Index 
 Vorige 
 Volgende 
 Volledige tekst 
Procedure : 2008/2657(RSP)
Stadium plenaire behandeling
Kies een document :

Ingediende teksten :

RC-B6-0556/2008

Debatten :

PV 23/10/2008 - 13.2
CRE 23/10/2008 - 13.2

Stemmingen :

PV 23/10/2008 - 14.2

Aangenomen teksten :

P6_TA(2008)0526

Volledig verslag van de vergaderingen
Donderdag 23 oktober 2008 - Straatsburg Uitgave PB

13.2. Democratische Republiek Congo: botsingen in de oostelijke grensregio's
Video van de redevoeringen
Notulen
MPphoto
 

  De Voorzitter. - (FR) Aan de orde is het debat over zes ontwerpresoluties over de Democratische Republiek Congo: botsingen in de oostelijke grensregio’s(1).

 
  
MPphoto
 

  Renate Weber, auteur. − (EN) Mijnheer de Voorzitter, het conflict in de Democratische Republiek Congo (DRC) is enorm traumatisch voor de Congolese samenleving.

Naast andere gruweldaden worden verkrachtingen sinds vele jaren als wapen in de strijd gebruikt. Vele vrouwen en meisjes worden hiervan het slachtoffer. Ons medeleven is niet genoeg. Zonder twijfel vindt in Congo een tegen vrouwen gerichte genocide plaats, en we kunnen niet langer de ogen sluiten voor deze vreselijke situatie. De verschrikkingen die deze vrouwen te verduren hebben, zijn met geen woorden te beschrijven. Ongetwijfeld leiden de schermutselingen tussen rebellen in de oostelijke provincies tot steeds meer geweld, inclusief seksueel geweld.

Hoeveel vrouwen en meisjes moeten er nog worden gedood, het slachtoffer worden van groepsverkrachtingen, afgeslacht, tot slaaf gemaakt, besmet met hiv en verstoten door hun gemeenschap, voordat we deze kwestie eindelijk op internationaal niveau en met een langetermijnperspectief aanpakken? Seksueel geweld tegen vrouwen en meisjes kan niet worden geduld. Aan de straffeloosheid van de daders moet een eind komen, en de rechtsstaat moet in de oostelijke provincies van de DRC worden hersteld.

We moeten allemaal erkennen dat deze situatie een veelzijdige aanpak vereist. Er moet vrede worden gesticht, de rechtsstaat moet worden opgebouwd en de samenleving in de oostelijke provincies van de Democratische Republiek Congo moet worden behoed voor de armoedeval. Dit betekent dat ook de exploitatie van de Congolese natuurlijke hulpbronnen aan de beginselen van de rechtsstaat moet worden onderworpen.

 
  
MPphoto
 

  Giovanna Corda, Auteur. (FR) Mijnheer de Voorzitter, waarde collega’s, eerst wil ik mij verontschuldigen voor mijn collega de heer Hutchinson, die hier vandaag niet bij aanwezig kon zijn.

5 400 000 mensen, zoveel slachtoffers zijn er sinds 1998 gevallen in het conflict in de Democratische Republiek Congo. Iedere dag sterven er 1 500 mensen. Deze mensen zijn vrouwen die de hen toegebrachte verminkingen niet overleven, rebellen of soldaten van het Congolese leger; maar het zijn ook kindsoldaten, die bij hun ouders zijn weggerukt; het zijn jonge meisjes wier korte bestaan op aarde een nachtmerrie moet zijn geweest.

Het verbale geweld dat ik nu gebruik, Mijnheer de Voorzitter, waarde collega’s, is niets vergeleken met het geweld dat de Democratische Republiek Congo sinds lange tijd teistert, geweld dat de afgelopen weken is toegenomen en zich heeft uitgebreid, en dit allemaal onder de ogen van de totaal onverschillige internationale gemeenschap. De getuigenissen die wij hebben verzameld zijn bezwarend: bezwarend voor de soldaten in de verschillende strijdende rebellengroeperingen; bezwarend voor de regeringstroepen die, in plaats van de burgerbevolking te beschermen, een bedreiging voor hen vormen; en ook bezwarend voor de VN, die niet in staat is om de bescherming van de burgers te waarborgen.

