Index 
 Vorige 
 Volgende 
 Volledige tekst 
Procedure : 2008/2576(RSP)
Stadium plenaire behandeling
Kies een document :

Ingediende teksten :

RC-B6-0281/2008

Debatten :

PV 05/06/2008 - 2
CRE 05/06/2008 - 2

Stemmingen :

PV 05/06/2008 - 6.17
CRE 05/06/2008 - 6.17
Stemverklaringen

Aangenomen teksten :

P6_TA(2008)0257

Volledig verslag van de vergaderingen
Donderdag 5 juni 2008 - Brussel Uitgave PB

2. Proces van Barcelona: Unie voor het Middellandse Zeegebied (debat)
Notulen
MPphoto
 
 

  De Voorzitter. − Aan de orde is de Mededeling van de Commissie aan het Europees Parlement en de Raad - Het proces van Barcelona: Unie voor het Middellandse Zeegebied.

 
  
MPphoto
 
 

  Benita Ferrero-Waldner, lid van de Commissie. (FR) Mevrouw de Voorzitter, dames en heren, ik denk dat ik vandaag Frans moet spreken, wat ik dus ook zal doen.

Om te beginnen bedank ik het Europees Parlement dat het dit punt van onze betrekkingen met onze mediterrane partners op de agenda van deze plenaire vergadering heeft gezet. Hierdoor zal er van gedachten worden gewisseld over een onderwerp dat voor Europa van essentieel belang is en ik roem in het bijzonder de rol van het Europees Parlement, dat de laatste jaren onophoudelijk aandacht heeft geschonken aan het Middellandse Zeegebied. Door het proces van Barcelona hebben wij veel strategische regionale vraagstukken en natuurlijk een aantal politieke kwesties aan de orde kunnen stellen. Ik vind dat er al veel is bereikt, maar er blijven nog talrijke gemeenschappelijke uitdagingen over zoals veiligheid, milieubescherming, duurzaamheid van energieleveranties, bestrijding van de georganiseerde misdaad, beheer van migratiestromen en interculturele dialoog. Naast deze samenwerking met onze mediterrane buurlanden hoop ik dat ook het begrip voor elkaar en voor elkaars belangen, het respect en ook het wederzijds vertrouwen worden vergroot.

In maart heeft de Europese Raad de Commissie verzocht het “proces van Barcelona: Unie voor het Middellandse Zeegebied” nader te omschrijven en de Commissie heeft derhalve op 20 mei jongstleden een mededeling aangenomen, waarin de centrale plaats van het Middellandse Zeegebied wordt onderstreept, zijn historisch en hedendaags belang en de grote uitdagingen van onze gemeenschappelijke toekomst. Ik wijs er echter op dat we natuurlijk ook het Europees nabuurschapsbeleid hebben, hetgeen een bilateraal beleid is, terwijl dit andere beleid een regionaal karakter heeft. We moeten ons ook realiseren dat de bestaande actieplannen daadwerkelijk uitvoering geven aan de besluiten die worden genomen tijdens de verschillende sectoriële ministersvergaderingen. Wanneer wij denken aan het Middellandse Zeegebied, denken we aan de bakermat van de drie monotheïstische religies, een smeltkroes van beschaving en cultuur, van migratie en handel. We denken aan de geschiedenis van het Middellandse Zeegebied, die onlosmakelijk is verbonden aan die van Europa. Het Middellandse Zeebekken is daadwerkelijk de schakel tussen het noordelijke en het zuidelijke deel van het Oosten en het Westen en, gelegen op het punt waar drie continenten samenkomen, is het meer dan slechts een grens voor de Europese Unie. De stabiliteit van deze regio is van essentieel belang voor onze veiligheid en voorspoed en voor die van onze mediterrane buren en vrienden. Door middel van een vastberaden en realistische politieke actie, een grote en voortdurende inzet en een constructieve dialoog kunnen wij de uitdagingen samen aannemen.

De Commissie heeft altijd geijverd voor nauwere, eerlijkere en constructievere betrekkingen met onze mediterrane partners en wij doen dan ook concrete voorstellen om dit doel te bereiken.

Geachte leden van het Parlement, dames en heren, ik geef u vandaag de belangrijkste constateringen en voorstellen van de door mij aan het College van commissarissen voorgelegde mededeling. Het proces van Barcelona heeft weliswaar helaas geleden onder de aanhoudende conflicten in het zuidelijke Middellandse Zeegebied en soms onder een gebrek aan samenwerking tussen de verschillende partners, maar er is een positieve ontwikkeling gaande, zoals ik tijdens mijn recente bezoeken aan de regio heb geconstateerd. De huidige, hernieuwde politieke wil moet worden aangegrepen om onze samenwerking nieuw leven in te blazen en deze evenwichtiger te maken en dichter bij onze medeburgers te brengen. Hierbij hebben wij drie essentiële doelstellingen.

Ten eerste de betrekkingen van de Europese Unie met de mediterrane partners politiek op een hoger niveau te brengen; ten tweede, door te voorzien in meer gedeelde verantwoordelijkheid voor onze multilaterale betrekkingen en ten derde door het concrete karakter en de zichtbaarheid van de betrekkingen te verhogen door meer regionale en subregionale projecten, die van belang zijn voor de burgers van de regio. De toegevoegde waarde hiervan zou echt aanzienlijk zijn! Er zullen natuurlijk particuliere middelen bij komen kijken – tot nu toe was alleen de communautaire sector erbij betrokken. Nu zal ook de particuliere sector een rol spelen. Of dit ook echt werkt, is natuurlijk nog maar de vraag, maar zo is het idee. Het is derhalve van essentieel belang dat onze betrekkingen op een hoger niveau worden gebracht. De Commissie stelt voor om tweejaarlijkse topontmoetingen van staatshoofden en regeringsleiders te houden. Het zou niet logisch zijn dat wij regelmatig topontmoetingen houden met onze belangrijke partners wereldwijd, maar dat we geen forum hebben voor gedachtewisselingen tussen de EU-staatshoofden en regeringsleiders en onze buren en vrienden uit het Middellandse Zeegebied. De Europees-mediterrane Parlementaire Vergadering heeft overigens bevestigd dat zij de parlementaire dimensie is van het proces van Barcelona. Zij biedt een kader voor debat, open dialoog en vrije uitwisseling van gedachten. Zij geeft een impuls aan het partnerschap door resoluties aan te nemen en aanbevelingen te doen en zij zal de legitieme parlementaire vertegenwoordiging van de Unie voor het Middellandse Zeegebied zijn. De Commissie is een ferm voorstandster van de versterking van de rol van de Europees-mediterrane Parlementaire Vergadering in de betrekkingen met de mediterrane partners. Een meer gedeelde verantwoordelijkheid is ook van essentieel belang. De laatste paar jaar heerste het idee dat de agenda van het proces van Barcelona werd beïnvloed door het feit dat het voorzitterschap van de Europese Unie ook dat van het Europees-mediterrane partnerschap bekleedde.

Drie voorstellen hebben de algemene steun gekregen van de partners: de instelling van het gedeeld voorzitterschap door een land uit het zuiden en een uit het noorden, van een in Brussel zetelend en met het bestuur belast gezamenlijk permanent comité en van een secretariaat, dat de projecten promoot. Zoals Robert Schuman al zei, moeten wij, tot slot, concrete projecten opzetten “waarbij een feitelijke solidariteit als uitgangspunt zal moeten worden genomen”. De kwaliteit van de gezamenlijk uitgevoerde projecten is een garantie voor het welslagen van het initiatief. Hierdoor kunnen de burgers voelen hoe sterk de banden zijn tussen beide zijden van het Middellandse Zeegebied. Het moeten projecten zijn met een structurerend effect op de regio en die openstaan voor de niet-overheidssector, de burgersamenleving en ondernemingen. Europa moet een hefboom zijn, de particuliere sector een tussenpersoon. De Commissie stelt de volgende, indicatieve lijst voor van onder andere deze initiatieven: maritieme autowegen, de aansluiting op de autoweg van de Arabische Maghreb (AMA), de bevordering van zonne-energie en de sanering van de Middellandse Zee. Deze lijst staat uiteraard open voor andere suggesties en voorstellen en er zullen nog meer projecten volgen. Tijdens de Top van Parijs zullen echter al initiatieven worden gelanceerd.

Mevrouw de Voorzitter, tot slot nog een volgens mij essentieel punt. Deze vernieuwde samenwerking met onze partners uit het zuiden zal in geen geval ten koste gaan van ons beleid en onze solide betrekkingen met onze buren uit het oosten. In tegendeel: naast onze inspanningen om de individuele banden met onze vrienden uit het oosten te versterken, verdiept de Commissie de regionale samenwerking met haar initiatief “Synergie voor de Zwarte Zee”. Wij zullen op zeer korte termijn het jaarverslag uitbrengen om het eerste jaar van de lancering van dit initiatief te vieren. Bij deze gelegenheid zullen we het recente initiatief van de Polen en de Zweden bespreken. Deze inspanningen, in het oosten en in het zuiden, sluiten aan bij onze doelstelling: onze betrekkingen verrijken door middel van flexibele samenwerkingsinstrumenten, die zijn toegespitst op de prioriteiten van onze partners.

Geachte leden van het Europees Parlement, de Top van Parijs biedt een reële mogelijkheid om een nieuwe dimensie te geven aan onze betrekkingen met onze mediterrane partners. Wij moeten weliswaar leren van het verleden, maar we mogen er geen gevangenen van zijn. Het initiatief “Het proces van Barcelona - Unie voor het Middellandse Zeegebied” markeert een nieuw tijdperk in onze betrekkingen met onze buren in het zuiden, een nieuw partnerschap op basis van succesvolle elementen van het proces van Barcelona, waardoor wij gezamenlijk kunnen werken aan de verwezenlijking van onze gemeenschappelijke doelstellingen: vrede, democratie en welvaart.

Mevrouw de Voorzitter, neemt u mij niet kwalijk dat ik wat lang aan het woord ben geweest, maar ik vind dit een essentieel onderwerp, zowel voor mijzelf als voor ons allen.

 
  
MPphoto
 
 

  Vito Bonsignore, namens de PPE-DE-Fractie. (IT) Mevrouw de Voorzitter, geachte collega’s, mevrouw de commissaris, mijn fractie heeft reikhalzend uitgekeken naar de verklaring van vandaag van commissaris Ferrero-Waldner, die ik bedank, en wij hebben de mededeling van de Commissie van 20 mei jongstleden zeer aandachtig gelezen.

Wij roemen president Sarkozy voor het feit dat hij de bal aan het rollen heeft gebracht, dat hij heeft gezorgd voor een hernieuwde belangstelling van de Europese Raad en dat hij een proces in gang heeft gezet van vernieuwing van ons Middellandse Zeebeleid, hetgeen mijn fractie steunt en dat zich, wat haar betreft, snel mag concretiseren.

