VERSLAG over het voorstel voor een richtlijn van het Europees Parlement en de Raad ter facilitering van de grensoverschrijdende handhaving van de verkeersveiligheid

3.10.2008 - (COM(2008)0151 – C6‑0149/2008 – 2008/0062(COD)) - ***I

Commissie vervoer en toerisme
Rapporteur: Inés Ayala Sender

Procedure : 2008/0062(COD)
Stadium plenaire behandeling
Documentencyclus :  
A6-0371/2008
Ingediende teksten :
A6-0371/2008
Aangenomen teksten :

ONTWERPWETGEVINGSRESOLUTIE VAN HET EUROPEES PARLEMENT

over het voorstel voor een richtlijn van het Europees Parlement en de Raad ter facilitering van de grensoverschrijdende handhaving van de verkeersveiligheid

(COM(2008)0151 – C6‑0149/2008 – 2008/0062(COD))

(Medebeslissingsprocedure: eerste lezing)

Het Europees Parlement,

–   gezien het voorstel van de Commissie aan het Europees Parlement en de Raad (COM(2008)0151),

–   gelet op artikel 251, lid 2, en artikel 71, lid 1, letter c), van het EG­Verdrag, op grond waarvan het voorstel door de Commissie bij het Parlement is ingediend (C6‑0149/2008),

–   gelet op artikel 51 van zijn Reglement,

–   gezien het verslag van de Commissie vervoer en toerisme en het advies van de Commissie burgerlijke vrijheden, justitie en binnenlandse zaken (A6‑0371/2008),

1.  hecht zijn goedkeuring aan het Commissievoorstel, als geamendeerd door het Parlement;

2.  verzoekt om hernieuwde voorlegging indien de Commissie voornemens is ingrijpende wijzigingen in dit voorstel aan te brengen of dit door een nieuwe tekst te vervangen;

3.  verzoekt zijn Voorzitter het standpunt van het Parlement te doen toekomen aan de Raad en de Commissie.

Amendement  1

Voorstel voor een richtlijn

Overweging 5

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

(5) Het systeem dient van toepassing te zijn op verkeersovertredingen die een ernstige bedreiging vormen voor de verkeersveiligheid en in de wetgeving van alle lidstaten als verkeersovertredingen zijn gedefinieerd. Deze overtredingen zijn te hoge snelheid, rijden onder invloed, het niet dragen van de veiligheidsgordel en door het rode licht rijden. De Commissie blijft de ontwikkelingen in de EU volgen met betrekking tot andere verkeersovertredingen die een ernstige bedreiging voor de verkeersveiligheid vormen en zal desgevallend een herziening van de richtlijn voorstellen om haar toepassingsgebied uit te breiden met bijvoorbeeld rijden onder invloed van drugs, mobiel bellen tijdens het rijden en rijden zonder verzekering.

(5) Het systeem dient van toepassing te zijn op verkeersovertredingen die een ernstige bedreiging vormen voor de verkeersveiligheid en in de wetgeving van alle lidstaten als verkeersovertredingen zijn gedefinieerd. Deze overtredingen zijn te hoge snelheid, rijden onder invloed, het niet dragen van de veiligheidsgordel en door het rode licht rijden. De Commissie blijft de ontwikkelingen in de EU volgen met betrekking tot andere verkeersovertredingen die een ernstige bedreiging voor de verkeersveiligheid vormen. Na de indiening van een verslag over de uitvoering van onderhavige richtlijn twee jaar na de inwerkingtreding ervan, stelt de Commissie desgevallend een herziening van onderhavige richtlijn voor om haar toepassingsgebied eventueel uit te breiden tot andere categorieën van overtredingen.

Motivering

De richtlijn moet op middellange termijn kunnen worden herzien zodat er nieuwe soorten overtredingen onder kunnen vallen, zoals rijden onder invloed van drugs of rijden zonder rijbewijs. Daartoe moet de Commissie een verslag indienen over de tenuitvoerlegging van de richtlijn.

Amendement  2

Voorstel voor een richtlijn

Overweging 5 bis (nieuw)

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

 

(5 bis) Om een toereikende mate van verkeersveiligheid en een proportionele omvang van de toe te passen sancties te waarborgen, wordt de Commissie opgeroepen om met de lidstaten gesprekken te voeren over de invoering van een uniforme boetecatalogus voor verkeersovertredingen en de uitwisseling van beste praktijken tussen de lidstaten aan te moedigen.

Motivering

Grensoverschrijdende sancties op verkeersovertredingen moeten plaats vinden op basis van een uniforme boetecatalogus, omdat alleen op die manier buitenproportioneel hoge of lage boetes kunnen worden voorkomen.

Amendement  3

Voorstel voor een richtlijn

Overweging 6

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

(6) Om de doelmatigheid van het handhavingssysteem te waarborgen, moet dat betrekking hebben op alle fasen tussen de vaststelling van een overtreding en de verzending van een bekeuring, op basis van de modelbekeuring, naar de kentekenhouder van het betrokken voertuig. Zodra een definitieve beslissing is genomen, is het Kaderbesluit 2005/214/JBZ van de Raad inzake de toepassing van het beginsel van wederzijdse erkenning op geldelijke sancties van toepassing.

(6) Om de doelmatigheid van het handhavingssysteem te waarborgen, moet dat betrekking hebben op alle fasen tussen de vaststelling van een overtreding en de verzending van een bekeuring, op basis van de modelbekeuring, naar de kentekenhouder van het betrokken voertuig. Zodra een definitieve beslissing is genomen, kan het Kaderbesluit 2005/214/JBZ van de Raad inzake de toepassing van het beginsel van wederzijdse erkenning op geldelijke sancties van toepassing zijn. Indien dat Kaderbesluit niet kan worden toegepast in lidstaten waarin de sancties niet onder het strafrecht vallen, moet de effectiviteit van de sancties toch worden gewaarborgd door andere uitvoeringsmaatregelen. Er moet een minimumnorm worden vastgesteld voor bekeuringsformulieren, inclusief de vragenlijsten daarbij en er moet worden gezorgd voor een grotere compatibiliteit bij de toezendingsprocedures, opdat de grensoverschrijdende uitvoering van sancties betrouwbaarder en doelmatiger wordt.

Motivering

De effectiviteit van de onderlinge toezending van sancties wordt gewaarborgd door Kaderbesluit 2005/214/JBZ voor sancties die onder het strafrecht vallen. Dit besluit dekt evenwel niet alle gevallen binnen de Europese Unie. Andere sancties, moeten daarom kunnen worden opgelegd, ter aanvulling van het kaderbesluit, met name sancties door de administratieve autoriteiten.

Amendement  4

Voorstel voor een richtlijn

Overweging 7

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

(7) Voorts dient de grensoverschrijdende uitwisseling van informatie snel te gebeuren, via elektronische weg. Hiertoe moet een Europees elektronisch netwerk worden opgezet.

(7) Voorts dient de grensoverschrijdende uitwisseling van informatie snel te gebeuren, via elektronische weg. Het is wenselijk dat hiertoe veilige communautaire elektronische netwerken worden opgezet die een uitwisseling van informatie mogelijk maken, waarbij de vertrouwelijkheid van de uitgewisselde data wordt gegarandeerd.

Motivering

De opgerichte elektronische netwerken moeten de veiligheid en vertrouwelijkheid van de data garanderen.

Amendement  5

Voorstel voor een richtlijn

Overweging 8

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

(8) Aangezien de identiteitsgegevens van een overtreder van persoonlijke aard zijn, dienen de lidstaten de nodige maatregelen te nemen om ervoor te zorgen dat Richtlijn 95/46/EG van het Europees Parlement en de Raad van 24 oktober 1995 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrije verkeer van die gegevens wordt nageleefd.

