VERSLAG over het voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad inzake mededeling aan de Commissie van investeringsprojecten met betrekking tot energie-infrastructuur binnen de Europese Unie en houdende vervanging van Verordening (EU, Euratom) nr. 617/2010 van de Raad

8.10.2013 - (COM(2013)0153 – C7‑0075/2013 – 2013/0082(COD)) - ***I

Commissie industrie, onderzoek en energie
Rapporteur: Adina-Ioana Vălean
PR_COD_1amCom


Procedure : 2013/0082(COD)
Stadium plenaire behandeling
Documentencyclus :  
A7-0323/2013
Ingediende teksten :
A7-0323/2013
Debatten :
Aangenomen teksten :

ONTWERPWETGEVINGSRESOLUTIE VAN HET EUROPEES PARLEMENT

over het voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad inzake mededeling aan de Commissie van investeringsprojecten met betrekking tot energie-infrastructuur binnen de Europese Unie en houdende vervanging van Verordening (EU, Euratom) nr. 617/2010 van de Raad

(COM(2013)0153 – C7‑0075/2013 – 2013/0082(COD))

(Gewone wetgevingsprocedure: eerste lezing)

Het Europees Parlement,

–   gezien het voorstel van de Commissie aan het Europees Parlement en de Raad (COM(2013)0153),

–   gezien artikel 294, lid 2, en artikel 194 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, op grond waarvan het voorstel door de Commissie bij het Parlement is ingediend (C7‑0075/2013),

–   gezien artikel 294, lid 3, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

–   gezien het advies van het Europees Economisch en Sociaal Comité van 22 mei 2013[1],

–   na raadpleging van het Comité van de Regio's,

–   gezien artikel 55 van zijn Reglement,

–   gezien het verslag van de Commissie industrie, onderzoek en energie (A7-0323/2013),

1.  stelt onderstaand standpunt in eerste lezing vast;

2.  verzoekt om hernieuwde voorlegging indien de Commissie voornemens is ingrijpende wijzigingen in haar voorstel aan te brengen of dit door een nieuwe tekst te vervangen;

3.  verzoekt zijn Voorzitter het standpunt van het Parlement te doen toekomen aan de Raad en aan de Commissie alsmede aan de nationale parlementen.

Amendement  1

Voorstel voor een verordening

Overweging 1

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

(1) Om haar taken op energiegebied te kunnen vervullen, is het voor de Commissie essentieel dat zij een goed zicht heeft op de ontwikkeling van de investeringen in energie-infrastructuur in de Unie. De beschikbaarheid van geregelde en voortdurend geactualiseerde gegevens en informatie maakt het voor de Commissie mogelijk de nodige vergelijkingen en evaluaties te maken en maatregelen voor te stellen gebaseerd op de relevante gegevens en analyses, met name wat het toekomstige vraag/aanbodevenwicht betreft.

(1) Een voorwaarde voor de ontwikkeling van het Europese energiebeleid is dat er een algemeen beeld wordt verkregen van de ontwikkeling van de investeringen in energie-infrastructuur in de Unie. De regelmatige beschikbaarheid van actuele gegevens en informatie moet het voor de Commissie mogelijk maken de nodige vergelijkingen en evaluaties te maken en relevante maatregelen voor te stellen op basis van de nodige gegevens en een adequate analyse, met name wat het toekomstige evenwicht tussen vraag en aanbod betreft. Maatregelen die op Unieniveau worden voorgesteld of genomen, dienen neutraal te zijn en mogen niet neerkomen op ingrepen in de werking van de markt.

Motivering

Het politieke doel van deze verordening moet duidelijk uit de verf komen. Dit is een belangrijk instrument voor de ontwikkeling van het gemeenschappelijk energiebeleid.

Amendement  2

Voorstel voor een verordening

Overweging 2

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

(2) Het energielandschap binnen en buiten de Unie is in de afgelopen jaren aanzienlijk gewijzigd, wat van investeringen in de energie-infrastructuur een cruciale kwestie maakt voor het waarborgen van de energievoorziening van de Unie, voor de goede werking van de interne markt en voor de door de Unie ingezette overgang naar een koolstofarm energiesysteem.

(2) Het energielandschap binnen en buiten de Unie is in de afgelopen jaren aanzienlijk gewijzigd, wat van investeringen in de energie-infrastructuur een cruciale kwestie maakt voor het waarborgen van de energievoorziening van de Unie, voor de goede werking van de interne markt en voor de door de Unie ingezette overgang naar een duurzaam energiesysteem.

Amendement  3

Voorstel voor een verordening

Overweging 7

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

(7) Overeenkomstig de artikelen 41 en 42 van het Euratom-Verdrag zijn ondernemingen verplicht hun investeringsprojecten te melden; het is noodzakelijk dergelijke informatie aan te vullen, met name via een geregelde rapportering over de tenuitvoerlegging van investeringsprojecten. Dergelijke aanvullende rapportering laat de toepassing van de artikelen 41 tot en met 44 van het Euratom-Verdrag onverlet.

(7) Overeenkomstig de artikelen 41 en 42 van het Euratom-Verdrag zijn ondernemingen verplicht hun investeringsprojecten te melden; het is noodzakelijk dergelijke informatie aan te vullen, met name via een geregelde rapportering over de tenuitvoerlegging van investeringsprojecten. Dergelijke aanvullende rapportering laat de toepassing van de artikelen 41 tot en met 44 van het Euratom-Verdrag onverlet, maar een dubbele belasting van ondernemingen moet zo veel mogelijk vermeden worden.

