VERSLAG over het voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad betreffende de rechten van passagiers die over zee of binnenwateren reizen en houdende wijziging van Verordening (EG) nr. 2006/2004 betreffende samenwerking tussen de nationale instanties die verantwoordelijk zijn voor handhaving van de wetgeving inzake consumentenbescherming

2.4.2009 - (COM(2008)0816 – C6‑0476/2008 – 2008/0246(COD)) - ***I

Commissie vervoer en toerisme
Rapporteur voor advies: Michel Teychenné

Procedure : 2008/0246(COD)
Stadium plenaire behandeling
Documentencyclus :  
A6-0209/2009
Ingediende teksten :
A6-0209/2009
Aangenomen teksten :

ONTWERPWETGEVINGSRESOLUTIE VAN HET EUROPEES PARLEMENT

over het voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad betreffende de rechten van passagiers die over zee of binnenwateren reizen en houdende wijziging van Verordening (EG) nr. 2006/2004 betreffende samenwerking tussen de nationale instanties die verantwoordelijk zijn voor handhaving van de wetgeving inzake consumentenbescherming

(COM(2008)08169 – C6‑0476/2008 – 2008/0246(COD))

(Medebeslissingsprocedure: eerste lezing)

Het Europees Parlement,

–   gezien het voorstel van de Commissie aan het Europees Parlement en de Raad (COM(2008)08169),

–   gelet op artikel 251, lid 2, artikel 71, lid 1 en artikel 80, lid 2 van het EG­Verdrag, op grond waarvan het voorstel door de Commissie bij het Parlement is ingediend (C6‑0476/2008),

–   gelet op artikel 51 van zijn Reglement,

–   gezien het verslag van de Commissie vervoer en toerisme en het advies van de Commissie juridische zaken (A6‑0209/2009),

1.  hecht zijn goedkeuring aan het Commissievoorstel, als geamendeerd door het Parlement;

2.  verzoekt om hernieuwde voorlegging indien de Commissie voornemens is ingrijpende wijzigingen in dit voorstel aan te brengen of dit door een nieuwe tekst te vervangen;

3.  verzoekt zijn Voorzitter het standpunt van het Parlement te doen toekomen aan de Raad en de Commissie.

Amendement  1

Voorstel voor een verordening –wijzigingsbesluit

Overweging 4

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

(4) In het licht van artikel 9 van het Verdrag van de Verenigde Naties inzake de rechten van personen met een handicap en teneinde personen met een handicap en personen met beperkte mobiliteit mogelijkheden te bieden om over zee en binnenwateren te reizen, die vergelijkbaar zijn met die van andere burgers, moeten er regels worden vastgesteld voor non-discriminatie en bijstand tijdens hun reis. Het vervoer van die personen moet daarom worden aanvaard en niet geweigerd op grond van hun handicap of gebrek aan mobiliteit, behalve om wettelijk voorgeschreven en omwille van de veiligheid gerechtvaardigde redenen. Zij moeten aanspraak kunnen maken op bijstand in havens, op inschepings- / ontschepingsplaatsen waar er geen haven is en aan boord van passagiersschepen. In het belang van de sociale integratie moeten de betreffende personen die bijstand kosteloos krijgen. Vervoerders moeten regels voor toegankelijkheid bepalen, bij voorkeur op basis van het Europese normalisatiesysteem.

(4) In het licht van artikel 9 van het Verdrag van de Verenigde Naties inzake de rechten van personen met een handicap en teneinde personen met een handicap en personen met beperkte mobiliteit mogelijkheden te bieden om over zee en binnenwateren te reizen, die vergelijkbaar zijn met die van andere burgers, moeten er regels worden vastgesteld voor non-discriminatie en bijstand tijdens hun reis. Het vervoer van die personen moet daarom worden aanvaard en niet geweigerd op grond van hun handicap of gebrek aan mobiliteit. Zij moeten aanspraak kunnen maken op bijstand in havens, op inschepings- / ontschepingsplaatsen waar er geen haven is en aan boord van passagiersschepen. In het belang van de sociale integratie moeten de betreffende personen die bijstand kosteloos krijgen. Vervoerders moeten regels voor toegankelijkheid bepalen, bij voorkeur op basis van het Europese normalisatiesysteem.

Motivering

De veiligheidsoverwegingen gelden voor alle passagiers en niet alleen voor personen met beperkte mobiliteit.

Amendement  2

Voorstel voor een verordening –wijzigingsbesluit

Overweging 5

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

(5) Bij beslissingen over het ontwerp van nieuwe havens en terminals, en als onderdeel van grootschalige verbouwingen, moeten beheersorganen van havens en vervoerders die er werken, waar mogelijk, rekening houden met de behoeften van gehandicapten en personen met beperkte mobiliteit. Evenzo moeten vervoerders, waar nodig, rekening houden met dergelijke behoeften bij beslissingen over het ontwerp van nieuwe en te renoveren passagiersschepen in overeenstemming met Richtlijn 98/18/EG van de Raad van 17 maart 1998 inzake veiligheidsvoorschriften en -normen voor passagiersschepen.

(5) Bij beslissingen over het ontwerp van nieuwe havens en terminals, en als onderdeel van grootschalige verbouwingen, moeten beheersorganen van havens en vervoerders die er werken rekening houden met de behoeften van gehandicapten en personen met beperkte mobiliteit. Evenzo moeten vervoerders rekening houden met dergelijke behoeften bij beslissingen over het ontwerp van nieuwe en te renoveren passagiersschepen in overeenstemming met Richtlijn 98/18/EG van de Raad van 17 maart 1998 inzake veiligheidsvoorschriften en -normen voor passagiersschepen.

Motivering

Het moet als vanzelfsprekend worden dat bij het ontwerp en de bouw van infrastructuur rekening wordt gehouden met de behoeften van de gehandicapten. Met andere woorden: er moet altijd rekening mee worden gehouden.

Amendement  3

Voorstel voor een verordening –wijzigingsbesluit

Overweging 8 bis (nieuw)

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

 

(8 bis) De bepalingen betreffende het inschepen van gehandicapten en personen met beperkte mobiliteit mogen geen afbreuk doen aan de algemene regels betreffende het inschepen van passagiers, die zijn verankerd in de vigerende internationale, communautaire of nationale regelingen.

Motivering

Doel van dit amendement is erop te wijzen dat alle passagiers zonder onderscheid onderworpen zijn aan de algemeen geldende regels.

Amendement  4

Voorstel voor een verordening –wijzigingsbesluit

Overweging 14

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

(14) Passagiers moeten volledig op de hoogte zijn van hun rechten op grond van deze verordening, zodat ze die rechten effectief kunnen uitoefenen. De rechten van passagiers die over zee en binnenwateren reizen, moeten het ontvangen van informatie over de dienst vóór en tijdens de reis omvatten. Alle essentiële informatie verstrekt aan passagiers die over zee en binnenwateren reizen, moet tevens worden verstrekt in alternatieve formaten die toegankelijk zijn voor gehandicapten en personen met beperkte mobiliteit.

(14) Passagiers moeten volledig op de hoogte zijn van hun rechten op grond van deze verordening, zodat ze die rechten effectief kunnen uitoefenen. De rechten van passagiers die over zee en binnenwateren reizen, moeten het ontvangen van informatie over de dienst vóór en tijdens de reis omvatten. Alle essentiële informatie verstrekt aan passagiers die over zee en binnenwateren reizen, moet tevens worden verstrekt in formaten die toegankelijk zijn voor gehandicapten en personen met beperkte mobiliteit.

Motivering

Doel is de terminologie in de hele tekst te uniformeren.

Amendement  5

Voorstel voor een verordening –wijzigingsbesluit

Overweging 15

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

(15) Passagiers moeten hun rechten kunnen uitoefenen middels gepaste, door de vervoerders ingestelde procedures voor het indienen van klachten of, in voorkomend geval, door het indienen van klachten bij de daartoe door de relevante lidstaat aangewezen instantie(s).

(15) Passagiers moeten hun rechten kunnen uitoefenen middels gepaste, door de vervoerders ingestelde procedures voor het indienen van klachten of, in voorkomend geval, door het indienen van klachten bij de daartoe door de relevante lidstaat aangewezen instantie.

Motivering

Aanpassing aan amendement 33 van het ontwerpverslag. Het lijkt ons eenvoudiger als één enkel organisme per lidstaat aangewezen is.

Amendement  6

Voorstel voor een verordening –wijzigingsbesluit

Overweging 16

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

(16) Klachten met betrekking tot bijstand in een haven of op een inschepings- / ontschepingsplaats dienen te worden gericht aan de instantie(s) die door de lidstaat waarin de haven is gevestigd, is (zijn) aangewezen als verantwoordelijk voor de handhaving van deze verordening. Klachten met betrekking tot bijstand door een vervoerder op zee dienen te worden gericht aan de nationale instantie(s) die hiertoe door de lidstaat die de vergunning aan de vervoerder heeft afgegeven, is (zijn) aangewezen als verantwoordelijk voor de handhaving van deze verordening. De voor de handhaving van deze verordening aangestelde instantie moet de macht en bevoegdheid hebben om afzonderlijke klachten te onderzoeken en een minnelijke schikking van het geschil te bevorderen.

(16) Klachten met betrekking tot bijstand in een haven of op een inschepings- / ontschepingsplaats dienen te worden gericht aan de instantie die door de lidstaat waarin de haven is gevestigd, is aangewezen als verantwoordelijk voor de handhaving van deze verordening. Klachten met betrekking tot bijstand door een vervoerder op zee dienen te worden gericht aan de nationale instantie die hiertoe door de lidstaat die de vergunning aan de vervoerder heeft afgegeven, is aangewezen als verantwoordelijk voor de handhaving van deze verordening. De voor de handhaving van deze verordening aangestelde instantie moet de macht en bevoegdheid hebben om afzonderlijke klachten te onderzoeken en een minnelijke schikking van het geschil te bevorderen.

Motivering

Een enkele instantie per lidstaat is beter, zowel ter wille van de administratieve vereenvoudiging als van de verantwoordelijkheid van de instantie.

Amendement  7

Voorstel voor een verordening –wijzigingsbesluit

Overweging 16 bis (nieuw)

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

 

(16 bis) De Commissie moet duidelijke regels voorstellen voor de rechten van de passagiers in verband met verantwoordelijkheid, aansprakelijkheid, toegankelijkheid, rechten van personen met handicaps of met een beperkte mobiliteit op de punten waar de passagiers van vervoer over land worden overgebracht naar vervoer over zee of over binnenwateren.

Amendement  8

Voorstel voor een verordening –wijzigingsbesluit

Overweging 19 bis (nieuw)

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

 

(19 bis) Bij een toekomstig wetgevingsinitiatief inzake passagiersrechten zou het zinvol zijn een horizontale wetgevende benadering te volgen waarbij alle vervoersmiddelen worden gedekt, gezien de noodzaak om gecombineerd vervoer te gebruiken.

Amendement  9

Voorstel voor een verordening –wijzigingsbesluit

Artikel 2 – lid 1

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

1. Deze verordening is van toepassing op het commerciële vervoer van passagiers over zee en binnenwateren, met inbegrip van cruises, tussen of in havens of elke inschepings- / ontschepingsplaats op het grondgebied van een lidstaat waarop het Verdrag van toepassing is.

1. Deze verordening is van toepassing op het commerciële vervoer van passagiers over zee en binnenwateren door passagiersschepen, met inbegrip van cruises, tussen of in havens of elke inschepings- / ontschepingsplaats op het grondgebied van een lidstaat waarop het Verdrag van toepassing is.