(8) Aangezien de identiteitsgegevens van een overtreder van persoonlijke aard zijn, dienen de lidstaten de nodige maatregelen te nemen om ervoor te zorgen dat Richtlijn 95/46/EG van het Europees Parlement en de Raad van 24 oktober 1995 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrije verkeer van die gegevens wordt nageleefd. Wanneer hij in kennis wordt gesteld van de overtreding, moet de overtreder eveneens informatie ontvangen over zijn rechten op toegang tot de data en op eventuele rectificatie of vernietiging ervan, alsook over de maximale termijn gedurende welke de data mogen worden bewaard.

Motivering

Gezien het belang van de bescherming van persoonlijke data is het van essentieel belang dat de betrokken persoon geïnformeerd wordt over zijn rechten met betrekking tot toegang tot en rectificatie of vernietiging van de hem betreffende data, alsook over de maximale periode gedurende welke dergelijke data mogen worden bewaard.

Amendement  6

Voorstel voor een richtlijn

Overweging 8 bis (nieuw)

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

 

(8 bis) De in het kader van onderhavige richtlijn verzamelde gegevens mogen, afgezien van het feit dat ze slechts tijdelijk mogen worden opgeslagen, onder geen beding worden gebruikt voor andere doeleinden dan de afwikkeling van verkeersovertredingen. De Commissie en de lidstaten moeten bij de verwerking van de persoonsgegevens en het beheer van het communautaire elektronische netwerk waarborgen dat de verzamelde gegevens niet gebruikt worden voor andere doeleinden dan de verkeersveiligheid.

Motivering

Er moet bij de verwerking van de persoonsgegevens en het beheer van het communautaire elektronische netwerk gewaarborgd worden dat de verzamelde gegevens niet gebruikt worden voor andere doeleinden dan de verkeersveiligheid.

Amendement  7

Voorstel voor een richtlijn

Overweging 8 ter (nieuw)

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

 

(8 ter) De lidstaten moeten hun methoden op het gebied van verkeerscontroles harmoniseren zodat hun praktijken onderling op Europese schaal vergeleken kunnen worden. In iedere lidstaat moeten zo minimale controlepraktijken worden bevorderd.

Motivering

De praktijken op het gebied van verkeerscontroles moeten geharmoniseerd worden met het oog op een betere coördinatie van het beleid op Europese schaal.

Amendement  8

Voorstel voor een richtlijn

Overweging 8 quater (nieuw)

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

 

(8 quater) De technische apparatuur voor verkeerscontroles moet in de toekomst ook worden geharmoniseerd om te zorgen voor een convergentie van de controlemaatregelen tussen de lidstaten. Een dergelijke technische harmonisatie moet door de Commissie worden voorgesteld bij de in artikel 8 bis bedoelde herziening.

Motivering

De Commissie moet bij de indiening van haar verslag over de tenuitvoerlegging van de richtlijn voorstellen doen met het oog op Europese standaardisering van de apparatuur die gebruikt wordt om de verkeersveiligheid te bevorderen.

Amendement  9

Voorstel voor een richtlijn

Overweging 8 quinquies (nieuw)

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

 

(8 quinquies) De Commissie en de lidstaten moeten de nodige maatregelen treffen om de Europese burgers voor te lichten en bewust te maken van de tenuitvoerlegging van onderhavige richtlijn. Een goede voorlichting over de gevolgen van niet-naleving van de regels op het gebied van de verkeersveiligheid kan een preventief effect hebben op het aantal verkeersovertredingen vóór er bekeuringen worden toegezonden.

Motivering

Voorlichting van de bestuurders staat centraal in het verkeersveiligheidsbeleid omdat er een preventieve en ontmoedigende werking van uit moet gaan.

Amendement  10

Voorstel voor een richtlijn

Overweging 8 sexies (nieuw)

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

 

(8 sexies) De Commissie moet zich in de toekomst concentreren op het vergemakkelijken van de grensoverschrijdende afwikkeling van verkeersovertredingen en dan met name van verkeersovertredingen die ernstige verkeersongevallen veroorzaken.

Motivering

Het onderhavige voorstel betreft overtredingen die over het algemeen van tamelijk ondergeschikte betekenis zijn. Het voorstel zou moeten worden uitgebreid om het gemakkelijker te maken sancties te treffen tegen bestuurders die ongevallen veroorzaken waarbij sprake is van ernstige lichamelijke of materiële schade.

Amendement  11

Voorstel voor een richtlijn

Artikel 2 - letter a

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

a) “houder”: de kentekenhouder van het betrokken voertuig;

a) “houder”: de kentekenhouder van het betrokken voertuig, ook wanneer het een motorfiets betreft;

Amendement  12

Voorstel voor een richtlijn

Artikel 2 – letter d

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

d) “bevoegde autoriteit”: de autoriteit die verantwoordelijk is voor het beheer van de gegevensbank met de inschrijvingsbewijzen van voertuigen.

d) "bevoegde autoriteit": een enkel contactpunt in elke lidstaat, dat verantwoordelijk is voor het vergemakkelijken van de uitvoering van deze richtlijn.

Amendement  13

Voorstel voor een richtlijn

Artikel 2 – letter d bis (nieuw)

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

 

d bis) "centrale autoriteit": de autoriteit die in elke lidstaat verantwoordelijk is voor het waarborgen van de databescherming;

Amendement  14

Voorstel voor een richtlijn

Artikel 2 – letter d ter (nieuw)

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

 

d ter) "Definitief administratief besluit": elk definitief besluit dat inhoudt dat er een boete moet worden betaald, afgezien van de definitieve besluiten die vallen onder de definitie gegeven in artikel 1 van Kaderbesluit 2005/214/JBZ;

Amendement  15

Voorstel voor een richtlijn

Artikel 2 bis (nieuw)

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

 

Artikel 2 bis

 

Leidraden op het gebied van de verkeersveiligheid in de EU

 

1. Om een verkeersveiligheidsbeleid na te streven dat gericht is op een hoog niveau van bescherming van alle weggebruikers in de Unie en rekening houdend met de verschillende situaties in de Unie, leggen de lidstaten een verkeersbeleid ten uitvoer, zonder afbreuk te doen aan bestaand strenger beleid en strengere wetgeving, met een bepaald aantal minimale kenmerken op het gebied van controle. Om deze doelstelling te verwezenlijken stelt de Commissie, bijgestaan door het in artikel 8 genoemde comité, richtsnoeren vast overeenkomstig de in artikel 8, lid 3 bedoelde regelgevingsprocedure met toetsing. Deze richtsnoeren komen overeen met de minimale leidraden die in de volgende leden zijn vastgesteld.

 

2. Met betrekking tot de snelheid wordt het gebruik van automatische controleapparatuur op autosnelwegen, secundaire wegen en stadswegen aangemoedigd, met name op trajecten van het wegennet met een hoger aantal ongevallen door snelheidsovertredingen dan gemiddeld.

 

De aanbevelingen die in het kader van deze richtsnoeren zijn gedaan houden in dat de lidstaten het aantal snelheidscontroles met behulp van automatische apparatuur met 50% opvoeren in de lidstaten waar het aantal verkeersdoden hoger is dan het gemiddelde van de Europese Unie en de daling van het aantal verkeersdoden sinds 2001 lager is geweest dan het gemiddelde in de Europese Unie. Met deze automatische controles moet het gehele grondgebied van elk van de lidstaten worden bestreken.

 

3. Met betrekking tot alcoholcontrole zorgen de lidstaten er met name voor dat er steekproefsgewijs wordt gecontroleerd op plaatsen en tijdstippen waar de regels veelvuldig worden overtreden en de kans op ongelukken groter is.

 

De lidstaten zorgen ervoor dat ten minste 30% van de bestuurders jaarlijks gecontroleerd kunnen worden.

