VERSLAG over het voorstel voor een besluit van de Raad tot sluiting van de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat tot wijziging van bijlage 11 bij de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat inzake de handel in landbouwproducten

6.3.2009 - (15523/2008 – COM(2008)0685 – C6‑0028/2009 – 2008/0202(CNS)) - *

Commissie internationale handel
Rapporteur: Béla Glattfelder

Procedure : 2008/0202(CNS)
Stadium plenaire behandeling
Documentencyclus :  
A6-0122/2009
Ingediende teksten :
A6-0122/2009
Debatten :
Aangenomen teksten :

ONTWERPWETGEVINGSRESOLUTIE VAN HET EUROPEES PARLEMENT

over het voorstel voor een besluit van de Raad tot sluiting van de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat tot wijziging van bijlage 11 bij de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat inzake de handel in landbouwproducten

(15523/2008 – COM(2008)0685 – C6‑0028/2009 – 2008/0202(CNS))

(Raadplegingsprocedure)

Het Europees Parlement,

–   gezien het voorstel voor een besluit van de Raad (COM(2008)0685)[1],

–   gezien de Ontwerpovereenkomst tussen de Zwitserse Bondsstaat en de Europese Gemeenschap tot wijziging van bijlage 11 bij de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat inzake de handel in landbouwproducten (15523/2008),

–   gelet op de artikelen 37, 133 en 152, lid 4, onder b), van het EG­Verdrag,

–   gelet op artikel 300, lid 3, eerste alinea, van het EG­Verdrag, op grond waarvan het Parlement door de Raad is geraadpleegd (C6‑0028/2009),

–   gelet op de artikelen 51 en 83, lid 7, van zijn Reglement,

–   gezien het verslag van de Commissie internationale handel (A6‑0122/2009),

1.  hecht zijn goedkeuring aan de sluiting van de overeenkomst;

2.  verzoekt zijn Voorzitter het standpunt van het Parlement te doen toekomen aan de Raad en de Commissie, alsmede aan de regeringen en parlementen van de lidstaten en de Zwitserse Bondsstaat.

  • [1]  Nog niet in het PB gepubliceerd.

TOELICHTING

Het verslag onderschrijft het besluit van de Raad betreffende de ondertekening namens de Gemeenschap en de voorlopige toepassing van de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat tot wijziging van bijlage 11 bij de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat inzake de handel in landbouwproducten.

De huidige overeenkomst

De handelsbetrekkingen tussen de EU en Zwitserland worden geregeld door een pakket van zeven sectorale handelsovereenkomsten, die op 21 juni 1999 zijn ondertekend, begin 2002 zijn geratificeerd en sinds 1 juni 2002 worden uitgevoerd.

De landbouwovereenkomst maakte in een aantal landbouwsectoren een gedeeltelijke liberalisering door beide partijen mogelijk, maar liet de handelsbelemmeringen voor granen, melk en vlees bestaan. Voorts voorzag de overeenkomst in een vermindering van de niet-tarifaire belemmeringen (zoals productvoorschriften en toelatingsvoorwaarden) door de wederzijdse erkenning van de gelijkwaardigheid van de regelgevingen. Er zijn de nodige inspanningen geleverd om de laatste hand te leggen aan dergelijke overeenkomsten over producten zoals wijn en gedistilleerde dranken, biologische landbouwproducten, planten en zaden.

Inhoud van bijlage 11 bij de huidige overeenkomst

De laatste bijlage bij de overeenkomst (bijlage 11) betreft diergezondheids-, volksgezondheids- en zootechnische maatregelen voor de handel in levende dieren, gezelschapsdieren en dierlijke producten. Sinds 2002 is er vooruitgang geboekt. Eind 2006 is de gelijkwaardigheid erkend van de hygiëneregelgeving voor alle levensmiddelen van dierlijke oorsprong. Deze gelijkwaardigheid betrof alleen melk- en zuivelproducten en de bestrijding van epizoötieën. Dit betekent dat levensmiddelen van dierlijke oorsprong zoals kaas, vleesspecialiteiten, eieren en honing zonder gezondheidscertificaat mogen worden uitgevoerd.

