Artikel 133 : Zittingsperioden, zittingen, vergaderperioden, plenaire vergaderingen
1. De zittingsperiode is de in de Akte van 20 september 1976 vastgestelde duur van het mandaat van de leden.
2. De zitting is de jaarlijkse periode, zoals die in voornoemde Akte en de Verdragen is vastgelegd.
3. De vergaderperiode is de in de regel maandelijks plaatsvindende bijeenkomst van het Parlement, die bestaat uit afzonderlijke vergaderdagen bestaat.
De op één en dezelfde dag plaatsvindende plenaire vergaderingen van het Parlement worden als één vergadering beschouwd.