AANBEVELING VOOR DE TWEEDE LEZING betreffende het gemeenschappelijk standpunt, door de Raad vastgesteld met het oog op de aanneming van de richtlijn van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging van Richtlijn 2003/87/EG teneinde ook luchtvaartactiviteiten op te nemen in de regeling voor de handel in broeikasgasemissierechten binnen de Gemeenschap
4.6.2008 - (05058/2008 – C6‑0177/2008 – 2006/0304(COD)) - ***II
Commissie milieubeheer, volksgezondheid en voedselveiligheid
Rapporteur: Peter Liese
ONTWERPWETGEVINGSRESOLUTIE VAN HET EUROPEES PARLEMENT
over het gemeenschappelijk standpunt, door de Raad vastgesteld met het oog op de aanneming van de richtlijn van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging van Richtlijn 2003/87/EG teneinde ook luchtvaartactiviteiten op te nemen in de regeling voor de handel in broeikasgasemissierechten binnen de Gemeenschap
(05058/2008 – C6‑0177/2008 – 2006/0304(COD))
(Medebeslissingsprocedure: tweede lezing)
Het Europees Parlement,
– gezien het gemeenschappelijk standpunt van de Raad (05058/2008 – C6‑0177/2008),
– gezien zijn in eerste lezing geformuleerde standpunt[1] inzake het voorstel van de Commissie aan het Europees Parlement en de Raad (COM(2006)0818),
– gelet op artikel 251, lid 2 van het EG-Verdrag,
– gelet op artikel 62 van zijn Reglement,
– gezien de aanbeveling voor de tweede lezing van de Commissie milieubeheer, volksgezondheid en voedselveiligheid (A6‑0220/2008),
1. hecht zijn goedkeuring aan het gemeenschappelijk standpunt, als geamendeerd door het Parlement;
2. verzoekt zijn Voorzitter het standpunt van het Parlement te doen toekomen aan de Raad en de Commissie.
Amendement 1 Gemeenschappelijk standpunt van de Raad – wijzigingsbesluit Overweging 5 bis (nieuw) | |||||||||||||||||||||||||
Gemeenschappelijk standpunt van de Raad |
Amendement | ||||||||||||||||||||||||
|
(5 bis) In februari 2007 heeft het Europees Parlement een resolutie over klimaatverandering aangenomen waarin het verwijst naar de doelstelling om de gemiddelde mondiale temperatuurstijging te beperken tot maximum 2°C boven het pre-industriële niveau en waarin het de EU ertoe aanspoort haar leidende rol tijdens de onderhandelingen met het oog op de instelling van een internationaal kader inzake klimaatverandering na 2012 te behouden en de doelen tijdens toekomstig overleg met haar internationale partners hoog te blijven stellen, alsmede onderstreept dat het noodzakelijk is dat alle geïndustrialiseerde landen voor 2020 een algehele vermindering met 30% van de emissies verwezenlijken ten opzichte van de niveaus van 1990 om in 2050 een vermindering in de orde van 60 tot 80% te bereiken; | ||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||
Het standpunt van het Europees Parlement inzake klimaatverandering zou in de overwegingen van de richtlijn tot uiting moeten komen. | |||||||||||||||||||||||||
Amendement 2 Gemeenschappelijk standpunt van de Raad – wijzigingsbesluit Overweging 10 bis (nieuw) | |||||||||||||||||||||||||
Gemeenschappelijk standpunt van de Raad |
Amendement | ||||||||||||||||||||||||
|
(10 bis) Ter ondersteuning van de emissiereductie door vliegtuigen dient de Commissie voor 2009 een haalbaarheidsstudie uit te voeren naar de mogelijkheid om emissienormen voor vliegtuigmotoren vast te stellen. | ||||||||||||||||||||||||
(am 2 aangenomen in eerste lezing) | |||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||
Door het Parlement in eerste lezing aangenomen amendement (am 2). | |||||||||||||||||||||||||
Amendement 3 Gemeenschappelijk standpunt van de Raad – wijzigingsbesluit Overweging 11 bis (nieuw) | |||||||||||||||||||||||||
Gemeenschappelijk standpunt van de Raad |
Amendement | ||||||||||||||||||||||||
|
(11 bis) Naast de economische instrumenten ligt er een aanzienlijk potentieel voor de vermindering van de emissies in technologische en operationele verbeteringen, die nu sterker dan in het verleden dienen te worden ontwikkeld. | ||||||||||||||||||||||||
(am 3 aangenomen in eerste lezing) | |||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||
Door het Parlement in eerste lezing aangenomen amendement (am 3). | |||||||||||||||||||||||||
Amendement 4 Gemeenschappelijk standpunt van de Raad – wijzigingsbesluit Overweging 11 ter (nieuw) | |||||||||||||||||||||||||
Gemeenschappelijk standpunt van de Raad |
Amendement | ||||||||||||||||||||||||
|
(11 ter) Door een efficiënter luchtverkeersbeheer kan het brandstofverbruik met wel 12% worden verlaagd en kan zo een bijdrage worden geleverd aan de vermindering van de CO2-emissies. Het gemeenschappelijke Europese luchtruim en de Single European SkyATM ("SESAR")-projecten zouden daarom zo spoedig en doelmatig mogelijk concreet gestalte moeten krijgen. Vooral lidstaten en de Gemeenschap dienen - in nauwe samenwerking met de betrokken gebruikers van het luchtruim - een rol te vervullen bij de spoedige en definitieve instelling van functionele luchtruimblokken, alsook bij de totstandbrenging van flexibel geconcipieerde luchtruimblokken en een flexibel gebruik van het luchtruim. In dit verband moet steun worden verleend aan het Atlantic Interoperability Initiative to Reduce Emissions ("AIRE"), waarover een akkoord is bereikt tussen de EU en de Amerikaanse Federale Luchtvaartautoriteit. | ||||||||||||||||||||||||
(am 4 aangenomen in eerste lezing) | |||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||
Door het Parlement in eerste lezing aangenomen amendement (am 4). | |||||||||||||||||||||||||
Amendement 5 Gemeenschappelijk standpunt van de Raad – wijzigingsbesluit Overweging 11 quater (nieuw) | |||||||||||||||||||||||||
Gemeenschappelijk standpunt van de Raad |
Amendement | ||||||||||||||||||||||||
|
(11 quater) Onderzoek, ontwikkeling en techniek openen de mogelijkheid van innovatie en de verwezenlijking van verdere beperkingen van de uitstoot door de luchtvaart. De producenten van vliegtuigen en van brandstoffen wordt verzocht in hun eigen sector te zoeken naar wijzigingen die de gevolgen van het luchtverkeer voor het klimaat eveneens aanzienlijk kunnen beperken, en deze toe te passen. De Gemeenschap moet het in het zevende kaderprogramma voor onderzoek (KP7) op gang gebrachte gezamenlijke technologie-initiatief (JTI) "Clean Sky" blijven steunen dat erop gericht is de gevolgen van de luchtvaart voor het milieu ingrijpend te beperken. De Gemeenschap moet krachtige steun blijven verlenen aan de activiteiten van de Adviesraad voor luchtvaartonderzoek in Europa (ACARE) en meer in het bijzonder aan de strategische onderzoeksagenda van de ACARE, die voor 2020 voorziet in doelen voor de beperking van de emissie van koolstofdioxide in de luchtvervoerssector met 50% per passagierskilometer en in een vermindering van de stikstofoxide-uitstoot met 80%. | ||||||||||||||||||||||||
(am 5 aangenomen in eerste lezing) | |||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||
Door het Parlement in eerste lezing aangenomen amendement (am 5). | |||||||||||||||||||||||||
Amendement 6 Gemeenschappelijk standpunt van de Raad – wijzigingsbesluit Overweging 11 quinquies (nieuw) | |||||||||||||||||||||||||
