Index 
 Vorige 
 Volgende 
 Volledige tekst 
Stadium plenaire behandeling
Kies een document :

Ingediende teksten :

RC-B6-0149/2007

Debatten :

PV 25/04/2007 - 2
CRE 25/04/2007 - 2

Stemmingen :

PV 25/04/2007 - 11.13
CRE 25/04/2007 - 11.13
Stemverklaringen

Aangenomen teksten :


Volledig verslag van de vergaderingen
Woensdag 25 april 2007 - Straatsburg Uitgave PB

2. Transatlantische betrekkingen (debat)
Notulen
MPphoto
 
 

  De Voorzitter. - Aan de orde zijn de verklaringen van de Raad en de Commissie over de transatlantische betrekkingen.

 
  
MPphoto
 
 

  Günter Gloser, fungerend voorzitter van de Raad. - (DE) Mijnheer de Voorzitter, mijnheer de commissaris, dames en heren, “tezamen optredend kunnen de Europese Unie en de Verenigde Staten een ontzagwekkende kracht ten goede in de wereld vormen.” Dit citaat heb ik ontleend aan de Europese veiligheidsstrategie.

Sterker gemeenschappelijk transatlantisch optreden en uitbreiding van onze betrekkingen met de Verenigde Staten behoren tot de programmapunten die tijdens ons voorzitterschap centraal staan. Dat geldt zowel op het politieke en economische vlak als op het vlak van energiezekerheid en klimaatbescherming. Dat moet ook de boodschap zijn van de EU-VS-Top die op 30 april in Washington plaatsvindt.

Het is goed dat we vandaag - enkele dagen voor de Top - met elkaar van gedachten wisselen en vanuit het Europees Parlement dit belangrijke signaal afgeven.

Het Europees Parlement speelt een actieve rol in de transatlantische betrekkingen. Ik noem slechts de Transatlantic Legislators Dialogue, een belangrijk onderdeel van het netwerk van bilaterale contacten dat beide zijden van de Atlantische Oceaan op een groot aantal verschillende niveaus met elkaar verbindt. Voor deze actieve inzet wil ik zowel u, mijnheer de Voorzitter, als het hele Parlement hartelijk danken.

Voor de EU blijven de Verenigde Staten de partner met wie wij de nauwste en meest gevarieerde betrekkingen onderhouden. De transatlantische relatie staat op een stevig fundament, een fundament dat wordt gevormd door gemeenschappelijke historische ervaringen en gelijksoortige belangen, en vooral door de gemeenschappelijke waarden van vrijheid, democratie, rechtsstaat en verdraagzaamheid. De ervaringen hebben geleerd dat dit fundament - dat soms flink op de proef wordt gesteld - tegen het een en ander bestand is. Des te belangrijker is het om de transatlantische betrekkingen voortdurend te hernieuwen en af te stemmen op de toekomst. Concreet gemeenschappelijk optreden is mijns inziens ook voor de toekomst de meest duurzame manier om het belang van de transatlantische samenwerking te onderstrepen.

Het transatlantisch partnerschap beperkt zich daarbij niet tot bilaterale vraagstukken, maar heeft ook een sterk mondiale dimensie. Er is nauwelijks een crisis - of het nu om Afghanistan, Iran of Kosovo gaat - waarbij de transatlantische partners niet samen naar oplossingen streven. Terwijl we het in onze analyse van de belangrijkste bedreigingen en uitdagingen en over de hoofdlijnen van ons beleid grotendeels eens zijn, koesterden en koesteren de EU en de Verenigde Staten nog steeds verschillende opvattingen over de prioriteiten, instrumenten en methoden. Dat zal ook in de toekomst zo blijven. Het zou niet realistisch zijn om te denken dat we altijd op dezelfde lijn zitten.

We gaan moeilijke onderwerpen niet uit de weg, maar voeren juist over die kwesties een intensieve dialoog met de Verenigde Staten. We wijken daarbij niet af van onze opstelling dat maatregelen op het gebied van terrorismebestrijding onverkort in overeenstemming moeten zijn met onze internationale verplichtingen, waaronder de mensenrechten, het vluchtelingenrecht en het internationaal humanitair recht, en dat die maatregelen op basis van onze gemeenschappelijke waarden moeten worden uitgevoerd. Het Europees Parlement heeft zich over deze kwesties herhaaldelijk zeer duidelijk uitgesproken en wij zullen deze zaken in de besprekingen met onze Amerikaanse partners ook aan de orde blijven stellen.

Belangrijk is dat we ons bij dit soort vraagstukken niet tegen elkaar laten uitspelen, want een hecht partnerschap tussen de EU en de Verenigde Staten is voor beide partijen essentieel. Dat moet ook het signaal zijn van de komende EU-VS-Top op 30 april in Washington.

Behalve samenwerking bij politieke en veiligheidskwesties zullen ook het versterken van de transatlantische handel en het intensiveren van de samenwerking op het gebied van klimaatbescherming en energiebeleid centraal staan.

In de marge van de topontmoeting zullen we de luchtvaartovereenkomst tussen de EU en de Verenigde Staten ondertekenen. Dit is weer een belangrijke stap op weg naar liberalisering van de transatlantische markten, waarvan burgers en ondernemers zullen profiteren.

In dit verband lijkt mij ook de mobiliteit van onze burgers een belangrijke factor. Zoals u weet hebben de burgers van twaalf EU-lidstaten nog altijd een visum nodig voor de Verenigde Staten, ook wanneer het gaat om een kortdurend verblijf. Het voorzitterschap dringt er bij de Verenigde Staten op aan in de toekomst alle burgers van de EU te laten profiteren van het “US Visa Waiver Programme”. Ook dit zal op de agenda van de Top staan. Ik wil dat vanaf deze plaats nog eens onderstrepen, omdat er de afgelopen dagen in bepaalde lidstaten irritaties waren ontstaan omdat men dacht dat het voorzitterschap dit niet zou willen. Ik onderstreep nadrukkelijk - en ik heb dat met de komende Raadsvoorzitters afgestemd - dat wij alle lidstaten in het US Visa Waiver Programme willen opnemen.

De Verenigde Staten en de Europese Unie zijn mondiaal gezien nu al de nauwst met elkaar vervlochten economische ruimten. Wij denken - en ik weet dat velen van u er net zo over denken - dat het potentieel voor economische samenwerking nog lang niet is uitgeput. De verschillen tussen de wijze van regulering in de EU en de Verenigde Staten leiden tot onnodige transactiekosten, en een verdere opheffing van niet-tarifaire handelsbelemmeringen is dringend geboden. Daarom willen we tijdens de EU-VS-Top een initiatief lanceren ter versterking van de transatlantische economie. Kern van het initiatief is een wederzijdse politieke verplichting tot meer samenwerking om meer convergentie op het gebied van regulering te bewerkstelligen en de economische banden verder te versterken. We willen proberen om met dit initiatief aan de samenwerking op een groot aantal terreinen een nieuwe dynamiek te geven, bijvoorbeeld waar het gaat om investeringsvoorwaarden, de regulering van de financiële markten, nieuwe technologieën voor de industrie en intellectuele eigendom.

We verwachten dat we een ambitieus pakket kunnen samenstellen, waardoor de transatlantische economische samenwerking een nieuwe impuls krijgt.

Laat ik benadrukken dat dit initiatief multilaterale inspanningen op het gebied van handelsbevordering niet wil tegenwerken. Integendeel: het is juist bedoeld als een aanvulling daarop, en als een steun voor een succesvolle afronding van de Doha-ronde.

Een ander belangrijk agendapunt op de Top vormen de onderwerpen energiezekerheid en klimaatbescherming. Deze vraagstukken betreffen onze toekomst en dienen naar de opvatting van het voorzitterschap een centrale plaats in te nemen in de transatlantische samenwerking. We zijn het tijdens de Voorjaarstop van 8 en 9 maart eens geworden over vergaande doelstellingen voor klimaatbescherming en we hebben een energieactieplan vastgesteld. In het licht van deze besluiten willen we de EU-VS-Top benutten om onze samenwerking met de Verenigde Staten op deze terreinen te intensiveren.

Ik hoef er hier in het Parlement niet op te wijzen dat de EU en de Verenigde Staten de afgelopen jaren en decennia juist over vraagstukken op het gebied van klimaatbescherming vaak fundamenteel van mening verschilden. Als ik me niet vergis, lijkt er in dit opzicht in de Verenigde Staten echter het nodige te veranderen. Ook de Amerikanen is er veel aan gelegen om de samenwerking met de EU op het gebied van onderzoek en technologie te intensiveren. We moeten proberen onze krachten te bundelen en de innovatiecycli voor nieuwe procédés en technologieën drastisch te verkorten, niet in de laatste plaats omdat het hierbij ook om een belangrijke markt voor de toekomst gaat. De transatlantische partners moeten op dit terrein het voortouw nemen. Dat is in de eerste plaats in hun eigen belang, en dit zeg ik ook met het oog op de Europese onderzoeksgemeenschap en de invloedrijke rol van het Parlement op dit gebied. Naar mijn overtuiging behoren energiezekerheid en klimaatbescherming tot de transatlantische projecten van de eenentwintigste eeuw.

Een vreedzame en stabiele ontwikkeling in alle delen van de wereld is een basisvoorwaarde voor veiligheid en welvaart in Europa en Amerika. We willen de EU-VS-Top daarom ook benutten om het signaal af te geven dat er tussen beide partners de grootst mogelijke eensgezindheid bestaat over de vraagstukken op het gebied van het buitenlands en veiligheidsbeleid.

Door het Kwartet nieuw leven in te blazen hebben we de deur naar een oplossing in het Midden-Oostenconflict in ieder geval weer een op een kier gezet - laat ik me voorzichtig uitdrukken. Met betrekking tot Iran en zijn nucleaire programma is de internationale gemeenschap erin geslaagd haar eensgezindheid te bewaren, wat naar mijn opvatting een eerste voorwaarde is om toch nog in goed overleg met Iran tot een oplossing te komen. Bij de civiele en militaire stabilisering van Afghanistan werken we nauw samen met de NAVO en de Verenigde Staten. We willen die samenwerking verder verdiepen, vooral waar het gaat om de opleiding van politiepersoneel. Hetzelfde geldt voor de geplande EVDB-missie in Kosovo.

Dit is slechts een klein deel van de internationale vraagstukken die een nauwe afstemming vereisen tussen de transatlantische partners.

Laat ik tot slot nog eenmaal terugkeren naar de Europese veiligheidsstrategie. Daarin wordt gezegd: “Geen enkel land is in staat de huidige complexe problemen alleen op te lossen.” Dat geldt voor de EU en dat geldt ook voor de Verenigde Staten. Alleen wanneer we erin slagen de invloed, ervaringen en mogelijkheden van Europa en Amerika te bundelen en onze beste krachten en ideeën te mobiliseren, zullen we antwoorden vinden die solide genoeg zijn voor onze gezamenlijke toekomst en de toekomst van de generaties na ons.

 
  
MPphoto
 
 

  Vladimír Špidla, lid van de Commissie. - (DE) Allereerst laat mevrouw Ferrero-Waldner zich verontschuldigen. Zij moest naar de begrafenis van de voormalige president van de Russische Federatie, Boris Jeltsin.

Mijnheer de Voorzitter, dames en heren, de EU-VS-Top op 30 april is een nieuwe kans om de politieke en economische banden met de Verenigde Staten aan te halen. Laat ik daarom kort de doelen van deze topontmoeting uiteenzetten.

In de eerste plaats zullen we ons inzetten voor transatlantische economische convergentie. Met een aandeel van 40 procent in het wereldhandelsvolume behoren de economische betrekkingen tussen de Verenigde Staten en de Europese Unie tot de belangrijkste in de wereld. Toch hebben ze nieuwe politieke impulsen nodig. Het opheffen van handels- en investeringsbelemmeringen zou voor onze consumenten en ondernemers grote voordelen opleveren.

De Commissie juicht daarom het initiatief van bondskanselier Merkel toe. Zij heeft zich uitgesproken voor een nieuw en ambitieus economisch partnerschap tussen de Europese Unie en de Verenigde Staten. De wetgevingsorganen en reguleringsinstanties zouden daarbij moeten worden betrokken en de deelnemers aan de Top zouden belangrijke toezichthoudende en leidinggevende taken op zich moeten nemen.

We zullen tijdens de Top concrete beleidsterreinen vaststellen waarop we duurzame vooruitgang kunnen boeken. Daartoe behoren onder andere reguleringssamenwerking op het gebied van industriële goederen, energie, innovatie, financiële markten en investeringen.

In de tweede plaats zullen we op het terrein van het buitenlands beleid een aantal kernthema’s verkennen waarover met de Verenigde Staten overeenstemming bestaat. Zowel in Kosovo als in Afghanistan zullen we nauw blijven samenwerken bij onze inspanningen voor stabiliteit en welvaart en onze inzet voor de rechtsstaat.

Als leden van het Kwartet voor het Midden-Oosten werken de Europese Unie en de Verenigde Staten constructief samen om tussen de Israëlische en Palestijnse regeringsleiders weer een politiek proces op gang te brengen. Of we bereid zijn om met de regering van nationale eenheid te onderhandelen en deze regering te steunen, zal niet alleen afhangen van het beleid dat die regering voert, maar ook van de vraag of zij de beginselen van het Kwartet in acht neemt.

Het ontwikkelen van een internationaal hulpmechanisme voor de Palestijnse bevolking heeft tot doel de bevolking te steunen en het Palestijnse bestuur te verbeteren en daarbij is voor de Commissie een bijzondere rol weggelegd.

Een ander hoogtepunt tijdens de topontmoeting zal de ondertekening zijn van de historische open luchtvaartovereenkomst die de Europese Unie en de Verenigde Staten onlangs hebben gesloten. Deze overeenkomst zal aan beide zijden van de Atlantische Oceaan grote economische voordelen opleveren: naar schatting twaalf miljard euro en ongeveer 80 000 nieuwe banen. Tegelijkertijd zullen wij herhalen dat we graag bereid zijn te beginnen met de tweede fase van de onderhandelingen over een alomvattende overeenkomst inzake luchtverkeersdiensten, waardoor het economische profijt van de liberalisering van deze belangrijke sector verder wordt vergroot.

