AANBEVELING VOOR DE TWEEDE LEZING betreffende het gemeenschappelijk standpunt, door de Raad vastgesteld met het oog op de aanneming van de verordening van het Europees Parlement en de Raad inzake voedings- en gezondheidsclaims voor levensmiddelen
29.3.2006 - (9858/3/2005 – C6‑0018/2006 – 2003/0165(COD)) - ***II
Commissie milieubeheer, volksgezondheid en voedselveiligheid
Rapporteur: Adriana Poli Bortone
ONTWERPWETGEVINGSRESOLUTIE VAN HET EUROPEES PARLEMENT
over het gemeenschappelijk standpunt, door de Raad vastgesteld met het oog op de aanneming van de verordening van het Europees Parlement en de Raad inzake voedings- en gezondheidsclaims voor levensmiddelen
(9858/3/2005 – C6‑0018/2006 – 2003/0165(COD))
(Medebeslissingsprocedure: tweede lezing)
Het Europees Parlement,
– gezien het gemeenschappelijk standpunt van de Raad (9858/3/2005 – C6‑0018/2006),
– gezien zijn in eerste lezing geformuleerde standpunt[1] inzake het voorstel van de Commissie aan het Europees Parlement en de Raad (COM(2003)0424)[2],
– gelet op artikel 251, lid 2 van het EG-Verdrag,
– gelet op artikel 62 van zijn Reglement,
– gezien de aanbeveling voor de tweede lezing van de Commissie milieubeheer, volksgezondheid en voedselveiligheid (A6‑0122/2006),
1. hecht zijn goedkeuring aan het gemeenschappelijk standpunt, als geamendeerd door het Parlement;
2. verzoekt zijn Voorzitter het standpunt van het Parlement te doen toekomen aan de Raad en de Commissie.
Gemeenschappelijk standpunt van de Raad | Amendementen van het Parlement |
Amendement 1 Overweging 1 | |
(1) Er komen in de Gemeenschap steeds meer levensmiddelen waarvoor op het etiket of in reclameboodschappen voedings- en gezondheidsclaims worden gedaan. Om een hoog beschermingsniveau voor de consumenten te waarborgen en hun keuze te vergemakkelijken, dienen de in de handel gebrachte producten veilig en naar behoren geëtiketteerd te zijn. |
(1) Er komen in de Gemeenschap steeds meer levensmiddelen waarvoor op het etiket of in reclameboodschappen voedings- en gezondheidsclaims worden gedaan. Aangezien een volwaardige, gevarieerde, evenwichtige voeding een vereiste is voor een goede gezondheid en de invloed van afzonderlijke producten in de totale voeding relatief gering is, dienen, om een hoog beschermingsniveau voor de consumenten te waarborgen en hun keuze te vergemakkelijken, de in de handel gebrachte producten veilig en naar behoren geëtiketteerd te zijn. |
Amendement 2 Overweging 4 | |
(4) Deze verordening is van toepassing op alle voedings- en gezondheidsclaims die in commerciële mededelingen worden gedaan, met inbegrip van onder meer generieke reclame voor levensmiddelen en reclamecampagnes die geheel of ten dele door de overheid gefinancierd worden. Zij is niet van toepassing op claims die in niet-commerciële mededelingen worden gedaan, zoals dieetvoorschriften of adviezen van volksgezondheidsinstanties of -organisaties, noch op niet-commerciële mededelingen en informatie in de pers en in wetenschappelijke publicaties. Deze verordening is ook van toepassing op handelsmerken en andere merknamen die als voedings- of gezondheidsclaims kunnen worden opgevat. |
(4) Deze verordening is van toepassing op alle voedings- en gezondheidsclaims die in commerciële mededelingen worden gedaan, met inbegrip van onder meer generieke reclame voor levensmiddelen en reclamecampagnes die geheel of ten dele door de overheid gefinancierd worden. Zij is niet van toepassing op claims die in niet-commerciële mededelingen worden gedaan, zoals dieetvoorschriften of adviezen van volksgezondheidsinstanties of -organisaties, noch op niet-commerciële mededelingen en informatie in de pers en in wetenschappelijke publicaties. Deze verordening is ook van toepassing op merknamen die als voedings- of gezondheidsclaims kunnen worden opgevat. |
Motivering | |
Handelsmerken, die reeds in aparte wetgeving worden geregeld, moeten van het toepassingsgebied van de verordening worden uitgesloten. | |
Amendement 3 Overweging 5 bis (nieuw) | |
|
(5 bis) Er bestaat een verband tussen de inname van voedsel en de gezondheid. Consumenten hebben steeds meer behoefte aan betrouwbare en objectieve informatie over de kwaliteit en voedingswaarde van het voedsel dat zij gebruiken. In een aantal lidstaten worden symbolen gebruikt die een aanduiding geven van de kwaliteit of het profiel van het voedselproduct ("signposting"). Deze symbolen helpen de consument bij het maken van een gezonde keuze. Deze verordening laat de symbolen of de kwaliteitsaanduidingen die in lidstaten gebruikt worden onverlet. Om verwarring bij consumenten te voorkomen over de toepassing van verschillende symbolen die door voedselproducenten, supermarkten, consumentenorganisaties of nationale autoriteiten gebruikt worden, verdient het aanbeveling om binnen afzienbare tijd een Europese kwaliteitsaanduiding te ontwerpen. Deze Europese kwaliteitsaanduiding moet betrouwbaar zijn en waarborgen bieden voor de consument. |
Motivering | |
In het gemeenschappelijk standpunt is in de definitie van voedingsclaim het woord "heilzaam" toegevoegd. Dit om te verzekeren dat deze verordening de signposting systemen niet in de weg staat. Het is duidelijker om dit dan direct te vermelden. | |
Amendement 4 Overweging 9 | |
(9) Wanneer levensmiddelen met claims worden aangeprezen, kan bij de consument de indruk ontstaan dat zij in nutritioneel, fysiologisch of een ander met de gezondheid verband houdend opzicht beter zijn dan soortgelijke of andere stoffen waar dergelijke nutriënten niet aan toegevoegd zijn. Dit kan de consument ertoe brengen keuzes te maken die zijn totale inname van nutriënten of andere stoffen beïnvloeden op een wijze die strijdig is met de wetenschappelijke adviezen. Om dit eventuele ongewenste effect tegen te gaan, moeten bepaalde beperkingen worden opgelegd ten aanzien van producten met claims. In dit verband kan het gehalte aan bepaalde stoffen in een product (zoals het alcoholgehalte) of het voedingsprofiel een geschikt criterium zijn om te bepalen of voor dat product claims mogen worden gedaan. Hoewel het gebruik van dergelijke criteria op nationaal niveau verantwoord is omdat het de consumenten de mogelijkheid biedt geïnformeerde keuzes op voedingsgebied te maken, is de kans groot dat zulks tot hinderpalen voor de intracommunautaire handel aanleiding geeft en daarom moeten deze criteria op communautair niveau geharmoniseerd worden. |
(9) Wanneer levensmiddelen met claims worden aangeprezen, kan bij de consument de indruk ontstaan dat zij in nutritioneel, fysiologisch of een ander met de gezondheid verband houdend opzicht beter zijn dan soortgelijke of andere stoffen waar dergelijke nutriënten niet aan toegevoegd zijn. Dit kan de consument ertoe brengen keuzes te maken die zijn totale inname van nutriënten of andere stoffen beïnvloeden op een wijze die strijdig is met de wetenschappelijke adviezen. Om dit eventuele ongewenste effect tegen te gaan, moeten bepaalde beperkingen worden opgelegd ten aanzien van producten met claims. In dit verband kan het gehalte aan bepaalde stoffen in een product die bij inname een verstoring van de dagelijkse voedingsbehoefte kunnen veroorzaken of in geval van misbruik schadelijk kunnen zijn voor de gezondheid een geschikt criterium zijn om te bepalen of voor dat product claims mogen worden gedaan. Hoewel het gebruik van dergelijke criteria op nationaal niveau verantwoord is omdat het de consumenten de mogelijkheid biedt geïnformeerde keuzes op voedingsgebied te maken, is de kans groot dat zulks tot hinderpalen voor de intracommunautaire handel aanleiding geeft en daarom moeten deze criteria op communautair niveau geharmoniseerd worden. |
Motivering | |
Het lijkt ons niet aangewezen slechts één element te noemen dat de voeding kan verstoren. Het lijkt ons veel nuttiger te verwijzen naar alle voedingselementen die schadelijk kunnen zijn voor de gezondheid. | |
Amendement 5 Overweging 16 | |
(16) Wetenschappelijke onderbouwing dient bij het gebruik van voedings- en gezondheidsclaims op de eerste plaats te komen; exploitanten van levensmiddelenbedrijven die claims gebruiken, moeten deze onderbouwen. |