Gemeenschappelijk standpunt van de Raad |
Amendement | ||||||||||||||||||||||||
|
(11 quinquies) Van subsidies aan luchtvaartterreinen gaan in sommige gevallen verkeerde prikkels uit voor wat betreft de uitstoot van broeikasgassen. Daarom moet de Commissie het bestaande mededingingsrecht volledig eerbiedigen. | ||||||||||||||||||||||||
(amendement 6 in eerste lezing aangenomen) | |||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||
Door het Parlement in eerste lezing aangenomen amendement (am 6). Dit amendement was een compromis ter vervanging van een ambitieuzer amendement van de rapporteur. | |||||||||||||||||||||||||
Amendement 7 Gemeenschappelijk standpunt van de Raad – wijzigingsbesluit Overweging 13 bis (nieuw) | |||||||||||||||||||||||||
Gemeenschappelijk standpunt van de Raad |
Amendement | ||||||||||||||||||||||||
|
(13 bis) Er moet worden gezorgd voor gelijke concurrentievoorwaarden voor luchtvaartterreinen en luchtvaartmaatschappijen. Derhalve moeten zowel internationale vluchten van en naar de EU als vluchten binnen de EU van meet af aan in de communautaire regeling worden opgenomen. | ||||||||||||||||||||||||
(amendement 8 in eerste lezing aangenomen) | |||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||
Door het Parlement in eerste lezing aangenomen amendement (am 8). Het idee van dezelfde startdatum voor interne vluchten en intercontinentale vluchten zou moeten worden onderstreept, omdat dit een belangrijke prioriteit voor Parlement en Raad is. | |||||||||||||||||||||||||
Amendement 8 Gemeenschappelijk standpunt van de Raad – wijzigingsbesluit Overweging 14 | |||||||||||||||||||||||||
Gemeenschappelijk standpunt van de Raad |
Amendement | ||||||||||||||||||||||||
(14) Met ingang van 2012 moeten de emissies worden opgenomen van alle vluchten die aankomen op en vertrekken van luchtvaartterreinen in de Gemeenschap. De Gemeenschapsregeling kan daarbij als blauwdruk dienen voor het gebruik van de emissiehandel op mondiaal niveau. Indien een derde land maatregelen vaststelt om het klimaatveranderingseffect van vluchten naar de Gemeenschap te verminderen, bekijkt de Commissie na overleg met dat land welke mogelijkheden er zijn om in een optimale interactie tussen de Gemeenschapsregeling en de maatregelen van dat land te voorzien. |
(14) Met ingang van 2011 moeten de emissies worden opgenomen van alle vluchten die aankomen op en vertrekken van luchtvaartterreinen in de Gemeenschap. Klimaatverandering is een wereldwijd fenomeen waarvoor wereldwijde oplossingen moeten worden gevonden. De Gemeenschap beschouwt deze richtlijn als een belangrijke eerste stap. Partijen van buiten de EU worden uitgenodigd om met hun ideeën aan het debat deel te nemen teneinde dit beleidsinstrument verder te ontwikkelen. Om deze derden gehoor te verschaffen, dient de Commissie zowel voor als tijdens de uitvoering van deze richtlijn permanent contact met hen te onderhouden. Een eerste stap op weg naar een algemene overeenkomst zou worden gevormd door één of meer bilaterale overeenkomsten met één of meer partijen. Indien de EU met een derde een gezamenlijke regeling overeenkomt die ten minste dezelfde positieve gevolgen voor het milieu heeft als deze richtlijn, kan de Commissie wijziging van deze richtlijn voorstellen. De Commissie kan in ieder geval voorstellen dat inkomende vluchten uit een derde land niet onder de regeling vallen, als dat land over een regeling beschikt die ten minste hetzelfde milieuvoordeel oplevert als deze richtlijn. | ||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||
Door het Parlement in eerste lezing aangenomen amendement (am 64, 71 en 9). Het zou veel duidelijker moeten worden gesteld dan in het gemeenschappelijk standpunt het geval is dat Europa niet wil aandringen op een specifieke regeling, maar op de oplossing van het probleem. Uit de ontwikkeling in de Verenigde Staten (wet Lieberman-Warner) en de verklaringen van alle presidentskandidaten blijkt dat een bilaterale overeenkomst tussen de EU en de VS een reële optie is. | |||||||||||||||||||||||||
Amendement 9 Gemeenschappelijk standpunt van de Raad – wijzigingsbesluit Overweging 16 | |||||||||||||||||||||||||
Gemeenschappelijk standpunt van de Raad |
Amendement | ||||||||||||||||||||||||
(16) De luchtvaart beïnvloedt het klimaat op aarde via de uitstoot van kooldioxide, stikstofoxiden, waterdamp en sulfaat- en roetdeeltjes. De Intergouvernementele Werkgroep inzake klimaatverandering (IPCC) heeft geschat dat het totale klimaateffect van de luchtvaart momenteel twee tot vier maal groter is dan het loutere effect van haar kooldioxide-uitstoot in het verleden. Recent EU-onderzoek wijst uit dat het totale effect van de luchtvaart ongeveer tweemaal zo groot zou kunnen zijn als het effect van kooldioxide alleen. In geen van deze gevallen wordt rekening gehouden met de zeer onzekere effecten van cirruswolken. In overeenstemming met artikel 174, lid 2, van het Verdrag moet het milieubeleid van de Gemeenschap berusten op het voorzorgsbeginsel. In afwachting van de wetenschappelijke vooruitgang moeten alle gevolgen van de luchtvaart zo veel mogelijk worden aangepakt. De uitstoot van stikstofoxiden zal aan de orde komen in andere wetgeving die door de Commissie in 2008 moet worden voorgesteld. |
(16) De luchtvaart beïnvloedt het klimaat op aarde via de uitstoot van kooldioxide, stikstofoxiden, waterdamp en sulfaat- en roetdeeltjes. De Intergouvernementele Werkgroep inzake klimaatverandering (IPCC) heeft geschat dat het totale klimaateffect van de luchtvaart momenteel twee tot vier maal groter is dan het loutere effect van haar kooldioxide-uitstoot in het verleden. Recent EU-onderzoek wijst uit dat het totale effect van de luchtvaart ongeveer tweemaal zo groot zou kunnen zijn als het effect van kooldioxide alleen. In geen van deze gevallen wordt rekening gehouden met de zeer onzekere effecten van cirruswolken. In overeenstemming met artikel 174, lid 2, van het Verdrag moet het milieubeleid van de Gemeenschap berusten op het voorzorgsbeginsel en daarom moeten alle gevolgen van de luchtvaart zo veel mogelijk worden aangepakt. De met het luchtverkeersbeheer belaste autoriteiten dienen doeltreffende maatregelen uit te voeren om de vorming van condensatiestrepen en cirruswolken te voorkomen door middel van wijzigingen in de vluchtpatronen, met name door te voorkomen dat vluchten door gebieden gaan waar als gevolg van de specifieke atmosferische omstandigheden de vorming van zulke wolken waarschijnlijk is. Verder dienen zij onderzoek naar de vorming van condensatiestrepen en cirruswolken krachtig te bevorderen en doeltreffende maatregelen daartegen te nemen (bijv. in verband met brandstof, motoren en luchtverkeersbeheer) die andere milieudoeleinden niet doorkruisen. In afwachting van andere door de Commissie voor te stellen rechtsinstrumenten vooral om het probleem van de emissie van stikstofoxiden door het luchtverkeer aan te pakken, moet op elke uitgestoten ton CO2 een vermenigvuldigingsfactor worden toepast. | ||||||||||||||||||||||||
(am 10 en 65 aangenomen in eerste lezing) | |||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||
