VERSLAG over de aanvraag van het lidmaatschap van de Europese Unie door de Republiek Bulgarije
1.4.2005 - (2005/2029(INI))
Commissie buitenlandse zaken
Rapporteur: Geoffrey Van Orden
ONTWERPRESOLUTIE VAN HET EUROPEES PARLEMENT
over de aanvraag van het lidmaatschap van de Europese Unie door de Republiek Bulgarije
Het Europees Parlement,
– gelet op de op 14 december 1995 door de Republiek Bulgarije ingediende aanvraag van het lidmaatschap van de Europese Unie,
– gelet op het advies van de Commissie van 1997 over de aanvraag van de Republiek Bulgarije om lid te worden van de Europese Unie,
– gezien de regelmatige rapporten van de Commissie over de vooruitgang van de Republiek Bulgarije op weg naar toetreding over de jaren 1998-2004 en gezien het strategisch paper over vooruitgang in het uitbreidingsproces (COM(2004)0657 - C6-0150/2004),
– gezien de conclusies van het voorzitterschap van de Europese Raad van Brussel van 16‑17 december 2004,
– onder verwijzing naar alle resoluties en verslagen sedert het begin van de toetredingsonderhandelingen tot op heden,
– gelet op het advies van de Commissie van 22 februari 2005 over de aanvragen voor toetreding tot de Europese Unie van de Republiek Bulgarije en Roemenië (COM(2005)0055),
– gezien het ontwerpverdrag over toetreding van de Republiek Bulgarije en Roemenië tot de Europese Unie,
– gelet op artikel 45 van zijn Reglement,
– gezien het verslag van de Commissie buitenlandse zaken en het advies van de Commissie landbouw en plattelandsontwikkeling (A6‑0078/2005),
A. overwegende dat Bulgarije op 14 december 1995 het lidmaatschap van de Europese Unie heeft aangevraagd, op 16 juli 1997 officieel als kandidaat is erkend, de onderhandelingen zijn begonnen op 15 februari 2000 en dat Bulgarije de toetredingsonderhandelingen op 14 december 2004 met succes heeft afgerond,
B. overwegende dat het ons gemeenschappelijk doel is dat Bulgarije op bevredigende wijze de voorbereidingen voltooit zodat het toetredingsverdrag op 25 april 2005 kan worden ondertekend en toetreding op 1 januari 2007 kan plaatsvinden,
C. overwegende dat Bulgarije nog steeds voldoet aan de politieke criteria en naar verwachting zal kunnen voldoen aan alle eisen van het lidmaatschap binnen de gestelde termijn,
D. overwegende dat het Europees Parlement voortdurend heeft bepleit dat toetreding van Bulgarije enkel en alleen mag afhangen van de eigen merites en niet in verband mag worden gebracht met de kandidatuur van enig ander land,
1. is verheugd over het besluit van de Europese Raad van 17 december 2004 om de onderhandelingen met Bulgarije met succes af te sluiten na lange jaren van onderhandelingen en voorbereiding op de toetreding, waardoor Bulgarije goed op schema ligt om op 1 januari 2007 tot de Unie te kunnen toetreden;
2. onderschrijft de conclusie van de Raad dat Bulgarije alle verplichtingen van het lidmaatschap aankan en spoort Bulgarije in dit verband aan om door te gaan met succesvolle en tijdige vooruitgang bij alle noodzakelijke hervormingen in verband met de door de Commissie in haar laatste regelmatige rapport geconstateerde tekortkomingen en onder verwijzing naar de recente resoluties van het Parlement om te voorkomen dat een beroep moet worden gedaan op "veiligheidsclausules";
3. constateert dat de voortreffelijke vooruitgang tot nog toe mogelijk is geweest dankzij de politieke vastberadenheid van de achtereenvolgende Bulgaarse regeringen en het vertrouwen en de veerkracht van het Bulgaarse volk om de nodige veranderingen door te voeren en te accepteren;
