VERSLAG met de aanbevelingen van het Europees Parlement aan de Raad, de Commissie en de EDEO betreffende de onderhandelingen over de associatieovereenkomst EU-Georgië

27.10.2011 - (2011/2133(INI))

Commissie buitenlandse zaken
Rapporteur: Krzysztof Lisek
PR_INI_art90-4


Procedure : 2011/2133(INI)
Stadium plenaire behandeling
Documentencyclus :  
A7-0374/2011

ONTWERPRESOLUTIE VAN HET EUROPEES PARLEMENT

met de aanbevelingen van het Europees Parlement aan de Raad, de Commissie en de EDEO betreffende de onderhandelingen over de associatieovereenkomst EU-Georgië

(2011/2133(INI))

Het Europees Parlement,

 gezien de lopende onderhandelingen tussen de EU en Georgië over de sluiting van een associatieovereenkomst,

 gezien de conclusies van de buitengewone Europese Raad van 1 september 2008 en de conclusies van de Raad Externe Betrekkingen van de Europese Unie van 15 september 2008,

 gezien de conclusies van de Raad over Georgië van 10 mei 2010 waarin de onderhandelingsrichtsnoeren worden goedgekeurd,

 gezien de partnerschaps- en samenwerkingsovereenkomst tussen Georgië en de Europese Unie, die op 1 juli 1999 in werking is getreden,

 gezien het wapenstilstandsakkoord van 12 augustus 2008 dat door bemiddeling van de EU tot stand is gekomen en door Georgië en de Russische Federatie is ondertekend, en de uitvoeringsovereenkomst van 8 september 2008,

 gezien de toespraak van Micheil Saakasjvili, president van Georgië, van 23 november 2010 tot het Europees Parlement,

 gezien de gezamenlijke verklaring van de topontmoeting van het Oostelijk Partnerschap op 7 mei 2009 in Praag,

 gezien de conclusies van de Raad Buitenlandse Zaken over het Oostelijk Partnerschap van 25 oktober 2010,

 gezien de gezamenlijke mededeling over "Inspelen op de veranderingen in onze buurlanden" van 25 mei 2011,

 gezien het gemeenschappelijk actieplan EU-Georgië in het kader van het Europees nabuurschapsbeleid (ENB), ondersteund door de samenwerkingsraad EU-Georgië van 14 november 2006, waarin de strategische en specifieke doelstellingen zijn opgenomen die zijn gebaseerd op afspraken over gedeelde waarden en de daadwerkelijke verwezenlijking van politieke, economische en institutionele hervormingen,

 gezien het voortgangsverslag van de Commissie over Georgië, dat is aangenomen op 25 mei 2011,

 gezien de overeenkomsten inzake vereenvoudigde visumverplichtingen en overname tussen de EU en Georgië die op 1 maart 2011 in werking zijn getreden,

 gezien de gezamenlijke verklaring inzake een mobiliteitspartnerschap tussen de EU en Georgië van 30 november 2009,

 gezien de belangrijkste aanbevelingen van de Commissie met betrekking tot de voorbereiding van Georgië voor de opening van DCFTA-onderhandelingen met Georgië die in 2009 zijn gedaan,

 gezien de ondertekening van de overeenkomst tussen de EU en Georgië over de bescherming van geografische aanduidingen van landbouwproducten en levensmiddelen van 14 juli 2011,

 gezien de ondertekening van de overeenkomst betreffende een gemeenschappelijke luchtvaartruimte tussen de EU en haar lidstaten en Georgië van 2 december 2010,

 gezien speciaal verslag nr. 13/2010 van de Europese Rekenkamer over de resultaten van het Europees nabuurschaps- en partnerschapsinstrument in de Zuid-Kaukasus,

 gezien zijn resoluties over Georgië van 3 september 2008[1], over de noodzaak van een EU-strategie voor de Zuid-Kaukasus van 20 mei 2010[2] en over de herziening van het Europees nabuurschapsbeleid - oostelijke dimensie van 7 april 2011[3],

 gezien artikel 90, lid 4, en artikel 48 van zijn Reglement,

 gezien het verslag van de Commissie buitenlandse zaken (A7-0374/2011),

A.  overwegende dat door het Oostelijk Partnerschap een politiek kader van betekenis is ontstaan voor de verdieping van de betrekkingen, de versnelling van de politieke samenwerking en de bevordering van de economische integratie tussen de EU en Georgië, doordat het de politieke en sociaaleconomische hervormingen ondersteunt en de toenadering tot de EU vergemakkelijkt;

