Index 
 Vorige 
 Volgende 
 Volledige tekst 
Stadium plenaire behandeling
Kies een document :

Ingediende teksten :

RC-B6-0150/2006

Debatten :

PV 15/03/2006 - 13
CRE 15/03/2006 - 13

Stemmingen :

PV 16/03/2006 - 9.5
CRE 16/03/2006 - 9.5

Aangenomen teksten :


Volledig verslag van de vergaderingen
Woensdag 15 maart 2006 - Straatsburg Uitgave PB

13. 62ste zitting van de VN-Mensenrechtencommissie (Genève - UNCHR) (debat)
Notulen
MPphoto
 
 

  De Voorzitter. - Aan de orde zijn de verklaringen van de Raad en de Commissie over de 62ste zitting van de VN-Mensenrechtencommissie (Genève - UNCHR).

 
  
MPphoto
 
 

  Hans Winkler, fungerend voorzitter van de Raad. - (DE) Mijnheer de Voorzitter, mevrouw de commissaris, dames en heren, het onderwerp dat we op dit vrij late uur behandelen ligt mij persoonlijk heel na aan het hart. Daarom heb ik ervoor gezorgd dat ik bij dit debat nog aanwezig kon zijn. Ik ben blij dat ik deze discussie met u mag voeren.

U weet dat vorig jaar in New York een topbijeenkomst heeft plaatsgevonden over de hervorming van de Verenigde Naties. Natuurlijk hebben journalisten de deelnemende staatshoofden en regeringsleiders gevraagd of ze vonden dat de vergadering een succes was. De Oostenrijkse Bondpresident heeft die vraag met ‘ja’ beantwoord. In de multilaterale samenwerking zijn er altijd dingen die wel en dingen die niet kunnen worden bereikt. Al met al kunnen we echter wel zeggen dat de top van de Verenigde Naties, die vorig jaar in New York heeft plaatsgevonden, een succes was, en wel omdat we het eigenlijk over een aantal dingen eens zijn geworden die vooral voor ons, voor de landen van de Europese Unie, maar ook voor het hele Westen, heel belangrijk waren. We strijden allemaal voor de mensenrechten en de fundamentele vrijheden. Een van de besluiten waardoor we deze top als een succes kunnen beschouwen is het principiële besluit dat in september vorig jaar in New York is genomen om een Mensenrechtenraad op te richten, die de plaats moet innemen van de Mensenrechtencommissie.

Dit besluit, dat in september vorig jaar is genomen, is natuurlijk slechts een principebesluit, en er zijn moeizame en lange onderhandelingen gevoerd om deze Mensenrechtenraad in het leven te roepen. Op dit late uur moeten we vooral de voorzitter van de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties, Jan Eliasson, lof toezwaaien, omdat dankzij zijn onvermoeibare strijd een paar uur geleden in New York een besluit is genomen over de Mensenrechtenraad. De stemming over deze Mensenrechtenraad was een fraai succes omdat 170 landen ervoor hebben gestemd en slechts 4 landen tegen, met drie onthoudingen. De landen die tegen hebben gestemd waren de Verenigde Staten, Israël, Palau en de Marshall Islands. Venezuela, Iran en Wit-Rusland hebben zich van stemming onthouden.

Geachte afgevaardigden, 170 stemmen in de Verenigde Naties zijn een groot succes! We hebben als Europese Unie in de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties een gezamenlijk standpunt vertegenwoordigd, en daar mogen we trots op zijn. We kunnen onszelf en de internationale gemeenschap geluk wensen met dit succes.

Het oprichten van deze Mensenrechtenraad is een grote stap, ik zou bijna zeggen een historische stap op weg naar het verder versterken van het systeem voor het beschermen van de mensenrechten in heel de wereld.

Er zijn natuurlijk heel wat punten die voor ons, voor de Europese Unie, teleurstellend waren. Ook wij hadden bepaalde punten liever anders aan willen pakken, maar in een multilaterale samenwerking moet iedereen uiteindelijk compromissen sluiten. De eigenlijke vraag is of wat uiteindelijk haalbaar was in essentie nog steeds overeenstemt met wat we eigenlijk wilden bereiken. Voor de Mensenrechtenraad in zijn huidige vorm is dit zeker het geval. Daarom zou ik iedereen die heeft meegewerkt aan dit besluit van harte willen bedanken. Ik ben blij dat de Raad erin geslaagd is om alle lidstaten op één lijn te krijgen.

Ik zou niet zo zeer in willen gaan op de dingen die ons niet gelukt zijn, maar veeleer op de punten die we volgens mij positief kunnen beoordelen met betrekking tot deze nieuwe Mensenrechtenraad.

Ten eerste zal - in tegenstelling tot de Mensenrechtencommissie, die toch een orgaan van het ECOSOC was en eens per jaar in Genève zes weken lang vergaderde - de Mensenrechtenraad permanent vergaderen en direct onder de Algemene Vergadering vallen. De mogelijkheid bestaat dat de Mensenrechtenraad ooit een hoofdorgaan van de Verenigde Naties wordt. Dat kan natuurlijk alleen maar gebeuren wanneer het reglement van de Verenigde Naties wordt veranderd, en u weet allemaal hoe moeilijk dat is, maar het is mogelijk. De raad is nu in ieder geval al een permanent orgaan van de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties.

Ten tweede is het feit dat de leden direct en individueel worden gekozen een stap in de goede richting. Daarbij is voor een besluit een absolute meerderheid van alle lidstaten van de Verenigde Naties nodig. Tot nu toe vond er voor de stemmingen vaak een gênant gesjacher plaats: wie stemt voor wie, als jij hiermee instemt, zal ik daarmee instemmen. Dat is nu niet plotseling afgelopen, maar ik hoop dat het veel minder vaak zal gebeuren. Iedereen die zich, zoals ik, in de afgelopen jaren met deze zaken bezig heeft gehouden, zal dus blij zijn. Nu kunnen we leden van de Mensenrechtenraad met tweederde van de stemmen schorsen als de mensenrechten in hun land ernstig en systematisch worden geschonden, en ook dat is nieuw. Uiteindelijk was dit trouwens de reden waarom de Verenigde Staten niet hebben ingestemd met deze Mensenrechtenraad. Tot op het laatste moment hebben de Verenigde Staten alles in het werk gesteld om ervoor te zorgen dat de leden met een meerderheid van tweederde van de stemmen worden gekozen en dat het opleggen van sancties door de Veiligheidsraad automatisch leidt tot schorsing van het betrokken land. De Europese Unie heeft aangeboden om, naar aanleiding van de stemming in de Algemene Vergadering, een verklaring af te leggen waarin we een politieke verplichting op ons nemen. We hebben ook daadwerkelijk verklaard dat wanneer de Veiligheidsraad een land schendingen van de mensenrechten verwijt en sancties oplegt, we nooit zullen stemmen voor het opnemen van dat land in de Mensenrechtenraad. Ook zo heeft de Europese Unie een belangrijk politiek signaal gegeven.