4. is verheugd over de talrijke wets- en grondwettelijke veranderingen die Bulgarije de afgelopen jaren heeft doorgevoerd, en benadrukt de noodzaak van praktische implementatie van hervormingen zodat de voordelen hiervan in nog bredere kring worden gemerkt;
5. erkent de bijdrage van Bulgarije aan de stabiliteit van de Zuidoost-Europese regio en de blijvende rol die het land kan spelen bij het bevorderen van regionale veiligheid en welvaart;
POLITIEKE CRITERIA
6. constateert de stabiliteit van de democratische instellingen in Bulgarije, de verknochtheid van de politieke partijen aan effectieve politieke coalities en de goedkeuring met consensus op 18 februari 2005 van de grondwetswijzigingen alsook de goedkeuring van de nieuwe politiekepartijenwet in december 2004;
7. verwacht dat de Commissie op regelmatige basis verslag uitbrengt aan het Parlement over de vooruitgang bij het implementeren van de toezeggingen van Bulgarije en verwacht dat met de mening van het Europees Parlement rekening wordt gehouden in het geval dat men overweegt de veiligheidsclausule toe te passen;
8. erkent dat hervorming van het rechtsstelsel een centrale factor zal zijn bij het gereedmaken van Bulgarije voor toetreding en het verankeren van echt vertrouwen in nationale instellingen en processen met belangrijke spin off op andere terreinen alsook voor de betrekkingen van Bulgarije met andere landen; is daarom verheugd over de kritische stappen die Bulgarije heeft gezet zoals de onlangs goedgekeurde wets-, bestuurlijke en organisatorische maatregelen, met name de wet over bemiddeling, het nationaal concept voor hervorming in de strafrechtprocedures en de gezamenlijke verklaring over samenwerking bij het hervormen van de rechterlijke macht;
9. maakt zich zorgen over de aan dit proces voorafgaande fase van de rechtsgang en de rol van het Openbaar Ministerie waar meer aan moet worden gedaan terwille van een transparante, verantwoordelijke en efficiënte recherche en Openbaar Ministerie en dat invoering van een betrouwbaar mechanisme voor het ontslag van corrupte of incompetente rechters, openbaar aanklagers en rechters van onderzoek; betreurt in dit verband dat de geplande hervorming van het strafrecht dat voorziet in geheel nieuwe vormen van een strafrechtelijke procedure, niet hoeft te worden goedgekeurd door het huidige Parlement, omdat er geen meerderheid voor is; dringt er bij het Bulgaarse parlement op aan zijn veelbelovende inspanningen op dit terrein voort te zetten;
10. bepleit tastbare verbetering van de hervorming van de politie zodat deze efficiënt kan optreden tegen georganiseerde misdaad, mensenhandel en corruptie, met erkenning van de vooruitgang die het Ministerie van Binnenlandse Zaken al heeft geboekt bij het bestrijden van misdaad op hoog niveau zoals erkend door Europol en is met name verheugd over de goedkeuring van de wet op inbeslagneming van criminele bezittingen in februari 2005; dringt er bij de Bulgaarse autoriteiten op aan om nog krachtiger maatregelen te nemen tegen het witwassen van gelden en het misbruik dat daarmee gepaard gaat van financiële instellingen;
11. feliciteert Bulgarije met het gastheerschap van het "decennium van het integreren van Roma" op 2 februari 2005 en is erkentelijk voor de toezeggingen van Bulgarije om de Roma te integreren via goedkeuring van alomvattende antidiscriminatiewetgeving. Constateert tevreden dat er een nationaal programma is ontwikkeld om de woonomstandigheden te verbeteren in stedelijke gebieden waar vooral Roma en andere etnische minderheden wonen, maar dringt aan op een effectievere implementatie van praktische en concrete maatregelen, in het bijzonder