B.  overwegende dat het Oostelijk Partnerschap voorziet in de versterking van de bilaterale betrekkingen door middel van nieuwe associatieovereenkomsten, waarbij rekening wordt gehouden met de specifieke situatie en aspiraties van elk partnerland en zijn vermogen de hieruit voortvloeiende verplichtingen na te leven;

C.  overwegende dat de actieve betrokkenheid van Georgië en de naleving van gedeelde waarden en beginselen, waaronder democratie, de rechtsstaat, goed bestuur en de eerbiediging van de mensenrechten, van wezenlijk belang zijn voor het proces zelf en voor het welslagen van de onderhandelingen en de tenuitvoerlegging van de associatieovereenkomst, met duurzame gevolgen voor de ontwikkeling van het land;

D.  overwegende dat aanpassing van de wetgeving een belangrijk instrument is voor de stimulering van samenwerking tussen de EU en Georgië;

E.  overwegende dat Georgië een van de best presterende partners in het Oostelijk Partnerschap is wat betreft het goedkeuren van hervormingen, hoewel er nog steeds problemen zijn ten aanzien van hun uitvoering; overwegende dat verdere verbeteringen noodzakelijk zijn op het gebied van de hervormingen van het rechtsstelsel en op het gebied van de arbeidsrechten, de rechten van vrouwen en de integratie van minderheden;

F.  overwegende dat het nog steeds niet opgeloste conflict tussen Rusland en Georgië de stabiliteit en ontwikkeling van Georgië belemmert; overwegende dat Rusland de Georgische gebieden Abchazië en het Tsinvali-gebied/Zuid-Ossetië blijft bezetten, in weerwil van de fundamentele normen en beginselen van het volkenrecht; overwegende dat er in deze gebieden etnische zuiveringen en gedwongen demografische veranderingen hebben plaatsgevonden onder effectief toezicht van de bezettingsmacht, die verantwoordelijk is voor de mensenrechtenschendingen in deze gebieden;

G.  overwegende dat de EU in haar gezamenlijke mededeling "Inspelen op de veranderingen in onze buurlanden" te kennen heeft gegeven een actievere rol te willen spelen bij het oplossen van conflicten; overwegende dat de toezichtmissie van de EU (EUMM) ter plaatse een belangrijke rol vervult en dat de bijzonder vertegenwoordiger van de EU voor de Zuidelijke Kaukasus en de crisis in Georgië covoorzitter is bij de gesprekken in Genève; overwegende dat deze gesprekken tot dusver weinig resultaat hebben opgeleverd;

H.  overwegende dat de EU de nadruk legt op het recht van Georgië om zich aan te sluiten bij internationale organisaties of allianties, onder eerbiediging van het volkenrecht, en dat het vast gelooft in het beginsel dat geen enkel derde land een veto kan uitspreken over het soevereine besluit van een land tot toetreding tot een internationale organisatie of alliantie, dan wel het recht heeft een democratisch gekozen regering te destabiliseren;

I.  overwegende dat er bij de onderhandelingen met Georgië over de associatieovereenkomst snel vooruitgang wordt geboekt, maar dat de onderhandelingen over de diepe en brede vrijhandelszone (DCFTA) nog steeds niet zijn begonnen;

1.  beveelt in het kader van de lopende onderhandelingen over de associatieovereenkomst, de Raad, de Commissie en de EDEO aan:

a) ervoor te zorgen dat de onderhandelingen met Georgië in een gestaag tempo doorgaan;

b) de noodzakelijke maatregelen te nemen om er ook voor te zorgen dat de associatieovereenkomst een volledig en op de toekomst gericht kader vormt voor de verdere ontwikkeling van de betrekkingen met Georgië tijdens de komende jaren;