Ten derde komt er een regelmatige toetsing van het mensenrechtenbeleid van alle landen. Dat gebeurt door een nieuwe universal review procedure. Op die manier kunnen we ook in de toekomst het verwijt ontkrachten dat we met twee maten meten en selectief te werk gaan.

Ten vierde is de Mensenrechtenraad bevoegd om alle organen van het systeem van de Verenigde Naties direct adviezen te geven, ook de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties. Wij zijn van mening dat we het systeem voor de bescherming van de mensenrechten binnen de Verenigde Naties op die manier al met al aanzienlijk kunnen versterken.

Ten vijfde worden de belangrijkste verworvenheden van de Mensenrechtencommissie gehandhaafd, en wel met name het systeem van speciale rapporteurs en de actieve deelname van NGO's aan de vergaderingen.

We hebben natuurlijk niet alles weten te bereiken, maar toch is deze nieuwe Mensenrechtenraad een duidelijke verbetering vergeleken met de Mensenrechtencommissie, die steriel was geworden. De Mensenrechtencommissie zal nog één keer vergaderen, waarschijnlijk kort, om de lopende zaken af te handelen en dan de taak over te dragen aan de Mensenrechtenraad. Al in mei van dit jaar, dat is dus binnenkort, zullen de eerste leden van de Mensenrechtenraad worden gekozen, en het is de bedoeling dat de eerste vergadering al in juni van dit jaar plaatsvindt. De Europese Unie en de Raad zullen er vastberaden voor strijden dat de Mensenrechtenraad zijn werk van het begin af aan daadkrachtig en met succes kan verrichten.

De Verenigde Staten hebben niet ingestemd met dit voorstel, en toch geloof ik dat er de afgelopen dagen en weken in de transatlantische relaties tussen de Europese Unie en de Verenigde Staten een zekere vorm van vertrouwen is ontstaan. De Verenigde Staten hebben naar aanleiding van het besluit namelijk verklaard dat ze niet van plan zijn om de oprichting en de financiering van de Mensenrechtenraad te bemoeilijken, dat ze het in principe eens zijn met de doelstellingen van deze raad, maar dat de twee problemen die ik heb genoemd - de verkiezing van de leden en de kwestie van het schorsen van leden - zo ernstig zijn dat ze het besluit niet konden steunen.

Ik hoop dat het werk in de Mensenrechtenraad in de komende jaren iedereen ervan zal overtuigen dat we het juiste besluit hebben genomen, dat we vooruitgang hebben geboekt en dat we uiteindelijk ook echt iets hebben gedaan voor de bescherming van de mensenrechten overal ter wereld. Ik geloof ook dat wij als Europese Unie al met al trots kunnen zijn op onze bijdrage hiertoe.

 
  
MPphoto
 
 

  Benita Ferrero-Waldner, lid van de Commissie. - (EN) Mijnheer de Voorzitter, ik zou willen zeggen: Eureka! Wij hebben een Mensenrechtenraad! Dat is heel bijzonder, en ik ben heel blij dat ik hier vanavond ben om dit met de Raad en het Europees Parlement te vieren.

Zoals u weet hebben de Europese Unie en de Europese Commissie een belangrijke bijdrage geleverd aan dit resultaat. Toen de EU vorige week besloot de ontwerpresolutie van voorzitter Eliasson te steunen, hebben wij voor een aantal landen de weg vrijgemaakt om dat ook te doen. Wij hadden gehoopt een aantal van onze voorstellen in de resolutie terug te vinden. Ik ben het echter met het voorzitterschap eens dat de compromistekst een duidelijke verbetering is ten opzichte van de Mensenrechtencommissie, en dat is de hoofdzaak.

Ik wil graag kort iets zeggen over de Mensenrechtencommissie. In de afgelopen maanden heeft die commissie nogal onder vuur gelegen. Zo wordt zij ervan beschuldigd dat zij dubbele normen hanteert, teveel gepolitiseerd is, of soms niet krachtig genoeg optreedt tegen flagrante schendingen van de mensenrechten. Het lijdt geen twijfel dat die beschuldigingen een kern van waarheid bevatten, en het is niet toevallig dat de VN-top in zijn slotdocument heeft voorgesteld de commissie te vervangen door een nieuw orgaan.

Maar het is ook waar dat deze commissie heeft gedaan wat mogelijk was. Het was deze commissie die in 1948 toezag op de opstelling van de allerbelangrijkste verklaring over de beginselen van de mensenrechten: de Universele Verklaring van de rechten van de mens. Ik wilde dit toch even noemen, omdat wij nu natuurlijk vooruit kijken, maar wij hadden ook achterom moeten kijken.

Ik wil ook graag de aandacht van het Parlement vestigen op een specifiek aspect van de Mensenrechtenraad, namelijk de universele periodieke evaluatie. Mits op de juiste wijze uitgevoerd, zal die ertoe bijdragen dat problemen als dubbele normen en selectiviteit waarmee de Mensenrechtencommissie te kampen had, worden voorkomen. Peer reviews werken tenslotte op andere terreinen heel effectief, zoals bijvoorbeeld in de handel, met het mechanisme voor de herziening van handelsbeleid, en zelfs in het conflict omtrent diamanten en bij het Kimberley-proces.

Opmerkelijk genoeg is de Europese Unie gedurende het hele ingewikkelde en langdurige onderhandelingsproces over de Mensenrechtenraad in staat geweest een gemeenschappelijk standpunt in te nemen. Dit heeft zonder twijfel een positieve invloed gehad op de onderhandelingen. De Commissie was dan ook bijzonder opgelucht dat de Europese Unie na de recente meningsverschillen tussen lidstaten over de definitieve ontwerpresolutie weer een gemeenschappelijk standpunt kon innemen en daarmee blijk kon geven van het grote belang dat zij aan dit cruciale onderdeel van het hervormingsproces van de VN hecht.

Net als de lidstaten is ook de Commissie bezorgd over het feit dat de VS tegen de tekst hebben gestemd. Anderzijds putten wij echter ook hoop uit hun verklaring waarin zij de wens uitspreken om met de Mensenrechtenraad samen te werken. Kofi Annan zei vandaag te hebben begrepen dat de Verenigde Staten wel met de raad zullen kunnen samenwerken, al kunnen zij dan niet instemmen met het huidige voorstel voor deze raad. Ik ben ervan overtuigd dat de VS, die zoveel voor de mensenrechten hebben gedaan, een manier zullen vinden om met de andere lidstaten samen te werken, teneinde de raad te maken tot wat hij zou moeten zijn. Ik denk dus dat over het geheel genomen de voortekenen niet slecht zijn.

De Mensenrechtencommissie verdient onze lof, maar nu willen wij dat er een nieuwe ontwikkeling komt, en laten wij hopen dat wij die met zijn allen inderdaad krijgen.