Door het Parlement in eerste lezing aangenomen amendement (am 10 en 65). Het is voor het Europees Parlement een cruciaal punt om alle gevolgen van de luchtvaart voor het klimaat op passende wijze aan te pakken. | |||||||||||||||||||||||||
Amendement 10 Gemeenschappelijk standpunt van de Raad – wijzigingsbesluit Overweging 17 bis (nieuw) | |||||||||||||||||||||||||
Gemeenschappelijk standpunt van de Raad |
Amendement | ||||||||||||||||||||||||
|
(17 bis) Hoewel het voor vliegtuigexploitanten moeilijk is over te schakelen op alternatieve (hernieuwbare) energiebronnen, moet de luchtvaartsector toch een aanzienlijke uitstootvermindering verwezenlijken die aansluit bij het globale reductiestreefcijfer van de EU van 20 tot 30% ten opzichte van het niveau van 1990. Voor elke verbintenisperiode van de Gemeenschapsregeling waarin de luchtvaart moet worden opgenomen, moet, al naar gelang van de referentieperiode die voor de luchtvaart in deze verbintenisperiode wordt gebruikt, het streefcijfer voor de luchtvaart worden vastgesteld op basis van de inspanningen die gemiddeld van alle andere, stationaire bronnen in alle lidstaten worden gevergd. | ||||||||||||||||||||||||
(am 13 aangenomen in eerste lezing) | |||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||
Door het Parlement in eerste lezing aangenomen amendement (am 13). | |||||||||||||||||||||||||
Amendement 11 Gemeenschappelijk standpunt van de Raad – wijzigingsbesluit Overweging 19 | |||||||||||||||||||||||||
Gemeenschappelijk standpunt van de Raad |
Amendement | ||||||||||||||||||||||||
(19) De luchtvaart draagt bij aan het totale effect van menselijke activiteiten op de klimaatverandering, en het milieueffect van broeikasgasemissies door vliegtuigen kan worden getemperd met maatregelen tegen de klimaatverandering in de EU en derde landen, en voor de financiering van onderzoek en ontwikkeling op het vlak van mitigatie en aanpassing. Overeenkomstig het subsidiariteitsbeginsel behoren beslissingen met betrekking tot de overheidsuitgaven tot de bevoegdheid van de lidstaten. Onverminderd dat standpunt zouden de opbrengsten van de veiling van emissierechten, of een gelijkwaardig bedrag indien dwingende begrotingsbeginselen van de lidstaat, zoals eenheid en universaliteit, zulks vereisen, moeten worden gebruikt om broeikasgasemissies te verminderen, de aanpassing aan de effecten van de klimaatverandering in de EU en in derde landen te bevorderen, onderzoek en ontwikkeling op het vlak van mitigatie en aanpassing te financieren en de beheerskosten van de regeling te dekken. Dat kan maatregelen omvatten die milieuvriendelijk vervoer stimuleren. De veilingopbrengsten moeten in het bijzonder worden gebruikt voor het financieren van bijdragen aan het wereldfonds voor energie-efficiency en hernieuwbare energie, alsmede van maatregelen om ontbossing te voorkomen en de aanpassing in ontwikkelingslanden te vergemakkelijken. De bepalingen van deze richtlijn betreffende het gebruik van opbrengsten dienen onverlet te laten dat over het gebruik van opbrengsten van geveilde rechten beslist kan worden in het bredere kader van de algemene evaluatie van Richtlijn 2003/87/EG. |
(19) De luchtvaart draagt bij aan het totale effect van menselijke activiteiten op de klimaatverandering. De opbrengsten van het veilen van emissierechten moet worden gebruikt voor de beperking van broeikasgasemissies en voor de aanpassing aan de invloeden van de klimaatverandering in de EU en derde landen, vooral in ontwikkelingslanden, en voor de financiering van onderzoek en ontwikkeling op het vlak van mitigatie en aanpassing, vooral in de luchtvaart. De veilingopbrengsten moeten in het bijzonder worden gebruikt voor het financieren van bijdragen aan het wereldfonds voor energie-efficiency en hernieuwbare energie, alsmede van maatregelen om ontbossing te voorkomen. Om de lasten voor burgers enigszins te verlichten, moeten de opbrengsten van de veiling van emissierechten ook worden gebruikt voor de verlaging van belastingen en heffingen op klimaatvriendelijke vormen van vervoer, zoals trein en bus. Ze moeten ook worden gebruikt ter dekking van de door de lidstaten gerechtvaardigde kosten in verband met de uitvoering van deze richtlijn. Lidstaten kunnen deze opbrengsten ook gebruiken voor het temperen of zelfs wegwerken van eventuele toegankelijkheids- en concurrentieproblemen die zich voordoen in ultraperifere regio’s en van problemen voor verplichtingen van openbare diensten in verband met de tenuitvoerlegging van deze Richtlijn. De lidstaten dienen de Commissie op de hoogte te stellen van de in dit verband genomen maatregelen. | ||||||||||||||||||||||||
Amendement 12 Gemeenschappelijk standpunt van de Raad – wijzigingsbesluit Overweging 21 | |||||||||||||||||||||||||
Gemeenschappelijk standpunt van de Raad |
Amendement | ||||||||||||||||||||||||
(21) Om de kosteneffectiviteit van de regeling te verhogen, moeten vliegtuigexploitanten de mogelijkheid krijgen om tot op een geharmoniseerd niveau gecertificeerde emissiereducties (CER's) en emissiereductie-eenheden (ERU's) uit projectactiviteiten te gebruiken om te voldoen aan de verplichtingen ingevolge de inlevering van emissierechten. Het gebruik van CER's en ERU's moet stroken met de aanvaardingscriteria voor het gebruik in de in deze richtlijn vervatte handelsregeling. |
(21) Om de kosteneffectiviteit van de regeling te verhogen, moeten vliegtuigexploitanten de mogelijkheid krijgen om tot op een geharmoniseerd niveau emissierechten die zijn uitgegeven voor installaties in andere emissiehandelssectoren, gecertificeerde emissiereducties (CER's) en emissiereductie-eenheden (ERU's) uit projectactiviteiten te gebruiken om te voldoen aan verplichtingen die het inleveren van emissierechten inhouden. Het gebruik van CER's en ERU's moet stroken met de aanvaardingscriteria voor het gebruik in de in deze richtlijn vervatte handelsregeling. | ||||||||||||||||||||||||
(am 15 aangenomen in eerste lezing) | |||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||
Komt overeen met het door het Parlement in eerste lezing aangenomen am 15. | |||||||||||||||||||||||||
Amendement 13 Gemeenschappelijk standpunt van de Raad – wijzigingsbesluit Overweging 21 bis (nieuw) | |||||||||||||||||||||||||
Gemeenschappelijk standpunt van de Raad |
Amendement | ||||||||||||||||||||||||
|
(21 bis) Als gevolg van de huidige regeling inzake de handel in emissierechten staat de energie-intensieve industrie al onder druk door de zeer hoge CO2-prijzen. Het gevaar van een koolstoflek is reëel als er nog een belangrijke sector die emissierechten moet kopen, in de regeling wordt opgenomen. Ter voorkoming van een koolstoflek vanuit de energie-intensieve industrie, bijv. de cement-, kalk- en staalsector, zou de Commissie onderzoek moeten doen naar verschillende mogelijkheden, zoals sectoriële doelstellingen of belastingaanpassing aan de grens, en zou zij vóór eind 2008 een rapport moeten uitbrengen over de wijze waarop dit vraagstuk moet worden aangepakt.. | ||||||||||||||||||||||||