 

4. Met betrekking tot het dragen van de veiligheidsgordel worden de controlewerkzaamheden in de lidstaten afgestemd op het percentage van de bestuurders dat de gordel draagt, op basis van de gegevens die hierover zijn verzameld:

a) in de lidstaten waar meer dan 70% van de bevolking de gordel draagt, wordt ten minste gedurende vier weken per jaar intensief gecontroleerd.

b) in de lidstaten waar minder dan 70% van de bevolking de gordel draagt, wordt ten minste gedurende acht weken per jaar intensief gecontroleerd.

 

5. Met betrekking tot het rijden door het rode licht wordt met name op die kruispunten automatische controleapparatuur gebruikt waar de regels veelvuldig worden overtreden en waar vaker dan gemiddeld ongelukken gebeuren die verband houden met het rijden door het rode licht.

 

6. In de richtsnoeren wordt aan de lidstaten een uitwisseling van goede praktijken aanbevolen, waarbij in het bijzonder aan de lidstaten die het verst gevorderd zijn met automatische controle verzocht wordt technische bijstand te verlenen aan andere lidstaten die hierom verzoeken.

Motivering

De praktijken op het gebied van verkeerscontroles moeten geharmoniseerd worden met het oog op een betere coördinatie van het beleid op Europese schaal. Hierbij moet rekening worden gehouden met de specifieke nationale situaties, zodat de grootste controle-inspanning wordt verricht in de lidstaten met de slechtste prestaties. Volgens de Commissie bedroeg het gemiddelde aantal verkeersdoden in de Europese Unie in 2007 83 doden per miljoen inwoners en is het gemiddelde aantal verkeersdoden tussen 2001 en 2007 met 20% gedaald.

Amendement  16

Voorstel voor een richtlijn

Artikel 3 – lid 3

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

3. De door staat van de overtreding meegedeelde informatie wordt niet bewaard door de bevoegde autoriteiten van de overige lidstaten.

3. De uitwisseling van informatie geschiedt, met betrekking tot de verwerking van persoonsgegevens en het vrije verkeer van die gegevens, met inachtneming van Richtlijn 95/46/EG. De door staat van de overtreding meegedeelde informatie wordt niet bewaard door de bevoegde autoriteiten van de overige lidstaten. Deze mogen uitsluitend gebruikt worden voor het in de richtlijn beoogde doel en na afsluiting van de procedures moeten de data aantoonbaar worden gewist.

Motivering

Een consequente bescherming van de data moet worden gegarandeerd, hetgeen betekent dat deze niet in andere kanalen terecht kunnen komen en niet voor andere doeleinden mogen worden gebruikt.

Amendement  17

Voorstel voor een richtlijn

Artikel 4 – lid 1

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

1. De lidstaten nemen de nodige maatregelen om ervoor te zorgen dat de in artikel 3 omschreven informatie via elektronische weg wordt uitgewisseld. Hiertoe nemen zij alle nodige maatregelen om ervoor te zorgen dat uiterlijk 12 maanden na de in artikel 9, lid 1, bedoelde datum een elektronisch netwerk op EU-niveau en overeenkomstig gemeenschappelijke bepalingen wordt opgezet.

1. De lidstaten nemen de nodige maatregelen om ervoor te zorgen dat de in artikel 3 omschreven informatie via elektronische weg wordt uitgewisseld. Hiertoe nemen zij alle nodige maatregelen om ervoor te zorgen dat uiterlijk 12 maanden na de in artikel 9, lid 1, bedoelde datum een communautair elektronisch netwerk en overeenkomstig gemeenschappelijke bepalingen wordt opgezet.

Motivering

Het elektronisch netwerk voor de uitwisseling van informatie op het gebied van verkeersveiligheid moet worden beheerd door de Europese Gemeenschap.

Amendement  18

Voorstel voor een richtlijn

Artikel 4 – lid 2 – alinea 1

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

2. De gemeenschappelijke regels voor de tenuitvoerlegging van lid 1 worden door de Commissie vastgesteld tegen de in artikel 9, lid 1, bedoelde datum overeenkomstig de regelgevingsprocedure van artikel 8, lid 2.

2. De gemeenschappelijke regels voor de tenuitvoerlegging van lid 1 worden door de Commissie vastgesteld tegen de in artikel 9, lid 1, bedoelde datum overeenkomstig de regelgevingsprocedure met toetsing van artikel 8, lid 3.

Motivering

De gemeenschappelijke regels voor de tenuitvoerlegging en het beheer van het elektronisch netwerk moeten worden vastgesteld volgens de regelgevingsprocedure met toetsing.

Amendement  19

Voorstel voor een richtlijn

Artikel 4 – lid 2 – letter b

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

b) de technische procedures voor de elektronische uitwisseling van de gegevens tussen de lidstaten.

b) de technische procedures voor de elektronische uitwisseling van de gegevens tussen de lidstaten, waarbij de veiligheid en vertrouwelijkheid van de uitgewisselde data worden gewaarborgd.

Motivering

Deze regels moeten door de Commissie worden vastgesteld na raadpleging van de lidstaten en zij moeten alle procedures omvatten die vereist zij voor de correcte uitvoering van de richtlijn.

Amendement  20

Voorstel voor een richtlijn

Artikel 4 – lid 2 – letter b bis (nieuw)

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

 

b bis) de voorschriften inzake de veiligheid en bescherming van persoonlijke gegevens, ten einde te voorkomen dat deze gegevens gebruikt worden voor andere doeleinden dan die waarvoor zij zijn vergaard.

Motivering

Er moeten gemeenschappelijke worden vastgesteld met inachtneming van de voorschriften op het gebied van veiligheid en bescherming van gegevens om te voorkomen dat deze gegevens voor andere doeleinden worden gebruikt dan die waarvoor zij zijn verzameld.

Amendement  21

Voorstel voor een richtlijn

Artikel 5 – lid 2

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

2. In de bekeuring wordt de overtreding nader omschreven en de door de houder te betalen geldboete vermeld en worden de mogelijkheden om verzet aan te tekenen tegen de grond van de bekeuring en in beroep te gaan tegen een besluit om een boete op te leggen alsook de daartoe strekkende procedures toegelicht.

2. In de bekeuring worden ten minste vermeld: het voorwerp van de bekeuring, de naam van de autoriteit die bevoegd is voor de tenuitvoerlegging van de sanctie en de naam van de centrale autoriteit die is belast met de tenuitvoerlegging van onderhavige richtlijn. Tevens wordt de overtreding nader omschreven, wordt de te betalen geldboete vermeld, de meest toegankelijke wijzen van betaling, alsook de uiterste datum waarop dit dient te geschieden en worden de mogelijkheden om verzet aan te tekenen tegen de grond van de bekeuring en in beroep te gaan tegen een besluit om een boete op te leggen alsook de daartoe strekkende procedures toegelicht.

Motivering

De inhoud van de bekeuring moet zo volledig mogelijk zijn om de kentekenhouder informatie te verschaffen over de begane overtreding, de verantwoordelijke administratieve dienst en de beroepsmogelijkheden.

Amendement  22

Voorstel voor een richtlijn

Artikel 5 – lid 2 bis (nieuw)

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

 

2 bis. Geldboetes die krachtens deze richtlijn worden opgelegd, houden geen discriminatie in op grond van nationaliteit en worden opgelegd krachtens de wet van het land waar de overtreding is begaan.

Amendement  23

Voorstel voor een richtlijn

Artikel 5 – lid 3

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

3. In de bekeuring moet de houder worden meegedeeld dat hij een antwoordformulier dient in te vullen indien hij de boete weigert te betalen.

3. In de bekeuring moet de houder worden meegedeeld dat hij binnen een bepaalde termijn een antwoordformulier dient in te vullen indien hij de boete weigert te betalen. Ook wordt de houder ervan in kennis gesteld dat een eventuele weigering om te betalen zal worden doorgezonden aan de centrale autoriteit van de woonstaat om uitvoering te geven aan de sanctie.

Motivering

Dit amendement beoogt de effectiviteit en afwikkeling van de bekeuring te waarborgen, doordat de weigering van betaling kan worden toegezonden aan de autoriteit van de woonstaat van de houder, ongeacht de reden van de weigering.