 
  
MPphoto
 
 

  Simon Coveney, namens de PPE-DE-Fractie. - (EN) Mijnheer de Voorzitter, de oprichting van een doeltreffende, goed functionerende en breed gedragen Mensenrechtenraad vormt een essentieel onderdeel van het hervormingspakket van de VN, zoals Kofi Annan dat vorig jaar heeft geschetst. Anders dan bij het politieke mijnenveld dat de hervorming van de VN-Veiligheidsraad omgeeft, is de VN in staat gebleken overeenstemming te bereiken over een nieuwe structuur om met mensenrechtenvraagstukken om te gaan.

Vrijwel iedereen is het erover eens dat de huidige grootschalige, eens per jaar gedurende zes weken in Genève vergaderende VN-Mensenrechtencommissie niet meer van deze tijd is, en aan vervanging toe is. Er moet een meer permanent mechanisme komen, dat het hele jaar door kan reageren op de vele mensenrechtencrises die zich in de wereld voordoen. Tijdens de discussies over de formulering van de nieuwe structuur voor het omgaan met mensenrechten zijn vele kwesties aan de orde geweest:

1. De noodzaak van een permanente structuur/raad.

2. De leden van deze raad moeten geloofwaardig zijn op het terrein van de mensenrechtenvraagstukken.

3. De raad mag niet te groot zijn.

4. De samenstelling van de raad dient een afspiegeling te zijn van de geografische verschillen in de wereld.

5. De raad mag niet worden gezien als een elitair gezelschap, een klein groepje mensen dat anderen vertelt hoe het moet.

6. De vraag hoe de leden van de raad moeten worden geselecteerd en gekozen..

7. De NGO’s moeten een rol blijven spelen.

8. Een schorsingsmechanisme voor landen die stelselmatig de mensenrechten schenden.

Niemand heeft ooit gedacht dat het bereiken van overeenstemming en zonodig compromissen op al die punten gemakkelijk zou zijn. Naar mijn oordeel is de ontwerpresolutie van de voorzitter van de Algemene Vergadering echter een verdienstelijke poging in die richting, een poging om elkaar te vinden op gemeenschappelijke punten. Ik ben ingenomen met de brede steun die de ontwerpresolutie vanavond in de VN heeft gekregen. Het is heel jammer dat de VS deze resolutie niet konden steunen.

Ik beschouw het document echter absoluut niet als perfect, en ik heb in het bijzonder twee punten van kritiek. In de eerste plaats denk ik dat de raad te groot is: 47 leden is teveel. In de tweede plaats is de verkiezingsprocedure, waarbij de leden worden gekozen met een absolute meerderheid, niet ideaal. Op dat punt ben ik het met de VS eens, en ik had liever gezien dat was gekozen voor een tweederde meerderheid.

Ik wil afsluiten met de opmerking dat de VN vandaag goed werk heeft geleverd, en ik denk dat dat de geloofwaardigheid van hun standpunten op het gebied van mensenrechtenvraagstukken zal vergroten.

 
  
MPphoto
 
 

  Panagiotis Beglitis, namens de PSE-Fractie. - (EL) Mijnheer de Voorzitter, er doet zich nu inderdaad een heel positieve ontwikkeling voor met betrekking tot het in New York gevonden akkoord. Achter dit akkoord heeft zich een overweldigende meerderheid van 170 landen geschaard. Dit is een dynamisch compromis waarmee het internationaal bestel voor de bescherming van de mensenrechten efficiënter en doelmatiger kan worden gemaakt.

Ik wil met name de aandacht vestigen op een van de uitermate belangrijke hervormingen en veranderingen die hebben plaatsgevonden, namelijk op de bepaling betreffende de betrokkenheid van de internationale niet-gouvernementele organisaties en instanties die zich inzetten voor de verdediging van de mensenrechten bij de werkzaamheden van de raad. Mijns inziens zullen de Commissie en mevrouw de commissaris met de niet-gouvernementele organisaties ijveren voor een sterkere rol en meer efficiëntie van de raad.

Deze duidelijke hervormingen en de daarmee ingestelde raad kunnen een nieuwe dynamiek geven aan de mensenrechten en het gebrek aan geloofwaardigheid en efficiëntie van de VN verminderen. Helaas maken de Verenigde Staten nu een schijnbeweging en streven zogenaamd naar een beter resultaat. Daardoor wordt het vandaag bereikte, positieve compromis ondermijnd. Het is hoog tijd dat de fundamentele humanitaire beginselen boven elke politieke opportuniteit worden verheven.

 
  
MPphoto
 
 

  Cecilia Malmström, namens de ALDE-Fractie. - (SV) Mijnheer de Voorzitter, het is vandaag natuurlijk in vele opzichten een historische dag, de dag waarop we een Mensenrechtenraad hebben opgericht. Het Europees Parlement heeft daar immers in het verleden erg achteraan gezeten, en we weten dat de situatie op het gebied van de mensenrechten echt veranderd kan worden als er hard en eensgezind gewerkt wordt. Wij steunen de Verenigde Naties oprecht in dezen.

Het besluit inzake de Mensenrechtenraad was een van de weinige concrete besluiten die in september zijn genomen, en daarom is het zeer bevredigend dat er op dit moment echt zo’n raad bestaat en dat er een permanent orgaan is gekomen dat ons bevrijdt van de zes weken vol lobbyactiviteiten in Genève, waar door middel van een voortdurende koehandel werd bepaald wie welke resolutie zou steunen, precies zoals u zei. Als er een permanent orgaan komt dat deze werkzaamheden kan leiden, dan ontsnappen we hopelijk ook aan de situaties waarin een paar van de ergste schurkenstaten voorzitter waren van de zittingen, zoals soms in Genève is gebeurd.

Ik ben het eens met de opvatting dat de raad zwakker is dan men had gehoopt. Ik ben het eens met de heer Coveney dat een tweederde meerderheid beter was geweest. Het regionale quotastelsel dat op dit moment geldt voor het aanwijzen van vertegenwoordigers in de raad, leidt er helaas toe dat ook staten die de mensenrechten schenden vertegenwoordigd zullen zijn. De geheime stemming en de mogelijkheid om landen uit te sluiten betekenen echter een grote stap vooruit.

Ik hoop dat de EU in de toekomst eensgezind en consequent zal zijn en niet zal aarzelen om een land dat in de raad zit en de mensenrechten schendt, aan de kaak te stellen. Als de EU eensgezind is, kan ze namelijk een fantastisch grote rol spelen in de Verenigde Naties. In mijn fractie zouden wij op termijn graag een gemeenschappelijke Europese zetel in de Veiligheidsraad van de VN willen zien.

Dit is een grote stap vooruit. Nu moet de raad zich bewijzen. Het is belangrijk dat snel gereageerd kan worden als er crises ontstaan, maar het is ook belangrijk dat de minder mediagenieke gebeurtenissen niet uit het oog worden verloren, dat wil zeggen de permanente schendingen van mensenrechten op enigszins vergeten, afgelegen plekken. Als de Mensenrechtenraad de rechten van deze mensen in acht kan nemen, dan hebben we een grote stap vooruit gezet.