Amendement  4

Voorstel voor een verordening

Overweging 8

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

(8) Opdat de Commissie kan beschikken over een samenhangend beeld betreffende de toekomstige ontwikkelingen in het hele energiesysteem van de Unie, moet een geharmoniseerd kader voor een op geactualiseerde categorieën gebaseerde rapportering inzake investeringsprojecten worden ingevoerd, waarbij de lidstaten officiële gegevens en informatie moeten verstrekken.

(8) Opdat de Commissie kan beschikken over een samenhangend beeld betreffende de toekomstige ontwikkelingen in het hele energiesysteem van de Unie, moet een geharmoniseerd kader voor een op geactualiseerde categorieën gebaseerde rapportering inzake investeringsprojecten worden ingevoerd, waarbij de lidstaten officiële gegevens en informatie moeten verstrekken. Een dergelijk geharmoniseerd rapporteringskader moet de basis vormen voor een gebalanceerd rapportagesysteem voor investeringsprojecten gericht op voorkoming van onevenredige administratieve belasting.

Amendement  5

Voorstel voor een verordening

Overweging 9

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

(9) Te dien einde moeten de lidstaten aan de Commissie gegevens en informatie toezenden over de op hun grondgebied geplande of in uitvoering zijnde investerings­projecten met betrekking tot productie, opslag en vervoer van aardolie, aardgas, elektriciteit, met inbegrip van elektriciteit uit hernieuwbare bronnen, biobrandstoffen en de afvang en opslag van kooldioxide, inclusief interconnecties met derde landen. Op de betrokken ondernemingen moet de verplichting rusten de lidstaten in kennis te stellen van dergelijke gegevens en informatie.

(9) Te dien einde moeten de lidstaten aan de Commissie gegevens en informatie toezenden over de op hun grondgebied geplande of in uitvoering zijnde investerings­projecten in energie-infrastructuur met betrekking tot productie, opslag en vervoer van aardolie, aardgas, elektriciteit, steenkool en bruinkool, warmtekrachtkoppeling, alsmede investeringsprojecten in de productie van biobrandstoffen en de afvang, vervoer en opslag van kooldioxide, inclusief interconnecties met derde landen. De lidstaten moeten ook investeringsprojecten in elektriciteits- en gasinterconnecties met derde landen mededelen. Op de betrokken ondernemingen moet de verplichting berusten aan de betrokken lidstaten mededeling te doen van dergelijke gegevens en informatie. De lidstaten en de Commissie moeten verplicht worden de vertrouwelijkheid van de door ondernemingen verstrekte gegevens te waarborgen.

Amendement  6

Voorstel voor een verordening

Overweging 11

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

(11) Teneinde onevenredige administratieve belasting te voorkomen en de kosten voor de lidstaten en ondernemingen, voornamelijk die uit het midden- en kleinbedrijf, te minimaliseren, moet deze verordening de mogelijkheid bieden de lidstaten en ondernemingen vrij te stellen van bedoelde rapporteringsverplichting wanneer de Commissie gelijkwaardige informatie ontvangt op grond van energiespecifieke, door instellingen van de Unie vastgestelde wetgeving die tot doel heeft concurrerende Europese energiemarkten tot stand te brengen en de duurzaamheid van het Europese energiesysteem en de continuïteit van de energievoorziening van de Unie te waarborgen. Dubbel werk met betrekking tot de rapporteringsverplichtingen als gespecificeerd in het derde pakket interne markt voor elektriciteit en aardgas moet derhalve worden vermeden.

(11) Teneinde onevenredige administratieve belasting te voorkomen en de kosten voor de lidstaten en ondernemingen, voornamelijk die uit het midden- en kleinbedrijf, te minimaliseren, moet deze verordening de mogelijkheid bieden de lidstaten en ondernemingen vrij te stellen van bedoelde rapporteringsverplichting wanneer er al gelijkwaardige informatie aan de Commissie is verstrekt door een lidstaat of een specifieke instantie die belast is met meerjarige investeringsplanning en rapportering over de gegevens en de informatie die moeten worden verstrekt overeenkomstig deze verordening met betrekking tot meerjaren-netwerkontwikkelings- en investeringsplannen voor energie-infrastructuur. De Commissie moet verduidelijken in welke gevallen deze vrijstelling wordt verleend wanneer zij de bepalingen goedkeurt die nodig zijn voor de uitvoering van deze verordening, als bepaald in artikel 7, om de rapporteringsverplichtingen voor personen en instanties die gehouden zijn aan de verplichtingen die voortvloeien uit deze verordening en die verantwoordelijk zijn voor het beheer van het rapporteringssysteem in de lidstaten, ook daadwerkelijk te verlichten.

Motivering

Het vermijden van dubbele rapportering en buitensporige administratieve rompslomp was een van de doelstellingen van het vorige voorstel. Dit probleem is nog niet voldoende opgelost, en om die reden moet in deze verordening de praktische benadering van de Commissie worden geformaliseerd die zij wil toepassen om de industrie en de lidstaten rechtszekerheid te verschaffen.

