Gezamenlijke ontwerpresolutie - RC-B7-0047/2009Gezamenlijke ontwerpresolutie
RC-B7-0047/2009

GEZAMENLIJKE ONTWERPRESOLUTIE over de crisis in de melkveehouderij

16.9.2009

ingediend overeenkomstig artikel 115, lid 5, van het Reglement
ter vervanging van de ontwerpresoluties ingediend door de fracties:
ECR (B7‑0047/2009)
EFD (B7‑0051/2009)
PPE (B7‑0053/2009)
S&D (B7‑0054/2009)
ALDE (B7‑0056/2009)

Albert Deß namens de PPE­Fractie
Ricardo Cortés Lastra, Luis Manuel Capoulas Santos namens de S&D-Fractie
George Lyon namens de ALDE-Fractie
James Nicholson namens de ECR-Fractie
Giancarlo Scotta', Rolandas Paksas namens de EFD­Fractie


Procedure : 2009/2663(RSP)
Stadium plenaire behandeling
Documentencyclus :  
RC-B7-0047/2009
Ingediende teksten :
RC-B7-0047/2009
Aangenomen teksten :

Resolutie van het Europees Parlement over de crisis in de melkveehouderij

Het Europees Parlement,

–   gelet op artikel 33 van het Verdrag,

–   onder verwijzing naar zijn resolutie van 25 oktober 2007 over de stijging van de prijzen van levensmiddelen[1],

–   onder verwijzing naar zijn resolutie van 12 maart 2008 over de "gezondheidscontrole" van het GLB (verslag-Goepel)[2],

–   onder verwijzing naar zijn resolutie van 22 mei 2008 over de stijgende voedselprijzen in de Europese Unie en de ontwikkelingslanden[3],

–   onder verwijzing naar zijn schriftelijke verklaring van 19 februari 2008 over misbruik van machtsposities door grote supermarkten (0088/2007)[4],

–   onder verwijzing naar zijn resolutie van 26 maart 2009 over de voedselprijzen in Europa (verslag-Batzeli)[5],

–   gelet op Verordening (EG) nr. 72/2009 van de Raad van 19 januari 2009 houdende wijzigingen van het gemeenschappelijk landbouwbeleid door wijziging van de Verordeningen (EG) nr. 247/2006, (EG) nr. 320/2006, (EG) nr. 1405/2006, (EG) nr. 1234/2007, (EG) nr. 3/2008 en (EG) nr. 479/2008 en tot intrekking van de Verordeningen (EEG) nr. 1883/78, (EEG) nr. 1254/89, (EEG) nr. 2247/89, (EEG) nr. 2055/93, (EG) nr. 1868/94, (EG) nr. 2596/97, (EG) nr. 1182/2005 en (EG) nr. 315/2007[6],

–   gezien de mededeling van de Commissie aan de Raad over de situatie op de zuivelmarkt in 2009 (COM(2009)0385 def.),

–   gezien het voorstel voor een verordening van de Raad tot afwijking van Verordening (EG) nr. 1234/2007 ("Integrale-GMO-verordening"), wat de interventieperioden 2009 en 2010 voor boter en mageremelkpoeder betreft (COM(2009)0354 def.) en het verslag-De Castro over dit voorstel (A7-0005/2009),

–   gelet op artikel 115, lid 5, van zijn Reglement,

A.  overwegende dat de situatie in de zuivelsector de afgelopen twaalf maanden dramatisch is verslechterd en dat de melkprijzen ondanks interventiemaatregelen en exportsubsidies onder de 21 cent per liter zijn gezakt, waardoor veel boeren momenteel zuivelproducten onder de productiekosten verkopen,

B.  overwegende dat veel melkveehouders in de EU nu ernstig in hun voortbestaan worden bedreigd en vaak alleen overleven door op hun spaargeld in te teren, wat duidelijk niet kan voortduren, en dat deze situatie de boeren ertoe heeft aangezet grootscheepse demonstraties te houden op diverse plaatsen in de EU,

C. overwegende dat als gevolg van de wereldwijde economische crisis de vraag naar zuivelproducten aanzienlijk is gedaald, terwijl tegelijkertijd het aanbod is toegenomen doordat derde landen, zoals Nieuw-Zeeland, Australië, Argentinië, Brazilië en de VS, grotere hoeveelheden produceren,

D. overwegende dat het Parlement in de communautaire begrotingsprocedure 2009 prioriteit heeft toegekend aan de oprichting van een speciaal EU-zuivelfonds om de sector door moeilijke aanpassingen heen te helpen,

E.  overwegende dat het Parlement herhaaldelijk heeft gewezen op het verschil tussen de prijs die de consument in de supermarkt voor landbouwproducten betaalt, en de prijs die de producent ontvangt, en heeft aangedrongen op diepgaand onderzoek naar mogelijke misbruikpraktijken op de markt,

F.  overwegende dat volgens berekeningen van de Commissie de prijzen die de consument voor melk en kaas heeft betaald in de periode mei 2006-mei 2009 met meer dan 14% zijn gestegen, terwijl de prijzen voor de producenten in sommige lidstaten in één jaar met 40% zijn gedaald,

1.  is van mening dat gezien de aanhoudende kritieke situatie op de zuivelmarkt vergaande en kortetermijnmaatregelen nodig zijn, en wijst erop dat de maatregelen die de Commissie tot dusverre heeft genomen, niet voldoende zijn om een eind te maken aan de crisis in deze sector;

