VERSLAG over het voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad betreffende textielbenamingen en de desbetreffende etikettering van textielproducten
30.4.2010 - (COM(2009)0031 – C6‑0048/2009 – 2009/0006(COD)) - ***I
Commissie interne markt en consumentenbescherming
Rapporteur: Toine Manders
ONTWERPWETGEVINGSRESOLUTIE VAN HET EUROPEES PARLEMENT
over het voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad betreffende textielbenamingen en de desbetreffende etikettering van textielproducten
(COM(2009)0031 – C7‑0048/2009 – 2009/0006(COD))
(Medebeslissingsprocedure: eerste lezing)
Het Europees Parlement,
– gezien het voorstel van de Commissie aan het Europees Parlement en de Raad (COM(2009)0031),
– gelet op artikel 251, lid 2, en artikel 95 van het EGVerdrag, op grond waarvan het voorstel door de Commissie bij het Parlement is ingediend (C7‑0048/2009),
– gezien de mededeling van de Commissie aan het Europees Parlement en de Raad met de titel "Gevolgen van de inwerkingtreding van het Verdrag van Lissabon voor de lopende interinstitutionele besluitvormingsprocedures" (COM(2009)0665),
– gelet op artikel 294, lid 3, en artikel 114 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,
– gezien het advies van het Economisch en Sociaal Comité,
– gelet op artikel 55 van zijn Reglement,
– gezien het verslag van de Commissie interne markt en consumentenbescherming (A7‑0122/2010),
1. keurt het hierin uiteengezette standpunt in eerste lezing goed;
2. verzoekt om hernieuwde voorlegging indien de Commissie voornemens is ingrijpende wijzigingen in dit voorstel aan te brengen of dit door een nieuwe tekst te vervangen;
3. verzoekt zijn Voorzitter het standpunt van het Parlement te doen toekomen aan de Raad, de Commissie en de nationale parlementen.
Amendement 1 Voorstel voor een verordening Overweging 1 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(1) Richtlijn 73/44/EEG van de Raad van 26 februari 1973 betreffende de onderlinge aanpassing van de wetgevingen der lidstaten inzake de kwantitatieve analyse van ternaire mengsels van textielvezels, Richtlijn 96/73/EG van het Europees Parlement en de Raad van 16 december 1996 betreffende bepaalde methoden voor de kwantitatieve analyse van binaire mengsels van textielvezels en Richtlijn 96/74/EG van het Europees Parlement en de Raad van 16 december 1996 inzake textielbenamingen (herschikking)1 zijn verschillende keren gewijzigd. Omdat nog meer wijzigingen nodig zijn, moeten zij voor de duidelijkheid door één rechtsinstrument worden vervangen. |
(1) Richtlijn 73/44/EEG van de Raad van 26 februari 1973 betreffende de onderlinge aanpassing van de wetgevingen der lidstaten inzake de kwantitatieve analyse van ternaire mengsels van textielvezels, Richtlijn 96/73/EG van het Europees Parlement en de Raad van 16 december 1996 betreffende bepaalde methoden voor de kwantitatieve analyse van binaire mengsels van textielvezels en Richtlijn 2008/121/EG van het Europees Parlement en de Raad van 14 januari 2009 inzake textielbenamingen (herschikking)1 zijn verschillende keren gewijzigd. Omdat nog meer wijzigingen nodig zijn, moeten deze rechtshandelingen voor de duidelijkheid door één rechtsinstrument worden vervangen. |
1 PB L 32 van 3.2.1997, blz. 38. |
1 PB L 19 van 23.1.2009, blz. 29. |
Motivering | |
Richtlijn 96/74/EEG is ingetrokken en vervangen door Richtlijn 2008/121/EG. | |
Amendement 2 Voorstel voor een verordening Overweging 2 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(2) De Gemeenschapswetgeving op het gebied van textielbenamingen en de desbetreffende etikettering van textielproducten heeft een zeer technische inhoud en bevat uitvoerige bepalingen die regelmatig aanpassing behoeven. Om te voorkomen dat de lidstaten de technische wijzigingen in nationale wetgeving moeten omzetten en zo de administratieve belasting van de nationale autoriteiten te beperken en om ervoor te zorgen dat nieuwe vezelbenamingen, die in de hele Gemeenschap op hetzelfde moment moeten worden toegepast, sneller kunnen worden goedgekeurd, lijkt een verordening het aangewezen rechtsinstrument voor de vereenvoudiging van de wetgeving. |
(2) De EU-wetgeving op het gebied van textielbenamingen en de desbetreffende etikettering van textielproducten heeft een zeer technische inhoud en bevat uitvoerige bepalingen die regelmatig aanpassing behoeven. Om te voorkomen dat de lidstaten de technische wijzigingen in nationale wetgeving moeten omzetten en zo de administratieve belasting van de nationale autoriteiten te beperken en om ervoor te zorgen dat nieuwe textielvezelbenamingen, die in de hele Unie op hetzelfde moment moeten worden toegepast, sneller kunnen worden goedgekeurd, lijkt een verordening het aangewezen rechtsinstrument voor de vereenvoudiging van de wetgeving. |
|
(Dit amendement is van toepassing op de gehele tekst. Bij aanneming van dit amendement moet deze wijziging in de gehele tekst worden doorgevoerd.) |
Motivering | |
Dit amendement is op de gehele tekst van toepassing: a) overeenstemming met het Verdrag van Lissabon ("Gemeenschap" wordt vervangen door "Unie"), b) de toevoeging van "textiel" maakt de term "vezelbenaming" nauwkeuriger. | |
Amendement 3 Voorstel voor een verordening Overweging 5 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(5) Ook moeten er bepalingen komen voor bepaalde producten die niet uitsluitend uit textiel bestaan, maar wel een textielgedeelte hebben dat een wezenlijk deel van het product uitmaakt of waarop de producent, verwerker of handelaar specifiek de aandacht vestigt. |
(5) Ook moeten er bepalingen komen voor bepaalde producten die niet uitsluitend uit textiel bestaan, maar wel een textielgedeelte hebben dat een wezenlijk deel van het product uitmaakt of waarop de marktdeelnemers specifiek de aandacht vestigt. |
Motivering | |
Overeenstemming met het nieuwe wetgevingskader. | |
Amendement 4 Voorstel voor een verordening Overweging 6 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(6) De tolerantie voor "andere vezels", die niet op het etiket hoeven te worden gespecificeerd, moet voor zowel zuivere producten als mengsels gelden. |
(6) De tolerantie voor "vreemde vezels", die niet op het etiket hoeven te worden gespecificeerd, moet voor zowel zuivere producten als mengsels gelden. |
Motivering | |
Overeenstemming met de terminologie in artikel 18 van de verordening. | |
Amendement 5 Voorstel voor een verordening Overweging 9 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(9) Textielproducten waarvoor uitsluitend de voorschriften voor overkoepelende etikettering gelden en textielproducten die per meter of op lengte gesneden worden verkocht, moeten op zodanige wijze te koop worden aangeboden dat de consument volledig kennis kan nemen van de informatie op de buitenverpakking of rol. |
(9) Textielproducten waarvoor uitsluitend de voorschriften voor overkoepelende etikettering gelden en textielproducten die per meter of op lengte gesneden worden verkocht, moeten op zodanige wijze op de markt worden aangeboden dat de consument volledig kennis kan nemen van de informatie op de buitenverpakking of rol. |
Motivering | |
Overeenstemming met het nieuwe wetgevingskader. | |
Amendement 6 Voorstel voor een verordening Overweging 11 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(11) Richtlijn 2001/95/EG van het Europees Parlement en de Raad van 3 december 2001 inzake algemene productveiligheid moet van toepassing zijn op het markttoezicht in de lidstaten op de producten die onder deze verordening vallen. |
(11) Verordening (EG) nr. 765/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 9 juli 2008 tot vaststelling van de eisen inzake accreditatie en markttoezicht betreffende het in de handel brengen van producten1 en richtlijn 2001/95/EG van het Europees Parlement en de Raad van 3 december 2001 inzake algemene productveiligheid zijn van toepassing op het markttoezicht in de lidstaten op de producten die onder deze verordening vallen |
|
1 PB L 218 van 13.8.2008, blz. 30. |
Amendement 7 Voorstel voor een verordening Overweging 12 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(12) Om eventuele geschillen over de toegepaste methoden uit te sluiten, moeten bemonsterings- en analysemethoden voor textielproducten worden vastgesteld. Bij officiële tests die in de lidstaten worden uitgevoerd om de vezelsamenstelling van uit binaire en ternaire mengsels samengestelde textielproducten te bepalen, moeten uniforme methoden voor zowel de voorbehandeling als de kwantitatieve analyse van het monster worden toegepast; daarom moeten in deze verordening uniforme analysemethoden worden vastgesteld voor de meeste uit binaire en ternaire mengsels samengestelde textielproducten die in de handel verkrijgbaar zijn. |
