VERSLAG over het voorstel voor een richtlijn van het Europees Parlement en de Raad betreffende de onderlinge aanpassing van de wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen van de lidstaten inzake de productie, de presentatie en de verkoop van tabaks- en aanverwante producten
24.7.2013 - (COM(2012)0788 – C7‑0420/2012 – 2012/0366(COD)) - ***I
Commissie milieubeheer, volksgezondheid en voedselveiligheid
Rapporteur: Linda McAvan
PR_COD_1amCom
- ONTWERPWETGEVINGSRESOLUTIE VAN HET EUROPEES PARLEMENT
- TOELICHTING
- BIJLAGE
- ADVIES van de Commissie internationale handel
- ADVIES van de Commissie industrie, onderzoek en energie
- ADVIES van de Commissie interne markt en consumentenbescherming
- ADVIES van de Commissie landbouw en plattelandsontwikkeling
- ADVIES van de Commissie juridische zaken
- ADVIES VAN DE COMMISSIE JURIDISCHE ZAKEN INZAKE DE RECHTSGROND
- PROCEDURE
ONTWERPWETGEVINGSRESOLUTIE VAN HET EUROPEES PARLEMENT
over het voorstel voor een richtlijn van het Europees Parlement en de Raad betreffende de onderlinge aanpassing van de wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen van de lidstaten inzake de productie, de presentatie en de verkoop van tabaks- en aanverwante producten
(COM(2012)0788 – C7‑0420/2012 – 2012/0366(COD))
(Gewone wetgevingsprocedure: eerste lezing)
Het Europees Parlement,
– gezien het voorstel van de Commissie aan het Europees Parlement en de Raad (COM(2012)0788),
– gezien artikel 294, lid 2, en artikel 114 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, op grond waarvan het voorstel door de Commissie bij het Parlement is ingediend (C7‑0420/2012),
– gezien artikel 294, lid 3, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,
– gezien het gemotiveerde advies dat in het kader van protocol nr. 2 betreffende de toepassing van de beginselen van subsidiariteit en evenredigheid is uitgebracht door de Tsjechische Kamer van Afgevaardigden, het Deense Parlement, het Griekse Parlement, de Italiaanse Kamer van Afgevaardigden, de Italiaanse Senaat, het Portugese Parlement, de Roemeense Kamer van Afgevaardigden, het Zweedse Parlement, en waarin wordt gesteld dat het ontwerp van wetgevingshandeling niet strookt met het subsidiariteitsbeginsel,
– gezien het advies van het Europees Economisch en Sociaal Comité[1],
– gezien het advies van het Comité van de Regio's[2],
– gezien artikel 55 van zijn Reglement,
– gezien het verslag van de Commissie milieubeheer, volksgezondheid en voedselveiligheid en de adviezen van de Commissie internationale handel, Commissie industrie, onderzoek en energie, Commissie interne markt en consumentenbescherming, de Commissie landbouw en plattelandsontwikkeling en de Commissie juridische zaken (A7-0276/2013),
1. stelt onderstaand standpunt in eerste lezing vast;
2. verzoekt om hernieuwde voorlegging indien de Commissie voornemens is ingrijpende wijzigingen in haar voorstel aan te brengen of dit door een nieuwe tekst te vervangen;
3. verzoekt zijn Voorzitter het standpunt van het Parlement te doen toekomen aan de Raad en aan de Commissie alsmede aan de nationale parlementen.
Amendement 1 Voorstel voor een richtlijn Overweging 3 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
(3 bis) Gezondheidswaarschuwingen maken deel uit van een georganiseerde, doeltreffende langetermijnstrategie om roken te bestrijden, met een vastomlijnd toepassingsgebied en welomschreven doelstellingen. |
Motivering | |
Een gezondheidswaarschuwing kan doeltreffend zijn als onderdeel van een georganiseerde strategie om roken te bestrijden, met een vastomlijnd toepassingsgebied en welomschreven doelstellingen. | |
Amendement 2 Voorstel voor een richtlijn Overweging 6 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(6) Wegens de omvang van de interne markt voor tabaks- en aanverwante producten, het feit dat de producenten van tabaksproducten de productie voor de gehele Unie meer en meer in een klein aantal fabrieken in de lidstaten concentreren, en de daaruit resulterende significante grensoverschrijdende verkoop van tabaks- en aanverwante producten, is er om de interne markt voor tabaksproducten goed te laten functioneren, behoefte aan wetgevend optreden op het niveau van de Unie, eerder dan op nationaal niveau. |
(6) Wegens de omvang van de interne markt voor tabaks- en aanverwante producten, het feit dat de producenten van tabaksproducten de productie voor de gehele Unie meer en meer in een klein aantal fabrieken in de lidstaten concentreren, en de daaruit resulterende significante grensoverschrijdende verkoop van tabaks- en aanverwante producten, is er om de interne markt voor tabaksproducten goed te laten functioneren, behoefte aan een krachtiger wetgevend optreden op het niveau van de Unie. |
Amendement 3 Voorstel voor een richtlijn Overweging 7 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(7) Wetgevend optreden op het niveau van de Unie is ook nodig voor de uitvoering van de Kaderovereenkomst van de Wereldgezondheidsorganisatie voor de bestrijding van tabaksgebruik (hierna FCTC genoemd) van mei 2003, waarbij de Europese Unie en haar lidstaten partij zijn. Van belang zijn met name haar artikelen 9 (reglementering van de inhoud van tabaksproducten), 10 (reglementering van vermeldingen op tabaksproducten), 11 (verpakking en etikettering van tabaksproducten), 13 (reclame) en 15 (illegale handel in tabaksproducten). Tijdens verschillende Conferenties van de Partijen bij de FTCT is met steun van de Unie en de lidstaten bij consensus een aantal richtsnoeren ter uitvoering van de bepalingen van de FTCT aanvaard. |
(7) Wetgevend optreden op het niveau van de Unie is ook nodig voor de uitvoering van de historische Kaderovereenkomst van de Wereldgezondheidsorganisatie voor de bestrijding van tabaksgebruik (hierna FCTC genoemd) van mei 2003. Alle lidstaten en de Europese Unie zelf hebben de FCTC ondertekend en geratificeerd en zijn derhalve krachtens internationaal recht verplicht zich aan de bepalingen ervan te houden. Van bijzonder belang zijn haar artikelen 9 (reglementering van de inhoud van tabaksproducten), 10 (reglementering van vermeldingen op tabaksproducten), 11 (verpakking en etikettering van tabaksproducten), 13 (reclame) en 15 (illegale handel in tabaksproducten). Tijdens verschillende Conferenties van de Partijen bij de FTCT is met steun van de Unie en de lidstaten bij consensus een aantal richtsnoeren ter uitvoering van de bepalingen van de FTCT aanvaard. |
Motivering | |
De FCTC van de Wereldgezondheidsorganisatie is het eerste internationale verdrag over gezondheid. Haar bepalingen zijn wettelijk bindend voor de lidstaten op dezelfde manier als bijvoorbeeld de regels van de WTO. | |
Amendement 4 Voorstel voor een richtlijn Overweging 8 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(8) Overeenkomstig artikel 114, lid 3, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (hierna "het Verdrag" genoemd) moet voor de volksgezondheid worden uitgegaan van een hoog beschermingsniveau, waarbij met name rekening wordt gehouden met nieuwe op wetenschappelijke feiten gebaseerde gegevens. Tabaksproducten zijn geen gewone producten, en gezien de buitengewoon schadelijke effecten van tabak moet groot belang worden gehecht aan de bescherming van de volksgezondheid, met name om het roken bij jongeren te verminderen. |
(8) Overeenkomstig artikel 114, lid 3, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (hierna "het Verdrag" genoemd) moet voor de volksgezondheid worden uitgegaan van een hoog beschermingsniveau, waarbij met name rekening wordt gehouden met nieuwe op wetenschappelijke feiten gebaseerde gegevens. Tabaksproducten zijn geen gewone producten, en gezien de buitengewoon schadelijke effecten van tabak moet groot belang worden gehecht aan de bescherming van de volksgezondheid, met name om het roken bij jongeren te verminderen. Met dat doel moeten de lidstaten campagnes organiseren om het roken tegen te gaan, vooral op scholen en via de media. Overeenkomstig het beginsel van productaansprakelijkheid moeten fabrikanten van tabaksproducten voor alle medische kosten tengevolge van tabaksgebruik aansprakelijk worden gesteld. |
Amendement 5 Voorstel voor een richtlijn Overweging 9 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
(9 bis) Aangezien het in vele lidstaten onwaarschijnlijk is dat rokers in procentueel groten getale volledig stoppen met roken, zou wetgeving rekening moeten houden met hun recht om op objectieve wijze geïnformeerd te worden over het effect van het mogelijke gebruik van tabak op hun gezondheid; deze informatie kunnen zij ook aflezen van de verpakking van het product dat ze gewoonlijk gebruiken. |
Motivering | |
Aangezien er nog steeds grote percentages rokers zijn in de EU, zou de richtlijn er ook op gericht moeten zijn om de gezondheid van hen die reeds roken en die om wat voor reden ook ervoor kiezen om het gebruik van tabak of nicotineproducten voort te zetten, te verbeteren. | |
Amendement 6 Voorstel voor een richtlijn Overweging 10 | |
|
|
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(10) Voor het meten van het teer-, nicotine- en koolmonoxidegehalte van sigaretten dient te worden verwezen naar de ISO-normen 4387, 10315 en 8454, die internationaal erkend zijn. Voor andere emissies bestaan geen internationaal overeengekomen normen of proeven voor het kwantificeren van gehalten, maar daaraan wordt gewerkt. |
(10) Voor het meten van het teer-, nicotine- en koolmonoxidegehalte van sigaretten dient te worden verwezen naar de ISO-normen 4387, 10315 en 8454, die internationaal erkend zijn. Voor andere emissies bestaan geen internationaal overeengekomen normen of proeven voor het kwantificeren van gehalten, maar de lidstaten en de Commissie moeten actief bevorderen dat daaraan op internationaal niveau verder wordt gewerkt. |
Amendement 7 Voorstel voor een richtlijn Overweging 10 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
(10a) Er is aangetoond dat polonium-210 een belangrijke kankerverwekkende stof in tabak is. De aanwezigheid van deze stof in sigaretten kan nagenoeg geheel worden voorkomen door een combinatie van eenvoudige maatregelen. Daarom dient voor polonium-210 een maximumgehalte te worden vastgesteld waardoor het huidige gemiddelde polonium-210- gehalte in sigaretten met 95% zal worden verminderd. Er moet een ISO-norm worden ontwikkeld voor het meten van het gehalte aan polonium-210 in tabak. |
Motivering | |
Polonium-210 is een vervalproduct van uranium dat aanwezig is in meststoffen die vervaardigd zijn uit uraniumrijk natuurfosfaat. Tabaksbladeren worden met deze stof verontreinigd door de lucht (via radon-222) en door de wortels (via lood-210). Bij verbranding komt polonium-210 vrij en zodoende wordt de stof door rokers geïnhaleerd. Polonium-210 is een alfastraler. Alfastraling is buiten het lichaam onschadelijk, maar zodra het in het menselijk lichaam terechtkomt, is het "de gevaarlijkste vorm van straling" (Brianna Rego, The Polonium Brief, Isis, 2009). | |
Amendement 8 Voorstel voor een richtlijn Overweging 11 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(11) Wat de vaststelling van maximumgehalten betreft, zal het later noodzakelijk en passend kunnen blijken om de vastgestelde gehalten aan te passen of maximumemissies vast te stellen, gelet op hun toxiciteit of verslavende werking. |
(11) Wat de vaststelling van maximumgehalten betreft, zal het later noodzakelijk en passend kunnen blijken om de vastgestelde gehalten te verminderen of maximumemissies vast te stellen, gelet op hun toxiciteit of verslavende werking. |
Motivering | |
De Commissie dient overeenkomstig de trend van internationale normen in de toekomst alleen de TNCO-gehalten en elk ander niveau dat voor toxische of verslavende emissies wordt vastgesteld, te verminderen. | |
Amendement 9 Voorstel voor een richtlijn Overweging 13 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(13) Het huidige gebruik van verschillende formaten voor de informatieverstrekking maakt het producenten en importeurs moeilijk om aan hun rapportageverplichtingen te voldoen en maakt het de lidstaten en de Commissie lastig om de ontvangen informatie te vergelijken en te analyseren en er conclusies uit te trekken. Derhalve zou er een gemeenschappelijk verplicht formaat voor de verstrekking van informatie over ingrediënten en emissies moeten bestaan. Er dient te worden gezorgd voor een zo groot mogelijke doorzichtigheid van de productinformatie voor het grote publiek, waarbij op passende wijze rekening moet worden gehouden met de commerciële en intellectuele eigendomsrechten van de producenten van tabaksproducten. |
(13) Het huidige gebruik van verschillende formaten voor de informatieverstrekking maakt het producenten en importeurs moeilijk om aan hun rapportageverplichtingen te voldoen en maakt het de lidstaten en de Commissie lastig om de ontvangen informatie te vergelijken en te analyseren en er conclusies uit te trekken. Derhalve zou er een gemeenschappelijk verplicht formaat voor de verstrekking van informatie over ingrediënten en emissies moeten bestaan. Er dient te worden gezorgd voor een zo groot mogelijke doorzichtigheid van de productinformatie voor het grote publiek, waarbij op passende wijze rekening moet worden gehouden met de commerciële en intellectuele eigendomsrechten van de producenten van tabaksproducten, met name de rechten van kleine en middelgrote ondernemingen (KMO). |
Motivering | |
Een gemeenschappelijk elektronisch formaat geldig voor alle lidstaten zal het gemakkelijker maken om aan de rapportageverplichtingen te voldoen. Dit zou een voordeel kunnen zijn voor kmo's. | |
Amendement 10 Voorstel voor een richtlijn Overweging 14 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(14) Het ontbreken van een geharmoniseerde aanpak van de regelgeving inzake ingrediënten beïnvloedt de werking van de interne markt en het vrije verkeer van goederen in de EU. Sommige lidstaten hebben wetgeving vastgesteld of met de industrie bindende overeenkomsten gesloten waarbij bepaalde ingrediënten worden toegelaten of verboden. Als gevolg daarvan bestaan voor sommige ingrediënten regels in sommige lidstaten, maar niet in andere. De lidstaten hebben ook verschillende benaderingen met betrekking tot in de filter van sigaretten verwerkte additieven en additieven die sigarettenrook kleuren. Zonder harmonisatie zullen de obstakels op de interne markt de volgende jaren naar verwachting toenemen, gelet op de uitvoering van de FCTC en de richtsnoeren ervan en de ervaringen in andere rechtsgebieden buiten de Unie. De richtsnoeren met betrekking tot de artikelen 9 en 10 van de FCTC roepen met name op tot het uitbannen van ingrediënten die de smaak versterken, die de indruk wekken dat tabaksproducten gezondheidsvoordelen bieden, die in verband worden gebracht met energie en vitaliteit of die kleurende eigenschappen hebben. |
(14) Het ontbreken van een geharmoniseerde aanpak van de regelgeving inzake ingrediënten beïnvloedt de werking van de interne markt en het vrije verkeer van goederen in de EU. Sommige lidstaten hebben wetgeving vastgesteld of met de industrie bindende overeenkomsten gesloten waarbij bepaalde ingrediënten worden toegelaten of verboden. Als gevolg daarvan bestaan voor sommige ingrediënten regels in sommige lidstaten, maar niet in andere. De lidstaten hebben ook verschillende benaderingen met betrekking tot in de filter van sigaretten verwerkte additieven en additieven die sigarettenrook kleuren. Zonder harmonisatie zullen de obstakels op de interne markt de volgende jaren naar verwachting toenemen, gelet op de uitvoering van de FCTC en de richtsnoeren ervan en de ervaringen in andere rechtsgebieden buiten de Unie. De richtsnoeren met betrekking tot de artikelen 9 en 10 van de FCTC roepen met name op tot het uitbannen van ingrediënten die de smaak versterken, die de indruk wekken dat tabaksproducten gezondheidsvoordelen bieden, die in verband worden gebracht met energie en vitaliteit of die kleurende eigenschappen hebben. Ingrediënten die de verslavende werking of de toxiciteit verhogen, moeten ook worden uitgebannen. |
Amendement 11 Voorstel voor een richtlijn Overweging 14 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
(14 bis) Ter bescherming van de menselijke gezondheid moeten additieven die in tabaksproducten worden gebruikt aan een veiligheidsbeoordeling worden onderworpen . Additieven mogen alleen in tabaksproducten worden gebruikt wanneer zij zijn opgenomen in een EU-lijst van toegelaten additieven. Die lijst moet ook eventuele voorwaarden of beperkingen voor of op het gebruik van toegelaten additieven vermelden. Tabaksproducten met additieven die niet op de lijst staan of die gebruikt worden op een manier die niet strookt met deze richtlijn mogen in de Unie niet op de markt worden gebracht. |
Amendement 12 Voorstel voor een richtlijn Overweging 14 ter (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
(14 ter) Het is zaak dat niet alleen met de eigenschappen van additieven als zodanig rekening wordt gehouden, maar ook met de stoffen die zij bij verbranding produceren. Additieven en de bij verbranding vrijkomende stoffen mogen niet van dien aard zijn dat zij aan de criteria beantwoorden voor indeling als gevaarlijk in de zin van Verordening (EG) nr. 1272/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 16 december 2008 betreffende de indeling, etikettering en verpakking van stoffen en mengsels1. |
|
_____________ |
|
1 PB L 353 van 31.12.2008, blz. 1. |
Motivering | |
Alleen additieven die – als zodanig of na verbranding – niet gevaarlijk zijn, mogen worden toegestaan. | |
Amendement 13 Voorstel voor een richtlijn Overweging 15 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(15) De waarschijnlijkheid van uiteenlopende regelgeving wordt nog vergroot door de bezorgdheid over tabaksproducten, met inbegrip van rookloze tabaksproducten, die een kenmerkend aroma hebben dat verschilt van dat van tabak, hetgeen het beginnen met de consumptie van tabak kan vergemakkelijken of de consumptiepatronen kan beïnvloeden. In veel landen is de verkoop van producten met menthol bijvoorbeeld geleidelijk gestegen, ook al is het totale aantal rokers afgenomen. Uit een aantal studies blijkt dat tabaksproducten met menthol de inhalatie en het beginnen met roken door jongeren kunnen vergemakkelijken. Maatregelen die leiden tot een ongerechtvaardigde gedifferentieerde behandeling van gearomatiseerde sigaretten (bv. sigaretten met menthol of kruidnagel) moeten worden vermeden. |
(15) De waarschijnlijkheid van uiteenlopende regelgeving wordt nog vergroot door de bezorgdheid over tabaksproducten die een kenmerkend aroma hebben dat verschilt van dat van tabak, hetgeen het beginnen met de consumptie van tabak kan vergemakkelijken of de consumptiepatronen kan beïnvloeden. In veel landen is de verkoop van producten met menthol bijvoorbeeld geleidelijk gestegen, ook al is het totale aantal rokers afgenomen. Uit een aantal studies blijkt dat tabaksproducten met menthol de inhalatie en het beginnen met roken door jongeren kunnen vergemakkelijken. Maatregelen die leiden tot een ongerechtvaardigde gedifferentieerde behandeling van gearomatiseerde sigaretten (bv. sigaretten met menthol of kruidnagel) moeten worden vermeden. |
Amendement 14 Voorstel voor een richtlijn Overweging 16 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(16) Het verbod op tabaksproducten met een kenmerkend aroma betekent niet dat afzonderlijke additieven volledig verboden zijn, maar verplicht de producenten het additief of de combinatie van additieven in die mate te verminderen dat de additieven niet langer een kenmerkend aroma produceren. Het gebruik van voor de vervaardiging van tabaksproducten noodzakelijke additieven moet worden toegestaan zolang dat niet resulteert in een kenmerkend aroma. De Commissie moet zorgen voor uniforme voorwaarden voor de toepassing van de bepaling inzake kenmerkende aroma's. Bij die besluitvorming moeten de lidstaten en de Commissie een beroep doen op onafhankelijke panels. De toepassing van deze richtlijn mag niet leiden tot discriminatie tussen verschillende tabakssoorten. |
Schrappen |
Amendement 15 Voorstel voor een richtlijn Overweging 17 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(17) Sommige additieven worden gebruikt om de indruk te wekken dat tabaksproducten gezondheidsvoordelen bieden, minder gezondheidsrisico's opleveren of de mentale waakzaamheid of lichamelijke prestaties verbeteren. Die additieven moeten worden verboden om te zorgen voor uniforme regels en een hoog niveau van bescherming van de volksgezondheid. |
(17) Sommige additieven worden gebruikt om de indruk te wekken dat tabaksproducten gezondheidsvoordelen bieden, minder gezondheidsrisico's opleveren of de mentale waakzaamheid of lichamelijke prestaties verbeteren. Om te zorgen voor uniforme regels en een hoog niveau van bescherming van de volksgezondheid, mogen die additieven niet worden toegelaten. Bovendien mogen additieven die een kenmerkend aroma afgeven niet worden toegelaten. Dit hoeft geen algeheel verbod op het gebruik van afzonderlijke additieven in te houden. Een fabrikant moet evenwel het gebruik van een additief of een combinatie van additieven zodanig terug te brengen dat de additieven geen kenmerkend aroma meer afgeven. Het moet mogelijk blijven additieven toe te laten die essentieel zijn voor de vervaardiging van tabaksproducten, zolang die additieven geen kenmerkend aroma afgeven en geen verband houden met de aantrekkelijkheid van het product. |
Amendement 16 Voorstel voor een richtlijn Overweging 17 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
(17 bis) Steeds meer mensen, voor het merendeel kinderen, lijden aan astma en allerlei allergieën. Zoals aangegeven door de Wereldgezondheidsorganisatie zijn niet alle oorzaken van astma bekend, maar risicofactoren, met inbegrip van allergenen, tabak en chemische irritantia, moeten worden vermeden ter verbetering van de levenskwaliteit. |
Amendement 17 Voorstel voor een richtlijn Overweging 18 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(18) Daar de richtlijn is toegespitst op jongeren, moeten andere tabaksproducten dan sigaretten, shagtabak en rookloze tabak, die hoofdzakelijk worden gebruikt door oudere consumenten, van bepaalde vereisten betreffende de ingrediënten worden vrijgesteld zolang er zich geen aanzienlijke verandering voordoet in de omstandigheden wat het verkoopvolume of het consumptiepatroon bij jongeren betreft. |
(18) Daar de richtlijn is toegespitst op jongeren, moeten andere tabaksproducten dan sigaretten, shagtabak en waterpijp-tabak, die hoofdzakelijk worden gebruikt door oudere consumenten, van bepaalde vereisten betreffende de ingrediënten worden vrijgesteld zolang er zich geen aanzienlijke verandering voordoet in de omstandigheden wat het verkoopvolume of het consumptiepatroon bij jongeren betreft. |
Amendement 18 Voorstel voor een richtlijn Overweging 18 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
(18 bis) De lidstaten moeten worden aangemoedigd hun nationale wetgeving ter bescherming van de jeugd zodanig vorm te geven dat jongeren onder de 18 jaar geen tabaksproducten mogen kopen of gebruiken; tevens moeten de lidstaten ervoor zorgen dat dit verbod ook wordt nageleefd. |
Amendement 19 Voorstel voor een richtlijn Overweging 18 ter (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
(18 ter) De FCTC wijst in artikel 16 op de verantwoordelijkheid van de Partijen bij de Overeenkomst om werk te maken van producten die gericht zijn op consumenten onder de minimumleeftijd, zoals levensmiddelen en speelgoed in de vorm van tabaksproducten die aantrekkelijk kunnen zijn voor minderjarigen. De afgelopen jaren zijn er verschillende producten, zoals shisha-pennen, in de handel gebracht die geen nicotine bevatten, maar wel de vorm van sigaretten hebben en die het rookproces proberen na te bootsen door middel van verdampende stoffen, waarvan het schadelijke karakter nog niet wetenschappelijk is bewezen, en door middel van een elektrische lichtje dat het verbrandingsproces van een sigaret nabootst. Deze producten worden kennelijk geproduceerd wegens hun aantrekkingskracht op jonge consumenten onder de minimumleeftijd en in verschillende lidstaten worden zij dan ook steeds populairder onder minderjarigen. Dat jonge consumenten en minderjarigen door het gebruik van deze imitatiesigaretten beginnen met roken is een toenemende bron van zorg. Daarom moeten deze producten door deze richtlijn worden verboden. |
Amendement 20 Voorstel voor een richtlijn Overweging 20 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(20) Dergelijke verschillen kunnen een hinderpaal voor het handelsverkeer vormen en de werking van de interne markt voor tabaksproducten belemmeren, en dienen derhalve te worden weggewerkt. Daarbij komt dat de consumenten in sommige lidstaten beter kunnen zijn voorgelicht over de gezondheidsrisico's van tabaksproducten dan in andere. Zonder verder optreden op het niveau van de Unie zullen de bestaande verschillen de volgende jaren waarschijnlijk toenemen. |
(20) Dergelijke verschillen kunnen een hinderpaal voor het handelsverkeer vormen en de werking van de interne markt voor tabaksproducten belemmeren, en dienen derhalve te worden weggewerkt. Daarbij komt dat de consumenten in sommige lidstaten beter kunnen zijn voorgelicht over de gezondheidsrisico's van tabaksproducten dan in andere. Zonder verdere harmoniserende maatregelen op het niveau van de Unie zullen de bestaande verschillen de volgende jaren waarschijnlijk toenemen. |
Amendement 21 Voorstel voor een richtlijn Overweging 22 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(22) De etiketteringsregels moeten ook worden aangepast aan het nieuwe wetenschappelijk bewijsmateriaal. Zo is bijvoorbeeld de vermelding van het teer-, nicotine- en koolmonoxidegehalte op sigarettenverpakkingen misleidend gebleken, daar dit consumenten in de waan brengt dat sommige sigaretten minder schadelijk zijn dan andere. Er zijn ook aanwijzingen dat grote gecombineerde gezondheidswaarschuwingen doeltreffender zijn dan waarschuwingen die louter uit tekst bestaan. In het licht daarvan moeten gecombineerde gezondheidswaarschuwingen in de hele Unie verplicht worden; zij moeten een groot en zichtbaar deel van de verpakking beslaan. Voor alle gezondheidswaarschuwingen moeten minimumafmetingen worden vastgesteld, zodat de zichtbaarheid en doeltreffendheid ervan gewaarborgd is. |
(22) De etiketteringsregels moeten ook worden aangepast aan het nieuwe wetenschappelijk bewijsmateriaal. Zo is bijvoorbeeld de vermelding van het teer-, nicotine- en koolmonoxidegehalte op sigarettenverpakkingen misleidend gebleken, daar dit consumenten in de waan brengt dat sommige sigaretten minder schadelijk zijn dan andere. Er zijn ook aanwijzingen dat grote gecombineerde gezondheidswaarschuwingen met zowel tekst als afbeeldingen doeltreffender zijn dan waarschuwingen die louter uit tekst bestaan. In het licht daarvan moeten gecombineerde gezondheidswaarschuwingen in de hele Unie verplicht worden; zij moeten een groot en in het zicht vallend deel van elke zijde van de verpakking beslaan. Voor alle gezondheidswaarschuwingen moeten minimumafmetingen worden vastgesteld, zodat de zichtbaarheid en doeltreffendheid ervan gewaarborgd is. |
Amendement 22 Voorstel voor een richtlijn Overweging 23 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(23) Om de integriteit en de zichtbaarheid van de gezondheidswaarschuwingen te waarborgen en de doeltreffendheid ervan te maximaliseren, moeten bepalingen worden vastgesteld inzake de afmetingen van de waarschuwingen en inzake bepaalde aspecten van de verschijningsvorm van de tabaksverpakking, inclusief het openingsmechanisme. De verpakking en de producten kunnen de consumenten, met name jongeren, misleiden door te suggereren dat de producten minder schadelijk zijn. Dit is bijvoorbeeld het geval voor sommige teksten of kenmerken als "laag teergehalte", "light", "ultra-light", "mild", "natuurlijk", "biologisch", "zonder additieven", "zonder smaakstoffen", "slim", namen, afbeeldingen en figuratieve of andere tekens. Ook de grootte en de verschijningsvorm van de individuele sigaretten kunnen de consumenten misleiden door de indruk te wekken dat zij minder schadelijk zijn. Uit een recent onderzoek is ook gebleken dat rokers van dunne sigaretten vaker geloven dat hun eigen merk minder schadelijk is. Dat moet worden aangepakt. |
(23) Om de integriteit en de zichtbaarheid van de gezondheidswaarschuwingen te waarborgen en de doeltreffendheid ervan te maximaliseren, moeten bepalingen worden vastgesteld inzake de afmetingen van de waarschuwingen en inzake bepaalde aspecten van de verschijningsvorm van de tabaksverpakking. De verpakking en de producten kunnen de consumenten, met name jongeren, misleiden door te suggereren dat de producten minder schadelijk zijn. Dit is bijvoorbeeld het geval voor sommige teksten of kenmerken als "laag teergehalte", "light", "ultra-light", "mild", "natuurlijk", "biologisch", "zonder additieven", "zonder smaakstoffen", "slim", namen, afbeeldingen en figuratieve of andere tekens. Een verpakking of product kan ook misleidend zijn door zaken te suggereren als sociaal aanzien, bepaalde leefwereld, of vrouwelijke c.q. mannelijke of elegante uitstraling. Ook de grootte en de verschijningsvorm van de individuele sigaretten kunnen de consumenten misleiden door de indruk te wekken dat zij minder schadelijk zijn. Uit een recent onderzoek is ook gebleken dat rokers van dunne sigaretten vaker geloven dat hun eigen merk minder schadelijk is. Dat moet worden aangepakt. |
Amendement 23 Voorstel voor een richtlijn Overweging 23 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
23 bis. Aangetoond is dat tabaksproducten vele schadelijke stoffen en bekende carcinogene agentia bevatten en uitstoten die na verbranding gevaarlijk zijn voor de menselijke gezondheid. Wetenschappelijk onderzoek heeft onomstotelijk uitgewezen dat passief roken sterfte, ziekte en invaliditeit veroorzaakt en met name voor ongeboren kinderen en zuigelingen gevaarlijk is. Het kan ademhalingsmoeilijkheden veroorzaken of verergeren bij mensen die rook inademen. Gezondheidswaarschuwingen moeten derhalve ook op het gevaar van passief roken voor de gezondheid wijzen. |
Motivering | |
Deze overweging is opgenomen in de bestaande Richtlijn 2001/37/EG. Er moeten speciale waarschuwingen in tekst en beeld komen om op het gevaar van passief roken te wijzen | |
Amendement 24 Voorstel voor een richtlijn Overweging 24 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(24) Andere voor roken bestemde tabaksproducten dan sigaretten en shagtabaksproducten, die hoofdzakelijk worden gebruikt door oudere consumenten, moeten van sommige etiketteringsvereisten worden vrijgesteld zolang er zich geen aanzienlijke verandering voordoet in de omstandigheden wat het verkoopvolume of het consumptiepatroon bij jongeren betreft. Voor de etikettering van die andere tabaksproducten moeten specifieke regels gelden. De zichtbaarheid van de gezondheidswaarschuwingen op rookloze tabaksproducten moet worden gewaarborgd. Daarom moeten waarschuwingen worden aangebracht op de twee belangrijkste oppervlakken van de verpakkingen van rookloze tabaksproducten. |
(24) Andere tabaksproducten dan sigaretten, shagtabak en waterpijptabak, die vooral door oudere consumenten worden gebruikt, zouden moeten worden vrijgesteld van bepaalde eisen op het gebied van etikettering, voor zover zich geen belangrijke wijziging voordoet in de omstandigheden wat betreft het verkoopvolume en de of de manieren van gebruik onder jongeren. Voor de etikettering van die andere tabaksproducten moeten specifieke regels gelden. De zichtbaarheid van de gezondheidswaarschuwingen op rookloze tabaksproducten moet worden gewaarborgd. Daarom moeten waarschuwingen worden aangebracht op de twee belangrijkste oppervlakken van de verpakkingen van rookloze tabaksproducten. |
Amendement 25 Voorstel voor een richtlijn Overweging 26 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(26) Er worden grote hoeveelheden illegale producten, die niet aan de vereisten van Richtlijn 2001/37/EG voldoen, in de handel gebracht en er zijn aanwijzingen dat die hoeveelheden nog zullen toenemen. Die producten ondergraven het vrije verkeer van legale producten en de door de wetgeving inzake bestrijding van het tabaksgebruik geboden bescherming. Bovendien verplicht de FCTC de Unie om als onderdeel van een veelomvattend beleid ter bestrijding van het tabaksgebruik illegale producten te bestrijden. De verpakkingseenheden van tabaksproducten moeten daarom van een uniek en veilig merkteken worden voorzien en hun bewegingen moeten worden geregistreerd, zodat die producten in de Unie kunnen worden gevolgd en getraceerd en hun overeenstemming met deze richtlijn kan worden gecontroleerd en beter kan worden afgedwongen. Ook moeten veiligheidskenmerken worden ingevoerd die de verificatie van de authenticiteit van de producten zullen vergemakkelijken. |
(26) Er worden grote hoeveelheden illegale producten, die niet aan de vereisten van Richtlijn 2001/37/EG voldoen, in de handel gebracht en er zijn aanwijzingen dat die hoeveelheden nog zullen toenemen. Die producten ondergraven het vrije verkeer van legale producten en de door de wetgeving inzake bestrijding van het tabaksgebruik geboden bescherming. Bovendien verplicht de FCTC de Unie om als onderdeel van een veelomvattend beleid ter bestrijding van het tabaksgebruik illegale producten te bestrijden. De verpakkingseenheden en eventuele transportbuitenverpakkingen van tabaksproducten moeten daarom van een uniek en veilig merkteken worden voorzien en hun bewegingen moeten worden geregistreerd, zodat die producten in de Unie kunnen worden gevolgd en getraceerd en hun overeenstemming met deze richtlijn kan worden gecontroleerd en beter kan worden afgedwongen. Ook moeten veiligheidskenmerken worden ingevoerd die de verificatie van de authenticiteit van de producten zullen vergemakkelijken, en moet er op worden toegezien dat de unieke merktekens op verpakkingseenheden correponderen met het unieke merkteken op de transportbuitenverpakking. |
Amendement 26 Voorstel voor een richtlijn Overweging 28 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(28) Om onafhankelijkheid en transparantie te waarborgen, moeten de producenten van tabaksproducten onder auspiciën van een externe auditor met onafhankelijke derden overeenkomsten voor de opslag van gegevens sluiten. Gegevens met betrekking tot het volg- en traceersysteem moeten gescheiden worden gehouden van andere gegevens in verband met de onderneming en moeten voortdurend kunnen worden gecontroleerd door en te allen tijde toegankelijk zijn voor de bevoegde autoriteiten van de lidstaten en de Commissie. |
(28) Om onafhankelijkheid en transparantie te waarborgen, moeten de producenten van tabaksproducten met onafhankelijke derden overeenkomsten voor de opslag van gegevens sluiten. Deze overeenkomsten moeten door de Commissie, bijgestaan door een onafhankelijke externe auditor op hun deugdelijkheid worden gecontroleerd. Gegevens met betrekking tot het volg- en traceersysteem moeten gescheiden worden gehouden van andere gegevens in verband met de onderneming en moeten voortdurend kunnen worden gecontroleerd door en te allen tijde toegankelijk zijn voor de bevoegde autoriteiten van de lidstaten en de Commissie. |
Amendement 27 Voorstel voor een richtlijn Overweging 29 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(29) Bij Richtlijn 89/622/EEG van de Raad van 13 november 1989 betreffende de onderlinge aanpassing van de wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen van de lidstaten inzake de etikettering van tabaksproducten alsmede het verbod van bepaalde tabaksproducten voor oraal gebruik is de verkoop van bepaalde tabaksproducten voor oraal gebruik verboden. Richtlijn 2001/37/EG heeft dat verbod bevestigd. Artikel 151 van de Akte van Toetreding van Oostenrijk, Finland en Zweden verleent het Koninkrijk Zweden een afwijking van dat verbod. Het verbod om tabak voor oraal gebruik te verkopen, moet worden gehandhaafd om te vermijden dat een product op de interne markt wordt gebracht dat verslavend is, schadelijke gevolgen voor de gezondheid heeft en voor jongeren aantrekkelijk is. Voor andere rookloze tabaksproducten die niet voor de massamarkt bestemd zijn, wordt een strenge regeling inzake etikettering en ingrediënten geacht te volstaan om een groei van de markt die verder gaat dan het traditionele gebruik in te dammen. |
(29) Bij Richtlijn 89/622/EEG van de Raad van 13 november 1989 betreffende de onderlinge aanpassing van de wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen van de lidstaten inzake de etikettering van tabaksproducten alsmede het verbod van bepaalde tabaksproducten voor oraal gebruik is de verkoop van bepaalde tabaksproducten voor oraal gebruik verboden. Richtlijn 2001/37/EG heeft dat verbod bevestigd. Artikel 151 van de Akte van Toetreding van Oostenrijk, Finland en Zweden verleent het Koninkrijk Zweden een afwijking van dat verbod. Het verbod om tabak voor oraal gebruik te verkopen, moet worden gehandhaafd om te vermijden dat een product op de interne markt wordt gebracht dat verslavend is, schadelijke gevolgen voor de gezondheid heeft en voor jongeren aantrekkelijk is. |
Amendement 28 Voorstel voor een richtlijn Overweging 29 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
(29 bis) Gezien het algehele verbod op de verkoop van tabak voor oraal gebruik (snus) binnen de EU ontbreekt het grensoverschrijdende belang om de bestanddelen van tabak voor oraal gebruik te reguleren. De verantwoordelijkheid voor het reguleren van de bestanddelen van snus berust derhalve op grond van artikel 151 van de Akte van Toetreding van Oostenrijk, Finland en Zweden bij de lidstaat waar de verkoop is toegestaan. Snus moet derhalve worden vrijgesteld van de voorschriften van artikel 6 van de onderhavige richtlijn. |
Amendement 29 Voorstel voor een richtlijn Overweging 30 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(30) De grensoverschrijdende verkoop van tabak op afstand geeft jongeren gemakkelijker toegang tot tabaksproducten en dreigt de naleving van de voorschriften van de wetgeving inzake bestrijding van het tabaksgebruik en met name in deze richtlijn te ondergraven. Gemeenschappelijke regels voor een kennisgevingssysteem zijn noodzakelijk om te waarborgen dat deze richtlijn haar volledige potentieel verwezenlijkt. De bepaling inzake de kennisgeving van grensoverschrijdende verkopen van tabak op afstand in deze richtlijn moet van toepassing zijn, onverminderd de kennisgevingsprocedure van Richtlijn 2000/31/EG van het Europees Parlement en de Raad van 8 juni 2000 betreffende bepaalde juridische aspecten van de diensten van de informatiemaatschappij. De verkoop van tabaksproducten op afstand door ondernemingen aan consumenten wordt verder gereglementeerd door Richtlijn 97/7/EG van het Europees Parlement en de Raad van 20 mei 1997 betreffende de bescherming van de consument bij op afstand gesloten overeenkomsten, die na 13 juni 2014 zal worden vervangen door Richtlijn 2011/83/EU van het Europees Parlement en de Raad van 25 oktober 2011 betreffende consumentenrechten. |
(30) De grensoverschrijdende verkoop van tabak op afstand dient te worden verboden, omdat jongeren daardoor gemakkelijker toegang krijgen tot tabaksproducten en de naleving van de voorschriften van deze richtlijn dreigt te worden ondergraven. |
Amendement 30 Voorstel voor een richtlijn Overweging 30 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
(30 bis) Richtlijn 2003/33/EG inzake de reclame en sponsoring van tabaksproducten verbiedt reeds de gratis verspreiding van deze producten in het kader van de sponsoring van evenementen. Deze richtlijn, die bepaalde aspecten rond de presentatie en de verkoop van tabak reguleert en een hoog beschermingsniveau voor de volksgezondheid moet bieden en het roken door jongeren moet tegengaan, breidt het verbod op de gratis verspreiding uit tot openbare ruimtes en verbiedt uitdrukkelijk de verspreiding van gedrukte media of kortingsbonnen en vergelijkbare aanbiedingen binnen de pakjes of verpakkingen. |
Amendement 31 Voorstel voor een richtlijn Overweging 30 ter (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
(30 bis) De Commissie en de lidstaten moeten zich verbinden tot daadwerkelijke uitvoering van het protocol bij de FCTC, zodat een eind komt aan de illegale handel in tabaksproducten. Er moeten de nodige inspanningen worden gedaan om de illegale handel in tabaksproducten uit derde landen te voorkomen c.q. beter onder controle te krijgen. |
Amendement 32 Voorstel voor een richtlijn Overweging 31 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(31) Alle tabaksproducten kunnen mortaliteit, morbiditeit en handicaps veroorzaken en de consumptie ervan moet worden ingedamd. Het is daarom van belang dat de ontwikkelingen inzake nieuwsoortige tabaksproducten worden gevolgd. De producenten en importeurs moeten worden verplicht om kennis te geven van nieuwsoortige tabaksproducten, onverminderd de bevoegdheid van de lidstaten om die producten te verbieden of toe te staan. De Commissie moet de ontwikkelingen volgen en moet vijf jaar na de uiterste datum voor de omzetting van deze richtlijn een verslag indienen om te beoordelen of wijzigingen van de richtlijn noodzakelijk zijn. |
(31) Alle tabaksproducten kunnen mortaliteit, morbiditeit en handicaps veroorzaken en de productie, de distributie en de consumptie ervan moeten worden gereglementeerd. Het is daarom van belang dat de ontwikkelingen inzake nieuwsoortige tabaksproducten worden gevolgd. De producenten en importeurs moeten worden verplicht om kennis te geven van nieuwsoortige tabaksproducten, onverminderd de bevoegdheid van de lidstaten om die producten te verbieden of toe te staan. De Commissie moet de ontwikkelingen volgen en moet drie jaar na de uiterste datum voor de omzetting van deze richtlijn een verslag indienen om te beoordelen of wijzigingen van de richtlijn noodzakelijk zijn. |
Amendement 33 Voorstel voor een richtlijn Overweging 33 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(33) Nicotinehoudende producten worden op de markt van de Unie verkocht. De verschillende benaderingen van de lidstaten in de regelgeving waarmee zij de met die producten verband houdende gezondheidsheids- en veiligheidskwesties aanpakken, hebben een ongunstige invloed op de werking van de interne markt, met name gelet op het feit dat veel van die producten grensoverschrijdend op afstand worden verkocht, inclusief via internet. |
(33) Nicotinehoudende producten – waaronder ook e-sigaretten - worden op de markt van de Unie verkocht. De lidstaten hebben evenwel voor verschillende benaderingen gekozen in de regelgeving om de met die producten verband houdende gezondheidsheids- en veiligheidskwesties aan te pakken. Geharmoniseerde voorschriften zijn geboden, en alle nicotinehoudende producten moeten worden gereguleerd door middel van een medicamentenregeling waarin het werkzaam gebleken gebruik van nicotine wordt erkend. Gelet op het potentieel van zulke producten als hulp bij het stoppen met roken, moeten de lidstaten erop toezien dat zij ook buiten de apotheek verkrijgbaar zijn. |
Amendement 34 Voorstel voor een richtlijn Overweging 34 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(34) Richtlijn 2001/83/EG van het Europees Parlement en de Raad van 6 november 2001 tot vaststelling van een communautair wetboek betreffende geneesmiddelen voor menselijk gebruik voorziet in een juridisch kader voor de beoordeling van de kwaliteit, de veiligheid en de werkzaamheid van geneesmiddelen, waaronder nicotinehoudende producten. Voor een groot aantal nicotinehoudende producten is op grond van die regeling reeds een vergunning verleend. De vergunning houdt rekening met het nicotinegehalte van het betrokken product. De onderwerping van alle nicotinehoudende producten waarvan het nicotinegehalte hetzelfde is als of groter is dan dat van een nicotinehoudend product waarvoor reeds op grond van Richtlijn 2001/83/EG een vergunning is verleend, aan hetzelfde juridisch kader, verduidelijkt de rechtssituatie, vermindert de verschillen tussen de nationale wetgevingen, garandeert de gelijke behandeling van alle nicotinehoudende producten die kunnen worden gebruikt voor het stoppen met roken, en schept stimulansen voor onderzoek en innovatie in verband met het stoppen met roken. Dit mag niet afdoen aan de toepassing van Richtlijn 2001/83/EG op andere onder deze richtlijn vallende producten indien aan de voorwaarden van Richtlijn 2001/83/EG is voldaan. |
(34) Richtlijn 2001/83/EG van het Europees Parlement en de Raad van 6 november 2001 tot vaststelling van een communautair wetboek betreffende geneesmiddelen voor menselijk gebruik voorziet in een juridisch kader voor de beoordeling van de kwaliteit, de veiligheid en de werkzaamheid van geneesmiddelen, waaronder nicotinehoudende producten. Voor een groot aantal nicotinehoudende producten is op grond van die regeling reeds een vergunning verleend. De vergunning houdt rekening met het nicotinegehalte van het betrokken product. Het is echter gebleken dat de afgifte van nicotine moeilijk te meten is, omdat deze afhankelijk is van het product en de wijze van gebruik ervan. De onderwerping van alle nicotinehoudende producten, ongeacht hun nicotinegehalte, aan Richtlijn 2001/83/EG, onder ekenning van het werkzaam gebleken gebruik van nicotine, verduidelijkt derhalve de rechtssituatie, vermindert de verschillen tussen de nationale wetgevingen, garandeert de gelijke behandeling van alle nicotinehoudende producten die kunnen worden gebruikt voor het stoppen met roken, en schept stimulansen voor onderzoek en innovatie in verband met het stoppen met roken. Dit mag niet afdoen aan de toepassing van Richtlijn 2001/83/EG op andere onder deze richtlijn vallende producten indien aan de voorwaarden van Richtlijn 2001/83/EG is voldaan. |
Amendement 35 Voorstel voor een richtlijn Overweging 35 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(35) Voor producten die minder nicotine bevatten dan de in deze richtlijn genoemde drempel moeten etiketteringsvoorschriften worden ingevoerd, waardoor de aandacht van de consumenten kan worden gevestigd op potentiële gezondheidsrisico's. |
Schrappen |
Amendement 36 Voorstel voor een richtlijn Overweging 35 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
(35 bis) De lidstaten garanderen dat nicotinehoudende producten niet worden verkocht aan personen onder de minimumleeftijd die geldt voor het kopen van tabaksproducten. |
Amendement 37 Voorstel voor een richtlijn Overweging 37 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(37) Om uniforme voorwaarden voor de uitvoering van deze richtlijn te waarborgen, met name wat betreft het formaat voor de verstrekking van informatie over ingrediënten, het identificeren van producten met kenmerkende aroma's of met een verhoogde toxiciteit of verslavende werking, en de methode om uit te maken of een tabaksproduct een kenmerkend aroma heeft, moeten aan de Commissie uitvoeringsbevoegdheden worden toegekend. Die bevoegdheden moeten worden uitgeoefend overeenkomstig Verordening (EU) nr. 182/2011. |
(37) Om uniforme voorwaarden voor de uitvoering van deze richtlijn te waarborgen, met name wat betreft het formaat voor de verstrekking van informatie over ingrediënten, moeten aan de Commissie uitvoeringsbevoegdheden worden toegekend. Die bevoegdheden moeten worden uitgeoefend overeenkomstig Verordening (EU) nr. 182/2011. |
Amendement 38 Voorstel voor een richtlijn Overweging 38 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(38) Om ervoor te zorgen dat de richtlijn volledig operationeel is en om gelijke tred te houden met de technische, wetenschappelijke en internationale ontwikkelingen in de tabaksproductie, -consumptie en -regulering moet aan de Commissie de bevoegdheid worden toegekend om overeenkomstig artikel 290 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie handelingen vast te stellen ten aanzien van met name de vaststelling en aanpassing van maximumgehalten in emissies en de meetmethoden daarvoor, de vaststelling van maximale hoeveelheden van ingrediënten die de toxiciteit, de verslavende werking of de aantrekkelijkheid vergroten, het gebruik van gezondheidswaarschuwingen, eenduidige identificatienummers en veiligheidskenmerken bij de etikettering en verpakking, de bepaling van centrale elementen van overeenkomsten met onafhankelijke derden voor de opslag van gegevens, de herziening van bepaalde vrijstellingen voor andere tabaksproducten dan sigaretten, shagtabak en rookloze tabaksproducten, en de herziening van het nicotinegehalte van nicotinehoudende producten. Het is van bijzonder belang dat de Commissie bij haar voorbereidende werkzaamheden tot passende raadpleging overgaat, onder meer op deskundigenniveau. De Commissie moet bij de voorbereiding en opstelling van de gedelegeerde handelingen ervoor zorgen dat de desbetreffende documenten tijdig en op gepaste wijze gelijktijdig worden toegezonden aan het Europees Parlement en de Raad. |
(38) Om ervoor te zorgen dat de richtlijn volledig operationeel is en om gelijke tred te houden met de technische, wetenschappelijke en internationale ontwikkelingen in de tabaksproductie, -consumptie en -regulering moet aan de Commissie de bevoegdheid worden toegekend om overeenkomstig artikel 290 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie handelingen vast te stellen ten aanzien van met name de vaststelling en aanpassing van maximumgehalten in emissies en de meetmethoden daarvoor, goedkeuring van additieven en zonodig de vaststelling van maximale hoeveelheden van additieven , het gebruik van gezondheidswaarschuwingen, eenduidige identificatienummers en veiligheidskenmerken bij de etikettering en verpakking, de bepaling van centrale elementen van overeenkomsten met onafhankelijke derden voor de opslag van gegevens, en de herziening van bepaalde vrijstellingen voor andere tabaksproducten dan sigaretten, shagtabak en waterpijptabak. Het is van bijzonder belang dat de Commissie bij haar voorbereidende werkzaamheden tot passende raadpleging overgaat, onder meer op deskundigenniveau. De Commissie moet bij de voorbereiding en opstelling van de gedelegeerde handelingen ervoor zorgen dat de desbetreffende documenten tijdig en op gepaste wijze gelijktijdig worden toegezonden aan het Europees Parlement en de Raad. |
Amendement 39 Voorstel voor een richtlijn Overweging 39 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(39) De Commissie moet de ontwikkelingen volgen en moet vijf jaar na de datum van omzetting van deze richtlijn een verslag indienen om te beoordelen of wijzigingen van de richtlijn noodzakelijk zijn. |
(39) De Commissie moet de ontwikkelingen volgen en moet drie jaar na de datum van omzetting van deze richtlijn een verslag indienen om te beoordelen of wijzigingen van de richtlijn noodzakelijk zijn, met name op het punt van de verpakking. |
Amendement 40 Voorstel voor een richtlijn Overweging 39 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
(39 bis) De lidstaten zijn in belangrijke mate verantwoordelijk voor de bescherming van de volksgezondheid en het nemen van preventieve maatregelen, het verstrekken van publieke garanties, de begeleiding en advisering van jongeren, en de uitvoering van voorlichtingscampagnes over stoppen met roken, met name op scholen. Gratis toegang voor iedereen tot consulten en behandelingen op het gebied van stoppen met roken is van vitaal belang. |
Amendement 41 Voorstel voor een richtlijn Overweging 40 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(40) Een lidstaat die het noodzakelijk acht om voor onder deze richtlijn vallende aspecten strengere nationale voorschriften te handhaven, moet worden toegestaan dat voor alle producten te doen op grond van dwingende redenen in verband met de bescherming van de volksgezondheid. Een lidstaat moet ook worden toegestaan om voor alle producten strengere nationale voorschriften in te voeren om redenen die verband houden met de specifieke situatie van die lidstaat, en mits die voorschriften gerechtvaardigd zijn door de bescherming van de volksgezondheid. Strengere nationale voorschriften moeten noodzakelijk en evenredig zijn en mogen geen middel tot willekeurige discriminatie of een verkapte beperking van de handel tussen de lidstaten vormen. Strengere nationale voorschriften moeten vooraf aan de Commissie ter kennis worden gebracht en door haar worden goedgekeurd, waarbij zij rekening houdt met het hoge niveau van bescherming van de volksgezondheid dat deze richtlijn tot stand brengt. |
(40) Een lidstaat die het noodzakelijk acht om voor onder deze richtlijn vallende aspecten strengere nationale voorschriften te handhaven of in te voeren, moet worden toegestaan dat voor alle producten te doen zolang die voorschriften met het VWEU te verenigen zijn. Strengere nationale voorschriften moeten vooraf aan de Commissie ter kennis worden gebracht en door haar worden goedgekeurd, waarbij zij rekening houdt met het hoge niveau van bescherming van de volksgezondheid dat deze richtlijn tot stand brengt. |
Amendement 42 Voorstel voor een richtlijn Overweging 42 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(42) De lidstaten moeten waarborgen dat persoonsgegevens worden verwerkt overeenkomstig de voorschriften en garanties in Richtlijn 95/46/EG van het Europees Parlement en de Raad van 24 oktober 1995 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrije verkeer van die gegevens. |
(42) De lidstaten moeten waarborgen dat persoonsgegevens worden verwerkt overeenkomstig de voorschriften en garanties in Richtlijn 95/46/EG van het Europees Parlement en de Raad van 24 oktober 1995 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrije verkeer van die gegevens. Het is van essentieel belang dat de nationale voorschriften inzake gegevensbescherming in acht worden genomen. |
Amendement 43 Voorstel voor een richtlijn Overweging 45 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(45) Het voorstel raakt verschillende grondrechten die zijn neergelegd in het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie, in het bijzonder de bescherming van persoonsgegevens (artikel 8), de vrijheid van meningsuiting en van informatie (artikel 11), de vrijheid van ondernemerschap (artikel 16) en het recht op eigendom (artikel 17). De aan de producenten, importeurs en distributeurs van tabaksproducten opgelegde verplichtingen zijn noodzakelijk om de werking van de interne markt te verbeteren en tegelijkertijd een hoog niveau van gezondheids- en consumentenbescherming als bedoeld in de artikelen 35 en 38 van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie te waarborgen. Bij de toepassing van deze richtlijn moeten het recht van de Europese Unie en de pertinente internationale verplichtingen worden geëerbiedigd. |
(45) Het voorstel raakt verschillende grondrechten die zijn neergelegd in het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie, in het bijzonder de bescherming van persoonsgegevens (artikel 8), de vrijheid van meningsuiting en van informatie (artikel 11), de vrijheid van ondernemerschap (artikel 16) en het eindomsrecht van de merkhouder (artikel 17). Daarom moet er voor worden gezorgd dat de aan de producenten, importeurs en distributeurs van tabaksproducten opgelegde verplichtingen niet alleen een hoog niveau van gezondheids- en consumentenbescherming waarborgen, maar ook alle andere grondrechten beschermen en proportioneel zijn waar het gaat om de werking van de interne markt. Bij de toepassing van deze richtlijn moeten het recht van de Europese Unie en de pertinente internationale verplichtingen worden geëerbiedigd. |
Amendement 44 Voorstel voor een richtlijn Overweging 45 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
(45 bis) De lidstaten moeten het recht op schone lucht eerbiedigen in de geest van de artikelen 7 ter en 12 van het Internationaal Verdrag inzake economische, sociale en culturele rechten, dat het recht op veilige en gezonde arbeidsomstandigheden en het recht van eenieder op een zo hoog mogelijk niveau van lichamelijke en geestelijke gezondheid vaststelt. Dit valt ook binnen de doelstelling van artikel 37 van het Handvest van de grondrechten, waarin staat dat een hoge mate van milieubescherming en de verbetering van de kwaliteit van het milieu moeten worden geïntegreerd in het beleid van de Unie. |
Amendement 45 Voorstel voor een richtlijn Artikel 1 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
Deze richtlijn heeft betrekking op de onderlinge aanpassing van de wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen van de lidstaten betreffende: |
Deze richtlijn heeft betrekking op de onderlinge aanpassing van de wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen van de lidstaten betreffende: |
(a) de ingrediënten en de emissies van tabaksproducten en de daarmee verband houdende rapportageverplichtingen, inclusief de maximumgehalten aan teer, nicotine en koolmonoxide van sigaretten; |
(a) de ingrediënten en de emissies van tabaksproducten en de daarmee verband houdende rapportageverplichtingen, inclusief de maximumgehalten aan teer, nicotine en koolmonoxide van sigaretten; |
(b) de etikettering en verpakking van tabaksproducten, met inbegrip van de gezondheidswaarschuwingen die moeten voorkomen op de verpakkingseenheden van tabaksproducten en op de buitenverpakkingen, alsmede traceerbaarheids- en veiligheidskenmerken om de naleving van deze richtlijn te waarborgen; |