Mijnheer de Voorzitter, waarde collega’s, de resolutie waarover wij nu debatteren is bedoeld om de internationale publieke opinie te wijzen op wat er zich afspeelt en formuleert een aantal zeer concrete verzoeken ten behoeve van een snelle en duurzame oplossing voor dit conflict.

De socialisten willen in het bijzonder een aantal punten van deze verzoeken benadrukken: ten eerste, de versterking van de VN-missie met Europees personeel dat in staat is om met de bevolking te communiceren; en ten tweede roepen wij de hoogste politieke en militaire autoriteiten van Congo op alles in het werk te stellen om ervoor te zorgen dat de soldaten van het Congolese leger een definitief einde maken aan hun wreedheden.

 
  
MPphoto
 

  Raül Romeva i Rueda, Auteur. – (ES) Mijnheer de Voorzitter, ik zou willen ingaan op een aantal van de aspecten die hier al aan de orde zijn gesteld met betrekking tot de situatie in de Democratische Republiek Congo.

Het eerste punt ligt voor de hand. Het onderhavige conflict heeft vele oorzaken. Het gaat om een probleem dat in verband staat met de toegang tot hulpbronnen. Het gaat ook om de straffeloosheid waarmee die bronnen geëxploiteerd worden, de straffeloosheid waarmee sommigen door dit gebied “zwerven” en daarbij wreedheden begaan zonder daarvoor door de lokale autoriteiten noch door de internationale troepen te worden vervolgd, en om de straffeloosheid van activiteiten die tot gevolg hebben dat er voortdurend internationale wapens aanwezig zijn die het gebied maar blijven binnenkomen.

Die drie elementen, en het verband ertussen – lijken me van fundamenteel belang omdat hier in de eerste plaats uit blijkt dat de aanwezigheid van de Verenigde Naties in het gebied grondig moet worden herzien.

In de tweede plaats moet er speciaal onderzoek worden gedaan naar het geweld tegen vrouwen en het seksueel geweld tegen vrouwen, een kwestie die we al meerdere malen in dit Parlement aan de orde hebben gesteld. Dit is weer een gelegenheid om erop te wijzen dat zowel de Verenigde Naties als de Europese Unie zouden moeten eisen dat verkrachting en met name het gebruiken van marteling en misbruik van vrouwen als seksueel wapen, als oorlogsmisdaden worden beschouwd. Hiervoor pleiten wij al lang bij alle mogelijke betrokken instanties.

Verder lijkt het me noodzakelijk nogmaals te wijzen op het derde aspect, namelijk dat dit hele conflict verband houdt met een van de belangrijkste bronnen van rijkdom ter wereld: diamanten. Gezien dit primaire gegeven is het dan ook van essentieel belang dat controlemechanismen zoals het Kimberley-proces consequent en nauwgezet worden toegepast.

Staat u mij toe u eraan te herinneren dat volgende week in de Verenigde Naties een debat begint over het aannemen van een internationaal verdrag inzake wapenexport. Dat lijkt me een uitgelezen kans om erop te wijzen dat dit precies is wat we nodig hebben in een situatie zoals die in de Democratische Republiek Congo.

 
  
MPphoto
 

  Erik Meijer, Auteur. − Voorzitter, het wordt steeds belangrijker om een weg te vinden waardoor de inwoners van Congo kunnen overleven, ook als het onmogelijk blijft om een centraal staatsgezag op te bouwen. Het vermijden van alle omstandigheden die hen blootstellen aan geweld en uitbuiting, aan gedwongen verhuizingen of aan hongersnoden, moet voorrang krijgen.

Waarom is alles wat er in Afrika verkeerd kan gaan, bijeengebracht in Congo? Congo is ontstaan als koloniaal mijnbouwproject in de slecht toegankelijke binnenlanden van Afrika. Er bestond geen Congolees volk met gezamenlijke belangen en vooruitzichten, maar een veelheid van volkeren in geïsoleerde gebieden.