(12) Om eventuele geschillen over de toegepaste methoden uit te sluiten, moeten bemonsterings- en analysemethoden voor textielproducten worden vastgesteld. Bij officiële tests die in de lidstaten worden uitgevoerd om de vezelsamenstelling van uit binaire en ternaire mengsels samengestelde textielproducten te bepalen, moeten uniforme methoden voor zowel de voorbehandeling als de kwantitatieve analyse van het monster worden toegepast; daarom moeten in deze verordening uniforme analysemethoden worden vastgesteld voor de meeste uit binaire en ternaire mengsels samengestelde textielproducten die in de handel verkrijgbaar zijn. Om deze verordening te vereenvoudigen en deze uniforme methoden aan te passen aan de technische vooruitgang, is het echter aangewezen dat de in deze verordening beschreven methoden omgezet worden in Europese normen. Hiertoe moet de Commissie regelingen treffen voor de overstap van het huidige systeem, waarvan de methoden in deze verordening beschreven worden, naar een op Europese normen gebaseerd systeem. |
Amendement 8 Voorstel voor een verordening Overweging 13 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(13) In het geval van binaire mengsels waarvoor op Gemeenschapsniveau geen uniforme analysemethode bestaat, moet het met de test belaste laboratorium iedere beschikbare geldige methode kunnen toepassen om de samenstelling te bepalen; in het analyserapport moet dan behalve het verkregen resultaat ook de nauwkeurigheid van de toegepaste methode worden vermeld, voor zover zij bekend is. |
(13) In het geval van vezelmengsels waarvoor op het niveau van de Unie geen uniforme analysemethode bestaat, moet het met de test belaste laboratorium de samenstelling kunnen bepalen; in het analyserapport moeten dan behalve het verkregen resultaat ook de toegepaste methode en de nauwkeurigheid ervan worden vermeld. |
Amendement 9 Voorstel voor een verordening Overweging 16 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(16) Er moet een procedure worden vastgesteld die fabrikanten of hun vertegenwoordigers moeten volgen wanneer zij een nieuwe vezelbenaming in de technische bijlagen willen laten opnemen. Deze verordening moet daarom voorschriften bevatten voor aanvragen betreffende de toevoeging van een nieuwe vezelbenaming aan de technische bijlagen. |
(16) Er moet een procedure worden vastgesteld die specifieke vereisten omvat en die fabrikanten of namens fabrikanten optredende personen moeten volgen wanneer zij een nieuwe vezelbenaming op de geharmoniseerde lijst van textielvezelbenamingen in bijlage I willen laten opnemen. |
Amendement 10 Voorstel voor een verordening Overweging 17 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(17) De voor de uitvoering van deze verordening vereiste maatregelen moeten worden vastgesteld overeenkomstig Besluit 1999/468/EG van de Raad van 28 juni 1999 tot vaststelling van de voorwaarden voor de uitoefening van de aan de Commissie verleende uitvoeringsbevoegdheden. |
Schrappen |
Motivering | |
Overeenstemming met de bepalingen van het Verdrag van Lissabon inzake gedelegeerde handelingen (artikel 290). | |
Amendement 11 Voorstel voor een verordening Overweging 18 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(18) De Commissie moet in het bijzonder de bevoegdheid krijgen aanpassingen aan de vooruitgang van de techniek vast te stellen voor de lijst van vezelbenamingen en de desbetreffende omschrijvingen, de minimumeisen voor technische dossiers bij aanvragen van fabrikanten betreffende de toevoeging van een nieuwe vezelbenaming aan de lijst van toegestane vezelbenamingen, de bijzondere bepalingen voor corsetterieproducten en bepaalde textielsoorten, de lijst van producten waarvoor geen etikettering of merking verplicht is, de lijst van producten waarvoor alleen een overkoepelende etikettering of merking verplicht is, de lijst van delen die bij de bepaling van de vezelpercentages buiten beschouwing blijven en de overeengekomen percentages voor de berekening van het gewicht van de vezels in een textielproduct, alsook nieuwe kwantitatieve analysemethoden voor binaire en ternaire mengsels vast te stellen of de bestaande methoden aan te passen. Aangezien het maatregelen van algemene strekking betreft, die bedoeld zijn om niet-essentiële onderdelen van deze verordening te wijzigen, onder meer door hieraan nieuwe niet-essentiële onderdelen toe te voegen, moeten deze maatregelen worden vastgesteld volgens de regelgevingsprocedure met toetsing van artikel 5 bis van Besluit 1999/468/EG. |
(18) Om te waarborgen dat bij het bereiken van de doelstellingen gelijke tred wordt gehouden met de technische vooruitgang, moet de Commissie de bevoegdheid hebben om overeenkomstig artikel 290 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie gedelegeerde handelingen aan te nemen die niet-essentiële onderdelen van de bijlagen I, II, IV, V, VI, VII, VIII en IX van deze richtlijn beogen aan te vullen of te wijzigen. |
Motivering | |
Overeenstemming met de bepalingen van het Verdrag van Lissabon inzake gedelegeerde handelingen (artikel 290). | |
Amendement 12 Voorstel voor een verordening Overweging 18 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
(18 bis) In zijn resolutie van 25 november 2009 over oorsprongsaanduiding1 heeft het Europees Parlement benadrukt dat er met het oog op de bescherming van de consument duidelijke en coherente handelsvoorschriften vereist zijn, met inbegrip van aanduidingen van oorsprong. Doel van dergelijke aanduidingen moet zijn consumenten in staat te stellen zich volledig op de hoogte te stellen van de exacte oorsprong van de producten die zij kopen om hen te beschermen tegen frauduleuze, onjuiste of misleidende claims van oorsprong. Om die reden moeten er geharmoniseerde regels worden ingevoerd met betrekking tot de vermelding van de oorsprong van textielproducten. Voor wat invoerproducten betreft, moeten deze regels de vorm hebben van verplichte etiketteringsvereisten. Voor producten die niet onderworpen zijn aan de verplichte oorsprongsetikettering op EU-niveau, moeten regels voorzien worden die beletten dat eventuele aanspraken inzake oorsprong onjuist of misleidend zijn. |
|
________ 1 Aangenomen teksten P7_TA(2009)0093. |
Amendement 13 Voorstel voor een verordening Overweging 19 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
(19 bis) Om geïnformeerde keuzes te kunnen maken, moeten consumenten bij de aankoop van een textielproduct weten of dat product delen bevat die niet van textiel zijn, maar een dierlijke herkomst hebben. Het is daarom van wezenlijk belang dat de aanwezigheid van dierlijke materialen op het etiket wordt aangegeven. |
Amendement 14 Voorstel voor een verordening Overweging 19 ter (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
(19 ter) Het toepassingsbereik van deze verordening is beperkt tot regels betreffende de harmonisatie van textielvezelbenamingen en de etikettering van de vezelsamenstelling van textielproducten. Om echter mogelijke belemmeringen voor een goede werking van de interne markt die worden veroorzaakt door uiteenlopende bepalingen en praktijken in de lidstaten uit de weg te ruimen, en om gelijke tred te houden met de ontwikkeling van de elektronische handel en toekomstige uitdagingen op de markt voor textielproducten, moet de harmonisatie of normalisatie van andere aspecten van de etikettering van textielproducten worden bestudeerd. Te dien einde moet de Commissie bij het Europees Parlement en de Raad een verslag indienen over mogelijke nieuwe etiketteringsvereisten die op het niveau van de Unie moeten worden ingevoerd, teneinde het vrije verkeer van textielproducten op de interne markt te vergemakkelijken en in de gehele EU een uniform en hoog niveau van consumentenbescherming te bewerkstelligen. In het verslag moet met name worden bestudeerd wat de consument vindt van de hoeveelheid informatie die vermeld moet worden op het etiket van textielproducten en moet worden onderzocht op welke andere wijze dan etikettering aanvullende informatie kan worden verschaft aan de consument. Het verslag moet gebaseerd zijn op een uitgebreide raadpleging van alle belanghebbenden, consumentenonderzoek en een grondige kostenbatenanalyse en moet indien nodig vergezeld gaan van wetgevingsvoorstellen. In het verslag moet met name worden onderzocht wat de toegevoegde waarde voor de consument is van mogelijke etiketteringsvoorschriften met betrekking tot behandeling, maat, gevaarlijke stoffen, brandbaarheid, milieuaspecten van textielproducten, het gebruik van taalonafhankelijke symbolen voor het identificeren van textielvezels, etikettering van sociale aspecten en elektronische etikettering, alsmede de vermelding van een identificatienummer op het etiket om op verzoek aanvullende informatie te verkrijgen, met name via het internet over de kenmerken van de producten. |
Amendement 15 Voorstel voor een verordening Overweging 20 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(20) De Richtlijnen 96/74/EG [of herschikking], 96/73/EG en 73/44/EEG moeten worden ingetrokken, |
(20) De Richtlijnen 2008/121/EG, 96/73/EG en 73/44/EG moeten worden ingetrokken. |
Amendement 16 Voorstel voor een verordening Artikel 1 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
Deze verordening bevat voorschriften voor het gebruik van textielbenamingen en de desbetreffende etikettering van textielproducten, alsook voor de kwantitatieve analyse van binaire en ternaire mengsels van textielvezels. |
Deze verordening bevat voorschriften voor het gebruik van textielvezelbenamingen, de etikettering van textielproducten en de bepaling van de vezelsamenstelling van textielproducten met behulp van uniforme methoden voor kwantitatieve analyse, om het vrije verkeer ervan op de interne markt te verbeteren en de consumenten te voorzien van juiste informatie. |
