VERSLAG over het ontwerp van algemene begroting van de Europese Unie voor het begrotingsjaar 2008

11.10.2007 - (C6‑0288/2007 – 2007/2019B(BUD))

Afdeling I                      –  Europees Parlement
Afdeling II                     –  Raad
Afdeling IV                   –  Hof van Justitie
Afdeling V                     –  Rekenkamer
Afdeling VI                   –  Europees Economisch en Sociaal Comité
Afdeling VII                  –  Comité van de Regio's
Afdeling VIII                 –  Europese Ombudsman
Afdeling IX                   –  Europese toezichthouder voor gegevensbescherming
Deel 1: Ontwerpresolutie
Begrotingscommissie
Rapporteur: Ville Itälä

Procedure : 2007/2019B(BUD)
Stadium plenaire behandeling
Documentencyclus :  
A6-0394/2007
Ingediende teksten :
A6-0394/2007
Aangenomen teksten :

ONTWERPRESOLUTIE VAN HET EUROPEES PARLEMENT

over het ontwerp van algemene begroting van de Europese Unie voor het begrotingsjaar 2008, Afdeling I – Europees Parlement, Afdeling II – Raad, Afdeling IV – Hof van Justitie, Afdeling V – Rekenkamer, Afdeling VI – Europees Economisch en Sociaal Comité, Afdeling VII – Comité van de regio's, Afdeling VIII – Europese Ombudsman, Afdeling IX – Europese toezichthouder voor gegevensbescherming (C6‑0288/2007 – 2007/2019B(BUD))

Het Europees Parlement,

–   gelet op artikel 272 van het EG-Verdrag,

–   gezien Besluit 2000/597/EG, Euratom van de Raad van 29 september 2000 betreffende het stelsel van eigen middelen van de Europese Gemeenschappen[1],

–   gezien Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen[2],

–   gelet op het Interinstitutioneel Akkoord van 17 mei 2006 tussen het Europees Parlement, de Raad en de Commissie betreffende de begrotingsdiscipline en een goed financieel beheer[3],

–   gelet op het Interinstitutioneel Akkoord van 6 mei 1999 tussen het Europees Parlement, de Raad en de Commissie betreffende de begrotingsdiscipline en de verbetering van de begrotingsprocedure[4], met name punt 26 daarvan,

–   onder verwijzing naar zijn resolutie van 29 maart 2007 over de richtsnoeren voor de begrotingsprocedure 2008 – Afdelingen I, II, IV, V, VI, VII, VIII en IX en over het voorontwerp van ramingen van het Europees Parlement (Afdeling I) voor de begrotingsprocedure 2008[5],

–   onder verwijzing naar zijn resolutie van 7 juni 2007 over de ramingen van de inkomsten en uitgaven van het Europees Parlement voor het begrotingsjaar 2008[6],

–   gezien het door de Commissie op 2 mei gepresenteerde voorontwerp van algemene begroting van de Europese Unie voor het begrotingsjaar 2008 (SEC(2007)0500),

–   gezien het ontwerp van algemene begroting van de Europese Unie voor het begrotingsjaar 2008, opgesteld door de Raad op 13 juli 2007 (C6‑0288/2007),

–   gelet op artikel 69 en bijlage IV van zijn Reglement,

–   gezien het verslag van de Begrotingscommissie en de adviezen van de Commissie internationale handel en de Commissie verzoekschriften (A6‑0394/2007),

A. overwegende dat 2008 het tweede jaar is van de nieuwe financiële vooruitzichten (2007-2013), waarvoor het plafond van rubriek 5 (Administratieve uitgaven) is vastgesteld op 7.457 miljoen euro tegen lopende prijzen,

B.  overwegende dat in het voorontwerp van begroting (VVB) van alle instellingen onder het plafond van rubriek 5 van de financiële vooruitzichten voor 2008 marge van 121.285.164 euro is overgebleven,

C. overwegende dat na het besluit van de Raad de in ontwerpbegroting (OB) onder het plafond van rubriek van voor 2008 een marge van 266 755 254 euro is overgebleven,

Algemeen kader

1.  erkent dat de instellingen, na de eerste lezing van de Raad, hun best hebben gedaan om enkele van hun gewone uitgaven te verminderen om hun absolute behoeften in evenwicht te brengen; is van mening dat dit heeft bijgedragen tot een begroting voor de belastingbetaler van de EU zoals in de resolutie over de richtsnoeren is gevraagd; stimuleert de instellingen nadrukkelijk om in deze richting door te gaan teneinde het vertrouwen van de burgers in de Europese instellingen en in Europa te versterken;

2.  stelt vast dat de meeste verhogingen die boven het inflatiecijfer liggen het gevolg zijn van uitgaven voor gebouwen; spreekt met het oog op de komende jaren zijn bezorgdheid uit over het gewicht van de uitgaven in verband met gebouwen wanneer deze niet strikt door de instellingen worden beheerd; vraagt dat, met het oog op de inwerkingtreding van het Statuut van de leden in 2009, uiterlijk op 31 maart 2008 een geactualiseerd vastgoedinvesteringsplan voor de komende drie jaar, met inbegrip van herstellingskosten, aan de begrotingsautoriteit wordt voorgelegd;

3.  heeft derhalve besloten de verhoging van de begroting 2008 tot 6,92% te beperken; besluit een marge open te laten onder het plafond van rubriek 5; beveelt aan 8 180 945 euro van de door de Raad op de begroting van de andere instellingen (met uitzondering van de Commissie) aangebrachte verlaging van 22 127 359 euro weer op te voeren, zodat na bestudering van de specifieke verzoeken en behoeften van elke instelling 37% weer opgenomen zou zijn; is van mening dat deze benadering beantwoordt aan de behoeften van de instellingen om het efficiënte en duurzame karakter van hun begrotingen in stand houden;

4.  verzoekt alle instellingen met inbegrip van de Commissie, met het oog op de algemene bezorgdheid ten aanzien van het milieu om samen met de lidstaten waar zij wonen de verschillende mogelijkheden voor een doeltreffender plan voor het openbaar vervoer te onderzoeken, met inbegrip van interne informatiepunten inzake mobiliteit, informatie over dienstregelingen op het intranet en andere stimuleringsmaatregelen, om het personeel van de Europese instellingen te stimuleren gebruik te maken van het openbaar vervoer of om, onder veilige omstandigheden, te gaan fietsen;

5.  erkent de inspanningen die het Parlement de voorbije twee jaar heeft geleverd om een herschikkingsoperatie uit te voeren; betreurt dat vele andere instellingen geen efficiënt herschikkingsbeleid voeren; verwacht dat deze instellingen de herschikking in de komende jaren tot een integrerend deel van hun begroting maken;

6.  merkt op dat het Parlement in 2006 aan de andere instellingen meer precieze informatie had gevraagd over de effectiviteit en de kosten van hun kerntaken teneinde op meer transparante wijze aan te geven of de extra middelen al dan niet doeltreffend zijn; merkt op dat zeer weinig instellingen deze informatie over hun werkzaamheden mededelen; vraagt alle desbetreffende instellingen deze informatie ter beschikking te stellen tegen de eerste week van september van elk jaar;

Deel I – Europees Parlement

Algemene opmerkingen

7.  wijst erop dat 2008 het laatste volledige jaar is van deze zittingsperiode en het laatste jaar voor het van kracht worden van het nieuwe statuut van de leden; is van mening dat hiermee rekening zou moeten worden gehouden met het oog op de aanstaande financiële behoeften;

8.  is ingenomen met het feit dat het Bureau voor de eerste keer in zijn nota van wijzigingen nieuwe verzoeken heeft opgenomen die onder het zelf opgelegde plafond van 20% van rubriek 5 liggen (d.w.z. op 19,87%) maar die wel een verhoging van de ramingen met 45,6 miljoen euro inhouden; neemt kennis van het feit dat het Bureau voornemens is een aantal nieuwe projecten te starten die niet rechtstreeks verband houden met de kernactiviteiten van het Parlement; is van mening dat met het oog op het gebrek aan flexibiliteit binnen de administratieve begroting, de ontwikkeling van nieuwe projecten op een voorzichtige wijze moet worden aangegaan, rekening houdend met de beperkte beschikbaarheid van financiële middelen en de perspectieven vanaf 2009; moedigt de administratie en het Bureau aan om na te denken over de werkelijke behoeften en over de invoering van administratieve en politieke voorwaarden alsmede te zoeken naar middelen om de huidige kosten van de lopende taken te verminderen; herhaalt dat het bovenstaande geen beperking vormt van het recht van het Parlement om in 2008 en de daaropvolgende jaren ten volle gebruik te maken van het plafond van 20% wanneer dit noodzakelijk en gerechtvaardigd wordt geacht;