(am 16 aangenomen in eerste lezing) | |||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||
Door het Parlement in eerste lezing aangenomen amendement (am 16). In haar voorstel voor de algehele herziening van de emissiehandelsregeling uit januari 2008 kondigt de Commissie een onderzoek en een voorstel aan om een koolstoflek vanuit de energie-intensieve bedrijven vóór 2011 te voorkomen. Om voor investeringen meer zekerheid te geven moeten de analyse en het respectieve voorstel zo snel mogelijk worden voorgelegd. | |||||||||||||||||||||||||
Amendement 14 Gemeenschappelijk standpunt van de Raad – wijzigingsbesluit Overweging 23 bis (nieuw) | |||||||||||||||||||||||||
Gemeenschappelijk standpunt van de Raad |
Amendement | ||||||||||||||||||||||||
|
(23 bis) Om te zorgen voor de gelijke behandeling van vliegtuigexploitanten moeten de lidstaten geharmoniseerde regels volgen voor het beheer van de onder hun verantwoordelijkheid vallende vliegtuigexploitanten, en wel volgens door de Commissie te ontwikkelen specifieke richtsnoeren. | ||||||||||||||||||||||||
(am 17 aangenomen in eerste lezing) | |||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||
Door het Parlement in eerste lezing aangenomen amendement (am 17). | |||||||||||||||||||||||||
Amendement 15 Gemeenschappelijk standpunt van de Raad – wijzigingsbesluit Overweging 33 bis (nieuw) | |||||||||||||||||||||||||
Gemeenschappelijk standpunt van de Raad |
Amendement | ||||||||||||||||||||||||
|
(33 bis) Deze Richtlijn mag geen enkele lidstaat ervan weerhouden andere bijkomende en parallelle beleidslijnen of maatregelen te behouden of op te stellen die de invloed op de klimaatverandering van de luchtvaartindustrie in haar geheel aanpakken. | ||||||||||||||||||||||||
(am 18 aangenomen in eerste lezing) | |||||||||||||||||||||||||
Amendement 16 Gemeenschappelijk standpunt van de Raad – wijzigingsbesluit Artikel 1 – punt 3 – letter b Richtlijn 2003/87/EG Artikel 3 – letter o | |||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||
(am 21 aangenomen in eerste lezing) | |||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||
Door het Parlement in eerste lezing aangenomen amendement (am 21). | |||||||||||||||||||||||||
Amendement 17 Gemeenschappelijk standpunt van de Raad – wijzigingsbesluit Artikel 1 – punt 4 Richtlijn 2003/87/EG Artikel 3 quater – lid 1 | |||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||
Door het Parlement in eerste lezing aangenomen amendement (am 61 en 24). | |||||||||||||||||||||||||
Amendement 18 Gemeenschappelijk standpunt van de Raad – wijzigingsbesluit Artikel 1 – punt 4 Richtlijn 2003/87/EG Artikel 3 quater – lid 2 | |||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||
(amendementen 13 en 61 in eerste lezing aangenomen) | |||||||||||||||||||||||||
Amendement 19 Gemeenschappelijk standpunt van de Raad – wijzigingsbesluit Artikel 1 – punt 4 Richtlijn 2003/87/EG Artikel 3 quinquies – lid 1 | |||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||
(am 74 aangenomen in eerste lezing) | |||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||
Door het Parlement in eerste lezing aangenomen amendement (am 74). Er moet een hoger percentage worden geveild om concurrentiedistorsie te voorkomen. Hoewel het een grote verbetering betekent dat emissierechten niet via nationale toewijzingsplannen, maar middels benchmarks worden verdeeld, heeft elke benchmark voordelen voor sommige bedrijfsmodellen en nadelen voor andere bedrijfsmodellen. Een hoger veilingspercentage zou tegen dit effect opwegen. Een hoger veilingspercentage is tevens nodig om profijtwinsten te voorkomen en belastingkortingen voor milieuvriendelijke vervoerssystemen mogelijk te maken. | |||||||||||||||||||||||||
Amendement 20 Gemeenschappelijk standpunt van de Raad – wijzigingsbesluit Artikel 1 – punt 4 Richtlijn 2003/87/EG Artikel 3 quinquies – lid 2 | |||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||
(amendementen 75 en 87 in eerste lezing aangenomen) | |||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||
Door het Parlement in eerste lezing aangenomen amendement (am 75 en 87). Er moet een hoger percentage worden geveild om concurrentiedistorsie te voorkomen. Hoewel het een grote verbetering betekent dat emissierechten niet via nationale toewijzingsplannen, maar middels benchmarks worden verdeeld, heeft elke benchmark voordelen voor sommige bedrijfsmodellen en nadelen voor andere bedrijfsmodellen. Een hoger veilingspercentage zou tegen dit effect opwegen. Een hoger veilingspercentage is tevens nodig om profijtwinsten te voorkomen en belastingkortingen voor milieuvriendelijke vervoerssystemen mogelijk te maken. | |||||||||||||||||||||||||
Amendement 21 Gemeenschappelijk standpunt van de Raad – wijzigingsbesluit Artikel 1 – punt 4 Richtlijn 2003/87/EG Artikel 3 quinquies – lid 4 | |||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||
Met deze tekst wordt getracht een compromis te vinden tussen de amendementen 11 en 20 enerzijds en amendement 52 anderzijds. Tevens wordt getracht het idee van de Raad te aanvaarden om het wereldfonds voor energie-efficiency en hernieuwbare energie met name te noemen, alsmede maatregelen om ontbossing te voorkomen. Dit zou niet controversieel moeten zijn. Derhalve zou het parlement dit idee in de tekst van de Raad moeten aanvaarden. | |||||||||||||||||||||||||
Amendement 22 Gemeenschappelijk standpunt van de Raad – wijzigingsbesluit Artikel 1 – punt 4 Richtlijn 2003/87/EG Artikel 3 sexies – lid 5 | |||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||
Door het Parlement in eerste lezing aangenomen amendement. De Commissie milieubeheer heeft 2010 voorgesteld. De urgente noodzaak om de broeikasgasemissies terug te dringen is zelfs nog duidelijker geworden dan tijdens de eerste lezing. | |||||||||||||||||||||||||
Amendement 23 Gemeenschappelijk standpunt van de Raad – wijzigingsbesluit Artikel 1 – punt 4 Richtlijn 2003/87/EG Artikel 3 sexies – lid 5 bis (nieuw) | |||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||
(am 34 aangenomen in eerste lezing) | |||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||
Door het Parlement in eerste lezing aangenomen amendement (am 34). | |||||||||||||||||||||||||
Amendement 24 Gemeenschappelijk standpunt van de Raad – wijzigingsbesluit Artikel 1 – punt 4 Richtlijn 2003/87/EG Artikel 3 sexies – lid 5 ter (nieuw) | |||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||
(am 35 aangenomen in eerste lezing) | |||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||
Komt overeen met het door het Parlement in eerste lezing aangenomen am 35. | |||||||||||||||||||||||||
Amendement 25 Gemeenschappelijk standpunt van de Raad – wijzigingsbesluit Artikel 1 – punt 4 Richtlijn 2003/87/EG Artikel 3 septies – lid 1 | |||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||
De door de Raad ingediende bepaling is in zijn algemene positie contraproductief vanuit milieustandpunt. Het is niet duidelijk welke exploitant er voordeel uit zal halen. Derhalve wordt voorgesteld deze bepaling te schrappen. | |||||||||||||||||||||||||