(b) de etikettering en verpakking van tabaksproducten, met inbegrip van de gezondheidswaarschuwingen die moeten voorkomen op de verpakkingseenheden van tabaksproducten en op de buitenverpakkingen, alsmede traceerbaarheids- en veiligheidskenmerken om de naleving van deze richtlijn te waarborgen; |
(c) het verbod om tabak voor oraal gebruik in de handel te brengen; |
(c) het verbod om tabak voor oraal gebruik in de handel te brengen; |
(d) de grensoverschrijdende verkoop van tabaksproducten op afstand; |
(d) het verbod op de grensoverschrijdende verkoop van tabaksproducten op afstand; |
(e) de verplichting om van nieuwsoortige tabaksproducten kennis te geven; |
(e) de verplichting om van nieuwsoortige tabaksproducten kennis te geven; |
(f) het in de handel brengen en etiketteren van bepaalde producten die verwant zijn aan tabaksproducten, namelijk nicotinehoudende producten en voor roken bestemde kruidenproducten; |
(f) het in de handel brengen en etiketteren van bepaalde producten die verwant zijn aan tabaksproducten, namelijk nicotinehoudende producten en voor roken bestemde kruidenproducten; |
ten einde de werking van de interne markt voor tabak en aanverwante producten te vergemakkelijken, waarbij wordt uitgegaan van een hoog niveau van bescherming van de volksgezondheid. |
teneinde te voldoen aan de verplichtingen uit hoofde van de Kaderovereenkomst van de Wereldgezondheidsorganisatie voor de bestrijding van tabaksgebruik en de werking van de interne markt voor tabak en aanverwante producten te vergemakkelijken, waarbij wordt uitgegaan van een hoog niveau van bescherming van de volksgezondheid, vooral met het oog op de jongeren. |
Amendement 46 Voorstel voor een richtlijn Artikel 2 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
In deze richtlijn gelden de volgende definities: |
In deze richtlijn gelden de volgende definities: |
(1) "verslavendheid": het farmacologisch vermogen van een stof om verslaving te veroorzaken, een toestand die invloed heeft op het vermogen van een particulier om zijn gedrag te beheersen, meestal door het geven van een beloning of het vermijden van ontwenningsverschijnselen, of beide; |
(1) "verslavendheid": het farmacologisch vermogen van een stof om verslaving te veroorzaken, een toestand die invloed heeft op het vermogen van een particulier om zijn gedrag te beheersen, meestal door het geven van een beloning of het vermijden van ontwenningsverschijnselen, of beide; |
(2) "additief": een stof in een tabaksproduct, een verpakkingseenheid ervan of enige buitenverpakking, met uitzondering van tabaksbladeren en andere natuurlijke of niet-getransformeerde delen van de tabaksplant; |
(2) "additief": een stof in een tabaksproduct, een verpakkingseenheid ervan of enige buitenverpakking, met uitzondering van tabaksbladeren en andere natuurlijke of niet-getransformeerde delen van de tabaksplant; |
(3) "leeftijdscontrolesysteem": een informatieverwerkend systeem dat overeenkomstig de nationale voorschriften op elektronische wijze ondubbelzinnig de leeftijd van de consument bevestigt; |
(3) "leeftijdscontrolesysteem": een informatieverwerkend systeem dat overeenkomstig de nationale voorschriften op elektronische wijze ondubbelzinnig de leeftijd van de consument bevestigt; |
(4) "kenmerkend aroma": een duidelijk waarneembare geur of smaak die verschilt van die van tabak en die het resultaat is van een additief of combinatie van additieven, met inbegrip van maar niet enkel van fruit, specerijen, kruiden, alcohol, kandij, menthol of vanille, die kan worden waargenomen voor of bij het beoogde gebruik van het tabaksproduct; |
(4) "kenmerkend aroma": een duidelijk waarneembare geur of smaak die verschilt van die van tabak en die het resultaat is van een additief of combinatie van additieven, met inbegrip van maar niet enkel van fruit, specerijen, kruiden, alcohol, kandij, menthol of vanille, die kan worden waargenomen voor of bij gebruik van het tabaksproduct; |
(5) "pruimtabak": een rookloos tabaksproduct dat uitsluitend voor pruimen bestemd is; |
(5) "pruimtabak": een rookloos tabaksproduct dat uitsluitend voor pruimen bestemd is; |
(6) "sigaar": een tabaksrolletje dat wordt geconsumeerd via een proces van verbranding en dat nader is omschreven in artikel 4, lid 1, van Richtlijn 2011/64/EU van de Raad van 21 juni 2011 betreffende de structuur en de tarieven van de accijns op tabaksfabrikaten; |
(6) "sigaar": een tabaksrolletje dat wordt geconsumeerd via een proces van verbranding en dat nader is omschreven in artikel 4, lid 1, van Richtlijn 2011/64/EU van de Raad van 21 juni 2011 betreffende de structuur en de tarieven van de accijns op tabaksfabrikaten; |
(7) "sigaret": een tabaksrolletje dat wordt geconsumeerd via een proces van verbranding en dat nader is omschreven in artikel 3, lid 1, van Richtlijn 2011/64/EU van de Raad; |
(7) "sigaret": een tabaksrolletje dat wordt geconsumeerd via een proces van verbranding en dat nader is omschreven in artikel 3, lid 1, van Richtlijn 2011/64/EU van de Raad; |
(8) "cigarillo": een soort kleine sigaar met een diameter van maximaal 8 mm; |
(8) "cigarillo": een soort kleine sigaar zoals nader omschreven in artikel 8, lid 1, van Richtlijn 2007/74/EG van de Raad; |
(9) "gecombineerde gezondheidswaarschuwing": een in deze richtlijn bedoelde gezondheidswaarschuwing die bestaat uit een combinatie van een waarschuwende tekst en een bijbehorende foto of illustratie; |
(9) "gecombineerde gezondheidswaarschuwing": een in deze richtlijn bedoelde gezondheidswaarschuwing die bestaat uit een combinatie van een waarschuwende tekst en een bijbehorende foto of illustratie; |
(10) "consument": een natuurlijke persoon die handelt voor doeleinden die buiten zijn bedrijfs- of beroepsactiviteit vallen; |
(10) "consument": een natuurlijke persoon die handelt voor doeleinden die buiten zijn bedrijfs- of beroepsactiviteit vallen; |
(11) "grensoverschrijdende verkoop op afstand": een dienst voor de verkoop op afstand waarbij de consument zich op het tijdstip waarop hij het product bestelt, bevindt in een andere lidstaat dan de lidstaat of het derde land waar de detaillist is gevestigd; een detaillist wordt geacht te zijn gevestigd in een lidstaat: |
(11) "grensoverschrijdende verkoop op afstand": een dienst voor de verkoop op afstand waarbij de consument zich op het tijdstip waarop hij het product bestelt, bevindt in een andere lidstaat dan de lidstaat of het derde land waar de detaillist is gevestigd; een detaillist wordt geacht te zijn gevestigd in een lidstaat: |
(a) in het geval van een natuurlijk persoon, indien de zetel van zijn/haar bedrijf zich in die lidstaat bevindt; |
(a) in het geval van een natuurlijk persoon, indien de zetel van zijn/haar bedrijf zich in die lidstaat bevindt; |
(b) in andere gevallen, indien zijn statutaire zetel, hoofdbestuur of hoofdvestiging, met inbegrip van een filiaal, agentschap of enige andere vestiging, zich in die lidstaat bevindt; |
(b) in andere gevallen, indien zijn statutaire zetel, hoofdbestuur of hoofdvestiging, met inbegrip van een filiaal, agentschap of enige andere vestiging, zich in die lidstaat bevindt; |
(12) "emissies": stoffen die vrijkomen wanneer een tabaksproduct wordt gebruikt overeenkomstig de bestemming ervan, zoals stoffen die voorkomen in rook, of stoffen die vrijkomen bij het gebruik van rookloze tabaksproducten; |
(12) "emissies": stoffen die vrijkomen wanneer een tabaksproduct wordt gebruikt overeenkomstig de bestemming ervan, zoals stoffen die voorkomen in rook, of stoffen die vrijkomen bij het gebruik van rookloze tabaksproducten; |
(13) "geur- of smaakstof": een additief dat een geur en/of een smaak verleent; |
(13) "geur- of smaakstof": een additief dat een geur en/of een smaak verleent; |
(14) "gezondheidswaarschuwing": een in deze richtlijn bedoelde waarschuwing, met inbegrip van waarschuwende teksten, gecombineerde gezondheidswaarschuwingen, algemene waarschuwingen en informatieve boodschappen; |
(14) "gezondheidswaarschuwing": een in deze richtlijn bedoelde waarschuwing, met inbegrip van waarschuwende teksten, gecombineerde gezondheidswaarschuwingen, algemene waarschuwingen en informatieve boodschappen; |
(15) "voor roken bestemd kruidenproduct": een product op basis van planten of kruiden dat geen tabak bevat en wordt geconsumeerd via een proces van verbranding; |
(15) "voor roken bestemd kruidenproduct": een product op basis van planten of kruiden dat geen tabak bevat en wordt geconsumeerd via een proces van verbranding; |
(16) "invoer van tabaks- en aanverwante producten": het in het grondgebied van de Unie binnenbrengen van die producten die bij hun binnenkomst in de Unie niet onder een douaneschorsingsregeling worden geplaatst, alsmede het vrijgeven van die onder een douaneschorsingsregeling geplaatste producten; |
(16) "invoer van tabaks- en aanverwante producten": het in het grondgebied van de Unie binnenbrengen van die producten die bij hun binnenkomst in de Unie niet onder een douaneschorsingsregeling worden geplaatst, alsmede het vrijgeven van die onder een douaneschorsingsregeling geplaatste producten; |
(17) "importeur van tabaks- en aanverwante producten": de eigenaar van tabaks- en aanverwante producten die in het grondgebied van de Unie zijn binnengebracht of een persoon die het recht heeft om over die producten te beschikken; |
(17) "importeur van tabaks- en aanverwante producten": de eigenaar van tabaks- en aanverwante producten die in het grondgebied van de Unie zijn binnengebracht of een persoon die het recht heeft om over die producten te beschikken; |
(18) "ingrediënt": een additief, tabak (bladeren en andere natuurlijke, getransformeerde of niet-getransformeerde delen van de tabaksplant, met inbegrip van geëxpandeerde en gereconstitueerde tabak), en elke in een afgewerkt tabaksproduct aanwezige stof, met inbegrip van papier, filters, inkt, capsules en kleefstoffen; |
(18) 'ingredient' means an additive, tobacco, as well as any substance present in a finished tobacco product including paper, filter, inks, capsules and adhesives; |
|
(18 bis) "tabak": bladeren en andere natuurlijke, getransformeerde of niet-getransformeerde delen van de tabaksplant, met inbegrip van geëxpandeerde en gereconstitueerde tabak; |
(19) "maximumniveau" of "maximumgehalte": de maximale hoeveelheid of emissie van een stof in een tabaksproduct, ook als het nul is, gemeten in gram; |
(19) "maximumniveau" of "maximumgehalte": de maximale hoeveelheid of emissie van een stof in een tabaksproduct, ook als het nul is, gemeten in gram; |
(20) "snuiftabak": een rookloos tabaksproduct dat via de neus wordt geconsumeerd; |
(20) "snuiftabak": een rookloos tabaksproduct dat via de neus wordt geconsumeerd; |
(21) "nicotine": nicotinealkaloïden; |
(21) "nicotine": nicotinealkaloïden; |
(22) "nicotinehoudend product": een product dat consumenten kunnen consumeren door het te inhaleren, in te slikken of anderszins en waaraan nicotine wordt toegevoegd tijdens het productieproces of voor of tijdens de consumptie door de consument zelf; |
(22) "nicotinehoudend product": een product dat consumenten kunnen consumeren door het te inhaleren, in te slikken of anderszins en waaraan nicotine wordt toegevoegd tijdens het productieproces of voor of tijdens de consumptie door de consument zelf; |
(23) "nieuwsoortig tabaksproduct": een ander tabaksproduct dan sigaretten, shagtabak, pijptabak, waterpijptabak, sigaren, cigarillo's, pruimtabak, snuiftabak of tabak voor oraal gebruik, dat in de handel wordt gebracht na de inwerkingtreding van deze richtlijn; |
(23) "nieuwsoortig tabaksproduct": een ander tabaksproduct dan sigaretten, shagtabak, pijptabak, waterpijptabak, sigaren, cigarillo's, pruimtabak, snuiftabak of tabak voor oraal gebruik, dat in de handel wordt gebracht na de inwerkingtreding van deze richtlijn; |
(24) "buitenverpakking": elke verpakking waarin producten in de handel worden gebracht en die een verpakkingseenheid of een aantal verpakkingseenheden bevat; cellofaanverpakkingen worden niet als buitenverpakking beschouwd; |
(24) "buitenverpakking": elke verpakking waarin producten in de handel worden gebracht en die een verpakkingseenheid of een aantal verpakkingseenheden bevat; cellofaanverpakkingen worden niet als buitenverpakking beschouwd; |
|
(24 bis) "buitenverpakking voor transport": alle verpakkingen, bestaande uit een aantal verpakkingseenheden, waarin tabaksproducten worden vervoerd van de producent naar de betreffende economische marktdeelnemers voordat zij in de handel worden gebracht, zoals verpakkingsdozen, sloffen en pallets; |
(25) "in de handel brengen": de terbeschikkingstelling van producten aan consumenten in de Unie, al dan niet tegen betaling, inclusief via de verkoop op afstand; in het geval van grensoverschrijdende verkopen op afstand wordt het product geacht in de handel te zijn gebracht in de lidstaat waar zich de consument bevindt; |
(25) "in de handel brengen": de terbeschikkingstelling van producten aan consumenten in de Unie, al dan niet tegen betaling, inclusief via de verkoop op afstand; in het geval van grensoverschrijdende verkopen op afstand wordt het product geacht in de handel te zijn gebracht in de lidstaat waar zich de consument bevindt; |
(26) "pijptabak": tabak die wordt geconsumeerd via een proces van verbranding en die uitsluitend bestemd is voor gebruik in een pijp; |
(26) "pijptabak": tabak die wordt geconsumeerd via een proces van verbranding en die uitsluitend bestemd is voor gebruik in een pijp; |
|
(26a)"waterpijptabak": tabak die uitsluitend bestemd is voor gebruik in een waterpijp; |
(27) "detaillist": elk verkooppunt waar tabaksproducten in de handel worden gebracht, ook als dat door een natuurlijk persoon gebeurt; |
(27) "detaillist": elk verkooppunt waar tabaksproducten in de handel worden gebracht, ook als dat door een natuurlijk persoon gebeurt; |
(28) "shagtabak": tabak die door consumenten of detaillisten kan worden gebruikt voor het maken van sigaretten; |
(28) "shagtabak": tabak die door consumenten of detaillisten kan worden gebruikt voor het maken van sigaretten; |
(29) "rookloos tabaksproduct": een tabaksproduct dat niet via een proces van verbranding wordt geconsumeerd, met inbegrip van pruimtabak, snuiftabak en tabak voor oraal gebruik; |
(29) "rookloos tabaksproduct": een tabaksproduct dat niet via een proces van verbranding wordt geconsumeerd, met inbegrip van pruimtabak, snuiftabak en tabak voor oraal gebruik; |
(30) "aanzienlijke verandering in de omstandigheden": een stijging van het verkoopvolume per productcategorie, zoals pijptabak, sigaren of cigarillo's, van ten minste 10 % in ten minste 10 lidstaten, op basis van overeenkomstig artikel 5, lid 4, meegedeelde gegevens; of een verhoging van de prevalentie in de groep consumenten jonger dan 25 jaar met ten minste 5 procentpunten in ten minste 10 lidstaten voor de respectieve productcategorie, op basis van Eurobarometerverslag ____ [deze datum zal worden vastgesteld bij de goedkeuring van de richtlijn] of gelijkwaardige prevalentiestudies; |
(30) "aanzienlijke verandering in de omstandigheden": een stijging van het verkoopvolume per productcategorie, zoals pijptabak, sigaren of cigarillo's, van ten minste 10 % in ten minste 5 lidstaten, op basis van overeenkomstig artikel 5, lid 4, meegedeelde gegevens; of een verhoging van de prevalentie in de groep consumenten jonger dan 25 jaar met ten minste 5 procentpunten in ten minste 5 lidstaten voor de respectieve productcategorie, op basis van Eurobarometerverslag ____ [deze datum zal worden vastgesteld bij de goedkeuring van de richtlijn] of gelijkwaardige prevalentiestudies; |
(31) "teer": het ongezuiverde water- en nicotinevrije condensaat van rook; |
(31) "teer": het ongezuiverde water- en nicotinevrije condensaat van rook; |
(32) "tabak voor oraal gebruik": alle geheel of gedeeltelijk uit tabak bestaande producten voor oraal gebruik, met uitzondering van producten die bestemd zijn om te worden geïnhaleerd of gepruimd, in de vorm van poeder, fijne deeltjes of een combinatie van deze vormen, met name die welke in portiezakjes of poreuze builtjes worden aangeboden; |
(32) "tabak voor oraal gebruik": alle geheel of gedeeltelijk uit tabak bestaande producten voor oraal gebruik, met uitzondering van producten die bestemd zijn om te worden geïnhaleerd of gepruimd, in de vorm van poeder, fijne deeltjes of een combinatie van deze vormen, met name die welke in portiezakjes of poreuze builtjes worden aangeboden; |
(33) "rooktabak": een ander tabaksproduct dan een rookloos tabaksproduct; |
(33) "rooktabak": een ander tabaksproduct dan een rookloos tabaksproduct; |
(33) "rooktabak": een ander tabaksproduct dan een rookloos tabaksproduct; |
(33) "rooktabak": een ander tabaksproduct dan een rookloos tabaksproduct; |
(34) "tabaksproducten": producten die kunnen worden gebruikt voor consumptie door consumenten en die, al is het slechts ten dele, bestaan uit tabak, ook indien genetisch gemodificeerd; |
(34) "tabaksproducten": producten die kunnen worden gebruikt voor consumptie door consumenten en die, al is het slechts ten dele, bestaan uit tabak, ook indien genetisch gemodificeerd; |
(35) "toxiciteit": de mate waarin een stof schadelijke effecten kan hebben in het menselijk organisme, inclusief effecten die optreden in de loop van de tijd, doorgaans ten gevolge van herhaalde of voortdurende consumptie of blootstelling; |
(35) "toxiciteit": de mate waarin een stof schadelijke effecten kan hebben in het menselijk organisme, inclusief effecten die optreden in de loop van de tijd, doorgaans ten gevolge van herhaalde of voortdurende consumptie of blootstelling; |
(36) "verpakkingseenheid": de kleinste individuele verpakking van een product die in de handel wordt gebracht. |
(36) "verpakkingseenheid": de kleinste individuele verpakking van een product die in de handel wordt gebracht. |
|
(36 bis) "imitatietabaksproducten": snoepgoed, snacks, speelgoed of andere voorwerpen in de vorm van tabaksproducten die aantrekkelijk kunnen zijn voor minderjarigen; deze producten worden verboden. |
|
(36 ter)"passief meeroken": onvrijwillige inhalering van door verbranding van sigaretten of sigaren vrijkomende of door een of meerdere rokers uitgeademde rook. |
Motivering | |
Ingevolge artikel 16 van de Kaderovereenkomst van de Wereldgezondheidsorganisatie voor de bestrijding van tabaksgebruik (FCTC), die door de Europese Gemeenschap is geratificeerd tijdens de Conferentie van de Partijen op 30 juni 2005, dient de verkoop van tabaksproducten aan minderjarigen te worden uitgebannen door een verbod op imitatietabaksproducten. De EU-wetgeving moet worden afgestemd op de internationale verplichtingen. | |
Amendement 47 Voorstel voor een richtlijn Artikel 3 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
Artikel 3 |
Artikel 3 |
Maximumgehalten aan teer, nicotine, koolmonoxide en andere stoffen |
Maximumgehalten aan teer, nicotine, koolmonoxide en andere stoffen |
1. De in de lidstaten in de handel gebrachte of geproduceerde sigaretten mogen geen hogere gehalten hebben dan: |
1. De in de lidstaten in de handel gebrachte of geproduceerde sigaretten mogen geen hogere gehalten hebben dan: |
(a) 10 mg teer per sigaret, |
(a) 10 mg teer per sigaret, |
(b) 1 mg nicotine per sigaret; |
(b) 1 mg nicotine per sigaret; |
(c) 10 mg koolmonoxide per sigaret. |
(c) 10 mg koolmonoxide per sigaret. |
2. De Commissie is bevoegd overeenkomstig artikel 22 gedelegeerde handelingen vast te stellen om de in lid 1 vastgestelde maximumgehalten aan te passen, rekening houdend met de wetenschappelijke ontwikkeling en internationaal overeengekomen normen. |
2. De Commissie is bevoegd overeenkomstig artikel 22 gedelegeerde handelingen vast te stellen om de in lid 1 vastgestelde maximumgehalten zonodig te verminderen, om rekening te houden met de wetenschappelijke ontwikkeling en internationaal overeengekomen normen. |
3. De lidstaten stellen de Commissie in kennis van de maximumgehalten die zij vaststellen voor andere emissies van sigaretten en voor de emissies van andere tabaksproducten dan sigaretten. Rekening houdend met eventuele internationaal overeengekomen normen en op basis van wetenschappelijk bewijsmateriaal en van de haar door de lidstaten ter kennis gebrachte gehalten is de Commissie bevoegd overeenkomstig artikel 22 gedelegeerde handelingen vast te stellen tot vaststelling en aanpassing van de maximumgehalten voor andere emissies van sigaretten en voor de emissies van andere tabaksproducten dan sigaretten die de toxische of verslavende werking van tabaksproducten aanmerkelijk vergroten tot boven de drempel van toxiciteit en verslavendheid gebaseerd op de in lid 1 vastgestelde teer-, nicotine- en koolmonoxidegehalten. |
3. De lidstaten stellen de Commissie in kennis van de maximumgehalten die zij vaststellen voor andere emissies van sigaretten en voor de emissies van andere tabaksproducten dan sigaretten. De Commissie stelt overeenkomstig artikel 22 gedelegeerde handelingen vast om de door de partijen bij de FTCT of de WGO overeengekomen normen inzake maximumgehalten voor andere emissies van sigaretten en voor de emissies van andere tabaksproducten dan sigaretten in de wetgeving van de Unie op te nemen. |
Amendement 48 Voorstel voor een richtlijn Artikel 4 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
1. De gehalten aan teer, nicotine en koolmonoxide van sigaretten worden gemeten volgens de ISO-normen 4387 (teer), 10315 (nicotine) en 8454 (koolmonoxide). |
1. De gehalten aan teer, nicotine en koolmonoxide van sigaretten worden gemeten volgens de ISO-normen 4387 (teer), 10315 (nicotine) en 8454 (koolmonoxide). |
De juistheid van de vermeldingen inzake teer en nicotine wordt geverifieerd aan de hand van ISO-norm 8243. |
De juistheid van de vermeldingen inzake teer, nicotine en koolmonoxide wordt geverifieerd aan de hand van ISO-norm 8243. |
2. De in lid 1 bedoelde metingen worden uitgevoerd of geverifieerd door laboratoria die zijn erkend door en onder toezicht staan van de bevoegde autoriteiten van de lidstaten. |
2. De in lid 1 bedoelde metingen worden uitgevoerd of geverifieerd door onafhankelijke laboratoria die zijn erkend door en onder toezicht staan van de bevoegde autoriteiten van de lidstaten. |
De lidstaten delen de Commissie een lijst van de erkende laboratoria mee, met vermelding van de voor de erkenning gehanteerde criteria en de voor het toezicht gebruikte middelen, en werken die bij elke wijziging bij. De Commissie maakt de door de lidstaten meegedeelde lijst van erkende laboratoria openbaar. |
De lidstaten delen de Commissie een lijst van de erkende laboratoria mee, met vermelding van de voor de erkenning gehanteerde criteria en de voor het toezicht gebruikte middelen, en werken die bij elke wijziging bij. De Commissie maakt de door de lidstaten meegedeelde lijst van erkende laboratoria openbaar. |
|
2 bis. De Commissie verzoekt de Internationale Organisatie voor Standaardisatie (ISO) een norm te ontwikkelen om het gehalte aan polonium-210 in tabak te meten. |
|
2 ter. Er worden regelmatig proeven uitgevoerd door onafhankelijke onderzoekslaboratoria die onder toezicht staan van de bevoegde autoriteiten van de lidstaten, om de geldigheid van het door de tabaksbedrijven verstrekte resultaat te verifiëren. |
3. De Commissie is bevoegd overeenkomstig artikel 22 gedelegeerde handelingen vast te stellen om de methoden voor het meten van het teer-, nicotine- en kolmonoxidegehalte aan te passen, rekening houdend met de wetenschappelijke en technische ontwikkeling en internationaal overeengekomen normen. |
3. De Commissie is bevoegd overeenkomstig artikel 22 gedelegeerde handelingen vast te stellen om de methoden voor het meten van het teer-, nicotine- en kolmonoxidegehalte aan te vullen of te wijzigen, rekening houdend met de wetenschappelijke en technische ontwikkeling en internationaal overeengekomen normen. |
4. De lidstaten stellen de Commissie in kennis van de meetmethoden die zij hanteren voor andere emissies van sigaretten en voor de emissies van andere tabaksproducten dan sigaretten. Op grond van die methoden en rekening houdend met de wetenschappelijke en technische ontwikkeling en internationaal overeengekomen normen is de Commissie bevoegd overeenkomstig artikel 22 gedelegeerde handelingen vast te stellen om de meetmethoden vast te stellen en aan te passen. |
4. De lidstaten stellen de Commissie in kennis van de meetmethoden die zij hanteren voor andere emissies van sigaretten en voor de emissies van andere tabaksproducten dan sigaretten. De Commissie stelt overeenkomstig artikel 22 gedelegeerde handelingen vast om de door de partijen bij de FTCT of de WGO overeengekomen methoden in de wetgeving van de Unie op te nemen. |
|
4 bis. De juistheid van de vermeldingen inzake de andere emissies van andere brandbare tabaksproducten wordt geverifieerd aan de hand van ISO-norm 8243. |
Amendement 49 Voorstel voor een richtlijn Artikel 5 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
1. De lidstaten verplichten de producenten en importeurs van tabaksproducten bij hun bevoegde autoriteiten een lijst in te dienen van alle ingrediënten, met opgave van de hoeveelheden, die voor de productie van die tabaksproducten worden gebruikt, opgesplitst naar merk en type, alsmede van hun emissies en gehalten. De producenten en importeurs delen de bevoegde autoriteiten van de betrokken lidstaten ook mee wanneer de samenstelling van een product zodanig wordt gewijzigd dat de krachtens dit artikel verstrekte informatie moet worden aangepast. De krachtens dit artikel vereiste informatie moet worden verstrekt alvorens een nieuw of gewijzigd tabaksproduct in de handel wordt gebracht. |
1. De lidstaten verplichten de producenten en importeurs van tabaksproducten bij hun bevoegde autoriteiten een lijst in te dienen van alle ingrediënten, met opgave van de hoeveelheden, die voor de productie van die tabaksproducten worden gebruikt, opgesplitst naar merk en type, alsmede van hun emissies en gehalten. De producenten en importeurs delen de bevoegde autoriteiten van de betrokken lidstaten ook mee wanneer de samenstelling van een product zodanig wordt gewijzigd dat de krachtens dit artikel verstrekte informatie moet worden aangepast. De krachtens dit artikel vereiste informatie moet worden verstrekt alvorens een nieuw of gewijzigd tabaksproduct in de handel wordt gebracht. |
Bij de lijst gaat een verklaring waarin wordt uiteengezet waarom die ingrediënten aan die tabaksproducten worden toegevoegd. De lijst vermeldt hun status, met name of de ingrediënten zijn geregistreerd krachtens Verordening (EG) nr. 1907/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 inzake de registratie en beoordeling van en de autorisatie en beperkingen ten aanzien van chemische stoffen (REACH), en hun indeling in de zin van Verordening (EG) nr. 1272/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 16 december 2008 betreffende de indeling, etikettering en verpakking van stoffen en mengsels. Bij de lijst gaan tevens de voor de producent of de importeur beschikbare toxicologische gegevens betreffende die ingrediënten in verbrande en onverbrande vorm, naar gelang van het geval, waarbij inzonderheid de gevolgen daarvan voor de gezondheid van de consument worden vermeld en mogelijke verslavende effecten in aanmerking worden genomen. De lijst wordt opgesteld in afnemende volgorde naar gewicht van de respectieve ingrediënten van het product. Behalve voor teer, nicotine en koolmonoxide en voor de in artikel 4, lid 4, bedoelde emissies vermelden de producenten en importeurs de gebruikte meetmethoden. De lidstaten kunnen voorts eisen dat de producenten en importeurs andere door de bevoegde nationale autoriteiten voor te schrijven metingen uitvoeren om de gevolgen van stoffen voor de gezondheid na te gaan, onder meer rekening houdend met de verslavendheid en toxiciteit ervan. |
Bij de lijst gaat een verklaring waarin wordt uiteengezet waarom die ingrediënten aan die tabaksproducten worden toegevoegd. De lijst vermeldt hun status, met name of de ingrediënten zijn geregistreerd krachtens Verordening (EG) nr. 1907/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 inzake de registratie en beoordeling van en de autorisatie en beperkingen ten aanzien van chemische stoffen (REACH), en hun indeling in de zin van Verordening (EG) nr. 1272/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 16 december 2008 betreffende de indeling, etikettering en verpakking van stoffen en mengsels. Bij de lijst gaan tevens de voor de producent of de importeur beschikbare toxicologische gegevens betreffende die ingrediënten in verbrande en onverbrande vorm, welke gegevens in ieder geval moeten volstaan voor indeling van die stoffen in de zin van verordening nr. 1272/2008, waarbij inzonderheid de gevolgen daarvan voor de gezondheid van de consument worden vermeld en mogelijke verslavende effecten in aanmerking worden genomen. De lijst wordt opgesteld in afnemende volgorde naar gewicht van de respectieve ingrediënten van het product. De producenten en importeurs van tabaksproducten dienen deze lijst van ingrediënten en alle hiervoor bedoelde bijbehorende informatie in uiterlijk .... *. |
|
Behalve voor teer, nicotine en koolmonoxide en voor de in artikel 4, lid 4, bedoelde emissies vermelden de producenten en importeurs de gebruikte meetmethoden. De lidstaten kunnen voorts eisen dat de producenten en importeurs andere door de bevoegde nationale autoriteiten voor te schrijven metingen uitvoeren om de gevolgen van stoffen voor de gezondheid na te gaan, onder meer rekening houdend met de verslavendheid en toxiciteit ervan. |
2. De lidstaten verspreiden de krachtens lid 1 verstrekte informatie via een voor het publiek toegankelijke website. De lidstaten houden daarbij naar behoren rekening met de noodzaak om fabrieksgeheimen te beschermen. |
2. De lidstaten verspreiden de krachtens lid 1 verstrekte informatie via een voor het publiek toegankelijke website. De lidstaten houden daarbij naar behoren rekening met de noodzaak om bedrijfsgeheimen te beschermen. |
3. De Commissie stelt bij uitvoeringshandelingen het formaat voor de indiening en verspreiding van de in de leden 1 en 2 bedoelde informatie vast en werkt dat zo nodig bij. Die uitvoeringshandelingen worden volgens de in artikel 21 bedoelde onderzoeksprocedure vastgesteld. |
3. De Commissie stelt bij uitvoeringshandelingen het formaat voor de indiening en verspreiding van de in de leden 1 en 2 bedoelde informatie vast en werkt dat zo nodig bij. Die uitvoeringshandelingen worden volgens de in artikel 21 bedoelde onderzoeksprocedure vastgesteld. |
4. De lidstaten verplichten de producenten en importeurs tot het indienen van de hen ter beschikking staande interne en externe studies met betrekking tot de markt en de voorkeuren van verschillende groepen consumenten, inclusief jongeren, inzake ingrediënten en emissies. De lidstaten verplichten de producenten en importeurs ook om verslag uit te brengen over het verkoopvolume per product, opgegeven in aantallen of kilogram en per lidstaat, op jaarbasis vanaf het gehele kalenderjaar dat volgt op dat van de inwerkingtreding van deze richtlijn. De lidstaten verstrekken alternatieve of aanvullende verkoopgegevens, naargelang van het geval, om te waarborgen dat de krachtens dit lid verlangde informatie over verkoopvolumes betrouwbaar en volledig is. |
4. De lidstaten verplichten de producenten en importeurs tot het indienen van de hen ter beschikking staande interne en externe studies met betrekking tot de markt en de voorkeuren van verschillende groepen consumenten, inclusief jongeren en verstokte zware rokers, inzake ingrediënten en emissies, alsmede samenvattingen van eventuele marktstudies met het oog op lancering van nieuwe producten. De lidstaten verplichten de producenten en importeurs ook om verslag uit te brengen over het verkoopvolume per product, opgegeven in aantallen of kilogram en per lidstaat, op jaarbasis vanaf het gehele kalenderjaar dat volgt op dat van de inwerkingtreding van deze richtlijn. De lidstaten verstrekken alternatieve of aanvullende verkoopgegevens, naargelang van het geval, om te waarborgen dat de krachtens dit lid verlangde informatie over verkoopvolumes betrouwbaar en volledig is. |
|
4 bis. De lidstaten schrijven de producenten en importeurs voor, ieder jaar hun uitgaven per lidstaat voor reclame-, promotie- en sponsoringactiviteiten bekend te maken, beginnende vanaf het volledige kalenderjaar volgend op ...**. |
5. Alle gegevens en informatie die krachtens dit artikel moeten worden verstrekt aan of door de lidstaten, worden verstrekt in elektronische vorm. De lidstaten slaan de informatie elektronisch op en zorgen ervoor dat de Commissie er te allen tijde toegang toe heeft. Andere lidstaten hebben op gemotiveerd verzoek toegang tot die informatie. De lidstaten en de Commissie waarborgen dat fabrieksgeheimen en andere vertrouwelijke informatie vertrouwelijk worden behandeld. |
5. Alle gegevens en informatie die krachtens dit artikel moeten worden verstrekt aan of door de lidstaten, worden verstrekt in elektronische vorm. De lidstaten slaan de informatie elektronisch op en zorgen ervoor dat de Commissie er te allen tijde toegang toe heeft. Andere lidstaten hebben op gemotiveerd verzoek toegang tot die informatie. De lidstaten en de Commissie waarborgen dat fabrieksgeheimen en andere vertrouwelijke informatie vertrouwelijk worden behandeld. |
|
5 bis. De Commissie analyseert alle gegevens die ingevolge onderhavig artikel beschikbaar worden gesteld (met name gegevens met betrekking tot de verslavende werking en de toxiciteit van de ingrediënten, marktonderzoek en verkoopgegevens), en dient bij het Europees Parlement en de Raad regelmatig een verslag in waarin de belangrijkste bevindingen worden opgesomd. |
|
5 ter. De ingevolge dit artikel verzamelde informatie wordt in aanmerking genomen met het oog op de goedkeuring van additieven overeenkomstig artikel 6, lid 10bis. |
6. De door de lidstaten aangerekende vergoedingen voor de ontvangst, opslag, verwerking, analyse en publicatie van de in voorkomend geval krachtens dit artikel bij hen ingediende informatie mogen niet hoger zijn dan de aan die activiteiten toe te schrijven kosten. |
6. De lidstaten kunnen evenredige vergoedingen aanrekenen voor de ontvangst, opslag, verwerking, analyse en publicatie van de krachtens dit artikel bij hen ingediende informatie. |
|
_____________ |
|
PB […]. gelieve datum in te vullen: 18 maanden na de inwerkingtreding van deze richtlijn. |
|
PB […]. gelieve het jaar van inwerkingtreding van deze richtlijn in te voegen. |
Motivering | |
Overeenkomstig de bepalingen onder artikel 13 van de FCTC van de Wereldgezondheidsorganisatie. Deze cijfers zijn momenteel voor de EU niet beschikbaar. | |
Amendement 50 Voorstel voor een richtlijn Artikel 6 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
1. De lidstaten verbieden het in de handel brengen van tabaksproducten met een kenmerkend aroma. |
1. Additieven mogen alleen in tabaksproducten worden gebruikt indien zij overeenkomstig deze richtlijn zijn goedgekeurd. Goedgekeurde additieven worden vermeld op de in bijlage [-I] opgenomen lijst. Eventuele voorwaarden of beperkingen voor of op het gebruik van goedgekeurde additieven moeten eveneens op de lijst worden vermeld. Het in de handel brengen van tabaksproducten met andere dan de in bijlage [-I] bedoelde additieven of additieven die niet overeenkomstig de in bijlage [-I] neergelegde voorwaarden worden gebruikt, is verboden. |
|
De volgende additieven mogen niet worden goedgekeurd: |
|
a) vitaminen en andere additieven die de indruk wekken dat een tabaksproduct gezondheidsvoordelen biedt of minder gezondheidsrisico's oplevert; |
|
b) cafeïne en taurine en andere additieven en stimulerende chemische verbindingen die in verband worden gebracht met energie en vitaliteit; |
|
c) additieven die emissies kleuren; |
|
(d) Additieven die beantwoorden aan de criteria voor indeling als gevaarlijke stof overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1272/2008, of die bij verbranding zulke stoffen opleveren; |
|
(e) additieven die bij gebruik een kenmerkend aroma kunnen afgeven; |
|
(f) additieven die bij consumptie de toxische of verslavende werking van een tabaksproduct vergroten. |
|
Indien een bepaald additief of een combinatie daarvan een kenmerkend aroma veroorzaakt als het in een grotere hoeveelheid of concentratie aanwezig is, kan dat additief of combinatie van additieven onverminderd het bepaalde onder (e) worden goedgekeurd mits er maximumniveaus worden vastgesteld. |
|
Indien een bepaald additief bij consumptie de toxische of verslavende werking van een tabaksproduct uitsluitend vergroot als het in een grotere hoeveelheid of concentratie aanwezig is, met inbegrip van standaard veiligheidsmarges, kan dat additief, onverminderd het bepaalde onder (f), worden goedgekeurd mits er maximumniveaus worden vastgesteld. |
De lidstaten mogen het gebruik van additieven die voor de vervaardiging van tabaksproducten van wezenlijk belang zijn, niet verbieden, zolang de additieven niet resulteren in een product met een kenmerkend aroma. |
Additieven die voor de vervaardiging van tabaksproducten van wezenlijk belang zijn, kunnen worden goedgekeurd , zolang de additieven niet resulteren in een product met een aroma en geen verband houden met de aantrekkelijkheid van tabaksproducten. De reconstituering van suiker in tabaksproducten tot de hoeveelheid die voor het snijden van de tabaksbladen reeds aanwezig was, wordt niet geacht een kenmerkend aroma op te wekken of de aantrekkelijkheid van het tabaksproduct te vergroten. |
De lidstaten stellen de Commissie in kennis van maatregelen die uit hoofde van dit lid worden genomen. |
|
2. Op verzoek van een lidstaat of op eigen initiatief bepaalt de Commissie bij uitvoeringshandelingen of een tabaksproduct binnen de werkingssfeer van lid 1 valt. Die uitvoeringshandelingen worden volgens de in artikel 21 bedoelde onderzoeksprocedure vastgesteld. |
|
De Commissie stelt bij uitvoeringshandelingen uniforme regels vast met betrekking tot de procedures om uit te maken of een tabaksproduct binnen de werkingssfeer van lid 1 valt. Die uitvoeringshandelingen worden volgens de in artikel 21 bedoelde onderzoeksprocedure vastgesteld. |
|
3. Indien uit de bij de toepassing van de leden 1 en 2 opgedane ervaring blijkt dat een bepaald additief of een combinatie daarvan doorgaans een kenmerkend aroma veroorzaakt als het in een grotere hoeveelheid of concentratie aanwezig is, is de Commissie bevoegd overeenkomstig artikel 22 gedelegeerde handelingen vast te stellen om voor die additieven of combinatie van additieven die het kenmerkend aroma veroorzaken maximumniveaus vast te stellen. |
|
4. De lidstaten verbieden het gebruik van de volgende additieven in tabaksproducten: |
|
(a) vitaminen en andere additieven die de indruk wekken dat een tabaksproduct gezondheidsvoordelen biedt of minder gezondheidsrisico's oplevert, of |
|
(b) cafeïne en taurine en andere additieven en stimulerende chemische verbindingen die in verband worden gebracht met energie en vitaliteit, of |
|
(c) additieven die emissies kleuren. |
|
5. De lidstaten verbieden het gebruik van geur- of smaakstoffen in de bestanddelen van tabaksproducten, zoals filters, papier, verpakkingen of capsules, en van alle technische elementen die de smaak of de intensiteit van de rook kunnen wijzigen. Filters en capsules mogen geen tabak bevatten. |
5. Het gebruik van geur- of smaakstoffen in de bestanddelen van tabaksproducten, zoals filters, papier, verpakkingen of capsules, en van alle technische elementen die de smaak of de intensiteit van de rook kunnen wijzigen, is verboden. Filters en capsules mogen geen tabak bevatten. |
6. De lidstaten zorgen ervoor dat de bepalingen of voorwaarden van Verordening (EG) nr. 1907/2006 in voorkomend geval worden toegepast op tabaksproducten. |
|
7. De lidstaten verbieden op basis van wetenschappelijk bewijsmateriaal het in de handel brengen van tabaksproducten die additieven bevatten in hoeveelheden die bij consumptie de toxische of verslavende werking van een tabaksproduct aanmerkelijk vergroten. |
|
De lidstaten stellen de Commissie in kennis van maatregelen die uit hoofde van dit lid worden genomen. |
|
8. Op verzoek van een lidstaat of op eigen initiatief bepaalt de Commissie bij uitvoeringshandeling of een tabaksproduct binnen de werkingssfeer van lid 7 valt. Die uitvoeringshandelingen worden volgens de in artikel 21 bedoelde onderzoeksprocedure vastgesteld op basis van het recentste wetenschappelijk bewijsmateriaal. |
|
9. Indien uit wetenschappelijk bewijsmateriaal en de bij de toepassing van de leden 7 en 8 opgedane ervaring blijkt dat een bepaald additief of een bepaalde hoeveelheid daarvan bij consumptie de toxische of verslavende werking van een tabaksproduct aanmerkelijk vergroten, is de Commissie bevoegd overeenkomstig artikel 22 gedelegeerde handelingen vast te stellen om voor die additieven maximumniveaus te bepalen. |
|
10. Andere tabaksproducten dan sigaretten, shagtabak en rookloze tabaksproducten zijn vrijgesteld van het verbod in de leden 1 en 5. De Commissie is bevoegd overeenkomstig artikel 22 gedelegeerde handelingen vast te stellen om die vrijstelling in te trekken als in een verslag van de Commissie wordt vastgesteld dat zich een aanzienlijke verandering in de omstandigheden heeft voorgedaan. |
10. Andere tabaksproducten dan sigaretten, shagtabak en waterpijptabak zijn vrijgesteld van het verbod in lid 1, tweede alinea, onder e) en lid 5. De Commissie is bevoegd overeenkomstig artikel 22 gedelegeerde handelingen vast te stellen om die vrijstelling in te trekken als in een verslag van de Commissie wordt vastgesteld dat zich een aanzienlijke verandering in de omstandigheden heeft voorgedaan. |
|
10 bis. Om goedkeuring van een additief te verkrijgen moeten fabrikanten en importeurs een verzoek daartoe indienen bij de Commissie. Het verzoek gaat vergezeld van: |
|
a) naam of handelsnaam en adres van de aanvrager; |
|
b) scheikundige benaming van het ingrediënt; |
|
c) functie van het ingrediënt en de te gebruiken maximumhoeveelheid per sigaret; |
|
(d) duidelijk, door wetenschappelijke gegevens ondersteund bewijsmateriaal dat het ingrediënt niet onder een van de in dit artikel genoemde uitsluitingscriteria valt. |
|
De Commissie kan het relevante wetenschappelijk comité vragen of het betreffende ingrediënt als zodanig of uitsluitend vanaf een bepaalde concentratie onder een van de in dit artikel genoemde uitsluitingscriteria valt. De Commissie neemt uiterlijk een maand na ontvangst van de aanvraag haar beslissing. |
|
De Commissie is bevoegd overeenkomstig artikel 22 gedelegeerde handelingen vast te stellen om het additief goed te keuren, eventueel met vaststelling van toegestane maximumniveaus, en bijlage [-I] dienovereenkomstig te wijzigen. |
|
10 ter. Dit artikel laat de toepassing op tabaksproducten van de desbetreffende bepalingen van verordening (EC) nr. 1907/2006 of van uit hoofde daarvan gestelde voorwaarden onverlet. |
|
10 quater. Dit artikel wordt van kracht per …*. |
|
_______________ |
|
PB […]. Datum invoegen: 36 maanden na de datum van inwerkingtreding van deze richtlijn. |
Amendement 51 Voorstel voor een richtlijn Artikel 7 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
1. Op elke verpakkingseenheid van tabaksproducten en elke buitenverpakking staat een gezondheidswaarschuwing in de officiële taal of talen van de lidstaat waar het product in de handel wordt gebracht. |
1. Op elke verpakkingseenheid van tabaksproducten en elke buitenverpakking staat een gezondheidswaarschuwing in de officiële taal of talen van de lidstaat waar het product in de handel wordt gebracht. |
2. Gezondheidswaarschuwingen beslaan de gehele daarvoor bestemde oppervlakte; commentaren op, parafraseringen van of verwijzingen van enige aard naar de waarschuwingen mogen niet voorkomen. |
2. Gezondheidswaarschuwingen beslaan de gehele daarvoor bestemde oppervlakte; commentaren op, parafraseringen van of verwijzingen van enige aard naar de waarschuwingen mogen niet voorkomen. |
3. Om de grafische integriteit en de evenwichtige zichtbaarheid ervan te waarborgen, worden gezondheidswaarschuwingen zodanig afgedrukt dat ze niet verwijderd kunnen worden, dat ze onuitwisbaar zijn en op geen enkele wijze verborgen of onderbroken worden, inclusief wanneer dat gebeurt door middel van accijnszegels, prijsstickers, merktekens voor het volgen en traceren, veiligheidskenmerken of enigerlei omhulsel, zakje, huls, doos of enig ander instrument of door het openen van de verpakkingseenheid. |
3. Om de grafische integriteit en de evenwichtige zichtbaarheid ervan te waarborgen, worden gezondheidswaarschuwingen zodanig afgedrukt dat ze niet verwijderd kunnen worden, dat ze onuitwisbaar zijn en op geen enkele wijze verborgen of onderbroken worden, inclusief wanneer dat gebeurt door middel van accijnszegels, prijsstickers, merktekens voor het volgen en traceren, veiligheidskenmerken of enigerlei omhulsel, zakje, huls, doos of enig ander instrument of door het openen van de verpakkingseenheid. Bij andere tabaksproducten dan sigaretten, shagtabak, waterpijptabak en rookloze tabaksproducten mogen de gezondheidswaarschuwingen met behulp van stickers worden aangebracht, mits deze niet kunnen worden verwijderd. |
4. De lidstaten zorgen ervoor dat de gezondheidswaarschuwingen op de belangrijkste oppervlakte van de verpakkingseenheid en van elke buitenverpakking volledig zichtbaar zijn; dit houdt in dat zij, wanneer tabaksproducten in de handel worden gebracht, niet geheel of gedeeltelijk worden verborgen of onderbroken door omhulsels, zakjes, hulzen, dozen of andere instrumenten. |
4. De lidstaten zorgen ervoor dat de gezondheidswaarschuwingen op het meest zichtbare deel van elke zijde van de verpakkingseenheid en van elke buitenverpakking volledig zichtbaar zijn; dit houdt in dat zij, wanneer tabaksproducten in de handel worden gebracht, niet geheel of gedeeltelijk worden verborgen of onderbroken door omhulsels, zakjes, hulzen, dozen of andere instrumenten. |
5. De gezondheidswaarschuwingen verbergen noch onderbreken de accijnszegels, de prijsstickers, de merktekens voor het volgen en traceren of de veiligheidskenmerken op verpakkingseenheden. |
5. De gezondheidswaarschuwingen verbergen noch onderbreken de accijnszegels, de prijsstickers, de merktekens voor het volgen en traceren of de veiligheidskenmerken op verpakkingseenheden. |
6. De lidstaten maken de gezondheidswaarschuwingen niet groter, ook niet door invoering van een verplichting om de gezondheidswaarschuwingen te omkaderen. De reële grootte van de gezondheidswaarschuwingen wordt berekend in verhouding tot de oppervlakte waarop zij staan voordat de verpakkingseenheid wordt geopend. |
6. De lidstaten maken de gezondheidswaarschuwingen niet groter, ook niet door invoering van een verplichting om de gezondheidswaarschuwingen te omkaderen. De reële grootte van de gezondheidswaarschuwingen wordt berekend in verhouding tot de oppervlakte waarop zij staan voordat de verpakkingseenheid wordt geopend. |
7. Afbeeldingen van verpakkingseenheden en buitenverpakkingen die zijn gericht op consumenten in de Unie moeten voldoen aan de bepalingen van dit hoofdstuk. |
7. Afbeeldingen van verpakkingseenheden en buitenverpakkingen die zijn gericht op consumenten in de Unie moeten voldoen aan de bepalingen van dit hoofdstuk. |
|
7 bis. Regulering van andere aspecten van de verpakking valt buiten het bestek van deze richtlijn. |
|
7 ter. De verpakkingseenheden en buitenverpakkingen mogen geen bonnen bevatten voor korting, gratis schenking, 2-voor-1 aanbiedingen of vergelijkbare aanbiedingen van enig onder deze richtlijn vallend tabaksproduct. |
Amendement 52 Voorstel voor een richtlijn Artikel 8 – leden 1 t/m 3 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
1. Op elke verpakkingseenheid en op elke buitenverpakking van rooktabak staat de volgende algemene waarschuwing: |
1. Op elke verpakkingseenheid en op elke buitenverpakking van rooktabak staat de volgende algemene waarschuwing: |
Roken is dodelijk – stop nu |
Roken is dodelijk – stop nu |
2. Op elke verpakkingseenheid en op elke buitenverpakking van rooktabak staat de volgende informatieve boodschap: |
2. Op elke verpakkingseenheid en op elke buitenverpakking van rooktabak staat de volgende informatieve boodschap: |
Tabaksrook bevat meer dan 70 stoffen die kanker veroorzaken |
Tabaksrook bevat meer dan 70 stoffen die kanker veroorzaken |
3. Bij pakjes sigaretten worden de algemene waarschuwing en de informatieve boodschap gedrukt op de zijkanten van de verpakkingseenheid. Die waarschuwingen zijn ten minste 20 mm breed en ten minste 43 mm hoog. Bij shagtabak wordt de informatieve boodschap gedrukt op de oppervlakte die zichtbaar wordt als de verpakkingseenheid wordt geopend. Zowel de algemene waarschuwing als de informatieve boodschap beslaat 50 % van de oppervlakte waarop zij wordt gedrukt. |
3. Bij pakjes sigaretten worden de algemene waarschuwing en de informatieve boodschap in zwarte vetgedrukte Helvetica-letters op een witte achtergrond gedrukt op de zijkanten van de verpakkingseenheid. Die waarschuwingen zijn ten minste 20 mm breed. Bij in buidels verpakte shagtabak wordt de informatieve boodschap gedrukt op de oppervlakte die zichtbaar wordt als de verpakkingseenheid wordt geopend, bij cylindervormige verpakking komt de waarschuwing op het deksel, en bij balkvormige verpakking op de zijkanten. Zowel de algemene waarschuwing als de informatieve boodschap beslaat 50 % van de oppervlakte waarop zij wordt gedrukt. |
Amendement 53 Voorstel voor een richtlijn Artikel 8 – lid 4 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
4. De Commissie is bevoegd overeenkomstig artikel 22 gedelegeerde handelingen vast te stellen: |
4. De Commissie is bevoegd overeenkomstig artikel 22 gedelegeerde handelingen vast te stellen: |
(a) om de tekst van de in de leden 1 en 2 bedoelde gezondheidswaarschuwingen aan te passen aan de wetenschappelijke en marktontwikkelingen; |
(a) om de tekst van de in lid 2 bedoelde informatieve boodschap aan te passen aan de wetenschappelijke en marktontwikkelingen; |
(b) om de plaats, het formaat, de layout en het ontwerp van de in dit artikel bedoelde gezondheidswaarschuwingen vast te stellen, met inbegrip van het lettertype en de achtergrondkleur ervan. |
|
Amendement 54 Voorstel voor een richtlijn Artikel 9 – lid 1 en 2 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
Gecombineerde gezondheidswaarschuwingen voor rooktabak |
Gecombineerde gezondheidswaarschuwingen voor rooktabak |
1. Op elke verpakkingseenheid en op elke buitenverpakking van rooktabak staan gecombineerde gezondheidswaarschuwingen. De gecombineerde gezondheidswaarschuwingen: |
1. Op elke verpakkingseenheid en op elke buitenverpakking van rooktabak staan gecombineerde beeld en tekst gezondheidswaarschuwingen. De gecombineerde gezondheidswaarschuwingen: |
(a) bestaan uit een van de in bijlage I bedoelde waarschuwende teksten en een bijbehorende kleurenfoto uit de beeldbank; |
(a) bestaan uit een van de in bijlage I bedoelde waarschuwende teksten en een bijbehorende kleurenfoto uit de beeldbank in bijlage II; |
(b) bevatten informatie over het stoppen met roken, zoals telefoonnummers, e-mailadressen en/of websites die de consumenten informatie verstrekken over programma's voor hulp voor wie wil stoppen met roken; |
(b) bevatten informatie over het stoppen met roken, zoals telefoonnummers, e-mailadressen en/of websites die de consumenten informatie verstrekken over programma's voor hulp voor wie wil stoppen met roken; |
(c) beslaan 75 % van de buitenvoorkant en -achterkant van de verpakkingseenheid en de buitenverpakking; |
(c) beslaan 75 % van de buitenvoorkant en -achterkant van de verpakkingseenheid en de buitenverpakking; Op cilindrische verpakkingen worden twee gezondheidswaarschuwingen aangebracht die op gelijke afstand van elkaar staan en 75% van de betreffende helft van het gebogen oppervlak beslaan; |
(d) vertonen aan beide zijden van de verpakkingseenheden en de buitenverpakking dezelfde waarschuwende tekst en de bijbehorende kleurenfoto; |
(d) vertonen aan beide zijden van de verpakkingseenheden en de buitenverpakking dezelfde waarschuwende tekst en de bijbehorende kleurenfoto; |
(e) staan bovenaan de verpakkingseenheid en de buitenverpakking, in dezelfde richting als eventuele andere informatie op de verpakking; |
(e) staan bovenaan de verpakkingseenheid en de buitenverpakking, in dezelfde richting als eventuele andere informatie op de verpakking; |
(f) beantwoorden aan het formaat, de layout, het ontwerp en de afmetingen die de Commissie overeenkomstig lid 3 van dit artikel specificeert; |
(f) beantwoorden aan het formaat, de layout, het ontwerp en de afmetingen die de Commissie overeenkomstig lid 3 van dit artikel specificeert; |
(g) hebben voor verpakkingseenheden van sigaretten de volgende afmetingen: |
(g) hebben voor verpakkingseenheden van sigaretten de volgende afmetingen: |
(i) hoogte: minimaal 64 mm; |
(i) hoogte: minimaal 55 mm; |
(ii) breedte: minimaal 55 mm. |
(ii) breedte: minimaal 53 mm; |
2. De gecombineerde gezondheidswaarschuwingen worden onderverdeeld in drie groepen die elkaar jaarlijks afwisselen. De lidstaten zorgen ervoor dat elke gecombineerde gezondheidswaarschuwing zoveel mogelijk even veel voorkomt op elk merk. |
2. De gecombineerde gezondheidswaarschuwingen worden onderverdeeld in drie groepen die elkaar jaarlijks afwisselen. De lidstaten zorgen ervoor dat elke in een bepaald jaar voor gebruik beschikbare gecombineerde gezondheidswaarschuwing zoveel mogelijk even veel voorkomt op elk merk. |
Amendement 55 Voorstel voor een richtlijn Artikel 9 – lid 3 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
3. De Commissie is bevoegd overeenkomstig artikel 22 gedelegeerde handelingen vast te stellen om: |
3. De Commissie is bevoegd overeenkomstig artikel 22 gedelegeerde handelingen vast te stellen om: |
(a) rekening houdend met de wetenschappelijke en technische ontwikkeling de in bijlage I bij deze richtlijn bedoelde waarschuwende teksten aan te passen; |
(a) rekening houdend met de wetenschappelijke en technische ontwikkeling de in bijlage I bij deze richtlijn bedoelde waarschuwende teksten aan te passen; |
(b) rekening houdend met de wetenschappelijke en marktontwikkelingen de in lid 1, onder a), bedoelde beeldbank in te stellen en aan te passen; |
(b) rekening houdend met de wetenschappelijke en marktontwikkelingen de beeldbank in bijlage II aan te passen; |
(c) de plaats, het formaat, de layout, het ontwerp, de afwisseling en de afmetingen van de gezondheidswaarschuwingen vast te stellen; |
(c) de plaats, het formaat, de layout, het ontwerp, de afwisseling en de afmetingen van de gezondheidswaarschuwingen vast te stellen; |
(d) in afwijking van artikel 7, lid 3, de voorwaarden vast te stellen waaronder gezondheidswaarschuwingen bij de opening van de verpakkingseenheid aldus mogen worden gescheurd dat de grafische integriteit en de zichtbaarheid van de tekst, de foto's en de informatie over het stoppen met roken zijn gewaarborgd. |
|
Amendement 56 Voorstel voor een richtlijn Artikel 10 – leden 1 t/m 4 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
Etikettering van andere rooktabak dan sigaretten en shagtabak |
Etikettering van andere rooktabak dan sigaretten en shagtabak en waterpijptabak |
1. Andere rooktabak dan sigaretten en shagtabak is vrijgesteld van de verplichting om de informatieve boodschap bedoeld in artikel 8, lid 2, en de gecombineerde gezondheidswaarschuwingen bedoeld in artikel 9 op te nemen. Behalve de in artikel 8, lid 1, bedoelde algemene waarschuwing staat op elke verpakkingseenheid en op elke buitenverpakking van die producten een van de in bijlage I bedoelde waarschuwende teksten. De in artikel 8, lid 1, bedoelde algemene waarschuwing omvat een verwijzing naar de diensten die helpen om te stoppen met roken in de zin van artikel 9, lid 1, onder b). |
1. Andere rooktabak dan sigaretten, shagtabak en waterpijptabak is vrijgesteld van de verplichting om de informatieve boodschap bedoeld in artikel 8, lid 2, en de gecombineerde gezondheidswaarschuwingen bedoeld in artikel 9 op te nemen. Behalve de in artikel 8, lid 1, bedoelde algemene waarschuwing staat op elke verpakkingseenheid en op elke buitenverpakking van die producten een van de in bijlage I bedoelde waarschuwende teksten. De in artikel 8, lid 1, bedoelde algemene waarschuwing omvat een verwijzing naar de diensten die helpen om te stoppen met roken in de zin van artikel 9, lid 1, onder b). |
De algemene waarschuwing wordt aangebracht op de duidelijkst zichtbare kant van de verpakkingseenheid en op elke buitenverpakking. De in bijlage I bedoelde waarschuwende teksten worden afwisselend aangebracht, zodat zij regelmatig verschijnen. Die waarschuwingen worden aangebracht op de andere duidelijkst zichtbare kant van de verpakkingseenheid en op elke buitenverpakking. |
De algemene waarschuwing wordt aangebracht op de duidelijkst zichtbare kant van de verpakkingseenheid en op elke buitenverpakking. De in bijlage I bedoelde waarschuwende teksten worden afwisselend aangebracht, zodat zij regelmatig verschijnen. Die waarschuwingen worden aangebracht op de andere duidelijkst zichtbare kant van de verpakkingseenheid en op elke buitenverpakking. |
2. De in lid 1 bedoelde algemene waarschuwing beslaat 30 % van de buitenvoorkant of -achterkant van de verpakkingseenheid en de buitenverpakking. Dit percentage wordt verhoogd tot 32 % voor lidstaten met twee officiële talen en tot 35 % voor lidstaten met drie officiële talen. |
2. De in lid 1 bedoelde algemene waarschuwing beslaat 30 % van de buitenvoorkant of -achterkant van de verpakkingseenheid en de buitenverpakking. Dit percentage wordt verhoogd tot 32 % voor lidstaten met twee officiële talen en tot 35 % voor lidstaten met meer dan twee officiële talen. |