9.  stelt voor dat op het niveau van deskundigen en onder de burgers een breed debat wordt gevoerd over de geschiedenis van Europa en de interpretatie ervan voordat het Huis van de Europese geschiedenis wordt opgericht;

10. is ingenomen met het nieuwe herindelingsplan van de secretaris-generaal, dat 58 posten betreft; is van mening dat dit een stap in de goede richting is om in te spelen op de nieuwe behoeften en op hetzelfde moment het organigram in de toekomst stabiel te houden; moedigt de secretaris-generaal aan om deze lijn voort te zetten en verdere analyses door te voeren om de taken beter te rationaliseren en tevens de kosten van uitbesteding onder controle te houden;

11. besluit in overeenstemming met zijn vorenvermelde resolutie van 7 juni 2007 over de ramingen van het Parlement voor 2008 te bezuinigingen op een aantal begrotingslijnen, met name die welke overgefinancierd zijn gebleken in 2006; merkt op dat hoofdstukken 10 en 12 en titel 4 niet door deze bezuinigingen worden getroffen;

12. erkent dat nieuwe projecten op een laat tijdstip zijn ingediend en het besluit van de plenaire vergadering hebben beïnvloed om niet boven het inflatiecijfer uit te komen, behalve wanneer nieuwe initiatieven behoorlijk werden onderbouwd; heeft besloten het definitieve niveau van de begroting van het Parlement vast te stellen op XX euro hetgeen overeenkomst met een XX% verhoging ten opzichte van de begroting van 2007 en met XX% van rubriek5;

13. bevestigt zijn engagement voor betere regelgeving als prioriteit voor de kernactiviteiten van het Parlement en steunt de besluiten die in die richting worden genomen; spoort de secretaris-generaal ertoe aan zijn inspanningen voort te zetten om de bekwaamheid van het Parlement inzake betere regelgeving te versterken;

Versterking van de steun aan de leden

14. is van mening dat het behoud van de meertaligheid van de leden van het Europees Parlement één van de belangrijkste uitdagingen is voor de administratie; is dan ook ingenomen met het project dat in 2008 moet worden gelanceerd om in te spelen op de herhaaldelijke verzoeken van leden om linguïstische steun, zowel op individueel niveau als tijdens niet-officiële vergaderingen die verband houden met hun wetgevingswerk;

15. besluit derhalve de totale toewijzing voor het proefproject te beperken tot 4 miljoen euro en tegelijkertijd 2 miljoen euro in de reserve te plaatsen om de administratie ertoe aan te zetten voorrang te geven aan meer efficiënte linguïstische ondersteuning voor de leden tijdens officiële vergaderingen; deze reserve van 2 miljoen euro laat het proefproject onverlet;

16. herhaalt dat de vertolkingsdienst zo doeltreffend mogelijk moet worden ingezet en de middelen in verband met de vergaderingen zo efficiënt mogelijk moeten worden besteed; is van mening dat de apparatuur voor elektronische stemmingen in alle vergaderzalen een manier is om het gebruik van de vertolkingsfaciliteiten te verbeteren;

17. verzoekt het Bureau de fracties te raadplegen over de uitrusting en de reorganisatie van de vergaderzalen WIC 100 en WIC 200 in Straatsburg alvorens een nieuw besluit te nemen over deze kwestie;

18. wijst erop dat het doel van de gedragscode inzake meertaligheid is dat een optimale kwaliteitsservice aan de leden wordt geboden binnen het kader van de huidige kredieten; dringt er bij de administratie op aan dat zij de gedragscode inzake meertaligheid actiever toepast, teneinde tekortkomingen, onverantwoord gebruik of misbruik van de talendiensten te voorkomen;betreurt echter het gebrek aan flexibiliteit bij de vertaling van belangrijke documenten in een bijzonder moeilijke periode; dringt er bij de administratie op aan om een vertaaldienst van hoge kwaliteit te waarborgen die beantwoordt aan de specifieke vereisten van het Parlement op het gebied van kwaliteit, termijnen en vertrouwelijkheid, om te zorgen voor de passende middelen en een adequate organisatie van de vertaaldienst te verzekeren teneinde tekortkomingen en de daaruit voortvloeiende extra kosten te vermijden, met name wanneer termijnen voor besluiten in het Verdrag zijn vastgesteld;

19. neemt kennis van het voorstel om een nieuw artikel 323 voor de "betrekkingen met parlementen van derde landen en steun voor de parlementaire democratie" te creëren met een bedrag van 360 000 euro om de activiteiten van het Parlement naar geografische gebied te differentiëren; toont zich bezorgd over het aantal delegaties en vergaderingen ten laste van de begroting van het Parlement, met name als gevolg van het feit dat de financiële gevolgen daarvan niet duidelijk in de begroting zijn vastgelegd, omdat daaronder niet alleen de kredieten van de bestaande posten vallen maar ook de daarmee verband houdende kosten voor vertaling en technische en logistieke steun; verzoekt de administratie een voorstel te doen om de transparantie van dit soort activiteiten te verbeteren;

20. is van mening dat de Voorzitters van het Parlement en de Raad rekening moeten houden met de opinie van de EU-burgers met betrekking tot de geografische spreiding van het Parlement tussen de drie arbeidsplaatsen en de daarmee samenhangende kosten en gevolgen voor het milieu; verzoekt de beide Voorzitters, met instandhouding van de belangrijke symbolische waarde van Straatsburg, te gaan onderhandelen en een voorstel in te dienen om twee keer per jaar plenaire vergaderingen te houden en zo in te spelen op de bezorgdheid van de burgers wat betreft besparing en milieu;

21. verzoekt de administratie met betrekking tot de parlementaire steun het interne controlesysteem te versterken om te verzekeren dat de aanwerving van de medewerkers van de leden duidelijk en transparant verloopt, met de waarborg dat de fiscale en sociale regelgeving (salaris en socialezekerheidsrechten, enz.) gerespecteerd wordt;

22. vraagt de Commissie dat zij een nieuw voorstel indient voor een statuut van de medewerkers, dat zorgt voor de nodige keuzevrijheid en flexibiliteit voor de leden op het gebied van contracten en salarissen enerzijds en voor uniformiteit en veiligheid op het gebied van de belastingregeling, socialezekerheidsregelingen en ziekteverzekering voor medewerkers anderzijds;

Europese politieke stichtingen

23. heeft in deze fase van de begrotingsprocedure, in afwachting van de goedkeuring van de rechtsgrondslag voor de financiering van de Europese politieke stichtingen, besloten een nieuwe begrotingslijn in het leven te roepen (nr. 403 "Bijdragen aan de Europese politieke stichtingen") met 5 miljoen euro in de reserve en voorzien van de vermelding "pro memorie" ("p.m.");

Stageprogramma van het Europees Parlement

24. verwelkomt de inspanningen van het secretariaat om de invoering van een stageprogramma van het EP te evalueren en verzoekt het Bureau over te gaan tot de noodzakelijke voorbereidende werkzaamheden met de beschikbare vijf posten; vraagt de administratie dat zij bij haar aanbestedingsprocedures de tewerkstelling van stagiaires in de inschrijvende ondernemingen als gunningscriterium opneemt;

Naar een milieuvriendelijk Parlement

25. betreurt dat meer dan vijf jaar na de start van het EMAS-proces in de begrotingsprocedure, de EMAS-registratie nog steeds niet wordt uitgevoerd en het effect daarvan voor het milieu, evenals de besparingen en de investeringen met betrekking tot de uitvoering ervan, nog steeds niet bekend zijn; verzoekt de administratie deze al eerder in zijn resolutie van 29 maart 2007 en in paragraaf 31 van zijn vorenvermelde resolutie van 7 juni 2007, gevraagde informatie te verstrekken en deze aan zijn desbetreffende commissies en andere organen voor te leggen; verzoekt de administratie bovendien verslag uit te brengen over de vermindering van het energieverbruik die voortgevloeid zou moeten zijn uit het lager gebruik van de airconditioning in de zomerperiode en een actieplan voor te leggen voor het verminderen en neutraliseren van de CO2-uitstoot als gevolg van de activiteiten van het Parlement, met name wat betreft reizen en gebouwen, alsook voor het verminderen van het gebruik van water, papier en andere bronnen; vraagt in dit verband de administratie dat zij een deskundigenrapport voorlegt over het mogelijk gebruik van fotovoltaïsche of zonnepanelen voor energieopwekking op de daken en muren van de gebouwen van het Parlement;