Motivering

Het nut van het onderscheid tussen schepen en passagiersschepen komt niet voldoende naar voren in de Verordening. In de Verordening wordt verwezen naar passagiersschepen, dus dat moet ook naar voren komen in het toepassingsgebied van de Verordening.

Amendement  10

Voorstel voor een verordening –wijzigingsbesluit

Artikel 2 – lid 2 bis (nieuw)

Verordening

 

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

 

2 bis. De lidstaten kunnen stedelijke en voorstedelijke vervoersdiensten vrijstellen van deze verordening wanneer zij ervoor zorgen dat de doelstellingen ervan door alternatieve regelgevingsmaatregelen worden verwezenlijkt en een niveau van bescherming van de passagiersrechten garanderen dat vergelijkbaar is met dat van de onderhavige verordening.

Motivering

Het is wenselijk dat het stedelijk en voorstedelijk vervoer van de toepassing van de verordening worden uitgesloten, op voorwaarde evenwel dat een vergelijkbaar niveau van rechten wordt gegarandeerd.

Amendement  11

Voorstel voor een verordening –wijzigingsbesluit

Artikel 3 – letter a

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

(a) "gehandicapten" of "personen met beperkte mobiliteit": personen wier mobiliteit bij het gebruik van vervoer beperkt is ten gevolge van een lichamelijke (zintuiglijke of motorische, permanente of tijdelijke) handicap, een verstandelijke handicap of stoornis, of enige andere oorzaak van handicap, of ten gevolge van leeftijd, en wier situatie vereist dat zij passende aandacht krijgen en dat de aan alle passagiers verstrekte diensten aan hen worden aangepast;

(a) "gehandicapten" of "personen met beperkte mobiliteit": personen wier mobiliteit bij het gebruik van vervoer beperkt is ten gevolge van een lichamelijke (zintuiglijke of motorische, permanente of tijdelijke) handicap, een verstandelijke of psychosociale handicap of stoornis, of enige andere oorzaak van handicap, of ten gevolge van leeftijd, en wier situatie vereist dat zij passende aandacht krijgen en dat de aan alle passagiers verstrekte diensten aan hen worden aangepast;

Motivering

Om de verordening goed te kunnen interpreteren is het van belang expliciet ook psychosociale stoornissen (ook bekend als psychiatrische of geestelijke stoornissen) in de definitie op te nemen, aangezien deze groep veelal vergeten wordt als het gaat om hulpverlening aan personen met handicaps en bij het geven van opleiding om mensen bewust te maken van personen met handicaps.

Amendement  12

Voorstel voor een verordening –wijzigingsbesluit

Artikel 3 – letter f

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

(f) "feitelijke vervoerder": een andere persoon dan de vervoerder en de touroperator, die feitelijk het vervoer in zijn geheel of gedeeltelijk verricht;

Niet van toepassing op de Nederlandse versie.

Motivering

Niet van toepassing op de Nederlandse versie.

Amendement  13

Voorstel voor een verordening –wijzigingsbesluit

Artikel 3 – letter i

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

(i) "schip": een zee- of riviervaartuig met uitzondering van luchtkussenvaartuigen;

(i) "schip": een zeevaartuig of een binnenschip, met uitzondering van luchtkussenvaartuigen;

Motivering

Motivering

Amendement  14

Voorstel voor een verordening –wijzigingsbesluit

Artikel 3 – letter j

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

(j) "vervoersovereenkomst": een overeenkomst tussen een vervoerder of zijn bevoegde verkoper van vervoerbewijzen en een passagier voor de verstrekking van een of meer vervoersdiensten;

(j) “vervoersovereenkomst": een overeenkomst tussen een vervoerder en een passagier voor de verstrekking van een of meer vervoersdiensten ongeacht de vraag of het vervoersbewijs gekocht werd bij een vervoerder, een tour operator, een verkoper van vervoersbewijzen of op het internet;

Motivering

De contractpartner van de consument bij een vervoersovereenkomst is de vervoerder en niet diens bevoegde verkoper van vervoersbewijzen. Verkopers van vervoerbewijzen zijn tussenpersonen; zij sluiten geen vervoersovereenkomst af en verkopen niet in eigen naam. Zij komen alleen tussenbeide bij de sluiting van een vervoersovereenkomst tussen de vervoerder en de passagier.

Amendement  15

Voorstel voor een verordening –wijzigingsbesluit

Artikel 3 – letter l

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

(l) "verkoper van vervoerbewijzen": een doorverkoper van vervoersdiensten over zee die namens de vervoerder of voor eigen rekening vervoersovereenkomsten sluit en vervoerbewijzen verkoopt;

(l) "verkoper van vervoerbewijzen": een tussenpersoon die vervoersdiensten over zee verkoopt voor rekening van een vervoeder of een touroperator, met inbegrip van vervoerdiensten in het kader van een pakketreis;

Motivering

Een doorverkoper sluit geen vervoersovereenkomst af en verkoopt geen vervoerbewijzen voor eigen rekening. De definitie zou ook de vervoersdiensten over zee moeten afdekken die verkocht worden in het kader van een pakketreis.

Amendement  16

Voorstel voor een verordening –wijzigingsbesluit

Artikel 3 – letter m

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

(m) "touroperator": een organisator of doorverkoper, maar geen vervoerder, zoals bedoeld in artikel 2, leden 2 en 3, van Richtlijn 90/314/EEG;

(m) "touroperator": een organisator, maar geen vervoerder, zoals bedoeld in artikel 2, lid 2, van Richtlijn 90/314/EEG;

Motivering

Een doorverkoper is een tussenpersoon die geen partij is bij de overeenkomst tussen de touroperator en de consument. De doorverkoper valt al onder de definitie van "verkoper van vervoersbewijzen" van artikel 3 (l).

Amendement  17

Voorstel voor een verordening –wijzigingsbesluit

Artikel 3 – letter p

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

(p) "ro-ro passenger ship" means a ship carrying more than 12 passengers, having roll-on/roll-off cargo spaces or special category spaces, as defined in regulation II-2/A/2of the 1974 International Convention for the Safety of Life at Sea, as amended ;

Schrappen

Motivering

Aangezien de term roropassagiersschip verder niet in de Verordening voorkomt, is het niet nodig deze schepen te definiëren.

Amendement  18

Voorstel voor een verordening –wijzigingsbesluit

Artikel 3 – letter r bis (nieuw)

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

 

(r bis) "toegankelijke formaten": dit betekent dat alle passagiers toegang hebben tot dezelfde informatie door gebruikmaking van tekst, brailleschrift, audio, video en/of elektronische formaten. Voorbeelden van toegankelijke formaten zijn onder meer pictogrammen, omgeroepen mededelingen en ondertitels , maar beperken zich hiertoe niet en zij kunnen afhankelijk van de technische ontwikkelingen variëren.

Amendement  19

Voorstel voor een verordening –wijzigingsbesluit

Artikel 3 – letter r ter (nieuw)

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

 

(r ter) "passagier": iedere persoon die op grond van een vervoersovereenkomst reist en die geen voertuig, oplegger of goederen begeleidt die als vracht of handelsgoederen vervoerd worden.

Motivering

De huidige tekst houdt in dat chauffeurs van vrachtauto’s op grond van de verordening als passagiers worden behandeld. Het is echter niet de bedoeling dat deze wetgeving van toepassing is op chauffeurs van vrachtauto’s.

Amendement  20

Voorstel voor een verordening –wijzigingsbesluit

Artikel 3 – letter r quater (nieuw)

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

 

(r quater) "aankomst": het werkelijke tijdstip waarop het vaartuig aan de aanlegplaats waar het aankomt wordt vastgelegd.

Motivering

De tekst kent momenteel geen definitie van "aankomst". De woorden "vastgelegd aan de aanlegplaats waar (het schip) aankomt": zelfde redenering als hierboven.

Amendement  21

Voorstel voor een verordening –wijzigingsbesluit

Artikel 3 – letter r quinquies (nieuw)

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

 

(r quinquies) "vertrek": het werkelijke tijdstip waarop het vaartuig voor het vertrek naar zee gereed is gemaakt.

Motivering

Er wordt thans geen definitie gegeven van het begrip "vertrek". Gereed voor vertrek naar zee betekent dat het vaartuig klaar is om de ligplaats te verlaten.

Amendement  22

Voorstel voor een verordening –wijzigingsbesluit

Artikel 3 – letter r sexies (nieuw)

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

 

(r sexies) "prijs van het vervoersbewijs": de kosten die voor het vervoer en de accommodatie aan boord worden betaald. Niet inbegrepen zijn de kosten van maaltijden, andere activiteiten en eventuele aankopen aan boord.

Motivering

Verduidelijking van de grondslag van een eventuele schadevergoeding.

Amendement  23

Voorstel voor een verordening –wijzigingsbesluit

Artikel 3 – letter r septies (nieuw)

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

 

(r septies) "Overmacht": een gebeurtenis of omstandigheid die niet te voorkomen was, zelfs indien alle passende maatregelen zouden zijn genomen, zoals oorlog, invasie, maatregelen van buitenlandse vijanden, vijandelijkheden (al dan niet na een oorlogsverklaring), burgeroorlog, rebellie, revolutie, opstand, militaire macht of machtsmisbruik dan wel confiscatie, terroristische activiteiten, nationalisering, overheidssancties, blokkering, embargo, arbeidsconflict, staking, uitsluiting of onderbreking of elektriciteitsstoring dan wel onvoorziene gebeurtenissen in de natuur, waaronder branden, overstromingen, stormen, wervelstromen of andere natuurrampen. Gevallen van overmacht kunnen ook het gevolg zijn van extreme getijstromingen, sterke winden, uitzonderlijk hoge golven en ijsgang.

Amendement  24

Voorstel voor een verordening –wijzigingsbesluit

Artikel 6 – lid 2

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

2. Boekingen en vervoerbewijzen worden gehandicapten en personen met beperkte mobiliteit aangeboden zonder extra kosten.

Niet van toepassing op de Nederlandse versie.

Motivering

Niet van toepassing op de Nederlandse versie.

Amendement  25

Voorstel voor een verordening –wijzigingsbesluit

Artikel 7 – lid 1 – inleidende formule

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

1. Niettegenstaande de bepalingen van artikel 6 mogen vervoerders, verkopers van vervoerbewijzen of touroperators om reden van handicap of beperkte mobiliteit weigeren de boeking van een gehandicapte of een persoon met beperkte mobiliteit te aanvaarden, een vervoerbewijs aan een dergelijke persoon uit te geven of een dergelijke persoon te laten inschepen:

1. Niettegenstaande de bepalingen van artikel 6 mogen vervoerders, verkopers van vervoerbewijzen of touroperators weigeren de boeking van een gehandicapte of een persoon met beperkte mobiliteit te aanvaarden, een vervoerbewijs aan een dergelijke persoon uit te geven of een dergelijke persoon te laten inschepen:

Motivering

Er moet uitdrukkelijk op worden gewezen dat de reden van een weigering om een gehandicapte te laten inschepen niet de handicap op zich mag zijn, maar dat de weigering uitsluitend mag berusten op de materiële eigenschappen van het vaartuig, die mogelijk het aan boord nemen van een gehandicapte of een persoon met beperkte mobiliteit onmogelijk maken.