We weten hoe moeilijk het is om de ambitieuze doelstellingen van het proces van Barcelona te verwezenlijken. Enerzijds zijn er het onopgeloste conflict in het Midden-Oosten en de spanningen in de westelijke Sahara. Anderzijds is er de gap die ons soms scheidt van de democratische, economische en sociale modellen van onze partnerlanden, waardoor de verwezenlijking van onze doelstellingen wordt belemmerd. Dit alles is weliswaar ernstig en bemoeilijkt de situatie, maar mag toch geen excuus zijn voor vertragingen of bedenkingen. Wij vinden dat het politieke initiatief van president Sarkozy en de steun door de Europese Commissie de goede kant opgaan, namelijk die waarbij onze politieke wil een concrete en tastbare dimensie krijgt.

Zoals onze commissaris hier vanochtend heeft aangegeven, heeft de Commissie hiertoe vier projecten gedefinieerd, bovenop de reeds geprogrammeerde activiteiten: maritieme autowegen, sanering van de Middellandse Zee en goed ecologisch beheer, samenwerking op het gebied van civiele bescherming ingeval van natuurrampen en, tot slot, het mediterrane plan voor zonne-energie. Al deze projecten zijn belangrijk. Ik zal er op dit moment dus niet dieper op ingaan; dit zullen wij doen wanneer de Commissie ons nadere bijzonderheden verstrekt.

Als deze projecten zijn uitgevoerd, zullen ze fungeren als bijzonder krachtige katalysatoren, zowel om een impuls te geven aan het proces van Barcelona als om de lopende, nog niet voltooide acties aan te vullen. Ik noem de voor 2010 geplande vrijhandelszone: wij zouden hierover graag meer willen weten, mevrouw de commissaris, net zoals over de stand van zaken voor wat betreft de verwezenlijking van de doelstellingen in de associatieovereenkomsten en andere lopende projecten.

Wat betreft de binnen een redelijke termijn uit te voeren concrete acties, herinner ik er, tot slot, ook aan dat er naast de maritieme autowegen en de noord-zuidbetrekkingen ook een impuls moet worden gegeven aan een autosnelwegcorridor die de landen in het zuiden van het Middellandse Zeegebied met elkaar verbindt en dat die vervolgens moet worden verbonden met Europa. Ook moet er een kredietstelsel komen dat steun verleent op het gebied van water en infrastructuur in het Midden-Oosten.

Als laatste punt wijs ik de Raad en de Commissie op twee kwesties. Het eerste betreft het commissariaat en de werking van de euro-mediterrane Parlementaire Vergadering. De Europese Unie is ook in het Midden-Oosten belangrijke verplichtingen aangegaan. Wij verwachten dat hierop een politieke actie zal volgen. Kan de Raad ons vertellen welke concrete en reële vooruitzichten er op dit punt zijn?

 
  
MPphoto
 
 

  Martin Schulz, namens de PSE-Fractie. (DE) Mevrouw de Voorzitter, geachte dames en heren! Ik ben het niet met commissaris Ferrero-Waldner eens dat het vanochtend gepast is om Frans te spreken.

(FR) Mevrouw de commissaris, samen met mijn moedertaal is Frans mijn favoriete taal, maar ik vind het vooral vanochtend niet gepast om Frans te spreken omdat president Sarkozy aanvankelijk onterecht de indruk heeft gewekt dat de Unie voor het Middellandse Zeegebied een franco-Frans idee was. Hij is inmiddels redelijker geworden en daarom, mijnheer Bonsignore, moeten wij hem feliciteren.

(DE) Laten we bovendien niet vergeten dat ik de heer Sarkozy, toen hij helemaal in het begin hier in het Parlement is gekomen om de Unie voor het Middellandse Zeegebied te introduceren bij de Conferentie van voorzitters, gevraagd heb welke rol de Bondsrepubliek Duitsland zou moeten spelen in zijn Unie voor het Middellandse Zeegebied, waarop hij mij antwoordde: “Le statut d'un observateur”. Inmiddels zijn we iets verder en hebben we deze kwesties geregeld. Daarom is de door u, mevrouw Ferrero-Waldner, geschetste aanpak de juiste.

Ik ben ervan overtuigd dat er bij de Unie voor het Middellandse Zeegebied drie uitdagingen centraal staan. Ten eerste denk ik dat sociale stabiliteit de allereerste voorwaarde is voor vrede, maar nergens in het noorden of in het zuiden staat de sociale stabiliteit onder grotere druk dan in het Middellandse Zeegebied. Nergens is het directe contrast tussen enerzijds enorme rijkdom en anderzijds enorme armoede groter, zichtbaarder – bijna tastbaarder – dan in het Middellandse Zeegebied. En nergens is deze clash en de daaruit voortvloeiende spanning voor ons Europeanen groter dan in het Middellandse Zeegebied.

De Unie voor het Middellandse Zeegebied is derhalve als project, dat via de economische integratie van onze beide regio’s tot meer stabiliteit en vrede kan leiden, een uitstekend idee, dat wij als sociaaldemocraten dan ook steunen.

Ten tweede is dit idee des te beter omdat het de samenwerking baseert op het multilateralisme, niet alleen in het kader van de Unie voor het Middellandse Zeegebied, maar ook als project van de regionale samenwerking, hetgeen weliswaar niet als model voor de hele wereld kan dienen, maar wel gezamenlijke initiatieven kan opleveren die samen wereldwijd tot aanzienlijk grotere stabiliteit kunnen leiden.

Het derde voor ons sociaaldemocraten zo belangrijke punt is dat parallelprocessen worden vermeden. Het proces van Barcelona – waarvoor in de financiële vooruitzichten tot 2013 overigens zo’n vijftien en een half miljard euro beschikbaar is –, is ook in gang gezet om de redenen die ik zojuist heb genoemd en die de politieke basis van de Unie voor het Middellandse Zeegebied vormden. Door de Unie voor het Middellandse Zeegebied krijgt dit proces van Barcelona nu zogezegd een nieuwe dimensie: het wordt versterkt en geïntensiveerd, maar er worden geen nieuwe Gemeenschapsinstellingen voor gecreëerd. De rol van de Commissie en ook die van ons Parlement – overigens ook die van de euro-mediterrane Parlementaire Vergadering – is derhalve een bijzondere: een rol die al is gedefinieerd en die geen nieuwe instellingen of nog meer bureaucratie met zich meebrengt.

In politiek, institutioneel en economisch opzicht en wat de concrete doelstellingen betreft, gaat het met de Unie voor het Middellandse Zeegebied nu de goede kant op. Reden dus voor een feest, ook op 14 juli in Parijs.

 
  
MPphoto
 
 

  Graham Watson, namens de ALDE-Fractie. (EN) Mevrouw de Voorzitter, met zijn voorstellen voor een Unie voor het Middellandse Zeegebied heeft president Sarkozy erkend wat velen wel wisten, maar niet wilden toegeven, namelijk dat het proces van Barcelona – een top-downproces, gestuurd door Europese belangen – nooit van de grond is gekomen, waardoor onze zuidelijke partners eruit stapten en er een steeds grotere welvaartskloof ontstond tussen beide zijden van het Middellandse Zeegebied.

Als Europa echt de mislukkingen van het laatste decennium wil rechtzetten en wil zorgen voor ontwikkeling en veiligheid in zijn zuidelijke kustgebieden, moeten wij nu leren niet alleen te nemen, maar ook te geven. Uit de as van het proces van Barcelona moet een echt partnerschap herrijzen, op basis van vertrouwen, wederkerigheid en bovenal wederzijds respect.

Het Middellandse Zeegebied moet geen culturele scheidslijn zijn, maar een ontmoetingsplaats. Een gezamenlijke investering in infrastructuur – zoals havens, zeeverbindingen en energienetten – zal een veel effectiever middel blijken om onze bevolkingen te verenigen dan de hoogdravende verklaringen die het proces van Barcelona kenmerkten.

Ook moet er worden geïnvesteerd in mensen. Het soort energie dat de Fransen en Duitsers na de Tweede Wereldoorlog bijeenbracht, moet worden gestoken in de vereniging van Europeanen en Noord-Afrikanen, opdat een volgende oorlog wordt voorkomen.

De grootste fout die het Franse voorzitterschap kan maken, is de Europese Unie – en dus haar burgers – te verbinden aan een grandioos project zonder dat er voor de eerste jaren hiervan ook wordt voorzien in financiering voor deze samenwerking. Zoals de heer Schulz al heeft gezegd, hoeft hiervoor geen volledige bureaucratische structuur te worden gecreëerd naast de bestaande delegaties en de Europese Dienst voor extern optreden; de nadruk moet liggen op de waarden.

Ondanks de verslechterende situatie, met name in Egypte en Israël, en het feit dat wij dergelijke waarden de basis van het buitenlands beleid van de EU noemen, zijn verwijzingen naar de mensenrechten – mysterieus genoeg – moeilijk te vinden in de Commissievoorstellen. Ik hoop dat de Commissie hier nog eens naar kijkt.

Afgezien van deze bedenkingen steunen de liberalen en democraten deze Unie voor het Middellandse Zeegebied, met een belangrijk voorbehoud: pragmatische samenwerking in economische kwesties mag niet in de plaats komen van de vredesinspanningen in het Midden-Oosten door middel van het gemeenschappelijk buitenlands- en veiligheidsbeleid, zoals beoogd in het Verdrag van Lissabon.

Aangezien de commissaris erkent dat er een verband is tussen economische ontwikkeling en vrede, wat zou dan een beter signaal zijn van vrede en goede wil ten opzichte van onze Arabische buren dan het afschaffen van de landbouwtarieven? Onze zo geroemde vrijhandelsakkoorden hebben de levensstandaard niet kunnen verhogen omdat zij geen betrekking hebben op de landbouw en de dienstensector, die goed zijn voor tweederde deel van het BBP in het Midden-Oosten en in Noord-Afrika. Als we de producten uit deze landen niet toelaten, zullen we uiteindelijk de mensen eruit moeten opnemen. De oorzaken van de recordmigratie naar Europa zouden al grotendeels worden weggenomen door een hervorming van het gemeenschappelijk landbouwbeleid, door het invoeren van gelijke spelregels voor goederen uit het zuidelijke Middellandse Zeegebied.

Zoals de weergaloze doctor Johnson ooit zei, kan het leven slechts bestaan door wederzijdse concessies. Om deze Unie te doen slagen, moet Europa de eerste stap zetten.