2.  betreurt dat de Commissie de ernst van de huidige crisis niet heeft voorzien en dat zij niet eerder passende maatregelen heeft voorgesteld;

3.  verzoekt de Commissie met spoed na te gaan met welke maatregelen de markt kan worden gestabiliseerd en samen met de belanghebbenden en de lidstaten een diepgaande evaluatie uit te voeren van de toekomst van de melksector, teneinde de mogelijkheden te analyseren voor een versterking van de beheersinstrumenten ter voorkoming van prijsschommelingen;

4.  bekrachtigt dat het zich inzet voor de oprichting van een EU-zuivelfonds van 600 miljoen euro voor hulp aan producentenorganisaties en coöperaties en ter ondersteuning van investeringen in landbouwbedrijven, modernisering, diversifiëring, areaalgebonden maatregelen, marketingactiviteiten, kleine producenten en jonge boeren en herinnert eraan dat het Parlement hierom al in de begrotingsprocedure 2009 heeft verzocht;

5.  verzoekt de Commissie maatregelen voor te stellen die de producenten helpen de toegevoegde waarde van hun producten te verhogen en die hen ertoe aansporen zuivelproducten van hoge kwaliteit (bijv. kaas) te produceren, met name in gebieden waar maar weinig productiealternatieven bestaan;

6.  verzoekt de Commissie onmiddellijk maatregelen te nemen om de vraag naar zuivelproducten te stimuleren, en beschouwt de uitbreiding van de omvang, het productassortiment en de financiering van het schoolmelkprogramma als een goed voorbeeld van een haalbaar initiatief; dringt in dit verband aan op een betere coördinatie tussen de directoraten-generaal van de Commissie;

7.  verzoekt de Commissie voorstellen te formuleren om vraag en aanbod op de EU-zuivelmarkt in evenwicht te brengen;

8.  verzoekt de Commissie de mogelijkheid te onderzoeken van een regeling voor vervroegde uittreding van melkveehouders, bijvoorbeeld door instelling van een opkoopregeling voor melkquota, vergelijkbaar met de braakleggingsregeling in de GMO voor wijn;

9.  verzoekt, gezien het Europese karakter van de crisis, dat de Commissie haar rol speelt bij het zoeken naar gemeenschappelijke oplossingen, waarbij ongelijkheden tussen lidstaten en marktverstoringen die door nationale steunmaatregelen kunnen worden veroorzaakt, dienen te worden voorkomen;

10. steunt de Commissie in haar intentie maatregelen te onderzoeken, bijvoorbeeld gunstige leningen en onderlingewaarborgregelingen, om te helpen de prijsvolatiliteit op de markten voor landbouwgrondstoffen te beperken;

11. spreekt zijn steun uit voor het onmiddellijke gebruik van melkpoeder voor het voederen van kalveren, omdat dit een manier is om de vraag naar zuivelproducten te verhogen;

12. wijst er opnieuw op dat een duidelijke etikettering van alternatieve zuivelproducten, zoals kaas en andere producten op basis van niet-dierlijke vetten, van vitaal belang is en dat daarop de grondstoffen en het oorsprongsland moeten worden vermeld; beklemtoont dat producten die worden gemarkeerd als zuivel zuivelproducten moeten zijn;

13. is verheugd over het voorstel van de Commissie om de interventieperiode voor boter en mageremelkpoeder te verlengen tot 28 februari 2010, en is van mening dat de interventieprijs moet worden verhoogd, althans op korte termijn; beseft dat het hier om een noodmaatregel gaat die bedoeld is als reactie op extreme marktevenwichtsverstoringen en dat dit geen langetermijnoplossing is;

14. verzoekt om uitbreiding van de particuliere opslag van kaasproducten en de vaststelling van adequate steun, zodat deze maatregel effect kan sorteren, alsmede om verhoging van het aantal derde landen – zoals de VS – waarheen kaasproducten uit de EU met uitvoerrestituties mogen worden geëxporteerd;

15. verzoekt de Commissie voor de langere termijn, wanneer de uitvoerrestituties eenmaal zijn afgeschaft, na te gaan hoe de overeenkomstige begrotingsmiddelen in de zuiversector kunnen worden gehandhaafd;

16. verzoekt de Commissie kredietverzekering voor landbouwexporten, zoals deze in de VS gangbaar is, toe te staan;

17. verzoekt de Commissie de prijstransparantie in de levensmiddelenketen te verbeteren, want in veel lidstaten blijven de consumentenprijzen opvallend hoog ondanks een dramatische daling van de producentenprijzen;

18. verzoekt de Commissie onverwijld haar mededeling over de voedselprijzen in Europa in te dienen; herinnert eraan dat het Parlement de Commissie lang geleden heeft verzocht onderzoek te doen naar mogelijk misbruik van marktposities in de levensmiddelenketen – met name in de zuivelsector – en vindt dat dit onderzoek allang klaar had moeten zijn;

19. is van mening dat er een systeem moet worden opgezet voor een volledig transparante bewaking van de levensmiddelenprijzen en in het bijzonder van de door de consument betaalde prijzen;

20. acht het betreurenswaardig dat de Raad op zijn vergadering van 7 september 2009 geen overeenstemming heeft weten bereiken over concrete maatregelen om uit de huidige crisis te geraken;

21. verzoekt de Commissie met klem regelmatig verslag uit te brengen aan het Parlement over de situatie op de zuivelmarkt in de komende maanden;

22. verzoekt zijn Voorzitter deze resolutie te doen toekomen aan de Raad, de Commissie en de regeringen en de parlementen van de lidstaten.