Ontwerpresolutie - B7-0218/2014Ontwerpresolutie
B7-0218/2014

ONTWERPRESOLUTIE over de situatie in Venezuela

25.2.2014 - (2014/2600(RSP))

naar aanleiding van een verklaring van de vicevoorzitter van de Commissie / hoge vertegenwoordiger van de Unie voor buitenlandse zaken en veiligheidsbeleid
ingediend overeenkomstig artikel 110, lid 2, van het Reglement

Renate Weber, Izaskun Bilbao Barandica, Marielle de Sarnez, Marietje Schaake, Ramon Tremosa i Balcells, Liam Aylward, Johannes Cornelis van Baalen namens de ALDE-Fractie

Zie ook gezamenlijke ontwerpresolutie RC-B7-0207/2014

Procedure : 2014/2600(RSP)
Stadium plenaire behandeling
Documentencyclus :  
B7-0218/2014
Ingediende teksten :
B7-0218/2014
Debatten :
Aangenomen teksten :

B7‑0218/2014

Resolutie van het Europees Parlement over de situatie in Venezuela

(2014/2600(RSP))

Het Europees Parlement,

–       gezien zijn eerdere resoluties over Venezuela,

–       gezien de verklaring van de woordvoerder van Catherine Ashton, vicevoorzitter van de Commissie / hoge vertegenwoordiger van de Unie voor buitenlandse zaken en veiligheidsbeleid, van 14 februari 2014,

–       gezien het Internationaal Verdrag inzake burgerrechten en politieke rechten, waarbij Venezuela partij is,

–       gezien de Universele Verklaring van de rechten van de mens van 1948,

–       gezien artikel 110, lid 2, van zijn Reglement,

A.     overwegende dat er sinds 12 februari 2014 in heel Venezuela vreedzame studentenbetogingen plaatsvinden, die uitgelopen zijn op dodelijk geweld met ten minste 13 doden, ruim 70 gewonden en honderden arrestaties; overwegende dat de studenten protesteren tegen het onvermogen van de regering van president Maduro om een oplossing te vinden voor de hoge inflatie, de misdaad en het gebrek aan bepaalde basisproducten, alsook de toenemende corruptie en de intimidatie tegenover de media en de democratische oppositie; overwegende dat de regering de schaarste wijt aan "saboteurs" en het "winstbejag van corrupte zakenmensen"; overwegende dat Venezuela van alle Latijns-Amerikaanse landen de grootste energievoorraden heeft;

B.     overwegende dat politieke spanning en polarisatie in Venezuela toeneemt; overwegende dat de Venezolaanse autoriteiten juist niet proberen de vrede en rust te bewaren maar gedreigd hebben met een "gewapende revolutie"; overwegende dat vreedzame activisten uit het maatschappelijk middenveld, studenten, journalisten en politici van de oppositie blootstaan aan intimidatie en arrestaties;

C.     overwegende dat gewelddadige en ongecontroleerde regeringsaanhangers in Venezuela al tijden ongestraft hun gang kunnen gaan; overwegende dat deze regeringsgezinde groepen volgens de oppositie tijdens de vreedzame demonstraties tot geweld hebben aangezet, met doden en gewonden als gevolg; overwegende dat de Venezolaanse regering nog geen opheldering over deze gebeurtenissen heeft verschaft;

D.     overwegende dat de persvrijheid van elementair belang is voor de democratie en de eerbiediging van de fundamentele vrijheden, gelet op de essentiële rol van de media als waarborg voor de vrije uiting van meningen en ideeën, onder eerbiediging van de rechten van minderheden, waaronder politieke tegenstanders, en op hun bijdrage tot de daadwerkelijke inbreng van mensen in het democratisch proces;

1.      veroordeelt alle gewelddaden en betreurt het verlies aan mensenlevens tijdens de vreedzame betogingen op 12 februari 2014 en de dagen daarna, en betuigt zijn oprechte medeleven met de nabestaanden;

2.      verklaart zich solidair met het Venezolaanse volk en geeft uiting aan zijn bezorgdheid dat nieuwe protesten tot meer gewelddaden kunnen leiden, waardoor de kloof tussen de standpunten van de regering en de oppositie alleen maar dieper zal worden en de polarisatie in de huidige delicate politieke situatie in Venezuela nog verder zal toenemen; doet een beroep op de vertegenwoordigers van alle partijen en geledingen van de Venezolaanse samenleving om in woord en daad de kalmte te bewaren;

3.      herinnert de regering van Venezuela eraan dat de vrijheid van meningsuiting en het recht om deel te nemen aan vreedzame betogingen in elke democratische staat tot de fundamentele mensenrechten behoren, hetgeen ook door de grondwet van Venezuela erkend is, en dringt bij president Maduro aan op de naleving van de internationale verdragen waarbij Venezuela partij is, en met name het Inter-Amerikaans Democratisch Handvest en het Amerikaanse Verdrag inzake de rechten van de mens;

4.      wijst de Venezolaanse regering erop dat zij gehouden is de veiligheid van alle burgers in het land te garanderen, ongeacht hun politieke opvattingen en banden; is zeer verontrust over de arrestatie van studenten en oppositieleiders en verlangt dat zij onmiddellijk worden vrijgelaten;

5.      wijst erop dat de scheiding van machten een fundamenteel democratisch beginsel is en dat het rechtssysteem door de overheid niet mag worden gebruikt om de democratische oppositie aan politieke vervolging en onderdrukking bloot te stellen; dringt er bij de Venezolaanse autoriteiten op aan dat zij de ongegronde beschuldigingen en arrestatiebevelen tegen oppositieleiders intrekken;

6.      dringt er bij de Venezolaanse autoriteiten op aan dat zij de ongecontroleerde gewapende regeringsgezinde groepen onverwijld ontwapenen en ontmantelen en dat zij een eind maken aan de straffeloosheid die deze genieten; verlangt dat er opheldering komt over de toedracht van de sterfgevallen, zodat de daders ter verantwoording worden geroepen;

7.      spoort alle partijen en met name de Venezolaanse overheid aan om te komen tot een vreedzame dialoog die alle geledingen van de Venezolaanse samenleving omvat, teneinde punten van overeenstemming te vinden en de politieke hoofdrolspelers de gelegenheid te bieden om de ernstigste problemen waarmee het land worstelt te bespreken;

8.      betreurt dat de media en het internet aan censuur onderhevig zijn en dat de toegang tot bepaalde blogs en sociale netwerken ingeperkt is; wijst erop dat eerbiediging van de politieke pluriformiteit, de vrijheid van meningsuiting, de bescherming van journalisten en een vrije, onafhankelijke pers fundamentele elementen van het democratische politieke proces zijn;

9.      verzoekt zijn Voorzitter deze resolutie te doen toekomen aan de Raad, de Commissie, de hoge vertegenwoordiger voor buitenlandse zaken en veiligheidsbeleid, de regering en Nationale Vergadering van de Bolivariaanse Republiek Venezuela, de Euro-Latijns-Amerikaanse Parlementaire Vergadering en de secretaris-generaal van de Organisatie van Amerikaanse Staten.