VERSLAG over het voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1406/2002 tot oprichting van een Europees Agentschap voor maritieme veiligheid
25.10.2011 - (COM(2010)0611 – C7‑0343/2010 – 2010/0303(COD)) - ***I
Commissie vervoer en toerisme
Rapporteur: Knut Fleckenstein
ONTWERPWETGEVINGSRESOLUTIE VAN HET EUROPEES PARLEMENT
over het voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1406/2002 tot oprichting van een Europees Agentschap voor maritieme veiligheid
(COM(2010)0611 – C7‑0343/2010 – 2010/0303(COD))
(Gewone wetgevingsprocedure: eerste lezing)
Het Europees Parlement,
– gezien het voorstel van de Commissie aan het Europees Parlement en de Raad (COM(2010)0611),
– gezien artikel 294, lid 2, en artikel 100, lid 2, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, op grond waarvan het voorstel door de Commissie bij het Parlement is ingediend (C7-0343/2010),
– gezien artikel 294, lid 3, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,
– gezien het advies van het Europees Economisch en Sociaal Comité van 16 februari 2011[1],
– na raadpleging van het Comité van de Regio's,
– gezien artikel 55 van zijn Reglement,
– gezien het verslag van de Commissie vervoer en toerisme en het advies van de Begrotingscommissie en de Commissie milieubeheer, volksgezondheid en voedselveiligheid (A7-0372/2011),
1. stelt onderstaand standpunt in eerste lezing vast;
2. benadrukt dat punt 47 van het Interinstitutioneel Akkoord van 17 mei 2006 tussen het Europees Parlement, de Raad en de Commissie betreffende de begrotingsdiscipline en een goed financieel beheer van toepassing dient te zijn voor de uitbreiding van het takenpakket van het Europees Agentschap voor maritieme veiligheid; onderstreept dat elke besluit van de wetgevingsautoriteit ten faveure van zo'n uitbreiding van het takenpakket de besluiten van de begrotingsautoriteit in het kader van de jaarlijkse begrotingsprocedure onverlet laat;
3. verzoekt om hernieuwde voorlegging indien de Commissie voornemens is ingrijpende wijzigingen in dit voorstel aan te brengen of dit door een nieuwe tekst te vervangen;
4. verzoekt zijn Voorzitter het standpunt van het Parlement te doen toekomen aan de Raad en aan de Commissie alsmede aan de nationale parlementen.
Amendement 1 Voorstel voor een verordening Overweging 1 | |||||||||||||||||||||||||||||||
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement | ||||||||||||||||||||||||||||||
(1) 27 juni 2002Bij Verordening (EG) nr. 1406/2002 van het Europees Parlement en de Raad van 27 juni 2002 is een Europees Agentschap voor maritieme veiligheid (hierna "het Agentschap") opgericht teneinde een hoog, uniform en efficiënt niveau van veiligheid op zee en van voorkoming van verontreiniging door schepen te waarborgen. |
(1) Bij Verordening (EG) nr. 1406/2002 van het Europees Parlement en de Raad van 27 juni 2002, die was vastgesteld na de ramp met de olietanker "Erika" en de verwoestende olieverontreiniging die daardoor werd veroorzaakt, is een Europees Agentschap voor maritieme veiligheid (hierna "het Agentschap") opgericht teneinde een hoog, uniform en efficiënt niveau van veiligheid op zee en van voorkoming van verontreiniging door schepen te waarborgen. | ||||||||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||||||||
Dit moet duidelijk worden vermeld, zodat degenen die deze wetenschappelijke documentatie ooit gaan analyseren weten welke gebeurtenis de instellingen van de Unie heeft aangezet tot het nemen van deze maatregel. | |||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 2 Voorstel voor een verordening Overweging 1 bis (nieuw) | |||||||||||||||||||||||||||||||
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement | ||||||||||||||||||||||||||||||
|
(1 bis) Na de ramp met de olietanker "Prestige" in 2002 werd Verordening 1406/2002 gewijzigd om het Agentschap verdergaande bevoegdheden toe te kennen bij de bestrijding van verontreiniging. | ||||||||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||||||||
Dit moet duidelijk worden vermeld, zodat degenen die deze wetenschappelijke documentatie ooit gaan analyseren weten welke gebeurtenis de instellingen van de Unie heeft aangezet tot het nemen van deze maatregel. | |||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 3 Voorstel voor een verordening Overweging 2 | |||||||||||||||||||||||||||||||
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement | ||||||||||||||||||||||||||||||
(2) Overeenkomstig artikel 22 van Verordening (EG) nr. 1406/2002 heeft de raad van bestuur in 2007 de opdracht gegeven tot een onafhankelijke externe evaluatie van de uitvoering van die verordening. Op grond van deze evaluatie heeft de raad van bestuur in juni 2008 aanbevelingen geformuleerd over wijzigingen van Verordening (EG) nr. 1406/2002, van het Agentschap en van zijn werkmethoden. |
(2) Overeenkomstig artikel 22 van Verordening (EG) nr. 1406/2002 heeft de raad van bestuur van het Agentschap (hierna "de raad van bestuur") in 2007 de opdracht gegeven tot een onafhankelijke externe evaluatie van de uitvoering van die verordening. Op grond van deze evaluatie heeft de raad van bestuur in juni 2008 aanbevelingen geformuleerd over wijzigingen van Verordening (EG) nr. 1406/2002, van het Agentschap, zijn bevoegdheidsgebieden en zijn werkmethoden. | ||||||||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||||||||
De wijziging van de huidige verordening betreft ook de toekenning van nieuwe bevoegdheden aan het Agentschap, zodat de bevoegdheidsgebieden ervan zullen moeten worden geherdefinieerd. | |||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 4 Voorstel voor een verordening Overweging 3 | |||||||||||||||||||||||||||||||
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement | ||||||||||||||||||||||||||||||
(3) Op basis van de resultaten van de externe evaluatie, de aanbevelingen van de raad van bestuur en de meerjarenstrategie moeten sommige bepalingen van Verordening (EG) nr. 1406/2002 worden verduidelijkt en bijgewerkt. Voorts moet het Agentschap een aantal extra taken krijgen die de ontwikkeling van het maritieme veiligheidsbeleid op EU- en internationaal niveau weerspiegelen. Een diepgaande screening en omschakeling zijn noodzakelijk om de kosten- en begrotingsefficiëntie te waarborgen. Op die manier zou een derde van de personeelsbehoefte voor nieuwe taken ingevuld moeten worden door interne herschikking binnen het Agentschap. |
(3) Op basis van de resultaten van de externe evaluatie, de aanbevelingen van de raad van bestuur en de meerjarenstrategie die deze in maart 2010 goedkeurde, moeten sommige bepalingen van Verordening (EG) nr. 1406/2002 worden verduidelijkt en bijgewerkt. Hoewel het Agentschap de nadruk moet leggen op zijn prioritaire taken, die de maritieme veiligheid betreffen, moet het ook een aantal extra taken krijgen die de ontwikkeling van het maritieme veiligheidsbeleid op EU- en internationaal niveau weerspiegelen. Gezien de begrotingsbeperkingen waarmee de Unie kampt, zijn een diepgaande screening en omschakeling noodzakelijk om de kosten- en begrotingsefficiëntie te waarborgen en om duplicatie van werk te voorkomen. In de personeelsbehoefte voor de nieuwe taken zou zoveel mogelijk moeten worden voorzien door middel van interne herschikking binnen het Agentschap | ||||||||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||||||||
De financiële mogelijkheden van het Agentschap om doelmatig op te treden op het gebied van de maritieme veiligheid mogen niet in gedrang komen door nieuwe taken. Een streng budgettair beheer is dus een absolute voorwaarde voor een uitbreiding van de bevoegdheden van het Agentschap. De nieuwe taken moeten voor zover mogelijk via herschikking worden gedekt. | |||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 5 Voorstel voor een verordening Overweging 3 bis (nieuw) | |||||||||||||||||||||||||||||||
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement | ||||||||||||||||||||||||||||||
|
(3 bis) Bij deze herschikking moet de nodige coördinatie met de agentschappen in de lidstaten plaatsvinden. | ||||||||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||||||||
Men bereikt een grotere doelmatigheid en zuinigheid wanneer de herschikking van functies vergezeld gaat van een coördinatie-inspanning. | |||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 6 Voorstel voor een verordening Overweging 3 ter (nieuw) | |||||||||||||||||||||||||||||||
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement | ||||||||||||||||||||||||||||||
|
(3 ter) Het Agentschap heeft reeds aangetoond dat bepaalde taken, zoals satellietbewakingssystemen, doeltreffender kunnen worden verricht op Europees niveau. Wanneer deze stelsels kunnen worden toegepast om andere beleidsdoelen te steunen, levert dat voor de lidstaten besparingen op hun nationale begrotingen op en ontstaat er werkelijke Europese toegevoegde waarde. | ||||||||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||||||||
Het is in het licht van de economische crisis duidelijk dat de overheidsbegrotingen op Europees, nationaal en staatsniveau onder druk staan. Het heeft echter weinig zin te beweren dat alle overheidsorganisaties zonder uitzondering hun begrotingen moeten bevriezen, als door investeringen op een bepaald niveau omvangrijker besparingen in andere lagen van de overheid mogelijk worden. Als het Agentschap zijn bestaande systemen met een bescheiden stijging van middelen kan gebruiken om een bijdrage te leveren tot aanvullende beleidsdoelen, zal het netto-effect met name zijn dat de Europese overheidsuitgaven worden beperkt, daar nationale instanties van deze taken zullen worden vrijgesteld. | |||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 7 Voorstel voor een verordening Overweging 3 quater (nieuw) | |||||||||||||||||||||||||||||||
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement | ||||||||||||||||||||||||||||||
|
(3 quater) Om het Agentschap in staat te stellen de nieuwe taken die hem bij deze verordening worden toegekend naar behoren te vervullen, moet zijn begroting worden verhoogd, zij het in beperkte mate. Daaraan dient tijdens de begrotingsperiode speciale aandacht te worden besteed. | ||||||||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||||||||
In deze tijden van ernstige economische crisis is een beperkte investering in het budget van het Agentschap wellicht noodzakelijk, in de overweging dat de nieuwe taken die het gekregen heeft bezuinigingen op nationaal niveau mogelijk zullen maken. | |||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 8 Voorstel voor een verordening Overweging 4 bis (nieuw) | |||||||||||||||||||||||||||||||
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement | ||||||||||||||||||||||||||||||
|
(4 bis) Bij de benoeming van leden van de raad van bestuur moet ten volle rekening worden gehouden met het belang van genderevenwichtige samenstelling van die raad. Ook bij de verkiezing van de voorzitter en ondervoorzitter en bij de keuze van de vertegenwoordigers van derde landen moet dit doel worden nagestreefd. | ||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 9 Voorstel voor een verordening Overweging 5 | |||||||||||||||||||||||||||||||
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement | ||||||||||||||||||||||||||||||
(5) Het Agentschap moet in het belang van de Unie handelen. Dit betekent dat het Agentschap in het kader van zijn bevoegdheid buiten het grondgebied van de EU mag optreden. |
(5) Het Agentschap moet in het belang van de Unie handelen en de richtsnoeren van de Commissie volgen. Dit betekent dat het Agentschap in het kader van zijn bevoegdheid buiten het grondgebied van de EU mag optreden, door het Uniebeleid inzake maritieme veiligheid via technische en wetenschappelijke samenwerking met derde landen te bevorderen. | ||||||||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||||||||
Het Agentschap oefent zijn taken uit in naam van de Commissie, die de toepassing van de communautaire wetten en principes delegeert. Op deze wijze staat het Agentschap de Commissie en de lidstaten in technische en operationele taken bij, telkens wanneer deze het om zijn assistentie vragen Aan het Agentschap zijn geen bevoegdheden verleend om nieuwe taken te creëren. | |||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 10 Voorstel voor een verordening Overweging 5 bis (nieuw) | |||||||||||||||||||||||||||||||
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement | ||||||||||||||||||||||||||||||
|
(5 bis) Het Agentschap moet aanvullende, kostenefficiënte maatregelen bieden om, wanneer een lidstaat hierom verzoekt, de bestrijding van mariene verontreiniging te ondersteunen, ook wanneer die afkomstig is van offshoregas- en olie-installaties. Wanneer het gaat om mariene verontreiniging in een derde land, moet het verzoek worden ingediend door de Commissie. | ||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 11 Voorstel voor een verordening Overweging 6 | |||||||||||||||||||||||||||||||
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement | ||||||||||||||||||||||||||||||
(6) Het Agentschap moet de Commissie ten volle bijstaan bij onderzoeksactiviteiten met betrekking tot zijn bevoegdheidsgebied. Overlappingen met de werkzaamheden van het bestaande onderzoekskader van de EU moeten echter worden vermeden. Het Agentschap dient derhalve geen onderzoeksprojecten te beheren. |
(6) Het Agentschap moet de Commissie en de lidstaten ten volle bijstaan bij onderzoeksactiviteiten met betrekking tot zijn bevoegdheidsgebied. Overlappingen met de werkzaamheden van het bestaande onderzoekskader van de EU moeten echter worden vermeden. Het Agentschap dient derhalve geen onderzoeksprojecten te beheren. Bij de uitbreiding van de taken van het Agentschap moet erop gelet worden dat deze duidelijk en nauwkeurig worden omschreven, dat er geen overlappingen zijn en dat elke onduidelijkheid wordt vermeden. | ||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 12 Voorstel voor een verordening Overweging 6 bis (nieuw) | |||||||||||||||||||||||||||||||