Politieke dialoog en samenwerking

c) Georgië als Europese staat te erkennen en de EU-toezeggingen en lopende onderhandelingen met Georgië te baseren op een Europees perspectief, met inbegrip van artikel 49 van het Verdrag betreffende de Europese Unie, dat een waardevol instrument is bij de tenuitvoerlegging van hervormingen als een noodzakelijke katalysator voor de steun van de bevolking voor deze hervormingen, die het streven van Georgië naar gemeenschappelijke waarden en de beginselen van democratie, de rechtsstaat, mensenrechten en goed bestuur zouden kunnen schragen;

d)  de EU-steun aan de soevereiniteit en territoriale integriteit van Georgië op te voeren en te waarborgen dat de overeenkomst na sluiting op het gehele grondgebied van Georgië van toepassing is; met het oog hierop actief te blijven werken aan een oplossing voor het conflict, onder meer dank zij de EUMM, waarvan het mandaat onlangs verlengd is tot 15 september 2012;

e)  erop aan te dringen dat er een veilige en waardige terugkeer van alle binnenlandse ontheemden en vluchtelingen naar hun vaste woonplaats moet plaatsvinden en dat gedwongen demografische veranderingen onaanvaardbaar zijn;

f)  de nadruk te leggen op het belang van interetnische en godsdienstige verdraagzaamheid; hun voldoening uit te spreken over recente wetgeving van het Georgische parlement betreffende de registratie van religieuze organisaties alsook over positieve actiemaatregelen van de Georgische regering op onderwijsgebied om nationale minderheden beter te integreren;

g)   de Georgische regio's Abchazië en het Tsinvali-gebied/Zuid-Ossetië te erkennen als bezette gebieden;

h)   de gesprekken met de Russische Federatie op te voeren om ervoor te zorgen dat deze alle bepalingen van de wapenstilstandsovereenkomst van 12 augustus 2008 tussen Rusland en Georgië onvoorwaardelijk naleeft, met name de bepaling dat Rusland de EUMM volledige en onbeperkte toegang verleent tot de bezette gebieden Abchazië en het Tsinvali-gebied/Zuid-Ossetië; de aandacht te vestigen op de noodzaak om in de genoemde Georgische gebieden stabiliteit te bewerkstelligen;

i)    Rusland op te roepen zijn erkenning van de afgescheiden Georgische regio's Abchazië en het Tsinvali-gebied/Zuid-Ossetië te herzien, de bezetting van deze Georgische gebieden te beëindigen en de soevereiniteit en territoriale integriteit van Georgië volledig te eerbiedigen, evenals de onschendbaarheid van de internationaal erkende grenzen van dit land zoals deze door het volkenrecht, het VN-Handvest, de slotakte van de Conferentie van Helsinki over veiligheid en samenwerking in Europa en de desbetreffende resoluties van de VN-Veiligheidsraad zijn vastgelegd;

j)    hun voldoening uit te spreken over de unilaterale verbintenis van Georgië om geen geweld te gebruiken om de controle over de regio's Abchazië en Zuid-Ossetië terug te krijgen, zoals president Saakasjvili op 23 november 2010 aan het Europees Parlement heeft verklaard, en Rusland op te roepen om op dit streven te reageren door evenmin geweld tegen Georgië te gebruiken; tevens hun voldoening uit te spreken over de strategie van Georgië ten aanzien van de bezette gebieden en het actieplan voor betrokkenheid als een belangrijk instrument voor de verzoening, en de nadruk te leggen op de noodzaak voor een verdiepte dialoog en mens-tot-mens contacten met de plaatselijke bevolkingen van Abchazië en Zuid-Ossetië om een verzoening mogelijk te maken;

k)   Georgië en Rusland te verzoeken om, zo nodig met bemiddeling door een voor beide zijden aanvaarbare derde partij, en zonder vooraf voorwaarden te stellen, directe gesprekken over een reeks onderwerpen aan te gaan, waarbij dit een aanvulling, maar geen vervanging, van het bestaande proces van Genève mag zijn;

l)    hun verontrusting kenbaar te maken over de terroristische aanvallen in Georgië sedert het afgelopen jaar en Georgië en Rusland te verzoeken samen te werken bij het onderzoek van bovengenoemde terroristische aanvallen; er bij Georgië en Rusland op aan te dringen een einde te maken aan hun retorische uitspraken over bombardementen en steun aan het terrorisme teneinde een klimaat van vertrouwen te scheppen voor dit onderzoek;