26. verzoekt de Administratie haar autopark zo spoedig mogelijk te vernieuwen door de aankoop of de huur van auto's die minder schadelijk zijn voor het milieu als tot dusverre, zoals hybridenauto's en een actieplan ter zake voor te leggen;

27. verzoekt de administratie het aantal dienstreizen van het personeel terug te dringen en het personeel te stimuleren voor hun verplaatsing tussen de drie arbeidsplaatsen de meest milieuvriendelijke vervoersmiddelen te gebruiken;

Voorlichtingsbeleid

28. herhaalt dat het vastbesloten is over een sterk voorlichtingsbeleid te beschikken met inspraak van de fracties en dicht bij de Europese burgers; is van mening dat dit kan worden bereikt door een versterking van de lokale en regionale media, een snelle opening van het bezoekerscentrum in Brussel en een grotere flexibiliteit met betrekking tot de bezoekersgroepen; herinnert er voor het laatstgenoemde aan dat voor bezoekersgroepen de vergoeding die gebaseerd is op de werkelijke kosten binnen een vast te stellen plafond, zal zorgen voor volledige transparantie van het programma; verzoekt de Quaestoren met het oog hierop de huidige regels te herzien;

29. dringt er bij het Bureau op aan een programma voor de aanstaande verkiezingscampagne vast te stellen waarin rekening wordt gehouden met de noodzaak van nauw contact tussen leden en EU-burgers; wijst in dit verband opnieuw op de rol van de voorlichtingsbureaus en van de lokale en regionale media, om het bewustzijn voor de parlementaire activiteiten bij de burgers van de EU te versterken; vraagt de administratie om de maatregelen ten behoeve van lokale en regionale media in de externe bureaus te versterken, onder meer via de deelname van de leden; verwacht in dit verband dat zij hun jaarprogramma voor 2008 tegen december 2007 voorleggen om de middelen uit de reserve in januari vrij te kunnen geven;

30. vraagt het Bureau dat het de kredieten voor informatie gebruikt om gediversifieerde informatie te verstrekken welke ook beantwoordt aan de behoeften aan publieksvoorlichting van de parlementaire minderheden;

31. betreurt dat er aan de begrotingsautoriteit geen informatie is voorgelegd over de vooruitgang die tot nu toe is geboekt met het prototype van het web-tv-kanaal, vooral omdat het voorlichtingsbeleid, met inbegrip van web-tv, als een prioriteit wordt beschouwd voor 2008; besluit 9 miljoen euro in de reserve voor voorlichting en communicatie te houden totdat het prototype ter goedkeuring aan de begrotingsautoriteit is voorgelegd;

32. wacht op het prototype van het web-tv-kanaal; herinnert eraan dat de voorwaarden die reeds waren vastgelegd in de vorige begrotingsprocedure en in zijnde resolutie van 26 oktober 2006 over de begroting 2007 (andere afdelingen[7]) inzake de financiering van de project, inhouden dat het prototype moet worden goedgekeurd na een testperiode, dat de fracties bij de vaststelling van de inhoud van de programma's moeten worden betrokken en dat het politiek evenwicht moet worden gerespecteerd;

Beveiliging

33. deelt de zorg van de administratie dat beveiliging een zeer belangrijke kwestie is; stelt echter vast dat de Administratie niet kan aangeven hoeveel personen zich precies in de lokaliteiten van het Parlement bevinden omdat sommigen hun badges niet gebruiken om het hek te openen; verzoekt de Administratie dan ook ervoor te zorgen dat het personeel de voorschriften naleeft en verzoekt de Quaestoren over het gebruik van elektronische badges door de leden na te denken, waardoor ook verschillende nieuwe faciliteiten kunnen worden uitgevoerd, zoals elektronische handtekeningen;

34. onderstreept het feit dat de beveiliging van de lokaliteiten van het Parlement in Brussel na de gebruikelijke werktijden voor de leden en het personeel niet op bevredigende wijze gewaarborgd is; verzoekt de Administratie bij de Belgische autoriteiten op verbetering aan te dringen;

Organigram

35. steunt de oprichting van twee nieuwe directoraten generaal voor vertolking en steun voor technologische innovatie; is van mening dat daardoor de dienstverlening aan de leden en de verschillende eenheden van de Administratie zal verbeteren;

36. is van mening dat het door de secretaris-generaal gepresenteerde personeelsvoorstel met nieuwe posten, overplaatsingen en een aantal omzettingen en herschikkingen van posten, een afspiegeling is van het streven van het Parlement om de groei van zijn organigram strikt te beperken tot nieuwe projecten of specifieke bevoegdheden; stelt vast dat het aantal overplaatsingen het in de resolutie over de ramingen gestelde jaarlijks doel van 1% bereikt; verzoekt regelmatig op de hoogte te worden gehouden van de uitvoering van het beleidsplan inzake overplaatsingen; erkent voorts dat het ingediende voorstel een marginaal financieel effect heeft op de begroting van 2008;

37. heeft derhalve besloten de volgende, door de secretaris-generaal voorgestelde wijzigingen van het personeelsbestand goed te keuren:

- vrijmaken van de reserve voor de creatie van 16, in de ramingen gevraagde nieuwe posten en de bijbehorende kredieten; het gaat om negen AD5 en zeven AST3 posten met inbegrip van één tijdelijke post voor de zesde quaestor,

- de noodzakelijke middelen vrijmaken voor de creatie van vijf AD5 posten voor de analytische dienst in de bibliotheek en twee AD16 posten voor de creatie van de nieuwe directoraten-generaal,omzetting van 35 AST posten (10 AST1, 10 AST2, 5 AST3, 5 AST4 en 5 AST5) in AD5 posten die in de reserve waren ondergebracht,

- omzetting van 35 AST-posten (10 AST1, 10 AST2, 5 AST3, 5 AST4 en 5 AST5) in AD5-posten, die in de reserve worden geplaatst,

- een ad personam bevordering (AD14 tot AD15),

- omzetting van 25 AST6 in AD5 en 1 AST1 in AD5,

- herindelingmaatregelen voor 23 vaste posten (2 AD12 in AD15, 11 AD12 in AD7, 4 AST11 in AST3, 3 AST11 in AST1 en 3 AST6 in AST1);

38. heeft besloten van de reserve 448 door de administratie voor het secretariaat van het Parlement gevraagde opwaarderingen vrij te maken, in het kader van artikel 6 van het Statuut dat van toepassing is op vaste en tijdelijk aangestelde ambtenaren en de daarbij behorende kredieten; met betrekking tot de vaste personeelsleden gaat het om 2 AD13 tot AD14, 45 AD12 tot AD13, 25 AD11 tot AD12; 10 AD7 tot AD8, 3 AD6 tot AD7, 165 AD5 tot AD6, 50 AST7 tot AST8, 65 AST4 tot AST5, 65 AST1 tot AST2 en met betrekking tot het tijdelijk personeel 1 AD12 tot AD13, 2 AD10 tot AD11, 1 AST2 tot AST3, 2 AST1 tot AST2 en 12 AST1 tot AST3;

39. heeft ook besloten de 74 door de fracties gevraagde opwaarderingen te bevestigen: 1 AD12 tot AD13, 6 AD11 tot AD12, 4 AD10 tot AD11, 2 AD9 tot AD10, 4 AD8 tot AD9, 3 AD7 tot AD8, 7 AD6 tot AD7, 8 AD5 tot AD6, 3 AST10 tot AST11, 9 AST8 tot AST9, 9 AST7 tot AST8, 3 AST6 tot AST7, 2 AST5 tot AST6, 2 AST4 tot AST5, 1 AST3 tot AST4, 2 AST2 tot AST3, en 8 AST1 tot AST2;

