Ontwerpresolutie - B7-0204/2012Ontwerpresolutie
B7-0204/2012

ONTWERPRESOLUTIE over de situatie in Mali

17.4.2012

naar aanleiding van een verklaring van de vicevoorzitter van de Commissie/hoge vertegenwoordiger van de Unie voor buitenlandse zaken en veiligheidsbeleid
ingediend overeenkomstig artikel 110, lid 2, van het Reglement
(2012/2603(RSP))

Charles Goerens, Louis Michel, Robert Rochefort, Ramon Tremosa i Balcells, Niccolò Rinaldi, Graham Watson, Izaskun Bilbao Barandica, Marielle de Sarnez, Johannes Cornelis van Baalen namens de ALDE-Fractie

Zie ook gezamenlijke ontwerpresolutie RC-B7-0201/2012

Procedure : 2012/2603(RSP)
Stadium plenaire behandeling
Documentencyclus :  
B7-0204/2012
Ingediende teksten :
B7-0204/2012
Debatten :
Aangenomen teksten :

B7‑0204/2012

Resolutie van het Europees Parlement over de situatie in Mali

(2012/2603(RSP))

Het Europees Parlement,

–   gezien de verklaringen van Catherine Ashton, hoge vertegenwoordiger van de Unie voor buitenlandse zaken en veiligheidsbeleid, over de militaire staatsgreep in Mali,

–   gezien de verklaring van het departement humanitaire hulp van de Commissie over de preventie van een humanitaire crisis in Mali,

–   gezien de verklaringen van de VN-Veiligheidsraad over de militaire staatsgreep,

–   gezien de akkoorden van Algiers van 2006 over het herstel van vrede, veiligheid en ontwikkeling in het noorden van Mali,

–   gezien het kaderakkoord dat op 6 april 2012 is ondertekend door de militaire junta en de Economische Gemeenschap van West-Afrikaanse Staten (Communauté économique des États de l'Afrique de l'Ouest, Cedeao),

–   gezien zijn eerdere resoluties over West-Afrika,

A. overwegende dat in de nacht van 21 op 22 maart 2012 een staatsgreep is gepleegd waarbij de Malinese president, Amadou Toumani, is afgezet en waarbij een einde is gemaakt aan een lang democratisch proces, dat meer dan twee decennia geleden is gestart;

B.  overwegende dat deze staatsgreep, die plaatsheeft enkele weken vóór de presidentsverkiezingen die zijn gepland voor 29 april, door de internationale gemeenschap unaniem is veroordeeld;

C. overwegende dat onder auspiciën van de Cedeao en haar bemiddelaar, president Blaise Compaoré, een kaderakkoord is gesloten over een terugkeer naar een rechtmatige situatie en naar de grondwettelijke orde;

D. overwegende dat de door de junta van Bamako afgezette president de ontslagbrief heeft ondertekend die de bemiddelaars hem hebben gevraagd en zo de weg heeft vrijgemaakt voor de benoeming van de voorzitter van de Malinese Nationale Assemblee;

E.  overwegende dat na het ontslag van de president een regering van nationale eenheid nieuwe verkiezingen zal moeten voorbereiden in de komende maanden en een oplossing zal moeten zoeken voor de situatie in het noorden;

F.  overwegende dat een gezamenlijke troepenmacht is gecreëerd van de Cedeao en de VN om de overgangsregering in Mali te ondersteunen;

G. overwegende dat het noorden van Mali gecontroleerd wordt door de Nationale Beweging voor de bevrijding van Azawad (Mouvement national de libération de l'Azawad, MNLA);

H. overwegende dat een radicale islamitische fractie, Ansar al Din, de steden Kidal en Timboektoe heeft veroverd;

I.   overwegende dat de rebellen die gevlucht zijn naar de regio Kidal, op 8 maart jl. 22 soldaten en de volksvertegenwoordiger die zij sinds augustus 2007 gijzelden, hebben vrijgelaten;

J.   overwegende dat de reeks ontvoeringen die wordt opgeëist door het losse netwerk van Al Qaida in de islamitische Maghreb (Al Qaïda pour le Maghreb islamique, AQMI), nog steeds aan de gang is en dat op 15 april een vrouwelijke christelijke missionaris van Griekse nationaliteit in Timboektoe is ontvoerd door een groep die al 13 westerlingen gijzelt;