Justitie, vrijheid en veiligheid

m)  hun voldoening uit te spreken over de significante vooruitgang die Georgië heeft bereikt op het gebied van democratische hervormingen, waaronder de verbetering van democratische instellingen, met name de ombudsman, de bestrijding van corruptie en de hervorming van de rechterlijke macht, alsook op het gebied van economische hervormingen en liberalisering; Georgië geluk te wensen met de vermindering van de totale misdaadcijfers en met name van de aantallen ernstige misdaden in het land;

n)   uiting te geven aan hun bezorgdheid over de gevallen waarin advocaten door politiefunctionarissen werden aangevallen en ernstig mishandeld; er bij de Georgische autoriteiten op aan te dringen onmiddellijk doeltreffende stappen te ondernemen om bovengenoemde gebeurtenissen te onderzoeken, straffeloosheid en politiek gemotiveerde vervolgingen te bestrijden en degenen die hiervoor verantwoordelijk zijn voor de rechter te brengen; ervoor te zorgen dat er onmiddellijk en daadwerkelijk een einde wordt gemaakt aan alle acties tegen en bedreigingen van advocaten wegens de rechtmatige uitoefening van hun beroep;

o)   er bij de Georgische regering op aan te dringen op uitgebreidere schaal een constructieve dialoog met de oppositionele krachten aan te gaan en door te gaan met de ontwikkeling van een democratisch milieu waarin vrijheid van meningsuiting mogelijk is en met name de openbare media voor alle politieke partijen openstaan;

p)   er bij de Georgische regering op aan te dringen de fysieke omstandigheden in de gevangenissen en detentiecentra verder te verbeteren, volledige steun te blijven geven aan de ombudsman van Georgië, die verantwoordelijk is voor het toezicht op schending van de mensenrechten, en te overwegen om het organisaties van het maatschappelijk middenveld en niet-gouvernementele mensenrechtenorganisaties gemakkelijker te maken personen in gevangenissen en detentiecentra te bezoeken;

q)   de tenuitvoerlegging van de overeenkomsten inzake vereenvoudigde visumverplichtingen en overname en van het mobiliteitspartnerschap EU-Georgië te evalueren; te overwegen dan de visumdialoog EU-Georgië te zijner tijd op te starten, teneinde tot een liberalisering van de visumplicht te komen; te waarborgen dat de overeenkomst de vooruitgang in de richting van visumliberalisering weerspiegelt die op het tijdstip van de afronding van de onderhandelingen over de overeenkomst is bereikt;

r)    in de overeenkomst clausules op te nemen over de bescherming en bevordering van de mensenrechten, overeenkomstig de hoogste internationale en Europese normen, onder volledige gebruikmaking van het kader van de Raad van Europa en de OVSE, waarbij met name de nadruk wordt gelegd op de rechten van ontheemden en personen die tot nationale en andere minderheden behoren;

s)    te erkennen dat Georgië bij de tenuitvoerlegging van het actieplan voor ontheemden zeer veel werk heeft verricht, met name wat betreft toegang tot huisvesting;

t)    de Georgische autoriteiten aan te moedigen om volledige en doeltreffende wetgeving ter bestrijding van discriminatie aan te nemen en uit te voeren die zowel strookt met de inhoud en de geest van de EU-wetgeving als met het Handvest van de grondrechten van de EU, onder meer bepalingen tegen discriminatie op grond van seksuele gerichtheid en genderidentiteit;