Amendement 26 Gemeenschappelijk standpunt van de Raad – wijzigingsbesluit Artikel 1 – punt 8 Richtlijn 2003/87/EG Artikel 11 bis – lid 1 bis | |||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||
Door het Parlement in eerste lezing aangenomen amendement. | |||||||||||||||||||||||||
Amendement 27 Gemeenschappelijk standpunt van de Raad – wijzigingsbesluit Artikel 1 – punt 10 – letter b Richtlijn 2003/87/EG Artikel 12 – lid 2 bis bis (nieuw) | |||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||
(am 41 aangenomen in eerste lezing) | |||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||
Door het Parlement in eerste lezing aangenomen amendement (am 41). | |||||||||||||||||||||||||
Amendement 28 Gemeenschappelijk standpunt van de Raad – wijzigingsbesluit Artikel 1 – punt 10 – letter b Richtlijn 2003/87/EG Artikel 12 – lid 2 bis ter – 2 bis quinquies (nieuw) | |||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||
(am 42 aangenomen in eerste lezing) | |||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||
Door het Parlement in eerste lezing aangenomen amendement (am 42). Het is zeer belangrijk ervoor te zorgen dat het stelsel niet alleen resulteert in een overdracht van geld van de luchtvaartsector naar andere sectoren, maar in een daadwerkelijke terugdringing van emissies in de luchtvaartsector en een verbetering van de efficiëntie. | |||||||||||||||||||||||||
Amendement 29 Gemeenschappelijk standpunt van de Raad – wijzigingsbesluit Artikel 1 – punt 10 – letter b Richtlijn 2003/87/EG Artikel 12 – lid 2 bis sexies (nieuw) | |||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||
(am 42 aangenomen in eerste lezing) | |||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||
Door het Parlement in eerste lezing aangenomen amendement (am 42). Het is zeer belangrijk ervoor te zorgen dat de regeling niet alleen resulteert in een overdracht van geld van de luchtvaartsector naar andere sectoren, maar in een daadwerkelijke terugdringing van emissies in de luchtvaartsector en een verbetering van de efficiëntie. | |||||||||||||||||||||||||
Amendement 30 Gemeenschappelijk standpunt van de Raad – wijzigingsbesluit Artikel 1 – punt 10 – letter b Richtlijn 2003/87/EG Artikel 12 – lid 2 bis septies (nieuw) | |||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||
(am 44 aangenomen in eerste lezing) | |||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||
Door het Parlement in eerste lezing aangenomen amendement (am 44). De wetenschappelijke bewijzen stellen ons thans niet in staat om cirruswolken in de emissiehandelsregeling op te nemen, maar naarmate de wetenschap vooruitgang boekt, zou dit effect moeten worden opgenomen. | |||||||||||||||||||||||||
Amendement 31 Gemeenschappelijk standpunt van de Raad – wijzigingsbesluit Artikel 1 – punt 15 Richtlijn 2003/87/EG Artikel 18 bis – lid 3 bis (nieuw) | |||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||
(am 45 aangenomen in eerste lezing) | |||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||
Door het Parlement in eerste lezing aangenomen amendement (am 45). | |||||||||||||||||||||||||
Amendement 32 Gemeenschappelijk standpunt van de Raad – wijzigingsbesluit Artikel 1 – punt 15 Richtlijn 2003/87/EG Artikel 18 ter | |||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||
(am 46 aangenomen in eerste lezing) | |||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||
Door het Parlement in eerste lezing aangenomen amendement (am 46). | |||||||||||||||||||||||||
Amendement 33 Gemeenschappelijk standpunt van de Raad – wijzigingsbesluit Artikel 1 – punt 18 Richtlijn 2003/87/EG Artikel 25 bis | |||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||
Het uiteindelijke doel van onze werkzaamheden is te komen tot een algemene regeling. Als eerste stap zou de Europese Unie met derde landen een overeenkomst moeten bereiken over een gemeenschappelijke regeling. Uit de ontwikkeling in de Verenigde Staten blijkt dat dit een reële optie is. | |||||||||||||||||||||||||
Amendement 34 Gemeenschappelijk standpunt van de Raad – wijzigingsbesluit Artikel 1 – punt 20 Richtlijn 2003/87/EG Artikel 30 – lid 4 – inleidende formule | |||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||
De evaluatie zou vroeger moeten worden ingediend en elke wijziging zou in het kader van de medebeslissingsprocedure moeten worden behandeld. | |||||||||||||||||||||||||
Amendement 35 Gemeenschappelijk standpunt van de Raad – wijzigingsbesluit Artikel 1 – punt 20 Richtlijn 2003/87/EG Artikel 30 – lid 4 – letter c | |||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||
De mate waarin de emissierechten dienen te worden verminderd, moet nu reeds in de richtlijn worden vastgelegd. | |||||||||||||||||||||||||
Amendement 36 Gemeenschappelijk standpunt van de Raad – wijzigingsbesluit Artikel 1 – punt 20 Richtlijn 2003/87/EG Artikel 30 – lid 4 – letter d | |||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||
In de evaluatie moet ook rekening worden gehouden met de gevolgen voor het concurrentievermogen van Europese luchthavens en luchtvaartmaatschappijen. Indien de regeling wordt beperkt tot vluchten die in Europa starten en landen, zouden sommige categorie 1-luchthavens voor vluchten naar Azië bijvoorbeeld een concurrentievoordeel krijgen. Dit is met name het geval voor Dubai. De Commissie zou moeten nagaan of de passagier die bijvoorbeeld vanuit Parijs naar Sjanghai vliegt en daarbij de categorie 1-luchthaven in de Emiraten gebruikt, niet moet worden onderworpen aan de verplichtingen van de emissiehandelsregeling voor de gehele vlucht en niet slechts voor de vlucht van Parijs naar Dubai. | |||||||||||||||||||||||||
Amendement 37 Gemeenschappelijk standpunt van de Raad – wijzigingsbesluit Artikel 1 – punt 20 Richtlijn 2003/87/EG Artikel 30 – lid 4 – letter i | |||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||
Amendement 38 Gemeenschappelijk standpunt van de Raad – wijzigingsbesluit Artikel 2 – punt 1 – alinea 1 | |||||||||||||||||||||||||
Gemeenschappelijk standpunt van de Raad |
Amendement | ||||||||||||||||||||||||
1. De lidstaten doen de nodige wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen in werking treden om uiterlijk op … aan deze richtlijn te voldoen.*. Zij delen de Commissie de tekst van die bepalingen onverwijld mee. |
1. De lidstaten doen de nodige wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen in werking treden om uiterlijk vóór 6 maanden na de datum van inwerkingtreding van deze Richtlijn te voldoen. Zij delen de Commissie de tekst van die bepalingen onverwijld mee. | ||||||||||||||||||||||||
* PB: 18 maanden na de inwerkingtreding van deze richtlijn. |
| ||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||
Het wordt steeds duidelijker dat klimaatverandering dringend moet worden aangepakt, zoals omschreven in de IPPC-verslagen. Daarom moet de overgangsperiode zo kort mogelijk gehouden worden. | |||||||||||||||||||||||||
Amendement 39 Gemeenschappelijk standpunt van de Raad – wijzigingsbesluit Bijlage – punt 1 – letter b Richtlijn 2003/87/EG Bijlage I – lid 2 – nieuwe alinea | |||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||