Deze nieuwe overeenkomst wijzigt bijlage 11 om met deze veranderingen rekening te houden. Wat diergezondheid betreft, is de overeenkomst gebaseerd op het beginsel van “vergelijkbare wetgeving die tot identieke resultaten leidt” voor de handel in levende dieren, sperma, eicellen, embryo’s en andere producten van dierlijke oorsprong, en op de voorschriften voor de intracommunautaire handel. Dankzij de convergentie tussen de Zwitserse en de communautaire wetgeving zouden de dubbele controles dus worden afgeschaft.

Wat de volksgezondheid uit veterinair oogpunt betreft, is de overeenkomst gebaseerd op beginselen van gelijkwaardigheid teneinde de handel in producten van dierlijke oorsprong te vergemakkelijken. Levende dieren, sperma, eicellen en embryo’s die tussen de EU-lidstaten en Zwitserland worden verhandeld, gaan alleen vergezeld van diergezondheidscertificaten voor de intracommunautaire handel. Voor producten van dierlijke oorsprong zijn alleen de handelsdocumenten nodig die voor de handel tussen de lidstaten vereist zijn. In beide gevallen geldt voor levende dieren en producten van dierlijke oorsprong een vereenvoudigde veterinaire-controleregeling aan de grenzen van de EU.

Het voorstel omvat ook wijzigingen in bijlage 11 naar aanleiding van de wijzigingen die het Gemengd Veterinair Comité in het aanhangsel daarvan heeft aangebracht. Dit comité is namelijk niet gemachtigd om wijzigingen aan te brengen in bijlage 11 zelf.

Goedkeuring van de overeenkomst tot wijziging van bijlage 11

De voorgelegde overeenkomst is een positieve stap in de richting van soepelere voorwaarden voor de handel in levende dieren en dierlijke producten. Door bijlage 11 verder te wijzigen, nemen beide partners extra maatregelen om voor een vlotte en blijvende stroom van landbouwproducten tussen hen beide te zorgen. Nu Zwitserland de voornaamste EU-wetgeving inzake de handel in landbouwproducten geleidelijk heeft overgenomen en beide partijen gemeenschappelijke werkwijzen voor invoercontroles hebben vastgesteld, heeft het immers geen zin meer om extra verplichtingen op te leggen voor de handel in deze producten.

De rapporteur keurt deze overeenkomst goed en wenst van deze gelegenheid gebruik te maken om te wijzen op de voordelen en uitdagingen die aan de handel in landbouwproducten tussen de EU en Zwitserland verbonden zijn. Voor dit soort producten is Zwitserland momenteel de zevende bron van invoer in de EU en de derde bestemming van uitvoer uit de EU. Voor dit land is een grote rol weggelegd in het garanderen van een behoorlijk aanbod aan landbouwproducten op de Europese interne markt. Een stap in de richting van meer marktintegratie op landbouwgebied tussen de EU en Zwitserland wordt zeer op prijs gesteld.

Toekomstige bilaterale overeenkomsten over landbouwproducten

Er zullen echter nog veel onderhandelingen nodig zijn voordat landbouwers uit de EU toegang krijgen tot de zeer belangrijke Zwitserse markt. Ondanks buitengewone inspanningen blijft de Zwitserse markt een van de meest beschermde ter wereld. Dit belet Europese producenten om onder eerlijke voorwaarden op die markt te kunnen concurreren.

Onlangs is het DG Landbouw van de Europese Commissie onderhandelingen met het Zwitserse Ministerie van Economische Zaken aangegaan met het oog op een volledige liberalisering van de handel in landbouwproducten tussen de EU en Zwitserland. Deze besprekingen zullen onder meer gaan over het wegwerken van niet-tarifaire belemmeringen (NTB’s) zoals voedsel- en voederveiligheidsnormen en veterinaire en fytosanitaire normen, waarbij de Europese Commissie wordt vertegenwoordigd door het DG Gezondheid en consumenten.

Tot dusver lijkt het vooruitzicht van een vrijhandelsovereenkomst zeer positief voor de producenten in de EU. Het huidige prijsniveau in Zwitserland is 30% hoger dan in de EU. Een vrijhandelsovereenkomst zou de EU bijgevolg in staat stellen haar marktaandeel in Zwitserland te vergroten. Nu reeds is de EU een belangrijke leverancier van granen voor Zwitserland. Er valt meer winst te maken met zuivelproducten, groente en fruit, en wijn en gedistilleerde dranken. Wat de handel in vlees betreft, hebben de EU-producenten te maken met sterke concurrentie uit met name Brazilië.