Amendement  7

Voorstel voor een verordening

Overweging 12

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

(12) Om de gegevens te verwerken en de toezending ervan te vergemakkelijken en te beveiligen, moeten de Commissie en met name haar waarnemingspost voor de energiemarkt alle passende maatregelen kunnen nemen en meer bepaald gebruik kunnen maken van geïntegreerde IT-instrumenten en -procedures.

(12) Om de gegevens te verwerken en de toezending ervan te vergemakkelijken en te beveiligen, moeten de Commissie en met name de waarnemingspost voor de energiemarkt alle passende maatregelen kunnen nemen en meer bepaald gebruik kunnen maken van geïntegreerde IT-instrumenten en -procedures, die de vertrouwelijkheid van de aan de Commissie medegedeelde gegevens en informatie moeten waarborgen.

Motivering

De door de Commissie gevraagde gegevens en informatie zijn zeer gevoelig voor de marktdeelnemers en daarom moet de Commissie bij de omgang met deze gegevens en informatie de grootst mogelijke vertrouwelijkheid waarborgen.

Amendement  8

Voorstel voor een verordening

Overweging 14

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

(14) De lidstaten, of hun gedelegeerde entiteiten, en de Commissie moeten de vertrouwelijkheid van commercieel gevoelige gegevens en informatie in acht nemen. Daarom moeten de lidstaten, of hun gedelegeerde entiteiten, dergelijke gegevens en informatie, met uitzondering van gegevens en informatie met betrekking tot projecten voor grensoverschrijdend vervoer, op nationaal niveau totaliseren alvorens die aan de Commissie mede te delen. Wanneer dat nodig is, moet de Commissie dergelijke gegevens verder zo samenvoegen dat geen nadere informatie over afzonderlijke ondernemingen en installaties wordt onthuld of kan worden afgeleid.

(14) De lidstaten, of hun gedelegeerde entiteiten, en de Commissie moeten de vertrouwelijkheid van commercieel en/of strategisch gevoelige gegevens en informatie in acht nemen. Daarom moeten de lidstaten, of hun gedelegeerde entiteiten, dergelijke gegevens en informatie, met uitzondering van gegevens en informatie met betrekking tot projecten voor grensoverschrijdend vervoer, op nationaal niveau totaliseren alvorens die aan de Commissie mede te delen. Wanneer dat nodig is, moet de Commissie dergelijke gegevens verder zo samenvoegen dat geen nadere informatie over afzonderlijke ondernemingen en installaties wordt onthuld of kan worden afgeleid.

Amendement  9

Voorstel voor een verordening

Overweging 15

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

(15) De Commissie,en met name haar waarnemingspost voor de energiemarkt, moet op gezette tijden een sectoroverschrijdende analyse maken van de structurele ontwikkeling en de vooruitzichten van het energiesysteem van de Unie en moeten, waar nodig, ook een meer gerichte analyse maken inzake bepaalde aspecten van dit energiesysteem. Deze analyse moet er in het bijzonder toe bijdragen dat eventuele tekorten qua infrastructuur en investeringen snel worden opgespoord zodat het evenwicht van vraag en aanbod op lange termijn gewaarborgd blijft. De analyse moet ook een bijdrage leveren voor het overleg op Unieniveau over de energie-infrastructuur en moet daarom ook worden bezorgd aan het Europees Parlement, de Raad en het Europees Economisch en Sociaal Comité, alsmede ter beschikking worden gesteld aan de belanghebbenden.

(15) De Commissie,en met name haar waarnemingspost voor de energiemarkt, moet op gezette tijden een sectoroverschrijdende analyse maken van de structurele ontwikkeling en de vooruitzichten van het energiesysteem van de Unie en moeten, waar nodig, ook een meer gerichte analyse maken inzake bepaalde aspecten van dit energiesysteem. Deze analyse moet er in het bijzonder toe bijdragen dat de voorzieningszekerheid van energie wordt verbeterd door eventuele tekorten en gerelateerde risico’s qua infrastructuur en investeringen snel op te sporen, zodat het evenwicht van vraag en aanbod op lange termijn gewaarborgd blijft, en moet als aanvulling dienen op nationale benaderingen door regionale dimensies te ontwikkelen. De analyse moet ook een bijdrage leveren voor het overleg op Unieniveau over de energie-infrastructuur en moet daarom ook worden bezorgd aan het Europees Parlement, de Raad en het Europees Economisch en Sociaal Comité, alsmede ter beschikking worden gesteld aan de belanghebbenden.

Amendement  10

Voorstel voor een verordening

Overweging 15 bis (nieuw)

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

 

(15 bis) Het midden- en kleinbedrijf dient te kunnen profiteren van het uit onderhavige verordening voortvloeiende controle-instrument, dat de ingezamelde gegevens openbaar toegankelijk zal maken en op de lange termijn bij zal dragen aan nieuwe en beter gecoördineerde investeringen.

Amendement  11

Voorstel voor een verordening

Overweging 16

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

(16) De Commissie kan worden bijgestaan door deskundigen van de lidstaten of andere vakbekwame deskundigen met het oog op de ontwikkeling van gemeenschappelijke inzichten inzake potentiële infrastructurele leemten en de daarmee verbonden risico's en het bevorderen van de transparantie bij toekomstige ontwikkelingen.