Bij de start als onafhankelijke staat, bijna een halve eeuw geleden, leerde de hele wereld de namen kennen van de toen met elkaar strijdende politici. Tshombe en Kalonji, nauw verbonden met de mijnbouwbelangen, streefden naar afsplitsing van hun zuidoostelijke regio's met veel rijkdom in de ondergrond. De enige visionair die de pretentie had om het land als geheel een serieuze toekomst te geven, Patrice Lumumba, werd snel vermoord.

Daarna heeft de militaire dictator Mobutu het land opnieuw langdurig geleid als een privé-onderneming, volkomen onderworpen aan zijn willekeur. De hoop dat na de dood van Mobutu de opbouw van de vooruitgang van Congo eindelijk zou kunnen beginnen, is de bodem ingeslagen.

De inmiddels tweede president, met de naam Kabila, inspireert niet en beheerst grote delen van het land niet. De mogelijkheden van het Congo van nu worden bepaald door mislukte verkiezingen, waarvan de uitkomst vanaf het begin omstreden was en die nog lang niet door iedereen aanvaard worden, door volksverhuizingen vanuit de oostelijke buurlanden, regionale machthebbers met mijnbouwbelangen en rebellenlegers. Het wordt twijfelachtig of een eenheidsoplossing voor een ongedeeld Congo nu nog mogelijk is.

 
  
MPphoto
 

  Ewa Tomaszewska, auteur. − (PL) Mijnheer de Voorzitter, in Congo zijn momenteel enkele Poolse priesters en geestelijken uit andere landen aanwezig, die in het kader van hun missies de burgerbevolking, met name vrouwen en kinderen, trachten te beschermen tegen geweld. Ook de Poolse strijdkrachten hebben aan de vredesmissies in Congo deelgenomen. Met het oog hierop liggen de dramatische gebeurtenissen in Congo me bijzonder na aan het hart.

Het Europees Parlement heeft zich vooral bezorgd getoond over de situatie in Noord-Kivu en de handhaving van de vrede in de provincie Ituri. Gruwelijke moordpartijen, verkrachtingen van vrouwen en meisjes en de gedwongen inlijving van kinderen bij het leger zijn al jarenlang schering en inslag in dit land. Het Parlement roept de regeringen van de Democratische Republiek Congo en van Rwanda op een constructieve dialoog tot stand te brengen die Congo in staat zal stellen om deze humanitaire ramp te boven te komen.

Ik wil nog een zeer belangrijk punt naar voren brengen. Het feit dat Zuid-Afrikaanse arbeiders geweigerd hebben om Chinese wapens te lossen, is de werkelijke reden waarom dit conflict is onderbroken. Het Europees Parlement roept de regeringen van het Grote-Merengebied op om een dialoog te starten, teneinde het geweld in Congo een halt toe te roepen. Daarnaast verzoek ik de Commissie om op grotere schaal medische hulp te verstrekken aan de burgerbevolking in Congo, met name aan vrouwen en kinderen die besmet zijn ten gevolge van verkrachting.

 
  
MPphoto
 

  Bernd Posselt, namens de auteurs. − (DE) Mijnheer de Voorzitter, Congo maakt momenteel een situatie door die Europa na de Dertigjarige Oorlog heeft doorgemaakt, toen elk staatsgezag geheel was ingestort. In Congo is dit zelfs in nog sterkere mate het geval. Geüniformeerde bendes trekken rond, een deel van deze bendes beschouwt zich als “het officiële leger”, een ander deel noemt zich “privéleger”, maar in werkelijkheid gaat het om roversbenden die ten koste van de burgers het land plunderen en mensen vermoorden, verkrachten en beroven. Congo zal geen vrede meer kennen, zolang op regionaal en supraregionaal niveau niet enige vorm van staatsgezag wordt hersteld.

Daarom is het onze taak als Europese Unie om ten eerste humanitaire hulp te verlenen, maar er ten tweede ook voor te zorgen dat in dit land weer een minimum aan openbare veiligheid en openbaar gezag zijn intrede doet. Die situatie is nog niet in zicht, en ook de interventie in Congo is – en dat moeten we met de nodige zelfkritiek ook eindelijk erkennen – niet zo succesvol als we hadden gehoopt.