Wat de NTB’s betreft, lijkt het nodig dat Zwitserland de Europese regelgeving overneemt, met name de veterinairrechtelijke voorschriften en de voorschriften voor het in de handel brengen. De onderhandelingen zouden een groot succes zijn als de Zwitsers zich ertoe zouden verbinden ook toekomstige EU-regelgeving over te nemen, eventueel na in de loop van het proces te zijn geraadpleegd.

De rapporteur vindt deze pogingen tot verdere integratie van beide markten eerder positief. Een overeenkomst zou bijdragen tot de verbetering van de productiviteit in de landbouwsector van beide partners en zou de levensmiddelenprijzen voor de burger op een billijk en relatief stabiel peil brengen.

De twee partijen moeten echter bedachtzaam onderhandelen over een volledig geliberaliseerd handelsverkeer. Het volume van de bilaterale handel is namelijk zeer groot en het wegwerken van de belemmeringen zou grote gevolgen kunnen hebben, met name voor de landbouwsector in de EU-buurlanden van Zwitserland en voor de Zwitserse landbouwers.

Zwitserland heeft het initiatief tot deze onderhandelingen genomen en beschouwt deze vrijhandelsovereenkomst als een logische stap, die aansluit bij de interne hervormingen die het tot dusver in zijn landbouwsector heeft doorgevoerd om het concurrentievermogen van de Zwitserse landbouw op de internationale markten te vergroten. De recente stijging van de voedselprijzen heeft wellicht exportmogelijkheden geschapen voor de Zwitserse landbouwers omdat zij er relatief gezien concurrerender door worden, maar structureel kan alleen een openstelling voor buitenlandse concurrentie voor een groter concurrentievermogen zorgen.

Een openstelling voor de EU zou de productiekosten voor de Zwitserse landbouwers en verwerkende industrie doen dalen en de toegang tot de EU-markt vergemakkelijken. Er zouden echter meer voordelen aan verbonden zijn voor de Zwitserse agro- en voedingsmiddelenindustrie dan voor de Zwitserse landbouwers, wat de totstandkoming van een bilaterale overeenkomst in de weg kan staan. Rekening houdend met deze mogelijke obstakels voor de onderhandelingen waarschuwt de rapporteur voor onverantwoorde toegevingen van de EU aan Zwitserland, in het bijzonder inzake geografische benamingen, en met name kaas.

Conclusies

In de loop van deze toekomstige onderhandelingen over een bilaterale vrijhandelsovereenkomst inzake landbouw moet de Europese Commissie er in het bijzonder op letten dat een overeenkomst wordt gesloten die de producenten van beide partijen ten goede komt en voor de consumenten in de EU tot een groter en rijker aanbod aan veilige landbouwproducten leidt. Het Europees Parlement zal deze onderhandelingen nauwgezet volgen en vraagt de Commissie en de Raad zijn rechten op het gebied van internationale handel te eerbiedigen.

PROCEDURE

Titel

Goedkeuring van de Overeenkomst EG/Zwitserland inzake de handel in landbouwproducten

Document- en procedurenummers

15523/2008 – COM(2008)06852008/0202(CNS)

Datum raadpleging EP

19.1.2009

Commissie ten principale

       Datum bekendmaking

INTA

3.2.2009

Medeadviserende commissie(s)

       Datum bekendmaking

AGRI

3.2.2009

 

 

 

Geen advies

       Datum besluit

AGRI

1.12.2008

 

 

 

Rapporteur(s)

       Datum benoeming

Béla Glattfelder

4.12.2008

 

 

Behandeling in de commissie

24.2.2009

 

 

 

Datum goedkeuring

5.3.2009

 

 

 

Uitslag eindstemming

+:

–:

0:

11

0

3

Bij de eindstemming aanwezige leden

Kader Arif, Françoise Castex, Glyn Ford, Jacky Hénin, Marusya Ivanova Lyubcheva, Erika Mann, David Martin, Georgios Papastamkos, Peter Šťastný, Gianluca Susta

Bij de eindstemming aanwezige vaste plaatsvervanger(s)

Ole Christensen, Sajjad Karim, Zbigniew Zaleski

Bij de eindstemming aanwezige plaatsvervanger(s) (art. 178, lid 2)

André Brie

Datum indiening

6.3.2009