VERSLAG over het voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad inzake een systeem voor de toekenning van milieukeuren
25.2.2009 - (COM(2008)0401 – C6-0279/2008 – 2008/0152(COD)) - ***I
Commissie milieubeheer, volksgezondheid en voedselveiligheid
Rapporteur: Salvatore Tatarella
ONTWERPRESOLUTIE VAN HET EUROPEES PARLEMENT
over het voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad inzake een systeem voor de toekenning van milieukeuren
(COM(2008)0401 – C6-0279/2008 – 2008/0152(COD))
(Medebeslissingsprocedure: eerste lezing)
Het Europees Parlement,
– gezien het voorstel van de Commissie aan het Europees Parlement en de Raad (COM(2008)0401),
– gelet op artikel 251, lid 2, en artikel 175, lid 1, van het EGVerdrag, op grond waarvan het voorstel door de Commissie bij het Parlement is ingediend (C6‑0279/2008),
– gelet op artikel 51 van zijn Reglement,
– gezien het verslag van de Commissie milieubeheer, volksgezondheid en voedselveiligheid en de adviezen van de Commissie industrie, onderzoek en energie en de Commissie interne markt en consumentenbescherming (A6‑0105/2009),
1. hecht zijn goedkeuring aan het Commissievoorstel, als geamendeerd door het Parlement;
2. verzoekt om hernieuwde voorlegging indien de Commissie voornemens is ingrijpende wijzigingen in dit voorstel aan te brengen of dit door een nieuwe tekst te vervangen;
3. verzoekt zijn Voorzitter het standpunt van het Parlement te doen toekomen aan de Raad en de Commissie.
Amendement 1 Voorstel voor een verordening Overweging 4 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(4) Het communautaire milieukeursysteem is een onderdeel van het Gemeenschapsbeleid voor duurzame productie en consumptie dat tot doel heeft de negatieve effecten van productie en verbruik op het milieu, de volksgezondheid en de natuurlijke hulpbronnen te verminderen. Het systeem is erop gericht om via de milieukeur het gebruik te bevorderen van producten met een hoog milieuprestatieniveau. In dat verband is het passend te eisen dat de criteria waaraan producten moeten voldoen om de milieukeur te mogen dragen, gebaseerd zijn op de beste milieuprestaties die door producten op de communautaire markt worden bereikt. Deze criteria moeten eenvoudig te begrijpen en te gebruiken zijn en moeten daarom beperkt blijven tot de belangrijkste milieueffecten van producten. |
(4) Het communautaire milieukeursysteem is een onderdeel van het Gemeenschapsbeleid voor duurzame productie en consumptie dat tot doel heeft de negatieve effecten van productie en verbruik op het milieu, de volksgezondheid, het klimaat en de natuurlijke hulpbronnen te verminderen. Het systeem is erop gericht om via de milieukeur het gebruik te bevorderen van producten met een hoog milieuprestatieniveau. In dat verband is het passend te eisen dat de criteria waaraan producten moeten voldoen om de milieukeur te mogen dragen, gebaseerd zijn op de beste milieuprestaties die door producten op de communautaire markt worden bereikt. Deze criteria moeten eenvoudig te begrijpen en te gebruiken zijn en moeten gebaseerd zijn op wetenschappelijke gegevens, met inachtneming van de meest recente technologische ontwikkelingen. Deze criteria moeten marktgericht zijn en beperkt blijven tot de belangrijkste milieueffecten van producten gedurende hun gehele levenscyclus. |
Motivering | |
Voorkoming van nadelige gevolgen voor het klimaat is een van de wezenlijke onderdelen van het milieukeursysteem. | |
De CEFIC dringt aan op een gedegen wetenschappelijke basis voor de milieukeurcriteria. De CEFIC pleit daarnaast voor milieukeurcriteria die aansluiten op de beginselen van duurzame ontwikkeling in economische, ecologische en sociale zin en die de gehele levenscyclus van de producten bestrijken. | |
Bij het vaststellen van de criteria voor de milieukeur dient rekening te worden gehouden met de volledige levenscyclus van de producten. | |
Amendement 2 Voorstel voor een verordening Overweging 4 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
(4 bis) Wil het communautair systeem voor de toekenning van milieukeuren door het grote publiek worden aanvaard, dan is het van wezenlijke betekenis dat de ecologische niet-goevernementele organisaties (NGO's) en consumentenorganisaties een belangrijke rol spelen en actief betrokken worden bij het ontwikkelen en vaststellen van communautaire milieukeuren. |
Motivering | |
Wederopneming van overweging 5 van de huidige verordening. | |
Amendement 3 Voorstel voor een verordening Overweging 6 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(6) Teneinde het milieukeursysteem van de Gemeenschap te vereenvoudigen en de administratieve belasting in verband met het gebruik van de milieukeur te verminderen, moeten de beoordelings- en verificatieprocedures worden vervangen door een registratiesysteem. |
(6) Teneinde het milieukeursysteem van de Gemeenschap te vereenvoudigen en de administratieve belasting in verband met het gebruik van de milieukeur te verminderen, moet er een geharmoniseerd registratiesysteem worden ingevoerd dat in alle lidstaten en bij de bevoegde autoriteiten moet worden gehanteerd. Registratie vindt plaats nadat is vastgesteld dat het product aan de criteria voor de desbetreffende productcategorie voldoet. |
Motivering | |
De vervanging van het oude systeem door een registratiesysteem mag niet leiden tot minder effectieve controles vooraf. | |
Om versnippering van de interne markt te voorkomen moet de registratiesystemen van de lidstaten geharmoniseerd worden. | |
Het is belangrijk dat het registratiesysteem complementair is met de beoordelings- en verificatieprocedures, om de geloofwaardigheid van het systeem niet op te offeren aan de flexibiliteit. | |
Amendement 4 Voorstel voor een verordening Overweging 7 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(7) Om het gebruik van de milieukeur te bevorderen en diegenen waarvan de producten voldoen aan de milieukeurcriteria, niet te benadelen, moeten de kosten van het gebruik van de milieukeur worden verminderd. |
Schrappen. |
Motivering | |
De registratievergoeding van 200 euro dekt de kosten van de procedure niet. Dat betekent dat de lidstaten de procedure moeten subsidiëren, wat niet bevorderlijk is voor het succes van het EU-bloemetje en de marktpenetratie ervan. | |
Amendement 5 Voorstel voor een verordening Overweging 7 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
(7 bis) Teneinde de rol van het communautaire systeem van milieukeuren in toekomstige herzieningen van deze verordening te vergroten, moet er een definitieve verschuiving plaatsvinden van de criteria voor de 10% best presterende producten naar de invoering van een gradueel systeem voor iedere productiecategorie, zodat de consument wordt geholpen bij de keuze voor duurzame producten en producenten worden aangespoord om hun aanbod voortdurend te verbeteren. |
Motivering | |
Voor de concrete uitbreiding van de rol van de communautaire milieukeuren wordt het systeem van de beste 10% niet effectief genoeg gevonden. Ieder product van iedere productgroep moet een keur kunnen krijgen en in een beoordelingssysteem moeten "A", "B" of "C" de milieuprestatie van het product aangeven. | |
Amendement 6 Voorstel voor een verordening Overweging 8 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(8) Gezien de vereenvoudigde procedures voor het gebruik van de milieukeur, is het passend de voorwaarden te omschrijven waaronder de milieukeur mag worden gebruikt en, teneinde de inachtneming van deze voorwaarden te verzekeren, van de bevoegde instanties te eisen dat zij verificaties uitvoeren en het gebruik van de milieukeur verbieden wanneer blijkt dat de voorwaarden voor het gebruik ervan niet in acht zijn genomen. Het is ook passend van de lidstaten te eisen dat zij regels vaststellen betreffende de sancties bij inbreuken op deze verordening en toe te zien op de tenuitvoerlegging daarvan. |
(8) Gezien de vereenvoudigde procedures voor het gebruik van de milieukeur, is het passend de voorwaarden te omschrijven waaronder de milieukeur mag worden gebruikt en, teneinde de inachtneming van deze voorwaarden te verzekeren, van de bevoegde instanties te eisen dat zij verificaties uitvoeren en het gebruik van de milieukeur verbieden wanneer blijkt dat de voorwaarden voor het gebruik ervan niet in acht zijn genomen. Het is ook passend van de lidstaten te eisen dat zij regels vaststellen betreffende de sancties bij inbreuken op deze verordening en toe te zien op de tenuitvoerlegging daarvan. Hiertoe moeten de lidstaten ervoor zorgen dat de bevoegde instanties alle nodige financiële middelen en al het nodige personeel ter beschikking krijgen gesteld. |
Motivering | |
De behoorlijke werking van de bevoegde instanties is ten zeerste afhankelijk van de middelen die hun door de lidstaten ter beschikking worden gesteld. | |
Amendement 7 Voorstel voor een verordening Overweging 9 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(9) Het bewustzijn van het grote publiek betreffende de milieukeur moet worden bevorderd via promotieacties die ervoor moeten zorgen dat de consument inzicht heeft in de betekenis van de milieukeur en op grond daarvan geïnformeerde keuzes kan maken. |
(9) Het bewustzijn van het grote publiek betreffende de milieukeur moet worden bevorderd via promotieacties, voorlichtings- en educatieve campagnes op plaatselijk, nationaal en communautair niveau die ervoor moeten zorgen dat de consument inzicht heeft in de betekenis van de milieukeur en op grond daarvan geïnformeerde keuzes kan maken. Dit is tevens nodig om het systeem aantrekkelijker voor fabrikanten en detailhandelaars te maken. De inkomsten uit vergoedingen voor registratieaanvragen die overeenkomstig deze verordening worden aangerekend, moeten in de eerste plaats worden gebruikt voor marketingdoeleinden. |
Motivering | |
Grotere bekendheid bij de consument en een grotere aantrekkelijkheid voor de producent zijn essentieel voor het welslagen van het milieukeursysteem. | |
Voorlichtings- en educatieve campagnes vormen een belangrijk communicatie-instrument om de milieukeur op korte termijn bij de consument grotere bekendheid te geven. | |
Het is duidelijk dat een van de grote tekortkomingen van het bestaande systeem het gebrek aan kennis van de consument is, als gevolg van slechte marketing. Daarom is het belangrijk hiervoor een aanzienlijke hoeveelheid financiële middelen uit te trekken. De belangstelling en kennis van het grote publiek betreffende de milieukeur moet worden bevorderd via promotieacties die ervoor moeten zorgen dat de consument inzicht heeft in de betekenis van de milieukeur en op grond daarvan geïnformeerde keuzes kan maken. | |
Amendement 8 Voorstel voor een verordening Overweging 9 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
(9 bis) De Commissie en de lidstaten moeten ervoor zorgen dat de nodige middelen voor de bewustmakingscampagnes en de promotie van de milieukeur beschikbaar worden gesteld. |
Motivering | |
EU en lidstaten moeten steun geven voor de promotie van de milieukeur. | |
Amendement 9 Voorstel voor een verordening Overweging 9 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
(9 bis) Bij het communautaire milieukeursysteem moet rekening worden gehouden met de bestaande communautaire wetgeving, om uiteenlopende aanpakken en een steeds zwaardere administratieve belasting van de ondernemingen te voorkomen. Daarom moet de synergie tussen de verschillende productgerelateerde beleidsinstrumenten worden vergroot, om te zorgen voor een geharmoniseerd kader waarbinnen criteria worden ontwikkeld. |
Motivering | |
Aangezien de milieukeur maar een onderdeel is van het actieplan voor duurzame productie en consumptie, is het van groot belang te zorgen voor synergie met de andere acties van het plan. | |
Amendement 10 Voorstel voor een verordening Overweging 9 ter (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
(9 ter) Aangezien kleine bedrijven minder gemakkelijk van nieuwe regelingen en nieuwe normen profiteren, moeten de voorlichtingsbureaus die ingevolge de komende Small Business Act worden opgericht ook tot taak krijgen informatie over het milieukeursysteem te verstrekken. |
Motivering | |
Omwille van het midden- en kleinbedrijf moet het milieukeursysteem aan de Small Business Act gekoppeld worden. | |
Amendement 11 Voorstel voor een verordening Overweging 9 quater (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
(9 quater) Aangezien milieukeursystemen altijd extra werk met zich meebrengen, met name voor kleine ondernemingen, moet de Commissie er actief naar streven dat de verschillende milieukeursystemen op elkaar afgestemd worden. |
Motivering | |
Het is van groot belang dat er rekening wordt gehouden met de administratieve lasten voor het midden- en kleinbedrijf en dat ernaar gestreefd wordt deze zo veel mogelijk te verlichten. | |
Amendement 12 Voorstel voor een verordening Overweging 10 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(10) Teneinde de marketing van producten die de milieukeur dragen op nationaal en communautair niveau te bevorderen en verwarring van de consument te voorkomen, moet bovendien de samenhang van het communautaire milieukeursysteem en de nationale milieukeursystemen binnen de Gemeenschap worden versterkt. |
(10) Teneinde de marketing van producten die de milieukeur dragen op nationaal en communautair niveau te bevorderen en verwarring van de consument te voorkomen, moet bovendien de samenhang van het communautaire milieukeursysteem en de nationale milieukeursystemen binnen de Gemeenschap worden versterkt en een officiële EU-internetsite in het leven worden geroepen, waarop alle informatie en werkwijzen die te maken hebben met de Europese milieukeur te vinden zijn, ter informatie van de burgers, die beschikbaar is in alle officiële talen van de Gemeenschap. De co-existentie van deze systemen moet leiden tot een "win-win"-situatie voor beide keuren, door middel van de uitwisseling van beste praktijken. Bovendien moet het communautaire milieukeursysteem de van een milieukeur voorziene producten op de nationale markt promoten en de penetratie van een milieukeur voorziene producten op de markten van andere lidstaten bevorderen. |
Amendement 13 Voorstel voor een verordening Overweging 13 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(13) Met name moet de Commissie de bevoegdheid krijgen de criteria vast te stellen waaraan producten moeten voldoen om de milieukeur te mogen dragen, en de bijlagen bij deze verordening zo nodig te wijzigen. Aangezien het maatregelen van algemene strekking betreft, die bedoeld zijn om niet-essentiële onderdelen van deze richtlijn te wijzigen, onder meer door toevoeging van nieuwe niet-essentiële onderdelen, moeten deze worden vastgesteld volgens de regelgevingsprocedure met toetsing van artikel 5 bis van Besluit 1999/468/EG. |
(13) Met name moet de Commissie de bevoegdheid krijgen de criteria vast te stellen waaraan producten moeten voldoen om de milieukeur te mogen dragen, en de bijlagen bij deze verordening zo nodig te wijzigen, mits deze criteria volledig voldoen aan de in deze verordening vastgelegde grondslag voor de vaststelling ervan. Daar het maatregelen van algemene strekking betreft tot wijziging van niet-essentiële onderdelen van deze verordening, onder meer door haar aan te vullen met nieuwe niet-essentiële onderdelen, moeten zij worden vastgesteld volgens de in artikel 5 bis van Besluit 1999/468/EG bepaalde regelgevingprocedure met toetsing. |
Motivering | |
Bij de vaststelling en herziening van de milieukeurcriteria moeten de oorspronkelijke oogmerken van de verordening geëerbiedigd worden, met name om de consumenten juiste, niet-misleidende en wetenschappelijk onderbouwde informatie over het milieueffect van producten gedurende hun gehele levenscyclus te verschaffen. | |
Amendement 14 Voorstel voor een verordening Artikel 2 – lid 2 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
Wat levensmiddelen betreft, als omschreven in artikel 2 van Verordening (EG) nr. 178/2002 van het Europees Parlement en de Raad, is deze verordening uitsluitend van toepassing op verwerkte levensmiddelen en producten van visserij en aquacultuur. |
De verordening is van toepassing op voedingsmiddelen en dranken als omschreven in artikel 2 van Verordening (EG) nr. 178/2002 indien een door de Commissie vóór uiterlijk 31 december 2011 te verrichten studie, waarin mede is gelet op het door de BMEU uitgebrachte advies terzake, aantoont dat voedingsmiddelen of althans sommige categorieën van voedingsmiddelen, betrouwbare criteria kunnen opleveren voor de milieuprestaties tijdens de gehele levensduur van het product, met bijzondere aandacht voor de haalbaarheid en de weerslag van de milieukeur-criteria voor voedingsmiddelen in de zin van verordening nr. 834/2007 alsmede voor producten van visserij en aquacultuur. |
Motivering | |
Er bestaat behoefte aan nader onderzoek naar de haalbaarheid van milieucriteria voor voedingsmiddelen. | |
Amendement 15 Voorstel voor een verordening Artikel 2 – alinea 2 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
2 bis. Overeenkomstig het voorzorgsbeginsel mag de milieukeur niet worden toegekend aan waren die stoffen of preparaten bevatten die als vergiftig, zeer vergiftig, gevaarlijk voor het milieu, kankerverwekkend, mutageen of vergiftig voor de voortplanting ingedeeld zijn ingevolge Richtlijn 67/548/EEG of Richtlijn 1999/45/EG, of stoffen bedoeld in artikel 57 van Verordening (EG) nr. 1907/2006 (REACH). |
|
Voor bepaalde productcategorieën kan de Commissie maatregelen nemen om van het bepaalde in bovenstaande alinea af te wijken. |
|
Deze maatregelen, die bedoeld zijn om niet-essentiële onderdelen van deze richtlijn te wijzigen, moeten worden vastgesteld volgens de regelgevingsprocedure met toetsing bedoeld in artikel 16, lid 2. |
Motivering | |
Verbod van stoffen van zeer ernstige zorg behalve voor specifieke categorieën waarvoor uitzonderingen worden toegestaan. | |
