VERSLAG over het voorstel voor een besluit van het Europees Parlement en de Raad betreffende de beschikbaarstelling van middelen uit het Europees fonds voor aanpassing aan de globalisering, overeenkomstig punt 13 van het Interinstitutioneel Akkoord van 2 december 2013 tussen het Europees Parlement, de Raad en de Commissie betreffende de begrotingsdiscipline en een goed financieel beheer (aanvraag EGF/2013/010 ES/Castilla y León, ingediend door Spanje)

12.9.2014 - (COM(2014)0478 – C8-0115/2014 – 2014/2062(BUD))

Begrotingscommissie
Rapporteur: Esteban González Pons

Procedure : 2014/2062(BUD)
Stadium plenaire behandeling
Documentencyclus :  
A8-0007/2014
Ingediende teksten :
A8-0007/2014
Debatten :
Aangenomen teksten :

ONTWERPRESOLUTIE VAN HET EUROPEES PARLEMENT

over het voorstel voor een besluit van het Europees Parlement en de Raad betreffende de beschikbaarstelling van middelen uit het Europees fonds voor aanpassing aan de globalisering, overeenkomstig punt 13 van het Interinstitutioneel Akkoord van 2 december2013 tussen het Europees Parlement, de Raad en de Commissie betreffende de begrotingsdiscipline en een goed financieel beheer (aanvraag EGF/2013/010 ES/Castilla y León, ingediend door Spanje)

(COM(2014)0478 – C8-0115/2014 – 2014/2062(BUD))

Het Europees Parlement,

–       gezien het voorstel van de Commissie aan het Europees Parlement en de Raad (COM2014)0478 – C8-0115/2014),

–       gezien Verordening (EG) nr. 1927/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 20 december 2006 tot oprichting van een Europees fonds voor aanpassing aan de globalisering[1] (EFG-verordening),

–       gezien Verordening (EU, Euratom) nr. 1311/2013 van de Raad van 2 december 2013 tot bepaling van het meerjarig financieel kader voor de jaren 2014-2020[2], en met name artikel 12,

–       gezien het Interinstitutioneel Akkoord van 2 december 2013 tussen het Europees Parlement, de Raad en de Commissie betreffende de begrotingsdiscipline, de samenwerking in begrotingszaken en een goed financieel beheer[3] (IIA van 2 december 2013), en met name punt 13,

–       gezien de trialoogprocedure als bedoeld in punt 13 van het IIA van 2 december 2013,

–       gezien de brief van de Commissie werkgelegenheid en sociale zaken,

–       gezien het verslag van de Begrotingscommissie (A8-0007/2014),

A. overwegende dat de Europese Unie wetgevings- en begrotingsinstrumenten in het leven heeft geroepen om extra steun te geven aan werknemers die de gevolgen van grote structurele veranderingen in de wereldhandelspatronen ondervinden, en hen te helpen bij hun terugkeer op de arbeidsmarkt,

B.  overwegende dat financiële steun van de Unie aan ontslagen werknemers flexibel moet zijn en zo snel en efficiënt mogelijk ter beschikking moet worden gesteld, overeenkomstig de gezamenlijke verklaring van het Europees Parlement, de Raad en de Commissie die is goedgekeurd op het overleg van 17 juli 2008, en met eerbiediging van het IIA van 2 december 2013 wat betreft het nemen van besluiten om gebruik te maken van het EFG,

C. overwegende dat Spanje aanvraag EGF/2013/010 ES/Castilla y Léon voor een bijdrage uit het EFG heeft ingediend naar aanleiding van 587 ontslagen werknemers, van wie 400 naar verwachting aan de maatregelen zullen deelnemen, bij drie ondernemingen die actief zijn in de houtindustrie en in de vervaardiging van artikelen van hout en kurk[4] in de NUTS II-regio Castilla y León (ES41) in Spanje gedurende de referentieperiode van 28 december 2012 tot 28 september 2013,