Amendement  26

Voorstel voor een verordening –wijzigingsbesluit

Artikel 7 – lid 1 – letter a

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

(a) wanneer dit noodzakelijk is om te voldoen aan de veiligheidseisen die in de internationale, communautaire of nationale wetgeving zijn vastgesteld of om te voldoen aan de veiligheidseisen die zijn vastgesteld door de autoriteit die het bewijs van exploitant aan de betrokken vervoerder heeft afgegeven;

Schrappen

Motivering

De veiligheid als reden voor de weigering een passagier te laten inschepen mag niet gelden voor het maritiem vervoer omdat hier de structuur van het vaartuig de belangrijkste factor is.

Amendement  27

Voorstel voor een verordening –wijzigingsbesluit

Artikel 7 – lid 1 – letter b

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

(b) wanneer de structuur van het passagiersschip het inschepen of vervoeren van de gehandicapte of persoon met beperkte mobiliteit fysiek onmogelijk maakt.

(b) wanneer de structuur van het passagiersschip het inschepen of vervoeren van de gehandicapte of persoon met beperkte mobiliteit fysiek onmogelijk maakt en wanneer hun niet het normale serviceniveau kan worden geboden op een veilige, waardige en in de praktijk haalbare manier.

Motivering

De uitzondering op de algemene verplichting tot vervoer van een gehandicapte – wanneer dit "fysiek onmogelijk" is – is te beperkt omschreven. Het zal altijd wel mogelijk zijn een dergelijke persoon te vervoeren, maar het kan onveilig, oncomfortabel, of discriminerend zijn omdat de andere passagiers onder andere omstandigheden reizen. Met de aanvulling zou rekening worden gehouden met bij voorbeeld de vraag of in noodgevallen evacuatie van de passagier mogelijk is.

Amendement  28

Voorstel voor een verordening –wijzigingsbesluit

Artikel 7 – lid 1 – alinea 2

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

Indien een boeking wordt geweigerd op grond van de eerste alinea, onder a) of b), getroosten vervoerders, verkopers van vervoerbewijzen of touroperators zich redelijke inspanningen om de persoon in kwestie een aanvaardbaar alternatief aan te bieden.

Indien een boeking wordt geweigerd op grond van de eerste alinea, getroosten vervoerders, verkopers van vervoerbewijzen of touroperators zich redelijke inspanningen om de persoon in kwestie een aanvaardbaar alternatief aan te bieden.

Motivering

Technische aanpassing omdat punt a) geschrapt is.

Amendement  29

Voorstel voor een verordening –wijzigingsbesluit

Artikel 7 – lid 1 – alinea 3

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

Een gehandicapte of een persoon met beperkte mobiliteit die in geval van een vroegtijdige boeking als passagier is geweigerd op grond van zijn/haar handicap of beperkte mobiliteit, en de persoon die deze persoon begeleidt overeenkomstig lid 2, hebben recht op terugbetaling of een andere vaart overeenkomstig bijlage I. Het recht op de mogelijkheid van een terugreis of een andere vaart is afhankelijk van de vraag of aan alle veiligheidseisen wordt voldaan.

Een gehandicapte of een persoon met beperkte mobiliteit die in geval van een vroegtijdige boeking als passagier is geweigerd, en de persoon die deze persoon begeleidt overeenkomstig lid 2, hebben recht op terugbetaling of een andere vaart overeenkomstig bijlage I.

Motivering

Er moet uitdrukkelijk op worden gewezen dat de reden van een weigering om een gehandicapte te laten inschepen niet de handicap op zich mag zijn, maar dat de weigering uitsluitend mag berusten op de materiële eigenschappen van het vaartuig, die mogelijk het aan boord nemen van een gehandicapte of een persoon met beperkte mobiliteit onmogelijk maken. Aanpassing van de tekst aan amendement 9 van het ontwerpverslag.

Amendement  30

Voorstel voor een verordening –wijzigingsbesluit

Artikel 7 – lid 2

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

2. Onder dezelfde omstandigheden als die waarnaar in lid 1, onder a), wordt verwezen, kan een vervoerder, verkoper van vervoerbewijzen of touroperator eisen dat een gehandicapte of een persoon met beperkte mobiliteit wordt begeleid door een andere persoon, die in staat is de bijstand te bieden die de gehandicapte of de persoon met beperkte mobiliteit nodig heeft, voor zover dat strikt noodzakelijk is.

2. 2. Een vervoerder, verkoper van vervoerbewijzen of touroperator kan eisen dat een gehandicapte of een persoon met beperkte mobiliteit wordt begeleid door een andere persoon, die in staat is de bijstand te bieden die de gehandicapte of de persoon met beperkte mobiliteit nodig heeft, voor zover dat strikt noodzakelijk is.

Motivering

Aanpassing van de tekst aan amendement 9 van het ontwerpverslag.

Amendement  31

Voorstel voor een verordening –wijzigingsbesluit

Artikel 8 – lid 1

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

1. Vervoerders bepalen, met de actieve medewerking van vertegenwoordigers van organisaties voor gehandicapten en personen met beperkte mobiliteit en handhavingsinstanties als bedoeld in artikel 26, niet-discriminerende toegangsregels voor het vervoer van gehandicapten en personen met beperkte mobiliteit, alsook alle beperkingen op het vervoer van deze personen of van mobiliteitsuitrusting ten gevolge van de structuur van passagiersschepen, teneinde aan de toepasselijke veiligheidsvereisten te voldoen. Die regels bevatten alle voorwaarden voor de toegang tot de zeevervoersdienst in kwestie, met inbegrip van de toegankelijkheid van de schepen en hun voorzieningen aan boord.

1. Onder toezicht van de nationale handhavingsinstanties bepalen de vervoerders, met de actieve medewerking van de organisaties die de havens, de gehandicapten en de personen met beperkte mobiliteit vertegenwoordigen, niet-discriminerende toegangsregels voor het vervoer van gehandicapten en personen met beperkte mobiliteit en hun begeleiders, alsook alle beperkingen op het vervoer van deze personen of van mobiliteitsuitrusting ten gevolge van de structuur van passagiersschepen, teneinde aan de toepasselijke veiligheidsvereisten te voldoen. Die regels bevatten alle voorwaarden voor de toegang tot de zeevervoersdienst in kwestie, met inbegrip van de toegankelijkheid van de schepen en hun voorzieningen aan boord en van de gemonteerde hulpuitrusting.

 

 

Motivering

Zelfs indien de in artikel 8 genoemde raadplegingsprocedure zich opdringt, moet worden gepreciseerd hoe deze er in de toekomst uit moet zien. De in artikel 26 genoemde nationale instantie lijkt ons het beste geschikt om deze raadpleging te superviseren. Daarnaast is het belangrijk dat vertegenwoordigers van de havens aan de procedure deelnemen.

Amendement  32

Voorstel voor een verordening –wijzigingsbesluit

Artikel 8 – lid 2

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

2. De in lid 1 vermelde regels moeten door vervoerders of verkopers van vervoerbewijzen ten minste op het moment van de boeking op passende manier en ten minste in dezelfde talen als voor andere passagiers aan het publiek worden meegedeeld. Bij de bekendmaking van die informatie wordt bijzondere aandacht besteed aan de behoeften van gehandicapten en personen met beperkte mobiliteit.

2. De in lid 1 vermelde regels moeten door vervoerders of verkopers van vervoerbewijzen, daadwerkelijk of op het internet, ten minste op het moment van de boeking op passende manier en ten minste in dezelfde talen als voor andere passagiers aan het publiek worden meegedeeld. Bij de bekendmaking van die informatie wordt bijzondere aandacht besteed aan de behoeften van gehandicapten en personen met beperkte mobiliteit.

Motivering

Doel is de terminologie in de hele tekst te uniformeren.

Amendement  33

Voorstel voor een verordening –wijzigingsbesluit

Artikel 8 – lid 3

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

3. Op verzoek stellen vervoerders de internationale, communautaire of nationale wetgeving ter beschikking waarin de veiligheidsvereisten zijn bepaald waarop de niet-discriminerende toegangsregels zijn gebaseerd.

3. Op verzoek stellen vervoerders de internationale, communautaire of nationale wetgeving in toegankelijke formaten ter beschikking waarin de veiligheidsvereisten zijn bepaald waarop de niet-discriminerende toegangsregels zijn gebaseerd.

Amendement  34

Voorstel voor een verordening –wijzigingsbesluit

Artikel 8 – lid 5

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

5. Vervoerders, verkopers van vervoerbewijzen of touroperators garanderen dat alle relevante informatie betreffende de vervoersvoorwaarden, reisinformatie en informatie over de toegankelijkheid van de diensten in passende en toegankelijke formaten beschikbaar is voor gehandicapten en personen met beperkte mobiliteit, ook bij onlineboeking en raadpleging van informatie op het internet.

5. Vervoerders, verkopers van vervoerbewijzen of touroperators garanderen dat alle relevante informatie betreffende de vervoersvoorwaarden, reisinformatie en informatie over de toegankelijkheid van de diensten, alsook een schriftelijke bevestiging van de bijstandverlening, in toegankelijke formaten beschikbaar is voor gehandicapten en personen met beperkte mobiliteit, ook bij onlineboeking en raadpleging van informatie op het internet.

Motivering

De bevestiging van bijstandverlening, die van groot belang is voor tal van passagiers met een handicap of beperkte mobiliteit, moet op het moment van de boeking worden opgesteld door de entiteit die de boeking uitvoert.

Amendement  35

Voorstel voor een verordening –wijzigingsbesluit

Artikel 9 – lid 1

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

1. Bij vertrek uit, doorvoer door of aankomst in een haven is de vervoerder verantwoordelijk voor het verzekeren van de in bijlage II vermelde kosteloze bijstand aan gehandicapten en personen met beperkte mobiliteit op zodanige wijze dat de persoon in staat is aan boord of van boord te gaan van het schip waarvoor hij een vervoerbewijs heeft, onverminderd de toegangsregels als bedoeld in artikel 8, lid 1.

1. Bij vertrek uit, doorvoer door of aankomst in een haven is de vervoerder verantwoordelijk voor het verzekeren van de in bijlage II vermelde kosteloze bijstand aan gehandicapten en personen met beperkte mobiliteit op zodanige wijze dat de persoon in staat is aan boord of van boord te gaan van het schip waarvoor hij een vervoerbewijs heeft, onverminderd de toegangsregels als bedoeld in artikel 8, lid 1. De bijstand wordt aangepast aan de individuele behoeften van de gehandicapte of de persoon met beperkte mobiliteit.

Amendement  36

Voorstel voor een verordening –wijzigingsbesluit

Artikel 9 – lid 4

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

4. Vervoerders voeren overeenkomstig de gebruikelijke handelspraktijk gescheiden boekhoudingen voor hun activiteiten op het gebied van bijstand aan gehandicapten en personen met beperkte mobiliteit en voor hun overige activiteiten.

Schrappen

Motivering

Deze verplichting is overdreven voor de zeevaartsector.

Amendement  37

Voorstel voor een verordening –wijzigingsbesluit

Artikel 9 – lid 5 bis (nieuw)

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

5 bis. Conform artikel 12 dient de havenbeheerder zo nodig de haven toegankelijk te maken voor gehandicapten en personen met beperkte mobiliteit.

Motivering

Het is van belang dat de participatie van de havenbeheerders ingepast wordt in de bijstand aan gehandicapten of personen met beperkte mobiliteit.