in verband met de aanpak van de onderwijsachterstand en de hoge werkloosheidscijfers onder de Romagemeenschap; constateert dat er infrastructurele maatregelen nodig zijn om de levensomstandigheden te verbeteren als onderdeel van een naar behoren gefinancierde regeneratiestrategie en aandacht voor gezondheidszorg en openbare en sociale diensten zonder discriminatie; legt er de nadruk op dat een succesvolle integratie van de Romagemeenschap ervan afhangt of men ervoor zorgt dat de Roma de kans krijgen actief betrokken te worden bij het opzetten en implementeren van strategieën en programma's die bedoeld zijn om deze doelen te bereiken;
12. is verheugd dat in juni 2004 een strategie is goedgekeurd voor onderwijs aan schoolkinderen uit minderheden, maar tekent hierbij aan dat gesegregeerd onderwijs nog steeds de werkelijkheid is voor veel Romakinderen, waardoor zij geen toegang hebben tot kwalitatief hoogstaand onderwijs; verzoekt de Bulgaarse autoriteiten ervoor te zorgen dat beleidstoezeggingen om een einde te maken aan de onderwijsachterstand en segregatie in praktijk worden gebracht en genoeg financiële steun krijgen om de taalkundige en culturele identiteit van nationale minderheden te ondersteunen;
13. verzoekt de Commissie haar programma's in verband met de Roma ingrijpend te verbeteren, aangezien volgens de EMS Review of EU Phare Assistance to Roma Minorities van december 2004 het beheer van deze programma's gebukt is gegaan onder een tekort en verloop van personeel, wanbeheer en absorptiecapaciteitsproblemen, het werkloosheidsvraagstuk heeft men laten liggen en er is te weinig geld uitgetrokken voor gezondheidsprojecten en voor het verstrekken van informatie over gezondheid;
14. is verheugd dat het Nationale Strategie- en actieplan is goedgekeurd voor bescherming van de rechten van straatkinderen en bepleit volledige implementatie hiervan met adequate financiële middelen en menselijke hulpbronnen zodat er praktische en zichtbare verbetering kan komen in het welzijn van kinderen en de leefomstandigheden van deze meest kwetsbare groep in de samenleving;
15. constateert in verband met de situatie van kinderen in tehuizen dat er nog heel wat moet gebeuren aan het de-institutionaliseringsplan van Bulgarije; dringt er daarom bij Bulgarije op aan om de inspanningen op dit terrein op te voeren en pleit nogmaals voor één enkel goed gefinancierd regeringsagentschap dat garant moet staan voor de implementatie van de kinderwelzijnshervormingen; wil dat de assistentie van de Commissie op dit terrein beter wordt gefocust;
16. verzoekt Bulgarije speciale aandacht te besteden aan de positie van mensen die door de overheid zijn geplaatst in tehuizen voor geestelijk gehandicapte volwassenen; benadrukt in dit verband de dringende noodzaak om deze patiënten geëigende verpleging te bieden vooral waar het gaat om de materiële en menselijke hulpbronnen;
ECONOMISCHE CRITERIA
17. is verheugd over de economische prestaties van Bulgarije (een van de hoogste BNP‑groeipercentages onder de EU-kandidaten en lidstaten), het resultaat van ingrijpende structurele hervormingen; dit moet verder worden geconsolideerd opdat Bulgarije op lange termijn binnen de Unie concurrentiedruk en marktkrachten aankan;
18. is verheugd over de uitspraak van de Commissie dat Bulgarije een gezonde financiële basis en een gezonde begroting kent die aan sommige lidstaten ten voorbeeld zouden kunnen worden gesteld, en bepleit verbeteringen in de binnenlandse audit en financieringscontrolestelsels;