40. wijst erop dat het uitvoeren van democratische controle op de Commissie een van de kerntaken van het Parlement is en vraagt het Bureau en de administratie dat zij de nodige comitologieposten vaststellen voor deze taak, rekening houdend met de nieuwe bevoegdheden van het Parlement op het gebied van buitenlandse zaken en programma's voor ontwikkelingsbeleid; benadrukt dat het belangrijk is de administratieve capaciteiten van het Parlement met betrekking tot zijn nieuwe bevoegdheden van democratische controle op de instrumenten voor buitenlandse hulp, te versterken; verzoekt de administratie tegen maart 2008 een evaluatieverslag voor te leggen over de politieke en administratieve ervaring die is opgedaan bij de implementatie van deze bevoegdheden;

41. verwelkomt het initiatief van het Bureau om richtsnoeren voor aanwerving op te stellen waarin rekening wordt gehouden met personen met een handicap, waaronder stagiaires en personeel met een interim- en/of tijdelijk contract, zoals neergelegd in De Gedragscode voor de tewerkstelling van personen met een handicap; verwelkomt ook het initiatief van de administratie inzake het opleidingsprogramma ten behoeve van personen met een handicap; is van mening dat de administratie moet overwegen een "coördinator voor personen met een handicap" aan te stellen om hun integratie in de administratie van het Parlement te vergemakkelijken;

42. heeft besloten 2 posten voor de bibliotheek in de reserve te plaatsen om de administratie ertoe aan te zetten een bevattelijk intern kennisbeheersysteem te creëren;

Diversen

43. neemt kennis van het voorstel van het Bureau om een subsidie van 100.000 euro toe te kennen aan de Sacharov-stichting als steun voor mensenrechtenactiviteiten; erkent dat het besluit van het Bureau van 10 oktober 2007 om subsidie te geven aan de Sacharov-stichting in Moskou strookt met de bepalingen van het Financieel Reglement, met de name het recht van het Parlement om subsidie te geven ten behoeve van voorlichtingsactiviteiten (artikel 108, lid 4 van het Financieel Reglement);

Afdeling IV – Hof van Justitie

44. onderstreept het feit dat de verhoging van de begroting vooral het gevolg is van de oplevering van het "nieuwe Palais"; is van mening dat de financiële gevolgen voor de begroting van 2008 zeer aanzienlijk zijn en een uitzondering moeten blijven; onderstreept dat overeenkomstig het meerjarig financieel kader de marge in rubriek 5 in 2009 beperkt zal zijn; verzoekt het Hof van Justitie een gedetailleerd en nauwkeurig onderzoek in te stellen om zijn groei in 2009 te beperken;

45. gaat akkoord met het Hof van Justitie om zijn bijdrage aan de huurkoop voor het "Nieuwe Palais" met 4 miljoen euro te verminderen, dankzij het feit dat dit bedrag is voorgeschoten op de begroting van 2007;

46. heeft in overleg met het Hof van Justitie besloten de forfaitaire verlaging weer op 3,7% vast te stellen; heeft derhalve de desbetreffende kredieten weer ingeschreven;

47. heeft een besluit genomen over de volgende maatregelen in verband met het organigram:

- de creatie van negen tijdelijke AD10 posten ter versterking van de kabinetten van de advocaten-generaal en van de president van het gerecht voor ambtenarenzaken,

- de creatie van één AD5 post voor de aanwerving van een advocaat met het oog op de toenemende eisen op het gebied van "databescherming" en één AST3 voor de uitvoering van het interinstitutionele SAP-sofware project;

48. heeft de door de Raad in de ontwerpbegroting beschikbaar gestelde kredieten met 3.102.000 euro verhoogd, hetgeen een verhoging van 8,03% is ten opzichte van de begroting van 2007;

Afdeling V - Rekenkamer

49. heeft in overleg met de Rekenkamer besloten de forfaitaire verlaging weer op 4,82% vast te stellen; heeft derhalve de desbetreffende kredieten weer ingeschreven;

50. heeft een besluit genomen over de volgende maatregelen in verband met het organigram:

- de creatie van 2 AST1 functies voor de afdeling human resources in verband met het besluit om dit over twee jaar te versterken,

- de creatie van één AD5 post voor de uitvoering van het nieuwe SAP software project en een AD5 post voor het project documentatie en vereenvoudigde maatregelen,

- een tijdelijke AD12T functie af te waarderen tot AD11T om de financiële gevolgen van de maatregelen in verband met het organigram te beperken,

- één tijdelijke AD12T functie om te zetten in AD14T en drie vaste AST3 posten in AD5 in de IT-afdeling;

51. heeft de kredieten in verband met de door de gezondheids- en veiligheidswetgeving van de staat Luxemburg voorgeschreven moderniseringswerkzaamheden en de renovatie van de vergaderzaal van de Rekenkamer weer ingeschreven; is van mening dat deze uitgaven een exceptioneel karakter hebben en op de begroting van 2009 niet meer zullen voorkomen;

52. heeft de door de Raad in de ontwerpbegroting beschikbaar gestelde kredieten met 3.261.204 euro verhoogd, hetgeen een verhoging van 9,65% ten opzichte van de begroting van 2007 vertegenwoordigt;

Europees Economisch en Sociaal Comité en Comité van de Regio's

53. betreurt dat de beide comités in deze fase van de begrotingsprocedure hun samenwerkingsovereenkomst nog niet hebben kunnen voorleggen; herinnert aan zijn besluit in zijn resolutie van 14 december 2006 over het ontwerp van algemene begroting van de Europese Unie voor het begrotingsjaar 2007, als gewijzigd door de Raad(alle afdelingen)[8] krachtens welk deze overeenkomst in juli 2007 werd verwacht; heeft dan ook besloten in Hoofdstuk 10 0 (“Voorzieningen”) 10% van de middelen van de begroting van 2007 voor de uitgaven van de gezamenlijke dienst op te nemen; is bereid de kredieten vrij te maken van de reserve zodra de nieuwe samenwerkingsovereenkomst is gesloten;

54. bevestigt zijn bereidheid om deze samenwerkingsovereenkomst te handhaven, die een voorbeeld is van goede interinstitutionele samenwerking en de doeltreffendheid van beide instanties verhoogt, dankzij een betere expertise in logistieke en technische taken en die de mogelijkheid biedt dat kerndiensten worden ontlast van dagelijkse beheerstaken;

Afdeling VI – Europees Economisch en Sociaal Comité

55. heeft in samenwerking met het Europees Economisch en Sociaal Comité besloten de forfaitaire verlaging op 4% te handhaven;

56. onderschrijft het standpunt van de Raad inzake het verzoek om opwaarderingen ten behoeve van de carrièreontwikkeling op grond van artikel 6 van het Reglement en de artikelen 6, 9 en 10 van Bijlage XIII; herinnert eraan dat artikel 47, lid 1 van het Financieel Reglement een flexibele marge biedt van 10% van het organigram voor onvoorziene gebeurtenissen en dat deze niet mag worden gebruikt als belangrijkste instrument voor het opwaarderen van personeel;

57. heeft besloten vijf nieuwe vaste posten te creëren (4 AD5 en 1 AST3);

58. heeft de door de Raad in de ontwerpbegroting beschikbaar gestelde kredieten met 546.178 euro verhoogd, hetgeen een verhoging van 1,82% ten opzichte van de begroting van 2007 vertegenwoordigt;

Afdeling VII – Comité van de Regio's

59. heeft in overleg met het Comité van de regio's besloten de forfaitaire verlaging weer op 4% vast te stellen; heeft derhalve de desbetreffende kredieten weer ingeschreven;

60. heeft een besluit genomen over de volgende maatregelen in verband met het organigram:

- bevestiging van de 15 AD posten in verband met de uitbreiding met Bulgarije en Roemenië, zoals goedgekeurd door de Raad in zijn ontwerpbegroting (1 AD9 en 14 AD5),

de creatie van 10 extra vaste AST posten in verband met de uitbreiding met Roemenië en Bulgarije (5 AST3 en 5 AST1); is bereid de mogelijkheid te bestuderen om in de toekomst nog eens zeven AST posten in verband met deze uitbreiding te creëren,

- de creatie van een nieuwe directeurspost door een beschikbare AD14 post op te waarderen tot een AD15 post voor de dienst communicatie, pers en protocol;

61. heeft de door de Raad in de ontwerpbegroting beschikbaar gestelde kredieten met 1.054.962 euro verhoogd, hetgeen, ten opzichte van de begroting 2007, een verhoging van 6,12% vertegenwoordigt, met inbegrip van de kosten in verband met de uitbreiding;