Amendement  38

Voorstel voor een verordening –wijzigingsbesluit

Artikel 12 – letter a

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

(a) de bijstand wordt verleend op voorwaarde dat de vervoerder, de verkoper van vervoerbewijzen of de touroperator waarbij het vervoerbewijs is gekocht, ten minste 48 uur voordat de bijstand nodig is, in kennis wordt gesteld van de behoefte van de persoon aan deze bijstand. Wanneer het vervoerbewijs recht geeft op meerdere reizen is één kennisgeving voldoende, mits er adequate informatie over de tijdstippen van de vervolgreizen wordt verstrekt;

(a) de bijstand wordt verleend op voorwaarde dat de vervoerder, de verkoper van vervoerbewijzen of de touroperator waarbij het vervoerbewijs is gekocht, op het moment van de reservering of ten minste 48 uur voordat de bijstand nodig is, tenzij de bijstandverlener en de passagier een kortere kennisgevingsperiode overeenkomen, in kennis wordt gesteld van de behoefte van de persoon aan deze bijstand, met uitzonderling van cruisereizen, waarbij de behoefte aan bijstand bij de reservering bekend moet worden gemaakt. Wanneer het vervoerbewijs recht geeft op meerdere reizen is één kennisgeving voldoende, mits er adequate informatie over de tijdstippen van de vervolgreizen wordt verstrekt;

Motivering

De boeking lijkt ons het beste moment om de vervoerder te waarschuwen dat bijstand van een passagier nodig zal zijn; Wanneer de mobiliteitsvermindering zich voordoet tussen het moment van de boeking en het inschepen, moet de vervoerder in ieder geval 48 uur de tijd hebben om bijstand te organiseren.

Er moet enige soepelheid in het meldingssysteem blijven, bij voorbeeld als een persoon regelmatig van dezelfde dienst gebruik maakt. Het zou ook onredelijk zijn van vervoerders te verlangen een meldingssysteem op te zetten, tenzij dit voor hen werkelijke waarde heeft.

Een cruise is een zeereis met een combinatie van vervoer, accommodatie en andere toeristische diensten, die samen een pakket vormen in de zin van de pakketreisrichtlijn 90/314; op grond van deze richtlijn moeten de cliënten "speciale eisen" bij de reservering melden bij de organisator of detailhandelaar, zodat de organisator de nodige regelingen voor zijn klanten tijdens de cruise kan treffen.

Amendement  39

Voorstel voor een verordening –wijzigingsbesluit

Artikel 12 – letter b

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

(b) vervoerders, verkopers van vervoerbewijzen en touroperators treffen alle nodige maatregelen om kennisgevingen over de behoefte aan bijstand door gehandicapten of personen met beperkte mobiliteit te kunnen ontvangen. Deze verplichting is van toepassing op al hun verkooppunten, inclusief verkoop via telefoon en internet;

(b) vervoerders, verkopers van vervoerbewijzen en touroperators treffen alle nodige maatregelen om kennisgevingen over de behoefte aan bijstand door gehandicapten of personen met beperkte mobiliteit te kunnen aanvragen en te ontvangen. De passagier ontvangt een bevestiging waarin vermeld staat dat er nota is genomen van de behoefte aan bijstand. Deze verplichtingen zijn van toepassing op al hun verkooppunten, inclusief verkoop via telefoon en internet;

Motivering

Het is van essentieel belang dat vervoerders, verkopers van vervoerbewijzen en touroperators zelf vragen of een passagier hulp nodig heeft of niet, omdat niet alle passagiers ervan op de hoogte zullen zijn dat van hen verwacht wordt te zeggen wat hun behoeften zijn. Ook is het van belang dat de passagier kan aantonen dat zij de vervoerders, verkopers en touroperators op de hoogte hebben gebracht van de benodigde hulp.

Amendement  40

Voorstel voor een verordening –wijzigingsbesluit

Artikel 12 – letter e – streepje 1

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

-  op een door de vervoerder meegedeeld tijdstip, uiterlijk 60 minuten voor de gepubliceerde vertrektijd,

Niet van toepassing op de Nederlandse versie.

Motivering

Het woord" uiterlijk" kan verwarring zaaien. In dit amendement moet een persoon met beperkte mobiliteit zich 30 minuten voor aanvang hebben gemeld wanneer er geen mededeling is gedaan, en anders op het door de vervoerder vastgesteld tijdstip met een maximum van 60 minuten. In het voorstel van de Commissie heeft hetzelfde woord "uiterlijk" twee tegenovergestelde betekenissen.

Amendement  41

Voorstel voor een verordening –wijzigingsbesluit

Artikel 12 – letter e – streepje 2

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

– indien geen tijdstip is meegedeeld, uiterlijk 30 minuten voor de gepubliceerde vertrektijd.

– indien geen tijdstip is meegedeeld, uiterlijk 30 minuten voor de gepubliceerde inschepingstijd, tenzij de passagier en degene die de bijstand verleent iets anders overeengekomen zijn.

Motivering

Om rekening te houden met de realiteiten van het zeevervoer moet het tijdstip van het inschepen als referentie worden genomen en met deze procedure rekening worden gehouden. Voorts betreft het een aanpassing aan de regeling voor het luchtvervoer.

Soms, bij voorbeeld bij onbemande havens, kan het voor de hulpverlener en de passagier met een mobiliteitsbeperking of handicap gemakkelijker zijn elkaar op een afgesproken tijdstip te ontmoeten.

Het woord uiterlijk kan verwarring zaaien. In dit amendement moet een persoon met beperkte mobiliteit zich 30 minuten voor aanvang hebben gemeld wanneer er geen mededeling is gedaan, en anders op het door de vervoerder vastgesteld tijdstip met een maximum van 60 minuten. In het voorstel van de Commissie heeft hetzelfde woord "uiterlijk" twee tegenovergestelde betekenissen.

Amendement  42

Voorstel voor een verordening –wijzigingsbesluit

Artikel 12 – letter e – streepje 2 bis (nieuw)

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

– indien geen tijdstip is meegedeeld, uiterlijk 30 minuten voor de gepubliceerde vertrektijd.

– indien geen tijdstip is meegedeeld, uiterlijk 30 minuten voor de gepubliceerde vertrektijd, of

 

in het geval van een cruise, op een door de vervoerder meegedeeld tijdstip, uiterlijk 60 minuten voor de check-intijd.

Motivering

Er moet een onderscheid worden gemaakt tussen een cruise en de andere soorten maritiem vervoer.

Amendement  43

Voorstel voor een verordening –wijzigingsbesluit

Artikel 12 – letter f

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

(f) wanneer een gehandicapte of persoon met beperkte mobiliteit een hulpdier nodig heeft, wordt de accommodatie van het dier verzorgd mits de vervoerder, de verkoper van vervoerbewijzen of de touroperator daarvan in kennis werd gesteld overeenkomstig de geldende nationale regels inzake het vervoer van erkende hulpdieren aan boord van passagiersschepen, indien zulke regels bestaan.

(f) wanneer een gehandicapte of persoon met beperkte mobiliteit de hulp van een hond nodig heeft, wordt de accommodatie van het dier verzorgd mits de vervoerder, de verkoper van vervoerbewijzen of de touroperator daarvan in kennis werd gesteld overeenkomstig de geldende nationale regels inzake het vervoer van erkende hulphonden aan boord van passagiersschepen, indien zulke regels bestaan.

Motivering

Ter verduidelijking.

Amendement  44

Voorstel voor een verordening –wijzigingsbesluit

Artikel 13

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

1. Indien de verlening van bijstand werd uitbesteed en de vervoerder, verkoper van vervoerbewijzen of touroperator uiterlijk 48 uur vóór de aangekondigde vertrektijd van het schip een kennisgeving van behoefte aan bijstand ontvangt, zendt hij de betrokken informatie uiterlijk 36 uur vóór de aangekondigde vertrektijd van het schip door naar de onderaannemer.

1. Indien de verlening van bijstand werd uitbesteed en de vervoerder uiterlijk 48 uur vóór de aangekondigde vertrektijd van het schip een kennisgeving van behoefte aan bijstand ontvangt, zendt hij de betrokken informatie uiterlijk 36 uur vóór de aangekondigde vertrektijd van het schip door naar de onderaannemer.

2. Indien de verlening van bijstand werd uitbesteed en de vervoerder, verkoper van vervoerbewijzen of touroperator de kennisgeving van behoefte aan bijstand later dan 48 uur vóór de aangekondigde vertrektijd van het schip ontvangt, zendt de vervoerder, verkoper van vervoerbewijzen of touroperator de betrokken informatie zo snel mogelijk door naar de onderaannemer.

2. Indien de verlening van bijstand werd uitbesteed en de vervoerder de kennisgeving van behoefte aan bijstand later dan 48 uur vóór de aangekondigde vertrektijd van het schip ontvangt, zendt de vervoerder de betrokken informatie zo snel mogelijk door naar de onderaannemer.

Motivering

Alleen de vervoerder die de bijstandverlening uitbesteedt aan een onderaannemer moet verplicht zijn deze over de behoefte aan bijstand te informeren. De verkoper van vervoerbewijzen en de touroperator weten niet aan welke onderaannemer de vervoerder de taak uitbesteedt.

Amendement  45

Voorstel voor een verordening –wijzigingsbesluit

Artikel 13 – lid 1

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

1. Indien de verlening van bijstand werd uitbesteed en de vervoerder, verkoper van vervoerbewijzen of touroperator uiterlijk 48 uur vóór de aangekondigde vertrektijd van het schip een kennisgeving van behoefte aan bijstand ontvangt, zendt hij de betrokken informatie uiterlijk 36 uur vóór de aangekondigde vertrektijd van het schip door naar de onderaannemer.

1. Indien de verlening van bijstand werd uitbesteed en de vervoerder, verkoper van vervoerbewijzen of touroperator uiterlijk 48 uur vóór de aangekondigde vertrektijd van het schip een kennisgeving van behoefte aan bijstand ontvangt, zendt hij de betrokken informatie zo spoedig mogelijk, maar uiterlijk 36 uur vóór de aangekondigde vertrektijd van het schip door naar de onderaannemer.

Motivering

Ingeval de informatie eerder dan de limiet van 48 uur beschikbaar is, is het beter deze zo snel mogelijk te doen toekomen aan de onderaannemer, zonder te wachten op de limiet van 36 uur voor de aangekondigde vertrektijd.

Amendement  46

Voorstel voor een verordening – wijzigingsbesluit

Artikel 14 – lid 3

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

3. Vervoerders moeten hun kwaliteitsnormen bekendmaken.

3. Vervoerders moeten hun kwaliteitsnormen in toegankelijke formaten bekendmaken.

Amendement  47

Voorstel voor een verordening –wijzigingsbesluit

Artikel 15 – letter b

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

(b) al hun personeelsleden die in de haven werken en rechtstreeks te maken hebben met de reizigers, een opleiding krijgen over bijstand aan gehandicapten en over bewustmaking van de problematiek van gehandicapten, zoals beschreven in bijlage IV;

(Niet van toepassing op de Nederlandse versie.)

Motivering

Niet van toepassing op de Nederlandse versie.

Amendement  48

Voorstel voor een verordening –wijzigingsbesluit

Artikel 15 - letter c

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

(c) alle nieuwe personeelsleden bij hun indiensttreding een cursus over de gehandicaptenproblematiek volgen en dat personeelsleden, waar nodig, bijscholing krijgen.

(c) alle nieuwe personeelsleden die direct in contact komen met de reizigers bij hun indiensttreding een cursus over de problematiek van gehandicapten volgen en dat personeelsleden, waar nodig, bijscholing ontvangen.