Amendement 16 Voorstel voor een verordening Artikel 2 – lid 2 ter (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
Deze richtlijn is niet van toepassing op geneesmiddelen voor menselijk gebruik zoals omschreven in Richtlijn 2001/83/EG van het Europees Parlement en de Raad van 6 november 2001 tot vaststelling van een communautair wetboek betreffende geneesmiddelen voor menselijk gebruik. |
Motivering | |
Op grond van hun specifieke kenmerken moeten geneesmiddelen buiten deze verordening blijven. | |
Amendement 17 Voorstel voor een verordening Artikel 4 – lid 1 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
1. Elke lidstaat wijst de instanties aan die belast worden met de uitvoering van de uit deze verordening voortvloeiende taken (hierna "de bevoegde instantie" of "de bevoegde instanties" genoemd) en waakt erover dat zij operationeel zijn. Wanneer meer dan één bevoegde instantie wordt aangewezen, bakent de relevante lidstaat de respectieve bevoegdheden af legt zij de nodige coördinatie-eisen vast. |
1. Elke lidstaat wijst de instanties aan die belast worden met de uitvoering van de uit deze verordening voortvloeiende taken (hierna "de bevoegde instantie" of "de bevoegde instanties" genoemd) en zorgt ervoor dat zij operationeel zijn door hun alle nodige financiële en personele middelen te verschaffen. Wanneer meer dan één bevoegde instantie wordt aangewezen, bakent de relevante lidstaat de respectieve bevoegdheden af legt zij de nodige coördinatie-eisen vast. |
Motivering | |
De behoorlijke werking van de bevoegde instanties is ten zeerste afhankelijk van de middelen die hun door de lidstaten te beschikking worden gesteld. | |
Amendement 18 Voorstel voor een verordening Artikel 4 – lid 2 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
2 bis. De bevoegde instanties voeren het toezicht op consequente en betrouwbare wijze uit volgens de normen van de EN 45000-reeks of gelijkwaardige internationale normen. |
Motivering | |
Met het oog op een hoge kwaliteit van de verificatieprocedures overeenkomstig Europese en internationale normen. | |
Amendement 19 Voorstel voor een verordening Artikel 5 – lid 2 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
2. De Commissie waakt erover dat het BMEU bij de uitvoering van zijn activiteiten zorgt voor een evenwichtige deelname van alle relevante partijen die bij een productgroep zijn betrokken, zoals de bevoegde instanties, de fabrikanten, detailhandelaars, importeurs, milieubeschermingsgroepen en consumentenorganisaties. |
2. De Commissie waakt erover dat het BMEU bij de uitvoering van zijn activiteiten zorgt voor een evenwichtige deelname van alle relevante partijen die bij een productgroep betrokken zijn, zoals de bevoegde instanties, de fabrikanten, de producenten, dienstverleners, het midden- en kleinbedrijf, importeurs, milieubeschermingsgroepen en consumentenorganisaties. |
Amendement 20 Voorstel voor een verordening Artikel 6 – lid 1 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
1. De milieukeurcriteria worden gebaseerd op de milieuprestatie van producten, rekening houdend met de meest recente doelstellingen van de Gemeenschap op milieugebied. |
1. De milieukeurcriteria betreffen de milieueisen waaraan een product moet voldoen om de milieukeur te mogen dragen en worden gebaseerd op een wetenschappelijke analyse ter beoordeling van de milieuprestatie van producten, rekening houdend met de meest recente doelstellingen van de Gemeenschap op milieugebied. |
Motivering | |
De functie van de criteria verdient het eerst te worden genoemd. (Amendement komt neer op verplaatsing van de tekst van lid 3 - zie ook amendement 9.) | |
Amendement 21 Voorstel voor een verordening Artikel 6 – lid 1 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
1 bis. De milieukeurcriteria berusten op het voorzorgsbeginsel. |
Motivering | |
Als instrument van ecologische excellence moet de milieukeur de lijn van het voorzorgsbeginsel volgen. Zo moet de milieukeur ten aanzien van chemische stoffen verder gaan dan REACH en andere ter zake doende regelingen zoals de richtlijnen inzake elektr(on)ische apparatuur (RHoS en WEEE). | |
Amendement 22 Voorstel voor een verordening Artikel 6 – lid 2 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
2. Bij de bepaling van de milieuprestatie van producten wordt uitgegaan van de producten met de beste milieuprestaties op de communautaire markt. Daarbij wordt gekeken naar de belangrijkste milieueffecten gedurende de levenscyclus van producten, met name het effect op de klimaatverandering, de effecten op de natuur en de biodiversiteit, het verbruik van energie en hulpbronnen, de productie van afvalstoffen, de emissie naar alle milieucompartimenten, de verontreiniging door fysische effecten en het gebruik en het vrijkomen van gevaarlijke stoffen. |
2. Bij de vaststelling van de criteria wordt rekening gehouden met de milieugevolgen van de producten op de communautaire markt. Daarbij wordt gekeken naar de milieueffecten gedurende de gehele levenscyclus van producten, waartoe kunnen behoren het effect op de klimaatverandering, de effecten op de natuur en de biodiversiteit, het verbruik van energie en hulpbronnen, de productie van afvalstoffen, de emissie naar alle milieucompartimenten, de verontreiniging door fysische effecten en het gebruik en het vrijkomen van gevaarlijke stoffen met een potentieel milieurisico zoals omschreven in de gemeenschapswetgeving, alsook naar het potentieel tot vermindering van zulke effecten wegens de duurzaamheid van het product of de geschiktheid voor hergebruik. De bestaande milieukeurcriteria voor de diverse productgroepen worden binnen 18 maanden na de vaststelling van deze verordening herzien om te waarborgen dat ze steeds beantwoorden aan de levenscyclusbenadering in de zin van dit artikel. |
Motivering | |
De criteria moeten op de gehele levenscyclus en alle milieueffecten betrekking hebben. Dit geldt ook voor de bestaande criteria. | |
Amendement 23 Voorstel voor een verordening Artikel 6 – lid 3 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
3. De milieukeurcriteria behelzen de milieueisen waaraan een product moet voldoen om de milieukeur te mogen dragen. |
Schrappen. |
Motivering | |
Tekst is verplaatst naar lid 1 van dit artikel (zie amendement 7). | |
Amendement 24 Voorstel voor een verordening Artikel 6 – lid 6 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
6. Bij de vaststelling van de milieukeurcriteria wordt rekening gehouden met de criteria die zijn vastgesteld voor andere milieukeuren, wanneer die voor de desbetreffende productgroep bestaan. |
6. Bij de vaststelling van de milieukeurcriteria wordt rekening gehouden met de criteria die zijn vastgesteld voor andere milieukeuren, wanneer die voor de desbetreffende productgroep bestaan, om de synergie te bevorderen. Voor producten waarop bestaande communautaire wetgeving inzake etikettering van toepassing is, komen de milieukeurcriteria altijd overeen met de hoogste milieueisen. |
Motivering | |
De milieukeur is een uitmuntendheidskeurmerk. Hoewel het wenselijk is onnodige administratieve lasten te voorkomen door rekening te houden met criteria die in het kader van bestaande wetgeving al zijn vastgesteld, is het bijgevolg ook belangrijk dat deze criteria overeenkomen met de hoogste milieueisen. | |
Amendement 25 Voorstel voor een verordening Artikel 6 – lid 6 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
6 bis. De Commissie zorgt ervoor dat de terugdringing van dierproeven een hoofdoverweging bij de uitwerking en herziening van de criteria vormt. |
Motivering | |
De milieukeurcriteria moeten de markt in de richting van minder dierproeven duwen. | |
Amendement 26 Voorstel voor een verordening Artikel 7 – lid 1 – alinea 2 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
Na raadpleging van het BMEU kunnen ook lidstaten, bevoegde instanties en andere belanghebbenden het proces van uitwerking of herziening van de milieukeurcriteria opstarten. |
Na raadpleging van het BMEU en de Commissie kunnen ook lidstaten en de bevoegde instanties het proces van uitwerking of herziening van de milieukeurcriteria opstarten. De in het BMEU vertegenwoordigde belanghebbenden kunnen het aansturen van de uitwerking van criteria tot taak krijgen mits zij kunnen aantonen dat zij beschikken over deskundigheid in de productsector en het vermogen het proces neutraal en overeenkomstig de doelstellingen van de verordening aan te sturen. |
Motivering | |
Het is van belang dat een centraal lichaam toezicht op de ontwikkeling van de criteria houdt. Omwille van de onafhankelijkheid en de transparantie van het proces en van het vertrouwen van het publiek in de milieukeur moet er een filter ingebouwd worden zodat niet iedere belanghebbende de uitwerking van criteria kan opstarten en het proces kan aansturen. | |
Amendement 27 Voorstel voor een verordening Artikel 7 – lid 1 – alinea 3 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
Deze documenten worden bij de Commissie ingediend. |
Motivering | |
Verduidelijking. | |
Amendement 28 Voorstel voor een verordening Artikel 7 – lid 3 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
3. Wanneer criteria worden uitgewerkt voor andere verwerkte levensmiddelen dan producten van de aquacultuur, hebben deze criteria uitsluitend betrekking op de verwerking, het vervoer en de verpakking van die producten. |
Schrappen. |
Motivering | |
Levensmiddelen moeten om de hierboven uiteengezette redenen niet in deze verordening worden genoemd. | |
Amendement 29 Voorstel voor een verordening Artikel 7 – lid 3 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
3 bis. Wanneer er behoefte bestaat aan een niet-ingrijpende herziening van de criteria, kan een verkorte procedure, zoals geregeld in Bijlage I B bis worden toegepast. |
Motivering | |
Het is zaak over een efficiënt en snel instrument te beschikken om kleine, niet-ingrijpende wijzigingen in de criteria te kunnen aanbrengen. | |
Amendement 30 Voorstel voor een verordening Artikel 7 – lid 3 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
3 bis. Uiterlijk een jaar na de inwerkingtreding van deze verordening stelt de Commissie na raadpleging van het BMEU en overeenkomstig de doelstellingen en beginselen van artikel 1 een driejarig werkplan met doelstellingen voor de communautaire milieukeur op, vergezeld van een niet-uitputtende lijst van productgroepen die met voorrang voor communautair optreden in aanmerking komen, en publiceert deze. Dit werkplan wordt op gezette tijden bijgewerkt. |
Motivering | |
Kleine aanvulling op amendement 15 van de rapporteur om te specificeren dat het werkplan een looptijd van drie jaar moet hebben. | |
Amendement 31 Voorstel voor een verordening Artikel 8 – lid 1 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
- 1. Ontwerp-milieukeuren worden uitgewerkt overeenkomstig de in bijlage I geregelde procedure, met inachtneming van het werkplan. |
1. Na raadpleging van het BMEU stelt de Commissie maatregelen vast om specifieke milieukeurcriteria voor elke productgroep vast te stellen. |
1. Na raadpleging van het BMEU stelt de Commissie maatregelen vast om specifieke milieukeurcriteria voor elke productgroep vast te stellen, behoudens de vereisten van artikel 6, volgens de volgende procedure:. |
|
Uiterlijk 3 maanden nadat het in artikel 7 bedoelde "eindverslag met de ontwerpcriteria" aan de Commissie is voorgelegd, raadpleegt de Commissie het BMEU over een ontwerpvoorstel. De Commissie verklaart en documenteert de redenen voor eventuele wijzigingen in het ontwerp ten opzichte van de in het eindverslag ex artikel 7 aangereikte criteria.
Uiterlijk 3 maanden na de raadpleging van het BMEU legt de Commissie een voorstel voor milieukeurcriteria voor aan het in artikel 16, lid 2, bedoelde regelgevingscomité en stelt zij vervolgens maatregelen vast waarbij milieukeurcriteria voor bepaalde productengroepen worden ingevoerd.
In haar eindvoorstel houdt de Commissie rekening met de opmerkingen van het BMEU en zij geeft een duidelijke en gedocumenteerde verklaring voor eventuele wijzigingen in haar eindvoorstel ten opzichte van het ontwerpvoorstel zoals dat na raadpleging van het BMEU luidde. |
Deze maatregelen, die bedoeld zijn om niet-essentiële onderdelen van deze richtlijn te wijzigen, door toevoeging van nieuwe onderdelen, moeten worden vastgesteld volgens de regelgevingsprocedure met toetsing waarnaar in artikel 16, lid 2, wordt verwezen. |
Deze maatregelen, die bedoeld zijn om niet-essentiële onderdelen van deze richtlijn te wijzigen, door toevoeging van nieuwe onderdelen, moeten worden vastgesteld volgens de regelgevingsprocedure met toetsing waarnaar in artikel 16, lid 2, wordt verwezen. |
Motivering | |
De Commissie moet veranderingen in haar ontwerpvoorstel ten opzichte van het advies van het BMEU verantwoorden. En de Commissie moet ook gebonden zijn aan een termijn voor het eindbesluit. | |
Amendement 32 Voorstel voor een verordening Artikel 8 – lid 2 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
In het kader van de in lid 1 bedoelde maatregelen, zal de Commissie: |
In het kader van de in lid 1 bedoelde maatregelen, zal de Commissie: |
a) voorschriften vaststellen voor de beoordeling van de wijze waarop specifieke producten al dan niet voldoen aan de milieukeurcriteria; |
a) voorschriften vaststellen voor de beoordeling van de wijze waarop specifieke producten al dan niet voldoen aan de milieukeurcriteria; |
b) aangeven, wanneer passend, welke drie doorslaggevende milieukenmerken op de milieukeur zullen worden vermeld; |
b) aangeven, wanneer passend, welke drie doorslaggevende milieukenmerken op de milieukeur kunnen worden vermeld; |
c) de geldigheidsperiode van de criteria en van de beoordelingsvoorschriften specificeren. |
c) de ten hoogste 2 jaar bedragende geldigheidsperiode van de criteria en van de beoordelingsvoorschriften specificeren. |
|
d) de toegelaten productvariabiliteit tijdens de onder c) bedoelde geldigheidsduur specificeren. |
Motivering | |
Het is van vitaal belang dat er een mechanisme komt dat de voortdurende productverbetering in aanmerking neemt, ook tijdens de geldigheidsduur van milieukeurcriteria. Momenteel worden de productcriteria vastgesteld voor lange periodes (bijv. drie jaar) en kunnen ze niet worden veranderd; het is zelfs moeilijk kleine wijzigingen in de formulering aan te brengen, zodat die nieuwe, duurzamer bestanddelen kan omvatten, of ze aan te passen aan de technische vooruitgang, zonder de volledige procedure voor het opnieuw aanvragen van een milieukeur te doorlopen. | |
Amendement 33 Voorstel voor een verordening Artikel 8 – lid 3 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
3 bis. Bij de vaststelling van de milieukeurcriteria wordt erop toegezien dat er geen maatregelen worden genomen die een onevenredig grote administratieve en economische belasting van het midden- en kleinbedrijf met zich meebrengen. |
Amendement 34 Voorstel voor een verordening Artikel 9 – titel | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
Registratie voor het gebruik van de milieukeur |
Certificatie en registratie voor het gebruik van de milieukeur |
Motivering | |
Alleen registratie van het product is in het geval van de milieukeur niet voldoende. Een verificatie door een onafhankelijke instantie (via een eenvormigheidstoets) is nodig om de milieukeur de vereiste status te geven. | |
Amendement 35 Voorstel voor een verordening Artikel 9 – lid 1 - lid 1 - inleidende formule | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
1. Om de milieukeur te kunnen gebruiken, laten fabrikanten, importeurs, dienstverleners, groot- of detailhandelaars die de milieukeur wensen te gebruiken, zich registreren bij een van de bevoegde instanties waarnaar in artikel 4 wordt verwezen, overeenkomstig de volgende regels: |
1. Om de milieukeur te kunnen gebruiken, laat de marktdeelnemer zich registreren bij een van de bevoegde instanties waarnaar in artikel 4 wordt verwezen, instantie in een van de lidstaten waarin het product in de handel wordt of is gebracht. |
a) wanneer een product afkomstig is uit één lidstaat, gebeurt de registratie bij de bevoegde instantie van die lidstaat; |
|
b) wanneer een product in dezelfde vorm afkomstig is uit verscheidene lidstaten, gebeurt de registratie bij de bevoegde instantie in een van die lidstaten; |
|
c) wanneer een product afkomstig is van buiten de Gemeenschap, gebeurt de registratie bij de bevoegde instantie in een van de lidstaten waarin het product in de handel wordt of is gebracht. |
|
De milieukeur heeft één van de in bijlage II getoonde vormen. |
De milieukeur heeft één van de in bijlage II getoonde vormen. |
De milieukeur mag alleen worden gebruikt voor producten waarvoor een registratie is gebeurd en die voldoen aan de milieukeurcriteria welke gelden voor de producten in kwestie. |
De milieukeur mag alleen worden gebruikt voor producten waarvoor een registratie is gebeurd en die voldoen aan de milieukeurcriteria welke gelden voor de producten in kwestie. |
Motivering | |
Vereenvoudiging. | |
Amendement bedoeld om de registratie te vereenvoudigen: registratie is mogelijk bij de bevoegde instantie van de lidstaat waar het product in de handel gebracht zal worden gebracht, ongeacht de vraag waar het product vandaan komt. | |
Amendement 36 Voorstel voor een verordening Artikel 9 – lid 2 – alinea 1 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
2. Bij de aanvraag tot registratie wordt de naam en het adres van de handelaar, alsook de relevante productgroep, gespecificeerd en wordt een volledige beschrijving van het product gegeven. |
2. Bij de aanvraag tot registratie wordt de naam en het adres van de marktdeelnemer, alsook de relevante productgroep, gespecificeerd en wordt een volledige beschrijving van het product gegeven. |
Motivering | |
Niet alleen "handelaars" kunnen een aanvraag tot registratie indienen. De term "marktdeelnemer" is geschikter. | |
