VERSLAG over het voorstel voor een besluit van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging van Besluit (EU) 2015/435 betreffende de beschikbaarstelling van middelen uit de marge voor onvoorziene uitgaven

29.3.2017 - (COM(2016)0607 – C8-0387/2016 – 2016/2233(BUD))

Begrotingscommissie
Rapporteur: Jan Olbrycht, Isabelle Thomas

Procedure : 2016/2233(BUD)
Stadium plenaire behandeling
Documentencyclus :  
A8-0104/2017
Ingediende teksten :
A8-0104/2017
Aangenomen teksten :

ONTWERPRESOLUTIE VAN HET EUROPEES PARLEMENT

over het voorstel voor een besluit van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging van Besluit (EU) 2015/435 betreffende de beschikbaarstelling van middelen uit de marge voor onvoorziene uitgaven

(COM(2016)0607 – C8-0387/2016 – 2016/2233(BUD))

Het Europees Parlement,

–  gezien het voorstel van de Commissie aan het Europees Parlement en de Raad (COM(2016)0607 – C80387/2016),

–  gezien Verordening (EU, Euratom) nr. 1311/2013 van de Raad van 2 december 2013 tot bepaling van het meerjarig financieel kader voor de jaren 2014-2020[1], en met name de artikelen 6 en 13,

–  gezien het Interinstitutioneel Akkoord van 2 december 2013 tussen het Europees Parlement, de Raad en de Commissie betreffende de begrotingsdiscipline, de samenwerking in begrotingszaken en een goed financieel beheer[2], en met name punt 14 hiervan,

–  gezien beginselakkoord van de Raad van 7 maart 2017 over de herziening van het meerjarig financieel kader 2014-2020[3],

–  gezien Besluit (EU) 2015/435 van het Europees Parlement en de Raad van 17 december 2014 over de gebruikmaking van de marge voor onvoorziene uitgaven[4],

–  gezien zijn resolutie van 17 december 2014 over het voorstel voor een besluit van het Europees Parlement en de Raad betreffende de gebruikmaking van de marge voor onvoorziene uitgaven)[5],

–  gezien zijn resolutie van 6 juli 2016 over de voorbereiding van de postelectorale herziening van het MFK 2014-2020: bijdrage van het Parlement in afwachting van het Commissievoorstel[6] en zijn resolutie van 26 oktober 2016 over de tussentijdse herziening van het MFK[7],

–  gezien het verslag van de Begrotingscommissie (A8-0104/2017),

A.  overwegende dat het Europees Parlement en de Raad in 2014 de marge voor onvoorziene uitgaven beschikbaar gesteld voor een bedrag van 3 168 233 715 EUR aan betalingskredieten; overwegende dat een bedrag van 350 miljoen EUR opgenomen is in de beschikbaarstelling van de marge voor onvoorziene uitgaven in afwachting van een akkoord over de behandeling van betalingen voor andere speciale instrumenten;

B.  overwegende dat is besloten om een bedrag van 2 818 233 715 EUR te verrekenen over de periode 2018-2020 en de Commissie te verzoeken tijdig een voorstel in te dienen betreffende het resterende bedrag van 350 miljoen EUR;

C.  overwegende dat volgens de betalingsprognoses op middellange termijn die in het kader van de tussentijdse evaluatie/herziening van het meerjarig financieel kader zijn gepresenteerd, valt te verwachten dat de jaarlijkse betalingsmaxima in de jaren 2018-2020 onder druk zullen komen te staan;

D.  overwegende dat de ontwerpbegroting voor het jaar 2017 een marge bevat onder het betalingsmaximum van 9,8 miljard EUR, waardoor het volledige bedrag dat in 2014 beschikbaar is gesteld, kan worden verrekend;

1.  is tevreden met het Commissievoorstel dat gepresenteerd wordt als onderdeel van het pakket van de tussentijdse evaluatie/herziening van het MFK;

2.  is van mening dat de verrekening van een totaal bedrag van 2 818 233 715 EUR dat in 2014 beschikbaar is gesteld, met de marge onder het betalingsmaximum voor het jaar 2017 zal zorgen voor meer flexibiliteit voor het tweede deel van het MFK en zal helpen een nieuwe betalingscrisis te voorkomen;

3.  benadrukt het feit dat de uitsluiting van het resterende bedrag van 350 miljoen EUR van de verrekening het vaste standpunt van het Parlement bevestigt dat betalingskredieten voor speciale instrumenten worden berekend bovenop de maxima van het MFK;

4.   is tevreden met het beginselakkoord van de Raad met het aangehechte besluit, dat overeenkomt met de interpretatie van het Parlement;

5.  hecht zijn goedkeuring aan het bij deze resolutie gevoegde besluit;

6.  verzoekt zijn Voorzitter dit besluit samen met de voorzitter van de Raad te ondertekenen en zorg te dragen voor publicatie ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie;

7.  verzoekt zijn Voorzitter deze resolutie, met inbegrip van de bijlage, te doen toekomen aan de Raad en de Commissie.

BIJLAGE: BESLUIT VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

tot wijziging van Besluit (EU) 2015/435 betreffende de beschikbaarstelling van middelen uit de marge voor onvoorziene uitgaven

HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien het Interinstitutioneel Akkoord van 2 december 2013 tussen het Europees Parlement, de Raad en de Commissie betreffende de begrotingsdiscipline, de samenwerking in begrotingszaken en een goed financieel beheer[1], en met name punt 14, tweede alinea,

Gezien het voorstel van de Europese Commissie,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)  Artikel 13 van Verordening (EU, Euratom) nr. 1311/2013 van de Raad[2] voorziet in de vorming van een marge voor onvoorziene uitgaven van ten hoogste 0,03 % van het bruto nationaal inkomen van de Unie.

