VERSLAG over de door het bemiddelingscomité goedgekeurde gemeenschappelijke ontwerptekst van de verordening van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1934/2006 van de Raad tot vaststelling van een financieringsinstrument voor de samenwerking met geïndustrialiseerde landen en andere landen en gebieden met een hoog inkomen
24.11.2011 - (PE-CONS 00056/2011 – C7‑0376/2011 – 2009/0059(COD)) - ***III
Delegatie van het Europees Parlement in het bemiddelingscomité
Voorzitter van de delegatie: Alejo Vidal-Quadras
Rapporteur: Helmut Scholz
ONTWERPWETGEVINGSRESOLUTIE VAN HET EUROPEES PARLEMENT
over de door het bemiddelingscomité goedgekeurde gemeenschappelijke ontwerptekst van de verordening van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1934/2006 van de Raad tot vaststelling van een financieringsinstrument voor de samenwerking met geïndustrialiseerde landen en andere landen en gebieden met een hoog inkomen
(PE-CONS 00056/2011 – C7‑0376/2011 – 2009/0059(COD))
(Gewone wetgevingsprocedure: derde lezing)
Het Europees Parlement,
– gezien de door het bemiddelingscomité goedgekeurde gemeenschappelijke ontwerptekst en de daarop betrekking hebbende verklaringen van het Parlement, de Raad en de Commissie (PE-CONS 00056/2011 – C7‑0376/2011),
– gezien zijn in eerste lezing geformuleerde standpunt[1] inzake het voorstel van de Commissie aan het Europees Parlement en de Raad (COM(2009)0197),
– gezien zijn in tweede lezing geformuleerde standpunt[2] inzake het standpunt van de Raad in eerste lezing[3],
– gezien het advies van de Commissie over de amendementen van het Parlement op het standpunt van de Raad in eerste lezing (COM(2011)0167),
– gezien het standpunt van de Raad in tweede lezing,
– gezien artikel 294, lid 13, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,
– gezien artikel 69 van zijn Reglement,
– gezien het verslag van zijn delegatie in het bemiddelingscomité (A7-0401/2011),
1. hecht zijn goedkeuring aan de gemeenschappelijke ontwerptekst;
2. bevestigt de gemeenschappelijke verklaring van het Europees Parlement en de Raad die als bijlage bij onderhavige resolutie is gevoegd;
3. neemt kennis van de verklaring van de Commissie die als bijlage bij onderhavige resolutie is gevoegd;
4. verzoekt zijn Voorzitter het besluit samen met de voorzitter van de Raad overeenkomstig artikel 297, lid 1, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie te ondertekenen;
5. verzoekt zijn secretaris-generaal het besluit te ondertekenen nadat is nagegaan of alle procedures naar behoren zijn uitgevoerd, en met de secretaris-generaal van de Raad zorg te dragen voor publicatie ervan, samen met de daarop betrekking hebbende verklaringen van het Parlement, de Raad en de Commissie, in het Publicatieblad van de Europese Unie;
6. verzoekt zijn Voorzitter deze wetgevingsresolutie te doen toekomen aan de Raad en de Commissie alsmede aan de nationale parlementen.
- [1] Aangenomen teksten van 21.10.2010, P7_TA(2010)0381.
- [2] Aangenomen teksten van 3.2.2011, P7_TA(2011)0033.
- [3] PB C 7 E van 12.1.2011, blz. 1.
TOELICHTING
Achtergrond
Op 21 april 2009 heeft de Commissie haar voorstel voor een verordening tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1394/2006 tot vaststelling van een financieringsinstrument voor samenwerking met industrielanden en andere landen en gebiedsdelen met een hoog inkomen (ICI) aangenomen. Het voorstel is ingediend als onderdeel van de herziening halverwege van de financieringinstrumenten voor het externe optreden. De belangrijkste doelstelling is uitbreiding van het toepassingsgebied van de ICI-verordening met de ontwikkelingslanden die onder Verordening (EG) nr. 1905/2006 tot invoering van een financieringsinstrument voor ontwikkelingssamenwerking (DCI) van 18 december 2006 vallen, voor geografische samenwerking met landen in Azië, Centraal-Azië en Latijns-Amerika, en met Irak, Iran, Jemen en Zuid-Afrika. De gewijzigde ICI-verordening biedt een goede rechtsgrond voor (financierings-) activiteiten die niet voldoen aan de criteria van officiële ontwikkelingssamenwerking van de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO) en die daarom van de DCI-verordening zijn uitgesloten.
De gewijzigde ICI-verordening zorgt daarnaast voor verdieping van de betrekkingen van de Unie met landen die zowel ontwikkelingsland, als belangrijke partner in de mondiale economie zijn, zoals China, Brazilië en Mexico, en regio's zoals Centraal-Azië en het Midden-Oosten, Azië, Latijns-Amerika en Zuid-Afrika. Het toegevoegde referentiebedrag bedraagt EUR 176 miljoen voor de periode 2010-2013.