(16) Wetenschappelijke onderbouwing dient bij het gebruik van voedings- en gezondheidsclaims op de eerste plaats te komen; exploitanten van levensmiddelenbedrijven die claims gebruiken, moeten deze onderbouwen. Er moeten echter specifieke uitzonderingen worden gemaakt voor het midden- en kleinbedrijf. |
Motivering | |
Het is belangrijk dat in deze verordening een meer evenredige aanpak wordt gekozen om rekening te houden met de administratieve en financiële problemen die het midden- en kleinbedrijf kan ondervinden zonder de productveiligheid in gevaar te brengen. | |
Amendement 6 Overweging 24 | |
(24) In het licht van Richtlijn 96/8/EG van de Commissie van 26 februari 1996 inzake voedingsmiddelen die zijn bestemd om in energiebeperkte diëten te worden genuttigd voor gewichtsvermindering 1, die verbiedt dat op de etikettering van onder die richtlijn vallende producten en bij het adverteren en het te koop aanbieden daarvan melding wordt gemaakt van de snelheid of de mate van gewichtsverlies als gevolg van het nuttigen ervan, wordt het dienstig geacht deze beperking uit te breiden tot alle levensmiddelen. |
(24) In het licht van Richtlijn 96/8/EG van de Commissie van 26 februari 1996 inzake voedingsmiddelen die zijn bestemd om in energiebeperkte diëten te worden genuttigd voor gewichtsvermindering 1, die verbiedt dat op de etikettering van onder die richtlijn vallende producten en bij het adverteren en het te koop aanbieden daarvan melding wordt gemaakt van de snelheid of de mate van gewichtsverlies als gevolg van het nuttigen ervan, wordt het dienstig geacht deze beperking uit te breiden tot alle levensmiddelen. Bij niet specifiek voor gewichtsbeheersing bedoelde voedingsmiddelen die in de handel worden gebracht met verwijzingen naar vermindering van het hongergevoel of versterking van het verzadigingsgevoel, moeten deze verwijzingen wetenschappelijk zijn onderbouwd. |
Motivering | |
De tekst die het Parlement in eerste lezing had goedgekeurd wordt hier overgenomen zodat ook claims betreffende de heilzame effecten van niet specifieke dieetproducten in termen van gewichtsafname aan bepaalde regels worden onderworpen. | |
Amendement 7 Overweging 27 | |
(27) Een gevarieerde, evenwichtige voeding is een vereiste voor een goede gezondheid en de invloed van afzonderlijke producten in de totale voeding is relatief gering. Verder is voeding slechts één van de vele factoren die van invloed zijn op het ontstaan van bepaalde ziekten bij de mens. Andere factoren, zoals leeftijd, genetische aanleg, de hoeveelheid lichaamsbeweging, het gebruik van tabak en drugs, blootstelling aan milieufactoren en stress, kunnen daarbij ook een rol spelen. Daarom zijn voor claims betreffende de beperking van een ziekterisico specifieke etiketteringsvoorschriften nodig. |
(27) Bepaalde ziekten bij de mens kunnen veroorzaakt worden door factoren zoals leeftijd, genetische aanleg, de hoeveelheid lichaamsbeweging, het gebruik van tabak en drugs, blootstelling aan milieufactoren en stress, maar ook door een verkeerde voeding. Daarom zijn voor de vermelding op levensmiddelen van claims betreffende de beperking van een ziekterisico specifieke etiketteringsvoorschriften nodig. |
Motivering | |
De verwijzing naar het belang van een evenwichtige voeding is in overweging 1 opgenomen als algemeen beginsel dat als basis moet dienen voor de gehele verordening. In het onderhavige amendement wordt onderstreept dat voor gezondheidsclaims specifieke regels vereist zijn omwille van de invloed van de voeding op de menselijke gezondheid. | |
Amendement 8 Overweging 27 bis (nieuw) | |
|
(27 bis) Bij de tenuitvoerlegging van deze verordening wordt rekening gehouden met de verschillende voedingsgewoonten, traditionele producten en gastronomische culturen van de lidstaten en hun regio's, die het waard zijn gerespecteerd en in stand gehouden te worden. |
Motivering | |
Doel van dit amendement is het belang te onderstrepen van de Europese gastronomische cultuur, zoals in de eerste lezing al was voorgesteld. | |
Amendement 9 Overweging 28 | |
(28) Om ervoor te zorgen dat gezondheidsclaims waarheidsgetrouw, duidelijk en betrouwbaar zijn en de consument zinvol helpen bij het kiezen van een gezonde voeding, moeten de formulering en de presentatie van gezondheidsclaims in het advies van de Europese Autoriteit voor voedselveiligheid en de daaropvolgende vergunningsprocedure in aanmerking genomen worden. |
(28) Om ervoor te zorgen dat gezondheidsclaims waarheidsgetrouw, duidelijk en betrouwbaar zijn en de consument zinvol helpen bij het kiezen van een gezonde voeding, moeten de formulering en de presentatie van gezondheidsclaims in het advies van de Europese Autoriteit voor voedselveiligheid en de daaropvolgende procedures in aanmerking genomen worden. |
Amendement 10 Overweging 33 | |
(33) Er moeten toereikende overgangsmaatregelen komen om de exploitanten van levensmiddelenbedrijven in staat te stellen zich aan de eisen van deze verordening aan te passen. |
(33) Er moeten toereikende overgangsmaatregelen komen om de exploitanten van levensmiddelenbedrijven, in het bijzonder de KMO's, in staat te stellen zich aan de eisen van deze verordening aan te passen. |
Motivering | |
De kleine en middelgrote ondernemingen moeten worden geholpen om zich aan de eisen van de verordening aan te passen. | |
Amendement 11 Overweging 34 bis (nieuw) | |
|
(34 bis) Het is raadzaam tijdig een algemene voorlichtingscampagne te organiseren over voedingsvraagstukken en over het belang van gezonde eetgewoonten. |
Motivering | |
Om alle voedingsinformatie op het etiket perfect te kunnen begrijpen moet de consument door middel van adequate campagnes voorgelicht worden over de betekenis van deze informatie en over de voor de diverse categorieën consumenten aangeraden dagelijkse energiebehoefte. | |
Amendement 12 Artikel 1, lid 2, alinea 1 | |
2. Deze verordening is van toepassing op voedings‑ en gezondheidsclaims die in commerciële mededelingen worden gedaan, hetzij in de etikettering en presentatie van levensmiddelen, hetzij in de daarvoor gemaakte reclame, indien het gaat om levensmiddelen die bestemd zijn om als zodanig aan de eindverbruiker te worden geleverd, inclusief onverpakt of in bulk in de handel gebrachte levensmiddelen. |
2. Deze verordening is van toepassing op voedings‑ en gezondheidsclaims die in commerciële mededelingen worden gedaan, hetzij in de etikettering en presentatie van levensmiddelen, hetzij in de daarvoor gemaakte reclame, indien het gaat om levensmiddelen die bestemd zijn om als zodanig aan de eindverbruiker te worden geleverd, inclusief ingevoerde producten. Zij is evenwel niet van toepassing op levensmiddelen die niet voorverpakt ten verkoop aan de eindverbruiker worden aangeboden of pas op de plaats van verkoop worden verpakt (verse producten zoals bijvoorbeeld fruit, groenten of brood). |
Motivering | |
Naar analogie van Richtlijn 2000/13/EG van 20 maart 2000 moeten onverpakte levensmiddelen zoals fruit, groente of brood buiten het toepassingsgebied van de verordening vallen. | |
De kleinhandelaar of de verkoper van bulkgoederen verplichten alle bepalingen van deze verordening na te leven lijkt ons een te restrictieve maatregel die bovendien onuitvoerbaar dreigt te zijn. | |
Daarentegen is het, om de concurrentiepositie van de Europese industrie te beschermen tegen de invoer uit derde landen, nodig dat de verordening ook van toepassing is op alle ingevoerde producten om de Europese producenten niet te benadelen. In het amendement wordt een aantal in eerste lezing goedgekeurde amendementen op de artikelen 13, 14, 15, 16 en 17 overgenomen. | |
Amendement 13 Artikel 1, lid 3 | |
3. Een handelsmerk, merknaam of fantasienaam die voorkomt in de etikettering of de presentatie van een levensmiddel of in de daarvoor gemaakte reclame en als een voedings- of een gezondheidsclaim kan worden uitgelegd, kan worden gebruikt zonder de in deze verordening vastgestelde vergunningsprocedures te ondergaan, op voorwaarde dat het merk of de naam in die etikettering, presentatie of reclame voorkomt in combinatie met een daarmee verband houdende voedings‑ of gezondheidsclaim die voldoet aan de bepalingen van deze verordening. |
