VERSLAG over de richtsnoeren voor de afdelingen II, IV, V, VI, VII, VIII (A) en VIII (B) en over het voorontwerp van raming (Afdeling I) van het Europees Parlement voor de begrotingsprocedure 2006

24.2.2005 - (2004/2271(BUD))

Afdeling I                    –  Europees Parlement
Afdeling II                  –  Raad
Afdeling IV                 –  Hof van Justitie
Afdeling V                  –  Rekenkamer
Afdeling VI                 –  Europees Economisch en Sociaal Comité
Afdeling VII                –  Comité van de Regio's
Afdeling VIII (A)        –  Europese Ombudsman
Afdeling VIII (B)        –  Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming
Begrotingscommissie
Rapporteur: Valdis Dombrovskis


Procedure : 2004/2271(BUD)
Stadium plenaire behandeling
Documentencyclus :  
A6-0043/2005
Ingediende teksten :
A6-0043/2005
Aangenomen teksten :

ONTWERPRESOLUTIE VAN HET EUROPEES PARLEMENT

over de richtsnoeren voor de afdelingen II, IV, V, VI, VII, VIII (A) en VIII (B) en over het voorontwerp van raming (Afdeling I) van het Europees Parlement voor de begrotingsprocedure 2006 (2004/2002(BUD))

Het Europees Parlement,

–   gelet op artikel 272 van het EG-Verdrag,

–   gelet op het Interinstitutioneel Akkoord van 6 mei 1999 tussen het Europees Parlement, de Raad en de Commissie over de begrotingsdiscipline en de verbetering van de begrotingsprocedure[1],

–   gezien de algemene begroting van de Europese Unie voor het begrotingsjaar 2005[2],

–   gezien het jaarverslag van de Rekenkamer over het begrotingsjaar 2003, vergezeld van de antwoorden van de instellingen waar controles werden uitgevoerd[3],

–   gelet op artikel 69 en bijlage IV van zijn Reglement,

–   gezien het verslag van de Begrotingscommissie en het advies van de Commissie burgerlijke vrijheden, justitie en binnenlandse zaken (A6‑0043/2005),

A. overwegende dat de voorlopige bedragen voor de technische aanpassingen van de financiële vooruitzichten voorzien in een plafond van € 6.704 mln voor rubriek 5 (Administratieve uitgaven) op de begroting voor 2006,

B.  overwegende dat op de begroting voor 2006 het volledige financiële effect voelbaar zal zijn van de uitbreiding die in 2004 plaatsvond, wanneer het meeste nieuwe personeel aangeworven zal zijn,

C. overwegende dat een aanzienlijk deel van de voorbereidende werkzaamheden voor de volgende uitbreiding, die in 2007 is gepland, in 2006 zal plaatsvinden,

D. overwegende dat 2006 het laatste onder de huidige financiële vooruitzichten vallende begrotingsjaar is,

Politieke prioriteiten

Consolidatie en voorbereiding voor de volgende uitbreiding

1.  acht het van cruciaal belang om zo nodig adequate aanvullende maatregelen te nemen om de uitbreidingsronde van 2004 op efficiënte wijze af te ronden; verwacht dat het grootste gedeelte van de nieuwe personeelsleden uit de 10 nieuwe lidstaten vóór 2006 zal zijn aangeworven, zodat het volledige financiële effect hiervan voor de begrotingen van de andere instellingen voelbaar zal zijn;

2.  onderstreept hoe belangrijk het is het nieuwe personeel op de juiste wijze in de structuur van de instellingen onder te brengen; is van oordeel dat speciale opleidingsmaatregelen op achterstandsgebieden moeten worden genomen, zoals vertaling en vertolking;

3.  onderstreept de noodzaak om met volledige inzet te beginnen met de voorbereidingen voor de komende, voor 2007 geplande uitbreiding waarbij Roemenië en Bulgarije zullen toetreden; verzoekt de instellingen om vóór 1 september 2005 nauwkeurige informatie te verstrekken over hun plannen voor dergelijke voorbereidingen en hun ramingen van de financiële consequenties;

Efficiënt en rationeel kredietgebruik

4.  verzoekt de instellingen om verbetering van de wijze waarop geld wordt uitgegeven door de beschikbare kredieten doeltreffender en rationeler voor hun kernactiviteiten te gebruiken; verwacht van de instellingen dat zij deze benadering in hun ramingen tot uiting zullen laten komen;

