VERSLAG over het voorstel voor een richtlijn van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging van de richtlijnen 89/666/EEG, 2005/56/EG en 2009/101/EG wat de koppeling van centrale, handels- en vennootschapsregisters betreft

1.2.2012 - (COM(2011)0079 – C7‑0059/2011 – 2011/0038(COD)) - ***I

Commissie juridische zaken
Rapporteur: Kurt Lechner
PR_COD_1amCom


Procedure : 2011/0038(COD)
Stadium plenaire behandeling
Documentencyclus :  
A7-0022/2012
Ingediende teksten :
A7-0022/2012
Aangenomen teksten :

ONTWERPWETGEVINGSRESOLUTIE VAN HET EUROPEES PARLEMENT

over het voorstel voor een richtlijn van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging van de richtlijnen 89/666/EEG, 2005/56/EG en 2009/101/EG wat de koppeling van centrale, handels- en vennootschapsregisters betreft

(COM(2011)0079 – C7‑0059/2011 – 2011/0038(COD))

(Gewone wetgevingsprocedure: eerste lezing)

Het Europees Parlement,

–   gezien het voorstel van de Commissie aan het Europees Parlement en de Raad (COM(2011)0079),

–   gezien artikel 294, lid 2, en artikel 50, lid 2, onder g, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, op grond waarvan het voorstel door de Commissie bij het Parlement is ingediend (C7-0059/2011),

–   gezien artikel 294, lid 3, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

–   gezien het advies van het Europees Economisch en Sociaal Comité van 15 juni 2011[1],

–   gezien het advies van de Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming van 6 mei 2011[2],

–   gezien de schriftelijke toezegging van de vertegenwoordiger van de Raad van 27 januari 2012 om het standpunt van het Europees Parlement goed te keuren, overeenkomstig artikel 294, lid 4, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

–   gezien artikel 55 van zijn Reglement,

–   gezien het verslag van de Commissie juridische zaken en het advies van de Commissie economische en monetaire zaken (A7-0022/2012),

1.  stelt onderstaand standpunt in eerste lezing vast;

2.  verzoekt om hernieuwde voorlegging indien de Commissie voornemens is ingrijpende wijzigingen in haar voorstel aan te brengen of dit door een nieuwe tekst te vervangen;

3.  verzoekt zijn Voorzitter het standpunt van het Parlement te doen toekomen aan de Raad en aan de Commissie alsmede aan de nationale parlementen.

Amendement  1

Voorstel voor een richtlijn

Visum 1

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name op artikel 50, lid 2, onder g),

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 50,

Amendement  2

Voorstel voor een richtlijn

Visum 4

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

Na raadpleging van de Europese toezichthouder voor gegevensbescherming,

Schrappen

Amendement  3

Voorstel voor een richtlijn

Overweging 1

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

(1) Ondernemingen maken in toenemende mate gebruik van de door de interne markt geboden mogelijkheden om zich over de nationale grenzen heen uit te breiden. Bij grensoverschrijdende concerns, alsook bij veel herstructureringsoperaties, zoals fusies en splitsingen, zijn vennootschappen uit verschillende lidstaten betrokken. Daarom is er een toenemende vraag naar toegang tot informatie over vennootschappen in een grensoverschrijdende context. Officiële informatie over vennootschappen is echter niet altijd gemakkelijk over de grenzen heen verkrijgbaar.

(1) Ondernemingen maken in toenemende mate gebruik van de door de interne markt geboden mogelijkheden om zich over de nationale grenzen heen uit te breiden. Bij grensoverschrijdende concerns, alsook bij veel herstructureringsoperaties, zoals fusies en splitsingen, zijn vennootschappen uit verschillende lidstaten betrokken. Daarom is er een toenemende vraag naar toegang tot informatie over vennootschappen in een grensoverschrijdende context. Officiële informatie over vennootschappen is echter niet altijd vlot verkrijgbaar over de grenzen heen.

Amendement  4

Voorstel voor een richtlijn

Overweging 2

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

(2) De Elfde Richtlijn 89/666/EEG van de Raad van 21 december 1989 betreffende de openbaarmakingsplicht voor in een lidstaat opgerichte bijkantoren van vennootschappen die onder het recht van een andere staat vallen bevat een lijst van akten en gegevens die vennootschappen in het register van hun bijkantoor openbaar moeten maken. Voor de registers geldt echter geen wettelijke verplichting om gegevens over buitenlandse bijkantoren uit te wisselen. Dit leidt tot rechtsonzekerheid voor derden in een land waar belangrijke veranderingen met betrekking tot een buitenlandse vennootschap niet in het register van in dat land gevestigde bijkantoren van die vennootschap worden verwerkt.

(2) De Elfde Richtlijn 89/666/EEG van de Raad van 21 december 1989 betreffende de openbaarmakingsplicht voor in een lidstaat opgerichte bijkantoren van vennootschappen die onder het recht van een andere staat vallen bevat een lijst van akten en gegevens die vennootschappen in het register van hun bijkantoor openbaar moeten maken. Voor de registers geldt echter geen wettelijke verplichting om gegevens over buitenlandse bijkantoren uit te wisselen. Dit leidt tot rechtsonzekerheid voor derden, omdat niettegenstaande de doorhaling van de vennootschap in het register, haar bijkantoor kan blijven functioneren.

Amendement  5

Voorstel voor een richtlijn

Overweging 3

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

(3) Operaties zoals grensoverschrijdende fusies of zetelverplaatsingen hebben de dagelijkse samenwerking van ondernemingsregisters tot een noodzaak gemaakt. Richtlijn 2005/56/EG van het Europees Parlement en de Raad van 26 oktober 2005 betreffende grensoverschrijdende fusies van kapitaalvennootschappen verplicht de registers tot grensoverschrijdende samenwerking. Het ontbreekt echter aan vaste communicatiekanalen die procedures kunnen versnellen, taalproblemen kunnen helpen oplossen en de rechtszekerheid kunnen vergroten.

(3) Operaties zoals grensoverschrijdende fusies hebben de dagelijkse samenwerking tussen ondernemingsregisters tot een noodzaak gemaakt. Richtlijn 2005/56/EG van het Europees Parlement en de Raad van 26 oktober 2005 betreffende grensoverschrijdende fusies van kapitaalvennootschappen verplicht de registers tot grensoverschrijdende samenwerking. Het ontbreekt echter aan vaste communicatiekanalen die procedures kunnen versnellen, taalproblemen kunnen helpen oplossen en de rechtszekerheid kunnen vergroten.

Amendement  6

Voorstel voor een richtlijn

Overweging 4

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

(4) Richtlijn 2009/101/EG van het Europees Parlement en de Raad van 16 september 2009 strekkende tot het coördineren van waarborgen, welke in de lidstaten worden verlangd van de vennootschappen in de zin van de tweede alinea van artikel 48 van het Verdrag, om de belangen te beschermen zowel van de deelnemers in die vennootschappen als van derden, zulks teneinde die waarborgen gelijkwaardig te maken zorgt er onder meer voor dat in een register opgeslagen akten en gegevens hetzij op papier, hetzij langs elektronische weg toegankelijk zijn. Burgers en ondernemingen moeten echter nog steeds per land op zoek , vooral omdat de huidige vrijwillige samenwerking tussen registers onvoldoende is gebleken.

(4) Richtlijn 2009/101/EG van het Europees Parlement en de Raad van 16 september 2009 strekkende tot het coördineren van waarborgen, welke in de lidstaten worden verlangd van de vennootschappen in de zin van de tweede alinea van artikel 48 van het Verdrag, om de belangen te beschermen zowel van de deelnemers in die vennootschappen als van derden, zulks teneinde die waarborgen gelijkwaardig te maken zorgt er onder meer voor dat in een register opgeslagen akten en gegevens hetzij op papier, hetzij langs elektronische weg toegankelijk zijn. Burgers en ondernemingen moeten het register echter nog steeds per land doorzoeken naar de benodigde informatie, vooral omdat de huidige vrijwillige samenwerking tussen registers onvoldoende is gebleken.

Amendement  7

Voorstel voor een richtlijn

Overweging 5

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

(5) In de mededeling van de Commissie getiteld "Naar een Single Market Act"1 wordt de koppeling van centrale, handels- en vennootschapsregisters genoemd als maatregel voor de totstandbrenging van een bedrijfsvriendelijker juridisch en fiscaal klimaat. Een dergelijke koppeling zou moeten bijdragen tot het bevorderen van het concurrentievermogen van het Europese bedrijfsleven door het verminderen van de administratieve lasten en het vergroten van de rechtszekerheid, hetgeen op zijn beurt het overwinnen van de crisis, een van de prioriteiten van de Europa 20202-agenda, mede in de hand zou moeten werken. Door gebruik te maken van ICT-innovaties zou de koppeling ook de grensoverschrijdende communicatie tussen registers verbeteren.

(5) In de mededeling van de Commissie getiteld "Naar een Single Market Act" wordt de koppeling van centrale, handels- en vennootschapsregisters genoemd als een noodzakelijke maatregel voor de totstandbrenging van een bedrijfsvriendelijker juridisch en fiscaal klimaat. Een dergelijke koppeling zou moeten bijdragen tot het bevorderen van het concurrentievermogen van het Europese bedrijfsleven door het verminderen van de administratieve lasten en het vergroten van de rechtszekerheid, hetgeen op zijn beurt het overwinnen van de crisis, dat een van de prioriteiten van de Europa 2020-agenda is, mede in de hand zou moeten werken. Door gebruik te maken van ICT-innovaties zou de koppeling ook de grensoverschrijdende communicatie tussen registers verbeteren.

1 COM(2010) 608 definitief.

 

2Conclusies van de Europese Raad EUCO 13/10, 17 juni 2010.

 

Amendement  8

Voorstel voor een richtlijn

Overweging 7

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

(7) Het Europees Parlement benadrukte in zijn resolutie van 7 september 2010 over de koppeling van ondernemingsregisters1 dat het initiatief alleen van nut zal zijn voor de verdere integratie van de Europese Economische Ruimte als alle lidstaten aan het netwerk deelnemen.

(7) Het Europees Parlement heeft in zijn resolutie van 7 september 2010 over de koppeling van ondernemingsregisters benadrukt dat het initiatief alleen van nut zal zijn voor de verdere integratie van de Europese Economische Ruimte als alle lidstaten aan het netwerk deelnemen.

1 A7-0218/2010.

 

Amendement  9

Voorstel voor een richtlijn

Overweging 8

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

(8) Het actieplan voor Europese e-justitie1 voorziet in de ontwikkeling van een Europees portaal voor e-justitie als het centrale toegangspunt voor juridische informatie, juridische en overheidsinstellingen, registers, databanken en andere diensten. De koppeling van centrale, handels- en vennootschapsregisters is een belangrijk onderdeel van dit plan.

(8) Het meerjarenactieplan 2009-20131 voor Europese e-justitie voorziet in de ontwikkeling van een Europees portaal voor e-justitie als het centrale Europese elektronische toegangspunt voor juridische informatie, juridische en overheidsinstellingen, registers, databanken en andere diensten. De koppeling van centrale, handels- en vennootschapsregisters wordt daarin als belangrijk beschouwd.

1 2009/C 75/01

1 PB C 75 van 31.3.2009, blz. 1.

Amendement  10

Voorstel voor een richtlijn

Overweging 9

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

(9) De grensoverschrijdende toegang tot bedrijfsinformatie kan alleen worden verbeterd wanneer alle lidstaten zich toeleggen op het creëren van een elektronisch netwerk van registers en de informatie op een gestandaardiseerde wijze (dezelfde inhoud en interoperabele technologieën) aan gebruikers in de hele Unie toesturen. De gebruikers zouden toegang tot deze informatie moeten hebben via één enkel Europees elektronisch platform dat deel uitmaakt van het elektronische netwerk.

(9) De grensoverschrijdende toegang tot bedrijfsinformatie over vennootschappen en hun bijkantoren in andere lidstaten kan alleen worden verbeterd wanneer alle lidstaten zich toeleggen op het mogelijk maken van elektronische communicatie tussen registers en het toesturen van de informatie op een gestandaardiseerde wijze, door middel van dezelfde inhoud en interoperabele technologieën, aan afzonderlijke gebruikers in de hele Unie. Die interoperabiliteit van de registers moet worden gewaarborgd door de registers van de lidstaten ("nationale registers"), die diensten verrichten welke interfaces met het Europees centraal platform ("het platform") vormen. Het platform moet een gecentraliseerde reeks IT-hulpmiddelen zijn, waarin diensten geïntegreerd zijn, en moet een gemeenschappelijke interface vormen. Die interface moet door alle nationale registers worden gebruikt. Het platform moet tevens diensten verstrekken die een interface vormen met het Europees portaal voor e-justitie, dat als Europees elektronisch toegangspunt fungeert, en met de door lidstaten ingestelde facultatieve toegangspunten. Het platform mag alleen als een instrument voor de koppeling van registers worden opgevat, en niet als een afzonderlijke entiteit met rechtspersoonlijkheid. Op basis van unieke identificatiecodes moet het platform dienen voor het doorgeven van informatie uit de registers van elk van de lidstaten aan de bevoegde registers van andere lidstaten in een gestandaardiseerd berichtformaat (een elektronisch berichtenformulier dat wordt uitgewisseld tussen IT-systemen, zoals bijvoorbeeld: xml) en in de passende taalversie.

Amendement  11

Voorstel voor een richtlijn

Overweging 9 bis (nieuw)

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

 

(9 bis) Met deze richtlijn wordt niet beoogd een gecentraliseerde databank van registers op te zetten waarin inhoudelijke informatie over vennootschappen wordt bewaard. Bij de implementatie van het systeem van gekoppelde centrale, handels- en vennootschapsregisters ("het systeem van gekoppelde registers") moeten enkel de gegevens die nodig zijn voor het correct functioneren van het centrale platform worden vastgesteld. Tot die gegevens behoren met name operationele gegevens en verklarende woordenlijsten. Bij de vaststelling ervan moet tevens rekening worden gehouden met de noodzaak van een doeltreffende werking van het systeem van gekoppelde registers. Die gegevens moeten worden gebruikt voor de uitvoering van de functies door het platform, en mogen nooit rechtstreeks openbaar zijn. Voorts mag het platform noch de inhoud van de in de nationale registers opgeslagen gegevens over vennootschappen, noch de via het systeem van centrale handels- en vennootschapsregisters verstuurde informatie over vennootschappen wijzigen.

Amendement  12

Voorstel voor een richtlijn

Overweging 9 ter (nieuw)

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

 

(9 ter) Aangezien deze richtlijn niet ten doel heeft de nationale systemen van centrale, handels- en vennootschapsregisters te harmoniseren, zijn de lidstaten niet verplicht hun interne registersystemen te veranderen, met name wat betreft het beheer, de opslag van gegevens, vergoedingen, gebruik en openbaarmaking van informatie voor nationale doeleinden.

Amendement  13

Voorstel voor een richtlijn

Overweging 10

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

(10) Richtlijn 95/46/EG van het Europees Parlement en de Raad van 24 oktober 1995 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrije verkeer van die gegevens moet worden toegepast voor de verwerking van persoonsgegevens in de lidstaten, met inbegrip van het versturen van persoonsgegevens via een elektronisch netwerk.

Schrappen

Amendement  14

Voorstel voor een richtlijn

Overweging 11

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

(11) Naast het bestaande registratienummer dienen vennootschappen een unieke identificatiecode te krijgen voor het vergemakkelijken van de identificatie van vennootschappen die bijvoorbeeld via bijkantoren of dochterondernemingen in meerdere lidstaten actief zijn.