19. legt er nog steeds de nadruk op dat echte economische vooruitgang moet worden afgemeten aan tastbare resultaten voor de Bulgaarse burgers zoals verbetering van het levenspeil; wenst Bulgarije in dit verband geluk met de vermindering van de werkloosheid; is verheugd dat het werkloosheidscijfer naar alle verwachtingen in 2005 nog verder zal dalen; verzoekt Bulgarije meer flexibiliteit in te voeren op de arbeidsmarkt zodat de werkgelegenheid in hoger tempo kan stijgen;
20. is verheugd over de duurzame bijdrage die de krachtige expansie van de industriële productie sedert medio 2002 heeft geleverd aan de Bulgaarse economie;
21. is verheugd over de nieuwe wetten voor investeringen en het bedrijfsleven die de procedures hebben gestroomlijnd voor het op de markt brengen en van de markt halen, maar waarschuwt tegen al te stringente en ingewikkelde reguleringen die een belemmering opwerpen tegen groei;
22. is verheugd over de uitbreiding van de particuliere sector en de aanzienlijke vooruitgang die is geboekt bij liberalisering van de belangrijkste bedrijfstakken, vooral het bankwezen, de telecom en het luchtvervoer, waarbij het aantal werknemers in de particuliere sector is gestegen van 46% in 1999 naar 64% in 2004; is in dit verband teleurgesteld over het niet doorgaan van de verkoop van Bulgartabac-branches; is verheugd over het plan van de regering om voor het verstrijken van haar ambtstermijn opnieuw een veiling te houden voor de Bulgartabac-branches; dringt er bij de Bulgaarse regering op aan om het huidige tempo in de privatisering vol te houden en stappen te nemen die moeten garanderen dat de procedures transparant en eerlijk zijn;
ACQUIS COMMUNAUTAIRE
23. spoort Bulgarije aan om door te gaan met het verbeteren van de bestuurlijke capaciteit op terreinen zoals openbare aanbestedingen, mededinging, justitie en binnenlandse zaken zodat het acquis effectief kan worden geïmplementeerd en om aan de burgers en het bedrijfsleven faire transparante overheidsdiensten te verlenen;
24. benadrukt dat de controle aan de toekomstige buitengrenzen van de EU en het voorkomen van mensenhandel en smokkel een uitermate belangrijk vraagstuk is en blijft voor de burgers van de Europese landen;
25. dringt erop aan dat Bulgarije de ontbrekende stukken wetgeving goedkeurt met name op het terrein van de interne markt, vennootschapswetgeving, milieu en consumentenbescherming;
26. is verheugd over de vorderingen die Bulgarije heeft gemaakt bij de aanpassing van zijn landbouwbeleid aan de huidige communautaire wetgeving; benadrukt echter het belang van afronding van de voorbereiding voor de toepassing van het communautair acquis, die, afgezien van de oprichting van de nodige controle- en betaalorganen, ook de aanwerving bij deze organen van voldoende gekwalificeerd personeel behelst;
27. is bezorgd dat de voorschriften op het gebied van het dierenwelzijn, met name wat betreft het vervoer van dieren of de slachthuizen, nog steeds niet aan de EU-normen voldoen;
28. onderstreept het belang van voldoende en adequaat uitgeruste grenscontroleposten om veterinaire of fytosanitaire controles te kunnen verrichten;
29. benadrukt dat implementatie van de nieuwe EU-wetgeving voor voedselhygiëne alleen is opgezet om de consument te beschermen en de kwaliteit van het voedsel te verzekeren en niet mag leiden tot een opzettelijke structurele concentratie in de voedselverwerkingsindustrie; spoort de Bulgaarse regering aan om gebruik te maken van de SAPARD-gelden om de productie te diversifiëren en steun te verlenen aan gedecentraliseerde kwalitatief hoogstaande voedselproductie;