Amendement  24

Voorstel voor een richtlijn

Artikel 5 – lid 3 bis (nieuw)

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

 

3 bis. In de bekeuring wordt de houder meegedeeld dat zijn persoonsgegevens zullen worden verwerkt met inachtneming van Richtlijn 95/46/EG en wordt hem gewezen op zijn recht van toegang en zijn recht op verbetering en verwijdering van gegevens als vermeld in artikel 7.

Motivering

De aan de houder geadresseerde bekeuring moet een verwijzing bevatten naar de bescherming van de persoonsgegevens zoals die wordt gewaarborgd door Richtlijn 95/46/EG.

Amendement  25

Voorstel voor een richtlijn

Artikel 5 - lid 3 ter (nieuw)

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

 

3 ter. Ingeval de houder niet de bestuurder was op het tijdstip waarop de overtreding werd begaan, moet de houder de identiteit van de bestuurder meedelen. In gevallen waarin er een overeenkomst tussen twee of meer lidstaten bestaat die een oplossing biedt voor de problemen die voortvloeien uit de toepassing van dit artikel, zal deze overeenkomst van toepassing zijn.

Amendement  26

Voorstel voor een richtlijn

Artikel 5 – lid 4

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

4. De bekeuring wordt aan de houder meegedeeld in de officiële taal of talen van de woonstaat, zoals door deze bepaald.

(Niet van toepassing op de Nederlandse vertaling)

Motivering

Niet van toepassing op de Nederlandse vertaling.

Amendement  27

Voorstel voor een richtlijn

Artikel 5 – lid 5

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

5. De Commissie kan de modelbekeuring aanpassen teneinde rekening te houden met technische ontwikkelingen. Die aanpassingen, die niet-essentiële onderdelen van deze richtlijn betreffen, worden vastgesteld volgens de in artikel 8, lid 3, bedoelde regelgevingsprocedure met toetsing.

5. De Commissie kan de modelbekeuring aanpassen teneinde rekening te houden met technische ontwikkelingen. Deze maatregelen, die niet-essentiële technische onderdelen van deze richtlijn beogen te wijzigen, worden vastgesteld volgens de in artikel 8, lid 3, bedoelde regelgevingsprocedure met toetsing.

Motivering

De wijzigingen die worden aangebracht in de modelbekeuring volgens de comitologieprocedure moeten van technische aard zijn en mogen niet betrekking hebben op onderdelen die een betere voorlichting van de houder behelzen, bijvoorbeeld op het gebied van de bescherming van persoonsgegevens.

Amendement  28

Voorstel voor een richtlijn

Artikel 5 – lid 5 bis (nieuw)

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

 

5 bis. Er wordt geen sanctie opgelegd voor overtredingen die begaan zijn vóór de datum van inwerkingtreding van deze richtlijn.

Amendement  29

Voorstel voor een richtlijn

Artikel 5 bis (nieuw)

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

 

Artikel 5 bis

 

Afwikkeling van verkeersovertredingen

 

1. Indien de geldboete niet is betaald en de geschillen- of beroepsprocedures zijn doorlopen, is het Kaderbesluit 2005/214/JBZ van toepassing op de sancties als bedoeld in artikel 1 van dit kaderbesluit.

 

2. In dezelfde gevallen als vermeld in lid 1, maar betreffende sancties die niet binnen het toepassingsgebied van Kaderbesluit 2005/214/JBZ vallen, zendt de lidstaat van de overtreding het definitieve besluit toe aan de woonstaat om uitvoering te geven aan de sanctie.

Motivering

Dit amendement beoogt ervoor te zorgen dat geldboetes die zijn toegezonden aan de houder, maar door deze laatste niet zijn betaald, gegarandeerd kunnen worden geïnd hetzij door toepassing van Kaderbesluit 2005/214/EG, hetzij door toezending van het definitieve besluit aan de woonstaat van de kentekenhouder.

Amendement  30

Voorstel voor een richtlijn

Artikel 5 ter (nieuw)

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

 

Artikel 5 ter

 

Erkenning en tenuitvoerlegging

 

1. De bevoegde autoriteit van de woonstaat erkent een sanctiebesluit dat hem overeenkomstig artikel 5 bis, lid 2 is toegezonden zonder verdere formaliteiten en neemt onverwijld alle nodige maatregelen om er uitvoering aan te geven, tenzij de bevoegde autoriteit besluit zich te beroepen op een van de volgende redenen voor niet-erkenning of niet-uitvoering:

 

a) het recht van de woonstaat voorziet in een immuniteit, die tenuitvoerlegging van dat besluit onmogelijk maakt;

 

b) de betrokkene is niet op de hoogte gesteld van zijn recht om in beroep te gaan en van de termijn die daarvoor geldt.

 

2. De uitvoering van het sanctiebesluit door de bevoegde autoriteit van de woonstaat valt onder de wetgeving van de woonstaat, op dezelfde wijze als een geldboete van de woonstaat.

 

3. De bevoegde autoriteit van de staat van de overtreding stelt de bevoegde autoriteit van de woonstaat onverwijld in kennis van ieder besluit of iedere maatregel ten gevolge waarvan het besluit niet meer voor tenuitvoerlegging vatbaar is. De bevoegde autoriteit van de woonstaat beëindigt de tenuitvoerlegging van het besluit zodra hij door de bevoegde autoriteit van de staat van de overtreding in kennis is gesteld van dat besluit of die maatregel.

Motivering

Met dit amendement wordt beoogd een systeem in te voeren voor de erkenning en tenuitvoerlegging van sancties voor de gevallen waarin Kaderbesluit 2005/214/JBZ niet van toepassing is.

Amendement  31

Voorstel voor een richtlijn

Artikel 5 quater (nieuw)

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

 

Artikel 5 quater

 

Informatieverstrekking door de woonstaat

 

De bevoegde autoriteit van de woonstaat stelt de bevoegde autoriteit van de staat van de overtreding onverwijld, op zodanige wijze dat de kennisgeving schriftelijk kan worden vastgelegd, in kennis van:

 

a) de toezending van het besluit aan de bevoegde autoriteit;

 

b) ieder besluit om geen uitvoering te geven aan een besluit, met redenen omkleed;

 

c) de tenuitvoerlegging van het besluit zodra de tenuitvoerlegging is voltooid;

Motivering

Met dit amendement wordt beoogd het systeem voor de erkenning en toezending van sancties als omschreven in de voorgaande amendementen in die zin aan te vullen dat de woonstaat de staat van de overtreding op de hoogte stelt van het gevolg dat is gegeven aan het besluit.

Amendement  32

Voorstel voor een richtlijn

Artikel 7 bis (nieuw)

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

 

Artikel 7 bis

 

Voorlichting van de Europese bestuurders

 

1. De lidstaten nemen de nodige maatregelen om te zorgen voor voldoende voorlichting van de weggebruikers over de uitvoeringsmaatregelen van onderhavige richtlijn. Deze informatie kan ondermeer worden verstrekt met tussenkomst van organisaties voor verkeersveiligheid of automobielclubs.

 

De lidstaten verzekeren zich ervan dat de regels inzake maximale snelheden op verkeersborden worden aangegeven bij elke grensovergang aan de autosnelwegen.

 

2. De Commissie plaatst op haar internetsite een bladzijde waarop informatie verstrekt wordt over de in de lidstaten van kracht zijnde regels die onder het toepassingsbereik van onderhavige richtlijn vallen.

Motivering

De doelmatigheid van deze richtlijn hangt af van de mate waarin de weggebruikers geïnformeerd worden over de in elke lidstaat van kracht zijnde regels die tot het toepassingsbereik van de richtlijn behoren. Door deze informatie wordt de preventieve werking van de richtlijn versterkt.