Amendement 37 Voorstel voor een verordening Artikel 9 – lid 2 – tweede alinea | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
Bij de aanvraag tot registratie wordt alle relevante documentatie gevoegd, zoals vermeld in de relevante maatregel van de Commissie tot vaststelling van milieukeurcriteria voor de desbetreffende productgroep. |
Bij de aanvraag tot registratie wordt alle relevante documentatie gevoegd, zoals vermeld in de relevante maatregel van de Commissie tot vaststelling van milieukeurcriteria voor de desbetreffende productgroep. De aanvrager toont daarbij aan dat door een onafhankelijke instantie gecertificeerd wordt dat aan de milieukeurcriteria is voldaan. |
Motivering | |
Alleen registratie van het product is in het geval van de milieukeur niet voldoende. Een verificatie door een onafhankelijke instantie (via een eenvormigheidstoets) is nodig om de milieukeur de vereiste status te geven. | |
Amendement 38 Voorstel voor een verordening Artikel 9 – lid 3 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
3. De bevoegde instantie waarbij een aanvraag tot registratie wordt ingediend, kan een vergoeding van maximaal 200 euro aanrekenen voor de uitvoering van de registratie. Wanneer een vergoeding in rekening wordt gebracht, mag de milieukeur slechts worden gebruikt nadat die vergoeding binnen de gestelde termijn is betaald. |
3. Bij de aanvraag voor toekenning van een milieukeur dient een vergoeding voor de kosten van behandeling van de aanvraag te worden voldaan. Deze vergoeding wordt voor kleine en middelgrote ondernemingen steeds met ten minste 25% verlaagd. |
Motivering | |
De registratievergoeding van 200 euro dekt de kosten van de procedure niet. Dat betekent dat de lidstaten de procedure moeten subsidiëren, wat niet bevorderlijk is voor het succes van het EU-bloemetje en de marktpenetratie ervan. | |
We kunnen ervan uitgaan dat het voor kleine en middelgrote ondernemingen lastiger is om een milieukeur te verkrijgen. Ze moeten daarom een voorkeursbehandeling krijgen. | |
Amendement 39 Voorstel voor een verordening Artikel 9 – lid 4 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
4. Uiterlijk twee maanden na ontvangst van een aanvraag tot registratie onderzoekt de betrokken bevoegde instantie de documentatie als bedoeld in lid 2. |
4. Uiterlijk twee maanden na ontvangst van een aanvraag tot registratie verifieert de betrokken bevoegde instantie de documentatie als bedoeld in lid 2, alsmede of het product voldoet aan de door de Commissie op grond van artikel 8 vastgestelde criteria. |
Als de documentatie volledig is, kent de bevoegde instantie elk product een registratienummer toe. |
Als de documentatie goedgekeurd is, het product voldoet aan de criteria en de registratie conform de beoordelings- en verificatie-eisen is, kent de bevoegde instantie elk product een registratienummer toe. De bevoegde instantie sluit de goedkeuringsprocedure binnen vier maanden na de indiening van de aanvraag af. |
Motivering | |
Een van de belangrijkste voordelen van de bestaande wetgeving was de hoge mate van geloofwaardigheid ervan, die niet op de helling mag worden gezet door een afschaffing van de aan de toekenning van de milieukeur voorafgaande beoordelings- en verificatieprocedures ter wille van de flexibiliteit. Dit werd tot dusver gegarandeerd door verificatie door een derde. | |
Amendement 40 Voorstel voor een verordening Artikel 9 – lid 6 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(6) De bevoegde instantie die een product heeft geregistreerd, meldt elke registratie aan bij de Commissie. De Commissie stelt een gemeenschappelijk register samen en actualiseert dit op gezette tijd. Bedoeld register kan geraadpleegd worden door het publiek. |
(6) De bevoegde instantie die een product heeft geregistreerd, meldt elke registratie aan bij de Commissie. De Commissie stelt een gemeenschappelijk register samen en actualiseert dit op gezette tijd. Bedoeld register kan geraadpleegd worden door het publiek, met name via een aan de milieukeur gewijde website, en bij de autoriteiten in de lidstaten. |
Motivering | |
De consument moet op zo eenvoudig mogelijke wijze de lijst met producten met milieukeur kunnen inzien. | |
Erkenning van de milieukeur kan bevorderd worden door openheid, bekendheid en informatievoorziening via een gebruikersvriendelijke portaalsite. | |
Amendement 41 Voorstel voor een verordening Artikel 9 – lid 7 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
7. De milieukeur mag worden aangebracht op producten die onder de registratie vallen, alsook op het desbetreffende promotiemateriaal. |
7. De milieukeur mag worden aangebracht op producten die onder de registratie vallen, alsook op het desbetreffende promotiemateriaal. De plaats van de milieukeur is prominent en markeert het product zelfs als het samen met andere producten wordt gekocht. |
Amendement 42 Voorstel voor een verordening Artikel 9 – lid 10 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
10. Wanneer een milieukeur wordt aangebracht op andere verwerkte levensmiddelen dan producten van de aquacultuur, die niet voldoen aan de eisen van Verordening (EG) nr. 834/2007, wordt zij in hetzelfde gezichtsveld aangevuld met een aanduiding die aangeeft dat de keur uitsluitend betrekking heeft op de milieuprestaties bij de verwerking, het vervoer en de verpakking van het product. |
Schrappen. |
De eerste alinea is ook van toepassing op verwerkte levensmiddelen die zijn geëtiketteerd overeenkomstig artikel 24 van Verordening (EG) nr. 834/2007. |
|
Motivering | |
Zie boven voor de levensmiddelenkwestie. | |
Amendement 43 Voorstel voor een verordening Artikel 10 – lid 2 – alinea 1 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
2. De bevoegde instantie die het product heeft geregistreerd, verricht op gezette tijden of na klacht verificaties met betrekking tot registraties die het heeft gedaan. Deze verificaties kunnen de vorm aannemen van steekproeven. |
2. De bevoegde instantie die het product heeft geregistreerd, verricht op gezette tijden of na klacht verificaties met betrekking tot registraties die het heeft gedaan. Deze verificaties kunnen de vorm aannemen van steekproeven. De Commissie zorgt ervoor dat de bevoegde instanties regelmatig steekproeven uitvoeren. De lidstaten voorzien de bevoegde instanties van alle nodige middelen om deze steekproeven uit te voeren. |
Motivering | |
De behoorlijke werking van de bevoegde instanties is ten zeerste afhankelijk van de middelen die hun door de lidstaten ter beschikking worden gesteld. | |
Amendement 44 Voorstel voor een verordening Artikel 10 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
Artikel 10 bis |
|
Midden- en kleinbedrijf |
|
Ter bescherming van het MKB |
|
a) ziet de Commissie erop toe dat de voorlichtingsbureaus die ingevolge de komende Small Business Act worden opgericht ook tot taak krijgen informatie over het milieukeursysteem te verstrekken; en |
|
b) streeft de Commissie er actief naar dat de verschillende milieukeursystemen op elkaar afgestemd worden. |
Motivering | |
Het is van groot belang dat er rekening wordt gehouden met de administratieve lasten voor het midden- en kleinbedrijf en dat ernaar gestreefd wordt deze zo veel mogelijk te verlichten. | |
Amendement 45 Voorstel voor een verordening Artikel 11 – alinea 1 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
Het naast elkaar bestaan van de communautaire milieukeur met de nationale milieukeursystemen wordt gegarandeerd door middel van de uitwisseling van beste praktijken. Bovendien kan het communautaire milieukeursysteem de van een milieukeur voorziene producten op de betreffende nationale markt promoten en de penetratie van van een milieukeur voorziene producten op de markten van andere lidstaten bevorderen. |
Amendement 46 Voorstel voor een verordening Artikel 12 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
In samenwerking met het BMEU zullen de lidstaten en de Commissie het gebruik van de communautaire milieukeur bevorderen via bewustmakingsacties en informatiecampagnes, gericht op consumenten, producenten, uitschrijvers van openbare aanbestedingen, handelaars, detailhandelaars en het grote publiek, en zo de brede verspreiding van het systeem ondersteunen. |
In samenwerking met het BMEU zullen de de Commissie, de lidstaten en de deelnemende ondernemingen aanzienlijke middelen toewijzen om het gebruik van de communautaire milieukeur te bevorderen via bewustmakingsacties, informatiecampagnes, gericht op consumenten, producenten, fabrikanten, uitschrijvers van openbare aanbestedingen, handelaars, detailhandelaars en het grote publiek, alsook scholen, en via verspreiding van informatie via de speciale milieukeur-website, en zo de brede verspreiding van het systeem ondersteunen, en door de acceptatie van het systeem te bevorderen, met name door het opzetten van helpdesks voor marktdeelnemers, met name het midden- en kleinbedrijf. Hoewel de marketing van het milieukeursysteem een nationale bevoegdheid blijft, om beter rekening met de voorkeuren van de consumenten in elke lidstaat te kunnen houden, moet voor gemeenschappelijke marketingdeskundigheid worden gezorgd, om sturing en coördinatie te bieden, de uitwisseling van beste praktijken te bevorderen en concrete actieplannen op communautair niveau te ontwikkelen. |
|
De overheidssector is meer bij de promotie van het milieukeursysteem betrokken, zowel als voortrekker, door het voorbeeld te stellen, om de communautaire milieudoelstellingen te halen, als ook als consument. Wanneer de communautaire instellingen en de nationale overheden in het kader van een overheidsopdracht producten aankopen waarvoor milieukeurcriteria bestaan, voldoen deze producten bijgevolg op zijn minst aan de eisen van het communautaire milieukeursysteem. |
Motivering | |
Marketingcampagnes moeten aangepast zijn aan de specifieke noden van elke markt, om doeltreffender te zijn. Overheidsopdrachten kunnen een zeer efficiënt instrument zijn om producten met een milieukeur te promoten, niet alleen doordat ze een lidstaat in staat stellen een voorbeeld te stellen voor de consumenten, maar ook doordat ze een beslissende impuls aan de marktvraag naar milieuvriendelijke producten geven. | |
Met het oog op de bevordering moeten niet alleen informatiecampagnes worden gefinancierd maar vooral praktische hulp worden verleend aan marktdeelnemers die een milieukeur willen aanvragen. | |
Alle belanghebbenden moeten bij het promoten van het ecolabel betrokken zijn. | |
Amendement 47 Voorstel voor een verordening Artikel 12 – lid 1 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
De bevordering moet plaatsvinden via de milieukeurwebsite in alle 23 officiële talen, een Europese informatiecampagne van de Commissie en informatiemateriaal dat in de lidstaten verspreid wordt. |
Amendement 48 Voorstel voor een verordening Artikel 12 – lid 1 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
De lidstaten stellen streefcijfers vast voor de aankoop van producten met de milieukeur via overheidsopdrachten. |
Motivering | |
Bewustmakingsacties en informatiecampagnes zijn op zich niet voldoende om het ecolabel te promoten. De lidstaten moeten streefcijfers vaststellen voor de aankoop van dat soort producten via overheidsopdrachten. | |
Amendement 49 Voorstel voor een verordening Artikel 13 - titel | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
Intercollegiale evaluatie |
Uitwisseling van informatie en best practices |
Motivering | |
De bevoegde instanties moeten gestimuleerd worden om samen te werken. | |
Amendement 50 Voorstel voor een verordening Artikel 13 – lid 1 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
Teneinde een geharmoniseerde toepassing van de artikelen 9 en 10 te waarborgen, zijn de bevoegde instanties onderworpen aan een intercollegiale evaluatie. Deze evaluatie gebeurt op basis van goed omschreven en transparante evaluatiecriteria en -bepalingen. |
Teneinde een geharmoniseerde toepassing van deze verordening en met name de artikelen 9 en 10 te waarborgen, wisselen de bevoegde instanties regelmatig informatie en ervaringen uit in een geïnstitutionaliseerd kader en streven zij naar coördinatie van de werkzaamheden en dienstverlening van de bevoegde nationale instanties. |
Motivering | |
Er is regelmatige, geïnstitutionaliseerde uitwisseling en samenwerking tussen de bevoegde instanties nodig om de effectiviteit van het gebruik van de milieukeur te verhogen, en er moeten in de loop van de evaluatie veranderingen kunnen worden aangebracht naar aanleiding van de ervaringen in de praktijk. | |
Amendement 51 Voorstel voor een verordening Artikel 14 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
Uiterlijk op [specifieke datum - vijf jaar na de publicatiedatum] brengt de Commissie bij het Europees Parlement en de Raad verslag uit over de tenuitvoerlegging van het communautaire milieukeursysteem. In dit verslag worden de elementen voor een eventuele herziening van het systeem nader gespecificeerd. |
Uiterlijk op [specifieke datum - vijf jaar na de publicatiedatum] brengt de Commissie bij het Europees Parlement en de Raad verslag uit over de tenuitvoerlegging van het communautaire milieukeursysteem, met name wat betreft de tenuitvoerlegging van artikel 12. In dit verslag wordt uiteengezet wat er met betrekking tot de doelstellingen van de werkplannen bereikt is en worden de elementen voor een eventuele herziening van het systeem nader gespecificeerd. |
Motivering | |
Het is zaak nauwgezet te volgen hoe de milieukeur zich ontwikkelt, hoe de gelden besteed worden en of de doelstellingen gerealiseerd worden, en als dat niet het geval is, wat daarvan de oorzaken zijn. | |
Amendement 52 Voorstel voor een verordening Artikel 15 – lid 1 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
De Commissie kan de maximumvergoeding als bedoeld in artikel 9, lid 3, verhogen en de bijlagen bij deze verordening wijzigen. |
De Commissie kan de maximumvergoeding als bedoeld in artikel 9, lid 3, wijzigen en de bijlagen bij deze verordening wijzigen. |
Motivering | |
Verlaging van de vergoeding moet ook mogelijk zijn. | |
Amendement 53 Voorstel voor een verordening Bijlage I – deel A – lid 1 – streepje 9 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
- Analyse van de beschikbaarheid van producten in een productgroep zonder stoffen of preparaten die als vergiftig, zeer vergiftig, gevaarlijk voor het milieu, kankerverwekkend, mutageen of vergiftig voor de voortplanting ingedeeld zijn volgens Richtlijn 67/548/EEG of Richtlijn 1999/45/EG, of stoffen bedoeld in artikel 57 van Verordening 1907/2006 (EG) (REACH). |
Motivering | |
In de criteria moet rekening worden gehouden met het vervangingsbeginsel. | |
Amendement 54 Voorstel voor een verordening Bijlage I – deel A – lid 1 – alinea 2 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
Het voorbereidend verslag wordt beschikbaar gesteld via de specifieke milieukeurwebsite van de Commissie voor opmerkingen en verwijzing in de fase van uitwerking van de criteria. |
Het voorbereidend verslag wordt beschikbaar gesteld via de specifieke milieukeurwebsite van de Commissie, die in alle 23 officiële talen beschikbaar moet zijn, voor opmerkingen en verwijzing in de fase van uitwerking van de criteria. |
Motivering | |
Elk bedrijf in een lidstaat moet informatie over het logo via de officiële website kunnen verkrijgen. | |
Amendement 55 Voorstel voor een verordening Bijlage I – Deel A – lid 2 – alinea 2 – streepje 1 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
- zij moeten: gebaseerd zijn op de milieuprestaties gedurende de gehele levenscyclus van het product op basis van de best presterende producten op de markt en moeten, voor zover mogelijk, resulteren in een selectie van de 10% best presterende producten op de markt; |
- zij moeten: gebaseerd zijn op de milieuprestaties gedurende de gehele levenscyclus van de op het moment van vaststelling best presterende producten op de interne markt ; |
|
- zij moeten resulteren in een selectie van een bepaald percentage van de best presterende producten op de markt. Het precieze percentage wordt, afhankelijk van de productcategorie, van geval tot geval vastgesteld, in de regel tussen de 10 en 20%, en hoe dan ook zodanig dat de milieuvriendelijkste producten op de markt worden beloond en begunstigd, en de consument een voldoende ruime keuze aan milieukeurproducten wordt aangeboden. |
Motivering | |
Het is belangrijk dat de milieukeur als drijfveer voor verdere innovatie blijft fungeren. | |
Amendement 56 Voorstel voor een verordening Bijlage I – Deel A – lid 2 – alinea 2 – streepje 2 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
- gebaseerd zijn op de belangrijkste milieueffecten van het product, moeten, voor zover redelijkerwijs mogelijk, uitgedrukt zijn in de vorm van doorslaggevende technische milieuprestatie-indicatoren met betrekking tot het product en moeten geschikt zijn voor een evaluatie overeenkomstig de regels van deze verordening; |
gebaseerd zijn op de milieueffecten van het product, moeten, voor zover redelijkerwijs mogelijk, uitgedrukt zijn in de vorm van doorslaggevende technische milieuprestatie-indicatoren met betrekking tot het product en moeten geschikt zijn voor een evaluatie overeenkomstig de regels van deze verordening; |
Motivering | |
Alleen de 10% best presterende producten van een productgroep belonen is niet voor alle productgroepen de aangewezen weg. Het precieze streefpercentage moet tussen de 10 en 20 worden geplaatst bij de vaststelling van de criteria voor elke productgroep. De criteria moeten op alle milieueffecten van het product gebaseerd worden. | |
Amendement 57 Voorstel voor een verordening Bijlage I – Deel A – lid 2 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
2 bis. Specifieke regels voor voedingsmiddelen en dranken als omschreven in artikel 2 van verordening (EG) nr. 178/2002 en voor voedingsmiddelen die onder de werkingssfeer vallen van verordening (EG) nr. 834/2007.