5.  is van oordeel dat als de eerste mogelijkheid voor het vinden van middelen ter verbetering van het functioneren van de instellingen gebruik moet worden gemaakt van opnieuw toegewezen kredieten en herplaatsing van personeel; wijst erop dat bij de beoordeling van voorgestelde nieuwe initiatieven rekening moet worden gehouden met de financiële gevolgen op de lange termijn;

6.  verklaart zich voorstander van meer interinstitutionele samenwerking ter verbetering van de efficiency; verzoekt de Commissie vóór 1 juli 2005 een verslag voor te leggen waarin zij ingaat op de voordelen van de interinstitutionele samenwerking tot dusver;

7.  stelt de invoering voor een van een informatica-instrument waarmee de vertalers van alle instellingen gebruik kunnen maken van elkaars reeds vertaalde teksten en amendementen ter besparing van kosten en ter verbetering van de vertaalkwaliteit;

Naar een uitgebreidere begroting

8.  is van oordeel dat structuur en inhoud van de begrotingen van de andere instellingen veelomvattender moet worden; is verheugd over de plannen ter verduidelijking van de nomenclaturen van de begrotingen van de andere instellingen; verzoekt de instellingen in hun ramingen een duidelijke splitsing aan te brengen van de begrotingstoewijzing per voornaamste activiteiten en functies van de betrokken instelling;

Overige kwesties

9.  verzoekt de instellingen vóór 1 september 2005 een overzicht gegeven van de maatregelen die zijn genomen om belemmeringen voor een gelijke behandeling zoals bedoeld in artikel 13 van het EG-Verdrag uit de weg te ruimen, rekening houdend met de mogelijkheden die door het nieuwe Statuut worden geboden;

10. is van oordeel dat de uitvoering van milieuvriendelijke beleidsvormen een aspect moet zijn van de dagelijkse werkzaamheden van een instelling; dringt aan op een geactualiseerde evaluatie door alle instellingen vóór 1 september 2005 van de actie die is ondernomen in verband met de deelname aan EMAS (European Union Eco-Management and Audit Scheme); wijst erop dat in het bijzonder nieuwe bouwprojecten de mogelijkheid bieden te investeren in milieuvriendelijke energiesystemen die op de lange duur minder kostbaar zullen zijn en aanzienlijk minder vervuilend; is van oordeel dat de Europese instellingen in dit opzicht het goede voorbeeld moeten geven;

11. verzoekt de instellingen vóór 1 september 2005 verslag uit te brengen over de manier waarop zij hun personeel aanmoedigen van het openbaar vervoer gebruik te maken;

12. wijst op de effecten van de personeelsgroei voor de pensioenbetalingen in latere jaren; verwacht van de Administratie van de Commissie voorstellen waarmee wordt voorkomen dat de belasting voor de lopende huishoudelijke begroting te zwaar wordt, bijvoorbeeld door middel van een pensioenfonds;

Europees Parlement

Consolidatie van de uitbreiding van 2004

13. acht het van belang dat de posten in verband met de uitbreiding worden bezet; onderstreept hoe belangrijk het is als gevolg van de uitbreiding ontstane posten in de verschillende rangen onder te brengen; onderschrijft de eis dat er voldoende aantallen gekwalificeerde tolken en vertalers beschikbaar moeten worden gesteld voor alle officiële talen om alle leden in staat te stellen actief aan de parlementaire werkzaamheden deel te nemen; wijst erop hoe belangrijk het is de noodzakelijke maatregelen te nemen om een gelijke behandeling van alle leden te waarborgen;

Voorbereidingen voor de uitbreiding van 2007

14. acht het absoluut noodzakelijk dat de noodzakelijke voorbereidingen worden getroffen om te zorgen voor een soepele toetreding van Roemenië en Bulgarije tot de Europese Unie; verzoekt zijn secretaris-generaal om vóór 1 september 2005 praktische voorstellen voor deze voorbereidingen voor te leggen; benadrukt de noodzaak een adequate linguïstische dienstverlening voor nieuwe waarnemers en leden te verzorgen;

Het Parlement dichter naar de burger brengen

15. herinnert eraan dat het voorlichtings- en communicatiebeleid een sleutelrol moet spelen om het Parlement dichter naar de burger te brengen; wijst op het belang van audiovisuele diensten in dit verband; is van mening dat de website van het Parlement gebruikersvriendelijker moet worden gemaakt en dat de webcasting moet worden verbeterd;