De voorbereidingen voor de topontmoeting zijn nog niet afgerond. Een belangrijk onderwerp daarbij vormen klimaatbescherming en energie. Ons doel is dat de Verenigde Staten zich verbinden tot een beleid dat is gericht op marktmechanismen, schone technologieën en een mondiale aanpak. De inspanningen van Europese zijde zijn gebaseerd op het akkoord dat de Europese Raad op 9 maart bereikte, waarin staat dat een mondiale aanpak nodig is om de uitstoot van broeikasgassen te verminderen.

De komende topontmoeting moet een impuls geven aan de Europees-Amerikaanse samenwerking op dit gebied. Ik hoop dat de verklaring van de transatlantische Top duidelijke standpunten zal bevatten, als voorbereiding op de G8 en de VN-klimaatconferentie van Bali in december 2007. Verder zullen we spreken over energiezekerheid en energie-efficiëntie en gemeenschappelijke doelen vaststellen voor de ontwikkeling van schone technologieën en de toepassing daarvan op de korte en middellange termijn.

Ten aanzien van het visumbeleid zullen we tijdens de Top president Bush verzoeken zich in te zetten voor de mogelijkheid van alle EU-burgers om zonder visum naar de Verenigde Staten te reizen. Voor burgers uit de Verenigde Staten die naar de Europese Unie reizen, bestaat geen visumplicht meer. We zouden het zeer toejuichen wanneer de Verenigde Staten de visumplicht voor alle EU-lidstaten zouden opheffen en daarmee een eind zouden maken aan de feitelijke discriminatie van EU-burgers.

Bovendien zullen we de Verenigde Staten ertoe oproepen om met betrekking tot het doorgeven van passagiersgegevens aan de Verenigde Staten in te stemmen met een oplossing die voldoet aan de hoogste eisen op het gebied van bescherming van persoonsgegevens. Dit nieuwe kader moet in de plaats komen van de huidige overgangsregelingen.

Tot slot zullen wij uiteraard de noodzaak tot nauwere samenwerking in de strijd tegen het terrorisme onderstrepen, waarbij we erop wijzen dat de inspanningen op dit gebied in overeenstemming moeten zijn met de door ons zelfs aangegane verplichtingen van internationaal recht. Dat is voor de geloofwaardigheid van onze gemeenschappelijke maatregelen van cruciaal belang.

(Applaus)

 
  
MPphoto
 
 

  Joseph Daul, namens de PPE-DE-Fractie. - (FR) Mijnheer de Voorzitter, mijnheer de commissaris, mijnheer de fungerend voorzitter van de Raad, waarde collega’s, ik ben zestig jaar geleden in de Elzas geboren, en behoor dus tot een generatie die uit eigen ondervinden weet hoeveel de Europeanen te danken hebben aan de Amerikanen en die daar getuigenis van kan afleggen.

De zeer sterke transatlantische betrekkingen die onze twee continenten met elkaar veremigen, berusten op miljoenen persoonlijke verhalen als het mijne. Deze hebben onze geschiedenis en onze gemeenschappelijke waarden medebepaald.

Tijdens de recente viering van de vijftigste verjaardag van de Verdragen van Rome heeft de Fractie van de Europese Volkspartij (Christen-democraten) en Europese Democraten haar voldoening geuit over de doorslaggevende rol die de Verenigde Staten hebben gespeeld bij de totstandbrenging van wat uiteindelijk de Europese Unie zou worden. Het staat buiten kijf dat zonder de steun van het Marshallplan en zonder de beslissende rol die de Verenigde Staten en Canada in de NAVO hebben gespeeld, de wederopbouw van Europa nooit mogelijk zou zijn geweest. Zelfs in moeilijke tijden bleven wij geloven in het vitale belang van het transatlantisch partnerschap, van een op dialoog en respect gegrondvest partnerschap.

In het Europees Parlement is onze fractie de meest vastberaden voorstander van nauwe transatlantische betrekkingen. Daarom was het ook mijn wens dat de eerste reis buiten de Europese Unie naar Washington zou gaan. Het Europees Parlement moet sterkere betrekkingen ontwikkelen met het Congres en de regering van de Verenigde Staten, opdat er sterker proactief kan worden samengewerkt bij vraagstukken van gemeenschappelijk belang. Ik wil dan ook de Voorzitter van het Europees Parlement vragen de nieuwe voorzitter van het Congres van de Verenigde Staten uit te nodigen voor een toespraak in deze voltallige vergadering.

Tot mijn genoegen heb ik nu vernomen dat het Amerikaanse Congres, net als wij, een Tijdelijke Commissie klimaatverandering in het leven heeft geroepen.

Geachte collega’s, de totstandbrenging van een gemeenschappelijke transatlantische markt tot 2015 is een van onze prioriteiten. Wij moeten aan beide zijde van de Atlantische Oceaan de zware last van regelingen verminderen, concurrentie aanmoedigen en technische voorschriften harmoniseren. Laten wij een bindende routekaart vaststellen en deze vergezeld doen gaan van een nauwkeurig tijdschema met 2015 als uiterlijke datum voor de lancering van een transatlantische markt zonder barrières.

Het Europees Parlement moet bij dit proces in sterke mate worden betrokken. Omdat wij echter vrienden zijn, hebben wij ook de plicht om open en eerlijk met elkaar te spreken en zelfs kritiek te oefenen.

Zoals president Kennedy in 1963 opmerkte, mogen wij onze verschillen niet miskennen, maar moeten wij ons veeleer inzetten voor de middelen om onze meningverschillen op te lossen. Ik wil tevens uiting geven aan mijn bezorgdheid over het risico dat striktere Amerikaanse douanecontroles uitmonden in verkapte handelsbarrières.

Wij moeten waakzaam blijven zonder inbreuk te plegen op het streven naar eerlijke handelsbetrekkingen. Zo laat bijvoorbeeld de Amerikaanse wetgeving inzake bescherming van persoonsgegevens nog twijfels bestaan over de volledige eerbiediging van de bescherming van het privé-leven en de burgerlijke vrijheden.

Europa is vastbesloten om de strijd aan te binnen tegen terrorisme en georganiseerde misdaad, maar deze strijd moet stoelen op gepaste rechtsgrondslagen. De eerbiediging van de grondrechten zal ons optreden en onze invloed in de wereld alleen maar kunnen versterken.

Wij staan ook achter de inspanningen om in het nabuurschap van de Europese Unie voorwaarden van stabiliteit, vrede en welvaart tot stand te brengen. Wij hebben reeds op positieve wijze samengewerkt in Wit-Rusland, Oekraïne en Kosovo. Wij moeten echter ook optreden in Afrika. Het is onze morele en historische plicht om de armste mensen van deze planeet nieuwe hoop te geven.

De genocide in Darfoer of de tirannie in Zimbabwe toont aan dat wij niet tegen de gebeurtenissen zijn opgewassen. Wij moeten ook andere landen als China, India, Brazilië of Zuid-Afrika, ervan overtuigen onze inspanningen in de ontwikkelingslanden te begeleiden.

Wij moeten er trouwens voor zorgen dat de overeenkomst van Doha wordt beklonken, want deze gaat over de ontwikkelingscyclus voor de armste landen. Europa en de Verenigde Staten moeten ervoor zorgen dat er zo snel mogelijk een alomvattende overeenkomst wordt gesloten.

Tot slot gelooft onze fractie in de mogelijkheden van een veiligere wereld. Door kernproliferatie is onze wereld gevaarlijker geworden. Wij geven steun aan een oplossing via onderhandelingen met betrekking tot het nucleair programma van Iran. De Europeanen en Amerikanen hebben gemeenschappelijke wortels. Die wortels hebben in grote mate bijgedragen aan de wereld zoals deze er nu uitziet. Wij moeten onze rang en stand in een multipolair geworden wereld handhaven. Zoals Jean Monnet al zei, moeten de Amerikanen en Europeanen samen een gemeenschappelijke beschaving verdedigen.

(Applaus)

 
  
MPphoto
 
 

  Jan Marinus Wiersma, namens de PSE-Fractie. - Mijnheer de Voorzitter, ik denk dat we allemaal kunnen vaststellen dat er een andere wind waait in Washington en dat biedt kansen, ook voor de samenwerking met de Europese Unie. Om te beginnen natuurlijk met de overwinning van de democratische meerderheid in beide huizen van het Congres, waarmee we ze nogmaals willen feliciteren. Maar ook in de Bush-administratie is sprake van veranderingen. De toon is veranderd en wat we kunnen vaststellen is dat de invloed van het State Department en van Condoleezza Rice sterk gegroeid is. Er wordt naar meer samenwerking gezocht en daarop moeten we inspelen.

Ik was vorige week met de delegatie in Washington en het was duidelijk merkbaar dat daar een omslag aan de gang is. In de eerste plaats is er meer steun voor iets wat voor ons altijd heel belangrijk is geweest, een effectief multilateralisme. De steun daarvoor groeit, ook het zoeken naar samenwerking op dat punt met de Europese Unie. Men beseft dat de Irak-methode heeft gefaald en dat wij zoeken naar andere wegen voor samenwerking voor het aanpakken van veiligheidsproblemen.

Afghanistan wordt door velen genoemd als een voorbeeld; wij denken dat de Europese Unie en landen van de Europese Unie in het kader van de NAVO kunnen samenwerken met Amerikanen in projecten waar zowel voor veiligheid wordt gezorgd als voor reconstructie. Er is ook daar een debat gaande over missile defence. Wat ons opviel is dat er meer gezocht wordt naar dialoog met de Europeanen, maar ook met de Russen, maar we blijven kritisch over de uitkomst van dat proces.

Een ander belangrijk punt dat door ons aan de orde is gesteld, is het Midden-Oosten conflict. We willen nogmaals benadrukken - en we hopen ook dat het voorzitterschap dat meeneemt - dat we ervoor moeten zorgen dat de nieuwe regering van nationale eenheid in Palestina niet in de kou blijft staan en we zoeken naar mogelijkheden om deze nieuwe ontwikkeling te ondersteunen.

Wat ons ook opviel is dat er, met name door de democraten, gezocht wordt naar een nieuwe sociale agenda voor de Verenigde Staten waarin veel nadruk wordt gelegd op het probleem van de gezondheidzorg, maar ook wordt gekeken naar Doha. Wat kunnen we samen doen om ervoor te zorgen dat ook in het handelsoverleg milieu en arbeidsvoorwaarden een belangrijke rol spelen?

Er blijven natuurlijk ook punten van kritiek. Die hebben we ook gemeld als het gaat over rendities en geheime gevangenenkampen, als het gaat om afspraken over dataprotectie. Dat zijn zaken die onze aandacht moeten blijven vragen. Uiteindelijk, als je alles bij elkaar optelt, is er een belangrijke agenda voor samenwerking, op basis ook van de gemeenschappelijk waarden, die hier al genoemd zijn.

Tenslotte nog een klein puntje: hopelijk kan het voorzitterschap als dat nog nodig is, op de top ook de zaak Wolfowitz aan de orde stellen, want volgens ons is die man onhoudbaar geworden als directeur van de Wereldbank, gezien de belangrijke rol van de Wereldbank, als het gaat om de strijd tegen corruptie.

(Applaus van links)

 
  
MPphoto
 
 

  Graham Watson , namens de ALDE-Fractie. - (EN) Mijnheer de Voorzitter, na 11 september schreef Le Monde: ‘Nous sommes tous Américains’. De tijden zijn veranderd.

De waarden op economisch, milieu- en ethisch gebied waarmee Amerika ons respect verdiende, zijn door de regering van de VS aan flarden gescheurd. Nu rust op de EU-lidstaten de zware taak om tegenstand te bieden aan het toenemende Amerikaanse unilateralisme, zowel op het gebied van het handelsbeleid en Kyoto als op dat van het internationaal recht. Dit vereist een oprechte, openhartige en soms ook ongemakkelijke transatlantische dialoog over kwesties als visumontheffing (Visa Waiver Program), uitlevering en open skies, waar onze lidstaten zich tot nu toe tegen hebben verzet. President Bush slaagt in zijn verdeel-en-heers strategie ten opzichte van Europa inderdaad op z’n minst zo goed als president Poetin.

Deze Top is het moment om de harde waarheid onder ogen te zien. De opheffing van reguleringsbelemmeringen en de harmonisering van normen tussen de twee grootste handelspartners ter wereld moet onze belangrijkste prioriteit zijn. Dit mag echter niet ten koste gaan van een succesvolle afsluiting van de Doha-ronde voor het einde van het mandaat van president Bush op 1 juli.

Wij moeten de Top ook gebruiken om ervoor te zorgen dat de grootste bedreiging voor de veiligheid van de moderne tijd - klimaatverandering - wordt erkend en de Amerikanen ertoe worden overgehaald om in te stemmen met de stabilisering en vermindering van de uitstoot van broeikasgassen. De VN-Veiligheidsraad heeft deze kwestie vorige week voor het eerst besproken en daarbij de ernst van de situatie onderstreept.

Wij moeten er echter ook op aandringen dat de Amerikaanse regering haar standpunt verduidelijkt met betrekking tot beschuldigingen van martelingen, geheime gevangenissen en buitengewone uitlevering in het kader van de oorlog tegen het terrorisme. Dat is niet enkel nodig omdat het juist is, maar ook omdat dit het enige is wat we kunnen doen om de Amerikaanse reputatie te herstellen.

Op de lange termijn kan alleen een grotere democratische controle - met deelname van dit Parlement en het Amerikaanse Congres en de Senaat, en wellicht op grond van een soort transatlantisch Schengensysteem - onze strategische relatie versterken en de onzekere juridische situatie voorkomen waarin wij nu verkeren met de PNR-gegevens of de SWIFT-betalingstransacties.

Het succes in de oorlog tegen het terrorisme is gebaseerd op een evenwicht tussen vrijheid en veiligheid, zonder opoffering van onze burgerrechten.