Afdeling VIII - Ombudsman

62. heeft naar aanleiding van de door de Ombudsman gedefinieerde prioriteiten, de door de Raad in de ontwerpbegroting beschikbaar gestelde kredieten met 142.230 euro verhoogd, hetgeen een verhoging van 4,36% ten opzichte van de begroting van 2007 vertegenwoordigt;

Afdeling IX – Europese toezichthouder voor gegevensbescherming

63. is het eens met de Raad om geen forfaitaire verlaging toe te passen;

64. heeft het volgende besluit genomen over de creatie van de voor zes maanden gevraagde vier posten:

- bevestiging van de drie AD posten die door de Raad in zijn ontwerpbegroting zijn goedgekeurd (2 AD7 en 1 AD9),

- de creatie van één extra post op AST3-niveau in plaats van AST9;

65. heeft de door de Raad in de ontwerpbegroting beschikbaar gestelde kredieten met 83.058 euro verhoogd om het niveau van ontwikkeling te handhaven, hetgeen een verhoging van 7,10% ten opzichte van de begroting 2007 vertegenwoordigt;

-o0o-

66.  verzoekt zijn Voorzitter deze resolutie met de amendementen op de Afdelingen I, II, IV, V, VI, VII, VIII en IX van het ontwerp van algemene begroting te doen toekomen aan de Raad, de Commissie en de andere betrokken instellingen en instanties.

  • [1]  PB L 253 van 7.10.2000, blz. 42.
  • [2]  PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG, Euratom) nr. 1995/2006 (PB L 390 van 30.12.2006, blz. 1).
  • [3]  PB C 139 van 14.6.2006, blz. 1.
  • [4]  PB C 172 van 18.6.1999, blz. 1. Akkoord laatstelijk gewijzigd bij Besluit 2005/708/EG van het Europees Parlement en de Raad (PB L 269 van 14.10.2005, blz. 24).
  • [5]  Aangenomen teksten van die datum, P6_TA(2007)0099.
  • [6]  Aangenomen teksten van die datum, P6_TA(2007)0237.
  • [7]  PE C 313 E van 20.12.2006, blz. 415.
  • [8]  Aangenomen teksten van die datum, P6_TA(2006)0570.

TOELICHTING

Overzicht van rubriek 5 (Administratieve uitgaven) "Overige afdelingen"

van de begroting van de Europese Unie voor 2008

1. Het meerjarig financieel kader stelt voor rubriek 5 in 2008 een plafond vast van EUR 7 457 000 000, wat 4,8% meer is dan in de begroting van 2007. Na publicatie van het voorontwerp van begroting (VOB) van de instellingen bedraagt rubriek 5 EUR 7 286 417 754, wat een speelruimte overlaat van EUR 170,58 miljoen, zoals blijkt uit onderstaande tabel.

Instellingen

Begroting 2007

VOB 2008

Verschil

2007/2008

Verschil %

2007/2008

Parlement

1 397 460 174

1 436 400 000

38.939.826

2.8%

Raad

593 528 212

598 770 000

5.241.788

0.88%

Hof van Justitie

272 219 390

301 713 239

29 493 849

10.8%

Rekenkamer

121 080 000

134 510 000

13 430 000

11.1%

Europees Economisch en Sociaal Comité

112 694 342

117 073 473

4.379.131

 

3.9%

Comité van de regio's

67 099 232

73 137 594

6.038.362

9.0%

Ombudsman

8.152.800

8.535.000

382.200

4.7%

Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming

4.955.726

5.579.612

623.886

 

12.6%

Subtotaal overige afdelingen

2.577.189.876

2.675.718.918

98.529.042

3.8%

Commissie (inclusief pensioenen)

4.365.200.000

4.610.698.836

245.498.836

 

5.6%

Totaal rubriek 5

6 942 363 000

7.286.417.754

344.027.878

5.0%

Marge

172 637 000

170.582.246

 

 

Plafond rubriek 5

7 115 000 000

7 457 000 000

342.000.000

4.8%

* inclusief een gewijzigde begroting van EUR 563 545

2. Het doel van dit werkdocument is een overzicht van het VOB van alle instellingen te geven, met uitzondering van de administratieve uitgaven van de Commissie, die in een afzonderlijk werkdocument behandeld zullen worden.

3. Het gemiddelde percentage waarmee de begroting van de andere instellingen is gestegen is 3.8%, wat binnen het plafond blijft van de stijging die is voorzien in het meerjarig financieel kader (MFK) 2007-2013.

4. In de resolutie over de richtsnoeren voor de begroting 2008 riep het Parlement de instellingen op om de begroting 2007 als referentiejaar te nemen en de stijging van hun begroting te beperken tot het inflatiecijfer, omdat in 2008 geen ingrijpende gebeurtenissen worden verwacht die een verdere stijging rechtvaardigen. Alleen om specifieke redenen kan de begrotingsautoriteit de toewijzing van extra middelen in overweging nemen, als de noodzaak daarvan wordt aangetoond.

5. Niettemin stelt de rapporteur vast dat enkele instellingen een VOB indienen dat aan deze aanbeveling voorbijgaat, ook al zou opvolging ervan het vertrouwen van de burgers in de EU-instellingen vergroten. De rapporteur verwacht van de instellingen dat zij meer doen om dit doel te bereiken en verzoekt hen dan ook met klem om bij hun wensen prioriteiten te stellen.

6. De resolutie over de richtsnoeren beklemtoont tevens de noodzaak van versterking van de interinstitutionele samenwerking. Een verslag over dit onderwerp zal vermoedelijk rond 1 juli 2007 het licht zien.

7. Ten aanzien van het personeel is de rapporteur van oordeel dat de instellingen optimaal gebruik moeten maken van de mogelijkheid van herschikking van posten om in hun behoeften te voorzien. Hij wijst erop dat maar weinig instellingen van deze mogelijkheid gebruik maken.

8. Een forfaitaire verlaging is toegepast op de kredieten in Hoofdstuk 11 (Salarissen voor ambtenaren en andere personeelsleden) om rekening te houden met het aantal posten waarvoor in 2008 volgens de raming geen betaling gedaan zal worden. Het percentage van de verlaging ligt tussen 0 en 7%.

Europees Parlement (Afdeling I)

EP

 

VOB 2008

1.436.400.000

Begroting 2007

1.397.460.174

Begroting 2006

1.321.600.000

Totale stijging 2008/2006

+ 8.68 %

Totale stijging 2008/2007

+ 2.8 %

 

 

Personeel in 2008

5933

Personeel in 2007

5933

Forfaitaire verlaging

7%

9. Het Parlement stelt zijn raming vast op EUR 1 436,4 miljoen, een stijging van 2,8% vergeleken bij de begroting 2007, wat strookt met de richtsnoerenresolutie. Dit bedrag is EUR 55 miljoen lager dan het zelfopgelegde plafond van 20% van rubriek 5, dat het Bureau oorspronkelijk had voorzien voor nieuwe projecten die op stapel staan. Deze projecten zullen worden behandeld als in september concrete voorstellen worden gedaan, rekening houdende met het besluit van de plenaire vergadering over de hoogte van de begroting. Dan zal ook worden bekeken of kredieten toegewezen moeten worden voor nieuwe posten.

10. Voor nadere informatie zij verwezen naar de resolutie van 7 juni 2007 over de ramingen van het Parlement voor 2008.

Raad (Afdeling II)

Raad

 

Ramingen 2008

598 770 000 Eur

Begroting 2007

593 528 212 Eur

Uitvoering 2006

591 752 953 Eur

Totale stijging 2008/2006

+ 1.18%

Totale stijging 2008/2007

+ 0.88%

 

 

Personeel in 2008

3497

Personeel in 2007

3497

Forfaitaire verlaging

7%

11. De door de Raad vastgestelde raming bedraagt EUR 598,7 miljoen, voor het tweede opeenvolgende jaar een stijging van minder dan 1%. Dit wordt mogelijk gemaakt doordat geen nieuwe posten worden gevraagd en de kosten voor gebouwen aanzienlijk lager uitvallen dankzij de aankoop van het LEX-gebouw (- EUR 11,94 miljoen in Hoofdstuk 20 ("Gebouwen en bijkomende kosten")), waardoor er ruimte is voor enige verhoging op specifieke gebieden. Met name is een bedrag van EUR 15 miljoen opgenomen in Hoofdstuk 10 0 ("Voorzieningen").