K. overwegende dat de meeste humanitaire organisaties wegens de plundering van hun installaties en hun voorraden de noordelijke regio hebben verlaten;

L.  overwegende dat de gevechten de laatste weken tientallen doden hebben geëist;

M. overwegende dat honderdduizenden personen ontheemd zijn en dat e vluchtelingen massaal de steden Gao en Timboektoe verlaten in de richting van Mauritanië;

N. overwegende dat de broosheid van de Libische staat, het geweld tussen de Libische stammen en het enorme arsenaal ongecontroleerde wapens, als gevolg van de terugkeer naar Mali van de goed uitgeruste huurlingen, nefaste gevolgen dreigen te hebben voor de veiligheid en de stabiliteit van alle landen in de regio van de Sahel en West-Afrika;

O. overwegende dat de regio van de Sahel, die verzwakt is door de droogtes, verzwakt wordt door de regionale spanningen, de drugs- en wapenhandel en een grote politieke instabiliteit;

P.  overwegende dat de frequentie van de klimaatrampen en de voedselcrisissen in de Sahel sinds het midden van de jaren 1990 is toegenomen;

Q. overwegende dat het departement humanitaire hulp van de Commissie gewaarschuwd heeft voor een nakende grote ramp, als de veiligheid niet verbetert;

R.  overwegende dat de Europese Unie 9 miljoen EUR extra financiële hulp heeft vrijgegeven voor de 1,4 miljoen Malinezen die volgens de ramingen voedselhulp nodig hebben;

S.  overwegende dat de Unie wegens de militaire staatsgreep de ontwikkelingshulp heeft bevroren;

T.  overwegende dat de Unie al akkoord is gegaan met het sturen van een civiele missie ter ondersteuning van de inspanningen om de veiligheid in Mali te herstellen;

U. overwegende dat de in Rome samengekomen VN-agentschappen in februari noodhulp hebben gevraagd voor een bedrag van ongeveer 725 miljoen USD (545 miljoen EUR) voor hulpverlening in de regio van de Sahel, waar ongeveer 12 miljoen mensen worden bedreigd door hongersnood;

V. overwegende dat deze nieuwe politieke crisis gevolgen heeft voor de democratie in Afrika;

W. overwegende dat de verkiezing zonder confrontaties of geweld van opposant Macky Sall als president van Senegal op zondag 25 maart een van de weinige positieve berichten is van de laatste tijd, wat de perifere gebieden van de Sahel betreft;

1.  veroordeelt de militaire staatsgreep die een einde heeft gemaakt en de democratisch aan de macht gekomen regering van Mali;

2.  steunt de stuwende rol van de Cedeao op het gebied van crisisbeheer en eist dat het op 6 april 2012 door de plegers van de staatsgreep in Mali en de bemiddelaar van de Cedeao ondertekende akkoord wordt uitgevoerd;

3.  onderstreept het feit dat de soevereiniteit, de eenheid en de territoriale integriteit van Mali moeten worden geëerbiedigd;

4.  spreekt zijn ernstige bezorgdheid uit als gevolg van de toenemende dreiging die wordt uitgeoefend door de extremistische elementen in het noorden van Mali en vraagt de onmiddellijke vrijlating van alle ontvoerden, alsmede de onmiddellijke stopzetting van de vijandelijkheden;

5.  onderstreept het feit dat dringend een strategie nodig is voor het tijdperk na Kadhafi in de regio van de Sahel, die een zone zonder rechtshandhaving dreigt te worden;

6.  verklaart zich ernstig bezorgd door de humanitaire situatie, die in de regio van de Sahel snel verslechtert;

7.  verzoekt zijn Voorzitter deze resolutie te doen toekomen aan de Raad, de vicevoorzitter van de Commissie/hoge vertegenwoordiger van de Unie voor buitenlandse zaken en veiligheidsbeleid, de Commissie, de VN-Veiligheidsraad, de Afrikaanse Unie, de Cedeao en haar bemiddelaar, president Blaise Compaoré, alsmede aan haar voorzitter, Alassane Ouattara, de Algerijnse regering, de covoorzitters van de Paritaire Parlementaire Vergadering ACS-EU en de MNLA.