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement | ||||||||||||||||||||||||||||||
|
(6 bis) Daar er nieuwe toepassingen en innovatieve diensten worden ontwikkeld en reeds bestaande diensten worden verbeterd met als doel een Europese maritieme zone zonder grenzen tot stand te brengen, moet het Agentschap ten volle gebruik maken van de mogelijkheden die worden geboden door de programma's EGNOS, Galileo en GMES. | ||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 13 Voorstel voor een verordening Overweging 7 bis (nieuw) | |||||||||||||||||||||||||||||||
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement | ||||||||||||||||||||||||||||||
|
(7 bis) Het Agentschap stelt gedetailleerde gegevens over verontreiniging door schepen ter beschikking van lidstaten, zodat deze hun verantwoordelijkheden uit hoofde van Richtlijn 2005/35 van het Europees Parlement en de Raad1 kunnen nakomen. De doelmatigheid van de handhaving en de sancties variëren echter in aanzienlijke mate, ondanks het feit dat deze verontreiniging in de nationale wateren van andere landen terecht kan komen. | ||||||||||||||||||||||||||||||
|
________________ | ||||||||||||||||||||||||||||||
|
1. PB L 255 van 30.9.2005, blz. 11. | ||||||||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||||||||
Overeenkomstig Richtlijn 2005/35 zoals gewijzigd bij Richtlijn 2009/123 zijn de lidstaten verantwoordelijk voor strafrechtelijke sancties met betrekking tot het lozen van vervuilende stoffen waarop de richtlijn van toepassing is. Het Agentschap speelt volgens de richtlijn eveneens een sleutelrol bij de ontwikkeling van technische oplossingen en het bieden van technische bijstand. Tot dusverre komen de lidstaten hun verantwoordelijkheden echter met een sterk wisselende mate van enthousiasme na. | |||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 14 Voorstel voor een verordening Overweging 8 | |||||||||||||||||||||||||||||||
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement | ||||||||||||||||||||||||||||||
(8) Recente gebeurtenissen hebben de risico's aangetoond van offshorewinning-, gasexploratie- en productie-installaties voor het zeevervoer en het mariene milieu. Het gebruik van de responsmogelijkheden van het Agentschap moet uitdrukkelijk worden uitgebreid naar bestrijding van verontreiniging door dergelijke activiteiten. Voorts moet het Agentschap de Commissie bijstaan bij het analyseren van de veiligheid van mobiele offshoregas- en olie-installaties om mogelijke zwakheden op te sporen, op basis van de deskundigheid die het heeft ontwikkeld met betrekking tot maritieme veiligheid, maritieme beveiliging, de preventie van verontreiniging door schepen en de bestrijding van mariene verontreiniging. |
(8) Recente gebeurtenissen hebben de risico's aangetoond van offshorewinning-, gasexploratie- en productie-installaties voor het zeevervoer en het mariene milieu. Het gebruik van de mogelijkheden van het Agentschap moet uitdrukkelijk worden uitgebreid naar verontreiniging door dergelijke activiteiten. Voorts moet het Agentschap de Commissie bijstaan bij het analyseren van de veiligheid van offshoregas- en olie-installaties om mogelijke zwakheden op te sporen, op basis van de deskundigheid die het heeft ontwikkeld met betrekking tot maritieme veiligheid, maritieme beveiliging, de preventie van verontreiniging door schepen en de bestrijding van mariene verontreiniging. Deze aanvullende rol, die Europese toegevoegde waarde biedt omdat gebruik wordt gemaakt van de bestaande kennis en deskundigheid van het Agentschap, moet vergezeld gaan van passende financiële en personele middelen. | ||||||||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||||||||
Het Agentschap biedt, gezien zijn bestaande deskundigheid en technische systemen een economische oplossing, maar het is niet overeenkomstig de werkelijkheid te denken dat nieuwe taken kunnen worden vervuld zonder aanvullende middelen. Strikte bevriezing van begrotingsmiddelen zou het vermogen van Agentschap in gevaar brengen zijn huidige verantwoordelijkheden qua voorkoming van en maatregelen naar aanleiding van verontreiniging vanaf schepen na te komen. | |||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 15 Voorstel voor een verordening Overweging 8 bis (nieuw) | |||||||||||||||||||||||||||||||
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement | ||||||||||||||||||||||||||||||
|
(8 bis) Met name moet het CleanSeaNet-systeem van het Agentschap, dat momenteel wordt gebruikt om aan de hand van foto's aan te tonen dat schepen olie spuien, ook worden ingezet om olieverontreiniging door kust- en offshore-installaties op te sporen en te melden. | ||||||||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||||||||
Maakt integraal toezicht mogelijk van het gehele zeeoppervlak, ongeacht de bron van de verontreiniging. | |||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 16 Voorstel voor een verordening Overweging 8 ter (nieuw) | |||||||||||||||||||||||||||||||
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement | ||||||||||||||||||||||||||||||
|
(8 ter) Om de interne markt te verwezenlijken moet er zoveel mogelijk gebruik worden gemaakt van het zeevervoer over korte afstand en moeten de bureaucratische lasten waaraan de schepen onderworpen zijn worden verminderd. Het "blauwe gordel"-project zal bijdragen tot de vermindering van de meldingsformaliteiten die van handelsschepen worden verlangd bij het binnenkomen en verlaten van havens in de lidstaten. | ||||||||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||||||||
De scheepvaart tussen havens in de EU wordt beschouwd als een internationale verplaatsing, hetgeen leidt tot administratieve lasten die het intermodale verkeer benadelen. Richtlijn 2010/65/EU inzake de administratieve formaliteiten die van schepen verlangd worden bij het binnenkomen en verlaten van de havens van de lidstaten (die als omzettingsdatum 19 mei 2012 heeft) voorziet in een vereenvoudiging en harmonisering van de administratieve procedures in het zeevervoer door middel van een elektronische doorzending van de data. | |||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 17 Voorstel voor een verordening Overweging 9 | |||||||||||||||||||||||||||||||
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement | ||||||||||||||||||||||||||||||
(9) De Unie heeft een algemene zeevervoerstrategie tot 2018 opgesteld, daarin begrepen het e-maritimeconcept. Voorts werkt de EU aan een Europees maritiem toezichtsnetwerk. Het Agentschap beschikt over maritieme systemen en toepassingen die van belang zijn voor de verwezenlijking van deze beleidsopties. Daarom moet het Agentschap de systemen en gegevens ter beschikking stellen van belanghebbende partners. |
(9) De Unie heeft een algemene zeevervoerstrategie tot 2018 opgesteld, daarin begrepen het e-maritimeconcept. Voorts werkt de EU aan een Europees maritiem toezichtsnetwerk. Het Agentschap beschikt over maritieme systemen en toepassingen die van belang zijn voor de verwezenlijking van deze beleidsopties en met name voor het "blauwe gordel"-project. Daarom moet het Agentschap de systemen en gegevens ter beschikking stellen van belanghebbende partners. | ||||||||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||||||||
Via het "blauwe-gordel"-project kunnen douane-instanties met zekerheid vaststellen dat een schip dat intra-EU-goederen aangeeft uitsluitend in EU-havens heeft aangelegd. Het project maakt beperking van de administratieve lasten voor de korte vaart mogelijk terwijl het huidige controleniveau gehandhaafd blijft. Dat is dan weer bevorderlijk voor een wijze van vervoer die minder milieuschade veroorzaakt dan het wegvervoer. | |||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 18 Voorstel voor een verordening Overweging 9 bis (nieuw) | |||||||||||||||||||||||||||||||
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement | ||||||||||||||||||||||||||||||
|
(9 bis) Om bij te dragen tot de verwezenlijking van een "Interne Europese Zee" en mariene verontreiniging te helpen bestrijden, moeten er synergieën tot stand worden gebracht tussen de nationale handhavingsinstanties, met inbegrip van de nationale kustwachtdiensten. | ||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 19 Voorstel voor een verordening Overweging 9 ter (nieuw) | |||||||||||||||||||||||||||||||
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement | ||||||||||||||||||||||||||||||
|
(9 ter) Het Agentschap moet de Commissie en de lidstaten bijstaan bij de ontwikkeling en uitvoering van het zogeheten "e-maritime"-initiatief van de Unie dat tot doel heeft de maritieme sector doeltreffender te maken dankzij een betere toepassing van informatietechnologieën, zonder dat dit gevolgen heeft voor de taakgebieden van bevoegde instanties. | ||||||||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||||||||
Informatie- en satelliettechnologieën kunnen in belangrijke mate bijdragen tot verbetering van de maritieme veiligheid en de doeltreffendheid van de sector. Met het oog hierop moet worden gewezen op de betekenis van het "e-maritime"-initiatief van de Commissie en moeten dubbel werk en overlappingen met bevoegdheden van nationale en regionale instanties worden vermeden. | |||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 20 Voorstel voor een verordening Overweging 9 quater (nieuw) | |||||||||||||||||||||||||||||||
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement | ||||||||||||||||||||||||||||||
|
(9 quater) Daar het van belang is dat Europa nieuwe hoogopgeleide zeevarenden blijft aantrekken ter vervanging van de generatie die thans met pensioen gaat, moet het Agentschap de lidstaten en de Commissie steunen bij het bevorderen van maritieme opleiding. Met name moet het werken aan de verspreiding van goede praktijken en de bevordering van uitwisselingen tussen instellingen voor maritieme opleidingen, naar het voorbeeld van Erasmus. | ||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 21 Voorstel voor een verordening Overweging 10 | |||||||||||||||||||||||||||||||
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement | ||||||||||||||||||||||||||||||
(10) Het Agentschap is uitgegroeid tot een autoriteit op het gebied van maritieme verkeersgegevens op EU-niveau die van belang en relevant zijn voor andere activiteiten van de EU. Door zijn activiteiten, met name betreffende havenstaatcontrole, toezicht op maritiem verkeer en scheepsroutes en bijstand bij het opsporen van potentiële verontreinigers, moet het Agentschap helpen op EU-niveau synergieën betreffende bepaalde kustwachtoperaties tot stand te brengen. Daarnaast moet het Agentschap bij het vergaren en controleren van gegevens ook basisinformatie verzamelen over potentiële bedreigingen van offshorewinning-, gasexploratie- en productie-installaties voor het zeevervoer en het mariene milieu. |
(10) Het Agentschap is uitgegroeid tot een autoriteit op het gebied van maritieme verkeersgegevens op EU-niveau die van belang en relevant zijn voor andere activiteiten van de EU. Door zijn activiteiten, met name betreffende havenstaatcontrole, toezicht op maritiem verkeer en scheepsroutes en bijstand bij het opsporen van potentiële verontreinigers, moet het Agentschap helpen op EU-niveau synergieën betreffende operaties met het oog op de preventie en bestrijding van de mariene verontreiniging tot stand te brengen door de uitwisseling van informatie en beste praktijken tussen de verschillende kustwachtdiensten te bevorderen. Daarnaast moet het Agentschap bij het vergaren en controleren van gegevens ook basisinformatie verzamelen bijvoorbeeld over piraterij en over potentiële bedreigingen voor het zeevervoer en het mariene milieu door offshore-activiteiten in verband met de exploratie, de productie en het vervoer van olie en gas. | ||||||||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||||||||
De kustwachtdiensten hebben als hoofdtaak de nationale maritieme veiligheid te waarborgen. Hun optreden is dus afhankelijk van een strategie die onder de bevoegdheid van de lidstaten valt. Op verzoek van de lidstaten kan het Agentschap zijn deskundigheid aanbieden, maar het kan niet zorgen voor coördinatie tussen de verschillende kustwachtdiensten op het gebied van de maritieme veiligheid. Aan de andere kant is het een legitiem verlangen om het Agentschap sterker te betrekken bij de beschikbaarstelling van middelen tot bestrijding van de maritieme verontreiniging. | |||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 22 Voorstel voor een verordening Overweging 10 bis (nieuw) | |||||||||||||||||||||||||||||||
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement | ||||||||||||||||||||||||||||||
|
(10 bis) Om het toenemende risico op piraterij in de Golf van Aden en de westelijke Indische Oceaan te bestrijden, moet het Agentschap de nauwkeurige positie van onder EU-vlag varende schepen die dit als zeer risicovol aangemerkte gebied doorkruisen, doorgeven aan EUNAVFOR - operatie Atalanta. Tot op heden hebben niet alle lidstaten daarvoor toestemming verleend. Deze verordening moet hen hiertoe verplichten, zodat de rol van het Agentschap bij de bestrijding van piraterij wordt versterkt. | ||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 23 Voorstel voor een verordening Overweging 11 bis (nieuw) | |||||||||||||||||||||||||||||||
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement | ||||||||||||||||||||||||||||||
|
(11 bis) Op het gebied van havenstaatcontrole werkt de Unie nauw samen met het Memorandum van Parijs betreffende de havenstaatcontrole. Omwille van een zo groot mogelijke efficiëntie moeten het Agentschap en het Memorandum van Parijs betreffende de havenstaatcontrole zo nauw mogelijk samenwerken, en moeten de Commissie en de lidstaten alle mogelijkheden onderzoeken om die efficiëntie nog verder te verbeteren. | ||||||||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||||||||