3. Deze verordening is niet van toepassing op handelsmerken die voldoen aan de bepalingen van Richtlijn 89/104/EEG van de Raad van 21 december 1988 betreffende de aanpassing van het merkenrecht der lidstaten1 en Verordening (EG) nr. 40/94 van de Raad van 20 december 1993 inzake het Gemeenschapsmerk2. __________ 1 PB L 40 van 11.2.1989, blz. 1. Richtlijn gewijzigd bij besluit 92/10/EEG (PB L 6 van 11.1.1992, blz. 35). 2 PB L 11 van 14.1.1994, blz. 1. Verordening laatstelijk gewijzigd bij verordening (EG) nr. 422/2004 (PB L 70 van 9.3.2004, blz. 1). |
Motivering | |
Het opnemen van handelsmerken in het toepassingsgebeid van de verordening zou tot grote rechtsonzekerheid leiden en de bestaande eigenaars van handelsmerken die ten dele sterk van de merkherkenning afhankelijk zijn, benadelen. | |
Amendement 14 Artikel 1, lid 3 bis (nieuw) | |
|
3 bis. De verordening is voorts niet van toepassing op generische handelsmerken die traditioneel worden gebruikt om een eigenschap aan te geven van een categorie levensmiddelen of dranken die een effect kunnen hebben op onze gezondheid, zoals spijsverteringsbevorderende middelen of hoestbonbons. |
Amendement 15 Artikel 1, lid 4 bis (nieuw) | |
|
4 bis. Deze verordening is van toepassing onverminderd specifieke bepalingen in de communautaire wetgeving betreffende voor bijzondere voeding bestemde levensmiddelen alsmede inzake voedingssupplementen. |
Motivering | |
Overname van artikel 1, lid 4, eerste lezing in Parlement. | |
Teneinde iedere verwarring over de vraag of voedingssupplementen onder het toepassingsgebied van deze verordening vallen, te voorkomen, dienen deze specifiek vermeld te worden in artikel 1. | |
Amendement 16 Artikel 4, lid 1 | |
1. Uiterlijk op ……* stelt de Commissie volgens de procedure van artikel 24, lid 2, specifieke voedingsprofielen op en stelt zij de voorwaarden vast, met inbegrip van de uitzonderingen, waaraan moet worden voldaan voor het gebruik van voedings- en gezondheidsclaims met betrekking tot levensmiddelen en/of categorieën levensmiddelen. |
1. Uiterlijk op ……* stelt de Commissie volgens de procedure van artikel 24, lid 2, en na raadpleging van het Europees Parlement specifieke voedingsprofielen op, met inbegrip van de uitzonderingen, waaraan levensmiddelen of bepaalde categorieën levensmiddelen moeten voldoen om van voedings- of gezondheidsclaims voorzien te mogen zijn en de voorwaarden voor het gebruik van voedings- of gezondheidsclaims met betrekking tot de voedingsprofielen. |
De voedingsprofielen voor levensmiddelen en/of categorieën levensmiddelen, en de voorwaarden voor het gebruik van voedings- of gezondheidsclaims met betrekking tot de voedingsprofielen worden opgesteld met inachtneming van met name: |
De voedingsprofielen voor levensmiddelen en/of categorieën levensmiddelen worden opgesteld met inachtneming van met name: |
a) de hoeveelheden van bepaalde nutriënten en andere stoffen die het betreffende levensmiddel bevat, zoals vet, verzadigde vetzuren, transvetzuren, suikers en zout/natrium; |
a) de hoeveelheden van bepaalde nutriënten en andere stoffen die het betreffende levensmiddel bevat, zoals vet, verzadigde vetzuren, transvetzuren, suikers en zout/natrium; |
b) het belang van het levensmiddel (of de levensmiddelencategorieën) in de voeding van de bevolking in het algemeen of, in voorkomend geval, van bepaalde risicogroepen, zoals kinderen; |
b) het belang van het levensmiddel (of de levensmiddelencategorieën) in en de bijdrage ervan aan de voeding van de bevolking in het algemeen (in verhouding tot de dagelijkse opgenomen hoeveelheid) of, in voorkomend geval, van bepaalde risicogroepen, zoals kinderen; er dient terdege rekening te worden gehouden met de voedingsgewoonten en consumptiepatronen in de diverse lidstaten; |
c) de algehele samenstelling van het levensmiddel vanuit nutritioneel oogpunt, en de aanwezigheid van nutriënten waarvan het gunstig effect op de gezondheid wetenschappelijk erkend is. |
c) de algehele samenstelling van het levensmiddel vanuit nutritioneel oogpunt, en de aanwezigheid van nutriënten waarvan het gunstig effect op de gezondheid wetenschappelijk erkend is. |
De voedingsprofielen worden opgesteld op grond van wetenschappelijke kennis omtrent dieet en voeding en de relatie tot de gezondheid. |
De voedingsprofielen worden opgesteld op grond van wetenschappelijke kennis omtrent dieet en voeding en de relatie tot de gezondheid. |
Bij de vaststelling van de voedingsprofielen verzoekt de Commissie de Autoriteit om binnen twaalf maanden wetenschappelijk advies ter zake te verstrekken, waarbij in het bijzonder aandacht zal worden besteed aan de volgende punten: |
Bij de vaststelling van de voedingsprofielen verzoekt de Commissie de Autoriteit om binnen twaalf maanden wetenschappelijk advies ter zake te verstrekken, waarbij in het bijzonder aandacht zal worden besteed aan de volgende punten: |
(i) de vraag of de profielen moeten worden opgesteld voor levensmiddelen in het algemeen en/of voor levensmiddelencategorieën; |
(i) de vraag of de profielen moeten worden opgesteld voor levensmiddelen in het algemeen en/of voor levensmiddelencategorieën; |
(ii) de keuze en het evenwicht van nutriënten die in aanmerking moeten worden genomen; |
(ii) de keuze en het evenwicht van nutriënten die in aanmerking moeten worden genomen; |
(iii) de keuze van referentiehoeveelhedenals basis voor de profielen; |
(iii) de keuze van referentiehoeveelhedenals basis voor de profielen; |
(iv) de aanpak van de berekening van de profielen, en |
(iv) de aanpak van de berekening van de profielen, en |
(v) het testen van het voorgestelde systeem. |
(v) de uitvoerbaarheid en het testen van het voorgestelde systeem. |
Bij de vaststelling van de voedingsprofielen overlegt de Commissie met de belanghebbende partijen, met name exploitanten van levensmiddelenbedrijven en consumentenorganisaties. |
Bij de vaststelling van de voedingsprofielen overlegt de Commissie met de belanghebbende partijen, met name exploitanten van levensmiddelenbedrijven en consumentenorganisaties. Speciale aandacht wordt besteed aan het midden- en kleinbedrijf. |
|
Binnen 3 maanden na de in de eerste alinea genoemde datum legt de Commissie aan het Europees Parlement en de Raad een verslag voor over de toepasselijkheid van de ontwikkelde voedingsprofielen en de relevante wetenschappelijk gegevens. |
De voedingsprofielen en hun gebruiksvoorwaarden worden volgens de procedure van artikel 24, lid 2, aan de wetenschappelijke ontwikkelingen op dit gebied aangepast. |
De voedingsprofielen en hun gebruiksvoorwaarden worden volgens de procedure van artikel 24, lid 2, en na overleg met de belanghebbende partijen aan de wetenschappelijke ontwikkelingen op dit gebied aangepast. |
Motivering | |
Om een compromis te vinden met de Raad. | |
Het is belangrijk aandacht te besteden aan het midden- en kleinbedrijf en de voedingspatronen in de verschillende lidstaten. | |
Amendement 17 Artikel 4, lid 2 | |
2. In afwijking van lid 1 zijn voedingsclaims met betrekking tot de verlaging van het gehalte aan vetten, verzadigde vetzuren, transvetzuren, suikers en zout/natrium toegestaan zonder verwijzing naar een profiel voor de specifieke nutriënt(en) ten aanzien waarvan de claim wordt gedaan, mits zij in overeenstemming zijn met de in deze verordening vastgelegde voorwaarden. |
2. In afwijking van lid 1 zijn voedingsclaims toegestaan, mits er daarbij verwezen wordt naar de nutriënten die niet voldoen aan het voedingsprofiel. Deze informatie dient van feitelijke aard te zijn, niet-discriminerend en duidelijk zichtbaar voor de consument. |
Motivering | |
Claims moeten worden toegestaan indien een bestanddeel van een voedingsprofiel wordt overschreden. Een aanvullende verplichting om voedingsinformatie te verstrekken zou de consument in staat te stellen met kennis van zaken een keus te maken. De details van de presentatie moeten worden bekeken na vaststelling van de taak van de autoriteit en in het kader van de herziening van de etiketteringsrichtlijn 90/496/EG. | |
Amendement 18 Artikel 4, lid 3 | |
3. Dranken met een alcoholgehalte van meer dan 1,2 volumeprocent mogen niet voorzien zijn van: a) gezondheidsclaims; b) voedingsclaims, afgezien van claims betreffende een verlaagd alcoholgehalte of een verlaagde energetische waarde. |