(16) De Commissie kan worden bijgestaan door deskundigen van de lidstaten of andere vakbekwame deskundigen; met het oog op de ontwikkeling van gemeenschappelijke inzichten in mogelijke tekorten qua infrastructuur en daaraan verbonden risico's, en de bevordering van de transparantie met betrekking tot toekomstige ontwikkelingen, wat in het bijzonder belangrijk is voor nieuwe marktdeelnemers.

Amendement  12

Voorstel voor een verordening

Overweging 16 bis (nieuw)

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

 

(16 bis) Aangezien er regelmatig over investeringsprojecten wordt gerapporteerd, dient de Commissie bij de lidstaten een analyse in te dienen, waarin hun de maatregelen worden meegedeeld die nodig zijn om het aantal risico’s op onderinvestering of de ontoereikendheid van investeringen te verminderen.

Amendement  13

Voorstel voor een verordening

Artikel 1 – lid 1

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

1. Bij deze verordening wordt een gemeenschappelijk kader ingevoerd voor de mededeling aan de Commissie van gegevens en informatie over investeringsprojecten met betrekking tot energie-infrastructuur in de sectoren aardolie, aardgas, elektriciteit, met inbegrip van elektriciteit uit hernieuwbare bronnen, en biobrandstoffen, alsook over investeringsprojecten met betrekking tot de afvang en opslag van de door deze sectoren geproduceerde kooldioxide.

1. Bij deze verordening wordt een gemeenschappelijk kader ingevoerd voor de mededeling aan de Commissie van gegevens en informatie over investeringsprojecten met betrekking tot energie-infrastructuur in de sectoren aardolie, aardgas, elektriciteit, steenkool en bruinkool en warmtekrachtkoppeling, alsmede over investeringsprojecten met betrekking tot de productie van biobrandstoffen en het afvangen, vervoeren en opslaan van door deze sectoren geproduceerde kooldioxide.

Amendement  14

Voorstel voor een verordening

Artikel 1 – lid 2 – alinea 1

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

Deze verordening is van toepassing op de in de bijlage genoemde types investeringsprojecten waarvan de uitvoerings- of de buitenbedrijfstellingswerkzaamheden zijn gestart of waarvoor een definitieve investeringsbeslissing is genomen.

Deze verordening is van toepassing op de in de bijlage genoemde types investeringsprojecten evenals investeringsprojecten die deel uitmaken van meerjarige ontwikkelingsprojecten voor gas- en elektriciteitsnetwerken waarvan de uitvoerings- of de buitenbedrijfstellingswerkzaamheden zijn gestart of waarvoor een definitieve investeringsbeslissing is genomen.

Amendement  15

Voorstel voor een verordening

Artikel 2 – punt 1

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

1. "infrastructuur", elk soort installatie die of onderdeel van een installatie dat verband houdt met productie, vervoer en opslag;

1. "infrastructuur", elk soort installatie die of onderdeel van een installatie dat verband houdt met productie, vervoer en opslag, met inbegrip van de interconnecties tussen de Unie en derde landen;

Amendement  16

Voorstel voor een verordening

Artikel 2 – punt 2 – punt ii

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

(ii) bestaande infrastructuur om te bouwen of te moderniseren, of de capaciteit van bestaande infrastructuur te vergroten of te verkleinen;

(ii) bestaande infrastructuur om te bouwen of te moderniseren, of de capaciteit van bestaande infrastructuur te vergroten of te verkleinen, en twee of meer componenten van bestaande of geïnstalleerde infrastructuur met elkaar te verbinden;

Amendement  17

Voorstel voor een verordening

Artikel 2 – punt 7 bis (nieuw)

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

 

7 bis. “afvang”, het proces waarbij door industriële installaties uitgestoten kooldioxide wordt opgevangen met het oog op opslag;

Amendement  18

Voorstel voor een verordening

Artikel 2 – punt 11 bis (nieuw)

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

 

11 bis. "samengevoegde gegevens": gegevens die op nationaal of regionaal niveau zijn samengevoegd; Wanneer bij samenvoeging op nationaal niveau commercieel gevoelige informatie van een individuele onderneming zou worden prijsgegeven, kunnen gegevens op regionaal niveau worden samengevoegd. De Commissie stelt het passende regionale niveau vast op grond van een gezamenlijk voorstel van de betrokken lidstaten of hun gedelegeerde entiteiten;

Amendement  19

Voorstel voor een verordening

Artikel 4 – alinea 2

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

De eerste alinea is niet van toepassing op ondernemingen waarvoor de betrokken lidstaat besluit andere middelen te gebruiken om de Commissie in kennis te stellen van de in artikel 3 bedoelde gegevens of informatie.

De eerste alinea is niet van toepassing op ondernemingen ten aanzien waarvan de betrokken lidstaat besluit andere middelen te gebruiken om de Commissie in kennis te brengen van de in artikel 3 bedoelde gegevens of informatie, mits de verstrekte gegevens of informatie vergelijkbaar en gelijkwaardig zijn.

Motivering

Het is weliswaar zinvol dubbel werk bij de rapportering te voorkomen ingeval ondernemingen alternatieve instrumenten gebruiken om de Commissie van informatie te voorzien, maar er moet wel voor worden gezorgd dat de langs andere weg verstrekte informatie en gegevens volledig verenigbaar en vergelijkbaar zijn met de informatie die via een mededeling wordt verstrekt. Dit is een belangrijk punt om de oude verordening door middel van de nieuwe verordening beter te kunnen toepassen.