De onrust in Irak bewijst wat er gebeurt als dat evenwicht er niet is. De VS en de Europese Unie zouden moeten helpen bij het herstel van de schade en solidariteit moeten tonen met de twee miljoen Irakese vluchtelingen. De Amerikanen hebben sinds 2003 precies 466 vluchtelingen opgenomen. Zoals wij weten willen zij niet erkennen dat de mensen op de vlucht slaan, want dat is een symptoom van hun falen. Wij hebben echter een duidelijke en ruime begroting voor hulpverlening nodig, evenals een overeenkomst inzake lastenverdeling op het gebied van asielaanvragen.

Tot slot moeten onze onderhandelaars niet bang zijn om het initiatief te nemen. Paul Wolfowitz heeft de morele autoriteit van de Wereldbank ondermijnd. Onze boodschap aan hen moet zijn dat het tijd is dat hij opstapt.

Tot slot dank ik aan de Amerikaanse dichter Ralph Waldo Emerson de gedachte dat er geen geschiedenis bestaat, maar enkel biografie. Europese leiders zouden in gedachten moeten houden dat zij als personen worden gemeten aan de moed die zij in Washington tonen.

 
  
MPphoto
 
 

  Angelika Beer, namens de Verts/ALE-Fractie. - (DE) Mijnheer de Voorzitter, dames en heren, we zullen morgen met eenparigheid van stemmen een resolutie aannemen waarmee het brute optreden van Russische veiligheidstroepen tegen demonstranten wordt veroordeeld. Wij verwachten dat tijdens de EU-VS-Top dezelfde duidelijke taal wordt gesproken. Natuurlijk willen we nieuwe economische betrekkingen en een hechter, op nieuwe leest geschoeid, transatlantisch partnerschap. Die leest moet echter worden gevormd door ondubbelzinnige waarden, door de democratische waarden die de EU naar eigen zeggen wil verdedigen.

Na Guantanamo, na de martelingen en ontvoeringen van onschuldige mensen, moet er een brug worden geslagen. Die brug kan er alleen uit bestaan dat wij de Amerikaanse regering oproepen haar beleid voortaan te baseren op de democratische beginselen. Wanneer we - zoals in de afgelopen weken, maar ook in de toekomst - praten over een moratorium op de doodstraf, doen we dat niet alleen om potentiële slachtoffers in Iran van een dergelijke dood te redden, maar ook omdat wij verwachten dat de Amerikanen met een moratorium op de doodstraf zullen instemmen.

Wanneer we het over terrorismebestrijding hebben, verwachten we ook dat de fundamentele waarden opnieuw, in gemeenschappelijk overleg, worden gedefinieerd en dat de parlementaire controle - in de nationale parlementen, maar ook in het Europees Parlement - wordt uitgebreid. De vorm van terrorismebestrijding die we hebben gezien, kunnen we immers niet accepteren, omdat we daarmee de fundamentele vrijheden van Europa, van mensen en samenlevingen aantasten.

Ten aanzien van Afghanistan en Kosovo doe ik een oproep aan beide partijen. Wij hebben een andere strategie nodig in Afghanistan, maar dat mag niet alleen lippendienst zijn, maar moet ook in praktijk worden gebracht. De operatie Enduring Freedom heeft geen rechtsbasis meer en moet veranderd worden. Om een vreedzame ontwikkeling in Afghanistan überhaupt nog mogelijk te maken, moeten de Europeanen meer geld vrijmaken voor drugsbestrijding en onderwijs en voor steun aan democratische burgers, met name vrouwen.

Dit geldt ook voor Kosovo. We kunnen niet wachten tot de Amerikanen deze knoop voor ons doorhakken. Ik doe nogmaals een beroep op de Europese Unie en de ministers van Buitenlandse Zaken om Kosovo eindelijk de weg van de onafhankelijkheid te laten bewandelen. Anders zal het niet aan een volgende oorlog ontkomen.

Wat Iran aangaat, wordt het tijd om af te stappen van het idee van een regime change, dat Bush nog altijd aanhangt. Alleen door onderhandelingen kan een volgende oorlog worden voorkomen. Ik hoop dat de EU in deze kwestie een ondubbelzinnig standpunt inneemt.

 
  
MPphoto
 
 

  Francis Wurtz, namens de GUE/NGL-Fractie. - (FR) Mijnheer de Voorzitter, wat heeft het transatlantisch economisch partnerschap eigenlijk voor ons in petto?

Volgens mevrouw Merkel gaat het niet om vrijhandel, noch om een gemeenschappelijke markt, maar om marktregulering, octrooibescherming, harmonisatie van de regels en samenwerking ter verbetering van de economische governance op wereldschaal. Haar staatssecretaris, de heer Würmeling, was wat rechter door zee toen hij verklaarde dat het doel was geleidelijk aan tot een transatlantische markt zonder barrières te komen. De kanselier had trouwens zelf al laten doorschemeren dat de met de Europese interne markt opgedane ervaring als model zou kunnen dienen voor deze nieuwe ruimte.

Welnu, moet ik u dan nog herinneren aan de definitie die de bevoegde commissaris, de heer McCreevy, heeft gegeven van deze interne markt? Hij zei namelijk dat de interne markt “de verreweg meest ingrijpende dereguleringsinspanning in de recente geschiedenis van Europa is”. Is dat de ervaring die overgedaan moet worden op transatlantisch vlak?

Deze vraag is volkomen legitiem, gezien de tumultueuze geschiedenis die dit project reeds achter de rug heeft. In maart 1998 zette commissaris Leon Brittan - het boegbeeld van het liberale Europa van toen - het project van de New Transatlantic Market op stapel, dat was geschoeid op de leest van NAFTA, van de Noord-Amerikaanse vrijhandelsovereenkomst. Parallel daarmee werd echter in de OESO in het grootste geheim onderhandeld over de multilaterale investeringsovereenkomst (MAI), waarmee elke wetgeving moest worden opgespoord die door de investeerders werd ervaren als een belemmering voor hun steeds sterker vertakte financiële operaties.

Deze twee projecten deden zoveel stof opwaaien onder de Europese publieke opinie dat zij over boord gegooid moesten worden. Sindsdien hebben lobbies zoals de Transatlantic Business Dialogue onophoudelijk geprobeerd om dit strategische project opnieuw weer boven water te halen, zij het dan in een andere vorm. De uitvaardiging van Amerikaanse boekhoudnormen vorig jaar en de opkoop van de Europese Euronext-beurzen door de beurs van New York maken deel uit van deze verontrustende tendens.

Dit is ver verwijderd van het beeld van constructieve samenwerking dat men ons wil verkopen. Veeleer zijn wij geconfronteerd met een breed front waarop een hevige strijd woedt om de manier waarop de toekomst van Europa gezien moet worden. Op het spel staat zowel het samenlevingsmodel van Europa als zijn democratische identiteit. Ik herinner eraan dat in het verslag dat vorig jaar juni door ons Parlement werd aangenomen, staat dat de banden tussen de Unie en de Verenigde Staten sterk gebukt gaan onder conflicten van politieke aard en heel vaak gekenmerkt worden door grote verklaringen.

Zullen wij nu, in naam van de gemeenschappelijke waarden van de Transatlantic Business Dialogue, zwijgen over de oorlog in Irak of over Guantanamo, over de doodstraf of het Internationaal Strafhof , over Kyoto of de GGO’s , over persoonsgegevens, de SWIFT-affaire of de CIA-vluchten ? Nu het proces dat moet uitmonden in een nieuwe Europees verdrag in gang is gezet, is de aard van de betrekkingen tussen de Europese Unie en de Verenigde Staten een onderwerp van cruciaal belang, dat in alle duidelijkheid moet worden behandeld.

 
  
MPphoto
 
 

  Godfrey Bloom , namens de IND/DEM-Fractie. - (EN) Mijnheer de Voorzitter, in de zeer korte tijd die mij is toebedeeld, wil ik graag enkele opmerkingen maken en misschien ook enkele waarschuwende woorden laten horen. In de laatste paar jaar heb ik gezien dat het maken van politieke gebaren een soort verslaving is, en daar moeten wij enorm mee oppassen in onze betrekkingen met de Verenigde Staten van Amerika. Wetgeving heeft bijvoorbeeld wereldwijde gevolgen. Alles wat wij doen heeft een mondiale dimensie. Een echte groei van het bruto binnenlands product vinden wij in de Pacific Rim, in India en China, in weerwil van andere delen van de Stille Oceaan en Japan. Wij moeten dus buitengewoon voorzichtig zijn dat wij de schepen niet achter ons verbranden tijdens onze onderhandelingen met de Verenigde Staten, die ook een zeer protectionistisch element in hun samenleving hebben. De Britten weten maar al te goed dat de Verenigde Staten al jarenlang de grootste handels- en investeringspartner van het VK zijn. Het is een schande dat de Britten tegen hun wil zijn gedwongen om afstand te doen van het Angelsaksische maatstelsel, dat wij natuurlijk gemeen hebben met de Verenigde Staten van Amerika en dat ons daar een bijzonder voordeel bood. Dat is echter iets wat moet wachten tot een andere dag.

 
  
MPphoto
 
 

  Frank Vanhecke, namens de ITS-Fractie. - Voorzitter, zoals de meesten hier hoop ik dat de Top van 30 april en het nieuwe transatlantische partnerschap een succes worden. Maar we moeten natuurlijk wel zeggen dat dat nieuwe partnerschap gebaseerd moet zijn op wederkerigheid en op respect voor wederzijdse essentiële belangen. Zo zullen de Amerikanen, zal de Amerikaanse diplomatie bijvoorbeeld moeten leren dat Turkije geen Europees land is en ook geen lid van de Europese Unie kan worden, wat de Amerikaanse belangen in dat dossier ook mogen wezen.

Er zal in Washington in april gesproken worden over onze handelsbetrekkingen met de Verenigde Staten, over energie en over klimaatverandering, maar het is ook een gelegenheid, denk ik, om verder na te denken over de gemeenschappelijke strijd die we moeten voeren tegen het internationale terrorisme en vooral tegen het oprukkende islamitische fundamentalisme. Laten we niet vergeten dat die strijd gebaseerd is op de westerse waarden die wij delen en dat het die westerse waarden zijn die geviseerd worden door het islamitische fundamentalisme en door het terrorisme en dat wordt maar al te vaak vergeten, ook in dit Parlement.

Het buitenlands beleid van de Verenigde Staten is heel dikwijls vatbaar voor kritiek, maar de manier waarop die kritiek hier vaak in dit Parlement eenzijdig negatief geformuleerd wordt, is bijzonder weinig constructief. Ik denk dan bijvoorbeeld aan de eenzijdige werkzaamheden en aan de eenzijdige conclusies van de tijdelijke commissie CIA-activiteiten in Europa of over de kwestie van de persoonsgegevens. Laten we ons in godsnaam niet van vijand vergissen. Met de Verenigde Staten van Amerika hebben we veel misverstanden, verschillende opinies, maar zij zijn geen vijand, maar een bondgenoot.

 
  
MPphoto
 
 

  Brian Crowley, thar ceann an Ghrúpa UEN. – A Uachtaráin, tá an gaol eacnamaíochta idir an tAontas Eorpach agus Meiriceá ar an ngaol eacnamaíochta is tábhachtaí ar domhan. Is dhá chóras pholaitiúla sinn, le haidhm láidir a chinntíonn caomhnú agus cur chun cinn an daonlathais ar fud an domhain. Bíonn ár naimhde ag iarraidh aird a tharraingt ar an difríocht pholaitiúil atá idir an dá réimeas. Ní mór dóibh cuimhneamh, áfach, go bhfuil i bhfad níos mó nithe comónta eadrainn ná mar atá difríochtaí.

Als wij kijken naar de huidige banden tussen Europa en de VS en naar hetgeen wij op het wereldtoneel kunnen doen, zien wij hoe belangrijk het is dat vooruitgang wordt geboekt, ondanks de moeilijkheden en de meningsverschillen die wij in het verleden hebben gehad.

Kijkt u eens naar wat er overal in de wereld gebeurt! In Afghanistan moeten wij samenwerken met de VS niet alleen omdat de situatie in het land gestabiliseerd moet worden - wat niet alleen in het belang van het land zelf is - maar ook omdat 90 procent van de momenteel in Europa gebruikt heroïne uit Afghanistan afkomstig is. Evenzo moeten wij in Zuid-Amerika gezamenlijk optreden om ervoor te zorgen dat er alternatieve gewassen worden gevonden voor de boeren daar, omdat grote hoeveelheden cocaïne uit die regio afkomstig zijn.

Met name als wij naar Darfoer kijken, zien we dat de internationale gemeenschap er niet in slaagt om actie te ondernemen tegen de genocide die daar plaatsvindt. Het is aan ons, in Europa, om de VS ertoe aan te zetten sterker op te treden. Ook met het oog op de Wereld Malaria Dag, die wij vandaag vieren, kunnen wij collectief veel meer doen dan individueel.

Om een eerlijke en billijkere maatschappij voor iedereen te realiseren is echter vooral de wereldhandel van groot belang. Ik roep de Commissie en anderen hier op om de overeenkomsten die wij met andere landen hebben niet op te zeggen, teneinde de armste mensen in de wereld te kunnen helpen en beschermen. Wat wij samen kunnen bereiken is veel meer dan hetgeen ons verdeelt, en op die manier kunnen wij onze politieke meningsverschillen over kleine zaken overwinnen.

 
  
MPphoto
 
 

  Roger Helmer (NI). - (EN) Mijnheer de Voorzitter, wij doen in dit Parlement niets liever dan onszelf op de borst slaan, vanwege onze ‘groene’ staat van dienst, en de VS en president Bush bekritiseren vanwege hun milieuvandalisme. Per slot van rekening hebben wij het Kyoto-protocol ondertekend, en zij niet.

Laten wij echter even stilstaan bij de feiten. In werkelijkheid heeft de VS het Kyoto-protocol wel ondertekend maar niet geratificeerd. Hier in Europa hebben wij het wel geratificeerd, maar wij houden ons er niet aan. Hoewel de Commissie de afgelopen tien jaar druk is geweest met het sjoemelen van cijfers, ziet het er nog steeds naar uit dat wellicht slechts twee lidstaten hun Kyoto-doelstellingen daadwerkelijk zullen halen.

