VERSLAG over het verzoek om opheffing van de immuniteit van Spyros Danellis (II)

30.4.2013 - (2013/2028(IMM))

Commissie juridische zaken
Rapporteur: Eva Lichtenberger

Procedure : 2013/2028(IMM)
Stadium plenaire behandeling
Documentencyclus :  
A7-0160/2013
Ingediende teksten :
A7-0160/2013
Debatten :
Aangenomen teksten :

ONTWERPBESLUIT VAN HET EUROPEES PARLEMENT

over het verzoek om opheffing van de immuniteit van Spyros Danellis (II)

(2013/2028(IMM))

Het Europees Parlement,

–   gezien het verzoek om opheffing van de immuniteit van Spyros Danellis, dat op 11 december 2012 werd ingediend door de plaatsvervangend officier van justitie van het hooggerechtshof van de Helleense Republiek (ref. 4825/2012) in verband met het vonnis van het administratieve hof van appel van Kreta van 9 en16 oktober 2012 (ref. 1382/2012), en van de ontvangst waarvan op 6 februari 2013 ter plenaire vergadering kennis werd gegeven,

–   na Spyros Danellis te hebben gehoord, overeenkomstig artikel 7, lid 3, van zijn Reglement,

–   gezien artikel 9 van protocol nr. 7 betreffende de voorrechten en immuniteiten van de Europese Unie, artikel 6, lid 2, van de Akte van 20 september 1976 betreffende de verkiezing van de leden van het Europees Parlement door middel van rechtstreekse algemene verkiezingen, en artikel 62 van de grondwet van de Helleense Republiek,

–   gezien de arresten van het Hof van Justitie van de Europese Unie van 12 mei 1964, 10 juli 1986, 15 en 21 oktober 2008,19 maart 2010 en 6 september 2011[1],

–   gezien artikel 6, lid 2, en artikel 7 van zijn Reglement,

–   gezien het verslag van de Commissie juridische zaken (A7-0160/2013),

A. overwegende dat de plaatsvervangend officier van justitie van het hooggerechtshof van de Helleense Republiek heeft verzocht om opheffing van de parlementaire immuniteit van een lid van het Europees Parlement, Spyros Danellis, in verband met mogelijke gerechtelijke stappen wegens een vermeende overtreding;

B.  overwegende dat overeenkomstig artikel 9 van protocol nr. 7 betreffende de voorrechten en immuniteiten van de Europese Unie, de leden, op hun eigen grondgebied, de immuniteiten welke aan de leden van de volksvertegenwoordiging in hun land zijn verleend, genieten;

C. overwegende dat overeenkomstig artikel 62 van de grondwet van de Helleense Republiek leden van het parlement tijdens de parlementaire zittingsperiode niet kunnen worden vervolgd, gearresteerd, gevangen genomen of op andere wijze aan beperkingen worden onderworpen zonder voorafgaande toestemming van het parlement;

D. overwegende dat Spyros Danellis ervan wordt beschuldigd een derde partij vals te hebben beschuldigd van een onrechtmatige daad met als bedoeling deze hiervoor te laten vervolgen, en valse verklaringen over een derde partij te hebben afgelegd die het aanzien en de reputatie van deze partij zouden kunnen schaden, terwijl hij wist dat deze verklaringen onjuist waren;

E.  overwegende dat deze vermeende valse verklaringen en beschuldigen betrekking hebben op de verkoop van de vruchten van olijfbomen en andere bomen die waren ontworteld op onteigend land door een contractant die openbare werken verrichtte in het kader van de bouw van een dam in de gemeente Chersonissos, in de provincie Heraklion, waarvan Spyros Danellis burgemeester was;

F.  overwegende dat het bij de vermeende handelingen niet gaat om een mening of stem uitgebracht in de uitoefening van het ambt van lid van het Europees Parlement in de zin van artikel 8 van protocol nr. 7 betreffende de voorrechten en immuniteiten van de Europese Unie;

G. overwegende dat de beschuldiging duidelijk niet in verband staat met de positie van Spyros Danellis als lid van het Europees Parlement, maar met zijn voormalige positie als burgemeester van Chersonissos;

H. overwegende dat er geen aanwijzingen bestaan die duiden op fumus persecutionis, in het bijzonder vanwege het feit dat Spyros Danellis in onderhavige zaak lang niet de enige verdachte is;

1.  besluit de immuniteit van Spyros Danellis op te heffen;

2.  verzoekt zijn Voorzitter dit besluit en het verslag van zijn bevoegde commissie onmiddellijk te doen toekomen aan de officier van justitie van het hooggerechtshof van de Helleense Republiek en aan Spyros Danellis.

