VERSLAG over het voorstel voor een richtlijn van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging van de Richtlijnen 68/151/EEG en 89/666/EEG met betrekking tot de openbaarmakings- en vertalingsverplichtingen van bepaalde vennootschapsvormen
31.10.2008 - (COM(2008)0194 – C6-0171/2008 – 2008/0083(COD)) - ***I
Commissie juridische zaken
Rapporteur: Piia-Noora Kauppi
ONTWERPWETGEVINGSRESOLUTIE VAN HET EUROPEES PARLEMENT
over het voorstel voor een richtlijn van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging van de Richtlijnen 68/151/EEG en 89/666/EEG met betrekking tot de openbaarmakings- en vertalingsverplichtingen van bepaalde vennootschapsvormen
(COM(2008)0194 – C6-0171/2008 – 2008/0083(COD))
(Medebeslissingsprocedure: eerste lezing)
Het Europees Parlement,
– gezien het voorstel van de Commissie aan het Europees Parlement en de Raad (COM(2008)0194),
– gelet op artikel 251, lid 2 en artikel 44, lid 2, onder g, van het EGVerdrag, op grond waarvan het voorstel door de Commissie bij het Parlement is ingediend (C6-0171/2008),
– gelet op artikel 51 van zijn Reglement,
– gezien het verslag van de Commissie juridische zaken en het advies van de Commissie economische en monetaire zaken (A6-0400/2008),
1. hecht zijn goedkeuring aan het Commissievoorstel, als geamendeerd door het Parlement;
2. verzoekt om hernieuwde voorlegging indien de Commissie voornemens is ingrijpende wijzigingen in dit voorstel aan te brengen of dit door een nieuwe tekst te vervangen;
3. verzoekt zijn Voorzitter het standpunt van het Parlement te doen toekomen aan de Raad en de Commissie.
Amendement 1 Voorstel voor een richtlijn - wijzigingsbesluit Overweging 5 | ||||||||||||||||
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement | |||||||||||||||
(5) In de meeste gevallen brengen de openbaarmakingsverplichtingen extra kosten voor de vennootschappen mee zonder dat er van een werkelijke meerwaarde sprake is nu ondernemingsregisters hun gegevens online beschikbaar stellen. De behoefte aan bekendmaking van deze informatie in een nationaal publicatieblad of in andere gedrukte media wordt nog verder verminderd door initiatieven om in de hele Gemeenschap toegang tot dergelijke registers te verschaffen |
(5) In de meeste gevallen brengen de openbaarmakingsverplichtingen extra kosten voor de vennootschappen mee zonder dat er van een werkelijke meerwaarde sprake is nu ondernemingsregisters hun gegevens online beschikbaar stellen. De behoefte aan bekendmaking van deze informatie in een nationaal publicatieblad of in andere gedrukte media wordt nog verder verminderd door initiatieven om in de hele Gemeenschap toegang tot dergelijke registers te verschaffen, zoals het toekomstige Europese E-Justice-Portal. | |||||||||||||||
Motivering | ||||||||||||||||
Sommige lidstaten zijn met steun van de Commissie begonnen met het opzetten van een Europees E-Justice-Portal, dat tot doel heeft informatie-uitwisseling, registers en online toegang tot Europese procedures, zoals bijvoorbeeld de procedure inzake betalingsbevelen, te bundelen. Het E-Justice-Portal zou het juiste platform zijn voor het langs elektronische weg openbaar maken van bedrijfsinformatie. | ||||||||||||||||
Amendement 2 Voorstel voor een richtlijn – wijzigingsbesluit Overweging 6 | ||||||||||||||||
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement | |||||||||||||||
(6) Teneinde te garanderen dat de bekendmaking kosteneffectief verloopt en de gebruikers gemakkelijke toegang tot de informatie verschaft, moeten de lidstaten het gebruik van een centraal elektronisch platform verplicht maken. Voorts moeten zij ervoor zorgen dat deze bekendmaking en eventuele andere verplichtingen tot bekendmaking die zij in dit verband aan vennootschappen opleggen, geen specifieke vergoedingen meebrengen naast die welke voor de opname in het register kunnen worden aangerekend. |