16. dringt aan op een algehele herziening van het voorlichtings- en communicatiebeleid van het Europees Parlement; verzoekt de secretaris-generaal voor 1 juni 2005 een verslag voor te leggen waarin een overzicht van de verbeteringen van de Bezoekersdienst is opgenomen; de tentoonstellingsruimte te actualiseren, het standaard bezoekersprogramma te verbeteren en meer middelen voor het personeel beschikbaar te stellen;

17. onderstreept het belang van samenwerking en het delen van verantwoordelijkheden met de voorlichtingsbureaus van de Commissie; herhaalt dat het Parlement het streven steunt Europese Huizen (gecombineerde bureaus voor de externe kantoren van Parlement en Commissie) in alle lidstaten in te richten; is van oordeel dat de doeltreffendheid en zichtbaarheid van de Europese Huizen voor verbetering vatbaar zijn;

18. is van oordeel dat de rol van de externe bureaus in het voorlichtings- en communicatiebeleid van het Parlement alsmede hun taken verder moeten worden ontwikkeld en dat de externe bureaus over voldoende middelen moeten kunnen beschikken; is bereid een onderzoek te wijden aan de mogelijkheden ter ontwikkeling van de rol van de externe bureaus bij het ondersteunen van de activiteiten van de Parlementsleden;

Kwaliteit en doeltreffendheid van de parlementaire werkzaamheden

19. legt er de nadruk op dat bij het werk kwantiteit geen prioriteit boven kwaliteit mag krijgen; is daarom bereid te onderzoeken of er wijzigingen moeten worden aangebracht in zijn administratieve structuren of dat er verdere steun moet worden gegeven ten behoeve van zijn kernactiviteiten om het werk van de instelling zo goed mogelijk te laten verlopen;

20. is van oordeel dat het met het oog op de toegenomen verantwoordelijkheid van het Europees Parlement op het gebied van de besluitvorming over wetgeving vereist is dat er veel meer middelen worden toegewezen ter ondersteuning van deze kernactiviteit (meer commissievergaderzalen uitgerust met faciliteiten voor elektronisch stemmen, versterking van de commissiesecretariaten, financiële middelen om gespecialiseerde deskundigheid voor parlementaire commissies te verwerven, enz.);

21. acht het belangrijk dat de werkomstandigheden van de leden worden verbeterd; bepleit manieren te onderzoeken voor de ontwikkeling van het gebruik van nieuwe technologieën als middel ter verhoging van de efficiency; herinnert aan zijn opdracht te onderzoeken of door toepassing van videoconferenties en dergelijke methoden een verlichting van de werkzaamheden mogelijk zou zijn; neemt echter met bezorgdheid kennis van de aanzienlijke bedragen die in IT worden gestoken en spreekt zijn bezorgdheid uit over het achterwege blijven van verbeteringen in de IT-dienst voor de leden;

22. dringt aan op een sterkere ondersteunende dienstverlening aan leden door bibliotheekpersoneel door het verstrekken van feitelijke en niet-politieke informatie over zaken die in de belangstelling staan en door EU-burgers aan de orde worden gesteld en deze in geïndexeerde vorm aan alle leden ter beschikking te stellen;

23. onderstreept het belang van de persoonlijke medewerkers voor de werkzaamheden van de leden, ziet met belangstelling uit naar de komende verslagen van de werkgroep van het Bureau inzake de medewerkers van de leden en steunt mede met het oog op financiële doorzichtigheid de invoering van een Statuut voor de medewerkers;

24. acht het uiterst belangrijk ervoor te zorgen dat er voldoende hulp en deskundigheid is om de kwaliteit van de wetgevingswerkzaamheden van het Parlement te waarborgen; ziet met belangstelling uit naar een aangepast beoordelingsverslag over de actie "raising the game" - de hervorming van de diensten van het Parlement;

25. dringt aan op verbetering van de linguïstische ondersteuning van de parlementaire werkzaamheden; dringt aan op uitbreiding van de vertaalcapaciteiten om de leden het werken aan documenten in hun eigen taal mogelijk te maken; dringt aan op een betere beschikbaarheid van tolken voor fracties en hun werkgroepen en vraagt de Administratie de noodzakelijke maatregelen ten aanzien van de vereiste ruimten en het vereiste personeel te nemen; stelt voor de maatregelen met de andere instellingen op elkaar af te stemmen om eventueel van synergie-effecten gebruik te kunnen maken;