  • [1]  Zaak 101/63, Wagner/Fohrmann en Krier, Jurispr. 1964, blz. 195, zaak 149/85, Wybot/Faure e.a., Jurispr. 1986, blz. 2391, zaak T-345/05, Mote/Parlement, Jurispr.2008, blz. II-2849, gevoegde zaken C-200/07 en C-201/07, Marra/De Gregorio en Clemente, Jurispr. 2008, blz. I-7929, zaak T-42/06, Gollnisch/Parlement (nog niet gepubliceerd in de Jurisprudentie) en zaak C-163/10, Patriciello (nog niet gepubliceerd in de Jurisprudentie).

TOELICHTING

1.  Achtergrond

Tijdens de vergadering van 6 februari 2013 kondigde de Voorzitter aan, op grond van artikel 6, lid 2, van het Reglement, een verzoek van de Griekse autoriteiten om opheffing van de parlementaire immuniteit van Spyros Danellis, te hebben ontvangen. De Voorzitter verwees dit verzoek op grond van artikel 6, lid 2, naar de Commissie juridische zaken.

De heer Danellis wordt ervan beschuldigd een derde partij vals te hebben beschuldigd van een onrechtmatige daad met als bedoeling deze hiervoor te laten vervolgen, en valse verklaringen over een derde partij te hebben afgelegd die het aanzien en de reputatie van deze partij zouden kunnen schaden, terwijl hij wist dat deze verklaringen onjuist waren. Deze vermeende valse verklaringen en beschuldigen hebben betrekking op de verkoop van de vruchten van olijfbomen en andere bomen die waren ontworteld op onteigend land door een contractant die openbare werken verrichtte in het kader van de bouw van een dam in de gemeente Chersonissos, in de provincie Heraklion, waarvan Spyros Danellis burgemeester was.

2.  Wetgeving en procedure betreffende de immuniteit van leden van het Europees Parlement

De artikelen 8 en 9 van protocol nr. 7 betreffende de voorrechten en immuniteiten van de Europese Unie luiden als volgt:

"Artikel 8

Tegen de leden van het Europees Parlement kan geen opsporing plaatsvinden, noch kunnen zij worden aangehouden of vervolgd op grond van de mening of de stem, die zij in de uitoefening van hun ambt hebben uitgebracht.

Artikel 9

Tijdens de zittingsduur van het Europees Parlement genieten de leden:

a) op hun eigen grondgebied, de immuniteiten welke aan de leden van de volksvertegenwoordiging in hun land zijn verleend,

b) op het grondgebied van elke andere lidstaat, vrijstelling van aanhouding en gerechtelijke vervolging in welke vorm ook.

De immuniteit beschermt hen eveneens, wanneer zij zich naar de plaats van de bijeenkomst van het Europees Parlement begeven of daarvan terugkeren.

Op deze immuniteit kan geen beroep worden gedaan in geval van ontdekking op heterdaad, terwijl zij evenmin kan verhinderen dat het Europees Parlement het recht uitoefent de immuniteit van een van zijn leden op te heffen."

Artikel 62 van de grondwet van de Helleense Republiek luidt als volgt:

"Artikel 62

De leden van het parlement kunnen tijdens de parlementaire zittingsperiode niet worden vervolgd, gearresteerd, gevangen genomen of op andere wijze aan beperkingen worden onderworpen zonder voorafgaande toestemming van het parlement. [...]”

De artikelen 6 en 7 van het Reglement van het Europees Parlement luiden als volgt:

"Artikel 6 - Opheffing van de immuniteit

1.  Bij de uitoefening van zijn bevoegdheden met betrekking tot voorrechten en immuniteiten streeft het Parlement in de eerste plaats naar handhaving van zijn integriteit als democratische wetgevende vergadering en naar waarborging van de onafhankelijkheid van zijn leden bij de uitvoering van hun taken.

2.  Ieder door een daartoe bevoegde autoriteit van een lidstaat tot de Voorzitter gericht verzoek om opheffing van de immuniteit van een lid wordt ter plenaire vergadering medegedeeld en verwezen naar de bevoegde commissie.

[...]

Artikel 7 - Immuniteitsprocedures

1.  De bevoegde commissie behandelt de verzoeken om opheffing van de immuniteit of om verdediging van de immuniteit en voorrechten onverwijld in volgorde van binnenkomst.