I. De wetgevingsprocedure vóór bemiddeling (eerste en tweede lezing)
Het Europees Parlement heeft op 21 oktober 2010 zijn advies in eerste lezing uitgebracht. Het heeft voorgesteld de betrokkenheid van het Parlement bij programmering, evaluatie en verslaglegging met betrekking tot meerjarige samenwerkingsprogramma's te verbeteren, en een aantal wijzigingen aan de financiering van het ICI-instrument voorgesteld.
De Raad heeft op 10 december 2010 zijn standpunt in eerste lezing vastgesteld. Veel amendementen werden overgenomen, maar de Raad ging niet akkoord met het verzoek van het Parlement om gedelegeerde handelingen te gebruiken voor de goedkeuring van meerjarige samenwerkingsprogramma's (meerjarige strategiedocumenten) aangezien deze in de optiek van de Raad niet-bindende handelingen zijn, die derhalve middels tenuitvoerleggingsmaatregelen moeten worden goedgekeurd. De Raad ging evenmin akkoord met de wijzigingen aan artikel 16 betreffende de financiering (de Raad stelde dat dit zal worden besloten door de twee takken (EP en de Raad) van de begrotingsautoriteit in het kader van de jaarlijkse begrotingsprocedure).
De tweede lezing in het Parlement vond plaats op 3 februari 2011 (bevestiging van het standpunt van eerste lezing).
De Raad heeft op 19 juli 2011 zijn standpunt in tweede lezing vastgesteld.
II. Bemiddeling
Na de stemming in tweede lezing op 3 februari en gezien de politieke wil om de bemiddeling zo snel mogelijk af te ronden, vond de oprichtingsvergadering van de EP-delegatie voor het bemiddelingscomité plaats in Straatsburg op 15 februari 2011. De EP-delegatie besloot de onderhandelingen over de vier dossiers (DCI, DCI/BAM, ICI+ en EIDHR) als een pakket te benaderen. Met betrekking tot de tussentijdse evaluatie van DCI en EIDHR bestond overeenstemming dat deze ongewijzigd blijven aangezien er vóór 2013 geen nieuwe strategiedocumenten zijn gepland. Daarom werden de onderhandelingen voortgezet over het ICI+-dossier[1] (met één strategiedocument te gaan) en het DCI/BAM-dossier[2] (met tien strategiedocumenten te gaan).
Procedurele aspecten
Er vonden acht trialogen plaats: op 30 maart, 11 mei, 25 mei, 22 juni, 5 juli, 6 september (eerste bijeenkomst van het bemiddelingscomité), 27 september en 19 oktober. De delegatie van het EP kwam zeven keer bijeen: op 15 februari, 12 mei, 5 juli, 6 september, 20 september, 11 oktober en 25 oktober. Op 31 oktober 2011 werd politieke overeenstemming bereikt.
Inhoud
Het EP en de Raad kwamen overeen de belangrijkste beslissingen (ten aanzien van doelstellingen, prioriteiten en indicatieve financiële toewijzingen en resultaten) via de medebeslissingsprocedure te nemen. Tijdens de trialoog van 27 september werd een voorlopig akkoord bereikt over een voorstel voor een compromispakket (voor ICI+, DCI/BAM en een gemeenschappelijke verklaring van het EP en de Raad over het gebruik in de toekomst van gedelegeerde handelingen). Dit pakket werd op 29 september 2011 door het Coreper bekrachtigd. Tijdens haar vergadering op 11 oktober besloot de EP-delegatie evenwel dat de onderhandelingen moesten worden voortgezet, met name over het DCI/BAM-dossier. Vandaar dat op 19 oktober een nieuwe bijeenkomst van de trialoog plaatsvond, tijdens dewelke de Raad bleef bij het voorlopige akkoord dat tijdens de trialoog van 27 september werd bereikt. Er werd overeengekomen dat het voorlopige akkoord opnieuw aan de delegatie van het Parlement zou worden voorgelegd met het oog op een definitieve stemming. De EP-delegatie ging tijdens haar bijeenkomst op 25 oktober akkoord met de overeenkomst.
De bemiddeling werd afgerond middels een briefwisseling (24 en 26 oktober 2011).
Het resultaat van de bemiddeling is positief. Afgesproken is dat het EP en de Raad de belangrijke stretagische beslissingen samen zullen nemen in de medebeslissingsprocedure.
Er is ook een akkoord bereikt over een gemeenschappelijke verklaring van het EP en de Raad over het gebruik van gedelegeerde handelingen op het gebied van de externe betrekkingen voor de toekomstige financiële instrumenten, die zorgt voor versterking van de positie van het Europees Parlement wat de opname van gedelegeerde handelingen in de nieuwe instrumenten betreft.
Het ICI+ instrument
Met het akkoord wordt de EU in de gelegenheid gesteld haar activiteiten naast de officiële ontwikkelingshulp uit te breiden met betrekking tot landen die zowel ontwikkelingslanden als belangrijke partners in de wereldeconomie zijn (zoals India, Brazilië en China).