30. constateert dat goedkeuring van een langlopende strategie voor ontwikkeling van radio en televisie in maart 2005 op het programma staat en bepleit nog meer inspanningen om garant te staan voor volledig onafhankelijke media die vrij zijn van politieke beïnvloeding en stappen te ondernemen om een halt toe te roepen aan het stijgend aantal lasterzaken tegen journalisten;
31. maakt zich zorgen over de moeilijkheden bij het naleven van de intellectuele eigendomsrechten, vooral waar het gaat om mediapiraterij en inbreuk op copyright waardoor schade wordt toegebracht aan de commerciële belangen en investeringen van zowel Bulgaarse als buitenlandse copyrightindustrieën; spoort de Bulgaarse regering aan om een effectieve regeling in het leven te roepen en te implementeren die deze illegale praktijken moet tegengaan;
32. is verheugd over de recente wettelijke bepalingen die een einde maken aan het discriminerende tarifair stelsel in de toeristische sector; spoort de Bulgaarse autoriteiten aan om resterende vormen van discriminatie en beperking tegen EU-burgers en bedrijven weg te nemen, vooral waar het gaat om het recht op vestiging;
33. wenst Bulgarije geluk met de stappen die zijn gezet om te zorgen voor een hoog niveau van nucleaire veiligheid bij de kernreactor van Kozloduy; constateert dat de werkgroep atomaire vraagstukken van de Raad een uitermate gunstig rapport heeft uitgebracht over dit hoog niveau van nucleaire veiligheid en constateert welke bijdrage Bulgarije heeft geleverd aan de energievoorziening in de regio; erkent dat Bulgarije tijdens de toetredingsonderhandelingen met de EU belangrijke compromissen heeft gesloten met een aanzienlijke impact op de toekomstige energiesituatie zowel landelijk als in de regio; maakt zich zorgen dat een ingrijpende vermindering van de reservegeneratiecapaciteiten in de regio voorspeld is voor 2010-2012; hamert derhalve op het belang van nieuwe capaciteit om de gunstige energiesituatie van Bulgarije op een duurzame basis te handhaven alsmede garanties te bieden voor de veiligheid van de elektriciteitslevering in de regio en het bereiken van de targets van het Kyotoprotocol, om te zorgen dat Bulgarije de gevolgen van het sluiten en ontmantelen van eenheden 1 t/m 4 van de kerncentrale van Kozloduy, de Commissie in de periode 2007-2009 (schrapping) economische hulp moet verschaffen ten bedrage van 210 miljoen euro ter ondersteuning van de ontmanteling en dringt erop aan dat de Commissie de ontwikkelingen nauwgezet volgt en elke mogelijke hulp op dit terrein verleent; verzoekt de Raad als ondertekenaar van de overeenkomst over sluiting van de centrale van Kozloduy de risico's te erkennen van blackouts in veel landen in de regio en derhalve bereid te zijn deze overeenkomst flexibeler toe te passen tot een nieuwe generatiecapaciteit in Bulgarije operationeel kan worden zonder evenwel afbreuk te doen aan de veiligheidsbepalingen die absolute prioriteit moeten krijgen;
34. benadrukt dat MKB's in Bulgarije weliswaar het belangrijkste instrument vormen voor het uitvoeren van een industriebeleid gericht op duurzame groei, innovatie en het creëren van werkgelegenheid, maar dat coördinatie tussen de regering en niet-gouvernementele lichamen ontbreekt en dat een ondernemingsbeleid alsnog moet worden geformuleerd en dat de administratieve capaciteit beperkt is;
35. verwelkomt de vooruitgang op het gebied van communicatie, maar is van mening dat er op twee punten dringend actie nodig is: allereerst moet de reguleringsautoriteit het mandaat krijgen om handelsgeschillen te beslechten en moet haar onafhankelijkheid worden versterkt en ten tweede moet de universele dienstverlening verder worden aangepast aan het "acquis communautaire" en effectief worden geïmplementeerd;