 
  
MPphoto
 
 

  Hélène Flautre, namens de Verts/ALE-Fractie. (FR) Mevrouw de Voorzitter, de Europese Commissie heeft een goed voorstel ingediend. Zij heeft een nogal onhandig politiek initiatief – de Unie voor het Middellandse Zeegebied – omgezet in een hernieuwde politieke ambitie voor een versterkt proces van Barcelona. Dit is een hele goede zaak en in deze context vervult de Commissie haar rol perfect.

Wij steunen haar voorstellen, in het bijzonder die om de instellingen van het toekomstige project binnen het kader van het Verdrag van Lissabon te laten vallen en om te streven naar een samenhangender en beter geïntegreerd extern EU-beleid. Hierdoor neemt zij de gerechtvaardigde angsten weg voor een politieke ad-hockoers al naargelang de tijdens de Top bereikte akkoorden, een à la carte- of gelegenheidsbeleid. Deze angsten worden grotendeels gevoed door de inopportune initiatieven van president Sarkozy voor, bijvoorbeeld, de proliferatie van kernenergie in de regio.

In 2005 is unaniem vastgesteld dat de middelmatige resultaten op het gebied van democratie en mensenrechten de verwezenlijking van de doelstellingen van Barcelona belemmerden. Daarom staat het Europees Parlement erop dat alle mechanismen voor de versterking van de democratie en de rechtsstaat, alsmede de parlementaire dimensie van het proces en de deelname van de burgersamenleving echt zijn gewaarborgd in het kader van deze nieuwe ambitie voor de Europees-mediterrane regio.

Er is een amendement voorgesteld betreffende het conflict in het Midden-Oosten. Geachte collega’s, het Europees Parlement zou er echt goed aan doen om dit amendement aan te nemen. De oplossing van het conflict mag inderdaad geen voorwaarde zijn voor de ontplooiing van nieuwe initiatieven in de regio, maar het is ook een illusie om te ontkennen dat deze kwestie negatieve gevolgen heeft voor de concrete mogelijkheden om voor de burgers nuttige mediterrane projecten te ontwikkelen.

De ad-hocdelegatie die terugkeert uit Palestina heeft overigens ernstige schendingen van het humanitair recht en van de mensenrechten gedocumenteerd, duidelijke schendingen van de akkoorden van Oslo en Annapolis. Het zou geen zin hebben om te laten geloven dat het voortduren van deze situatie het wederzijds vertrouwen tussen de partners en de burgersamenlevingen in de regio niet sterk ondermijnt – een vertrouwen dat nochtans van essentieel belang is voor de verwezenlijking van onze Europees-mediterrane ambities.

 
  
MPphoto
 
 

  Konrad Szymański, namens de UEN-Fractie. (PL) Mevrouw de Voorzitter, de Europese Unie heeft veel “oude” buren in het zuiden en veel “nieuwe” in het oosten. Wat de eerste groep betreft, bestaat er een instrument voor externe samenwerking, dat momenteel wordt versterkt. Dit proces van versterking moet weliswaar worden voortgezet, maar het zal er niet toe leiden dat ook maar één van de betrokken landen toetreedt tot de Unie. In het geval van onze oosterburen die betrokken zijn bij het nabuurschapsbeleid, behoort het lidmaatschap van de Unie zeker tot de mogelijkheden. Het lidmaatschap is weliswaar niet het doel van effectieve samenwerking, maar een succesvol nabuurschapsbeleid zal hier beslist toe leiden.

Er moet een nieuwe politieke impuls worden gegeven aan het proces van Barcelona omdat het nabuurschapsbeleid “in één maat” noch het oosten, noch het westen past. Het is daarom volkomen terecht dat er bijna gelijktijdig twee parallelle projecten op de Europese agenda staan: een betreffende de Unie voor het Middellandse Zeegebied en een voor een oostelijk partnerschap.

Als buur van de Oekraïne, Wit-Rusland, Moldavië en Georgië hoop ik echt dat er geen schadelijke concurrentie ontstaat tussen het zuidelijke en het oostelijke nabuurschapsbeleid. Zij zouden elkaar juist moeten aanvullen. Willen wij bijvoorbeeld succesvolle begrotingsonderhandelingen voeren, dan moeten we zij aan zij staan. Bij de vastlegging van de oostelijke en zuidelijke aspecten van het nabuurschapsbeleid moet er sprake zijn van onderlinge politieke solidariteit. Ook moeten er dringend gelijke spelregels komen op institutioneel, politiek, steunverlenings- en economisch gebied met betrekking tot ons beleid voor het zuiden en het oosten.

Daarom ben ik vandaag een groot voorstander van de versterking en de vernieuwing van het politieke kader voor het nabuurschap betreffende de mediterrane landen. Wij steunen de projecten op het gebied van kredieten, communicatie en energie. Ook steunen we de institutionele hervormingen die betrekking hebben op het zuiden. Wij vertrouwen erop dat de versterking van het beleid voor het oosten in de toekomst op dezelfde steun kan rekenen.

 
  
MPphoto
 
 

  Francis Wurtz, namens de GUE/NGL-Fractie. (FR) Mevrouw de Voorzitter, mevrouw de commissaris, de uitdagingen van de relatie van Europa met de bevolkingen ten zuiden van de Middellandse Zee zijn veel groter dan die van slechts een nabuurschap.

In deze bij uitstek verdeelde zone staat misschien de toekomst van de vrede op het spel. De oorzaken van deze situatie zijn overduidelijk. Om te beginnen: de economische onbalans. Dertien jaar na de lancering van het proces van Barcelona is niet alleen de beloofde gedeelde welvaart uitgebleven, maar zijn de verschillen zelfs groter geworden. De obsessie van het vrije verkeer heeft in feite de overhand gehad over de doelstelling van ontwikkeling. Om morgen te slagen in hetgeen gisteren is mislukt, moeten we een andere weg inslaan. Ik zie dit echter niet gebeuren.

Het tweede probleem is de vernederende behandeling van migranten. De bevolking van deze landen is erg jong. Deze mensen willen leven, maar zien geen toekomst voor zichzelf. Terwijl zij erg gehecht zijn aan hun land en hun cultuur, aan de geschiedenis van hun beschaving met haar zo indrukwekkende bijdragen – met alle respect voor de heer Berlusconi –, richten velen van hen toch de blik op Europa en zien ze dat hun geëmigreerde familieleden de volgende, alom bekende vernederingen moeten slikken: van stigmatisering op grond van etnische kenmerken tot discriminatie, van detentiecentra tot uitwijzing.

Ook in dit opzicht is de kloof dramatisch groot geworden. Wanneer er geen einde komt aan deze praktijken, is het eenvoudigweg volstrekt ongeloofwaardig om te spreken over een dialoog tussen de culturen en over het dichter bij elkaar brengen van de volkeren.

Tot slot is er nog de slappe houding van Europa ten aanzien van het Palestijnse probleem. Velen zullen zeggen dat de Unie en haar lidstaten de grootste donoren zijn voor Palestina; dat is waar en dat is prima. Iedere waarnemer zal echter bevestigen – zoals ook de zojuist uit het nabije oosten teruggekeerde Parlementsdelegatie heeft gedaan – dat deze steun geen wezenlijke kwesties oplost, wanneer een resolute Europese verbintenis op politiek vlak ontbreekt.

Met andere woorden: wat er in dit opzicht van Europa wordt verwacht in het zuidelijke Middellandse Zeegebied, is dat het eindelijk hetgeen overwint, dat de voormalige vertegenwoordiger van de Secretaris-Generaal van de Verenigde Naties, de heer de Soto, terecht heeft betiteld als zelfcensuur ten opzichte van Israël met betrekking tot de aanhoudende schending van het internationaal recht en zijn eigen verbintenissen.

Israël moet – met behulp van de Unie – begrijpen dat de normalisering van zijn betrekkingen met de hele regio een prijs heeft. Zoals het vredesinitiatief van de Arabische Liga, de Road-map van het Kwartet en de verklaring van Annapolis onderstrepen, is deze prijs niet meer en niet minder dan het einde van de bezetting en van de bijbehorende wreedheid en de erkenning van de Palestijnse staat binnen de grenzen uit 1967.

Misschien is Europa’s houding in deze kwestie wel het doorslaggevende criterium voor het welslagen of het mislukken van iedere poging om het Europees-mediterrane partnerschap nieuw leven in te blazen.

Het zou dus een goede zaak zijn dat de Associatieraad EU-Israël van 16 juni 2008 dit cruciale feit serieus in overweging neemt wanneer hij zich buigt over het Israëlische verzoek om opwaardering (upgrading) van het statuut van zijn partnerschap met de Unie.

 
  
MPphoto
 
 

  Graham Booth, namens de IND/DEM-Fractie. (EN) Mevrouw de Voorzitter, mij is gevraagd vandaag te spreken over de Unie voor het Middellandse Zeegebied. Dit is de krankzinnige poging om een pan-mediterraan blok te creëren, waardoor Europa wordt verbonden met Noord-Afrika. Een briljant idee van de architecten van dit plan: Europa hevelt rijkdom en technologie over naar Noord-Afrika; Noord-Afrika hevelt goedkope arbeid en olie en gas over naar Europa.

In werkelijkheid is het een desastreus idee. We hebben al gezien wat er gebeurt wanneer mensen uit arme landen vrije toegang hebben tot rijkere landen. Kunt u zich voorstellen wat er gebeurt als ook Noord-Afrika dit recht krijgt? Is het in een tijd van toegenomen internationaal terrorisme een goed idee om vrij verkeer te hebben van personen uit landen waarin al Qaida actief is? Je zou denken dat Europa zijn lesje wel zou hebben geleerd na de terroristische gruweldaden in Madrid en Londen. Niet dus!

Laten we het ook eens hebben over olie en gas. De Noord-Afrikaanse landen weten dat Europa kan worden gekoeioneerd. Is het echt een goed idee om onze energiezekerheid in de handen te leggen van de militaire dictatuur in Algerije of van kolonel Gadaffi in Libië, die weten dat wij kwetsbaar zijn?

Ik dring er bij de EU op aan dit plan te laten varen. We hebben al een keizerlijk mare nostrum gehad. We willen er niet nog een.

 
  
MPphoto
 
 

  Jean-Claude Martinez (NI). - (FR) Mevrouw de Voorzitter, mevrouw de commissaris, het Middellandse Zeegebied is de zone van alle breuken. Tellurische breuk, historische breuk – in Salamine, Axion, Lepanto –, demografische breuk en zelfs filosofische breuk tussen het magisch en het logisch denken, dat wil zeggen het Oosten en het Westen, maar tegelijkertijd zowel in het oosten als in het westen, van Egypte tot Mozes, dan Jezus, dan Mohammed, van Omar Khayyám tot Baudelaire, van de plateaus van Syrië tot de vlakten van de Languedoc. Het Middellandse Zeegebied is de hoop van drie monotheïstische religies en van de graan- en wijncultuur, niet die van zuurkool en bier of van de mosselen van Chez Léon.