u)   in de overeenkomst het belang van waarborging van fundamentele vrijheden, de rechtsstaat, goed bestuur en de voortdurende bestrijding van corruptie te benadrukken en de hervorming van de rechtspraak als een van de prioriteiten te blijven ondersteunen, teneinde het vertrouwen van de burgers in de rechterlijke macht te vergroten, en de noodzaak te benadrukken een volledig onafhankelijk justitieel apparaat te ontwikkelen, waarbij ook stappen moeten worden ondernomen om ervoor te zorgen dat opvallende gevallen van usurpatie op het gebied van politiek, mensenrechten en eigendom eerlijk worden onderzocht;

v)   er bij de Georgische regering op aan te dringen vrije media, vrijheid van meningsuiting en pluriformiteit van de media te bevorderen, onafhankelijke en objectieve berichtgeving van de media toe te laten, zonder politieke en economische druk, voor een geloofwaardige en doeltreffende uitvoering van maatregelen ter bescherming van journalisten te zorgen, en te zorgen voor transparantie van de eigendomsverhoudingen van de media, in het bijzonder met betrekking tot de omroepmedia, alsook voor vrije toegang tot publieke informatie;

w)  in de overeenkomst een hoofdstuk op te nemen over de bescherming van de rechten van het kind, waarin voorzien wordt in het toesnijden van de desbetreffende Georgische wetgeving op het Verdrag over de rechten van het kind;

x)   het belang te onderstrepen een volledige gendergelijkheid te bereiken, met name met betrekking tot de enorme kloof tussen de beloning van mannen en van vrouwen;

Economie en sectorale samenwerking

y)   de DCFTA-onderhandelingen zo spoedig mogelijk op te starten en in deze context de nodige steun te verlenen aan de partners van Georgië om onderhandelingen te voeren en de DCFTA vervolgens ten uitvoer te leggen na een nauwkeurige en diepgaande evaluatie van zijn gevolgen op sociaal en milieugebied;

z)    steun te verlenen aan de onverwijlde opening van DCFTA-onderhandelingen zodra Georgië gevolg heeft gegeven aan de belangrijkste aanbevelingen die door de Commissie zijn geformuleerd en door de EU-lidstaten zijn goedgekeurd, zodat Georgië de betrekkingen met zijn grootste handelspartner verder kan intensiveren, hetgeen noodzakelijk is om de economische groei in Georgië in stand te houden, alsmede om de economische crisis en de schade als gevolg van de oorlog met Rusland in 2008 te boven te komen;

aa)  Georgië aan te moedigen om verdere voortgang te maken bij het verbeteren van zijn wetgeving en de doeltreffendheid van zijn instellingen, alsook bij de vaststelling van strenge normen voor de kwaliteitscontrole op zijn producten, teneinde aan de voorwaarden van de Europese Commissie te voldoen;

ab) erop aan te dringen dat Georgië voldoende financiële en technische steun krijgt om de noodzakelijke wetgevende en institutionele hervormingen met het oog op de DCFTA voort te zetten en de tenuitvoerlegging van de belangrijkste aanbevelingen, zoals uiteengezet in het actieplan EU-Georgië, te bespoedigen;

ac)  te onderstrepen hoe belangrijk het voor de EU is dat Georgië zorgt voor de adequate verwijdering van giftig en radioactief afval op zijn grondgebied, hetgeen een essentiële voorwaarde is voor het vergemakkelijken van het handelsverkeer, inzonderheid wat landbouwproducten betreft, teneinde de voedselveiligheid te waarborgen;

ad) in de overeenkomst verbintenissen op te nemen om te voldoen aan de arbeidsrechten en -normen van de Internationale Arbeidsorganisatie, met name de overeenkomsten 87 en 98, en aan het Sociaal Handvest van de EU, evenals ten aanzien van de ontwikkeling van een werkelijke, gestructureerde en niet-discriminerende sociale dialoog in de praktijk en het faciliterend effect dat een toenadering van Georgië in de richting van het sociaal acquis van de EU op EU-perspectieven voor het land zou hebben;

ae)  de Georgische autoriteiten te verzoeken zich meer vast te leggen op het gebied van het arbeidsbeleid en de sociale cohesie en door te gaan met het verwezenlijken van een klimaat dat eerbiediging van de EU-normen van de sociale markteconomie bevordert;