 
  
MPphoto
 
 

  Hélène Flautre, namens de Verts/ALE-Fractie. - (FR) Mijnheer de Voorzitter, ik prijs de vooruitziende blik van het Europees Parlement, dat enkele uren na aanneming van de resolutie dit debat organiseert en morgen zelf zo'n resolutie aanneemt. Wij kunnen samen uiting geven aan onze voldoening en onze grote opluchting over het aannemen van deze resolutie. Natuurlijk is niet alles perfect. Zo worden de leden van de raad niet gekozen met een meerderheid van tweederde, zagen bepaalde groepen hun zetelaantal stijgen en zijn er artikelen toegevoegd. Dat mag duidelijk zijn.

Afgezien daarvan betekent de aangenomen resolutie dat er een permanente Mensenrechtenraad wordt ingesteld met grote bevoegdheden. Zo worden de leden door middel van een geheime stemming door de Algemene Vergadering gekozen, kan de raad kan het gehele jaar - in plaats van minder dan drie keer – bijeenkomen en snel reageren op crisissituaties op mensenrechtengebied, blijft hij de speciale mechanismen van de Verenigde Naties houden, garandeert hij een bijzondere rol voor NGO's - ook al is het voor mij uitermate belangrijk dat de Verenigde Naties op dit punt worden hervormd om een betere vertegenwoordiging van de onafhankelijke NGO's, met inbegrip van de niet algemeen erkende, mogelijk te maken - en wordt met deze raad een systeem ingesteld om de mensenrechtensituatie van de lidstaten van de raad te beoordelen. Dat zijn allemaal zeer positieve punten. Deze Raad heeft eveneens de mogelijkheid om een lid dat zich schuldig maakt aan schending van de mensenrechten, te schorsen met een tweederde-meerderheidsbesluit van de Algemene Vergadering. Juist die punten stonden centraal in de eisen van het Parlement en de gehele Europese Unie, en werden volledig door ieder van ons gesteund.

Ten slotte de 62ste zitting van de VN-Mensenrechtencommissie. Deze zal waarschijnlijk een overgangscommissie worden, die vooral belast zal zijn met het overdragen van de dossiers aan de raad. Ik vraag de lidstaten niettemin dringend om waakzaam te blijven en om de stemming over belangrijke dossiers veilig te stellen. Ik denk daarbij aan het voorstel voor een internationaal verdrag inzake bescherming van alle slachtoffers van gedwongen verdwijningen, de verklaring inzake inheemse volken en de verlenging van mandaten, zoals die van de speciale afgezant voor mensenrechtenactivisten.

 
  
MPphoto
 
 

  Vittorio Agnoletto, namens de GUE/NGL-Fractie. - (IT) Mijnheer de Voorzitter, dames en heren, de goedkeuring van de VN vandaag is een enorm belangrijke stap vooruit. Tot nu toe gold de regel van twee maten en twee gewichten. Het kan niet door de beugel dat Rusland nooit veroordeeld is voor het gruwelijke gedrag van zijn speciale strijdkrachten in Tsjetsjenië. Het kan niet door de beugel dat China nooit veroordeeld is voor de dramatische onderdrukking van de grondrechten van het Tibetaanse volk. Het is onmogelijk dat de Verenigde Staten niet op het matje worden geroepen voor hun gedrag in Irak, waar een bezetting die op het vlak van het internationaal recht onwettig is, meer dan honderdduizend slachtoffers onder de burgerbevolking heeft veroorzaakt. Of wat te zeggen van Israël, dat op illegale wijze collectieve strafmaatregelen tegen het Palestijnse volk neemt die in internationale verdragen nadrukkelijk worden verboden? Staatsredenen kunnen niet goedgepraat worden met de vertrapping van de rechten van miljoenen mannen, vrouwen en kinderen op de hele aardbol.

De Europese Unie moet op dit punt meer moed aan de dag leggen. Onze geloofwaardigheid staat op het spel en ook ons beleid van bevordering van de mensenrechten. Het is niet voldoende om te protesteren tegen landen die niet beschermd worden door dikwijls bedenkelijke internationale bondgenootschappen. De mensenrechten zijn bezegeld in wetboeken; de juridische verdragen gelden voor iedereen, en zeer zeker ook voor de machtigen.

De inmiddels ter ziele gegane Mensenrechtencommissie in Genève heeft de genadeslag gekregen omdat daar regeringen in zitten die dictaturen vertegenwoordigen en hun institutionele positie binnen de VN gebruiken om kritiek op hun beleid en gedrag te voorkomen. Op grond waarvan maakt bijvoorbeeld de Soedanese regering deel uit van de commissie van Genève, zoals momenteel het geval is? Wij kijken dus uit naar alle hervormingen die zijn aangekondigd en die de commissie in Genève moeten veranderen in een besloten Mensenrechtenraad.

Ik verheug me over het zojuist binnengekomen bericht dat de VN de resolutie inzake radicale hervormingen van dit orgaan heeft aangenomen, ondanks het verzet van de Verenigde Staten. Ik sta achter de suggesties in de resolutie die wij morgen zullen aannemen, vooral waar verklaard wordt dat alleen landen die tonen dat ze de grondrechten respecteren, deel mogen uitmaken van de toekomstige raad. Wij moeten tevens de internationale NGO’s een belangrijke rol toebedelen, want die zijn werkelijk democratisch en onafhankelijk. Dat moet geschieden via de oprichting van een VN-comité voor NGO’s, dat een rol van stimulans en kritiek op het VN-mensenrechtensysteem kan vervullen.

 
  
MPphoto
 
 

  Inese Vaidere, namens de UEN-Fractie. - (LV) Dames en heren, het doel van de hervorming van de Verenigde Naties, en met name het doel van de veranderingen met betrekking tot de Mensenrechtencommissie was om instellingen te creëren die beter zijn, niet even goed of slechter. Er is uiteindelijk een compromis gevonden en onlangs is de Mensenrechtenraad ingesteld, wat op zichzelf een goede zaak is. De huidige oplossing echter, waarbij een land slechts een meerderheid in de Algemene Vergadering nodig heeft om in de raad te worden gekozen, maar waarbij driekwart van de aanwezigen moet stemmen voor uitsluiting uit de raad, is een heel zwak compromis. Er bestaat geen zekerheid dat met deze methode landen waarin de mensenrechten duidelijk worden geschonden, niet in de raad terecht komen. Het zal zelfs nog moeilijker worden om die landen uit de raad te verwijderen. Dus bestaat de mogelijkheid dat landen die de mensenrechten niet respecteren in de raad kunnen blijven functioneren, en de raad daarmee in diskrediet brengen. De afspraak dat de Mensenrechtenraad nu niet zes weken per jaar, maar tien weken per jaar bijeen zal komen, is vooralsnog ook geen reden voor optimisme. Deze compromissen doen twijfels rijzen over de vraag of het standpunt van Europa met betrekking tot de hervorming van de VN wel hard genoeg naar voren is gebracht. Op het gebied van de mensenrechten zal niemand processen gaan aanzwengelen als wij van de Europese Unie dat niet doen. De Europese Commissie zou daarom de grootst mogelijke steun moeten zien te verkrijgen voor verdere en adequate hervorming van de VN-instelling voor de mensenrechten, alsmede voor de verkiezing in de raad van landen die de raad niet in diskrediet zullen brengen, maar die een stevig fundament zullen leggen voor effectieve arbeid in de toekomst.