Schrappen

Amendement  15

Voorstel voor een richtlijn

Overweging 12

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

(12) Ook de bijkantoren van vennootschappen dienen naast hun registratienummer een unieke identificatiecode te hebben waardoor zij in de Europese Economische Ruimte eenduidig kunnen worden geïdentificeerd. Een daartoe strekkende wijziging in Richtlijn 89/666/EEG moet het mogelijk maken een duidelijk verband te leggen tussen vennootschappen en hun buitenlandse bijkantoren, zodat de informatie in het register van de vennootschap en het register van het buitenlandse bijkantoor regelmatig kan worden geactualiseerd. Door ervoor te zorgen dat de geregistreerde informatie coherent is, hebben derden toegang tot actuele gegevens over bijkantoren in hun lidstaat. Hoewel de lidstaten zelf moeten kunnen bepalen welke procedures worden gevolgd voor de bijkantoren die op hun grondgebied zijn geregistreerd, moeten zij er op zijn minst voor zorgen dat de bijkantoren van ontbonden vennootschappen onverwijld uit het register worden verwijderd.

(12) In het kader van deze richtlijn zal het Europees portaal voor e-justitie via het platform vragen van individuele gebruikers behandelen die betrekking hebben op informatie over vennootschappen en hun bijkantoren in andere lidstaten, die in de nationale registers is opgeslagen. Zo kunnen de zoekresultaten op het portaal worden geplaatst, evenals de toelichting in alle officiële talen van de Unie waarin de verstrekte informatie is opgenomen. Met het oog op een betere bescherming van derden in andere lidstaten, moet daarnaast op het portaal basisinformatie worden geplaatst over de juridische waarde van gegevens en akten die openbaar zijn gemaakt conform de wetten van de lidstaten die in overeenstemming met de bepalingen van Richtlijn 2009/101/EG zijn vastgesteld.

Amendement  16

Voorstel voor een richtlijn

Overweging 12 bis (nieuw)

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

 

(12 bis) De lidstaten kunnen één of meer facultatieve toegangspunten instellen, wat het gebruik en de werking van het platform kan beïnvloeden. Daarom moet de Commissie in kennis worden gesteld van de instelling ervan, en van andere belangrijke wijzigingen in de werking ervan, en met name van de sluiting ervan. Die kennisgeving mag de bevoegdheden van de lidstaten met betrekking tot de instelling en de werking van facultatieve toegangspunten geenszins beperken.

Amendement  17

Voorstel voor een richtlijn

Overweging 12 ter (nieuw)

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

 

(12 ter) Vennootschappen en hun bijkantoren in andere lidstaten dienen een unieke identificatiecode te hebben waardoor zij in de Europese Unie eenduidig kunnen worden geïdentificeerd. De identificatiecode is bedoeld om te worden gebruikt voor communicatie tussen registers via het systeem van gekoppelde centrale, handels- en vennootschapsregisters ("het systeem van gekoppelde registers"). Vennootschappen en dochterondernemingen zijn dan ook niet verplicht de unieke identificatiecode te vermelden in de in de Richtlijnen 2009/101/EG en 89/666/EEG bedoelde bedrijfscorrespondentie en opdrachtformulieren. Voor hun eigen communicatiedoelen moeten zij hun nationale registratienummer blijven gebruiken.

Amendement  18

Voorstel voor een richtlijn

Overweging 12 quater (nieuw)

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

 

(12 quater) Het moet mogelijk zijn een duidelijk verband te leggen tussen het register van de vennootschap en de registers van haar bijkantoren in andere lidstaten, erin bestaande dat informatie wordt uitgewisseld over de opening en sluiting van alle ontbindings- en insolventieprocedures van de vennootschap, en over de doorhaling van de vennootschap in het register, indien die doorhaling rechtsgevolgen heeft in de betreffende lidstaat. Hoewel de lidstaten zelf moeten kunnen bepalen welke procedures worden gevolgd voor de bijkantoren die op hun grondgebied zijn geregistreerd, moeten zij er op zijn minst voor zorgen dat de bijkantoren van een ontbonden vennootschap onverwijld, en, indien van toepassing, na de vereffeningsprocedure van het bijkantoor, uit het register worden verwijderd. Die verplichting geldt niet voor bijkantoren van vennootschappen die uit het register zijn verwijderd, maar die een wettelijke opvolger hebben, zoals in het geval van wijziging van de rechtsvorm van de vennootschap, fusie of splitsing, of grensoverschrijdende overdracht van de statutaire zetel.

Amendement  19

Voorstel voor een richtlijn

Overweging 12 quinquies (nieuw)

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

 

(12 quinquies) Deze richtlijn dient niet te gelden voor bijkantoren die door niet onder het recht van een lidstaat vallende vennootschappen zijn opgericht, als bepaald in artikel 7 van Richtlijn 89/666/EEG.

Amendement  20

Voorstel voor een richtlijn

Overweging 13

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

(13) Ook Richtlijn 2005/56/EG moet worden gewijzigd om te waarborgen dat de communicatie tussen registers via het elektronische netwerk van registers plaatsvindt.

(13) Ook Richtlijn 2005/56/EG moet worden gewijzigd om te waarborgen dat de communicatie tussen registers via het systeem van onderlinge koppeling van registers plaatsvindt.

Amendement  21

Voorstel voor een richtlijn

Overweging 13 bis (nieuw)

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

 

(13 bis) De lidstaten moeten ervoor zorgen dat alle wijzigingen van geregistreerde informatie over vennootschappen onverwijld worden verwerkt. De meest recente versie moet normaliter binnen eenentwintig dagen na ontvangst van de volledige documentatie betreffende deze wijzigingen, die dan ook nog conform het nationale recht op wettigheid moeten zijn gecontroleerd, openbaar worden gemaakt. Binnen die termijn moeten de lidstaten redelijke inspanningen leveren om de in de richtlijn gestelde uiterste datum te halen. Een en ander geldt niet voor de boekhoudbescheiden die de vennootschappen voor elk boekjaar moeten overleggen. Deze uitzondering wordt verantwoord door de overbelasting van de nationale registers tijdens de verslagleggingsperiodes. Overeenkomstig de algemene juridische beginselen die alle lidstaten gemeen hebben, moet de termijn van eenentwintig dagen worden opgeschort in geval van overmacht.

Amendement  22

Voorstel voor een richtlijn

Overweging 14

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

(14) Om te verzekeren dat ten aanzien van in de EU geregistreerde akten en gegevens geen grote kwaliteitsverschillen bestaan, moeten de lidstaten ervoor zorgen dat krachtens artikel 2 van Richtlijn 2009/101/EG geregistreerde informatie regelmatig wordt geactualiseerd en dat de geactualiseerde informatie openbaar wordt gemaakt uiterlijk vijftien kalenderdagen nadat de gebeurtenis waardoor de geregistreerde gegevens moesten worden gewijzigd, heeft plaatsgehad. Voorts moeten voor een betere bescherming van derden in andere lidstaten, alle akten en gegevens die via het netwerk worden verstuurd, vergezeld gaan van duidelijke informatie over de juridische waarde ervan.

Schrappen

Amendement  23

Voorstel voor een richtlijn

Overweging 14 bis (nieuw)

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

 

(14 bis) Indien de Commissie besluit de ontwikkeling en/of de exploitatie van het platform aan derden uit te besteden, moet dit geschieden overeenkomstig Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen1. Een passende mate van betrokkenheid van de lidstaten bij dit proces moet worden gewaarborgd door vaststelling van de technische specificaties voor overheidsopdrachten bij uitvoeringshandeling volgens de onderzoeksprocedure bedoeld in artikel 5 van Verordening (EU) nr. 182/2011 van het Europees Parlement en de Raad van 16 februari 2011 tot vaststelling van de algemene voorschriften en beginselen die van toepassing zijn op de wijze waarop de lidstaten de uitoefening van de uitvoeringsbevoegdheden door de Commissie controleren2.

 

_____________

 

1 PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1.

 

PB L 55 van 28.2.2011, blz. 13

Amendement  24

Voorstel voor een richtlijn

Overweging 15

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

(15) (15)         De Commissie moet de bevoegdheid krijgen om overeenkomstig artikel 290 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie gedelegeerde handelingen vast te stellen betreffende het bestuur, het beheer, de werking, de vertegenwoordiging en de financiering van het elektronische netwerk, de voorwaarden waaronder landen van buiten de Europese Economische Ruimte aan het netwerk kunnen deelnemen, de minimumbeveiligingsnormen, het gebruik van een unieke identificatiecode, de talen die door het elektronische netwerk worden gebruikt, de methode voor de overdracht van informatie tussen de registers (die een grensoverschrijdende toegang tot informatie moet garanderen), de interoperabiliteit van de informatie- en communicatietechnologieën die door de leden van het netwerk worden gebruikt, de vaststelling van normen inzake formaat, inhoud en beperkingen voor het opslaan en opzoeken van akten en gegevens om automatische gegevensuitwisseling mogelijk te maken, de gevolgen van niet naleving, de methode waarmee wordt vastgesteld dat een vennootschap en een buitenlands bijkantoor aan elkaar zijn gelieerd, de methode en technische normen voor de overdracht van informatie tussen het register van de vennootschap en het register van het bijkantoor, de technische normen voor de overdracht van informatie tussen de registers, en de standaardkennisgevingsformulieren die de registers moeten gebruiken voor het melden van een grensoverschrijdende fusie. Er moet een feedbackmechanisme voor gebruikers worden opgezet, zodat bij het beheer van het netwerk met hun behoeften rekening kan worden gehouden. Het is noodzakelijk dat deze bevoegdheden voor onbepaalde tijd aan de Commissie worden verleend, zodat de voorschriften zo nodig kunnen worden aangepast.

(15) Indien de Commissie besluit de exploitatie van het platform aan derden uit te besteden, moet de continuïteit van de verrichting van diensten door het systeem van gekoppelde registers, plus een passend toezicht van de overheid op de werking van het platform worden gewaarborgd. Bij uitvoeringshandeling moeten volgens de onderzoeksprocedure bedoeld in artikel 5 van Verordening (EU) nr. 182/2011, gedetailleerde regels voor het operationeel beheer van het platform worden vastgesteld. In ieder geval moet de betrokkenheid van de lidstaten bij de werking van het gehele systeem worden gewaarborgd door middel van een regelmatige dialoog tussen de Commissie en de vertegenwoordigers van de lidstaten over kwesties in verband met de werking van het systeem van gekoppelde registers en de toekomstige ontwikkeling ervan.

Amendement  25

Voorstel voor een richtlijn

Overweging 15 bis (nieuw)

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

 

(15 bis) De koppeling van centrale, handels- en vennootschapsregisters vereist de coördinatie van nationale systemen met uiteenlopende technische kenmerken. Daarom moeten er technische maatregelen en specificaties worden vastgesteld die recht doen aan verschillen tussen de registers. Om ervoor te zorgen dat de omstandigheden waarin deze richtlijn ten uitvoer wordt gelegd overal dezelfde zijn, dienen aan de Commissie uitvoeringsbevoegdheden te worden verleend om deze technische en operationele kwesties aan te pakken. Die bevoegdheden moeten worden uitgeoefend overeenkomstig Verordening (EU) nr. 182/2011.

Amendement  26

Voorstel voor een richtlijn

Overweging 15 ter (nieuw)

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

 

(15 ter) Deze richtlijn mag geen beperking inhouden van het recht van de lidstaten om een vergoeding te vragen voor het verstrekken van informatie over vennootschappen via het systeem van gekoppelde registers, indien het nationale recht daarin voorziet. Daarom moeten de technische maatregelen en specificaties voor het systeem van gekoppelde registers de mogelijkheid bieden om de wijze van betaling te bepalen. Met deze richtlijn mag in dat opzicht niet worden vooruitgelopen op een specifieke technische oplossing, omdat de wijze van betaling moet worden bepaald bij de vaststelling van de uitvoeringshandeling, rekening houdend met de ruim beschikbare faciliteiten voor elektronische betaling.

Amendement  27

Voorstel voor een richtlijn

Overweging 15 quater (nieuw)

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

 

(15 quater) Het zou voor derde landen wenselijk kunnen zijn in de toekomst aan het systeem van onderlinge koppeling van registers deel te kunnen nemen.

Amendement  28

Voorstel voor een richtlijn

Overweging 15 quinquies (nieuw)

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

 

(15 quinquies) Een billijke oplossing voor de financiering van het systeem van gekoppelde registers houdt in dat zowel de Europese Unie als haar lidstaten deelnemen in die financiering. De lidstaten moeten de financiële lasten van de aanpassing van hun nationale registers aan dat systeem zelf dragen, terwijl de centrale onderdelen - het platform en het Europees portaal voor e-justitie, dat als het Europese elektronische toegangspunt fungeert - uit een passend onderdeel van de algemene begroting van de Unie moeten worden gefinancierd. Teneinde deze richtlijn aan te vullen of te wijzigen, moet aan de Commissie de bevoegdheid worden overgedragen om overeenkomstig artikel 290 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (VWEU) handelingen vast te stellen met betrekking tot bepaalde niet-essentiële onderdelen van deze richtlijn. De nationale registers behouden onverminderd de mogelijkheid een vergoeding in rekening te brengen, maar dat kan een aanvullende vergoeding zijn voor de medefinanciering van het onderhoud en de werking van het Europees centraal platform. Het is van bijzonder belang dat de Commissie bij haar voorbereidende werkzaamheden adequaat overleg pleegt, onder meer met deskundigen. Tijdens het voorbereiden en opstellen van gedelegeerde handelingen draagt de Commissie zorg voor het gelijktijdig, tijdig en passend overleggen van relevante documenten aan het Europees Parlement en de Raad.

Amendement  29

Voorstel voor een richtlijn

Overweging 15 sexies (nieuw)

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

 

(15 sexies) Richtlijn 95/46/EG van het Europees Parlement en de Raad van 24 oktober 1995 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrije verkeer van die gegevens1 en Verordening (EG) nr. 45/2001 van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2000 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens door de communautaire instellingen en organen en betreffende het vrije verkeer van die gegevens2, moeten worden toegepast op de verwerking van persoonsgegevens, met inbegrip van het elektronisch versturen van persoonsgegevens, in de lidstaten. Iedere verwerking van persoonsgegevens in de registers van de lidstaten, de Commissie, en in voorkomend geval de derden die bij de exploitatie van het platform betrokken zijn, dient te geschieden met inachtneming van die wetteksten. De uitvoeringshandelingen die in verband met het systeem van gekoppelde registers moeten worden vastgesteld, moeten waar passend de naleving van die wetteksten waarborgen, in het bijzonder middels vaststelling van de taken en opdrachten van de betrokken deelnemers, en van de organisatorische en technische regels die op hen van toepassing zijn.