Derhalve is het dringend noodzakelijk dat we overwegen hoe we dit hart van Afrika weer kunnen stabiliseren – met behulp van alle mogelijke vreedzame, en zo nodig ook weer met militaire middelen, met vredestroepen. Zover zijn we nog niet, maar we moeten dit wel bespreken. Want als je Congo bekijkt – zelf ben ik verschillende keren over dit land gevlogen – besef je dat Congo, op een unieke manier onder alle Afrikaanse landen, aan alle delen van Afrika raakt.

Er is geen stabiel Afrikaans continent mogelijk zonder een stabiel Congo, en daarom hebben we hier een bijzondere verantwoordelijkheid.

 
  
MPphoto
 

  Tunne Kelam, namens de PPE-DE-Fractie. – (EN) Mijnheer de Voorzitter, wij zijn werkelijk uiterst bezorgd over het opnieuw oplaaiende geweld in de oostelijke provincies van Congo. Daarom roepen wij alle betrokkenen op het vredesproces waartoe zij zich in januari hebben verbonden, te hervatten.

Ik zou drie punten willen aanstippen. Ten eerste moet de Congolese regering zich er speciaal voor inzetten dat een eind wordt gemaakt aan het wijdverbreide geweld tegen vrouwen en meisjes, dat wordt gebruikt als wapen in deze interne oorlog. Ten tweede moet internationaal druk worden uitgeoefend op de regeringen van Congo en Rwanda om hen aan te zetten tot de hervatting van een constructieve dialoog. Ten derde verzoeken wij alle regeringen van de EU-lidstaten om onmiddellijk gerichte en rechtstreekse hulp te verlenen aan de bevolking van het oostelijke deel van Congo.

 
  
MPphoto
 

  Katrin Saks, namens de PSE-Fractie - (ET) Dames en heren, vandaag spreken wij over een zeer complexe regio en het lijkt mij dat wij hier voornamelijk over spreken om te benadrukken hoe slecht de situatie daar is en niet omdat wij een duidelijk beeld voor ogen hebben hoe die situatie moet worden opgelost. Ik wil toch enkele dingen opmerken, hoewel ik herhaal wat voorgaande sprekers, met inbegrip van de heer Kelam, heeft gezegd.

Het belangrijkste is om de regering van de Democratische Republiek Congo te steunen in het vinden van een oplossing voor deze crisis. Geweld lokt alleen nieuw geweld uit en ik wil niet zeggen dat de levens van mannen in zekere zin minder belangrijk zijn of dat geweld tegen mannen is toelaatbaar is, maar de situatie van vrouwen en kinderen in Congo is echt afschuwelijk en aan hen moet specifieke aandacht worden besteed. Ik doe een beroep op de internationale gemeenschap, op de VN-Veiligheidsraad voor meer hulp, op de Raad en de Commissie voor het geven van medische hulp – vooral voor de grootste risicogroep – en natuurlijk is concrete hulp van de lidstaten ook belangrijk.

 
  
MPphoto
 

  Marios Matsakis, namens de ALDE-Fractie. – (EN) Mijnheer de Voorzitter, het oosten van de Democratische Republiek Congo is sinds enkele jaren het toneel van massamoorden en een verscheidenheid aan uiterst wrede en sadistische misdaden tegen de bevolking, waarvan met name onschuldige burgers, met inbegrip van vele vrouwen en kinderen, het slachtoffer worden.

De Afrikaanse Unie, de EU en de VN hebben op beschamende wijze gefaald en zijn niet in staat gebleken tot een doortastend optreden om de vrede in de regio te herstellen. Dit is met name te wijten aan het feit dat niet genoeg middelen ter beschikking worden gesteld om de lokale bevolking effectief te beschermen en van de nodige hulp te voorzien en om eindelijk een politieke oplossing te vinden voor de heersende conflicten. Laten we hopen dat deze resolutie ertoe bijdraagt de ondersteuning van het vredesproces te versterken en, niet in de laatste plaats, om de kwaadwillige regeringen in de hele wereld die wapens blijven leveren aan de oorlogvoerende partijen, hiervan te weerhouden.