 
  
MPphoto
 
 

  Francisco José Millán Mon (PPE-DE). - (ES) Mijnheer de Voorzitter, het slotdocument van de VN-top van afgelopen september heeft de fundamenten, in sommige gevallen minieme fundamenten, gelegd waarop we bij de institutionele hervormingen kunnen voortbouwen.

Dat is het geval met de Mensenrechtenraad. Er is alleen afgesproken om die raad in het leven te roepen; over de rest is onduidelijkheid blijven bestaan. Het was moeilijk om binnen een paar maanden een akkoord te bereiken over het opzetten van een orgaan dat de in diskrediet geraakte Mensenrechtencommissie moet gaan vervangen.

Het eindvoorstel van voorzitter Eliasson, dat onlangs met ruime meerderheid is aangenomen bij de stemming in New York, is de vrucht van moeilijke onderhandelingen. Het was niet het optimale voorstel - de ambities van Europa lagen hoger -, maar het roept een nieuw orgaan in het leven dat, dat spreekt voor zich, beter is dan het orgaan dat we hadden.

De leden van de nieuwe raad zullen worden gekozen bij absolute meerderheid van de stemmen van de Algemene Vergadering. Dat wil zeggen dat er minimaal 96 stemmen nodig zullen zijn. Bovendien zullen tijdens het mandaat van de raad alle leden van de raad aan een nauwkeurig onderzoek worden onderworpen, en ze kunnen zelfs, zoals al gezegd is, geschorst worden. Evenzo zal de raad, zoals we geëist hadden, veel vaker en langer bijeenkomen dan de huidige Mensenrechtencommissie.

De nieuwe Raad is, kortom, een duidelijke vooruitgang ten opzichte van de Mensenrechtencommissie van de Verenigde Naties. Ik moet echter zeggen dat ik het betreur dat het aantal zetels dat de groep van West-Europa is toegewezen, lager is dan het aantal dat we in de commissie hadden.

Mijnheer de Voorzitter, ik had graag gezien dat dit voorstel van de heer Eliasson met consensus was aangenomen, maar uiteindelijk is het toch in stemming gebracht. Ik betreur het zeer dat de Verenigde Staten uiteindelijk besloten om tegen te stemmen. De VS zijn een sleutelland binnen de Verenigde Naties en ik had gehoopt dat er veel initiatieven waren gekomen waardoor de VS zich hadden kunnen aansluiten bij het voorstel van de heer Eliasson en de raad uiteindelijk gevormd zou worden met steun van Washington. Maar ik ben blij dat de VS in ieder geval hebben verzekerd dat ze zich constructief en coöperatief zullen opstellen ten aanzien van de nieuwe raad.

Voor het overige zal men het werk en het functioneren van de raad na vijf jaar tegen het licht houden, hetgeen ons in staat zal stellen de tekortkomingen van het nieuwe mechanisme te repareren. Dat is een van de meest ambitieuze doelstellingen uit het slotdocument van de top van september.

Mijnheer de Voorzitter, in dit document heeft de strijd tegen de armoede overigens een vooraanstaande plaats gekregen. Ik wil eraan herinneren dat, zoals dit Parlement al heeft gezegd, armoede beschouwd moet worden als een schending van de mensenrechten, aangezien het een aanslag is op de waardigheid van de mens en verhindert dat andere fundamentele mensenrechten worden uitgeoefend.

 
  
MPphoto
 
 

  Józef Pinior (PSE). - (PL) Mijnheer de Voorzitter, vandaag heeft de Algemene Vergadering van de VN tijdens haar stemming goedkeuring gehecht aan de instelling van een Mensenrechtenraad ter vervanging van de VN-Mensenrechtencommissie, die in diskrediet was gebracht.

De nieuwe VN-raad kan niet tegemoet komen aan vele van de criteria die noodzakelijk zijn om effectief toezicht te kunnen uitoefenen op de mensenrechten en te kunnen reageren op misbruiken van deze rechten in de wereld, maar hij is wel een stap in de goede richting bij de totstandbrenging van een nieuwe internationale structuur die is gebaseerd op de eerbiediging van de grondrechten en politieke vrijheden. De instelling van de raad werd ondersteund door talloze Nobelprijswinnaars en mensenrechtenorganisaties, zoals Amnesty International, Human Rights Watch of Open Society Institute en Soros Foundation Network.

De Europese Unie moet nu een hoofdrol gaan vervullen in de VN-Mensenrechtenraad. Het Europees Parlement heeft de kans om het voortouw te nemen en de raad te ondersteunen in zijn inspanningen om een nieuw, mondiaal systeem voor de mensenrechten te creëren. De Europese Unie zou in het kader van de transatlantische dialoog de Verenigde Staten moeten aanmoedigen tot een nauwere samenwerking met de Mensenrechtenraad. Ook moet zij ijveren voor een hervorming van de VN. De VS was een van de vier landen die tegen de instelling van de raad hebben gestemd.

 
  
MPphoto
 
 

  Frithjof Schmidt (Verts/ALE). - (DE) Mijnheer de Voorzitter, mevrouw de commissaris, mijnheer de minister, geachte collega's, in september vorig jaar hebben wij de top voor de hervorming van de Verenigde Naties besproken. Een van de weinige, echte successen die we toen konden boeken was dat we besloten om de Mensenrechtencommissie, die in diskrediet was geraakt, te vervangen door een nieuwe Mensenrechtenraad. Er was alleen nog niet besloten hoe de samenstelling en de procedures eruit zouden moeten zien. Voor de verdediging van de mensenrechten, maar ook voor de Verenigde Naties, zou het werkelijk een zware nederlaag zijn geweest als we er niet in waren geslaagd om deze Mensenrechtencommissie, die een slechte naam had gekregen, op het juiste moment te vervangen door een nieuwe Mensenrechtenraad.

Daarom is dit, na de lange onderhandelingen, een groot succes, ook voor president Eliasson. We willen hem feliciteren, want er is werkelijk heel wat verbeterd. Nu worden de leden van deze nieuwe Mensenrechtenraad immers gekozen met een geheime stemming, dat wil zeggen met de stemmen van tenminste 96 landen. Als bovendien een land de mensenrechten ernstig heeft geschonden, kan het met een meerderheid van tweederde van de stemmen als lid van de Mensenrechtenraad weer worden geschorst. De raad moet minstens drie keer per jaar bijeenkomen. Het werk heeft dus nu meer continuïteit, en de situatie op het gebied van de mensenrechten in alle lidstaten van de VN wordt nu regelmatig getoetst. Dat zijn vijf belangrijke successen. Daarom vond ik het onbegrijpelijk dat de Verenigde Staten hebben geprobeerd om dit te blokkeren.

