej realizacji polityki spójności, ograniczanie biurokracji i zachęcanie do korzystania z instrumentów finansowych, uproszczony dostęp do pożyczek, zróżnicowanie źródeł finansowania, znaczenie pomocy technicznej i wczesnego zaangażowania w dyskusje o priorytetach inwestycyjnych w przyszłych rundach finansowania, a także na wymianę najlepszych praktyk między państwami członkowskimi. Niniejszym poparłem sprawozdanie.

 
  
MPphoto
 
 

  Franck Proust (PPE), par écrit. ‒ Le renforcement de la compétitivité des PME est un objectif thématique majeur de la politique européenne de cohésion et de la stratégie Europe 2020. La concentration thématique a eu pour effet bénéfique de mieux orienter les priorités d’investissement, et ici en faveur des PME européennes. J’ai donc voté pour ce rapport qui évalue la réalisation des objectifs liés à cet objectif thématique dans le cadre de la programmation financière 2014-2020.

 
  
MPphoto
 
 

  Paulo Rangel (PPE), por escrito. ‒ Recentemente e como consequência da crise económica e financeira, os níveis de desemprego, pobreza, exclusão e desigualdade social tiveram uma evolução preocupante em muitos Estados—Membros. Considerando que as 23 milhões de PME da União representam cerca de 99% de todas as empresas, e que as referidas PME geram dois em cada três postos de trabalho no mercado único europeu, é lógico assumir que o papel das mesmas é importante na recuperação económica e social dos Estados-Membros.

Enquadrado no 3º objetivo temático dos Fundos Europeus Estruturais de Investimento (FEEI), o reforço da competitividade das PME detém grande importância no que toca a atingir os objetivos da política de coesão e o objetivo da chamada Europa 2020.

Entre as várias sugestões apresentadas, o presente relatório salienta a importância de aumentar a eficácia dos mecanismos de apoio às PME por via de uma simplificação nos procedimentos, assim como através de uma melhor coordenação e coerência entre as políticas de investimento europeias.

Pelo acima exposto e por considerar que as PME são a força motriz da economia europeia, concordo que seja reforçado o apoio dos FEEI destinado às PME e voto favoravelmente o presente relatório.

 
  
MPphoto
 
 

  Laurențiu Rebega (ENF), în scris. ‒ În ultimii ani, Uniunea a oferit o atenție deosebită IMM-urilor din statele membre, prin derularea a numeroase programe menite atât să atragă cetățenii, și în special tinerii, în crearea și consolidarea de noi IMM-uri, cât și prin încurajarea unei mai bune dezvoltări a IMM-urilor cu vechime pe piață.

Consider că cel mai chibzuit lucru pe care putem să îl facem este acela de a ne concentra pe programele care se află deja în derulare, și de a ne asigura că acestea își vor atinge obiectivele propuse.

 
  
MPphoto
 
 

  Julia Reid (EFDD), in writing. ‒ The EU is being hypocritical when it talks about SMEs. Far from helping SMEs, its red tape and over-regulation makes the life of small business owners a misery. Fortunately Brexit means this will not be our problem for much longer, and we look forward to a positive and lighter regulatory climate in post-Brexit Britain.

 
  
MPphoto
 
 

  Sofia Ribeiro (PPE), por escrito. ‒ Votei favoravelmente, por achar ser imperativo reforçar a competitividade das PME dos setores das pescas e da aquicultura. As PME são essenciais para a economia das regiões da UE, tanto em termos de emprego como de competitividade, e espera-se que até 2020 possa chegar apoio a cerca de 801 500 empresas para a criação de 354 300 novos postos de trabalho diretos. As empresas (incluindo empresas cooperativas e da economia social) irão receber financiamento para investir no desenvolvimento do capital humano e nas competências dos trabalhadores.

As PME formam uma parte muito significativa da economia da UE e têm uma enorme capacidade de criação de emprego real. Apostar na gestão mais eficiente dos recursos das PME oferece um enorme potencial de redução dos custos de produção e de aumento da produtividade, potenciando uma poupança de 630 mil milhões de euros por ano para a indústria europeia.

É necessário permitir que as PME desenvolvam um ambiente verde (refabrico, reparação, manutenção, reciclagem), contribuindo assim para a resolução de desafios ambientais, ao mesmo tempo que promovem o crescimento económico e a criação de emprego.

 
  
MPphoto
 
 

  Liliana Rodrigues (S&D), por escrito. ‒ O relatório anual da Comissão sobre as PME europeias relativo a 2014/2015 indica que em 2014 as PME representaram 71,4% do aumento do emprego no setor empresarial não financeiro e empregavam cerca de 90 milhões de pessoas – isto é, 67% do emprego total. As pequenas e médias empresas são, por isso, essenciais para a economia das regiões da UE, tanto em termos de emprego como de competitividade.

Entendo que, se as autoridades locais pretenderem participar mais na gestão dos FEEI, as administrações centrais devem dar-lhes a possibilidade de receber mais poderes de decisão, começando com a seleção dos projetos. A assistência técnica e a participação, numa fase precoce, nos debates sobre as prioridades de investimento em futuras fases de financiamento contribuirão para este processo.

Dado que a maioria dos países e regiões só agora começou a lançar os programas, há margem para as autoridades de gestão e a Comissão aplicarem mais sistematicamente o princípio da parceria consagrado no regulamento e no Código de Conduta.

 
  
MPphoto
 
 

  Inmaculada Rodríguez-Piñero Fernández (S&D), por escrito. ‒ Voto a favor del Informe sobre la mejora de la competitividad de las pymes, puesto que son esenciales para la economía de todas las regiones de la Unión. En el periodo 2014-2020 se espera conseguir, con los Fondos EIE destinados al programa, aumentar la creación de puestos de trabajo e invertir en el desarrollo del capital humano y las capacidades de las personas.

Se indican como objetivos, además, promover el espíritu empresarial, desarrollar y aplicar nuevos modelos de negocio, apoyar la creación y ampliación de capacidades para el desarrollo de productos y servicios y apoyar el crecimiento en los mercados.

 
  
MPphoto
 
 

  Claude Rolin (PPE), par écrit. ‒ Les PME représentent 99 % de toutes les entreprises et contribuent de manière essentielle à la croissance économique de l’Union européenne en fournissant plus de 100 millions d’emplois, soit deux tiers des emplois du secteur privé.

J’ai donc voté en faveur de ce rapport qui encourage la Commission à intégrer davantage le financement de la compétitivité des PME lors de la préparation de la politique de cohésion après 2020.

 
  
MPphoto
 
 

  Fernando Ruas (PPE), por escrito. ‒ O objetivo temático “Reforço da competitividade das Pequenas e Médias Empresas (PME)” é de importância capital para alcançar os objetivos da política de coesão e da Estratégia Europa 2020.

Entre 2007 e 2013 foram atribuídos, ao abrigo da política de coesão, 70 mil milhões de euros para apoiar empresas que permitiram a criação de 263 000 postos de trabalho, estando previsto duplicar esse objetivo para o período de 2014 a 2020.

A introdução destes objetivos temáticos na programação da política de coesão para o período 2014-2020 forneceu uma ferramenta eficaz para conceber programas operacionais com mais enfoque nas prioridades a nível do investimento.

Por força da concentração temática e particularmente deste objetivo, houve uma melhor orientação dos programas operacionais, direcionando-os para um número mais restrito de objetivos estratégicos, com repercussões na melhoria do crescimento e da qualidade da criação de emprego para as PME.

Nesse sentido, considero este relatório bastante importante, na medida em que procede, por um lado, a uma avaliação positiva deste objetivo temático, perspetivando, por outro, o cenário para o período de programação financeira 2014-2020, medindo a realização dos resultados obtidos até à data e tentando tirar conclusões para o restante Quadro Financeiro Plurianual.

 
  
MPphoto
 
 

  Tokia Saïfi (PPE), par écrit. ‒ Les 23 millions de PME présentes dans l’Union européenne représentent 99 % de l’ensemble des entreprises et contribuent de manière centrale à la croissance économique et à la création d’emplois. En effet, elles fournissent plus de 100 millions d’emplois, soit deux tiers des emplois du secteur privé.

J’ai voté en faveur de ce rapport, qui fournit une évaluation précoce de l’objectif thématique du renforcement de la compétitivité des PME. L’Union européenne doit apporter son soutien aux PME et agir pour renforcer leur compétitivité. Elles représentent de véritables moteurs économiques pour notre économie.

 
  
MPphoto
 
 

  Lola Sánchez Caldentey (GUE/NGL), por escrito. ‒ Voto a favor a este informe que resalta la importancia de las pymes en la economía europea. Propone simplificar y disminuir la burocracia, la regulación y legislación en el acceso a ayudas y créditos para las pymes.

Destacamos que el informe hace referencia a la mala gestión económica y que las medidas de austeridad que paralizan la demanda, inciden de manera más dura en las pymes; y que apoya la creación de redes de innovación, y el intercambio de las experiencias positivas, así como el apoyo técnico.

Apostar por una inversión en pymes es apostar por el futuro, el empleo y una economía más sostenible.

 
  
MPphoto
 
 

  Sven Schulze (PPE), schriftlich. ‒ Ich habe für die Umsetzung des Ziels „Verbesserung der Wettbewerbsfähigkeit von KMU“ (kleine und mittlere Unternehmen) gestimmt, da sie das Rückgrat der europäischen Wirtschaft bilden und ein enormes Arbeitsplatzbeschaffungspotential aufweisen.

KMU können sich nur dann erfolgreich in die globalen Wertschöpfungsketten einbringen, wenn ein günstigerer Rahmen geschaffen und die internationale Zusammenarbeit ausgeweitet wird.

Die Stärkung ihrer Wettbewerbsfähigkeit durch eine große Bandbreite an Maßnahmen sichert vorhandene Arbeitsplätze und schafft neue.

Außerdem wird ein wichtiger Beitrag zur Verwirklichung der Ziele der Strategie Europa 2020 für intelligentes, nachhaltiges und integratives Wachstum geleistet. Dadurch wurden in Sektoren wie Vernetzung, Innovation und Wissen sowie Kultur und Bildung erhebliche Fortschritte erzielt.

 
  
MPphoto
 
 

  Remo Sernagiotto (ECR), per iscritto. ‒ Le PMI costituiscono la spina dorsale del sistema produttivo europeo e sono il motore principale della crescita economica: esse rappresentano infatti circa il 99 % di tutte le imprese e il 67 % dell'occupazione totale nel settore non finanziario. Condivido la relazione di iniziativa in cui si raccomanda di rafforzare ulteriormente il sostegno dei fondi strutturali e di investimento europei a favore delle PMI, di ridurre gli oneri amministrativi, di diversificare le fonti di finanziamento e di semplificare l'accesso al credito, tenendo conto anche delle caratteristiche particolari delle microimprese, delle start-up e del contesto in cui esse operano. Al fine di assicurare l'efficacia della politica di coesione post-2020, mi auguro che queste raccomandazioni del Parlamento possano guidare la discussione e gli interventi per rafforzare la competitività delle PMI e per rimuovere gli ostacoli che impediscono o rallentano la loro crescita. Ho deciso pertanto di esprimermi a favore della relazione.

 
  
MPphoto
 
 

  Ricardo Serrão Santos (S&D), por escrito. ‒ Na União Europeia há 23 milhões de pequenas e médias empresas (PME) que proporcionam 100 milhões de empregos, desenvolvendo cerca de um quarto atividades de exportação.

Tal como mencionado no relatório, considero importante reforçar a transparência e a participação de todas as autoridades regionais e locais, atores da sociedade civil, empresários e outras partes interessadas pertinentes, em particular no processo de definição do requisito dos convites à apresentação de propostas, por forma a visarem melhor as necessidades dos beneficiários finais.

Há desafios que, claramente, se podem transformar em oportunidades. São os casos das necessidades de adaptação das PME às decisões da COP 21 e da possibilidade de integração de refugiados e migrantes, como muito bem é apontado no relatório. Também por estas razões, votei positivamente.

 
  
MPphoto
 
 

  Czesław Adam Siekierski (PPE), na piśmie. ‒ Małe i średnie przedsiębiorstwa mają kluczowe znaczenie dla gospodarki regionów UE zarówno pod względem zatrudnienia, jak i konkurencyjności. Dlatego należy docenić fakt, ze w okresie 2007–2013 w ramach polityki spójności na wsparcie dla przedsiębiorstw, głównie MŚP, przeznaczono 70 mld EUR, natomiast celem na lata 2014–2020 jest podwojenie tej kwoty, do czego ma się przyczynić większe wykorzystanie różnych instrumentów finansowych.

W Parlamencie Europejskim często podkreślamy, że MŚP stanowią fundament gospodarki UE i dysponują ogromnym potencjałem w zakresie zatrudnienia, gdyż odpowiadają za 85% nowo powstałych miejsc pracy. Szacuje się również, że ponad 20 milionów MŚP zapewnia ponad 67% zatrudnienia w sektorze prywatnym w UE, przy czym za 30% odpowiadają mikroprzedsiębiorstwa. MŚP stanowią więc główną siłę napędową długofalowego europejskiego wzrostu gospodarczego i tworzenia trwałych miejsc pracy w państwach członkowskich.

Zwiększenie skuteczności wykorzystania zasobów przez MŚP stwarza wielkie możliwości w zakresie obniżenia kosztów produkcji i wzrostu wydajności. Szacuje się, że lepsze wykorzystanie zasobów stanowi dla europejskiego przemysłu ogólny potencjał oszczędności w kwocie 630 mld EUR. Zapobieganie szkodom w środowisku oraz przechodzenie na gospodarkę niskoemisyjną to wyzwania społeczne, które stwarzają nowe szanse dla przedsiębiorstw wprowadzających na rynek ekologiczne produkty i usługi. Do prowadzenia działalności MŚP potrzebują korzystnego środowiska, w którym proekologiczne rozwiązania mogą być łatwo opracowywane, finansowane i wprowadzane na rynek.

 
  
MPphoto
 
 

  Siôn Simon (S&D), in writing. – I voted with my S&D and EPLP colleagues in favour of this report because underlines the need for simplification of administrative procedures and a better access to financing of SMEs. Furthermore, it stresses the role of local governments which – directly or indirectly – are involved in programme monitoring committees. However, many of the local authorities are still lacking the administrative capacity to properly participate in the OPs. Therefore technical assistance and their early involvement in the discussions regarding the OPs are crucial

 
  
MPphoto
 
 

  Branislav Škripek (ECR), písomne ‒ Malé a stredné podniky (MSP) majú veľký význam pre hospodárstvo regiónov EÚ, pokiaľ ide o zamestnanosť aj konkurencieschopnosť. Preto som rád, že táto správa sa zameriava na túto kľúčovú úlohu, ktorú má MSP. Hlasoval som za.

 
  
MPphoto
 
 

  Monika Smolková (S&D), písomne ‒ Malé a stredné podniky (MSP) sú nepochybne chrbtovou kosťou hospodárstva EÚ a majú obrovský potenciál najmä v oblasti zamestnanosti a konkurencieschopnosti. Hlasovala som za navrhované uznesenie, pretože navrhuje pokračovať v programovom období 2014 – 2020 s podporou MSP (zdvojnásobí sa podpora z obdobia 2007 – 2013 na 14 miliárd EUR). O tom, že je to dobrá investícia, svedčí aj to, že MSP sa podieľali 71,4 % na zvýšení zamestnanosti v roku 2014 v nefinančnom podnikateľskom sektore a v roku 2014 MSP zamestnávali takmer 90 miliónov ľudí, čo predstavuje 67 % celkovej zamestnanosti a vytvorili 58 % pridanej hodnoty sektora. Som rada, že v rámci obdobia 2007 – 2013 bolo v rámci politiky súdržnosti podporených 73 500 začínajúcich podnikov a vytvorilo sa viac ako 263 000 pracovných miest v MSP. Žiaľ, aj počas uplynulého programového obdobia sme sa mohli stretnúť s niektorými prekážkami (dôsledky hospodárskej krízy, zložité riadenie štrukturálnych fondov a administratívna záťaž, nedostatočné čerpanie prostriedkov zo strany MSP), ktoré ohrozovali úspešné a včasné vykonávanie tematického cieľa „zvýšenie konkurencieschopnosti MSP“ (TC 3). Je preto namieste, aby sme sa z týchto chýb poučili a na základe prijatých opatrení pre programové obdobie 2014 – 2020 zabránili opakovaniu týchto problémov.

 
  
MPphoto
 
 

  Igor Šoltes (Verts/ALE), pisno. ‒ Mala in srednja podjetja so glavna gonilna sila zelenega gospodarstva in kreirajo zelena delovna mesta. Hkrati so zelo raznolika in vključujejo veliko število na lokalni ravni osnovanih mikropodjetij, ki pogosto delujejo v tradicionalnih sektorjih, obenem pa tudi vse večje število zagonskih podjetij in hitro rastočih podjetij.

Prav zato je pomembno, da se srednja in mala podjetja podpre v okviru kohezijske politike in hkrati oceni, ali so sredstva, ki so jim namenjena, porabljena učinkovito. V obdobju od 2007 do 2013 je bilo s podporo kohezijske politike 70 milijard namenjenih za podporo predvsem malim in srednjim podjetjem, v obdobju od 2014 do 2020 pa naj bi se ta znesek podvojil, saj je podpora tovrstnim podjetjem ena izmed prioritet kohezijske politike Evropske unije, še posebej pa Sklada za regionalni razvoj.

Parlament v poročilu poziva Evropsko komisijo, naj upošteva načela svežnja o krožnem gospodarstvu, da bi tako spodbudila bolj trajnostno gospodarsko rast in ustvarila nova kakovostna delovna mesta, s poudarkom na spodbujanju zelenih delovnih mest.

Zaradi pomembne vloge malih in srednjih podjetij v evropskem zelenem gospodarstvu sem to poročilo podprl.

 
  
MPphoto
 
 

  Bart Staes (Verts/ALE), schriftelijk. ‒ 23 miljoen kleine en middelgrote ondernemingen, dat zijn 99 % van alle bedrijven in de EU, verschaffen 100 miljoen arbeidsplaatsen of twee derde van alle banen in de privésector. Ze leveren dan ook een fundamentele bijdrage tot economische groei, sociale cohesie, innovatie en kwaliteitsvolle werkgelegenheid. Bovendien vormen ze een belangrijke drijvende kracht achter de groene economie en jobcreatie.

Het verslag over de verbetering van het concurrentievermogen van kmo’s voorziet in een zeer evenwichtige aanpak met het oog op de versterking van groene kmo’s en lokale markten, in het bijzonder via steun voor lokale kmo’s. Bovendien wijst het verslag op het belang van thematische concentratie en de rol daarvan bij duurzame ontwikkeling, de kwaliteitsdimensie van jobcreatie en de betrokkenheid van kmo’s bij het principe omtrent partnerschap, met inbegrip van specifieke organisaties gericht op eco-ondernemers.

Na enkele aanvullingen omtrent circulaire economie, de “Small Business Act” en ondernemerschap voor jongeren, en met de focus op groene jobs en de groene economie, voldoet het verslag aan vele groene eisen en stemde ik voor.

 
  
MPphoto
 
 

  Joachim Starbatty (ECR), schriftlich. ‒ Der Bericht D’Amato nimmt Stellung zur optimalen Nutzung des Potenzials kleiner und mittlerer Unternehmen (KMU) zur Schaffung von Arbeitsplätzen. KMU stellen etwa zwei Drittel der Arbeitsplätze in der Privatwirtschaft bereit. Um das Potenzial zur Schaffung von Arbeitsplätzen noch weiter zu stärken, sollten KMU im Fokus der Ausgestaltung der EU-Unternehmenspolitik stehen.

Der Bericht hebt hervor, dass eine Verringerung des Verwaltungs- und Regelungsaufwandes wie auch eine Verbesserung der Qualität der Rechtssetzung und Rechtsdurchsetzung KMU entlasten sollten. Darüber hinaus wird im Bericht betont, dass faire Wettbewerbsbedingungen für KMU im Vergleich mit Großunternehmen geschaffen werden. Kleine und lokale Unternehmen werden in überregulierten und bürokratischen Verwaltungssystemen besonders benachteiligt. Es sind Maßnahmen notwendig um Marktnachteile von KMU so einzuschränken, dass ihr Beschäftigungspotenzial erheblich gesteigert wird.

Ich halte den Bericht insgesamt für sehr ausgewogen und habe ihm deshalb zugestimmt.

 
  
MPphoto
 
 

  Ivan Štefanec (PPE), písomne ‒ Malé a stredné podniky trpia oproti veľkým korporáciám nedostatočným prístupom ku kapitálu. V súlade so stratégiou súčasnej Európskej komisie im chceme zjednodušiť možnosti získať prostriedky pre rozvoj svojho podnikania, využívanie moderných technológií a zvyšovanie konkurencieschopnosti na trhu. Výsledkom bude zníženie nezamestnanosti a rozvoj regiónov, pretože v rámci nich sú malé a stredné podniky často významným ekonomickým a spoločenským aktérom.

 
  
MPphoto
 
 

  Beatrix von Storch (EFDD), schriftlich. ‒ Der Entschließung des EU-Parlaments zu der Umsetzung des thematischen Ziels „Verbesserung der Wettbewerbsfähigkeit von KMU“ (Artikel 9 Absatz 3 der Verordnung mit gemeinsamen Bestimmungen) habe ich nicht zugestimmt.

Der Bericht behandelt die Wettbewerbsfähigkeit der KMU und wie insbesondere die Kohäsionspolitik mit einer Mittelausstattung in Höhe von mehr als 350 Mrd. EUR bis 2020 als das wichtigste Subventionsinstrument in der EU dazu beitragen kann.

Die Kohäsionspolitik lehne ich als ein rein umverteilendes Instrument ab. Die AfD steht in Deutschland für selbständige und starke Gebietskörperschaften. Wir wollen regionale und lokale Selbstverwaltung ermöglichen und Subsidiarität garantieren, damit regionale Eigen- und Besonderheiten gepflegt werden können. Wir wollen dem Föderalismus wieder mehr Gewicht verleihen. Die AfD ist also schon gegenüber einer Politik des regionalen Ausgleichs innerhalb Deutschlands einigermaßen skeptisch eingestellt. Auf Ebene der EU hat diese erst recht nichts zu suchen. Wir stehen für starke und selbständige Nationalstaaten.

Den Missbrauch der Kohäsionspolitik für eine zentralplanerische Förderung und Subventionierung von KMU lehne ich erst recht ab. Es ist nicht Aufgabe des Staates, Gelder umzuverteilen um vermeintlich lohnende Wirtschaftszweige oder eine bestimmte Klasse von Unternehmen finanziell zu fördern – denn dadurch werden Steuerzahler bestraft.

 
  
MPphoto
 
 

  Dubravka Šuica (PPE), napisan. ‒ Cilj jačanja konkurentnosti malih i srednjih poduzeća važan je za postizanje ciljeva kohezijske politike i strategije Europa 2020 i izvješće nam daje prvu ocjenu ovog ključnog tematskog cilja te nam daje prve pokazatelje o ovoj politici općenito za financijsko razdoblje 2014-2020. Zbog gospodarske i financijske krize u mnogim državama članicama porasla je razina dugoročne nezaposlenosti, nezaposlenost mladih i društvene nejednakosti. Stoga mala i srednja poduzeća mogu imati relevantnu i važnu ulogu u oporavku Europe.

Podržavam prijedlog rezolucije o provedbi tematskog cilja „jačanje konkurentnosti malih i srednjih poduzeća” jer se ovim ciljem potiče otvaranje radnih mjesta i gospodarski oporavak.

Dolazim iz Hrvatske gdje postoje raznovrsna mikropoduzeća na lokalnoj razini koja su često aktivna u tradicionalnim sektorima te ima sve više novoosnovanih poduzeća i brzorastućih inovativnih poduzeća, tako da je nužno pojednostaviti nacionalna i europska zakonodavstva kako bi se malim i srednjim poduzećima olakšao pristup kreditiranju.

 
  
MPphoto
 
 

  Patricija Šulin (PPE), pisno. ‒ Glasovala sem za poročilo o izvajanju tematskega cilja za povečanje konkurenčnosti malih in srednjih podjetij.

Kot večkrat ugotavljamo, predstavljajo mala in srednja podjetja hrbtenico evropskega gospodarstva in kot taka imajo pomembno vlogo pri okrevanju Evrope zaradi gospodarske in finančne krize, ki je v številnih državah članicah zvišala stopnjo revščine, prav tako so se povečale dolgotrajna brezposelnost, brezposelnost mladih in socialne neenakosti.

Podpiram poziv Komisiji in državam članicam, naj upoštevajo dodano vrednost projektov malih in srednjih podjetij za razvoj in inovacije v tradicionalnih sektorjih, saj bo to spodbudilo ustvarjanje delovnih mest, hkrati pa se bodo ohranile lokalne in regionalne poslovne posebnosti ob upoštevanju načel trajnosti

 
  
MPphoto
 
 

  Ελευθέριος Συναδινός (NI), γραπτώς. ‒ Η βελτίωση της ανταγωνιστικότητας των μικρομεσαίων επιχειρήσεων δεν είναι αποκλειστικά και μόνο θέμα χρηματοδότησης. Η Ένωση πρέπει να υιοθετήσει μέτρα και κανόνες που ευνοούν τη σύσταση και ανάπτυξη των μικρομεσαίων επιχειρήσεων και στηρίζουν την επιβίωσή τους εντός του ανταγωνιστικού περιβάλλοντος με τις μεγάλες επιχειρήσεις, όπως την ανάπτυξη μιας ενιαίας φορολογικής πρακτικής των μικρομεσαίων επιχειρήσεων που θα επιτρέπει τη φορολόγηση μετά από μια συγκεκριμένη περίοδο χάριτος ή θα επιβάλει ενιαίες φορολογικές κλίμακες σε όλα τα κράτη μέλη.

 
  
MPphoto
 
 

  Tibor Szanyi (S&D), írásban. ‒ Szavazatommal támogattam a „Kis- és középvállalkozások versenyképességének javítása” tematikus célkitűzés végrehajtásáról szóló jelentést. Az európai strukturális és beruházási alapok keretében végrehajtott beruházások egyik tematikus célkitűzése a kis- és középvállalkozások versenyképességének növelése, amelynek fontosságát a jelentés többször is helyesen hangsúlyozta. Egyetértek a jelentéssel abban, hogy a mintegy 23 millió európai kis- és középvállalkozás számára alapvető fontosságú az európai, nemzeti és regionális szabályozás egyszerűsítése, valamint a hitelhez való hozzáférés megkönnyítése.

Mivel a kkv-k európai strukturális és beruházási alapokhoz való széles körű hozzáférését valóban nehezíti a támogatási programok nagy száma és változatossága, a szabályok és az eljárások bonyolultsága, helyeslem azt a felkérést miszerint az egyszerűsítéssel foglalkozó magas szintű munkacsoport álljon elő konkrét javaslatokkal arra nézve, hogyan ésszerűsíthetőek ezen eljárások. Továbbá szintén támogatom a jelentés azon felhívását, hogy segíteni kell a kkv-kat a hagyományos banki szolgáltatásokhoz való hozzáférés akadályainak leküzdésében, illetve ösztönözni kell az egyéb finanszírozási lehetőségek felhasználását is. A kkv-k versenyképességének javítását célzó minden lépésnek, ahogy azt a jelentés is megjegyezte, természetesen az emberi jogok és a munkavállalói jogok tiszteletben tartásán, valamint a lehető legmagasabb szintű környezetvédelmen kell alapulnia.

 
  
MPphoto
 
 

  Adam Szejnfeld (PPE), na piśmie. ‒ Małe i średnie przedsiębiorstwa stanowią ok. 99% wszystkich przedsiębiorstw UE, zapewniając 67% całkowitego zatrudnienia w sektorze firm niefinansowanych. W unijnym rozporządzeniu ustanawiającym wspólne przepisy dotyczące europejskich funduszy strukturalnych i inwestycyjnych wymieniono 11 celów tematycznych określających zasady finansowania. Cel tematyczny 3 dotyczący wzmacniania konkurencyjności MŚP ma jedną z najwyższych pul środków.

W latach 2014–2020 na wsparcie MŚP przewidziano niemal 64 mld EUR. Dodatkowe wykorzystanie instrumentów finansowych pobudzających kredyty bankowe ma na celu podwojenie tej kwoty. Oczekiwane rezultaty to 300 tys. nowych miejsc pracy i pomoc dla prawie miliona MŚP. Konkretne środki obejmują wspieranie przedsiębiorczości i tworzenia firm, inwestycje w badania naukowe i innowacje, rozwój nowych modeli biznesowych, produktów i usług, transfer wiedzy i współpracę biznesową, podnoszenie kwalifikacji pracowników, propagowanie samozatrudnienia, czy tworzenie przedsiębiorstw społecznych.

Dlatego tak ważna jest wczesna ocena realizacji tego kluczowego celu, jakim jest poprawa konkurencyjności MŚP, zarówno pod względem dotychczasowych osiągnięć, jak i wniosków na przyszłość.

 
  
MPphoto
 
 

  Hannu Takkula (ALDE), kirjallinen. ‒ Tuin tätä päätöslauselmaesitystä, sillä pk-yrityksille ERI-rahastosta suunnatun tuen tulisi olla entistä paremmin saatavilla. Pk-yrityksillä on suuri taloudellisen kasvun potentiaali, ja nämä yritykset ovat erityisesti harvaanasutuilla alueilla tärkeitä työllistäjiä.

 
  
MPphoto
 
 

  Dario Tamburrano (EFDD), per iscritto. ‒ La relazione D'Amato analizza a livello olistico i diversi aspetti che riguardano l'attuazione dell'obiettivo tematico (OT) 3 nella programmazione 2014-2020 dei Fondi strutturali e di investimento. L'aumento degli investimenti per favorire l'accesso al credito, meno burocrazia, meno ritardi nei pagamenti della pubblica amministrazione, più trasparenza negli appalti pubblici e più economia circolare sono alcuni dei punti importanti che sono stati votati e approvati a larghissima maggioranza all'interno della relazione della nostra collega a 5 stelle questa settimana a Strasburgo. Il Parlamento, con questo voto, riconosce anche che la crisi delle PMI europee è stata causata anche dalle "politiche di austerità attuate dagli Stati membri e dall'Unione europea", politiche che "hanno soffocato la domanda interna". Nella relazione viene indicata la strada che l'Europa dovrebbe percorrere: punti chiave sono per esempio un'internazionalizzazione socialmente responsabile e un processo integrato di politica regionale e politica europea senza dimenticare di favorire la transizione verso l'economia circolare e avviare un deciso processo di decarbonizzazione e autoproduzione dell'energia a favore delle fonti rinnovabili. Ho votato pertanto a favore.

 
  
MPphoto
 
 

  Claudia Țapardel (S&D), in writing. ‒ This report is key to the future development and prosperity of our economy and I hereby support it. SMEs are essential for the economy of EU regions, in terms of employment and competitiveness. ESI funds – through their Thematic Objectives (TO) – contribute to enhancing the competitiveness of the SMEs. For the 2014-2020 financing period more than EUR 63 bn have been allocated to the TO 3 ‘Enhancing the competitiveness of SMEs’ which – together with the national co-financing – will amount to EUR 94 bn. For the 2014-2020 programming period support is expected to be given to more than 800 000 SMEs; 396 500 micro, small and medium sized enterprises will receive ESF funding.

It is important to focus on promoting entrepreneurship, developing and implementing new business models and supporting growth in national and international markets. Nonetheless, the need for simplification of administrative procedures and a better access to financing for SMEs remains. Furthermore, it stresses the role of local governments which – directly or indirectly – are involved in programme monitoring committees. However, many of the local authorities are still lacking the administrative capacity to participate in the OPs. Therefore, technical assistance and their early involvement in the discussions regarding the OPs are crucial.

 
  
MPphoto
 
 

  Marc Tarabella (S&D), par écrit. ‒ J'ai bien sûr voté pour ce texte. L'objectif commun des investissements au titre des Fonds ESI est de favoriser la mise en œuvre de la stratégie Europe 2020 de l'Union européenne pour une croissance intelligente, durable et inclusive. Chaque Fonds ESI soutient 11 objectifs thématiques, et le troisième (ci-après dénommé "OT 3") concerne "l'amélioration de la compétitivité des petites et moyennes entreprises, du secteur agricole (pour le Feader) et du secteur de la pêche et de l'aquaculture (pour le Feamp)", ainsi que les priorités d'investissement correspondantes pour le Feder.

Les petites et moyennes entreprises (PME) sont essentielles pour l'emploi et la compétitivité des régions de l'Union européenne. Pour la période 2007-2013, la politique de cohésion a permis de dégager 70 milliards d'euros pour soutenir les entreprises, et principalement les PME. Pour la période 2014-2020, le but est de doubler ce montant (notamment au moyen d'instruments financiers). Dans la nouvelle période de programmation, les investissements auprès des PME seront notamment effectués via l'OT 3. Cependant, il sera possible de procéder dans le même temps à des investissements dans les PME au titre d'autres objectifs thématiques.

 
  
MPphoto
 
 

  Pavel Telička (ALDE), in writing. ‒ SMEs are an indispensable driving force for the EU economy, in terms of growth, employment and competitiveness, as they account for around 99% of all businesses and provide over 100 million jobs in the EU. However, they often face multiple challenges due to their size. This is why I voted in favour of this report on the implementation of the thematic objective ‘enhancing the competitiveness of SMEs’, which is one of the objectives of the ESI Funds. This should be done by simplifying access to credit and encouraging innovation, with a special focus on the circular economy, by increasing coordination and consistency among all EU investment policies, by encouraging the involvement of local authorities and SMEs themselves in the implementation of programmes. It is particularly important to continue removing administrative burden for SMEs when managing ESI Funds by bringing the cohesion policy in line with the reality of SMEs.

 
  
MPphoto
 
 

  Romana Tomc (PPE), pisno. ‒ Predlog o povečanju konkurenčnosti malih in srednjih podjetij sem podprla.

Mala in srednja podjetja (MSP) so bistvenega pomena za gospodarstvo EU v smislu zaposlovanja in konkurenčnosti. Pričakujemo, da bo prejelo podporo približno 801.500 podjetij, kar bi neposredno ustvarilo 354.300 novih delovnih mest.

MSP so glavno gonilo dolgoročne evropske gospodarske rasti in možnosti za ustvarjanje trajnostnih delovnih mest v 28 državah članicah.

 
  
MPphoto
 
 

  Estefanía Torres Martínez (GUE/NGL), por escrito. ‒ Voto a favor a este informe que resalta la importancia de las pymes en la economía europea. Propone simplificar y disminuir la burocracia, la regulación y legislación en el acceso a ayudas y créditos para las pymes.

Destacamos que el informe hace referencia a la mala gestión económica y que las medidas de austeridad que paralizan la demanda, inciden de manera más dura en las pymes; y que apoya la creación de redes de innovación, y el intercambio de las experiencias positivas, así como el apoyo técnico.

Apostar por una inversión en pymes es apostar por el futuro, el empleo y una economía más sostenible.

 
  
MPphoto
 
 

  Ramon Tremosa i Balcells (ALDE), in writing. ‒ SMEs are the backbone of the European economy and the main employers in our job market. I hope that these recommendations are useful for the Commission and Member States to implement new policies to make SMEs more competitive.

 
  
MPphoto
 
 

  Mylène Troszczynski (ENF), par écrit. ‒ On recense plus de 23 millions de PME dans l’Union européenne, soit 99 % du nombre total d'entreprises. Ces PME génèrent 100 millions d’emplois, soit deux tiers des emplois du secteur privé. Il est rappelé que 14 % des fonds européens disponibles sont alloués en faveur des PME, soit plus de 140 milliards d’euros pour la période de programmation 2014-2020.

Cette politique de cohésion permet au mieux d’atténuer les effets néfastes des politiques européennes en matière d’emploi et d’investissement dans les PME. En aucun cas l’injection massive d’argent public, notamment par le biais de subventions, ne permettra de remédier durablement aux difficultés rencontrées par ces PME.

J'ai choisi l'abstention car certaines dispositions du rapport sont convenables.

 
  
MPphoto
 
 

  Mihai Țurcanu (PPE), în scris. ‒ La ora actuală în Uniunea Europeană există 23 de milioane de IMM-uri, reprezentând 99% din totalul întreprinderilor. Acestea creează mai mult de 100 de milioane de locuri de muncă, adică 2/3 din locurile de muncă din sectorul privat, contribuind, astfel, considerabil, la creșterea economică. În acest sens, prezentul raport recomandă întărirea susținerii acestora prin intermediul fondurilor structurale și de investiții europene.

În vederea facilitării creării de IMM-uri, raportul subliniază necesitatea unei ameliorări a accesului la finanțare pentru microîntreprinderi și pentru start—up—urile ce doresc să se dezvolte. Astfel, dobânzile pentru finanțarea IMM—urilor și a marilor companii ar trebui să fie egalizate. De asemenea, raportul atrage atenția asupra faptului că birocrația excesivă a descurajat anumite IMM-uri să solicite finanțările propuse, iar, în acest sens, se cere Comisiei o analiză rapidă a acestei probleme.

Alte recomandări formulate în acest raport la adresa statelor membre și a Comisiei ar fi: crearea unui dialog structurat între Banca Europeană de Investiții și Fondul european de investiții, cu scopul de a ameliora și facilita accesul IMM—urilor la surse de finanțare diversificate sau instaurarea la nivel național și regional a unor condiții aplicabile ajutoarelor de stat, care să nu dezavantajeze IMM-urile.

Am votat, așadar, pentru raportul referitor la îmbunătățirea competitivității IMM-urilor.

 
  
MPphoto
 
 

  Kazimierz Michał Ujazdowski (ECR), na piśmie. ‒ Optymistycznie zapatruję na projekt rezolucji wspierającej konkurencyjność małych i średnich przedsiębiorstw z uwagi na fakt, jak duży wpływ ma ich działalność na rozwój gospodarczy, tworzenie nowych miejsc pracy i tworzenie innowacji. Władze lokalne mogą wspierać najbardziej efektywne podmioty przez dokładną selekcję, partnerstwo oraz odpowiednie zarządzanie. Zwiększenie skuteczności działania sektora MŚP może przyczynić się do bardziej ekonomicznego wykorzystania zasobów, obniżenia kosztów produkcji, wzrostu wydajności, a dzięki temu wygenerowania oszczędności na poczet późniejszych innowacji. Zdecydowałem poprzeć w głosowaniu powyższą inicjatywę.

 
  
MPphoto
 
 

  István Ujhelyi (S&D), írásban. ‒ Az európai strukturális és beruházási alapok keretében végrehajtott beruházások közös célkitűzése az intelligens, fenntartható és inkluzív növekedést célzó Európa 2020 stratégia végrehajtása. A mostani dokumentumot megszavaztam.

 
  
MPphoto
 
 

  Miguel Urbán Crespo (GUE/NGL), por escrito. – Voto a favor a este informe que resalta la importancia de las pymes en la economía europea. Propone simplificar y disminuir la burocracia, la regulación y legislación en el acceso a ayudas y créditos para las pymes.

Destacamos que el informe hace referencia a la mala gestión económica y que las medidas de austeridad que paralizan la demanda, inciden de manera más dura en las pymes; y que apoya la creación de redes de innovación, y el intercambio de las experiencias positivas, así como el apoyo técnico.

Apostar por una inversión en pymes es apostar por el futuro, el empleo y una economía más sostenible.

 
  
MPphoto
 
 

  Ernest Urtasun (Verts/ALE), in writing. ‒ I voted for, as SMEs are key drivers in the green economy and for the creation of green jobs. It is therefore important to support SMEs in cohesion policy and to assess whether resources have been spent effectively.

 
  
MPphoto
 
 

  Viktor Uspaskich (ALDE), raštu. – Raginu Komisiją ir valstybes nares skubiai rasti ilgalaikį sprendimą dėl susikaupusių neatliktų mokėjimų, susijusių su regionine politika, ir tinkamai taikyti Pavėluotų mokėjimų direktyvą (2011/7/ES), siekiant užtikrinti, kad MVĮ, kaip projekto partnerės, dėl vėluojančių mokėjimų neprarastų susidomėjimo dalyvauti paramos programose ir projektuose einamuoju programavimo laikotarpiu; taip pat pažymiu, kad nuosekliau laikantis šios direktyvos, kurioje, inter alia, reikalaujama, kad valdžios institucijos mokėjimus už savo įsigyjamas prekes ir paslaugas atliktų per 30 dienų, būtų prisidėta prie MVĮ stabilizavimui ir augimui reikiamų sąlygų kūrimo.

 
  
MPphoto
 
 

  Ivo Vajgl (ALDE), in writing. ‒ I voted in favour of the report on implementation of the thematic objective ‘enhancing the competitiveness of SMEs’ – Article 9(3) of the Common Provisions Regulation. The shared objective of investments under the ESI funds is to provide support for the delivery of the EU’s Europe 2020 strategy for smart, sustainable and inclusive growth. The report highlights that there is an overall need for mechanisms that help to simplify the business environment and speed up the process of setting up new businesses with REFIT to support SME competitiveness and absorption of ESI Funds. I voted in favour because I believe that small and medium-sized enterprises (SMEs) are essential for the economy of EU regions, both in terms of employment and competitiveness.

 
  
MPphoto
 
 

  Ramón Luis Valcárcel Siso (PPE), por escrito. ‒ Hablamos de un informe que destaca la importancia de mejorar la competitividad de las pymes con el uso de las herramientas de la política de cohesión. Es importante seguir avanzando a través de la concentración temática en los objetivos de la política de cohesión, principalmente el de la competitividad y el empleo a través de la ayuda a las pymes en áreas como la innovación, para poder contribuir con mayor fuerza a los objetivos de la estrategia 2020. Como siempre, las pequeñas y medianas empresas son uno de los motores vitales en la gran mayoría de las regiones europeas. Es por ello por lo que es necesario fomentar la competitividad de las pymes a través de las herramientas que este informe señala con acierto, por lo que considero necesario votar a su favor.

 
  
MPphoto
 
 

  Hilde Vautmans (ALDE), schriftelijk. ‒ De kmo's in Europa zijn een uiterst belangrijke motor van de economie en schepper van banen. Ik heb voor dit verslag gestemd om de Europese Commissie erop te wijzen dat ze in haar wetgevingsinitiatieven meer aandacht moet hebben voor de eigenheid van kmo's. Er bestaat een duidelijke behoefte aan mechanismen die het ondernemingsklimaat vereenvoudigen en met behulp van Refit het startproces van nieuwe ondernemingen versnellen. De concurrentiekracht van kmo's moeten we kunnen aanscherpen en het gebruik van ESI-fondsen moeten we meer ondersteunen. Meer en beter ondersteunde kmo's zijn positief voor economie, tewerkstelling en innovatie.

 
  
MPphoto
 
 

  Miguel Viegas (GUE/NGL), por escrito. ‒ O objetivo partilhado dos investimentos no âmbito dos FEEI é prestar apoio com vista à execução da Estratégia Europa 2020 da UE para um crescimento inteligente, sustentável e inclusivo.

As PME são essenciais para a economia das regiões da UE (99% das empresas e 85% dos postos de trabalho) em termos de emprego e competitividade. Para o período 2007-2013, o apoio da política de coesão dedicado às empresas foi de 70 mil milhões de euros, principalmente às PME. Para o período de 2014-2020, o objetivo é duplicar este montante (também com a ajuda de instrumentos financeiros).

Este relatório reforça a necessidade de aumentar a eficiência das PME, promovendo práticas de economia circular, a promoção de “empregos verdes” e a afirmação internacional.

Esta posição não apaga todas as reservas que temos relativamente aos objetivos subjacentes às políticas de coesão que condicionam o investimento e atrelam as políticas de desenvolvimento regional às agendas neoliberais da agenda 2020.

 
  
MPphoto
 
 

  Harald Vilimsky (ENF), schriftlich. ‒ Im Bericht wird darauf hingewiesen, dass KMU, welche die meisten Arbeitsplätze in der EU stellen, die treibende Kraft der europäischen Wirtschaft sind. Zudem wird ein vereinfachter und weniger regulierter Zugang zu Krediten für Kleinstunternehmen und Start-ups verlangt. Da der Bericht gute Ansätze enthält, wie man Klein- und Mittelbetriebe verbessern und unterstützen kann, habe ich dem Bericht zugestimmt.

 
  
MPphoto
 
 

  Daniele Viotti (S&D), per iscritto. ‒ Ho votato a favore della relazione sull'attuazione dell'obiettivo tematico "promuovere la competitività delle PMI" in quanto le PMI ricoprono un ruolo essenziale nell'economia delle regioni dell'UE, in termini di occupazione e di competitività. Per il periodo di finanziamento 2014-2020 sono stati stanziati più di 63 miliardi di euro per il potenziamento della competitività delle PMI. Sono favorevole alla relazione in questione in quanto ribadisce l'esigenza di una semplificazione delle procedure amministrative e la necessità un migliore accesso al finanziamento delle PMI. Sottolineo inoltre l'importanza ricoperta dai governi centrali che dovrebbero fornire alle autorità locali disposte nella gestione dei fondi SIE più ampi poteri decisionali.

 
  
MPphoto
 
 

  Julie Ward (S&D), in writing. ‒ I voted with my S&D and EPLP colleagues in favour of this report because it underlines the need for simplification of administrative procedures and improved access to financing of SMEs. There is no doubt that SMEs represent the backbone of our economy, and we must facilitate their ability to operate and trade across Europe. Any strategy on SMEs must include support for cooperatives and alternative business models that have so much potential for a more ethical way of doing business, and can bring more flexibility and accountability to the private sector. We must also ensure that vulnerable excluded groups have access to entrepreneurship education, particularly women and girls, who face greater obstacles and prejudice. We must make sure that we share best practice on enabling women and girls to become entrepreneurs.

 
  
MPphoto
 
 

  Lieve Wierinck (ALDE), in writing. – I voted in favour because the competitiveness of the EU’s SMEs is one of my top priorities. It reiterates that fact that SMEs are the backbone of the EU economy. This means that we need to facilitate and support them where needed. It recognises the biggest problems of today and proposes clear solutions that I can only support. One of those measures is to increase access to finance. This can be done by removing institutional and technical barriers. Also, they should be better informed about alternative sources of funding. In addition, Member States should ensure coherent and consistent investment policies. Herein, transparency plays a very important role. I also agree that the European Investment Bank and the European Investment Fund are important actors. But overall, we need to keep in mind that we need to cut red tape and simplify legislation where possible. I believe that all-together, these measures and guidelines will result in more competitive SMEs, more jobs and a stronger economy.

 
  
MPphoto
 
 

  Jadwiga Wiśniewska (ECR), na piśmie. ‒ Małe i średnie przedsiębiorstwa zapewniają 85% zatrudnienia w unijnym sektorze pracy oraz przedstawiają potencjał w zakresie tworzenia nowych miejsc pracy. Sprawozdanie podkreśla ich dominującą rolę w strukturze gospodarki europejskiej, a także traktuje o wnioskach z wdrażania celu trzeciego, czyli wzmacniania konkurencyjności MŚP, w ramach programowania europejskich funduszy strukturalnych i inwestycyjnych. W sprawozdaniu podkreśla się przeszkody uniemożliwiające i utrudniające MŚP szeroki dostęp do funduszy, takie jak: duża liczba programów pomocy i ich rozdrobnienie, wysoki stopień skomplikowania przepisów i procedur, opóźnienia we wdrażaniu aktów wykonawczych oraz zagrożenie związane z nadmiernie rygorystycznym wdrażaniem.

Głosowałam za przyjęciem sprawozdania, w którym zaznacza się, że nadmierne regulacje i obciążenia administracyjne osłabiają potencjał innowacyjny, utrudniają rozwój MŚP, a także dostrzega się potrzebę wspierania konkurencyjności na rynku poprzez zachęcanie do korzystania z instrumentów finansowych, uproszczonego dostępu do pożyczek oraz zróżnicowania źródeł finansowania.

 
  
MPphoto
 
 

  Θεόδωρος Ζαγοράκης (PPE), γραπτώς. ‒ Την συγκεκριμένη έκθεση, την οποία και υποστήριξα, ενέκριναν με μεγάλη πλειοψηφία οι συνάδελφοι της αρμόδιας επιτροπής Περιφερειακής Ανάπτυξης. Το κείμενο που έχει κατατεθεί, αναδεικνύει όλα τα επιμέρους ζητήματα που αφορούν την αποτελεσματικότερη χρηματοδότηση των ΜΜΕ σε ευρωπαϊκό και τοπικό επίπεδο.

 
  
MPphoto
 
 

  Marco Zanni (EFDD), per iscritto. ‒ La relazione che abbiamo oggi approvato è volta ad analizzare in maniera olistica la promozione della competitività delle piccole e medie imprese (PMI) nella nuova programmazione 2014-2020. Essa sottolinea come i 23 milioni di PMI siano molto diversificate e che dunque necessitino di un approccio legislativo adeguato ai diversi contesti. La relazione contiene diversi aspetti positivi: viene chiesto in primis di tenere conto del valore aggiuntivo dei progetti PMI per lo sviluppo e l'innovazione dei settori tradizionali; inoltre vi è un richiamo all'economia circolare, al fine di promuovere una crescita economica più sostenibile; si ricorda, infine, quanto sia importante per le PMI che gli appalti pubblici siano organizzati in modo trasparente, coerente e innovativo. Altri aspetti che mi hanno spinto ad esprimere un voto positivo sono la menzione al microcredito, mirato principalmente ai microimprenditori e al superamento degli ostacoli all'accesso ai servizi bancari tradizionali e, non per ultima, l'enfasi sulle difficoltà che incontrano giornalmente le PMI e che di certo Unione europea e Stati membri non aiutano con le loro politiche di austerità.

 
  
MPphoto
 
 

  Tomáš Zdechovský (PPE), písemně. ‒ Malé a střední podniky jsou nezbytnou součástí moderní ekonomiky a hnací silou hospodářského růstu každé země, a proto jsem podpořil tuto zprávu o možnostech zvyšování jejich konkurenceschopnosti. Zpráva poskytuje zhodnocení současné situace a zároveň poskytuje možná východiska do budoucna. Jsem vždy velmi potěšen, když vidím, že se české firmy dokáží prosadit na světových trzích, a to i přes překážky v podobě nedostatku zaměstnanců nebo systematického odmítání udělení povolení pro vývoz zboží. Domnívám se totiž, že by Evropská unie měla malé a středním podniky podporovat a pomáhat jim s přístupem k lepšímu financování, získávání kvalifikovaných pracovníků a snadnému přístupu na globální trh.

 
  
MPphoto
 
 

  Jana Žitňanská (ECR), písomne – Táto správa vytvorená z iniciatívy Parlamentu sa zameriava najmä na zhodnotenie implementácie dosahovania väčšej konkurencieschopnosti malých a stredných podnikov, ktoré bolo medziiným aj jedným z cieľov európskych štrukturálnych a investičných fondov, ktorých programovacie obdobie sa momentálne blíži ku koncu. Správa obsahovala mnoho pozitívnych prvkov vrátane sústredenia sa na kľúčovú úlohu malých a stredných podnikov v európskej ekonomike, diverzifikáciu finančných zdrojov či výmenu najlepších postupov. Celkovo sa zasadzovala za potrebu vytvorenia zjednodušeného podnikateľského prostredia a urýchlenia procesu zakladania nových podnikov, ktoré v budúcnosti prinesú významný hospodársky rast a nové pracovné miesta.

 
  
MPphoto
 
 

  Carlos Zorrinho (S&D), por escrito. ‒ Votei a favor do relatório D’Amato sobre o reforço da competitividade das pequenas e médias empresas (PME), por entender que são fundamentais para a prosperidade da economia europeia.

Sublinho que, em consequência da crise económica e financeira, os níveis de pobreza e de exclusão social aumentaram em muitos Estados-Membros – tal como o desemprego de longa duração, o desemprego dos jovens e as desigualdades sociais – e que, por isso, as PME podem desempenhar um papel especialmente relevante na recuperação económica da Europa.

Atualmente, os 23 milhões de PME da UE representam cerca de 99% de todas as empresas e proporcionam mais de 100 milhões de postos de trabalho. É por conseguinte fundamental que a Comissão e os Estados-Membros tenham em consideração o valor acrescentado das PME, sobretudo quando se trata de inovar nos setores tradicionais.

Destaco ainda o papel das PME no setor dos serviços, que está a sofrer uma mudança significativa resultante da digitalização, pelo que considero que o défice de competências em matéria de qualificações no domínio das TIC deve ser abordado, colocando maior ênfase na formação e na educação pertinentes.

 
  
MPphoto
 
 

  Marco Zullo (EFDD), per iscritto. – Ho votato a favore della relazione D'Amato, una relazione di attuazione volta ad analizzare "olisticamente" i diversi aspetti concernenti l'attuazione dell'obiettivo tematico (OT) 3 della nuova programmazione 2007-2014, che riguarda la promozione della competitività delle piccole e medie imprese. L'OT ha una dotazione di 63 miliardi di euro, che arrivano a 94 con il cofinanziamento nazionale, e riguarda 23 milioni di PMI che rappresentano circa il 99 % di tutte le imprese. Alla Commissione si ricorda l'importanza di appalti pubblici trasparenti; viene chiesto di tenere conto del pacchetto dell'economia circolare per promuovere una crescita sostenibile e i posti di lavoro verdi, nonché del valore aggiunto delle PMI per lo sviluppo e l'innovazione dei settori tradizionali. Nei molti punti positivi presenti nella relazione si sottolinea innanzitutto la necessità di semplificare la normativa europea, nazionale e regionale per facilitare l'accesso al credito; si evidenzia la responsabilità sociale delle imprese; il fatto che le politiche di austerità abbiano soffocato la domanda e gli strumenti finanziari non abbiano aiutato il comparto; si menziona l'importanza del microcredito e la necessità di trovare una soluzione ai ritardi nei pagamenti relativi alla politica regionale.

 

5.17. Een EU-strategie voor het Alpengebied (A8-0226/2016 - Mercedes Bresso)
Video van de redevoeringen
  

Mündliche Erklärungen zur Abstimmung

 
  
MPphoto
 

  Eleonora Forenza (GUE/NGL). – Signor Presidente, onorevoli colleghi, vorrei argomentare perché ho votato contro la risoluzione a firma Bresso.

Noi, come gruppo GUE/NGL, abbiamo presentato numerosi emendamenti a questo testo tesi a chiarire un punto per noi fondamentale: che non vi può essere nessuna strategia alpina che non rispetti la volontà delle popolazioni. In particolare, io credo che il mancato coinvolgimento del movimento "No TAV" nella consultazione sulla regione alpina lanciata dalla Commissione europea nel 2014 sia purtroppo una mancanza molto, molto grave.

E allora noi chiediamo con forza di fermare la TAV, l'alta velocità Torino-Lione, dimostrata dannosa per la salute dei cittadini, dimostrata non necessaria per la strategia e per le necessità di trasporti. Pensiamo davvero che occorra coinvolgere le popolazioni e rispettare la loro volontà su quella regione.

 
  
MPphoto
 

  Monica Macovei (ECR). – Domnule președinte, am votat pentru a avea o strategie a Uniunii Europene pentru regiunile alpine și vreau să spun că, dacă va avea succes, ea va trebui extinsă în multe alte regiuni și inclusiv în regiunile alpine din țara mea, România. Strategia pentru regiunile alpine a fost lansată în 2016 în Slovenia și urmează, într-un fel, modelul Strategiei pentru Carpați și Strategiei pentru regiunea Dunării. Dacă, va fi de succes, repet, o vom putea folosi și în alte situații, și în alte regiuni. Este foarte important de spus ce înseamnă acest lucru. Înseamnă că aducem oamenii de la munte mai aproape de oraș. Sunt uneori izolați, vor să vină la spectacole, la servicii medicale, la servicii sociale, la tot felul de evenimente care au loc în orașele din apropiere. De aceea, această strategie este utilă pentru oameni. Și doi, am votat-o pentru că nu cheltuie mai mulți bani, ci ne arată cum să folosim mai judicios fondurile de care dispunem.

 
  
MPphoto
 

  Estefanía Torres Martínez (GUE/NGL). – Señor Presidente, no podemos olvidar cuáles son los problemas que sufren la Región Alpina y la gente que vive en ella, porque son comunes a los de otras zonas rurales.

Estas zonas quedan despobladas, desaparecen escuelas, los centros de salud tienen que desplazarse a pueblos mayores donde no hay empleo. Los habitantes no pueden sobrevivir únicamente del turismo. Está claro que hay que poner en valor este sector y fomentarlo, pero no siempre se va a sentir atraída la gente por él si la región no está permanentemente atendida y cuidada por quienes viven allí todo el año.

Es necesario que esta estrategia que propone la Unión Europea vaya encaminada al desarrollo de la agricultura, de la silvicultura y de otros servicios e industrias respetuosos con el medio ambiente. La protección de esta región debe ir más allá de criterios económicos, y este debate es una buena ocasión para que hablemos de ello, de la necesidad de ir más allá; porque la importancia de proteger la cultura, la vida de zonas como esta —una vida sostenible y equilibrada—, es básica. Es una vida respetuosa, respetuosa con su entorno, una vida y una sabiduría que solo nos las sigue dando la gente que vive en los pueblos.

 
  
MPphoto
 

  Момчил Неков (S&D). – Бих искал да поздравя докладчика г-жа Бресо за доклада относно стратегията на Европейския съюз за региона на Алпите. Същевременно обаче бих искал да насоча внимание и към нуждата от подобен подход и стратегия и за другите планински региони в Европейския съюз, и по-специално на Балканите.

Планинските региони, както знаем, са в неравностойно положение спрямо другите региони, по-негъвкави са и трябва да подхождаме по специален начин. В доклада г-жа Бресо призова Европейската инвестиционна банка да проучи възможността за създаване на инвестиционна платформа за региона на Алпите, като също така се отправи призив за създаване на канал за проекти за региона, който би привлякъл инвеститори.

Подобни стъпки трябва да бъдат предвидени и към други планински региони на Европейския съюз, и по-конкретно към Югоизточна Европа, където планините са важна връзка от трансграничното сътрудничество. Затова призовавам за равен достъп до качествено финансиране на всички планински региони в Евросъюза, за качествени инвестиции и ръст в тях, за да няма Европа на две, дори и на три скорости.

 
  
MPphoto
 

  Seán Kelly (PPE). – A Uachtaráin, seo é an míniú vótála deireanach uaimse inniu.

Mr President, I commend this report’s thorough consideration of the Alpine region, as a marked step towards the achievement of Europe’s goals of territorial cooperation and cohesion. Giving careful consideration to the effects of EU strategies on the environment as well as on economic and social development in these areas, we may build on the recommendations of this report. Thus we are in a position much more effectively to address the challenges experienced by macro regions whilst establishing and improving on the framework within which new and existing strategies will operate.

I particularly support the recognition of the impact of the EU Strategy for the Alpine Region (EUSALP) throughout the EU and not at a regional level alone, as we have observed the increasing development of synergies between different institutions and agencies and, indeed, national and regional policies. While respecting the principle of subsidiarity, I would also hope to observe further improvements in the spheres of biodiversity, transport and tourism from this point forward.

 
  
  

Schriftliche Erklärungen zur Abstimmung

 
  
MPphoto
 
 

  Isabella Adinolfi (EFDD), per iscritto. ‒ La relazione è per certi versi apprezzabile in molti punti, ma ancora decisamente problematica in altri. Ad esempio, tra i punti positivi, è degno di nota l'approccio al tema della biodiversità e della preservazione dell’ecosistema della regione, che sottolinea l'urgente necessità di sviluppare nuove strategie di lotta contro l'inquinamento atmosferico. Tuttavia, la relazione contiene anche riferimenti alla tratta Torino-Lione. Inoltre, sono presenti altri punti che dovrebbero essere affrontati in maniera diversa. Per questi motivi ho deciso di astenermi.

 
  
MPphoto
 
 

  Tim Aker (EFDD), in writing. – We voted against this report because we feel that the countries of the Alpine region, not the EU, have the right to make their own decisions. We note that in Amendment 1, the EU orders Member States not to spend on their own priorities, but instead only EU ones. This kind of bullying should not be allowed.

 
  
MPphoto
 
 

  Martina Anderson (GUE/NGL), in writing. ‒ I voted in favour of this report, which is the fourth EU macro-regional strategy. EUSALP covers 48 regions in seven countries, five of which are Member States (Italy, France, Slovenia, Austria and Germany). The other two countries are Switzerland and Liechtenstein. EUSALP is a vehicle for strategic investment that will benefit the region as a whole. The report tackles various important issues regarding the EUSALP: multi-level governance, investments, jobs, environment, climate change and mobility.

 
  
MPphoto
 
 

  Eric Andrieu (S&D), par écrit. ‒ J'ai soutenu ce rapport de ma camarade Mercedes Bresso, qui fournit des solutions aux problèmes et défis communs qui se posent dans la région alpine.

 
  
MPphoto
 
 

  Laima Liucija Andrikienė (PPE), in writing. ‒ I have voted in favour of the report on EU strategy for the Alpine Region. The EU strategy for the Alpine region (EUSALP) is the fourth EU macro-regional strategy, following those for the Baltic Sea region, the Danube region and the Adriatic and Ionian region. To my mind, the European Commission needs to be more closely involved at the start-up stage of macro-regional strategies, at the design and planning stage as well as at the implementation stage. I fully agree that the European Parliament should also be involved, in its capacity as co-legislator, in the launch and approval of strategies, as well as in monitoring their implementation. It is important to mention that this report stresses the importance of financial instruments, of encouraging innovation and new technologies in key areas of the economy, while preserving also forms of traditional economic activity. I supported this report because it also promotes the diversification of tourism and underlines the importance of improving transport and energy connectivity, as well as underlines the importance of protecting and enhancing the biodiversity in the Alpine Region.

 
  
MPphoto
 
 

  Pascal Arimont (PPE), schriftlich. ‒ Im Dezember 2013 forderte der Europäische Rat die Kommission auf, eine EU-Strategie für den Alpenraum (EUSALP) vorzulegen. Dieser Aufforderung ist die Kommission im Juli 2015 mit der Vorlage des Aktionsplans für die Strategie (vierte makroregionale Strategie der EU) nachgekommen. Der Ausschuss für regionale Entwicklung beschloss, auf der Grundlage dieses Aktionsplans einen Initiativbericht im Hinblick auf die Formulierung von Empfehlungen für eine rasche und wirkungsvolle Umsetzung auszuarbeiten.

Dieser Bericht beruht nun auf dem Grundsatz, dass Makroregionen den Rahmen für Maßnahmen der Zusammenarbeit und für die Entwicklung von Synergien zwischen den einzelnen Finanzierungsinstrumenten der EU darstellen. Außerdem werden die beteiligten Mitgliedstaaten darin aufgefordert, ihre nationalen und regionalen Maßnahmen im Hinblick darauf zu koordinieren, zu den Maßnahmen und den Zielen der Strategie EUSALP beizutragen. Ferner wird u.a. die Intention einer Diversifizierung des Tourismusangebots unterstützt sowie die Wichtigkeit der Verbesserung der Verkehrs- und Energienetzanbindung und der Schutz und die Förderung der Artenvielfalt im Alpenraum hervorgehoben.

Ich unterstütze die Förderung von Innovation und neuen Technologien in Schlüsselbereichen der Wirtschaft bei gleichzeitiger Erhaltung der Formen traditioneller Wirtschaftstätigkeit. Ich habe mich daher für den Bericht ausgesprochen.

 
  
MPphoto
 
 

  Marie-Christine Arnautu (ENF), par écrit. ‒ Ce rapport pose les jalons de la stratégie de l’Union pour la région alpine (Eusalp). Il s’agit de la quatrième stratégie macro-régionale. L’Eusalp couvre 48 régions dans sept pays différents, dont cinq États membres. Le but, en créant ces macro-régions, est d'élaborer des approches stratégiques transfrontalières dans des régions qui partageraient les mêmes problématiques, en l’occurrence le dépeuplement, la diversification de l’activité économique, l’aménagement du territoire ainsi que la protection de l’environnement dans le cadre de l’Eusalp.

Nous partageons la plupart des priorités défendues par l’Eusalp, telles que la préservation de l’environnement, la modernisation des infrastructures hydrauliques, la création de pôles de compétitivité, sources d’innovations générant des emplois durables, le développement de nouvelles offres touristiques afin de limiter l’aspect saisonnier du tourisme alpin, le développement du transport ferroviaire, en particulier pour le fret, afin de décongestionner les villes.

Nous sommes en revanche opposés à toute stratégie macro-régionale dont le mode de gouvernance repose sur une participation accrue des autorités locales et régionales au sein des instances décisionnaires.

Ces futures macro-régions échapperont progressivement au contrôle des États membres, laissant ainsi le champ libre à la Commission européenne pour s’octroyer de nouvelles prérogatives, notamment en matière de politique urbaine ou d’éducation. J’ai donc voté contre.

 
  
MPphoto
 
 

  Jonathan Arnott (EFDD), in writing. ‒ In the interests of transparency and democracy I would like to confirm I voted against this resolution. This reported wants the Commission to set up a platform for more public and private financing for the project, in other words let’s waste more taxpayers money. This report has the audacity to order Member States not to spend money on their priorities but only EU ones.

 
  
MPphoto
 
 

  Jean Arthuis (ALDE), par écrit. ‒ J'ai voté en faveur de ce rapport, qui vise à améliorer la compétitivité, la prospérité et la cohésion de la région alpine.

 
  
MPphoto
 
 

  Zigmantas Balčytis (S&D), raštu. ‒ Balsavau už šį pranešimą dėl ES strategijos dėl Alpių regiono. Komisija, siekdama paskatinti investicijas, parengė Investicijų planą ir įsteigė Europos strateginių investicijų fondą. Tai regiono šalims suteikia galimybę pradėti naujus investicijų projektus bei sustiprinti jau pradėtus įgyvendinti projektus. ES strategija dėl Alpių regiono šalims suteikia galimybę investuoti į bendrus projektus, kurie turės poveikį ne tik jų regionui, bet visai Europai. Todėl pritariu ES paruoštai strategijai dėl Alpių regiono, nes šio regiono potencialas yra didelis ir jį galima padidinti įtraukiant vietos valdžios institucijas ir visus regiono viešus ir privačius subjektus.

 
  
MPphoto
 
 

  Gerard Batten (EFDD), in writing. ‒ We voted against this report because we feel that the countries of the Alpine region, not the EU, have the right to make their own decisions. We note that in Amendment 1, the EU orders Member States not to spend on their own priorities, but instead only EU ones. This kind of bullying should not be allowed.

 
  
MPphoto
 
 

  Nicolas Bay (ENF), par écrit. ‒ Je m’oppose à ce rapport, qui correspond à une stratégie macro-régionale reposant sur un mode de gouvernance multi-niveaux prévoyant une participation accrue des collectivités locales: partant, cette stratégie limite le champ d’action des gouvernements nationaux au profit de la Commission, qui s’octroie de nouvelles prérogatives en matière de politique urbaine et d’éducation.

 
  
MPphoto
 
 

  Hugues Bayet (S&D), par écrit. ‒ J'ai soutenu ce rapport qui demande aux autorités compétentes de l'Union, des États membres et des régions concernées d'harmoniser dans la mesure du possible les politiques et les fonds visant à aider au développement la région alpine.

Les députés plaident notamment pour la mise en place au niveau macro-régional d'une structure d'appui pour mettre en en œuvre cette stratégie en coopération avec la Commission, les États membres et les régions.

Ils demandent notamment à la Commission d'encourager une coopération active entre l'agriculture et les autres activités économiques dans les zones protégées afin de concevoir des produits touristiques intégrés.

Ils lui demandent également de développer le marché du travail de la région alpine, de donner la priorité à l'investissement dans les infrastructures numériques ou encore, en matière environnementale, de favoriser la biodiversité.

 
  
MPphoto
 
 

  Beatriz Becerra Basterrechea (ALDE), por escrito. ‒ Voto a favor de este informe debido a que estoy de acuerdo con las estrategias macrorreregionales. Hasta ahora éstas han surgido de iniciativas intergubernamentales, pero gracias a la inclusión del objetivo de cohesión territorial en el Tratado de Lisboa las estrategias pueden integrarse en mayor medida en el método comunitario.

 
  
MPphoto
 
 

  Brando Benifei (S&D), per iscritto. ‒ Le regioni alpine, grazie ad un forte approccio dal basso verso l'alto, hanno portato allo sviluppo della strategia EUSALP, con l'obiettivo di affrontare efficacemente le sfide comuni all'intera area alpina. Ambiente, agricoltura, rischio di spopolamento, occupazione, trasporti, ricerca e governance sono solo alcuni dei temi affrontati dalla proposta della Commissione, questioni riprese con particolare efficacia dalla relazione Bresso che ho deciso di sostenere con convinzione. La strategia dell'Unione deve avere il compito di riconciliare la sostenibilità ambientale con lo sviluppo economico, in un'area naturale che già costituisce un'importante destinazione turistica. Le 48 regioni coinvolte, divise tra sette Stati, conservano numerose differenze ma condividono problemi comuni ed elevate capacità. Occorrono però risorse per dispiegarne tutte le potenzialità dei territori. Le istituzioni europee e la Commissione devono creare una vera e propria piattaforma di investimento per la regione alpina, uno strumento flessibile che consenta di mobilitare finanziamenti pubblici e privati. Serve un progetto di pipeline per la regione volto ad attrarre gli investitori e nuove forme di governance multilivello realizzate con i contributi comunitari. EUSALP rappresenta un grande opportunità per fare delle Alpi uno dei cuori dell'innovazione in Europa.

 
  
MPphoto
 
 

  Xabier Benito Ziluaga (GUE/NGL), por escrito. ‒ He votado a favor de este informe porque creemos que es primordial tener una estrategia clara. A pesar de que no estoy de acuerdo con algunos de los puntos que se abordan, considero que es urgente poner en marcha un plan para solucionar este y otros problemas que afectan a muchas zonas rurales sin medios. En estas zonas muchas veces se prioriza la explotación del medio natural o las atracciones turísticas antes que el nivel de vida de sus propios habitantes. Además, el dossier incluye enmiendas que han sido incorporadas contando con las preocupaciones de la sociedad civil sobre problemas acerca de las emisiones de carbón, energía renovable, cambio climático y protección de glaciares, especies en peligro y biodiversidad. Además el informe apoya el turismo sostenible y hace aportaciones interesantes con respecto a la Cop21. Principalmente, me interesan las menciones que hace sobre áreas más remotas de la zona alpina que no tienen acceso a los servicios sociales y económicos más básicos, la falta de oportunidades laborales, la falta de conexiones, la despoblación, etc.

 
  
MPphoto
 
 

  Dominique Bilde (ENF), par écrit. ‒ Si je tente d’alerter souvent contre la paupérisation des régions montagneuses, notamment sur le problème de la désertification des services publics dans ces zones, j’ai dû cependant voter contre ce rapport.

Certes, les priorités que se donnent l’Union pour la région alpine (Eusalp) sont également les miennes: préservation de l’environnement, modernisation des infrastructures hydrauliques, développement du transport ferroviaire, ou encore création de pôles de compétitivité, sources d’innovation et d’emplois durables.

Cependant, ce qui se cache derrière cette stratégie, c’est la régionalisation de l’Europe, la création de macro-régions en lien direct avec Bruxelles et permettant ainsi à la Commission d’occulter les États et, par là, de s’approprier de plus en plus de compétences, au détriment des traités.

Bref, cette technique n’a pour seul but que de conduire à une Europe fédérale, où les régions ne seraient plus françaises, mais se transformeraient en des Länder du pays Europe, sur le mode germanique.

 
  
MPphoto
 
 

  Mara Bizzotto (ENF), per iscritto. ‒ La macroregione alpina è un progetto di fondamentale importanza per le regioni del Nord Italia, in primis per Veneto e Lombardia, che assieme alle altre 46 regioni europee coinvolte sono il cuore pulsante dell'economia europea. Grazie alla strategia macroregionale EUSALP, che comprende un territorio di 80 milioni di cittadini, le nostre regioni del Nord potranno gestire autonomamente i numerosi finanziamenti UE per progetti comuni relativi all'ambiente, al turismo, ai trasporti e all'energia. Ho sostenuto fin dall'inizio assieme alla Lega Nord il progetto EUSALP, perché è un'occasione unica di sviluppo economico e di governance per i nostri territori, le nostre imprese e i nostri cittadini. Per tutti questi motivi ho sostenuto il testo con il mio voto.

 
  
MPphoto
 
 

  José Blanco López (S&D), por escrito. ‒ La Estrategia de la Unión para la Región Alpina se desarrolla en un contexto caracterizado por varios tipos de cooperación existentes en la región, además de diversos programas transfronterizos de Interreg. Esta región, en la que residen más de 80 millones de habitantes, abarca 48 regiones y 7 países y tiene un fuerte atractivo humano, natural, económico y cultural.

Sin embargo, las dificultades de conexión y logísticas de la producción han marcado el desarrollo de los territorios de montaña. Además, la zona es también muy vulnerable a los efectos del cambio climático. En este contexto, el informe hace hincapié en que las autoridades públicas deben hacer frente a los retos económicos y medioambientales existentes.

El informe recoge como prioridades: mejorar la competitividad, prosperidad y cohesión de la región alpina; garantizar accesibilidad y conexiones a todos los habitantes de la región; garantizar la sostenibilidad en los Alpes; o proteger el patrimonio alpino y promover un uso sostenible de los recursos naturales y culturales.

Por estos motivos, he votado a favor de este Informe.

 
  
MPphoto
 
 

  Vilija Blinkevičiūtė (S&D), raštu. ‒ Balsavau dėl šio pranešimo, nes juo Parlamentas pasisakė dėl ES Alpių regiono strategijos. Makroregioninės strategijos šiuo metu yra pagrindinė priemonė siekiant ekonominės, socialinės ir teritorinės sanglaudos tikslo. Alpių makroregioninė strategija galėtų padėti sustabdyti ekonomikos nuosmukį, nes būtų investuojama į mokslinius tyrimus ir inovacijas ir remiamas verslas, atsižvelgiant į konkrečius regiono ypatumus ir turtą. Taip pat verta pažymėti, kad klimato kaita Alpių regione vyksta sparčiau negu vidutiniškai pasaulyje, todėl ten dažnesnės gaivalinės nelaimės, pavyzdžiui, lavinos ir potvyniai. Parlamentas palankiai įvertino Komisijos komunikatą dėl Europos Sąjungos Alpių regiono strategijos ir prie jo pridedamą veiksmų planą, mano, kad tai yra žingsnis pirmyn siekiant regiono vystymosi. Parlamentas taip pat paragino Komisiją ir nacionalines, regionines ir vietos įstaigas, atsakingas už ESI fondų programų rengimą, valdymą ir įgyvendinimą, atkreipti dėmesį į makroregioninių projektų ir veiksmų svarbą.

 
  
MPphoto
 
 

  Franc Bogovič (PPE), pisno. ‒ Strategija za alpsko regijo je odlična priložnost za povečanje sodelovanja alpskih regij ter pomoč odmaknjenim krajem.

Z okolju prijaznim gospodarskim razvojem ter aktivnosti, ki ne bodo temeljile zgolj na turistični ponudbi, lahko prebivalstvo zadržimo na teh območjih in jim zagotovimo dostojno življenje, zato tudi vsa moja podpora in glas poročilu o strategiji na sami seji.

 
  
MPphoto
 
 

  Simona Bonafè (S&D), per iscritto. ‒ Considerata l'importanza strategica della zona alpina per la sua posizione geografica nel cuore dell'Europa, ma anche in quanto "serbatoio d'acqua" a fronte delle sfide energetiche alle quali l'UE è confrontata, la strategia per la regione alpina si propone come quadro macro-regionale di cooperazione rafforzata. La regione alpina è composta da un'ampia varietà di territori, accomunati da caratteristiche comuni, che richiedono dunque una governance congiunta; EUSALP raggrupperebbe infatti sette paesi, cinque dei quali membri dell'UE (tra cui l'Italia) e due non-membri. Nella relazione, che sostengo, viene evidenziato il potenziale della regione alpina in un'ottica di crescita intelligente, sostenibile e inclusiva, capace di coniugare interessi sociali, economici ed ambientali. Il piano d'azione EUSALP è una preziosa opportunità per incrementare la cooperazione transfrontaliera tra gli Stati alpini, individuando obiettivi comuni alla regione e facilitando la creazione di politiche comuni. Il fine ultimo di questa strategia è proprio quello di valorizzare l'attrattività e la competitività della zona alpina, concentrandosi sull'uso sostenibile delle risorse naturali e sulla tutela del patrimonio culturale a partire dalle comunità locali.

 
  
MPphoto
 
 

  Marie-Christine Boutonnet (ENF), par écrit. ‒ Ce rapport met en avant avec pertinence des problématiques communes aux différentes régions alpines (48) dans les 5 États membres concernés.

Malheureusement, il tend à renforcer le lien direct entre les collectivités locales et l’Union au détriment des États.

Par conséquent, j'ai voté contre.

 
  
MPphoto
 
 

  Steeve Briois (ENF), par écrit. ‒ Ce rapport pose les jalons de la stratégie de l’Union pour la région alpine (Eusalp), qui concerne 48 régions dans sept pays différents, dont cinq États membres. La création de ces macro-régions a pour objectif l'élaboration d'approches stratégiques transfrontalières dans des régions qui partageraient les mêmes problématiques.

Certes, nous partageons la plupart des priorités défendues par l’Eusalp, telles que la protection de l’environnement, la modernisation des infrastructures hydrauliques, le développement de nouvelles offres touristiques afin de limiter l’aspect saisonnier du tourisme alpin, ou encore le développement du transport ferroviaire, en particulier pour le fret, afin de décongestionner les villes. Nous sommes en revanche, par définition, opposés à toute stratégie macro-régionale dont le mode de gouvernance repose sur une participation accrue des autorités locales et régionales au sein des instances décisionnaires.

Ces futures macro-régions échapperont en effet progressivement au contrôle des États membres, laissant ainsi le champ libre à la Commission européenne pour s’octroyer de nouvelles prérogatives, notamment en matière de politique urbaine ou d’éducation. C’est la raison pour laquelle j’ai voté contre ce rapport.

 
  
MPphoto
 
 

  Daniel Buda (PPE), în scris. ‒ Turismul sustenabil și competitiv, reducerea izolării zonelor interioare și îndepărtate prin îmbunătățirea accesului acestora la servicii de transport și energie, diversificarea ofertei și a produselor turistice, formarea profesională și a competențelor antreprenoriale în domeniul turismului, reducerea riscurilor cauzate de schimbările climatice prin realizarea de investiții în sectorul apei sunt doar o parte dintre prioritățile cristalizate în vederea întocmirii unei strategii viabile a UE pentru regiunea alpină.

Având în vedere că în zona EUSALP există zone de munte în care nivelul de utilizare a resurselor este redus și zone de câmpie cu o concentrație ridicată a producției, este necesară elaborarea unor strategii economice integrate. Aceste strategii sunt în conformitate cu obiectivele programării fondurilor ESI pentru perioada 2014-2020 și, în special, cu principiile inovării și cu strategia de specializare inteligentă.

Am votat în favoarea acestui raport, considerând că este nevoie de implicarea tuturor factorilor, Parlament și Comisie, astfel încât să existe o abordare coerentă și comună în materie de dezvoltare durabilă, mediu, energie pentru maximizarea potențialului regiunilor alpine.

 
  
MPphoto
 
 

  Alain Cadec (PPE), par écrit. ‒ La région alpine s’étend sur le territoire de cinq États membres de l’Union européenne: la France, l’Italie, l’Autriche, l’Allemagne et la Slovénie. Il est donc primordial de créer une coopération européenne en la matière. C’est pour cette raison que la Commission européenne a publié une communication sur la mise en place d’une stratégie pour la région alpine.

Ce plan d’action a pour objectif de lutter contre le dépeuplement de la région et particulièrement contre le départ de la population jeune. Le rapport demande davantage d’harmonisation des fonds structurels et d’investissement et leur structuration au sein de la stratégie. Il faut que cette démarche s’accompagne d’une communication accrue et d’une structure d’appui. La région a besoin de développer son potentiel de croissance et d’innovation, ce qui créera vraisemblablement de l’emploi. Le tourisme peut être amélioré et devenir une ressource économique considérable. Il est également nécessaire d’améliorer la connectivité, tant pour les transports que pour le numérique. Ces deux éléments permettront à la région de se développer plus efficacement et plus rapidement. Enfin, il faut élaborer de véritables structures de préservation de l’environnement et de la biodiversité propres à la région.

J’ai voté en faveur de ce rapport d’initiative.

 
  
MPphoto
 
 

  Nicola Caputo (S&D), per iscritto. ‒ Oggi ho votato a favore della relazione in questione perché sono convinto che la strategia dell'UE per la regione alpina può svolgere un ruolo significativo negli sforzi volti a rilanciare l'economia alpina e a contrastare lo spopolamento di quell'area, in particolare l'esodo dei giovani. Apprezzo il fatto che i Fondi strutturali di investimento europei offrono risorse potenzialmente significative e una vasta gamma di strumenti e opzioni per la strategia dell'UE per la regione alpina. Servono tuttavia maggiori sinergie e la promozione del coordinamento e delle complementarità con il Fondo strutturale e d'investimento europeo (ESIF) e altri fondi e strumenti pertinenti ai pilastri della strategia, in particolare Orizzonte 2020, lo strumento per collegare l'Europa, il programma LIFE, il programma COSME per le PMI, il programma "Spazio Alpino" di Interreg e il Fondo europeo per gli investimenti strategici (FEIS), per i quali la Commissione dovrebbe esaminare l'eventuale valore aggiunto di inviti specifici incentrati sulle sfide che interessano particolarmente la regione alpina. Invito inoltre la BEI, in cooperazione con la Commissione, a valutare la possibilità di creare una piattaforma di investimento ad hoc per la regione alpina che consenta la mobilitazione di finanziamenti pubblici e privati.

 
  
MPphoto
 
 

  Matt Carthy (GUE/NGL), in writing. ‒ I voted in favour of this report, which is the fourth EU macro-regional strategy. EUSALP covers 48 regions in seven countries, five of which are Member States (Italy, France, Slovenia, Austria and Germany). The other two countries are Switzerland and Liechtenstein. EUSALP is a vehicle for strategic investment that will benefit the region as a whole. The report tackles various important issues regarding the EUSALP: multi-level governance, investments, jobs, environment, climate change and mobility.

 
  
MPphoto
 
 

  David Casa (PPE), in writing. ‒ I believe that the Alpine macro-region has huge potential, and joint planning by the countries and regions in the area, coupled with close involvement of local authorities and public and private bodies, can help to realise that potential. The aim is to pursue common objectives for the area as a whole that are in keeping with the sustainable development, environmental and energy objectives set under the Europe 2020 strategy, and projects of a macro-regional scale are therefore required in order to meet those objectives. It underlines the importance of integrated economic strategies between the underutilisation of resources in some upland areas and the concentration of manufacturing activities in lowland areas. I agree with this way forward and voted in favour of this report.

 
  
MPphoto
 
 

  Fabio Massimo Castaldo (EFDD), per iscritto. ‒ Nonostante la relazione affronti in modo esaustivo diversi aspetti importanti, quali il tema della biodiversità e della preservazione dell'ecosistema della regione, i temi dell'occupazione e dell'innovazione, sottolineando inoltre l'importanza di garantire un accesso rapido ed efficiente a internet ad alta velocità, devo rammaricarmi del fatto che non venga fatta menzione alcuna al TAV. La delegazione del Movimento 5 Stelle aveva presentato 4 emendamenti, 3 dei quali proprio sul TAV e uno sull'acqua pubblica, che sono stati tutti bocciati. Infine nel testo si chiede anche la creazione di un progetto di pipeline per la regione, volto ad attrarre gli investitori e si esortano, esplicitamente, la Commissione, la BEI e i paesi partecipanti a sfruttare appieno le opportunità offerte dal Fondo europeo per gli investimenti strategici (FEIS) per finanziare progetti nella regione. Per questi motivi ho preferito astenermi sul voto finale.

 
  
MPphoto
 
 

  Caterina Chinnici (S&D), per iscritto. ‒ L'Unione europea ha dedicato un piano strategico di sviluppo per la regione alpina (EUSALP) che interessa 80 milioni di abitanti in 7 Stati e in 48 regioni, all'interno e all'esterno dell'Unione europea. Sebbene la regione sia già interessata da vari accordi di cooperazione, le vie di collegamento sono limitate, i problemi logistici e i cambiamenti climatici creano disagi e limitano le attività produttive. La strategia di EUSALP è costruita su 3 pilastri: migliorare la competitività, prosperità e coesione; assicurare accessibilità e vie di collegamento; promuovere il patrimonio culturale alpino e l'uso sostenibile delle risorse naturali. Ho votato a favore di questa importante relazione perché fornisce soluzioni a problemi e sfide comuni della regione alpina, di cui fanno parte ben sei regioni italiane.

 
  
MPphoto
 
 

  Λευτέρης Χριστοφόρου (PPE), γραπτώς. ‒ Στηρίζουμε την έκθεση. Η στρατηγική EUSALP δεν επικαλύπτει την υφιστάμενη διαπεριφερειακή και διασυνοριακή συνεργασία, αλλά της προσδίδει προστιθέμενη αξία. Πρόκειται για την επιδίωξη κοινών στόχων σε ολόκληρη την περιοχή, σύμφωνα με τους μεγάλους ευρωπαϊκούς στόχους της στρατηγικής «Ευρώπη 2020» για τη βιώσιμη ανάπτυξη, το περιβάλλον, και την ενέργεια.

 
  
MPphoto
 
 

  Κώστας Χρυσόγονος (GUE/NGL), γραπτώς. ‒ Η έκθεση σχετικά με τη στρατηγική της ΕΕ για την περιοχή των Άλπεων αφορά μια περιοχή με συγκεκριμένες προοπτικές, αλλά και ιδιαίτερα προβλήματα που χρήζουν αντιμετώπισης. Είναι αλήθεια πως η εστίαση σε συγκεκριμένες γεωγραφικές ζώνες μπορεί να αποδώσει θετικούς καρπούς για την Ευρώπη, με ολοκληρωμένες προτάσεις για τις επιμέρους περιοχές. Εν τούτοις θεωρώ πως η Ευρώπη οφείλει να επανεξετάσει τη στόχευση της και να υποστηρίξει κοινωνικές ομάδες και περιοχές που απειλούνται άμεσα από οικονομικές αλλά και κοινωνικές ανακατατάξεις. Γι’ αυτό και αποφάσισα να απέχω.

 
  
MPphoto
 
 

  Alberto Cirio (PPE), per iscritto. ‒ Appoggio la relazione presentata dalla collega Bresso per accrescere e realizzare in toto la strategia dell'Unione per la regione alpina. Si tratta di un progetto ambizioso di coesione territoriale che consentirebbe un pieno e completo sviluppo delle forti potenzialità caratteristiche dell'intera macroregione e da cui il nostro paese potrà trarre un grande beneficio. Il piano Juncker ha introdotto un piano di investimenti per l'Unione europea, costituendo il fondo europeo per gli investimenti strategici, ulteriore opportunità per la macroregione di intraprendere nuovi progetti di investimento e completare quelli già in corso. Le sinergie tra i diversi strumenti di finanziamento di cui l'Unione dispone e i sistemi di coordinamento tra enti locali e sovranazionali si propongono di incoraggiare l'innovazione e lo sviluppo di nuove tecnologie, pur mantenendo forme di attività economica tradizionale, motore della produttività locale. È pertanto essenziale garantire una migliore accessibilità e connettività all'intera area coerentemente con la protezione dell'ambiente alpino. Flora e fauna alpina sono, infatti, a loro volta elementi preziosi capaci di assicurare un benessere distintivo e pertanto vanno tutelati e sviluppati. Auspico che in merito al maggiore coordinamento tra i diversi livelli istituzionali venga stabilita una governance snella lontana da eventuali appesantimenti burocratici.

 
  
MPphoto
 
 

  Deirdre Clune (PPE), in writing. ‒ I supported the report on an EU Strategy for the Alpine Region and noted no objections.

 
  
MPphoto
 
 

  Lara Comi (PPE), per iscritto. ‒ Ho votato a favore di questa relazione perché attraverso il piano EUSALP, la macroregione alpina potrà beneficiare di nuovi finanziamenti provenienti dal Fondo europeo per gli investimenti strategici e avrà l'opportunità di realizzare progetti comuni di impatto europeo. Inoltre, credo che la strategia strutturata su tre pilastri, comprendenti il miglioramento della competitività e la coesione della regione alpina, una maggiore accessibilità e il potenziamento del settore dei trasporti della regione e la promozione del patrimonio alpino e dell'uso sostenibile delle risorse naturali e culturali, rappresenti un ottimo punto di partenza.

 
  
MPphoto
 
 

  Therese Comodini Cachia (PPE), in writing. – I support the concept of a bottom-up strategic territorial planning as opposed to the traditional top-down approach adopted by the Commission with instruments such as the ESPON programme.

This is instrumental to counter the depopulation of the region, especially the outflow of young people.

 
  
MPphoto
 
 

  Javier Couso Permuy (GUE/NGL), por escrito. ‒ He votado abstención en este informe puesto que a pesar de contener aspectos positivos sobre gobernanza multinivel, inversiones, creación de empleo, medio ambiente, cambio climático y movilidad, me parece un asunto poco prioritario puesto que se trata de una de las áreas territoriales más ricas de la Unión, con una enorme capacidad para absorber períodos de crisis. Una propuesta de mejor coordinación es siempre bienvenida, pero se echa en falta que se traten asuntos como la corrección de desigualdades económicas, derechos laborales, incorporación de jóvenes al mercado laboral o políticas de género.

 
  
MPphoto
 
 

  Andi Cristea (S&D), în scris. ‒ La ora actuală există trei macroregiuni ale UE: Strategia UE pentru regiunea Mării Baltice, Strategia Uniunii Europene pentru regiunea Dunării și cea pentru regiunea Mării Adriatice și a Mării Ionice. În regiunea Alpilor trăiesc peste 80 de milioane de oameni în 7 țări, dintre care 5 sunt state membre ale UE. Dificultățile de realizare a legăturilor și cele logistice pentru producători au frânat, adeseori, dezvoltarea zonelor montane, macroregiunea Alpilor fiind extrem de vulnerabilă la efectele schimbării climatice.

Am votat pentru implicare sporită, atât în etapa inițierii, cât, mai ales, în fazele de punere în aplicare și coordonare cu alte strategii și cu politica de coeziune teritorială mai generală a Uniunii Europene.

 
  
MPphoto
 
 

  Pál Csáky (PPE), írásban. –A régióra vonatkozó uniós stratégia 48 régiót foglal magába hét országban, melyek közül öt uniós tagállam, további kettő pedig Svájc és Lichtenstein. A makroregionális stratégiák lehetővé teszik ezen országok számára, hogy a „három nem” elvét (nem jön létre új uniós alap, nem hoznak létre új uniós formális struktúrát, nem hoznak további uniós jogszabályokat ezzel kapcsolatban) szem előtt tartva stratégiai beruházásokat hozzanak létre az egész régió javára. Három fejlesztési pilléren nyugszik a stratégia. Az első pillér az Alpok-régió versenyképességét, kohézióját célozza növelni, ideértve a fenntartható és versenyképes turizmus előmozdítását. A második pillér a megközelíthetőség javítására, a megfelelő közlekedési, energiahálózati infrastruktúra biztosítására irányul.

A harmadik pillér kulcsszavai a fenntarthatóság, környezetvédelem, a biológiai sokféleség és az ökoszisztémák védelme. A más régiók számára is példaértékű Alpok-makrorégió jelentős potenciállal rendelkezik, amely együttműködéssel még jobban kiaknázható. Szavazatommal támogattam a jelentést.

 
  
MPphoto
 
 

  Edward Czesak (ECR), na piśmie. ‒ Popieram strategię UE dla regionu alpejskiego, która dotyczy 7 krajów, z czego 5 to państwa członkowskie UE (Austria, Francja, Niemcy, Włochy i Słowenia) oraz 2 kraje spoza UE (Liechtenstein i Szwajcaria), a także 48 regionów z ludnością liczącą ponad 80 milionów obywateli. Uważam, że strategia obejmuje trzy ważne obszary tematyczne. Doceniam to, że strategia nie wymaga użycia dodatkowych środków, a kładzie nacisk na wykorzystanie już istniejących funduszy (realizacje funduszy ESI). Równocześnie uważam, iż powyższy dokument oraz zdobyte doświadczenie podczas prac nad nim mogą pomóc w pracach nad strategią UE dla rejonu karpackiego, która również powinna być wykreowana i realizowana.

 
  
MPphoto
 
 

  Miriam Dalli (S&D), in writing. ‒ The EU strategy for the Alpine Region (EUSALP) is fundamental as it improves the competitiveness, prosperity and cohesion, accessibility and transport links for everyone in the Alpine region and ensures sustainability in the Alps. I believe that these pillars provide solutions to the common problems and challenges in the Alpine Region and that this strategy ensures that the role of the European Union in such regions is fulfilled. These are the main reasons why I am in favour of this strategy.

 
  
MPphoto
 
 

  Viorica Dăncilă (S&D), în scris. ‒ Având în vedere că strategia macroregională pentru regiunea alpină poate contribui la inversarea declinului economic prin investiții în cercetare, inovare și sprijin antreprenorial și luând în considerare caracteristicile unice și valorile regiunii, consider că sprijinirea inovației în domenii-cheie ale economiei de munte poate permite întreprinderilor din regiunea alpină să dezvolte produse și servicii noi în domenii precum științele vieții, bio-economia, materiale noi, e-servicii, turism, îmbătrânire sănătoasă, e-îngrijire pacienți izolați.

 
  
MPphoto
 
 

  Michel Dantin (PPE), par écrit. ‒ Ce rapport présente la position du Parlement européen relative à la stratégie macro-régionale alpine (SUERA). Publiée en juillet 2015, cette stratégie a pour objectif de mieux articuler la répartition des fonds structurels européens et des financements nationaux et régionaux entre sept pays alpins, dont cinq États membres de l’Union européenne, et 48 régions, afin de renforcer la cohésion économique, sociale et territoriale du massif alpin.

La montagne crée trop souvent des barrières supplémentaires au travail en commun! Avec cette nouvelle stratégie, elle unira les citoyens alpins pour relever plusieurs défis, notamment en termes d’interconnexions en matière de transports et de couverture numérique, d’innovation et d’adaptation au changement climatique. Cette stratégie doit rester un outil utilisé par les villes et les régions alpines qui souhaitent développer ensemble des projets concrets, un territoire équilibré et répondre aux aspirations des populations locales.

Je me suis particulièrement impliqué sur ce dossier en commissions "agriculture" et "environnement", en faisant adopter la nécessité de renforcer les coopérations transnationales en matière d’énergie hydraulique ainsi que la gestion des espèces prédatrices sur l’élevage. Considérant la très grande qualité de cette feuille de route, j’ai voté en faveur.

 
  
MPphoto
 
 

  William (The Earl of) Dartmouth (EFDD), in writing. ‒ We voted against this report because we feel that the countries of the Alpine region, not the EU, have the right to make their own decisions. We note that in Amendment 1, the EU orders Member States not to spend on their own priorities, but instead only EU ones. This kind of bullying should not be allowed.

 
  
MPphoto
 
 

  Rachida Dati (PPE), par écrit. – Ce rapport sur la stratégie de l’Union européenne pour la région alpine formule des propositions et des recommandations allant dans le sens de la stratégie Europe 2020 pour une croissance intelligente, durable et inclusive afin de faire face aux particularités de ces régions et aux défis qu’elles soulèvent.

J’ai voté en faveur de ce texte qui met l’accent avec justesse sur la nécessité d’améliorer les réseaux de transport et la connectivité des régions alpines de manière à favoriser le tourisme et la croissance, tout en respectant les impératifs environnementaux dans des régions qui disposent d’une riche biodiversité.

 
  
MPphoto
 
 

  Andor Deli (PPE), írásban. ‒ Az Európai Parlament szeptemberi plenáris ülése során szavazatommal támogattam az Alpok-régióra vonatkozó európai uniós stratégiáról szóló jelentést, mely az Unió negyedik makroregionális stratégiájával foglalkozik. Az Alpok-régióra vonatkozó uniós stratégia 48 régiót foglal magába hét országban, melyek közül öt uniós tagállam, további kettő pedig Svájc és Lichtenstein. A makroregionális stratégiák lehetővé teszik ezen országoknak, hogy a „három nem” elvét szem előtt tartva stratégiai beruházásokat hozzanak létre az egész régió javára. Három fejlesztési pilléren nyugszik a stratégia. Az első pillér az Alpok-régió versenyképességét, kohézióját célozza növelni, ideértve a fenntartható és versenyképes turizmus előmozdítását.

A második pillér a megközelíthetőség javítására, a megfelelő közlekedési, energiahálózati és IKT-infrastruktúra biztosítására irányul. A harmadik pillér kulcsszava a fenntarthatóság, környezetvédelem, a biológiai sokféleség és az ökoszisztémák védelme. Az Alpok-makrorégió jelentős potenciállal rendelkezik, mely az országok, régiók közötti együttműködéssel még jobban kiaknázható.

 
  
MPphoto
 
 

  Isabella De Monte (S&D), per iscritto. ‒ Ho deciso di votare a favore della strategia poiché la ritengo un’importante iniziativa per lo sviluppo del territorio alpino nel quadro della collaborazione internazionale in ambito commerciale, turistico e culturale. Inoltre, tale iniziativa rappresenta un altro punto a favore dell'integrazione europea anche a livello macro-regionale nella condivisione di una stabile crescita economica e di valori culturali comuni.

 
  
MPphoto
 
 

  Mireille D'Ornano (ENF), par écrit. ‒ Ce rapport pose les jalons de la stratégie de l’Union pour la région alpine (EUSALP). L’EUSALP couvre 48 régions dans sept pays différents, dont cinq États membres. Nous approuvons la plupart des priorités défendues par l’EUSALP telles que: la préservation de l’environnement, la modernisation des infrastructures hydrauliques, la création de pôles de compétitivité, sources d’innovations générant des emplois durables, le développement de nouvelles offres touristiques afin de limiter l’aspect saisonnier du tourisme alpin, le développement du transport ferroviaire, en particulier pour le fret, afin de décongestionner les villes. Cependant, nous sommes opposés à toute stratégie macro-régionale, qui s’inscrit en faux avec le principe de souveraineté des États membres. J’ai donc voté contre ce rapport.

 
  
MPphoto
 
 

  Ангел Джамбазки (ECR), в писмена форма. ‒ Подкрепих доклада относно стратегията на ЕС за Алпийския регион. Тя се отнася за седем държави, пет от които са страни – членки на ЕС, засяга 48 региона, в които живеят над 80 милиона граждани. Като цел на тази стратегия е заложено полезното взаимодействие между планинските и заобикалящите ги низини и градски региони. От финансова гледна точка стратегията не изисква използването на допълните фондове, а се разгръща върху потенциала на ЕСИ.

 
  
MPphoto
 
 

  Γεώργιος Επιτήδειος (NI), γραπτώς. ‒ Υπάρχουν περιοχές στην Ευρώπη με πολύ σημαντικότερα προβλήματα οι οποίες αντιμετωπίζουν μεγαλύτερες προκλήσεις και καλό θα ήταν η Ένωση να ασχοληθεί με αυτές.

 
  
MPphoto
 
 

  Norbert Erdős (PPE), írásban. ‒ Az Európai Parlament szeptemberi plenáris ülése során szavazatommal támogattam az Alpok-régióra vonatkozó európai uniós stratégiáról szóló jelentést, mely az Unió negyedik makroregionális stratégiájával foglalkozik. Az Alpok-régióra vonatkozó uniós stratégia 48 régiót foglal magába hét országban, melyek közül öt uniós tagállam, további kettő pedig Svájc és Lichtenstein. A makroregionális stratégiák lehetővé teszik ezen országoknak, hogy a „három nem” elvét szem előtt tartva stratégiai beruházásokat hozzanak létre az egész régió javára. Három fejlesztési pilléren nyugszik a stratégia. Az első pillér az Alpok-régió versenyképességét, kohézióját célozza növelni, ideértve a fenntartható és versenyképes turizmus előmozdítását.

A második pillér a megközelíthetőség javítására, a megfelelő közlekedési, energiahálózati és IKT-infrastruktúra biztosítására irányul. A harmadik pillér kulcsszava a fenntarthatóság, környezetvédelem, a biológiai sokféleség és az ökoszisztémák védelme. Az Alpok-makrorégió jelentős potenciállal rendelkezik, mely az országok, régiók közötti együttműködéssel még jobban kiaknázható. Szavazatommal támogattam a jelentés elfogadását.

 
  
MPphoto
 
 

  Eleonora Evi (EFDD), per iscritto. ‒ Nonostante la relazione riportasse una serie di spunti positivi, si rileva l'intenzione malcelata della relatrice di promuovere la costruzione di grandi opere quali ad esempio la tratta ferroviaria di alta velocità Torino-Lione. Il M5S ha presentato degli emendamenti al testo per scongiurare che progetti dannosi per la salute e per l'ambiente, non sostenibili economicamente e soprattutto, nel caso del TAV, del tutto inutili in quanto la tratta esistente è funzionante, recentemente rinnovata e sottoutilizzata, possano essere realizzati oggi e in futuro. Gli emendamenti presentati sono stati bocciati, pertanto mi sono astenuta nel voto finale.

 
  
MPphoto
 
 

  José Manuel Fernandes (PPE), por escrito. ‒ Trata-se da quarta estratégia macrorregional da UE, pelo que pode beneficiar da experiência decorrente das estratégias da União Europeia para a região do mar Báltico, para a região do Danúbio e para a região Adriática e Jónica.

As estratégias macrorregionais tiveram origem, até agora, em iniciativas intergovernamentais destinadas a zonas do nosso continente durante muito tempo divididas por guerras e cortinas de ferro, com o objetivo de relançar a cooperação económica e institucional entre esses territórios.

A estratégia EUSALP intervém num contexto caracterizado por diferentes formas de cooperação existentes na região, como o Espaço Alpino e a Convenção Alpina, para além de vários programas transfronteiras INTERREG.

A EUSALP abrange 48 regiões e sete países representados por cinco Estados-Membros (Itália, França, Áustria, Alemanha e Eslovénia) e dois países terceiros (Suíça e Listenstaine). A região, na qual vivem mais de 80 milhões de pessoas, tem uma forte atratividade humana, natural, económica e cultural. Votei favoravelmente.

 
  
MPphoto
 
 

  Edouard Ferrand (ENF), par écrit. ‒ Vote contre: perte de contôle ou d'influence des États membres.

 
  
MPphoto
 
 

  João Ferreira (GUE/NGL), por escrito. ‒ A estratégia para a região alpina já é a quarta proposta apresentada pela UE em termos de estratégias macrorregionais. A noção de macrorregiões, envolvendo países da UE e outros que estão fora desse contexto, contribui para a aquisição de escala, o que pode beneficiar o desenvolvimento.

Este enquadramento e o âmbito deste território, encerrando algumas potencialidades, suscita, no entanto, também algumas preocupações, nomeadamente quanto aos recursos e investimentos estratégicos e de coesão necessários, não apenas para as macrorregiões, mas para os próprios Estados-Membros, os envolvidos e os demais, sabendo como são manifestamente escassos os recursos do orçamento da UE.

O relatório inclui diversos pontos positivos, destacando-se a inclusão das organizações sociais na definição das políticas para a macrorregião, a perspetiva de redução das emissões de carbono, a promoção das energias renováveis, a mitigação e adaptação às mudanças climáticas, a proteção das calotes e da biodiversidade, o combate aos problemas de desertificação e de depressão económica e a promoção sustentável do turismo, entre outros.

 
  
MPphoto
 
 

  Raffaele Fitto (ECR), per iscritto. ‒ Ho votato a favore della strategia per la regione alpina perché rappresenta una valida opportunità per rilanciare e completare investimenti comuni per i paesi della regione. Le potenzialità della regione alpina sono vaste, pertanto occorre una capacità progettuale congiunta dei paesi e delle regioni dell'area alpina, degli enti locali e di tutti gli attori pubblici e privati dell'area in coerenza con i grandi obiettivi europei di Europa 2020. Per far ciò ritengo necessaria l'ideazione e la realizzazione di progetti di dimensione macro-regionale, che non finiscano per sovrapporsi alla cooperazione esistente interregionale, ma che siano capaci di apportare un valore aggiunto.

 
  
MPphoto
 
 

  Monika Flašíková Beňová (S&D), písomne ‒ Európska únia je charakteristická svojou prírodnou diverzifikáciou. V rámci nej sa častokrát spájajú viaceré regióny. Z alpských regiónov bola už v roku 2011 predložená iniciatíva, ktorá vyzývala Európsku komisiu na predloženie stratégie EU pre alpský región. Je to už 4 makroregionálna stratégia EÚ, ktorá môže ťažiť zo skúseností z predchádzajúcich stratégií. Jedna z nich sa týkala aj Slovenskej republiky, a to konkrétne európska stratégia pre podunajskú oblasť. Makroregionálne stratégie sa ukázali ako úspešný projekt, ktorý okrem iného spája oblasti nášho kontinentu, ktoré boli v minulosti rozdelené vojnami a ich cieľom je obnoviť inštitucionálnu a hospodársku spoluprácu medzi takýmito oblasťami. Za dobrý krok treba považovať oživenie investícií prostredníctvom investičného zámeru a zriadenie Európskeho fondu pre strategické investície.

 
  
MPphoto
 
 

  Lorenzo Fontana (ENF), per iscritto. ‒ Voto a favore della relazione in quanto sono d'accordo nel programmare una serie di investimenti ad hoc per la regione alpina che consenta la mobilitazione di finanziamenti pubblici e privati.

 
  
MPphoto
 
 

  Λάμπρος Φουντούλης (NI), γραπτώς. ‒ Καταψηφίζω την έκθεση σχετικά με τη στρατηγική της ΕΕ για την περιοχή των Άλπεων. Από όλες τις περιοχές της Ευρώπης θεωρώ πως οι Άλπεις δεν είναι αυτές που περισσότερο θα είχαν άμεση ανάγκη βοήθειας ως προς την ανάπτυξή τους. Υπάρχουν περιοχές στην Ευρώπη με πολύ σημαντικότερα προβλήματα οι οποίες αντιμετωπίζουν μεγαλύτερες προκλήσεις και καλό θα ήταν η Ένωση να ασχοληθεί με αυτές.

 
  
MPphoto
 
 

  Doru-Claudian Frunzulică (S&D), in writing. ‒ This is the fourth macro-regional strategy of the EU (the prior three being the Baltic, Danube and Adriatic and Ionian strategies). EUSALP strategy, which covers 80 million people in 7 countries and 48 regions within and outside the EU, covers the Alpine region, a region that is already engaged in various cooperation agreements. However, the region has poor transport links and logistic problems for manufacturers, and suffers from the effects of the climate change. Consequently, local, regional and national authorities need to take action in accordance with the subsidiarity principle to address the problems in the whole area, as they are best placed to use the bottom-up approach that takes account of local needs while – at the same time – being subject to cross-border, transnational and interregional coordination and cooperation. Our objective is to make the trump cards of this very dynamic and innovative region better known. I believe we achieved this goal.

 
  
MPphoto
 
 

  Kinga Gál (PPE), írásban. ‒ Az Európai Parlament szeptemberi plenáris ülése során szavazatommal támogattam az Alpok-régióra vonatkozó európai uniós stratégiáról szóló jelentést, mely az Unió negyedik makroregionális stratégiájával foglalkozik. Az Alpok-régióra vonatkozó uniós stratégia 48 régiót foglal magába hét országban, melyek közül öt uniós tagállam, további kettő pedig Svájc és Lichtenstein. A makroregionális stratégiák lehetővé teszik ezen országoknak, hogy a „három nem” elvét szem előtt tartva stratégiai beruházásokat hozzanak létre az egész régió javára. Három fejlesztési pilléren nyugszik a stratégia. Az első pillér az Alpok-régió versenyképességét, kohézióját célozza növelni, ideértve a fenntartható és versenyképes turizmus előmozdítását.

A második pillér a megközelíthetőség javítására, a megfelelő közlekedési, energiahálózati és IKT-infrastruktúra biztosítására irányul. A harmadik pillér kulcsszava a fenntarthatóság, környezetvédelem, a biológiai sokféleség és az ökoszisztémák védelme. Az Alpok-makrorégió jelentős potenciállal rendelkezik, mely az országok, régiók közötti együttműködéssel még jobban kiaknázható.

 
  
MPphoto
 
 

  Ildikó Gáll-Pelcz (PPE), írásban. ‒ Elfogadtam az Alpok-régióra vonatkozó uniós stratégiáról szóló jelentést. Az Alpok-régió jelentős gazdasági potenciállal bír az EU-ban, mivel a vonatkozó makrostratégia kb. 80 millió embert érint hét ország 48 régiójában, mely országok közül öt uniós tagállam (Ausztria, Franciaország, Németország, Olaszország és Szlovénia). Különösen üdvözlendő, hogy a stratégia fontos része a munkaerőpiac fejlesztése a munkaerő képzettségi szintjének javítása és a zöld gazdaságban az új munkahelyek teremtése által. Szükséges az innováció és az intelligens szakosodási stratégiákra alapuló és a meglévő uniós forrásokból – mint például COSME, Horizont 2020 vagy Erasmus + – történő finanszírozás a gazdaság kulcsfontosságú területein alkalmazott új technológiák használatához.

Ezek a források nagyban segíthetnek új munkahelyeket teremteni a régióban. A jelentés továbbá hangsúlyos figyelmet fordít a mezőgazdaság, az idegenforgalom és a kereskedelem területén tevékenykedő kkv-k a régióban betöltött gazdasági tevékenységeinek fokozására. Ezek a vállalkozások a foglalkoztatás fő forrását alkotják az Alpokban, de további diverzifikálására van szükség. Hasonlóképpen kiemelt területként kell kezelni a digitális infrastruktúrákba történő beruházást, és a nagy, városi központoktól távol eső területek lakossága számára gyors és hatékony hozzáférést kell biztosítani a szélessávú internethez. Ezáltal olyan digitális és online szolgáltatások érhetőek el, mint például az e-kereskedelem, valamint a digitális piaci csatornák, a távmunka és egyéb lehetőségek igénybevétele.

 
  
MPphoto
 
 

  Francesc Gambús (PPE), por escrito. ‒ La Estrategia de la UE para la Región Alpina se trata de la cuarta estrategia macrorregional de la Unión, por lo que puede aprovecharse de la experiencia adquirida con la Estrategia de la Unión Europea para la región del mar Báltico, la Estrategia de la Unión Europea para la región del Danubio y la Estrategia de la UE para la región del Adriático y del Jónico. Debe establecerse un marco jurídico para definir de forma más adecuada, sobre la base de los principios de subsidiariedad y proporcionalidad, el sistema de gobernanza de las estrategias existentes y futuras, limitando el papel de las autoridades nacionales y de la Unión al impulso inicial y la coordinación, así como a las funciones de supervisión y apoyo, dejando los aspectos relativos a la gobernanza de los proyectos y de su realización a los organismos regionales y locales que deben ser los verdaderos protagonistas de las bases de las políticas territoriales y de desarrollo. Por todos estos motivos he votado a favor del informe.

 
  
MPphoto
 
 

  Elisabetta Gardini (PPE), in writing. ‒ I supported this report as it aims to improve the EUs policies in regards to the Alpine region and give existing EU instruments more flexibility to act according to this regions special needs and prospects. The report underlines many important areas of priority for the region and outlines which issues the EU should invest in and support. If there is one thing that is important in this Alpine strategy then it is the development of the regional labour market and to develop opportunities for agriculture, forestry and craft based economic activities in the region. Other major priorities in the Alpine region are better digital connections and to promote the self-generation of energy.

 
  
MPphoto
 
 

  Elena Gentile (S&D), per iscritto. ‒ Ho condiviso l'impianto della proposta di risoluzione del parlamento europeo circa una strategia dell'Unione europea per la regione alpina perché ritengo che le strategie macro-regionali costituiscano oggi uno strumento imprescindibile per ripensare allo sviluppo dei territori secondo una nuova prospettiva di coesione economica, territoriale, culturale, storia e sociale dell'Unione europea. L'obiettivo delle macroregioni è quello di garantire il raggiungimento di risultati migliori e concreti per le diverse regioni che ne fanno parte, attraverso un approccio comune e mirato al coordinamento dei diversi interessi. Può dunque essere considerato un modello di governance multilivello in cui tutte le parti in causa, ovvero gli entri locali, le autorità nazionali e regionali, svolgono un ruolo primario e alla pari. Come per le altre strategie macro regionali, anche macroregione alpina contribuisce al consolidamento delle identità regionali e del patrimonio culturale, oltre a proteggere un patrimonio popolare e una biodiversità che non devono andare perse. Condivido l'invito della relatrice affinché la Commissione europea, in collaborazione con la Banca europea per gli investimenti, prenda in considerazione la possibilità di creare una piattaforma per gli investimenti in grado di attirare finanziamenti pubblici e privati, in una regione che conta circa 80 milioni di persone.

 
  
MPphoto
 
 

  Arne Gericke (ECR), schriftlich. ‒ Ich habe für den Bericht über die EU-Strategie für den Alpenraum gestimmt, den ich als Berichterstatter meiner EKR-Fraktion an entscheidenden Punkten mitprägen durfte. Ich freue mich, dass es gelungen ist, eine Mehrheit für den Aspekt verfügbarer, hochwertiger Geburtshilfe in Bergregionen einzubringen – und unterstütze hier mit Nachdruck die Forderungen der Petition der Bürger-Union Südtirol. Darüber hinaus freut es mich, dass mein Vorschlag für umfassende Konzepte „Digitaler Dörfer“ übernommen wurde.

 
  
MPphoto
 
 

  Jens Gieseke (PPE), schriftlich. ‒ Ich unterstütze die EU-Strategie für den Alpenraum (EUSALP). Diese makroregionale Strategie wird zu der Förderung von Synergieeffekten beitragen und die Koordination von nationalen und regionalen Maßnahmen stärken. Allerdings gilt es dabei zu betonen, dass keine neuen Rechtsvorschriften erlassen werden sollten. Dies würde eine weitere Belastung für die betreffende Bevölkerung darstellen. Auch sollten keine neuen Institutionen geschaffen werden, sondern es sollten die bereits vorhandenen Institutionen sinnvoll in die EU-Strategie eingebunden werden.

 
  
MPphoto
 
 

  Neena Gill (S&D), in writing. ‒ With my S&D colleagues, I voted in favour of this report, which is part of a strategy that covers 80 million people in 7 countries and 48 regions in the EU and outside. The report will improve access and transport in the Alpine regions, improve competitiveness and cohesion and develop sustainability.

 
  
MPphoto
 
 

  Bruno Gollnisch (NI), par écrit. ‒ J’ai voté contre ce rapport. J’ai déjà eu maintes fois l’occasion de dire ici tout le mal que je pense des macro-régions européennes en général et de la macro-région alpine en particulier.

Il existait déjà une Convention alpine et même un Espace alpin, financé, lui, par l’Union européenne. Ce qui tend à prouver que ce type de coopération, y compris avec des pays qui ne font pas partie de l’Union, est possible sans y mêler la Commission. C’est d’ailleurs sans doute le nœud du problème: omniprésente et omnipotente, la Commission ne supporte pas que puisse lui échapper une seule structure, une seule initiative que l’on pourrait rattacher de près ou de loin à une des trop nombreuses compétences que lui attribue hélas le traité.

La question est: qu’est-ce que cela apporte de plus, concrètement, pour les citoyens de la zone concernée? Quand, où, comment, la Commission a-t-elle fait la preuve que ses technocrates hors-sol et ses procédure alambiquées étaient plus efficaces que tout?

 
  
MPphoto
 
 

  Tania González Peñas (GUE/NGL), por escrito. ‒ He votado a favor de este informe porque creemos que es primordial tener una estrategia clara. A pesar de que no estoy de acuerdo con algunos de los puntos que se abordan, considero que es urgente poner en marcha un plan para solucionar este y otros problemas que afectan a muchas zonas rurales sin medios. En estas zonas muchas veces se prioriza la explotación del medio natural o las atracciones turísticas antes que el nivel de vida de sus propios habitantes. Además, el dossier incluye enmiendas que han sido incorporadas contando con las preocupaciones de la sociedad civil sobre problemas acerca de las emisiones de carbón, energía renovable, cambio climático y protección de glaciares, especies en peligro y biodiversidad. Además el informe apoya el turismo sostenible y hace aportaciones interesantes con respecto a la Cop21. Principalmente, me interesan las menciones que hace sobre áreas más remotas de la zona alpina que no tienen acceso a los servicios sociales y económicos más básicos, la falta de oportunidades laborales, la falta de conexiones, la despoblación, etc.

 
  
MPphoto
 
 

  Beata Gosiewska (ECR), na piśmie. ‒ Głosowałam za sprawozdaniem w sprawie strategii UE na rzecz regionu alpejskiego.

Strategia EUSALP jest wdrażana w regionie, w którym podejmowane są już różne formy współpracy, np. w ramach obszaru alpejskiego i konwencji alpejskiej, a także różnych programów transgranicznych INTERREG. EUSALP obejmuje 48 regionów w siedmiu krajach Europy: Włochy, Francja, Słowenia, Austria, Niemcy, Szwajcaria i Liechtenstein. Region ten zamieszkuje około 80 mln ludzi, jest on niezwykle atrakcyjny ze względu na walory przyrodnicze, gospodarcze i kulturowe. Nizina alpejska i alpejski obszar górski są częścią nierozerwalnego systemu przyrodniczego i ludzkiego, którego wzajemna zależność wywarła wpływ na całą historię regionu. Jednakże trudności związane z połączeniami i z logistyką produkcyjną miały często negatywny wpływ na rozwój obszarów górskich. Ponadto obszar makroregionu alpejskiego jest też dziś silnie narażony na skutki zmiany klimatu.

Dlatego właśnie w mojej ocenie organy publiczne powinny, w zgodzie z zasadą pomocniczości, odpowiedzieć na wyzwania gospodarcze i ekologiczne makroregionu alpejskiego.

 
  
MPphoto
 
 

  Theresa Griffin (S&D), in writing. ‒ With my socialist colleagues, I voted in favour of this report because it is part of a strategy that covers 80 million people in 7 countries and 48 regions in the EU and outside. The report will improve access and transport in the Alpine regions, improve competitiveness and cohesion and develop sustainability.

 
  
MPphoto
 
 

  Françoise Grossetête (PPE), par écrit. ‒ J’ai voté en faveur de la stratégie macro-régionale alpine (SUERA) dont l’objectif est de mieux articuler la répartition des fonds structurels européens et les financements nationaux et régionaux pour renforcer la cohésion économique, sociale et territoriale du massif alpin.

Cette stratégie concerne 7 pays, dont 5 États membres de l’UE (Autriche, France, Allemagne, Italie et Slovénie) et 2 États hors UE (Liechtenstein et Suisse) ainsi que 48 régions. Étant moi-même élue dans une circonscription des Alpes, je suis attachée au développement de notre région et connais son potentiel formidable. Cette stratégie constitue un véritable instrument de valorisation de notre territoire au service des citoyens alpins. Je pense plus précisément à la création de ces pôles régionaux de recherche et de ces centres de formations spécifiques qui visent à respecter les caractéristiques du marché du travail alpin, comme la saisonnalité par exemple.

 
  
MPphoto
 
 

  Antanas Guoga (ALDE), in writing. ‒ I voted in favour of the report. The Commission launched the fourth EU macro-regional strategy with its Communication concerning a European Union Strategy for the Alpine region focused on the population of more than70 million citizens who should reap the benefits of a closer cooperation between regions and countries in terms of research and innovation, SME support, mobility, tourism, environmental protection as well as energy resources management.

 
  
MPphoto
 
 

  Τάκης Χατζηγεωργίου (GUE/NGL), γραπτώς. ‒ Η ομάδα μας τήρησε στάση αποχής στη συγκεκριμένη έκθεση λόγω της αντίθεσης μας σε ρήτρες που απειλούν αφενός τον χαρακτήρα του νερού ως κοινωνικό αγαθό, αλλά και την απερίσκεπτη καταστροφή του περιβάλλοντος αφετέρου. Βεβαίως, ως ομάδα στηρίζουμε την παροχή κονδυλίων για την περιοχή των Άλπεων και χαιρετίζουμε το γεγονός πως οι περιοχές έχουν το δικαίωμα να αποφασίζουν τις δικές τους στρατηγικές για χρήση αυτών των κονδυλίων.

 
  
MPphoto
 
 

  Marian Harkin (ALDE), in writing. ‒ I, along with the majority of my colleagues, supported this own initiative report on an EU strategy for the Alpine region which follows a number of similar macro-regional strategy reports for the Baltic Sea Region and the EU Strategy for the Danube Region. The report outlines a number of key areas where greater regional cooperation can be initiated with the goal of bringing countries, once in conflict, closer together while simultaneously growing the regional economy. Likewise, I was pleased that the rapporteur called for the use of the European Fund for Strategic Investment to be utilised in joined up macro strategies. This fund was specifically designed to reinvigorate investment in national and local economies and to incentivise further private investment. Using the fund, in conjunction with the EIB, could greatly help to create long term investment in such regional areas. Although I was supportive of the role that EFSI and private investment can play in a regional area, I did however support an amendment which called for the protection of water resources as I believe water is a public commodity and should not be privatised. Unfortunately this amendment did not pass.

 
  
MPphoto
 
 

  Brian Hayes (PPE), in writing. ‒ I voted in favour as I have no objections.

 
  
MPphoto
 
 

  György Hölvényi (PPE), írásban. ‒ Az Európai Parlament szeptemberi plenáris ülése során szavazatommal támogattam az Alpok-régióra vonatkozó európai uniós stratégiáról szóló jelentést, mely az Unió negyedik makroregionális stratégiájával foglalkozik. Az Alpok-régióra vonatkozó uniós stratégia 48 régiót foglal magába hét országban, melyek közül öt uniós tagállam, további kettő pedig Svájc és Lichtenstein. A makroregionális stratégiák lehetővé teszik ezen országoknak, hogy a „három nem” elvét szem előtt tartva stratégiai beruházásokat hozzanak létre az egész régió javára. Három fejlesztési pilléren nyugszik a stratégia. Az első pillér az Alpok-régió versenyképességét, kohézióját célozza növelni, ideértve a fenntartható és versenyképes turizmus előmozdítását.

A második pillér a megközelíthetőség javítására, a megfelelő közlekedési, energiahálózati és IKT-infrastruktúra biztosítására irányul. A harmadik pillér kulcsszava a fenntarthatóság, környezetvédelem, a biológiai sokféleség és az ökoszisztémák védelme. Az Alpok-makrorégió jelentős potenciállal rendelkezik, mely az országok, régiók közötti együttműködéssel még jobban kiaknázható.

 
  
MPphoto
 
 

  Brice Hortefeux (PPE), par écrit. ‒ En tant qu’élu d’une région montagneuse, je me réjouis que l’Europe s’intéresse à la région alpine, dont elle souligne et reconnaît les particularités. Je souhaite que cette reconnaissance s’applique à d’autres massifs montagneux.

L’adoption d’une stratégie de l’Union pour la région alpine (SUERA) a pour objectif de mieux coordonner les fonds européens, nationaux et régionaux entre les pays, régions et villes qui partagent un massif, fleuve ou bassin maritime.

Grâce à cette initiative, nous pouvons éviter les doublons et les investissements inutiles pour concentrer les financements sur des besoins essentiels, comme les transports, le numérique ou l’innovation. En outre, cette stratégie tient compte de la particularité du marché du travail dans ces territoires et propose donc des formations spécifiques et un centre d'emploi régional multilingue en ligne qui aidera les travailleurs frontaliers.

Bien entendu, nous devrons évaluer l’efficacité de cette stratégie dans le moyen et long terme, mais je crois que les actions de l’Union en faveur des régions montagneuses devraient être mieux communiquées auprès des citoyens européens.

 
  
MPphoto
 
 

  Cătălin Sorin Ivan (S&D), in writing. ‒ I have voted for the proposals that the rapporteur made regarding a better strategy for the Alpine region. I believe it is paramount to improve the prosperity and competitiveness of the region – adding accessibility and transport lines, while striving to protect Alpine heritage.

 
  
MPphoto
 
 

  Ivan Jakovčić (ALDE), napisan. ‒ Glasao sam za Izvješće o strategiji EU-a za alpsku regiju s obzirom na to da podržavam europsku politiku višerazinskog razvojnog planiranja koja prepoznaje zajedničke karakteristike pojedinih geografskih područja EU-a i prevladava ograničenja državnih granica te sam svojevremeno kao predsjednik Jadranske euroregije promovirao ideju o stvaranju strategije EU-a za Jadransku regiju (danas Jadransko-jonsku regiju). U tom sam smislu podržavao stvaranje makroeregionalne strategije koja bi se bavila specifičnim razvojem na području alpske regije.

Želim naglasiti da je potrebna promjena razmišljanja u pogledu postojećih ograničenja s obzirom na funkcioniranje europskih makroregija. Potrebno je redefiniranje politike „tri NE“ prema europskim makroregijama i otvaranje dodatnih mogućnosti financiranja razvojnih projekata na području Dunavske, Baltičke, Jadransko-jonske i Alpske regije. Potrebno je jasnije definirati modus za snažnije sudjelovanje lokalnih i regionalnih vlasti u implementaciji makroregionalnih strategija.

 
  
MPphoto
 
 

  Jean-François Jalkh (ENF), par écrit. ‒ Nous sommes sceptiques envers les stratégies macro-régionales dont le mode de gouvernance repose sur une participation accrue des autorités locales et régionales au sein des instances décisionnaires. Ces futures macro-régions échapperont en effet progressivement au contrôle des États membres, non au profit de l'échelon local, mais laissant ainsi le champ libre à la Commission européenne pour s’octroyer de nouvelles prérogatives, notamment en matière de politique urbaine ou d’éducation. J'ai voté contre ce texte.

 
  
MPphoto
 
 

  Marc Joulaud (PPE), par écrit. ‒ J’ai voté en faveur du rapport de ma collègue Mercedes Bresso, qui formule les recommandations du Parlement européen quant à la stratégie européenne pour la région alpine.

Les stratégies dites «macro-régionales» permettent de coordonner les initiatives de villes et de régions issues de différents pays et qui partagent un massif, un fleuve ou encore un bassin maritime. Elles constituent un instrument privilégié au service des territoires pour répondre à certains défis communs qui dépassent les frontières nationales.

À mes yeux, cette stratégie ne sera un succès que si les territoires alpins se l’approprient et si elle ne se traduit pas par une couche supplémentaire de bureaucratie. Je me réjouis de l’adoption de ce rapport qui fait des propositions en ce sens et met l'accent sur la nécessité d'améliorer la connectivité mais aussi de protéger l’environnement (notamment les glaciers) dans la région alpine.

 
  
MPphoto
 
 

  Philippe Juvin (PPE), par écrit. ‒ J’ai voté en faveur de ce rapport qui fait suite à l’invitation lancée par le Conseil en décembre 2013 à la Commission de proposer une stratégie de l'Union européenne pour la région alpine (EUSALP). La Commission a donc présenté «le plan d'action de la stratégie» en juillet 2015.

Ce rapport, qui regroupe les recommandations du Parlement européen, préconise notamment de mettre à profit au maximum les instruments de financement européens disponibles. Il met l'accent sur la nécessité d'améliorer la connectivité en matière de transport et d'énergie et de protéger la biodiversité dans la région alpine. Pour le groupe PPE il était important de défendre le principe des "trois non": non à une nouvelle législation, non à de nouveaux financements, non à de nouvelles institutions.

 
  
MPphoto
 
 

  Eva Kaili (S&D), in writing. ‒ With a view to boosting investment, the Juncker Commission has introduced an Investment Plan for Europe and set up a European Fund for Strategic Investments. These offer the countries of the region an opportunity to launch new joint investment projects and build on those already in progress. EUSALP can now be used as a vehicle for strategic investment that will benefit the region as a whole. The Alpine macro-region has huge potential, and joint planning by the countries and regions in the area, coupled with close involvement of local authorities and public and private bodies, can help to realise that potential. The Commission will need to work together with the EIB and international bodies in providing guidance and support for the implementation of the strategy.

Against this background, EUSALP offers the countries of the region an opportunity to invest in projects that will have an impact throughout the EU, and not just at regional level. It will allow new forms of multi-level governance to be developed, grounded in the regions but with the involvement of the European institutions.

Given that it has co-legislative powers in the field of cohesion policy, Parliament has a key role to play in the design and implementation of the strategy.

 
  
MPphoto
 
 

  Barbara Kappel (ENF), schriftlich. ‒ Ich stimme für den vorliegenden Bericht. Seine Vorschläge zielen darauf ab, den Alpenraum als Kultur-, Wirtschafts-, Natur- und Ressourcenraum zu stärken und Raubbau zu verhindern. Dazu gehören Vorschläge wie beispielsweise der Schutz von natürlichen Wasserquellen, neue Investitionsstrategien für mehr Nachhaltigkeit und der Erhalt von Biodiversität.