Motivering

Sommige personeelsleden hebben geen contact met de reizigers; het is dus niet nodig hun deze bijscholing op te leggen.

Amendement  49

Voorstel voor een verordening –wijzigingsbesluit

Artikel 16 – lid 1 – alinea 1

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

1. Wanneer rolstoelen of andere mobiliteitsmiddelen of onderdelen ervan verloren gaan of worden beschadigd tijdens de afhandeling in de haven of tijdens het vervoer aan boord van het schip, vóór, tijdens en na de reis, ontvangt de passagier aan wie deze middelen toebehoren een compensatie van de vervoerder of de havenbeheerder, afhankelijk van wie op het moment van het verlies of de beschadiging voor de middelen verantwoordelijk was.

1. Wanneer rolstoelen of andere mobiliteitsmiddelen of onderdelen ervan verloren gaan of worden beschadigd tijdens de afhandeling in de haven of tijdens het vervoer aan boord van het schip, vóór, tijdens en na de reis, ontvangt de passagier aan wie deze middelen toebehoren een compensatie van de vervoerder of de havenbeheerder, afhankelijk van wie op het moment van het verlies of de beschadiging voor de middelen verantwoordelijk was, behalve indien de passagier die eigenaar is van het mobiliteitsmiddel al schadeloos is gesteld uit hoofde van de verordening van het Europees Parlement en de Raad, van..., betreffende de aansprakelijkheid van vervoerders van passagiers over zee en de binnenwateren bij ongevallen1.

_________________

1PB L ..., blz. ..

Motivering

Doel van deze precisering is te wijzen op het verband met de verordening betreffende de aansprakelijkheid van vervoerders van passagiers over zee en de binnenwateren bij ongevallen, waarover in maart in de plenaire wordt gestemd. Bovendien heeft het amendement tot doel de klemtoon te leggen op de persoon die verantwoordelijk is voor de uitrusting.

Amendement  50

Voorstel voor een verordening –wijzigingsbesluit

Artikel 16 – lid 1 – alinea 2

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

Zo nodig worden alle inspanningen geleverd om snel voor vervanging te zorgen.

Zo nodig worden alle inspanningen geleverd om snel voor vervanging te zorgen die geschikt is met het oog op de behoeften van de betrokken passagier.

Motivering

Hoewel de vervangende apparatuur niet altijd identiek aan de originele kan zijn, moet deze toch bruikbaar en comfortabel voor de betrokken passagier zijn.

Amendement  51

Voorstel voor een verordening –wijzigingsbesluit

Artikel 17 – lid 1

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

1. In geval van vertraging moet de vervoerder of, in voorkomend geval, de havenbeheerder de passagiers op de hoogte brengen van de verwachte vertrek- en aankomsttijden zodra die informatie beschikbaar is, maar uiterlijk 30 minuten na een geplande vertrektijd of één uur vóór een geplande aankomsttijd.

1. In geval van vertraging moet de vervoerder of, in voorkomend geval, de havenbeheerder uiterlijk 30 minuten na een geplande vertrektijd of één uur vóór een geplande aankomsttijd de passagiers op de hoogte brengen. Indien de informatie beschikbaar is, moet de vervoerder de passagiers op de hoogte brengen van de verwachte vertrek- en aankomsttijden.

Motivering

Herformulering. In de meeste gevallen is de vertraging te wijten aan slechte weersomstandigheden. De informatie over de exacte duur van de vertraging is dan ook niet altijd beschikbaar. Men moet absoluut vermijden dat de vervoerder verplicht wordt foute informatie te verstrekken.

Amendement  52

Voorstel voor een verordening –wijzigingsbesluit

Artikel 17 – lid 2 bis (nieuw)

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

 

2 bis. De vervoerder of het beheersorgaan van de haven zorgen ervoor dat passagiers met handicaps of een mobiliteitsbeperking de in de leden 1 en 2 bedoelde informatie in toegankelijke formaten ontvangen.

Amendement  53

Voorstel voor een verordening –wijzigingsbesluit

Artikel 18 – lid 2

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

2. In geval van een vertraging waarbij een verblijf van één of meer nachten of een langer verblijf dan het door de passagier geplande verblijf noodzakelijk wordt, worden aan de passagiers niet alleen de in lid 1 bepaalde maaltijden en verfrissingen gratis aangeboden, maar ook een hotel- of ander verblijf en vervoer tussen de haven en de plaats van het verblijf, voor zover en indien zulks fysiek mogelijk is.

2. In geval van een vertraging waarbij een verblijf van één of meer nachten of een langer verblijf dan het door de passagier geplande verblijf noodzakelijk wordt, worden aan de passagiers niet alleen de in lid 1 bepaalde maaltijden en verfrissingen gratis aangeboden, maar ook een hotel- of ander verblijf en vervoer tussen de haven en de plaats van het verblijf. De kosten van verblijf en extra vervoer die voor rekening komen van de vervoerder mogen niet meer bedragen dan tweemaal de prijs van het vervoerbewijs.

Motivering

De schadeloosstelling mag niet afhankelijk worden gemaakt van vage materiële factoren. Het gaat niet op iemand te laten betalen die door de vertraging van een dag al schade heeft opgelopen.

Het amendement heeft ook tot doel een verband te leggen tussen de prijs van het vervoerbewijs en de verblijfskosten die de vervoerder moet betalen in geval van grote vertraging, en tegelijk een minimumniveau van vergoeding door de vervoerder te garanderen.

Amendement  54

Voorstel voor een verordening –wijzigingsbesluit

Artikel 19 – lid 1 – letter b

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

(b) een terugbetaling van de prijs van het vervoerbewijs krijgen, tenzij hij de onder a) bedoelde alternatieve vervoersdiensten aanvaardt.

(b) een terugbetaling van de prijs van het vervoersbewijs aangeboden krijgen als hij besluit niet met de vervoerder te reizen.

Motivering

Brengt de rechten van de passagiers op één lijn met die van passagiers van andere vervoersdiensten.

Amendement  55

Voorstel voor een verordening –wijzigingsbesluit

Artikel 19 – lid 1 – alinea 2

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

De betaling van de onder b) bedoelde vergoeding gebeurt onder dezelfde voorwaarden als de betaling van de in artikel 20 bedoelde compensatie.

De betaling van de onder b) bedoelde vergoeding gebeurt onder dezelfde voorwaarden als de betaling van de in artikel 20, leden 3, 4 en 4 bis, bedoelde compensatie.

Amendement  56

Voorstel voor een verordening –wijzigingsbesluit

Artikel 19 – lid 2

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

2. Het recht op vergoeding overeenkomstig dit artikel is niet van toepassing op passagiers van een cruise, tenzij dergelijke rechten voortvloeien uit Richtlijn 90/314/EEG.

2. In afwijking van lid 1, wordt de passagiers van een cruise een alternatieve vervoerdienst of een vergoeding aangeboden overeenkomstig Richtlijn 90/314/EEG.

Motivering

De verwijzing naar Richtlijn 90/314/EEG garandeert dat de passagiers van een cruise alle vormen van bescherming genieten die hun door deze richtlijn worden geboden.

Amendement  57

Voorstel voor een verordening –wijzigingsbesluit

Artikel 20 – lid 1 – inleidende formule

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

1. Zonder het recht op vervoer te verliezen, kan een passagier de vervoerder om schadevergoeding verzoeken indien hij bij aankomst vertraging oploopt door een annulering of vertraging bij vertrek. De minimumbedragen van de vergoeding zijn als volgt:

1. Zonder het recht op vervoer te verliezen, kan een passagier de vervoerder om schadevergoeding verzoeken indien hij bij aankomst vertraging oploopt. De minimumbedragen van de vergoeding zijn als volgt:

Motivering

Het is niet nodig de mogelijke oorzaken van een vertraging bij aankomst te vermelden. De reiziger heeft in alle gevallen recht op schadevergoeding.

Amendement  58

Voorstel voor een verordening –wijzigingsbesluit

Artikel 20 – lid 2

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

2. Het recht op vergoeding overeenkomstig dit artikel is niet van toepassing op passagiers van een cruise, tenzij dergelijke rechten voortvloeien uit Richtlijn 90/314/EEG.

2. Lid 1 is niet van toepassing op passagiers van een cruise. Deze hebben recht op schadevergoeding overeenkomstig Richtlijn 90/314/EEG.

Motivering

De verwijzing naar Richtlijn 90/314/EEG garandeert dat de passagiers van een cruise alle vormen van bescherming genieten die hun door deze richtlijn worden geboden.

Amendement  59

Voorstel voor een verordening –wijzigingsbesluit

Artikel 20 – lid 4 bis (nieuw)

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

 

4 bis. Indien de vervoerder uiterlijk 3 dagen voor de geplande afvaart de annulering of het uitstel van de overtocht, dan wel de verlenging van de reistijd aankondigt, vervalt het recht op schadeloosstelling.

Motivering

Naar analogie met het luchtvervoer en rekening houdend met de specificiteit van het zeevervoer moet de vervoerder de mogelijkheid hebben een wijziging van het vaarplan tijdig bekend te maken, zodat het nieuwe vaarplan de basis wordt van de vaststelling van eventuele rechten op schadeloosstelling.

Amendement  60

Voorstel voor een verordening –wijzigingsbesluit

Artikel 20 bis (nieuw)

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

 

Artikel 20 bis

 

Overmacht

 

De verplichtingen bepaald in de artikelen 18, 19 en 20 zijn niet van toepassing in gevallen van overmacht die de uitvoering van de vervoerdienst verhinderen en die ondanks het treffen van alle redelijke maatregelen niet voorkomen konden worden.

Amendement  61

Voorstel voor een verordening –wijzigingsbesluit

Artikel 21

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

Niets in deze verordening zal passagiers beletten om voor nationale rechtbanken een schadevergoeding te vorderen voor het uit de annulering of vertraging van vervoersdiensten voortvloeiende verlies.

Niets in deze verordening zal passagiers beletten om voor nationale rechtbanken een schadevergoeding te vorderen voor het uit de annulering of vertraging van vervoersdiensten voortvloeiende verlies. De krachtens deze verordening toegekende compensatie kan op eventuele verdere compensatie in mindering worden gebracht.

Motivering

Om dubbele vergoeding te vermijden moeten de rechtbanken de mogelijkheid hebben om krachtens de verordening toegekende compensatie in mindering te brengen op de schadevergoeding waartoe zij besluiten.

Amendement  62

Voorstel voor een verordening –wijzigingsbesluit

Artikel 22

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

Vervoerders ontwikkelen samen en in samenspraak met de belanghebbenden, brancheorganisaties, consumentenverenigingen en verenigingen van gehandicapten en personen met beperkte mobiliteit nationale en Europese regelingen. Die maatregelen moeten de zorg voor passagiers bevorderen, met name in geval van langdurige vertragingen en de onderbreking of annulering van een reis.

Onder toezicht van de nationale handhavingsinstanties treffen de vervoerders samen met de belanghebbenden, beroepsorganisaties, consumenten-, passagiers-, haven- en gehandicaptenorganisaties maatregelen op nationaal of Europees niveau. Die maatregelen moeten de zorg voor passagiers bevorderen, met name in geval van langdurige vertragingen en de onderbreking of annulering van een reis.

Motivering

De in artikel 26 gedefinieerde nationale instantie lijkt ons de instantie die het beste geschikt is om te waken over het goede verloop van het samenwerkingsproces. Daarnaast is het belangrijk dat vertegenwoordigers van de havens aan de procedure deelnemen.