In een tijd van strikt begrotingsbeleid is het van wezenlijke betekenis dat structuren die dubbel werk veroorzaken worden vermeden en dat werkzaamheden worden opgedragen aan het orgaan dat deze het meest doelmatig en economisch kan uitvoeren. | |||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 24 Voorstel voor een verordening Overweging 11 ter (nieuw) | |||||||||||||||||||||||||||||||
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement | ||||||||||||||||||||||||||||||
|
(11 ter) De deskundigheid van het Agentschap op het gebied van de bestrijding van verontreiniging en ongelukken in het mariene milieu kan ook waardevolle diensten bewijzen bij het ontwikkelen van richtsnoeren voor het verlenen van vergunningen voor de exploratie en productie van olie en gas. Het Agentschap moet daarom de Commissie en de lidstaten in deze taak bijstaan. | ||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 25 Voorstel voor een verordening Overweging 13 | |||||||||||||||||||||||||||||||
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement | ||||||||||||||||||||||||||||||
(13) De Commissie en het Agentschap moeten nauw samenwerken bij de voorbereiding van de operationele werkmethoden van het Agentschap wat inspecties betreft. Zolang de maatregelen betreffende die werkmethoden niet in werking zijn getreden, moet het Agentschap blijven werken volgens de bestaande inspectiepraktijk. |
(13) De Commissie en het Agentschap moeten nauw samenwerken om de operationele werkmethoden van het Agentschap wat inspecties betreft met de grootst mogelijke spoed voor te bereiden. Zolang de maatregelen betreffende die werkmethoden niet in werking zijn getreden, moet het Agentschap blijven werken volgens de bestaande inspectiepraktijk. | ||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 26 Voorstel voor een verordening Overweging 14 | |||||||||||||||||||||||||||||||
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement | ||||||||||||||||||||||||||||||
14. De vereisten voor de operationele werkmethoden van het Agentschap voor het uitvoeren van inspecties moeten worden vastgesteld overeenkomstig Besluit 1999/468/EG van de Raad van 28 juni 1999 tot vaststelling van de voorwaarden voor de uitoefening van de aan de Commissie verleende uitvoeringsbevoegdheden. |
(14) De Commissie moet gemachtigd worden om overeenkomstig artikel 209 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie handelingen vast te stellen ter bepaling van de vereisten voor de operationele werkmethoden van het Agentschap voor het uitvoeren van inspecties. | ||||||||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||||||||
Het Commissievoorstel ademt de zogeheten “comitologieprocedure” waarin de Verdragen voorzagen voordat het Verdrag van Lissabon in werking trad. De regelingen moeten derhalve worden geactualiseerd en erkend moet worden dat beide wetgevende instellingen een rol van gelijke betekenis spelen. | |||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 27 Voorstel voor een verordening Overweging 14 bis (nieuw) | |||||||||||||||||||||||||||||||
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement | ||||||||||||||||||||||||||||||
|
(14 bis) Al deze maatregelen en de bijdrage van het Agentschap aan de coördinatie tussen de lidstaten en de Commissie, moeten gericht zijn op de ontwikkeling van een echte Europese Maritieme Ruimte. | ||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 28 Voorstel voor een verordening Overweging 14 ter (nieuw) | |||||||||||||||||||||||||||||||
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement | ||||||||||||||||||||||||||||||
|
(14 ter) Er moet rekening worden gehouden met Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen1 (het Financieel reglement), en in het bijzonder artikel 185 daarvan, en het Interinstitutioneel Akkoord van 17 mei 2006 tussen het Europees Parlement, de Raad en de Commissie betreffende de begrotingsdiscipline en een goed financieel beheer2 (IIA van 17 mei 2006), en in het bijzonder punt 47 daarvan. | ||||||||||||||||||||||||||||||
|
________________ | ||||||||||||||||||||||||||||||
|
1 PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1. | ||||||||||||||||||||||||||||||
|
2 PB C 139 van 14.6.2006, blz. 1. | ||||||||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||||||||
Het Financieel Reglement en het Interinstitutioneel Akkoord betreffende de begrotingsdiscipline en een goed financieel beheer moeten als rechtsgrondslagen worden genoemd. | |||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 29 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – punt 1 Verordening (EG) nr. 1406/2002 Artikel 1 – lid 2 | |||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||||||||
“Mariene verontreiniging” sluit aan op het Commissievoorstel voor artikel 1, lid 3 (betreffende maatregelen naar aanleiding van verontreiniging). | |||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 30 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – punt 1 Verordening (EG) nr. 1406/2002 Artikel 2 – lid 1 | |||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||||||||
De diversifiëring van de taken van het Agentschap komt aan de orde zodra dit in staat is om zijn prioritaire taken naar behoren te vervullen. Het amendement met betrekking tot de preventie van verontreiniging sluit aan op het Commissievoorstel voor artikel 1, lid 3 en stelt het Agentschap in staat bij te dragen tot voorkoming van verontreiniging door andere veroorzakers op zee dan schepen (met name olie- en gasplatformen). | |||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 31 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – punt 1 Verordening (EG) nr. 1406/2002 Artikel 2 – lid 2 – letter b bis (nieuw) | |||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||||||||
Door dit amendement zou het Agentschap de Commissie technische bijstand kunnen verlenen bij het controleren van de manier waarop de lidstaten de richtlijn betreffende het verhogen van de veiligheid van havens uitvoeren. De rol van het Agentschap zou uiteraard beperkt blijven tot deelgebieden waarop het over de desbetreffende technische deskundigheid beschikt; de Commissie zou geenszins verplicht zijn om te verzoeken om bijstand en zij zou dit waarschijnlijk ook niet doen tenzij zij ervan uitging dat het Agentschap waardevolle adviezen zou geven. | |||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 32 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – punt 1 Verordening (EG) nr. 1406/2002 Artikel 2 – lid 2 – letter c | |||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 33 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – punt 1 Verordening (EG) nr. 1406/2002 Artikel 2 – lid 2 – letter d | |||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||||||||
Via het "blauwe gordel"-project kunnen douane-instanties met zekerheid vaststellen dat een schip dat intra-EU-goederen aangeeft uitsluitend in EU-havens heeft aangelegd. Het project maakt beperking van de administratieve lasten voor de korte vaart mogelijk terwijl het huidige controleniveau gehandhaafd blijft. Dit bevordert op zijn beurt een wijze van vervoer die minder milieuschade veroorzaakt dan het wegvervoer. Op dezelfde manier worden de administratieve lasten beperkt als gegevens over schepen die zowel op zee als op binnenwateren varen soepel tussen beide systemen kunnen worden doorgegeven. | |||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 34 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – punt 1 Verordening (EG) nr. 1406/2002 Artikel 2 – lid 2 – letter d bis (nieuw) | |||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||||||||
Zie motivering bij het amendement op artikel 2, lid 3 bis. | |||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 35 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – punt 1 Verordening (EG) nr. 1406/2002 Artikel 2 – lid 2 – letter e bis (nieuw) | |||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 36 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – punt 1 Verordening (EG) nr. 1406/2002 Artikel 2 – lid 2 – letter f | |||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||||||||
De vaststelling van de kerntaken moet geen taak van het Agentschap vormen; andere instellingen van de EU zijn hiermee belast. Duplicatie dient te worden vermeden. | |||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 37 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – punt 1 Verordening (EG) nr. 1406/2002 Artikel 2 – lid 2 – letter f bis (nieuw) | |||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 38 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – punt 1 Verordening (EG) nr. 1406/2002 Artikel 2 – lid 3 – letter b bis (nieuw) | |||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||||||||
Het Agentschap verleent de Commissie nu reeds bijstand bij het toezicht op erkende organisaties; als het eveneens de lidstaten mag steunen, zou dit meer doelmatigheid en minder druk op de begrotingen van de lidstaten opleveren. | |||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 39 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – punt 1 Verordening (EG) nr. 1406/2002 Artikel 2 – lid 3 – letter b ter (nieuw) | |||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||||||||
De bijstand die het Agentschap aan de Commissie levert moet preciezer worden gedefinieerd en de bepalingen van Verordening (EG) nr. 391/2009 moeten expliciet genoemd worden, aangezien het van zeer groot belang is de naleving van die verordening te verzekeren. | |||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 40 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – punt 1 Verordening (EG) nr. 1406/2002 Artikel 2 – lid 3 – letter c | |||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 41 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – punt 1 Verordening (EG) nr. 1406/2002 Artikel 2 – lid 3 – letter c bis (nieuw) | |||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 42 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – punt 1 Verordening (EG) nr. 1406/2002 Artikel 2 – lid 3 – letter c ter (nieuw) | |||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 43 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – punt 1 Verordening (EG) nr. 1406/2002 Artikel 2 – lid 3 – letter c quater (nieuw) | |||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 44 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – punt 1 Verordening (EG) nr. 1406/2002 Artikel 2 – lid 3 – letter c quinquies (nieuw) | |||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||||||||
Bij de vaststelling van de constructienormen voor het "schip van morgen" moet speciale aandacht worden besteed aan maatregelen ter bestrijding van mariene verontreiniging en voorschriften inzake maritieme veiligheid en milieubescherming. Ook op het gebied van de scheepsbouw kan het Agentschap dus zijn expertise nuttig aanwenden. | |||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 45 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – punt 1 Verordening (EG) nr. 1406/2002 Artikel 2 – lid 4 – letter a bis (nieuw) | |||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||||||||
Het Agentschap beschikt over instrumenten en gegevens, vooral afkomstig van satellieten, die door de lidstaten gebruikt kunnen worden bij de controle op illegale maritieme activiteiten. Momenteel zijn de gegevensuitwisselingen met de EUNAVFOR - operatie Atlanta ter bescherming van de onder EU-vlag varende schepen tegen piraterij in het gebied van de Hoorn van Afrika bijzonder belangrijk. | |||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 46 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – punt 1 Verordening (EG) nr. 1406/2002 Artikel 2 – lid 4 – letter a ter (nieuw) | |||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 47 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – lid 1 – punt 1 Verordening (EG) nr. 1406/2002 Artikel 2 – lid 4 – letter b | |||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||||||||
Eist van de lidstaten een ruimere beschikbaarheid voor samenwerking; tot dusverre konden zij weigeren of hun steunverlening op de lange baan schuiven. | |||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 48 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – punt 1 Verordening (EG) nr. 1406/2002 Artikel 2 – lid 4 – letter b bis (nieuw) | |||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||||||||
Aangezien CleanSeaNet een bestaand systeem is dat zijn doelmatigheid heeft bewezen, biedt het een economisch uiterst verantwoorde mogelijkheid om na de Deepwater Horizon-ramp in de Golf van Mexico te reageren op de toenemende verontrusting over het gevaar van prospectie op zee; | |||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 49 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – punt 1 Verordening (EG) nr. 1406/2002 Artikel 2 – lid 4 – letter b ter (nieuw) | |||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 50 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – punt 1 Verordening (EG) nr. 1406/2002 Artikel 2 – lid 4 – letter b quater (nieuw) | |||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 51 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – punt 1 Verordening (EG) nr. 1406/2002 Artikel 2 – lid 4 – letter c | |||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 52 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – punt 1 Verordening (EG) nr. 1406/2002 Artikel 2 – lid 4 bis (nieuw) | |||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||||||||