3. De in lid 1 bedoelde waarschuwende tekst beslaat 40 % van de buitenvoorkant of -achterkant van de verpakkingseenheid en de buitenverpakking. Dit percentage wordt verhoogd tot 45 % voor lidstaten met twee officiële talen en tot 50 % voor lidstaten met drie officiële talen. |
3. De in lid 1 bedoelde waarschuwende tekst beslaat 40 % van de buitenvoorkant of -achterkant van de verpakkingseenheid en de buitenverpakking. Dit percentage wordt verhoogd tot 45 % voor lidstaten met twee officiële talen en tot 50 % voor lidstaten met meer dan twee officiële talen. |
|
3 bis. Wat verpakkingseenheden betreft waarvan het duidelijkst zichtbare oppervlak groter is dan 75 cm2, beslaan de in de leden 2 en 3 bedoelde waarschuwingen echter ten minste 22,5 cm2 voor elk oppervlak. Dit percentage wordt verhoogd tot 24 cm2 voor lidstaten met twee officiële talen en tot 26,25 cm2 voor lidstaten met drie officiële talen. |
4. De algemene waarschuwing en de waarschuwende tekst, bedoeld in lid 1, worden: |
4. De algemene waarschuwing en de waarschuwende tekst, bedoeld in lid 1, worden: |
(a) aangebracht in zwarte vetgedrukte Helvetica-letters op een witte achtergrond. Om aan de taalvereisten te voldoen mogen de lidstaten de puntgrootte van het lettertype zelf bepalen, mits de in hun wetgeving bepaalde lettergrootte een zo groot mogelijk deel van de voor de tekst bestemde ruimte beslaat; |
(a) aangebracht in zwarte vetgedrukte Helvetica-letters op een witte achtergrond. De waarschuwingen kunnen worden aangebracht met stickers, mits deze niet verwijderbaar zijn. Om aan de taalvereisten te voldoen mogen de lidstaten de puntgrootte van het lettertype zelf bepalen, mits de in hun wetgeving bepaalde lettergrootte een zo groot mogelijk deel van de voor de tekst bestemde ruimte beslaat; |
(b) gecentreerd op het voor de tekst bestemde oppervlak, evenwijdig met de bovenrand van de verpakkingseenheid en de buitenverpakking; |
(b) gecentreerd op het voor de tekst bestemde oppervlak, evenwijdig met de bovenrand van de verpakkingseenheid en de buitenverpakking; |
(c) omgeven door een minstens 3 mm en hoogstens 4 mm brede zwarte rand, binnen de voor de tekst van de waarschuwing bestemde oppervlakte. |
(c) omgeven door een minstens 3 mm en hoogstens 4 mm brede zwarte rand, binnen de voor de tekst van de waarschuwing bestemde oppervlakte. |
Motivering | |
Met het oog op evenredigheid wordt deze bepaling uit Richtlijn 2001/37/EG weer in de ontwerprichtlijn overgenomen. | |
Amendement 57 Voorstel voor een richtlijn Artikel 10 – lid 5 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
5. De Commissie is bevoegd overeenkomstig artikel 22 gedelegeerde handelingen vast te stellen om die vrijstelling in te trekken als in een verslag van de Commissie wordt vastgesteld dat zich een aanzienlijke verandering in de omstandigheden heeft voorgedaan. |
5. De Commissie is bevoegd overeenkomstig artikel 22 gedelegeerde handelingen vast te stellen om die vrijstelling in te trekken als in een verslag van de Commissie aan de Raad en het Europees Parlement wordt vastgesteld dat zich een aanzienlijke verandering in de omstandigheden heeft voorgedaan. |
Amendement 58 Voorstel voor een richtlijn Artikel 11 – leden 1 t/m 2 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
1. Op elke verpakkingseenheid en op elke buitenverpakking van rookloze tabaksproducten staat de volgende gezondheidswaarschuwing: |
1. Op elke verpakkingseenheid en op elke buitenverpakking van rookloze tabaksproducten staat de volgende gezondheidswaarschuwing: |
Dit tabaksproduct kan uw gezondheid schaden en is verslavend |
Dit tabaksproduct schaadt uw gezondheid en is verslavend |
2. De in lid 1 bedoelde gezondheidswaarschuwing voldoet aan de vereisten van artikel 10, lid 4. Bovendien: |
2. De in lid 1 bedoelde gezondheidswaarschuwing voldoet aan de vereisten van artikel 10, lid 4. Bovendien: |
(a) wordt zij aangebracht op de twee grootste oppervlakten van de verpakkingseenheid en van elke buitenverpakking; |
(a) wordt zij aangebracht op de twee grootste oppervlakten van de verpakkingseenheid en van elke buitenverpakking; |
(b) beslaat zij 30 % van de buitenvoorkant of -achterkant van de verpakkingseenheid en van elke buitenverpakking; Dit percentage wordt verhoogd tot 32 % voor lidstaten met twee officiële talen en tot 35 % voor lidstaten met drie officiële talen. |
(b) beslaat zij 30 % van de buitenvoorkant of -achterkant van de verpakkingseenheid en van elke buitenverpakking; Dit percentage wordt verhoogd tot 32 % voor lidstaten met twee officiële talen en tot 35 % voor lidstaten met meer dan twee officiële talen. |
Amendement 59 Voorstel voor een richtlijn Artikel 11 – lid 3 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
3. De Commissie is bevoegd overeenkomstig artikel 22 gedelegeerde handelingen vast te stellen om de vereisten in de leden 1 en 2 aan te passen, rekening houdend met de wetenschappelijke en marktontwikkelingen. |
3. De Commissie is bevoegd overeenkomstig artikel 22 gedelegeerde handelingen vast te stellen om de vereisten in lid 1 aan te passen, rekening houdend met de wetenschappelijke en marktontwikkelingen. |
Amendement 60 Voorstel voor een richtlijn Artikel 12 – lid 1 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
1. De etikettering van een verpakkingseenheid en van elke buitenverpakking en het tabaksproduct zelf bevat geen enkel element of kenmerk dat: |
1. De etikettering van een verpakkingseenheid en van elke buitenverpakking en het tabaksproduct zelf en/of de merknaam, bevat geen enkel element of kenmerk dat: |
a) een tabaksproduct aanprijst op een manier die onjuist, misleidend of bedrieglijk is of een verkeerde indruk kan wekken over de kenmerken, gevolgen voor de gezondheid, risico's of emissies ervan; |
(a) een tabaksproduct aanprijst en aanzet tot consumptie daarvan op een manier die onjuist, misleidend of bedrieglijk is of een verkeerde indruk kan wekken over de kenmerken, gevolgen voor de gezondheid, risico's of emissies ervan; de etikettering vermeldt geen informatie omtrent het nicotine-, teer- of koolmonoxidegehalte; |
(b) de suggestie wekt dat een bepaald tabaksproduct minder schadelijk is dan andere, of activerende, energetische, genezende, verjongende, natuurlijke, biologische of anderszins positieve gevolgen voor de gezondheid of het sociaal leven heeft; |
(b) de suggestie wekt dat een bepaald tabaksproduct minder schadelijk is dan andere, of activerende, energetische, genezende, verjongende, natuurlijke, biologische of anderszins positieve gevolgen voor de gezondheid of de levensstijl heeft; |
(c) verwijst naar een aroma, smaak, geur- of smaakstoffen of andere additieven, of het ontbreken daarvan; |
(c) verwijst naar een aroma, smaak, geur- of smaakstoffen of andere additieven, of het ontbreken daarvan; |
(d) op een levensmiddel gelijkt. |
(d) op een levensmiddel gelijkt of op een cosmetisch product. |
|
(d bis) het effect van bepaalde schadelijke bestanddelen van rook moet verminderen of de biologische afbreekbaarheid van tabaksproducten verhogen. |
Amendement 61 Voorstel voor een richtlijn Artikel 12 – lid 2 – alinea 1 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
1 bis. Bij filtersigaretten moet het filterpapier ("Tipping Paper") dermate complex zijn dat het voldoende tegen productvervalsingen is beschermd. Dat betekent dat dit papier ten minste de volgende eigenschappen moet hebben: |
|
a) meer dan één zichtbare drukkleur en vervaardigd middels het diepdrukprocedé; |
|
b) alle witte gedeelten voorzien van een lak; |
|
c) complexe opdrukken met deels dunne structuren; |
|
(d) bedrukking op wit basispapier; |
|
(e) een voorperforatie die op voldoende afstand van het uiteinde van de sigaret is aangebracht. |
Motivering | |
Alleen gevestigde toeleveranciers beschikken over de techniek voor het aanbrengen van meerdere drukkleuren op producten met deels zeer dunne structuren. Dat geldt ook voor de techniek voor de voorperforaties. In combinatie met specifieke eisen aan het papier, bijvoorbeeld met betrekking tot de witheidsgraad, wordt de illegale sigarettenmarkt op effectieve wijze geblokkeerd. Door de locatie van de perforatiezone wordt daarnaast gewaarborgd dat de consument de gaatjes niet kan afdekken om de intensiteit van de rook te versterken. | |
Amendement 62 Voorstel voor een richtlijn Artikel 12 – lid 2 – alinea 1 ter (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
1 ter. In het sigarettenpapier moeten zichtbare watermerken zijn aangebracht. |
Motivering | |
Om vervalsingen tegen te gaan. | |
Amendement 63 Voorstel voor een richtlijn Artikel 12 – lid 2 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
2 bis. Op de eenheidsverpakkingmag de voor de vervaardiging van het product gebruikte tabakssoort en/of het land van herkomst worden vermeld. |
Amendement 64 Voorstel voor een richtlijn Artikel 13 – lid 1 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
1. Een verpakkingseenheid van sigaretten is balkvormig. Een verpakkingseenheid van shagtabak heeft de vorm van een buidel, d.w.z. een rechthoekige zak met een klep die de opening bedekt. De klep van de buidel bedekt ten minste 70 % van de voorkant van het pakje. Een verpakkingseenheid sigaretten bevat ten minste 20 sigaretten. Een verpakkingseenheid shagtabak bevat ten minste 40 g tabak. |
1. Een verpakkingseenheid sigaretten bevat ten minste 20 sigaretten. Een verpakkingseenheid shagtabak bevat ten minste 40 g tabak. |
Amendement 65 Voorstel voor een richtlijn Artikel 13 – leden 1 bis en 2 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
1 bis. Een verpakkingseenheid van sigaretten is balkvormig. Een verpakkingseenheid van shagtabak is balk- of cilindervormig of heeft de vorm van een buidel, d.w.z. een rechthoekige zak met een klep die de opening bedekt. De klep van de buidel bedekt ten minste 70 % van de voorkant van het pakje. |
2. Een sigarettenverpakking kan bestaan uit karton of een zacht materiaal, en mag niet voorzien zijn van een andere opening dan een klapdeksel die na de eerste opening opnieuw kan worden gesloten of verzegeld. Het klapdeksel van een sigarettenverpakking scharniert enkel aan de achterkant van de verpakking. |
2. Een sigarettenverpakking kan bestaan uit karton of een zacht materiaal, en mag niet voorzien zijn van een andere opening dan een klapdeksel of een scharnierend deksel van een halsdoos die opnieuw kan worden gesloten of verzegeld. Bij verpakkingen met een klapdeksel of een scharnierende deksel scharniert het deksel enkel aan de achterkant van de verpakking. |
Amendement 66 Voorstel voor een richtlijn Artikel 13 – lid 3 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
3. De Commissie is bevoegd overeenkomstig artikel 22 gedelegeerde handelingen vast te stellen om gedetailleerdere voorschriften voor de vorm en de afmetingen van verpakkingseenheden vast te stellen voor zover die voorschriften noodzakelijk zijn om de goede zichtbaarheid en de integriteit van de gezondheidswaarschuwingen voor de eerste opening, tijdens de opening en na het hersluiten van de verpakkingseenheid te waarborgen. |
Schrappen |
Amendement 67 Voorstel voor een richtlijn Artikel 14 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
1. De lidstaten zorgen ervoor dat alle verpakkingseenheden van tabaksproducten zijn voorzien van een eenduidig identificatienummer. Om hun integriteit te waarborgen, worden eenduidige identificatienummers zodanig afgedrukt/aangebracht dat ze niet verwijderd kunnen worden, dat ze onuitwisbaar zijn en op geen enkele wijze verborgen of onderbroken worden, inclusief wanneer dat gebeurt door middel van accijnszegels of prijsstickers of door het openen van de verpakking. Voor producten die buiten de Unie worden geproduceerd, gelden de verplichtingen van dit artikel slechts voor die welke bestemd zijn voor de markt van de Unie of daar in de handel worden gebracht. |
1. De lidstaten zorgen ervoor dat alle verpakkingseenheden en buitenverpakkingen van tabaksproducten zijn voorzien van een eenduidig identificatienummer. Om hun integriteit te waarborgen, worden eenduidige identificatienummers zodanig afgedrukt/aangebracht dat ze niet verwijderd kunnen worden, dat ze beveiligd en onuitwisbaar zijn en op geen enkele wijze verborgen of onderbroken worden, inclusief wanneer dat gebeurt door middel van accijnszegels of prijsstickers of door het openen van de verpakking. Voor producten die buiten de Unie worden geproduceerd, gelden de verplichtingen van dit artikel slechts voor die welke bestemd zijn voor de markt van de Unie of daar in de handel worden gebracht. |
|
1 bis. De lidstaten moeten waarborgen dat de unieke identificatienummers van eenheidsverpakkingen gekoppeld zijn aan de unieke identificatienummers van de buitenverpakkingen. Elke verandering in de koppeling tussen de eenheidsverpakkingen en de buitenverpakking voor transport moet worden geregistreerd in de database als bedoeld in lid 6. |
2. Het eenduidig identificatienummer maakt de bepaling mogelijk van: |
2. Het eenduidig identificatienummer maakt de bepaling mogelijk van: |
(a) de plaats en datum van productie; |
(a) de plaats en datum van productie; |
(b) de fabriek; |
(b) de fabriek; |
(c) de voor de productie van de producten gebruikte machine; |
(c) de voor de productie van de producten gebruikte machine; |
(d) de shift of het tijdstip van productie; |
(d) de shift of het tijdstip van productie; |
(e) de naam van het product; |
(e) de beschrijving van het product; |
(f) de beoogde afzetmarkt; |
(f) de beoogde afzetmarkt; |
(g) de beoogde verzendingsroute; |
(g) de beoogde en feitelijke verzendingsroute, van de productie tot de eerste detaillist, inclusief alle gebruikte opslagplaatsen, alsmede de verzenddatum, de plaats van bestemming, het vertrekpunt en de ontvanger; |
(h) in voorkomend geval, de importeur in de Unie; |
(h) in voorkomend geval, de importeur in de Unie; |
(i) de daadwerkelijke verzendingsroute, van de productie tot de eerste detaillist, inclusief alle gebruikte opslagplaatsen; |
|
(j) de identiteit van alle kopers, van de productie tot de eerste detaillist; |
(j) de identiteit van alle kopers, van de productie tot de eerste detaillist; |
(k) de factuur, het bestelnummer en de betalingsbewijzen van alle kopers, van de productie tot de eerste detaillist. |
(k) de factuur, het bestelnummer en de betalingsbewijzen van alle kopers, van de productie tot de eerste detaillist. |
3. De lidstaten zorgen ervoor dat alle marktdeelnemers die betrokken zijn bij de handel in tabaksproducten, van de producent tot de laatste marktdeelnemer vóór de eerste detaillist, van alle verpakkingseenheden het in bezit krijgen, alle intermediaire bewegingen en het niet langer in hun bezit hebben registreren. Aan deze verplichting kan worden voldaan door registratie in geaggregeerde vorm, bv. van buitenverpakkingen, mits het volgen en traceren van verpakkingseenheden mogelijk blijft. |
3. De lidstaten zorgen ervoor dat alle marktdeelnemers die betrokken zijn bij de handel in tabaksproducten, van de producent tot de laatste marktdeelnemer vóór de eerste detaillist, van alle verpakkingseenheden en buitenverpakkingen het in bezit krijgen, alle intermediaire bewegingen en het niet langer in hun bezit hebben registreren, en de gegevens elektronisch naar een installatie voor gegevensopslag in de zin van lid 6 doorsturen. Aan deze verplichting kan worden voldaan door registratie in geaggregeerde vorm, bv. van buitenverpakkingen. |
|
3 bis. De toegepaste volg- en traceersystemen moeten toebehoren aan en toegepast worden door ondernemingen die geen juridische of commerciële banden met de tabaksindustrie hebben. |
4. De lidstaten zorgen ervoor dat de producenten van tabaksproducten alle marktdeelnemers die betrokken zijn bij de handel in tabaksproducten, van de producent tot de laatste marktdeelnemer vóór de eerste detaillist, met inbegrip van de importeurs, opslagplaatsen en transportondernemingen, voorzien van de nodige apparatuur voor het registreren van de tabaksproducten die worden gekocht, verkocht, opgeslagen, getransporteerd of anderszins behandeld. De apparatuur moet de gegevens elektronisch kunnen lezen en doorsturen naar een installatie voor gegevensopslag in de zin van lid 6. |
4. De lidstaten zorgen ervoor dat de producenten van tabaksproducten alle marktdeelnemers die betrokken zijn bij de handel in tabaksproducten, van de producent tot de laatste marktdeelnemer vóór de eerste detaillist, met inbegrip van de importeurs, opslagplaatsen en transportondernemingen, voorzien van de nodige, door de lidstaten nader te specificeren apparatuur voor het registreren van de tabaksproducten die worden gekocht, verkocht, opgeslagen, getransporteerd of anderszins behandeld. De apparatuur moet de gegevens elektronisch kunnen lezen en doorsturen naar een installatie voor gegevensopslag in de zin van lid 6. |
5. Geregistreerde gegevens kunnen niet worden gewijzigd of gewist door een marktdeelnemer die betrokken is bij de handel in tabaksproducten, maar de marktdeelnemer die de gegevens heeft ingevoerd en andere marktdeelnemers die rechtstreeks betrokken zijn bij de transactie, zoals de leverancier of de ontvanger, kunnen eerder ingevoerde gegevens becommentariëren. De betrokken marktdeelnemer voegt de juiste gegevens toe en verwijst naar de eerdere vermelding die zijns inziens verbetering behoeft. In uitzonderlijke omstandigheden en na overlegging van toereikende bewijsstukken kan de bevoegde autoriteit van de lidstaat waar de registratie heeft plaatsgevonden, of, indien de registratie buiten de Unie heeft plaatsgevonden, de bevoegde autoriteit van de lidstaat van invoer, toestemming verlenen om gegevens die eerder werden geregistreerd te wijzigen of te wissen. |
5. Geregistreerde gegevens kunnen niet worden gewijzigd of gewist door een marktdeelnemer die betrokken is bij de handel in tabaksproducten, maar de marktdeelnemer die de gegevens heeft ingevoerd en andere marktdeelnemers die rechtstreeks betrokken zijn bij de transactie, zoals de leverancier of de ontvanger, kunnen eerder ingevoerde gegevens becommentariëren. De betrokken marktdeelnemer voegt de juiste gegevens toe en verwijst naar de eerdere vermelding die zijns inziens verbetering behoeft. In uitzonderlijke omstandigheden en na overlegging van toereikende bewijsstukken kan de bevoegde autoriteit van de lidstaat waar de registratie heeft plaatsgevonden, of, indien de registratie buiten de Unie heeft plaatsgevonden, de bevoegde autoriteit van de lidstaat van invoer, toestemming verlenen om gegevens die eerder werden geregistreerd te wijzigen of te wissen. |
6. De lidstaten zorgen ervoor dat de producenten en importeurs van tabaksproducten contracten over de opslag van gegevens sluiten met een onafhankelijke derde, die de installatie voor gegevensopslag beheert voor de gegevens die de betrokken producent en importeur betreffen. De installatie voor gegevensopslag bevindt zich op het grondgebied van de Unie. De geschiktheid van de derde, met name zijn onafhankelijkheid en technische capaciteiten, en het contract, worden goedgekeurd en gecontroleerd door een extern auditor die door de tabaksproducent wordt voorgesteld en betaald en door de Commissie wordt aanvaard. De lidstaten zorgen ervoor dat de installaties voor gegevensopslag volledig transparant en te allen tijde volledig toegankelijk zijn voor de bevoegde autoriteiten van de lidstaten, de Commissie en de onafhankelijke derde. In naar behoren gemotiveerde gevallen kunnen de lidstaten of de Commissie producenten of importeurs toegang verlenen tot die informatie, mits commercieel gevoelige informatie genoegzaam beschermd blijft overeenkomstig het desbetreffende nationale en Unierecht. |
6. De lidstaten controleren dat de producenten en importeurs van tabaksproducten contracten over de opslag van gegevens sluiten met een onafhankelijke derde, die de installatie voor gegevensopslag beheert voor de gegevens die de betrokken producent en importeur betreffen. De installatie voor gegevensopslag bevindt zich op het grondgebied van de Unie. De onafhankelijke derde is niet gebonden aan commerciële en andere gevestigde belangen van de tabaksindustrie en andere hierbij betrokken industrieën. De geschiktheid van de derde, met name zijn onafhankelijkheid en technische capaciteiten, en het contract, worden goedgekeurd en gecontroleerd door de Commissie, met ondersteuning van een onafhankelijk extern auditor die door de tabaksproducent wordt betaald en door de Commissie wordt aanvaard. De lidstaten zorgen ervoor dat de installaties voor gegevensopslag volledig transparant en te allen tijde volledig toegankelijk zijn voor de bevoegde autoriteiten van de lidstaten, de Commissie en de onafhankelijke derde. In naar behoren gemotiveerde gevallen kunnen de lidstaten of de Commissie producenten of importeurs toegang verlenen tot die informatie, mits commercieel gevoelige informatie genoegzaam beschermd blijft overeenkomstig het desbetreffende nationale en Unierecht. |
7. De lidstaten zorgen ervoor dat persoonsgegevens worden verwerkt overeenkomstig de voorschriften en garanties in Richtlijn 95/46/EG. |
7. De lidstaten zorgen ervoor dat persoonsgegevens worden verwerkt overeenkomstig de voorschriften en garanties in Richtlijn 95/46/EG. |
8. De lidstaten eisen dat op alle verpakkingseenheden van tabaksproducten die in de handel worden gebracht behalve het eenduidig identificatienummer een zichtbaar, onvervalsbaar veiligheidskenmerk van ten minste 1 cm² staat, dat zodanig is afgedrukt of aangebracht dat het niet verwijderd kan worden, dat het onuitwisbaar is en op geen enkele wijze verborgen of onderbroken wordt, inclusief wanneer dat gebeurt door middel van accijnszegels of prijsstickers of andere elementen waarin de wetgeving voorziet. |
8. De lidstaten eisen dat op alle verpakkingseenheden van tabaksproducten die in de handel worden gebracht behalve het eenduidig identificatienummer een zichtbaar en onzichtbaar, onvervalsbaar veiligheidskenmerk van ten minste 1 cm² staat, dat zodanig is afgedrukt of aangebracht dat het niet verwijderd kan worden, dat het onuitwisbaar is en op geen enkele wijze verborgen of onderbroken wordt, inclusief wanneer dat gebeurt door middel van accijnszegels of prijsstickers of andere elementen waarin de wetgeving voorziet. In die lidstaten waarin tabaksproducten worden voorzien van accijnszegels en indien de accijnszegels voldoen aan bovengenoemde vereisten, is geen extra veiligheidskenmerk vereist. |
Amendement 68 Voorstel voor een richtlijn Artikel 16 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
Hoofdstuk IV: Grensoverschrijdende verkoop van tabaksproducten op afstand |
Hoofdstuk IV: Gratis uitdeling bij wijze van promotie en verkoop van tabaksproducten op afstand |
Artikel 16 |
Artikel 16 |
Grensoverschrijdende verkoop van tabaksproducten op afstand |
Verkoop van tabaksproducten op afstand |
1. De lidstaten verplichten detaillisten die grensoverschrijdende verkopen op afstand aan consumenten in de Unie willen verrichten om zich te registreren bij de bevoegde autoriteiten in de lidstaat waar de detaillist is gevestigd en in de lidstaat waar zich de daadwerkelijke of potentiële consument bevindt. Buiten de Unie gevestigde detaillisten moeten zich registreren bij de bevoegde autoriteiten in de lidstaat waar zich de daadwerkelijke of potentiële consument bevindt. Alle detaillisten die grensoverschrijdende verkopen op afstand willen verrichten, verstrekken de bevoegde autoriteiten ten minste de volgende informatie: |
1. De lidstaten verbieden de op hun grondgebied gevestigde detaillisten grensoverschrijdende verkopen op afstand te verrichten. |
(a) de naam of handelsnaam en het permanente adres van de bedrijfsruimten van waaruit de tabaksproducten worden geleverd; |
|
(b) de datum waarop is begonnen met het aanbieden van tabaksproducten voor grensoverschrijdende verkopen op afstand aan het publiek door middel van diensten van de informatiemaatschappij; |
|
(c) het adres van de daarvoor gebruikte website(s) en alle pertinente informatie die nodig is om de website(s) te identificeren. |
|
|
1 bis. De lidstaten behouden het recht te beslissen om het verbod uit te breiden tot binnenlandse verkoop op afstand . Wanneer een lidstaat binnenlandse verkoop op afstand toestaat, ziet hij erop toe dat detailverkooppunten zijn toegerust met een systeem voor leeftijdcontrole. |
|
1 ter. Een lidstaat kan, omwille van de volksgezondheid, de invoer van tabak voor persoonlijk gebruik beperken. Deze beperking moet met name kunnen worden toegepast wanneer de koopprijs in de lidstaat van aankoop aanmerkelijk lager ligt dan de prijs in de lidstaat van oorsprong of indien de gezondheidswaarschuwingen niet in zijn officiële taal of talen zijn gesteld. |
2. De bevoegde autoriteiten van de lidstaten publiceren de volledige lijst van alle bij hen geregistreerde detaillisten overeenkomstig de voorschriften en garanties in Richtlijn 95/46/EG. Detaillisten mogen tabaksproducten slechts door middel van verkoop op afstand in de handel brengen vanaf het tijdstip waarop de naam van de detaillist in de betrokken lidstaten is gepubliceerd. |
2. De lidstaten kunnen wanneer zij een nationale strategie tegen tabaksgebruik hebben ingesteld, kwantitatieve beperkingen opleggen in het grensoverschrijdende verkeer. |
2. De bevoegde autoriteiten van de lidstaten publiceren de volledige lijst van alle bij hen geregistreerde detaillisten overeenkomstig de voorschriften en garanties in Richtlijn 95/46/EG. Detaillisten mogen tabaksproducten slechts door middel van verkoop op afstand in de handel brengen vanaf het tijdstip waarop de naam van de detaillist in de betrokken lidstaten is gepubliceerd. |
Schrappen |
3. Indien dat nodig is om de naleving van de voorschriften te waarborgen en de handhaving ervan te vergemakkelijken, mogen de lidstaten van bestemming eisen dat de detaillist een natuurlijk persoon aanwijst die ervoor zorgt dat de tabaksproducten, voor zij de consument bereiken, in overeenstemming zijn met de nationale bepalingen die in de lidstaat van bestemming ter uitvoering van deze richtlijn zijn vastgesteld. |
|
4. Detaillisten die op afstand verkopen, zijn uitgerust met een leeftijdscontrolesysteem dat op het tijdstip van de verkoop nagaat of de koper de in de nationale wetgeving van de lidstaat van bestemming voorgeschreven minimumleeftijd heeft. De detailhandelaar of de aangewezen natuurlijke persoon deelt aan de bevoegde autoriteiten een beschrijving van de details en de werking van het leeftijdscontrolesysteem mee. |
|
5. Persoonsgegevens van de consument worden enkel verwerkt overeenkomstig Richtlijn 95/46/EG en worden niet bekendgemaakt aan de producent van tabaksproducten, aan ondernemingen die deel uitmaken van dezelfde groep ondernemingen of aan enige andere derde. Persoonsgegevens worden niet gebruikt of doorgegeven voor andere doelen dan deze aankoop. Dit geldt ook als de detaillist deel uitmaakt van een producent van tabaksproducten. |
|
Amendement 69 Voorstel voor een richtlijn Artikel 16 bis (nieuw) | |
|
Artikel 16 bis |
|
De lidstaten verbieden het de op hun grondgebied gevestigde detaillisten aan de distributie van gratis of afgeprijsde tabaksproducten middels grensoverschrijdende verkoopkanalen op afstand of enig ander kanaal te doen. |
Amendement 70 Voorstel voor een richtlijn Artikel 17 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
Kennisgeving van nieuwsoortige tabaksproducten |
Kennisgeving van nieuwsoortige tabaksproducten |
1. De lidstaten schrijven voor dat de producenten en importeurs van tabaksproducten de bevoegde autoriteiten van de lidstaten kennis geven van elk nieuwsoortig tabaksproduct dat zij in de betrokken lidstaten in de handel willen brengen. De kennisgeving wordt zes maanden voor de beoogde datum van het in de handel brengen in elektronische vorm ingediend en gaat vergezeld van een gedetailleerde beschrijving van het betrokken product en van informatie over de ingrediënten en de emissies overeenkomstig artikel 5. De producenten en importeurs die kennis geven van een nieuwsoortig tabaksproduct verstrekken de betrokken bevoegde autoriteiten ook: |
1. De lidstaten schrijven voor dat de producenten en importeurs van tabaksproducten de bevoegde autoriteiten van de lidstaten kennis geven van elk nieuwsoortig tabaksproduct dat zij in de betrokken lidstaten in de handel willen brengen. De kennisgeving wordt zes maanden voor de beoogde datum van het in de handel brengen in elektronische vorm ingediend en gaat vergezeld van een gedetailleerde beschrijving van het betrokken product en de eventueel voorgestelde etikettering, gebruiksaanwijzing, samenstelling van het product, het vervaardigingsprocédé en daarmee gemoeide controles alsmede van informatie over de ingrediënten en de emissies overeenkomstig artikel 5. De producenten en importeurs die kennis geven van een nieuwsoortig tabaksproduct verstrekken de betrokken bevoegde autoriteiten ook: |
(a) de beschikbare wetenschappelijke studies inzake de toxiciteit, de verslavendheid en de aantrekkelijkheid van het product, met name wat de ingrediënten en de emissies ervan betreft; |
(a) de beschikbare wetenschappelijke studies inzake de toxiciteit, de verslavendheid en de aantrekkelijkheid van het product, met name wat de ingrediënten en de emissies ervan betreft; |
(b) de beschikbare studies en marktonderzoeken inzake de voorkeuren van verschillende groepen consumenten, inclusief jongeren, en |
(b) samenvattingen van de beschikbare studies en marktonderzoeken inzake de voorkeuren van verschillende groepen consumenten, inclusief jongeren, en onverbeterlijke zware rokers; |
(c) andere beschikbare en relevante informatie, met inbegrip van een risico-batenanalyse van het product, de verwachte effecten voor de beëindiging van het tabaksgebruik, de verwachte effecten voor het beginnen met tabaksgebruik en andere verwachte percepties door de consument. |
(c) andere beschikbare en relevante informatie, met inbegrip van een risico-batenanalyse van het product, de verwachte effecten voor de beëindiging van het tabaksgebruik, de verwachte effecten voor het beginnen met tabaksgebruik en andere verwachte percepties door de consument. |
2. De lidstaten schrijven voor dat de producenten en importeurs van tabaksproducten hun bevoegde autoriteiten elke nieuwe of bijgewerkte informatie als bedoeld in lid 1, onder a) tot en met c), meedelen. De lidstaten mogen verlangen dat de tabaksproducenten of -importeurs aanvullende proeven verrichten of aanvullende informatie verstrekken. De lidstaten stellen alle informatie die zij op grond van dit artikel ontvangen ter beschikking van de Commissie. De lidstaten mogen een vergunningenstelsel invoeren en een evenredige vergoeding vragen. |
2. De lidstaten schrijven voor dat de producenten en importeurs van eenmaal in de handel gebrachte tabaksproducten hun bevoegde autoriteiten elke nieuwe of bijgewerkte informatie als bedoeld in lid 1, onder a) tot en met c), meedelen. De lidstaten mogen verlangen dat de tabaksproducenten of -importeurs aanvullende proeven verrichten of aanvullende informatie verstrekken. De lidstaten stellen alle informatie die zij op grond van dit artikel ontvangen ter beschikking van de Commissie. De lidstaten mogen een vergunningenstelsel invoeren en een evenredige vergoeding vragen. |
3. Nieuwsoortige tabaksproducten die in de handel worden gebracht, voldoen aan de vereisten van deze richtlijn. Welke bepalingen van toepassing zijn, hangt af van de vraag of de producten onder de definitie van rookloos tabaksproduct in artikel 2, punt 29, dan wel van rooktabak in artikel 2, punt 33, vallen. |
3. Nieuwsoortige tabaksproducten die in de handel worden gebracht, voldoen aan de vereisten van deze richtlijn. Welke bepalingen van toepassing zijn, hangt af van de vraag of de producten onder de definitie van rookloos tabaksproduct in artikel 2, punt 29, dan wel van rooktabak in artikel 2, punt 33, vallen. |
Amendement 71 Voorstel voor een richtlijn Artikel 18 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
1. De volgende nicotinehoudende producten mogen slechts in de handel worden gebracht als zij overeenkomstig Richtlijn 2001/83/EG zijn toegelaten: |
1. Nicotinehoudende producten mogen slechts in de handel worden gebracht als zij overeenkomstig Richtlijn 2001/83/EG zijn toegelaten, rekening houdende met het werkzaam gebleken gebruik van nicotine. |
a) producten die per eenheid meer dan 2 mg nicotine bevatten, of |
|
b) producten met een nicotineconcentratie van meer dan 4 mg per ml, of |
|
c) producten waarvan het bedoelde gebruik resulteert in een gemiddelde maximale piekplasmaconcentratie van meer dan 4 ng nicotine per ml. |
|
2. De Commissie is bevoegd overeenkomstig artikel 22 gedelegeerde handelingen vast te stellen om de in lid 1 bedoelde hoeveelheden nicotine bij te werken, gelet op de wetenschappelijke ontwikkelingen en de overeenkomstig Richtlijn 2001/83/EG verleende vergunningen voor het in de handel brengen van nicotinehoudende producten. |
|
3. Op elke verpakkingseenheid en op elke buitenverpakking van nicotinehoudende producten met een nicotinegehalte onder de in lid 1 vermelde waarden staat de volgende gezondheidswaarschuwing: |
|
Dit product bevat nicotine en kan uw gezondheid schaden. |
|
4. De in lid 3 bedoelde gezondheidswaarschuwing voldoet aan de vereisten van artikel 10, lid 4. Bovendien: |
|
(a) wordt zij aangebracht op de twee grootste oppervlakten van de verpakkingseenheid en van elke buitenverpakking; |
|
(b) beslaat zij 30 % van de buitenvoorkant of -achterkant van de verpakkingseenheid en van elke buitenverpakking; Dit percentage wordt verhoogd tot 32 % voor lidstaten met twee officiële talen en tot 35 % voor lidstaten met drie officiële talen. |
|
5. De Commissie is bevoegd overeenkomstig artikel 22 gedelegeerde handelingen vast te stellen om de vereisten in de leden 3 en 4 aan te passen, rekening houdend met de wetenschappelijke en marktontwikkelingen, en om de plaats, het formaat, de layout, het ontwerp en de afwisseling van de gezondheidswaarschuwingen vast te stellen en aan te passen. |
|
Amendement 72 Voorstel voor een richtlijn Artikel 19 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
Voor roken bestemde kruidenproducten |
Voor roken bestemde kruidenproducten |
1. Op elke verpakkingseenheid en op elke buitenverpakking van voor roken bestemde kruidenproducten staat de volgende gezondheidswaarschuwing: |
1. Op elke verpakkingseenheid en op elke buitenverpakking van voor roken bestemde kruidenproducten staat de volgende gezondheidswaarschuwing: |
Dit product kan uw gezondheid schaden |
Dit product kan uw gezondheid schaden |
2. De gezondheidswaarschuwing wordt aangebracht op de buitenvoorkant en -achterkant van de verpakkingseenheid en op elke buitenverpakking. |
2. De gezondheidswaarschuwing wordt aangebracht op de buitenvoorkant en -achterkant van de verpakkingseenheid en op elke buitenverpakking. |
3. De gezondheidswaarschuwing voldoet aan de vereisten van artikel 10, lid 4. Zij beslaat ten minste 30 % van de voorkant of achterkant van de verpakkingseenheid en van elke buitenverpakking. Dit percentage wordt verhoogd tot 32 % voor lidstaten met twee officiële talen en tot 35 % voor lidstaten met drie officiële talen. |
3. De gezondheidswaarschuwing voldoet aan de vereisten van artikel 10, lid 4. Zij beslaat ten minste 30 % van de voorkant of achterkant van de verpakkingseenheid en van elke buitenverpakking. Dit percentage wordt verhoogd tot 32 % voor lidstaten met twee officiële talen en tot 35 % voor lidstaten met meer dan twee officiële talen. |
Amendement 73 Voorstel voor een richtlijn Artikel 19 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
Artikel 19 bis |
|
Imitatie-tabaksproducten |
|
Imitatie-tabaksproducten die aantrekkelijk kunnen zijn voor minderjarigen en mogelijk kunnen aanzetten tot het gebruik van tabaksproducten, worden verboden. |
Motivering | |
Op jongeren gerichte imitatie-tabaksproducten kunnen het gebruik van tabaksproducten door kinderen aanmoedigen. De meeste rokers beginnen met roken wanneer zij nog minderjarig zijn. Daarom moeten wij ons erop richten jongeren ervan te weerhouden om te gaan roken en het gebruik van imitaties van tabaksproducten, zoals de shisha-pen en de hookah-pen, voorkomen, want deze zijn met name aantrekkelijk voor jongeren en maken hen vertrouwd met rookgedrag, waardoor de volksgezondheid in gevaar wordt gebracht. | |
Amendement 74 Voorstel voor een richtlijn Artikel 20 – lid 3 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
3. De lidstaten stellen regels vast voor sancties op overtredingen van de ingevolge deze richtlijn vastgestelde nationale bepalingen en nemen alle nodige maatregelen om ervoor te zorgen dat zij worden toegepast. De vastgestelde sancties moeten doeltreffend, evenredig en afschrikkend zijn. |
3. De lidstaten stellen regels vast voor sancties op overtredingen van de ingevolge deze richtlijn vastgestelde nationale bepalingen en nemen alle nodige maatregelen om ervoor te zorgen dat zij worden toegepast. De vastgestelde sancties moeten doeltreffend, evenredig en afschrikkend zijn. Elke op bewuste overtredingen toegepaste financiële sanctie moet van dien aard zijn dat de met de overtreding beoogde winst weer wordt teniet gedaan. |
Motivering | |
Financiële sancties moeten ten minste gelijkwaardig zijn aan de gemaakte winst. Dit beginsel is opgenomen in wetgevingsvoorstellen op andere gebieden, zoals het hergebruik van schepen en de herziening van de officiële controlewetgeving in het kader van het paardevleesschandaal. | |
Amendement 75 Voorstel voor een richtlijn Artikel 22 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
1. De bevoegdheid om gedelegeerde handelingen vast te stellen wordt aan de Commissie toegekend onder de in dit artikel neergelegde voorwaarden. |
1. De bevoegdheid om gedelegeerde handelingen vast te stellen wordt aan de Commissie toegekend onder de in dit artikel neergelegde voorwaarden. |
2. De in artikel 3, lid 2, artikel 3, lid 3, artikel 4, lid 3, artikel 4, lid 4, artikel 6, lid 3, artikel 6, lid 9, artikel 6, lid 10, artikel 8, lid 4, artikel 9, lid 3, artikel 10, lid 5, artikel 11, lid 3, artikel 13, lid 3, artikel 13, lid 4, artikel 14, lid 9, artikel 18, lid 2, en artikel 18, lid 5, bedoelde bevoegdheid om gedelegeerde handelingen vast te stellen, wordt aan de Commissie toegekend voor onbepaalde tijd met ingang van [Publicatiebureau: gelieve de datum van inwerkingtreding van deze richtlijn in te vullen]. |
2. De in artikel 3, lid 2, artikel 3, lid 3, artikel 4, lid 3, artikel 4, lid 4, artikel 6, lid 10 bis, artikel 8, lid 4, artikel 9, lid 3, artikel 11, lid 3, artikel 13, lid 4, en artikel 14, lid 9, bedoelde bevoegdheid om gedelegeerde handelingen vast te stellen, wordt aan de Commissie toegekend voor een termijn van vijf jaar met ingang van [Publicatiebureau: gelieve de datum van inwerkingtreding van deze richtlijn in te vullen]. De Commissie stelt uiterlijk negen maanden voor het verstrijken van de periode van vijf jaar een rapport op met betrekking tot de bevoegdheidsdelegatie. De bevoegdheidsdelegatie wordt stilzwijgend verlengd voor perioden van dezelfde duur tenzij het Europees Parlement of de Raad uiterlijk drie maanden voor het einde van elke periode bezwaar maakt tegen deze verlenging. |
3. Het Europees Parlement of de Raad kan de in artikel 3, lid 2, artikel 3, lid 3, artikel 4, lid 3, artikel 4, lid 4, artikel 6, lid 3, artikel 6, lid 9, artikel 6, lid 10, artikel 8, lid 4, artikel 9, lid 3, artikel 10, lid 5, artikel 11, lid 3, artikel 13, lid 3, artikel 13, lid 4, artikel 14, lid 9, artikel 18, lid 2, en artikel 18, lid 5, bedoelde bevoegdheidsdelegatie te allen tijde intrekken. Het besluit tot intrekking beëindigt de delegatie van de in dat besluit genoemde bevoegdheid. Het wordt van kracht op de dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie of op een daarin genoemde latere datum. Het laat de geldigheid van de reeds van kracht zijnde gedelegeerde handelingen onverlet. |
3. Het Europees Parlement of de Raad kan de in artikel 3, lid 2, artikel 3, lid 3, artikel 4, lid 3, artikel 4, lid 4, artikel 6, lid 10 bis, artikel 8, lid 4, artikel 9, lid 3, artikel 11, lid 3, artikel 13, lid 4 en artikel 14, lid 9, bedoelde bevoegdheidsdelegatie te allen tijde intrekken.Het besluit tot intrekking beëindigt de delegatie van de in dat besluit genoemde bevoegdheid. Het wordt van kracht op de dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie of op een daarin genoemde latere datum.Het laat de geldigheid van de reeds van kracht zijnde gedelegeerde handelingen onverlet. |
4. Zodra de Commissie een gedelegeerde handeling heeft vastgesteld, doet zij daarvan gelijktijdig kennisgeving aan het Europees Parlement en de Raad. |
4. Zodra de Commissie een gedelegeerde handeling heeft vastgesteld, doet zij daarvan gelijktijdig kennisgeving aan het Europees Parlement en de Raad. |
5. Een overeenkomstig artikel 3, lid 2, artikel 3, lid 3, artikel 4, lid 3, artikel 4, lid 4, artikel 6, lid 3, artikel 6, lid 9, artikel 6, lid 10, artikel 8, lid 4, artikel 9, lid 3, artikel 10, lid 5, artikel 11, lid 3, artikel 13, lid 3, artikel 13, lid 4, artikel 14, lid 9, artikel 18, lid 2, en artikel 18, lid 5, vastgestelde gedelegeerde handeling treedt alleen in werking indien het Europees Parlement noch de Raad daartegen binnen een termijn van twee maanden na de kennisgeving van de handeling aan het Europees Parlement en de Raad bezwaar heeft gemaakt, of indien zowel het Europees Parlement als de Raad voor het verstrijken van die termijn de Commissie hebben medegedeeld dat zij daartegen geen bezwaar zullen maken. Die termijn wordt op initiatief van het Europees Parlement of de Raad met twee maanden verlengd. |
5. Een overeenkomstig artikel 3, lid 2, artikel 3, lid 3, artikel 4, lid 3, artikel 4, lid 4, artikel 6, lid 10 bis, artikel 8, lid 4, artikel 9, lid 3, artikel 11, lid 3, artikel 13, lid 4 en artikel 14, lid 9, vastgestelde gedelegeerde handeling treedt alleen in werking indien het Europees Parlement noch de Raad daartegen binnen een termijn van twee maanden na de kennisgeving van de handeling aan het Europees Parlement en de Raad bezwaar heeft gemaakt, of indien zowel het Europees Parlement als de Raad voor het verstrijken van die termijn de Commissie hebben medegedeeld dat zij daartegen geen bezwaar zullen maken. Die termijn wordt op initiatief van het Europees Parlement of de Raad met twee maanden verlengd. |
Amendement 76 Voorstel voor een richtlijn Artikel 23 – lid 1 – alinea 1 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
Uiterlijk vijf jaar na de in artikel 25, lid 1, bedoelde datum legt de Commissie aan het Europees Parlement, de Raad, het Europees Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Regio's een verslag voor over de toepassing van deze richtlijn. |
Uiterlijk drie jaar na de in artikel 25, lid 1, bedoelde datum legt de Commissie aan het Europees Parlement, de Raad, het Europees Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Regio's een verslag voor over de toepassing van deze richtlijn. |
Amendement 77 Voorstel voor een richtlijn Artikel 23 – lid 2 – alinea 1 – letter c bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
(c bis) de evaluatie van de verslavende effecten van die ingrediënten die verslaving in de hand werken; |
Motivering | |
Dit punt wordt weer teruggehaald uit bestaande Richtlijn 2001/37/EG. | |
Amendement 78 Voorstel voor een richtlijn Artikel 23 – lid 2 – alinea 1 – letter c ter (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
(c ter) de ontwikkeling van gestandaardiseerde testmethodes voor het meten van de gehaltes in sigarettenrook van andere bestanddelen dan teer, nicotine en koolmonoxide; |
Motivering | |
Dit punt wordt weer teruggehaald uit bestaande Richtlijn 2001/37/EG. | |
Amendement 79 Voorstel voor een richtlijn Artikel 23 – lid 2 – alinea 1 – letter c quater (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
(c quater) bij de de producenten op te vragen toxicologische gegevens van ingrediënten en van de testmethode, aan de hand waarvan de volksgezondheidsinstanties het gebruik ervan kunnen beoordelen; |
Motivering | |
Dit punt wordt weer teruggehaald uit bestaande Richtlijn 2001/37/EG. | |
Amendement 80 Voorstel voor een richtlijn Artikel 23 – lid 2 – alinea 1 – letter c quinquies (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
(c quinquies) de ontwikkeling van normen voor andere producten dan sigaretten, met name shag. |
Amendement 81 Voorstel voor een richtlijn Artikel 23 – lid 3 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
3 bis. De lidstaten brengen elke twee jaar aan de Commissie verslag uit over de handhaving van de maatregelen die zijn genomen ingevolge Aanbeveling 2003/54/EG van de Raad van 2 december 2002 inzake de preventie van roken en initiatieven ter verbetering van de bestrijding van het tabaksgebruik, met name met betrekking tot de in de nationale wetgeving vastgestelde leeftijdsgrenzen en hun plannen om de leeftijdsgrens te verhogen teneinde het doel van een "rookvrije generatie" te verwezenlijken. |
Motivering | |
Volgens de Commissie begint 70 % van de rokers voor het achttiende levensjaar met roken. Volgens de aanbeveling van de Raad van 2002 begint 60 % voor het dertiende levensjaar met deze gewoonte en 90 % voor het achttiende levensjaar. De wettelijke leeftijd waarop tabak mag worden gekocht is in 22 lidstaten 18 jaar en in de overige vijf lidstaten (AT, BE, IT, LU en NL) 16 jaar. In de meeste lidstaten is er dus sprake van een ernstig probleem van niet-naleving van de leeftijdsgrens. De rapportageverplichting in de aanbeveling van de Raad moet dwingend zijn voorgeschreven worden. | |
Amendement 82 Voorstel voor een richtlijn Artikel 24 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
1. De lidstaten mogen de invoer, de verkoop en het verbruik van tabaks- of aanverwante producten die aan deze richtlijn voldoen, niet verbieden of beperken. |
1. Onder voorbehoud van de leden 2 en 3 mogen de lidstaten de invoer, de verkoop en het verbruik van tabaks- of aanverwante producten die aan deze richtlijn voldoen, niet verbieden of beperken. |
2. Op grond van dwingende redenen in verband met de bescherming van de volksgezondheid mag een lidstaat voor onder deze richtlijn vallende materies echter strengere nationale voorschriften handhaven die op alle producten van toepassing zijn. Een lidstaat mag ook strengere nationale voorschriften invoeren om redenen die verband houden met de specifieke situatie van die lidstaat, en mits die voorschriften gerechtvaardigd zijn door de bescherming van de volksgezondheid. Die nationale voorschriften worden samen met de motivering voor de handhaving of invoering ervan aan de Commissie ter kennis gebracht. Binnen zes maanden na de datum van ontvangst van de kennisgeving keurt de Commissie die voorschriften goed of af, nadat zij, rekening houdend met het hoge niveau van bescherming van de volksgezondheid dat deze richtlijn tot stand brengt, heeft nagegaan of zij al dan niet gerechtvaardigd, noodzakelijk en evenredig aan hun doel zijn en of zij geen middel tot willekeurige discriminatie of een verkapte beperking van de handel tussen de lidstaten vormen. Wanneer de Commissie binnen de genoemde periode geen besluit neemt, worden de nationale voorschriften geacht te zijn goedgekeurd. |
2. Een lidstaat mag voor onder deze richtlijn vallende materies strengere nationale voorschriften handhaven of invoeren, voor zover deze voorschriften verenigbaar zijn met het Verdrag. Die nationale voorschriften zijn op alle producten van toepassing, ook op producten die uit een andere lidstaat of een derde land zijn ingevoerd. Zij worden samen met de motivering voor de handhaving of invoering ervan aan de Commissie ter kennis gebracht. Binnen zes maanden na de datum van ontvangst van de kennisgeving keurt de Commissie die voorschriften goed of af, nadat zij, rekening houdend met het hoge niveau van bescherming van de volksgezondheid dat deze richtlijn tot stand brengt, heeft nagegaan of zij al dan niet gerechtvaardigd, noodzakelijk en evenredig aan hun doel zijn en of zij geen middel tot willekeurige discriminatie of een verkapte beperking van de handel tussen de lidstaten vormen. Wanneer de Commissie binnen de genoemde periode geen besluit neemt, worden de nationale voorschriften geacht te zijn goedgekeurd. |
3. Deze richtlijn laat het recht van de lidstaten onverlet om, met inachtneming van het Verdrag, voor niet bij deze richtlijn geregelde aspecten nationale voorschriften te handhaven of in te voeren. Die nationale voorschriften moeten gerechtvaardigd zijn uit hoofde van dwingende redenen van algemeen belang en moeten noodzakelijk en evenredig aan hun doel zijn. Zij mogen geen middel tot willekeurige discriminatie of een verkapte beperking van de handel tussen de lidstaten vormen en mogen de integrale toepassing van deze richtlijn niet in gevaar brengen. |
3. Deze richtlijn laat het recht van de lidstaten onverlet om voor niet bij deze richtlijn geregelde aspecten nationale voorschriften te handhaven of in te voeren, voor zover deze verenigbaar zijn met het Verdrag. Zij zijn op alle producten van toepassing, ook op producten die uit een andere lidstaat of een derde land zijn ingevoerd, en mogen geen middel tot willekeurige discriminatie of een verkapte beperking van de handel tussen de lidstaten vormen en mogen de integrale toepassing van deze richtlijn niet in gevaar brengen. |
Amendement 83 Voorstel voor een richtlijn Artikel 25 – lid 1 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
1. De lidstaten doen de nodige wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen in werking treden om uiterlijk op [Publicatiebureau: gelieve de juiste datum in te vullen: inwerkingtreding + 18 maanden] aan deze richtlijn te voldoen. Zij delen de Commissie de tekst van die bepalingen onverwijld mede. |
1. De lidstaten doen de nodige wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen in werking treden om uiterlijk op [Publicatiebureau: gelieve de juiste datum in te vullen: : inwerkingtreding + 18 maanden] en in het geval van artikel 6 op [Publicatiebureau: gelieve de juiste datum in te vullen: inwerkingtreding + 36 maanden] aan deze richtlijn te voldoen. Zij delen de Commissie de tekst van die bepalingen onverwijld mede. |
Motivering | |
Vereiste aanpassing: Deze wijziging is noodzakelijk vanwege het feit dat voor het opstellen van de EU-lijst met additieven conform artikel 6 meer tijd nodig is. | |
Amendement 84 Voorstel voor een richtlijn Artikel 26 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
Overgangsbepaling |
Overgangsbepaling |
De lidstaten mogen toestaan dat de volgende producten die niet aan deze richtlijn voldoen, tot [Publicatiebureau: gelieve de juiste datum in te vullen: inwerkingtreding + 24 maanden] in de handel worden gebracht. |
De lidstaten mogen toestaan dat de volgende producten die niet aan deze richtlijn voldoen, tot [Publicatiebureau: gelieve de juiste datum in te vullen: inwerkingtreding + 24 maanden] in de handel worden gebracht: |
(a) tabaksproducten; |
(a) tabaksproducten; |
(b) nicotinehoudende producten met een nicotinegehalte onder de in artikel 18, lid 1, vermelde waarde; |
|
(c) voor roken bestemde kruidenproducten. |
(b) voor roken bestemde kruidenproducten. |
|
De lidstaten kunnen toestaan dat nicotinehoudende producten die niet aan deze richtlijn voldoen, tot [Publicatiebureau: gelieve de juiste datum in te vullen: inwerkingtreding + 36 maanden] in de handel worden gebracht: |
Amendement 85 Voorstel voor een richtlijn Bijlage -I (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
Bijlage -I |
|
Voor gebruik in tabaksproducten goedgekeurde additieven |
|
Chemische benaming van het additief - werking – toegestane maximumconcentratie |
Amendement 86 Voorstel voor een richtlijn Bijlage I | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
Lijst van waarschuwende teksten |
Lijst van waarschuwende teksten |
(bedoeld in artikel 9 en artikel 10, lid 1) |
(bedoeld in artikel 9 en artikel 10, lid 1) |
(1) Roken veroorzaakt 9 van de 10 gevallen van longkanker |
(1) Roken veroorzaakt 9 van de 10 gevallen van longkanker |
(2) Roken veroorzaakt mond- en keelkanker |
(2) Roken veroorzaakt mond- en keelkanker |
|
(2 bis) Roken veroorzaakt blaaskanker |
(3) Roken beschadigt uw longen |
(3) Roken beschadigt uw longen |
(4) Roken veroorzaakt hartaanvallen |
(4) Roken veroorzaakt hartaanvallen |
(5) Roken veroorzaakt beroertes en ernstige handicaps |
(5) Roken veroorzaakt beroertes en ernstige handicaps |
(6) Roken verstopt uw slagaderen |
(6) Roken verstopt uw slagaderen |
(7) Roken vergroot de kans op blindheid |
(7) Roken vergroot de kans op blindheid |
(8) Roken beschadigt uw gebit en tandvlees |
(8) Roken beschadigt uw gebit en tandvlees |
(9) Roken kan uw ongeboren kind noodlottig worden |
(9) Roken kan uw ongeboren kind noodlottig worden |
10) Uw rook is schadelijk voor uw kinderen, familie en vrienden |
10) Uw rook is schadelijk voor uw kinderen, familie en vrienden |
(11) Kinderen van rokers gaan zelf vaak roken |
(11) Kinderen van rokers gaan zelf vaak roken |
(12) Stop nu — blijf leven voor je naaste familie en vrienden |
(12) Stop nu — blijf leven voor je naaste familie en vrienden |
(13) Roken vermindert de vruchtbaarheid |
(13) Roken vermindert de vruchtbaarheid |
(14) Roken vergroot de kans op impotentie |
(14) Roken vergroot de kans op impotentie |
|
(14 bis) Roken kan wiegedood veroorzaken |
|
(14 ter) Roken tijdens de zwangerschap veroorzaakt vroeggeboorte |
|
(14 quater) Passief roken kan astma of meningitis bij kinderen verergeren. |
TOELICHTING
Er is twaalf jaar verstreken sinds de EU de huidige tabaksproductenrichtlijn heeft aangenomen. Deze richtlijn heeft een aantal maatregelen ingesteld ter bestrijding van tabaksgebruik, waaronder:
· een verbod op termen als “mild” of “light”, waardoor rokers misleid kunnen worden en denken dat het ene product minder schadelijk is dan het andere.
· maximumniveaus voor teer-, nicotine- en koolmonoxidegehalten (TNCO)
· voorschriften voor de vermelding van de ingrediënten
· een minimumgrootte voor gezondheidswaarschuwingen op alle tabaksproducten, behalve rookloze tabaksproducten, waarop een algemene gezondheidswaarschuwing moet worden vermeld
· een gemeenschappelijke verzameling grafische waarschuwingen die de lidstaten kunnen kiezen om op verpakkingen te gebruiken.
De huidige richtlijn werd door de tabaksproducenten juridisch aangevochten, maar de rechtbanken hebben de geldigheid van de richtlijn bevestigd.
Roken en gezondheid: de uitdaging om jongeren ervan te weerhouden met roken te beginnen
Twaalf jaar later is roken in de EU nog altijd de meest voorkomende oorzaak van sterfgevallen die voorkomen hadden kunnen worden, en overlijden er door het gebruik jaarlijks ongeveer 700 000 mensen. De maatregelen die door de jaren heen zijn getroffen, hebben effect gehad: in de afgelopen tien jaar is het aantal rokers in de EU gedaald van bijna 40% in de EU-15 in 2002 naar 28% in de EU-27 in 2012.
Niettemin valt het prevalentiecijfer van 29% onder jongeren (15-25 jaar) hoger uit dan voor de gehele bevolking. We weten dat kinderen, en niet volwassen, beginnen met roken: 70% van de rokers begint voor zijn 18e verjaardag met roken, en velen op nog jongere leeftijd. In een recent onderzoek van de Wereldgezondheidsorganisatie naar het aantal rokers onder 15-jarigen komt een nog zorgwekkender beeld naar voren: terwijl in de periode 2001-2005 het aantal rokers in het overgrote deel van de landen daalde, steeg in 14 landen de prevalentie onder jongens en in 9 landen die onder meisjes. Het is daarom terecht dat de Europese Commissie bij de ontwerptekst van de nieuwe TPR veel aandacht schenkt aan maatregelen die jongeren ervan moeten weerhouden met roken te beginnen, zoals strengere gezondheidswaarschuwingen en een verbod op verpakkingen en smaken die met name voor jongeren aantrekkelijk kunnen zijn.
De Kaderovereenkomst van de Wereldgezondheidsorganisatie voor de bestrijding van tabaksgebruik – een nieuwe internationale omgeving
Een belangrijke internationale ontwikkeling sinds de laatste TPR is de goedkeuring door de EU als geheel en door alle lidstaten afzonderlijk van de Kaderovereenkomst van de Wereldgezondheidsorganisatie voor de bestrijding van tabaksgebruik (FCTC). Deze wettelijk bindende overeenkomst, die in 2005 in werking is getreden, heeft 176 ondertekenaars en verplicht de partijen om de vraag naar en het aanbod van tabaksproducten te verminderen en om de beleidsmaatregelen ter bestrijding van tabaksgebruik te beschermen tegen de invloed van de industriesector. Er wordt een pakket aan maatregelen in voorgesteld, waaronder richtsnoeren voor een minimumgrootte van de gezondheidswaarschuwingen, verplichte grafische waarschuwingen en beperkingen ten aanzien van verpakkingen die de aantrekkelijkheid van tabaksproducten kunnen vergroten. Verschillende lidstaten hebben ingespeeld op de implementatie van de FCTC door met eigen voorstellen te komen: 14 lidstaten hebben een minimumverpakkingseenheid van 20 stuks ingesteld (AT, CZ, DK, EE, FI, FR, EL, IE, LU, LT, PL, PT, RO, ES), in 10 lidstaten worden grafische waarschuwingen gebruikt (BE, RO,UK, LV, FR, MT, ES, DK, IE, HU), in 4 lidstaten zijn mededelingen om te stoppen verplicht (BE, FR, NL, SI) en in 9 andere lidstaten vrijwillig (AT, DK, DE, HU, IE, LV, PL, SE, UK). Deze groeiende verschillen in regelgeving en de noodzaak om de FCTC te implementeren waren redenen voor het Europees Parlement en de Raad om de Commissie meermaals te verzoeken de huidige TPR te herzien.