Amendement  33

Voorstel voor een richtlijn

Artikel 8 bis (nieuw)

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

 

Artikel 8 bis

 

Evaluatie en verslaglegging

 

1. Twee jaar na de inwerkingtreding van deze richtlijn legt de Commissie het Europees Parlement en de Raad een verslag voor over de tenuitvoerlegging van deze richtlijn door de lidstaten en de effectiviteit ervan in het licht van de doelstelling om een daling van het aantal verkeersdoden bereiken.

 

2. Op basis van dit verslag bestudeert de Commissie de mogelijkheden om het toepassingsbereik van de richtlijn uit te breiden tot andere verkeersovertredingen die ernstige gevolgen kunnen hebben voor de verkeersveiligheid.

 

3. In hetzelfde verslag doet de Commissie voorstellen om de controleapparatuur te harmoniseren aan de hand van communautaire criteria en de controlepraktijken op het gebied van verkeersveiligheid.

 

4. In dit verslag geeft de Commissie een evaluatie van de wijze waarop de lidstaten op basis van vrijwilligheid uitvoering hebben gegeven aan de richtsnoeren genoemd in artikel 2 bis en beraadt zij zich over de wenselijkheid om deze aanbevelingen een verplicht karakter te geven. Indien nodig voegt de Commissie voorstellen bij het verslag om de richtlijn te wijzigen.

Motivering

Twee jaar na de inwerkingtreding van de richtlijn moet de Commissie een verslag indienen over de uitvoering van de richtlijn en haar doelmatigheid in het licht van de doelstelling om een vermindering van het aantal verkeerdoden op de wegen van de Europese Unie te bereiken. In dit verslag moeten onder meer de gevolgen worden onderzocht die de problemen bij het identificeren van de bestuurder hebben voor de effectiviteit van de richtlijn, in gevallen waarin de kentekenhouder niet de bestuurder is.

Amendement  34

Voorstel voor een richtlijn

Bijlage – bladzijde 2 – alinea 6

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

Indien u deze geldboete weigert te betalen, dient u het bijgevoegde antwoordformulier in te vullen (blz. 4) en op te sturen naar het vermelde adres.

Indien u deze geldboete weigert te betalen, dient u het bijgevoegde antwoordformulier in te vullen (blz. 4) en op te sturen naar het vermelde adres. Dit antwoordformulier kan door [de centrale autoriteit van de staat van de overtreding] worden toegezonden aan [de centrale autoriteit van de woonstaat] om uitvoering te geven aan de sanctie.

Motivering

De bijlage moet worden gewijzigd om de houder ervan op de hoogte te stellen dat zijn weigering om te betalen kan worden toegezonden aan de autoriteiten van zijn woonstaat, met het oog op een betere afwikkeling van de bekeuringen en de opgelegde sancties.

Amendement  35

Voorstel voor een richtlijn

Bijlage – bladzijde 2 – alinea 6 bis (nieuw)

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

 

INFORMATIE

 

Deze zaak zal worden onderzocht door de bevoegde autoriteit van de lidstaat waar de overtreding is begaan.

 

Indien geen vervolging wordt ingesteld, wordt u hierover binnen 60 dagen na ontvangst van het antwoordformulier geïnformeerd.

 

Indien vervolging wordt ingesteld, is de volgende procedure van toepassing:

 

[In te vullen door de staat waar de overtreding is begaan: vermelden welke procedure zal worden gevolgd, met inbegrip van mogelijkheden om in beroep te gaan tegen een besluit om vervolging in te stellen. De volgende informatie moet worden vermeld: naam en adres van de autoriteit die bevoegd is om vervolging in te stellen; betalingstermijn; naam en adres van de beroepsinstantie; beroepstermijn].

Motivering

De informatie over de rechten van de houder moet aan het begin van de bekeuring worden vermeld met het oog op een betere voorlichting.

Amendement  36

Voorstel voor een richtlijn

Bijlage – bladzijde 4 – laatste alinea

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

INFORMATIE

Schrappen

Deze zaak zal worden onderzocht door de bevoegde autoriteit van de lidstaat waar de overtreding is begaan.

 

Indien geen vervolging wordt ingesteld, wordt u hierover binnen 60 dagen na ontvangst van het antwoordformulier geïnformeerd.

Indien vervolging wordt ingesteld, is de volgende procedure van toepassing:

 

[In te vullen door de staat waar de overtreding is begaan – vermelden welke procedure zal worden gevolgd, met inbegrip van mogelijkheden om in beroep te gaan tegen een beslissing om vervolging in te stellen. De volgende informatie moet worden vermeld: naam en adres van de autoriteit die bevoegd is om vervolging in te stellen; betalingstermijn; naam en adres van de beroepsinstantie; beroepstermijn].

 

Motivering

Zie vorig amendement.

Amendement  37

Voorstel voor een richtlijn

Bijlage – Bekeuringsformulier – bladzijde 4

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

Antwoordformulier

 

Antwoordformulier

(Invullen in hoofdletters en aankruisen wat van toepassing is)

(Invullen in hoofdletters en aankruisen wat van toepassing is)

A. Identiteit van de bestuurder:

A. Identiteit van de bestuurder:

 

Was u de bestuurder van het voertuig op het ogenblik waarop de overtreding is begaan? (ja/nee)

 

Zo ja, gelieve de volgende gegevens te verstrekken:

- Naam en voornaam:

- Naam en voornaam:

- Geboorteplaats en -datum:

- Geboorteplaats en -datum:

- Nummer van het rijbewijs: … afgegeven

- Nummer van het rijbewijs: … afgegeven

op (datum): .... te (plaats):

op (datum): .... te (plaats):

- Adres:

- Adres:

 

Indien u niet de bestuurder van het voertuig was op het ogenblik waarop de overtreding is begaan, bent u dan in staat de identiteit van de bestuurder aan te geven? (ja/nee)

 

Zo ja, gelieve de volgende gegevens te verstrekken:

 

- Naam en voornaam:

 

- Geboorteplaats en -datum:

 

- Nummer van het rijbewijs: … afgegeven

 

op (datum): .... te (plaats):

 

- Adres:

B. Vragenlijst:

B. Vragenlijst:

(1) (1) Is het voertuig, merk ... met kentekennummer …, op uw naam ingeschreven?

(1) (1) Is het voertuig, merk ... met kentekennummer …, op uw naam ingeschreven?

           ja/nee

           ja/nee

           Zo nee, de kentekenhouder is:

           Zo nee, de kentekenhouder is:

           (naam, voornaam, adres)

           (naam, voornaam, adres)

(2) Bevestigt u dat u de overtreding heeft begaan?

(2) Bevestigt u dat u de overtreding heeft begaan?

           ja/nee

           ja/nee

(3) Indien u dit ontkent, specificeer waarom:

 

(3) Indien u dit ontkent of indien u geweigerd heeft de identiteit van de bestuurder bekend te maken, specificeer waarom:

Gelieve het ingevulde formulier binnen 60 dagen na de datum van kennisgeving op te sturen naar de volgende instantie:

Gelieve het ingevulde formulier binnen 60 dagen na de datum van kennisgeving op te sturen naar de volgende instantie:

op het volgende adres

op het volgende adres

Motivering

De voorgestelde amendementen op de richtlijn moeten ook tot uiting komen in het formulier.

TOELICHTING

Een nieuw juridisch instrument om het aantal verkeersdoden op de Europese wegen tegen 2010 te halveren

Ter gelegenheid van het Witboek over het Europese vervoersbeleid in 2001 heeft de Europese Unie zich het ambitieuze doel gesteld om het aantal verkeersdoden tegen 2010 te halveren, dat nu voor alle 27 lidstaten geldt. Bij de opstelling van het Witboek, in een Europa van 25 lidstaten, kwamen er jaarlijks 54.000 mensen om in het verkeer[1]. Sindsdien is aanzienlijke vooruitgang geboekt, omdat dit aantal gestaag daalde.