Amendement  63

Voorstel voor een verordening –wijzigingsbesluit

Artikel 23

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

Havenbeheerders en vervoerders verstrekken passagiers gedurende hun reis voldoende informatie in de meest geschikte vorm. Daarbij wordt bijzondere aandacht besteed aan de behoeften van gehandicapten en personen met beperkte mobiliteit.

Havenbeheerders en vervoerders verstrekken passagiers gedurende hun reis voldoende informatie in toegankelijke formaten en in de gebruikelijke talen. Daarbij wordt bijzondere aandacht besteed aan de behoeften van gehandicapten en personen met beperkte mobiliteit.

Motivering

Doel is de terminologie in de hele tekst te uniformeren.

Amendement  64

Voorstel voor een verordening –wijzigingsbesluit

Artikel 24 – lid 1

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

1. Vervoerders moeten ervoor zorgen dat de passagiers uiterlijk bij de afvaart passende en begrijpelijke informatie wordt verstrekt over hun rechten uit hoofde van deze verordening. Voor zover de informatie door de vervoerder of de feitelijke vervoerder werd verstrekt, is de ander niet verplicht diezelfde informatie te verstrekken. De informatie wordt verstrekt in de meest geschikte vorm. Bij de bekendmaking van die informatie wordt bijzondere aandacht besteed aan de behoeften van gehandicapten en personen met beperkte mobiliteit.

1. Vervoerders moeten ervoor zorgen dat de passagiers uiterlijk bij de afvaart passende en begrijpelijke informatie wordt verstrekt over hun rechten uit hoofde van deze verordening. Voor zover de informatie door de vervoerder of de feitelijke vervoerder werd verstrekt, is de ander niet verplicht diezelfde informatie te verstrekken. De informatie wordt verstrekt in toegankelijke formaten en in de gebruikelijke talen. Bij de bekendmaking van die informatie wordt bijzondere aandacht besteed aan de behoeften van gehandicapten en personen met beperkte mobiliteit.

Motivering

Doel is de terminologie in de hele tekst te uniformeren. Reference should also be made to the language issue.

Amendement  65

Voorstel voor een verordening –wijzigingsbesluit

Artikel 25 – lid 1

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

1. Vervoerders zetten een klachtenbehandelingsmechanisme op voor de onder deze verordening vallende rechten en verplichtingen.

1. De autoriteiten van de lidstaten zetten voor de onder deze verordening vallende rechten en verplichtingen een onafhankelijk klachtenbehandelingsmechnisme op, dat voor alle passagiers toegankelijk is, met inbegrip van personen met een handicap of een mobiliteitsbeperking.

Amendement  66

Voorstel voor een verordening –wijzigingsbesluit

Artikel 26 – lid 1

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

1. Elke lidstaat wijst een of meer instanties aan die verantwoordelijk zijn voor de handhaving van deze verordening. Elke instantie neemt de nodige maatregelen om ervoor te zorgen dat de rechten van de reizigers worden gerespecteerd, met inbegrip van de in artikel 8 bedoelde regels inzake toegankelijkheid. Elke instantie is in haar organisatie, financieringsbeslissingen, rechtsstructuur en besluitvorming onafhankelijk van vervoerders.

1. Elke lidstaat wijst een instantie aan die verantwoordelijk is voor de handhaving van deze verordening. Elke instantie ziet erop toe dat de in artikel 8 genoemde toegankelijkheidsregels worden opgesteld en zorgt ervoor dat deze regels en de rechten van de passagiers worden nageleefd. Elke instantie is in haar organisatie, financieringsbeslissingen, rechtsstructuur en besluitvorming onafhankelijk van commerciële belangen.

Motivering

Een enkele instantie volstaat voor deze taken. Aangezien in andere artikelen van de verordening is bepaald dat diverse partijen bijzondere belangen hebben op het gebied van het recht van passagiers, moet de onafhankelijkheid van de nationale instantie nauwkeuriger worden omschreven.

Amendement  67

Voorstel voor een verordening –wijzigingsbesluit

Artikel 26 – lid 2

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

2. De lidstaten stellen de Commissie in kennis van de in overeenstemming met dit artikel aangestelde instantie(s), alsook van haar/hun respectieve verantwoordelijkheden.

2. De lidstaten stellen de Commissie in kennis van de in overeenstemming met dit artikel aangestelde instantie, alsook van haar respectieve verantwoordelijkheden.

Motivering

Een enkele instantie per lidstaat is beter, zowel ter wille van de administratieve vereenvoudiging als van de verantwoordelijkheid van de instantie.

Amendement  68

Voorstel voor een verordening –wijzigingsbesluit

Artikel 26 – lid 3

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

3. Elke passagier kan bij de krachtens lid 1 aangewezen passende instantie of bij enige andere door een lidstaat aangewezen passende instantie een klacht indienen over een vermeende overtreding van deze verordening.

3. Elke passagier kan bij de krachtens lid 1 door een lidstaat aangewezen instantie een klacht indienen over een vermeende overtreding van deze verordening.

Motivering

Een enkele instantie volstaat voor deze taak.

Amendement  69

Voorstel voor een verordening –wijzigingsbesluit

Artikel 27 – lid 1 – letter d

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

(d) samengevoegde gegevens over klachten;

(d) samengevoegde gegevens over klachten, waaronder over hun resultaat en de perioden waarin een oplossing werd gevonden;

Amendement  70

Voorstel voor een verordening –wijzigingsbesluit

Artikel 29

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

De lidstaten stellen regels vast met betrekking tot de sancties die van toepassing zijn op overtredingen van de bepalingen van deze verordening en nemen alle nodige maatregelen om te verzekeren dat deze regels worden toegepast. De vastgestelde sancties moeten doeltreffend, evenredig en ontmoedigend zijn. De lidstaten delen deze bepalingen inzake sancties aan de Commissie mee en stellen haar onverwijld in kennis van alle wijzigingen van deze bepalingen.

De lidstaten stellen regels vast met betrekking tot de sancties die van toepassing zijn op overtredingen van de bepalingen van deze verordening en nemen alle nodige maatregelen om te verzekeren dat deze regels worden toegepast. De vastgestelde sancties, die de opdracht tot betaling van compensatie aan de betrokken persoon kunnen omvatten, moeten doeltreffend, evenredig en afschrikkend zijn. De lidstaten delen deze bepalingen inzake sancties aan de Commissie mee en stellen haar onverwijld in kennis van alle wijzigingen van deze bepalingen.

Motivering

In paragraaf 18 van de preambule staat dat een schadevergoeding aan het slachtoffer deel van de sancties kan uitmaken. Herhaling hiervan in de kerntekst is nuttig.

Amendement  71

Voorstel voor een verordening –wijzigingsbesluit

Bijlage II – punt 1 – streepje 5

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

–  aan boord te gaan van het schip; hiervoor moeten, waar nodig, liften, rolstoelen of andere voorzieningen ter beschikking worden gesteld;

– aan boord te gaan van het schip; hiervoor moeten de nodige voorzieningen ter beschikking worden gesteld,

Motivering

Het lijkt ons overbodig om dure voorzieningen verplicht te maken, waar tal van vaartuigen of havens overigens niet over beschikken.

Amendement  72

Voorstel voor een verordening –wijzigingsbesluit

Bijlage II – punt 4

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

Tijdelijke vervanging van verloren of beschadigde mobiliteitshulpmiddelen, zij het niet noodzakelijkerwijze door identieke hulpmiddelen.

Tijdelijke vervanging van verloren of beschadigde mobiliteitshulpmiddelen, niet noodzakelijkerwijze door identieke hulpmiddelen, maar door middelen met soortgelijke technische en functionele eigenschappen.

Motivering

Indien dit niet het geval is kan de persoon die het hulpmiddel nodig heeft het misschien niet gebruiken, of is het nutteloos omdat het niet aangepast is aan zijn of haar specifieke behoeften.

Amendement  73

Voorstel voor een verordening –wijzigingsbesluit

Bijlage II – punt 5

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

Indien nodig, grondafhandeling van erkende hulpdieren.

Indien nodig, grondafhandeling van erkende hulphonden.

Motivering

Ter verduidelijking

Amendement  74

Voorstel voor een verordening –wijzigingsbesluit

Bijlage IV – deel 2 – streepje 2

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

–  vaardigheden om bijstand te verlenen aan personen met beperkte mobiliteit die met een erkend hulpdier reizen, waaronder de rol en behoeften van die dieren;

–  vaardigheden om bijstand te verlenen aan personen met beperkte mobiliteit die met een hulphond reizen, waaronder de rol en behoeften van die dieren;

Motivering

Conform artikel 12, letter f), als geamendeerd, wordt de term "hulpdier" vervangen door "hulphond", waardoor de tekst nauwkeuriger wordt.

Amendement  75

Voorstel voor een verordening –wijzigingsbesluit

Bijlage IV – deel 2 – streepje 2

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

– technieken voor de begeleiding van blinde en slechtziende passagiers en voor de behandeling en het vervoer van erkende hulpdieren;

- technieken voor de begeleiding van blinde en slechtziende passagiers;

Motivering

Het moet toegestaan dat een blindengeleidehond zijn baas of bazin begeleidt en niet door het personeel wordt behandeld als hij zijn taak moet uitvoeren. Hulphonden worden zo opgeleid dat zij alleen op bevelen van hun baas/bazin reageren.

TOELICHTING

Context: streven naar verbetering van de rechtspositie van de passagiers in alle vervoerswijzen.

Sinds het begin van de eeuw is de EU, conform het Witboek van de Europese Commissie "Het Europese vervoersbeleid tot het jaar 2010: tijd om te kiezen"[1], de weg ingeslagen die leidt naar een verbetering van de rechtspositie van de passagiers.

In die zin hebben de Europese instellingen onlangs een aantal maatregelen genomen betreffende de rechten van de passagiers in het lucht- en het treinvervoer. Om dit wetgevingsinitiatief af te ronden heeft de Commissie aan het Parlement en de Raad twee andere voorstellen voor een verordening doen toekomen, het ene betreffende de rechten van busreizigers en het andere betreffende de rechten van passagiers die over zee of binnenwateren reizen. Het voorstel waar dit verslag over gaat past dus in deze context van het streven naar verbetering van de rechtspositie van de passagiers, maar ook van het gelijktrekken van de rechten van alle Europese consumenten in de verschillende vervoerswijzen.

Dit verslag heeft dan ook tot doel meer gelijkheid te crëeren tussen de vervoerswijzen op het vlak van de rechten van de passagiers, gelet op het feit dat deze vervoerswijzen vaak elkaar beconcurreren. Anderzijds moet bij de concrete toepassing van die rechten rekening worden gehouden met de specificiteiten van de zeevaart en de binnenscheepvaart.

Het Commissievoorstel

Het Commissievoorstel stoelt op de twee bestaande verordeningen betreffende de rechten van passagiers, enerzijds in de luchtvaartsector en anderzijds in de spoorwegsector. Het voorstel bestrijkt zowel de rechten van de passagiers als de rechten van gehandicapten en personen met beperkte mobiliteit. Het voorstel is erop gericht alle obstakels uit te weg te ruimen die gehandicapten en personen met beperkte mobiliteit verhinderen per boot te reizen in Europa. Voorts bevat het bepalingen betreffende de rechten van de passagiers meer in het algemeen, onder meer wat vertragingen en annuleringen betreft.