(6) Teneinde te garanderen dat de bekendmaking kosteneffectief verloopt en de gebruikers gemakkelijke toegang tot de informatie verschaft, moeten de lidstaten het gebruik van een centraal elektronisch platform verplicht maken. Dit platform moet ofwel alle informatie bevatten waarvan bekendmaking vereist is, ofwel toegang verlenen tot deze informatie via het elektronisch dossier van de vennootschap in het register van de lidstaten. Voorts moeten de lidstaten ervoor zorgen dat alle kosten die voor deze bekendmaking aan de vennootschappen worden aangerekend, in één vergoeding worden opgenomen, samen met de eventuele kosten die worden aangerekend voor opname in het register. Bestaande bekendmakingvoorschriften in de lidstaten mogen geen bijkomende specifieke vergoedingenmeebrengen. Dit mag evenwel geen afbreuk doen aan de vrijheid van de lidstaten om de kosten voor het opzetten en de werking van het platform, inclusief de opmaak van de documenten, door te rekenen aan de vennootschappen, hetzij door die kosten in registratierechten op te nemen, hetzij door van de vennootschappen een verplichte periodieke bijdrage te vragen. | |||||||||||||||
Amendement 3 Voorstel voor een richtlijn – wijzigingsbesluit Overweging 6 bis (nieuw) | ||||||||||||||||
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement | |||||||||||||||
|
(6 bis) Overeenkomstig het subsidiariteitsbeginsel mogen de lidstaten alle bestaande vormen van bekendmaking in stand houden, mits deze duidelijk gedefinieerd zijn en op objectieve voorwaarden berusten, met name ter wille van de rechtszekerheid en informatiebeveiliging en rekening houdend met de beschikbaarheid van internettoegang en met nationale praktijken. De lidstaten moeten de kosten van die aanvullende openbaarmakingsverplichtingen dekken door middel van de ene vastgestelde vergoeding. | |||||||||||||||
Amendement 4 Voorstel voor een richtlijn – wijzigingsbesluit Overweging 6 ter (nieuw) | ||||||||||||||||
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement | |||||||||||||||
|
(6 ter) In verband met de invoering van een centraal elektronisch platform moet de Tweede Richtlijn 77/91/EEG van de Raad van 13 december 1976 strekkende tot het coördineren van de waarborgen welke in de lidstaten worden verlangd van de vennootschappen in de zin van artikel 58, tweede alinea, van het Verdrag, om de belangen te beschermen zowel van de deelnemers in deze vennootschappen als van derden met betrekking tot de oprichting van de naamloze vennootschap, alsook de instandhouding en wijziging van haar kapitaal, zulks teneinde die waarborgen gelijkwaardig te maken1, worden gewijzigd.. | |||||||||||||||
|
1 PB L 26 van 31.1.1977, blz. 1. | |||||||||||||||
Amendement 5 Voorstel voor een richtlijn – wijzigingsbesluit Overweging 13 | ||||||||||||||||
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement | |||||||||||||||
(13) De Richtlijnen 68/151/EEG en 89/666/EEG moeten daarom dienovereenkomstig worden gewijzigd, |
(13) De Richtlijnen 68/151/EEG, 77/91/EEG en 89/666/EEG moeten daarom dienovereenkomstig worden gewijzigd. | |||||||||||||||
Amendement 6 Voorstel voor een richtlijn – wijzigingsbesluit Artikel 1 Richtlijn 68/151/EEG Artikel 3 – lid 4 | ||||||||||||||||
| ||||||||||||||||
Amendement 7 Voorstel voor een richtlijn – wijzigingsbesluit Artikel 2 Richtlijn 89/666/EEG Artikel 4 – lid 1 | ||||||||||||||||
| ||||||||||||||||
Amendement 8 Voorstel voor een richtlijn – wijzigingsbesluit Artikel 2 Richtlijn 89/666/EEG Artikel 4 – lid 2 | ||||||||||||||||
| ||||||||||||||||
Amendement 9 Voorstel voor een richtlijn – wijzigingsbesluit Artikel 2 Richtlijn 89/666/EEG Artikel 4 – lid 3 | ||||||||||||||||
| ||||||||||||||||
Amendement 10 Voorstel voor een richtlijn – wijzigingsbesluit Artikel 2 bis (nieuw) Richtlijn 77/91/EEG Artikel 29 – lid 3 | ||||||||||||||||
| ||||||||||||||||