|
|
Uit het technisch verslag moet het volgende blijken: |
|
- dat er een werkelijke toegevoegde waarde is gelegen in het uitwerken van milieukeurcriteria voor het gekozen product; |
|
- dat in de milieukeur de gehele levensduur van het product in aanmerking is genomen; |
|
- dat het gebruik van de milieukeur op het gekozen product geen verwarring met andere levensmiddelenetiketten bij de consument kan doen ontstaan. |
|
Wanneer criteria worden uitgewerkt voor voedingsmiddelen en dranken onder de werkingssfeer van verordening (EG) nr. 834/2007 mogen de vorm van het etiket en de daarop vermelde informatie worden gewijzigd om verwarring bij consumenten te vermijden. |
Motivering | |
Er bestaat behoefte aan nader onderzoek naar de haalbaarheid van milieucriteria voor voedingsmiddelen. | |
Amendement 58 Voorstel voor een verordening Bijlage I – punt 5 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
Er wordt een gebruikershandleiding opgesteld die autoriteiten welke openbare aanbestedingen uitschrijven begeleiding geeft bij het gebruiken van de milieukeurcriteria. |
Er wordt een in alle officiële Gemeenschapstalen vertaalde gebruikershandleiding opgesteld die autoriteiten welke openbare aanbestedingen uitschrijven begeleiding geeft bij het gebruiken van de milieukeurcriteria. |
Opmerking: de Commissie zal een model opstellen voor zowel de handleiding voor de gebruikers van de milieukeur en de relevante bevoegde instanties als de handleiding voor de autoriteiten die openbare aanbestedingen uitschrijven. |
Opmerking: de Commissie zal een in alle officiële Gemeenschapstalen vertaald model opstellen voor zowel de handleiding voor de gebruikers van de milieukeur en de relevante bevoegde instanties als de handleiding voor de autoriteiten die openbare aanbestedingen uitschrijven. |
Motivering | |
Een vertaling zowel van de gebruikershandleiding als van het model zal de aanvraagprocedure die bedrijven moeten doorlopen om de milieukeur te verkrijgen, vergemakkelijken. | |
Amendement 59 Voorstel voor een verordening Bijlage - punt B bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
B bis. VERKORTE PROCEDURE VOOR NIET-INGRIJPENDE HERZIENING VAN DE CRITERIA |
|
De Commissie brengt een verslag uit dat het volgende omvat: |
|
- de redenen waarom een uitvoerige herziening van de criteria niet nodig is en waarom met een eenvoudige bijwerking van de criteria en de bijbehorende grenswaarden kan worden volstaan; |
|
- een technisch hoofdstuk met de recentste marktgegevens die voor de formulering van de criteria gebruikt zijn; |
|
- een ontwerpvoorstel voor herziene criteria; |
|
- een kwantitatieve indicatie van de totale milieuprestatie die dankzij het gebruik van de herziene criteria wordt verwacht in vergelijking met de milieuprestaties van de gemiddelde producten op de markt; |
|
- een herziene handleiding voor de gebruikers van de milieukeur en de relevante bevoegde instanties, en |
|
- een herziene handleiding voor de autoriteiten die openbare aanbestedingen uitschrijven. |
|
Het verslag en het ontwerpvoorstel voor criteria worden gedurende twee maanden beschikbaar gesteld voor opmerkingen via de specifieke milieukeurwebsite van de Commissie. |
|
Alle opmerkingen die in de loop van deze periode van openbare raadpleging zijn ontvangen, worden beantwoord, waarbij wordt aangegeven of en waarom zij zijn aanvaard, dan wel verworpen. |
|
Rekening houdend met eventuele wijzigingen die op basis van de raadplegingsronde worden aangebracht en op voorwaarde dat geen enkele lidstaat een open werkgroepvergadering eist, kan de Commissie de ontwerpcriteria overeenkomstig artikel 8 aannemen. |
|
Op verzoek van een lidstaat vindt een open werkgroepvergadering over de voorgestelde herziene criteria plaats waaraan alle betrokken partijen zoals de bevoegde instanties, het bedrijfsleven (inclusief het MKB), vakbonden, kleinhandelaars, importeurs en milieu- en consumentenorganisaties deelnemen. Ook de Commissie neemt aan bedoelde vergadering deel. |
|
Rekening houdend met eventuele wijzigingen die op basis van de raadplegingsronde of de werkgroepvergadering worden aangebracht, kan de Commissie de ontwerpcriteria overeenkomstig artikel 8 aannemen. |
Motivering | |
Een van de sleutels tot succes van de milieukeur is de mogelijkheid van snelle aanpassing van de criteria in geval van een niet-ingrijpende wijziging van een van de elementen van de criteria. | |
Amendement 60 Voorstel voor een verordening Bijlage II – alinea 4 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
Het opschrift van de milieukeur wordt vastgesteld door de bevoegde instantie in iedere lidstaat, waarbij gebruik wordt gemaakt van de officiële taal of talen van de desbetreffende lidstaat en wel zodanig dat de tekst gelijkwaardig is aan de Engelse grondtekst. |
TOELICHTING
De milieukeur is een keurmerk op vrijwillige basis waarmee wordt beoogd op Europese schaal de verspreiding van producten te bevorderen die "gedurende de gehele levenscyclus" energie-efficiënt en milieuvriendelijk zijn.
Daartoe zijn voor elke productcategorie ecologische kwaliteitsnormen, "criteria" genoemd, ontwikkeld. Er zijn op dit moment 26 productcategorieën, 622 vergunningen en ruim 3000 producten en diensten (wasmiddelen, papier, kleding, schoenen, stoffen, toerisme, campings) die zich met de milieukeur mogen tooien.
De milieukeur, met zijn bloemetje als logo, kan beschouwd worden als een aanjager, die door de milieueisen permanent te verscherpen bedrijven ertoe aanzet zich voortdurend in te spannen om hun producten vanuit milieuoogpunt steeds hoogwaardiger te maken.
Met het Europees actieplan inzake duurzame consumptie en productie en vooral de herziening van de milieukeurverordening, de EMAS-verordening (COM(2008)0402) en de richtlijn voor ecologisch ontwerp, in nauwe samenhang met de mededeling getiteld "Overheidsopdrachten voor een beter milieu" (COM(2008)0408), streeft de Europese Unie naar uitbreiding van een geïntegreerd systeem op vrijwillige basis om bedrijven ertoe te brengen betere, energie-efficiëntere en milieuvriendelijker producten voort te brengen.
Ten aanzien van de milieukeur komen er van de markt tegenstrijdige signalen. De ervaring die in bijna tien jaar met het ecolabel is opgedaan, laat zien dat een krachtiger ingreep nodig is om een aantal cruciale aspecten van het syteem te regelen.
Enerzijds zijn er steeds meer bedrijven in de meest uiteenlopende sectoren die een milieukeur aanvragen. Ondernemers onderkennen de meerwaarde van het ecolabel, dat op onpartijdige wijze wordt toegekend en dat gewaardeerd wordt door consumenten, die inmiddels meer belang hechten aan maatschappelijk verantwoord ondernemen, vanuit oogpunt van milieubescherming.
Daar komt nog bij dat de Europese milieukeur extra meerwaarde biedt dankzij de Europese dimensie, wat door veel bedrijven die op Europese schaal willen opereren wordt ingezien.
Anderzijds betreuren veel bedrijven dat het ecolabel bij het grote publiek weinig bekendheid geniet. Velen weten, in tegenstelling tot andere Europese merken, niet eens wat het Europese ecolabel is of wat het betekent, zodat ook de milieuvoordelen waarvoor de milieukeur een waardering vormt, veronachtzaamd worden. Ook ten opzichte van nationale ecolabels, die een vergelijkbare functie vervullen, loopt het Europese ecolabel achter in verspreiding en bekendheid.
Bedrijven en NGO's klagen voorts over de buitensporig lange duur van de goedkeuringsprocedure (soms wel meer dan vier jaar) en over het feit dat de criteria voor vergelijkbare productcategorieën nogal uiteen kunnen lopen.
Tot slot verdient vermelding dat het ontbreekt aan goede coördinatie met de nationale ecolabels, die voor dezelfde soort producten soms andere criteria hanteren en meer erkenning en waardering dan het Europese ecolabel genieten.
Om deze problemen aan te pakken heeft de Commissie een nieuw verordeningsvoorstel ingediend, dat de rapporteur in grote lijnen kan onderschrijven.
Er zijn tal van wijzigingen in de procedure voor de formulering van de criteria aangebracht en er wordt een nieuw systeem voor de toekenning van de milieukeur voorgesteld.
In plaats van het vorige systeem, dat werkte met een contract tussen bevoegde instantie en de marktdeelnemer, komt straks een registratiesysteem.
Voorts zijn er bepalingen opgenomen om de coördinatie met de nationale systemen te verbeteren.
Tenslotte wil de Commissie, met een gelaagde benadering voor ogen, toestaan dat verschillende partijen, waaronder Commissie, lidstaten en marktdeelnemers, het voortouw nemen en de ontwikkeling en formulering van de criteria aansturen.
De Commissie heeft in haar voorstel nieuwe productcategorieën ingevoerd, waaronder verwerkte levensmiddelen en producten van visserij en aquacultuur.
De voorstellen van de rapporteur
De wijzigingen die de rapporteur voorstelt beogen die volgende hoofddoelen te bereiken:
- handhaving van het vertrouwen van de consument in de hoge ecologische kwaliteitsnormen waar het Europese ecolabel voor staat;
- verbetering van de verspreiding van het ecolabel door enerzijds op de consument gerichte voorlichtingscampagnes en anderzijds uitbreiding van het aantal productcategorieën;
- zorgen voor een goedkeuringsprocedure voor de criteria die afgestemd is op het innovatietempo en -niveau van de producten op de markt, en die tevens het hoge niveau van de ecologische eisen handhaaft en voorziet in de inbreng van alle marktdeelnemers en andere belanghebbenden.
De verwijzing naar verwerkte levensmiddelen en visserij- en aquacultuurproducten wordt door de rapporteur geschrapt omdat een aparte behandeling van dat soort producten niet opportuun is en omdat er volstrekt geen reden is om verwerkte en niet-verwerkte levensmiddelen verschillend te behandelen. Bovendien moet erop worden toegezien dat er geen verwarring met biologische producten optreedt.
Daarom kan de beslissing over toekenning van het ecolabel aan deze of gene categorie of aan een bepaald soort product beter aan de deskundigen worden overgelaten. Alleen de experts zijn in staat om te beoordelen of een voedingsmiddel gedurende zijn gehele levenscyclus aan de eisen van milieuvriendelijkheid voldoet.
Ten aanzien van de nieuwe procedure dient te worden opgemerkt dat duidelijk moet worden vastgelegd dat de registratie van een nieuw product pas kan plaatsvinden als concreet geverifieerd is dat het aan de eisen voldoet, en dat een louter papieren procedure hiervoor niet toereikend is. Vandaar het amendement tot herinvoering van voorafgaande controle, d.w.z. voordat de milieukeur wordt toegekend.
Aangezien het milieukeursysteem op basis van vrijwilligheid functioneert en omdat de consumenten hoge verwachtingen van "producten met het bloemetje" koesteren, stelt de rapporteur voor te verbieden dat het ecolabel wordt toegekend aan producten die stoffen bevatten die gevaarlijk zijn voor de gezondheid van de consument en het milieu.
Het is voor de geloofwaardigheid van de milieukeur van essentieel belang dat producten met het ecolabel aan het algemene beginsel van bescherming van de gezondheid van de consument en van het milieu voldoen.
Aangezien dat verbod echter de mogelijkheden om het ecolabel voor een breder scala van producten te hanteren zou kunnen inperken, stelt de rapporteur daarnaast voor dat de Commissie voor bepaalde productcategorieën en op wel omschreven gronden uitzonderingen op die regel kan toestaan, hetgeen via de comitologieprocedure zijn beslag moet krijgen.
Gelet op de tendens tot terugdringing van dierproeven, getuige regelingen als REACH, GHS e.d., moet dit uitgangspunt ook in het milieukeursysteem worden ingevoerd, dat bedoeld is om een product aan te merken als de vanuit milieuoogpunt beste keuze.
Er is veel kritiek op de extreem lange duur van de goedkeuringsprocedure voor de criteria voor de verschillende productcategorieën. Bovendien zijn de criteria weer snel achterhaald door de ontwikkelingen op de markt.
Vandaar de volgende twee voorstellen:
Om achterstanden bij de goedkeuring tegen te gaan wordt voorgesteld een maximumtermijn van 180 dagen in te voeren, waarbinnen de Commissie de aanvraag moet goedkeuren.
Voorts wordt voorgesteld een vereenvoudigde en verkorte procedure voor niet-ingrijpende wijzigingen van de criteria in het leven te roepen (zie nieuwe afdeling B bis in bijlage I).
Ten aanzien van het promoten van het ecolabel (voormalig artikel 12 van de verordening), pleit de rapporteur voor meer voorlichting aan de consumenten en bewustmakingscampagnes, alsmede voor het inzetten van Europese middelen voor het verlenen van advies aan het midden- en kleinbedrijf over de gang van zaken bij de registratie van productcategorieën.
Ten slotte stelt de rapporteur dat bijzondere aandacht moet worden besteed aan het midden- en kleinbedrijf, dat concrete hulp nodig heeft om met het ecolabel vertrouwd te raken en betrokken moet worden bij de besluitvorming over de criteria, mede in verband met zijn specifieke behoeften.
Afsluitend kan gesteld worden dat de milieukeur een buitengewoon nuttig instrument vormt om de Europese producten milieuvriendelijker te maken en daarnaast onderzoek en innovatie te stimuleren.
Het is de kunst om vaste parameters te bieden die rekening houden met de milieuprestaties van producten en diensten gedurende de gehele levenscyclus. Waar het om gaat is dat er betrouwbare en onweerlegbare criteria komen die de concrete garantie op een hoogwaardig product gedurende de gehele levenscyclus bieden, zodat de consument zijn vertrouwen in de milieukeur behoudt.
ADVIES van de Commissie industrie, onderzoek en energie (22.1.2009)
aan de Commissie milieubeheer, volksgezondheid en voedselveiligheid
over het voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad betreffende een communautair systeem van milieukeuren
(COM(2008)0401 – C6-0279/2008 – 2008/0152(COD))
Rapporteur: Nikolaos Vakalis
BEKNOPTE MOTIVERING
Inhoud en doel
Het voorstel, met de amendementen hieronder, is bedoeld om consumenten te sturen in de richting van milieuvriendelijke producten en diensten door op basis van milieucriteria een milieukeur, een uitmuntendheidskeurmerk, aan producten en diensten met topprestaties toe te kennen. Het logo van de milieukeur (EU-bloem) moet door de producenten worden gebruikt als marketinginstrument en de producten en diensten in kwestie moeten ermee worden gepromoot. Het voorstel vervangt Verordening (EG) nr. 1980/2000 van het Europees Parlement en de Raad van 17 juli 2000 inzake een herzien communautair systeem voor de toekenning van milieukeuren, dat lijdt onder een beperkte kennis van de keur en een beperkt gebruik ervan door de producenten, als gevolg van de al te bureaucratische processen en het al te bureaucratische beheer.
Relevante aspecten voor de ITRE-commissie
De herziening van de verordening inzake een EU-systeem voor de toekenning van milieukeuren heeft het potentieel een positieve impact op de energie-efficiëntie en op het concurrentievermogen van de producenten binnen de EU te genereren.
In de eerste plaats levert de herziening van het EU-systeem voor de toekenning van milieukeuren een verbeterd systeem voor de bepaling van de criteria op dat doorslaggevend zal zijn met betrekking tot de vraag of de EU een voortrekkersrol, met actuele en ambitieuze, maar haalbare nomen op het gebied van energie-efficiëntie, zal spelen.
In de tweede plaats heeft de herziening van het systeem het potentieel voor extra mogelijkheden te zorgen voor bedrijven. Deze kunnen de EU-bloem gebruiken als effectief marketinginstrument op de hele gemeenschappelijke markt, waardoor tegelijk wordt bijgedragen tot duurzaamheid op milieugebied en voordelen ontstaan voor de consumenten, die steeds meer groenere producten en diensten eisen.
Jammer genoeg waren de resultaten van de bestaande wetgeving niet bevredigend. De rapporteur voor advies wil er daarom voor zorgen dat meer stimulansen voor bedrijven worden gecreëerd om aan het vrijwillige systeem deel te nemen en dat alle onnodige financiële en administratieve lasten voor de producenten worden vermeden, zonder dat evenwel afbreuk aan de geloofwaardigheid van het systeem wordt gedaan.
Met name rekening houdend met deze kwesties wil de rapporteur voor advies de volgende elementen van het voorstel verbeteren.
Geen voedsel in het toepassingsgebied van de verordening
In de herziene verordening zijn ook verwerkte levensmiddelen opgenomen, waarbij de criteria voor de toekenning van de milieukeur alleen betrekking hebben op de verwerking, het vervoer en de verpakking van deze levensmiddelen. Dit zou zorgen voor ernstige ongerijmdheden en zou de consumenten verwarren.
In de eerste plaats zou de voorgestelde toepassing van de verordening op een beperkt deel van de voedingsproducten (verwerkte levensmiddelen, visserijproducten, producten uit de aquacultuur) een willekeurig onderscheid tussen producten creëren. In de tweede plaats zou door het feit dat alleen wordt gekeken naar de verwerking, het vervoer en de verpakking van een deel van de voedingsproducten, de levenscyclusbenadering worden geschonden en de fasen in de levenscyclus van voedingsproducten met de grootste impact op het milieu, namelijk productie en consumptie, worden veronachtzaamd. In de derde plaats kan verwarring ontstaan met de bestaande wetgeving op organische voeding. Daarom stelt de rapporteur voor advies voor om op EU-niveau afzonderlijk te werken aan etiketteringsvoorschriften voor voedingsproducten, in aansluiting op de bestaande EU-voedingsmiddelenwetgeving.
Duidelijke levenscyclusbenadering voor de bepaling van de criteria
Bij de ontwikkeling van de criteria moet rekening worden gehouden met de hele levenscyclus van producten, met het oog op zinvolle milieucriteria, waarmee consumenten in de richting van duurzamere consumptie- en producenten in de richting van duurzamere productiepatronen kunnen worden gestuurd.