Ziehier de belangrijkste aspecten van de wetgeving:

- de bijzondere rechten van de gehandicapten en de personen met beperkte mobiliteit, waarbij vooral moet worden gelet op de naleving van het non-discriminatiebeginsel en op de toegankelijkheid voor en de bijstand aan personen met beperkte mobiliteit;

- de verplichtingen van de vervoerders in geval van vertraging of annulering van de reis;

- de informatie van de reizigers en de klachtenbehandeling;

- de toepassing van de verordening door de nationale instanties.

Wat het toepassingsgebied betreft, heeft dit voorstel betrekking op alle binnenlands en internationaal commercieel passagiersvervoer over zee en de binnenwateren.

Standpunt van de rapporteur

Algemeen gezien valt op dat dit Commissievoorstel veel elementen ontleent aan dat betreffende de rechtspositie van de passagiers in het luchtvervoer. Daarom drongen zich enkele technische aanpassingen op. Zo bijvoorbeeld wenste de rapporteur de referenties betreffende de communicatieformaten naar de passagiers toe te uniformeren. Het Parlement heeft overigens in het interinstitutionele samenwerkingskader vaker de wetgevingsvoorstellen van de Commissie kunnen optimaliseren in de zin van de belangen van de passagiers. De rapporteur heeft zich bij deze traditie ten volle willen aansluiten.

Mede doordat de huidige zittingsperiode op haar eind loopt, wil het Parlement snel werken, in eerste lezing. De rapporteur wil dan ook de bepalingen van het voorstel blijven onderzoeken en indien nodig nieuwe amendementen indienen. Ziehier alvast een overzicht van de belangrijkste amendementen:

1.  Voor de personen met beperkte mobiliteit en de passagiers in het algemeen wordt een aantal nieuwe bepalingen voorgesteld die moeten waarborgen dat hun rechten niet in het gedrang komen door ontheffingen en afwijkingen, waarvoor in de voorgestelde tekst soms veel te vage redenen worden aangevoerd. Zo bijvoorbeeld wordt de mogelijkheid om een gehandicapte het inschepen te verbieden duidelijker omschreven.

2.  De verantwoordelijkheid om aan de passagiers te vragen of zij bijstand nodig hebben wordt duidelijk omschreven, evenals de verplichting om de bijstandsverlening schriftelijk te bevestigen.

3.  Het zeevervoer dat deel uitmaakt van een cruise wordt omkaderd door een specifieke richtlijn uit 1991[2]. De rapporteur heeft willen attenderen op de beginselen van het aanbieden van een alternatieve vervoerdienst en het betalen van schadevergoeding, die door de richtlijn worden gewaarborgd.

4.  De verantwoordelijkheid voor het verlenen van bijstand aan personen met beperkte mobiliteit wordt bij de vervoerders gelegd. Om de havenbeheerders in de demarche op te nemen is een compromisoplossing voorgesteld, in de zin dat de havens nauwer worden betrokken bij het overleg tussen de diverse actoren van de sector.

5.  De rol van de nationale instanties die moeten toezien op de naleving van de toekomstige verordening wordt versterkt en gepreciseerd. De rapporteur stelt voor dat elke lidstaat een enkele instantie per land aanwijst.

6.  De instanties krijgen meer verantwoordelijkheden, vooral bij de opstelling van niet discriminerende toegangsregels voor het vervoer van gehandicapten en personen met beperkte mobiliteit. De rapporteur heeft er ook de nadruk op willen leggen dat deze instanties niet afhankelijk mogen zijn van commerciële belangen.

Tot slot heeft de rapporteur de definities van vervoersovereenkomst, verkoper van vervoerbewijzen en touroperators preciezer willen formuleren.

  • [1]  COM(2001) 370 van 12.9.2001.
  • [2]  Richtlijn 90/314/EEG betreffende pakketreizen, met inbegrip van vakantiepakketten en rondreispakketten (PB L 158 van 23.6.1990, blz. 59).

ADVIES van de Commissie juridische zaken (10.3.2009)

aan de Commissie vervoer en toerisme

inzake het voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad betreffende de rechten van passagiers die over zee of binnenwateren reizen en houdende wijziging van Verordening (EG) nr. 2006/2004 betreffende samenwerking tussen de nationale instanties die verantwoordelijk zijn voor handhaving van de wetgeving inzake consumentenbescherming
(COM(2008)0816 – C6‑0476/2008 – 2008/0246(COD))

Rapporteur voor advies: Georgios Papastamkos

BEKNOPTE MOTIVERING

Dit voorstel voor een verordening heeft tot doel kwesties te regelen inzake de rechten van passagiers van binnenlands en internationaal zeevervoer, met inbegrip van gehandicapten en personen met beperkte mobiliteit.

De rapporteur voor advies is van mening dat het beter zou zijn aparte voorstellen in te dienen, een voor de rechten van passagiers en een ander voor personen met beperkte mobiliteit, omdat deze regelingen verschillende doelstellingen en een verschillend doelpubliek hebben. Dat is overigens ook het geval voor het luchtvervoer, waar de communautaire wetgever verkozen heeft een regeling in te voeren voor kwesties die alle passagiers betreffen, zonder een onderscheid te maken tussen bepaalde categorieën.

De rapporteur is van oordeel dat in de definitie van "vervoerder" verwarring wordt gezaaid door het gebruik van de term "vervoerder" en "feitelijke vervoerder" ter aanduiding van de persoon die het vervoer over zee uitvoert. Dit creëert rechtsonzekerheid bij de passagier die de vervoersovereenkomst sluit, met name voor wat betreft de persoon tot wie hij zich kan wenden in geval de vervoersovereenkomst niet goed wordt uitgevoerd Bijgevolg moeten de bepalingen inzake de verantwoordelijkheid om de passagiers te informeren in geval van vertraging, worden aangevuld in die zin dat de passagiers niet alleen door de vervoerder of de havenbeheerder op de hoogte moeten worden gesteld, maar ook door de touroperator of de verkoper van de vervoersbewijzen, zoals dat de gewoonte is in diverse lidstaten. Ook de term "vertraging" moet worden toegelicht en de gevallen van vertraging zonder schuld moeten nader worden gepreciseerd.

"Vertraging" wordt ook zeer krap in de tijd gedefinieerd (slechts 60 minuten). Wanneer het bijvoorbeeld om een eilandengroep gaat, zoals in de Egeïsche Zee waar de boten per reis 5 tot 6 eilanden aandoen, is één uur veel te kort. In de respectieve regelingen voor luchtvervoer is er sprake van een vertraging van "meer dan twee uur". Misschien neemt het Commissievoorstel de gewone routes en reistijden van Noord-Europa (veerdiensten, enz.) als referentie. Maar dit weerspiegelt in geen geval de omstandigheden van het zeevervoer in de Middellandse Zee.

Wat de compensaties betreft, zou het raadzaam zijn en in overeenstemming met het subsidiariteitsbeginsel dat de termijnen door de lidstaten bepaald worden. Voorts moet de compensatie berekend worden op de nettovervoerprijs, dit wil zeggen de vervoerprijs exclusief BTW en inhoudingen voor derden, en niet op de "prijs van het vervoersbewijs" zoals bepaald wordt in het voorstel. Dit is omdat er in geval van terugbetaling, bijvoorbeeld wegens vertraging of annulering van de reis enz., problemen zouden kunnen rijzen met de terugbetaling van de reeds door de scheepvaartmaatschappij betaalde BTW.

Het gebruik van de term "buitengewone omstandigheden" is onvolledig en vaag. De term "buitengewone omstandigheden" moet nader worden toegelicht. In het voorstel worden wellicht omstandigheden bedoeld als slechte weersomstandigheden of schade aan het schip, enz. Er bestaan echter ook andere omstandigheden waardoor de prestatie van de vervoersdienst bemoeilijkt of geannuleerd wordt, namelijk een reddingsoperatie of een wijziging van de reisroute omdat op een ander eiland moet worden aangemeerd, enz. Het moet duidelijk worden gemaakt of de werkingssfeer van deze bepaling ook op deze gevallen betrekking heeft.

AMENDEMENTEN

De Commissie juridische zaken verzoekt de ten principale bevoegde Commissie vervoer en toerisme onderstaande amendementen in haar verslag op te nemen:

Amendement  1

Voorstel voor een verordening – wijzigingsbesluit

Overweging 19 bis (nieuw)

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

 

(19 bis) Bij een toekomstig wetgevingsinitiatief inzake passagiersrechten zou het redelijker zijn een horizontale wetgevende benadering te volgen waarbij alle vervoersmiddelen worden gedekt, gezien de noodzaak om gecombineerd vervoer te gebruiken.

Amendement  2

Voorstel voor een verordening – wijzigingsbesluit

Artikel 2 – lid 2

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

2. .Lidstaten mogen diensten die onder openbaredienstcontracten vallen, vrijstellen indien die contracten een bescherming van de passagiersrechten garanderen die vergelijkbaar is met deze verordening

2. Lidstaten mogen diensten die onder openbaredienstcontracten vallen, vrijstellen indien die contracten een bescherming van de passagiersrechten garanderen die vergelijkbaar is met deze verordening, en mogen ook diensten vrijstellen die verricht worden door schepen met een beperkt tonnage of schepen die een klein aantal passagiers vervoeren en korte trajecten afleggen.

Motivering

De lidstaten moeten in staat zijn passagiersschepen of cruiseschepen vrij te stellen, of ook schepen die een klein aantal passagiers vervoeren en korte trajecten afleggen, gezien de bijzondere aard van het vervoer dat zij verrichten, waarbij zij doorgaans als "taxi's" op zee opereren.

Amendement  3

Voorstel voor een verordening – wijzigingsbesluit

Artikel 3 – letter f

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

(f) "feitelijke vervoerder": een andere persoon dan de vervoerder en de touroperator, die feitelijk het vervoer in zijn geheel of gedeeltelijk verricht;

(f) "feitelijke vervoerder": een andere persoon dan de vervoerder en de touroperator, of het nu de eigenaar, de bevrachter of de exploitant van het schip betreft, die feitelijk het vervoer in zijn geheel of gedeeltelijk verricht;

Amendement  4

Voorstel voor een verordening – wijzigingsbesluit

Artikel 8 – lid 5 bis (nieuw)

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

 

5 bis. De vervoerders zorgen ervoor dat aan boord van hun schepen en hogesnelheidspassagiersvaartuigen de passagiers in kennis worden gesteld van de algemene informatie inzake de diensten en bijstand die ter beschikking staan van gehandicapten of personen met een beperkte mobiliteit aan boord van het schip of het vaartuig .

Amendement  5

Voorstel voor een verordening – wijzigingsbesluit

Artikel 15 – letter c

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

(c) alle nieuwe personeelsleden bij hun indiensttreding een cursus over de problematiek van gehandicapten volgen en dat personeelsleden, waar nodig, bijscholing ontvangen.

(c) alle nieuwe personeelsleden die rechtstreeks hulp moeten verlenen aan personen met een handicap en personen met beperkte mobiliteit, bij hun indiensttreding een cursus over de problematiek van gehandicapten volgen en dat personeelsleden, waar nodig, bijscholing ontvangen.

Amendement  6

Voorstel voor een verordening – wijzigingsbesluit

Artikel 16 – lid 2

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

2. Er geldt geen beperking op het bedrag van de compensatie die overeenkomstig dit artikel moet worden betaald.

Schrappen.