Amendement 11 Voorstel voor een richtlijn – wijzigingsbesluit Artikel 3 – lid 1 – lid 1 | ||||||||||||||||
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement | |||||||||||||||
1. De lidstaten dienen uiterlijk op 30 april 2010 de nodige wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen vast te stellen om aan deze richtlijn te voldoen. Zij delen de Commissie de tekst van die bepalingen onverwijld mede, alsmede een tabel ter weergave van het verband tussen die bepalingen en deze richtlijn. |
1. De lidstaten dienen uiterlijk op 30 april 2010 de nodige wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen vast te stellen om aan deze richtlijn te voldoen. Zij mogen alle bestaande vormen van bekendmaking in stand houden, mits deze duidelijk gedefinieerd zijn en op objectieve voorwaarden berusten, met name ter wille van de rechtszekerheid en informatiebeveiliging en rekening houdend met de beschikbaarheid van internettoegang en met nationale praktijken. De lidstaten dekken de kosten van die aanvullende openbaarmakingsverplichtingen door middel van de ene vastgestelde vergoeding. Zij delen de Commissie de tekst van die bepalingen onverwijld mede, alsmede een tabel ter weergave van het verband tussen die bepalingen en deze richtlijn. |
TOELICHTING
De rapporteur steunt de Commissie in haar streven naar vermindering van administratieve lasten ingevolge openbaarmakings- en vertalingsverplichtingen van bepaalde vennootschapsvormen. Het voorstel maakt deel uit van een breed offensief tegen administratieve rompslomp dat tot doel heeft personeel van bedrijven vrij te maken van bepaalde taken en voor andere taken in te zetten, hetgeen bevorderend werkt voor de concurrentiekracht van de economieën van de lidstaten.
Op grond van de eerste richtlijn vennootschapsrecht (65/151/EEG) moeten vennootschappen bepaalde informatie die in de handelsregisters van de lidstaten moet worden opgenomen, ook in de nationale publicatiebladen bekendmaken (bijv. informatie over de oprichting van de vennootschap, latere wijzigingen in die informatie en de jaarrekening, enz.). In de meeste gevallen brengt de bekendmaking in de nationale publicatiebladen extra kosten voor de vennootschap mee zonder dat er sprake is van een werkelijke meerwaarde nu de vennootschapsregisters hun informatie online beschikbaar stellen. Het is derhalve de bedoeling van het Commissievoorstel dat de extra verplichtingen tot openbaarmaking in de nationale wetgeving die extra kosten voor de vennootschappen meebrengen, worden geschrapt.
Van de vier opties die de Commissie heeft overwogen om dit doel van vermindering van de administratieve lasten in verband met openbaarmakingsverplichtingen te verwezenlijken, lijkt de vierde het best te sporen met de diverse belangen die op het spel staan. De lidstaten moeten een elektronisch platform opzetten dat ofwel alle informatie bevat, ofwel toegang verleent tot deze informatie via het elektronisch dossier van de vennootschap in het register. Dit zou een kosteneffectieve en makkelijk toegankelijke manier zijn om alle informatie betreffende de vennootschappen beschikbaar te maken. Met één door de lidstaten vastgesteld bedrag moeten alle kosten worden gedekt die verband houden met de openbaarmakings- en administratievereisten. Dit bedrag moet ook de eventuele nationale vereisten inzake openbaarmaking van informatie via plaatselijke of regionale kranten dekken. Met andere woorden, het zou de lidstaten vrijstaan extra openbaarmakingsvoorschriften op te leggen, maar daarbij zouden zij zich wel moeten houden aan de beperking op het opleggen van bijkomende vergoedingen.
Optie vier is een compromis dat enerzijds de lidstaten meer vrijheid laat om waar nodig extra openbaarmakingsverplichtingen op te leggen, en er anderzijds voor zorgt dat de bedrijven geen extra kosten hoeven maken als gevolg van die verplichtingen.