3. Dranken met een alcoholgehalte van meer dan 1,2 volumeprocent mogen niet voorzien zijn van gezondheidsclaims, behalve wanneer deze boodschappen van de nationale autoriteiten of van de Gemeenschap over de gevaren van alcoholmisbruik ondersteunen; |
Motivering | |
De definitie van een gezondheidsclaim kan betrekking hebben op iedere willekeurige boodschap over alcohol en gezondheid, waardoor waarschuwingen in verband met de gezondheid potentieel in gevaar worden gebracht. Daarom is een verduidelijking nodig. | |
Schrapping van letter b) van lid 3 van artikel 4 impliceert dat voedingsclaims betreffende alcoholhoudende dranken niet verboden zijn. | |
Amendement 19 Artikel 4, lid 4 | |
4. Bij het ontbreken van specifieke communautaire voorschriften voor voedingsclaims met betrekking tot de verlaging of afwezigheid van het alcoholgehalte of de energetische waarde in dranken die normaal alcohol bevatten, kunnen de desbetreffende nationale voorschriften overeenkomstig de Verdragsbepalingen worden toegepast. |
4. Bij het ontbreken van specifieke communautaire voorschriften voor voedingsclaims met betrekking tot een laag alcoholgehalte dan wel de verlaging of afwezigheid van het alcoholgehalte of de energetische waarde in dranken die normaal alcohol bevatten, kunnen de desbetreffende nationale voorschriften overeenkomstig de Verdragsbepalingen worden toegepast. |
Amendement 20 Artikel 4, lid 5 | |
5. Andere dan de in lid 3 bedoelde levensmiddelen of categorieën levensmiddelen, waarvoor voedings‑ of gezondheidsclaims beperkt of verboden moeten worden, kunnen in het licht van wetenschappelijke gegevens worden vastgesteld volgens de procedure van artikel 24, lid 2. |
Schrappen |
Amendement 21 Artikel 4, lid 5 bis (nieuw) | |
|
5 bis. De autoriteit verstrekt de KMO's zo nodig algemene informatie en advies over de verbetering van de voedingswaarde van hun producten, zodat deze kunnen voldoen aan de voedingsprofielen die krachtens dit artikel worden vastgesteld. |
Motivering | |
Er moet aandacht worden besteed aan de behoeften en wensen van KMO's. | |
Amendement 22 Artikel 5, lid 1 | |
1. Voedings- en gezondheidsclaims mogen alleen worden gebruikt als aan de volgende voorwaarden is voldaan: |
1. Voedings- en gezondheidsclaims mogen alleen worden gebruikt als aan de volgende voorwaarden is voldaan: |
a) de aanwezigheid, de afwezigheid of de beperkte hoeveelheid in een levensmiddel of levensmiddelencategorie van een nutriënt of andere stof waarvoor de claim wordt gedaan, heeft een bewezen heilzaam nutritioneel of fysiologisch effect, dat is vastgesteld aan de hand van algemeen aanvaarde wetenschappelijke gegevens; |
a) de aanwezigheid, de afwezigheid of de beperkte hoeveelheid in een levensmiddel of levensmiddelencategorie van een nutriënt of andere stof waarvoor de claim wordt gedaan, heeft een bewezen heilzaam nutritioneel of fysiologisch effect, dat is vastgesteld aan de hand van algemeen aanvaarde wetenschappelijke kennis; |
b) de nutriënt of de andere stof waarvoor de claim wordt gedaan: |
b) de nutriënt of de andere stof waarvoor de claim wordt gedaan: |
(i) is in het eindproduct aanwezig in een significante hoeveelheid zoals omschreven in de communautaire wetgeving of, indien er ter zake geen voorschriften bestaan, in een hoeveelheid die volgens algemeen aanvaarde wetenschappelijke gegevens het geclaimde nutritionele of fysiologische effect bewerkstelligt, dan wel |
(i) is in het eindproduct aanwezig in een significante hoeveelheid zoals omschreven in de communautaire wetgeving of, indien er ter zake geen voorschriften bestaan, in een hoeveelheid die volgens algemeen aanvaarde wetenschappelijke kennis het geclaimde nutritionele of fysiologische effect bewerkstelligt, dan wel |
(ii) is afwezig, of is aanwezig in een beperkte hoeveelheid die volgens algemeen aanvaarde wetenschappelijke gegevens het geclaimde nutritionele of fysiologische effect bewerkstelligt; |
(ii) is afwezig, of is aanwezig in een beperkte hoeveelheid die volgens algemeen aanvaarde wetenschappelijke kennis het geclaimde nutritionele of fysiologische effect bewerkstelligt; |
c) indien van toepassing, de nutriënt of andere stof waarvoor de claim wordt gedaan, is aanwezig in een vorm die door het lichaam kan worden gebruikt; |
c) indien van toepassing, de nutriënt of andere stof waarvoor de claim wordt gedaan, is aanwezig in een vorm die door het lichaam kan worden gebruikt; |
d) de hoeveelheid van het product die de consument, naar redelijkerwijs kan worden aangenomen, tot zich zal nemen, levert een significante hoeveelheid nutriënt of andere stof waarvoor de claim wordt gedaan, zoals omschreven in de communautaire wetgeving of, indien er ter zake geen voorschriften bestaan, een significante hoeveelheid die volgens algemeen aanvaarde wetenschappelijke gegevens het geclaimde nutritionele of fysiologische effect bewerkstelligt; |
d) de hoeveelheid van het product die de consument, naar redelijkerwijs kan worden aangenomen, tot zich zal nemen, levert een significante hoeveelheid nutriënt of andere stof waarvoor de claim wordt gedaan, zoals omschreven in de communautaire wetgeving of, indien er ter zake geen voorschriften bestaan, een significante hoeveelheid die volgens algemeen aanvaarde wetenschappelijke kennis het geclaimde nutritionele of fysiologische effect bewerkstelligt; |
e) de specifieke voorwaarden van hoofdstuk III, respectievelijk hoofdstuk IV, worden nageleefd. |
e) de specifieke voorwaarden van hoofdstuk III, respectievelijk hoofdstuk IV, worden nageleefd. |
Motivering | |
De term "algemeen aanvaarde wetenschappelijke gegevens" is niet gedefinieerd. Er dient te worden ingegaan op het punt dat er in de wetenschap kwesties zijn waarover consensus bestaat en dat de wetenschap ook de laatste ontwikkelingen kent, zodat het mogelijk is claims betreffende gezondheidsvoordelen in een eerder stadium in het ontdekkingsproces te doen, met passend taalgebruik ("zou kunnen", "kan", "waarschijnlijk", "mogelijk", enz.). "Aanvaarde wetenschappelijke kennis" houdt hier rekening mee. In de geest van amendement 30 in eerste lezing. | |
Amendement 23 Artikel 6, lid 1 | |
1. Voedings- en gezondheidsclaims zijn gebaseerd op en onderbouwd door algemeen aanvaarde wetenschappelijke gegevens. |
1. Voedings- en gezondheidsclaims zijn gebaseerd op en onderbouwd door de laatste stand van algemeen aanvaarde wetenschappelijke kennis. |
Amendement 24 Artikel 8 | |
1. Uitsluitend de voedingsclaims die in de bijlage staan vermeld en die voldoen aan de voorwaarden van de onderhavige verordening zijn toegestaan. |
1. Behoudens lid 1 bis zijn voedingsclaims alleen toegestaan indien zij in overeenstemming zijn met deze verordening en voldoen aan de voorwaarden als bedoeld in de bijlage. |
|
1 bis. Aanduidingen van de voedingsstatus van een levensmiddel, met inbegrip van logo's, kunnen in de lidstaten worden toegestaan mits zij in overeenstemming zijn met de richtsnoeren of regelingen die zijn vastgesteld door de nationale autoriteiten en mits zij consumenten helpen bij het maken van gezonde voedingskeuzen. |
2. De bijlage kan worden gewijzigd volgens de procedure van artikel 24, lid 2, indien van toepassing, na raadpleging van de Autoriteit. |
2. De bijlage kan worden gewijzigd volgens de procedure van artikel 24, lid 2, indien van toepassing, na raadpleging van de Autoriteit en met de medewerking van consumentenbonden, om de perceptie en de duidelijkheid van de claims te beoordelen. |
Amendement 25 Artikel 10, lid 3 | |
3. Verwijzingen naar algemene, niet-specifieke voordelen van de nutriënt of het levensmiddel voor de algemene gezondheid of voor het welzijn op het gebied van gezondheid zijn alleen toegestaan indien zij gepaard gaan met een specifieke gezondheidsclaim die is opgenomen in de in de artikelen 13 en 14 bedoelde lijsten. |
3. Verwijzingen naar algemene, niet-specifieke voordelen van de nutriënt of het levensmiddel voor de algemene gezondheid of voor het welzijn op het gebied van gezondheid zijn alleen toegestaan indien zij gepaard gaan met een specifieke gezondheidsclaim die is opgenomen in de in de artikelen 13 en 14 bedoelde lijsten of de bijlage. |
Amendement 26 Artikel 11 | |