Amendement  20

Voorstel voor een verordening

Artikel 5 – lid 1 – letter c

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

(c) het vermoedelijke jaar van indienstneming;

(c) het vermoedelijke jaar van indienstneming en eventuele opgelopen of verwachte vertragingen;

Amendement  21

Voorstel voor een verordening

Artikel 5 – lid 3 – alinea 2

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

De lidstaten, hun gedelegeerde entiteiten of de in artikel 3, lid 2, onder b), bedoelde specifieke instanties kunnen aan hun mededelingen alle opmerkingen toevoegen die zij eventueel hebben, zoals opmerkingen inzake vertragingen of belemmeringen voor de uitvoering van investeringsprojecten.

Wanneer de lidstaten, hun gedelegeerde entiteiten of de in artikel 3, lid 2, onder b), bedoelde specifieke instanties beschikken over informatie over vertragingen en/of belemmeringen voor de uitvoering van investeringsprojecten, nemen die lidstaten die informatie op in de mede te delen gegevens als bedoeld in artikel 3.

Motivering

Duidelijk moet worden dat lidstaten verplicht zijn hun mededeling van opmerkingen te voorzien als zij over informatie inzake vertragingen en/of belemmeringen voor de uitvoering van investeringsprojecten beschikken.

Amendement  22

Voorstel voor een verordening

Artikel 6 – lid 2

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

2. De Commissie kan de overeenkomstig deze verordening toegezonden gegevens en informatie bekend maken, met name in de context van de in artikel 10, lid 3, bedoelde analyses, op voorwaarde dat de gegevens en informatie in getotaliseerde vorm worden gepubliceerd en dat geen specifieke gegevens over afzonderlijke ondernemingen en installaties openbaar worden gemaakt of kunnen worden afgeleid.

2. De Commissie kan de overeenkomstig deze verordening toegezonden getotaliseerde gegevens en informatie bekend maken, met name in de context van de in artikel 10, lid 3, bedoelde analyses, op voorwaarde dat de gegevens en informatie op nationaal of regionaal niveau in getotaliseerde vorm worden gepubliceerd en dat geen specifieke gegevens over afzonderlijke ondernemingen en installaties openbaar worden gemaakt of kunnen worden afgeleid.

Amendement  23

Voorstel voor een verordening

Artikel 6 – lid 3

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

3. De lidstaten, de Commissie of hun gedelegeerde entiteiten bewaren de vertrouwelijkheid van commercieel gevoelige gegevens of informatie die zij in hun bezit hebben.

3. De lidstaten, de Commissie of hun gedelegeerde entiteiten bewaren de vertrouwelijkheid van commercieel en/of strategisch gevoelige gegevens of informatie die zij in hun bezit hebben.

Amendement  24

Voorstel voor een verordening

Artikel 7

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

Binnen de bij deze verordening vastgestelde grenzen stelt de Commissie binnen een termijn van twee maanden na de inwerkingtreding van deze verordening de maatregelen vast die vereist zijn voor de tenuitvoerlegging ervan, meer bepaald inzake de vorm en andere technische details van de kennisgeving betreffende de in de artikelen 3 en 5 bedoelde gegevens en informatie. Tot dan blijft Verordening (EU, Euratom) nr. 833/2010 van de Commissie van 21 september 2010 betreffende de tenuitvoerlegging van Verordening (EU, Euratom) nr. 617/2010 van de Raad van toepassing.

Binnen de bij deze verordening vastgestelde grenzen stelt de Commissie binnen een termijn van twee maanden na de inwerkingtreding van deze verordening de maatregelen vast die vereist zijn voor de tenuitvoerlegging ervan, meer bepaald inzake de vorm en andere technische details van de mededeling betreffende de in de artikelen 3 en 5 bedoelde gegevens en informatie, inclusief de toepassing van de vrijstelling als bedoeld in artikel 3, lid 2, en met name de bepalingen betreffende de timing en de inhoud van de mededeling en de entiteiten waarvoor de rapporteringsverplichtingen gelden. Tot dan blijft Verordening (EU, Euratom) nr. 833/2010 van de Commissie van 21 september 2010 betreffende de tenuitvoerlegging van Verordening (EU, Euratom) nr. 617/2010 van de Raad van toepassing.

Motivering

Om een te grote administratieve belasting door dubbele rapportering te voorkomen, moet worden aangegeven hoe de vrijstelling moet worden toegepast.

Amendement  25

Voorstel voor een verordening

Artikel 8 – alinea 1 bis (nieuw)

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

 

De Commissie draagt er tevens zorg voor dat de IT-hulpmiddelen die voor de in de eerste alinea genoemde doeleinden nodig zijn, de vertrouwelijkheid van de uit hoofde van deze verordening aan de Commissie medegedeelde gegevens of informatie waarborgen.

Motivering

De door de Commissie gevraagde gegevens en informatie zijn zeer gevoelig voor de marktdeelnemers en daarom moet de Commissie bij de omgang met deze gegevens en informatie de grootst mogelijke vertrouwelijkheid waarborgen.