 

______________

 

1 PB L 281 van 23.11.95, blz. 31.

 

2 PB L 8 van 12.01.01, blz. 1.

Amendement  30

Voorstel voor een richtlijn

Overweging 15 septies (nieuw)

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

 

(15 septies) Het systeem van gekoppelde registers vereist dat de lidstaten een aantal noodzakelijke aanpassingen aanbrengen die met name bestaan in de ontwikkeling van een interface die elk register met het centraal platform verbindt, zodat het systeem operationeel kan worden. Daarom bepaalt deze richtlijn dat de uitgestelde termijn voor omzetting en toepassing door de lidstaten van de bepalingen inzake de technische werking van dat systeem pas ingaat nadat de Commissie alle uitvoeringshandelingen heeft vastgesteld die betrekking hebben op technische maatregelen en specificaties voor het systeem van gekoppelde registers. De termijn voor omzetting en toepassing van de bepalingen van de richtlijn betreffende de technische werking van het systeem van gekoppelde registers moet voldoende lang zijn om de lidstaten in staat te stellen de vereiste juridische en technische aanpassingen door te voeren, zodat dat systeem binnen een redelijke tijd volledig operationeel is.

Amendement  31

Voorstel voor een richtlijn

Overweging 15 octies (nieuw)

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

 

(15 octies) Overeenkomstig de gezamenlijke politieke verklaring van de lidstaten en de Commissie over toelichtende stukken van 20 oktober 2011 hebben de lidstaten zich ertoe verbonden om in gerechtvaardigde gevallen de kennisgeving van hun omzettingsmaatregelen vergezeld te doen gaan van één of meer stukken waarin het verband tussen de onderdelen van een richtlijn en de overeenkomstige delen van de nationale omzettingsinstrumenten wordt toegelicht. Met betrekking tot deze richtlijn acht de wetgever de toezending van dergelijke stukken gerechtvaardigd.

Amendement  32

Voorstel voor een richtlijn

Overweging 15 nonies (nieuw)

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

 

(15 nonies) Deze richtlijn eerbiedigt de grondrechten en de beginselen die zijn vervat in het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie, met name artikel 8, waarin is bepaald dat iedereen recht heeft op bescherming van de hem betreffende persoonsgegevens.

Amendement  33

Voorstel voor een richtlijn

Overweging 17 bis (nieuw)

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

 

(17 bis) De Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming is geraadpleegd overeenkomstig artikel 28, lid 2, van Verordening (EG) nr. 45/2001 en heeft op 6 mei 20111 advies uitgebracht ,

 

______________

 

1 PB C 220 van 26.07.11, blz. 1.

Amendement  34

Voorstel voor een richtlijn

Artikel 1 – punt 1 - inleidende formule

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

(1) In artikel 1 wordt het volgende lid 3 toegevoegd:

(1) aan artikel 1 worden de volgende leden toegevoegd:

Amendement  35

Voorstel voor een richtlijn

Artikel 1 – punt 1

Richtlijn 89/666/EEG

Artikel 1 – lid -3 (nieuw)

 

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

 

"-3. De in artikel 2, lid 1, bedoelde akten en gegevens zijn openbaar via het systeem van gekoppelde centrale, handels- en vennootschapsregisters dat is ingesteld overeenkomstig artikel 4 ter, lid 1, van Richtlijn 2009/101/EG van het Europees Parlement en de Raad van 16 september 2009 strekkende tot het coördineren van de waarborgen, welke in de lidstaten worden verlangd van de vennootschappen in de zin van de tweede alinea van artikel 48 van het Verdrag*, om de belangen te beschermen zowel van de deelnemers in deze vennootschappen als van derden, zulks teneinde die waarborgen gelijkwaardig te maken. Artikel 3 bis bis en artikel 3 bis ter , lid 1, van die richtlijn zijn van overeenkomstige toepassing.

 

________________

 

PB L 258 van 1.10.2009, blz. 11.

Amendement  36

Voorstel voor een richtlijn

Artikel 1 – punt 1

Richtlijn 89/666/EEG

Artikel 1 – lid 3

 

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

3. Bijkantoren krijgen een unieke identificatiecode waardoor zij in de Europese Economische Ruimte eenduidig kunnen worden geïdentificeerd."

3. De lidstaten zorgen ervoor dat bijkantoren een unieke identificatiecode krijgen waardoor zij eenduidig kunnen worden geïdentificeerd in de communicatie tussen registers via het systeem van gekoppelde centrale, handels- en vennootschapsregisters, dat overeenkomstig artikel 4 bis, lid 2, van Richtlijn 2009/101/EG is ingesteld. Deze unieke identificatiecode omvat ten minste elementen waarmee de lidstaat van het register, het nationale register van oorsprong en het nummer van het bijkantoor in dat register kunnen worden bepaald, en, indien nodig, kenmerken om identificatiefouten te vermijden.";

Amendement  37

Voorstel voor een richtlijn

Artikel 1 – punt 2

Richtlijn 89/666/EEG

Artikel 5 bis

 

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

1. Het register van het bijkantoor stelt het register van de vennootschap via het elektronische netwerk als bedoeld in artikel 4 bis van Richtlijn 2009/101/EG van het Europees Parlement en de Raad(*), onverwijld in kennis van wijzigingen in de in artikel 2 van deze richtlijn bedoelde akten en gegevens.

1. Het register van de vennootschap stelt, via het overeenkomstig artikel 4 bis, lid 2, van Richtlijn 2009/101/EG ingestelde systeem van gekoppelde centrale, handels- en vennootschapsregisters, onverwijld de informatie over de opening en sluiting van alle ontbindings- of insolventieprocedures van de vennootschap, en over de doorhaling in het register, indien zij rechtsgevolgen heeft in de lidstaat van dat register, ter beschikking.

2. De lidstaten stellen de wettelijke procedure vast die moet worden gevolgd bij ontvangst van de kennisgeving als bedoeld in lid 1 van dit artikel en artikel 4 bis, lid 2, van Richtlijn 2009/101/EG. Een dergelijke procedure zorgt ervoor dat bijkantoren van vennootschappen die zijn ontbonden of anderszins uit het register zijn verwijderd, onverwijld worden gesloten.

2. Het register van het bijkantoor zorgt via dat systeem voor de onverwijlde ontvangst van de in lid 1 bedoelde informatie.

3. De Commissie stelt overeenkomstig artikel 11 bis en onder de in de artikelen 11 ter en 11 quater gestelde voorwaarden gedelegeerde handelingen vast waarin het volgende wordt gespecificeerd:

3. De in de leden 1 en 2 bedoelde uitwisseling van informatie is kosteloos voor de registers.

a) de methode waarmee wordt vastgesteld dat een vennootschap en een buitenlands bijkantoor aan elkaar zijn gelieerd;

 

b) de methode en technische normen voor de overdracht van informatie tussen het register van de vennootschap en het register van het bijkantoor.

 

 

3 bis. De lidstaten bepalen welke procedure na de ontvangst van de in de leden 1 en 2 bedoelde informatie moet worden gevolgd. Een dergelijke procedure zorgt ervoor dat bijkantoren van vennootschappen die zijn ontbonden of anderszins uit het register zijn verwijderd, onverwijld uit het register worden verwijderd.

 

3 ter. De tweede zin van lid 3 bis geldt niet voor bijkantoren van vennootschappen die uit het register zijn verwijderd als gevolg van een wijziging van de rechtsvorm van de vennootschap, fusie of splitsing, of grensoverschrijdende overdracht van de statutaire zetel.".

Amendement  38

Voorstel voor een richtlijn

Artikel 1 – punt 3

Richtlijn 89/666/EEG

Afdeling III bis

 

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

Afdeling III bis

Schrappen

GEDELEGEERDE HANDELINGEN

 

Artikel 11 bis

 

1. De bevoegdheid tot vaststelling van de in artikel 5 bis, lid 3, bedoelde gedelegeerde handelingen wordt aan de Commissie verleend voor onbepaalde tijd.

 

2. Zodra de Commissie een gedelegeerde handeling heeft vastgesteld, stelt zij het Europees Parlement en de Raad daarvan gelijktijdig in kennis.

 

3. De bevoegdheid tot vaststelling van gedelegeerde handelingen wordt aan de Commissie verleend onder de in de artikelen 11 ter en 11 quater gestelde voorwaarden.

 

Artikel 11 ter

 

1. De in artikel 11 bis bedoelde bevoegdheidsdelegatie kan te allen tijde door het Europees Parlement of de Raad worden ingetrokken.

 

2. De instelling die een interne procedure over een besluit tot intrekking van de bevoegdheidsdelegatie is begonnen, streeft ernaar de andere instelling en de Commissie binnen een redelijke termijn voordat het definitieve besluit wordt genomen, hiervan op de hoogte te brengen onder vermelding van de gedelegeerde bevoegdheden die mogelijk worden ingetrokken.

 

3. Het besluit tot intrekking maakt een einde aan de delegatie van de bevoegdheden die in het besluit worden vermeld. Het besluit treedt onmiddellijk in werking of op een latere datum die in het besluit wordt vermeld. Het besluit laat de geldigheid van de reeds van kracht zijnde gedelegeerde handelingen onverlet. Het wordt bekendgemaakt in het Publicatieblad van de Europese Unie.

 

Artikel 11 quater

 

1. Het Europees Parlement en de Raad kunnen binnen een termijn van twee maanden na de datum van kennisgeving bezwaar maken tegen de gedelegeerde handeling.

 

Op initiatief van het Europees Parlement of de Raad kan deze termijn met twee maanden worden verlengd.

 

2. Indien bij het verstrijken van deze termijn het Europees Parlement noch de Raad bezwaar heeft gemaakt tegen de gedelegeerde handeling, wordt deze bekendgemaakt in het Publicatieblad van de Europese Unie en treedt zij in werking op de daarin vermelde datum.

 

Indien zowel het Europees Parlement als de Raad de Commissie heeft medegedeeld voornemens te zijn om geen bezwaar te maken, kan de gedelegeerde handeling kan voor het verstrijken van de termijn worden bekendgemaakt in het Publicatieblad van de Europese Unie en in werking treden.

 

3. Indien het Europees Parlement of de Raad bezwaar maakt tegen een gedelegeerde handeling, treedt deze niet in werking. De instelling die bezwaar maakt tegen de gedelegeerde handeling, vermeldt de redenen daarvoor.

 

Amendement  39

Voorstel voor een richtlijn

Artikel 2 – punt 1

Richtlijn 2005/56/EG

Artikel 13

 

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

Artikel 13

Artikel 13

 

Registratie

1. De wetgeving van elk van de lidstaten waaronder de fuserende vennootschappen ressorteerden, bepaalt overeenkomstig artikel 3 van Richtlijn 2009/101/EG van het Europees Parlement en de Raad(*) op welke wijze de totstandkoming van de grensoverschrijdende fusie op het grondgebied van de betrokken lidstaat wordt bekendgemaakt in het openbare register waar elke vennootschap haar akten dient neer te leggen.

De wetgeving van elk van de lidstaten waaronder de fuserende vennootschappen ressorteerden, bepaalt overeenkomstig artikel 3 van Richtlijn 2009/101/EG van het Europees Parlement en de Raad van 16 september 2009 strekkende tot het coördineren van de waarborgen, welke in de lidstaten worden verlangd van de vennootschappen in de zin van de tweede alinea van artikel 48 van het Verdrag, om de belangen te beschermen zowel van de deelnemers in deze vennootschappen als van derden, zulks teneinde die waarborgen gelijkwaardig te maken* op welke wijze de totstandkoming van de grensoverschrijdende fusie op het grondgebied van de betrokken lidstaat wordt bekendgemaakt in het openbare register waar elke vennootschap haar akten dient neer te leggen.

Het register waar de uit de grensoverschrijdende fusie ontstane vennootschap wordt ingeschreven, stelt het register waar elke vennootschap haar akten diende neer te leggen ten bewijze dat de grensoverschrijdende fusie van kracht is geworden, onverwijld via het in artikel 4 bis van Richtlijn 2009/101/EG bedoelde elektronische netwerk van de totstandkoming van de fusie in kennis. In voorkomend geval mag de oude inschrijving niet eerder dan bij ontvangst van deze kennisgeving worden verwijderd.

Het register waar de uit de grensoverschrijdende fusie ontstane vennootschap wordt ingeschreven, stelt het register waar elke vennootschap haar akten diende neer te leggen ten bewijze dat de grensoverschrijdende fusie van kracht is geworden, onverwijld via het overeenkomstig Richtlijn 2009/101/EG, artikel 4 bis, lid 2, ingestelde systeem van gekoppelde centrale, handels- en vennootschapsregisters van de totstandkoming van de fusie in kennis. In voorkomend geval mag de oude inschrijving niet eerder dan bij ontvangst van deze kennisgeving worden verwijderd.

2. De Commissie stelt overeenkomstig artikel 17 bis en onder de in de artikelen 17 ter en 17 quater gestelde voorwaarden gedelegeerde handelingen vast waarin het volgende wordt gespecificeerd:

 

a) de technische normen voor de overdracht van informatie tussen de registers;

 

b) de standaardkennisgevingsformulieren die voor het melden van grensoverschrijdende fusies moeten worden gebruikt.

 

Amendement  40

Voorstel voor een richtlijn

Artikel 2 – punt 2

Richtlijn 2005/56/EG

Artikelen 17 bis, 17 ter en 17 quater

 

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

(2) De volgende artikelen 17 bis, 17 ter en 17 quater worden ingevoegd:

Schrappen

Artikel 17 bis

 

Uitoefening van de delegatie

 

1. De bevoegdheid tot vaststelling van de in artikel 13, lid 2, bedoelde gedelegeerde handelingen wordt aan de Commissie verleend voor onbepaalde tijd.

 

2. Zodra de Commissie een gedelegeerde handeling heeft vastgesteld, stelt zij het Europees Parlement en de Raad daarvan gelijktijdig in kennis.

 

3. De bevoegdheid tot vaststelling van gedelegeerde handelingen wordt aan de Commissie verleend onder de in de artikelen 17 ter en 17 quater gestelde voorwaarden.

 

Artikel 17 ter

 

Intrekking van de delegatie

 

1. De in artikel 13, lid 2, bedoelde bevoegdheidsdelegatie kan te allen tijde door het Europees Parlement of de Raad worden ingetrokken.

 

2. De instelling die een interne procedure over een besluit tot intrekking van de bevoegdheidsdelegatie is begonnen, streeft ernaar de andere instelling en de Commissie binnen een redelijke termijn voordat het definitieve besluit wordt genomen, hiervan op de hoogte te brengen onder vermelding van de gedelegeerde bevoegdheden die mogelijk worden ingetrokken.

 

3. Het besluit tot intrekking maakt een einde aan de delegatie van de bevoegdheden die in het besluit worden vermeld. Het besluit treedt onmiddellijk in werking of op een latere datum die in het besluit wordt vermeld. Het besluit laat de geldigheid van de reeds van kracht zijnde gedelegeerde handelingen onverlet. Het wordt bekendgemaakt in het Publicatieblad van de Europese Unie.

 

Artikel 17 quater

 

Bezwaar tegen gedelegeerde handelingen

 

1. Het Europees Parlement en de Raad kunnen binnen een termijn van twee maanden na de datum van kennisgeving bezwaar maken tegen de gedelegeerde handeling.

 

Op initiatief van het Europees Parlement of de Raad kan deze termijn met twee maanden worden verlengd.

 

2. Indien bij het verstrijken van deze termijn het Europees Parlement noch de Raad bezwaar heeft gemaakt tegen de gedelegeerde handeling, wordt deze bekendgemaakt in het Publicatieblad van de Europese Unie en treedt zij in werking op de daarin vermelde datum.

 

Indien zowel het Europees Parlement als de Raad de Commissie heeft medegedeeld voornemens te zijn om geen bezwaar te maken, kan de gedelegeerde handeling kan voor het verstrijken van de termijn worden bekendgemaakt in het Publicatieblad van de Europese Unie en in werking treden.