Bij gebrek aan specifieke communautaire voorschriften met betrekking tot aanbevelingen of goedkeuringen door nationale medische verenigingen en liefdadigheidsinstellingen op het gebied van de volksgezondheid, kunnen nationale voorschriften worden toegepast, met inachtneming van de bepalingen van het Verdrag. |
Bij gebrek aan specifieke communautaire voorschriften met betrekking tot aanbevelingen of goedkeuringen door nationale gezondheidswerkers en verenigingen van voedingsdeskundigen of diëtisten en liefdadigheidsinstellingen op het gebied van de volksgezondheid, kunnen nationale voorschriften worden toegepast, met inachtneming van de bepalingen van het Verdrag. |
Motivering | |
Aanbevelingen ten behoeve van de consument over dieet, levensmiddelen en gezondheid kunnen ook worden verstrekt door naar behoren gekwalificeerde gezondheidswerkers zoals verpleegkundigen, tandartsen en apothekers en door naar behoren gekwalificeerde artsen, voedingsdeskundigen en diëtisten. Het oorspronkelijke Commissievoorstel voorzag niet in goedkeuring op basis van nationale voorschriften. Het gemeenschappelijk standpunt is derhalve volledig nieuw. In eerste lezing erkende het Parlement goedkeuring door gezondheidswerkers. | |
Amendement 27 Artikel 12, letters b) en c) | |
b) claims die zinspelen op de snelheid of de mate van gewichtsverlies; |
b) claims die zinspelen op de snelheid of de mate van gewichtsverlies, tenzij deze wetenschappelijk zijn onderbouwd; |
c) claims waarin wordt verwezen naar aanbevelingen van individuele artsen of beroepsbeoefenaren op het gebied van de volksgezondheid en andere niet in artikel 11 bedoelde verenigingen. |
c) claims waarin wordt verwezen naar aanbevelingen van individuele artsen of beroepsbeoefenaren op het gebied van de volksgezondheid en andere niet in artikel 11 bedoelde verenigingen, tenzij deze wetenschappelijk zijn onderbouwd. |
(Wederopneming van amendement 42 in eerste lezing)) | |
Motivering | |
Beperkingen van het gebruik van gezondheidsclaims dienen te worden voorgeschreven op basis van wetenschappelijke criteria. | |
Amendement 28 Artikel 12, letter c bis) (nieuw) | |
|
c bis) claims die uitsluitend gericht zijn op kinderen, tenzij zij wetenschappelijk onderbouwd zijn. |
Motivering | |
Doel is de gezondheid te beschermen van de zwakkere en kwetsbare burgers. | |
Amendement 29 Artikel 13 | |
1. Gezondheidsclaims die het volgende beschrijven of waarin naar het volgende wordt verwezen: |
1. Gezondheidsclaims die het volgende beschrijven of waarin naar het volgende wordt verwezen: |
a) de rol van een nutriënt of andere stof bij de groei en ontwikkeling en de functies van het lichaam, of |
a) de rol van een nutriënt of andere stof bij de groei en ontwikkeling en de functies van het lichaam, of |
b) psychologische functies of gedragsfuncties, of |
b) psychologische functies of gedragsfuncties, of |
c) onverminderd Richtlijn 96/8/EG, het afslankende of het gewichtsbeheersende effect, een vermindering van het hongergevoel, een versterking van het gevoel van verzadiging, of beperking van de in de voeding beschikbare energie, |
c) onverminderd Richtlijn 96/8/EG, het afslankende of het gewichtsbeheersende effect, een vermindering van het hongergevoel, een versterking van het gevoel van verzadiging, of beperking van de in de voeding beschikbare energie, |
en die zijn opgenomen in de in lid 3 bedoelde lijst, zijn toegestaan zonder dat zij aan de in de artikelen 15 tot en met 18 bedoelde vergunningsprocedure hoeven te worden onderworpen, indien zij: |
en die zijn gebaseerd op de in lid 3 bedoelde lijst, zijn toegestaan zonder dat zij aan de in de artikelen 15 tot en met 18 bedoelde procedures hoeven te worden onderworpen, indien zij: |
(i) zijn gebaseerd op algemeen aanvaarde wetenschappelijke gegevens, en |
(i) zijn gebaseerd op algemeen aanvaarde wetenschappelijke kennis, en |
(ii) door de gemiddelde consument goed begrepen worden. |
(ii) door de gemiddelde consument goed begrepen worden. |
2. De lidstaten verstrekken de Commissie uiterlijk op …* een lijst met claims als bedoeld in lid 1, tezamen met de voorwaarden die daarop van toepassing zijn en verwijzingen naar de desbetreffende wetenschappelijke staving. |
2. De lidstaten verstrekken de Commissie uiterlijk op …* een lijst met claims als bedoeld in lid 1, tezamen met de voorwaarden die daarop van toepassing zijn en verwijzingen naar de desbetreffende wetenschappelijke staving. |
3. Na raadpleging van de Autoriteit stelt de Commissie, volgens de procedure van artikel 24, lid 2, uiterlijk op … ** een communautaire lijst op van toegestane claims als bedoeld in lid 1 en van alle noodzakelijke voorwaarden voor het gebruik van deze claims. |
3. Na raadpleging van de Autoriteit stelt de Commissie, volgens de procedure van artikel 24, lid 2, uiterlijk op … ** een communautaire lijst op van toegestane claims als bedoeld in lid 1 en van alle noodzakelijke voorwaarden voor het gebruik van deze claims. |
4. Aanpassingen van de in lid 3 bis bedoelde lijst op basis van algemeen aanvaarde wetenschappelijke gegevens worden volgens de procedure van artikel 24 goedgekeurd, na raadpleging van de Autoriteit, op initiatief van de Commissie of op verzoek van een lidstaat. |
4. Aanpassingen van de in lid 3 bis bedoelde lijst op basis van algemeen aanvaarde wetenschappelijke kennis worden volgens de procedure van artikel 24 goedgekeurd, na raadpleging van de Autoriteit, op initiatief van de Commissie of op verzoek van een lidstaat. |
5. Toevoegingen van claims aan de in lid 3 bedoelde lijst die gebaseerd zijn op nieuwe wetenschappelijke gegevens en/of die een verzoek om bescherming van door eigendomsrechten beschermde gegevens inhouden, worden volgens de procedure van de artikelen 15 tot en met 18 goedgekeurd. |
5. Toevoegingen van claims aan de in lid 3 bedoelde lijst die gebaseerd zijn op nieuwe wetenschappelijke kennis en/of die een verzoek om bescherming van door eigendomsrechten beschermde gegevens inhouden, worden volgens de procedure van de artikelen 15 tot en met 18 goedgekeurd. |
_________ |
_________ |
Motivering | |
In dit amendement wordt het begrip aanmelding opgenomen en wordt de term "gegevens" vervangen door "kennis", in overeenstemming met de op de artikelen 5 en 6 voorgestelde amendementen. | |
Om KMO's sneller toegang te bieden tot de lijst van toegestane claims die kunnen worden gebruikt zonder de vergunningsprocedure te doorlopen, moeten de termijnen voor het opstellen van de lijst worden verkort. De twee voorgestelde amendementen zijn erop gericht de termijnen voor de opstelling van de lijst van toegestane claims tot twee jaar te verkorten. | |
Amendement 30 Artikel 13, lid 5 bis (nieuw) | |
|
5 bis. Gezondheidsclaims die geen betrekking hebben op de beperking van het ziekterisico en de ontwikkeling en de gezondheid van kinderen en die niet onder lid 1 vallen, zijn toegestaan indien zij zijn geregistreerd volgens de procedure van artikel 17 bis. |
Motivering | |
Het belangrijkste doel van dit amendement is een snellere procedure (slechts zes maanden) door alle tijd te reserveren voor de wetenschappelijke beoordeling van de EFSA. Dat is de enige garantie voor de consument dat de verkorting van de periode geen afbreuk zal doen aan de kwaliteit van de beoordeling. Als de EFSA van mening is dat de claim wellicht niet wetenschappelijk is onderbouwd, is de vergunningsprocedure van toepassing, met interventie van de Commissie en toepassing van de comitologieprocedure. | |
Alle claims die betrekking hebben op de ontwikkeling en de gezondheid van kinderen en de beperking van het ziekterisico moeten uiterst zorgvuldig worden behandeld. | |
Amendement 31 Artikel 14, titel en lid 1 | |
Claims inzake ziekterisicobeperking |
Claims inzake ziekterisicobeperking en claims die verband houden met de ontwikkeling en de gezondheid van kinderen |
1. Niettegenstaande artikel 2, lid 1, onder b), van Richtlijn 2000/13/EG mogen claims inzake ziekterisicobeperking worden gedaan, indien er volgens de procedure van de artikelen 15 tot en met 18 van deze verordening een vergunning is verleend om ze op te nemen in een communautaire lijst van dergelijke toegestane claims, tezamen met alle noodzakelijke voorwaarden voor het gebruik van die claims worden beschreven. |