Betere herkenning van de EU-milieukeur
Het opvallendste probleem is het gebrek aan herkenning van de keur door de EU-consumenten. Daarom is het van het grootste belang zowel de kennis van de consument als die van de producent te verbeteren. Gelet op het subsidiariteitsbeginsel ligt de verantwoordelijkheid voor de promotie van de milieukeur bij de lidstaten. Toch kan op EU-niveau enige sturing worden geboden, om een proces van wederzijds leren met betrekking tot de promotie van de milieukeur op te starten, met name gelet op het feit dat de nationale milieukeuren in sommige lidstaten erg succesvol zijn. Voorts kan de publieke sector een belangrijke rol met betrekking tot de promotie van milieukeuren spelen, door bij procedures voor overheidsaankopen rekening met deze keuren te houden.
Aangezien promotieactiviteiten passende financiering behoeven, moet een deel van de inkomsten uit de registratierechten in de promotie van de milieukeur worden geïnvesteerd. Hierdoor wordt het systeem effectiever als marketinginstrument en trekt het meer producenten aan om er hun voordeel mee te doen, waardoor weer extra registratierechten worden gegenereerd.
Registratierechten
De rapporteur voor advies is tevreden met het voorstel tot afschaffing van de huidige jaarlijkse vergoedingen die de bevoegde instanties de gebruikers van de milieukeur aanrekenen, als significante stap om het systeem minder bureaucratisch te maken en de administratieve lasten voor de bedrijven te beperken. Voor de registratie stelt hij een vergoeding voor van maximum EUR 1000, in verhouding tot de omvang van elk bedrijf, met tegelijk de suggestie aan de lidstaten om in het geheel geen vergoeding aan te rekenen, als maatregel om het systeem te promoten.
Strengere marktbewaking
De marktbewaking moet worden verstrengd, met name om een gelijk speelveld op de hele gemeenschappelijke markt te garanderen. Daarom moet het nodige worden ondernomen opdat binnen elke lidstaat de vereiste middelen voorhanden zijn om voor marktbewaking te zorgen.
Transparante en niet-discriminerende registratie
Om discriminatie tussen EU-producenten en producenten uit derde landen te voorkomen moeten identieke regels voor registratie voor het gebruik van de milieukeur gelden. Producenten die gebruik van de milieukeur willen maken, moeten zich daarom laten registreren in een van de lidstaten waar het product op de markt is gebracht. Specifieke bepalingen moeten de registratie transparanter maken en verwarring bij de consument voorkomen.
Snelle uitbreiding van het aantal productgroepen
Met de verordening moet een systeem worden ingesteld waarmee snel criteria voor een groter aantal productgroepen kunnen worden gecreëerd. Het beperkte aantal productgroepen belemmert duidelijk een ruimere impact van de milieukeur als marketinginstrument. Als het aantal productgroepen wordt uitgebreid, kunnen meer bedrijven aan het systeem deelnemen.
Met het oog hierop moet een werkplan worden opgesteld en een tijdschema voor de uitvoering van het werkplan bepaald.
Voorts stelt de rapporteur voor advies een aantal maatregelen voor om ervoor te zorgen dat de criteria gebaseerd zijn op wetenschappelijke normen en dat de betrokken belanghebbenden aan de nodige voorwaarden voldoen.
AMENDEMENTEN
De Commissie industrie, onderzoek en energie verzoekt de ten principale bevoegde Commissie milieubeheer, volksgezondheid en voedselveiligheid onderstaande amendementen in haar verslag op te nemen:
Amendement 1 Voorstel voor een verordening Overweging 3 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(3) Teneinde een proliferatie van milieukeursystemen te vermijden en betere milieuprestaties te bevorderen in alle sectoren waarin het milieueffect een element is bij de keuze van de consument, moet de mogelijkheid om de communautaire milieukeur te gebruiken worden uitgebreid. Daarbij moet er echter over worden gewaakt dat er een duidelijk onderscheid bestaat tussen deze verordening en Verordening (EG) nr. 834/2007 van de Raad van 28 juni 2007 inzake de biologische productie en de etikettering van biologische producten en tot intrekking van Verordening (EEG) nr. 2092/91. |
(3) Teneinde een proliferatie van milieukeursystemen te vermijden en betere milieuprestaties te bevorderen in alle sectoren waarin het milieueffect een element is bij de keuze van de consument, moet de mogelijkheid om de communautaire milieukeur te gebruiken worden uitgebreid. Gelet op de specifieke kenmerken van levensmiddelen moeten deze echter van het toepassingsgebied van deze verordening worden uitgesloten. De Commissie moet samenwerken met alle belanghebbenden, inclusief de wetenschappelijke gemeenschap, de civiele maatschappij en de bedrijfssectoren, om de ontwikkeling in de hand te werken van een milieukeur voor de milieuprestaties van verwerkte en onverwerkte levensmiddelen dat betrekking heeft op de hele levenscyclus van de producten, rekening houdend met de specifieke kenmerken van levensmiddelen op het gebied van gezondheid en voeding en met de bestaande en opkomende wettelijke ontwikkelingen in de hele Europese Unie. |
Motivering | |
De uitsluiting van levensmiddelen van de voorliggende verordening is bedoeld om strijdigheden met de bestaande EU-levensmiddelenwetgeving en verwarring bij de consument te voorkomen. Zij sluit ook aan bij het levenscyclusprincipe, dat uitzonderlijk belangrijk is in de verordening. De Commissie moet de ontwikkeling in de hand werken van een milieukeur voor de milieuprestaties van verwerkte en onverwerkte levensmiddelen dat betrekking heeft op de hele levenscyclus van de producten, rekening houdend met de specifieke kenmerken van de productgroep in kwestie. | |
Amendement 2 Voorstel voor een verordening Overweging 4 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(4) Het communautaire milieukeursysteem is een onderdeel van het Gemeenschapsbeleid voor duurzame productie en consumptie dat tot doel heeft de negatieve effecten van productie en verbruik op het milieu, de volksgezondheid en de natuurlijke hulpbronnen te verminderen. Het systeem is erop gericht om via de milieukeur het gebruik te bevorderen van producten met een hoog milieuprestatieniveau. In dat verband is het passend te eisen dat de criteria waaraan producten moeten voldoen om de milieukeur te mogen dragen, gebaseerd zijn op de beste milieuprestaties die door producten op de communautaire markt worden bereikt. Deze criteria moeten eenvoudig te begrijpen en te gebruiken zijn en moeten daarom beperkt blijven tot de belangrijkste milieueffecten van producten. |
(4) Het communautaire milieukeursysteem is een onderdeel van het Gemeenschapsbeleid voor duurzame productie en consumptie dat tot doel heeft de negatieve effecten van productie en verbruik op het milieu, de volksgezondheid en de natuurlijke hulpbronnen te verminderen. Het systeem is erop gericht om via de milieukeur het gebruik te bevorderen van producten met een hoog milieuprestatieniveau. In dat verband is het passend te eisen dat de criteria waaraan producten moeten voldoen om de milieukeur te mogen dragen, gebaseerd zijn op de beste milieuprestaties die door producten op de communautaire markt worden bereikt. Deze criteria moeten eenvoudig te begrijpen en te gebruiken zijn en moeten gebaseerd zijn op wetenschappelijke gegevens, rekening houdend met de recentste technologische ontwikkelingen. Deze criteria moeten marktgericht zijn en moeten beperkt blijven tot de belangrijkste milieueffecten van producten gedurende de hele levenscyclus van de producten, waaronder de productiefase, de gebruikfase en de verouderingsfase. |
Motivering | |
De criteria waaraan producten moeten voldoen om de milieukeur te mogen dragen, moeten betrouwbaar zijn. Dit kan alleen als de criteria een stevige wetenschappelijke basis hebben en als er naar behoren rekening bij wordt gehouden met recente technologische ontwikkelingen. Bij de criteria moet in de mate van het mogelijke ook rekening worden gehouden met alle hulpbronnen die zijn gebruikt en met alle effecten op milieu en gezondheid die gedurende de hele levenscyclus van het product in kwestie (goed of dienst) worden veroorzaakt. | |
Amendement 3 Voorstel voor een verordening Overweging 4 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
(4 bis) In het communautaire systeem van milieukeuren dient rekening te worden gehouden met bestaande communautaire wetgeving om te voorkomen dat de veiligheidsbeoordeling op uiteenlopende wijzen wordt benaderd. |
Motivering | |
De verordening voor milieukeuren mag er niet toe leiden dat in de Europese Gemeenschappen sprake zou zijn van een uiteenlopende benadering van de veiligheidsbeoordeling en het beheer en gebruik van chemicaliën, die thans onder de REACH- en de indelings- en etiketteringsrichtlijn vallen. De bestaande wetgeving blijft prioritair. | |
Amendement 4 Voorstel voor een verordening Overweging 6 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(6) Teneinde het milieukeursysteem van de Gemeenschap te vereenvoudigen en de administratieve belasting in verband met het gebruik van de milieukeur te verminderen, moeten de beoordelings- en verificatieprocedures worden vervangen door een registratiesysteem. |
(6) Teneinde het milieukeursysteem van de Gemeenschap te vereenvoudigen en de administratieve belasting in verband met het gebruik van de milieukeur te verminderen, moeten de beoordelings- en verificatieprocedures worden ingepast in een geharmoniseerd registratiesysteem dat in alle lidstaten en door alle bevoegde instanties moet worden gebruikt. |
Motivering | |
Het is belangrijk dat het registratiesysteem complementair is met de beoordelings- en verificatieprocedures, om de geloofwaardigheid van het systeem niet op te offeren aan de flexibiliteit. | |
Amendement 5 Voorstel voor een verordening Overweging 7 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
(7 bis) Teneinde de rol van het communautaire systeem van milieukeuren in toekomstige herzieningen van deze verordening te vergroten, moet er een definitieve verschuiving plaatsvinden van de criteria voor de 10% best presterende producten naar de invoering van een gradueel systeem voor iedere productiecategorie, zodat de consument wordt geholpen bij de keuze voor duurzame producten en producenten worden aangespoord om hun aanbod voortdurend te verbeteren. |
Motivering | |
Voor de concrete uitbreiding van de rol van de communautaire milieukeuren wordt het systeem van de beste 10% niet effectief genoeg gevonden. Ieder product van iedere productgroep moet een keur kunnen krijgen en in een beoordelingssysteem moeten "A", "B" of "C" de milieuprestatie van het product aangeven. | |
Amendement 6 Voorstel voor een verordening Overweging 8 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(8) Gezien de vereenvoudigde procedures voor het gebruik van de milieukeur, is het passend de voorwaarden te omschrijven waaronder de milieukeur mag worden gebruikt en, teneinde de inachtneming van deze voorwaarden te verzekeren, van de bevoegde instanties te eisen dat zij verificaties uitvoeren en het gebruik van de milieukeur verbieden wanneer blijkt dat de voorwaarden voor het gebruik ervan niet in acht zijn genomen. Het is ook passend van de lidstaten te eisen dat zij regels vaststellen betreffende de sancties bij inbreuken op deze verordening en toe te zien op de tenuitvoerlegging daarvan. |
(8) Gezien de vereenvoudigde procedures voor het gebruik van de milieukeur, is het passend de voorwaarden te omschrijven waaronder de milieukeur mag worden gebruikt en, teneinde de inachtneming van deze voorwaarden te verzekeren, van de bevoegde instanties te eisen dat zij verificaties uitvoeren en het gebruik van de milieukeur verbieden wanneer blijkt dat de voorwaarden voor het gebruik ervan niet in acht zijn genomen. Het is ook passend van de lidstaten te eisen dat zij regels vaststellen betreffende de sancties bij inbreuken op deze verordening en toe te zien op de tenuitvoerlegging daarvan. Hiertoe moeten de lidstaten ervoor zorgen dat de bevoegde instanties alle nodige financiële middelen en al het nodige personeel ter beschikking krijgen gesteld. |
Motivering | |
De behoorlijke werking van de bevoegde instanties is ten zeerste afhankelijk van de middelen die hun door de lidstaten ter beschikking worden gesteld. | |
Amendement 7 Voorstel voor een verordening Overweging 9 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(9) Het bewustzijn van het grote publiek betreffende de milieukeur moet worden bevorderd via promotieacties die ervoor moeten zorgen dat de consument inzicht heeft in de betekenis van de milieukeur en op grond daarvan geïnformeerde keuzes kan maken. |
(9) De belangstelling en kennis van het grote publiek betreffende de milieukeur moet worden bevorderd via promotieacties die ervoor moeten zorgen dat de consument inzicht heeft in de betekenis van de milieukeur en op grond daarvan geïnformeerde keuzes kan maken. De inkomsten uit vergoedingen voor registratieaanvragen die overeenkomstig deze verordening worden aangerekend, moeten in de eerste plaats worden gebruikt voor marketingdoeleinden. |
Motivering | |
Het is duidelijk dat een van de grote tekortkomingen van het bestaande systeem het gebrek aan kennis van de consument is, als gevolg van slechte marketing. Daarom is het belangrijk hiervoor een aanzienlijke hoeveelheid financiële middelen uit te trekken. De belangstelling en kennis van het grote publiek betreffende de milieukeur moet worden bevorderd via promotieacties die ervoor moeten zorgen dat de consument inzicht heeft in de betekenis van de milieukeur en op grond daarvan geïnformeerde keuzes kan maken. | |
Amendement 8 Voorstel voor een verordening Overweging 9 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
(9 bis) Bij het communautaire milieukeursysteem moet rekening worden gehouden met de bestaande communautaire wetgeving, om uiteenlopende aanpakken en een steeds zwaardere administratieve belasting van de ondernemingen te voorkomen. Daarom moet de synergie tussen de verschillende productgerelateerde beleidsinstrumenten worden vergroot, om te zorgen voor een geharmoniseerd kader waarbinnen criteria worden gepresenteerd. |
Motivering | |
Aangezien de milieukeur maar een onderdeel is van het actieplan voor duurzame productie en consumptie, is het van groot belang te zorgen voor synergie met de andere acties van het plan. | |
Amendement 9 Voorstel voor een verordening Overweging 9 ter (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
(9 ter) Aangezien kleine bedrijven minder gemakkelijk van nieuwe regelingen en nieuwe normen profiteren, moeten de voorlichtingsbureaus die ingevolge de komende Small Business Act worden opgericht ook tot taak krijgen informatie over het milieukeursysteem te verstrekken. |
Motivering | |
Omwille van het midden- en kleinbedrijf moet het milieukeursysteem aan de Small Business Act gekoppeld worden. | |
Amendement 10 Voorstel voor een verordening Overweging 9 quater (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
(9 quater) Aangezien milieukeursystemen altijd extra werk met zich meebrengen, met name voor kleine ondernemingen, moet de Commissie er actief naar streven dat de verschillende milieukeursystemen op elkaar afgestemd worden. |
Motivering | |
Het is van groot belang dat er rekening wordt gehouden met de administratieve lasten voor het midden- en kleinbedrijf en dat ernaar gestreefd wordt deze zo veel mogelijk te verlichten. | |
Amendement 11 Voorstel voor een verordening Overweging 10 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(10) Teneinde de marketing van producten die de milieukeur dragen op nationaal en communautair niveau te bevorderen en verwarring van de consument te voorkomen, moet bovendien de samenhang van het communautaire milieukeursysteem en de nationale milieukeursystemen binnen de Gemeenschap worden versterkt. |
(10) Teneinde de marketing van producten die de milieukeur dragen op nationaal en communautair niveau te bevorderen en verwarring van de consument te voorkomen, moet bovendien de samenhang van het communautaire milieukeursysteem en de nationale milieukeursystemen binnen de Gemeenschap worden versterkt en een officiële EU-internetsite in het leven worden geroepen, waarop alle informatie en werkwijzen die te maken hebben met de Europese milieukeur te vinden zijn, ter informatie van de burgers. De co-existentie van deze systemen moet leiden tot een "win-win"-situatie voor beide keuren, door middel van de uitwisseling van beste praktijken. Bovendien moet het communautaire milieukeursysteem de van een milieukeur voorziene producten op de nationale markt promoten en de penetratie van van een milieukeur voorziene producten op de markten van andere lidstaten bevorderen. |
Amendement 12 Voorstel voor een verordening Artikel 2 – alinea 2 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
Wat levensmiddelen betreft, als omschreven in artikel 2 van Verordening (EG) nr. 178/2002 van het Europees Parlement en de Raad, is deze verordening uitsluitend van toepassing op verwerkte levensmiddelen en producten van visserij en aquacultuur. |
Deze verordening is niet van toepassing op levensmiddelen als omschreven in artikel 2 van Verordening (EG) nr. 178/2002 van het Europees Parlement en de Raad. |