12. Het aandeel van de Raad in rubriek 5 blijft daarmee bij 8,03%, wat vergelijkbaar is met de laatste vijf jaar.

13. De uitgaven in titel 3 ("Uitgaven voortvloeiend uit de verrichting van specifieke taken door de instellingen") in verband met het EVDB/GBVB blijven met EUR 38,52 miljoen op een niveau dat vergelijkbaar is met dat van de laatste jaren, wat een verlaging met EUR 1,86 miljoen betekent vergeleken met de begroting 2007.

14. Anders dan de andere instellingen legt de Raad zijn ramingen niet voor aan de Commissie. Na de behandeling van de voorstellen van de administratie wordt over de kredieten gestemd in het kader van de eerste lezing van de begroting door de Raad.

Hof van Justitie (Afdeling IV)

15. Het VOB van het Hof van Justitie bedraagt EUR 301,7 miljoen, een stijging met 10,83% die hoofdzakelijk voor rekening komt van Titel 1 ("Aan de instelling verbonden personeel") en Titel 2 ("Gebouwen, meubilair, materieel en diverse huishoudelijke uitgaven") ;

HvJ        

 

VOB 2008

301 713 239 Eur

Begroting 2007

272 219 390 Eur

Begroting 2006 (incl. AB 6/2005)

250 338 602 Eur

Totale stijging 2008/2006

20.52 %

Totale stijging 2008/2007

10.83%

 

 

Personeel in 2008

Gevraagde nieuwe posten

1904

22

Personeel in 2007

1882

Gevraagde opwaarderingen

94

Forfaitaire verlaging

3%

16. Onder titel 1 verzoekt het Hof van Justitie, afgezien van de indexering van salarissen en opwaarderingen op grond van het Personeelsstatuut, om 22 nieuwe posten: 9 tijdelijke posten voor de kabinetten van de advocaten-generaal en de president van het Gerecht voor ambtenarenzaken en 13 vaste posten voor extra administratief personeel.

17. Bovendien verzoekt het Hof van Justitie, nadat de begrotingsautoriteit had ingestemd met de aanstelling als arbeidscontractant van 5 correctoren voor de spiltalen, om de aanstelling van een derde corrector voor de 10 andere talen. Daarom wordt voorgesteld de desbetreffende post met EUR 370 000 te verhogen.

18. Onder titel 2 is een extra bedrag van EUR 30,6 miljoen nodig, 7% meer dan in de begroting 2007. Dit bedrag is bestemd voor de financiering van de tweede tranche voor het nieuwe gebouw van het Hof (EUR 17,2 miljoen) en de kosten van inrichting, meubilair en uitrusting (EUR 13,4 miljoen), zodat het gebouw in de tweede helft van dit jaar betrokken kan worden. Vanaf 2009 moet het Hof van Justitie de Luxemburgse staat jaarlijks hetzelfde bedrag (EUR 30 miljoen) betalen om de langlopende pachtovereenkomst (20 jaar) af te lossen, tenzij het Hof het bedrag eerder kan afbetalen.

Rekenkamer (Afdeling V)

ERK

 

Ramingen 2008

134 510 000

Begroting 2007

121 080 000

Begroting 2006

113 196 491

Totale stijging in %

11.09%

Personeel in 2008

Gevraagde nieuwe posten

858

22

Personeel in 2007

836

Forfaitaire verlaging

4,07%

19. Het VOB van de Rekenkamer bedraagt EUR 134,5 miljoen, een stijging met 11,09% vergeleken bij de begroting 2007. Van deze stijging wordt 4,96% beschouwd als "onvermijdelijke uitgave".

20. De begroting 2008 voorziet namelijk in de hernieuwing van het mandaat van zeven leden van de Rekenkamer (EUR +1.1 miljoen) en de instelling van 22 nieuwe posten (18 accountants en 4 posten bij de administratie). Twee van deze posten betreffen de toezegging van het Parlement van vorig jaar om “in het begrotingsjaar 2008 twee extra posten te scheppen”. De andere posten zijn voornamelijk geschapen om de in het kwijtingsverslag geleverde kritiek te ondervangen.

21. Het K1-gebouw van de Rekenkamer moet worden gemoderniseerd om te voldoen aan de gezondheids- en veiligheidsvoorschriften van de Luxemburgse overheid (EUR + 4,99 miljoen).

Europees Economisch en Sociaal Comité (ESC) en Comité van de Regio's (CvdR)

22. Het door de twee comités voorgelegde VOB bevestigt de voortzetting van hun gezamenlijke dienst in het kader van een nieuwe samenwerkingsovereenkomst waarover nog onderhandeld wordt. In december vorig jaar verzocht de begrotingsautoriteit om de hernieuwing van de samenwerking uiterlijk in juli 2007 te bevestigen, zodat met de gevolgen daarvan rekening gehouden kan worden tijdens de begrotingsprocedure. Het ontbreken van overeenstemming in een vroeg stadium van de procedure zou verkeerd begrepen kunnen worden, vooral nu één van de comités verzoekt om verhoging van zijn deel van de gezamenlijke dienst met 2,7% (ESC) en het andere comité met 8,38% (CvdR). De rapporteur verzoekt de twee comités dan ook met klem hun onderhandelingen spoedig af te ronden.

Economisch en Sociaal Comité (Afdeling VI)

ESC

 

VOB 2008

117 073 473

Begroting 2007

112 694 342

Begroting 2006

107 984 805

Totale stijging in 2008/2006

+ 8.41%

Totale stijging in 2008/2007

+ 3.88 %

 

 

Personeel in 2008

Gevraagde nieuwe posten

705

10

Personeel in 2007

695

Forfaitaire verlaging

3,5%

23.  Het VOB van het Economisch en Sociaal Comité bedraagt EUR 117,07 miljoen, een stijging met 3,88% vergeleken bij de begroting 2007. Zoals werd aanbevolen in de richtsnoerenresolutie, ligt de stijging van de operationele uitgaven dicht bij het inflatiecijfer. De rest van de stijging betreft uitgaven voor gebouwen, ondanks de overdracht van EUR 1,99 miljoen van 2006 naar 2007 voor de inrichting van de twee nieuwe gebouwen (Remorqueur en Van Maerland) en daarmee verband houdende technische en kantooruitgaven (EUR +1.3 miljoen vergeleken bij de begroting 2007).

24.  Voor de eerste maal stelt het ESC voor in een deel van zijn behoeften te voorzien door herschikking van 10 posten ten einde de groei van zijn organigram te beperken. Wel wordt om 10 nieuwe posten gevraagd ter versterking van het secretariaat-generaal en het register, twee directoraten met adviestaken en het directoraat personele en financiële middelen.

25.  Tegelijk verzoekt het ESC om verhoging van de kredieten voor de begrotingslijnen voor arbeidscontractanten en gedetacheerde nationale deskundigen.

Comité van de Regio's (Afdeling VII)

CvdR

 

VOB 2008

73 137 594

Begroting 2007

67 099 232

Begroting 2006

63 362 670

Totale stijging 2008/2006

+ 15.42 %

Totale stijging 2008/2007

+ 9%

 

 

Personeel in 2008

Gevraagde nieuwe posten

500

34

Personeel in 2007

466

Forfaitaire verlaging

3%

26.  Het VOB van het Comité van de regio's bedraagt EUR 73,1 miljoen, een stijging met 9% vergeleken bij de begroting 2007. Deze toename is hoofdzakelijk het gevolg van het besluit om de aanvraag van 32 nieuwe posten voor niet-linguïsten in verband met de toetreding van Bulgarije en Roemenië uit te stellen en op te voeren in de begroting 2008. Het CvdR verzoekt tevens om twee extra posten voor de administratie.

27.  Het CvdR heeft verder besloten een nieuw project te ontwikkelen, het "Lissabon-platform" (EUR +0,79 miljoen), om een bijdrage te leveren aan het EU-initiatief om meer groei en banen in de economie van de EU te scheppen en haar communicatiestrategie om "de EU dichter bij de burgers te brengen" te versterken (EUR +0,133 miljoen).

Ombudsman (Afdeling VIII)

 

 

VOB 2008

8.535.000 Eur

Begroting 2007

8.152.800 Eur

Uitvoering 2006

6.770.255 Eur

Totale stijging 2008/2006

+26.06%

Totale stijging 2008/2007

+ 4.69%

 

 

Personeel in 2008

57

Personeel in 2007

57

Forfaitaire verlaging

nihil

28.  De stijging ten opzichte van de begroting 2007 bedraagt EUR 383 000, een bedrag dat voornamelijk nodig is voor de indexering van de salarissen en de opwaardering van posten (11 AST en 1 AD).