1. Niettegenstaande artikel 2, lid 1, onder b), van Richtlijn 2000/13/EG mogen claims inzake ziekterisicobeperking en claims die verband houden met de ontwikkeling en de gezondheid van kinderen worden gedaan, indien er volgens de procedure van de artikelen 15 tot en met 18 van deze verordening een vergunning is verleend om ze op te nemen in een communautaire lijst van dergelijke toegestane claims, tezamen met alle noodzakelijke voorwaarden voor het gebruik van die claims worden beschreven. |
Motivering | |
Het is van essentieel belang met de uiterste zorgvuldigheid claims te onderzoeken die betrekking hebben op de ontwikkeling en gezondheid van kinderen. | |
Amendement 32 Artikel 15, lid 3 bis (nieuw) | |
|
3 bis. Aan de KMO's moet specifieke steun worden geboden bij de voorbereiding van de dossiers. |
Motivering | |
De KMO's mogen niet benadeeld worden door de nieuwe regeling. | |
Amendement 33 Artikel 16, lid 1 | |
1. Bij het uitbrengen van haar advies tracht de Autoriteit een termijn van zes maanden vanaf de datum van ontvangst van een geldige aanvraag in acht te nemen. Die termijn wordt verlengd indien de Autoriteit overeenkomstig lid 2 aanvullende informatie van de aanvrager verlangt. |
1. Bij het uitbrengen van haar advies zal de Autoriteit een termijn van vier maanden vanaf de datum van ontvangst van een geldige aanvraag in acht nemen. Die termijn wordt met twee maanden verlengd indien de Autoriteit overeenkomstig lid 2 aanvullende informatie van de aanvrager verlangt. |
Motivering | |
Doel van dit amendement is de termijn voor de indiening van het advies van de Autoriteit in te korten omdat bij de procedure rekening moet worden gehouden met het proportionaliteitsbeginsel en de bescherming van de consument. | |
Amendement 34 Artikel 16, lid 2 | |
2. Zo nodig kan de Autoriteit, of een bevoegde nationale autoriteit via de Autoriteit, de aanvrager verzoeken de bij de aanvraag verstrekte gegevens binnen een bepaalde termijn aan te vullen. |
2. Zo nodig kan de Autoriteit, of een bevoegde nationale autoriteit via de Autoriteit, de aanvrager verzoeken de bij de aanvraag verstrekte gegevens binnen een bepaalde termijn aan te vullen. De aanvrager mag rechtstreeks toegang hebben tot het bevoegde panel van de Autoriteit en heeft het recht te worden gehoord en aanvullende bijzonderheden aan het dossier toe te voegen. |
Amendement 35 Artikel 16, lid 3 | |
3. Voor het opstellen van het advies zal de Autoriteit: |
3. Voor het opstellen van het advies zal de Autoriteit erop toezien dat: |
a) verifiëren of de voorgestelde tekst van de gezondheidsclaim met wetenschappelijke gegevens is onderbouwd; |
a) de gezondheidsclaim met wetenschappelijke gegevens is onderbouwd; |
b) nagaan of de tekst van de gezondheidsclaim voldoet aan de criteria van deze verordening; |
b) de tekst van de gezondheidsclaim voldoet aan de criteria van deze verordening; |
c) advies geven over de voorgestelde tekst van de gezondheidsclaim voor de gemiddelde consument begrijpelijk en zinvol is. |
|
Motivering | |
De eis dat EFSA een advies uitbrengt over de vraag of de consument de claim begrijpt, wordt geamendeerd omdat dit terrein niet binnen de deskundigheid van EFSA valt. | |
Amendement 36 Artikel 16, lid 4 | |
4. Indien het advies luidt dat voor de gezondheidsclaim een vergunning kan worden verleend, worden in het advies de volgende gegevens opgenomen: |
4. Indien het advies luidt dat voor de gezondheidsclaim een vergunning kan worden verleend, worden in het advies de volgende gegevens opgenomen: |
a) naam en adres van de aanvrager; |
a) naam en adres van de aanvrager; |
b) de nutriënt of andere stof, of het levensmiddel of de categorie levensmiddelen waarvoor een claim wordt gedaan en de bijzondere eigenschappen ervan; |
b) de nutriënt of andere stof, of het levensmiddel of de categorie levensmiddelen waarvoor een claim wordt gedaan en de bijzondere eigenschappen ervan; |
c) de aanbevolen tekst van de gezondheidsclaim waarvoor een vergunning wordt aangevraagd, in voorkomend geval met inbegrip van specifieke voorwaarden voor het gebruik ervan; |
c) de voorgestelde tekst van de gezondheidsclaim waarvoor een vergunning wordt aangevraagd, in voorkomend geval met inbegrip van specifieke voorwaarden voor het gebruik ervan; |
d) indien van toepassing, de voorwaarden voor of beperkingen van het gebruik van het levensmiddel en/of een aanvullende vermelding of waarschuwing waarvan de gezondheidsclaim op het etiket en in de reclame vergezeld moet gaan. |
d) indien van toepassing, de voorwaarden voor of beperkingen van het gebruik van het levensmiddel en/of een aanvullende vermelding of waarschuwing waarvan de gezondheidsclaim op het etiket en in de reclame vergezeld moet gaan. |
Motivering | |
De eis dat EFSA een aanbeveling doet voor de tekst van de claim, wordt geamendeerd omdat dit terrein niet binnen de deskundigheid van EFSA valt. | |
Amendement 37 Artikel 17, lid 1 | |
1. De Commissie legt binnen drie maanden na ontvangst van het advies van de Autoriteit aan het in artikel 22, lid 2, bedoelde comité een ontwerpbesluit betreffende de lijsten van toegestane gezondheidsclaims voor, daarbij rekening houdend met het advies van de Autoriteit, de toepasselijke bepalingen van het Gemeenschapsrecht en andere factoren die ter zake een rol spelen. Indien het ontwerpbesluit niet in overeenstemming is met het advies van de Autoriteit, geeft de Commissie een verklaring voor de verschillen. |
1. De Commissie legt binnen twee maanden na ontvangst van het advies van de Autoriteit aan het in artikel 22, lid 2, bedoelde comité een ontwerpbesluit betreffende de lijsten van toegestane gezondheidsclaims voor, daarbij rekening houdend met het advies van de Autoriteit, de toepasselijke bepalingen van het Gemeenschapsrecht en andere factoren die ter zake een rol spelen. Indien het ontwerpbesluit niet in overeenstemming is met het advies van de Autoriteit, geeft de Commissie een verklaring voor de verschillen. |
Amendement 38
Artikel 17 bis (nieuw)
|
Artikel 17 bis |
|
Communautaire registratie |
|
1. Voor gezondheidsclaims bedoeld in artikel 13, lid 5 bis kan de exploitant van een levensmiddelenonderneming die voornemens is gebruik te maken van een gezondheidsclaim die niet voorkomt in de lijst bedoeld in artikel 13, lid 3, een aanvraag indienen voor toepassing van de registratieprocedure. |
|
2. Het verzoek om registratie wordt voorgelegd aan de bevoegde nationale autoriteit van een lidstaat, die binnen 14 dagen na ontvangst hiervan schriftelijk kennis geeft. |
|
Het verzoek bevat de in artikel 15, lid 3 bedoelde gegevens en de redenen voor het verzoek. |
|
3. Vervolgens wordt het dossier onverwijld toegezonden aan de Autoriteit voor een wetenschappelijke beoordeling en naar de Commissie en de lidstaten ter informatie. |
|
De in artikel 16, lid 2, lid 3 bis en ter, lid 5 en lid 6 bedoelde procedure is mutatis mutandis van toepassing. |
|
4. Registratie van de claim wordt door de Commissie toegestaan binnen 5 maanden vanaf de dag van ontvangst van het verzoek om registratie, tenzij de Autoriteit hiertegen bezwaar aantekent middels een negatief advies over de wetenschappelijke onderbouwing van de claim. |
|
De aanvrager mag gebruik gaan maken van de claim vanaf de dag van registratie. |
|
5. In geval van een negatief advies van de Autoriteit over de wetenschappelijke onderbouwing van de claim, moet voor de claim vergunning worden aangevraagd overeenkomstig de procedures in artikel 17. |
|
6. De lijst van claims die zijn geregistreerd overeenkomstig lid 1 wordt door de Commissie opgesteld volgens de bepalingen in artikel 20. |
Motivering
Het belangrijkste doel van dit amendement is een snellere procedure (slechts 6 maanden) waarbij alle tijd wordt gereserveerd voor de wetenschappelijke beoordeling door EFSA. Dat is de enige waarborg voor de consument dat het bekorten van de periode niet ten koste van de kwaliteit van de beoordeling zal gaan. Indien EFSA van mening is dat de claim wellicht niet wetenschappelijk onderbouwd is, moet de "procedure voor het verlenen van een vergunning" worden toegepast, met tussenkomst van de Commissie en via de comitologieprocedure.