Deze vooruitgang heeft zich echter met name voorgedaan in de eerste helft van het decennium. Sinds 2005 is de dalende tendens enigszins afgevlakt. In 2007 zijn in de Europese Unie 40.000 mensen verongelukt, wat neerkomt op een daling van het aantal verkeersdoden met ca. 20% over de gehele periode. Dit resultaat blijft zeer onbevredigend met het oog op het voor 2010 gestelde doel dat neer zou komen op een daling met 37%. Ernstiger is dat het aantal doden in 2007 niet is afgenomen.

Uit het door de Commissie verrichte onderzoek over dezelfde periode blijkt dat het aandeel buitenlanders dat betrokken was bij verkeersovertredingen hoger is dan hun aandeel in het nationale wegverkeer, met name bij snelheidsovertredingen. Dit verschijnsel houdt voor een deel verband met de toegenomen mobiliteit in de Europese Unie en de opening van de grenzen tussen de lidstaten.

Op deze overtredingen die begaan worden op het grondgebied van andere lidstaten dan de woonstaat van de bestuurder, volgen echter vaak sancties die geen effect hebben. Dat geldt met name voor overtredingen die automatisch worden geregistreerd. Deze overtredingen zijn enorm toegenomen met de massale plaatsing van automatische radarapparatuur op de Europese wegen. Deze relatieve straffeloosheid ondermijnt de doelstellingen van het verkeersveiligheidsbeleid en moedigt buitenlandse bestuurders aan de nationale wegenverkeerswet te overtreden omdat ze denken dat ze toch niet vervolgd worden. Maar ze ondermijnt ook de legitimiteit van de controles in de ogen van de Europese burgers die de gegrondheid ervan zouden willen kunnen aanvechten uit het oogpunt van gelijke behandeling van binnen- en buitenlandse overtreders.

Dit voorstel voor een richtlijn beoogt deze dubbele reden tot bezorgdheid weg te nemen, na verschillende initiatieven van de Commissie, zoals de aanbeveling van de Commissie van 6 april 2004 inzake handhaving op het gebied van verkeersveiligheid (2004/345/EG). Het Europees Parlement heeft bij monde van de leden van zijn Commissie vervoer en toerisme herhaaldelijk aangedrongen op wetgeving inzake grensoverschrijdende tenuitvoerlegging van sancties op het gebied van de verkeersveiligheid.

Het voorstel voor een richtlijn van de Commissie

De Commissie wil het gemakkelijker maken dat sancties tegen bestuurders die de maximumsnelheid hebben overschreden, rijden onder invloed, hun veiligheidsgordels niet dragen of door het rode licht rijden in een andere lidstaat dan hun woonstaat ten uitvoer worden gelegd. De Commissie heeft er bewust voor gekozen het toepassingsgebied van de richtlijn, die een nieuwe benadering inhoudt op het gebied van het Europees verkeersveiligheidsbeleid, te beperken tot de vier overtredingen (artikel 1) de op Europees niveau meeste mensenlevens eisen. Deze overtredingen hebben bovendien met elkaar gemeen dat zij in alle 27 lidstaten van de Europese Unie worden beschouwd als overtredingen.

Met het voorstel wordt beoogd een procedure voor de uitwisseling van gegevens tussen de lidstaten op te zetten (artikel 3) door middel van een elektronisch netwerk voor de uitwisseling van gegevens (artikel 4) om het voertuig te identificeren waarmee de overtreding is begaan. Na deze identificatie stuurt de administratie van de lidstaat waar de overtreding is begaan een bekeuring naar de kentekenhouder (artikel 5) met een nadere omschrijving van de overtreding, de hoogte van de te betalen geldboete, alsmede de wijzen van betaling - waarbij grensoverschrijdende bankoverschrijvingen zo veel mogelijk moeten worden gefaciliteerd - en de beroepsmogelijkheden.

De afwikkeling van de sanctie vormt de tweede fase van de verwerking van de overtreding die wordt gewaarborgd door Kaderbesluit 2005/214/JBZ van de Raad inzake de toepassing van het beginsel van wederzijdse erkenning op geldelijke sancties.

Het voorstel voor een richtlijn voorziet bovendien in waarborgen voor de bescherming van persoonsgegevens (artikel 7) met een verwijzing naar Richtlijn 95/46/EG van het Europees Parlement en de Raad van 24 oktober 1995 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrije verkeer van die gegevens. Ten slotte worden er in het voorstel comitologiebepalingen geïntroduceerd (artikel 8) betreffende de definitie van gemeenschappelijke regels voor de tenuitvoerlegging van het elektronische netwerk of de aanpassing van de modelbekeuring.

Het standpunt van de rapporteur over het voorstel van de Commissie

De rapporteur onderschrijft de doelstellingen van de Europese Commissie op het gebied van verkeersveiligheid en is van mening dat de gekozen benadering de juiste is om het aantal verkeersovertredingen op de Europese wegen terug te dringen. Ik steun met name dat de Europese Commissie hoge prioriteit toekent aan de vier overtredingen die in artikel 1 van het voorstel voor een richtlijn worden genoemd, om het accent te leggen op de verkeersovertredingen die de meeste slachtoffers veroorzaken. Toch moeten verschillende punten worden verbeterd en/of bepaalde leemtes worden gevuld.

1) Ten aanzien van de afwikkeling van de bekeuringen lijkt het me belangrijk erop te wijzen dat deze zoveel mogelijk geschiedt op basis van Kaderbesluit 2005/214/JBZ. Om rekening te houden met nationale juridische bijzonderheden op het gebied van bekeuringen, dring ik er echter op aan dat er naast de verwijzing naar het kaderbesluit waarborgen worden opgenomen voor tenuitvoerlegging van de sanctie indien het kaderbesluit niet van toepassing is. Bepaalde lidstaten van de Europese Unie hebben namelijk een sanctiesysteem dat niet gebaseerd is op strafrechtelijke overtredingen maar op administratieve overtredingen. Om rekening te houden met dergelijke bijzonderheden heb ik een aanvulling voorgesteld waardoor bekeuringen kunnen worden toegezonden aan en afgewikkeld door de woonstaat van de persoon die de overtreding heeft begaan.

2) Ten aanzien van de controlepraktijken op het gebied van de verkeersveiligheid, wil ik dat de lidstaten deze versterken door minimale vergelijkbare criteria vast te stellen door middel van richtsnoeren.

3) Ten aanzien van de bescherming van persoonsgegevens, heb ik een aantal zorgen van de Europese toezichthouder voor gegevensbescherming (EDPS) die hij in zijn advies van 8 mei 2008 had geuit, overgenomen. Met de gedane voorstellen kunnen de technische maatregelen betreffende het beheer van het elektronische netwerk voor de uitwisseling van gegevens in het kader van de comitologieprocedure worden genomen en kan een aantal rechten die zijn verankerd in Richtlijn 95/45/EG in het corpus van de richtlijn alsmede in de in de bijlage opgenomen modelbekeuring worden gewaarborgd.

4) Voorlichting van de Europese bestuurders: de Europese bestuurders moeten worden voorgelicht over de tenuitvoerlegging van deze richtlijn, met name wanneer zij van de ene naar de andere lidstaat reizen.

5) Evaluatie en verslaglegging: ik stel voor om in de richtlijn een verplichting voor de Europese Commissie op te nemen om twee jaar na de inwerkingtreding van deze richtlijn een verslag voor te leggen over de tenuitvoerlegging en over de ervaringen die zijn opgedaan aan de hand van deze evaluatie. Op basis van dit verslag moet de Commissie voorstellen doen tot herziening van de richtlijn, met name ten aanzien van de doelmatigheid van de tenuitvoerlegging, het toepassingsgebied, de controlepraktijken en de standaardisering van de controleapparatuur.

  • [1]  Bron: CARE (gegevensbank van de EU met ongevallenstatistieken) of nationale publicaties.

