Jan Mulder, namens de ALDE-Fractie. – In de eerste plaats mijn dank aan alle rapporteurs die hebben meegewerkt aan deze verslagen. Ik ben het eens met de inhoud van die verslagen. Ik denk dat, ondanks het feit dat volgens het Verdrag van Lissabon het Europees Parlement meer bevoegdheden heeft gekregen, er niets anders opzit dan het huidige systeem inzake de eigen middelen dat door de Raad overeen is gekomen, goed te keuren.

Dat betekent, en ik ben het met vele anderen eens, dat het huidige systeem geen goed systeem is. Het is niet uit te leggen dat de begrotingsautoriteit, Raad en Parlement, bepaalde vastleggingen voor de toekomst goedkeuren en dan tegen de tijd dat de rekeningen binnenkomen, als de begroting voor de betalingen moet worden goedgekeurd, dan zeggen diezelfde lidstaten van de begrotingsautoriteit: “Helaas, wij moeten bezuinigen, en dus is het logisch dat de Europese Unie ook moet bezuinigen, ondanks de aangegane verplichtingen uit het verleden”.

Dat is geen systeem voor Europa, ik denk ook niet dat een lokale gemeente ermee zou kunnen werken, of wat voor lidstaat dan ook. Dus ook ik behoor tot de grote groep van mensen die vinden dat Europa een eigen, nieuw systeem van eigen middelen nodig heeft. Dat betekent niet dat wij plotseling belasting gaan heffen, etc. Het systeem van eigen middelen houdt al in dat wij bepaalde afspraken maken over bepaalde Europese belastingen. Invoerrechten zijn een Europese belasting, de BTW is een Europese belasting, waar ook een overeenkomst over bereikt is.

Wat eerst werd voorgesteld voor de Commissie, was niets nieuws. Het was er vanaf het begin van het ontstaan van de Europese begroting. Dat systeem moet dus duidelijk worden verbeterd. Lidstaten die weigeren te betalen voor de verplichtingen die zijn aangegaan, dat is geen systeem waarmee gewerkt kan worden.

Met velen wens ik dus de werkgroep Monti veel succes toe. Ik hoop dat bij de evaluatie van de begroting in 2016 weer nieuwe voorstellen naar voren komen die hier in dit Parlement besproken kunnen worden. Ik heb al eerder gezegd dat ik vind dat de volgende meerjarenbegroting vijf jaar moeten duren. Tegen die tijd zullen wij ook een systeem van eigen middelen moeten hebben dat veel meer zekerheid geeft dan nu, dat niet veel uitzonderingen heeft en dat begrijpelijk is. Dat alles zullen wij moeten proberen te bereiken in het nieuwe Parlement in de komende zeven jaren.