af)  rekening te houden met de aanzienlijke inspanningen die de Georgische regering de afgelopen jaren heeft ontplooid om de economie van het land open te stellen door invoering van zeer lage industriële tarieven, goedkeuring van een voor het bedrijfsleven en investeringen bevorderlijk wet- en regelgevingskader en handhaving van de rechtsstaat;

ag)  een reeks verplichtingen op te nemen met betrekking tot belangrijke handelsgerelateerde hoofdstukken zoals niet-tarifaire belemmeringen, handelsbevordering, regels van oorsprong, sanitaire en fytosanitaire maatregelen, intellectuele eigendomsrechten, investeringen en mededingingsbeleid, en daarnaast onder het actieplan ressorterende maatregelen te voltooien;

ah)  Georgië aan te sporen hervormingen door te voeren om het ondernemingsklimaat te verbeteren, zijn stelsel voor belastinginning en zijn mechanisme voor het beslechten van contractuele geschillen te verbeteren, en tegelijkertijd ook de sociale verantwoordelijkheid van bedrijven en duurzame ontwikkeling te bevorderen, te blijven investeren in zijn infrastructuur, met name overheidsdiensten, en bestaande ongelijkheden te bestrijden, inzonderheid in plattelandsgebieden, en te pleiten voor nauwere samenwerking tussen deskundigen van de EU-lidstaten en hun tegenhangers in Georgië om de tenuitvoerlegging van hervormingen in het land te bevorderen en de beste EU-bestuurservaringen in de dagelijkse praktijk te delen;

ai)   brede sectorale samenwerking aan te moedigen; met name de voordelen duidelijk naar voren te brengen en convergentie van de regelgeving op dit gebied te stimuleren;

aj)  in de overeenkomst bepalingen op te nemen over de mogelijkheid van deelname van Georgië aan programma's en agentschappen van de EU, hetgeen een fundamenteel instrument is voor de bevordering van Europese normen op alle niveaus;

ak) de nadruk te leggen op de noodzaak van duurzame ontwikkeling, onder meer via bevordering van het gebruik van hernieuwbare energiebronnen en inachtneming van een efficiënt energiegebruik, waarbij rekening wordt gehouden met de EU-doelstellingen op het gebied van de klimaatverandering; de rol van Georgië te onderstrepen bij de verbetering van de continuïteit van de energievoorziening in de EU door prioritaire projecten en beleidsmaatregelen voor de ontwikkeling van de zuidelijke corridor te stimuleren (NABUCCO, AGRI, trans-Kaspische pijplijn, White Stream, EAOTC);

al)   de Georgische autoriteiten aan te moedigen en bij te staan bij hun investeringsprogramma voor extra nieuwe-generatie capaciteit in waterkrachtcentrales overeenkomstig de EU-normen, hetgeen een instrument is om zijn energiebehoeften te diversifiëren;

Andere vraagstukken

am) het Europees Parlement te raadplegen over de bepalingen over parlementaire samenwerking;

an)  te voorzien in duidelijke criteria voor de uitvoering van de associatieovereenkomst, evenals in controlemechanismen, waaronder regelmatige verslagen aan het Europees Parlement;

ao) Georgië financieel en technisch voldoende te ondersteunen om ervoor te zorgen dat het land de verplichtingen kan nakomen die voortvloeien uit de onderhandelingen over de associatieovereenkomst en de volledige tenuitvoerlegging ervan, door uitgebreide programma's voor institutionele opbouw te blijven uitvoeren; meer fondsen beschikbaar te stellen ter ontwikkeling van de bestuurscapaciteit van de lokale en regionale autoriteiten met behulp van de maatregelen van het Oostelijk partnerschap, voor partnerschapprogramma's, raadpleging op hoog niveau, opleidingsprogramma's en uitwisselingsprogramma's voor werknemers, en ook voor stage- en studiebeursplaatsen voor beroepsopleidingsdoeleinden;