(am 78 aangenomen in eerste lezing) | |||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||
Door het Parlement in eerste lezing aangenomen amendement (amendement 78). De Raad stelt voor sommige vluchten tussen ultraperifere gebieden volledig van deze regeling uit te sluiten. Dit volstaat waarschijnlijk niet voor de ultraperifere regio's, omdat hieronder slechts een paar vluchten vallen en hierdoor tegelijkertijd onze regeling internationaal zwakker wordt. Derhalve lijkt de formulering van het Parlement passender. | |||||||||||||||||||||||||
Amendement 40 Gemeenschappelijk standpunt van de Raad – wijzigingsbesluit Bijlage – punt 1 – letter c Richtlijn 2003/87/EG Bijlage I – lid 2 – tabel – nieuwe categorie – letter a | |||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||
Door het Parlement in eerste lezing aangenomen amendement (am 51). | |||||||||||||||||||||||||
Amendement 41 Gemeenschappelijk standpunt van de Raad – wijzigingsbesluit Bijlage – punt 1 – letter c Richtlijn 2003/87/EG Bijlage I – lid 2 – tabel – nieuwe categorie – letter b | |||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||
(am 52 aangenomen in eerste lezing) | |||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||
Door het Parlement in eerste lezing aangenomen amendement (am 52). | |||||||||||||||||||||||||
Amendement 42 Gemeenschappelijk standpunt van de Raad – wijzigingsbesluit Bijlage – punt 1 – letter c Richtlijn 2003/87/EG Bijlage I – lid 2 – tabel – nieuwe categorie – letter b bis (nieuw) | |||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||
(am 53 aangenomen in eerste lezing) | |||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||
Door het Parlement in eerste lezing aangenomen amendement (am 53). | |||||||||||||||||||||||||
Amendement 43 Gemeenschappelijk standpunt van de Raad – wijzigingsbesluit Bijlage – punt 1 – letter c Richtlijn 2003/87/EG Bijlage I – lid 2 – tabel – nieuwe categorie – letter d | |||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||
(am 54 aangenomen in eerste lezing) | |||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||
Door het Parlement in eerste lezing aangenomen amendement (am 54). | |||||||||||||||||||||||||
Amendement 44 Gemeenschappelijk standpunt van de Raad – wijzigingsbesluit Bijlage – punt 1 – letter c Richtlijn 2003/87/EG Bijlage I – lid 2 – tabel – nieuwe categorie – letter g | |||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||
(am 70 en 79 aangenomen in eerste lezing) | |||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||
Door het Parlement in eerste lezing aangenomen amendement (am 70 en 79). De uitsluiting van wetenschappelijke vluchten is zeer belangrijk, omdat de meeste van deze vluchten geschieden om CO2 terug te dringen. | |||||||||||||||||||||||||
Amendement 45 Gemeenschappelijk standpunt van de Raad – wijzigingsbesluit Bijlage – punt 1 – letter c Richtlijn 2003/87/EG Bijlage I – lid 2 – tabel – nieuwe categorie – letter i | |||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||
Indien de Europese Unie vluchten uit derde landen in haar emissiehandelsregeling wil opnemen, mogen vluchten in de ultraperifere regio's niet van de regeling worden uitgesloten, aangezien dit de internationale geloofwaardigheid van de Europese emissiehandelsregeling zou ondermijnen. In plaats daarvan stelt het Parlement voor om de noden van de ultraperifere gebieden te erkennen bij de herverdeling van de opbrengsten uit veilingen en bij het verdelen van de emissierechten. | |||||||||||||||||||||||||
Amendement 46 Gemeenschappelijk standpunt van de Raad – wijzigingsbesluit Bijlage I – punt 1 – letter c Richtlijn 2003/87/EG Bijlage I – lid 2 – tabel – nieuwe categorie – letter j | |||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||
De afwijking dient een afspiegeling te zijn van de milieuschade die door de respectieve luchtvaartmaatschappijen wordt veroorzaakt. | |||||||||||||||||||||||||
Amendement 47 Gemeenschappelijk standpunt van de Raad – wijzigingsbesluit Bijlage I – punt 2 – letter b Richtlijn 2003/87/EG Bijlage IV – deel B – letter B – alinea 4 | |||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||
Dit amendement heeft tot doel het voorstel van de Commissie opnieuw vast te leggen, evenals de positie van het Parlement in eerste lezing, die door de Raad werd aangepast. | |||||||||||||||||||||||||
Amendement 48 Gemeenschappelijk standpunt van de Raad – wijzigingsbesluit Bijlage – punt 3 – letter b Richtlijn 2003/87/EG Bijlage V – punt 14 – alinea 1 bis (nieuw) | |||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||
(am 59 aangenomen in eerste lezing) | |||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||
Door het Parlement in eerste lezing aangenomen amendement (am 59). |
- [1] Aangenomen teksten van 13.11.2007, P6_TA(2007)0505.
TOELICHTING
BELEIDSKADER
Het is dringender dan ooit om de klimaatverandering aan te pakken. Vele toezeggingen waarover de Europese staatshoofden en regeringsleiders het eens zijn geworden, zijn echter tot dusverre niet in de praktijk gebracht. Sinds het eerste debat over het Commissievoorstel in de Commissie milieubeheer in mei 2007 is de dringende noodzaak om de broeikasgasemissies terug te dringen, ook die van de luchtvaart, steeds duidelijker geworden. Er is bijna een jaar verstreken. Meer dan 200 miljoen ton CO2 zijn de lucht ingegaan door activiteiten die onder de richtlijn zouden moeten vallen - dat is meer dan 50 maal de totale hoeveelheid van CO2-emissies van een niet geïndustrialiseerd land als Tanzania.[1] Het Intergouvernementeel Panel over klimaatverandering (IPCC) heeft erop aangedrongen dat snel moet worden gehandeld. Het is de hoogste tijd om het proces te bespoedigen.
De internationale gemeenschap is veel geëngageerder om de broeikasgasemissies te beperken dan een jaar geleden. Australië heeft het Protocol van Kyoto geratificeerd en de Conferentie van Bali is het, ondanks vele tekortkomingen, eens geworden over een routekaart om in Kopenhagen tot een overeenkomst voor de periode na 2012 te komen. De deelnemers onderstreepten de doelstelling voor de in Bijlage I opgenomen partijen om de emissies tegen 2020 terug te dringen met een marge tussen de 25 en 40% beneden de niveaus van 1990.[2]
Bovendien zijn in de aanloop naar de Amerikaanse presidentsverkiezingen alleen nog kandidaten over die een zeer ambitieuze aanpak ten aanzien van de afzwakking van de klimaatverandering voorstaan.
ANALYSE VAN HET GEMEENSCHAPPELIJK STANDPUNT
Het gemeenschappelijk standpunt van de Raad van Ministers dat in december is goedgekeurd, omvat niet veel van de door het Europees Parlement ingediende amendementen, hoewel het verslag van het EP door een overweldigende meerderheid was aangenomen.
Van de 60 amendementen zijn er 3 volledig of grotendeels overgenomen. 13 amendementen werden gedeeltelijk overgenomen. De overgrote meerderheid (44 amendementen) is door de Raad niet eens in overweging genomen. De belangrijkste prestatie van het Portugese voorzitterschap was dat de Raad überhaupt iets heeft goedgekeurd. Drie weken vóór de bijeenkomst van de Raad in december leek politieke overeenstemming onmogelijk.