 
  
MPphoto
 
 

  Afzal Khan (S&D), in writing. ‒ I voted in favour of this report as it aims to improve access and transport in the Alpine regions, enhance competitiveness and cohesion and develop sustainability.

 
  
MPphoto
 
 

  Ádám Kósa (PPE), írásban. ‒ Az Európai Parlament szeptemberi plenáris ülése során szavazatommal támogattam az Alpok-régióra vonatkozó európai uniós stratégiáról szóló jelentést, mely az Unió negyedik makroregionális stratégiájával foglalkozik. Az Alpok-régióra vonatkozó uniós stratégia 48 régiót foglal magába hét országban, melyek közül öt uniós tagállam, további kettő pedig Svájc és Lichtenstein. A makroregionális stratégiák lehetővé teszik ezen országoknak, hogy a „három nem” elvét szem előtt tartva stratégiai beruházásokat hozzanak létre az egész régió javára. Három fejlesztési pilléren nyugszik a stratégia. Az első pillér az Alpok-régió versenyképességét, kohézióját célozza növelni, ideértve a fenntartható és versenyképes turizmus előmozdítását.

A második pillér a megközelíthetőség javítására, a megfelelő közlekedési, energiahálózati és IKT-infrastruktúra biztosítására irányul. A harmadik pillér kulcsszava a fenntarthatóság, környezetvédelem, a biológiai sokféleség és az ökoszisztémák védelme. Az Alpok-makrorégió jelentős potenciállal rendelkezik, mely az országok, régiók közötti együttműködéssel még jobban kiaknázható.

 
  
MPphoto
 
 

  Андрей Ковачев (PPE), в писмена форма. ‒ Изразих подкрепата си към доклада относно стратегията на Европейския съюз за региона на Алпите, тъй като считам, че тя предоставя отговор на общи за региона въпроси, в съответствие с големите европейски цели от „Европа 2020“ в областта на устойчивото развитие, околната среда и енергетиката.

Предложенията за отговорно управление на устойчив и конкурентоспособен туризъм, диверсификация на туристическите продукти и на предлагането с цел преодоляване на сезонния характер и подобряване на качеството и иновациите в туризма са от ключово значение за развитието на алпийския регион. В същото време защитата на забележителната система от езера, която преминава през алпийските и предалпийските равнини, опазването и възстановяването на биологичното разнообразие на екосистемите чрез осигуряване на подходяща система за наблюдение, информация и управление на мрежата „Натура 2000“ предпоставя устойчиво управление на природата.

Предоставя се възможност на страните от региона да инвестират в съвместни проекти на европейско, а не само на междурегионално равнище, както и да насърчават постигане на устойчиво развитие на алпийската икономика и устойчиво използване на алпийските ресурси. Надявам се натрупаният опит от прилагането на стратегията в близко време да бъде използван и в други планински области от Общността.

 
  
MPphoto
 
 

  Giovanni La Via (PPE), per iscritto. – Oggi approviamo il piano d'azione della strategia per le regioni alpine (EUSALP). Questa strategia si fonda sul concetto di macroregioni e sulla loro importanza come tramite di cooperazione e sviluppo di sinergie tra i diversi strumenti di finanziamento dell'UE. Incoraggia, inoltre, l'innovazione e l'utilizzo di nuove tecnologie dell'economia; promuove il turismo e l'importanza di connettività dei trasporti; e valorizza la biodiversità delle regioni. Infine, invita gli Stati membri a coordinare le loro politiche nazionali e regionali per l'efficace raggiungimento degli obiettivi dell'azione europea.

 
  
MPphoto
 
 

  Gilles Lebreton (ENF), par écrit. ‒ J’ai voté contre ce rapport car il limite le champ d’action des gouvernements nationaux au profit de la Commission européenne, qui s’octroie de nouvelles prérogatives, notamment en matière de politique urbaine ou d’éducation.

 
  
MPphoto
 
 

  Marine Le Pen (ENF), par écrit. ‒ J’ai voté contre le rapport intitulé «Stratégie de l'Union européenne pour la région alpine». Je partage la plupart des priorités défendues par l’EUSALP, telles que la préservation de l’environnement, la modernisation des infrastructures hydrauliques, la création de pôles de compétitivité, le développement de nouvelles offres touristiques afin de limiter l’aspect saisonnier du tourisme alpin, et le développement du transport ferroviaire.

Je suis en revanche opposée à toute stratégie macro-régionale dont le mode de gouvernance repose sur une participation accrue des autorités locales et régionales au sein des instances décisionnaires. Ces futures macro-régions échapperont en effet progressivement au contrôle des États membres, laissant ainsi le champ libre à la Commission européenne de s’octroyer de nouvelles prérogatives, notamment en matière de politique urbaine ou d’éducation.

 
  
MPphoto
 
 

  Philippe Loiseau (ENF), par écrit. ‒ J'ai voté contre le rapport de Mercedes Bresso. Texte favorable à la stratégie macro-régionale, reposant sur un mode de gouvernance multi-niveaux avec une participation accrue des collectivités locales. Par ailleurs, il vise, comme tant d'autres, à limiter le champ d’action des gouvernements nationaux au profit de la Commission, qui s’octroie de nouvelles prérogatives en matière de politique urbaine et d’éducation.

 
  
MPphoto
 
 

  Javi López (S&D), por escrito. ‒ He votado a favor de este informe porque recoge las prioridades de desarrollo, ideas y propuestas para la Estrategia de la Unión para la Región Alpina (EUSALP) y, se desarrolla en un contexto caracterizado por varios tipos de cooperación existentes en la región, como el programa del Espacio Alpino y el Convenio de los Alpes: mejorar la competitividad, la prosperidad y la cohesión de la región alpina. Garantizar la accesibilidad y las conexiones a todos los habitantes de la región alpina (transporte transfronterizo y conexiones intermodales con el interior). Garantizar la sostenibilidad en los Alpes: proteger el patrimonio alpino y promover un uso sostenible de los recursos naturales y culturales (medio ambiente, hábitats terrestres transnacionales y biodiversidad).

Porque las dificultades de conexión y de logística de la producción han marcado el desarrollo de los territorios de montaña. Además, la zona de la macrorregión alpina es también, a día de hoy, muy vulnerable a los efectos del cambio climático. En este contexto, el informe hace hincapié en que las autoridades públicas, sobre la base del principio de subsidiariedad, deben hacer frente a los retos económicos y medioambientales de la macrorregión alpina.

 
  
MPphoto
 
 

  Paloma López Bermejo (GUE/NGL), por escrito. ‒ He votado abstención en este informe puesto que a pesar de contener aspectos positivos sobre gobernanza multinivel, inversiones, creación de empleo, medio ambiente, cambio climático y movilidad, me parece un asunto poco prioritario puesto que se trata de una de las áreas territoriales más ricas de la Unión, con una enorme capacidad para absorber períodos de crisis. Una propuesta de mejor coordinación es siempre bienvenida, pero se echa en falta que se traten asuntos como la corrección de desigualdades económicas, derechos laborales, incorporación de jóvenes al mercado laboral o políticas de género.

 
  
MPphoto
 
 

  Antonio López-Istúriz White (PPE), por escrito. ‒ La estrategia de la Unión para la Región Alpina (EUSALP) tiene por objeto estrechar los lazos de los países participantes, con el objeto de realizar acciones conjuntas en las áreas de transporte, medioambiente, protección del patrimonio cultural, energía y turismo, entre otros.

Considero que dada la infrautilización de recursos en las zonas de montaña de la EUSALP y la alta concentración de producción en las zonas de llanura, es necesario llevar a cabo estrategias económicas integradas. Estas estrategias son coherentes con los objetivos y las prioridades que tienen los fondos europeos en este momento.

Además la EUSALP aporta un valor añadido, ya que se trata de abordar objetivos comunes en toda la zona, que están en coherencia con los principales objetivos de la Estrategia Europa 2020 en materia de desarrollo sostenible, medio ambiente y energía y para alcanzarlos es necesario diseñar y realizar proyectos de dimensión macrorregional. Por ello doy mi voto positivo para la aprobación de este informe.

 
  
MPphoto
 
 

  Mairead McGuinness (PPE), in writing. ‒ I voted in favour of this report, which supports synergies within macro regions and the diversification of tourism. This report encourages innovation while reserving forms of traditional economic activity.

 
  
MPphoto
 
 

  Petr Mach (EFDD), písemně. ‒ Hlasoval jsem proti. Regiony, kde jsou Alpy, nemají podle mě mít žádné speciální programy EU. Podle zprávy potřebují alpské regiony „akční plán“. Nesouhlasím s výzvou Komisi, aby navrhla řešení, jak zavést širokopásmový internet do všech odlehlých koutů Alp. Evropská komise nemá řešit internet v Alpách, to mají řešit poskytovatelé internetu na základě poptávky zákazníků.

 
  
MPphoto
 
 

  Andrejs Mamikins (S&D), in writing. ‒ I support presented EU Strategy for the Alpine Region to preserve and valorise natural resources, to develop ecological connectivity, to improve risk management as regards climate change, and carry out a comprehensive vulnerability assessment of the sectors and systems likely to be affected and developing a regional strategy on adapting to climate change.

 
  
MPphoto
 
 

  Vladimír Maňka (S&D), písomne ‒ Podporujem túto makroregionálnu stratégiu, pretože jej implementácia pomôže riešiť problémy alpských regiónov, ich rozvoj a spoluprácu na regionálnej aj európskej úrovni.

Stratégia sa opiera o tri základné piliere:

1, zlepšenie konkurencieschopnosti, prosperita a súdržnosť alpského regiónu,

2, zaistenie dostupnosti a spojení pre všetkých obyvateľov alpského regiónu (cezhraničná doprava, intermodálne spojenia s vnútrozemím),

3, zabezpečenie udržateľnosti v Alpách: ochrana alpského dedičstva a podpora udržateľného využívania prírodných a kultúrnych zdrojov (životné prostredie, cezhraničné biotopy a biodiverzita).

 
  
MPphoto
 
 

  Νότης Μαριάς (ECR), γραπτώς. ‒ Καταψηφίζω την έκθεση σχετικά με τη στρατηγική της ΕΕ για την περιοχή των Άλπεων, διότι δεν είναι πλήρης και τεκμηριωμένη.

 
  
MPphoto
 
 

  Dominique Martin (ENF), par écrit. ‒ J’ai voté contre ce texte.

Malgré plusieurs propositions que nous soutenons (la préservation de l’environnement, la modernisation des infrastructures hydrauliques, la création de pôles de compétitivité), ce texte est favorable à la stratégie macro-régionale qui privera les États membres de leurs champs décisionnaires.

 
  
MPphoto
 
 

  Jiří Maštálka (GUE/NGL), písemně. ‒ Dnes jsme hlasovali o zprávě, která se zabývá problematikou Alpského regionu a EU strategií pro rozvoj tohoto regionu. Po několika měsících jednání bylo dosaženo shody v tom, že v regionu je třeba zvýšit prosperitu a soudržnost, rozvíjet místně orientovaný přístup k rozvoji alpských oblastí, podporovat udržitelný a konkurenceschopný cestovní ruch za pomoci zlepšení dostupnosti nabídky a služeb a zvláštní kapitolou by pak měla být pozornost věnovaná ochraně mimořádného systému alpských jezer. Dále je třeba se soustředit na využívání a zlepšování stávající infrastruktury a rozvíjet inovativní systémy spojené s logistikou. Návrh zprávy jsem při hlasování podpořil.

 
  
MPphoto
 
 

  Marisa Matias (GUE/NGL), por escrito. ‒ Este relatório aborda várias questões importantes como as preocupações sobre as emissões de carbono, as energias renováveis, as mudanças climáticas, a proteção de espécies e a biodiversidade, os riscos potenciais da energia hidráulica e o turismo sustentável.

No entanto, o relatório poderia ir mais longe em relação às energias renováveis. Um grupo de deputados em que me incluo apresentou alterações sobre a água como um bem público, que foram chumbadas em plenário.

No quadro das políticas de coesão, lamentamos profundamente e consideramos inaceitável a chantagem a Portugal com sanções através dos fundos europeus.

 
  
MPphoto
 
 

  Gabriel Mato (PPE), por escrito. ‒ La Región Transalpina presenta unas especificidades claras dentro de la Unión, que deben ser tenidas en cuenta para posibilitar su desarrollo y que las personas que viven en ellas puedan mantener unas cuotas de bienestar adecuadas.

Mi apoyo al informe sobre la Estrategia de la Unión para esta región y mi deseo de que se adopten todas las medidas para seguir promoviendo en toda Europa un desarrollo armonioso, que fortalezca la cohesión económica, social y territorial en toda la Unión.

 
  
MPphoto
 
 

  Georg Mayer (ENF), schriftlich. ‒ Dieser Bericht möchte den Alpenraum stärken. Im Fokus liegen dabei die Forcierung der Wettbewerbsfähigkeit, des Wohlstands und des Zusammenhalts, aber auch die Erreichbarkeit entlegener Gebiete und der Schutz des alpinen Erbes. Diese Punkte sind auch mir wichtig, daher unterstütze ich diesen Bericht.

 
  
MPphoto
 
 

  Jean-Luc Mélenchon (GUE/NGL), par écrit. ‒ En 2011, des régions alpines de 5 États membres de l’Union, dont la France (avec Rhône Alpes-Auvergne, PACA et Franche-Comté) et 2 pays tiers ont résolu de renforcer leur coopération institutionnelle, économique, culturelle etc. Depuis le traité de Lisbonne, cette coopération inter-gouvernementale doit s’ancrer dans la stratégie plus globale de la Commission de renforcer les «macro-régions».

C’est en réalité une dilution de la démocratie, cachée derrière des termes pompeux comme la «gouvernance multi-niveaux» et la création de «structures d’investissement» pour recevoir fonds publics et fonds privées au service de ces derniers.

Au fond il s'agit de disloquer la structure démocratique de l'État-nation au profit de régionalismes absurdes. Bref, c’est les deniers publics au service du privé dans un processus décisionnel de plus en plus éloigné des citoyens. Je vote contre.

 
  
MPphoto
 
 

  Joëlle Mélin (ENF), par écrit. ‒ Texte favorable à la stratégie macro-régionale reposant sur un mode de gouvernance multi-niveaux avec une participation accrue des collectivités locales. Par ailleurs, il vise à limiter le champ d’action des gouvernements nationaux au profit de la Commission, qui s’octroie de nouvelles prérogatives en matière de politique urbaine et d’éducation.

Par conséquent, j’ai voté contre ce texte.

 
  
MPphoto
 
 

  Nuno Melo (PPE), por escrito. ‒ A fim de promover o desenvolvimento global harmonioso, a coesão económica, social e territorial de toda a UE tem de ser reforçada. As estratégias macrorregionais são atualmente o instrumento fundamental para contribuir para o objetivo de coesão económica, social e territorial. Daí o meu voto favorável.

 
  
MPphoto
 
 

  Roberta Metsola (PPE), in writing. ‒ I voted in favour of this report as it notes the particular difficulties that the Alpine region faces as well as its heritage that present ample opportunities for citizens working in the region. The Union needs to do all that it can to support regions that face inherent geographic difficulties when accessing the common market.

 
  
MPphoto
 
 

  Miroslav Mikolášik (PPE), písomne – Stratégia pre alpský región (EUSALP) je štvrtou makroregionálnou stratégiou EÚ. Makroregionálne stratégie predstavujú novú príležitosť pre komplexný rozvoj širšieho regiónu, pretože sa zameriavajú na spoločné problémy a potenciál. Predstavujú tak pridanú hodnotu na úrovni EÚ a posilňujú súčasné horizontálne politiky EÚ. EUSALP pokrýva 48 regiónov a 7 krajín, medzi ktorými je 5 členských štátov. V regióne žije viac ako 80 miliónov ľudí. Svojou kultúrnou, ľudskou, prírodnou a hospodárskou príťažlivosťou ponúka príležitosť pre strategické investície v prospech celého regiónu. Stratégia je postavená na troch pilieroch: na zlepšení konkurencieschopnosti, prosperity a súdržnosti; na zaistení dostupnosti a spojení pre všetkých obyvateľov regiónu prostredníctvom modernizácie infraštruktúry a na zabezpečení udržateľnosti v Alpách. Za návrh stratégie hlasujem kladne.

 
  
MPphoto
 
 

  Marlene Mizzi (S&D), in writing. ‒ I have voted in favour of the report because it is important to provide solutions to the common problems and challenges in the Alpine region.

 
  
MPphoto
 
 

  Csaba Molnár (S&D), írásban. ‒ A Bizottság 2015 júliusában nyújtotta be az Alpok-régióra vonatkozó uniós stratégia cselekvési tervét. A balti-tengeri régióra, a Duna régióra, illetve az adriai- és jón-tengeri régióra vonatkozó uniós stratégiát követően ez a negyedik uniós makroregionális stratégia. A Regionális Fejlesztési Bizottság állásfoglalás-tervezete ezt a stratégiát elemzi. Leszögezi, hogy az Alpok-régióra vonatkozó uniós stratégia a régió országai számára lehetőséget biztosít arra, hogy olyan projektekbe ruházzanak be, amelyeknek az egész Unióra kiterjedő és nem csupán regionális szintű hatásuk van. A stratégia lehetővé fogja tenni új, többszintű irányítási formák kifejlesztését, amelyeket a régiókban alapoznak meg, amelyben azonban az uniós intézmények is részt vesznek.

A tervezet három pillérben foglalja össze a stratégiával kapcsolatos legfontosabb javaslatokat és prioritásokat:

I. Az Alpok-régió versenyképességének, jólétének és kohéziójának növelése.

II. Megközelíthetőség és közlekedési összeköttetések biztosítása az Alpok-régióban élők számára.

III. Fenntarthatóság biztosítása az Alpokban: Az Alpok örökségének védelme, illetve a természetes és kulturális erőforrások fenntartható használatának támogatása.

A tervezet elfogadását támogattam.

 
  
MPphoto
 
 

  Bernard Monot (ENF), par écrit. ‒ Ce rapport pose les jalons de la stratégie de l’Union pour la région alpine (EUSALP). Il s’agit de la quatrième stratégie macro-régionale après la stratégie pour la région de la mer baltique, la stratégie pour la région du Danube ainsi que la stratégie pour la région de l’Adriatique et de la mer Ionienne. Nous partageons la plupart des priorités défendues par l’EUSALP.

Nous sommes en revanche par définition opposés à toute stratégie macro-régionale dont le mode de gouvernance repose sur une participation accrue des autorités locales et régionales au sein des instances décisionnaires. Ces futures macro-régions échapperont en effet progressivement au contrôle des États membres, laissant ainsi le champ libre à la Commission européenne pour s’octroyer de nouvelles prérogatives, notamment en matière de politique urbaine ou d’éducation. Vote défavorable.

 
  
MPphoto
 
 

  Cláudia Monteiro de Aguiar (PPE), por escrito. ‒ Com o objetivo de promover o desenvolvimento global harmonioso, a coesão económica, social e territorial de toda a UE, defendo que a estratégia macrorregional para a região alpina pode contribuir para a inversão do declínio económico, através do investimento na investigação, na inovação e no apoio ao empreendedorismo.

É importante salientar que as estratégias macrorregionais devem visar uma concretização mais eficaz dos objetivos comuns das diferentes regiões, com a identificação de recursos e a exploração do potencial comum de desenvolvimento das regiões.

Defendo a importância da Comunicação da Comissão e o plano de ação para a região alpina, que é um passo fundamental para o desenvolvimento da região, de acordo com o objetivo da Estratégia Europa 2020 de um crescimento inteligente, sustentável e inclusivo, assim como tem um papel vital na luta contra o despovoamento da região, em especial, o êxodo da população jovem.

Subscrevo a posição do relator quanto ao necessário reforço da dimensão social para assegurar o desenvolvimento de um modelo de crescimento capaz de garantir um crescimento sustentável, a inclusão social e a proteção social para todos, em especial nas zonas fronteiriças, e à importância de incentivar a criação de infraestruturas sociais e de promover os investimentos sociais.

 
  
MPphoto
 
 

  Sophie Montel (ENF), par écrit. ‒ Ce rapport sur la stratégie de l'Union européenne pour la région alpine a pour objectif de poser les jalons de la stratégie macro-régionale reposant sur un mode de gouvernance multiniveau avec une participation accrue des collectivités locales et ce afin de limiter le champ d’action des gouvernements nationaux et de faire l’impasse sur l’échelon étatique. Le tout au profit de la Commission européenne qui s’octroie de nouvelles prérogatives en matière urbaine et d’aménagement du territoire. J’ai donc voté contre.

 
  
MPphoto
 
 

  Claude Moraes (S&D), in writing. ‒ With my socialist colleagues, I voted in favour of this report because it is part of a strategy that covers 80 million people in 7 countries and 48 regions in the EU and outside. The report will improve access and transport in the Alpine regions, improve competitiveness and cohesion and develop sustainability.

 
  
MPphoto
 
 

  Nadine Morano (PPE), par écrit. ‒ J’ai voté en faveur de ce rapport relatif à la stratégie de l’UE pour la région alpine. En effet, il était nécessaire de montrer la détermination de l’UE à vouloir protéger cette région qui constitue un formidable atout notamment touristique et scientifique pour notre continent. J’ai notamment soutenu toutes les dispositions qui visent à protéger la biodiversité qui est fondamentale dans cette région européenne.

 
  
MPphoto
 
 

  Luigi Morgano (S&D), per iscritto. ‒ La politica di coesione è uno degli strumenti a fianco dei cittadini, le cui risorse ricadono interamente sui territori e rimangono una delle fonti di investimento diretto dell'UE sulle regioni e gli enti locali. In particolare, la strategia per la regione alpina offre un'opportunità per investire in progetti comuni, sviluppando nuove forme di governance su più livelli in cui Unione europea e regioni interagiscono con efficacia. Investire sull'EUSALP significa infatti dare un valore aggiunto alla collaborazione transfrontaliera già esistente, in territori che contano 80 milioni di abitanti e coinvolgono 48 regioni. Per questo, ho accolto volentieri la proposta di creare una piattaforma di investimento per la regione alpina che consenta di mobilitare finanziamenti pubblici e privati, anche tramite la BEI e le opportunità dell'EFSI. In particolare, approvo l'idea per cui sia necessaria una politica digitale per questa regione, che offra un maggior numero di possibilità di apertura e contatti. Internet può essere infatti uno strumento per migliorare le infrastrutture, i servizi oltre che la comunicazione, a vantaggio tanto degli abitanti della regione quanto dei turisti che ogni anno popolano queste aree. Ho votato quindi a favore di questa relazione perché credo potrà dare un contributo fondamentale alla ripresa e allo sviluppo nelle regioni interessate.

 
  
MPphoto
 
 

  Elisabeth Morin-Chartier (PPE), par écrit. ‒ J’ai voté en faveur du rapport sur la stratégie de l’Union européenne pour la région alpine, malgré certains points négatifs sur lesquels j’ai voté contre. Cette résolution invite les États à encourager la coordination de politiques nationales et régionales pour mettre en œuvre la stratégie de l’Union européenne pour la région alpine. Il est essentiel de respecter le principe de subsidiarité, comme cela est bien précisé dans le rapport.

 
  
MPphoto
 
 

  Alessia Maria Mosca (S&D), per iscritto. ‒ Accogliamo con favore la relazione sulla strategia dell'UE per la regione alpina. Questa macroregione ha un ruolo strategico per l'Unione, da un punto di vista culturale, geografico e commerciale rendendo indispensabile una effettiva cooperazione transfrontaliera tra quelle aree. Tuttavia, a causa delle sue specificità, questa macroregione è esposta a sfide che la minacciano e al tempo stesso ne ostacolano l'enorme potenziale. Difficoltà nei collegamenti, alta sensibilità ai cambiamenti climatici, criticità nello sviluppo di infrastrutture energetiche e promozione di start-up e piccole e PMI sono alcune delle tematiche a cui il relazione offre soluzioni concrete. Il ruolo della strategia è di massimizzare le sinergie tra le cooperazioni già esistenti e far sì che esse siano in linea con i macro-obiettivi europei, andando altresì a rafforzarle nelle aree più critiche per il raggiungimento di uno sviluppo sostenibile dell'area. Il Parlamento europeo, promuovendo questo relazione, vuole anche ribadire la necessità di un approccio che parta dal territorio, ma che al tempo stesso permetta di avere un impatto su larga scala, secondo un'applicazione intelligente dei principi di sussidiarietà e proporzionalità.

 
  
MPphoto
 
 

  József Nagy (PPE), írásban. ‒ Az Alpok-régióra Európa legnagyobb természeti területeként tekintünk. A térség kimagasló természeti forrásokkal bír, otthont biztosítva több tízezer állati és növényi fajnak, melyek közül nem egy kihaló sorban van. Igaz, hogy a régió közvetlenül öt tagállamot érint, de nem felejthetjük el, hogy az Alpok „víztoronyként” szolgálnak az Európát átszelő, létfontosságú folyók számára, mint a Duna, Rajna, Pó és a Rhone. Az olvadó hó és jég rendszerint akkor jut el ezekhez a folyókhoz, amikor a legnagyobb szükség van rá. A természeti csodákon kívül az Alpok-régió mintegy 80 millió embernek jelent otthont. Évről évre nagyobb kihívást jelent a távoli hegyvidékek és az alföldi nagyvárosi területek közötti óriási kontraszt. A jelentés által bemutatott uniós stratégiát pozitívan értékelem, hiszen az egész régióra kiterjed, és a kitűzött célok és prioritások ténylegesen hozzájárulnak ennek a különösen fontos területnek a megóvásához.

 
  
MPphoto
 
 

  Victor Negrescu (S&D), in writing. ‒ The European Commission submitted an action plan for the Alpine regions strategy in July 2015 under the name EUSALP. This macro-regional strategy will contribute to achieving economic, social and territorial cohesion in alpine regions. I have voted for this report enabling the fourth EU macro-regional strategy following those for the Danube region, Adriatic and Ionian region and Baltic Sea region.

 
  
MPphoto
 
 

  Norica Nicolai (ALDE), în scris. ‒ Am susținut acest raport deoarece, pe de o parte, el evidențiază experiența valoroasă acumulată în urma punerii în aplicare a Convenției alpine, care servește în mod nepărtinitor interesele sociale, economice și ecologice ale zonelor vizate; pe de altă parte, există o preocupare reală în ceea ce privește aplicarea măsurilor de gestionare a riscurilor de dezastre naturale și strategiile de adaptare la schimbările climatice.

Un alt factor care m-a determinat să susțin această propunere este valorificarea capacității autorităților locale și regionale și a societății civile de la nivel local și regional în cadrul organismelor de administrare și în cadrul organismelor operaționale.

 
  
MPphoto
 
 

  Liadh Ní Riada (GUE/NGL), in writing. – I voted in favour of this report, which is the fourth EU macro-regional strategy. EUSALP covers 48 regions in seven countries, five of which are Member States (Italy, France, Slovenia, Austria and Germany). The other two countries are Switzerland and Liechtenstein. EUSALP is a vehicle for strategic investment that will benefit the region as a whole. The report tackles various important issues regarding the EUSALP: multi-level governance, investments, jobs, environment, climate change and mobility.

 
  
MPphoto
 
 

  Андрей Новаков (PPE), в писмена форма. ‒ Докладът призовава ЕИБ, в сътрудничество с Комисията, да проучи възможността за създаване на инвестиционна платформа за региона на Алпите, която би позволила мобилизирането на средства от публични и частни източници; призовава за създаването на проект за газопровод за региона, който би привлякъл инвеститори; насърчава създаването на клъстери и сътрудничеството между публичните и частните предприятия, университетите, научноизследователските институти и други заинтересовани страни с цел насърчаване на иновациите.

 
  
MPphoto
 
 

  Franz Obermayr (ENF), schriftlich. ‒ Dieser Bericht möchte den Alpenraum stärken. Im Fokus liegt dabei die Forcierung der Wettbewerbsfähigkeit, des Wohlstands und des Zusammenhalts, aber auch die Erreichbarkeit entlegener Gebiete und der Schutz des alpinen Erbes. Diese Punkte sind auch mir wichtig, daher unterstütze ich diesen Bericht.

 
  
MPphoto
 
 

  Δημήτρης Παπαδάκης (S&D), γραπτώς. ‒ Αυτή είναι η τέταρτη μακροπεριφερειακή στρατηγική της ΕΕ. Η EUSALP στρατηγική, η οποία καλύπτει 80 εκατομμύρια ανθρώπους σε 7 χώρες και 48 περιφέρειες εντός και εκτός της ΕΕ, καλύπτει την περιοχή των Άλπεων, μια περιοχή που έχει ήδη εμπλακεί σε διάφορες συμφωνίες συνεργασίας. Ωστόσο, η περιοχή έχει κακές συγκοινωνιακές συνδέσεις και υλικοτεχνικά προβλήματα για τους κατασκευαστές και υποφέρει από τις συνέπειες της κλιματικής αλλαγής. Ως εκ τούτου, οι τοπικές, περιφερειακές και εθνικές αρχές πρέπει να λάβουν μέτρα σύμφωνα με την αρχή της επικουρικότητας για την αντιμετώπιση των προβλημάτων σε ολόκληρη την περιοχή.

Η στρατηγική αυτή είναι χτισμένη σε κάποιους πυλώνες, οι οποίοι αντικατοπτρίζονται στην έκθεση και στις οποίες έγιναν προτάσεις όπως η βελτίωση της ανταγωνιστικότητας, η ευημερία και η συνοχή, η προσβασιμότητα και οι συγκοινωνιακές συνδέσεις για όλους στην περιοχή των Άλπεων, η προστασία της πολιτιστικής κληρονομιάς των Άλπεων και η προώθηση της βιώσιμης χρήσης των φυσικών και πολιτιστικών πόρων.

Για όλους αυτούς τους λόγους υπερψήφισα την εν λόγω έκθεση.

 
  
MPphoto
 
 

  Margot Parker (EFDD), in writing. ‒ We voted against this report because we feel that the countries of the Alpine region, not the EU, have the right to make their own decisions. We note that in Amendment 1, the EU orders Member States not to spend on their own priorities, but instead only EU ones. This kind of bullying should not be allowed.

 
  
MPphoto
 
 

  Aldo Patriciello (PPE), per iscritto. ‒ Oltre a ringraziare la relatrice per il lavoro svolto, sono a ribadire la mia idea e l'importanza di progetti cardine per il trasporto europeo sostenibile e che servano da incentivo per tutto il territorio e le regioni limitrofe. Voto quindi a favore.

 
  
MPphoto
 
 

  Eva Paunova (PPE), in writing. – I supported this report as it underlines the importance of financial instruments, of encouraging innovation and new technologies in key areas of the economy, while preserving also forms of traditional economic activity. It supports the diversification of tourism, stresses the importance of improving transport and energy connectivity, as well as of protecting and enhancing the biodiversity in the Alpine Region.

 
  
MPphoto
 
 

  Marijana Petir (PPE), napisan. ‒ Alpsko područje je izuzetan i ogroman potencijal za razvoj gospodarstva i treba podupirati programe i strategije poput ove. Strategija se odnosi na pet regija EU-a, dvije regije izvan granica EU-a i veliki broj stanovnika koji spada pod regije alpskih područja.

Potrebna su ulaganja u prometni sustav, digitalnu tehnologiju, obnovljive izvore. Potrebno je ulagati i u razvoj turizma kroz cijelu godinu, a ne samo jednu sezonu od čega će tamošnje stanovništvo moći živjeti. Potrebno je naglasiti da takav turizam mora biti održiv i osjetljiv po pitanju okoliša, a i prostornog uređenja i gradnje da se ne naruši izvoran izgled takvih predjela.

Također u ovom prijedlogu vidim priliku i za Hrvatsku koja ima potencijal u svojim planinskim predjelima potaknuti veći razvoj održivog turizma i poljoprivrede.

 
  
MPphoto
 
 

  Florian Philippot (ENF), par écrit. ‒ Je suis bien évidemment opposé à toute stratégie macro-régionale dont le mode de gouvernance repose sur une participation accrue des autorités locales et régionales au sein des instances décisionnaires. Ces futures macro-régions échapperont en effet progressivement au contrôle des États membres, laissant ainsi le champ libre à la Commission européenne pour s’octroyer de nouvelles prérogatives, notamment en matière de politique urbaine ou d’éducation. Je vote donc contre ce texte.

 
  
MPphoto
 
 

  Tonino Picula (S&D), napisan. ‒ Klimatske promjene u alpskoj regiji napreduju brže od svjetskog prosjeka, zbog čega ima sve više elementarnih nepogoda kao što su lavine i poplave. Makroregionalnim strategijama može se pridonijeti razvoju prekograničnih strategija i međunarodnih projekata za stvaranje mreža za suradnju od kojih će cijela regija imati koristi. Makrostrategija za alpsku regiju utjecati će na 80 milijuna ljudi koji žive u 48 regija u sedam država, od kojih su pet države članice EU-a (Austrija, Francuska, Italija, Njemačka i Slovenija), a dvije su izvan EU-a (Lihtenštajn i Švicarska).

Pozdravljam činjenicu da europski strukturni i investicijski fondovi (ESIF) pružaju potencijalno važne resurse te niz instrumenata i opcija za tu strategiju, te ističem važnost načela „trostrukog ne”, jer su makroregije okviri za stvaranje dodane vrijednosti inicijativa za suradnju i sinergija među različitim instrumentima financiranja EU-a.

Inovacije i primjena novih tehnologija u ključnim područjima gospodarstva, potaknuti strategijama pametne specijalizacije i financirani iz postojećih izvora EU-a (npr. EFRR, ESF, COSME, Obzor 2020. ili Erasmus+) pomoći će u stvaranju kvalitetnih radnih mjesta u strateškim sektorima kao što su bioznanost, biogospodarstvo, energetika, ekološki proizvodi, novi materijali ili e-usluge. Zbog toga se slažem s pozivima izvjestitelja i podržavam usvajanje ovog izvješća.

 
  
MPphoto
 
 

  Pavel Poc (S&D), písemně. ‒ Sociální koheze je nezbytná pro harmonický a rovnoměrný rozvoj Evropské unie. Proto je povinností Unie podporovat regiony, které jsou znevýhodněné přírodními podmínkami, zvláště zranitelné vůči změně klimatu či sezónním vlivům, a zajistit tak jejich udržitelný a integrovaný rozvoj. Alpský region je dynamickou oblastí v Evropě, která je domovem nejen pro 80 milionů obyvatel ze 7 evropských zemí, ale i pro jedinečné živočišné a rostlinné druhy. Ti všichni jsou ohroženi globálním oteplováním a s ním souvisejícím táním ledovců, které má negativní dopady na udržitelnost alpských ekosystémů a hospodářský rozvoj oblasti. Proto vítám a hlasoval jsem pro zprávu Evropského parlamentu, která zohledňuje nutnost řešit příčiny klimatických změn, a to různými opatřeními v oblasti energetiky, transportu a investicemi do moderních technologií. V tomto ohledu mají velký potenciál právě obnovitelné zdroje energie, na které jsou Alpy bohaté. Nesmíme však zároveň zapomínat na rovnováhu s dalšími životně důležitými funkcemi alpských lesů, které slouží jako prevence povodní a ochrana před sesuvy půdy a před lavinami. Souhlasím se zprávou v tom, že je potřeba tyto problémy řešit koordinovaně prostřednictvím rozsáhlého nadnárodního plánu boje proti tání ledovců, který by dle mého názoru měl zahrnovat všechny související problémy.

 
  
MPphoto
 
 

  Miroslav Poche (S&D), in writing. ‒ I believe the EU Strategy for the Alpine Region has a potential to address the main regional problems. The strategy covers over 80 million people from 7 countries and 48 regions within and outside the EU. It will be in addition to various cooperation agreements, focusing on the issues of transportation shortage, logistical manufacturing concerns, and climate change. I am pleased by the full report from the Committee on Regional Development which provides solutions to the common problems and challenges facing the Alpine Region, laying the groundwork for the implementation of the strategy. The strategy is a bottom up approach that takes into account local needs while also participating in cross-border, transnational, and interregional coordination and cooperation, focusing on a few pillar issues. These issues include improving competitiveness, prosperity and cohesion, increasing accessibility and transportation links, and ensuring cultural and environmental sustainability. I urge local, regional and national authorities to take action together to implement the EU Strategy for the Alpine Region to solve the major problems facing their region.

 
  
MPphoto
 
 

  Salvatore Domenico Pogliese (PPE), per iscritto. ‒ Le macroregioni europee possono rappresentare la cornice istituzionale dentro la quale promuovere lo scambio di buone pratiche e la realizzazione di ambiziosi progetti comuni. L'Europa è ricca di aree geografiche differenti dotante ciascuna di proprie peculiarità. La regione alpina è senz'altro una parte del territorio dell'UE che offre innumerevoli opportunità di sviluppo economico e sociale. Questa relazione sottolinea in particolare l'importanza di incoraggiare l'innovazione e lo sviluppo di nuove tecnologie in settori chiave dell'economia, mantenendo anche forme di attività economica tradizionale; sostiene la diversificazione del turismo, sottolinea l'importanza di migliorare la connettività dei trasporti e dell'energia, nonché di proteggere e valorizzare la biodiversità della regione alpina. Tutti obiettivi che reputo essere centrali nella realizzazione di uno strategia che sappia coniugare tradizione e modernità. Ho votato a favore di questa relazione con la convinzione che la cooperazione transfrontaliera tra le regioni sia la chiave di volta per la migliore gestione del territorio europeo.

 
  
MPphoto
 
 

  Tomasz Piotr Poręba (ECR), na piśmie. ‒ Strategia UE dla regionu alpejskiego dotyczy 7 krajów, z czego 5 to państwa członkowskie UE (Austria, Francja, Niemcy, Włochy i Słowenia) oraz 2 kraje spoza UE (Liechtenstein i Szwajcaria), a także 48 regionów z ludnością liczącą ponad 80 milionów obywateli. Strategia obejmuje trzy obszary tematyczne: polityki wzrostu gospodarczego, mobilności i łączności oraz ochrony środowiska i energii. EUSALP stanowi ramy dla koordynacji polityki i współpracy terytorialnej; ma na celu zapewnienie wzajemnie korzystnych kontaktów między regionami górskimi a okolicznymi nizinami i obszarami miejskimi.

Sprawozdanie skupia się na potencjale funduszy ESI i na innych opcjach finansowania UE dotyczących planowania strategicznego w odniesieniu do zarówno obszarów miejskich, jak i alpejskich. Strategia ta nie wymaga użycia dodatkowych środków. Istniejące fundusze są wykorzystywane do jej realizacji oraz zagwarantowania odpowiedniej koordynacji. Niniejszym poparłem sprawozdanie.

 
  
MPphoto
 
 

  Franck Proust (PPE), par écrit. ‒ J’ai voté en faveur de ce rapport qui s’inscrit dans le cadre de la stratégie macro-régionale alpine (SUERA). La montagne peut constituer un handicap géographique certain pour les territoires alpins. Pour combler certaines barrières, des réalisations concrètes, telles que des pôles régionaux de recherche ou encore des centres de formation spécifiques et adaptés aux marchés du travail des territoires alpins, s’inscriront dans cette stratégie européenne. Les macro-régions européennes sont des cadres permettant la coopération et le développement de synergies entre différents instruments financiers de l’UE. En effet, sept pays européens, dont cinq États membres, comprenant 48 régions, pourront, grâce à cette stratégie macro-régionale, renforcer la cohésion économique, sociale et territoriale du massif alpin.

 
  
MPphoto
 
 

  Paulo Rangel (PPE), por escrito. ‒ O Tratado de Lisboa, consagrando um conjunto de normas que apontam para o desígnio da coesão territorial, permitiu a criação de estratégias macrorregionais, por via de iniciativas intergovernamentais, de forma a relançar a cooperação económica e institucional entre territórios aparentemente distantes.

A estratégia da União para a Região Alpina (EUSALP) abrange 48 regiões e 7 países, representados por cinco Estados-membros. Na região habitam cerca de 80 milhões de pessoas e esta possui vastos recursos naturais, económicos e culturais.

O presente relatório identifica as prioridades apresentadas pelas partes integrantes da região: melhorar a competitividade, a prosperidade e a coesão da região, assegurar o acesso e a interligação de todos os habitantes da região, e a sustentabilidade dos Alpes.

É de salientar que a presente estratégia macrorregional assenta nas oportunidades das já existentes iniciativas de cooperação e sinergias entre diferentes instrumentos financeiros da União, aplicando-se assim o princípio dos três “Não” sobre a legislação, o financiamento e a criação de instituições.

A EUSALP oferece uma oportunidade aos membros da Região Alpina, seja no sentido da realização de investimentos em projetos conjuntos de impacto europeu, permitindo uma visão e ação conjunta sobre os problemas regionais, seja no sentido da promoção da coesão territorial e do bom relacionamento entre os Estados-Membros. Votei favoravelmente.

 
  
MPphoto
 
 

  Julia Reid (EFDD), in writing. ‒ We voted against this report because we feel that the countries of the Alpine region, not the EU, have the right to make their own decisions. We note that in Amendment 1, the EU orders Member States not to spend on their own priorities, but instead only EU ones. This kind of bullying should not be allowed.

 
  
MPphoto
 
 

  Sofia Ribeiro (PPE), por escrito. ‒ Votei favoravelmente, por entender que é necessário investir em projetos conjuntos de impacto europeu, e não apenas inter-regional, e desenvolver novas formas de governação a vários níveis, partindo das regiões, com o contributo das instituições europeias.

Importa, assim, melhorar a competitividade, a prosperidade e a coesão da região alpina, assegurar o acesso e a interligação de todos os habitantes da região alpina (transportes transfronteiriços, ligações intermodais com o interior) e assegurar a sustentabilidade nos Alpes.

 
  
MPphoto
 
 

  Liliana Rodrigues (S&D), por escrito. ‒ Estas regiões possuem um potencial de desenvolvimento significativo. As prioridades passam por melhorar a competitividade, a prosperidade e a coesão da região alpina, assegurar o acesso e a interligação de todos os habitantes da região (transportes transfronteiriços, ligações intermodais com o interior), assegurar a sustentabilidade nos Alpes, proteger o património e promover uma utilização sustentável dos recursos naturais e culturais (ambiente, habitats terrestres transnacionais e biodiversidade).

 
  
MPphoto
 
 

  Inmaculada Rodríguez-Piñero Fernández (S&D), por escrito. ‒ La Estrategia de la UE para la Región Alpina se desarrolla en un contexto caracterizado por varios tipos de cooperación existentes en la región, además de diversos programas transfronterizos de Interreg. Esta región, en la que residen más de 80 millones de habitantes, abarca 48 regiones y 7 países y tiene un fuerte atractivo humano, natural, económico y cultural.

Sin embargo, las dificultades de conexión y logísticas de la producción han marcado el desarrollo de los territorios de montaña. Además, la zona es también muy vulnerable a los efectos del cambio climático. En este contexto, el informe hace hincapié en que las autoridades públicas deben hacer frente a los retos económicos y medioambientales existentes.

El informe recoge como prioridades: mejorar la competitividad, prosperidad y cohesión de la región alpina; garantizar accesibilidad y conexiones a todos los habitantes de la región; garantizar la sostenibilidad en los Alpes; o proteger el patrimonio alpino y promover un uso sostenible de los recursos naturales y culturales.

Por estos motivos, he votado a favor de este Informe.

 
  
MPphoto
 
 

  Claude Rolin (PPE), par écrit. ‒ J’ai voté en faveur de la proposition du Parlement européen sur la stratégie pour la région alpine car en, tant que stratégie macro-régionale, celle-ci peut servir de modèle et inspirer d’autres régions alpines de l’Union européenne.

Cette stratégie contribue à renforcer l’objectif de cohésion environnementale, territoriale, sociale et économique.

 
  
MPphoto
 
 

  Fernando Ruas (PPE), por escrito. ‒ Em resposta ao pedido do Conselho em 2013, a Comissão Europeia submeteu um plano de ação sobre a Estratégia da União Europeia para a Região Alpina (EUERA).

O presente relatório de iniciativa releva o princípio de que as macrorregiões devem desenvolver sinergias entre os diferentes instrumentos de financiamento da UE, devendo, por isso, os Estados-Membros envolvidos coordenar as suas políticas nacionais e regionais de forma a contribuir para as ações e objetivos previstos na EUERA.

A colega relatora salienta a importância da existência de um Plano Estratégico para esta área geográfica, insistindo na adoção de parcerias para a gestão e implementação de ações que tenham por base o respeito pelos princípios de subsidiariedade e governação multinível.

Além disso, sublinha ainda a importância dos instrumentos financeiros no estímulo à investigação e à inovação, quer no âmbito da procura de novas tecnologias, quer em áreas chave da economia, preservando, estimulando e buscando mais valor acrescentado para as atividades económicas tradicionais.

A diversificação do turismo, a importância de melhorar a conectividade nas redes de transportes e de energia, bem como a proteção e melhoria da biodiversidade são algumas das propostas apresentadas pela colega e que me levam a votar favoravelmente este relatório.

 
  
MPphoto
 
 

  Tokia Saïfi (PPE), par écrit. ‒ J’ai voté en faveur de ce rapport dont l’objectif est de mieux articuler la répartition des fonds structurels européens et des financements nationaux et régionaux entre sept pays européens, dont cinq États membres de l’Union et 48 régions. L'objectif final est de renforcer la cohésion économique, sociale et territoriale du massif alpin. Ce rapport formule les recommandations du Parlement européen sur la stratégie pour la région alpine qui a été présentée par la Commission européenne en juillet 2015.

Cette stratégie est un instrument au service des territoires pour répondre à des défis communs qui dépassent les frontières nationales. Il est, en effet, nécessaire d’améliorer la connectivité en matière de transports, d’énergie ou encore de protéger la biodiversité dans la région alpine. L’innovation est un des principaux enjeux de la région. Dans ce sens, le Parlement appelle à la création de pôles régionaux de recherche et de centres de formation afin de répondre aux besoins spécifiques de la région.

J’ai soutenu ce rapport qui rappelle l’importance des interconnexions entre les États membres frontaliers qui partagent les mêmes défis et les mêmes opportunités. Cette stratégie constitue une réponse concrète aux besoins de coopération entre les différentes régions d’un même ensemble géographique.

 
  
MPphoto
 
 

  Lola Sánchez Caldentey (GUE/NGL), por escrito. ‒ He votado a favor de este informe porque creemos que es primordial tener una estrategia clara. A pesar de que no estoy de acuerdo con algunos de los puntos que se abordan, considero que es urgente poner en marcha un plan para solucionar este y otros problemas que afectan a muchas zonas rurales sin medios. En estas zonas muchas veces se prioriza la explotación del medio natural o las atracciones turísticas antes que el nivel de vida de sus propios habitantes. Además, el dossier incluye enmiendas que han sido incorporadas contando con las preocupaciones de la sociedad civil sobre problemas acerca de las emisiones de carbón, energía renovable, cambio climático y protección de glaciares, especies en peligro y biodiversidad. Además el informe apoya el turismo sostenible y hace aportaciones interesantes con respecto a la Cop21. Principalmente, me interesan las menciones que hace sobre áreas más remotas de la zona alpina que no tienen acceso a los servicios sociales y económicos más básicos, la falta de oportunidades laborales, la falta de conexiones, la despoblación, etc.

 
  
MPphoto
 
 

  Daciana Octavia Sârbu (S&D), in writing. ‒ A macro-regional strategy is vitally important for the Alpine region and a common approach will help address the challenges and opportunities shared by seven countries with a collective population of approximately 80 million people. Some flexibility will be needed, given the variety of national, regional and local authorities from multiple countries which are responsible for administering the region. The fragile environmental situation combined with the presence and importance of tourism present particular problems; the strategy must prioritise environmental concerns so that the economic opportunities remain sustainable and Alpine heritage is protected.

 
  
MPphoto
 
 

  Sven Schulze (PPE), schriftlich. ‒ Ich habe für den Bericht über eine EU-Strategie für den Alpenraum gestimmt, da ich es für sinnvoll halte, dass die acht Mitgliedstaaten, die Anteil an den Alpen haben, ihre nationalen und regionalen Maßnahmen miteinander koordinieren und Synergien verschiedener Finanzierungsinstrumente der EU für die Makroregion nutzen.

In dem Bericht wird außerdem die Bedeutung der Förderung von Innovationen in Schlüsselbereichen der Wirtschaft bei gleichzeitiger Erhaltung der Formen traditioneller Wirtschaftstätigkeit unterstrichen, die Diversifizierung des Tourismusangebots unterstützt und hervorgehoben, wie wichtig die Verbesserung der Verkehrs- und Energienetzanbindung sowie der Schutz und die Förderung der Artenvielfalt im Alpenraum ist.

 
  
MPphoto
 
 

  Jasenko Selimovic (ALDE), in writing. ‒ I voted in favour of this report which highlights the principle that macro-regions are frameworks for cooperation activities and developing synergies between different EU instruments. Alpine Regions can be considered as a symbol of European integration since it exists a long lasting tradition of cooperation, with a number of networks already in place, and the ambition of this Strategy should strengthen this solidarity. Experience shows that success highly depends on commitment. We therefore also need strong active involvement of all regional and national partners to fully exploit the potential highlighted in the report.

 
  
MPphoto
 
 

  Maria Lidia Senra Rodríguez (GUE/NGL), por escrito. ‒ He votado abstención en este informe puesto que a pesar de contener aspectos positivos sobre gobernanza multinivel, inversiones, creación de empleo, medio ambiente, cambio climático y movilidad, me parece un asunto poco prioritario puesto que se trata de una de las áreas territoriales más ricas de la Unión, con una enorme capacidad para absorber períodos de crisis. Una propuesta de mejor coordinación es siempre bienvenida, pero se echa en falta que se traten asuntos como la corrección de desigualdades económicas, derechos laborales, incorporación de jóvenes al mercado laboral o políticas de género.

 
  
MPphoto
 
 

  Jill Seymour (EFDD), in writing. ‒ I voted against this report as I believe this should be left to the Member States.

 
  
MPphoto
 
 

  Siôn Simon (S&D), in writing. – I voted in favour of this report because innovation is an area that is continuously changing, RIS 3 strategies should be constant revised. For this purpose, a review of the strategies after 2017 seems mandatory in order to boost the efficiency and effectiveness of them, taking also into account the lessons learned from the initial years of their implementation.

 
  
MPphoto
 
 

  Branislav Škripek (ECR), písomne ‒ Hlasoval som za toto uznesenie. Stratégia Európskej únie pre alpský región (EUSALP) sa týka horských oblastí s nedostatočným využívaním zdrojov (vnútorných priestorov), ako aj nížinných oblastí s vysokou koncentráciou výroby. Podporujem vytvorenie integrovanej hospodárskej stratégie pre daný región. Táto stratégia zároveň pomôže EÚ dosiahnuť hlavné európske ciele stratégie Európa 2020 v oblasti udržateľného rozvoja, životného prostredia, energetiky.

 
  
MPphoto
 
 

  Monika Smolková (S&D), písomne ‒ Alpský región, ktorý sa týka približne 80 miliónov ľudí v 48 regiónoch a v siedmich krajinách, považujem za jednu z najbohatších oblastí sveta a z hospodárskeho hľadiska za jednu z najdynamickejších, najinovatívnejších a najkonkurencieschopnejších oblastí v Európe. Žiaľ, aj napriek týmto skutočnostiam tento región čelí mnohým spoločným problémom v oblasti životného prostredia, demografie, dopravy, cestovného ruchu a spotreby energie. Hlasovala som za uznesenie, lebo si myslím, že koordinované územné plánovanie prinesie lepšie výsledky a vytvorí pridanú hodnotu pre územnú súdržnosť alpských oblastí a oblasti predhoria Álp. Stratégiu EÚ pre alpský región som podporila aj preto, že predchádzajúce makroregionálne stratégie EÚ zaznamenali úspech spolupráce tohto druhu a priniesli užitočné skúsenosti pre vypracovanie nových makroregionálnych stratégií. Myslím si, že stratégia je obzvlášť dobre uspôsobená pre udržateľný rozvoj alpského regiónu a podporu rastu v celej Európe i vzájomnej solidarity medzi horskými územiami a predhorím Álp. Verím, že stratégiou EÚ pre alpský región sa zabezpečí rozvoj regiónu v súlade s cieľom inteligentného, udržateľného a inkluzívneho rastu stanoveným v stratégii Európa 2020. Na záver chcem oceniť prácu spravodajkyne a jej osobné prispenie ku veľmi kvalitnej správe.

 
  
MPphoto
 
 

  Igor Šoltes (Verts/ALE), pisno. ‒ Strategija EU za alpsko regijo (EUSALP) je četrta makroregionalna strategija Evropske Unije in pokriva 48 regij v sedmih državah, od katerih jih je pet članic EU (Italija, Francija, Slovenija, Avstrija, Nemčija) ter dve nečlanici (Liechtenstein in Švica). Ta regija je ena izmed gospodarsko največjih regij v Evropi, saj tam živi in dela več kot 70 milijonov ljudi.

Komisija je v povezavi z EUSALP zaznala več izzivov, s katerimi se bo ta strategija spoprijela. Ti so: ekonomska globalizacija, demografski trendi, podnebne spremembe, energetski izzivi in specifična geografska pozicija.

Transport in mobilnost sta že tradicionalno dva največja izziva alpske regije, predvsem zaradi vpliva na okolje in podnebje v Alpah. Čeprav je takšna strategija dobrodošla, pa ta ni upoštevala predlogov Odbora Parlamenta EU za transport in turizem, hkrati pa poročilo ne zajema tematike okoljske in podnebne zaščite, obnovljivih virov energije, ki so po mojem mnenju v tej regiji vse bolj ključnega pomena.

Zaradi neodločnosti poročila in pomanjkljive pokritosti omenjenih tem sem se pri glasovanju vzdržal.

 
  
MPphoto
 
 

  Ivan Štefanec (PPE), písomne ‒ Alpský región je významnou oblasťou, ktorá spája juh a sever Európskej únie. Skúsenosti z rozvojových projektov, ktoré boli a budú v rámci neho uskutočnené, môžu slúžiť ako vzor pre iné regióny s podobnými charakteristikami vrátane oblasti Karpatského oblúka.

 
  
MPphoto
 
 

  Beatrix von Storch (EFDD), schriftlich. ‒ Von der EU-Strategie für den Alpenraum profitieren nur Frankreich, Italien, Schweiz, Liechtenstein, Österreich, Deutschland und Slowenien. Wozu braucht es da die EU? Wenn sich diese Staaten berechtigterweise für die Förderung der Alpenregion als Tourismus-, Landwirtschaft- und Wirtschaftsgebiet einsetzen wollen, sollten sie das im Rahmen der zwischenstaatlichen Zusammenarbeit unternehmen. Dazu bedarf es nicht der EU, es gibt dafür keinen legitimen Mehrwert. Auch die hier zum wiederholten Male vorgetragene falsche Darstellung des Klimawandels gibt dieser Entschließung nicht mehr Legitimität für eine EU-Zuständigkeit. Ich habe gegen diese Entschließung gestimmt, weil sie zur Wettbewerbsverzerrung einlädt. Wirkliches Unternehmertum wird durch die Einflussnahme von EIB und EFSI verhindert. Die sogenannten „operationellen Programme“ sorgen nicht für nachhaltiges Wirtschaftswachstum, sondern für nachhaltige Abhängigkeit vom Wohlwollen der Brüsseler Eurokraten. Außerdem spricht sich das Parlament für die Gestaltung der Schulferien im Voralpenraum aus. Das ist ganz gewiss nicht seine Zuständigkeit, sondern Ländersache. Ich unterstütze, wenn sich die Alpenregionen im Rahmen der inter-regionalen Zusammenarbeit unter der Hoheit ihrer jeweiligen nationalen Regierungen miteinander koordinieren. Die EU hat hier jedoch nichts verloren. Es gibt keinen belastbaren Beweis für einen Mehrwert, aber es schafft neue Abhängigkeit von der EU-Kommission. Das sollten wir nicht vergessen.

 
  
MPphoto
 
 

  Dubravka Šuica (PPE), napisan. ‒ Izvješće se temelji na načelu da su makroregije okviri za suradnju i razvoj sinergija između različitih instrumenata financiranja EU-a te potiče države članice koje su uključene u EUSALP (48 regija u sedam država) da koordiniraju svoje nacionalne i regionalne politike. EUSALP naglašava važnost financijskih instrumenata, potiče inovacije i nove tehnologije u ključnim područjima gospodarstva, podržava raznolikosti turizma, naglašava važnost poboljšanja prometne i energetske veze te važnost zaštite i poboljšanja biološke raznolikosti u alpskom području.

Podržavam ovaj prijedlog Rezolucije o strategiji EU-a za alpsku regiju jer smatram da treba iskoristiti golemi potencijal strateškog prostornog planiranja „odozdo prema gore” za razliku od tradicionalnih pristupa. Smatram da treba jasnije definirati sustav upravljanja koji će se primjenjivati za strategije i da treba ograničiti ulogu tijela EU-a i država članica na započinjanje strategija, naknadno koordiniranje i nadzor jer regionalna i lokalna tijela moraju biti istinski pokretači teritorijalnih i razvojnih politika na najnižoj razini.

 
  
MPphoto
 
 

  Patricija Šulin (PPE), pisno. ‒ Glasovala sem za poročilo o strategiji EU za alpsko regijo.

Kot nadomestna članica Odbora za promet in turizem podpiram poziv odbora, naj Komisija in države članice okrepijo upravljanje na več ravneh v načrtovanju prometa in izvajajo politiko razvoja trajnostne, vključujoče in neinvazivne prometne infrastrukture v izrazito gorski alpski regiji, ki bo regijo ohranjala in bo spodbujala uravnotežen razvoj gospodarsko šibkejših regij in območij na področjih turizma, socialne kohezije, gospodarskega razvoja in zaposlovanja.

Komisija bi se prav tako morala osredotočiti na optimizacijo obstoječe zmogljivosti infrastrukturnega omrežja, s splošnim ciljem boljšega delovanja omrežja TEN-T.

 
  
MPphoto
 
 

  Νεοκλής Συλικιώτης (GUE/NGL), γραπτώς. ‒ Η ομάδα μας τήρησε στάση αποχής στη συγκεκριμένη έκθεση λόγω της αντίθεσης μας σε ρήτρες που απειλούν αφενός τον χαρακτήρα του νερού ως κοινωνικό αγαθό, αλλά και την απερίσκεπτη καταστροφή του περιβάλλοντος αφετέρου. Βεβαίως, ως ομάδα στηρίζουμε την παροχή κονδυλίων για την περιοχή των Άλπεων και χαιρετίζουμε το γεγονός πως οι περιοχές έχουν το δικαίωμα να αποφασίζουν τις δικές τους στρατηγικές για χρήση αυτών των κονδυλίων.

 
  
MPphoto
 
 

  Ελευθέριος Συναδινός (NI), γραπτώς. ‒ Υπάρχουν περιοχές στην Ευρώπη που αντιμετωπίζουν πολύ μεγαλύτερες προκλήσεις, και καλό θα ήταν η Ένωση να ασχοληθεί πρώτα με αυτές.

 
  
MPphoto
 
 

  Tibor Szanyi (S&D), írásban. ‒ Az Európai Tanács 2013 decemberében felkérte a Bizottságot arra, hogy nyújtson be az Alpok-régióra vonatkozó uniós stratégiát. A Bizottság eleget tett a felkérésnek, ez a negyedik uniós makroregionális stratégia, amely a balti-tengeri régióra, a Duna régióra, illetve az adriai- és jón-tengeri régióra vonatkozó uniós stratégia során szerzett tapasztalatokra épül. Az Alpok-régióra vonatkozó uniós stratégia 80 millió embert és 48 régiót foglal magában 7 különböző országban, amelyek közül öt az EU tagállama (Olaszország, Franciaország, Szlovénia, Ausztria, Németország), a további kettő pedig Svájc és Liechtenstein.

A kisebb régiók között már van élő együttműködés, de az Alpok-régióra vonatkozó uniós stratégia lehetőséget nyújt arra, hogy stratégiai beruházásokat hozzanak létre az egész régió javára. Éppen ezért a jelentést szavazatommal támogattam. A régió, a közös stratégia pillérei mentén megoldhatja szállítási- és logisztikai problémáit, de csak abban az esetben, ha összehangolják az elképzeléseiket már a helyi szinttől kezdve. Emellett erősíthetik a versenyképességüket és a kohéziót, és nem utolsó sorban biztosíthatják a fenntarthatóságot is. Bízom benne, hogy a Duna-régió is hasonlóan ki tudja használni a fejlesztési potenciált, mint a várhatóan sikeres Alpok-régió.

 
  
MPphoto
 
 

  Dario Tamburrano (EFDD), per iscritto. ‒ La strategia dell'UE per la regione alpina coinvolge diversi Stati membri, tra i quali anche Italia e Francia, attraverso il collegamento ferroviario Torino-Lione. Seppure la relazione Bresso faccia riferimento alle tematiche dello spopolamento nelle aree montane, all'importanza di garantire l'accesso Internet in modo rapido per permettere i servizi digitali e online, tra i quali il commercio elettronico e il telelavoro e, sebbene venga citato anche il tema della biodiversità e della preservazione dell'ecosistema, rimangono ancora molte criticità. Tra i problemi principali che riscontriamo vi è il pericolo che vi sia un grande spreco di denaro, relativamente alla tratta Torino-Lione che già esiste ed è stata recentemente rimodernata. Tale tratta potrebbe smaltire già ora il traffico merci tra Italia e Francia. Il progetto ci appare quindi essere un inutile trasferimento di ricchezza alle grandi imprese che si aggiudicheranno gli appalti. Nonostante la relazione presenti tratti di miglioramento, il sistema di appalti e subappalti previsto per la realizzazione dell'opera renderà difficile controllarne la regolarità. Per i motivi sopracitati mi sono espresso con un'astensione.

 
  
MPphoto
 
 

  Claudia Țapardel (S&D), în scris. ‒ Regiunea alpină reprezintă una dintre principalele zone turistice ale Uniunii Europene. În acest context, elaborarea unei strategii regionale a UE dedicată zonei Alpilor este un element semnificativ, favorizat de obiectivul coeziunii teritoriale consacrate de Tratatul de la Lisabona. Este vorba despre a patra astfel de strategie dedicată unei regiuni europene, după strategiile Dunării, zonei Mării Baltice și zonei Ionico-Adriatice. În cazul de față, strategia EUSALP acoperă 80 de milioane de locuitori din 7 țări și 48 de regiuni din cadrul, dar și din afara UE, o zonă caracterizată de o bună cooperare inter-statală, dar având o infrastructură de transport insuficientă, probleme logistice privind producătorii și suferind de efectele schimbărilor climatice. Strategia se bazează pe o serie de piloni fundamentali, cum ar fi îmbunătățirea competitivității, prosperității și coeziunii, asigurarea accesibilității și conectivității pentru toți locuitorii din regiune și garantarea sustenabilității prin protejarea patrimoniului alpin și promovarea utilizării sustenabile a resurselor naturale și culturale. Realizarea acestor obiective ar pune și mai bine în valoare potențialul imens al regiunii, contribuind la coeziunea teritorială a Uniunii. Consider că este o inițiativă lăudabilă și susțin adoptarea acestui raport în forma sa actuală.

 
  
MPphoto
 
 

  Marc Tarabella (S&D), par écrit. – J'ai suivi mon groupe politique en votant pour ce texte. À la suite d'une initiative des régions alpines qui remonte à la fin de l'année 2011, le Conseil européen de décembre 2013 a invité la Commission à présenter une stratégie de l'Union européenne pour la région alpine (EUSALP). La Commission a répondu à cette demande en présentant le plan d'action de la stratégie en juillet 2015.

Cette quatrième stratégie macrorégionale de l'Union peut bénéficier de l'expérience provenant de la stratégie de l'Union européenne pour la région de la mer Baltique, de la stratégie de l'Union européenne pour la région du Danube et de la stratégie de l'Union européenne pour la région de l'Adriatique et de la mer Ionienne.

 
  
MPphoto
 
 

  Pavel Telička (ALDE), in writing. ‒ The Alpine region, inhabited by more than 80 million, has a strong human, natural, economic and cultural appeal. It represents a huge potential for economic growth but also for increased cooperation between historically and politically divided areas at the heart of Europe. However, the economically and environmentally inconsistent development of the region has led to depopulation, especially of young people, and left it extremely vulnerable to the effects of climate change. This is why I voted in favour of the report on an EU strategy for the Alpine region, which I see as a central initiative to halt this trend. It will do so by increasing its competitiveness, prosperity and cohesion, by improving its accessibility and transport links, and by protecting the Alpine heritage and promoting sustainable use of natural and cultural resources.

 
  
MPphoto
 
 

  Ruža Tomašić (ECR), napisan. ‒ Smatram da je strategija Europske unije za alpsku regiju iznimno korisna jer potiče ulaganja u ruralna područja, prije svega osiguranjem učinkovitog pristupa zdravstvenoj skrbi jednakog za sva područja kako bi se spriječilo smanjenje broja stanovnika u tim područjima.

Naime, ova regija je važna zato što obiluje ekološkom baštinom koja zahtjeva aktivnu sinergijsku suradnju poljoprivrede i ostalih gospodarskih djelatnosti. Stoga je potrebno uspostaviti bolju prometnu povezanost svih stanovnika alpske regije zaleđem. Zato sam glasovala za usvajanje ovog izvješća.

 
  
MPphoto
 
 

  Romana Tomc (PPE), pisno. ‒ Predlog resolucije Evropskega parlamenta o strategiji EU za alpsko regijo sem podprla.

Ker so v EUSALP prisotna gorska območja z nizko uporabo virov (notranja območja) in doline z visoko proizvodno koncentracijo, je potrebno uresničevanje integriranih ekonomskih strategij.

Prednostne razvojne naloge so: izboljšanje konkurenčnosti, blaginje in kohezije alpske regije, zagotavljanje dostopa in povezav vsem prebivalcem alpske regije (čezmejni promet, intermodalne povezave z notranjostjo) in zagotavljanje trajnosti v Alpah.

 
  
MPphoto
 
 

  Mylène Troszczynski (ENF), par écrit. ‒ Ce rapport pose les jalons de la stratégie de l’Union pour la région alpine (EUSALP). Il s’agit de la quatrième stratégie macro-régionale après la stratégie pour la région de la mer baltique, la stratégie pour la région du Danube ainsi que la stratégie pour la région de l’Adriatique et de la mer Ionienne. L’EUSALP couvre 48 régions dans sept pays différents, dont cinq États membres.

Ces macro-régions visent à élaborer des approches stratégiques transfrontalières dans des régions qui partageraient les mêmes problématiques, en l’occurrence le dépeuplement, la diversification de l’activité économique, l’aménagement du territoire ainsi que la protection de l’environnement.

Nous partageons la plupart des priorités défendues par l’EUSALP, mais sommes en revanche opposés à toute stratégie macro-régionale dont le mode de gouvernance repose sur une participation accrue des autorités locales et régionales au sein des instances décisionnaires. Ces futures macro-régions échapperont en effet progressivement au contrôle des États membres laissant ainsi le champ libre à la Commission européenne pour s’octroyer de nouvelles prérogatives notamment en matière de politique urbaine ou d’éducation.

J'ai voté contre.

 
  
MPphoto
 
 

  István Ujhelyi (S&D), írásban. ‒ Az Alpok-régió által 2011 végén megtett kezdeti lépéseket követően az Európai Tanács 2013 decemberében felkérte a Bizottságot arra, hogy nyújtson be az Alpok-régióra vonatkozó uniós stratégiát. A Bizottság eleget tett a felkérésnek, és 2015 júliusában benyújtotta a stratégiára vonatkozó cselekvési tervet. Ez a negyedik uniós makroregionális stratégia, amely a balti-tengeri régióra, a Duna régióra, illetve az adriai- és jón-tengeri régióra vonatkozó uniós stratégia során szerzett tapasztalatokra épül. Voksommal támogattam.

 
  
MPphoto
 
 

  Miguel Urbán Crespo (GUE/NGL), por escrito. – He votado a favor de este informe porque creemos que es primordial tener una estrategia clara. A pesar de que no estoy de acuerdo con algunos de los puntos que se abordan, considero que es urgente poner en marcha un plan para solucionar este y otros problemas que afectan a muchas zonas rurales sin medios. En estas zonas muchas veces se prioriza la explotación del medio natural o las atracciones turísticas antes que el nivel de vida de sus propios habitantes. Además, el dossier incluye enmiendas que han sido incorporadas contando con las preocupaciones de la sociedad civil sobre problemas acerca de las emisiones de carbón, energía renovable, cambio climático y protección de glaciares, especies en peligro y biodiversidad. Además el informe apoya el turismo sostenible y hace aportaciones interesantes con respecto a la Cop21. Principalmente, me interesan las menciones que hace sobre áreas más remotas de la zona alpina que no tienen acceso a los servicios sociales y económicos más básicos, la falta de oportunidades laborales, la falta de conexiones, la despoblación, etc.

 
  
MPphoto
 
 

  Ernest Urtasun (Verts/ALE), in writing. ‒ The Alpine Strategy (EUSALP) is an important macro-regional strategy for the EU and shall contribute to the sustainable development of the Alpine region. It therefore has to be based on the principles and agreements reached in the Alpine Convention. Transport and mobility are traditionally key challenges for the Alpine region, mainly because of their transit character and their impact on the sensitive environment and climate of the Alps. I abstained as both the EUSALP and the EP report are too vague on these elements and not explicit enough on necessary solutions.

 
  
MPphoto
 
 

  Viktor Uspaskich (ALDE), raštu. – Pažymiu, kad Alpių regionai – tai aplinkos paveldas, kurį reikia išsaugoti, nes jie turi milžinišką gamtinių kraštovaizdžių rezervą, ypatingą ekosistemų įvairovę, kuri aprėpia nuo kalnų iki lygumų ir netgi iki Viduržemio jūros pakrančių, tokiu būdu sudaroma ekonominė zonai ir biosfera, pagrįsta žmonių ir gamtos sambūviu; taigi pabrėžiu, kad, siekiant kurti integruotus turizmo produktus reikia vykdyti aktyvų ir sąveika grindžiamą bendradarbiavimą, susiejant ūkininkavimą ir kitų rūšių ekonominę veiklą saugomose teritorijose, taip pat pabrėžiu, kad svarbu išlaikyti ir apsaugoti unikalias buveines kalnuotuose regionuose.

 
  
MPphoto
 
 

  Ivo Vajgl (ALDE), in writing. ‒ I voted in favour of the report on an EU Strategy for the Alpine region. The EUSALP strategy is being introduced in a region in which various cooperation arrangements, including the Alpine Space, the Alpine Convention and a range of INTERREG cross-border programmes, are already in place. EUSALP covers 48 regions in seven countries, five of which are Member States (Italy, France, Slovenia, Austria and Germany). The other two countries are Switzerland and Liechtenstein. The report supports strategic planning among both urban and rural areas of the Alpine region, with a view to promoting networking and common targets in a coherent, coordinated and integrated policy framework. Furthermore, it stresses the need to strengthen further the social dimension, in order to ensure the pursuit of a growth model that can secure sustainable growth, social inclusion and social protection for all, in particular in border areas. I voted in favour because I believe that the strategy opens opportunities for the development of its the labour market, which has different important levels of cross-border commuting.

 
  
MPphoto
 
 

  Ramón Luis Valcárcel Siso (PPE), por escrito. ‒ La ponente ha realizado un informe muy equilibrado que aborda los puntos principales para afrontar los retos y desafíos de la Estrategia de la Unión para la región alpina. Destaca la importancia de promover la cooperación entre las regiones y el desarrollo de sinergias entre los diversos fondos europeos dentro de la gobernanza multinivel, así como, el uso de instrumentos financieros e innovación en áreas clave de la economía, la necesidad de preservar las actividades tradicionales e incentivar la diversificación del tejido productivo, el impulso del turismo, del transporte y de la conectividad y la necesidad de llevar todo ello a cabo protegiendo la biodiversidad de la región alpina. Por todo ello creo necesario votar a su favor.

 
  
MPphoto
 
 

  Hilde Vautmans (ALDE), schriftelijk. ‒ De EU heeft ook aandacht voor de diverse gebieden op haar grondgebied die specifieke behoeften hebben. Eén daarvan is het Alpengebied, dat zich uitspreidt over verscheidene landen. De klimaatverandering manifesteert er zich sneller dan elders en steeds vaker leidt dit tot natuurrampen zoals lawines en overstromingen. Dit brengt ook een snellere ontvolking met zich mee. Er moet meer geïnvesteerd worden in gelijke en effectieve toegang tot gezondheidszorg en tot EHBO-diensten en noodhulp voor de hele bevolking van de regio, vooral in landelijke gebieden. Het openbaar vervoer is er ook niet overal op het niveau van het Europees gemiddelde en dus zijn we voorstander van de ontwikkeling van nieuwe vormen van plaatselijk verkeer op aanvraag, met inbegrip van slimme verkeersinformatie, verkeersleiding en -telematica en multimodaal vervoer. Ik stemde voor dit verslag omdat alle burgers in de EU dezelfde rechten moeten krijgen, ongeacht de plaats waar ze wonen.

 
  
MPphoto
 
 

  Marie-Christine Vergiat (GUE/NGL), par écrit. ‒ Située au cœur de l’Europe, avec ses 48 régions de 7 États différents, ses 80 millions d’habitants, sa biodiversité hors du commun et ses réserves en eau, la région alpine constitue un enjeu primordial pour l’Union européenne.

Ce rapport tient compte de cette réalité particulière ainsi que des précautions qu’elle requiert, notamment en termes de protection de l’environnement face au changement climatique et aux échanges transfrontaliers croissants. C’est une bonne chose. Il faudra s’en souvenir et ne pas mettre en œuvre le dangereux projet de ligne à grande vitesse Lyon-Turin, incompatible avec une telle protection. Ce texte ne tranche malheureusement pas la question.

Il est aussi appréciable que ce rapport s’inquiète de l’accessibilité aux services publics dans les zones les moins peuplées. Dommage cependant qu’il prône les partenariats publics-privés pour y remédier.

 
  
MPphoto
 
 

  Miguel Viegas (GUE/NGL), por escrito. ‒ A estratégia para a região alpina já é a quarta proposta apresentada pela UE em termos de estratégia macrorregional. A noção de macrorregiões, envolvendo países da UE e outros que estão fora desse contexto, contribui para a aquisição de escala, o que pode beneficiar o desenvolvimento.

Este enquadramento e o âmbito deste território suscitam, no entanto, a preocupação de que os investimentos estratégicos e de coesão, sendo absorvidos pela macrorregião, não poderão faltar, redundando numa ausência de financiamento estratégico e de coesão para os Estados-Membros envolvidos, ou seja, em detrimento das necessidades específicas de cada Estado-Membro.

O relatório inclui diversos pontos positivos, destacando-se a inclusão da sociedade civil na definição das políticas para a macrorregião, as emissões de carbono, a promoção das energias renováveis, a mitigação e adaptação às mudanças climáticas, a proteção das calotes e da biodiversidade, o combate aos problemas de desertificação e de depressão económica, a promoção sustentável do turismo, etc. Refere ainda os riscos potenciais da construção de infraestruturas hidroelétricas – questão que está na agenda do governo italiano.

 
  
MPphoto
 
 

  Harald Vilimsky (ENF), schriftlich. ‒ Hier geht es darum, dass Wasserquellen unbedingt geschützt werden müssen und auf keiner Ebene privatisiert werden dürfen. Zudem soll die Finanzierung der Zugstrecke Lyon-Turin offengelegt und keine neue Zug-Infrastruktur in Betracht gezogen werden, solange die alte noch nicht ausgelastet ist. Da der Vorschlag mit seinen Maßnahmen die Alpenregionen stärken kann, habe ich dem Bericht zugestimmt.

 
  
MPphoto
 
 

  Daniele Viotti (S&D), per iscritto. ‒ Ho votato a favore della relazione sulla strategia dell'UE per la regione alpina che prevede un investimento che interessa 80 milioni di persone, 7 diversi paesi e 48 regioni dentro e fuori l'UE. La regione alpina è già impegnata in diversi accordi di cooperazione ma necessita di un miglioramento dei collegamenti di trasporto, una soluzione ai problemi logistici delle PMI e sta subendo gli effetti negativi del cambiamento climatico. Questa strategia permetterà di sviluppare l'occupazione, la crescita economica e l'innovazione del territorio. Attraverso il piano di investimenti e il Fondo europeo per gli investimenti strategici, la relazione permetterà di sostenere le piccole-medie imprese dell'area alpina, promuovere un turismo sostenibile e competitivo, potenziare l'infrastruttura di trasporto rendendo pienamente operativa la realizzazione dei corridoi transfrontalieri, tutelare il patrimonio alpino dando impulso a un uso sostenibile delle risorse naturali e culturali e proteggere l'agricoltura alpina, la biodiversità e gli ecosistemi.

 
  
MPphoto
 
 

  Julie Ward (S&D), in writing. ‒ Together with my socialist colleagues, I voted in favour of this report because it is part of a strategy that covers 80 million people in 7 countries and 48 regions in the EU and beyond. The report will improve access and transport in the Alpine regions, improve competitiveness and cohesion and develop sustainability.

 
  
MPphoto
 
 

  Θεόδωρος Ζαγοράκης (PPE), γραπτώς. ‒ Η προστασία του περιβάλλοντος και της τοπικής βιοποικιλότητας, σε συνδυασμό με την καλύτερη διακυβέρνηση και την τοπική ανάπτυξη, τις θέσεις εργασίας και την καινοτομία, αποτελούν τα βασικά σημεία της παρούσας έκθεσης την οποία και ενέκρινα με την θετική μου ψήφο.

 
  
MPphoto
 
 

  Flavio Zanonato (S&D), per iscritto. ‒ Ho votato a favore di questa relazione perché ritengo che la creazione della macroregione alpina, riunendo realtà economiche, produttive e turistiche molto ricche e simili tra di loro, sia un vettore importante per aumentare la competitività di queste aree ma ritengo altresì che debba promuovere l'inclusione sociale e la protezione delle popolazioni locali. Per far questo, è essenziale affrontare il tema all'enorme disomogeneità dei servizi sociali, medici e strutturali tra le varie aree delle regioni coinvolte: zone montuose e centri urbani in primis. Ciò vale allo stesso modo per le opportunità lavorative e di studio riservate alle popolazioni delle zone più remote. Sono convinto che grande attenzione vada inoltre riservata alla questione demografica, che oltre dall'invecchiamento della popolazione e dallo spopolamento delle aree montane, è caratterizzata anche da nuovi flussi migratori. Ritengo che questi fenomeni vadano affrontati in modo attivo. Infine, ritengo fondamentale lo sviluppo dei servizi pubblici di collegamento tra le aree remote e i centri urbani oltre a un forte sostegno alle PMI e alla valorizzazione delle produzioni locali. Per far questo, e per stimolare la creazione di posti di lavoro di qualità, è imprescindibile superare il digital divide e rendere le nuove tecnologie più diffuse e accessibili a tutta la popolazione.

 
  
MPphoto
 
 

  Jana Žitňanská (ECR), písomne ‒ Správa pani poslankyne Bressovej sa zaoberá európskou stratégiou pre alpský región. Tento región zahŕňa päť členských štátov Európskej únie a obýva ho celkovo 80 miliónov ľudí. Okrem toho sa tento región vyznačuje mnohými špecifikami, a to od unikátnej biodiverzity a kultúrneho dedičstva až po negatívnu stránku, a to izolovanosť, chýbajúcu infraštruktúru, či tzv. odliv mozgov. Práve preto správa navrhuje spôsoby, akým by sa dalo alpskému regiónu pomôcť, a to prostredníctvom lepšieho riadenia rizík v súvislosti s prírodnými katastrofami, zaistenia všeobecného prístupu k službám na celom území s dôrazom na zraniteľných obyvateľov či podporou inovácií a malých a stredných podnikov ako najvýznamnejšieho prvku pri tvorbe stabilných pracovných miest. Okrem toho sa nová stratégia zaoberá mobilitou, konektivitou a energetickou bezpečnosťou. Verím, že táto stratégia je krokom vpred, a preto som jej dala svoj hlas.

 
  
MPphoto
 
 

  Marco Zullo (EFDD), per iscritto. – A seguito dei nostri contributi, la relazione è migliorata notevolmente rispetto alla prima bozza, ed ora invita anche a salvaguardare l'esistente Convenzione delle Alpi, a gestire il rischio di catastrofi naturali e il cambiamento climatico, a garantire la partecipazione e l'accesso ai documenti, a promuovere l'energia rinnovabile, locale e l'autoproduzione, le PMI e il turismo sostenibile, a rinnovare e utilizzare in modo ottimale le reti e infrastrutture esistenti, a proteggere la biodiversità, il suolo e l'acqua e ad attivarsi contro l'inquinamento atmosferico. Tuttavia, uno dei maggiori intenti della relazione è portare avanti progetti potenzialmente pericolosi e dannosi per l'ambiente come la TAV, stando a quanto si legge nelle stesse motivazioni della relazione. Nella relazione infatti non si è voluto nemmeno citare la questione della Torino-Lione e si vogliono finanziare, attraverso la BEI, progetti che temiamo siano delle ennesime nuove opere infrastrutturali che magari non si sarebbero potute realizzare utilizzando i fondi strutturali perché non in linea con gli obiettivi di Europa 2020 e dell'UE. Mi sono pertanto astenuto dal dare un giudizio ora, dandoci appuntamento a tra qualche anno per esprimere una valutazione, alla luce di come sarà stata concretamente attuata questa strategia, al di là dei propositi enunciati.

 
  
MPphoto
 
 

  Milan Zver (PPE), pisno. ‒ Predlog resolucije Evropskega parlamenta o strategiji EU za alpsko regijo sem podprl.

Strinjam se s pozivi k aktivnemu sinergijskemu sodelovanju med kmetijskimi in drugimi gospodarskimi dejavnostmi na zavarovanih območjih v regiji (območja Natura 2000, narodni parki itd.), da bi razvili integrirane turistične proizvode, ter s pomenom ohranjanja in varovanja edinstvenih habitatov v gorskih regijah.

 

5.18. EU-trustfonds voor Afrika: gevolgen voor ontwikkelings- en humanitaire hulp (A8-0221/2016 - Ignazio Corrao)
Video van de redevoeringen
  

Mündliche Erklärungen zur Abstimmung

 
  
MPphoto
 

  Marlene Mizzi (S&D). – Mr President, for as long as I have been a Member of the European Parliament, I have repeatedly called on the Member States and the Commission to join up their efforts and tackle the root causes of migration, which is the only way forward in terms of providing a genuine response to the migration crisis in the EU and in Africa.

The Trust Fund launched at the Valletta summit on migration is designed to help foster stability in the African regions and contribute to better migration management. Most importantly, the fund will help address the root causes of irregular migration by stimulating investment and boosting sustainable growth, and through job creation in the African countries where most migrants come from.

We have to ensure accountability, transparency and proper management of funds. We have to ensure well planned investments so that the proposed billions really benefit the citizens through projects which improve education, healthcare and infrastructure. Throwing money at the problem without due vigilance and commitment will not solve the migration crisis. Therefore I gave the report my vote.

 
  
MPphoto
 

  Monica Macovei (ECR). – Domnule președinte, am votat pentru acest raport pentru Fondul fiduciar al Uniunii Europene pentru Africa. Trebuie să combatem cauzele imigrației la ele acasă, acolo de unde oamenii pleacă și vin spre alte continente. Acum vorbim despre Africa: sunt zone foarte fragile, foarte sărace, se face comerț cu arme, sunt acaparate terenurile și sunt tot felul de alte probleme care îi îndeamnă pe oameni să plece. De aceea, fondul trebuie să rezolve aceste probleme. Angajamentul oficial al Uniunii a fost de 1,8 miliarde de euro. Problema este, însă, că statele membre au contribuit cu numai 4,5 % din sumele promise. Știm cu toții că alocarea financiară are trei etape: promisiunea, angajamentul și acțiunea. Doar că acțiunea, adică plata, a rămas la stadiul de promisiune. Așa că încurajez statele membre să continue și să dea bani pentru asta, tocmai pentru a combate imigrația și a ajuta pe cei din Africa.

 
  
MPphoto
 

  Jiří Pospíšil (PPE). – Pane předsedající, já jsem tuto zprávu podpořil, stejně jako ostatní, kteří hlasovali pro tu zprávu, vnímám dobrou myšlenku v rovině svěřeneckého fondu, skrze ni by bylo možné snížit nebezpečí migrace z Afriky do Evropy, ale platí to, co tu bylo řečeno. Zatím jsme pouze u myšlenky a k samotné realizaci máme velmi daleko. A kéž by tato zpráva přispěla k tomu, že by tedy jednotlivé členské státy, pokud se již zavázaly dobrovolně dát peníze do tohoto fondu, aby to opravdu udělaly, aby vůbec reálně takovýto fond vznikl, a pak se můžeme bavit o tom, jak tyto peníze účelně proměnit do konkrétních projektů v Africe, aby se ty peníze neztratily nebo nějakým způsobem nerozkradly. Je to opravdu dobrá myšlenka, ale zatím bohužel zůstáváme pouze u myšlenky a doufejme, že tato zpráva třeba trošku pomůže k tomu, že se od myšlenky dostaneme k nějakým skutkům.

 
  
  

Schriftliche Erklärungen zur Abstimmung

 
  
MPphoto
 
 

  Isabella Adinolfi (EFDD), per iscritto. ‒ Il Fondo fiduciario dell'UE per l'Africa rappresenta un importantissimo strumento per promuovere lo sviluppo sociale ed economico, nelle regioni africane, fornendo, ad esempio, ai giovani l'istruzione e le competenze necessarie per realizzare il loro potenziale e creare opportunità di lavoro. Ritengo che favorire lo sviluppo economico e sociale delle suddette zone sia di fondamentale importanza anche per combattere la migrazione regolare, che è ormai da alcuni anni, un grave problema per gli Stati membri. Per questo motivo mi sono espressa positivamente.

 
  
MPphoto
 
 

  Clara Eugenia Aguilera García (S&D), por escrito. ‒ Los socialistas españoles en el Parlamento Europeo, apoyamos la puesta en marcha de instrumentos que, además de permitir desembolsar fondos con más rapidez y flexibilidad, mejoren la coordinación de las políticas y de los instrumentos para el desarrollo. Pero esto no constituye en ningún caso un cheque en blanco para que se financie cualquier tipo de política. Con este voto hemos dejado claro que no vamos a permitir que se desvíe dinero de los objetivos de la cooperación al desarrollo. No permitiremos que se ponga en peligro la política de cooperación al desarrollo y su fin último, la erradicación de la pobreza.

Los progresistas de la Eurocámara apostamos con nuestro voto a favor, por un mayor control y por un instrumento que asegure un paso adelante de manera transparente a favor de los países africanos, a favor de su desarrollo sostenible. Lamentamos que otras fuerzas de la izquierda no se hayan unido a este llamamiento.

 
  
MPphoto
 
 

  Tim Aker (EFDD), in writing. – UKIP voted against the non-legislative report. It calls on Member States to contribute more money to African EU projects and wants to influence the day-to-day running of African governments. UKIP does not support increased EU influence. In addition, UKIP does not believe in the use of aid handouts but would rather see removal of trade barriers.

 
  
MPphoto
 
 

  Louis Aliot (ENF), par écrit. ‒ Je me suis abstenu lors du vote sur le fonds d'affectation spéciale de l'Union pour l'Afrique. L'objectif de ce fonds serait de favoriser la stabilité dans ces régions et de mieux gérer la migration. Bien que ce fonds spécial veille à promouvoir la résilience, les débouchés économiques, la sécurité et le développement, tout en s'attaquant aux causes profondes de la déstabilisation, des déplacements forcés et de la migration clandestine, ce rapport s’inscrit dans une logique de financements à l’aveugle, sans contrôles de la bonne utilisation et gestion des fonds. De plus, ce texte ne tient pas forcément compte des réalités de vie des habitants des PED. La volonté de stopper l'immigration en général semble encore faible et le rapport s'inscrit plutôt dans une politique de versement de millions d'euros sans résultats escomptés.

 
  
MPphoto
 
 

  Martina Anderson (GUE/NGL), in writing. ‒ This own—initiative report aims to address existing failures in the use of the EU’s ‘Emergency Trust Fund for stability and addressing root causes of irregular migration and displaced persons in Africa’ made up of EU financing and contributions from Member States. It highlights the fact that only 4.5% of the pledged funds have actually been received. But while it states it aims to promote legal migration and asylum, as well as addressing causes of displacement such as the arms trade, the Trust Fund is being used as another instrument to re-allocate and use development funds for control and management of migration flows without any development benefit. The report reinforces this as well as the general ‘Fortress Europe’ set-up. Due to these negative elements in the report I could not vote in favour of the overall report but abstained.

 
  
MPphoto
 
 

  Eric Andrieu (S&D), par écrit. ‒ J’ai voté en faveur de ce rapport sur le fonds d'affectation spéciale de l'UE pour l'Afrique.

Ce fond n’est seulement qu’une pièce du puzzle dans la réponse de l'UE à la crise migratoire. Il doit être néanmoins, dans tous les cas, mieux contrôlé par le Parlement, car force est de constater qu’il manque de transparence dans son utilisation. En outre, il est fondamental que les États tiennent enfin leurs promesses et contribuent davantage à ce fonds.

 
  
MPphoto
 
 

  Laima Liucija Andrikienė (PPE), in writing. ‒ I have voted in favour of the report on the EU Trust Fund for Africa. Launched at the Valletta Summit on Migration on 12 November 2015, the EUTF aims to address the root causes of destabilisation, forced displacement and irregular migration by promoting resilience, economic opportunities, equal opportunities, security and development. It has been conceived in order to assist 23 countries across three African regions (the Horn of Africa; the Sahel and Lake Chad basin; and North Africa) that contain some of the most fragile African countries, which are affected by migration as countries of origin, transit or destination. The European Union contribution amounts to EUR 1.8 billion. The report considers that the EUTF should contribute to the strengthening and improvement of local public services (e.g. social services, health, education, nutrition, culture) and that civil society and NGOs should be actively involved. I would like to underline that the rules and criteria that govern development aid for projects financed by the EUTF must be set according to the respect and promotion of human rights. It is crucially important that the Commission monitors how the EUTF funds are employed and allocated. Parliament’s scrutiny powers over the Fund are to be increased.

 
  
MPphoto
 
 

  Pascal Arimont (PPE), schriftlich. ‒ Der EU-Treuhandfonds für Afrika (EUTF) wurde auf dem Migrationsgipfel von Valletta im November 2015 eingerichtet.

Angesichts der derzeit zu beobachtenden irregulären Migration von bislang ungekanntem Ausmaß wurde der Treuhandfonds ins Leben gerufen, um die am stärksten betroffenen afrikanischen Staaten zu unterstützen, Stabilität in diesen Regionen zu schaffen und die Zusammenarbeit zwischen der EU und Afrika in Belangen wie Migrationssteuerung, Sicherheit und Entwicklung zu fördern. Ziel ist es, die Ursachen der Destabilisierung, Vertreibung und irregulären Migration am Horn von Afrika, der Sahelzone und im Tschadseebecken sowie im Norden Afrikas zu bekämpfen.

Ich unterstütze die Ansicht, dass einer der Schwerpunkte der Migrationspolitik der EU vorrangig darauf liegen sollte, die Ursachen der Migration zu bewältigen. Der Treuhandfonds soll zur Verwirklichung der langfristigen Ziele in den Empfängerländern beitragen. Es geht darum, den Frieden zu sichern und Stabilität in diese Regionen zu bringen. Um diese Ziele zu erreichen, ist es auch notwendig, die Verteilung der Mittel aus dem Treuhandfonds systematisch zu beobachten und zu kontrollieren.

 
  
MPphoto
 
 

  Marie-Christine Arnautu (ENF), par écrit. ‒ L'objectif principal du fonds d’affectation spéciale de l'Union européenne pour l'Afrique créé en 2015 par les partenaires européens et africains vise à favoriser la stabilité dans ces régions et à contribuer à mieux gérer la migration. Le fonds vise à s'attaquer aux causes profondes de la déstabilisation, des déplacements forcés et de la migration clandestine en veillant à promouvoir la résilience, les débouchés économiques, la sécurité et le développement.

Malgré des aspects volontaristes, ce rapport s’inscrit dans une logique de financements à l’aveugle, sans contrôles ni a posteriori, ni à priori de la bonne utilisation et gestion des fonds, l’UE préférant se décharger sur les autorités locales et un partenariat avec le secteur privé, dans un hypothétique espoir de transfert de charges à venir dans le cadre de la politique de développement.

Ce rapport voit la croissance démographique comme un atout dans les zones en voie de développement alors que les politiques d’emploi et de formation des jeunes sont très en retard par rapport aux objectifs de développement fixés et que l’avenir est incertain pour les jeunes générations, plus enclines à déserter leur pays pour l’Occident en vue d’une vie meilleure qu’à construire l’avenir de celui-ci.

Aussi me suis-je abstenue.

 
  
MPphoto
 
 

  Jonathan Arnott (EFDD), in writing. ‒ In the interests of transparency and democracy I would like to confirm I voted against this report. For decades we have been throwing money at Africa to solve its problems. Due to the political nature of Africa there is no control how this money is spent in countries ravaged by dictators and corruption. It would be cynical to suggest that the EU wants to pump more money into projects in Africa to influence political participation and governance.

I believe that trade not aid is the answer. Let´s use this money positively through education and training. Give a man a fish he eats for a night, teach a man how to fish and he can eat for a lifetime.

 
  
MPphoto
 
 

  Jean Arthuis (ALDE), par écrit. ‒ J'ai voté en faveur de ce rapport qui vise à favoriser la stabilité en Afrique et à contribuer à mieux gérer la migration; considérant, plus précisément, que le fonds d'affectation spéciale de l'Union européenne vise à s'attaquer aux causes profondes de la déstabilisation, des déplacements forcés et de la migration clandestine en veillant à promouvoir la résilience, les débouchés économiques et l'égalité des chances, la sécurité et le développement.

 
  
MPphoto
 
 

  Zigmantas Balčytis (S&D), raštu. ‒ Balsavau už pranešimą dėl ES ir Afrikos infrastruktūros patikos fondo: reikšmė vystymuisi ir humanitarinei pagalbai. ES ir Afrikos infrastruktūros patikos fondo tikslas – siekti išspręsti pagrindines destabilizacijos, priverstinio perkėlimo ir neteisėtos migracijos priežastis, skatindamas atsparumą, ekonomines galimybes, lygias galimybes, saugumą ir vystymąsi, tačiau, kad to pasiektume turime nepaprastosios padėties atveju greičiau ir lanksčiau išmokėti lėšas ir sutelkti įvairius finansavimo šaltinius, kad būtų galima įveikti migracijos ir pabėgėlių krizę įvairiais jos aspektais. Vis dėlto, išauga rizika, kad ES parama vystymuisi bus netinkamai panaudojama, todėl pritariu, kad projektai, kuriuos apima ES praktikos fondas, privalo turėti griežtus vystymosi tikslus.

 
  
MPphoto
 
 

  Zoltán Balczó (NI), írásban. ‒ A dokumentum egy olyan jelentés az Uniós Szükséghelyzeti Alap Afrikáért nevű kezdeményezésről, amely elsősorban a migrációra és annak kiváltó okaira koncentrálva próbál kezdeményezéseket tenni. Fontos részlet a szövegben, hogy a civil szervezeteknek meg kell adni a maximális részvételi lehetőséget a migrációs befogadó, visszaküldő és egyéb stratégiák alkotásába, az Alap pénzügyi keretének felhasználását célzó döntésekbe. Ennek indokoltsága az ezen a területen működő Soros-alapítványok tevékenységének leleplezése után igencsak megkérdőjelezhető. A jelentés megfogalmazza, hogy a regionális források nem fordíthatók határvédelemre (még schengeni határral rendelkező országok esetében sem), továbbá nem fordíthatók a biztonság szintjének emelésére.

Ezzel gyakorlatilag kijelenti, hogy nem fontos a helyi lakosság biztonsága, biztonságérzete, összesítve a közbiztonság, ha ez a migránsok elleni fellépésnek minősül. Mindezek miatt a jelentésre nemmel szavaztam.

 
  
MPphoto
 
 

  Gerard Batten (EFDD), in writing. ‒ UKIP voted against the non-legislative report. It calls on Member States to contribute more money to African EU projects and wants to influence the day-to-day running of African governments. UKIP does not support increased EU influence. In addition, UKIP does not believe in the use of aid handouts but would rather see removal of trade barriers.

 
  
MPphoto
 
 

  Nicolas Bay (ENF), par écrit. ‒ Comme souvent dans les rapports qui sortent de la commission DEVE (commission du développement), on trouve dans ce texte quelques bonnes idées, dans la mesure notamment où l’aide au développement de ces pays est censée stopper l’hémorragie migratoire, mais ces bonnes idées se traduisent par des propositions trop peu concrètes en termes de contrôle desdites aides et de l’évaluation de leurs résultats: je me suis donc abstenu.

 
  
MPphoto
 
 

  Hugues Bayet (S&D), par écrit. ‒ Le fonds d'affectation spéciale de l'UE destiné à l'Afrique aurait du être un outil pour contribuer à la stabilisation, au développement socioéconomique et donc à la lutte contre la pauvreté dans cette région.

Je n'ai pas soutenu ce rapport qui déséquilibrerait les relations entre l'UE et l'Afrique.

Le Parlement européen et l'Europe en général ont raté l'occasion de repenser leur relation avec l'Afrique.

 
  
MPphoto
 
 

  Brando Benifei (S&D), per iscritto. ‒ Il vertice sulle migrazione tenutosi a La Valletta il 15 novembre 2015 ha lanciato il Fondo fiduciario dell'UE per l'Africa che si pone come obiettivo quello di promuovere la stabilità nelle regioni considerate e di contribuire a una migliore gestione della migrazione. La relazione Corrao, che oggi ho sostenuto, sottolinea efficacemente gli obiettivi del fondo e le difficoltà che esso ha incontrato sino ad oggi. Esiste un chiaro problema di finanziamenti. Gli Stati membri hanno versato contributi esigui non facendo seguire alle promesse fatte azioni concrete. Occorre invertire la rotta, potenziando la dotazione finanziaria dell'ETUF e consentendo un'erogazione rapida e flessibile dei fondi nelle situazioni di emergenza. Il nuovo strumento deve essere utilizzato per contribuire allo sviluppo dei paesi di transito e di origine dei migranti, migliorando i servizi pubblici locali, la partecipazione politica e la governance, principalmente attraverso progetti basati sulle comunità. La risposta europea alla crisi migratoria deve essere su più fronti ma l'ETUF può essere un supporto concreto per migliorare la sicurezza e garantire lo sviluppo dei paesi africani meno sviluppati.

 
  
MPphoto
 
 

  Xabier Benito Ziluaga (GUE/NGL), por escrito. ‒ Me he abstenido en la votación de este informe, porque hay aspectos del informe que son muy favorables, pero tiene aún defectos muy notables. La posición de GUE se ha tenido en cuenta en la condena del uso de los fondos para proyectos de control sin objetivos de desarrollo, el reconocimiento de las autoridades locales como actores clave, la necesidad de desarrollar los servicios públicos de los países de origen, etc.

No obstante, la vagueza de la definición del rol de las organizaciones internacionales en el informe abre la puerta a su uso para financiar «misiones militares de paz» así como formación y capacitación en el sector de la seguridad.

 
  
MPphoto
 
 

  Izaskun Bilbao Barandica (ALDE), por escrito. ‒ Quiero agradecer al ponente su labor en la elaboración de este informe sobre el Fondo Fiduciario de la Unión para África. En ella se habla de la dotación financiera y aspectos presupuestarios, la financiación de los países menos desarrollados, el papel de la sociedad civil, las ONG y organizaciones internacionales, la transparencia y la claridad para mejorar la consecución de los objetivos, la coherencia de las políticas de la Unión y el compromiso en materia de derechos humanos, entre ellos la de la salud sexual y reproductiva. Un informe muy importante para seguir avanzando.

 
  
MPphoto
 
 

  Dominique Bilde (ENF), par écrit. ‒ Je me suis abstenue sur ce rapport concernant le fonds d’affectation spéciale de l’UE pour l’Afrique.

Le but initial de ce fonds lancé lors du sommet de La Valette en 2015 est une véritable coopération entre les États membres et les pays africains afin de s’attaquer aux causes profondes de la migration, dans une perspective de résilience, de développement économique et de sécurité.

Un objectif que je partage tout à fait et que je n’ai eu de cesse de défendre. Malheureusement, le rapport s’inscrit dans une logique d’aide financière incontrôlée, sans aucune mesure prévue de gestion. Pire, les autorités européennes prévoient de se décharger sur les autorités locales en partenariat avec le secteur privé. Moralité, on cherche encore une fois à abreuver ces pays d’argent sans s’assurer qu’il sera utilisé pour atteindre les objectifs fixés.

Une idée qui partait d’une bonne intention et une nouvelle fois dévoyée par l’inconséquence européenne.

 
  
MPphoto
 
 

  Mara Bizzotto (ENF), per iscritto. ‒ Pur risultando un testo più equilibrato rispetto a molti altri che in passato hanno trattato dell'Africa come oggetto di interventi europei di cooperazione, ritengo contenga criticità e lacune che mi hanno spinta a esprimermi con un voto di astensione.

 
  
MPphoto
 
 

  José Blanco López (S&D), por escrito. ‒ He votado en favor de este informe que analiza los objetivos y la financiación del Fondo Fiduciario para África, que fue concebido para ayudar a 23 países de tres regiones africanas (Cuerno de África, el Sahel y cuenca del lago Chad y el norte de África). Este fondo es un instrumento de desarrollo que agrupa los recursos de los diferentes donantes para permitir que la Unión dé una respuesta rápida, flexible, complementaria, transparente y colectiva a las distintas dimensiones de una situación de emergencia.

En el ámbito de la migración, el fondo busca abordar las causas profundas de la migración irregular y de los desplazamientos en los países de origen, tránsito y destino, a través de cinco sectores prioritarios: 1) beneficios de la migración en materia de desarrollo; 2) migración legal y movilidad; 3) protección y asilo; 4) prevención y lucha contra la migración irregular; y 5) retorno, readmisión y reintegración;

Sin embargo, las contribuciones de los Estados miembros siguen siendo muy limitadas, por lo que desde esta Cámara solicitamos nuevos créditos, y la inclusión del Parlamento en el consejo estratégico del fondo. También pedimos a los Estados miembros el respeto al compromiso con el 0,7 % de la AOD.

 
  
MPphoto
 
 

  Vilija Blinkevičiūtė (S&D), raštu. ‒ Balsavau dėl šio pranešimo, nes juo Parlamentas išreiškė savo poziciją dėl ES patikos fondo Afrikai, jo poveikio vystymuisi ir humanitarinei pagalbai. ES ir Afrikos infrastruktūros patikos fondas siekia išspręsti pagrindines destabilizacijos, priverstinio perkėlimo ir neteisėtos migracijos priežastis, skatindamas atsparumą, ekonomines galimybes, lygias galimybes, saugumą ir vystymąsi. Afrikoje ir toliau labai sparčiai auga gyventojų skaičius ir esama tik nedidelio gimstamumo lygio sumažėjimo, todėl siekiant skatinti stabilumą, tvarų ekonomikos augimą, socialinę sanglaudą ir vystymąsi regione būtina suteikti jaunimui išsilavinimą ir gebėjimų, kurių jam reikia, kad realizuotų savo potencialą, ir sukurtų užimtumo galimybes. Vis dėlto, Parlamentas apgailestaudamas pažymi, kad valstybių narių įnašai ir toliau yra pernelyg maži ir sudaro tik mažą dalį Sąjungos įnašo, taigi, toli gražu nesiekia oficialių įsipareigojimų sumos. Todėl Parlamentas primygtinai ragina valstybes nares įgyvendinti pažadus ir įsipareigojimus, dėl kurių buvo sutarta 2015 metų pabaigoje.

 
  
MPphoto
 
 

  Andrea Bocskor (PPE), írásban. ‒ A jelentés elfogadását nagyon fontosnak tartom, és magam is támogattam szavazatommal, hiszen a szükséghelyzeti alap hozzájárulhat a destabilizáció, a kényszerű lakóhelyelhagyás és az illegális migráció kiváltó okainak kezeléséhez az ellenálló-képesség, a gazdasági lehetőségek, az esélyegyenlőség, a biztonság és a fejlődés előmozdítása révén. A dokumentum az elvándorlás okainak megszüntetésére és a bajban lévők támogatásának jelentőségére hívja fel a figyelmet, hiszen a tömeges migráció újfajta humanitárius és biztonsági kihívással szembesíti Európát. Egy olyan átlátható stratégia, amely a hatékonyabb segítségnyújtás érdekében együttműködik a nem kormányzati szervezetekkel és a jelentős helyismerettel rendelkező vezetőkkel, remélhetőleg képes lesz saját szülőföldjükön védelmet biztosítani a bajban lévőknek.

A jelentés arra is felhívja a figyelmet, hogy az uniós migrációs politikáknak mindenekelőtt a migráció kiváltó okainak kezelésére kell összpontosítaniuk, bevonva a nem kormányzati szervezeteket és a civil társadalmat.

 
  
MPphoto
 
 

  Franc Bogovič (PPE), napisan. ‒ Uzajamni Fond za Afriku trebao bi biti europski razvojni instrument u kojem se prikupljaju sredstva od raznih donatora kako bi EU mogla efikasno, brzo, transparentno i združeno intervenirati na različite aspekte kriznih situacija u Africi, koja i dalje bilježi vrlo visoke stope rasta stanovništva, posebno mladog, što s jedne strane predstavlja veliki socijalni i ekonomski potencijal, a s druge strane i rizike nestabilnosti uslijed povećanja siromaštva.

Zato se i sredstva iz Europskog razvojnog fonda i službene razvojne pomoći moraju izdvajati za jasne ciljeve, u ekonomski, društveni, ljudski razvoj primatelja pomoći u Africi, što je u izvješću i navedeno. Kako je i navedeno u izvješću, lokalne vlasti, civilno društvo i međunarodne organizacije treba snažno uključiti u faze planiranja, provedbe i evaluacije uzajamnog fonda. U izvješću se s razlogom naglašava potreba za većom transparentnošću i jasnoćom radi boljeg ostvarenja ciljeva ovog financijskog instrumenta i upozorava na opasnost zlouporabe razvojne pomoći EU-a.

Uzajamni fond bi trebao stvoriti dodanu vrijednost postojećim izvorima financiranja. Stoga, ne bi trebalo da dolazi do preusmjeravanja sredstava s drugih izvora, jer se time krše financijska pravila i ugrožavaju dugoročne politike EU-a. Sve to nas navodi ka potpori izvješću i zato sam takvo izvješće i podržao.

 
  
MPphoto
 
 

  Simona Bonafè (S&D), per iscritto. ‒ Considerata la situazione di crisi e generale instabilità nelle regioni del Sahel, Nord Africa e Corno d'Africa e le evidenti ripercussioni umanitarie sull'Europa in termini di ingenti flussi migratori, è indispensabile un intervento coordinato dell'Unione europea nelle regioni interessate. Proprio per questo motivo, sostengo l'iniziativa sui Fondi fiduciari europei per l'Africa. Ritengo infatti necessaria una programmazione sul lungo termine, che includa azioni mirate a sradicare le cause profonde delle migrazioni, a partire da povertà e instabilità socio-politica nei paesi teatro di emigrazione di massa. La necessità è proprio quella di andare oltre programmi in chiave unicamente emergenziale, come i controlli delle frontiere, predisponendo invece fondi per lo sviluppo regionale e locale, instaurando un vero partenariato tra Stati membri, ONG e comunità locali. Con la risoluzione approvata oggi, il Parlamento sottolinea la necessità di monitoraggio e trasparenza sull'erogazione dei fondi là dove il rispetto dei diritti umani, quale condizione necessaria di stanziamento, sia assicurato. È pertanto fondamentale un chiaro impegno degli Stati membri per far fronte a un'emergenza transnazionale che richiede una risposta coesa da parte dell'Unione europea.

 
  
MPphoto
 
 

  Biljana Borzan (S&D), napisan. ‒ Podržavam ovo Izvješće o uzajamnom fondu EU-a za Afriku, kojemu je glavni cilj pomoći poticati stabilnost u regijama i doprinositi boljem upravljanju migracijama, odnosno rješavati uzrok destabilizacije, prisilnog raseljavanja i neredovite migracije promicanjem ekonomskih prilika, jednake mogućnosti, sigurnosti i razvoja.

 
  
MPphoto
 
 

  Marie-Christine Boutonnet (ENF), par écrit. ‒ Si je considère essentielle l’aide aux pays en développement en particulier en Afrique, je déplore que ce rapport ne prenne aucune précaution en matière de contrôle à priori ou à posteriori de la destination ni de l’usage de ces fonds.

Par conséquent, je me suis abstenue.

 
  
MPphoto
 
 

  Renata Briano (S&D), per iscritto. ‒ Non si può affrontare efficacemente il fenomeno migratorio odierno se non si mette al centro della questione la necessità di dare stabilità, sviluppo e pace alle regioni di origine dei migranti. Un approccio unicamente militare o legalitario al tema non può risolvere il fenomeno che, con le sue drammatiche conseguenze umanitarie e le sofferenze a cui assistiamo ogni giorno, rischia di aggravarsi ogni giorno di più. È necessario comprendere che la maggior parte dei migranti non lascia le proprie case per ragioni ideologiche o per la ricerca di aspettative esagerate sul proprio tenore di vita ma, molto più concretamente, perché la propria sopravvivenza è a rischio nel proprio paese di origine a causa di povertà, guerra, malattie, carestie, persecuzioni etniche o religiose. Se vogliamo risolvere alla radice questo dramma del XXI secolo dobbiamo portare pace e sviluppo in quelle regioni: il Fondo fiduciario UE per l'Africa è un primo, importante, passo in questa direzione.

 
  
MPphoto
 
 

  Steeve Briois (ENF), par écrit. ‒ Le fonds d’affectation spéciale pour l’Afrique, lancé lors du sommet de La Valette le 12 novembre 2015 et signé par 25 États membres ainsi que la Norvège et la Suisse, vise à favoriser la stabilité politique et économique en Afrique afin de réduire la migration des populations locales. Malgré des objectifs extrêmement louables, force est de reconnaitre que ce rapport s’inscrit dans une logique de financement à l’aveugle. Sans contrôle à posteriori de la bonne gestion des fonds, l’Union européenne préfère se décharger sur les autorités locales. Par conséquent, rien ne nous garantit que les populations locales bénéficient réellement du financement européen. Par ailleurs, l’Union européenne devrait commencer dans un premier temps par ne plus s’ingérer dans les affaires intérieures des pays africains en vue d’y assurer une stabilité politique. En Lybie, l’appui des États occidentaux aux rebelles avec le soutien de l’Union européenne s’est avéré dramatique. Le pays, actuellement administré par des milices locales, est en proie à de graves troubles intérieurs avec comme conséquence l’exode vers l'Europe de plusieurs centaines de milliers d’individus parmi lesquels se trouvent des fondamentalistes islamistes. Je me suis donc abstenu sur ce texte.

 
  
MPphoto
 
 

  Daniel Buda (PPE), în scris. ‒ Politicile UE privind migrația trebuie să fie înclinate spre soluționarea cauzelor profunde ale migrației, având ca obiectiv principal investigarea și soluționarea cauzelor reale ale sărăciei în țările de origine. Totodată, UE trebuie să contribuie la crearea unui climat de pace și stabilitate și de promovare a dezvoltării economice, prin eforturi în vederea asigurării unor vieți sănătoase pentru toți cetățenii, a egalității de gen și asigurării unei educații de calitate favorabile incluziunii demografice.

Consolidarea protecției migranților, a solicitanților de azil și a grupurilor extrem de vulnerabile este un alt obiectiv al UE, prin combaterea într-un mod mai eficient a exploatării și traficului de migranți și colaborând mai strâns cu țările terțe pentru a îmbunătăți cooperarea în materie de stimulente pentru returnarea și reintegrarea voluntară în țările de origine ale migranților.

Am votat în favoarea prezentului raport, considerând că doar cu sprijinul și implicarea directă a Uniunii Europene statele mai defavorizate vor putea să ofere soluții la problemele cetățenilor.

 
  
MPphoto
 
 

  Cristian-Silviu Bușoi (PPE), în scris. ‒ UE este cel mai mare furnizor de ajutor pentru țările în curs de dezvoltare. Misiunea UE este de a ajuta la reducerea și, în cele din urmă, la eradicarea sărăciei și migrației din țările în curs de dezvoltare, prin promovarea dezvoltării durabile, democrației, păcii și securității.

La 12 noiembrie 2015, Președintele Comisiei Europene, împreună cu alte state membre ale UE și cu alți donatori europeni au lansat Fondul fiduciar de urgență al UE pentru stabilitate și pentru abordarea cauzelor profunde ale migrației neregulamentare și ale strămutărilor de persoane în Africa. Acest Fond fiduciar, instituit într-un timp record, demonstrează încă o dată angajamentul UE de a răspunde cu promptitudine marilor provocări cu care ne confruntăm în această regiune.

Este sugestiv de menționat faptul că Africa beneficiază de asistență oficială pentru dezvoltare din partea UE în valoare de peste 20 de miliarde de euro anual, așadar se poate spune că Uniunea a investit permanent în vederea combaterii cauzelor profunde ale migrației.

În acest sens consider importantă introducerea unui sistem de monitorizare mai eficientă a modului în care sunt utilizate și alocate fondurile EUTF, precum și să crească competențele de control ale Parlamentului asupra EUTF.

 
  
MPphoto
 
 

  Soledad Cabezón Ruiz (S&D), por escrito. ‒ Los socialistas españoles en el Parlamento Europeo, apoyamos la puesta en marcha de instrumentos que, además de permitir desembolsar fondos con más rapidez y flexibilidad, mejoren la coordinación de las políticas y de los instrumentos para el desarrollo. Pero esto no constituye en ningún caso un cheque en blanco para que se financie cualquier tipo de política. Con este voto hemos dejado claro que no vamos a permitir que se desvíe dinero de los objetivos de la cooperación al desarrollo. No permitiremos que se ponga en peligro la política de cooperación al desarrollo y su fin último, la erradicación de la pobreza.

Los progresistas de la Eurocámara apostamos con nuestro voto a favor, por un mayor control y por un instrumento que asegure un paso adelante de manera transparente a favor de los países africanos, a favor de su desarrollo sostenible. Lamentamos que otras fuerzas de la izquierda no se hayan unido a este llamamiento.

 
  
MPphoto
 
 

  Alain Cadec (PPE), par écrit. ‒ L’objectif du fonds fiduciaire de l’Union européenne pour l’Afrique est la stabilisation de la région (Corne de l’Afrique, Sahel, bassin du Tchad et Afrique du Nord) et la gestion de la migration. Il a été créé à la suite du sommet de La Valette sur la migration en novembre 2015. Ce rapport d’initiative fait état des faibles contributions des États membres au fonds fiduciaire, qui s’élève actuellement à 81,71 millions d’euros alors que 1,8 milliard d’euros avaient été engagés. La société civile, les autorités locales et les ONG doivent jouer un rôle plus important. Elles doivent être consultées et associées à la mise en œuvre et à l’évaluation du fonds. Il faut également améliorer la transparence et la cohérence afin de réaliser convenablement les objectifs liés au fonds fiduciaire de l’Union européenne pour l’Afrique. J’ai voté en faveur de ce rapport d’initiative.

 
  
MPphoto
 
 

  Nicola Caputo (S&D), per iscritto. ‒ Oggi ho votato a favore della relazione in questione per sostenere il Fondo fiduciario dell'UE per l'Africa (EUTF) che aiuta a promuovere la stabilità nelle regioni dell'area e che contribuisce a una migliore gestione della migrazione. Sono tuttavia preoccupato per la mancanza di coordinamento tra tutti gli attori coinvolti nella gestione del Fondo fiduciario dell'UE, in particolare tra la direzione generale della Commissione per la cooperazione internazionale e lo sviluppo (DG DEVCO) e il suo dipartimento per l'aiuto umanitario e la protezione civile (ECHO), e per la mancanza di chiare linee guida su come accedere ai fondi disponibili. I criteri di finanziamento e i fondi disponibili per la società civile nell'ambito del Fondo fiduciario dell'UE dovrebbero essere più chiari e trasparenti. La Commissione dovrebbe inoltre monitorare sistematicamente il modo in cui sono impiegate le risorse del Fondo fiduciario dell'UE e le modalità di assegnazione, e potenziare le prerogative di controllo del Parlamento in materia di Fondo fiduciario dell'UE. Invito la Commissione a effettuare una valutazione più sistematica dell'impatto delle sue politiche e dei suoi finanziamenti, tra cui il Fondo fiduciario dell'UE, specialmente in relazione ai loro effetti in materia di sviluppo sostenibile, diritti umani e parità di genere.

 
  
MPphoto
 
 

  Matt Carthy (GUE/NGL), in writing. ‒ This own-initiative report aims to address existing failures in the use of the EU’s ‘Emergency Trust Fund for stability and addressing root causes of irregular migration and displaced persons in Africa’ made up of EU financing and contributions from Member States. It highlights the fact that only 4.5% of the pledged funds have actually been received. But while it states it aims to promote legal migration and asylum, as well as addressing causes of displacement such as the arms trade, the Trust Fund is being used as another instrument to re-allocate and use development funds for control and management of migration flows without any development benefit. The report reinforces this as well as the general ‘Fortress Europe’ set-up. Due to these negative elements in the report I could not vote in favour of the overall report but abstained.

 
  
MPphoto
 
 

  David Casa (PPE), in writing. ‒ The Trust Fund was created to support the most affected African countries in order to help foster stability in these regions and promote tighter Africa-EU cooperation on issues of migration management, security and development and thus minimise the unprecedented levels of irregular migration reaching our shores. The report addresses many questions and concerns by the creation of this Fund and its financing, implementation and scrutiny. The report offers a critical assessment in terms of financing by Member States and calls on all stakeholders to uphold their commitments and responsibilities to make it successful. Although I commend the importance of this Fund and its success, I could not vote in favour of this report as it contained references to the sexual and reproductive health and rights.

 
  
MPphoto
 
 

  Fabio Massimo Castaldo (EFDD), per iscritto. ‒ Il Fondo fiduciario per l'Africa risponde alla necessità di operare per sradicare le cause profonde della migrazione, agendo per creare sviluppo. È necessario, a tal fine, operare sul lungo termine, con progettualità e non solo in chiave emergenziale, investendo soprattutto su servizi essenziali quali istruzione, salute, formazione professionale, servizi pubblici primari. Il testo non manca di evidenziare che il vero problema è che gli Stati, nel corso di vertici e summit internazionali si impegnano in pompa magna ma poi, una volta spenti i riflettori, si dimenticano delle promesse fatte. Tutto questo è ben espresso nella relazione del collega Corrao, in favore del quale ho votato positivamente.

 
  
MPphoto
 
 

  Dita Charanzová (ALDE), in writing. ‒ I supported this report as I find the EU Trust Fund for Africa very important. I welcome the suggestion concerning disbursement of funds in more quick and flexible manner in an emergency situation such as migration and refugee crisis in terms of funding of recipient country governments. Civil society actors and other stakeholders active in this field need to be supported as soon as possible. To allow the trust fund to develop its full potential, EU Member States have to keep their financial pledges and contribute to the fund as discussed.

 
  
MPphoto
 
 

  Caterina Chinnici (S&D), per iscritto. ‒ Durante il summit sulla migrazione de La Valletta, lo scorso 12 novembre, è stato lanciato il Fondo fiduciario dell'UE per l'Africa, sottoscritto dalla Commissione, da 25 Stati membri, dalla Norvegia e dalla Svizzera.

Considero significativa la costituzione di tale Fondo, il cui principale obiettivo è di promuovere la stabilità nella regione e contribuire ad una migliore gestione della migrazione. Più specificamente il Fondo dovrebbe da una parte affrontare le cause di destabilizzazione, spostamento forzato e migrazione illegale e dall'altra promuovere capacità di recupero, opportunità economiche, sicurezza, pari opportunità e sviluppo.

Vedo con interesse questa iniziativa atta ad affrontare alcuni aspetti importanti della crisi migratoria. Anche se difficilmente l'azione potrà essere incisiva fintantoché le promesse di contributo fatte dagli Stati membri non verranno mantenute.

Ho votato a favore poiché cercare di riportare stabilità e sicurezza e promuovere lo sviluppo proprio in quei paesi da cui la migrazione ha origine devono rientrare tra le priorità dell'intervento europeo. Bisogna altresì vigilare affinché il Fondo, adibito a progetti di cooperazione, sia usato soprattutto per scopi di educazione e tutela dei minori, creazione di impiego e per progetti ambientali.

 
  
MPphoto
 
 

  Λευτέρης Χριστοφόρου (PPE), γραπτώς. ‒ Στηρίζουμε την έκθεση και τονίζουμε πως όσον αφορά τις μεταναστευτικές πολιτικές της ΕΕ, αυτές θα πρέπει να εστιάζουν πρωτίστως στην αντιμετώπιση των βαθύτερων αιτίων της μετανάστευσης.

 
  
MPphoto
 
 

  Κώστας Χρυσόγονος (GUE/NGL), γραπτώς. ‒ Ψηφίσαμε ως προς την έκθεση σχετικά με το καταπιστευματικό ταμείο της ΕΕ για την Αφρική και τις επιπτώσεις για την ανάπτυξη και την ανθρωπιστική βοήθεια στην ευρύτερη αφρικανική περιοχή. Παρότι η ύπαρξη αντίστοιχων ταμείων δεν αποτελεί εξ ορισμού αρνητική πρόταση, θα πρέπει να εξασφαλίσουμε την ορθή διαχείριση του ταμείου αυτού, αλλά και να αποκλειστεί το ενδεχόμενο προσπάθειας επιβολής αποφάσεων και επιλογών στους αποδέκτες της ενίσχυσης, για οικονομικούς, κοινωνικούς και πολιτικούς σκοπούς. Καθώς κάτι τέτοιο δεν συζητείται επαρκώς, ψήφισα αρνητικά.

 
  
MPphoto
 
 

  Alberto Cirio (PPE), per iscritto. ‒ Accolgo con favore la relazione Corrao sulle implicazioni per lo sviluppo e l'aiuto umanitario in Africa. Lanciato a La Valletta nel 2015, il Fondo fiduciario dell'UE per l'Africa (EUTF) tratta un tema di grande attualità. In particolare, rivolgendosi alle cause ultime dell'immigrazione, la relazione propone soluzioni efficaci, quali la semplificazione dell'erogazione di fondi per la promozione della stabilità, la crescita economica sostenibile, la coesione sociale e lo sviluppo nella regione africana. Infatti, di fronte alla grave crisi migratoria, ritengo importante concentrare le risorse verso il completamento di obiettivi a lungo termine in grado di assicurare pace e stabilità nel continente africano.

 
  
MPphoto
 
 

  Deirdre Clune (PPE), in writing. ‒ I supported the Report on the EU Trust Fund for Africa: the implications for development and humanitarian aid and noted no objections.

 
  
MPphoto
 
 

  Carlos Coelho (PPE), por escrito. ‒ O Fundo Fiduciário para África, criado na Cimeira de Valeta em 2015 (FFUE), tem como objetivo ajudar a promover a estabilidade em 23 países e 3 regiões de África onde se encontram alguns dos mais frágeis Estados africanos afetados pela migração, atacando assim, numa ótica de Desenvolvimento, as causas que estão na origem das deslocações forçadas e da migração irregular, tentando promover oportunidades económicas, a segurança, a igualdade de oportunidades e o desenvolvimento.

Apoio o Relatório Corrao, por considerar urgente disponibilizar os fundos de forma mais rápida, e sublinho a necessidade de responder rapidamente a crises específicas de emergência ou pós-emergência, tirando partido das contribuições dos Estados-Membros da UE e de outros doadores.

É lamentável que as contribuições dos Estados-Membros tenham, até abril de 2016, permanecido baixas: -81,71 milhões dos 1,8 mil milhões previstos, ou seja, apenas 4,5%!

A nível orçamental, concordo que deve ser feita uma reapreciação apropriada do limite máximo, a fim de permitir a inclusão no QFP dos mecanismos de crise e restabelecer a unidade do orçamento, tendo o Parlamento dado prova de responsabilidade ao aceitar desbloquear fundos de emergência.

Ressalvo que os projetos ao seu abrigo devem ser conformes aos valores da União e à promoção dos Direitos Humanos.

 
  
MPphoto
 
 

  Lara Comi (PPE), per iscritto. ‒ Il fondo fiduciario europeo per l'Africa ha l'obiettivo di contribuire a promuovere la stabilità, la sicurezza e lo sviluppo nelle regioni africane interessate da flussi migratori. Il fondo si propone inoltre di identificare ed affrontare le cause primarie della destabilizzazione e della migrazione irregolare. Condivido tali obiettivi e ritengo che gli Stati membri debbano contribuire al fondo in modo da potenziarlo e renderlo pienamente efficace. Comprendendo la complessità e la natura pluridimensionale della crisi migratoria, sostengo sia altresì opportuno vigilare sul corretto impiego dei fondi europei sui territori interessati. L'obiettivo finale del fondo europeo per l'Africa è quello di promuovere la pace e la stabilità nei territori critici, fornendo risorse e rafforzando la capacità di governance locale.

 
  
MPphoto
 
 

  Therese Comodini Cachia (PPE), in writing. – The report highlights the potential of social and economic benefits for Africa by enabling young people with the education and skills to realise their potential and creating employment opportunities to foster stability, sustainable economic growth, social cohesion and development in the region.

To promote laudable provisions against human trafficking and smuggling of vulnerable people and safeguards in favour of women’s rights and LGBTI persons, the EU should not impose obligations of a moral nature on its Member States.

I agree with the rapporteur that the EU should systematically monitor how the EUTF funds are employed and how they are allocated by increasing our scrutiny powers.

 
  
MPphoto
 
 

  Andrea Cozzolino (S&D), per iscritto. ‒ Il Fondo fiduciario dell'UE per l'Africa è stato concepito come strumento di assistenza finanziaria per 23 paesi in tre regioni africane che comprendono alcuni degli Stati africani più interessati da movimenti migratori e situazioni di instabilità sociale ed economica. Votando a favore di questa risoluzione, esprimo il mio sostegno a questo importante strumento di promozione della crescita economica, la stabilità regionale e la gestione integrata dei flussi migratori. Infatti, l'obiettivo ultimo del fondo fiduciario è affrontare le cause profonde della destabilizzazione, dei trasferimenti forzati e della migrazione irregolare promuovendo la resilienza, le prospettive economiche, le pari opportunità, la sicurezza e lo sviluppo. Sono convinto che l'UE abbia la responsabilità di dare risposte mirate alle crisi umanitarie globali e alle situazioni di crisi successive alle emergenze. Questo fondo, che proviene principalmente dall'11° Fondo europeo di sviluppo (FES), contribuisce a sopperire alle carenze in termini di aiuto pubblico allo sviluppo da parte degli Stati membri e alle risorse insufficienti e la scarsa flessibilità del bilancio dell'UE e del Quadro finanziario pluriennale. Infine, il Fondo fiduciario dell'UE per l'Africa dovrebbe favorire la coerenza delle politiche per lo sviluppo sostenibile e la complementarietà tra tutti gli attori e i programmi dedicati allo sviluppo.

 
  
MPphoto
 
 

  Andi Cristea (S&D), în scris. ‒ Principalul obiectiv al Fondului fiduciar al UE, semnat de către 25 de state membre ale UE, precum și Norvegia și Elveția, în cadrul summitului de la Valletta privind migrația, este de a contribui la promovarea stabilității în regiuni și la o mai bună gestionare a migrației.

La nivel mondial, 1,5 miliarde de persoane trăiesc în regiuni fragile și afectate de conflicte. Fondul fiduciar al UE are ca scop să sprijine 23 de țări din trei regiuni africane (Cornul Africii, Sahel și bazinul lacului Ciad și Africa de Nord) din care fac parte unele dintre cele mai fragile țări africane care sunt afectate de migrație.

Am votat pentru transferarea de fonduri într-un mod mai rapid și mai flexibil în situații de urgență și pentru gruparea diverselor surse de finanțare pentru a aborda toate dimensiunile crizei.

 
  
MPphoto
 
 

  Pál Csáky (PPE), írásban. ‒ Az Uniós Szükséghelyzeti Alap Afrikáért a fejlesztési együttműködés terén alkalmazott mechanizmus, mellyel különböző donorok jelentős forrásait vonják össze. Az Európai Bizottság az uniós költségvetésből elkülönített különböző pénzügyi eszközökből bocsátott rendelkezésre finanszírozást, elsősorban az Európai Fejlesztési Alapból. A Bizottság 1,8 milliárd euró uniós finanszírozást mozgósít, ugyanakkor számít a tagállamok hozzájárulására is. Erre azért van szükség, mert egy közös európai stratégia nélkül nem tudunk átlépni a szabályozatlan migráció okozta kihíváson. Azért támogattam az alap létrehozást, mert a rossz körülmények között élő afrikaiak problémáját helyben kívánja támogatni és megoldani.