Amendement 17 Voorstel voor een verordening Artikel 2 – lid 1 en alinea 2 (inleidende formule) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
1. Deze verordening is van toepassing op textielproducten. |
1. Deze verordening is van toepassing op textielproducten. |
Zij is ook van toepassing op de volgende producten: |
Voor de toepassing van deze verordening worden de volgende producten met textielproducten gelijkgesteld: |
Amendement 18 Voorstel voor een verordening Artikel 2 – lid 2 – inleidende formule | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
2. Deze verordening is niet van toepassing op textielproducten die: |
(Niet van toepassing op de Nederlandse versie.) |
Amendement 19 Voorstel voor een verordening Artikel 2 – lid 2 – letter d bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
d bis) worden geleverd aan individuele eindgebruikers als op maat gemaakte artikelen. |
Amendement 20 Voorstel voor een verordening Artikel 3 – lid 1 – inleidende formule | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
1. Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder: |
(Niet van toepassing op de Nederlandse versie.) |
Amendement 21 Voorstel voor een verordening Artikel 3 – lid 1 – letter f bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
f bis) "etikettering": het vermelden van de vereiste informatie over het textielproduct door aan het product een etiket te bevestigen, dan wel door middel van naaien, borduren, printen, persen, of enige andere technologie of toepassing; |
Amendement 22 Voorstel voor een verordening Artikel 3 – lid 1 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
1 bis. Voor de toepassing van deze verordening gelden de in Verordening (EG) nr. 765/2008 vastgestelde definities van de termen "op de markt aanbieden", "in de handel brengen", "fabrikant", "gemachtigde", "importeur", "distributeur", ""marktdeelnemers", "geharmoniseerde norm", "markttoezicht" en "markttoezichtautoriteit". |
Motivering | |
Overeenstemming met het nieuwe wetgevingskader. | |
Amendement 23 Voorstel voor een verordening Artikel 4 – lid 1 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
1. Textielproducten mogen voor of tijdens de industriële verwerking en in de diverse stadia van de distributie, binnen de Gemeenschap alleen worden verhandeld als zij overeenkomstig deze verordening geëtiketteerd zijn. |
1. Textielproducten worden uitsluitend op de markt aangeboden als zij overeenkomstig deze verordening geëtiketteerd zijn of vergezeld gaan van handelsdocumenten. |
Motivering | |
Overeenstemming met het nieuwe wetgevingskader. | |
Amendement 24 Voorstel voor een verordening Artikel 4 – lid 2 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
2. De toepassing van deze verordening doet geen afbreuk aan de toepassing van de nationale en communautaire voorschriften betreffende de bescherming van de industriële en commerciële eigendom, de aanduidingen van herkomst en oorsprong, alsmede het tegengaan van oneerlijke concurrentie. |
2. Behalve wanneer anders bepaald wordt in deze verordening, blijven de nationale voorschriften en de EU-voorschriften betreffende de bescherming van de industriële en commerciële eigendom, de aanduidingen van herkomst en oorsprong alsmede het tegengaan van oneerlijke concurrentie van toepassing op textielproducten. |
Amendement 25 Voorstel voor een verordening Artikel 5 – lid 1 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
1. Voor de etikettering van de samenstelling mogen alleen de in bijlage I vermelde vezelbenamingen worden gebruikt. |
1. Voor het aangeven van de vezelsamenstelling van de textielproducten mogen alleen de in bijlage I vermelde textielvezelbenamingen worden gebruikt. |
Amendement 26 Voorstel voor een verordening Artikel 6 – alinea 1 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
Fabrikanten of hun vertegenwoordigers kunnen bij de Commissie een aanvraag indienen om een nieuwe vezelbenaming aan de lijst in bijlage I toe te voegen. |
Fabrikanten of namens fabrikanten optredende personen kunnen bij de Commissie een aanvraag indienen om een nieuwe textielvezelbenaming aan de lijst in bijlage I toe te voegen. |
Amendement 27 Voorstel voor een verordening Artikel 7 – lid 2 – alinea 1 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
2. Een textielproduct wordt geacht uit één vezelsoort te zijn samengesteld als het niet meer dan 2 gewichtsprocent andere vezels bevat, mits deze hoeveelheid om technische redenen gerechtvaardigd is en niet het resultaat is van stelselmatige toevoeging. |
2. Een textielproduct kan worden geacht uit één vezelsoort te zijn samengesteld als het niet meer dan 2 gewichtsprocent vreemde vezels bevat, mits deze hoeveelheid gerechtvaardigd is als technisch onvermijdbaar bij goede fabricagepraktijken en niet het resultaat is van stelselmatige toevoeging. |
Amendement 28 Voorstel voor een verordening Artikel 7 – lid 2 – alinea 2 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
Onder dezelfde voorwaarde wordt een textielproduct dat een kaardbewerking heeft ondergaan, geacht uit één vezelsoort te zijn samengesteld als het niet meer dan 5 gewichtsprocent andere vezels bevat. |
Onder dezelfde voorwaarde kan een textielproduct dat een kaardbewerking heeft ondergaan, worden geacht uit één vezelsoort te zijn samengesteld als het niet meer dan 5 gewichtsprocent vreemde vezels bevat. |
Amendement 29 Voorstel voor een verordening Artikel 8 – lid 3 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
3. De in de leden 1 en 2 bedoelde producten, met inbegrip van wolproducten die een kaardbewerking hebben ondergaan, mogen niet meer dan 0,3% onzuivere vezels bevatten; deze onzuiverheden moeten om technische redenen in verband met de fabricage gerechtvaardigd zijn. |
3. De in de leden 1 en 2 bedoelde producten, met inbegrip van wolproducten die een kaardbewerking hebben ondergaan, mogen niet meer dan 0,3 gewichtsprocent vreemde vezels bevatten; deze onzuiverheden moeten gerechtvaardigd zijn als technisch onvermijdbaar bij goede fabricagepraktijken. |
Amendement 30 Voorstel voor een verordening Artikel 9 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
1. Op het etiket van textielproducten die uit twee of meer vezelsoorten zijn samengesteld, waarvan er een ten minste 85% van het totale gewicht uitmaakt, wordt het volgende vermeld: |
1. Op het etiket van een textielproduct worden de naam en het gewichtspercentage van alle samenstellende vezelsoorten vermeld, in afnemende volgorde van gewichtspercentage. |
a) hetzij de benaming van de vezelsoort die ten minste 85% van het totale gewicht uitmaakt, gevolgd door het gewichtspercentage ervan; |
|
b) hetzij de benaming van de vezelsoort die ten minste 85% van het totale gewicht uitmaakt, gevolgd door "minimaal 85%"; |
|
c) hetzij de volledige procentuele samenstelling van het product. |
|
2. Op het etiket van textielproducten die uit twee of meer vezelsoorten zijn samengesteld, waarvan er geen enkele 85% van het totale gewicht uitmaakt, worden de benaming en het gewichtspercentage van ten minste de twee vezels met de hoogste gewichtspercentages vermeld, gevolgd door de benamingen van de andere samenstellende vezelsoorten in afnemende volgorde van gewichtspercentage, al dan niet met vermelding van de gewichtspercentages. |
2. In afwijking op lid 1, en onverminderd artikel 7, lid 2, mogen vezels die afzonderlijk meer dan 3% van het totale gewicht van het textielproduct uitmaken, of vezels die gezamenlijk meer dan 10% van het totale gewicht uitmaken worden aangeduid als "andere vezels", gevolgd door hun totale gewichtspercentage, mits zij op het ogenblik van de fabricage moeilijk kunnen worden aangeduid. |
Hierbij geldt echter bovendien het volgende: |
|
a) vezelsoorten die afzonderlijk minder dan 10% van het totale gewicht van het product uitmaken, mogen gezamenlijk worden aangeduid als "andere vezels", gevolgd door het totale gewichtspercentage; |
|
b) wanneer de benaming van een vezelsoort die minder dan 10% van het totale gewicht van het product uitmaakt, wordt gespecificeerd, wordt de volledige procentuele samenstelling van het product vermeld. |
|
3. Producten met een ketting van zuiver katoen en een inslag van zuiver vlas, waarin het aandeel van het vlas niet minder dan 40% van het totale gewicht van het ontpapte weefsel bedraagt, mogen worden aangeduid met de benaming "halflinnen", met de verplichte vermelding van de samenstelling: "ketting zuiver katoen — inslag zuiver vlas of linnen". |
3. Producten met een ketting van zuiver katoen en een inslag van zuiver vlas, waarin het aandeel van het vlas niet minder dan 40% van het totale gewicht van het ontpapte weefsel bedraagt, mogen worden aangeduid met de benaming "halflinnen", met de verplichte vermelding van de samenstelling: "ketting zuiver katoen — inslag zuiver vlas of linnen". |
4. Op het etiket van textielproducten waarvan de samenstelling op het ogenblik van de fabricage moeilijk kan worden aangeduid, mag de uitdrukking "diverse vezels" of "textiel van onbepaalde samenstelling" worden gebruikt. |