D. overwegende dat de aanvraag voldoet aan de criteria voor subsidiabiliteit van de EFG-verordening,

1.  is het met de Commissie eens dat is voldaan aan de voorwaarden van artikel 2, onder b), van de EFG-verordening en dat Spanje bijgevolg recht heeft op een financiële bijdrage op grond van die verordening;

2.  stelt vast dat de Spaanse autoriteiten de aanvraag voor een financiële bijdrage uit het EFG op 5 december 2013 hebben ingediend en dat de beoordeling daarvan door de Commissie op 22 juli 2014 is gepubliceerd;

3.  is van mening dat de ontslagen bij drie ondernemingen die actief zijn in de houtindustrie en de vervaardiging van artikelen van hout en kurk in de NUTS II-regio Castilla y León (ES41) verband houden met grote structurele veranderingen in de wereldhandelspatronen als gevolg van de globalisering, en wijst er in dit verband op dat het volume van de export vanuit de EU 27 van schrijn- en timmerwerk voor bouwwerken gedurende de periode 2008-2011 met 10,33 % is afgenomen; wijst erop dat de afname in diezelfde periode zelfs nog groter was in Spanje, waar het aantal ondernemingen met 28,8 % daalde;

4.  merkt op dat de 587 ontslagen in kwestie een zeer nadelige invloed hebben gehad op de lokale arbeidsmarkt, met een toename van het werkloosheidspercentage van 8,2 % in het eerste kwartaal van 2008 tot 22,7 %[5] in het eerste kwartaal van 2013; is van mening dat de werkloosheidssituatie in het getroffen gebied buitengewoon fragiel lijkt, gezien de extreem lage bevolkingsdichtheid in Soria, één van de twee door ontslag getroffen provincies, en de hoge afhankelijkheid van het getroffen gebied van de houtsector; wijst erop dat de ontslagen in het gebied, als gevolg van de lage bevolkingsdichtheid, tevens ernstige gevolgen hebben voor de lokale economie;

5.   stelt vast dat wordt geraamd dat een beperkt aantal deelnemers een som van naar schatting tot 5 200 EUR kan ontvangen in het kader van de maatregel ter bevordering van ondernemerschap; wijst erop dat deze geraamde som is samengesteld uit verschillende bedragen afkomstig van verschillende steunmaatregelen;

6.  is verheugd over het feit dat de Spaanse autoriteiten op 1 februari 2014 hebben besloten met de uitvoering van de individuele diensten voor de getroffen werknemers te beginnen teneinde de werknemers snel bijstand te verlenen, ruimschoots vooruitlopend op het definitieve besluit over de toekenning van EFG-steun voor het voorgestelde gecoördineerde pakket;

7.  merkt op dat het gecoördineerde pakket van individuele diensten waarvoor medefinanciering wordt aangevraagd maatregelen omvat voor de terugkeer van circa 400 ontslagen werknemers op de arbeidsmarkt zoals algemene voorlichtingsbijeenkomsten, beroepsbegeleiding en -advies, intensieve hulp bij het zoeken naar werk, opleidingen, bevordering van ondernemerschap en stimulansen;

8.      is ingenomen met het feit dat de voormalige werknemers van Puertas Norma - de onderneming die de meeste werknemers ontsloeg -, FAFECYL[6] en de sociale partners de voorgestelde uitvoering van het pakket hebben besproken;

9.      herinnert aan het belang van een verbetering van de inzetbaarheid van alle werknemers door aangepaste opleiding en de erkenning van de in de loop van het beroepsleven opgedane vaardigheden en bekwaamheden; verwacht dat de opleiding die in het gecoördineerde pakket wordt aangeboden, niet alleen is afgestemd op de behoeften van de ontslagen werknemers, maar ook op het huidige ondernemingsklimaat;