Het Europees Parlement heeft gehamerd op een Bijlage met de toewijzing van financiële middelen per prioritair gebied (Publieke diplomatie en voorlichting, bevordering van economisch partnerschap en commerciële samenwerking, contacten tussen burgers) met minimumpercentages. Het feit dat deze financiële toewijzingen in de basishandeling zijin vastgelegd, versterkt de onderhandelingspositie van het EP met het oog op toekomstige gedelegeerde handelingen.
Als compromis heeft het Parlement ingestemd met een Verklaring over de financiële bepalingen.
III. Conclusie
De EP-delegatie heeft besloten over de vier wetgevingsdossiers als pakket te onderhandelen. Die aanpak heeft aanzienlijke verbeteringen opgeleverd. Met het totale pakket dat aan het einde van de bemiddelingsprocedure bereikt is, zal de positie van het Parlement inzake gedelegeerde handelingen voor de toekomstige instrumenten versterkt worden. In een geest van compromis beveelt de delegatie aan dat de pakketsgewijze benadering gehandhaafd wordt en dat het Parlement in derde lezing zijn goedkeuring hecht aan de gemeenschappelijke ontwerptekst.
- [1] Voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1934/2006 van de Raad tot vaststelling van een financieringsinstrument voor de samenwerking met geïndustrialiseerde landen en andere landen en gebieden met een hoog inkomen, 2009/0059 (COD).
- [2] Voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1905/2006 tot invoering van een financieringsinstrument voor ontwikkelingssamenwerking, 2010/0059 (COD).
PROCEDURE
Titel |
Verordening van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1934/2006 van de Raad tot vaststelling van een financieringsinstrument voor de samenwerking met geïndustrialiseerde landen en andere landen en gebieden met een hoog inkomen |
||||||
Document- en procedurenummers |
PE-CONS 00056/2011 – C7‑0376/2011 – 2009/0059(COD) |
||||||
Voorzitter van de delegatie: ondervoorzitter |
Alejo Vidal-Quadras |
||||||
Commissie ten principale: Voorzitter: |
INTA Vital Moreira |
||||||
Rapporteur(s) |
Helmut Scholz |
||||||
In eerste lezing behandeld ontwerp van handeling |
COM(2009)0197 – C7‑0101/2009
|
||||||
Datum eerste lezing EP – P-nummer |
21.10.2010 |
||||||
Gewijzigd voorstel van de Commissie |
|
||||||
Standpunt Raad in eerste lezing Datum bekendmaking |
16440/1/2010 – C7-0425/2010 16.12.2010 |
||||||
Standpunt Commissie (art. 294, lid 6, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie) |
|||||||
Datum tweede lezing EP – P-nummer |
3.2.2011 |
||||||
Advies van de Commissie(art. 2 94, lid 7, punt c), van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie) |
|||||||
Datum ontvangst tweede lezing door de Raad |
23.3.2011 |
||||||
Datum brief van de Raad inzake niet-goedkeuring amendementen van het EP |
19.7.2011 |
||||||
Vergaderingen bemiddelingscomité |
6.9.2011 |
|
|
||||
Datum stemming delegatie EP |
25.10.2011 |
||||||
Uitslag stemming |
+: –: 0: |
17 6 3 |
|||||
Aanwezige leden |
Alejo Vidal-Quadras, Rodi Kratsa-Tsagaropoulou, Kinga Gál, Elmar Brok, Filip Kaczmarek, Godelieve Quisthoudt-Rowohl, José Ignacio Salafranca Sánchez-Neyra, Manfred Weber, Vital Moreira, Thijs, Berman, Ana Gomes, Richard Howitt, Gianluca Susta, Patrice Tirolien, Charles Goerens, Barbara Lochbihler, Eva Joly, Robert Sturdy, Helmut Scholz, Claudio Morganti |
||||||
Aanwezige vaste plaatsvervanger(s) |
Christofer Fjellner, Ioannis Kasoulides, Georgios Koumoutsakos, Eduard Kukan, Ria Oomen-Ruijten, Maurice Ponga, Kriton Arsenis, Ivo Vajgl, Bart Staes |
||||||
Aanwezige plaatsvervanger(s) (art. 187, lid 2, van het Reglement) |
Leonidas Donskis |
||||||
Datum overeenstemming bemiddelingscomité |
|
||||||
Overeenstemming bij briefwisseling |
24.10.2011 |
26.10.2011 |
|||||
Datum constatering goedkeuring gemeenschappelijke ontwerptekst en toezending aan EP en Raad |
31.10.2011 |
||||||
Datum indiening |
24.11.2011 |
||||||
Opmerkingen (slechts in één taal beschikbaar) |
… |
||||||
VERLENGING VAN TERMIJNEN
Termijn tweede lezing Raad |
23.7.2011 |
|
Termijn bijeenroeping bemiddelingscomité Instelling – datum |
13.9.2011
Raad – 24.8.2011 |
|
Termijn werkzaamheden bemiddelingscomité Instelling – datum |
1.11.2011
Raad – 6.10.2011 |
|
Termijn aanneming besluit Instelling – datum |
|
|