Motivering | |
De uitsluiting van levensmiddelen van de voorliggende verordening is bedoeld om strijdigheden met de bestaande EU-levensmiddelenwetgeving en verwarring bij de consument te voorkomen. Zij sluit ook aan bij het levenscyclusprincipe, dat uitzonderlijk belangrijk is in de verordening. De Commissie moet de ontwikkeling in de hand werken van een milieukeur voor de milieuprestaties van verwerkte en onverwerkte levensmiddelen dat betrekking heeft op de hele levenscyclus van de producten, rekening houdend met de specifieke kenmerken van de productgroep in kwestie. | |
Amendement 13 Voorstel voor een verordening Artikel 4 – lid 1 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
1. Elke lidstaat wijst de instanties aan die belast worden met de uitvoering van de uit deze verordening voortvloeiende taken (hierna "de bevoegde instantie" of "de bevoegde instanties" genoemd) en waakt erover dat zij operationeel zijn. Wanneer meer dan één bevoegde instantie wordt aangewezen, bakent de relevante lidstaat de respectieve bevoegdheden af legt zij de nodige coördinatie-eisen vast. |
1. Elke lidstaat wijst de instanties aan die belast worden met de uitvoering van de uit deze verordening voortvloeiende taken (hierna "de bevoegde instantie" of "de bevoegde instanties" genoemd) en zorgt ervoor dat zij operationeel zijn door verstrekking van alle nodige financiële en personele middelen. Wanneer meer dan één bevoegde instantie wordt aangewezen, bakent de relevante lidstaat de respectieve bevoegdheden af legt zij de nodige coördinatie-eisen vast. |
Motivering | |
De behoorlijke werking van de bevoegde instanties is ten zeerste afhankelijk van de middelen die hun door de lidstaten te beschikking worden gesteld. | |
Amendement 14 Voorstel voor een verordening Artikel 6 – lid 2 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
2. Bij de bepaling van de milieuprestatie van producten wordt uitgegaan van de producten met de beste milieuprestaties op de communautaire markt. Daarbij wordt gekeken naar de belangrijkste milieueffecten gedurende de levenscyclus van producten, met name het effect op de klimaatverandering, de effecten op de natuur en de biodiversiteit, het verbruik van energie en hulpbronnen, de productie van afvalstoffen, de emissie naar alle milieucompartimenten, de verontreiniging door fysische effecten en het gebruik en het vrijkomen van gevaarlijke stoffen. |
2. Bij de bepaling van de milieuprestatie van producten wordt uitgegaan van de producten met de beste milieuprestaties op de communautaire markt. Daarbij wordt gekeken naar de belangrijkste, wetenschappelijk bewezen milieueffecten gedurende de totale levenscyclus van producten, waaronder het effect op de klimaatverandering, de effecten op de natuur en de biodiversiteit, het verbruik van energie en hulpbronnen, de productie van afvalstoffen, de emissie naar alle milieucompartimenten, de verontreiniging door fysische effecten en het gebruik en het vrijkomen van stoffen met een potentieel milieurisico zoals in de communautaire wetgeving omschreven. De bestaande criteria voor de milieukeur van de diverse productgroepen worden vóór ...* herzien, zodat ze steeds voldoen aan de norm van de levenscyclus, die in dit artikel wordt uiteengezet. |
|
* 18 maanden na de vaststelling van deze verordening. |
Motivering | |
Meestal zijn de bestaande criteria voor de milieukeur voor productgroepen geen weerspiegeling van de feitelijke norm van de levenscyclus die in dit artikel wordt omschreven. In overweging 4 wordt bovendien verlangd dat de criteria beperkt blijven tot de belangrijkste milieueffecten van producten. De Commissie dient dan ook op korte termijn over te gaan tot een herziening van de bestaande criteria voor alle productgroepen, zodat deze aansluiten bij de gehanteerde aanpak en principes. Bestaande wetgeving zoals REACH voorziet adequaat in het risicobeheer van chemische stoffen en is er onder meer op gericht om het milieueffect daarvan te verminderen. | |
Amendement 15 Voorstel voor een verordening Artikel 6 – lid 3 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
3. De milieukeurcriteria behelzen de milieueisen waaraan een product moet voldoen om de milieukeur te mogen dragen. |
3. De milieukeurcriteria behelzen de milieueisen waaraan een product gedurende zijn hele levenscyclus moet voldoen om de milieukeur te mogen dragen, rekening houdend met de recentste technologische ontwikkelingen, alsmede de technische en economische haalbaarheid van de aanpassingen die nodig zijn om binnen een redelijke tijdsspanne aan de eisen te voldoen. |
Motivering | |
De criteria waaraan producten moeten voldoen om de milieukeur te mogen dragen, moeten betrouwbaar zijn. Dit kan alleen als de criteria een stevige wetenschappelijke basis hebben en als er naar behoren rekening bij wordt gehouden met recente technologische ontwikkelingen. Bij de criteria moet in de mate van het mogelijke ook rekening worden gehouden met alle hulpbronnen die zijn gebruikt en met alle effecten op milieu en gezondheid die gedurende de hele levenscyclus van het product in kwestie (goed of dienst) worden veroorzaakt. | |
Amendement 16 Voorstel voor een verordening Artikel 6 – lid 6 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
6. Bij de vaststelling van de milieukeurcriteria wordt rekening gehouden met de criteria die zijn vastgesteld voor andere milieukeuren, wanneer die voor de desbetreffende productgroep bestaan. |
6. Bij de vaststelling van de milieukeurcriteria wordt rekening gehouden met de criteria die zijn vastgesteld voor andere milieukeuren, wanneer die voor de desbetreffende productgroep bestaan, om de synergie te bevorderen. Voor producten waarop bestaande communautaire wetgeving inzake etikettering van toepassing is, komen de milieukeurcriteria altijd overeen met de hoogste milieueisen. |
Motivering | |
De milieukeur is een uitmuntendheidskeurmerk. Hoewel het wenselijk is onnodige administratieve lasten te voorkomen door rekening te houden met criteria die in het kader van bestaande wetgeving al zijn vastgesteld, is het bijgevolg ook belangrijk dat deze criteria overeenkomen met de hoogste milieueisen. | |
Amendement 17 Voorstel voor een verordening Artikel 7 – lid 1 – alinea 2 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
Na raadpleging van het BMEU kunnen ook lidstaten, bevoegde instanties en andere belanghebbenden het proces van uitwerking of herziening van de milieukeurcriteria opstarten. |
Na raadpleging van het BMEU kunnen ook lidstaten, bevoegde instanties en andere belanghebbenden het proces van uitwerking of herziening van de milieukeurcriteria opstarten, waarbij zij blijk moeten geven van neutraliteit, objectiviteit en een evenwichtige kijk op de bedrijfssectoren. |
Motivering | |
De milieukeurcriteria moeten voldoende marktgericht zijn om er de producten en diensten mee te kunnen verspreiden die de beste milieuprestaties op de communautaire markt hebben. Dit kan worden gerealiseerd via een eerlijke en transparante procedure waarbij alle belanghebbenden worden betrokken en rekening met het standpunt van de bedrijfssectoren wordt gehouden. | |
Amendement 18 Voorstel voor een verordening Artikel 7 – lid 3 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
3. Wanneer criteria worden uitgewerkt voor andere verwerkte levensmiddelen dan producten van de aquacultuur, hebben deze criteria uitsluitend betrekking op de verwerking, het vervoer en de verpakking van die producten. |
Schrappen |
Motivering | |
De uitsluiting van levensmiddelen van de voorliggende verordening is bedoeld om strijdigheden met de bestaande EU-levensmiddelenwetgeving en verwarring bij de consument te voorkomen. Zij sluit ook aan bij het levenscyclusprincipe, dat uitzonderlijk belangrijk is in de verordening. De Commissie moet de ontwikkeling in de hand werken van een milieukeur voor de milieuprestaties van verwerkte en onverwerkte levensmiddelen dat betrekking heeft op de hele levenscyclus van de producten, rekening houdend met de specifieke kenmerken van de productgroep in kwestie. | |
Amendement 19 Voorstel voor een verordening Artikel 7 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
Artikel 7 bis Werkprogramma |
|
1. Binnen een jaar na de inwerkingtreding van deze verordening en na voorafgaand overleg met het BMEU bereidt de Commissie een werkprogramma voor de communautaire milieukeur voor, dat zij publiceert. |
|
2. Het werkprogramma omvat een strategie voor de ontwikkeling van het milieukeursysteem, alsmede een open lijst van producten die als prioriteiten voor communautaire actie zullen worden beschouwd. |
|
3. Het werkprogramma wordt regelmatig herzien. |
Motivering | |
Het werkprogramma zal de samenwerking tussen de Commissie en het BMEU vergemakkelijken en er tegelijk voor zorgen dat strategische besluitvorming en planning zijn gewaarborgd. | |
Amendement 20 Voorstel voor een verordening Artikel 8 – lid 1 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
1. Na raadpleging van het BMEU stelt de Commissie maatregelen vast om specifieke milieukeurcriteria voor elke productgroep vast te stellen. |
1. De Commissie stelt maatregelen vast om specifieke milieukeurcriteria voor elke productgroep vast te stellen. |
|
De ontwerpmilieucriteria worden ontwikkeld volgens de procedure in bijlage I, rekening houdend met het werkprogramma in artikel 7 bis. Uiterlijk drie maanden nadat het eindverslag in punt 3 van deel A van bijlage I bij de Commissie is ingediend, wordt het BMEU over het document met de voorgestelde criteria geraadpleegd. De Commissie verstrekt een motivering en documentatie met betrekking tot de redenen voor eventuele veranderingen in de criteria in het eindverslag. |
|
Uiterlijk drie maanden na de raadpleging van het BMEU dient de Commissie een voorstel voor milieukeurcriteria in bij het op grond van artikel 16 opgerichte comité, waarna zij maatregelen vaststelt om specifieke milieukeurcriteria voor elke productgroep goed te keuren. De Commissie houdt rekening met de opmerkingen van het BMEU en verstrekt een motivering en documentatie met betrekking tot de redenen voor eventuele veranderingen die na de raadpleging van het BMEU in het voorstel zijn aangebracht. |
Deze maatregelen, die bedoeld zijn om niet-essentiële onderdelen van deze richtlijn te wijzigen, door toevoeging van nieuwe onderdelen, moeten worden vastgesteld volgens de regelgevingsprocedure met toetsing waarnaar in artikel 16, lid 2, wordt verwezen. |
Deze maatregelen, die bedoeld zijn om niet-essentiële onderdelen van deze richtlijn te wijzigen, door toevoeging van nieuwe onderdelen, moeten worden vastgesteld volgens de regelgevingsprocedure met toetsing waarnaar in artikel 16, lid 2, wordt verwezen. |
Motivering | |
De deadlines worden ingesteld om het probleem te remediëren dat het met de raadpleging van Commissiediensten door andere Commissiediensten niet lukt om snel akkoorden over de vaststelling of herziening van milieukeurcriteria te sluiten. Dit is van cruciaal belang voor de doelstelling van de voorgestelde verordening om meer productcategorieën onder het systeem te laten vallen. | |
Amendement 21 Voorstel voor een verordening Artikel 8 – lid 2 – letter b | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(b) aangeven, wanneer passend, welke drie doorslaggevende milieukenmerken op de milieukeur zullen worden vermeld; |
(b) aangeven, wanneer passend, welke drie doorslaggevende milieukenmerken op de milieukeur kunnen worden vermeld; |
Motivering | |
Het is van vitaal belang dat er een mechanisme komt dat de voortdurende productverbetering in aanmerking neemt, ook tijdens de geldigheidsduur van milieukeurcriteria. Momenteel worden de productcriteria vastgesteld voor lange periodes (bijv. drie jaar) en kunnen niet worden veranderd; het is zelfs moeilijk kleine wijzigingen in de formulering aan te brengen, zodat die nieuwe, duurzamer bestanddelen kan omvatten of deze aan te passen aan de technische vooruitgang, zonder de volledige procedure voor het opnieuw aanvragen van een milieukeur te doorlopen. | |
Amendement 22 Voorstel voor een verordening Artikel 8 – lid 2 – letter c | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(c) de geldigheidsperiode van de criteria en van de beoordelingsvoorschriften specificeren. |
(c) de ten hoogste 2 jaar bedragende geldigheidsperiode van de criteria en van de beoordelingsvoorschriften specificeren. |
Motivering | |
Het is van vitaal belang dat er een mechanisme komt dat de voortdurende productverbetering in aanmerking neemt, ook tijdens de geldigheidsduur van milieukeurcriteria. Momenteel worden de productcriteria vastgesteld voor lange periodes (bijv. drie jaar) en kunnen niet worden veranderd; het is zelfs moeilijk kleine wijzigingen in de formulering aan te brengen, zodat die nieuwe, duurzamer bestanddelen kan omvatten of deze aan te passen aan de technische vooruitgang, zonder de volledige procedure voor het opnieuw aanvragen van een milieukeur te doorlopen. | |
Amendement 23 Voorstel voor een verordening Artikel 8 – lid 2 – letter c bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
c bis) specificeren hoeveel een product tijdens de geldigheidsperiode van de criteria maximaal mag worden veranderd. |
Motivering | |
Het is bijzonder belangrijk dat de criteria in enige mate flexibel zijn en niet opnieuw moeten worden gedefinieerd telkens als een groep van producten een kleine verandering ondergaat. | |
Amendement 24 Voorstel voor een verordening Artikel 9 – lid 1 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
1. Om de milieukeur te kunnen gebruiken, laten fabrikanten, importeurs, dienstverleners, groot- of detailhandelaars die de milieukeur wensen te gebruiken, zich registreren bij een van de bevoegde instanties waarnaar in artikel 4 wordt verwezen, overeenkomstig de volgende regels: |
1. Om de milieukeur te kunnen gebruiken laten fabrikanten, importeurs, dienstverleners, groot- of detailhandelaars die de milieukeur wensen te gebruiken, zich in een van de lidstaten waar het product in de handel is gebracht of zal worden gebracht registreren bij een van de bevoegde instanties waarnaar in artikel 4 wordt verwezen. |
(a) wanneer een product afkomstig is uit één lidstaat, gebeurt de registratie bij de bevoegde instantie van die lidstaat; |
|
(b) wanneer een product in dezelfde vorm afkomstig is uit verscheidene lidstaten, gebeurt de registratie bij de bevoegde instantie in een van die lidstaten; |
|
(c) wanneer een product afkomstig is van buiten de Gemeenschap, gebeurt de registratie bij de bevoegde instantie in een van de lidstaten waarin het product in de handel wordt of is gebracht. |
|
De milieukeur heeft één van de in bijlage II getoonde vormen. |
De milieukeur heeft één van de in bijlage II getoonde vormen. |
De milieukeur mag alleen worden gebruikt voor producten waarvoor een registratie is gebeurd en die voldoen aan de milieukeurcriteria welke gelden voor de producten in kwestie. |
De milieukeur mag alleen worden gebruikt voor producten waarvoor een registratie is gebeurd en die voldoen aan de milieukeurcriteria welke gelden voor de producten in kwestie. |
Motivering | |
Amendement bedoeld om de registratie te vereenvoudigen: registratie is mogelijk bij de bevoegde instantie van een van de lidstaten waar het product in de handel is gebracht of zal worden gebracht, ongeacht de vraag waar het product vandaan komt. Het voorstel van de Commissie bevoordeelt producten van buiten de EU ten opzichte van EU-producten: eerstgenoemde producten kunnen worden geregistreerd bij een bevoegde instantie in een willekeurige lidstaat waar het product in de handel is gebracht of wordt gebracht, terwijl EU-producten moeten worden geregistreerd in de lidstaat van herkomst. Amendement is bedoeld om deze scheve situatie recht te zetten en alle producten gelijk te behandelen. | |
Amendement 25 Voorstel voor een verordening Artikel 9 – lid 3 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
3. De bevoegde instantie waarbij een aanvraag tot registratie wordt ingediend, kan een vergoeding van maximaal 200 euro aanrekenen voor de uitvoering van de registratie. Wanneer een vergoeding in rekening wordt gebracht, mag de milieukeur slechts worden gebruikt nadat die vergoeding binnen de gestelde termijn is betaald. |
3. De bevoegde instantie waarbij een aanvraag tot registratie wordt ingediend, kan voor de uitvoering van de registratie een vergoeding aanrekenen van maximaal EUR 1000, in verhouding tot de omvang van het bedrijf. De vergoeding is gebaseerd op: |
|
a) de kosten als gevolg van de verstrekking van informatie en de verlening van assistentie aan bedrijven door de bevoegde instanties en |
|
b) de kosten als gevolg van het beheer van het registratieproces. |
|
De lidstaten kunnen als maatregel om het systeem te promoten, besluiten om geen vergoeding te vragen. Wanneer een vergoeding in rekening wordt gebracht, mag de milieukeur slechts worden gebruikt nadat die vergoeding binnen de gestelde termijn is betaald. |
Motivering | |
