Index 
 Vorige 
 Volgende 
 Volledige tekst 
Procedure : 2009/2124(DEC)
Stadium plenaire behandeling
Documentencyclus : A7-0104/2010

Ingediende teksten :

A7-0104/2010

Debatten :

PV 21/04/2010 - 3
CRE 21/04/2010 - 3

Stemmingen :

PV 05/05/2010 - 13.13
Stemverklaringen

Aangenomen teksten :

P7_TA(2010)0103

Aangenomen teksten
PDF 231kWORD 50k
Woensdag 5 mei 2010 - Brussel
Kwijting 2008: Europees Centrum voor ziektepreventie en ­bestrijding
P7_TA(2010)0103A7-0104/2010
Besluit
 Besluit
 Resolutie

1.Besluit van het Europees Parlement van 5 mei 2010 over het verlenen van kwijting voor de uitvoering van de begroting van het Europees Centrum voor ziektepreventie en ­bestrijding voor het begrotingsjaar 2008 (C7-0195/2009 – 2009/2124(DEC))

Het Europees Parlement,

–   gezien de definitieve jaarrekening van het Europees Centrum voor ziektepreventie en ­bestrijding voor het begrotingsjaar 2008,

–   gezien het jaarverslag van de Rekenkamer over de jaarrekening van het Europees Centrum voor ziektepreventie en ­bestrijding voor het begrotingsjaar 2008, tezamen met de antwoorden van het Centrum(1),

–   gezien de aanbeveling van de Raad van 16 februari 2010 (5827/2010 – C7-0061/2010),

–   gelet op artikel 276 van het EG-Verdrag en artikel 319 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

–   gezien Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen(2), en met name artikel 185,

–   gezien Verordening (EG) nr. 851/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 21 april 2004 tot oprichting van een Europees Centrum voor ziektepreventie en -bestrijding(3), en met name artikel 23,

–   gezien Verordening (EG, Euratom) nr. 2343/2002 van de Commissie van 19 november 2002 houdende de financiële kaderregeling van de organen zoals bedoeld in artikel 185 van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002(4), en met name artikel 94,

–   gelet op artikel 77 en bijlage VI van zijn Reglement,

–   gezien het verslag van de Commissie begrotingscontrole en het advies van de Commissie milieubeheer, volksgezondheid en voedselveiligheid (A7-0104/2010),

1.   verleent de directeur van het Europees Centrum voor ziektepreventie en ­bestrijding kwijting voor de uitvoering van de begroting van het Centrum voor het begrotingsjaar 2008;

2.   formuleert zijn opmerkingen in onderstaande resolutie;

3.   verzoekt zijn Voorzitter dit besluit en de resolutie die daarvan een integrerend deel uitmaakt, te doen toekomen aan de directeur van het Europees Centrum voor ziektepreventie en ­bestrijding, de Raad, de Commissie en de Rekenkamer, en te zorgen voor publicatie ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie (serie L).

(1) PB C 304 van 15.12.2009, blz. 112.
(2) PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1.
(3) PB L 142 van 30.4.2004, blz. 1.
(4) PB L 357 van 31.12.2002, blz. 72.


2.Besluit van het Europees Parlement van 5 mei 2010 over de afsluiting van de rekeningen van het Europees Centrum voor ziektepreventie en ­bestrijding voor het begrotingsjaar 2008 (C7-0195/2009 – 2009/2124(DEC))

Het Europees Parlement,

–   gezien de definitieve jaarrekening van het Europees Centrum voor ziektepreventie en ­bestrijding voor het begrotingsjaar 2008,

–   gezien het jaarverslag van de Rekenkamer over de jaarrekening van het Europees Centrum voor ziektepreventie en ­bestrijding voor het begrotingsjaar 2008, tezamen met de antwoorden van het Centrum(1),

–   gezien de aanbeveling van de Raad van 16 februari 2010 (5827/2010 – C7-0061/2010),

–   gelet op artikel 276 van het EG-Verdrag en artikel 319 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

–   gezien Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen(2), en met name artikel 185,

–   gezien Verordening (EG) nr. 851/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 21 april 2004 tot oprichting van een Europees Centrum voor ziektepreventie en -bestrijding(3), en met name artikel 23,

–   gezien Verordening (EG, Euratom) nr. 2343/2002 van de Commissie van 19 november 2002 houdende de financiële kaderregeling van de organen zoals bedoeld in artikel 185 van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002(4), en met name artikel 94,

–   gelet op artikel 77 en bijlage VI van zijn Reglement,

–   gezien het verslag van de Commissie begrotingscontrole en het advies van de Commissie milieubeheer, volksgezondheid en voedselveiligheid (A7-0104/2010),

1.   gaat akkoord met de afsluiting van de rekeningen van het Europees Centrum voor ziektepreventie en ­bestrijding voor het begrotingsjaar 2008;

2.   verzoekt zijn Voorzitter dit besluit te doen toekomen aan de directeur van het Europees Centrum voor ziektepreventie en ­bestrijding, de Raad, de Commissie en de Rekenkamer, en te zorgen voor publicatie ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie (serie L).