A válság sújtotta régiókban hozzájárul a válságkezeléshez. Célja, hogy fokozza a régiók stabilitását, és elősegítse a migráció hatékonyabb szabályozását. Az alap a gazdasági lehetőségek, az esélyegyenlőség, a biztonság és a fejlesztés előmozdítása révén segít az erőszakkal kényszerített lakóhelyelhagyás, valamint az irreguláris migráció kiváltó okainak kezelésében.

 
  
MPphoto
 
 

  Edward Czesak (ECR), na piśmie. ‒ Głównym celem funduszu powierniczego UE (EUTF) dla Afryki jest wspieranie stabilizacji w regionach oraz pomoc w lepszym zarządzaniu migracjami. Należy skupić się na odnalezieniu i wyeliminowaniu przyczyn destabilizacji, przymusowych przesiedleń i nieuregulowanej migracji. Następnie podjąć działania na rzecz promocji równości szans w dziedzinie gospodarki, bezpieczeństwa i rozwoju. Kraje objęte funduszem znajdują się w trzech regionach Afryki (Róg Afryki, Sahel i basen jeziora Czad, Afryka Północna). Są to jedne z najbardziej niestabilnych państw tego kontynentu.

Ja jednakże w tej sprawie wstrzymuję się od głosu. Rezolucja w szczególności zwraca uwagę na niski wkład państw członkowskich, podkreślając, że same słowa i obietnice to za mało – musi się to przełożyć na działania. Zaznacza sens istnienia EUTF-u oraz wzywa UE do bardziej całościowego rozwiązania dla awaryjnych funduszy w ramach tegorocznego przeglądu WRF 2014–2020. Ostrzega również przed scenariuszem, w którym to najbiedniejsze kraje, które mają najmniejszy dostęp do innych źródeł finansowania, stracą pomoc.

 
  
MPphoto
 
 

  Miriam Dalli (S&D), in writing. ‒ The role of the EU Trust Fund for Africa to help foster stability in the regions and contribute to better migration management is crucially important since it specifically aims to address the root causes of destabilisation leading to a significant number of persons fleeing their countries. It seeks to promote resilience, economic opportunities, equal opportunities and security and development. This EU trust Fund launched at the Valletta Summit, is another piece of the puzzle in the EU’s response to migration crisis and this is why I voted in favour. However, I believe that more needs to be done to ensure transparency at European Level and that Member States need to contribute more in order to really and truly address this crisis.

 
  
MPphoto
 
 

  Michel Dantin (PPE), par écrit. ‒ Ce rapport d’initiative porte sur les interrogations de l’Union soulevées par la création, la mise en œuvre et le contrôle du fond fiduciaire en matière de financement. Ce fond fiduciaire a été créé pour venir en aide aux pays africains les plus affectés et améliorer la stabilité dans ces régions. Les grandes priorités du fonds fiduciaire sont les programmes économiques, la gestion migratoire, la stabilité et enfin la gouvernance. Considérant que la collaboration avec l’Union pour l’Afrique appelle à plus de transparence, de responsabilité, de cohérence politique dans la mise en œuvre des projets, j’ai soutenu ce rapport.

 
  
MPphoto
 
 

  William (The Earl of) Dartmouth (EFDD), in writing. ‒ UKIP voted against the non-legislative report. It calls on Member States to contribute more money to African EU projects and wants to influence the day to day running of African governments. UKIP does not support increased EU influence. In addition, UKIP does not believe in the use of aid handouts but would rather see removal of trade barriers.

 
  
MPphoto
 
 

  Rachida Dati (PPE), par écrit. – J’ai soutenu ce texte sur les implications pour l'aide au développement et l'aide humanitaire du fonds fiduciaire de l’Union européenne pour l’Afrique, crée en novembre 2015 à la suite du sommet de La Valette sur la migration. Par ce fonds fiduciaire pour l’Afrique, nous souhaitons nous attaquer aux causes profondes de la crise migratoire en favorisant la stabilisation et le développement du continent africain. Nous devons néanmoins être particulièrement attentifs à ce que l’aide au développement octroyée à des pays particulièrement déstabilisés ne soit pas détournée. Je considère toutefois essentiel que par le versement de ce fonds fiduciaire pour l’Afrique, l’Union européenne obtienne des engagements pour une mise en œuvre pleine et entière des accords de réadmission afin de permettre un retour effectif des migrants en situation irrégulière en Europe.

 
  
MPphoto
 
 

  Andor Deli (PPE), írásban. ‒ A jelentés elfogadását nagyon fontosnak tartom, és magam is támogattam szavazatommal, hiszen a szükséghelyzeti alap hozzájárulhat a destabilizáció, a kényszerű lakóhelyelhagyás és az illegális migráció kiváltó okainak kezeléséhez az ellenálló-képesség, a gazdasági lehetőségek, az esélyegyenlőség, a biztonság és a fejlődés előmozdítása révén. A dokumentum az elvándorlás okainak megszüntetésére és a bajban lévők támogatásának jelentőségére hívja fel a figyelmet, hiszen a tömeges migráció újfajta humanitárius és biztonsági kihívással szembesíti Európát.

Egy olyan átlátható stratégia, amely a hatékonyabb segítségnyújtás érdekében együttműködik a nem kormányzati szervezetekkel és a jelentős helyismerettel rendelkező vezetőkkel, remélhetőleg képes lesz saját szülőföldjükön védelmet biztosítani a bajban lévőknek. A jelentés arra is felhívja a figyelmet, hogy az uniós migrációs politikáknak mindenekelőtt a migráció kiváltó okainak kezelésére kell összpontosítaniuk, bevonva a nem kormányzati szervezeteket és a civil társadalmat.

 
  
MPphoto
 
 

  Mark Demesmaeker (ECR), schriftelijk. ‒ De N-VA-delegatie heeft tegen dit verslag gestemd. Ze deelt de bezorgdheid dat het Europees noodfonds voor Afrika niet beschikt over het gewenste startkapitaal. De N-VA vindt het echter geen goed idee om het fonds in de begroting van de Europese Unie op te nemen. Ten eerste zou dit leiden tot een verhoging van de plafonds van het huidige meerjarig financieel kader, dat vastgelegd werd voor de periode 2014-2020. Ten tweede vindt de N-VA het belangrijk dat de verantwoordelijkheid bij de EU-lidstaten blijft om te beslissen hoeveel ze elk afzonderlijk bijdragen aan dit fonds, dat van cruciaal belang is in de strijd tegen irreguliere migratie. Zo behouden landen immers de nodige flexibiliteit om eigen accenten te leggen. België is een van de weinige lidstaten die zijn beloftes nakwam én een stevige duit in het zakje deed. Het is nu tijd dat ook andere landen hun verantwoordelijkheid opnemen.

 
  
MPphoto
 
 

  Isabella De Monte (S&D), per iscritto. ‒ Ritengo importante l'istituzione di un fondo fiduciario europeo per l'Africa al fine di disporre in maniera condivisa e flessibile di necessarie risorse per consentire una risposta rapida e globale al fenomeno migratorio. Il fondo garantirà un migliore equilibrio dei finanziamenti ai governi e agli attori affidabili della società civile nei paesi beneficiari. Per tali ragioni ho votato a favore di questa relazione.

 
  
MPphoto
 
 

  Tamás Deutsch (PPE), írásban. – A jelentés elfogadását nagyon fontosnak tartom és magam is támogattam szavazatommal, hiszen a szükséghelyzeti alap hozzájárulhat a destabilizáció, a kényszerű lakóhelyelhagyás és az illegális migráció kiváltó okainak kezeléséhez az ellenálló-képesség, a gazdasági lehetőségek, az esélyegyenlőség, a biztonság és a fejlődés előmozdítása révén. A dokumentum az elvándorlás okainak megszüntetésére és a bajban lévők támogatásának jelentőségére hívja fel a figyelmet, hiszen a tömeges migráció újfajta humanitárius és biztonsági kihívással szembesíti Európát. Egy olyan átlátható stratégia, amely a hatékonyabb segítségnyújtás érdekében együttműködik a nem kormányzati szervezetekkel és a jelentős helyismerettel rendelkező vezetőkkel, remélhetőleg képes lesz saját szülőföldjükön védelmet biztosítani a bajban lévőknek.

A jelentés arra is felhívja a figyelmet, hogy az uniós migrációs politikáknak mindenekelőtt a migráció kiváltó okainak kezelésére kell összpontosítaniuk, bevonva a nem kormányzati szervezeteket és a civil társadalmat.

 
  
MPphoto
 
 

  Mireille D'Ornano (ENF), par écrit. ‒ Le fonds d’affectation spéciale de l’Union européenne pour l’Afrique a été lancé lors du sommet de La Valette sur la migration le 12 novembre 2015. Ce fonds vise à agir sur les causes profondes de la déstabilisation, des déplacements forcés et des migrations des populations africaines. Néanmoins, sa mise en œuvre n’est pas optimale et ne fait l’objet d’aucun contrôle particulier. Il considère en outre la croissance démographique comme un atout, alors même que les États africains peinent à intégrer pleinement leur jeunesse sur le marché du travail. Pour toutes ces raisons, je me suis abstenue sur ce texte.

 
  
MPphoto
 
 

  Ангел Джамбазки (ECR), в писмена форма. ‒ Гласувах „въздържал се“ на доклада относно доверителния фонд на ЕС за Африка: последиците за развитието и хуманитарната помощ, тъй като цяло подкрепям идеята да се предоставят пари на африканските държави за развитие и стабилизиране на региона, но не мога да се съглася с критиките в резолюцията, че страните членки не допринасят достатъчно с пари към този фонд.

В момент, когато държавите членки все още излизат от икономическата криза и трябва постоянно да се инвестират средства за справяне с бежанската криза, страните не бива да бъдат задължавани да дават още повече пари. На всичко отгоре, последните доклади на Европейската сметна палата имат много забележки относно използването на европейските средства, най-вече в северна Африка.

Докладите критикуват европейските програми, че контролът върху изразходването на средствата е слаб и ефектът от инвестициите е много малък. Именно за това смятам, че преди Съюзът да започне да предоставя големи средства за развитие и стабилизиране, той трябва да изгради стабилни механизми за контрол, за да се намалят злоупотребите с европейски публични средства.

 
  
MPphoto
 
 

  Γεώργιος Επιτήδειος (NI), γραπτώς. ‒ Διαφωνώ με την κάθε είδους χρηματοδότηση αφρικανικών και γενικότερα τρίτων χωρών.

 
  
MPphoto
 
 

  Norbert Erdős (PPE), írásban. ‒ A jelentés elfogadását nagyon fontosnak tartom és magam is támogattam szavazatommal, hiszen a szükséghelyzeti alap hozzájárulhat a destabilizáció, a kényszerű lakóhelyelhagyás és az illegális migráció kiváltó okainak kezeléséhez az ellenálló-képesség, a gazdasági lehetőségek, az esélyegyenlőség, a biztonság és a fejlődés előmozdítása révén. A dokumentum az elvándorlás okainak megszüntetésére és a bajban lévők támogatásának jelentőségére hívja fel a figyelmet, hiszen a tömeges migráció újfajta humanitárius és biztonsági kihívással szembesíti Európát.

Egy olyan átlátható stratégia, amely a hatékonyabb segítségnyújtás érdekében együttműködik a nem kormányzati szervezetekkel és a jelentős helyismerettel rendelkező vezetőkkel, remélhetőleg képes lesz saját szülőföldjükön védelmet biztosítani a bajban lévőknek. A jelentés arra is felhívja a figyelmet, hogy az uniós migrációs politikáknak mindenekelőtt a migráció kiváltó okainak kezelésére kell összpontosítaniuk, bevonva a nem kormányzati szervezeteket és a civil társadalmat.

 
  
MPphoto
 
 

  José Manuel Fernandes (PPE), por escrito. ‒ O principal objetivo do Fundo Fiduciário da UE para África (FFUE) é ajudar a promover a estabilidade nessas regiões, contribuir para uma melhor gestão da migração e atacar as causas profundas que estão na origem da desestabilização, das deslocações forçadas e da migração irregular, através da promoção da resiliência, de oportunidades económicas, da igualdade de oportunidades, da segurança e do desenvolvimento.

1 500 milhões de pessoas em todo o mundo vivem em regiões frágeis e afetadas por conflitos e os Estados frágeis e os espaços não governados têm vindo a aumentar, ficando muitas pessoas abandonadas à pobreza, à anarquia, à corrupção galopante e à violência. Por isso, o fundo destina-se a complementar a atual ajuda da UE às regiões abrangidas num montante superior a 10 mil milhões de euros até 2020, no intuito de apoiar o crescimento económico inclusivo e sustentável.

 
  
MPphoto
 
 

  Edouard Ferrand (ENF), par écrit. ‒ Abstention: car bien que drapé dans de bonnes intentions morales, il ne tient pas compte des réalités de vie des habitants dans les PED concernés et s’inscrit dans une politique de continuation de saupoudrage de millions d’euros sans résultats escomptés.

 
  
MPphoto
 
 

  João Ferreira (GUE/NGL), por escrito. ‒ O chamado Fundo Fiduciário para África foi lançado na Cimeira de Valeta, em novembro de 2015, Cimeira que representou uma sórdida tentativa de impor aos países em desenvolvimento a submissão à desumana política migratória da UE. O Fundo é, por isso mesmo, um instrumento ao serviço deste desiderato, razão pela qual merece a nossa mais firme condenação. Esta posição é indissociável do voto de rejeição deste relatório.

Não obstante algumas boas intenções do relator e algumas preocupações genuínas que evidencia relativamente à política de cooperação e apoio ao desenvolvimento, o relatório não se consegue dissociar do Fundo e dos objetivos que presidiram à sua criação.

Neste contexto, tudo o resto passa a ser secundário, inclusivamente algumas considerações que apoiamos, seja relativamente ao Fundo Europeu de Desenvolvimento, seja relativamente à Ajuda Pública ao Desenvolvimento, nomeadamente quando se rejeita a sua transformação em instrumentos ao serviço do controlo das migrações. Ora o Fundo Fiduciário não é outra coisa senão isso, denotando ainda uma insuportável visão e ambição neocoloniais, que rejeitamos de forma contundente. O relatório não o faz nem se esperaria que o fizesse.

Saliente-se que o relatório denuncia a falta de clareza e de transparência dos critérios e do volume de financiamento para a “sociedade civil” no âmbito do Fundo Fiduciário.

 
  
MPphoto
 
 

  Raffaele Fitto (ECR), per iscritto. ‒ La solidarietà e il rispetto dei diritti umani devono continuare a rappresentare i valori fondamentali dell'Unione europea, nonché gli obiettivi da perseguire costantemente. Tuttavia, l'Europa ha bisogno di concentrare le proprie risorse e i propri sforzi selezionando i mezzi più efficaci a sua disposizione, evitando in primo luogo la frammentarietà degli strumenti finanziari che fanno capo all'Unione europea. Ho votato contro la relazione sul Fondo fiduciario per l'Africa perché vi è un rischio troppo alto di uso improprio degli aiuti allo sviluppo dell'Unione europea, in particolare in quei paesi colpiti maggiormente dai conflitti dove le questioni di sicurezza, migrazione e sviluppo sono strettamente interconnesse, trattandosi quindi di una crisi complessa e di natura pluridimensionale

 
  
MPphoto
 
 

  Monika Flašíková Beňová (S&D), písomne ‒ V novembri 2015 na summite o migrácii v maltskej Vallette podpísal predseda EK spolu s 25 členskými štátmi EÚ, Nórskom a Švajčiarskom trustový fond EÚ pre Afriku, ktorého cieľom je pomáhať pri podpore stability v regiónoch, ako aj prispieť k efektívnejšiemu riadeniu migrácie. Afrika stále prežíva vysokú mieru rastu populácie, čo vedie k prudkému nárastu populácie mladých ľudí v produktívnom veku a k možnému prínosu zo sociálneho a z hospodárskeho hľadiska. Trustový fond má byť nástrojom rozvoja, ktorý má zabezpečiť, aby EÚ mohla rýchlo a flexibilne reagovať na rôzne rozmery situácií v Afrike. Jeho cieľom je aj boj proti základným príčinám nelegálnej migrácie a vysídľovania.

 
  
MPphoto
 
 

  Lorenzo Fontana (ENF), per iscritto. ‒ Mi astengo dalla relazione in quanto potrebbe essere più incisiva e dettagliata riguardo ai progetti che si andrebbero a sviluppare.

 
  
MPphoto
 
 

  Λάμπρος Φουντούλης (NI), γραπτώς. ‒ Καταψηφίζω την έκθεση σχετικά με το καταπιστευματικό ταμείο της ΕΕ για την Αφρική: οι επιπτώσεις για την ανάπτυξη και την ανθρωπιστική βοήθεια, καθώς είμαι κάθετα αντίθετος με την κάθε είδους χρηματοδότηση αφρικανικών και γενικότερα τρίτων χωρών.

 
  
MPphoto
 
 

  Doru-Claudian Frunzulică (S&D), in writing. ‒ The main goal of the EU Trust Fund for Africa (EUTF), signed by the President of the Commission along with 25 EU Member States, as well as Norway and Switzerland, and launched at the Valetta Summit on Migration on 12 November 2015 by the European and African partners, is to help foster stability in the regions and contribute to better migration management, more specifically, the EUTF aims to address the root causes of destabilisation, forced displacement and irregular migration by promoting resilience, economic opportunities, equal opportunities, security and development.

We want to make sure the ATF, which is mainly development cooperation money, is not used for security purposes or border control, and only finances education, employment, good governance, environmental projects. This is clearly reflected in the final text. I therefore voted in favour.

 
  
MPphoto
 
 

  Мария Габриел (PPE), в писмена форма. – Гласувах за приемането на този доклад, тъй като той съдържа конструктивни препоръки за подобряване ефективността на извънредния доверителен фонд за Африка. Създаден по време на срещата на върха по въпросите на миграцията във Валета през ноември 2015 г., този инструмент символизира ангажимента на ЕС да бъдат преодолени първопричините за дестабилизацията, принудителното разселване и незаконната миграция.

Подкрепям отправения в доклада призив държавите членки да приведат вноските си в съответствие с вноската на Съюза, за да дадат възможност Доверителният фонд на ЕС да развие пълния си потенциал. Изключително важно е също така да се гарантира, че Доверителният фонд на ЕС отразява принципите на съгласуваност на политиките за устойчиво развитие и взаимно допълване между всички заинтересовани страни в сферата на развитието.

Считам, че правилата за финансиране на проекти със средства от Доверителния фонд на ЕС трябва да се определят въз основа на споделени ценности и общи интереси. Ето защо особен акцент следва да се постави на зачитането и насърчаването на правата на човека, включително правата на жените. Овластяването на жените и осигуряване на активното им участие в политическото, икономическо и социално развитие на държавите на произход е ключов елемент за укрепване на стабилността в Африка и ще допринесе за по-доброто управление на миграцията.

 
  
MPphoto
 
 

  Kinga Gál (PPE), írásban. ‒ A jelentés elfogadását nagyon fontosnak tartom és magam is támogattam szavazatommal, hiszen a szükséghelyzeti alap hozzájárulhat a destabilizáció, a kényszerű lakóhelyelhagyás és az illegális migráció kiváltó okainak kezeléséhez az ellenálló-képesség, a gazdasági lehetőségek, az esélyegyenlőség, a biztonság és a fejlődés előmozdítása révén. A dokumentum az elvándorlás okainak megszüntetésére és a bajban lévők támogatásának jelentőségére hívja fel a figyelmet, hiszen a tömeges migráció újfajta humanitárius és biztonsági kihívással szembesíti Európát. Egy olyan átlátható stratégia, amely a hatékonyabb segítségnyújtás érdekében együttműködik a nem kormányzati szervezetekkel és a jelentős helyismerettel rendelkező vezetőkkel, remélhetőleg képes lesz saját szülőföldjükön védelmet biztosítani a bajban lévőknek.

A jelentés arra is felhívja a figyelmet, hogy az uniós migrációs politikáknak mindenekelőtt a migráció kiváltó okainak kezelésére kell összpontosítaniuk, bevonva a nem kormányzati szervezeteket és a civil társadalmat.

 
  
MPphoto
 
 

  Ildikó Gáll-Pelcz (PPE), írásban. ‒ Megszavaztam a fejlesztés és a humanitárius segítségnyújtás szempontjából fontos jelentést. A szükséghelyzeti alap azért jött létre, hogy elősegítse a stabilitást Afrikában, és hozzájáruljon a tömeges bevándorlás megfelelő kezeléséhez. Nem szabad elfelejteni, hogy az uniós migrációs politikáknak mindenekelőtt a migráció kiváltó okaira kell összpontosítaniuk, fő célként pedig azt kell kitűzniük, hogy kivizsgálják és megoldják a származási országokban kialakult szegénység valódi okait.

Az uniós migrációs politikáknak a béke és a stabilitás megteremtésére, valamint a gazdasági fejlődés erősítésére kell irányulniuk, arra törekedve, hogy mindenki számára minden életkorban biztosított legyen az egészséges élet, megvalósuljon a nemek közötti egyenlőség és valamennyi nő és lány emancipációja, valamint szorosabb együttműködést kialakítva harmadik országokkal a migránsok, közöttük a magasan képzett migránsok származási országaikba való visszatérésére és újrabeilleszkedésére irányuló ösztönzők, valamint az önkéntes visszatérés és a visszafogadás ügyében, olyan módon, amely növeli lehetőségeiket.

Afrikában továbbra is nagyon magas a népességnövekedési ráta, a termékenységi arányszám pedig csak lassan csökken, és e helyzet ahhoz vezet majd, hogy már a közeljövőben meredeken emelkedni fog a fiatal munkaképes korú népesség. Ezt segítségnyújtással megfelelően kezelnünk kell, hogy társadalmi és gazdasági hasznot hozzon a kontinensen, és ne a tömeges migráció irányába vezessen.

 
  
MPphoto
 
 

  Francesc Gambús (PPE), por escrito. ‒ He votado a favor del informe siendo consciente de la vital importancia del Fondo Fiduciario de la UE para África y del potencial que puede tener el mismo en el desarrollo de dicho continente. Del mismo modo, debemos propiciar la estabilidad en esa región y contribuir a una mejor gestión de la migración, promoviendo la resiliencia, las oportunidades económicas, la igualdad de oportunidades, la seguridad y el desarrollo. No obstante, pese a su importancia, hasta le fecha las contribuciones de los Estados miembros han sido escasas, ya que representan tan solo una pequeña parte de la contribución de la UE, por lo que distan mucho de alcanzar el compromiso oficial, ya que ascendían solamente a 81,71 millones de euros en abril de 2016 (o el 4,5 % de los 1 800 millones de euros previstos). Del mismo modo, los Estados miembros no deben pasar por alto sus compromisos por lo que respecta a la consecución del objetivo de destinar el 0,7 % de la renta nacional bruta a la ayuda oficial al desarrollo (AOD).

 
  
MPphoto
 
 

  Iratxe García Pérez (S&D), por escrito. – Los socialistas españoles en el Parlamento Europeo, apoyamos la puesta en marcha de instrumentos que, además de permitir desembolsar fondos con más rapidez y flexibilidad, mejoren la coordinación de las políticas y de los instrumentos para el desarrollo. Pero esto no constituye en ningún caso un cheque en blanco para que se financie cualquier tipo de política. Con este voto hemos dejado claro que no vamos a permitir que se desvíe dinero de los objetivos de la cooperación al desarrollo. No permitiremos que se ponga en peligro la política de cooperación al desarrollo y su fin último, la erradicación de la pobreza.

Los progresistas de la Eurocámara apostamos con nuestro voto a favor, por un mayor control y por un instrumento que asegure un paso adelante de manera transparente a favor de los países africanos, a favor de su desarrollo sostenible. Lamentamos que otras fuerzas de la izquierda no se hayan unido a este llamamiento.

 
  
MPphoto
 
 

  Eider Gardiazabal Rubial (S&D), por escrito. ‒ Los socialistas españoles en el Parlamento Europeo, apoyamos la puesta en marcha de instrumentos que, además de permitir desembolsar fondos con más rapidez y flexibilidad, mejoren la coordinación de las políticas y de los instrumentos para el desarrollo. Pero esto no constituye en ningún caso un cheque en blanco para que se financie cualquier tipo de política. Con este voto hemos dejado claro que no vamos a permitir que se desvíe dinero de los objetivos de la cooperación al desarrollo. No permitiremos que se ponga en peligro la política de cooperación al desarrollo y su fin último, la erradicación de la pobreza.

Los progresistas de la Eurocámara apostamos con nuestro voto a favor, por un mayor control y por un instrumento que asegure un paso adelante de manera transparente a favor de los países africanos, a favor de su desarrollo sostenible. Lamentamos que otras fuerzas de la izquierda no se hayan unido a este llamamiento.

 
  
MPphoto
 
 

  Arne Gericke (ECR), schriftlich. ‒ Ich habe für den Bericht über den EU-Treuhandfonds für Afrika: Auswirkungen auf Entwicklung und humanitäre Hilfe gestimmt. Als Koordinator meiner EKR-Fraktion für die EU-AKP-Delegation halte ich den Fonds für ein wichtiges Instrument – auch hinsichtlich der Vermeidung neuer Fluchtursachen und Flüchtlingsströme vom afrikanischen Kontinent. Der Bericht verurteilt vollkommen zu Recht die Inaktivität vieler EU-Mitgliedstaaten, die eigentlich nochmals 1,8 Milliarden Euro in den Fonds hätten investieren sollen. Bislang wurden rund 4,5 Prozent der Mittel bezahlt – auch Deutschland steht hier weiter in der Schuld!

 
  
MPphoto
 
 

  Jens Gieseke (PPE), schriftlich. ‒ Der EU-Treuhandfonds für Afrika (EUTF) stellt ein Kernstück bei der Bewältigung der aktuellen Migrationskriese dar. Durch den EUTF werden in afrikanischen Staaten neue Wirtschaftsprogramme gefördert, wodurch sich die meist wirtschaftlich sehr prekäre Lage der Staaten nachhaltig verbessern lässt. Weiterhin trägt der EUTF wesentlich zur Stabilisierung der Regierungssysteme vor Ort bei und leistet einen erheblichen Beitrag zur Konfliktprävention. Besonders möchte ich noch darauf hinweisen, dass alle Beteiligten ihren Zusagen nachkommen müssen, damit der EUTF seine volle Wirksamkeit entfalten kann, und die Kontrollbefugnisse des Europäischen Parlamentes in diesem Kontext noch gestärkt werden müssen.

 
  
MPphoto
 
 

  Sylvie Goddyn (ENF), par écrit. ‒ Le fonds d’affectation spéciale de l’Union pour l’Afrique, mis en œuvre par le Président de la Commission européenne, 25 États membres, ainsi que la Norvège et la Suisse, a été lancé lors du sommet de La Valette des 11 et 12 novembre 2015. La contribution de l'Union européenne s'élèvera à 1,8 milliards d'euros, mais des fonds provenant des États membres et d'autres donateurs s’ajouteront pour un montant équivalent.

Ce fonds vise en principe à stabiliser les pays africains et à mieux contrôler ainsi les migrations. Il s’agit en effet de veiller à promouvoir la résilience, les débouchés économiques, la sécurité et le développement.

En réalité, ce fonds rassemblera des ressources de différents donateurs, souvent déjà existantes, afin de fournir une réponse coordonnée, plus rapide et plus flexible.

Mais l’Union européenne contrôlera-t-elle l’utilisation des fonds ? Le rapport préconise des rapports réguliers et détaillés de la part de la Commission européenne, mais si ces rapports reposent essentiellement sur les informations des autorités locales, des ONG, et des partenaires privés, cela laissera entier le problème du détournement des aides.

Je me suis donc abstenue car ce rapport relève encore du saupoudrage de fonds publics, sans se fixer d’obligation de résultats.

 
  
MPphoto
 
 

  Tania González Peñas (GUE/NGL), por escrito. ‒ Me he abstenido en la votación de este informe, porque hay aspectos del informe que son muy favorables, pero tiene aún defectos muy notables. La posición de GUE se ha tenido en cuenta en la condena del uso de los fondos para proyectos de control sin objetivos de desarrollo, el reconocimiento de las autoridades locales como actores clave, la necesidad de desarrollar los servicios públicos de los países de origen, etc.

No obstante, la vagueza de la definición del rol de las organizaciones internacionales en el informe abre la puerta a su uso para financiar «misiones militares de paz» así como formación y capacitación en el sector de la seguridad.

 
  
MPphoto
 
 

  Antanas Guoga (ALDE), in writing. ‒ I voted in favour of the report. The main goal of the EU Trust Fund (EUTF) for Africa is to help foster stability in the regions and contribute to better migration management. The EUTF aims to address the root causes of destabilisation, forced displacement and irregular migration by promoting economic opportunities, equal opportunities, security and development.

 
  
MPphoto
 
 

  Sergio Gutiérrez Prieto (S&D), por escrito. ‒ Los socialistas españoles en el Parlamento Europeo, apoyamos la puesta en marcha de instrumentos que, además de permitir desembolsar fondos con más rapidez y flexibilidad, mejoren la coordinación de las políticas y de los instrumentos para el desarrollo. Pero esto no constituye en ningún caso un cheque en blanco para que se financie cualquier tipo de política. Con este voto hemos dejado claro que no vamos a permitir que se desvíe dinero de los objetivos de la cooperación al desarrollo. No permitiremos que se ponga en peligro la política de cooperación al desarrollo y su fin último, la erradicación de la pobreza.

Los progresistas de la Eurocámara apostamos con nuestro voto a favor, por un mayor control y por un instrumento que asegure un paso adelante de manera transparente a favor de los países africanos, a favor de su desarrollo sostenible. Lamentamos que otras fuerzas de la izquierda no se hayan unido a este llamamiento.

 
  
MPphoto
 
 

  Τάκης Χατζηγεωργίου (GUE/NGL), γραπτώς. – Καταψηφίσαμε την έκθεση σχετικά με το καταπιστευματικό ταμείο της ΕΕ για την Αφρική (επιπτώσεις για την ανάπτυξη και την ανθρωπιστική βοήθεια) αφού το ταμείο συνεχίζει να είναι ένα άλλο όργανο/εργαλείο που διαιωνίζει την τρέχουσα μεταναστευτική κρίση αφού από την μια χρησιμοποιεί τα αναπτυξιακά του κονδύλια για τον έλεγχο και τη διαχείριση των μεταναστευτικών ροών ενώ από την άλλη ενισχύει την προσέγγιση του “Φρούριο Ευρώπη” (Fortress Europe).

 
  
MPphoto
 
 

  Marian Harkin (ALDE), in writing. ‒ I am happy to support this motion for resolution. The EU Trust Fund for Africa aims to address the root causes of destabilisation, forced displacement and irregular migration by promoting resilience, economic opportunities, equal opportunities, security and development. It is regrettable, however, that to date Member States’ contributions have remained too low, amounting only to a small fraction of the Union contribution and are thus far from reaching the official commitment. Member States should honour their pledges and to rapidly and effectively match the Union contribution in order to allow the trust fund to develop its full potential. I also believe that the EU must show greater coherence when acting in the field of international cooperation for development in the African region. These funds should reflect the principles of policy coherence for sustainable development and complementarity between all development stakeholders, and should avoid any contradiction between development aims and security, humanitarian and migration policies. The trust funds should contribute to achieving the long-term objectives of ensuring peace and strengthening governance in recipient countries.

 
  
MPphoto
 
 

  Brian Hayes (PPE), in writing. ‒ I voted in favour as I have no objections.

 
  
MPphoto
 
 

  György Hölvényi (PPE), írásban. ‒ A jelentés elfogadását nagyon fontosnak tartom, és magam is támogattam szavazatommal, hiszen a szükséghelyzeti alap hozzájárulhat a destabilizáció, a kényszerű lakóhelyelhagyás és az illegális migráció kiváltó okainak kezeléséhez az ellenálló-képesség, a gazdasági lehetőségek, az esélyegyenlőség, a biztonság és a fejlődés előmozdítása révén. A dokumentum az elvándorlás okainak megszüntetésére és a bajban lévők támogatásának jelentőségére hívja fel a figyelmet, hiszen a tömeges migráció újfajta humanitárius és biztonsági kihívással szembesíti Európát.

Egy olyan átlátható stratégia, amely a hatékonyabb segítségnyújtás érdekében együttműködik a nem kormányzati szervezetekkel és a jelentős helyismerettel rendelkező vezetőkkel, remélhetőleg képes lesz saját szülőföldjükön védelmet biztosítani a bajban lévőknek. A jelentés arra is felhívja a figyelmet, hogy az uniós migrációs politikáknak mindenekelőtt a migráció kiváltó okainak kezelésére kell összpontosítaniuk, bevonva a nem kormányzati szervezeteket és a civil társadalmat.

 
  
MPphoto
 
 

  Cătălin Sorin Ivan (S&D), in writing. ‒ This is only a part of the EU’s response to the migration crisis. I believe that the Funds need to be better monitored by the European Parliament.

 
  
MPphoto
 
 

  Ivan Jakovčić (ALDE), napisan. ‒ Glasao sam za Izvješće o Uzajamnom fondu EU-a za Afriku: implikacije za razvojnu i humanitarnu pomoć (2015/2341(INI)), s obzirom da je glavni cilj Uzajamnog fonda EU-a za Afriku doprinijeti stabilnosti i boljem upravljanju migracijama te riješiti temeljne uzroke destabilizacije, prisilnog raseljavanja i nezakonitih migracija promicanjem gospodarstva, sigurnosti i razvoja.

U pogledu migracija radi se o prioritetnim sektorima: razvojna korist od migracija; zakonita migracija i mobilnost; zaštita i azil; sprečavanje i borba protiv nezakonitih migracija; povratak, ponovni prihvat i reintegracija. Radi se o 1,8 milijardi eura doprinosa EU-a te se računa na jednak iznos dodatnih sredstava koji će pružiti države članice EU-a i drugi donatori.

Važno je da sredstva budu kanalizirana na transparentan način, da pomoć bude učinkovita i usmjerena tamo gdje je najpotrebnija. Podržavam prijedlog da u praćenje i nadzor upotrebe sredstava bude kvalitetnije uključen Europski parlament.

 
  
MPphoto
 
 

  Jean-François Jalkh (ENF), par écrit. ‒ Je me suis abstenu sur ce rapport car, bien que drapé dans de bonnes intentions morales, il ne tient pas compte des réalités de vie des habitants dans les pays concernés et s’inscrit dans une politique de continuation de saupoudrage de millions d’euros sans résultats escomptés.

 
  
MPphoto
 
 

  Petr Ježek (ALDE), in writing. ‒ By making financial assistance more readily and flexibly available to the African countries in need in an emergency situation, the goal of this Trust Fund is to tackle the root causes of migration. I believe that this resolution will bring about more economic opportunities and thus enhance security, development, and resilience on the continent, a key element in our quest to stabilise the migration crisis. It should be noted, however, that full transparency and monitoring of such funds needs to be ensured to prevent abuse. Despite this challenge, I look forward to our deepened collaboration with African countries and am pleased I was able to support this resolution.

 
  
MPphoto
 
 

  Marc Joulaud (PPE), par écrit. ‒ J’ai voté pour le rapport de mon collègue M. Corrao concernant le fonds d’affectation spéciale de l’Union pour l’Afrique. Ce fonds a été mis en place en 2015, il vise à aider les pays de la Corne de l’Afrique, du Sahel, de l’Afrique du Nord et du bassin du Tchad. Pour cela, quatre priorités ont été identifiées: gestion migratoire, stabilité gouvernementale, résilience et soutien économique. Il a été rappelé que cette initiative devait répondre aux exigences de transparence et de cohérence. Par cette initiative, l’Europe pose les bases pour un vrai partenariat d’avenir entre nos deux régions.

Ce rapport a été adopté à une large majorité, ce dont je me félicite.

 
  
MPphoto
 
 

  Philippe Juvin (PPE), par écrit. ‒ J’ai voté en faveur de ce rapport qui porte sur le fonds d'affectation spéciale de l'Union pour l'Afrique. Pour rappel, ce fonds fiduciaire a été créé en novembre 2015 à la suite du sommet de la Valette sur la migration.

Ce rapport aborde les questions relatives au financement, à la mise en œuvre et au contrôle de ce fonds fiduciaire, qui vise à aider les pays africains les plus touchés, à savoir la Corne de l’Afrique, le Sahel et le bassin du Tchad ainsi que l’Afrique du Nord. Quatre priorités sont notamment identifiées: programmes économiques, résilience, gestion migratoire, stabilité et gouvernance. Il appelle par ailleurs à plus de transparence et de cohérence.

Il est important que l’Union européenne s’attaque enfin aux causes profondes de l’immigration d’origine africaine et cible spécifiquement les pays les plus en difficulté.

 
  
MPphoto
 
 

  Εύα Καϊλή (S&D), γραπτώς. ‒ Υπερψήφισα την έκθεση σχετικά με το καταπιστευματικό ταμείο της ΕΕ για την Αφρική διότι συμφωνώ με τον εισηγητή ότι το καταπιστευματικό ταμείο της ΕΕ για την Αφρική θα πρέπει να συμβάλει στην ανάπτυξη των χωρών διέλευσης και καταγωγής των μεταναστών, στην ενίσχυση και τη βελτίωση των τοπικών δημόσιων υπηρεσιών (κοινωνικές υπηρεσίες, υγεία, εκπαίδευση, διατροφή, πολιτισμός) και της πολιτικής συμμετοχής και διακυβέρνησης, κυρίως μέσω έργων που εστιάζουν στην κοινότητα, όπως επίσης και ότι το ταμείο θα πρέπει να συμβάλει στην ανάπτυξη της απασχόλησης σε τοπικούς τομείς, με σεβασμό προς τα ανθρώπινα δικαιώματα και το περιβάλλον.

 
  
MPphoto
 
 

  Jarosław Kalinowski (PPE), na piśmie. ‒ Mając na uwadze kryzys migracyjny widać, że pomoc dla krajów afrykańskich ma duże znaczenie i może przyczynić się do zahamowania nielegalnej migracji do UE. Ważnym aspektem jest wspieranie stabilizacji i rozwoju gospodarczego w tych państwach, gdyż to właśnie brak możliwości godziwych zarobków i poczucia bezpieczeństwa zmusił wielu ludzi do emigracji.

Głównym warunkiem zapewnienia rozwoju gospodarczego jest pokój i stabilizacja. W tym celu należy wspierać kraje afrykańskie w budowaniu państwa, szerzeniu praworządności i zapobieganiu konfliktom. Duże znaczenie ma także rozwój zatrudnienia w lokalnych sektorach i gwarancja znalezienia pracy, a także zapobieganie eksploatacji zasobów ludzkich przez zagraniczne przedsiębiorstwa.

W sytuacji ciągłego wzrostu populacji trzeba zapewnić odpowiednie warunki ludziom młodym. Powinni mieć oni możliwość zdobywania edukacji oraz perspektywę zatrudnienia, co prowadzi do stałego wzrostu gospodarczego. Ponadto trzeba dążyć do zapewnienia podstawowych usług publicznych, takich jak dostęp do medycyny, bezpiecznej żywności i wody.

Nie można też zapominać o prawach podstawowych migrantów. Działania podjęte przez UE powinny skupiać się na pomocy humanitarnej, a także na zwalczaniu nielegalnych szlaków migracyjnych i handlu ludźmi. Należy także promować działania zachęcające do powrotu do kraju i reintegracji w państwach pochodzenia.

 
  
MPphoto
 
 

  Barbara Kappel (ENF), schriftlich. ‒ Ich stimme gegen den vorliegenden Bericht. Die inhaltliche Ausgestaltung des Treuhandfonds ist nicht ausreichend wirksam, um eine Begrenzung von Abwanderung aus Afrika durch Investition zu erreichen. So werden Maßnahmen zur Fluchtprävention grundsätzlich vernachlässigt, wie z. B. eine ordentliche Grenzsicherung bzw. Kontrolle in diesen Staaten.

 
  
MPphoto
 
 

  Afzal Khan (S&D), in writing. ‒ I support the Commission’s efforts to address the problem of global migratory flows, but stress that efforts to address this problem should not take resources away from development funds concentrating on the root causes of migration. I voted in favour of the report as it calls for steps to be taken so that the Trust Funds are better monitored by the European Parliament, because they currently lack transparency in their use.

 
  
MPphoto
 
 

  Kateřina Konečná (GUE/NGL), písemně. ‒ Dne 13. září 2016 jsme na plenárním zasedání hlasovali o zprávě o svěřeneckém fondu EU pro Afriku: důsledky pro rozvoj a humanitární pomoc. Zde se dle mého názoru dostáváme k jednomu z kořenů současné migrační krize. Jistě víte, že dlouhodobě prosazuji tezi řešit problémy, jež k nám ženou lidi z jiných kultur i zemí, přímo v ohniscích problémů, tedy u nich doma. To lze zajistit pouze tak, že se vyřeší nebo alespoň velmi zmírní aktuálně probíhající konflikty v těchto zemích a zároveň se také výrazně zvýší úroveň života a vyhlídky do budoucna jejich obyvatel. K tomu by samozřejmě měly pomáhat i různé rozvojové fondy EU. I když jsou finanční alokace z toho svěřeneckého fondu soustředěny na nejméně rozvinuté země, rozvinutí občanské společnosti, spolupráci místních úřadů s mezinárodními organizacemi i závazky v oblasti lidských práv, je spousta oblastí, kde současné nastavení selhává. Finanční pomoc poskytovaná v této oblasti by měla být zaměřena především na řešení skutečných příčin chudoby v zemích původu současných migrantů, jako je drancování a využívání lidských a přírodních zdrojů ze strany nadnárodních společností, zabírání půdy, podpora některých států pro autokratické a zkorumpované vlády nebo obchodu se zbraněmi. Proto jsem se rozhodla zdržet se při hlasování.

 
  
MPphoto
 
 

  Ádám Kósa (PPE), írásban. ‒ A jelentés elfogadását nagyon fontosnak tartom, és magam is támogattam szavazatommal, hiszen a szükséghelyzeti alap hozzájárulhat a destabilizáció, a kényszerű lakóhelyelhagyás és az illegális migráció kiváltó okainak kezeléséhez az ellenálló-képesség, a gazdasági lehetőségek, az esélyegyenlőség, a biztonság és a fejlődés előmozdítása révén. A dokumentum az elvándorlás okainak megszüntetésére és a bajban lévők támogatásának jelentőségére hívja fel a figyelmet, hiszen a tömeges migráció újfajta humanitárius és biztonsági kihívással szembesíti Európát.

Egy olyan átlátható stratégia, amely a hatékonyabb segítségnyújtás érdekében együttműködik a nem kormányzati szervezetekkel és a jelentős helyismerettel rendelkező vezetőkkel, remélhetőleg képes lesz saját szülőföldjükön védelmet biztosítani a bajban lévőknek. A jelentés arra is felhívja a figyelmet, hogy az uniós migrációs politikáknak mindenekelőtt a migráció kiváltó okainak kezelésére kell összpontosítaniuk, bevonva a nem kormányzati szervezeteket és a civil társadalmat.

 
  
MPphoto
 
 

  Stelios Kouloglou (GUE/NGL), in writing. ‒ In November 2015, the Emergency Fund for Africa was launched. The aim of this fund is to tackle the root causes of irregular migration and displacement in countries of origin, transit and destination. However, GUE/NGL believes that this fund is another instrument which reinforces the externalisation of borders and the set-up of Europe as a fortress. Some good points of this report are: the references to use the fund for return and readmission programs, the necessity of strengthening and improving local public services, last but not least, the idea that EU migration policies should have as main objectives to investigate and solve real causes of impoverishment in the countries of origin. For all these reasons I voted abstention.

 
  
MPphoto
 
 

  Cécile Kashetu Kyenge (S&D), per iscritto. ‒ Il Fondo fiduciario per l'Africa rischia di rimanere uno strumento vuoto se alla promessa degli impegni non farà seguito un'azione concreta da parte degli Stati membri. Sono infatti irrisori i contributi nazionali che ad oggi sono stati stanziati: solo 81,71 milioni di euro, neanche il 5% dell'importo di 1,8 miliardi di euro previsto. Il Fondo fiduciario dell'UE si propone di affrontare le cause profonde della destabilizzazione, dei trasferimenti forzati e della migrazione irregolare promuovendo la resilienza, le prospettive economiche, le pari opportunità, la sicurezza e lo sviluppo. Per la realizzazione di questi obiettivi noi chiediamo che le promesse e gli impegni si tramutino in azioni concrete. E ricordiamo alla Commissione che il fondo fiduciario per l'Africa dovrebbe contribuire allo sviluppo nei paesi di transito e di origine dei migranti, nonché al rafforzamento e al miglioramento dei servizi pubblici locali principalmente attraverso progetti basati sulle comunità. Noi riteniamo che il Fondo dovrebbe contribuire a creare occupazione in settori locali, garantendo il rispetto dei diritti umani e la tutela dell'ambiente. La Commissione dovrebbe monitorare come sono impiegate le risorse del Fondo e le modalità di assegnazione mentre quest'Aula dovrebbe esercitare una funzione di controllo sulle modalità di applicazione

 
  
MPphoto
 
 

  Ilhan Kyuchyuk (ALDE), in writing. ‒ The EU Trust Fund for Africa (EUTF) is a very important development tool that pools together resources from different donors in order to enable a quick, flexible, and collective EU response to the different dimensions of an emergency situation. In particular, the EUTF aims to address the root causes of destabilisation, forced displacement and irregular migration by promoting resilience, economic opportunities, equal opportunities, security and development in 23 countries across three African regions (the Horn of Africa, the Sahel and Lake Chad basin; and North Africa). However, to achieve its goals and to be effective, the EUTF should provide a better balance of funding for recipient country governments and especially for reliable civil society actors, who tend to be more aware of societal deficiencies which are in need of support.

 
  
MPphoto
 
 

  Gilles Lebreton (ENF), par écrit. ‒ Je me suis abstenu sur ce rapport car c’est un catalogue de bonnes intentions sans portée concrète, de surcroît naïf sur l’immigration.

 
  
MPphoto
 
 

  Marine Le Pen (ENF), par écrit. ‒ Je me suis abstenue sur le rapport intitulé «Fonds d'affectation spéciale de l'UE pour l'Afrique: implications pour l'aide au développement et l'aide humanitaire». Malgré des aspects volontaristes, ce rapport s’inscrit dans une logique de financements à l’aveugle, sans contrôles ni a posteriori, ni à priori de la bonne utilisation et gestion des fonds, l’UE préférant se décharger sur les autorités locales et un partenariat avec le secteur privé, dans un hypothétique espoir de transfert de charges à venir dans le cadre de la politique de développement. Ce rapport voit la croissance démographique comme un atout dans les zones en voie de développement, alors que les politiques d’emploi et de formation des jeunes sont très en retard par rapport aux objectifs de développement fixés et que l’avenir est incertain pour les jeunes générations, plus enclines à déserter leur pays pour s’installer en Europe.

 
  
MPphoto
 
 

  Philippe Loiseau (ENF), par écrit. ‒ Comme souvent avec cette commission, les intentions sont bonnes (telles que l’aide au développement des pays d’émigration afin de stopper l’hémorragie migratoire), mais diluées dans des propositions trop peu concrètes en termes de contrôle de ces aides, d’évaluation des résultats et de réelle volonté politique de mettre fin à l’afflux migratoire.

Dans le but à la fois de saluer le concept sous-jacent du rapport et de dénoncer le manque d'implication concrète induite par ce texte, j'ai choisi l'ABSTENTION.

 
  
MPphoto
 
 

  Javi López (S&D), por escrito. ‒ Los socialistas españoles en el Parlamento Europeo, apoyamos la puesta en marcha de instrumentos que, además de permitir desembolsar fondos con más rapidez y flexibilidad, mejoren la coordinación de las políticas y de los instrumentos para el desarrollo. Pero esto no constituye en ningún caso un cheque en blanco para que se financie cualquier tipo de política. Con este voto hemos dejado claro que no vamos a permitir que se desvíe dinero de los objetivos de la cooperación al desarrollo. No permitiremos que se ponga en peligro la política de cooperación al desarrollo y su fin último, la erradicación de la pobreza.

Los progresistas de la Eurocámara apostamos con nuestro voto a favor, por un mayor control y por un instrumento que asegure un paso adelante de manera transparente a favor de los países africanos, a favor de su desarrollo sostenible. Lamentamos que otras fuerzas de la izquierda no se hayan unido a este llamamiento.

 
  
MPphoto
 
 

  Paloma López Bermejo (GUE/NGL), por escrito. ‒ He votado en contra de este informe porque considero que es insuficientemente crítico con el Fondo Fiduciario de la Unión para África, un instrumento que no contribuye al desarrollo o la cooperación con los países africanos, ni al fomento de los derechos humanos en la política exterior de la Unión. Por el contrario, se trata de fondos destinados a que los países africanos se incorporen al proyecto de la Europa fortaleza, diseñada para impedir físicamente que los migrantes y refugiados puedan llegar a Europa.

 
  
MPphoto
 
 

  Antonio López-Istúriz White (PPE), por escrito. ‒ Me gustaría destacar la importancia que tiene el Fondo Fiduciario de Emergencia de la Unión para la estabilidad y para abordar las causas profundas de la migración irregular y de las personas desplazadas en África. El objetivo del mismo, es contribuir a impulsar la estabilidad de ciertas regiones africanas y ayudarlas a mejorar la gestión de la migración. En concreto, pretende hacer frente a las causas profundas de la desestabilización, el desplazamiento forzoso y la migración irregular, promoviendo la igualdad de oportunidades y las oportunidades económicas, la seguridad y el desarrollo.

Mi país, España, apoyó la creación de este fondo y fue uno de los primeros países en anunciar su contribución. El interés sin embargo es común, tanto desde el punto de vista migratorio, como de desarrollo.

Por las razones anteriormente expuestas, doy mi voto positivo para la aprobación de este informe, y confío, que reforzará las capacidades que tienen estos países en la lucha contra la raíz de la migración irregular.

 
  
MPphoto
 
 

  Mairead McGuinness (PPE), in writing. ‒ I support this report, which looks for more transparency and accountability for the EU Trust Fund for Africa, which addresses the root causes of destabilisation, displacement and irregular migration.

 
  
MPphoto
 
 

  Petr Mach (EFDD), písemně. ‒ Hlasoval jsem proti. Nesouhlasím s navyšováním rozvojové pomoci Africe. Zastávám princip Trade, not Aid – africké země potřebují, aby EU odstranila dovozní kvóty a cla, ne aby tam posílala milodary.

 
  
MPphoto
 
 

  Andrejs Mamikins (S&D), in writing. ‒ I regretted the fact that to date Member States’ contributions to Africa have remained too low. We live in a very connected world and if we do not support the development of Third World states its means that such indifference will return like a boomerang and will hit us. A shining example is the current refugee crisis. It cannot be resolved without wise strategic decisions. One of the instruments for such strategic decisions is the EU Trust Fund for Africa.

 
  
MPphoto
 
 

  Vladimír Maňka (S&D), písomne ‒ V novembri 2015 bol zriadený trustový fond EÚ pre Afriku ako doplnkový fond už existujúcich rozvojových fondov. Jeho cieľom je podporovať hospodársku, sociálnu, ekonomickú a politickú stabilitu v regiónoch Afriky a prispievať tak k lepšiemu riešeniu problémov migrácie. Príspevok EÚ predstavuje 1,8 miliardy €, pričom Komisia môže získať aj ďalšie zdroje od členských štátov a ďalších darcov. Napriek zložitosti a širokému spektru problémov Afriky pokladám za zásadnú vec, aby uvoľňovanie alokovaných zdrojov prebiehalo cielene, transparentne a efektívne. Všetky dotknuté orgány a organizácie sa musia cielene zamerať na riešenie príčiny krízy v jednotlivých regiónoch Afriky a vytvoriť kontrolné mechanizmy, aby nedošlo k zneužitiu zdrojov na korupciu, politickú, hospodársku a ekonomickú kriminalitu a na nezákonné vojenské vyzbrojovanie.

 
  
MPphoto
 
 

  Louis-Joseph Manscour (S&D), par écrit. ‒ Le fonds d'affectation spéciale de l'UE pour l'Afrique (EUTF), lancé le 12 novembre 2015 lors du sommet UE-Afrique de La Valette, a pour but de favoriser la stabilité politique dans les différentes régions du continent africain et de contribuer à une meilleure gestion des flux migratoires. L’EUTF vise plus précisément à traiter les causes profondes des déplacements forcés et la migration irrégulière en favorisant la résilience, l’accès à l’emploi, l’égalité des chances, la sécurité et le développement.

Si ce rapport estime l’initiative positive, il souligne néanmoins que l'EUTF, en grande partie financé par l’enveloppe européenne dédiée au développement, ne saurait être utilisé à des fins de sécurité ou de contrôle des frontières. En effet, l’EUTF doit soutenir en priorité l’accès à l'éducation et à l'emploi, la bonne gouvernance et des projets environnementaux.

Cette idée motrice est parfaitement reflétée dans le texte final, je soutiens donc ce rapport.

 
  
MPphoto
 
 

  Νότης Μαριάς (ECR), γραπτώς. ‒ Ψηφίζω υπέρ της έκθεσης σχετικά με το καταπιστευματικό ταμείο της ΕΕ για την Αφρική: οι επιπτώσεις για την ανάπτυξη και την ανθρωπιστική βοήθεια, για τους λόγους που ανέφερα αναλυτικά στην Ομιλία μου στην Ολομέλεια του Ευρωπαϊκού Κοινοβουλίου στο Στρασβούργο στις 12/9/2016, καθώς και διότι η εν λόγω έκθεση είναι πλήρης και τεκμηριωμένη.

 
  
MPphoto
 
 

  Dominique Martin (ENF), par écrit. ‒ Je me suis abstenu sur ce texte.

Nous approuvons les raisons pour lesquelles ces aides sont débloquées. En effet, le fonds d'affectation spéciale de l'Union européenne vise à s'attaquer aux causes profondes de la déstabilisation, des déplacements forcés et de la migration clandestine. Il veille à promouvoir la résilience, les débouchés économiques, la sécurité et le développement. Mais d’une part, il n’y a aucun contrôle de ces aides et, d’autre part, elles s’inscrivent dans une logique de financements à l’aveugle, ce contre quoi nous luttons.

 
  
MPphoto
 
 

  Jiří Maštálka (GUE/NGL), písemně. ‒ Dnes jsme hlasovali o zprávě, která se týká svěřeneckého fondu pro Afriku, který byl založen po summitu ve Vallettě v roce 2015. Účelem tohoto fondu by mimojiné měla být možnost uvolnit prostředky v nouzových situacích rychleji a pružněji, např. ve spojení s migrační krizí. Ve zprávě se zárověň kriticky vyjadřujeme k postupu Komise, která se dopustila porušení finančních pravidel, když využívala pouze svěřenecký fond. Voláme tedy po nápravě. Zároveň ve zprávě varujeme před rizikem zneužívání rozvojové pomoci EU, a to zejména v zemích zasažených konflikty, a připomínáme, že prostředky musí být využívány na rozvojové účely a sledovat striktně rozvojové cíle se zaměřením na snižování chudoby, zvyšování stabiloty a bezpečnosti v daných zemích. Zprávu jsem při hlasování podpořil.

 
  
MPphoto
 
 

  Gabriel Mato (PPE), por escrito. ‒ El Fondo Fiduciario de la Unión para África fue creado para propiciar la estabilidad en esas regiones y contribuir a una mejor gestión de la migración.

Desde la Unión nos comprometimos a abordar las causas profundas de la desestabilización, el desplazamiento forzoso y la migración irregular, promoviendo la resiliencia, las oportunidades económicas, la igualdad de oportunidades, la seguridad y el desarrollo.

Mi apoyo al informe sobre este Fondo y sus repercusiones sobre el desarrollo y la ayuda humanitaria, en el que proponemos acciones para mejorar el uso de esta herramienta, que debe seguir siendo útil para cumplir con los objetivos con los que nació.

 
  
MPphoto
 
 

  Κώστας Μαυρίδης (S&D), γραπτώς. ‒ Υπερψηφίζω το ψήφισμα που σχετίζεται με το καταπιστευματικό ταμείο της ΕΕ για την Αφρική σε θέματα που σχετίζονται με τις επιπτώσεις για την ανάπτυξη και την ανθρωπιστική βοήθεια και πιστεύω ότι είναι απαραίτητο να εξευρεθεί μια λύση πιο ολοκληρωμένη για τις επείγουσες χρηματοδοτήσεις στο πλαίσιο της αναθεώρησης του Πολυετούς Δημοσιονομικού πλαισίου (ΠΔΠ). Θα πρέπει να δημιουργηθούν νέες πιστώσεις και να διασφαλιστεί η διαφάνεια σε θέματα που αφορούν την προέλευση και τον προορισμό των πόρων. Επιπλέον, τονίζω ότι θα πρέπει να επιτευχθεί και να υπάρχει μια ισορροπία στη χρηματοδότηση που λαμβάνουν οι κυβερνήσεις των χωρών σε θέματα που σχετίζονται με την ευαισθητοποίηση των πολιτών. Θα πρέπει οι χώρες να αξιοποιήσουν πλήρως το καταπιστευματικό ταμείο και να υπάρχει μια ευελιξία αλλά και γρήγορη προσέγγιση σε σοβαρές κρίσεις. Τέλος, υπερψηφίζω το ψήφισμα αυτό και υποστηρίζω ότι η Επιτροπή θα πρέπει να λειτουργεί πιο εποπτικά ιδιαίτερα σε τομείς της ανάπτυξης και της καταπολέμησης των παράνομων διακινητών και να προβούν σε απαραίτητες συμφωνίες με τις χώρες σχετικά με το καταπιστευματικό ταμείο.

 
  
MPphoto
 
 

  Georg Mayer (ENF), schriftlich. ‒ Dieser Bericht möchte die Unterstützungsprogramme in Afrika ausbauen, um die Abwanderung nach Europa zu stoppen. Dies ist grundsätzlich wünschenswert, jedoch stimme ich dem Bericht in einigen Punkten nicht zu. Daher kann ich diesen Bericht nicht unterstützen.

 
  
MPphoto
 
 

  Jean-Luc Mélenchon (GUE/NGL), par écrit. ‒ Une nouvelle forme de fonds européens devient à la mode à Bruxelles. Pour «lutter contre les causes profondes de la migration irrégulière» d’Afrique, les États et la Commission ont convenu d’un «fonds fiduciaire» urgent. Il redirige les finances des instruments de l’Union et des aides publiques des États dévolus à la politique de développement vers un conseil d’administrateurs qui sera chargé de décider de projets à financer aussi variés que les retours des migrants et les opérations de sécurité et de défense. Dans une opacité la plus totale, en dehors du cadre budgétaire communautaire et aux dépens des projets de développement donc. Le Parlement ne siège évidemment pas dans ce conseil et ne peut ici que pointer ces risques, en demandant des rapports de suivi et d’impact. Il demande d’élever les contributions au développement dans le cadre du budget communautaire sur lequel il a droit de regard, pour se concentrer davantage sur le développement des économies locales et la lutte contre le chômage qui sont, avec les crises, les principaux moteurs du déplacement de populations. Je reconnais ce travail critique et fourni, mais je m’oppose totalement à ce fonds, qu’il entérine au final. Je vote contre.

 
  
MPphoto
 
 

  Joëlle Mélin (ENF), par écrit. ‒ Comme souvent dans cette commission, de bonnes intentions (tel que l’aide au développement des pays d’émigration afin de stopper l’hémorragie migratoire), mais mélangées à des propositions trop peu concrètes en terme de contrôle de ces aides, d’évaluation des résultats et de réelle volonté politique de mettre fin à l’afflux migratoire.

Par conséquent, je me suis abstenue sur ce dossier.

 
  
MPphoto
 
 

  Nuno Melo (PPE), por escrito. ‒ O principal objetivo do Fundo Fiduciário da UE para África (FFUE) é ajudar a promover a estabilidade nessas regiões e contribuir para uma melhor gestão da migração. Mais especificamente, o FFUE visa atacar as causas profundas que estão na origem da desestabilização, das deslocações forçadas e da migração irregular, através da promoção da resiliência, de oportunidades económicas, da igualdade de oportunidades, da segurança e do desenvolvimento.

O FFUE pretende ser um instrumento de desenvolvimento que reúne recursos provenientes de diversos doadores, a fim de permitir que a União Europeia dê uma resposta rápida, flexível, complementar, transparente e coletiva a uma situação de emergência nas suas diversas vertentes. É, assim, necessário continuar a apoiar os países africanos no seu desenvolvimento. Daí o meu voto favorável.

 
  
MPphoto
 
 

  Roberta Metsola (PPE), in writing. ‒ Whilst the report outlined positive ways in which the Union can further its support for African migration management, I could not support the final version of the text, which contained unacceptable references to abortion.

 
  
MPphoto
 
 

  Louis Michel (ALDE), par écrit. – Par le truchement du fonds d’affectation spéciale pour l’Afrique, l’Union européenne vise à s'attaquer aux causes profondes de la déstabilisation, des déplacements forcés et de la migration clandestine en veillant à promouvoir la résilience, les débouchés économiques et l'égalité des chances, la sécurité et le développement. J’insiste pour que l’argent du développement serve les objectifs du développement. Il faut donc distinguer les enveloppes financières pour les activités de développement de celles destinées à la gestion de la migration, du contrôle des frontières, etc. Doté actuellement d’1,8 milliard d’euros de la Commission et de 81,71 millions d’euros dans le chef des États membres, de la Norvège et de la Suisse, ce fonds devrait attendre les 3,6 milliards d’euros. J’espère vivement que les gouvernements feront écho à l’appel de Jean-Claude Juncker pour que les contributions des États membres atteignent un montant identique à celui de la Commission. Quant au niveau du montant global alloué aux 23 pays du continent africain,... on peut s’interroger sur le montant alloué quand on sait que l’Éthiopie accueille plus de 820 000 réfugiés et représente à ce titre le premier pays d’accueil des réfugiés en Afrique et un pays de transit pour bon nombre d’Érythréens, de Somaliens et de Sud-Soudanais en quête d’Europe.

 
  
MPphoto
 
 

  Csaba Molnár (S&D), írásban. ‒ A Fejlesztési Bizottság állásfoglalás-tervezetét a migrációs válság aktuális fejleményei inspirálták. Az afrikai stabilitással és az irreguláris migráció okainak kezelésével foglalkozó szükséghelyzeti alapot a 2015. november 11–12-én tartott vallettai migrációs csúcsértekezleten hozták létre; célja a destabilizáció, a kényszerű lakóhelyelhagyás és az illegális migráció kiváltó okainak kezelése az ellenálló-képesség, a gazdasági lehetőségek, az esélyegyenlőség, a biztonság és a fejlődés előmozdítása révén. Öt kiemelt területre összpontosít:

1) a migrációnak köszönhető előnyök kibontakoztatása;

2) legális migráció és mobilitás;

3) védelem és menedékjog;

4) az illegális migráció megelőzése és az ellene vívott küzdelem;

5) visszatérés, visszafogadás és újrabeilleszkedés.

Az állásfoglalás-tervezet számba veszi a pénzügyi lehetőségeket, a civil társadalom, a nem kormányzati szervezetek, a helyi hatóságok és a nemzetközi szervezetek szerepét, kitér a legkevésbé fejlett országok finanszírozására, átláthatóságot és egyértelműséget sürget a célkitűzések eredményesebb megvalósítása érdekében és kiemeli az uniós politikák koherenciája, valamint az emberi jogok melletti elkötelezettség fontosságát. A tervezet elfogadását támogattam.

 
  
MPphoto
 
 

  Bernard Monot (ENF), par écrit. ‒ L'objectif principal du fonds d’affectation spéciale de l'Union européenne pour l'Afrique vise à favoriser la stabilité dans ces régions et à contribuer à mieux gérer la migration. Il entend s'attaquer aux causes profondes de la déstabilisation, des déplacements forcés et de la migration clandestine en veillant à promouvoir la résilience, les débouchés économiques, la sécurité et le développement. Malgré des aspects volontaristes, ce rapport s’inscrit dans une logique de financements à l’aveugle, sans contrôles ni a posteriori, ni à priori de la bonne utilisation et gestion des fonds, l’UE préférant se décharger sur les autorités locales et sur un partenariat avec le secteur privé. Ce rapport voit la croissance démographique comme un atout dans les zones en voie de développement alors que les politiques d’emploi et de formation des jeunes sont très en retard par rapport aux objectifs de développement fixés et que l’avenir est incertain pour les jeunes générations, plus enclines à déserter leur pays pour l’Occident en vue d’une vie meilleure qu’à construire l’avenir de celui-ci. Abstention.

 
  
MPphoto
 
 

  Cláudia Monteiro de Aguiar (PPE), por escrito. ‒ O principal objetivo do Fundo Fiduciário da UE para África (FFUE) é ajudar a promover a estabilidade nessas regiões e contribuir para uma melhor gestão da migração. Mais especificamente, o FFUE visa abordar as causas profundas que estão na origem das deslocações forçadas e da migração irregular, através da promoção da resiliência, de oportunidades económicas, da igualdade de oportunidades, da segurança e do desenvolvimento.

Defendo que a disponibilização de fundos deverá ser mais célere e flexível em situações de emergência e conjugar várias fontes de financiamento para fazer face à crise da migração e dos refugiados nas suas múltiplas dimensões.

Subscrevo que a transparência, a comunicação e a visibilidade dos projetos desenvolvidos no quadro do FFUE são da maior importância para a divulgação dos resultados e a participação e sensibilização dos intervenientes privados europeus, das autoridades regionais e locais, das ONG e da sociedade civil, a fim de criar condições para um maior envolvimento e facilitar a participação dos Estados-Membros.

Entendo ser fundamental assegurar um controlo rigoroso da aplicação das disposições sobre a redistribuição, a substituição nos países de origem e os compromissos financeiros dos Estados-Membros, prestando especial atenção aos direitos humanos.

 
  
MPphoto
 
 

  Sophie Montel (ENF), par écrit. ‒ Ce rapport concerne le fonds d’affectation spéciale de l’UE pour l’Afrique dont l’objectif est de favoriser la stabilité dans ces régions, à contribuer à mieux gérer la migration, à s'attaquer aux causes de la déstabilisation, des déplacements forcés et de la migration clandestine en veillant à promouvoir les débouchés économiques, la sécurité et le développement. Cependant, le manque de contrôle des financements et d’évaluation de leurs résultats transforment cette idée en un vaste système de saupoudrage inefficace. C’est pourquoi je me suis abstenue lors du vote de ce texte.

 
  
MPphoto
 
 

  Claude Moraes (S&D), in writing. ‒ I voted in favour of the report; the Africa Trust fund is one piece in the puzzle of the EU’s response to the migration crisis. It is disappointing, however, that Member States (including the UK Government) have not matched the EU’s efforts in contributing to the trust fund. We support the Commission’s efforts to address the problem of global migratory flows, but stress that efforts to address this problem should not take resources away from development funds concentrating on the root causes of migration. This report calls for steps to be taken so that the Trust Funds are better monitored by the European Parliament, because they currently lack transparency in their use.

 
  
MPphoto
 
 

  Nadine Morano (PPE), par écrit. ‒ J’ai voté en faveur de ce rapport d’initiative relatif au financement et à la mise en œuvre d’un fonds fiduciaire créé en 2015 et relatif à la migration. Un tel dispositif est essentiel car il a pour priorité le développement de l’Afrique. Cela est nécessaire pour permettre aux populations de rester chez elles et d’y avoir un avenir possible.

 
  
MPphoto
 
 

  Elisabeth Morin-Chartier (PPE), par écrit. ‒ J’ai voté en faveur de ce rapport concernant le fonds d’affectation spéciale de l’Union européenne pour l’Afrique quant à ses implications pour l’aide au développement humanitaire. Ce fonds permet d’apporter une aide dans trois régions africaines pour gérer les questions de migration, de sécurité et de développement. Il se base à cet égard sur trois piliers: les programmes économiques, la résilience, la gestion migratoire ainsi que la stabilité et la gouvernance.

 
  
MPphoto
 
 

  József Nagy (PPE), írásban. ‒ Támogatom a jelentést. Az Uniós Szükséghelyzeti Alap Afrikáért elnevezésű alapot az afrikai és európai állam- és kormányfők vallettai, migrációs ügyekről szóló csúcsértekezletét követően hozták létre. A jelentés felhívja a figyelmet arra, hogy a migrációs problémák megoldására magukban a származási országokban is megoldást kell keresni. Felhívja a Bizottságot, hogy bizonyítékokon alapuló szemlélet alapján rendszeresen ellenőrizze a források felhasználását és az ellenőrzéshez kapcsolódóan a Parlamentnek is biztosít jogköröket. A jelentés rámutat arra, hogy az alap forrásainak felhasználásakor szorosan együtt kell működni a regionális és helyi hatóságokkal, valamit a civil és nem kormányzati szervekkel, akik rendkívüli tudásbázissal rendelkeznek az adott terülteken.

 
  
MPphoto
 
 

  Victor Negrescu (S&D), in writing. ‒ I have voted for this motion for a resolution regarding the EU Trust Fund for Africa that will continue to foster stability with a special focus on the disbursement of funds more quickly and flexibly in case of an emergency situation.

 
  
MPphoto
 
 

  Luděk Niedermayer (PPE), písemně. ‒ Zpráva se týká jednoho ze tří svěřeneckých fondů EU, které jsou nezbytné k zajištění rychlé a komplexní reakce na humanitární krize, včetně krizí dlouhodobé povahy. Bohužel však finanční příspěvky členských států jsou stále příliš nízké, když činí pouze malý zlomek příspěvku Unie, a ani zdaleka tak nedosahují výše přijatého závazku, konkrétně pouze 4,5 % z deklarované 1,8 miliardy EUR. Aby byla zjištěna plná efektivita, je třeba uvolňovat prostředky v nouzových situacích rychleji a pružněji a shromažďovat různé zdroje financování s cílem řešit migrační a uprchlickou krizi v jejích mnohočetných dimenzích. Pokud nebudou země Unie ochotny více investovat do podobných cílů a nepodaří se nám přispět ke zlepšení kvality života v těchto částech světa, nebude překvapením, pokud se opět zásadně zvýší snaha tamních lidí na hledání nového, lepšího života v EU.

 
  
MPphoto
 
 

  Liadh Ní Riada (GUE/NGL), in writing. – This own initiative report aims to address existing failures in the use of the EU’s ‘Emergency Trust Fund for stability and addressing root causes of irregular migration and displaced persons in Africa’ made up of EU financing and contributions from Member States. It highlights the fact that only 4.5% of the pledged funds have actually been received. But while it states it aims to promote legal migration and asylum, as well as addressing causes of displacement such as the arms trade, the Trust Fund is being used as another instrument to re-allocate and use development funds for control and management of migration flows without any development benefit. The report reinforces this as well as the general ‘Fortress Europe’ set-up. Due to these negative elements in the report I could not vote in favour of the overall report but abstained.

 
  
MPphoto
 
 

  Franz Obermayr (ENF), schriftlich. ‒ Dieser Bericht möchte die Unterstützungsprogramme in Afrika ausbauen, um die Abwanderung nach Europa zu stoppen. Bisher haben jedoch genau diese Projekte Migrationsbewegungen verursacht. Aus diesem Grund unterstütze ich diesen Bericht nicht.

 
  
MPphoto
 
 

  Maite Pagazaurtundúa Ruiz (ALDE), por escrito. ‒ El objetivo principal del Fondo Fiduciario de la Unión para África es propiciar la estabilidad en esas regiones y contribuir a una mejor gestión de la migración.

Este Fondo constituye un instrumento único en el apoyo al desarrollo y en el estudio de las causas de la migración y puede derivar, por tanto, en una mejor y más coordinada respuesta del problema.

Para hacer frente a unos objetivos tan ambiciosos en un momento de crisis como el actual, la Unión ha puesto a disposición 1 800 millones de euros.

A pesar de los buenos propósitos parece que el compromiso de los Estados ha quedado, una vez más, en papel mojado. Este Parlamento exhorta a la responsabilidad de los Estados y alerta de la mala gestión de los fondos y su uso indebido por parte de muchos Gobiernos en los que la práctica habitual es la corruptela.

Si hemos sido capaces de detectar muchos de los problemas que se derivan del mal uso de este Fondo, tenemos en nuestra mano la manera de revertir la situación y darle la finalidad que tiene. Este informe es conveniente y acertado en su análisis y por eso lo apoyo, aunque lamento que no vaya a tener el impacto que debiera en los Estados.

 
  
MPphoto
 
 

  Δημήτρης Παπαδάκης (S&D), γραπτώς. ‒ Ψήφισα υπέρ της έκθεσης καθώς το καταπιστευματικό ταμείο (Trust Fund) της ΕΕ για την Αφρική που ιδρύθηκε στη Σύνοδο της Βαλέτα αποτελεί σημαντικό εργαλείο για την αποτελεσματική εφαρμογή του σχεδίου δράσης που αποφασίστηκε μεταξύ ΕΕ και αφρικανικών χωρών και αγγίζει τις σημαντικότερες προκλήσεις στο θέμα της μετανάστευσης. Δηλαδή, καταπολέμηση των βαθύτερων αιτίων με την προαγωγή της ειρήνης, της σταθερότητας και της οικονομικής ανάπτυξης, καλύτερη προώθηση και οργάνωση των διαύλων νόμιμης μετανάστευσης, ενίσχυση της προστασίας των μεταναστών και των αιτούντων άσυλο, ιδίως των ευπαθών ομάδων, αποτελεσματικότερη αντιμετώπιση της εκμετάλλευσης και της παράνομης διακίνησης μεταναστών, στενότερη και καλύτερη συνεργασία για την επιστροφή και την επανεισδοχή.

Ωστόσο πρέπει να υπάρχουν εγγυήσεις ως προς το είδος των ενεργειών που χρηματοδοτούνται μέσω του καταπιστεύματος. Δεν θα πρέπει για παράδειγμα αυτοί οι πόροι να χρησιμοποιούνται ως οικονομική βοήθεια στη διάθεση των εθνικών κυβερνήσεων ούτε για ενίσχυση των ελέγχων στα σύνορα μεταξύ των χωρών. Αντιθέτως πρέπει να χρησιμοποιούνται αποκλειστικά για αναπτυξιακά έργα στους τομείς της εκπαίδευσης, της υγειονομικής περίθαλψης και των υποδομών.

 
  
MPphoto
 
 

  Margot Parker (EFDD), in writing. ‒ UKIP voted against the non-legislative report. It calls on Member States to contribute more money to African EU projects and wants to influence the day to day running of African governments. UKIP does not support increased EU influence. In addition, UKIP does not believe in the use of aid handouts but would rather see removal of trade barriers.

 
  
MPphoto
 
 

  Aldo Patriciello (PPE), per iscritto. ‒ Apprezzo il lavoro del collega e sono convinto che anche grazie all'apporto del mio gruppo ora abbiamo un testo migliorato. Ribadisco il mio apporto affinché l'Europa possa promuovere la lotta contro le discriminazioni fondate sulla religione o le convinzioni personali, il sesso, la razza o l'origine etnica, la disabilità e l'orientamento sessuale.

 
  
MPphoto
 
 

  Eva Paunova (PPE), in writing. – I voted in favour of this resolution because I would like to support development and humanitarian aid. In times of unprecedented levels of irregular migration, this Trust Fund aims to support the most affected African countries, to help foster stability in those regions and to promote tighter Africa-EU cooperation on issues of migration management, security and development. The EUTF aims at addressing the root causes of destabilisation, displacement and irregular migration in three regions: the Horn of Africa, the Sahel and Lake Chad, and North Africa.

 
  
MPphoto
 
 

  Piernicola Pedicini (EFDD), per iscritto. ‒ Il Fondo fiduciario per l'Africa è un meccanismo utilizzato nell'ambito della cooperazione allo sviluppo che mira ad affrontare le cause delle immigrazioni irregolari dai paesi africani più fragili e affette da migrazioni e provvede al trasferimento nelle città di origine, transito e destinazione attraverso una serie di settori prioritari. Mi esprimo con voto favorevole alla relazione del collega, auspicando che tale meccanismo di sviluppo consentirà una risposta vera, veloce e collettiva al problema delle migrazioni in loco e nelle regioni di transito. Anche alla luce dell'attuale crisi nel Mediterraneo, spero che il menzionato fondo fiduciario per l'Africa possa contribuire a garantire il rispetto dei diritti umani e incidere positivamente nella vita di milioni di persone.

 
  
MPphoto
 
 

  Marijana Petir (PPE), napisan. ‒ Europska unija brine za siromašne dijelove Afrike i daje im podršku te kroz Uzajamni fond za Afriku pokušava smanjiti siromaštvo i potaknuti razvoj afričkih zemalja.

Nažalost, ponekad sredstva Fonda nisu namijenjena pogođenim dijelovima Afrike nego se upotrebljavaju za granične kontrole, migracije, terorizam itd. Ovdje očekujem puno veću transparentnost i definiranje koje aktivnosti se smiju financirati iz Fonda. Sredstva koja su namijenjena Fondu za Afriku moraju prvenstveno služiti toj svrsi jer se u suprotnom pogoršava situacija koja je ionako već alarmantna.

Pozivam članice zemalja EU-a da surađuju i pokušaju uložiti više napora i truda u financiranju Fonda kako bi se moglo što više pomoći Africi u njezinoj borbi sa siromaštvom. Također podržavam prijedlog da Europski parlament nadgleda i prati rad Fonda i da se o poduzetim radnjama detaljno informira Parlament.

 
  
MPphoto
 
 

  Florian Philippot (ENF), par écrit. ‒ Le fonds d’affectation spéciale de l'Union européenne pour l'Afrique a été signé par le président de la Commission européenne, 25 États membres, la Norvège et la Suisse et lancé lors du sommet de La Valette sur la migration le 12 novembre 2015. Il est censé s'attaquer aux causes profondes de la déstabilisation, des déplacements forcés et de la migration clandestine en veillant à promouvoir la résilience, les débouchés économiques, la sécurité et le développement. Malgré des aspects volontaristes, ce rapport s’inscrit dans une logique de financements à l’aveugle, sans contrôles ni a posteriori, ni à priori. L’UE préfère se décharger sur les autorités locales et un partenariat avec le secteur privé, dans un hypothétique espoir de transfert de charges. Ce rapport voit la croissance démographique comme un atout dans les zones en voie de développement alors que les politiques d’emploi et de formations des jeunes sont très en retard par rapport aux objectifs de développement fixés, et que l’avenir est incertain pour les jeunes générations, enclines à quitter leur pays.

Je préfère donc m'abstenir sur ce rapport qui, drapé dans de bonnes intentions morales, ne tient pas compte des réalités et pratique le saupoudrage de millions d’euros sans résultats.

 
  
MPphoto
 
 

  Tonino Picula (S&D), napisan. ‒ Glavni cilj Uzajamnog fonda EU-a za Afriku, koji je predsjednik Europske komisije potpisao zajedno s 25 država članica EU-a te Norveškom i Švicarskom, a europski i afrički partneri predstavili na sastanku na vrhu o migracijama u Valletti održanom 12. studenog 2015., je doprinijeti stabilnosti u tim regijama i boljem upravljanju migracijama.

Europski konsenzus o razvoju ostaje temeljni okvir razvojne politike EU-a te da se Europskim konsenzusom o humanitarnoj pomoći ponovno potvrđuju temeljna načela humanitarne pomoći; budući da je mir u novom Programu održivog razvoja do 2030. i u uvedenom cilju održivog razvoja br. 16 o miru i pravdi priznat kao presudan za razvoj; 1,5 milijardi ljudi u cijelome svijetu živi u nestabilnim regijama zahvaćenim sukobima te da raste broj nestabilnih država i područja bez uprave, zbog čega su mnogi izloženi siromaštvu, bezakonju, cvatućoj korupciji i nasilju.

Budući da je zamisao koja je prethodila osnivanju Uzajamnog fonda bila ta da se pomogne 23 zemljama u trima afričkim regijama u kojima su smještene neke od najnestabilnijih afričkih zemalja, koje su zahvaćene migracijama kao zemlje podrijetla, tranzita ili odredišta, katkad i u svim trima tim ulogama, i imat će najviše koristi od takvog oblika financijske pomoći EU-a, podržavam usvajanje ovog izvješća i što skoriju operacionalizaciju ovog Fonda.

 
  
MPphoto
 
 

  Pavel Poc (S&D), písemně. ‒ Hlasoval jsem pro zřízení nouzového svěřeneckého fondu pro stabilitu a řešení hlavních příčin nelegální migrace a vysídlených osob v Africe. Zřízení je s ohledem na současnou situaci nezbytným krokem pro řešení příčin nelegální migrace v místě původu, nikoliv pouze jejich následků. Pokud však chceme z fondu udělat opravdu funkční nástroj, který bude mít vliv na stabilizaci našeho sousedství, nesmíme dělat stejné chyby jako u předchozích svěřeneckých fondů. Fundamentální otázkou je, jak zajistíme dostatečnou finanční podporu od členských států, jelikož fond v současnosti nemá zdaleka tolik prostředků, kolik potřebuje na to, aby plnil všechny deklarované cíle. Členské státy své zdroje uvolňují příliš pomalu nehledě na tlak, který vyvolává nelegální migrace. Je nepřijatelné, aby nadále docházelo k obcházení rozpočtové autority Evropského parlamentu, jak tomu bylo doposud. Vezmeme-li v potaz, že skoro 30 procent veškeré zahraniční pomoci je poskytováno skrze Evropský rozvojový fond stojící mimo unijní rozpočet, což je obrovská částka postrádající demokratickou legitimitu. Ani zpětná kontrola v podobě absolutoria, které Parlament uděluje Komisi, není dostatečnou zárukou transparentnosti nakládání s prostředky z rozvojového fondu. Souhlasím proto s návrhem usnesení Parlamentu, že je potřeba dosáhnout větší synergie mezi jednotlivými nástroji zahraniční pomoci, a to inkorporací Evropského rozvojového fondu do rozpočtu.

 
  
MPphoto
 
 

  Miroslav Poche (S&D), in writing. ‒ I am persuaded that the EU Trust Fund for Africa could help to stabilise the region and largely contribute to migration management. By focusing the monetary support on social and democratic issues like education, good governance, the environment and employment, we fight the root causes of destabilisation and forced displacement. This aims to solve a small piece of the puzzle of the larger migration crisis, which we must continue to work diligently on. I believe these funds must be better monitored for transparency by the European Parliament to ensure they promote resilience, economic opportunities, gender equality and development, as opposed to security measures and border control. Last year all nations agreed on the amount of contributions, and it is critical that each member state follows through on their pledge. Currently, only 4.5% of the promised funds are provided, while all are necessary to fulfil on our commitments to stabilise the region and better manage the migration crisis.

 
  
MPphoto
 
 

  Salvatore Domenico Pogliese (PPE), per iscritto. ‒ La Commissione europea ha stanziato 1,8 miliardi di euro di risorse finanziarie dell'UE per costituire un "Fondo fiduciario di emergenza per la stabilità e per affrontare le cause profonde della migrazione illegale in Africa". Un Fondo fiduciario è un meccanismo utilizzato nell'ambito della cooperazione allo sviluppo per mettere in comune risorse di grandi dimensioni da differenti donatori. In particolare l'Unione europea vuole aiutare la regione del Sahel nel suo complesso ad affrontare le crescenti sfide quali la pressione demografica, lo stress ambientale, la povertà estrema, le tensioni interne, la debolezza istituzionale, le deboli infrastrutture sociali ed economiche. Questa relazione affronta le molte domande e le diverse preoccupazioni sollevate a seguito della creazione dell'EUTF (fondo fiduciario europeo per l'Africa) in termini di finanziamento, attuazione e controllo. La relazione offre una valutazione critica degli aspetti di bilancio e carenze in termini di finanziamento da parte degli Stati membri e invita tutte le parti interessate a sostenere prontamente i loro impegni e le responsabilità. Ritengo che sia stata formulata bene e per questo motivo ho deciso di votare a favore della sua approvazione.

 
  
MPphoto
 
 

  Tomasz Piotr Poręba (ECR), na piśmie. ‒ Głównym celem funduszu powierniczego UE (EUTF) dla Afryki, podpisanego przez przewodniczącego Komisji wraz z 25 państwami członkowskimi UE (oraz Norwegię i Szwajcarię), uruchomionego podczas szczytu w Valletcie poświęconego migracji w listopadzie 2015 r. przez partnerów europejskich i afrykańskich, jest pomoc we wspieraniu stabilizacji w regionach i przyczynienie się do lepszego zarządzania migracjami.

Celem funduszu powierniczego UE jest wyeliminowanie źródłowych przyczyn destabilizacji, przymusowych przesiedleń i nieuregulowanej migracji, poprzez promowanie elastyczności, szans gospodarczych, równości szans, bezpieczeństwa i rozwoju.

Fundusz powierniczy UE dla Afryki został opracowany w celu udzielenia pomocy dwudziestu trzem krajom w trzech regionach Afryki (Róg Afryki, Sahel i basen jeziora Chad, Afryka Północna), obejmuje on niektóre z najbardziej niestabilnych państw afrykańskich, które jako kraje pochodzenia narażone są na zjawisko migracji, tranzytu lub destynacji, lub tych trzech zjawisk jednocześnie, a które mogą w największym stopniu skorzystać z tej formy pomocy finansowej UE. Niniejszym wstrzymałem się od głosu.

 
  
MPphoto
 
 

  Franck Proust (PPE), par écrit. ‒ Le fonds fiduciaire de l’Union européenne pour l’Afrique a été créé en novembre 2015, suite au sommet de La Valette (Malte) sur la migration, pour apporter un soutien aux États africains les plus affectés par les migrations irrégulières. Quatre régions sont particulièrement ciblées: la Corne de l’Afrique, le Sahel, le bassin du Lac Tchad et, plus globalement, l’Afrique du Nord. J’ai voté en faveur de ce rapport qui dresse un constat des difficultés impliquées par la création de ce fonds, en termes de financement, de mise en œuvre et de contrôle. À travers ce texte, nous appelons à davantage de transparence et de cohérence, tant dans l’élaboration des programmes que dans la concrétisation des projets. L’efficacité du développement doit être une priorité, et c’est ainsi que l’ensemble des parties prenantes (l’UE, ses États membres et les États africains) doivent assumer pleinement leurs responsabilités pour faire de ce fonds d’affectation spéciale un outil utile à la résolution de cette crise migratoire sans précédent.

 
  
MPphoto
 
 

  Paulo Rangel (PPE), por escrito. ‒ Criado na Cimeira de Valeta sobre migração, o Fundo Fiduciário de Emergência da União Europeia para África (FFUE) tem como objetivos fundamentais o combate às causas profundas da migração irregular e a promoção da estabilidade nas regiões.

O presente relatório levanta justamente questões sobre matérias como o financiamento, a implementação e o escrutínio do referido fundo. O mesmo relatório sublinha o interesse de todos os Estados Membros em honrarem os seus compromissos a nível de contribuições para que seja possível aplicar o FFUE de forma íntegra e integral.

Por outro lado, o relatório chama a atenção para a necessidade de monitorização constante na aplicação do FFUE. Nesse sentido, saliento que é imperativo o foco primário na migração e que o fundo deve dar prioridade à prevenção de conflitos, à implementação do Estado de Direito e à boa governação.

Por considerar que são de elevada importância uma definição e uma implementação transparentes, responsáveis e politicamente coerentes, aquando da utilização de fundos como o FFUE, votei favoravelmente o presente relatório.

 
  
MPphoto
 
 

  Julia Reid (EFDD), in writing. ‒ UKIP voted against the non-legislative report. It calls on Member States to contribute more money to African EU projects and wants to influence the day to day running of African governments. UKIP does not support increased EU influence. In addition, UKIP does not believe in the use of aid handouts but would rather see removal of trade barriers.

 
  
MPphoto
 
 

  Sofia Ribeiro (PPE), por escrito. ‒ Votei favoravelmente, uma vez que o principal objetivo do FFUE é ajudar a promover a estabilidade em regiões africanas e contribuir para uma melhor gestão da migração. Mais especificamente, o FFUE visa atacar as causas profundas que estão na origem da desestabilização, das deslocações forçadas e da migração irregular, através da promoção da resiliência, de oportunidades económicas, da igualdade de oportunidades, da segurança e do desenvolvimento.

O FFUE pretende ser um instrumento de desenvolvimento que reúne recursos provenientes de diversos doadores, a fim de permitir que a União Europeia dê uma resposta rápida, flexível, complementar, transparente e coletiva a uma situação de emergência nas suas diversas vertentes.

O acompanhamento da Comissão sobre a utilização e a afetação dos recursos financeiros do FFUE deve ser sistemático e reforçar os poderes de controlo do Parlamento sobre o FFUE. Cabe também ao Conselho e à Comissão comunicarem regularmente as ações concretas empreendidas pela UE e pelos Estados africanos aquando da utilização destes fundos, bem como os resultados obtidos.

 
  
MPphoto
 
 

  Inmaculada Rodríguez-Piñero Fernández (S&D), por escrito. ‒ Los socialistas españoles en el Parlamento Europeo, apoyamos la puesta en marcha de instrumentos que, además de permitir desembolsar fondos con más rapidez y flexibilidad, mejoren la coordinación de las políticas y de los instrumentos para el desarrollo. Pero esto no constituye en ningún caso un cheque en blanco para que se financie cualquier tipo de política. Con este voto hemos dejado claro que no vamos a permitir que se desvíe dinero de los objetivos de la cooperación al desarrollo. No permitiremos que se ponga en peligro la política de cooperación al desarrollo y su fin último, la erradicación de la pobreza.

Los progresistas de la Eurocámara apostamos con nuestro voto a favor, por un mayor control y por un instrumento que asegure un paso adelante de manera transparente a favor de los países africanos, a favor de su desarrollo sostenible. Lamentamos que otras fuerzas de la izquierda no se hayan unido a este llamamiento.

 
  
MPphoto
 
 

  Claude Rolin (PPE), par écrit. ‒ J’ai voté en faveur du rapport sur le fonds d’affectation spéciale de l’Union européenne pour l’Afrique. Ce fonds a pour objectif de favoriser la stabilité de ces régions et de contribuer à mieux gérer la migration. Dans un contexte de crise migratoire, le rapport souligne la nécessité d’accroître le pouvoir de contrôle du Parlement sur le fonds afin de vérifier comment celui-ci est utilisé. Une plus grande coordination entre les acteurs, une meilleure transparence et une communication renforcée sont indispensables pour créer les conditions d’une plus large participation.

Le rapport souligne justement qu’il est crucial d’agir sur les causes de la migration et d’en comprendre les conséquences pour mobiliser le fonds de manière plus adéquate.

 
  
MPphoto
 
 

  Fernando Ruas (PPE), por escrito. ‒ O Fundo Fiduciário da UE para a África (FFUE) foi estabelecido na Conferência de Valeta em Novembro de 2015. Considerando os atuais e ímpares níveis de migração ilegal e irregular, o FFUE foi criado como forma de apoiar os países africanos mais afetados, ajudar a restabelecer a estabilidade e estreitar a cooperação entre África e UE em matérias como a gestão de fluxos migratórios, a segurança e o desenvolvimento.

O FFUE pretende abordar as causas que estão na origem da desestabilização, deslocamento e migração em três regiões específicas: Corno de África, Sahel e Lago Chade e, por fim, Norte de África.

Para alcançar estes objetivos, estabeleceram-se quatro sectores prioritários a tratar: programas económicos, resiliência, gestão da migração e estabilidade e governança.

O presente relatório levanta algumas questões relativas ao FFUE apelando à sua transparência, accountability, propriedade e coerência política, em especial na definição e implementação dos projetos, bem como no respeito pleno pelos princípios do desenvolvimento sustentável. Além disso, efetua uma avaliação crítica sobre os aspetos orçamentais, elencando as suas deficiências e instando as partes interessadas a assumir os seus compromissos e responsabilidades.

Porque concordo genericamente com o teor deste relatório de iniciativa, votei-o favoravelmente.

 
  
MPphoto
 
 

  Tokia Saïfi (PPE), par écrit. ‒ J’ai voté en faveur de ce rapport relatif aux questions de financement, à la mise en œuvre et au contrôle du fonds fiduciaire de l’Union européenne pour l’Afrique. Ce fonds a été créé lors du sommet de la Valette en novembre 2015 sur les migrations et prévoit une enveloppe de 1,8 milliard d’euros. L'objectif principal de ce fonds vise à favoriser la stabilité dans cette région et à contribuer à mieux gérer la migration. Il entend également s'attaquer aux causes profondes de la déstabilisation, des déplacements forcés et de la migration clandestine, en veillant à promouvoir la résilience, les débouchés économiques, l'égalité des chances, la sécurité et le développement. Ce rapport appelle à la transparence et à la clarté pour une meilleure réalisation des objectifs.

Il est fondamental que ce fonds respecte le principe de cohérence et évite toute contradiction entre les objectifs du développement et la sécurité, les politiques humanitaires et migratoires. Dans l’utilisation de ce fonds, l’Union et les États membres doivent se fixer comme objectifs à long terme la consolidation de la paix et le renforcement de la gouvernance dans les pays bénéficiaires.

 
  
MPphoto
 
 

  Lola Sánchez Caldentey (GUE/NGL), por escrito. ‒ Me he abstenido en la votación de este informe, porque hay aspectos del informe que son muy favorables, pero tiene aún defectos muy notables. La posición de GUE se ha tenido en cuenta en la condena del uso de los fondos para proyectos de control sin objetivos de desarrollo, el reconocimiento de las autoridades locales como actores clave, la necesidad de desarrollar los servicios públicos de los países de origen, etc.

No obstante, la vagueza de la definición del rol de las organizaciones internacionales en el informe abre la puerta a su uso para financiar «misiones militares de paz» así como formación y capacitación en el sector de la seguridad.

 
  
MPphoto
 
 

  Sven Schulze (PPE), schriftlich. ‒ Ich habe für den Bericht über den EU-Treuhandfonds (EUTF) in Afrika gestimmt.

Der EUTF in Afrika wurde auf dem Migrationsgipfel von Valletta im November 2015 eingerichtet, um angesichts der zu beobachtenden Migration die am stärksten betroffenen afrikanischen Staaten zu unterstützen, Stabilität in diesen Regionen zu schaffen und die Zusammenarbeit zwischen der EU und Afrika in Belangen wie Migrationssteuerung, Sicherheit und Entwicklung zu fördern. Ziel ist es, die Ursachen der Destabilisierung, Vertreibung und irregulären Migration zu bekämpfen.

In dem Bericht wird Transparenz, Rechenschaftspflicht, Eigenverantwortlichkeit und Politikkohärenz bei der Ausarbeitung und Durchführung des Projekts unter uneingeschränkter Achtung der Grundsätze der Effizienz in Entwicklungsfragen gefordert.

Zudem werden Zahlungsengpässe der Mitgliedstaaten kritisch geprüft und alle Interessenträger dazu aufgefordert, ihren Zusagen und ihrer Verantwortung unverzüglich nachzukommen.

 
  
MPphoto
 
 

  Jill Seymour (EFDD), in writing. ‒ The report is calling for Member States to contribute money to finance the EU Trust Fund. So naturally I voted against it.

 
  
MPphoto
 
 

  Siôn Simon (S&D), in writing. – I voted in favour of this report because it calls for steps to be taken so that the Trust Funds are better monitored by the European Parliament, because they currently lack transparency in their use.

 
  
MPphoto
 
 

  Branislav Škripek (ECR), písomne – Hlasoval som proti. Nemyslím si totiž, že v pravidlách a kritériách, ktorými sa riadi rozvojová pomoc pre projekty financované z trustového fondu EÚ, sa má zdôrazňovať aj to, že politika EÚ týkajúca sa spolupráce v oblasti bezpečnosti, riadenia migrácie a boja proti obchodovaniu s ľuďmi a prevádzačstvu by mala zahrnovať osobitné ustanovenia zdôrazňujúce práva osôb LGBTI, sexuálne a reprodukčné zdravie a práva.

 
  
MPphoto
 
 

  Monika Smolková (S&D), písomne ‒ V nadväznosti na samit afrických a európskych hláv štátov alebo predsedov vlád vo Vallette ( november 2015) bol zriadený trustový fond EÚ pre Afriku, ktorý umožňuje Únii, jej členským štátom a prispievajúcim darcom, aby reagovali na rozličné rozmery núdzových situácií prostredníctvom spoločných pružných a rýchlych reakcií na súčasné výzvy, ale aj príležitosti spojené s migráciou. Mrzí má, že aj napriek tejto pomoci ešte stále 1,5 miliardy ľudí žije v nestabilných a konfliktami postihnutých oblastiach na celom svete. Na strane druhej oceňujem, že trustový fond EÚ pre Afriku v kontexte súčasnej krízy pomáha regiónom Afriky od Sahelu až po Africký roh a regiónu severnej Afriky riešiť základné príčiny destabilizácie, núteného vysídľovania a neregulárnej migrácie. Podporila som uznesenie, lebo verím, že na základe prijatých opatrení sa nám podarí odstrániť doterajšie nedostatky trustového fondu, či už ide o využívanie prostriedkov trustového fondu alebo samotnú koordináciu medzi všetkými subjektmi, ktoré sú zapojené do riadenia tohto fondu. Rovnako verím, že rozšírením humanitárnej a rozvojovej pomoci EÚ pre utečencov a migrantov zabránime ďalším stratám na životoch na mori a posilníme spoluprácu s kľúčovými krajinami tranzitu a pôvodu.

 
  
MPphoto
 
 

  Igor Šoltes (Verts/ALE), pisno. ‒ Skrbniški sklad EU za Afriko je bil ustanovljen lani kot odziv na migracijske tokove v Evropo. Njegov cilj je uporabiti določena sredstva za boj proti ključnim vzrokom tovrstnih migracij ter podpreti vse vidike stabilnosti, ki lahko pripomorejo k boljšemu spoprijemanju z migracijami.

Sklad geografsko pokriva regije Sahela, jezera Čad, Afriškega roga in Severno Afriko, financiranje pa večinoma prihaja iz proračuna Evropskega razvojnega sklada (EDF). Možni projekti, ki bodo lahko bili vzpostavljeni s pomočjo sklada, se nanašajo na oblikovanje ekonomskih programov, ki bodo ustvarjali zaposlitvene priložnosti, projekte, ki bi podprli osnovne storitve za lokalno prebivalstvo, projekte, ki bi podprli management migracij, ter podporo splošnemu vodenju oz. upravljanju.

Čeprav je poročilo na določenih delih pomanjkljivo ali ponavljajoče, sem mnenja, da lahko tovrsten sklad pozitivno vpliva tako na morebitne migrante iz teh področij kot tudi na življenja Evropejcev.

Iz tega razloga sem glasoval za poročilo.

 
  
MPphoto
 
 

  Ivan Štefanec (PPE), písomne ‒ Oblasť Afriky je aktuálne vnímaná najmä ako zdroj migrácie. Vhodne a adresne alokovaná finančná a nefinančná pomoc môže nielen masovú migráciu, ale aj vytvoriť predpoklady pre naštartovanie ich vlastného hospodárskeho rastu. Pomoc však musí byť vždy podmienená požiadavkami na demokratizáciu, dodržiavanie ľudských a občianskych práv a štrukturálne reformy.

 
  
MPphoto
 
 

  Beatrix von Storch (EFDD), schriftlich. ‒ In seiner Entschließung weist das EP erneut auf ein wichtiges Kriterium in der Entwicklungshilfe hin: Hilfe gibt es nur für die Übernahme „europäischer Prinzipien“: Gendermainstreaming, besondere Rechte für LGBTIQ, Abtreibung und andere Methoden der Steuerung von Werten und Normen fremder Kulturen. Damit macht sich die EU keine Freunde in Afrika, und gegen diesen „Werte-Import“ haben sich die Vertreter der afrikanischen Staaten mehrfach gewehrt. Solange die EU ihre „Prinzipien“ den afrikanischen Staaten aufdrängt, fruchtet Entwicklungshilfe nicht. Aber sie schafft ständig Abhängigkeiten: „Wes Brot ich ess, dess Lied ich sing“ gilt auch für die Beziehungen zu Afrika.

Entwicklungshilfe sollte stets Hilfe zur Selbsthilfe sein. Angesichts des riesigen Bedarfs an Unterstützung der Entwicklungsländer einerseits und der Begrenztheit der Mittel andererseits ist angezeigt, die Maßnahmen zu konzentrieren. Nur solche Projekte sind zu unterstützen, die das Empfängerland bzw. die einheimischen Unternehmen nach Ablauf der Projektdauer ohne fremde Hilfe selbständig weiterführen können. Vorrang in der Entwicklungshilfe haben Maßnahmen, die investiv und organisatorisch durch private Unternehmen vor Ort begleitet werden können. Fluchtursachen in den Herkunftsländern müssen bekämpft werden, auch wenn dies für die westliche Wirtschaft nachteilig ist. Das fordert die AfD. Das gewährt die EU nicht. Deswegen habe ich gegen diese Entschließung gestimmt.

 
  
MPphoto
 
 

  Dubravka Šuica (PPE), napisan. ‒ Glavni cilj Uzajamnog fonda Europske unije za Afriku je doprinos stabilnosti i bolje upravljanje migracijama. Drugim riječima, cilj Fonda je riješiti uzroke destabilizacije, prisilnog raseljavanja i nezakonitih migracija.

U Africi se bilježi vrlo visoka stopa rasta stanovništva što može dovesti do naglog porasta mladog, radno sposobnog stanovništva i velike gospodarske koristi. Da se to ostvari potrebno je mladima omogućiti obrazovanje i stjecanje vještina kako bi ostvarili svoj potencijal. Smatram da je potrebno više transparentnosti da se smanji zlouporaba razvojne pomoći i da pomoć stigne do onih kojima je ona najpotrebnija.

Podržavam izvješće o Uzajamnom fondu Europske unije za Afriku jer smatram da su smjernice navedene u njemu kvalitetne, a provedba tih smjernica može dovesti do jačanje uloge nevladinih i međunarodnih organizacija, kao i lokalne vlasti.

 
  
MPphoto
 
 

  Patricija Šulin (PPE), pisno. ‒ Glasovala sem za poročilo o skrbniškem skladu EU za Afriko: posledice za razvojno in humanitarno pomoč.

Ustanovitev nujnega skrbniškega sklada Evropske unije za Afriko ter dodelitev 1,8 milijarde evrov finančni sredstev EU je ad hoc odziv na izzive, s katerimi se soočamo, opozarja pa nas, da potrebujemo bolj fleksibilen proračun EU ter večje proračunske rezerve, če se bomo v prihodnosti želeli uspešneje spopadati z nepričakovanimi krizami.

Kljub izrednim razmeram, ki terjajo od nas hitro in učinkovito ukrepanje, pa ne smemo pozabiti na zakonito, pregledno in odgovorno rabo proračuna Evropske unije. Če želimo v polnosti izkoristiti potencial skrbniškega sklada, potem potrebujemo večji prispevek držav članic, ki so v sklad prispevale manj kot 5 %. Želim si, da bodo države članice prešle od besed k dejanjem, spoštovale svoje zaveze ter prispevale v sklad.

 
  
MPphoto
 
 

  Ελευθέριος Συναδινός (NI), γραπτώς. ‒ Πρωταρχικό μέλημα της Ένωσης θα πρέπει να είναι η καταπολέμηση της φτώχειας και της λιτότητας των κρατών μελών της και όχι η κάθε είδους χρηματοδότηση αφρικανικών και γενικότερα τρίτων κρατών.

 
  
MPphoto
 
 

  Tibor Szanyi (S&D), írásban. ‒ Szavazatommal támogattam az előterjesztést, elsősorban abban a reményben, hogy az olyan változásokat indukál, amelyek alapján az Alap jobban betöltheti majd alapvető célját, a tömeges migráció okainak helyben, a gyökereknél való kezelését. Remélem azt is, hogy ennek nyomán a tagállamok felismerik felelősségüket, és a megszavazott és vállalt 1,8 milliárd euró hozzájárulást biztosítják az Alap működéséhez (szemben az eddig teljesített, összesen alig 81 milliós minimális tagállami átutalással). EP-képviselőtársaim nagy részével egyetértve helytelenítem azonban, hogy az Alap forrásait határőrizetre használják fel, teljes ellentétben annak eredeti céljával. Nehezményezem azt is, hogy az Alap nem része az EU költségvetésének, s így nem esik a Parlament ellenőrzése alá; meggyőződésem, hogy ennek a helyzetnek a korrigálása a jelen határozat nyomán a befizetés és a forráselosztás fenti problémáit is orvosolhatná.

 
  
MPphoto
 
 

  Adam Szejnfeld (PPE), na piśmie. ‒ Idea utworzenia Funduszu powierniczego UE na rzecz Afryki po raz pierwszy została poddana pod dyskusję w trakcie szczytu europejskich przywódców w Valletcie w sprawie migracji w listopadzie 2015 r. Ze względu na niespotykany wcześniej poziom nielegalnej migracji fundusz został powołany w celu wspierania afrykańskich krajów najbardziej dotkniętych tym kryzysem, w celu wzmocnienia stabilności w regionie oraz promowania ściślejszej współpracy na linii UE-Afryka w kwestiach dotyczących zarządzania migracją.

Przedstawione sprawozdanie odpowiada na wiele pytań i wątpliwości zgłaszanych w kontekście utworzenia Funduszu w zakresie finansowania, wdrażania i kontroli. W dokumencie znalazł się również apel o zwiększenie przejrzystości, odpowiedzialności i spójności polityki w określaniu i realizacji projektów, przy jednoczesnym pełnym poszanowaniu zasad skuteczności rozwoju. Fundusz musi przyczyniać się przede wszystkim do realizacji celów długoterminowych, tj. zapewnienia pokoju i wzmocnienia rządów w krajach, z których pochodzą nielegalni imigranci.

 
  
MPphoto
 
 

  Dario Tamburrano (EFDD), per iscritto. ‒ La relazione del nostro collega Ignazio Corrao sul fondo fiduciario per l'Africa, per il quale il Movimento 5 Stelle si è sempre battuto, è stata un successo in quanto è stata approvata con larga maggioranza. Grazie a questa relazione l'Europa dovrà stanziare 1,8 miliardi di euro da destinati a istruzione, salute, formazione e servizi pubblici essenziali e anche gli Stati membri dovranno fare la loro parte inviando i propri contributi al fondo. Se veramente vogliamo bloccare i flussi migratori verso l'Europa, vanno sradicate le cause profonde della migrazione. Se fatto funzionare con specifici controlli periodici, coinvolgendo le ONG e la società civile locale nella programmazione e realizzazione dei progetti, il fondo fiduciario si dimostrerà uno strumento efficace per realizzare gli scopi che si prefigge. Pertanto ho votato a favore.

 
  
MPphoto
 
 

  Claudia Țapardel (S&D), în scris. ‒ Uniunea Europeană este cea mai importantă sursă de ajutor pentru dezvoltare destinat țărilor din Africa. Acest lucru derivă din înțelegerea importanței soluționării problemelor de pe continentul african, aflat în vecinătatea sudică a Uniunii. Fondul fiduciar al UE pentru Africa (EUTF) este unul dintre instrumentele concepute cu ocazia summitului de la Valletta privind migrația din noiembrie 2015, în vederea stabilizării continentului și a unei gestionări mai bune a migrației. În această ultimă privință, accentul trebuie să cadă pe cauzele profunde ale destabilizării, strămutării forțate și migrației ilegale, încurajând soluții ca reziliența, oportunitățile economice, egalitatea de oportunități, securitatea cetățenilor și dezvoltarea. Cu toate acestea, folosirea efectivă a fondurilor EUTF trebuie atent monitorizată, pentru a evita deturnarea lor în scopuri obscure ale unor actori locali sau pentru controlul frontierelor. Domeniile care trebuie să constituie țintele prioritare ale investițiilor sunt educația, locurile de muncă, buna guvernare, proiectele de mediu, adică cele legate de viața de zi cu zi a locuitorilor de pe continentul african. EUTF este, însă, doar una din componentele răspunsului UE la criza migrației. Statele membre trebuie să susțină mai multe instrumente de acest tip pentru a obține rezultate concrete. Totuși, este vorba despre un prim pas în direcția bună.

 
  
MPphoto
 
 

  Marc Tarabella (S&D), par écrit. ‒ J'ai voté pour le texte, suivant l'avis de ma collègue PS, experte en la matière. Soulignons toutefois qu'il faut favoriser les alliances avec l'Afrique sans sombrer dans une approche coloniale qui irait à l'encontre des valeurs de l’Union.

 
  
MPphoto
 
 

  Romana Tomc (PPE), pisno. ‒ Predlog resolucije o skrbniškem skladu EU za Afriko: posledice za razvojno in humanitarno pomoč sem podprla.

Glavni cilji skrbniškega sklada EU za Afriko so prispevanje k stabilnosti v regijah, upravljanje migracij, odpravljanje temeljnih vzrokov za destabilizacijo in prisilnega razseljevanja ter spodbujanje odpornosti, gospodarskih priložnosti, enakih možnosti, varnosti in razvoja.

Mlade moramo opremiti z izobrazbo in veščinami, ki jih potrebujejo za uresničitev svojega potenciala, in ustvariti zaposlitvene priložnosti, da bi spodbudili stabilnost, trajnostno gospodarsko rast, socialno kohezijo in razvoj v regiji.

 
  
MPphoto
 
 

  Estefanía Torres Martínez (GUE/NGL), por escrito. ‒ Me he abstenido en la votación de este informe, porque hay aspectos del informe que son muy favorables, pero tiene aún defectos muy notables. La posición de GUE se ha tenido en cuenta en la condena del uso de los fondos para proyectos de control sin objetivos de desarrollo, el reconocimiento de las autoridades locales como actores clave, la necesidad de desarrollar los servicios públicos de los países de origen, etc.

No obstante, la vagueza de la definición del rol de las organizaciones internacionales en el informe abre la puerta a su uso para financiar «misiones militares de paz» así como formación y capacitación en el sector de la seguridad.

 
  
MPphoto
 
 

  Mylène Troszczynski (ENF), par écrit. ‒ L'objectif principal du fonds d’affectation spéciale de l'Union européenne pour l'Afrique vise à favoriser la stabilité dans ces régions et à contribuer à mieux gérer la migration. Le fonds d'affectation spéciale de l'Union européenne vise à s'attaquer aux causes profondes de la déstabilisation, des déplacements forcés et de la migration clandestine en veillant à promouvoir la résilience, les débouchés économiques, la sécurité et le développement.

Malgré des aspects volontaristes, ce rapport s’inscrit dans une logique de financements à l’aveugle, sans contrôles ni a posteriori, ni à priori de la bonne utilisation et gestion des fonds, l’UE préférant se décharger sur les autorités locales et un partenariat avec le secteur privé, dans un hypothétique espoir de transfert de charges à venir dans le cadre de la politique de développement.

Ce rapport voit la croissance démographique comme un atout dans les zones en voie de développement alors que les politiques d’emploi et de formation des jeunes sont très en retard par rapport aux objectifs de développement fixés, et que l’avenir est incertain pour les jeunes générations.

J'ai donc choisi l'abstention.

 
  
MPphoto
 
 

  Kazimierz Michał Ujazdowski (ECR), na piśmie. ‒ Fundusz powierniczy na rzecz Afryki (EUTF) pełni istotne narzędzie rozwoju obszarów objętych ubóstwem, destabilizacją społeczną i gospodarczą, problemem migracji i brakiem dostępu do finansowania. Dotychczasowe wyniki pracy pokazują jednak, że finansowanie tych działań nie przyniosło zamierzonych efektów. Istniejący kryzys imigracyjny przyczynił się do zachwiania bezpieczeństwa obywateli UE. Niesienie pomocy humanitarnej jest naszym obowiązkiem, ale pomoc nieść należy w sposób rozważny i odpowiedzialny. W mojej opinii projekt rezolucji nie spełnia tego warunku, dlatego sprzeciwiłem się jego przyjęciu.

 
  
MPphoto
 
 

  István Ujhelyi (S&D), írásban. ‒ A Bizottság elnöke és 25 uniós tagállam, valamint Norvégia és Svájc által aláírt Uniós Szükséghelyzeti Alap Afrikáért létrehozását az európai és afrikai partnerek a migrációval foglalkozó vallettai csúcstalálkozón kezdeményezték 2015. november 12-én azzal a fő céllal, hogy elősegítse a stabilitást a régióban, és hozzájáruljon a migráció jobb kezeléséhez. A szükséghelyzeti alap konkrét rendeltetése a destabilizáció, a kényszerű lakóhelyelhagyás és az illegális migráció kiváltó okainak kezelése az ellenálló-képesség, a gazdasági lehetőségek, az esélyegyenlőség, a biztonság és a fejlődés előmozdítása révén. Jelen dokumentumot támogattam.

 
  
MPphoto
 
 

  Miguel Urbán Crespo (GUE/NGL), por escrito. – Me he abstenido en la votación de este informe, porque hay aspectos del informe que son muy favorables, pero tiene aún defectos muy notables. La posición de GUE se ha tenido en cuenta en la condena del uso de los fondos para proyectos de control sin objetivos de desarrollo, el reconocimiento de las autoridades locales como actores clave, la necesidad de desarrollar los servicios públicos de los países de origen, etc.

No obstante, la vagueza de la definición del rol de las organizaciones internacionales en el informe abre la puerta a su uso para financiar «misiones militares de paz» así como formación y capacitación en el sector de la seguridad.

 
  
MPphoto
 
 

  Viktor Uspaskich (ALDE), raštu. – Primenu, kad į žmones ir bendruomenes orientuotas požiūris yra itin svarbus, ir tvirtai manau, kad didžiausias ES patikos fondo dėmesys turėtų būti sutelktas ne tik į ekonomikos vystymąsi, bet ir į visuomeninius projektus, kuriais konkrečiai siekiama pagerinti pagrindinių paslaugų kokybę ir padidinti jų teisingumą bei visuotinį prieinamumą, ypač švietimo, profesinio mokymo, sveikatos priežiūros ir mitybos, aprūpinimo maistu saugumo ir vandens bei sanitarijos sektoriuose, kurie visi labai svarbūs didinant vietos gyventojų įtraukumą, įgalinimą ir gerovę, ypatingą dėmesį skiriant jaunimui, taip pat reagavimui į pažeidžiamų bendruomenių poreikius, įskaitant mažumas, kartu turint galimybes visiems gyventojams teikti geresnes ir nešališkesnes bei tvaresnes paslaugas.

 
  
MPphoto
 
 

  Ivo Vajgl (ALDE), in writing. ‒ I voted in favour of report on the EU Trust Fund for Africa: the implications for development and humanitarian aid. The main goal of the EU Trust Fund for Africa (EUTF) is to help foster stability in the regions and contribute to better migration management; whereas, more specifically, the EUTF aims to address the root causes of destabilisation, forced displacement and irregular migration by promoting resilience, economic opportunities, equal opportunities, security and development. The report stresses that the volatility of voluntary contributions shows that recourse to funding instruments outside the EU budget is not a viable way to mobilise additional funding and urges the Member States to honour their pledges and to rapidly and effectively match the Union contribution. I voted in favour because I strongly believe that the EUTF should focus not only on economic development but also on grassroots projects specifically aimed at improving quality, equity and universal accessibility of basic services as well as training to develop local competences.

 
  
MPphoto
 
 

  Ramón Luis Valcárcel Siso (PPE), por escrito. ‒ El Fondo Fiduciario de Emergencia de la Unión para la Estabilidad y para abordar las causas profundas de la migración irregular y de las personas desplazadas en África se creó en noviembre de 2015, con el objetivo de contribuir a impulsar la estabilidad, en aras de mejorar la gestión de la migración, pretendiendo hacer frente a las causas profundas de la desestabilización, el desplazamiento forzoso y la migración irregular, y promoviendo la igualdad de oportunidades, las oportunidades económicas, la seguridad y el desarrollo. Este informe aborda muchas de las cuestiones surgidas en relación a la creación de este fondo en términos de financiación, implementación y escrutinio, llamando a la transparencia, la rendición de cuentas y la coherencia entre políticas a la hora de definir y poner en práctica proyectos, a la vez que respetando, por encima de todo, los principios de la efectividad en el desarrollo. Además, el documento ofrece una evaluación crítica de los aspectos presupuestarios que conciernen a los Estados miembros. En este ámbito, cabe recordar que España fue el primero en apoyar la creación del Fondo y uno de los primeros en anunciar su contribución. Por todo ello, he considerado oportuno votar a favor.

 
  
MPphoto
 
 

  Elena Valenciano (S&D), por escrito. ‒ Los socialistas españoles en el Parlamento Europeo, apoyamos la puesta en marcha de instrumentos que, además de permitir desembolsar fondos con más rapidez y flexibilidad, mejoren la coordinación de las políticas y de los instrumentos para el desarrollo. Pero esto no constituye en ningún caso un cheque en blanco para que se financie cualquier tipo de política. Con este voto hemos dejado claro que no vamos a permitir que se desvíe dinero de los objetivos de la cooperación al desarrollo. No permitiremos que se ponga en peligro la política de cooperación al desarrollo y su fin último, la erradicación de la pobreza.

Los progresistas de la Eurocámara apostamos con nuestro voto a favor, por un mayor control y por un instrumento que asegure un paso adelante de manera transparente a favor de los países africanos, a favor de su desarrollo sostenible. Lamentamos que otras fuerzas de la izquierda no se hayan unido a este llamamiento.

 
  
MPphoto
 
 

  Derek Vaughan (S&D), in writing. ‒ With my Labour and Socialist colleagues, I voted in favour of this report because the Africa Trust fund is one piece in the puzzle of the EU’s response to the migration crisis. It supports the Commission’s efforts to address the problem of global migratory flows, but stresses that efforts to address this problem should not take resources away from development funds concentrating on the root causes of migration. This report also calls for steps to be taken so that the Trust Funds are better monitored by the European Parliament, because they currently lack transparency in their use.

 
  
MPphoto
 
 

  Hilde Vautmans (ALDE), schriftelijk. – Ik heb volmondig ingestemd met dit verslag. Het Europees Parlement dient te allen tijde zijn instemming te verlenen aan de begroting van de Europese Unie. In sommige situaties bij het verlenen van noodhulp is het verstaanbaar dat niet te alle tijde het begrotingsakkoord van het Parlement gevraagd kan worden. Het Parlement vraagt wel dat er, gezien de buitengewone flexibiliteit en snelheid die eigen zijn aan een trustfonds, ten minste een keer in de zes maanden periodiek verslag wordt uitgebracht aan het Parlement. Er is behoefte aan transparante controle, beoordeling en verantwoordingsplicht ten aanzien van de prestaties. Er moet gecontroleerd kunnen worden of de gelden het gewenste effect hebben en efficiënt uitgegeven werden.

 
  
MPphoto
 
 

  Miguel Viegas (GUE/NGL), por escrito. ‒ O objetivo do fundo é ajudar a promover a estabilidade nessas regiões e contribuir para uma melhor gestão da migração. O valor da contribuição da UE para o fundo: 1,8 mil milhões de euros, embora em abril de 2016 ascendesse ainda apenas a 81,71 milhões de euros.

Em primeiro lugar, não deixa de ser lamentável que as contribuições dos Estados-Membros se mantenham muito baixas e que haja atrasos nos pagamentos, instando-se os Estados-Membros a honrarem os seus compromissos.

Acompanhamos a necessidade de ajudas ao desenvolvimento. Não acompanhamos esta lógica dos fundos fiduciários que passam ao lado do orçamento da UE e que, em muitos casos, carecem de transparência na sua gestão e concretização.

 
  
MPphoto
 
 

  Harald Vilimsky (ENF), schriftlich. ‒ Der Treuhandfonds ist kein wirksames Mittel, um einen Stopp der Abwanderung aus Afrika durch Investitionen zu gewährleisten. Meist sind gerade diese Mittel und Maßnahmen schuld an der Abwanderung. Stattdessen werden wiederum wichtige Fluchtpräventionen vernachlässigt, wie z. B. eine ordentliche Grenzsicherung bzw. Kontrolle in diesen Staaten. Daher habe ich den Vorschlag abgelehnt.

 
  
MPphoto
 
 

  Daniele Viotti (S&D), per iscritto. ‒ Ho votato a favore della relazione sul fondo fiduciario dell'UE per l'Africa: implicazioni per lo sviluppo e l'aiuto umanitario. In particolare, la relazione evidenzia l'importanza di utilizzare l'intero importo del fondo fiduciario per progetti finalizzati puramente allo sviluppo, tra cui l'istruzione, l'assistenza sanitaria e le infrastrutture.

 
  
MPphoto
 
 

  Julie Ward (S&D), in writing. ‒ The Africa Trust fund is one piece in the puzzle of the EU’s response to the migration crisis. It is disappointing, however, that Member States (including the UK Government) have not matched the EU’s efforts in contributing to the trust fund. Together with my S&D colleagues, I support the Commission’s efforts to address the problem of global migratory flows, but stress that efforts to address this problem should not take resources away from development funds concentrating on the root causes of refugee flight and migration. This report calls for steps to be taken so that the Trust Funds are better monitored by the European Parliament, because they currently lack sufficient transparency in their use.

 
  
MPphoto
 
 

  Jadwiga Wiśniewska (ECR), na piśmie. ‒ Celem funduszu powierniczego UE dla Afryki (EUTF), który został uruchomiony w listopadzie 2015 r. w Valettcie, jest wspieranie stabilizacji w regionach afrykańskich i przyczynienie się do lepszego zarządzania migracjami. Fundusz ma udzielać wsparcia przy wyeliminowaniu źródłowych przyczyn destabilizacji, przymusowych przesiedleń i nieuregulowanej migracji w dwudziestu trzech krajach, w trzech regionach Afryki: Róg Afryki, Sahel i basen jeziora Czad, Afryka Północna. W głosowaniu wstrzymałam się od głosu, ponieważ, mimo, że sprawozdanie promuje właściwe podejście do tematyki migracji, to promuje również dostęp do praw reprodukcyjnych, tj. m.in. aborcji.

 
  
MPphoto
 
 

  Θεόδωρος Ζαγοράκης (PPE), γραπτώς. ‒ Η έκθεση της επιτροπής Ανάπτυξης αναλύει σε λεπτομέρεια τις πτυχές του προϋπολογισμού για τον τρόπο παροχής της βοήθειας, υποστηρίζει την διαφάνεια και την αποτελεσματικότητα των στόχων, ενώ υπογραμμίζει τον ρόλο των διεθνών και τοπικών οργανισμών και φορέων. Ψήφισα θετικά.

 
  
MPphoto
 
 

  Pablo Zalba Bidegain (PPE), por escrito. ‒ Debido a altos niveles de migración irregular, el Fondo Fiduciario de la UE para África fue creado para apoyar a los países africanos más afectados, para ayudar a promover la estabilidad en esas regiones y para promover una cooperación más estrecha entre África y la UE en temas de gestión de la migración, la seguridad y el desarrollo.

El informe hace referencias a la financiación, la ejecución y el control. Se llama a la transparencia, la rendición de cuentas y la propiedad y la coherencia de las políticas en cuanto a la definición y ejecución de proyectos, con pleno respeto de los principios del desarrollo y su eficacia.

El informe ofrece una evaluación crítica de los aspectos presupuestarios y las deficiencias en términos de financiación por los Estados miembros. Además pide a todas las partes interesadas que cumplan puntualmente con sus compromisos y responsabilidades.

Por último, España ya ha aportado la contribución correspondiente y está participando activamente en este Fondo, por lo que voto a favor de este informe.

 
  
MPphoto
 
 

  Σωτήριος Ζαριανόπουλος (NI), γραπτώς. – Η έκθεση για το «καταπιστευματικό ταμείο της ΕΕ για την Αφρική» αποκαλύπτει και τους πραγματικούς στόχους που υπηρετεί η δημιουργία του. Να αποτελέσει ένα ακόμη μηχανισμό της ΕΕ για τις πολύμορφες οικονομικές, πολιτικές και στρατιωτικές επεμβάσεις της στην αφρικανική ήπειρο, που αποτελεί μία από τις γεωστρατηγικές προτεραιότητες της επιθετικής ιμπεριαλιστικής πολιτικής της και πεδίο σφοδρών μονοπωλιακών ανταγωνισμών ανάμεσα σε ιμπεριαλιστικά κέντρα και ισχυρές καπιταλιστικές χώρες για την εκμετάλλευση των πλουτοπαραγωγικών – κυρίως ενεργειακών - πηγών. Τα ψεύτικα λόγια για την αντιμετώπιση δήθεν των αιτιών της μετανάστευσης και τα υποκριτικά ευχολόγια για ανθρώπινα δικαιώματα δεν μπορούν να κρύψουν τον πραγματικό προορισμό του ταμείου που ομολογεί η ίδια η έκθεση: Χρηματοδότηση επεμβάσεων που, με τον μανδύα των «ειρηνευτικών επιχειρήσεων» , θα επεκτείνουν τις ήδη αναπτυγμένες στρατιωτικές αποστολές της ΕΕ (Σομαλία, Μάλι, Κεντροαφρικανική Δημοκρατία, Νίγηρας, χώρες του Σαχέλ κλπ) σε κάθε περιοχή της Αφρικής, όπου το απαιτούν τα συμφέροντα των μονοπωλιακών ομίλων. Τα ταμεία της ΕΕ δεν δημιουργούνται για την αντιμετώπιση της φτώχειας και της εξαθλίωσης που γεννά και αναπαράγει το ιμπεριαλιστικό σύστημα, αλλά για την ένταση της καπιταλιστικής εκμετάλλευσης. Αυτή την εκμετάλλευση πρέπει να αντιπαλέψουν οι λαοί και να την ανατρέψουν, οικοδομώντας τη δική τους εξουσία.

 
  
MPphoto
 
 

  Jana Žitňanská (ECR), písomne ‒ Hlavným cieľom európskeho trustového fondu pre Afriku, ktorý bol vytvorený na summite o migrácii vo Vallette v novembri 2015, je podpora stability v regióne a zlepšenie managementu migrácie. Trustový fond si dal za cieľ adresovať korene destabilizácie, núteného vysídľovania a migrácie, a to podporou bezpečnosti, rozvoja a ekonomických možností. Medzičasom aktívne asistoval v 23 afrických krajinách, ktoré sú krajinami pôvodu, tranzitu, či destináciou migrácie. V rámci tohto uznesenia Parlament pripomenul, že hoci členské štáty sľúbili prispieť do trustového fondu, doteraz reálne prispeli len veľmi malou sumou a mali by si preto uvedomiť, že na efektívne fungovanie fondu bude potrebné, aby svoje sľuby dodržali. Uznesenie okrem toho poukázalo aj na nedostatočnú flexibilitu finančného rámca, ktorý nie je schopný rýchlo reagovať na krízy, a vyzvalo na zvýšenie jeho stropu. Súhlasím s tým, že sľuby, ktoré členské štáty dali v súvislosti s príspevkami do trustového fondu, sa majú dodržiavať, na druhej strane však nesúhlasím s výzvami na navýšenie stropu viacročného finančného rámca. Vo všeobecnosti by sa krízové situácie nemali zakaždým riešiť navýšením rozpočtu, ale najmä efektívnym využitím už existujúcich schém a prostriedkov. Práve preto som sa rozhodla v záverečnom hlasovaní zdržať.

 
  
MPphoto
 
 

  Carlos Zorrinho (S&D), por escrito. ‒ Votei a favor do relatório Corrao sobre o Fundo Fiduciário da UE para África, por considerar fundamental o papel deste fundo para ajudar a promover a estabilidade na região e contribuir para uma melhor gestão da migração.

Destaco ainda a missão deste fundo no sentido de se debruçar sobre as causas profundas que estão na origem da desestabilização, das deslocações forçadas e da migração irregular, através da promoção da resiliência, de oportunidades económicas, da igualdade de oportunidades, da segurança e do desenvolvimento.

Lamento, no entanto, que os fundos fiduciários não estejam sujeitos ao escrutínio do Parlamento Europeu, dado o valor acrescentado desta instituição na avaliação da gestão de fundos em matéria de assistência humanitária.

 
  
MPphoto
 
 

  Milan Zver (PPE), pisno. ‒ Predlog resolucije o skrbniškem skladu EU za Afriko: posledice za razvojno in humanitarno pomoč sem podprl.

Afrika se še vedno sooča z visoko stopnjo naraščanja števila prebivalstva in zgolj počasnim zmanjševanjem rodnosti, zaradi česar se bo v bližnji prihodnosti skokovito povečalo število delovno sposobnih mladih, kar bo prineslo velike potencialne socialne in gospodarske prednosti.