10.    merkt op dat de informatie die is verstrekt over het gecoördineerde pakket van individuele diensten dat uit het EFG moet worden gefinancierd, gegevens bevat over de complementariteit met maatregelen die worden gefinancierd uit de structuurfondsen; benadrukt dat de Spaanse autoriteiten bevestigen dat voor de subsidiabele maatregelen geen steun uit andere financieringsinstrumenten van de Unie wordt ontvangen; herhaalt zijn oproep aan de Commissie om in haar jaarverslagen een vergelijkende evaluatie van deze gegevens op te nemen om ervoor te zorgen dat de bestaande verordeningen volledig in acht worden genomen en dubbel gebruik van door de Unie gefinancierde diensten wordt voorkomen;

11.    verzoekt de betrokken instellingen de nodige maatregelen te nemen om de procedurele regelingen te verbeteren teneinde de beschikbaarstelling van middelen uit het EFG te bespoedigen; waardeert de verbeterde procedure die de Commissie op verzoek van het Parlement in het leven heeft geroepen om de toekenning van subsidies te versnellen, met als doel de begrotingsautoriteit de beoordeling door de Commissie van de subsidiabiliteit van een EFG-aanvraag voor te leggen samen met het voorstel voor de beschikbaarstelling van middelen uit het EFG; benadrukt dat verdere verbeteringen aan de procedure zijn opgenomen in de nieuwe EFG-verordening (2014-2020)[7] en dat grotere doelmatigheid, transparantie en zichtbaarheid van het EFG zullen worden bereikt;

12.    beklemtoont dat overeenkomstig artikel 6 van de EFG-verordening moet worden gewaarborgd dat met middelen uit het EFG de duurzame terugkeer van individuele ontslagen werknemers op de arbeidsmarkt wordt gesteund; benadrukt voorts dat de EFG-steun alleen actieve arbeidsmarktmaatregelen kan medefinancieren die duurzame werkgelegenheid voor de lange termijn opleveren; herhaalt dat uit het EFG afkomstige steun niet in de plaats mag komen van maatregelen waartoe ondernemingen verplicht zijn krachtens de nationale wetgeving of collectieve overeenkomsten, noch van maatregelen voor de herstructurering van ondernemingen of sectoren;

13.    is ingenomen met de vaststelling van de nieuwe EFG-verordening, die vorm geeft aan de overeenkomst tussen het Parlement en de Raad om het criterium "crisisafwijking" opnieuw in te voeren, de financiële bijdrage van de Unie te verhogen tot 60 % van de totale geschatte kosten van de voorgestelde maatregelen, de efficiëntie voor de behandeling van EFG-aanvragen in de Commissie en door het Parlement en de Raad te verhogen door de termijn voor beoordeling en goedkeuring te verkorten, de subsidiabele maatregelen en begunstigden uit te breiden door zelfstandigen en jongeren toe te voegen en stimuleringsmaatregelen voor de oprichting van een eigen bedrijf te financieren;

14.    hecht zijn goedkeuring aan het bij deze resolutie gevoegde besluit;

15.    verzoekt zijn Voorzitter dit besluit samen met de voorzitter van de Raad te ondertekenen en zorg te dragen voor publicatie ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie;

16.    verzoekt zijn Voorzitter deze resolutie, met inbegrip van de bijlage, te doen toekomen aan de Raad en de Commissie.

  • [1]  PB L 406 van 30.12.2006, blz. 1.
  • [2]  PB L 347 van 20.12.2013, blz. 884.
  • [3]  PB C 373 van 20.12.2013, blz. 1.
  • [4]  Verordening (EG) nr. 1893/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 20 december 2006 tot vaststelling van de statistische classificatie van economische activiteiten NACE Rev. 2 en tot wijziging van Verordening (EEG) nr. 3037/90 en enkele EG-verordeningen op specifieke statistische gebieden (PB L 393 van 30.12.2006, blz. 1).
  • [5]  http://www.datosmacro.com/paro-epa/espana-comunidades-autonomas/castilla-leon
  • [6]  FAFECYL is een trilaterale publieke stichting die onder de openbare dienst voor arbeidsvoorziening van Castilla y León valt. De werkgeversorganisatie CECALE en de vakbonden UGT en CCOO maken deel uit van de raad van bestuur van FAFECYL.
  • [7]  Verordening (EU) nr. 1309/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 17 december 2013 betreffende het Europees fonds voor aanpassing aan de globalisering (2014-2020) en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1927/2006 (PB L 347 van 20.12.2013, blz. 855).