4. Onverminderd artikel 5, lid 1, mag op het etiket van textielproducten waarvan de samenstelling op het ogenblik van de fabricage moeilijk kan worden aangeduid, de uitdrukking "diverse vezels" of "textiel van onbepaalde samenstelling" worden gebruikt. |
|
5. In afwijking op lid 1 mogen vezels die niet zijn opgenomen in Bijlage I worden aangeduid als "andere vezels", gevolgd door hun totale gewichtspercentage, mits een aanvraag voor de opneming van die vezels in Bijlage I is ingediend in overeenstemming met artikel 6. |
Amendement 31 Voorstel voor een verordening Artikel 10 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
Artikel 10 bis |
|
Materialen van dierlijke herkomst |
|
1. Indien niet uit textiel bestaande onderdelen van een textielproduct van dierlijke herkomst zijn, moet het textielproduct een etiket dragen waarop staat dat deze onderdelen van dierlijke materialen zijn gemaakt. De etikettering mag niet misleidend zijn en wordt zo uitgevoerd dat de consument gemakkelijk kan begrijpen op welk deel van het product de op het etiket vermelde informatie betrekking heeft. |
|
2. De lidstaten stellen de Commissie uiterlijk op [datum van toepassing] en vervolgens telkens wanneer nieuwe ontwikkelingen daartoe nopen, in kennis van de door hen gebruikte analysemethoden ter identificatie van materialen van dierlijke herkomst. |
|
3. De Commissie neemt in overeenstemming met de artikelen 19 bis, 19 ter en 19 quater gedelegeerde handelingen aan waarin de vorm en voorwaarden worden gepreciseerd voor de etikettering van textielproducten waarnaar in lid 1 wordt verwezen, en waarin de analysemethoden worden vastgelegd die moeten worden gebruikt voor de identificatie van dierlijke materialen. |
Motivering | |
Om geïnformeerde keuzes te kunnen maken, moeten consumenten bij het aankopen van een textielproduct weten of dat product delen bevat die niet van textiel zijn, maar een dierlijke herkomst hebben (bont, leder enz.). Het is daarom van wezenlijk belang dat de aanwezigheid van dierlijke materialen op het etiket wordt aangegeven. | |
Amendement 32 Voorstel voor een verordening Artikel 11 – lid 1 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
Etikettering en merking |
Etikettering |
1. Alle textielproducten die in de handel worden gebracht, worden geëtiketteerd of gemerkt. |
1. Alle textielproducten die op de markt worden aangeboden, worden geëtiketteerd of gemerkt. |
|
De etikettering is gemakkelijk terug te vinden, zichtbaar en stevig bevestigd op het textielproduct. De etikettering blijft leesbaar gedurende de normale gebruiksperiode van het textielproduct. De etikettering en de wijze waarop deze is bevestigd bezorgen de consument zo weinig mogelijk ongemak bij het dragen van het product. |
Wanneer de producten niet aan de eindgebruiker te koop worden aangeboden of wanneer zij worden geleverd ter uitvoering van een opdracht van de staat of van een andere rechtspersoon naar publiek recht, mogen de etiketten of merken echter worden vervangen of aangevuld door begeleidende handelsdocumenten. |
Wanneer de producten aan marktdeelnemers binnen de toeleveringsketen worden geleverd of wanneer zij worden geleverd ter uitvoering van een opdracht van een aanbestedende dienst als omschreven in Richtlijn 2004/18/EG van het Europees Parlement en de Raad van 31 maart 2004 betreffende de coördinatie van de procedures voor het plaatsen van overheidsopdrachten voor werken, leveringen en diensten1 mag de etikettering echter worden vervangen of aangevuld door begeleidende handelsdocumenten |
|
De in de artikelen 5, 7, 8 en 9 bedoelde benamingen en omschrijvingen worden duidelijk vermeld in dergelijke begeleidende handelsdocumenten. |
|
Er worden geen afkortingen gebruikt, met uitzondering van een code voor machinale verwerking, of indien zij worden vastgesteld volgens internationaal erkende normen, mits in hetzelfde document een verklaring van de afkortingen wordt opgenomen. |
|
_______ 1PB L 134 van 30.4.2004, blz. 114. |
Amendement 33 Voorstel voor een verordening Artikel 11 – lid 2 – alinea's 1 en 2 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
2. De fabrikant of zijn in de Gemeenschap gevestigde gemachtigde, dan wel, als geen van beiden in de Gemeenschap is gevestigd, de marktdeelnemer die voor de marktintroductie van het textielproduct op de communautaire markt verantwoordelijk is, levert het etiket en waarborgt de nauwkeurigheid van de daarop vermelde informatie. |
2. Bij het in de handel brengen van een textielproduct levert de fabrikant, of indien de fabrikant niet in de Unie is gevestigd, de importeur, het etiket en waarborgt de nauwkeurigheid van de daarop vermelde informatie. |
De distributeur zorgt ervoor dat de door hem verkochte textielproducten overeenkomstig deze verordening passend geëtiketteerd zijn. |
Bij het in de handel brengen van een textielproduct zorgt de distributeur ervoor dat de door hem verkochte textielproducten overeenkomstig deze verordening passend geëtiketteerd zijn. |
|
Voor de toepassing van deze verordening wordt een distributeur beschouwd als fabrikant wanneer hij een product in de handel brengt onder zijn eigen naam of handelsmerk, het etiket aanbrengt of de inhoud van het etiket wijzigt. |
Motivering | |
Overeenstemming met het nieuwe wetgevingskader. | |
Amendement 34 Voorstel voor een verordening Artikel 11 – lid 2 – alinea 3 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
De in de eerste en tweede alinea bedoelde personen zorgen ervoor dat de informatie die bij de marktintroductie van textielproducten wordt verstrekt, niet kan worden verward met de bij deze verordening voorgeschreven benamingen en omschrijvingen. |
De in de eerste en tweede alinea bedoelde marktdeelnemers zorgen ervoor dat de informatie die bij het op de markt aanbieden van textielproducten wordt verstrekt, niet kan worden verward met de bij deze verordening voorgeschreven benamingen en omschrijvingen. |
Motivering | |
Overeenstemming met het nieuwe wetgevingskader. | |
Amendement 35 Voorstel voor een verordening Artikel 12 – lid 1 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
1. De in de artikelen 5, 7, 8 en 9 bedoelde benamingen en omschrijvingen worden duidelijk vermeld in verkoopcontracten, nota's, facturen en andere handelsdocumenten. |
Schrappen |
Er mogen geen afkorting worden gebruikt. Wel mag gebruik worden gemaakt van een code voor machinale verwerking, mits in hetzelfde document een verklaring van de code wordt opgenomen. |
|
Motivering | |
Deze bepalingen zijn ondergebracht bij artikel 11, om een grotere samenhang te bewerkstelligen. | |
Amendement 36 Voorstel voor een verordening Artikel 12 – lid 2 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
2. Wanneer textielproducten te koop worden aangeboden, worden de in de artikelen 5, 7, 8 en 9 bedoelde benamingen en omschrijvingen duidelijk, leesbaar en in uniforme letters vermeld in catalogussen en prospectussen, alsmede op de verpakkingen, etiketten en merken. |
2. Wanneer een textielproduct op de markt wordt aangeboden, worden de in de artikelen 5, 7, 8 en 9 bedoelde benamingen en vezelsamenstelling op eenvoudig toegankelijke wijze, duidelijk, leesbaar en in uniform letter/nummerformaat, uniforme stijl en uniform font vermeld in catalogussen en prospectussen, alsmede op de verpakkingen en de etikettering. Die informatie is voor de consument duidelijk zichtbaar vóór de aankoop, ook indien de aankoop langs elektronische weg plaatsvindt. |
Amendement 37 Voorstel voor een verordening Artikel 12 – lid 4 – alinea 2 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
In het geval van klosjes, rolletjes, strengen, kluwens en andere kleine hoeveelheden naai-, stop- en borduurgaren is de eerste alinea van toepassing op de overkoepelende etikettering als bedoeld in artikel 15, lid 3. De afzonderlijke eenheden mogen in ongeacht welke taal van de Gemeenschap worden geëtiketteerd. |
In het geval van klosjes, rolletjes, strengen, kluwens en andere kleine hoeveelheden naai-, stop- en borduurgaren is de eerste alinea van toepassing op de overkoepelende etikettering als bedoeld in artikel 15, lid 3. Indien dergelijke producten afzonderlijk worden verkocht aan de eindgebruiker, mogen ze in ongeacht welke officiële taal van de Unie worden geëtiketteerd, mits ze tevens overkoepelend geëtiketteerd zijn. Waar passend kunnen de textielvezelbenamingen worden vervangen door, of gecombineerd met, begrijpelijke taalonafhankelijke symbolen. |
Amendement 38 Voorstel voor een verordening Artikel 12 – lid 4 – alinea 2 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
De Commissie neemt in overeenstemming met de artikelen 19 bis, 19 ter en 19 quater gedelegeerde handelingen aan tot vaststelling van gedetailleerde voorwaarden betreffende het gebruik van de symbolen waarnaar in dit lid wordt verwezen. |
Amendement 39 Voorstel voor een verordening Artikel 15 – leden 3 en 4 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
3. In bijlage VI vermelde textielproducten van gelijke soort en samenstelling mogen onder een overkoepelend etiket samen te koop worden aangeboden. |
3. In bijlage VI vermelde textielproducten van gelijke soort en samenstelling mogen onder een overkoepelend etiket samen op de markt worden aangeboden. |
