• EN - English
  • NL - Nederlands
Parlementaire vraag - P-013409/2015Parlementaire vraag
P-013409/2015

Tijdelijke herinvoering van het grenstoezicht aan de binnengrenzen

Vraag met verzoek om schriftelijk antwoord P-013409-15
aan de Commissie
Artikel 130 van het Reglement
Helga Stevens (ECR)

In geval van een ernstige bedreiging van de openbare orde of de binnenlandse veiligheid kan een EU-lidstaat gedurende 30 dagen opnieuw grenstoezicht aan zijn binnengrenzen invoeren, krachtens artikel 23 e.v. van de Schengengrenscode. Wanneer een langere periode nodig is, kan de EU-lidstaat het grenstoezicht steeds met een periode van ten hoogste 30 dagen verlengen. De omvang en de duur van dit toezicht blijven beperkt tot hetgeen strikt noodzakelijk is om op de ernstige bedreiging te reageren.

Onduidelijk is de toepassing van deze regels bij een massale instroom van immigranten door gebreken in de bewaking van de buitengrenzen. Het feit dat IS-strijders en/of mensensmokkelaars (terrorisme resp. georganiseerde misdaad) reeds werden aangetroffen tussen de asielzoekers doet vermoeden dat grenzen op basis van de genoemde rechtsgrondslag tijdelijk  terug kunnen worden opgericht.

1. Kan een EU-lidstaat een ongecontroleerde instroom van migranten aanmerken als een ernstige bedreiging, en onder welke omstandigheden?

2. Kan een EU-lidstaat, zolang die situatie van ongecontroleerde instroom niet wordt verholpen, de 30-dagen periode onbeperkt blijven verlengen, nu de duur van het toezicht beperkt blijft tot de strikt noodzakelijke  termijn?

3. Kan een EU-lidstaat de genoemde maatregelen autonoom nemen, of dient zij verantwoording af te leggen aan en/of toestemming te krijgen van de Raad, de Europese Commissie, het Europees Parlement of een andere entiteit?