Mijnheer Winkler, de Verenigde Staten hebben niet alleen positieve eisen gesteld. Zij wilden ook dat de vijf leden van de Veiligheidsraad een voorkeursbehandeling kregen, dat ze zogezegd automatisch, zonder verkiezingen lid zouden worden van de Mensenrechtenraad. Als we denken aan de manier waarop de Volksrepubliek China omspringt met de mensenrechten is wel duidelijk dat dit een ernstige fout zou zijn geweest. Ik ben blij dat met de stemming van vandaag daar een stokje voor is gestoken.

 
  
MPphoto
 
 

  Athanasios Pafilis (GUE/NGL). - (EL) Mijnheer de Voorzitter, de afschaffing van de Mensenrechtencommisie van de VN en de instelling van een raad met een veel kleiner aantal leden hebben tot doel ervoor te zorgen dat de landen die zich niet onderwerpen aan de Verenigde Staten, de Europese Unie en andere imperialistische mogendheden, kunnen worden uitgesloten of uitgestoten. Men wil de raad kunnen manipuleren en daarvan een instantie maken die de schendingen van de mensenrechten eenzijdig, uitgaande van de imperialistische belangen, beoordeelt. Daarin zullen besluiten worden bekokstoofd om voorwendsels te creëren voor allerlei interventies en zelfs oorlogen, in naam van de bescherming van de mensenrechten.

Inderdaad hebben, mevrouw de commissaris, de Verenigde Staten veel gedaan voor de mensenrechten: ze hebben tientallen miljoenen mensen vermoord, van Hiroshima tot Nagasaki, van Vietnam tot het huidig Irak! Aangezien ik geen tijd heb, beperk ik mij tot een parafrase van Brecht, die schreef: “Als de imperialisten spreken over vrede bereiden zij oorlog voor”, en zeggen dat als u vandaag spreekt over de mensenrechten u zich klaar maakt om ze in stukjes te snijden, zoals u dagelijks doet.

Geen enkele Mensenrechtenraad, geen enkele Mensenrechtencommissie en geen enkele VN zal in staat zijn om de strijd van het volk tegen zijn onderwerping tegen te houden.

 
  
MPphoto
 
 

  Jana Hybášková (PPE-DE). - (CS) Mijnheer de Voorzitter, geachte commissaris, niet lang geleden zou ik blij zijn geweest met dit debat, want daar is het nu wellicht wat laat voor, maar we delen allen de enorme hoop die is ontstaan, en uiteraard zijn we allemaal blij met de komst van de nieuwe Mensenrechtenraad. Onze complimenten gaan vooral uit naar de Zweedse voorzitter van de Algemene Vergadering, niet alleen vanwege hetgeen hij uit te onderhandelen tussen de lidstaten van de VN heeft weten te slepen, maar met name ook vanwege de manier waarop hij erin geslaagd is om de vrijwilligersorganisaties uit de non-gouvernementele sector op één lijn te krijgen. Daarvan krijgt hij nu veel steun. Uiteraard juichen wij de langere lobbyperiodes in Genève toe. We hopen dat de verbetering die wij de afgelopen weken in de transatlantische betrekkingen hebben kunnen waarnemen, niet wordt vergald en dat het mogelijk zal blijken om de huidige stemming teniet te doen. In mijn ogen is het van belang dat de EU heeft gesproken en dat zij een duidelijk, eensluidend en door alle ontwikkelingslanden gedeeld standpunt inneemt. Het zijn echter de ontwikkelingslanden die de meerderheid hebben.

Ondanks al het gepraat over het verlies aan beschaving, is het duidelijk dat de nieuwe Mensenrechtenraad volledig moet vasthouden aan het universaliteitsbeginsel van de rechten van de mens, waarbij voor iedere vrouw en voor iedere man dezelfde regels moeten gelden. Het is altijd zichtbaar of de mensenrechten worden geëerbiedigd of geschonden, en bij deze voorevaluatie zal deze raad een voorname rol moeten spelen. In dit verband is ook het uitsluitingsinstrument van groot belang, ook al vergt dit een tweederde meerderheid. Bovendien ontstaat naar mijn mening een nieuwe kans voor het buitenlands beleid van de EU om de schendingen van de mensenrechten werkelijk aan te pakken, wat tot nog toe een probleem was ten gevolge van het slechte functioneren van sommige landen. Commissaris, ik hoop dat wij, en vooral u, de moed zullen hebben om duidelijke stappen te zetten in de richting van handhaving van de rechten van de mens in de hele wereld.

 
  
MPphoto
 
 

  Richard Howitt (PSE). - (EN) Mijnheer de Voorzitter, vorig jaar heb ik als lid van de delegatie van het Parlement de vergadering van de Mensenrechtencommissie in Genève bijgewoond, en ik heb daar met eigen ogen kunnen zien hoe ongeloofwaardig die Commissie was geworden en hoe zij in haar werk werd gegijzeld door de landen die zelf de ergste mensenrechtenschenders waren. Net zoals veel leden in het hele Parlement vanavond juich ik de oprichting van de Mensenrechtenraad dan ook toe. Deze raad zal naar mijn mening een stap vooruit betekenen, omdat hij het hele jaar door bijeenkomt, wordt gekozen door een meerderheid van de Algemene Vergadering van de VN, een systeem heeft voor schorsing van lidstaten die de mensenrechten schenden en de traditie van toegang voor niet-gouvernementele organisaties in stand houdt.

Ik ben buitengewoon trots op de rol die wij als leden van dit Parlement in de marge van het proces hebben gespeeld. Tijdens onze ontmoeting met Louise Arbour, de Hoge Commissaris voor de mensenrechten, in Genève, en tijdens haar tegenbezoek aan ons in Brussel, hebben uitgebreid gesproken over haar voorstellen voor de universele, periodieke evaluatie waartoe nu is besloten, een procedure die naar verwachting een veel effectiever en objectiever onderzoek naar de staat van dienst van alle landen mogelijk zal maken.

In onze resoluties hebben wij erop aangedrongen dat het lidmaatschap van de Mensenrechtenraad alleen openstaat voor landen die de speciale rapporteurs een permanente uitnodiging geven en ongehinderd hun werk laten doen. Dat is onderdeel van het besluit van vandaag. Soedan, Saoedi-Arabië, Nepal en Zimbabwe zullen en mogen geen deel uitmaken van deze nieuwe raad.