4. In het geval van textielproducten die per meter worden verkocht, mag de samenstelling worden vermeld op de coupon of rol die te koop wordt aangeboden. |
4. In het geval van textielproducten die per meter worden verkocht, mag de samenstelling worden vermeld op de coupon of rol die op de markt wordt aangeboden. |
Motivering | |
Overeenstemming met het nieuwe wetgevingskader. | |
Amendement 40 Voorstel voor een verordening Hoofdstuk 3 – titel | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
Vezelpercentages en toleranties |
Markttoezicht |
Amendement 41 Voorstel voor een verordening Artikel 16 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
Artikel 16 Delen die bij de bepaling van de vezelpercentages buiten beschouwing blijven |
Schrappen |
Bij de bepaling van de in de artikelen 7, 8 en 9 bedoelde percentages die krachtens artikel 11 moeten worden vermeld, blijven de in bijlage VII vermelde delen buiten beschouwing. |
|
Motivering | |
Deze bepaling is ondergebracht bij artikel 17, om een grotere samenhang te bewerkstelligen. | |
Amendement 42 Voorstel voor een verordening Artikel 17 – lid 1 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
1. De nationale markttoezichtautoriteiten controleren overeenkomstig Richtlijn 2001/95/EG of de samenstelling van de textielproducten overeenkomt met de verstrekte informatie. |
1. De markttoezichtautoriteiten controleren overeenkomstig deze richtlijn of de samenstelling van de textielproducten overeenkomt met de verstrekte informatie. |
Amendement 43 Voorstel voor een verordening Artikel 17 – lid 2 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
2. De in lid 1 bedoelde controles worden verricht volgens de in bijlage VIII beschreven bemonsteringsmethoden en kwantitatieve analysemethoden voor bepaalde binaire en ternaire vezelmengsels. |
2. Voor het bepalen van de vezelsamenstelling van textielproducten worden de in lid 1 bedoelde controles verricht volgens de in bijlage VIII beschreven methoden of geharmoniseerde normen. |
Motivering | |
Teneinde deze verordening te vereenvoudigen en de bemonsteringsmethoden en kwantitatieve analysemethoden voor bepaalde binaire en ternaire vezelmengsels aan te passen aan de technische vooruitgang, moet de Commissie het Europees Comité voor normalisatie (CEN) opdracht geven om de in Bijlage VIII beschreven methoden om te zetten in geharmoniseerde normen. | |
Amendement 44 Voorstel voor een verordening Artikel 17 – lid 2 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
2 bis. Bij de bepaling van de in de artikelen 7, 8 en 9 bedoelde vezelsamenstelling blijven de in bijlage VII vermelde delen buiten beschouwing. |
Motivering | |
Deze bepaling is afkomstig van artikel 16 en is hier ingevoegd om de tekst samenhangender te maken. | |
Amendement 45 Voorstel voor een verordening Artikel 17 – lid 3 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
3. Een laboratorium dat belast is met het testen van textielmengsels waarvoor op Gemeenschapsniveau geen uniforme analysemethode bestaat, bepaalt de samenstelling van die mengsels met behulp van een beschikbare geldige methode en vermeldt in het analyserapport behalve het verkregen resultaat ook de nauwkeurigheid van de toegepaste methode, voor zover zij bekend is. |
3. Een laboratorium dat door de instanties van een lidstaat erkend is en goedgekeurd is voor het testen van textielmengsels waarvoor op het niveau van de Unie geen uniforme analysemethode bestaat, bepaalt de vezelsamenstelling van die mengsels en vermeldt in het analyserapport behalve het verkregen resultaat ook de toegepaste methode en de nauwkeurigheid van die methode. |
Motivering | |
De term "belast met" biedt geen garantie voor de betrouwbaarheid van het testende laboratorium en van de bevindingen van dit laboratorium. Door de lidstaten erkende en goedgekeurde laboratoria voldoen ten minste aan de minimumcriteria inzake kwaliteit en betrouwbaarheid. | |
Amendement 46 Voorstel voor een verordening Artikel 18 – lid 2 – letter a | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
a) 2% van het totale gewicht van het textielproduct, mits die hoeveelheid om technische redenen gerechtvaardigd is en niet het resultaat is van stelselmatige toevoeging; |
a) 2% van het totale gewicht van het textielproduct, mits die hoeveelheid gerechtvaardigd is als technisch onvermijdbaar bij goede fabricagepraktijken en niet het resultaat is van stelselmatige toevoeging; |
Amendement 47 Voorstel voor een verordening Hoofdstuk 3 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
Hoofdstuk 3 bis Aanduiding van oorsprong van textielproducten |
Amendement 48 Voorstel voor een verordening Artikel 18 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
Artikel 18 bis Aanduiding van oorsprong van uit derde landen ingevoerde textielproducten |
|
1. Voor de toepassing van dit artikel verwijzen de termen "oorsprong" of "afkomstig uit" naar de niet-preferentiële oorsprong conform de artikelen 22 tot en met 26 van Verordening (EEG) nr. 2913/92 van de Raad van 12 oktober 1992 tot vaststelling van een communautair douanewetboek1. |
|
2. De invoer of het op de markt brengen van textielproducten uit derde landen, met uitzondering van textielproducten afkomstig uit Turkije en uit de overeenkomstsluitende partijen bij de EER-Overeenkomst, is onder de in dit artikel vastgelegde voorwaarden onderworpen aan de vereisten inzake oorsprongsetikettering. |
|
3. Het land van oorsprong van textielproducten wordt aangeduid op het etiket van deze producten. Indien de producten verpakt zijn, moet de aanduiding op de afzonderlijke verpakkingen aangebracht worden. De aanduiding van het land van oorsprong mag niet worden vervangen door een corresponderende aanduiding in begeleidende handelsdocumenten. |
|
4. De Commissie kan in overeenstemming met de artikelen 19 bis, 19 ter en 19 quater gedelegeerde handelingen aannemen ter bepaling van de gevallen waarin in plaats van de etikettering van het product zelf de aanduiding van de oorsprong op de verpakking aanvaard wordt. Dit kan met name het geval zijn wanneer de producten de eindconsument of -gebruiker normaal gezien in hun gebruikelijke verpakking bereiken. |
|
5. De uitdrukking "vervaardigd in" gevolgd door de naam van het land van oorsprong geven de oorsprong van de textielproducten aan. Deze vermelding wordt aangebracht in een officiële taal van de Europese Unie die gemakkelijk wordt begrepen door de eindconsument in de lidstaat waar de producten op de markt worden gebracht. |
|
6. De oorsprong moet vermeld worden in duidelijk leesbare en onuitwisbare letters die bij een normale behandeling zichtbaar zijn, duidelijk kunnen worden onderscheiden van andere informatie en moet zodanig zijn aangebracht dat er geen misleidende of onjuiste indruk ontstaat over de oorsprong van het product. |
|
7. Textielproducten zijn naar behoren geëtiketteerd op het tijdstip waarop ze worden ingevoerd. Deze etikettering mag niet worden verwijderd of gemanipuleerd tot de producten verkocht zijn aan de eindconsument of -gebruiker. |
|
_______ 1 PB L 302 van 19.10.1992, blz. 1. |
Amendement 49 Voorstel voor een verordening Artikel 18 ter (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
Artikel 18 ter Aanduiding van oorsprong van overige textielproducten |
|
1. Indien de oorsprong van textielproducten, met uitzondering van de textielproducten waarnaar wordt verwezen in artikel 18 bis, aangeduid is op het etiket, moet deze aanduiding voldoen aan de in dit artikel vastgelegde voorwaarden. |
|
2. Het product wordt geacht afkomstig te zijn uit het land waar het ten minste twee van de volgende fasen van het productieproces ondergaan heeft: |
|
- spinnen; |
|
- weven; |
|
- appretuur; |
|
- afwerking. |
|
3. Op het etiket mag alleen vermeld worden dat het textielproduct voor honderd procent afkomstig is uit een land wanneer het product in dat land alle in lid 2 genoemde productiefasen heeft ondergaan. |
|
4. De uitdrukking "vervaardigd in" gevolgd door de naam van het land van oorsprong geeft de oorsprong van het product aan. Deze vermelding wordt aangebracht in een officiële taal van de Europese Unie die gemakkelijk wordt begrepen door de eindconsument in de lidstaat waar het product op de markt wordt gebracht. |
|
5. De oorsprong moet vermeld worden in duidelijk leesbare en onuitwisbare letters die bij een normale behandeling zichtbaar zijn, duidelijk kunnen worden onderscheiden van andere informatie en moet zodanig zijn aangebracht dat er geen misleidende of onjuiste indruk ontstaat over de oorsprong van het product. |
Amendement 50 Voorstel voor een verordening Artikel 18 quater (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
Artikel 18 quater Gedelegeerde handelingen |
|
De Commissie kan in overeenstemming met de artikelen 19 bis, 19 ter en 19 quater gedelegeerde handelingen aannemen ter: |
|
- bepaling, in detail, van de vorm van en de voorwaarden voor de oorsprongsaanduiding; |
|
- opstelling van een lijst van uitdrukkingen in alle officiële EU-talen die duidelijk meedelen dat producten afkomstig zijn uit het op het etiket vermelde land; |
|
- ter vaststelling van de gevallen waarin vaak gebruikte afkortingen onmiskenbaar het land van oorsprong aanduiden en in het kader van deze verordening kunnen worden gebruikt; |