Bij de opstelling van dit overzicht wordt het Agentschap geholpen door de database waarop het thans aandringt (zie art. 17 en Bijlage II van Richtlijn 2009/18 over de grondbeginselen voor onderzoeken naar ongevallen in de sector zeevervoer). Het verslag verstrekt een passend overzicht op EU-niveau en verschaft waardevolle informatie voor verdere acties op EU-niveau. | |||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 53 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – punt 1 Verordening (EG) nr. 1406/2002 Artikel 2 – lid 5 – alinea 1 | |||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 54 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – punt 1 Verordening (EG) nr. 1406/2002 Artikel 3 – lid 1 – alinea 1 | |||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||||||||
Het Agentschap zou ook een rol kunnen spelen bij het nauwkeurig bekijken van milieueffectbeoordelingen voor offshore activiteiten ter voorkoming van nadelige gevolgen voor het milieu in uiterst kwetsbare mariene ecosystemen. | |||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 55 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – punt 1 Verordening (EG) nr. 1406/2002 Artikel 3 – lid 2 | |||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement naar aanleiding van de inwerkingtreding van het Verdrag van Lissabon en de vervanging van de vroegere comitologieprocedure door gedelegeerde handelingen en uitvoeringsmaatregelen. | |||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 56 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – punt 1 Verordening (EG) nr. 1406/2002 Artikel 3 – lid 3 | |||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 57 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – punt 2 Verordening (EG) nr. 1406/2002 Artikel 5 – lid 3 | |||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 58 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – punt 3 Verordening (EG) nr. 1406/2002 Artikel 10 – lid 2 – letter b | |||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||||||||
Deze wijziging beoogt te verduidelijken dat het niet het Agentschap is dat kan bepalen wat relevant is voor het Parlement. | |||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 59 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – punt 3 – letter a Verordening (EG) nr. 1406/2002 Artikel 10 – lid 2 – letter c bis (nieuw) | |||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||||||||
Dit amendement heeft tot doel in de verordening de bepaling op te nemen dat het Parlement moet worden geraadpleegd vóór de goedkeuring van de meerjarenstrategie van het agentschap (IWG). | |||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 60 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – punt 3 Verordening (EG) nr. 1406/2002 Artikel 10 – lid 2 – letter h | |||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||||||||
Met het oog op een betere follow-up van de bevindingen uit auditverslagen en evaluaties moet de raad van bestuur, waaraan de directeur verantwoording dient af te leggen, expliciet met het toezicht hierop worden belast, zoals de Interinstitutionele Werkgroep voor Agentschappen heeft aanbevolen. | |||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 61 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – punt 3 bis (nieuw) Verordening (EG) nr. 1406/2002 Artikel 11 – lid 1 – alinea 2 | |||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 62 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – punt 3 ter (nieuw) Verordening (EG) nr. 1406/2002 Artikel 11 – lid 1 – alinea 2 bis (nieuw) | |||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||||||||
Er moet een bepaling worden opgenomen waarmee belangenconflicten voorkomen worden. | |||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 63 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – punt 3 quater (nieuw) Verordening (EG) nr. 1406/2002 Artikel 11 – lid 3 | |||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||||||||
De duur van het mandaat van de leden van de raad van bestuur moet worden gelijkgetrokken met die van andere agentschappen, zoals aanbevolen door de Interinstitutionele Werkgroep voor Agentschappen. | |||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 64 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – punt 3 quinquies Verordening (EG) nr. 1406/2002 Artikel 11 – lid 4 | |||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||||||||
In gevallen waarin de wetgever de vertegenwoordigers van de Commissie een blokkerende minderheid heeft gegeven in belangrijke besluiten (zoals de vaststelling van het werkprogramma) moet dit niet zonder toestemming van het Parlement en de Raad worden veranderd. Indien aan derde landen stemrecht werd verleend, zou verhoging van het aantal Commissievertegenwoordigers niet nodig zijn; aanpassing van een systeem van gewogen stemmen zou de voorkeur verdienen. (Zie amendement op artikel 14) | |||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 65 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – punt 3 sexies Verordening (EG) nr. 1406/2002 Artikel 14 – lid 2 – alinea 1 | |||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||||||||
Toen de Raad van Bestuur bestond uit 15 vertegenwoordigers van lidstaten, was voor een vier/vijfden-meerderheid voor de benoeming van de uitvoerend directeur de steun van de Commissie nodig. Met 27 lidstaten is dit niet meer het geval. Het institutioneel evenwicht moet niet worden gewijzigd door uitbreidingen uit het verleden of uit de toekomst. Daarom is een structurele oplossing met gewogen stemmen noodzakelijk. | |||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 66 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – punt 4 Verordening (EG) nr. 1406/2002 Artikel 15 – lid 2 – letter a | |||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||||||||
Overeenkomstig het beginsel van geslachtsneutraal taalgebruik, verdient het de voorkeur het voornaamwoordengebruik in de huidige verordening aan te houden. Dit sluit bovendien logisch aan op het Commissievoorstel voor artikel 16, lid 2. Gezien de betekenis van de meerjarenstrategie moet het Parlement, om redenen van institutioneel evenwicht, samen met de vertegenwoordigers van de lidstaten (in de Raad van Bestuur) en de Commissie, tot op zekere hoogte worden betrokken. | |||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 67 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – punt 4 Verordening (EG) nr. 1406/2002 Artikel 15 – lid 2 – letter a bis (nieuw) | |||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||||||||
Overeenkomstig het beginsel van geslachtsneutraal taalgebruik, verdient het de voorkeur het voornaamwoordengebruik in de huidige verordening aan te houden. Dit sluit bovendien logisch aan op het Commissievoorstel voor artikel 16, lid 2. Gezien de betekenis van de meerjarenpersoneelsbeleidplan moet het Parlement, om redenen van institutioneel evenwicht, samen met de vertegenwoordigers van de lidstaten (in de Raad van Bestuur) en de Commissie, tot op zekere hoogte worden betrokken. | |||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 68 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – punt 4 – letter a Verordening (EG) nr. 1406/2002 Artikel 15 – lid 2 – letter a ter (nieuw) | |||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||||||||
Zelfde redenering ten aanzien van geslachtsneutraal taalgebruik als in de amendementen op letters a en a bis van lid 2. De eerste wijziging strookt met de beginselen van ABM-ABB: het werkprogramma en het jaarlijks activiteitenverslag van het agentschap moeten informatie bevatten over de middelen die worden toegewezen aan de activiteiten die nodig zijn om de doelstellingen van het agentschap te verwezenlijken. De tweede wijziging is gericht op het formaliseren van de praktijk van het uitwisselen van ideeën tussen de directeur en de bevoegde commissie over het jaarlijks werkprogramma. | |||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 69 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – punt 4 Verordening (EG) nr. 1406/2002 Artikel 15 – lid 2 – letter b | |||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||||||||
Zelfde redenering ten aanzien van geslachtsneutraal taalgebruik als in de amendementen op letters a en a bis van lid 2. | |||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 70 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – punt 4 – letter (b) Verordening (EG) nr. 1406/2002 Artikel 15 – lid 2 – letter d | |||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||||||||
Overeenkomstig de beginselen van activiteitsgestuurd management en budgettering op basis van activiteiten (ABM-ABB) dient in het jaarlijkse werkprogramma en het jaarlijkse activiteitenverslag van het agentschap informatie te worden verstrekt over de aan de activiteiten toegewezen middelen die nodig zijn om de doelstellingen van het agentschap te verwezenlijken en over de mate waarin de doelstellingen daadwerkelijk zijn verwezenlijkt. | |||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 71 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – punt 5 Verordening (EG) nr. 1406/2002 Artikel 16 – lid 1 | |||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||||||||
Er moet worden verduidelijkt dat vóór de benoeming rekening moet worden gehouden met de mening van het Parlement over de gekozen kandidaat. | |||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 72 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – punt 5 Verordening (EG) nr. 1406/2002 Artikel 16 – lid 2 | |||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||||||||
De verlenging van het mandaat van de directeur moet voor dezelfde termijn gebeuren als voor het eerste mandaat. Vóór de benoeming moet rekening worden gehouden met de mening van het Parlement over de gekozen kandidaat. | |||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 73 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – punt 5 Verordening (EG) nr. 1406/2002 Artikel 16 – lid 4 | |||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 74 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – punt 6 bis (nieuw) Verordening (EG) nr. 1406/2002 Artikel 18 – lid 3 | |||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||||||||
Overeenkomstig de beginselen van activiteitsgestuurd management en activiteitsgestuurde begroting (ABM-ABB) dient de begroting van het agentschap expliciet te worden gebaseerd op de doelstellingen en activiteiten van het agentschap, waarbij een verband wordt gelegd tussen de taken en doelstellingen van het agentschap en zijn activiteiten en middelen. | |||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 75 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – punt 6 ter (nieuw) Verordening (EG) nr. 1406/2002 Artikel 18 – leden 7 en 8 | |||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||||||||
Het eerste deel van het amendement betreft het gebruik van de terminologie van het Verdrag van Lissabon. Doel van het tweede deel is de begrotingsautoriteit adequate informatie te verschaffen ingeval de ramingen van het agentschap door de Commissie zijn gewijzigd. | |||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 76 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – punt 6 quater (nieuw) Verordening (EG) nr. 1406/2002 Artikel 18 – lid 10 | |||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||||||||
Dit amendement beoogt te voorkomen dat in het geval van belangrijke besparingen op de begroting het Agentschap dezelfde taken en activiteiten moet uitvoeren met veel minder financiële middelen. | |||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 77 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – punt 7 Verordening (EG) nr. 1406/2002 Artikel 22 – lid 1 | |||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 78 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – punt 7 bis (nieuw) Verordening (EG) nr. 1406/2002 Artikel 22 – lid 2 | |||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||||||||
Er moet vermeld worden dat evaluaties op gezette tijden zo nodig ook kunnen leiden tot heroverweging van de taken of het bestaan van het agentschap. | |||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 79 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – punt 7 ter Verordening (EG) nr. 1406/2002 Artikel 22 bis (nieuw) | |||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 80 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – punt 7 quater Verordening (EG) nr. 1406/2002 Artikel 22 ter (nieuw) | |||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||||||||
Het is van belang dat er wordt gezorgd voor een moment waarop wordt geanalyseerd hoe de herziene verordening werkt en of aanvullende aanpassingen op hun plaats zouden zijn. | |||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 81 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – punt 8 Verordening (EG) nr. 1406/2002 Artikel 23 – lid 1 | |||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||||||||
Actualisering in verband met de inwerkingtreding van het Verdrag van Lissabon. Volgens het door de plenaire vergadering op 5 mei 2010 aangenomen verslag-Szájer moet het Parlement voor alle aspecten van de bevoegdheid van wetgevende delegatie gelijk gesteld worden met de Raad Tevens wordt opgeroepen tot aanpassing van de huidige wetgeving zodat de nieuwe Verdragsbepalingen hierin doorklinken. | |||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 82 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – punt 8 Verordening (EG) nr. 1406/2002 Artikel 23 – lid 2 | |||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 83 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – punt 8 bis (nieuw) Verordening (EG) nr. 1406/2002 Artikel 23 bis (nieuw) | |||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||||||||
In dit amendement en in de volgende twee wordt dezelfde aanpak toegepast als in het verslag-Sterckx betreffende meldingsformaliteiten (Richtlijn 2010/65(EG). In een latere fase worden de amendementen inzake gedelegeerde handelingen aangepast aan het gemeenschappelijk standpunt betreffende gedelegeerde handelingen. |
- [1] Nog niet gepubliceerd in het PB.