ADVIES van de Commissie burgerlijke vrijheden, justitie en binnenlandse zaken (11.9.2008)

aan de Commissie vervoer en toerisme

over het voorstel voor een richtlijn van het Europees Parlement en de Raad ter facilitering van de grensoverschrijdende handhaving van de verkeersveiligheid
(COM(2008)0151 – C6‑0149/2008 – 2008/0062(COD))

Rapporteur: Renate Weber

BEKNOPTE MOTIVERING

De door de Commissie voorgestelde regels hebben tot doel de tenuitvoerlegging van sancties waarin voor verkeersovertredingen is voorzien te vergemakkelijken (ongeacht de classificatie van de overtreding als strafrechtelijk of bestuursrechtelijk feit) wanneer de overtreder niet onmiddellijk kan worden geïdentificeerd, bijvoorbeeld omdat de overtreding werd geconstateerd met behulp van elektronische apparatuur, of wanneer de overtreder onmiddellijk is geïdentificeerd maar verder onderzoek noodzakelijk is, wat volgens het voorstel het geval is bij rijden onder invloed van alcohol.

De werkingssfeer van het voorstel is vrij beperkt en omvat vier soorten verkeersovertredingen: te hoge snelheid, rijden onder invloed van alcohol, het niet dragen van de veiligheidsgordel en door het rode licht rijden.

Het voorstel wekt enige bezorgdheid ten aanzien van de bescherming van de grondrechten.

Wat de overtreding "rijden onder invloed" betreft, dient erop te worden gewezen dat volgens artikel 2, letter f), rijden onder invloed betekent "rijden met een hoger alcoholgehalte in het bloed dan het in de staat van de overtreding toegestane maximumgehalte". Dit betekent dat, ongeacht het feit dat er andere, minder intrusieve middelen bestaan om rijden onder invloed vast te stellen, zoals de ademtest, het voorstel de optie van het vaststellen van de overtreding van drinken onder invloed op een wijze die niet impliceert dat de verdachte een bloedproef moet ondergaan, niet in aanmerking neemt. Dit kan aanzienlijke gevolgen hebben voor de grondrechten, aangezien in de richtlijn niet duidelijk wordt gesteld dat niemand ertoe kan worden verplicht voor dit doel een bloedproef te ondergaan, en dat drinken onder invloed altijd eerst moet worden vastgesteld met behulp van een ademtester.

Wat de procedurele garanties betreft is de Commissie burgerlijke vrijheden, justitie en binnenlandse zaken van oordeel dat de richtlijn moet bepalen dat de overtredingen moeten worden vastgesteld op het ogenblik waarop ze worden begaan, met gebruikmaking van geautomatiseerde apparatuur of door de bevoegde wetshandhavinginstanties, en dat de bekeuringsprocedure in overeenstemming moet zijn met de beginselen van de rechtsstaat, met name het recht om zichzelf niet te beschuldigen.

De Commissie burgerlijke vrijheden, justitie en binnenlandse zaken is het ten slotte eens met het standpunt van de Europese toezichthouder voor gegevensbescherming, die stelt dat het voorstel beantwoordt aan de vereisten inzake gegevensbescherming.

AMENDEMENTEN

De Commissie burgerlijke vrijheden, justitie en binnenlandse zaken verzoekt de ten principale bevoegde Commissie vervoer en toerisme onderstaande amendementen in haar verslag op te nemen:

Amendement  1

Voorstel voor een richtlijn

Artikel 1 – lid 1 – letter d sexies (nieuw)

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

 

d sexies) elke andere overtreding met ernstige gevolgen voor de verkeersveiligheid;

Motivering

De inspanningen van de steden en regio's van Europa om een innoverend duurzaam vervoersbeleid te voeren, bijvoorbeeld met tolheffingssystemen voor het wegverkeer, groene zones en verkeersbeperkingen, teneinde de snelheid van het openbaar vervoer in de steden te verhogen en zo tot een overstap naar andere vervoersmodi aan te zetten, moeten in de richtlijn hun weerslag krijgen. Uitdagingen zoals de klimaatverandering, vervuiling en congestie zijn er in alle Europese steden, en een effectief grensoverschrijdend handhavingsmechanisme om het genoemde innoverende beleid te ondersteunen, is van cruciaal belang.

Amendement  2

Voorstel voor een richtlijn

Artikel 1 – lid 1 bis (nieuw)

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

 

1 bis. De overtreding "rijden onder invloed" mag in eerste instantie alleen worden vastgesteld met behulp van een ademtester.

 

Een bloedproef mag alleen worden afgenomen met instemming van de verdachte.

 

De weigering van een verdachte een bloedproef te ondergaan mag geen juridische gevolgen hebben.

Motivering

Een bloedproef afnemen kan diepgaande gevolgen hebben voor de grondrechten indien dit gebeurt zonder instemming van de verdachte. Er dient dan ook voorrang te worden gegeven aan minder intrusieve detectiemethoden zoals de ademtest. Gezien de werkingssfeer van de richtlijn (verkeersovertredingen, en niet "ernstige misdrijven") dient dan ook duidelijk te worden gesteld dat niemand ertoe verplicht kan worden een bloedproef te ondergaan.

Amendement  3

Voorstel voor een richtlijn

Artikel 1 – lid 2 bis (nieuw)

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

 

2 bis. Deze richtlijn is alleen van toepassing op verkeersovertredingen die op het ogenblik waarop zij zijn begaan zijn vastgesteld met gebruikmaking van geautomatiseerde apparatuur of, indien niet-geautomatiseerde middelen zijn gebruikt, door de bevoegde wetshandhavinginstanties.

Motivering

Bij het vaststellen van overtredingen dient de nodige zekerheid te worden geboden, en moeten misbruiken uitgesloten zijn. Met het oog daarop dient te worden bepaald dat verkeersovertredingen die onder het toepassingsgebied van deze richtlijn vallen moeten worden vastgesteld hetzij direct door wetshandhavinginstanties, hetzij met gebruikmaking van geautomatiseerde apparatuur.

Amendement  4

Voorstel voor een richtlijn

Artikel 2 – letter d bis (nieuw)

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

 

d bis) “centrale instantie”: de instantie die verantwoordelijk is voor het garanderen van de gegevensbescherming in elke lidstaat;

Amendement  5

Voorstel voor een richtlijn

Artikel 5 – lid 2

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

2. In de bekeuring wordt de overtreding nader omschreven en de door de houder te betalen geldboete vermeld en worden de mogelijkheden om verzet aan te tekenen tegen de grond van de bekeuring en in beroep te gaan tegen een besluit om een boete op te leggen alsook de daartoe strekkende procedures toegelicht.

2. In de bekeuring worden vermeld: het voorwerp van de bekeuring, de naam van de instantie die belast is met de tenuitvoerlegging van de sancties en het doel van de bekeuring, de naam van de instantie die bevoegd is voor de tenuitvoerlegging van deze richtlijn, een nadere omschrijving van de overtreding, de door de houder te betalen geldboete, de datum waarop deze uiterlijk moet worden betaald, de mogelijkheden om verzet aan te tekenen tegen de grond van de bekeuring, een verklaring inzake het recht van de betrokkene om zichzelf niet te beschuldigen en het recht om in beroep te gaan tegen een besluit om een boete op te leggen alsook de daartoe strekkende procedures.

Motivering

Het is voor de ontvanger van de bekeuring van belang dat hij/zij duidelijk wordt geïnformeerd over de overtreding, de instantie die ze heeft vastgesteld en het voorwerp van de bekeuring. Het "nemo tenetur se detegere"-beginsel is een van de fundamentele waarden van de rechtsstaat. Het dient te worden geëerbiedigd in alle strafrechtelijke/bestuursrechtelijke procedures, ook in dit geval.

Amendement  6

Voorstel voor een richtlijn

Artikel 5 – lid 2 bis (nieuw)

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

 

2 bis. Geldboetes die krachtens deze richtlijn worden opgelegd, houden geen discriminatie in op grond van nationaliteit en worden opgelegd krachtens de wet van het land waar de overtreding is begaan.