 

3. Indien het Europees Parlement of de Raad bezwaar maakt tegen een gedelegeerde handeling, treedt deze niet in werking. De instelling die bezwaar aantekent tegen de gedelegeerde handeling, geeft de redenen daarvoor aan.

 

Amendement  41

Voorstel voor een richtlijn

Artikel 3 – punt 1 - inleidende formule

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

(1) Aan artikel 2 wordt het volgende lid toegevoegd:

(1) Het volgende artikel wordt ingevoegd:

Amendement  42

Voorstel voor een richtlijn

Artikel 3 – punt 1

Richtlijn 2009/101/EG

Artikel 2

 

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

 

"Artikel 2 bis

"De lidstaten nemen de nodige maatregelen om ervoor te zorgen dat wijzigingen in de in de eerste alinea bedoelde akten en gegevens binnen vijftien kalenderdagen openbaar worden gemaakt."

De lidstaten nemen de nodige maatregelen om ervoor te zorgen dat wijzigingen in de in artikel 2 bedoelde akten en gegevens worden opgenomen in het in artikel 3, lid 1, bedoelde bevoegde register, en overeenkomstig artikel 3, leden 3 en 5, normaliter binnen eenentwintig dagen na ontvangst van de volledige documentatie betreffende deze wijzigingen, met inbegrip van de wettigheidstoetsing conform het nationale recht, openbaar worden gemaakt teneinde te worden opgenomen in het dossier.

 

Deze bepaling is niet van toepassing op de in artikel 2, punt f), bedoelde boekhoudbescheiden.";

Amendement  43

Voorstel voor een richtlijn

Artikel 3 – punt 2

Richtlijn 2009/101/EG

Artikel 3 – lid 1

 

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

"Vennootschappen krijgen een unieke identificatiecode waardoor zij in de Europese Economische Ruimte eenduidig kunnen worden geïdentificeerd."

De lidstaten zien erop toe dat vennootschappen een unieke identificatiecode krijgen waardoor zij eenduidig kunnen worden geïdentificeerd als registers met elkaar communiceren via het systeem van koppeling van centrale, handels- en vennootschapsregisters. Deze unieke identificatiecode omvat ten minste elementen waarmee de lidstaat van het register, het nationale register van oorsprong en het nummer van de vennootschap in dat register kunnen worden bepaald en, indien nodig, kenmerken om identificatiefouten te vermijden.";

Amendement  44

Voorstel voor een richtlijn

Artikel 3 – punt 3 - inleidende formule

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

(3) Het volgende artikel 3 bis wordt ingevoegd:

(3) de volgende artikelen worden ingevoegd:

Amendement  45

Voorstel voor een richtlijn

Artikel 3 – punt 3

Richtlijn 2009/101/EG

Artikel 3 bis – lid 1

 

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

1. De lidstaten dragen er zorg voor dat de in artikel 2 bedoelde akten en gegevens die bij hun register zijn neergelegd, op aanvraag langs elektronisch weg door eenieder kunnen worden verkregen via één enkel Europees elektronisch platform dat vanuit elke lidstaat toegankelijk is.

Schrappen

Amendement  46

Voorstel voor een richtlijn

Artikel 3 – punt 3

Richtlijn 2009/101/EG

Artikel 3 bis – lid 2

 

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

2. De lidstaten dragen er ook zorg voor dat elke akte en elk gegeven dat in hun register wordt bewaard en dat overeenkomstig het bepaalde lid 1 wordt verzonden, vergezeld gaat van een duidelijke uitleg over de bepalingen van nationaal recht ingevolge waarvan derden op deze akte c.q. dit gegeven kunnen vertrouwen overeenkomstig de leden 5, 6 en 7 van artikel 3.

2. De lidstaten dragen er zorg voor dat er actuele gegevens beschikbaar zijn waarin de bepalingen van nationaal recht worden toegelicht volgens welke derde partijen overeenkomstig artikel 3, leden 5, 6 en 7, kunnen vertrouwen op de gegevens en alle akten die in artikel 2 worden genoemd.

Amendement  47

Voorstel voor een richtlijn

Artikel 3 – punt 3

Richtlijn 2009/101/EG

Artikel 3 bis – lid 3

 

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

3. De tarieven die voor het verkrijgen van akten en gegevens in rekening worden gebracht, mogen de daaraan verbonden administratiekosten niet overschrijden."

3. De lidstaten verstrekken overeenkomstig de voorschriften en technische eisen van het portaal de gegevens die vereist zijn voor publicatie op de Europese e-Justitie portaalsite.

Amendement  48

Voorstel voor een richtlijn

Artikel 3 – punt 3

Richtlijn 2009/101/EG

Artikel 3 – lid 3 bis (nieuw)

 

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

 

3 bis. De Commissie publiceert deze gegevens in alle officiële talen van de Unie op het Europees portaal voor e-justitie.

Amendement  49

Voorstel voor een richtlijn

Artikel 3 – punt 3

Richtlijn 2009/101/EG

Artikel 3 bis bis (nieuw)

 

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

 

Artikel 3 bis bis

 

1. Elektronische kopieën van de in artikel 2 bedoelde akten en gegevens worden eveneens algemeen beschikbaar gesteld via het systeem van gekoppelde centrale, handels- en vennootschapsregisters.

 

2. De lidstaten dragen er zorg voor dat deze akten en gegevens via het systeem van gekoppelde centrale, handels- en vennootschapsregisters beschikbaar zijn in een gestandaardiseerd berichtformaat en dat zij via elektronische weg toegankelijk zijn. De lidstaten dragen er eveneens zorg voor dat de hand wordt gehouden aan minimale veiligheidsnormen voor het doorzenden van gegevens.

 

3. De Commissie biedt in alle officiële talen van de Unie een zoekdienst aan om via het Europees portaal voor e-justitie met betrekking tot in de lidstaten geregistreerde vennootschappen het volgende beschikbaar te stellen:

 

a) de in artikel 2 bedoelde akten en bijzonderheden;

 

b) de toelichtingen, in alle officiële talen van de Unie, met de gegevens, en de vermelding in welke soorten akten zij zijn opgenomen.

Amendement  50

Voorstel voor een richtlijn

Artikel 3 – punt 3

Richtlijn 2009/101/EG

Artikel 3 bis ter (nieuw)

 

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

 

Artikel 3 bis ter

 

1. De tarieven die in rekening worden gebracht voor het via het systeem van gekoppelde centrale, handels- en vennootschapsregisters verkrijgen van de in artikel 2 bedoelde akten en gegevens, mogen de daaraan verbonden administratiekosten niet overschrijden.

 

2. De lidstaten dragen er zorg voor dat de volgende gegevens kosteloos beschikbaar zijn via het systeem van gekoppelde centrale, handels- en vennootschapsregisters:

 

a) de naam en de rechtsvorm van de onderneming;

 

(b) de statutaire zetel van de vennootschap en de lidstaat waar deze is geregistreerd; alsmede

 

(c) het registratienummer van de vennootschap.

 

De lidstaten kunnen er voor kiezen om naast deze gegevens andere akten en gegevens kosteloos ter beschikking te stellen.

Amendement  51

Voorstel voor een richtlijn

Artikel 3 – punt 3

Richtlijn 2009/101/EG

Artikel 3 ter (nieuw)

 

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

 

Artikel 3 ter

 

1. Het register van de vennootschap stelt via het systeem van gekoppelde centrale, handels- en vennootschapsregisters onverwijld de informatie over de opening en sluiting van alle ontbindings- of insolventieprocedures van de vennootschap, en over de doorhaling in het register, indien zij rechtsgevolgen heeft in de lidstaat van dat register, ter beschikking.

 

2. Het register van de dochteronderneming zorgt er via dat system voor dat de in lid 1 bedoelde gegevens zonder vertraging worden ontvangen.

 

3. De in de leden 1 en 2 bedoelde uitwisseling van informatie is kosteloos voor de registers.

Amendement  52

Voorstel voor een richtlijn

Artikel 3 – punt 4 - inleidende formule

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

(4) Het volgende artikel 4 bis wordt ingevoegd:

(4) de volgende artikelen worden ingevoegd:

Amendement  53

Voorstel voor een richtlijn

Artikel 3 – punt 4

Richtlijn 2009/101/EG

Artikel 4 bis – lid 1

 

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

1. De lidstaten nemen de nodige maatregelen om ervoor te zorgen dat de in artikel 3, lid 1, bedoelde registers interoperabel zijn en een elektronisch netwerk vormen (hierna "het elektronische netwerk" genoemd).

1. Er wordt een Europees centraal platform ingesteld.

Amendement  54

Voorstel voor een richtlijn

Artikel 3 – punt 4

Richtlijn 2009/101/EG

Artikel 4 bis – lid 2

 

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

2. Het register van de vennootschap stelt het register van het bijkantoor van de vennootschap via het elektronische netwerk onverwijld in kennis van wijzigingen in de in artikel 2 van Richtlijn 89/666/EEG(*) bedoelde akten en gegevens.

2. Het systeem van gekoppelde centrale, handels- en vennootschapsregisters ("het systeem van gekoppelde registers") bestaat uit:

 

- de registers van de lidstaten,

 

- het Europees centraal platform,

 

- het Europees portaal voor e-justitie, dat als Europees elektronisch toegangspunt fungeert.

Amendement  55

Voorstel voor een richtlijn

Artikel 3 – punt 4

Richtlijn 2009/101/EG

Artikel 4 bis – lid 3

 

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

3. De Commissie stelt overeenkomstig artikel 13 bis en onder de in de artikelen 13 ter en 13 quater gestelde voorwaarden gedelegeerde handelingen vast waarin het volgende wordt gespecificeerd:

3. De lidstaten dragen er zorg voor dat hun registers via het platform binnen het systeem interoperabel zijn.

a) de voorschriften betreffende het bestuur, het beheer, de werking en de vertegenwoordiging van het elektronische netwerk;

 

b) de financiering van het elektronische netwerk;

 

c) de voorwaarden waaronder landen van buiten de Europese Economische Ruimte aan het elektronische netwerk kunnen deelnemen;

 

d) de minimumbeveiligingsnormen voor het elektronische netwerk;

 

e) het gebruik van een unieke identificatiecode;

 

(f) de talen die door het elektronische netwerk worden gebruikt;

 

g) de methode voor de overdracht van informatie tussen de registers (die een grensoverschrijdende toegang tot informatie moet garanderen), overeenkomstig artikel 3 bis, inclusief de keuze van het ene Europese elektronische platform;

 

h) de interoperabiliteit van de informatie- en communicatietechnologieën die door de leden van het elektronische netwerk worden gebruikt, inclusief een betalingsinterface;

 

i) de vaststelling van normen inzake formaat, inhoud en beperkingen voor het opslaan en opzoeken van akten en gegevens om automatische gegevensuitwisseling mogelijk te maken;

 

j) de gevolgen van de niet-inachtneming van de onder a) tot en met i) gestelde voorwaarden en de wijze waarop deze voorwaarden worden gehandhaafd.

 

Amendement  56

Voorstel voor een richtlijn

Artikel 3 – punt 4

Richtlijn 2009/101/EG

Artikel 4 bis – lid 3 bis (nieuw)

 

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

 

3 bis. De lidstaten kunnen facultatieve toegangspunten tot het systeem van koppeling van registers opzetten. Zij stellen de Commissie onverwijld in kennis van de instelling ervan, en van belangrijke wijzigingen in de werking ervan.

Amendement  57

Voorstel voor een richtlijn

Artikel 3 – punt 4

Richtlijn 2009/101/EG

Artikel 4 bis – lid 3 ter (nieuw)

 

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

 

3 ter. Via het Europees portaal voor e-justitie en de facultatief door de lidstaten ingestelde toegangspunten wordt er zorg voor gedragen dat de gegevens van het systeem van gekoppelde registers toegankelijk zijn.

Amendement  58

Voorstel voor een richtlijn

Artikel 3 – punt 4

Richtlijn 2009/101/EG

Artikel 4 bis – lid 3 quater (nieuw)

 

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

 

3 quater. De instelling van het systeem van gekoppelde registers laat bestaande bilaterale overeenkomsten tussen lidstaten inzake de uitwisseling van gegevens over vennootschappen onverlet.

Amendement  59

Voorstel voor een richtlijn

Artikel 3 – punt 4

Richtlijn 2009/101/EG

Artikel 4 ter (nieuw)

 

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

 

‘Artikel 4 ter

 

1. De Commissie besluit om het in artikel 4 bis, lid 2, bedoelde platform zelf te ontwikkelen en/of te exploiteren, of het door derden te laten ontwikkelen en/of exploiteren.

 

In het laatste geval wordt de derde aangewezen, en de met de derde gesloten overeenkomst door de Commissie gehandhaafd overeenkomstig Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen*.

 

2. Indien de Commissie besluit het platform door derden te laten ontwikkelen, bepaalt zij bij uitvoeringshandeling de technische specificaties voor de aanbestedingsprocedure en de looptijd van de met de derden te sluiten overeenkomst.

 

3. Indien de Commissie besluit het platform door derden te laten exploiteren, stelt zij bij uitvoeringshandeling gedetailleerde voorschriften voor het operationele beheer van het platform vast.

 

Het operationele beheer van het platform omvat met name:

 

toezicht op de werking van het platform;

 

beveiliging en bescherming van de gegevens die met behulp van het platform worden verspreid en uitgewisseld;

 

coördinatie van de betrekkingen tussen de registers van de lidstaten en derden.

 

De Commissie oefent toezicht uit op de werking van het platform.

 

4. De in de leden 2 en 3 bedoelde uitvoeringshandelingen worden volgens de in artikel 4 sexies bedoelde onderzoeksprocedure vastgesteld.

 

_______________

 

P*B L 248 van 16.9.2002, blz. 1.”

Amendement  60

Voorstel voor een richtlijn

Artikel 3 – punt 4

Richtlijn 2009/101/EG

Artikel 4 quater (nieuw)

 

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

 

‘Artikel 4 quater

 

De Commissie stelt bij uitvoeringshandeling het volgende vast:

 

a) de technische specificatie ter bepaling van de methoden van communicatie langs elektronische weg voor de toepassing van het systeem van gekoppelde registers;

 

b) de technische specificatie van de communicatieprotocollen;

 

(c) de technische maatregelen ter waarborging van minimumbeveiligingsnormen voor het doorzenden en verspreiden van gegevens binnen het systeem van koppeling van registers;

 

(d) de technische specificatie ter bepaling van de methoden voor de uitwisseling van informatie tussen het register van de vennootschap en het register van het bijkantoor bedoeld in artikel 3 ter van deze richtlijn en in artikel 5 bis van Richtlijn 89/666/EEG betreffende de openbaarmakingsplicht voor in een andere lidstaat opgerichte bijkantoren*;

 

(d bis) de gedetailleerde lijst van gegevens die worden verzonden voor de toepassing van de gegevensuitwisseling tussen de registers, bedoeld in artikel 3 ter van deze richtlijn, artikel 5 bis van Richtlijn 89/666/EG, en artikel 13 van Richtlijn 2005/56/EG van het Europees Parlement en de Raad van 26 oktober 2005 betreffende grensoverschrijdende fusies van kapitaalvennootschappen;

 

(e) de technische specificatie ter bepaling van de structuur van het gestandaardiseerd berichtformaat voor de toepassing van de gegevensuitwisseling tussen de registers, het platform en het Europees portaal voor e-justitie;

 

(f) de technische specificatie ter bepaling van het geheel aan gegevens die nodig zijn om het platform zijn taken te laten vervullen alsook ter bepaling van de methode voor de opslag, het gebruik en de bescherming van die gegevens;

 

(g) specificatie van samenstelling en gebruik van de unieke identificatiecode voor de communicatie tussen registers;

 

(h) de technische specificatie ter bepaling van de methoden voor de exploitatie van het systeem van gekoppelde registers met betrekking tot het verspreiden en uitwisselen van informatie en de door het platform te verlenen diensten, om er zorg voor te dragen dat de berichten in de passende taalversie worden verzonden;

 

(i) de geharmoniseerde criteria voor de door het Europees portaal voor e-justitie te verlenen zoekdienst;

 

(j) de wijze van betaling, rekening houdend met de beschikbare betalingsmogelijkheden, zoals elektronische betaling;

 

(j bis) de nadere bijzonderheden van de toelichtingen waarin de in artikel 2 bedoelde gegevens en soorten akten zijn opgenomen;

 

(k) de technische voorwaarden inzake de beschikbaarheid van de door het systeem van gekoppelde registers te verlenen diensten;

 

(l) de procedure en de technische vereisten voor de verbinding van de facultatieve toegangspunten met het platform.