TOELICHTING
Inleiding
Het EMSA is opgericht naar aanleiding van de verontreiniging die werd veroorzaakt door het vergaan van de olietanker "Erika". Het begon zijn werkzaamheden in maart 2003. De oprichtingsverordening is drie maal aangepast. Deze jongste herziening moet gericht zijn op langdurige wijzigingen, ook al duren de onderhandelingen dan langer.
Het voorstel van de Commissie
Het Commissievoorstel is gebaseerd op een raadpleging, in 2008, van alle bij het EMSA betrokken partijen, op een externe evaluatie en op een effectbeoordelingen door de Commissie. Ook is het een weerslag van de EMSA-vijfjarenstrategie zoals deze is aangenomen door de raad van bestuur van het EMSA (waarin alle lidstaten zijn vertegenwoordigd). De Commissie heeft eveneens een verslag (COM(2011)286) gepubliceerd waarin wordt aangetoond dat de kosten van het ontdekken en controleren van olielekkages door een EU-systeem rond 20% lager zouden uitvallen dan de nationale systemen.
Het EMSA heeft intussen nieuwe taken ontvangen die voortkomen uit de tenuitvoerlegging van het derde pakket voor maritieme veiligheid. Het EMSA heeft een aantal “stand-bycontracten voor vaartuigen die kunnen ingrijpen bij olieverontreiniging" afgesloten met bedrijven die bij een incident hun reguliere activiteiten staken om de verontreiniging te bestrijden. Volgens het voorstel van de Commissie zouden dergelijke vaartuigen ook kunnen worden ingezet voor de bestrijding van verontreiniging uit andere bronnen, zoals olieproductieplatforms.
Noorwegen en IJsland zijn de enige derde landen die aan het EMSA deelnemen. De Commissie beveelt aan de mogelijkheid van technische bijstand uit te breiden tot toetredingslanden, Europese nabuurschappartners en de landen van het Memorandum van Parijs (MvP).
Vorige standpunten van het Parlement
Het Parlement heeft reeds een standpunt bepaald ten aanzien van de mogelijke aanvullende taken voor het EMSA:
· in het verslag de Grandes Pascual over verontreiniging vanaf schepen en invoering van sancties voor inbreuken wordt met nadruk gesteld dat de lidstaten erop dienen toe te zien dat verontreiniging vanaf schepen doelmatig wordt ontmoedigd;
· het verslag-Wortmann-Kool over verontreiniging vanaf schepen riep op tot het indienen van een Commissievoorstel voor de oprichting van een gemeenschappelijke Europese kustwacht;
· in het verslag-Sterckx over meldingsformaliteiten voor schepen stond: "Het bereiken van een Europese maritieme ruimte zonder grenzen vereist nauwe samenwerking […] tussen douanediensten, volksgezondheid en transport". ook werd erin geopperd dat de Commissie zou moeten bekijken in hoeverre SafeSeaNet kan worden gekoppeld aan het informatiesysteem voor de riviervaart;
· in het verslag-Meissner over een geïntegreerd maritiem beleid werd bij de Commissie aangedrongen op uitbreiding van het EMSA-mandaat betreffende veiligheidsinspecties van offshore-installaties en het opruimen van gelekte olie. in hetzelfde verslag stond dat [het Parlement] "in dit verband een groot potentieel [ziet] om het EMSA meer bij het toezicht op kustgebieden te betrekken en de lidstaten meer steun te bieden bij het traceren van zeeverontreiniging".
In de resolutie van het Parlement van 7 oktober 2010 wordt gesteld “dat het mandaat van het Europees Agentschap voor maritieme veiligheid (EMSA) uitgebreid moet worden van schepen tot offshore-installaties; verlangt voorts dat de verlening van nieuwe taken in dit verband gepaard gaat met verruiming van het budget en uitbreiding van het personeelsbestand van EMSA”.
Vorige standpunten van de Raad
Ook de Raad is ten aanzien van dit onderwerp al tot diverse conclusies gekomen. Zo verzocht de Raad de Commissie op 2 en 3 december 2010 met name te onderzoeken hoe bestaande Europese instrumenten/capaciteiten voor burgerbescherming, noodmaatregelen en maritieme veiligheid het best kunnen worden ingezet voor de offshoreolie- en gaswinning. In dezelfde vergadering riepen ministers van vervoer op tot volledige integratie van het vervoer over het water en de transport- en logistiekketens van de EU. De Raad steunde met name het plan van de Commissie om in samenwerking met de autoriteiten in de lidstaten en het EMSA een proefproject op gang te brengen om het "Blue Belt"-concept verder te ontwikkelen.
Aanvullende taken voor het EMSA
Algemeen wordt erkend dat het EMSA een doelmatige, soepel lopende organisatie is die voor de lidstaten aanzienlijke besparingen oplevert door op Europee schaal te werk te gaan, met de schaalvoordelen die daaruit voortkomen. Een groot deel van de werkzaamheden brengt advies aan de Commissie en/of de lidstaten met zich mee.
Er is ruimte om de werkzaamheden van het EMSA uit te breiden, zodat de huidige ervaring en technische diensten kunnen worden toegepast op een ruimere reeks beleidsvormen. Met name zouden de verkeersregelsystemen van het EMSA kunnen bijdragen tot verwezenlijking van een maritieme Europese ruimte zonder grenzen waardoor goederen en passagiers over zee zouden kunnen worden vervoerd met niet meer formaliteiten dan wanneer zij over de weg zouden reizen. Hierdoor zou de concurrentie niet worden verstoord ten gunste van de minder milieuvriendelijke middelen van vervoer. Ook moet het EMSA de Commissie adviseren over uitbreiding van de onderlinge verenigbaarheid van SafeSeaNet en het riviereninformatiesysteem om de administratiekosten te beperken.
Uw rapporteur stelt niet de oprichting voor van een Europese kustwacht, maar het is uiterst betreurenswaardig dat de Commissie niet het onderzoek heeft uitgevoerd waarom in richtlijn (EG) 2005/35 werd gevraagd. De Commissie moet er nogmaals op worden gewezen dat ook zij zich aan de Europese wetgeving dient te houden.
De verduidelijking dat vaartuigen die nu reeds stand-by zijn om in te grijpen bij olieverontreiniging, ook kunnen worden ingezet bij zeeverontreiniging door olie- en gasboorplatforms, biedt mogelijkheden om doelmatig en kostenefficiënt op te treden. Het EMSA controleert reeds of classificatiebureaus de EU-eisen voor de scheepvaart naleven. Een aantal van deze bureaus werkt ook voor installaties voor olie- en gaswinning op zee. Een herziene EMSA-verordening zou derhalve optimaal gebruik moeten maken van de bestaande expertise, zodat het EMSA de Commissie en lidstaten kan bijstaan bij het voorkomen van verontreiniging door installaties voor olie- en gaswinning op zee en bij het ontwikkelen van nieuwe eisen en richtsnoeren voor het verstrekken van vergunningen voor de exploratie en winning van olie en gas. De verordening zou aan bestaande systemen zoals CleanSeaNet een grotere rol moeten toekennen, de inspectietaken van het EMSA moeten uitbreiden en de mogelijkheden moeten bezien waarover het EMSA beschikt om in verband met het verstrekken van vergunningen onafhankelijke controles uit te voeren.
Het EMSA moet de Commissie en de lidstaten eveneens adviseren over opleiding en diplomering van zeevarenden. Al geruime tijd wordt er gezamenlijk naar gestreefd het voor EU-burgers aantrekkelijker te maken op zee te werken. Het EMSA helpt de Commissie met een beoordeling van de gevolgen van de tenuitvoerlegging van het Maritiem Arbeidsverdrag via Europese wetgeving. Het EMSA zou ook over de juiste kwalificaties beschikken om een bijdrage te leveren tot tenuitvoerlegging van het toekomstige pakket sociale maatregelen voor de zeevaart. Het EMSA moet eveneens een netwerk van zeevaartopleidingen mogelijk maken om beproefde werkwijzen uit te wisselen en kwaliteitsnormen te waarborgen.
Het EMSA treedt momenteel alleen namens de Commissie op door te controleren of erkende organisaties aan de voorwaarden voldoen om te worden erkend Deze controles omvatten eisen met betrekking tot internationale verdragen. Het betreft dus vrijwel precies dezelfde punten als door de lidstaten worden beoordeeld. Als het EMSA de vereiste controles namens hen zou uitvoeren, zou dit schaalvoordelen opleveren. Aanvullende nationale eisen zouden niet uitgesloten zijn.
Met betrekking tot havenstaatcontrole is het secretariaat van het MvP een afzonderlijke eenheid die Rusland, Canada en de EU omvat, maar het EMSA levert een aanzienlijke bijdrage tot de werkzaamheden. Een herverdeling van de taken of een uiteindelijke fusie zou tot aanzienlijk meer doelmatigheid kunnen leiden;
Het is in hoge mate wenselijk het EMSA meer ruimte te geven om buurlanden bij te staan bij het beperken en bestrijden van mogelijke verontreiniging. Het lijdt weinig twijfel of een deel van de olie komt bij olieverontreiniging in bijvoorbeeld het zuiden van de Middellandse Zee terecht in EU-wateren. In dat geval is voorkomen beter dan genezen. Het wijzigen van de verordening om expliciet te maken dat het EMSA de Commissie en de lidstaten in hun regionale organisaties kan ondersteunen bij het bestrijden van verontreiniging op zee (uit hoofde van bijvoorbeeld de verdragen van Helsinki en Barcelona), biedt ook voordelen op het gebied van de rechtszekerheid en transparantie.