De Unie voor het Middellandse Zeegebied beperkt zich dus niet tot sanering en burgerveiligheid. Dat is iets voor de brandweer! Het Middellandse Zeegebied wordt niet bestuurd door 44 hoge ambtenaren vanuit zijn hoofdstad Brussel. En waarom niet ook een Erasmus-beurs, zodat Plato en Aristoteles communautair recht kunnen studeren aan het College van Brugge?

Het Middellandse Zeegebied behartigt de belangen van de mannen en vrouwen binnen zijn grenzen, zoals bijvoorbeeld het door de vissers zo verlangde welzijn of de vrede in het westelijke – in de Sahara-provincies van Marokko – en in het oostelijke deel, in Palestina.

Commissaris Ferrero-Waldner, onze dromen moeten groot genoeg zijn om ze niet uit het oog te verliezen wanneer we ze najagen en daarom kan er geen sprake zijn van een te beperkte unie van de mensen in het Middellandse Zeegebied.

 
  
MPphoto
 
 

  Rodi Kratsa-Tsagaropoulou (PPE-DE).(EL) Mevrouw de Voorzitter, commissaris, dames en heren, het Middellandse Zeegebied speelt sinds het begin van Europa’s eenwording een rol bij Europa’s externe relaties. Zelfs in het Verdrag van Rome werd geanticipeerd op preferentiële betrekkingen met bepaalde mediterrane landen. De politiek van het Middellandse Zeegebied en de internationale situatie hebben ons institutionele kader helpen vormen omdat zich in dit gebied altijd internationale uitdagingen en problemen hebben voorgedaan.

Zoals wereldwijd wordt erkend, hebben wij de ambitieuze doelen van Barcelona 1995 niet bereikt en dus hebben we in 2005 nieuwe doelen gesteld. Onze Europees-mediterrane betrekkingen hebben ons ongetwijfeld een groot aantal gelegenheden geboden om zowel op bilateraal als op internationaal vlak bijeen te komen en met elkaar vertrouwd te raken, opdat het contact met het grote publiek en met de parlementen wordt verbeterd.

De door president Sarkozy voorgestelde Unie voor het Middellandse Zeegebied en de vorderingen ervan onder de vleugels van de EU en haar instellingen hebben onderstreept dat de Europees-mediterrane droom – die aan beide kanten reëler is geworden en verder is gevorderd – snel werkelijkheid moet worden. Deze droom heeft een belangrijke bijdrage geleverd. Het Middellandse Zeegebied heeft altijd een rol gespeeld in onze vragen, veranderingen en plannen; het heeft een sleutelrol gespeeld bij het evenwicht van de bevoegdheden en relaties van de EU. De vooruitgang die dit voorstel vertegenwoordigt, is ook een bewijs van de mobilisatie, innovatie en inzet van de Unie ingeval van grote uitdagingen.

Mijn gelukwensen en dank aan de Europese Commissie, in het bijzonder aan commissaris Ferrero-Waldner, voor haar werk en haar voorstel, dat wij als evenwichtig en volledig beschouwen. Haar voorstel doet het meeste recht aan onze verbintenissen en gevestigde belangen; het bouwt voort op de nieuwe Franse voorstellen en effent de weg.

Door middel van de gezamenlijke resolutie verwelkomt en steunt het Europees Parlement deze inspanningen. Het steunt het in gang gezette interessante en ambitieuze project. De uitdagingen in de regio worden steeds groter en urgenter. Er zijn grote economische en politieke verschillen, ernstige veiligheidsproblemen en economische ongelijkheden. Bovendien wordt de economische en politieke situatie in het Middellandse Zeegebied steeds ingewikkelder. Er moet rekening worden gehouden met de Verenigde Staten, met China en met Rusland en dus moeten wij behoedzamer en effectiever te werk gaan.

 
  
MPphoto
 
 

  Pasqualina Napoletano (PSE). - (IT) Mevrouw de Voorzitter, commissaris, dames en heren, het Europees Parlement wilde onmiddellijk reageren op de mededeling van de Commissie. Dit komt omdat we, zoals de commissaris zelf al heeft gezegd, er gebrand op zijn om de heropleving, de vernieuwing en de ontwikkeling van het Euromediterrane partnerschap mee te maken.

We ondersteunen de zienswijze van de Commissie dat de Europese Unie de belangrijke institutionele en politieke acteur dient te zijn – van Europese kant – om de Unie voor de Middellandse Zee op te zetten. Dit zou voor onze partners in het Zuiden ook een aanmoediging kunnen zijn om onderling nauwer samen te werken, iets dat tot nu toe buitengewoon moeilijk is gebleken.

We gaan ermee akkoord dat de taak van de Unie voor de Middellandse Zee de economische en territoriale integratie tussen de landen van het Mediterrane bekken is, dat tot stand moet worden gebracht door middel van grote infrastructuurprojecten, en we geloven ook dat de door de Commissie naar voren gebrachte voorbeelden hiervoor geschikt zijn.

Hiervoor is echter een duidelijk taakverdeling nodig. Bovendien dient iedere overlapping tussen de rol van de Commissie en die van het toekomstig secretariaat te worden vermeden. Wat de herleving van het partnerschap aangaat, zijn we er vanzelfsprekend op gebrand om de politieke dimensie op te krikken: we zijn niet alleen in de dialoog tussen de regeringen, maar in een actieve rol van de parlementen, in de oprichting van een Euromediterraan Parlement en in zijn werk en in de burgermaatschappij geïnteresseerd, waarbij ik er sterk de nadruk op wil leggen dat de sociale partners hierbij een wezenlijke rol spelen.

Tot slot moet het duidelijk zijn dat de in de mededeling van de Commissie omlijnde projecten niet mogen worden uitgevoerd ten koste van al op gang gebrachte programma’s voor cultuur, monumentenzorg, opleiding en audiovisuele gebieden. In dit opzicht zouden we ertoe willen oproepen om de middelen van het Erasmus Mundus programma te verhogen en dat het audiovisuele programma Euromod een nieuwe financiering krijgt.

 
  
MPphoto
 
 

  Thierry Cornillet (ALDE). - (FR) Mevrouw de Voorzitter, hartelijk welkom bij het na dertien jaren opnieuw lanceren van het proces dat de multilaterale betrekkingen tussen de Europese Unie en de aan de Middellandse Zee grenzende landen regelt.

Onze resolutie is volkomen juist. Er is geen sprake van een misplaatst initiatief. In tegendeel, het was een op tijd komend initiatief dat toe te juichen is: een nieuw initiatief, een nieuwe impuls, een nieuwe drijfveer. Dit bewijst dat het ten minste mogelijk is om het Proces van Barcelona te perfectioneren en hierop zullen we allen onze inspanningen richten.

Dus heten we dit “Proces van Barcelona: de Unie voor de Middellandse Zee” van harte welkom. Het is niettemin de eerste keer dat het instrument de prioriteit krijgt boven de doelstelling. Ik heb er geen twijfel over dat de Unie voor de Middellandse Zee als algemene naam zal blijven, maar ik wil het hier met niemand aan de stok krijgen. De Unie voor de Middellandse Zee is het ei van Columbus, niet waar! De Middellandse Zee is een meer. We wonen allemaal aan zijn kusten; sommigen zijn georganiseerd, anderen minder of in het geheel niet – zoals de Zuidelijke landen – maar we moeten samenwerken. We moeten beginnen – en de Commissie heeft dit perfect onderstreept – met specifieke projecten die in verband staan met de vervuiling, de energieproductie en banen voor jongeren, die wezenlijk zijn voor de Mediterrane landen.

Ook een hartelijk welkom aan de parlementaire herlancering op minder tastbare gebieden, van de mensenrechten en genderkwesties. Ik moet echter besluiten met de opmerking dat er met zekerheid geen behoefte aan een derde lancering zal bestaan.

We moeten er dit keer absoluut in slagen, omdat we anders zouden aantonen dat we tegen onze eigen belangen ingaan.

 
  
MPphoto
 
 

  Rebecca Harms (Verts/ALE). - (DE) Mevrouw de Voorzitter, dames en heren, over het idee van de Franse president om de landen van Noord-Afrika en het Midden-Oosten in het kader van de Unie voor de Middellandse Zee van nucleaire techniek voor civiele doeleinden te voorzien, die natuurlijk ook militair zou kunnen worden gebruikt, heeft men het hier al veel gehad. Hier citeer ik graag Asterix de Galliër: “rare jongens, die Fransozen!” Maar op het moment maak ik me echter meer zorgen omdat deze plannen op het moment ook sterk door de Europese Commissie worden overgenomen en ondersteund.

Ongeveer twee weken geleden vond er een vergadering tussen Dr. Mohamed ElBaradei, de directeur-generaal van het Internationaal Agentschap voor Atoomenergie (IAEA), en de Commissie plaats. De heer Barroso heeft hier ook aan deelgenomen. Er werd een akkoord gesloten tussen de IAEA en Euratom, ofwel de Commissie, dat ernaar streeft om de proliferatie van nucleaire energie op te voeren. Er bestaat klaarblijkelijk de wens om dezelfde ontwikkelende landen uit te rusten die ook de heer Sarkozy op het oog had, en deze op de rails te zetten en ze op iedere mogelijke manier te ondersteunen zodat ze in staat zijn om nucleaire energie te exploiteren.

Dit roept naar mijn mening een groot aantal vragen op. Allereerst, commissaris, oorspronkelijk was aangedacht dat u een mede-ondertekenaar van dit akkoord zou zijn. De desbetreffende ontwerpovereenkomst staat tot mijn beschikking. Waarom heeft u hiervan afstand genomen? Kan het zijn omdat er voor dit akkoord in de Verdragen geen grondslag te vinden is? Ten tweede, wat is de houding van de heer Solana ten opzichte van het ondertekenen van dit soort akkoorden? Ik kan me uit veiligheidsopzicht niet voorstellen, en met name met betrekking tot de moeilijke situatie met Iran, dat dit akkoord in het geheel de ondersteuning van Europa zou kunnen krijgen.

Aangezien dit alles stiekem schijnt te zijn gebeurd, zou ik zeer verheugd zijn wanneer ik een uitleg van de commissaris krijg, vooral omdat zij uit een land komt, Oostenrijk, dat een zeer kritische houding ten opzichte van nucleaire kwesties inneemt.

 
  
MPphoto
 
 

  Salvatore Tatarella (UEN). - (IT) Mevrouw de Voorzitter, commissaris, dames en heren, de heer Schulz zal blij zijn om te horen dat ik niet van plan ben om in het Frans te spreken. Dat zal me er echter niet van weerhouden om het initiatief van president Sarkozy onvoorwaardelijk te ondersteunen, Het heeft Europa op weg gebracht – ja, er zelfs toe aangedreven – om weer een wezenlijke rol op zich te nemen in het Middellandse Zeegebied.