Menim, da je potrebno nujno opremiti mlade z izobrazbo in veščinami, ki jih potrebujejo za uresničitev svojega potenciala, in ustvariti zaposlitvene priložnosti, da bi spodbudili stabilnost, trajnostno gospodarsko rast, socialno kohezijo in razvoj v regiji.

Sklad je predvsem tudi orodje za boj proti migracijam.

 

5.19. Het creëren van arbeidsmarktomstandigheden die bevorderlijk zijn voor het evenwicht tussen werk en gezinsleven (A8-0253/2016 - Tatjana Ždanoka, Vilija Blinkevičiūtė)
Video van de redevoeringen
  

Mündliche Erklärungen zur Abstimmung

 
  
MPphoto
 

  Eleonora Forenza (GUE/NGL). – Signor Presidente, onorevoli colleghi, vorrei argomentare la ragione del mio voto a favore di questa relazione, che affronta in maniera molto puntuale diversi aspetti del gender pay gap, da cui il nostro continente è ancora fortemente attraversato.

In generale si tratta di una buona relazione, che mette in evidenza le conseguenze che il lavoro di cura ha sull'occupazione lavorativa delle donne: circa 3,3 milioni di donne di età compresa tra i 15 e i 34 anni hanno dovuto lasciare il lavoro per assistere persone della loro famiglia.

La relazione, inoltre, evidenzia la necessità di politiche mirate per l'equilibrio tra vita privata e lavoro, così come per donne con disabilità, giovani, migranti e persone LGBTQI, che sono spesso vittime ancora più colpite dalla discriminazione in ambito lavorativo. In questo senso si invitano la Commissione e gli Stati membri a elaborare politiche efficaci per combattere gli stereotipi di genere.

Abbiamo votato a favore anche della non trasferibilità del congedo parentale, dal momento che riteniamo che si tratti di un segnale forte che l'Unione europea deve dare agli Stati membri. Inoltre, si affronta la questione delle pensioni. È un tema assai delicato: il periodo di maternità non viene conteggiato come periodo maturante lo scatto di livello nel percorso di carriera e noi invece pensiamo che esso debba essere equiparato.

 
  
MPphoto
 

  Tania González Peñas (GUE/NGL). – Señor Presidente, este informe es un buen comienzo, y felicito a las ponentes por el trabajo realizado. Hemos votado a favor, porque da pasos positivos en el camino de la conciliación, pero no podemos dejar de hablar de lo sustancial: de las causas de la imposibilidad de muchos, y sobre todo de muchas mujeres, de muchas trabajadoras, para conciliar la vida personal y profesional. Es urgente refundir las Directivas de permisos por maternidad, paternidad y parentales, para que estos permisos sean iguales e intransferibles. Por el derecho de todos a cuidar, por el derecho de todos y de todas a ser cuidados, por el derecho de las mujeres a desarrollar su carrera profesional y su vida profesional en igualdad de condiciones.

Es necesaria una mayor inversión en escuelas infantiles de calidad y gratuitas y en servicios públicos de calidad para el cuidado de nuestros mayores. Y es necesario luchar contra la precariedad laboral, que ataca especialmente a las mujeres, la brecha salarial y la brecha de las pensiones. Señorías, conciliar es vivir. Y la vida debe estar en el centro de nuestras políticas.

 
  
MPphoto
 

  Tim Aker (EFDD). – Mr President, since our glorious Brexit vote we have seen a large number of economic scare stories kicked into the long grass. But this should not disguise or hide the Government’s policies that are turning the screws on working people.

We have seen record numbers of zero—hours contracts – zero—hours contracts that provide absolutely no job security whatsoever. The Government is also set to introduce ‘pay to stay’ for council tenants. Let us put that into perspective. They are levying a tax on the poorest in society. That is simply not on and we will fight it all the way. Brexit was a vote by those left behind by big business, big government and the political class and we will make sure that Brexit benefits those who voted to get our country back.

 
  
  

Schriftliche Erklärungen zur Abstimmung

 
  
MPphoto
 
 

  Lars Adaktusson (PPE), skriftlig. ‒ Idag röstade Europaparlamentet om sin linje i pågående kommissionsarbetet med det man i EU-sammanhang kallar ”work-life balance”. Betänkandet ställer mycket långtgående krav på överstatlighet, inte minst när det gäller familjepolitiken. Självklart är det viktigt att en gravid kvinna erbjuds bra försäkring under tiden hon är gravid, att diskriminering i arbetslivet bekämpas och att det finns välfungerande föräldraförsäkringssystem. Men det är inte en fråga som bör ligga på EU-nivå. Jag röstade därför nej till betänkandet.

 
  
MPphoto
 
 

  Isabella Adinolfi (EFDD), per iscritto. ‒ L'obiettivo della relazione è aumentare la partecipazione delle donne al mercato del lavoro, rendendo l'attuale quadro giuridico e politico dell'UE più moderno e adeguato al mercato del lavoro odierno, onde consentire alle persone con figli o altri familiari a carico di equilibrare meglio la vita familiare e quella professionale, permettere una maggiore condivisione delle responsabilità di cura tra le donne e gli uomini e rafforzare la parità di genere nel mercato del lavoro. Per questi motivi ho espresso voto favorevole.

 
  
MPphoto
 
 

  Clara Eugenia Aguilera García (S&D), por escrito. ‒ He votado a favor de este informe porque creo que la conciliación entre la vida laboral y familiar es un derecho fundamental que todavía no se ha alcanzado en Europa, y que representa un obstáculo para el logro de una igualdad real entre hombres y mujeres.

Con este informe enviamos un mensaje claro a la Comisión para que actualice y complete la legislación europea. Debe presentar cuanto antes una revisión de la directiva de maternidad, una mejora de la directiva de permiso parental y dos nuevas directivas, una sobre el permiso de paternidad y otra sobre el permiso de los cuidadores.

Asimismo, es importante que se mejore la provisión de servicios de calidad a precios asequibles de cuidado de niños y otras personas dependientes, para que las mujeres, que son mayoría entre los cuidadores, puedan participar en el mercado laboral y optar a trabajos a jornada completa, que les permitan generar una pensión digna para el futuro.

También hay que racionalizar los horarios laborales e introducir mayor flexibilidad para que todos los trabajadores puedan disfrutar de su vida privada, lo que no sólo redunda en beneficio de las personas, sino también de las empresas porque los trabajadores son más productivos.

 
  
MPphoto
 
 

  Tim Aker (EFDD), in writing. – UKIP voted against this non-binding and non-legislative report. Although there were some very sensitive issues regarding equality, discrimination and helping disadvantaged people, the report went on to call for more EU action and legislation. It included calls for the reversal in the burden of proof in legal situations which would end the presumption of innocence and irrevocably alter UK criminal law. The report called for the EU to monitor national legislation, it tried to say when schools should close, and wanted changes to national taxation and social security.

The only people that should take such decisions are our elected national governments, not unaccountable EU bureaucrats in Brussels.

 
  
MPphoto
 
 

  Martina Anderson (GUE/NGL), in writing. ‒ I voted in favour of this own-initiative report prepared jointly by EMPL and FEMM, which calls for the Commission and Member States to implement measures such as ensuring affordable childcare, and paid leave including maternity, paternity, parental and carers’ leave in order to address the exclusion of women from the labour force due to caring responsibilities. On the issue of non-transferability of parental leave, Sinn Féin’s position is in favour of non-transferability (i.e. it cannot be transferred from the father to the mother) as it is proven to benefit the position of women in the workforce.

 
  
MPphoto
 
 

  Eric Andrieu (S&D), par écrit. ‒ Il est temps d'évaluer nos défis démographiques et socioéconomiques et d'adopter un ensemble de textes législatifs et non législatifs afin de promouvoir enfin un équilibre entre travail et vie privée. En votant ce rapport, le Parlement a envoyé un message fort à la Commission, qui présente sa nouvelle proposition d’ici la fin de l’année.

 
  
MPphoto
 
 

  Laima Liucija Andrikienė (PPE), in writing. ‒ I have expressed my support to the report concerning labour market conditions favourable for work-life balance. In 2015 the European Commission launched a public consultation titled ‘A new start to address the challenges of work-life balance faced by working families’. Despite the recognition, as a fundamental right, of the reconciliation of professional, private and family life in the last decades, the EU legal and policy framework needs to be updated. I support the objective of the Commission which is to increase the participation of women in the labour market in order to allow for parents with children and/or other dependent relatives to better balance family and work life, to allow for greater sharing of care responsibilities between women and men, and to strengthen gender equality in the labour market. I would like to take this opportunity to call on the Commission and the Member States to take necessary measures in order to promote equality between women and men at work and to ensure equal earnings and equal career opportunities. In the near future the Commission should present a proposal for a revised Maternity Leave Directive, bring forward a Paternity Leave Directive and a Carers’ Leave Directive as well as present an implementation report of the Parental Leave Directive.

 
  
MPphoto
 
 

  Pascal Arimont (PPE), schriftlich. ‒ In diesem Bericht geht es um die Schaffung einer Reihe legislativer und nicht legislativer Maßnahmen zur Förderung eines ausgewogenen Verhältnisses von Berufs- und Privatleben. Die Kommission und die Mitgliedstaaten werden dabei aufgefordert, gleiche Lohn- und Arbeitsbedingungen für Männer und Frauen zu schaffen. Außerdem ist es das Ziel dieses Berichts, Frauen allgemein mehr Teilhabe am Arbeitsmarkt zu ermöglichen, indem die geltenden rechtlichen und politischen Rahmenbedingungen der EU modernisiert und an den heutigen Arbeitsmarkt angepasst werden. Ebenso wird u. a. die Relevanz einer qualitativ hochwertigen und für jedermann zugänglichen frühkindlichen Betreuung sowie die Notwendigkeit, Betreuungspflichten (von Kindern oder Familienangehörigen) stärker zwischen Männern und Frauen zu verteilen, hervorgehoben.

In den vergangenen Jahrzehnten hat es im Bereich der Vereinbarkeit von Berufs-, Privat- und Familienleben bereits einige Initiativen auf europäischer und einzelstaatlicher Ebene gegeben, nichtsdestotrotz sind in diesem Bereich nach wie vor Fortschritte nötig.

Ich unterstütze die Forderung des Parlaments, dieser Debatte mehr Geltung zu verschaffen und die Kommission dazu zu veranlassen – unter Berücksichtigung des Subsidiaritätsprinzips –, dass sie ihre Tätigkeit auf diesem Gebiet allgemein intensiviert.

 
  
MPphoto
 
 

  Marie-Christine Arnautu (ENF), par écrit. ‒ L’idée générale de ce texte est la volonté de concilier au mieux la vie privée et professionnelle et de lutter contre les discriminations au travers de mesures législatives et non législatives, dans le respect du principe de subsidiarité. Concrètement, il s’agit d’organiser la société et le monde du travail afin que les femmes puissent à la fois participer au marché du travail au même titre que les hommes et que ce même milieu professionnel leur laisse la liberté de procréer, sans entrave. Plus largement, l’objectif est de lutter contre une inégalité des sexes persistante, notamment dans le domaine de l’emploi.

La liberté de choix des femmes et des familles est court-circuitée. Finalement, la femme n’est vue que comme un égal inférieur de l’homme, nécessitant une attention législative plus particulière. En outre, migrants, liberté de circulation et objectifs 2020 viennent se greffer et orienter ce dossier. C’est pourquoi, j’ai voté contre ce rapport.

 
  
MPphoto
 
 

  Jonathan Arnott (EFDD), in writing. ‒ In the interest of transparency and democracy I would like to confirm I voted against this report. It is another example of the EU forcing its narrow minded rules upon our daily lives. This report reverses the burden of proof in court cases. It forces men and women to take equal time off work using maternity and paternity leave, which may suit some but not all families. To top it off it calls on the UK to recognise legal documents that we don´t currently accept as official with a view to guaranteeing free movement.

 
  
MPphoto
 
 

  Jean Arthuis (ALDE), par écrit. ‒ J'ai voté en faveur de ce rapport car j'estime que la conciliation de la vie professionnelle, privée et familiale doit être reconnue comme un droit fondamental. L'équilibre travail-vie améliore non seulement le bien-être de chacun, mais profite également à la société dans son ensemble, car les personnes ayant un équilibre travail-vie satisfaisant sont plus productives au travail.

 
  
MPphoto
 
 

  Zigmantas Balčytis (S&D), raštu. ‒ Balsavau už pranešimą dėl profesinio ir asmeninio gyvenimo pusiausvyrai palankių darbo rinkos sąlygų kūrimo. Poreikis modernizuoti ES lygmeniu profesinio ir asmeninio gyvenimo pusiausvyros sistemą yra matomas. Visuomenė patiria demografinius pokyčius, nedarbas vis dar yra didžiulė problema, taip pat ir vaikų turėjimas vis dar turi nepaprastai didelį neigiamą poveikį moterų užimtumui. Todėl pritariu, kad būtina skatinti užimtumą, suteikti vaikams kokybišką ikimokyklinį ugdymą, priežiūrą bei suteikti visas galimybes laisvalaikio užimtumui. Be to, tinkamo profesinio ir asmeninio gyvenimo politika padės užtikrinti pagyvenusių, neįgalių ar ilgalaikėmis ligomis sergančių priklausomų asmenų saugumą ir gyvenimo kokybę.

 
  
MPphoto
 
 

  Gerard Batten (EFDD), in writing. ‒ UKIP voted against this non-binding and non-legislative report. Although there were some very sensitive issues regarding equality, discrimination and helping disadvantaged people, the report went on to call for more EU action and legislation. It included calls for the reversal in the burden of proof in legal situations which would end the presumption of innocence and irrevocably alter UK criminal law. The report called for the EU to monitor national legislation, it tried to say when schools should close, and wanted changes to national taxation and social security. The only people that should take such decisions are our elected national governments, not unaccountable EU bureaucrats in Brussels.

 
  
MPphoto
 
 

  Nicolas Bay (ENF), par écrit. ‒ Je m’oppose à ce texte qui constitue une ingérence dans l’organisation sociétale des États membres mais également dans les familles elles-mêmes. Il y a certes quelques bonnes idées mais il s’agit d’un texte qui prétend modifier en profondeur nos modèles sociétaux, sans respecter la liberté des femmes et des familles dans leurs choix de vie. Finalement, la femme n’est vue que comme un égal inférieur de l’homme, nécessitant une attention législative plus particulière. En outre, de dangereuses considérations sur la liberté de circulation des «migrants» viennent se greffer pour mieux orienter ce texte d’inspiration clairement mondialiste.

 
  
MPphoto
 
 

  Hugues Bayet (S&D), par écrit. ‒ J’ai voté en faveur de ce rapport demandant l'introduction d'un cadre visant à garantir le droit à un équilibre entre la vie professionnelle et la vie privée en tant qu'objectif fondamental des systèmes sociaux. A l’instar de mes collègues, j’estime que des politiques de conciliation entre vie familiale et vie professionnelle bien conçues et bien appliquées peuvent contribuer à renforcer la croissance économique, la participation globale au marché du travail, l'égalité des genres, la réduction du risque de pauvreté mais également influencer positivement les taux de natalité dans l'UE (qui sont passés de 16,4% en 1970 à 10,1% en 2014).

Ce rapport propose notamment que la Commission présente une proposition sur ce train de mesures dans le cadre de son programme de travail 2017 en incluant comme base juridique l'égalité entre les hommes et les femmes. Parmi ces mesures devraient notamment figurer des politiques pour soutenir les personnes les plus défavorisées ou actuellement exclues de la législation (familles monoparentales, couples homosexuels, travailleurs indépendants, les familles dont l'un des membres souffrent d'un handicap, etc.). Dans ce rapport, les députés estiment notamment que la Commission et les États membres doivent veiller à assurer un droit au congé de maternité et de paternité mais également aux congés pour personne à charge.

 
  
MPphoto
 
 

  Heinz K. Becker (PPE), schriftlich. ‒ Ich habe mich bei der Abstimmung über den Bericht über die Schaffung von Arbeitsmarktbedingungen zur Förderung eines ausgewogenen Verhältnisses von Berufs- und Privatleben enthalten, da der Bericht zwar ein wichtiges Thema für die EVP darstellt und daher an sich nicht abzulehnen ist, aber leider auch viele Forderungen stellt, die mit dem Prinzip der Subsidiarität nicht vereinbar sind, wie unter anderem eine erneute Aufforderung an die Kommission, eine Mutterschutzrichtlinie vorzuschlagen. Familienrechtliche Belange sind immer noch besser in den Händen der Mitgliedstaaten aufgehoben. Darüber hinaus werden in dem Bericht Themen behandelt, die nicht direkt mit dem Kernthema des Berichts – Work/Life Balance europäischer Arbeitnehmer – verbunden sind, wodurch der Bericht leider an Aussagekraft verliert.

Nicht zuletzt werden in dem Bericht neue und flexible Arbeitsmodelle undifferenziert mit prekären Arbeitsverhältnissen gleichgestellt. Da gerade moderne, flexible Arbeitszeitmodelle oft die Vereinbarkeit von Beruf und Familie erleichtern, kann ich diese Ansicht nicht teilen.

 
  
MPphoto
 
 

  Bendt Bendtsen (PPE), skriftlig. ‒ Jeg har stemt imod denne betænkning i dag. Mine kollegaer i Europa-Parlamentets Udvalg om Beskæftigelse og Sociale Anliggender og Udvalg om Kvinders Rettigheder og Ligestilling er gået alt for langt her. De er simpelthen ude af trit med virkeligheden.

I en tid, hvor vi har store sikkerhedspolitiske problemer og vaklende opbakning fra de europæiske borgere til EU, kan vi simpelthen ikke forsvare denne betænkning. Man vil blande sig, hvor der er rene nationale kompetencer, helt ned i familiepolitikken, f.eks. hvor mange timer vores børn skal gå i skole, hvordan EU-landene skal indrette deres social- og skattepolitik, og hvordan familier skal fordele deres barsel.

Lad os nu leve op til borgernes forventninger og løse vores store fælleseuropæiske udfordringer og så lade de enkelte medlemslande og familierne tage sig af de nære forhold. Ellers risikerer vi for alvor at ødelægge det europæiske projekt.

 
  
MPphoto
 
 

  Brando Benifei (S&D), per iscritto. ‒ L'equilibrio tra vita professionale e privata deve costituire un principio guida all'interno dell'UE, soprattutto in un momento in cui essa si trova dinanzi a una grave sfida demografica dovuta all'incessante diminuzione dei tassi di natalità negli Stati membri. La relazione Ždanoka e Blinkevičiūtė rappresenta un passo importante per una serie riflessione sul tema, per questo motivo ho deciso di sostenerla. Il testo ribadisce la necessità di un cambiamento culturale, che prenda di mira gli stereotipi di genere e consenta di ripartire il lavoro e le attività di cura in modo più equo tra gli uomini e le donne. Occorrono pacchetti globali di misure legislative e politiche concernenti la conciliazione tra vita professionale, privata e familiare. Le proposte dalle parti sociali devono essere completate da un'azione della Commissione nel contesto dell'annunciato pilastro europeo dei diritti sociali. Servono politiche e misure pertinenti che tengano conto della crescente diversità delle relazioni familiari, come le unioni civili e gli accordi tra genitori o nonni, e ridefiniscano l'approccio globale al tema. Pensare all'equilibrio tra vita privata, familiare e lavorativa è un tassello importante per creare una crescita economica e sociale con solide basi.

 
  
MPphoto
 
 

  Xabier Benito Ziluaga (GUE/NGL), por escrito. ‒ Aunque el informe no va a la raíz de las causas de la desigualdad de género en el ámbito laboral, creo que tiene aspectos muy positivos que deberían implementarse para mejorar las políticas de conciliación de la vida personal, familiar y laboral. Por ese motivo, he votado abstención.

 
  
MPphoto
 
 

  Joëlle Bergeron (EFDD), par écrit. ‒ Toute politique qui contribue à promouvoir une vraie égalité entre hommes et femmes dans la vie professionnelle et privée au sein de l’Union doit être soutenue et les nombreux paragraphes dans ce rapport qui mettent l’accent sur la situation déplorables en ce domaine dans de nombreux États membres montrent clairement que beaucoup reste à faire en la matière. Il est bon que les rapporteurs dénoncent le décalage qui existe toujours entre la rémunération d’une femme et d’un homme qui font le même travail. Il est bon que les rapporteurs nous mettent en garde contre la diminution du taux de natalité en Europe et relèvent les défis démographiques qui en résultent. Mais permettez-moi néanmoins d’exprimer certaines réserves contre les paragraphes où les rapporteurs s’en prennent au modèle traditionnel de la famille. Je ne vois pas non plus pourquoi une politique budgétaire d’austérité en temps de crise économique serait par définition préjudiciable à l’égalité entre hommes et femmes. De grâce, évitons d’introduire une phraséologie idéologique dans un débat où la raison et les faits devraient suffire à changer de politique.

 
  
MPphoto
 
 

  Izaskun Bilbao Barandica (ALDE), por escrito. ‒ Quiero agradecer a las ponentes su labor en dicho informe, a favor del cual he votado y donde mi voto ha distado de algunas de las indicaciones de mi grupo. Es fundamental hablar de la necesidad de que el Semestro Europe tenga un pilar de género, que el permiso parental se comparta de manera equitativa entre los padres y madres y que los Estados miembros introduzcan la seguridad social en sus legislaciones en igualdad, así como, la igualdad en pensiones. Los trabajadores deberían de poder tener flexibilidad en sus horas laborales para poder conciliar la vida familiar.

 
  
MPphoto
 
 

  Dominique Bilde (ENF), par écrit. ‒ Je n’ai pas pu soutenir ce texte, qui est un vaisseau pour implanter toujours plus dans la législation la théorie du genre.

Sous prétexte des difficultés rencontrées par certaines femmes pour à la fois fonder une famille et travailler, le rapport entre en effet dans la «lutte contre les stéréotypes» qui a en réalité pour but une véritable indifférenciation des sexes: hommes et femmes sont interchangeables, simples données économiques dont les choix de vie devraient être modelés par les bien-pensants européens!

Apparemment, la priorité serait de «garantir la reconnaissance mutuelle des documents officiels en vue de la libre circulation». Pour les idéologues européistes, faire des femmes des travailleurs détachés les aidera à concilier leur vie de famille et leur carrière... On retrouve par ailleurs toutes les incohérences des prétendus défenseurs des droits des femmes puisque le texte s’inquiète de la baisse du taux de natalité mais ne prône pas la mise en place d’une véritable politique de natalité.

Enfin, «l’individualisation des droits» et la suppression d’une déclaration d’impôt commune, loin d’autonomiser les femmes ne feront que les précariser et détruire le modèle familial.

 
  
MPphoto
 
 

  Mara Bizzotto (ENF), per iscritto. ‒ Ritengo che, pur denunciando problemi reali e pur offrendo spunti condivisibili, la relazione non formuli soluzioni concrete e neppure riconosca il ruolo dell'Europa nell'aggravare l'attuale emergenza sociale. Con queste iniziative l'UE non fa altro che alimentare una mera propaganda, difendendo pubblicamente il diritto dei cittadini ad un equilibrio sano fra lavoro e vita privata, ma costringendo invece nella pratica gli Stati membri a rinunciare alle agenzie nazionali e ad altri servizi.

In Italia il costo dei servizi sostitutivi del lavoro domestico e di cura dei bambini, in assenza di nonni o di altri familiari, è in media di circa 500 euro al mese. Se manca il lavoro per permettere ai giovani di creare e mantenere una famiglia, se l'offerta occupazionale richiede la massima flessibilità della coppia, ma i servizi pubblici diminuiscono per non aumentare la spesa vincolata dai patti capestro dell'UE, che senso ha questa iniziativa se non quello di alimentare una retorica sterile e fine a se stessa? Per questi motivi ho votato contro questo testo.

 
  
MPphoto
 
 

  José Blanco López (S&D), por escrito. ‒ He votado a favor de este informe porque creo que la conciliación entre la vida laboral y familiar es un derecho fundamental que todavía no se ha alcanzado en Europa, lo cual representa un obstáculo para el logro de una igualdad real entre hombres y mujeres.

Con este informe enviamos un mensaje claro a la Comisión para que actualice y complete la legislación europea. Debe presentar cuanto antes una revisión de la directiva de maternidad, una mejora de la directiva de permiso parental y dos nuevas directivas, una sobre el permiso de paternidad y otra sobre el permiso de los cuidadores.

Asimismo, es importante que se mejore la provisión de servicios de calidad a precios asequibles de cuidado de niños y otras personas dependientes, para que las mujeres, que son mayoría entre los cuidadores, puedan participar en el mercado laboral y optar a trabajos a jornada completa, que les permitan generar una pensión digna para el futuro.

También hay que racionalizar los horarios laborales e introducir mayor flexibilidad para que todos los trabajadores puedan disfrutar de su vida privada, lo que no sólo redunda en beneficio de las personas, sino también de las empresas porque los trabajadores son más productivos.

 
  
MPphoto
 
 

  Vilija Blinkevičiūtė (S&D), raštu. ‒ Balsavau už šį pranešimą, kadangi, pirmiausia, privalome įvertinti ir tai, jog Europa sparčiai senėja. Palankesnės sąlygos derinti darbą ir asmeninį gyvenimą įgalintų tėvus daugiau dėmesio skirti savo šeimai bei skatintų gimstamumą. Neretai atsitinka taip, kad, jei šeimoms, o ypatingai, jei moterims nepavyksta suderinti profesinės veiklos su vaikų priežiūra, tai moterys nesiryžta turėti daugiau vaikų arba nusprendžia iš viso jų neturėti. Todėl nenuostabu, kad daugelis išsivysčiusių šalių šiuo metu išgyvena gimstamumo mažėjimo problemą.

Todėl labai svarbu, kad darbo vietoje būtų sukurta šeimai draugiška aplinka ir kad darbdaviai garantuotų vaikus auginančioms šeimoms lanksčius darbo santykius, suteiktų papildomų socialinių garantijų.

Taip pat turi būti sudarytos tinkamos sąlygos vaikų priežiūrai, todėl privalome raginti valstybes nares įgyvendinti Barselonos tikslus ir gerinti galimybes naudotis kokybiškomis, visiems prieinamomis ir įperkamomis vaikų priežiūros paslaugomis, t. y. steigti ir gerinti vaikų darželius, ikimokyklinio ugdymo įstaigas, užtikrinti popamokinę veiklą ir pan.

Labai svarbu yra skatinti ir tėvus (vyrus) imti tėvo ir vaiko priežiūros atostogas, nes būtent tai padės įgyvendinti lyčių lygybę darbo rinkoje ir paskatins moteris būti aktyvesnėmis profesinėje veikloje.

Taigi, norint suderinti darbą, asmeninį ir šeimos gyvenimą nėra vieno visiems tinkamo sprendimo ir reikia ieškoti kiekvienam žmogui tinkamos pusiausvyros, siekiant patenkinti profesinius, asmeninius ir šeimos poreikius.

 
  
MPphoto
 
 

  Franc Bogovič (PPE), napisan. ‒ Dobra ravnoteža između poslovnog i privatnog života istovremeno potiče gospodarski rast, konkurentnost, ukupno sudjelovanje na tržištu rada, rodnu jednakost, smanjenje rizika od siromaštva i međugeneracijsku solidarnost, te se njome odgovara na izazove sve starijeg društva i pozitivno utječe na stope nataliteta u EU-u.

Obzirom da je usklađivanje poslovnog, privatnog i obiteljskog života priznato kao temeljno pravo, i iako su na ovom području pokrenute neke inicijative na europskoj i nacionalnoj razini, neophodno je omogućiti daljnji napredak kako bi se zajamčila ravnoteža između privatnog i poslovnog života.

Ovo je vrlo bitno, kako je navedeno i u samom izvješću, ne samo iz razloga dobrobiti pojedinca nego i društva u cjelini, jer su osobe koje imaju zadovoljavajuću ravnotežu između poslovnog i privatnog života produktivnije na poslu. Posebno treba navesti, što je u izvješću i učinjeno, i položaj djeteta u okolnostima uravnoteženog poslovnog i privatnog života.

Promišljenom politikom u ovom području, djetetu se omogućuje da ostvari svoj puni potencijal i pruži visokokvalitetno predškolsko obrazovanje, roditeljska briga, pristup zabavnim i kulturnim sadržajima i kvalitetnije vreme s roditeljima. Iz tih razloga i moja podrška ide ovom izvješću na sjednici.

 
  
MPphoto
 
 

  Biljana Borzan (S&D), napisan. ‒ Ključ veće uključenosti žena u tržište rada su kvalitetne institucije koje bi im olakšale da usklade privatne obaveze s poslovnim. Tu prije svega mislim na kvalitetnu skrb za djecu u vrtićima i jaslicama.

Isto tako, potrebno je razviti bolju mrežu njegovateljskih ustanova, jer na žene često pada teret brige za starije članove obitelji. Drugi element koji je bitan jest profesionalno osnaživanje žena, kroz borbu protiv rodne određenosti zanimanja i „razbijanje” staklenog stropa.

 
  
MPphoto
 
 

  Marie-Christine Boutonnet (ENF), par écrit. ‒ Ce texte prône l’égalité des sexes face au travail. Si les femmes sont effectivement souvent victimes de discrimination dans le cadre du travail du fait de leur maternité, des gardes, et des soins à apporter aux enfants, discriminations qu’il convient de combattre sans faiblir, il n’en reste pas moins que poursuivre aveuglément l’objectif de stricte égalité hommes femmes relève de l’utopie.

J'ai donc voté contre ce texte.

 
  
MPphoto
 
 

  Renata Briano (S&D), per iscritto. ‒ La conciliazione tra la vita professionale, quella privata e familiare è stata riconosciuta quale diritto fondamentale da decenni. Alcuni provvedimenti in questo ambito sono già stati adottati a livello europeo (per esempio nel sostegno al lavoro femminile e al diritto di maternità) e da alcuni Stati membri, tuttavia occorre compiere ulteriori passi avanti per garantire a tutti un adeguato equilibrio tra vita professionale e privata: da tale equilibrio traggono vantaggio non soltanto il singolo individuo in termini di benessere personale ma anche la società nel suo insieme; è dimostrato infatti che coloro che godono di un buon equilibrio tra vita professionale e privata sono maggiormente produttivi sul lavoro e meno soggetti a richiedere prestazioni del servizio sanitario pubblico per patologie legate a problemi psicologici o stress. A tal fine è necessario trasformare l'ambiente lavorativo superando la concezione che solo il tempo dedicato al lavoro (retribuito) sia dotato di utilità e valore. È importante che nell'ambito delle politiche relative all'equilibrio tra vita professionale e privata si adotti un approccio orientato all'intero ciclo della vita, in modo che tutti possano essere sostenuti nei diversi momenti della propria vita e possano partecipare attivamente al mercato del lavoro e alla società nel suo insieme.

 
  
MPphoto
 
 

  Steeve Briois (ENF), par écrit. ‒ Ce rapport vise à mettre en place sur le marché du travail des conditions favorisant la conciliation entre vie professionnelle et vie privée en luttant contre les discriminations dont font l’objet les femmes ayant des enfants. Bien que nous partagions l’idée selon laquelle la baisse de la natalité provient de l’absence de revenus suffisants ou de craintes liées l’évolution professionnelle, nous considérons néanmoins que la Commission n’a pas à s’ingérer dans les choix familiaux et dans les modèles de société des États membres. Or l’objectif de ce rapport est bel et bien d’opérer une transition culturelle et sociétale notamment par le biais du pilier européen des droits sociaux. C’est la raison pour laquelle j’ai voté contre ce rapport.

 
  
MPphoto
 
 

  Daniel Buda (PPE), în scris. ‒ Obiectivul raportului și, în general, al politicilor pentru echilibrarea vieții profesionale și a celei private este nu numai de a promova egalitatea de gen în mediul profesional și în alte sfere ale vieții, ci și de a le acorda copiilor posibilitatea de a-și dezvolta întregul potențial, oferindu-le în primii ani de viață îngrijiri și o educație de înaltă calitate, acces la activități de recreere, la activități culturale și sportive, și timp pe care să-l poată petrece cu părinții.

Politicile adecvate pentru echilibrarea vieții profesionale și a celei private vor contribui, de asemenea, la garantarea unei calități mai bune a vieții și a unui grad ridicat de siguranță pentru alte persoane dependente, în special pentru persoanele în vârstă și persoanele dependente care suferă de dizabilități sau de boli de lungă durată.

Am susținut prezentul raport prin acordarea unui vot favorabil, considerând că este necesară o conștientizare a rolului pe care îl joacă organizarea muncii și promovarea de bune practici în crearea unor condiții pe piața forței de muncă favorabile echilibrului dintre viața profesională și cea privată.

 
  
MPphoto
 
 

  Soledad Cabezón Ruiz (S&D), por escrito. ‒ He votado a favor de este informe porque creo que la conciliación entre la vida laboral y familiar es un derecho fundamental que todavía no se ha alcanzado en Europa, lo cual representa un obstáculo para el logro de una igualdad real entre hombres y mujeres.

Con este informe enviamos un mensaje claro a la Comisión para que actualice y complete la legislación europea. Debe presentar cuanto antes una revisión de la directiva de maternidad, una mejora de la directiva de permiso parental y dos nuevas directivas, una sobre el permiso de paternidad y otra sobre el permiso de los cuidadores.

Asimismo, es importante que se mejore la provisión de servicios de calidad a precios asequibles de cuidado de niños y otras personas dependientes, para que las mujeres, que son mayoría entre los cuidadores, puedan participar en el mercado laboral y optar a trabajos a jornada completa, que les permitan generar una pensión digna para el futuro.

También hay que racionalizar los horarios laborales e introducir mayor flexibilidad para que todos los trabajadores puedan disfrutar de su vida privada, lo que no sólo redunda en beneficio de las personas, sino también de las empresas porque los trabajadores son más productivos.

 
  
MPphoto
 
 

  Alain Cadec (PPE), par écrit. ‒ Il est important de concilier correctement et équitablement la vie professionnelle et la vie familiale afin d’offrir à l’enfant les meilleures conditions pour débuter sa croissance. Ce rapport met en exergue toutes sortes de problématiques liées au rôle des parents. Nous devons veiller à ce que les deux parents soient égaux face à l’éducation de leurs enfants. En effet, ce sont encore souvent les femmes qui mettent leur carrière de côté pour s’occuper de leurs enfants. Les congés parentaux permettent de donner l’occasion à la mère comme au père de s’occuper de l’enfant lorsque l’autre parent travaille. Tout en respectant le principe de subsidiarité, nous devons veiller au respect de l’égalité entre les hommes et les femmes en matière de parentalité au sein de l’Union européenne. J’ai voté en faveur de ce rapport d’initiative.

 
  
MPphoto
 
 

  Nicola Caputo (S&D), per iscritto. ‒ La relazione in questione, per la quale ho votato favorevolmente, si concentra sulle cause che impediscono il raggiungimento di un equilibrio tra vita familiare e vita professionale degli individui e propone un ammodernamento del quadro legislativo europeo. L'analisi condotta si sofferma, in primis, sui cambiamenti demografici registratisi nella società, che creano maggiori necessità di cura, e sull'emergere delle nuove modalità di lavoro. Poi mette in evidenza le ripercussioni ancora marcatamente negative della genitorialità sui tassi di occupazione femminile e l'inadeguatezza dell'attuale quadro dell'UE a far fronte a questo importantissimo aspetto della continua disparità di genere. La creazione di condizioni favorevoli all'equilibrio tra vita privata e vita professionale e il conseguimento di una buona qualità della vita sono possibili soltanto se le persone hanno tempo a sufficienza al di fuori del lavoro da dedicare al proprio sviluppo personale. La relazione invita, quindi, la Commissione ad adottare maggiori provvedimenti nei confronti degli Stati membri che non attuano adeguatamente la direttiva sull'orario di lavoro e incoraggia gli Stati membri a introdurre misure a sostegno dei congedi per motivi di istruzione o formazione e delle interruzioni professionali.

 
  
MPphoto
 
 

  Matt Carthy (GUE/NGL), in writing. ‒ I voted in favour of this own-initiative report prepared jointly by EMPL and FEMM, which calls for the Commission and Member States to implement measures such as ensuring affordable childcare, and paid leave including maternity, paternity, parental and carers’ leave in order to address the exclusion of women from the labour force due to caring responsibilities. On the issue of non-transferability of parental leave, Sinn Féin’s position is in favour of non-transferability (i.e. it can’t be transferred from the father to the mother) as it is proven to benefit the position of women in the workforce.

 
  
MPphoto
 
 

  David Casa (PPE), in writing. ‒ Work-life balance is an important element that needs to be addressed in order to address gender stereotypes and raise awareness on equal treatment in respect to work-life balance. I can concur with the ideas presented in the report, but on the other hand, I believe that we need to be careful not to trample over the subsidiary principle, whereabouts certain matters fall squarely within Member States’ competence.

 
  
MPphoto
 
 

  Fabio Massimo Castaldo (EFDD), per iscritto. ‒ Il rapporto mira ad aumentare la partecipazione delle donne al mercato del lavoro. In particolare si chiede alla Commissione una revisione della direttiva sul congedo di maternità, un'estensione della durata minima del congedo parentale con un reddito sostitutivo e una protezione sociale adeguati, portandolo da quattro ad almeno sei mesi, una direttiva sul congedo di paternità che preveda un minimo di due settimane di congedo obbligatorio interamente retribuite, una direttiva sul congedo per i prestatori di assistenza (CARERS) che integri la prestazione di assistenza professionale, consenta ai lavoratori di prendersi cura delle persone a carico e offra ai prestatori di assistenza una retribuzione e una protezione sociale adeguate e, infine, supporta lo sviluppo del cosiddetto "smart-working", ovverosia un approccio all'organizzazione del lavoro basato su una combinazione di flessibilità, autonomia e collaborazione, che non richiede necessariamente al lavoratore di essere presente sul posto di lavoro o in un altro luogo predeterminato e gli consente di gestire il proprio orario di lavoro, garantendo comunque il rispetto del limite massimo di ore lavorative giornaliere e settimanali stabilito dalla legge. Per questi motivi, ho votato a favore.

 
  
MPphoto
 
 

  Dita Charanzová (ALDE), písemně. ‒ I přesto, že aktivně podporuji opatření cílená na navýšení počtu žen aktivně se podílejících na pracovním trhu, tuto zprávu jsem nepodpořila. Nepovažují za vhodné, abychom na úrovni EU přijímali směrnice k otázce povinné otcovské dovolené či harmonizaci podmínek mateřských či rodičovských dovolených. Členským státům EU a jejím občanům by měla být ponechána možnost výběru. Jelikož jedním ze současných problémů je i kontinuálně klesající míra porodnosti v zemích EU, měli bychom primárně hledat taková řešení, která podpoří ženy na mateřské dovolené a ženy s dětmi tak, aby nebyly diskriminovány při návratu zpět na pracovní trh ani při dalším průběhu jejich profesionální kariéry.

 
  
MPphoto
 
 

  Caterina Chinnici (S&D), per iscritto. ‒ Sono tante ancora le disparità che esistono nel mondo del lavoro: tra quelle più diffuse vi è la differenza salariale tra uomini e donne o la mancanza di una equa condivisione delle responsabilità. Esiste la necessità di adeguare le condizioni lavorative alle nuove esigenze dettate dalle modifiche e dai cambiamenti della società che inevitabilmente hanno un riflesso sul mercato del lavoro. Penso ad esempio all'invecchiamento della popolazione, che richiede cure ed assistenza per la maggior parte prestate dalle donne.

La disparità di genere ha indebolito la posizione delle donne in termini di occupazione, di retribuzione e avanzamento di carriera. La soluzione va ricercata in nuovi strumenti legislativi. Per tale motivo abbiamo richiesto alla Commissione di preparare nuove direttive sul congedo di paternità in cui sia previsto per i padri un congedo minimo retribuito obbligatorio e non trasferibile ed una nuova proposta sul congedo per i prestatori di assistenza così da evitare che siano solo le donne ad avvalersi dei congedi per motivi familiari.

Per tali ragioni ho votato a favore della relazione.

 
  
MPphoto
 
 

  Ole Christensen (S&D), skriftlig. ‒ Socialdemokraterne i Europa-Parlamentet ønsker at opdatere EU´s lovgivning for at skabe en bedre balance mellem arbejdsliv og privatliv. Vi støtter initiativer, der forbedrer ligestillingen mellem mænd og kvinder, styrker fars ret til orlov og øger kvinders deltagelse på arbejdsmarkedet. Derfor har vi valgt at stemme for betænkningen i sin helhed.

Det skal dog ikke tolkes som opbakning til alle de enkelte initiativer, der nævnes i betænkningen. Generelt ønsker de danske socialdemokrater et større fokus på fars rettigheder, da det er væsentligt for at opnå en mere ligelig fordeling af orlov mellem forældrene. Enkelte af forslagene i betænkningen kunne – hvis der var tale om lovgivning – virke kontraproduktivt i forhold til dette mål. Samtidig er der visse områder, hvor man i Danmark har tradition for, at der indgås aftaler mellem arbejdsmarkedets parter, og hvor vi ikke ønsker lovgivning på EU-plan.

Eftersom der ikke er tale om lovgivning, men blot en initiativbetænkning, har vi valgt at støtte det overordnede budskab om at sikre mere ligestilling og bedre kønsbalance gennem forbedrede regler, i tæt samarbejde med arbejdsmarkedets parter og under hensyntagen til nærhedsprincippet.

 
  
MPphoto
 
 

  Λευτέρης Χριστοφόρου (PPE), γραπτώς. ‒ Στηρίζουμε την έκθεση και συμφωνούμε με την θέση των εισηγητών ότι η ανάγκη εκσυγχρονισμού της εξισορρόπησης μεταξύ επαγγελματικής και προσωπικής ζωής σε επίπεδο ΕΕ είναι προφανής για διάφορους λόγους: η κοινωνία έχει συνειδητοποιήσει τις δημογραφικές αλλαγές παρακινώντας για περισσότερες ανάγκες φροντίδας, έχουν προκύψει νέοι τρόποι εργασίας, η ανεργία εξακολουθεί να βρίσκεται σε πρωτοφανή υψηλά επίπεδα, έχει αυξηθεί η ποικιλομορφία των οικογενειακών σχέσεων και ρυθμίσεων για την ανατροφή των παιδιών, η μητρότητα εξακολουθεί να έχει εντυπωσιακά αρνητικές επιπτώσεις στα ποσοστά απασχόλησης των γυναικών και το σημερινό πλαίσιο της ΕΕ αποδεικνύεται ανεπαρκές για την αντιμετώπιση αυτής της πιο σημαντικής πτυχής των επίμονων ανισοτήτων μεταξύ των φύλων.

 
  
MPphoto
 
 

  Κώστας Χρυσόγονος (GUE/NGL), γραπτώς. ‒ Η έκθεση σχετικά με τη δημιουργία συνθηκών στην αγορά εργασίας οι οποίες ευνοούν την εξισορρόπηση μεταξύ επαγγελματικής και προσωπικής ζωής, έχει εμφανείς και σημαντικές αναφορές στην καθημερινότητα των ευρωπαίων πολιτών. Η διασφάλιση μιας υγιέστερης και πιο αποτελεσματικής προσέγγισης στην ζωή των πολιτών πρέπει να αποτελεί στόχο μας και για αυτό τον λόγο ψήφισα θετικά.

 
  
MPphoto
 
 

  Alberto Cirio (PPE), per iscritto. ‒ Ho votato a favore di questa relazione dal momento che prende in considerazione il bisogno di tutelare il nucleo elementare della società umana, la famiglia. In particolare, mi congratulo per il positivo risultato ottenuto nell'ambito delle pari opportunità. Infatti, questa relazione fornisce una chiara cornice legislativa che promuove la partecipazione delle donne al mercato del lavoro non solo attraverso l'invito a eliminare le disuguaglianze di genere, ma anche grazie alla tutela del congedo genitoriale. Inoltre, considerate le attuali sfide socio-economiche, ritengo che la promozione del concetto di "lavoro agile" faciliterà l’equilibrio tra lavoro e vita privata. L'introduzione della possibilità di lavorare da casa e di orari flessibili darà l'opportunità ai lavoratori con figli a carico di poter meglio gestire i propri impegni.

 
  
MPphoto
 
 

  Deirdre Clune (PPE), in writing. ‒ I supported the report on Work-Life Balance and also supported the inclusion of all references concerning rights for the LGBTI community and same-sex couples.

 
  
MPphoto
 
 

  Carlos Coelho (PPE), por escrito. ‒ O equilíbrio entre a vida profissional e a vida pessoal e familiar consubstancia, nos dias de hoje, um direito indiscutível nas sociedades modernas, contribuindo para o bem-estar pessoal e beneficiando a sociedade em geral através de um aumento da produtividade e da natalidade tão almejada.

Apoio o presente Relatório, por considerar ser ainda necessário fazer progressos neste domínio, incentivando tanto as instituições europeias como os Estados—Membros a adotarem transversalmente nas suas políticas estas preocupações, com especial atenção para as questões de género, de idade, do cariz do agregado familiar e as novas realidades sociais, defendendo aqueles mais desfavorecidos ou mesmo excluídos da legislação e das políticas existentes.

Há que combater as discriminações no meio profissional, regular com equidade a questão das licenças parentais, combater o stress na gestão da vida profissional e pessoal, apoiar a mulher na sua emancipação na vida ativa, reconhecer o trabalho realizado pelas pessoas que dedicam o seu tempo à prestação de cuidados a terceiros e reconhecer o papel dos avós profissionalmente ativos.

Uma sociedade justa e humanista não se compadece com o tratamento parcelar e caritativo de um direito fundamental reconhecido de equilíbrio entre a vida profissional, pessoal e familiar.

 
  
MPphoto
 
 

  Lara Comi (PPE), per iscritto. ‒ Ho votato a favore della relazione affinché venga garantita tra le priorità il rispetto dell'interesse superiore del minore nella realizzazione delle politiche di bilanciamento fra vita professionale e familiare dei genitori. Non dimentichiamo che esiste ancora una sottovalutazione del lavoro delle donne e che molti datori di lavoro valutano la maternità come una discriminante negativa. È necessaria quindi una efficace formulazione di politiche di sostegno pubblico e privato ai figli e ai genitori, affinché questi ultimi siano in grado di assumersi e condividere le loro responsabilità educative e di assistenza. Auspico vivamente nella presentazione da parte della Commissione di un nuovo ambizioso progetto di direttiva sul congedo di maternità, non solo per garantire il corretto equilibrio fra vita sociale e lavorativa, ma anche per sostenere le famiglie e combattere le diseguaglianze, proteggendo al contempo le donne in gravidanza e le neomamme lavoratrici.

 
  
MPphoto
 
 

  Therese Comodini Cachia (PPE), in writing. – It is high time to step up protection against discrimination and unlawful dismissal related to work-life balance, which particularly affect female workers.

As the report states, we need to ensure that women are paid and covered by social protection for the duration of maternity leave in order to support families and combat inequalities, strengthen women’s social and economic independence and avoid them being financially penalised for having children.

Women are increasingly well-qualified, even outperforming men in terms of educational attainment and yet they continue to be under-represented in the labour market, or employed in jobs below their skill level. Overall low pay, a higher concentration in part-time work and greater interruptions in careers due to caring for others (children and/or dependent relatives) contribute to a greater risk of poverty and social exclusion for women as well as a large gender pension gap.

 
  
MPphoto
 
 

  Anna Maria Corazza Bildt (PPE), skriftlig. – Vi måste förbättra balansen mellan arbetsliv och familjeliv i EU och ge kvinnor och män samma möjligheter att kombinera karriär och familj. Dock är det upp till medlemsstaterna att utforma system och villkor som gör detta möjligt, särskilt ledighet för arbetande föräldrar. Jag kunde inte stödja betänkandet eftersom det uppmanar kommissionen att föreslå mammaledighet, pappaledighet och ledighet för vårdare på EU-nivå.

Utöver detta föreslås det i betänkandet att vi på EU-nivå ska besluta om vissa sorters skattepolitik, minimilöner och socialförsäkringssystem, vilka alla ska beslutas nationellt. Vi bör öka medvetenheten, utbyta bästa praxis och uppmuntra medlemsstaterna att bedriva en modern jämställdhetspolitik som innebär att kvinnor inte betraktas som enda förälder med ansvar för vård av barn. Vi måste fokusera på att bekämpa diskriminering och stereotyper mot kvinnor och flickor både på och utanför arbetsplatsen. Vi har fortfarande en lång väg att gå, men det är inte genom att införa familje- och arbetsmarknadspolitik från Bryssel som vi kommer att uppnå jämställdhet i Europa.

 
  
MPphoto
 
 

  Javier Couso Permuy (GUE/NGL), por escrito. ‒ He votado a favor de este informe conjunto de la Comisión de Mujer e Igualdad de Género y de la Comisión de Empleo puesto que reconoce que la creciente desregulación de los derechos laborales y sociales en la Unión y las políticas de austeridad tienen un terrible impacto en la conciliación de vida privada y profesional para las mujeres.

Para evitar esta desigualdad, el informe apuesta por potenciar los convenios colectivos que faciliten la conciliación de la vida privada, profesional y familiar. Asimismo, apuesta por un permiso parental que sea apropiadamente remunerado y para ambos progenitores para facilitar esta conciliación. Dado que también señala la importancia de promover a escala europea los servicios sociales públicos de cuidado y de atención de menores, he dado mi apoyo a este texto.

 
  
MPphoto
 
 

  Andrea Cozzolino (S&D), per iscritto. ‒ L'importanza della conciliazione tra vita professionale, vita privata e vita familiare è volta a promuovere un equilibrio tra i diversi aspetti della vita delle persone. In tal senso sono necessarie politiche trasversali, strutturali e coerenti che includano incentivi e misure efficienti per favorire la conciliazione tra il lavoro, la possibilità di dedicare tempo alla famiglia, il tempo libero e lo sviluppo personale. Ho votato a favore di questa risoluzione perché ritengo che la Commissione e gli Stati membri debbano adottare politiche che migliorino l'ambiente di lavoro, creino buone condizioni lavorative e benessere a livello sociale e professionale e nel contempo un buon equilibrio tra vita professionale e vita privata. In tal senso, sono necessarie politiche che tengano anche in considerazione il benessere e l'interesse superiore dei minori e il miglioramento dell'accesso delle donne al mercato del lavoro e l'equa ripartizione tra donne e uomini delle responsabilità domestiche e di cura.

 
  
MPphoto
 
 

  Andi Cristea (S&D), în scris. ‒ În ultimele decenii echilibrarea vieții profesionale cu viața privată și cea de familie a fost recunoscută ca un drept fundamental. Femeile au devenit din ce în ce mai bine calificate, chiar depășind bărbații ca nivel de educație, dar sunt, totodată, în continuare, reprezentate în măsură insuficientă pe piața forței de muncă sau sunt angajate pentru a efectua munci sub nivelul lor de calificare. Conform estimărilor, diferențele existente între bărbați și femei în ceea ce privește încadrarea în muncă determină la nivelul UE pierderi de circa 370 de miliarde EUR pe an, respectiv 2,8% din PIB—ul de la nivelul UE. În timpul recentei crize, cotele nivelului de sărăcie au ajuns la valori alarmante. Acest lucru a dus la o muncă mai intensă și îndelungată pentru a putea avea un venit decent. Femeile au avut de suferit și mai mult, deoarece, în general, ele câștigă mai puțin decât bărbații pentru o muncă identică.

Am votat pentru crearea condițiilor care să favorizeze echilibrarea vieții profesionale și a celei private. Este necesară atât modernizarea legislației actuale UE, pentru a remedia deficiențele sau omisiunile din anumite domenii, cât și îmbunătățirea coordonării între statele membre pentru a asigura condiții echitabile în ceea ce privește costurile și beneficiile politicilor de echilibrare.

 
  
MPphoto
 
 

  Edward Czesak (ECR), na piśmie. ‒ Wstrzymałem się od głosowania w sprawie sprawozdania, mimo że wiem jak ważne jest zachowanie równowagi miedzy życiem prywatnym a zawodowym. Jednakże większość wezwań do działania w sprawozdaniu narusza zasadę pomocniczości. Dyrektywa w sprawie urlopu macierzyńskiego z 2008 r. okazała się porażką, nie sądzę, żeby i w tym przypadku było inaczej. Uważam, że odnalezienie tej równowagi powinno leżeć w gestii każdej rodziny, nie należy regulować tego prawnie, co zdaje się sugerować sprawozdanie.

 
  
MPphoto
 
 

  Miriam Dalli (S&D), in writing. ‒ I believe that in order to adequately address work-life balance and avoid unintended negative consequences on women or men, the gender perspective has to be mainstreamed in order to address discrimination and gender stereotypes and thus ensure equal opportunities to both women and men. Furthermore, I believe that single parents and LGBTI couples, parents from minorities, parents with disabilities and other families should not be discriminated against based on the fact that they are non-conventional. I believe that all families should be celebrated in all shapes and forms and this is adequately addressed in this report which promotes more pragmatic solutions to work-life balance, which is an essential element of family life.

 
  
MPphoto
 
 

  Daniel Dalton (ECR), in writing. ‒ I abstained on this report. Although it contains many positive recommendations within it which I am in full agreement with, on incentives and other help for women and men to combine their work and private lives, it is almost entirely concerned with policies that are the responsibility of national governments. The starting point for any proposed regulation in Brussels should always be to ask: does this need to be done at a European level? If the answer is no, we should not support it.

 
  
MPphoto
 
 

  Viorica Dăncilă (S&D), în scris. ‒ Consider că scăderea ratei natalității în Uniunea Europeană a fost exacerbată de criză, având în vedere că șomajul, oportunitățile precare de ocupare a unui loc de muncă, incertitudinea legată de viitor, precum și discriminarea pe piața muncii determină femeile, în special tinerele specialiste, să amâne maternitatea. În acest sens, cred că statele membre trebuie să promoveze mecanisme inovatoare de organizare a timpului de lucru, planuri de conciliere, programe care vizează revenirea în muncă, canale de comunicare între lucrători și locul de muncă și stimulente pentru întreprinderi și lucrătorii care desfășoară o activitate independentă.

 
  
MPphoto
 
 

  Michel Dantin (PPE), par écrit. ‒ Ce rapport d’initiative porte sur la conciliation entre la vie professionnelle et la vie privée des citoyens européens. Les rapporteurs proposent de nouveaux moyens pour moderniser cet équilibre et invitent la Commission à présenter des initiatives législatives et non législatives ainsi qu'une proposition de directive révisée du congé de maternité et une directive sur le congé paternité. Considérant que le rapport est équilibré, j’ai voté en faveur.

 
  
MPphoto
 
 

  William (The Earl of) Dartmouth (EFDD), in writing. ‒ UKIP voted against this non-binding and non-legislative report. Although there were some very sensitive issues regarding equality, discrimination and helping disadvantaged people, the report went on to call for more EU action and legislation. It included calls for the reversal in the burden of proof in legal situations which would end the presumption of innocence and irrevocably alter UK criminal law. The report called for the EU to monitor national legislation, it tried to say when schools should close, and wanted changes to national taxation and social security. The only people that should take such decisions are our elected national governments, not unaccountable EU bureaucrats in Brussels.

 
  
MPphoto
 
 

  Rachida Dati (PPE), par écrit. – Ce texte, sans valeur législative contraignante, sur la mise en place de conditions sur le marché du travail favorisant la conciliation entre vie professionnelle et vie familiale appelle la Commission européenne et les États membres de l’Union européenne à prendre les mesures nécessaires afin que la vie professionnelle soit adaptée aux contraintes d’une vie personnelle et familiale. J’ai voté en faveur de ce texte car nul ne devrait avoir à choisir entre une carrière ou une vie familiale. Nous devons ainsi renforcer les cadres juridiques en place afin de remédier à l’inégalité entre les sexes et assurer un accès égal et dans les mêmes conditions au marché du travail entre les hommes et les femmes. Toutefois, je regrette que ces textes non contraignants contiennent bien trop souvent des dispositions, que j’ai rejetées, outrepassant les compétences de l’Union européenne et mettant à mal le principe de subsidiarité en Europe.

 
  
MPphoto
 
 

  Angélique Delahaye (PPE), par écrit. ‒ J’ai voté en faveur de ce rapport, qui vise à mettre en place des initiatives juridiques et politiques sur le marché du travail pour favoriser la conciliation entre vie professionnelle et vie familiale. Je considère en effet que cette conciliation est fondamentale et doit être défendue au niveau européen. Ce texte propose des mesures concrètes, comme l’assurance de revenus et de débouchés professionnels égaux, l’importance d’avoir des services de soins de qualité, abordables et accessibles pour les enfants, et des conditions de travail plus souples qui permettraient aux parents d’être disponibles pour leurs enfants.

 
  
MPphoto
 
 

  Isabella De Monte (S&D), per iscritto. ‒ Ho votato a favore della relazione in quanto reputo importante sostenere le famiglie nella vita professionale e privata nonché l'equa partecipazione di uomini e donne al mercato del lavoro. Mi sono sempre battuta affinché siano garantite pari opportunità nelle retribuzioni e promozioni professionali accompagnate dalla possibilità di condurre una vita privata appagante.

 
  
MPphoto
 
 

  Mireille D'Ornano (ENF), par écrit. ‒ L’idée générale de ce texte repose sur la volonté de concilier au mieux vie privée et vie professionnelle ainsi que de lutter contre les discriminations par des mesures législatives et non législatives, dans le respect du principe de subsidiarité. Il préconise d’ériger cette conciliation au rang de droit fondamental; de même, l’égalité homme-femme devrait être une base juridique et l’écart de rémunération une violation du principe fondamental d’égalité de rémunération. En outre, ce texte vise à concilier les deux objectifs d’encouragement de la natalité et de professionnalisation des femmes. Aussi, j’ai voté contre ce texte.

 
  
MPphoto
 
 

  Ангел Джамбазки (ECR), в писмена форма. ‒ Работещите семейства са изправени пред нови предизвикателства при баланса на професионалния и личния живот. Този доклад дава предложения, които Комисията да разгледа при модернизирането и адаптирането на настоящата правна и политическа рамка на ЕС в областта на отглеждането на деца и периода на майчинство.

Аз и моята политическа група подкрепяме твърдо семейството и неговите ценностите и смятам, че трябва да има свобода в намирането на баланс между семейния и професионалния живот. Много от нещата обаче, предложени в доклада, са в противоречие с принципа за субсидиарност, а някои параграфи предлагат дори повече мъже да си остават вкъщи, за да се стимулират жените в професионалния живот, което първо не е работа на ЕС и второ е личен избор, който не може да бъде поставен в правна рамка. Затова и се въздържах.

 
  
MPphoto
 
 

  Γεώργιος Επιτήδειος (NI), γραπτώς. ‒ Το δικό μου όραμα για την οικογένεια και την οργάνωση της κοινωνίας είναι τελείως διαφορετικό από αυτό της Ευρωπαϊκής Ένωσης, οι αρχές μου και οι αξίες μου διαφέρουν ριζικά και δεν υπάρχει κανένα σημείο επαφής.

 
  
MPphoto
 
 

  Rosa Estaràs Ferragut (PPE), por escrito. ‒ Las políticas de conciliación convenientemente diseñadas y aplicadas deben considerarse como una mejora fundamental del entorno laboral, que permiten unas buenas condiciones de trabajo y el bienestar social y profesional de los trabajadores. En este contexto, el Parlamento considera que las políticas de conciliación bien diseñadas y bien implementadas podrían promover en gran medida el crecimiento económico, la competitividad, la participación global del mercado laboral, la igualdad de género, la reducción del riesgo de pobreza, e influye positivamente en las tasas de natalidad en la Unión.

Por tanto, desde el Parlamento se pide la introducción de un marco para garantizar este derecho como un objetivo fundamental de los sistemas sociales y llama a la Unión y a los Estados miembros a promover, tanto en los sectores públicos y privados, el respeto al derecho a un trabajo y la vida equilibrada.

 
  
MPphoto
 
 

  Fredrick Federley (ALDE), skriftlig. ‒ Jag röstade emot denna resolution eftersom, oberoende av det faktum att detta är centrala frågor som är av oerhörd vikt för mig på nationell nivå, är det ett typiskt exempel på politik som bör fattas så nära de berörda parterna som möjligt.

 
  
MPphoto
 
 

  José Manuel Fernandes (PPE), por escrito. ‒ Cada vez mais, as mulheres possuem mais qualificações, superando inclusivamente os homens no plano das habilitações académicas, embora continuem a estar sub-representadas no mercado de trabalho ou a trabalhar em empregos que estão abaixo do seu nível de competências.

Por outro lado, os salários baixos generalizados, a maior concentração em trabalhos a tempo parcial e as interrupções mais longas da carreira profissional devido a cuidados prestados a outros (crianças e/ou familiares dependentes) contribuem para um maior risco de pobreza e exclusão social das mulheres, assim como para uma grande disparidade (40 %) entre homens e mulheres no que se refere às pensões.

Por isso, concordo com a necessidade de modernizar o quadro para o equilíbrio entre a vida pessoal e a vida profissional a nível da União.

 
  
MPphoto
 
 

  Edouard Ferrand (ENF), par écrit. ‒ Vote contre: texte pas conforme à l'objectif.

 
  
MPphoto
 
 

  João Ferreira (GUE/NGL), por escrito. ‒ A crescente desregulamentação da organização e das relações de trabalho, parte integrante das políticas neoliberais e, muito especialmente, das políticas ditas de austeridade (estas últimas sendo expressão concentrada das primeiras), tem um efeito fortemente disruptor do equilíbrio entre a vida profissional e a vida privada e familiar. Este equilíbrio é um direito fundamental e está relacionado com várias questões, seja a já referida regulação do trabalho, seja a igualdade de género, o envelhecimento ativo ou os direitos parentais.

O relatório propõe medidas que podemos apoiar. São exemplos, entre outros, a crítica à perspetiva de que mais e mais horas de trabalho são benéficas para a economia em termos de aumento da produtividade, ou até mesmo a crítica aos efeitos das políticas de “austeridade”, ou ainda a referência à contratação coletiva e a importantes posições acordadas no seio da OIT.

No entanto, este relatório está completamente enquadrado nas políticas da UE e na sua orientação neoliberal. Veja-se a referência à necessidade de flexibilidade nas relações de trabalho e no tempo de trabalho, ou à promoção de "empregos inteligentes" e teletrabalho, como uma forma de promover um melhor equilíbrio entre vida profissional.

Trata-se de uma abordagem que foge ao essencial e que não acompanhamos, por não contribuir para resolver o problema, antes pelo contrário.

 
  
MPphoto
 
 

  Monika Flašíková Beňová (S&D), písomne ‒ Zosúladenie pracovného, súkromného a rodinného života sa konečne uznáva ako základné právo, aj keď naďalej ide o oblasť, v ktorej potrebujeme ďalší pokrok zabezpečujúci vyhovujúcu rovnováhu medzi pracovným a súkromným životom pre všetkých. Na naplnenie tohto cieľa bude potrebné zmeniť pracovné prostredie a začleniť celoživotný prístup do politík na dosiahnutie rovnováhy medzi pracovným a súkromným životom tak, že každý jeden človek bude mať v jednotlivých obdobiach svojho života podporu a môže sa aktívne zúčastňovať na trhu práce. Spoločnosť prechádza demografickými zmenami, objavujú sa nové spôsoby organizácie práce, máme stále vysokú nezamestnanosť a zvyšuje sa aj rozmanitosť rodinných vzťahov a foriem rodičovstva, ktoré má, žiaľ, stále negatívny vplyv na mieru zamestnanosti žien. Preto potrebujeme, aby Európska komisia čo najskôr predložila návrhy smerníc o materskej dovolenke, o otcovskej dovolenke, o vykonávaní smernice o rodičovskej dovolenke a aby navrhla smernicu o opatrovateľskej dovolenke.

 
  
MPphoto
 
 

  Lorenzo Fontana (ENF), per iscritto. ‒ Mi astengo perchè pur denunciando problemi reali e offrendo spunti condivisibili, la relazione non formula soluzioni concrete.

 
  
MPphoto
 
 

  Λάμπρος Φουντούλης (NI), γραπτώς. ‒ Καταψηφίζω την έκθεση σχετικά με τη δημιουργία συνθηκών στην αγορά εργασίας οι οποίες ευνοούν την εξισορρόπηση μεταξύ επαγγελματικής και προσωπικής ζωής.Το δικό μου όραμα για την οικογένεια και την οργάνωση της κοινωνίας είναι τελείως διαφορετικό από αυτό της Ευρωπαϊκής Ένωσης, οι αρχές μου και οι αξίες μου διαφέρουν ριζικά και δεν υπάρχει κανένα σημείο επαφής.

 
  
MPphoto
 
 

  Doru-Claudian Frunzulică (S&D), in writing. ‒ The report responds to the European Commission’s Roadmap on work-life balance and proposes various initiatives to modernise the existing EU legislation (revision of the Maternity Leave Directive, improving parental leave) and to adopt new EU directives on paternity leave and carers’ leave. It also proposes to enhance exchange of best practices regarding flexible working time arrangements, and tools to increase labour market participation of female and male workers with dependants. I believe it is time to assess our demographic and socioeconomic challenges and adopt a package of legislative and non-legislative policies to promote work life balance to ensure workers enter, remain and return to the labour market, and can reconcile professional, private and family life. I voted in favour of the report, as through it, the EP sends a strong message before the Commission presents its new proposal by the end of the year.

 
  
MPphoto
 
 

  Francesc Gambús (PPE), por escrito. ‒ Soy muy consciente de la necesidad de continuar trabajando para mejorar las condiciones en el mercado laboral a fin de favorecer una mejor conciliación de la vida privada y profesional, por lo que he votado a favor del informe. Nos queda un largo camino por recorrer en este campo, y es de gran importancia que demos pasos decididos en esta dirección que finalmente redunden en beneficio de toda la sociedad. El objetivo de esta iniciativa es aumentar la participación de las mujeres en el mercado laboral mediante la modernización y adaptación del actual marco jurídico y político de la Unión al mercado de trabajo actual para permitir que los padres con hijos u otros familiares dependientes mejoren el equilibrio entre su vida familiar y laboral, permitir un reparto más equitativo de las responsabilidades familiares entre hombres y mujeres, y reforzar la igualdad de género en el mercado laboral.

 
  
MPphoto
 
 

  Eider Gardiazabal Rubial (S&D), por escrito. ‒ He votado a favor de este informe porque creo que la conciliación entre la vida laboral y familiar es un derecho fundamental que todavía no se ha alcanzado en Europa, lo cual representa un obstáculo para el logro de una igualdad real entre hombres y mujeres.

Con este informe enviamos un mensaje claro a la Comisión para que actualice y complete la legislación europea. Debe presentar cuanto antes una revisión de la directiva de maternidad, una mejora de la directiva de permiso parental y dos nuevas directivas, una sobre el permiso de paternidad y otra sobre el permiso de los cuidadores.

Asimismo, es importante que se mejore la provisión de servicios de calidad a precios asequibles de cuidado de niños y otras personas dependientes, para que las mujeres, que son mayoría entre los cuidadores, puedan participar en el mercado laboral y optar a trabajos a jornada completa, que les permitan generar una pensión digna para el futuro.

También hay que racionalizar los horarios laborales e introducir mayor flexibilidad para que todos los trabajadores puedan disfrutar de su vida privada, lo que no sólo redunda en beneficio de las personas, sino también de las empresas porque los trabajadores son más productivos.

 
  
MPphoto
 
 

  Elisabetta Gardini (PPE), in writing. ‒ I think that this is a very important report that highlight the significant challenges that Europe is facing in terms of its demographic future. To counter this, it is of crucial importance that the EU does what it can to promote a more family friendly approach to work. This is in order to give all of our citizens the possibility of have children without being penalised. A better work-life balance is also key in promoting the participation of women in the labour market. Another point is that general well-being is an important factor in overall economic productivity in a modern society.

 
  
MPphoto
 
 

  Enrico Gasbarra (S&D), per iscritto. ‒ Il messaggio che abbiamo dato oggi con l'approvazione di questo testo è quello di un impegno solido del Parlamento UE a favore della protezione dei diritti e delle libertà umane.

L'Europa deve fare ricorso a tutti i mezzi in suo potere affinché nel mercato del lavoro non si annidino più minacce legate a discriminazioni di ogni genere.

La crisi globale che stiamo affrontando rende già la situazione impervia, e il rischio di indigenza ed esclusione sociale è troppo alto: sta a noi investire su misure che offrano un'adeguata protezione sociale ai lavoratori, alle famiglie, ai bambini, alle categorie più fragili.

Per questo, trovo di estrema importanza ribadire la necessità di adottare con urgenza strumenti rafforzati di conciliazione tra vita privata e lavorativa, di assistenza socio-sanitaria per il diritto al benessere dei bambini e di lotta alla povertà, per un'Europa che faccia delle politiche sociali il primo pilastro del nostro impegno in Parlamento.

 
  
MPphoto
 
 

  Elena Gentile (S&D), per iscritto. ‒ Ho votato a favore della risoluzione del Parlamento europeo sulla creazione di condizioni del mercato del lavoro favorevoli all'equilibrio tra vita privata e vita professionale, di cui sono stata relatrice ombra per il gruppo S-D nella commissione EMPL, perché era necessario dare una risposta convinta e ampia alla proposta di tabella di marcia disegnata dalla Commissione sulla conciliazione lavoro e vita privata e sulle proposte varie di iniziativa dirette a modernizzare la legislazione in vigore in materia di revisione della direttiva sul congedo di maternità migliorando il congedo parentale, e l'adozione di nuove direttive sul congedo di paternità e quello di cura. Nella fase di stesura della relazione ci siamo preoccupati di mettere in risalto talune buone pratiche riguardanti gli accordi sulla flessibilità dei tempi di lavoro, in quanto strumenti utili per incrementare la partecipazione delle donne che si prendono cura di familiari al mondo del lavoro. Le sfide demografiche senza precedenti cui l'UE è confrontata, l'insicurezza del lavoro e la difficoltà di condizioni di lavoro aventi un impatto negativo sulla conciliazione lavoro-vita privata richiedono risposte precise dalla UE e auspico una reazione alquanto veloce e mirata in ognuno dei campi che abbiamo affrontato e infine adottato con la risoluzione.

 
  
MPphoto
 
 

  Arne Gericke (ECR), schriftlich. ‒ Sie werden sich wundern: Wie kann sich der Europaabgeordnete der Familien-Partei enthalten, wenn es um den Bericht über die Schaffung von Arbeitsmarktbedingungen zur Förderung eines ausgewogenen Verhältnisses von Berufs- und Privatleben geht? Nun, das ist ganz einfach: Zum einen, weil nicht jede politische Initiative, die Eltern nutzt, auf europäischer Ebene beschlossen werden muss – etwa dann, wenn es um den Anteil an Vätermonaten geht. Das liegt vollkommen in nationaler Kompetenz, und das ist gut so. Zum anderen, weil der Ansatz einer Mehrheit dieses Hauses, Mütter und Väter schnellstmöglich in den Arbeitsmarkt zu reintegrieren und staatliche Kinderbetreuung zu organisieren, nicht meinem Idealbild der Wahlfreiheit entspricht. All meine Einwände wurden von den Kollegen der Linken, der Liberalen und der Grünen ignoriert. Deshalb meine Enthaltung.

 
  
MPphoto
 
 

  Jens Gieseke (PPE), schriftlich. ‒ Es ist meine feste Überzeugung als Christdemokrat, dass Familien gestärkt werden müssen. Ein wichtiger Teilaspekt stellt die Vereinbarkeit von Familie und Beruf dar. Diese darf nicht zu Lasten der Familien ausfallen. Daher unterstütze ich den Vorschlag der Berichterstatter. Allerdings sollte das Subsidiaritätsprinzip, als Eckpfeiler der Europäischen Union hierbei weiterhin zur Anwendung kommen.

 
  
MPphoto
 
 

  Neena Gill (S&D), in writing. ‒ Labour MEPs fully support measures to promote a greater work-life balance. We will not meet the demographic challenges we face – including the need to care for an ageing population – unless we modernise existing leave arrangements. Fathers taking time out of work to care for children must be supported by the right to paternity leave. We also support greater rights for carers, more extensive maternity leave rights and better implementation of existing legislation. These changes will bring benefits to the economy as a whole, and ensure that women and men are equal earners and carers.

 
  
MPphoto
 
 

  Bruno Gollnisch (NI), par écrit. ‒ Qui ne rêve pas de pouvoir concilier vie privée et professionnelle, sans que l’une ne nuise à l’autre ?

On pense à tort que faciliter cette conciliation a pour but de promouvoir la famille et la natalité. Ce rapport est en fait une réponse à une consultation de la Commission en vue d’accroître par tous moyens la participation des femmes au marché du travail - sans se soucier plus que cela de l’opinion des intéressées d’ailleurs - et sous-tendue par la volonté d’un égalitarisme absolu entre homme et femmes qui conduit parfois à des mesures absurdes.

Ainsi par exemple du congé parental en France, régi peu ou prou par les principes que vous défendez - l’individualisation des droits - et qui empêche les nouveaux parents de s’organiser comme ils le veulent sous peine de sanction financière.

Il est vrai qu’il existe encore beaucoup de choses à faire pour faciliter la vie de ceux et celles qui travaillent. Il faut donc commencer par le réexamen des politiques économiques, d’austérité budgétaire, de mise en concurrence déloyale, de course à une compétitivité qui exigent toujours plus de disponibilité des salariés ou les «ubérisent». Sans quoi les droits qu’on leur promet ne seront que du vent.

 
  
MPphoto
 
 

  Theresa Griffin (S&D), in writing. ‒ Labour MEPs fully support measures to promote greater work-life balance. We will not meet the demographic challenges we face – including the need to care for an ageing population – unless we modernise existing leave arrangements. Fathers taking time out of work to care for children must be supported by the right to paternity leave. We also support greater rights for carers, more extensive maternity leave rights and better implementation of existing legislation. These changes will bring benefits to the economy as a whole, and ensure that women and men are equal earners and carers.

 
  
MPphoto
 
 

  Sylvie Guillaume (S&D), par écrit. ‒ L’équilibre vie professionnelle-vie familiale représente un droit fondamental pour les socialistes et démocrates, qui militent pour un socle européen des droits sociaux.

Aussi, j’ai voté en faveur de ce rapport d'initiative qui avance des propositions législatives concrètes, telles que l’allongement de la durée du congé parental à 6 mois, une directive pour un congé de paternité de minimum deux semaines entièrement rémunérées pour les pères et une directive sur le congé pour personne à charge complétant la prestation de soins professionnels et permettant aux travailleurs de s’occuper des personnes dépendantes tout en offrant à l’aidant une rémunération et une protection sociale adéquates, ou encore l’instauration de crédits de prise en charge afin que les périodes d'arrêt du travail pour s’occuper de manière informelle et non rémunérée d’une personne dépendante soient comptabilisées comme des périodes de travail pour la constitution de leurs droits à pension.

Enfin, le rapport d’initiative réitère la nécessité d’une «garantie enfant» permettant à chaque enfant d’accéder à des soins de santé gratuits, à une scolarité gratuite, à une garde d’enfants gratuite, à un logement décent, à une alimentation appropriée, dans le cadre d’un plan européen intégré de lutte contre la pauvreté infantile.

 
  
MPphoto
 
 

  Antanas Guoga (ALDE), in writing. ‒ I voted in favour of the report. I welcome the initiative, the need to modernise work-life balance framework at the EU level is obvious for several main reasons: society has seen demographic changes spurring more care needs, new ways of working have emerged, unemployment is still at unprecedented high levels, the diversity of family relationships and parenting arrangements has increased, parenthood still has strikingly negative effects on the employment rates of women and the current EU framework is falling very short of addressing this most important aspect of persisting gender inequality.

 
  
MPphoto
 
 

  Jytte Guteland, Anna Hedh, Olle Ludvigsson, Jens Nilsson och Marita Ulvskog (S&D), skriftlig. – Idag röstade vi svenska socialdemokrater för betänkandet om inrättande av gynnsamma arbetsmarknadsvillkor för balans mellan arbetsliv och privatliv. Betänkandet är bra i sin helhetssyn på ett EU där arbetsmarknaden moderniserats och blivit alltmer digital.

Samtidigt som vi ser möjligheter anser vi också att det krävs varsamhet inför en moderniserad arbetsmarknad, så att vi inte reproducerar destruktiva könsroller genom exempelvis atypiska anställningsformer inom vilka kvinnor idag är överrepresenterade.

Därför röstade vi emot punkter som vi anser skulle cementera traditionella könsroller.

Vi röstade emot skrivningar som förespråkar att delar av föräldraledigheten ska vara överförbar. Eftersom väldigt få män tar ut sin föräldraledighet, anser vi att det istället behövs en förstärkning av föräldraledigheten för att få fler män att utnyttja denna möjlighet.

Vi valde även att avstå i omröstningen om punkten som tog upp ”omsorgspoäng” för vård av anhörig. För att minska den könsbaserade pensionsklyftan och garantera rimliga pensioner krävs andra sorters åtgärder, exempelvis ökad sysselsättning och införlivande av lika lön-principen som skulle innebära en minskad löneklyfta.

Förutom skrivningarna anser vi att betänkandet innehåller flera konkreta skrivningar. I sin holistiska ansats innehåller betänkandet välgrundade förslag om bekämpning av barnfattigdom, säkra anställningsformer och ökad jämställdhet som alla går i rätt riktning.

 
  
MPphoto
 
 

  Sergio Gutiérrez Prieto (S&D), por escrito. ‒ He votado a favor de este informe porque creo que la conciliación entre la vida laboral y familiar es un derecho fundamental que todavía no se ha alcanzado en Europa, lo cual representa un obstáculo para el logro de una igualdad real entre hombres y mujeres.

Con este informe enviamos un mensaje claro a la Comisión para que actualice y complete la legislación europea. Debe presentar cuanto antes una revisión de la directiva de maternidad, una mejora de la directiva de permiso parental y dos nuevas directivas, una sobre el permiso de paternidad y otra sobre el permiso de los cuidadores.

Asimismo, es importante que se mejore la provisión de servicios de calidad a precios asequibles de cuidado de niños y otras personas dependientes, para que las mujeres, que son mayoría entre los cuidadores, puedan participar en el mercado laboral y optar a trabajos a jornada completa, que les permitan generar una pensión digna para el futuro.

También hay que racionalizar los horarios laborales e introducir mayor flexibilidad para que todos los trabajadores puedan disfrutar de su vida privada, lo que no sólo redunda en beneficio de las personas, sino también de las empresas porque los trabajadores son más productivos.

 
  
MPphoto
 
 

  Τάκης Χατζηγεωργίου (GUE/NGL), γραπτώς. – Υπερψηφίσαμε την έκθεση αφού ασκεί κριτική προς τα μέτρα λιτότητας και την αύξηση των ωρών εργασίας ενώ αναγνωρίζει επίσης την ύπαρξη επισφαλών μορφών εργασίας στην ΕΕ.

 
  
MPphoto
 
 

  Marian Harkin (ALDE), in writing. ‒ I supported this report on creating labour market conditions favourable for work-life balance which is Parliament’s response to the Commission’s withdrawal of the Maternity Leave Directive and its replacement following the publication of the Roadmap to address challenges in work/life balance for working families. In a world where the line between work and private life is increasingly blurred it is important workers and their families achieve a satisfactory balance. I fully agree it is crucial to have a lifecycle approach in work-life balance policies to ensure everyone is supported at different moments throughout their life in order to actively participate in the labour market and in society as a whole. That’s why I particularly welcome the call for a Paternity Leave Directive with compulsory two—week paid leave and a Carers’ Leave Directive which supplements the provision of professional care, enables workers to care for dependants and offers the carer adequate remuneration and social protection. This is crucial given that 80% of care needs are provided by informal carers in the EU and 3.3 million Europeans aged between 15 and 34 have had to give up full-time work because they lack care facilities for dependent children or older relatives.

 
  
MPphoto
 
 

  Brian Hayes (PPE), in writing. ‒ I voted in favour as I have no objections.

 
  
MPphoto
 
 

  Hans-Olaf Henkel (ECR), schriftlich. ‒ Der Bericht zur „work-life balance“ ist nicht akzeptabel. Er mischt sich viel zu sehr in die Belange der Mitgliedstaaten und insbesondere der Familien ein. Er versucht zu regeln, wie und wann Frauen nach der Schwangerschaft an den Arbeitsplatz zurückgebracht und Männer in eine häusliche Rolle gedrängt werden sollen. Das Subsidiaritätsprinzip wird hier mit Füßen getreten. Die Interessen der Familien sollten in den Familien selbst entschieden werden und schon gar nicht in der EU. Im Übrigen bin ich der Meinung, dass der Einheitseuro abgeschafft werden muss. Er führt zu Zwietracht und Zwist in Europa.

 
  
MPphoto
 
 

  Gunnar Hökmark (PPE), skriftlig. – Vi måste förbättra balansen mellan arbetsliv och familjeliv i EU och ge kvinnor och män samma möjligheter att kombinera karriär och familj. Dock är det upp till medlemsstaterna att utforma system och villkor som gör detta möjligt, särskilt ledighet för arbetande föräldrar.

Jag kunde inte stödja betänkandet, eftersom det uppmanar kommissionen att föreslå mammaledighet, pappaledighet och ledighet för vårdare på EU-nivå.

Utöver detta föreslås det i betänkandet att vi på EU-nivå ska besluta om vissa sorters skattepolitik, minimilöner och socialförsäkringssystem, vilka alla ska beslutas nationellt.

Vi bör öka medvetenheten, utbyta bästa praxis och uppmuntra medlemsstaterna att bedriva en modern jämställdhetspolitik som innebär att kvinnor inte betraktas som enda förälder med ansvar för vård av barn. Vi måste fokusera på att bekämpa diskriminering och stereotyper mot kvinnor och flickor både på och utanför arbetsplatsen. Vi har fortfarande en lång väg att gå, men det är inte genom att införa familje- och arbetsmarknadspolitik från Bryssel som vi kommer att uppnå jämställdhet i Europa.

 
  
MPphoto
 
 

  Филиз Хюсменова (ALDE), в писмена форма. ‒ Уважаеми г-н Председател, подкрепям доклада относно създаването на условия на пазара на труда, благоприятстващи за равновесието между личния и професионалния живот. Равенството между мъжете и жените е основен принцип, заложен в Хартата на основните права на Европейския съюз, който трябва да бъде гарантиран във всички области, включително по отношение на постигането на равновесие между професионалния и личния живот.

Добре създадените и изпълнени политики за постигане на това равновесие трябва да се разглеждат като съществено подобряване на работната среда, тъй като те спомагат за добрите условия на труд и за социалното и професионално благосъстояние. Смятам, че доброто равновесие между професионален и личен живот, е стимул за икономическия растеж, конкурентоспособността, общото участие на пазара на труда, равенството между половете, намаляването на риска от бедност и солидарността между поколенията.

 
  
MPphoto
 
 

  Cătălin Sorin Ivan (S&D), in writing. ‒ Europe faces demographic and socio-economic challenges and should promote work life balance to ensure workers enter, remain and return to the labour market. I voted in favour of this report.

 
  
MPphoto
 
 

  Ivan Jakovčić (ALDE), napisan. ‒ Glasao sam za Izvješće o stvaranju povoljnih uvjeta na tržištu rada za ostvarivanje ravnoteže između privatnog i poslovnog života, s obzirom da podržavam ideju da se europsko zakonodavstvo aktivno postavi i prema ovom pitanju. Društveni i radni uvjeti se ubrzano mijenjaju, a uslijed toga nastaju i posljedice na način i kvalitetu života.

Usklađivanje privatnog i poslovnog života pitanje je s kojim se susrećemo svakodnevno a utječe na status obitelji, natalitet, kvalitetu rada i konkurentnost tvrtki, opće zadovoljstvo, način odgoja i uvjeta obrazovanja, socijalni i ekonomski status i brojne druge činjenice koje definiraju poslovno i privatno okruženje te utječu na sadašnju kvalitetu života kao i u bliskoj budućnosti.

Slažem se s činjenicom da usklađivanje poslovnog, privatnog i obiteljskog života treba biti zajamčeno kao temeljno pravo za sve ljude. Potrebno je uvođenje okvira kojim bi se to pravo osiguralo unutar socijalnih sustava EU-a i država članica. Potrebno je promicati modele kojima se postiže ravnoteža privatnog i poslovnog života te treba u to uključiti sve djelatnosti EU-a koje utječu na tu problematiku.

 
  
MPphoto
 
 

  Jean-François Jalkh (ENF), par écrit. ‒ L’idée générale de ce texte est la volonté de concilier au mieux la vie privée et professionnelle et de lutter contre les discriminations au moyen de mesures législatives et non législatives, dans le respect du principe de subsidiarité. Concrètement, il s’agit d’organiser la société et le monde du travail afin que les femmes puissent à la fois participer au marché du travail, au même titre que les hommes et que ce même milieu professionnel leur laisse la liberté de procréer sans entrave. Plus largement, l’objectif est de lutter contre une inégalité des sexes persistante, notamment dans le domaine de l’emploi. C'est donc avant tout une négation des fonctions sociales sexuées au profit d'êtres humains indifférenciés. J'ai voté contre.

 
  
MPphoto
 
 

  Marc Joulaud (PPE), par écrit. ‒ J’ai voté pour le rapport de ma collègue Tatjana Zdanoka sur la mise en place, sur le marché du travail, de conditions favorisant l’équilibre entre la vie professionnelle et la vie privée. Cette initiative cherche à favoriser l’égalité des sexes sur le marché du travail en modernisant et en adaptant le cadre juridique européen. Aujourd’hui, ce combat n’est pas arrivé à sa fin et mon vote est également un moyen d’interpeller la Commission Européenne pour qu’elle intensifie ses travaux dans le domaine.

Ce rapport a été adopté à une large majorité, ce dont je me félicite.

 
  
MPphoto
 
 

  Philippe Juvin (PPE), par écrit. ‒ J’ai voté en faveur du rapport Ždanoka-Blinkevičiutė sur la mise en place, sur le marché du travail, de conditions favorisant l'équilibre entre la vie professionnelle et la vie privée. Ce rapport fait suite aux engagements de la Commission européenne de mettre en œuvre un certain nombre d'initiatives dans ce domaine avant la fin de l'année 2016.

 
  
MPphoto
 
 

  Εύα Καϊλή (S&D), γραπτώς. ‒ Ο στόχος αυτής της έκθεσης και των πολιτικών για την εξισορρόπηση επαγγελματικής και προσωπικής ζωής δεν αφορά, σε γενικές γραμμές, μόνο την προώθηση της ισότητας των φύλων στην απασχόληση και άλλους τομείς της ζωής, αλλά αποσκοπεί να παράσχει στα παιδιά τη δυνατότητα να αναπτύξουν το πλήρες δυναμικό τους, παρέχοντάς τους υψηλής ποιότητας προσχολική εκπαίδευση και φροντίδα, την πρόσβαση σε ψυχαγωγικές, πολιτιστικές και αθλητικές δραστηριότητες και χρόνο με τους γονείς τους. Η σωστή πολιτική ισορροπία μεταξύ επαγγελματικής και προσωπικής ζωής θα βοηθήσει επίσης στο να εξασφαλιστεί υψηλότερη ποιότητα ζωής και ασφάλειας για άλλα εξαρτώμενα άτομα, ιδίως ηλικιωμένα εξαρτώμενα μέλη, καθώς και εξαρτώμενα άτομα με ειδικές ανάγκες ή άτομα που πάσχουν από μακροχρόνιες ασθένειες. Στηρίζω αυτή την πρωτοβουλία.

 
  
MPphoto
 
 

  Jarosław Kalinowski (PPE), na piśmie. ‒ Społeczeństwo Unii Europejskiej jest społeczeństwem starzejącym się. W ostatnich dziesięcioleciach widać wyraźny spadek dzietności, dlatego dążenie do poprawienia warunków na rynku pracy jest bardzo istotne.

Podejmowane działania powinny być skoncentrowane przede wszystkim na zapewnieniu lepszych warunków dostępu do rynku pracy dla kobiet: stworzeniu warunków powrotu do pracy na to samo stanowisko po urodzeniu dziecka oraz zapobieganiu dyskryminacji ze względu na płeć podczas ubiegania się o stanowiska. Ponadto powinniśmy ułatwiać dostęp do urlopu rodzicielskiego wśród ojców. Ważnym problemem jest wciąż obecna różnica wynagrodzeń na tych samych stanowiskach, co powoduje, że to właśnie matki korzystają z urlopów, aby opiekować się dziećmi.

Nie wolno nam też zapominać o samotnych matkach często pracujących ponad normę aby zapewnić godne warunki swoim dzieciom. Trzeba stworzyć warunki, w których będą one miały możliwości pogodzenia pracy i obowiązku wychowania dziecka. W tym celu musimy dążyć do polepszenia usług opiekuńczych i zwiększenia ich dostępności.

Zrównoważenie warunków pomiędzy życiem zawodowym i prywatnym przyczyni się nie tylko do wzrostu liczby urodzeń, ale także do wzrostu gospodarczego, większego równouprawnienia płci i obniżenia zagrożenia ubóstwem.

 
  
MPphoto
 
 

  Barbara Kappel (ENF), schriftlich. ‒ Ich lehne den vorliegenden Bericht ab. Es wird versucht, unter dem Deckmantel der Arbeitsmarktpolitik in die Familien- und Gesellschaftspolitik der Mitgliedstaaten einzugreifen, indem ein neues Gesellschaftsmodell propagiert wird.

 
  
MPphoto
 
 

  Krišjānis Kariņš (PPE), rakstiski. ‒ Eiropas Parlamenta plenārsesijā Strasbūrā es balsoju par ziņojumu par darba un privātās dzīves līdzsvaram labvēlīgu darba tirgus apstākļu izveidi. Es uzskatu, ka šī ir atbalstāma iniciatīva, kas uzlabotu Eiropas Savienības pilsoņu dzīvesveidu un sabalansētu darba dzīvi ar privāto, ņemot vērā mūsdienu intensīvo darba ritmu. Kā arī jācenšas ierobežot pastāvošā diskriminācija darba tirgū ES, lai visiem būtu vienādas tiesības uz darba pozīciju un pārrunu vai izvēles laikā tiktu ņemta vērā darbinieku kompetence un atbilstība konkrētam amatam. Savukārt es balsoju pret punktā, kur tika minēta minimālo algu shēmu ieviešana. Es uzskatu, ka šī atkal ir iejaukšanās dalībvalstu nodokļu politikās, kas Eiropas Savienībā ir dalībvalstu stingrā kompetencē.

 
  
MPphoto
 
 

  Afzal Khan (S&D), in writing. ‒ Labour MEPs fully support measures to promote greater work-life balance. We will not meet the demographic challenges we face unless we modernise existing leave arrangements. Fathers taking time out of work to care for children must be supported by the right to paternity leave. We also support greater rights for carers, more extensive maternity leave rights and better implementation of existing legislation. These changes will bring benefits to the economy as a whole, and ensure that women and men are equal earners and carers.

 
  
MPphoto
 
 

  Jeppe Kofod (S&D), skriftlig. ‒ Socialdemokraterne i Europaparlamentet ønsker at opdatere EU´s lovgivning for at skabe en bedre balance mellem arbejdsliv og privatliv. Vi støtter initiativer, der forbedrer ligestillingen mellem mænd og kvinder, styrker fars ret til orlov og øger kvinders deltagelse på arbejdsmarkedet. Derfor har vi valgt at stemme for betænkningen i sin helhed.

Det skal dog ikke tolkes som opbakning til alle de enkelte initiativer, der nævnes i betænkningen. Generelt ønsker de danske socialdemokrater et større fokus på fars rettigheder, da det er væsentligt for at opnå en mere ligelig fordeling af orlov mellem forældrene. Enkelte af forslagene i betænkningen kunne – hvis der var tale om lovgivning – virke kontraproduktivt i forhold til dette mål. Samtidig er der visse områder, hvor man i Danmark har tradition for, at der indgås aftaler mellem arbejdsmarkedets parter, og hvor vi ikke ønsker lovgivning på EU-plan.

Eftersom der ikke er tale om lovgivning, men blot en initiativbetænkning, har vi valgt at støtte det overordnede budskab om at sikre mere ligestilling og bedre kønsbalance gennem forbedrede regler, i tæt samarbejde med arbejdsmarkedets parter og under hensyntagen til nærhedsprincippet.

 
  
MPphoto
 
 

  Bernd Kölmel (ECR), schriftlich. ‒ Der Bericht zur Vereinbarkeit von Familie und Beruf ist nicht akzeptabel. Er mischt sich viel zu sehr in die Belange der Mitgliedstaaten und insbesondere der Familien ein. Er versucht zu regeln, wie und wann Frauen nach der Schwangerschaft an den Arbeitsplatz zurückgebracht und Männer in eine häusliche Rolle gedrängt werden sollen. Das Subsidiaritätsprinzip wird hier mit Füßen getreten. Die Interessen der Familien sollten primär in den Familien selbst entschieden werden und nicht mittels EU-Bestimmungen.

 
  
MPphoto
 
 

  Elisabeth Köstinger (PPE), schriftlich. ‒ Ich habe mich bei der Abstimmung über den Bericht über die Schaffung von Arbeitsmarktbedingungen zur Förderung eines ausgewogenen Verhältnisses von Berufs- und Privatleben enthalten, da der Bericht zwar ein wichtiges Thema für die EVP darstellt und daher an sich nicht abzulehnen ist, aber leider auch viele Forderungen stellt, die mit dem Prinzip der Subsidiarität nicht vereinbar sind, wie unter anderem eine erneute Aufforderung an die Kommission, eine Mutterschutzrichtlinie vorzuschlagen. Familienrechtliche Belange sind immer noch besser in den Händen der Mitgliedstaaten aufgehoben. Darüber hinaus werden in dem Bericht Themen behandelt, die nicht direkt mit dem Kernthema des Berichts – Work/Life Balance europäischer Arbeitnehmer – verbunden sind, wodurch der Bericht leider an Aussagekraft verliert.

Nicht zuletzt werden in dem Bericht neue und flexible Arbeitsmodelle undifferenziert mit prekären Arbeitsverhältnissen gleichgestellt. Da gerade moderne, flexible Arbeitszeitmodelle oft die Vereinbarkeit von Beruf und Familie erleichtern, kann ich diese Ansicht nicht teilen.

 
  
MPphoto
 
 

  Giovanni La Via (PPE), per iscritto. – Voto a favore della relazione per la creazione di condizioni del mercato del lavoro favorevoli all'equilibrio tra vita privata e vita professionale. L'obiettivo della relazione è quello di rendere più moderno e più adeguato al mercato del lavoro il quadro politico e giuridico dell'UE e mette in risalto diverse tematiche che dovrebbero essere riviste, sia a livello legislativo che non. Tra i vari punti, chiaramente centrale la parità di opportunità fra uomo e donna. La modernizzazione di tali politiche, permetterebbe alle famiglie di creare un equilibrio tra la vita familiare e quella professionale, facendo sì che le responsabilità familiari siano condivise in maniera equa. La relazione, mira inoltre, allo sviluppo delle potenzialità dei bambini, e dunque alla necessità di fornire servizi per l'infanzia di qualità, economici e accessibili, e all'importanza di trascorrere più tempo in presenza dei genitori. Tali iniziative, che supporto, mirano a garantire una migliore qualità della vita e una maggiore sicurezza per tutti coloro che ci stanno vicino.

 
  
MPphoto
 
 

  Gilles Lebreton (ENF), par écrit. ‒ J’ai voté contre ce rapport car l’UE s’ingère dans l’organisation sociétale des États membres et dans les relations familiales elles-mêmes, notamment en voulant réformer le congé parental.

 
  
MPphoto
 
 

  Constance Le Grip (PPE), par écrit. ‒ Ce rapport d’initiative incite la Commission à respecter ses engagements relatifs à la mise en place de conditions favorisant la conciliation entre vie professionnelle et vie familiale.

Trop souvent, les femmes sont désavantagées du fait des tâches qui leur incombent de manière disproportionnée au sein du foyer. Créer les conditions d’une réconciliation du travail et des responsabilités familiales permettra de résoudre nombre d’inégalités que rencontrent les femmes sur le marché du travail.

J’ai voté en faveur de ce rapport qui préconise des mesures pertinentes pour concilier vie familiale et vie professionnelle. Il propose notamment d’assurer des revenus et débouchés professionnels égaux selon le sexe. Le texte souligne par ailleurs la nécessité d’avoir des services de soins de qualité, abordables et accessibles pour les enfants. En outre, le rapport met en avant la nécessité d’une certaine souplesse des conditions de travail pour les hommes et femmes qui doivent être disponibles pour l’éducation de leurs enfants.

 
  
MPphoto
 
 

  Philippe Loiseau (ENF), par écrit. ‒ L'ingérence est un maître-mot dans l'Union européenne. En l'occurrence, ce rapport s'immisce dans l'organisation sociétale des États membres, et même jusque dans les familles. C'est tout simplement inacceptable.

Plus globalement, et en dépit de quelques idées intéressantes, ce texte semble vouloir bouleverser nos modèles de société et de travail. Il s'attaque ainsi à la femme et sa liberté, en en faisant un être "égal-inférieur" de l'homme, soumis au diktat des exigences législatives. Cerise sur le gâteau, la liberté de circulation, les migrants et les confus Objectifs 2020 viennent se greffer pêle-mêle sur ce dossier.

J'ai fermement voté contre.

 
  
MPphoto
 
 

  Javi López (S&D), por escrito. ‒ He votado a favor de este informe porque creo que la conciliación entre la vida laboral y familiar es un derecho fundamental que todavía no se ha alcanzado en Europa, lo cual representa un obstáculo para el logro de una igualdad real entre hombres y mujeres.

Con este informe enviamos un mensaje claro a la Comisión para que actualice y complete la legislación europea. Debe presentar cuanto antes una revisión de la directiva de maternidad, una mejora de la directiva de permiso parental y dos nuevas directivas, una sobre el permiso de paternidad y otra sobre el permiso de los cuidadores.

Asimismo, es importante que se mejore la provisión de servicios de calidad a precios asequibles de cuidado de niños y otras personas dependientes, para que las mujeres, que son mayoría entre los cuidadores, puedan participar en el mercado laboral y optar a trabajos a jornada completa, que les permitan generar una pensión digna para el futuro.

También hay que racionalizar los horarios laborales e introducir mayor flexibilidad para que todos los trabajadores puedan disfrutar de su vida privada, lo que no sólo redunda en beneficio de las personas, sino también de las empresas porque los trabajadores son más productivos.

 
  
MPphoto
 
 

  Juan Fernando López Aguilar (S&D), por escrito. ‒ He votado a favor de este informe porque creo que la conciliación entre la vida laboral y familiar es un derecho fundamental que todavía no se ha alcanzado en Europa, lo cual representa un obstáculo para el logro de una igualdad real entre hombres y mujeres.

Con este informe enviamos un mensaje claro a la Comisión para que actualice y complete la legislación europea. Debe presentar cuanto antes una revisión de la directiva de maternidad, una mejora de la directiva de permiso parental y dos nuevas directivas, una sobre el permiso de paternidad y otra sobre el permiso de los cuidadores.

Asimismo, es importante que se mejore la provisión de servicios de calidad a precios asequibles de cuidado de niños y otras personas dependientes, para que las mujeres, que son mayoría entre los cuidadores, puedan participar en el mercado laboral y optar a trabajos a jornada completa, que les permitan generar una pensión digna para el futuro.

También hay que racionalizar los horarios laborales e introducir mayor flexibilidad para que todos los trabajadores puedan disfrutar de su vida privada, lo que no sólo redunda en beneficio de las personas, sino también de las empresas porque los trabajadores son más productivos.

 
  
MPphoto
 
 

  Paloma López Bermejo (GUE/NGL), por escrito. ‒ He votado a favor de este informe conjunto de la Comisión de Mujer e Igualdad de Género y de la Comisión de Empleo puesto que reconoce que la creciente desregulación de los derechos laborales y sociales en la Unión y las políticas de austeridad tienen un terrible impacto en la conciliación de vida privada y profesional para las mujeres.

Para evitar esta desigualdad, el informe apuesta por potenciar los convenios colectivos que faciliten la conciliación de la vida privada, profesional y familiar. Asimismo, apuesta por un permiso parental que sea apropiadamente remunerado y para ambos progenitores para facilitar esta conciliación. Dado que también señala la importancia de promover a escala europea los servicios sociales públicos de cuidado y de atención de menores, he dado mi apoyo a este texto.

 
  
MPphoto
 
 

  Antonio López-Istúriz White (PPE), por escrito. ‒

Durante las últimas décadas, la conciliación de la vida profesional, privada y familiar se ha convertido en un derecho fundamental reconocido. Aunque ya se han emprendido algunas iniciativas tanto a nivel europeo como nacional, sigue siendo un ámbito en el que es preciso que sigamos trabajando para garantizar un equilibrio satisfactorio entre la vida laboral y familiar para todos.

Con ello considero que no solo se mejora el propio bienestar de las personas, sino que también se beneficia a la sociedad en su conjunto. Esto exige transformar el entorno de trabajo y también apartarse de la idea de que para las personas el trabajo es la única manera útil, y, por ende, valiosa de participar activamente en el mercado laboral y en la sociedad en su conjunto.

Este informe propone soluciones en este sentido, ya que la ausencia de las mismas, tiene unos efectos negativos continuos en la demografía de Europa que no podemos permitirnos.

Estoy completamente de acuerdo con la necesidad de seguir trabajando, siempre teniendo en cuenta las circunstancias del momento, para alcanzar este equilibrio. Por ello doy mi voto positivo para la aprobación de este informe.

 
  
MPphoto
 
 

  Bernd Lucke (ECR), schriftlich. ‒ Der Bericht zur „work-life balance“ ist nicht akzeptabel. Er mischt sich viel zu sehr in die Belange der Mitgliedstaaten und insbesondere der Familien ein. Er versucht zu regeln, wie und wann Frauen nach der Schwangerschaft an den Arbeitsplatz zurückgebracht und Männer in eine häusliche Rolle gedrängt werden sollen. Das Subsidiaritätsprinzip wird hier mit Füßen getreten. Die Interessen der Familien sollten in den Familien selbst entschieden werden und schon gar nicht in der EU.

 
  
MPphoto
 
 

  Krystyna Łybacka (S&D), na piśmie. ‒ Poparłam sprawozdanie na rzecz tworzenia na rynku pracy warunków sprzyjających równowadze między życiem zawodowym a prywatnym.

W kontekście tego sprawozdania zwracam uwagę na konieczność zapewnienia dostępnych dla wszystkich, wysokiej jakości usług opieki nad dziećmi oraz wczesnej edukacji.

Potrzebujemy większych inwestycji w tworzenie i rozwój infrastruktury opieki nad dziećmi. Każde dziecko, po zakończeniu przez rodziców urlopu rodzicielskiego, powinno mieć zagwarantowane miejsce w placówce opiekuńczej.

W ślad za rezolucją, apeluję do państw członkowskich o wdrożenie celów barcelońskich z 2002 roku w zakresie infrastruktury opieki nad dziećmi oraz zatwierdzenie ram jakości usług wczesnej edukacji i opieki nad dzieckiem z 2014 roku.

Zapewnienie odpowiedniej opieki nad dziećmi, jako część strategii na rzecz równowagi między życiem prywatnym a zawodowym, jest również kluczowe dla zwiększania zatrudnienia kobiet.

 
  
MPphoto
 
 

  Mairead McGuinness (PPE), in writing. ‒ I voted in favour of this report, which acknowledges the importance of work life balance, between work life and private life.

 
  
MPphoto
 
 

  Petr Mach (EFDD), písemně. ‒ Hlasoval jsem proti. Politika pomoci v mateřství a dávky v rodičovství mají podle mě zůstat v kompetenci jednotlivých států a EU se do toho nemá vměšovat. Nesouhlasím s výzvou, že by „rodičovská dovolená“ měla být povinně dělena mezi oba rodiče. Nechme na rodičích, jak se rozhodnout rozdělit si péči o děti. Nesouhlasím ani s tvrzením, že „osoby LGBTI čelí v práci specifickým genderovým překážkám, které mají nepříznivý dopad na jejich pohodu v práci a ohrožují jejich duševní zdraví“ a že tudíž Komise a členské státy mají podniknout „další kroky k řešení těchto nepříznivých podmínek.“

 
  
MPphoto
 
 

  Andrejs Mamikins (S&D), in writing. ‒ I fully agree with reporters that reconciliation of professional, private and family life needs to be guaranteed as a fundamental right for all, with measures being available for everyone, going beyond young mothers, fathers or carers. it is necessary to promote family-friendly working environments, reconciliation plans, return-to-work programmes, communication channels between employees and employers, and incentives for businesses and self-employed workers, in particular to ensure that people are not economically penalised for having children.

 
  
MPphoto
 
 

  Vladimír Maňka (S&D), písomne ‒ Rovnováha medzi pracovným, súkromným a rodinným životom ovplyvňuje kvalitu života na jednej strane a zároveň efektivitu a produktivitu vykonávanej práce na strane druhej. Ovplyvňuje kvalitu života jednotlivca a celej spoločnosti zároveň. Vytváranie tejto rovnováhy si vyžaduje, aby všetky kompetentné orgány odstraňovali existujúce problémy na viacerých úrovniach, od diskriminácie pri uplatňovaní na trhu práce, organizácii pracovného času, zrovnoprávnení pohlaví pri odmeňovaní, výchove detí, dostupnosti kvalitného vzdelania od predškolského veku až po celoživotné vzdelávanie, ako aj dostupnej starostlivosti a zabezpečenia staršieho obyvateľstva. Myslím si, že demografický vývoj v EÚ si vyžaduje, aby sa Únia nielen pripravovala a vysporiadala so starnutím populácie, ale aby prioritne vytvárala ekonomické, sociálne a pracovné podmienky na zakladanie rodín.

 
  
MPphoto
 
 

  Νότης Μαριάς (ECR), γραπτώς. ‒ Ψηφίζω υπέρ της έκθεσης σχετικά με τη δημιουργία συνθηκών στην αγορά εργασίας οι οποίες ευνοούν την εξισορρόπηση μεταξύ επαγγελματικής και προσωπικής ζωής, για τους λόγους που ανέφερα αναλυτικά στην Ομιλία μου στην Ολομέλεια του Ευρωπαϊκού Κοινοβουλίου στο Στρασβούργο στις 12/9/2016, καθώς και διότι η εν λόγω Έκθεση είναι πλήρης και τεκμηριωμένη.

 
  
MPphoto
 
 

  Dominique Martin (ENF), par écrit. ‒ J’ai voté contre ce texte. Bien qu’il expose plusieurs axes que nous soutenons (égalité des salaires, liberté de procréer, lutte contre les discriminations, etc.) plusieurs points sont condamnables. Ce texte propose une transition culturelle et sociétale qui s’intègrera parfaitement dans l’élaboration du pilier européen des droits sociaux à venir, avec une remise en cause des modèles du couple (comme entité), du travail rémunéré et de la différentiation sexuelle qui s’opère.

Ce sont avant tout des raisons économiques qui expliquent la baisse du taux de natalité: l’absence de revenus suffisants et la peur de perdre son travail (licenciement abusif lié à la maternité). Le texte est dès lors tiraillé entre deux objectifs qui semblent inconciliables, intégrer les femmes sur le marché du travail et les inciter à donner naissance.

 
  
MPphoto
 
 

  Jiří Maštálka (GUE/NGL), písemně. ‒ Zkombinovat pracovní a soukromý život je zejména pro ženy, matky velice obtížné, ne-li až nemožné. Dnes jsme hlasovali o zprávě, která na tyto problémy upozorňuje. S řadou myšlenek obsažených v textu souhlasím, např. s tím, že politiky, které jsou nutné pro dosažení vyrovnanosti mezi soukromým a pracovním životem, se musí zaměřit na přístup žen na trh práce a společné sdílení domácích a pečovatelských úkolů mezi muži a ženami. Dále je nutno se zaměřit na vytvoření soudržného politického rámce podpořeného kolektivním vyjednáváním a kolektivními smlouvami s cílem umožnit lepší vyvážení pečovatelského, profesního a soukromého života. Zpravodajky dále zmiňují nutnost zakotvení práva každé ženy na mateřskou a rodičovskou dovolenou, stejně jako na nutnost uplatňování principu rovnosti pohlaví. Zprávu jsem při hlasování podpořil.

 
  
MPphoto
 
 

  Marisa Matias (GUE/NGL), por escrito. ‒ O relatório sublinha medidas importantes sobre as condições no mercado de trabalho favoráveis ao equilíbrio entre a vida familiar e a vida profissional, tais como: a importância de um quadro político coerente apoiado por negociação coletiva e acordos coletivos para permitir um melhor equilíbrio entre a vida profissional e a vida privada; a importância de uma licença parental "adequadamente" paga mais equilibrada para ambos os pais; a importância de ter acesso à educação e cuidados, acessível, adequada e de qualidade na primeira infância, assistência a pessoas dependentes e serviços sociais de elevada qualidade; o reconhecimento de que políticas de conciliação da vida de trabalho não vão, por si só produzir benefícios para os trabalhadores, a menos que sejam acompanhadas de políticas para melhorar as condições de vida, ao lado de políticas para fomentar e promover atividades culturais, recreativas e desportivas, entre outros.

Mesmo tendo em conta que ainda muito trabalho tem de ser feito no âmbito das desigualdades sociais e das condições de vida dos/as trabalhadores/as, pelas razões que acima enunciei, votei a favor.

 
  
MPphoto
 
 

  Gabriel Mato (PPE), por escrito. ‒ La creación de unas condiciones favorables para poder conciliar la vida personal y profesional ha sido un reto que, cada vez con más fuerza, nos demanda la sociedad.

Aún queda mucho por hacer y por eso mi apoyo al informe del Parlamento en este sentido, en el que hacemos nuestras propuestas para avanzar más rápido en esta senda y poder desbloquear aspectos que llevan décadas parados, relativos a permisos de maternidad, de paternidad o que tienen que ver con los cuidadores, que son importantes si queremos realmente resolver esta cuestión.

 
  
MPphoto
 
 

  Κώστας Μαυρίδης (S&D), γραπτώς. ‒ Αναμφισβήτητα θα πρέπει να υπάρχει εξισορρόπηση της επαγγελματικής και της προσωπικής ζωής και αυτό είναι ένα από τα θεμελιώδη ανθρώπινα δικαιώματα. Υπερψηφίζω το ψήφισμα που αφορά τη δημιουργία συνθηκών στην αγορά εργασίας οι οποίες ευνοούν την εξισορρόπηση μεταξύ επαγγελματικής και προσωπικής ζωής γιατί αυτό θα συμβάλει και στην προσωπική πρόοδο του ατόμου αλλά παράλληλα θα ωφεληθεί και η κοινωνία στο σύνολό της γιατί η προσωπική ευημερία είναι άμεσα συνδεδεμένη με την κοινωνική ευημερία. Τα ισορροπημένα άτομα είναι πιο παραγωγικά και αποτελεσματικά σε ό, τι κάνουν. Τέλος, είναι απαραίτητη η ανάγκη για εξισορρόπηση μεταξύ επαγγελματικής και προσωπικής ζωής και για την προώθηση και αύξηση της συμμετοχής των γυναικών στην αγορά εργασίας γιατί με τον εκσυγχρονισμό του υφιστάμενου νομικού πλαισίου είναι πιο δυνατή η ισορροπία για γονείς με παιδιά ή και εξαρτώμενους συγγενείς. Αυτό κρίνεται ζωτικής σημασίας αν θέλουμε να πετύχουμε αληθινή ισότητα των φύλων και αξιοποίηση των ικανοτήτων και των ταλέντων των ανθρώπων.

 
  
MPphoto
 
 

  Georg Mayer (ENF), schriftlich. ‒ Meines Erachtens nach ist dieser Bericht negativ zu beurteilen, da unter dem Deckmantel der Arbeitsmarktpolitik in die nationale Familien- und Gesellschaftspolitik eingegriffen wird, indem ein neues Gesellschaftsmodell propagiert wird.

 
  
MPphoto
 
 

  Jean-Luc Mélenchon (GUE/NGL), par écrit. ‒ Ce rapport d'initiative défend l'idée que l'équilibre travail-vie améliore non seulement le bien-être de chacun, mais profite également à la société dans son ensemble, car les personnes ayant un équilibre travail-vie satisfaisant sont plus productives au travail. Dans ce domaine comme dans beaucoup d'autres, il existe de nombreuses inégalités entre hommes et femmes, du fait notamment de la plus grande prise en charge, par les femmes, des personnes dépendantes (enfants et/ou parents dépendants). Le but de ce rapport est non seulement de promouvoir l'égalité des sexes en matière d'emploi et dans d'autres domaines de la vie, mais aussi de donner aux enfants la possibilité de réaliser leur plein potentiel en leur fournissant une éducation de qualité dès la petite enfance, ainsi que l'accès aux loisirs et aux activités culturelles et sportives. Le rapport propose d'agir à travers la prolongation du congé de maternité, la révision du congé de paternité et la mise en avant de la directive sur le congé pour personne à charge. Je vote pour ce texte.

 
  
MPphoto
 
 

  Joëlle Mélin (ENF), par écrit. ‒ L’ingérence dans l’organisation sociétale des États membres – mais également au sein même des familles – que favorise ce texte, le rend inacceptable. De manière générale, quelques bonnes idées mais un texte qui vient modifier, en lame de fond, nos modèles de société et de travail. La liberté de choix des femmes est alors court-circuitée, ce qui fait de la femme un «égal-inférieur» de l’homme, soumise à l’exigence législative. En outre, liberté de circulation, migrants et objectifs 2020 viennent se greffer et orienter ce dossier.

J’ai ainsi voté contre.

 
  
MPphoto
 
 

  Nuno Melo (PPE), por escrito. ‒ De acordo com os mais recentes dados do Eurostat, a taxa de natalidade na União Europeia tem diminuído nas últimas décadas. A União enfrenta desafios demográficos sem precedentes, aos quais os Estados-Membros devem dar resposta. As políticas favoráveis às famílias são importantes para estimular tendências demográficas positivas, visto que a precariedade laboral e as más condições de trabalho têm efeitos negativos no planeamento familiar.

Para alcançar um verdadeiro equilíbrio entre a vida pessoal e a vida profissional, são necessárias políticas sólidas, transversais, coerentes, estruturais e abrangentes, que prevejam incentivos e medidas eficazes para fomentar a conciliação entre o trabalho, a possibilidade de prestar cuidados e de passar tempo com a família e os amigos e a possibilidade de realizar atividades de lazer e desenvolvimento pessoal. Daí o meu voto favorável.

 
  
MPphoto
 
 

  Roberta Metsola (PPE), in writing. ‒ I voted in favour of this report that calls for the Union to deliver solutions on the issues of work-life balance and gender equality. The report calls on the Commission, Member States and stakeholders to propose ways in which a balance can be achieved that suits the work-life needs of both women and men by taking advantage of the ever-evolving digital age in which we live.

 
  
MPphoto
 
 

  Louis Michel (ALDE), schriftelijk. – Het blijft voor elke vader, moeder, werknemer of zelfstandige zoeken naar een bevredigend evenwicht tussen werk, gezin en privéleven. Op zowel nationaal als Europees niveau werden initiatieven genomen om een brug te slaan tussen werk en privéleven. Demografische veranderingen zorgen er echter voor dat er nieuwe zorgbehoeften ontstaan en dat de diversificatie van gezinsverhoudingen zich doorzet. Dit verslag moet vooral gelezen worden als een oproep aan de Commissie om haar werkzaamheden op het vlak van het bevorderen van het evenwicht tussen werk en privéleven op te voeren. Door het voortouw te nemen in de zoektocht naar betere evenwichten tussen werk, gezin en familie kan de Commissie ertoe bijdragen dat binnen de EU een gelijk speelveld gecreëerd wordt in een beleid ter bevordering van de combinatie van werk en gezin. Dat betekent onder meer dat er beslissende stappen moeten worden gezet om de negatieve impact van het ouderschap op het aantal werkende vrouwen ongedaan te maken, dat het principe van gelijk loon voor gelijk werk gemeengoed wordt, dat thuis- en telewerk wordt bevorderd en dat er in alle lidstaten werkbare regelingen komen voor mannen én vrouwen wanneer die zorgtaken op zich willen nemen.

 
  
MPphoto
 
 

  Miroslav Mikolášik (PPE), písomne – Návrh uznesenia zdôrazňuje potrebu zlepšenia rovnováhy medzi súkromným životom a prácou prostredníctvom legislatívnych a nelegislatívnych iniciatív a je východiskom pre dokument pripravovaný Európskou komisiou Roadmap: a new start to address the challenges of work-life balance faced by working families. Predkladaný návrh som svojím hlasom nepodporil z niekoľkých dôvodov: politika rodiny je v exkluzívnej právomoci každého členského štátu. Patrí tam teda aj otázka revízie materskej dovolenky, zlepšenie rodičovskej dovolenky, tvorba novej otcovskej dovolenky, ako aj definícia rodiny. Návrh teda zasahuje do princípu subsidiarity, ktorý zabezpečuje, aby boli rozhodnutia prijímané na úrovni čo najbližšej občanovi. Únia teda koná iba vtedy, ak ciele navrhovanej činnosti nemôžu byť uspokojivo dosiahnuté členskými štátmi a môžu byť z dôvodu rozsahu či účinku navrhovanej činnosti lepšie dosiahnuté Spoločenstvom. V návrhu je rodičovstvo definované ako jedna z najväčších prekážok zamestnania. Zmluva o EÚ chápe otca a matku iba ako zamestnancov, preto zásah Únie do rodinného života a jej snaha usmerňovať hodnoty a normy vo vnútri rodiny sú podľa môjho názoru mimo jej rozsah.

 
  
MPphoto
 
 

  Marlene Mizzi (S&D), in writing. ‒ I have voted in favour of the report on creating labour market conditions favourable for work-life balance because it is time to assess our demographic and socioeconomic challenges and adopt a package of legislative and non-legislative policies to promote work-life balance to ensure workers enter, remain and return to the labour market, and can reconcile professional, private and family life.

 
  
MPphoto
 
 

  Csaba Molnár (S&D), írásban. ‒ Az elmúlt évtizedek során a szakmai, a magán- és a családi élet összeegyeztethetőségét alapvető jogként ismerték el, ám további előrelépésekre van szükség ahhoz, hogy mindenki ki tudja alakítani a munka és a magánélet közötti megfelelő egyensúlyt. A Bizottság 2015 decemberében „Új kezdet: a dolgozó szülők előtt álló, a munka és a magánélet közötti egyensúly megteremtése terén jelentkező kihívások kezelése” címmel ütemtervet adott közre, azzal a céllal, hogy növelje a nők munkaerőpiaci részvételét az érvényben lévő uniós jogi és politikai keretrendszer korszerűsítése és a jelenlegi munkaerőpiachoz igazítása által.

A Foglalkoztatási és Szociális Bizottság valamint a Nőjogi és Esélyegyenlőségi Bizottság közös jelentéstervezete, miközben üdvözölni javasolja a Bizottság kezdeményezését, abból indul ki, hogy a munka és a magánélet közötti egyensúly javítása uniós szintű fellépést követel meg. Ennek megfelelően sürgeti a várandós munkavállalókról (a szülési szabadságról) szóló 92/85/EGK irányelv felülvizsgálatát, a szülői szabadságról szóló 2010/18/EU irányelv végrehajtásának áttekintését, továbbá egy apasági szabadságról, illetve egy gondozói szabadságról szóló irányelv elfogadását. Az előbbi azt lenne hivatott biztosítani, hogy a férfiak kivegyék a részüket a gondozási feladatokból, az utóbbi pedig, hogy a munkavállalók gondozhassák a hozzátartozóikat. A tervezet elfogadását támogattam.

 
  
MPphoto
 
 

  Cláudia Monteiro de Aguiar (PPE), por escrito. ‒ Votei a favor deste relatório por considerar essencial uma verdadeira conciliação entre a vida pessoal e a vida profissional. Só assim será possível combater os baixos índices de natalidade e alcançar um equilíbrio tendo em conta a igualdade de género.

Considero, por isso, importante que a Comissão volte a apresentar a proposta sobre a licença de maternidade, que foi bloqueada pelo Conselho.

As licenças de maternidade e paternidade e a licença parental só serão eficazes se complementadas com medidas horizontais de inclusão e apoio à natalidade, competências que estão ao nível dos Estados-Membros.

 
  
MPphoto
 
 

  Sophie Montel (ENF), par écrit. ‒ Ce texte est animé par la volonté de concilier au mieux la vie privée et la vie professionnelle et de lutter contre les discriminations au travers de mesures législatives et non législatives. Cependant, considérant que ces sujets relèvent de la compétence exclusive des États membres, et qu’il s’agit dès lors d’une ingérence dans l’organisation des États membres, j’ai voté contre ce texte.

 
  
MPphoto
 
 

  Claude Moraes (S&D), in writing. ‒ Labour MEPs fully support measures to promote greater work-life balance. We will not meet the demographic challenges we face - including the need to care for an ageing population - unless we modernise existing leave arrangements. Fathers taking time out of work to care for children must be supported by the right to paternity leave. We also support greater rights for carers, more extensive maternity leave rights and better implementation of existing legislation. These changes will bring benefits to the economy as a whole, and ensure that women and men are equal earners and carers.

 
  
MPphoto
 
 

  Nadine Morano (PPE), par écrit. ‒ Je me suis abstenue lors du vote de ce rapport relatif à la mise en place sur le marché du travail de conditions favorisant l’équilibre entre la vie professionnelle et la vie privée. En demandant à la Commission de mettre en place des politiques visant à soutenir les migrants, ce texte constitue une fois de plus un appel d’air à l’immigration illégale, à laquelle je m’oppose avec constance.

 
  
MPphoto
 
 

  Elisabeth Morin-Chartier (PPE), par écrit. ‒ J'ai voté en faveur de ce rapport sur la mise en place sur le marché du travail de conditions favorisant l'équilibre entre la vie professionnelle et la vie privée. Même s'il comporte plusieurs éléments insatisfaisants, je me réjouis des avancées qui peuvent être faites aujourd'hui dans ce domaine, telles que l'harmonisation d'un congé maternité au niveau européen, la non-transférabilité du congé parental qui pourrait mettre en danger le retour des mères dans l'emploi et sur le marché du travail, ou encore une protection supplémentaire pour les femmes vulnérables. La crise a irrémédiablement touché les femmes depuis 2008, il est important que l'Union européenne s'inquiète et légifère pour améliorer et proposer des conditions d'entrée et de retour sur le marché de l'emploi pour les femmes et les hommes qui ont des enfants ou des personnes à charge.

 
  
MPphoto
 
 

  Alessia Maria Mosca (S&D), per iscritto. ‒ Accogliamo con favore questa relazione d'iniziativa sulla conciliazione lavoro-vita privata. Attualmente, la disuguaglianza tra uomini e donne nell'usufruire dei congedi è ancora di tutta evidenza: solo il 10 % dei padri usa almeno un giorno di congedo di paternità mentre il 97 % delle donne usa il congedo parentale disponibile per entrambi i genitori. Il Parlamento europeo ha deciso di redigere questa relazione d'iniziativa per portare maggiore attenzione al dibattito e per richiedere alla Commissione di intensificare il suo lavoro in questo campo. Soprattutto, questo INI è una reazione alla tabella di marcia e alla relativa consultazione pubblica lanciate nel 2015, dal titolo "Un nuovo inizio per fronteggiare le sfide del work-life balance affrontato da famiglie di lavoratori". La relazione tiene conto del collegamento tra le sfide demografiche attuali, senza precedenti, la precarietà del lavoro e le difficili condizioni di lavoro che hanno un impatto negativo sul equilibrio tra famiglia e lavoro. Il focus primario è sulla necessità di investire nei servizi sociali, in particolare sui servizi di cura per i bambini, gli anziani e altre persone a carico. Viene anche sottolineata l'importanza di promuovere l'occupazione di qualità, i diritti dei lavoratori e la sicurezza sul mercato del lavoro.

 
  
MPphoto
 
 

  József Nagy (PPE), írásban. ‒ A jelentést szavazatommal támogattam, mivel úgy tartom, hogy itt az ideje, hogy az EU fellépjen annak érdekében, hogy a munka és a magánélet közötti egyensúlyra irányuló megoldások terén megfelelő összetartás valósuljon meg a tagállamok között. A munka és a magánélet közötti egyensúly szempontjából kedvező munkaerőpiaci feltételek csak úgy érhetőek el, ha az embereknek a munkán kívül elegendő idő áll rendelkezésükre a személyes fejlődésre. Fontos, hogy olyan társadalmat alakítsunk ki, amelyben a nők és a férfiak keresőként és gondozóként egyenlőek lehetnek.

 
  
MPphoto
 
 

  Victor Negrescu (S&D), in writing. ‒ I have voted for this report that will address the challenges of work-life balance faced by working families. This need for modernising work-life balance framework at EU level is due to the demographic changes triggering more care needs, new emerging working ways and unprecedented high levels of unemployment.

 
  
MPphoto
 
 

  Момчил Неков (S&D), в писмена форма. – Подкрепих този доклад, защото смятам, че Европейският съюз е изправен пред сериозно демографско предизвикателство и в по-голямата част от държавите членки се наблюдава голям спад на раждаемостта. Една от основните причини зад тази тревожна тенденция е липсата на баланс между личния живот и кариерата.

На мнение съм, че имаме нужда от модерни политики, които да обърнат специално внимание на нуждата от увеличаване на нивата на участие на пазара на труда сред младите жени, особено на тези след период на майчинство и на самотните майки. Въпреки че жените са по-образовани, равнището на тяхната заетост в рамките на ЕС е значително по-ниско от това на мъжете.

Вярвам, че за да бъдат тези политики успешни, трябва да се преборим най-напред с ширещите се стереотипи относно ролята на мъжете и жените в днешното общество. А стереотипите, както добре ни е известно, се изграждат от най-ранна възраст и имат отражение в избора на образование и професия и продължават и на работното място. Не променим ли манталитета си, нито една политика няма да бъде ефективна.

 
  
MPphoto
 
 

  Norica Nicolai (ALDE), în scris. ‒ Unul din primele angajamente pe care le-am avut atunci când am decis să mă implic în viața politică a fost crearea unei legislații care să ofere șanse egale la carieră femeilor și bărbaților. Provocările lumii moderne ne confirmă că este un deziderat care, chiar dacă în unele țări a fost atins, trebuie conservat și reiterat, adaptat timpului prezent. În familia zilelor noastre, ambii părinți trebuie să aibă posibilitatea de a avea o viață profesională și privată echilibrată, fără a-și pune în pericol locul de muncă și cariera. Din păcate, prezentul raport nu aduce soluții pentru societățile care au deficiențe în această privință, avem un text mult prea general, cu prevederi ce depășesc scopul inițial al raportului. De asemenea, deși documentul cere statelor membre și Comisiei să ia atitudine și să lupte împotriva numărului mare de motive pentru care UE are o rată scăzută a natalității și o populație din ce în ce mai bătrână, acesta nu reușește să ofere claritate cu privire la procedurile de aplicare și soluțiile existente pentru îmbunătățirea acestei situații.

În acest context, am decis să votez împotriva prezentului raport.

 
  
MPphoto
 
 

  Liadh Ní Riada (GUE/NGL), in writing. – I voted in favour of this own-initiative report prepared jointly by EMPL and FEMM, which calls for the Commission and Member States to implement measures such as ensuring affordable childcare, and paid leave including maternity, paternity, parental and carers’ leave in order to address the exclusion of women from the labour force due to caring responsibilities. On the issue of non-transferability of parental leave, Sinn Féin’s position is in favour of non-transferability (i.e. it can’t be transferred from the father to the mother) as it is proven to benefit the position of women in the workforce.

 
  
MPphoto
 
 

  Franz Obermayr (ENF), schriftlich. ‒ Wenn ich bei der Abstimmung teilgenommen hätte, dann hätte ich mich gegen diesen Bericht ausgesprochen, da hier meines Erachtens nach unter dem Deckmantel der Arbeitsmarktpolitik in die nationale Familien- und Gesellschaftspolitik eingegriffen wird, indem ein neues Gesellschaftsmodell propagiert wird.

 
  
MPphoto
 
 

  Maite Pagazaurtundúa Ruiz (ALDE), por escrito. ‒ Adoptar medidas de conciliación de la vida laboral y familiar es fundamental si queremos avanzar en la integración efectiva de las mujeres en el mercado laboral al tiempo que generamos un Estado de Bienestar de calidad y fomentamos el aumento de la natalidad.

Es clave que el enfoque económico vaya acompañado de un enfoque basado en el ciclo vital y familiar. Fomentar la flexibilidad y racionalizar los horarios, ampliar el periodo de reducción de las cotizaciones en función de la maternidad o paternidad, la deducción por los gastos por empleadas de hogar, son medidas que van en el buen camino.

Este informe tiene en cuenta muchas de esas medidas y por eso lo he apoyado. Se trata de un informe de propia iniciativa que pretende generar debate y que, espero, sirva para que la Comisión intensifique sus trabajos en este ámbito.