Amendement 39
Artikel 19, lid 2, letter c)
c) de toegezonden gezondheidsclaims en de daarvoor geldende voorwaarden overeenkomstig artikel 13, lid 3, artikel 14, lid 2, artikel 18, lid 2, artikel 20, artikel 23, lid 2, en artikel 27, lid 6, alsmede de in artikel 22, lid 3, bedoelde nationale maatregelen; |
c) de toegezonden gezondheidsclaims en de daarvoor geldende voorwaarden overeenkomstig artikel 13, lid 3, artikel 14, lid 2, artikel 18, lid 2, artikel 23, lid 2, en artikel 27, lid 6, de geregistreerde gezondheidsclaims bedoeld in artikel 17 bis en de voorwaarden bedoeld in artikel 20, alsmede de in artikel 22, lid 3, bedoelde nationale maatregelen; |
Motivering
Het belangrijkste doel van dit amendement is een snellere procedure (slechts 6 maanden) waarbij alle tijd wordt gereserveerd voor de wetenschappelijke beoordeling door EFSA. Dat is de enige waarborg voor de consument dat het bekorten van de periode niet ten koste van de kwaliteit van de beoordeling zal gaan. Indien EFSA van mening is dat de claim wellicht niet wetenschappelijk onderbouwd is, moet de "procedure voor het verlenen van een vergunning" worden toegepast, met tussenkomst van de Commissie en via de comitologieprocedure.
Amendement 40 Artikel 19 bis (nieuw) | |
|
Artikel 19 bis |
|
Intellectuele-eigendomsrechten |
|
De aanmelding, registratie en publicatie van een claim mogen geen afbreuk doen aan eventuele intellectuele-eigendomsrechten waarop de aanmelder aanspraak kan maken met betrekking tot de claim zelf of tot in het dossier vervatte wetenschappelijke gegevens of informatie. De rechten zullen worden beschermd overeenkomstig het Gemeenschapsrecht of nationale bepalingen die stroken met het Gemeenschapsrecht. |
(Wederopneming amendement 70, eerste lezing) | |
Amendement 41 Artikel 20, lid 1, inleidende formule | |
1. De wetenschappelijke gegevens en de andere informatie die de aanvraag overeenkomstig artikel 15, lid 2, dient te bevatten, mogen gedurende zeven jaar vanaf de datum van afgifte van de vergunning niet ten behoeve van latere aanvragers worden gebruikt - tenzij de latere aanvrager met de eerdere aanvrager is overeengekomen dat die gegevens en informatie wel mogen worden gebruikt - indien: |
1. De wetenschappelijke gegevens en de andere informatie die de aanvraag overeenkomstig artikel 15, lid 2, dient te bevatten, mogen gedurende vier jaar vanaf de datum van afgifte van de vergunning niet ten behoeve van latere aanvragers worden gebruikt - tenzij de latere aanvrager met de eerdere aanvrager is overeengekomen dat die gegevens en informatie wel mogen worden gebruikt - indien: |
Motivering | |
KMO's hebben meestal geen middelen om wetenschappelijk onderzoek te laten doen voor een eigen claim. Hun enige mogelijkheid om gebruik te maken van claims is de claims te gebruiken die zijn opgenomen in de lijst van artikel 13, die kosteloos kan worden gebruikt zonder dat sprake is van enige vergunnings- of registratieprocedure. Om KMO's de mogelijkheid te bieden dit type claims te gebruiken, moet de tijdsduur van de gegevensbescherming worden bekort. Opgemerkt dient te worden dat in eerste lezing het EP heeft vastgesteld dat gegevensbescherming slechts 3 jaar behoefde te duren. | |
Amendement 42 Artikel 20, lid 2 | |
2. Tot het eind van de in lid 1 bedoelde periode van zeven jaar hebben latere aanvragers niet het recht om te verwijzen naar gegevens waarvan een eerdere aanvrager heeft aangegeven dat zij door eigendomsrechten zijn beschermd, behalve indien de Commissie besluit dat een claim kon of had kunnen worden opgenomen in de in artikel 14, dan wel indien van toepassing, de in artikel 13 bedoelde lijst, zonder dat de desbetreffende gegevens waren verstrekt. |
2. Tot het eind van de in lid 1 bedoelde periode van vier jaar hebben latere aanvragers niet het recht om te verwijzen naar gegevens waarvan een eerdere aanvrager heeft aangegeven dat zij door eigendomsrechten zijn beschermd, behalve indien de Commissie besluit dat een claim kon of had kunnen worden opgenomen in de in artikel 14, dan wel indien van toepassing, de in artikel 13 bedoelde lijst, zonder dat de desbetreffende gegevens waren verstrekt. |
Amendement 43 Artikel 26 | |
Uiterlijk op …* legt de Commissie aan het Europees Parlement en de Raad een verslag voor over de toepassing van deze verordening, in het bijzonder over de ontwikkeling van de markt voor levensmiddelen waarvoor voedings‑ of gezondheidsclaims worden gedaan, en over de wijze waarop de consument de claims begrijpt, samen met een voorstel voor wijzigingen, indien dat nodig is.
|
Uiterlijk op …* legt de Commissie aan het Europees Parlement en de Raad een verslag voor over de toepassing van deze verordening, in het bijzonder over de ontwikkeling van de markt voor levensmiddelen waarvoor voedings‑ of gezondheidsclaims worden gedaan, en over de wijze waarop de consument de claims begrijpt, samen met een voorstel voor wijzigingen, indien dat nodig is. Het verslag dient tevens een evaluatie van de weerslag van deze verordening op de volksgezondheid te omvatten. |
__________ * Laatste dag van de vijfde maand na de datum van de inwerkingtreding van deze verordening, plus 6 jaar.. |
__________ * :Vier jaar na de datum van de inwerkingtreding van deze verordening. |
Motivering | |
Door het tijdstip van de evaluatie te vervroegen kunnen eventuele conflicten tussen de verordening en de toonaangevende wettelijke voorschriften inzake handelsmerken te onderkennen en op te lossen. Het amendement stemt overeen met amendement 71 van de eerste lezing. | |
Amendement 44 Artikel 27, lid 1 | |
1. Vóór de toepassingsdatum van deze verordening in de handel gebrachte of geëtiketteerde levensmiddelen die niet aan deze verordening voldoen, kunnen tot de houdbaarheidsdatum, doch uiterlijk tot en met …** in de handel worden gebracht. Met betrekking tot het bepaalde in artikel 4, lid 1, mogen levensmiddelen niet later dan twaalf maanden na de vaststelling van de desbetreffende voedingsprofielen en hun gebruiksvoorwaarden in de handel worden gebracht. _________ ** Laatste dag van de achttiende maand na de inwerkingtreding van deze verordening. |
1. Vóór de toepassingsdatum van deze verordening in de handel gebrachte of geëtiketteerde levensmiddelen die niet aan deze verordening voldoen, kunnen tot de houdbaarheidsdatum in de handel worden gebracht. Met betrekking tot het bepaalde in artikel 4, lid 1, mogen levensmiddelen niet later dan vierentwintig maanden na de vaststelling van de desbetreffende voedingsprofielen en hun gebruiksvoorwaarden in de handel worden gebracht.
|
Motivering | |
De bedrijven moeten voldoende tijd krijgen om aan de vereisten van de verordening te voldoen. Claims die niet aan deze verordening voldoen, mogen tot de houdbaarheidsdatum van het product op de markt blijven. | |
Amendement 45 Artikel 27, lid 2 | |
2. Producten voorzien van handelsmerken of merknamen die bestonden vóór 1 januari 2005 en die niet aan deze verordening voldoen, mogen blijvend in de handel worden gebracht tot en met …*; daarna gelden de bepalingen van deze verordening. ___________ * Datum van inwerkingtreding van de verordening plus tien jaar. |
schrappen |
Motivering | |
Zie amendement op artikel 1, lid 3. | |
Amendement 46 Artikel 27, lid 3 | |
3. Niet in de bijlage opgenomen voedingsclaims die voor 1 januari 2005 in een lidstaat werden gebruikt overeenkomstig nationale bepalingen die daarop van toepassing waren, mogen tot … **onder de verantwoordelijkheid van de exploitanten van levensmiddelenbedrijven worden gemaakt, onverminderd de aanneming van de in artikel 23 bedoelde vrijwaringsmaatregelen. __________ ** Twee jaar na de datum van inwerkingtreding van deze verordening. |
3. Niet in de bijlage opgenomen voedingsclaims die voor 1 januari 2005 in een lidstaat werden gebruikt overeenkomstig nationale bepalingen die daarop van toepassing waren, mogen gedurende een periode van niet meer dan drie jaar na de in artikel 28 bepaalde datum van inwerkingtreding, onder de verantwoordelijkheid van de exploitanten van levensmiddelenbedrijven worden gemaakt, onverminderd de aanneming van de in artikel 23 bedoelde vrijwaringsmaatregelen.. |
- [1] Aangenomen teksten van 26.5.2005, P6_TA(2005)0201.