 

Deze uitvoeringshandelingen wordt vastgesteld volgens de in artikel 4 sexies bedoelde onderzoeksprocedure.

 

De Commissie stelt de uitvoeringshandelingen ten laatste op [xxx]** vast.

 

_____________

 

*PB L 395 van 30.12.89, blz. 36.”

 

**Drie jaar na de datum van inwerkingtreding van deze richtlijn.

Amendement  61

Voorstel voor een richtlijn

Artikel 3 – punt 4

Richtlijn 2009/101/EG

Artikel 4 quinquies (nieuw)

 

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

 

‘Artikel 4 quinquies

 

1. De instelling en toekomstige ontwikkeling van het Europees centraal platform en de uit deze richtlijn voortvloeiende aanpassingen van het Europees portaal voor e-justitie worden gefinancierd uit de algemene begroting van de Unie.

 

2. Het onderhoud en de werking van het Europees centraal platform worden gefinancierd uit de algemene begroting van de Unie, en kunnen mede worden gefinancierd uit de vergoedingen voor de toegang tot het systeem van gekoppelde registers, die aan individuele gebruikers in rekening worden gebracht. Het bepaalde in dit lid laten vergoedingen op nationaal niveau onverlet.

 

3. Door middel van gedelegeerde handelingen en overeenkomstig artikel 13 bis kan de Commissie besluiten of ter medefinanciering van het Europees Centraal Platform vergoedingen in rekening zullen worden gebracht en zo ja, welk bedrag bij de individuele gebruikers in rekening zal worden gebracht overeenkomstig het bepaalde in lid 2.

 

4. Eventueel overeenkomstig lid 2 in rekening gebrachte vergoedingen laten de eventueel door lidstaten berekende vergoedingen voor verkrijging van akten en gegevens als bedoeld in artikel 3 bis ter, lid 1, onverlet.

 

5. Eventueel overeenkomstig lid 2 in rekening gebrachte kosten worden niet aangerekend voor het verkrijgen van de in artikel 3 bis bis, lid 2, punten a), b) en c), bedoelde gegevens.

 

6. Elke lidstaat draagt de kosten van het aanpassen van zijn nationale registers en van de uit deze richtlijn voortvloeiende kosten voor het onderhoud en de werking van die registers.

Amendement  62

Voorstel voor een richtlijn

Artikel 3 – punt 4

Richtlijn 2009/101/EG

Artikel 4 sexies (nieuw)

 

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

 

‘Artikel 4 sexies

 

1. De Commissie wordt bijgestaan door een comité. Dit comité is een comité in de zin van Verordening (EU) nr. 182/2011 van het Europees Parlement en de Raad van 16 februari 2011 tot vaststelling van de algemene voorschriften en beginselen die van toepassing zijn op de wijze waarop de lidstaten de uitoefening van de uitvoeringsbevoegdheden door de Commissie controleren*.

 

2. Wanneer naar dit artikel wordt verwezen, is artikel 5 van Verordening (EU) nr. 182/2011 van toepassing.

 

_____________

 

*PB L 55 van 28.02.11, blz. 13.”

Amendement  63

Voorstel voor een richtlijn

Artikel 3 – punt 6

Richtlijn 2009/101/EG

Hoofdstuk 4 bis

 

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

(6) Het volgende hoofdstuk 4 bis wordt ingevoegd:

(6) Het volgende hoofdstuk 4 bis wordt ingevoegd:

"HOOFDSTUK 4 BIS

"HOOFDSTUK 4 BIS

GEDELEGEERDE HANDELINGEN

GEDELEGEERDE HANDELINGEN

Artikel 13 bis

Artikel 13 bis

 

Uitoefening van de delegatie

1. De bevoegdheid tot vaststelling van de in artikel 4 bis, lid 3, bedoelde gedelegeerde handelingen wordt aan de Commissie verleend voor onbepaalde tijd.

1. De bevoegdheid om gedelegeerde handelingen vast te stellen, wordt aan de Commissie toegekend onder de in dit artikel neergelegde voorwaarden.

2. Zodra de Commissie een gedelegeerde handeling heeft vastgesteld, stelt zij het Europees Parlement en de Raad daarvan gelijktijdig in kennis.

 

3. De bevoegdheid tot vaststelling van gedelegeerde handelingen wordt aan de Commissie verleend onder de in artikel 13 ter en 13 quater gestelde voorwaarden.

2. De bevoegdheid tot vaststelling van de in artikel 4 quinquies, lid 3, bedoelde gedelegeerde handelingen wordt aan de Commissie verleend voor onbepaalde tijd.

Artikel 13 ter

 

1. De in artikel 13 bis bedoelde bevoegdheidsdelegatie kan te allen tijde door het Europees Parlement of de Raad worden ingetrokken.

3. Het Europees Parlement of de Raad kan de in artikel 4 quinquies, lid 3, bedoelde bevoegdheidsdelegatie te allen tijde intrekken. Het besluit tot intrekking beëindigt de delegatie van de in dat besluit genoemde bevoegdheid. Dit besluit wordt van kracht op de dag volgend op de publicatie van dit besluit in het Publicatieblad of op een latere datum die in dit besluit wordt vermeld. Het besluit laat de geldigheid van de reeds van kracht zijnde gedelegeerde handelingen onverlet.

 

4. Zodra de Commissie een gedelegeerde handeling heeft vastgesteld, stelt zij het Europees Parlement en de Raad gelijktijdig in kennis.

2. De instelling die een interne procedure over een besluit tot intrekking van de bevoegdheidsdelegatie is begonnen, streeft ernaar de andere instelling en de Commissie binnen een redelijke termijn voordat het definitieve besluit wordt genomen, hiervan op de hoogte te brengen onder vermelding van de gedelegeerde bevoegdheden die mogelijk worden ingetrokken.

5. Een gedelegeerde handeling die in overeenstemming met artikel 4 quinquies, lid 3, is vastgesteld, treedt pas in werking indien het Europees Parlement of de Raad binnen een termijn van drie maanden na de bekendmaking ervan aan het Europees Parlement en de Raad geen bezwaar heeft gemaakt of indien het Europees Parlement en de Raad voor het verstrijken van deze termijn de Commissie ervan in kennis hebben gesteld dat zij geen bezwaar wensen te maken. Op initiatief van het Europees Parlement of de Raad kan deze termijn met drie maanden worden verlengd.'

3. Het besluit tot intrekking maakt een einde aan de delegatie van de bevoegdheden die in het besluit worden vermeld. Het besluit treedt onmiddellijk in werking of op een latere datum die in het besluit wordt vermeld. Het besluit laat de geldigheid van de reeds van kracht zijnde gedelegeerde handelingen onverlet. Het wordt bekendgemaakt in het Publicatieblad van de Europese Unie.

 

Artikel 13 quater

 

1. Het Europees Parlement en de Raad kunnen binnen een termijn van twee maanden na de datum van kennisgeving bezwaar maken tegen de gedelegeerde handeling.

 

Op initiatief van het Europees Parlement of de Raad kan deze termijn met twee maanden worden verlengd.

 

2. Indien bij het verstrijken van deze termijn het Europees Parlement noch de Raad bezwaar heeft gemaakt tegen de gedelegeerde handeling, wordt deze bekendgemaakt in het Publicatieblad van de Europese Unie en treedt zij in werking op de daarin vermelde datum.

 

Indien zowel het Europees Parlement als de Raad de Commissie heeft medegedeeld voornemens te zijn om geen bezwaar te maken, kan de gedelegeerde handeling kan voor het verstrijken van de termijn worden bekendgemaakt in het Publicatieblad van de Europese Unie en in werking treden.

 

3. Indien het Europees Parlement of de Raad bezwaar maakt tegen een gedelegeerde handeling, treedt deze niet in werking. De instelling die bezwaar maakt tegen de gedelegeerde handeling, vermeldt de redenen daarvoor."

 

Amendement  64

Voorstel voor een richtlijn

Artikel 3 bis (nieuw)

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

 

Artikel 3 bis

 

Verslag en regelmatige dialoog

 

1. Uiterlijk vijf jaar na de in artikel 4, lid 1 bis, bedoelde uiterste datum voor toepassing van de bepalingen maakt de Commissie een verslag over de werking van het systeem van gekoppelde registers openbaar, waarin met name de technische exploitatie en de financiële aspecten ervan worden onderzocht.

 

2. Dit verslag gaat indien nodig vergezeld van voorstellen tot wijziging van deze richtlijn.

 

3. De Commissie en de vertegenwoordigers van de lidstaten komen regelmatig in een passend forum bijeen om de onder deze richtlijn vallende aangelegenheden te bespreken.

Amendement  65

Voorstel voor een richtlijn

Artikel 1 – lid 4

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

1. De lidstaten doen de nodige wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen in werking treden om uiterlijk op 1 januari 2014 aan deze richtlijn te voldoen. Zij delen de Commissie de tekst van die bepalingen onverwijld mede, alsmede een tabel ter weergave van het verband tussen die bepalingen en deze richtlijn.

1. De lidstaten stellen de nodige wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen vast, maken deze bekend en passen ze toe, om uiterlijk op uiterlijk op [xxx]1 aan deze richtlijn te voldoen.

 

________________

 

Twee jaar na de datum van inwerkingtreding van deze richtlijn.

Amendement  66

Voorstel voor een richtlijn

Artikel 4 – lid 1 bis (nieuw)

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

 

1 bis. Niettegenstaande lid 1 worden de bepalingen met het oog op de naleving van:

 

artikel 1, lid -3, en artikel 5 bis van Richtlijn 89/666/EEG;

 

artikel 13 van Richtlijn 2005/56/EG;

 

artikel 3, lid 1, tweede alinea, artikel 3 bis bis, artikel 3 bis ter, artikel 3 ter en artikel 4 bis, leden 3, 4 en 5, van Richtlijn 2009/101/EG;

 

door de lidstaten uiterlijk twee jaar na de vaststelling van de in artikel 4 quater bedoelde uitvoeringshandelingen vastgesteld, bekendgemaakt en toegepast.

 

De uiterste datum voor toepassing van de in dit lid bedoelde bepalingen wordt door de Commissie bij de vaststelling van de uitvoeringshandelingen bekendgemaakt in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Amendement  67

Voorstel voor een richtlijn

Artikel 4 – lid 1 – alinea 2

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

Wanneer de lidstaten die bepalingen aannemen, wordt in die bepalingen zelf of bij de officiële bekendmaking daarvan naar deze richtlijn verwezen. De regels voor die verwijzing worden vastgesteld door de lidstaten.

1 ter. Wanneer de lidstaten de in lid 1 bedoelde maatregelen aannemen, wordt in die bepalingen naar deze richtlijn verwezen of wordt hiernaar verwezen bij de officiële bekendmaking van die bepalingen. De methoden voor zulke verwijzing worden vastgesteld door de lidstaten.

Amendement  68

Voorstel voor een richtlijn

Artikel 4 – lid 2

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

2. De lidstaten delen de Commissie de tekst van de belangrijkste bepalingen van intern recht mede die zij op het onder deze richtlijn vallende gebied vaststellen.

2. De lidstaten delen de Commissie de tekst van de belangrijkste bepalingen van de maatregelen van intern recht mede die zij op het onder deze richtlijn vallende gebied vaststellen.

  • [1]  PB C 248 van 25.8.2011, blz. 118.
  • [2]  PB C 220 van 26.07.2011, blz. 1.

TOELICHTING

De koppeling van ondernemingsregisters is een belangrijke maatregel om de verdere integratie van de economische ruimte in de EU te bevorderen en de rechtszekerheid voor ondernemingen en consumenten te verbeteren.

Handelsregisters worden op nationaal en regionaal niveau beheerd. Zij vertonen overal de facto en de jure verschillen bij voorbeeld met betrekking tot hun juridische betekenis en de betrouwbaarheid van de opgenomen gegevens. Door de groei van de grensoverschrijdende economische bedrijvigheid wordt een betere koppeling van de ondernemingsregisters noodzakelijk met het oog op de rechtszekerheid en de transparantie. Ook is het belangrijk dat bespaard wordt op kosten en tijd. Door koppeling wordt pas werkelijk volledig gebruik gemaakt van de mogelijkheden die worden geboden door elektronische registratie. Met de fundamentele denkbeelden van de Commissie kan worden ingestemd, daar zij zich met dit voorstel beperkt tot de noodzakelijke aspecten. Doel van de richtlijn is louter technische koppeling van de bestaande nationale registers en niet de gelijkschakeling van de juridische consequenties. De regelgeving betreft uitsluitend de uitwisseling van gegevens uit de registers en niet het opzetten van een handelsregister met eigen gegevens. Er wordt een platform opgezet waardoor de communicatie en de verzameling van gegevens voor burgers en ondernemingen worden verbeterd en versneld.

Een opvallend aspect van het voorstel is dat een vrij groot deel van de vragen met name in verband met technische details, niet definitief kan worden beantwoord. Vragen en antwoorden moeten parallel aan het opzetten van het netwerk ontstaan en tot ontwikkeling komen. Daarom acht uw rapporteur het bij wijze van hoge uitzondering verdedigbaar beslissingen uit te stellen tot besluiten die in de toekomst worden genomen, en dat hieraan – wederom bij wijze van hoge uitzondering – ten dele als uitvoeringsbesluiten waarbij de lidstaten ten volle worden betrokken, vorm wordt gegeven. De koppeling van vennootschapsregisters heeft alleen kans van slagen als Commissie en lidstaten nauw samenwerken. Tegelijkertijd moeten op deze manier deskundigheid en juistheid worden gewaarborgd. Tijdens het overleg is het Commissievoorstel in samenwerking met de Raad en de Commissie "herschreven". Ingrijpende gedelegeerde handelingen die in eerste instantie werden voorgesteld, worden thans ten dele opgenomen in het wetsvoorstel en een aantal aspecten wordt overgelaten aan uitvoeringsbesluiten en gedelegeerde handelingen.