Amendement  26

Voorstel voor een verordening

Artikel 10 – lid 1 – alinea 1 – letter a

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

(a) de detectie van eventuele toekomstige tekorten inzake energievraag en -aanbod die van belang zijn vanuit het perspectief van het energiebeleid van de Unie;

(a) de detectie van eventuele toekomstige tekorten inzake energievraag en -aanbod die van belang zijn vanuit het perspectief van het energiebeleid van de Unie, met speciale nadruk op mogelijke tekortkomingen en fouten in de productie- en vervoersinfrastructuur;

Motivering

De verzamelde gegevens en informatie moeten met name worden gebruikt om evt. tekortkomingen in de investeringsprojecten aan het licht te brengen die de tenuitvoerlegging van de interne energiemarktwetgeving zouden kunnen belemmeren. De mededeling moet fungeren als instrument voor vroegtijdige waarschuwing over infrastructuurtekortkomingen, die een succesvolle uitvoering van het gemeenschappelijke energiebeleid van de EU in gevaar brengen.

Amendement  27

Voorstel voor een verordening

Artikel 10 – lid 1 – alinea 1 – letter a bis (nieuw)

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

 

(a bis) het bepalen van de investeringen die noodzakelijk zijn om de werking van de interne energiemarkt te verbeteren.

Motivering

De verzamelde gegevens en informatie moeten met name worden gebruikt om evt. tekortkomingen in de investeringsprojecten aan het licht te brengen die de tenuitvoerlegging van de interne energiemarktwetgeving zouden kunnen belemmeren. De mededeling moet fungeren als instrument voor vroegtijdige waarschuwing over infrastructuurtekortkomingen, die een succesvolle uitvoering van het gemeenschappelijke energiebeleid van de EU in gevaar brengen.

Amendement  28

Voorstel voor een verordening

Artikel 10 – lid 1 – alinea 1 – letter a ter (nieuw)

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

 

(a ter) de detectie van lacunes en tekortkomingen bij grensoverschrijdende transmissies die een belemmering vormen voor de werking van de interne energiemarkt;

Amendement  29

Voorstel voor een verordening

Artikel 10 – lid 2 – alinea 2 bis (nieuw)

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

 

De Commissie voorziet de lidstaten van een analyse waarin hun de maatregelen worden meegedeeld die nodig zijn om het aantal risico’s op onderinvestering of de ontoereikendheid van investeringen te verminderen.

Amendement  30

Voorstel voor een verordening

Artikel 10 – lid 3

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

3. De Commissie kan de analyses bespreken met de betrokken partijen, zoals het ENTSO-E, het ENTSO-G, de Groep Coördinatie gas en de Groep Olievoorziening.

3. De Commissie kan de analyses bespreken met de betrokken partijen, zoals het ENTSO-E, het ENTSO-G, de Groep Coördinatie gas en de Groep Olievoorziening. Zij zendt de analyses in kwestie toe aan het Europees Parlement, de Raad en het Europees Economisch en Sociaal Comité en publiceert ze.

Motivering

De mededeling moet een politiek doel dienen, namelijk de opstelling van een analyse die een bijdrage vormt aan het continue debat op Europees niveau over de behoefte aan energie-infrastructuur. Daarom moet de Commissie worden verplicht haar analyses met de betrokken partijen te bespreken.

Amendement  31

Voorstel voor een verordening

Artikel 11

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

Tegen 31 december 2016 maakt de Commissie een evaluatie van de tenuitvoerlegging ervan en dient zij over de resultaten van deze evaluatie een rapport in bij het Europees Parlement en de Raad. In deze evaluatie onderzoekt de Commissie onder meer de wenselijkheid van een uitbreiding van het toepassingsgebied van de verordening om daarin ook de winning van olie, aardgas en kolen op te nemen.

Tegen 31 december 2016 maakt de Commissie een evaluatie van de tenuitvoerlegging ervan en dient zij over de resultaten van deze evaluatie een rapport in bij het Europees Parlement en de Raad. In deze evaluatie onderzoekt de Commissie onder meer de wenselijkheid van een uitbreiding van het toepassingsgebied van de verordening om daarin ook terminals voor de export van samengeperst aardgas, op te nemen, alsmede of de drempels voor hernieuwbare energie-installaties moeten worden verlaagd.. In deze evaluatie onderzoekt de Commissie onder meer de integratie van investeringen van de Unie in projecten in derde landen die rechtstreekse gevolgen hebben voor de energiemarkt en de voorzieningszekerheid in de Unie.

Amendement  32

Voorstel voor een verordening

Bijlage 1 – punt 1.3 bis (nieuw)

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

 

1.3 bis Productie

 

- productie-installaties met een capaciteit van ten minste 1 miljoen ton per jaar.

Amendement  33

Voorstel voor een verordening

Bijlage 1 – punt 2.3 bis (nieuw)

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

 

2.3 bis Winning

 

- installaties voor conventionele en/of onconventionele aardgaswinning met een capaciteit van 180 miljoen m3/jaar.

Amendement  34

Voorstel voor een verordening

Bijlage 1 – punt 3.1 – streepje 1

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

– thermische elektriciteitscentrales en kerncentrales (eenheden met een vermogen van minimaal 100 MWe),

– thermische elektriciteitscentrales en kerncentrales (eenheden met een vermogen van minimaal 50 MWe),

Motivering

De energievoorziening wordt in het licht van het klimaatbeleid en door de toenemende inzet van hernieuwbare energie steeds meer gedecentraliseerd. Dit moet in acht genomen bij het verzamelen van gegevens teneinde een representatief beeld te schetsen. Daarom moeten de drempelwaarden lager gelegd worden.