|
- bepaling van de gevallen waarin om technische of economische redenen geen oorsprongsaanduiding op producten kan of hoeft te worden aangebracht; |
|
- vaststelling van andere regels die nodig kunnen zijn wanneer producten niet aan deze verordening blijken te voldoen. |
Amendement 51 Voorstel voor een verordening Artikel 18 quinquies (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
Artikel 18 quinquies Algemene bepalingen |
|
1. Textielproducten waarnaar in artikel 11 bis verwezen wordt, worden geacht niet te voldoen aan deze verordening indien: |
|
- er geen oorsprongsetikettering op aangebracht is; |
|
- de vermelde oorsprong niet overeenstemt met de oorsprong van de producten; |
|
- de oorsprongsaanduiding gewijzigd of verwijderd werd of anderszins werd gemanipuleerd, tenzij een correctie ingevolge lid 5 van dit artikel noodzakelijk was. |
|
2. Andere textielproducten dan die waarnaar in artikel 18 bis verwezen wordt, worden geacht niet te voldoen aan deze verordening indien: |
|
- de vermelde oorsprong niet overeenstemt met de oorsprong van de producten; |
|
- de oorsprongsaanduiding gewijzigd of verwijderd werd of anderszins werd gemanipuleerd, tenzij een correctie ingevolge lid 5 van dit artikel noodzakelijk was. |
|
3. De Commissie kan in overeenstemming met de artikelen 19 bis, 19 ter en 19 quater gedelegeerde handelingen aannemen betreffende verklaringen en bewijsstukken waaruit de inachtneming van deze verordening blijkt. |
|
4. De lidstaten stellen regels vast inzake de sancties die van toepassing zijn bij inbreuken op de bepalingen van deze verordening en nemen alle maatregelen die noodzakelijk zijn om ervoor te zorgen dat ze worden uitgevoerd. De sancties moeten doeltreffend, evenredig en afschrikkend zijn. De lidstaten dienen de Commissie uiterlijk negen maanden na de inwerkingtreding van deze verordening in kennis te stellen van deze regels en latere wijzigingen onmiddellijk mee te delen aan de Commissie. |
|
5. Wanneer producten niet in overeenstemming zijn met deze verordening, nemen de lidstaten bovendien de nodige maatregelen om de eigenaar van de producten - of een andere persoon die voor de producten aansprakelijk is - ertoe aan te zetten de oorsprongsaanduiding overeenkomstig de bepalingen van deze verordening en voor eigen rekening op de producten aan te brengen. |
|
6. Indien dat nodig is voor de effectieve toepassing van deze verordening, kunnen de bevoegde instanties gegevens die ze verkregen hebben bij het controleren van de naleving van deze verordening, uitwisselen met andere instanties en andere personen of organisaties die de lidstaten ingevolge artikel 11 van Richtlijn 2005/29/EG van het Europees Parlement en de Raad van 11 mei 2005 betreffende oneerlijke handelspraktijken van ondernemingen jegens consumenten op de interne markt1 bevoegd verklaard hebben. |
|
_________ 1PB L 149 van 11.6.2005, blz. 22. |
Amendement 52 Voorstel voor een verordening Artikel 18 – lid 2 – letter b | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
b) 5% in het geval van producten die een kaardbewerking hebben ondergaan. |
b) onder dezelfde voorwaarde, 5% van het totale gewicht in het geval van textielproducten die een kaardbewerking hebben ondergaan |
Amendement 53 Voorstel voor een verordening Artikel 19 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
Wijziging van de bijlagen |
Gedelegeerde handelingen |
1. De Commissie kan wijzigingen vaststellen die nodig zijn om de bijlagen I, II, IV, V, VI, VII, VIII en IX aan de vooruitgang van de techniek aan te passen. |
Wijzigingen die nodig zijn om de bijlagen I, II, IV, V, VI, VII, VIII en IX aan de vooruitgang van de techniek aan te passen, worden door de Commissie vastgesteld via gedelegeerde handelingen overeenkomstig artikel 19 bis en op voorwaarde van het bepaalde in artikel 19 ter en 19 quater. |
2. De in lid 1 bedoelde maatregelen, die bedoeld zijn om niet-essentiële onderdelen van deze verordening te wijzigen, onder meer door hieraan onderdelen toe te voegen, worden vastgesteld volgens de in artikel 20, lid 2, bedoelde regelgevingsprocedure met toetsing. |
|
Motivering | |
Overeenstemming met de bepalingen van het Verdrag van Lissabon inzake gedelegeerde handelingen (artikel 290). | |
Amendement 54 Voorstel voor een verordening Artikel 19 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
Artikel 19 bis |
|
Uitoefening van de delegatie |
|
1. De bevoegdheid om de in artikel 19 bedoelde gedelegeerde handelingen vast te stellen, wordt aan de Commissie verleend voor een periode van [5] jaar na de inwerkingtreding van deze verordening. De Commissie stelt uiterlijk 6 maanden voor het einde van de periode van [5] jaar een verslag op over de bevoegdheidsdelegatie. Zo nodig gaat dat verslag vergezeld van een wetgevingsvoorstel tot verlenging van de duur van de delegatie. |
|
2. Zodra de Commissie een gedelegeerde handeling vaststelt, stelt zij het Europees Parlement en de Raad daarvan gelijktijdig in kennis. |
Motivering | |
Overeenstemming met de bepalingen van het Verdrag van Lissabon inzake gedelegeerde handelingen (artikel 290). | |
Amendement 55 Voorstel voor een verordening Artikel 19 ter (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
Artikel 19 ter |
|
Intrekking van de bevoegdheidsdelegatie |
|
De delegatie van de in artikel 19 bedoelde bevoegdheid kan door het Europees Parlement of de Raad op elk moment worden ingetrokken. |
Motivering | |
Overeenstemming met de bepalingen van het Verdrag van Lissabon inzake gedelegeerde handelingen (artikel 290). | |
Amendement 56 Voorstel voor een verordening Artikel 19 quater (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
Artikel 19 quater |
|
Bezwaar tegen gedelegeerde handelingen |
|
1. Het Europees Parlement of de Raad kunnen binnen drie maanden na de datum van kennisgeving bezwaar aantekenen tegen een gedelegeerde handeling. Op initiatief van het Europees Parlement of de Raad wordt deze periode met twee maanden verlengd. |
|
2. Indien noch het Europees Parlement noch de Raad bij het verstrijken van de in lid 1 genoemde termijn bezwaar hebben aangetekend tegen de gedelegeerde handeling, of indien zowel het Europees Parlement als de Raad de Commissie hebben meegedeeld dat zij geen bezwaar wensen aan te tekenen, wordt de handeling bekendgemaakt in het Publicatieblad van de Europese Unie en treedt zij in werking op de daarin vermelde datum. |
Motivering | |
Overeenstemming met de bepalingen van het Verdrag van Lissabon inzake gedelegeerde handelingen (artikel 290). | |
Amendement 57 Voorstel voor een verordening Artikel 20 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
Artikel 20 Comité |
Schrappen |
1. De Commissie wordt bijgestaan door het Comité textielbenamingen en -etikettering. |
|
2. Wanneer naar dit lid wordt verwezen, zijn de artikelen 5 bis, leden 1 tot en met 4, en artikel 7 van Besluit 1999/468/EG van toepassing, met inachtneming van artikel 8 van dat besluit. |
|
Motivering | |
Overeenstemming met de bepalingen van het Verdrag van Lissabon inzake gedelegeerde handelingen (artikel 290). | |
Amendement 58 Voorstel voor een verordening Artikel 20 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
Artikel 20 bis Toetsing |
|
1. Uiterlijk …* moet de Commissie bij het Europees Parlement en de Raad een verslag indienen over mogelijke nieuwe etiketteringsvereisten die op het niveau van de Unie moeten worden ingevoerd, met als doel om consumenten te voorzien van juiste, relevante, begrijpelijke en vergelijkbare informatie over de kenmerken van textielproducten. Het verslag moet gebaseerd zijn op uitgebreide raadpleging van alle belanghebbenden, consumentenonderzoeken en een grondige kostenbatenanalyse en moet waar passend vergezeld gaan van wetgevingsvoorstellen. |
|
In het verslag wordt aandacht besteed aan onder andere de volgende kwesties: |
|
- een geharmoniseerd systeem voor etikettering, |
|
- een uniform systeem voor de gehele EU voor de etikettering van maataanduidingen van kleding en schoeisel, |
|
- de aanduiding van eventuele allergene of gevaarlijke stoffen die zijn gebruikt bij de fabricage of verwerking van textielproducten, |
|
- ecologische etikettering met betrekking tot de milieuaspecten en duurzame productie van textielproducten, |
|
- etikettering van sociale aspecten, om consumenten te informeren over de sociale omstandigheden waaronder een textielproduct wordt geproduceerd, |
|
- etiketten met waarschuwingen voor de brandbaarheid van textielproducten, met name van zeer brandgevaarlijke kleding, |
|
- elektronische etikettering, met inbegrip van radiofrequentie-identificatie (RFID), |
|
- de vermelding van een identificatienummer op het etiket dat gebruikt kan worden om op verzoek aanvullende informatie te verkrijgen over het product, bijvoorbeeld via internet, |
|
- het gebruik van taalonafhankelijke symbolen voor het identificeren van de vezels die zijn gebruikt voor het fabriceren van een textielproduct, zodat de consument eenvoudig inzicht kan krijgen in de samenstelling van het product, met name wat betreft het gebruik van natuurlijke of synthetische vezels. |
|