De verdienste van het initiatief van Sarkozy is dat het op een alles behalve tamme manier een antwoord geeft op de vraag naar de resultaten van het Proces van Barcelona. Om het even wanneer we ons zelf vragen wat het Middellandse Zeegebied uit het proces van Barcelona heeft gehaald, dan zal ons objectieve, serieuze en waarheidsgetrouwe antwoord zeker niet tevredenstellend zijn. Er is natuurlijk de oorlog geweest, en er zijn nog steeds conflicten in het Midden-Oosten. Toen het in 1995 besloten werd om dit nieuwe Europese beleid op weg te brengen, was het plan om in de periode na de conflicten de vrede te bewaren. Dit was toen niet het geval, noch is het dat heden. Europa treuzelt nog altijd, en het initiatief van de Franse president komt voor ons op een zeer gelegen moment.

We keuren het initiatief van de Commissie en het compromis dat hieruit is voortgekomen goed. We ondersteunen het, maar we geloven dat het nog steeds niet voldoende is ten opzichte van de rol die Europa in het Middellandse Zeegebied kan en moet spelen. Sommige mensen waren bang, en zijn nog steeds bang dat het Franse initiatief de Europese cohesie in gevaar kan brengen; ik geloof niet dat dit gevaar bestaat. Dit gevaar zal niet bestaan wanneer Europa gevraagd wordt om zich meer met politiek en minder met de markt bezig te houden.

 
  
MPphoto
 
 

  Patrick Louis (IND/DEM). - (FR) Mevrouw de Voorzitter, dames en heren, het debat van vandaag is wezenlijk. Een van de sleutels voor de toekomst van ons continent ligt in ons vermogen om te voorkomen dat een diepe kloof het mediterrane bekken in twee antagonistische kampen verdeelt, cultureel en economisch. Ondanks alle verschillen tussen de twee kusten van het mare nostrum, is hetgeen wat ons verbindt sterker dan hetgeen ons van elkaar scheidt.

Daarom is het initiatief van Nicolas Sarkozy in principe uitstekend: het geeft nieuw leven aan het Proces van Barcelona dat een nieuw tijdperk inluidt. Ik heb echter een paar bedenkingen.

Toen Frankrijk de Europese verplichtingen in de verschillende Verdragen ondertekende, van Maastricht tot Lissabon, ging het ermee akkoord – iets wat mij spijt – om een aantal van zijn bevoegdheden aan de Gemeenschap over te dragen, vooral op het gebied van de Buitenlandse Zaken. Met alle hoogachting voor de heer Guénot is dit jammer genoeg de wereld waarin deze Verdragen ons verplichten om te leven. Daarom is het naar mijn mening nogal inconsequent om zo’n project vergezeld door veel lawaai van de media op te starten. In werkelijkheid heeft Frankrijk allang niet meer de macht om dit aan iemand op te dringen. De enige manier om hierbij vooruitgang te boeken, zou zijn dat Frankrijk onder gebruikmaking van alle ter beschikking staande diplomatische en menselijke middelen haar partners ervan weet te overtuigen om door te gaan met de hervorming van het Proces van Barcelona, zonder de indruk te wekken dat het al bereikte overboord wordt gegooid, ook wanneer het bestaande ver van tevredenstellend is.

Het resultaat van deze inconsequentie is vandaag bemerkbaar, omdat het met zekerheid geen toeval is dat dit debat van gisteren, toen de Raad had kunnen deelnemen, naar vanmorgen werd verschoven, wanneer alleen de Commissie vertegenwoordigd is. Dit moet meer dan een signaal zijn: de Commissie is niet van plan om deze zaak prijs te geven.

 
  
MPphoto
 
 

  Tokia Saïfi (PPE-DE). - (FR) Mevrouw de Voorzitter, commissaris, ik ben erover verheugd dat vandaag het “Proces van Barcelona: Unie voor het Middellandse Zeegebied” bovenaan de Europese agenda staat.

De analyse van de Commissie schijnt relevant te zijn. Op de grondslag van de ervaringen van de sinds 1995 lopende samenwerking tussen Europa en het Middellandse Zeegebied, bezielt zij het proces met nieuw leven met de bedoeling om de bestaande lacunes en tekortkomingen te overwinnen.

Ik ben er in daarom blij over dat de doelstellingen hier werden vastgelegd op de grondslag van de beginselen van gelijkwaardigheid en gelijkheid, die in het centrum van de voorgestelde Unie voor het Middellandse Zeegebied staan. De regionale projecten die moeten worden uitgevoerd zullen het Euromed partnerschap ook zichtbaarder laten worden en het bovenal dichter naar de burgers brengen. In feite is de aanvaarding door de bevolkingen de waarborg voor een sterk partnerschap en een grotere regionale samenwerking in het Zuidelijke Middellandse Zeegebied.

Bij het nastreven van deze doelstelling, zal de officiële rol van de Euromediterrane Parlementaire Vergadering wezenlijk zijn. Deze Vergadering zal uiteindelijk worden erkend als een soort parlementaire ondersteuning van het Euromediterrane Partnerschap.

Tot slot zou ik het over het bestuur van het project willen hebben. Het moet onze doelstelling blijven om de politieke betrekkingen te versterken, om de verantwoordelijkheden te verdelen, om de gelijkheid te bevorderen en het aantal ontmoetingen tussen de Euromediterrane partners te laten toenemen. We mogen de politieke inhoud van het project niet onder de druk van een institutioneel mechanisme laten verwateren, wat met zekerheid tot verstarring zou leiden. We moeten er ook voor zorgen dat het project de middelen krijgt om werkelijke effectief te zijn, doordat we een Noord-Zuid co-voorzitterschap instellen, wat een waarborg voor gelijkheid en gedeelde verantwoordelijk zou zijn, en door het opzetten van een secretariaat dat verantwoordelijk moet zijn voor het bestuur van de Unie voor het Middellandse Zeegebied en voor het monitoren van de tenuitvoerlegging van specifieke projecten.

De Unie voor het Middellandse Zeegebied is een grote stap voorwaarts en zoals u heeft gezegd, commissaris zal het – naar ik hoop – een nieuw tijdperk met onze partners inluiden, omdat we een gezamenlijke bestemming hebben.

 
  
MPphoto
 
 

  Carlos Carnero González (PSE). - (ES) Mevrouw de Voorzitter, aangezien er ook een leven buiten het Europees Parlement bestaat, kan ik mij voorstellen dat sommigen van ons ook de mogelijkheid hebben om zo nu en dan in het weekeinde naar de bioscoop te gaan.

Ik heb dit verleden zondag gedaan en een film gezien die ik ten zeerste kan aanbevelen, en ik heb geen enkel financieel belang in de productie of distributie van de film: de titel is The Yacoubian Building en het beschrijft de politieke, economische, sociale en culturele problemen van een groot mediterraan land, Egypte.

Nergens in deze film, die toch bijna twee en een half uur duurt, is er sprake van de Europese Unie, van onze aanwezigheid, van het Proces van Barcelona. Betekent dit dat het Proces van Barcelona niet bestaat, dat het niet succesvol is? Nee, we moeten de zaken niet door elkaar halen. Het is niet zichtbaar genoeg geweest, maar het bevat onderdelen waarvan de mensen hebben geprofiteerd en die op het ogenblik een referentiekader zijn geworden voor een ander soort van buitenlands beleid op de grondslag van samenwerking en gelijkheid.

Het Proces van Barcelona is het volledige tegendeel van de historische betrekkingen tussen Europa en het Zuidelijke Middellandse Zeegebied. Het is geen neokoloniaal proces, het is geen proces dat met eisen verbonden is; het is een proces van partnerschap, een proces van samenwerking, en dat we niet mogen vergeten.

Dit proces is niet in staat geweest om de belangrijkste beweegredenen in het Middellandse Zeegebied te veranderen, maar hoe konden we verwachten beweegredenen in slechts tien jaar te veranderen die al eeuwenlang bestaan? Toch is het proces erin geslaagd om aan een paar van deze beweegredenen een nieuwe richting te geven. We moeten het daarom op politiek en instellingsniveau versterken, door programma’s, door financiële ondersteuning. Dat is de Unie voor het Middellandse Zeegebied.

De Europese Commissie maakt dit in zijn mededeling duidelijk en dus zal dit Parlement de mededeling vandaag ondersteunen en ondersteunen wat de grote meerderheid van de Europese regeringen wil: meer Proces van Barcelona, meer Proces van Barcelona, meer Proces van Barcelona. Dat is de Unie voor het Middellandse Zeegebied: niet meer structuren, maar dat de mensen dankzij de samenwerking tussen gelijke partners de mogelijkheid tot een beter leven hebben.

Ik wil zeggen dat in dit geval de Euromediterrane Parlementaire Vergadering het wetgevend orgaan moet zijn dat aan dit proces democratische legitimiteit verleent. Het is geen toeval, dat u, mevrouw Rothe, een lid van de Euromediterrane parlementaire vergadering, vandaag de Voorzitter van deze vergadering bent.

 
  
MPphoto
 
 

  Baroness Nicholson of Winterbourne (ALDE). - (EN) Mevrouw de Voorzitter, ik wil alle collega’s hartelijk danken die het woord hebben gevoerd en die het Proces van Barcelona gedurende vele jaren hebben ondersteund. Het is een geweldig concept en een voornemen dat het verdient om te slagen. Ik ben vooral ingenomen met het initiatief van Voorzitter Pöttering dat een beetje structuur binnen dit Parlement aanbrengt om het Proces van Barcelona naar voren te brengen, en eveneens het engagement van president Sarkozy om het proces met verschillende aspecten te versterken.

Volgende maandag, op 9 juni, staan we aan het begin van de Middellandse Zee Universiteit van de Europese Unie. Collega’s, ik wil dat u deze datum in uw hoofd grift. We zeggen dat ons succes op overleg is gebaseerd, en het Euromediterrane proces moet worden een goed voorbeeld vinden in een succesvolle universiteit. Ik feliciteer het Sloveense voorzitterschap dat het de vestigingsplaats van de universiteit heeft aangeboden, maar ik vraag aan de collega’s in alle commissies – en de Commissie en de Raad van Voorzitters – waarom er geen begroting voor de universiteit is vastgelegd? We kunnen er met zekerheid niet op vertrouwen dat een enkele staat – in dit geval Slovenië – de toekomst van de universiteit behartigt. Wanneer we willen dat de universiteit succesvol is, moet we voor een begroting voor de komende jaren zorgen.