Wij zeggen dat de VS de grootste vervuiler ter wereld is, maar enkel omdat het de grootste economie ter wereld is. Sinds de invoering van Kyoto heeft de VS de CO2-uitstoot beter aangepakt dan wij! Ik herhaal vooral aan het adres van de heer Watson dat de Amerikaanse uitstootcijfers de afgelopen jaren beter zijn dan die van de EU. Het energiegebruik van de Amerikaanse economie is vergelijkbaar met het onze, en op basis van de bestaande trends zal de Amerikaanse economie in 2010 groener zijn dan de Europese. De VS heeft een groot biobrandstofprogramma. Zij investeren in groene technologie en hebben bij hun AP6-Partnership ook China en India betrokken, zonder wie geen enkel mondiaal programma kans van slagen heeft. Commissaris Špidla roept de VS op om voor een alomvattende benadering te kiezen, maar dat is al gebeurd.

Het is tijd dat wij in dit Parlement stoppen met onze morele verontwaardiging en onze Amerikaanse bondgenoot iets beleefder en respectvoller behandelen.

 
  
MPphoto
 
 

  José Ignacio Salafranca Sánchez-Neyra (PPE-DE). - (ES) Mijnheer de Voorzitter, ik denk dat het belangrijk is dat we dit debat over de transatlantische betrekkingen ontdoen van zijn ideologische ballast.

Ik weet niet of - zoals in de gezamenlijke resolutie staat die uit de bus is gekomen bij de onderhandelingen - de president van de Wereldbank moet aftreden of niet, maar het lijkt me wel belangrijk dat de Europese Unie haar strategische overwegingen verder ontwikkelt en een meer volwassen rol op het internationale podium gaat spelen. Ik weet dat commissaris Ferrero-Waldner al haar capaciteiten - en dat zijn er niet weinig - hiervoor inzet.

Wij mogen daarbij echter niet vergeten dat de transatlantische band niet in de genetische code van de Europese Unie staat geschreven en dat het altijd de Verenigde Staten zijn geweest - misschien vanwege ons eigen onvermogen - die garant stonden voor de veiligheid in Europa. Evenmin mogen wij vergeten dat er op dit moment op het gebied van de veiligheid geen alternatief is voor de transatlantische band.

Mijnheer de Voorzitter, mijns inziens zullen wij, als we van de Europese Unie de grootmacht Europa willen maken, nooit ons doel bereiken als wij tegen de Verenigde Staten ingaan. Daarvoor moeten wij met de Verenigde Staten samenwerken, als twee partners die elkaar respecteren, die een aantal waarden delen en dezelfde kijk op de wereld hebben.

Natuurlijk wil dat niet zeggen dat we een blanco cheque moeten geven, en de Europese Unie niet moet vasthouden aan haar beginselen met betrekking tot de doodstraf, het Internationaal Strafhof, het Kyoto-protocol en de kwestie van de extraterritoriale wetten.

De Verenigde Staten moeten anderzijds ook leren om de Europese Unie te respecteren, want de EU is tegenwoordig een stabiliserende factor in de wereld en moet een fundamentele rol spelen door in veel regio’s haar invloed uit te oefenen.

Commissaris Patten heeft in deze vergaderzaal ooit eens gezegd, mijnheer de Voorzitter, dat als de Europese Unie haar doelstellingen wil verwezenlijken - waarvan de eerbiediging van de mensenrechten en de fundamentele vrijheden overal ter wereld een van de belangrijkste is - het absoluut noodzakelijk is dat zij met de Verenigde Staten samenwerkt, net zoals de Verenigde Staten hun doelstellingen alleen kunnen verwezenlijken als zij met de Europese Unie samenwerken.

Als de Europese Unie en de Verenigde Staten samenwerken, mijnheer de Voorzitter, zal dat goed zijn voor de welvaart, de stabiliteit en de veiligheid in de wereld, en ik denk dat dit de doelstellingen zijn waaraan deze transatlantische top moet bijdragen en waarvoor samenwerking op deze transatlantische top noodzakelijk is.

 
  
MPphoto
 
 

  Poul Nyrup Rasmussen (PSE). - (EN) Mijnheer de Voorzitter, ik zou de commissaris en de heer Gloser graag willen bedanken voor hun verklaringen over de Amerikaans-Europese betrekkingen.

Ik heb het gevoel dat de stemming in de Verenigde Staten en hun strategie geleidelijk aan, bij stukjes en beetjes, aan het omslaan is van unilateralisme naar multilateralisme. Zes jaar geleden nog bracht ik samen met mijn beste collega Wiersma, de ondervoorzitter van onze fractie, en met andere collega’s een bezoek aan het Amerikaanse Congres en de Amerikaanse Senaat, maar nu is wel duidelijk dat de stemming sindsdien is veranderd. Dit betekent een nieuwe kans voor de Europese Unie.

Ik wil graag drie ideeën met u delen. In de eerste plaats denk ik dat er alleen vooruitgang kan worden geboekt in de WHO-onderhandelingen als wij de Decent Work Agenda er op een of andere manier in opnemen. Laten wij onder ogen zien dat er zonder de DWA geen nieuwe en substantiële vooruitgang kan worden geboekt.

Ten tweede wordt het tijd dat wij ons realiseren dat de financiële markten en de ontwikkelingen die zich recentelijk voordoen op het gebied van de hedge funds en zeer grote en machtige particuliere aandelenfondsen, niet volledig stroken met de Lissabon-doelstellingen en met onze investerings- en financieringsbehoeften op de lange termijn. Dit wordt niet enkel zo gezien door Europa, maar in toenemende mate ook door de Democratische Partij, die de meerderheid heeft in het Amerikaanse Congres en de Senaat. Wij hopen dan ook dat dit een duidelijk signaal is en dat de kwestie zal worden besproken tijdens de komende vergadering van de G8 in Heiligendamm.

Ten derde moeten wij wat betreft het Midden-Oosten niet naïef zijn en in de komende twee weken geen grote veranderingen verwachten in het Amerikaanse beleid. Het zou echter de moeite waard zijn om onze dialoog met onze Amerikaanse vrienden en collega’s te intensiveren en aan te dringen op steun aan de Palestijnse eenheidsregering. Het falen van die regering betekent de overwinning van Hamas, en dat wil niemand.

(Applaus van links)

 
  
MPphoto
 
 

  Sarah Ludford (ALDE). - (EN) Mijnheer de Voorzitter, tijdens een parlementair bezoek aan Washington vorige week zijn wij over de contactgroep op hoog niveau inzake veiligheid meer te weten gekomen dan in Brussel. De hemel zij dank voor de vrijheid van informatie in de Verenigde Staten. Wij hebben ook vernomen dat het transatlantische overleg op ambtenarenniveau over de rechtsgrondslag voor uitlevering is hervat. Congresleden en leden van het Europees Parlement moeten niet alleen worden geïnformeerd maar ook worden betrokken bij het debat.

De tactiek van de Global War on Terrorism heeft volgens het hoofd terrorismebestrijding van Scotland Yard gefaald. Gisteren zei hij dat Al Qa’ida niet alleen de zesjarige aanval heeft overleefd maar bovendien niet aan kracht heeft ingeboet.

Wij moeten zeker streven naar een gemeenschappelijke transatlantische ruimte voor justitie en reizen, een ruimte waarin sprake is van maximale informatie-uitwisseling. Wij moeten echter ook aandringen op maximale beschermingsmaatregelen en respect voor de grondrechten. Wat voor waarde heeft het delen van informatie indien deze informatie is gebaseerd op onbetrouwbaar profiling of data-mining, of als ze is bezoedeld door marteling. Zoals een van de ambtenaren in Washington op die verfrissende, directe Amerikaanse manier zei, ‘garbage in, garbage out’. De potentiële schade voor de individuele rechten is enorm.

Er moet meer samenwerking komen tussen het Amerikaanse Congres en het Europees Parlement, opdat democratische verantwoording wordt afgelegd en het gewenste doel van een transatlantische ruimte naar Schengen-model wordt bereikt.

 
  
MPphoto
 
 

  Konrad Szymański (UEN). - (PL) Mijnheer de Voorzitter, onder de belangrijkste politieke en economische problemen van Europa bevindt zich er niet één dat kan worden opgelost zonder dialoog en samenwerking met de Verenigde Staten. Alleen met een Europees-Atlantische gemeenschappelijke markt zullen we kunnen concurreren met China en India. Alleen met Amerikaans-Europese samenwerking zullen we de bedreiging van onze veiligheid door Iran, een nucleaire macht en een gezworen vijand van de westerse beschaving die op dit moment het grootste gevaar voor de wereldvrede vormt, het hoofd kunnen bieden. Alleen samen zullen we Korea kunnen afhouden van onbeheerste agressie. En - alles in de juiste verhoudingen natuurlijk - alleen samen zullen we Rusland ervan kunnen weerhouden om zijn militaire macht en zijn macht op energiegebied te misbruiken in Europa en zijn buurlanden. Vandaag hebben we de kans om op een pragmatischer manier invloed uit te oefenen. Het gaat niet alleen om een regeringswisseling in Washington, maar er zitten nu ook andere regeringen in Parijs en Berlijn. Ik leef in de hoop dat ons dat gaat lukken, en dat de Europese identiteit nooit zal worden gereduceerd tot een goedkope, kunstmatige en schadelijke confrontatie met de Verenigde Staten ten overstaan van zulke ernstige bedreigingen van onze veiligheid en onze waarden.

 
  
MPphoto
 
 

  Johannes Voggenhuber (Verts/ALE). - (DE) Mijnheer de Voorzitter, dames en heren, partnerschap is gebaseerd op wederzijds respect, en dat begint met de eerbiediging van ieders wetgeving en van de gemeenschappelijke waarden. Het beeld van de transatlantische harmonie dat in dit debat door menigeen wordt opgeroepen, zou op dit moment in Oostenrijk waarschijnlijk grote verbazing en bevreemding wekken.

Twee gebeurtenissen houden in Oostenrijk de gemoederen bezig: een grote bank die door een Amerikaans fonds is opgekocht, werd van de ene op de andere dag gedwongen de relatie met klanten van Cubaanse afkomst te beëindigen: met onmiddellijke ingang en alleen vanwege hun nationaliteit. Dat is in strijd met het internationaal recht, het Europees recht en het Oostenrijks strafrecht. Ook een groot olieconcern zou gedwongen worden om geen zaken meer te doen met Iran. Dat is in strijd met het Oostenrijks recht, het Europees recht en het internationaal recht.

Het verbaast mij zeer dat deze belangrijke kwestie in dit debat niet ter sprake is gebracht. Als onze partners onze rechtsorde en onze waarden erkennen, dan zijn we partners. Is dat niet het geval, dan is er sprake van een heer-knecht-relatie. De reactie van de Commissie op deze twee voorvallen in Oostenrijk, die groot opzien baren en veel onrust teweegbrengen, is niet de manier om het publiek het vertrouwen te geven dat de Commissie in staat en bereid is om het Europese recht te beschermen en te handhaven. Dat is echter wel de basis van partnerschap.

(Applaus)

 
  
MPphoto
 
 

  Miguel Portas (GUE/NGL). - (PT) Mijnheer de Voorzitter, in een wijk in Bagdad is het Amerikaanse leger zogenaamd om veiligheidsredenen een muur aan het bouwen die Irakezen van Irakezen moet scheiden, en zulks ondanks protesten van de buurtbewoners en kritiek van de zijde van de eerste minister van Irak. De regering-Bush is verzot op muren, of dat nu in Bagdad is of Palestina, of langs de eigen grens met Mexico. Wij Europeanen moeten het toch anders zien. Hier is in Berlijn immers de muur gevallen die aan alle muren een einde moest maken.

Bij de transatlantische betrekkingen zou het om politiek moeten gaan. In het Europa van het economische liberalisme hebben de zaken de plaats van de politiek ingenomen, en dat terwijl de goedkope dollar, de milieudumping van degenen die Kyoto niet hebben geratificeerd, en ongelijk verdeelde sociale rechten toch wel aantonen hoe gevaarlijk het is om in een wereld van muren alle obstakels die het vrije verkeer van kapitaal in de weg staan, te slechten.

 
  
MPphoto
 
 

  Bastiaan Belder (IND/DEM). - Mijnheer de Voorzitter, de Europese Unie en de Verenigde Staten zien zich vandaag gelijkelijk geplaatst voor immense problemen in de wereldpolitiek. Allereerst het alom loerende gevaar van het islamitisch terrorisme. Wat ligt meer voor de hand dan gedeelde bedreigingen gezamenlijk het hoofd bieden? Zo eenvoudig ligt het echter al jaren niet binnen de transatlantische betrekkingen. Het is te simpel om daarvoor met een beschuldigende Europese vinger naar Amerika te wijzen. Telkens weer steken binnen de Europese Unie stereotiepe anti-Amerikaanse reflexen de kop op. Zij dreigen de transatlantische samenwerking keer op keer te verlammen. Let wel, het draait hier om niet minder dan noodzakelijke overlevingsstrategie.

Raad en Commissie, voor het scheppen van een goed transatlantisch werkklimaat wens ik u derhalve alle succes toe. Die inspanning onzerzijds weerspreekt de Amerikaanse idee van onhandelbare exotische Europeanen. Het bundelen van de transatlantische krachten levert hoe dan ook een constructieve werkrelatie op. De inzet toch van elke transatlantische top?

 
  
MPphoto
 
 

  Andreas Mölzer (ITS). - (DE) Mijnheer de Voorzitter, in de periode die voorafging aan de invasie in Irak, had de Europese Unie de mogelijkheid om het bedenkelijke kielzog van de Verenigde Staten te verlaten en een eigen, door rede ingegeven, bemiddelende koers te varen. In ieder geval had men zich naar aanleiding van de CIA-vluchten en de geheime martelgevangenissen moeten distantiëren van de mensonterende praktijken van Bush & Co. Men had deze praktijken, die in strijd zijn met het internationaal recht, moeten veroordelen in plaats van te proberen de Europese belastingbetaler te laten opdraaien voor het oorlogszuchtige beleid van de Amerikanen.