Amendement  7

Voorstel voor een richtlijn

Artikel 5 – lid 4 bis (nieuw)

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

 

4 bis. Het recht om zichzelf niet te beschuldigen dient in elk geval te worden gewaarborgd. De houder mag niet aansprakelijk worden gesteld indien hij/zij niet de bestuurder was en hij/zij niet in staat is de identiteit van de bestuurder aan te geven.

Motivering

Het "nemo tenetur se detegere"-beginsel is een van de fundamentele waarden van de rechtsstaat. Het dient te worden geëerbiedigd in alle strafrechtelijke/bestuursrechtelijke procedures, ook in dit geval.

Amendement  8

Voorstel voor een richtlijn

Artikel 5 – lid 5 bis (nieuw)

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

 

5 bis. Er wordt geen sanctie opgelegd voor overtredingen die begaan zijn vóór de datum van inwerkingtreding van deze richtlijn.

Amendement  9

Voorstel voor een richtlijn

BIJLAGE – bladzijde 3 (nadere omschrijving van de overtreding) - punt b - alinea 3

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

Te hoge snelheid, rijden onder invloed van alcohol, het niet dragen van een veiligheidsgordel of niet gebruiken van een kinderbeveiligingssysteem, door het rode licht rijden.

Te hoge snelheid, rijden onder invloed van alcohol, het niet dragen van een veiligheidsgordel of niet gebruiken van een kinderbeveiligingssysteem, door het rode licht rijden, overtredingen in het rijdende verkeer en overtredingen met ernstige gevolgen voor de verkeersveiligheid.

Motivering

Indien het toepassingsgebied van de richtlijn wordt uitgebreid, moet dit tot uiting komen in het bekeuringsformulier.

Amendement  10

Voorstel voor een richtlijn

Bijlage – Bekeuringsformulier – bladzijde 4

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

Antwoordformulier

 

Antwoordformulier

(Invullen in hoofdletters en aankruisen wat van toepassing is)

(Invullen in hoofdletters en aankruisen wat van toepassing is)

A. Identiteit van de bestuurder:

A. Identiteit van de bestuurder:

 

Was u de bestuurder van het voertuig op het ogenblik waarop de overtreding is begaan? (ja/nee)

 

Zo ja, gelieve de volgende gegevens te verstrekken:

- Naam en voornaam:

- Naam en voornaam:

- Geboorteplaats en -datum:

- Geboorteplaats en -datum:

- Nummer van het rijbewijs: … afgegeven

- Nummer van het rijbewijs: … afgegeven

op (datum): .... te (plaats):

op (datum): .... te (plaats):

- Adres:

- Adres:

 

Indien u niet de bestuurder van het voertuig was op het ogenblik waarop de overtreding is begaan, bent u dan in staat de identiteit van de bestuurder aan te geven? (ja/nee)

 

Zo ja, gelieve de volgende gegevens te verstrekken:

 

- Naam en voornaam:

 

- Geboorteplaats en -datum:

 

- Nummer van het rijbewijs: … afgegeven

 

op (datum): .... te (plaats):

 

- Adres:

B. Vragenlijst:

B. Vragenlijst:

(1) Is het voertuig, merk ... met kentekennummer …, op uw naam ingeschreven?

(1) Is het voertuig, merk ... met kentekennummer …, op uw naam ingeschreven?

           ja/nee

           ja/nee

           Zo nee, de kentekenhouder is:

           Zo nee, de kentekenhouder is:

           (naam, voornaam, adres)

           (naam, voornaam, adres)

(2) Bevestigt u dat u de overtreding heeft begaan?

(2) Bevestigt u dat u de overtreding heeft begaan?

           ja/nee

           ja/nee

(3) Indien u dit ontkent, specificeer waarom:

 

(3) Indien u dit ontkent of indien u geweigerd heeft de identiteit van de bestuurder bekend te maken, specificeer waarom:

Gelieve het ingevulde formulier binnen 60 dagen na de datum van kennisgeving op te sturen naar de volgende instantie:

Gelieve het ingevulde formulier binnen 60 dagen na de datum van kennisgeving op te sturen naar de volgende instantie:

op het volgende adres

op het volgende adres

Motivering

De voorgestelde amendementen op de richtlijn moeten ook tot uiting komen in het formulier.

PROCEDURE

Titel

Grensoverschrijdende handhaving van de verkeersveiligheid

Document- en procedurenummers

COM(2008)0151 – C6-0149/2008 – 2008/0062(COD)

Commissie ten principale

TRAN

Advies uitgebracht door

       Datum bekendmaking

LIBE

10.4.2008

 

 

 

Rapporteur voor advies

       Datum benoeming

Renate Weber

28.5.2008

 

 

Behandeling in de commissie

14.7.2008

8.9.2008

 

 

Datum goedkeuring

8.9.2008

 

 

 

Uitslag eindstemming

+:

–:

0:

32

0

1

Bij de eindstemming aanwezige leden

Alexander Alvaro, Emine Bozkurt, Philip Bradbourn, Mihael Brejc, Jean-Marie Cavada, Carlos Coelho, Elly de Groen-Kouwenhoven, Esther De Lange, Gérard Deprez, Agustín Díaz de Mera García Consuegra, Claudio Fava, Armando França, Kinga Gál, Patrick Gaubert, Jeanine Hennis-Plasschaert, Ewa Klamt, Wolfgang Kreissl-Dörfler, Henrik Lax, Baroness Sarah Ludford, Claude Moraes, Javier Moreno Sánchez, Rareş-Lucian Niculescu, Martine Roure, Inger Segelström, Renate Weber, Tatjana Ždanoka

Bij de eindstemming aanwezige vaste plaatsvervangers

Edit Bauer, Frieda Brepoels, Elisabetta Gardini, Sylvia-Yvonne Kaufmann, Jean Lambert, Marian-Jean Marinescu, Siiri Oviir

PROCEDURE

Titel

Grensoverschrijdende handhaving van de verkeersveiligheid

Document- en procedurenummers

COM(2008)0151 – C6-0149/2008 – 2008/0062(COD)

Datum indiening bij EP

19.3.2008

Commissie ten principale

       Datum bekendmaking

TRAN

10.4.2008

Medeadviserende commissie(s)

       Datum bekendmaking

LIBE

10.4.2008

 

 

 

Rapporteur(s)

       Datum benoeming

Inés Ayala Sender

18.4.2008

 

 

Behandeling in de commissie

24.6.2008

15.7.2008

8.9.2008

 

Datum goedkeuring

9.9.2008

 

 

 

Uitslag eindstemming

+:

–:

0:

36

0

3

Bij de eindstemming aanwezige leden

Gabriele Albertini, Inés Ayala Sender, Paolo Costa, Michael Cramer, Luis de Grandes Pascual, Arūnas Degutis, Christine De Veyrac, Petr Duchoň, Saïd El Khadraoui, Robert Evans, Emanuel Jardim Fernandes, Francesco Ferrari, Brigitte Fouré, Georg Jarzembowski, Stanisław Jałowiecki, Dieter-Lebrecht Koch, Sepp Kusstatscher, Bogusław Liberadzki, Eva Lichtenberger, Marian-Jean Marinescu, Josu Ortuondo Larrea, Luís Queiró, Reinhard Rack, Luca Romagnoli, Brian Simpson, Renate Sommer, Dirk Sterckx, Silvia-Adriana Ţicău, Armando Veneto, Lars Wohlin, Roberts Zīle

Bij de eindstemming aanwezige vaste plaatsvervanger(s)

Zsolt László Becsey, Guy Bono, Philip Bradbourn, Luigi Cocilovo, Lily Jacobs, Elisabeth Jeggle, Vural Öger, Corien Wortmann-Kool

Datum indiening

3.10.2008