3. Uiterlijk ...* voert de Commissie een studie uit om te beoordelen of stoffen die zijn gebruikt bij de fabricage of verwerking van textielproducten gevaar kunnen opleveren voor de menselijke gezondheid. In die studie wordt met name geëvalueerd of er een causaal verband bestaat tussen allergische reacties en synthetische vezels, kleurstoffen, biociden, conserveermiddelen of nanodeeltjes die zijn gebruikt in textielproducten. Die studie is gebaseerd op wetenschappelijk bewijs en op de resultaten van marktonderzoek. Op basis van die studie presenteert de Commissie waar passend wetgevingsvoorstellen om het gebruik van in textielproducten voorkomende potentieel gevaarlijke stoffen te verbieden of te beperken, overeenkomstig de relevante EU-wetgeving. |
|
___________ * Twee jaar na de datum van inwerkingtreding van deze verordening. |
Amendement 59 Voorstel voor een verordening Artikel 21 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
De Commissie dient uiterlijk op [DATUM = 5 jaar na de inwerkingtreding van deze verordening] bij het Europees Parlement en de Raad een verslag in over tenuitvoerlegging van deze verordening, waarin met name aandacht wordt besteed aan de aanvragen en de goedkeuring van nieuwe vezelbenamingen. |
De Commissie dient uiterlijk 3 jaar na de inwerkingtreding van deze verordening bij het Europees Parlement en de Raad een verslag in over tenuitvoerlegging van deze verordening, waarin met name aandacht wordt besteed aan de aanvragen en de goedkeuring van nieuwe vezelbenamingen en dient waar passend een wetgevingsvoorstel in. |
Amendement 60 Voorstel voor een verordening Artikel 21 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
Artikel 21 bis |
|
Overgangsbepaling |
|
Textielproducten die voldoen aan de bepalingen van Richtlijn 2008/121/EG van het Europees Parlement en de Raad van 14 januari 2009 inzake textielbenamingen (herschikking)1 en die niet later dan [6 maanden na de inwerkingtreding] in de handel zijn gebracht, mogen nog in de handel worden gebracht tot …* . |
|
___________ 1 PB L 19 van 23.1.2009, blz. 29. * Twee jaar en zes maanden na de datum van inwerkingtreding van deze verordening. |
Amendement 61 Voorstel voor een verordening Artikel 22 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
De Richtlijnen 73/44/EEG, 96/73/EG en 96/74/EG [of herschikking] worden met ingang van de datum van inwerkingtreding van deze verordening ingetrokken. |
De Richtlijnen 73/44/EEG, 96/73/EG en 2008/121/EG worden met ingang van de datum van inwerkingtreding van deze verordening ingetrokken. |
Motivering | |
Richtlijn 96/74/EG is ingetrokken en vervangen door Richtlijn 2008/121/EG. | |
Amendement 62 Voorstel voor een verordening Bijlage IV – streepje 5 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
- Resultaten van tests die zijn uitgevoerd om eventuele allergene reacties of andere nadelige gevolgen van de nieuwe vezel voor de menselijke gezondheid te beoordelen, overeenkomstig de toepasselijke EU-wetgeving; |
Motivering | |
Het technisch dossier dat de fabrikant aanlevert bij het indienen van een aanvraag tot opname van een nieuwe vezel in de geharmoniseerde lijst moet, waar passend, informatie bevatten over de gezondheidseffecten van de nieuwe vezel. | |
Amendement 63 Voorstel voor een verordening Bijlage V – punt 24 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
24. Speelgoed |
Schrappen |
Motivering | |
De aanduiding van de vezelsamenstelling zal alleen verplicht zijn voor speelgoed dat binnen het bereik van deze verordening valt, namelijk speelgoed dat voor tenminste 80 gewichtsprocent uit textielvezels bestaat. De Commissie moet onderzoeken of Richtlijn 2009/48/EG inzake de veiligheid van speelgoed de consumenten reeds voldoende informatie biedt over speelgoed gemaakt van textielvezels. |
TOELICHTING
I. Voorstel van de Commissie
Op 30 januari 2009 hechtte de Commissie haar goedkeuring aan een voorstel voor een nieuwe verordening betreffende textielbenamingen en de desbetreffende etikettering van textielproducten. Het voorstel van de Commissie brengt de bestaande wetgeving (drie richtlijnen)[1] betreffende textielbenamingen en etikettering bijeen in een enkele verordening teneinde de administratieve last te voorkomen die lidstaten ondervinden bij het naar hun nationale wetgeving omzetten van de technische aanpassingen, telkens wanneer er een nieuwe vezelbenaming aan de lijst van geharmoniseerde benamingen wordt toegevoegd.
Het voorstel stelt tevens een herziene procedure voor fabrikanten vast voor het verzoek om toevoeging van een nieuwe vezelbenaming aan de geharmoniseerde lijst, met het oog op het verkorten van de periode tussen het indienen van een aanvraag en de aanneming van een nieuwe vezelbenaming.
Het verkorten van de tijd die benodigd is om een nieuw soort vezel op de markt te brengen levert de sector voordeel op. Het betekent een besparing in administratieve kosten en het eerder kunnen verwezenlijken van inkomsten uit de verkoop van de vezel, terwijl de consument ook baat kan hebben bij het feit dat nieuwe vezels de markt eerder bereiken.
De voorgestelde herziening van de EU-wetgeving betreffende textielbenamingen en etikettering is in wezen een technische aangelegenheid zonder grote politieke gevolgen. Het is niet de bedoeling de etiketteringsvereisten van de EU-wetgeving uit te breiden tot gebieden die nog niet onder de huidige richtlijnen inzake vezelsamenstelling en harmonisatie van textielvezelbenamingen vallen.
II. Algemene opmerkingen van de rapporteur
De Europese textielsector heeft een langdurig proces van herstructurering, modernisering en technologische vooruitgang doorlopen als antwoord op de grote economische uitdagingen waar de sector de afgelopen jaren mee is geconfronteerd. Europese ondernemingen, met name KMO's, hebben hun wereldwijde positie verbeterd door zich toe te leggen op competitieve voordelen zoals kwaliteit, ontwerp, innovatie en producten met een hogere toegevoegde waarde. De Europese sector speelt op wereldniveau een vooraanstaande rol bij de ontwikkeling van nieuwe producten, technische en niet-geweven textiel voor nieuwe toepassingen als geotextiel, hygiëneproducten, de automobielindustrie of de medische sector. Het aantal verzoeken om toevoeging van nieuwe vezelbenamingen aan de EU-wetgeving is de afgelopen jaren toegenomen en deze ontwikkeling zal zich naar verwachting sterker doorzetten naarmate de Europese textielsector steeds innovatiever wordt[2].
De rapporteur verwelkomt het voorstel van de Commissie omdat daarmee het bestaande wettelijk kader voor de ontwikkeling en marktintroductie van nieuwe vezels wordt versimpeld en zo de innovatie in de textiel- en kledingsector bevorderd kan worden en de vezelverwerkende industrie en de consumenten sneller kunnen profiteren van innovatieve producten.
De rapporteur had echter graag gezien dat de herziening verder zou reiken en ambitieuzer zou zijn. Gezien de beperkte doelstellingen van dit voorstel is de rapporteur van mening dat de belangrijkste politieke kwestie is of de EU-wetgeving moet worden uitgebreid naar andere etiketteringsvereisten die verdergaan dan de vezelsamenstelling en de harmonisering van textielvezelbenamingen, om de consument extra voordeel te bieden.
Uit de conclusies van de studie van het Europees Parlement over de etikettering van textielproducten, die is uitgevoerd op verzoek van de commissie IMCO, en de gedachtewisseling met de textielsector tijdens het bezoek van een delegatie van IMCO aan Milaan in november 2009, komt naar voren dat hoewel belanghebbenden op vele punten uiteenlopende meningen hebben, er toch behoefte bestaat aan maatregelen op bepaalde gebieden met betrekking tot de etikettering van textielproducten.
III. Algemeen standpunt van de rapporteur
Om eventuele belemmeringen voor een goede werking van de interne markt die worden veroorzaakt door uiteenlopende bepalingen en praktijken in de lidstaten uit de weg te ruimen, en om gelijke tred te houden met de ontwikkeling van de elektronische handel en toekomstige uitdagingen op de markt voor textielproducten, moet de harmonisatie of normalisatie van andere aspecten van de etikettering van textielproducten worden bestudeerd teneinde het vrije verkeer van textielproducten op de interne markt te vergemakkelijken en in de gehele EU een uniform en hoog niveau van consumentenbescherming te bewerkstelligen.
De rapporteur erkent dat uitbreiding van het bereik van verplichte etiketteringsvereisten in dit stadium zou leiden tot tijdrovende discussies en daarmee de doelstelling van een versimpeling in gevaar zou kunnen brengen. Daarom stelt de rapporteur voor om het debat over andere aspecten van etikettering van textielproducten buiten het kader van deze verordening te houden.
De rapporteur wil de Commissie daarom oproepen om binnen twee jaar na inwerkingtreding van deze verordening bij het Europees Parlement en de Raad een verslag in te dienen over mogelijke nieuwe etiketteringsvereisten die op het niveau van de Unie moeten worden ingevoerd met het oog op de harmonisatie, normalisatie en vereenvoudiging van de etikettering van textielproducten, met als doel om consumenten te voorzien van juiste, relevante, begrijpelijke en vergelijkbare informatie over de samenstelling, eigenschappen, behandeling, herkomst en maat van textielproducten.