Met de geplande verscherping van de sancties tegen Iran zou men opnieuw blind gehoorzamen aan wat Washington voorschrijft. De islamitische wereld zal ons daardoor alleen maar nog meer als vijand zien. De tot nu toe verrichte terroristische aanslagen en de recente, tegen Duitsland en Oostenrijk gerichte dreigingen maken dat duidelijk. De moeizaam bereikte positie van bemiddelaar wordt - waarschijnlijk met het oog op het welslagen van de EU-VS-Top - zonder bezwaar over boord gegooid. Dat is alles wat over ons zelfstandige en zelfbewuste buitenlands beleid kan worden gezegd.

Steeds weer hebben de Verenigde Staten laten blijken dat hun aan een EU als partner weinig gelegen is. Men zou veel liever zien dat de Europese Unie wordt verzwakt door te vergaande uitbreiding, interne problemen en crisishaarden aan de buitengrenzen, zoals die bijvoorbeeld door toetreding van Turkije zouden ontstaan. Onderlinge verdeeldheid moet ervoor zorgen dat de Unie geen vuist meer kan maken. De geplande raketafweersystemen passen precies in dat plaatje.

Politieke mogendheden hebben geen vrienden, maar belangen. De Verenigde Staten proberen hun belangen bikkelhard door te drijven, ook ten koste van de zogenaamd bevriende Europeanen.

 
  
MPphoto
 
 

  Jana Bobošíková (NI). - (CS) Mijnheer de Voorzitter, ik sta volledig achter de economische partnerschapsovereenkomst tussen de EU en de Verenigde Staten.

Gemeenschappelijke regels en normen in de industriële en financiële sfeer zorgen er niet alleen voor dat het economisch verkeer eenvoudiger wordt, maar bespaart ook nog eens miljarden euro en dollar. Het is mijns inziens daarom niet meer dan logisch dat de visa voor EU-burgers uit hoofde van deze overeenkomst worden afgeschaft.

Maar het gaat bij de transatlantische betrekkingen om meer dan alleen visa en economisch verkeer. We moeten een oplossing zien te vinden voor de situatie in Irak en gezamenlijk werken aan energievormen die onze planeet niet vervuilen en garant staan voor een duurzame ontwikkeling.

Dames en heren, het staat voor mij als een paal boven water dat er geen plaats meer is voor rivaliteit tussen de Europese Unie en de Verenigde Staten. Het levert de burgers van de Unie ten ene male niets op als we elkaar te lijf gaan in een boxring die nota bene gebaseerd is op door beide partijen gedeelde waarden: vrijheid, democratie, mensenrechten en de rechtsstaat.

Wat wel nodig is, is een gezamenlijk antwoord op de door India en China gestelde uitdagingen. We beginnen het economisch en politiek af te leggen tegen deze op andere milieutechnische en sociale waarden gefundeerde landen. De EU en de Verenigde Staten hebben sociale systemen die zijn gebaseerd op het verleden.

We staan nu voor de moeilijke taak om deze systemen te verduurzamen en op de lange termijn houdbaar te maken, en wel zodanig dat deze geen belemmering vormen voor het concurrentievermogen van ons gemeenschappelijke culturele model en niet ten koste gaan van de levensstandaard van onze burgers. Daarom ligt naar mijn mening de grootste uitdaging van de transatlantische betrekkingen in het verdedigen van de positie als Leitkultur in de wereld. Dank u wel.

 
  
MPphoto
 
 

  Charles Tannock (PPE-DE). - (EN) Mijnheer de Voorzitter, de volgende EU-VS-Top zal historisch blijken te zijn, en ik sta volledig achter het initiatief van het Duitse voorzitterschap voor een veelomvattend economisch partnerschap tussen de EU en de Verenigde Staten, waarvan de onderlinge handel nu zo’n 40 procent van de wereldhandel beslaat. Ik steun met name de ambitieuze doelstelling van kanselier Merkel om een transatlantische vrije markt tot stand te brengen voor 2015 via de wederzijdse erkenning van dezelfde regels voor verschillende industrieën en diensten, met name in de financiële sector.

Sommigen in dit Parlement zullen dit spijtig genoeg eerder een transatlantische ‘wedijver’ noemen dan een ‘partnerschap’, omdat zij vinden dat de EU concurreert met de Verenigde Staten. Als dat inderdaad het geval is, dan is Amerika duidelijk aan de winnende hand. De gezonde langetermijnvooruitzichten van de free-enterprise economie staan in scherp contrast met de EU, die langzamerhand verzuipt in een zee van overregulering, waar wij iets aan moeten doen voor het te laat is. De betrekkingen tussen de EU en de VS zijn net als de betrekkingen tussen de EU en India - en ik stel het bezoek van president Kalam van India later vandaag aan ons Parlement zeer op prijs -, een partnerschap dat stoelt op onze gemeenschappelijke waarden op het gebied van democratie, mensenrechten, vrijheid en veiligheid.

Op het wereldtoneel zouden wij de VS dankbaar moeten zijn dat het bereid is om een buitenproportioneel zware last te dragen in de strijd tegen het wereldwijde terrorisme, met zijn onverzoenlijke standpunt inzake de verwerving door Iran van een atoombom, waar nu dringend een soortgelijk antwoord van de EU-regeringen op moet komen. De VS heeft als eerste opgeroepen tot sancties tegen Soedan in verband met de genocide in Darfoer en heeft zich verzet tegen wapenuitvoer naar China. Amerika helpt ook om Europa veiliger te maken door de opstelling van raketten en raketschilden en werkt nu samen met de EU aan de verdediging van de uitgangspunten van het Kwartet voor een blijvende Arabisch-Israelische vrede. De betrokkenheid van de VS bij landen als Georgië, Moldavië, Wit-Rusland en Oekraïne, in een poging om bevroren conflicten op te lossen, stellen wij ook zeer op prijs.

Tot slot moeten wij gezamenlijk Rusland oproepen om zich als een betrouwbare energieleverancier te gedragen en de democratie en mensenrechten te blijven respecteren.

 
  
  

VOORZITTER: EDWARD McMILLAN-SCOTT
Ondervoorzitter

 
  
MPphoto
 
 

  Erika Mann (PSE). - (DE) Mijnheer de Voorzitter, ik wil slechts op enkele aspecten ingaan die betrekking hebben op het idee van de transatlantische markt. Wanneer ik naar de medeafgevaardigden luister, merk ik steeds weer dat er bij de betrekkingen tussen Europa en de Verenigde Staten sprake is van een merkwaardig spanningsveld: de verwachtingen worden gekenmerkt door blijvende frustraties aan de ene kant en permanent enthousiasme aan de andere kant. Dat is geen gezonde basis. We hebben behoefte aan een gezond realisme. Daarom wil ik het Duitse voorzitterschap uitdrukkelijk complimenteren met het feit dat het het idee van de transatlantische markt heeft opgepakt. Het Europees Parlement heeft dat idee in talrijke resoluties verwoord en spant zich daar al vele jaren intensief voor in, samen met de Amerikanen, en uiteraard ook samen met een groot aantal eerdere voorzitters van de Raad en met de Commissie. Daarom wil ik iedereen bedanken die hieraan heeft meegewerkt.

We hebben in de toekomst dit gezonde realisme nodig. We hebben een model nodig, een reguleringsklimaat waarin beide partijen sterker kunnen samenwerken, op economisch gebied maar ook op andere gebieden, en naar de toekomst kunnen kijken. We hoeven daarbij geen coherentie na te streven. Het gaat erom dat beide economische ruimten en samenlevingen zich verder ontwikkelen, binnen een autarkische context. Ook in de toekomst zullen er geschilpunten zijn. Dat hoort er nu eenmaal bij. We vormen geen uniforme economische ruimte, maar verschillen op een groot aantal terreinen van elkaar. We hebben dit gezonde pragmatisme echter nodig. Ik hoop dat de toekomstige voorzitters van de Raad en de Commissie bereid zullen zijn om zich krachtig in te spannen voor de verwezenlijking daarvan op verschillende terreinen.

We zien ook dat dit niet alleen op de economie betrekking heeft. In veel dialogen - over onderwerpen die variëren van consumentenbescherming tot vakbonden - heeft men dit model omarmd. Het heeft een brede maatschappelijke basis. Ik pleit ervoor dat u de Parlementsleden op verstandige wijze bij deze samenwerking betrekt. Anders kunt u een dergelijk toekomstgericht model natuurlijk niet ontwikkelen. De door enkele afgevaardigden geuite zorg dat dit nadelig zou kunnen uitpakken voor de ontwikkelingslanden, mist naar mijn mening iedere grond. Dat is onzin. Integendeel: we zullen de ontwikkelingslanden door deze samenwerking niet uit elkaar drijven, maar juist helpen.

 
  
MPphoto
 
 

  Sophia in 't Veld (ALDE). - Voorzitter, de EU is terecht kritisch over de methode die de regering Bush toepast in het gevecht tegen terrorisme. Maar dat is geen anti-Amerikanisme zoals sommige holle en goedkope verwijten hier in deze zaal klinken, want in de Verenigde Staten zelf is de houding tegenover de regering Bush en de manier waarop de mensenrechten met voeten worden getreden uitermate veel kritischer dan hier in Europa. Maar klagen dat de Verenigde Staten hun beleid aan Europa opleggen en dat wij het er niet mee eens zijn, is niet genoeg. In plaats van te zeuren en te klagen, moet de Europese Unie eindelijk eens met één stem gaan spreken, want alleen dan kunnen we onze eigen principes doorzetten. We moeten een sterke en geloofwaardige gesprekspartner zijn voor de Verenigde Staten, want protesteren met 27 piepstemmetjes, maakt geen enkele indruk. Ik wou er maar eens op wijzen dat de CIA-rendition schandalen, het SWIFT-schandaal, het illegaal afluisteren, misbruik door de FBI van National Security Letters niet door de Europeanen aan de kaak is gesteld, maar door de Verenigde Staten zelf.

Tenslotte, Voorzitter, samenwerking met de Amerikanen ja, maar niet in geheime ondemocratische kleine groepjes zoals de High Level Contact Group, maar gewoon in een democratische procedure.

 
  
MPphoto
 
 

  Mario Borghezio (UEN). - (IT) Mijnheer de Voorzitter, dames en heren, het Duitse voorzitterschap heeft de sfeer in de transatlantische betrekkingen verbeterd en de toon gezet voor een sterk engagement tegen terrorisme. Dit alles steekt schril af tegen het beleid dat in één lidstaat wordt gevoerd, tegen het buitenlands beleid van de regering Prodi-D’Alema, dat halfslachtig, gevaarlijk en misschien zelfs suïcidaal is. Deze regering is bevriend met de Hezbollah en onderhandelt met Hamas, om maar niet te spreken over de steun die Chávez en Morales wordt gegeven en de dubieuze onderhandelingen die met de Talibaan zijn gevoerd met het oog op de bevrijding van een Italiaanse journalist. Dit alles strookt niet met de verbetering van de transatlantische betrekkingen en brengt onduidelijkheid in het Europees beleid.

Ik geloof dat het Europa van de volkeren dat wij trachten te vertegenwoordigen, zeker geen totale onderworpenheid aan de Verenigde Staten wil, zeker niet wat betreft de GGO’s, het handelsbeleid en het dossier over Turkije, waarop de Verenigde Staten zich ons inziens dieper zou moeten bezinnen. Ik denk juist dat de betrekkingen van Europa met de Verenigde Staten onderdeel moeten worden van een beleid van volledige solidariteit, wederzijds vertrouwen en loyaliteit, volgens de visie van Edmund Burke. Dat zijn namelijk de solide waarden die ons binden aan Amerika, aan het echte, reële Amerika dat trouw is aan zijn tradities, zijn geschiedenis en cultuur.

 
  
MPphoto
 
 

  Georgios Karatzaferis (IND/DEM). - (EL) Mijnheer de Voorzitter, nog niet zo lang geleden zei Bush het volgende aan het adres van de Europese Unie: wie niet met mij is, is tegen mij. Zelfs Hitler heeft zoiets nooit gezegd.

Doen wij nu of onze neus bloedt en smeken wij hem om samenwerking? Heeft het Amerikaanse Congres een soortgelijke resolutie over ons goedgekeurd? Hebben wij misschien het gedrag van die persoon en van dat land vergeten met zijn geheime vluchten over Europa? Welke samenwerking willen wij voor de industrie en de economie van Europa, wanneer Amerika doet wat zij wil? Onze eigen bedrijven eerbiedigen de regels van Kyoto, de Amerikaanse niet. Hoe kan er sprake zijn van samenwerking als wij zo’n dure munt hebben en niet kunnen uitvoeren, maar de Amerikanen wel?

Als we willen streven naar samenwerking, naar transatlantische handel moeten wij de twee munten aan elkaar aanpassen. De ene munt mag niet overvleugeld worden door de ander. Alleen Amerikaanse producten raken overal ter wereld verkocht. Als we willen dat de Europese dromen van vrijheid, democratie en internationale betrekkingen bewaarheid worden, moeten we het ontslag eisen van Wolfowitz en van Bush.

 
  
MPphoto
 
 

  Jonathan Evans (PPE-DE). - (EN) Mijnheer de Voorzitter, als voorzitter van de transatlantische wetgeversdialoog (Transatlantic Legislators’ Dialogue) had ik vorige week dinsdag de eer om de delegatie van het Parlement te mogen leiden bij de briefing van het Congres in Washington over de bevindingen van de Tijdelijke Commissie inzake het vermeende gebruik van Europese landen door de CIA voor het vervoer en de illegale detentie van gevangenen. Wij hebben een stevig antwoord gekregen van de voorzitter van de subcommissie internationale organisaties, congreslid Delahunt uit Massachusetts, die ons niet enkel zijn steun toezegde maar het Parlement ook bedankte voor zijn werk aan deze kwestie.

Dit was de eerste keer dat er zo’n ontmoeting plaatsvond - in dit geval van de Commissie burgerlijke vrijheden, justitie en binnenlandse zaken - onder de paraplu van de TLD en in de vergaderzaal van het Congres. Zoals onze rapporteur, de heer Fava, al zei tegen onze Amerikaanse collega’s, was het een grote verdienste van het Congres dat het de eerste parlementaire instantie was dat een commissie van het Europees Parlement vroeg om zijn bevindingen te delen en te bespreken. Onze kritiek was ook gericht op Europese regeringen en nationale parlementen, die tot op de dag van vandaag het voorbeeld van het Congres niet hebben gevolgd.