 
  
MPphoto
 

  Zdzisław Zbigniew Podkański, namens de UEN-Fractie. – (PL) Mijnheer de Voorzitter, het vredesakkoord dat op 28 januari 2008 in Goma is ondertekend, heeft geen einde gemaakt aan de problemen en heeft ook niet tot vrede geleid in het oosten van de Democratische Republiek Congo. Vrouwen en zelfs jonge meisjes worden er nog steeds verkracht. Ook de plunderingen en de gedwongen inlijving van burgers en kinderen bij het leger gaan gewoon door. Alle partijen in het conflict hebben zich schuldig gemaakt aan wreedheden. Dat geldt zowel voor de rebellengroepen als voor de soldaten van de Democratische Krachten voor de bevrijding van Rwanda en voor het Congolese leger. De heropleving van het geweld maakt duidelijk dat deze oorlog die meer dan vier jaar geleden is begonnen nog steeds aan de gang is en zelfs escaleert. De laatste tijd worden we regelmatig geconfronteerd met verontrustende berichten uit Noord-Kivu. Naar verluidt zouden daar honderden lijken in rivieren zijn gedumpt en zouden er in deze regio ongeveer honderdduizend ontheemden zijn.

Deze oorlog maakt niet alleen dodelijke slachtoffers, maar heeft ook verwoesting, honger en algemene demoralisatie tot gevolg. De autoriteiten en het leger van Congo zullen er niet in slagen om de problemen van deze regio in hun eentje op te lossen. Internationale hulp is absoluut noodzakelijk, ook van de Europese Unie. Er is eveneens dringend behoefte aan materiële hulp in de vorm van voedsel en medische bijstand. De Fractie Unie voor een Europa van Nationale Staten steunt de voorliggende resolutie ten volle. Het welzijn van elk individu en zijn of haar recht op leven en vrede moeten uiteindelijk zegevieren.

 
  
MPphoto
 

  Gerard Batten (IND/DEM). - (EN) Mijnheer de Voorzitter, de gruweldaden in Congo zijn voor bewoners van een vreedzame, beschaafde samenleving onvoorstelbaar. Hoe kunnen wij praktische hulp bieden aan een geteisterde bevolking als die van Congo? Een rechtstreekse militaire interventie en humanitaire hulp zijn alleen in het kader van internationale inspanningen onder auspiciën van de Verenigde Naties mogelijk, maar keer op keer moeten we lijdzaam toezien hoe de leiders van dit soort falende staten hun land plunderen en van hun rijkdom in het Westen genieten. De stabiele en vreedzame landen van de wereld dienen zich te verenigen om er een stokje voor te steken dat enorme rijkdommen worden gestolen en vervolgens straffeloos op een Westerse bankrekening worden gestort.

Er moeten internationale afspraken worden gemaakt om ervoor te zorgen dat de leiders van dergelijke staten niet in weelde van hun onrechtmatig verkregen vermogen kunnen leven. Hierdoor zouden we tenminste een steentje bijdragen tot een algehele oplossing , teneinde de stabiliteit in landen als Congo te bevorderen.

 
  
MPphoto
 

  Kathy Sinnott (IND/DEM). - (EN) Mijnheer de Voorzitter, door de nieuwe gevechten in het oosten van Congo worden de mensenrechten met voeten getreden en wordt de democratie verstikt. Ondanks de ondertekening van het vredesakkoord van Goma in januari van dit jaar gaan de schendingen van de meest fundamentele mensenrechten nog steeds door: er worden vrouwen van alle leeftijden verkracht, massamoorden gepleegd en kindsoldaten geronseld. We kunnen de ogen niet sluiten voor zo’n schrijnende situatie. We moeten onze belangrijke stem in de internationale gemeenschap verheffen en tot vrede, samenwerking en stabiliteit in de regio oproepen.