29.  Sinds 2006 is de ombudsman op kruissnelheid gekomen, zodat hij alle klachten kan behandelen die elk jaar door de burgers worden ingediend, nu zo'n 3 800. Voor het tweede opeenvolgende jaar vraagt de ombudsman niet om nieuwe posten. Er wordt daarom geen forfaitaire verlaging toegepast op zijn begroting.

Europees Toezichthouder voor gegevensbescherming (Afdeling IX)

ETGB

 

VOB 2008

5.579.612 Eur

Begroting 2007

4.955.726 Eur

Uitvoering 2006 *

3.807.087 Eur

Totale stijging 2008/2006

+ 46.56%

Totale stijging 2008/2007

+ 12.59%

 

 

Personeel in 2008

Gevraagde posten

33

(1AD9, 2AD7 en 1AST9)

Personeel in 2007

29

Forfaitaire verlaging

nihil

* inclusief de in dat jaar goedgekeurde aanvullende begroting

30.      De ETGB is een nog nieuwe instelling en groeit daarom snel met een begroting ter hoogte van EUR 5,57 miljoen (+12,59%). Behalve de indexering van salarissen en de opwaardering van twee posten voorziet de begroting in kredieten voor de financiering van 4 nieuwe vaste posten voor het volle jaar. Net als in voorgaande jaren worden de posten ingesteld op een hoger niveau dan de in het Statuut aanbevolen aanvangsrang om de overgang van ervaren personeel van andere instellingen mogelijk te maken.

ADVIES van de Commissie internationale handel (12.9.2007)

aan de Begrotingscommissie

inzake het ontwerp van algemene begroting van de Europese Unie voor het begrotingsjaar 2008
(C6-0288/2007 - 2007/2019B(BUD))Afdeling I - Europees Parlement

Rapporteur voor advies: Peter Šťastný

SUGGESTIES

De Commissie internationale handel verzoekt de ten principale bevoegde Begrotingscommissie onderstaande suggesties in haar ontwerpresolutie op te nemen:

1.  wijst erop dat het Europees Parlement en de Interparlementaire Unie, een in Genève gevestigde internationale organisatie, sinds 2002 samen de "Parlementaire Conferentie over de Wereldhandelsorganisatie (WTO)" hebben georganiseerd, een permanent mechanisme voor parlementair toezicht op de WTO, waarvan zij gezamenlijk de kosten dragen;

2.  stelt vast dat de "Parlementaire Conferentie over de Wereldhandelsorganisatie" als belangrijkste doel heeft de externe transparantie van de WTO te vergroten en ervoor te zorgen dat deze organisatie verantwoording aflegt tegenover de wetgevers die de gekozen vertegenwoordigers van het volk zijn; stelt tevens vast dat de conferentie een forum is waar parlementsleden uit de hele wereld meningen, informatie en ervaringen over internationale handelskwesties uitwisselen en de WTO zo een parlementaire dimensie geven door: i) toezicht te houden op de activiteiten van de WTO en de werkzaamheid en billijkheid daarvan te vergroten; ii) te zorgen voor een grotere transparantie van de WTO-procedures en een betere dialoog tussen regeringen, parlementen en het maatschappelijk middenveld; en iii) in de parlementen capaciteit op het gebied van de internationale handel op te bouwen en invloed uit te oefenen op de richting van de besprekingen in WTO-verband;

3.   herhaalt het eerder gestelde doel de WTO-onderhandelingen met een parlementair proces te willen begeleiden en benadrukt dat voortdurend behoefte zal bestaan aan geldmiddelen voor deze cruciale activiteit; stelt in dit verband vast dat in 2008 ten minste één jaarlijkse bijeenkomst van de Parlementaire Conferentie over de WTO gehouden zal worden gelijktijdig met de WTO-Ministersconferentie - als deze wordt georganiseerd - of anders in Brussel of Genève, en dat haar stuurgroep twee maal zal vergaderen in Genève.

PROCEDURE

Titel

Ontwerp van algemene begroting van de Europese Unie voor het begrotingsjaar 2008, Afdeling I - Europees Parlement

Procedurenummer

C6-0288/2007 - 2007/2019B(BUD)

Commissie ten principale

BUDG

Advies uitgebracht door

Datum bekendmaking

INTA
24.9.2007

Nauwere samenwerking – datum bekendmaking

 

Rapporteur voor advies
  Datum benoeming

Peter Šťastný

28.2.2007

Vervangen rapporteur voor advies

 

Behandeling in de commissie

17.7.2007

11.9.2007

 

 

 

Datum goedkeuring

11.9.2007

Uitslag eindstemming

+:

-:

0:

23

1

0

Bij de eindstemming aanwezige leden

Graham Booth, Carlos Carnero González, Daniel Caspary, Ignasi Guardans Cambó, Glyn Ford, Béla Glattfelder, Eduard Raul Hellvig, Jacky Henin, Sajjad Karim, Caroline Lucas, Marusya Ivanova Lyubcheva, Erika Mann, Helmuth Markov, Vural Öger, Georgios Papastamkos, Tokia Saïfi, Peter Šťastný, Robert Sturdy, Daniel Varela Suanzes-Carpegna, Corien Wortmann-Kool, Zbigniew Zaleski

Bij de eindstemming aanwezige plaatsvervanger(s)

Bastiaan Belder, Małgorzata Handzlik, Pia Elda Locatelli, Carl Schlyter

Bij de eindstemming aanwezige plaatsvervanger(s) (art. 178, lid 2)

 

Opmerkingen (slechts in één taal beschikbaar)

ADVIES van de Commissie verzoekschriften (31.10.2007)

aan de Begrotingscommissie

inzake het ontwerp van algemene begroting van de Europese Unie voor het begrotingsjaar 2008
(C6-0288/2007 - 2007/2019B(BUD))Afdeling VIII (A) - Europese Ombudsman

Rapporteur voor advies: Luciana Sbarbati

BEKNOPTE TOELICHTING

De Commissie verzoekschriften heeft kennis genomen van de raming van de financiële behoeften voor het begrotingsjaar 2008 die de Europese Ombudsman op 4 april 2007 overeenkomstig artikel 31 van het financiële reglement schriftelijk aan de Voorzitter van het Europees Parlement heeft doen toekomen.

Zoals bekend bestrijken de werkzaamheden van de Ombudsman meerdere terreinen. Centraal staat natuurlijk de behandeling van en het onderzoek naar klachten. Mettertijd is zijn functie echter uitgebreid met een aantal aanvullende taken, zoals de samenwerking in het kader van het Europese netwerk van ombudsmannen, en subsidiaire taken als de communicatie, die sinds kort berust op een drievoudige strategie van public relations, vernieuwing van de website en communicatie gericht op bepaalde categorieën en groepen gebruikers. Daarnaast zijn er de administratieve en beheerswerkzaamheden, zowel de "horizontale" als die ter ondersteuning van werkzaamheden die verband houden met de burgers die zich tot de Ombudsman richten.

Uit de balans voor 2006 blijkt dat de personeelsuitgaven en de kosten van de activiteiten die direct verband hebben met het mandaat van de Ombudsman niet meer dan 48% van het totaal bedragen en dat de uitgaven voor communicatie en "horizontale" diensten respectievelijk 21% en 24% van het totaal vertegenwoordigen.

Wat de werkzaamheden in verband met de klachten betreft, blijken de cijfers van de eerste vier maanden van 2007 te bevestigen dat het niveau van de twee vorige jaren stabiel blijft. Op basis daarvan hoeven de geraamde uitgaven voor de begroting van de Ombudsman voor 2008 geen ingrijpende wijziging te ondergaan.

De gevraagde begrotingskredieten bedragen 8.252.800 euro, een stijging met 382.200 euro, ofwel 4,69% ten opzichte van de begroting 2007. Het Europees Parlement plant voor dezelfde periode 1.491.400.000 euro aan uitgaven, d.i. 6,7% meer dan vorig jaar. In dat verband blijkt ook dat de personeelsuitgaven - een stabiele post - 75,4% van de totale begroting voor hun rekening nemen. Hoewel de groei van het personeelsbestand, in de periode 2003 - 2006 bijna verdubbeld van 31 tot 57 posten, door de stabilisering van de werklast tot stilstand is gekomen, is de grootste stijging in de uitgaven, met 4,65%, nog steeds toe te rekenen aan de opwaardering van 12 bestaande posten (11 AST en 1 AD). Ter vergelijking: bij het Parlement bedroeg de stijging voor diezelfde uitgaven 3%.