ap) overeenkomstig de gemeenschappelijke mededeling "Inspelen op de veranderingen in onze buurlanden" de EU-steun aan de maatschappelijke organisaties en de media in Georgië uit te breiden, om deze in staat te stellen intern toezicht te houden op de hervormingen en de verplichtingen waartoe de regering zich heeft verbonden en ervoor te zorgen dat de regering hierover meer rekenschap aflegt;

aq) het onderhandelingsteam van de EU aan te moedigen de goede samenwerking met het Europees Parlement voort te zetten en het voortdurend op de hoogte te houden, op basis van schriftelijke documentatie, van de vooruitgang van de onderhandelingen, overeenkomstig artikel 218, lid 10, van het VWEU, waarin staat dat het Parlement in iedere fase van de procedure onverwijld en ten volle wordt geïnformeerd;

2.  verzoekt zijn Voorzitter deze resolutie met de aanbevelingen van het Europees Parlement te doen toekomen aan de Raad, de Commissie en de EDEO en, ter informatie, aan Georgië.

  • [1]  PB C 295E van 4.12.2009, blz. 26.
  • [2]  PB C 161E van 31.5.2011, blz. 136.
  • [3]  Aangenomen teksten, P7_TA(2011)0153.

ADVIES van de Commissie internationale handel (19.10.2011)

aan de Commissie buitenlandse zaken

inzake de aanbevelingen van het Europees Parlement aan de Raad, de Commissie en de EDEO over de onderhandelingen over de associatieovereenkomst EU-Georgië
(2011/2133(INI))

Rapporteur voor advies: Laima Liucija Andrikienė

SUGGESTIES

In het kader van de lopende onderhandelingen over de associatieovereenkomst EU-Georgië en de komende onderhandelingen over de diepe en brede vrijhandelszone verzoekt de Commissie internationale handel de ten principale bevoegde Commissie buitenlandse zaken onderstaande suggesties in haar ontwerpresolutie op te nemen:

1.  steunt de onverwijlde opening van onderhandelingen over een diepe en brede vrijhandelsovereenkomst zodra Georgië gevolg heeft gegeven aan de belangrijkste aanbevelingen die door de Commissie zijn geformuleerd en door de EU-lidstaten zijn goedgekeurd, zodat Georgië de betrekkingen met zijn grootste handelspartner verder kan intensiveren, hetgeen noodzakelijk is om de economische groei in Georgië in stand te houden, alsmede om de economische crisis en de schade als gevolg van de oorlog met Rusland in 2008 te boven te komen;

2.  benadrukt dat rekening moet worden gehouden met de aanzienlijke inspanningen die de Georgische regering de afgelopen jaren heeft ontplooid om de economie van het land open te stellen door invoering van zeer lage industriële tarieven, goedkeuring van een voor het bedrijfsleven en investeringen bevorderlijk wet- en regelgevingskader en handhaving van de rechtsstaat;

3.  moedigt Georgië aan om verdere voortgang te maken bij het verbeteren van zijn wetgeving en de doeltreffendheid van zijn instellingen, alsook bij de vaststelling van strenge normen voor de kwaliteitscontrole op zijn producten, teneinde aan de voorwaarden van de Europese Commissie te voldoen;

4.  dringt erop aan dat Georgië voldoende financiële en technische steun krijgt om de noodzakelijke wetgevende en institutionele hervormingen met het oog op de diepe en brede vrijhandelsovereenkomst voort te zetten en de tenuitvoerlegging van de belangrijkste aanbevelingen, zoals uiteengezet in het actieplan EU-Georgië, te bespoedigen;

5.  onderstreept hoe belangrijk het voor de EU is dat Georgië zorgt voor de adequate verwijdering van giftig en radioactief afval op zijn grondgebied; beschouwt dit als een essentiële voorwaarde voor het vergemakkelijken van het handelsverkeer, inzonderheid wat landbouwproducten betreft, teneinde de voedselveiligheid te waarborgen;

6.  stelt voor een reeks verplichtingen op te nemen met betrekking tot belangrijke handelsgerelateerde hoofdstukken zoals niet-tarifaire belemmeringen, handelsbevordering, regels van oorsprong, sanitaire en fytosanitaire maatregelen, intellectuele eigendomsrechten, investeringen en mededingingsbeleid, en daarnaast onder het actieplan ressorterende maatregelen te voltooien;