De FCTC is voor andere derde landen aanleiding geweest om hun wetgeving inzake tabaksproducten aan te scherpen. Het is alom bekend dat Australië in november 2011 volledig gestandaardiseerde (“eenvoudige”) verpakking heeft goedgekeurd, en dat het land in augustus 2012 zijn rechtszaak tegen de tabaksproducenten heeft gewonnen. Nieuw-Zeeland heeft aangegeven Australië hierin te zullen volgen, en de regering van het Verenigd Koninkrijk voert momenteel overleg over een dergelijk maatregel. Veel andere landen zijn echter verder dan de EU wat betreft de wetgeving inzake de bestrijding van het tabaksgebruik. In 63 landen zijn grafische waarschuwingen verplicht. Brazilië heeft alle soorten geur- en smaakstoffen en andere additieven verboden, net als Canada, dat alleen een uitzondering heeft gemaakt voor menthol. In de VS zijn alle kenmerkende geur- en smaakstoffen verboden, behalve menthol. Het percentage rokers in Brazilië ligt op iets minder dan 15 procent en is daarmee de helft lager dan het EU-gemiddelde. De percentages in Canada (17 procent) en de VS (18,9 procent) zijn ook beduidend lager dan in de EU.
Belangrijkste voorgestelde wijzigingen in de ontwerptekst van de richtlijn
Ingrediënten: Het belangrijkste uitgangspunt voor de herziening van de TPR is de idee dat tabaksproducten wat betreft uiterlijk en smaak op tabak moeten lijken. In het voorstel wordt derhalve een verbod ingevoerd voor alle zogenaamde “kenmerkend aroma's” in sigaretten, shagtabak en rookloze tabak. Voorbeelden van een dergelijk aroma zijn chocola, vruchtenaroma’s en menthol. Andere additieven, zoals vitaminen, worden ook verboden, omdat hierdoor de indruk kan worden gewekt dat een product goed of minder schadelijk voor de gezondheid is. In het voorstel worden additieven die als essentieel bestanddeel worden beschouwd voor de productie van tabak, niet verboden, en worden sigaren, cigarillo’s, pijptabak en waterpijpen vrijgesteld van het aromaverbod zolang deze voornamelijk door ouderen worden gebruikt. De rapporteur ondersteunt al deze maatregelen, maar is bezorgd over de recente ontwikkeling aangaande het gebruik van waterpijpen door jongeren, en verzoekt de Commissie om deze trend nauwlettend te volgen.
Etikettering en verpakking In de ontwerptekst is een voorschrift opgenomen om de voor- en achterkant van alle sigaretten- en shagtabakverpakkingen voor 75% te laten bestaan uit gecombineerde waarschuwingen met zowel tekst als afbeelding. De Commissie stelt geen volledig gestandaardiseerde verpakking voor zoals in Australië, maar laat het aan de lidstaten over om een volledig gestandaardiseerde verpakking in nationale wetgeving op te nemen voor de gedeelten van de verpakking die niet onder de onderhavige richtlijn vallen. In de ontwerptekst worden ook een aantal productkenmerken verboden die mensen zouden kunnen misleiden: dunne sigaretten, omschrijvingen als natuurlijk en organisch en misleidende kleuren. In een eenheidsverpakking voor sigaretten zitten ten minste twintig sigaretten. Door deze maatregelen worden lippenstift- en parfumachtige sigaretten verboden. Voor zakjes met shagtabak wordt een minimumgewicht van 40 gram voorgesteld. De rapporteur ondersteunt al deze maatregelen, maar stelt voor in het geval van sigaretten en shag een stap verder te gaan door een soort standaardisering voor te stellen die zichtbare merkaanduiding op verpakkingen verbiedt. Dit gaat niet zover als de Australische wetgeving, waarin voor alle soorten tabaksproducten een gestandaardiseerde verpakking verplicht is, omdat het hier alleen voor sigaretten en shagtabak geldt, de producten die het meest worden gebruikt om jongeren tot roken aan te zetten.
Dit hoofdstuk bevat ook een aantal aanvullende maatregelen inzake traceerbaarheid en veiligheidskenmerken om de illegale handel in sigaretten aan te pakken. Tot deze maatregelen behoren een uniek identificatienummer op ieder verpakking en een systeem waarmee alle sigarettenverkopen kunnen worden gevolgd en getraceerd. De rapporteur ondersteunt al deze maatregelen en heeft amendementen toegevoegd om de maatregelen tegen vervalsing aan te scherpen en te waarborgen dat de traceerbaarheid van afzonderlijke verpakkingen ook voor de verpakking van meervoudige eenheden geldt.
Tabak voor oraal gebruik
De beperkingen op de verkoop van tabak voor oraal gebruik blijven onder de nieuwe wetgeving gehandhaafd. De rapporteur onderschrijft dit standpunt.
Grensoverschrijdende verkoop van tabaksproducten op afstand
De verkoop van tabaksproducten via internet is een nieuwe ontwikkeling en valt derhalve niet onder de huidige TPR. Er lijkt weinig stimulans te zijn om de verkoop van sigaretten via internet legaal te laten verlopen, omdat de verkoper belastingen moet betalen in het land waar de verkoop plaatsvindt. Kopers kunnen niet van belastingverschillen profiteren. Op basis hiervan komt de Commissie in haar effectbeoordeling tot de conclusie dat “via internet aangeschafte tabaksproducten normaal gesproken niet aan de bepalingen van de TPR (zoals gezondheidswaarschuwingen en ingrediënten) voldoen”. Bovendien zijn er problemen met leeftijdscontrolesystemen en illegale internetreclame. In de FCTC wordt derhalve een oproep gedaan voor een verbod op de tabaksverkoop via internet, en negen lidstaten hebben al een dergelijk verbod ingesteld. De Commissie stelt daarom een nieuw regelgevingskader voor, maar de rapporteur is van mening dat een verbod op deze commerciële activiteit de beste en duidelijkste beleidsoptie is. De rapporteur is tevens bezorgd over bedrijven die via internet en andere kanalen gratis proefexemplaren van sigaretten weggeven, en stelt voor deze activiteiten te verbieden.
Nieuwsoortige tabaksproducten
De Commissie stelt voor een kennisgevingssysteem voor nieuwe tabaksproducten in te stellen om te waarborgen dat elk nieuw tabaksproduct volledig voldoet aan de richtlijn, maar geeft de lidstaten de mogelijkheid om een vergunningenstelsel in te stellen waarbij verlening voorafgaand aan de marktintroductie moet plaatsvinden. De rapporteur is van mening dat voorafgaande verlening van vergunningen voor nieuwsoortige tabaksproducten de norm dient te worden, en heeft hiertoe amendementen ingediend.
E-sigaretten
Nicotinehoudende producten vallen niet onder de huidige TPR, maar in de ontwerptekst worden deze toegevoegd aan de werkingssfeer van de nieuwe richtlijn. Het in de handel brengen van de elektronische of e-sigaret, waar een groeiende markt voor te vinden is, behoort sinds 2001 tot een van de belangrijkste ontwikkelingen. Er is geen gemeenschappelijke aanpak op EU-niveau voor de regulering van e-sigaretten. Momenteel zijn er slechts twee lidstaten waarin specifieke wetgeving van kracht is, maar in ongeveer de helft van de lidstaten wordt nicotine wat betreft functie als geneesmiddel beschouwd. E-sigaretten kunnen daar derhalve niet worden verkocht zonder dat deze als geneesmiddel zijn goedgekeurd, hetgeen ook geldt voor andere producten voor het stoppen met roken. In andere lidstaten gelden er geen specifieke voorschriften, waardoor e-sigaretten onder de richtlijn algemene productveiligheid vallen. Er waren vorig jaar negen RAPEX-meldingen van problemen met e-sigaretten. Over e-sigaretten zonder vergunning als geneesmiddel mag niet worden beweerd dat het gebruik ervan helpt om te stoppen met roken. De VS is momenteel bezig zijn eigen regulering van e-sigaretten te ontwikkelen in het kader van de wetgeving inzake de bestrijding van tabaksgebruik.
De Commissie stelt voor de regulering van e-sigaretten en andere NHP een aanpak langs twee beleidspaden voor. Producten met een nicotinegehalte boven een bepaald niveau – waaronder de meeste momenteel op de markt verkrijgbare e-sigaretten – dienen een vergunning als geneesmiddel te verkrijgen. Producten onder dit niveau worden op de markt toegelaten indien er gezondheidswaarschuwingen op vermeld staan.
De meningen van deskundigen op het punt van e-sigaretten lopen uiteen. Volgens de algemene consensus is betere regulering nodig, maar er is veel onduidelijkheid. Zo is er de vraag of e-sigaretten een nuttig vervangingsproduct zijn voor bestaande rokers vanwege de verminderde schadelijke effecten, of dat het gewoon een manier is voor rokers om te blijven roken, doordat zij nicotine kunnen nuttigen in rookvrije ruimten en/of dat het een middel is om nieuwe gebruikers te lokken die aan nicotine en mogelijk tabak verslaafd kunnen raken. Er bestaat ook bezorgdheid over het feit dat e-sigaretten het roken mogelijk weer tot een normale bezigheid maken. De rapporteur heeft de diensten van het Parlement gevraagd om een onderzoek gericht op de bewijslast omtrent e-sigaretten en zal op dit gebied met voorstellen komen zodra deze studie beschikbaar komt en na raadpleging van collega’s en deskundigen.
Voor roken bestemde kruidenproducten
Deze producten vallen niet onder de huidige TPR en zijn in de afzonderlijke lidstaten aan afzonderlijke reguleringsstelsels onderworpen. Kruidensigaretten worden vaak als onschadelijk beschouwd, of in ieder geval als minder schadelijk dan tabak. Niettemin zijn er bewijzen dat het gebruik ervan niet zonder risico’s gepaard gaat en daarom stelt de Commissie een etiketteringsysteem voor deze producten voor, en de rapporteur ondersteunt dit.
BIJLAGE
Legislative footprint
As the European Parliament's Rapporteur on the Tobacco Products Directive, Linda McAvan met with, received, or heard from representatives from the following organisations:
EU and National Regulatory Agencies |
|
European Commission DG SANCO and Commissioner Borg |
|
Irish Health Minister and Irish Permanent Representation to the EU |
|
Lithuanian Health Minister |
|
Czech Agricultural Minister |
|
UK Permanent Representation to the EU and the Department for Health and the UK Medicines and Healthcare Products Regulatory Agency |
|
Dutch Permanent Representation to the EU |
|
World Health Organisation |
|
United States Food and Drugs Agency |
|
Honduran Mission to the European Union |
|
Committee of the Regions Rapporteur on the Tobacco Products Directive, accompanied by the Organización Interprofesional del Tabaco de España |
|
NGOs |
|
Smoke Free Partnership and the European Heart Network |
|
Hosted a joint meeting with the MEP Heart Group and the MEPs Against Cancer Group[1]. |
|
UK Cancer Research |
|
British Heart Foundation |
|
UK Centre for Tobacco Control Studies |
|
UK Action on Smoking & Health |
|
Smokefree Yorkshire and the Humber |
|
Industry |
|
Open meeting with the tobacco industry and upstream and downstream suppliers [2] [3]. |
|
Association of the European Self-Medication Industry |
|
- [1] Participant list and meeting record available http://www.mepheartgroup.eu/meetings-activities/item/52-the-battle-against-tobacco-cancer-and-heart-disease.html
- [2] Participant list available http://www.europarl.europa.eu/document/activities/cont/201303/20130320ATT63555/20130320ATT63555EN.pdf
- [3] record of the meeting available http://www.europarl.europa.eu/committees/en/envi/events.html?id=other#menuzone
- [4] Participant list available http://www.europarl.europa.eu/document/activities/cont/201303/20130320ATT63557/20130320ATT63557EN.pdf
- [5] and record of the meeting available http://www.europarl.europa.eu/committees/en/envi/events.html?id=other#menuzone
ADVIES van de Commissie internationale handel (19.6.2013)
aan de Commissie milieubeheer, volksgezondheid en voedselveiligheid
inzake het voorstel voor een richtlijn van het Europees Parlement en de Raad betreffende de onderlinge aanpassing van de wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen van de lidstaten inzake de productie, de presentatie en de verkoop van tabaks- en aanverwante producten
(COM(2012)0788 – C7‑0420/2012 – 2012/0366(COD))
Rapporteur voor advies: Metin Kazak
AMENDEMENTEN
De Commissie internationale handel verzoekt de ten principale bevoegde Commissie milieubeheer, volksgezondheid en voedselveiligheid onderstaande amendementen in haar verslag op te nemen:
Amendement 1 Voorstel voor een richtlijn Overweging 13 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(13) Het huidige gebruik van verschillende formaten voor de informatieverstrekking maakt het producenten en importeurs moeilijk om aan hun rapportageverplichtingen te voldoen en maakt het de lidstaten en de Commissie lastig om de ontvangen informatie te vergelijken en te analyseren en er conclusies uit te trekken. Derhalve zou er een gemeenschappelijk verplicht formaat voor de verstrekking van informatie over ingrediënten en emissies moeten bestaan. Er dient te worden gezorgd voor een zo groot mogelijke doorzichtigheid van de productinformatie voor het grote publiek, waarbij op passende wijze rekening moet worden gehouden met de commerciële en intellectuele eigendomsrechten van de producenten van tabaksproducten. |
(13) Het huidige gebruik van verschillende formaten voor de informatieverstrekking maakt het producenten en importeurs moeilijk om aan hun rapportageverplichtingen te voldoen en maakt het de lidstaten en de Commissie lastig om de ontvangen informatie te vergelijken en te analyseren en er conclusies uit te trekken. Het verplicht opstellen van de lijst van gevaarlijke of potentieel gevaarlijke ingrediënten zou leiden tot sterkere doorzichtigheid voor het grote publiek met betrekking tot de schadelijke gevolgen en de samenstelling van tabaksproducten die moet worden gewaarborgd, waarbij op passende wijze rekening wordt gehouden met de commerciële en intellectuele-eigendomsrechten van de producenten van tabaksproducten, en beantwoordt aan de internationale verplichtingen van de Unie op grond van de WTO-overeenkomsten, de bepalingen inzake technische handelsbelemmeringen (TBT) en de overeenkomsten inzake de handelsgerelateerde aspecten van intellectuele eigendom (TRIP's). |
Amendement 2 Voorstel voor een richtlijn Overweging 15 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(15) De waarschijnlijkheid van uiteenlopende regelgeving wordt nog vergroot door de bezorgdheid over tabaksproducten, met inbegrip van rookloze tabaksproducten, die een kenmerkend aroma hebben dat verschilt van dat van tabak, hetgeen het beginnen met de consumptie van tabak kan vergemakkelijken of de consumptiepatronen kan beïnvloeden. In veel landen is de verkoop van producten met menthol bijvoorbeeld geleidelijk gestegen, ook al is het totale aantal rokers afgenomen. Uit een aantal studies blijkt dat tabaksproducten met menthol de inhalatie en het beginnen met roken door jongeren kunnen vergemakkelijken. Maatregelen die leiden tot een ongerechtvaardigde gedifferentieerde behandeling van gearomatiseerde sigaretten (bv. sigaretten met menthol of kruidnagel) moeten worden vermeden. |
(15) De waarschijnlijkheid van uiteenlopende regelgeving wordt nog vergroot door de bezorgdheid over tabaksproducten, met inbegrip van rookloze tabaksproducten, die een overheersend aroma hebben dat verschilt van dat van tabak of traditionele aroma's zoals menthol, hetgeen het beginnen met de consumptie van tabak kan vergemakkelijken of de consumptiepatronen kan beïnvloeden. |
Amendement 3 Voorstel voor een richtlijn Overweging 18 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(18) Daar de richtlijn is toegespitst op jongeren, moeten andere tabaksproducten dan sigaretten, shagtabak en rookloze tabak, die hoofdzakelijk worden gebruikt door oudere consumenten, van bepaalde vereisten betreffende de ingrediënten worden vrijgesteld zolang er zich geen aanzienlijke verandering voordoet in de omstandigheden wat het verkoopvolume of het consumptiepatroon bij jongeren betreft. |
(18) Daar de richtlijn is toegespitst op jongeren, moeten andere tabaksproducten dan sigaretten, shagtabak en rookloze tabak behalve snuiftabak, die hoofdzakelijk worden gebruikt door oudere consumenten, van bepaalde vereisten betreffende de ingrediënten worden vrijgesteld zolang er zich geen aanzienlijke verandering voordoet in de omstandigheden wat het verkoopvolume of het consumptiepatroon bij jongeren betreft. |
Amendement 4 Voorstel voor een richtlijn Overweging 22 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(22) De etiketteringsregels moeten ook worden aangepast aan het nieuwe wetenschappelijk bewijsmateriaal. Zo is bijvoorbeeld de vermelding van het teer-, nicotine- en koolmonoxidegehalte op sigarettenverpakkingen misleidend gebleken, daar dit consumenten in de waan brengt dat sommige sigaretten minder schadelijk zijn dan andere. Er zijn ook aanwijzingen dat grote gecombineerde gezondheidswaarschuwingen doeltreffender zijn dan waarschuwingen die louter uit tekst bestaan. In het licht daarvan moeten gecombineerde gezondheidswaarschuwingen in de hele Unie verplicht worden; zij moeten een groot en zichtbaar deel van de verpakking beslaan. Voor alle gezondheidswaarschuwingen moeten minimumafmetingen worden vastgesteld, zodat de zichtbaarheid en doeltreffendheid ervan gewaarborgd is. |
(22) De etiketteringsregels moeten ook worden aangepast aan het nieuwe wetenschappelijk bewijsmateriaal. Zo is bijvoorbeeld de vermelding van het teer-, nicotine- en koolmonoxidegehalte op sigarettenverpakkingen misleidend gebleken, daar dit consumenten in de waan brengt dat sommige sigaretten minder schadelijk zijn dan andere. Het is van groot belang dat er een onafhankelijk onderzoek wordt uitgevoerd naar de vraag in hoeverre grote gecombineerde gezondheidswaarschuwingen doeltreffender zijn dan waarschuwingen die louter uit tekst bestaan. In het licht daarvan moeten gecombineerde gezondheidswaarschuwingen in de hele Unie verplicht worden; zij moeten een groot en zichtbaar deel van de verpakking beslaan. Voor alle gezondheidswaarschuwingen moeten minimumafmetingen worden vastgesteld, zodat de zichtbaarheid en doeltreffendheid ervan gewaarborgd is. |
Amendement 5 Voorstel voor een richtlijn Overweging 23 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(23) Om de integriteit en de zichtbaarheid van de gezondheidswaarschuwingen te waarborgen en de doeltreffendheid ervan te maximaliseren, moeten bepalingen worden vastgesteld inzake de afmetingen van de waarschuwingen en inzake bepaalde aspecten van de verschijningsvorm van de tabaksverpakking, inclusief het openingsmechanisme. De verpakking en de producten kunnen de consumenten, met name jongeren, misleiden door te suggereren dat de producten minder schadelijk zijn. Dit is bijvoorbeeld het geval voor sommige teksten of kenmerken als "laag teergehalte", "light", "ultra-light", "mild", "natuurlijk", "biologisch", "zonder additieven", "zonder smaakstoffen", "slim", namen, afbeeldingen en figuratieve of andere tekens. Ook de grootte en de verschijningsvorm van de individuele sigaretten kunnen de consumenten misleiden door de indruk te wekken dat zij minder schadelijk zijn. Uit een recent onderzoek is ook gebleken dat rokers van dunne sigaretten vaker geloven dat hun eigen merk minder schadelijk is. Dat moet worden aangepakt. |
(23) Om de integriteit en de zichtbaarheid van de gezondheidswaarschuwingen te waarborgen en de doeltreffendheid ervan te maximaliseren, moeten bepalingen worden vastgesteld inzake de afmetingen van de waarschuwingen en inzake bepaalde aspecten van de verschijningsvorm van de tabaksverpakking, inclusief het openingsmechanisme. De verpakking en de producten kunnen de consumenten, met name jongeren, misleiden door te suggereren dat de producten minder schadelijk zijn. Dit is bijvoorbeeld het geval voor sommige teksten of kenmerken als "laag teergehalte", "light", "ultra-light", "mild", "natuurlijk" of "biologisch". Wanneer de verpakking de misleidende indruk wekt dat de sigaretten minder schadelijk zijn, moeten de gezondheidswaarschuwingen dienovereenkomstig worden aangepast. De Commissie wordt verzocht een wetenschappelijk onderzoek te doen naar de daadwerkelijke invloed van deze factoren op het tabaksgebruik. |
Amendement 6 Voorstel voor een richtlijn Overweging 26 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(26) Er worden grote hoeveelheden illegale producten, die niet aan de vereisten van Richtlijn 2001/37/EG voldoen, in de handel gebracht en er zijn aanwijzingen dat die hoeveelheden nog zullen toenemen. Die producten ondergraven het vrije verkeer van legale producten en de door de wetgeving inzake bestrijding van het tabaksgebruik geboden bescherming. Bovendien verplicht de FCTC de Unie om als onderdeel van een veelomvattend beleid ter bestrijding van het tabaksgebruik illegale producten te bestrijden. De verpakkingseenheden van tabaksproducten moeten daarom van een uniek en veilig merkteken worden voorzien en hun bewegingen moeten worden geregistreerd, zodat die producten in de Unie kunnen worden gevolgd en getraceerd en hun overeenstemming met deze richtlijn kan worden gecontroleerd en beter kan worden afgedwongen. Ook moeten veiligheidskenmerken worden ingevoerd die de verificatie van de authenticiteit van de producten zullen vergemakkelijken. |
(26) Er worden grote hoeveelheden illegale producten, die niet aan de vereisten van Richtlijn 2001/37/EG voldoen, in de handel gebracht en er zijn aanwijzingen dat die hoeveelheden nog zullen toenemen. Die producten ondergraven het vrije verkeer van legale producten en de door de wetgeving inzake bestrijding van het tabaksgebruik geboden bescherming. Bovendien verplicht de FCTC de Unie om als onderdeel van een veelomvattend beleid ter bestrijding van het tabaksgebruik illegale producten te bestrijden. De verpakkingseenheden en de buitenverpakking van tabaksproducten moeten daarom van een uniek en veilig merkteken worden voorzien en hun bewegingen moeten worden geregistreerd, zodat die producten in de Unie kunnen worden gevolgd en getraceerd, de illegale handel in tabak en tabaksproducten kan worden bestreden, met name aan de buitengrenzen van de Unie maar ook bij herkomst uit derde landen, en hun overeenstemming met deze richtlijn kan worden gecontroleerd en beter kan worden afgedwongen. Ook moeten in het kader van de unitaire authenticatie veiligheidskenmerken worden ingevoerd die de verificatie van de authenticiteit van de producten zullen vergemakkelijken. De EU en haar lidstaten moeten passende maatregelen treffen en versterken om illegale handel en namaak te bestrijden via scherpere controle op de leveringsketen en bestraffing van criminele netwerken. |
Amendement 7 Voorstel voor een richtlijn Overweging 30 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(30) De grensoverschrijdende verkoop van tabak op afstand geeft jongeren gemakkelijker toegang tot tabaksproducten en dreigt de naleving van de voorschriften van de wetgeving inzake bestrijding van het tabaksgebruik en met name in deze richtlijn te ondergraven. Gemeenschappelijke regels voor een kennisgevingssysteem zijn noodzakelijk om te waarborgen dat deze richtlijn haar volledige potentieel verwezenlijkt. De bepaling inzake de kennisgeving van grensoverschrijdende verkopen van tabak op afstand in deze richtlijn moet van toepassing zijn, onverminderd de kennisgevingsprocedure van Richtlijn 2000/31/EG van het Europees Parlement en de Raad van 8 juni 2000 betreffende bepaalde juridische aspecten van de diensten van de informatiemaatschappij. De verkoop van tabaksproducten op afstand door ondernemingen aan consumenten wordt verder gereglementeerd door Richtlijn 97/7/EG van het Europees Parlement en de Raad van 20 mei 1997 betreffende de bescherming van de consument bij op afstand gesloten overeenkomsten, die na 13 juni 2014 zal worden vervangen door Richtlijn 2011/83/EU van het Europees Parlement en de Raad van 25 oktober 2011 betreffende consumentenrechten. |
(30) De grensoverschrijdende verkoop op afstand en de verkoop via internet van tabaksproducten evenals het gratis voor verkoopbevorderende doeleinden of tegen een verlaagde prijs verstrekken van tabaksproducten geeft jongeren gemakkelijker toegang tot tabaksproducten en dreigt de naleving van de voorschriften van de wetgeving inzake bestrijding van het tabaksgebruik en met name in deze richtlijn te ondergraven, en moet derhalve verboden worden overeenkomstig de uitvoeringsrichtsnoeren van het WHO-Kaderverdrag inzake tabaksontmoediging waarbij de EU partij is. De verkoop van tabaksproducten op afstand door ondernemingen aan consumenten wordt verder gereglementeerd door Richtlijn 97/7/EG van het Europees Parlement en de Raad van 20 mei 1997 betreffende de bescherming van de consument bij op afstand gesloten overeenkomsten, die na 13 juni 2014 zal worden vervangen door Richtlijn 2011/83/EU van het Europees Parlement en de Raad van 25 oktober 2011 betreffende consumentenrechten. |
Amendement 8 Voorstel voor een richtlijn Overweging 31 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(31) Alle tabaksproducten kunnen mortaliteit, morbiditeit en handicaps veroorzaken en de consumptie ervan moet worden ingedamd. Het is daarom van belang dat de ontwikkelingen inzake nieuwsoortige tabaksproducten worden gevolgd. De producenten en importeurs moeten worden verplicht om kennis te geven van nieuwsoortige tabaksproducten, onverminderd de bevoegdheid van de lidstaten om die producten te verbieden of toe te staan. De Commissie moet de ontwikkelingen volgen en moet vijf jaar na de uiterste datum voor de omzetting van deze richtlijn een verslag indienen om te beoordelen of wijzigingen van de richtlijn noodzakelijk zijn. |
(31) Alle tabaksproducten kunnen mortaliteit, morbiditeit en handicaps veroorzaken en de verkoop en consumptie ervan moeten worden ingedamd door middel van met name educatie en preventie van roken. Het is daarom van belang dat de ontwikkelingen inzake nieuwe tabaksproducten, hun productiewijze en verkoopkanalen worden gevolgd. De producenten en importeurs moeten worden verplicht om kennis te geven van nieuwsoortige tabaksproducten, onverminderd de bevoegdheid van de lidstaten om die producten te verbieden of toe te staan. De Commissie moet de ontwikkelingen volgen en moet vijf jaar na de uiterste datum voor de omzetting van deze richtlijn een verslag indienen om te beoordelen of wijzigingen van de richtlijn noodzakelijk zijn. |
Amendement 9 Voorstel voor een richtlijn Overweging 40 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(40) Een lidstaat die het noodzakelijk acht om voor onder deze richtlijn vallende aspecten strengere nationale voorschriften te handhaven, moet worden toegestaan dat voor alle producten te doen op grond van dwingende redenen in verband met de bescherming van de volksgezondheid. Een lidstaat moet ook worden toegestaan om voor alle producten strengere nationale voorschriften in te voeren om redenen die verband houden met de specifieke situatie van die lidstaat, en mits die voorschriften gerechtvaardigd zijn door de bescherming van de volksgezondheid. Strengere nationale voorschriften moeten noodzakelijk en evenredig zijn en mogen geen middel tot willekeurige discriminatie of een verkapte beperking van de handel tussen de lidstaten vormen. Strengere nationale voorschriften moeten vooraf aan de Commissie ter kennis worden gebracht en door haar worden goedgekeurd, waarbij zij rekening houdt met het hoge niveau van bescherming van de volksgezondheid dat deze richtlijn tot stand brengt. |
(40) Een lidstaat die het noodzakelijk acht om voor onder deze richtlijn vallende aspecten strengere nationale voorschriften te handhaven, moet worden toegestaan dat voor alle producten te doen op grond van dwingende redenen in verband met de bescherming van de volksgezondheid. Een lidstaat moet ook worden toegestaan om voor alle producten strengere nationale voorschriften in te voeren om redenen die verband houden met de specifieke situatie van die lidstaat, en mits die voorschriften gerechtvaardigd zijn door de bescherming van de volksgezondheid. Strengere nationale voorschriften moeten noodzakelijk en evenredig zijn, mogen geen middel tot willekeurige discriminatie of een verkapte beperking van de handel tussen de lidstaten vormen en moeten stroken met de internationale WTO-verplichtingen. Strengere nationale voorschriften moeten vooraf aan de Commissie ter kennis worden gebracht en door haar worden goedgekeurd, waarbij zij rekening houdt met het hoge niveau van bescherming van de volksgezondheid dat deze richtlijn tot stand brengt. |
Motivering | |
De EU moet de internationale verplichtingen die zij met haar handelspartners is overeengekomen, in acht nemen. | |
Amendement 10 Voorstel voor een richtlijn Overweging 41 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(41) Het moet de lidstaten vrijstaan om voor buiten de werkingssfeer van deze richtlijn vallende aspecten nationale wettelijke regelingen te handhaven of in te voeren die gelijkelijk van toepassing zijn op alle producten, mits die verenigbaar zijn met het Verdrag en de integrale toepassing van deze richtlijn niet in gevaar brengen. Zo kunnen de lidstaten bijvoorbeeld voorschriften handhaven of invoeren die voorzien in de volledige standaardisatie van de verpakkingen van tabaksproducten, mits die voorschriften verenigbaar zijn met het Verdrag en met de WTO-verplichtingen en niet in de weg staan aan de integrale toepassing van deze richtlijn. Voor technische voorschriften is een voorafgaande kennisgeving vereist op grond van Richtlijn 98/34/EG van het Europees Parlement en de Raad van 22 juni 1998 betreffende een informatieprocedure op het gebied van normen en technische voorschriften en regels betreffende de diensten van de informatiemaatschappij. |
(41) Het moet de lidstaten vrijstaan om voor buiten de werkingssfeer van deze richtlijn vallende aspecten nationale wettelijke regelingen te handhaven of in te voeren die gelijkelijk van toepassing zijn op binnenlandse en ingevoerde producten, mits die verenigbaar zijn met het Verdrag en met de WTO-bepalingen, en de integrale toepassing van deze richtlijn niet in gevaar brengen. Zo kunnen de lidstaten bijvoorbeeld voorschriften handhaven of invoeren die voorzien in de volledige standaardisatie van de verpakkingen van andere tabaksproducten dan sigaretten en shag, mits die voorschriften de integrale toepassing van deze richtlijn niet belemmeren en verenigbaar zijn met het Verdrag. Ook dienen zij verenigbaar te zijn met de WTO-verplichtingen, in het bijzonder in het kader van de overeenkomst inzake technische handelsbelemmeringen (TBT) en de overeenkomsten inzake de handelsgerelateerde aspecten van intellectuele eigendom (TRIP's), alsook met aangegane verbintenissen in het kader van de bilaterale handels- en investeringsovereenkomsten die doorgaans uitzonderingen op het gebied van de volksgezondheid bevatten. Deze voorschriften dienen een aanvullend instrument te vormen ter bestrijding van de namaak van in deze richtlijn bedoelde producten. Voor technische voorschriften is een voorafgaande kennisgeving vereist op grond van Richtlijn 98/34/EG van het Europees Parlement en de Raad van 22 juni 1998 betreffende een informatieprocedure op het gebied van normen en technische voorschriften en regels betreffende de diensten van de informatiemaatschappij. |
Amendement 11 Voorstel voor een richtlijn Overweging 41 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
(41 bis) De lidstaten dienen de wettelijke bepalingen van deze richtlijn aan te vullen met maatregelen ter bescherming van de gezondheid van de Europese burgers. De lidstaten die een aanzienlijk voordeel halen uit de belastingen en accijnzen op de productie en de verkoop van tabak zouden bijvoorbeeld met klem ertoe kunnen worden aangemoedigd om deze inkomsten aan te wenden in preventie- en voorlichtingscampagnes in de media en gericht op jongeren en onderwijsinstellingen. |
Amendement 12 Voorstel voor een richtlijn Overweging 43 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
(43 bis) Deze richtlijn mag niet leiden tot een verslechtering van de levensomstandigheden van de mensen die voor hun levensonderhoud afhankelijk zijn van de tabaksteelt in Europa en die vaak in achtergestelde gebieden wonen. Gezien het feit dat de richtlijn uitsluitend ten doel heeft de consumptie van tabaksproducten te ontmoedigen, moet bij elke beslissing aangaande ingrediënten en additieven naar behoren rekening worden gehouden met de mogelijke nadelige sociaal-economische gevolgen voor groepen die voor hun levensonderhoud afhankelijk zijn van de tabaksteelt. De Europese tabaksteelt moet worden beschermd, omdat deze slechts een zeer klein deel van de consumptie in de EU voor zijn rekening neemt en tegelijkertijd bijdraagt aan de economische stabiliteit van bepaalde Europese regio's waar het aantal alternatieve gewassen beperkt is. De vermindering of beëindiging van de tabaksteelt in de EU zou geen invloed hebben op het consumptieniveau, maar zou leiden tot een toename van de invoer uit derde landen en tot lagere kwaliteitsnormen. |
Motivering | |
De teelt is de zwakste schakel in de productieketen van tabak en moet derhalve tegen onnodige en buitensporige regelgeving worden beschermd. | |
Amendement 13 Voorstel voor een richtlijn Artikel 1 – alinea 1 – letter d | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
d) de grensoverschrijdende verkoop van tabaksproducten op afstand; |
d) het verbod op de grensoverschrijdende verkoop van tabaksproducten op afstand; |
Amendement 14 Voorstel voor een richtlijn Artikel 1 – alinea 1 – letter f bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
f bis) het voorschrift om een systeem in te voeren, buiten de controle van de tabaksindustrie, voor het volgen en traceren van tabaksproducten, om de leveringsketen te beveiligen en bij te dragen aan het opsporen, voorkomen en bestraffen van illegale handel; |
Amendement 15 Voorstel voor een richtlijn Artikel 2 – alinea 1 – punt 2 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
(2 bis)"wezenlijk additief": een voor de vervaardiging van tabaksproducten onontbeerlijk ingrediënt; |
Amendement 16 Voorstel voor een richtlijn Artikel 2 – alinea 1 – punt 4 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(4) "kenmerkend aroma": een duidelijk waarneembare geur of smaak die verschilt van die van tabak en die het resultaat is van een additief of combinatie van additieven, met inbegrip van maar niet enkel van fruit, specerijen, kruiden, alcohol, kandij, menthol of vanille, die kan worden waargenomen voor of bij het beoogde gebruik van het tabaksproduct; |
(4) "kenmerkend aroma": een kenmerkende fruitige of snoepachtige smaak die het resultaat is van een geur- of smaakstof of een combinatie van geur- of smaakstoffen, die kan worden waargenomen vóór of bij het beoogde gebruik van het tabaksproduct; in deze definitie worden tabak en menthol niet als een fruitige of snoepachtige smaak beschouwd; |
Amendement 17 Voorstel voor een richtlijn Artikel 2 – alinea 1 – punt 6 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(6) "sigaar": een tabaksrolletje dat wordt geconsumeerd via een proces van verbranding en dat nader is omschreven in artikel 4, lid 1, van Richtlijn 2011/64/EU van de Raad van 21 juni 2011 betreffende de structuur en de tarieven van de accijns op tabaksfabrikaten; |
(6) "sigaar" of "cigarillo": een tabaksrolletje dat wordt geconsumeerd via een proces van verbranding, inclusief een kleine soort sigaar met een diameter van maximaal 8 mm, en dat nader is omschreven in artikel 4, lid 1, van Richtlijn 2011/64/EU van de Raad van 21 juni 2011 betreffende de structuur en de tarieven van de accijns op tabaksfabrikaten; |
Amendement 18 Voorstel voor een richtlijn Artikel 2 – alinea 1 – punt 8 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(8) "cigarillo": een soort kleine sigaar met een diameter van maximaal 8 mm; |
Schrappen |
Amendement 19 Voorstel voor een richtlijn Article 2 – paragraph 1 – point 13 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(13) "geur- of smaakstof": een additief dat een geur en/of een smaak verleent; |
(13) "geur- of smaakstof": een additief dat een geur en/of een smaak verleent, met uitzondering van menthol; |
Motivering | |
Menthol wordt hoofdzakelijk door oudere volwassenen geconsumeerd en daarom strookt een verbod hierop niet met het hoofddoel van de richtlijn, namelijk het voorkomen dat jongeren gaan roken. Een verbod op menthol is mogelijk in strijd met artikel 2, lid 2, van de TBT-overeenkomst, aangezien er in plaats van een algeheel verbod minder handelsbeperkende maatregelen moeten worden genomen. | |
Amendement 20 Voorstel voor een richtlijn Artikel 2 – alinea 1 – punt 18 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(18) "ingrediënt": een additief, tabak (bladeren en andere natuurlijke, getransformeerde of niet-getransformeerde delen van de tabaksplant, met inbegrip van geëxpandeerde en gereconstitueerde tabak), en elke in een afgewerkt tabaksproduct aanwezige stof, met inbegrip van papier, filters, inkt, capsules en kleefstoffen; |
(18) "ingrediënt": elk additief dat in een afgewerkt tabaksproduct zit, met inbegrip van papier, filters, inkt, capsules en kleefstoffen; |
Amendement 21 Voorstel voor een richtlijn Artikel 2 – alinea 1 – punt 18 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
(18 bis) "gereconstitueerde tabak": een product dat wordt gemaakt van verschillende delen van de tabaksplant die overblijven na het strippen en de vervaardiging van tabaksproducten en dat wordt gebruikt als omblad voor sigaren en cigarillo's of als vellen of afzonderlijke repen als onderdeel van het tabaksmelange voor sigaretten en andere tabaksproducten; |
Amendement 22 Voorstel voor een richtlijn Artikel 2 – alinea 1 – punt 25 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(25) "in de handel brengen": de terbeschikkingstelling van producten aan consumenten in de Unie, al dan niet tegen betaling, inclusief via de verkoop op afstand; in het geval van grensoverschrijdende verkopen op afstand wordt het product geacht in de handel te zijn gebracht in de lidstaat waar zich de consument bevindt; |
(25) "in de handel brengen": de levering van producten voor distributie, consumptie of gebruik in de Unie, al dan niet tegen betaling, inclusief via de verkoop op afstand; |
Amendement 23 Voorstel voor een richtlijn Artikel 2 – alinea 1 – punt 30 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(30) "aanzienlijke verandering in de omstandigheden": een stijging van het verkoopvolume per productcategorie, zoals pijptabak, sigaren of cigarillo's, van ten minste 10 % in ten minste 10 lidstaten, op basis van overeenkomstig artikel 5, lid 4, meegedeelde gegevens; of een verhoging van de prevalentie in de groep consumenten jonger dan 25 jaar met ten minste 5 procentpunten in ten minste 10 lidstaten voor de respectieve productcategorie, op basis van Eurobarometerverslag ____ [deze datum zal worden vastgesteld bij de goedkeuring van de richtlijn] of gelijkwaardige prevalentiestudies; |
(30) "aanzienlijke verandering in de omstandigheden": een stijging van het verkoopvolume per productcategorie, zoals pijptabak, sigaren of cigarillo's, van ten minste 20 % in de 10 lidstaten met de hoogste verkoopcijfers, op basis van overeenkomstig artikel 5, lid 4, meegedeelde gegevens; of een verhoging van de prevalentie in de groep consumenten jonger dan 25 jaar met ten minste 5 procentpunten in ten minste 10 lidstaten voor de respectieve productcategorie, op basis van Eurobarometerverslag ____ [deze datum zal worden vastgesteld bij de goedkeuring van de richtlijn] of gelijkwaardige prevalentiestudies; |
Amendement 24 Voorstel voor een richtlijn Artikel 6 – lid 1 – alinea 1 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
1. De lidstaten verbieden het in de handel brengen van tabaksproducten met een kenmerkend aroma. |
1. De lidstaten verbieden het in de handel brengen van tabaksproducten met additieven waardoor een aroma ontstaat of vrijkomt dat niet overwegend dat van tabak of menthol is, overeenkomstig de voorschriften in lid 2. |
Amendement 25 Voorstel voor een richtlijn Artikel 8 – lid 3 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
3. Bij pakjes sigaretten worden de algemene waarschuwing en de informatieve boodschap gedrukt op de zijkanten van de verpakkingseenheid. Die waarschuwingen zijn ten minste 20 mm breed en ten minste 43 mm hoog. Bij shagtabak wordt de informatieve boodschap gedrukt op de oppervlakte die zichtbaar wordt als de verpakkingseenheid wordt geopend. Zowel de algemene waarschuwing als de informatieve boodschap beslaat 50 % van de oppervlakte waarop zij wordt gedrukt. |
3. Bij pakjes sigaretten worden de algemene waarschuwing en de informatieve boodschap gedrukt op de zijkanten van de verpakkingseenheid. Bij shagtabak wordt de informatieve boodschap gedrukt op de oppervlakte die zichtbaar wordt als de verpakkingseenheid wordt geopend. Zowel de algemene waarschuwing als de informatieve boodschap beslaat 50 % van de oppervlakte waarop zij wordt gedrukt. |
Amendement 26 Voorstel voor een richtlijn Artikel 9 – lid 1 – inleidende formule | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
1. Op elke verpakkingseenheid en op elke buitenverpakking van rooktabak staan gecombineerde gezondheidswaarschuwingen. De gecombineerde gezondheidswaarschuwingen: |
1. Op elke verpakkingseenheid en op elke buitenverpakking van rooktabak staan gecombineerde gezondheidswaarschuwingen om het recht van consumenten op toereikende en betrouwbare informatie te waarborgen. De waarschuwingen: |
Amendement 27 Voorstel voor een richtlijn Artikel 9 – lid 1 – letter c | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
c) beslaan 75 % van de buitenvoorkant en -achterkant van de verpakkingseenheid en de buitenverpakking; |
c) beslaan 50 % van de buitenvoorkant en -achterkant van de verpakkingseenheid en de buitenverpakking; |
Amendement 28 Voorstel voor een richtlijn Artikel 9 – lid 1 – letter e | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
e) staan bovenaan de verpakkingseenheid en de buitenverpakking, in dezelfde richting als eventuele andere informatie op de verpakking; |
e) staan onderaan de verpakkingseenheid en de buitenverpakking, in dezelfde richting als eventuele andere informatie op de verpakking; |
Motivering | |
Gezondheidswaarschuwingen zijn net zo informatief bovenaan als onderaan de verpakking; de plaatsing onderaan staat de wijze waarop de verpakking wordt geopend niet in de weg en kan derhalve als minder belemmerend voor de handel worden beschouwd (artikel 2, lid 2, van de TBT-overeenkomst). | |
Amendement 29 Voorstel voor een richtlijn Artikel 9 – lid 1 – letter g | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
g) hebben voor verpakkingseenheden van sigaretten de volgende afmetingen: |
Schrappen |
i) hoogte: minimaal 64 mm; |
|
ii) breedte: minimaal 55 mm. |
|
Amendement 30 Voorstel voor een richtlijn Artikel 10 – lid 1 – alinea 2 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
De algemene waarschuwing wordt aangebracht op de duidelijkst zichtbare kant van de verpakkingseenheid en op elke buitenverpakking. De in bijlage I bedoelde waarschuwende teksten worden afwisselend aangebracht, zodat zij regelmatig verschijnen. Die waarschuwingen worden aangebracht op de andere duidelijkst zichtbare kant van de verpakkingseenheid en op elke buitenverpakking. |
De algemene waarschuwing wordt gedrukt of met niet-verwijderbare stickers aangebracht op de duidelijkst zichtbare kant van de verpakkingseenheid en op elke buitenverpakking. De in bijlage I bedoelde waarschuwende teksten worden afwisselend aangebracht, zodat zij regelmatig verschijnen. Die waarschuwingen worden aangebracht op de andere duidelijkst zichtbare kant van de verpakkingseenheid en op elke buitenverpakking. |
Motivering | |
Het gebruik van niet-verwijderbare stickers op sigaren moet worden gehandhaafd, aangezien producenten internationaal gestandaardiseerde verpakkingen gebruiken die in de laatste fase van het productieproces worden aangepast middels landenspecifieke, niet-verwijderbare stickers met gezondheidswaarschuwingen. Een verbod op niet-verwijderbare stickers zou de internationale handel belemmeren. | |
Amendement 31 Voorstel voor een richtlijn Artikel 10 – lid 4 – letter a | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
a) aangebracht in zwarte vetgedrukte Helvetica-letters op een witte achtergrond. Om aan de taalvereisten te voldoen mogen de lidstaten de puntgrootte van het lettertype zelf bepalen, mits de in hun wetgeving bepaalde lettergrootte een zo groot mogelijk deel van de voor de tekst bestemde ruimte beslaat; |
a) aangebracht in zwarte vetgedrukte Helvetica-letters op een witte achtergrond. De algemene waarschuwing kan worden getoond met behulp van zelfklevend papier, mits dit niet verwijderbaar is. Om aan de taalvereisten te voldoen mogen de lidstaten de puntgrootte van het lettertype zelf bepalen, mits de in hun wetgeving bepaalde lettergrootte een zo groot mogelijk deel van de voor de tekst bestemde ruimte beslaat; |
Amendement 32 Voorstel voor een richtlijn Artikel 10 – lid 4 – letter b | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
b) gecentreerd op het voor de tekst bestemde oppervlak, evenwijdig met de bovenrand van de verpakkingseenheid en de buitenverpakking; |
Niet van toepassing op de Nederlandse versie) |
Amendement 33 Voorstel voor een richtlijn Artikel 12 – lid 1 – letter c | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
c) verwijst naar een aroma, smaak, geur- of smaakstoffen of andere additieven, of het ontbreken daarvan; |
Schrappen |
Motivering | |
De consument moet informatie over het product krijgen, maar deze informatie mag niet misleidend zijn. Alternatieve maatregelen die de handel minder belemmeren (zoals alleen een verbod op misleidende aanduidingen) maken deze maatregel onverenigbaar met artikel 2, lid 2, van de TBT-overeenkomst. | |
Amendement 34 Voorstel voor een richtlijn Artikel 12 – lid 2 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
2. De verboden elementen en kenmerken omvatten maar zijn niet beperkt tot teksten, symbolen, namen, handelsmerken, al dan niet figuratieve tekens, misleidende kleuren, bijvoegsels of ander extra materiaal, bijvoorbeeld kleefetiketten, stickers, reclamebijlagen, krasbiljetten en hoezen, of kunnen betrekking hebben op de vorm van het tabaksproduct zelf. Sigaretten met een diameter van minder dan 7,5 mm worden geacht misleidend te zijn. |
2. De verboden elementen en kenmerken omvatten maar zijn niet beperkt tot symbolen, namen, al dan niet figuratieve tekens, bijvoegsels of ander extra materiaal, bijvoorbeeld kleefetiketten, stickers, reclamebiljetten, krasbiljetten en hoezen. |
Amendement 35 Voorstel voor een richtlijn Artikel 13 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
Artikel 13 |
Schrappen |
Verschijningsvorm en inhoud van verpakkingseenheden |
|
1. Een verpakkingseenheid van sigaretten is balkvormig. Een verpakkingseenheid van shagtabak heeft de vorm van een buidel, d.w.z. een rechthoekige zak met een klep die de opening bedekt. De klep van de buidel bedekt ten minste 70 % van de voorkant van het pakje. Een verpakkingseenheid sigaretten bevat ten minste 20 sigaretten. Een verpakkingseenheid shagtabak bevat ten minste 40 g tabak. |
|
2. Een sigarettenverpakking kan bestaan uit karton of een zacht materiaal, en mag niet voorzien zijn van een andere opening dan een klapdeksel die na de eerste opening opnieuw kan worden gesloten of verzegeld. Het klapdeksel van een sigarettenverpakking scharniert enkel aan de achterkant van de verpakking. |
|
3. De Commissie is bevoegd overeenkomstig artikel 22 gedelegeerde handelingen vast te stellen om gedetailleerdere voorschriften voor de vorm en de afmetingen van verpakkingseenheden vast te stellen voor zover die voorschriften noodzakelijk zijn om de goede zichtbaarheid en de integriteit van de gezondheidswaarschuwingen voor de eerste opening, tijdens de opening en na het hersluiten van de verpakkingseenheid te waarborgen. |
|
4. De Commissie is bevoegd overeenkomstig artikel 22 gedelegeerde handelingen vast te stellen om voor verpakkingseenheden van andere tabaksproducten dan sigaretten en shagtabak de balk- of cilindervorm verplicht te stellen als in een verslag van de Commissie wordt vastgesteld dat zich een aanzienlijke verandering in de omstandigheden heeft voorgedaan. |
|
Motivering | |
Dit artikel bevat voorstellen die technische belemmeringen vormen voor de handel zonder dat deze gebaseerd zijn op enig wetenschappelijk bewijsmateriaal aangaande de invloed ervan op het beginnen met roken door jongeren. Bovendien wordt door het openingsmechanisme van een pakje sigaretten de neiging om te gaan roken niet versterkt of verzwakt. | |
Amendement 36 Voorstel voor een richtlijn Artikel 14 – lid 1 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
1. De lidstaten zorgen ervoor dat alle verpakkingseenheden van tabaksproducten zijn voorzien van een eenduidig identificatienummer. Om hun integriteit te waarborgen, worden eenduidige identificatienummers zodanig afgedrukt/aangebracht dat ze niet verwijderd kunnen worden, dat ze onuitwisbaar zijn en op geen enkele wijze verborgen of onderbroken worden, inclusief wanneer dat gebeurt door middel van accijnszegels of prijsstickers of door het openen van de verpakking. Voor producten die buiten de Unie worden geproduceerd, gelden de verplichtingen van dit artikel slechts voor die welke bestemd zijn voor de markt van de Unie of daar in de handel worden gebracht. |
1. Met het oog op het efficiënt volgen en traceren, eisen de lidstaten dat eenduidige, veilige en niet-verwijderbare identificatietekens, hierna aangeduid als eenduidige identificatietekens, zoals codes of stempels, deel uitmaken van of worden aangebracht op alle verpakkingseenheden en verpakkingen en alle buitenverpakkingen van sigaretten. Om hun integriteit te waarborgen, worden eenduidige identificatienummers zodanig afgedrukt/aangebracht dat ze niet verwijderd kunnen worden, dat ze onuitwisbaar zijn en op geen enkele wijze verborgen of onderbroken worden, inclusief wanneer dat gebeurt door middel van accijnszegels of prijsstickers of door het openen van de verpakking. Voor producten die buiten de Unie worden geproduceerd, gelden de verplichtingen van dit artikel slechts voor die welke bestemd zijn voor de markt van de Unie of daar in de handel worden gebracht. |
Amendement 37 Voorstel voor een richtlijn Artikel 14 – lid 2 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
2 bis. De lidstaten waarborgen dat de eenduidige identificatienummers van de eenheidsverpakkingen gekoppeld zijn aan het eenduidige identificatienummer van de buitenverpakking. Elke verandering in de koppeling tussen de eenheidsverpakkingen en de buitenverpakking wordt geregistreerd in de installatie voor gegevensopslag als bedoeld onder lid 6. |
Amendement 38 Voorstel voor een richtlijn Artikel 14 – lid 2 – letter e | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
e) de naam van het product; |
e) de naam en beschrijving van het product; |
Amendement 39 Voorstel voor een richtlijn Artikel 14 – lid 2 – letter g | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
g) de beoogde verzendingsroute; |
g) de beoogde verzendingsroute, de verzenddatum, het vertrekpunt, de plaats van bestemming, de verzender, de geadresseerde en de ontvanger. |
Amendement 40 Voorstel voor een richtlijn Artikel 14 – lid 3 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
3. De lidstaten zorgen ervoor dat alle marktdeelnemers die betrokken zijn bij de handel in tabaksproducten, van de producent tot de laatste marktdeelnemer vóór de eerste detaillist, van alle verpakkingseenheden het in bezit krijgen, alle intermediaire bewegingen en het niet langer in hun bezit hebben registreren. Aan deze verplichting kan worden voldaan door registratie in geaggregeerde vorm, bv. van buitenverpakkingen, mits het volgen en traceren van verpakkingseenheden mogelijk blijft. |
3. De lidstaten eisen dat aan alle marktdeelnemers die betrokken zijn bij de handel in tabaksproducten, van de producent tot de laatste marktdeelnemer vóór de eerste detaillist, met inbegrip van importeurs, opslagplaatsen en transportondernemingen, volg- en traceertechnologie beschikbaar wordt gesteld waarmee gegevens elektronisch kunnen worden gelezen en verzonden naar de in lid 6 bedoelde opslagfaciliteit, waarvan de eigendom buiten de controle van de tabaksproducenten en hun partners in de leveringsketen ligt. Deze marktdeelnemers registreren van alle verpakkingseenheden en buitenverpakkingen het in bezit krijgen, alle intermediaire bewegingen en het niet langer in hun bezit hebben. Overeenkomstig artikel 14, lid 1, wordt aan deze verplichting voldaan door registratie in geaggregeerde vorm, bv. van buitenverpakkingen, mits het volgen en traceren van verpakkingseenheden mogelijk blijft. |
Motivering | |
Het amendement beoogt te verhelderen dat de verplichting tot volgen en traceren bij de lidstaten berust en niet kan worden uitgevoerd door of gedelegeerd aan de tabaksindustrie. Anders zou het voorstel, bij de uitvoering ervan, het tegenovergestelde tot gevolg hebben. | |
Amendement 41 Voorstel voor een richtlijn Artikel 14 – lid 3 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
3 bis. De lidstaten zorgen ervoor dat overeenkomstig het protocol van Seoul inzake het elimineren van de illegale handel in tabaksproducten (ITP), de voor het volgen en traceren gebruikte technologie in handen is van marktdeelnemers die geen juridische of commerciële banden hebben met de tabaksindustrie in de leveringsketen. |
Amendement 42 Voorstel voor een richtlijn Artikel 14 – lid 6 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
6. De lidstaten zorgen ervoor dat de producenten en importeurs van tabaksproducten contracten over de opslag van gegevens sluiten met een onafhankelijke derde, die de installatie voor gegevensopslag beheert voor de gegevens die de betrokken producent en importeur betreffen. De installatie voor gegevensopslag bevindt zich op het grondgebied van de Unie. De geschiktheid van de derde, met name zijn onafhankelijkheid en technische capaciteiten, en het contract, worden goedgekeurd en gecontroleerd door een extern auditor die door de tabaksproducent wordt voorgesteld en betaald en door de Commissie wordt aanvaard. De lidstaten zorgen ervoor dat de installaties voor gegevensopslag volledig transparant en te allen tijde volledig toegankelijk zijn voor de bevoegde autoriteiten van de lidstaten, de Commissie en de onafhankelijke derde. In naar behoren gemotiveerde gevallen kunnen de lidstaten of de Commissie producenten of importeurs toegang verlenen tot die informatie, mits commercieel gevoelige informatie genoegzaam beschermd blijft overeenkomstig het desbetreffende nationale en Unierecht. |
6. De lidstaten sluiten contracten over de opslag van gegevens af met een derde, die een agentschap van de lidstaat mag zijn en die bij wet onafhankelijk is van de tabaksondernemingen of hun partners in de leveringsketen, die de installatie voor gegevensopslag beheert voor de gegevens die de betrokken producent en importeur betreffen. De installatie voor gegevensopslag bevindt zich op het grondgebied van de Unie. De lidstaten zorgen voor volledige transparantie. De geschiktheid van de derde, met name zijn onafhankelijkheid en technische capaciteiten, en het contract, worden goedgekeurd en gecontroleerd door een extern auditor die door de Commissie wordt benoemd. De kosten van het sluiten van een contract met de auditor en van de diensten voor het beheer van de gegevensopslag, worden door de producenten en importeurs van tabak gedragen. De lidstaten zorgen ervoor dat de installaties voor gegevensopslag volledig transparant en te allen tijde volledig toegankelijk zijn voor de bevoegde autoriteiten van de lidstaten, de Commissie en de onafhankelijke derde. In naar behoren gemotiveerde gevallen kunnen de lidstaten of de Commissie producenten of importeurs toegang verlenen tot die informatie, mits commercieel gevoelige informatie genoegzaam beschermd blijft overeenkomstig het desbetreffende nationale en Unierecht. |
Amendement 43 Voorstel voor een richtlijn Titel II – hoofdstuk III - titel | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
Tabak voor oraal gebruik |
Rookloze tabaksproducten |
Amendement 44 Voorstel voor een richtlijn Artikel 15 – alinea 1 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
De lidstaten verbieden het in de handel brengen van tabak voor oraal gebruik, onverminderd artikel 151 van de Akte van Toetreding van Oostenrijk, Finland en Zweden. |
Schrappen |
Motivering | |
Het verbod van de EU op tabaksproducten voor oraal gebruik is in strijd met artikel 2, lid 2, van de WTO-overeenkomst inzake technische handelsbelemmeringen (TBT), omdat het de handel meer belemmert dan nodig is om de door de EU bepaalde gezondheidsdoelstellingen te verwezenlijken. In het voorstel wordt een ongerechtvaardigd onderscheid gemaakt tussen gelijksoortige producten van verschillende leden van de WTO [artikelen 1 en 3 van de Algemene Overeenkomst betreffende Tarieven en Handel en artikel 2, lid 1, van de TBT-overeenkomst] en worden producten verboden die minder schadelijk zijn dan alle andere tabaksproducten die in Europa in de handel mogen worden gebracht. | |
Amendement 45 Voorstel voor een richtlijn Artikel 16 – lid 1 – inleidende formule | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
1. De lidstaten verplichten detaillisten die grensoverschrijdende verkopen op afstand aan consumenten in de Unie willen verrichten om zich te registreren bij de bevoegde autoriteiten in de lidstaat waar de detaillist is gevestigd en in de lidstaat waar zich de daadwerkelijke of potentiële consument bevindt. Buiten de Unie gevestigde detaillisten moeten zich registreren bij de bevoegde autoriteiten in de lidstaat waar zich de daadwerkelijke of potentiële consument bevindt. Alle detaillisten die grensoverschrijdende verkopen op afstand willen verrichten, verstrekken de bevoegde autoriteiten ten minste de volgende informatie: |
1. De lidstaten verbieden de grensoverschrijdende verkoop op afstand van tabaksproducten aan consumenten in de Unie alsook het gratis of tegen een lagere prijs verstrekken van tabaksproducten, onder meer door grensoverschrijdende verkoop op afstand. |
Amendement 46 Voorstel voor een richtlijn Artikel 16 – lid 1 – letter a | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
a) de naam of handelsnaam en het permanente adres van de bedrijfsruimten van waaruit de tabaksproducten worden geleverd; |
Schrappen |
Amendement 47 Voorstel voor een richtlijn Artikel 16 – lid 1 – letter b | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
b) de datum waarop is begonnen met het aanbieden van tabaksproducten voor grensoverschrijdende verkopen op afstand aan het publiek door middel van diensten van de informatiemaatschappij; |
Schrappen |
Amendement 48 Voorstel voor een richtlijn Artikel 16 – lid 1 – letter c | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
c) het adres van de daarvoor gebruikte website(s) en alle pertinente informatie die nodig is om de website(s) te identificeren. |
Schrappen |
Amendement 49 Voorstel voor een richtlijn Artikel 16 - lid 1 ter (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
1 ter. De lidstaten behouden de mogelijkheid om op grond van dwingende redenen in verband met de bescherming van de volksgezondheid de invoer te beperken van tabak voor persoonlijke doeleinden. Een dergelijke beperking kan in het bijzonder worden toegepast indien er een aanzienlijk prijsverschil bestaat tussen producten afkomstig uit verschillende plaatsen van herkomst, of indien de gezondheidswaarschuwingen niet zijn gesteld in de officiële taal of talen van het land van aankoop. |
Amendement 50 Voorstel voor een richtlijn Artikel 16 – lid 1 quater (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
1 quater. De lidstaten verbieden de distributie door op hun grondgebied gevestigde detaillisten van gratis of afgeprijsde tabaksproducten middels grensoverschrijdende verkoopkanalen op afstand of andere kanalen. |
Amendement 51 Voorstel voor een richtlijn Artikel 16 – lid 2 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
2. De bevoegde autoriteiten van de lidstaten publiceren de volledige lijst van alle bij hen geregistreerde detaillisten overeenkomstig de voorschriften en garanties in Richtlijn 95/46/EG. Detaillisten mogen tabaksproducten slechts door middel van verkoop op afstand in de handel brengen vanaf het tijdstip waarop de naam van de detaillist in de betrokken lidstaten is gepubliceerd. |
Schrappen |
Amendement 52 Voorstel voor een richtlijn Artikel 16 – lid 3 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
3. Indien dat nodig is om de naleving van de voorschriften te waarborgen en de handhaving ervan te vergemakkelijken, mogen de lidstaten van bestemming eisen dat de detaillist een natuurlijk persoon aanwijst die ervoor zorgt dat de tabaksproducten, voor zij de consument bereiken, in overeenstemming zijn met de nationale bepalingen die in de lidstaat van bestemming ter uitvoering van deze richtlijn zijn vastgesteld. |
Schrappen |
Amendement 53 Voorstel voor een richtlijn Artikel 16 – lid 4 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
4. Detaillisten die op afstand verkopen, zijn uitgerust met een leeftijdscontrolesysteem dat op het tijdstip van de verkoop nagaat of de koper de in de nationale wetgeving van de lidstaat van bestemming voorgeschreven minimumleeftijd heeft. De detailhandelaar of de aangewezen natuurlijke persoon deelt aan de bevoegde autoriteiten een beschrijving van de details en de werking van het leeftijdscontrolesysteem mee. |
Schrappen |
Amendement 54 Voorstel voor een richtlijn Artikel 16 – lid 5 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
5. Persoonsgegevens van de consument worden enkel verwerkt overeenkomstig Richtlijn 95/46/EG en worden niet bekendgemaakt aan de producent van tabaksproducten, aan ondernemingen die deel uitmaken van dezelfde groep ondernemingen of aan enige andere derde. Persoonsgegevens worden niet gebruikt of doorgegeven voor andere doelen dan deze aankoop. Dit geldt ook als de detaillist deel uitmaakt van een producent van tabaksproducten. |
Schrappen |
Amendement 55 Voorstel voor een richtlijn Artikel 18 – lid 1 – inleidende formule | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
1. De volgende nicotinehoudende producten mogen slechts in de handel worden gebracht als zij overeenkomstig Richtlijn 2001/83/EG zijn toegelaten: |
1. Als nicotinehoudende producten worden gepresenteerd als hebbende eigenschappen om een ziekte te behandelen of te voorkomen, mogen zij slechts in de handel worden gebracht als zij overeenkomstig Richtlijn 2001/83/EG zijn toegelaten: |
Motivering | |
Van nicotinehoudende producten zoals elektronische sigaretten wordt niet beweerd dat zij de gezondheid van de mens bevorderen en deze producten moeten niet worden aangemerkt als geneesmiddel. Als dergelijke producten als zodanig zouden worden aangemerkt, zou de beschikbaarheid ervan op de markt worden beperkt, terwijl schadelijkere tabaksproducten vrij beschikbaar blijven. Dit zou de internationale handel dus onnodig belemmeren. | |
Amendement 56 Voorstel voor een richtlijn Artikel 24 – lid 2 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
2. Op grond van dwingende redenen in verband met de bescherming van de volksgezondheid mag een lidstaat voor onder deze richtlijn vallende materies echter strengere nationale voorschriften handhaven die op alle producten van toepassing zijn. Een lidstaat mag ook strengere nationale voorschriften invoeren om redenen die verband houden met de specifieke situatie van die lidstaat, en mits die voorschriften gerechtvaardigd zijn door de bescherming van de volksgezondheid. Die nationale voorschriften worden samen met de motivering voor de handhaving of invoering ervan aan de Commissie ter kennis gebracht. Binnen zes maanden na de datum van ontvangst van de kennisgeving keurt de Commissie die voorschriften goed of af, nadat zij, rekening houdend met het hoge niveau van bescherming van de volksgezondheid dat deze richtlijn tot stand brengt, heeft nagegaan of zij al dan niet gerechtvaardigd, noodzakelijk en evenredig aan hun doel zijn en of zij geen middel tot willekeurige discriminatie of een verkapte beperking van de handel tussen de lidstaten vormen. Wanneer de Commissie binnen de genoemde periode geen besluit neemt, worden de nationale voorschriften geacht te zijn goedgekeurd. |
2. Op grond van dwingende redenen in verband met de bescherming van de volksgezondheid mag een lidstaat voor onder deze richtlijn vallende materies echter strengere nationale voorschriften handhaven die op alle producten van toepassing zijn. Een lidstaat mag ook strengere nationale voorschriften invoeren om redenen die verband houden met de specifieke situatie van die lidstaat, en mits die voorschriften gerechtvaardigd zijn door de bescherming van de volksgezondheid. Die nationale voorschriften worden samen met de motivering voor de handhaving of invoering ervan aan de Commissie ter kennis gebracht. Binnen zes maanden na de datum van ontvangst van de kennisgeving keurt de Commissie die voorschriften goed of af, nadat zij, rekening houdend met het hoge niveau van bescherming van de volksgezondheid dat deze richtlijn tot stand brengt, heeft nagegaan of zij al dan niet gerechtvaardigd, noodzakelijk en evenredig aan hun doel zijn en in overeenstemming zijn met deze richtlijn, het Verdrag en de internationale verplichtingen van de EU, waaronder de WTO-verplichtingen, in het bijzonder in verband met de overeenkomst inzake technische handelsbelemmeringen (TBT) en de overeenkomst inzake de handelsgerelateerde aspecten van intellectuele eigendom (TRIP's), en of zij geen middel tot willekeurige discriminatie of een verkapte beperking van de handel tussen de lidstaten vormen. Wanneer de Commissie binnen de genoemde periode geen besluit neemt, worden de nationale voorschriften geacht te zijn goedgekeurd. |
Motivering | |
De EU dient bij het voorstellen van wetgeving rekening te houden met haar internationale verplichtingen. | |
Amendement 57 Voorstel voor een richtlijn Artikel 26 – alinea 1 – inleidende formule | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
De lidstaten mogen toestaan dat de volgende producten die niet aan deze richtlijn voldoen, tot [Publicatiebureau: gelieve de juiste datum in te vullen: inwerkingtreding + 24 maanden] in de handel worden gebracht. |
De lidstaten mogen toestaan dat de volgende producten die niet aan deze richtlijn voldoen, tot [Publicatiebureau: gelieve de juiste datum in te vullen: inwerkingtreding + 42 maanden] in de handel worden gebracht: |
BEKNOPTE MOTIVERING
Het onderhavige voorstel voor een richtlijn heeft als doel Richtlijn 2001/37/EG te actualiseren. Dit is nodig vanwege de wetenschappelijke en marktontwikkelingen die hebben plaatsgehad gedurende de tien jaar na de aanneming ervan. Met dit voorstel geeft de Commissie bovendien gevolg aan een aantal verzoeken gedaan door het Europees Parlement in een aantal resoluties uit 2007, 2009 en 2011. Het voorstel weerspiegelt bovendien de geest van het WHO-Kaderverdrag inzake tabaksontmoediging dat in 2005 van kracht is geworden en onder andere moet leiden tot adequate informatie aan consumenten over de gevaren van roken.
