• EN - English
  • NL - Nederlands
Parlementaire vraag - E-002292/2018Parlementaire vraag
E-002292/2018

Hongarije en de kwestie van de „gouden visa”

Vraag met verzoek om schriftelijk antwoord E-002292-18
aan de Commissie
Artikel 130 van het Reglement
Kati Piri (S&D) , Paul Tang (S&D)

Er zijn berichten[1] dat de regering van Hongarije twee Syriërs met nauwe banden met Bashar al-Assad en zijn bewind het Hongaarse staatsburgerschap heeft toegekend. Zij konden het Hongaarse staatsburgerschap verwerven via het kopen van zogenaamde „residency bonds”, ondanks het feit dat dit ernstige veiligheidsrisico's met zich meebrengt, en dat niet alleen voor Hongarije zelf, maar voor de hele EU. Eén van de twee Syriërs in kwestie, Atiya Khoury, staat op de Amerikaanse sanctielijst in verband met het verlenen van hulp aan Assad bij grootschalige financiële transacties, terwijl de ander, Salmo Bazkka, door de Italiaanse autoriteiten wordt beschuldigd van het lidmaatschap van een internationale bende die zich met witwaspraktijken, wapenhandel en mensensmokkel bezighoudt.

Is de Commissie er, gezien het feit dat 99,7 % van de 20 000 aanvragen van een „gouden visum” in Hongarije wordt gehonoreerd[2], zeker van dat alle betrokken personen naar behoren zijn gecontroleerd op mogelijke veiligheidsrisico's?

Welke maatregelen gaat de Commissie nemen om de veiligheid van de burgers van de EU te waarborgen en de lidstaten te verplichten te voorkomen dat criminelen het (Europese) staatsburgerschap verwerven?

Plegen lidstaten die individuen in het kader van procedures voor het verwerven van het staatsburgerschap niet aan geëigende veiligheidscontroles onderwerpen geen inbreuk op het beginsel van oprechte samenwerking als bedoeld in artikel 4, lid 3, VEU? schuldig

Laatst bijgewerkt op: 16 mei 2018
Juridische mededeling - Privacybeleid