Tot slot nog dit: deze hervorming van de VN is het resultaat van de VN-top over de herziening van de Millenniumdoelen en komt op een historisch moment in de verdediging van het beginsel van het multilateralisme in onze wereld. Wij moeten als Europees Parlement een boodschap sturen aan de VS - niet zomaar aan de regering, maar aan het hele volk - dat de Verenigde Staten, of het nu gaat om de Mensenrechtenraad of om Kyoto, om het Internationaal Strafhof of om het beginsel van het multilateralisme zelf, ernstig en op een gevaarlijke manier geïsoleerd zijn geraakt in deze wereld, en dat dit niet de rol is die de laatst overgebleven supermacht in de wereld zou moeten spelen. Als de Verenigde Staten in aanmerking willen komen voor een zetel in deze nieuwe raad, zullen zij ongehinderde toegang moeten verlenen tot Guantánamo Bay. Ik ben benieuwd of de VS daartoe bereid zullen zijn.

 
  
MPphoto
 
 

  Milan Horáček (Verts/ALE). - (DE) Mijnheer de Voorzitter, ik ben het helemaal eens met de sprekers die voor mij het woord hebben gevoerd. Ik ben blij dat we hebben besloten om deze Mensenrechtenraad werkelijk een levenskans te geven. Het garanderen van de mensenrechten in de klassieke betekenis is één van de morele hoekstenen van Europa, en door deze raad in het leven te roepen hebben we dat nogmaals duidelijk gemaakt.

Het voorstel dat is goedgekeurd is weliswaar niet optimaal, maar deze raad is heel wat beter dan de Mensenrechtencommissie, waarin landen invloed uitoefenen die de mensenrechten zelf met voeten treden. Dit is een grote stap in de juiste richting voor de mensenrechten overal ter wereld.

Een slagvaardige instantie kan sneller besluiten nemen als dat nodig is, en moet de landen verplichten om de mensenrechten te garanderen en te verdedigen. Als we deze blokkade niet hadden kunnen doorbreken zou de internationale gemeenschap in de strijd tegen schendingen van de mensenrechten aan geloofwaardigheid hebben ingeboet.

Daarom ben ik heel blij dat dit project niet mislukt is, ook al vanwege de samenwerking met allerlei NGO's, die heel belangrijk is.

 
  
MPphoto
 
 

  Bogusław Sonik (PPE-DE). - (PL) Mijnheer de Voorzitter, het werk van de huidige VN-Mensenrechtencommissie werd van bijna alle kanten sterk bekritiseerd. Deze commissie is ervan beschuldigd teveel gepolitiseerd te zijn, zich te actief op te stellen en zelfs corrupt te zijn. Daarom moeten wij de ambitieuze inspanningen tot hervorming van de Mensenrechtencommissie toejuichen en ervoor zorgen dat hiervan een Mensenrechtenraad met meer onafhankelijkheid wordt gemaakt.

Ofschoon de reikwijdte van deze veranderingen goed doordacht schijnt te zijn, bestaat het gevaar dat hieraan geknabbeld wordt tijdens de internationale besprekingen van de voorstellen. Het Europees Parlement zou een duidelijk standpunt terzake moeten innemen, en erop moeten wijzen dat deze veranderingen noodzakelijk zijn om een op de rechtsstaat en op democratisch bestuur gegrondveste cultuur in heel de wereld tot stand te brengen.

De grootste uitdaging die van deze hervorming uitgaat, is reeds genoemd: de onafhankelijkheid van de voorgestelde VN-Mensenrechtenraad. De eis dat deze raad een van de hoofdorganen wordt van de VN is een van de belangrijkste middelen om dit doel te bereiken

Wat werkelijk moet veranderen is de manier waarop de kandidaten worden gekozen. Zij moeten gekozen worden door de Algemene Vergadering met een dusdanige meerderheid van stemmen dat een land waarvan de regering zich gedraagt op een manier die twijfels doet ontstaan over zijn geloofsbrieven inzake mensenrechten, geen lid kan worden. Het is eveneens belangrijk dat gestemd wordt over de kandidatuur van elk land, zelfs indien het aantal kandidaturen voor een bepaald gebied kleiner is dan het aantal voor dit gebied uitgetrokken plaatsen. Voorkomen moet worden dat in de raad landen zitting krijgen als Libië, zoals in het recente verleden, of Cuba, zoals nu het geval is. Dat is een van de fundamentele stappen om de VN in staat te stellen de weg naar geloofwaardigheid op het gebied van de bescherming van de mensenrechten in de wereld te hervinden. Het is ook belangrijk de omvang van dit orgaan te beperken, zodat het efficiënter kan optreden en effectievere besluiten kan nemen.

De hervorming van de Mensenrechtencommissie is een grote kans om ingrijpende verbeteringen te brengen in de mensenrechtensituatie waar dan ook ter wereld. Wij mogen echter niet denken dat met één hervorming de kous af is. Veeleer moeten wij deze hervorming zien als een kans om een proces op gang te brengen waarmee het systeem voor de bescherming van de mensenrechten voortdurend hervormd kan worden en in staat wordt gesteld het vertrouwen van de wereldopinie te winnen en de status te verkrijgen van een mechanisme dat de aandacht vestigt op de ernstigste misbruiken van de mensenrechten in de wereld en dat niet aan politieke banden is gelegd.

 
  
MPphoto
 
 

  Ana Maria Gomes (PSE). - (PT) We hebben met opluchting en tevredenheid kennis genomen van het nieuws uit New York. Het compromis zoals dat door de voorzitter van de Algemene Vergadering, de heer Eliasson, is voorgesteld mag niet volmaakt zijn - het is toch een goed compromis, en wel om de redenen die een aantal collega’s heeft aangevoerd en een groep Nobelprijswinnaars, waaronder voormalig president Jimmy Carter, in een artikel heeft uiteengezet.

We zijn teleurgesteld dat de Verenigde Staten tegen hebben gestemd, maar verbaasd heeft dat ons niet. De VS - een land dat altijd heel veel voor de mensenrechten, het internationaal recht over de mensenrechten en de VN heeft gedaan - zijn nu immers overgeleverd aan een regering die op dit gebied een beleid voert dat elke geloofwaardigheid en consistentie ontbeert. Deze regering zal de geschiedenis ingaan als de regering die zich met de invasie van Irak, Guantánamo, Abu Ghraib en de extraordinary rendition act te schande heeft gemaakt.

Eleanor Roosevelt en vele andere illustere Amerikaanse voorvechters van de mensenrechten zullen zich in hun graf omdraaien. De regering-Bush is er echter niet in geslaagd de oprichting van een nieuwe raad vlak voor het afsluiten van de onderhandelingen te dwarsbomen. We zullen er intussen wel op moeten letten dat eventuele pogingen van deze regering om het werk van de nieuwe raad te boycotten niet met succes bekroond worden. De Europese Unie moet er via het Oostenrijks voorzitterschap en de daarop volgende voorzitters voor zorgen dat er steeds een degelijk en transparant beleid wordt gevoerd, het soort beleid dat de heer Eliasson voert. Ook de heer Solana en de heer Barroso zullen daar aan moeten meewerken: ze moeten hun stem in dezen luider laten horen. Europa moet heel zijn gewicht in de schaal leggen om ervoor te zorgen dat de Mensenrechtenraad zo vlug mogelijk kan beginnen te functioneren.