Zoals ik al tegen het Congres zei, zijn wij bondgenoten die gemeenschappelijke waarden als vrijheid, democratie en gerechtigheid met elkaar delen. Indien wij deze waarden elders in de wereld propageren, moeten wij er ook voor zorgen dat zij in onze eigen landen worden gerespecteerd. Ik hoop dat dit initiatief van het Congres, dat is genomen onder de paraplu van de TLD, in de komende weken en maanden zal worden opgepakt door andere commissies van dit Parlement.

Dit weekend zal ik een kleine parlementaire delegatie leiden die naar Washington zal gaan voor besprekingen op hoog niveau, in de marge van de EU-VS-Top van maandag aanstaande. Ik weet dat de Raad en de Commissie hoge prioriteit geven aan de substantiële verdieping en intensivering van de dialoog tussen de transatlantische parlementsleden. Bij de voorbereiding van deze Top is een aantal ideeën naar voren gebracht. Wij zullen tot maandag moeten wachten om te kunnen vaststellen hoeveel daarvan succesvol zijn. Het is evenwel van cruciaal belang dat in de verklaring van de Top duidelijk wordt aangegeven dat de dialoog moet worden geïntensiveerd.

Tot besluit wil ik zeggen hoe opmerkelijk het is dat voorzitter Barroso, voorzitter Merkel en president Bush wel een formele briefingbijeenkomst zullen houden met de Trans Atlantic Business Dialogue en met CEO’s van mondiale ondernemingen, maar een dergelijke bijeenkomst nog niet hebben belegd met de Amerikaanse en/of Europese parlementsleden. Ik hoop dat zij dit verzuim bij toekomstige toppen recht zullen zetten.

 
  
MPphoto
 
 

  De Voorzitter. - Veel succes met uw delegatie, mijnheer Evans.

 
  
MPphoto
 
 

  Hannes Swoboda (PSE). - (DE) Mijnheer de Voorzitter, dames en heren, ik herinner me nog heel goed een van de eerste toespraken van Commissievoorzitter Barroso, waarin hij zei dat we de Verenigde Staten als onze gelijke moeten bejegenen. Ik ben het daarmee volledig eens, want we hebben een economisch partnerschap nodig. Ik ben er absoluut voor dat we een gemeenschappelijke markt tot stand brengen, een markt die ook de algemene internationale regels - bijvoorbeeld die van de WTO - erkent.

Zoals al werd gezegd, is het echter onaanvaardbaar dat Amerika, of in ieder geval de regering-Bush, soms - en de laatste tijd zelfs steeds vaker - probeert om, buiten de resoluties van de Verenigde Naties en andere regels om, druk uit te oefenen op ondernemingen in Europa en hun voor te schrijven hoe ze zich moeten gedragen.

Er speelt een concreet geval in Oostenrijk, waarop al werd gewezen. De nieuwe eigenaren van een grote Oostenrijkse bank - BAWAG - werden gedwongen alle zakenrelaties met Cubanen te beëindigen. Dat is schandalig! Het is niet aan de Amerikaanse regering om uit te maken wat Europese banken moeten doen, net zo min als wij mogen uitmaken hoe Amerikaanse banken zich moeten gedragen. Ik verwacht van de Commissie en de Raad een duidelijk standpunt ten aanzien van deze kwestie.

Naar aanleiding van een andere, hieraan gerelateerde zaak heb ik van de Commissie een volstrekt helder antwoord gekregen. Het antwoord van het secretariaat van de Raad was echter enigszins vaag. Onze opstelling in deze kwestie moet duidelijk zijn, niet om het antiamerikanisme aan te wakkeren maar om ervoor te zorgen dat Amerika en Europa een goede en fatsoenlijke relatie blijven onderhouden.

Overigens ben ik van mening dat de heer Wolfowitz moet aftreden. Iemand die corruptie bestrijdt, moet zuiver op de graat zijn. Ook dat dienen Amerika en de Europese Unie samen te regelen.

(Applaus van links)

 
  
MPphoto
 
 

  Anneli Jäätteenmäki (ALDE). - (FI) Mijnheer de Voorzitter, het is goed dat aan beide kanten van de Atlantische Oceaan wordt ingezien dat er opnieuw bruggen voor samenwerking moeten worden gebouwd. Gemeenschappelijke waarden en een gedeelde geschiedenis zijn tot nu toe de basis voor transatlantische betrekkingen geweest. Wij moeten echter erkennen dat wij niet kunnen voortleven met aanbevelingen en successen uit het verleden.

In de Tweede Wereldoorlog en daarna hadden wij een gemeenschappelijke visie op de mensenrechten. Naar mijn mening moeten wij ons nu afvragen wat er met deze gemeenschappelijke visie is gebeurd. Een voorwaarde voor het succes van de strijd tegen het terrorisme is dat wij de rechten en fundamentele vrijheden van de burgers niet opofferen, en ik hoop dat dit ook op de Top wordt besproken.

De verkiezingen voor het Congres van afgelopen najaar zorgen voor nieuw elan, en het hier geopperde idee om voorzitter Nancy Pelosi uit te nodigen voor een toespraak in het Parlement, is naar mijn mening heel goed. Het zou de bruggen voor samenwerking tussen het Europees Parlement en het Congres versterken.

 
  
MPphoto
 
 

  Miloslav Ransdorf (GUE/NGL). - (CS) Hartelijk dank, mijnheer de Voorzitter. De huidige ontwikkelingen in Irak tonen onomstotelijk aan dat de Amerikaanse denker Santayana volledig gelijk had toen hij zei dat degene die de geschiedenis niet kent, gedwongen is deze over te doen.

Toen Amerika overging tot de aanval op Irak, weigerde een aantal landen zoals Frankrijk, Duitsland en België met dit roekeloze avontuur mee te doen. Minister van Defensie Rumsfeld deelde Europa toen op in een oud en een nieuw Europa, en schreef daarmee in feite landen als Frankrijk en Duitsland volledig af. Maar in werkelijkheid vormden juist de landen die zich achter de aanval op Irak schaarden, het oude Europa, omdat zij zich met hun standpunt in feite aansloten bij een traditie van koloniale oorlogen en machtsarrogantie.

Ik denk dat het nieuwe Europa gebaseerd is op tolerantie, dialoog en wederzijds begrip, zonder daarbij al datgene waardoor ons continent groot is geworden te verloochenen. We mogen als Europese Unie - wereldwijd de spreekbuis van redelijkheid en menselijke waardigheid - hopen dat de Verenigde Staten zich na de presidentsverkiezingen aansluiten bij deze redelijkheid en menselijke waardigheid.

 
  
MPphoto
 
 

  Paul Marie Coûteaux (IND/DEM). - (FR) Mijnheer de Voorzitter, wat wij deze morgen te horen krijgen over de zogenaamde transatlantische betrekkingen - een bedrieglijke uitdrukking want de betrekkingen die onze hoofdsteden met de Verenigde Staten onderhouden lopen sterk uiteen - stelt ons allesbehalve gerust.

Deze uitdrukking kan ternauwernood verhelen dat het in feite gaat om een relatie van ondergeschiktheid, van een mijn inziens zelfs steeds groter wordende ondergeschiktheid. Overal geven wij toe, of het nu gaat om het doorgeven van persoonsgegevens om welke reden dan ook, om die verbazingwekkende afstand van stukjes soevereiniteit in de vorm van geheime CIA-gevangenissen en soortgelijke zaken - die een schande zijn voor heel Europa en trouwens veel te vlug in vergetelheid zijn geraakt -, of om de al te grote inschikkelijkheid bij het aanvaarden van de term ‘internationale gemeenschap’, die in feite niets anders betekent dan de cohort van het rijk en zijn vertrouwelingen, of om, meer algemeen, de veel te weinig bekende plaats die de ambassade van de Verenigde Staten inneemt in de centrale organen van de Unie. Nergens kunnen deze betrekkingen echter verhullen dat onze belangen uiteenlopen en wij verschillende visies op de wereld hebben.

Ik vraag de lidstaten om in het belang van heel Europa blijk te geven van iets meer waardigheid en een onafhankelijkere geest ten aanzien van Washington, zoals Frankrijk probeert te doen, zij het dan met wisselend succes.

 
  
MPphoto
 
 

  Alexander Radwan (PPE-DE). - (DE) Mijnheer de Voorzitter, dames en heren, ik spreek vandaag vooral namens de Commissie economische en monetaire zaken, en wel over het vraagstuk van de financiële markten. Wat de financiële markten betreft maken we in Europa al geruime tijd deel uit van een internationaal en transatlantisch netwerk. Ik spreek dan ook als iemand die praktijkervaring heeft met een project van Europees-Amerikaanse economische samenwerking, waar wij steun aan geven en mee instemmen.

Vooral op wetgevingsgebied hebben we een aantal voorwaarden en ervaringen. Als trefwoorden noem ik Bazel II en AFAS. Ik richt me in het bijzonder tot de Raad, tot mijnheer Gloser. We moeten erop toezien dat de rechten van het Parlement en de Europese wetgeving worden geëerbiedigd en wij op voet van gelijkheid met de Amerikanen de regels kunnen vaststellen. Bij Bazel II besloten de Amerikanen immers uiteindelijk om het pakket niet om te zetten.

Het gaat om regulering: waar worden welke regelingen toegepast? Het voorbeeld is de Sarbanes-Oxley-wet. We hebben de Commissie meermaals benaderd met de vraag wat de consequenties zijn van de entree van newest stock exchange in Euronext. Gaat daar de Amerikaanse regelgeving gelden? Het antwoord van de Commissie tot nu toe is dat de kapitaalmarkt dat beslist.

Met BAWAG hebben we een recent voorbeeld van de manier waarop de Amerikaanse regelgeving direct ingrijpt in de Europese markt, met de bedoeling om deze onafhankelijk van de Europese voorschriften te regelen. Daartegen moet de Commissie nu eens heel duidelijk stelling nemen. Ze moet vragen wat ze zich daarbij voorstellen. Dat geldt natuurlijk ook voor de Raad, mijnheer Gloser. Denkt u aan SWIFT. Ook hier heeft de Amerikaanse regelgeving de Europese voorschriften verdrongen.

Ik verzoek de Commissie eindelijk eens iets te doen aan de hedge funds. De Amerikanen veroveren onze markt. We voeren discussies op nationaal niveau, maar het is een mondiaal thema. Intussen gaat het gewoon door, maar de Commissie zwijgt in alle talen. De verantwoordelijke commissaris zegt telkens: “Zo werkt de markt”.

Wanneer internationale samenwerkingsverbanden ontstaan, is het vooral van belang dat de parlementaire controle niet wordt uitgehold. Ik zeg dit met name tegen de Raad. Met de comitologiediscussies en de ondemocratische opstelling van de ministeries van Buitenlandse Zaken in Europa in het achterhoofd sta ik erop dat het Parlement in de toekomst tijdig bij dergelijke projecten wordt betrokken en niet voor voldongen feiten wordt geplaatst.

 
  
MPphoto
 
 

  Martine Roure (PSE). - (FR) Mijnheer de Voorzitter, de Commissie burgerlijke vrijheden, justitie en binnenlandse zaken heeft afgelopen week een delegatie op pad gestuurd om de kwesties van visumvrijstelling en gegevensbescherming te bespreken, met name met het oog op de onderhandelingen over een PNR-overeenkomst en natuurlijk op de door SWIFT gestelde problemen. Deze delegatie is heel nuttig gebleken te zijn, ofschoon wij het betreuren dat wij gedwongen waren om naar Washington te gaan om antwoorden te krijgen op de vragen die wij onze instellingen tevergeefs hadden gesteld.

Voor het Europees Parlement is het noodzakelijk een onderscheid te maken tussen de onderhandelingen over visumvrijstelling en die over PNR. De van visumvrijstelling uitgesloten landen worden gechanteerd. Bij deze twee vraagstukken zijn bilaterale onderhandelingen echter uit den boze. Alleen overeenkomsten op het vlak van de Europese Unie kunnen in ogenschouw worden genomen. De Amerikaanse burgers zijn beschermd via de Europese wetgeving inzake gegevensbescherming maar de Amerikaanse wetgeving sluit Europeanen uit en biedt hun geen enkele mogelijkheid van beroep.

Daarom moet Europa mijns inziens een voorstel doen tot onderhandelingen over een alomvattende overeenkomst inzake uitwisseling en bescherming van persoonsgegevens met de Verenigde Staten. Wij moeten de gegevens van onze burgers beschermen.

 
  
MPphoto
 
 

  Jerzy Buzek (PPE-DE). - (PL) Mijnheer de Voorzitter, vandaag aarzelen de lidstaten van de EU tussen twee uitersten: een gereserveerde en afstandelijke houding jegens de VS, of onvoorwaardelijke steun voor de VS, ongeacht de Europese belangen. Geen van beide opties is de goede. Het antwoord op de eeuwige vraag - meer concurrentie of meer samenwerking met de VS - is duidelijk: in de wereld van vandaag is geïnformeerde en verstandige samenwerking de enige optie voor zowel de VS als de EU.

Laten we beginnen met oprechte en duidelijk omschreven samenwerking op economisch en technologisch gebied. Onderzoek dat aan de overkant van de Atlantische Oceaan is gedaan, hoeft hier niet over te worden gedaan - wij zijn bijvoorbeeld verder op het gebied van hernieuwbare energie en de VS zijn verder op het gebied van schone kolentechnologie.

Laten we onze markten volledig openstellen voor elkaar en voor de uitwisseling van technologie. Laten we de samenwerking binnen het zevende kaderprogramma en met de Amerikaanse National Science Foundation verbreden. Laten we niet zo koppig blijven concurreren om olie- en gasmarkten. Laten we besluiten om samen op te treden. Diversificatie is belangrijk voor beide zijden van de Atlantische Oceaan.

 
  
MPphoto
 
 

  Andrzej Jan Szejna (PSE). - (PL) Mijnheer de Voorzitter, de emoties lopen altijd hoog op als het gaat om de betrekkingen tussen twee belangrijke wereldmachten als de VS en de EU, niet alleen vanwege hun invloed op de wereldorde, maar ook vanwege hun complexiteit en het grote aantal kwesties waarop ze van invloed zijn.