BIJLAGE: BESLUIT VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

betreffende de beschikbaarstelling van middelen uit het Europees fonds voor aanpassing aan de globalisering, overeenkomstig punt 13 van het Interinstitutioneel Akkoord van 2 december 2013 tussen het Europees Parlement, de Raad en de Commissie betreffende de begrotingsdiscipline en een goed financieel beheer (aanvraag EGF/2013/010 ES/Castilla y León, ingediend door Spanje)

HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Verordening (EG) nr. 1927/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 20 december 2006 tot oprichting van een Europees Fonds voor aanpassing aan de globalisering[1], en met name artikel 12, lid 3,

Gezien Verordening (EG) nr. 1309/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 17 december 2013 betreffende het Europees fonds voor aanpassing aan de globalisering (2014-2020) en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1927/2006[2], en met name artikel 23, tweede alinea,

Gezien Verordening (EU, Euratom) nr. 1311/2013 van de Raad van 2 december 2013 tot bepaling van het meerjarig financieel kader voor de jaren 2014-2020[3], en met name artikel 12,

Gezien het Interinstitutioneel Akkoord van 2 december 2013 tussen het Europees Parlement, de Raad en de Commissie betreffende de begrotingsdiscipline, de samenwerking in begrotingszaken en een goed financieel beheer[4], en met name punt 13,

Gezien het voorstel van de Europese Commissie,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)      Het Europees fonds voor aanpassing aan de globalisering (EFG) is opgericht om extra steun te verlenen aan werknemers die worden ontslagen als gevolg van door de globalisering veroorzaakte grote structurele veranderingen in de wereldhandelspatronen en om hen te helpen bij hun terugkeer op de arbeidsmarkt.

(2)      Het EFG mag het jaarlijkse maximumbedrag van 150 miljoen EUR (prijzen 2011) niet overschrijden, zoals vastgelegd in artikel 12 van Verordening (EU, Euratom) nr. 1311/2013.

(3)      Spanje heeft op 5 december 2013 een aanvraag ingediend om middelen uit het EFG beschikbaar te stellen in verband met gedwongen ontslagen bij drie ondernemingen die vallen onder afdeling 16 van NACE Rev. 2 (houtindustrie en vervaardiging van artikelen van hout en van kurk, exclusief meubelen; vervaardiging van artikelen van riet en van vlechtwerk) in de NUTS II-regio Castilla y León (ES 41), en heeft aanvullende informatie verstrekt tot en met 25 maart 2014. Deze aanvraag voldoet aan de voorwaarden voor een financiële bijdrage overeenkomstig artikel 10 van Verordening (EG) nr. 1927/2006. Bijgevolg stelt de Commissie voor om een bedrag van 700 000 EUR beschikbaar te stellen.

(4)      Er moeten dan ook middelen uit het EFG beschikbaar worden gesteld om een financiële bijdrage te leveren voor de door Spanje ingediende aanvraag.

HEBBEN HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

Voor de algemene begroting van de Europese Unie voor het begrotingsjaar 2014 wordt uit het Europees Fonds voor aanpassing aan de globalisering 700 000 EUR aan vastleggings- en betalingskredieten beschikbaar gesteld.

Artikel 2

Dit besluit wordt bekendgemaakt in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Gedaan te Brussel,

Voor het Europees Parlement                      Voor de Raad

De Voorzitter                                                De Voorzitter

  • [1]  PB L 406 van 30.12.2006, blz. 1.
  • [2]   PB L 347 van 20.12.2013, blz. 855.
  • [3]             PB L 347 van 20.12.2013, blz. 884.
  • [4]  PB C 373 van 20.12.2013, blz. 1.