 
  
MPphoto
 
 

  José Ignacio Salafranca Sánchez-Neyra (PPE-DE). - (ES) Mevrouw de Voorzitter, de geschiedenis van het Middellandse Zeegebied is veel diepgrondiger dan zijn geografische ligging. Men moet niet uit de regio afkomstig zijn, waar terecht door de commissaris op werd gewezen, om de problemen te begrijpen waarmee het gebied te maken heeft: migratie, mensensmokkel door de maffia, wat jammer genoeg niet in de ontwerpresolutie wordt genoemd, drugs, de economische kloof tussen de twee kanten van het Middellandse Zeegebied, en natuurlijk het radicale islamitische fundamentalisme, waarbij het om een van de grootste zwarte gaten in de internationale politiek gaat.

Vandaar het belang van de situatie in het Middellandse Zeegebied voor de stabiliteit en veiligheid van ons eigen politiek project. We juichen daarom deze mededeling van de Commissie toe: we juichen haar vlijt toe, omdat zij snel heeft voldaan aan het mandaat van de Europese Raad; we juichen haar werkelijkheidszin toe, omdat zij de dingen in een kader zet, en we juichen haar gezonde verstand toe, omdat zij het toevoegend karakter en de multilaterale aard van de initiatieven onderstreept die in het kader van dit nieuwe initiatief opduiken, en erop gericht zijn om het Proces van Barcelona met nieuw leven te bezielen.

Ik wil erop wijzen, mevrouw de Voorzitter, dat ik het niet eens ben met bepaalde kritiekpunten die tijdens dit debat zijn geuit. Ik geloof dat de Europese Unie en de Commissie, waar nodig, de prioriteit eerder aan de idealen dan aan de getallen geven en het is duidelijk dat de Europese Unie in zijn buitenlandse handelingen altijd poogt om de beginselen waarin we geloven te verdedigen. Het is echter ook waar, mevrouw de Voorzitter, dat we vaak van de zaligheden en grote beginselen moeten afdalen naar de boekhouding om voor geloofwaardigheid en werkelijkheidszin te zorgen en om de daad bij het woord te voegen bij het beleid dat we willen bevorderen.

Daarom, mevrouw de Voorzitter, is het erg eenvoudig om kritiek te leveren en initiatieven voor te stellen, maar deze initiatieven moeten worden beoordeeld in samenhang met de financiële middelen die de lidstaten aan de Europese Unie geven om het beleid adequaat ten uitvoer te leggen. Ik ben dus van mening, mevrouw de Voorzitter, dat we binnen het kader van de huidige financiële vooruitzichten, hebben wat we hebben, en wanneer we deze middelen niet gebruiken zullen we niet in staat zijn om de ambities te verwerkelijken die we als Europese Unie nastreven.

 
  
MPphoto
 
 

  Kader Arif (PSE). - (FR) Mevrouw de Voorzitter, dames en heren, de lancering van wat toentertijd de Mediterrane Unie genoemd werd, veroorzaakte onenigheid en zorg, zowel in Europa als ook bij onze mediterrane partners.

Dit initiatief zou geen puur Franco-Frans of euro-Europees initiatief kunnen zijn, en ook geen uitdrukking van een op veiligheid gebaseerde visie van de Europees-mediterrane betrekkingen.

Ik juich daarom de woorden van de commissaris van vanmorgen en de specifieke naar voren gebrachte voorstellen toe, die antwoorden geven op onze zorgen. Dit gemeenschappelijk project moet op een collectieve dialoog zijn opgebouwd, op de grondslag van gelijkheid en gezamenlijk bestuur. De Euromediterrane verhouding is echter een asymmetrische verhouding die zowel hartstochtelijk als ook irrationeel is. Zij is duidelijk asymmetrisch wanneer het om de handel gaat: zowel de Noord-Zuid handel alsook de Zuid-Zuid handel. We moeten daarom onderzoeken of er in 2010 nu wel of niet een vrijhandelszone moet worden opgezet. Het is irrationeel, omdat het van betrekkingen uitgaat die met een geschiedenis in verband staan, die vaak moeilijk en ingewikkeld was, wat vandaag nog wordt vergroot door wat sommige conservatieven de clash of civilisations noemen, een confrontatie tussen het Westelijke blok en het Oostelijke blok.

Wanneer ik derhalve beslissingen zou moeten nemen, dan zou ik allereerst niet met het hart, maar met het verstand naar deze Euromediterrane verhouding kijken. We moeten verstandig zijn om de rol van de parlementen te versterken, met name de rol van de EMPV; we moeten verstandig zijn bij onze voorstellen inzake goed bestuur, we moeten verstandig zijn bij het verlenen van hulp vanuit een Zuid-Zuid standpunt; we moeten ook verstandig zijn wanneer het om de bewegingsvrijheid van de mensen en de Israëlisch-Palestijnse zaak gaat. We moeten zonder hartstocht handelen omdat we anders niet de ruimte van vrede zullen scheppen en niet de clash of civilisations zullen voorkomen waarnaar sommige mensen verlangend naar uitkijken.

 
  
MPphoto
 
 

  Ioannis Kasoulides (PPE-DE). - (EN) Mevrouw de Voorzitter, de nieuwe impuls van de Unie van het Middellandse Zeegebied voor het proces van Barcelona is zeer goed naar voren gebracht door commissaris Ferrero-Waldner en de vorige sprekers. De ideeën van Barcelona zijn nu relevanter dan ooit. De welstandskloof tussen de Europese Unie en de meeste landen van het Middellandse Zeegebied is jammer genoeg groter geworden. De geleidelijke vrijhandel met de Europese Unie heeft niet de binnen- en buitenlandse investeringen opgeleverd die nodig zijn om de levensstandaard van onze mediterrane partners te verhogen.

Er zal veel afhangen van het succes van de voorgestelde nieuwe projecten, die voor de gewone burgers aan beide kanten van het Middellandse Zeegebied zowel zichtbaar als voelbaar moeten zijn en het interesse van de particuliere sector moeten trekken: projecten die te maken hebben met onderwerpen als civiele bescherming, de uitwerkingen van de klimaatverandering, droogte en gebrek aan water, bosbranden, de zuivering van de Middellandse Zee, de ontwikkeling van technologie om zo goed mogelijk gebruik te maken van zonne-energie ten voordele van beide kanten van het Middellandse Zeegebied.

Gemeenschappelijke projecten voor alle mediterrane landen, in Noord en Zuid, zijn een van de sleutels voor succes. de kwesties inzake migratie, sociale integratie, gerechtigheid en veiligheid zijn ook van wederzijds belang en moeten zichtbaar worden. We mogen niet vergeten dat onze partners nu doorgangslanden zijn voor de migratiegolven uit het Afrika van bezuiden de Sahara.

Het vraagstuk van de financiering, met name waar het om ambitieuzere projecten zoals dit hier gaat, blijft open. Des te voelbaarder en zichtbaarder de voordelen van dit project, des te eerder zullen de lidstaten bereid zijn om middelen beschikbaar te stellen.

 
  
  

VOORZITTER: MIGUEL ANGEL MARTÍNEZ MARTÍNEZ
Ondervoorzitter

 
  
MPphoto
 
 

  Vural Öger (PSE). - (DE) Mijnheer de Voorzitter, commissaris, ook wanneer ik het niet graag doe, zo wil ik president Sarkozy hier toch eens feliciteren. Met de door hem teweeggebrachte tamtam inzake de betrekkingen tussen de EU en het Middellandse Zeegebied, is hij er in feite in geslaagd dat het proces van Barcelona, dat al sinds 1995 bestaat, de verdiende aandacht en zichtbaarheid krijgt. Daarmee heeft hij een nieuw debat over onze Zuidelijk gelegen buurregio ontketend.

Wanneer we naar de resultaten kijken wordt het duidelijk dat het in februari 2007 gelanceerde oorspronkelijke idee van de heer Sarkozy op drie manieren is mislukt. Ten eerste werd een mogelijk alternatief voor de EU-toetreding van Turkije met de in december 2007 in Rome door Spanje en Italië aangenomen verklaring doeltreffend uit de weg geruimd. Daarna heeft bondskanselier Merkel ervoor gezorgd dat de betrekkingen tussen de EU en de mediterrane landen binnen de bestaande structuren van de EU verder worden ontwikkeld. Ten slotte heeft de Commissie nu aan de rem getrokken bij de ambitieuze plannen van de heer Sarkozy voor het secretariaat en het leiderschap van het project. Hierdoor wordt duidelijk dat de eigengereidheden van de heer Sarkozy in de Europese Unie niet zullen worden geduld.

 
  
MPphoto
 
 

  Simon Busuttil (PPE-DE).(MT) Dit nieuwe begin was nodig; we hadden deze nieuwe energie voor het mediterrane beleid nodig, zowel voor het Middellandse Zeegebied alsook voor Europa. Het was misschien de grootste zwakte van het Proces van Barcelona dat onze buurlanden van het centrale gedeelte van de Middellandse Zee altijd het gevoel hadden dat dit een aan hun opgelegd Europees proces was, en dat er geen voldoende gelijkheids- of lidmaatschapsgevoel aanwezig was. Op de top van 13 juli moeten we ervoor zorgen dat we deze nieuwe Unie voor het Middellandse Zeegebied bouwen op de grondslag van werkelijk lidmaatschap en werkelijke gelijkheid. We moeten structuren opbouwen die op zichzelf staan en niet onze verwachtingen aan anderen opleggen. Dit betekent natuurlijk dat er zowel verplichtingen alsook rechten aan beide kanten zijn, en niet alleen aan één kant. We juichen dit voorstel met een mengeling van scepsis en eveneens hoop toe. Ik hoop dat de hoop over de scepsis zal zegevieren.

 
  
MPphoto
 
 

  Luís Queiró (PPE-DE).(PT) Het Proces van Barcelona bestaat alleen omdat een reeks van belangrijke Europese beleidskwesties te maken heeft met onze betrekking met het Zuiden. Hieronder vallen de energie, de terrorismebestrijding, de demografie en de immigratie, de economische ontwikkeling en de misdaadbestrijding. We moeten echter erkennen dat het Proces van Barcelona op zich geen succes is geweest.

In feite is het grote succes van Europa geweest om hervormingen in kandidaatlanden te bevorderen. De landen aan de zuidelijke kusten van de Middellandse Zee kunnen echter geen lid worden van de Europese Unie, maar zijn in sommige gevallen onze meest problematische buren. Daarom is het de vraag hoe we onze strategie moeten veranderen om het proces zo te lanceren dat de nieuwe Unie voor het Middellandse Zeegebied niet slechts een nieuw leuk idee is.