ADVIES van de Commissie economische en monetaire zaken (19.7.2011)

aan de Commissie juridische zaken

inzake het voorstel voor een richtlijn van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging van de Richtlijnen 89/666/EEG, 2005/56/EG en 2009/101/EG wat de koppeling van centrale, handels- en vennootschapsregisters betreft
(COM(2011)0079 – C7‑0059/2011 – 2011/0038(COD))

Rapporteur voor advies: Hans-Peter Martin

AMENDEMENTEN

De Commissie economische en monetaire zaken verzoekt de ten principale bevoegde Commissie juridische zaken onderstaande amendementen in haar verslag op te nemen:

Amendement  1

Voorstel voor een richtlijn – wijzigingsbesluit

Overweging 1

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

(1) Ondernemingen maken in toenemende mate gebruik van de door de interne markt geboden mogelijkheden om zich over de nationale grenzen heen uit te breiden. Bij grensoverschrijdende concerns, alsook bij veel herstructureringsoperaties, zoals fusies en splitsingen, zijn vennootschappen uit verschillende lidstaten betrokken. Daarom is er een toenemende vraag naar toegang tot informatie over vennootschappen in een grensoverschrijdende context. Officiële informatie over vennootschappen is echter niet altijd gemakkelijk over de grenzen heen verkrijgbaar.

(1) Ondernemingen maken in toenemende mate gebruik van de door de interne markt geboden mogelijkheden om zich over de nationale grenzen heen uit te breiden. Bij grensoverschrijdende concerns, alsook bij veel herstructureringsoperaties, zoals fusies en splitsingen, zijn vennootschappen uit verschillende lidstaten betrokken. Daarom is er een toenemende vraag naar toegang tot informatie over vennootschappen in een grensoverschrijdende context. Officiële informatie over vennootschappen is echter niet altijd gemakkelijk over de grenzen heen verkrijgbaar. Betere toegang tot actuele en betrouwbare informatie over vennootschappen kan het vertrouwen in en de transparantie van de markt vergroten, bijdragen tot economisch herstel en het concurrentievermogen van het Europese bedrijfsleven bevorderen.

Amendement  2

Voorstel voor een richtlijn – wijzigingsbesluit

Overweging 2

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

(2) De Elfde Richtlijn 89/666/EEG van de Raad van 21 december 1989 betreffende de openbaarmakingsplicht voor in een lidstaat opgerichte bijkantoren van vennootschappen die onder het recht van een andere staat vallen bevat een lijst van akten en gegevens die vennootschappen in het register van hun bijkantoor openbaar moeten maken. Voor de registers geldt echter geen wettelijke verplichting om gegevens over buitenlandse bijkantoren uit te wisselen. Dit leidt tot rechtsonzekerheid voor derden in een land waar belangrijke veranderingen met betrekking tot een buitenlandse vennootschap niet in het register van in dat land gevestigde bijkantoren van die vennootschap worden verwerkt.

(2) De Elfde Richtlijn 89/666/EEG van de Raad van 21 december 1989 betreffende de openbaarmakingsplicht voor in een lidstaat opgerichte bijkantoren van vennootschappen die onder het recht van een andere staat vallen bevat een lijst van akten en gegevens die vennootschappen in het register van hun bijkantoor openbaar moeten maken. Voor de registers geldt echter geen wettelijke verplichting om gegevens over buitenlandse bijkantoren uit te wisselen. Dit leidt tot rechtsonzekerheid voor derden wanneer belangrijke veranderingen met betrekking tot een buitenlandse vennootschap niet in het register in het land waar de bijkantoren van die vennootschap zijn gevestigd, worden verwerkt. De bestaande samenwerking tussen de registers volstaat daarom niet om te voldoen aan de informatiebehoefte die de ondernemingsactiviteiten op de interne markt genereren. Efficiënte grensoverschrijdende samenwerking tussen ondernemingsregisters is echter voor een soepele werking van de interne markt van essentieel belang,

Amendement  3

Voorstel voor een richtlijn – wijzigingsbesluit

Overweging 3

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

(3) Operaties zoals grensoverschrijdende fusies of zetelverplaatsingen hebben de dagelijkse samenwerking van ondernemingsregisters tot een noodzaak gemaakt. Richtlijn 2005/56/EG van het Europees Parlement en de Raad van 26 oktober 2005 betreffende grensoverschrijdende fusies van kapitaalvennootschappen verplicht de registers tot grensoverschrijdende samenwerking. Het ontbreekt echter aan vaste communicatiekanalen die procedures kunnen versnellen, taalproblemen kunnen helpen oplossen en de rechtszekerheid kunnen vergroten.

(3) Operaties zoals grensoverschrijdende fusies of zetelverplaatsingen hebben de dagelijkse samenwerking van ondernemingsregisters tot een noodzaak gemaakt. Richtlijn 2005/56/EG van het Europees Parlement en de Raad van 26 oktober 2005 betreffende grensoverschrijdende fusies van kapitaalvennootschappen verplicht de registers tot grensoverschrijdende samenwerking. Het ontbreekt echter aan vaste communicatiekanalen en efficiënte grensoverschrijdende samenwerking die procedures kunnen versnellen, taalproblemen kunnen helpen oplossen en de rechtszekerheid en transparantie kunnen vergroten. Het bieden van dergelijke kanalen zou ook de kosten van vennootschappen die grensoverschrijdend opereren, verlagen.

Amendement  4

Voorstel voor een richtlijn – wijzigingsbesluit

Overweging 4

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

(4) Richtlijn 2009/101/EG van het Europees Parlement en de Raad van 16 september 2009 strekkende tot het coördineren van waarborgen, welke in de lidstaten worden verlangd van de vennootschappen in de zin van de tweede alinea van artikel 48 van het Verdrag, om de belangen te beschermen zowel van de deelnemers in die vennootschappen als van derden, zulks teneinde die waarborgen gelijkwaardig te maken zorgt er onder meer voor dat in een register opgeslagen akten en gegevens hetzij op papier, hetzij langs elektronische weg toegankelijk zijn. Burgers en ondernemingen moeten echter nog steeds per land op zoek naar de benodigde informatie, vooral omdat de huidige vrijwillige samenwerking tussen registers onvoldoende is gebleken.

(4) Richtlijn 2009/101/EG van het Europees Parlement en de Raad van 16 september 2009 strekkende tot het coördineren van waarborgen, welke in de lidstaten worden verlangd van de vennootschappen in de zin van de tweede alinea van artikel 48 van het Verdrag, om de belangen te beschermen zowel van de deelnemers in die vennootschappen als van derden, zulks teneinde die waarborgen gelijkwaardig te maken zorgt er onder meer voor dat in een register opgeslagen akten en gegevens hetzij op papier, hetzij langs elektronische weg toegankelijk zijn. Burgers en ondernemingen moeten echter nog steeds per land op zoek naar de benodigde informatie, vooral omdat de huidige vrijwillige samenwerking tussen registers weinig inzichtelijk, verre van gebruikersvriendelijk en inefficiënt is gebleken. Grensoverschrijdende samenwerking en interoperabele registers moeten in de gehele Unie gewaarborgd zijn.

Amendement  5

Voorstel voor een richtlijn – wijzigingsbesluit

Overweging 5

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

(5) In de mededeling van de Commissie getiteld "Naar een Single Market Act" wordt de koppeling van centrale, handels- en vennootschapsregisters genoemd als maatregel voor de totstandbrenging van een bedrijfsvriendelijker juridisch en fiscaal klimaat. Een dergelijke koppeling zou moeten bijdragen tot het bevorderen van het concurrentievermogen van het Europese bedrijfsleven door het verminderen van de administratieve lasten en het vergroten van de rechtszekerheid, hetgeen op zijn beurt het overwinnen van de crisis, een van de prioriteiten van de Europa 2020-agenda, mede in de hand zou moeten werken. Door gebruik te maken van ICT-innovaties zou de koppeling ook de grensoverschrijdende communicatie tussen registers verbeteren.

(5) In de mededeling van de Commissie getiteld "Naar een Single Market Act" wordt de koppeling van centrale, handels- en vennootschapsregisters genoemd als maatregel voor de totstandbrenging van een bedrijfsvriendelijker juridisch en fiscaal klimaat, en het bevorderen van een harmonieuze en evenwichtige economische en sociale vooruitgang. Een dergelijke koppeling zou moeten bijdragen tot het bevorderen van het concurrentievermogen van het Europese bedrijfsleven door het verminderen van de administratieve lasten, met name die van de kleine en middelgroten bedrijven, en het vergroten van de rechtszekerheid, economische efficiëntie en transparantie, hetgeen op zijn beurt het overwinnen van de crisis, een van de prioriteiten van de Europa 2020-agenda, mede in de hand zou moeten werken. Door gebruik te maken van ICT-innovaties zou de koppeling ook de grensoverschrijdende communicatie tussen registers verbeteren en de belemmeringen voor de grensoverschrijdende handel terugdringen. Een en ander moet ook de grensoverschrijdende toegang tot officiële bedrijfsinformatie vergemakkelijken door een elektronisch netwerk van registers op te richten en een gemeenschappelijke minimumreeks van actuele gegevens vast te stellen die in elke lidstaat langs elektronische weg aan derden beschikbaar moeten worden gesteld.

Amendement  6

Voorstel voor een richtlijn – wijzigingsbesluit

Overweging 6

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

(6) In de conclusies van de Raad van 25 mei 2010 over de koppeling van ondernemingsregisters bevestigt de Raad dat het beter toegankelijk maken van actuele en betrouwbare informatie over vennootschappen het vertrouwen in de markt kan vergroten, tot het herstel kan bijdragen en het concurrentievermogen van het Europese bedrijfsleven kan bevorderen.

(6) In de conclusies van de Raad van 25 mei 2010 over de koppeling van ondernemingsregisters bevestigt de Raad dat het beter toegankelijk maken van actuele en betrouwbare informatie over vennootschappen het vertrouwen in de markt kan vergroten, tot het herstel kan bijdragen en het concurrentievermogen van het Europese bedrijfsleven kan bevorderen, waarbij de administratieve lasten voor bedrijven niet mogen worden verhoogd, maar juist moeten worden teruggebracht.

Amendement  7

Voorstel voor een richtlijn – wijzigingsbesluit

Overweging 7

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

(7) Het Europees Parlement benadrukte in zijn resolutie van 7 september 2010 over de koppeling van ondernemingsregisters dat het initiatief alleen van nut zal zijn voor de verdere integratie van de Europese Economische Ruimte als alle lidstaten aan het netwerk deelnemen.

(7) Het Europees Parlement benadrukte in zijn resolutie van 7 september 2010 over de koppeling van ondernemingsregisters dat het initiatief alleen van nut zal zijn voor de verdere integratie van de Europese Economische Ruimte als alle lidstaten aan het netwerk deelnemen en dat betere en gemakkelijkere toegang tot informatie noodzakelijk is met het oog op de ondersteuning van kleine en middelgrote ondernemingen – die een essentieel onderdeel zijn van de ruggengraat van de Europese economie en de belangrijkste motor voor het scheppen van banen, economische groei en sociale samenhang in Europa – omdat dit bijdraagt aan de verlichting van de administratieve lasten van dergelijke ondernemingen.0}

 

Amendement  8

Voorstel voor een richtlijn – wijzigingsbesluit

Overweging 8 bis (nieuw)

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

 

(8 bis) Dit centrale en in de gehele Unie toegankelijke e-justitieportaal garandeert dat benodigde documenten die zich in een lidstaat bevinden ook in alle andere lidstaten kunnen worden geraadpleegd.

Amendement  9

Voorstel voor een richtlijn – wijzigingsbesluit

Overweging 9

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

(9) De grensoverschrijdende toegang tot bedrijfsinformatie kan alleen worden verbeterd wanneer alle lidstaten zich toeleggen op het creëren van een elektronisch netwerk van registers en de informatie op een gestandaardiseerde wijze (dezelfde inhoud en interoperabele technologieën) aan gebruikers in de hele Unie toesturen. De gebruikers zouden toegang tot deze informatie moeten hebben via één enkel Europees elektronisch platform dat deel uitmaakt van het elektronische netwerk.

(9) De grensoverschrijdende toegang tot bedrijfsinformatie kan alleen worden verbeterd wanneer alle lidstaten zich in samenwerking met alle betrokken partijen toeleggen op het creëren van een elektronisch netwerk van registers en de informatie op een gestandaardiseerde wijze (dezelfde inhoud, formaten en interoperabele technologieën) aan gebruikers in de hele Unie toesturen. De gebruikers zouden toegang tot deze informatie moeten hebben via één enkel Europees elektronisch platform dat deel uitmaakt van het elektronische netwerk. Dit zal bijdragen aan meer transparantie in de gehele Unie. Dat elektronische netwerk zou gebaseerd moeten worden op bestaande structuren, ten einde onnodige kosten te vermijden.

Amendement  10

Voorstel voor een richtlijn – wijzigingsbesluit

Overweging 10

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

(10) Richtlijn 95/46/EG van het Europees Parlement en de Raad van 24 oktober 1995 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrije verkeer van die gegevens moet worden toegepast voor de verwerking van persoonsgegevens in de lidstaten, met inbegrip van het versturen van persoonsgegevens via een elektronisch netwerk.

(10) Richtlijn 95/46/EG van het Europees Parlement en de Raad van 24 oktober 1995 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrije verkeer van die gegevens moet worden toegepast voor de verwerking van persoonsgegevens in de lidstaten, met inbegrip van het versturen van persoonsgegevens via een elektronisch netwerk, waarbij voldoende bescherming van persoons- en handelsgegevens moet worden gewaarborgd.

Amendement  11

Voorstel voor een richtlijn – wijzigingsbesluit

Overweging 11

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

(11) Naast het bestaande registratienummer dienen vennootschappen een unieke identificatiecode te krijgen voor het vergemakkelijken van de identificatie van vennootschappen die bijvoorbeeld via bijkantoren of dochterondernemingen in meerdere lidstaten actief zijn.

(11) Naast het bestaande registratienummer dienen vennootschappen een unieke officiële identificatiecode te krijgen voor het vergemakkelijken van de identificatie van vennootschappen die bijvoorbeeld via bijkantoren of dochterondernemingen in meerdere lidstaten actief zijn.

Amendement  12

Voorstel voor een richtlijn – wijzigingsbesluit

Overweging 12

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

(12) Ook de bijkantoren van vennootschappen dienen naast hun registratienummer een unieke identificatiecode te hebben waardoor zij in de Europese Economische Ruimte eenduidig kunnen worden geïdentificeerd. Een daartoe strekkende wijziging in Richtlijn 89/666/EEG moet het mogelijk maken een duidelijk verband te leggen tussen vennootschappen en hun buitenlandse bijkantoren, zodat de informatie in het register van de vennootschap en het register van het buitenlandse bijkantoor regelmatig kan worden geactualiseerd. Door ervoor te zorgen dat de geregistreerde informatie coherent is, hebben derden toegang tot actuele gegevens over bijkantoren in hun lidstaat. Hoewel de lidstaten zelf moeten kunnen bepalen welke procedures worden gevolgd voor de bijkantoren die op hun grondgebied zijn geregistreerd, moeten zij er op zijn minst voor zorgen dat de bijkantoren van ontbonden vennootschappen onverwijld uit het register worden verwijderd.

