VERSLAG over het voorstel voor een beschikking van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging van Beschikking nr. 896/2006/EG tot instelling van een vereenvoudigde regeling voor de controle van personen aan de buitengrenzen, gebaseerd op de eenzijdige erkenning door de lidstaten, met het oog op doorreis over hun grondgebied, van bepaalde door Zwitserland en Liechtenstein afgegeven verblijfstitels
20.12.2007 - (COM(2007)0508 – C6-0280/2007 – 2007/0186(COD)) - ***I
Commissie burgerlijke vrijheden, justitie en binnenlandse zaken
Rapporteur: Panayiotis Demetriou
ONTWERPWETGEVINGSRESOLUTIE VAN HET EUROPEES PARLEMENT
over het voorstel voor een beschikking van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging van Beschikking nr. 896/2006/EG tot instelling van een vereenvoudigde regeling voor de controle van personen aan de buitengrenzen, gebaseerd op de eenzijdige erkenning door de lidstaten, met het oog op doorreis over hun grondgebied, van bepaalde door Zwitserland en Liechtenstein afgegeven verblijfstitels
(COM(2007)0508 – C6‑0280/2007 – 2007/0186(COD))
(Medebeslissingsprocedure: eerste lezing)
Het Europees Parlement,
– gezien het voorstel van de Commissie aan het Europees Parlement en de Raad (COM(2007)0508),
– gelet op artikel 251, lid 2 en artikel 62, lid 2, onder a) van het EGVerdrag, op grond waarvan het voorstel door de Commissie bij het Parlement is ingediend (C6‑0280/2007),
– gelet op artikel 51 van zijn Reglement,
– gezien het verslag van de Commissie burgerlijke vrijheden, justitie en binnenlandse zaken (A6‑0509/2007),
1. hecht zijn goedkeuring aan het Commissievoorstel, als geamendeerd door het Parlement;
2. verzoekt om hernieuwde voorlegging indien de Commissie voornemens is ingrijpende wijzigingen in dit voorstel aan te brengen of dit door een nieuwe tekst te vervangen;
3. verzoekt zijn Voorzitter het standpunt van het Parlement te doen toekomen aan de Raad en de Commissie.
Door de Commissie voorgestelde tekst | Amendementen van het Parlement |
Amendement 1 OVERWEGING 9 | |
(9) Daar de doelstelling van het overwogen optreden rechtstreeks op het communautaire "acquis" inzake visa betrekking heeft en niet voldoende door de lidstaten kan worden verwezenlijkt, en derhalve wegens de omvang of de gevolgen van het optreden beter door de Gemeenschap kan worden verwezenlijkt, kan de Gemeenschap, overeenkomstig het in artikel 5 van het Verdrag neergelegde subsidiariteitsbeginsel, maatregelen nemen. Overeenkomstig het in hetzelfde artikel neergelegde evenredigheidsbeginsel gaat deze beschikking niet verder dan wat nodig is om deze doelstelling te verwezenlijken. |
(9) Daar de doelstelling van het overwogen optreden rechtstreeks op het communautaire "acquis" inzake buitengrenzen betrekking heeft en niet voldoende door de lidstaten kan worden verwezenlijkt, en derhalve wegens de omvang of de gevolgen van het optreden beter door de Gemeenschap kan worden verwezenlijkt, kan de Gemeenschap, overeenkomstig het in artikel 5 van het Verdrag neergelegde subsidiariteitsbeginsel, maatregelen nemen. Overeenkomstig het in hetzelfde artikel neergelegde evenredigheidsbeginsel gaat deze beschikking niet verder dan wat nodig is om deze doelstelling te verwezenlijken. |
Motivering | |
Deze beschikking heeft betrekking op de Gemeenschapswetgeving inzake buitengrenzen en niet inzake visa, zoals blijkt uit de titel ("de controle van personen aan de buitengrenzen"). | |
Amendement 2 OVERWEGING 9 BIS (nieuw) | |
|
(9 bis) Wat IJsland en Noorwegen betreft, houdt deze beschikking een ontwikkeling in van de bepalingen van de Schengenwetgeving, in de zin van de overeenkomst die door de Raad van de Europese Unie en de Republiek IJsland en het Koninkrijk Noorwegen is gesloten inzake de wijze waarop IJsland en Noorwegen worden betrokken bij de uitvoering, de toepassing en de ontwikkeling van de Schengenwetgeving, en die dus behoren tot het gebied dat is bedoeld in artikel 1, punt A, van Besluit 1999/437/EG1 van de Raad inzake bepaalde toepassingsbepalingen van die overeenkomst. _______________ |
Motivering | |
Dit technisch amendement beoogt de overwegingen van deze verordening in overeenstemming te brengen met die van de oorspronkelijke beschikking (Beschikking nr. 896/2006/EG - overweging 11). | |
Amendement 3 OVERWEGING 10 | |
(10) Overeenkomstig de artikelen 1 en 2 van het aan het Verdrag betreffende de Europese Unie en het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap gehechte Protocol betreffende de positie van het Verenigd Koninkrijk en Ierland, nemen deze lidstaten geen deel aan de aanneming van deze beschikking. |
schrappen |
Motivering | |
Zie de nieuwe overwegingen 11 bis en 11 ter. | |
Amendement 4 OVERWEGING 11 | |
(11) Overeenkomstig de artikelen 1 en 2 van het aan het Verdrag betreffende de Europese Unie en het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap gehechte Protocol betreffende de positie van Denemarken, neemt Denemarken geen deel aan de aanneming van deze beschikking; deze beschikking is bijgevolg niet bindend voor, noch van toepassing op Denemarken. |