Wat de elfde richtlijn vennootschapsrecht (89/666/EEG) betreft, heeft het voorstel betrekking op de in nationale wetgeving opgenomen vereisten inzake vertaling van documenten voor bijkantoren. Bij de registratie van een bijkantoor moeten vennootschappen bepaalde informatie uit hun dossier ook in het dossier van het bijkantoor doen opnemen. Dit brengt vaak aanzienlijke extra kosten voor de vennootschap mee, aangezien zij niet alleen bepaalde documenten moet vertalen in de taal van de lidstaat waar het bijkantoor is gevestigd, doch ook moet voldoen aan soms buitensporige vereisten inzake waarmerking en/of notariële verlijding van die vertaling. Het is de bedoeling de kosten van vertaling en waarmerking tot het minimum te beperken. Van de drie opties die de Commissie heeft overwogen om dit doel van vermindering van de administratieve lasten in verband met vertaling (registratie) te verwezenlijken, lijkt de derde (wederzijdse erkenning van vertalingen) het best te sporen met de diverse belangen die op het spel staan. Bij deze optie hebben de vennootschappen het voordeel dat bepaalde kosten in zekere mate omlaag gaan, terwijl de betrouwbaarheid van de vertalingen verzekerd wordt.
Daarom stemt de rapporteur in met het Commissievoorstel, dat hij op enkele punten amendeert om de praktische tenuitvoerlegging van de bepalingen inzake openbaarmaking en vertaling te verduidelijken. Ook stelt de rapporteur één technisch amendement met het oog op een correcte kruisreferentie met de tweede vennootschapsrichtlijn (77/91/EEG).
ADVIES van de Commissie economische en monetaire zaken (7.10.2008)
aan de Commissie juridische zaken
over het voorstel voor een richtlijn van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging van de Richtlijnen 68/151/EEG en 89/666/EEG met betrekking tot de openbaarmakings- en vertalingsverplichtingen van bepaalde vennootschapsvormen
(COM(2008)0194 – C6-0171/2008 – 2008/0083(COD))
Rapporteur: Margaritis Schinas
BEKNOPTE MOTIVERING
Uw rapporteur steunt het streven naar vermindering van de administratieve lasten en kosten, verbetering van de kwaliteit van de wetgeving en actualisering van de bestaande voorschriften om deze duidelijker te maken. Voorts is uw rapporteur van mening dat de nieuwe technologie volledig moet worden uitgebuit om de administratieve lasten en kosten te beperken. Er zij echter op gewezen dat het internetgebruik in de meeste EU-landen nog altijd lager is dan 50%. Wanneer de informatie slechts op één enkel elektronisch platform beschikbaar is, zullen enkele EU-burgers die geen toegang tot het internet hebben of de voorkeur geven aan de meer traditionele vormen van communicatie, geen informatie over bedrijven in hun omgeving kunnen krijgen. Daarom moeten de lidstaten de mogelijkheid krijgen om de bekendmaking van informatie via andere, aanvullende middelen onder bepaalde voorwaarden te organiseren.
Zowel de eerste als de elfde richtlijn vennootschapsrecht werden geschikt bevonden voor een snelle vereenvoudiging.
Op grond van de eerste richtlijn vennootschapsrecht moeten vennootschappen met name bepaalde informatie die in de handelsregisters van de lidstaten moet worden opgenomen, ook in de nationale publicatiebladen bekendmaken. Het gaat met name om informatie over de oprichting van de vennootschap, latere wijzigingen in die informatie en de jaarrekening die jaarlijks bekend moet worden gemaakt. In de meeste gevallen brengt deze bekendmaking in de nationale publicatiebladen extra kosten voor de vennootschap mee zonder dat er sprake is van een werkelijke meerwaarde, nu de vennootschapsregisters hun informatie online beschikbaar stellen.
Wat de elfde richtlijn vennootschapsrecht betreft, gaat het vooral om de in nationale wetgeving opgenomen vereisten inzake vertaling van documenten voor bijkantoren. Bij de registratie van een bijkantoor moeten vennootschappen bepaalde informatie uit hun bedrijfsregister ook in het register van het bijkantoor laten opnemen. Dit brengt vaak dubbele kosten voor de vennootschap mee, aangezien zij niet alleen bepaalde documenten moet vertalen in de taal van de lidstaat waar het bijkantoor is gevestigd, doch ook moet voldoen aan soms buitensporige vereisten inzake waarmerking en/of notariële verlijding van die vertaling.