36. verzoekt de Commissie om het beheer, de taakstelling en transparantie van de EU‑financiering aanzienlijk te verbeteren, waarbij zij aangetekend dat de communautaire programma's (PHARE, SAPARD, ISPA, en het nucleair ontmantelen) in 2004 een bedrag van €495,7 miljoen hebben ontvangen, €399,5 miljoen in 2005 en dat er €432,1 miljoen voor staat op de begroting voor 2006; naar verwachting zal het financieel pakket na toetreding gedurende de jaren 2007-2009 nog eens €4,6 miljard verstrekken;
37. verzoekt de Bulgaarse autoriteiten transparantie te betrachten in verband met de door de EU verleende financiële hulp;
38. wenst dat terwille van de toepassing op alle terreinen van het gemeenschappelijk visserijbeleid het beheer en de werkers in de sector worden voorbereid door het toekennen van de noodzakelijke menselijke en financiële hulpbronnen, met name door uitvoering te geven aan de in het SAPARD-programma genoemde initiatieven;
39. maakt zich nog steeds grote zorgen over het niet-vrijlaten door de Libische autoriteiten van artsen en verplegend personeel die sedert 1999 vastzitten als verdachten van een misdrijf en wie momenteel de doodstraf boven het hoofd hangt; verzoekt de Raad en de Commissie om hier iets aan te doen;
40. herinnert eraan dat toetreding van Bulgarije tot de EU geen doel op zichzelf is maar beschouwt het proces van economische, politieke en maatschappelijke hervormingen als een zelfstandig goed dat uiteindelijk moet leiden tot grotere welvaart en een hoger levenspeil voor alle Bulgaarse burgers;
41. verzoekt de Commissie gepaste maatregelen te nemen voor informatiecampagnes om het publiek beter te informeren over de toetreding van Bulgarije (en Roemenië);
42. stemt in met ondertekening van het toetredingsverdrag in april 2005 en hoopt de 18 Bulgaarse parlementaire waarnemers welkom te heten in het Europees Parlement;
43. dringt er op aan dat rekening wordt gehouden met de standpunten van het Europees Parlement bij het toezicht op de vorderingen van de hervormingen in Bulgarije na ondertekening van het toetredingsverdrag en voorts wordt overwogen de veiligheidsclausules toe te passen en verzoekt de Commissie derhalve om tijdig en regelmatig verslag uit te brengen aan het Parlement over de ontwikkelingen in Bulgarije;
44. verzoekt zijn Voorzitter deze resolutie te doen toekomen aan de Raad, de Commissie en aan de regeringen en parlementen van de lidstaten en de Republiek Bulgarije.
ADVIES van de Commissie landbouw en plattelandsontwikkeling (15.3.2005)
aan de Commissie buitenlandse zaken
inzake het verzoek van de Republiek Bulgarije om lid te worden van de Europese Unie
(2005/2029(INI))
Rapporteur voor advies: Albert Jan Maat
SUGGESTIES
De Commissie landbouw en plattelandsontwikkeling verzoekt de ten principale bevoegde Commissie buitenlandse zaken onderstaande suggesties in haar ontwerpresolutie op te nemen:
1. neemt kennis van de door de Commissie geschatte kosten van de toetreding van Bulgarije op het gebied van de landbouw;
2. onderstreept het politieke en economische belang van de toetreding van Bulgarije tot de Europese Unie en de wederzijdse inspanningen die hiervoor nodig zijn; benadrukt echter dat het voor het Europees Parlement moeilijk is te stemmen over een toetredingsverdrag met Bulgarije en de daarin overeengekomen kosten van de uitbreiding zonder dat overeenstemming is bereikt over de wijze waarop deze kosten moeten worden opgenomen in het financiële kader voor de periode 2007-2013; wijst er in dit verband op dat ten volle rekening moet worden gehouden met de kosten van toepassing van het GLB in Bulgarije en dat de plafonds van de desbetreffende kredieten in de financiële vooruitzichten 2007-2013 dienovereenkomstig moeten worden vastgelegd;