We kunnen deze stem ook gebruiken om de recente verklaringen van Laurent Nkunda te veroordelen, die ertoe heeft opgeroepen de gekozen en legitieme regering van Congo ten val te brengen. Het Congolese leger heeft zelf niet de nodige personele, technische en financiële middelen om zich van zijn taak in het oosten van Congo te kwijten. Een signaal van de wereldgemeenschap, zoals de ondertekening van de “Child Soldier Accountability Act” in de VS, brengt ons in herinnering dat dergelijke landen en autoriteiten kunnen worden geholpen bij de strafrechtelijke vervolging van personen die verantwoordelijk zijn voor schendingen van de mensenrechten.

 
  
MPphoto
 

  Andris Piebalgs, lid van de Commissie. − (EN) Mijnheer de Voorzitter, de Commissie deelt de bezorgdheid over de slechte situatie in het oosten van de Democratische Republiek Congo, waardoor de reeds zwaar getroffen bevolking nog meer onder druk komt te staan. De Commissie is met name bezorgd over de wijdverbreide mensenrechtenschendingen in de regio, waaronder geweld tegen vrouwen en de voortdurende mobilisatie van kindsoldaten in dit conflict.

De Commissie blijft erbij dat de huidige crisis tussen Kinshasa en diverse rebellengroeperingen niet langs militaire weg kan worden opgelost. Daarom moedigen we alle conflictpartijen aan om de dialoog te hervatten en moedige politieke compromissen aan te gaan, rekening houdend met de verbintenissen die zij in januari 2008 in de zogeheten Actes d’engagement de Goma zijn overeengekomen.

In dit verband is het van het hoogste belang om een acceptabel niveau van vertrouwen te herstellen tussen alle belanghebbenden in Congo. Als eerste stap dienen alle partijen zich zonder uitzondering aan een onmiddellijk staakt-het-vuren te houden, zodat het plan van de Verenigde Naties voor de terugtrekking van de verschillende troepenmachten kan worden uitgevoerd.

Daarnaast mag niet worden vergeten dat tot de onderliggende oorzaken van het conflict ook de dramatische problemen behoren die de aanwezigheid van buitenlandse gewapende groeperingen, met name de Rwandese FDLR, op het grondgebied van de Democratische Republiek Congo met zich meebrengt. Op dit terrein moeten de partijen de meeste verbintenissen die zij in het communiqué van Nairobi zijn aangegaan, nog gestand doen.

Gezien de talrijke uitdagingen die in de Democratische Republiek Congo nog moeten worden aangepakt, pleit de Commissie er sterk voor dat het mandaat van de VN-vredesmissie wordt vernieuwd en zo mogelijk versterkt, teneinde een doeltreffende bescherming van de bevolking te waarborgen en het Congolese leger te ondersteunen bij de bestrijding van de buitenlandse gewapende groeperingen.

Naast de niet aflatende inspanningen van het “facilitation team” van de EU moet voor een bredere participatie van de Afrikaanse diplomatie (met inbegrip van de Afrikaanse Unie) worden gezorgd om oplossingen te vinden voor de conflicten in het oosten van de DRC, met name op terreinen waar een duurzame oplossing in sterke mate zou worden bevorderd door een nauwe samenwerking tussen de buurlanden, met name de Democratische Republiek Congo en Rwanda.

Wat betreft onze bijstand aan de bevolking in de conflictgebieden zal de Commissie hulp blijven verlenen in het kader van onze samenwerking op humanitair en ontwikkelingsgebied.

Meer specifiek moet met betrekking tot gezondheidsdiensten (een kwestie die door alle resoluties aan de orde wordt gesteld) worden benadrukt dat de Commissie in de Democratische Republiek Congo sinds 1994 werkzaam is in de gezondheidssector, die een centrale sector vormt in het kader van onze samenwerking.

Naast humanitaire hulp verlenen we momenteel strategische en financiële steun aan de Congolese autoriteiten om de kwaliteit van de medische diensten en de kwalificaties van het medisch personeel te verbeteren.

 
  
MPphoto
 

  De Voorzitter. – Het debat is gesloten.

De stemming vindt na afloop van de debatten plaats.

 
  

(1) Zie notulen.

Juridische mededeling - Privacybeleid