(2)  Overeenkomstig artikel 6 van de Verordening (EU, Euratom) nr. 1311/2013 had de Commissie het absolute bedrag van deze marge voor onvoorziene uitgaven voor 2014[3] berekend.

(3)  Bij Besluit (EU) 2015/435[4] hebben het Europees Parlement en de Raad de marge voor onvoorziene uitgaven gebruikt om extra betalingeskredieten beschikbaar te stellen in 2014, die zullen worden verrekend in 2018-2020.

(4)  Volgens de betalingsprognoses op middellange termijn die in het kader van de tussentijdse evaluatie zijn gepresenteerd, valt te verwachten dat de jaarlijkse betalingsmaxima in de jaren 2018-2020 onder druk zullen komen te staan.

(5)  De ontwerpbegroting voor het jaar 2017 bevat een marge onder het betalingsmaximum van 9,6 miljard EUR, waardoor het volledige bedrag dat in 2014 beschikbaar is gesteld, kan worden verrekend.

(6)  Besluit (EU) 2015/435 moet derhalve dienovereenkomstig worden gewijzigd.

HEBBEN HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

Besluit (EU) 2015/435 wordt als volgt gewijzigd:

(1)  Artikel 1 wordt vervangen door:

"Artikel 1

Voor de algemene begroting van de Europese Unie voor het begrotingsjaar 2014 wordt een beroep gedaan op de marge voor onvoorziene uitgaven om het bedrag van 2 818 233 715 EUR aan betalingskredieten boven de maxima van de betalingskredieten van het meerjarig financieel kader ter beschikking te stellen.".

(2)  Artikel 2 wordt vervangen door:

"Artikel 2

De som van 2 818 233 715 EUR wordt verrekend met de marge onder het maximum voor de betalingskredieten voor het jaar 2017."

Artikel 2

Dit besluit treedt in werking op de dag van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Gedaan te Brussel,

Voor het Europees Parlement  Voor de Raad

De Voorzitter  De Voorzitter

  • [1]  PB C 373 van 20.12.2013, blz. 1.
  • [2]  Verordening (EU, Euratom) nr. 1311/2013 van 2 december 2013 tot bepaling van het meerjarig financieel kader voor de jaren 2014-2020 (PB L 347 van 20.12.2013, blz. 884).
  • [3]  Mededeling van de Commissie aan het Europees Parlement en de Raad van 20 december 2013 betreffende de technische aanpassing van het financieel kader voor 2014 in overeenstemming met de ontwikkeling van het bni (COM(2013)0928).
  • [4]  Besluit (EU) 2015/435 van het Europees Parlement en de Raad van 17 december 2014 over de gebruikmaking van de marge voor onvoorziene uitgaven (PB L 72 van 17.3.2015, blz. 4).

INFORMATIE OVER DE GOEDKEURINGIN DE TEN PRINCIPALE BEVOEGDE COMMISSIE

Datum goedkeuring

27.3.2017

 

 

 

Uitslag eindstemming

+:

–:

0:

24

1

3

Bij de eindstemming aanwezige leden

Nedzhmi Ali, Jean Arthuis, Reimer Böge, Lefteris Christoforou, Eider Gardiazabal Rubial, Jens Geier, Iris Hoffmann, Bernd Kölmel, Zbigniew Kuźmiuk, Clare Moody, Siegfried Mureşan, Jan Olbrycht, Paul Rübig, Patricija Šulin, Eleftherios Synadinos, Tiemo Wölken, Stanisław Żółtek

Bij de eindstemming aanwezige vaste plaatsvervangers

Nicola Caputo, Heidi Hautala, Ivana Maletić, Marco Valli

Bij de eindstemming aanwezige plaatsvervangers (art. 200, lid 2)

Iratxe García Pérez, Ramón Jáuregui Atondo, Arndt Kohn, Luigi Morgano, Inmaculada Rodríguez-Piñero Fernández, Fernando Ruas, Ramón Luis Valcárcel Siso

HOOFDELIJKE EINDSTEMMINGIN DE TEN PRINCIPALE BEVOEGDE COMMISSIE

24

+

ALDE

Nedzhmi Ali, Jean Arthuis

ECR

Zbigniew Kuźmiuk

PPE

Reimer Böge, Lefteris Christoforou, Ivana Maletić, Siegfried Mureşan, Jan Olbrycht, Fernando Ruas, Paul Rübig, Patricija Šulin, Ramón Luis Valcárcel Siso

S&D

Nicola Caputo, Iratxe García Pérez, Eider Gardiazabal Rubial, Jens Geier, Iris Hoffmann, Ramón Jáuregui Atondo, Arndt Kohn, Clare Moody, Luigi Morgano, Inmaculada Rodríguez-Piñero Fernández, Tiemo Wölken

Verts/ALE

Heidi Hautala

1

-

NI

Eleftherios Synadinos

3

0

ECR

Bernd Kölmel

EFDD

Marco Valli

ENF

Stanisław Żółtek

Verklaring van de gebruikte tekens:

+  :  voor

-  :  tegen

0  :  onthouding