Index 
 Vorige 
 Volgende 
 Volledige tekst 
Procedure : 2010/2293(BUD)
Stadium plenaire behandeling
Documentencyclus : A7-0367/2010

Ingediende teksten :

A7-0367/2010

Debatten :

Stemmingen :

PV 15/12/2010 - 7.1
Stemverklaringen

Aangenomen teksten :

P7_TA(2010)0474

Aangenomen teksten
PDF 206kWORD 38k
Woensdag 15 december 2010 - Straatsburg
Beschikbaarstelling van middelen uit het flexibiliteitsinstrument voor het programma Een Leven Lang Leren, voor het programma Concurrentievermogen en innovatie en voor Palestina
P7_TA(2010)0474A7-0367/2010
Resolutie
 Bijlage

Resolutie van het Europees Parlement van 15 december 2010 over het voorstel voor een besluit van het Europees Parlement en de Raad betreffende de beschikbaarstelling van middelen uit het flexibiliteitsinstrument (COM(2010)0760 – C7-0398/2010 – 2010/2293(BUD))

Het Europees Parlement,

–  gezien het voorstel van de Commissie aan het Europees Parlement en de Raad (COM(2010)0760 – C7-0398/2010),

–  gelet op het Interinstitutioneel Akkoord van 17 mei 2006 tussen het Europees Parlement, de Raad en de Commissie betreffende de begrotingsdiscipline en een goed financieel beheer(1) (IIA van 17 mei 2006), en met name punt 27 hiervan,

–  gezien zijn eerste lezing op 20 oktober 2010 van het ontwerp van algemene begroting 2011(2),

–  gezien de resultaten van het overleg van 15 november 2010,

–  gezien het verslag van de Begrotingscommissie (A7-0367/2010),

A.  overwegende dat de maxima van het meerjarig financieel kader, met name voor subrubriek 1a en voor rubriek 4, het niet toelaten prioriteiten van de EU te financieren zonder daarbij de bestaande instrumenten en beleidsvormen op de helling te zetten,

B.  overwegende dat de twee takken van de begrotingsautoriteit via overleg overeengekomen zijn, op voorwaarde dat een globaal akkoord voor alle openstaande kwesties kan worden bereikt, middelen uit het flexibiliteitsinstrument beschikbaar te stellen om de verhoging van de kredieten voor geïdentificeerde prioriteiten onder deze twee rubrieken op te vangen,

1.  wijst erop dat, ondanks de verhoging van de vastleggingskredieten voor een beperkt aantal begrotingsposten, de maxima van subrubriek 1a en rubriek 4 geen passende financiering van door het Parlement en de Raad gesteunde geselecteerde prioriteiten toelaten;

2.  is bijgevolg verheugd over de via overleg bereikte overeenkomst voor het gebruik van het flexibiliteitsinstrument voor de financiering van het programma Een Leven Lang Leren en het programma Concurrentievermogen en innovatie in subrubriek 1a, en voor de financiering van financiële bijstand aan Palestina, het vredesproces en UNRWA in rubriek 4, voor een totaal bedrag van 105 miljoen EUR;

3.  herinnert eraan dat deze programma's van cruciaal belang zijn voor de toekomst van de Unie omdat ze een duidelijke stimulans betekenen voor de economische activiteit en voor de rol van de Unie als mondiale partner;

4.  herhaalt dat het gebruik van dit instrument, zoals bedoeld in punt 27 van het IIA van 17 mei 2006, eens te meer aantoont dat de EU-begroting absoluut steeds flexibeler moet zijn;

5.  hecht zijn goedkeuring aan het bij deze resolutie gevoegde besluit;

6.  verzoekt zijn Voorzitter dit besluit samen met de voorzitter van de Raad te ondertekenen en zorg te dragen voor publicatie ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie;

7.  verzoekt zijn Voorzitter deze resolutie, met inbegrip van de bijlage, te doen toekomen aan de Raad en de Commissie.

(1) PB C 139 van 14.6.2006, blz. 1.
(2) Aangenomen teksten, P7_TA(2010)0372.


BIJLAGE

BESLUIT VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

betreffende de beschikbaarstelling van middelen uit het flexibiliteitsinstrument

HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gezien het Interinstitutioneel Akkoord van 17 mei 2006 tussen het Europees Parlement, de Raad en de Commissie over de begrotingsdiscipline en een goed financieel beheer(1), en met name punt 27, vijfde alinea,

Gezien het voorstel van de Commissie,

Overwegende dat beide takken van de begrotingsautoriteit, na alle mogelijkheden voor een herschikking van kredieten binnen subrubriek 1a en rubriek 4 te hebben onderzocht, tijdens het overleg op 11 november 2010 zijn overeengekomen de volgende bedragen aan middelen uit het flexibiliteitsinstrument beschikbaar te stellen ter aanvulling van de in de begroting 2011 opgenomen middelen, bovenop de maxima van subrubriek 1a en rubriek 4:

   18 miljoen EUR voor het programma Een Leven Lang Leren in subrubriek 1a;
   16 miljoen EUR voor het programma Concurrentievermogen en innovatie in subrubriek 1a;
   71 miljoen EUR voor Palestina in rubriek 4,

HEBBEN HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

Via het flexibiliteitsinstrument wordt 34 miljoen EUR aan vastleggingskredieten voor subrubriek 1a en 71 miljoen EUR aan vastleggingskredieten voor rubriek 4 beschikbaar gesteld voor de algemene begroting van de Europese Unie voor het begrotingsjaar 2011.

Dit bedrag wordt gebruikt ter aanvulling van de financiële middelen met:

   18 miljoen EUR voor het programma Een Leven Lang Leren in subrubriek 1a;
   16 miljoen EUR voor het programma Concurrentievermogen en innovatie in subrubriek 1a;
   71 miljoen EUR voor Palestina in rubriek 4.

Artikel 2

Dit besluit wordt bekendgemaakt in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Gedaan te

Voor het Europees Parlement Voor de Raad

De Voorzitter De Voorzitter

(1) PB C 139 van 14.6.2006, blz. 1.

Juridische mededeling - Privacybeleid