TOELICHTING

I. Achtergrond

Het Europees Fonds voor aanpassing aan de globalisering (EFG) is opgericht om extra steun te geven aan werknemers die de gevolgen van grote structurele veranderingen in de wereldhandelspatronen ondervinden.

Overeenkomstig de bepalingen van artikel 12 van Verordening (EU, Euratom) nr. 1311/2013 tot bepaling van het meerjarig financieel kader voor de jaren 2014-2020[1] en van artikel 12 van Verordening (EG) nr. 1927/2006[2], mag het jaarlijkse maximumbedrag ten behoeve van het fonds niet meer dan 150 miljoen EUR bedragen (prijzen 2011). De benodigde bedragen worden als voorziening opgenomen in de algemene begroting van de Europese Unie.

Overeenkomstig punt 13 van het Interinstitutioneel Akkoord van 2 december 2013 tussen het Europees Parlement, de Raad en de Commissie betreffende de begrotingsdiscipline, de samenwerking in begrotingszaken en een goed financieel beheer[3], verloopt de procedure om het fonds te activeren als volgt: na een positieve beoordeling van een aanvraag legt de Commissie een voorstel tot beschikbaarstelling van middelen uit het fonds aan de begrotingsautoriteit voor, samen met een bijbehorend overschrijvingsverzoek. Indien er geen eensgezindheid bestaat, wordt een trialoogprocedure ingeleid.

II. De aanvraag betreffende Castilla y Léon en het voorstel van de Commissie

Op 22 juli 2014 heeft de Commissie een voorstel aangenomen voor een besluit betreffende de beschikbaarstelling van middelen uit het EFG voor Spanje om de terugkeer op de arbeidsmarkt te ondersteunen van werknemers die zijn ontslagen bij drie ondernemingen die vallen onder afdeling 16 van NACE Rev. 2 (houtindustrie en vervaardiging van artikelen van hout en van kurk, exclusief meubelen; vervaardiging van artikelen van riet en van vlechtwerk)[4] in de NUTS II-regio Castilla y León (ES 41), als gevolg van door de globalisering veroorzaakte grote structurele veranderingen in de wereldhandelspatronen.

Deze aanvraag voor de beschikbaarstelling van een totaalbedrag van 700 000 EUR uit het EFG voor Spanje is de negende die in het kader van de begroting 2014 wordt behandeld. De aanvraag betreft 587 gedwongen ontslagen bij drie ondernemingen die vallen onder afdeling 16 van NACE Rev. 2 (houtindustrie en vervaardiging van artikelen van hout en van kurk, exclusief meubelen; vervaardiging van artikelen van riet en van vlechtwerk), waarbij 400 ontslagen werknemers in aanmerking komen voor de uit het EFG medegefinancierde maatregelen gedurende de periode van 28 december 2012 tot en met 28 september 2013. Van deze ontslagen werden er 560 in overeenstemming met artikel 2, tweede alinea, tweede streepje, van Verordening (EG) nr. 1927/2006 berekend. Bij Kronospan S.A. moesten nog eens 27 werknemers afvloeien; deze ontslagen werden berekend overeenkomstig dezelfde alinea, derde streepje. De Commissie heeft de overeenkomstig artikel 2, lid 2, tweede alinea, derde streepje, vereiste bevestiging ontvangen dat het hierbij om het werkelijke aantal ontslagen gaat.

De aanvraag werd op 5 december 2013 bij de Commissie ingediend en tot en met 25 maart 2014 werd er aanvullende informatie verstrekt. De Commissie heeft geconcludeerd dat de aanvraag voldoet aan de in Verordening (EG) nr. 1927/2006, artikel 2, onder b), neergelegde voorwaarden voor het gebruik van het EFG.