(12) Ook de bijkantoren van vennootschappen dienen naast hun registratienummer een unieke identificatiecode te hebben waardoor zij in de Europese Economische Ruimte eenduidig kunnen worden geïdentificeerd. Een daartoe strekkende wijziging in Richtlijn 89/666/EEG moet het mogelijk maken een duidelijk verband te leggen tussen vennootschappen en hun buitenlandse bijkantoren, zodat de informatie in het register van de vennootschap en het register van het buitenlandse bijkantoor regelmatig kan worden geactualiseerd. Door ervoor te zorgen dat de geregistreerde informatie coherent is, hebben derden toegang tot actuele gegevens over bijkantoren in hun lidstaat. Hoewel de lidstaten zelf moeten kunnen bepalen welke procedures worden gevolgd voor de bijkantoren die op hun grondgebied zijn geregistreerd, wat ook het recht omvat de juridische status van die bijkantoren te regelen, moeten zij er op zijn minst voor zorgen dat de bijkantoren van ontbonden vennootschappen binnen tien werkdagen uit het register worden verwijderd.

Amendement  13

Voorstel voor een richtlijn – wijzigingsbesluit

Overweging 14

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

(14) Om te verzekeren dat ten aanzien van in de EU geregistreerde akten en gegevens geen grote kwaliteitsverschillen bestaan, moeten de lidstaten ervoor zorgen dat krachtens artikel 2 van Richtlijn 2009/101/EG geregistreerde informatie regelmatig wordt geactualiseerd en dat de geactualiseerde informatie openbaar wordt gemaakt uiterlijk vijftien kalenderdagen nadat de gebeurtenis waardoor de geregistreerde gegevens moesten worden gewijzigd, heeft plaatsgehad. Voorts moeten voor een betere bescherming van derden in andere lidstaten, alle akten en gegevens die via het netwerk worden verstuurd, vergezeld gaan van duidelijke informatie over de juridische waarde ervan.

(14) Om te verzekeren dat ten aanzien van in de EU geregistreerde akten en gegevens geen grote kwaliteitsverschillen bestaan, moeten de lidstaten ervoor zorgen dat krachtens artikel 2 van Richtlijn 2009/101/EG geregistreerde informatie regelmatig wordt geactualiseerd en dat de geactualiseerde informatie openbaar wordt gemaakt uiterlijk vijftien kalenderdagen nadat de gebeurtenis waardoor de geregistreerde gegevens moesten worden gewijzigd, heeft plaatsgehad. Deze actualisering moet volledig en controleerbaar worden gedocumenteerd. Voorts moeten voor een betere bescherming van derden in andere lidstaten, alle akten en gegevens die via het netwerk worden verstuurd, vergezeld gaan van duidelijke informatie over de juridische status en waarde ervan.

Amendement  14

Voorstel voor een richtlijn – wijzigingsbesluit

Overweging 15

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

(15) De Commissie moet de bevoegdheid krijgen om overeenkomstig artikel 290 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie gedelegeerde handelingen vast te stellen betreffende het bestuur, het beheer, de werking, de vertegenwoordiging en de financiering van het elektronische netwerk, de voorwaarden waaronder landen van buiten de Europese Economische Ruimte aan het netwerk kunnen deelnemen, de minimumbeveiligingsnormen, het gebruik van een unieke identificatiecode, de talen die door het elektronische netwerk worden gebruikt, de methode voor de overdracht van informatie tussen de registers (die een grensoverschrijdende toegang tot informatie moet garanderen), de interoperabiliteit van de informatie- en communicatietechnologieën die door de leden van het netwerk worden gebruikt, de vaststelling van normen inzake formaat, inhoud en beperkingen voor het opslaan en opzoeken van akten en gegevens om automatische gegevensuitwisseling mogelijk te maken, de gevolgen van niet‑naleving, de methode waarmee wordt vastgesteld dat een vennootschap en een buitenlands bijkantoor aan elkaar zijn gelieerd, de methode en technische normen voor de overdracht van informatie tussen het register van de vennootschap en het register van het bijkantoor, de technische normen voor de overdracht van informatie tussen de registers, en de standaardkennisgevingsformulieren die de registers moeten gebruiken voor het melden van een grensoverschrijdende fusie. Er moet een feedbackmechanisme voor gebruikers worden opgezet, zodat bij het beheer van het netwerk met hun behoeften rekening kan worden gehouden. Het is noodzakelijk dat deze bevoegdheden voor onbepaalde tijd aan de Commissie worden verleend, zodat de voorschriften zo nodig kunnen worden aangepast.

(15) Met het oog op de totstandbrenging van het elektronische netwerk moet aan de Commissie de bevoegdheid worden gedelegeerd om overeenkomstig artikel 290 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie gedelegeerde handelingen vast te stellen betreffende de voorwaarden waaronder landen van buiten de Europese Economische Ruimte aan het netwerk kunnen deelnemen, de minimumbeveiligingsnormen, het gebruik van een unieke identificatiecode, de talen die door het elektronische netwerk worden gebruikt, de methode voor de overdracht van informatie tussen de registers (die een grensoverschrijdende toegang tot informatie moet garanderen), de interoperabiliteit van de informatie- en communicatietechnologieën die door de leden van het netwerk worden gebruikt, de vaststelling van normen inzake formaat, inhoud en beperkingen voor het opslaan en opzoeken van akten en gegevens om automatische gegevensuitwisseling mogelijk te maken, de gevolgen van niet naleving, de methode waarmee wordt vastgesteld dat een vennootschap en een buitenlands bijkantoor aan elkaar zijn gelieerd, de methode en technische normen voor de overdracht van informatie tussen het register van de vennootschap en het register van het bijkantoor, de technische normen voor de overdracht van informatie tussen de registers, en de standaardkennisgevingsformulieren die de registers moeten gebruiken voor het melden van een grensoverschrijdende fusie. Er moet een feedbackmechanisme voor gebruikers worden opgezet, zodat bij het beheer van het netwerk met hun behoeften rekening kan worden gehouden. Het is noodzakelijk dat deze bevoegdheden voor onbepaalde tijd aan de Commissie worden verleend, zodat de voorschriften zo nodig kunnen worden aangepast. De Commissie moet bij de voorbereiding en opstelling van gedelegeerde handelingen zorgen voor gelijktijdige, snelle en adequate toezending van de desbetreffende documenten aan het Europees Parlement en de Raad.

Amendement  15

Voorstel voor een richtlijn – wijzigingsbesluit

Artikel 1 – punt 2

Richtlijn 89/666/EEG

Artikel 5 bis – lid 1

 

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

1. Het register van het bijkantoor stelt het register van de vennootschap via het elektronische netwerk als bedoeld in artikel 4 bis van Richtlijn 2009/101/EG van het Europees Parlement en de Raad, onverwijld in kennis van wijzigingen in de in artikel 2 van deze richtlijn bedoelde akten en gegevens.

1. Het register van het bijkantoor stelt het register van de vennootschap via het elektronische netwerk als bedoeld in artikel 4 bis van Richtlijn 2009/101/EG van het Europees Parlement en de Raad, onverwijld, en in elk geval binnen tien werkdagen, in kennis van wijzigingen in de in artikel 2 van deze richtlijn bedoelde akten en gegevens.

Amendement  16

Voorstel voor een richtlijn – wijzigingsbesluit

Artikel 1 – punt 2

Richtlijn 89/666/EEG

Artikel 5 bis – lid 2

 

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

2. De lidstaten stellen de wettelijke procedure vast die moet worden gevolgd bij ontvangst van de kennisgeving als bedoeld in lid 1 van dit artikel en artikel 4 bis, lid 2, van Richtlijn 2009/101/EG. Een dergelijke procedure zorgt ervoor dat bijkantoren van vennootschappen die zijn ontbonden of anderszins uit het register zijn verwijderd, onverwijld worden gesloten.

2. De lidstaten stellen de wettelijke procedure vast die moet worden gevolgd bij ontvangst van de kennisgeving als bedoeld in lid 1 van dit artikel en artikel 4 bis, lid 2, van Richtlijn 2009/101/EG. Een dergelijke procedure zorgt ervoor dat bijkantoren van vennootschappen die zijn ontbonden of anderszins uit het register zijn verwijderd, onverwijld zelf uit het register worden verwijderd en gesloten dan wel opnieuw worden opgericht onder een nieuwe en geldige juridische identiteit.

Amendement  17

Voorstel voor een richtlijn – wijzigingsbesluit

Artikel 1 – punt 2

Richtlijn 89/666/EEG

Artikel 5 bis – lid 3 – inleidende formule

 

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

3. De Commissie stelt overeenkomstig artikel 11 bis en onder de in de artikelen 11 ter en 11 quater gestelde voorwaarden gedelegeerde handelingen vast waarin het volgende wordt gespecificeerd:

3. De Commissie wordt gemachtigd overeenkomstig artikel 11 bis gedelegeerde handelingen vast te stellen waarin het volgende wordt gespecificeerd:

Amendement  18

Voorstel voor een richtlijn – wijzigingsbesluit

Artikel 1 – punt 2

Richtlijn 89/666/EEG

Artikel 5 bis – lid 3 – letter a

 

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

a) de methode waarmee wordt vastgesteld dat een vennootschap en een buitenlands bijkantoor aan elkaar zijn gelieerd;

a) de methode voor samenstelling van het identificatienummer waarmee wordt vastgesteld dat een vennootschap en een buitenlands bijkantoor aan elkaar zijn gelieerd;

Amendement  19

Voorstel voor een richtlijn – wijzigingsbesluit

Artikel 1 – punt 3

Richtlijn 89/666/EEG

Artikel 11 bis

 

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

 

-1. De bevoegdheid tot vaststelling van gedelegeerde handelingen wordt aan de Commissie verleend onder de in dit artikel gestelde voorwaarden.

1. De bevoegdheid tot vaststelling van de in artikel 5 bis, lid 3, bedoelde gedelegeerde handelingen wordt aan de Commissie verleend voor onbepaalde tijd.

1. De bevoegdheid tot vaststelling van de in artikel 5 bis, lid 3, bedoelde gedelegeerde handelingen wordt aan de Commissie verleend voor onbepaalde tijd, te rekenen vanaf….*.

 

1 bis. De bevoegdheidsdelegatie overeenkomstig artikel 5 bis, lid 3, kan te allen tijde door het Europees Parlement of de Raad worden ingetrokken. Het besluit tot intrekking maakt een einde aan de delegatie van de in dat besluit genoemde bevoegdheid. Het besluit wordt van kracht op de dag volgend op de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie of op een in dat besluit bepaalde latere datum. Het laat de geldigheid van de reeds van kracht zijnde gedelegeerde handelingen onverlet.

2. Zodra de Commissie een gedelegeerde handeling heeft vastgesteld, stelt zij het Europees Parlement en de Raad daarvan gelijktijdig in kennis.

2. Zodra zij een gedelegeerde handeling vaststelt, stelt de Commissie daar tegelijkertijd het Europees Parlement en de Raad van in kennis.

 

2 bis. Een gedelegeerde handeling die in overeenstemming met artikel 5 bis, lid 3, is vastgesteld, treedt pas in werking indien het Europees Parlement of de Raad binnen een termijn van drie maanden na de bekendmaking ervan aan het Europees Parlement en de Raad geen bezwaar heeft gemaakt of indien het Europees Parlement en de Raad voor het verstrijken van deze termijn de Commissie ervan in kennis hebben gesteld dat zij geen bezwaar wensen te maken. Op initiatief van het Europees Parlement of de Raad kan deze periode met drie maanden worden verlengd.

3. De bevoegdheid tot vaststelling van gedelegeerde handelingen wordt aan de Commissie verleend onder de in de artikelen 11 ter en 11 quater gestelde voorwaarden.

 

 

_____

* Datum van de inwerkingtreding van deze richtlijn.

Amendement  20

Voorstel voor een richtlijn – wijzigingsbesluit

Artikel 1 – punt 3

Richtlijn 89/666/EEG

Artikel 11 ter

 

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

Artikel 11 ter

Schrappen

1. De in artikel 11 bis bedoelde bevoegdheidsdelegatie kan te allen tijde door het Europees Parlement of de Raad worden ingetrokken.

 

2. De instelling die een interne procedure over een besluit tot intrekking van de bevoegdheidsdelegatie is begonnen, streeft ernaar de andere instelling en de Commissie binnen een redelijke termijn voordat het definitieve besluit wordt genomen, hiervan op de hoogte te brengen onder vermelding van de gedelegeerde bevoegdheden die mogelijk worden ingetrokken.

 

3. Het besluit tot intrekking maakt een einde aan de delegatie van de bevoegdheden die in het besluit worden vermeld. Het besluit treedt onmiddellijk in werking of op een latere datum die in het besluit wordt vermeld. Het besluit laat de geldigheid van de reeds van kracht zijnde gedelegeerde handelingen onverlet. Het wordt bekendgemaakt in het Publicatieblad van de Europese Unie.

 

Amendement  21

Voorstel voor een richtlijn – wijzigingsbesluit

Artikel 1 – punt 3

Richtlijn 89/666/EEG

Artikel 11 quater

 

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

Artikel 11 quater

Schrappen

1. Het Europees Parlement en de Raad kunnen binnen een termijn van twee maanden na de datum van kennisgeving bezwaar maken tegen de gedelegeerde handeling.

 

Op initiatief van het Europees Parlement of de Raad kan deze termijn met twee maanden worden verlengd.

 

2. Indien bij het verstrijken van deze termijn het Europees Parlement noch de Raad bezwaar heeft gemaakt tegen de gedelegeerde handeling, wordt deze bekendgemaakt in het Publicatieblad van de Europese Unie en treedt zij in werking op de daarin vermelde datum.

 

Indien zowel het Europees Parlement als de Raad de Commissie heeft medegedeeld voornemens te zijn om geen bezwaar te maken, kan de gedelegeerde handeling kan voor het verstrijken van de termijn worden bekendgemaakt in het Publicatieblad van de Europese Unie en in werking treden.

 

3. Indien het Europees Parlement of de Raad bezwaar maakt tegen een gedelegeerde handeling, treedt deze niet in werking. De instelling die bezwaar aantekent tegen de gedelegeerde handeling, geeft aan waarom zij dit doet.

 

Amendement  22

Voorstel voor een richtlijn – wijzigingsbesluit

Artikel 2 – punt 1

Richtlijn 2005/56/EG

Artikel 13 – lid 1 – alinea 2

 

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

Het register waar de uit de grensoverschrijdende fusie ontstane vennootschap wordt ingeschreven, stelt het register waar elke vennootschap haar akten diende neer te leggen ten bewijze dat de grensoverschrijdende fusie van kracht is geworden, onverwijld via het in artikel 4 bis van Richtlijn 2009/101/EG bedoelde elektronische netwerk van de totstandkoming van de fusie in kennis. In voorkomend geval mag de oude inschrijving niet eerder dan bij ontvangst van deze kennisgeving worden verwijderd.

Het register waar de uit de grensoverschrijdende fusie ontstane vennootschap wordt ingeschreven, stelt het register waar elke vennootschap haar akten diende neer te leggen ten bewijze dat de grensoverschrijdende fusie van kracht is geworden, onverwijld, en in elk geval binnen tien werkdagen, via het in artikel 4 bis van Richtlijn 2009/101/EG bedoelde elektronische netwerk van de totstandkoming van de fusie in kennis. In voorkomend geval mag de oude inschrijving niet eerder dan bij ontvangst van deze kennisgeving worden verwijderd.

Amendement  23

Voorstel voor een richtlijn – wijzigingsbesluit

Artikel 2 – punt 1

Richtlijn 2005/56/EG

Artikel 13 – lid 2 – inleidende formule

 

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

2. De Commissie stelt overeenkomstig artikel 17 bis en onder de in de artikelen 17 ter en 17 quater gestelde voorwaarden gedelegeerde handelingen vast waarin het volgende wordt gespecificeerd:

2. De Commissie wordt gemachtigd overeenkomstig artikel 17 bis gedelegeerde handelingen vast te stellen waarin het volgende wordt gespecificeerd:

Amendement  24

Voorstel voor een richtlijn – wijzigingsbesluit

Artikel 2 – punt 2

Richtlijn 2005/56/EG

Artikel 17 bis

 

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

 

-1. De bevoegdheid tot vaststelling van gedelegeerde handelingen wordt aan de Commissie verleend onder de in dit artikel gestelde voorwaarden.