 
  
MPphoto
 
 

  Δημήτρης Παπαδάκης (S&D), γραπτώς. ‒ Κατά τις τελευταίες δεκαετίες, η εναρμόνιση της επαγγελματικής, της ιδιωτικής και της οικογενειακής ζωής έχει αναγνωριστεί ως θεμελιώδες δικαίωμα. Ωστόσο, λόγω έλλειψης αποτελεσματικής και επαρκούς άδειας μητρότητας, πατρότητας και γονικής άδειας οι γονείς αναγκάζονται να επιλέξουν μεταξύ της οικογενειακής και επαγγελματικής ζωής.

Είναι καιρός η ΕΕ να αναλάβει δράση για να προωθήσει μια ανοδική σύγκλιση μεταξύ των κρατών μελών σε λύσεις εξισορρόπησης μεταξύ επαγγελματικής και προσωπικής ζωής. Αυτό έχει ζωτική σημασία αν θέλουμε να επιτύχουμε πραγματική ισότητα των φύλων, καταπολέμηση της εργασιακής, παιδικής και γυναικείας φτώχειας και καλύτερη αξιοποίηση των δεξιοτήτων των ανθρώπων, αναλαμβάνοντας δράση για την αντιμετώπιση των δημογραφικών προκλήσεων στην ΕΕ.

Ψήφισα υπέρ της έκθεσης, η οποία ζητά από την Επιτροπή να εντείνει τις εργασίες της ώστε να υπάρξει περαιτέρω πρόοδος για να εξασφαλιστεί ικανοποιητική ισορροπία μεταξύ επαγγελματικής και προσωπικής ζωής για όλους. Αυτή η ισορροπία θα συντελέσει στην αύξηση της συμμετοχής των γυναικών στην αγορά εργασίας με τον εκσυγχρονισμό και την προσαρμογή του ισχύοντος νομικού και πολιτικού πλαισίου της ΕΕ στη σημερινή αγορά εργασίας, στη μεγαλύτερη κατανομή των ευθυνών φροντίδας μεταξύ γυναικών και ανδρών, καθώς και στην ενίσχυση της ισότητας των φύλων στην αγορά εργασίας.

 
  
MPphoto
 
 

  Margot Parker (EFDD), in writing. ‒ UKIP voted against this non-binding and non-legislative report. Although there were some very sensitive issues regarding equality, discrimination and helping disadvantaged people, the report went on to call for more EU action and legislation. It included calls for the reversal in the burden of proof in legal situations which would end the presumption of innocence and irrevocably alter UK criminal law. The report called for the EU to monitor national legislation, it tried to say when schools should close, and wanted changes to national taxation and social security. The only people that should take such decisions are our elected national governments, not unaccountable EU bureaucrats in Brussels.

 
  
MPphoto
 
 

  Aldo Patriciello (PPE), per iscritto. ‒ Non posso che ricordare come il benessere e l'interesse superiore dei minori debbano essere considerazioni prioritarie nell'elaborazione, nel monitoraggio e nell'attuazione delle politiche in materia di equilibrio tra lavoro e vita privata. Nell'insieme il testo, privo di alcuni emendamenti proposti da altri gruppi, risulta essere un buon compromesso e quindi esprimo il mio voto favorevole.

 
  
MPphoto
 
 

  Eva Paunova (PPE), in writing. – As underlined in the report, there is a need to modernise work—life balance through legislative and non-legislative initiatives. The co-rapporteurs emphasise the importance of reconciliation of professional, private and family life and consider it even as a Fundamental right. Furthermore it stressed the importance of flexible forms of work in allowing women and men to reconcile work and family life. For these and other reasons I supported this resolution.

 
  
MPphoto
 
 

  Marijana Petir (PPE), napisan. ‒ Roditelji su danas suočeni s mnogobrojnim problemima kada je u pitanju ostvarivanje ravnoteže između obiteljskog i poslovnog života, a žene izložene raznim oblicima diskriminacije na radnom mjestu – od samog pristupa zaposlenju radi planirane trudnoće u budućnosti, preko uskraćivanja ili smanjivanja njihovih radničkih prava ili povlastica povezanih s majčinstvom, čak do otkaza.

Problem produljenja radnog vremena i rada bez dana odmora, vikendima, praznicima i blagdanima, sve je češći, a njime su posebno pogođene radnice u trgovini. Neradna nedjelja u svim članicama EU-a omogućila bi obiteljima da mogu kvalitetno provesti vrijeme zajedno koje im radi čitavog radnog tjedna nije osigurano, pogotovo u obiteljima u kojima rade oba bračna partnera ili u kojima roditelj koji radi sam uzdržava svoju djecu. U središtu svih politika za stvaranje ravnoteže između poslovnog i privatnog života moraju biti obitelj i djeca i nedopustivo je da se tim politikama, pod krinkom zaštite radničkih prava i prava žena, pokušava redefinirati obitelj koja je temeljna jedinica društva.

Stoga nisam mogla podržati ovu rezoluciji jer smatram da se ne bavi stvarnim problemima, već umjesto prijedloga konkretnih rješenja za stvaranje ravnoteže između obiteljskog i poslovnog života pokušava nametnuti ideološka pitanja i redefinirati obitelj utemeljenu na braku između muškarca i žene.

 
  
MPphoto
 
 

  Florian Philippot (ENF), par écrit. ‒ Ce rapport s'ingère dans les politiques sociales et familiales des États membres et dans la vie privée des citoyens. Ses intentions ne sont pas forcément mauvaises, puisqu'il s'agit d'aider les individus, et en particulier les femmes, à mieux gérer carrière et vie personnelle. Mais il intègre des problématiques qui n'ont rien à y voir (migrants, liberté de circulation, objectifs 2020) et ne respecte pas la liberté de choix des personnes. Dans ces conditions, je préfère voter contre.

 
  
MPphoto
 
 

  Tonino Picula (S&D), napisan. ‒ 2015. u 28 država članica EU-a stopa zapošljavanja muškaraca iznosila je 75,9 % u usporedbi sa stopom zapošljavanja žena od 64,3 %, unatoč činjenici da su žene obrazovanije; budući da je broj žena kao radne snage još i niži kada se uzme u obzir stopa zapošljavanja na puno radno vrijeme, s obzirom na to da je udio zaposlenja na pola radnog vremena među ženama vrlo visok u nekim državama članicama; budući da su 2013. muškarci tjedno bili plaćeni za 47 sati rada, a žene za 34 sata; budući da su, ako zbrojimo sate plaćenog i neplaćenog rada kod kuće, mlade žene u prosjeku radile 64 sata, a mladi muškarci 53 sata.

Gubici BDP-a po stanovniku koji se mogu pripisati razlikama u pogledu spola na tržištu rada procjenjuju se do 10 % u Europi. Smatram ovo nedopustivim podatkom te se slažem s pozivima da moramo učiniti sve što je u našoj moći da se razlika što prije umanji i potpuno ukine. Zbog svega navedenog, podržavam usvajanje spomenutog izvješća.

 
  
MPphoto
 
 

  Miroslav Poche (S&D), písemně. ‒ V dnešním hektickém světě je velice těžké najít tu správnou rovnováhu mezi rodinným a kariérním životem. Zejména pro ženy v roli matek a pečovatelek není snadné získat zaměstnání, které by jim dovolilo sladit svůj život s péčí o druhé. Mnoho žen tak i přes jejich dobrou kvalifikaci a vysoké vzdělání není dostatečně zastoupeno na trhu práce a je mnohem více ohroženo sociálním vyloučením a chudobou. Tato problematika má rovněž velký vliv i na děti, jelikož jejich dospívání a možnost využití jejich potenciálu jsou závislé na způsobu jejich výchovy a potřebě trávit čas se svými rodiči. V potaz je také nutné vzít nynější demografickou situaci, kdy dochází ke stárnutí evropské populace. Nutnost vybrat si mezi rodinným životem a kariérou tak má mnohdy vliv na rozhodnutí, zda vůbec založit rodinu a mít děti. Takovéto dilema tudíž ohrožuje budoucnost Evropy. Tyto důvody mě vedly k podpoření této zprávy, jež reaguje na plány Evropské komise o zlepšení rovnováhy mezi pracovním a soukromým životem. Zároveň navrhuje různé iniciativy, které povedou k modernizaci stávající právních předpisů EU, a přijímá nové směrnice EU o otcovské dovolené a dovolené pečujících osob.

 
  
MPphoto
 
 

  Salvatore Domenico Pogliese (PPE), per iscritto. ‒ Reputo che il pilastro della società europea sia la famiglia e che bisogna lavorare ancora molto al fine di garantire le condizioni per una effettiva conciliazione tra vita professionale, privata e familiare. Si tratta, infatti, di un ambito in cui, sebbene siano stati già adottati alcuni provvedimenti a livello europeo e nazionale, occorre compiere ulteriori passi avanti per garantire a tutti i cittadini un adeguato equilibrio tra vita privata e vita professionale, in particolare alle donne. Non dobbiamo costringere queste ultime a dover scegliere tra la carriera professionale e la famiglia. Le donne devono poter ricoprire il loro fondamentale ruolo di madri, affiancate dall'insostituibile figura paterna, grazie al sostegno di politiche pubbliche capaci di favorire la loro attività lavorativa. Ho votato a favore di questa relazione.

 
  
MPphoto
 
 

  Franck Proust (PPE), par écrit. ‒ J’ai voté en faveur de ce rapport d’initiative qui insiste sur la mise en place de conditions, sur le marché du travail, qui favorisent un équilibre entre la vie professionnelle et la vie privée. Les questions nécessaires de l’égalité de salaire entre les hommes et les femmes, ou encore de l’importance de la performance de systèmes de protection sociale, sont abordées. Ce texte s’inscrit dans le cadre des engagements annoncés par la Commission européenne pour mettre en œuvre différentes initiatives dans le domaine d’ici à la fin de l’année 2016.

 
  
MPphoto
 
 

  Paulo Rangel (PPE), por escrito. ‒ O presente relatório demonstra a consideração dada pela União, e, em particular, pelo Parlamento, ao equilíbrio entre a vida profissional, a vida pessoal e a vida familiar. Na opinião das relatoras, a modernização do quadro normativo que proporciona o referido equilíbrio é necessária, principalmente devido às alterações sociais no plano demográfico e de saúde pública, assim como devido à nova realidade do mercado laboral.

A conciliação da vida pessoal e profissional de um cidadão não só contribui para a produtividade no seu emprego, como promove o bem-estar na sociedade e providencia condições à criação dos filhos e à constituição de famílias. Assim, o fomento de políticas para aumentar a igualdade de género no mercado de trabalho, o melhoramento dos regimes em matéria de licença parental e uma maior atenção dos Estados-Membros sobre esta matéria são fatores cruciais para o cumprimento dos objetivos traçados neste âmbito.

Pelo facto de considerar importante que os cidadãos tenham tempo fora do horário de trabalho para o seu desenvolvimento pessoal, para a sua família e para o lazer, votei favoravelmente o presente relatório.

 
  
MPphoto
 
 

  Julia Reid (EFDD), in writing. ‒ UKIP voted against this non-binding and non-legislative report. Although there were some very sensitive issues regarding equality, discrimination and helping disadvantaged people, the report went on to call for more EU action and legislation. It included calls for the reversal in the burden of proof in legal situations which would end the presumption of innocence and irrevocably alter UK criminal law. The report called for the EU to monitor national legislation, it tried to say when schools should close, and wanted changes to national taxation and social security. The only people that should take such decisions are our elected national governments, not unaccountable EU bureaucrats in Brussels.

 
  
MPphoto
 
 

  Sofia Ribeiro (PPE), por escrito. ‒ Atualmente, o equilíbrio entre a vida profissional, a vida pessoal e a vida familiar passou a ser reconhecido como um direito fundamental. Porém, continua a ser necessário fazer progressos para assegurar que todos consigam conciliar de forma satisfatória as várias vertentes da sua vida.

O objetivo deste relatório é promover a igualdade entre homens e mulheres no emprego e noutras esferas da vida, e também dar às crianças a possibilidade de atingirem o seu pleno potencial, proporcionando-lhes educação e cuidados de elevada qualidade e o acesso a atividades de lazer, a atividades culturais e desportivas, e tempo para passarem com os seus pais.

É fundamental combater a pobreza ao nível do trabalho, a pobreza infantil e a das mulheres, aproveitar melhor as competências e as aptidões das pessoas e adotar medidas para enfrentar os desafios demográficos. Votei favoravelmente.

 
  
MPphoto
 
 

  Liliana Rodrigues (S&D), por escrito. ‒ Ao longo das últimas décadas, o equilíbrio entre a vida profissional, a vida privada e a vida familiar passou a ser reconhecido como um direito fundamental. Embora já tenham sido tomadas algumas iniciativas, tanto a nível europeu como nacional, continua a ser necessário fazer progressos neste domínio.

A ausência de soluções para conciliar a vida profissional e a vida privada influencia as decisões das pessoas e haverá sempre um destes domínios que se arrisca a sair prejudicado.

As medidas atualmente em vigor nos Estados-Membros estão a agravar a situação, provocando um impacto negativo no bem-estar de todas as pessoas, assim como na sua participação no mercado de trabalho e na produtividade. É necessária uma ação sólida, tanto a nível europeu como a nível nacional, que inclua medidas legislativas sobre diferentes tipos de licença, articulada com medidas não legislativas, tais como campanhas de sensibilização e de informação, mecanismos de controlo e acompanhamento da situação.

A ausência de regimes de licença remunerada para os pais, em comparação com os das mães, ou a insuficiência de incentivos à sua utilização, contribui para a desigualdade entre homens e mulheres no que toca à repartição das obrigações profissionais e familiares entre mulheres e homens, em vez de promover a igualdade.

 
  
MPphoto
 
 

  Inmaculada Rodríguez-Piñero Fernández (S&D), por escrito. ‒ He votado a favor de este informe porque creo que la conciliación entre la vida laboral y familiar es un derecho fundamental que todavía no se ha alcanzado en Europa, lo cual representa un obstáculo para el logro de una igualdad real entre hombres y mujeres.

Con este informe enviamos un mensaje claro a la Comisión para que actualice y complete la legislación europea. Debe presentar cuanto antes una revisión de la directiva de maternidad, una mejora de la directiva de permiso parental y dos nuevas directivas, una sobre el permiso de paternidad y otra sobre el permiso de los cuidadores.

Asimismo, es importante que se mejore la provisión de servicios de calidad a precios asequibles de cuidado de niños y otras personas dependientes, para que las mujeres, que son mayoría entre los cuidadores, puedan participar en el mercado laboral y optar a trabajos a jornada completa, que les permitan generar una pensión digna para el futuro.

También hay que racionalizar los horarios laborales e introducir mayor flexibilidad para que todos los trabajadores puedan disfrutar de su vida privada, lo que no sólo redunda en beneficio de las personas, sino también de las empresas porque los trabajadores son más productivos.

 
  
MPphoto
 
 

  Claude Rolin (PPE), par écrit. ‒ Faisant suite à la publication par la Commission européenne de la feuille de route pour «un nouveau départ pour relever les défis entre la vie professionnelle et la vie privée», le Parlement a adopté sa position pour améliorer cette conciliation, position que j’ai soutenue en votant en faveur lors de cette session plénière.

Je suis d’avis que l’Union européenne doit notamment mettre sur pied des initiatives législatives pour permettre cette meilleure conciliation. C’est pour cette raison que j’ai notamment soutenu l’idée au niveau européen d’un congé parental de 6 mois, d’un congé de paternité de 2 semaines et d’un congé pour personne à charge complétant la prestation de soins professionnels. Pour ce qui est de l’intervention des différents systèmes de sécurité social, je suis d’avis qu’il s’agit là d’une compétence des États membres.

En ce qui concerne la directive sur le congé de maternité, je regrette vivement que la précédente proposition ait été retirée suite au blocage au Conseil et demande à la Commission de présenter une nouvelle proposition ambitieuse en concertation avec les partenaires sociaux.

 
  
MPphoto
 
 

  Fernando Ruas (PPE), por escrito. ‒ Ao longo das últimas décadas, o equilíbrio entre a vida profissional, a vida pessoal e a vida familiar passou a ser reconhecido como um direito. Embora já tenham sido tomadas algumas iniciativas tanto a nível europeu como nos Estados-Membros, continua a ser necessário fazer progressos neste domínio e daí a importância deste documento e desta discussão.

É importante, desde logo, integrar nas políticas o equilíbrio entre a vida profissional e a vida pessoal, de modo a assegurar que todos beneficiem de apoios nas diferentes etapas ao longo da sua vida e possam participar ativamente no mercado de trabalho e na sociedade.

Este relatório apoia a iniciativa da Comissão com vista a aumentar a participação das mulheres no mercado de trabalho, modernizando e adaptando o atual quadro jurídico e político da UE às necessidades do moderno mercado de trabalho, permitindo uma maior partilha das responsabilidades entre homens e mulheres.

Ambiciona-se ainda promover a igualdade de género no emprego e em outras esferas da vida, mas também dar às crianças a possibilidade de acesso pleno à educação e cuidados de saúde de elevada qualidade na primeira infância. Porque concordo com o teor do texto, bem como com a iniciativa da Comissão, votei a favor deste relatório.

 
  
MPphoto
 
 

  Tokia Saïfi (PPE), par écrit. ‒ J’ai voté en faveur de ce rapport sur la mise en place de conditions sur le marché du travail favorisant la conciliation entre vie professionnelle et vie privée. Ce rapport souligne que la conciliation de la vie professionnelle, privée et familiale doit être garantie comme un droit avec des mesures applicables à tous. Ce texte appelle à la mise en place d’un système permettant d’obtenir des données fiables, comparables et complètes en matière d’égalité afin d’améliorer la compréhension du manque de conciliation entre vie privée et vie professionnelle.

Il indéniable qu’un meilleur équilibre entre vie professionnelle et vie privée ainsi que le renforcement de l’égalité homme-femme sont essentiels pour soutenir la participation des femmes au marché du travail.

 
  
MPphoto
 
 

  Lola Sánchez Caldentey (GUE/NGL), por escrito. ‒ Aunque el informe no va a la raíz de las causas de la desigualdad de género en el ámbito laboral, creo que tiene aspectos muy positivos que deberían implementarse para mejorar las políticas de conciliación de la vida personal, familiar y laboral. Por ese motivo, he votado abstención.

 
  
MPphoto
 
 

  Christel Schaldemose (S&D), skriftlig. ‒ Socialdemokraterne i Europaparlamentet ønsker at opdatere EU´s lovgivning for at skabe en bedre balance mellem arbejdsliv og privatliv. Vi støtter initiativer, der forbedrer ligestillingen mellem mænd og kvinder, styrker fars ret til orlov og øger kvinders deltagelse på arbejdsmarkedet. Derfor har vi valgt at stemme for betænkningen i sin helhed.

Det skal dog ikke tolkes som opbakning til alle de enkelte initiativer, der nævnes i betænkningen. Generelt ønsker de danske socialdemokrater et større fokus på fars rettigheder, da det er væsentligt for at opnå en mere ligelig fordeling af orlov mellem forældrene. Enkelte af forslagene i betænkningen kunne – hvis der var tale om lovgivning – virke kontraproduktivt i forhold til dette mål. Samtidig er der visse områder, hvor man i Danmark har tradition for, at der indgås aftaler mellem arbejdsmarkedets parter, og hvor vi ikke ønsker lovgivning på EU-plan.

Eftersom der ikke er tale om lovgivning, men blot en initiativbetænkning, har vi valgt at støtte det overordnede budskab om at sikre mere ligestilling og bedre kønsbalance gennem forbedrede regler, i tæt samarbejde med arbejdsmarkedets parter og under hensyntagen til nærhedsprincippet.

 
  
MPphoto
 
 

  Sven Schulze (PPE), schriftlich. ‒ Ich habe gegen den Bericht zur Schaffung von Work-Life Balance fördernden Maßnahmen auf dem Arbeitsmarkt gestimmt, da dieser Bereich mit Themen wie der Elternzeit, gleichgeschlechtliche Partnerschaften oder Mindestanforderungen an Adoptiveltern unter die Kompetenzen der Mitgliedstaaten fällt und das Subsidiaritätsprinzip gewahrt werden muss.

 
  
MPphoto
 
 

  Maria Lidia Senra Rodríguez (GUE/NGL), por escrito. ‒ He votado a favor de este informe conjunto de la Comisión de Mujer e Igualdad de Género y de la Comisión de Empleo puesto que reconoce que la creciente desregulación de los derechos laborales y sociales en la Unión y las políticas de austeridad tienen un terrible impacto en la conciliación de vida privada y profesional para las mujeres.

Para evitar esta desigualdad, el informe apuesta por potenciar los convenios colectivos que faciliten la conciliación de la vida privada, profesional y familiar. Asimismo, apuesta por un permiso parental que sea apropiadamente remunerado y para ambos progenitores para facilitar esta conciliación. Dado que también señala la importancia de promover a escala europea los servicios sociales públicos de cuidado y de atención de menores, he dado mi apoyo a este texto.

 
  
MPphoto
 
 

  Ricardo Serrão Santos (S&D), por escrito. ‒ A criação de medidas para melhorar o equilíbrio entre a vida profissional e a vida pessoal passa por fatores de ordem financeira e social e é importante garantir que este equilíbrio promova também um aumento da produtividade e da competitividade em todas as empresas públicas ou privadas. A satisfação a nível pessoal dos trabalhadores promove por norma um incremento da sua produtividade, porque um trabalhador satisfeito com o seu local de trabalho exerce melhor as suas funções do que em caso contrário.

Há que continuar a trabalhar para que a igualdade de tratamento e de direitos face ao género seja também uma realidade no local de trabalho. Ao mesmo tempo, há que garantir que o trabalho disponibilize tempo para que as crianças possam conviver com ambos os pais.

Por tudo isto, votei a favor deste relatório que promove e defende a existência de regimes de trabalho em que há um verdadeiro equilíbrio entre vida profissional e pessoal. Desta forma, estaremos a contribuir para um aumento da qualidade de vida para a generalidade dos trabalhadores europeus.

 
  
MPphoto
 
 

  Jill Seymour (EFDD), in writing. ‒ I voted against this report - while some of it has good intentions I do not believe the EU should get involved in nation states internal labour laws.

 
  
MPphoto
 
 

  Siôn Simon (S&D), in writing. – Labour MEPs fully support measures to promote greater work-life balance. We will not meet the demographic challenges we face - including the need to care for an ageing population - unless we modernise existing leave arrangements. Fathers taking time out of work to care for children must be supported by the right to paternity leave. We also support greater rights for carers, more extensive maternity leave rights and better implementation of existing legislation. These changes will bring benefits to the economy as a whole, and ensure that women and men are equal earners and carers.

 
  
MPphoto
 
 

  Branislav Škripek (ECR), písomne ‒ Súhlasím, že treba v maximálnej miere napomáhať zosúladenie pracovného a súkromného života žien a mužov, predovšetkým s ohľadom na ich rodinné povinnosti a záväzky. A ak chceme v Európe efektívne čeliť katastrofickej demografickej situácii, musíme predovšetkým podporiť prirodzenú rodinu a jej zdravé fungovanie. No prijaté uznesenie sa opäť snaží zasahovať do oblastí, ktoré sú výhradne v kompetencii členských štátov. Navyše predložená správa navrhovala aj rovnomerné rozdelenie domácich prác a starostlivosti o rodinu medzi mužov a ženy. Opakovane tu vidíme snahu európskych inštitúcií zasahovať do zodpovedností, ale aj práv manželov či partnerov, ktorí žijú v spoločnej domácnosti. Treba zdôrazniť, že ide o absurdný a neakceptovateľný zásah do práv a súkromia svojprávnych a slobodných občanov. V otázke zosúladenia pracovného a súkromného života ide o to, umožniť ženám a mužom slobodnú voľbu, nie o to, začleniť čo najviac žien na trh práce a zapojiť viacej mužov do domácich prác. A to musia všetky návrhy a politiky rešpektovať. Preto som hlasoval proti.

 
  
MPphoto
 
 

  Monika Smolková (S&D), písomne ‒ Zosúladenie pracovného a súkromného života je veľmi dôležitý faktor, pretože primeraná rovnováha medzi pracovným a súkromným životom prispieva k hospodárskemu rastu, konkurencieschopnosti, celkovej účasti na trhu práce, rodovej rovnosti, zníženiu rizika chudoby a medzigeneračnej solidarite. EÚ musí prijať opatrenia na podporu konvergencie smerom nahor medzi členskými štátmi v oblasti riešení rovnováhy medzi pracovným a súkromným životom. Ak chceme dosiahnuť skutočnú rovnosť žien a mužov, je nevyhnutné bojovať proti chudobe zamestnaných, detí a žien, lepšie využívať zručnosti a nadanie ľudí a bojovať v EÚ proti demografickým výzvam. Podmienky na trhu práce, ktoré sú priaznivé pre rovnováhu medzi pracovným a súkromným životom, možno vytvoriť a kvalitu života možno dosiahnuť len vtedy, keď ľudia budú mať dostatok času mimo práce na svoj osobný rozvoj, napríklad prostredníctvom vzdelávania a odbornej prípravy, a na odpočinok. Preto je dôležité, aby členské štáty dôsledne vykonávali smernicu o pracovnom čase, ale tiež aby zavádzali opatrenia na podporu voľného času a na vzdelávanie a odbornú prípravu.

 
  
MPphoto
 
 

  Michaela Šojdrová (PPE), písemně. ‒ Evropský parlament dnes hlasoval o zprávě z vlastní iniciativy o vytvoření podmínek na trhu práce příznivých pro rovnováhu mezi pracovním a soukromým životem. Považuji za důležité to, že Evropský parlament se zabývá negativním demografickým vývojem v Evropské unii. Text v úvodu připomíná pokles míry porodnosti v EU, což je důležité varování. S ohledem na výše uvedené důvody bych očekávala, že Evropský parlament bude povzbuzovat členské státy k prorodinné politice. Místo toho zde Evropský parlament vyzývá Komisi i členské státy, aby uznávaly a také podporovaly všechny různorodé formy vztahů, které tradiční rodinu mají nahradit, jako jsou registrovaná partnerství či „rodiče“ stejného pohlaví apod. Tyto nepřijatelné návrhy nijak nesouvisí s původním cílem zprávy a zasahují do pravomocí členských států.

Za nepřijatelné také považuji, aby Evropský parlament vyzýval Evropskou komisi k předložení směrnice o povinné dvoutýdenní a plně placené otcovské dovolené. Otcovskou dovolenou ano, ale musí být na dobrovolné bázi. Přes původně dobrý záměr usnesení pro mne byla jeho výsledná podoba nepřijatelná, a proto jsem hlasovala proti této zprávě.

 
  
MPphoto
 
 

  Igor Šoltes (Verts/ALE), pisno. ‒ Za doseganje ravnovesja med poklicnim in zasebnim življenjem so potrebne usklajene in celovite politike za usklajevanje poklica, oskrbo in preživljanje časa z družino in prijatelji ter prostega časa in osebnega razvoja.

Tako EU kot njene članice bi morale sprejeti politiko, ki bi bila prilagojena današnji realnosti in bi promovirala enakost spolov na delovnih mestih in v ostalih sferah življenja. Predvsem bi morala biti posodobljena zakonodaja glede starševskega dopusta za matere in očete.

V prid modernizaciji tega okvira na ravni EU govori veliko razlogov, med drugim spremembe v demografiji prebivalstva, pojavili so se novi načini dela, starševstvo pa ima izrazito negativen vpliv na zaposlenost žensk. Parlament se je zato odločil za sestavo poročila, s katerim bi pričel debato in spodbudil Komisijo k hitrejšemu delu na tem področju.

Poročilo nima za cilj le spodbujanja enakosti spolov pri zaposlovanju in drugih sferah življenja, ampak tudi upoštevanja potreb vse bolj raznolike družbe in vključevanja pristopa življenjskega cikla pri usklajevanju dela in zasebnega življenja. Obenem želi Parlament s tem poročilom pospešiti pogajanja med evropskimi delavci in delavskimi organizacijami na to temo.

Poročilo je po mojem mnenju pozitivno in vsebuje pomembne poudarke, zato sem se ga odločil podpreti.

 
  
MPphoto
 
 

  Joachim Starbatty (ECR), schriftlich. ‒ Der Bericht zur „work-life balance“ ist nicht akzeptabel. Er mischt sich viel zu sehr in die Belange der Mitgliedstaaten und insbesondere der Familien ein. Er versucht zu regeln, wie und wann Frauen nach der Schwangerschaft an den Arbeitsplatz zurückgebracht und Männer in eine häusliche Rolle gedrängt werden sollen. Das Subsidiaritätsprinzip wird hier mit Füßen getreten. Die Interessen der Familien sollten in den Familien selbst entschieden werden und schon gar nicht in der EU.

 
  
MPphoto
 
 

  Ivan Štefanec (PPE), písomne ‒ Nové technológie a hlboké zmeny v štruktúre ekonomiky, ktorých sme v súčasnosti svedkami, prinesú aj redefiníciu pracovných procesov. Do vzťahov medzi zamestnancom a zamestnávateľom by sme však nemali zasahovať direktívne, ale skôr vytvárať priestor na slobodné rozhodnutie a úpravu podoby výkonu práce formou vzájomnej dohody.

 
  
MPphoto
 
 

  Helga Stevens (ECR), schriftelijk. ‒ De N-VA-delegatie onthield zich bij de stemming over dit verslag. De N-VA wil absoluut werken aan een gezonde combinatie tussen werk en gezin, en dit voor diverse gezinssituaties zoals alleenstaande ouders, tweeverdieners met jonge kinderen, nieuw samengestelde gezinnen, enz. Een passend wettelijk kader moet werknemers de kans bieden om hun dagelijkse puzzel tussen arbeids-, gezins- en privéleven te leggen, alsook werkgevers de flexibiliteit geven om te kunnen inspelen op de snel veranderende markt. Het is echter in de eerste plaats aan de lidstaten om dit kader te creëren; het moet immers zo goed als mogelijk afgestemd zijn op de behoeften en realiteit van onze burgers. Hier slaat het verslag jammer genoeg de bal mis. Het roept op tot allerhande Europese wetgevende initiatieven die duidelijk het subsidiariteitsbeginsel met voeten zouden treden. Andere bezwaren bij het verslag zijn bijvoorbeeld nog het geheel afwijzen van flexibele arbeidsverhoudingen, de vraag om meer EU-middelen en een soms erg betuttelende toon naar vrouwen toe.

 
  
MPphoto
 
 

  Beatrix von Storch (EFDD), schriftlich. ‒ Diese Entschließung lehne ich rundweg ab. Ich bin sehr wohl für Unterstützungsmaßnahmen durch die Mitgliedstaaten zugunsten einer besseren Vereinbarkeit von Familie und Beruf. Hier sollen jedoch Ehe und Familie arbeitsmarktkompatibel und elterliche Pflichten dem Staat übertragen gemacht werden. Die EU wurde als Binnenmarkt gegründet, Mütter und Väter stehen nicht im EU-Vertrag. Ursprünglich hieß es immer: „Vereinbarkeit von Familie und Beruf“. Aus Familie wird Privatleben. Familie wird also Freizeitbeschäftigungen gleichgestellt. Schlimmer kann die EU das Prinzip „Ehe und Familie als Grundlage der Gesellschaft“ nicht abwerten, als es privaten Freizeitmöglichkeiten gleichzustellen. Ehe und Familie sollen allen anderen Lebensformen gleichgestellt und mithin abgewertet werden. Der AfD ist es hingegen ein wichtiges Anliegen, gewachsene kulturelle und regionale Traditionen und bewährte Institutionen zu schützen. Sie geben den Menschen Halt und Bindung. Insbesondere Ehe und Familie garantieren als Keimzellen der bürgerlichen Gesellschaft den über Generationen gewachsenen gesellschaftlichen Zusammenhalt. Den Bedürfnissen der Kinder und Eltern gerecht zu werden, muss wieder Mittelpunkt der nationalen Familienpolitik werden. Alle Brüsseler Vorschläge waren bislang Misserfolge. Die Wirtschaft will Frauen als Arbeitskraft. Ein falsch verstandener Feminismus schätzt einseitig Frauen im Erwerbsleben, nicht aber Frauen, die „nur” Mutter und Hausfrau sind. Diese erfahren häufig geringere Anerkennung und werden finanziell benachteiligt.

 
  
MPphoto
 
 

  Dubravka Šuica (PPE), napisan. ‒ Stopa nataliteta se u Europskoj uniji smanjila posljednjih desetljeća te se Unija suočava s neviđenim demografskim izazovima. Nesigurnost rada i teški radni uvjeti imaju negativan učinak na planiranje obitelji, stoga su potrebne politike koje podržavaju obiteljski život. Plan kojeg je predstavila Komisija nikako nije konačno rješenje, ali je dobra polazna točka za poticanje pozitivnih demografskih trendova. Politike usklađivanja poslovnog i privatnog života moraju biti dobro osmišljene i treba ih smatrati kao poboljšanje radnog okruženja. Potrebno je omogućiti dobre radne uvjete i društvenu i poslovnu dobrobit.

Podržavam izvješće o stvaranju povoljnih uvjeta na tržištu rada za ostvarivanje ravnoteže između privatnog i poslovnog života jer smatram da su smjernice navedene u njemu dobra polazna točka za postizanje istinske ravnoteže između poslovnog i privatnog života. Smatram da usklađivanje poslovnog i obiteljskog života treba biti zajamčeno kao temeljno pravo za sve ljude.

 
  
MPphoto
 
 

  Patricija Šulin (PPE), pisno. ‒ Glasovala sem za poročilo o ustvarjanju ugodnih razmer na trgu dela za usklajevanje poklicnega in zasebnega življenja.

Za dosego usklajenega poklicnega, zasebnega in družinskega življenja potrebujemo zanesljive, skladne in celovite politike. Zato podpiram spodbude in učinkovite ukrepe za usklajevanje dela, skrbi za družino in preživljanja časa z njo ter prostega čas in časa za osebni razvoj.

Moramo spodbujati družinam prijazno delovno okolje, načrte za usklajevanje in programe za vračanje na delo, saj je rodnost v Evropski uniji, ki je že tako nizka, zaradi krize še bolj upadla, saj mladi zaradi brezposelnosti, negotovih oblik zaposlitve, negotove prihodnosti ter diskriminacije na trgu dela odlašajo z načrtovanjem otrok.

 
  
MPphoto
 
 

  Νεοκλής Συλικιώτης (GUE/NGL), γραπτώς. ‒ Παρόλο που γνωρίζουμε πως οι εργασιακές πολιτικές της ΕΕ δεν μπορούν να μετατραπούν σε ανθρωποκεντρικές αφού είναι μέρος των οικονομικών της πολιτικών, στηρίξαμε τη συγκεκριμένη έκθεση γιατί περιέχει κάποια θετικά στοιχεία. Μερικά από αυτά είναι: η κριτική που ασκεί σε μέτρα λιτότητας και αύξηση των ωρών εργασίας, η αναγνώριση επισφαλών μορφών εργασίας στην ένωση, και η αναγνώριση πως οποιεσδήποτε πολιτικές για εξισορρόπηση μεταξύ επαγγελματικής και προσωπικής ζωής δεν θα επηρεάσουν θετικά τις ζωές των εργαζομένων αν δεν συνοδεύονται από πολιτικές για βελτίωση της ποιότητας ζωής τους.

 
  
MPphoto
 
 

  Ελευθέριος Συναδινός (NI), γραπτώς. ‒ Το ελληνικό πρότυπο οικογένειας και οργάνωσης της κοινωνίας είναι εντελώς διαφορετικό από εκείνο το οποίο προωθεί η Ευρωπαϊκή Ένωση, καθώς οι αρχές και οι αξίες μας διαφέρουν ριζικά χωρίς να υπάρχει κανένα σημείο επαφής.

 
  
MPphoto
 
 

  József Szájer (PPE), írásban. ‒ Annak érdekében, hogy alelnöki tisztségemből fakadó kötelezettségem miatt ne kerüljek önellentmondásba, azokban az esetekben, amikor a név szerinti, gombnyomásos szavazások során a frakció másképpen szavaz, mint a magyar képviselők, akkor közvetlenül nem veszek részt a szavazásban. Vagyis nem nyomom meg a szavazógombot, de feltett kézzel jelzem a néppárti frakciónak a korábban közösen eldöntött szavazási álláspontot. Jelen esetben is így jártam el.

 
  
MPphoto
 
 

  Tibor Szanyi (S&D), írásban. ‒ Szavazatommal támogattam a jelentést, mely rámutat, hogy az elmúlt évtizedek során a szakmai, a magán- és a családi élet összeegyeztethetőségét elismerték alapvető jogként. Kiemelten fontosnak tartom megerősíteni, hogy a nők munkavállalását sok körülmény nehezítheti – pl. ha gyermekek, idősek, más eltartottak vannak a családban –, hisz a család és a háztartás ellátásának felelőssége leggyakrabban a nőkre hárul. Ennek következtében gyakran részmunkaidőben vagy bizonytalan foglalkoztatási formában kötelesek dolgozni, és emiatt a bér és nyugdíj tekintetében különbségek alakulnak ki. Egyetértek azzal, hogy a munka és a magánélet közötti egyensúly elérését szolgáló keretrendszer uniós szintű korszerűsítésére több fő oknál fogva is szükség van, ezért üdvözlöm a Bizottság kezdeményezését. Úgy gondolom, hogy a magyar kormánynak is több célzott intézkedést kellene bevezetnie, hogy a gyakorlatban is érvényesüljön a munka és a magánélet közötti egyensúly.

 
  
MPphoto
 
 

  Adam Szejnfeld (PPE), na piśmie. ‒ Nie ulega wątpliwości, iż dla bardzo wielu rodzin godzenie życia prywatnego z obowiązkami zawodowymi jest ogromnym wyzwaniem. Konieczne jest więc podejmowanie inicjatyw mających na celu zwiększenie elastyczności pracy, promocji pracy w niepełnym wymiarze godzin oraz różnych form pracy zdalnej. Ponadto kluczowym aspektem dającym możliwość łączenia pracy z życiem prywatnym jest poprawa dostępności miejsc w żłobkach, przedszkolach i miejscach całodziennej opieki nad dziećmi. Jednakże działania w tym obszarze powinny być podejmowane na poziomie krajowym przez rządy poszczególnych państw członkowskich, a nie na poziomie unijnym.

Kwestia urlopów macierzyńskich, tacierzyńskich, rodzicielskich czy opiekuńczych należy tylko i wyłącznie do kompetencji państw członkowskich. Ingerowanie Unii Europejskiej w te obszary narusza fundamentalną zasadę pomocniczości, która zakłada, że na szczeblu europejskim podejmowane są tylko te działania, których nie da się w efektywny i skuteczny sposób zrealizować na poziomie krajowym.

Niestety wiele propozycji zaprezentowanych w tym sprawozdaniu godzi w tę zasadę, dlatego też zdecydowałem się nie poprzeć go w głosowaniu.

 
  
MPphoto
 
 

  Hannu Takkula (ALDE), kirjallinen. ‒ Äänestin mietintöä vastaan, koska mielestäni parlamentin EMPL- ja FEMM-valiokunnat menevät jäsenvaltioiden tontille tämän asian kohdalla. Haluan korostaa, että työ- ja yksityiselämän tasapainon turvaaminen niin naisille kuin miehille on tärkeää. Mielestäni vanhempainvapaiden ja minimipalkan kaltaisista asioista kuuluu päättää mahdollisimman lähellä kansalaisia eli jäsenvaltioissa, ei EU-tasolla.

 
  
MPphoto
 
 

  Claudia Țapardel (S&D), în scris. ‒ Parlamentul European veghează la crearea unor condiții de viață cât mai bune pentru cetățenii europeni. În ultima vreme, însă, construirea unei cariere și viața de familie sunt din ce în ce mai greu de reconciliat la nivel european. Acest lucru are un impact negativ asupra evoluției demografice, contribuind la procesul de îmbătrânire accentuată a populației europene. Pentru contracararea acestor efecte, documentul de față își propune revizuirea legislației europene pentru realizarea unui echilibru între carieră și viața personală, în special vizând concediul maternal și paternal, programele de lucru flexibile, creșterea participării părinților cu copii pe piața muncii. Aceste măsuri necesită investiții suplimentare în serviciile sociale, cu precădere în domeniul îngrijirii copiilor, bătrânilor și invalizilor, crearea de locuri de muncă de calitate, tratamentul egal pe piața muncii. În urma aplicării acestor măsuri, concediul paternal va deveni mai frecvent, permițând o participare egală a părinților la creșterea copilului, vor fi încurajate persoanele care îngrijesc bătrâni, copii sau invalizi, se va încuraja reîncadrarea mamelor pe piața muncii și se va asigura accesul gratuit al copiilor la educație, sănătate, îngrijire, hrană și locuințe. Consider că aceste măsuri sunt benefice pentru creșterea standardului de viață al cetățenilor europeni în ansamblu și susțin adoptarea raportului de față.

 
  
MPphoto
 
 

  Marc Tarabella (S&D), par écrit. ‒ Il est temps pour l'Union de prendre des mesures pour promouvoir une convergence vers le haut entre les États membres, en faveur de l'équilibre vie professionnelle-vie privée. Il est crucial, si nous voulons parvenir à une véritable égalité entre les sexes, de combattre la pauvreté dans le travail et celle des enfants et des femmes, de mieux utiliser les compétences et les talents et de prendre des mesures pour relever les défis démographiques de l'Union. Il est à la fois nécessaire de moderniser la législation européenne existante, pour combler les lacunes ou l'absence de législation dans certains domaines, et de renforcer la coordination entre les États membres en vue d'assurer des règles du jeu équitables en ce qui concerne les coûts et les avantages des politiques de conciliation entre vie professionnelle et vie privée.

 
  
MPphoto
 
 

  Pavel Telička (ALDE), in writing. ‒ The reconciliation of professional, private and family life for women as well as for men is crucial not only for the well-being, cohesion and productivity of our societies, but also in view of the demographic slowdown in Europe. However, I do not believe that policies in this area should be decided at the level of the European Union, which is why I voted against this report. Determining this work-life balance is very dependent on the specificities of each member state’s cultural, societal and historical dynamics, which is why I am convinced that such decisions but should remain in the hands of national policy-makers.

 
  
MPphoto
 
 

  Ruža Tomašić (ECR), napisan. ‒ Glasovala sam suzdržano o Izvješću o stvaranju povoljnih uvjeta na tržištu rada za ostvarivanje ravnoteže između privatnog i poslovnog života. Naime, iako shvaćam važnost ravnoteže između poslovnog i privatnog života, nisam mogla podržati ovo izvješće iz nekoliko razloga.

Jedan od glavnih razloga je što se njime u više navrata krši princip supsidijarnosti, odnosno izvješćem se zanemaruje nadležnost država članica nad određenim područjima. Osim toga, moje je čvrsto stajalište da obitelji, odnosno radnici, moraju imati mogućnost sami odrediti na koji će način uskladiti privatno vrijeme sa poslom, a ovo izvješće predlaže da žene više rade te nameće očevima minimalni obvezni i neprenosivi plaćeni dopust. Budući da svatko ima pravo odrediti koliko će vremena provoditi na poslu a koliko sa svojom obitelji, nisam podržala ovo izvješće.

 
  
MPphoto
 
 

  Romana Tomc (PPE), pisno. ‒ Predlog o ustvarjanju ugodnih razmer na trgu dela za usklajevanje poklicnega in zasebnega življenja sem podprla.

Cilj pobude je povečati udeležbo žensk na trgu dela s posodobitvijo in prilagoditvijo sedanjega pravnega okvira in okvira politik EU današnjemu trgu dela, da bi staršem z otroki in/ali drugimi oskrbovanimi družinskimi člani omogočili boljše usklajevanje družinskega in poklicnega življenja, večjo delitev obveznosti glede oskrbe med ženskami in moškimi ter da bi okrepili enakost spolov na trgu dela.

 
  
MPphoto
 
 

  Estefanía Torres Martínez (GUE/NGL), por escrito. ‒ Aunque el informe no va a la raíz de las causas de la desigualdad de género en el ámbito laboral, creo que tiene aspectos muy positivos que deberían implementarse para mejorar las políticas de conciliación de la vida personal, familiar y laboral. Por ese motivo, he votado abstención.

 
  
MPphoto
 
 

  Ulrike Trebesius (ECR), schriftlich. ‒ Der Bericht zur „work-life balance“ ist nicht akzeptabel. Er mischt sich viel zu sehr in die Belange der Mitgliedstaaten und insbesondere der Familien ein. Er versucht zu regeln, wie und wann Frauen nach der Schwangerschaft an den Arbeitsplatz zurückgebracht und Männer in eine häusliche Rolle gedrängt werden sollen. Das Subsidiaritätsprinzip wird hier mit Füßen getreten. Die Interessen der Familien sollten in den Familien selbst entschieden werden und schon gar nicht in der EU.

 
  
MPphoto
 
 

  Mylène Troszczynski (ENF), par écrit. ‒ Ce texte est une ingérence dans l'organisation sociétale des États membres et même dans la vie des familles.

Certaines bonnes idées y sont développées mais le texte vient modifier trop en profondeur les modèles sociétaux et de travail.

La liberté de choix des femmes et des familles est court-circuitée. Finalement la femme n'est vue que comme un égal-inférieur de l'homme, nécessitant une attention législative particulière.

De plus, les problématiques de l'accueil des migrants et de la liberté de circulation viennent se greffer au dossier.

Je vote donc contre ce rapport.

 
  
MPphoto
 
 

  Mihai Țurcanu (PPE), în scris. ‒ La momentul actual, UE se confruntă cu o situație demografică alarmantă, cauzată de scăderea constantă a natalității în majoritatea statelor membre. În fața acestei constatări, raportul indică faptul că stabilirea unor politici de reconciliere între viața familială și cea profesională poate contribui la întărirea creșterii economice, a competitivității, a egalității de gen, la reducerea riscului de sărăcie și, mai mult, la creșterea natalității în UE. Acesta subliniază faptul că echilibrul dintre viața familială și cea profesională ar trebui să fie un drept fundamental pentru toți, și nu doar pentru tinerii părinți, și încurajează statele membre să promoveze modele de protecție socială la nivelul întreprinderilor, în domeniul public și privat, care să respecte acest drept.

Prin măsurile propuse se regăsesc și: promovarea unui mediu de muncă favorabil familiei, planuri de reconciliere între viața profesională și cea privată, programe de întoarcere pe piața muncii, interfețe de comunicare între angajați și angajatori, precum și măsuri de incitare a întreprinderilor, în particular, pentru a veghea că cetățenii nu sunt penalizați economic pentru faptul că au copii.

Prin urmare, am votat în favoarea raportului ce propune crearea unor condiții pe piața forței de muncă favorabile echilibrului dintre viața profesională și cea privată.

 
  
MPphoto
 
 

  István Ujhelyi (S&D), írásban. ‒ Az elmúlt évtizedek során a szakmai, a magán- és a családi élet összeegyeztethetőségét elismerték alapvető jogként. Noha mind európai, mind nemzeti szinten megvalósultak e célt szolgáló kezdeményezések, még mindig olyan területről van szó, ahol további előrelépésekre van szükség ahhoz, hogy mindenki ki tudja alakítani a munka és a magánélet közötti megfelelő egyensúlyt. Ez nemcsak az adott személy jólétéhez járul hozzá, hanem az egész társadalom számára előnyös, többek között azért, mert azok az emberek, akiknek életében megvalósul a munka és a magánélet közötti megfelelő egyensúly, termelékenyebb munkavállalók. A végszavazásnál a frakció álláspontját támogattam.

 
  
MPphoto
 
 

  Miguel Urbán Crespo (GUE/NGL), por escrito. – Aunque el informe no va a la raíz de las causas de la desigualdad de género en el ámbito laboral, creo que tiene aspectos muy positivos que deberían implementarse para mejorar las políticas de conciliación de la vida personal, familiar y laboral. Por ese motivo, he votado abstención.

 
  
MPphoto
 
 

  Ernest Urtasun (Verts/ALE), in writing. ‒ I voted for, as achieving a genuine work-life balance requires coherent and comprehensive policies for reconciling work, caring for and spending time with family/friends and time for leisure &personal development. The EU and its MS need to adapt work-life balance policies to today’s reality by promoting gender equality in employment and other spheres of life, but also by taking into account the needs of an increasingly diverse society. This requires a better sharing of paid work and caring responsibilities between men and women as well as society, including by modernising existing legislation on maternity and parental leave and by adopting new EU directives on paternity leave and carers’ leave, ensuring adequate income replacement and social protection during any type of family- or care-related leaves.

 
  
MPphoto
 
 

  Viktor Uspaskich (ALDE), raštu. – Pabrėžiu, kad reikia užtikrinti galimybę suderinti profesinį, asmeninį ir šeimos gyvenimą kaip pagrindinę visų žmonių teisę, vadovaujantis Europos Sąjungos pagrindinių teisių chartija ir taikant priemones, kurios būtų prieinamos kiekvienam piliečiui, ne tik jaunoms motinoms, tėvams ar prižiūrintiems asmenims. Teigiamai vertinu tai, kad Komisija pradėjo viešas konsultacijas dėl Europos socialinių teisių ramsčio, siekdama surinkti nuomones ir grįžtamąją informaciją apie pagrindinius principus, kuriais turėtų būti grindžiamos tinkamai veikiančios ir teisingos darbo rinkos ir socialinio aprūpinimo sistemos euro zonoje.

 
  
MPphoto
 
 

  Ivo Vajgl (ALDE), in writing. ‒ I voted in favour of the report on creating labour market conditions favourable for work-life balance. The aim of this report is not only to promote gender equality in employment and other spheres of life, but also to give children the possibility to reach their full potential by providing them with high quality early childhood education and care, access to leisure, cultural and sport activities and time with their parents. The report emphasizes that a better work-life balance and strengthened gender equality is essential for supporting the participation of women in the labour market. I voted in favour because I believe that proper work-life balance policies will help to ensure a higher quality of life and security for other dependants, in particular older dependants and dependants with disabilities or long-term illnesses.

 
  
MPphoto
 
 

  Ramón Luis Valcárcel Siso (PPE), por escrito. ‒ A lo largo de las últimas décadas, la conciliación de la vida profesional, privada y familiar se ha ido convirtiendo en un derecho fundamental reconocido. Aunque ya se han emprendido muchas iniciativas tanto a nivel europeo como nacional en este sentido, sigue tratándose de un área en el que es preciso continuar avanzando para garantizar un equilibrio satisfactorio entre la vida laboral y familiar para todos. Este informe fija la posición del Parlamento en lo que respecta a las fórmulas para modernizar el marco de la conciliación de la vida privada y profesional, subrayando la necesidad de continuar profundizando en su mejora a través de iniciativas legislativas y no legislativas. Comparto esta necesidad y por ello he votado a favor.

 
  
MPphoto
 
 

  Elena Valenciano (S&D), por escrito. ‒ He votado a favor de este informe porque creo que la conciliación entre la vida laboral y familiar es un derecho fundamental que todavía no se ha alcanzado en Europa, lo cual representa un obstáculo para el logro de una igualdad real entre hombres y mujeres.

Con este informe enviamos un mensaje claro a la Comisión para que actualice y complete la legislación europea. Debe presentar cuanto antes una revisión de la directiva de maternidad, una mejora de la directiva de permiso parental y dos nuevas directivas, una sobre el permiso de paternidad y otra sobre el permiso de los cuidadores.

Asimismo, es importante que se mejore la provisión de servicios de calidad a precios asequibles de cuidado de niños y otras personas dependientes, para que las mujeres, que son mayoría entre los cuidadores, puedan participar en el mercado laboral y optar a trabajos a jornada completa, que les permitan generar una pensión digna para el futuro.

También hay que racionalizar los horarios laborales e introducir mayor flexibilidad para que todos los trabajadores puedan disfrutar de su vida privada, lo que no sólo redunda en beneficio de las personas, sino también de las empresas porque los trabajadores son más productivos.

 
  
MPphoto
 
 

  Derek Vaughan (S&D), in writing. ‒ My Labour colleagues and I fully support measures to promote greater work-life balance. We will not meet the demographic challenges we face – including the need to care for an ageing population – unless we modernise existing leave arrangements. Fathers taking time out of work to care for children must be supported by the right to paternity leave. We also support greater rights for carers, more extensive maternity leave rights and better implementation of existing legislation. These changes will bring benefits to the economy as a whole, and ensure that women and men are equal earners and careers.

 
  
MPphoto
 
 

  Hilde Vautmans (ALDE), schriftelijk. ‒ Ik stemde voor dit verslag omdat het onderwerp me na aan het hart ligt. De balans tussen werk en gezin wordt in het verslag vanuit een brede visie bekeken. Welke middelen kunnen we vanuit Europa aanreiken om het werkende mensen makkelijker te maken een gezinsleven te hebben? Het verslag heeft o.a. aandacht voor discriminatie op de werkvloer, de opvangmogelijkheden van jonge kinderen en de rol die grootouders kunnen (maar niet moeten) spelen in een gezin met werkende ouders. Uiteraard hebben we ook aandacht voor de werknemers, veelal vrouwen, die met soms wankele deeltijdse contracten werken en kinderen hebben. Deze eenoudergezinnen vallen vaak ten prooi aan armoede. Een ander belangrijk punt waar we bij de Commissie op aandringen is om te werken aan een ouderschapsverlofregeling waar zeker ook de vader deel van uit maakt.

 
  
MPphoto
 
 

  Paavo Väyrynen (ALDE), kirjallinen. ‒ Mietinnössä työ- ja yksityiselämän tasapainolle suotuisten työmarkkinaolosuhteiden luomisesta on useita työelämää tasa-arvoistavia esityksiä, jotka ovat valtaosin kannatettavia ja edistävät tasa-arvoisemman työelämän toteutumista. Kuitenkin muutamissa kohdin, esim. vanhempainvapaan jakautumisessa perhekohtaisesti, uskon nimenomaan perheiden itsessään olevan parhaiten tietoisia siitä, millä tavalla jaettuna vanhempainvapaat parhaiten sopivat heidän elämäntilanteeseen.

On tärkeää, että myös vapaakiintiöitä luodaan, mutta tämän tulee tapahtua nimenomaan jäsenvaltioiden itsensä toimesta, perheiden toiveita kuunnellen. Työ- ja sosiaalipolitiikan osalta EU:n tehtävänä on laatia vain karkeimmat suuntaviivat, sillä jäsenvaltioiden erilaisuudesta johtuen paras osaaminen ja tietotaito löytyvät jäsenvaltioista itsestään. Linjani mukaisesti haluan pitää EU:n päätösvallan rajattuna, ja tässä mietinnössä esitettyjen asioiden tulisi kuulua työ- ja sosiaalipolitiikaltaan pitkälti jäsenvaltioiden päätösvaltaan. Mietintö on myös kokonaisuudeltaan osin sekava ja tasapainoton. Näistä syistä poikkesin ryhmäni äänestyslinjasta ja äänestin tätä mietintöä vastaan loppuäänestyksessä.

 
  
MPphoto
 
 

  Marie-Christine Vergiat (GUE/NGL), par écrit. ‒ Cette résolution fait le point sur les conditions nécessaires d’une meilleure conciliation entre vie professionnelle et vie privée.

Le constat est accablant et les politiques austéritaires ne font qu'aggraver les choses (ce que dit le texte).

Quelques exemples significatifs: 11 % d'écart dans le taux d'emploi; 47 heures de travail rémunéré pour les hommes et 34 pour les femmes, mais inversé quand on ajoute le travail non rémunéré; écart salarial toujours à plus de 16 % et une précarité et une pauvreté qui touchent essentiellement les femmes et notamment celles qui sont à la tête de familles monoparentales.

Ce rapport demande que la conciliation de la vie professionnelle, privée et familiale devienne un droit fondamental pour faire face aux défis des évolutions démographiques et sociétales en Europe et insiste notamment sur la lutte contre les stéréotypes de genre pesant tant sur les hommes que sur les femmes; l’investissement nécessaire dans les services d’accueil, de garde, d’éducation et de soins pour les enfants comme pour les personnes dépendantes et propose de lancer une plan européen intégré de lutte contre la pauvreté infantile, conséquence de celle des parents.

Puisse ce texte permettre d’engager au moins certains des changements qu’il propose…

 
  
MPphoto
 
 

  Miguel Viegas (GUE/NGL), por escrito. ‒ Ao longo das últimas décadas, o equilíbrio entre a vida profissional, a vida pessoal e a vida familiar passou a ser reconhecido como um direito fundamental. Embora já tenham sido tomadas algumas iniciativas tanto a nível europeu como nacional, continua a ser necessário fazer progressos neste domínio, nomeadamente para assegurar que todos consigam conciliar de forma satisfatória a vida pessoal e a vida profissional.

São certamente palavras bonitas, que se tornam até necessárias face à dramática quebra da natalidade. Contudo, omite-se o fundamental da questão que tem a ver basicamente com a exploração do trabalho que se acentua com o domínio crescente das políticas neoliberais da UE e dos países que a compõem.

Não é possível continuar a ouvir estas palavras ocas e certamente bem—intencionadas, ao mesmo tempo que se promove a completa desvalorização das relações laborais e da contratação coletiva. Fomenta-se a precariedade e os baixos salários. E depois espantam-se estas almas sobre o facto de os jovens adiarem cada vez mais, quando não eternamente, a constituição da sua própria família.

 
  
MPphoto
 
 

  Harald Vilimsky (ENF), schriftlich. ‒ Unter dem Deckmantel der Arbeitsmarktpolitik soll in die nationale Familien- und Gesellschaftspolitik eingegriffen werden, welche durch das Propagieren eines neuen Gesellschaftsmodells gefördert wird. Infolgedessen ist dieser Vorschlag negativ zu beurteilen.

 
  
MPphoto
 
 

  Daniele Viotti (S&D), per iscritto. ‒ Ho votato con convinzione a favore della risoluzione sulla creazione di condizioni del mercato del lavoro favorevoli all'equilibrio tra vita privata e vita professionale per diversi motivi. Innanzitutto perché la conciliazione tra vita lavorativa e vita professionale è un diritto che deve poter spettare a tutti, e mi auguro che la Commissione intervenga al più presto per adeguare la legislazione in vigore. In secondo luogo, mi compiaccio del fatto che, ancora una volta, il Parlamento abbia riconosciuto che non esiste "la" famiglia, ma "le famiglie": famiglie con genitori single, famiglie arcobaleno, famiglie in cui i partner non sono sposati. Le politiche dell'UE e degli Stati membri in questo campo devono tenere conto di questa bellissima diversità.

 
  
MPphoto
 
 

  Udo Voigt (NI), schriftlich. ‒ Der Bericht spiegelt in vielen Forderungen die modische Gender-Ideologie wider und macht sich zum Sprachrohr der „Rechte“ z.T. abseitiger Minderheiten, was über das erklärte Ziel, die Vereinbarkeit von Leben und Arbeit zu verbessern, hinausschießt. Deshalb: „Nein“.

 
  
MPphoto
 
 

  Julie Ward (S&D), in writing. ‒ Labour MEPs fully support measures to promote greater work-life balance. We will not meet the demographic challenges we face – including the need to care for an ageing population – unless we modernise existing leave arrangements. Fathers taking time out of work to care for children must be supported by the right to paternity leave. We also support greater rights for carers, more extensive maternity leave rights and better implementation of existing legislation. These changes will bring benefits to the economy as a whole, and ensure that women and men are equal earners and carers.

I therefore voted in favour of this report which takes a clear stand against austerity and widening social inequalities. It highlights the sad reality that women are especially affected by precarious labour, zero—hours contracts, and cuts in public services. The Commission and national governments must heed the call here, and take action. This is an important example of how the EU promotes gender equality and social justice, and why it is so important that we stand up for it.

 
  
MPphoto
 
 

  Lieve Wierinck (ALDE), in writing. – I voted in favour of this resolution because I agree that a good balance between work and private life leads to higher productivity and a higher quality of life. Measures that enhance such a work-life balance will also help women to gain better access to the labour market. I welcome recent EU legislation in this regard that enhances this as well as the demand on the Commission and Member States to develop specific measures that support single parents, unmarried couples same-sex couples and, of course, the self-employed. Furthermore, it is important that we understand the role of working arrangements and their effects. This resolution also stresses the need to promote good practices. In that regard, I see great benefits for time outside work to be spent on training and both further personal and professional development.

 
  
MPphoto
 
 

  Jadwiga Wiśniewska (ECR), na piśmie. ‒ Sprawozdanie jest odpowiedzią Parlamentu Europejskiego na opublikowaną w sierpniu 2015 r. mapę drogową ws. wyzwań, z jakimi mierzą się pracujące rodziny, przy zachowaniu równowagi między życiem rodzinnym a życiem zawodowym. Porusza problemy istotne z perspektywy rodziny: kryzysu demograficznego, zagrożenia ubóstwem (także wśród dzieci), znaczenia równowagi między życiem zawodowym a rodzinnym, potępienia kultury nieustannej dostępności pracownika, rodzinnej opieki nad osobami niesamodzielnymi czy wymiany dobrych praktyk w polityce rodzinnej. Jednak należy zauważyć, że równowaga między życiem zawodowym a prywatnym polega na pozwoleniu rodzinom i innym osobom aktywnym zawodowo na znalezienie własnych sposobów dzielenia czasu między pracę i rodzinę czy czas dla siebie, a nie na wprowadzaniu większej liczby kobiet na rynek pracy i pozostawianiu większej liczby mężczyzn w domach, co zdaje się sugerować sprawozdanie. Ponadto większość wezwań do działania w sprawozdaniu narusza zasadę pomocniczości, ingerując w kompetencje państw członkowskich. Dlatego mimo wielu pozytywnych zapisów w sprawozdaniu wstrzymałam się od głosu.

 
  
MPphoto
 
 

  Σωτήριος Ζαριανόπουλος (NI), γραπτώς. ‒ Η έκθεση για «την εξισορρόπηση επαγγελματικής και οικογενειακής ζωής» δεν αντιμετωπίζεται από την πλευρά των αναγκών των εργαζομένων για περισσότερο ελεύθερο ποιοτικό χρόνο, κατάλληλες συνθήκες για την ανατροφή των παιδιών τους, δωρεάν πρόσβαση σε δημόσιους παιδικούς σταθμούς, ποιοτική φροντίδα και εκπαίδευση ή δημόσιες υπηρεσίας φροντίδας για άτομα που χρήζουν βοήθειας, αλλά με γνώμονα τη μεγιστοποίηση της ανταγωνιστικότητας - κερδοφορίας των επιχειρήσεων. Αξιοποιείται για την επιβολή και γενίκευση της μερικής απασχόλησης με εξευτελιστικούς μισθούς, αύξηση της γυναικείας – κατά κανόνα κακοπληρωμένης – απασχόλησης. Την ίδια στιγμή η ανεργία τιμωρείται διπλά, αφού επιφέρει και τον αποκλεισμό της δωρεάν πρόσβασης των παιδιών των ανέργων σε δημόσιες δομές φροντίδας, πράγμα που εφαρμόζει και η συγκυβέρνηση ΣΥΡΙΖΑ-ΑΝΕΛ. Οι προτάσεις για άδεια πατρότητας ή επιμήκυνση της άδειας μητρότητας αποτελούν εμπαιγμό, αφού δεν απευθύνονται ως απαίτηση στις κυβερνήσεις, αλλά σαν έκκληση στους εργοδότες για επίδειξη «κοινωνικής εταιρικής ευθύνης» και μάλιστα χωρίς την πλήρη καταβολή μισθού και κοινωνικοασφαλιστικά δικαιώματα. Είναι ενδεικτικό ότι στο πλαίσιο των προγραμμάτων «εξισορρόπηση επαγγελματικής και οικογενειακής ζωής» χιλιάδες παιδιά έμειναν εκτός παιδικών σταθμών. Ο δρόμος της ικανοποίησης των λαϊκών αναγκών περνάει μόνο μέσα από τη συγκρότηση της δικής τους κοινωνικής συμμαχίας, για την ανατροπή των μονοπωλίων και τη διεκδίκηση της δικής τους εξουσίας και οικονομίας.

 
  
MPphoto
 
 

  Tomáš Zdechovský (PPE), písemně. ‒ Tuto zprávu jsem nemohl podpořit, a to i přesto, že obsahuje několik dobrých myšlenek. Z mého pohledu byla velice nevyvážená. Hlavním důvodem mého nesouhlasu je však problém subsidiarity – Evropská unie nemá podle mého názoru právo do tohoto tématu zasahovat. Je na členských státech, aby takovéto otázky řešily samy na národní úrovni.

 
  
MPphoto
 
 

  Jana Žitňanská (ECR), písomne ‒ Návrh uznesenia o vytvorení podmienok na trhu práce, ktoré sú priaznivé pre rovnováhu medzi pracovným a súkromným životom, sa snažilo nájsť čo najlepšie riešenia pre v súčasnosti čoraz naliehavejšiu otázku zosúlaďovania pracovných povinností so súkromím. Tejto oblasti je na európskej úrovni venovanej veľa pozornosti, čo je zreteľné nielen z legislatívnych návrhov, ale aj z rôznych iniciatív či správ. Rovnako aj toto uznesenie sa zaoberá najmä demografickými problémami zapríčinenými nízkou pôrodnosťou a v dôsledku toho starnutím populácie. Identifikuje potrebu adresovať tieto problémy a zavádzať konkrétne opatrenia na odstránenie rodových stereotypov, zvýšenie zamestnanosti žien a najmä zabezpečenie možností, ako sa postarať zároveň aj o rodinu. Práve preto sa zaoberá nielen možnosťami dostupných služieb starostlivosti o deti či odkázaných príbuzných, ale aj motivovaním mužov na využívanie možnosti rodičovskej dovolenky. Táto správa podľa môjho názoru obsahovala mnoho pozitívnych prvkov, napríklad výzvy týkajúce sa otcovskej dovolenky, či riadneho uznávania práce neformálnych opatrovateľov. Keďže však zároveň zasahovala do subsidiarity krajín v rodinnej politike, v záverečnom hlasovaní som sa zdržala.

 
  
MPphoto
 
 

  Carlos Zorrinho (S&D), por escrito. ‒ Votei a favor do relatório Zdanoka e Blinkeviciute, por considerar que, dados os novos desafios demográficos e socioeconómicos que atravessamos, é necessário um novo pacote de políticas para promover o equilíbrio entre a vida profissional, privada e familiar.

Em 2014, nasceram 5,1 milhões de crianças na UE-28, o que corresponde a uma taxa bruta de natalidade de 10,1. Esta queda da taxa de natalidade na União foi acentuada pela crise, visto que o desemprego, a precariedade dos postos de trabalho, a incerteza quanto ao futuro e a discriminação no mercado de trabalho estão a fazer com que os jovens, em particular as jovens trabalhadoras, adiem a parentalidade, a fim de permanecerem ativos num mercado de trabalho cada vez mais competitivo.

Destaco, sobretudo, o apelo à criação de incentivos às empresas e aos trabalhadores por conta própria, com o objetivo de garantir que as pessoas não sejam penalizadas do ponto de vista económico por terem filhos e que as aspirações profissionais legítimas não colidam com o planeamento familiar.

 
  
MPphoto
 
 

  Milan Zver (PPE), pisno. ‒ Predlog o ustvarjanju ugodnih razmer na trgu dela za usklajevanje poklicnega in zasebnega življenja sem podprl.

Podpiram pobudo, da se povečuje udeležba žensk na trgu dela s posodobitvijo in prilagoditvijo sedanjega pravnega okvira in okvira politik EU današnjemu trgu dela.

 
  
 

Der Präsident. – Damit sind die Erklärungen zur Abstimmung geschlossen.

 

6. Rectificaties stemgedrag/Voorgenomen stemgedrag: zie notulen
Video van de redevoeringen
 

(Die Sitzung wird um 14.05 Uhr unterbrochen und um 15.05 Uhr wieder aufgenommen.)

 
  
  

VORSITZ: MARTIN SCHULZ
Präsident

 

7. Goedkeuring van de notulen van de vorige vergadering: zie notulen
Video van de redevoeringen

8. Recente ontwikkelingen in Polen en de impact ervan op de grondrechten, zoals vastgelegd in het Handvest voor de grondrechten van de Europese Unie (debat)
Video van de redevoeringen
MPphoto
 

  Der Präsident. – Als nächster Punkt der Tagesordnung folgt die Aussprache über die Erklärungen des Rates und der Kommission zum Thema „Aktuelle Entwicklungen in Polen und ihre Auswirkungen auf die in der Charta der Grundrechte der Europäischen Union verankerten Grundrechte“ (2016/2774(RSP)).

Ich weise darauf hin, dass es bei dieser Aussprache kein Catch-the-eye-Verfahren gibt und auch keine blauen Karten angenommen werden.

 
  
MPphoto
 

  Marek Jurek (ECR). – Panie Przewodniczący! Mamy prowadzić debatę na temat naszego kraju, a pan przewodniczący ogłasza, że nawet nie będziemy mogli się wypowiedzieć. Nie ma procedur głosów z sali, nie ma pytań do tych, którzy się będą wypowiadać. Czy to jest w ogóle debata? Ta debata podobno ma się odbywać w imię demokracji, a nie będzie tak naprawdę żadnej realnej dyskusji poza oświadczeniami klubów, które z góry możemy przewidzieć.

 
  
MPphoto
 

  Der Präsident. – Zunächst einmal haben Sie ja schon die Gelegenheit genutzt, sich hier zu Wort zu melden. Das ist überhaupt keine Schwierigkeit. Sie haben auch sofort das Wort bekommen. Zweitens: Eine Aussprache in diesem Haus, die nach den Grundregeln der Geschäftsordnung stattfindet, ist eine demokratische Aussprache. Wenn für Sie Demokratie nur dann gegeben ist, wenn Sie Ihre blue card hier zücken, ist das Ihr persönliches Problem. Das ist ein vorab festgelegtes Verfahren, das Ihnen sehr bekannt war, und die Fraktionen haben, eben um zu vermeiden, Herr Abgeordneter, dass es hier zu nicht sachlichen Auseinandersetzungen kommt, sich darauf verständigt, sich auf die Punkte der Aussprache, auf die Stellungnahmen der Fraktionen zu konzentrieren und nicht auf irgendwelche spontanen Einfälle, die irgendwelche Kollegen hier haben könnten. Deshalb haben wir uns darauf geeinigt: keine blue cards und auch kein Catch-the-eye-Verfahren. Das ist ein ganz normales parlamentarisches Verfahren – demokratisch.

 
  
MPphoto
 

  Ivan Korčok, President-in-Office of the Council. – Mr President, since January this year, this is the second time that the Council has been asked to intervene on this issue of the situation in Poland. Let me start by saying that the Presidency, and indeed all of us, agree that the protection of the rule of law, democracy and fundamental rights in our Union are of crucial importance. Today’s debate relates to the follow-up to the dialogue established between the Polish authorities and the Commission concerning, in particular, the position of the constitutional tribunal and the governance of public media.

As the Presidency said here in January, both the independence of tribunals and freedom and pluralism of media are indispensable elements in ensuring the rule of law in a democratic society.

The commitment to protecting and promoting human rights is a constant challenge, requiring unwavering attention and effort across the full range of policy areas. This is not the time to be complacent about the protection of fundamental rights. As we all know, the European Union is currently facing multiple interrelated crises. Those challenges test our core values in different ways, including in respect of fundamental rights, be it in the area of migration or internal security. It should be our joint commitment – Member States and the EU institutions together – to ensure that these principles consistently remain a central part of our action. Fundamental rights need to be upheld and defended as our best guarantee for sustainable, open and free societies.

In June, the Council stressed the importance of applying the Charter of Fundamental Rights as a part of the wider set of applicable fundamental rights sources in the national context. Also, this year’s rule of law dialogue in the Council focuses on fundamental values in the context of the integration of third-country nationals. The rule of law and the separation of powers are at the heart of the European Union and also of the wider European continent.

Our strongest partner, equally engaged in the promotion, protection and development of human rights and the rule of law, is the Council of Europe. In this context, I would like to mention three elements. Firstly, the annual report of the Secretary-General of the Council of Europe on the state of democracy, human rights and the rule of law has just been published, and I am of the view that being committed to the rule of law and fundamental rights also means being open to discussing problems and accepting constructive criticism. It is in that light that the report of the Council of Europe’s Secretary-General is an important contribution.

Secondly, the same applies to the report by the Council of Europe Commissioner for Human Rights, published in June 2016 following his visit to Poland and taking into account the comments of the Polish authorities. Last, but not least, the Council of Europe’s guidance, in the form of the opinions of the Venice Commission in this area, is also of great value, and its views should be taken seriously by all Member States.

The Council is aware of the situation and of the fact that the Polish authorities are in constant contact with both the Venice Commission and the European Commission. Together they are working on finding a solution to the issues raised. Vice-President Timmermans will update us on the ongoing process and on his contacts with the Polish authorities following the recommendation issued by the Commission on 27 July 2016, and I look forward to hearing from him. The issues at stake go to the heart of our commitment to this Union. We therefore trust that all sides act responsibly and constructively to reach a swift solution that leaves no doubt about our core values.

 
  
MPphoto
 

  Frans Timmermans, First Vice-President of the Commission. – Mr President, I would like to thank Honourable Members for putting the recent developments in Poland on the agenda of the plenary today.

The last time we discussed the issue of the rule of law in plenary was in January. Today I would like to talk about what has happened since and what action the Commission has taken. As you know, the dispute concerning the composition and functioning of the Constitutional Tribunal led the Commission in January to open a dialogue with the Polish Government under the rule of law framework. We decided to do so because the rule of law is one of the fundamental values on which our Union is founded, as enshrined in Article 2 of the Treaty. Respect for the rule of law is also a prerequisite for upholding the full spectrum of EU law, including the proper functioning of the internal market, and for mutual trust throughout the Union.

I would like to thank Parliament for the strong support for this position which is expressed in the resolution adopted in April. Very similar concerns were expressed in an opinion of the Council of Europe Venice Commission last March, an opinion, I might add, that it issued at the explicit request of the Polish Government. Since then extensive exchanges at various levels have taken place between the Commission and the Polish Government. In order to set out the Commission’s concerns in writing and to focus the ongoing dialogue with the Polish authorities towards finding a solution in June, the Commission adopted an opinion. Following the opinion in July the Polish Parliament adopted a new law on the Constitutional Tribunal. Despite certain improvements, major concerns remained as regards the composition of the Constitutional Tribunal, the publication of judgments and the effectiveness of constitutional review by the Tribunal. For this reason, on 27 July, the Commission adopted a rule of law recommendation setting out its remaining concerns and recommending how these could be addressed.

The recommendation identifies three main issues: firstly, the composition of the Constitutional Tribunal, as the three judges lawfully elected in October by the previous legislator have still not been able to take up their function; secondly, the publication of all judgments of the Tribunal, which should be automatic and should not depend on any decision of the executive or legislature; and, thirdly, the effectiveness of the functioning of the Tribunal, which should not be undermined by the new law on the Constitutional Tribunal or by any other legislative reform. A functioning constitutional review procedure is also essential for ensuring full respect for the Constitution by other important laws in a wide range of areas which have been adopted by the Polish Parliament.

The Commission asked the Polish authorities to address the remaining concerns within three months from the adoption of the resolution. Since our recommendation there have been a number of further developments, which I would like to mention. In particular, on 11 August, the Constitutional Tribunal rendered a judgment holding that a number of provisions of the new law on the Constitutional Tribunal are unconstitutional. However, the Polish Government refuses to recognise the validity of the judgment and to publish it in the Official Journal. Moreover, while the Polish Government has published a number of other judgments rendered by the Tribunal, it still refuses to publish the judgment of 9 March annulling the Constitutional Tribunal Act adopted last December. Therefore I must conclude that, at this stage, the dispute concerning the composition of the Constitutional Tribunal, and respect for its judgments, remains unresolved. That said, the Commission stands ready to continue the constructive dialogue with the Polish authorities in order to find solutions to the issues raised.

To conclude, I would like to thank Parliament for its continuous efforts to uphold the rule of law in the EU and for supporting the Commission’s actions concerning the situation in Poland. I would like to echo what was said by the representative of the Council. Upholding the rule of law is our joint responsibility, one that we all share – the Commission, Member States in the Council, and this House.

(Applause)

 
  
MPphoto
 

  Janusz Lewandowski, w imieniu grupy PPE. – Panie Przewodniczący! Dziś bardzo ważne jest, żeby Polacy wiedzieli i rozumieli, o czym jest ta debata i o czym jest jutrzejsza rezolucja Parlamentu Europejskiego. Wątpię, czy poznają prawdę z polskich mediów publicznych. Nie jest to debata o Polsce, nie jest to tym bardziej debata przeciw Polsce, to jest debata o nadużyciach obecnej władzy, które niosą poważne zagrożenia dla demokracji, dla państwa prawa i ostatecznie obracają się przeciw własnemu społeczeństwu.

(Przewodniczący przerwał mówcy)

Zatem od początku, Panie Przewodniczący! Dzisiaj najważniejsze jest, aby Polacy wiedzieli, o czym jest ta debata i o czym będzie jutro rezolucja Parlamentu Europejskiego. Wyraziłem wątpliwość, czy poznają prawdę z polskich mediów publicznych. Otóż nie jest to debata o Polsce czy tym bardziej przeciw Polsce, to jest debata o nadużyciach obecnej władzy, które niosą poważne zagrożenia dla demokracji i swobód obywatelskich i tym samym obracają się ostatecznie przeciw własnemu społeczeństwu.

Polska rozumiana jako dzieło zbiorowe Polaków ostatniego ćwierćwiecza jest powodem do dumy. Przeszliśmy długą drogę, od zadawnionych uprzedzeń po mocną pozycję w Unii Europejskiej, silną, dynamiczną gospodarkę i powszechny szacunek. Również tu na tym forum przeżywaliśmy podniosłe chwile, gdy Jerzy Buzek jako pierwszy zza żelaznej kurtyny został obrany przewodniczącym Parlamentu Europejskiego, gdy 28 rządów reprezentuje tutaj Donald Tusk, szef Rady Europejskiej, człowiek z Gdańska, gdzie narodziła się Solidarność.

Nie jest jednak żadnym powodem do dumy, jeśli Polska otwiera listę krajów monitorowania zagrożeń dla demokracji i praworządności. Nie jest żadnym powodem do dumy, jeśli Polska wydłuża listę europejskich kłopotów i jest adresatem rezolucji takiej jak w kwietniu tego roku, kiedy Parlament Europejski wyrażał zaniepokojenie rozwojem sytuacji w Hondurasie, w Nigerii, w Pakistanie i w Polsce. To co jest złe, tego nie da się osłonić mandatem uzyskanym w wyborach, bo przecież Polacy nie głosowali na paraliż Trybunału Konstytucyjnego, który jest gwarantem przestrzegania prawa, nie głosowali na czystki w mediach publicznych.

Dodam jeszcze, że żadne wybiórcze publikowanie wyroków Trybunału Konstytucyjnego nie poprawia tej sprawy, a już próba prokuratorskiego ścigania szefa, prezesa Trybunału zupełnie nie mieści się w normach naszego świata. Polacy nie głosowali w wyborach parlamentarnych na czystki w mediach publicznych, ogromne, 190 dziennikarzy zamienionych w tubę propagandy rządowej. Polacy nie głosowali na niszczenie służby cywilnej i kolonizowanie całej przestrzeni publicznej wedle zasady „mierny, ale wierny”. Polacy na pewno nie głosowali na nieuprawnioną ingerencję w prywatność i takie zmiany w prawie, które mogą prowadzić do nadużywania aparatu przymusu i to w rękach ministrów, którzy takich nadużyć dokonywali w przeszłości. To wszystko jest doskonale widoczne dla demokratycznego świata. Tego się nie da ukryć ani zakłamać.

Dzisiejsza debata, jutrzejsza rezolucja to są świadectwa zaniepokojenia ze strony prawdziwych przyjaciół Polski. Zaniepokojenie jest proporcjonalne do nadziei, jaką budziła Polska jako kotwica europejskości na wschodzie. Demokratyczny świat upominał się o Polskę, kiedy źle się działo w państwie polskim. Dziś upomina się o Polskę jako członka swojej rodziny. Upomina się w imię zasad i wartości wpisanych i do polskiej konstytucji, i do traktatów, ale co ważne, te zasady nie wzięły się znikąd. Nie pochodzą z dogmatu. Powstały na długiej drodze prób i błędów, na której wolne społeczeństwo znalazło zasady ustrojowe, które ubezpieczają wolność i umożliwiają zorganizowanie takiej gospodarki, która jest zrównoważona i obiecuje poprawę jakości życia. Ten, kto narusza te zasady, jednocześnie narusza bezpieczeństwo i przyszłość własnej ojczyzny.

Ja dzisiaj mówię w imieniu największej frakcji – Chrześcijańskich Demokratów, ale jestem też głosem milionów Polaków, którzy dobrze czują się w Europie bez granic. Są u siebie, znają i pamiętają przekleństwo geopolityki czyli wielowiekowego osamotnienia Polski, dlatego cenią sobie bardzo wartość wspólnoty dla naszego bezpieczeństwa i naszych szans rozwojowych. Potrafią odróżnić patriotyzm, który buduje, od nacjonalizmu, który rujnuje i był przyczyną wielu katastrof naszego kontynentu. Nie chcą, by cena za grzechy rządzących spadała na całą Polskę, by był marnotrawiony dorobek pokolenia, które budowało polską markę. Nie da się wykupić przyzwolenia Polaków na to, by Polska była kłopotem dla samej siebie i dla Europy poprzez proste rozdawnictwo pieniędzy.

Jan Paweł II, nasz papież, mówił do swych rodaków w Rzymie w 2003 roku, że Europa potrzebuje Polski, Polska potrzebuje Europy. Dodam, mądrej i silnej Polski w solidarnej Europie. Wtedy i tylko wtedy będzie to ostatnia krytyczna debata i krytyczna rezolucja o polskich sprawach w Europarlamencie.

(oklaski)

 
  
MPphoto
 

  Gianni Pittella, a nome del gruppo S&D. – Signor Presidente, onorevoli colleghi, la prima cosa che voglio fare, a nome del mio gruppo, a nome della delegazione polacca, a nome del mio collega Liberadzki, dei suoi colleghi polacchi, è esprimere il nostro sentimento di fraterna, calorosa amicizia al popolo polacco. Noi lottiamo per voi. Noi lottiamo con voi, non contro di voi. Noi lottiamo per la democrazia, che è un bene supremo che sta nei vostri cuori, amici polacchi, e nei nostri cuori.

C'è una tendenza a ridimensionare le libertà fondamentali, a creare una sorta di democrazia a-liberale. Ci sono misure prese dal governo polacco che minacciano lo Stato di diritto. Ed è per questo che noi abbiamo il dovere di agire. È facile fare propaganda, troppo semplice dire che la Commissione europea, il Vicepresidente Timmermans, questo Parlamento, la maggioranza di questo Parlamento, sono contro il popolo polacco. Non è vero, è una falsità. Sono invece le leggi adottate dal governo ad essere in contraddizione con l'Unione europea, di cui la Polonia è una parte importante.

Io dico al governo polacco, in maniera tranquilla: siate più sereni, abbiate più fiducia nei confronti del vostro popolo! Non potete prendere un intero paese ostaggio delle vostre paure. Ma cosa avete da temere da una Corte costituzionale autonoma? Cosa dovete nascondere alla stampa, cosa? Perché tutta questa polizia? Abbiate più fiducia nei confronti del popolo polacco. Cambiate la legge sulla Corte costituzionale per farla tornare ad essere un'istituzione indipendente a garanzia della libertà dei vostri cittadini. Modificate la legge sui media e non cercate di attribuire alla polizia compiti che essa non deve avere.

In questo dialogo con la Polonia noi sosteniamo con tutta la nostra forza e convinzione l'azione svolta dal commissario Frans Timmermans.

 
  
MPphoto
 

  Ryszard Antoni Legutko, w imieniu grupy ECR. – Panie Przewodniczący! Szanowni Państwo! Zwracam się teraz do autorów rezolucji – niestety mam wrażenie teatru absurdu. Unia Europejska przechodzi przez największy w swojej historii kryzys – niektórzy twierdzą, że śmiertelny – mamy Brexit, mamy możliwość innych Brexitów, imigracja, euro, coraz mniej demokratyczny sposób podejmowania decyzji – a wy organizujecie Państwo debatę o Polsce. I z jakiego powodu? Myślę, że z takiego, że wasi towarzysze polityczni stracili władzę monopolistyczną w Polsce i trudno wam jest to zaakceptować. Kiedy rządzili Polską niepodzielnie i robili różne okropne rzeczy, wam to nie przeszkadzało, nawet byliście zachwyceni. Niezwykle komplementowaliście to, nagle się to zmieniło.

Ale wracając do rezolucji – autorzy piszą tam o kilku ustawach i kilku problemach, ale – stwierdzam z przykrością – nie mają szczególnej wiedzy na ten temat. Natomiast mają gigantyczne uprzedzenia. Jak mam na przykład traktować zarzut, że minister środowiska zmienił zasadniczo skład ciała, które jest w istocie ciałem doradczym. Czemu wy w ogóle o tym piszecie? To co, minister nie może zmieniać swojego składu doradczego? Ma pytać was o zgodę? Przecież to jakiś absurd. Jak mam traktować fakt, że autorom nie podoba się walka z kornikiem drukarzem, który niszczy Puszczę Białowieską. Przecież większość z Państwa nie ma pojęcia, gdzie jest Puszcza Białowieska, co to jest Puszcza. Nic o tym nie wiecie. Nie wiecie, co to jest kornik drukarz. Skąd się bierze nagle taki mocny pogląd na walkę z kornikiem drukarzem? Ludzie, to nie jest sprawa na głosowanie większościowe, to jest sprawa na ekspertyzy, które i tak są obarczone ryzykiem błędu. Nie udawajcie, że wiecie coś w tej sprawie, bo nic nie wiecie.

Albo jak mam traktować uwagi o zmianie kodeksu postępowania karnego, gdzie pada na przykład takie stwierdzenie, że zostaje naruszona zasada domniemania niewinności. To jest bzdura – tam nie ma niczego takiego. Nie wskazujecie miejsca, gdzie takie stwierdzenie pada, bo nie można wskazać czegoś, czego nie ma. Naprawdę trzeba złej woli, żeby pisać taki absurdalny dokument.

Albo media – media to oczywiście jest sprawa niekończącego się problemu, z jakim borykamy się w Polsce właściwie od dwudziestu kilku lat. Ale tak z ręką na sercu, jeżeli porównamy tę ofertę medialną, którą mamy teraz w Polsce, ta oferta medialna pod względem światopoglądowym i politycznym nigdy w najnowszej historii Polski nie była szersza. Nigdy więcej głosów nie było słyszalnych. Z pewnością nie były te głosy słyszalne, kiedy nasi poprzednicy rządzili przez osiem lat i kiedy przeganiali wszystkich niepokornych dziennikarzy. Powiem więcej – myślę, że ta oferta medialna, która jest w dzisiejszej Polsce, jest znacznie szersza, niż to, co spotykamy w wielu krajach Unii Europejskiej, włączając w to Niemcy, Belgię czy Francję. Czemu wam to przeszkadza?

Otóż ja mam odpowiedź, czemu wam to przeszkadza i skąd się biorą te wszystkie nonsensy w tej rezolucji. Dlatego że kieruje wami głębokie uprzedzenie do rządu polskiego i do wszystkiego, co ten rząd reprezentuje. Prawda jest taka, że jesteście Państwo organicznie niezdolni do zaakceptowania tego faktu, że mogą istnieć rządy i partie, które różnią się od was poglądami i że te poglądy mają dobre racje. Pluralizm w Unii Europejskiej to jest taki pluralizm jak w przypadku forda modelu T, gdzie mogły być wszystkie kolory, pod warunkiem że był to kolor czarny. W Unii Europejskiej wszystkie poglądy są dobre, pod warunkiem że to są poglądy zgodne z ortodoksją Unii Europejskiej. Jeżeli ktoś się od tego różni, to można o nim powiedzieć wszystko i napisać wszystko, jeżeli ktoś się z tym zgadza, może robić cokolwiek i znajdzie tutaj rozgrzeszenie.

I jeszcze dwa słowa Panie Przewodniczący, jeśli pan pozwoli, o Komisji i do Komisji Europejskiej, która łamie reguły traktatów. Procedura praworządności, którą wszczęto przeciw nam, jest tak naprawdę procedurą niepraworządności, ponieważ jest naruszeniem traktatów. Pytaliśmy, moi koledzy i koleżanki pytali Komisję Europejską, w oparciu o jakie badania i jakie analizy prawne wszczęto postępowanie przeciw polskiemu rządowi. I Komisja przesłała nam tekst, który – przepraszam za te słowa – był kompletnym asemantycznym bełkotem, nie zawierał żadnej treści. Niestety – służę tym tekstem, służę tym tekstem, proszę bardzo. Ja tego nie zmyślam.

Zwracałem uwagę panu przewodniczącemu Timmermansowi, w czasie ostatniej tutaj debaty, że posługuje się jawnie fałszywą rekonstrukcją faktów dotyczących tego, co działo się z Trybunałem Konstytucyjnym w Polsce, ale pan przewodniczący Timmermans, jak to ma w zwyczaju, nie odpowiada merytorycznie, tylko ucieka się do wspaniałej retoryki, którą ja podziwiam i jestem pełen uznania – Pan mówi pięknie – tylko że to jest pozbawione niestety treści. Pan nie odpowiada argumentami na argumenty. Zostały opublikowane niedawno analizy, zlecone przez polski parlament, przez grupę piętnastu profesorów prawa, dotyczące Trybunału Konstytucyjnego i całego tego kryzysu, który jest kryzysem poważnym – ja tego nie neguję. Ale w przeciwieństwie do panów, państwa tutaj, ja nie widzę łatwego rozwiązania tego kryzysu. Tu potrzebna jest jednak dobra wola ze wszystkich stron, a tej dobrej woli nie ma. Ta ekspertyza została przesłana do Rady Europy, została przesłana do Komisji Europejskiej, to jest sprawa ostatnich kilkunastu godzin. Ja będę bardzo szczęśliwy, jeśli w imieniu Komisji Europejskiej pan przewodniczący Timmermans odpowie na te wszystkie argumenty – ale naprawdę na argumenty – bo jeśli chce Pan tutaj popisywać się swadą cycerońską, to wiem, że Pan potrafi. Ale chciałbym, żeby Pan naprawdę i żeby Pan w imieniu Komisji odpowiedział, że te argumenty są niesłuszne, że są dobre racje, że jest zupełnie inaczej. Bardzo czekam na taką odpowiedź.

I na końcu chciałem powiedzieć jeszcze coś na temat Komisji. Mówię to z przykrością, bo to nie jest taka rzecz, która łatwo przechodzi przez usta, ale trzeba to powiedzieć. Proszę Państwa, otóż w przypadku Polski Komisja Europejska uzurpuje sobie trzy funkcje: oskarżyciela, sędziego i egzekutora – czyli robi coś, co jest właściwie w sprzeczności z prawną, polityczną tradycją europejską. Takie nagromadzenie w jednym ręku trzech funkcji jest charakterystyczne dla europejskiego despotyzmu oświeconego, przy czym jest on – powiedziałbym – ten despotyzm Państwa coraz mniej europejski, coraz mniej oświecony. Ale cokolwiek powiedzielibyście złego o Polsce, to standardy, które obowiązują dzisiaj w Polsce, są znacznie lepsze, znacznie bardziej przejrzyste, dające ludziom znacznie więcej pluralizmu, nie tylko w porównaniu do tego, co tutaj usłyszeliśmy dzisiaj – tylko trzeba włożyć trochę wysiłku, żeby je poznać, naprawdę trzeba się zainteresować – ale także niż w wielu wielu innych krajach europejskich, wliczając w to te standardy, które Unia Europejska w ostatnim okresie chce narzucić.

 
  
MPphoto
 

  Sophia in ’t Veld, on behalf of the ALDE Group. – Mr President, I would like to say this to our colleague Mr Legutko: I think that eight minutes of filibustering, caricature and ridicule will probably get you a lot of airtime on Polish television, but you are not actually doing anything for the interests of the Polish people. I would like to underline the fact that this debate today is not about Poland, and we have had similar debates about situations in other countries, as you know full well. What this is about, and I will quote the Council Presidency – pay attention because I rarely ever quote the Council Presidency – who said that ‘the issues at stake go to the heart of our commitment to the Union’. That, Mr Legutko, is what we are talking about today.

The situation that we are going through might be described as the growing pains of a community of values that is developing. We readily accept that the Commission intervenes in matters of tax evasion, state aid, or disrespect for environmental standards. But then we say – and Mr Timmermans always says – we have to be big on big things. This is big. This goes right to the heart of what the European Union is all about: about the rule of law, about fundamental rights, and about democracy. In this sense, I would give full support to the initiative of Commissioner Timmermans.

However, I would like to make one remark because I think that the current situation shows the limits and weaknesses of the toolkit that we have to protect and promote democracy, the rule of law, and fundamental rights. I am glad that, in this House, we are jointly working on a mechanism that will monitor and evaluate all the Member States because I think that we should move beyond the situation in which there are accusations of countries being singled out, or of interventions being politically motivated. Personally, Mr Legutko, you have accused some people here of being politically motivated. You know, we are not in government, so we have absolutely no issue here and no interest. But I think it is very important that the European Union provides itself with a toolkit that will allow us to promote, protect and uphold democracy, the rule of law and fundamental rights. That includes, in the part of the European Union where this fantastic people, the Polish people, live – and I would wholeheartedly endorse the actions by the Commission.

 
  
MPphoto
 

  Barbara Spinelli (GUE/NGL). – Signor Presidente, onorevoli colleghi, non è la prima volta che l'Unione richiama all'ordine i suoi Stati quando la Rule of law è in pericolo: è successo con l'Ungheria, nel 2004 successe con l'Italia.

Oggi ci pronunciamo di nuovo sulla democrazia costituzionale in Polonia. Parlo di democrazia costituzionale, e non di democrazia, perché ottenere la maggioranza alle urne non protegge da regressioni. In Polonia i regressi si moltiplicano: la Corte costituzionale non è messa in grado di esercitare la piena indipendenza, nuove leggi sui media e l'antiterrorismo riducono il pluralismo e la protezione dei dati.

Il mio gruppo sosterrà la risoluzione comune e presenterà alcuni emendamenti. Critichiamo le posizioni governative contro i migranti musulmani e, con i Verdi, una proposta di legge sull'aborto appoggiata dal governo: già difficilissima, l'interruzione di gravidanza rischia di essere vietata persino in presenza di stupri o malformazioni gravi del feto. È stato detto che non abbiamo il diritto di immischiarci nelle politiche nazionali, né noi né la Commissione, ma a me pare che non stiamo interferendo: stiamo ricordando che esistono norme che ciascuno ha sottoscritto firmando i trattati e che sono la nostra legge comune.

I governanti d'Ungheria e Polonia hanno annunciato giorni fa una contro-rivoluzione culturale che esalta la cristianità come unica nostra radice, le immaginarie identità etniche degli Stati, le loro sovranità semi-assolute – tanto più importante è replicare con questa risoluzione per dire cos'è che ci fa stare insieme in Europa, se solo il mercato o anche la Rule of law e la democrazia costituzionale, ambedue riconquistate dopo le due dittature del Novecento.

 
  
MPphoto
 

  Judith Sargentini, namens de Verts/ALE-Fractie. – Hoeveel het inzicht van de huidige Poolse regering verschilt van dat van de Europese Commissie, realiseerde ik me pas toen de premier van Polen in januari hier kwam spreken. Zij maakte geen onderscheid tussen de partij, de regering, de natie en het volk. Vragen en commentaar op de nieuwe wetgeving, die rechters aan banden legt en journalisten de mond snoert, werden door haar gezien als kritiek op de burgers van Polen.

Dat raakt meteen aan het volgende misverstand: Europese normen en waarden, Europese fundamentele rechten hebben betrekking op het individu, soevereiniteit over het eigen lichaam, soevereiniteit over de eigen gedachten, zoals het recht van de vrouw om over haar eigen lichaam te beschikken. Aan de huidige Poolse regering zou ik willen zeggen: “U lijkt een andere definitie van recht en soevereiniteit aan te hangen: het recht en de soevereiniteit van de groep, van het volk. Polen heeft de laatste decennia echter hard gestreden voor democratie. U maakte een einde aan een totalitair systeem. U haalde het recht van de burgers terug. U werd een democratisch land in een Unie van democratische landen. En momenteel gaat u terug naar af.”

Waar het recht verschuift van het individu naar de groep of de staat, vallen er mensen tussen wal en schip. Bijvoorbeeld vrouwen, de helft van de bevolking. Het recht op abortus beperken dwingt vrouwen en meisjes tot criminele daden. Dat is zeer onverstandig. En we weten allemaal dat het aantal abortussen in een land niets te maken heeft met het recht, maar wel met de noodzaak. De groene boodschap aan de Poolse regering is dan ook: “U claimt erfgenaam te zijn van Solidarnosc. Dan kunt u niet de vrijheden van vrouwen, van het recht of van journalisten inperken.” En aan de Poolse burgers wil ik zeggen: “De Europese Groenen zullen blijven strijden voor jullie rechten.”

 
  
MPphoto
 

  Robert Jarosław Iwaszkiewicz, w imieniu grupy EFDD. – Panie Przewodniczący! Po raz kolejny Parlament Europejski zbiera się, aby ingerować w legalnie wybrany rząd i w suwerenne, stabilne państwo europejskie. Nie macie jednak, Panie i Panowie, odwagi, by zareagować na realne wyzwania stojące przed Europą: kiedy policja jest bezradna wobec szwadronów islamskich terrorystów, kiedy inne kraje Unii walczą z widmem bankructwa, kiedy państwa europejskie upadają pod zalewem milionów nielegalnych uchodźców – ta izba zamierza dyskutować o Trybunale Konstytucyjnym, o przestrzeganiu Karty Praw Podstawowych, której Polska nie podpisała.

Otóż odpowiadam na wszystkie te pytania: ręce precz od Polski! Cała ta debata jest brutalnym atakiem na moją ojczyznę. Każdy w tej izbie, kto ma choć trochę poczucia przyzwoitości, wstydziłby się zabierać głos, żeby pouczać moje państwo i mój naród.

My, Polacy, nie potrzebujemy rad tej izby, my, Polacy, nie potrzebujemy waszych uwag i przemów, bo my, Polacy, potrafimy rządzić się sami. To wy możecie uczyć się z naszej, polskiej historii, jak się walczy o wolność i suwerenność, honor i solidarność. Nasza unia polsko-litewska trwała ponad czterysta lat, wasza nie przetrwa nawet siedemdziesięciu!

To nie Polska jest problemem dla rozwoju Europy, ale błędna i szkodliwa polityka obecnych elit europejskich na czele z panią Merkel i panem Hollandem. Europa nie jest bezpieczna! Europa musi się przebudzić!

 
  
MPphoto
 

  Stanisław Żółtek, w imieniu grupy ENF. – Panie Przewodniczący! Prawdą jest, że dwie główne siły polityczne w Polsce – czyli partie PiS oraz PO – próbują zdobyć całą władzę i, pod przykrywką dobra wspólnego, zagarnąć mienie i wolność obywateli oraz ustalić kolejność dziobania. Ale urzędnicy Unii stanęli tylko po tej stronie, która przed nimi klęka. A instytucją, która najbardziej kradnie nam wolność i ogłupia potworną biurokracją jest sama Unia Europejska. W Polsce mogę krytykować polski rząd, ale tutaj powiem tylko tak: komisarze unijni, zapomnieliście gdzie jest wasze miejsce i chcecie rządzić swoimi panami, to jest narodami, które was mianowały poprzez swoje rządy. Zajmijcie się lepiej tym, co sami stworzyliście, czyli napływem zarazy islamskiego terroru. Rezolucja powinna mieć taką treść, jak projekt złożony przez grupę Europa Narodów i Wolności: Parlament Europejski uznaje za bezzasadne wszelkie próby ingerencji w politykę wewnętrzną państw członkowskich, w tym wewnętrzne sprawy Polski, uroczyście potwierdza swe przywiązanie do zasad tożsamości i suwerenności narodowej, które tworzą nierozerwalną jedność z zasadą wolności. Przypomina, że Komisja nie jest organem politycznym, lecz organem wykonawczym Unii i powinna ściśle przestrzegać traktatów.

 
  
MPphoto
 

  Zoltán Balczó (NI). – Elnök Úr, akik napirendre vették ma a lengyelországi helyezet tárgyalását, azok bizonyítják, hogy nem fogták föl a brexit üzenetét. Egyre több ország lakossága utasítja el, hogy életének meghatározó szabályait ne a demokratikusan általa választott parlament és kormány hozza meg, hanem egy brüsszeli központ – a több Európa, a mélyebb integráció jegyében. A lengyel parlamenten olyan döntéseket kérnek számon, amelyet az alapszerződések nemzeti hatáskörbe utalnak. Bele akarnak szólni a családi élet normáinak szervezésébe. Nem tolerálják, hogy Lengyelországban a keresztény tanításnak nagyobb a társadalmi hatása, mint Európa legtöbb országában. Nem fogadják el azt, és tiltakoznak az ellen, hogy a nyilvános istenkáromlást szankcionálni akarják.

Úgy tűnik, hogy ma az Európai Unióban csak a muszlimok vallási érzékenységét kell figyelembe venni. Lengyelország számonkérése során állandóan az alapjogi chartát említik, mintha nem tudnák, hogy Lisszabonban az Egyesült Királyság és Lengyelország felmentést kapott ennek kötelező alkalmazása alól. Ez a Parlament kétszer foglalkozott az úgynevezett magyarországi helyzettel, most a lengyelországi helyzettel. Ahogy kommunista képviselő asszonytól hallottuk, rendreutasítja őket. Én attól félek, hogy ha itt még nagyon sok rendreutasítás és szankció lesz – és más országok tekintetében is – akkor Önök a legjobb úton haladnak afelé, hogy emiatt az Európai Unió szétessen.

 
  
MPphoto
 

  Frans Timmermans, First Vice-President of the Commission. – Mr President, let me briefly reflect on some of the remarks that have been made. First of all, let me be very clear. If any information pertaining to this issue is brought to our attention, we will carefully study it and reflect on it and take a position on it. We do not disregard any information. If it is academic information, give it to us and we will analyse it and give our point of view.

Secondly, let me reflect for a moment on the nature of the rule of law: why is it so important? It is because we have learned through history, through a very painful history in Europe, that in order to have a democratic pluriform society functioning and the rights of everyone respected, we need the virtuous tripod of democracy, rule of law and full respect for human rights. You cannot give in to the temptation to use one against the other: all three are equally important. And, as an essential part of this, the independence of the judiciary is of extreme importance for respect for individual rights and also for the functioning of our form of market economy. This is nothing to do with politics. Politics can lead the electorate to make a different choice, and then governments make different programmes go in a different direction, but they need to stay within the remit of the rule of law, which is full respect for the position of the judiciary in our Member States.

So, then, this brings me to a number of very precise questions that Mr Legutko clearly does not want to go into. If you accept my premise that the independence of the judiciary is an essential part of respect for the rule of law, how is it that in Poland, the executive can choose whether it wants to publish the rulings of the highest court in the land according to whether it likes the rulings or not?

(Applause)

That is not in line with the principle of the independence of the judiciary. Mr Legutko said, just for you, Mr President, that what I am saying is not true, but let me remind him that several rulings of the Constitutional Tribunal have still not been published by the Polish Government. That is a fact, Mr Legutko. Secondly, let me also add that if a parliament decides lawfully to elect members of a court, then the fact that such a lawful election has been followed by other elections does not entitle you to use the new composition of the parliament to undo a legal decision by the previous parliament. So these are the issues we are discussing in a constructive way with the Polish Government.

Let me end on one thing which is also a bit personal, I have to say. My professional life, from the very start as a student, was focused on bringing an end to the divide in Europe and bringing down Communist dictatorship in half of Europe. The Polish people have achieved that. It is one of the biggest victories in European history, and I will not be accused of acting against the Polish people. This is a dispute between a tribunal and a government, nothing more and nothing less. But let us remind ourselves of the beauty of the victory of democracy and the rule of law against oppression and Communism, and let us not forget that this is the true, true achievement of our common European dream.

(Applause)

 
  
MPphoto
 

  Ivan Korčok, President-in-Office of the Council. – Mr President, I thank all those who intervened today. I will not comment on those interventions but rather I want to reassure you that I will take back with me the strong interest shown in this House for what is, I hope, our common objective of upholding values on which the European Union is built and, above all, the rule of law.

I take note of everything. I have nothing to add to my earlier statement on behalf of the Council. I also thank Commission Vice—President Timmermans for an update by the Commission on Poland’s stance in its dialogue, and many thanks to the Commission for reassuring us of its readiness to continue this dialogue. We, as the Council, will follow this and further steps attentively.

 
  
MPphoto
 

  Der Präsident. – Zum Abschluss der Aussprache wurden gemäß Artikel 123 Absatz 2 der Geschäftsordnung drei Entschließungsanträge eingereicht.

Die Aussprache ist geschlossen.

Die Abstimmung findet am Mittwoch, 14. September, statt.

Schriftliche Erklärungen (Artikel 162 GO)

 
  
MPphoto
 
 

  Soraya Post (S&D), in writing. – The EU has to promote human rights and defend the rule of law. We have let Hungary under Viktor Orbán slide down the path to autocracy.

The combat for human rights and respect for the rule of law must be applied systematically. An Article 7 procedure should be launched against both Poland and Hungary. Human rights can never be cast aside in pursuit of the rule of law, or vice versa. Today women are denied the right to their bodies in Poland and in other EU countries. Recent initiatives taken in Poland are aimed at restricting sexual and reproductive rights even more by completely banning abortion.

Article 1 of the Charter of Fundamental Rights states the inviolability of human dignity and the right to physical integrity. The charter clearly states that we women are to be considered as individuals in our own right, free to make our own choices concerning our life, sexuality and health. I call on the European Union to take a clear stand: the developments in Poland, when it comes to fundamental rights for women as well as the rule of law, are in breach of the values of this Union.

 
  
MPphoto
 
 

  Beata Gosiewska (ECR), na piśmie. – Unia Europejska przechodzi przez największy w swojej historii kryzys i zamiast rozmowy o przyszłości Unii Europejskiej organizowana jest debata o Polsce, tylko dlatego, że władzę w Polsce przejęła nie ta frakcja polityczna, która by komisarzom europejskim odpowiadała. Rezolucja w sprawie Polski napisana jest na tyle ogólnikowo, iż nie pozostawia złudzeń, że konstruowana jest przez laików nieposiadających nawet minimalnej wiedzy o aktualnej sytuacji w Polsce i problemach poruszanych w rezolucji. Powstaje pytanie: dlaczego? Dlaczego tak duże zainteresowanie wzbudza Puszcza Białowieska? Wszyscy dziś są ekspertami i chcą doradzać Polsce, jak zachować Puszczę, a we własnych krajach nie maja puszczy, bo zniszczyli je wiele lat temu. Dlaczego Komisja chce coraz głębiej ingerować w wyłączne uprawnienia polskiego rządu i uzurpuje sobie już nawet prawo do wybierania składu doradczego polskim ministrom? Dlaczego Komisja wciąż gani reformę polskich mediów, choć aktualna oferta programowa jest często szersza od tej proponowanej w innych krajach Unii? A dlatego, że Polska po raz pierwszy właśnie pod rządami Prawa i Sprawiedliwości jest wolna, że ma własne zdanie, że stoi po stronie własnego kraju, własnych obywateli, rozwija własną gospodarkę i zyskuje znaczenie na arenie międzynarodowej i to wszystko jest dla wielu komisarzy i parlamentarzystów nie do zaakceptowania.

 
  
  

Elnökváltás: GÁLL-PELCZ ILDIKÓ asszony
Alelnök

 
  
 

(Az ülést rövid időre felfüggesztik.)

 

9. De situatie in Turkije (debat)
Video van de redevoeringen
 

Elnök asszony. A következő pont a Bizottság alelnökének/az Unió külügyi és biztonságpolitikai főképviselőjének nyilatkozata a törökországi helyzetről. (2016/2876(RSP)).

 
  
MPphoto
 

  Federica Mogherini, Vice-President of the Commission/High Representative of the Union for Foreign Affairs and Security Policy. – Madam President, let me first of all say that very often when we are in this Chamber we speak about parliamentary diplomacy and the added value that it brings to our external action, and how important it is for European foreign policy, so let me start today by thanking President Schulz and the AFET delegation, both Elmar and Kati, for the visit you made to Ankara, for the timing, the messages you passed on, and most of all for our close cooperation on our joint visit. I believe that in our cooperation last week, this Parliament contributed enormously to forging and reinforcing our common European position.

Together, we send a clear, united, and quite unequivocal message to our Turkish friends, that the European Union is committed to engaging in an intense, open, frank, and constructive dialogue on all issues and to continuing to work together on all strands of our cooperation – from foreign policy to regional crises, from energy to trade, from visa liberalisation to the upgrade of the Customs Union, from migration to counterterrorism. We need especially to work together, openly and frankly, on all issues in these very difficult times.

It is a difficult moment for Turkey and we have all seen this. We saw this at first hand just a few days ago. On Friday we were together with Commissioner Hahn in Ankara. The attempted coup of 15 July risks sending the country back in time to a very dark era of its history. It would have been a dramatic blow to Turkey’s democracy and destabilised the whole region even further, a region that definitely does not need to be destabilised still more. This is why we intervened and I intervened personally in support of Turkey’s democratically elected institutions as soon as I got the news. It was well before midnight, and let me share something with you on a personal note: I personally tweeted. We were in Mongolia with the two Presidents, so it was night-time, and I personally tweeted ‘In defence of the democratically elected institutions’, long before the outcome of the coup or even the dynamics were clear. It was something that we had been thinking about a lot, but we did it without hesitation, well before midnight, and we did it first, before other international partners or actors reacted publicly, because, for us, for the European Union, it is always absolutely clear that there is no space in our world, and in particular there is no space in our region, for any attempt at a military takeover of power.

This is an absolute truth for the European Union that cannot be questioned at any time. Even more so in our region and even more so in a candidate country. So, for us, it was an absolute priority immediately to state clearly that the defence of the democratic legitimate institutions, starting with the parliament that was attacked in those hours, is a priority.

Last week in Ankara we had the high-level political dialogue between the European Union and Turkey. This is an exercise that we do quite often, the last one was in January, and it allows us to cover all the different issues and strengths of our cooperation. This time, however, was an opportunity for us to first of all pass on the message again and to honour the victims of the attempted coup, the people – more than 200 – who died during that dramatic night.

Commissioner Hahn and I also had the chance to express our great respect for the Turkish people, first of all, to all the institutions, starting with the parliament, and to all the political parties, which we met, majority and opposition alike, and to applaud them for the way in which they came together that night and the following days to stand up for their democracy. So at this very difficult and delicate juncture we also have made it clear that Turkey must recommit strongly to those principles and values that are at the core of the democracy that the Turkish people protected and defended on the night of 15 July: the rule of law, freedoms, pluralism, including the rights that are at the core of any democracy, not least the guarantee that everybody has the right to a fair trial.

Following the entry into force of the state of emergency, a large number of judges and prosecutors have been suspended or dismissed. Warrants have been issued for the arrest of many journalists, and several media outlets have been shut down by decree. It is of the utmost importance that all those who bear responsibility for the attempted coup should be held accountable. But any alleged wrongdoing or crime should be subject to due process, and the right of every individual to a fair trial needs to be respected. All detainees should have access to lawyers and family members, and detention conditions need to be constantly scrutinised. Independent monitoring of trials is essential to ensure due process.

All these elements were central to our conversations in Ankara during those days and we very much encouraged cooperation from the Turkish authorities on these issues with the Council of Europe. We ourselves, including me personally, are in contact with our friends and colleagues in the Council of Europe in order to work on these points hand in hand.

Our dialogue, our common work in many fields, can support Turkey at a very difficult moment, and ensure that the choice of the Turkish people in favour of democracy and the rule of law is fully honoured. We both need to reaffirm our partnership, and as partners we need to be open, frank, constructive, respectful and clear to each other. We are doing that and have been doing it in these days of dialogue and the days before; and I am sure that we will continue in this way. I believe that our dialogue can support Turkey at this difficult moment and even help it move forward.

In Ankara we all agreed first of all on one thing: that we have to talk more to each other and a little bit less about each other without communicating directly. Let me mention two issues in particular, on which our dialogue is particularly crucial, two difficult issues. One is the Kurdish issue. It was once again at the core of our meetings in Ankara, both with the government and with opposition parties. I have repeated very clearly – we have repeated very clearly – that the European Union deems the PKK a terrorist organisation and so do all the Member States of the Union. We believe that all violence and terrorist attacks have to end and arms should be laid down. At the same time, we believe that a credible political process should start. Just now we are seeing new clashes in the south-east and the east of the country. As you know, I also had occasion to say yesterday that the suspension of 28 elected mayors and the appointment of trustees is an issue of particular concern. We expect and we are confident that the population of these municipalities will be in a position soon to elect new mayors according to Turkey’s own laws. This is extremely important for precisely those principles of the rule of law and democracy that we discussed with the Turkish authorities a few days ago.

The second issue, but linked in a way to the first, as you know very well, is Syria. I know that the number of issues that we could discuss here would be large, and Commissioner Hahn certainly can and will tackle some of them in his concluding remarks, but let me take a few minutes to say that on Syria we agreed during our talks in Ankara on some points that we have not discussed as openly and constructively in recent months.

First of all, we agreed that there is no military solution to the war. This is not a minor issue. It is a relevant issue, especially at a time when a new glimpse of hope, which for the moment is only a glimpse of hope, is opening up with the announcement of a renewed cessation of hostilities on Saturday. We also agreed that only a political process and a political transition can bring peace and democracy to the country. We agreed on the basic principles that should guide the future of Syria. The territorial integrity of the country, which is not irrelevant at all, far from it. The unity of the country, the inclusion of all parts of Syrian society, the protection of all minorities in an inclusive and non-sectarian state. So despite all the difficulties, we have common ground on which we can work.

I have mentioned Syria. I have mentioned the glimpse of hope that is hopefully opening up. That would at last offer scope for some joint work that we, together with our Turkish friends, could do on, for instance, the delivery of humanitarian aid. And on the facilitation of the political process. We need both elements to start, and you are well aware that these two fields, humanitarian aid and the political process, are the ones in which the European Union can and will play a key role. We are ready. It is the military field which is, shall we say, a little too busy at the moment to enable the political and humanitarian work that is needed, and urgent, to be pursued. So I really hope that all actors on the ground will now open up the space for the political and humanitarian work to start.

So despite all the difficulties, both Turkey and the European Union realise that there are many interests that we have in common, many things that our people have in common, and many things that our people share. There is another special issue that I would like to mention which is absolutely key for us, the entire European Union, and on which we have found a clear political will in Ankara to move forward in the direction that we want to see.

We have seen that both the European Union and Turkey, at this moment, are willing to facilitate, to help, to support, to finally reach a solution to conclude the settlement talks on Cyprus, to bring peace at last to the island, and to send a powerful message of reconciliation to the entire region and, in a way, to the European continent. This is one of the issues which, far from being minor, are central to our discussions with Turkey. I have just mentioned a few of the issues that we have on the table with Turkey. You might have seen that I did not refer to the ones which I am sure will be at the centre of our thoughts: management of the refugee flows, our support to the refugees in Turkey, the visa liberalisation issue, other things that are on hold in the accession negotiation process. These are key elements in our relations with Turkey, but that is not the only point, and we have to keep in mind that Turkey is a candidate country. It is also a key partner in a region with which we share at least some common interests. For all these reasons and many others, our relations cannot be limited to one single issue. To that extent, the accession negotiations provide an excellent framework for a broad dialogue on the entire spectrum of our cooperation. Still, if we really want our dialogue to benefit both of us, our conversation cannot be limited to governments.

If we look at the opinion polls, European and Turkish societies are growing further apart, and that is something which really worries me personally. It is not only the institutions, it is the people. European Union citizens on the one hand and Turkish citizens on the other are seemingly going in opposite directions.

I believe that this Parliament can help us. I believe that Parliament somehow has a special responsibility to keep our ties healthy and alive, frank and open, and constructive and real, through constant dialogue with all Turkish parties, with the Turkish Parliament as such and with Turkish civil society. For us, it was key to meet all the political parties while we were visiting Ankara and to listen to their views on our relations, their views on their country, their views on the political direction of the country, and their views on our joint work. We need to work on our societies. We need to work on our politics, and we need to work on that together. I think that here Parliament is essential.

In the long term that is the only thing which will pay off, and I believe that both for the Turkish people and for European citizens it is an exercise worth doing. It is not an exercise in realpolitik, but it is about our own history and the values that we have within the European Union. Dealing as we are with a country that is not only a neighbour, but also a candidate country, it is also about trying to make these difficult times an opportunity to strengthen democracy and the rule of law instead of straying far away.

 
  
MPphoto
 

  Elmar Brok, im Namen der PPE-Fraktion. – Frau Präsidentin! Hohe Vertreterin, verehrte Vizepräsidentin, Kolleginnen und Kollegen! Meine Fraktion ist froh darüber, dass der Militärputsch gescheitert ist. Bei aller Kritik, die wir von Zeit zu Zeit an Erdoğans Politik äußern, finde ich es wichtig, dass es ein gewähltes Parlament ist, eine gewählte Regierung, die im Amt ist, mit der wir – auch kritisch – zu verhandeln haben, und keine Militärputschisten. Das sollten wir deutlich zum Ausdruck bringen. Und gleichzeitig sehen wir, dass sich ein Maß von Unsicherheit aufgrund der bruderschaftlichen Infiltrierung des gesamten Staates durch die Gülen—Bewegung in der Türkei breitmacht, die – sicherlich aus eigenem Verschulden – auch das Kurdenproblem nicht in den Griff bekommt. Wir fordern, dass die Friedensgespräche mit den Kurden endlich wieder aufgenommen werden und die HDP mit einbezogen wird, aber wir müssen sagen, dass wir auch verstehen, dass eine Regierung, die gleichzeitig PKK- und ISIS-Terrorakte im eigenen Land gegen die Zivilbevölkerung hat, nach diesem Militärputsch und davor in einer schwierigen Situation ist. Und dafür sollten wir, glaube ich, der Türkei Unterstützung und Verständnis geben.

Wir müssen allerdings darauf achten, dass nach dem Notstandsrecht eine faire und rechtsstaatliche Abwicklung der Dinge geschieht, und hier ist das Monitoring durch den Europarat von großer Bedeutung. Wir brauchen Syrien für den Friedensprozess. Wir sehen das in diesen Tagen wieder. Wir brauchen die Türkei für den Friedensprozess in Syrien, wie wir Iran und Saudi—Arabien dafür brauchen, und das sollten wir nicht zerstören. Das ist ein wichtiges Land in dieser Frage, wie wir wissen. Und wir brauchen dieses Land im Kampf für die Lösung der Flüchtlingsprobleme. Wir brauchen die Türkei für die Beendung des Krieges, und gleichzeitig ist es wichtig, dass die Menschen, die drei Millionen Flüchtlinge, die dort seit vier Jahren sind, von uns Unterstützung bekommen, wie dies jetzt vereinbart wurde, und zwar durch direkte Hilfen, die die Kommission in die Städte und Kommunen liefert – für Schulen und medizinische Betreuung. Ich glaube, das sollten wir nicht zerstören. Und wenn die Menschenhändler nicht mehr zum Zuge kommen, keine Menschen mehr im Mittelmeer sterben, dadurch weniger Menschen kommen, sollten wir das positiv sehen. Wir haben gemeinsame wirtschaftliche Interessen.

Die Mitgliedschaft der Türkei ist davon losgelöst. Das hat eigene Kriterien, und diese Kriterien erfüllt die Türkei gegenwärtig nicht, insbesondere im Bereich der Meinungsvielfalt und vielen anderen Fragen. Aber das ist eine andere Problematik. Wir sollten das nicht miteinander vermischen.

(Der Redner ist damit einverstanden, eine Frage nach dem Verfahren der „blauen Karte“ gemäß Artikel 162 Absatz 8 der Geschäftsordnung zu beantworten.)

 
  
MPphoto
 

  Alexander Graf Lambsdorff (ALDE), Frage nach dem Verfahren der „blauen Karte“. – Also ich hätte gar keine blaue Karte genommen, wenn nicht du in deiner Rede jetzt auch die Rolle des Europarates so herausgestrichen hättest; das hat die Hohe Vertreterin auch schon getan. Das ist eine Institution, mit der wir gut zusammenarbeiten und die viel Gutes leistet. Aber der Auftritt von Thorbjørn Jagland in Ankara, bei dem er wörtlich gesagt hat, er habe Verständnis für die „Säuberungen“, die die Regierung zurzeit durchführt, widerspricht all dem, was wir gerade in Sachen Rechtsstaatlichkeit gehört haben, und widerspricht der eigentlichen Rolle und dem Mandat des Europarats. Elmar, wie siehst du das?

 
  
MPphoto
 

  Elmar Brok (PPE), Antwort auf eine Frage nach dem Verfahren der „blauen Karte“. – ... die Übersetzung vom Norwegischen ins Türkische stattgefunden hat. Was dabei rausgekommen ist – der Begriff ist sicherlich nicht der richtige in dem Zusammenhang. Aber ich finde, dass es außerordentlich hilfreich in diesem Zusammenhang ist, dass der Europarat mit seinen Konventionen, denen die Türkei verpflichtet ist, eine Überprüfung durchführt und dass das in halbwegs anständigen Bahnen läuft, was die Frage der Prozesse angeht, was die Frage der Einstellungen angeht, was die Frage – was von unserer Seite der Türkei auch gesagt wurde – angeht, dass jemand wieder in seiner Position eingestellt wird, wenn festgestellt wird, dass er nichts damit zu tun hat. Ich glaube, darauf sollten wir achten. Und ich hoffe, dass das in vernünftiger Weise geschieht.

 
  
MPphoto
 

  Kati Piri, on behalf of the S&D Group. – Mr President, after a summer in which the events in Turkey were headline news all over Europe, it is good to have a debate here with Federica Mogherini, High Representative of the Union for Foreign Affairs and Security Policy and Vice-President of the Commission, on the current situation in that country. It is a lot that the Turkish population has to deal with: more than three million refugees, terrorist attacks on an almost daily basis and, on top of that, a bloody coup attempt on 15 July 2016. That night left a deep impression in Turkish citizens’ minds.

The Government said that the temporary state of emergency would not influence people’s daily lives, but so far more than 100 000 people have been directly affected either by losing their jobs or by ending up in a prison cell. It is understandable that, in the aftermath of the coup, a number of measures had to be taken, but the current situation also leaves us very concerned.

It is difficult to understand what the link is between respected journalists like Asli Erdogan and the coup plotters. It is difficult to understand what the link is between thousands of teachers and the coup plotters, and it is also difficult to understand how appointing trustees to municipalities and dismissing directly elected mayors is related to the events of 15 July.

Turkey can be proud that its citizens massively went out on the streets to defend their democracy that night. It can also be proud that all political forces joined hands in rejecting any illegal overthrow of the democratic institutions. Turkish democracy does have the chance to come out of this situation strengthened: by embracing media plurality, which played a crucial role that night in informing the people; by working together with all political forces on much-needed constitutional reform; and, as a last point, by proving that the rule of law is the guiding principle in bringing the perpetrators to justice.

On a final note, I would like to also highlight, on our part, the fact that cooperation with all the EU institutions on Turkey is of great importance and it is important that we keep sending the same messages.

(The speaker agreed to take a blue-card question under Rule 162(8))

 
  
MPphoto
 

  Λευτέρης Χριστοφόρου ( PPE), ερώτηση "γαλάζια κάρτα". – Με όλα αυτά τα τραγικά τα οποία συμβαίνουν στην Τουρκία, με την παραβίαση ανθρωπίνων δικαιωμάτων, με το ζήτημα των Κούρδων, με την ισοπέδωση, ουσιαστικά, ολόκληρων χωριών, και την Τουρκία να εισέρχεται στη Συρία ως επεμβατική εισβάλλουσα δύναμη και να καταπατεί δικαιώματα αλλά και να εκτοπίζει κουρδικές δυνάμεις και, λαμβάνοντας ταυτόχρονα υπόψη ότι η Τουρκία δεν εφαρμόζει και δεν πληροί τα κριτήρια και τις προϋποθέσεις για την Ευρωπαϊκή Ένωση, ιδιαίτερα δε όσον αφορά τον σεβασμό του Πρωτοκόλλου της Άγκυρας για την αναγνώριση της Κυπριακής Δημοκρατίας, συνεχίζετε να πιστεύετε ότι η Τουρκία μπορεί να αποτελεί στρατηγικό και κρίσιμο εταίρο για την Ευρωπαϊκή Ένωση; Όταν μονομερώς αγνοεί ουσιαστικά τα όσα πρεσβεύει σήμερα η Ευρωπαϊκή Ένωση όσον αφορά αρχές και αξίες. Και ένα τελευταίο, είναι γνωστό ότι γίνεται προσπάθεια, και απευθύνομαι στην κυρία Mogherini, για λύση του κυπριακού προβλήματος. Tο κλειδί είναι στην Τουρκία και, για να αντιληφθείτε μέχρι ποιο βαθμό τα κατεχόμενα εδάφη εξαρτώνται από την Τουρκία, επέβαλαν στα κατεχόμενα ….

(Η πρόεδρος διακόπτει τον ομιλητή.)

 
  
MPphoto
 

  Kati Piri (S&D), blue-card answer. – Yes, I think there is one lesson that we must learn: that although we have great concerns about certain developments in Turkey, just shutting the door and thinking that if we do not speak with the government or address the issues, perhaps the next day things will be wonderful in Turkey is not sufficient. I think we have to be realistic here: not talking with one another is not an option. When we talk, we have to do it respectfully. So, I think, yes, Turkey is a valid partner to discuss things with and also a valid partner sometimes to raise our concerns with.

 
  
MPphoto
 

  Charles Tannock, on behalf of the ECR Group. – Madam President, following the collapse of the peace talks with the PKK (Kurdistan Workers’ Party) last year, the attempted coup earlier this summer and the continued ISIS/Daesh attacks on Turkish soil, there are genuine internal security threats that Turkey does have the right to counter. This right cannot equate, however, with enabling President Erdogan and the AK party to have carte blanche to detain, arrest and remove from office all political opponents at will, under the pretence of fighting terror. Neither can it justify disproportionate military force against the Kurdish civilian population in the south east. As we now see tens of thousands removed from their posts in the army, the judiciary, the civil service, academia and private media outlets, with little due process, such an approach – solely on the basis that they are old Gülenists and terrorists – is very difficult to justify. Commissioner Hahn has even hinted that there is evidence of pre-prepared lists being used in preparing purges following the coup attempt.

As we now watch with renewed hope – if not total confidence – in the emerging ceasefire in Syria, I am minded to comment on the recent efforts by Turkey to support the Free Syrian Army in liberating parts of the Turkish-Syrian border areas from ISIS/Daesh. For much of the five-year conflict in Syria, Turkey’s priorities have sadly often be more focused on hindering the efforts of the YPG—PKK alliance rather than those of ISIS, so I hope that this recent development represents an awakening to the supreme threat that ISIS’ jihadism poses to Turkey and the West and a new willingness to collaborate more fully with the US – and now Russian – coordinated coalition to defeat this evil scourge and the threats it poses to the European Union and the western world.

 
  
MPphoto
 

  Alexander Graf Lambsdorff, im Namen der ALDE-Fraktion. – Frau Präsidentin! Als erstes will ich auch sagen, wie froh wir alle sein können – Türken, Europäer, alle – dass dieser Putsch gescheitert ist. Er ist ohne jeden Zweifel zu verurteilen. Ich will in diesem Zusammenhang ausnahmsweise mal die Opposition in der Türkei und ihre Rolle hervorheben. Dass Kemal Kılıçdaroğlu mit seiner CHP bei den Kundgebungen dabei war, ist bemerkenswert. Das ist ja nicht ohne weiteres so gewesen, dass wir in der Vergangenheit eine vertrauensvolle Kooperation zwischen Regierung und Opposition hatten. Also insofern ist das ein wichtiger Schritt in die richtige Richtung.