26. wijst erop dat het personeelsbeheer uiterst belangrijk is voor een doelmatig verloop van de werkzaamheden van de instelling; uit zijn bezorgdheid over de langdurige aanwervingsprocedures, met name in verband met de uitbreiding; verzoekt daarom de secretaris-generaal de aanwervingsprocedures te herzien en voorstellen voor te leggen voor snellere procedures; verzoekt de secretaris-generaal eveneens om een voortgangsverslag over het bevorderingssysteem waarin wordt ingegaan op de vraag of het systeem voor een voldoende gedifferentieerde benadering van merites zorgt;

27. onderstreept dat voldoende rekening moet worden gehouden met uitgaven op gebieden waar op grond van politieke besluiten meer financieel engagement noodzakelijk is, zodat gewijzigde begrotingen en overschrijvingen overbodig worden, bijvoorbeeld ten aanzien van de parlementaire dimensie van de WTO, waar de begroting dekking moet bieden voor alle uitgaven van de delegaties van het Europees Parlement naar ministersconferenties van de WTO en uitgaven in verband met de organisatie van de Parlementaire conferentie over de WTO;

Globale omvang van de begroting van het Parlement

28. herinnert eraan dat het ontbreken van één enkele vergaderplaats aanzienlijke extra kosten voor de begroting van het Parlement oplevert; wijst erop dat de kosten van het feit dat het Europees Parlement over drie landen verspreid is op meer dan € 200 mln per jaar worden geraamd;

29. onderstreept hoe belangrijk het is een evenwicht te vinden tussen het gerechtvaardigde verlangen de kwaliteit van de werkomstandigheden van de leden, fracties en de Administratie te verbeteren en een strikt begrotingsbeleid te voeren;

30. is van oordeel dat het definitieve besluit over de globale omvang van de begroting van het Parlement voor 2006 alleen kan worden genomen nadat de behoeften duidelijk zijn omschreven; verzoekt het Bureau een verslag voor te leggen over het doeltreffender bijhouden van de begroting voordat de ramingen worden gepresenteerd om een einde te maken aan de mogelijkheid dat grote "ramassage-bedragen" ontstaan; onderstreept dat deze behoeften bepalend zullen zijn voor de omvang van de begroting; wijst erop dat nieuwe initiatieven alleen mogelijk zijn na zorgvuldige overweging van de financiële gevolgen op de lange termijn;

Raad

31. verzoekt de Raad, mocht hij nieuwe initiatieven invoeren, hiervoor allereerst gebruik te maken van een hertoewijzing van kredieten; verzoekt de Raad bij het opstellen van zijn eigen begroting dezelfde begrotingsdiscipline in acht te nemen als die welke hij voor de begrotingen van andere instellingen laat gelden;

32. verzoekt de Raad voldoende middelen te verstrekken aan de toezichthoudende autoriteiten van Schengen en douane om hen in staat te stellen de noodzakelijke inspecties uit te voeren;

33. verzoekt de Raad zijn ramingen op hetzelfde moment als de andere instellingen voor te leggen en de deze in het kader van het voorontwerp van begroting te doen publiceren;

Hof van Justitie

34. herinnert eraan dat het Hof van Justitie vooruitbetalingen voor zijn gebouwen heeft verricht waardoor de kosten voor de begroting in 2005 zullen verminderen; neemt er nota van dat de jaarlijkse betalingen voor de "Annex"-gebouwen in 2006 hervat zullen worden;

35. verzoekt het Hof van Justitie het Europees Parlement een verslag voor te leggen over de voorbereidingen voor de instelling van het ambtenarengerecht en de financiële gevolgen daarvan;

36. verzoekt het Hof van Justitie efficiënter gebruik van haar middelen te maken ter bespoediging van juridische procedures (meer toegang tot kleinere kamers; hertoewijzing van personeel);

Rekenkamer

37. wijst erop dat de ambtstermijnen van acht leden van de Rekenkamer in 2006 aflopen, hetgeen tot extra uitgaven voor haar begroting zal leiden als gevolg van eenmalige uitkeringen en pensioenbetalingen;