3. is verheugd over de vorderingen die Bulgarije heeft gemaakt bij de aanpassing van zijn landbouwbeleid aan de huidige communautaire wetgeving; benadrukt echter het belang van afronding van de voorbereiding voor de toepassing van het communautair acquis, die, afgezien van de oprichting van de nodige controle- en betaalorganen, ook de aanwerving bij deze organen van voldoende gekwalificeerd personeel behelst;
4. wijst de Commissie en de Bulgaarse autoriteiten erop dat de informatie over en de participatie van de bevolking in projecten op het gebied van plattelandsontwikkeling verder verbeterd dienen te worden;
5. dringt er met klem op aan dat de Bulgaarse autoriteiten wat het gebruik van genetisch gemodificeerde gewassen betreft eensluidende en op de toekomst gerichte bepalingen inzake coëxistentie vaststellen, teneinde op het moment van de toetreding geen problemen te ondervinden met betrekking tot de naleving van de communautaire bepalingen inzake het in het milieu toelaten van GGO's;
6. is verheugd dat het proces in verband met de teruggave van land is afgerond, maar benadrukt het resterende probleem van de versnippering van land, dat een negatieve invloed heeft op het concurrentievermogen van de Bulgaarse landbouw; benadrukt het belang van verwezenlijking van een zo groot mogelijke efficiëntie van het SAPARD-programma voor het verbeteren van de landbouwhervormingen in Bulgarije;
7. betreurt dat het opzetten van het voor 2005 geplande informatiesysteem voor landbouwgrond (ALIS) tot 2006 is uitgesteld;
8. is van mening dat goede vorderingen zijn gemaakt bij de uitvoering van het acquis in de veterinaire sector, maar dat de handhaving veeleer kritiek blijft; dringt bij de Bulgaarse autoriteiten aan op het opzetten van een goed functionerend systeem voor de identificatie en registratie van vee en voor het toezicht op het veevervoer;
9. benadrukt dat de communautaire bepalingen inzake levensmiddelenhygiëne uitsluitend de consumentenbescherming dienen en de kwaliteit van de levensmiddelen beogen te garanderen, maar niet misbruikt mogen worden als excuus voor structurele concentratieprocessen in de verwerkende industrie; roept de Bulgaarse regering derhalve op de pretoetredingssteun voor de plattelandsontwikkeling te gebruiken om een gedecentraliseerde productie van hoogwaardige levensmiddelen en de regionale afzet daarvan te bevorderen;
10. is bezorgd dat de voorschriften op het gebied van het dierenwelzijn, met name wat betreft het vervoer van dieren of de slachthuizen, nog steeds niet aan de EU-normen voldoen;
11. onderstreept het belang van voldoende en adequaat uitgeruste grenscontroleposten om veterinaire of fytosanitaire controles te kunnen verrichten;
12. is verheugd dat de Bulgaarse autoriteiten zijn begonnen met het opzetten van de noodzakelijke structuren voor de gemeenschappelijke marktorganisatie, maar dringt erop aan dat Bulgarije zijn inspanningen opvoert met het oog op de invoering van het melkquotasysteem en het wijnbouwkadaster; wijst ook op het belang van onmiddellijke voorbereiding van de toepassing van de communautaire wetgeving inzake melkquota, teneinde verstoring van de concurrentiesituatie en van de werking van de zuivelquota in de overige lidstaten te voorkomen; benadrukt het belang van harmonisatie van de wetgeving inzake milieu en biologische landbouw met het communautair acquis.