- [2] Nog niet in het PB gepubliceerd.
TOELICHTING
1. Samenvatting
In juli 2003 diende de Commissie een voorstel voor een verordening van het Parlement en de Raad in met betrekking tot voedings- en gezondheidsclaims voor levensmiddelen (COM(2003)0424 - C5-0329/2003 - 2003/0165 (COD)). Het Europees Parlement keurde de eerste lezing van het voorstel goed op 26 mei 2005 en de Raad stelde op 8 en 9 december 2005 zijn gemeenschappelijk standpunt vast.
In eerste lezing heeft het Parlement een groot aantal amendementen goedgekeurd waarin maatregelen werden voorgesteld om zowel voor de consumenten als voor de marktdeelnemers de uitvoering van de verordening te vergemakkelijken.
In de eerste plaats is gewezen op het belang van een goed leesbare etikettering. Er moet vooral voorzichtigheid worden betracht bij de etikettering van producten voor kinderen. Er is bovendien aangedrongen op maatregelen als voorlichtingscampagnes die erop gericht zijn de consument meer bewust te maken van het belang van een evenwichtig en gevarieerd dieet. Het Parlement heeft in de eerste lezing ook willen wijzen op het belang van de instandhouding van de diversiteit van de nationale gastronomische tradities.
Andere amendementen waren gericht op de ondernemingen uit de voedingssector. Het EP heeft zich uitgesproken voor het ondersteunen van de kleine en middelgrote ondernemingen bij de uitvoering van de verordening en de uitbreiding van de werkingssfeer ervan tot de ingevoerde producten om de concurrentiepositie van het Europese bedrijfsleven veilig te stellen.
Op twee punten kon in eerste lezing echter geen overeenstemming worden bereikt: de voedingsprofielen en de procedure voor het registreren van de claims.
Wat het eerste punt betreft, heeft het Parlement gestemd tegen de reglementering van de voedingsprofielen van levensmiddelen door artikel 4 te verwerpen. Volgens de eerste lezing volstaat het, om een claim te doen ten aanzien van de vervaardiging van een levensmiddel, dat uit algemeen geaccepteerde wetenschappelijke bewijzen blijkt dat een bepaalde stof de aangegeven nutritionele of fysiologische effecten heeft en dat de stof in een bepaalde en voor het lichaam nuttige hoeveelheid aanwezig is.
Wat het tweede punt betreft, heeft het Parlement zich uitgesproken voor een kennisgevingsprocedure in plaats van een goedkeuringsprocedure, waardoor de kosten voor de bedrijven kunnen worden gedrukt.
2. Commentaar op het gemeenschappelijk standpunt
Het gemeenschappelijk standpunt van de Raad heeft het voorstel van de Commissie in grove lijnen overgenomen en er een aantal wijzigingen in aangebracht die als doel hebben de correcte informatie van de consument te waarborgen.
Artikel 4 neemt grosso modo het voorstel van de Commissie over. Er wordt gewezen op de noodzaak om voedingsprofielen vast te stellen en daarbij rekening te houden met de verschillende belanghebbende partijen en met name de diverse groepen consumenten, zoals risicogroepen en kinderen.
Wat de procedure betreft, moeten de producenten zich normaal gesproken aan een vergunningsprocedure onderwerpen. Er zijn wel enkele "toegelaten" claims, die zijn vermeld in een lijst van de Commissie (volgens de procedure van artikel 13) en die kunnen worden gebruikt zonder dat enige procedure moet worden gevolgd.
3. Conclusies
De verordening zou het mogelijk moeten maken de vereisten inzake de bescherming van de gezondheid en de correcte informatie van de consument te verenigen met de eis van de sector om niet te worden blootgesteld aan te hoge lasten.
Zoals eerder gezegd wijkt het gemeenschappelijk standpunt van de Raad bijzonder weinig af van onze voorstellen van de eerste lezing. De tweede lezing heeft als hoofddoel een zo breed mogelijke politieke overeenstemming te bereiken tussen de fracties maar ook tussen de Europese instellingen.
Het is niet de bedoeling van de rapporteur ingrijpende amendementen op het gemeenschappelijk standpunt in te dienen, toch moet mijns inziens geprobeerd worden zo spoedig mogelijk een akkoord te bereiken over de volgende twee cruciale punten: de voedingsprofielen en de "vergunnings/kennisgevingsprocedure".
Tot slot hecht de rapporteur veel belang aan de in eerste lezing verworpen amendementen met betrekking tot kinderen, de kleine en middelgrote ondernemingen, de intellectuele-eigendomsrechten; het niet van toepassing zijn van de richtlijn op in bulk verkochte producten, enz.
PROCEDURE
Titel |
Gemeenschappelijk standpunt, door de Raad vastgesteld met het oog op de aanneming van de verordening van het Europees Parlement en de Raad inzake voedings- en gezondheidsclaims voor levensmiddelen | ||||||
Document- en procedurenummers |
9858/3/2005 – C6‑0018/2006 – 2003/0165(COD) | ||||||
Datum eerste lezing EP – P-nummer |
26.5.2005 |
||||||
Voorstel van de Commissie |
COM(2003)0424 – C5-0329/2003 | ||||||
Gewijzigd voorstel van de Commissie |
| ||||||
Datum bekendmaking ontvangst gemeenschappelijk standpunt |
19.1.2006 | ||||||
Commissie ten principale |
ENVI | ||||||
Rapporteur(s) |
Adriana Poli Bortone | ||||||
Vervangen rapporteur(s) |
| ||||||
Behandeling in de commissie |
30.1.2006 |
21.3.2006 |
|
|
| ||
Datum goedkeuring |
21.3.2006 | ||||||
Uitslag eindstemming |
+: -: 0: |
45 9 6 | |||||
Bij de eindstemming aanwezige leden |
Adamos Adamou, Liam Aylward, Johannes Blokland, John Bowis, Frederika Brepoels, Hiltrud Breyer, Martin Callanan, Dorette Corbey, Chris Davies, Avril Doyle, Mojca Drčar Murko, Edite Estrela, Jillian Evans, Anne Ferreira, Karl-Heinz Florenz, Matthias Groote, Françoise Grossetête, Satu Hassi, Gyula Hegyi, Mary Honeyball, Marie Anne Isler Béguin, Caroline Jackson, Eija-Riitta Korhola, Holger Krahmer, Urszula Krupa, Aldis Kušķis, Peter Liese, Jules Maaten, Linda McAvan, Marios Matsakis, Roberto Musacchio, Riitta Myller, Péter Olajos, Miroslav Ouzký, Adriana Poli Bortone, Vittorio Prodi, Frédérique Ries, Dagmar Roth-Behrendt, Guido Sacconi, Karin Scheele, Carl Schlyter, Horst Schnellhardt, Richard Seeber, Kathy Sinnott, Bogusław Sonik, María Sornosa Martínez, Antonios Trakatellis, Evangelia Tzampazi, Thomas Ulmer, Marcello Vernola, Åsa Westlund | ||||||
Bij de eindstemming aanwezige vaste plaatsvervanger(s) |
Alfonso Andria, María del Pilar Ayuso González, Bairbre de Brún, Miroslav Mikolášik, Ria Oomen-Ruijten, Amalia Sartori, Renate Sommer, Andres Tarand, Thomas Wise | ||||||
Bij de eindstemming aanwezige plaatsvervanger(s) (art. 178, lid 2) |
Roberta Angelilli | ||||||
Datum indiening |
29.3.2006 | ||||||
Opmerkingen (slechts in één taal beschikbaar) |
... | ||||||