BESTUURLIJKE aspecten
Zoals de Commissie in haar voorstel erkent, komen vertegenwoordigers van lidstaten in de Raad van bestuur mogelijk voor een belangenconflict te staan wanneer zij het EMSA-inspectiebeleid moeten bepalen, omdat zij daarmee tevens de regels vaststellen op grond waarvan hun eigen organisatie wordt geïnspecteerd. In plaats van toe te staan dat de operationele werkmethoden van het Agentschap in de sector inspectie via comitologie worden bepaald, moet echter de bepaling inzake “gedelegeerde handelingen” in het Verdrag van Lissabon worden toegepast.
Voorts is het evenwicht tussen de vertegenwoordigers van de lidstaten en van de Commissie door de uitbreiding van de EU veranderd. Met 27 lidstaten in plaats van 15 is het in theorie mogelijk dat een directeur tegen de wens van de vertegenwoordigers in de Commissie in wordt gekozen of uit zijn functie wordt gezet. Door middel van een systeem van gewogen stemmen zou het institutionele evenwicht op lange termijn gehandhaafd blijven.
Gevolgen voor de begroting
Het spreekt voor zich dat de kosten voor de Europese belastingbetaler, als het werk centraal door het EMSA wordt gedaan, en niet door de nationale overheden, lager zijn en dat er werkelijke meerwaarde voor Europa wordt gecreëerd. Dit is ook al aangetoond met de maritieme surveillancesystemen van het EMSA. Het gebruik van dergelijke systemen om waardevolle gegevens voor andere beleidsterreinen te verzamelen is waarschijnlijk veel rendabeler dan het creëren van afzonderlijke systemen.
Het EMSA dient voor het verrichten van aanvullende taken een overeenkomstige verruiming van de begroting en het personeelsbestand te krijgen, omdat anders zijn kerntaken – het bevorderen van maritieme veiligheid – in het gedrang zouden komen.
ADVIES van de Begrotingscommissie (16.6.2011)
aan de Commissie vervoer en toerisme
over het voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging van verordening (EG) nr. 1406/2002 tot oprichting van een Europees Agentschap voor maritieme veiligheid
(COM(2010)0611 – C7‑0343/2010 – 2010/0303(COD))
Rapporteur voor advies: Jutta Haug
BEKNOPTE MOTIVERING
De doelstelling van de voorgestelde maatregel is Verordening (EG) nr. 1406/2002 te wijzigen door de bestaande taken en rol van het EMSA te verduidelijken en door de taken van het EMSA uit te breiden tot nieuwe gebieden in ontwikkeling op internationaal en/of EU-niveau.
Algemene aspecten en de interinstitutionele groep voor agentschappen
De rapporteur heeft terdege nota genomen van het voorstel houdende uitbreiding van het takenpakket en van de door de Commissie in dit verband uitgevoerde effectbeoordeling. Ze wenst de aandacht van BUDG en TRAN te vestigen op het feit dat verdere effectbeoordelingen zouden moeten worden gehouden over de wenselijkheid en de gevolgen van eventuele aanvullende taken die door de commissie ten principale worden voorgesteld (zie het werkdocument van de rapporteur ten principale, het EESC-advies), inclusief op begrotings- en personeelsgebied, overeenkomstig de interinstitutionele gemeenschappelijke benadering van effectbeoordelingen in het geval van substantiële wijzigingen.
De rapporteur is van oordeel dat de vooruitgang die bij de werkzaamheden van de interinstitutionele werkgroep is geboekt het ook mogelijk maakt zijn eerste conclusies over governance-kwesties reeds in dit advies op te nemen. Deze conclusies zijn reeds goedgekeurd door de drie instellingen tijdens de laatste vergadering van 23 maart 2011. Zij hebben geresulteerd in de onderstaande amendementen, die betrekking hebben op:
- het versterken van de bevoegdheden van het Parlement om toezicht uit te oefenen op de meerjarenstrategie van het agentschap (advies) en het jaarlijks werkprogramma,
- de toezichtstaken van de raad van bestuur en de overeenkomstige vereiste vaardigheden van de leden van deze raad,
- de oprichting van een dagelijks bestuur ("executive board"),
- het voorkomen van belangenverstrengelingen binnen de raad van bestuur,
- de vaststelling van op maat gesneden indicatoren voor het "meten" van de prestaties van het agentschap,
- de regelmatige beoordeling van het agentschap.
Begrotingskwesties
Wat de begrotingsgerelateerde kwesties betreft, is de rapporteur van mening dat in het financieel memorandum en het tekstgedeelte met de begrotingsgevolgen meer duidelijkheid moet worden verschaft:
- het financieel memorandum lijkt niet te kloppen, aangezien één aanvullende post binnen DG MOVE wordt genoemd, die echter reeds aan het beheer van de activiteit is toegewezen. De rapporteur zal ervoor zorgen dat dit niet tot extra uitgaven leidt (de gevolgen zijn zo'n EUR 0,5 miljoen voor vier jaar).
- wat de herschikking van zes personeelsleden voor nieuwe taken binnen het agentschap betreft, behoeven de timing en de door deze personeelsleden te verrichten activiteiten meer verduidelijking.
- er moet ook meer informatie worden verschaft omtrent de financiële gevolgen van de nieuwe taken van het agentschap die niet in de verordening zijn opgenomen: de gedeelten betreffende de "menselijke factor" en "e-maritiem" in de meerjarenstrategie van de raad van bestuur.
- tot slot zal worden bekeken hoeveel kan worden verwacht van de inning van de vergoedingen voor de uitwisseling van maritieme gegevens, en welke garantie er is dat de wetgevingsautoriteit een vinger in de pap houdt met betrekking tot enige andere bron van inkomsten voor het agentschap, ondanks de algemene formulering van de nieuwe bepaling.
AMENDEMENTEN
De Begrotingscommissie verzoekt de ten principale bevoegde Commissie vervoer en toerisme onderstaande amendementen in haar verslag op te nemen:
Amendement 1 Ontwerpwetgevingsresolutie Paragraaf 1 bis (nieuw) | |||||||||||||||||||||||||||||||
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement | ||||||||||||||||||||||||||||||
|
1 bis. benadrukt dat punt 47 van het Interinstitutioneel Akkoord van 17 mei 2006 tussen het Europees Parlement, de Raad en de Commissie over de begrotingsdiscipline en een goed financieel beheer van toepassing dient te zijn voor de uitbreiding van het takenpakket van het Europees Agentschap voor maritieme veiligheid; onderstreept dat elke besluit van de wetgevingsautoriteit ten faveure van zo'n uitbreiding van het takenpakket de besluiten van de begrotingsautoriteit in het kader van de jaarlijkse begrotingsprocedure onverlet laat; | ||||||||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||||||||
Wijst nog eens op de begrotingsprerogatieven van het Parlement. | |||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 2 Voorstel voor een verordening - wijzigingsbesluit Overweging 3 | |||||||||||||||||||||||||||||||
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement | ||||||||||||||||||||||||||||||
(3) Op basis van de resultaten van de externe evaluatie, de aanbevelingen van de raad van bestuur en de meerjarenstrategie moeten sommige bepalingen van Verordening (EG) nr. 1406/2002 worden verduidelijkt en bijgewerkt. Voorts moet het Agentschap een aantal extra taken krijgen die de ontwikkeling van het maritieme veiligheidsbeleid op EU- en internationaal niveau weerspiegelen. Een diepgaande screening en omschakeling zijn noodzakelijk om de kosten- en begrotingsefficiëntie te waarborgen. Op die manier zou een derde van de personeelsbehoefte voor nieuwe taken ingevuld moeten worden door interne herschikking binnen het Agentschap. |
(3) Op basis van de resultaten van de externe evaluatie, de aanbevelingen van de raad van bestuur en de door die raad in maart 2010 goedgekeurde meerjarenstrategie moeten sommige bepalingen van Verordening (EG) nr. 1406/2002 worden verduidelijkt en bijgewerkt. Voorts moet het Agentschap een aantal extra taken krijgen die de ontwikkeling van het maritieme veiligheidsbeleid op EU- en internationaal niveau weerspiegelen. Een diepgaande screening en omschakeling zijn noodzakelijk om de kosten- en begrotingsefficiëntie te waarborgen. Op die manier zou een derde van de personeelsbehoefte voor nieuwe taken ingevuld moeten worden door interne herschikking binnen het Agentschap. | ||||||||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||||||||
De rechtshandeling moet bij vermeldingen van de bron van zijn inhoud voldoende nauwkeurig zijn. | |||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 3 Voorstel voor een verordening - wijzigingsbesluit Overweging 14 bis (nieuw) | |||||||||||||||||||||||||||||||
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement | ||||||||||||||||||||||||||||||
|
(14 bis) Rekening dient te worden gehouden met Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen1 (het Financieel reglement), en in het bijzonder artikel 185 daarvan, en het Interinstitutioneel Akkoord van 17 mei 2006 tussen het Europees Parlement, de Raad en de Commissie betreffende de begrotingsdiscipline en een goed financieel beheer2 (IIA van 17 mei 2006), en in het bijzonder punt 47 daarvan. | ||||||||||||||||||||||||||||||
|
1 PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1. | ||||||||||||||||||||||||||||||
|
2 PB C 139 van 14.6.2006, blz. 1. | ||||||||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||||||||
Als rechtsgrondslag voor de oprichting van een nieuw agentschap van de EU moet worden verwezen naar het Financieel Reglement (art.185) en het Interinstitutioneel Akkoord over begrotingsbeheer en begrotingsdiscipline (punt 47). | |||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 4 Voorstel voor een verordening - wijzigingsbesluit Artikel 1 – punt 3 – letter a Verordening (EG) nr. 1406/2002 Artikel 10 – lid 2 | |||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||||||||
De eerste wijziging beoogt te verduidelijken dat het niet het Agentschap is dat kan bepalen wat relevant is voor het Parlement. De tweede wijziging beoogt in de verordening op te nemen dat het Parlement moet worden geraadpleegd vóór de goedkeuring van de meerjarenstrategie van het Agentschap (interinstitutionele werkgroep). | |||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 5 Voorstel voor een verordening - wijzigingsbesluit Artikel 1 – punt 3 – letter d bis (nieuw) Verordening (EG) nr. 1406/2002 Artikel 10 – lid 2 – letter h | |||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||||||||
Met het oog op een betere betrokkenheid bij follow-up van de bevindingen uit auditverslagen en beoordelingen moet de raad van bestuur, waaraan de directeur verantwoording dient af te leggen, expliciet met het toezicht hierop worden belast (interinstitutionele werkgroep). | |||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 6 Voorstel voor een verordening - wijzigingsbesluit Artikel 1 – punt 3 bis (nieuw) Verordening (EG) nr. 1406/2002 Artikel 11 | |||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||||||||
De vaardigheden van de leden van de raad van bestuur moeten in overeenstemming zijn met de aan hen toevertrouwde taken. Daarnaast is een bepaling nodig betreffende het voorkomen van belangenverstrengelingen, en moet de duur van het mandaat worden gelijkgetrokken met dat van andere agentschappen (interinstitutionele werkgroep). | |||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 7 Voorstel voor een verordening - wijzigingsbesluit Artikel 1 – punt 3 ter (nieuw) Verordening (EG) nr. 1406/2002 Artikel 14 bis (nieuw) | |||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||||||||