De Spaanse autoriteiten stellen dat, gedurende de periode 2008-2011 het volume van de export van schrijn- en timmerwerk voor bouwwerken door de ondernemingen in Castilla y León is afgenomen, net als de export op EU-niveau. Maar terwijl de export vanuit de EU-27 met 10,33 % afnam, daalde de export van de ondernemingen in Castilla y León met 37 %[5]. Daarnaast stellen de Spaanse autoriteiten, op grond van gegevens van het nationaal bureau voor statistiek van Spanje (INE)[6], dat als gevolg van de krimpende markt voor schrijn- en timmerwerk voor bouwwerken wereldwijd en het verlies van marktaandeel van de EU 27 het aantal ondernemingen dat actief is in de houtindustrie en in de vervaardiging van artikelen van hout en van kurk, exclusief meubelen, in Castilla y León is afgenomen van 1 100 in 2008 tot 855 in 2013, een daling van 22,3 %. Landelijk gezien was de daling zelfs nog groter. Gedurende de periode 2008-2013 is het aantal ondernemingen afgenomen van 16 575 tot 11 806, een daling van 28,8 %.

Het gecoördineerde pakket van individuele diensten waarvoor medefinanciering wordt aangevraagd omvat maatregelen voor de terugkeer van circa 400 ontslagen werknemers op de arbeidsmarkt zoals algemene voorlichtingsbijeenkomsten, beroepsbegeleiding en -advies, intensieve hulp bij het zoeken naar werk, opleidingen, bevordering van ondernemerschap en stimulansen.

Volgens de Spaanse autoriteiten vormen de maatregelen die op 1 februari 2014 in gang zijn gezet samen een gecoördineerd pakket van individuele diensten en is hierbij sprake van actieve arbeidsmarktmaatregelen die zijn gericht op de terugkeer op de arbeidsmarkt van de werknemers.

Wat de criteria van artikel 6 van Verordening (EG) nr. 1927/2006 betreft, hebben de Spaanse autoriteiten in de aanvraag:

•  bevestigd dat de financiële bijdrage uit het EFG niet in de plaats komt van maatregelen die krachtens de nationale wetgeving of collectieve arbeidsovereenkomsten onder de verantwoordelijkheid van ondernemingen vallen;

•  aangetoond dat de maatregelen tot doel hebben steun te verlenen aan individuele werknemers en niet worden gebruikt om ondernemingen of sectoren te herstructureren;

•  bevestigd dat voor de hierboven vermelde subsidiabele maatregelen geen steun uit andere EU-financieringsinstrumenten wordt ontvangen.

Wat de beheers- en controlesystemen betreft, heeft Spanje de Commissie medegedeeld dat de financiële bijdrage wordt beheerd en gecontroleerd door dezelfde instanties die ook de middelen uit het ESF beheren en controleren. ECYL, de openbare dienst voor arbeidsvoorziening van de regio Castilla y León, zal fungeren als de bemiddelende instantie voor de beheersautoriteit.

III. Procedure

Om middelen uit het fonds te kunnen inzetten, heeft de Commissie de begrotingsautoriteit een overschrijvingsverzoek doen toekomen voor een totaalbedrag van 700 000 EUR uit de EFG-reserve (40 02 43) naar de EFG-begrotingslijn (04 04 51).

Dit is het negende voorstel tot overschrijving voor de beschikbaarstelling van middelen uit het fonds dat tot op heden in 2014 naar de begrotingsautoriteit is gezonden. Het voorgestelde bedrag van de financiële bijdrage laat meer dan 25 % van het voor het EFG bestemde jaarlijkse maximumbedrag beschikbaar voor toewijzingen gedurende de laatste vier maanden van het jaar, zoals voorgeschreven door artikel 12, lid 6, van Verordening (EG) nr. 1927/2006.

De trialoog over het voorstel van de Commissie voor een besluit betreffende de beschikbaarstelling van middelen uit het EFG kan plaatsvinden in een vereenvoudigde vorm, zoals voorzien in artikel 12, lid 5, van de rechtsgrondslag, tenzij het Parlement en de Raad niet tot overeenstemming kunnen komen.