Uw rapporteur is van mening dat bepaalde wettelijke vereisten inzake het verstrekken van informatie onnodig veel tijd zijn gaan kosten en te gecompliceerd of zinloos zijn geworden. Door de vermindering van onnodige verslagleggings-, vertalings- en waarmerkingsverplichtingen dalen de productiekosten, waardoor extra investeringen en innovaties mogelijk worden, die dan weer moeten leiden tot een verbetering van de productiviteit en de algemene concurrentiepositie.
Daarom steunt uw rapporteur het voorstel van de Commissie. Hij wijst er echter op dat een vereenvoudiging en vermindering van de administratieve lasten en kosten geen nadelige gevolgen mag hebben voor de kwaliteit van de talen, het cultureel erfgoed en de diversiteit. Uw rapporteur is dan ook van mening dat het concept van de Gemeenschap voor meertaligheid in de definitieve versie van de richtlijn moet worden benadrukt.
AMENDEMENTEN
De Commissie economische en monetaire zaken verzoekt de ten principale bevoegde Commissie juridische zaken onderstaande amendementen in haar verslag op te nemen:
Amendement 1 Voorstel voor een richtlijn – wijzigingsbesluit Overweging 6 | |||||||||||||
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement | ||||||||||||
(6) Teneinde te garanderen dat de bekendmaking kosteneffectief verloopt en de gebruikers gemakkelijke toegang tot de informatie verschaft, moeten de lidstaten het gebruik van een centraal elektronisch platform verplicht stellen. Voorts moeten zij ervoor zorgen dat deze bekendmaking en eventuele andere verplichtingen tot bekendmaking die zij in dit verband aan vennootschappen opleggen, geen specifieke vergoedingen meebrengen naast die welke voor de opname in het register kunnen worden aangerekend. |
(6) Teneinde te garanderen dat de bekendmaking kosteneffectief verloopt en de gebruikers gemakkelijke toegang tot de informatie verschaft, moeten de lidstaten het gebruik van een centraal elektronisch platform verplicht stellen. Omdat de toegang tot internet in bepaalde lidstaten niet overal mogelijk is, kunnen de lidstaten ook gebruik maken van andere middelen voor bekendmaking. Voorts moeten zij ervoor zorgen dat deze bekendmaking en eventuele andere verplichtingen tot bekendmaking die zij in dit verband aan vennootschappen opleggen, geen specifieke vergoedingen meebrengen naast die welke voor de opname in het register kunnen worden aangerekend, tenzij deze kosten op nauwkeurig omschreven en objectieve criteria gebaseerd zijn om ervoor te zorgen dat de burgers van de Unie betere informatie krijgen. | ||||||||||||
Amendement 2 Voorstel voor een richtlijn – wijzigingsbesluit Overweging 6 bis (nieuw) | |||||||||||||
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement | ||||||||||||
|
(6 bis) Overeenkomstig het subsidiariteitsbeginsel moeten de lidstaten andere wijzen van bekendmaking kunnen blijven vereisen, met name ter wille van de rechtszekerheid en de informatiebeveiliging en met het oog op de nationale vereisten en gewoonten. De lidstaten moeten de kosten van deze verplichtingen tot bekendmaking door één bijdrage kunnen dekken. | ||||||||||||
Amendement 3 Voorstel voor een richtlijn – wijzigingsbesluit Artikel 1 Richtlijn 68/151/EEC Artikel 3 – lid 4 – alinea 1 | |||||||||||||