Slechts de politieke impuls na de conferentie van Bali maakte deze overeenkomst mogelijk.
Dit betekent dat er een hoop werk moet worden verricht om een compromis tussen de eerste lezing van het Parlement en de Raad te vinden. Uw rapporteur acht het noodzakelijk alle belangrijke amendementen die in eerste lezing door het Europees Parlement zijn aangenomen, opnieuw in te dienen. Er zij erkend dat de eerste lezing in het Parlement reeds een compromis was en dat velen in de plenaire vergadering en de Commissie milieubeheer veel verder wilden gaan.
Belangrijkste politieke punten van het gemeenschappelijk standpunt die verandering behoeven:
1. Hoe kan de weg naar een wereldwijde overeenkomst worden geëffend?
Alle betrokkenen zijn het erover eens dat de werkzaamheden uiteindelijk tot doel hebben te komen tot een omvangrijke wereldwijde overeenkomst over het terugdringen van broeikasgasemissies door de luchtvaart. De Raad heer hiernaar in zijn gemeenschappelijk standpunt verwezen, maar belangrijke elementen van de eerste lezing van het Parlement zijn weggevallen. Uiteraard moeten we op weg naar een wereldwijde overeenkomst hierbij stapsgewijze andere grote landen en regio's betrekken. Op dit stuk is de ontwikkeling in de Verenigde Staten zeer indrukwekkend. De bevoegde commissie van de Amerikaanse Senaat keurde op 5 december 2007 de wet Lieberman-Warner goed. Met deze wet, die wordt gesteund door de drie nog overblijvende presidentskandidaten John McCain, Hillary Clinton en Barack Obama, wordt een emissiehandelsregeling in het leven geroepen die alle vervoerswijzen omvat, dus ook de luchtvaart. De wet is vrij ambitieus, maar gebaseerd op een andere methode dan die van het Commissievoorstel. Uw rapporteur is van mening dat de Europese Unie onderhandelingen met de Verenigde Staten zou moeten beginnen. Het spreekt vanzelf dat het slechts mogelijk is om tot een gemeenschappelijke regeling te komen na de verkiezingen in november. Ook moeten de discussies met andere derde landen worden opgevoerd om steeds meer partijen hierbij te betrekken. Hierdoor zal het milieueffect worden vergroot en zullen mogelijke concurrentiedistorsies voor Europese luchtvaartmaatschappijen, luchthavens en regio's steeds verder worden beperkt.
2. Plafonnering
De Raad heeft het Commissievoorstel voor een plafond van 100 procent gesteund. Het Parlement had om een plafond van 90% in de eerste periode gevraagd. Voor de tweede periode heeft de Raad een zeer gematigde bijstellingsclausule opgenomen. Het Parlement dringt aan op een benedenwaartse bijstelling overeenkomstig het streefcijfer van 20 of 30% voor 2020 met 1990 als uitgangsjaar. Uw rapporteur acht het noodzakelijk om nu het plafond voor de periode na 2012 vast te leggen. Dit zou moeten stroken met de ambitie die is opgenomen in de algemene emissiehandelsregeling na 2013. Overeenkomstig het Commissievoorstel van 23 januari zou dit neerkomen op een vermindering met 1,74% per jaar, aangezien dit de vermindering is waarmee de andere deelnemers aan de emissiehandelsregeling geconfronteerd zullen worden.
Anderzijds is er een zeer gerechtvaardigd politiek debat ontstaan over de ambitie van het Commissievoorstel. De ambitie van de emissiehandelsregeling lijkt zeer hoog te liggen in vergelijking met de ambitie van het voorstel over het delen van de inspanningen. Het lijkt wenselijk om de beide voorstellen andermaal aan te passen. Derhalve stelt uw rapporteur voor de luchtvaartsector slechts een vermindering van 1,5% per jaar voor.
Dit zou volgens uw rapporteur neerkomen op een hoger ambitieniveau in de wetgeving over het delen van de inspanningen.
3. Veiling van emissierechten
De Raad heeft zich uitgesproken voor een gratis toewijzing van 90% van de rechten. Slechts 10% zou worden geveild. De bijstellingsclausule voor de periode na 1012 is zeer gematigd. Volgens de eerste lezing van het Parlement zou de luchtvaartsector moeten starten met het veilen van 25% en dan moeten evolueren naar het maximumniveau voor het veilen dat aan de andere deelnemers aan de emissiehandelsregeling is opgelegd.
4. Begindatum
Raad en Parlement zijn het erover eens dat, in tegenstelling tot het Commissievoorstel, de intercontinentale vluchten van begin af aan moeten worden opgenomen. Het Parlement stemde voor 2011 als een compromisdatum (de Commissie milieubeheer was voor 2010). De Raad wil de regeling tot 2012 uitstellen. In de meest recente wetenschappelijk rapporten wordt het dringende karakter van het vraagstuk onderstreept en het is dus zaak dat elk oponthoud wordt voorkomen. Derhalve dient uw rapporteur het amendement uit de eerste lezing weer in.
5. Vermenigvuldigingsfactor
Het Parlement heeft zich uitgesproken voor een vermenigvuldigingsfactor voor NOx, die moet worden ingevoerd totdat speciale wetgeving inzake NOx wordt goedgekeurd. Momenteel is zelfs geen concept van het Commissievoorstel inzake speciale wetgeving voorhanden. Derhalve moet de vermenigvuldigingsfactor worden vastgelegd overeenkomstig de eerste lezing van het Parlement.
Tevens is het belangrijk de effecten van cirruswolken te bestuderen en de kwestie aan te pakken zodra genoeg wetenschappelijk bewijs beschikbaar is.
6. Minimumnormen inzake efficiency en toegang
Voor het Parlement is het zeer belangrijk te voorkomen dat de luchtvaartmaatschappijen gewoonweg rechten van andere sectoren kopen zonder dat de efficiency- en milieuprestaties van de sector zelf worden verbeterd. Derhalve zijn twee amendementen inzake de efficiencyclausule en de beperking van de aankoop van rechten uit andere sectoren goedgekeurd. De Raad heeft hieraan geen aandacht geschonken, maar het lijkt een zeer belangrijk punt te zijn voor de geloofwaardigheid van het milieubeleid van de Europese Unie.
7. CDM en JI
De plafonds voor CDM zijn door de Raad vastgesteld op 15%. Het Parlement was van oordeel dit het gemiddelde van de andere deelnemers aan de regeling zou moeten zijn. Voor de periode na 2013 zijn beide instellingen het erover eens dat dit aan de algehele evaluatie moet worden aangepast. Over de vraag of de hoeveelheid CDM die in de algemene emissiehandelsregeling is opgenomen, volstaat om aan de noden van de luchtvaartmaatschappijen tegemoet te komen, moet nog worden gediscussieerd. Ook moet nog worden besproken hoe het subsidiariteitsbeginsel kan worden gewaarborgd.
8. Startgewicht
Het Parlement heeft een amendement aangenomen dat een andere regeling (compensatieregeling) verplicht zou stellen voor kleine vliegtuigen (van minder dan 20 000 kilo). De bedoeling hiervan was om de regeling voor het MKB gemakkelijker beheerbaar te maken. De Raad is hiermee niet akkoord gegaan, maar heeft een andere afwijking opgenomen, de zogenaamde de minimis-clausule die min of meer inhoudt dat bedrijven die minder dan één vlucht van en naar een communautaire luchthaven per dag uitvoeren, niet onder de regeling hoeven te vallen. Deze afwijking heeft ten dele nog een ander effect. Hierdoor worden vooral kleine vliegtuigen uit ontwikkelingslanden van de regeling uitgesloten. Beide afwijkingen betreffen hoe dan ook dezelfde exploitanten. Uw rapporteur stelt voor de door de Raad voorgestelde de minimis-clausule aan te passen en deze niet te baseren op het aantal vluchten, maar op de CO2-emissies, omdat uiteindelijk het effect op het milieu doorslaggevend is.