De voorgestelde vergoeding van maximum EUR 200 is zonder enige twijfel te laag, zelfs de kosten van de registratie kunnen er niet mee worden gedekt. Zij is ook oneerlijk, omdat alle bedrijven ermee op dezelfde manier worden behandeld, ongeacht hun omvang. Tot slot worden de lidstaten erdoor beroofd van een bron van inkomsten die zouden kunnen worden gebruikt om de milieukeur te promoten en het systeem als geheel te ondersteunen. De lidstaten moeten vrij worden gelaten om een vergoeding vast te stellen van een kostenefficiënt bedrag of aanvragers zelfs volledig van de verplichting tot betaling van een vergoeding te ontslaan. | |
Amendement 26 Voorstel voor een verordening Artikel 9 – lid 4 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
4. Uiterlijk twee maanden na ontvangst van een aanvraag tot registratie onderzoekt de betrokken bevoegde instantie de documentatie als bedoeld in lid 2. |
4. Uiterlijk twee maanden na ontvangst van een aanvraag tot registratie verifieert de betrokken bevoegde instantie de documentatie als bedoeld in lid 2, alsmede of het product voldoet aan de door de Commissie op grond van artikel 8 vastgestelde criteria. |
Als de documentatie volledig is, kent de bevoegde instantie elk product een registratienummer toe. |
Als de documentatie goedgekeurd is, het product voldoet aan de criteria en de registratie conform de beoordelings- en verificatie-eisen is, kent de bevoegde instantie elk product een registratienummer toe. De bevoegde instantie sluit de goedkeuringsprocedure binnen vier maanden na de indiening van de aanvraag af. |
Motivering | |
Een van de belangrijkste voordelen van de bestaande wetgeving was de hoge mate van geloofwaardigheid ervan, die niet op de helling mag worden gezet door een afschaffing van de aan de toekenning van de milieukeur voorafgaande beoordelings- en verificatieprocedures ter wille van de flexibiliteit. Dit werd tot dusver gegarandeerd door verificatie door een derde. | |
Amendement 27 Voorstel voor een verordening Artikel 9 – lid 6 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
6. De bevoegde instantie die een product heeft geregistreerd, meldt elke registratie aan bij de Commissie. De Commissie stelt een gemeenschappelijk register samen en actualiseert dit op gezette tijd. Bedoeld register kan geraadpleegd worden door het publiek. |
6. De bevoegde instantie die een product heeft geregistreerd, meldt elke registratie aan bij de Commissie. De Commissie stelt een gemeenschappelijk register samen en actualiseert dit op gezette tijd. Bedoeld register kan via een aan de milieukeur gewijde portaalsite geraadpleegd worden door het publiek. |
Motivering | |
Erkenning van de milieukeur kan bevorderd worden door openheid, bekendheid en informatievoorziening via een gebruikersvriendelijke portaalsite. | |
Amendement 28 Voorstel voor een verordening Artikel 9 – lid 7 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
7. De milieukeur mag worden aangebracht op producten die onder de registratie vallen, alsook op het desbetreffende promotiemateriaal. |
7. De milieukeur mag worden aangebracht op producten die onder de registratie vallen, alsook op het desbetreffende promotiemateriaal. De plaats van de milieukeur is prominent en markeert het product zelfs als het samen met andere producten wordt gekocht. |
Amendement 29 Voorstel voor een verordening Artikel 9 – lid 10 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
10. Wanneer een milieukeur wordt aangebracht op andere verwerkte levensmiddelen dan producten van de aquacultuur, die niet voldoen aan de eisen van Verordening (EG) nr. 834/2007, wordt zij in hetzelfde gezichtsveld aangevuld met een aanduiding die aangeeft dat de keur uitsluitend betrekking heeft op de milieuprestaties bij de verwerking, het vervoer en de verpakking van het product. |
Schrappen |
De eerste alinea is ook van toepassing op verwerkte levensmiddelen die zijn geëtiketteerd overeenkomstig artikel 24 van Verordening (EG) nr. 834/2007. |
|
Motivering | |
De uitsluiting van levensmiddelen van de voorliggende verordening is bedoeld om strijdigheden met de bestaande EU-levensmiddelenwetgeving en verwarring bij de consument te voorkomen. Zij sluit ook aan bij het levenscyclusprincipe, dat uitzonderlijk belangrijk is in de verordening. De Commissie moet de ontwikkeling in de hand werken van een milieukeur voor de milieuprestaties van verwerkte en onverwerkte levensmiddelen dat betrekking heeft op de hele levenscyclus van de producten, rekening houdend met de specifieke kenmerken van de productgroep in kwestie. | |
Amendement 30 Voorstel voor een verordening Artikel 10 – lid 2 – alinea 1 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
2. De bevoegde instantie die het product heeft geregistreerd, verricht op gezette tijden of na klacht verificaties met betrekking tot registraties die het heeft gedaan. Deze verificaties kunnen de vorm aannemen van steekproeven. |
2. De bevoegde instantie die het product heeft geregistreerd, verricht op gezette tijden of na klacht verificaties met betrekking tot registraties die het heeft gedaan. Deze verificaties kunnen de vorm aannemen van steekproeven. De Commissie zorgt ervoor dat de bevoegde instanties regelmatig steekproeven uitvoeren. De lidstaten voorzien de bevoegde instanties van alle nodige middelen om deze steekproeven uit te voeren. |
Motivering | |
De behoorlijke werking van de bevoegde instanties is ten zeerste afhankelijk van de middelen die hun door de lidstaten ter beschikking worden gesteld. | |
Amendement 31 Voorstel voor een verordening Artikel 10 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
Artikel 10 bis |
|
Midden- en kleinbedrijf |
|
Ter bescherming van het midden- en kleinbedrijf |
|
a) ziet de Commissie erop toe dat de voorlichtingsbureaus die ingevolge de komende Small Business Act worden opgericht ook tot taak krijgen informatie over het milieukeursysteem te verstrekken; en |
|
b) streeft de Commissie er actief naar dat de verschillende milieukeursystemen op elkaar afgestemd worden. |
Motivering | |
Het is van groot belang dat er rekening wordt gehouden met de administratieve lasten voor het midden- en kleinbedrijf en dat ernaar gestreefd wordt deze zo veel mogelijk te verlichten. | |
Amendement 32 Voorstel voor een verordening Artikel 11 – alinea 1 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
De co-existentie van de communautaire milieukeur met de nationale milieukeursystemen wordt gegarandeerd door middel van de uitwisseling van beste praktijken. Bovendien kan het communautaire milieukeursysteem de van een milieukeur voorziene producten op de betreffende nationale markt promoten en de penetratie van van een milieukeur voorziene producten op de markten van andere lidstaten bevorderen. |
Amendement 33 Voorstel voor een verordening Artikel 12 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
In samenwerking met het BMEU zullen de lidstaten en de Commissie het gebruik van de communautaire milieukeur bevorderen via bewustmakingsacties en informatiecampagnes, gericht op consumenten, producenten, uitschrijvers van openbare aanbestedingen, handelaars, detailhandelaars en het grote publiek, en zo de brede verspreiding van het systeem ondersteunen. |
In samenwerking met het BMEU zullen de lidstaten en de Commissie het gebruik van de communautaire milieukeur bevorderen via bewustmakingsacties, informatiecampagnes, gericht op consumenten, producenten, uitschrijvers van openbare aanbestedingen, handelaars, detailhandelaars en het grote publiek, en de verspreiding van informatie via het aan de milieukeur gewijde webportaal, en zo de brede verspreiding van het systeem ondersteunen. Hoewel de marketing van het milieukeursysteem een nationale bevoegdheid blijft, om beter rekening met de voorkeuren van de consumenten in elke lidstaat te kunnen houden, moet voor gemeenschappelijke marketingdeskundigheid worden gezorgd, om sturing en coördinatie te bieden, de uitwisseling van beste praktijken te bevorderen en concrete actieplannen op communautair niveau te ontwikkelen. |
|
De overheidssector is meer bij de promotie van het milieukeursysteem betrokken, zowel als voortrekker, door het voorbeeld te stellen, om de communautaire milieudoelstellingen te halen, als ook als consument. Wanneer de communautaire instellingen en de nationale overheden in het kader van een overheidsopdracht producten aankopen waarvoor milieukeurcriteria bestaan, voldoen deze producten bijgevolg op zijn minst aan de eisen van het communautaire milieukeursysteem. |
Motivering | |
Marketingcampagnes moeten aangepast zijn aan de specifieke noden van elke markt, om doeltreffender te zijn. Overheidsopdrachten kunnen een zeer efficiënt instrument zijn om producten met een milieukeur te promoten, niet alleen doordat ze een lidstaat in staat stellen een voorbeeld te stellen voor de consumenten, maar ook doordat ze een beslissende impuls aan de marktvraag naar milieuvriendelijke producten geven. | |
Amendement 34 Voorstel voor een verordening Bijlage I – punt 5 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
Er wordt een gebruikershandleiding opgesteld die autoriteiten welke openbare aanbestedingen uitschrijven begeleiding geeft bij het gebruiken van de milieukeurcriteria. |
Er wordt een gebruikershandleiding opgesteld die wordt vertaald in alle officiële Gemeenschapstalen en die autoriteiten welke openbare aanbestedingen uitschrijven begeleiding geeft bij het gebruiken van de milieukeurcriteria. |
Opmerking: de Commissie zal een model opstellen voor zowel de handleiding voor de gebruikers van de milieukeur en de relevante bevoegde instanties als de handleiding voor de autoriteiten die openbare aanbestedingen uitschrijven. |
Opmerking: de Commissie zal een model opstellen, dat in alle officiële Gemeenschapstalen wordt vertaald, voor zowel de handleiding voor de gebruikers van de milieukeur en de relevante bevoegde instanties als de handleiding voor de autoriteiten die openbare aanbestedingen uitschrijven. |
Motivering | |
Een vertaling zowel van de gebruikershandleiding als van het model zal de aanvraagprocedure die bedrijven moeten doorlopen om de milieukeur te verkrijgen, vergemakkelijken. | |
Amendement 35 Voorstel voor een verordening Bijlage II – alinea 4 bis (nieuw) (aan het einde van Bijlage II) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
De belettering van de milieukeur wordt vastgesteld door de bevoegde instantie in iedere lidstaat, waarbij gebruik wordt gemaakt van de officiële taal of talen van de desbetreffende lidstaat en wel zodanig dat de tekst gelijkwaardig is aan de Engelse grondtekst. |
PROCEDURE
Titel |
Communautair systeem van milieukeuren |
|||||||
Document- en procedurenummers |
COM(2008)0401 – C6-0279/2008 – 2008/0152(COD) |
|||||||
Commissie ten principale |
ENVI |
|||||||
Advies uitgebracht door Datum bekendmaking |
ITRE 2.9.2008 |
|
|
|
||||
Rapporteur voor advies Datum benoeming |
Nikolaos Vakalis 25.9.2008 |
|
|
|||||
Behandeling in de commissie |
13.11.2008 |
11.12.2008 |
|
|
||||
Datum goedkeuring |
20.1.2009 |
|
|
|
||||
Uitslag eindstemming |
+: –: 0: |
47 0 0 |
||||||
Bij de eindstemming aanwezige leden |
Šarūnas Birutis, Jan Březina, Jerzy Buzek, Jorgo Chatzimarkakis, Giles Chichester, Dragoş Florin David, Den Dover, Lena Ek, Nicole Fontaine, Adam Gierek, Norbert Glante, Fiona Hall, Erna Hennicot-Schoepges, Mary Honeyball, Ján Hudacký, Romana Jordan Cizelj, Werner Langen, Anne Laperrouze, Pia Elda Locatelli, Patrick Louis, Eluned Morgan, Angelika Niebler, Atanas Paparizov, Aldo Patriciello, Francisca Pleguezuelos Aguilar, Anni Podimata, Miloslav Ransdorf, Vladimír Remek, Herbert Reul, Teresa Riera Madurell, Mechtild Rothe, Paul Rübig, Patrizia Toia, Catherine Trautmann, Claude Turmes, Nikolaos Vakalis, Alejo Vidal-Quadras, Dominique Vlasto |
|||||||
Bij de eindstemming aanwezige vaste plaatsvervanger(s) |
Pilar Ayuso, Juan Fraile Cantón, Matthias Groote, Françoise Grossetête, Edit Herczog, Vittorio Prodi, Esko Seppänen, Silvia-Adriana Ţicău, Vladimir Urutchev |
|||||||
23.1.2009
ADVIES van de Commissie interne markt en consumentenbescherming
aan de Commissie milieubeheer, volksgezondheid en voedselveiligheid
inzake het voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad betreffende een communautair systeem van milieukeuren
(COM(2008)0401 – C6‑0279/2008 – 2008/0152(COD))
Rapporteur voor advies: Edit Herczog
BEKNOPTE MOTIVERING
De algemene doelstelling van de verordening voor een communautair systeem van milieukeuren, is de bevordering van duurzame productie en consumptie van producten en de duurzame levering en het duurzaam gebruik van diensten. Een vrijwillig systeem, de milieukeur, is bedoeld om de consument in de richting te sturen van de best presterende producten die in de handel zijn. De rapporteur voor advies is ingenomen met het Commissievoorstel tot herziening van het systeem van milieukeuren en met de inspanningen om de tekortkomingen in het bestaande systeem aan te pakken.
De milieukeur is onderdeel van het actieplan voor duurzame consumptie en productie en een duurzaam industriebeleid. Uw rapporteur onderschrijft het algemeen belang van het actieplan en steunt de algemene doelstellingen van het voorstel over de milieukeur. In dit verband moeten pogingen tot verbetering van het bestaande systeem door het minder kostbaar en minder bureaucratisch te maken en meer bekendheid te geven, worden toegejuicht. Het is met het oog op de consistentie en het voorkomen van versnippering in de interne markt ook van belang harmonisatie met andere milieukeursystemen na te streven.
Uw rapporteur is ingenomen met de afschaffing van de jaarlijkse heffingen, wat met name van belang is voor KMO's. De invoering van een model zodat de criteriadocumenten gebruikersvriendelijker worden is eveneens van belang, maar de rapporteur legt er de nadruk op dat het niet voldoende is het "formulier" voor de criteria te herzien zonder de feitelijk inhoud daarvan te herzien.
De herziening van het systeem van milieukeuren lijkt in hoofdzaak een administratieve en procedurele exercitie te zijn die geen oplossing biedt voor de gebreken in de beginselen van de geldende milieukeurcriteria voor producten. In de meeste gevallen zijn de geldende criteria geen weerspiegeling van de feitelijke levenscyclusnorm. Uw rapporteur is van mening dat de criteria niet alleen betrekking zouden moeten hebben op de eindproducten maar ook op zaken als het verwerkingsproces, consumptiepatronen, consumentengedrag en klimaatverandering. Daarom moet er een fundamentele herziening komen van de bestaande productcriteria zodat deze getuigen van een bredere blik op de duurzaamheid en van een concreet levenscyclusperspectief. Het milieukeursysteem moet aansluiten op de bestaande EU-wetgeving (REACH, indelings- en etiketteringsverordening) en niet voor een afwijkende benadering kiezen. Het is van doorslaggevend belang dat de ontwikkeling van de criteria uitgaat van wetenschappelijk bewezen feiten.
Het voorstel lijkt producten van buiten de EU te bevoordelen boven EU-producten. Eerstgenoemde producten kunnen worden geregistreerd bij een bevoegde instantie in onverschillig welke lidstaat waar het product in de handel is gebracht of wordt gebracht, EU-producten moeten worden geregistreerd in de lidstaat van herkomst.
De rapporteur vindt het jammer dat de Commissie, met het voorstel het milieukeursysteem uit te breiden tot een beperkt segment voedingsmiddelen en dranken, slechts enkele fasen in hun levenscyclus in aanmerking wil nemen, zoals verwerking, vervoer en verpakking. De ernstige milieugevolgen van voedingsmiddelen en dranken doen zich voor in het stadium van productie en consumptie en het is onbegrijpelijk dat deze beide belangrijke stadia in de levenscyclus uitgesloten worden van beoordeling door de Commissie. Het is even onbegrijpelijk dat verwerkte levensmiddelen onder de werkingssfeer van het milieukeursysteem vallen en verse levensmiddelen niet. Uw rapporteur is dan ook van mening dat de bestaande uitsluiting van alle levensmiddelen en dranken moet worden gehandhaafd.
Momenteel zijn er aanmerkelijke verschillen in benadering en interpretatie tussen de autoriteiten, wat leidt tot fragmentatie van de interne markt. De procedure en de timing van de behandeling van aanvragen voor de milieukeur door de bevoegde nationale instanties moeten dan ook worden geharmoniseerd.
Voorts moet er een mechanisme komen dat de voortdurende verbetering van producten in aanmerking neemt. Momenteel worden de productcriteria vastgesteld voor lange periodes (bijv. drie jaar) en kunnen niet worden veranderd; het is zelfs moeilijk kleine wijzigingen in de formulering aan te brengen, zodat die nieuwe, duurzamer bestanddelen kan omvatten of deze aan te passen aan de technische vooruitgang, zonder de volledige procedure voor het opnieuw aanvragen van een milieukeur te doorlopen.
Tenslotte moeten de inspanningen om de milieukeur bij de consument meer bekendheid te geven worden opgevoerd, met name door het opzetten van een officiële Europese internetsite waarin alle nuttige informatie en praktijken kunnen worden gevonden.
Uw rapporteur is er vast van overtuigd dat de consument de macht heeft om consumptiepatronen te veranderen en keuzes wil maken voor duurzamer producten, het is dan ook van groot belang hem te helpen bij het uitoefenen van zijn invloed. Het onderhavige voorstel is hiervoor een belangrijk instrument en de voorgestelde amendementen zouden de kracht ervan vergroten.