De nieuwe richtlijn moet zorgen voor een hoger niveau van gezondheidsbescherming en de tabaksconsumptie onder jongeren verminderen. Om deze doelstellingen te bereiken wordt een aantal maatregelen voorgesteld met betrekking tot de verpakking van tabaksproducten (gezondheidswaarschuwing op 75% van de voor- en achterkant van de eenheidsverpakking), de ingrediënten (verbod op producten met geur- of smaakstoffen zoals menthol), de grootte van de producten (verbod op smalle sigaretten) en de traceerbaarheid. Deze maatregelen hebben geen betrekking op sigaren en pijptabak, die onder de huidige richtlijn blijven vallen.
Uw rapporteur is het volledig eens met de doelstellingen in het voorstel gericht op de bescherming van de volksgezondheid. Hij benadrukt bovendien dat bij de verwezenlijking van deze doelstellingen de internationale handelsverbintenissen van de Europese Unie volledig moeten worden geëerbiedigd, in het bijzonder de overeenkomst inzake technische handelsbelemmeringen (TBT-overeenkomst) en de handelsaspecten van de intellectuele eigendom (TRIP's). Indien noodzakelijk dienen volgens uw rapporteur de partners van de Europese Unie in de hiervoor opgerichte TBT-commissie en TRIP's-commissie te worden geraadpleegd.
Op 6 en 7 maart 2013 hebben de leden van de TBT-commissie (WTO) overigens een gedachtewisseling gehouden over het voorstel van de Commissie. Tijdens deze gedachtewisseling hebben een aantal tabaktelende leden van de commissie bedenkingen geuit tegen het voorstel, aangezien het volgens hen in conflict kan zijn met een aantal verplichtingen op grond de WTO-overeenkomst, de TRIPs-overeenkomst en de GATT-overeenkomst, en hun twijfel geuit over de proportionaliteit van de voorgestelde maatregelen[1].
Zo heeft de Dominicaanse Republiek - waarvan 10% van de tabaksproductie naar de Europese Unie wordt uitgevoerd - opgemerkt dat een aantal bepalingen van het voorstel voor een richtlijn strijdig zijn met artikel 2, lid 2, van de WTO-overeenkomst, waarin is bepaald dat "technische voorschriften niet meer beperkingen voor het handelsverkeer [mogen] inhouden dan nodig is om een legitiem doel te bereiken, rekening houdend met de risico's die aan het niet bereiken van dat doel verbonden zouden zijn", en waarin eveneens is bepaald dat de risicobeoordeling op "wetenschappelijke gegevens" moet zijn gebaseerd[2].
Verder werpen de bepalingen over het gebruik van neutrale verpakkingen ("plain packaging"), zonder logo en zonder weergave van de visuele identiteit van het merk, een aantal vragen op over de verenigbaarheid ervan met de overeenkomsten betreffende intellectueel eigendom en de bescherming van merken.
Een aantal derde landen heeft reeds zeer strikte wetgeving betreffende verpakkingen ingevoerd. Zo heeft Australië kort geleden een wet aangenomen die het gebruik van neutrale verpakkingen verplicht stelt, met als doel de tabaksconsumptie te ontmoedigen door sigarettenpakjes minder aantrekkelijk te maken en de impact van gezondheidswaarschuwingen te versterken[3].
Er zijn echter reeds vier klachten tegen Australië ingediend bij het orgaan voor geschillenbeslechting van de WTO[4]. Volgens de eisers zijn door Australië genomen maatregelen onverenigbaar met een aantal voorschriften, waaronder artikel 20 van de TRIP's-overeenkomst, waarin is bepaald dat "het gebruik van een handelsmerk [...] niet op ongerechtvaardigde wijze [mag] worden bemoeilijkt door bijzondere vereisten, zoals het [...] gebruik op een wijze die afbreuk doet aan het vermogen tot het onderscheiden van de waren of diensten van de ene onderneming van die van andere ondernemingen".
Naast deze klachten bij de WTO heeft de tabaksindustrie[5] eveneens klachten ingediend, in het kader van het internationale arbitragemechanisme voor de bescherming van investeringen, tegen de Australische autoriteiten en eveneens Uruguay, dat beperkende maatregelen heeft genomen betreffende de verpakking van sigaretten.
Uw rapporteur erkent het belang voor de volksgezondheid van een gezondheidswaarschuwing op een groot gedeelte van de sigarettenverpakking, maar is van mening dat het nuttig en passend kan zijn om merken op het resterende oppervlak hun eigen visuele identiteit te laten gebruiken. Bovendien zouden standaardverpakkingen zonder logo en zonder visuele merkidentiteit het risico op namaak kunnen verhogen, wat zou leiden tot een verlies aan nationale belastinginkomsten en een verhoogde consumptie van nog gevaarlijkere producten; het gaat immers om namaakproducten.
Hoewel de Commissie het gebruik van neutrale verpakkingen niet specifiek verplicht stelt, blijft het voorstel op dit gebied relatief onduidelijk; zo kunnen de lidstaten op basis van het voorstel striktere voorschriften betreffende het visuele aspect van verpakkingen instellen. Bovendien stelt artikel 12 van het voorstel een verbod in op "elementen" die "niet beperkt [zijn] tot teksten, symbolen, namen, handelsmerken, al dan niet figuratieve tekens", kortom alle kenmerken die de visuele identiteit van een merk vormen.
De rapporteur benadrukt echter dat hij het voorstel van de Commissie in zijn geheel betrekkelijk evenwichtig vindt. De rapporteur zal nader ingaan op het voorstel en verdere aanbevelingen ter zake doen nadat hij kennis heeft genomen van de verschillende adviezen van de Commissie internationale handel.
PROCEDURE
Titel |
Onderlinge aanpassing van de wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen van de lidstaten inzake de productie, de presentatie en de verkoop van tabaks- en aanverwante producten |
||||
Document- en procedurenummers |
COM(2012)0788 – C7-0420/2012 – 2012/0366(COD) |
||||
Commissie ten principale Datum bekendmaking |
ENVI 15.1.2013 |
|
|
|
|
Advies uitgebracht door Datum bekendmaking |
INTA 18.4.2013 |
||||
Rapporteur voor advies Datum benoeming |
Metin Kazak 25.4.2013 |
||||
Behandeling in de commissie |
27.5.2013 |
|
|
|
|
Datum goedkeuring |
18.6.2013 |
|
|
|
|
Uitslag eindstemming |
+: –: 0: |
15 12 0 |
|||
Bij de eindstemming aanwezige leden |
Maria Badia i Cutchet, David Campbell Bannerman, María Auxiliadora Correa Zamora, Christofer Fjellner, Yannick Jadot, Metin Kazak, Franziska Keller, Bernd Lange, David Martin, Vital Moreira, Paul Murphy, Cristiana Muscardini, Helmut Scholz, Peter Šťastný, Robert Sturdy, Henri Weber, Iuliu Winkler, Paweł Zalewski |
||||
Bij de eindstemming aanwezige vaste plaatsvervanger(s) |
Josefa Andrés Barea, Catherine Bearder, Albert Deß, Elisabeth Köstinger, Mario Pirillo, Miloslav Ransdorf, Peter Skinner, Jarosław Leszek Wałęsa |
||||
Bij de eindstemming aanwezige plaatsvervanger(s) (art. 187, lid 2) |
Salvador Garriga Polledo, Paul Rübig |
||||
- [1] De volgende leden hebben bedenkingen geuit: Dominicaanse Republiek, Nicaragua, Indonesië, Malawi, de Filipijnen, Honduras, Mexico, Cuba en Zambia. De volgende leden hebben de Unie ondersteund: Noorwegen, Australië en Nieuw-Zeeland.
- [2] De bepalingen die worden aangehaald in het document van de Dominicaanse Republiek betreffen onder andere de standaardisatie van eenheidsverpakkingen, het verbod op beschrijvende elementen, het verbod op dunne sigaretten, verplichte neutrale verpakking ("plain packaging") en het verbod op aromatische ingrediënten.
- [3] De Tobacco Plain Packaging Act, aangenomen door het Australische parlement in 2011 en van kracht geworden in december 2012.
- [4] Klachten ingediend door Oekraïne, (maart 2012), Honduras (april 2012), de Dominicaanse Republiek (juli 2012) en Cuba (mei 2013).
- [5] In het bijzonder Philip Morris International.
ADVIES van de Commissie industrie, onderzoek en energie (26.6.2013)
aan de Commissie milieubeheer, volksgezondheid en voedselveiligheid
inzake het voorstel voor een richtlijn van het Europees Parlement en de Raad betreffende de onderlinge aanpassing van de wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen van de lidstaten inzake de productie, de presentatie en de verkoop van tabaks- en aanverwante producten
(COM(2012)0788 – C7‑0420/2012 – 2012/0366(COD))
Rapporteur voor advies: Robert Goebbels
BEKNOPTE MOTIVERING
Het is algemeen erkend dat roken schadelijke gevolgen heeft voor de menselijke gezondheid. Tabak is de belangrijkste risicofactor voor kanker en nicotine is schadelijk voor hart en bloedvaten. Volgens de WHO sterven elk jaar 5 miljoen mensen vroegtijdig aan de gevolgen van roken. De Commissie heeft het over 700 000 voortijdige sterfgevallen per jaar in de Unie alleen. In 1999 raamde de Commissie het aantal slachtoffers van roken op 500 000 per jaar.
Meer dan tien jaar na de inwerkingtreding van de laatste communautaire kaderregeling voor de verkoop van tabaksproducten is de consumptie ervan niet radicaal verminderd. Volgens een nota van de bibliotheek van het EP werden in 2012 in de EU 576 miljard sigaretten geconsumeerd, wat neerkomt op een consumptiedaling van 100 miljard in vijf jaar. Ondanks het nagenoeg volledige rookverbod op openbare plaatsen neemt de consumptie van tabak vooral bij jongeren en vrouwen toe. Terwijl gemiddeld minder dan 30 % van de Europeanen verslaafd is aan tabak, bedraagt dat cijfer in de leeftijdsgroep van 18 t/m 35 jaar bijna 50 %. Erger nog, 37 % van de 11- tot 15-jarigen rookt. Is roken aantrekkelijker omdat het verboden is?
Om de volksgezondheid te beschermen hebben de internationale en nationale autoriteiten de strijd tegen het roken opgevoerd. Toch wordt nergens een volledig verbod op tabaksconsumptie overwogen. Dat zou immers onmiddellijk leiden tot een uitgebreide illegale markt, een buitenkans voor de georganiseerde misdaad die al zeer actief is in de smokkel en namaak van sigaretten.
De tabaksmarkt vormt een omvangrijke economische sector, met meer dan 50 000 arbeidsplaatsen in de productie en meer dan 200 000 in de distributie. Bijna 90 000 landbouwers zijn voor hun inkomen afhankelijk van de tabaksteelt, ook al dekt de Europese landbouw slechts 5 % van de behoeften aan ruwe tabak. De genoemde studie van het EP raamt de totale waarde van de Europese tabaksmarkt in 2012 op ca. 136,5 miljard euro, inclusief de ontvangsten uit accijnzen en belastingen ten belope van 79 miljard euro voor de lidstaten, die in zekere zin het meest aan roken verdienen.
In die context rijst de vraag over de tegenstelling tussen individuele vrijheid en maatschappelijke verantwoordelijkheid. De Commissie lijkt het recht van volwassenen te erkennen om sigaren, cigarillo's en pijptabak te roken, producten waarvoor veel minder strenge voorschriften gelden dan voor sigaretten en shagtabak, die aantrekkelijker worden geacht voor jongeren. Paracelsus wist het al in de 16e eeuw: "alles is giftig" en "alleen de dosis maakt iets geen vergif". De mens is sterfelijk, en de gangbare filosofie is die van het kleinste risico. Zo wordt steeds vaker gewaarschuwd voor alcoholconsumptie, te veel suiker, te veel zout, te veel vlees, industriële producten en junkfood. Tegelijk neemt de levensverwachting toe in de gehele Unie, waar de ultieme maatschappelijke ambitie erin lijkt te bestaan op een dag gezond te sterven!
De noodzakelijke bescherming van niet-rokers – en de rapporteur voor advies behoort tot de groep die nooit heeft gerookt – vereist echter een doortastend optreden van de autoriteiten tegen passief roken en een beleid dat rokers doeltreffende middelen biedt om te stoppen met roken. De prioriteit blijft preventie, met name bij jongeren.
Het Commissievoorstel wil roken minder aantrekkelijk maken door meer en grotere gezondheidswaarschuwingen op de verpakkingen te zetten, en deze tegelijk ook te harmoniseren. De Commissie heeft niet kunnen aantonen hoe een standaardisering van tabaksproducten kan bijdragen tot een consumptiedaling, met name onder jongeren. Komt deze buitensporige standaardisering niet ten goede aan de vier grote groepen die 90 % van de Europese markt onder elkaar verdelen?
De ontwerprichtlijn omvat 16 artikelen die de Commissie de bevoegdheid verlenen om gedelegeerde handelingen vast te stellen met betrekking tot aspecten die vaak een essentieel onderdeel van de wetgeving uitmaken. Dat lijkt buitensporig. De Commissie stelt voor uiterlijk binnen vijf jaar een verslag over de toepassing van de nieuwe richtlijn in te dienen, vergezeld van alle noodzakelijk geachte wijzigingsvoorstellen. Dit verslag en de wijzigingsvoorstellen zouden kunnen worden vervroegd, om te voorkomen dat de richtlijn om de haverklap wordt aangepast via een grote hoeveelheid gedelegeerde handelingen, die vaak op de rand van de Europese rechtsregels balanceren.
AMENDEMENTEN
De Commissie industrie, onderzoek en energie verzoekt de ten principale bevoegde Commissie milieubeheer, volksgezondheid en voedselveiligheid onderstaande amendementen in haar verslag op te nemen:
Amendement 1 Voorstel voor een richtlijn Overweging 6 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(6) Wegens de omvang van de interne markt voor tabaks- en aanverwante producten, het feit dat de producenten van tabaksproducten de productie voor de gehele Unie meer en meer in een klein aantal fabrieken in de lidstaten concentreren, en de daaruit resulterende significante grensoverschrijdende verkoop van tabaks- en aanverwante producten, is er om de interne markt voor tabaksproducten goed te laten functioneren, behoefte aan wetgevend optreden op het niveau van de Unie, eerder dan op nationaal niveau. |
(6) Wegens de omvang van de interne markt voor tabaks- en aanverwante producten, het feit dat de producenten van tabaksproducten de productie voor de gehele Unie meer en meer in een klein aantal fabrieken in de lidstaten concentreren, en de daaruit resulterende significante grensoverschrijdende verkoop van tabaks- en aanverwante producten, is er om de interne markt voor tabaksproducten goed te laten functioneren, behoefte aan krachtiger wetgevend optreden op het niveau van de Unie. |
Amendement 2 Voorstel voor een richtlijn Overweging 8 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(8) Overeenkomstig artikel 114, lid 3, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (hierna "het Verdrag" genoemd) moet voor de volksgezondheid worden uitgegaan van een hoog beschermingsniveau, waarbij met name rekening wordt gehouden met nieuwe op wetenschappelijke feiten gebaseerde gegevens. Tabaksproducten zijn geen gewone producten, en gezien de buitengewoon schadelijke effecten van tabak moet groot belang worden gehecht aan de bescherming van de volksgezondheid, met name om het roken bij jongeren te verminderen. |
(8) Overeenkomstig artikel 114, lid 3, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (hierna "het Verdrag" genoemd) moet voor de volksgezondheid worden uitgegaan van een hoog beschermingsniveau, waarbij met name rekening wordt gehouden met nieuwe op wetenschappelijke feiten gebaseerde gegevens. Tabaksproducten zijn geen gewone producten, en gezien de buitengewoon schadelijke effecten van tabak moet groot belang worden gehecht aan de bescherming van de volksgezondheid, met name om het roken bij jongeren te verminderen. Roken is een wereldwijd en actueel probleem dat verwoestende gevolgen heeft, en de meeste rokers beginnen in de puberteit met hun tabaksconsumptie. |
Amendement 3 Voorstel voor een richtlijn Overweging 11 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(11) Wat de vaststelling van maximumgehalten betreft, zal het later noodzakelijk en passend kunnen blijken om de vastgestelde gehalten aan te passen of maximumemissies vast te stellen, gelet op hun toxiciteit of verslavende werking. |
Schrappen |
Amendement 4 Voorstel voor een richtlijn Overweging 15 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(15) De waarschijnlijkheid van uiteenlopende regelgeving wordt nog vergroot door de bezorgdheid over tabaksproducten, met inbegrip van rookloze tabaksproducten, die een kenmerkend aroma hebben dat verschilt van dat van tabak, hetgeen het beginnen met de consumptie van tabak kan vergemakkelijken of de consumptiepatronen kan beïnvloeden. In veel landen is de verkoop van producten met menthol bijvoorbeeld geleidelijk gestegen, ook al is het totale aantal rokers afgenomen. Uit een aantal studies blijkt dat tabaksproducten met menthol de inhalatie en het beginnen met roken door jongeren kunnen vergemakkelijken. Maatregelen die leiden tot een ongerechtvaardigde gedifferentieerde behandeling van gearomatiseerde sigaretten (bv. sigaretten met menthol of kruidnagel) moeten worden vermeden. |
(15) De waarschijnlijkheid van uiteenlopende regelgeving wordt nog vergroot door de bezorgdheid over tabaksproducten die een kenmerkend aroma hebben dat verschilt van dat van tabak en menthol, hetgeen het beginnen met de consumptie van tabak kan vergemakkelijken of de consumptiepatronen kan beïnvloeden. |
Amendement 5 Voorstel voor een richtlijn Overweging 16 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(16) Het verbod op tabaksproducten met een kenmerkend aroma betekent niet dat afzonderlijke additieven volledig verboden zijn, maar verplicht de producenten het additief of de combinatie van additieven in die mate te verminderen dat de additieven niet langer een kenmerkend aroma produceren. Het gebruik van voor de vervaardiging van tabaksproducten noodzakelijke additieven moet worden toegestaan zolang dat niet resulteert in een kenmerkend aroma. De Commissie moet zorgen voor uniforme voorwaarden voor de toepassing van de bepaling inzake kenmerkende aroma's. Bij die besluitvorming moeten de lidstaten en de Commissie een beroep doen op onafhankelijke panels. De toepassing van deze richtlijn mag niet leiden tot discriminatie tussen verschillende tabakssoorten. |
(16) Het gebruik van voor de vervaardiging van tabaksproducten noodzakelijke additieven moet worden toegestaan. De Commissie moet zorgen voor uniforme voorwaarden voor de toepassing van de bepaling inzake kenmerkende aroma's. Bij die besluitvorming moeten de lidstaten en de Commissie een beroep doen op onafhankelijke panels. De toepassing van deze richtlijn mag niet leiden tot discriminatie tussen verschillende tabakssoorten. |
Motivering | |
Waarom zou de keuze van volwassen, goed geïnformeerde consumenten worden beperkt? | |
Amendement 6 Voorstel voor een richtlijn Overweging 18 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(18) Daar de richtlijn is toegespitst op jongeren, moeten andere tabaksproducten dan sigaretten, shagtabak en rookloze tabak, die hoofdzakelijk worden gebruikt door oudere consumenten, van bepaalde vereisten betreffende de ingrediënten worden vrijgesteld zolang er zich geen aanzienlijke verandering voordoet in de omstandigheden wat het verkoopvolume of het consumptiepatroon bij jongeren betreft. |
(18) Daar de richtlijn is toegespitst op jongeren, moeten andere tabaksproducten dan sigaretten, shagtabak en tabak voor oraal gebruik, die hoofdzakelijk worden gebruikt door oudere consumenten, van bepaalde vereisten betreffende de ingrediënten worden vrijgesteld. De Commissie dient het gebruik van waterpijptabak onder jongeren zorgvuldig te controleren, omdat er steeds meer aanwijzingen zijn dat het gebruik ervan buiten de traditionele, oudere markt toeneemt. |
Motivering | |
De consumptie van traditionele snuiftabak en pruimtabak is beperkt tot enkele gebieden in Europa en kent een lange traditie. Bovendien worden snuiftabak en pruimtabak voornamelijk door ouderen verbruikt. Om die reden moet hiervoor dezelfde uitzondering gelden als voor sigaren, cigarillo's en pijptabak. | |
Amendement 7 Voorstel voor een richtlijn Overweging 19 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(19) Er bestaan nog steeds verschillen in de nationale voorschriften voor de etikettering van tabaksproducten, met name inzake het gebruik van gecombineerde gezondheidswaarschuwingen bestaande uit een afbeelding en een tekst, informatie over diensten die helpen om te stoppen met roken, en reclame-uitingen in en op verpakkingen. |
(19) Er bestaan nog steeds verschillen in de nationale voorschriften voor de etikettering van tabaksproducten, met name inzake de afmetingen van gezondheidswaarschuwingen, informatie over diensten die helpen om te stoppen met roken, en reclame-uitingen in en op verpakkingen. |
Amendement 8 Voorstel voor een richtlijn Overweging 20 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(20) Dergelijke verschillen kunnen een hinderpaal voor het handelsverkeer vormen en de werking van de interne markt voor tabaksproducten belemmeren, en dienen derhalve te worden weggewerkt. Daarbij komt dat de consumenten in sommige lidstaten beter kunnen zijn voorgelicht over de gezondheidsrisico's van tabaksproducten dan in andere. Zonder verder optreden op het niveau van de Unie zullen de bestaande verschillen de volgende jaren waarschijnlijk toenemen. |
(20) Dergelijke verschillen kunnen een hinderpaal voor het handelsverkeer vormen en de werking van de interne markt voor tabaksproducten belemmeren, en dienen derhalve te worden weggewerkt. Daarbij komt dat de consumenten in sommige lidstaten beter kunnen zijn voorgelicht over de gezondheidsrisico's van tabaksproducten dan in andere. Zonder verdere harmoniserende maatregelen op het niveau van de Unie zullen de bestaande verschillen de volgende jaren waarschijnlijk toenemen. |
Amendement 9 Voorstel voor een richtlijn Overweging 23 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(23) Om de integriteit en de zichtbaarheid van de gezondheidswaarschuwingen te waarborgen en de doeltreffendheid ervan te maximaliseren, moeten bepalingen worden vastgesteld inzake de afmetingen van de waarschuwingen en inzake bepaalde aspecten van de verschijningsvorm van de tabaksverpakking, inclusief het openingsmechanisme. De verpakking en de producten kunnen de consumenten, met name jongeren, misleiden door te suggereren dat de producten minder schadelijk zijn. Dit is bijvoorbeeld het geval voor sommige teksten of kenmerken als "laag teergehalte", "light", "ultra-light", "mild", "natuurlijk", "biologisch", "zonder additieven", "zonder smaakstoffen", "slim", namen, afbeeldingen en figuratieve of andere tekens. Ook de grootte en de verschijningsvorm van de individuele sigaretten kunnen de consumenten misleiden door de indruk te wekken dat zij minder schadelijk zijn. Uit een recent onderzoek is ook gebleken dat rokers van dunne sigaretten vaker geloven dat hun eigen merk minder schadelijk is. Dat moet worden aangepakt. |
(23) Om de integriteit en de zichtbaarheid van de gezondheidswaarschuwingen te waarborgen en de doeltreffendheid ervan te maximaliseren, moeten bepalingen worden vastgesteld inzake de afmetingen van de waarschuwingen en inzake bepaalde aspecten van de verschijningsvorm van de tabaksverpakking, inclusief het openingsmechanisme. De verpakking en de producten kunnen de consumenten, met name jongeren, misleiden door te suggereren dat de producten minder schadelijk zijn. Dit is bijvoorbeeld het geval voor sommige teksten of kenmerken als "laag teergehalte", "light", "ultra-light", "mild", "natuurlijk", "biologisch", "zonder additieven", "zonder smaakstoffen", "slim", namen, afbeeldingen en figuratieve of andere tekens. Dat moet worden aangepakt door een passende verpakking en etikettering van dergelijke producten en door voorlichting van de consumenten over de schadelijkheid ervan, zodat de consument zich volledig bewust is van de gevolgen van de consumptie van dergelijke producten. |
Amendement 10 Voorstel voor een richtlijn Overweging 25 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(25) De lidstaten passen verschillende voorschriften toe met betrekking tot het minimumaantal sigaretten per verpakking. Die voorschriften moeten op elkaar worden afgestemd om het vrije verkeer van de betrokken producten te waarborgen. |
Schrappen |
Amendement 11 Voorstel voor een richtlijn Overweging 29 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(29) Bij Richtlijn 89/622/EEG van de Raad van 13 november 1989 betreffende de onderlinge aanpassing van de wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen van de lidstaten inzake de etikettering van tabaksproducten alsmede het verbod van bepaalde tabaksproducten voor oraal gebruik is de verkoop van bepaalde tabaksproducten voor oraal gebruik verboden. Richtlijn 2001/37/EG heeft dat verbod bevestigd. Artikel 151 van de Akte van Toetreding van Oostenrijk, Finland en Zweden verleent het Koninkrijk Zweden een afwijking van dat verbod. Het verbod om tabak voor oraal gebruik te verkopen, moet worden gehandhaafd om te vermijden dat een product op de interne markt wordt gebracht dat verslavend is, schadelijke gevolgen voor de gezondheid heeft en voor jongeren aantrekkelijk is. Voor andere rookloze tabaksproducten die niet voor de massamarkt bestemd zijn, wordt een strenge regeling inzake etikettering en ingrediënten geacht te volstaan om een groei van de markt die verder gaat dan het traditionele gebruik in te dammen. |
(29) Bij Richtlijn 89/622/EEG van de Raad van 13 november 1989 betreffende de onderlinge aanpassing van de wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen van de lidstaten inzake de etikettering van tabaksproducten alsmede het verbod van bepaalde tabaksproducten voor oraal gebruik is de verkoop van bepaalde tabaksproducten voor oraal gebruik verboden. Richtlijn 2001/37/EG heeft dat verbod bevestigd. Artikel 151 van de Akte van Toetreding van Oostenrijk, Finland en Zweden verleent het Koninkrijk Zweden een afwijking van dat verbod. Het verbod op tabaksproducten voor oraal gebruik dient echter niet te gelden voor traditioneel gebruikte tabaksproducten voor oraal gebruik, waarvan het in de handel brengen door individuele lidstaten kan worden toegestaan. Voor andere rookloze tabaksproducten die niet voor de massamarkt bestemd zijn, wordt een strenge regeling inzake etikettering en ingrediënten geacht te volstaan om een groei van de markt die verder gaat dan het traditionele gebruik in te dammen. |
Amendement 12 Voorstel voor een richtlijn Overweging 31 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(31) Alle tabaksproducten kunnen mortaliteit, morbiditeit en handicaps veroorzaken en de consumptie ervan moet worden ingedamd. Het is daarom van belang dat de ontwikkelingen inzake nieuwsoortige tabaksproducten worden gevolgd. De producenten en importeurs moeten worden verplicht om kennis te geven van nieuwsoortige tabaksproducten, onverminderd de bevoegdheid van de lidstaten om die producten te verbieden of toe te staan. De Commissie moet de ontwikkelingen volgen en moet vijf jaar na de uiterste datum voor de omzetting van deze richtlijn een verslag indienen om te beoordelen of wijzigingen van de richtlijn noodzakelijk zijn. |
(31) Alle tabaksproducten kunnen mortaliteit, morbiditeit en handicaps veroorzaken en de productie, de distributie en de consumptie ervan moeten worden gereglementeerd. Het is daarom van belang dat de ontwikkelingen inzake nieuwsoortige tabaksproducten worden gevolgd. De producenten en importeurs moeten worden verplicht om kennis te geven van nieuwsoortige tabaksproducten, onverminderd de bevoegdheid van de lidstaten om die producten te verbieden of toe te staan. De Commissie moet de ontwikkelingen volgen en moet drie jaar na de uiterste datum voor de omzetting van deze richtlijn een verslag indienen om te beoordelen of wijzigingen van de richtlijn noodzakelijk zijn. |
Amendement 13 Voorstel voor een richtlijn Overweging 34 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(34) Richtlijn 2001/83/EG van het Europees Parlement en de Raad van 6 november 2001 tot vaststelling van een communautair wetboek betreffende geneesmiddelen voor menselijk gebruik voorziet in een juridisch kader voor de beoordeling van de kwaliteit, de veiligheid en de werkzaamheid van geneesmiddelen, waaronder nicotinehoudende producten. Voor een groot aantal nicotinehoudende producten is op grond van die regeling reeds een vergunning verleend. De vergunning houdt rekening met het nicotinegehalte van het betrokken product. De onderwerping van alle nicotinehoudende producten waarvan het nicotinegehalte hetzelfde is als of groter is dan dat van een nicotinehoudend product waarvoor reeds op grond van Richtlijn 2001/83/EG een vergunning is verleend, aan hetzelfde juridisch kader, verduidelijkt de rechtssituatie, vermindert de verschillen tussen de nationale wetgevingen, garandeert de gelijke behandeling van alle nicotinehoudende producten die kunnen worden gebruikt voor het stoppen met roken, en schept stimulansen voor onderzoek en innovatie in verband met het stoppen met roken. Dit mag niet afdoen aan de toepassing van Richtlijn 2001/83/EG op andere onder deze richtlijn vallende producten indien aan de voorwaarden van Richtlijn 2001/83/EG is voldaan. |
(34) Richtlijn 2001/83/EG van het Europees Parlement en de Raad van 6 november 2001 tot vaststelling van een communautair wetboek betreffende geneesmiddelen voor menselijk gebruik voorziet in een juridisch kader voor de beoordeling van de kwaliteit, de veiligheid en de werkzaamheid van geneesmiddelen. Nicotinehoudende producten anders dan de tabaksproducten die onder deze richtlijn vallen, moeten worden gereglementeerd in het kader van de aankomende evaluatie van het farmaceutisch pakket of krachtens een specifiek wettelijk instrument, als de studies die momenteel worden uitgevoerd deugdelijke conclusies hebben opgeleverd. Een dergelijk instrument kan bepalingen omvatten waarin toestemming wordt gegeven om nicotinehoudende producten met een lager risico die consumenten kunnen helpen om te stoppen met roken in de handel te brengen, mits deze producten zijn voorzien van een passende gezondheidswaarschuwing. |
Amendement 14 Voorstel voor een richtlijn Overweging 35 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(35) Voor producten die minder nicotine bevatten dan de in deze richtlijn genoemde drempel moeten etiketteringsvoorschriften worden ingevoerd, waardoor de aandacht van de consumenten kan worden gevestigd op potentiële gezondheidsrisico's. |
Schrappen |
Amendement 15 Voorstel voor een richtlijn Overweging 37 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(37) Om uniforme voorwaarden voor de uitvoering van deze richtlijn te waarborgen, met name wat betreft het formaat voor de verstrekking van informatie over ingrediënten, het identificeren van producten met kenmerkende aroma's of met een verhoogde toxiciteit of verslavende werking, en de methode om uit te maken of een tabaksproduct een kenmerkend aroma heeft, moeten aan de Commissie uitvoeringsbevoegdheden worden toegekend. Die bevoegdheden moeten worden uitgeoefend overeenkomstig Verordening (EU) nr. 182/2011. |
Schrappen |
Amendement 16 Voorstel voor een richtlijn Overweging 38 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(38) Om ervoor te zorgen dat de richtlijn volledig operationeel is en om gelijke tred te houden met de technische, wetenschappelijke en internationale ontwikkelingen in de tabaksproductie, -consumptie en -regulering moet aan de Commissie de bevoegdheid worden toegekend om overeenkomstig artikel 290 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie handelingen vast te stellen ten aanzien van met name de vaststelling en aanpassing van maximumgehalten in emissies en de meetmethoden daarvoor, de vaststelling van maximale hoeveelheden van ingrediënten die de toxiciteit, de verslavende werking of de aantrekkelijkheid vergroten, het gebruik van gezondheidswaarschuwingen, eenduidige identificatienummers en veiligheidskenmerken bij de etikettering en verpakking, de bepaling van centrale elementen van overeenkomsten met onafhankelijke derden voor de opslag van gegevens, de herziening van bepaalde vrijstellingen voor andere tabaksproducten dan sigaretten, shagtabak en rookloze tabaksproducten, en de herziening van het nicotinegehalte van nicotinehoudende producten. Het is van bijzonder belang dat de Commissie bij haar voorbereidende werkzaamheden tot passende raadpleging overgaat, onder meer op deskundigenniveau. De Commissie moet bij de voorbereiding en opstelling van de gedelegeerde handelingen ervoor zorgen dat de desbetreffende documenten tijdig en op gepaste wijze gelijktijdig worden toegezonden aan het Europees Parlement en de Raad. |
(38) Om ervoor te zorgen dat de richtlijn operationeel is, moet aan de Commissie de bevoegdheid worden overgedragen om overeenkomstig artikel 290 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie handelingen vast te stellen voor niet-essentiële onderdelen van de richtlijn. Het is van bijzonder belang dat de Commissie bij haar voorbereidende werkzaamheden tot passende raadpleging overgaat, onder meer op deskundigenniveau. De Commissie moet bij de voorbereiding en opstelling van de gedelegeerde handelingen ervoor zorgen dat de desbetreffende documenten tijdig en op gepaste wijze gelijktijdig worden toegezonden aan het Europees Parlement en de Raad. Om gelijke tred te houden met de technische, wetenschappelijke en internationale ontwikkelingen in de tabaksproductie, -consumptie en ‑regulering, moet de Commissie drie jaar na de datum van omzetting van deze richtlijn een verslag indienen om te beoordelen of wijzigingen van deze richtlijn noodzakelijk zijn. |
Amendement 17 Voorstel voor een richtlijn Overweging 39 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(39) De Commissie moet de ontwikkelingen volgen en moet vijf jaar na de datum van omzetting van deze richtlijn een verslag indienen om te beoordelen of wijzigingen van de richtlijn noodzakelijk zijn. |
Schrappen |
Amendement 18 Voorstel voor een richtlijn Overweging 39 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
(39 bis) De nadruk wordt gelegd op het belang en de verantwoordelijkheid van de lidstaten bij de bescherming van de volksgezondheid en het nemen van preventieve maatregelen, het verstrekken van publieke garanties, de begeleiding van en advies aan jongeren, en de uitvoering van voorlichtingscampagnes over stoppen met roken, met name op scholen. Gratis toegang voor iedereen tot consulten en behandelingen op het gebied van stoppen met roken wordt als cruciaal gezien. |
Amendement 19 Voorstel voor een richtlijn Overweging 40 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(40) Een lidstaat die het noodzakelijk acht om voor onder deze richtlijn vallende aspecten strengere nationale voorschriften te handhaven, moet worden toegestaan dat voor alle producten te doen op grond van dwingende redenen in verband met de bescherming van de volksgezondheid. Een lidstaat moet ook worden toegestaan om voor alle producten strengere nationale voorschriften in te voeren om redenen die verband houden met de specifieke situatie van die lidstaat, en mits die voorschriften gerechtvaardigd zijn door de bescherming van de volksgezondheid. Strengere nationale voorschriften moeten noodzakelijk en evenredig zijn en mogen geen middel tot willekeurige discriminatie of een verkapte beperking van de handel tussen de lidstaten vormen. Strengere nationale voorschriften moeten vooraf aan de Commissie ter kennis worden gebracht en door haar worden goedgekeurd, waarbij zij rekening houdt met het hoge niveau van bescherming van de volksgezondheid dat deze richtlijn tot stand brengt. |
(40) Deze richtlijn zorgt voor harmonisatie van bepaalde aspecten inzake de productie, de presentatie en de verkoop van tabaks- en aanverwante producten; op die manier moet ervoor worden gezorgd dat lidstaten geen voorschriften in hun nationale wetgeving invoeren die afwijken van de etiketterings- en verpakkingsvereisten in deze richtlijn. Wanneer een lidstaat ten aanzien van onder deze richtlijn vallende aspecten reeds voor alle producten strengere nationale voorschriften heeft vastgesteld, moet dit op grond van dwingende redenen in verband met de bescherming van de volksgezondheid worden toegestaan. Deze nationale voorschriften moeten echter noodzakelijk en evenredig zijn en mogen geen middel tot willekeurige discriminatie of een verkapte beperking van de handel tussen de lidstaten vormen. Strengere nationale voorschriften moeten vooraf aan de Commissie ter kennis worden gebracht en door haar worden goedgekeurd, waarbij zij rekening houdt met het hoge niveau van bescherming van de volksgezondheid dat deze richtlijn tot stand brengt. |
Amendement 20 Voorstel voor een richtlijn Overweging 41 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(41) Het moet de lidstaten vrijstaan om voor buiten de werkingssfeer van deze richtlijn vallende aspecten nationale wettelijke regelingen te handhaven of in te voeren die gelijkelijk van toepassing zijn op alle producten, mits die verenigbaar zijn met het Verdrag en de integrale toepassing van deze richtlijn niet in gevaar brengen. Zo kunnen de lidstaten bijvoorbeeld voorschriften handhaven of invoeren die voorzien in de volledige standaardisatie van de verpakkingen van tabaksproducten, mits die voorschriften verenigbaar zijn met het Verdrag en met de WTO-verplichtingen en niet in de weg staan aan de integrale toepassing van deze richtlijn. Voor technische voorschriften is een voorafgaande kennisgeving vereist op grond van Richtlijn 98/34/EG van het Europees Parlement en de Raad van 22 juni 1998 betreffende een informatieprocedure op het gebied van normen en technische voorschriften en regels betreffende de diensten van de informatiemaatschappij. |
(41) De lidstaten moeten de mogelijkheid krijgen strengere regels betreffende tabaksproducten vast te stellen indien ze dat voor de bescherming van de volksgezondheid nodig achten, voor zover zulke voorschriften buiten de reikwijdte van de bepalingen van deze richtlijn vallen. De lidstaten mogen de invoer, de verkoop en de consumptie van tabaks- of aanverwante producten die aan de vereisten van deze richtlijn voldoen, niet verbieden of beperken. |
Amendement 21 Voorstel voor een richtlijn Overweging 42 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(42) De lidstaten moeten waarborgen dat persoonsgegevens worden verwerkt overeenkomstig de voorschriften en garanties in Richtlijn 95/46/EG van het Europees Parlement en de Raad van 24 oktober 1995 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrije verkeer van die gegevens. |
(42) De lidstaten moeten waarborgen dat persoonsgegevens worden verwerkt overeenkomstig de voorschriften en garanties in Richtlijn 95/46/EG van het Europees Parlement en de Raad van 24 oktober 1995 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrije verkeer van die gegevens. Ook nationale bepalingen inzake gegevensbescherming moeten worden nageleefd. |
Amendement 22 Voorstel voor een richtlijn Artikel 2 – alinea 1 – punt 2 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(2) "additief": een stof in een tabaksproduct, een verpakkingseenheid ervan of enige buitenverpakking, met uitzondering van tabaksbladeren en andere natuurlijke of niet-getransformeerde delen van de tabaksplant; |
(2) "additief": een stof in een tabaksproduct, met uitzondering van tabaksbladeren en andere natuurlijke of niet-getransformeerde delen van de tabaksplant; |
Amendement 23 Voorstel voor een richtlijn Artikel 2 – alinea 1 – punt 4 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(4) "kenmerkend aroma": een duidelijk waarneembare geur of smaak die verschilt van die van tabak en die het resultaat is van een additief of combinatie van additieven, met inbegrip van maar niet enkel van fruit, specerijen, kruiden, alcohol, kandij, menthol of vanille, die kan worden waargenomen voor of bij het beoogde gebruik van het tabaksproduct; |
(4) "kenmerkend aroma": een duidelijk waarneembare geur of smaak die verschilt van die van tabak en die het resultaat is van een additief of combinatie van additieven, uitgezonderd menthol, met inbegrip van maar niet enkel fruit, specerijen, kruiden, alcohol, kandij of vanille, die kan worden waargenomen voor of bij het beoogde gebruik van het tabaksproduct; |
Amendement 24 Voorstel voor een richtlijn Artikel 2 – alinea 1 – punt 18 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(18) "ingrediënt": een additief, tabak (bladeren en andere natuurlijke, getransformeerde of niet-getransformeerde delen van de tabaksplant, met inbegrip van geëxpandeerde en gereconstitueerde tabak), en elke in een afgewerkt tabaksproduct aanwezige stof, met inbegrip van papier, filters, inkt, capsules en kleefstoffen; |
(18) "ingrediënt": elk additief en elke in een afgewerkt tabaksproduct aanwezige stof, met inbegrip van papier, filters, inkt, capsules en kleefstoffen; |
Amendement 25 Voorstel voor een richtlijn Artikel 2 – alinea 1 – punt 23 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
(23 bis) "tabaksproduct met een lager risico": een tabaksproduct dat wordt ontworpen en in de handel gebracht om het risico van het roken ten opzichte van conventionele tabakproducten te verminderen, met name sigaretten, en dat in de handel wordt gebracht na de inwerkingtreding van deze richtlijn; |
Amendement 26 Voorstel voor een richtlijn Artikel 2 – alinea 1 – punt 30 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(30) "aanzienlijke verandering in de omstandigheden": een stijging van het verkoopvolume per productcategorie, zoals pijptabak, sigaren of cigarillo's, van ten minste 10 % in ten minste 10 lidstaten, op basis van overeenkomstig artikel 5, lid 4, meegedeelde gegevens; of een verhoging van de prevalentie in de groep consumenten jonger dan 25 jaar met ten minste 5 procentpunten in ten minste 10 lidstaten voor de respectieve productcategorie, op basis van Eurobarometerverslag ____ [deze datum zal worden vastgesteld bij de goedkeuring van de richtlijn] of gelijkwaardige prevalentiestudies; |
Schrappen |
Motivering | |
Buitengewone omstandigheden, zoals een stijging van het verkoopvolume van tien procent, kunnen gezien de zeer lage consumptie van sigaren en pijptabak in een groot aantal lidstaten razendsnel optreden. | |
Amendement 27 Voorstel voor een richtlijn Artikel 2 – alinea 1 – punt 36 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
(36 bis) "gereconstitueerde tabak": het resultaat van de opwerking van verschillende bestanddelen van de gedorste tabaksplant en van de vervaardiging van tabaksproducten welke in de vorm van omhulsels voor sigaren en cigarillo's of in de vorm van bladeren of strengen worden gebruikt als component van de tabaksmelange voor sigaretten en andere tabaksproducten. |
Motivering | |
De richtlijn moet rekening houden met alle tabaksproducten en bestaande technieken voor reconstituering en moet deze exact definiëren, zodat op de gehele interne markt identieke regels worden toegepast. | |
Amendement 28 Voorstel voor een richtlijn Artikel 3 – lid 1 – inleidende formule | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
1. De in de lidstaten in de handel gebrachte of geproduceerde sigaretten mogen geen hogere gehalten hebben dan: |
1. De in de lidstaten in de handel gebrachte sigaretten mogen geen hogere gehalten hebben dan: |
Amendement 29 Voorstel voor een richtlijn Artikel 3 – lid 2 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
2. De Commissie is bevoegd overeenkomstig artikel 22 gedelegeerde handelingen vast te stellen om de in lid 1 vastgestelde maximumgehalten aan te passen, rekening houdend met de wetenschappelijke ontwikkeling en internationaal overeengekomen normen. |
Schrappen |
Amendement 30 Voorstel voor een richtlijn Artikel 3 – lid 3 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
3. De lidstaten stellen de Commissie in kennis van de maximumgehalten die zij vaststellen voor andere emissies van sigaretten en voor de emissies van andere tabaksproducten dan sigaretten. Rekening houdend met eventuele internationaal overeengekomen normen en op basis van wetenschappelijk bewijsmateriaal en van de haar door de lidstaten ter kennis gebrachte gehalten is de Commissie bevoegd overeenkomstig artikel 22 gedelegeerde handelingen vast te stellen tot vaststelling en aanpassing van de maximumgehalten voor andere emissies van sigaretten en voor de emissies van andere tabaksproducten dan sigaretten die de toxische of verslavende werking van tabaksproducten aanmerkelijk vergroten tot boven de drempel van toxiciteit en verslavendheid gebaseerd op de in lid 1 vastgestelde teer-, nicotine- en koolmonoxidegehalten. |
Schrappen |
Motivering | |
Het gebruik van gedelegeerde handelingen is overeenkomstig artikel 290, lid 1, alinea 1 VWEU alleen gerechtvaardigd bij niet-essentiële onderdelen van de richtlijn. | |
Amendement 31 Voorstel voor een richtlijn Artikel 4 – lid 3 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
3. De Commissie is bevoegd overeenkomstig artikel 22 gedelegeerde handelingen vast te stellen om de methoden voor het meten van het teer-, nicotine- en kolmonoxidegehalte aan te passen, rekening houdend met de wetenschappelijke en technische ontwikkeling en internationaal overeengekomen normen. |
Schrappen |
Amendement 32 Voorstel voor een richtlijn Artikel 4 – lid 4 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
4. De lidstaten stellen de Commissie in kennis van de meetmethoden die zij hanteren voor andere emissies van sigaretten en voor de emissies van andere tabaksproducten dan sigaretten. Op grond van die methoden en rekening houdend met de wetenschappelijke en technische ontwikkeling en internationaal overeengekomen normen is de Commissie bevoegd overeenkomstig artikel 22 gedelegeerde handelingen vast te stellen om de meetmethoden vast te stellen en aan te passen. |
Schrappen |
Amendement 33 Voorstel voor een richtlijn Artikel 5 – lid 1 – alinea 1 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
De lidstaten verplichten de producenten en importeurs van tabaksproducten bij hun bevoegde autoriteiten een lijst in te dienen van alle ingrediënten, met opgave van de hoeveelheden, die voor de productie van die tabaksproducten worden gebruikt, opgesplitst naar merk en type, alsmede van hun emissies en gehalten. De producenten en importeurs delen de bevoegde autoriteiten van de betrokken lidstaten ook mee wanneer de samenstelling van een product zodanig wordt gewijzigd dat de krachtens dit artikel verstrekte informatie moet worden aangepast. De krachtens dit artikel vereiste informatie moet worden verstrekt alvorens een nieuw of gewijzigd tabaksproduct in de handel wordt gebracht. |
De lidstaten verplichten de producenten en importeurs van tabaksproducten bij hun bevoegde autoriteiten een lijst in te dienen van alle ingrediënten, met opgave van de hoeveelheden, die voor de productie van die tabaksproducten worden gebruikt, opgesplitst naar merk en type, alsmede van de emissies en gehalten resulterend uit het bedoelde gebruik ervan. De producenten en importeurs delen de bevoegde autoriteiten van de betrokken lidstaten ook mee wanneer de samenstelling van een product zodanig wordt gewijzigd dat de krachtens dit artikel verstrekte informatie moet worden aangepast. De krachtens dit artikel vereiste informatie moet worden verstrekt alvorens een nieuw of gewijzigd tabaksproduct in de handel wordt gebracht. |
Motivering | |
Verduidelijking opdat fabrikanten niet worden verplicht dure tests uit te voeren met betrekking tot emissies van delen van het product die bij het bedoelde gebruik niet worden verbrand, zoals de filter van de sigaret. | |
Amendement 34 Voorstel voor een richtlijn Artikel 5 – lid 2 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
2. De lidstaten verspreiden de krachtens lid 1 verstrekte informatie via een voor het publiek toegankelijke website. De lidstaten houden daarbij naar behoren rekening met de noodzaak om fabrieksgeheimen te beschermen. |
(Niet van toepassing op de Nederlandse tekst.) |
Motivering | |
In dit amendement wordt verhelderd dat een openbaar toegankelijke website voldoende is voor dit doeleinde; de lidstaten hoeven geen volledig nieuwe website op te zetten. | |
Amendement 35 Voorstel voor een richtlijn Artikel 6 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
1. De lidstaten verbieden het in de handel brengen van tabaksproducten met een kenmerkend aroma. |
1. De lidstaten verbieden het in de handel brengen van tabaksproducten met een kenmerkend aroma indien wetenschappelijk is bewezen dat het betrokken additief de schadelijke, toxische of verslavende werking van het product aanmerkelijk verhoogt. |
De lidstaten mogen het gebruik van additieven die voor de vervaardiging van tabaksproducten van wezenlijk belang zijn, niet verbieden, zolang de additieven niet resulteren in een product met een kenmerkend aroma. |
De lidstaten mogen het gebruik van additieven die voor de vervaardiging van tabaksproducten van wezenlijk belang zijn, niet inperken of verbieden. |
De lidstaten stellen de Commissie in kennis van maatregelen die uit hoofde van dit lid worden genomen. |
De lidstaten stellen de Commissie in kennis van maatregelen die uit hoofde van dit lid worden genomen. |
2. Op verzoek van een lidstaat of op eigen initiatief bepaalt de Commissie bij uitvoeringshandelingen of een tabaksproduct binnen de werkingssfeer van lid 1 valt. Die uitvoeringshandelingen worden volgens de in artikel 21 bedoelde onderzoeksprocedure vastgesteld. |
Schrappen |
The Commission shall adopt by means of implementing acts uniform rules on the procedures for determining whether a tobacco product falls within the scope of paragraph 1. Die uitvoeringshandelingen worden volgens de in artikel 21 bedoelde onderzoeksprocedure vastgesteld. |
|
3. Indien uit de bij de toepassing van de leden 1 en 2 opgedane ervaring blijkt dat een bepaald additief of een combinatie daarvan doorgaans een kenmerkend aroma veroorzaakt als het in een grotere hoeveelheid of concentratie aanwezig is, is de Commissie bevoegd overeenkomstig artikel 22 gedelegeerde handelingen vast te stellen om voor die additieven of combinatie van additieven die het kenmerkend aroma veroorzaken maximumniveaus vast te stellen. |
|
4. De lidstaten verbieden het gebruik van de volgende additieven in tabaksproducten: |
4. De lidstaten verbieden het gebruik van de volgende additieven in tabaksproducten: |
a) vitaminen en andere additieven die de indruk wekken dat een tabaksproduct gezondheidsvoordelen biedt of minder gezondheidsrisico's oplevert, of |
a) vitaminen en andere additieven die de indruk wekken dat een tabaksproduct gezondheidsvoordelen biedt of minder gezondheidsrisico's oplevert, of |
b) cafeïne en taurine en andere additieven en stimulerende chemische verbindingen die in verband worden gebracht met energie en vitaliteit, of |
b) cafeïne en taurine en andere additieven en stimulerende chemische verbindingen die in verband worden gebracht met energie en vitaliteit, of |
c) additieven die emissies kleuren. |
c) additieven die emissies kleuren. |
5. De lidstaten verbieden het gebruik van geur- of smaakstoffen in de bestanddelen van tabaksproducten, zoals filters, papier, verpakkingen of capsules, en van alle technische elementen die de smaak of de intensiteit van de rook kunnen wijzigen. Filters en capsules mogen geen tabak bevatten. |
5. De lidstaten verbieden het gebruik van geur- of smaakstoffen in de bestanddelen van tabaksproducten, zoals filters, papier, verpakkingen of capsules, en van alle technische elementen die de smaak of de intensiteit van de rook kunnen wijzigen, wanneer zij bij consumptie de toxische of verslavende werking van een tabaksproduct aanmerkelijk vergroten. Filters en capsules mogen geen tabak bevatten. |
6. De lidstaten zorgen ervoor dat de bepalingen of voorwaarden van Verordening (EG) nr. 1907/2006 in voorkomend geval worden toegepast op tabaksproducten. |
6. De lidstaten zorgen ervoor dat de bepalingen of voorwaarden van Verordening (EG) nr. 1907/2006 in voorkomend geval worden toegepast op tabaksproducten. |
7. De lidstaten verbieden op basis van wetenschappelijk bewijsmateriaal het in de handel brengen van tabaksproducten die additieven bevatten in hoeveelheden die bij consumptie de toxische of verslavende werking van een tabaksproduct aanmerkelijk vergroten. |
7. De lidstaten verbieden op basis van wetenschappelijk bewijsmateriaal het in de handel brengen van tabaksproducten die additieven bevatten in hoeveelheden die bij consumptie de toxische of verslavende werking van een tabaksproduct aanmerkelijk vergroten. |
8. Op verzoek van een lidstaat of op eigen initiatief bepaalt de Commissie bij uitvoeringshandeling of een tabaksproduct binnen de werkingssfeer van lid 7 valt. Die uitvoeringshandelingen worden volgens de in artikel 21 bedoelde onderzoeksprocedure vastgesteld op basis van het recentste wetenschappelijk bewijsmateriaal. |