Frau Mogherini, Sie haben in zahlreichen Worten unseren Dialog beschrieben: intensiv, offen, ehrlich und so weiter, und auch respektvoll. Ich finde, zu Ehrlichkeit und zum Respekt gehört, dass man sich eines eingesteht, nämlich, dass der Beitrittsprozess gescheitert ist. Sie haben Bereiche genannt, in denen wir kooperieren können. Die sind alle Gegenstand des Beitrittsprozesses, aber wir kommen nicht vom Fleck. Sie haben den Kampf gegen den Terrorismus genannt, Sie haben die Zollunion genannt, die Modernisierung der Zollunion, die Flüchtlingsfrage; wir könnten auch über Kultur- und Wissenschaftsaustausch reden, wir können über Tourismus reden, über Umweltpolitik. Ich fände, es wäre an der Zeit, respektvoll miteinander umzugehen und diesen gescheiterten Beitrittsprozess zu ersetzen durch einen Grundlagenvertrag, durch eine neue positive Agenda, die viel breiter und viel praktischer ist als dieser Prozess, der bei beiden Seiten doch letztlich zu Verbitterung geführt hat und zu einem Niedergang unserer Beziehungen. Seit elf Jahren verhandeln wir; die Beziehungen haben sich in dieser Zeit ja nicht verbessert, sondern verschlechtert. Lassen Sie mich einen letzten Punkt nennen, der mir wichtig ist und der auch mit Respekt zu tun hat:

Wir dürfen von der türkischen Seite erwarten, dass die innenpolitischen Konflikte, die dort im Land auszutragen sind und dort ausgetragen werden müssen, auch dort ausgetragen werden. Ich möchte nicht noch einmal Situationen haben wie in Köln, wo AKP-Anhänger und Gülenisten aufeinander losgehen, was wir in vielen deutschen Städten, aber auch in den Niederlanden und anderen Ländern sehen. Ich glaube, es ist ganz wichtig, dass die türkischen Botschaften und Konsulate in diese Richtung auf ihre Gesprächspartner in unseren Mitgliedstaaten der Europäischen Union einwirken.

 
  
MPphoto
 

  Τάκης Χατζηγεωργίου, εξ ονόματος της ομάδας GUE/NGL. – Καταρχήν θα ήθελα να πω στον φίλο μου τον Λευτέρη Χριστοφόρου ότι, δίκαιη η ερώτησή του αλλά δεν έπρεπε να υποβληθεί στην κυρία Piri. Ας είχε υποβληθεί στον κύριο Brok. Γιατί η κυρία Piri ήταν η μόνη που άσκησε κριτική εδώ για το τί συμβαίνει σήμερα στην Τουρκία. Εγώ καταλαβαίνω ότι το τί συμβαίνει σήμερα στην Τουρκία είναι πραγματικά μια πολύ περίπλοκη υπόθεση και καταλαβαίνω τη δυσκολία και της κυρίας Mogherini. Αλλά, ενόσω η Ευρωπαϊκή Ένωση και οι εκπρόσωποι της συμπεριφέρονται ως να εκπροσωπούν μία μαλακή δύναμη, μία φυλλορροούσα Ευρωπαϊκή Ένωση, είναι φυσικό να διαλεγόμαστε με την Τουρκία με έναν τρόπο που περισσότερο την διευκολύνει. Διευκολύνει τον Πρόεδρο Ερντογάν να συνεχίσει αυτή την αντιδημοκρατική στάση του απέναντι στους πολίτες του παρά να του δείχνει τον σωστό δρόμο. Έχει ήδη λεχθεί ότι 100.000 άνθρωποι έχουν φύγει από τις δουλειές τους· 3.000 περίπου δικαστές έχουν εκδιωχθεί από τις εργασίες τους, όπως και 2.000 και πλέον ακαδημαϊκοί και 130 και πλέον δημοσιογράφοι. Δεν μπορεί την ώρα που συζητάμε για την Πολωνία, κριτικάροντας, σωστά, με πολύ έντονο τρόπο το τι συμβαίνει στη χώρα, να κάνουμε ακριβώς το αντίθετο όταν αφορά μία χώρα που βρίσκεται σε διαδικασία διαπραγματεύσεων για ένταξη.

Το κουρδικό, ένα τεράστιο ζήτημα, με 500.000 εκτοπισμένους μέσα στην ίδια τη χώρα, και η επίθεση στη Συρία, ένα άλλο τρομερό ζήτημα, όπου στο τέλος τί έχουμε; Έχουμε μια αντικατάσταση των ανθρώπων του ISIS που άλλαξαν στολές και έχουν γίνει τώρα άνθρωποι του λεγόμενου ελεύθερου συριακού στρατού. Κλείνω με μια φράση για το Κυπριακό επειδή υπάρχει μια συζήτηση που αφορά τις εγγυήσεις. Πώς είναι δυνατόν η Τουρκία να απαιτεί να εγγυηθεί ο τουρκικός στρατός τη δημοκρατία της Κύπρου όταν αυτός ο τουρκικός στρατός δεν μπορεί να εγγυηθεί τη δημοκρατία μέσα στην ίδια την Τουρκία;

 
  
  

PRESIDENZA DELL'ON. ANTONIO TAJANI
Vicepresidente

 
  
MPphoto
 

  Rebecca Harms, im Namen der Verts/ALE-Fraktion. – Herr Präsident, Frau Mogherini! Ich möchte mich als erstes dafür bedanken, dass Sie noch einmal so klar den gescheiterten Putsch verurteilt haben und keinen Zweifel daran lassen, wie die Haltung der Europäischen Union gegenüber diesen Putschisten ist.

Ich glaube, dass es auch selbstverständlich ist, dass wir aus der Europäischen Union die Verfolgung und die Aufklärung, die rechtsstaatliche Verfolgung derjenigen, die verantwortlich sind für den Putsch und für mehr als 100 Tote, für viele Verletzte und auch für die Verwüstung in der türkischen Gesellschaft, unterstützen. Aber – und auch das haben Sie schon sehr deutlich gemacht, ich will das für uns unterstreichen – diese rechtsstaatliche Verfolgung muss angemessen sein. Und das, was wir in der Türkei seit dem Putsch beobachten, ist eben nicht mehr angemessen; das ist weit weg von jeder Rechtsstaatlichkeit.

So richtig einige der Fragen des Kollegen Lambsdorff sind, dürfen wir nach jahrzehntelangen Fehlern der Europäischen Union in Serie in der Türkeistrategie einen Fehler jetzt nicht machen, und zwar in dieser akuten Situation das Kind mit dem Bad ausschütten und sagen: Alles muss ganz anders werden. In dieser akuten Situation erwarten gerade die Menschen in der Türkei, die sich immer auf uns und auf den europäischen Prozess bezogen haben, von uns, dass wir für Rechtsstaatlichkeit eintreten. Wir brauchen den Dialog, wir brauchen alle Möglichkeiten zum Dialog, um die Menschen zu schützen, um Rechtsstaatlichkeit einzufordern.

Wichtig wird auch für mich jeden Tag mehr das Eintreten für die Rückkehr zum Friedensprozess. Die militärische Eskalation gegenüber den Kurden, die jetzt ja auch noch unter dem Vorwand der ISIS-Bekämpfung verschärft wird, kann so nicht weitergehen. Wir haben den Friedensprozess immer unterstützt; das ist das zweite große Thema, für das die Europäische Union alle ihre Beziehungen nutzen muss.

Sie haben sehr vernünftig die Position beschrieben, und ich denke, dafür haben Sie die Unterstützung meiner Fraktion.

 
  
MPphoto
 

  Fabio Massimo Castaldo, a nome del gruppo EFDD. – Signor Presidente, onorevoli colleghi, quanto in là si può spingere la realpolitik? Nei nostri rapporti con la Turchia si è spinta troppo in là. Noi condanniamo con fermezza il colpo di Stato tentato dall'esercito, ma con la stessa fermezza condanniamo il colpo di Stato riuscito invece ad Erdogan: 100 000 epurazioni nella pubblica amministrazione, 43 000 detenuti, 2 100 tra scuole e università chiuse, 3 500 giudici e magistrati rimossi.

Mentre noi discutiamo, la Turchia, col pretesto di colpire il terrorismo e l'ISIS, attacca invece la YPG, quei valorosi curdi che hanno combattuto per mesi e per anni, e mette a capo dell'operazione "Scudo dell'Eufrate" un personaggio come Adnan Tanriverdi, un islamico invece sospettato più volte anche di radicalismo.

Quando, nei nostri colloqui, porremo veramente dei paletti ad Erdogan? Quando metteremo in discussione un'adesione che ormai è definitivamente fallita? La Turchia di Erdogan ha sostituito infatti lo Stato di diritto con il diritto dello Stato, l'Europa lo Stato della ragione con le ragioni di alcuni Stati e noi chiediamo a questo Parlamento di dire no ai ricatti turchi e di tornare a fare per una volta l'Europa.

 
  
MPphoto
 

  Jean-Luc Schaffhauser, au nom du groupe ENF. – Monsieur le Président, chers collègues, vous voilà désarçonnés par le virage géopolitique turc. La plupart d'entre vous étaient de chauds partisans de l'entrée de la Turquie dans l'Union. Vous avez rêvé d'une Turquie qui n'a jamais existé, vous êtes en face de la réalité de la Turquie. La réalité, c'est M. Erdogan, l'homme des milliers d'épurations politiques, l'homme des éliminations sans procès, l'homme des Kurdes sous les bombes, du soutien à Daech.

Il faut parler à la Turquie de manière franche et ferme. C'est ce qu'a compris la Russie avec une action stabilisatrice au Proche-Orient. Pour cela, il faut arrêter les négociations d'adhésion, sinon votre Parlement légitimera de faux espoirs et donnera son soutien au satrape Erdogan.

Arrêtez de négocier, avec vos milliards d'euros, l'adhésion de la Turquie.

 
  
MPphoto
 

  Γεώργιος Επιτήδειος ( NI). – Κύριε Πρόεδρε, η Τουρκία ήταν ανέκαθεν μία χώρα η οποία παραβίαζε τις αρχές της δημοκρατίας και του κράτους δικαίου. Πρόσφατα, με πρόσχημα την εκδήλωση του πραξικοπήματος, ο Πρόεδρος Ερντογάν εξελίσσεται απροκάλυπτα σε δικτάτορα στο εσωτερικό της χώρας, ενώ στη διεθνή σκηνή θέτει σε κίνδυνο την ειρήνη στη Μέση Ανατολή. Πρόσφατα, η Τουρκία εισέβαλε στη Συρία. Έκανε, δηλαδή, αυτό το οποίο έκαναν οι προκάτοχοί του πριν 40 χρόνια εισβάλλοντας στην Κύπρο, ένα μεγάλο μέρος του εδάφους της οποίας κατέχουν παράνομα ακόμη και τώρα. Ποια είναι η στάση της Ευρωπαϊκής Ενώσεως απέναντι σε αυτή τη συμπεριφορά της Τουρκίας; Φοβική, υποτονική, υποχωρητική και τουρκολάγνα. Ενώ μας δίνεται μία ευκαιρία να πιέσουμε την Τουρκία, να φανεί συνεπής στις διεθνείς υποχρεώσεις της, εμείς ανεχόμαστε να μην αναγνωρίζει την Κυπριακή Δημοκρατία, να εκβιάζει την Ευρωπαϊκή Ένωση με το θέμα της χορήγησης βίζας στους υπηκόους της, να επικρίνει την Ευρωπαϊκή Ένωση διότι δεν της δίνει εγκαίρως τις επιχορηγήσεις, και, τέλος, να πλημμυρίζει με παράνομους μετανάστες τα ελληνικά νησιά.

Έχει το θάρρος η Ευρωπαϊκή Ένωση να αλλάξει πολιτική απέναντι στην Τουρκία; Εάν όχι θα διαιωνίζεται μια απαράδεκτη κατάσταση που θα μειώνει και θα γελοιοποιεί την Ευρωπαϊκή Ένωση στα μάτια κάθε σοβαρού ανθρώπου. Ξέρετε τι συμβαίνει κάθε μέρα σε ελληνικά νησιά; Σύροι, Αφγανοί, Πακιστανοί και άλλες εθνικότητες μάχονται μεταξύ τους, μαχαιρώνονται, τραυματίζονται, βιάζουν γυναίκες και εκφοβίσουν τον τοπικό πληθυσμό. Και ερωτώ, ως πότε θα ανέχεται ο ελληνικός λαός αυτή την απαράδεκτη κατάσταση; Εάν οι κάτοικοι των νησιών πάρουν στα χέρια τους τον νόμο, όπως απειλούν, τι θα συμβεί; Είμαστε έτοιμοι να αντιμετωπίσουμε μια τέτοια κρίση; Εάν όχι, τότε παρακαλώ πιέστε την Τουρκία. Δεν είναι δύσκολο. Είναι πολύ εύκολο.

 
  
MPphoto
 

  Cristian Dan Preda (PPE). – Domnule președinte, aș vrea, în primul rând să condamn cu fermitate încercarea de lovitură de stat care a avut loc în luna iulie în Turcia. Faptul că această tentativă de a prelua puterea prin violență nu a reușit e un lucru pe care trebuie să-l salutăm. Fiindcă, evident, într-un stat democratic, violența nu poate înlocui sub nici o formă vocea urnelor. Nimeni nu știe, însă, dacă acesta este sfârșitul tentativelor de a prelua puterea în Turcia, altfel decât în mod democratic. Dincolo de asta, aș vrea să-mi exprim serioasa îngrijorare față de modul în care această lovitură de stat eșuată a fost utilizată pentru a regla o serie de conturi politice. Sigur, cei care au încercat să preia puterea cu forța trebuie trimiși în fața justiției. Dar nimic nu justifică folosirea acestui pretext pentru a elimina opoziția politică, pentru a vâna profesori, jurnaliști, simpli cetățeni turci descriși ca teroriști. Turcia trebuie să respecte libertatea de exprimare și de asociere. Cred că prietenilor noștri turci trebuie să le fie clar faptul că nu vom renunța la nici una din condițiile pentru liberalizarea vizelor. Cetățenii turci vor avea dreptul să călătorească liber în Uniune atunci când toate cele 72 de criterii vor fi îndeplinite de către autorități.

 
  
MPphoto
 

  Knut Fleckenstein (S&D). – Herr Präsident, liebe Kolleginnen und Kollegen! Wir fühlen uns mit den Menschen in der Türkei freundschaftlich verbunden. Das war so, und das ist auch heute noch so. Die Türkei ist ein wichtiger NATO-Partner, die Türkei ist ein EU-Beitrittsstaat, viele Millionen Türken leben in unseren Ländern und helfen uns auch dabei, unseren Wohlstand zu erhalten.

Ich habe Verständnis für den Schock, für die Empörung der Menschen dort über den versuchten Staatsstreich. Die Türkei hat ein Recht, sich zu schützen, auch gegen den Terror der PKK. Aber nicht jedes Mittel ist erlaubt; Verhältnismäßigkeit, Rechtsstaatlichkeit, Minderheitenschutz sind gefragt. Die Freiheit der Medien und des Parlaments darf nicht angetastet werden.

Unsere Beitrittsverhandlungen mit der Türkei können wir dazu nutzen, über diese Dinge zu sprechen und denen zu helfen, die eine demokratische, eine freiheitlich gesinnte Türkei herbeiführen wollen. Hätten wir Kapitel 23, 24 eröffnet, wäre es vielleicht etwas einfacher gewesen.

Einen Punkt allerdings, finde ich, müssen wir auch klar ansprechen: In der Stunde wirklich bitterer Not waren es die Kurden, die Peschmerga, die losgezogen sind und Menschen befreit haben. Und die dürfen wir heute – aus welcher Raison auch immer – nicht vergessen. Das sind auch unsere Freunde, für die wir einzustehen haben.

 
  
MPphoto
 

  Mark Demesmaeker (ECR). – Mevrouw Mogherini, als democraten veroordelen we natuurlijk allemaal de mislukte staatsgreep. Maar laten we een kat een kat noemen. Erdogan pleegt na 15 juli zijn eigen interne putsch. Zijn zuiveringen en zijn vervolgingen zijn zonder maat, buitensporig en niet te verantwoorden. Dat Europa na de mislukte poging tot staatsgreep de “redding van de democratie” toejuichte, is dan ook bijzonder cynisch. Ik ben niet vergeten dat Erdogan onlangs nog de lof zong van de aanpak van nazi-Duitsland. Je hoeft geen groot historicus te zijn om de gelijkenissen tussen de gebeurtenissen van de jaren dertig en die nu in Turkije te zien. De vrije media had Erdogan eerder al grotendeels buitenspel gezet en nu reikt zijn harde hand zelfs tot in mijn eigen land. De Vlaams-Turkse krant Zaman Vandaag is er eind augustus mee gestopt wegens de druk op de lezers, de adverteerders en vooral op de journalisten. Dit is nog nooit eerder gebeurd in Vlaanderen, in m'n eigen land, en dat is onaanvaardbaar. Ik herhaal wat ik hier al eerder zei: door te zwaaien met een EU-lidkaart voor Turkije hebben we onze democratische fundamenten van de Unie op de tocht gezet. Wie de trekken van een autocratie vertoont, verdient geen perspectief op toetreding. Wij vergeten onze principes en we balanceren op een slap koord, omdat we Turkije nodig hebben. Het zal ons uiteindelijk zuur opbreken.

 
  
MPphoto
 

  Johannes Cornelis van Baalen (ALDE). – Mr President, first of all, the relations between Turkey and the European Union and the Member States should be governed by facts and not by all kinds of emotions. This means we should be clear that everybody who has a role in the EU, its institutions or the Member States has denounced the coup d'état. There was no sympathy for it at all and there was a direct reaction.

Happily, today we see that both members of the opposition – of the democratic opposition in Turkey – and also some government representatives have come to the conclusion that there was some overreaction, and that the process of dealing with the aftermath of the coup d'état and bringing to justice those who committed it, or are thought to be involved in it, should be governed by independent judges and by the rule of law. That is vital.

Secondly, Turkey is an important neighbour of the European Union, and is a NATO partner, irrespective of the whole discussion about membership. This means that visa liberalisation should be subject to the criteria set. If they are met, liberalisation will follow. If not, it will take more time. No deadlines should be applied. The same goes for the membership issue.

Let us also come to the conclusion that the visa deal is on. It is good both for Turkey and for the European Union. The Turkish Government should do everything possible to prevent people who sympathise with Erdogan or Gülen taking to the streets in the Netherlands and in Germany: such activity should be stopped. And we should keep calm and have a constructive talk with Turkey.

 
  
MPphoto
 

  Josu Juaristi Abaunz (GUE/NGL). – Señor Presidente, doy voz a la diputada kurda Dilek Öcalan: ella y el resto de sus compañeras pueden ser detenidas en cualquier momento por la policía turca. En un email enviado ayer nos habla de los bombardeos contra población civil kurda, de la ofensiva contra el HDP, del arresto de uno de sus vicepresidentes, del despido de 11 500 profesores; de la deriva autoritaria, en fin, de Erdogan.

Lamento que el Consejo, una vez más, esté ausente, así que instaré a la Comisión a hacer mucho más ante esta violación masiva de derechos y libertades fundamentales por parte de uno de sus socios principales. Si no lo hacemos, las palabras sonarán huecas en este punto. Estar preocupados no sirve de nada si no hacemos algo real y efectivo ante la devastación planificada de pueblos y ciudades kurdos.

Con todo el respeto, señora Mogherini, ir a Ankara no me parece suficiente. Repase las fotos aéreas de Sur, en Diyarbakir, y lo entenderá mucho mejor.

 
  
MPphoto
 

  Bodil Valero (Verts/ALE). – Herr talman! Jag vill också börja med att fördöma det försök till militärkupp som Turkiet utsattes för i somras. Oavsett vad jag tycker om den turkiske presidentens sätt att leda landet, så är han folkvald och det ska respekteras.

Jag fördömer också alla former av våld. Såväl det våld som begåtts av president Erdogans motståndare som det psykiska och fysiska våld presidenten nu utövar mot alla sina meningsmotståndare. De metoder vi sett prov på under sommaren känns närmre medeltiden än tjugoförsta århundrandet.

Jag kan inte acceptera att journalister häktas, domare och lärare avskedas, ges reseförbud etc., etc. Presidenten går över alla gränser i sin jakt på meningsmotståndare. Nu senast har han tagit över makten i 28 kommuner som också är styrda av demokratiskt valda. 24 kurdiska borgmästare och fyra från Gülenrörelsen. Han visar själv ingen respekt för demokratins spelregler men förväntar sig att själv bli respekterad. Det är nu viktigare än någonsin att vi visar att vi tydligt står på demokratins sida i Turkiet, och i demokratin ingår även respekten för de mänskliga rättigheterna.

 
  
MPphoto
 

  Raymond Finch (EFDD). – Mr President, the EU is pandering to a country which is sliding ever closer to barbarism. The fact that this project is bribing Turkey with EUR 2.2 billion of EU taxpayers’ money, in a desperate bid to stem the migrant crisis of its own making, is a total political, economic and human disaster.

To stem this migration, the EU was willing to bend over backwards and ignore the war on the Kurds, the smuggling of oil from ISIS and the continual destruction of human rights in Turkey. Instead of dealing with the real issues of the Schengen zone and Ms Merkel’s insane open doors policy, the EU is choosing to believe that a coup was attempted, when in reality it was set up by the Turkish Government to crack down on internal dissent.

I am only glad that we in the UK are getting out of the EU while we can, because this policy is madness. The cowardly, self-delusionary posturing of the EU towards Turkey is an utter disaster, and the accession process must end soon. It is an offence against both human rights and democracy. You are simply enabling a totalitarian regime, Ms Mogherini. Halt all talks now and stop giving bribes to them.

 
  
MPphoto
 

  Μανώλης Κεφαλογιάννης ( PPE). – Κύριε Πρόεδρε, η 15η Ιουλίου ήταν μια δύσκολη μέρα για την Τουρκική Δημοκρατία με εκατοντάδες αθώα θύματα. Η προσπάθεια κατάλυσης της δημοκρατίας, και μάλιστα με τα όπλα, είναι απόλυτα καταδικαστέα από όλους, ελπίζω, τους δημοκράτες πολίτες, από όλα ανεξαιρέτως τα μέλη του Ευρωπαϊκού Κοινοβουλίου. Όμως, όσα συνέβησαν την επόμενη μέρα δεν τιμούν τη δημοκρατία, δείχνουν ένα έλλειμμα δημοκρατίας στην Τουρκία. Οι τουρκικές αρχές προχώρησαν σε ένα απίστευτο πογκρόμ διώξεων και απολύσεων σε στρατιωτικούς, σε δικαστικούς, σε δημοσίους υπαλλήλους, σε δημοσιογράφους και μέσα μαζικής ενημέρωσης. Μια ατέλειωτη λίστα συλλήψεων, σαν να ήταν έτοιμη από καιρό. Αλλά, και οι σχέσεις Τουρκίας-Ευρωπαϊκής Ένωσης παρουσιάζουν επιδείνωση και δυσπιστία. Για την Τουρκία, η συμφωνία για το προσφυγικό είναι ίση με την κατάργηση της βίζας για τους Τούρκους πολίτες. Η εκπλήρωση των προαπαιτούμενων, οι ευρωπαϊκές αρχές και αξίες, η Δημοκρατία είναι σε δεύτερη θέση. Ή θα προχωρήσει η κατάργηση της βίζας, ή δεν υπάρχει συμφωνία για το προσφυγικό. Η απάντηση της Ευρώπης πρέπει να είναι ομόφωνη, σταθερή και διαρκής. Η Ευρώπη σέβεται φίλους και εταίρους. Η Ευρώπη όμως δεν απειλείται, δεν εκβιάζεται, δεν κάνει εκπτώσεις σε αρχές και αξίες. Αυτό πρέπει να είναι κατανοητό από όλους.

 
  
MPphoto
 

  Victor Boştinaru (S&D). – Mr President, I have to confess that I heard some of my colleagues speaking realpolitik, a lot of it in a quite cynical way, but saying very little, if anything, on principles and values.

Turkey is a candidate country and it has to guarantee high standards on human rights, freedom of expression and the rule of law. Turkey took steps towards democracy and secularism many decades ago and has strengthened its position as a credible and powerful actor on the international scene. But this also implies external and internal obligations and responsibilities towards all its citizens – I repeat all its citizens – and international partners. Otherwise we must realise here today that, after the failure of the coup d'état, which we all condemned, Turkey has chosen lately to undermine its commitments.

Since the coup attempt, the Turkish Government has overseen a vast purge. More than 100 000 people have been dismissed or suspended from their jobs and many others have been detained. Therefore I call on Turkey to respect the right to justice and to a fair trial for all its citizens and for the foreigners living in Turkey. Turkey is facing a wide range of threats, including terrorism, in relation to which cooperation between Europe and Turkey is fundamental.

Finally, another very important aspect is that Turkey is a key actor in finding a political solution for Syria in the fight against ISIS and in the management of the Syrian crisis and refugee flow. I urge Turkey to play a constructive role and to change its behaviour for good.

 
  
MPphoto
 

  Bas Belder (ECR). – Vanmorgen sprak ik over de telefoon met een Turks staatsburger over de situatie in zijn land. Hij schetste een naargeestig beeld van een totaal vergiftigd maatschappelijk klimaat. Je zou maar om welke reden dan ook ervan worden beschuldigd een Gülenist te zijn. Dan gaan de gevangenispoorten voor je open. Treurig en tegelijkertijd alarmerend zaait dezelfde politieke beschuldiging (Gülenist te zijn) enorm veel onrust en verdeeldheid onder de Turkse diaspora in EU-lidstaten, ook in mijn land, Nederland. Want, zo blijkt vandaag overduidelijk: Erdogan beïnvloedt de Turkse diaspora in Europa op een manier die zijn weerga niet kent. Zijn hoofdinstrument daarvoor is het Diyanet, het presidium voor religieuze aangelegenheden. In plaats van dat de kandidaat-lidstaat Turkije Europese politieke beginselen implementeert, ziet de EU zich thans geconfronteerd met de implementatie van Erdogans islamistische denkbeelden op eigen grondgebied. En passant bleef Erdogan aandringen op visumvrij reizen van Turkse burgers naar de EU, waarschijnlijk met succes. Dan is Erdogan helemaal de held van het thuisfront en de diaspora. Een treffende illustratie van het faillissement van het Europese Turkijebeleid.

 
  
MPphoto
 

  Marietje Schaake (ALDE). – Mr President, the despicable coup in Turkey was rightly condemned and today we stand with the people of Turkey, but I fear that the national unity we see will be short-lived. Turkish democracy needs deepening and needs to be meaningful. Yes, the perpetrators should be brought to justice but in fair trials and with proportionate measures, and that excludes the death penalty.

Let us be clear: the measures we now see after the failed coup and the anti-terror laws are being abused for disproportionate cleansing and silencing of critics. The rule of law was, is and will remain our Group’s key priority. The fact that Gülenists and the AK Party together built an illiberal coalition for so long and the Government now accuses the Gülenists of this coup is a confirmation of a breakdown of accountability, checks and balances and transparency.

We must work with Turkey on security measures; trade and people-to-people relations are strong; but let us not narrow the relationship to the toxic migration deal or the crippled accession talks. Turkey needs tough love. ‘Friends tell each other the truth’ goes the old Turkish saying, and we should remind them of that and build our relations on our own principles.

 
  
MPphoto
 

  Ernest Maragall (Verts/ALE). – Señor Presidente. Grazie, signora Mogherini, per essere cui, un’altra volta. Siempre bien. Demasiado para un minuto, pero vamos a intentarlo. Condena sin paliativos del golpe de Estado del 15 de julio y apoyo pleno al pueblo, a los partidos y a la sociedad turcos, que supieron reaccionar y superar la situación creada, aun pagando un alto precio en vidas. Pero todo lo que sucedió después nos preocupa. La represión de colectivos que constituyen el esqueleto democrático de cualquier sociedad es incompatible con cualquier posibilidad de acercamiento, de entendimiento, entre la Unión Europea y Turquía: maestros, alcaldes, jueces, periodistas...

La lucha contra el Estado Islámico, que todos compartimos, se confunde ahora con las actuaciones militares dirigidas al conjunto del territorio y de la población kurda. La relación Unión Europea-Turquía, pues, ha entrado en una nueva fase, lo queramos o no. Turquía ha tomado, parece, otra opción estratégica sobre su rol en la región y sobre sus alianzas. Estamos ahora centrados únicamente en la gestión de intereses, alguno tan importante como la cuestión de los refugiados.

La Unión Europea debe decidir con serenidad y claridad qué puede seguir igual y qué conviene revisar de la posición mantenida hasta ahora. En todo caso, hay que fortalecer el contacto con ciudadanos, partidos y entidades turcos para trabajar y recuperar el pulso democrático perdido en el país con el que queremos mantener la amistad y el futuro compartido.

(El orador acepta responder a una pregunta formulada con arreglo al procedimiento de la «tarjeta azul» (artículo 162, apartado 8, del Reglamento))

 
  
MPphoto
 

  Tibor Szanyi (S&D), Kékkártyás kérdés. – Tisztelt Kolléga! Ön azt mondja, hogy új alapokra kell helyezni vagy bizonyos értelemben változtatni kell, új fejezetet kell nyitni a Törökországgal való tárgyalásokon. Egy-két órával ezelőtt itt, ebben a teremben vitatkoztunk arról, hogy Lengyelországban milyen jogsértések vannak, és ugyanezt tudom mondani a saját hazám, Magyarország esetében is. Az Ön véleménye szerint lehet-e kétféle standard szerint eljárni, azaz Törökországnak világosan üzenünk, de az Európai Unión belülre nem.

 
  
MPphoto
 

  Ernest Maragall (Verts/ALE), respuesta de «tarjeta azul». – Precisamente es lo contrario, señor Szanyi. Lo que debemos hacer, creo, es mantener un único criterio y una única valoración de nuestros de nuestros comportamientos, de nuestra actitud y de nuestra exigencia democrática a nuestros propios Estados miembros, como a nuestros amigos, o en nuestras relaciones con terceros países; en el caso de Turquía, muy especialmente.

Es momento no de seguir como si todo fuera igual, no es business as usual, no hay que seguir negociando el acceso simplemente. Hay que considerar el conjunto de la situación y tomar las decisiones oportunas con la serenidad, con la claridad, con la que la señora Mogherini lo está haciendo.

 
  
MPphoto
 

  Petr Mach (EFDD). – Pane předsedající, paní Mogheriniová, Evropská unie desítky let jedná s Tureckem o jeho vstupu do EU, přitom turecký prezident Erdogan má zcela jiné představy o právu a o demokracii, než máme my. Jeho rozsáhlé čistky ve školství a v soudnictví upevňují jeho moc po vojenském převratu. Chce zavádět trest smrti a mstít se nepřátelům. Turecko, náš údajný spojenec v NATO, masakruje v sousední zemi Kurdy, kteří se snaží bojovat s největším zlem dneška – Islámským státem. Tak s takovouto zemí vy jednáte o vstupu do EU a před půl hodinou jste měli tu drzost znovu kritizovat Polsko, že prý ohrožuje principy právního státu. To se nestydíte ani trochu?

Pan Schulz svou návštěvou Turecka minulý týden legitimizoval Erdoganovu vládu. Vy vážně chcete Turecko v EU? Vy chcete Turecko v Schengenu? Chcete, aby v tomto sále sedělo 100 Turků a hlasovalo s námi o migrační politice, o právech mužů a žen? Turecko neleží v Evropě a do EU nepatří, a já proto vyzývám Evropskou radu, aby okamžitě ukončila jednání s Tureckem o členství v EU.

 
  
MPphoto
 

  Anna Maria Corazza Bildt (PPE). – Mr President, let us be clear: the failed coup on 15 July 2016 was an attack against democracy, in which 265 people lost their lives in front of tanks. I regret that the EU was slow in denouncing the coup and in supporting the elected Government.

It is imperative now to stand by the people of Turkey and show understanding for the trauma they went through. It is also important that the rule of law and human rights are fully respected, while bringing those responsible to justice, and, of course, important to remain firm on freedom of expression. But it is by engaging with Turkey that we will achieve results towards democracy. By just condemning and criticising emotionally we are adding fuel to the fire and polarising people. It is time to intensify dialogue with Turkey on all issues of common concern. That is why it is urgent to relaunch the joint commission with Turkey, which has been blocked for two years, on an open agenda post coup. The best way to advance reforms in the judiciary and fundamental rights is to open Chapters 23 and 24.

Turkey is not backing away from the migration deal and neither should we. We should not punish children and women because of Erdogan. I welcome the Commission’s decision to disburse meal cards for the three million refugees who are welcome in Turkey but not everywhere in Europe. Visa liberalisation should be a merit-based process with no double standards against Turkey. Again, we have to engage with Turkey to break the deadlock on the terror law and move forward. Turkey is a crucial partner for us. We need to restore trust and to build bridges. We cannot afford to let the people feel let down.

(The speaker agreed to take a blue-card question under Rule 162(8))

 
  
MPphoto
 

  Κώστας Μαυρίδης ( S&D), ερώτηση "γαλάζια κάρτα". – Κυρία Bildt, έχω μία πολύ συγκεκριμένη ερώτηση για σας. Σας παρακολουθώ εδώ στο Ευρωκοινοβούλιο και η ερώτησή μου είναι πολύ απλή: Έχετε ακούσει τους τελευταίους μήνες για τις χιλιάδες των δικαστών οι οποίοι έχουν απολυθεί; Έχετε ακούσει για τις χιλιάδες των δασκάλων που έχουν απολυθεί με την υποψία ότι συνεργάζονται με την τρομοκρατία; Έχετε ακούσει για την εισβολή στη Συρία; Έχετε ακούσει για την κατοχή της Κύπρου; Μπορώ να αναφέρω περισσότερα. Με αυτά πιστεύετε ότι υπάρχει κανόνας δικαίου στην Τουρκία; Μπορεί κάποιος να έχει δίκαιη δίκη στην Τουρκία; Απαντήστε μας ευθέως.

 
  
MPphoto
 

  Anna Maria Corazza Bildt (PPE), blue-card answer. – I said in my intervention very clearly that the rule of law and human rights should be respected and that we have to remain firm on freedom of expression. I did not say that there is rule of law at the moment in everything that is happening in Turkey. What I am saying is that, in order to achieve results in a country that is absolutely crucial for the European Union, and to make sure that the people of Turkey do not feel let down by Europe, we need to engage in dialogue. By just criticising, attacking and condemning a proud nation we will not achieve results. Will that make it more democratic? No.

 
  
MPphoto
 

  Richard Howitt (S&D). – Mr President, we should all agree with the strong words of the High Representative against the failed coup in Turkey but we must insist that our support for elected governments is not interpreted as legitimising every action of this government, just as our support for due process for alleged coup plotters from the Gülenists should not be interpreted as political support from Europe for their movement.

Ms Mogherini, the removal of elected mayors from the Kurdish HDP party is more than a matter of concern. It is quite simply a different sort of coup, and it repeats the actions taken in the actual coup of 1980. Europe must stand resolute on Turkey amending anti-terror legislation if we are to make progress on visa liberalisation – legislation which the UN has said denies due process and targets human-rights defenders.

Finally, a coup is the ultimate attack on democracy, and Christian Democrats must drop their opposition to opening negotiating Chapters 23 and 24 on democracy. If you do not see that now, frankly, you never will.

 
  
MPphoto
 

  Νότης Μαριάς ( ECR). – Κύριε Πρόεδρε, για τον επικείμενο εκτροχιασμό της κατάστασης στην Τουρκία είχα προσωπικά σημάνει τον κώδωνα κινδύνου στην αίθουσα αυτή ήδη από τον Ιανουάριο. Τότε κάποιος συνάδελφος, αξιοποιώντας την γαλάζια κάρτα, μου είχε ζητήσει ηπιότερη αντιμετώπιση και, δυστυχώς, αυτή ήταν η στάση που επέλεξε να υιοθετήσει η Ευρωπαϊκή Ένωση. Τι έχει να πει τώρα ο συνάδελφος αυτός και οι ομοϊδεάτες του; Τώρα που το καθεστώς στην Τουρκία επιταχύνει την πορεία του προς τον ολοκληρωτισμό; Όλα αυτά την ίδια στιγμή που η Ευρωπαϊκή Ένωση συνεχίζει να θωπεύει την Άγκυρα. Να ανέχεται παραβιάσεις ανθρωπίνων δικαιωμάτων, τον πόλεμο κατά του κουρδικού λαού, την εισβολή στη Συρία, τους εκβιασμούς για τη συμφωνία στο προσφυγικό, η οποία δεν τηρείται μετά το πραξικόπημα. Πραξικόπημα το οποίο η Ευρωπαϊκή Ένωση κατήγγειλε μόνο όταν είχε διαφανεί πλέον ότι είχε επικρατήσει ο Ερντογάν. Την ίδια στιγμή η Ευρωπαϊκή Ένωση συνεχίζει να ανέχεται τις συνεχείς παραβιάσεις του διεθνούς δικαίου από πλευράς Τουρκίας. Να παρακολουθεί αδρανής τις παραβιάσεις του ελληνικού εναέριου χώρου από την τουρκική αεροπορία. Την ισλαμοποίηση των μνημείων παγκόσμιας πολιτιστικής κληρονομιάς, όπως η Αγιά Σοφιά, και τη συνεχιζόμενη κατοχή του 37% της Κύπρου. Η Ευρωπαϊκή Ένωση πρέπει να βρει τρόπους, άμεσα, προκειμένου να αναγκάσει την Τουρκία να σεβαστεί το διεθνές δίκαιο και τα ανθρώπινα δικαιώματα.

 
  
MPphoto
 

  Nedzhmi Ali (ALDE). – Mr President, as European partners of Turkey we have to repeat again our condemnation of the July coup attempt. This coup was a test for Turkish democracy. The reaction of the Turkish people deserves our solidarity and support. Despite the turmoil in the country, the government institutions are continuing to function properly, thus guaranteeing the existence of democratic society.

Together with Turkey we are in a complex geopolitical situation, we are pressed by the same challenges and we have a set of common interests. The problems can be handled by acting together. This inevitably means increasing all aspects of our cooperation. The accession negotiations with Turkey must continue, raising the level of constructive dialogue. The process of visa liberalisation should be accelerated, thus improving trade relations and providing for economic growth and employment both in the EU and Turkey.

We should not forget that Turkey has been sheltering more than three million refugees for over four years, having spent more than EUR 8 billion to sustain these people. Do we abide by our commitment to provide financial resources to support the efforts of our Turkish partners?

Finally, on the subject of migration pressure, are we doing enough to protect the external border of the Union – as in the case of my country, Bulgaria, and of Greece – in order to keep the internal borders open?

 
  
MPphoto
 

  Ska Keller (Verts/ALE). – Mr President, many colleagues have said the situation is grave, and I will not repeat that, but a lot of Members have also said that Turkey is a strategic partner – but what is that actually?

Turkey is not just a president. Turkey is not just a government. It is the people who live in Turkey: the people who defended democracy on the streets in Turkey. It is the people who demonstrated for their rights in Taksim Square and elsewhere. It is the journalists who are trying to do their job, actually. It is the transgender people who are fighting for their rights. It is the Kurds who are looking for some sort of cultural rights as well, and it is the neighbours who are helping Syrian and other refugees. Those are our strategic partners. Those are the people we should work with, those are the people we should support and should welcome and should be open towards.

That is what should be our task: not to see Turkey as one person or just one government. Turkey consists of many people, who have different ideas, and we should not only ask that this diversity is recognised, we should also recognise it ourselves.

 
  
MPphoto
 

  Eduard Kukan (PPE) – Udalosti tohto leta ukázali, že treba diskutovať a definovať naše vzájomné vzťahy s Tureckom. Pokus o prevrat ukázal, že Turecko má problémy, ktoré môžeme my len veľmi ťažko predvídať. Situácia po prevrate smeruje k posilneniu autoritárnych tendencií: tisíce zatknutých, prepustených z práce, čistky v súdnictve, na akademickej pôde, v štátnej službe a tajných službách. Toto všetko naznačuje, akým smerom sa Turecko môže uberať. Som presvedčený, že my by sme mali zostať principiálni. Mali by sme byť znepokojení stavom demokracie v Turecku. Znepokojení stavom právneho štátu a okliešťovaných občianskych slobôd. Máme dôvod na obavy z ďalšieho vývoja našich vzťahov. Pritom však nesmieme zabudnúť na to, že Turecko je náš partner, krajina, s ktorou vedieme prístupové rokovania. Sme taktiež partnermi v otázkach bezpečnosti a obrany, ale tiež napríklad aj migrácie. A práve na týchto základoch by sme si mali postaviť naše partnerstvo. Musíme však mať jasno v tom, na akých princípoch chceme rozvíjať naše vzťahy. Musíme stanoviť jasné limity toho, čo je pre nás v tomto partnerstve akceptovateľné a čo už prekračuje hranice. Mám pocit, že je na to najvyšší čas, pretože momentálne sme sa už ocitli za hranicami mnohých limitov.

(Rečník súhlasil, že odpovie na otázku položenú zdvihnutím modrej karty (článok 162 ods. 8 rokovacieho poriadku)).

 
  
MPphoto
 

  Paul Rübig (PPE), Frage nach dem Verfahren der „blauen Karte“. – Ich möchte mich beim Kollegen Kukan ganz herzlich bedanken, weil natürlich jetzt in der Debatte die Visafreiheit sehr stark akzentuiert wird, und deshalb meine Frage: Ist eigentlich die Visafreiheit so gestaltet, dass sie keine Aufenthaltsbewilligung auf Dauer und auch keine Arbeitserlaubnis darstellt, und auch so, dass nach der normalen Frist die Rücknahme in die Türkei auch dementsprechend wieder garantiert wird?

Ich glaube, das ist etwas, was in der Öffentlichkeit stark diskutiert wird und wo wir Klarstellung brauchen.

 
  
MPphoto
 

  Eduard Kukan (PPE), blue-card answer. – I listened very attentively but I did not hear any questions so it is difficult to answer.

 
  
MPphoto
 

  Presidente. – La domanda era chiara: come funzionano i rimpatri.

 
  
MPphoto
 

  Tanja Fajon (S&D). – Enako kot Evropska unija je tudi Turčija na razpotju. Država se sooča s tako številnimi težavami, da turškemu predsedniku Erdoganu ne moremo zameriti, če skuša na račun begunske problematike od Evropske unije izsiliti določene koncesije. Kot tudi ne moremo zameriti voditeljem Unije in držav članic, da si skušajo z denarjem zagotoviti begunski mir.

Vendar pa nam bodo naši državljani zelo zamerili, če bomo v trenutni situaciji popolnoma pozabili na dejstvo, da je Turčija na tem razpotju izbrala cesto, po kateri se vse bolj oddaljuje od demokracije in spoštovanja človekovih pravic. Če Turčija ne izpolnjuje pogojev za vizumsko liberalizacijo, se ta ne more zgoditi. Pravila so jasna.

In težko je razumeti, zakaj predsednik Erdogan ubira avtoritaren pristop z le malo dialoga, s katerim njenim državljanom jemlje svobodo.

In medtem ko se mi ukvarjamo s Turčijo, se premiki dogajajo že v drugih soseščinah, denimo Egiptu. Če jih bomo spregledali, se lahko kaj hitro zgodi, da bo na kriznem razpotju zdrsnilo tudi Uniji.

 
  
MPphoto
 

  Hans-Olaf Henkel (ECR). – Herr Präsident, meine Damen und Herren! Die hier vorgebrachte Kritik an der Politik der türkischen Regierung teile ich voll und ganz. Allerdings ist auch Kritik an den Kritikern angebracht: Allzu oft wurde heute hier die Türkei mit Erdoğan gleichgesetzt. Auch wenn die Propagandabilder und die Meere roter Fahnen in Istanbul, in Ankara, in Berlin und Düsseldorf etwas anderes suggerieren – es gibt auch noch die Türkei der Demokraten, es gibt auch noch die Türkei der Aufgeklärten, und es gibt viele Türken, denen die Politik Erdoğans zuwider ist. Statt Erdoğan nur zu kritisieren oder zu hofieren, weil uns die deutsche Flüchtlingspolitik erpressbar gemacht hat, sollten wir denjenigen in der Türkei den Rücken stärken, die sich für eine andere Türkei einsetzen.

 
  
MPphoto
 

  Jaromír Štětina (PPE). – Pane předsedající, vloni na podzim jsem navštívil Rodžavu, území severní Sýrie ovládané Kurdy. Byl jsem hostem velení Lidových obranných jednotek známých pod zkratkou YPG. S jejich ozbrojeným oddílem jsem projel Rodžavou několik set kilometrů. Navštívil jsem město Kobani zničené jednotkami IS. Byli to především obránci Kobani, kteří se letos pokusili osvobodit od IS území západně od Eufratu. Jejich výpad ztroskotal díky zásahu turecké armády, která poprvé za dobu konfliktu překročila turecko-syrské hranice a otevřeně bombardovala pozici kurdských sil. Turecko tak nebezpečně eskalovalo konflikt.

Turecký zásah je dalším důkazem, že Turecko nedokáže zracionalizovat svou národnostní politiku. Rozvíjí spirálu národnostní nenávisti i na svém území. Nechápe, že kurdský teror je reakcí na bezprecedentní protikurdský teror státní.

Protikurdské ozbrojené výpady doma i do severního Iráku a do Sýrie Turecko ospravedlňuje poukazem na boj proti terorismu. Svůj postup odůvodňuje i ideologicky poukazem na marxistické formy terorismu. Kurdský odpor je skutečně širokospektrální, ale jeho ideologické nálepkování je jen projevem turecké slabosti. Jednotky YPG mají na svých nášivkách rudé hvězdy, nebojují však za zářnou komunistickou budoucnost, ale o své fyzické přežití. To by si demokratické síly v Turecku měly uvědomit.

 
  
MPphoto
 

  Josef Weidenholzer (S&D). – Herr Präsident! Es wurde heute schon oft betont, dass die Lage in der Türkei, was Demokratie, Rechtsstaatlichkeit und Menschenrechte betrifft, äußerst besorgniserregend ist – nicht nur der Putschversuch, sondern auch die überzogenen Reaktionen darauf. Besonders problematisch ist die Situation in der Südost-Türkei, wo seit Ende 2015 bürgerkriegsähnliche Zustände herrschen. Noch vor zwei Jahren setzten viele Menschen innerhalb und außerhalb der Türkei große Hoffnung auf den Friedensprozess zwischen Erdoğan und der PKK. Es gab große Fortschritte, und es ist eine Tragödie, dass dieser Prozess zum Stillstand gekommen ist. Es gab grausame Folgen: Tote und Verletzte, viele Menschenleben, zerstörte Städte, geraubte Lebensgrundlagen, und jetzt – wie als Hohn – die Absetzung der gewählten Vertreter, Bürgermeister und Lokalpolitiker in der Region. Ich habe das Gespräch mit einem Bürgermeister von Suruç vom November letzten Jahres in Erinnerung, der auch abgesetzt wurde, und der bei diesem Gespräch mir gegenüber betonte, wie wichtig ihm der Friedensprozess in der Türkei ist. Ich hoffe, dass wir hier wieder ansetzen können.

 
  
MPphoto
 

  Ангел Джамбазки (ECR). – Уважаема г-жо Могерини, уважаеми колеги, политиката Ви по отношение на Ердоган е напълно погрешна и показва дълбоко непознаване на ситуацията в страната и региона. Продължава незаконната окупация на Северен Кипър, която по същността си е анексиране на чужда територия. Продължава смазването на свободата на словото, на правата на гражданите, на етническото прочистване в Диарбекир и източен Анадол, продължава подкрепата за Ислямска държава.

Превратът в Турция успя. Изглежда само Вие и част от колегите тук не са разбрали. Деленето на диктаторите на „добри“ и „лоши“, деленето на анексирането на чужди територии на „добри“ и „лоши“ е тежко политическо лицемерие. Споразумението с Ердоган за нелегалните емигранти е тежка политическа грешка, защото е поддаване на изнудването на един диктатор. Визовата либерализация с Турция е неразумна, защото ще залее Европа с милиони нелегални емигранти.

Настоявам за прекратяване на преговорите, които се водят за членството на Турция в Европейския съюз, защото Турция днес не е европейска държава и няма място в този Европейски съюз, несподеляйки ценностите, които всички ние твърдим, че изповядваме и че споделяме.

 
  
MPphoto
 

  Bogdan Andrzej Zdrojewski (PPE). – Panie Przewodniczący! Nie ma gotowych scenariuszy. Zdajemy sobie sprawę tylko z tego, że wśród tych scenariuszy, które są – są mniej lub bardziej kosztowne. I widać to także po debacie dzisiejszej. Wiemy, że mamy przynajmniej trzy poważne koszty. Pierwszy to zaufanie: widać jak wiele straciła Turcja w wyniku nie tyle zamachu, ile reakcji na zamach. Druga rzecz bardzo istotna i drugi ważny koszt, to jest koszt czasu. Teraz potrzebny będzie czas na powrót do stanu negocjacji, a zwłaszcza atmosfery sprzed roku czy nawet sprzed dwóch lat. Trzeci istotny koszt dotyczy bezpieczeństwa. Turcja jest ważnym składnikiem nie europejskiego, ale światowego systemu budowania bezpieczeństwa. Niezwykle ważnym składnikiem. Utrata zaufania, konieczność powrotu do negocjacji, tak trudnych w chwili obecnej, wydaje się najpoważniejszym wyzwaniem także dla pani komisarz. I na koniec chcę powiedzieć jedną rzecz: jeżeli zamienimy wcześniejszy optymizm na sceptycyzm, na realizm, to będzie szansa na sukces. Jeżeli zamienimy to na pesymizm, będzie katastrofa.

 
  
MPphoto
 

  Marju Lauristin (S&D). – Mr President, I really want to say that, day after day, the situation in Turkey is reminding me and other people of my age, who lived in the socialist system, of the days of the beginning of Stalinist terror. But I suppose that, now, we are able to learn from history and to stop this development in Turkey.

The world listened last week to the outcry of Noble Prize winner Orhan Pamuk, who said that Turkey is, day after day, moving further from the rule of law towards a terror regime – and, really, that is what we have to bear in mind, the fact that Orhan Pamuk and intellectuals and democrats in Turkey need our help. They are looking to us.

We understand that Ms Mogherini, as High Representative of the Union for Foreign and Security Policy, has to do her job, and she is doing it with great dignity, but she has her limits. We as a parliament do not have such limits. We have to send a high-level fact-finding mission, consisting of representatives of the Committees on Legal Affairs and on Civil Liberties and of other committees, to Turkey, to look at the situation of human rights and political freedoms there and to bring back information so that we can have a real reconsideration of our policy.

Concerning visa liberalisation: visas are put in passports, but in a country which deliberately cancels passports there is no real place for liberalisation.

(Applause)

 
  
MPphoto
 

  Branislav Škripek (ECR). – Mr President, the events this summer in Turkey and especially the aftermath are, as many colleagues already stated, worrying. By his actions, Turkish President Erdogan is putting democracy at risk. As has been said here, the attacks on the Kurdish people should be condemned, but they are not the only ones who are suffering. Other minority groups in Turkey, such as Syriac Christians, are put in real danger by the acts of the Erdogan administration.

The recent invasion by Turkey into Syria is officially taking place to attack ISIS. In reality it is mainly against the Kurds and their partners in the Democratic Self—Administration (DSA) in Northern Syria. The troops of this DSA, named the Syrian Democratic Forces, are at this moment very successful in combatting ISIS. If the Turkish army destroys these Syrian Democratic Forces, how can we expect ISIS to be defeated? For this reason, I call on Ms Mogherini to support the Syrian Democratic Forces and the DSA of Northern Syria in Rojava. We need to stop Turkish aggression both in Turkey and in Syria.

 
  
MPphoto
 

  Birgit Sippel (S&D). – Herr Präsident! Die Türkei ist ein wichtiger Partner, denn die Entwicklungen der letzten Jahre zeigen, wie wichtig es ist, etwa die Kämpfe in Syrien zu beenden und die Region insgesamt nachhaltig zu befrieden. Dieses Ziel können wir aber nur gemeinsam mit der Türkei erreichen. Wir müssen also mit der Türkei zusammenarbeiten. Und gerade deshalb ist Kritik an der Missachtung von Rechtsstaatlichkeit und massiven Einschränkungen von Grundrechten durch die türkische Regierung wichtiger denn je. Ob systematische Unterdrückung von Kritik an Erdoğan, massenhafte Inhaftierungen oder ein Einreiseverbot für Akademiker – wir müssen all dies nicht nur kritisieren, sondern nachdrücklich auf Veränderungen drängen. Nicht nur, aber auch, weil die Türkei ein Beitrittskandidat ist, müssen wir demokratische Entwicklungen in der Türkei unterstützen.

 
  
MPphoto
 

  Μιλτιάδης Κύρκος ( S&D). – Κύριε Πρόεδρε, είναι επώδυνες οι καταστάσεις στην Τουρκία. Διώξεις δημοσιογράφων, αποδόμηση του κοσμικού κράτους, διώξεις όχι μόνο των πραξικοπηματιών του Γκιουλέν, αλλά και χιλιάδων πολιτών με διαδικασίες που δεν συνάδουν με ένα κράτος δικαίου. Σπρώξιμο του νόμιμου κόμματος, του προοδευτικού κόμματος των Κούρδων, προς την παρανομία. Είναι ακόμα πιο επώδυνες οι καταστάσεις για μας που πιστεύουμε ότι η Τουρκία είναι ένας σημαντικός εταίρος στην προσπάθεια επίλυσης μεγάλων προβλημάτων της περιοχής μας, όπως το προσφυγικό, όπως το Κυπριακό, όπως η ενεργειακή διαφοροποίηση, όπως η τρομοκρατία. Πρέπει να εντείνουμε λοιπόν τον διάλογο με την Τουρκία. Να τον εντείνουμε και με την τουρκική αντιπολίτευση, τη φιλοευρωπαϊκή αντιπολίτευση. Γιατί αλλιώς δεν θα βρούμε λύσεις, σωστές λύσεις σε αυτά τα προβλήματα. Υπάρχει ένα μεγάλο αγκάθι και αυτό το αγκάθι είναι η λαχτάρα του κυρίου Ερντογάν για τις προεδρικές υπερεξουσίες και η χρήση της ακραίας πόλωσης για να πετύχει τον σκοπό του. Αυτό, δυστυχώς, κάνει ολόκληρη την Τουρκία να ματώνει.

 
  
 

Procedura catch-the-eye

 
  
MPphoto
 

  Henna Virkkunen (PPE). – Arvoisa puhemies, on tärkeää, että Euroopan unioni tekee yhteistyötä Turkin kanssa. Naton jäsenmaana Turkki on tärkeässä roolissa Euroopan turvallisuuden kannalta, ja kuten tiedämme, myös pakolaiskriisin ratkaisussa Turkilla on tärkeä rooli. Samaan aikaan ei voida kuitenkaan katsoa läpi sormien niitä autoritäärisen hallinnon toimia, joita Turkissa on nyt meneillään. Jo ennen vallankaappausyritystä ei voitu sanoa, että Turkki olisi ollut mikään demokratian mallimaa, mutta nyt ihmisoikeuksia poljetaan entisestään, sananvapautta ja median vapautta rajoitetaan ja oikeusvaltioperiaate ei Turkissa toteudu.

On tärkeää, että Euroopan unioni nostaa epäkohdat esiin neuvotteluissa ja pyrkii puuttumaan niihin. Turkki on Euroopan unionin hakijamaa, ja siltä edellytetään oikeusvaltioperiaatetta ja hyvän hallinnon toteuttamista. On selvää, että myöskään viisumivapaus Turkin kanssa ei voi toteutua ennen kuin Turkki täyttää viisumivapaudelle asetetut edellytykset.

 
  
MPphoto
 

  Nicola Caputo (S&D). – Signor Presidente, onorevoli colleghi, la Turchia rappresenta un importante partner per l'Unione europea: la stessa decisione di siglare nel marzo scorso l'accordo sulla gestione del flusso di migranti è basata su questa considerazione.

Tuttavia per l'Unione europea il rispetto per i diritti umani resta un principio fondamentale, irrinunciabile per il corretto funzionamento degli accordi. Le vicende post golpe hanno, ahimè, determinato un ulteriore peggioramento di una situazione che gli osservatori concordano nel ritenere non rispettosa dei diritti fondamentali.

Io ovviamente sono favorevole al dialogo con la Turchia, ma l'Unione europea deve trovare il modo di garantire che in Turchia vengano assicurati, senza "se" e senza "ma", gli standard europei di democrazia.

 
  
MPphoto
 

  Ivan Jakovčić (ALDE). – Gospodine predsjedniče, u ovom velikom poslu s Turskom, i svemu onom što nas očekuje s Turskom, definitivno možemo uspjeti samo ako stvari u svakom trenutku postavimo principijelno. Zato mi se pristup koji je iznijela Visoka povjerenica čini principijelnim. Naravno da moramo osuditi državni udar, ali naravno da moramo osuditi i sve ono što se događalo nakon državnog udara.

Nitko ovdje ne može nikome ništa obećati, a kamoli Turskoj članstvo u Europskoj uniji. Možemo samo obećati da ćemo se držati principa i pravila za ulazak u Europsku uniju, kao što je to svaka država koja je postala članica morala i učiniti. Ja jesam jedan od onih koji vjeruju da Turska može ispuniti demokratske kriterije i postati članica Europske unije, ali to mora i ispuniti.

 
  
MPphoto
 

  Javier Couso Permuy (GUE/NGL). – Señor Presidente, Turquía es uno de los mejores ejemplos de la doble moral de esa Unión Europea que dice estar preocupada; un país al que hemos dado el estatus de país seguro para subcontratar el control y la deportación de unos refugiados que huyen de los fuegos que hemos contribuido a crear.

Pero ¿es un país seguro Turquía? No. No lo es para los jueces incómodos, no lo es para los periodistas, no lo es para los intelectuales que firman manifiestos críticos, no lo es para el cuarto partido, el HDP, al que se acosa y se intenta ilegalizar, no lo es para el 20 % de la población, la población kurda, que es bombardeada y reprimida, y no lo es para los refugiados. No lo decimos nosotros, lo dice el Alto Comisionado de Naciones Unidas para los Refugiados. Pero ustedes siguen mirando para otro lado, preocupados.

Miren ustedes, el Gobierno turco tiene una agenda de expansión que desestabiliza la región, tolera a grupos extremistas, tiene —aprovechando el golpe— una agenda interna que desmonta la democracia laica. No debería ser un socio confiable. Menos paños calientes y menos preocupación cínica.

 
  
MPphoto
 

  Ελευθέριος Συναδινός ( NI). – Κύριε Πρόεδρε, στον προεδρικό θώκο της Τουρκίας, δυστυχώς για αυτή και τον λαό της, τις γειτονικές χώρες και την Ευρωπαϊκή Ένωση, για να μην αναφερθώ σε παγκόσμια κλίμακα, υπάρχει ένας άνθρωπος που οι πολιτικές του χαρακτηρίζονται επικίνδυνα μεγαλόπνοες και κερδοσκοπικές. Πρέπει να εξετάσουμε τους λόγους που οδήγησαν στην απόπειρα του πραξικοπήματος. Πρέπει να δράσουμε αποφασιστικά και όχι απλά να καταδικάζουμε και να ψηφίζουμε πρακτικά άχρηστα ψηφίσματα. Μην ξεχνάμε την αψυχολόγητη ενέργεια κατάρρευσης του ρωσικού μαχητικού που σκοπό είχε να παρασύρει τη Βορειοατλαντική Συμμαχία σε πολεμική σύρραξη με ανυπολόγιστες συνέπειες. Τις σφαγές Κούρδων αμάχων, τη στήριξη και χρηματοδότηση του ισλαμικού κράτους, τις διώξεις πολιτικών αντιπάλων και της ελευθερίας του λόγου. Η μετατροπή του λαμπρού πανορθόδοξου ναού της Αγίας Σοφίας σε τζαμί, τις αιματηρές καταστολές των διαδηλώσεων, τις απειλές κατά πάντων, είτε για το θέμα της αναγνώρισης γενοκτονίας των Αρμενίων, είτε για δήθεν στήριξη στους πραξικοπηματίες, είτε για την απελευθέρωση της βίζας. Όλα τα παραπάνω έχουν ένα κοινό παρονομαστή: τον Ερντογάν. Επιτέλους συνειδητοποιήστε ότι ο Ερντογάν δεν αποτελεί σταθερό και αξιόπιστο συνομιλητή. Χρειάζεται άμεσα και με ανάληψη δραστικών μέτρων η αποκατάσταση της δημοκρατίας του κράτους δικαίου, και μέχρι εκεί. Διότι η Τουρκία δεν πρόκειται ποτέ να γίνει Ευρώπη.

 
  
 

(Fine della procedura catch-the-eye)

 
  
MPphoto
 

  Johannes Hahn, für die VP/HR. – Herr Präsident! Ich darf mich auch im Namen der Hohen Vertreterin für diese Aussprache, für diese Debatte sehr bedanken. Sie hat gezeigt, dass es sehr wichtig ist, auch mit der Türkei im Gespräch zu bleiben. Ich denke, es ist auch wichtig, dass wir verstehen, dass dieses Land kollektiv noch immer unter Schock steht. Dieses Land hat ja in der jüngeren Vergangenheit mehrere Militärputsche erlebt; diesmal war es ein missglückter – Gott sei Dank –, was auch eine gewisse Entwicklung signalisiert. Ich glaube, auch wir in Europa haben unter Schock gestanden, und vielleicht stehen wir auch noch immer unter Schock, dass in unserer unmittelbaren Nachbarschaft so etwas im 21. Jahrhundert noch möglich ist und dass ein Kandidatenland der Europäischen Union in so eine Situation geraten kann.

Alle von uns, die die Möglichkeit hatten, in letzter Zeit nach dem Putsch dort zu sein konnten, glaube ich, feststellen, dass die Türken selbst – geschweige denn wir hier in der Europa – das Ausmaß der Unterwanderung des Staates und wesentlicher Teile des Staates durch die Gülen—Bewegung eigentlich nicht richtig eingeschätzt haben. Dass das in der Aufarbeitung zu Konsequenzen führen muss, ist klar, aber – und das haben Sie in fast allen Ihren Statements zum Ausdruck gebracht – das muss gerade für ein Land, das ein Kandidatenland ist, im Hinblick auf eine mögliche Mitgliedschaft in der Europäischen Union nach den höchsten rechtsstaatlichen Prinzipien ablaufen, zu denen wir uns ja auch verpflichtet haben und die auch Teil unseres Selbstverständnisses sind. Es mag auch da und dort in der Türkei eine gewisse Herausforderung sein, dass wir diesen Maßstab anlegen, aber wir legen diesen Maßstab an, weil eben die Türkei ein Kandidatenland ist, und das ist von Seiten der Türkei zu akzeptieren.

Ich glaube, es ist auch wichtig, bei aller Kritik an der Regierung, die man haben kann, festzuhalten, dass die Türkei ein Land mit 80 Millionen Einwohnern ist, letztlich auch sehr heterogen ist und nicht aus Präsident Erdoğan besteht und dass daher sozusagen jede Reflexion sich nicht ausschließlich darauf beziehen kann, dass er dort jetzt Präsident ist, sondern man muss die Gesamtentwicklung des Landes im Auge behalten.

Was unsere aktuelle Aufgabenstellung anbelangt – und das ist auch bei unserer gemeinsamen Mission am Freitag letzter Woche deutlich geworden –müssen wir dafür sorgen, dieses Land im Interesse von uns Europäerinnen und Europäern wieder zu stabilisieren. Denn wenn in unserer unmittelbaren Nachbarschaft ein Land mit 80 Millionen Einwohnerinnen und Einwohnern instabil wird, dann kann hier vieles passieren, was auch unmittelbare Auswirkungen auf Europa hat. Das heißt, die Rechtsstaatlichkeit wieder sicherzustellen, die ökonomische Stabilität herbeizuführen – schauen Sie sich die wirtschaftlichen Zahlen an: Die sind alle zurückgegangen, der Tourismus ist dramatisch eingebrochen, die Turkish Airlines haben, glaube ich, das erste Mal in ihrer Geschichte ein Defizit geschrieben. Das sind Faktoren, die auch ins Kalkül zu ziehen sind, und daher ist es auch wichtig, dass wir der Türkei bei der Bewältigung der Flüchtlingsproblematik im Land selbst helfen.

Es ist schon gesagt worden: Wir sind sozusagen am Beginn, mit dieser Hilfe in cruising speed zu kommen, cruising speed, weil wir ja auch die Verpflichtung haben, das Geld so einzusetzen, dass Sie als Vertreter der europäischen Steuerzahlerinnen und Steuerzahler sozusagen die Garantie haben, dass das Geld korrekt eingesetzt wird, eben für Schulbesuch, für Gesundheitsversorgung, Ernährung, aber auch für Sprachausbildung von Erwachsenen und Bereitstellung von Mikrokrediten, aber auch zur Unterstützung von besonders betroffenen Gemeinden und Städten im Infrastrukturbereich, die, etwa wie Kilis, eine 50-prozentige Zunahme der Bevölkerung gesehen haben.

Aber wenn wir von Stabilisierung reden, dann geht es eben auch um eine politische Stabilisierung, und das schließt ein, die Frage des Kurdenkonfliktes auf politischer Ebene zu lösen und nicht auf militärischer, und das schließt auch ein starkes politisches Engagement der Türkei vor allen Dingen in Syrien ein, denn auch dort brauchen wir die politische Lösung.

Ich sage aber auch – und das ist von einigen von Ihnen angesprochen worden – Stabilisierung bedeutet auch, dass wir die Spannungen, die wir in manchen Ländern Europas innerhalb der Europäischen Union zwischen Angehörigen der türkischen Minorität und dem Rest der Gesellschaft sehen, oder Spannungen zwischen verschiedenen Gruppen der türkischen Minorität eines Landes ansprechen, dass wir uns damit auseinandersetzen und dass wir auch unsere Beiträge leisten, dass hier die Dinge nicht eskalieren. Da ist nicht nur die Europäische Union gefordert; da sind auch die Repräsentanten der heutigen, der gegenwärtigen Türkei gefordert, ihren Beitrag zu leisten.

Alle sind wir hier gefordert abzurüsten; die Sprache kann manchmal verletzender sein als Waffen, und sie kann oftmals eine sehr tödliche Waffe sein. Wir müssen uns dessen bewusst sein. Gerade in dieser Phase ist Megafonpolitik oder Megafondiplomatie vielleicht nicht der richtige Ansatz. Die Hohe Vertreterin hat es, glaube ich, in der Pressekonferenz gesagt: Wir müssen mit den Vertretern sozusagen robust reden, aber nicht über sie in der Öffentlichkeit, und das Gleiche können wir auch von den türkischen Repräsentanten und Repräsentantinnen erwarten. Dann können wir einen wichtigen Schritt im Hinblick auf eine Stabilisierung der Lage gehen; den Rest muss man dann der Zukunft überlassen.

 
  
MPphoto
 

  Presidente. – La discussione è chiusa.

Vorrei informare inoltre l'Aula che non è pervenuta alcuna richiesta di mettere ai voti le rettifiche annunciate ieri alle 17.00 a norma dell'articolo 231, paragrafo 4, del regolamento. Tali rettifiche sono pertanto considerate approvate.

Dichiarazioni scritte (articolo 162)

 
  
MPphoto
 
 

  Aymeric Chauprade (NI), par écrit. – Depuis le putsch avorté du 15 juillet dernier, une répression généralisée s’abat sur la Turquie : 35 000 personnes arrêtées, des médias censurés : 45 journaux, 16 chaînes de télévision et 23 stations de radio fermées. Pour pouvoir interner tous ces prisonniers politiques, le Ministre de la Justice Turc a annoncé la libération de 38 000 prisonniers, dont de nombreux détenus de droits communs. Le Président Turc a annoncé le rétablissement de la peine de mort « de manière rétroactive »! Nous devons ouvrir les yeux sur la réalité de la situation en Turquie : la récente démission du chef de la délégation européenne en Turquie, à cause du non-respect du volet Droits de l’homme de l’accord migratoire, en est une énième illustration. Enfin, une telle intégration constituerait un apport majeur de problèmes géopolitiques, en projetant les frontières de l’Union Européenne auprès de pays aussi instables que la Syrie et l’Irak. Les dirigeants européens doivent faire preuve de lucidité, d’esprit de responsabilité et d’honnêteté envers la Turquie et son peuple en arrêtant dès maintenant le processus d’intégration de ce pays dans l’UE.

 
  
MPphoto
 
 

  María Teresa Giménez Barbat (ALDE), por escrito. – Antes del golpe de Estado, la situación de los derechos humanos en Turquía, como la libertad de prensa o la libertad de pensamiento, estaba ya muy deteriorada. Ahora, con la excusa de acabar con todos los promotores del golpe, el Presidente Erdogan está persiguiendo a todo opositor que no sea de su agrado, entre ellos periodistas, magistrados, académicos e, incluso, laicos y no creyentes. Tenemos constancia cierta, por reportajes de prensa y testimonios de primera mano, de que la situación de los laicos y no creyentes turcos viene deteriorándose desde el 15 de julio. En un contexto marcado por la purga de opositores y el intento de borrar cualquier resto de laicismo de la ley, los representantes del Gobierno equiparan frecuentemente a los ateos con los terroristas, instigando un clima de hostilidad social que termina excusando actos de violencia, persecución y censura, como los experimentados por la asociación de ateos turcos, Ateizm Derneği, con sede en Estambul. Les hablo de violaciones de derechos humanos relacionados con la libertad religiosa, de conciencia y de expresión. Europa debe adoptar una posición clara, robusta y unánime en defensa de los derechos humanos universales y de quienes son nuestros aliados morales naturales.

 
  
MPphoto
 
 

  Javi López (S&D), por escrito. – El pasado 15 de julio, Turquía sufrió un golpe militar en el que murieron más de 250 personas y cerca de 1 500 resultaron heridas. El Gobierno desde el principio apuntó al movimiento de Gulen, como autores del golpe. Tras el frustrado golpe, el gobierno declaró el Estado de emergencia e inició una purga con unas 80 000 detenciones de periodistas, jueces, policías y oficiales del ejército, empresarios, profesores y la retirada de licencia a medios de comunicación. 49 337 trabajadores han sido suspendidos. El atentado contra la democracia requiere medidas excepcionales para salvaguardar las instituciones democráticas. Sin embargo, el carácter excepcional de las medidas y del Estado de emergencia deben ser proporcionales y debe garantizarse el Estado de derecho. Por ello es esencial la cooperación del Consejo de Europa con el gobierno de Turquía en la investigación sobre el intento de golpe de Estado en el país y en los juicios que van a haber después, para garantizar que se basarán en la Convención Europea de Derechos Humanos. La semana pasada tuvo lugar un diálogo de alto nivel entre la Vicepresidenta Mogherini y el Comisario Hahn en el que se abordaron entre otros la cuestión kurda, Chipre y el Acuerdo UE Turquía.

 
  
MPphoto
 
 

  Csaba Sógor (PPE), írásban. – Törökország belső stabilitása rendkívül fontos az Európai Uniónak és a NATO-nak is, nekünk egyáltalán nem érdekünk, hogy káosz és instabilitás uralkodjon az országban, a demokratikusan választott kormány erőszakos megdöntésére irányuló fellépés pedig mindenkor elítélendő. Ez az állítás azonban független a jelenlegi migrációs helyzettől. Nem változtathatunk a Törökországgal kapcsolatos hozzáállásunkon aszerint, hogy a török kormány éppen elfordítja-e a tekintetét a partjain tapasztalható illegális migrációtól vagy ellenkezőleg, keményen fellép az embercsempészek ellen. Hasonlóképpen, az emberi jogok érvényesülését sem annak fényében kell megítélnünk, hogy Törökország fontos szövetségese az Iszlám Állam ellen harcoló koalíciónak.

Néhány hónappal ezelőtt, az EU–Törökország csúcs után is azt hangoztattam, hogy Törökország csatlakozási tárgyalásainak felgyorsítása értelmezhetetlen, nem vonatkozhat külön elbánás a törökökre, ezzel a teljes bővítési folyamat hitelességét ássa alá az EU. Ma is csak megerősíteni tudom ezt: határozott álláspontunk kell legyen a törökökkel kapcsolatos ügyekben, nem viselkedhetünk úgy, mintha valamiféle szolgálatot tenne Törökország Európának, amit mi vízummentességgel viszonzunk. Ez a fajta diskurzus azt sugallja az európai polgároknak, hogy az EU Törökország nélkül tehetetlen ebben a kérdésben, ami meggyőződésem, hogy nem így van.

 
  
MPphoto
 
 

  Michaela Šojdrová (PPE), písemně. – Hovoříme o naplňování dohody EU-Turecko, jako by se nic nedělo, ale situace se od uzavření dohody výrazně změnila! Například my, poslanci EP, nemůžeme příští týden jet do Ankary, protože jsou tady oprávněné obavy ohledně neschopnosti tureckých úřadů zajistit účel naší návštěvy. Mě tato situace velmi znepokojuje s ohledem na tlak Turecka na zavedení bezvízového styku a také s ohledem celkový vývoj v Turecku. Pokud se nebudeme moci osobně přesvědčit o situaci v Turecku, pokud Turecko nebude plnit podmínky, nebudeme moci souhlasit s bezvízovým stykem. Já si nepřeji, abychom za chyby prezidenta Erdogana trestali občany Turecka, kteří chtějí cestovat do EU, ale musíme dát najevo, že nesouhlasíme s tím, jak si počíná vládní strana AKP, která již netrestá pučisty, ale zavádí svévolné represe vůči lidem, kteří jsou bez důkazů nařčeni ze spolupráce s pučisty. Funkcionáři a přátelé funkcionářů jsou dosazováni na místa vedoucích pracovníků úřadů, škol, podniků. Prezident zneužívá situace pro zesílení pronásledování Kurdů a nezávislých novinářů, jako je novinářka Asli Erdoganová. Právě proto, že Turecko je strategický partner, musíme o to více sledovat jeho nebezpečnou orientaci směrem k diktatuře, násilí a k Putinovi. Měli bychom umět říct, kde jsou naše hranice, a nemůžeme se tvářit, že se nic neděje!

 
  
MPphoto
 
 

  Tomáš Zdechovský (PPE), písemně. – To, co se v Turecku již delší dobu děje, a především to, čehož jsme byli svědky v červenci, tuto zemi naprosto vylučuje z jakékoliv evropské civilizované společnosti. Vzhledem k nepřiměřené reakci ze strany prezidenta Erdogana ve mně rostou obavy, že Turecko je na cestě k autoritativnímu státu. Tato země se stále více odklání od demokracie, právního státu a koneckonců i sekularizace. Pokud Turecko chce, aby s ním EU i nadále zacházela jako se svým partnerem, musí postupovat jako právní stát, ve kterém každý obviněný má právo na spravedlivý a nezávislý soud. Události z léta se již nesmějí opakovat.

 

10. Rectificaties (artikel 231 van het Reglement): zie notulen
Video van de redevoeringen

11. De situatie na de verkiezingen in Gabon (debat)
Video van de redevoeringen
MPphoto
 

  Presidente. – L'ordine del giorno reca la discussione sulla dichiarazione del Vicepresidente della Commissione e Alto Rappresentante dell'Unione per gli affari esteri e la politica di sicurezza sulla situazione post-elettorale in Gabon.

 
  
MPphoto
 

  Federica Mogherini, VPC/HR. – Monsieur le Président, premièrement, merci pour avoir organisé ce débat en ce moment crucial de l'histoire de la République gabonaise.

Le Gabon peut paraître un petit pays, mais son potentiel est immense. Il ne s'agit pas uniquement d'importantes ressources naturelles, avec un revenu par tête nettement plus élevé que la plupart des pays africains.

La population du Gabon a foi en la démocratie. Les élections ont été pacifiques et la participation importante. La population du Gabon est confiante qu'à travers le processus démocratique, le pays exploitera plus efficacement son propre potentiel. Il est donc important de ne pas se limiter à la crise actuelle, de mettre un terme à toutes les formes de violence et de rétablir la confiance de la population gabonaise dans les institutions du pays.

C'est l'objectif de l'Union européenne. C'est également l'objectif que poursuit la mission d'observation électorale dans son travail quotidien. Permettez-moi de remercier l'observatrice en chef, Mme Mariya Gabriel, et tous les membres de la mission, qui ont fait un excellent travail, qui sont en train de faire un excellent travail.

Vous savez que la mission et certains de ses membres ont été la cible d'attaques personnelles. Les autorités gabonaises sont responsables de la sécurité des membres de la mission d'observation électorale, et ces attaques personnelles et régulières ne sauraient être tolérées. Nous réitérons ce message auprès des autorités gabonaises à Libreville aussi bien qu'à Bruxelles, chaque jour, même à l'heure actuelle.

L'impartialité de la mission a été mise en doute. Permettez-moi d'être également très claire sur ce point. Nous ne prenons pas parti dans la vie politique de la République gabonaise, mais nous travaillons en faveur de la démocratie, de la transparence et de la recherche d'une solution pacifique à la crise.

La mission internationale d'observation des élections a respecté la méthodologie et les protocoles d'accord signés avec les autorités du Gabon. Les autorités gabonaises ont elles-mêmes invité la mission à observer l'ensemble du processus électoral, et c'est exactement ce que la mission envisage de faire. Elle travaillera aux côtés des institutions gabonaises jusqu'à la proclamation des résultats définitifs, et ce après la phase de recours.

Je mettrai donc l'accent sur trois étapes qui, je pense, sont cruciales pour sortir de la crise actuelle. Premièrement, il est essentiel que le processus électoral s'achève en toute transparence. Nous continuons à plaider pour la publication des résultats bureau de vote par bureau de vote afin de garantir la qualité des résultats. Cette recommandation a également été formulée par l'organisation régionale africaine, la Communauté économique des États de l'Afrique centrale, ainsi que par l'Union africaine.

Seuls les moyens légaux et non les actes de violence peuvent mettre fin au présent contentieux. Nous sommes prêts à soutenir la procédure de recours auprès de la Cour constitutionnelle et nous espérons que la Cour agira en toute transparence et indépendance, conformément à son mandat. À cet égard, nous demandons à la Cour constitutionnelle d'accorder un accès total de ces procédures à la mission européenne. Celles-ci font partie du processus électoral que les Gabonais se sont engagés à rendre transparent et accessible à nos observateurs.

En deuxième lieu, toutes les parties doivent s'abstenir de recourir à la violence et garantir la protection de la population. Tant le gouvernement que l'opposition ont une responsabilité à cet égard. Les attaques perpétrées à l'encontre du Parlement ou des médias officiels n'ont rien à voir avec l'aspiration légitime du Gabon à renforcer sa démocratie.

Le rôle joué par les forces de sécurité est particulièrement critique. Nous attendons de l'armée, de la police et des services de renseignement qu'ils agissent en parfaite conformité avec l'état de droit et dans le plein respect des droits de l'homme.

Il est urgent de rétablir et de maintenir le système de communication publique, y compris les médias sociaux, et il importe que la question des personnes placées en détention soit traitée rapidement et de manière équitable.

Troisièmement, les partenaires internationaux du Gabon, à commencer par les autres pays africains, peuvent jouer un rôle important pour contribuer à apaiser la tension, comme nous l'avons indiqué dernièrement dans une déclaration conjointe avec le commissaire Mimica. Nous travaillons en étroite coopération avec les Nations unies, les États-Unis et la France.

Nous soutenons activement la mission des chefs d'État de haut niveau, qui est actuellement mise en place par l'Union africaine et les Nations unies. La disponibilité du président du Tchad, Idriss Déby, président en exercice de l'Union africaine, constitue un signe encourageant de la détermination africaine à faciliter une solution à la crise.

Je suis également encouragée par la présence, à Libreville, de l'Union africaine en la personne du commissaire Smail Chergui. Je ne peux qu'espérer que la mission aura l'occasion de se rendre sur place dans les plus brefs délais.

Je souhaite tout particulièrement saluer les efforts déployés par le représentant spécial du Secrétaire général des Nations unies. Il est actuellement à la tête des efforts de médiation au niveau local et doit bénéficier de notre soutien constant. Les citoyens et les institutions du Gabon ont une responsabilité primordiale pour mettre un terme à la violence et parvenir à une solution pacifique à la crise postélectorale. Cependant, la communauté internationale doit être de leur côté pour faciliter et accompagner le processus.

Je suis convaincue que l'Union africaine devrait être le chef de file. L'intégration régionale peut s'avérer un instrument puissant en faveur de la paix et de la sécurité en Afrique. Dans le même temps, l'Union européenne, nous tous, sommes prêts à soutenir le Gabon par tous nos moyens.

 
  
MPphoto
 

  Mariya Gabriel, au nom du groupe PPE. – Monsieur le Président, Madame la Haute Représentante, merci de vos messages clairs et pertinents.

Il s'agit de la première mission d'observation électorale déployée au Gabon. C'est donc un signal clair de notre soutien au peuple gabonais en faveur de la démocratie, de l'état de droit et des droits de l'homme, et je suis honorée de pouvoir diriger cette mission.

J'aimerais d'abord adresser plusieurs remerciements. Tout d'abord, je tiens à remercier tous les observateurs de l'Union européenne et en particulier mon équipe, dont une partie est encore déployée au Gabon. Ils font un travail remarquable. Ensuite, je voudrais principalement remercier les citoyens gabonais pour l'accueil chaleureux qu'ils ont réservé à nos observateurs, pour leur patience et pour le calme qui a été préservé le jour du scrutin. De même, je tiens à remercier les autorités gabonaises, qui ont invité l'Union européenne à observer les élections, signé le protocole d'accord et garanti jusqu'ici la sécurité de nos observateurs.

Lors de cette mission, nous avons pu rencontrer toutes les parties prenantes, les autorités, les différents partis politiques, tous les candidats à l'élection présidentielle et la société civile. Nous avons aussi travaillé en étroite coopération avec les autres missions d'observation et représentants de la communauté internationale sur place.

Aujourd'hui, il est crucial de finaliser le travail de la mission sans perdre de temps et d'énergie pour des accusations inacceptables, des allégations fausses ou encore des mensonges.

Ceci m'amène à ma deuxième partie. Un véritable dialogue et un véritable partenariat sont aussi l'occasion de nous dire les choses telles quelles.

En respectant le cadre de la mission, je voudrais attirer l'attention sur quelques faits, car la possibilité de s'exprimer sur des faits relevés par nos observateurs est aussi l'une des forces de la mission d'observation électorale de l'Union. Les principaux faits à ce stade sont les suivants: contrairement à ce qui était prévu par le protocole d'accord, la mission a eu un accès inégal à la consolidation des résultats selon les commissions électorales locales. Les résultats n'ont pas été annoncés publiquement dans la province du Haut—Ogooué, contrairement à ce qui est prévu par la loi. Dans cette même province, une anomalie a été constatée quant au taux de participation et en comparaison avec une analyse du nombre de non-votants et de bulletins blancs et nuls. Il n'y a pas eu de publication des résultats bureau de vote par bureau de vote, conformément aux bonnes pratiques internationales.

Aujourd'hui, comme depuis le début du processus, nous appelons à la non-violence et au calme. Nous continuons à être guidés par l'exigence de la transparence à toutes les étapes du processus électoral. Nous appelons tous les acteurs à s'en tenir à des recours légaux et pacifiques. Cela inclut aujourd'hui l'observation du traitement des recours déposés à la Cour constitutionnelle. C'est une phase clé du processus électoral et nous attendons que l'accès de notre expert juridique aux travaux de la Cour soit garanti, tout comme la sécurité des membres de l'équipe qui sont encore sur place. L'accès d'experts internationaux à la Cour est bienvenu aussi.

Enfin, je tiens à exprimer le plein soutien de la mission à M. Chergui, commissaire de l'Union africaine, au professeur Bathily, représentant spécial des Nations unies, et à M. Abdallah, de l'Organisation internationale de la francophonie, et à les remercier pour les efforts qu'ils ont fournis.

Je finirai en disant la chose suivante: tous les acteurs ont une responsabilité pour contribuer à l'apaisement de la situation. La restauration de la confiance des Gabonais dans l'intégrité du processus électoral passe par la transparence. Aujourd'hui, en respectant la loi, en tant que mission d'observation électorale, notre regard est tourné vers la Cour constitutionnelle, de laquelle nous attendons qu'elle continue à être l'incarnation de cette justice sans laquelle aucun État de droit ne peut se prévaloir de l'être.

 
  
MPphoto
 

  Jo Leinen, im Namen der S&D-Fraktion. – Herr Präsident, Frau Hohe Vertreterin, liebe Kolleginnen und Kollegen! Wie wichtig die Wahlbeobachtungsmissionen der Europäischen Union sind, hat sich bei der Präsidentschaftswahl in Gabun gezeigt. Das ist ein kleines Land, aber diese Präsidentschaftswahl ist auch ein Symptom und auch ein Signal für die Demokratie und die demokratische Entwicklung in Westafrika, wenn nicht sogar für ganz Afrika. Ich danke Mariya Gabriel, dem Team und natürlich auch unserer Parlamentsdelegation für die Arbeit, die geleistet wurde.

Die Bevölkerung in Gabun hat die EU-Mission sehr wohlwollend und positiv aufgenommen. Wo immer wir hingingen, sind wir sogar freudig empfangen worden, mit Klatschen, dass die EU da ist und diese Wahl beobachtet. Und natürlich war die Öffentlichkeit interessiert an unseren Schlussfolgerungen, daran, was wir gesehen haben.

Nun kann man sagen: Der Wahltag selbst ist nicht so kritisch, aber die Wochen vor der Wahl und die Tage nach der Wahl. In Gabun hat sich nochmal gezeigt, dass es keine fairen Bedingungen gibt für solche Wahlen zwischen einem Bewerber, der aus der Regierung kommt, und einer Oppositionsbewerbung. Die öffentlichen Medien waren völlig ungleich verteilt, was die Berichterstattung über den Präsidenten und über den Oppositionskandidaten anging. Und über die Finanzierung der Wahlkämpfe braucht man gar nicht viel zu sagen. Da wird auch immer wieder Staatsgeld für die Wahlkampagne eingesetzt.

Am Wahltag haben wir sehr oft gemerkt, dass das Wahlregister nicht in Ordnung ist und nicht klar war, wer denn wahlberechtigt ist. Es war wirklich eine Ironie, dass man mit der Krankenkassenkarte wählen konnte, aber mit dem vorläufigen Personalausweis nicht, obwohl seit 2013 keine neuen Personalausweise mehr ausgestellt wurden.

Sehr besorgniserregend – ich kann mich dem anschließen – ist die Auszählung der Stimmen. Diese Intransparenz bei der Zentralisierung der Wahl spricht ja Bände, und das, was da in der Provinz Ogooué stattgefunden hat, ist so unglaubwürdig wie nur was.

Also, liebe Frau Hohe Vertreterin, Frau Mogherini, Gabun braucht die EU, und Sie haben es gesagt: Zusammen mit der Afrikanischen Union müssen wir hoffen, dass das friedlich läuft, dass der Prozess zu Ende geht und dass wir dem Land helfen, doch die nächste Etappe zur Demokratie zu bewältigen.

 
  
MPphoto
 

  Marek Jurek, w imieniu grupy ECR. – Panie Przewodniczący! W Gabonie byliśmy świadkami tego, jak bardzo ta młoda demokracja – dlatego że to jest kraj, który ma ledwie dwadzieścia lat rządów demokratycznych – pragnie korzystać z pełni swoich praw obywatelskich. Społeczeństwu Gabonu nie można w żadnym wypadku odmówić zaangażowania, przejęcia wyborami, poczucia odpowiedzialności za to, co one oznaczają. Natomiast demokracja to są oczywiście decyzje większości, ale uczciwa debata musi poprzedzać te decyzje. W Gabonie potrzeba dzisiaj dwóch rzeczy: po pierwsze, pokoju społecznego, o co wielokrotnie tutaj apelowano, po drugie, rozwoju społeczeństwa obywatelskiego. Spotkaliśmy tam nie tylko dwóch głównych kandydatów, ale również ludzi, którzy z takim przejęciem mówili o potrzebie tego rozwoju, jak na przykład doktor Bruno Ben Moubamba. Powinniśmy im w tym pomóc. Ja w tym miejscu chcę szczególnie podziękować Mariyi Gabriel za jej pracę, za jej obecność, bo na pewno wielotygodniowa praca jej i jej ekipy pomogła w przeprowadzeniu tych wyborów i pomaga w dążeniu do ustalenia ich uczciwego wyniku.

 
  
MPphoto
 

  Pavel Telička, on behalf of the ALDE Group. – Mr President, I am happy to share the appreciation of the work of the monitoring mission, although I am the first one speaking here today that was not a part of it. But I think that we have managed to monitor the work of the mission and I think that I can only praise the work.

The Bongo family has been in power from 1967. This is not something specific to Gabon, it is something that we have seen throughout Africa in recent decades. The very fact that we have these illegitimate leaders, whether it is Gabon or any other country, logically in a country where there is a certain civil society this creates civil unrest. That is where the roots lie.

You have outlined the points Madam President, I was approaching the more or less the same ones, but from a different angle. The first point that I would like to highlight is that if the mission came to the conclusion that there were obvious abnormalities then we have to insist that the electoral commission publishes the results. The second issue is that this has to be recalculated, and I do appreciate the support that you are also giving to the efforts vis-à-vis the court, and I very much hope that the findings will be objective, transparent and independent. The third point – and the key point – I would like to underline is, and maybe I am just an observer getting it wrong, but it seems to me while the African Union does play a role, we see that the mediators’ mission has been postponed, and honestly I would have expected the African Union to be much more vocal and much more engaged.

Bearing in mind and coming back to what I said at the very beginning, this is not just a problem for Gabon but something that we see more or less every year or every couple of years copy. There is a significant role to play for the African Union and it is also a task for us to ‘motivate’ the African Union. I would also like to wish Members good luck in all their efforts and to thank them for their points and for addressing the issue.

 
  
MPphoto
 

  Jean-Luc Mélenchon, au nom du groupe GUE/NGL. – Monsieur le Président, mes chers collègues, s'il est bien normal que les organisations panafricaines et régionales soient en première ligne au Gabon, il n'empêche que l'Union européenne ne peut en rester là où elle en est.

Nous sommes capables de dire la taille des mailles d'un filet de pêche et de la faire respecter en Afrique et nous ne serions pas capables de dire ce qu'est une élection honnête? Et à la fin, dans un souci d'apaisement, nous mettrions sur le même plan les tricheurs et ceux qui font l'objet de ces tricheries et qui en sont victimes?

De la même manière, nous mettrions tout le monde sur le même plan, en appelant à la paix, alors que les violences sont le fait exclusif du gouvernement en place contre les partisans de M. Jean Ping? Il faut exiger que cessent immédiatement ces violences-là, en les nommant.

Ce que je veux dire c'est que le décompte, le nouveau décompte des bulletins ne peut pas être simplement renvoyé à la Cour constitutionnelle, dont il est d'ores et déjà prouvé qu'elle est de parti pris et malveillante. Il faut que ce soit une organisation internationale, et l'Union européenne a le pouvoir de demander que ce soit l'ONU ou l'OUA qui s'en assure.

Mes chers collègues, M. Gbagbo a été uniquement envoyé au TPI alors qu'il demandait un recomptage, et on laisserait M. Bongo nous le refuser en usant de violence sans rien dire?

Mieux vaudrait que M. Gbagbo soit libéré et M. Bongo jugulé.

 
  
MPphoto
 

  Michèle Rivasi, au nom du groupe Verts/ALE. – Monsieur le Président, Madame la Haute représentante, chers collègues, il est vrai que la situation politique au Gabon est très préoccupante, chaque candidat restant campé sur ses positions au risque que la situation dégénère en guerre civile. Il faut à tout prix empêcher l'escalade de la violence.

Ici même, à Bruxelles, j'avais reçu M. Jean Ping qui, déjà à l'époque, craignait cette situation. J'avais pris l'initiative de faire adresser un courrier officiel à Ali Bongo, pour qu'il y ait une mission d'observation dépêchée par l'Union européenne. Je suis ravie que ce soit notre collègue Mariya Gabriel, forte de son expérience en la matière en République démocratique du Congo, qui l'ait dirigée.

Mais entre l'absence de listes électorales affichées devant les bureaux de vote, les défaillances au niveau du contrôle de l'encre indélébile, l'authentification des bulletins de vote et l'usage de scellés des urnes dépourvus de numéro d'identification, il y a beaucoup à redire sur la tenue des élections.

Nous devons donc soutenir le travail de cette mission d'observation et ses demandes de transparence et, plus précisément, la nécessité de publier les résultats bureau de vote par bureau de vote, comme vous l'avez indiqué.

La saisine de la Cour constitutionnelle par Jean Ping visant un recomptage des voix pourrait être une porte vers la sortie de crise, mais elle risque aussi d'envenimer la situation puisque son jugement sera l'ultime recours possible. Et puisque la vie politique du Gabon est une histoire de famille, il est à craindre que le jugement rendu soit contesté pour la simple raison que la présidente du Conseil constitutionnel n'est autre que l'ancienne compagne du père d'Ali Bongo. Et ça, c'est un problème.

Aujourd'hui, nous devons à tout prix éviter la reproduction du précédent ivoirien, où la communauté internationale s'était octroyé le droit d'intervenir. C'est au Gabon et aux Gabonais qu'appartient leur destin. Il faut leur assurer notre soutien dans ce sens-là.

J'espère surtout que l'ensemble des États membres de l'Union européenne et l'Union africaine, comme vous l'avez souligné, se mobilisent, et il ne faut pas que ce soit la France qui s'ingère dans la vie politique gabonaise, parce que la France-Afrique a assez duré. Il est donc de notre responsabilité à tous d'assurer ce suivi.

 
  
MPphoto
 

  Ignazio Corrao, a nome del gruppo EFDD. – Signor Presidente, onorevoli colleghi, Alto commissario, io facevo parte della delegazione, quindi confermo quanto detto dal capodelegazione Jo Leinen riguardo all'accoglienza che ci è stata rivolta in Gabon. Questa accoglienza, secondo me, era l'accoglienza di chi riceveva per la prima volta una missione di osservazione elettorale e si aspettava dalla missione di osservazione elettorale la certezza che non ci fossero brogli, perché più che parlare di ripristinare la fiducia – perché la fiducia lì non c'era, anzi tutti ci dicevano che c'erano stati sicuramente dei brogli nelle elezioni precedenti – la nostra presenza ha avuto un'attenzione mediatica così alta proprio perché i gabonesi volevano, anzi vogliono da noi, perché la missione è ancora in corso, la certezza e il controllo della regolarità.

Purtroppo, il giorno dopo, appena sono stati pubblicati i risultati, questo tipo di speranza si è trasformata in una delusione. Quindi siamo ancora in tempo, attraverso la nostra missione, ma attraverso anche il dialogo con l'Unione africana, per cercare di ricomporre questa fiducia che davvero abbiamo notato da parte dei gabonesi e trasformarla in qualcosa di concreto, perché altrimenti io ritengo che sia molto difficile che i cittadini gabonesi possano pacificamente trovare una soluzione su questo risultato delle elezioni.

 
  
MPphoto
 

  Louis Aliot, au nom du groupe ENF. – Monsieur le Président, mes chers collègues, la proclamation arbitraire de victoire par chacun des candidats fait suite à l'arbitraire des élections et modifications constitutionnelles dans d'autres pays voisins. Derrière ces manœuvres, les politiques et les grands groupes protègent leurs intérêts, mais les populations trinquent systématiquement.

Les violences sont inadmissibles et la présence d'observateurs européens n'a rien changé. Je suis d'ailleurs assez surpris, Madame Mogherini, de constater que les mêmes débordements et les mêmes violences survenus hier au Congo n'ont pas provoqué les mêmes réactions de la part de l'Union européenne et de la part de la France et d'autres pays.

Nul ici ne saurait contester les tricheries dont a fait l'objet cette élection présidentielle. Chaque camp a cherché à s'imposer par la fraude au détriment de la volonté souveraine du peuple gabonais. Ces manquements aux règles élémentaires de la démocratie illustrent la nécessité d'un nouvel élan au Gabon comme dans toute l'Afrique centrale, mais cet élan ne consiste pas à choisir le candidat à la place des Gabonais ou à tenter une déstabilisation du pays au profit d'intérêts étrangers ou marchands inavouables.

Attention au risque de la guerre civile! Le précédent rwandais doit nous conduire à une grande prudence. L'avenir du Gabon appartient aux Gabonais et à eux seuls. Au Gabon comme au Congo, la libération des prisonniers politiques est un préalable, et le respect de l'opposition une garantie.

J'invite les Européens à être attentifs aux manœuvres politiques en cours, afin que le feu qui couve ne se transforme pas en brasier. La stabilité de l'Europe est étroitement liée à la stabilité du continent africain.

 
  
  

Preşedinte: ADINA-IOANA VĂLEAN
Vicepreşedinte

 
  
MPphoto
 

  Cristian Dan Preda (PPE). – Madame la Présidente, tout d'abord, permettez-moi de féliciter Mariya Gabriel, qui a dirigé la mission d'observation de l'Union, et Jo Leinen, qui a été à la tête de la mission de notre Parlement. Mes collègues M. Mélenchon et Mme Rivasi ont mentionné le cas de la Côte d'Ivoire. À ce propos, permettez-moi de dire que, selon moi, il s'agit d'un cas similaire. Il se trouve qu'en 2010, j'étais à la tête de la mission d'observation électorale quand M. Gbagbo refusait de quitter le pouvoir et c'est en fait la même idée: il tendait vers des résultats soviétiques dans sa région d'origine et voulait, à l'époque, annuler les résultats dans les départements où Alassane Ouattara avait gagné.

Le problème est justement celui de la contestation des résultats du scrutin. Au lieu d'apaiser les esprits, au lieu de calmer l'atmosphère politique, les élections donnent lieu à des crises politiques. Je trouve que le seul devoir que nous avons, c'est de continuer le travail mené par l'équipe dirigée par notre collègue Mariya Gabriel et de réclamer ce qu'on fait partout dans le monde, la publication des résultats bureau de vote par bureau de vote, pour que les citoyens, tout d'abord, puissent vérifier ce qui a été fait de leur vote et pour qu'ensuite, des observateurs indépendants, et notamment nos observateurs de la mission de l'Union, puissent avoir une vue d'ensemble des résultats et puissent en faire la synthèse. Seul le calcul précis des voix apaisera les esprits; à défaut, les violences, les pillages et la crise qui s'apaisait continueront de plus belle.

Certes, il y a aussi un problème de famille parce que M. Ping lui-même est membre du clan Bongo. Ce n'est pas quelqu'un d'autre, ce n'est pas un opposant de l'extérieur.

 
  
MPphoto
 

  Cécile Kashetu Kyenge (S&D). – Madame la Présidente, j'ai eu le privilège d'être membre de la délégation du Parlement européen au sein de la mission d'observation électorale de l'Union européenne.

L'élan extraordinaire qui accompagné les élections dans ce pays a représenté un signe d'espoir immense pour le peuple gabonais, qui en se rendant aux urnes, a demandé des institutions démocratiques, a exigé des débats politiques libres et a invoqué aussi l'alternance au pouvoir.

Ces élections ont été une occasion manquée pour la classe dirigeante gabonaise de prouver à l'ensemble du continent africain et à toute la communauté internationale qu'elle est en mesure d'organiser une élection transparente et de faire preuve de la plus grande responsabilité dans tout le processus électoral.

Dans une démocratie, il est nécessaire de garantir aux partis d'opposition la possibilité d'élaborer et de proposer en toute autonomie et sérénité, leur propre projet politique dans la plus grande, la plus pure tradition de l'adversité politique.

Or, quelques semaines après ce vote, nous exprimons notre grande déception vis-à-vis du manque de transparence dans la gestion du processus électoral qui a particulièrement visé les modes de financement des partis et de la campagne électorale ainsi que le contrôle de toutes les informations vitales, telles que la liste électorale et la liste des centres de votes.

À cela s'ajoute aussi une couverture médiatique excessive au profit du président sortant et l'absence de confiance des candidats de l'opposition et d'une partie de la société civile envers des organes responsables de l'administration des élections.

Nous dénonçons avec véhémence la perte de vies humaines et toutes les formes de violence qui ont suivi la publication des résultats provisoires, et sont encore en cours. Je demande donc que ces violences cessent.

Des incidents qui reflètent justement un manque de transparence dans la gestion du processus électoral, ainsi que les répressions violentes des manifestants par les forces de sécurité, tout cela contribue fortement à diminuer la confiance des électeurs et des parties prenantes.

Jusqu'à la conclusion du processus électoral, la mission d'observation électorale de l'Union européenne continuera à observer toutes les étapes, notamment le contentieux électoral, en ligne avec le protocole signé avec le gouvernement.

Je demande au Président Ali Bongo d'honorer l'Afrique et d'honorer aussi son peuple en renonçant à la présidence en raison du manque de transparence de tout le processus. Quant au peuple gabonais, il peut compter sur l'effort inconditionnel du Parlement européen pour rester à ses côtés.

 
  
MPphoto
 

  Joachim Zeller (PPE). – Frau Präsidentin, Hohe Vertreterin! Wir sprechen in letzter Zeit oft über Ursachen, die Menschen zur Flucht aus ihren Heimatländern zwingen. Ich befürchte, dass wir bald ein neues Land in die Liste der Länder aufnehmen müssen, aus denen Menschen fliehen – das ist Gabun. Nur zwingen nicht Hunger, Klimawandel oder Dürre die Menschen zur Flucht, sondern ein Präsident und seine Helfershelfer, die nicht bereit sind, dem auf demokratischem Weg geäußerten Willen des Volkes von Gabun zu folgen, nämlich abzutreten und den Weg freizumachen für einen demokratischen Wandel im Land. Nein, sie gehen gewaltsam gegen die Opposition vor.

Gabun gehört zu den reicheren Ländern Afrikas mit einem Bruttonationalprodukt pro Kopf, das viel höher ist als zum Beispiel das von Bulgarien. Trotzdem leben mehr als zwei Drittel der Bevölkerung noch in äußerster Armut, weil die Familie des Präsidenten Bongo seit Jahrzehnten die Reichtümer des Landes für sich nutzt und Milliarden an Deviseneinnahmen ins Ausland schafft, übrigens auch in Mitgliedstaaten der EU.

Die Menschen in Gabun haben uns bei der Wahlbeobachtung freudig begrüßt – das haben einige meiner Kollegen schon gesagt. Sie hofften, dass die Wahl frei und fair verlaufen werde. Wir sind es den Bürgern Gabuns einfach schuldig, dass wir ihr Vertrauen rechtfertigen und mit allen politischen Mitteln darauf dringen, dass dem demokratisch geäußerten Willen des Volkes von Gabun gefolgt wird, notfalls auch mit Sanktionen.

Zu bedauern ist, dass die Afrikanische Union ausgerechnet den Präsidenten des Tschad, Idriss Déby, zum Vermittler in Gabun einsetzt. Er ist nicht gerade ein Zeuge für gerechte und freie Wahlen in seinem eigenen Land.

 
  
MPphoto
 

  Eduard Kukan (PPE). – Madam President, it is with great regret that we follow the news of the post-electoral violence in Gabon. It should be reiterated that all political leaders have their responsibility in Gabon to maintain peace in the post-electoral environment. The EU is ready to contribute to this process.

No electoral process is completed without transparent post-electoral mechanisms. Transparency is one of the fundamental principles of free, fair and competitive elections, and must also be ensured in the days after the election day. In the case of Gabon, this needed to be ensured by publishing the results of the voting stations and by a transparent appeal process. This also applies to the current complaint procedures at the constitutional court. I am sure that our observation mission, which operates under the highest international standards, will continue to observe the situation and we can rely on their report and recommendations.

 
  
 

Catch-the-eye procedure

 
  
MPphoto
 

  Νότης Μαριάς ( ECR). – Κυρία πρόεδρε, η πρόσφατη ανακοίνωση της επανεκλογής του Προέδρου Αλί Μπονγκό για μια τρίτη θητεία στην Γκαμπόν ήταν η αιτία για να προκληθούν βίαια επεισόδια στη χώρα με τουλάχιστον χίλιες εκατό συλλήψεις και τρεις θανάτους Παράλληλα, η αντιπολίτευση, αμφισβητώντας τα εκλογικά αποτελέσματα, ζήτησε την επανακαταμέτρηση των ψήφων χωρίς ωστόσο να γίνει δεκτό το αίτημά της.

Επιπλέον, παρά το γεγονός ότι η Γκαμπόν θεωρείται η χώρα με τον υψηλότερο δείκτη ανάπτυξης στην υποσαχάρια Αφρική, δεν είναι η πρώτη φορά που παρατηρούνται τέτοιες συγκρούσεις Συγκεκριμένα, αντίστοιχα επεισόδια είχαν λάβει χώρα στην Γκαμπόν και το 2009, αμέσως μετά την ανακοίνωση των εκλογικών αποτελεσμάτων. Επομένως, απέναντι στην έκρυθμη μετεκλογική κατάσταση που επικρατεί στη χώρα, η Ένωση θα πρέπει να συμβάλει στην αποκατάσταση της δημοκρατικής ομαλότητας στην Γκαμπόν, στην τήρηση των ανθρωπίνων δικαιωμάτων, και στον σεβασμό των δημοκρατικών ελευθεριών.

 
  
 

(End of catch-the-eye procedure)

 
  
MPphoto
 

  Federica Mogherini, Vice-President of the Commission/High Representative of the Union for Foreign Affairs and Security Policy. – Madam President, I would like to say that, for once, I think we are all very much united, first of all in understanding and supporting the role that we have. Sometimes we forget it. Sometimes we focus on our own limits or divisions – and, for sure, we have both limits and divisions – but when we look at the work the European Union does from the outside, with the eyes of the citizens of Gabon who were welcoming our mission, we recognise how relevant our work is, how important our values are, how powerful our instruments are, and how much expectation as well as how much change we can bring to peoples’ and countries’ lives. Maybe it is also useful to remind ourselves about this when we debate our own internal affairs back home.

I would like to sum up, so it is not really a reply, it is more a sharing, I think – thanking very much first of all Mariya Gabriel for her work, all the colleagues here who expressed common views on the situation, and also the European Parliament as a whole for its important role. I have to admit that sometimes we forget how important our EU missions are on the ground. This is really a key part of our common work that I appreciate very much.

On the situation, I have seen that our analysis coincides. These coming days, I agree, are crucial, especially in relation to the process ongoing at the Constitutional Court. We will look at what is happening and follow and monitor the situation in these critical hours and days extremely carefully, and I know that you will do the same. I believe that this will have an impact: it will be important for the people of Gabon to know that this House is following developments with such attention and that we are committed to continuing to follow this in a very careful way.

We all share a common interests in finding a rapid, peaceful and just solution to this post-electoral crisis, as all of you mentioned, and we will ensure continued full support for our mission still on the ground. Thank you also for reminding us that we still have staff on the ground who need to continue their work in proper conditions, and we need to guarantee that – not only but especially – on the ground. So we will keep monitoring the situation in every dimension and I am sure you will do so too.

It is going to be very important that we keep each other in line and updated and continue to exchange, as we have done all over these difficult weeks in a very good way.

Let me express once again our full appreciation for Parliament’s role in this respect, your leadership and capacity to lead a difficult mission. Also, a last point: some of you mentioned the role that is, or should be, there for the African Union. I have said, and I will reiterate, that there is plenty of scope for the African Union to play a leading role in Africa. It is not an easy one but it is an important one, and our role there is to support the African Union in this respect, and also to support the African Union and the African Union countries in the difficult task of upholding the principles that they have set for themselves. Sometimes, as we know well, it is a challenging exercise, but I am sure that the African Union and its Member States have the means to live up to the expectations of their own people.

 
  
 

President. The debate is closed.

 

12. VN-bijeenkomst op hoog niveau over de aanpak van grote stromen vluchtelingen en migranten (debat)
Video van de redevoeringen
 

President. The next item is the debate on the statement by the Vice-President of the Commission/High Representative of the Union for Foreign Affairs and Security Policy on the UN High-level Summit on addressing large movements of refugees and migrants (2016/2878(RSP)).

 
  
MPphoto
 

  Federica Mogherini, VPC/HR. – Madam President, first of all, thank you for this debate. I know that you are always surprised to have a ‘thank you for this debate’, but I really think that it is important that we have issues on the agenda regularly and I have always noticed that the European Parliament has kept a constant focus on migration. I am sure you will remember this very well: just two years ago, migration was very low on our common European agenda, both here in Europe and globally, and this year it will be one of, or maybe the, central issue of the UN General Assembly.

So let me say, maybe it’s stating the obvious today, but looking backwards, it was not obvious at that time. There is a new global awareness and an understanding that migration can only be dealt with as a global issue. It is not an issue for one country or another, it is a global issue that needs a global response. And this is happening, this new global awareness, also because there is a new European awareness. We came a bit late, but we got there. So for sure this is linked to the magnitude of the phenomenon that touched the European continent, but I would say that finally we woke up to the ‘new normal’ of global migratory trends and in the last months I believe we have shaped an adequate external policy to manage this complex phenomenon on a global level.

So our approach is feeding into the global approach in the last months in quite a significant way. Our work in the European Union, especially on our external site, is becoming in these months, in these weeks, a point of reference for the global community. And again if I look back and think that when I took office less than two years ago migration was not even an issue or a topic for the Foreign Affairs Council, we have come quite a long way.

Today, we have some – some – elements of our policy that are points of reference for the global response, to the need to manage together the migratory flows. Operation Sophia has been repeatedly endorsed by the United Nations Security Council resolutions. The same concept of migration compacts or migration partnerships that we have started last June is reflected in and will be central to our discussions next week in New York in the General Assembly ministerial week.

The declaration for refugees and migrants that we will adopt in New York is consistent with many of the actions we are currently putting in place – currently and finally I would say, putting in place. The declaration sets out an immediate comprehensive refugee response framework, which should lead to a global compact for refugees. This parallel of global compacts with our compacts, our partnerships, I believe are the result of European thinking that was somehow contaminated by, and contaminated itself, the global thinking in quite a relevant way. In parallel it outlines the process towards a truly global management of migrations with a future compact for safe, regular and orderly migration.

So the logic is to look beyond the current ‘refugee crisis’ as we have called it in the last year, realising that this is not only something that is happening here and now in our region, but is, as I said, the new normal of global trends. We have to look beyond this crisis approach. We even need to look beyond the other refugee crises happening in other parts of the world, with countries such as Ethiopia or Kenya hosting huge numbers of displaced people.

Migration will stay with us, and this is I know something that some of you in this room, and some of our citizens, do not like to hear, but this is a simple reality of today’s world. In a world of 7 billion people with rising inequalities, with dramatically diverse demographic trends, migration is the new normal; and if properly managed, let me remind you of something that is also some of you might not like to hear, and some of our citizens might not like to hear, but if properly managed it can bring about great opportunities for those who leave, for those who stay and for those who welcome.

And we need to face also with a certain realism our own European demographic trends and realise that we need and we will continue to need migration. So it is not something we need to stop, it is something we need to manage, and manage properly in an orderly way, in a way that is respectful of human rights and can become mutually beneficial.

So this is not simply about how we manage our frontiers. This is something that touches on many different other aspects, much more in-depth. We need investments, first of all, and both on refugees and on the wider issue of migration our Union is finally investing new resources in innovative ways – and I will come to that in a moment.

But I want to be very clear. I started with things I am proud of, the things that we are bringing to the global stage, our concept of partnerships, of compacts, or investment. In our response to the refugee crisis and the migratory phenomenon there is also a lot I am really not proud of, and I will be also clear about that. I am not proud of the hate campaign we have seen around Europe, I am not proud of the walls. I am not proud of discriminations based on race or religion. And we have to be clear also on that if we want to be credible on the global scene.

I believe many were caught by surprise when the refugee crisis arrived in Europe to such an extent. I understand that many are scared. But we have also shown that we can manage both the emergency and the long-term challenge.

So to go back to the things I’m proud of, because I believe that in these times we need a bit to focus also on what we’re good at: I’m proud of the unity we have shown in creating and running together Operation Sophia. I’m proud of the lives we’ve saved. I’m proud that we’ve mobilised incredible resources, especially to build schools and hospitals but especially on education for refugees. I’m proud that we’re finding innovative tools, from debit cards to the migration compacts, to help millions of refugees in Turkey, Jordan and Lebanon.

And the same goes for our long-term approach. This is something I’m finally proud of. The world is changing fast and we couldn’t just stick to the old way of doing things. So we’ve started to change the way of doing our things. I know that most of the debate around this has been focused, in our Member States in particular, on the issue of returns and readmissions, and that is indeed part of our policies. But readmission, obviously, is important to move towards a better system for human mobility, to make it sustainable, providing better channels for legal migration, and discouraging or preventing dangerous travels through the desert or at sea.

I remember we had a very heated exchange here in this Chamber a couple of months ago about this, and I always recall that I witnessed myself first-hand the great work we do in countries like Ethiopia for the reintegration of women who were reduced to slavery after they fled their home country. So this is something we always have to keep in mind, and something I’m proud of.

But as I said, readmissions are only one part of our approach, and I would say maybe not the fundamental one. Because if anyone believes that we can solve the issue of migration by sending everyone back, that person needs a reality check and would be proven to be wrong. We need to work hard within the countries of origin and to look beyond the short term.

As I said, readmissions and returns are an important part of our policy, but it is only one part. We need to look at the causes of the huge migratory movements we’re facing in the world, and we need to tackle them where they are. This is the reason why we are investing in a new approach based on partnership.

As I see our African friends are now truly willing to engage with us and to take responsibility, with a new true commitment to a common shared approach to manage migration properly and together, we’re opening somehow a new chapter, I think, based on partnership. And this is not happening without a reason. There is this global awareness shaping up between those who understand that migration is there to stay and has to be managed together. And this is the new global context we are living in. This new global context also requires from our side creativity, respect and the ability to bring about new instruments.

Public resources alone will never be sufficient, in an era of harder financial constraints even more so, but our funds can help mobilise private investors and international institutions towards shared strategic goals, and this is the core idea behind our new External Investment Plan which we have just established today. European firms are already employing hundreds of thousands of people, in Africa but also in our neighbouring countries, generating wealth both in those continents, in those countries, and here at home. But to expand business or to move into a new country, often a very difficult one, they need security and protection from risks, be it financial, legal or due to instability. So we can provide them with a guarantee, and this is what the new investment plan will do. We are getting to establish new tools for dealing with an unprecedented challenge, we are changing our mind-sets, and this is quite difficult to do but finally I believe we might get there. We’re building new partnerships beyond the traditional fault lines, beyond a donor-recipient mentality, beyond the traditional divide between public and private, and even beyond the North and South divide, because we are together in this, so that’s why the partnership approach is so crucial.

Ultimately we are calling for a global partnership to deal with migration, and the UN summit will be an important step in this direction. This can be the beginning of a new path, also for the UN approach to migration and refugees. But for the first time in history, 193 countries will gather together and commit to a common approach to migration. And this is already a major achievement, determined also, I would say mainly through the contribution of the European Union.

Now we will need to ensure that intentions are turned into actions, and that our European Union process feeds into a global engagement to shape up the world’s migration system. We do count also on Parliament to make this a reality, and to continue engaging with us on the follow-up to the UN summit in New York. It is an opportunity, it is an opportunity that Europeans cannot miss, and Europe can and must lead the process, also following up the UN summit in New York towards a global partnership on migration.

But let me stress here again, we can play this key role on the international, global level on creating this new global compact for migration, first if we are consistent internally, second if we are united in this approach. And here comes also the role of Parliament. I believe that no matter if you come from the right or the left, from Portugal or Finland, or from the far East or the far West of the European Union, we all share an interest to make migration managed, properly managed and sustainable, and to invest in our neighbours’ development, and when I say neighbours I include the whole continent of Africa which is our neighbour. So I really count on your support. But more than that, let me say, I count on your work. And I especially look forward to reading your report to move towards a system for human mobility that is fit for the 21st century.

(Applause)

 
  
MPphoto
 

  Mariya Gabriel, au nom du groupe PPE. – Madame la Présidente, Madame la Haute représentante, chers collègues, permettez-moi d'en venir directement au fond du sujet, au-delà de l'importance même de la convocation de ce sommet.

Je souhaite souligner certains aspects sur lesquels l'Union européenne devrait insister lors du sommet. Premier point, l'aide internationale doit être renforcée pour les communautés d'accueil. Cet engagement du sommet devra se concrétiser au plus vite et à un niveau suffisant dans la crise actuelle des réfugiés syriens.

Deuxièmement, je me réjouis qu'une place importante soit faite aux femmes réfugiées non seulement en tant que personnes vulnérables, mais aussi en tant que porteuses de changement et d'avenir. Favoriser l'autonomisation des femmes, c'est investir dans la reconstruction et la stabilisation du pays d'origine.

Ensuite, je trouve encourageant que la gestion des frontières et le démantèlement des réseaux criminels de trafic des migrants soient pris au sérieux. Il nous faut mécanisme clair pour la coopération entre les pays d'origine, de transit et de destination. Renseignements et analyse des routes, contrôle des frontières et perspectives d'avenir pour les migrants sont trois éléments clés pour promouvoir l'immigration sûre, fluide et régulière.

Quatrième remarque: le document du sommet doit être renforcé concernant les causes profondes et l'anticipation des mouvements. Je pense notamment à la prévention des conflits et aux effets du changement climatique sur les mouvements de personnes.

Enfin, le projet de document reconnaît les initiatives régionales existantes telles que les processus de Rabat et de Khartoum et le plan d'action de La Valette. L'UE doit s'assurer qu'effectivement ces initiatives seront pleinement prises en compte au niveau global et un calendrier clair assorti pour la mise en œuvre sera le bienvenu.

 
  
MPphoto
 

  Elena Valenciano, en nombre del Grupo S&D. – Señora Presidenta, muchas gracias, señora Alta Representante. Tal y como se afirma en la declaración, que será aprobada en Nueva York, los fenómenos migratorios no son nuevos, han existido a lo largo de toda la historia y, por cierto, han sido un elemento imprescindible en el progreso humano.

Es cierto que hoy el mundo vive un momento extraordinario y por eso mismo tenemos que responder con acciones extraordinarias, como esta Cumbre de las Naciones Unidas, que debe ser una cita histórica para que estemos a la altura de las circunstancias y necesidades actuales y, tal vez, a la altura de la respuesta que se dio hace más de seis décadas, cuando la comunidad internacional supo firmar la Convención sobre el Estatuto de los Refugiados, crear el ACNUR, crear la Organización Internacional para las Migraciones.

Pero quiero subrayar la necesidad de que esto se aborde desde una perspectiva humana. Parece mentira que haya que recordarlo, pero así es. Humana, que sitúe la protección de los derechos humanos en el centro de su acción, sin que importe el estatus personal: los migrantes, los refugiados son seres humanos, eso es lo que son. Y la Unión Europea, como decía la Alta Representante, debe jugar un papel de liderazgo.

Tal vez seríamos más visibles si diéramos mejor ejemplo con nuestras prácticas, si cumpliéramos con la palabra dada y con nuestras propias normas. Pero sabemos también dónde está el verdadero problema y sabemos de los esfuerzos de la Comisión y de la Alta Representante.

El verdadero problema de esta Unión, que se está resquebrajando, es la acción insolidaria de muchísimos Gobiernos de los Estados miembros, descoordinada, miope y muchas veces desleal. Esto tenemos que resolverlo dentro.

La cita en Nueva York, el 19 de septiembre, y la Cumbre del día después con el Presidente Obama deben marcar un antes y un después. Deben ser el inicio de una respuesta global a un fenómeno que es global, el de la movilidad humana —de eso hablamos, de la movilidad humana—, que, por el bien de todos, debemos ordenar, respetar y gestionar de forma solidaria para ser todos más dignos.

 
  
MPphoto
 

  Charles Tannock, on behalf of the ECR Group. – Madam President, last year over a million people arrived on the shores of Europe from Africa, the Middle East and beyond, an unprecedented figure that has focused the debate. This can lead some to view this as an isolated and regional phenomenon rather than a global issue, but we only have to look at Jordan and Lebanon to realise that mass movements are occurring across the globe.

It is a mistake, however, to believe that the patterns, motivations and effects are always the same. As has always been the case throughout human history, military conflicts of course make individuals flee for safety just as horrible regimes encourage those to escape persecution.

But seeking better employment and economic prospects is also no less of a natural motivation to move elsewhere. However, as poverty levels decrease across the world, the financial means for more and more people in the developing world to do this increases.

In my view, the 1951 UN Convention on Refugees is no longer adequate or fit for purposes. In my opinion, we need to accommodate this emerging phenomenon, particularly in a world of mass communications and accentuated wealth disparity, by looking at the Convention again. It is therefore imperative for the UN Summit to look at this, in addition to state building, sustainable development and conflict prevention.

 
  
MPphoto
 

  Cecilia Wikström, on behalf of the ALDE Group. – Madam President, according to the UNHCR, more than 85% of the 60 million refugees in the world live in developing countries. That should be kept in mind when we are discussing the 1.5 million refugees who made it last year to this continent. Migration is a global issue and therefore I am very happy that the United Nations has now decided to call for the summit next week. I am personally happy to lead the LIBE delegation there. I look forward to working closely with the Commission and European players in ensuring its success.

Europe has a proud history of granting asylum and defending the fundamental rights of migrants. During these last years, however, we have seen how rising tides of xenophobia and populism have also had a detrimental effect on the European debate. We have unfortunately seen how principles of asylum law, such as the respect of non-refoulement, the right to family reunification and the right to apply for asylum have come under pressure in the European Union as well. During the summit I hope that we can once again unite around the principles of humanity and tolerance that were the basis for the creation of the Geneva Convention and other international standards for the protection of refugees.

We must also be much better at tackling the root causes that force people to flee in the first place. But, as long as there are human beings who need protection, those of us who are lucky enough to live in places that people flee to rather than from, need to take our responsibilities seriously. Again I encourage all of us in the global approach to migration and I am happy that we are, as a delegation, participating in the UN summit.

(The speaker agreed to take a blue-card question under Rule 162(8))

 
  
MPphoto
 

  Tibor Szanyi (S&D), Kékkártyás kérdés. – Képviselő Asszony, Ön említette, hogy örül, hogy részese lehet ennek a delegációnak. 19-ig azért nagyon-nagyon kevés idő van. És azt is említette persze, hogy itt az Európai Unió tagországain belül sem egyértelmű a kérdéshez való hozzáállás, de – és ez egy őszinte kérdés – mit fog Ön válaszolni egy olyan kérdésre, hogy jó-jó, vannak tagországi kormányok, amelyek csúnyán viselkednek, de mit tesz a többi tagállam e renitens tagállamokkal szemben?

 
  
MPphoto
 

  Cecilia Wikström (ALDE), blue-card answer. – I would respond that we are in the process, it is work in progress that we are now trying to shape up a good policy for migration and refugees, where every Member State has to take its part of the responsibility. I am personally the rapporteur for the Dublin Regulation that is under reform at this moment, and I am happy to convey a message that Europe prevails, a humanitarian continent, a humanitarian Union, and that the good principles still do prevail even if they are challenged from time to time.

 
  
MPphoto
 

  Marie-Christine Vergiat, au nom du groupe GUE/NGL. – Madame la Présidente, ce sommet de l'ONU est effectivement un sommet d'espoir. Depuis des mois, l'ONU et ses différentes instances alertent sur la situation des migrants, et le moins que l'on puisse dire, c'est que les États les plus riches du monde ne sont pas à la hauteur.

Le nombre de réfugiés, plus encore de déplacés, atteint des chiffres inégalés. Parmi eux, un nombre insupportable d'enfants. Cinquante millions, selon l'Unicef, ont fui guerre, conflits internes, misère, changement climatique et, plus largement, environnementaux, car la main de l'homme est souvent derrière nombres de catastrophes naturelles.

Les États membres répondent par toujours plus de demandes de contrôles aux frontières et de chasse aux migrants dits économiques alors que la frontière entre réfugiés et migrants est de plus en plus difficile à établir et que la migration légale vers l'Union européenne diminue. L'année dernière, un million de personnes, dont plus d'un tiers d'enfants, ont traversé la Méditerranée, 0,2 % de de la population européenne contre 20 % au Liban par exemple.

Madame la Haute représentante, même le mécanisme de relocalisation ne marche pas, moins de 5 000 personnes accueillies en un an, pour 160 000 annoncées. À ce rythme-là, il faudra plus de 30 ans pour atteindre l'objectif fixé pour 2 ans – qui est loin d'être à la hauteur des besoins – et il y aura en fin d'année plus de morts en Méditerranée que l'année dernière.

Je n'ai pas le temps de parler des conséquences des mobilisations de toutes les politiques extérieures de l'Union, des accords de partenariat économique, du Fonds européen de développement utilisé pour l'externalisation de la gestion des frontières, y compris avec les pires dictatures, notamment de la Corne de l'Afrique. Un exemple: 50 Soudanais renvoyés récemment d'Italie directement vers le Soudan.

L'ONU appelle à la responsabilité et à la solidarité. L'Union européenne doit veiller à ce que ses États membres passent à des actions qui soient réellement conformes aux besoins mondiaux, notamment en Afrique où, je le rappelle, 85 % des migrations sont intra-africaines.

 
  
MPphoto
 

  Bodil Valero, för Verts/ALE-gruppen. – Fru talman! Jag hade hoppats att vi hade haft både en debatt och en resolution idag eller under veckan, så att vi också kunde ge vår input till FN-mötet här från parlamentet. Men en debatt är bättre än ingenting alls.

När de stora strömmarna flyktingar från krigets Syrien började anlända till Europa stod vi med byxorna nere. Det fanns ingen beredskap, och det visade sig också att vissa länder inte visade någon som helst solidaritet vare sig med flyktingarna eller med andra medlemsstater. Med dåligt beredda ad hoc-åtgärder försökte vi lösa akuta problem. Därför är FN-mötet så viktigt. Vi måste lösa denna fråga gemensamt.

Omkring 60 miljoner människor i världen befinner sig ju på flykt, inte bara från krig, utan även från fattigdom, politiskt förtryck, klimatpåverkan. Om vi inte på allvar tar itu med grundorsakerna, så kommer de bara att bli fler och fler.

De som flyr fattigdom är inte mindre värda än de som flyr krig, men de har inget rättsligt skydd. Det är dessa människor som medlemsstaterna nu snabbt vill skicka hem igen. Till fortsatt fattigdom, till fortsatt förtryck, till fortsatt torka. De kommer inte att försvinna bara för att vi väljer att ta emot bara de vi enligt Genève-konventionen måste ta emot. Risken är att vi skapar stora grupper papperslösa i Europa framöver och i världen.

De flesta lämnar faktiskt inte sina hem för att de vill utan för att de måste. Om vi menar allvar, måste vi börja med att hjälpa människor att slippa migrera när de inte vill det – både när det gäller dem som flyr fattigdom och dem som flyr krig.

 
  
MPphoto
 

  James Carver, on behalf of the EFDD Group. – Madam President, I am pleased that the UN General Assembly will shortly be debating the issue of migration and refugees, as this matter must be looked at from a truly global perspective.

There are many international laws and norms that clarify refugee rights, and these must be adhered to by all nations. Last summer’s tragic waste of life could have been avoided if Chancellor Merkel had not made the reckless decision to open Germany, and thus the rest of the Schengen area, to all who could physically make it to its borders. As we know, the wave of people taking up this call also allowed for infiltration from terrorists opposed to Western values. President Erdoğan has used the migration crisis to pull the European Union’s strings. Many concessions have been made, notably in visa liberalisation and Turkish EU accession talks. Opinion polls in Hungary show 70% to 80% opposition to this migration deal. The EU must learn to respect the opinions of such citizens or risk further fragmentation.

Now the UK is looking beyond the European Union, the need for mutual cooperation and cordial relations is nowhere more apparent than in affairs of migration and refugees. The UK, France and the Republic of Ireland must continue to cooperate effectively on our mutual borders and avoid any unnecessary and punitive restrictions on UK-EU travel arrangements.

 
  
MPphoto
 

  Gerolf Annemans, namens de ENF-Fractie. – Ja, mevrouw de commissaris, staat u mij toe. Ik ben het niet met u eens. Als u zegt dat we immigratie nodig hebben, dan ben ik het niet met u eens. Stop alstublieft met de new speak en met het gebruik van het woord “vluchtelingen”. Vanmorgen zijn in Sleeswijk-Holstein en Nedersaksen zogenaamde vluchtelingen uit hun vluchtelingenkamp gehaald, omdat het IS-terroristen bleken te zijn. Ook Die Welt am Sonntag heeft in het weekend in een reportage onthuld dat Irakezen en Syriërs met hun reiskoffer naar hun land terugreizen, hoewel ze hier als vluchteling geregistreerd zijn. Ik ben niet diegene die zegt dat alle immigranten terroristen zijn, maar houdt u alstublieft op met te zeggen dat het allemaal vluchtelingen zijn. Natuurlijk, u hebt dat morele sausje nodig: vluchtelingen, het redden van levens op zee en dergelijke meer. Maar het zou minder hypocriet en eerlijker van u zijn indien u gewoon de waarheid zou zeggen, namelijk: “Wij van de Europese Commissie hebben over de hoofden van u, Europese burgers, beslist een volksvervanging te organiseren. Wij hebben beslist dat u ongevraagd met een immigratie te maken krijgt, de grootste en de wildste immigratie en de massa-immigratie met de grootste impact uit de geschiedenis van dit continent.” Dat zou u moeten zeggen. Daarvoor zou u de eerlijkheid moeten hebben en daartoe roep ik u op.