Amendement  7

Voorstel voor een verordening – wijzigingsbesluit

Artikel 17 – lid 1

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

1. In geval van vertraging moet de vervoerder of, in voorkomend geval, de havenbeheerder de passagiers op de hoogte brengen van de verwachte vertrek- en aankomsttijden zodra die informatie beschikbaar is, maar uiterlijk 30 minuten na een geplande vertrektijd of één uur vóór een geplande aankomsttijd.

1. In geval van vertraging moet de vervoerder of, in voorkomend geval, de havenbeheerder of de touroperator of de door de vervoerder gemachtigde verkoper van de vervoersbewijzen de passagiers op de hoogte brengen van de verwachte vertrek- en aankomsttijden zodra die informatie beschikbaar is, maar uiterlijk 30 minuten na een geplande vertrektijd of één uur vóór een geplande aankomsttijd.

Motivering

De dubbelzinnigheid van de definities van "vervoerder" en "feitelijke vervoerder" creëert rechtsonzekerheid inzake de persoon die de verantwoordelijkheid voor het zeevervoer moet opnemen. De bepalingen van het artikel moeten worden aangevuld om ervoor te zorgen dat de passagiers niet alleen door de vervoerder of de havenbeheerde op de hoogte worden gesteld, maar ook door de touroperator of de ticketverkoper, zoals dat het geval is in verschillende lidstaten.

Amendement  8

Voorstel voor een verordening – wijzigingsbesluit

Artikel 17 – lid 2

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

2. Indien passagiers door een vertraging een aansluiting missen, moet de feitelijke vervoerder alle redelijke inspanningen leveren om de betrokken passagiers van de alternatieve aansluitingen op de hoogte te stellen.

2. Indien passagiers door een vertraging een maritieme aansluiting missen, moeten de vervoerder, de feitelijke vervoerder, de havenbeheerder, de touroperator of de ticketverkoper alle redelijke inspanningen leveren om de betrokken passagiers van de alternatieve aansluitingen op de hoogte te stellen.

Motivering

Het begrip en de definitie van "vervoerder" en "feitelijke vervoerder" creëren rechtsonzekerheid inzake de persoon die de verantwoordelijkheid voor het zeevervoer moet opnemen. De bepalingen van het artikel moeten worden aangevuld om ervoor te zorgen dat de passagiers niet alleen door de vervoerder of de havenbeheerder op de hoogte worden gesteld, maar ook door de touroperator of de ticketverkoper, zoals dat het geval is in verschillende lidstaten.

Amendement  9

Voorstel voor een verordening – wijzigingsbesluit

Artikel 18 – lid 1

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

1. Indien een vervoerder redelijkerwijs verwacht dat een zeevervoersdienst een vertraging van meer dan 60 minuten na de geplande vertrektijd oploopt, worden aan de passagiers gratis maaltijden en verfrissingen aangeboden die in een redelijke verhouding tot de wachttijd staan, indien ze op het schip of in de haven beschikbaar zijn of redelijkerwijs kunnen worden aangeleverd.

1. Indien een vervoerder verwacht dat een zeevervoersdienst door eigen schuld een vertraging van meer dan 120 minuten na de geplande vertrektijd oploopt, worden aan de passagiers gratis maaltijden en verfrissingen aangeboden die in een redelijke verhouding tot de wachttijd staan, indien ze op het schip of in de haven beschikbaar zijn of redelijkerwijs kunnen worden aangeleverd.

Motivering

De termijnen voor vertragingen zijn buitengewoon kort. Wanneer het bijvoorbeeld om een eilandengroep gaat, zoals in de Egeïsche Zee waar de schepen per reis 5 tot 6 eilanden aandoen, is de termijn van één uur veel te kort. In de respectieve regelingen voor luchtvervoer is er sprake van een vertraging van "meer dan twee uur". In het Commissievoorstel worden misschien wel de gebruikelijke trajecten in Noord-Europa als referentie genomen, maar zeker niet de omstandigheden van het zeevervoer in de Middellandse Zee.

Amendement  10

Voorstel voor een verordening – wijzigingsbesluit

Artikel 18 – lid 2 bis (nieuw)

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

 

2 bis. Bovendien kunnen de passagiers gratis urgente telefoongesprekken of telex-, fax- of e-mailberichten verzenden.

Amendement  11

Voorstel voor een verordening – wijzigingsbesluit

Artikel 19 – lid 1 – inleidende formule

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

1. Wanneer een vervoerder redelijkerwijs verwacht dat een zeevervoersdienst meer dan 120 minuten vertraging zal oplopen ten opzichte van de geplande vertrektijd, zal de passagier onmiddellijk:

1. Wanneer een vervoerder verwacht dat een zeevervoersdienst door eigen schuld meer dan 180 minuten vertraging zal oplopen ten opzichte van de geplande vertrektijd, zal de passagier onmiddellijk:

Motivering

De termijnen voor vertragingen zijn buitengewoon kort. Wanneer het bijvoorbeeld om een eilandengroep gaat, zoals in de Egeïsche Zee waar de schepen per reis 5 tot 6 eilanden aandoen, is de termijn van één uur veel te kort. In de respectieve regelingen voor luchtvervoer is er sprake van een vertraging van "meer dan twee uur". In het Commissievoorstel worden misschien wel de gebruikelijke trajecten in Noord-Europa als referentie genomen, maar zeker niet de omstandigheden van het zeevervoer in de Middellandse Zee.

Amendement  12

Voorstel voor een verordening – wijzigingsbesluit

Artikel 20 – lid 1 – letter a

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

(a) 25 % van de prijs van het vervoerbewijs bij een vertraging van 60 tot 119 minuten;

(a) 25 % van de nettoprijs van het vervoerbewijs bij een vertraging van 120 tot 179 minuten;

Motivering

Wat betreft de termijnen voor vertragingen, zie de motivering bij amendementen 5 en 6. De beste oplossing die ook het meest in overeenstemming is met het subsidiariteitsbeginsel zou zijn dat de lidstaten de termijnen bepalen. Voorts moet de compensatie worden berekend op basis van de nettoprijs van de reis, exclusief BTW enz. en niet op basis van de prijs van het ticket.

Amendement  13

Voorstel voor een verordening – wijzigingsbesluit

Artikel 20 – lid 1 – letter b

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

(b) 50 % van de prijs van het vervoerbewijs bij een vertraging van 120 minuten of meer;

(b) 50 % van de prijs van het vervoerbewijs bij een vertraging van 180 minuten of meer;

Motivering

Wat betreft de termijnen voor vertragingen, zie de motivering bij amendementen 5 en 6.

Amendement  14

Voorstel voor een verordening – wijzigingsbesluit

Artikel 20 – lid 4

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

4. Het artikel is niet van toepassing wanneer de vertraging of annulering het gevolg is van buitengewone omstandigheden die de prestatie van de vervoersdienst belemmeren en die zelfs door het treffen van alle redelijke maatregelen niet voorkomen hadden kunnen worden.

4. Het artikel is niet van toepassing wanneer de vertraging of annulering niet het gevolg is van de eigen schuld van de vervoerder maar van buitengewone omstandigheden die de prestatie van de vervoersdienst belemmeren en die zelfs door het treffen van alle redelijke maatregelen niet voorkomen hadden kunnen worden.

Motivering

De bepaling van artikel 20, lid 4, is onvolledig en vaag. Het begrip "buitengewone omstandigheden" wordt verduidelijkt door de aanvullende verwijzing naar het ontbreken van verantwoordelijkheid van de kant van de vervoerder.

Amendement  15

Voorstel voor een verordening – wijzigingsbesluit

Artikel 27 – lid 1

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

1. Elk jaar op 1 juni publiceren de overeenkomstig artikel 26 aangeduide handhavingsinstanties een verslag over hun activiteiten in het voorgaande jaar dat onder meer het volgende bevat:

Schrappen.

(a) een beschrijving van de genomen maatregelen om de bepalingen van deze verordening uit te voeren;

 

(b) een verwijzing naar de procedure voor de afhandeling van individuele klachten;

 

c) een samenvatting van de in de betreffende lidstaat toepasselijke regels in verband met de toegankelijkheid voor gehandicapten en personen met beperkte mobiliteit;

 

(d) samengevoegde gegevens over klachten;

 

(e) gedetailleerde informatie over de toegepaste sancties;

 

(f) andere belangrijke kwesties voor een betere handhaving van deze verordening.

 

Motivering

De bepaling van artikel 27, lid 1 doet de administratieve rompslomp aanzienlijk toenemen zonder toegevoegde waarde aan te brengen.

PROCEDURE

Titel

Rechten van passagiers in het vervoer over zee of over de binnenwateren

Document- en procedurenummers

COM(2008)0816 – C6-0476/2008 – 2008/0246(COD)

Commissie ten principale

TRAN

Advies uitgebracht door

       Datum bekendmaking

JURI

18.12.2008

 

 

 

Rapporteur voor advies

       Datum benoeming

Georgios Papastamkos

19.1.2009

 

 

Behandeling in de commissie

12.2.2009

 

 

 

Datum goedkeuring

9.3.2009

 

 

 

Uitslag eindstemming

+:

–:

0:

16

0

0

Bij de eindstemming aanwezige leden

Monica Frassoni, Giuseppe Gargani, Neena Gill, Klaus-Heiner Lehne, Manuel Medina Ortega, Eva-Riitta Siitonen, Francesco Enrico Speroni, Diana Wallis, Tadeusz Zwiefka

Bij de eindstemming aanwezige vaste plaatsvervanger(s)

Vicente Miguel Garcés Ramón, Jean-Paul Gauzès, Kurt Lechner, Georgios Papastamkos, Gabriele Stauner, Ieke van den Burg

Bij de eindstemming aanwezige plaatsvervanger(s) (art. 178, lid 2)

Bill Newton Dunn

PROCEDURE

Titel

Rechten van passagiers in het vervoer over zee of over de binnenwateren

Document- en procedurenummers

COM(2008)0816 – C6-0476/2008 – 2008/0246(COD)

Datum indiening bij EP

4.12.2008

Commissie ten principale

       Datum bekendmaking

TRAN

18.12.2008

Medeadviserende commissie(s)

       Datum bekendmaking

IMCO

18.12.2008

JURI

18.12.2008

 

 

Geen advies

       Datum besluit

IMCO

27.2.2009

 

 

 

Rapporteur(s)

       Datum benoeming

Michel Teychenné

8.12.2008

 

 

Behandeling in de commissie

17.2.2009

30.3.2009

 

 

Datum goedkeuring

31.3.2009

 

 

 

Uitslag eindstemming

+:

–:

0:

18

0

14

Bij de eindstemming aanwezige leden

Gabriele Albertini, Inés Ayala Sender, Paolo Costa, Luis de Grandes Pascual, Petr Duchoň, Saïd El Khadraoui, Robert Evans, Emanuel Jardim Fernandes, Francesco Ferrari, Brigitte Fouré, Mathieu Grosch, Georg Jarzembowski, Stanisław Jałowiecki, Timothy Kirkhope, Rodi Kratsa-Tsagaropoulou, Sepp Kusstatscher, Jörg Leichtfried, Eva Lichtenberger, Erik Meijer, Luís Queiró, Reinhard Rack, Ulrike Rodust, Gilles Savary, Brian Simpson, Renate Sommer, Dirk Sterckx, Ulrich Stockmann, Yannick Vaugrenard, Armando Veneto, Roberts Zīle

Bij de eindstemming aanwezige vaste plaatsvervanger(s)

Anne E. Jensen, Marie Panayotopoulos-Cassiotou

Datum indiening

2.4.2009