(1) PB C 304 van 15.12.2009, blz. 112.
(2) PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1.
(3) PB L 142 van 30.4.2004, blz. 1.
(4) PB L 357 van 31.12.2002, blz. 72.


3.Resolutie van het Europees Parlement van 5 mei 2010 met de opmerkingen die een integrerend deel uitmaken van het besluit over het verlenen van kwijting voor de uitvoering van de begroting van het Europees Centrum voor ziektepreventie en ­bestrijding voor het begrotingsjaar 2008 (C7-0195/2009 – 2009/2124(DEC))

Het Europees Parlement,

–   gezien de definitieve jaarrekening van het Europees Centrum voor ziektepreventie en ­bestrijding voor het begrotingsjaar 2008,

–   gezien het jaarverslag van de Rekenkamer over de jaarrekening van het Europees Centrum voor ziektepreventie en ­bestrijding voor het begrotingsjaar 2008, tezamen met de antwoorden van het Centrum(1),

–   gezien de aanbeveling van de Raad van 16 februari 2010 (5827/2010 – C7-0061/2010),

–   gelet op artikel 276 van het EG-Verdrag en artikel 319 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

–   gezien Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen(2), en met name artikel 185,

–   gezien Verordening (EG) nr. 851/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 21 april 2004 tot oprichting van een Europees Centrum voor ziektepreventie en -bestrijding(3), en met name artikel 23,

–   gezien Verordening (EG, Euratom) nr. 2343/2002 van de Commissie van 19 november 2002 houdende de financiële kaderregeling van de organen zoals bedoeld in artikel 185 van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002(4), en met name artikel 94,

–   gelet op artikel 77 en bijlage VI van zijn Reglement,

–   gezien het verslag van de Commissie begrotingscontrole en het advies van de Commissie milieubeheer, volksgezondheid en voedselveiligheid (A7-0104/2010),

A.   overwegende dat de Rekenkamer heeft verklaard redelijke zekerheid te hebben verkregen dat de jaarrekening voor het begrotingsjaar 2008 betrouwbaar is en dat de onderliggende verrichtingen wettig en regelmatig zijn,

B.   overwegende dat het Parlement de directeur van het Europees Centrum voor ziektepreventie en -bestrijding op 23 april 2009 kwijting heeft verleend voor de uitvoering van de begroting van het Centrum voor het begrotingsjaar 2007(5) en dat het in zijn resolutie behorende bij het kwijtingsbesluit:

   vaststelt dat de begroting van het Centrum van 17 100 000 EUR in 2006 is verhoogd tot 28 900 000 EUR in 2007;
   opmerkt dat het percentage overdrachten in 2006 bijna 45% bedroeg, en dat daarin geen belangrijke verbetering is opgetreden in 2007, toen het nagenoeg 43% beliep, hetgeen aantoont dat het Centrum problemen ondervindt met de uitvoering van zijn begroting;
   nota neemt van de opmerking van de Rekenkamer dat de omvang van de begrotingswijzigingen aantoont dat het toezicht op de uitvoering van de begroting op een aantal punten tekort schiet,

1.   uit zijn tevredenheid over het vijfde jaar waarin het Centrum operationeel was; stelt vast dat de begroting van het Centrum van 17 100 000 EUR in 2006 is verhoogd tot 28 900 000 EUR in 2007 en tot 40 700 000 EUR in 2008;

Prestaties
2. merkt derhalve op dat het Centrum zijn taken op het gebied van de volksgezondheid consolideerde, de capaciteiten van zijn ziektespecifieke programma's uitbreidde, partnerschappen verder ontwikkelde en zijn beheersstructuren verbeterde;

3.   verzoekt het Centrum in de aan zijn volgende verslag aan de Rekenkamer toe te voegen tabel een vergelijkend overzicht op te nemen van de tijdens het onderhavige verslagjaar en het voorgaande begrotingsjaar bereikte resultaten, zodat de kwijtingsautoriteit de prestaties van het Centrum over de jaren heen beter kan beoordelen;

Overdracht van kredieten

4.   constateert dat de Rekenkamer heeft vastgesteld dat ongeveer 16 200 000 EUR (overeenkomend met 40% van de totale begroting van het Centrum) moesten worden overgedragen; is derhalve bezorgd over de conclusie van de Rekenkamer dat deze situatie niet te rijmen valt met het jaarperiodiciteitsbeginsel en op zwakke punten in de programmeringsprocedures en controle op de uitvoering van de begroting van het Centrum wijst;