| |||||||||||||
Amendement 4 Voorstel voor een richtlijn – wijzigingsbesluit Artikel 1 Richtlijn 68/151/EEC Artikel 3 – lid 4 – alinea 2 | |||||||||||||
| |||||||||||||
Amendement 5 Voorstel voor een richtlijn – wijzigingsbesluit Artikel 1 Richtlijn 68/151/EEG Artikel 3 – lid 4 – alinea 2 bis – inleidende formule (nieuw) | |||||||||||||
| |||||||||||||
Amendement 6 Voorstel voor een richtlijn – wijzigingsbesluit Artikel 1 Richtlijn 68/151/EEG Artikel 3 – lid 4 – alinea 2 bis – streepje 1 (nieuw) | |||||||||||||
| |||||||||||||
Amendement 7 Voorstel voor een richtlijn – wijzigingsbesluit Artikel 1 Richtlijn 68/151/EEG Artikel 3 – lid 4 – alinea 2 bis – streepje 2 (nieuw) | |||||||||||||
| |||||||||||||
Amendement 8 Voorstel voor een richtlijn – wijzigingsbesluit Artikel 1 Richtlijn 68/151/EEG Artikel 3 – lid 4 – alinea 2 bis – streepje 3 (nieuw) | |||||||||||||
|
PROCEDURE
Titel |
Openbaarmakings- en vertalingsvereisten voor bepaalde vennootschapsvormen |
|||||||
Document- en procedurenummers |
COM(2008)0194 – C6-0171/2008 – 2008/0083(COD) |
|||||||
Commissie ten principale |
JURI |
|||||||
Advies uitgebracht door Datum bekendmaking |
ECON 20.5.2008 |
|
|
|
||||
Rapporteur voor advies Datum benoeming |
Margaritis Schinas 8.7.2008 |
|
|
|||||
Behandeling in de commissie |
9.9.2008 |
6.10.2008 |
|
|
||||
Datum goedkeuring |
7.10.2008 |
|
|
|
||||
Uitslag eindstemming |
+: –: 0: |
24 6 0 |
||||||
Bij de eindstemming aanwezige leden |
Mariela Velichkova Baeva, Pervenche Berès, Sebastian Valentin Bodu, Sharon Bowles, Udo Bullmann, Christian Ehler, Elisa Ferreira, José Manuel García-Margallo y Marfil, Jean-Paul Gauzès, Donata Gottardi, Gunnar Hökmark, Karsten Friedrich Hoppenstedt, Sophia in ‘t Veld, Othmar Karas, Wolf Klinz, Christoph Konrad, Andrea Losco, Gay Mitchell, John Purvis, Alexander Radwan, Bernhard Rapkay, Salvador Domingo Sanz Palacio, Peter Skinner, Margarita Starkevičiūtė, Ivo Strejček, Ieke van den Burg, Cornelis Visser |
|||||||
Bij de eindstemming aanwezige vaste plaatsvervanger(s) |
Piia-Noora Kauppi, Werner Langen, Margaritis Schinas |
|||||||
PROCEDURE
Titel |
Openbaarmakings- en vertalingsvereisten voor bepaalde vennootschapsvormen |
|||||||
Document- en procedurenummers |
COM(2008)0194 – C6-0171/2008 – 2008/0083(COD) |
|||||||
Datum indiening bij EP |
17.4.2008 |
|||||||
Commissie ten principale Datum bekendmaking |
JURI 20.5.2008 |
|||||||
Medeadviserende commissie(s) Datum bekendmaking |
ECON 20.5.2008 |
|
|
|
||||
Rapporteur(s) Datum benoeming |
Piia-Noora Kauppi 25.6.2008 |
|
|
|||||
Behandeling in de commissie |
9.9.2008 |
|
|
|
||||
Datum goedkeuring |
7.10.2008 |
|
|
|
||||
Uitslag eindstemming |
+: –: 0: |
20 0 0 |
||||||
Bij de eindstemming aanwezige leden |
Marek Aleksander Czarnecki, Bert Doorn, Monica Frassoni, Giuseppe Gargani, Neena Gill, Othmar Karas, Piia-Noora Kauppi, Katalin Lévai, Manuel Medina Ortega, Hartmut Nassauer, Aloyzas Sakalas, Francesco Enrico Speroni, Diana Wallis, Rainer Wieland, Jaroslav Zvěřina, Tadeusz Zwiefka |
|||||||
Bij de eindstemming aanwezige vaste plaatsvervanger(s) |
Jean-Paul Gauzès, Kurt Lechner, Rareş-Lucian Niculescu, Georgios Papastamkos |
|||||||
Datum indiening |
14.10.2008 |
|||||||