38. neemt er kennis van dat de Rekenkamer zal doorgaan met haar projecten voor de modernisering van haar hoofdgebouw om te voldoen aan gezondheids-, veiligheids- en milieuvoorschriften en voor de bouw van een tweede uitbreiding;

Economisch en Sociaal Comité en Comité van de regio's

39. onderstreept het belang van een strikt begrotingsbeleid, vooral in verband met onroerendgoedprojecten; verzoekt de twee comités het Europees Parlement een verslag voor te leggen over hun bouwprojecten, de behoefte aan gehuurde kantoorruimte en over het functioneren van de gezamenlijke diensten en verzoekt de twee instellingen om verslagen over de situatie met betrekking tot de bezetting van posten in de financiële controle;

Ombudsman

40. neemt kennis van de toegenomen activiteiten van het bureau van de ombudsman; is voornemens de financiële gevolgen van de veranderingen in het aantal klachten te evalueren;

Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming

41. wijst erop dat 2006 het tweede jaar is waarin de Europese Toezichthouder volledig operationeel zal zijn;

42. verzoekt zijn Voorzitter deze resolutie te doen toekomen aan de Raad, de Commissie, het Hof van Justitie, de Rekenkamer, het Europees Economisch en Sociaal Comité, het Comité van de regio's, de Europese ombudsman en de Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming.22.2.2005

ADVIES van de Commissie burgerlijke vrijheden, justitie en binnenlandse zaken

aan de Begrotingscommissie

inzake richtsnoeren voor de afdelingen II, IV, V, VI, VII, VIII(A) en VIII(B) voor de begrotingsprocedure 2006

(2004/2271(BUD))

Afdeling I                   -          Europees Parlement

Afdeling II                  -          Raad

Afdeling IV                 -          Hof van Justitie

Afdeling V                  -          Rekenkamer

Afdeling VI                 -          Europees Economisch en Sociaal Comité

Afdeling VII               -          Comité van de Regio's

Afdeling VIII(A)          -          Europese Ombudsman

Afdeling VIII(B)          -          Europese toezichthouder voor gegevensbescherming

Rapporteur voor advies: Gérard Deprez

SUGGESTIES

De Commissie burgerlijke vrijheden, justitie en binnenlandse zaken verzoekt de ten principale bevoegde Begrotingscommissie onderstaande suggesties in haar ontwerpresolutie op te nemen:

Efficiënt en rationeel gebruik van middelen

-    stelt voor een informatie-instrument in het leven te roepen dat de vertalers van alle instellingen toegang biedt tot reeds vertaalde teksten en amendementen, teneinde kosten te besparen en de kwaliteit van de vertalingen te verhogen;

Europees Parlement - afdeling I

-    is van mening dat de toegenomen verantwoordelijkheid van het Europees Parlement op het gebied van de legislatieve besluitvorming vereist dat er aanzienlijk meer middelen worden uitgetrokken om deze kernactiviteit te financieren (meer vergaderzalen voor commissies uitgerust met faciliteiten voor elektronisch stemmen; versterking van de commissiesecretariaten en de capaciteit op het gebied van vertaling en vertolking; financiële middelen om gespecialiseerde deskundigheid voor de parlementaire commissies in te roepen, enz.);

Raad - afdeling II

-    verzoekt de Raad voldoende middelen beschikbaar te stellen voor de toezichthoudende Schengen- en douane-autoriteiten, zodat zij de nodige inspecties kunnen uitvoeren;

Hof van Justitie - afdeling IV

-    verzoekt het Hof van Justitie efficiënter gebruik te maken van de beschikbare middelen teneinde de gerechtelijke procedures te bespoedigen (vaker gebruikmaken van kleine kamers; overplaatsing van personeel);

-    schaart zich achter het voornemen van de Europese Raad in het programma van Den Haag om de netwerken tussen de hoogste rechtbanken in de lidstaten te versterken; is van mening dat alle initiatieven ter verbetering van de samenwerking tussen de constitutionele hoven en de Europese hoven door de Unie dienen te worden verwelkomt en ondersteund; onderstreept bovendien de noodzaak tot verbetering van de samenwerking met de organen in de Raad van Europa die bevoegd zijn voor de bevordering van de rechtsstaat (Venice Commission) en de kwaliteit van justitie (European Commission for the Efficiency of Justice (CEPEJ));

-    is van mening dat overeenkomstig artikel 67 van het EG-Verdrag de beperkingen die zijn gesteld aan de bevoegdheden van het Hof van Justitie krachtens Titel IV moeten worden opgeheven en dat het Hof versterking behoeft, zodat het de uit deze nieuwe taak voortvloeiende behoeften kan vervullen.