Geloven we dat de weg naar voren te maken heeft met de ondersteuning van specifieke investeringen binnen werkelijke open markten? Geloven we in de breedst mogelijke toegang tot de herstelinstrumenten van de Unie? Zijn we voorstanders van het idee dat de hoeveelheid hulp afhangt van de kwaliteit van de te ondernemen hervormingen? Ik geloof dit, omdat de problemen van de Middellandse Zee ook onze problemen zijn. We moeten ons voor ogen houden dat wanneer we niet in staat zijn om te begrijpen wat er in Barcelona is misgegaan, dat we niet in staat zullen zijn om een nieuwe impuls aan onze betrekking met onze zuidelijke partners te geven.

 
  
MPphoto
 
 

  Erna Hennicot-Schoepges (PPE-DE). - (FR) Mijnheer de Voorzitter, ik zou de commissaris, mevrouw Ferrero-Waldner willen verzoeken om dit Proces van Barcelona niet slechts vanuit economisch oogpunt te beschouwen. Wanneer Europa energie nodig heeft wendt het zich tot Afrika om van zijn zon en zand te profiteren. Is dat niet een beetje te weinig? Moeten we dit proces niet door werk op het gebied van de cultuur ten uitvoer leggen? We krijgen te maken met landen die zeer verschillend zijn, trotse landen, landen die een geschiedenis en een geweldige cultuur hebben. Moeten we geen inspanningen ondernemen om de sociale cohesie middels grondig cultureel werk te verbeteren?

Geen enkel document benoemt de Anna Lindt Stichting, die nu al sinds enkele jaren heeft gepoogd om de samenwerking te bevorderen. Ik zou ook zeer graag meer vooruitgang bij de voorgestelde Europees-Arabische universiteit willen zien.

 
  
MPphoto
 
 

  Marusya Ivanova Lyubcheva (PSE).(BG) Mijnheer de Voorzitter, mevrouw de commissaris, dit onderwerp dat verband houdt met de oprichting van de Unie van de Zwarte Zee is van strategisch belang. Dit is een proces voor een gezamenlijke toekomstige ontwikkeling waarbij het niet alleen om een grotere invloed van de Europese Unie en economische samenwerking gaat, maar ook om goed nabuurschap.

De regio van de Middellandse Zee is met zijn rijke culturele en historische lagen en moderne politieke en economische invloed bijzonder belangrijk. Ik beschouw dit eerder als een proces, als een stap voorwaarts in de richting van een globalere rol van de EU in zijn geheel, dan als dat van een afzonderlijk land.

Tezelfdertijd moet in de ontwikkeling van de beleidsvormen van de EU de mediterrane as worden verbonden met de Oostelijke dimensie van de strategische projecten van de EU. De gebieden rond de Zwarte Zee waren altijd verbonden met het Middellandse Zeegebied en moeten dus vergelijkbaar zijn en op gelijke voet worden behandeld.

Dit is de enige manier waarop wij een nieuwe efficiëntie en grotere invloed van het beleid en de waarden van de Europese Unie kunnen bereiken. Het zal tot nieuwe toegevoegde waarde van het beleid van de EU leiden.

 
  
MPphoto
 
 

  Marios Matsakis (ALDE). - (EN) Mijnheer de Voorzitter, ik zou tegen de commissaris willen zeggen dat de plannen om snelwegen te bouwen niet de ernstige problemen zullen oplossen waarmee het Middellandse Zeegebied te kampen heeft, of zij moet van plan zijn om president Sarkozy ervan te overtuigen om een zesbaanssnelweg te bouwen die Frankrijk met Turkije verbindt!

Commissaris, ik was teleurgesteld door uw inleidende toespraak, omdat u niet een paar van de grote politieke problemen in het Middellandse Zeegebied hebt aangesproken. Ik verwijs hier bijvoorbeeld op de bezetting door Israël van land dat in het bezit is van de Palestijnen; de bezetting van Cyprus door Turkije; en de voortgaande kolonisatie, en dit in de 21e eeuw van een deel van Marokko door Spanje, dat twee koloniën in Marokko heeft, en de twee koloniën van Groot-Brittannië in Cyprus en – naar ik begrijp – één kolonie in Spanje.

Wanneer u deze ernstige kwesties niet aanspreekt, zullen we niet in staat zijn om de theoretische plannen van een Unie voor het Middellandse Zeegebied te verwerkelijken,.

 
  
MPphoto
 
 

  Ryszard Czarnecki (UEN). - (PL) Mijnheer de Voorzitter, Europa ademt werkelijk met twee longen. Één van deze longen is de mediterrane dimensie waarover we op het moment debatteren, De andere is de Oostelijke dimensie die landen inhoudt die een deel van hun grenzen met Polen delen. Als voorbeeld zou ik de Oekraïne, Wit-Rusland en Rusland kunnen noemen. De Oostelijke dimensie houdt ook de landen van de Kaukasus in, zoals bijvoorbeeld Georgië en Armenië.

Het is juist dat we vandaag, 13 jaren na Barcelona, zoveel tijd aan de wezenlijke mediterrane dimensie van ons Europees beleid besteden. Het moet echter worden benadrukt dat dit slechts een onderdeel van een groter geheel is. Het beleid inzake de landen van het Middellandse Zeebekken is noodzakelijk en moet worden vernieuwd, maar het is slechts één element van het bredere buitenlands beleid van de Europese Unie. Ons beleid ten opzichte van toekomstige leden van de Europese Unie moet een zeer belangrijk onderdeel van laatstgenoemd beleid zijn. Om het duidelijk te zeggen: ik geloof niet dat ook maar een van de landen waarover we vandaag debatteren tot de Unie zal toetreden. De Oekraïne, Georgië en Armenië zullen echter beslist leden worden.

 
  
MPphoto
 
 

  Marie Anne Isler Béguin (Verts/ALE). - (FR) Mijnheer de Voorzitter, commissaris, voor zover ik weet zijn er voor tango twee mensen nodig (it takes two to tango). Wat ik zou willen weten of de partners werkelijk de dans willen aangaan aan de andere kant van de Middellandse Zee. Wanneer we vandaag zien wat de Franse regering allemaal moet bewerkstelligen om de staatshoofden van het Middellandse Zeegebied daadwerkelijk bij elkaar te brengen, om ze op 13 juli naar Parijs te krijgen, dan vraag ik mij werkelijk af of er aan de andere kant hetzelfde engagement bestaat.

Ik wil u zeggen dat het door u weer opgenomen project uiterst interessant is. De Europese Unie ontstond na de oorlog op de grondslag van kolen en staal. Wanneer we aan onze partners het voorstel doen om een project voor de 21e eeuw te bouwen, op de grondslag van de klimaatverandering, van de hernieuwbare energie, van het herstel van het milieu van de Middellandse Zee dat totaal is geruïneerd; dan kunnen we dit project zeker ondersteunen. Waar gaat het echter in de fout, commissaris? Wat moeten we over dit solonummer van de heer Sarkozy zeggen, die zelfs op dit moment, voor zijn voorzitterschap, er bij Algerije op aandringt om een verdrag te ondertekenen over de bouw van een kerncentrale? Ik geloof dat dit een duidelijk voorbeeld van de tegenstrijdige belangen is, die mogelijkerwijze tussen de Raad en de Commissie bestaan.

 
  
MPphoto
 
 

  Carlo Fatuzzo (PPE-DE). - (IT) Mijnheer de Voorzitter, dames en heren, de heer Matsakis heeft volledig gelijk: ik ben het met veel van hetgeen hij heeft gezegd eens. Er zijn altijd moeilijkheden en problemen voor de staten geweest die aan het mare nostrum liggen, zoals het 2000 jaren geleden werd genoemd.

Wat echter de heer Watson, de voorzitter van de Liberale Fractie heeft gezegd is naar mijn mening ook waar: We moeten zowel leren om te geven als te nemen. Ik zou daarom de nieuwe regering van Italië onder leiding van minister-president Berlusconi ertoe willen oproepen om zich te bekommeren om de verzoeken en smeekbedes van kolonel Gaddafi. Ten tijde van de zaak van de Bulgaarse verpleegsters waren we maar al te gewild om hem tevreden te stellen, zonder ons om hetgeen te bekommeren waarom het eigenlijk ging. Hij heeft Italië herhaaldelijk verzocht dat het een snelweg in zijn land bouwt. Van deze snelweg zou niet alleen president Gaddafi profiteren, maar alle inwoners van Noord-Afrika, zodat we onze goede wil zouden tonen en iets positiefs voor het Middellandse Zeegebied in zijn geheel zouden kunnen doen.

 
  
MPphoto
 
 

  Lidia Joanna Geringer de Oedenberg (PSE). - (PL) Mijnheer de Voorzitter, het Middellandse Zeebekken en het Midden-Oosten zijn uit het oogpunt van de Europese Unie strategisch belangrijke regio’s. Het is overduidelijk dat er een ruimte van vrede en economische stabiliteit op de grondslag van democratie, solidariteit en samenwerking moet worden opgericht, wanneer we de gemeenschappelijke uitdagingen het hoofd willen bieden. Het is ook noodzakelijk om het Proces van Barcelona te doen herleven en te ontwikkelen, om zo met het oog op de terrorismebestrijding een sterke partnerschap op het gebied van het buitenlands en veiligheidsbeleid op te zetten.

Het Euromediterrane partnerschap kan zich echter niet uitsluitend op onderwerpen richten die te maken hebben met de economie en de handel. Het moet worden vergezeld door een versterkte regionale samenwerking, sterkere sociale integratie en door samenwerking op het gebied van natuur en milieu. Bovendien moeten we benadrukken dat het noodzakelijk is om beleid te versterken dat ertoe dient om de rol van de vrouwen in de mediterrane maatschappijen te verbeteren, door het stimuleren van gendergelijkheid. Het zich aan gebruiken en tradities houden mag niet de grondrechten van de vrouw schenden.

Tot slot ben ik zeer ingenomen met het voorstel van de Commissie inzake de Euromediterrane Parlementaire Vergadering. De rol en democratische legitimiteit van deze institutie moeten worden versterkt.

 
  
MPphoto
 
 

  Benita Ferrero-Waldner, lid van de Commissie. (FR) Mijnheer de Voorzitter, dames en heren, ik zal in het Frans doorgaan. Misschien is de heer Schulz het hier niet mee eens, maar ik geloof dat president Sarkozy de aanstoot gaf voor de Unie voor het Middellandse Zeegebied. Dat is de reden waarom ik van mening ben dat ik toch verder zal gaan met in deze taal te spreken.