 
  
MPphoto
 

  Λάμπρος Φουντούλης ( NI). – Κυρία πρόεδρε, είναι τουλάχιστον θετικό το γεγονός ότι έχετε αρχίσει να παραδέχεστε ως πρόβλημα που χρειάζεται λύση τις μαζικές μετακινήσεις προσφύγων και λαθρομεταναστών. Ακούγαμε πολλούς πολιτικούς ηγέτες, ακόμα και μέσα σε αυτήν εδώ την αίθουσα, να λένε πως οι μετανάστες θα λύσουν το πρόβλημα της γήρανσης των λαών της Ευρώπης, πως θα συμβάλουν στην οικονομική μας ανάπτυξη. Θα θυμάστε και εσείς ασφαλώς τις στημένες γραφικές εκδηλώσεις με τα συνθήματα στη Γερμανία «καλώς ήρθατε πρόσφυγες». Τα αποτελέσματα των πρόσφατων εκλογών σε κάποιες ευρωπαϊκές χώρες μας δείχνουν πως οι λαοί έχουν διαφορετική άποψη από αυτήν που θα θέλατε να έχουν. Φοβισμένοι λοιπόν μην τυχόν χάσετε τις έδρες και τα προνόμιά σας, αρχίσατε πλέον να αντιμετωπίζετε την κατάσταση όπως πραγματικά είναι. Βασισμένοι σε ιδεολογικές εμμονές, προσπαθείτε να δώσετε μια προπαγανδιστική και όχι ανθρωπιστική λύση, ενώ στην πράξη συνεχίζεται η αθρόα και παράνομη προσέλευση απελπισμένων από κάθε γωνιά της υφηλίου.

Αρχικά, όσον αφορά τις πρόσφυγες, ο χαρακτηρισμός αυτός πρέπει να δίνεται σε όσους προβλέπεται αλλά να ισχύει μόνο στη χώρα υποδοχής. Να μη γίνονται χώρες, όπως η Ελλάδα και η Ιταλία, αποθήκες ανθρώπινων ψυχών. Ως χώρα υποδοχής δεν μπορεί να είναι άλλη από την πρώτη χώρα στην οποία εισέρχονται οι πρόσφυγες. Όλες οι χώρες πρέπει να συνεισφέρουν οικονομικά στα έξοδα που απαιτούνται ώστε να τους εξασφαλίζεται μια ανθρώπινη διαβίωση για όσον καιρό παραμένουν εκεί, και να ασκούν πολιτικές πιέσεις με σκοπό τον τερματισμό της κατάστασης που τους ανάγκασε να γίνουν πρόσφυγες. Όνειρο του κάθε πρόσφυγα είναι να επιστρέψει στην πατρίδα του. Οι οικονομικοί μετανάστες να μπορούν να έρχονται μόνο μετά από την εκδήλωση ενδιαφέροντος, οι δε παράνομοι θα πρέπει αμέσως να απελαύνονται πίσω στις χώρες τους. Εάν δεν σταματήσουν οι πόλεμοι και επιτρέπουμε στις μεγάλες εταιρείες να εκμεταλλεύονται απάνθρωπα τους λαούς των αναπτυσσόμενων χωρών δεν θα μπορέσει ποτέ να υπάρξει πραγματική λύση.

 
  
MPphoto
 

  Jiří Pospíšil (PPE). – Paní předsedající, paní vysoká představitelko, já jsem si se zájmem poslechl Vaše vystoupení k tomuto bodu. Já jsem osobně velmi rád, že se koná takovýto summit, který má řešit příčiny migrace a nejenom důsledky a následná opatření. Zde, na půdě Evropského parlamentu, v zásadě pouze debatujeme o tom, jak řešit následky migračních vln, a to zkrátka je málo, protože následnými opatřeními migraci nikdy nevyřešíme, ani její toky nesnížíme.

Jsem přesvědčen, že klíčem má být práce se zeměmi, odkud migranti primárně přicházejí. Bude nutné mít cílené investice do těchto zemí, pomáhat lidem v zemích tak, aby neměli důvod k velkým migračním vlnám. Bude to velmi složité najít konkrétní podobu, zvláště když se podíváme třeba na dnešní dopolední jednání, byla zde debata o svěřeneckém fondu pro Afriku, kde zkrátka chybí peníze. Takže najít konkrétní řešení, jak pomoci zemím, odkud lidé migrují, to má být podle mne cílem Vašeho jednání na summitu.

 
  
MPphoto
 

  Ana Gomes (S&D). – Senhora Presidente, a Cimeira das Nações Unidas sobre Refugiados e Migrantes será teste à cooperação para responder ao maior desafio global que enfrentamos: o de valer a milhões de pessoas forçadas a deixar os seus países em busca de proteção e dignidade.

Governos europeus - uns mais que outros - não têm estado à altura das suas obrigações morais e legais como membros da União Europeia. Refugiados e migrantes estão a sofrer às portas da Europa e em solo europeu horrendas violações dos direitos humanos, em especial mulheres e menores desacompanhados. Milhares entregam as suas vidas a redes de traficantes e de outra criminalidade organizada, que os nossos governos fazem prosperar ao recusar abrir vias legais e seguras para quem precisa de pedir asilo ou trabalho. Assim se põe em causa não apenas a credibilidade, mas, realmente, a própria segurança da Europa.

O processo de recolocação decidido pelo Conselho Europeu marca passo, só 3 000 de 160 000 pessoas foram reinstaladas. Há seis meses que um grupo de 470 Yazidis desespera perto de Idomeni, Grécia, por chegar a Portugal, que reitera poder recebê-los.

O pacto UE-Turquia fomenta a abertura de novas rotas de negócio para os traficantes e implica deportar pessoas impedidas sequer de pedir asilo ou reunificação familiar.

Como se não bastasse, a União quer replicar o modelo com regimes causadores da opressão e da miséria de que fogem refugiados e migrantes - como o da Etiópia que está a matar desbragadamente etíopes, Senhora Alta Representante, perante o silêncio cúmplice da União Europeia.

Construir muros, como anunciado em Calais, para além do desperdício de recursos, é ineficaz e vai contra tudo aquilo que a União Europeia representa.

 
  
MPphoto
 

  Nathalie Griesbeck (ALDE). – Madame la Présidente, Madame la Haute représentante, ce sommet est une grande première, mais il ne doit pas rester lettre morte. Pour cela, la question clé est de réussir à en faire un véritable tournant face aux défis migratoires pour que cette approche, pour la première fois mondiale, permette de faire évoluer les dirigeants, évoluer les comportements, comme vous l'avez rappelé dans votre propos introductif.

Les dirigeants du monde y seront nombreux et, en même temps, ils refusent, pour la plupart, depuis des mois, l'accueil des réfugiés syriens, notamment en Europe. Ils refusent de participer à la relocalisation et à la réinstallation. Pour mémoire, en 2015, 8 500 personnes ont été réinstallées en Europe.

Il faut, Madame la Haute représentante, faire de ce sommet le pas important, le pas dont vous parliez, de cette approche globale et non le transformer en un bal des hypocrites, parce qu'il faut un message clair, des réponses concrètes, pour éviter que cela ne ressemble à une mascarade. Nous sommes nombreux à compter sur vous à New York.

 
  
MPphoto
 

  Ska Keller (Verts/ALE). – Madam President, of course this summit will be a great opportunity to talk about resettlement, and resettlement is a good thing. It is something we should do and, of course, we should do it well. But I think it would be a mistake if we, the European Union, were to go to the summit and say ‘Hey, we are doing great, you should do more!’ because we should not forget that other regions of the world are carrying a much larger share of the responsibility. Think of poorer countries like Lebanon, think of countries like Pakistan that host a huge population of refugees, while we as Europeans, a rich continent with 500 million inhabitants, are not even able to host one million refugees – which I think is a big shame.

So we should not be finger-pointing, we should instead look at ourselves and see how can we do more and what can we do better, and I think there is a lot of room for improvement.

One of the issues that it would be good to reconsider is the fact that money is indeed needed, but that we need fresh money, not money already earmarked for certain projects that are not going to be done, or just calculated into the resettlement effort. We should be honest with ourselves here.

 
  
MPphoto
 

  Kristina Winberg (EFDD). – Fru talman! Aldrig någonsin har vi skådat den folkvandring som nu sker till Europa. Försöken att stoppa den kommer inte att lyckas, eftersom ni har fel om grundorsaken till varför det sker nu. Det är ingen slump att en så stor del av migranterna tar sig till Sverige och Tyskland. Våra förmånliga bidragssystem, kombinerat med inkompetenta ledare, som utan att tänka sig för välkomnar hela världen till våra länder, har skapat denna kris.

Nu har vi i Europa istället hamnat i en situation där vi blir utpressade av Turkiet. Dessutom lägger vi fram idiotiska förslag om tvångsmekanismer samt tar bort medlemsstaternas rätt till självbestämmande kring invandringen. Ni pratar ständigt om solidaritet, men vi i Sverige vet vad er solidaritet innebär. Vi tar alltid hand om era problem i slutändan och betalar mest till EU-budgeten per invånare av alla.

Det är dags för er att börja tänka på de riktiga flyktingarna, på plats, utan att blanda ihop dem med ekonomiska migranter.

 
  
MPphoto
 

  Mario Borghezio (ENF). – Signora Presidente, onorevoli colleghi, ci è voluta questa straordinaria crisi migratoria per aprire gli occhi e far aprire gli occhi all'Unione europea e decidere finalmente la politica che noi chiediamo da sempre, quella di aiutare questi popoli nei loro paesi e magari stroncare questo traffico immondo di esseri umani che si chiama l'immigrazione asservita ai grandi interessi.

Possiamo domandare domani al Dalai Lama cosa pensa dell'immigrazione, lo ha detto in dieci interviste: è sradicamento di popoli, quindi si può avere un'idea diversa dell'immigrazione senza essere né razzisti né xenofobi, perché il Dalai Lama non è né razzista né xenofobo, né è assimilabile a questi giudizi il documento importantissimo che in Italia tre presidenti delle regioni maggiormente toccate, tre regioni del Nord, hanno stilato – lo farò avere all'Alto rappresentante – che indica alcuni punti. È un documento equilibrato, che affronta in maniera laica, ma intelligente e costruttiva, l'emergenza immigrazione.

Bisogna riconoscere questo stato di emergenza, il fatto che lo sbarco dei clandestini attraverso le carrette del mare è un metodo sbagliato che serve solo ai trafficanti. Adesso scopriamo la tragedia dell'espianto di organi, una vergogna che dovrebbe essere combattuta militarmente dall'Europa, bisogna sostenere politiche di contrasto dei traffici e creare centri di raccolta, di identificazione e di assistenza anche in Africa.

Per essere contrari a questa immigrazione si ha diritto a non essere tacciati, come fra le righe ho sentito dal discorso della signora Mogherini, di essere il minimo di razzismo. Noi rifiutiamo questa cosa, che riteniamo indegna di una forza politica, indegna del nostro onore. Noi siamo contrari a questa immigrazione che significa traffico di carne umana, espianto di organi, traffici di mafia che voi non avete saputo combattere adeguatamente. Era ora che si cominciasse ad aiutare i popoli africani e non a servire gli interessi delle grandi banche e delle multinazionali. Era ora!

 
  
MPphoto
 

  Linda McAvan (S&D). – Madam President, like colleagues here, I welcome this summit. It is a first, and let us hope it leads to some concrete results and that these two compacts will actually lead to change and to new players being brought into both humanitarian aid and development aid.

I think Ska Keller is right that we should go for a certain humility though. We do not have a perfect track record on refugee policy, and 86% of refugees live in the poorest countries on the planet, not in Europe. As you said, Ms Mogherini, it is only in recent years that we have begun to take this issue seriously, as refugees started landing on our shores. We were not particularly bothered until that point. But you have also spoken about the need for a long—term approach and I hope that is something we will take into account when we develop the appropriate instruments.

This morning we voted on the Africa Trust Fund in this Parliament, and the key message from our resolution is that we need to keep an eye on long-term development, on reducing poverty and reducing inequalities, on gender equality, tackling climate change and improving the lives and the economic and social well-being of people in the world’s poorest countries.

We have got to be very careful not to divert funding into things like border controls or to use our development policy as a kind of carrot and stick, introducing a new kind of creeping conditionality into it, linked to returns and border controls. I think you get that, Ms Mogherini, but I think there are some in our Member States who do not get it at all. They see the EU development budget as an endless pot of money which they can dip into for their new ideas. But we will not tackle the refugee crisis and the migration crisis by cutting development funding. So I think your approach on partnership is the right one and I hope you will be able to stick to it.

 
  
MPphoto
 

  Eva Joly (Verts/ALE). – Madame la Présidente, Madame la Haute représentante, ce sommet des Nations unies représente une occasion unique pour instaurer un système plus solidaire au niveau international, ce dont nous avons grandement besoin car la crise que nous traversons actuellement n'est pas une crise des réfugiés mais bien une crise de l'accueil des réfugiés.

Alors que moins d'une dizaine de pays accueillent à eux seuls la moitié des réfugiés, il est urgent que les États s'engagent à un meilleur partage des responsabilités. J'espère que l'Union européenne défendra une position ambitieuse et solidaire accompagnée d'objectifs chiffrés et de mesures concrètes. Sans cela, nous savons malheureusement que les États se détourneront bien trop vite de leurs belles promesses.

Ce sommet doit également être l'occasion d'affirmer que l'aide au développement ne doit pas être conditionnée à des objectifs de gestion de frontières. L'aide au développement vise à combattre la pauvreté et les inégalités, pas à renforcer le contrôle aux frontières pour empêcher des populations de quitter le pays.

J'espère que les pays de l'Union européenne sauront être à la hauteur des enjeux de ce sommet.

 
  
MPphoto
 

  Jean-Luc Schaffhauser (ENF). – Madame la Présidente, Madame la Commissaire, chers collègues, nous avons à dire la vérité aux Nations unies sur l'immigration économique illégale.

Nous devons abandonner cette vision iréniste de l'immigration au détriment du droit, des droits de nos peuples, mais aussi des peuples des pays d'envoi, qui perdent leur force vive économique.

Nous devons abandonner cette connivence entre l'immigration illégale et l'économie du profit maximum qui exploite les illégaux.

Nous devons abandonner le soutien indirect aux filières des mafias et groupes criminels et la soumission, entre autres, au satrape Erdoğan.

Ces faits seront-ils entendus? Je ne le sais, car nous avons une vision d'un monde de la mobilité, d'un monde généralisé où les pays ne sont plus que des hôtels d'un monde ouvert, mais cet hôtel devient un monde de passe pour les trafiquants et les criminels.

 
  
MPphoto
 

  Josef Weidenholzer (S&D). – Frau Präsidentin! Der UN-Gipfel ist ein sehr wichtiges Ereignis, vielleicht das wichtigste Ereignis im zu Ende gehenden Jahr. Er steht in der Tradition einer jahrzehntelangen Arbeit der Vereinten Nationen – UNHCR, UNRWA usw. – , und es ist gut, dass in einer Zeit, wo die Welt aus den Fugen zu geraten scheint und die Flüchtlingsbewegung zunimmt und viele Menschen dadurch auch verunsichert sind, die Völkergemeinschaft eine strukturierte Diskussion über mehr Koordination und einen besseren Schutz der individuellen Rechte beginnt.

Es geht um zwei Phänomene beim Gipfel. Es geht um Migration – ein Phänomen, das es zwar immer gegeben hat, das aber in der globalisierten Ökonomie eine ganz besondere Bedeutung hat. Und es ist wichtig, dass Migration nicht nur als Belastung, sondern auch als eine Chance für die Gastländer und für die Menschen gesehen wird. Und deshalb muss sie politisch gestaltet werden. Mit der steigenden Zahl der Flüchtlinge ist es auch wichtig, sich dieses Themas besonders anzunehmen. Das ist keine freiwillige Migration.

Und wir sollten uns darum bemühen, die Situation in den Flüchtlingslagern zu verbessern, über Schutzzonen zu diskutieren und darüber, wie wir sie organisieren können, über eine bessere Finanzierung – vor allem sollten die zugesagten Mittel auch wirklich eintreffen. Und es ist auch wichtig, dass wir über die Organisation von resettlement reden, über Quoten, über humanitäre Einreisekorridore und Kontingente, weil das die beste Garantie dafür ist, dass Menschen nicht auf hoher See ertrinken.

 
  
MPphoto
 

  Barbara Lochbihler (Verts/ALE). – Frau Präsidentin, sehr geehrte Hohe Vertreterin! Dieser UN—Gipfel zu Migration ist sicher auch eine Gelegenheit, die derzeitige EU—Flüchtlingspolitik auf den Prüfstand zu stellen. Und da gibt es Bereiche, auf die wir überhaupt nicht stolz sein können, wie Sie, Frau Mogherini, anfangs eben auch den Begriff „stolz“ eingesetzt haben. Der EU—Türkei—Deal zum Beispiel war von Anfang an aus völker- und menschenrechtlicher Sicht höchst fragwürdig. Und es ist mehr als offensichtlich, dass die EU hiermit das Ziel verfolgt, dass weniger Menschen bei uns Schutz finden. Nun hat die EU-Kommission angekündigt, den EU-Türkei-Deal zur Blaupause zu nehmen – vermutlich erneut am Europäischen Parlament vorbei –, um vergleichbare Verträge mit weiteren Drittstaaten abzuschließen, und dies trotz zum Teil katastrophaler Menschenrechtsbilanz vor Ort. Ana Gomes hat einige Länderbeispiele hier zitiert.

Die Vorschläge der Kommission stehen teilweise also in eklatantem Widerspruch zu Artikel 21 der europäischen Verträge. Sie verletzen völker- und menschenrechtliche Normen. Deshalb warne ich eindringlich davor, gerade diese Vorschläge als Lösungsansätze auf globaler Ebene einzubringen.

 
  
MPphoto
 

  Pier Antonio Panzeri (S&D). – Signora Presidente, onorevoli colleghi, bisogna ammetterlo: l'Unione europea si è fatta trovare impreparata un anno fa quando flussi misti di rifugiati e migranti da est e da sud hanno raggiunto il continente europeo, chi spinto dalla guerra, dalle persecuzioni, e chi dalla ricerca di opportunità migliori.

Io penso che il vertice della settimana prossima servirà a ricordare a noi europei che questo non è un fenomeno circoscritto, che colpisce solo le nostre coste o i nostri confini. I grandi movimenti di persone, rifugiati e migranti, sono un evento globale e richiedono quindi un approccio di pari livello. E dove discutere di soluzioni globali se non in sede di Nazioni Unite, il forum più adatto a rinnovare fermamente i valori di dignità e uguaglianza di ogni individuo?

Io ritengo che per affrontare al meglio questi spostamenti di persone, i governi debbano avere chiara la differenza tra la figura del rifugiato e quella del migrante, non nel trattamento dell'essere umano, bensì nella formazione di politiche più adatte, più appropriate, misure di emergenza per situazioni straordinarie nel caso dei rifugiati e provvedimenti a lungo termine per la gestione del flusso migratorio.

Io mi auguro che i leader mondiali siano consapevoli dell'esigenza di creare un sistema più responsabile, basato sul cambio di paradigma proposto dall'Assemblea generale, ovvero il passaggio dalla condivisione di pesi alla condivisione di responsabilità nella gestione di grandi movimenti di persone.

 
  
MPphoto
 

  Eugen Freund (S&D). – Madam President, I am totally behind the concept of a holistic approach to migration and the refugee movement, and also the debate on that important issue at the United Nations. What I have to observe critically though is the timing. Today, we have about 60 million people regarded as refugees. Ten years ago that number stood at about 37 million so it has almost doubled in that short timespan.

We could have, and should have, acted much sooner. It is crystal clear that action – decisive action – cannot wait any longer. Another point which is important to me is that one third of all people fleeing are children. I am counting on you, Ms Mogherini, to ensure that the debate in New York will concern itself particularly with that tragic aspect. We must not forget, we cannot forget, we cannot afford to forget those most vulnerable.

 
  
MPphoto
 

  Elly Schlein (S&D). – Signora Presidente, onorevoli colleghi, sarò anch'io al vertice di New York, e se da un lato è positivo che segni una nuova consapevolezza che si tratta di una sfida globale che, come dice l'Alto rappresentante, necessita di una risposta globale, dall'altro il summit si profila purtroppo come un'occasione mancata.

È saltato l'impegno dei paesi più ricchi ad accogliere il 10% del totale dei rifugiati, richiesta avanzata dallo stesso Ban Ki-moon. Non vi è alcun accordo concreto, ma solo auspici e buone intenzioni; inoltre viene rinviata l'adozione dei due Global Compact al 2018, ma le persone che fuggono non possono aspettare due anni, così come i paesi in via di sviluppo, che stanno facendo i maggiori sforzi.

Solo 27 Stati hanno programmi regolari di reinsediamento nel mondo. Certo, anche noi saremmo più credibili nel chiedere una condivisione globale degli sforzi se intanto dessimo il buon esempio al nostro interno. Un anno fa, i governi europei si erano impegnati sui reinsediamenti e sui 160 000 ricollocamenti, e ne hanno effettuati poche migliaia, mentre il Canada, ad esempio, in quattro mesi reinsediava 25 000 siriani, mostrando che quello europeo non è un problema di numeri o di mezzi, ma solo ed esclusivamente di volontà politica.

 
  
MPphoto
 

  Νίκος Ανδρουλάκης ( S&D). – Κυρία Πρόεδρε, σύμφωνα με τα στοιχεία του ΟΗΕ, σε παγκόσμιο επίπεδο υπάρχουν 65 εκατομμύρια εκτοπισμένοι και προσφυγές και 244 εκατομμύρια μετανάστες. Το ασταθές γεωπολιτικό και οικονομικό περιβάλλον, οι συνέπειες της κλιματικής αλλαγής και η δημογραφική έκρηξη στις χώρες της Αφρικής μας οδηγούν στο συμπέρασμα ότι τα στοιχεία αυτά θα αυξηθούν περαιτέρω τα επόμενα χρόνια. Γι’ αυτό είναι σημαντική η διάσκεψη του ΟΗΕ για την προετοιμασία σε μετάβαση μιας εποχής πολύ υψηλής ανθρώπινης κινητικότητας. Εύχομαι όμως να μην μείνουμε στα λόγια και να προχωρήσουμε στις πράξεις σε σχέση και με αυτά που κάναμε εμείς ως Ευρώπη. Χαρακτηριστικό παράδειγμα είναι το πρόγραμμα μετεγκατάστασης, το οποίο φυτοζωεί: μόλις 3677 πρόσφυγες, από τους 6400 έχουν πάει από την Ελλάδα σε άλλες χώρες. Τρία κράτη μέλη δεν έχουν πάρει ούτε έναν πρόσφυγα και δύο κράτη μέλη δεν έχουν δηλώσει καν διαθεσιμότητα. Εάν δεν υπάρχει ολοκληρωμένο σχέδιο, σχέδιο αλληλεγγύης σεβόμενο τα ανθρώπινα δικαιώματα αλλά και την κοινωνική συνοχή και ασφάλεια των πολιτών, θα ζήσουμε την επέλαση της μισαλλοδοξίας, είτε με επέκταση της ισχύος αυτών καθαυτών των εκπροσώπων της, όπως η κυρία Λεπέν, είτε με την υιοθέτηση των ιδεών τους μέσω της συντηρητικής στροφής των σημερινών κυβερνήσεων.

 
  
 

Procedura „catch the eye”

 
  
MPphoto
 

  László Tőkés (PPE). – Elnök Asszony, a szeptember végi ENSZ-csúcstalálkozónak hivatalbóli vezérszónoka lesz az a Zeid Raad el-Husszein jordániai herceg, az ENSZ emberi jogi főbiztosa, aki egyik legutóbbi megszólalásakor Orbán Viktor miniszterelnököt azon „populistának” nevezett politikusok közé sorolta, akiknek „ideológiája közel áll az Iszlám Állam szellemiségéhez”. Néhány napra rá Jean Asselborn luxemburgi külügyminiszter a küszöbön álló magyarországi kvótareferendum kapcsán hasonló nemtelen támadást intézett miniszterelnökünk ellen, egyenesen Magyarország kizárását kezdeményezve az Európai Unióból. Az egymásra találó muzulmán és európai előítélet és elfogultság ezen hazug és ellenséges támadásait visszautasítva, tisztelettel kérem a Parlamentet, személy szerint pedig Federica Mogherini alelnökasszonyt, hogy vegyék védelmükbe az igaztalanul megvádolt Orbán Viktor miniszterelnököt és az Unió tagországaként a nemzeti szuverenitásához ragaszkodó Magyarországot.

 
  
MPphoto
 

  Caterina Chinnici (S&D). – Signora Presidente, onorevoli colleghi, con riferimento al vertice organizzato dalle Nazioni Unite, guardo con interesse agli incontri dedicati al settore privato che si terranno a margine del summit. Trovo significativo tale spazio in quanto sappiamo che l'apporto fornito dalle ONG si è dimostrato indispensabile per svolgere funzioni di assistenza e di soccorso che le istituzioni e le autorità locali, per mancanza di risorse o limiti di mandato, non sempre possono fornire; il loro ruolo e contributo va riconosciuto e incentivato.

Auspico sinceramente che nel prossimo vertice si possano trovare soluzioni condivise, sostenibili e di lunga durata sulla drammatica situazione del movimento di migranti e rifugiati, così da colmare quel deficit di solidarietà e di responsabilità che in Europa, purtroppo anche in tempi recenti, si è registrato. E a mio avviso, la nostra più grande responsabilità riguarda i minori non accompagnati. È necessario, e per questo sappiamo di poter contare su di lei, signora Mogherini, portare il dramma dei minori non accompagnati nell'ambito delle discussioni del summit per far sì che la tutela dei bambini diventi una priorità, sempre e dovunque.

 
  
MPphoto
 

  Илхан Кючюк (ALDE). – Г-жо Председател, уважаема г-жо Върховен представител, уважаеми колеги, огромните миграционни вълни са глобалният феномен на това десетилетие и за тях няма национално решение. Ето защо считам, че форумът на високо равнище, който ще се проведе под егидата на ООН, е от съществено значение. Ние трябва да имаме водеща роля в него като една от най-засегнатите страни, но също така и най-големият донор на хуманитарна помощ в света.

За пръв път ще се съберат държавни лидери, неправителствени организации и всички заинтересовани страни в търсенето на отговор на бежанската криза. Европейският съюз трябва да работи за съставянето на силна политическа декларация, която да е основата на глобална и ефективна рамка за сътрудничество, базираща се на споделената отговорност за приемане на бежанци и мигранти.

Смятам, че този форум е и историческа възможност да се противопоставим на ксенофобията и езика на омразата, под които най-често попадат бежанците и мигрантите, и същевременно да потърсим глобалната формула за тяхната интеграция в свободните демократични общества.

 
  
MPphoto
 

  Σοφία Σακοράφα ( GUE/NGL). – Κυρία εκπρόσωπε, στις 19 του μήνα, όπως είπατε, θα πραγματοποιηθεί γενική συνέλευση των Ηνωμένων Εθνών, η πρώτη Διεθνής Διάσκεψη σε επίπεδο αρχηγών και κυβερνήσεων για το προσφυγικό. Όλοι μιλάνε για σημαντική ιστορική ευκαιρία ώστε να καταλήξουμε επιτέλους σε ένα ολοκληρωμένο σχέδιο για την αντιμετώπιση των προσφυγικών ροών. Αναρωτιέμαι τι θα υποστηρίξουν η ηγέτες της Ευρώπης μεθαύριο γιατί, όπως είπατε και εσείς, αυτοί που θα μιλήσουν για αλληλεγγύη είναι οι ίδιοι που αρνούνται να δεχθούν πρόσφυγες στις χώρες τους. Αυτοί που θα μιλήσουν για δίκαιο καταμερισμό ευθυνών, είναι οι ίδιοι που, έπειτα από έναν ολόκληρο χρόνο, έχουν πραγματοποιήσει λιγότερο από το πέντε τοις εκατό του περίφημου μηχανισμού ανακατανομής. Αυτοί που θα υπερασπίζονται ασφαλείς και ομαλές προσφυγικές ροές, είναι οι ίδιοι που χτίζουν τείχη και δημόσια παρακαλούν τους πρόσφυγες να μην έρχονται στην Ευρώπη. Άλλωστε, μόλις προχθές, ο Πρόεδρος του Ευρωπαϊκού Συμβουλίου μας ξεκαθάρισε πως η πρακτική ικανότητα της Ευρώπης των είκοσι επτά κρατών και των πεντακοσίων εκατομμυρίων πολιτών να φιλοξενήσει νέα κύματα προσφύγων, για να μην αναφέρουμε τους παράτυπους οικονομικούς μετανάστες, βρίσκεται κοντά στο όριο. Γι’ αυτά τί θα κάνετε κυρία εκπρόσωπε; Σ’ αυτό θέλω να μου απαντήσετε.

 
  
MPphoto
 

  Afzal Khan (S&D). – Mr President, I welcome the summit but it appears that the historic opportunity to find a desperately needed global solution to the crisis has been lost. Some governments are rejecting the plan to resettle 10% of the world’s refugees annually and have delayed any chance of a deal until 2018. We cannot allow the politics of fear to paralyse us and allow this humanitarian crisis and suffering go on.

Policies focused on deterrents and building walls are doomed to fail. Europe must redouble its efforts in addressing the sources of the refugee crisis and not just the symptoms. This means providing more support to developing countries to get refugees access to employment and education opportunities.

However, maintaining aid is not enough. One in five people in Lebanon are refugees. By comparison, there is one refugee for every 530 people in the UK. We must step up the responsibility sharing, not responsibility shifting. War and instability, poverty and climate change all mean that people will keep trying to come to Europe in search of refuge or a better life. Only if we act globally can we find effective and lasting solutions to this crisis. Europe must lead the way and set an example.

 
  
 

(End of catch-the-eye procedure)

 
  
MPphoto
 

  Federica Mogherini, High Representative of the Union for Foreign Affairs and Security Policy/Vice-President of the Commission. – Madam President, many of you called – well, some of you called – in this room for us to tell the truth, so let’s try to do this exercise once again together.

First, as some of you mentioned, migration or human mobility is part of the history of mankind. To tell the truth mankind itself is the result of human mobility, and maybe we should keep that a bit in mind. Coming from some countries this might be easier to remember, for others maybe a little bit difficult, but all of us, all of us, are the result of human mobility: truth number one.

Second truth, others are doing more than the European Union is doing, you were saying this perfectly well. This is not a European phenomenon, and even less a European crisis. If you look at the movements of people inside Africa, inside Asia, they are much bigger than the movements of people towards Europe from these two continents, not only combined but also taken alone. And wherever you go in Africa or in Asia, every single country, or almost every single country, is itself at the same time a country of origin, a country of destination and a country of transit. So we have to get a little bit out, in our public debate, of this Eurocentric approach that we are at the centre of the flows of the whole world, and realise that indeed there are many other countries in the world, most of the time countries that are living in conditions that are much more difficult than ours from an economic point of view, from a climate point of view, from a conflict point of view, that are doing much more than we are doing. And indeed that we can lead by example, if we are able to provide some good examples – and let me tell you in some fields we are not. I mentioned things which I am not particularly proud of, but we are in some other fields capable of leading by example.

And let me tell you, on a personal note, I had the occasion of briefing the UN Security Council twice, this year and last year, on the EU policies on migration and I have noticed a radical change in the attitude of our global partners to our response, or our policies on both refugee and migration, which means that probably – let me put it this way a bit bluntly – last year we woke up. We woke up in what was for many a surprise, not for me personally, not for many in this room, but for many of us was a sudden wake-up. And this year we managed to elaborate or to react to this shock and put in place policies – finally.

I often told you, I told you at the beginning of our debate today, to me it was a shock when I came in, moving from my time being an Italian minister to the position of High Representative, that migration was not on the table of the Foreign Affairs Council. It was a purely internal matter, as if we had to tackle this issue only from an internal point of view, but where are these people coming from? So we come from there. Two years ago, this was not an issue, if not an issue of interior ministers only, so in two years I think we have come a long way.

Third truth: there are things where we can lead by example. There are solutions we can find only if we do it together, as Europeans and globally. And what we can try to do is to manage this complex phenomenon in all these different aspects. I will come to the different aspects in a moment, but let me stress one point that I think Mr Panzeri mentioned. I refer to this as the need to manage a complex phenomenon. I will never, never personally call this a problem or a burden, because it is people. It is people with names, stories, even when we do not see the photos, it is people. So the language we use is important, the respect we pay to persons is important, especially to children, and the point on non-accompanied children is one that we will for sure bring up in New York.

We have to keep that in mind also when the photos are not on the front line, on the front page of the newspapers, and let me tell you with sadness and shock, I never understand the fact that those that claim our Christian identity the most are also those who are the first to forget the word and the message of Pope Francis on migration and refugees. This is a mystery to me.

So we can do things to manage this phenomenon together, as Europeans and globally. It is different aspects of things we need to do. On the refugees, it is the urgency of supporting globally, first on resettlement programmes, something good, something we need to do more, something we need to encourage our partners to do more, and also financial support, which is what we are doing the most.

We need, on migration, to work on the implementation of the SDGs, on Agenda 2030, on investments in countries of origin and transit. I am glad to hear also from the right side of the Chamber tonight that indeed there is support also from that side to increase our budget for development policies. This is news to me, welcome news, and I think that will need to be tested with coherent and consistent voting, but this is good news if we realise that investing long-term in the economic and social development of countries from where people are coming, is indeed a major step forward in our own policies.

Then, we also need to work very much on dismantling the smugglers and the people traffickers. This is what we are trying to do at sea. This is also what we are trying to do with our partners in some countries, in full respect of human rights, and in coordination with the IOM and with UNHCR. This goes together with opening regular channels for migration. The more we open regular channels for migration, the more we manage to discourage the irregular channels, thus preventing the loss of lives at sea and on land, especially in the desert.

And here let me mention we have to work with partners more and more. I mentioned the UNHCR and the IOM. The summit in New York will be essential in this respect, the role of civil society and NGOs is crucial, as is the role of local authorities also here in Europe, in so many cases they are doing much more the national governments, let me tell you.

So we need a partnership approach, also internally probably, to put together different strengths, and I will close by saying that indeed the role of the European Parliament’s delegation in New York at the summit will be important. We will meet there and I hope that we will manage to pass on together this message, knowing that it is a political fight, and that we have taken some steps forward in the last two years, in the last year in particular, and that I think we will need to continue working together using this window of opportunity.

I would not call the UN summit that is coming ahead an exercise that has its limits. Let’s go, let’s go and bring our inputs, let’s go and test our own policies. Let’s go and meet our partners, let’s go and try to build these global partnerships and with a sense of the limits, but also with a sense of hope that this phenomenon can be managed. I thank you very much and I am continuously counting on the European Parliament’s support and work in this respect.

(Applause)

 
  
 

President. The debate is closed.

 
  
MPphoto
 
 

  Agustín Díaz de Mera García Consuegra (PPE), por escrito. – Doy la bienvenida a la Cumbre de alto nivel de Naciones Unidas relativa a los grandes movimientos de refugiados y migrantes y al acuerdo político alcanzado por 193 Estados. Agradezco especialmente que haya un compromiso que se centre en las dos vertientes: por un lado, los refugiados y, por otro, la migración segura, ordenada y regular. Era absolutamente fundamental que todos los países se unieran para dar una respuesta global a un problema que así es. Acojo con satisfacción la creación de un sistema más responsable, predecible y solidario, con una responsabilidad compartida. Para todo ello, juega y jugará un papel clave el ACNUR, como iniciador y desarrollador de la respuesta, pero en coordinación con todos los demás actores, como los Estados receptores, las entidades locales y nacionales, las organizaciones internacionales, etc. El ACNUR no puede hacer frente al problema en solitario. Por lo tanto, aplaudo la voluntad de estos 193 países de dar un enfoque global a esta crisis, pero espero no se quede en eso, en simple voluntad. Debemos estudiar a fondo las causas que generan estos movimientos masivos de población, para poder anticiparnos, y tomarlo como un reto de desarrollo y no exclusivamente humanitario.

 
  
MPphoto
 
 

  Филиз Хюсменова (ALDE), в писмена форма. – Уважаеми г-н Председател, приветствам организирането за първи път на среща на върха на ООН, посветена на бежанците и миграцията, и приемането на глобална рамка за справяне с проблема. Действително, миграционната ситуация в съседство на Европа не бива да бъде разглеждана като изолиран, регионален проблем, а като глобално предизвикателство с дълбоки корени, което има нужда от трайни решения.

Настоящата хуманитарна ситуация налага колективен политически отговор и споделени международни ангажименти. За да можем да изискваме повече солидарност на световно равнище, пример за това трябва да бъде даден и от Европейския Съюз и неговите държави членки – чрез преодоляването на настоящата криза на солидарността и пълно споделяне на отговорност по отношение на бежанците.

 
  
MPphoto
 
 

  João Pimenta Lopes (GUE/NGL), por escrito. – Os representantes dos Estados-Membros e da União Europeia têm um contributo muito significativo para esta cimeira. O silêncio!

O silêncio da vergonha de quem tem responsabilidades na desestabilização e na guerra, particularmente na região do Norte de África e Médio Oriente. O silêncio da vergonha de quem tolera e patrocina muros nas fronteiras de vários países europeus, de que são exemplos recentes a Hungria e a França. O silêncio da vergonha de quem responde militarmente a uma gravíssima crise humanitária, de quem permitiu que o Mediterrâneo se tornasse numa autêntica vala comum. Mais de 10000 mortos em 3 anos!

O silêncio da vergonha de quem todos os dias espezinha em solo europeu os direitos humanos e criou autênticos campos de concentração. Envergonhem-se com a agenda xenófoba e racista que têm promovido e que alimenta vagas de descriminação, o recrudescimento da extrema-direita e do fascismo! Demitam-se de dar lições sobre direitos humanos ou sobre a resposta ao drama e às necessidades dos refugiados, pois não têm nenhumas para dar!

 
  
MPphoto
 
 

  Kati Piri (S&D), schriftelijk. – Met wereldwijd bijna 60 miljoen mensen op de vlucht is het goed dat de VN bij elkaar komt om te praten over de grote uitdagingen rond wereldwijde migratie. Maar grote uitdagingen vragen om ambitieuze oplossingen, die ik helaas niet terugzie in de voorlopige conclusies van de top. Omdat de VN-landen het niet eens kunnen worden over grootschalige hervestiging, wordt besloten om het er volgend jaar nog maar eens over te hebben, maar er is nu een oplossing nodig voor miljoenen mensen die recht hebben op internationale bescherming.

De Europese Commissie stelt voor om 20 000 mensen per jaar te hervestigen in Europa, maar ik zou Federica Mogherini willen vragen om deze ambitie bij te stellen, en pleit voor het hervestigen van minstens 100 000 kwetsbare vluchtelingen per jaar. De EU moet het voortouw nemen en haar humanitaire plicht nakomen door het goede voorbeeld te geven, namelijk: werk maken van grootschalige hervestiging van de meest kwetsbare vluchtelingen én door middel van herverdeling een eind maken aan de afschuwelijke omstandigheden in Griekenland en Italië.

 

13. De betrekkingen tussen de EU en Tunesië in de huidige regionale context (debat)
Video van de redevoeringen
 

President. The next item is the report by Fabio Massimo Castaldo, on behalf of the Committee on Foreign Affairs, on EU relations with Tunisia in the current regional context (2015/2273(INI)) (A8—0249/2016).

 
  
MPphoto
 

  Fabio Massimo Castaldo, relatore. – Signora Presidente, onorevoli colleghi, 2011 – solo cinque anni fa in molti salutavano con ingenuo entusiasmo le cosiddette "primavere arabe" tramutatesi precocemente in "inverni islamici". La disperazione ha preso il posto del sogno, la paura si è sostituita all'ottimismo, la violenza ha occupato quelle piazze in cui prima si manifestava pacificamente.

Quello che allora era il paese capofila delle aspirazioni democratiche del mondo arabo, oggi, in un Nord Africa e un Medio Oriente dilaniati da guerre civili e terrorismo, incalzati dal ritorno di uomini forti e da una perdurante instabilità economica, politica e sociale, assurge al ruolo di ultima speranza, di unica fiaccola nell'oscurità: quella speranza si chiama Tunisia.

Purtroppo, le sue recenti conquiste costituiscono un'architettura estremamente fragile che necessita protezione in primis da parte di noi europei, suoi immediati vicini. A questo scopo, insieme ai colleghi relatori ombra – che ringrazio sentitamente per gli importanti contributi proposti e per lo spirito estremamente costruttivo che ha animato ogni fase del nostro lavoro – ho affrontato i pilastri del consolidamento definitivo di un partenariato e di una cooperazione che vogliamo solidi, duraturi e fruttuosi per ambo le parti, su un piede di uguaglianza e di parità.

Sviluppo economico e sicurezza sono inscindibili. La minaccia terroristica si nutre proprio di molti giovani che, delusi dall'assenza di risposte immediate alle forti aspettative suscitate dalla rivoluzione dei gelsomini, finiscono per essere facile preda per i reclutatori delle organizzazioni terroristiche, alimentando il triste primato tunisino del numero di foreign fighters. La Libia è lì, a un passo, così come l'intera regione del Sahel e il suo perenne stato preinsurrezionale, in cui le bande armate jihadiste violano con facilità le frontiere.

Dall'altro lato, la difficile situazione economica e finanziaria del paese, con un debito pubblico giunto ormai al 62% del PIL, con un ulteriore calo del turismo del 15%, ci pone dinanzi alla necessità di intervenire tempestivamente. Senza una vera inclusione sociale, senza una lotta energica alla disoccupazione, vinceremo forse qualche battaglia ma perderemo la rivoluzione.

Per questo nella relazione chiediamo un aumento deciso dei fondi dello strumento europeo di vicinato e il coordinamento degli aiuti degli altri donatori. Saluto con favore le recenti dichiarazioni dell'Alto rappresentante, che più volte ha espresso la volontà di procedere in tal senso già nel prossimo anno. Bisogna però avere il coraggio di affrontare con sincerità il nodo della sostenibilità del debito tunisino, frutto odioso peraltro degli anni della dittatura. È necessario puntare alla riconversione in progetti di investimento, in particolare sfruttando l'enorme potenziale del paese nel campo delle rinnovabili e ricucendo le disparità regionali, particolarmente evidenti nel sud e nell'ovest del paese.

Il senso di responsabilità e l'impegno non difettano certo ai tunisini, che continuano ad agire, nonostante alcune fisiologiche turbolenze, con rara comunanza di intenti. L'accordo di Cartagine ha portato alla creazione di un nuovo esecutivo di unità nazionale, aperto anche alla società civile. Il primo ministro Youssef Chahed ha davanti a sé la sfida enorme di tradurre in realtà le riforme necessarie da un lato alla ripresa socioeconomica del paese, in particolare partendo dalla pubblica amministrazione e da un efficace piano anticorruzione, e dall'altro alla difesa dell'ordine pubblico e della sicurezza, che sia tanto efficace quanto conforme ai principi costituzionali e allo Stato di diritto – un equilibrio difficile.

Davanti all'Unione e a tutti noi europei c'è invece il non meno importante dovere di essere all'altezza delle aspettative che abbiamo suscitato e alimentato. Oltre agli aiuti economici, dobbiamo incoraggiare la mobilità circolare, le facilitazioni dei visti, specie per artisti, studenti e professori, così come ogni forma di partnership nel settore della cultura.

La stabilità della Tunisia è la nostra stabilità. La prosperità della Tunisia è la nostra prosperità. Per raggiungerle, gli incoraggiamenti – per quanto sinceri – non bastano più, se non sono seguiti da azioni che siano all'altezza delle parole del poeta Abu l-Qasim al-Shabbi, da sempre simbolo della lotta contro l'autoritarismo del mondo arabo, parole divenute infine parte dell'inno nazionale: "Se un giorno il popolo desidererà vivere, allora il destino ascolterà la sua preghiera".

Come europei, come difensori della democrazia, come amici della Tunisia, abbiamo il dovere morale di essere parte del destino del popolo tunisino e di ascoltare la sua preghiera con fraterna solidarietà.

 
  
MPphoto
 

  Federica Mogherini, VP/AR. – Signor Presidente, onorevoli deputati, ringrazio l'on. Castaldo e tutti i colleghi che hanno lavorato a questa relazione che mostra una panoramica davvero completa su un paese fondamentale per l'Europa e per la nostra regione.

La Tunisie n'est pas seulement au centre géographique de la Méditerranée. Comme on l'a dit, elle est un symbole, premièrement d'espoir, d'espoir d'unité, de démocratie pour toute la région, avec beaucoup de problèmes qu'il ne faut pas cacher, mais qu'il faut essayer de régler ensemble. C'est un exemple, c'est un symbole d'espoir et de démocratie, premièrement parce que sa classe politique a préféré la négociation à l'affrontement. Le prix Nobel a reconnu la société civile tunisienne comme un acteur clé de la réconciliation nationale et le principe même de réconciliation nationale est en soi un élément d'espoir et aussi un symbole d'unité pour toute la région.

L'histoire récente du pays est le démenti le plus évident à la prétendue incompatibilité entre islam et démocratie. Pour toutes ces raisons, le succès de la démocratie en Tunisie répond aux intérêts des citoyens européens, de la même manière qu'il répond aux intérêts des citoyens tunisiens et de toute la région

Aujourd'hui, cinq années après la révolution, le pays traverse une phase décisive. Le projet de résolution met en lumière quelques-uns des principaux défis que la Tunisie doit encore relever, y compris la menace terroriste, la radicalisation d'une partie très importante de sa jeunesse, une situation économique difficile et un processus de réformes difficile.

The report also proposes a long and good list of possible actions in support of Tunisia asking to go ‘beyond conventional measures’. So I must say that this approach is exactly the same that we have taken in our global strategy, calling for a full use of all of all our foreign policy instruments in a combined and coherent way.

The report spans from security sector reform to development cooperation. It calls for greater engagement with local actors and with regional organisations, with the private sector as well as with civil society. It focuses on trade, but also on climate change and the fight against desertification, and it endorses the work that Operation Sophia is doing in the Mediterranean, while calling for greater engagement of EU agencies in Tunisia.

So if you look at this list, it is clear that no national government – no-one of us alone – has the tools or the resources to implement such an ambitious plan alone. The plan is good. We need the European Union to make it. So only together, as a true European Union, can we aim this high.

In fact the last year has already marked a very significant step in increasing cooperation between the European Union and Tunisia. In the wake of recent terrorist attacks we have invested EUR 23 million to support Tunisia’s security sector reform. In particular we focused on securing Tunisia’s borders and in strengthening its intelligence services’ capacity to prevent and fight against terrorism.

At the beginning of 2016 Tunisia became the first Arab country to participate fully in our Horizon 2020 research and innovation programme, offering new opportunities for Tunisian researchers and academics. I could not exaggerate the importance of this – of people-to-people contacts – especially for our young people, in our relationship. The negotiations for the readmission and visa facilitation agreements, which will begin in exactly one month, also have the potential to strengthen the legal channels for mobility between Tunisia and Europe, as you just mentioned.

Less than a year ago we launched negotiations towards a Deep and Comprehensive Trade Agreement which could attract huge investments to Tunisia and help restart growth. Another round will take place this autumn. Since the revolution we have doubled our financial assistance to Tunisia and we hope to increase the total envelope by almost a third in 2017.

So the trend is very clear. Our partnership is growing stronger by the day. This trend will be confirmed in the joint communication we are presenting together – myself and Commissioner Hahn. The text is under preparation and will soon be adopted, but I can anticipate that its priority lines will be very much in line with your report and the draft resolution. The communication will be a key instrument for us to engage our institutions – European institutions and Member States – in the support to the Tunisian transition. It will offer a mix of announced financial cooperation and non—financial measures, responding directly to the main axis of the Tunisian five-year development plan.

For this reason we will focus on good governance and the reform of public administration, on security as well as on tackling inequalities and unemployment, particularly among young graduates, because we know very well that is the place where the biggest problem lies. To do so we will keep engaging with Tunisian institutions to support reforms.

Let me just mention the urgent adoption of the Code of Investment and the long-awaited five-year development plan. But we will also look at civil society, the private sector, mayors and local authorities, and especially – let me stress this once again – at Tunisian youth, starting from the Tunisian girls who played such a huge role in the revolution at that time and who are now seeing their dreams fading away.

I believe that, thanks to our work, and to your work, with Tunisia this Parliament has directly witnessed the impact of our policy in the country. Tunisia’s Foreign Minister has recently defined the European Union as ‘the first sponsor of democracy and human rights in the country’. So indeed our engagement there is making a difference in very concrete terms. It is one of those places where we – and only we – can make such a big difference. To all Tunisians the European Union means something good, and if we manage to do something good for the Tunisians we are also going to do something good for the Europeans. I believe that Europe really needs to rediscover this huge potential, this huge transformational power, we have in some parts of our neighbourhood. And our region does indeed need a stronger Europe as a champion of peace and democracy, starting from Tunisia.

Come ha giustamente detto: la stabilità della Tunisia è la nostra stabilità. La sicurezza della Tunisia è la nostra sicurezza. E vorrei aggiungere che la speranza della Tunisia è anche la nostra speranza.

 
  
MPphoto
 

  Lorenzo Cesa, a nome del gruppo PPE. – Signora Presidente, onorevoli colleghi, signora Alto rappresentante, vorrei prima di tutto congratularmi con il collega Castaldo per la relazione che stiamo dibattendo e per il metodo di lavoro assolutamente inclusivo che ha utilizzato, veramente grazie a Castaldo. Sono particolarmente lieto oggi della presenza dell'Alto rappresentante e del Commissario Hahn, che sottolinea l'importanza dell'argomento e che contribuisce ad arricchire il nostro dibattito.

La Tunisia costituisce un esempio di un valido aiuto per i paesi del Maghreb e può ricoprire un ruolo chiave nell'area euromediterranea. Per questo abbiamo sottolineato nel testo con forza il ruolo strategico del paese ed il nostro appoggio al completamento delle riforme e all'attuazione della Costituzione. La relazione che approveremo offre importanti spunti di riflessione: condanniamo gli atti di terrorismo ed esprimiamo una forte solidarietà ad un paese più volte vittima di attacchi che rischiano di indebolire il processo democratico e che hanno forti ripercussioni sull'economia interna dell'area. L'obiettivo dei terroristi è quello di conquistare il paese e gettarlo nella paura. La questione della sicurezza è prioritaria e purtroppo persiste una situazione di gravissima difficoltà.

Non possiamo dimenticarci poi delle questioni migratorie. La realtà, alle porte di casa nostra, è drammatica ed è evidente che da soli non possiamo rispondere a questa emergenza. Credo che l'Unione europea si debba rivolgere a tutti i paesi che si affacciano sul Mediterraneo e che la Tunisia possa svolgere un ruolo determinante.

È nostro desiderio poi individuare interessi condivisi nei settori prioritari d'intervento. La centralità del paese, i notevoli progressi compiuti dalla Tunisia dovranno essere valorizzati e pienamente sostenuti. Diventa necessario ed urgente investire su questo paese: ogni euro speso per la Tunisia è un euro speso anche per la stabilità e la sicurezza della nostra Europa. In questo quadro, fa ben sperare la nascita del nuovo esecutivo dello scorso 29 agosto: una compagine governativa giovane e determinata a compiere la strada del risanamento e del rilancio del paese.

Credo che la convinta approvazione di questa relazione sia il migliore modo per comunicare al popolo tunisino che l'Europa è con loro.

 
  
MPphoto
 

  Pier Antonio Panzeri, a nome del gruppo S&D. – Signora Presidente, onorevoli colleghi, sono convinto come lei, Alto rappresentante, che la Tunisia costituisca una speranza nella regione mediorientale e del Mediterraneo meridionale.

Non voglio parlare di modello, perché pensare che l'esperimento tunisino possa essere replicato con successo in altri contesti simili è oggi un azzardo, perché di fronte ai tanti passi avanti fatti c'è ancora molta strada da fare per evitare che la Tunisia rimanga sospesa tra la voglia di cambiamento – un cambiamento epocale, finalmente strutturale e definitivo, con lo sguardo rivolto al futuro delle nuove generazioni – e le spinte tradizionaliste, sospesa tra una generazione di persone appartenenti al secolo scorso e quel 55% della popolazione che è sotto i trent'anni, sospesa tra un est sviluppato e un ovest decisamente arretrato, e sospesa tra i giovani che vanno in piazza a rivendicare più giustizia sociale e i 3 000 giovani che hanno scelto la causa dell'ISIS.

Questa relazione, che l'onorevole Castaldo ha ben elaborato, indica una strada e gli obiettivi da raggiungere ed è un contributo di questo Parlamento per la stabilizzazione democratica e sociale della Tunisia e insieme ad essa della regione. C'è da augurarsi che il nuovo governo sappia cogliere queste opportunità. Noi ci recheremo la prossima settimana in Tunisia e sarà un'occasione per portare questo messaggio forte del consenso del Parlamento europeo; avremo poi l'occasione della Settimana per la Tunisia organizzata a novembre al Parlamento europeo. In sostanza, noi vogliamo fare un lavoro insieme alle autorità e ai cittadini tunisini perché siamo fortemente interessati ad una Tunisia moderna e democratica.

 
  
MPphoto
 

  Amjad Bashir, on behalf of the ECR Group. – Madam President, firstly I would like to thank the rapporteur for his diligent and comprehensive work on this report. It has focus and presents clear ideas. Our relationship with Tunisia remains pivotal in terms of providing stable government, economic growth and a more pluralistic society. Economic development will be the bedrock of Tunisia’s stability, security and transformation into a successful democracy.

So let us encourage growth within the SME sector, and internal reforms to reduce bureaucracy and stimulate growth. Carefully managed macroeconomic assistance can help, but it must be coupled with tangible microeconomic benefits. In other words, one can build bridges and airports, but training teachers and addressing issues like water shortage is how to really win over the Tunisian man in the street.

It is also essential that we share best security and defence practices in order to help defeat extremists, but let us not forget that without stability in Libya, peace in Tunisia will be difficult to achieve. I support the efforts of the Tunisian Government to modernise and liberalise their economy to meet new domestic, regional and global demands. A strong and diverse economy will create jobs, opportunity and prosperity, allowing the country to achieve its aim of participating fully in the international community.

(The speaker agreed to take a blue-card question under Rule 162(8))

 
  
MPphoto
 

  Afzal Khan (S&D), blue-card question. – Mr Bashir, the question is this: you talked about security and we have heard, even this evening, about the radicalisation of many youths, but we also see that there has been improvement in the situation in Libya, and this relates to the pressure on Daesh and the risk of these people going to regional countries. What regional strategy can we have to help to prevent this?

 
  
MPphoto
 

  Amjad Bashir (ECR), blue-card answer. – I think you ask a very pertinent question, Mr Khan. It reminds me of when I visited the United Nations and Kofi Annan said: security or development, which is more important? He said that development was even more important than security, because if people and youth are gainfully employed they are averse to becoming radicalised and falling into the trap of extremism. So I think we need to support Tunisia by developing it and providing its youth with job opportunities.

 
  
MPphoto
 

  Hilde Vautmans, namens de ALDE-Fractie. – Met dit verslag willen we vanuit het Parlement een belangrijk signaal geven. Laten we de politieke dialoog met ons buurland Tunesië verbeteren en onze samenwerking versterken op het vlak van handel, toerisme, cultuur en, last but not least, de strijd tegen terrorisme. Wij denken dat een ambitieuzer partnerschap mogelijk is. Europa kan maar welvarend en veilig zijn als het ook goed gaat in de buurlanden. Dat is wat we met dit verslag willen bereiken. Op politiek vlak vragen we dat Tunesië zich inzet voor maatregelen tegen foltering, het afschaffen van de doodstraf en het intrekken van een wet die homoseksualiteit verbiedt. Op economisch vlak vinden wij als leden van de ALDE-Fractie het erg belangrijk dat Tunesië zich inzet om de economie te moderniseren en te liberaliseren, om zo meer werkgelegenheid te creëren en aan jonge Tunesiërs kansen te bieden, een perspectief te geven. En dat is erg belangrijk voor mijn derde prioriteit: de strijd tegen terreur. Zoals mevrouw Mogherini ook al zei, ik maak me zorgen, heel grote zorgen over de grote aantallen Tunesische jongeren die zich aansluiten bij Da’esh en andere terroristische groeperingen. We moeten samen met Tunesië die strijd aangaan, ervoor zorgen dat jongeren niet geronseld worden en een plan opstellen wat te doen als ze terugkeren van die landen. Terrorisme is een gedeeld probleem dat we samen moeten aanpakken. Maar wist u, beste collega's, dat Europol zelfs niet in staat is om met Tunesië op dit vlak samen te werken? Tunesië staat niet op de lijst met landen waarmee Europol kan samenwerken. Ik blijf dit een ongelofelijk gemiste kans vinden. Hoe willen wij het in Europa veilig maken als wij niet met al onze Europese buurlanden op dat vlak kunnen samenwerken? Dus alsjeblieft, Commissie en Raad, voeg Tunesië toe aan die lijst met landen en laten we met Europol die strijd aangaan en onze burgers de veiligheid geven die ze verdienen.

 
  
MPphoto
 

  Marie-Christine Vergiat, au nom du groupe GUE/NGL. – Madame la Présidente, merci tout d'abord à notre collègue Fabio Castaldo pour la qualité de son travail et sa volonté de trouver un accord le plus consensuel possible.

La Tunisie en vaut la peine, le peuple tunisien le mérite. Oui, la Tunisie occupe une place toute particulière. En 2011 beaucoup de peuples ont regardé ce qui s'y passait. La Tunisie a soulevé beaucoup d'espoirs et la réussite de sa transition démocratique est plus que jamais un enjeu essentiel, bien au-delà du Maghreb.

Beaucoup de progrès ont été réalisés, notamment grâce à la capacité de mobilisation de sa société civile. Nous l'avons vu notamment avec la Constitution.

Beaucoup reste à faire et les inquiétudes subsistent, notamment sur les jeunes diplômés et les écarts régionaux. Mais aussi sur la question des droits de l'homme, notamment des droits des femmes, sur la question du mariage, la question des droits de succession, les droits des LGBT, la liberté d'expression, la torture, les violences policières, la justice transitionnelle, mais aussi la peine de mort.

Nous devons une vraie solidarité au peuple tunisien, nous ne pouvons nous contenter d'aides conditionnées à des réformes structurelles, tournées vers les intérêts européens, qui aggravent la dette tunisienne.

L'Assemblée des représentants du peuple est saisie d'une proposition de loi signée par quasiment tous les groupes politiques en Tunisie, demandant un audit de la dette tunisienne. Je m'en félicite et j'espère que nous serons nombreux à les soutenir.

La Tunisie a besoin d'un vrai partenariat, pas seulement économique. Un partenariat qui respecte ses intérêts, qui respecte les intérêts de son peuple et notamment de sa jeunesse, à qui nous devons ouvrir les portes dans le cadre d'un vrai accord de mobilité.

 
  
MPphoto
 

  Jordi Sebastià, en nombre del Grupo Verts/ALE. – Señora Presidenta, bienvenido sea, por fin, este informe y muchísimas gracias, por el magnífico trabajo que ha hecho su responsable, el señor Castaldo. El actual presidente de Túnez, Béji Caïd Essebsi, nos dijo a una delegación de este Parlamento —en la que también estaba el ponente— que no hubo una Primavera Árabe, que eso ha sido un invento de los periodistas occidentales. Hubo una Primavera Tunecina. Y es cierto, porque Túnez es el único país de la zona donde se ha dado una revolución popular contra un dictador y donde se han creado unas frágiles estructuras de democracia, que pueden estabilizarse o no. Y ahí Europa tiene muchísimo que decir. Debe implicarse muchísimo más, no solo financieramente sino políticamente. Debe mirar mucho más hacia el sur y ayudar a eliminar esos puntos negros que están lastrando el proceso tunecino. Ya lo han comentado algunos de mis colegas: las restricciones a la libertad de expresión, la legislación contra los grupos LGTBI, las leyes de excepción.

Y para eso, nuestros acuerdos comerciales con Túnez deben priorizar el beneficio mutuo y tener en cuenta que allí tenemos un grandísimo aliado: la sociedad civil. Deben, además, ayudar a aquel país en cuestiones tan básicas para su economía como el desarrollo de energías renovables y la lucha contra la desertización. Y, además, Túnez necesita recuperar, que le ayudemos a recuperar el dinero que el dictador Ben Ali robó y que todavía está oculto en Europa. El futuro de Túnez es también el nuestro. Una oportunidad única para que el Mediterráneo vuelva a ser un mar de encuentro y no ese cementerio en el que se está convirtiendo.

 
  
MPphoto
 

  Cristian Dan Preda (PPE). – Madame la Présidente, je voudrais tout d'abord saluer le rapport de notre collègue Castaldo, qui envoie un message positif à nos partenaires tunisiens.

La Tunisie a fait des progrès remarquables ces cinq dernières années, avec la restauration des libertés, l'organisation d'élections libres et l'adoption d'une nouvelle Constitution. Désormais, le pays est dans la phase la plus délicate de la transition, car il me semble que le défi essentiel est un défi socioéconomique: remettre l'économie tunisienne sur les rails, relancer la croissance et l'emploi, voilà le moyen pour éviter l'explosion de cette bombe à retardement que sont le chômage vécu et le désenchantement ressenti par une majorité de jeunes Tunisiens. Il est évident que la Tunisie se trouve dans une situation géopolitique qui ne l'aide pas du tout, avec notamment l'impact majeur de la crise libyenne.

L'Union européenne a un rôle essentiel à jouer afin d'aider la Tunisie, tout d'abord au niveau économique. Des initiatives telles que le soutien au secteur de l'huile d'olive tunisien sont d'une importance capitale. Il me semble que ceci s'inscrit dans l'esprit de la nouvelle politique de voisinage de l'Union. Il faut que nos instruments soient réactifs et flexibles pour que nous puissions les utiliser quand nous en avons le plus besoin. Je salue la présence du commissaire Hahn qui a œuvré en faveur de cette nouvelle politique de voisinage.

Nous devons également soutenir la Tunisie au niveau sécuritaire, non seulement à travers un partenariat renforcé, mais également en contribuant à la résolution de la crise libyenne.

Je suis content de mentionner le fait que nous accordons ici au Parlement une attention particulière aux relations avec la Tunisie, notamment par la mise en place de la commission parlementaire mixte qui se réunira pour la deuxième fois la semaine prochaine à Tunis. Nous allons travailler en binôme, comme nous l'avons fait avec d'autres pays, notamment le Maroc et l'Algérie, et nous aurons la possibilité de soutenir la Tunisie en tant que modèle pour d'autres pays arabes.

 
  
  

VORSITZ: ULRIKE LUNACEK
Vizepräsidentin

 
  
MPphoto
 

  Victor Boştinaru (S&D). – Signora Presidente, onorevoli colleghi, caro amico Castaldo, ti voglio ringraziare per il tuo lavoro e anche per la tua amicizia verso la Tunisia.

As he underlined in his very balanced report, the post-revolution example of Tunisia is a successful one and we need to do everything within our possibilities to support this new democracy. The stability and security of Tunisia are paramount for the stability and security of the wider region and are fundamental for European security. It is for this reason that Tunisia has been targeted by Daesh, and it is for the same reason that we need to be even closer to, and to support, Tunisia.

Tunisia has suffered heavy consequences in its tourism industry and has also had to use large resources from its still fragile economy for security and military purposes and to face the Libyan refugee crisis. This is not the only reason for the current social and economic situation, but it has certainly contributed to it.

I am glad that this Parliament played an active role in the case of olive oil under macro-financial assistance. We are right in demanding reforms, but we need to give this country and its new Unity Government all the necessary support and tools.

And one final proposal. There is discussion right now about some of the Tunisian people’s assets which used to belong to Ben Ali and are still in European banks and within Member States. Let us do something and send back the assets to their owners, the Tunisian people!

 
  
MPphoto
 

  María Teresa Giménez Barbat (ALDE). – Señora Presidenta, estimados compañeros, se suele decir que Túnez representa un modelo político de transición exitosa hacia la democracia tras la Primavera Árabe en el Magreb. Es así, y lo admiramos.

El principal reto del nuevo Presidente será poner fin a la grave situación de crisis económica y social del país, que representa una amenaza concreta para Túnez, pero también para la seguridad de toda el área euromediterránea.

Reconozco, señor Castaldo, el mérito de haber destacado en su informe que un preocupante número de jóvenes tunecinos son captados por el Estado Islámico o Dáesh.

Numerosos factores contribuyen a que los jóvenes se sientan atraídos por las falsas promesas de los extremistas, y uno de ellos podría ser que un tercio de la población total de Túnez en edad de trabajar no tiene hoy empleo. En este contexto, las protestas de los jóvenes en Túnez son una alarma que Europa tiene que escuchar.

Tenemos que poner en marcha medidas concretas para que la Unión pueda apoyar al país, con políticas dirigidas a los jóvenes para integrarlos en el mercado de trabajo y ayudarlos a planificar sus carreras, e invertir en nuevas empresas, y promover la participación de la mujer en la fuerza laboral del país.

 
  
MPphoto
 

  Mariya Gabriel (PPE). – Madame la Présidente, je voudrais remercier et féliciter le rapporteur Castaldo pour le très bon rapport qui nous est présenté aujourd'hui.

La Tunisie est dans un processus de triple transition, politique, économique et sociale, et doit également faire face à des défis sécuritaires importants. C'est une priorité de la politique de voisinage de l'Union, non seulement en vue d'assurer la poursuite de la transition, mais aussi parce que ce pays a le potentiel de devenir une locomotive de la région méditerranéenne sur plusieurs plans. Des deux côtés, chacun doit faire son travail dans un investissement mutuel à la hauteur des enjeux.

J'insisterai sur trois éléments. Premièrement, les jeunes. Leur participation aux prochaines élections locales est cruciale, tout comme leur inclusion sur le marché du travail. Pour cela, nous le savons, le système éducatif doit pouvoir répondre aux besoins du marché du travail, notamment dans des secteurs à fort potentiel comme l'agriculture ou les énergies renouvelables.

Deuxièmement, l'intégration régionale doit faire partie des objectifs des relations UE-Tunisie, en matière de sécurité d'une part, en lien avec la situation en Libye et la radicalisation, et du point de vue économique d'autre part, il est clair, qu'une plus grande coopération et intégration entre la Tunisie et ses voisins serait bénéfique.

L'approche de l'UE doit aussi prendre davantage cette dimension en compte.

Enfin, je me réjouis que le rapport mette l'accent non seulement sur l'appui financier, mais aussi sur les possibilités opérationnelles pour soutenir la transition tunisienne.

La Commission parlementaire mixte UE-Tunisie, les échanges entre les administrations parlementaires et les administrations locales et le partage d'expériences acquises en matière de développement régional, sont autant d'éléments concrets.

 
  
MPphoto
 

  Gilles Pargneaux (S&D). – Madame la Présidente, Monsieur le Commissaire, tout d'abord félicitations à M. Castaldo pour la qualité de son rapport. Il nous fait là un diagnostic qui doit être à l'origine de mesures concrètes de la part de l'Union européenne, dans le but, comme ma collègue Gabriel l'a rappelé à l'instant, de lutter contre le terrorisme pour la sécurité de la Tunisie. Il y a plus de 500 kilomètres de frontières communes poreuses avec la Libye, il est donc évident qu'il y a là un enjeu sécuritaire que nous devons, nous, Européens, développer en partenariat étroit avec la Tunisie.

Enfin, bien évidemment, il nous faut faire en sorte que nous ayons un partenariat économique, agricole et lié au tourisme. La chute de l'activité principale touristique en Tunisie est mortifère, et donc, la lutte contre le terrorisme, pour la démocratie, pour le développement, c'est une lutte de la Tunisie, mais c'est aussi la lutte des Européennes et des Européens.

 
  
MPphoto
 

  Francisco José Millán Mon (PPE). – Señora Presidenta, felicito, en primer lugar, al señor Castaldo, por su informe tan equilibrado.

Túnez, pese a sus grandes dificultades, es un caso positivo en el marco de las llamadas «primaveras árabes». Ha habido una limitada violencia durante el proceso transicional y, finalmente, un notable grado de consenso entre los diversos actores políticos, que llevó a la aprobación de la Constitución en 2014. El proceso se ha visto ahora reforzado, tras la formación de un nuevo Gobierno de unidad nacional, pese a la inestabilidad regional, en particular la generada por la guerra civil en Libia y los reiterados ataques terroristas. Estos entorpecen, sí, la transición en Túnez, y a ello hay que agregar las dificultades económicas y el elevado paro juvenil, fruto, también, de la debilidad del turismo, como se ha dicho.

La Unión debe mantener una estrecha cooperación política ayudando a Túnez a consolidar su transición democrática, como pide el informe que mañana votaremos. Debe, también, profundizar en nuestra asociación de movilidad, avanzar en las negociaciones comerciales y de servicios ahora en curso, fomentar las reformas económicas y mantener nuestro apoyo a la reforma del sector de seguridad.

Túnez es un socio importante, al que debemos apoyar en sus esfuerzos por la consolidación política, el desarrollo económico y social del país, la seguridad y la lucha contra el terrorismo. Un socio, y un vecino también, que es, además, un modelo político en el actual contexto regional Mediterráneo y en el mundo árabe, que, en general, tantas dificultades está encontrando para alcanzar fórmulas políticas democráticas estables e inclusivas.

 
  
MPphoto
 

  Inés Ayala Sender (S&D). – Señora Presidenta, deseo felicitar y también unirme a las felicitaciones, señor Castaldo, porque emociona leer un texto que bucea tanto en el país, en Túnez y sus gentes, siendo exigente también con su Gobierno, con sus partidos y las instituciones, como si, en definitiva, se tratase de un informe de uno de nuestros países. Muchas gracias.

Deseo felicitar y dar las gracias también a la Alta Representante por su coraje y sabiduría, por romper tantas reservas austericidas y darle otro cariz a su labor, para ir poco a poco, con enorme tesón e inteligencia, construyendo un casi Plan Marshall —yo diría más bien un Plan Mogherini— para Túnez: el apoyo macrofinanciero de más de 500 millones de euros; por la apuesta por una zona de libre comercio que marque una diferencia e impulse la economía y el desarrollo autónomos tunecinos; por la facilitación de los visados, tan urgente y necesaria para marcar claramente la diferencia.

Ya solo faltaría añadir el banco euromediterráneo, que este Parlamento ha apoyado en muchos de sus informes; también la Estrategia Global de la UE sobre seguridad, que reconoce a los pueblos, pero también la oportunidad que supone compartir un desafío semejante, y felicitar por que Horizonte 2020 tenga finalmente también resonancias tunecinas.

 
  
MPphoto
 

  Ramona Nicole Mănescu (PPE). – Doamnă președintă, intensificarea dialogului dintre Uniunea Europeană și Tunisia sprijină procesul de reformă politică și instituțională. O mai bună funcționare a statului este esențială, așadar, în succesul dezvoltării economice și sociale.

Parlamentul European trebuie să participe direct la acest dialog și să-și asume un rol activ, iar Comisia parlamentară comună reprezintă un instrument extrem de important. În procesul de reformă politică, alegerile din Tunisia reprezintă un moment cheie.

Astfel, salut implicarea Comisiei Europene și a EEAS și consider ca fiind extrem de important ca alocarea de fonduri, de altfel absolut necesare, să fie completată cu asistență tehnică și sprijin în organizarea acestor alegeri.

Salut propunerea generoasă a Comisiei de alocare a 500 de milioane de euro. Pentru ca efectul acestei asistențe financiare să fie unul sustenabil, este esențial ca tinerilor să li se acorde alternative reale, acces la educație de calitate, locuri de muncă și o politică inclusivă. Aceste măsuri sunt cele mai puternice arme în combaterea radicalizării și împotriva recrutării de către organizațiile teroriste.

Programul de reformă demarat de Tunisia în cooperare cu Uniunea Europeană în domeniul securității este unul extrem de important, știind că terorismul reprezintă o provocare comună. Deci, și măsurile și răspunsurile trebuie să fie comune. Tunisia nu figurează pe lista statelor terțe cu care Europolul va încheia acorduri și pentru a fi în linie cu politica declarată și cu obiectivele comune, consider că includerea Tunisiei pe această listă trebuie luată în considerare.

Vreau să felicit raportorul și raportorii din umbră pentru acest raport.

 
  
MPphoto
 

  Silvia Costa (S&D). – Signora Presidente, onorevoli colleghi, come è stato prima ricordato dall'on. Panzeri, la prossima settimana una delegazione del Parlamento europeo a cui do molta importanza, perché è una delegazione mista Unione europea-Tunisia insieme alla commissione Cultura, farà questa missione in Tunisia perché ne riconosciamo il ruolo prioritario per il futuro del Mediterraneo, per la politica di vicinato, ma anche per sostenere il processo democratico e rilanciare il partenariato in diversi ambiti, tra cui vorrei sottolineare la cultura, il patrimonio culturale, l'educazione, il settore dell'audiovisivo.

Come indica la relazione Castaldo, è necessario sviluppare insieme azioni in ambito economico e commerciale, con il rafforzamento del capitale umano, della società civile e della formazione dei giovani, nonché del dialogo interculturale attraverso relazioni in ambito culturale ampio e anche la partecipazione più forte ai programmi Erasmus Mundus e anche all'ex programma Tempus che viene ricondotto a Erasmus+.

Vorrei ricordare anche che in questo momento sono in atto alcuni progetti molto interessanti, e vorrei che nell'ambito della strategia culturale europea, che abbiamo molto apprezzato, e della diplomazia culturale europea, che è stata lanciata dai tre Commissari, ci sia un framework organico che dia più importanza e raccordi queste azioni.

 
  
MPphoto
 

  Eduard Kukan (PPE). – Madam President, as the PPE rapporteur for the review of the European Neighbourhood Policy, it is with great interest that I follow events in this young democracy. Tunisia should, indeed, use this opportunity to become the role model for the region and show that the Arab Spring has not turned into an Arab winter everywhere.

The EU can deepen its partnership with Tunisia by supporting a continuous democratic process and offering guidance in that process, for instance in the judiciary sector and through reinforced European Neighbourhood Instrument (ENI) resources. The security situation in Tunisia remains extremely volatile as a result of both internal and external factors. Here too the EU can be instrumental in supporting the building of state security structures. This needs to be done together with our partners. I welcome the launch of the EU programme of support for security sector reforms in Tunisia.

Last year, Tunisians were awarded the Nobel Peace Prize. We should stand by them as the people of Tunisia try to make democracy in their country really work.

 
  
 

Die Präsidentin. – Für das nun folgende Catch-the-eye-Verfahren habe ich einige Wortmeldungen. Ich werde pro Fraktion nur einen Redner oder eine Rednerin nehmen, und nur jene, die noch nicht an der Reihe waren.

 
  
MPphoto
 

  Juan Fernando López Aguilar (S&D). – Señora Presidenta, en el principio fue Túnez el origen de la Primavera Árabe, pero también de esa dimensión humanitaria de lo que hemos mal llamado la crisis de los refugiados. Por tanto, celebramos aquí un informe que cristaliza el caso positivo de un país que ha conseguido demostrar que no todo ha sido infierno árabe, sino, efectivamente, un tránsito a la democracia y a la Constitución, pero que recuerda a la Unión Europea la necesidad de ser globalmente relevante, tener una política exterior de estímulos positivos y no solamente de mirada negativa y remordimiento de conciencia después hacia la orilla sur del Mediterráneo y de corregir también la política humanitaria en la gestión de esa dimensión terrible de refugiados que vienen de la orilla sur.

Y la ocasión —y pongo el acento— es el código de visados para la introducción de los visados humanitarios en origen, en embajadas y consulados de la Unión Europea, porque pueden marcar una diferencia y mostrar que no solamente en el caso bilateral de Túnez, sino en el aprendizaje de las lecciones que se desprende de esa experiencia, la Unión Europea ha mejorado también.

 
  
MPphoto
 

  Νότης Μαριάς ( ECR). – Κυρία Πρόεδρε, σύμφωνα με το σημείο 42 του ψηφίσματος, το Ευρωπαϊκό Κοινοβούλιο «εκφράζει τις ανησυχίες του για τη βιωσιμότητα του χρέους της Τυνησίας και ζητεί τη διερεύνηση πιθανών τρόπων ώστε να καταστεί περισσότερο βιώσιμο· ζητεί τη μετατροπή του χρέους της Τυνησίας σε επενδυτικά σχέδια, ιδιαίτερα για την οικοδόμηση στρατηγικών υποδομών και τη μείωση των περιφερειακών ανισοτήτων· ζητεί από τα κράτη μέλη να διερευνήσουν τρόπους για τη διασφάλιση της προτιμησιακής αναδιάρθρωσης του χρέους της Τυνησίας». Απ’ ό,τι άκουσα, ούτε η κυρία Mogherini, αλλά ούτε, βεβαίως, οι συνάδελφοι που μίλησαν από τις πολιτικές ομάδες είχαν αντίρρηση στο θέμα αυτό.

Οπότε, τίθεται το ερώτημα: γιατί να μην εφαρμοστεί το ίδιο και για την Ελλάδα; Γιατί διαφωνεί η Επιτροπή για την αναδιάρθρωση του ελληνικού χρέους; Γιατί η Ευρωπαϊκή Ένωση δεν δέχεται διαγραφή του ελληνικού χρέους, που είναι άλλωστε και επονείδιστο; Γιατί επιβάλλει η Ευρωπαϊκή Ένωση λιτότητα στην Ελλάδα προκειμένου να εξοφληθεί το χρέος; Γιατί επιβάλλει ξεπούλημα της ελληνικής περιουσίας για την εξόφληση του χρέους; Γιατί δεν εφαρμόζεται το ίδιο και για την Ελλάδα;

 
  
MPphoto
 

  Jasenko Selimovic (ALDE). – Madam President, the democratic development in Tunisia represents one of the few successful examples of democratic transition in the wake of the Arab Spring. Unfortunately, after the terrorist attacks in Tunisia which had a tremendous impact on the country’s economy, this Parliament did not fully deliver on the promised solidarity. We should have fully supported macro-financial assistance and additional exports of olive oil in order to secure growth. Anyhow, we supported the EU-Tunisia Free Trade Agreement and that help was needed in the short term.

Now the EU must not miss the opportunity to step up in terms of financial support and technical assistance for Tunisia to cope with the political, economic and social needs in the medium and long term. Trade openness and structural economic reforms aimed at supporting long-term employment should be explored in order to enable the Tunisian economy to achieve tangible results. I hope that Parliament will not, once again, let the Tunisian people down and that we will, together this time, fully deliver the promised solidarity.

 
  
MPphoto
 

  João Pimenta Lopes (GUE/NGL). – Senhora Presidente, este relatório não traz nada de novo em torno do que são as relações externas da União Europeia com países terceiros.

Antecâmara de um possível acordo de livre comércio e instrumento neocolonial de exploração económica que a União tem disseminado por todo o planeta, a estratégia de ingerência e interferência nos assuntos internos de um país soberano está bem desenhada: reformas democráticas, políticas institucionais de desenvolvimento económico e social, política de segurança e defesa, de pretenso combate ao terrorismo, e reformas para a investigação, educação e cultura. Reformas, leia-se, para transformar um país, condicionando o financiamento às políticas e aos conceitos ideológicos da União, liberalizando a economia e impondo ainda mais a exploração e o empobrecimento dos trabalhadores e do povo à custa do esbulho das riquezas daquele país.

Uma agenda de submissão, que descaradamente se pretende comparar, imagine-se, a um plano Marshall, denúncia evidente dos objetivos reais desta relação que se desenha sobejamente desequilibrada.

 
  
 

Die Präsidentin. – Danke sehr.

 
  
MPphoto
 

  Johannes Hahn, für die VP/HR. – Frau Präsidentin! Ich werde mich bemühen. Ich möchte mich auch bei Ihnen allen bedanken für diesen konstruktiven Gedankenaustausch, auch im Namen der Hohen Vertreterin, insbesondere beim Berichterstatter Castaldo für diesen sehr umfassenden Bericht.

Wie schon gesagt wurde: Wir widmen Tunesien besondere Aufmerksamkeit. In wenigen Tagen werden wir eine umfassende Kommunikation für Tunesien vorlegen. Es ist auch vorgesehen, dass wir das Budget, die finanziellen Aufwendungen, für Tunesien nahezu verdoppeln in der Größenordnung von etwa 300 Millionen Euro pro Jahr. Aber – wie das einige Redner auch angesprochen haben – es geht darum, dass diese Gelder auch zielgerichtet zur wirtschaftlichen Entwicklung eingesetzt werden. Wirtschaftliche Entwicklung schließt auch die Unterstützung etwa bei der Berufsausbildung ein. Hier gibt es auch einige interessante Programme einiger europäischer Mitgliedstaaten. Wir brauchen hier das Zusammenwirken zwischen der Ausbildungsseite und der Wirtschaftsseite.

Aber ich darf auch jene Damen und Herren, die in den nächsten Tagen vonseiten des Parlaments nach Tunesien fahren, einladen und bitten, bei ihren Gesprächspartnern darauf zu dringen, dass auch die notwendigen Reformen stattfinden. Denn wenn man Unternehmen anlocken möchte, dann muss man auch die entsprechenden gesetzlichen Rahmenbedingungen schaffen. Da ist sicherlich noch – wie es so schön heißt – room for improvement, und hier bedarf es eben auch der Mitwirkung der tunesischen Seite.

Wir alle sind froh, dass sich die innenpolitischen Turbulenzen aufgelöst haben und es eine stabile Regierung gibt. Und es ist auch erfreulich, dass der tunesische Präsident Essebsi Anfang Dezember auf Einladung Ihres Präsidenten nach Brüssel kommen wird und eine Rede halten wird. Das ist erstmalig der Fall und zeigt eben, dass sich die Beziehungen zwischen der Europäischen Union und Tunesien weiter vertiefen. Tunesien ist definitiv eines unserer Schwerpunktländer.

Und eine letzte Bemerkung. Auch ist es wichtig – Tunesien ist für uns auch ganz wichtig –, die regionale Entwicklung in der Region, im Maghreb voranzutreiben. Es ist das einzige Land, das in der Region praktisch mit allen Nachbarländern on good terms ist, und das sollte und muss auch genutzt werden, um dort die wirtschaftliche Entwicklung und damit auch die Stabilität voranzutreiben.

Nochmals vielen herzlichen Dank für Ihr nachhaltiges Interesse an der Entwicklung Tunesiens!

 
  
MPphoto
 

  Fabio Massimo Castaldo, relatore. – Signora Presidente, onorevoli colleghi, desidero ringraziare nuovamente i relatori ombra e tutti gli oratori perché i loro interventi hanno dimostrato chiaramente quanto questa relazione sia frutto effettivamente di un lavoro condiviso, di un lavoro partecipato, nel quale si sono fuse, trovando un equilibrio e un'armonia, le diverse istanze e le diverse priorità, espressione dei gruppi politici.

La Tunisia ha dimostrato con un piccolo miracolo che è completamente possibile, oggettiva e tangibile la compatibilità tra Islam e democrazia che molti hanno in passato ritenuto essere impossibile. L'impegno del Parlamento europeo può e deve essere costante e fondamentale, come dice anche un passaggio della relazione, nel sostenere il nostro omologo parlamento tunisino, l'Assemblea dei rappresentanti del popolo, che oggi ha ancora delle difficoltà tecniche e operative importanti: avremo modo di discuterne nella missione che andremo a svolgere dal 19 settembre, la settimana prossima, nella quale ci confronteremo su un piano di parità con i nostri omologhi, i nostri amici parlamentari tunisini, per lavorare su singoli dossier. Questa è la strada: non dobbiamo limitarci alle dichiarazioni, ma portare avanti impegni concreti, piani puntuali sulle singole tematiche affrontate.

Oggi come oggi, il terrorismo resta purtroppo il punto numero uno dell'agenda. Anche il 29 agosto sono morti tre soldati al confine con l'Algeria, in uno spazio ormai in cui le frontiere perdono di significato, in cui la mobilità di certi gruppi pone veramente in discussione quegli Stati che vogliono chiudersi e non vogliono invece cooperare in un'ottica regionale. La cooperazione Algeria-Tunisia è stata un pilastro da questo punto di vista e noi auspichiamo di poterla presto estendere all'intero Maghreb non appena ci sarà una stabilizzazione della Libia.

Mi preme sottolineare un altro aspetto molto importante: il tema dei diritti umani, molti di voi l'hanno evocato. Noi continuiamo a porli all'attenzione del governo, pur essendo consapevoli che la Tunisia, da questo punto di vista, è senz'altro il paese primo della classe. Noi però pretendiamo un impegno forte, concreto e totale per l'abolizione della pena di morte, perché a tutt'oggi ci dispiace constatare che questo passo ancora non è stato intrapreso.

La società civile tunisina merita tutto il nostro pieno e convinto sostegno, non soltanto perché ha vinto il Nobel, ma perché, prima, durante e dopo la rivoluzione, ha dimostrato di essere il vero cuore pulsante del paese. A noi europei guadagnarci il premio Nobel della solidarietà e anche della lungimiranza sostenendo il miracolo della rivoluzione tunisina.

 
  
MPphoto
 

  Die Präsidentin. – Die Aussprache ist geschlossen.

Die Abstimmung findet am Mittwoch, 14. September 2016, statt.

Schriftliche Erklarungen (Artikel 162 GO)

 
  
MPphoto
 
 

  Afzal Khan (S&D), in writing. – I welcome this report’s strong emphasis on closer collaboration between the EU and Tunisia, which this year mark 40 years of cooperation. However, our objective of helping Tunisia implement adequate reforms, boots employment and develop sustainable and inclusive growth will only materialise in a just and fair society. The EU must pay closer attention to the new Tunisian draft economic reconciliation law which may jeopardize this process. It offers no accountability, but blatant amnesty, for the many economic crimes committed against the Tunisian people, and its state. The victims are outraged, and civil society organisations are mobilizing against it. The law’s defenders argue that it is necessary to turn the page on the past in order to attract foreign investment. I fundamentally disagree. The corrupt must not escape justice. If they do, the promise of the Tunisian revolution will be lost. We in Europe have a duty to monitor this process carefully, as plans to implement an ambitious free trade agreement between the EU and Tunisia must not come at the expense of fairness. The democratic transition process in Tunisia is still a successful example of reform possible in the Arab World. We must ensure that it remains that way.

 

14. Sociale dumping in de EU (debat)
Video van de redevoeringen
MPphoto
 

  Die Präsidentin. – Als nächster Punkt der Tagesordnung folgt die Aussprache über den Bericht von Guillaume Balas im Namen des Ausschusses für Beschäftigung und soziale Angelegenheiten über Sozialdumping in der Europäischen Union (2015/2255(INI)) (A8-0255/2016).

 
  
MPphoto
 

  Guillaume Balas, rapporteur. – Madame la Présidente, on le dit tout le temps, l'Europe est en crise et nous savons qu'une des raisons de cette crise, c'est que nous avons un marché unique, la liberté des services, des capitaux, des personnes qui peuvent circuler, mais que nous avons des systèmes sociaux complètement différents et nous savons que là s'introduit le dumping social.

Longtemps, il n'a pas été possible de définir ce qu'était le dumping social et nous sommes maintenant arrivés à un accord pour dire qu'il y avait un ensemble de pratiques illégales et abusives qui a mené à remettre en cause profondément la dignité des travailleurs. Dignité quand on est logé de manière abjecte, quand on n'est pas payé pour le travail qu'on a effectué, quand on travaille toute la journée ou toute la semaine et qu'on ne respecte pas les temps de repos.

Mais c'est aussi un problème financier et budgétaire, car le dumping social enlève des ressources à nos systèmes de protection sociale et fait que ceux-ci s'appauvrissent de jour en jour. Enfin, c'est un problème économique, car il tend à affaiblir les revenus du travail, on le sait, et évidemment à pousser à une tendance déflationniste.

J'ajouterais que c'est un énorme problème politique et que les citoyens européens, considérant que l'Europe ne les protège pas mais, au contraire, les fragilise en acceptant ces pratiques de dumping social, sont de plus en plus sceptiques ou même se retournent contre l'Europe en décidant qu'il faut voter pour des partis qui veulent aujourd'hui la détruire, que de nombreux États aujourd'hui commencent à dire qu'il faut remettre en cause le marché intérieur et remettre en cause les directives existantes, parfois même de manière unilatérale.

Comment y répondre? Évidemment, ce rapport n'est qu'une pierre, mais une pierre qui apparaît quand même nécessaire et importante. Tout d'abord en appliquant les législations existantes. Pour cela, il faut augmenter les moyens de contrôle, il faut faire en sorte qu'il y ait des coopérations au niveau européen pour permettre à des inspecteurs du travail de travailler ensemble, d'en avoir les moyens en matière de traduction. Il importe de mettre en place de véritables coopérations transfrontalières qui permettent de lutter aujourd'hui contre les entreprises qui dérivent.

Il faut améliorer aussi les législations existantes et c'est pour cela, notamment, qu'il faut un certain nombre de mesures, par exemple pour lutter contre ces célèbres sociétés boîtes aux lettres qui n'existent pas, ou existent à un moment pour disparaître juste après. Ces entreprises doivent avoir une vraie activité pour pouvoir aujourd'hui employer des gens, les détacher, par exemple, dans un autre pays.

Il faut une agence de transport pour la route et c'est très important, car comment lutter aujourd'hui contre le dumping social dans le domaine routier s'il n'y a pas d'instruments au niveau européen pour le faire? Il faut une liste noire pour que les entreprises qui ont gravement fauté, qui ont gravement contrevenu à la législation européenne et nationale ne puissent pas prétendre aujourd'hui à des marchés qu'il serait bien dangereux de leur attribuer.

Il faut enfin enregistrer, par exemple, les déclarations de détachement dans un registre européen, ne serait-ce que cela, pour que nous puissions savoir exactement qui est détaché et à quel moment.

Enfin, il faut travailler à la convergence sociale. En effet, il y a des mesures spécifiques à prendre, par exemple au niveau européen, sur la condition des femmes, qui sont souvent les premières victimes du détachement frauduleux ou même de l'exploitation abusive.

Il faut aussi travailler sur la question des salaires et, si nous savons bien qu'un salaire unique minimal est impossible aujourd'hui en Europe et même pas souhaitable, un salaire minimum national qui s'élèverait à environ 60 % du salaire moyen serait évidemment un progrès très important.

Je veux terminer en vous disant une chose. Ces discussions ont duré trente heures. Elles ont permis de dépasser les clivages, de rassembler les forces de progrès pour travailler ensemble, mais aussi les clivages politiques au sein de cette Assemblée. Elles ont permis de dépasser aussi les clivages géographiques entre le Nord, le Sud, l'Est et l'Ouest. Il faut maintenant faire en sorte que le Parlement européen soutienne cette proposition de lutte contre le dumping social.

 
  
MPphoto
 

  Marianne Thyssen, Member of the Commission. – Madam President, I would like to congratulate the rapporteur, Mr Balas, whose recommendations are in line with the ambition of this Commission. We vowed to put people at the heart of our policymaking and we have already taken action to defend our social values and strengthen fairness in our common market. For me this is very clear: there is no place for unfair working conditions and social dumping in the European Union.

While it is true that there is no legally recognised and universally shared definition of social dumping, I agree with you that it is crucial to ensure a level playing field and fair competition across the European Union.

I welcome, Mr Balas, your call to Member States to increase efficiency and secure appropriate staffing levels and resources for their control bodies. I take note of your call to the Commission and the Member States to ensure more effective implementation of the existing legislation. I am glad that you welcome the newly established European Platform on undeclared work. This will contribute to turning undeclared work into declared work and ensure social protection for millions of Europeans who are losing out through various kinds of risky job arrangements. This platform will soon formally adopt its working programme and then the first activities to exchange information and best practices, engage in joint cross—border action and develop knowledge and capacity can start.

In March this year we presented the proposal for the targeted revision of the 1996 Posting of Workers Directive, with the aim of ensuring fair wage conditions for posted workers and a level playing field between posting and local companies. As you know, 14 national parliaments from 11 Member States raised concerns in relation to compliance with the principle of subsidiarity, triggering the so—called yellow card procedure. We analysed the concerns voiced by the national parliaments and concluded that no subsidiarity issue subsists with this proposal. Therefore, we decided to maintain the proposal unchanged. I am now looking forward to discussing my proposal and possible amendments with you and to working with this Parliament and with the Council in order to come to an agreement as soon as possible.

I also welcome the emphasis in the report on upward social convergence. This is one of the main objectives of the European Pillar of Social Rights, which is now the subject of a broad consultation. It should be seen as a reference framework expressing essential principles, common to participating Member States, for the conduct of employment and social policy and it should serve to screen the performance of participating Member States and to drive the process of reforms at national level in the light of 21st century realities. Its underlying vision is one of fairness on the European labour market and social protection systems.

Last but not least, we take note of the report’s position on illicit employment practices in the transport sector, particularly bogus self-employment and its significant consequences for the social protection of workers. Bogus self—employment in all sectors leads to unclear legal situations, barriers to access to social protection, risks such as those of precariousness and two—tier segmented labour markets, and potentially also a risk in terms of safety.

Combating unfair working and business conditions in road transport is at the core of the so-called road initiatives which the Commission is preparing for 2017 and the same concerns are reflected in the Aviation Strategy for Europe, adopted by the Commission in December 2015, which emphasises the need to the reinforce the social agenda and create high-quality jobs in aviation.

 
  
MPphoto
 

  Jens Nilsson, föredragande av yttrande från utskottet för transport och turism. – Fru talman! Transportutskottet har naturligtvis diskuterat social dumpning inom transportnäringarna: sjöfart och hamnar, tåg, flyg men framför allt vägtransporterna. Det är också där vi säger att övervakning och kontroll av gällande bestämmelser är viktigt och måste upprätthållas. Medlemsstaterna och EU har ett gemensamt ansvar. Vi kan göra mer på EU-nivå.

Det är därför vi säger att vi vill ha ett snabbt införande av smarta färdskrivare som med hjälp av GPS-teknik kan effektivisera kontrollerna. Vi vill också skapa ett elektroniskt och integrerat operatörsregister. Vi vill att det ska finnas access till alla berörda nationella register. Om en kontroll sker av ett fordon vid vägen i ett land, ska den som kontrollerar fordonet kunna koppla upp sig omedelbart mot aktuellt körkortsregister, få uppgifter om operatören och fordonets besiktningsprotokoll för att se den tekniska statusen. Vi måste ha transparens i de systemen.

Vi vill också ha en gemensam vägmyndighet för att underlätta övervakning och kontroll och samordning av medlemsstaterna. Allt som vi föreslår syftar till att få ordning och reda på en bransch som är viktig för den gemensamma marknaden och få slut på utnyttjandet av människor som sker i dag.

 
  
MPphoto
 

  Evelyn Regner, Verfasserin der Stellungnahme des mitberatenden Ausschusses für die Rechte der Frau und die Gleichstellung der Geschlechter. – Frau Präsidentin, sehr geehrte Frau Kommissarin! Als Verfasserin der Stellungnahme im Frauenausschuss möchte ich hervorheben: Sozialdumping beschränkt sich nicht nur auf die Entsendung von Arbeitnehmerinnen, sondern hat viele Gesichter, und das hässlichste davon ist die Schwarzarbeit. Hier sind Frauen ganz besonders oft betroffen – in der Pflegebranche, in den Haushalten usw. So viele Unternehmen halten sich nicht an unverbindliche und freiwillige Leitlinien. Deshalb brauchen wir diese blacklist – eine blacklist für die schwarzen Schafe der Branche, jene, die sich falsch verhalten und Gesetze brechen. Umso besser stehen Unternehmen da, die ihre Leute fair bezahlen, ordnungsgemäß anmelden, angemessen unterbringen.

Warum nicht jenen guten Unternehmen, die sich an die Spielregeln halten, Zuspruch geben und die schwarzen Schafe dann entsprechend schützen? Das kann es nicht sein. Die Frage geht natürlich an alle Fraktionen, insbesondere an jene, die sich bei der blacklist und der ambitionierten Bekämpfung von Briefkastenfirmen zurückhalten. Gerade beim Kampf gegen Briefkastenfirmen ist ein starkes gemeinsames Vorgehen notwendig, damit wir diese undurchsichtigen Konstruktionen endlich aushebeln können.

 
  
MPphoto
 

  Jutta Steinruck, im Namen der S&D-Fraktion. – Frau Präsidentin! Es gibt ja immer noch einige, die behaupten, es gäbe in Europa kein Sozialdumping und keine prekäre Beschäftigung.

Aber die Realität ist anders. Viele von uns wissen es: Wir haben viele ausgebeutete Arbeitnehmerinnen und Arbeitnehmer, wir haben Scheinselbstständige unter Umgehung von Gesetzen. Der Wettbewerb findet in Europa tatsächlich auf dem Rücken der Arbeitnehmerinnen und Arbeitnehmer statt. Was wir aber brauchen, ist kein Wettbewerb um die billigsten Löhne und um die schlechtesten Arbeitsbedingungen. Dieser Bericht legt den Finger endlich in die Wunde.

Ich danke Guillaume Balas und den Schattenberichterstattern wirklich, dass sie sich so viel Mühe gemacht haben, dass sie so intensiv auch in das Thema geschaut haben. Ich frage mich auch immer wieder, warum es hier im Parlament Abgeordnete gibt, die das Privileg haben, gleichen Lohn für gleiche Arbeit zu haben, zu Hause ihren Arbeitnehmerinnen und Arbeitnehmern und ihren eigenen Bürgerinnen und Bürgern aber genau das verwehren.

Es geht tatsächlich nicht um einen Ost-West-Konflikt. Es geht um den Schutz der Arbeitnehmerinnen und Arbeitnehmer und um einen fairen Wettbewerb. Ich appelliere an alle, und ich bitte alle da draußen – die Arbeitnehmerinnen und Arbeitnehmer, die Bürgerinnen und Bürger –, genau hinzuschauen, wer morgen wie abstimmt. Denn diejenigen, die morgen gegen diesen Initiativbericht stimmen, sagen Nein zum Schutz der Arbeitnehmerinnen und Arbeitnehmer, und sie sagen Ja zum skrupellosen ausbeuterischen Unterbietungswettbewerb der Unternehmen.

Stimmen Sie bitte morgen diesem Bericht zu! Es ist ein Signal an die Menschen da draußen.

 
  
MPphoto
 

  Danuta Jazłowiecka, w imieniu grupy PPE. – Pani Przewodnicząca! Dzisiaj zwrot „dumping socjalny” jest bardzo kontrowersyjny, to bardzo kontrowersyjny temat. Z uwagi na skutki kryzysu gospodarczego i finansowego oraz trudną sytuację na rynku pracy w niektórych państwach członkowskich jest on wykorzystywany do walki politycznej przez antyeuropejskie i populistyczne środowiska.

Coraz częściej zwrot „dumping socjalny” stosowany był w dokumentach Parlamentu Europejskiego, co w mojej ocenie jest niedopuszczalne z uwagi na fakt, iż nie ma prawnie obowiązującej definicji dumpingu socjalnego. W Parlamencie Europejskim zobowiązani jesteśmy natomiast do tego, aby przygotowywać jasne i przejrzyste prawo. Nie przestrzegając tych zasad, doprowadziliśmy do sytuacji, w której populiści i nacjonaliści manipulują tym zwrotem na wszystkie możliwe sposoby, oszukując nasze społeczeństwa. Dzięki negocjacjom oraz dobrej woli wielu grup politycznych udało nam się wypracować definicję dumpingu socjalnego i uważam, że jest to jedno z największych osiągnięć i najważniejszych elementów sprawozdania.

W Parlamencie Europejskim jesteśmy zgodni, że należy walczyć z łamaniem oraz nadużywaniem prawa w celu obniżania kosztów pracy i nieprzestrzegania praw pracowniczych. Mam nadzieję, że zdefiniowany w ten sposób problem przestanie być pożywką dla populistów i eurosceptyków i ograniczy ataki i oskarżenia między innymi wobec zagranicznych pracowników i firm o odbieranie miejsc pracy i nieuczciwą konkurencję.

Mówiąc o dumpingu socjalnym, powinniśmy przede wszystkim skupiać naszą uwagę na faktycznych praktykach związanych z łamaniem prawa, takich jak fałszywe samozatrudnienie, działalność firm skrzynek pocztowych czy praca nierejestrowana. Takie praktyki należy zwalczać i sprawozdanie, nad którym będziemy jutro głosowali, zawiera szereg rekomendacji w tym zakresie. Od początku jako PPE wskazywaliśmy na priorytetowe naszym zdaniem działania, jak na przykład lepsze egzekwowanie prawa krajowego oraz europejskiego, wzmocnienie współpracy pomiędzy państwami członkowskimi, a także usprawnienie wymiany informacji, na przykład o statusie społecznym pracownika, oraz sprawne identyfikowanie i likwidowanie luk prawnych.

Na zakończenie chciałbym jeszcze odnieść się do kwestii związanych z delegowaniem pracowników. Bardzo często firmy delegujące pracowników niesprawiedliwie oskarżane są o dumping socjalny. Pamiętajmy, że w większości przypadków to uczciwi przedsiębiorcy.

(Mówczyni zgodziła się odpowiedzieć na pytanie zadane przez podniesienie niebieskiej kartki (art. 162 ust. 8 Regulaminu))

 
  
MPphoto
 

  Jens Geier (S&D), Frage nach dem Verfahren der „blauen Karte“. – Frau Präsidentin! Ich habe eine Frage an die Rednerin der EVP.

Ich bin doch sicherlich richtig darüber informiert, dass Sie als Kollegin aus Polen vom Europäischen Parlament denselben Lohn für Ihre Arbeit erhalten, wie ich das tue aus Deutschland. Meine Frage an Sie ist: Warum ist das so schwierig für christdemokratische Abgeordnete, Ihrer Fraktion, dieses Vorrecht – gleicher Lohn für gleiche Arbeit – auch den Arbeitnehmerinnen und Arbeitnehmern aus Ihrem Land an einem anderen Ort in der EU zuzubilligen?

 
  
MPphoto
 

  Danuta Jazłowiecka (PPE), odpowiedź na pytanie zadane przez podniesienie niebieskiej kartki. – Muszę panu powiedzieć, że byłabym najszczęśliwszą osobą, gdyby mieszkańcy mojego kraju mogli zarabiać tak samo, jak zarabiają mieszkańcy Europy Zachodniej. Ale niestety my jesteśmy krajem na dorobku i jeszcze wciąż potrzebujemy czasu, by osiągnąć takie same standardy, jakie ma Europa Zachodnia. I w związku z tym jest tak trudno jednym pociągnięciem wyrównać płace. Chciałabym, żeby tak się stało, ale to jest niemożliwe.

 
  
MPphoto
 

  Czesław Hoc, w imieniu grupy ECR. – Pani Przewodnicząca! Kapitał ludzki to największe bogactwo przedsiębiorczości w ogóle. Dobre zarządzanie kapitałem ludzkim to gwarancja sukcesu każdego przedsiębiorstwa. Tymczasem w przypadku dumpingu socjalnego to właśnie ten kapitał może być marnotrawiony, zatem należałoby poważnie i konkretnie zająć się tym zjawiskiem, czyli poznać jego przyczyny, okoliczności jego tworzenia, ustalić kryteria jego rozpoznania, podjąć działania profilaktyczne, przeciwdziałać przyczynom i podjąć działania naprawcze, a następnie kontrolować oraz egzekwować. Tymczasem dumping socjalny dotąd nie został dokładnie zdefiniowany. Zatem jak przeciwdziałać czemuś, naprawiać i doskonalić coś, co nie jest jeszcze dokładnie zdefiniowane? Siłą rzeczy każda decyzja w interpretacji tego problemu i zaleceń może być traktowana jako uznaniowa, wręcz instrumentalna. W mojej opinii najpierw należy zdecydowanie, dokładnie i pilnie zdefiniować problem dumpingu socjalnego, a następnie podjąć stosowne oraz racjonalne działania.

 
  
MPphoto
 

  Martina Dlabajová, za skupinu ALDE. – Paní předsedající, paní komisařko, já především děkuji Guillaumovi Balasovi za to, že vedl velmi se ctí všechna jednání. Neměl lehký úkol, ne vždy jsme se shodli, ale moc bych si přála, aby tato zpráva byla začátkem nové komunikace o tomto tématu. Myslím si totiž, že pokud chceme řešit skutečné problémy trhu práce, pak bychom měli přestat žonglovat s politickými a ideologickými termíny, jako je sociální dumping, a s populistickými slogany, které tady bohužel i dnes už zazněly. Jsem velmi nespokojená s celkovým vyzněním zprávy, která se za tento termín snaží schovat obhajobu ochranářských snah některých národních pracovních trhů a za projev sociálního dumpingu označuje veškeré nerovnosti a odlišnosti v Evropské unii a dokonce také vysílání pracovníků. Tato alibistická nálepka překrývá skutečnou podstatu problémů, se kterými se pracovní prostředí v EU potýká.

Můj postoj rozhodně neznamená, že hájím nespravedlivou hospodářskou soutěž nebo nekalé podmínky podnikání. Přesně naopak. Proti nezákonné činnosti je třeba systematicky bojovat. Proto navrhuji, abychom např. zajistili dostatečné zdroje pro posílení práce inspektorátů práce, které musí v terénu odhalovat pracovníky bez řádných smluv a základních sociálních standardů.

Podívejme se ale na reálnou situaci na trhu práce také očima majitelů firem, které jsou skutečnými tvůrci pracovních míst. Co oni doopravdy potřebují? Jsou to další a další nařízení, která jim budou ještě více svazovat ruce? Nebo jednoduchá a efektivní řešení, která půjde jednoduše aplikovat v praxi? Já myslím, že v hloubi duše odpověď všichni znáte.

Musíme se vydat cestou lepší výměny informací mezi členskými státy, cestou přizpůsobení pravidel sociálních systémů, cestou přizpůsobení daňových pravidel a dalších stimulačních nástrojů. Měli bychom komunikovat otevřeněji a věcně, podívat se na věcné argumenty. Měli bychom zajistit, aby nedocházelo k fragmentaci jednotlivých trhů práce. To je jediná představitelná možnost, jak z velmi heterogenních podmínek evropských různých trhů práce někdy v budoucnu můžeme dosáhnout onoho vskutku panevropského trhu práce, se kterým bychom mohli být všichni spokojeni.

(Řečnice souhlasila s tím, že odpoví na otázku položenou zvednutím modré karty (čl. 162 odst. 8 jednacího řádu).)

 
  
MPphoto
 

  Tibor Szanyi (S&D), Kékkártyás kérdés. – Tisztelt Képviselő Asszony! Itt más felszólalók is bizonytalankodtak, hogy egyáltalán a szociális dömpingnek mi is a fogalma. Őszintén szólva én itt a baloldalon úgy látom, hogy a szociális dömping lényege az, hogy a munkaadók hogyan tudják lejjebb és lejjebb és lejjebb tornászni a munkavállalók béreit, pont. Ezzel a fogalommal megbirkóztunk. Viszont kérdezem nagy tisztelettel, hogy Ön egyetértene-e azzal, hogy legyen egy határ? Nevezetesen az európai minimálbér, ami valószínűleg nagyon komoly ... (Az Elnök megvonta a szót a képviselőtől.)

 
  
MPphoto
 

  Martina Dlabajová (ALDE), odpověď na otázku položenou zvednutím modré karty. – Musím říct, že to bylo velmi vtipné, protože tlumočení, i když tady byl český kanál, tak bylo ve španělštině. Možná to je nějaká schválnost kolegů tady z levé strany, ale moje odpověď je určitě ne, protože jsem rozuměla i té španělské otázce. Ne, určitě ne.

 
  
MPphoto
 

  Νεοκλής Συλικιώτης, εξ ονόματος της ομάδας GUE/NGL. – Κυρία πρόεδρε, η συγγραφή της έκθεσης για το κοινωνικό ντάμπινγκ αποτελεί από μόνη της μια σημαντική πολιτική πράξη και εμείς θέλουμε να ευχαριστήσουμε τον εισηγητή κ. Balas για την καθοριστική συμβολή του. Τα καταστροφικά αποτελέσματα των νεοφιλελεύθερων πολιτικών λιτότητας και μνημονίων που επιβάλλονται στα κράτη μέλη δεν κρύβονται πλέον κάτω από το χαλί. Οι θιασώτες της απορρύθμισης των εργασιακών σχέσεων και της δήθεν ελεύθερης αγοράς δεν μπορούν πλέον να γυρνούν το βλέμμα αλλού, Ήρθε η ώρα να συζητήσουμε το θέμα της απορρύθμισης των εργασιακών σχέσεων και τις πραγματικές αιτίες της ανεργίας και της επισφάλειας. Δεν δεχόμαστε πως είναι δύσκολο να βρεθεί κοινός ορισμός για το κοινωνικό ντάμπινγκ. Η επισφάλεια στην εργασία, η μείωση των εργαζομένων που καλύπτονται από συλλογικές συμβάσεις, η αύξηση των συμβολαίων μειωμένης διάρκειας, η φτωχοποίηση των εργαζομένων, η χρόνια ανεργία, κυρίως των νέων, οι ανισότιμες μισθοδοσίες είναι κοινωνικό ντάμπινγκ.

Οι συντηρητικές και νεοφιλελεύθερες δυνάμεις αυτού του Κοινοβουλίου πρέπει να σταματήσουν να κρύβονται πίσω από τους τεχνικούς όρους και να εκφραστούν ξεκάθαρα με ποιανού το μέρος είναι: με τις μεγάλες πολυεθνικές εταιρείες που αυξάνουν τα κέρδη απομυζώντας τους εργαζόμενους, ή με τους εργαζόμενους στην Ευρώπη που διεκδικούν αξιοπρεπή ζωή; Ως Ομάδα GUE, έχουμε ξεκάθαρες σχέσεις ενάντια στη διάλυση του κοινωνικού ιστού ως αποτέλεσμα των νεοφιλελεύθερων πολιτικών τις οποίες επιβάλλουν το σύμφωνο σταθερότητας και το Ευρωπαϊκό Εξάμηνο. Θα υπερψηφίσουμε την έκθεση Balas γιατί αναγνωρίζεται σ’ αυτήν η ύπαρξη του κοινωνικού ντάμπινγκ. Αναγνωρίζεται ότι οι νεοφιλελεύθερες πολιτικές έχουν αποτύχει.

 
  
MPphoto
 

  Karima Delli, au nom du groupe Verts/ALE. – Madame la Présidente, Madame la Commissaire, le dumping social, c'est le poison qui détruit le projet européen. En Europe en 2016 et ce soir, dans cet hémicycle, je vous le dis, j'ai honte de voir encore des femmes et des hommes exploités en tant que salariés, j'ai honte de voir des pratiques abusives imposées par des employeurs sans scrupules qui balaient d'un revers de main les législations nationales et européennes. En 2016, des chauffeurs routiers doivent dormir et manger dans leur cabine, des salariés sont parfois entassés par dizaines dans une pièce pour dormir. Leur vie, c'est ça.

Elle est où la dignité en Europe? Il est temps d'en finir avec la concurrence déloyale, il est temps de punir ceux qui ne veulent pas appliquer les règles, il est temps de remettre de l'ordre dans tout ça.

Chers collègues, qui, dans cet hémicycle, est contre le fait de mettre un terme à l'exploitation des travailleurs, qu'ils soient français, polonais, ou chypriotes? Les outils, nous les avons dans ce rapport, et je félicite mon collègue, M. Balas: salaire minimum, liste noire des entreprises fraudeuses, renforcement des contrôles, combat contre les faux indépendants, responsabilité des donneurs d'ordres et des sous-traitants.

La question au fond du débat, c'est: quelle Europe voulons-nous? Veut-on une Europe sauvage du chacun pour soi, en détruisant le voisin s'il le faut, ou une Europe solidaire, dans laquelle chacun a sa place, une vie, un travail digne?

Chers collègues, entre une Europe sociale et le tout marché, entre une Europe qui protège et celle qui détruit, moi j'ai choisi celle qui protège. Et vous, j'espère que vous allez faire le même choix en votant le rapport de M. Balas.

 
  
MPphoto
 

  Laura Agea, a nome del gruppo EFDD. – Signora Presidente, onorevoli colleghi, gentile Commissaria, il primo grazie va al collega Guillaume per il lavoro che ha fatto, perché sicuramente c'è voluto coraggio ad affrontare con la determinazione che lui ha utilizzato questo tema.

Il dumping sociale è né più e né meno che la fotografia dell'Europa, un'Europa frammentata, dove non si riescono a mettere insieme neanche i 28 paesi in maniera tale che possano concorrere uniti ad un progetto di benessere, stabilità e crescita per i cittadini che ne fanno parte, perché è esattamente questo.

Oggi ci troviamo di fronte al problema della concorrenza sleale in tutti i settori produttivi, in quello agricolo... in qualunque settore abbiamo concorrenza sleale. Abbiamo una frammentazione tra gli Stati del Nord Europa, quelli dell'Est Europa, quelli del Sud Europa. In realtà, quella che siamo riusciti a produrre è una guerra tra poveri, perché a fare le spese di queste scelte che noi facciamo di non regolamentare con chiarezza ed efficacia una normativa che deve essere implementata in tutti i settori sono i cittadini. Alla fine chi paga il prezzo più alto sono semplicemente i cittadini, che si trovano a subire e a diventare la merce di scambio che i paesi si vendono tra di loro, tra chi produce manodopera a bassissimo costo, senza tutele, e chi si approfitta della manodopera a basso costo, senza tutele per un profitto. Quindi non esistono vincitori e vinti, non esiste chi ha più ragione e chi ha più torto, perché da entrambe le parti gli unici che pagano le spese di queste politiche sono i cittadini, che ne subiscono le conseguenze.

Quindi io ringrazio Guillaume per tutte quelle indicazioni che ha voluto inserire: dal salario minimo, al reddito minimo, a politiche di controllo efficace: gli ispettorati del lavoro devono funzionare di più e meglio, va fatto un registro – hai ragione Guillaume! – ed è importante.

 
  
MPphoto
 

  Mara Bizzotto, a nome del gruppo ENF. – Signora Presidente, onorevoli colleghi, l'Europa deve decidere una volta per tutte da che parte stare: se continuare a sostenere il mercato unico a tutti i costi e sostenere quindi un progetto che sta massacrando interi settori, oppure se mettersi dalla parte dei cittadini, i nostri cittadini, degli imprenditori seri e riscrivere questi maledetti trattati.

La libera circolazione e l'enorme differenza del costo del lavoro tra gli Stati sono un problema, sono il problema. Non lo dico io, ma lo dicono gli imprenditori, quelli che io, a differenza vostra, incontro ogni giorno. Lo dice Conftrasporto, secondo cui il dumping sociale in Italia polverizza ogni anno oltre 30 000 posti di lavoro nel solo settore dell'autotrasporto. Il problema sono le agenzie interinali straniere che offrono manodopera low-cost mettendo a rischio così i diritti dei nostri lavoratori e il loro posto di lavoro. Le imprese italiane hanno tasse e costo del lavoro molto, molto più alti e quindi non potranno mai e poi mai competere con chi fa questa concorrenza sleale.

È questo il progetto dell'Unione europea? È questo il modello di ingiustizia sociale che volete imporre? L'Europa deve riscrivere le regole del mercato unico, prima che il disagio e la rabbia dei cittadini si trasformino in vera e propria rivolta. Bisogna agire subito, subito, prima che sia tardi.

 
  
MPphoto
 

  Udo Voigt (NI). Frau Präsidentin! Sozialdumping – ein Wort, das eigentlich das verharmlost, was derzeit in Europa geschieht. Der Bericht verharmlost nicht nur, er nennt auch nicht die wirklichen Ursachen.

Zu niedrige Mindestlöhne treiben Arbeitnehmer in die Altersarmut und erlauben diesen nur ein Leben am Existenzminimum. Viele müssen zwei oder drei Berufe ausüben, um die Existenz der Familie zu sichern. Auf Hoher See gibt es bei Ausflaggung überhaupt keine Sozialstandards mehr.

Leiharbeiter, Zeitarbeiter, Schwarzarbeiter, Sozial- und Pflegedienste arbeiten heute unter den Bedingungen eines modernen Sklavenhandels. Ihre Politik der offenen Grenzen trägt die Verantwortung dafür. Ich fordere Sie auf: Schließen Sie die Büchse der Pandora! Helfen Sie den Menschen dort, wo ihre Heimat ist, und schützen Sie die sozialen Errungenschaften Europas!

 
  
MPphoto
 

  David Casa (PPE). – Nixtieq l-ewwel nett, qabel ma nibda, nirringrazzja lir-Rapporteur u lix-Shadow Rapporteurs għax-xogħol kbir ħafna illi huma għamlu tul dawn l-aħħar ġimgħat. U ħa nitkellem proprju biex inwassal messaġġ politiku iktar milli fuq l-aspett tekniku li ppreparajt, għaliex wara dax-xogħol kollu, anke meta wasalna fi stadju ta' kumitat, illum irnexxielna nsibu bilanċ, bilanċ importanti ħafna, bilanċ illi jiena rrid li jibqa' biex, sa għada, aħna nkunu nistgħu nivvotaw favur dan ir-rapport.

U allura, kummenti bħal ma smajna min-naħa tal-Partit Soċjalista fil-konfront tal-partit tiegħi, f'dan il-mument, mhumiex aċċettabbli u rridu noqogħdu attenti biex dan il-bilanċ li sibna wara tant ġimgħat ta' ħidma flimkien, dan il-bilanċ jibqa' hemm. Issa, kemm aħna, minn din-naħa tal-Kamra, kif ukoll minn dik in-naħa tal-Kamra, saru sagrifiċċji - ċedejna biċċa aħna, ċedejtu biċċa intom; u llum ninsabu, mhux kuntenti mija fil-mija, imma kuntenti b'dak li għandna bħalissa quddiemna. U allura, l-appell tiegħi sa għada huwa illi nħallu dan il-bilanċ kif ħdimnieh ilkoll flimkien tul dawn l-aħħar ġimgħat. Grazzi ħafna tax-xogħol tagħkom, grazzi lil kulħadd u ejja, f'dawn l-aħħar sekondi, inħallu kollox kif ippjanajna.

(Il-kelliem qabel li jwieġeb għal mistoqsija "karta blu" skont l-Artikolu 162(8) tar-Regoli ta' Proċedura).

 
  
MPphoto
 

  Λάμπρος Φουντούλης ( NI), ερώτηση "γαλάζια κάρτα". – Αγαπητέ συνάδελφε, μιλήσατε για ισορροπίες. Πώς μπορείτε να εξηγήσετε το φαινόμενο ότι, στην επιτροπή, από τη μία υποστηρίζουμε τις ευέλικτες μορφές απασχόλησης με μισθούς πείνας και τις τετράωρες απασχολήσεις, και από την άλλη μιλάμε για κοινωνικό ντάμπινγκ και θέλουμε να εξασφαλίσουμε τα δικαιώματα και τους μισθούς των εργαζομένων;

 
  
MPphoto
 

  David Casa (PPE), tweġiba karta blu. – Nista' nistaqsi biss, minn liema partit ġej, Sinjura President? Minn liema partit qed jitkellem is-Sinjur?

 
  
 

President. The Non-attached Group.

 
  
MPphoto
 

  David Casa (PPE), tweġiba karta blu. – Fil-bidu nett, meta kont qed nitkellem, kont qiegħed nitkellem dwar bilanċ politiku li nstab bejn il-gruppi politiċi kollha. Issa jiena ma nafx is-sinjur min kellu jirrappreżentah fix-shadow meetings illi saru, illi jiena naħseb kienu r-record ta' meetings li qatt kellna fuq rapporti li kienu Own Initiative Reports. U naħseb illi, la nstab dan il-bilanċ, jista' jkun ma jkunux kuntenti b'kollox, però naturalment dan il-bilanċ, nerġa' nsostni, huwa importanti ħafna.

 
  
MPphoto
 

  Vilija Blinkevičiūtė (S&D). – Pirmiausia aš iš tikrųjų dėkoju pranešėjui. Daug dirbta, ieškota kompromisų, nes šitas pranešimas mums yra gyvybiškai būtinas. Ir aš tikrai palaikau pagrindinę pranešimo idėją, kad įmonių konkurencinis pranašumas mūsų bendroje Europos Sąjungos rinkoje, jeigu jis yra įgyjamas nesąžininga praktika ar darbuotojų išnaudojimo kaina, yra absoliučiai neleistinas. Tokia praktika gimdo atskirtį tam tikrose valstybėse narėse, susipriešinimą Europos Sąjungoje ir paprasčiausiai skaldo mūsų vienybę. Su nesąžininga praktika turi būti kovojama įvairiomis priemonėmis – tiek stiprinant darbo inspekcijas, taip pat ir tarpvalstybinėse bylose, kovojant su šešėline ekonomika, nelegaliu darbu, fiktyvia savisamda ar mokesčių vengimu.

Tačiau dabar aš noriu atkreipti kolegų dėmesį ir į kitą labai svarbų dalyką – vis dar išliekančius didelius darbo sąlygų ir užmokesčių skirtumus tarp valstybių narių. Kad tai įveiktume, reikalinga tokia ekonominė politika, kuria būtų skatinamas ekonomikos augimas, didinamas darbo našumas ir kuriamos kokybiškos darbo vietos visose valstybėse narėse.

 
  
MPphoto
 

  Richard Sulík (ECR) – Čo Európa skutočne potrebuje, je konkurencieschopnosť a sloboda v podnikaní. To vytvorí dostatok pracovných miest. Žiaľ, všetky dobre mienené opatrenia, ako aj tie proti sociálnemu dampingu spôsobujú presný opak. Počet pracovných miest v Európe klesá. Sústavne sa síce sťažujeme, že firmy zneužívajú svojich zamestnancov, zároveň však v kuse vymýšľame nové a nové regulácie a nové a nové záťaže. Socialistickými opatreniami a snahami stále všetko nivelizovať a všetko zrovnať v skutočnosti zabíjame trh práce. Rovnaká práca na rovnakom mieste je nefunkčný socialistický nezmysel. Nepomôžu žiadne opatrenia proti sociálnemu dampingu. Jediné, čo pomôže, je zásadné zlepšenie podnikateľského prostredia. Vtedy vzniknú nové pracovné miesta a to je najlepšia sociálna ochrana zamestnancov.

 
  
MPphoto
 

  Thomas Händel (GUE/NGL). – Frau Präsidentin, meine Damen und Herren! Sozialdumping ist die Ursache dafür, dass immer mehr Menschen in Europa an der Armutsgrenze leben, auch in Arbeit.

Arbeitnehmer sind aber kein Menschenmaterial – so der hässliche Begriff –, das unter Umgehung nationaler und europäischer Gesetze und Tarifverträge zum niedrigsten Preis immer weiter auszubeuten ist, und zwar grenzüberschreitend. Die Angst vor sozialem Abstieg und Ausgrenzung einerseits, Migration und Fremdenfeindlichkeit andererseits sind zwei Seiten ein und derselben Medaille von Politik, die zu diesem Ergebnis führt.

Ich sage hier bezugnehmend auf Redner vorher: Sozialdumping hat nichts mit offenen Grenzen zu tun. Sozialdumping hat etwas mit asozialem Verhalten von Unternehmen zu tun, die die Löhne immer weiter drücken. Arbeitnehmer sind aber keine Hollandtomaten, wo der Preis sinken muss, wenn es viele gibt, sondern es sind Menschen mit sozialen Ansprüchen.

Herr Balas hat völlig recht in seinem Bericht. Mit diesem Bericht steht die linke Seite des Parlaments diesem Präsidenten der Europäischen Kommission, Jean-Claude Juncker, näher als die rechte Seite. Ich fordere die EVP insbesondere auf, die Kompromisse aus dem Beschäftigungsausschuss morgen mit in diesen Bericht zu tragen.

 
  
MPphoto
 

  Patrick O’Flynn (EFDD). – Madam President, the European Union seems almost purpose-built to encourage social dumping. Freedom of movement seemed to work okay when only a few countries were in the club and all were at similar stages of economic development, but following the various rounds of enlargement, particularly with the arrival of the A8 and A2 countries, all that changed. Suddenly countries with wage levels only a fifth of those that pertained in the more established members were part of the club.

Without major restriction of the right of free movement, the outcome was inevitable: vast migration from poorer countries to richer ones and the undercutting of wages and conditions. Yet the Commission permitted only short-term transitional controls, and the UK did not even take advantage of those. Rather than tailor controls to the long-term closing of the living-standards gap, the ideology of European integration took precedence and immigration soared.

The result in the UK has been beneficial to big corporations – an endless supply of cheap and compliant labour – but terrible for pre-existing working-class communities, with pay and conditions undermined and competition for public resources, such as social housing and school places, greatly intensified. This was not the only factor behind the Brexit victory in our referendum in June, but it was a major one.

To sum up, as an ardent Brexiteer, I must offer you my heartfelt thanks as a Union for your bureaucratic inflexibility and your political incompetence. Britain will soon have within its grasp the national controls needed to support working people and ensure their wages and conditions are not grievously undermined, but other countries of northern and Western Europe will have no such powers. More fool them!

 
  
MPphoto
 

  Steeve Briois (ENF). – Madame la Présidente, Madame la Commissaire, issu d'une région durement touchée par les effets de la mondialisation sauvage, je n'ai pas eu besoin de ce rapport pour prendre conscience des effets dévastateurs du dumping social.

Salaires en dessous du SMIC, non-respect de la durée légale du temps de travail, conditions d'hébergement indignes, il aura quand même fallu vingt ans aux "eurogagas" de droite et de gauche pour enfin s'apercevoir que leur sacro-sainte directive sur le détachement des travailleurs allait produire un tel désastre social.

Aujourd'hui, avec ce rapport, vous continuez à enfoncer une porte ouverte et à leurrer les Français. Il y a beaucoup de blabla dans ce rapport car, plutôt que de vous attaquer aux causes réelles de ce dumping social, vous faites mine d'agir uniquement sur les conséquences. En prenant des demi-mesures, vous enfumez une fois encore les travailleurs français.

Car c'est bien la directive sur le détachement des travailleurs elle-même et le principe de libre circulation des travailleurs qui ont entraîné la concurrence déloyale, jetant ainsi des centaines de milliers de Français dans le chômage et dans l'hyper-précarité.

Madame la Commissaire, Monsieur Balas, si vous voulez réellement lutter contre le dumping social, il n'y a pas 36 solutions. Il faut d'abord abroger purement et simplement cette infâme directive sur les travailleurs détachés, puis suspendre le principe de libre circulation des travailleurs au sein de l'Union européenne. C'est à ces conditions-là, et seulement ces conditions-là, que nous pourrons enfin stopper cette casse sociale et préserver notre modèle social.

 
  
MPphoto
 

  Die Präsidentin. – Frau Jazłowiecka! Ich habe gesehen, dass Sie eine blaue Karte wollten für den Kollegen. Aber Sie hatten schon Redezeit, und da wir sehr knapp mit der Zeit sind, gebe ich jemandem, der in dieser Debatte schon Redezeit hatte, keine blaue Karte. Ich bitte um Ihr Verständnis.

 
  
MPphoto
 

  Ελευθέριος Συναδινός ( NI). – Κυρία πρόεδρε, υπάρχουν εκατοντάδες νόμοι, νομολογίες και οδηγίες σε επίπεδο Ένωσης που αφορούν την εργασία, την απασχόληση, την ασφάλιση, την κοινωνική συνοχή, τη διασφάλιση της υγείας των εργαζομένων και την προστασία αυτών από τις άτυπες και ελαστικές μορφές απασχόλησης. Στην Ελλάδα των έξι μνημονιακών χρόνων και των αλλεπάλληλων κυβερνήσεων δεξιών και αριστερών, που δολοφονούν με τις πολιτικές τους Έλληνες εργαζομένους και συνταξιούχους, υφίσταται ένας εργασιακός καιάδας. Στη χώρα μου βρίσκουν εφαρμογή όλα όσα η συγκεκριμένη έκθεση προσπαθεί να καταπολεμήσει και ακόμα περισσότερα: αδήλωτη και ανασφάλιστη εργασία, κατάργηση των συλλογικών συμβάσεων και διασφαλίσεων, καταχρηστικές πρακτικές, εξόφθαλμες στρεβλώσεις του ανταγωνισμού, εργασιακός εκφοβισμός, κοινωνικοί αποκλεισμοί, αμοιβές κυριολεκτικά πείνας, τριτοκοσμικές συνθήκες εργασίας, αδιαφορία για την ανθρώπινη αξιοπρέπεια και υγεία. Και όλα τα παραπάνω, με τις ευλογίες των θεσμών που αξιολογούν τις εκάστοτε ελληνικές κυβερνήσεις. Θα πρότεινα, αντί αυτής της έκθεσης, να ψηφιστούν δύο απλοί νόμοι: ένας νόμος που θα καθιστά υποχρεωτική την εφαρμογή των εργασιακών διατάξεων απ’ όλους, δηλαδή θεσμούς, κράτη μέλη και κοινωνικούς εταίρους, και ένας δεύτερος που θα καταργεί όλα όσα πρακτικά είναι ανεφάρμοστα.