8. Op verzoek van een lidstaat of op eigen initiatief bepaalt de Commissie bij uitvoeringshandeling of een tabaksproduct binnen de werkingssfeer van lid 7 valt. Die uitvoeringshandelingen worden volgens de in artikel 21 bedoelde onderzoeksprocedure vastgesteld op basis van het recentste wetenschappelijk bewijsmateriaal. |
9. Indien uit wetenschappelijk bewijsmateriaal en de bij de toepassing van de leden 7 en 8 opgedane ervaring blijkt dat een bepaald additief of een bepaalde hoeveelheid daarvan bij consumptie de toxische of verslavende werking van een tabaksproduct aanmerkelijk vergroten, is de Commissie bevoegd overeenkomstig artikel 22 gedelegeerde handelingen vast te stellen om voor die additieven maximumniveaus te bepalen. |
9. Indien uit wetenschappelijk bewijsmateriaal en de bij de toepassing van de leden 7 en 8 opgedane ervaring blijkt dat een bepaald additief of een bepaalde hoeveelheid daarvan bij consumptie de toxische of verslavende werking van een tabaksproduct aanmerkelijk vergroten, is de Commissie bevoegd overeenkomstig artikel 22 gedelegeerde handelingen vast te stellen om voor die additieven maximumniveaus te bepalen. |
10. Andere tabaksproducten dan sigaretten, shagtabak en rookloze tabaksproducten zijn vrijgesteld van het verbod in de leden 1 en 5. De Commissie is bevoegd overeenkomstig artikel 22 gedelegeerde handelingen vast te stellen om die vrijstelling in te trekken als in een verslag van de Commissie wordt vastgesteld dat zich een aanzienlijke verandering in de omstandigheden heeft voorgedaan. |
10. Andere tabaksproducten dan sigaretten en shagtabak zijn vrijgesteld van het verbod in de leden 1 en 5. |
Amendement 36 Voorstel voor een richtlijn Artikel 7 – lid 3 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
3. Om de grafische integriteit en de evenwichtige zichtbaarheid ervan te waarborgen, worden gezondheidswaarschuwingen zodanig afgedrukt dat ze niet verwijderd kunnen worden, dat ze onuitwisbaar zijn en op geen enkele wijze verborgen of onderbroken worden, inclusief wanneer dat gebeurt door middel van accijnszegels, prijsstickers, merktekens voor het volgen en traceren, veiligheidskenmerken of enigerlei omhulsel, zakje, huls, doos of enig ander instrument of door het openen van de verpakkingseenheid. |
3. Om de grafische integriteit en de evenwichtige zichtbaarheid ervan te waarborgen, en onverminderd de etiketteringsvoorschriften van de artikelen 10 en 11, worden gezondheidswaarschuwingen zodanig afgedrukt of aangebracht dat ze niet verwijderd kunnen worden, dat ze onuitwisbaar zijn en op geen enkele wijze verborgen of onderbroken worden, inclusief wanneer dat gebeurt door middel van accijnszegels, prijsstickers, merktekens voor het volgen en traceren, veiligheidskenmerken of enigerlei omhulsel, zakje, huls, doos of enig ander instrument of door het openen van de verpakkingseenheid. |
Motivering | |
Gezondheidswaarschuwingen worden reeds op sigarettenverpakkingen afgedrukt. Bij verpakkingen van sigaren en andere nicheproducten zou het afdrukken ervan op de verpakking onevenredige lasten voor de producenten, veelal kleine en middelgrote ondernemingen, met zich meebrengen. Er zijn geen berichten over de verwijdering van met stickers aangebrachte gezondheidswaarschuwingen. Daarom is de meerwaarde van het afdrukken van de waarschuwingen op de verpakking niet duidelijk. | |
Amendement 37 Voorstel voor een richtlijn Artikel 8 – lid 3 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
3. Bij pakjes sigaretten worden de algemene waarschuwing en de informatieve boodschap gedrukt op de zijkanten van de verpakkingseenheid. Die waarschuwingen zijn ten minste 20 mm breed en ten minste 43 mm hoog. Bij shagtabak wordt de informatieve boodschap gedrukt op de oppervlakte die zichtbaar wordt als de verpakkingseenheid wordt geopend. Zowel de algemene waarschuwing als de informatieve boodschap beslaat 50 % van de oppervlakte waarop zij wordt gedrukt. |
3. Bij pakjes sigaretten worden de algemene waarschuwing en de informatieve boodschap gedrukt op de zijkanten van de verpakkingseenheid. Bij shagtabak wordt de informatieve boodschap gedrukt op de oppervlakte die zichtbaar wordt als de verpakkingseenheid wordt geopend. Zowel de algemene waarschuwing als de informatieve boodschap beslaat 50 % van de oppervlakte waarop zij wordt gedrukt. |
Amendement 38 Voorstel voor een richtlijn Artikel 8 – lid 4 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
4. De Commissie is bevoegd overeenkomstig artikel 22 gedelegeerde handelingen vast te stellen: |
Schrappen |
a) om de tekst van de in de leden 1 en 2 bedoelde gezondheidswaarschuwingen aan te passen aan de wetenschappelijke en marktontwikkelingen; |
|
b) om de plaats, het formaat, de layout en het ontwerp van de in dit artikel bedoelde gezondheidswaarschuwingen vast te stellen, met inbegrip van het lettertype en de achtergrondkleur ervan. |
|
Amendement 39 Voorstel voor een richtlijn Artikel 9 – lid 1 – letter c | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
c) beslaan 75 % van de buitenvoorkant en ‑achterkant van de verpakkingseenheid en de buitenverpakking; |
c) beslaan 50 % van de buitenvoorkant en -achterkant van de verpakkingseenheid en de buitenverpakking waarbij 50 % van deze oppervlakte informatie over stoppen met roken bevat; |
Amendement 40 Voorstel voor een richtlijn Artikel 9 – lid 1 – letter e | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
e) staan bovenaan de verpakkingseenheid en de buitenverpakking, in dezelfde richting als eventuele andere informatie op de verpakking; |
e) staan in dezelfde richting als eventuele andere informatie op de verpakking; |
Motivering | |
Met een verplichte vermelding van gezondheidswaarschuwingen bovenaan de verpakkingseenheid en buitenverpakking zou het, gezien de inrichting van krantenwinkels (en superettes), voor de winkeliers zeer moeilijk worden om de merken van de verschillende producenten te onderscheiden. Vervanging van het winkelmeubilair zou een grote investering vergen voor winkeliers die momenteel al lijden onder krimpende marges. Bovendien wijst onderzoek uit dat krantenkiosken financieel zeer afhankelijk zijn van tabaksverkoop. | |
Amendement 41 Voorstel voor een richtlijn Artikel 9 – lid 1 – letter g | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
g) hebben voor verpakkingseenheden van sigaretten de volgende afmetingen: |
Schrappen |
i) hoogte: minimaal 64 mm; |
|
ii) breedte: minimaal 55 mm. |
|
Motivering | |
Tabaksverslaving is niet te wijten aan de vorm van de verpakking. Door de “harmonisatie” van de afmetingen en vorm van tabaksverpakkingen zal de Commissie een gestandaardiseerde markt creëren waarbij de kleine producenten worden geëlimineerd, wat uiteindelijke ten goede zal komen aan de vier grote groepen die nu al 90 % van de Europese markt in handen hebben. | |
Amendement 42 Voorstel voor een richtlijn Artikel 9 – lid 1 – letter g bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
g bis) beslaan voor verpakkingseenheden van shagtabak en voor verpakkingseenheden met een breedte van meer dan 75 cm² minstens 22,5 cm² van de breedte van de verpakkingseenheid. Deze oppervlakte wordt verhoogd tot 24 cm² voor lidstaten met twee officiële talen en tot 26,25 cm² voor lidstaten met drie officiële talen. |
Amendement 43 Voorstel voor een richtlijn Artikel 9 – lid 3 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
3. De Commissie is bevoegd overeenkomstig artikel 22 gedelegeerde handelingen vast te stellen om: |
Schrappen |
(a) rekening houdend met de wetenschappelijke en technische ontwikkeling de in bijlage I bij deze richtlijn bedoelde waarschuwende teksten aan te passen; |
|
(b) rekening houdend met de wetenschappelijke en marktontwikkelingen de in lid 1, onder a), bedoelde beeldbank in te stellen en aan te passen; |
|
(c) de plaats, het formaat, de layout, het ontwerp, de afwisseling en de afmetingen van de gezondheidswaarschuwingen vast te stellen; |
|
(d) in afwijking van artikel 7, lid 3, de voorwaarden vast te stellen waaronder gezondheidswaarschuwingen bij de opening van de verpakkingseenheid aldus mogen worden gescheurd dat de grafische integriteit en de zichtbaarheid van de tekst, de foto's en de informatie over het stoppen met roken zijn gewaarborgd. |
|
Amendement 44 Voorstel voor een richtlijn Artikel 10 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
1. Andere rooktabak dan sigaretten en shagtabak is vrijgesteld van de verplichting om de informatieve boodschap bedoeld in artikel 8, lid 2, en de gecombineerde gezondheidswaarschuwingen bedoeld in artikel 9 op te nemen. Behalve de in artikel 8, lid 1, bedoelde algemene waarschuwing staat op elke verpakkingseenheid en op elke buitenverpakking van die producten een van de in bijlage I bedoelde waarschuwende teksten. De in artikel 8, lid 1, bedoelde algemene waarschuwing omvat een verwijzing naar de diensten die helpen om te stoppen met roken in de zin van artikel 9, lid 1, onder b). |
1. Andere rooktabak dan sigaretten en shagtabak is vrijgesteld van de verplichting om de informatieve boodschap bedoeld in artikel 8, lid 2, en de gecombineerde gezondheidswaarschuwingen bedoeld in artikel 9 op te nemen. Behalve de in artikel 8, lid 1, bedoelde algemene waarschuwing staat op elke verpakkingseenheid en op elke buitenverpakking van die producten een van de in bijlage I bedoelde waarschuwende teksten. De in artikel 8, lid 1, bedoelde algemene waarschuwing omvat een verwijzing naar de diensten die helpen om te stoppen met roken in de zin van artikel 9, lid 1, onder b). |
De algemene waarschuwing wordt aangebracht op de duidelijkst zichtbare kant van de verpakkingseenheid en op elke buitenverpakking. De in bijlage I bedoelde waarschuwende teksten worden afwisselend afgedrukt of aangebracht, zodat zij regelmatig verschijnen. Die waarschuwingen worden aangebracht op de andere duidelijkst zichtbare kant van de verpakkingseenheid en op elke buitenverpakking. |
De algemene waarschuwing wordt zodanig op de duidelijkst zichtbare kant van de verpakkingseenheid en op elke buitenverpakking afgedrukt of aangebracht dat zij niet kan worden verwijderd. De in bijlage I bedoelde waarschuwende teksten worden afwisselend afgedrukt of aangebracht, zodat zij regelmatig verschijnen. Die waarschuwingen worden zodanig op de andere duidelijkst zichtbare kant van de verpakkingseenheid en op elke buitenverpakking afgedrukt of aangebracht dat zij niet kunnen worden verwijderd. |
2. De in lid 1 bedoelde algemene waarschuwing beslaat 30 % van de buitenvoorkant of -achterkant van de verpakkingseenheid en de buitenverpakking. Dit percentage wordt verhoogd tot 32 % voor lidstaten met twee officiële talen en tot 35 % voor lidstaten met drie officiële talen. |
2. De in lid 1 bedoelde algemene waarschuwing beslaat 30 % van de buitenvoorkant of -achterkant van de verpakkingseenheid en de buitenverpakking. Dit percentage wordt verhoogd tot 32 % voor lidstaten met twee officiële talen en tot 35 % voor lidstaten met drie officiële talen. |
3. De in lid 1 bedoelde waarschuwende tekst beslaat 40 % van de buitenvoorkant of -achterkant van de verpakkingseenheid en de buitenverpakking. Dit percentage wordt verhoogd tot 45 % voor lidstaten met twee officiële talen en tot 50 % voor lidstaten met drie officiële talen. |
3. De in lid 1 bedoelde waarschuwende tekst beslaat 40 % van de buitenvoorkant of -achterkant van de verpakkingseenheid en de buitenverpakking. Dit percentage wordt verhoogd tot 45 % voor lidstaten met twee officiële talen en tot 50 % voor lidstaten met drie officiële talen. |
4. De algemene waarschuwing en de waarschuwende tekst, bedoeld in lid 1, worden: |
4. De algemene waarschuwing en de waarschuwende tekst, bedoeld in lid 1, worden: |
(a) aangebracht in zwarte vetgedrukte Helvetica-letters op een witte achtergrond. Om aan de taalvereisten te voldoen mogen de lidstaten de puntgrootte van het lettertype zelf bepalen, mits de in hun wetgeving bepaalde lettergrootte een zo groot mogelijk deel van de voor de tekst bestemde ruimte beslaat; |
(a) aangebracht in zwarte vetgedrukte letters op een witte achtergrond. De waarschuwingen kunnen worden aangebracht door middel van stickers, mits deze stickers niet verwijderd kunnen worden. Om aan de taalvereisten te voldoen mogen de lidstaten de puntgrootte van het lettertype zelf bepalen, mits de in hun wetgeving bepaalde lettergrootte een zo groot mogelijk deel van de voor de tekst bestemde ruimte beslaat; |
(b) gecentreerd op het voor de tekst bestemde oppervlak, evenwijdig met de bovenrand van de verpakkingseenheid en de buitenverpakking; |
(b) gecentreerd op het voor de afgedrukte of aangebrachte tekst bestemde oppervlak, evenwijdig met de bovenrand van de verpakkingseenheid en de buitenverpakking; |
(c) omgeven door een minstens 3 mm en hoogstens 4 mm brede zwarte rand, binnen de voor de tekst van de waarschuwing bestemde oppervlakte. |
(c) omgeven door een minstens 3 mm en hoogstens 4 mm brede zwarte rand, binnen de voor de tekst van de waarschuwing bestemde oppervlakte. |
5. De Commissie is bevoegd overeenkomstig artikel 22 gedelegeerde handelingen vast te stellen om die vrijstelling in te trekken als in een verslag van de Commissie wordt vastgesteld dat zich een aanzienlijke verandering in de omstandigheden heeft voorgedaan. |
Schrappen |
Amendement 45 Voorstel voor een richtlijn Artikel 11 – lid 2 – letter a | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
a) wordt zij aangebracht op de twee grootste oppervlakten van de verpakkingseenheid en van elke buitenverpakking; |
a) wordt zij afgedrukt of aangebracht op de duidelijkst zichtbare kant van de verpakkingseenheid en bovendien op elke bij het product gebruikte buitenverpakking; dit geldt niet voor extra, volledig transparante verpakkingen; |
Motivering | |
De lasten die verbonden zijn aan het afdrukken van de waarschuwingen op pakjes in kleine oplagen, lijken met name voor kleine en middelgrote ondernemingen onevenredig. Het gebruik van stickers, zoals in de huidige praktijk, dient te worden toegestaan. | |
Amendement 46 Voorstel voor een richtlijn Artikel 11 – lid 3 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
3. De Commissie is bevoegd overeenkomstig artikel 22 gedelegeerde handelingen vast te stellen om de vereisten in de leden 1 en 2 aan te passen, rekening houdend met de wetenschappelijke en marktontwikkelingen. |
Schrappen |
Amendement 47 Voorstel voor een richtlijn Artikel 12 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
1. De etikettering van een verpakkingseenheid en van elke buitenverpakking en het tabaksproduct zelf bevat geen enkel element of kenmerk dat: |
1. De etikettering van een verpakkingseenheid en van elke buitenverpakking en het tabaksproduct zelf bevat geen enkel element of kenmerk dat: |
a) een tabaksproduct aanprijst op een manier die onjuist, misleidend of bedrieglijk is of een verkeerde indruk kan wekken over de kenmerken, gevolgen voor de gezondheid, risico's of emissies ervan; |
a) een tabaksproduct aanprijst op een manier die onjuist, misleidend of bedrieglijk is of een verkeerde indruk kan wekken over de kenmerken, gevolgen voor de gezondheid, risico's of emissies ervan; |
b) de suggestie wekt dat een bepaald tabaksproduct minder schadelijk is dan andere, of activerende, energetische, genezende, verjongende, natuurlijke, biologische of anderszins positieve gevolgen voor de gezondheid of het sociaal leven heeft; |
b) de suggestie wekt dat een bepaald tabaksproduct minder schadelijk is dan andere, of activerende, energetische, genezende, verjongende, natuurlijke, biologische of anderszins positieve gevolgen voor de gezondheid of het sociaal leven heeft; |
c) verwijst naar een aroma, smaak, geur- of smaakstoffen of andere additieven, of het ontbreken daarvan; |
Schrappen |
d) op een levensmiddel gelijkt. |
(d) op een levensmiddel gelijkt. |
2. De verboden elementen en kenmerken omvatten maar zijn niet beperkt tot teksten, symbolen, namen, handelsmerken, al dan niet figuratieve tekens, misleidende kleuren, bijvoegsels of ander extra materiaal, bijvoorbeeld kleefetiketten, stickers, reclamebijlagen, krasbiljetten en hoezen, of kunnen betrekking hebben op de vorm van het tabaksproduct zelf. Sigaretten met een diameter van minder dan 7,5 mm worden geacht misleidend te zijn. |
2. De verboden elementen en kenmerken omvatten maar zijn niet beperkt tot teksten, symbolen, namen, handelsmerken, al dan niet figuratieve tekens, misleidende kleuren, bijvoegsels of ander extra materiaal, bijvoorbeeld kleefetiketten, stickers, reclamebijlagen, krasbiljetten en hoezen, of kunnen betrekking hebben op de vorm van het tabaksproduct zelf. |
Amendement 48 Voorstel voor een richtlijn Artikel 13 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
Artikel 13 Verschijningsvorm en inhoud van verpakkingseenheden |
Schrappen |
1. Een verpakkingseenheid van sigaretten is balkvormig. Een verpakkingseenheid van shagtabak heeft de vorm van een buidel, d.w.z. een rechthoekige zak met een klep die de opening bedekt. De klep van de buidel bedekt ten minste 70 % van de voorkant van het pakje. Een verpakkingseenheid sigaretten bevat ten minste 20 sigaretten. Een verpakkingseenheid shagtabak bevat ten minste 40 g tabak. |
|
2. Een sigarettenverpakking kan bestaan uit karton of een zacht materiaal, en mag niet voorzien zijn van een andere opening dan een klapdeksel die na de eerste opening opnieuw kan worden gesloten of verzegeld. Het klapdeksel van een sigarettenverpakking scharniert enkel aan de achterkant van de verpakking. |
|
3. De Commissie is bevoegd overeenkomstig artikel 22 gedelegeerde handelingen vast te stellen om gedetailleerdere voorschriften voor de vorm en de afmetingen van verpakkingseenheden vast te stellen voor zover die voorschriften noodzakelijk zijn om de goede zichtbaarheid en de integriteit van de gezondheidswaarschuwingen voor de eerste opening, tijdens de opening en na het hersluiten van de verpakkingseenheid te waarborgen. |
|
4. De Commissie is bevoegd overeenkomstig artikel 22 gedelegeerde handelingen vast te stellen om voor verpakkingseenheden van andere tabaksproducten dan sigaretten en shagtabak de balk- of cilindervorm verplicht te stellen als in een verslag van de Commissie wordt vastgesteld dat zich een aanzienlijke verandering in de omstandigheden heeft voorgedaan. |
|
Amendement 49 Voorstel voor een richtlijn Artikel 14 – lid 1 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
1. De lidstaten zorgen ervoor dat alle verpakkingseenheden van tabaksproducten zijn voorzien van een eenduidig identificatienummer. Om hun integriteit te waarborgen, worden eenduidige identificatienummers zodanig afgedrukt/aangebracht dat ze niet verwijderd kunnen worden, dat ze onuitwisbaar zijn en op geen enkele wijze verborgen of onderbroken worden, inclusief wanneer dat gebeurt door middel van accijnszegels of prijsstickers of door het openen van de verpakking. Voor producten die buiten de Unie worden geproduceerd, gelden de verplichtingen van dit artikel slechts voor die welke bestemd zijn voor de markt van de Unie of daar in de handel worden gebracht. |
1. De lidstaten zorgen ervoor dat alle verpakkingseenheden van tabaksproducten zijn voorzien van een eenduidig, veilig en niet-kopieerbaar identificatienummer. Om hun integriteit te waarborgen, worden eenduidige identificatienummers zodanig afgedrukt/aangebracht dat ze niet verwijderd kunnen worden, dat ze onuitwisbaar zijn en op geen enkele wijze verborgen of onderbroken worden, inclusief wanneer dat gebeurt door middel van accijnszegels of prijsstickers of door het openen van de verpakking. Voor producten die buiten de Unie worden geproduceerd, gelden de verplichtingen van dit artikel slechts voor die welke bestemd zijn voor de markt van de Unie of daar in de handel worden gebracht. |
Amendement 50 Voorstel voor een richtlijn Artikel 14 – lid 2 – inleidende formule | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
2. Het eenduidig identificatienummer maakt de bepaling mogelijk van: |
2. Het in lid 1 bedoelde identificatienummer maakt de bepaling mogelijk van: |
Amendement 51 Voorstel voor een richtlijn Artikel 14 – lid 2 – letter j | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
j) de identiteit van alle kopers, van de productie tot de eerste detaillist; |
j) de identiteit van alle kopers, van de productie tot de eerste klant; |
Motivering | |
Het volg- en traceersysteem brengt hoge lasten met zich mee voor de producenten. De verplichting dat aan de hand van de informatie zelfs de detaillist moet kunnen worden achterhaald, zal door kleine producenten vrijwel niet kunnen worden nageleefd, aangezien zij gebruik maken van tussenhandelaren. Informatie over de beoogde afzetmarkt is hoe dan ook belangrijk om illegale handel tegen te kunnen gaan, maar de precieze gegevens van de detaillist lijken niet relevant. Bovendien gaat de tekst van het Commissievoorstel verder dan de regeling die is overeengekomen in de Kaderovereenkomst voor de bestrijding van tabaksgebruik. | |
Amendement 52 Voorstel voor een richtlijn Artikel 14 – lid 2 – letter k | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
k) de factuur, het bestelnummer en de betalingsbewijzen van alle kopers, van de productie tot de eerste detaillist. |
k) de factuur, het bestelnummer en de betalingsbewijzen van alle kopers, van de productie tot de eerste klant. |
Motivering | |
Het volg- en traceersysteem brengt hoge lasten met zich mee voor de producenten. De verplichting dat aan de hand van de informatie zelfs de detaillist moet kunnen worden achterhaald, zal door kleine producenten vrijwel niet kunnen worden nageleefd, aangezien zij gebruik maken van tussenhandelaren. Informatie over de beoogde afzetmarkt is hoe dan ook belangrijk om illegale handel tegen te kunnen gaan, maar de precieze gegevens van de detaillist lijken niet relevant. Bovendien gaat de tekst van het Commissievoorstel verder dan de regeling die is overeengekomen in de Kaderovereenkomst voor de bestrijding van tabaksgebruik. | |
Amendement 53 Voorstel voor een richtlijn Artikel 14 – lid 3 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
3. De lidstaten zorgen ervoor dat alle marktdeelnemers die betrokken zijn bij de handel in tabaksproducten, van de producent tot de laatste marktdeelnemer vóór de eerste detaillist, van alle verpakkingseenheden het in bezit krijgen, alle intermediaire bewegingen en het niet langer in hun bezit hebben registreren. Aan deze verplichting kan worden voldaan door registratie in geaggregeerde vorm, bv. van buitenverpakkingen, mits het volgen en traceren van verpakkingseenheden mogelijk blijft. |
3. De lidstaten zorgen ervoor dat alle marktdeelnemers die betrokken zijn bij de handel in tabaksproducten, van de producent tot de laatste marktdeelnemer vóór de eerste klant, van alle verpakkingseenheden het in bezit krijgen, alle intermediaire bewegingen en het niet langer in hun bezit hebben registreren. Aan deze verplichting kan worden voldaan door registratie in geaggregeerde vorm, bv. van buitenverpakkingen, mits het volgen en traceren van verpakkingseenheden mogelijk blijft. |
Motivering | |
Het volg- en traceersysteem brengt hoge lasten met zich mee voor de producenten. De verplichting dat aan de hand van de informatie zelfs de detaillist moet kunnen worden achterhaald, zal door kleine producenten vrijwel niet kunnen worden nageleefd, aangezien zij gebruik maken van tussenhandelaren. Informatie over de beoogde afzetmarkt is hoe dan ook belangrijk om illegale handel tegen te kunnen gaan, maar de precieze gegevens van de detaillist lijken niet relevant. Bovendien gaat de tekst van het Commissievoorstel verder dan de regeling die is overeengekomen in de Kaderovereenkomst voor de bestrijding van tabaksgebruik. | |
Amendement 54 Voorstel voor een richtlijn Artikel 14 – lid 4 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
4. De lidstaten zorgen ervoor dat de producenten van tabaksproducten alle marktdeelnemers die betrokken zijn bij de handel in tabaksproducten, van de producent tot de laatste marktdeelnemer vóór de eerste detaillist, met inbegrip van de importeurs, opslagplaatsen en transportondernemingen, voorzien van de nodige apparatuur voor het registreren van de tabaksproducten die worden gekocht, verkocht, opgeslagen, getransporteerd of anderszins behandeld. De apparatuur moet de gegevens elektronisch kunnen lezen en doorsturen naar een installatie voor gegevensopslag in de zin van lid 6. |
4. De lidstaten zorgen ervoor dat de producenten van tabaksproducten alle marktdeelnemers die betrokken zijn bij de handel in tabaksproducten, van de producent tot de laatste marktdeelnemer vóór de eerste klant, met inbegrip van de importeurs, opslagplaatsen en transportondernemingen, voorzien van de nodige apparatuur voor het registreren van de tabaksproducten die worden gekocht, verkocht, opgeslagen, getransporteerd of anderszins behandeld. De apparatuur moet de gegevens elektronisch kunnen lezen en doorsturen naar een installatie voor gegevensopslag in de zin van lid 6. |
Motivering | |
Het volg- en traceersysteem brengt hoge lasten met zich mee voor de producenten. De verplichting dat aan de hand van de informatie zelfs de detaillist moet kunnen worden achterhaald, zal door kleine producenten vrijwel niet kunnen worden nageleefd, aangezien zij gebruik maken van tussenhandelaren. Informatie over de beoogde afzetmarkt is hoe dan ook belangrijk om illegale handel tegen te kunnen gaan, maar de precieze gegevens van de detaillist lijken niet relevant. Bovendien gaat de tekst van het Commissievoorstel verder dan de regeling die is overeengekomen in de Kaderovereenkomst voor de bestrijding van tabaksgebruik. | |
Amendement 55 Voorstel voor een richtlijn Artikel 14 – lid 8 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
8. De lidstaten eisen dat op alle verpakkingseenheden van tabaksproducten die in de handel worden gebracht behalve het eenduidig identificatienummer een zichtbaar, onvervalsbaar veiligheidskenmerk van ten minste 1 cm² staat, dat zodanig is afgedrukt of aangebracht dat het niet verwijderd kan worden, dat het onuitwisbaar is en op geen enkele wijze verborgen of onderbroken wordt, inclusief wanneer dat gebeurt door middel van accijnszegels of prijsstickers of andere elementen waarin de wetgeving voorziet. |
8. De lidstaten eisen dat op alle verpakkingseenheden van tabaksproducten die in de handel worden gebracht behalve het in lid 1 bedoelde identificatienummer een zichtbaar en onzichtbaar, onvervalsbaar veiligheidskenmerk van ten minste 1 cm² staat, dat zodanig is afgedrukt of aangebracht dat het niet verwijderd kan worden, dat het onuitwisbaar is en op geen enkele wijze verborgen of onderbroken wordt, inclusief wanneer dat gebeurt door middel van accijnszegels of prijsstickers of andere elementen waarin de wetgeving voorziet. |
Amendement 56 Voorstel voor een richtlijn Artikel 14 – lid 10 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
10. Andere tabaksproducten dan sigaretten en shagtabak zijn gedurende vijf jaar na de in artikel 25, lid 1, bedoelde datum vrijgesteld van de toepassing van de leden 1 tot en met 8. |
10. Andere tabaksproducten dan sigaretten en shagtabak zijn gedurende tien jaar na de in artikel 25, lid 1, bedoelde datum vrijgesteld van de toepassing van de leden 1 tot en met 8. |
Amendement 57 Voorstel voor een richtlijn Artikel 15 – alinea 1 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
De lidstaten verbieden het in de handel brengen van tabak voor oraal gebruik, onverminderd artikel 151 van de Akte van Toetreding van Oostenrijk, Finland en Zweden. |
De lidstaten verbieden het in de handel brengen van tabak voor oraal gebruik, onverminderd artikel 151 van de Akte van Toetreding van Oostenrijk, Finland en Zweden. Dit verbod heeft evenwel geen betrekking op traditionele tabaksproducten voor oraal gebruik, die door de afzonderlijke lidstaten kunnen worden toegestaan. |
Amendement 58 Voorstel voor een richtlijn Artikel 17 – titel | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
Kennisgeving van nieuwsoortige tabaksproducten |
Vergunning voor het in de handel brengen en kennisgeving van nieuwsoortige tabaksproducten en minder schadelijke producten |
Amendement 59 Voorstel voor een richtlijn Artikel 17 – lid 1 – inleidende formule | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
1. De lidstaten schrijven voor dat de producenten en importeurs van tabaksproducten de bevoegde autoriteiten van de lidstaten kennis geven van elk nieuwsoortig tabaksproduct dat zij in de betrokken lidstaten in de handel willen brengen. De kennisgeving wordt zes maanden voor de beoogde datum van het in de handel brengen in elektronische vorm ingediend en gaat vergezeld van een gedetailleerde beschrijving van het betrokken product en van informatie over de ingrediënten en de emissies overeenkomstig artikel 5. De producenten en importeurs die kennis geven van een nieuwsoortig tabaksproduct verstrekken de betrokken bevoegde autoriteiten ook: |
1. De lidstaten beheren een systeem voor de goedkeuring van het in de handel brengen van tabaksproducten met een lager risico, dat tegen een redelijke vergoeding wordt uitgevoerd. De lidstaten schrijven voor dat de producenten en importeurs van tabaksproducten de bevoegde autoriteiten van de lidstaten door middel van een aanvraag kennis geven van elk nieuwsoortig tabaksproduct en elk nieuw tabaksproduct met een lager risico dat zij in de betrokken lidstaten in de handel willen brengen. De aanvraag wordt zes maanden voor de beoogde datum van het in de handel brengen in elektronische vorm ingediend en gaat vergezeld van een gedetailleerde beschrijving van het betrokken product, alle vereiste etikettering, de gebruiksvoorwaarden, de samenstelling van het product, de productieprocedés en controleprocedures en van informatie over de ingrediënten en de emissies overeenkomstig artikel 5. De producenten en importeurs die een vergunning aanvragen voor het in de handel brengen van een tabaksproduct met een lager risico verstrekken de betrokken bevoegde autoriteiten ook: |
Amendement 60 Voorstel voor een richtlijn Artikel 17 – lid 1 – letter a | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
a) de beschikbare wetenschappelijke studies inzake de toxiciteit, de verslavendheid en de aantrekkelijkheid van het product, met name wat de ingrediënten en de emissies ervan betreft; |
a) de relevante wetenschappelijke studies inzake de toxiciteit van het product, met name wat de ingrediënten en de emissies ervan betreft; |
Amendement 61 Voorstel voor een richtlijn Artikel 17 – lid 1 – letter b | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
b) de beschikbare studies en marktonderzoeken inzake de voorkeuren van verschillende groepen consumenten, inclusief jongeren, en |
b) de beschikbare studies en marktonderzoeken inzake de percepties en het gebruik van het product, met inbegrip van de etikettering, door de consumenten, en inzake de voorkeuren van verschillende groepen consumenten, met name jongeren, en |
Amendement 62 Voorstel voor een richtlijn Artikel 17 – lid 2 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
2. De lidstaten schrijven voor dat de producenten en importeurs van tabaksproducten hun bevoegde autoriteiten elke nieuwe of bijgewerkte informatie als bedoeld in lid 1, onder a) tot en met c), meedelen. De lidstaten mogen verlangen dat de tabaksproducenten of -importeurs aanvullende proeven verrichten of aanvullende informatie verstrekken. De lidstaten stellen alle informatie die zij op grond van dit artikel ontvangen ter beschikking van de Commissie. De lidstaten mogen een vergunningenstelsel invoeren en een evenredige vergoeding vragen. |
2. De lidstaten schrijven voor dat de producenten en importeurs van tabaksproducten hun bevoegde autoriteiten elke nieuwe of bijgewerkte informatie als bedoeld in lid 1, onder a) tot en met c), meedelen. |
|
In de nieuwe toelatingsprocedure van de lidstaten worden de volgende eisen gesteld: |
|
1. wetenschappelijke evaluatie van de risico's; |
|
2. op feiten gebaseerde normen voor het aantonen van gezondheidsrisico's; |
|
3. vermindering van schadelijke bestanddelen in rook; |
|
4. naleving van de bepalingen van lid 1, onder a) tot en met c); |
|
5. observatie van de markt nadat de producten in de handel zijn gebracht. |
|
De eisen ten aanzien van etikettering, gezondheidswaarschuwingen, productbeschrijvingen, verpakking, meting, inclusief meetmethoden van teer, nicotine en koolmonoxide, evenals regelingen voor additieven die bij tabaksproducten met een lager risico worden gebruikt, moeten eveneens in het toelatingssysteem van de lidstaten zijn opgenomen. |
|
De lidstaten mogen verlangen dat de tabaksproducenten of -importeurs aanvullende proeven verrichten of aanvullende informatie verstrekken. De lidstaten stellen alle informatie die zij op grond van dit artikel ontvangen ter beschikking van de Commissie en stellen de Commissie in kennis van de toelatingsprocedure. |
Motivering | |
Met dit amendement wordt de verkoop mogelijk gemaakt van tabaksproducten met een lager risico dan traditionele tabaksproducten en is het mogelijk voordelen te vermelden, indien dit door de verantwoordelijke instanties in de lidstaten is toegestaan. | |
Amendement 63 Voorstel voor een richtlijn Artikel 17 – lid 3 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
3. Nieuwsoortige tabaksproducten die in de handel worden gebracht, voldoen aan de vereisten van deze richtlijn. Welke bepalingen van toepassing zijn, hangt af van de vraag of de producten onder de definitie van rookloos tabaksproduct in artikel 2, punt 29, dan wel van rooktabak in artikel 2, punt 33, vallen. |
3. Tabaksproducten met een lager risico die in de handel worden gebracht, voldoen aan de vereisten van deze richtlijn. Op grond van de uiteenlopende minder risicovolle eigenschappen van tabaksproducten met een lager risico moeten de meetmethoden overeenkomstig artikel 4, de voorschriften betreffende de ingrediënten van artikel 6 en de etikettering en verpakking overeenkomstig artikel 7, 8, 9, 10, 12 en 13 dienovereenkomstig worden aangepast. Welke bepalingen van toepassing zijn, hangt af van de vraag of de producten onder de definitie van rookloos tabaksproduct in artikel 2, punt 29, dan wel van rooktabak in artikel 2, punt 33, vallen. |
Amendement 64 Voorstel voor een richtlijn Titel III – titel | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
NIET-TABAKSPRODUCTEN |
Schrappen |
Amendement 65 Voorstel voor een richtlijn Artikel 18 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
Artikel 18 Nicotinehoudende producten |
Schrappen |
1. De volgende nicotinehoudende producten mogen slechts in de handel worden gebracht als zij overeenkomstig Richtlijn 2001/83/EG zijn toegelaten: |
|
(a) producten die per eenheid meer dan 2 mg nicotine bevatten, of |
|
(b) producten met een nicotineconcentratie van meer dan 4 mg per ml, of |
|
(c) producten waarvan het bedoelde gebruik resulteert in een gemiddelde maximale piekplasmaconcentratie van meer dan 4 ng nicotine per ml. |
|
2. De Commissie is bevoegd overeenkomstig artikel 22 gedelegeerde handelingen vast te stellen om de in lid 1 bedoelde hoeveelheden nicotine bij te werken, gelet op de wetenschappelijke ontwikkelingen en de overeenkomstig Richtlijn 2001/83/EG verleende vergunningen voor het in de handel brengen van nicotinehoudende producten. |
|
3. Op elke verpakkingseenheid en op elke buitenverpakking van nicotinehoudende producten met een nicotinegehalte onder de in lid 1 vermelde waarden staat de volgende gezondheidswaarschuwing: |
|
Dit product bevat nicotine en kan uw gezondheid schaden. |
|
4. De in lid 3 bedoelde gezondheidswaarschuwing voldoet aan de vereisten van artikel 10, lid 4. Bovendien: |
|
(a) wordt zij aangebracht op de twee grootste oppervlakten van de verpakkingseenheid en van elke buitenverpakking; |
|
(b) beslaat zij 30 % van de buitenvoorkant of -achterkant van de verpakkingseenheid en van elke buitenverpakking; Dit percentage wordt verhoogd tot 32 % voor lidstaten met twee officiële talen en tot 35 % voor lidstaten met drie officiële talen. |
|
5. De Commissie is bevoegd overeenkomstig artikel 22 gedelegeerde handelingen vast te stellen om de vereisten in de leden 3 en 4 aan te passen, rekening houdend met de wetenschappelijke en marktontwikkelingen, en om de plaats, het formaat, de layout, het ontwerp en de afwisseling van de gezondheidswaarschuwingen vast te stellen en aan te passen. |
|
Amendement 66 Voorstel voor een richtlijn Artikel 22 – lid 2 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
2. De in artikel 3, lid 2, artikel 3, lid 3, artikel 4, lid 3, artikel 4, lid 4, artikel 6, lid 3, artikel 6, lid 9, artikel 6, lid 10, artikel 8, lid 4, artikel 9, lid 3, artikel 10, lid 5, artikel 11, lid 3, artikel 13, lid 3, artikel 13, lid 4, artikel 14, lid 9, artikel 18, lid 2, en artikel 18, lid 5, bedoelde bevoegdheid om gedelegeerde handelingen vast te stellen, wordt aan de Commissie toegekend voor onbepaalde tijd met ingang van [Publicatiebureau: gelieve de datum van inwerkingtreding van deze richtlijn in te vullen]. |
2. De in artikel 6, lid 9, en artikel 14, lid 9, bedoelde bevoegdheid om gedelegeerde handelingen vast te stellen, wordt aan de Commissie toegekend voor onbepaalde tijd met ingang van [Publicatiebureau: gelieve de datum van inwerkingtreding van deze richtlijn in te vullen]. |
Amendement 67 Voorstel voor een richtlijn Artikel 22 – lid 3 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
3. Het Europees Parlement of de Raad kan de in artikel 3, lid 2, artikel 3, lid 3, artikel 4, lid 3, artikel 4, lid 4, artikel 6, lid 3, artikel 6, lid 9, artikel 6, lid 10, artikel 8, lid 4, artikel 9, lid 3, artikel 10, lid 5, artikel 11, lid 3, artikel 13, lid 3, artikel 13, lid 4, artikel 14, lid 9, artikel 18, lid 2, en artikel 18, lid 5, bedoelde bevoegdheidsdelegatie te allen tijde intrekken. Het besluit tot intrekking beëindigt de delegatie van de in dat besluit genoemde bevoegdheid. Het wordt van kracht op de dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie of op een daarin genoemde latere datum. Het laat de geldigheid van de reeds van kracht zijnde gedelegeerde handelingen onverlet. |
3. Het Europees Parlement of de Raad kan de in artikel 6, lid 9, en artikel 14, lid 9, bedoelde bevoegdheidsdelegatie te allen tijde intrekken. Het besluit tot intrekking beëindigt de delegatie van de in dat besluit genoemde bevoegdheid. Het wordt van kracht op de dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie of op een daarin genoemde latere datum. Het laat de geldigheid van de reeds van kracht zijnde gedelegeerde handelingen onverlet. |
Amendement 68 Voorstel voor een richtlijn Artikel 22 – lid 5 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
5. Een overeenkomstig artikel 3, lid 2, artikel 3, lid 3, artikel 4, lid 3, artikel 4, lid 4, artikel 6, lid 3, artikel 6, lid 9, artikel 6, lid 10, artikel 8, lid 4, artikel 9, lid 3, artikel 10, lid 5, artikel 11, lid 3, artikel 13, lid 3, artikel 13, lid 4, artikel 14, lid 9, artikel 18, lid 2, en artikel 18, lid 5, vastgestelde gedelegeerde handeling treedt alleen in werking indien het Europees Parlement noch de Raad daartegen binnen een termijn van twee maanden na de kennisgeving van de handeling aan het Europees Parlement en de Raad bezwaar heeft gemaakt, of indien zowel het Europees Parlement als de Raad voor het verstrijken van die termijn de Commissie hebben medegedeeld dat zij daartegen geen bezwaar zullen maken. Op initiatief van het Europees Parlement of de Raad kan deze termijn met twee maanden worden verlengd. |
5. Een overeenkomstig artikel 6, lid 9, en artikel 14, lid 9, vastgestelde gedelegeerde handeling treedt alleen in werking indien het Europees Parlement noch de Raad daartegen binnen een termijn van twee maanden na de kennisgeving van de handeling aan het Europees Parlement en de Raad bezwaar heeft gemaakt, of indien zowel het Europees Parlement als de Raad voor het verstrijken van die termijn de Commissie hebben medegedeeld dat zij daartegen geen bezwaar zullen maken. Op initiatief van het Europees Parlement of de Raad kan deze termijn met twee maanden worden verlengd. |
Motivering | |
Zie de beknopte motivering. | |
Amendement 69 Voorstel voor een richtlijn Artikel 23 – lid 1 – alinea 1 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
Uiterlijk vijf jaar na de in artikel 25, lid 1, bedoelde datum legt de Commissie aan het Europees Parlement, de Raad, het Europees Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Regio's een verslag voor over de toepassing van deze richtlijn. |
Uiterlijk drie jaar na de in artikel 25, lid 1, bedoelde datum legt de Commissie aan het Europees Parlement, de Raad, het Europees Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Regio's een verslag voor over de toepassing van deze richtlijn. |
Amendement 70 Voorstel voor een richtlijn Artikel 23 – lid 3 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
3 bis. In afwachting van de publicatie van dit verslag en eventuele bijbehorende voorstellen tot wijziging van deze richtlijn, mag de Commissie de haar verleende bevoegdheden alleen benutten voor de aanpassing van de richtlijn aan nieuwe wetenschappelijke bevindingen. |
Motivering | |
Om te voorkomen dat de wetgeving al te vaak wordt gewijzigd en de lidstaten hun wetgeving voortdurend dienovereenkomstig moeten aanpassen, mag de Commissie de haar verleende bevoegdheden alleen benutten wanneer dit op grond van duidelijke wetenschappelijke bewijzen noodzakelijk is. | |
Amendement 71 Voorstel voor een richtlijn Artikel 24 – lid 2 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
2. Op grond van dwingende redenen in verband met de bescherming van de volksgezondheid mag een lidstaat voor onder deze richtlijn vallende materies echter strengere nationale voorschriften handhaven die op alle producten van toepassing zijn. Een lidstaat mag ook strengere nationale voorschriften invoeren om redenen die verband houden met de specifieke situatie van die lidstaat, en mits die voorschriften gerechtvaardigd zijn door de bescherming van de volksgezondheid. Die nationale voorschriften worden samen met de motivering voor de handhaving of invoering ervan aan de Commissie ter kennis gebracht. Binnen zes maanden na de datum van ontvangst van de kennisgeving keurt de Commissie die voorschriften goed of af, nadat zij, rekening houdend met het hoge niveau van bescherming van de volksgezondheid dat deze richtlijn tot stand brengt, heeft nagegaan of zij al dan niet gerechtvaardigd, noodzakelijk en evenredig aan hun doel zijn en of zij geen middel tot willekeurige discriminatie of een verkapte beperking van de handel tussen de lidstaten vormen. Wanneer de Commissie binnen de genoemde periode geen besluit neemt, worden de nationale voorschriften geacht te zijn goedgekeurd. |
2. Deze richtlijn laat het recht van de lidstaten onverlet om, met inachtneming van het Verdrag, strengere nationale voorschriften voor de productie, invoer, verkoop en consumptie van tabaksproducten te handhaven of in te voeren als zij dat nodig achten voor de bescherming van de volksgezondheid, voor zover zulke voorschriften buiten de reikwijdte van de bepalingen van deze richtlijn vallen. |
Amendement 72 Voorstel voor een richtlijn Artikel 24 – lid 3 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
3. Deze richtlijn laat het recht van de lidstaten onverlet om, met inachtneming van het Verdrag, voor niet bij deze richtlijn geregelde aspecten nationale voorschriften te handhaven of in te voeren. Die nationale voorschriften moeten gerechtvaardigd zijn uit hoofde van dwingende redenen van algemeen belang en moeten noodzakelijk en evenredig aan hun doel zijn. Zij mogen geen middel tot willekeurige discriminatie of een verkapte beperking van de handel tussen de lidstaten vormen en mogen de integrale toepassing van deze richtlijn niet in gevaar brengen. |
Schrappen |
Amendement 73 Voorstel voor een richtlijn Artikel 26 – alinea 1 – letter a | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
a) tabaksproducten; |
a) sigaretten en shagtabak; |
Amendement 74 Voorstel voor een richtlijn Artikel 26 – alinea 1 – letter b | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
b) nicotinehoudende producten met een nicotinegehalte onder de in artikel 18, lid 1, vermelde waarde; |
Schrappen |
Amendement 75 Voorstel voor een richtlijn Artikel 26 – alinea 1 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
De lidstaten mogen toestaan dat andere tabaksproducten dan sigaretten en shagtabak, die niet aan deze richtlijn voldoen, in de handel worden gebracht tot (Publicatiebureau: gelieve de juiste datum in te vullen: inwerkingtreding + 42 maanden): |
PROCEDURE
Titel |
Onderlinge aanpassing van de wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen van de lidstaten inzake de productie, de presentatie en de verkoop van tabaks- en aanverwante producten |
||||
Document- en procedurenummers |
COM(2012)0788 – C7-0420/2012 – 2012/0366(COD) |
||||
Commissie ten principale Datum bekendmaking |
ENVI 15.1.2013 |
|
|
|
|
Advies uitgebracht door Datum bekendmaking |
ITRE 15.1.2013 |
||||
Rapporteur voor advies Datum benoeming |
Robert Goebbels 6.3.2013 |
||||
Behandeling in de commissie |
25.4.2013 |
|
|
|
|
Datum goedkeuring |
20.6.2013 |
|
|
|
|
Uitslag eindstemming |
+: –: 0: |
37 10 3 |
|||
Bij de eindstemming aanwezige leden |
Jean-Pierre Audy, Ivo Belet, Bendt Bendtsen, Fabrizio Bertot, Jan Březina, Maria Da Graça Carvalho, Giles Chichester, Jürgen Creutzmann, Dimitrios Droutsas, Christian Ehler, Vicky Ford, Adam Gierek, Robert Goebbels, Fiona Hall, Jacky Hénin, Edit Herczog, Kent Johansson, Romana Jordan, Krišjānis Kariņš, Lena Kolarska-Bobińska, Judith A. Merkies, Jaroslav Paška, Aldo Patriciello, Vittorio Prodi, Herbert Reul, Teresa Riera Madurell, Jens Rohde, Paul Rübig, Francisco Sosa Wagner, Konrad Szymański, Britta Thomsen, Patrizia Toia, Ioannis A. Tsoukalas, Niki Tzavela, Marita Ulvskog, Vladimir Urutchev, Kathleen Van Brempt, Alejo Vidal-Quadras |
||||
Bij de eindstemming aanwezige vaste plaatsvervanger(s) |
Ioan Enciu, Françoise Grossetête, Andrzej Grzyb, Cristina Gutiérrez-Cortines, Roger Helmer, Jolanta Emilia Hibner, Gunnar Hökmark, Bernd Lange |
||||
Bij de eindstemming aanwezige plaatsvervanger(s) (art. 187, lid 2) |
Josefa Andrés Barea, Jerzy Buzek, Bas Eickhout, Philippe Lamberts |
||||
ADVIES van de Commissie interne markt en consumentenbescherming (20.6.2013)
aan de Commissie milieubeheer, volksgezondheid en voedselveiligheid
inzake het voorstel voor een richtlijn van het Europees Parlement en de Raad betreffende de onderlinge aanpassing van de wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen van de lidstaten inzake de productie, de presentatie en de verkoop van tabaks- en aanverwante producten
(COM(2012)0788 – C7‑0420/2013 – 2012/0366(COD))
Rapporteur voor advies: Małgorzata Handzlik
BEKNOPTE MOTIVERING
De tabaksproductenrichtlijn (Richtlijn 2001/37/EG) werd in 2001 aangenomen en had als doel sigaretten en andere tabaksproducten te reglementeren en een bijdrage te leveren tot de vermindering van het aantal rokers in de Europese Unie. De belangrijkste gereglementeerde gebieden betroffen gezondheidswaarschuwingen, maatregelen inzake ingrediënten en benamingen van tabaksproducten, en maximumgehalten aan teer, nicotine en koolmonoxide van sigaretten. De ontwikkelingen die zich gedurende de tien jaar sinds de aanneming van de richtlijn hebben voorgedaan in de wetenschap en op de markt, maken het echter noodzakelijk deze richtlijn te actualiseren. Deze actualisering is eveneens van cruciaal belang omdat er in de lidstaten verschillende niveaus van uitvoering van de richtlijn bestaan en het noodzakelijk is een soepele werking van de interne markt te waarborgen.
Uw rapporteur is verheugd over het voorstel van de Commissie en steunt de algemene doelstelling ervan, te weten de onderlinge aanpassing van de wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen van de lidstaten inzake vraagstukken als etikettering en verpakking, ingrediënten, enzovoort, teneinde de werking van de interne markt van tabaks- en aanverwante producten te vergemakkelijken op basis van een hoog niveau van gezondheidsbescherming.
Uw rapporteur steunt derhalve de harmonisatie van verpakkingen in de interne markt, daar de lidstaten momenteel niet in staat zijn hun wetgevingen op een effectieve wijze aan te passen aan de nieuwe ontwikkelingen. Zo moet worden voorzien in gezondheidswaarschuwingen die groter zijn dan hetgeen in de huidige richtlijn is voorzien.
Ofschoon uw rapporteur sterk voorstandster is van het verzekeren van gezondheidsbescherming, hetgeen een van de doelstellingen van het Commissievoorstel is, wil zij een aantal amendementen voorstellen om de werking van de interne markt te verbeteren. Uw rapporteur introduceert het begrip "wezenlijk additief" en verheldert de bepaling inzake het gebruik van additieven, waarin staat dat additieven gebruikt mogen worden als zij nodig zijn in het productieproces. Zonder deze verheldering zouden Europese producenten belet kunnen worden tabaksproducten als dusdanig te produceren, omdat de Commissie het gebruik van additieven met een kenmerkend aroma algemeen heeft verboden, zelfs indien deze additieven noodzakelijk zijn voor het productieproces. Verder is uw rapporteur van mening dat er geen vrijstellingen mogen zijn op de regelgeving inzake ingrediënten voor bepaalde tabaksproducten. Teneinde een uniforme behandeling van alle tabaksproducten te waarborgen en fragmentatie van de markt te voorkomen mag het ene tabaksproduct niet worden bevoordeeld ten opzichte van het andere.
Er wordt weliswaar specifieke reclame gemaakt voor sigaretten met een bepaalde diameter maar er is geen overtuigend bewijs dat de diameter van een sigaret een factor van doorslaggevend belang is voor het al dan niet beginnen roken op jonge leeftijd. Uw rapporteur stelt daarom voor de minimumgrootte van sigaretten niet te reglementeren. Uw rapporteur is van mening dat consumenten geïnformeerde keuzes moeten kunnen maken. Daarom moet, ongeacht de grootte van de sigaret, de verpakking van het product geharmoniseerd zijn en moeten op het pakje waarschuwende teksten en afbeeldingen voorkomen waarmee volledige informatie wordt gegeven over de negatieve gevolgen voor de gezondheid van het gebruik van tabaksproducten. Uw rapporteur is van mening dat de maatregel voor het invoeren van limieten met betrekking tot de diameter van sigaretten niet evenredig is en dat het doel misleidende concepten te voorkomen gemakkelijker bereikt kan worden met goede informatie met behulp van onder meer waarschuwende afbeeldingen en teksten op pakjes.
Daar 70% van de rokers voor het achttiende levensjaar begint te roken, moet het voorstel er vooral op gericht zijn de toegang van kinderen en jonge volwassenen tot tabaksproducten te beperken. Uw rapporteur is van oordeel dat grensoverschrijdende verkoop op afstand van tabaksproducten niet toegestaan mag worden, omdat er dan geen mogelijkheid meer is om de leeftijd van de potentiële koper effectief te verifiëren. Dan doet zich het risico voor dat tabaksproducten worden gekocht door minderjarigen.
Nicotinehoudende producten, zoals elektronische sigaretten, bevatten giftige chemische stoffen en tabakspecifieke bestanddelen die vermoedelijk gevaarlijk zijn voor consumenten. Bovendien laten veldanalyses zien dat vullingen voor elektronische sigaretten, waarin volgens het etiket geen nicotine zit, vaak wel degelijk geringe hoeveelheden nicotine bevatten. Daarom moeten alle nicotinehoudende producten worden onderworpen aan controle. Anders kan het zijn dat producten met nicotineconcentraties net beneden de voorgestelde maximumwaarden zonder enige vergunning op de markt worden gebracht. Zoals hierboven is vermeld, doet niet alleen de nicotineconcentratie er toe maar ook het mengsel van alle stoffen. Consumenten zeggen eveneens elektronische sigaretten voornamelijk te gebruiken omdat zij willen stoppen met roken, waaruit dus zou blijken dat elektronische sigaretten als geneesmiddelen worden gezien. Uw rapporteur stelt daarom voor om alle nicotinehoudende producten toe te laten overeenkomstig de Richtlijn tot vaststelling van een communautair wetboek betreffende geneesmiddelen voor menselijk gebruik (2001/83/EG).
Aangezien de voorgestelde richtlijn niet op alle markten een even sterke invloed zal uitoefenen, is het volgens uw rapporteur noodzakelijk te voorzien in een langere overgangsperiode voor tabaksproducten, nicotinehoudende producten en voor roken bestemde kruidenproducten.