 
  
MPphoto
 
 

  Lidia Joanna Geringer de Oedenberg (PSE). - (PL) Mijnheer de Voorzitter, het is onaanvaardbaar dat de wereld geen organisatie heeft om de schendingen van de mensenrechten die zich voordoen te veroordelen.

De VN-Mensenrechtencommissie is gedurende de afgelopen jaren helaas een symbool geworden van de indolentie waarmee deze organisatie behept is. Het was een ‘ouwe jongens’-clubje, een instantie waarin landen bijeen kwamen die bekend stonden om hun schendingen van de mensenrechten, zoals China, Soedan, Zimbabwe of Rusland. Hun voornaamste doel was echter een stokje te steken voor een discussie over hun eigen activiteiten.

Met het voorstel voor een Mensenrechtenraad wordt geprobeerd een orgaan op te richten dat sneller kan reageren op crises in de wereld en dat meer kan doen dan enkel en alleen een symbolische VN-missie naar het bekritiseerde land sturen. Dit is geen perfect voorstel, maar kennelijk kan de Mensenrechtenraad door de situatie van elk van zijn ledenlanden te beoordelen tenminste voorkomen dat de tot nu toe door zijn eigen leden gepleegde schendingen worden voortgezet.

De instelling van een Mensenrechtenraad is ongetwijfeld de beste oplossing die momenteel beschikbaar is voor het probleem van de VN-Mensenrechtencommissie, waarvan de integriteit in diskrediet is gebracht. De Europese Unie zou het nieuwe orgaan haar volledige steun moeten geven, opdat het de mondiale uitdagingen op het gebied van de bescherming van de mensenrechten effectief het hoofd kan bieden.

 
  
MPphoto
 
 

  Hans Winkler, fungerend voorzitter van de Raad. - (DE) Mijnheer de Voorzitter, dames en heren, ik zou u hartelijk willen bedanken voor uw bijdragen aan dit debat. Eigenlijk bevestigt u de keuzes van de Europese Unie. U verwacht veel van de nieuwe Mensenrechtenraad, en dat kan deze raad alleen maar waarmaken wanneer we consequent zijn in ons beleid. Anders kan deze raad niet echt functioneren.

We kunnen de wetten van de politieke realiteit natuurlijk niet van vandaag op morgen buiten werking stellen. Ik denk echter wel dat de raad een goede kans maakt. Daarbij moet de Europese Unie een hoofdrol spelen. Ik dank u voor de ondersteuning die u ons vanavond heeft gegeven.

Veel sprekers hebben erop gewezen dat heel belangrijk is hoe de leden van de Mensenrechtenraad worden gekozen. Waarschijnlijk vindt iedereen het jammer dat het oorspronkelijke voorstel voor een meerderheid van tweederde van de stemmen het niet heeft gehaald. Ik wil er echter nogmaals op wijzen dat de Europese Unie vrijwillig een belangrijke politieke verplichting op zich heeft genomen. We hebben beloofd om alleen maar te stemmen voor landen die een clear record op het gebied van de mensenrechten hebben. Het gaat niet alleen om 25 of 27 stemmen. Als we de geassocieerde landen en alle democratische landen meetellen kunnen we verhinderen dat landen lid worden die de mensenrechten werkelijk met voeten treden.

De heer Coveney heeft gezegd dat 47 leden teveel zijn, dat de raad dan te groot zou zijn. Daar valt over te praten. We mogen echter niet vergeten dat de Mensenrechtenraad toch heel wat minder leden heeft dan de Mensenrechtencommissie. De Verenigde Naties heeft 191 leden, daarom vind ik dat het niet overdreven is dat de raad 47 leden heeft. Dat heeft er trouwens toe geleid dat de westelijke groep wat minder zetels krijgt, en dat houdt weer verband met het feit dat niet het Ecosoc de leden kiest maar de Algemene Vergadering. Dat is betreurenswaardig, maar wie a zegt moet ook b zeggen. Als we een daadkrachtig en vrij compact instrument willen, moeten we op de koop toenemen dat we wat minder stemmen hebben.

Ik ben het eigenlijk volledig eens met de heer Schmidt. De Verenigde Staten hebben geëist dat de vijf permanente leden van de Veiligheidsraad automatisch lid worden van de Mensenrechtenraad. Ze hadden dat voorstel in een vrij vroege fase gedaan, maar zijn er in de laatste fase niet meer op teruggekomen. De Europese Unie zou dat zeker niet hebben gesteund, en daarom was er eigenlijk nooit een meerderheid voor.

Mevrouw Flautre heeft erop gewezen dat er in de Mensenrechtencommissie nog een aantal belangrijke dossiers moeten worden afgesloten. De Europese Unie zal er natuurlijk voor zorgen dat de hangende zaken op een zinvolle manier worden afgewerkt, zodat ze meteen kunnen worden overgenomen door de Mensenrechtenraad.

 
  
MPphoto
 
 

  Benita Ferrero-Waldner, lid van de Commissie. - (FR) Mijnheer de Voorzitter, geachte afgevaardigden, het feit dat de ontwerpresolutie betreffende de instelling van een Mensenrechtenraad met overgrote meerderheid is aangenomen - zeventig stemmen vóór, vier tegen en drie onthoudingen - lijkt de indruk te wekken dat de raad een bepaalde geloofwaardigheid zal hebben.

Verder lijdt het geen twijfel dat 9 mei, de dag waarop de leden van de raad zullen worden gekozen, een belangrijk moment zal zijn in de totstandkoming van de raad. Wat dit betreft hoop ik dat de kandidaat-lidstaten hun kandidatuur een maand voor de stemming zullen indienen. Daarom heeft de Unie namelijk gevraagd.

De raad zal op 16 juni voor het eerst in Genève bijeenkomen. Ik hoop dat wij deze zitting met velen zullen bijwonen. De Mensenrechtenraad mag dan het gelukkige resultaat zijn van de laatste top van de Verenigde Naties, dat neemt niet weg dat het succes vooral te danken is aan de multilaterale architectuur van de Commissie voor vredesopbouw die in december 2005 is ingesteld, en die ook binnenkort bijeenkomt.

2006 moet dus wel een mooi jaar worden voor het multilateralisme. In beide gevallen heeft de Unie laten zien hoezeer zij gehecht is aan doeltreffend multilateralisme. Zij heeft blijk gegeven van leiderschap en van haar vermogen om ook de hervorming van de Verenigde Naties te beïnvloeden. Ik denk dat we op deze weg samen verder kunnen.

 
  
MPphoto
 
 

  De Voorzitter. - Tot besluit van het debat zijn vier ontwerpresoluties ingediend(1), overeenkomstig artikel 103, lid 2, van het Reglement.

Het debat is gesloten.

De stemming vindt morgen plaats.

 
  

(1)Zie notulen.

Juridische mededeling - Privacybeleid