PROCEDURE
Titel |
Verzoek van de Republiek Bulgarije om lid te worden van de Europese Unie | |||||
Document- en procedurenummers |
2005(2029(INI) | |||||
Commissie ten principale |
AFET | |||||
Medeadviserende commissie |
AGRI | |||||
Nauwere samenwerking |
| |||||
Rapporteur voor advies |
Albert Jan Maat | |||||
Behandeling in de Commissie |
3.2.2005 |
14.3.2005 |
|
|
| |
Datum goedkeuring amendementen |
14.3.2005 | |||||
Uitslag eindstemming |
voor: tegen: onthoudingen: |
20 0 0 | ||||
Bij de eindstemming aanwezige leden |
Joseph Daul , Friedrich-Wilhelm Graefe zu Baringdorf , Albert Jan Maat, Filip Adwent, Katerina Batzeli, Niels Busk, Albert Deß, Ioannis Gklavakis, Elisabeth Jeggle, Stéphane Le Foll, Mairead McGuinness, Neil Parish, María Isabel Salinas García, Csaba Sándor Tabajdi, Marc Tarabella, Jeffrey Titford, Witold Tomczak, Kyösti Tapio Virrankoski | |||||
Bij de eindstemming aanwezige vaste plaatsvervangers |
Milan Horáček, Wiesław Stefan Kuc | |||||
Bij de eindstemming aanwezige plaatsvervangers (art. 178, lid 2) |
| |||||
PROCEDURE
Titel |
De aanvraag van het lidmaatschap van de Europese Unie door de Republiek Bulgarije | ||||||||||
Procedurenummer |
|||||||||||
Reglementsartikel(en) |
art. 45 | ||||||||||
Commissie ten principale Datum bekendmaking toestemming |
AFET 15.3.2005 | ||||||||||
Medeadviserende commissie(s) |
alle |
|
|
|
| ||||||
Geen advies |
|
|
|
|
| ||||||
Nauwere samenwerking Datum bekendmaking |
|
| |||||||||
In het verslag opgenomen ontwerpresolutie(s) |
|
| |||||||||
Rapporteur(s) |
Geoffrey Van Orden |
| |||||||||
Vervangen rapporteur |
|
| |||||||||
Behandeling in de commissie |
7.3.2005 |
29.3.2005 |
30.3.2005 |
|
| ||||||
Datum goedkeuring |
30.3.2005 | ||||||||||
Uitslag eindstemming |
voor: tegen: onthoudingen: |
67 1 6 | |||||||||
Bij de eindstemming aanwezige leden |
Vittorio Emanuele Agnoletto, Angelika Beer, Bastiaan Belder, Monika Beňová, André Brie, Elmar Brok, Philip Claeys, Simon Coveney, Ryszard Czarnecki, Véronique De Keyser, Giorgos Dimitrakopoulos, Camiel Eurlings, Maciej Marian Giertych, Alfred Gomolka, Klaus Hänsch, Richard Howitt, Toomas Hendrik Ilves, Georgios Karatzaferis, Bogdan Klich, Helmut Kuhne, Joost Lagendijk, Vytautas Landsbergis, Cecilia Malmström, Francisco José Millán Mon, Pierre Moscovici, Annemie Neyts-Uyttebroeck, Baroness Nicholson of Winterbourne, Raimon Obiols i Germà, Alojz Peterle, Tobias Pflüger, Mirosław Mariusz Piotrowski, Bernd Posselt, Michel Rocard, Raül Romeva i Rueda, Libor Rouček, José Ignacio Salafranca Sánchez-Neyra, Jacek Emil Saryusz-Wolski, György Schöpflin, Gitte Seeberg, Marek Maciej Siwiec, Hannes Swoboda, István Szent-Iványi, Konrad Szymański, Charles Tannock, Paavo Väyrynen, Inese Vaidere, Geoffrey Van Orden, Ari Vatanen, Karl von Wogau, Luis Yañez-Barnuevo García, Josef Zieleniec | ||||||||||
Bij de eindstemming aanwezige vaste plaatsvervangers |
Laima Liucija Andrikienė, Carlos Carnero González, Alexandra Dobolyi, Árpád Duka-Zólyomi, Michl Ebner, Hélène Flautre, Michael Gahler, Kinga Gál, Georg Jarzembowski, Jaromír Kohlíček, Miguel Angel Martínez Martínez, Pasqualina Napoletano, Doris Pack, Athanasios Pafilis, Rihards Pīks, Aloyzas Sakalas, Anders Samuelsen, Pierre Schapira, Inger Segelström, Alexander Stubb, Csaba Sándor Tabajdio | ||||||||||
Bij de eindstemming aanwezige plaatsvervangers (art. 178, lid 2) |
Christofer Fjellner, Bronisław Geremek | ||||||||||
Datum indiening – A[6] |
1.4.2005 |
||||||||||
Opmerkingen |
... | ||||||||||