AMENDEMENTEN
De Commissie interne markt en consumentenbescherming verzoekt de ten principale bevoegde Commissie milieubeheer, volksgezondheid en voedselveiligheid onderstaande amendementen in haar verslag op te nemen:
Amendement 1 Voorstel voor een richtlijn Visum 1 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 114, |
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name de artikelen 114 en 168, |
Amendement 2 Voorstel voor een richtlijn Overweging 8 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(8) Overeenkomstig artikel 114, lid 3, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (hierna "het Verdrag" genoemd) moet voor de volksgezondheid worden uitgegaan van een hoog beschermingsniveau, waarbij met name rekening wordt gehouden met nieuwe op wetenschappelijke feiten gebaseerde gegevens. Tabaksproducten zijn geen gewone producten, en gezien de buitengewoon schadelijke effecten van tabak moet groot belang worden gehecht aan de bescherming van de volksgezondheid, met name om het roken bij jongeren te verminderen. |
(8) Overeenkomstig artikel 114, lid 3, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (hierna "het Verdrag" genoemd) moet voor de volksgezondheid worden uitgegaan van een hoog beschermingsniveau, waarbij met name rekening wordt gehouden met nieuwe op wetenschappelijke feiten gebaseerde gegevens. Tabaksproducten zijn geen gewone producten, en gezien de buitengewoon schadelijke effecten van tabak moet groot belang worden gehecht aan de bescherming van de volksgezondheid, met name om het roken bij jongeren te verminderen. Te dien einde blijven voorlichting en informatie, preventieprogramma's en hulpprogramma's voor burgers die willen stoppen met roken, cruciaal. |
Motivering | |
De doelstellingen op het gebied van de preventie en vermindering van het tabaksgebruik kunnen zonder voorlichtings- en informatiecampagnes en hulp aan de burgers niet worden gehaald. Het in deze richtlijn bepaalde is daarbij een aanvullend instrument. | |
Amendement 3 Voorstel voor een richtlijn Overweging 11 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(11) Wat de vaststelling van maximumgehalten betreft, zal het later noodzakelijk en passend kunnen blijken om de vastgestelde gehalten aan te passen of maximumemissies vast te stellen, gelet op hun toxiciteit of verslavende werking. |
(11) Wat de vaststelling van maximumgehalten betreft, zal het later noodzakelijk en passend kunnen blijken om de vastgestelde gehalten aan te passen of maximumemissies vast te stellen, gelet op de wetenschappelijke ontwikkeling en internationaal overeengekomen normen ter beoordeling van hun toxiciteit of verslavende werking. |
Amendement 4 Voorstel voor een richtlijn Overweging 12 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(12) Om hun regelgevende functie te kunnen uitoefenen, hebben de lidstaten en de Commissie volledige informatie over de ingrediënten en emissies nodig, om de aantrekkelijkheid, de verslavende werking en de toxiciteit van tabaksproducten en de aan de consumptie van die producten verbonden gezondheidsrisico's te beoordelen. Daartoe moeten de bestaande rapportageverplichtingen aangaande ingrediënten en emissies worden aangescherpt. Dit strookt met de verplichting van de Unie om een hoog niveau van bescherming van de menselijke gezondheid te waarborgen. |
(12) Om hun regelgevende functie te kunnen uitoefenen, hebben de lidstaten en de Commissie volledige informatie over de ingrediënten en emissies nodig, om de aantrekkelijkheid, de verslavende werking en de toxiciteit van tabaksproducten en de aan de consumptie van die producten verbonden gezondheidsrisico's te beoordelen. Daartoe moeten de bestaande rapportageverplichtingen aangaande ingrediënten en emissies weliswaar worden aangescherpt maar zij mogen geen onnodige en onevenredige belasting vormen voor met name kleine en middelgrote ondernemingen. Dit strookt met de verplichting van de Unie om een hoog niveau van bescherming van de menselijke gezondheid te waarborgen. |
Motivering | |
Het is weliswaar heel belangrijk dat de rapportageverplichtingen worden aangescherpt en de lidstaten en de Commissie uitgebreide informatie ontvangen maar tevens moet worden vermeden dat onnodige lasten ontstaan voor ondernemingen en met name kmo's. | |
Amendement 5 Voorstel voor een richtlijn Overweging 13 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(13) Het huidige gebruik van verschillende formaten voor de informatieverstrekking maakt het producenten en importeurs moeilijk om aan hun rapportageverplichtingen te voldoen en maakt het de lidstaten en de Commissie lastig om de ontvangen informatie te vergelijken en te analyseren en er conclusies uit te trekken. Derhalve zou er een gemeenschappelijk verplicht formaat voor de verstrekking van informatie over ingrediënten en emissies moeten bestaan. Er dient te worden gezorgd voor een zo groot mogelijke doorzichtigheid van de productinformatie voor het grote publiek, waarbij op passende wijze rekening moet worden gehouden met de commerciële en intellectuele eigendomsrechten van de producenten van tabaksproducten. |
(13) Het huidige gebruik van verschillende formaten voor de informatieverstrekking maakt het producenten en importeurs moeilijk om aan hun rapportageverplichtingen te voldoen en maakt het de lidstaten en de Commissie lastig om de ontvangen informatie te vergelijken en te analyseren en er conclusies uit te trekken. Derhalve zou er een gemeenschappelijk verplicht formaat voor de verstrekking van informatie over ingrediënten en emissies moeten bestaan. Er dient te worden gezorgd voor een zo groot mogelijke doorzichtigheid van de productinformatie voor het grote publiek, waarbij op passende wijze rekening moet worden gehouden met de commerciële en intellectuele eigendomsrechten van de producenten van tabaksproducten, met name van kleine en middelgrote ondernemingen. |
Motivering | |
Een gemeenschappelijk elektronisch formaat geldig voor alle lidstaten zal het gemakkelijker maken om aan de rapportageverplichtingen te voldoen. Dit zou een voordeel kunnen zijn voor kmo's. | |
Amendement 6 Voorstel voor een richtlijn Overweging 14 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(14) Het ontbreken van een geharmoniseerde aanpak van de regelgeving inzake ingrediënten beïnvloedt de werking van de interne markt en het vrije verkeer van goederen in de EU. Sommige lidstaten hebben wetgeving vastgesteld of met de industrie bindende overeenkomsten gesloten waarbij bepaalde ingrediënten worden toegelaten of verboden. Als gevolg daarvan bestaan voor sommige ingrediënten regels in sommige lidstaten, maar niet in andere. De lidstaten hebben ook verschillende benaderingen met betrekking tot in de filter van sigaretten verwerkte additieven en additieven die sigarettenrook kleuren. Zonder harmonisatie zullen de obstakels op de interne markt de volgende jaren naar verwachting toenemen, gelet op de uitvoering van de FCTC en de richtsnoeren ervan en de ervaringen in andere rechtsgebieden buiten de Unie. De richtsnoeren met betrekking tot de artikelen 9 en 10 van de FCTC roepen met name op tot het uitbannen van ingrediënten die de smaak versterken, die de indruk wekken dat tabaksproducten gezondheidsvoordelen bieden, die in verband worden gebracht met energie en vitaliteit of die kleurende eigenschappen hebben. |
(14) Het ontbreken van een geharmoniseerde aanpak van de regelgeving inzake ingrediënten beïnvloedt de werking van de interne markt en het vrije verkeer van goederen in de EU. Sommige lidstaten hebben wetgeving vastgesteld of met de industrie bindende overeenkomsten gesloten waarbij bepaalde ingrediënten worden toegelaten of verboden. Als gevolg daarvan bestaan voor sommige ingrediënten regels in sommige lidstaten, maar niet in andere. De lidstaten hebben ook verschillende benaderingen met betrekking tot in de filter van sigaretten verwerkte additieven en additieven die sigarettenrook kleuren. Zonder harmonisatie zullen de obstakels op de interne markt de volgende jaren naar verwachting toenemen, gelet op de uitvoering van de FCTC en de richtsnoeren ervan en de ervaringen in andere rechtsgebieden buiten de Unie. De richtsnoeren met betrekking tot de artikelen 9 en 10 van de FCTC roepen met name op tot het uitbannen van ingrediënten die de smaak versterken, die de indruk wekken dat tabaksproducten gezondheidsvoordelen bieden, die in verband worden gebracht met energie en vitaliteit of die kleurende eigenschappen hebben. Ook ingrediënten die de verslavende werking of de toxiciteit verhogen, worden uitgebannen. |
Amendement 7 Voorstel voor een richtlijn Overweging 15 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(15) De waarschijnlijkheid van uiteenlopende regelgeving wordt nog vergroot door de bezorgdheid over tabaksproducten, met inbegrip van rookloze tabaksproducten, die een kenmerkend aroma hebben dat verschilt van dat van tabak, hetgeen het beginnen met de consumptie van tabak kan vergemakkelijken of de consumptiepatronen kan beïnvloeden. In veel landen is de verkoop van producten met menthol bijvoorbeeld geleidelijk gestegen, ook al is het totale aantal rokers afgenomen. Uit een aantal studies blijkt dat tabaksproducten met menthol de inhalatie en het beginnen met roken door jongeren kunnen vergemakkelijken. Maatregelen die leiden tot een ongerechtvaardigde gedifferentieerde behandeling van gearomatiseerde sigaretten (bv. sigaretten met menthol of kruidnagel) moeten worden vermeden. |
(15) De waarschijnlijkheid van uiteenlopende regelgeving wordt nog vergroot door de bezorgdheid over tabaksproducten, met inbegrip van rookloze tabaksproducten, die een kenmerkend aroma hebben dat verschilt van dat van tabak en menthol, hetgeen het beginnen met de consumptie van tabak kan vergemakkelijken of de consumptiepatronen kan beïnvloeden. De Europese Commissie wordt verzocht een wetenschappelijke studie uit te voeren naar de werkelijke invloed van deze producten op het beginnen met roken. |
Motivering | |
Menthol wordt sinds de jaren twintig in traditionele tabaksproducten gebruikt. Er bestaat niet voldoende bewijs dat menthol een slechte invloed heeft op het rookgedrag van jongeren. | |
Amendement 8 Voorstel voor een richtlijn Overweging 16 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(16) Het verbod op tabaksproducten met een kenmerkend aroma betekent niet dat afzonderlijke additieven volledig verboden zijn, maar verplicht de producenten het additief of de combinatie van additieven in die mate te verminderen dat de additieven niet langer een kenmerkend aroma produceren. Het gebruik van voor de vervaardiging van tabaksproducten noodzakelijke additieven moet worden toegestaan zolang dat niet resulteert in een kenmerkend aroma. De Commissie moet zorgen voor uniforme voorwaarden voor de toepassing van de bepaling inzake kenmerkende aroma's. Bij die besluitvorming moeten de lidstaten en de Commissie een beroep doen op onafhankelijke panels. De toepassing van deze richtlijn mag niet leiden tot discriminatie tussen verschillende tabakssoorten. |
(16) Het verbod op tabaksproducten met een kenmerkend aroma betekent niet dat afzonderlijke additieven volledig verboden zijn, maar verplicht de producenten het additief of de combinatie van additieven in die mate te verminderen dat de additieven niet langer een kenmerkend aroma produceren. Het gebruik van voor de vervaardiging van tabaksproducten essentiële additieven wordt toegestaan. De Commissie moet zorgen voor uniforme voorwaarden voor de toepassing van de bepaling inzake kenmerkende aroma's. Er moet een uitzondering worden gemaakt voor mentholsigaretten, aangezien deze worden beschouwd als traditionele gearomatiseerde tabaksproducten en niet moeten worden ingedeeld bij de andere gearomatiseerde tabaksproducten. Bij die besluitvorming moeten de lidstaten en de Commissie een beroep doen op onafhankelijke panels. De toepassing van deze richtlijn mag niet leiden tot discriminatie tussen verschillende tabakssoorten. |
Amendement 9 Voorstel voor een richtlijn Overweging 18 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(18) Daar de richtlijn is toegespitst op jongeren, moeten andere tabaksproducten dan sigaretten, shagtabak en rookloze tabak, die hoofdzakelijk worden gebruikt door oudere consumenten, van bepaalde vereisten betreffende de ingrediënten worden vrijgesteld zolang er zich geen aanzienlijke verandering voordoet in de omstandigheden wat het verkoopvolume of het consumptiepatroon bij jongeren betreft. |
Schrappen |
Motivering | |
Vanuit de optiek van de interne markt mag het ene tabaksproduct niet worden bevoordeeld ten opzicht van het andere. | |
Amendement 10 Voorstel voor een richtlijn Overweging 22 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(22) De etiketteringsregels moeten ook worden aangepast aan het nieuwe wetenschappelijk bewijsmateriaal. Zo is bijvoorbeeld de vermelding van het teer-, nicotine- en koolmonoxidegehalte op sigarettenverpakkingen misleidend gebleken, daar dit consumenten in de waan brengt dat sommige sigaretten minder schadelijk zijn dan andere. Er zijn ook aanwijzingen dat grote gecombineerde gezondheidswaarschuwingen doeltreffender zijn dan waarschuwingen die louter uit tekst bestaan. In het licht daarvan moeten gecombineerde gezondheidswaarschuwingen in de hele Unie verplicht worden; zij moeten een groot en zichtbaar deel van de verpakking beslaan. Voor alle gezondheidswaarschuwingen moeten minimumafmetingen worden vastgesteld, zodat de zichtbaarheid en doeltreffendheid ervan gewaarborgd is. |
(22) De etiketteringsregels moeten zodanig worden aangepast dat consumenten hierdoor niet misleid worden. Zo kan bijvoorbeeld de vermelding van het teer-, nicotine- en koolmonoxidegehalte op sigarettenverpakkingen door consumenten verkeerd gelezen worden, daar dit consumenten vaak in de waan brengt dat sommige sigaretten minder schadelijk zijn dan andere. Er zijn ook aanwijzingen dat grote gecombineerde gezondheidswaarschuwingen doeltreffender zijn dan waarschuwingen die louter uit tekst bestaan. In het licht daarvan moeten gecombineerde gezondheidswaarschuwingen in de hele Unie verplicht worden; zij moeten een groot en zichtbaar deel van de verpakking beslaan. Voor alle gezondheidswaarschuwingen moeten minimumafmetingen worden vastgesteld, zodat de zichtbaarheid en doeltreffendheid ervan gewaarborgd is. |
Amendement 11 Voorstel voor een richtlijn Overweging 23 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(23) Om de integriteit en de zichtbaarheid van de gezondheidswaarschuwingen te waarborgen en de doeltreffendheid ervan te maximaliseren, moeten bepalingen worden vastgesteld inzake de afmetingen van de waarschuwingen en inzake bepaalde aspecten van de verschijningsvorm van de tabaksverpakking, inclusief het openingsmechanisme. De verpakking en de producten kunnen de consumenten, met name jongeren, misleiden door te suggereren dat de producten minder schadelijk zijn. Dit is bijvoorbeeld het geval voor sommige teksten of kenmerken als "laag teergehalte", "light", "ultra-light", "mild", "natuurlijk", "biologisch", "zonder additieven", "zonder smaakstoffen", "slim", namen, afbeeldingen en figuratieve of andere tekens. Ook de grootte en de verschijningsvorm van de individuele sigaretten kunnen de consumenten misleiden door de indruk te wekken dat zij minder schadelijk zijn. Uit een recent onderzoek is ook gebleken dat rokers van dunne sigaretten vaker geloven dat hun eigen merk minder schadelijk is. Dat moet worden aangepakt. |
(23) Om de integriteit en de zichtbaarheid van de gezondheidswaarschuwingen te waarborgen en de doeltreffendheid ervan te maximaliseren, moeten bepalingen worden vastgesteld inzake de afmetingen van de waarschuwingen en inzake bepaalde aspecten van de verschijningsvorm van de tabaksverpakking, inclusief het openingsmechanisme. De verpakking en de producten kunnen de consumenten, met name jongeren, misleiden door te suggereren dat de producten minder schadelijk zijn. Dit is bijvoorbeeld het geval voor sommige op de verpakking gezette teksten of kenmerken als "laag teergehalte", "light", "ultra-light", "mild", "natuurlijk", "biologisch", "zonder additieven", "zonder smaakstoffen", "slim", namen, afbeeldingen en figuratieve of andere tekens. Dat moet worden verholpen door vast te stellen welke tekst op de verpakking mag worden gezet. |
Motivering | |
Dit strookt met het amendement op artikel 12 van de voorgestelde richtlijn. | |
Amendement 12 Voorstel voor een richtlijn Overweging 26 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(26) Er worden grote hoeveelheden illegale producten, die niet aan de vereisten van Richtlijn 2001/37/EG voldoen, in de handel gebracht en er zijn aanwijzingen dat die hoeveelheden nog zullen toenemen. Die producten ondergraven het vrije verkeer van legale producten en de door de wetgeving inzake bestrijding van het tabaksgebruik geboden bescherming. Bovendien verplicht de FCTC de Unie om als onderdeel van een veelomvattend beleid ter bestrijding van het tabaksgebruik illegale producten te bestrijden. De verpakkingseenheden van tabaksproducten moeten daarom van een uniek en veilig merkteken worden voorzien en hun bewegingen moeten worden geregistreerd, zodat die producten in de Unie kunnen worden gevolgd en getraceerd en hun overeenstemming met deze richtlijn kan worden gecontroleerd en beter kan worden afgedwongen. Ook moeten veiligheidskenmerken worden ingevoerd die de verificatie van de authenticiteit van de producten zullen vergemakkelijken. |
(26) Er worden grote hoeveelheden illegale producten, die niet aan de vereisten van Richtlijn 2001/37/EG voldoen, in de handel gebracht en er zijn aanwijzingen dat die hoeveelheden nog zullen toenemen. Die producten ondergraven het vrije verkeer van legale producten en de door de wetgeving inzake bestrijding van het tabaksgebruik geboden bescherming. Bovendien verplicht de FCTC de Unie om als onderdeel van een veelomvattend beleid ter bestrijding van het tabaksgebruik illegale producten te bestrijden. De verpakkingseenheden en elke buitenverpakking van tabaksproducten moeten daarom van een uniek en veilig merkteken worden voorzien en hun bewegingen moeten worden geregistreerd, zodat die producten in de Unie kunnen worden gevolgd en getraceerd en hun overeenstemming met deze richtlijn kan worden gecontroleerd en beter kan worden afgedwongen. Ook moeten veiligheidskenmerken worden ingevoerd die de verificatie van de authenticiteit van de producten zullen vergemakkelijken. Een coherente tenuitvoerlegging van de douanewetgeving sterkt de douaneautoriteiten in hun strijd tegen illegale handel, met name aan de hand van technische capaciteitsopbouw. |
Amendement 13 Voorstel voor een richtlijn Overweging 28 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(28) Om onafhankelijkheid en transparantie te waarborgen, moeten de producenten van tabaksproducten onder auspiciën van een externe auditor met onafhankelijke derden overeenkomsten voor de opslag van gegevens sluiten. Gegevens met betrekking tot het volg- en traceersysteem moeten gescheiden worden gehouden van andere gegevens in verband met de onderneming en moeten voortdurend kunnen worden gecontroleerd door en te allen tijde toegankelijk zijn voor de bevoegde autoriteiten van de lidstaten en de Commissie. |
(28) Om doeltreffendheid, onafhankelijkheid en transparantie te waarborgen, moeten de producenten van tabaksproducten onder auspiciën van een externe auditor met onafhankelijke derden overeenkomsten voor de opslag van gegevens sluiten. Gegevens met betrekking tot het volg- en traceersysteem moeten gescheiden worden gehouden van andere gegevens in verband met de onderneming en moeten voortdurend kunnen worden gecontroleerd door en te allen tijde toegankelijk zijn voor de bevoegde autoriteiten van de lidstaten en de Commissie. |
Amendement 14 Voorstel voor een richtlijn Overweging 30 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(30) De grensoverschrijdende verkoop van tabak op afstand geeft jongeren gemakkelijker toegang tot tabaksproducten en dreigt de naleving van de voorschriften van de wetgeving inzake bestrijding van het tabaksgebruik en met name in deze richtlijn te ondergraven. Gemeenschappelijke regels voor een kennisgevingssysteem zijn noodzakelijk om te waarborgen dat deze richtlijn haar volledige potentieel verwezenlijkt. De bepaling inzake de kennisgeving van grensoverschrijdende verkopen van tabak op afstand in deze richtlijn moet van toepassing zijn, onverminderd de kennisgevingsprocedure van Richtlijn 2000/31/EG van het Europees Parlement en de Raad van 8 juni 2000 betreffende bepaalde juridische aspecten van de diensten van de informatiemaatschappij. De verkoop van tabaksproducten op afstand door ondernemingen aan consumenten wordt verder gereglementeerd door Richtlijn 97/7/EG van het Europees Parlement en de Raad van 20 mei 1997 betreffende de bescherming van de consument bij op afstand gesloten overeenkomsten, die na 13 juni 2014 zal worden vervangen door Richtlijn 2011/83/EU van het Europees Parlement en de Raad van 25 oktober 2011 betreffende consumentenrechten. |
(30) De grensoverschrijdende verkoop van tabak op afstand en de gratis verstrekking van of de ruilhandel in tabaksproducten voor verkoopbevorderende doeleinden in de openbare ruimte geven jongeren gemakkelijker toegang tot tabaksproducten en dreigen de naleving van de voorschriften van de wetgeving inzake bestrijding van het tabaksgebruik en met name in deze richtlijn te ondergraven. Deze praktijken moeten derhalve worden verboden. |
(Zie de amendementen op artikel 16) | |
Amendement 15 Voorstel voor een richtlijn Overweging 31 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(31) Alle tabaksproducten kunnen mortaliteit, morbiditeit en handicaps veroorzaken en de consumptie ervan moet worden ingedamd. Het is daarom van belang dat de ontwikkelingen inzake nieuwsoortige tabaksproducten worden gevolgd. De producenten en importeurs moeten worden verplicht om kennis te geven van nieuwsoortige tabaksproducten, onverminderd de bevoegdheid van de lidstaten om die producten te verbieden of toe te staan. De Commissie moet de ontwikkelingen volgen en moet vijf jaar na de datum van omzetting van deze richtlijn een verslag indienen om te beoordelen of wijzigingen van de richtlijn noodzakelijk zijn. |
(31) Alle tabaksproducten kunnen mortaliteit, morbiditeit en handicaps veroorzaken en de consumptie ervan moet worden ingedamd. Het is daarom van belang dat de ontwikkelingen inzake nieuwsoortige tabaksproducten worden gevolgd. De producenten en importeurs moeten worden verplicht om kennis te geven van nieuwsoortige tabaksproducten, onverminderd de bevoegdheid van de lidstaten om die producten te verbieden of toe te staan. De Commissie moet de ontwikkelingen volgen en moet vijf jaar na de datum van omzetting van deze richtlijn een verslag indienen om te beoordelen of wijzigingen van de richtlijn noodzakelijk zijn. Kinderen en jongeren moeten worden voorgelicht, omdat dat de eenvoudigste en meest effectieve manier is om te voorkomen dat jongeren beginnen met deze slechte gewoonte. Ook dient de oprichting van een fonds, gefinancierd door producenten van tabaksproducten, te worden overwogen, waaruit antirookcampagnes zullen worden gefinancierd. De minimumleeftijd voor het kopen van tabaksproducten moet in alle lidstaten worden vastgesteld op 18 jaar. |
Amendement 16 Voorstel voor een richtlijn Overweging 34 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(34) Richtlijn 2001/83/EG van het Europees Parlement en de Raad van 6 november 2001 tot vaststelling van een communautair wetboek betreffende geneesmiddelen voor menselijk gebruik voorziet in een juridisch kader voor de beoordeling van de kwaliteit, de veiligheid en de werkzaamheid van geneesmiddelen, waaronder nicotinehoudende producten. Voor een groot aantal nicotinehoudende producten is op grond van die regeling reeds een vergunning verleend. De vergunning houdt rekening met het nicotinegehalte van het betrokken product. De onderwerping van alle nicotinehoudende producten waarvan het nicotinegehalte hetzelfde is als of groter is dan dat van een nicotinehoudend product waarvoor reeds op grond van Richtlijn 2001/83/EG een vergunning is verleend, aan hetzelfde juridisch kader, verduidelijkt de rechtssituatie, vermindert de verschillen tussen de nationale wetgevingen, garandeert de gelijke behandeling van alle nicotinehoudende producten die kunnen worden gebruikt voor het stoppen met roken, en schept stimulansen voor onderzoek en innovatie in verband met het stoppen met roken. Dit mag niet afdoen aan de toepassing van Richtlijn 2001/83/EG op andere onder deze richtlijn vallende producten indien aan de voorwaarden van Richtlijn 2001/83/EG is voldaan. |
(34) Richtlijn 2001/83/EG van het Europees Parlement en de Raad van 6 november 2001 tot vaststelling van een communautair wetboek betreffende geneesmiddelen voor menselijk gebruik voorziet in een juridisch kader voor de beoordeling van de kwaliteit, de veiligheid en de werkzaamheid van geneesmiddelen, waaronder nicotinehoudende producten. Voor een groot aantal nicotinehoudende producten is op grond van die regeling reeds een vergunning verleend. De vergunning houdt rekening met het nicotinegehalte van het betrokken product. Onderwerping aan hetzelfde juridisch kader verduidelijkt de rechtssituatie, vermindert de verschillen tussen de nationale wetgevingen, garandeert de gelijke behandeling van alle nicotinehoudende producten die kunnen worden gebruikt voor het stoppen met roken, en schept stimulansen voor onderzoek en innovatie in verband met het stoppen met roken. Dit mag niet afdoen aan de toepassing van Richtlijn 2001/83/EG op andere onder deze richtlijn vallende producten indien aan de voorwaarden van Richtlijn 2001/83/EG is voldaan. |
Amendement 17 Voorstel voor een richtlijn Overweging 35 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(35) Voor producten die minder nicotine bevatten dan de in deze richtlijn genoemde drempel moeten etiketteringsvoorschriften worden ingevoerd, waardoor de aandacht van de consumenten kan worden gevestigd op potentiële gezondheidsrisico's. |
Schrappen |
Motivering | |
Dit strookt met het amendement op artikel 18 van de voorgestelde richtlijn. | |
Amendement 18 Voorstel voor een richtlijn Overweging 37 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(37) Om uniforme voorwaarden voor de uitvoering van deze richtlijn te waarborgen, met name wat betreft het formaat voor de verstrekking van informatie over ingrediënten, het identificeren van producten met kenmerkende aroma's of met een verhoogde toxiciteit of verslavende werking, en de methode om uit te maken of een tabaksproduct een kenmerkend aroma heeft, moeten aan de Commissie uitvoeringsbevoegdheden worden toegekend. Die bevoegdheden moeten worden uitgeoefend overeenkomstig Verordening (EU) nr. 182/2011. |
(37) Om uniforme voorwaarden voor de uitvoering van deze richtlijn te waarborgen, met name wat betreft het formaat voor de verstrekking van informatie over ingrediënten en het identificeren van producten met kenmerkende aroma's of met een verhoogde toxiciteit of verslavende werking, moeten aan de Commissie uitvoeringsbevoegdheden worden toegekend. Die bevoegdheden moeten worden uitgeoefend overeenkomstig Verordening (EU) nr. 182/2011. |
Motivering | |
Dit strookt met het amendement op het relevante artikel van de voorgestelde richtlijn. | |
Amendement 19 Voorstel voor een richtlijn Overweging 38 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(38) Om ervoor te zorgen dat de richtlijn volledig operationeel is en om gelijke tred te houden met de technische, wetenschappelijke en internationale ontwikkelingen in de tabaksproductie, -consumptie en -regulering moet aan de Commissie de bevoegdheid worden toegekend om overeenkomstig artikel 290 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie handelingen vast te stellen ten aanzien van met name de vaststelling en aanpassing van maximumgehalten in emissies en de meetmethoden daarvoor, de vaststelling van maximale hoeveelheden van ingrediënten die de toxiciteit, de verslavende werking of de aantrekkelijkheid vergroten, het gebruik van gezondheidswaarschuwingen, eenduidige identificatienummers en veiligheidskenmerken bij de etikettering en verpakking, de bepaling van centrale elementen van overeenkomsten met onafhankelijke derden voor de opslag van gegevens, de herziening van bepaalde vrijstellingen voor andere tabaksproducten dan sigaretten, shagtabak en rookloze tabaksproducten, en de herziening van het nicotinegehalte van nicotinehoudende producten. Het is van bijzonder belang dat de Commissie bij haar voorbereidende werkzaamheden tot passende raadpleging overgaat, onder meer op deskundigenniveau. De Commissie moet bij de voorbereiding en opstelling van de gedelegeerde handelingen ervoor zorgen dat de desbetreffende documenten tijdig en op gepaste wijze gelijktijdig worden toegezonden aan het Europees Parlement en de Raad. |
(38) Om ervoor te zorgen dat de richtlijn volledig operationeel is en om gelijke tred te houden met de technische, wetenschappelijke en internationale ontwikkelingen in de tabaksproductie, -consumptie en -regulering moet aan de Commissie de bevoegdheid worden toegekend om overeenkomstig artikel 290 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie handelingen vast te stellen ten aanzien van met name de vaststelling en aanpassing van de meetmethoden voor gehalten, de vaststelling van uniforme regels met betrekking tot de procedures om uit te maken of een tabaksproduct een kenmerkend aroma heeft, de vaststelling van maximale hoeveelheden van ingrediënten die de toxiciteit, de verslavende werking of de aantrekkelijkheid vergroten, het gebruik van gezondheidswaarschuwingen, eenduidige identificatienummers en veiligheidskenmerken bij de etikettering en verpakking, de bepaling van centrale elementen van overeenkomsten met onafhankelijke derden voor de opslag van gegevens, de herziening van een vrijstelling voor andere tabaksproducten dan sigaretten, shagtabak en waterpijptabak, de aanpassing van de stoffen en grenswaarden van rookloze tabak en de vaststelling van regels inzake diverse aspecten van nieuwe tabaksproducten die beduidend minder schadelijk zijn dan de klassieke tabaksproducten. Het is van bijzonder belang dat de Commissie bij haar voorbereidende werkzaamheden tot passende raadpleging overgaat, onder meer op deskundigenniveau. De Commissie moet bij de voorbereiding en opstelling van de gedelegeerde handelingen ervoor zorgen dat de desbetreffende documenten tijdig en op gepaste wijze gelijktijdig worden toegezonden aan het Europees Parlement en de Raad. |
Motivering | |
Dit strookt met het amendement op artikel 3 van de voorgestelde richtlijn. | |
Amendement 20 Voorstel voor een richtlijn Overweging 39 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(39) De Commissie moet de ontwikkelingen volgen en moet vijf jaar na de datum van omzetting van deze richtlijn een verslag indienen om te beoordelen of wijzigingen van de richtlijn noodzakelijk zijn. |
(39) De Commissie moet de ontwikkelingen volgen en moet drie jaar na de datum van omzetting van deze richtlijn een verslag indienen om te beoordelen of wijzigingen van de richtlijn noodzakelijk zijn, met name wat betreft verpakkingen. |
Amendement 21 Voorstel voor een richtlijn Overweging 41 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(41) Het moet de lidstaten vrijstaan om voor buiten de werkingssfeer van deze richtlijn vallende aspecten nationale wettelijke regelingen te handhaven of in te voeren die gelijkelijk van toepassing zijn op alle producten, mits die verenigbaar zijn met het Verdrag en de integrale toepassing van deze richtlijn niet in gevaar brengen. Zo kunnen de lidstaten bijvoorbeeld voorschriften handhaven of invoeren die voorzien in de volledige standaardisatie van de verpakkingen van tabaksproducten, mits die voorschriften verenigbaar zijn met het Verdrag en met de WTO-verplichtingen en niet in de weg staan aan de integrale toepassing van deze richtlijn. Voor technische voorschriften is een voorafgaande kennisgeving vereist op grond van Richtlijn 98/34/EG van het Europees Parlement en de Raad van 22 juni 1998 betreffende een informatieprocedure op het gebied van normen en technische voorschriften en regels betreffende de diensten van de informatiemaatschappij. |
(41) De lidstaten moeten strengere voorschriften inzake tabaksproducten kunnen aannemen die zij ter bescherming van de volksgezondheid noodzakelijk achten, voor zover dergelijke voorschriften buiten het toepassingsgebied van de bepalingen van deze richtlijn vallen. Voor zover tabaks- of aanverwante producten aan de vereisten van deze richtlijn voldoen, mogen de lidstaten de invoer, de verkoop en het verbruik van dergelijke producten niet verbieden of beperken. |
Motivering | |
De interne markt heeft er geen baat bij als de lidstaten worden toegestaan verdere stappen te nemen omtrent de aspecten die onder het toepassingsgebied van deze richtlijn vallen. Dit zal namelijk leiden tot een lappendeken van nationale voorschriften, hetgeen de interne markt niet bepaald ten goede komt. | |
Amendement 22 Voorstel voor een richtlijn Overweging 45 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(45) Het voorstel raakt verschillende grondrechten die zijn neergelegd in het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie, in het bijzonder de bescherming van persoonsgegevens (artikel 8), de vrijheid van meningsuiting en van informatie (artikel 11), de vrijheid van ondernemerschap (artikel 16) en het recht op eigendom (artikel 17). De aan de producenten, importeurs en distributeurs van tabaksproducten opgelegde verplichtingen zijn noodzakelijk om de werking van de interne markt te verbeteren en tegelijkertijd een hoog niveau van gezondheids- en consumentenbescherming als bedoeld in de artikelen 35 en 38 van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie te waarborgen. Bij de toepassing van deze richtlijn moeten het recht van de Europese Unie en de pertinente internationale verplichtingen worden geëerbiedigd. |
(45) Het voorstel raakt verschillende grondrechten die zijn neergelegd in het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie, in het bijzonder de bescherming van persoonsgegevens (artikel 8), de vrijheid van meningsuiting en van informatie (artikel 11), de vrijheid van ondernemerschap (artikel 16), het recht op eigendom (artikel 17) en het recht op schone lucht overeenkomstig het Internationaal Verdrag inzake economische, sociale en culturele rechten (artikelen 7 ter en 12). De aan de producenten, importeurs en distributeurs van tabaksproducten opgelegde verplichtingen zijn noodzakelijk om de werking van de interne markt te verbeteren en tegelijkertijd een hoog niveau van gezondheids- en consumentenbescherming als bedoeld in de artikelen 35 en 38 van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie te waarborgen. Bij de toepassing van deze richtlijn moeten het recht van de Europese Unie en de pertinente internationale verplichtingen worden geëerbiedigd. |
Amendement 23 Voorstel voor een richtlijn Artikel 1 – alinea 1 – letter d | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
d) de grensoverschrijdende verkoop van tabaksproducten op afstand; |
d) het verbod op de grensoverschrijdende verkoop van tabaksproducten op afstand; |
Motivering | |
Dit strookt met het amendement op artikel 16 van de voorgestelde richtlijn. | |
Amendement 24 Voorstel voor een richtlijn Artikel 2 – alinea 1 – punt 3 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(3) "leeftijdscontrolesysteem": een informatieverwerkend systeem dat overeenkomstig de nationale voorschriften op elektronische wijze ondubbelzinnig de leeftijd van de consument bevestigt; |
Schrappen |
Motivering | |
Dit strookt met het amendement op artikel 16 van de voorgestelde richtlijn. | |
Amendement 25 Voorstel voor een richtlijn Artikel 2 – alinea 1 – punt 4 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(4) "kenmerkend aroma": een duidelijk waarneembare geur of smaak die verschilt van die van tabak en die het resultaat is van een additief of combinatie van additieven, met inbegrip van maar niet enkel van fruit, specerijen, kruiden, alcohol, kandij, menthol of vanille, die kan worden waargenomen voor of bij het beoogde gebruik van het tabaksproduct; |
(4) "kenmerkend aroma": een duidelijk waarneembare geur of smaak die verschilt van die van tabak en die het resultaat is van een additief of combinatie van additieven, met inbegrip van maar niet enkel van fruit, specerijen, kruiden, alcohol, kandij, menthol of vanille, die kan worden waargenomen voor of bij het beoogde gebruik van het tabaksproduct. Traditionele tabaksproductaroma's zoals menthol worden niet als kenmerkende aroma's beschouwd. |
Motivering | |
Menthol wordt sinds de jaren twintig in traditionele tabaksproducten gebruikt. Er bestaat niet voldoende bewijs dat menthol een slechte invloed heeft op het rookgedrag van jongeren. | |
Amendement 26 Voorstel voor een richtlijn Artikel 2 – alinea 1 – punt 8 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(8) "cigarillo": een soort kleine sigaar met een diameter van maximaal 8 mm; |
Schrappen |
Motivering | |
Een cigarillo is eenzelfde model sigaar als tal van andere modellen. Een afzonderlijke definitie is niet nodig. | |
Amendement 27 Voorstel voor een richtlijn Artikel 2 – alinea 1 – punt 19 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(19) "maximumniveau" of "maximumgehalte": de maximale hoeveelheid of emissie van een stof in een tabaksproduct, ook als het nul is, gemeten in gram; |
(19) "maximumniveau" of "maximumgehalte": de maximale hoeveelheid of emissie van een stof in een tabaksproduct, gemeten in gram; |
Amendement 28 Voorstel voor een richtlijn Artikel 2 – alinea 1 – punt 23 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(23) "nieuwsoortig tabaksproduct": een ander tabaksproduct dan sigaretten, shagtabak, pijptabak, waterpijptabak, sigaren, cigarillo's, pruimtabak, snuiftabak of tabak voor oraal gebruik, dat in de handel wordt gebracht na de inwerkingtreding van deze richtlijn; |
(Niet van toepassing op de Engelse versie.) |
Motivering | |
(Niet van toepassing op de Engelse versie.) | |
Amendement 29 Voorstel voor een richtlijn Artikel 2 – alinea 1 – punt 25 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(25) "in de handel brengen": de terbeschikkingstelling van producten aan consumenten in de Unie, al dan niet tegen betaling, inclusief via de verkoop op afstand; in het geval van grensoverschrijdende verkopen op afstand wordt het product geacht in de handel te zijn gebracht in de lidstaat waar zich de consument bevindt; |
(25) "in de handel brengen": de levering van producten voor distributie, consumptie of gebruik in de Unie, al dan niet tegen betaling, inclusief via de verkoop op afstand; |
Motivering | |
Dit strookt met het amendement op artikel 16 van de voorgestelde richtlijn. | |
Amendement 30 Voorstel voor een richtlijn Artikel 2 – alinea 1 – punt 26 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(26) "pijptabak": tabak die wordt geconsumeerd via een proces van verbranding en die uitsluitend bestemd is voor gebruik in een pijp; |
(26) "pijptabak": gesneden of op andere wijze versnipperde losse of geperste tabak die zonder verdere industriële verwerking kan worden gebruikt en die in Richtlijn 2011/64/EU van de Raad van 21 juni 2011 verder wordt gedefinieerd; |
Amendement 31 Voorstel voor een richtlijn Artikel 2 – alinea 1 – punt 28 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(28) "shagtabak": tabak die door consumenten of detaillisten kan worden gebruikt voor het maken van sigaretten; |
(28) "shagtabak" of "doe-het-zelf-tabak": gesneden of op andere wijze versnipperde losse of geperste tabak die zonder verdere industriële verwerking kan worden gebruikt en die in Richtlijn 2011/64/EU van de Raad van 21 juni 2011 verder wordt gedefinieerd; |
Amendement 32 Voorstel voor een richtlijn Artikel 2 – alinea 1 – punt 30 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(30) "aanzienlijke verandering in de omstandigheden": een stijging van het verkoopvolume per productcategorie, zoals pijptabak, sigaren of cigarillo's, van ten minste 10 % in ten minste 10 lidstaten, op basis van overeenkomstig artikel 5, lid 4, meegedeelde gegevens; of een verhoging van de prevalentie in de groep consumenten jonger dan 25 jaar met ten minste 5 procentpunten in ten minste 10 lidstaten voor de respectieve productcategorie, op basis van Eurobarometerverslag ____ [deze datum zal worden vastgesteld bij de goedkeuring van de richtlijn] of gelijkwaardige prevalentiestudies; |
(30) "aanzienlijke verandering in de omstandigheden": een stijging van het verkoopvolume per productcategorie, zoals pijptabak, sigaren of cigarillo's, van ten minste 20 % in ten minste 10 lidstaten, op basis van overeenkomstig artikel 5, lid 4, meegedeelde gegevens; of een verhoging van de prevalentie in de groep consumenten jonger dan 25 jaar met ten minste 5 procentpunten in ten minste 10 lidstaten voor de respectieve productcategorie, op basis van Eurobarometerverslag ____ [deze datum zal worden vastgesteld bij de goedkeuring van de richtlijn] of gelijkwaardige prevalentiestudies; |
Motivering | |
De jaarlijkse consumptie van sigaren en pijptabak is in de meeste lidstaten erg laag. In deze lidstaten kan zich al snel een schommeling van 10 % in het verkoopvolume voordoen. | |
Amendement 33 Voorstel voor een richtlijn Artikel 2 – alinea 1 – punt 35 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
(35 bis) "traditioneel tabaksaroma": een tabaksaroma dat uiterlijk vanaf 1980 voortdurend in een lidstaat of in een deel van een lidstaat wordt gebruikt en als zodanig wordt omschreven in de nationale wetgeving van een lidstaat; |
Motivering | |
Om artikel 6 van de voorgestelde richtlijn te kunnen verhelderen is het noodzakelijk te voorzien in een definitie van "traditioneel tabaksaroma". | |
Amendement 34 Voorstel voor een richtlijn Artikel 2 – alinea 1 – punt 36 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
(36 bis) “producten met een beperkt risico”: elk tabaksproduct dat op de markt gebracht wordt dat een aanzienlijk lager risico op aan tabaksgebruik gerelateerde aandoeningen met zich meebrengt dan gebruik van conventionele tabak. Producten bestemd om rookverslaving te behandelen, bijvoorbeeld producten die helpen om te stoppen met roken, zijn geen producten met een beperkt risico als zij als geneesmiddel zijn goedgekeurd. |
Amendement 35 Voorstel voor een richtlijn Artikel 3 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
Artikel 3 |
Artikel 3 |
Maximumgehalten aan teer, nicotine, koolmonoxide en andere stoffen |
Maximumgehalten aan teer, nicotine, koolmonoxide en andere stoffen |
1. De in de lidstaten in de handel gebrachte of geproduceerde sigaretten mogen geen hogere gehalten hebben dan: |
1. De in de lidstaten in de handel gebrachte of geproduceerde sigaretten mogen geen hogere gehalten hebben dan: |
(a) 10 mg teer per sigaret, |
(a) 10 mg teer per sigaret, |
(b) 1 mg nicotine per sigaret; |
(b) 1 mg nicotine per sigaret; |
(c) 10 mg koolmonoxide per sigaret. |
(c) 10 mg koolmonoxide per sigaret. |
2. De Commissie is bevoegd overeenkomstig artikel 22 gedelegeerde handelingen vast te stellen om de in lid 1 vastgestelde maximumgehalten aan te passen, rekening houdend met de wetenschappelijke ontwikkeling en internationaal overeengekomen normen. |
|
3. De lidstaten stellen de Commissie in kennis van de maximumgehalten die zij vaststellen voor andere emissies van sigaretten en voor de emissies van andere tabaksproducten dan sigaretten. Rekening houdend met eventuele internationaal overeengekomen normen en op basis van wetenschappelijk bewijsmateriaal en van de haar door de lidstaten ter kennis gebrachte gehalten is de Commissie bevoegd overeenkomstig artikel 22 gedelegeerde handelingen vast te stellen tot vaststelling en aanpassing van de maximumgehalten voor andere emissies van sigaretten en voor de emissies van andere tabaksproducten dan sigaretten die de toxische of verslavende werking van tabaksproducten aanmerkelijk vergroten tot boven de drempel van toxiciteit en verslavendheid gebaseerd op de in lid 1 vastgestelde teer-, nicotine- en koolmonoxidegehalten. |
3. De lidstaten stellen de Commissie in kennis van de maximumgehalten die zij vaststellen voor andere emissies van sigaretten en voor de emissies van andere tabaksproducten dan sigaretten. |
Amendement 36 Voorstel voor een richtlijn Artikel 4 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
Artikel 4 |
Artikel 4 |
Meetmethoden |
Meetmethoden |
1. De gehalten aan teer, nicotine en koolmonoxide van sigaretten worden gemeten volgens de ISO-normen 4387 (teer), 10315 (nicotine) en 8454 (koolmonoxide). |
1. De gehalten aan teer, nicotine en koolmonoxide van sigaretten worden gemeten volgens de ISO-normen 4387 (teer), 10315 (nicotine) en 8454 (koolmonoxide). |
De juistheid van de vermeldingen inzake teer en nicotine wordt geverifieerd aan de hand van ISO-norm 8243. |
De juistheid van de vermeldingen inzake teer, nicotine en koolmonoxide wordt geverifieerd aan de hand van ISO-norm 8243. |
2. De in lid 1 bedoelde metingen worden uitgevoerd of geverifieerd door laboratoria die zijn erkend door en onder toezicht staan van de bevoegde autoriteiten van de lidstaten. |
2. De in lid 1 bedoelde metingen worden uitgevoerd of geverifieerd door laboratoria die zijn erkend door en onder toezicht staan van de bevoegde autoriteiten van de lidstaten. |
De lidstaten delen de Commissie een lijst van de erkende laboratoria mee, met vermelding van de voor de erkenning gehanteerde criteria en de voor het toezicht gebruikte middelen, en werken die bij elke wijziging bij. De Commissie maakt de door de lidstaten meegedeelde lijst van erkende laboratoria openbaar. |
De lidstaten delen de Commissie een lijst van de erkende laboratoria mee, met vermelding van de voor de erkenning gehanteerde criteria en de voor het toezicht gebruikte middelen, en werken die bij elke wijziging bij. De Commissie maakt de door de lidstaten meegedeelde lijst van erkende laboratoria openbaar. |
3. De Commissie is bevoegd overeenkomstig artikel 22 gedelegeerde handelingen vast te stellen om de methoden voor het meten van het teer-, nicotine- en koolmonoxidegehalte aan te passen, rekening houdend met de wetenschappelijke en technische ontwikkeling en internationaal overeengekomen normen. |
3. De Commissie is bevoegd overeenkomstig artikel 22 gedelegeerde handelingen vast te stellen om de methoden voor het meten van het teer-, nicotine- en koolmonoxidegehalte aan te passen, rekening houdend met de wetenschappelijke en technische ontwikkeling en met gebruikmaking van internationaal overeengekomen normen die voor een specifiek doel zijn opgesteld en door de Internationale Organisatie voor Normalisatie zijn gevalideerd. |
4. De lidstaten stellen de Commissie in kennis van de meetmethoden die zij hanteren voor andere emissies van sigaretten en voor de emissies van andere tabaksproducten dan sigaretten. Op grond van die methoden en rekening houdend met de wetenschappelijke en technische ontwikkeling en internationaal overeengekomen normen is de Commissie bevoegd overeenkomstig artikel 22 gedelegeerde handelingen vast te stellen om de meetmethoden vast te stellen en aan te passen. |
4. De lidstaten stellen de Commissie in kennis van de meetmethoden die zij hanteren voor andere emissies van sigaretten en voor de emissies van andere tabaksproducten dan sigaretten. Dergelijke metingen worden op wetenschappelijk bewijsmateriaal gebaseerd. Op grond van die metingen en rekening houdend met de wetenschappelijke en technische ontwikkeling en met gebruikmaking van internationaal overeengekomen normen die voor een specifiek doel zijn opgesteld en door de Internationale Organisatie voor Normalisatie zijn gevalideerd, is de Commissie bevoegd overeenkomstig artikel 22 gedelegeerde handelingen vast te stellen om de meetmethoden vast te stellen en aan te passen. |
|
4 bis. De juistheid van de vermeldingen inzake de andere emissies van andere brandbare tabaksproducten wordt geverifieerd aan de hand van ISO-norm 8243. |
Amendement 37 Voorstel voor een richtlijn Artikel 5 – lid 1 – alinea 1 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
1. De lidstaten verplichten de producenten en importeurs van tabaksproducten bij hun bevoegde autoriteiten een lijst in te dienen van alle ingrediënten, met opgave van de hoeveelheden, die voor de productie van die tabaksproducten worden gebruikt, opgesplitst naar merk en type, alsmede van hun emissies en gehalten. De producenten en importeurs delen de bevoegde autoriteiten van de betrokken lidstaten ook mee wanneer de samenstelling van een product zodanig wordt gewijzigd dat de krachtens dit artikel verstrekte informatie moet worden aangepast. De krachtens dit artikel vereiste informatie moet worden verstrekt alvorens een nieuw of gewijzigd tabaksproduct in de handel wordt gebracht. |
1. De lidstaten verplichten de producenten en importeurs van tabaksproducten, nicotinehoudende producten en voor roken bestemde kruidenproducten bij hun bevoegde autoriteiten een lijst in te dienen van alle ingrediënten, met opgave van de hoeveelheden, die voor de productie van die tabaksproducten worden gebruikt, opgesplitst naar merk en type, alsmede van hun emissies en gehalten, indien beschikbaar. De producenten en importeurs delen de bevoegde autoriteiten van de betrokken lidstaten ook mee wanneer de samenstelling van een product zodanig wordt gewijzigd dat de krachtens dit artikel verstrekte informatie moet worden aangepast. De krachtens dit artikel vereiste informatie moet worden verstrekt alvorens een nieuw of gewijzigd tabaksproduct in de handel wordt gebracht. |
Amendement 38 Voorstel voor een richtlijn Artikel 5 – lid 6 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
6 bis. Andere tabaksproducten dan sigaretten en shagtabak zijn vrijgesteld van de verstrekking van informatie over emissies en waarden tot er op communautair niveau meetmethoden zijn ontwikkeld. |
Motivering | |
Overeenkomstig overweging (31) van Richtlijn 2001/37/EG moeten er voor andere tabaksproducten dan sigaretten en shagtabak op communautair niveau normen en meetmethoden worden ontwikkeld. De Commissie is verzocht passende voorstellen in te dienen. Tot op heden zijn er echter nog geen methoden ontwikkeld. | |
Amendement 39 Voorstel voor een richtlijn Artikel 6 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
Artikel 6 |
Artikel 6 |
Voorschriften betreffende de ingrediënten |
Voorschriften betreffende de ingrediënten |
1. De lidstaten verbieden het in de handel brengen van tabaksproducten met een kenmerkend aroma. |
1. Onverminderd artikel 151 van de Akte van Toetreding van Oostenrijk, Finland en Zweden verbieden de lidstaten het in de handel brengen van tabaksproducten met een kenmerkend aroma. |
|
Er kan een uitzondering worden gemaakt voor bepaalde traditionele tabaksaroma's die niet kunnen worden ingedeeld bij de andere tabaksaroma's. Menthol wordt als traditioneel tabaksaroma beschouwd. |
De lidstaten mogen het gebruik van additieven die voor de vervaardiging van tabaksproducten van wezenlijk belang zijn, niet verbieden, zolang de additieven niet resulteren in een product met een kenmerkend aroma. |
De lidstaten mogen het gebruik van additieven die voor de vervaardiging van tabaksproducten van wezenlijk belang zijn, niet beperken of verbieden, zelfs indien de wezenlijke additieven resulteren in een product met een kenmerkend aroma. |
De lidstaten stellen de Commissie in kennis van maatregelen die uit hoofde van dit lid worden genomen. |
De lidstaten stellen de Commissie in kennis van maatregelen die uit hoofde van dit lid worden genomen. |
2. Op verzoek van een lidstaat of op eigen initiatief bepaalt de Commissie bij uitvoeringshandelingen of een tabaksproduct binnen de werkingssfeer van lid 1 valt. Die uitvoeringshandelingen worden volgens de in artikel 21 bedoelde onderzoeksprocedure vastgesteld. |
2. Op verzoek van een lidstaat of op eigen initiatief bepaalt de Commissie bij uitvoeringshandelingen of een tabaksproduct binnen de werkingssfeer van lid 1 valt. Die uitvoeringshandelingen worden volgens de in artikel 21 bedoelde onderzoeksprocedure vastgesteld. |
De Commissie stelt bij uitvoeringshandelingen uniforme regels vast met betrekking tot de procedures om uit te maken of een tabaksproduct binnen de werkingssfeer van lid 1 valt. Die uitvoeringshandelingen worden volgens de in artikel 21 bedoelde onderzoeksprocedure vastgesteld. |
2 bis. De Commissie is bevoegd overeenkomstig artikel 22 gedelegeerde handelingen vast te stellen ter vaststelling van uniforme regels met betrekking tot de procedures om uit te maken of een tabaksproduct binnen de werkingssfeer van lid 1 valt. |
3. Indien uit de bij de toepassing van de leden 1 en 2 opgedane ervaring blijkt dat een bepaald additief of een combinatie daarvan doorgaans een kenmerkend aroma veroorzaakt als het in een grotere hoeveelheid of concentratie aanwezig is, is de Commissie bevoegd overeenkomstig artikel 22 gedelegeerde handelingen vast te stellen om voor die additieven of combinatie van additieven die het kenmerkend aroma veroorzaken maximumniveaus vast te stellen. |
3. Indien uit de bij de toepassing van de leden 1 en 2 opgedane ervaring blijkt dat een bepaald additief of een combinatie daarvan doorgaans een kenmerkend aroma veroorzaakt als het in een grotere hoeveelheid of concentratie aanwezig is, is de Commissie bevoegd overeenkomstig artikel 22 gedelegeerde handelingen vast te stellen om voor die additieven of combinatie van additieven die het kenmerkend aroma veroorzaken maximumniveaus vast te stellen. |
4. De lidstaten verbieden het gebruik van de volgende additieven in tabaksproducten: |
4. De lidstaten verbieden het gebruik van de volgende additieven in tabaksproducten: |
a) vitaminen en andere additieven die de indruk wekken dat een tabaksproduct gezondheidsvoordelen biedt of minder gezondheidsrisico's oplevert, of |
a) vitaminen en andere additieven die de indruk wekken dat een tabaksproduct gezondheidsvoordelen biedt of minder gezondheidsrisico's oplevert, of |
b) cafeïne en taurine en andere additieven en stimulerende chemische verbindingen die in verband worden gebracht met energie en vitaliteit, of |
b) cafeïne en taurine en andere additieven en stimulerende chemische verbindingen die wetenschappelijk aantoonbaar het energieniveau en de vitaliteit verhogen, of |
c) additieven die emissies kleuren. |
c) additieven die emissies kleuren. |
5. De lidstaten verbieden het gebruik van geur- of smaakstoffen in de bestanddelen van tabaksproducten, zoals filters, papier, verpakkingen of capsules, en van alle technische elementen die de smaak of de intensiteit van de rook kunnen wijzigen. Filters en capsules mogen geen tabak bevatten. |
5. De lidstaten verbieden het gebruik van geur- of smaakstoffen in de bestanddelen van tabaksproducten, zoals filters, papier, verpakkingen of capsules, en van alle technische elementen die de smaak of de intensiteit van de rook kunnen wijzigen. Filters en capsules mogen geen tabak bevatten. |
|
Technische maatregelen die gericht zijn op het reduceren van specifieke schadelijke bestanddelen van rook of het verhogen van de biologische afbreekbaarheid van tabaksproducten blijven ongewijzigd. |
6. De lidstaten zorgen ervoor dat de bepalingen of voorwaarden van Verordening (EG) nr. 1907/2006 in voorkomend geval worden toegepast op tabaksproducten. |
6. De lidstaten zorgen ervoor dat de bepalingen of voorwaarden van Verordening (EG) nr. 1907/2006 in voorkomend geval worden toegepast op tabaksproducten. |
7. De lidstaten verbieden op basis van wetenschappelijk bewijsmateriaal het in de handel brengen van tabaksproducten die additieven bevatten in hoeveelheden die bij consumptie de toxische of verslavende werking van een tabaksproduct aanmerkelijk vergroten. |
7. De lidstaten verbieden op basis van wetenschappelijk bewijsmateriaal het in de handel brengen van tabaksproducten die additieven bevatten in hoeveelheden die bij consumptie de toxische of verslavende werking van een tabaksproduct aanmerkelijk vergroten. |
De lidstaten stellen de Commissie in kennis van maatregelen die uit hoofde van dit lid worden genomen. |
De lidstaten stellen de Commissie in kennis van maatregelen die uit hoofde van dit lid worden genomen. |
8. Op verzoek van een lidstaat of op eigen initiatief bepaalt de Commissie bij uitvoeringshandeling of een tabaksproduct binnen de werkingssfeer van lid 7 valt. Die uitvoeringshandelingen worden volgens de in artikel 21 bedoelde onderzoeksprocedure vastgesteld op basis van het recentste wetenschappelijk bewijsmateriaal. |
8. Op verzoek van een lidstaat of op eigen initiatief bepaalt de Commissie bij uitvoeringshandeling of een tabaksproduct binnen de werkingssfeer van lid 7 valt. Die uitvoeringshandelingen worden volgens de in artikel 21 bedoelde onderzoeksprocedure vastgesteld op basis van het recentste wetenschappelijk bewijsmateriaal. |
9. Indien uit wetenschappelijk bewijsmateriaal en de bij de toepassing van de leden 7 en 8 opgedane ervaring blijkt dat een bepaald additief of een bepaalde hoeveelheid daarvan bij consumptie de toxische of verslavende werking van een tabaksproduct aanmerkelijk vergroten, is de Commissie bevoegd overeenkomstig artikel 22 gedelegeerde handelingen vast te stellen om voor die additieven maximumniveaus te bepalen. |
9. Indien uit wetenschappelijk bewijsmateriaal en de bij de toepassing van de leden 7 en 8 opgedane ervaring blijkt dat een bepaald additief of een bepaalde hoeveelheid daarvan bij consumptie de toxische of verslavende werking van een tabaksproduct aanmerkelijk vergroten, is de Commissie bevoegd overeenkomstig artikel 22 gedelegeerde handelingen vast te stellen om voor die additieven maximumniveaus te bepalen. |
10. Andere tabaksproducten dan sigaretten, shagtabak en rookloze tabaksproducten zijn vrijgesteld van het verbod in de leden 1 en 5. De Commissie is bevoegd overeenkomstig artikel 22 gedelegeerde handelingen vast te stellen om die vrijstelling in te trekken als in een verslag van de Commissie wordt vastgesteld dat zich een aanzienlijke verandering in de omstandigheden heeft voorgedaan. |
10. Andere tabaksproducten dan sigaretten, shagtabak en waterpijptabak zijn vrijgesteld van het verbod in de leden 1 e 5. De Commissie is bevoegd overeenkomstig artikel 22 gedelegeerde handelingen vast te stellen om die vrijstelling in te trekken als in een verslag van de Commissie wordt vastgesteld dat zich een aanzienlijke verandering in de omstandigheden heeft voorgedaan. |
Amendement 40 Voorstel voor een richtlijn Artikel 7 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
Artikel 7 |
Artikel 7 |
Algemene bepalingen |
Algemene bepalingen |
1. Op elke verpakkingseenheid van tabaksproducten en elke buitenverpakking staat een gezondheidswaarschuwing in de officiële taal of talen van de lidstaat waar het product in de handel wordt gebracht. |
1. Op elke verpakkingseenheid van tabaksproducten en elke buitenverpakking staat een gezondheidswaarschuwing in de officiële taal of talen van de lidstaat waar het product in de handel wordt gebracht, onverminderd artikel 151 van de Akte van Toetreding van Oostenrijk, Finland en Zweden. |
2. Gezondheidswaarschuwingen beslaan de gehele daarvoor bestemde oppervlakte; commentaren op, parafraseringen van of verwijzingen van enige aard naar de waarschuwingen mogen niet voorkomen. |
2. Gezondheidswaarschuwingen beslaan de gehele daarvoor bestemde oppervlakte; commentaren op, parafraseringen van of verwijzingen van enige aard naar de waarschuwingen mogen niet voorkomen. |