2.  De commissie stelt een met redenen omkleed ontwerpbesluit op waarin wordt aanbevolen het verzoek om opheffing van de immuniteit of om verdediging van de immuniteit en voorrechten in te willigen dan wel af te wijzen.

3.  De commissie kan de betrokken autoriteit om informatie of opheldering verzoeken die zij nodig acht om zich een oordeel te vormen over de wenselijkheid van opheffing of verdediging van de immuniteit. Het betrokken lid krijgt de gelegenheid te worden gehoord en kan alle documenten of andere schriftelijke bewijsstukken overleggen die het voor het vormen van bovengenoemd oordeel nodig acht. Het betrokken lid kan zich doen vertegenwoordigen door een ander lid.

[...]

7.  De commissie kan een met redenen omkleed advies uitbrengen over de bevoegdheid ter zake van de desbetreffende autoriteit en over de ontvankelijkheid van het verzoek, maar spreekt zich in geen geval uit over de vraag of het betrokken lid al dan niet schuldig is, noch over de wenselijkheid het betrokken lid wegens de meningen of handelingen die het lid worden verweten, strafrechtelijk te vervolgen, zelfs indien de commissie door de behandeling van het verzoek uitgebreide kennis van de zaak krijgt.

[...]

11. De commissie behandelt de zaak en de ontvangen documenten met de grootste vertrouwelijkheid."

3.  Motivering van het ontwerpbesluit

De plaatsvervangend officier van justitie van het hooggerechtshof van de Helleense Republiek heeft verzocht om opheffing van de parlementaire immuniteit van een lid van het Europees Parlement, Spyros Danellis, in verband met mogelijke gerechtelijke stappen wegens een vermeende overtreding, namelijk het vals beschuldigen van een derde partij van een onrechtmatige daad met als bedoeling deze hiervoor te laten vervolgen, en het afleggen van valse verklaringen over een derde partij die het aanzien en de reputatie van deze partij zouden kunnen schaden, terwijl hij wist dat deze verklaringen onjuist waren. Deze vermeende valse verklaringen en beschuldigen hebben betrekking op de verkoop van de vruchten van olijfbomen en andere bomen die waren ontworteld op onteigend land door een contractant die openbare werken verrichtte in het kader van de bouw van een dam in de gemeente Chersonissos, in de provincie Heraklion, waarvan Spyros Danellis burgemeester was.

Bij de vermeende handelingen gaat het niet om een mening of stem uitgebracht in de uitoefening van het ambt van lid van het Europees Parlement in de zin van artikel 8 van protocol nr. 7 betreffende de voorrechten en immuniteiten van de Europese Unie.

Overeenkomstig artikel 9 van protocol nr. 7 betreffende de voorrechten en immuniteiten van de Europese Unie, genieten de leden, op hun eigen grondgebied, de immuniteiten welke aan de leden van de volksvertegenwoordiging in hun land zijn verleend. Overeenkomstig artikel 62 van de grondwet van de Helleense Republiek kunnen leden van het parlement tijdens de parlementaire zittingsperiode niet worden vervolgd, gearresteerd, gevangen genomen of op andere wijze aan beperkingen worden onderworpen zonder voorafgaande toestemming van het parlement. Het parlement moet dan ook toestemming geven voor de vervolging van de heer Danellis.

De aanklacht heeft betrekking op handelingen van de heer Danellis in zijn voormalige hoedanigheid van burgemeester van Chersonissos en houdt geen verband met zijn functie van lid van het Europees Parlement. De heer Danellis is gehoord en er bestaan geen aanwijzingen die duiden op fumus persecutionis.

4.  Conclusie

Op grond van bovengenoemde overwegingen, na de redenen vóór en tegen de opheffing van de immuniteit van het betrokken lid te hebben overwogen, wordt het Europees Parlement aanbevolen de parlementaire immuniteit van Spyros Danellis op te heffen.

UITSLAG VAN DE EINDSTEMMING IN DE COMMISSIE

Datum goedkeuring

24.4.2013

 

 

 

Uitslag eindstemming

+:

–:

0:

11

1

0

Bij de eindstemming aanwezige leden

Luigi Berlinguer, Françoise Castex, Giuseppe Gargani, Klaus-Heiner Lehne, Antonio Masip Hidalgo, Bernhard Rapkay, Evelyn Regner, Dimitar Stoyanov, Cecilia Wikström, Tadeusz Zwiefka

Bij de eindstemming aanwezige vaste plaatsvervanger(s)

Mary Honeyball, Eva Lichtenberger