5.   neemt er kennis van dat in 2008 bij het Centrum 313 000 EUR aan inkomsten uit rente is geboekt en dat overeenkomstig het Financieel Reglement een bedrag van 307 000 EUR aan de Commissie moest worden terugbetaald; leidt uit de jaarrekening en de hoogte van de rentebetalingen af dat het Centrum permanent over enorm hoge kasvoorraden beschikt; neemt er kennis van dat de kasvoorraden van het Centrum per 31 december 2008 16 705 090,95 EUR bedroegen; verzoekt de Commissie na te gaan welke mogelijkheden er bestaan voor de volledige toepassing van een op de behoeften gericht beheer van de kasmiddelen, als bedoeld in artikel 15, lid 5, van Verordening (EG, Euratom) nr. 2343/2002, en welke conceptuele aanpassingen nodig zijn om de kasvoorraden van het Centrum duurzaam tot een minimum te beperken;

6.   neemt derhalve nota van de inspanningen van het Centrum om de aanbestedings- en contractactiviteiten die in 2008 zijn gestart vroeg in 2009 af te ronden om het percentage overgedragen middelen te verlagen;

Zetel van het Centrum

7.   is bezorgd over het feit dat er op 31 december 2008 nog steeds geen zetelovereenkomst tussen het Centrum en de Zweedse regering was gesloten, omdat er nog veel openstaande punten waren waarover verder onderhandeld moest worden; benadrukt dat de kwijtingsautoriteit in zijn kwijtingsbesluit voor het begrotingsjaar 2007 reeds aangeeft bezorgd te zijn over de opmerking van de Rekenkamer dat het Centrum voor 500 000 EUR heeft gespendeerd aan renovatiewerkzaamheden in de door het Centrum gehuurde kantoorgebouwen en over het feit dat, net als in 2006, tot deze werkzaamheden is besloten via een rechtstreekse overeenkomst tussen het Centrum en de eigenaar, zonder nadere specificatie omtrent de aard van de werkzaamheden, de termijnen en de betalingsvoorwaarden; is er niettemin verheugd over dat er in maart 2009 een overeenkomst werd gesloten over persoonlijke identificatienummers en steunt de pogingen van het Centrum om tot definitieve oplossingen te komen met de Zweedse regering;

8.   herinnert de interinstitutionele werkgroep gedecentraliseerde agentschappen eraan deze kwestie in algemene termen te bespreken;

Personele middelen

9.   benadrukt dat de planning van de aanwervingsprocedures nog op een aantal punten tekortschiet; is met name bezorgd over het feit dat eind 2008 er maar 101 van de 130 toegestane posten bezet waren;

10.   neemt nota van de inspanningen om het goedgekeurde organigram van 130 posten in 2008 ten uitvoer te leggen; is verheugd over de werving van 54 extra personeelsleden (tijdelijke functionarissen, contractmedewerkers en gedetacheerde nationale deskundigen) waardoor eind 2008 101 posten bezet waren, hetgeen ertoe zal bijdragen dat het functioneren van het Centrum wordt gewaarborgd en dat het zijn taken kan uitvoeren; betreurt dat 16 wervingsprocedures opnieuw bekendgemaakt moesten worden; steunt de maatregelen van het Centrum om de situatie te verbeteren; is verheugd over de herziening van de interne organisatie van het Centrum;

Interne audit

11.   betreurt dat het Centrum haar verplichting niet volledig is nagekomen om een verslag aan de kwijtingsautoriteit ter beschikking te stellen dat is opgesteld door zijn directeur en waarin melding wordt gemaakt van het aantal interne audits die zijn uitgevoerd door de intern controleur, overeenkomstig artikel 72, lid 5, van de Verordening houdende de financiële kaderregeling; erkent echter dat het Centrum enige informatie heeft verschaft over de zes nog openstaande aanbevelingen, die volgens de dienst Interne audit van de Commissie „uiterst belangrijk” zijn; merkt op dat deze betrekking hebben op de kwaliteit van het beheer (met betrekking tot wetenschappelijk advies, communicatie over gezondheidsvraagstukken en de versterking van de huidige procedure voor de beoordeling van spoedeisende risico's/bedreigingen), follow-upactiviteiten betreffende bepaalde internecontrolenormen (bijvoorbeeld de invoering van financiële circuits) en de uitvoering van andere internecontrolenormen (bijvoorbeeld vaststelling van tekortkomingen en indeling van het jaarlijkse activiteitenverslag);

o
o   o

12.   verwijst voor verdere, meer algemene opmerkingen bij het kwijtingsbesluit naar zijn resolutie van 5 mei 2010(6) over de resultaten en het financieel beheer van en het toezicht op de agentschappen.

(1) PB C 304 van 15.12.2009, blz. 112.
(2) PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1.
(3) PB L 142 van 30.4.2004, blz. 1.
(4) PB L 357 van 31.12.2002, blz. 72.
(5) PB L 255 van 26.9.2009, blz. 133.
(6) Aangenomen teksten, P7_TA(2010)0139.

Juridische mededeling - Privacybeleid