7.  spoort Georgië aan hervormingen door te voeren om het ondernemingsklimaat te verbeteren, zijn stelsel voor belastinginning en zijn mechanisme voor het beslechten van contractuele geschillen te verbeteren, en tegelijkertijd ook de sociale verantwoordelijkheid van bedrijven en duurzame ontwikkeling te bevorderen, te blijven investeren in zijn infrastructuur, met name overheidsdiensten, en bestaande ongelijkheden te bestrijden, inzonderheid in plattelandsgebieden; pleit voor nauwere samenwerking tussen deskundigen van de EU-lidstaten en hun tegenhangers in Georgië om de tenuitvoerlegging van hervormingen in het land te bevorderen en de beste EU‑bestuurservaringen in de dagelijkse praktijk te delen;

8.  meent dat via de onderhandelingen over de associatieovereenkomst moet worden verzekerd dat Georgië werk maakt van vrije en eerlijke handel, duurzame ontwikkeling, mensenrechten, arbeidsnormen en behoorlijk bestuur; meent dat met name moet worden verzekerd dat de Georgische arbeidswetgeving in overeenstemming is met de belangrijkste IAO-overeenkomsten, inzonderheid de overeenkomsten 87 en 98, en dat kinderarbeid wordt uitgebannen.

UITSLAG VAN DE EINDSTEMMING IN DE COMMISSIE

Datum goedkeuring

11.10.2011

 

 

 

Uitslag eindstemming

+:

–:

0:

22

3

2

Bij de eindstemming aanwezige leden

William (The Earl of) Dartmouth, Laima Liucija Andrikienė, Kader Arif, David Campbell Bannerman, Daniel Caspary, Marielle De Sarnez, Christofer Fjellner, Yannick Jadot, Bernd Lange, David Martin, Emilio Menéndez del Valle, Vital Moreira, Paul Murphy, Franck Proust, Godelieve Quisthoudt-Rowohl, Niccolò Rinaldi, Helmut Scholz, Peter Šťastný, Robert Sturdy, Gianluca Susta, Iuliu Winkler, Pablo Zalba Bidegain, Paweł Zalewski

Bij de eindstemming aanwezige vaste plaatsvervanger(s)

José Bové, George Sabin Cutaş, Silvana Koch-Mehrin, Elisabeth Köstinger, Jörg Leichtfried

Bij de eindstemming aanwezige plaatsvervanger(s) (art. 187, lid 2)

Martin Callanan

UITSLAG VAN DE EINDSTEMMING IN DE COMMISSIE

Datum goedkeuring

20.10.2011

 

 

 

Uitslag eindstemming

+:

–:

0:

36

0

1

Bij de eindstemming aanwezige leden

Pino Arlacchi, Elmar Brok, Andrzej Grzyb, Anneli Jäätteenmäki, Tunne Kelam, Nicole Kiil-Nielsen, Maria Eleni Koppa, Andrey Kovatchev, Krzysztof Lisek, Mario Mauro, Francisco José Millán Mon, Annemie Neyts-Uyttebroeck, Norica Nicolai, Vincent Peillon, Bernd Posselt, Hans-Gert Pöttering, José Ignacio Salafranca Sánchez-Neyra, Nikolaos Salavrakos, Hannes Swoboda, Charles Tannock, Inese Vaidere, Boris Zala

Bij de eindstemming aanwezige vaste plaatsvervanger(s)

Nikolaos Chountis, Tanja Fajon, Kinga Gál, Liisa Jaakonsaari, Elisabeth Jeggle, Barbara Lochbihler, Monica Luisa Macovei, Konrad Szymański, Indrek Tarand, Ivo Vajgl, Janusz Władysław Zemke

Bij de eindstemming aanwezige plaatsvervanger(s) (art. 187, lid 2)

Heinz K. Becker, Edite Estrela, Filip Kaczmarek, Róża Gräfin von Thun und Hohenstein