Het nieuwe vertaalbeleid, met o.m. samenwerking met het vertaalcentrum van de organen van de Europese Unie, het stroomlijnen van de voornaamste werkdocumenten, het selecteren van te voor vertaling aangeboden teksten en het invoeren van een samenvatting van sommige ervan op internet, schijnt nog niet het gewenste resultaat te hebben opgeleverd, in het bijzonder uit het oogpunt van kostenbesparing. Een ander deel van de uitgaven voor 2008 schijnt voort te vloeien uit de stijging van de prijs per bladzijde vertaald door de vertaaldiensten van het Parlement (van 42,5 tot 59,6 euro). Dit betekent een toename met 13% vergeleken met 2007. De rapporteur voor advies onderschat geenszins het belang van vertaling en vertolking voor de vele vormen van communicatie met de burger, integendeel pleit zij voor intensivering ervan om de toegang van de leden van het EP tot de documenten te bespoedigen en het geheel van de procedures te optimaliseren. Bovendien wordt de Ombudsman verzocht de "vertaalkanalen" te diversifiëren, te opteren voor de goedkoopste oplossingen, namelijk het vertaalcentrum en freelancevertalers, en deze contractueel rendabeler te maken op het vlak van de termijnen en de efficiëntie.

Tot slot wordt de Ombudsman verzocht alle mogelijkheden te benutten die worden geboden door de nieuwe samenwerkingsovereenkomst tussen de twee instellingen, die op 15 maart 2006 is ondertekend en in april van hetzelfde jaar in werking is getreden. De rapporteur verzoekt de Ombudsman in dit verband een verslag in te dienen met een bijgewerkte evaluatie van zijn resultaten, in het bijzonder in de sleutelsectoren vertaling en informatica (de artikelen 7 en 12), waar de meeste synergiemogelijkheden liggen, met betrekking tot het parallellisme tussen de hoofdactiviteit van de Ombudsman en het ruimere gebied dat wordt bestreken door de Commissie verzoekschriften.

SUGGESTIES

De Commissie verzoekschriften verzoekt de ten principale bevoegde Begrotingscommissie onderstaande suggesties in haar ontwerpresolutie over de eerste lezing van de algemene begroting van de Europese Unie voor het begrotingsjaar 2008 op te nemen:

1.  is van mening dat de stijging van de begroting met 4,69% aanvaardbaar is, gezien de voorspellingen van de Commissie inzake inflatie en stijging van de kosten van levensonderhoud, mits dit stijgingspercentage ook in de toekomst een referentiedrempel blijft als het aantal klachten zich blijft stabiliseren;

2.  verheugt zich over het feit dat de Ombudsman op bepaalde begrotingslijnen besparingen heeft kunnen verwezenlijken, zij het minder dan in 2007, en moedigt hem ertoe aan door te gaan met zijn beleid waarbij de besparingen op de uitgaven opnieuw worden toegewezen;

3.  verzoekt de diensten van de Ombudsman voor de uitgaven voor opwaardering van posten (12 in 2008, waarvan 11 AST en 1 AD) een meerjarige benadering te volgen en per geval in het jaarverslag aan te geven in hoeverre de mogelijkheden van de loopbaanontwikkeling zijn benut, met opgave van de criteria die bij de bevorderingen zijn gehanteerd;

4.  gaat akkoord met het meer soepele vertaalbeleid van de Ombudsman met als doel de geproduceerde werkdocumenten beter te laten aansluiten op de behoeften van de gebruikers;

5.  verzoekt de Ombudsman de kosten van vertaling te rationaliseren en hiervoor een beroep te doen op de "externe" diensten van het Parlement en langs contractuele weg de "vertaalkanalen" verder te diversifiëren en tegelijkertijd de resultaten ervan te optimaliseren;

6. herinnert de partijene bij het Interinstitutioneel Akkoord van 15 maart 2006 eraan dat strikt de hand moet worden gehouden aan artikel 1, lid 4 inzake de betaling van samenwerkende diensten, volgens eerlijke, transparante en redelijke schattingen;

7.  verzoekt de Ombudsman een verslag op te stellen over de uitvoering van de nieuwe samenwerkingsovereenkomst met het Europees Parlement, die ruim een jaar geleden in werking is getreden, en erin aan te geven wat de voordelen, de beperkingen en de belemmeringen ervan zijn, en ook welke mogelijkheden moeten worden benut in een aantal sleutelsectoren, zoals de vertolking, de vertaling en de informatica.

PROCEDURE

Titel

Ontwerp van algemene begroting van de Europese Unie voor het begrotingsjaar 2008

Document- en procedurenummers

C6-0289/2007 - 2007/2019B(BUD)

Medeadviserende commissie(s)
  Datum bekendmaking

PETI

Rapporteur
  Datum benoeming

Luciana Sbarbati
2.5.2007

 

Vervangen rapporteur(s)

 

 

Behandeling in de commissie

17.7.2007

 

 

 

 

Datum goedkeuring

3.10.2007

Uitslag eindstemming

+ :

– :

0 :

19

0

0

Bij de eindstemming aanwezige leden

Simon Busuttil, Michael Cashman, Proinsias De Rossa, Alexandra Dobolyi, David Hammerstein, Marian Harkin, Carlos José Iturgaiz Angulo, Lasse Lehtinen, Marcin Libicki, Miguel Angel Martínez Martínez, Maria Matsouka, Manolis Mavrommatis, Mairead McGuinness, Gay Mitchell, Marie Panayotopoulos-Cassiotou, Kathy Sinnott, Radu Ţîrle

Bij de eindstemming aanwezige vaste plaatsvervanger(s)

Carlos Carnero González, Lidia Joanna Geringer de Oedenberg

Bij de eindstemming aanwezige plaatsvervanger(s) (art. 178, lid 2)

 

Datum indiening

8.10.2007

Opmerkingen (slechts in één taal beschikbaar)

 

PROCEDURE

Titel

Ontwerp van algemene begroting van de Europese Unie voor het begrotingsjaar 2007, Afdeling I – Europees Parlement, Afdeling II – Raad, Afdeling IV – Hof van Justitie, Afdeling V – Rekenkamer, Afdeling VI – Europees Economisch en Sociaal Comité, Afdeling VII – Comité van de regio's, Afdeling VIII – Europese Ombudsman, Afdeling IX – Europese toezichthouder voor gegevensbescherming

Document- en procedurenummers

C6-0288/2007 – 2007/2019B(BUD)

Commissie ten principale

        Datum bekendmaking

BUDG
24.9.2007

Verzoek om advies - datum bekendmaking

ALL

24.9.2007

Rapporteur(s)
  Datum benoeming

Ville Itälä
13.12.2006

Vervangen rapporteur(s)

Louis Grech

Datum vaststelling ontwerp van algemene begroting door de Raad

13.7.2007

Datum toezending ontwerp van algemene begroting door de Raad

10.9.2007

Nota('s) van wijzigingen

 

 

 

 

 

Behandeling in de commissie

11.10.2007

 

 

 

 

Datum goedkeuring

11.10.2007

Uitslag eindstemming

+:                           29

–:                           0

0:                            0

Bij de eindstemming aanwezige leden

Reimer Böge, Simon Busuttil, Paulo Casaca, Gérard Deprez, Brigitte Douay, James Elles, Göran Färm, Szabolcs Fazakas, Salvador Garriga Polledo, Louis Grech, Catherine Guy-Quint, Jutta Haug, Monica Maria Iacob-Ridzi, Ville Itälä, Anne E. Jensen, Janusz Lewandowski, Nils Lundgren, Vladimír Maňka, Jan Mulder, Gérard Onesta, Esko Seppänen, László Surján, Helga Trüpel, Kyösti Virrankoski, Ralf Walter

Bij de eindstemming aanwezige vaste plaatsvervanger(s)

Thijs Berman, Bárbara Dührkop Dührkop, Marusya Ivanova Lyubcheva, Paul Rübig

Bij de eindstemming aanwezige plaatsvervanger(s) (art. 178, lid 2)

 

Datum indiening

16.10.2007

 

Opmerkingen (slechts in één taal beschikbaar)

...