PROCEDURE

Titel

Richtsnoeren voor de afdelingen II, IV, V, VI, VII, VIII(A) en VIII(B) voor de begrotingsprocedure 2006

Procedurenummer

C6-0000/2005 – 2004/2271(BUD)

Commissie ten principale

BUDG

Medeadviserende commissie

Datum bekendmaking

LIBE

0.0.0000

Nauwere samenwerking

 

Rapporteur voor advies
  Datum benoeming

Gérard Deprez

21.2.2005

Behandeling in de commissie

21.2.2005

 

 

 

 

Datum goedkeuring suggesties

21.2.2005

Uitslag eindstemming

voor:

tegen:

onthoudingen:

36

0

1

Bij de eindstemming aanwezige leden

Alexander Nuno Alvaro, Edit Bauer, Johannes Blokland, Mario Borghezio, Kathalijne Maria Buitenweg, Maria Carlshamre, Michael Cashman, Giusto Catania, Jean-Marie Cavada, Carlos Coelho, Rosa Díez González, Kinga Gál, Ewa Klamt, Ole Krarup, Wolfgang Kreissl-Dörfler, Barbara Kudrycka, Stavros Lambrinidis, Henrik Lax, Sarah Ludford, Edith Mastenbroek, Jaime Mayor Oreja, Claude Moraes, Hartmut Nassauer, Martine Roure, Inger Segelström, Ioannis Varvitsiotis, Manfred Weber, Stefano Zappalà, Tatjana Ždanoka

Bij de eindstemming aanwezige plaatsvervangers

Frederika Brepoels, Richard Corbett, Luis Francisco Herrero-Tejedor, Bill Newton Dunn, Vincent Peillon, Marie-Line Reynaud, Bogusław Sonik, Kyriacos Triantaphyllides

Bij de eindstemming aanwezige plaatsvervangers (art. 178, lid 2)

 

PROCEDURE

Titel

Over de richtsnoeren voor de afdelingen II, IV, V, VI, VII, VIII (A) en VIII (B) en over het voorontwerp van raming (Afdeling I) van het Europees Parlement voor de begrotingsprocedure 2006

Document- en procedurenummers

2004/2271(BUD)

Rechtsgrondslag

art. 272 EG

Commissie ten principale

 

BUDG

 

Medeadviserende commissie

 

LIBE

 

Rapporteur
  Datum benoeming

Valdis Dombrovskis6.12.2004

Datum vaststelling verslag

11.1.2005

Behandeling in de commissie

11.1.2005

31.1.2005

21.2.2005

 

 

Datum goedkeuring

21.2.2005

Uitslag eindstemming

voor:                     28

tegen:                   0

onthoudingen:     0

Bij de eindstemming aanwezige leden

Gérard Deprez, Valdis Dombrovskis, Brigitte Douay, Den Dover, Bárbara Dührkop Dührkop, Hynek Fajmon, Szabolcs Fazakas, Salvador Garriga Polledo, Neena Gill, Dariusz Maciej Grabowski, Ingeborg Gräßle, Nathalie Griesbeck, Catherine Guy-Quint, Jutta D. Haug, Ville Itälä, Anne Elisabet Jensen, Wiesław Stefan Kuc, Alain Lamassoure, Janusz Lewandowski, Vladimír Maňka, Giovanni Pittella, Wojciech Roszkowski, Antonis Samaras, Esko Seppänen, Helga Trüpel, Kyösti Tapio Virrankoski, Ralf Walter

Bij de eindstemming aanwezige vaste plaatsvervangers

Paul Rübig

Bij de eindstemming aanwezige plaatsvervangers (art. 178, lid 2)

 

Datum indiening – A6

24.2.2005

A6-0043/2005

Opmerkingen

...

  • [1]  PB C 172 van 18.6.1999, blz. 1. Akkoord zoals gewijzigd bij besluit 2003/429/EG (PB L 147 van 14.6.2003, blz. 25).
  • [2]  Nog niet gepubliceerd in PB.
  • [3]  Nog niet gepubliceerd in PB.