Amendement  35

Voorstel voor een verordening

Bijlage 1 – punt 3.1 – streepje 5

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

– windmolenparken met een capaciteit van minimaal 20 MW,

windmolenparken, in de zin van in de ruimte gegroepeerde windmolens, die organisatorisch en/of technisch een eenheid vormen, met een capaciteit van minimaal 10 MW, evenals afzonderlijke windmolens met een capaciteit van minimaal 5 MW;

Motivering

De energievoorziening wordt in het licht van het klimaatbeleid en door de toenemende inzet van hernieuwbare energie steeds meer gedecentraliseerd. Dit moet in acht genomen bij het verzamelen van gegevens teneinde een representatief beeld te schetsen. Daarom moeten de drempelwaarden lager gelegd worden.

Amendement  36

Voorstel voor een verordening

Bijlage 1 – punt 3.1 – streepje 7

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

– fotovoltaïsche installaties (met een capaciteit van minimaal 10 MW).

– fotovoltaïsche installaties (met een capaciteit van minimaal 5 MW).

Motivering

De energievoorziening wordt in het licht van het klimaatbeleid en door de toenemende inzet van hernieuwbare energie steeds meer gedecentraliseerd. Dit moet in acht genomen bij het verzamelen van gegevens teneinde een representatief beeld te schetsen. Daarom moeten de drempelwaarden lager gelegd worden.

Amendement  37

Voorstel voor een verordening

Bijlage 1 – punt 3.2 bis (nieuw)

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

 

3.2 bis. Opslag

 

– opslaginstallaties voor elektriciteit

Motivering

Bijvoorbeeld pompopslag van hydro-elektriciteit.

Amendement  38

Voorstel voor een verordening

Bijlage 1 – punt 3 bis (nieuw)

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

 

3 bis. STEENKOOL

 

3 bis. 1 Winning en productie

 

– winnings- en productie-installaties met een jaarlijkse output van ten minste een miljoen ton.

Motivering

Gegevens over steenkoolproductie en -winning moeten worden opgenomen in het toepassingsgebied van deze verordening. De schaliegasontwikkelingen in de VS zijn van invloed op de gas- en steenkoolprijs in Europa dat zijn steenkoolindustrie nieuw leven inblaast Duitsland en Nederland gaan tussen 2012 en 2015 steenkoolcentrales bouwen met een capaciteit van 12,5 gigawatt. Een dergelijke infrastructurele ontwikkeling kan niet eenvoudigweg worden genegeerd.

  • [1]  Nog niet in het Publicatieblad verschenen.

TOELICHTING

Na het arrest van het Europees Hof van Justitie waarbij Verordening (EU, Euratom) nr. 617/2010 van de Raad inzake mededeling aan de Commissie van investeringsprojecten met betrekking tot energie-infrastructuur binnen de Europese Unie nietig werd verklaard, maar het effect ervan werd gehandhaafd totdat een nieuwe verordening is vastgesteld op basis van de juiste rechtsgrondslag, namelijk artikel 194, lid 2, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (VWEU), dient de Commissie hierbij een voorstel voor een nieuwe verordening in bij het Europees Parlement en de Raad.

Het arrest van het Hof van 6 september 2012 volgde op de juridische actie van het Europees Parlement tegen de Raad in oktober 2010 waarbij het de rechtsgrondslag heeft betwist die werd gebruikt voor de vaststelling van Verordening (EU, Euratom) nr. 617/2010 en heeft gevorderd dat het Hof bedoelde verordening nietig verklaart (Zaak C-490/10). De Raad had artikel 337 VWEU en artikel 187 VEGA als rechtsgrondslag gekozen op grond van de overweging dat de verordening betrekking heeft op het verzamelen van algemene informatie.

In haar nieuwe voorstel stelt de Commissie een verordening voor met dezelfde inhoud en hetzelfde toepassingsgebied als de nietig verklaarde verordening. Er zijn enkele aanpassingen aangebracht, die uitsluitend noodzakelijk zijn in verband met de nieuwe wetgevingsprocedure. De rapporteur stelt tevens met tevredenheid vast dat vele amendementen die in 2010 door het Europees Parlement zijn goedgekeurd tijdens de raadplegingsprocedure in het nieuwe voorstel zijn verwerkt.

De verordening is identiek aan de nietig verklaarde verordening. De lidstaten moeten om de twee jaar aan de Commissie gegevens en informatie doorgeven over investeringsprojecten betreffende de productie, de opslag en het vervoer van olie, aardgas en elektriciteit.

De verordening bepaalt dat de lidstaten (of de entiteit waaraan zij deze taak delegeren) om de twee jaar gegevens en informatie verzamelen en doorgeven over bepaalde soorten investeringsprojecten betreffende de bouw, modernisering of buitengebruikstelling van productie-, transport- en opslagcapaciteiten (gespecificeerd in de bijlage bij de verordening). Daarbij gaat het om olie, aardgas, elektriciteit, biobrandstof alsmede kooldioxide afkomstig uit deze bronnen. De verordening verplicht de energiebedrijven ertoe de nodige gegevens aan hun eigen lidstaat te verstrekken.