AMENDEMENTEN
De Commissie interne markt en consumentenbescherming verzoekt de ten principale bevoegde Commissie milieubeheer, volksgezondheid en voedselveiligheid onderstaande amendementen in haar verslag op te nemen:
Amendement 1 Voorstel voor een verordening Overweging 4 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(4) Het communautaire milieukeursysteem is een onderdeel van het Gemeenschapsbeleid voor duurzame productie en consumptie dat tot doel heeft de negatieve effecten van productie en verbruik op het milieu, de volksgezondheid en de natuurlijke hulpbronnen te verminderen. Het systeem is erop gericht om via de milieukeur het gebruik te bevorderen van producten met een hoog milieuprestatieniveau. In dat verband is het passend te eisen dat de criteria waaraan producten moeten voldoen om de milieukeur te mogen dragen, gebaseerd zijn op de beste milieuprestaties die door producten op de communautaire markt worden bereikt. Deze criteria moeten eenvoudig te begrijpen en te gebruiken zijn en moeten daarom beperkt blijven tot de belangrijkste milieueffecten van producten. |
(4) Het communautaire milieukeursysteem is een onderdeel van het Gemeenschapsbeleid voor duurzame productie en consumptie dat tot doel heeft de negatieve effecten van productie en verbruik op het milieu, de volksgezondheid en de natuurlijke hulpbronnen te verminderen. Het systeem is erop gericht om via de milieukeur het gebruik te bevorderen van producten met een hoog milieuprestatieniveau. In dat verband is het passend te eisen dat de criteria waaraan producten moeten voldoen om de milieukeur te mogen dragen, gebaseerd zijn op de beste milieuprestaties die door producten op de communautaire markt worden bereikt. Deze criteria moeten eenvoudig te begrijpen en te gebruiken zijn en moeten daarom beperkt blijven tot de belangrijkste milieueffecten van producten tijdens hun totale levenscyclus, waaronder de productiefase en het gebruik. |
Motivering | |
Bij het vaststellen van de criteria voor de milieukeur dient rekening te worden gehouden met de volledige levenscyclus van de producten. | |
Amendement 2 Voorstel voor een verordening Overweging 4 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
(4 bis) In het systeem van milieukeuren dient rekening te worden gehouden met bestaande communautaire wetgeving om te voorkomen dat de veiligheidsbeoordeling op uiteenlopende wijzen wordt benaderd. |
Motivering | |
De verordening voor milieukeuren mag er niet toe leiden dat in de Europese Gemeenschappen sprake zou zijn van een uiteenlopende benadering van de veiligheidsbeoordeling en het beheer en gebruik van chemicaliën, die thans onder de REACH- en de indelings- en etiketteringsrichtlijn vallen. De bestaande wetgeving blijft prioritair. | |
Amendement 3 Voorstel voor een verordening Overweging 7 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
(7 bis) Teneinde de rol van het communautaire systeem van milieukeuren in toekomstige herzieningen van deze verordening te vergroten, moet er een definitieve verschuiving plaatsvinden van de criteria voor de 10% best presterende producten naar de invoering van een gradueel systeem voor iedere productiecategorie, zodat de consument wordt geholpen bij de keuze voor duurzame producten en producenten worden aangespoord om hun aanbod voortdurend te verbeteren. |
Motivering | |
Voor de concrete uitbreiding van de rol van de communautaire milieukeuren wordt het systeem van de beste 10% niet effectief genoeg gevonden. Ieder product van iedere productgroep moet een keur kunnen krijgen en in een beoordelingssysteem moeten "A", "B" of "C" de milieuprestatie van het product aangeven. | |
Amendement 4 Voorstel voor een verordening Overweging 9 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(9) Het bewustzijn van het grote publiek betreffende de milieukeur moet worden bevorderd via promotieacties die ervoor moeten zorgen dat de consument inzicht heeft in de betekenis van de milieukeur en op grond daarvan geïnformeerde keuzes kan maken. |
(9) Het bewustzijn van het grote publiek betreffende de milieukeur moet worden bevorderd via promotieacties, voorlichtings- en educatieve campagnes die ervoor moeten zorgen dat de consument inzicht heeft in de betekenis van de milieukeur en op grond daarvan geïnformeerde keuzes kan maken. |
Motivering | |
Voorlichtings- en educatieve campagnes vormen een belangrijk communicatie-instrument om de milieukeur op korte termijn bij de consument grotere bekendheid te geven. | |
Amendement 5 Voorstel voor een verordening Overweging 10 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(10) Teneinde de marketing van producten die de milieukeur dragen op nationaal en communautair niveau te bevorderen en verwarring van de consument te voorkomen, moet bovendien de samenhang van het communautaire milieukeursysteem en de nationale milieukeursystemen binnen de Gemeenschap worden versterkt. |
(10) Teneinde de marketing van producten die de milieukeur dragen op nationaal en communautair niveau te bevorderen en verwarring van de consument te voorkomen, moet bovendien de samenhang van het communautaire milieukeursysteem en de nationale milieukeursystemen binnen de Gemeenschap worden versterkt en een officiële EU-internetsite in het leven worden geroepen, waarop alle informatie en werkwijzen die te maken hebben met de Europese milieukeur te vinden zijn, ter informatie van de burgers, die beschikbaar is in alle officiële talen van de Gemeenschap. Bovendien moeten producten die het nationale of communautaire milieukeur dragen, op de nationale markten worden gestimuleerd. |
Amendement 6 Voorstel voor een verordening Overweging 10 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
(10a) Er dient te worden erkend dat, hoewel we weten dat nationale milieukeuren bewustzijn bij de consument kunnen creëren, het doel van deze verordening is om op de lange termijn een communautair milieukeur te ontwikkelen ter vervanging van de nationale en regionale milieukeuren. |
Motivering | |
De milieukeur is de enige officiële regeling voor de hele interne markt. De bestaande nationale of regionale milieukeuren dekken de interne markt slechts gedeeltelijk af. De nieuwe verordening beoogt het gebruik van de milieukeur te veralgemenen, teneinde de proliferatie van milieu-etiketteringsregelingen te voorkomen. | |
Amendement 7 Voorstel voor een verordening Artikel 6 – lid 2 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
2. Bij de bepaling van de milieuprestatie van producten wordt uitgegaan van de producten met de beste milieuprestaties op de communautaire markt. Daarbij wordt gekeken naar de belangrijkste milieueffecten gedurende de levenscyclus van producten, met name het effect op de klimaatverandering, de effecten op de natuur en de biodiversiteit, het verbruik van energie en hulpbronnen, de productie van afvalstoffen, de emissie naar alle milieucompartimenten, de verontreiniging door fysische effecten en het gebruik en het vrijkomen van gevaarlijke stoffen. |
2. Bij de bepaling van de milieuprestatie van producten wordt uitgegaan van de producten met de beste milieuprestaties op de communautaire markt. Daarbij wordt gekeken naar de belangrijkste, wetenschappelijk bewezen milieueffecten gedurende de totale levenscyclus van producten, die het effect op de klimaatverandering, de effecten op de natuur en de biodiversiteit, het verbruik van energie en hulpbronnen, de productie van afvalstoffen, de emissie naar alle milieucompartimenten, de verontreiniging door fysische effecten en het gebruik en het vrijkomen van stoffen kunnen omvatten. Uiterlijk *, worden de bestaande criteria voor de milieukeur van de diverse productgroepen herzien, zodat ze steeds voldoen aan de norm van de levenscyclus, die in dit artikel wordt uiteengezet. |
|
___________ * 18 maanden na de inwerkingtreding van deze verordening. |
Motivering | |
Meestal zijn de bestaande criteria voor de milieukeur voor productgroepen geen weerspiegeling van de feitelijke norm van de levenscyclus die in dit artikel wordt omschreven. In overweging 4 wordt bovendien verlangd dat de criteria beperkt blijven tot de belangrijkste milieueffecten van producten. De Commissie dient dan ook op korte termijn over te gaan tot een herziening van de bestaande criteria voor alle productgroepen, zodat deze aansluiten met de gehanteerde aanpak en principes. | |
Bestaande wetgeving zoals REACH voorziet adequaat in het risicobeheer van chemische stoffen en is er onder meer op gericht om het milieueffect daarvan te verminderen. | |
Amendement 8 Voorstel voor een verordening Artikel 8 – lid 2 – letters b en c | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(b) aangeven, wanneer passend, welke drie doorslaggevende milieukenmerken op de milieukeur zullen worden vermeld; |
(b) aangeven, wanneer passend, welke drie doorslaggevende milieukenmerken op de milieukeur kunnen worden vermeld; |
(c) de geldigheidsperiode van de criteria en van de beoordelingsvoorschriften specificeren. |
(c) de geldigheidsperiode van de criteria en van de beoordelingsvoorschriften specificeren, die echter niet langer mag zijn dan twee jaar; |
|
(c bis) de toegelaten productvariabiliteit tijdens de geldigheidsduur specificeren. |
Motivering | |
Het is van vitaal belang dat er een mechanisme komt dat de voortdurende productverbetering in aanmerking neemt, ook tijdens de geldigheidsduur van milieukeurcriteria. Momenteel worden de productcriteria vastgesteld voor lange periodes (bijv. drie jaar) en kunnen niet worden veranderd; het is zelfs moeilijk kleine wijzigingen in de formulering aan te brengen, zodat die nieuwe, duurzamer bestanddelen kan omvatten of deze aan te passen aan de technische vooruitgang, zonder de volledige procedure voor het opnieuw aanvragen van een milieukeur te doorlopen. | |
Amendement 9 Voorstel voor een verordening Artikel 9 – lid 1 – alinea 1 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
1. Om de milieukeur te kunnen gebruiken, laten fabrikanten, importeurs, dienstverleners, groot- of detailhandelaars die de milieukeur wensen te gebruiken, zich registreren bij een van de bevoegde instanties waarnaar in artikel 4 wordt verwezen, overeenkomstig de volgende regels: |
1. Om de milieukeur te kunnen gebruiken, laten fabrikanten, importeurs, dienstverleners, groot- of detailhandelaars die de milieukeur wensen te gebruiken, zich registreren bij een van de bevoegde instanties waarnaar in artikel 4 wordt verwezen. |
(a) wanneer een product afkomstig is uit één lidstaat, gebeurt de registratie bij de bevoegde instantie van die lidstaat; |
|
(b) wanneer een product in dezelfde vorm afkomstig is uit verscheidene lidstaten, gebeurt de registratie bij de bevoegde instantie in een van die lidstaten; |
|
(c) wanneer een product afkomstig is van buiten de Gemeenschap, gebeurt de registratie bij de bevoegde instantie in een van de lidstaten waarin het product in de handel wordt of is gebracht. |
|
Motivering | |
This amendment aims to simplify the registration by indicating that the registration shall (irrespective of where the product originates from) be made with a competent body in any of the Member States where the product is to be or has been placed on the market. | |
The Commission’s proposal provides products originating from outside the EU with an advantage compared to EU products: the former may register with a competent body in any of the Member States in which the product is to be or has been placed on the market, whereas the latter must register in the Member State from which the product originates. This amendment would rectify this anomaly and treat all products in an equal way. | |
Amendement 10 Voorstel voor een verordening Artikel 9 – lid 4 – alinea 2 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
Als de documentatie volledig is, kent de bevoegde instantie elk product een registratienummer toe. |
Als de documentatie goedgekeurd is, kent de bevoegde instantie elk product een registratienummer toe. De bevoegde instantie sluit de procedure binnen vier maanden na de aanvraag af. |
Amendement 11 Voorstel voor een verordening Artikel 9 – lid 3 | |
Door de Commisisie voorgestelde tekst |
Amendement |
De bevoegde instantie waarbij een aanvraag tot registratie wordt ingediend, kan een vergoeding van maximaal 200 euro aanrekenen voor de uitvoering van de registratie. Wanneer een vergoeding in rekening wordt gebracht, mag de milieukeur slechts worden gebruikt nadat die vergoeding binnen de gestelde termijn is betaald. |
De bevoegde instantie waarbij een aanvraag tot registratie wordt ingediend, kan een vergoeding van maximaal 1000 euro aanrekenen, afhankelijk van de omvang van het bedrijf, voor de uitvoering van de registratie. Deze vergoeding is gebaseerd op: (a) de kosten die ontstaan in verband met het leveren van informatie en bijstand aan bedrijven door de bevoegde organen; (b) de kosten van de uitvoering van de registratie; De lidstaten kunnen besluiten geen vergoeding aan te rekenen, als middel om deze regeling te stimuleren. Wanneer een vergoeding in rekening wordt gebracht, mag de milieukeur slechts worden gebruikt nadat die vergoeding binnen de gestelde termijn is betaald. |
Motivering | |
Er zijn nog altijd slechts 26 productgroepen vastgesteld en ongeveer 500 bedrijven in de EU die producten met de milieukeur produceren. De bestaande regeling is weinig bekend en wordt dan ook slechts mondjesmaat door het bedrijfsleven gebruikt. Om het gebruik door het bedrijfsleven, en met name het MKB, te bevorderen, moet de vergoeding niet meer kosten dan 100 euro. | |
Amendement 12 Voorstel voor een verordening Artikel 9 – lid 7 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
7. De milieukeur mag worden aangebracht op producten die onder de registratie vallen, alsook op het desbetreffende promotiemateriaal. |
7. De milieukeur mag worden aangebracht op producten die onder de registratie vallen, alsook op het desbetreffende promotiemateriaal. De plaats van de milieukeur is prominent en markeert het product zelfs als het samen met andere producten wordt gekocht. |
Amendement 13 Voorstel voor een verordening Artikel 12 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
In samenwerking met het BMEU zullen de lidstaten en de Commissie het gebruik van de communautaire milieukeur bevorderen via bewustmakingsacties en informatiecampagnes, gericht op consumenten, producenten, uitschrijvers van openbare aanbestedingen, handelaars, detailhandelaars en het grote publiek, en zo de brede verspreiding van het systeem ondersteunen. |
In samenwerking met het BMEU zullen de lidstaten en de Commissie het gebruik van de communautaire milieukeur bevorderen via bewustmakingsacties en informatiecampagnes, gericht op consumenten, producenten, uitschrijvers van openbare aanbestedingen, handelaars, detailhandelaars en het grote publiek, en zo de brede verspreiding van het systeem ondersteunen en daarnaast op het grote publiek gerichte algemene milieubewustmakingsacties bevorderen om bij te dragen tot het ontstaan van een milieubesef bij de consument en tot verspreiding en erkenning van de communautaire milieukeur. |
Amendement 14 Voorstel voor een verordening Artikel 15 – lid 1 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
De Commissie kan de maximumvergoeding als bedoeld in artikel 9, lid 3, verhogen en de bijlagen bij deze verordening wijzigen. |
De Commissie kan de maximumvergoeding als bedoeld in artikel 9, lid 3, alleen verhogen en de bijlagen bij deze verordening wijzigen als de verhoging bedoeld is ter dekking van de registratiekosten. |
Motivering | |
Het is onduidelijk hoeveel de Commissie het maximum mag verhogen en waarvoor. Om onduidelijkheid hierover te vermijden, mag het maximumbedrag alleen worden verhoogd ter dekking van de daadwerkelijke registratiekosten. | |
Amendement 15 Voorstel voor een verordening Bijlage II – alinea 4 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
De belettering van de milieukeur wordt vastgesteld door de bevoegde instantie in iedere lidstaat, waarbij gebruik wordt gemaakt van de officiële taal of talen van de desbetreffende lidstaat en wel zodanig dat de tekst gelijkwaardig is aan de Engelse grondtekst. |
PROCEDURE
Titel |
Communautair systeem van milieukeuren |
|||||||
Document- en procedurenummers |
COM(2008)0401 – C6-0279/2008 – 2008/0152(COD) |
|||||||
Commissie ten principale |
ENVI |
|||||||
Advies uitgebracht door Datum bekendmaking |
IMCO 2.9.2008 |
|
|
|
||||
Rapporteur voor advies Datum benoeming |
Edit Herczog 10.9.2008 |
|
|
|||||
Behandeling in de commissie |
6.11.2008 |
2.12.2008 |
22.1.2009 |
|
||||
Datum goedkeuring |
22.1.2009 |
|
|
|
||||
Uitslag eindstemming |
+: –: 0: |
34 0 0 |
||||||
Bij de eindstemming aanwezige leden |
Cristian Silviu Buşoi, Charlotte Cederschiöld, Janelly Fourtou, Evelyne Gebhardt, Martí Grau i Segú, Malcolm Harbour, Christopher Heaton-Harris, Iliana Malinova Iotova, Alexander Graf Lambsdorff, Kurt Lechner, Toine Manders, Nickolay Mladenov, Catherine Neris, Zita Pleštinská, Karin Riis-Jørgensen, Zuzana Roithová, Heide Rühle, Leopold Józef Rutowicz, Christel Schaldemose, Andreas Schwab, Eva-Britt Svensson, Marianne Thyssen, Bernadette Vergnaud, Barbara Weiler |
|||||||
Bij de eindstemming aanwezige vaste plaatsvervanger(s) |
Emmanouil Angelakas, Wolfgang Bulfon, Colm Burke, Giovanna Corda, Brigitte Fouré, Joel Hasse Ferreira, Filip Kaczmarek, Olle Schmidt |
|||||||
Bij de eindstemming aanwezige plaatsvervanger(s) (art. 178, lid 2) |
Jean-Pierre Audy, Michel Teychenné |
|||||||
PROCEDURE
Titel |
Communautair systeem van milieukeuren |
|||||||
Document- en procedurenummers |
COM(2008)0401 – C6-0279/2008 – 2008/0152(COD) |
|||||||
Datum indiening bij EP |
16.7.2008 |
|||||||
Commissie ten principale Datum bekendmaking |
ENVI 2.9.2008 |
|||||||
Medeadviserende commissie(s) Datum bekendmaking |
ITRE 2.9.2008 |
IMCO 2.9.2008 |
|
|
||||
Rapporteur(s) Datum benoeming |
Salvatore Tatarella 17.9.2008 |
|
|
|||||
Behandeling in de commissie |
21.1.2009 |
|
|
|
||||
Datum goedkeuring |
17.2.2009 |
|
|
|
||||
Uitslag eindstemming |
+: –: 0: |
51 0 2 |
||||||
Bij de eindstemming aanwezige leden |
Adamos Adamou, Margrete Auken, Liam Aylward, Irena Belohorská, Maria Berger, Johannes Blokland, John Bowis, Hiltrud Breyer, Martin Callanan, Dorette Corbey, Magor Imre Csibi, Avril Doyle, Mojca Drčar Murko, Jill Evans, Matthias Groote, Satu Hassi, Christa Klaß, Holger Krahmer, Urszula Krupa, Aldis Kušķis, Marie-Noëlle Lienemann, Peter Liese, Marios Matsakis, Linda McAvan, Péter Olajos, Miroslav Ouzký, Vittorio Prodi, Dagmar Roth-Behrendt, Guido Sacconi, Daciana Octavia Sârbu, Carl Schlyter, Richard Seeber, María Sornosa Martínez, Salvatore Tatarella, Antonios Trakatellis, Evangelia Tzampazi, Thomas Ulmer, Anja Weisgerber, Åsa Westlund, Anders Wijkman, Glenis Willmott |
|||||||
Bij de eindstemming aanwezige vaste plaatsvervanger(s) |
Philip Bushill-Matthews, Bairbre de Brún, Jutta Haug, Karsten Friedrich Hoppenstedt, Johannes Lebech, Caroline Lucas, Miroslav Mikolášik, Hartmut Nassauer, Justas Vincas Paleckis, Alojz Peterle, Renate Sommer |
|||||||
Bij de eindstemming aanwezige plaatsvervanger(s) (art. 178, lid 2) |
Domenico Antonio Basile |
|||||||
Datum indiening |
25.2.2009 |
|||||||