 
  
MPphoto
 

  Thomas Mann (PPE). – Frau Präsidentin! Wenn Sozialgesetze umgangen werden, wenn Briefkastenfirmen entstehen, um Steuern und Abgaben einzusparen, wenn Standorte verlagert werden, um Mitbestimmung auszuhebeln, wenn auf Kosten der Allgemeinheit Kasse gemacht wird, dann ist das Sozialdumping und zu ächten.

Doch die Sozialgesetze in den Mitgliedstaaten sind höchst unterschiedlich, von Mindestlöhnen und Kündigungsschutz bis hin zum Renteneintrittsalter. Deshalb sind nationale Sozialpolitiken kaum harmonisiert worden. Eine radikale Wende einzuläuten und eine EU-weite Vereinheitlichung anzustreben, geht in die falsche Richtung – siehe die europaweite Arbeitslosenversicherung, die ein Einstieg in die Transferunion ist.

Im Bericht Balas wird mehrfach die Revision der Entsenderichtlinie angesprochen. Sie soll doch erst Ende diesen Jahres verabschiedet werden und dann vor allem legislativ. Wir sind gegen jede Vorfestlegung zum jetzigen Zeitpunkt.

Der Kampf gegen Sozialdumping ist notwendig. Ja, wir brauchen natürlich bessere Kontrollen. Wir müssen erreichen, dass wir auch effektivere grenzüberschreitende Maßnahmen realisieren. Vor allem müssen wir eine klare Bewusstseinsarbeit einläuten, und dafür sind wir im Parlament sicherlich geeignet. Grundlage dafür ist zu sagen: Dann haben wir eine Chance, dass gelebte Solidarität endlich mal entdeckt werden kann, und dafür müssen wir hier im Parlament mitarbeiten.

 
  
MPphoto
 

  Ole Christensen (S&D). – Fru Formand! Jeg har taget ordet for at rette en appel til jer. Jeg vil appellere til, at vi står sammen i dag, uanset hvilket land eller hvilket politisk parti vi kommer fra. At vi står sammen om at sende et signal til de europæiske arbejdstagere og virksomheder om, at vi tager dem alvorligt. Vi tager det alvorligt, når rengøringsassistenter, jord- og betonarbejdere, chauffører og piloter fra forskellige europæiske lande bliver spillet ud mod hinanden og underbetalt. Vi tager det alvorligt, når virksomheder, der betaler deres medarbejdere en ordentlig løn og overholder de fælles spilleregler, vi har i Europa, bliver udkonkurreret af folk, der snyder. Vi kan være uenige om, præcis hvordan vi kommer problemerne til livs, men ved at stemme for denne betænkning viser vi borgerne i Europa, at vi tager dem alvorligt, og at vi nægter at acceptere et ræs mod bunden. Vi har ikke skabt et fælles marked for at sænke løn- og arbejdsvilkår mest muligt. Vi har skabt et fælles marked for at øge velstanden og velfærden i Europa og for at sikre fair konkurrence og fair arbejdsvilkår i hele Europa.

 
  
MPphoto
 

  João Pimenta Lopes (GUE/NGL). – Senhora Presidente, a União Europeia está longe de ser um exemplo na elevação dos direitos dos trabalhadores. Pelo contrário, a sua natureza de classe e a sua matriz ideológica, capitalista, têm imposto legislação, recomendações, políticas e um vasto conjunto de instrumentos de exploração que, ao longo de décadas, contribuíram para aprofundar o dito dumping social.

A livre circulação, sem garantia de direitos laborais iguais entre países, é disso exemplo. A promoção da precariedade, por via do ataque à contratação coletiva ou do uso abusivo do trabalho temporário, validando este expediente para ocupação de postos permanentes – e que a própria Comissão sanciona –, o assalto a salários e direitos laborais em nome das sagradas competitividade e produtividade, a facilitação da deslocalização de empresas também dentro do território da União Europeia e os benefícios infindáveis às grandes multinacionais são razões que exigem a rutura com as políticas da União Europeia e que exigem o desenvolvimento de políticas de progresso económico e social, como único caminho no combate às desigualdades.

 
  
MPphoto
 

  Peter Lundgren (EFDD). – Fru talman! Inom åkeribranschen ser vi mycket stora bekymmer i Sverige just vad det gäller social dumpning. Chaufförer utnyttjas till slavlöner, vilket innebär att svenska företag, som behöver två gånger så mycket i ersättning, dör som flugor i den orättvisa konkurrensen. Detta beror till stor del på cabotagereglerna som möjliggör just detta fusk. Det kan inte vara meningen att man genom ett medlemskap i EU samtidigt dödar sina inhemska företags möjligheter att bedriva en sund verksamhet.

Kommissionen måste agera kraftfullt för att värna om medlemsstaternas företag. Kontrollerna måste vara effektiva. Regelverket måste vara enkelt och lätt att efterfölja, och utstationeringsdirektivet måste göras om. Postlådeföretag måste bekämpas. Seriösa företag måste ges en chans att överleva. Om inte EU kan ge medlemsländernas företag en chans att överleva, vad är då värdet i att vara medlem i EU?

Motståndare mot detta förslag kanske tänker om när deras egna länder drabbas av liknande konkurrens med ojusta medel.

 
  
MPphoto
 

  Romana Tomc (PPE). – Socialno področje je eno izmed tistih, kjer je Evropska unija ostala na pol poti pri harmonizaciji.

Na eni strani imamo prost pretok ljudi, ki lahko potujejo in delajo kjerkoli v Uniji. Prav tako lahko delajo tudi v različnih oblikah zaposlitve.

Na drugi strani pa imamo podjetja, ki nastopajo na enotnem trgu. Postavljena so v položaj, kjer morajo zagotoviti konkurenčnost, v nasprotnem primeru sicer lahko zaprejo svoja vrata.

Prav tako imamo znotraj Evropske unije države, ki ne morejo zagotoviti enakega nivoja socialnih pravic, ker seveda njihov proračun tega ne prenese.

Ločiti moramo med izkoriščanjem zaposlenih, na katerih nekateri delodajalci kujejo dobičke zaradi svoje lastne požrešnosti. To je seveda nesprejemljivo. In ločiti moramo na drugi strani med zagotavljanjem enakega dohodka in enakega socialnega položaja. To sta dve različni stvari.

Seveda odločno obsojam izkoriščanje. Vendar vas želim opozoriti, da se moramo zavedati tudi, da socialne pravice stanejo. Stanejo podjetja in stanejo države.

Odgovor, kako bi lahko zagotovili enak socialni položaj, bi bil enostaven, če bi obstajal enotni evropski vir, iz katerega bi se socialne pravice financirale.

Dokler pa tega ni, pa smo seveda v položaju, v kakršnem smo.

 
  
MPphoto
 

  Maria Arena (S&D). – Madame la Présidente, Madame la Commissaire, le dumping social, vous le savez, est simplement un recours abusif à la directive sur le détachement, dans le meilleur des cas. Dans le pire des cas, il s'agit tout simplement de fraude manifeste, voire de maltraitance de travailleurs.

Lutter contre ces pratiques garantira à l'avenir la vraie mobilité des travailleurs, celle qui leur garantira le droit, quelle que soit leur nationalité. Lutter contre le dumping social, c'est aussi lutter contre la concurrence déloyale entre les entreprises, et particulièrement, les PME, les PME mêmes qui ne résistent pas à ces pratiques déloyales. Lutter contre les pratiques frauduleuses, c'est aussi garantir à tous les États membres – je dis bien tous les États membres – de récupérer leur dû pour garantir la protection sociale de leurs travailleurs.

Le rapport de Guillaume Balas qui nous est présenté propose des solutions appropriées pour lutter contre toutes ces pratiques, solutions qui permettraient, si elles sont mises en œuvre vite – et je pense effectivement qu'il y a urgence en la matière –, de lutter contre les pratiques abusives dans l'intérêt de tous.

 
  
MPphoto
 

  Tania González Peñas (GUE/NGL). – Señora Presidenta, como dijeron hace unos meses los camioneros que vinieron al Parlamento Europeo a denunciar su situación, solo hace falta ir a un estacionamiento de camiones de cualquier parte de Europa para comprobar en qué submundo se ha convertido el sector del transporte por carretera. La competencia desleal de este sector se está se está extendiendo a otros muchos, como la agricultura, la restauración o el servicio doméstico y asistencial, lo que crea enormes bolsas de precariedad en toda la Unión Europea.

El dumping social es un problema especialmente grave para ciudades como Avilés y regiones como Asturias, de donde yo vengo, con un gran peso de la siderurgia y de la industria pesada, permanentemente sometidas al chantaje de las deslocalizaciones a países con menores costes laborales y medioambientales.

Quienes defienden la desregulación nos están llevando a una situación inestable, absolutamente insostenible. Por eso apoyamos aquellas medidas dirigidas a erradicar las empresas fantasma, a luchar contra el fraude y la evasión fiscal y a defender unas condiciones laborales dignas.

 
  
MPphoto
 

  Claude Rolin (PPE). – Madame la Présidente, je voudrais tout d'abord remercier le rapporteur et les rapporteurs fictifs pour ce rapport équilibré.

Le dumping social est un sujet complexe, dont les perceptions diffèrent selon les sensibilités politiques, mais aussi selon les sensibilités géographiques. Pour certains, le dumping social n'existe pas. Les différences en matière de coûts salariaux et sociaux seraient inhérentes à la liberté de concurrence et au principe de compétitivité. Elles permettraient aux régions moins développées de revenir au niveau des économies dites plus prospères.

Pour d'autres, dont je fais partie, quitte, de temps en temps, à être considéré comme un populiste, eh bien le dumping social est une réalité, qui met en danger tous les jours des pans entiers de nos économies et qui entraîne un rejet sans cesse croissant du projet européen.

Au-delà de ces différences de perception, la question du dumping social est étroitement liée à la révision de la directive sur le détachement, un dossier qui va nous occuper pendant de longs mois et sur lequel le Parlement devra se montrer volontariste et parler d'une même voix. C'est une tâche difficile, mais pas insurmontable et la preuve c'est le compromis trouvé sur la définition du dumping social.

Il est de notre devoir de sortir des oppositions stériles, de construire des solutions gagnant/gagnant pour rencontrer les attentes des citoyens européens, à savoir permettre un développement économique plus équilibré dans les différentes régions européennes et, en même temps, mettre un terme aux concurrences qui opposent les pays européens, les entreprises, mais aussi les travailleurs salariés.

 
  
MPphoto
 

  Agnes Jongerius (S&D). – We kennen allemaal die Bulgaarse vrachtwagenchauffeur die maandenlang onderweg is en langs de snelweg zijn maaltijden nuttigt. We kennen de Poolse bouwvakker die in een Nederlandse bouwput werkt en 's avonds een kamer deelt met tien anderen. En we kennen ook die West-Europese werknemer die werkloos thuis zit en denkt: “wat doen we daar nou eigenlijk aan?” Sociale dumping kent in Europa veel vormen en oneerlijke concurrentie middels detachering is daar één van. Als rapporteur wil ik heel hard werken om die detachering in de toekomst eerlijker te maken, maar met alleen een aanpassing van de detacheringsrichtlijn zal de Europese interne markt niet in één keer sociaal zijn. Concurrentie tussen werknemers en bedrijven zorgt nog veel te vaak voor een concurrentieslag met een race naar de bodem. Het versterken van de sociale rechten legt het heel vaak af tegen het dictaat van de vrije markt. Er moet dus meer gebeuren. Daarom ben ik enorm blij met het verslag van Guillaume Balas. Het is gelukkig een heel goed begin. Ik hoop dat de Commissie inderdaad snel gehoor geeft aan de voorstellen en zelf met voorstellen komt omtrent mobiele werknemers, schijnzelfstandigheid en fraude met sociale zekerheid.

 
  
MPphoto
 

  Jeroen Lenaers (PPE). – Sociale dumping is een heel reëel probleem. Er bestaat weliswaar geen juridische of politieke eensgezinde definitie van. Maar vraag het aan de Nederlandse vrachtwagenchauffeur die werkloos thuiszit of vraag het aan de Portugese betonvlechter die onder dubieuze omstandigheden in een andere lidstaat aan het werk gezet wordt. Zij kunnen u heel duidelijk vertellen hoe sociale dumping voelt.

We moeten bestaande regels veel beter handhaven. We moeten nieuwe regels, zoals de handhavingsrichtlijn, veel beter en sneller implementeren. We moeten bestaande lacunes in de wetgeving, zoals bij de detacheringsrichtlijn, snel dichten. We moeten arbeidsinspecties beter toerusten om grensoverschrijdend te werken en te handhaven.

Maar laten we ook duidelijk zijn: We moeten niet onder het mom van de strijd tegen sociale dumping allerlei onrealistische wensdromen van de socialistische fractie in dit huis gaan uitvoeren. Ik denk dan met name aan bijvoorbeeld paragraaf 49, waarin van de Commissie een radicale koerswijziging van inkomen naar werk gevraagd wordt en een basisinkomen geëist wordt voor alle Europeanen. Laat ons de discussie over sociale dumping niet vervuilen met dit soort voorstellen, maar laten we ons focussen op realistische, efficiënte maatregelen waar de hardwerkende Europeaan ook daadwerkelijk iets aan heeft.

 
  
MPphoto
 

  Ismail Ertug (S&D). – Frau Präsidentin, sehr geehrte Kolleginnen und Kollegen! Das Recht der Freizügigkeit ist ein wichtiges Privileg innerhalb der Europäischen Union.

Doch dieses wird häufig in der Güterbranche, im Verkehrsbereich, missbraucht, um eben noch mehr Gewinnmaximierung zu betreiben, indem man die Firmen auslagert in Länder, die niedrigere Lohn- und Sozialstandards haben. Die Leidtragenden – und das liegt auch auf der Hand und ist wiederholt erwähnt worden – sind zum einen die Arbeitnehmer, die die schlimmsten Bedingungen annehmen müssen, um der Arbeitslosigkeit zu entgehen. Es sind aber auch die Unternehmen – und das, glaube ich, wissen wir alle hier –, die sich an die Spielregeln halten, die die Tarife einhalten – sie sind die Leidtragenden, weil sie dem Wettbewerb nicht mehr gewachsen sind. Deswegen müssen wir die europaweite Untergrabung von Lohn- und Sozialstandards wirksam unterbinden. Die bisherigen Gesetze müssen wir ordentlich umsetzen; insbesondere die Europäische Kommission und die Mitgliedstaaten sind gefragt, das umzusetzen.

Noch einmal mein Appell, mein Wunsch, vor allem an die Kolleginnen und Kollegen der EPP, morgen gemeinschaftlich dieses vom Tisch zu wischen.

 
  
MPphoto
 

  Sven Schulze (PPE). – Frau Präsidentin, liebe Damen und Herren! Ich muss mich über die Debatte schon ein bisschen wundern. Ich habe so ein bisschen das Gefühl, dass man uns als EVP hier in die Schuhe schieben will, dass wir uns nicht gegen Sozialdumping engagieren. Wer sich das in den Sitzungen im Ausschuss, auch zu diesem Bericht, und in den vielen Sitzungen, die auch die Schattenberichterstatterin mitgemacht hat, angeschaut hat, kann das nicht behaupten.

Was mich aber noch viel mehr hier in diesem Plenum stört, ist, dass die ganz links und die ganz rechts, die uns jetzt hier als Europa vorgeworfen haben, wir wären die unsozialste Region dieser Welt, die große Reden schwingen hier im Parlament, die behaupten, dass alles, was wir hier machen, schlecht ist, – die halten hier eine Rede, das wird aufgezeichnet, und dann gehen sie nach Hause. Sitzen jetzt wahrscheinlich schon im Restaurant und essen gutes Essen hier in Straßburg. Wenn man hier wirklich mitmachen will, dann sage ich eins: Dann muss man auch mal Anträge stellen, da muss man auch im Ausschuss mitarbeiten und darf hier nicht nur im Plenum große Reden schwingen.

Mich stört an diesem Bericht ein Stück weit, dass hier Dinge drin sind, die dort eigentlich nicht reingehören. Es wurde schon mehrfach das Thema Entsenderichtlinie angesprochen. Da hat die Kommissarin Thyssen einen Vorschlag gemacht, den werden wir hier im Europäischen Parlament bearbeiten. Da gehört es hin und nicht hier hinein.

Es gibt noch einige weitere Dinge, die sind aber alle schon aufgezählt worden. Vorhin fand ich ganz interessant, dass behauptet wurde, dass ein polnischer und ein deutscher Abgeordneter hier angeblich das gleiche verdienen. Das stimmt auch nicht ganz – Schauen Sie sich mal die Abgeordneten vor 2009 an; die verdienen teilweise einen vierstelligen Betrag mehr als andere. Also selbst im Europäischen Parlament wird unterschiedlich bezahlt.

 
  
MPphoto
 

  Georgi Pirinski (S&D). – Madam President, countering social dumping urgently requires effective cooperation between national authorities and social partners in order to end exploitation of workers and unfair competition. It is therefore the explicit obligation of the Commission to ensure full use of the new Platform to tackle undeclared work from its very next session in September, as a most valuable venue to develop just such cooperation. I very much welcome your introductory words Commissioner to that effect.

As to the particular challenges regarding transport – a sector of particular importance for Bulgaria, with over three thousand personnel providing vital income for their families – it is imperative that there must be no further liberalisation of cabotage until implementation of the current legislation is ensured, together with the necessary guarantees for equal access to the single transport market.

 
  
MPphoto
 

  Jérôme Lavrilleux (PPE). – Madame la Présidente, je voudrais avant tout féliciter et remercier le rapporteur, mon collègue français Guillaume Balas pour l'esprit d'ouverture et de consensus avec lequel il a rédigé ce rapport.

Effectivement, sur des sujets aussi importants que celui du dumping social, il est primordial que nous sachions faire preuve de bonne volonté et nous unir au-delà des clivages politiques.

Cependant, pour les États comme pour les entreprises ou encore les individus, la réussite de l'un ne peut durablement se faire au détriment de l'autre. Nous avons donc le devoir d'agir, sans quoi nous assisterons, impuissants, au démantèlement du marché intérieur, qui est un des piliers de la construction européenne.

Il est nécessaire d'apporter des réponses aux dysfonctionnements, voire aux dérives de certaines de nos directives afin de protéger les droits fondamentaux tels que la libre circulation des personnes.

C'est bien la volonté du groupe auquel j'appartiens, mais également la vôtre, Madame la Commissaire Thyssen, d'avoir le courage de réviser notamment la directive sur le détachement des travailleurs. À ce titre, je souhaite rendre hommage à ma collègue et amie Élisabeth Morin-Chartier, qui est une parlementaire de grande qualité et qui détient, j'en suis sûr, les compétences et l'expertise nécessaires pour réussir cette réforme, dont elle sera le rapporteur.

Je conclurai, Madame la Présidente, en mettant les États face à leurs responsabilités. Effectivement, une grande partie des dysfonctionnements des règles européennes réside dans l'application lente et parfois partielle ou partiale de celles-ci par les autorités nationales.

Mais l'exemple britannique l'a prouvé, la facilité, voire la lâcheté consistant à rejeter la faute sur l'Europe peut avoir un triste effet boomerang.

 
  
MPphoto
 

  Marita Ulvskog (S&D). – Fru talman! Tack, fru kommissionär, för att ni är här. Vi har ett allvarligt problem i Europa i dag. Istället för att stärka varandra så tävlar vi om att snabbt nå botten.

Social dumpning genom låga löner och dåliga arbetsvillkor är inte bara ett problem för enskilda arbetare, för enskilda chaufförer, byggnadsarbetare, vårdbiträden – i stort sett nästan varje del av arbetsmarknaden. Nej, det handlar inte bara om detta, utan det är också ett demokratiproblem. Människor tappar tron på framtiden och på EU när personer som sitter i detta rum tillåter social dumpning och vägrar att täppa till hål i lagstiftningen. Då bekräftas ju också den bilden.

Kommissionär Thyssen har tagit ett viktigt steg för ordning och reda och för fair play genom förslaget till förändring av utstationeringsdirektivet. Det är oerhört viktigt. Varmt tack för det! Guillaume Balas har nu med mycket stora arbetsinsatser och ett väldigt gott samarbete med andra lagt fram ett mycket viktigt betänkande om den sociala dumpningen. Tack för det! Nu måste allt detta bara lyftas från parlamentet och ut i verkligheten.

 
  
MPphoto
 

  Ádám Kósa (PPE). – Kedves Kollégák! A jelentés fontos kérdésekre próbál választ adni. Bár a kiindulópontja a szociális dömping fogalmának meghatározása, de még erre sem tud egzakt választ, egzakt megfogalmazást adni, ahogy a többi kérdésre sem. Azt pedig különösen helytelennek tartom, hogy belekeveri a kiküldetési irányelv fogalmát is, azaz a legálisan foglalkoztatott munkavállalók kiküldetését és annak szabályrendszerét. Ezzel egy legális és versenyképességet javító rendelkezést akar mintegy illegálissá átminősíteni. Ez ellen határozottan fel kell lépni! Hibás maga a prekoncepció is, ugyanis abból indul ki, hogy a versenynek egyetlen eleme van, mégpedig a bérköltségek. Hogyha ez valóban így lenne, akkor minden vállalkozás a harmadik világban keresne munkaerőt és nem az Európai Unión belül, ahol továbbra is a folyamatos és kiegyensúlyozott felzárkózásra van szükség a tagállamok között, nem pedig az ilyen hangulatkeltő jelentések készítésére az Európai Parlamentben.

 
  
MPphoto
 

  Lara Comi (PPE). – Signora Presidente, onorevoli colleghi, ringrazio il Commissario per il lavoro che sta svolgendo e anche i relatori.

"Dumping sociale" è un termine che, allo stato attuale, è molto utilizzato ma non ha una definizione legalmente riconosciuta e condivisa. Però è noto a tutti il moltiplicarsi di queste pratiche illegali che permettono lo sviluppo di una concorrenza sleale. Quindi si ha una asimmetria tra la realtà del mercato interno e in realtà i diritti sociali, che sono molto eterogenei tra di loro.

Piuttosto che nascondersi dietro le politiche protezioniste, quindi adottando decisioni unilaterali in materia sociale, io proporrei che gli Stati membri si adoperassero di più nella collaborazione, nel rafforzare i controlli per evitare l'utilizzo di pratiche abusive, come il falso lavoro, che viene fortemente a danneggiare le piccole e medie imprese nell'agricoltura, nel settore agroalimentare e anche in quello dell'edilizia.

 
  
 

Catch-the-eye-Verfahren

 
  
MPphoto
 

  Csaba Sógor (PPE). – Madam President, back in the 2000s, Central and Eastern European countries joined a European Union based on an open market economy with free competition, and on a single market with four freedoms, opening up their economies to fierce competition from companies that had far more capital and far more technological advantage than theirs.

What we see today, however, are attempts by old Member States to introduce a pick-and-choose variety of competition and single market, depending on what suits perceived interests or populist political approaches better. This happens, be it through attempts to restrict the rules on the posting of workers or be it through the fabrication of an ill-defined notion with highly negative connotations, which is how, today, we are talking about social dumping, instead of enforcing existing single market regulation.

In a fight that is about neutralising less-developed countries’ main competitive advantage – lower wages – the next logical step would be to set higher tariffs on goods imported from there. I do not think that is the direction in which the European Union should be heading.

 
  
MPphoto
 

  Emilian Pavel (S&D). –Doamnă președintă, stimați colegi, vreau să-l felicit în primul rând pe colegul meu, Guillaume Balas, pentru raportul său. Cred că suntem cu toții de acord că avem nevoie, în acest moment, de o mai bună protecție a angajaților, a drepturilor și a securității lor în toate statele membre. La fel de important, în opinia mea, este faptul că acest raport nu trebuie să lase niciun semn de întrebare referitor la obiectivele sale.

Consider că beneficiile pieței unice europene și a libertății de mișcare în Europa sunt evidente și s-au făcut simțite în estul și, cel puțin în aceeași măsură, în vestul Uniunii Europene. Este o realitate pe care vă rog să nu o uităm niciodată!

De aceea, aș vrea să încurajez și să sprijin, și cu această ocazie, toate demersurile constructive de bună credință, care contribuie la consolidarea acestui principiu fondator al Uniunii noastre și care, în același timp, iau în considerare drepturile și protecția angajaților europeni, indiferent de statul membru în care își desfășoară activitatea.

 
  
MPphoto
 

  Νότης Μαριάς ( ECR). – Κυρία Πρόεδρε, η αδήλωτη εργασία και το κοινωνικό ντάμπινγκ που παρατηρούνται όλο και συχνότερα στα κράτη μέλη της Ένωσης οδηγούν όχι μόνο στη στρέβλωση του ανταγωνισμού και στη διάλυση των συστημάτων κοινωνικής ασφάλισης, αλλά υπονομεύουν και τα εργασιακά δικαιώματα. Αυτή τη στιγμή, σε πολλά κράτη μέλη της Ένωσης παρατηρείται αυξημένος αριθμός επισφαλών θέσεων εργασίας και μειούμενα επίπεδα προστασίας των εργαζομένων, τα οποία πραγματικά διαλύουν αυτή τη στιγμή τις εργασιακές σχέσεις.

Επιπλέον, ο κύριος Γιούνκερ από τις 15 Ιουλίου του 2014 είχε, υποτίθεται, δεσμευτεί να αναλάβει δράσεις για την καταπολέμηση των κινδύνων του κοινωνικού ντάμπινγκ. Ωστόσο, η πορεία των εργασιακών σχέσεων στις ευρωπαϊκές χώρες δείχνει πως καμιά αποτελεσματική δράση δεν έχει αναληφθεί ενώ το κοινωνικό ντάμπινγκ συνεχίζει να υφίσταται ενισχύοντας τις διακρίσεις και την άνιση μεταχείριση μεταξύ των εργαζομένων. Επομένως, για να λειτουργήσει, πρώτα από όλα, ορθά ο ανταγωνισμός, αλλά βεβαίως κυρίως για λόγους κοινωνικής δικαιοσύνης, θα πρέπει να εξαλειφθεί το κοινωνικό ντάμπινγκ που ενισχύεται από τις πολιτικές λιτότητας.

 
  
MPphoto
 

  Bronis Ropė (Verts/ALE). – Ačiū, ponia pirmininke. Gerbiamas Komisijos nary, kolegos. Pritariu daugelį šiame pranešime pateiktų nuostatų. Tačiau atkreipiu dėmesį, kad neturime persistengti, ypač dėl transporto kompanijų. Darbuotojų išnaudojimo atvejai kartojasi nuolatos. Akivaizdu, kad užkirsti kelią šiems pažeidimams yra labai sunku, juo labiau, kad krizės, nepritekliaus ar kitų priežasčių vedami darbuotojai neretai sutinka su visomis darbdavio sąlygomis. Šie žmonės retai praneša atsakingoms institucijoms apie pažeidimus, nes prarastų darbą. O dar viską apsunkina tai, kad kai kurios įmonės registruotos vienoje šalyje, o iš tiesų veiklą vykdo kitoje šalyje. Mes turime apsaugoti darbuotojus, tačiau kita vertus negalime kurti tvarkos, kuri užkirstų kelią verslo konkurencijai. Pavyzdžiui, mes negalime versti Lietuvos transporto kompanijos mokėti transporto priemonės vairuotojui milžiniško vokiško atlyginimo tik todėl, kad jis prekes pakrauna ir iškrauna šioje šalyje, nors tas vairuotojas jau dabar gauna didesnį nei vidutinį lietuvišką atlyginimą. Ačiū!

 
  
 

(Ende des Catch-the-eye-Verfahrens)

 
  
MPphoto
 

  Marianne Thyssen, Member of the Commission. – Madam President, I would like to thank the rapporteur, Mr Balas, and all the shadow rapporteurs and other Members of Parliament who cooperated in preparing this report. With our social acquis, we have rules in place to prevent social dumping but we need to make sure that our rules are correctly applied. Member States are responsible for enforcing labour law, rules for the posting of workers, rules on free movement and on health and safety at work, and – yes, Mr Balas – national labour inspectorates need sufficient resources to do that.

We have already put in place several instruments that offer national authorities more and better tools to make sure that free movement is fair and well managed and that abuse is prevented. We have the Platform against undeclared work, we have the Enforcement Directive on free movement of workers that makes mobile workers more aware of their rights and establishes national bodies to enforce those rights. We have the Enforcement Directive on posting of workers that introduces measures to prevent and penalise any abuses or circumventions of European rules on posting.

With the upcoming social pillar – and this is important because, indeed, social dumping is not only about mobile work – and with the targeted revision of the Posting of Workers Directive, with the amendments of the social security coordination regulation that are under preparation, with the roads initiatives, we want to make our acquis stronger and adapt it to the new challenges on the labour market.

In conclusion, I am convinced that, by pooling all our efforts, we can ensure a fair labour market where there is no place for social dumping. So let us continue to work together. Thank you very much for this debate.

 
  
MPphoto
 

  Guillaume Balas, rapporteur. – Madame la Présidente, Madame la Commissaire, vous avez entendu M. Briois tout à l'heure, du Front national. Il a exposé la vraie alternative si jamais nous ne faisons rien, c'est-à-dire – c'est simple – la fin de l'Union européenne, la fin du marché intérieur, la fin des directives, la remise en place des frontières nationales, la fin de la libre circulation. Il est clair et il compte sur nous pour échouer. Il pense que nous allons échouer, parce qu'il pense que nous sommes trop divisés aujourd'hui pour lui répondre.

Je crois que le travail qui a été fait et qui a abouti à ce qu'en commission affaires sociales et emploi, la majorité des groupes votent ce compromis est la meilleure réponse que nous pouvons lui faire à lui, mais surtout aux citoyens européens qui ainsi verront que l'Europe ne reste pas fossilisée, mais bouge pour les défendre, eux, que l'Europe n'est pas un problème, mais qu'enfin elle devient la solution.

Pour cela, je voudrais dire, Monsieur Lenaers, que non, ce rapport n'est pas là pour réaliser les rêves des socialistes. Vous savez, je suis socialiste et pas un mou, mais Mme Jazłowiecka n'est pas socialiste et elle n'est pas molle non plus. Je peux vous assurer que nous avons dû accepter, nous socialistes, nous la gauche, beaucoup de compromis que nous ne voulions pas au début et que le PPE a eu beaucoup de victoires dans ce rapport, qu'il n'a pas été facile de faire accepter à gauche. Ce n'est donc pas un rapport socialiste, loin de là.

D'ailleurs, je tiens à rappeler que les seuls éléments relatifs à la directive 96, la directive source, ne font que rappeler les propositions de la commissaire Thyssen, sans même les juger. Il n'y a donc pas d'avis sur la question de la directive 96, puisqu'on sait que c'est un débat qui viendra plus tard. Quand on parle de détachement des travailleurs, il s'agit de l'application de la législation existante et, notamment, de la question des contrôles.

Je termine en disant que je suis d'accord avec M. Casa. Il y a eu un travail long, difficile, passionnant, où j'ai rencontré notamment des rapporteurs fictifs passionnants. Il faut respecter l'équilibre qui a été trouvé, mais tout l'équilibre qui a été trouvé. Ainsi, nous pourrons répondre à nos concitoyens de manière utile.

 
  
MPphoto
 

  Die Präsidentin. – Die Aussprache ist geschlossen.

Die Abstimmung findet am Mittwoch, 14. September 2016, statt.

Schriftliche Erklarungen (Artikel 162 GO)

 
  
MPphoto
 
 

  Ivo Belet (PPE), schriftelijk. – Sociale dumping holt niet alleen de sociale verworvenheden van onze werknemers uit, maar leidt ook tot uitbuiting van de betrokken arbeiders en maakt het eerlijke bedrijven moeilijker om te concurreren. Het is hoog tijd voor een krachtdadig optreden en een garantie van gelijk loon voor gelijk werk op dezelfde plaats voor alle werknemers. Cruciaal daarbij zijn scherpere Europese regels, een betere omzetting van de regels en meer controle door de inspectiediensten. Het Parlement heeft in 2014 de controlemogelijkheden nog aanzienlijk uitgebreid. Het nieuwe voorstel van commissaris Marianne Thyssen moet nu de regels zelf scherper stellen en garanderen dat alle Belgische loon- en arbeidsvoorwaarden onverkort van toepassing zijn voor tijdelijk in België tewerkgestelde buitenlandse werknemers. Dit voorstel staat bovenaan onze agenda.

 
  
MPphoto
 
 

  Alain Cadec (PPE), par écrit. – Nous avons enfin un texte qui définit clairement ce qu’est le dumping social. Cela fait des années que nous attendons une telle définition. Même si les politiques sociales sont des compétences des États membres, il est indispensable qu’il y ait une coopération européenne en la matière. Je plaide depuis de nombreuses années pour une convergence sociale afin que nous puissions lutter ensemble contre la concurrence sociale déloyale. Cette convergence doit bien entendu se faire vers le haut. Il est inconcevable que les systèmes sociaux les plus aboutis soient amoindris dans ce processus.

 
  
MPphoto
 
 

  Fabio Massimo Castaldo (EFDD), per iscritto. – Il mercato interno costituisce indubbiamente una grande opportunità ma la mancanza di uniformità dei diritti dei lavoratori nell'UE e di controlli volti a impedire la concorrenza sleale hanno come conseguenza il verificarsi di pericolosi fenomeni di dumping sociale. La concorrenza viene infatti impostata attraverso una corsa al ribasso del costo del lavoratore e vengono quindi a mancare per gli stessi tutele che dovrebbero invece costituire diritti inalienabili. La relazione adottata dal Parlamento europeo tenta di porre freni a questa situazione, richiedendo, ad esempio, il miglioramento dei controlli e le ispezioni derivanti dall'applicazione della legislazione in materia di lotta alla concorrenza sleale. Un'altra proposta interessante è quella di stilare una sorta di black-list europea delle società colpevoli di gravi infrazioni, come il ricorso al lavoro sommerso. Ancora, si parla dell'elaborazione di un documento unico digitale di trasferimento dei diritti sociali per ciascun lavoratore europeo. Tentare di correggere le storture del mercato unico è doveroso, e continueremo a lavorare in questo senso.

 
  
MPphoto
 
 

  Christine Revault D’Allonnes Bonnefoy (S&D), par écrit. – Aujourd’hui j’ai voté en faveur du rapport de mon collègue, Guillaume BALAS, sur la lutte contre le dumping social dans l’Union européenne. Ce rapport envoie un message clair à la Commission et demande des mesures concrètes pour lutter contre le dumping social. L’élaboration d’une liste noire des entreprises qui ne respectent pas la législation sociale, l’enregistrement des déclarations de détachement dans un registre européen, le renforcement des contrôles ou la limitation des détachements dans le temps, sont autant de propositions qui permettraient de renforcer la dimension sociale du marché intérieur. La Commission doit maintenant agir, ce vote montre qu’il existe une majorité parlementaire pour avancer sur ces mesures nécessaires. Je me félicite également que le rapport appelle à la mise en place d’un seuil de 60 % du salaire moyen national comme référence pour fixer au sein des États membres le salaire minimum. Enfin, sur les transports routiers, qui cristallisent les enjeux de dumping social, ce rapport va aussi dans le bon sens en demandant à la Commission de créer une Agence européenne du transport routier chargée d’assurer le contrôle du respect des règles.

 
  
MPphoto
 
 

  Claudia Țapardel (S&D), în scris. – Raportul referitor la dumpingul social scoate în evidență faptul că Europa se confruntă cu diferențe semnificative în ceea ce privește aplicarea drepturilor angajaților. Din perspectiva sectorului transporturilor, aceste diferențe duc la distorsionarea pieței interne și la periclitarea siguranței călătorilor. Soluția pentru realizarea unor reguli comune, dar și pentru asigurarea implementării lor stă în a avea un organism cu atribuții clare și cu legitimitatea de a coordona acțiunile la nivel european. De aceea, Uniunea Europeană are nevoie de o Agenție Europeană pentru Transportul Rutier. Aceasta ar asigura că statele membre nu impun măsuri unilaterale restrictive, care pedepsesc firmele din țări cu un PIB redus. Totodată, o mai bună coordonare ne va ajuta să combatem lacunele legislative și ar opri unele firme să abuzeze de libertățile oferite de piața unică europeană. Rămân, însă, câteva lucruri de clarificat. În primul rând, trebuie să ne ferim de etichetări și să creăm condiții echitabile pentru toți participanții la piața europeană. O atitudine constructivă va presupune ca toate părțile interesate să se mobilizeze pentru a crea un cadru legislativ unitar, care să nu lase loc unei curse pentru diminuarea drepturilor sociale din care să piardă cei mai vulnerabili sau consumatorii.

 
  
MPphoto
 
 

  Claudiu Ciprian Tănăsescu (S&D), în scris. – Propunerea de rezoluție a Parlamentului European privind dumpingul social este salutară, dat fiind faptul că inegalitățile din Europa se accentuează, subminând, astfel, atingerea obiectivelor Strategiei Europa 2020 privind sărăcia și ocuparea forței de muncă. Aceasta presupune adoptarea unei poziții puternice a UE față de ceea ce denumim „dumpingul social”, fapt ce îi conferă un rol exemplar pe scena mondială, impunând țărilor terțe obligația de a respecta drepturile fundamentale ale omului, standardele internaționale în dreptul muncii și în domeniul social, limitând efectele dumpingului social la nivel mondial.

Suntem de acord că nu există o definiție unanim acceptată a conceptului, însă dumpingul social generează, prin formele sale, efecte nu doar economice, sociale, financiare și bugetare, ci și ecologice, despre care nu se specifică mai nimic în prezenta propunere.

Libera circulație a persoanelor este indispensabilă atingerii obiectivelor de coeziune economică, socială și teritorială, dar ar fi de dorit ca situația lucrătorilor din statele membre în curs de dezvoltare, acuzați de dumping social în statele membre UE dezvoltate, să fie clar reglementată, nu doar să se ia act de propunerea Comisiei de revizuire a Directivei 96/71/CE.

 

15. Presentatie van het standpunt van de Raad inzake het ontwerp van algemene begroting voor het begrotingsjaar 2017 (debat)
Video van de redevoeringen
MPphoto
 

  Die Präsidentin. – Als nächster Punkt der Tagesordnung folgt die Aussprache über die Erklärung des Rates zur Erläuterung des Standpunkts des Rates zum Entwurf des Gesamthaushaltsplans für das Haushaltsjahr 2017 (2016/2768(RSP)).

Ich weise die Mitglieder darauf hin, dass es bei dieser Aussprache kein Catch-the-eye-Verfahren gibt und dass keine blauen Karten angenommen werden.

Jetzt sage ich Frau Kommissarin Thyssen Auf Wiedersehen, und Frau Kommissions-Vizepräsidentin Georgieva ist noch nicht hier. Aber der erste auf der Rednerliste ist im Namen des Rates Herr Minister Vazil Hudák. Das heißt, ich gebe Ihnen zuerst das Wort.

 
  
MPphoto
 

  Vazil Hudák, President-in-Office of the Council. – Madam President, I would like to wish everybody good evening. It has been a long day for all of us but I believe that those who have actually stayed here – and I see Madam Commissioner joining us – and had the courage and stamina to stay here into the late evening are the true friends of the budget. I have the honour of presenting to you the Council’s position on the draft budget of the European Union for the year 2017, which was adopted yesterday by the Council.

I would like to begin by stating clearly that the main thrust of the Council’s position is the prioritisation of expenditure. This means that we wish to finance adequately investments to spur growth and jobs, for example through the European Fund for Strategic Investments, and to provide sufficient funding to tackle the still ongoing migration crisis and the related external policies.

At the same time, it is the Council’s express wish to create sufficient margins to enable us to cope with unforeseen situations that we will surely have to face into 2017. In our view, the annual budget is an expression of our solidarity, the solidarity which goes internally amongst the Member States, and the citizens as well as externally towards third countries, which is a common goal that we all share. Therefore, the EU budget should concentrate on the main objectives of the EU and on benefiting our citizens.

Let me now explain to you how the Council looked at priorities and the guiding principles. These priorities, which were reflected in the thinking by the Member States and the Council, translate into concrete guiding principles that were applied when adopting the Council’s position on the draft budget for 2017. First, tackling the refugee crisis is a key priority, and hence so is the financing for migration and related external policies. Therefore, heading 3 – Security and citizenship, which funds policies on tackling the migration and refugee crisis, benefits from a significant increase of 4.9% in commitments and 24.4% in payment appropriations compared to 2016. The Council has accepted in full all appropriations destined for the programmes and agencies dealing with the crisis, including the use of the flexibility instrument for an amount of EUR 530 million and the contingency margin for an amount of EUR 1.14 billion. In total, the Council has agreed an amount of EUR 3 billion, which goes mainly to the Asylum, Migration and Integration Fund, to the Internal Security Fund, to emergency assistance and to the related agencies such as Frontex, EASO and Europol.

In heading 4 – Global Europe, the Council undertook a thorough analysis in order to identify space for creating the necessary margin since the Commission’s proposal for 2017 has completely exhausted the margin for commitments. The overall increase in commitments remains at 1.74%, compared to 2016. Programmes and instruments related to the migration crisis and the facility for refugees in Turkey were not affected by reductions. So you can see that the Council stands fully behind the European Agenda on Migration, as was agreed between us in 2015.

Second, a priority and concern for all of us is the creation of jobs and growth. Subheading 1A – Competitiveness for growth and jobs, therefore increases overall by almost 9% in both commitments and payment appropriations compared to 2016. The Council protects and supports the budget for instruments that spur growth and thereby create jobs, namely such instruments as EFSI, COSME, Erasmus+ and others. Subheading 1A, however, has also contributed to the general savings effort concerning some budget lines where the Council considers, following a detailed technical analysis, that the Commission has overestimated the real needs.

Concerning Subheading 1B – Economic, social and territorial cohesion, which is another core policy of the European Union for the creation of growth and jobs, the Council proposes limited reductions of payment appropriations on new programmes of EUR 199 million. However, the Council has not reduced appropriations dedicated to the previous programming period, 2007—2013, and to the treatment of the backlog of unpaid bills. That deadlock should be fully resolved by the end of this year in accordance with the payment plan.

Before concluding, let me briefly address the issue of Heading 5 –Administration. As you all know – and I think Parliament has been part of this deal – 2017 is the last year for institutions to achieve the goal of reducing their statutory staff by 5%. Frankly, the Council and the Member States are very concerned to note that not all institutions will achieve that goal. Therefore the Council has made it very clear in a statement that it expects that all efforts will be deployed to avoid any additional delays in implementing this jointly-agreed reduction target.

In conclusion, as you can see, in an effort to find the right balance between, on the one hand, a sustainable budget in times of budgetary constraints throughout Europe and, on the other hand, financing essential political priorities, the Council has identified areas where savings are reasonable and necessary. In those areas that cannot be qualified as top political priorities in the current circumstances, reductions in the proposal of the Commission have been made in a careful fashion in order not to harm programmes that perform well and are coming up to speed. In doing so we have followed the Council’s budget guidelines for 2017.

Let me express my hope and confidence that we will find a common path to securing a reasonable and sustainable budget that will bring maximum benefits for all our fellow citizens. Above all, I hope that our debate on this important but technical matter will pave the way to a successful compromise based on mutual respect and understanding and shared goals and concerns.

 
  
MPphoto
 

  Kristalina Georgieva, Vice-President of the Commission. – Madam President, as Mr Hudák has just said, those who are most committed to the European budget are in this Chamber and I see Mr Arthuis among them.

On the discussion of the Council reading on the Commission’s proposal, I want to start from where we are clearly in alignment. There is a commonality of purpose which is to make sure that our budget for 2017 is aligned with our two top priorities: investment in jobs and growth and dealing with migration, refugees and security. We are clearly more in alignment on one of these priorities – migration, refugees and security – on which the Commission proposal has been fully endorsed in the reading of Council. However, there are some discrepancies in views and I want to concentrate on the logic behind what the Commission has proposed and to defend our proposal.

Regarding investment in jobs and growth, we have dedicated nearly half – 47.4% – of the budget to that, which includes an increase vis-à-vis 2016 of 7%. We have done that consciously, taking into account the status of our economies and we have looked very carefully into each and every budget line. For that reason, we were quite underwhelmed by the reading of the Council on Heading 1A, where, on competitiveness, jobs and growth, there are proposed cuts of EUR 400 million. This means 52% of the cuts that Council is proposing falling on an area that I do not think any one of us can disagree is important for Europe.

I would point to some of these cuts, for example in research, at a time when we need to stimulate innovation and make sure that European researchers are coming close to the real economy. We were surprised to see that there are proposed cuts for some large—scale projects for which there is very high demand, like transport and energy, Galileo and Copernicus. Some of these cuts are just very bad use of the knife, in terms of the consequences of the costs we would then incur. If, in Galileo, you build the satellite but you do not shoot it up, you have to store it and pay for its storage.

Similarly, I would express a bit of concern that there is some mechanical cutting when it comes to some of the Heading 3 small programmes like health, SMEs and dialogue with citizens, or cuts in global Europe – EUR 62 million in cuts – when we know that, if anything, we have to do more to address the root causes of poverty, and thus of wars, refugees and migration.

I would say, from the bottom of my heart, that I have sympathy for the Council in terms of keeping us on the straight and narrow when it comes to administrative cost. We are very mindful that every day we have to look into what we spent on administration, with an eye to economising: and we do that. I can tell you that – line by line – we are cutting every budget line that is not driven upwards by natural forces. But to demand from us that we go beyond the 5% staff cut, by introducing an additional reduction, I do not find very wise because we are committed to the 5% cut: we are executing the 5% cut while undertaking more responsibilities, and we motivate our staff by telling them we are cutting as much as we have promised – no less, but also no more.

On payment appropriations, there is a very important point for the Council to take into account, namely that in 2016, unfortunately, some of the new programmes are underperforming and therefore the absorption rate in payments is lower than projected. This on its own is a problem, but it also creates a problem for 2017, when we anticipate that some of these non-materialising payments could come knocking on the door. Therefore we would argue very strongly for the Council to revisit this position. We are not proposing a proportionate increase in 2017 equal to the underspending in 2016. We are sticking to where we are, but it would be unwise to attempt a further reduction.

Finally, I want once again to make a clear statement on our commitment to monitor implementation. We are grateful to Parliament and to the Council for your engagement with us to make sure that we constantly improve our capacity to project what is necessary and to correct our course so we can use money in the wisest possible manner. We are keen to continue to work with Council, and of course with Parliament, so that the 2017 budget becomes a reality on time. If we remember last year’s experience, we actually got it five days before the deadline: so why not repeat that this year?

 
  
MPphoto
 

  Jens Geier, Berichterstatter. – Frau Präsidentin, Frau Vizepräsidentin Georgieva, Herr Minister Hudák! Die EU muss liefern, höre ich, wenn über die Krise der EU in diesen Tagen diskutiert wird. Wir müssen groß sein bei den Aufgaben und ihren Lösungen. Allerdings müssen wir dann die Lösung dieser Aufgaben auch finanzieren können, und dabei begibt der Rat sich in eine widersprüchliche Situation. Es gibt zwar die gemeinsamen Schwerpunkte, die wir schon gehört haben: die Bewältigung der Migrationskrise, etwa mit den außenpolitischen Mitteln in der Kategorie 4, mehr Mittel für Wachstum und Beschäftigung – dafür gibt es die Kategorie 1A. Aber das sind genau die Kategorien, in denen der Rat am stärksten eingreift.

Der Rat kürzt den Vorschlag der Kommission in der Forschungspolitik bei Horizont 2020 und in der Verkehrspolitik – und damit bei zwei Programmen, denen bereits Geld entzogen worden ist, als es um die Garantiesumme für den Europäischen Fonds für strategische Investitionen ging, um hier die Garantiezahlung zusammenzubekommen. Es gibt Einschnitte, die der Rat in der sozialen Zusammenarbeit vorschlägt, also dem Geld für die europäischen Gewerkschaften, oder bei den Mikrokrediten, einem bewährten sozialpolitischen Instrument. Das kann ein Sozialdemokrat wie ich nur als Provokation verstehen.

In der Kategorie 1B kürzt der Rat massiv die grenzüberschreitende Zusammenarbeit, ein Programm mit klarem europäischem Mehrwert. Denn die Nationalstaaten haben keine Förderinstrumente, die die Menschen, die an den Grenzen der Mitgliedstaaten leben, dabei unterstützen, zum Beispiel wirtschaftliche Potenziale grenzüberschreitend mit ihren Nachbarn zu heben.

In der Kategorie 4 bedeutet das, was der Rat vorschlägt, im Ergebnis, dass wir unter das Niveau des Haushalts von 2016 sinken. Mir ist keine außenpolitische Krise bekannt, die sich in den letzten Monaten gelöst hätte, also sehe ich eigentlich auch keinen politischen Grund dafür, dass wir hier weniger investieren müssten, und das, obwohl wichtige Instrumente in der Entwicklungszusammenarbeit bereits viel Geld an die Fazilität für die Flüchtlinge in der Türkei abgeben mussten. Nicht nur hier: Der Rat schwächt mit seinem Haushaltsvorschlag Instrumente zur Krisenbewältigung, die die EU dringend braucht und die der Rat selbst fordert. Da stellt sich doch die Frage: Warum?

Die einzige Erklärung, die ich finde: Es ist ein Ritual. Es geht um das Streichen um des Streichens willen. Und das wird deutlich, wenn man sich vor Augen führt, dass es die Nettozahler—Staaten waren, die diese Streichung durchgesetzt haben. Aber wenn sich die Einschnitte bei den Zahlungen und den Verpflichtungen in Höhe von rund 0,8 Prozent des Haushalts bewegen, dann kann man das Argument, Herr Minister, es ginge um Margen für Unvorhergesehenes, nicht wirklich ernst nehmen. Aber signifikante Einsparungen für die Nettozahler bedeutet es sicherlich auch nicht. Es ist ein Ritual. Es ist das Gegenteil von der Forderung, dass die EU Beiträge zur Lösung der großen Probleme leisten soll, und ich bitte Sie, dieses Ritual zu beenden.

 
  
  

PRZEWODNICTWO: RYSZARD CZARNECKI
Wiceprzewodniczący

 
  
MPphoto
 

  Indrek Tarand, rapporteur. – Mr President, my thanks to the Slovak Presidency, which communicated its decisions. As usual, our Treaties and Rules of Procedure guide us with tremendous force through the unknown seas of the Bermuda Triangle, where both co-legislators and honest brokers can get lost. The end of the story seems to be that no one will be happy but there is no one to be blamed, or actually the name of the game is normally to blame another institution. However, this year we are trying to chart a different course together with my dear colleague and main rapporteur, Mr Geier. We will not blame anybody but ourselves, and that is taking a whole lot of responsibility, perhaps even a bit too much.

About administrative costs, I must admit, under the circumstances prescribed by the Treaties and numerous rules and practices, it is quite a stressful situation to be responsible for something you cannot actually really change or can change only cosmetically. Whatever direction you try to take, there are obstacles called ‘interinstitutional agreement’, ‘Staff Regulations’, ‘establishment plan’ etc., but the ultimate barrier is the so-called ‘gentlemen’s agreement’. I have been wondering who exactly those gentlemen were because it would be lovely to meet them and discuss whether their agreement is still up to date, but those thoughts are a matter for another discussion.

A few comments now on the Council position on other sections. As I pointed out at the first trilogue, I am thoroughly unable to find common sense or reason in the Council’s wish to cut the appropriations for the European Court of Justice and also for the Data Protection Supervisor. Please allow me to illustrate it briefly. As far as I understand, the evidence shows that the European Court of Justice did ask for an increase of 12 judges to cope with its growing workload, yet it was given 28 by the Council, most likely because the Council was unable to tame the atavist instincts of the Member States, hence each State was given an additional judge regardless of whether this was necessary. In so doing, the Council pushed up so-called organisational costs in the budget but now, with its other hand, it wants to reduce the substantial side of the Court’s budget, thereby hampering its ability to deal with its principal tasks. That is why as a rapporteur I intend to restore the original estimated lines promptly.

Data protection is a hotly debated topic. Indeed, it is full of controversy and paradoxes. We all have two hands here, and quite frequently we use one of them to vote for more data protection and against American and other possible surveillance of our data. Having done that, quite a number of us voluntarily put an activity tracker on the other hand, sending, via our apps and internet use, all sorts of data to the American private companies, such as how many steps do we make per day or what we had for lunch, or perhaps even what our heartbeat is while having sex. We can only hope that those companies deal carefully with our data. So once we have decided to have a small agency to supervise European data protection, it is really unwise to cut the financial resources it has to do that.

To conclude, I would like to thank the partners in the budgetary process. The process has enabled me to meet extremely professional officials, wonderful and creative colleagues in various institutions whose experience and goodwill and devotion to Europe has brought us here. I am sure we will have a budget in 2017.

 
  
MPphoto
 

  Jean Arthuis, président de la commission des budgets. – Monsieur le Président, ce débat tardif sur le projet de budget de 2017, conséquence du calendrier choisi par la Grande-Bretagne pour tenir son référendum sur le Brexit, intervient à la veille de deux événements attendus. D'abord le discours du président de la Commission sur l'état de l'Union et dans la foulée, la présentation du projet de révision à mi-parcours du cadre financier pluriannuel 2014-2020.

Mes chers collègues, le rêve nous est encore permis. Rêve que le budget 2017 ne soit plus une simple tranche annuelle du cadre financier. Notre hémiplégie budgétaire nous interdit de délibérer sur les recettes. Quant à notre champ de travail, les dépenses, 1 % du PIB européen, sont réparties à raison de 80 % au profit des États membres. Il ne reste donc que 20 % seulement pour des actions supranationales, c'est-à-dire l'essence du budget européen. Mais le tiers de ces 20 % est déjà préempté pour financer les institutions – la Commission, le Parlement, le Conseil, la Cour de justice, la Cour des comptes, les agences. Comment dans ces conditions, répondre aux situations de crise et préparer l'avenir?

Oui, chers collègues, moins de 14 % de notre budget est alloué aux programmes de recherche Horizon 2020, pour Erasmus, pour le programme d'interconnexion des infrastructures en Europe, pour contrôler nos frontières extérieures, accueillir dignement les réfugiés, lutter contre le terrorisme, contre le chômage, notamment celui des jeunes, réguler les productions agricoles, lutter contre les paradis fiscaux et les fraudes de tous ordres, assumer nos obligations humanitaires dans les régions dévastées par les guerres, tarir les sources de migration économique par une politique ambitieuse d'aide au développement, notamment en Afrique.

Miroir du passé, le cadre financier est anachronique, privé de marge significative de flexibilité. C'est le degré zéro de la politique. La situation est à ce point misérable que la Commission multiplie les satellites budgétaires – EFSI, trust funds, facilité budgétaire pour la Turquie –, véritables galaxies échappant au contrôle parlementaire. Notre budget donne un spectacle d'impuissance, budget illisible, budget incompréhensible par les citoyens, illustration de l'incapacité de l'Union européenne à parler aux Européens.

Rêve que la révision à mi-parcours du cadre financier pluriannuel sorte notre budget du simulacre où il a glissé au fil des années.

Soyons vigilants sur les crédits mis à la disposition des États membres et les fonds de cohésion par nature sanctuarisés. Les prévisions de paiements sont revues à la baisse car les engagements tardent à être décidés. Pourquoi? Sans doute parce que les nouveaux programmes relevant de la cohésion et nos règlements sont devenus à ce point complexes qu'ils rebutent les investisseurs publics et les acteurs locaux. C'est dire l'urgence d'une révision drastique de notre règlement financier. Peut-être bien aussi parce que, pour importantes qu'elles soient, les aides européennes ne couvrent qu'une partie des dépenses, obligeant les opérateurs à s'endetter comme si l'Europe devenait activatrice de dépenses et de dettes publiques.

En conclusion, à ce stade de la procédure budgétaire, nous restons confiants. Nous sommes impatients de concevoir et de voter des budgets donnant à l'Union les moyens de manifester sa puissance, des budgets parlant aux Européens, des budgets démontrant à l'opinion publique l'effectivité de la valeur ajoutée de l'Union européenne.

 
  
MPphoto
 

  Vazil Hudák, President-in-Office of the Council. – Mr President, first of all I would like to thank all those who spoke during this discussion. I think the discussion showed that we may have some different views but in general we are united by the fact that we want to have a workable budget, a good budget for European citizens.

One of the issues or challenges we have is that we have too many priorities and too little money, and the question is how to use the money in the best possible way. I remember long and painful discussions at the national level in my country, in my government, where we had to go through very painful decisions on where to cut, where to take away and how to adjust the budget. Unfortunately there are also similar situations at the European level. I can assure the Members, and Mr Geier, that the cuts which were made by the Council were not ritual, were not easy, were not technical, and followed many discussions among the Member States and a lot of deliberation.

I would also like to put those numbers which came out of the Council into some perspective by comparing both the proposal from the Commission and numbers from 2016. This comparison shows that in the proposal from the Council we are actually talking about increasing commitments by 0.9% in comparison to 2016. There is a drop in payments of 7%, which we believe is justified because of the low absorption of the EU funds in some of the categories.

So again the change is not major and it reflects the views of the Member States, including the situation in their own countries. If I may, just very briefly, address some of the important points which were made during the discussion. The Council fully agrees that the priority of competitiveness, of jobs, of economic growth, is a key issue for Europe. Europe can survive in the global economy only as a competitive economy. The cuts made to sub-heading 1A were focused on areas in which some investments may be postponed because 2017 may be too soon for them. We also made sure that the Council has not proposed any reductions to the programmes that are best placed to achieve the political goal of economic growth, such as EFSI, core parts of the Horizon 2020, COSME, Erasmus+ etc. So we tried to preserve those core elements of the budget which we believe are the main drivers of economic growth.

In response to the points made by Mr Tarand on the European Court of Justice, this is an issue where we also looked very carefully at the budget. We took into account the increase in the budget of the European Court of Justice in 2016 and which helped with the process of reform. That increase was EUR 21 million. We believe that the further increase requested by the European Court of Justice for next year is not fully justified. The Council is ready to support the reforms but not at the level requested.

I think the points made by Mr Arthuis are very important. They go into the very substance of the budget, its composition, and looking into the future, how we adjust the structure of budget, both in terms of revenues but also expenditure, to the needs of modern Europe. This is something that we certainly have to discuss as part of the MFF mid-term review, that we have to discuss as part of the post 2020 discussions and of the European Commission. I think Kristalina is going to present some of the ideas tomorrow, and we look forward to that.

It is the common job of all the institutions to gradually adjust the budget in a way which would look into the future for 2017, and we want to keep the main focus of these discussions on the 2017 budget. We believe that we are proposing a budget which is balanced and which also reflects the situations in the Member States.

Lastly, I would like to express my huge appreciation for the discussion today, even at this late hour. As we have seen, views may differ but the goal is a common one, which is to adopt the best budget for Europe and its citizens. We will now eagerly await the position of the European Parliament on the budget for 2017, and we also look forward to the process of seeking to reconcile those differences together.

As in past years, we will count on the Commission, and in particular on Vice-President Georgieva, acting as a honest broker in this in this process, and I would also like to wish Mr Arthuis, the Chair of the Committee on Budgets, as well as Mr Geier and Mr Tarand as rapporteurs the best of luck for their work over the coming months within Parliament. I am also looking forward to our cooperation. I wish to assure you that the Slovak Presidency will do its best to make sure the 2017 budget is achieved and is a good budget.

 
  
 

Przewodniczący. Zamykam debatę.

 
  
MPphoto
 
 

  Bogdan Andrzej Zdrojewski (PPE), na piśmie. – Zaproponowanych przez Radę cięć w projekcie budżetu UE na rok 2017 nie uznałem za szczególnie zaskakujące. Jest to bowiem praktyka, której doświadczamy systematycznie od dłuższego czasu w ramach planowania budżetowego w UE. Natomiast z zaniepokojeniem przyjąłem znaczne cięcia w ramach działu 3. sięgające łącznie blisko 24,3 mln EUR w środkach na zobowiązania i 21,6 mln EUR w środkach na płatności. Przyznając, że w porównaniu do tegorocznego budżetu zarówno zobowiązania jak i płatności w tym dziale pozostają na wyższym pułapie, pragnę jednak zwrócić uwagę, że dział ten w wyjątkowym stopniu dotknięty został cięciami motywowanymi nowymi potrzebami związanymi z wyzwaniami, przed którymi stanęła Unia w ostatnim czasie. Zwracam także uwagę, iż choć wiele spośród tych cięć może wydać się niewielkich, biorąc jednak pod uwagę istnienie także stosunkowo małych budżetów, niewielkich, lecz emblematycznych i funkcjonujących z sukcesami programów np. współpracy w dziedzinie kultury, edukacji, młodzieży i sportu, cięcia te mogą zagrażać ich efektywnemu wdrażaniu i tym samym dostarczaniu oczekiwanych rezultatów.

Jako sprawozdawca Komisji Kultury i Edukacji PE ds. budżetu na rok 2017 z całą mocą po raz kolejny podkreślam, że inwestycje w kulturę i edukację przyczyniają się niewspółmiernie do promowania inteligentnego, trwałego wzrostu gospodarczego oraz stanowią strategiczną inwestycję w kapitał ludzki.

 

16. Economische partnerschapsovereenkomst tussen de EU en de SADC-EPO-staten - Parlementair toezicht op en monitoring door het maatschappelijk middenveld van de economische partnerschapsovereenkomst EU-SADC (debat)
Video van de redevoeringen
MPphoto
 

  Przewodniczący. – Kolejnym punktem porządku dnia jest wspólna debata nad:

– zaleceniem sporządzonym w imieniu Komisji Handlu Międzynarodowego w sprawie projektu decyzji Rady w sprawie zawarcia Umowy o partnerstwie gospodarczym między Unią Europejską i jej państwami członkowskimi, z jednej strony, a państwami Południowoafrykańskiej Wspólnoty Rozwoju (SADC) objętymi umową o partnerstwie gospodarczym, z drugiej strony (10107/2016 - C8-0243/2016 - 2016/0005(NLE)) (sprawozdawca: Alexander Graf Lambsdorff) (A8-0242/2016) oraz

– pytaniem wymagającym odpowiedzi ustnej skierowanym do Komisji przez Bernda Langego i Alexandra Grafa Lambsdorffa w imieniu Komisji Handlu Międzynarodowego w sprawie nadzoru parlamentarnego nad umową o partnerstwie gospodarczym UE-SADC i mechanizmu monitorowania tej umowy przez społeczeństwo obywatelskie (O-000108/2016 - B8-0713/2016).

 
  
MPphoto
 

  Alexander Graf Lambsdorff, rapporteur and author. – Mr President, I believe we are discussing a very important agreement. Before coming to the details of this Economic Partnership Agreement between the European Union and the Southern African Development Community States, allow me to share a story with you. The SADC EPA may sound extremely technical but it provides real opportunities for our European partner countries. During the signing ceremony that took place in Kasane, the singer Sesame Samantha Marumo performed a poem that inspired everyone in the room. The poem spoke about the hope of the people in the South African region that the Agreement will offer opportunities that are badly needed. Ladies and gentlemen, dear colleagues, I think this shows that our partners in Africa know about the potential of the EPA. They look forward to the day that the Agreement enters into force and it is high time for that to happen.

Let us look back for a moment. Everything started very early, already at the end of the 1990s when the ACP countries and the European Union came to a common understanding that our trade relations needed a fresh start. As most of you know, the Cotonou Agreement called for changes in longstanding non-reciprocal trade preferences that had governed the economic and political relationship between the African, Caribbean and Pacific group of States, on the one hand, and the European Union, on the other, for the last four decades. It was only on 15 July 2014, after ten years of negotiating, that the European Union and SADC – the SADC EPA Group, more precisely comprising Botswana, Lesotho, Mozambique, Namibia, South Africa and Swaziland – finally concluded the Agreement. The SADC EPA will foster a smooth and gradual integration of the African partner countries into the world economy. Through trade and investment it contributes to sustainable development and poverty reduction. Let us remember one thing: Africa is the growth continent. African countries are climbing up the ‘doing business’ rankings. New businesses are emerging and African countries are becoming less dependent on commodities. Africa offers something energising. The EPA will only be one instrument to tap into this energy, but it will prove pivotal in re-anchoring the trade bonds between Africa and the European Union.

Let me be very clear about one thing. I do not understand the last minute sudden opposition coming from some Members in this House. Those who are now being lobbied intensely by the citrus fruit lobby should know what the opposition means to the people in the South African States, but also for those European businesses seeking much needed potential for growth. Moreover, they should also know that the arguments brought forward are actually unsubstantiated and that their fears are not borne out by the facts. Imports of citrus fruit have previously not been liberalised during the European Union’s harvesting season and, ladies and gentlemen, this will remain so under this SADC EPA. Let us remember one thing: the EU will benefit as we obtain better access to the Southern African Customs Union markets for a number of products, but what is particularly important is that many geographical indications from the EU will be protected in South Africa under this EPA. There are things that come to mind like Parma ham, Parmiggiano Reggiano, Aceto Balsamico di Modena, things from the very countries where now all of a sudden we have this surprising opposition to what is a really good agreement.

The Agreement does not only help to liberalise trade and foster development but has a number of features which are beneficial for the countries concerned. First, the EPA contains a large number of safeguards, meaning that all EPA countries can activate these and raise import duties if imports from the EU threaten to disrupt the domestic industry. Moreover, should the EU apply a multilateral safeguard on the WTO rules, the EU offers its EPA partners a renewable five-year exemption from its application. Secondly, the rules of origin have been written in such a way that exports of textiles under preferential rates will become much easier. Moreover, the SADC EPA helps to diversify the economies of our partner countries. Thirdly, due to the asymmetric liberalisation, the SADC EPA States do not have to fully reciprocate the market opening. Instead, they can protect sensitive products from liberalisation. To be more precise, it foresees the exclusion of sensitive products, long liberalisation periods, flexible rules of origin and special safeguards and measures for agriculture food security and infant industry protection. This EPA also contains some of the strongest language on rights and sustainable development available in EU agreements. In SADC the first chapter is devoted to sustainable development, which underlines the importance of this aspect to the parties.

Let me thank all of you for the remarks and ideas that we have exchanged during our discussions. We already, as the European Parliament, voted a resolution on the SADC EU interim EPA in March 2009 and our wish list really finds itself in almost all the points in the agreement that we now have. I strongly believe that this EPA has the potential to bring fundamental positive change and contribute to sustainable economic growth and deepened intra-regional trade integration. I hope for your support and thank all the shadows and the Commission for the excellent work.

As Chairman Lange is not here to speak on behalf of the Committee, I am taking his role as the author of the oral question on this particular EPA. I would like to thank my colleague, Joachim Schuster, and the S&D Group, who have played a major role in bringing this up. The question is how we monitor the implementation of this agreement. How do we involve civil society more clearly? Article 4 of the Agreement stipulates that the parties agree to continuously monitor the operation and the impact of this agreement. The Agreement also sets out a review of the Agreement to take place every five years. However, we believe that it is crucial to put flesh on the bones of these provisions and that the practical tools for this monitoring need to be strengthened. We believe that the absence of a joint parliamentary committee and a joint consultative committee, which exist in the Cariforum EPA but are not part of the SADC EPA text, may be felt here unless existing structures can be used. We think that pragmatic solutions are now key in order to maximise the positive impact of the Agreement. Today, therefore, we, as the INTA Committee and as this Parliament, would like to know the following points from the Commission:

1. What specific measures will the Commission take to ensure that the EPA is implemented in a manner which upholds the sustainable development provisions of the SADC EPA, and will it consider setting up a structured civil society monitoring process, such as a Domestic Advisory Group and provisions for parliamentary oversight?

2. Could the Commission elaborate on how any civil society involvement would be financed?

3. How does the Commission intend to take on board civil society reports and recommendations to address cases of infringement of commitments under the EPA?

4. What measures will the Commission undertake to ensure policy coherence for development in the implementation of the Agreement?

Thank you very much for your attention, and I am looking forward to our debate here.

 
  
MPphoto
 

  Cecilia Malmström, Member of the Commission. – Mr President, let me start by quoting the Trade for All communication that the Commission adopted last year, which sets out its beliefs on the direction of future trade policy. It says that: ‘as free trade agreements enters into force, the EU will have to make sure that the provisions on trade and sustainable development are implemented and used effectively’. That is exactly what we will be talking about today in relation to the agreement with the Southern African Development Community (SADC).

Sustainable development issues are of high importance but they also need to be implemented and monitored and that is why I am very grateful for the opportunity of having this debate and answering the questions here tonight. You will vote tomorrow. As the rapporteur said, and I would like to thank the rapporteur and all the shadow rapporteurs for the work on the Economic Partnership Agreement (EPA), with six countries in southern Africa. I had the pleasure of signing the agreement when I was in Botswana this June.

This agreement will start a new relationship between us in the European Union and these six countries: Botswana, Lesotho, Mozambique, Namibia, South Africa and Swaziland. Why will it do this? Well because, while negotiating this deal, we took full account of the economic and societal differences between the countries involved and that has led us to eliminate much more of our custom duties than we are asking our Southern African partners to do. So the EU is opening up our market much faster and, furthermore, providing free market access to the African countries involved. The markets of the six African countries are going to be only partially and very gradually opened to European products, and their right to vote on protective measures, to protect nascent fragile industries and for future food-security reasons, will remain.

Our trade relations will be based on a predictable business environment, getting rid of customs duties for African exporters, big and small, and by then we will have commonly agreed rules in areas such as customer procedures, future sanitary measures, rules of religion, and technical barriers to trade. This will also contribute to diversifying the economies of many countries in Southern Africa that are seeking to broaden production and include a wider range of products and services, and it will foster regional integration of markets in Southern Africa. This is a powerful tool for prosperity, stability and growth, and all the countries raised this issue with me when I spoke to them in Botswana.

Let me also underline what the rapporteur said, because I have heard that there are some concerns circulating here about this Economic Partnership Agreement and oranges. The agreement has been available online with all its annexes, all 1 300 pages, on our website for more than a year. Nothing has happened since: everybody has been able to read it and we have not heard any of these problems raised before.

Imports of oranges or citrus fruit during the EU season from December to May will not be liberalised. We are talking only about out-of-season imports and that has been the case since the year 2000: imports of oranges from 1 June to 15 October. The SADC EPA adds only six weeks to this period, and that includes the month of November, during which South Africa exports less than 1% of its total production. The duties will remain high, there are specific safeguards and we will monitor the process, so I am happy to tell you that some of the concerns I have been hearing are not really grounded. We will continue to monitor this very closely.

Turning now to the questions that the rapporteur raised on behalf of Parliament and the Committee on International Trade, let me assure you, first of all, that we are obliged to monitor the operation of all the agreements. Like other economic partnership agreements, this SADC agreement requires monitoring to assure that all the objectives of the EPA, including those of sustainable development, are realised, and that the benefits are maximised for all, especially the most vulnerable. EPAs are, furthermore, anchored in the provisions of the Cotonou Agreement and that includes sustainable development objectives, provisions on labour and environment and, very importantly, democratic principles and human rights.

The monitoring we will put in place will contribute to assessing whether our partners respect the essential elements of the Cotonou Agreement and, in the event of breaches of it, appropriate measures can be proposed. The monitoring will also be fed into a review that each EPA undergoes every five years.

So more specifically: I propose to you that the monitoring will be based on three principles: transparency, objectivity, and openness. Transparency in the sense that the results of the monitoring will become accessible to all – to you, of course, but also to a wider audience. Objectivity in the sense that the monitoring will be neutral, systematic, and involve independent expertise. Open in the sense that the monitoring will involve outside stakeholders. I believe it is very important that outside stakeholders are involved in the monitoring. So I am committed, as is the whole Commission, to structural civil-society dialogue, ideally once per year. We will have no problem finding parties, including relevant organisations, to take part in this. We have already started to identify possible civil-society organisations, and we are already planning the first dialogues this month and in October in South Africa.

With regard to parliamentary oversight, I fully support an interparliamentary dialogue between the European Parliament and the parliaments of the six states and I really want to encourage you to establish this already.

How will we finance this? Well, you have my commitment that we will seek to ensure adequate funding is put aside. One route is a project that the Commission’s Directorate-General for Trade, in collaboration with our service for foreign policy instruments, is drawing up to finance the involvement of civil society in trade agreements. The Commission also has other funding possibilities – for instance, under thematic programmes that support specifically the participation of civil society in partner countries and the EU.

How will we then take on board this civil-society input? Well, we will ensure that the results of the dialogues are made available to the ministerial councils established under the EPAs to oversee the monitoring process. In the case of West Africa and East Africa, those EPAs contain provisions for the civil-society dialogue to work in consultation with the EPA institutions. In the case of the SADC EPA, the text requires the parties to undertake the monitoring within their respective participative processes and institutions.

The last question was on policy coherence. We have a long track record of making trade a tool for development. This is done by granting preferential market access, by providing aid for trade and by addressing any coherence issue that arises, and the EPA is, of course, part of this policy. We give full access to our market, but we ask for less in return. We provide for safeguards to make sure that domestic industries are not damaged and we will introduce flexible rules of origin.

We will also accompany our trade partners in meeting the commitments on trade and sustainable development in accordance with the provisions in Article 11 of the agreement, and this includes assistance through EU development cooperation. In addition, we have made available support under the European Development Fund. In Eastern and Southern Africa, regional programmes amount to EUR 1.3 billion and national programmes to around EUR 7.2 billion: these funds are not used entirely for trade-related support, but spending of EUR 600 million on relevant infrastructure gives you an idea of how much this can facilitate trade. Also the EPAs provide the structures in which any coherence issue can be addressed.

So I think we have a good chance of getting this right. Our partners are very keen to start working together as soon as possible under these premises, and we are convinced that the economic partnership and sustainable development can go hand in hand. I am committed to make that happen and I am looking forward to working with you on all these steps.

 
  
MPphoto
 

  Pedro Silva Pereira, relator de parecer da Comissão para o Desenvolvimento e a Cooperação. – Senhor Presidente, este acordo de parceria económica com os seis países da África Austral da comunidade CADC percorreu um caminho longo, mas o resultado é globalmente positivo e merece o apoio deste Parlamento, como aliás concluiu a Comissão de Desenvolvimento no parecer de que sou relator.

Em primeiro lugar, este acordo é necessário para cumprir as regras da Organização Mundial de Comércio. Sem ele, os países africanos ficariam menos protegidos no comércio com a Europa.

Em segundo lugar, é um acordo que procura ser justo e é por isso assimétrico e gradual: permite que os países em desenvolvimento protejam os seus setores mais sensíveis e inclui salvaguardas quanto às indústrias, aos mercados agrícolas e à segurança alimentar.

Em terceiro lugar, este acordo tem um capítulo de desenvolvimento sustentável, com compromissos claros em matéria de direitos laborais e direitos ambientais. Nem tudo é perfeito, certamente, mas creio que podemos dizer que o resultado final é, de facto, positivo. O desafio agora está numa boa implementação e numa monitorização eficaz, e essa só existirá com um envolvimento efetivo da sociedade civil.

Saudamos, naturalmente, os compromissos aqui assumidos pela Senhora Comissária, mas este Parlamento espera mais do que palavras e não deixará de, ele próprio, monitorizar este processo e garantir uma boa implementação deste acordo, a bem dos interesses dos países nossos parceiros em África, mas também a bem dos valores da agenda comercial da União Europeia.

 
  
MPphoto
 

  Gabriel Mato, en nombre del Grupo PPE. – Señor Presidente, señora Comisaria, debatimos un Acuerdo de Asociación Económica que, como hemos visto, abre una nueva etapa en las relaciones entre la Unión Europea y seis países de la Comunidad para el Desarrollo del África Meridional. Ha sido un acuerdo de difícil y prolongada tramitación, pero estoy seguro de que el resultado final va a ser, en términos generales, beneficioso. De ahí, nuestro apoyo, ya que creamos un marco jurídico claro y logramos, también, ampliar el anterior Acuerdo interino, al haberse sumado Sudáfrica a estas conversaciones.

Dicho esto, no podemos ignorar que, en general, todos los acuerdos de asociación económica siempre tienen algún punto de fricción, y este también los tiene. Como me han oído decir muchas veces, alguien tiene que pagar la factura de estos acuerdos y, desgraciadamente, esta factura la suele pagar el sector agrario. En todo caso, estamos ante un acuerdo importante, ya que es el primero que firmamos en la Unión Europea con una región africana. Espero que sirva de impulso para que pronto se sucedan conversaciones que permitan reforzar la relación entre Europa y África.

En lo positivo, el Acuerdo permite proteger a determinados sectores sensibles, aplicar cláusulas de salvaguardia y medidas para proteger industrias nacientes, además de facilitar la exportación, a la vez que contempla cláusulas sobre protección de derechos humanos y una apuesta por el desarrollo sostenible. Pero no todo es positivo. El Acuerdo puede tener consecuencias negativas para las producciones comunitarias de cítricos, y esto se podía haber evitado a pesar de lo que se ha dicho aquí.

Hay que tener dos aspectos en cuenta. Creo que en la negociación no ha existido la suficiente información sobre las concesiones otorgadas fundamentalmente a Sudáfrica —competidor directo de las producciones de la Unión Europea—, ni tampoco ha existido el estudio de impacto de estas medidas sobre nuestras producciones. Por otra parte, nos preocupa de forma extraordinaria la garantía, o más bien la ausencia de garantía, del control fitosanitario de estas producciones. Las respuestas que, hasta el momento, nos ha dado la Comisión sobre la mancha negra no nos tranquilizan en absoluto.

Apostamos claramente por los acuerdos de asociación económica y también por este, pero también apostamos por el futuro de las naranjas de muchas regiones de España. Ambas cosas no son en absoluto incompatibles.

 
  
MPphoto
 

  Joachim Schuster, im Namen der S&D-Fraktion. – Herr Präsident, Frau Kommissarin! Seit rund 15 Jahren werden die sogenannten Wirtschaftspartnerschaftsabkommen mit den AKP—Staaten verhandelt, und es ist bis heute umstritten, ob die AKP—Länder wirklich von diesen Abkommen profitieren werden.

Ganz neu ist die Diskussion jetzt über die Zitrusfrüchte, und es ist, glaube ich, schon hinreichend gesagt worden, dass da die Ängste wirklich unbegründet sind und man das darüber nicht machen kann. Aber in der Tat ist eine Frage: Bedroht die Ausdehnung des Freihandels nicht junge Industrien in den afrikanischen Staaten, und führt der Wegfall der Zölle nicht zu einer Schwächung der afrikanischen Staaten? Aber man muss auch sehen, dass die Diskussion darüber häufig sehr pauschal geführt wird, und man darf nicht alle afrikanischen Regionen in einen Topf werfen. Man darf auch nicht die verschiedenen Wirtschaftspartnerschaftsabkommen in einen Topf werfen. Und wenn man das Abkommen für das südliche Afrika sieht, dann, glaube ich, sind die meisten Punkte adressiert.

Das Abkommen enthält ein Nachhaltigkeitskapitel. Es enthält Bezüge zum Cotonou—Abkommen, die auch dann gelten, wenn das Cotonou—Abkommen im Jahr 2020 ausläuft. Es enthält die Verpflichtung, Handel mit Entwicklungszusammenarbeit zu verbinden. Die Handelsliberalisierung ist asymmetrisch. Sollte es Nachteile für Wirtschaften oder Industrien, Branchen oder auch die Landwirtschaft im südlichen Afrika geben, besteht die Möglichkeit, umfassende Handelsschutzinstrumente einzusetzen. Also in dem Abkommen sind alle Potenziale für eine beidseitig vorteilhafte Entwicklung angelegt. Ob diese Potenziale realisiert werden, hängt natürlich davon ab, wie das Abkommen umgesetzt wird.

Deswegen haben wir von der S&D—Fraktion auch auf starke Monitoring—Strukturen unter Einbeziehung der Zivilgesellschaft gedrängt, und die Kommissarin hat ja gerade auch erläutert, was die Kommission dazu zu machen gedenkt. Und wir sollten, glaube ich, als Europäisches Parlament auch zur Kenntnis nehmen, dass die südafrikanischen Staaten in dem Abkommen ebenfalls eine positive Chance für ihre Entwicklung sehen. Deswegen haben nämlich die Regierungen und die Parlamente auch zugestimmt, und zwar auch die der Staaten, die längere Zeit diese Abkommen sehr kritisch begleitet haben. Deswegen: Unterm Strich ist es, glaube ich, sehr verantwortbar, diesem Abkommen mit den südafrikanischen Staaten zuzustimmen.

 
  
MPphoto
 

  Helmut Scholz, im Namen der GUE/NGL-Fraktion. – Herr Präsident, Frau Kommissarin, liebe Kolleginnen und Kollegen! Dieses reziproke asymmetrische Abkommen unter dem Namen SADC zur Vorlage zu bringen, ist irreführend. Lediglich sechs der fünfzehn Mitgliedstaaten der Entwicklungsgemeinschaft des südlichen Afrika haben unterzeichnet. Die anderen sind in drei anderen Verhandlungsgruppen oder haben sich gleich gegen ein solches Abkommen entschieden. Warum? Die fünfzehn werden also künftig gegenüber der EU, aber auch untereinander völlig unterschiedliche Handelsbestimmungen haben und das SADC—Sekretariat wird völlig ausgehebelt.

Ist das die in Afrika, in der gemeinsamen Afrikastrategie von EU und AU geforderte Förderung der regionalen Integration? Ist das die Antwort auf die Bedenken der Staats- und Regierungschefs des achten AKP-Gipfeltreffens, die nachdrücklich regionale Integration zum Kernstück und Ziel der Verhandlungen erklärten? Von den Forderungen vieler, zumal noch oft schwacher Gewerkschaften und bürgergesellschaftlicher Initiativen nach durchsetzbaren Arbeits-, Umwelt- und Sozialnormen ganz zu schweigen.

Und – ja: Auch viele afrikanische Regierungen scheuen durchsetzbare Normen und entsprechende Instrumentarien. Wir sind in dieser Lage, weil die EU—Kommission ihren Verhandlungserfolg erzwingen wollte. Es wurde schon gesagt: Cotonou läuft bald aus. Was danach kommt, ist offen.

Neue Mitwettbewerber auf den amerikanischen Märkten sind erschienen. Es geht also auch und gerade um Marktzugang und Positionsbehauptung. Und deshalb ist erfolgreich mit Entzug des Marktzugangs zum EU—Binnenmarkt gedroht worden. Die Partnerregierungen und Parlamente beugten sich dieser Erpressung – nachvollziehbar – sehr rasch. Die Debatten in den Gesellschaften der SADC—Staaten und wirklich neue Strategien werden abgewürgt.

Das, meine ich, ist mehr als gefährlich! Den Beziehungen der EU und aller ihrer Mitgliedstaaten mit unseren afrikanischen Partnern fügt es tiefe Narben zu. Ich glaube, wir müssen noch mal neu nachdenken. Meine Fraktion wird das Abkommen ablehnen. Europa darf sich nicht auf Kosten Afrikas sanieren.

 
  
MPphoto
 

  Christofer Fjellner (PPE). – Herr talman! I morgon avgör vi framtiden för ett handelsavtal mellan EU och länderna i södra Afrika. Det är ett väldigt viktigt avtal som avskaffar praktiskt taget alla EU:s tullar mot dessa länder, men låter de afrikanska handelspartnerna avskaffa sina tullar successivt och i de känsliga produktområdena faktiskt inte alls. Detta är väldigt viktigt för regional integration i dessa afrikanska länder. Man förenklar ursprungsreglerna och gör att det blir färre handelshinder mellan afrikanska länder, något som hittills har varit ett av de allra största hindren för utveckling. Detta är viktigt eftersom frihandel i historien har visat sig vara det bästa verktyget för att lyfta människor och länder upp ur fattigdom. Ändå så verkar det som om det finns en risk för att en majoritet av ledamöterna i detta hus röstar nej till avtalet. Det är emellertid inte bara så att man riskerar att gå miste om alla dessa fördelar som avtalet innebär, utan man riskerar dessutom att fattiga länder som Swaziland, Namibia och Botswana ges högre tullar mot EU och att de får möta EU:s fulla tullmur när deras nuvarande handelsordning i EU löper ut i december. Ändå är det många som faktiskt överväger det.

Det är en ohelig allians mellan de som å ena sidan säger att avtalet hotar produktionen i Europa, särskilt på jordbrukssidan, å andra sidan några som säger precis samma sak, men att det hotar jordbruksproduktionen i Afrika. Någon av dem har ju fel.

Jag funderar på vilka som egentligen är värst av dessa grupper av protektionister. Jag har aldrig träffat någon som säger sig vara protektionist här i huset, men jag har träffat många som säger sig vilja skydda det ena eller det andra. Jag har efter moget övervägande kommit fram till att det är nog de som här i kväll och i morgon när de röstar hävdar att de röstar emot avtalet för att skydda afrikanska länder. De ledamöterna säger sig nämligen veta bättre än vad dessa afrikanska länder själva gör. Detta avtal mellan demokratier är godkänt i parlamenten och ratificerat av dessa länder. Ändå så menar man att man här kan sätta sig till doms över och tycka att det är dåligt för dem, trots att de vill ha det. Det är inte bara protektionism, utan det är neoimperialism. Denna gång kommer neoimperialismen från vänster och är som allra farligast. Därför hoppas jag att vi samfällt i morgon röstar för detta avtal. Afrika och Europa behöver det.

 
  
MPphoto
 

  David Martin (S&D). – Mr President, after receiving the Copa Cogeca letter outlining a so-called threat to our agriculture as a result of this agreement, I went immediately to look at the opinion from the Agricultural Committee on this report, and guess what? There isn’t one, because the Agriculture Committee decided that it was such a threat to our agriculture it was not even worth doing an opinion on this report. This is a ridiculous last minute scare story that has been thrown into the pot here.

On the other side of the coin, some Members think that the Agreement is a threat to SADC countries and to their economies. As we have heard, though, from virtually every speaker, this is an asymmetrical agreement. It contains safeguards for infant industries and it protects sensitive products. As we have just heard, if we reject this agreement the situation is worse for African countries because they will have to revert to GSP or to other less—satisfactory regimes. I welcome what the Commissioner said about the sustainable development chapter. I am glad it is going to have adequate funding and I look forward to civil society being fully involved in monitoring this EPA. I am personally absolutely convinced that a properly implemented EPA with accompanying measures such as aid for trade will be good for Africa. Bear in mind that it will also be good for Europe, because we are more and more focused on trying to deal with the migration flows from Africa. A successful economic partnership between Africa and Europe can benefit Africa economically and benefit Europe by reducing those migration flows. I will be supporting this EPA tomorrow.

 
  
MPphoto
 

  Giovanni La Via (PPE). – Signor Presidente, onorevoli colleghi, questo accordo è sicuramente un accordo importante per i paesi dell'Africa australe ed è un accordo che necessita di un largo sostegno. Però, dall'altro lato, ogni qual volta si fanno gli accordi tra Unione europea e altri paesi, a pagare è sempre l'agricoltura.

Io vengo dalla Sicilia, cara Commissaria Malmström, e la Sicilia è un'area di produzione di agrumi, un'area nella quale la inviterò a venire e la inviterò il 15 ottobre, perché lei ha appena detto in quest'Aula che questo allungamento di sei settimane non si sovrappone alla produzione europea. Io la inviterò il 15 ottobre ad assaggiare i frutti dei nostri alberi, appunto perché possa vedere che dal 15 ottobre al 30 novembre si producono agrumi in Sicilia, così come in tutti gli altri paesi europei, del Mezzogiorno d'Europa.

Pertanto esiste una sovrapposizione di produzione e le arance che verranno esportate dal Sud Africa entreranno in competizione con quelle del mio territorio. Siccome i prezzi più alti si spuntano all'inizio, con le produzioni più precoci, è evidente che queste esportazioni tardive, in contro-stagione, dall'emisfero Sud, incideranno pesantemente sul reddito degli agricoltori. Per questo la invito a venire in Sicilia per vedere quella che è la situazione reale e quali saranno gli effetti.

Un secondo aspetto, invece, è quello che attiene all'applicazione degli accordi. Sino adesso cinque intercettazioni di frutti infetti da greening avrebbero portato al blocco delle esportazioni da parte del Sud Africa. L'anno scorso le intercettazioni sbagliate o scorrette sono state 70, e nessuna interruzione.

 
  
MPphoto
 

  Inmaculada Rodríguez-Piñero Fernández (S&D). – Señor Presidente, creo firmemente que este Acuerdo es un paso adelante en la estrategia de cooperación de desarrollo sostenible para los países de la comunidad del África meridional y para facilitar su integración en la economía mundial, porque ayuda a diversificar sus economías y, desde luego, a facilitar la cooperación y la integración regional entre ellos. Pero, verdaderamente, el Acuerdo contiene concesiones a las exportaciones procedentes de Sudáfrica que sí que afectan a los productores europeos del Mediterráneo.

Lamentablemente, tengo que reconocer que el Gobierno de España no ha hecho su trabajo en defensa de los cítricos españoles, y yo le pido a la Comisión que se preocupe de proteger y defender los intereses de los productores mediterráneos. Por ello creo que es fundamental que se haga un seguimiento mensual de la entrada de volumen y de las ventas de los cítricos de Sudáfrica, aplicando la cláusula de salvaguardia si es necesario, y también medidas compensatorias.

Alargar el periodo de entrada de las exportaciones desde Sudáfrica, de manera que coincida con la campaña de la producción europea, va a tener incidencia, y lo importante es haberlo evaluado antes y medirlo por si es necesario tomar medidas protectoras.

Comercio justo para todos; para los productores de cítricos, también, y para la agricultura del sur, que también cuenta.

 
  
MPphoto
 

  Joachim Zeller (PPE). – Herr Präsident, Frau Kommissarin! Mit den Wirtschaftspartnerschaftsabkommen mit den afrikanischen Regionalgruppierungen wird Neuland beschritten. Der Handel mit einem fortgesetzten freien Marktzugang für die AKP—Staaten zum EU—Binnenmarkt soll kombiniert werden mit Anstrengungen für eine nachhaltige Entwicklung in den Partnerländern. Gleichzeitig sollen die Wirtschaftsbeziehungen zwischen den Ländern innerhalb der Partnerregion verbessert werden, zumal sich dort oftmals wie auch bei der südafrikanischen Entwicklungsgemeinschaft – vom Entwicklungsstand und von der wirtschaftlichen Kapazität her sehr unterschiedliche Länder wiederfinden.

Eine seit langem geforderte stärkere Verknüpfung der Entwicklungszusammenarbeit der EU mit der Wirtschaftsentwicklung in den Ländern und den Handelsbeziehungen zu den Ländern im Geltungsbereich des Cotonou—Abkommens ist das Ziel. Noch ist nicht klar, ob oder wie das Cotonou—Abkommen über das Jahr 2020 hinaus fortgesetzt wird. Umso wichtiger ist es, dass mit den Wirtschaftspartnerschaftsabkommen die Zusammenarbeit mit den Regionen Afrikas eine stabile vertragliche Grundlage erhält. Da, wie ich schon sagte, mit den Wirtschaftspartnerschaftsabkommen Neuland betreten wird, sollte gemäß dem Namen der Abkommen der Fortgang der Beziehungen der EU zu den Vertragspartnern auch partnerschaftlich erfolgen – partnerschaftlich, aber auch in Zusammenarbeit mit dem Europäischen Parlament.

 
  
MPphoto
 

  Maria Arena (S&D). – Monsieur le Président, Madame la Commissaire, vous avez défendu avec beaucoup d'engagement ces accords qui sont, doit-on le rappeler, des accords qui ont été négociés sous la Commission Barroso et sous le commissaire De Gucht. On voit la difficulté de défendre des accords dont vous connaissez les faiblesses, parce que je sais que vous avez une sensibilité sur la cause, à savoir la cause du développement durable et de la participation de la société civile. Ce sont ces faiblesses-là que nous voulons absolument corriger.

Je comprends également les inquiétudes des agriculteurs européens. C'est un secteur en difficulté. Je comprends aussi les inquiétudes des agriculteurs locaux, ceux qui défendent l'agriculture pour nourrir les populations locales. Je vous donnerai un simple exemple: le Lesotho, pays qui est la réserve d'eau de l'Afrique du Sud. Le Lesotho est en panne d'eau et ne peut plus produire son maïs. Il y a eu une augmentation du prix du maïs au Lesotho de 60 %. Il ne peut plus nourrir sa population.

Alors, Monsieur Lambsdorff, je ne pense pas que la population du Lesotho va acheter du jambon de Parme ou du parmigiano reggiano. Nous devons défendre les populations locales et c'est pour ça que je ne voterai pas pour cet accord.

 
  
MPphoto
 

  Adam Szejnfeld (PPE). – Panie Przewodniczący! Kraje Afryki to jedne z najbiedniejszych krajów na świecie, a bieda – doskonale o tym wiemy– wywołuje wiele patologii. Patologie jednak nie dotykają tylko ludzi biednych, one dotykają także tych, którzy są bogaci. Ta bieda, która jest w Afryce, jest biedą, którą znamy i czujemy także w Europie. Jeden z efektów to jest migracja z krajów biedniejszych, także z Afryki, właśnie tu do nas.

Powiem szczerze, ja ze zdumieniem słuchałem tu wywodu jednego z kolegów, który w aspekcie, o którym mówimy, widział tylko problem kilku pomarańczy sycylijskich, a nie widzi problemu 500 milionów Europejczyków i ponad miliarda ludzi mieszkających w Afryce. Umowy międzynarodowe to w dzisiejszych czasach instrument nie tylko działania na rzecz wzrostu wymiany handlowej, nie tylko działania na rzecz wzrostu gospodarczego, ale także niwelowania różnic między społecznościami, ograniczania biedy, a więc jeśli ograniczania biedy, to także ograniczania patologii. Bądźmy przeciwko patologii, bądźmy za tą umową. Popieram ją.

 
  
MPphoto
 

  Jude Kirton-Darling (S&D). – Mr President, we expect consistency and policy coherence from the Commission, especially when it comes to our relations with developing countries, but this agreement is not consistent with the EU’s sustainable development goals. The weak sustainable development chapter provides for no mandatory monitoring or enforcement.

We have consistently asked the Commission for improvements, over more than a year, to give civil society a role in the monitoring of this agreement and to empower whistleblowers in the region, but it is only now, on the eve of the vote, that the Commission is responding – not with concrete legal proposals or commitments, but with promises of annual general dialogue without clarifying the follow—up to civil society complaints. I am sorry but this is not enough. This is not a proper sustainable development chapter or monitoring. Therefore, I agree with civil society in the region and with the united trade union movement in the EU and Southern Africa that this agreement currently falls far too short of the mark.

 
  
 

Pytania z sali

 
  
MPphoto
 

  Clara Eugenia Aguilera García (S&D). – Señor Presidente, yo quiero hablar en nombre del sector agrícola europeo y, por supuesto, el español. Soy española y soy andaluza, región donde hay muchos cítricos. Los cítricos se empiezan a producir, y empieza la campaña el 15 de octubre. No solo en Sicilia, también en mi tierra, en Andalucía. Y, por tanto, quiero decir en nombre de toda la agricultura —porque no solo el sector citrícola, sino también el sector del vino se está viendo vulnerado— que ha habido una clara falta de transparencia y de conocimiento de los aspectos que más deterioran las exportaciones de un país como Sudáfrica, al que se ha concedido una ampliación del período de exportación de seis semanas, justo en el comienzo de la campaña europea, de la campaña española y de la campaña andaluza. Por tanto, claro que es perjudicial. Además, se ha demostrado que no hay ningún estudio de impacto, y hay que exigir ese estudio de impacto sobre la ampliación del período. Además, Sudáfrica exporta productos citrícolas con la plaga de la mancha negra (black spot), terriblemente lesiva también para las producciones europeas. Por tanto, esos intereses son contradictorios con la agricultura europea.

 
  
MPphoto
 

  Νότης Μαριάς ( ECR). – Κύριε Πρόεδρε, η Συμφωνία Οικονομικής Εταιρικής Σχέσης μεταξύ της Ευρωπαϊκής Ένωσης και των χωρών της Νοτίου Αφρικής, που ήδη ισχύει προσωρινά από την 1η Ιουνίου, προωθεί τα συμφέροντα των μεγάλων εταιρειών, ενώ, παράλληλα, ο αγροτικός περιβαλλοντικός και κοινωνικός τομέας της Ευρωπαϊκής Ένωσης πλήττονται ανεπανόρθωτα. Ειδικότερα, δύο σημαντικά προϊόντα ονομασίας προέλευσης (ΠΟΠ), όπως η ελληνική φέτα και οι ελιές Καλαμών, βρίσκονται εκτός της λίστας προστασίας. Έτσι, μετά από το ελληνικό γιαούρτι «Made in Czechia» θα έχουμε και «South Africa Feta» αφού από τη συμφωνία προβλέπεται ότι επί πενταετία οι παραγωγοί της Νότιας Αφρικής έχουν δικαίωμα παραγωγής και εμπορίας φέτας με τον τίτλο «Feta-type» ή «South Africa Feta», ενός δηλαδή προϊόντος κλασικά ελληνικού, που αποφέρει 380 εκατομμύρια ευρώ ετησίως λόγω εξαγωγών. Επίσης, το ίδιο θα συμβεί και με τις ελιές Καλαμών που μέχρι πρόσφατα είχαν προστασία εντός της Ευρωπαϊκής Ένωσης. Το ίδιο θα συμβεί και με τα ελληνικά πορτοκάλια και λεμόνια, αφού επιτρέπεται πλέον η αθρόα εισαγωγή εσπεριδοειδών από τη Νότια Αφρική στην Ευρωπαϊκή Ένωση.

 
  
 

(Koniec pytań z sali)

 
  
MPphoto
 

  Cecilia Malmström, Member of the Commission. – Mr President, I think that this has been a very good debate and I think we are all committed to try to make this agreement work. It is indeed, not a perfect, but a good agreement and it has a lot of potential and I have promised you that we will do this. Actually, preparations have already started in South Africa for a structured civil society dialogue where we will be monitoring these issues and we will do that in an independent, objective and transparent and open way, and share those results with you. We will encourage – as I think you have already started to plan – parliamentary dialogue between you and the parliaments of these six countries, and we will make sure that there is sufficient funding to make this exercise a real one. I will be happy to report regularly to you on how that goes.

On agriculture: we have made an impact assessment. It has been available and online for months already where we can read that actually we have some very positive effects from the EU that we expect and also that the impact of the SADC EPA on agriculture will be very limited because the SADC EPA liberalises almost no new agricultural products. All new liberalisations are limited in time and in quantity. I hear what you see on the lemons and oranges of Sicily. I would be happy to come to Sicily, maybe not the 15th, but that would be good.

I have spent hours negotiating with the Greek Government on FTA...

(Loud heckling)

... If you let me speak I can tell you. I have spent hours negotiating with the Greek Government and we have found a good solution to this, where the Greek Government is happy with the result, because we protect this FTA as it has never been protected in South Africa and we will monitor the oranges very closely.

There is a system, an early warning system, where we make sure that, if there are any tendencies of market disturbances, we can alert very, very quickly. The black spot disease has indeed been a problem and we have been working very closely with South Africa and with my colleagues in DG SANTE, Commissioner Andriukaitis, and we have not spotted any problems for this season at all. We think that the problem is actually being solved, but of course we will keep a very close eye on this.

Whatever happens to the Cotonou, the EPA references to it remain after 2020. They are enshrined in the Agreement and are also enforceable. Now this can really turn out to be a win-win situation for all of us. All the parliaments, except for Mozambique where the process is in line, have ratified this agreement. Very recently the elected parliament of Lesotho has ratified this and I have spoken with representatives of Lesotho who very much welcome this agreement because they think it is a chance for them to reform, to modernise and to diversify their economies. So again I think the Africans know what is best for them, and we should listen to their voices.

So this is a good agreement. It will be monitored together with you, and with your help and support I am sure we can make it even better and make sure that we also have a very vital parliamentary and civil society dialogue and hopefully contribute to growth, diversity and modernisation and regional integration, which is a very important part of this EPA and which we will monitor closely as well. So thank you for this debate, Mr President, and will be happy to come back regularly and report on how this monitoring is going.

 
  
MPphoto
 

  Alexander Graf Lambsdorff, rapporteur. – Mr President, I agree with the Commissioner. It was a very good debate. The majority of the Committee on International Trade recommends that we ratify. I am very happy to hear that the same goes for the Development Committee because I think they have made a very thorough assessment of the impact on the region. I think the number of safeguards, the number of provisions in the agreement protecting our partner countries, is so overwhelming as to make this an agreement that the region can live with.

As we have just heard, all our partners have agreed. One thing I have to say, though, is that I am a bit disappointed by the citrus aspect. We have discussed this for a year in our committee and it has never come up. The issue has not been there. The agricultural industry in Europe is a strong one. It has no threats to face from a rather developing region with few exports.

I am a colleague and I know how it goes. I come from a chemical region in Germany. The car industry lobbies me, the chemical industry lobbies me, and you do not have to come at the last minute and do exactly what they say. Think of the European interest and think of the African interest. I think this is what is at stake here. It is not just one industry. Think of all the agricultural producers whose products are now protected under the geographic indication protection scheme. I have quoted a number of them.

It is not just that some citrus growers who did not notice that there was an agreement until the very last minute and called all of you and made you nervous; no. I think this is a good agreement. The two leading committees in this House recommended that governments in the region ratify it; and we should ratify it too. The discussion has been ongoing for a very long time. Let me conclude by saying one thing: In 1929, in the age of the economic crisis, Kurt Tucholsky, a German left-leaning poet and satirist, said:

concernant l'agriculture régionale, les produits locaux, il a dit aux Allemands de n'acheter que des citrons allemands

„Deutsche, kauft deutsche Zitronen!“

Ich ende auf Deutsch. Man kann es auch übertreiben mit der lokalen Landwirtschaft. Wir haben keine Zitronen in Deutschland. Liebe Maria Arena, ich respektiere Ihre Haltung in der Sache, aber weder belgische noch deutsche Zitronen werden uns glücklich machen. Also ganz lokal geht es nicht. Wir brauchen den Handel, und ich glaube, dieses Abkommen ist eine gute Chance.

 
  
MPphoto
 

  Przewodniczący. – Po wystąpieniu sprawozdawcy nie stosujemy już procedury „niebieskiej kartki”.

Zamykam debatę.

Głosowanie odbędzie się w środę 14 września 2016 r.

 

17. Voornaamste doelstellingen voor de 17e Conferentie van de partijen bij de Cites in Johannesburg (debat)
Video van de redevoeringen
MPphoto
 

  Przewodniczący. – Kolejnym punktem porządku dnia jest debata nad:

– pytaniem wymagającym odpowiedzi ustnej skierowanym do Rady przez Norberta Linsa, Pavla Poca, Julie Girling, Gerbena-Jana Gerbrandy’ego, Younousa Omarjee’go, Keitha Taylora i Marco Affronte w imieniu Komisji Ochrony Środowiska Naturalnego, Zdrowia Publicznego i Bezpieczeństwa Żywności w sprawie głównych celów na 17. konferencję stron konwencji CITES w Johannesburgu (RPA) (O-000088/2016 - B8-0711/2016) oraz

– pytaniem wymagającym odpowiedzi ustnej skierowanym do Komisji przez Norberta Linsa, Pavla Poca, Julie Girling, Gerbena-Jana Gerbrandy’ego, Younousa Omarjee’go, Keitha Taylora i Marco Affronte w imieniu Komisji Ochrony Środowiska Naturalnego, Zdrowia Publicznego i Bezpieczeństwa Żywności w sprawie głównych celów na 17. konferencję stron CITES w Johannesburgu (RPA) (O-000089/2016 - B8-0712/2016).

 
  
MPphoto
 

  Gerben-Jan Gerbrandy, author. – Mr President, it is a privilege to have, for the second evening in a row, a midnight debate with Commissioner Vella and I also welcome the Council.

Let me start by thanking all my colleagues who were co-authors of this resolution. I think that we found a unique way of working together to come forward with a very coherent cross—party resolution. Yesterday there was an article in The Independent by the Secretary of CITES (the Convention on International Trade in Endangered Species), John Scanlon, and the Director of the United Nations Development Programme (UNDP), Helen Clark, in which they stated that the upcoming CITES conference is the most critical CITES meeting in history. I think they are right. The poaching crisis has reached an unprecedented level and because of that there is huge pressure on the CITES system.

Can we fix it? Can we make sure that it will work in the future in a better way than it is doing now?

For Europe, this CoP is quite unique as well because it is the first Conference of the Parties in which the EU is participating as an official partner party. That is, of course, a very important step. Strangely enough, it has led to criticism from two sides: from third countries criticising the EU for wanting to have 28 votes with one voice, like the US – and I hope the Commissioner can explain what the latest state of play is there – but also internally from our own Member States. I understand that during the COREPER meeting where this was discussed there was quite an intensive debate about which topics the EU should speak on with one voice, and which it should speak on with 28 voices. I hope that is not a precedent for the future, especially because I was present in 2010 at the CITES CoP in Doha, and the EU contribution there was very ineffective.

The Commission, of course, had no speaking rights at that Conference of the Parties and the Member States were very disorganised and not united. There was a common position but there did not seem to be any common strategy, and that was quite painful to see. So my question to the Council is to ask whether it can explain how it is going to ensure that we are united and speaking with one voice and making the best of the fact that we have a common position there.

I believe that the EU is ready for this Conference of the Parties. We finally have our EU action plan, which we discussed previously. Parliament is now working on its reaction to that so I am looking forward to a strong European position. There again, I must say that what is lacking are strong commitments from the Member States.

Let me come to the resolution. This resolution is different from previous resolutions on CITES. I believe it is much more integral and holistic than ever before. We are not only talking about elephants, rhino or the psychedelic lizard: no, we are focusing on the main problem that we face in the world in this regard, namely wildlife crime – a growing threat to biodiversity and the environment, and also a global problem in terms of security, the rule of law, human rights and sustainable development, because we all know that those things go together.

Like the agenda of the Conference of the Parties, we are focusing on different issues than before, like demand reduction, sustainable livelihoods, combating corruption and effectiveness and implementation of CITES. I must say that the success of these elements will really determine the future of CITES, I would like to highlight five elements.

First of all, how are the Commission and the Member States going to succeed in getting stronger enforcement of the CITES rules? One of the main problems is that the rules are simply not enforced in the right way. That applies not only in countries where we might expect it to be so, but also in the EU itself, and paragraph 28 of our resolution is pretty clear. Also within the EU we see widespread abuse of CITES documents.

Secondly, corruption is a fundamental problem and the EU has tabled a resolution, together with Senegal. My question is to ask whether you believe that this resolution will be successful in Johannesburg and, if it were adopted, would it also be effective in practice? Maybe you can elaborate on that.

Thirdly, regarding demand reduction, we see several proposals on the table. Please tell us the latest state of play and how we can assist in reducing demand in many countries.

My fourth point concerns the CITES secretariat. Everything that we want them to do puts more work on their shoulders but, if you look at their budget, in real terms it is now lower than it was 10 years ago. So the CITES secretariat is simply not fit for the tasks that we give it, and official contributions are relatively small. So my question is to ask whether both the Commission and the Member States, on an individual basis, are willing to increase their contribution. That would not only help the secretariat but would also show commitment and trust in CITES.

Finally, on the resolution on hunting trophies: this is important for us and it is also important to send a political message to the world that trophies should be subject to strict criteria, if allowed at all. But I understand that the USA and Canada do not support the European resolution. So, do the Commission and Member States still foresee success in this field?

To conclude, we need a high sense of urgency, unity and, please, a strong European common focus.

 
  
MPphoto
 

  Ivan Korčok, President-in-Office of the Council. – Mr President, the 17th Conference of the Parties (CoP17) to the Convention on International Trade in Endangered Species (CITES), that will take place in Johannesburg from 24 September to 5 October this year will welcome the European Union as a new party, alongside the 28 EU Member States and among the other 154 parties.

The Presidency will make sure that the EU and its Member States will act jointly at CoP17 to promote the EU position and speak with one voice. We go to Johannesburg having put a number of important proposals on the table and having co-sponsored some others. It is our intention to engage with other parties and stakeholders in promoting our proposals. We will also look for acceptable solutions that encompass the need for species conservation and at the same time respect the means for subsistence of populations with fewer or insufficient resources.

First, concerning some procedural aspects. The EU has tabled a proposal on voting transparency. It should be at the heart of the development of conservation policies and practices within the Convention. The use of secret ballots can cast doubts on the basis on which decisions are made within CITES. We have also made a proposal for a resolution on the sponsored delegated projects to increase transparency with regard to the funding of delegate participation. We are of course particularly encouraged by the support of the European Parliament on these issues. The Council, on the other hand, does not support the suggestion made by some parties to foresee in the revised Rules of Procedure certain conditions to the exercise by the EU of its voting right.

Now on more substantive aspects. The EU and its Member States, along with Senegal, have tabled a proposal for a resolution against corruption-facilitating activities conducted in violation of the Convention. Wildlife trafficking has become one of the world’s most profitable organised criminal activities. It is facilitated by corruption and weak governance structures. In some regions wildlife trafficking threatens national security and fuels conflicts by providing funding to militia and terrorist groups. We will actively promote the adoption of international criteria on the sustainable and illegal trade of hunting trophies in order to ensure that imports of these trophies are of legal and sustainable origin. The Council has recently urged the Member States to do so.

Our proposals for amendments to the CITES appendices are based on the conservation status of the species concerned and the listing criteria developed by CITES. We will do our utmost to have them adopted in Johannesburg.

We need to ensure efficient risk-based and proportionate in-country compliance monitoring and enforcement in order to improve the rate of detection of illegal wildlife-related activities. In addition, we need to improve cooperation, coordination, communication and data-sharing with wildlife implementation and enforcement agencies in third countries. I would like to underscore the need to enhance awareness-raising and education about wildlife protection and the impact of illegal trade in wildlife, as well as the need to step up training for all parts of the enforcement chain in source, consumer and transit countries.

The Presidency, together with the Commission and the Member States, is determined to take an active role to ensure that CITES continues to be an effective tool in order to attain its two main objectives: conservation and sustainable management of natural resources. The decisions that we will take in South Africa on plant and animal species will show whether CITES parties are prepared to find acceptable solutions that balance conservation needs with economic justification. We will conduct the upcoming deliberations in a spirit of cooperation and mutual understanding. Our decisions should be based on our joint interest in the protection of species that are threatened by trade. We need to maintain a diverse environment for our future generations.

 
  
MPphoto
 

  Karmenu Vella, Member of the Commission. – Mr President, I would like, first of all, to agree with Mr Gerbrandy that this CITES meeting will be fundamentally important for the protection of biodiversity and also important for the fight against wildlife trafficking and for the EU itself.

It is important for the EU itself because it will be the first opportunity to deliver many of the actions contained in our new Action Plan against Wildlife Trafficking, as full members now of CITES. The European Union has already tabled ambitious proposals and the European Parliament has been very active in shaping the EU position. Your resolution is largely supportive of the EU approach and I am very glad to see that a delegation of MEPs will attend the CoP. The EU position for the CoP will be finalised by the Member States and the Council in the coming days, as just explained by Mr Korčok, but I can already, perhaps, highlight what the EU priorities are likely to be.

First, we will support concrete measures against wildlife trafficking to strengthen enforcement in terms of range, in transit and in destination countries, and to reduce demand for illegal wildlife products. When properly implemented, CITES can make a difference against wildlife trafficking. CITES tools must be used by those countries that are hot spots for wildlife trafficking, particularly ivory trafficking, including through the National Ivory Action Plans. This needs to happen as soon as possible. We cannot afford to continue losing tens of thousands of elephants to poachers each and every year.

We will press for quick progress on this and for sanctions if progress is too slow. International trade in ivory is banned under CITES. We fully support a continuation of the ban. We must focus on action, as Mr Gerbrandy said, to reduce demand, to eradicate the drivers of ivory trafficking, and not only spend hours discussing the hypothetical merits of an indefinite trade ban or of the legislation on this trade. We want solutions that target the real problems on the ground.

The European Union is also proposing a resolution on corruption facilitating activities that are in violation of CITES. Corruption – again as already mentioned – is at the very heart of wildlife trafficking but it has not been given sufficient priority.

Our second priority is to extend CITES protection to a number of species threatened by international trade, and this is the case for species imported into the EU as exotic pets, such as the Barbary macaque, the African great parrot and a number of very rare and valuable lizard and ornamental fish species.

Also, the protection of rosewood timber is a priority. Illegal trade in rosewood species has boomed in many tropical regions and the international regime is not sufficient to stop this massive problem. The European Union decided to co-sponsor Gabon’s and Senegal’s proposal to bring more African rosewood species under CITES protection. Their inclusion in CITES Appendix II will ensure that they can only be traded if developed sustainably and legally.

We also propose to include new shark and ray species in CITES Appendix II. Much has been achieved in CITES in recent years in favour of sustainable trade in marine species, notably sharks. Work on implementing the current listing of sharks should continue and further species should be included in the CITES Convention where the listing criteria are met.

Our third priority is to reinforce the standards applying to international trade in hunting trophies of species such as lions. This issue has generated a lot of attention in this House and amongst the wider public. The European Union believes that the time has come for all CITES parties to agree on common criteria to ensure that hunting trophies of CITES species come from sustainable and legal sources.

With regard to funding or financing, I have to say that, in terms of funding, the European Union is always the leader in helping third countries cope with this issue. With regard to the CITES secretariat, I think we are already taking on board some 60% of the costs and the European Union, in addition to that, is also proposing to help fund the participation of delegates from developing countries at the CITES conference in Paris.

I do not have time this evening to mention all the issues that we will address, which include rhinoceros, pangolins, reptiles, the need to better associate local communities in wildlife programmes, the reduction of demand for illegal wildlife products, and means of stepping up police and customs cooperation against transnational organised wildlife criminals. I agree with Mr Gerbrandy that we have to enforce CITES rules at source, in transit and in destination countries, including in the European Union itself.

But let me conclude by noting the significance of this meeting for the European Union where we will be participating for the first time as a party. We have been driving the development of CITES for decades. At CoP17 we will also be able to sit at the table and to engage with others to make it a success. In order to do that, however, we will have to work constructively with Member States to ensure that we speak as one with a strong voice.

 
  
MPphoto
 

  Norbert Lins, im Namen der PPE-Fraktion. – Herr Präsident, Herr Kommissar, Herr Minister! Illegaler Artenhandel gehört weltweit zu den lukrativsten Verbrechen und spielt eine große Rolle bei der Finanzierung der organisierten Kriminalität. Der florierende Handel mit unrechtmäßig erworbenen Pflanzen und Tieren ist eine ernsthafte Bedrohung für die Natur, insbesondere was den Rückgang der Biodiversität betrifft, und auch für die Menschen. Stichworte sind Sicherheitsrisiko, Instabilität, Mangel an legalem Einkommen und Korruption.

Europa ist zugleich Ziel – Transit – und Ursprungsregion und daher stark in die illegalen Handelsströme verwickelt. Globale Zusammenarbeit ist unbedingt erforderlich; die UN—Artenschutzkommission CITES ist hierfür ein sehr guter Rahmen. Wie schon gesagt, ist die EU seit 2015 Vollmitglied von CITES und deswegen ein entscheidender Akteur bei der Konferenz in Johannesburg.

In der vorliegenden Entschließung fixieren wir die wichtigsten Ziele für das Europäische Parlament, und grundsätzlich begrüßen wir auch die Zielsetzung der Mitgliedstaaten und auch das Engagement der Kommission. Insbesondere geht es um verstärkte internationale Zusammenarbeit bei der Strafverfolgung – Stichworte: Polizei und Zollbehörden. Es geht um den grenzüberschreitenden Einsatz gegen Korruption, der auszubauen ist. Und die EU hat hier gewichtige internationale Verpflichtungen, und das Engagement ist unbedingt erforderlich.

Wichtig ist mir, die Trophäenjagd nicht grundsätzlich zu verbannen, denn ich glaube, gut und nachhaltig organisierte Trophäenjagd hat durchaus gewinnbringende Effekte für Natur und Menschen, und deswegen sind da gemeinsame Regeln im Rahmen von CITES nötig.

Ich bedanke mich bei den Kolleginnen und Kollegen für die gute Zusammenarbeit und freue mich, dass wir so viele Gemeinsamkeiten gefunden haben.

 
  
MPphoto
 

  Nicola Caputo, on behalf of the S&D Group. – Mr President, in recent years, wildlife crime became one of the most serious threats to global biodiversity and people’s livelihoods. It also has a negative impact on the rule of law, due to its close links with corruption. The EU has an important role to play in addressing this issue as Europe is currently a destination market for trafficking, in transit to other regions, as well as being, for some species, the source region for illegal trade.

The EU is a part of the problem, but also a big part of the solution. I highly welcome the fact that some of the most ambitious proposals, for example strengthening capacities to combat illegal wildlife trade, or a global support programme to reduce demand for illegal products, come from EU Member States. I personally think that another proposal that should emerge is to reinforce the global partnership against wildlife trafficking by using diplomatic tools and trade policy in relation with the key source transit and consumer countries. That should also become a key strategic objective for the EU at the upcoming CITES meeting in Johannesburg.

 
  
MPphoto
 

  Julie Girling, on behalf of the ECR Group. – Mr President, I would like to thank the Commissioner and all my co-authors, because this has been quite an easy question to put together, for a change.

I am particularly concerned though, about wildlife trafficking, as we all are, and it is vital that we make sure that the rules, as represented in CITES, are watertight so that we can be absolutely clear there is no ambiguity between what is legal and what is illegal. To that end, I support the position of some colleagues on trophy hunting, that it should be outlawed. In that sense I do not support the Commissioner’s view: this is perhaps a small point but I really do believe it is important that we make sure we have zero tolerance on these issues.

The species-specific recommendations are obviously very varied, but most of the representations I receive from members of the public – and there are a lot of them as this is a very important subject – are about ivory. Ivory is totemic. I know we spend a lot of time talking about ivory, but it is really important that we get ivory right. To that end, I would remind you of the maxim that has been in use for the last five years or so, namely that all ivory, even if legally sourced, fuels the ivory trade.

I am very proud of the fact that the UK already has a ban on the export of pre-convention raw ivory and I would prefer to see this extended to all Member States and made part of the EU negotiation brief. I would ask you, Commissioner, to raise yet again the issue of mammoth ivory, which is increasingly being mined and is increasingly muddying the waters when it comes to seeing what is legal and what is illegal.

 
  
MPphoto
 

  Frédérique Ries, au nom du groupe ALDE. – Monsieur le Président, l'Union européenne a rejoint la CITES il y a 11 mois maintenant. L'avancée est essentielle pour nous, mais bien évidemment, le travail reste immense. C'est un petit peu comme si, à chaque fois que le sort d'une espèce s'améliore un peu – je pense par exemple à celui des pandas géants –,  c'est une autre espèce qui vient s'ajouter à la liste rouge de l'UICN des espèces en danger critique d'extinction.

C'est le cas maintenant du grand gorille de l'Est qui est victime d'un braconnage intense au Congo. Il est aujourd'hui – et ce sont les organisations qui le disent – à un pas de la disparition.

L'Union européenne, c'est le cas de le dire, a un rôle essentiel à jouer à la grand-messe qui va s'ouvrir à Johannesburg. Elle doit oser bousculer certains de nos partenaires stratégiques, je pense à la Chine, je pense au Japon, et mettre à l'ordre du jour – cela vient d'être évoqué par Mme Girling – la question sensible du commerce d'ivoire d'éléphant, de cornes de rhinocéros et d'os de tigre.

L'Europe doit aussi montrer l'exemple en tant qu'important marché de transit, et je suis ravie que cette question ait été soulignée parmi les priorités par notre rapporteur et par le commissaire aussi.

Il est inadmissible que les trafiquants – ces trafics criminels – n'encourent dans certains pays de l'Union, chez nous, donc, que des peines minimales: amendes de 15 000 euros maximum dans certains États membres, alors que la corne de rhinocéros sur le marché noir peut atteindre 50 000 euros.

Les sanctions doivent être harmonisées et réellement dissuasives, c'est en termes un peu plus directs notre article 50 dans notre résolution.

 
  
MPphoto
 

  Younous Omarjee, au nom du groupe GUE/NGL. – Monsieur le Président, Monsieur le Ministre, Monsieur le Commissaire Vella, je ne sais pas si nous devons parler du commerce des espèces sauvages, ou s'il serait plus approprié de parler du commerce sauvage des espèces, puisque s'il est question de sauvagerie, la sauvagerie se trouve du côté de l'humanité. Je ne sais pas non plus si nous devons parler de commerce, mais plutôt de crime, des crimes de l'humanité contre les espèces menacées de disparition.

Nous avons toujours tendance à attendre la survenance de drames pour commencer à agir, et le déclin de ces espèces est aujourd'hui devenu tragique. Vous l'avez dit, le lion d'Afrique connaît un déclin de près de la moitié de sa population et disparaît de douze pays européens. Les éléphants d'Afrique sont presque tous massacrés pour leur ivoire. Des millions de pangolins et de rhinocéros sont braconnés pour leurs écailles et leurs cornes, et les forêts de Madagascar, près de l'île où je vis, la Réunion, sont pillées pour leur bois de rose.

Nous devons prendre la mesure du facteur temps. Il est tard, très tard, mais pas trop tard pour à la fois enrayer la sixième vague d'extinction des espèces, mais aussi enrayer le recul du déclin des espèces sauvages.

 
  
MPphoto
 

  Ricardo Serrão Santos (S&D). – Senhor Presidente, cumprimento também o Senhor Comissário. Num recente relatório, a IUCN afirmou que, com um declínio de 80 % nas últimas gerações, quatro dos seis grandes primatas estão a um passo da extinção.

Com a acelerada perda da biodiversidade a que se tem assistido nas últimas décadas, são necessárias ações mais rigorosas e consequentes.

Em pleno coração da Europa, existem lamentáveis casos de pesca ilegal, não declarada e não regulamentada, a tristemente famosa pesca INN. Os casos do esturjão e da enguia, especificamente a enguia de vidro, são clamorosos. Quando andamos a distribuir cartões amarelos e vermelhos por esse mundo fora, não evitamos, para nosso embaraço, que a pesca INN grasse em plena União Europeia.

O novo plano de ação de combate ao tráfico de espécies selvagens europeu é importante e tem de ser cumprido em todos os seus objetivos. A CITES precisa de ser reforçada e os casos de corrupção e tráfico ilegal têm de ser debelados.

 
  
 

Pytania z sali

 
  
MPphoto
 

  Νότης Μαριάς ( ECR). – Κύριε Πρόεδρε, θα ήθελα να πω στην απούσα κυρία Malmström ότι δεν υπάρχει καμιά προστασία στη φέτα και ότι οι παραγωγοί στην Ελλάδα είναι ανάστατοι και διαμαρτύρονται. Καλό θα είναι να πάει να τους μιλήσει και να τους εξηγήσει αυτά που μας είπε εδώ. Στην προσπάθειά της βέβαια να δικαιολογήσει τα αδικαιολόγητα, αναγκάστηκε να καρφώσει και την ελληνική κυβέρνηση η οποία, ενώ στην Ελλάδα παρουσιάζεται ως διαφωνούσα, τελικά, σύμφωνα με την κυρία Malmström, τα έχει βρει μαζί της και είναι ευχαριστημένη με τη λύση που δίνεται από τη συμφωνία με τη Νότιο Αφρική, μία συμφωνία που δεν προστατεύει την ελληνική φέτα. Για αυτό, θα καταψηφίσω αύριο την κύρωση της Συμφωνίας μεταξύ της Ευρωπαϊκής Ένωσης και των χωρών της Νοτίου Αφρικής.

Όσον αφορά τώρα τη CITES, θέλω να πω ότι πρόκειται για μια σημαντική διεθνής συμφωνία η οποία προστατεύει αποτελεσματικά περισσότερα από 30.000 είδη άγριας πανίδας και χλωρίδας. Μέσω της σύμβασης αυτής αντιμετωπίζονται αποτελεσματικά το λαθρεμπόριο και τα διάφορα κυκλώματα. Επομένως, είναι θετικός ο ρόλος της σύμβασης και θεωρώ σημαντικό ότι η Ευρωπαϊκή Ένωση έχει προσχωρήσει στη σύμβαση αυτή ήδη από το 2015.

 
  
 

(Koniec pytań z sali)

 
  
MPphoto
 

  Karmenu Vella, Member of the Commission. – Mr President, I would like to thank all Members for their speeches because they confirm the strong interest of this House in wildlife conservation, and their desire for the EU to play, and to continue playing, a leading role at the CITES CoP17. Many commitments have been made in recent years at the international level to combat wildlife trafficking and to make international trade in wildlife products legal and sustainable. We now have a duty to implement all these commitments, and CITES CoP17 will be a test to see how serious the international community is about turning these commitments into concrete actions.

One or two comments with regard to what Mr Omarjee said. Yes, I do believe this is a criminal act and I also believe this is a criminal act which could be linked to other similar illegal trafficking of arms, drugs and possibly also human trafficking. With regard to our position, the EU position on ivory trafficking, the EU is extremely concerned about the current levels of ivory trafficking and elephant poaching, and we are proud to be a world leader in the fight against this trafficking. The European Union is the biggest donor for conservation in Africa. I am sure you all know that without the European Union support a large number of protected areas would simply not exist, and emblematic species would have been wiped out from large parts of the African continent.

With regard to trophy hunting, yes, there is – as Ms Girling said – another view on the European Union’s perspective, but here I want to explain that the European Union has very strict rules when it comes to authorising the import of trophies into the European Union. They were tightened in 2015 to ensure a thorough check by EU scientific experts on the sustainability of these imports. When the sustainability of these trophies cannot be established, no imports into the EU can take place. We now believe that internationally agreed guidelines should be agreed in the context of CITES to ensure that hunting trophies of CITES-listed species come only from legal and sustainable sources.

With regard to Mr Serrão Santos, I think he made a comment about eels, something which is also very important, especially the European eel. The EU has also submitted a proposal to review the status of eel species with a view to making recommendations to ensure sustainable trade in them.

To conclude, you as Members have worked for months with the EU Member States, with a lot of MEPs, with stakeholders and countries to prepare for this meeting, and we are ready for the challenge. There are many differing views around the world on the best way to conserve animal and plant species and fauna, and there will certainly be long and difficult discussions at the CITES CoP.

We have a proud record in bringing new species under CITES protection and supporting its action against criminal acts. The EU’s accession to CITES, as Mr Marias also mentioned, further reinforces our determination in that regard and we will work actively in Johannesburg to make a success of this COP. I would be happy if you agree for us to come back to you after the COP meeting to report on progress made.

 
  
MPphoto
 

  Ivan Korčok, President-in-Office of the Council. – Mr President, I would like to start by saying that the Council is working on the EU position for CoP17 and will adopt a position on the decision at its meeting next week. Parliament will of course be duly informed. The Council appreciates very much the importance that Parliament attaches to the protection of endangered species, as is clearly stated in its resolution on the EU strategic objective for CITES CoP17 to be adopted on Thursday.

Now that the EU is a CITES party alongside the 28 Member States, Mr Gerbrandy asked who will vote on what and who will speak on what? In line with Article 21(5) of CITES, the EU will vote in the fields of its competence. Those have been set out in the declaration of competences when the EU deposited its instrument of accession. Irrespective of whether the EU or the individual Member States vote, the vote will be based on a coordinated position, as has been the practice at previous CoPs, with the exception of budgetary matters where the EU and the different Member States contributing separately to the budget may express separate views. As in previous CoPs, the EU and its Member States will deliver statements based on positions agreed between them. At the CoP17, statements will be delivered for the first time from behind the EU nameplate.

Finally, please allow me to conclude by saying that CITES CoP17 is an excellent opportunity to further strengthen global efforts against wildlife trafficking, including through new listings of endangered species. The Presidency will do its utmost to have our proposals adopted in Johannesburg.

 
  
MPphoto
 

  Przewodniczący. – Otrzymałem jeden projekt rezolucji złożony zgodnie z art. 128 ust. 5 Regulaminu.

Zamykam debatę.

Głosowanie odbędzie się w czwartek 15 września 2016 r.

Oświadczenia pisemne (art. 162)

 
  
MPphoto
 
 

  Catherine Bearder (ALDE), in writing. – This resolution is a historic opportunity to end the global ivory trade and save elephants from extinction. Every year 30 000 elephants are slaughtered by poachers who sell their ivory tusks illegally for massive profits. We must save these wonderful animals for future generations, we simply cannot allow this barbaric trade to continue. The European Parliament calls upon Member States to ban all imports, exports and commercial sales of ivory products until wild elephant populations are no longer threatened by poaching. To support this ban, all countries must also introduce tougher measures to tackle corruption, strengthen controls at border crossing points and put in place stringent penalties against criminal groups trafficking illegal wildlife products.

 

18. Agenda van de volgende vergadering: zie notulen
Video van de redevoeringen

19. Sluiting van de vergadering
Video van de redevoeringen
 

(Posiedzenie zostało zamknięte o godz. 00.00)

 
Juridische mededeling - Privacybeleid