Conform een interne afspraak moet de Commissie werkgelegenheid en sociale zaken bij dit proces worden betrokken, zodat zij op constructieve wijze kan bijdragen aan de beoordeling van de aanvragen voor steun uit het EFG.

  • [1]             PB L 347 van 20.12.2013, blz. 884.
  • [2]             PB L 406 van 30.12.2006, blz. 1.
  • [3]             PB C 373 van 20.12.2013, blz. 1.
  • [4]  Verordening (EG) nr. 1893/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 20 december 2006 tot vaststelling van de statistische classificatie van economische activiteiten NACE Rev. 2 en tot wijziging van Verordening (EEG) nr. 3037/90 en enkele EG-verordeningen op specifieke statistische gebieden (PB L 393 van 30.12.2006, blz. 1).
  • [5]  Bron van de gegevens op regionaal niveau: Ministerie van Economie en Concurrentie (tariefposten - DataComex statistische basis).
  • [6]  Instituto Nacional de Estadística (Spaans nationaal bureau voor statistiek). www.ine.es/

BIJLAGE: BRIEF VAN DE COMMISSIE WERKGELEGENHEID EN SOCIALE ZAKEN

ZP/ch D(2014)39276

M. Jean Arthuis

Voorzitter van de Begrotingscommissie

ASP 09G205

Betreft: Advies betreffende de beschikbaarstelling van middelen uit het Europees Fonds voor aanpassing aan de globalisering (EFG) in de zaak EGF/2013/010 ES/Castilla y León, ingediend door Spanje (COM(2014)478 def)

Geachte voorzitter,

De Commissie werkgelegenheid en sociale zaken (EMPL) en haar werkgroep EFG hebben de beschikbaarstelling van middelen uit het EFG voor dossier EGF/2013/010 ES/Castilla y León onderzocht en het volgende advies goedgekeurd.

De Commissie werkgelegenheid en sociale zaken en de werkgroep EFG zijn voorstander van de beschikbaarstelling van middelen uit het Fonds voor het verlangde doel. De commissie formuleert in dit verband een aantal opmerkingen, zonder evenwel de betaling ter discussie te willen stellen.

Bij haar beraadslagingen is de Commissie werkgelegenheid en sociale zaken uitgegaan van de volgende overwegingen:

A)  overwegende dat deze aanvraag is gebaseerd op artikel 2, onder b), van EFG-Verordening (EG) nr. 1927/2006 en betrekking heeft op 587 werknemers die zijn ontslagen bij drie ondernemingen die vallen onder afdeling 16 van NACE Rev. 2 (houtindustrie en vervaardiging van artikelen van hout en van kurk, exclusief meubelen; vervaardiging van artikelen van riet en van vlechtwerk) in de NUTS II-regio Castilla y León (ES 41) in Spanje, gedurende de referentieperiode van 28 december 2012 tot 28 september 2013;

B)  overwegende dat volgens de Spaanse autoriteiten naar verwachting circa 400 werknemers ervoor zullen kiezen aan de maatregelen deel te nemen;

C)  overwegende dat de Spaanse autoriteiten stellen dat de belangrijkstee oorzaak voor de ontslagen ligt in de krimpende wereldmarkt voor schrijn- en timmerwerk voor bouwwerken alsook in het afnemende aandeel van de EU27 in de wereldmarkt;

D)  overwegende dat 77,85 % van de werknemers waarop de maatregelen betrekking hebben, mannen zijn en 22,15 % vrouwen; overwegende dat de grote meerderheid (72,57 %) van de werknemers tussen de 25 en 54 jaar oud is; overwegende dat 24, 19% van de werknemers tussen de 55 en 64 jaar oud is;