(11) Overeenkomstig de artikelen 1 en 2 van het aan het Verdrag betreffende de Europese Unie en het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap gehechte Protocol betreffende de positie van Denemarken, neemt Denemarken geen deel aan de aanneming van deze beschikking; deze beschikking is bijgevolg niet bindend voor, noch van toepassing op Denemarken. Aangezien deze beschikking echter voortbouwt op de Schengenwetgeving overeenkomstig de bepalingen van het derde deel, onder titel IV, van het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, beslist Denemarken overeenkomstig artikel 5 van het genoemde protocol binnen een termijn van zes maanden nadat de Raad deze beschikking heeft vastgesteld, of het deze in zijn nationale wetgeving zal omzetten. |
Motivering | |
Dit technisch amendement beoogt de overwegingen van deze verordening in overeenstemming te brengen met die van de oorspronkelijke beschikking (Beschikking nr. 896/2006/EG - overweging 12). | |
Amendement 5 OVERWEGING 11 BIS (nieuw) | |
|
(11 bis) Deze beschikking vormt een ontwikkeling van de bepalingen van de Schengenwetgeving waaraan het Verenigd Koninkrijk overeenkomstig Besluit 2000/365/EG van de Raad van 29 mei 2000 betreffende het verzoek van het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland deel te mogen nemen aan enkele van de bepalingen van de Schengenwetgeving1 niet deelneemt. Het Verenigd Koninkrijk neemt derhalve niet deel aan de aanneming van deze beschikking en deze is niet bindend voor, noch van toepassing in deze lidstaat. ____________ |
Motivering | |
Dit technisch amendement beoogt de overwegingen van deze verordening in overeenstemming te brengen met die van de oorspronkelijke beschikking (Beschikking nr. 896/2006/EG - overweging 13). | |
Amendement 6 OVERWEGING 11 TER (nieuw) | |
|
(11 ter) Deze beschikking vormt een ontwikkeling van de bepalingen van de Schengenwetgeving waaraan Ierland overeenkomstig Besluit 2002/192/EG van de Raad van 28 februari 2002 betreffende het verzoek van Ierland deel te mogen nemen aan bepalingen van de Schengenwetgeving2 niet deelneemt. Ierland neemt derhalve niet deel aan de aanneming van deze verordening en deze is niet bindend voor, noch van toepassing op deze lidstaat. _______________ |
Motivering | |
Dit technisch amendement beoogt de overwegingen van deze verordening in overeenstemming te brengen met die van de oorspronkelijke beschikking (Beschikking nr. 896/2006/EG - overweging 14). | |
Amendement 7 ARTIKEL 4 | |
Deze beschikking is gericht tot Bulgarije en Roemenië. |
Deze beschikking is gericht tot de lidstaten overeenkomstig het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap. |
Motivering | |
Dit technisch amendement beoogt artikel 4 van deze beschikking in overeenstemming te brengen met artikel 6 van de oorspronkelijke beschikking (nr. 896/2006/EG). Daar onderhavig voorstel aanpassing van de beschikking uit 2006 beoogt, dient zij gericht te zijn tot dezelfde lidstaten als de oorspronkelijke beschikking. |
PROCEDURE
Titel |
Vereenvoudigde regeling voor de controle van personen aan de buitengrenzen van de EU (Zwitserland en Liechtenstein) |
|||||||
Document- en procedurenummers |
COM(2007)0508 - C6-0280/2007 - 2007/0186(COD) |
|||||||
Datum indiening bij EP |
11.9.2007 |
|||||||
Commissie ten principale Datum bekendmaking |
LIBE 24.9.2007 |
|||||||
Medeadviserende commissie(s) Datum bekendmaking |
AFET 24.9.2007 |
|
|
|
||||
Geen advies Datum besluit |
AFET 27.11.2007 |
|
|
|
||||
Rapporteur(s) Datum benoeming |
Panayiotis Demetriou 5.11.2007 |
|
|
|||||
Behandeling in de commissie |
29.11.2007 |
18.12.2007 |
|
|
||||
Datum goedkeuring |
18.12.2007 |
|
|
|
||||
Uitslag eindstemming |
+: –: 0: |
44 0 0 |
||||||
Bij de eindstemming aanwezige leden |
Alexander Alvaro, Roberta Angelilli, Mihael Brejc, Kathalijne Maria Buitenweg, Michael Cashman, Giuseppe Castiglione, Giusto Catania, Jean-Marie Cavada, Carlos Coelho, Panayiotis Demetriou, Gérard Deprez, Agustín Díaz de Mera García Consuegra, Bárbara Dührkop Dührkop, Claudio Fava, Armando França, Urszula Gacek, Kinga Gál, Roland Gewalt, Ewa Klamt, Henrik Lax, Roselyne Lefrançois, Sarah Ludford, Viktória Mohácsi, Claude Moraes, Javier Moreno Sánchez, Rareş-Lucian Niculescu, Martine Roure, Luciana Sbarbati, Inger Segelström, Csaba Sógor, Søren Bo Søndergaard, Vladimir Urutchev, Ioannis Varvitsiotis, Renate Weber, Manfred Weber, Tatjana Ždanoka |
|||||||
Bij de eindstemming aanwezige vaste plaatsvervanger(s) |
Edit Bauer, Genowefa Grabowska, Sophia in ‘t Veld, Sylvia-Yvonne Kaufmann, Jean Lambert, Antonio Masip Hidalgo, Bill Newton Dunn, Rainer Wieland |
|||||||
Bij de eindstemming aanwezige plaatsvervanger(s) (art. 178, lid 2) |
Manuel Medina Ortega |
|||||||
Datum indiening |
20.12.2007 |
|||||||