9. Ultraperifere gebieden
Het Parlement heeft twee amendementen aangenomen om tegemoet te komen aan de noden van de ultraperifere gebieden. Een gedeelte van de veilingopbrengsten zou moeten worden gebruikt om mogelijke problemen in de ultraperifere gebieden aan te pakken en bij de toewijzing van certificaten zou met hun speciale situatie rekening moeten worden gehouden. De Raad heeft beide voorstellen verworpen en in plaats daarvan een afwijking voor sommige vluchten uit ultraperifere gebieden opgenomen. Er moet worden bekeken of dit voorstel tot problemen in de internationale discussie kan leiden. Uw rapporteur houdt liever vast aan het standpunt van het Parlement in eerste lezing dat zou inhouden dat geen afwijking wordt verleend, maar dat bij de verdeling van de opbrengsten en de toewijzing van de rechten rekening wordt gehouden met de noden van de ultraperifere gebieden.
10. Reserve voor groei en nieuwkomers
Het Parlement heeft gevraagd om een reserve voor nieuwkomers en een reserve voor snel groeiende luchtvaartmaatschappijen. Dit idee is door de Raad geaccepteerd, maar ingrijpend veranderd. Uw rapporteur is van mening dat het gemeenschappelijk standpunt in dit geval aanvaardbaar is.
11. Opbrengsten uit veilingen
Het belangrijkste verschil tussen Raad en Parlement bestaat wellicht ten aanzien van de vraag op welke wijze veilingopbrengsten moeten worden behandeld. Het Parlement steunde het Commissievoorstel waarin voor deze opbrengsten een duidelijke bestemming is vastgelegd, en heeft een aantal belangrijke punten aan het Commissievoorstel toegevoegd, zoals verlaging van de belasting op milieuvriendelijke vervoerswijzen en investeringen in onderzoek naar technologie voor schone vliegtuigen. De Raad heeft het amendement van het Parlement naast zich neergelegd en uitdrukkelijk vermeld dat geen enkele bestemming wordt aanvaard.
Uw rapporteur is volledig bewust van de politieke dimensie van deze kwestie voor de ministers van Financiën.
Anderzijds is het standpunt van het Parlement om juridische en politieke redenen meer dan gerechtvaardigd.
Met name de volgende overwegingen hebben uw rapporteur ertoe genoopt het amendement van het Parlement in eerste lezing weer in te dienen:
I. Indien de veilingopbrengsten in de nationale begrotingen vloeien zonder dat hiervoor een bestemming is, en indien de noden van derde landen, bijv. inzake aanpassing, niet in aanmerking worden genomen, zal het politiek moeilijker worden om in derde landen steun voor ons klimaatbeleid te vinden.
II. Indien de regeling slechts tot gevolg heeft dat de inkomsten voor de ministers van Financiën stijgen en dat de burgers die zich milieuvriendelijk gedragen, bijv. door de bus of de trein in plaats van het vliegtuig te gebruiken, hiervan geen voordeel hebben, is het moeilijker om het beleid te rechtvaardigen. Belastingverlagingen voor milieuvriendelijke vervoersmiddelen zouden van cruciaal belang zijn om de burgers ervan te overtuigen dat wij geen geld ophalen, maar milieuactiviteiten steunen.
Dezelfde logica is van toepassing op investeringen in onderzoek en technologie voor schone vliegtuigen. De indruk dat de regeling slechts geld in het laatje brengt voor de ministers van Financiën en dat hiermee niet het echte probleem wordt aangepakt, moet worden vermeden.
- [1] Sources: The World Bank Group, Tanzania Data Profile, http://devdata.worldbank.org/external/CPProfile.asp?PTYPE=CP&CCODE=TZA; EEA Technical Report 07/2007: Annual European Union Community Greenhouse Gas Inventory 1990-2005 and Inventory Report 2007. Submission to the UNFCCC Secretariat, http://reports.eea.europa.eu/technical_report_2007_7/en/Annual%20European%20Community%20greenhouse%20gas%20inventory%201990-2005%20and%20inventory%20report%202007.pdf.
- [2] UNFCCC, Report of the Ad Hoc Working Group on Further Commitments for Annex I Parties under the Kyoto Protocol on its resumed fourth session, held in Bali from 13 to 15 December 2007, advance version, 5 February 2008, p. 5, http://unfccc.int/resource/docs/2007/awg4/eng/05.pdf.
PROCEDURE
Titel |
Wijziging richtlijn 2003/87/EG teneinde ook luchtvaartactiviteiten op te nemen in de regeling voor de handel in broeikasgasemissierechten binnen de Gemeenschap |
|||||||
Document- en procedurenummers |
05058/3/2008 – C6-0177/2008 – 2006/0304(COD) |
|||||||
Datum eerste lezing EP – P-nummer |
13.11.2007 T6-0505/2007 |
|||||||
Voorstel van de Commissie |
COM(2006)0818 - C6-0011/2007 |
|||||||
Datum bekendmaking ontvangst gemeenschappelijk standpunt |
24.4.2008 |
|||||||
Commissie ten principale Datum bekendmaking |
ENVI 24.4.2008 |
|||||||
Rapporteur(s) Datum benoeming |
Peter Liese 27.2.2007 |
|
|
|||||
Behandeling in de commissie |
5.5.2008 |
|
|
|
||||
Datum goedkeuring |
27.5.2008 |
|
|
|
||||
Uitslag eindstemming |
+: –: 0: |
54 4 1 |
||||||
Bij de eindstemming aanwezige leden |
Adamos Adamou, Georgs Andrejevs, Pilar Ayuso, Johannes Blokland, John Bowis, Frieda Brepoels, Dorette Corbey, Chris Davies, Mojca Drčar Murko, Edite Estrela, Jill Evans, Anne Ferreira, Karl-Heinz Florenz, Alessandro Foglietta, Matthias Groote, Françoise Grossetête, Cristina Gutiérrez-Cortines, Satu Hassi, Gyula Hegyi, Jens Holm, Marie Anne Isler Béguin, Dan Jørgensen, Christa Klaß, Eija-Riitta Korhola, Urszula Krupa, Aldis Kušķis, Marie-Noëlle Lienemann, Peter Liese, Jules Maaten, Linda McAvan, Roberto Musacchio, Riitta Myller, Péter Olajos, Vittorio Prodi, Frédérique Ries, Dagmar Roth-Behrendt, Guido Sacconi, Carl Schlyter, Horst Schnellhardt, Richard Seeber, Bogusław Sonik, María Sornosa Martínez, Antonios Trakatellis, Evangelia Tzampazi, Thomas Ulmer, Marcello Vernola, Åsa Westlund, Anders Wijkman, Glenis Willmott |
|||||||
Bij de eindstemming aanwezige vaste plaatsvervanger(s) |
Inés Ayala Sender, Philip Bushill-Matthews, Milan Gaľa, Umberto Guidoni, Johannes Lebech, Caroline Lucas, Miroslav Mikolášik, Bart Staes, Lambert van Nistelrooij |
|||||||
Bij de eindstemming aanwezige plaatsvervanger(s) (art. 178, lid 2) |
Salvatore Tatarella |
|||||||