Alle punten die in de resolutie worden genoemd, moeten als belangrijk worden beschouwd en tijdens de komende Top uitgebreid aan de orde komen. De betrokkenheid van beide partners bij het versterken van de transatlantische markt is een zeer positief aspect. Ik ben het er ook mee eens dat deze betrekkingen een nieuwe impuls nodig hebben, en een manier om dit te doen is het actualiseren van de nieuwe agenda.

We leven in een tijd waarin de internationale concurrentie van landen als China, India en Rusland enorm toeneemt. Daarom is de verbetering van onze samenwerking op handels- en economisch gebied via de vaststelling van een gemeenschappelijke methodologie en de vermijding van wettelijke discrepanties in het belang van de economische ontwikkeling van zowel de EU als de VS.

Ik wil ook de aandacht richten op wat op dit moment een groot knelpunt in de betrekkingen tussen de EU en de VS vormt, en dat is het raketafweerschild. We moeten in alle openheid bepalen of er over de kwestie van het raketafweerschild niet een gezamenlijk politiek besluit door de NAVO en de EU moet worden genomen, in het kader van het gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid. Ik ben het ermee eens dat we de VS moeten steunen in hun strijd tegen het terrorisme en bij het beschermen van de internationale veiligheid, maar dat betekent niet dat we moeten toestaan dat er nieuwe scheidslijnen in Europa ontstaan. Die scheidslijnen zijn er namelijk nog steeds in de Europese Unie, bijvoorbeeld in de regels voor visumverstrekking. De burgers van de nieuwe lidstaten en Griekenland worden nog steeds gediscrimineerd als ze naar de VS willen reizen. Ik roep op om de beginselen van loyale samenwerking en non-discriminatie te eerbiedigen.

 
  
MPphoto
 
 

  Bogdan Klich (PPE-DE). - (PL) Mijnheer de Voorzitter, we vragen nu al een aantal jaren dat de VS de visumplicht voor de burgers van enkele lidstaten opheft. Het gebrek aan vooruitgang heeft echter begrijpelijkerwijs tot frustraties geleid in de betrokken landen, waarvan Polen er één is. Het visumbeleid van de VS mag geen eerste- en tweederangsburgers in Europa creëren door de ene groep zonder visum naar de VS te laten reizen en de andere groep te dwingen geduldig in de rij te gaan staan voor een visum.

Sinds afgelopen december tonen de VS enige bereidheid om hun Visa Waiver Program te veranderen. Dit hebben we van zowel Capitol Hill als van de ministeries van Buitenlandse Zaken en Binnenlandse Veiligheid vernomen. We moeten deze kans aangrijpen en er tijdens de komende Top bij de VS op aandringen om daadwerkelijk actie te ondernemen en de visumverplichting voor alle burgers van de EU af te schaffen. Ik roep het voorzitterschap en de Commissie hiertoe op. Tegelijkertijd moeten we ervoor zorgen dat bij de uitwisseling van persoonlijke gegevens van mensen die naar de VS reizen, de regels inzake gegevensbescherming niet worden geschonden.

 
  
MPphoto
 
 

  Helmut Kuhne (PSE). - (DE) Mijnheer de Voorzitter, ik wil inhaken op de aankondiging van de fungerend voorzitter van de Raad dat op de Top een verzoek wordt gedaan om het Visa Waiver Program uit te breiden naar alle EU-burgers. Dit is een zeer belangrijke aankondiging, want als dit gebeurt, kunnen alle EU-burgers de praktische gevolgen van het Europees beleid ondervinden en kan de reeds genoemde ongelijkheid op dit gebied worden opgeheven.

Wat het veiligheidsbeleid betreft, kunnen wij Europeanen er terecht trots op zijn dat de politieke benadering die wij hebben voorgesteld - een combinatie van diplomatie, druk en aanbiedingen aan Iran -, nu het beleid is geworden waarover de Europese Unie en de Verenigde Staten overeenstemming hebben bereikt. Deze benadering heeft de wereldgemeenschap verenigd, terwijl een ander uitgangspunt een wig zou hebben gedreven tussen de leden van die gemeenschap.

Als er echter een beleid is waarover iedereen het eens is, rijst vanzelfsprekend een vraagstuk met betrekking tot het herhaaldelijk genoemde raketafweerprogramma. Als we ervan overtuigd zijn dat deze gemeenschappelijke benadering zoden aan de dijk zet, moeten we alvorens een debat te houden over de plaatsing van de raketten en over de vraag wie erbij betrokken moeten worden, de volgende vraag beantwoorden: als we Iran met vreedzame middelen en onderhandelingen ertoe kunnen bewegen af te zien van atoomwapens, waarom moeten we dan reeds nu een beslissing nemen over de plaatsing van die raketten? Tot nu toe heb ik van geen van de deelnemers aan deze discussie over het veiligheidsbeleid een oplossing gehoord voor deze kwestie. Daarom zou ik het zeer toejuichen wanneer dit punt op de agenda werd gezet.

 
  
MPphoto
 
 

  Avril Doyle (PPE-DE). - (EN) Mijnheer de Voorzitter, zoals mevrouw Merkel al zei, is het tijd voor een nieuw, ambitieus partnerschap tussen de VS en de EU. Dat partnerschap moet echter hand in hand gaan met een nieuw, ambitieus milieupartnerschap.

Er was sprake van transatlantische overeenstemming op de recente G8-bijeenkomst van milieuministers, toen zij instemden met het door 2 500 wetenschappers uit de hele wereld getoetste wetenschappelijke rapport, waarin staat dat de door mensen veroorzaakte klimaatverandering in snel tempo toeneemt en niet alleen gevolgen heeft voor de natuurlijke omgeving maar ook voor de economische groei en ontwikkeling, voor de armoedeniveaus in de wereld, de internationale veiligheid en de energievoorziening. Men was het er unaniem over eens dat klimaatverandering ‘onmiddellijk optreden vereist en ‘snelle en vastberaden politieke antwoorden’. Er was - helaas, maar wel begrijpelijk - minder overeenstemming over de vraag waarover die politieke antwoorden moesten gaan. In paragraaf 16 van onze ontwerpresolutie staat dat wij teleurgesteld zijn over het feit dat de Verenigde Staten weigeren om concessies te doen bij kwesties als de uitstootstreefcijfers en de invoering van een mondiale regeling voor CO2-handel.

Gezien het Stern-rapport, de recente verkiezingen in de VS, het IPCC-rapport en de toegenomen eisen van burgers aan beide zijden, heb ik echter het gevoel dat de transatlantische dialoog en samenwerking op het gebied van klimaatverandering wel toeneemt. Deze moet en zal leiden tot een overeenkomst voor de periode na Kyoto, vanaf 2012, waar ook de VS aan meedoet.

 
  
MPphoto
 
 

  Adrian Severin (PSE). - (EN) Mijnheer de Voorzitter, ik kom uit dat deel van Europa waar Amerika werd - en wordt - gezien als een Europese macht.

Er bestaat geen enkel mondiaal probleem - van het Midden-Oosten en de Balkan tot energie en klimaatverandering - dat niet zou kunnen worden opgelost als de Europese Unie en de Verenigde Staten samenwerkten. Dat zou het belangrijkste principe moeten zijn waarop het transatlantische partnerschap wordt gestoeld.

De democratische denkbeelden en retoriek van de Verenigde Staten en de Europese Unie verschillen vaak, maar het zijn gewoon twee verschillende dialecten van dezelfde taal, en deze taal is geworteld in dezelfde grondwaarden. Daar moet wij op voortbouwen, en tijdens de top moeten wij erop aandringen dat onze Amerikaanse vrienden terugkeren naar het principe van ‘samen indien mogelijk, alléén indien noodzakelijk’ en afstappen van het florerende principe ‘alléén indien mogelijk, samen indien noodzakelijk’.

Een van de problemen van de transatlantische dialoog is dat wij niet met één stem spreken. Een bijkomend probleem is dat wij niet vaak genoeg erkennen dat er sprake is van verschillende denkrichtingen in Amerika. Wij moeten degenen die terugwillen naar realisme aanmoedigen, en degenen die het neoconservatief unilateralisme willen voortzetten ontmoedigen.

Om hierin te kunnen slagen moeten we een einde maken aan de asymmetrie en ongelijkheid in de uitgaven voor onderzoek, technologische verbetering en veiligheid.

Tot slot prijzen wij de ambitieuze ideeën van het Duitse voorzitterschap met betrekking tot een transatlantisch partnerschap. Het is tijd om te werken aan een transatlantische vrijhandelszone, die de weg kan vrijmaken voor institutionele transatlantische samenwerking. Er moet meer partnerschap komen en minder rivaliteit.

 
  
MPphoto
 
 

  Georgios Papastamkos (PPE-DE). - (EL) Mijnheer de Voorzitter, zoals bekend zijn Europa en de VS hoofdrolspelers in het internationale handelsbeleid. Als lid van de Commissie internationale handel wil ik zeggen dat een goede verstandhouding tussen beide partners en gecoördineerde en functionele betrekkingen niet alleen bilaterale voordelen met zich meebrengen, maar tevens het multilaterale handelsstelsel beïnvloeden en daarmee ook het internationale handelsevenwicht, niet in termen van politieke macht maar in de vorm van onderlinge economische afhankelijkheid.

Hoe sterker de convergentie in het handelsbeleid, hoe zichtbaarder het effect op de internationale economische en politieke samenwerking. Al wie tegen het multilaterale handelsstelsel is, bevordert de versnippering van het internationale handelsbeleid, en dan blijft uiteindelijk geen andere keuze meer over dan terug te keren naar het bilateralisme.

Beste collega's, zouden de disciplines van de WTO bestand zijn tegen een grote, geliberaliseerde euro-atlantische markt, die goed is voor 40 procent van de internationale handel? Wat zouden de gevolgen zijn voor de andere landen, vooral de ontwikkelingslanden?

 
  
MPphoto
 
 

  Richard Falbr (PSE). - (CS) Mijnheer de Voorzitter, geachte collega’s, leden van de Tsjechische brandweer. Gedurende het gehele bestaan van de Verenigde Staten strijden er twee concepten in het buitenlands beleid om voorrang: het vuurtorenconcept en het kruistochtconcept. De Monroe-doctrine van 1823, het optreden van Roosevelt in 1904, met andere woorden het recht op inmenging en de interventies in het Caraïbisch gebied (Haïti, Panama, de Dominicaanse Republiek, Cuba, Guatemala) zijn allemaal sprekende voorbeelden van een honderd jaar oude en onlangs weer opgerakelde doctrine. Sinds die heuglijke NAVO-top in Washington, toen Servië werd gebombardeerd, is wel duidelijk dat de Verenigde Staten ook wel zonder de Veiligheidsraad en de NAVO kunnen.

Naast een gemondialiseerde economie hebben we nu ook mondialisering op het vlak van militaire interventies. De regering Bush gaat daarmee honderd jaar terug in de tijd. Dat kan zo niet langer. Daarom dient de Verenigde Staten erop te worden gewezen dat “het internationaal recht alles behalve in de prullenbak thuishoort, dat het gebruik van marteling niet tot betrouwbare resultaten leidt, en dat het gewapenderhand exporteren van de democratie tot mislukken gedoemd en uit den boze is.”

Transatlantische betrekkingen, dat zeker, maar dan als gelijken onder elkaar, dus zonder de voor enkele nieuwe lidstaten o zo kenmerkende slaafsheid.

 
  
MPphoto
 
 

  Antonio Tajani (PPE-DE). - (IT) Mijnheer de Voorzitter, dames en heren, in Italië vieren wij vandaag nationale bevrijding, het einde van de dictatuur en van de oorlog. Maar wij hadden 25 april 1945 nooit kunnen gedenken als duizenden jonge Amerikanen zich daarvoor niet hadden opgeofferd. Zonder de inzet van de Verenigde Staten, was het Europa nooit gelukt om na het nazidom ook nog het communisme te verslaan.

Als wij spreken over transatlantische betrekkingen, mogen wij niet voorbijgaan aan degenen die voor onze vrijheid gevochten hebben, degenen dus die zich volkomen herkennen in de fundamentele normen en waarden van onze westerse maatschappij. Daarom moeten de betrekkingen met de belangrijkste democratie van de wereld de hoeksteen worden van een Europees beleid dat naast de bestrijding van terrorisme en drugshandel en de bevordering van veiligheid ook het streven naar energiezekerheid en de aanpak van de klimaatverandering behelst.

In deze context moet Europa zich scharen achter het voorstel van mevrouw Merkel om een transatlantische vrijhandelszone tot stand te brengen. Ik ben er tevens van overtuigd dat de oprichting van een toekomstig Europees leger niet in strijd hoeft te zijn met de NAVO, dat een nuttig instrument voor de VN en voor de veiligheid van ons allen is.

Maar net zoals Europa Amerika nodig heeft, zo kan Amerika niet zonder een sterk Europa, dat een loyale, betrouwbare en geloofwaardige partner moet zijn maar tegelijkertijd een hartstochtelijke pleitbezorger van de gemeenschappelijke normen en waarden waarop onze democratieën en die van de Verenigde Staten gebaseerd zijn.

 
  
MPphoto
 
 

  Günter Gloser, fungerend voorzitter van de Raad. - (DE) Mijnheer de Voorzitter, mijnheer de commissaris, geachte afgevaardigden, ik wil het gezien het late uur zeer kort houden, maar ik wil u wel bedanken voor dit levendige en open debat.

Uit dit debat is een essentieel punt naar voren gekomen: het is beter met elkaar te praten dan over elkaar. Uit de manier waarop leden van dit Parlement en leden van het Amerikaanse Congres contacten onderhouden, blijkt dat we uitsluitend van elkaar kunnen leren en elkaar beter kunnen begrijpen als we met elkaar praten.