Er moet een dagelijks bestuur worden opgericht voor het versterken van het toezicht op het administratief en begrotingsmanagement door middel van de voorbereiding van besluiten van de raad van bestuur (interinstitutionele werkgroep). | |||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 8 Voorstel voor een verordening - wijzigingsbesluit Artikel 1 – punt 4 – letter a Verordening (EG) nr. 1406/2002 Artikel 15 – lid 2 – letters a en b | |||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||||||||
De eerste wijziging beoogt in de verordening op te nemen dat het Parlement moet worden geraadpleegd vóór de goedkeuring van de meerjarenstrategie van het Agentschap (interinstitutionele werkgroep). De tweede wijziging strookt met de beginselen van ABM-ABB: het werkprogramma en het jaarlijks activiteitenverslag van het agentschap moeten informatie bevatten over de middelen die worden toegewezen aan de activiteiten die nodig zijn om de doelstellingen van het agentschap te verwezenlijken. De derde wijziging is gericht op het formaliseren van de praktijk van het uitwisselen van ideeën tussen de directeur en de bevoegde commissie over het jaarlijks werkprogramma. | |||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 9 Voorstel voor een verordening - wijzigingsbesluit Artikel 1 – punt 4 – letter b Verordening (EG) nr. 1406/2002 Artikel 15 – lid 2 – letter d | |||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||||||||
Overeenkomstig de beginselen van activiteitsgestuurd management en budgettering op basis van activiteiten (ABM-ABB) dient in het jaarlijkse werkprogramma en het jaarlijkse activiteitenverslag van het agentschap informatie te worden verstrekt over de aan de activiteiten toegewezen middelen die nodig zijn om de doelstellingen van het agentschap te verwezenlijken en over de mate waarin de doelstellingen daadwerkelijk zijn verwezenlijkt. | |||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 10 Voorstel voor een verordening - wijzigingsbesluit Artikel 1 – punt 5 Verordening (EG) nr. 1406/2002 Artikel 16 – lid 1 | |||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||||||||
Er moet worden verduidelijkt dat vóór de benoeming rekening moet worden gehouden met de mening van het Parlement over de gekozen kandidaat. | |||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 11 Voorstel voor een verordening - wijzigingsbesluit Artikel 1 – punt 5 Verordening (EG) nr. 1406/2002 Artikel 16 – lid 2 | |||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||||||||
De verlenging van het mandaat van de directeur moet gelden voor dezelfde periode als het eerste mandaat. Vóór de benoeming moet rekening worden gehouden met de mening van het Parlement over de gekozen kandidaat. | |||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 12 Voorstel voor een verordening - wijzigingsbesluit Artikel 1 – punt 6 bis (nieuw) Verordening (EG) nr. 1406/2002 Artikel 18 – lid 3 | |||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||||||||
Overeenkomstig de beginselen van activiteitsgestuurd management en budgettering op basis van activiteiten (ABM-ABB) dient de begroting van het agentschap expliciet te worden gebaseerd op de doelstellingen en activiteiten van het agentschap, waarbij een verband wordt gelegd tussen de taken en doelstellingen van het agentschap en zijn activiteiten en middelen. | |||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 13 Voorstel voor een verordening - wijzigingsbesluit Artikel 1 – punt 6 ter (nieuw) Verordening (EG) nr. 1406/2002 Artikel 18 – leden 7 en 8 | |||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||||||||
Het eerste deel van het amendement betreft het gebruik van de terminologie van het Verdrag van Lissabon. Doel van het tweede deel is de begrotingsautoriteit adequate informatie te verschaffen ingeval de ramingen van het agentschap door de Commissie zijn gewijzigd. | |||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 14 Voorstel voor een verordening - wijzigingsbesluit Artikel 1 – punt 6 quater (nieuw) Verordening (EG) nr. 1406/2002 Artikel 18 – lid 10 | |||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||||||||
Dit amendement beoogt te voorkomen dat in het geval van belangrijke besparingen op de begroting het Agentschap dezelfde taken en activiteiten moet uitvoeren met veel minder financiële middelen. | |||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 15 Voorstel voor een verordening - wijzigingsbesluit Artikel 1 – punt 7 Verordening (EG) nr. 1406/2002 Artikel 22 – leden 1 en 2 | |||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||||||||
Er moet vermeld worden dat evaluaties op gezette tijden zo nodig ook kunnen leiden tot heroverweging van de taken of het bestaan van het agentschap. |
PROCEDURE
Titel |
Wijziging van verordening (EG) nr. 1406/2002 tot oprichting van een Europees Agentschap voor maritieme veiligheid |
||||
Document- en procedurenummers |
COM(2010)0611 – C7-0343/2010 – 2010/0303(COD) |
||||
Commissie ten principale Datum bekendmaking |
TRAN – 10.11.2010 |
|
|
|
|
Medeadviserende commissie(s) Datum bekendmaking |
BUDG 10.11.2010 |
|
|
|
|
Rapporteur(s) Datum benoeming |
Jutta Haug 18.11.2010 |
|
|
|
|
Datum goedkeuring |
15.6.2011 |
|
|
|
|
Uitslag eindstemming |
+: –: 0: |
37 1 0 |
|||
Bij de eindstemming aanwezige leden |
Damien Abad, Alexander Alvaro, Marta Andreasen, Francesca Balzani, Reimer Böge, Lajos Bokros, Andrea Cozzolino, Jean-Luc Dehaene, Isabelle Durant, James Elles, Göran Färm, José Manuel Fernandes, Eider Gardiazábal Rubial, Salvador Garriga Polledo, Jens Geier, Ivars Godmanis, Estelle Grelier, Jutta Haug, Monika Hohlmeier, Sidonia Elżbieta Jędrzejewska, Anne E. Jensen, Sergej Kozlík, Jan Kozłowski, Alain Lamassoure, Giovanni La Via, Vladimír Maňka, Barbara Matera, Claudio Morganti, Nadezhda Neynsky, Miguel Portas, László Surján, Helga Trüpel, Angelika Werthmann, Jacek Włosowicz |
||||
Bij de eindstemming aanwezige vaste plaatsvervanger(s) |
Frédéric Daerden, Edit Herczog, Jan Mulder, María Muñiz De Urquiza |
||||
ADVIES van de Commissie milieubeheer, volksgezondheid en voedselveiligheid (19.4.2011)
aan de Commissie vervoer en toerisme
over het voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1406/2002 tot oprichting van een Europees Agentschap voor maritieme veiligheid
(COM(2010)0611 – C7‑0343/2010 – 2010/0303(COD))
Rapporteur voor advies: Bart Staes
BEKNOPTE MOTIVERING
De recente olieramp met het boorplatform Deepwater Horizon in de Golf van Mexico heeft duidelijk gemaakt dat er aandacht moet worden besteed aan zaken die te maken hebben met de maritieme veiligheid en voorkoming van verontreiniging in het mariene milieu van de EU. Het Europees Parlement stelde deze thema's aan de orde in zijn resolutie van 7 oktober 2010 over de opsporing en winning van aardolie in de EU (waarvoor de Commissie milieubeheer, volksgezondheid en voedselveiligheid het initiatief had genomen).
Deze voorgestelde Verordening tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1406/2002 tot oprichting van een Europees Agentschap voor maritieme veiligheid (EMSA) biedt het Parlement de eerste gelegenheid om in het kader van zijn wetgevingswerkzaamheden manieren te onderzoeken om de bestaande EMSA-taken meer gewicht te geven, zodat bevorderd wordt dat milieubeschermingsdoelen worden gehaald en het vermogen om op ongelukken te reageren wordt verbeterd.
Met de voorgestelde verordening moet een zo goed mogelijk gebruik worden gemaakt van de expertise van het Agentschap en moet het een geprononceerdere rol krijgen in de ondersteuning van de Commissie en lidstaten bij het voorkomen van de van offshore olie- en gasinstallaties afkomstige verontreiniging, en ook het vaststellen van eisen en richtsnoeren voor vergunningverlening ten behoeve van de opsporing en productie van aardolie en aardgas. De voorgestelde verordening moet ook een nadrukkelijker rol geven aan systemen als CleanSeaNet en het door EMSA bij zijn huidige werkzaamheden gebruikte elektronische detectiesysteem en de inspectietaken van EMSA uitbreiden.
AMENDEMENTEN
De Commissie milieubeheer, volksgezondheid en voedselveiligheid verzoekt de ten principale bevoegde Commissie vervoer en toerisme onderstaande amendementen in haar verslag op te nemen:
Amendement 1 Voorstel voor een verordening – wijzigingsbesluit Overweging 6 | |||||||||||||
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement | ||||||||||||
(6) Het Agentschap moet de Commissie ten volle bijstaan bij onderzoeksactiviteiten met betrekking tot zijn bevoegdheidsgebied. Overlappingen met de werkzaamheden van het bestaande onderzoekskader van de EU moeten echter worden vermeden. Het Agentschap dient derhalve geen onderzoeksprojecten te beheren. |
(6) Het Agentschap moet de Commissie ten volle bijstaan bij onderzoeksactiviteiten met betrekking tot zijn bevoegdheidsgebied. Overlappingen met de werkzaamheden van het bestaande onderzoekskader van de EU moeten echter worden vermeden. Het Agentschap dient derhalve geen onderzoeksprojecten te beheren. Bij de uitbreiding van de taken van het Agentschap moet erop gelet worden dat deze duidelijk en nauwkeurig worden omschreven, dat er geen overlappingen zijn en dat iedere onoverzichtelijkheid wordt vermeden; | ||||||||||||
Amendement 2 Voorstel voor een verordening – wijzigingsbesluit Overweging 8 | |||||||||||||
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement | ||||||||||||
(8) Recente gebeurtenissen hebben de risico's aangetoond van offshorewinning-, gasexploratie- en productie-installaties voor het zeevervoer en het mariene milieu. Het gebruik van de responsmogelijkheden van het Agentschap moet uitdrukkelijk worden uitgebreid naar bestrijding van verontreiniging door dergelijke activiteiten. Voorts moet het Agentschap de Commissie bijstaan bij het analyseren van de veiligheid van mobiele offshoregas- en olie-installaties om mogelijke zwakheden op te sporen, op basis van de deskundigheid die het heeft ontwikkeld met betrekking tot maritieme veiligheid, maritieme beveiliging, de preventie van verontreiniging door schepen en de bestrijding van mariene verontreiniging. |
(8) Recente gebeurtenissen hebben de risico's aangetoond van offshore-activiteiten in verband met de exploratie en productie van aardolie en aardgas, alsmede van vervoersactiviteiten, voor het zeevervoer, het mariene milieu en kustgebieden. Het gebruik van de responsmogelijkheden van het Agentschap moet uitdrukkelijk worden uitgebreid naar de voorkoming en bestrijding van verontreiniging door dergelijke activiteiten. Voorts moet het Agentschap de Commissie bijstaan bij het analyseren van de veiligheid van mobiele offshoregas- en olie-installaties (met inbegrip van vervoersinstallaties) om mogelijke zwakheden op te sporen, op basis van de deskundigheid die het heeft ontwikkeld met betrekking tot maritieme veiligheid, maritieme beveiliging, de preventie van verontreiniging door schepen en de bestrijding van mariene verontreiniging. In het bijzonder dient het Agentschap door middel van zijn bestaande satellietdienst voor toezicht en bewaking de Commissie en de lidstaten bij te staan bij de opsporing en het opvangen van de gevolgen van olielekkage van offshoregas- en olie-installaties. | ||||||||||||
