Go back to the Europarl portal

Choisissez la langue de votre document :

  • bg - български
  • es - español
  • cs - čeština
  • da - dansk
  • de - Deutsch
  • et - eesti keel
  • el - ελληνικά
  • en - English
  • fr - français
  • ga - Gaeilge
  • hr - hrvatski
  • it - italiano
  • lv - latviešu valoda
  • lt - lietuvių kalba
  • hu - magyar
  • mt - Malti
  • nl - Nederlands (Selected)
  • pl - polski
  • pt - português
  • ro - română
  • sk - slovenčina
  • sl - slovenščina
  • fi - suomi
  • sv - svenska
This document is not available in your language. Please choose another language version from the language bar.

 Index 
 Full text 
Volledig verslag van de vergaderingen
Woensdag 14 maart 2018 - Straatsburg Herziene uitgave

Internationale samenwerking bij de bestrijding van cybercriminaliteit - de bedreiging voor publieke diensten (actualiteitendebat)
MPphoto
 

  Helga Stevens, Auteur. – Voorzitter, het internet is zo goed als onmisbaar geworden in zowat alle facetten van ons leven. We sturen een WhatsApp-berichtje naar een geliefde, plannen een route via Google Maps, kijken kattenvideo's op YouTube, doen online aankopen en betalingen. Kritieke infrastructuur, zoals bijvoorbeeld ziekenhuizen, kunnen niet meer functioneren zonder het internet. Kijk maar naar Eurocontrol: de communicatie van onze Europese luchtverkeersleiding maakt gebruik van dezelfde internetkabels als Facebook en Amazon.

Maar dat internet wordt ook gebruikt voor minder vrolijke zaken. Bijna dagelijks zijn er incidenten die stof leveren voor een goed filmscenario. Onlangs vergrendelden hackers bijvoorbeeld op afstand de elektronische sloten van alle kamers van een Oostenrijks hotel in ruil voor losgeld.

We zullen meer en meer geconfronteerd worden met allerlei vormen van cybercriminaliteit. Hierbij zijn helaas soms ook buitenlandse overheden betrokken. We zijn veel kwetsbaarder dan we denken. Daarom moeten nationale en Europese autoriteiten samen alles in het werk stellen om onze veiligheid online te garanderen voor vandaag, maar ook voor morgen. Wij moeten veel meer investeren in preventie, detectie en respons.

Ons wettelijk kader hebben we al versterkt. De nieuwe gegevensbeschermingsverordening zal de normen voor gegevensbescherming verhogen. Het voorstel van de Commissie inzake EU—certificering voor veilige ICT—producten eveneens. We streven bij voorkeur over de gehele lijn een hoge en internationale beveiligingsstandaard na.

Wij zullen er echter niet komen met wetgeving alleen, want die kan de razendsnelle technologische ontwikkelingen niet altijd bijbenen.

Europol, het Europese agentschap voor politiesamenwerking, zal binnenkort een expertisecentrum voor decryptie krijgen. Dat is goed nieuws. Dat moet kleinere lidstaten ondersteunen bij het kraken van versleutelde berichten. Hiermee kunnen ze cybercriminelen die anoniem proberen te blijven, sneller opsporen en aanpakken. Hiervoor krijgen ze vijf miljoen aan extra middelen van de Europese Commissie.

De nieuwe Europolbaas Catherine De Bolle verklaarde al dat de strijd tegen misdaad en terrorisme niet los kan worden gezien van de ontwikkeling en het gebruik van nieuwe technologie. Nationale overheden moeten ook beseffen dat ouderwets politiewerk hand in hand moet gaan met de omarming van technologische vernieuwing. Die bedenking geldt ook voor justitie. Terwijl criminelen de allerlaatste snufjes gebruiken, zijn politie en justitie vaak op achtervolgen aangewezen met gedateerd materiaal.

Maar we moeten ook kijken naar de burgers. Overheden moeten hen bewuster maken van de risico's van het internet, zodat ze alerter zijn voor diverse vormen van cybercriminaliteit. Ook moeten ze worden aangemoedigd om altijd een klacht in te dienen als ze het slachtoffer worden van bijvoorbeeld cyberpesten, fishing of hacking. Dat gebeurt veel te weinig, maar zonder die melding kan de politie niet in actie komen. Meldingen zijn dan ook nodig om beter zicht te krijgen op cybercriminaliteit, zodat we die gerichter kunnen aanpakken.

Tot slot wil ik erop wijzen dat gegevens een waardevol goed zijn, niet alleen voor de particuliere gebruiker die ze wenst af te schermen, maar ook voor de politiediensten. Onze politie- en inlichtingendiensten hebben toegang tot gegevens nodig om misdrijven op te sporen en terreurcomplotten op tijd te ontdekken. Een te dogmatische zienswijze op privacy verhindert de politie en het gerecht om hun werk te doen. Dat is wat ik heb vernomen tijdens mijn werkzaamheden als co—rapporteur in de Bijzondere Commissie terrorisme.

Collega's, in het belang van onze burgers moeten we een goede balans vinden tussen privacy en veiligheid. Het is geen of—of-discussie, maar een en—en-discussie. Zowel privacy als veiligheid zijn belangrijk. Politiediensten moeten hun werk kunnen doen, namelijk ons beschermen tegen terroristen en criminelen, zowel offline als online.

 
Last updated: 16 July 2018Legal notice - Privacy policy