Herziening van het huidige wetgevingskader inzake etikettering van textielproducten
In het verslag wordt in het bijzonder aandacht besteed aan de mening van consumenten inzake de minimale hoeveelheid informatie die geleverd moet worden op het etiket van een textielproduct, en wordt onderzocht op welke wijze, anders dan door etikettering, aanvullende informatie kan worden verstrekt die door de consumenten niet als essentieel wordt beschouwd. De rapporteur is van mening dat een juiste balans moet worden gevonden tussen een hoog niveau van consumentenbescherming en de vereenvoudiging van het wetgevingskader voor textielproducten. In dit verband moet worden gewaarborgd dat het uitbreiden van verplichte etikettering geen onevenredige belasting voor ondernemingen met zich meebrengt zonder een werkelijke toegevoegde waarde op te leveren voor de consumenten, die juist kunnen worden verward door de veelheid van informatie op het etiket van textielproducten. Om die reden kunnen alternatieven voor etiketteringsvereisten worden gebruikt zodat consumenten toch een bewuste keuze kunnen maken.
In bovengenoemd verslag moet de Commissie in het bijzonder aandacht besteden aan:
- een geharmoniseerd systeem voor etikettering inzake onderhoud om consumenten en ondernemingen die textiel onderhouden te voorzien van complete en accurate informatie over de behandeling van textielproducten;
- een uniform systeem voor de gehele EU voor de etikettering van maataanduidingen van kleding en schoeisel;
- geharmoniseerde regels voor de aanduiding van de herkomst van textielproducten die zijn ingevoerd vanuit niet-EU-landen en precieze criteria voor het gebruik van de herkomstaanduiding "Made in" van producten die zijn gefabriceerd in de Unie;
- de aanduiding van eventuele allergene of gevaarlijke stoffen die zijn gebruikt bij de fabricage of verwerking van textielproducten;
- ecologische etikettering met betrekking tot de milieuaspecten van textielproducten, zoals de gevolgen voor het milieu, het gebruik van energie en hulpbronnen en het ontstaan van afval, teneinde een duurzame productie en een duurzaam gebruik van textielproducten te stimuleren;
- etikettering van sociale aspecten, om consumenten in staat te stellen keuzes te maken inzake de aankoop van producten op basis van ethische overwegingen, zoals gezondheid, veiligheid, mensenrechten, welzijn, werkomstandigheden en bezoldiging van werknemers die de textielproducten vervaardigen;
- etiketten met waarschuwingen om consumenten te informeren over de brandbaarheid van textielproducten, met name van zeer brandgevaarlijke kleding;
- het gebruik van radiofrequentie-identificatie (RFID) en andere vormen van elektronische etikettering, teneinde aanvullende informatie te leveren over de textielproducten, met waarborging van de privacy van de consument en zonder de uiteindelijke prijs van het product te beïnvloeden;
- de vermelding van een identificatienummer op het etiket dat de consument of de detailhandelaar kan gebruiken om via internet aanvullende informatie te verkrijgen over een textielproduct, met name inzake de eigenschappen, samenstelling, herkomst of variaties ervan;
- het gebruik van taalonafhankelijke symbolen voor het identificeren van de vezels die zijn gebruikt voor het fabriceren van een textielproduct, zodat de consument eenvoudig inzicht kan krijgen in de samenstelling van het product, met name wat betreft het gebruik van natuurlijke of synthetische vezels.
Het verslag moet gebaseerd zijn op uitgebreid overleg met alle belanghebbenden en een grondige effectbeoordeling en moet indien nodig vergezeld gaan van wetgevingsvoorstellen. De rapporteur is van mening dat de Werkgroep textielbenamingen en etikettering een passend forum kan vormen als startpunt voor dit overleg, maar benadrukt dat de Commissie moet zorgen voor een meer systematische betrokkenheid van het maatschappelijk middenveld, consumentenvertegenwoordigers, sociale partners en institutionele belanghebbenden, om te waarborgen dat in de Werkgroep de standpunten van alle belanghebbende partijen aan bod komen.
Gezondheidseffecten
De rapporteur is van mening dat er te weinig onderzoek is gedaan naar de mogelijke gevolgen voor de menselijke gezondheid van gevaarlijke stoffen die worden gebruik bij de fabricage en verwerking van textielproducten. Om die reden moet de Commissie een studie uitvoeren om te beoordelen of stoffen die zijn gebruikt bij de fabricage of verwerking van textielproducten gevaar kunnen opleveren voor de menselijke gezondheid. In deze studie wordt met name geëvalueerd of er een causaal verband bestaat tussen allergische reacties en synthetische vezels, kleurstoffen, biociden, conserveermiddelen of nanodeeltjes die zijn gebruikt in textielproducten.
Etikettering van materialen van dierlijke herkomst
Een ander belangrijk amendement van de rapporteur betreft de vermelding op het etiket van textielproducten van de herkomst van dierlijke materialen. Voor consumenten is het om geïnformeerde keuzes te kunnen maken van wezenlijk belang dat zij op de hoogte zijn van de eventuele aanwezigheid in het product van materialen afkomstig van huid, bont of andere dierlijke materialen.
Geharmoniseerde normen voor de kwantitatieve analysemethoden voor mengsels van textielvezels (Bijlage VIII)
Teneinde deze verordening te vereenvoudigen en de bemonsteringsmethoden en kwantitatieve analysemethoden voor textielproducten aan te passen aan de technische vooruitgang, is de rapporteur van mening dat deze methoden, die worden gebruikt om te controleren of de samenstelling van textielproducten overeenstemt met de informatie op het etiket, moeten worden omgezet in Europese normen. De Commissie moet het Europees Comité voor normalisatie (CEN) opdracht geven om dit uit te werken.
Technische wijzigingen
Er wordt een aantal amendementen ingediend op verschillende artikelen van de voorgestelde verordening om bepaalde technische aspecten te verduidelijken en de samenhang van de tekst te bevorderen. Tevens heeft de rapporteur een aantal amendementen ingediend met de brede doelstelling van het waarborgen van overeenstemming met het nieuwe wetgevingskader en de bepalingen van het Verdrag van Lissabon inzake gedelegeerde handelingen (artikel 290).
IV. Conclusie
De rapporteur presenteert deze voorstellen aan de commissie, en kijkt uit naar verdere suggesties.
- [1] Richtlijn 2008/121/EG inzake textielbenamingen (herschikking) vereist dat voor de etikettering van de vezelsamenstelling van textielproducten alleen gebruik wordt gemaakt van de geharmoniseerde benamingen zoals vermeld in Bijlage I van deze richtlijn. Richtlijn 96/73/EG en Richtlijn 73/44/EEG specificeren de methoden voor de analyse waarvan gebruikgemaakt dient te worden om te controleren of de samenstelling van textielproducten overeenkomt met de aanduidingen op het etiket.
- [2] Advies van het Europees Economisch en Sociaal Comité over het voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad betreffende textielbenamingen en de desbetreffende etikettering van textielproducten
http://eescopinions.eesc.europa.eu/viewdoc.aspx?doc=\\esppub1\esp_public\ces\int\int477\nl\ces1928-2009_ac_nl.doc.
PROCEDURE
Titel |
Omschrijving en etikettering van textielproducten |
|||||||
Document- en procedurenummers |
COM(2009)0031 – C6-0048/2009 – 2009/0006(COD) |
|||||||
Datum indiening bij EP |
30.1.2009 |
|||||||
Commissie ten principale Datum bekendmaking |
IMCO 19.10.2009 |
|||||||
Medeadviserende commissie(s) Datum bekendmaking |
ITRE 19.10.2009 |
|
|
|
||||
Geen advies Datum besluit |
ITRE 2.9.2009 |
|
|
|
||||
Rapporteur(s) Datum benoeming |
Toine Manders 14.9.2009 |
|
|
|||||
Behandeling in de commissie |
2.9.2009 |
29.9.2009 |
6.10.2009 |
4.11.2009 |
||||
|
27.1.2010 |
16.3.2010 |
8.4.2010 |
|
||||
Datum goedkeuring |
8.4.2010 |
|
|
|
||||
Uitslag eindstemming |
+: –: 0: |
30 1 6 |
||||||
Bij de eindstemming aanwezige leden |
Adam Bielan, Cristian Silviu Buşoi, Lara Comi, Anna Maria Corazza Bildt, António Fernando Correia De Campos, Jürgen Creutzmann, Christian Engström, Evelyne Gebhardt, Louis Grech, Małgorzata Handzlik, Malcolm Harbour, Iliana Ivanova, Philippe Juvin, Toine Manders, Hans-Peter Mayer, Tiziano Motti, Gianni Pittella, Mitro Repo, Robert Rochefort, Zuzana Roithová, Heide Rühle, Christel Schaldemose, Andreas Schwab, Laurence J.A.J. Stassen, Catherine Stihler, Eva-Britt Svensson, Róża Gräfin Von Thun Und Hohenstein, Kyriacos Triantaphyllides, Emilie Turunen, Barbara Weiler |
|||||||
Bij de eindstemming aanwezige vaste plaatsvervanger(s) |
Regina Bastos, Constance Le Grip, Emma McClarkin, Rareş-Lucian Niculescu, Konstantinos Poupakis, Sylvana Rapti, Kerstin Westphal |
|||||||