Amendement 3 Voorstel voor een verordening – wijzigingsbesluit Overweging 8 bis (nieuw) | |||||||||||||
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement | ||||||||||||
|
(8 bis) De uitbreiding van de taken en verantwoordelijkheden van het Agentschap in verband met offshore olie- en gasinstallaties moet op adequate wijze tot uitdrukking worden gebracht in de krachtens artikel 18 van Verordening (EG) nr. 1406/2002 aangenomen begroting en dient te leiden tot een verhoging van het aantal personeelsleden en zijn vermogen om op ongelukken te reageren, mocht dit nodig zijn om het Agentschap in staat te stellen deze nieuwe taken doeltreffend te vervullen. | ||||||||||||
Amendement 4 Voorstel voor een verordening – wijzigingsbesluit Overweging 8 ter (nieuw) | |||||||||||||
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement | ||||||||||||
|
(8 ter) Het bestaande elektronische detectiesysteem van het Agentschap zou met goede resultaten ook kunnen worden ingezet voor meer soorten vaartuigen, gezien zijn potentieel om de efficiëntie van het zeevervoer te verbeteren en zo te stimuleren vracht over zee en niet over de weg te vervoeren. | ||||||||||||
Amendement 5 Voorstel voor een verordening – wijzigingsbesluit Overweging 10 | |||||||||||||
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement | ||||||||||||
(10) Het Agentschap is uitgegroeid tot een autoriteit op het gebied van maritieme verkeersgegevens op EU-niveau die van belang en relevant zijn voor andere activiteiten van de EU. Door zijn activiteiten, met name betreffende havenstaatcontrole, toezicht op maritiem verkeer en scheepsroutes en bijstand bij het opsporen van potentiële verontreinigers, moet het Agentschap helpen op EU-niveau synergieën betreffende bepaalde kustwachtoperaties tot stand te brengen. Daarnaast moet het Agentschap bij het vergaren en controleren van gegevens ook basisinformatie verzamelen over potentiële bedreigingen van offshorewinning-, gasexploratie- en productie-installaties voor het zeevervoer en het mariene milieu. |
(10) Het Agentschap is uitgegroeid tot een autoriteit op het gebied van maritieme verkeersgegevens op EU-niveau die van belang en relevant zijn voor andere activiteiten van de EU. Door zijn activiteiten, met name betreffende havenstaatcontrole, toezicht op maritiem verkeer en scheepsroutes en bijstand bij het opsporen van potentiële verontreinigers, moet het Agentschap helpen op EU-niveau synergieën betreffende bepaalde kustwachtoperaties tot stand te brengen. Bovendien moet er een studie worden uitgevoerd om na te gaan of het Agentschap dergelijke taken in de toekomst als Europese kustwacht zou moeten gaan vervullen om een sneller en doeltreffender optreden van de autoriteiten mogelijk te maken. Daarnaast moet het Agentschap bij het vergaren en controleren van gegevens ook basisinformatie verzamelen over potentiële bedreigingen van het zeevervoer en het mariene milieu door offshore-activiteiten in verband met de exploratie, de productie en het vervoer van aardolie en aardgas. | ||||||||||||
Amendement 6 Voorstel voor een verordening – wijzigingsbesluit Overweging 11 bis (nieuw) | |||||||||||||
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement | ||||||||||||
|
(11 bis) De deskundigheid van het Agentschap op het gebied van het reageren op verontreinigingen en ongelukken in het mariene milieu kan ook waardevolle diensten bewijzen bij het ontwikkelen van richtsnoeren voor het verlenen van vergunningen voor de exploratie en productie van aardolie en aardgas. Het Agentschap moet daarom de Commissie en de lidstaten in deze taak bijstaan. | ||||||||||||
Amendement 7 Voorstel voor een verordening – wijzigingsbesluit Overweging 12 | |||||||||||||
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement | ||||||||||||
(12) Het Agentschap voert inspecties uit om de Commissie bij te staan bij de beoordeling van de efficiënte tenuitvoerlegging van de EU-wetgeving. De rollen van het Agentschap, de Commissie, de lidstaten en de raad van bestuur moeten duidelijk worden vastgesteld. |
(12)Het Agentschap voert inspecties uit om de Commissie bij te staan bij de beoordeling van de efficiënte tenuitvoerlegging van de EU-wetgeving. De rollen van het Agentschap, de Commissie, de lidstaten en de raad van bestuur moeten duidelijk worden vastgesteld. In het bijzonder moet het Agentschap inspecties uitvoeren in derde landen in gebieden aan de Middellandse Zee, de Zwarte Zee en de Oostzee, in wier wateren de opsporing en productie van aardolie en aardgas plaatsvindt, en het moet deze derde landen helpen hun vermogen te versterken, de veiligheid van hun offshoreoperaties te verbeteren. De samenwerking met derde landen bij het uitvoeren van de taken moet geïntensiveerd worden om een sneller optreden mogelijk te maken. | ||||||||||||
Amendement 8 Voorstel voor een verordening – wijzigingsbesluit Artikel 1 – punt 1 Verordening (EG) nr. 1406/2002 Artikel 1 – lid 2 | |||||||||||||
| |||||||||||||
Amendement 9 Voorstel voor een verordening – wijzigingsbesluit Artikel 1 – punt 1 Verordening (EG) nr. 1406/2002 Artikel 1 – lid 3 bis (nieuw) | |||||||||||||
| |||||||||||||
Amendement 10 Voorstel voor een verordening – wijzigingsbesluit Artikel 1 – punt 1 Verordening (EG) nr. 1406/2002 Artikel 2– lid 1 | |||||||||||||
| |||||||||||||
Amendement 11 Voorstel voor een verordening – wijzigingsbesluit Artikel 1 – punt 1 Verordening (EG) nr. 1406/2002 Artikel 2 – lid 2 – letter f bis (nieuw) | |||||||||||||
| |||||||||||||
Amendement 12 Voorstel voor een verordening – wijzigingsbesluit Artikel 1 – punt 1 Verordening (EG) nr. 1406/2002 Artikel 2 – lid 3 – letter c bis (nieuw) | |||||||||||||
| |||||||||||||
Amendement 13 Voorstel voor een verordening – wijzigingsbesluit Artikel 1 – punt 1 Verordening (EG) nr. 1406/2002 Artikel 2 – alinea 4 – letter c bis (nieuw) | |||||||||||||
| |||||||||||||
Amendement 14 Voorstel voor een verordening – wijzigingsbesluit Artikel 1 – punt 1 Verordening (EG) nr. 1406/2002 Artikel 3 – lid 1 – alinea 1 | |||||||||||||
| |||||||||||||
Motivering | |||||||||||||
Het EMSA zou ook een rol kunnen spelen bij het nauwkeurig bekijken van milieueffectbeoordelingen voor offshore activiteiten ter voorkoming van nadelige gevolgen voor het milieu in uiterst kwetsbare mariene ecosystemen. | |||||||||||||
Amendement 15 Voorstel voor een verordening – wijzigingsbesluit Artikel 1 – punt 1 Verordening (EG) nr. 1406/2002 Artikel 3 – lid 1 – alinea 3 | |||||||||||||
| |||||||||||||
Amendement 16 Voorstel voor een verordening – wijzigingsbesluit Artikel 1 – punt 1 Verordening (EG) nr. 1406/2002 Artikel 3 – lid 3 | |||||||||||||
| |||||||||||||
Amendement 17 Voorstel voor een verordening – wijzigingsbesluit Artikel 1 – punt 2 Verordening (EG) nr. 1406/2002 Artikel 5 – lid 3 | |||||||||||||
| |||||||||||||
Amendement 18 Voorstel voor een verordening – wijzigingsbesluit Artikel 1 – punt 5 Verordening (EG) nr. 1406/2002 Artikel 16– lid 1 | |||||||||||||
| |||||||||||||
Amendement 19 Voorstel voor een verordening – wijzigingsbesluit Artikel 1 – punt 5 Verordening (EG) nr. 1406/2002 Artikel 16 – lid 4 | |||||||||||||
|
PROCEDURE
Titel |
Wijziging van verordening (EG) nr. 1406/2002 tot oprichting van een Europees Agentschap voor maritieme veiligheid |
|||||||
Document- en procedurenummers |
(COM(2010)0611 – C7-0343/2010 – 2010/0303(COD)) |
|||||||
Commissie ten principale |
TRAN – |
|||||||
Advies uitgebracht door Datum bekendmaking |
ENVI 10.11.2010 |
|
|
|
||||
Rapporteur voor advies Datum benoeming |
Bart Staes 30.11.2010 |
|
|
|||||
Behandeling in de commissie |
16.3.2011 |
|
|
|
||||
Datum goedkeuring |
19.4.2011 |
|
|
|
||||
Uitslag eindstemming |
+: –: 0: |
58 2 0 |
||||||
Bij de eindstemming aanwezige leden |
János Áder, Kriton Arsenis, Sophie Auconie, Paolo Bartolozzi, Sergio Berlato, Martin Callanan, Nessa Childers, Chris Davies, Esther de Lange, Anne Delvaux, Bas Eickhout, Edite Estrela, Karl-Heinz Florenz, Elisabetta Gardini, Gerben-Jan Gerbrandy, Julie Girling, Nick Griffin, Françoise Grossetête, Cristina Gutiérrez-Cortines, Satu Hassi, Jolanta Emilia Hibner, Dan Jørgensen, Christa Klaß, Holger Krahmer, Jo Leinen, Peter Liese, Linda McAvan, Radvilė Morkūnaitė-Mikulėnienė, Paul Nuttall, Vladko Todorov Panayotov, Gilles Pargneaux, Antonyia Parvanova, Sirpa Pietikäinen, Mario Pirillo, Pavel Poc, Vittorio Prodi, Anna Rosbach, Oreste Rossi, Dagmar Roth-Behrendt, Carl Schlyter, Richard Seeber, Bogusław Sonik, Claudiu Ciprian Tănăsescu, Salvatore Tatarella, Glenis Willmott, Sabine Wils, Marina Yannakoudakis |
|||||||
Bij de eindstemming aanwezige vaste plaatsvervanger(s) |
João Ferreira, Matthias Groote, Jutta Haug, Michèle Rivasi, Birgit Schnieber-Jastram, Renate Sommer, Bart Staes, Struan Stevenson, Eleni Theocharous, Marianne Thyssen, Giommaria Uggias, Anna Záborská |
|||||||
Bij de eindstemming aanwezige plaatsvervanger(s) (art. 187, lid 2) |
George Sabin Cutaş |
|||||||
PROCEDURE
Titel |
Wijziging van verordening (EG) nr. 1406/2002 tot oprichting van een Europees Agentschap voor maritieme veiligheid |
||||
Document- en procedurenummers |
COM(2010)0611 – C7-0343/2010 – 2010/0303(COD) |
||||
Datum indiening bij EP |
28.10.2010 |
|
|
|
|
Commissie ten principale Datum bekendmaking |
TRAN – 10.11.2010 |
|
|
|
|
Medeadviserende commissie(s) Datum bekendmaking |
BUDG 10.11.2010 |
ENVI 10.11.2010 |
ITRE 10.11.2010 |
|
|
Geen advies Datum besluit |
ITRE 1.12.2010 |
|
|
|
|
Rapporteur(s) Datum benoeming |
Knut Fleckenstein 7.12.2010 |
|
|
|
|
Behandeling in de commissie |
12.4.2011 |
21.6.2011 |
10.10.2011 |
|
|
Datum goedkeuring |
11.10.2011 |
|
|
|
|
Uitslag eindstemming |
+: –: 0: |
35 5 2 |
|||
Bij de eindstemming aanwezige leden |
Inés Ayala Sender, Georges Bach, Izaskun Bilbao Barandica, Antonio Cancian, Michael Cramer, Ryszard Czarnecki, Philippe De Backer, Luis de Grandes Pascual, Christine De Veyrac, Saïd El Khadraoui, Ismail Ertug, Carlo Fidanza, Knut Fleckenstein, Jacqueline Foster, Mathieu Grosch, Dieter-Lebrecht Koch, Jaromír Kohlíček, Georgios Koumoutsakos, Werner Kuhn, Jörg Leichtfried, Marian-Jean Marinescu, Gesine Meissner, Mike Nattrass, Hubert Pirker, David-Maria Sassoli, Vilja Savisaar-Toomast, Olga Sehnalová, Debora Serracchiani, Brian Simpson, Keith Taylor, Silvia-Adriana Ţicău, Georgios Toussas, Giommaria Uggias, Thomas Ulmer, Peter van Dalen, Dominique Vlasto, Artur Zasada, Roberts Zīle |
||||
Bij de eindstemming aanwezige vaste plaatsvervanger(s) |
Dominique Riquet, Laurence J.A.J. Stassen |
||||
Bij de eindstemming aanwezige plaatsvervanger(s) (art. 187, lid 2) |
Margrete Auken, Peter Simon |
||||
Datum indiening |
25.10.2011 |
||||