Doel is ervoor te zorgen dat de Commissie nauwkeurig en regelmatig op de hoogte wordt gehouden van de investeringsprojecten met betrekking tot energie-infrastructuur van de EU, zodat zij haar taken op energiegebied kan uitoefenen. De Commissie maakt tweejaarlijks een sectoroverschrijdende analyse van de structurele ontwikkeling en vooruitzichten van het EU-energiesysteem en eventueel andere specifieke analyses, als die nodig zijn. Dit moet het mogelijk maken potentiële leemten qua vraag en aanbod en hinderpalen voor investeringen op te sporen. Met deze verordening wordt beoogd de geraamde vraag en het beschikbare aanbod transparanter te maken.

De rapporteur steunt het voorstel volledig en is verheugd over de nieuwe rechtsgrondslag. Een dergelijk instrument is noodzakelijk en complementair aan de financieringsfaciliteit voor Europese verbindingen ('Connecting Europe Facility') om in kaart te brengen welke behoeften er bestaan aan investeringen in energie-infrastructuur om een interne energiemarkt tot stand te brengen.

De rapporteur heeft toch nog een aantal voorstellen gedaan om specifieke aspecten te verduidelijken om dubbele rapportering te voorkomen, en als er al mededelingen over investeringen nodig zijn uit hoofde van andere EU-wetgeving, zullen de lidstaten worden vrijgesteld van de verplichting om dergelijke investeringen te melden.

De rapporteur dringt ook aan op aanscherping van de bepalingen over de vertrouwelijkheid van de informatie en gegevensbescherming.

Voor het overige hebben de belangrijkste amendementen in het ontwerpverslag betrekking op:

   uitbreiding van het toepassingsgebied van de verordening zodat ook steenkool eronder valt omdat het een belangrijk bestanddeel is van de energiemix en een impact heeft op het energiebeleid van de EU;

   opneming van de melding van investeringen in infrastructuur in derde landen, die een impact hebben op de energienetwerken in een of meerdere lidstaten, en daarmee op de Europese energiemarkt;

   opneming van rapporteringsverplichtingen met betrekking tot de capaciteit van samengeperst aardgas, naast de invoer en uitvoer van vloeibaar aardgas, omdat de rapporteur van mening is dat dit in de toekomst van groot belang zal zijn voor de diversificatie van de gasvoorziening van de EU;

   verlaging van de drempel voor de rapportering over windkrachtinstallaties aan land, omdat decentrale energieproductie met kleinere eenheden een belangrijke rol kan gaan spelen in de energieproductie in de EU;

   uitbreiding van de rapporteringsverplichtingen met betrekking tot de capaciteit voor de opslag van elektriciteit.

PROCEDURE

Titel

Mededeling aan de Commissie van investeringsprojecten met betrekking tot energie-infrastructuur binnen de Europese Unie en houdende vervanging van Verordening (EU, Euratom) nr. 617/2010

Document- en procedurenummers

COM(2013)0153 – C7-0075/2013 – 2013/0082(COD)

Datum indiening bij EP

20.3.2013

 

 

 

Commissie ten principale

       Datum bekendmaking

ITRE

16.4.2013

 

 

 

Medeadviserende commissie(s)

       Datum bekendmaking

ENVI

16.4.2013

LIBE

16.4.2013

 

 

Geen advies

       Datum besluit

ENVI

26.3.2013

LIBE

24.4.2013

 

 

Rapporteur(s)

       Datum benoeming

Adina-Ioana Vălean

21.5.2013

 

 

 

Behandeling in de commissie

8.7.2013

2.9.2013

 

 

Datum goedkeuring

26.9.2013

 

 

 

Uitslag eindstemming

+:

–:

0:

44

3

3

Bij de eindstemming aanwezige leden

Josefa Andrés Barea, Jean-Pierre Audy, Zigmantas Balčytis, Ivo Belet, Bendt Bendtsen, Jan Březina, Maria Da Graça Carvalho, Giles Chichester, Pilar del Castillo Vera, Dimitrios Droutsas, Christian Ehler, Adam Gierek, Norbert Glante, Robert Goebbels, Fiona Hall, Jacky Hénin, Romana Jordan, Bogdan Kazimierz Marcinkiewicz, Judith A. Merkies, Angelika Niebler, Jaroslav Paška, Aldo Patriciello, Vittorio Prodi, Miloslav Ransdorf, Herbert Reul, Teresa Riera Madurell, Amalia Sartori, Salvador Sedó i Alabart, Francisco Sosa Wagner, Konrad Szymański, Britta Thomsen, Patrizia Toia, Ioannis A. Tsoukalas, Claude Turmes, Marita Ulvskog, Adina-Ioana Vălean, Kathleen Van Brempt, Alejo Vidal-Quadras

Bij de eindstemming aanwezige vaste plaatsvervanger(s)

Rachida Dati, Francesco De Angelis, Elisabetta Gardini, Satu Hassi, Jolanta Emilia Hibner, Paweł Robert Kowal, Bernd Lange, Werner Langen, Marian-Jean Marinescu, Markus Pieper, Hermann Winkler

Bij de eindstemming aanwezige plaatsvervanger(s) (art. 187, lid 2)

Britta Reimers

Datum indiening

8.10.2013