De transatlantische betrekkingen waren in het verleden belangrijk en zullen ook in de toekomst belangrijk zijn, met name gezien de uitdagingen waarvoor wij allen in de Europese Unie staan, zoals energie en klimaatverandering, maar bijvoorbeeld ook bestrijding van het internationale terrorisme. Uit onze betrekkingen met andere grote economische actoren blijkt dat we al deze zaken uitsluitend met elkaar en niet tegen elkaar kunnen regelen. Mevrouw Mann heeft reeds gezegd dat noch onverholen enthousiasme noch frustratie hierbij soelaas biedt. De pragmatische houding waaraan u hebt gerefereerd, is de juiste manier om met deze zaken om te gaan, omdat een pragmatische houding belangrijk is in elke permanente dialoog met de Verenigde Staten.

U hebt enkele kritische kanttekeningen geplaatst, niet alleen bij de veiligheidskwesties die belangrijk zijn voor de Verenigde Staten, maar ook bij de kwesties die belangrijk zijn voor de Europese Unie, zoals de normen voor gegevensbescherming, passagiersgegevens en SWIFT. Deze onderwerpen stellen wij openlijk aan de orde. Wij winden er geen doekjes om. De Commissie en het voorzitterschap hebben reeds duidelijk gemaakt dat ze allemaal besproken zullen worden met de Amerikanen. Ik wil nog een keer de nadruk leggen op het vraagstuk van de visumvrijstelling. In de Europese Unie mag er geen ongelijke behandeling bestaan als besloten moet worden wie zonder visum naar Amerika mag reizen. Die mogelijkheid moeten de burgers van alle lidstaten van de Europese Unie hebben, want Amerika heeft te maken met de Europese Unie.

Ik wil nog ingaan op enkele andere kritische opmerkingen. Naar mijn mening is het de Europese Unie gelukt zich bij sommige internationale conflicten te ontworstelen aan het unilateralisme en een vorm van multilateralisme te omarmen. Op deze wijze is de Europese Unie er bijvoorbeeld in geslaagd Amerika te betrekken bij haar initiatieven ten aanzien van Iran, waarvoor ook overleg en samenwerking met China en Rusland noodzakelijk waren. Aldus zijn belangrijke stappen gezet. Ik weet dat parlementariërs nooit tevreden mogen zijn met hetgeen nu toe hebben is bereikt ten aanzien van het Midden-Oosten, maar na het conflict tussen Libanon en Israël is er een intensief pleidooi geweest voor het opnieuw mobiliseren van het Kwartet. Wij doen er goed aan deze zaken samen met Amerika aan te pakken. Ik hoop dat deze Top van de Europese Unie en de Verenigde Staten ertoe zal leiden dat er een duurzame basis wordt gelegd voor de toekomst. Dan kunnen ook cruciale zaken worden besproken. Wij moeten niet denken dat een bondgenootschap, of betrekkingen een knak krijgen omdat er sprake is van meningsverschillen.

 
  
MPphoto
 
 

  Vladimír Špidla, lid van de Commissie. - (DE) Mijnheer de Voorzitter, geachte afgevaardigden, natuurlijk was dit een debat met diepgang, en ik ben zo vrij om iets langer te spreken dan ik gewoonlijk doe. Er zijn zeer vele, interessante thema’s naar voren gebracht, en ik denk dat ik er goed aan doe hierop adequaat te reageren.

Ik juich het standpunt van uw Parlement toe dat wij ons samen met de Verenigde Staten moeten inzetten voor het vinden van multilaterale oplossingen voor de gemeenschappelijke uitdagingen, en ik ben het daar onvoorwaardelijk mee eens. Ik wil u verzekeren dat wij werkelijk alles in het werk stellen om ervoor te zorgen dat in de verklaring ter afsluiting van de EU-VS-Top helder en duidelijk tot uitdrukking wordt gebracht dat wij er samen vastberaden naar streven de macht van de Verenigde Naties te versterken en deze te voorzien van de middelen die zij nodig hebben om zich van hun taken te kunnen kwijten.

Op de EU-VS-Top zullen wij er bij de VS op blijven aandringen dat bij de oplossing van crises zoals in Iran, Soedan en Afghanistan bij voorkeur de Verenigde Naties worden ingeschakeld, en dat bij het vredesproces in het Midden-Oosten vanzelfsprekend de aanpak van het Kwartet wordt gevolgd.

Een ander voorbeeld is klimaatverandering, waaraan wij uitsluitend op multilateraal niveau effectief het hoofd kunnen bieden. Wij zullen tijdens de Top de steun van de VS proberen te krijgen, zodat wij tijdens de besprekingen die aanstaande december op Bali, Indonesië, zullen plaatsvinden onder het beschermheerschap van de Verenigde Naties, onderhandelingen kunnen beginnen over een mondiaal kader.

De Commissie heeft telkens weer steun gegeven aan de inspanningen van de opeenvolgende voorzitterschappen van de Raad om de Verenigde Staten duidelijk te maken dat wij verplicht zijn de toepassing van het internationale recht op humanitaire kwesties en mensenrechtenkwesties onvoorwaardelijk te steunen. Ik wil het Parlement eraan herinneren dat de EU tijdens de Top in 2006 president Bush ertoe kon bewegen te verklaren dat hij de sluiting van Guantanamo wenste en dat de nog aanwezige gedetineerden ofwel voor de rechtbank moesten worden gebracht ofwel moesten worden vrijgelaten. De door u naar voren gebrachte wensen waren één van de belangrijkste redenen om een dialoog op gang te brengen tussen de Trojka van de EU en de juridisch adviseur van het Amerikaanse ministerie van Buitenlandse Zaken.

Ik juich tevens het idee toe met betrekking tot een intensievere dialoog tussen uw Parlement en het Amerikaanse Congres. De parlementaire dialoog tussen beide partijen is een belangrijke pijler van de betrekkingen tussen de EU en de Verenigde Staten. De Commissie heeft zich er voortdurend voor ingespannen om de wetgevingsinstanties meer te betrekken bij de transatlantische betrekkingen, en met name heeft de Commissie een transatlantische dialoog tussen de wetgevingsinstanties op gang gebracht. Degenen die deel uit maken van deze instanties zouden hun positie zelfs kunnen versterken indien zij de jaarlijkse Top Level Domains-vergadering vlak voor de EU-VS-topbijeenkomsten zouden houden, zoals het geval is bij de transatlantische economische dialoog.

Zoals altijd heeft de Commissie ook dit jaar geprobeerd om onze Amerikaanse gastheren ertoe te bewegen de wetgevingsinstanties te betrekken bij de evenementen in de marge van de Top. Voor zover ik nu weet, willen de Amerikanen de vertegenwoordigers van de TLD ′s middags na de Top uitnodigen voor een briefing van hoge ambtenaren uit de Europese Unie en de Verenigde Staten.

Het is onze bedoeling dat, op grond van de nieuwe politieke overeenkomst ter bevordering van de bilaterale economische betrekkingen, beide partijen een politieke persoonlijkheid benoemen om het proces van de EU-VS-topbijeenkomsten te bevorderen. Wij hebben de Verenigde Staten voorgesteld om deze zogenaamde contactpersonen te laten bijstaan door een klein informeel groepje bestaande uit vertegenwoordigers van wetgevingsinstanties en bedrijfs- en consumentenorganisaties.

Onze gemeenschappelijke doelstellingen voor de ontwikkeling en het gebruik van milieuvriendelijke energie hebben op middellange termijn betrekking op, en beperken zich tot, de bevordering van het gebruik van grotendeels emissievrije kolen, de ontwikkeling en het gebruik van hernieuwbare energiebronnen, met name biobrandstoffen, en de bevordering van energie-efficiëntie. Wij zullen proberen om op elk van deze gebieden zowel voor de Europese Unie als voor de Verenigde Staten doelstellingen vast te stellen. De EU zal te werk gaan op basis van het solide politieke platform waarover de Europese Raad tijdens zijn vergadering op 9 mei overeenstemming heeft bereikt.

Met betrekking tot visa moet ik onderstrepen dat wij de toezegging van de Amerikaanse regering om dit systeem te hervormen, toejuichen. Het is echter te vroeg om nu een standpunt in te nemen ten aanzien van de hervorming van het Amerikaanse visumprogramma. Wij moeten wachten op de definitieve tekst, die het Amerikaanse Congres waarschijnlijk zelfs nog voor de zomer zal aannemen. Dan pas is de Commissie in staat te beoordelen of het nieuwe programma een stap vooruit is met betrekking tot meer wederkerigheid tussen de EU en de Verenigde Staten.

Ons standpunt was van meet af aan duidelijk: alle EU-burgers moeten in staat zijn om zonder visum naar de Verenigde Staten te reizen, net zoals Amerikaanse burgers zonder visum naar de EU mogen reizen. Wij hebben deze kwestie herhaaldelijk op alle niveaus bij de Verenigde Staten aangekaart en aangedrongen op uitbreiding van visumvrijstelling naar alle EU-lidstaten, zodat gelijke behandeling van alle EU-burgers gewaarborgd wordt.

De onderhandelingen over passagiersgegevens zijn op 26 februari begonnen in Washington. Wij verwachten dat wij deze eind juli kunnen afsluiten, dat wil zeggen voordat de bestaande PNR-overeenkomst afloopt. Afgelopen week hebben wij nog constructieve gesprekken gevoerd met de Verenigde Staten. Vice-voorzitter Frattini kan u gedetailleerde informatie hierover verstrekken.

Wij streven tevens naar soortgelijke veiligheidsmaatregelen ten aanzien van SWIFT, om te waarborgen dat de gegevens van Europese burgers adequaat worden beschermd in de Verenigde Staten, en blijven met de VS werken aan een reeks algemene beginselen inzake gegevensbescherming voor de lange termijn. De dialoog tussen deskundigen van beide zijden heeft tot nu toe vruchten afgeworpen, maar wij hebben nog niet genoeg vooruitgang geboekt om een formele overeenkomst te kunnen sluiten.

Er is ook gewag gemaakt van het raketafweerschild. Ik sluit me aan bij hetgeen de heer Solana op 29 maart hierover heeft gezegd in uw Parlement, namelijk dat de EU geen defensiegemeenschap is en dat de soevereiniteit op dit gebied op grond van de Verdragen bij de lidstaten ligt. Dit betekent echter niet dat de EU helemaal niets te maken heeft met deze zaak. Aangezien de EU een gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid en een veiligheids- en defensiebeleid heeft en zaken van gemeenschappelijk belang in het geding zijn, zoals de betrekkingen tussen de EU en Rusland, lijkt het mij belangrijk dat we een gelegenheid vinden om op EU-niveau een debat te voeren over dit onderwerp.

BAWAG is een interessant geval. De Commissie heeft echter nog geen enkele informatie waaruit zou blijken dat BAWAG daadwerkelijk dergelijke maatregelen heeft genomen. Als zij een dergelijke beslissing neemt, moet zij de Commissie hierover informeren, omdat een dergelijke extraterritoriale toepassing niet aanvaardbaar is op grond van onze wetgeving. De feiten zijn nog onduidelijk, maar over het algemeen laten de regels van de Europese Unie dergelijke maatregelen of een dergelijke extraterritoriale toepassing niet toe.

“Economische contacten” betekent niet alleen deregulering, maar veeleer het regelen van zaken van gemeenschappelijk belang, en wel dusdanig dat wij echt gebruik kunnen maken van het economische potentieel aan beide zijden van de Atlantische Oceaan.

Ik ben er rotsvast van overtuigd - en tijdens het debat is dit ook gebleken - dat de betrekkingen tussen de Verenigde Staten en de Europese Unie en hun gemeenschappelijke uitdagingen van grote betekenis zijn, en dat er voor Europa geen belangrijkere betrekkingen bestaan. Er bestaat praktisch geen belangrijke kwestie waarbij Europa en de Verenigde Staten niet een gemeenschappelijk belang hebben en betrokken zijn. Daarom moeten wij - zoals ook duidelijk is gezegd - op voet van gelijkheid omgaan met de Verenigde Staten en hen betrekken bij een werkelijk rationele dialoog, maar tegelijkertijd mogen wij onze gemeenschappelijke Europese waarden niet uit het oog verliezen.

 
  
MPphoto
 
 

  De Voorzitter. - Mijnheer de commissaris, hartelijk dank voor u pogingen om uw toespraak, die naar het schijnt oorspronkelijk veel langer was, in te korten.

Tot besluit van het debat zijn zeven ontwerpresoluties(1) ingediend, overeenkomstig artikel 103, lid 2 van het Reglement.

Het debat is gesloten. De stemming vindt later vandaag plaats.

Schriftelijke verklaringen (artikel 142)

 
  
MPphoto
 
 

  Pedro Guerreiro (GUE/NGL), schriftelijk. - (PT) Een van de belangrijkste gebeurtenissen bij het begin van het Duits voorzitterschap was het bezoek van mevrouw Merkel aan de VS. Zij ondernam deze reis om haar voorstel voor een strategisch partnerschap tussen de EU, Duitsland en de VS voor een gedeeld "wereldleiderschap" te herhalen, en dat op een moment dat de regering-Bush in grote moeilijkheden verkeerde en steeds verder geïsoleerd raakte.

Bij de elkaar afwisselende rivaliteit en toenadering tussen de grote Europese mogendheden - Duitsland voorop - en de VS wordt nu een poging ondernomen om de zogenaamde transatlantische betrekkingen weer op gang te helpen. Op de EU-VS-Top, die op 30 april zou moeten plaatsvinden, zal al het nodige worden ondernomen om een oplossing te vinden voor meningsverschillen, om afwijkende gezichtspunten naar het tweede plan te verwijzen en de agenda's voor beide zijden van het Noord-Atlantische gebied op elkaar af te stellen, zowel in de politieke en economische als in de militaire sfeer.

Er zal over veel onderwerpen worden gesproken, waarbij het versterken van het zogenaamde “Nieuwe Transatlantische Economische Partnerschap” één van de prioriteiten van mevrouw Merkel zal zijn. Het is de bedoeling om zo in de komende jaren een “barrièrevrije transatlantische markt” te scheppen.

Al deze acties worden - onder leiding van mevrouw Merkel en haar rechtse en sociaal-democratische coalitieregering - ondernomen op een moment dat de VS hun militaire apparaat in Europa aan het versterken zijn, nieuwe militaire bases willen oprichten en plannen maken voor het installeren van antiraketsystemen die een nieuwe bedreiging voor de vrede vormen.

Imperialistisch gekonkel …

 
  

(1)Zie notulen

Juridische mededeling - Privacybeleid