Allereerst, dames en heren, begrijp ik dat dit debat sterke reacties teweeg heeft gebracht. Iedereen heeft iets over het onderwerp te zeggen en dat is uiterst belangrijk. Het is juist, voor zover ik het kan overzien, dat de vrede misschien afhangt van het evenwicht in het Middellandse Zeegebied. Het is ook juist dat er nog steeds een kloof tussen de twee kusten bestaat: die wordt kleiner, maar is nog steeds aanwezig. We moeten rekening houden met de geboekte vooruitgang: de macro-economische stabiliteit, de lagere inflatie, de sterk verbeterde mensenrechten. Natuurlijk moet er nog veel worden gedaan. Aan de ene kant bestaat er een grote behoefte aan hervormingen en deze moeten sneller en uitgebreider zijn. Bovendien is de kwestie van de handel en de investeringen wezenlijk. Ik ben het niet met de heer Würtz eens dat het Proces van Barcelona dood is. Nee, zoals ik altijd al heb gezegd, was de tenuitvoerlegging van het proces zeer moeilijk vanwege de bestaande politieke problemen, echt waar. Altijd wanneer we over de politieke problemen spraken, werd er, zoals bekend, over het Proces van Barcelona gesproken. Jammer genoeg zullen deze problemen verder bestaan zelfs wanneer we pogen om deze kwesties middels specifieke projecten te overwinnen, waarvan ik overigens een voorstander ben. Ik ben daarom van mening dat dit idee een goed idee is en ik denk dat we het door een pragmatische en concrete aanpak hebben vernieuwd, natuurlijk met inbreng van alle kanten.

Ten aanzien van de vrijhandel en de vrijhandelsovereenkomsten, dames en heren, moet ik erop wijzen dat op grond van de extreem lange overgangsperiodes, 2010 het eerste jaar is waarin we in staat zullen zijn om deze overeenkomsten ten uitvoer te leggen. We hebben in feite nog steeds geen handelsovereenkomsten. Wat de landbouw aangaat zijn we middenin de onderhandelingen, maar het is zeer moeilijk, ook voor de andere kant, omdat het niet alleen om geven gaat, maar ook om ontvangen. Deze onderhandelingen waren altijd al moeilijk. De vrijhandelsovereenkomsten met Tunesië en Israël zullen in 2010 in werking treden. Een soortgelijke overeenkomst met Marokko staat op het punt om besloten te worden, maar er zijn nog aanzienlijke inspanningen voor nodig. Het laatste land dit aangaande zal Egypte zijn. U kunt dus zien dat de zaken zeer langzaam voorwaarts gaan, en dat dit niet vanwege het proces is, maar vanwege de landen zelf, die niet sneller voorwaarts willen gaan. Het is belangrijk hierop te wijzen. Ondanks alles is dit nieuwe plan een goed plan, een mogelijkheid, en ik hoop dat onze partners er gebruik van zullen maken. Het is ook juist, mevrouw Isler-Béguin, dat de partners de dans met elkaar moeten aangaan. Dat is de reden waarom de Commissie met elk van hen heeft gesproken om ervoor te zorgen dat haar voorstellen hun zorgen en gezichtspunten weerspiegelen.

Wanneer het om de mensenrechten gaat, dames en heren, moet ik erop wijzen dat ikzelf in het geheel niets zou hebben gedaan wanneer het niet om de mensenrechten zou gaan. Het proces van Barcelona blijft overeind, dat is waar het eigenlijk om gaat. De instellingen zijn er ook bij betrokken. In principe spelen de instellingen een rol, wat evenzeer van toepassing is op de Anna Lindt stichting. Natuurlijk is de Anna Lindt stichting aanwezig, en met een nieuw voorzitterschap en een nieuwe directeur zullen deze aspecten nog verder worden uitgebreid. Deze zaken zijn niet verloren. Het door mij genoemde nabuurschapsbeleid, waarbij het om een bilateraal beleid gaat, blijft natuurlijk ook overeind, omdat het met zijn actieplannen poogt om de hervormingen te versterken en te bevorderen. Gelooft u dus niet dat het er niet bij betrokken is. Dat is de werkelijke toegevoegde waarde van de projecten die we op het ogenblik ten uitvoer gelegd en benadrukt hebben.

Over de Euromediterrane universiteit in Portorož ben ik allereerst van mening dat het een uitstekend idee van het Sloveense voorzitterschap is. Ik zal persoonlijk de inauguratie bijwonen; ik ben ervoor uitgenodigd en ben absoluut van plan om aanwezig te zijn.

Ten aanzien van de financiering: In de eerste plaats, aangezien het een Sloveens idee is, is het alleen maar natuurlijk dat Slovenië er een bijdrage aan levert, wat het tot een bedrag van 1 miljoen euro zal doen. Men heeft mij ook om een bijdrage gevraagd, de reden waarom ik gepoogd heb om iets in de fondsen te vinden, die in feite al toegewezen zijn. Dit is in het geheel niet eenvoudig. Ik heb 1 miljoen euro gevonden die ik aan dit project zal toevoegen. Er zijn echter andere instrumenten en ik heb het voorzitterschap hierover op de hoogte gesteld. Ten eerste zijn er het Structuurfonds en het Cohesiefonds, die in Slovenië eenvoudigweg omverdeeld moeten worden, en ten tweede zijn er de middelen voor onderzoek en opleiding. Dus zijn er middelen beschikbaar. Bovendien bent u allen op de hoogte van de Erasmusbeurzen die nog steeds kunnen worden gebruikt. Dit is iets nieuws dat we zullen grootbrengen.

Ik zou graag kort over de cultuur willen spreken, mevrouw. Ik denk dat iemand aanvoerde dat Robert Schuman ooit heeft gezegd dat wanneer we de Europese Unie nog eens zouden opbouwen, dat we dan met de cultuur zouden moeten beginnen. Dat is waar, maar aangezien er nog zoveel armoede is, zoveel ongeletterdheid, enzovoorts, moeten we ook andere dingen doen, en ik kan herhalen wat ik over de mensenrechten heb gezegd: alle culturele programma’s blijven in werking en het gaat hier om een behoorlijk aantal.

Tot slot wil ik een korte opmerking over het secretariaat laten vallen, omdat het hier om een zeer precieze vraag ging. In het licht van de verschillende geopperde meningen, hebben we besloten, zoals in onze mededeling aangeduid, dat het secretariaat de volgende rol moet innemen: het doen van voorstellen voor gezamenlijke initiatieven, die dan door de politieke organen zouden kunnen worden aangenomen, en het voor de noodzakelijke follow-up zorgen van de met de projecten in verband staande, door de staatshoofden of regeringsleiders genomen besluiten. Het secretariaat zou ook een aparte juridische persoonlijkheid kunnen krijgen met een autonome status. De gedetailleerde modaliteiten moeten nog worden vastgelegd.

Ik zal besluiten met een paar woorden over de nucleaire kwestie. Mevrouw, het Memorandum van overeenstemming die onze voorzitter met de IAEA, de Internationale Organisatie voor Atoomenergie in Wenen, heeft ondertekend staat in verband met de zekerheid en de veiligheid. Ik ondersteun het persoonlijk en ik denk dat iedereen dit zou moeten doen, omdat we niet kunnen kiezen welke energiebronnen de landen gebruiken. Zoals u zegt, heeft ieder land het recht om bepaalde bedenkingen over de atoomenergie te hebben, en u weet dat we deze zelf ook hebben. De landen moeten echter ten minste de mogelijkheid hebben om dat te doen wat ze willen. Zo gezien zijn zekerheid en veiligheid wezenlijk, en dit zijn de zaken waarover het in het Memorandum gaat.

Ik verontschuldig mij, mijnheer de Voorzitter, maar zoals ik aan het begin heb gezegd, heeft dit debat sterke reacties teweeg gebracht.

 
  
MPphoto
 
 

  De Voorzitter − Tot besluit van dit debat heb ik zes ontwerpresoluties(1) ontvangen overeenkomstig artikel 103, lid 2 van het Reglement.

Het debat is gesloten.

De stemming vindt plaats om 11.00 uur.

Schriftelijke verklaringen (Artikel 142)

 
  
MPphoto
 
 

  John Attard-Montalto (PSE), schriftelijk. (EN) Het doet mij zeer veel genoegen om de verklaringen van de Raad en de Commissie ten opzichte van het Proces van Barcelona en het voorstel voor een Unie van de Middellandse Zee te horen. Voor de Unie moet tijdens het Franse voorzitterschap op 13 juli in Parijs de aanzet worden gegeven.

De regering van Malta heeft een schriftelijk standpunt over de genoemde verklaringen uitgegeven. Ik ben het volledig eens met de ingediende voorstellen ten aanzien van de Unie voor het Middellandse Zeegebied. Omdat het belangrijk is de inspanningen en de energie niet te verdubbelen is de suggestie over de maritieme activiteiten zeer lovenswaardig.

Malta heeft zich als vestigingsplaats aangeboden voor het secretariaat dat moet toezien op de tenuitvoerlegging van dit soort voorstellen en ik dit aanbod heeft mijn volledige ondersteuning. Niet alleen vanwege de unieke geografische ligging van het eiland in de Middellandse Zee, maar ook omdat we de infrastructuur, het personeel en de ervaring hebben om zo’n instituut te huisvesten.

Tot besluit zou ik willen aanvoeren dat de Labour regering het ongeveer dertig jaren geleden gered heeft om de aandacht van de wereld op het belang van de Middellandse Zee te vestigen en erop dat het noodzakelijk is dat de landen die aan de Noordelijke en Zuidelijke kusten van deze Zee aangrenzen moeten samenwerken.

 
  
MPphoto
 
 

  Alessandro Battilocchio (PSE), schriftelijk. (IT) Ik juich de oprichting van de Unie voor het Middellandse Zeegebied toe dat erbij zal helpen om de betrekkingen met onze mediterrane partners te verbeteren en te verdiepen en wederzijdse bekendheid, groei, werkgelegenheid en opleiding in de EU en de hierbij betrokken twaalf niet-Europese landen zal bevorderen.

De bevordering van vrede en democratie, immigratiecontroles, economische betrekkingen, en levering van grondstoffen: dit zijn de hoofdpunten geweest van het nabuurschapsbeleid van mijn land met de landen van de Middellandse Zee. Bettino Craxi was in dit opzicht een pionier.

De Unie voor het Middellandse Zeegebied zal erbij behulpzaam zijn om de voltooiing van grensoverschrijdende projecten in het gehele gebied te vereenvoudigen, het zal ertoe dienen om de snelwegen op zee te verbeteren, om de mariene vervuiling te bestrijden, de civiele bescherming te verbeteren, om een beter geïntegreerde energiemarkt te scheppen en nieuwe hernieuwbare technologieën te ontwikkelen.

De Unie voor het Middellandse Zeegebied moet met behulp van de Euromediterrane Parlementaire Vergadering, die er volledig bij moet worden betrokken, een bijdrage leveren aan de bevordering van de democratie en het oplossen van de conflicten die nog altijd het Midden-Oosten en de Westelijke Sahara destabiliseren.

 
  

(1)Zie notulen.

Juridische mededeling - Privacybeleid