1. De bevoegdheid tot vaststelling van de in artikel 13, lid 2, bedoelde gedelegeerde handelingen wordt aan de Commissie verleend voor onbepaalde tijd.

1. De bevoegdheid tot vaststelling van de in artikel 13, lid 2, bedoelde gedelegeerde handelingen wordt aan de Commissie verleend voor onbepaalde tijd, te rekenen vanaf…*.

 

1 bis. De in artikel 13, lid 2, bedoelde bevoegdheidsdelegatie kan te allen tijde door het Europees Parlement of de Raad worden ingetrokken. Het besluit tot intrekking maakt een einde aan de delegatie van de in dat besluit genoemde bevoegdheid. Het besluit wordt van kracht op de dag volgend op de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie of op een in dat besluit bepaalde latere datum. Het laat de geldigheid van de reeds van kracht zijnde gedelegeerde handelingen onverlet.

2. Zodra de Commissie een gedelegeerde handeling heeft vastgesteld, stelt zij het Europees Parlement en de Raad daarvan gelijktijdig in kennis.

2. Zodra zij een gedelegeerde handeling vaststelt, stelt de Commissie daar tegelijkertijd het Europees Parlement en de Raad van in kennis.

 

2 bis. Een gedelegeerde handeling die in overeenstemming met artikel 13, lid 2, is vastgesteld, treedt pas in werking indien het Europees Parlement of de Raad binnen een termijn van drie maanden na de bekendmaking ervan aan het Europees Parlement en de Raad geen bezwaar heeft gemaakt of indien het Europees Parlement en de Raad voor het verstrijken van deze termijn de Commissie ervan in kennis hebben gesteld dat zij geen bezwaar wensen te maken. Op initiatief van het Europees Parlement of de Raad wordt deze periode met drie maanden verlengd.

3. De bevoegdheid tot vaststelling van gedelegeerde handelingen wordt aan de Commissie verleend onder de in de artikelen 17 ter en 17 quater gestelde voorwaarden.

 

 

_____

* Datum van de inwerkingtreding van deze richtlijn.

Amendement  25

Voorstel voor een richtlijn – wijzigingsbesluit

Artikel 2 – punt 2

Richtlijn 2005/56/EG

Artikel 17 ter

 

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

Artikel 17 ter

Schrappen

Intrekking van de delegatie

 

1. De in artikel 13, lid 2, bedoelde bevoegdheidsdelegatie kan te allen tijde door het Europees Parlement of de Raad worden ingetrokken.

 

2. De instelling die een interne procedure over een besluit tot intrekking van de bevoegdheidsdelegatie is begonnen, streeft ernaar de andere instelling en de Commissie binnen een redelijke termijn voordat het definitieve besluit wordt genomen, hiervan op de hoogte te brengen onder vermelding van de gedelegeerde bevoegdheden die mogelijk worden ingetrokken.

 

3. Het besluit tot intrekking maakt een einde aan de delegatie van de bevoegdheden die in het besluit worden vermeld. Het besluit treedt onmiddellijk in werking of op een latere datum die in het besluit wordt vermeld. Het besluit laat de geldigheid van de reeds van kracht zijnde gedelegeerde handelingen onverlet. Het wordt bekendgemaakt in het Publicatieblad van de Europese Unie.

 

Amendement  26

Voorstel voor een richtlijn – wijzigingsbesluit

Artikel 2 – punt 2

Richtlijn 2005/56/EG

Artikel 17 quater

 

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

Artikel 17 quater

Schrappen

Bezwaar tegen gedelegeerde handelingen

 

1. Het Europees Parlement en de Raad kunnen binnen een termijn van twee maanden na de datum van kennisgeving bezwaar maken tegen de gedelegeerde handeling.

 

Op initiatief van het Europees Parlement of de Raad kan deze termijn met twee maanden worden verlengd.

 

2. Indien bij het verstrijken van deze termijn het Europees Parlement noch de Raad bezwaar heeft gemaakt tegen de gedelegeerde handeling, wordt deze bekendgemaakt in het Publicatieblad van de Europese Unie en treedt zij in werking op de daarin vermelde datum.

 

Indien zowel het Europees Parlement als de Raad de Commissie heeft medegedeeld voornemens te zijn om geen bezwaar te maken, kan de gedelegeerde handeling kan voor het verstrijken van de termijn worden bekendgemaakt in het Publicatieblad van de Europese Unie en in werking treden.

 

3. Indien het Europees Parlement of de Raad bezwaar maakt tegen een gedelegeerde handeling, treedt deze niet in werking. De instelling die bezwaar maakt tegen de gedelegeerde handeling, vermeldt de redenen daarvoor."

 

Amendement  27

Voorstel voor een richtlijn – wijzigingsbesluit

Artikel 3 – punt 3 bis (nieuw)

Richtlijn 2009/101/EG

Artikel 4 – lid 2 – alinea 3

 

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

 

3 bis. In artikel 4, lid 2, wordt de derde alinea vervangen door:

 

"De lidstaten treffen de nodige maatregelen om de toegang van derden tot de vrijwillig openbaar gemaakte vertalingen te vergemakkelijken.

Deze maatregelen waarborgen de toegang tot de vertalingen via het in artikel 4 bis genoemde elektronische netwerk."

Amendement  28

Voorstel voor een richtlijn – wijzigingsbesluit

Artikel 3 – punt 4

Richtlijn 2009/101/EG

Artikel 4 bis – lid 2

 

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

2. Het register van de vennootschap stelt het register van het bijkantoor van de vennootschap via het elektronische netwerk onverwijld in kennis van wijzigingen in de in artikel 2 van Richtlijn 89/666/EEG(*) bedoelde akten en gegevens.

2. Het register van de vennootschap stelt het register van het bijkantoor van de vennootschap via het elektronische netwerk onverwijld, en in elk geval binnen tien werkdagen, in kennis van wijzigingen in de in artikel 2 van Richtlijn 89/666/EEG(*) bedoelde akten en gegevens.

Amendement  29

Voorstel voor een richtlijn – wijzigingsbesluit

Artikel 3 – punt 4

Richtlijn 2009/101/EG

Artikel 4 bis – lid 3 – inleidende formule

 

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

3. De Commissie stelt overeenkomstig artikel 13 bis en onder de in de artikelen 13 ter en 13 quater gestelde voorwaarden gedelegeerde handelingen vast waarin het volgende wordt gespecificeerd:

3. De Commissie wordt gemachtigd overeenkomstig artikel 13 bis gedelegeerde handelingen vast te stellen waarin het volgende wordt gespecificeerd:

Amendement  30

Voorstel voor een richtlijn – wijzigingsbesluit

Artikel 3 – punt 6

Richtlijn 2009/101/EG

Artikel 13 bis

 

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

 

-1. De bevoegdheid tot vaststelling van gedelegeerde handelingen wordt aan de Commissie verleend onder de in dit artikel gestelde voorwaarden.

1. De bevoegdheid tot vaststelling van de in artikel 4 bis, lid 3, bedoelde gedelegeerde handelingen wordt aan de Commissie verleend voor onbepaalde tijd.

1. De bevoegdheid tot vaststelling van de in artikel 4 bis, lid 3, bedoelde gedelegeerde handelingen wordt aan de Commissie verleend voor onbepaalde tijd, te rekenen vanaf….*.

 

1 bis. De in artikel 4 bis, lid 3, bedoelde bevoegdheidsdelegatie kan te allen tijde door het Europees Parlement of de Raad worden ingetrokken. Het besluit tot intrekking maakt een einde aan de delegatie van de in dat besluit genoemde bevoegdheid. Het besluit wordt van kracht op de dag volgend op de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie of op een in dat besluit bepaalde latere datum. Het laat de geldigheid van de reeds van kracht zijnde gedelegeerde handelingen onverlet.

2. Zodra de Commissie een gedelegeerde handeling heeft vastgesteld, stelt zij het Europees Parlement en de Raad daarvan gelijktijdig in kennis.

2. Zodra zij een gedelegeerde handeling vaststelt, stelt de Commissie daar tegelijkertijd het Europees Parlement en de Raad van in kennis.

 

2 bis. Een gedelegeerde handeling die in overeenstemming met artikel 4 bis, lid 3, is vastgesteld, treedt pas in werking indien het Europees Parlement of de Raad binnen een termijn van drie maanden na de bekendmaking ervan aan het Europees Parlement en de Raad geen bezwaar heeft gemaakt of indien het Europees Parlement en de Raad voor het verstrijken van deze termijn de Commissie ervan in kennis hebben gesteld dat zij geen bezwaar wensen te maken. Op initiatief van het Europees Parlement of de Raad kan deze periode met drie maanden worden verlengd.

3. De bevoegdheid tot vaststelling van gedelegeerde handelingen wordt aan de Commissie verleend onder de in artikel 13 ter en 13 quater gestelde voorwaarden.

 

 

_____

* Datum van de inwerkingtreding van deze richtlijn.

Amendement  31

Voorstel voor een richtlijn – wijzigingsbesluit

Artikel 3 – punt 6

Richtlijn 2009/101/EG

Artikel 13 ter

 

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

Artikel 13 ter

Schrappen

1. De in artikel 13 bis bedoelde bevoegdheidsdelegatie kan te allen tijde door het Europees Parlement of de Raad worden ingetrokken.

 

2. De instelling die een interne procedure over een besluit tot intrekking van de bevoegdheidsdelegatie is begonnen, streeft ernaar de andere instelling en de Commissie binnen een redelijke termijn voordat het definitieve besluit wordt genomen, hiervan op de hoogte te brengen onder vermelding van de gedelegeerde bevoegdheden die mogelijk worden ingetrokken.

 

3. Het besluit tot intrekking maakt een einde aan de delegatie van de bevoegdheden die in het besluit worden vermeld. Het besluit treedt onmiddellijk in werking of op een latere datum die in het besluit wordt vermeld. Het besluit laat de geldigheid van de reeds van kracht zijnde gedelegeerde handelingen onverlet. Het wordt bekendgemaakt in het Publicatieblad van de Europese Unie.

 

Amendement  32

Voorstel voor een richtlijn – wijzigingsbesluit

Artikel 3 – punt 6

Richtlijn 89/666/EEG

Artikel 13 quater

 

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

Artikel 13 quater

Schrappen

1. Het Europees Parlement en de Raad kunnen binnen een termijn van twee maanden na de datum van kennisgeving bezwaar maken tegen de gedelegeerde handeling.

 

Op initiatief van het Europees Parlement of de Raad kan deze termijn met twee maanden worden verlengd.

 

2. Indien bij het verstrijken van deze termijn het Europees Parlement noch de Raad bezwaar heeft gemaakt tegen de gedelegeerde handeling, wordt deze bekendgemaakt in het Publicatieblad van de Europese Unie en treedt zij in werking op de daarin vermelde datum.

 

Indien zowel het Europees Parlement als de Raad de Commissie heeft medegedeeld voornemens te zijn om geen bezwaar te maken, kan de gedelegeerde handeling kan voor het verstrijken van de termijn worden bekendgemaakt in het Publicatieblad van de Europese Unie en in werking treden.

 

3. Indien het Europees Parlement of de Raad bezwaar maakt tegen een gedelegeerde handeling, treedt deze niet in werking. De instelling die bezwaar maakt tegen de gedelegeerde handeling, vermeldt de redenen daarvoor."

 

PROCEDURE

Titel

Wijziging van de richtlijnen 89/666/EEG, 2005/56/EG en 2009/101/EG wat de koppeling van centrale, handels- en vennootschapsregisters betreft

Document- en procedurenummers

COM(2011)0079 – C7-0059/2011 – 2011/0038(COD)

Commissie ten principale

       Datum bekendmaking

JURI

8.3.2011

 

 

 

Medeadviserende commissie(s)

       Datum bekendmaking

ECON

8.3.2011

 

 

 

Rapporteur(s)

       Datum benoeming

Hans-Peter Martin

8.3.2011

 

 

 

Behandeling in de commissie

6.6.2011

4.7.2011

 

 

Datum goedkeuring

11.7.2011

 

 

 

Uitslag eindstemming

+:

–:

0:

35

0

2

Bij de eindstemming aanwezige leden

Udo Bullmann, Pascal Canfin, Nikolaos Chountis, Rachida Dati, Leonardo Domenici, Derk Jan Eppink, Diogo Feio, Ildikó Gáll-Pelcz, Jean-Paul Gauzès, Sven Giegold, Liem Hoang Ngoc, Gunnar Hökmark, Wolf Klinz, Jürgen Klute, Philippe Lamberts, Astrid Lulling, Hans-Peter Martin, Alfredo Pallone, Anni Podimata, Antolín Sánchez Presedo, Edward Scicluna, Kay Swinburne, Marianne Thyssen, Ramon Tremosa i Balcells

Bij de eindstemming aanwezige vaste plaatsvervanger(s)

Thijs Berman, Herbert Dorfmann, Sari Essayah, Ashley Fox, Sophia in ‘t Veld, Danuta Jazłowiecka, Krišjānis Kariņš, Olle Ludvigsson, Theodoros Skylakakis, Pablo Zalba Bidegain

Bij de eindstemming aanwezige plaatsvervanger(s) (art. 187, lid 2)

Ismail Ertug, Knut Fleckenstein, Claudiu Ciprian Tănăsescu

PROCEDURE

Titel

Wijziging van de richtlijnen 89/666/EEG, 2005/56/EG en 2009/101/EG wat de koppeling van centrale, handels- en vennootschapsregisters betreft

Document- en procedurenummers

COM(2011)0079 – C7-0059/2011 – 2011/0038(COD)

Datum indiening bij EP

24.2.2011

 

 

 

Commissie ten principale

       Datum bekendmaking

JURI

8.3.2011

 

 

 

Medeadviserende commissie(s)

       Datum bekendmaking

ECON

8.3.2011

IMCO

8.3.2011

 

 

Geen advies

       Datum besluit

IMCO

22.3.2011

 

 

 

Behandeling in de commissie

12.4.2011

10.10.2011

 

 

Datum goedkeuring

26.1.2012

 

 

 

Uitslag eindstemming

+:

–:

0:

23

0

0

Bij de eindstemming aanwezige leden

Raffaele Baldassarre, Sebastian Valentin Bodu, Françoise Castex, Marielle Gallo, Lidia Joanna Geringer de Oedenberg, Klaus-Heiner Lehne, Antonio Masip Hidalgo, Jiří Maštálka, Bernhard Rapkay, Evelyn Regner, Francesco Enrico Speroni, Dimitar Stoyanov, Alexandra Thein, Diana Wallis, Cecilia Wikström, Tadeusz Zwiefka

Bij de eindstemming aanwezige vaste plaatsvervanger(s)

Jan Philipp Albrecht, Jean-Marie Cavada, Vytautas Landsbergis, Kurt Lechner, Eva Lichtenberger, Dagmar Roth-Behrendt

Bij de eindstemming aanwezige plaatsvervanger(s) (art. 187, lid 2)

Eva Ortiz Vilella

Datum indiening

1.2.2012