E)  overwegende dat de ontslagen zich voordeden in de regio Castilla y León, waar de werkgelegenheidssituatie reeds fragiel was, onder meer vanwege de lage bevolkingsdichtheid, hetgeen nadelige gevolgen heeft voor de lokale economie, en waar het werkloosheidspercentage drastisch is gestegen van 8,2 % (in het eerste kwartaal van 2008) naar 22,7 % (in het eerste kwartaal van 2013);

De Commissie werkgelegenheid en sociale zaken verzoekt derhalve de ten principale bevoegde Begrotingscommissie onderstaande suggesties in haar ontwerpresolutie over de Spaanse aanvraag op te nemen:

1.  is het met de Commissie eens dat voldaan is aan de voorwaarden die zijn opgenomen in artikel 2, onder b), van de EFG-verordening en dat Spanje bijgevolg recht heeft op een financiële bijdrage op grond van die verordening;

2.  wijst erop dat de Spaanse autoriteiten de aanvraag voor financiële steun het EFG op 5 december 2013 hebben ingediend; betreurt evenwel dat nog tot 25 maart 2014 aanvullende informatie is verstrekt, waardoor de middelen uit het EFG pas laat beschikbaar konden worden gesteld ten opzicht van de aanvraagdatum; is van oordeel dat deze vertraging in strijd is met de doelstelling om ontslagen werknemers snel steun te verlenen;

3.  is ingenomen met het feit dat de Spaanse autoriteiten de beoogde begunstigden vanaf 1 februari 2014 individuele dienstverlening hebben verstrekt;

4.  wijst erop dat een beperkt aantal deelnemers een bedrag van naar schatting maximaal 5 200 EUR kan ontvangen in het kader van de maatregel om ondernemerschap te bevorderen; wijst erop dat deze geraamde som is samengesteld uit verschillende bedragen afkomstig van verschillende steunmaatregelen;

5.  benadrukt het belang van vorige beoordelingen van de economische vooruitzichten en de duurzaamheid van nieuw opgestarte ondernemingen die worden gesteund door middel van EFG-maatregelen; roept op om deelnemers in dit opzicht een passende begeleiding te bieden, niet enkel bij de ondersteuning van het opstarten van ondernemingen, maar ook op het vlak van beroepsopleidingen;

6. dringt er bij de Spaanse autoriteiten op aan te waarborgen dat bij de selectie van de begunstigden van toelagen en stimulerende maatregelen de beginselen van non-discriminatie en gelijke kansen ten volle worden geëerbiedigd;

7. dringt er bij de Spaanse autoriteiten en de Europese Commissie op aan alles in het werk te stellen om te verifiëren dat de gefinancierde acties conform de beginselen van goed en efficiënt financieel beheer zijn uitgevoerd;

Hoogachtend,

Marita ULVSKOG,

Waarnemend voorzitter, eerste ondervoorzitter

UITSLAG VAN DE EINDSTEMMING IN DE COMMISSIE

Datum goedkeuring

11.9.2014

 

 

 

Uitslag eindstemming

+:

–:

0:

29

4

0

Bij de eindstemming aanwezige leden

Nedzhmi Ali, Richard Ashworth, Jean-Paul Denanot, Gérard Deprez, José Manuel Fernandes, Eider Gardiazabal Rubial, Jens Geier, Esteban González Pons, Heidi Hautala, Iris Hoffmann, Kaja Kallas, Bernd Kölmel, Vladimír Maňka, Siegfried Mureşan, Victor Negrescu, Liadh Ní Riada, Jan Marian Olbrycht, Pina Picierno, Pedro Silva Pereira, Patricija Šulin, Eleytherios Synadinos, Paul Tang, Indrek Tarand, Marco Valli, Monika Vana, Marco Zanni

Bij de eindstemming aanwezige vaste plaatsvervangers

Georgios Kyrtsos, Giovanni La Via, Janusz Lewandowski, Ivan Štefanec, Anders Primdahl Vistisen, Tomáš Zdechovský

Bij de eindstemming aanwezige plaatsvervangers (art. 200, lid 2)

Albert Deß