3. Om de grafische integriteit en de evenwichtige zichtbaarheid ervan te waarborgen, worden gezondheidswaarschuwingen zodanig afgedrukt dat ze niet verwijderd kunnen worden, dat ze onuitwisbaar zijn en op geen enkele wijze verborgen of onderbroken worden, inclusief wanneer dat gebeurt door middel van accijnszegels, prijsstickers, merktekens voor het volgen en traceren, veiligheidskenmerken of enigerlei omhulsel, zakje, huls, doos of enig ander instrument of door het openen van de verpakkingseenheid. |
3. Gezondheidswaarschuwingen worden zodanig afgedrukt dat ze zichtbaar zijn en niet verwijderd kunnen worden, dat ze onuitwisbaar zijn en op geen enkele wijze verborgen of onderbroken worden, inclusief wanneer dat gebeurt door middel van op de opening van de verpakking van tabaksproducten aangebrachte accijnszegels, prijsstickers, merktekens voor het volgen en traceren, veiligheidskenmerken of enigerlei omhulsel, zakje, huls, doos of enig ander instrument of door het openen van de verpakkingseenheid. |
4. De lidstaten zorgen ervoor dat de gezondheidswaarschuwingen op de belangrijkste oppervlakte van de verpakkingseenheid en van elke buitenverpakking volledig zichtbaar zijn; dit houdt in dat zij, wanneer tabaksproducten in de handel worden gebracht, niet geheel of gedeeltelijk worden verborgen of onderbroken door omhulsels, zakjes, hulzen, dozen of andere instrumenten. |
4. De lidstaten zorgen ervoor dat de gezondheidswaarschuwingen op de belangrijkste oppervlakte van de verpakkingseenheid en van elke buitenverpakking volledig zichtbaar zijn; dit houdt in dat zij, wanneer tabaksproducten in de handel worden gebracht, niet geheel of gedeeltelijk worden verborgen of onderbroken door omhulsels, zakjes, hulzen, dozen of andere instrumenten. |
5. De gezondheidswaarschuwingen verbergen noch onderbreken de accijnszegels, de prijsstickers, de merktekens voor het volgen en traceren of de veiligheidskenmerken op verpakkingseenheden. |
5. De gezondheidswaarschuwingen verbergen noch onderbreken de op de opening van de verpakking van de tabaksproducten aangebrachte accijnszegels, de prijsstickers, de merktekens voor het volgen en traceren of de veiligheidskenmerken op verpakkingseenheden. |
6. De lidstaten maken de gezondheidswaarschuwingen niet groter, ook niet door invoering van een verplichting om de gezondheidswaarschuwingen te omkaderen. De reële grootte van de gezondheidswaarschuwingen wordt berekend in verhouding tot de oppervlakte waarop zij staan voordat de verpakkingseenheid wordt geopend. |
6. De reële grootte van de gezondheidswaarschuwingen wordt berekend in verhouding tot de oppervlakte waarop zij staan voordat de verpakkingseenheid wordt geopend. |
Amendement 41 Voorstel voor een richtlijn Artikel 8 – lid 4 – letter b | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
b) om de plaats, het formaat, de layout en het ontwerp van de in dit artikel bedoelde gezondheidswaarschuwingen vast te stellen, met inbegrip van het lettertype en de achtergrondkleur ervan. |
Schrappen |
Amendement 42 Voorstel voor een richtlijn Artikel 9 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
Artikel 9 |
Artikel 9 |
Gecombineerde gezondheidswaarschuwingen voor rooktabak |
Gecombineerde gezondheidswaarschuwingen voor rooktabak |
1. Op elke verpakkingseenheid en op elke buitenverpakking van rooktabak staan gecombineerde gezondheidswaarschuwingen. De gecombineerde gezondheidswaarschuwingen: |
1. Op elke verpakkingseenheid en op elke buitenverpakking van rooktabak staan gecombineerde gezondheidswaarschuwingen. De gecombineerde gezondheidswaarschuwingen: |
a) bestaan uit een van de in bijlage I bedoelde waarschuwende teksten en een bijbehorende kleurenfoto uit de beeldbank; |
a) bestaan uit een van de in bijlage I bedoelde waarschuwende teksten en een bijbehorende kleurenfoto uit de beeldbank; |
b) bevatten informatie over het stoppen met roken, zoals telefoonnummers, e-mailadressen en/of websites die de consumenten informatie verstrekken over programma's voor hulp voor wie wil stoppen met roken; |
b) bevatten informatie over het stoppen met roken, zoals telefoonnummers, e-mailadressen en/of websites die de consumenten informatie verstrekken over programma's voor hulp voor wie wil stoppen met roken; |
c) beslaan 75 % van de buitenvoorkant en -achterkant van de verpakkingseenheid en de buitenverpakking; |
c) beslaan 70 % van de buitenvoorkant en -achterkant van de verpakkingseenheid en de buitenverpakking; |
(d) vertonen aan beide zijden van de verpakkingseenheden en de buitenverpakking dezelfde waarschuwende tekst en de bijbehorende kleurenfoto; |
(d) vertonen aan beide zijden van de verpakkingseenheden en de buitenverpakking dezelfde waarschuwende tekst en de bijbehorende kleurenfoto; |
(e) staan bovenaan de verpakkingseenheid en de buitenverpakking, in dezelfde richting als eventuele andere informatie op de verpakking; |
(e) staan onderaan de verpakkingseenheid en de buitenverpakking, in dezelfde richting als eventuele andere informatie op de verpakking; |
(f) beantwoorden aan het formaat, de layout, het ontwerp en de afmetingen die de Commissie overeenkomstig lid 3 van dit artikel specificeert; |
|
g) hebben voor verpakkingseenheden van sigaretten de volgende afmetingen: |
g) hebben voor verpakkingseenheden van sigaretten de volgende afmetingen: |
i) hoogte: minimaal 64 mm; |
i) hoogte: minimaal 60 mm; |
ii) breedte: minimaal 55 mm. |
ii) breedte: minimaal 51 mm. |
2. De gecombineerde gezondheidswaarschuwingen worden onderverdeeld in drie groepen die elkaar jaarlijks afwisselen. De lidstaten zorgen ervoor dat elke gecombineerde gezondheidswaarschuwing zoveel mogelijk even veel voorkomt op elk merk. |
2. De gecombineerde gezondheidswaarschuwingen worden onderverdeeld in drie groepen die elkaar jaarlijks afwisselen. De lidstaten zorgen ervoor dat elke gecombineerde gezondheidswaarschuwing zoveel mogelijk even veel voorkomt op elk merk. |
3. De Commissie is bevoegd overeenkomstig artikel 22 gedelegeerde handelingen vast te stellen om: |
3. De Commissie is bevoegd overeenkomstig artikel 22 gedelegeerde handelingen vast te stellen om: |
a) rekening houdend met de wetenschappelijke en technische ontwikkeling de in bijlage I bij deze richtlijn bedoelde waarschuwende teksten aan te passen; |
a) rekening houdend met de wetenschappelijke en technische ontwikkeling de in bijlage I bij deze richtlijn bedoelde waarschuwende teksten aan te passen; |
b) rekening houdend met de wetenschappelijke en marktontwikkelingen de in lid 1, onder a), bedoelde beeldbank in te stellen en aan te passen; |
b) rekening houdend met de wetenschappelijke en marktontwikkelingen de in lid 1, onder a), bedoelde beeldbank in te stellen vóór …* en zo nodig daarna aan te passen; |
c) de plaats, het formaat, de layout, het ontwerp, de afwisseling en de afmetingen van de gezondheidswaarschuwingen vast te stellen; |
c) de layout, het ontwerp en de afwisseling van de gezondheidswaarschuwingen vast te stellen, rekening houdend met de taalgebonden eigenschappen van elke lidstaat; |
(d) in afwijking van artikel 7, lid 3, de voorwaarden vast te stellen waaronder gezondheidswaarschuwingen bij de opening van de verpakkingseenheid aldus mogen worden gescheurd dat de grafische integriteit en de zichtbaarheid van de tekst, de foto's en de informatie over het stoppen met roken zijn gewaarborgd. |
(d) in afwijking van artikel 7, lid 3, de voorwaarden vast te stellen waaronder gezondheidswaarschuwingen bij de opening van de verpakkingseenheid aldus mogen worden gescheurd dat de grafische integriteit en de zichtbaarheid van de tekst, de foto's en de informatie over het stoppen met roken zijn gewaarborgd. |
|
_____________ |
|
* OJ: gelieve de datum in te voegen: zes maanden na de inwerkingtreding van deze richtlijn. |
Amendement 43 Voorstel voor een richtlijn Artikel 10 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
Artikel 10 |
Artikel 10 |
Etikettering van andere rooktabak dan sigaretten en shagtabak |
Etikettering van andere rooktabak dan sigaretten en shagtabak |
1. Andere rooktabak dan sigaretten en shagtabak is vrijgesteld van de verplichting om de informatieve boodschap bedoeld in artikel 8, lid 2, en de gecombineerde gezondheidswaarschuwingen bedoeld in artikel 9 op te nemen. Behalve de in artikel 8, lid 1, bedoelde algemene waarschuwing staat op elke verpakkingseenheid en op elke buitenverpakking van die producten een van de in bijlage I bedoelde waarschuwende teksten. De in artikel 8, lid 1, bedoelde algemene waarschuwing omvat een verwijzing naar de diensten die helpen om te stoppen met roken in de zin van artikel 9, lid 1, onder b). |
1. Andere rooktabak dan sigaretten en shagtabak is vrijgesteld van de verplichting om de informatieve boodschap bedoeld in artikel 8, lid 2, en de gecombineerde gezondheidswaarschuwingen bedoeld in artikel 9 op te nemen. Behalve de in artikel 8, lid 1, bedoelde algemene waarschuwing staat op elke verpakkingseenheid en op elke buitenverpakking van die producten een van de in bijlage I bedoelde waarschuwende teksten. De in artikel 8, lid 1, bedoelde algemene waarschuwing omvat een verwijzing naar de diensten die helpen om te stoppen met roken in de zin van artikel 9, lid 1, onder b). |
De algemene waarschuwing wordt aangebracht op de duidelijkst zichtbare kant van de verpakkingseenheid en op elke buitenverpakking. De in bijlage I bedoelde waarschuwende teksten worden afwisselend aangebracht, zodat zij regelmatig verschijnen. Die waarschuwingen worden aangebracht op de andere duidelijkst zichtbare kant van de verpakkingseenheid en op elke buitenverpakking. |
De algemene waarschuwing wordt afgedrukt of aangebracht met niet-verwijderbare stickers op de duidelijkst zichtbare kant van de verpakkingseenheid en op elke buitenverpakking. De in bijlage I bedoelde waarschuwende teksten worden afwisselend aangebracht, zodat zij regelmatig verschijnen. Die waarschuwingen staan op de andere duidelijkst zichtbare kant van de verpakkingseenheid en op elke buitenverpakking. |
2. De in lid 1 bedoelde algemene waarschuwing beslaat 30 % van de buitenvoorkant of -achterkant van de verpakkingseenheid en de buitenverpakking. Dit percentage wordt verhoogd tot 32 % voor lidstaten met twee officiële talen en tot 35 % voor lidstaten met drie officiële talen. |
2. De in lid 1 bedoelde algemene waarschuwing beslaat 30 % van de buitenvoorkant of -achterkant van de verpakkingseenheid en de buitenverpakking, met uitzondering van het transparante plastic dat doorgaans in de detailhandel wordt gebruikt, mits de waarschuwende tekst die zich op de verpakking eronder bevindt duidelijk zichtbaar is. Dit percentage wordt verhoogd tot 32 % voor lidstaten met twee officiële talen en tot 35 % voor lidstaten met meer dan twee officiële talen. |
3. De in lid 1 bedoelde waarschuwende tekst beslaat 40 % van de buitenvoorkant of -achterkant van de verpakkingseenheid en de buitenverpakking. Dit percentage wordt verhoogd tot 45 % voor lidstaten met twee officiële talen en tot 50 % voor lidstaten met drie officiële talen. |
3. De in lid 1 bedoelde waarschuwende tekst beslaat 40 % van de buitenvoorkant of -achterkant van de verpakkingseenheid en de buitenverpakking. Dit percentage wordt verhoogd tot 45 % voor lidstaten met twee officiële talen en tot 50 % voor lidstaten met meer dan twee officiële talen. |
|
3 bis. In het geval van verpakkingseenheden waarvan de duidelijkst zichtbare kant groter is dan 75 cm², beslaan de in lid 2 en 3 bedoelde waarschuwingen ten minste 22,5 cm² van elk oppervlak. In lidstaten met twee officiële talen wordt dit oppervlak vergroot naar 24 cm² en in lidstaten met meer dan twee officiële talen naar 26,25 cm². |
4. De algemene waarschuwing en de waarschuwende tekst, bedoeld in lid 1, worden: |
4. De algemene waarschuwing en de waarschuwende tekst, bedoeld in lid 1, worden: |
a) aangebracht in zwarte vetgedrukte Helvetica-letters op een witte achtergrond. Om aan de taalvereisten te voldoen mogen de lidstaten de puntgrootte van het lettertype zelf bepalen, mits de in hun wetgeving bepaalde lettergrootte een zo groot mogelijk deel van de voor de tekst bestemde ruimte beslaat; |
a) getoond in zwarte vetgedrukte Helvetica-letters op een witte achtergrond. De waarschuwingen kunnen worden aangebracht met stickers, mits deze niet verwijderbaar zijn. Om aan de taalvereisten te voldoen mogen de lidstaten de puntgrootte van het lettertype zelf bepalen, mits de in hun wetgeving bepaalde lettergrootte een zo groot mogelijk deel van de voor de tekst bestemde ruimte beslaat; |
b) gecentreerd op het voor de tekst bestemde oppervlak, evenwijdig met de bovenrand van de verpakkingseenheid en de buitenverpakking; |
b) gecentreerd op het voor de tekst bestemde oppervlak, evenwijdig met de bovenrand van de verpakkingseenheid en de buitenverpakking; |
c) omgeven door een minstens 3 mm en hoogstens 4 mm brede zwarte rand, binnen de voor de tekst van de waarschuwing bestemde oppervlakte. |
c) omgeven door een minstens 3 mm en hoogstens 4 mm brede zwarte rand, binnen de voor de tekst van de waarschuwing bestemde oppervlakte. |
5. De Commissie is bevoegd overeenkomstig artikel 22 gedelegeerde handelingen vast te stellen om die vrijstelling in te trekken als in een verslag van de Commissie wordt vastgesteld dat zich een aanzienlijke verandering in de omstandigheden heeft voorgedaan. |
|
Amendement 44 Voorstel voor een richtlijn Artikel 11 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
Artikel 11 |
Artikel 11 |
Etikettering van rookloze tabaksproducten |
Etikettering van rookloze tabaksproducten |
1. Op elke verpakkingseenheid en op elke buitenverpakking van rookloze tabaksproducten staat de volgende gezondheidswaarschuwing: |
1. Op elke verpakkingseenheid en op elke buitenverpakking van rookloze tabaksproducten staat de volgende gezondheidswaarschuwing: |
Dit tabaksproduct kan uw gezondheid schaden en is verslavend |
Dit tabaksproduct is schadelijk voor uw gezondheid en is verslavend |
2. De in lid 1 bedoelde gezondheidswaarschuwing voldoet aan de vereisten van artikel 10, lid 4. Bovendien: |
2. De in lid 1 bedoelde gezondheidswaarschuwing voldoet aan de vereisten van artikel 10, lid 4. Bovendien: |
a) wordt zij aangebracht op de twee grootste oppervlakten van de verpakkingseenheid en van elke buitenverpakking; |
a) wordt zij aangebracht op de twee grootste oppervlakten van de verpakkingseenheid en van elke buitenverpakking; |
b) beslaat zij 30 % van de buitenvoorkant of -achterkant van de verpakkingseenheid en van elke buitenverpakking; Dit percentage wordt verhoogd tot 32 % voor lidstaten met twee officiële talen en tot 35 % voor lidstaten met drie officiële talen. |
b) beslaat zij 30 % van de buitenvoorkant of -achterkant van de verpakkingseenheid en van elke buitenverpakking; Dit percentage wordt verhoogd tot 32 % voor lidstaten met twee officiële talen en tot 35 % voor lidstaten met meer dan twee officiële talen. |
3. De Commissie is bevoegd overeenkomstig artikel 22 gedelegeerde handelingen vast te stellen om de vereisten in de leden 1 en 2 aan te passen, rekening houdend met de wetenschappelijke en marktontwikkelingen. |
3. De Commissie is bevoegd overeenkomstig artikel 22 gedelegeerde handelingen vast te stellen om de vereisten in de leden 1 en 2 aan te passen, rekening houdend met de wetenschappelijke en marktontwikkelingen. |
Amendement 45 Voorstel voor een richtlijn Artikel 12 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
Artikel 12 |
Artikel 12 |
Beschrijving van het product |
Beschrijving van het product |
1. De etikettering van een verpakkingseenheid en van elke buitenverpakking en het tabaksproduct zelf bevat geen enkel element of kenmerk dat: |
1. De etikettering van een verpakkingseenheid en van elke buitenverpakking en het tabaksproduct zelf bevat geen enkel element of kenmerk dat: |
a) een tabaksproduct aanprijst op een manier die onjuist, misleidend of bedrieglijk is of een verkeerde indruk kan wekken over de kenmerken, gevolgen voor de gezondheid, risico's of emissies ervan; |
a) een tabaksproduct aanprijst op een manier die onjuist, misleidend of bedrieglijk is of een verkeerde indruk kan wekken over de kenmerken, gevolgen voor de gezondheid, risico's of emissies ervan; |
b) de suggestie wekt dat een bepaald tabaksproduct minder schadelijk is dan andere, of activerende, energetische, genezende, verjongende, natuurlijke, biologische of anderszins positieve gevolgen voor de gezondheid of het sociaal leven heeft; |
b) de suggestie wekt dat een bepaald tabaksproduct minder schadelijk is dan andere, of activerende, energetische, genezende, verjongende, natuurlijke, biologische of anderszins positieve gevolgen voor de gezondheid heeft; |
c) verwijst naar een aroma, smaak, geur- of smaakstoffen of andere additieven, of het ontbreken daarvan; |
c) verwijst naar een aroma, smaak, geur- of smaakstoffen of andere additieven, of het ontbreken daarvan; |
d) op een levensmiddel gelijkt. |
d) op een levensmiddel gelijkt. |
|
d bis) gericht is op het reduceren van het effect van bepaalde schadelijke bestanddelen van rook of het verhogen van de biologische afbreekbaarheid van tabaksproducten. |
2. De verboden elementen en kenmerken omvatten maar zijn niet beperkt tot teksten, symbolen, namen, handelsmerken, al dan niet figuratieve tekens, misleidende kleuren, bijvoegsels of ander extra materiaal, bijvoorbeeld kleefetiketten, stickers, reclamebijlagen, krasbiljetten en hoezen, of kunnen betrekking hebben op de vorm van het tabaksproduct zelf. Sigaretten met een diameter van minder dan 7,5 mm worden geacht misleidend te zijn. |
2. Teksten, symbolen, namen, handelsmerken, al dan niet figuratieve tekens, misleidende kleuren, bijvoegsels of ander extra materiaal, bijvoorbeeld kleefetiketten, stickers, reclamebijlagen, krasbiljetten en hoezen, die de indruk kunnen wekken dat een bepaald tabaksproduct minder schadelijk is dan andere of die misleidend kunnen zijn voor de consument voor wat de schadelijkheid van tabaksproducten betreft, worden niet gebruikt voor de verpakking van tabaksproducten. |
Amendement 46 Voorstel voor een richtlijn Artikel 13 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
Artikel 13 |
Artikel 13 |
Verschijningsvorm en inhoud van verpakkingseenheden |
Verschijningsvorm en inhoud van verpakkingseenheden |
1. Een verpakkingseenheid van sigaretten is balkvormig. Een verpakkingseenheid van shagtabak heeft de vorm van een buidel, d.w.z. een rechthoekige zak met een klep die de opening bedekt. De klep van de buidel bedekt ten minste 70 % van de voorkant van het pakje. Een verpakkingseenheid sigaretten bevat ten minste 20 sigaretten. Een verpakkingseenheid shagtabak bevat ten minste 40 g tabak. |
1. Een verpakkingseenheid van sigaretten is balkvorming of heeft een balkachtige vorm met afgeschuinde kanten. Een eenheid van shagtabak of doe-het-zelf-tabak wordt verpakt in een balkvormige verpakking of cilindervormige bus of in een verpakkingseenheid met de vorm van een buidel, d.w.z. een rechthoekige zak met een klep die de opening bedekt. De klep van de buidel bedekt ten minste 70 % van de voorkant van het pakje. Een verpakkingseenheid sigaretten bevat ten minste 20 sigaretten. Een verpakkingseenheid shagtabak bevat ten minste 40 g tabak. |
2. Een sigarettenverpakking kan bestaan uit karton of een zacht materiaal, en mag niet voorzien zijn van een andere opening dan een klapdeksel die na de eerste opening opnieuw kan worden gesloten of verzegeld. Het klapdeksel van een sigarettenverpakking scharniert enkel aan de achterkant van de verpakking. |
2. Een sigarettenverpakking kan bestaan uit karton of een zacht materiaal, en mag niet voorzien zijn van een andere opening dan een klapdeksel die na de eerste opening opnieuw kan worden gesloten of verzegeld. Het klapdeksel van een sigarettenverpakking scharniert enkel aan de achterkant van de verpakking. |
3. De Commissie is bevoegd overeenkomstig artikel 22 gedelegeerde handelingen vast te stellen om gedetailleerdere voorschriften voor de vorm en de afmetingen van verpakkingseenheden vast te stellen voor zover die voorschriften noodzakelijk zijn om de goede zichtbaarheid en de integriteit van de gezondheidswaarschuwingen voor de eerste opening, tijdens de opening en na het hersluiten van de verpakkingseenheid te waarborgen. |
|
4. De Commissie is bevoegd overeenkomstig artikel 22 gedelegeerde handelingen vast te stellen om voor verpakkingseenheden van andere tabaksproducten dan sigaretten en shagtabak de balk- of cilindervorm verplicht te stellen als in een verslag van de Commissie wordt vastgesteld dat zich een aanzienlijke verandering in de omstandigheden heeft voorgedaan. |
4. De Commissie is bevoegd overeenkomstig artikel 22 gedelegeerde handelingen vast te stellen om voor verpakkingseenheden van andere tabaksproducten dan sigaretten en shagtabak de balk- of cilindervorm verplicht te stellen als in een verslag van de Commissie wordt vastgesteld dat zich een aanzienlijke verandering in de omstandigheden heeft voorgedaan. |
Amendement 47 Voorstel voor een richtlijn Artikel 14 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
Artikel 14 |
Artikel 14 |
Traceerbaarheid en veiligheidskenmerken |
Traceerbaarheid en veiligheidskenmerken |
1. De lidstaten zorgen ervoor dat alle verpakkingseenheden van tabaksproducten zijn voorzien van een eenduidig identificatienummer. Om hun integriteit te waarborgen, worden eenduidige identificatienummers zodanig afgedrukt/aangebracht dat ze niet verwijderd kunnen worden, dat ze onuitwisbaar zijn en op geen enkele wijze verborgen of onderbroken worden, inclusief wanneer dat gebeurt door middel van accijnszegels of prijsstickers of door het openen van de verpakking. Voor producten die buiten de Unie worden geproduceerd, gelden de verplichtingen van dit artikel slechts voor die welke bestemd zijn voor de markt van de Unie of daar in de handel worden gebracht. |
1. Met het oog op het effectief volgen en traceren voorzien de lidstaten in een verplichting om op alle eenheidsverpakkingen en alle buitenverpakkingen van sigaretten een uniek, veilig, niet-kopieerbaar en niet-verwijderbaar identificatieteken (hierna eenduidig identificatienummer genoemd), zoals een code of een zegel, aan te brengen of om een dergelijk identificatieteken te integreren in de verpakking. Om hun integriteit te waarborgen, worden eenduidige identificatienummers zodanig afgedrukt/aangebracht dat ze niet verwijderd kunnen worden, dat ze onuitwisbaar zijn en op geen enkele wijze verborgen of onderbroken worden, inclusief wanneer dat gebeurt door middel van accijnszegels of prijsstickers of door het openen van de verpakking. Voor producten die buiten de Unie worden geproduceerd, gelden de verplichtingen van dit artikel slechts voor die welke bestemd zijn voor de markt van de Unie of daar in de handel worden gebracht. In de lidstaten waar tabaksproducten worden voorzien van accijnszegels kan het eenduidige identificatienummer op de accijnszegel worden afgedrukt dan wel gebruikt in combinatie met een digitale accijnszegel in onzichtbare inkt. |
2. Het eenduidig identificatienummer maakt de bepaling mogelijk van: |
2. Het eenduidig identificatienummer maakt de bepaling mogelijk van: |
a) de plaats en datum van productie; |
a) de plaats en datum van productie; |
b) de fabriek; |
b) de fabriek; |
c) de voor de productie van de producten gebruikte machine; |
c) de voor de productie van de producten gebruikte machine; |
d) de shift of het tijdstip van productie; |
d) de shift of het tijdstip van productie; |
e) de naam van het product; |
e) de beschrijving van het product; |
f) de beoogde afzetmarkt; |
f) de beoogde afzetmarkt; |
g) de beoogde verzendingsroute; |
|
h) in voorkomend geval, de importeur in de Unie; |
h) in voorkomend geval, de importeur in de Unie; |
i) de daadwerkelijke verzendingsroute, van de productie tot de eerste detaillist, inclusief alle gebruikte opslagplaatsen; |
i) de beoogde en daadwerkelijke verzendingsroute, de verzenddatum, de bestemming van de zending, geadresseerde en het vertrekpunt van de productie tot de eerste klant die niet verbonden is aan de producent of importeur, inclusief zijn opslagplaatsen en alle gebruikte belastingentrepots; |
j) de identiteit van alle kopers, van de productie tot de eerste detaillist; |
j) de identiteit van alle kopers, van de productie tot de eerste detaillist; |
k) de factuur, het bestelnummer en de betalingsbewijzen van alle kopers, van de productie tot de eerste detaillist. |
k) de factuur, het bestelnummer en de betalingsbewijzen van alle kopers, van de productie tot de eerste detaillist. |
|
2 bis. De lidstaten moeten waarborgen dat de unieke identificatienummers van eenheidsverpakkingen gekoppeld zijn aan de unieke identificatienummers van de buitenverpakkingen. Elke verandering in de koppeling tussen de eenheidsverpakkingen en de buitenverpakking moet worden geregistreerd in de database als bedoeld onder lid 6. |
3. De lidstaten zorgen ervoor dat alle marktdeelnemers die betrokken zijn bij de handel in tabaksproducten, van de producent tot de laatste marktdeelnemer vóór de eerste detaillist, van alle verpakkingseenheden het in bezit krijgen, alle intermediaire bewegingen en het niet langer in hun bezit hebben registreren. Aan deze verplichting kan worden voldaan door registratie in geaggregeerde vorm, bv. van buitenverpakkingen, mits het volgen en traceren van verpakkingseenheden mogelijk blijft. |
3. De lidstaten zorgen ervoor dat alle marktdeelnemers die betrokken zijn bij de handel in tabaksproducten, van de producent tot de laatste marktdeelnemer vóór de eerste detaillist, van alle verpakkingseenheden en buitenverpakkingen het in bezit krijgen, alle intermediaire bewegingen en het niet langer in hun bezit hebben, registreren. Aan deze verplichting kan worden voldaan door registratie in geaggregeerde vorm, bijv. van buitenverpakkingen, mits het volgen en traceren van verpakkingseenheden mogelijk blijft. |
4. De lidstaten zorgen ervoor dat de producenten van tabaksproducten alle marktdeelnemers die betrokken zijn bij de handel in tabaksproducten, van de producent tot de laatste marktdeelnemer vóór de eerste detaillist, met inbegrip van de importeurs, opslagplaatsen en transportondernemingen, voorzien van de nodige apparatuur voor het registreren van de tabaksproducten die worden gekocht, verkocht, opgeslagen, getransporteerd of anderszins behandeld. De apparatuur moet de gegevens elektronisch kunnen lezen en doorsturen naar een installatie voor gegevensopslag in de zin van lid 6. |
4. De lidstaten zorgen ervoor dat de producenten van tabaksproducten alle marktdeelnemers die betrokken zijn bij de handel in tabaksproducten, van de producent tot de laatste marktdeelnemer vóór de eerste detaillist, met inbegrip van de importeurs, opslagplaatsen en transportondernemingen, voorzien van de nodige, door de lidstaten vastgestelde apparatuur voor het registreren van de tabaksproducten die worden gekocht, verkocht, opgeslagen, getransporteerd of anderszins behandeld. De apparatuur moet de gegevens elektronisch kunnen lezen en doorsturen naar een installatie voor gegevensopslag in de zin van lid 6. |
5. Geregistreerde gegevens kunnen niet worden gewijzigd of gewist door een marktdeelnemer die betrokken is bij de handel in tabaksproducten, maar de marktdeelnemer die de gegevens heeft ingevoerd en andere marktdeelnemers die rechtstreeks betrokken zijn bij de transactie, zoals de leverancier of de ontvanger, kunnen eerder ingevoerde gegevens becommentariëren. De betrokken marktdeelnemer voegt de juiste gegevens toe en verwijst naar de eerdere vermelding die zijns inziens verbetering behoeft. In uitzonderlijke omstandigheden en na overlegging van toereikende bewijsstukken kan de bevoegde autoriteit van de lidstaat waar de registratie heeft plaatsgevonden, of, indien de registratie buiten de Unie heeft plaatsgevonden, de bevoegde autoriteit van de lidstaat van invoer, toestemming verlenen om gegevens die eerder werden geregistreerd te wijzigen of te wissen. |
5. Geregistreerde gegevens moeten tijdig naar een gegevensbank worden overgebracht. De gegevens kunnen niet worden gewijzigd of gewist door een marktdeelnemer die betrokken is bij de handel in tabaksproducten, maar de marktdeelnemer die de gegevens heeft ingevoerd en andere marktdeelnemers die rechtstreeks betrokken zijn bij de transactie, zoals de leverancier of de ontvanger, kunnen eerder ingevoerde gegevens becommentariëren. De betrokken marktdeelnemer voegt de juiste gegevens toe en verwijst naar de eerdere vermelding die zijns inziens verbetering behoeft. In uitzonderlijke omstandigheden en na overlegging van toereikende bewijsstukken kan de bevoegde autoriteit van de lidstaat waar de registratie heeft plaatsgevonden, of, indien de registratie buiten de Unie heeft plaatsgevonden, de bevoegde autoriteit van de lidstaat van invoer, toestemming verlenen om gegevens die eerder werden geregistreerd te wijzigen of te wissen. De gegevens moeten gedurende een periode van vier jaar vanaf de datum van productie worden bewaard, tenzij een lidstaat of de Commissie een langere periode gelast in verband met een lopend onderzoek. |
6. De lidstaten zorgen ervoor dat de producenten en importeurs van tabaksproducten contracten over de opslag van gegevens sluiten met een onafhankelijke derde, die de installatie voor gegevensopslag beheert voor de gegevens die de betrokken producent en importeur betreffen. De installatie voor gegevensopslag bevindt zich op het grondgebied van de Unie. De geschiktheid van de derde, met name zijn onafhankelijkheid en technische capaciteiten, en het contract, worden goedgekeurd en gecontroleerd door een extern auditor die door de tabaksproducent wordt voorgesteld en betaald en door de Commissie wordt aanvaard. De lidstaten zorgen ervoor dat de installaties voor gegevensopslag volledig transparant en te allen tijde volledig toegankelijk zijn voor de bevoegde autoriteiten van de lidstaten, de Commissie en de onafhankelijke derde. In naar behoren gemotiveerde gevallen kunnen de lidstaten of de Commissie producenten of importeurs toegang verlenen tot die informatie, mits commercieel gevoelige informatie genoegzaam beschermd blijft overeenkomstig het desbetreffende nationale en Unierecht. |
6. De lidstaten controleren dat de producenten en importeurs van tabaksproducten contracten over de opslag van gegevens sluiten met een onafhankelijke derde, die de installatie voor gegevensopslag beheert voor de gegevens die de betrokken producent en importeur betreffen. De installatie voor gegevensopslag bevindt zich op het grondgebied van de Unie. De geschiktheid van de derde, met name zijn onafhankelijkheid en technische capaciteiten, en het contract, worden goedgekeurd en gecontroleerd door een extern auditor die door de Commissie moet worden benoemd. De kosten die voortvloeien uit het sluiten van contracten met de auditor en de diensten voor beheer van de database, moeten door de tabaksproducenten en -importeurs worden gefinancierd. De lidstaten zorgen ervoor dat de vereiste installaties voor gegevensopslag volledig transparant en te allen tijde volledig online toegankelijk zijn voor de bevoegde autoriteiten van de lidstaten, de Commissie en de onafhankelijke derde. De lidstaten of de Commissie verlenen producenten of importeurs toegang tot die informatie, mits commercieel gevoelige informatie genoegzaam beschermd blijft overeenkomstig het desbetreffende nationale en Unierecht. De lidstaten zorgen ervoor dat toegang tot een gegevensbank slechts wordt verleend indien dat voor het vaststellen van of het onderzoek naar illegale handel noodzakelijk is en dat de informatie in de gegevensbank wordt beschermd en vertrouwelijk wordt behandeld. In het bijzonder geldt dat gegevens niet kunnen worden gedeeld met een persoon of organisatie die niet betrokken is bij het onderzoek of de hieruit voortvloeiende handelingen. |
7. De lidstaten zorgen ervoor dat persoonsgegevens worden verwerkt overeenkomstig de voorschriften en garanties in Richtlijn 95/46/EG. |
7. De lidstaten zorgen ervoor dat persoonsgegevens worden verwerkt overeenkomstig de voorschriften en garanties in Richtlijn 95/46/EG. |
8. De lidstaten eisen dat op alle verpakkingseenheden van tabaksproducten die in de handel worden gebracht behalve het eenduidig identificatienummer een zichtbaar, onvervalsbaar veiligheidskenmerk van ten minste 1 cm² staat, dat zodanig is afgedrukt of aangebracht dat het niet verwijderd kan worden, dat het onuitwisbaar is en op geen enkele wijze verborgen of onderbroken wordt, inclusief wanneer dat gebeurt door middel van accijnszegels of prijsstickers of andere elementen waarin de wetgeving voorziet. |
8. De lidstaten eisen dat op alle verpakkingseenheden van tabaksproducten die in de handel worden gebracht behalve het eenduidige, veilige en niet-kopieerbare identificatienummer een zichtbaar, onvervalsbaar veiligheidskenmerk van ten minste 1 cm² staat, dat zodanig is afgedrukt of aangebracht dat het niet verwijderd kan worden, dat het onuitwisbaar is en op geen enkele wijze verborgen of onderbroken wordt, inclusief wanneer dat gebeurt door middel van accijnszegels of prijsstickers of andere elementen waarin de wetgeving voorziet. |
9. De Commissie is bevoegd overeenkomstig artikel 22 gedelegeerde handelingen vast te stellen: |
9. De Commissie is met ingang van ...* bevoegd om, rekening houdend met bestaande praktijken, technologieën en praktische aspecten van de handel, de wereldwijde normen voor het volgen en traceren en de authenticatie van consumptiegoederen en de relevante vereisten van het FCTC-protocol van de WHO om een eind te maken aan de illegale handel in tabaksproducten, overeenkomstig artikel 22 gedelegeerde handelingen vast te stellen: |
a) om de centrale elementen (zoals duur, verlengbaarheid, vereiste expertise, vertrouwelijkheid) van het in lid 6 bedoelde contract te bepalen, met inbegrip van regelmatig toezicht en evaluatie; |
a) om de centrale elementen (zoals duur, verlengbaarheid, vereiste expertise, vertrouwelijkheid) van het in lid 6 bedoelde contract te bepalen, met inbegrip van regelmatig toezicht en evaluatie; |
b) om de technische normen te bepalen om ervoor te zorgen dat de systemen die worden gebruikt voor het eenduidig identificatienummer en de daarmee verband houdende functies in de gehele Unie met elkaar verenigbaar zijn, en |
b) om de technische normen te bepalen om ervoor te zorgen dat de systemen die worden gebruikt voor het eenduidig identificatienummer en de daarmee verband houdende functies in de gehele Unie met elkaar verenigbaar zijn, en |
c) om de technische normen voor het veiligheidskenmerk en de mogelijke afwisseling daarvan te bepalen en die aan te passen aan de wetenschappelijke, technische en marktontwikkelingen. |
c) om de technische normen voor het veiligheidskenmerk en de mogelijke afwisseling daarvan te bepalen. |
|
9 bis. De Commissie is bevoegd overeenkomstig artikel 22 gedelegeerde handelingen vast te stellen om de technische normen voor het veiligheidskenmerk aan te passen aan de wetenschappelijke, technische en marktontwikkelingen. |
10. Andere tabaksproducten dan sigaretten en shagtabak zijn gedurende vijf jaar na de in artikel 25, lid 1, bedoelde datum vrijgesteld van de toepassing van de leden 1 tot en met 8. |
10. Andere tabaksproducten dan sigaretten en tabak van fijne snede voor shagtabak zijn gedurende tien jaar na de in artikel 25, lid 1, bedoelde datum vrijgesteld van de toepassing van de leden 1 tot en met 8. |
|
___________ |
|
* OJ: gelieve de datum in te voegen: twaalf maanden na de datum van inwerkingtreding van deze richtlijn. |
Amendement 48 Voorstel voor een richtlijn Titel 2 – hoofdstuk 3 – titel | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
Tabak voor oraal gebruik |
Rookloze tabaksproducten |
Motivering | |
Tabak voor oraal gebruik behoort tot de categorie van rookloze tabaksproducten. Om de relatie tussen beide termen weer te geven moet de titel van het hoofdstuk dienovereenkomstig worden gewijzigd. | |
Amendement 49 Voorstel voor een richtlijn Artikel 15 – alinea 1 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
De lidstaten stellen grenswaarden vast voor de aanwezigheid van toxische en kankerverwekkende stoffen in rookloze tabaksproducten die in de handel worden gebracht. De stoffen en de verplichte grenswaarden worden omschreven in bijlage II bis. |
Motivering | |
In dit amendement wordt een verbod op tabak voor oraal gebruik vervangen door een productkwaliteitsnorm voor alle rookloze tabaksproducten. In plaats van een verbod op de minst risicovolle rookloze tabaksproducten zal het effect hiervan zijn dat juist de gevaarlijkste producten uit deze categorie uit de handel verdwijnen, hetgeen in lijn is met de gezondheidsdoelstellingen van de interne markt. In deze sectie zijn de aanbevelingen op het gebied van regelgeving van de WHO-studiegroep inzake tabaksproductenregelgeving overgenomen - Report on the Scientific Basis of Tobacco Product Regulation, WHO Technical Report Series, nr. 955. (2010) | |
Amendement 50 Voorstel voor een richtlijn Artikel 15 – alinea 1 ter (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
De Commissie is bevoegd overeenkomstig artikel 22 gedelegeerde handelingen vast te stellen tot aanpassing van de in lid 1, onder a), bedoelde en in Bijlage II bis vastgestelde stoffen en grenswaarden, rekening houdend met wetenschappelijke ontwikkelingen en internationaal overeengekomen normen en met inachtneming van de beginselen van evenredigheid en non-discriminatie en de doelstelling de interne markt verder te ontwikkelen met een hoog gezondheidsbeschermingsniveau. |
Motivering | |
De Commissie is bevoegd het regelgevingskader aan te passen, bijvoorbeeld door de opname van zware metalen of andere kankerverwekkende stoffen, terwijl daar geen rechtvaardiging voor is. | |
Amendement 51 Voorstel voor een richtlijn Artikel 16 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
Artikel 16 |
Artikel 16 |
Grensoverschrijdende verkoop van tabaksproducten op afstand |
Grensoverschrijdende verkoop van tabaksproducten op afstand |
1. De lidstaten verplichten detaillisten die grensoverschrijdende verkopen op afstand aan consumenten in de Unie willen verrichten om zich te registreren bij de bevoegde autoriteiten in de lidstaat waar de detaillist is gevestigd en in de lidstaat waar zich de daadwerkelijke of potentiële consument bevindt. Buiten de Unie gevestigde detaillisten moeten zich registreren bij de bevoegde autoriteiten in de lidstaat waar zich de daadwerkelijke of potentiële consument bevindt. Alle detaillisten die grensoverschrijdende verkopen op afstand willen verrichten, verstrekken de bevoegde autoriteiten ten minste de volgende informatie: |
1. De lidstaten verbieden grensoverschrijdende verkopen van tabaksproducten op afstand aan consumenten in de Unie. |
a) de naam of handelsnaam en het permanente adres van de bedrijfsruimten van waaruit de tabaksproducten worden geleverd; |
|
b) de datum waarop is begonnen met het aanbieden van tabaksproducten voor grensoverschrijdende verkopen op afstand aan het publiek door middel van diensten van de informatiemaatschappij; |
|
c) het adres van de daarvoor gebruikte website(s) en alle pertinente informatie die nodig is om de website(s) te identificeren. |
|
|
1 bis. De lidstaten verbieden op hun grondgebied het gratis of met korting verstrekken van tabaksproducten, alsmede het ruilen van een nieuwe, verzegelde verpakking van tabaksproducten voor een geopende verpakking, langs welk kanaal dan ook. |
2. De bevoegde autoriteiten van de lidstaten publiceren de volledige lijst van alle bij hen geregistreerde detaillisten overeenkomstig de voorschriften en garanties in Richtlijn 95/46/EG. Detaillisten mogen tabaksproducten slechts door middel van verkoop op afstand in de handel brengen vanaf het tijdstip waarop de naam van de detaillist in de betrokken lidstaten is gepubliceerd. |
|
3. Indien dat nodig is om de naleving van de voorschriften te waarborgen en de handhaving ervan te vergemakkelijken, mogen de lidstaten van bestemming eisen dat de detaillist een natuurlijk persoon aanwijst die ervoor zorgt dat de tabaksproducten, voor zij de consument bereiken, in overeenstemming zijn met de nationale bepalingen die in de lidstaat van bestemming ter uitvoering van deze richtlijn zijn vastgesteld. |
|
4. Detaillisten die op afstand verkopen, zijn uitgerust met een leeftijdscontrolesysteem dat op het tijdstip van de verkoop nagaat of de koper de in de nationale wetgeving van de lidstaat van bestemming voorgeschreven minimumleeftijd heeft. De detailhandelaar of de aangewezen natuurlijke persoon deelt aan de bevoegde autoriteiten een beschrijving van de details en de werking van het leeftijdscontrolesysteem mee. |
|
5. Persoonsgegevens van de consument worden enkel verwerkt overeenkomstig Richtlijn 95/46/EG en worden niet bekendgemaakt aan de producent van tabaksproducten, aan ondernemingen die deel uitmaken van dezelfde groep ondernemingen of aan enige andere derde. Persoonsgegevens worden niet gebruikt of doorgegeven voor andere doelen dan deze aankoop. Dit geldt ook als de detaillist deel uitmaakt van een producent van tabaksproducten. |
|
Amendement 52 Voorstel voor een richtlijn Artikel 17 – titel | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
Kennisgeving van nieuwsoortige tabaksproducten |
Kennisgeving van nieuwsoortige tabaksproducten en de verlening van vergunningen voorafgaande aan het in de handel brengen van tabaksproducten met een beperkt risico |
Motivering | |
Dit amendement houdt verband met het amendement op artikel 2, lid 1, punt 36 bis. Wanneer de bevoegde autoriteiten wetenschappelijk hebben vastgesteld dat bepaalde nieuwsoortige tabaksproducten minder schadelijke kenmerken vertonen, moeten er doeltreffende voorschriften worden vastgesteld die de verstrekking van correcte informatie aan de consument mogelijk maken. Indien dit niet het geval is, worden de investeringen in het onderzoek naar en de ontwikkeling, de innovatie, de productie en het in de handel brengen van deze producten, die de consument een minder schadelijk alternatief moeten bieden voor traditionele tabaksproducten, geblokkeerd. | |
Amendement 53 Voorstel voor een richtlijn Artikel 17 – lid 1 – inleidende formule | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
1. De lidstaten schrijven voor dat de producenten en importeurs van tabaksproducten de bevoegde autoriteiten van de lidstaten kennis geven van elk nieuwsoortig tabaksproduct dat zij in de betrokken lidstaten in de handel willen brengen. De kennisgeving wordt zes maanden voor de beoogde datum van het in de handel brengen in elektronische vorm ingediend en gaat vergezeld van een gedetailleerde beschrijving van het betrokken product en van informatie over de ingrediënten en de emissies overeenkomstig artikel 5. De producenten en importeurs die kennis geven van een nieuwsoortig tabaksproduct verstrekken de betrokken bevoegde autoriteiten ook: |
1. De lidstaten schrijven voor dat de producenten en importeurs van tabaksproducten de bevoegde autoriteiten van de lidstaten kennis geven van elk nieuwsoortig tabaksproduct dat zij in de betrokken lidstaten in de handel willen brengen en van de producten waarover zij op basis van solide wetenschappelijk bewijs willen beweren dat die minder schadelijk zijn of minder risico's opleveren dan traditionele tabaksproducten. De kennisgeving wordt zes maanden voor de beoogde datum van het in de handel brengen in elektronische vorm ingediend en gaat vergezeld van een gedetailleerde beschrijving van het betrokken product en van informatie over de ingrediënten en de emissies overeenkomstig artikel 5. De producenten en importeurs die kennis geven van een nieuwsoortig tabaksproduct verstrekken de betrokken bevoegde autoriteiten ook: |
Amendement 54 Voorstel voor een richtlijn Artikel 17 – lid 1 – letter a | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
a) de beschikbare wetenschappelijke studies inzake de toxiciteit, de verslavendheid en de aantrekkelijkheid van het product, met name wat de ingrediënten en de emissies ervan betreft; |
a) de beschikbare wetenschappelijke studies inzake de toxiciteit, de invloed op passief meeroken, de verslavendheid en de aantrekkelijkheid van het product, met name wat de ingrediënten en de emissies ervan betreft; |
Amendement 55 Voorstel voor een richtlijn Artikel 17 – lid 1 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
1 bis. De lidstaten eisen van producenten en importeurs van tabaksproducten dat zij de volgens lid 1, letter a) tot en met c), vereiste informatie aan hun bevoegde autoriteiten verstrekken, waarbij de inhoud en de conclusies geverifieerd moeten zijn door onafhankelijke onderzoekscentra. |
Amendement 56 Voorstel voor een richtlijn Artikel 17 – lid 2 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
2. De lidstaten schrijven voor dat de producenten en importeurs van tabaksproducten hun bevoegde autoriteiten elke nieuwe of bijgewerkte informatie als bedoeld in lid 1, onder a) tot en met c), meedelen. De lidstaten mogen verlangen dat de tabaksproducenten of -importeurs aanvullende proeven verrichten of aanvullende informatie verstrekken. De lidstaten stellen alle informatie die zij op grond van dit artikel ontvangen ter beschikking van de Commissie. De lidstaten mogen een vergunningenstelsel invoeren en een evenredige vergoeding vragen. |
2. De lidstaten schrijven voor dat de producenten en importeurs van tabaksproducten hun bevoegde autoriteiten elke nieuwe of bijgewerkte informatie als bedoeld in lid 1, onder a) tot en met c), meedelen. De lidstaten mogen verlangen dat de tabaksproducenten of -importeurs aanvullende proeven verrichten of aanvullende informatie verstrekken. De lidstaten stellen alle informatie die zij op grond van dit artikel ontvangen ter beschikking van de Commissie. De lidstaten mogen voor het in de handel brengen van tabaksproducten met een beperkt risico een vergunningenstelsel invoeren en een evenredige vergoeding vragen. |
|
De lidstaten mogen specifieke normen vaststellen voor het informeren van de consument, de verpakking en etikettering, de ingrediënten en de emissies, alsook voor de meetmethoden voor teer, nicotine en koolmonoxide voor producten met een beperkt risico. De lidstaten stellen de Commissie in kennis van die normen. |
Motivering | |
Dit amendement houdt verband met het amendement op artikel 2, lid 1, punt 36 bis. Wanneer de bevoegde autoriteiten wetenschappelijk hebben vastgesteld dat bepaalde nieuwsoortige tabaksproducten minder schadelijke kenmerken vertonen, moeten er doeltreffende voorschriften worden vastgesteld die de verstrekking van correcte informatie aan de consument mogelijk maken. Indien dit niet het geval is, worden de investeringen in het onderzoek naar en de ontwikkeling, de innovatie, de productie en het in de handel brengen van deze producten, die de consument een minder schadelijk alternatief moeten bieden voor traditionele tabaksproducten, geblokkeerd. | |
Amendement 57 Voorstel voor een richtlijn Artikel 17 – lid 3 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
3. Nieuwsoortige tabaksproducten die in de handel worden gebracht, voldoen aan de vereisten van deze richtlijn. Welke bepalingen van toepassing zijn, hangt af van de vraag of de producten onder de definitie van rookloos tabaksproduct in artikel 2, punt 29, dan wel van rooktabak in artikel 2, punt 33, vallen. |
3. Nieuwsoortige tabaksproducten en tabaksproducten met een beperkt risico die in de handel worden gebracht, voldoen aan de vereisten van deze richtlijn. Tabaksproducten met een beperkt risico vallen onder de door de lidstaten toegestane afwijkingen als bedoeld in lid 2. Welke bepalingen van toepassing zijn, hangt af van de vraag of de producten onder de definitie van rookloos tabaksproduct in artikel 2, punt 29, dan wel van rooktabak in artikel 2, punt 33, vallen. |
Motivering | |
Dit amendement houdt verband met het amendement op artikel 2, lid 1, punt 36 bis. Wanneer de bevoegde autoriteiten wetenschappelijk hebben vastgesteld dat bepaalde nieuwsoortige tabaksproducten minder schadelijke kenmerken vertonen, moeten er doeltreffende voorschriften worden vastgesteld die de verstrekking van correcte informatie aan de consument mogelijk maken. Indien dit niet het geval is, worden de investeringen in het onderzoek naar en de ontwikkeling, de innovatie, de productie en het in de handel brengen van deze producten, die de consument een minder schadelijk alternatief moeten bieden voor traditionele tabaksproducten, geblokkeerd. | |
Amendement 58 Voorstel voor een richtlijn Artikel 17 – lid 3 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
3 bis. De Commissie dient op grond van onafhankelijke, betrouwbare en verifieerbare wetenschappelijke en technische gegevens binnen twee jaar na de inwerkingtreding van deze richtlijn en overeenkomstig artikel 22 gedelegeerde handelingen vast te stellen voor de opstelling van voorschriften voor de beoordeling, verpakking, etikettering, samenstelling, het in de handel brengen, de mededeling aan de consument, de presentatie en de verkoop van nieuwe tabaksproducten die kunnen getuigen van aanzienlijk minder schadelijke gevolgen dan de klassieke tabaksproducten. |
Amendement 59 Voorstel voor een richtlijn Artikel 18 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
Artikel 18 |
Artikel 18 |
Nicotinehoudende producten |
Nicotinehoudende producten |
1. De volgende nicotinehoudende producten mogen slechts in de handel worden gebracht als zij overeenkomstig Richtlijn 2001/83/EG zijn toegelaten: |
1. De volgende nicotinehoudende producten mogen slechts in de handel worden gebracht als zij overeenkomstig Richtlijn 2001/83/EG zijn toegelaten: |
a) producten die per eenheid meer dan 2 mg nicotine bevatten, of |
a) producten die per eenheid meer dan 2 mg nicotine bevatten, of |
b) producten met een nicotineconcentratie van meer dan 4 mg per ml, of |
b) producten met een nicotineconcentratie van meer dan 4 mg per ml. |
c) producten waarvan het bedoelde gebruik resulteert in een gemiddelde maximale piekplasmaconcentratie van meer dan 4 mg nicotine per ml. |
|
|
1 bis. Deze richtlijn is niet van toepassing op nicotinehoudende producten die overeenkomstig Richtlijn 2001/83/EG zijn toegelaten. Indien lid 1 niet van toepassing is, mogen de producten in de handel worden gebracht als ze aan deze richtlijn voldoen. |
|
1 ter. De lidstaten zorgen ervoor dat nicotinehoudende producten voldoen aan de geldende EU-wetgeving op het gebied van consumentenbescherming, veiligheid en andere relevante gebieden. |
|
1 quater. Uiterlijk twaalf maanden na de inwerkingtreding van deze richtlijn voorziet elke lidstaat de Commissie van een verslag over de maatregelen die zijn genomen om de wetgeving in bijlage II ter die betrekking heeft op nicotinehoudende producten ten uitvoer te leggen en te handhaven en over de effectiviteit van die maatregelen. |
|
1 quinquies. De lidstaten voeren een verbod in op het gebruik van nicotinehoudende producten op openbare plaatsen. |
|
1 sexies. De lidstaten voeren een minimumleeftijd in voor de toegankelijkheid van nicotinehoudende producten. |
2. De Commissie is bevoegd overeenkomstig artikel 22 gedelegeerde handelingen vast te stellen om de in lid 1 bedoelde hoeveelheden nicotine bij te werken, gelet op de wetenschappelijke ontwikkelingen en de overeenkomstig Richtlijn 2001/83/EG verleende vergunningen voor het in de handel brengen van nicotinehoudende producten. |
2. De Commissie voert voor 1 april 2017 een studie uit naar nicotinehoudende producten, in overleg met relevante belanghebbenden en de lidstaten. In deze studie wordt nagegaan of er behoefte is aan specifieke wetgeving met betrekking tot nicotinehoudende producten. |
3. Op elke verpakkingseenheid en op elke buitenverpakking van nicotinehoudende producten met een nicotinegehalte onder de in lid 1 vermelde waarden staat de volgende gezondheidswaarschuwing: |
3. Overeenkomstig de bepalingen van de artikelen 5, 6 en 12 staat op elke verpakkingseenheid en op elke buitenverpakking van nicotinehoudende producten die niet onder Richtlijn 2001/83/EG vallen de volgende gezondheidswaarschuwing: |
Dit product bevat nicotine en kan uw gezondheid schaden. |
Dit product bevat nicotine en is schadelijk voor uw gezondheid. |
4. De in lid 3 bedoelde gezondheidswaarschuwing voldoet aan de vereisten van artikel 10, lid 4. Bovendien: |
4. De in lid 3 bedoelde gezondheidswaarschuwing voldoet aan de vereisten van artikel 10, lid 4. Bovendien: |
a) wordt zij aangebracht op de twee grootste oppervlakten van de verpakkingseenheid en van elke buitenverpakking; |
a) wordt zij aangebracht op de twee grootste oppervlakten van de verpakkingseenheid en van elke buitenverpakking; |
b) beslaat zij 30 % van de buitenvoorkant of -achterkant van de verpakkingseenheid en van elke buitenverpakking; Dit percentage wordt verhoogd tot 32 % voor lidstaten met twee officiële talen en tot 35 % voor lidstaten met drie officiële talen. |
b) beslaat zij 30 % van de buitenvoorkant of -achterkant van de verpakkingseenheid en van elke buitenverpakking; Dit percentage wordt verhoogd tot 32 % voor lidstaten met twee officiële talen en tot 35 % voor lidstaten met drie officiële talen. |
5. De Commissie is bevoegd overeenkomstig artikel 22 gedelegeerde handelingen vast te stellen om de vereisten in de leden 3 en 4 aan te passen, rekening houdend met de wetenschappelijke en marktontwikkelingen, en om de plaats, het formaat, de layout, het ontwerp en de afwisseling van de gezondheidswaarschuwingen vast te stellen en aan te passen. |
5. De Commissie is bevoegd overeenkomstig artikel 22 gedelegeerde handelingen vast te stellen om de vereisten in de leden 3 en 4 aan te passen, rekening houdend met de wetenschappelijke en marktontwikkelingen, en om de plaats, de layout, het ontwerp en de afwisseling van de gezondheidswaarschuwingen vast te stellen en aan te passen. |
Amendement 60 Voorstel voor een richtlijn Artikel 19 – lid 1 – alinea 1 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
Dit product kan uw gezondheid schaden. |
Dit product kan uw gezondheid schaden en is verslavend. |
Motivering | |
Ook kruidenproducten moeten worden geclassificeerd als tabaksproducten en daarvoor moeten dezelfde bepalingen gelden. | |
Amendement 61 Voorstel voor een richtlijn Artikel 19 – lid 3 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
3. De gezondheidswaarschuwing voldoet aan de vereisten van artikel 10, lid 4. Zij beslaat ten minste 30 % van de voorkant of achterkant van de verpakkingseenheid en van elke buitenverpakking. Dit percentage wordt verhoogd tot 32 % voor lidstaten met twee officiële talen en tot 35 % voor lidstaten met drie officiële talen. |
3. De gezondheidswaarschuwing voldoet aan de vereisten van artikel 10, lid 4. Zij beslaat ten minste 30 % van de voorkant of achterkant van de verpakkingseenheid en van elke buitenverpakking. Dit percentage wordt verhoogd tot 32 % voor lidstaten met twee officiële talen en tot 35 % voor lidstaten met meer dan twee officiële talen. |
Amendement 62 Voorstel voor een richtlijn Artikel 22 – lid 2 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
2. De in artikel 3, lid 2, artikel 3, lid 3, artikel 4, lid 3, artikel 4, lid 4, artikel 6, lid 3, artikel 6, lid 9, artikel 6, lid 10, artikel 8, lid 4, artikel 9, lid 3, artikel 10, lid 5, artikel 11, lid 3, artikel 13, lid 3, artikel 13, lid 4, artikel 14, lid 9, artikel 18, lid 2, en artikel 18, lid 5, bedoelde bevoegdheid om gedelegeerde handelingen vast te stellen, wordt aan de Commissie toegekend voor onbepaalde tijd met ingang van [Publicatiebureau: gelieve de datum van inwerkingtreding van deze richtlijn in te vullen]. |
2. De in artikel 4, lid 3, artikel 4, lid 4, artikel 6, lid 2 bis, artikel 6, lid 3, artikel 6, lid 9, artikel 6, lid 10, artikel 8, lid 4, artikel 9, lid 3, artikel 11, lid 3, artikel 13, lid 4, artikel 14, lid 9, artikel 14, lid 9 bis, artikel 15, artikel 17, lid 3 bis, en artikel 18, lid 5, bedoelde bevoegdheid om gedelegeerde handelingen vast te stellen, wordt aan de Commissie toegekend voor een termijn van vijf jaar met ingang van [Publicatiebureau: gelieve de datum van inwerkingtreding van deze richtlijn in te vullen]. |
Amendement 63 Voorstel voor een richtlijn Artikel 22 – lid 3 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
3. Het Europees Parlement of de Raad kan de in artikel 3, lid 2, artikel 3, lid 3, artikel 4, lid 3, artikel 4, lid 4, artikel 6, lid 3, artikel 6, lid 9, artikel 6, lid 10, artikel 8, lid 4, artikel 9, lid 3, artikel 10, lid 5, artikel 11, lid 3, artikel 13, lid 3, artikel 13, lid 4, artikel 14, lid 9, artikel 18, lid 2, en artikel 18, lid 5, bedoelde bevoegdheidsdelegatie te allen tijde intrekken. Het besluit tot intrekking beëindigt de delegatie van de in dat besluit genoemde bevoegdheid. Het wordt van kracht op de dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie of op een daarin genoemde latere datum. Het laat de geldigheid van de reeds van kracht zijnde gedelegeerde handelingen onverlet. |
3. Het Europees Parlement of de Raad kan de in artikel 4, lid 3, artikel 4, lid 4, artikel 6, lid 2 bis, artikel 6, lid 3, artikel 6, lid 9, artikel 6, lid 10, artikel 8, lid 4, artikel 9, lid 3, artikel 11, lid 3, artikel 13, lid 4, artikel 14, lid 9, artikel 14, lid 9 bis, artikel 15, artikel 17, lid 3 bis, en artikel 18, lid 5, bedoelde bevoegdheidsdelegatie te allen tijde intrekken. Het besluit tot intrekking beëindigt de delegatie van de in dat besluit genoemde bevoegdheid. Het wordt van kracht op de dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie of op een daarin genoemde latere datum. Het laat de geldigheid van de reeds van kracht zijnde gedelegeerde handelingen onverlet. |
Amendement 64 Voorstel voor een richtlijn Artikel 22 – lid 5 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
5. Een overeenkomstig artikel 3, lid 2, artikel 3, lid 3, artikel 4, lid 3, artikel 4, lid 4, artikel 6, lid 3, artikel 6, lid 9, artikel 6, lid 10, artikel 8, lid 4, artikel 9, lid 3, artikel 10, lid 5, artikel 11, lid 3, artikel 13, lid 3, artikel 13, lid 4, artikel 14, lid 9, artikel 18, lid 2, en artikel 18, lid 5, vastgestelde gedelegeerde handeling treedt alleen in werking indien het Europees Parlement noch de Raad daartegen binnen een termijn van twee maanden na de kennisgeving van de handeling aan het Europees Parlement en de Raad bezwaar heeft gemaakt, of indien zowel het Europees Parlement als de Raad voor het verstrijken van die termijn de Commissie hebben medegedeeld dat zij daartegen geen bezwaar zullen maken. Die termijn wordt op initiatief van het Europees Parlement of de Raad met twee maanden verlengd. |
5. Een overeenkomstig artikel 4, lid 3, artikel 4, lid 4, artikel 6, lid 2 bis, artikel 6, lid 3, artikel 6, lid 9, artikel 6, lid 10, artikel 8, lid 4, artikel 9, lid 3, artikel 11, lid 3, artikel 13, lid 4, artikel 14, lid 9, artikel 14, lid 9 bis, artikel 15, artikel 17, lid 3 bis, en artikel 18, lid 5, vastgestelde gedelegeerde handeling treedt alleen in werking indien het Europees Parlement noch de Raad daartegen binnen een termijn van twee maanden na de kennisgeving van de handeling aan het Europees Parlement en de Raad bezwaar heeft gemaakt, of indien zowel het Europees Parlement als de Raad voor het verstrijken van die termijn de Commissie hebben medegedeeld dat zij daartegen geen bezwaar zullen maken. Die termijn wordt op initiatief van het Europees Parlement of de Raad met twee maanden verlengd. |
Amendement 65 Voorstel voor een richtlijn Artikel 23 – lid 1 – alinea 2 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
Voor de opstelling van dat verslag wordt de Commissie bijgestaan door wetenschappelijke en technische deskundigen om over alle nodige gegevens te beschikken. |
Voor de opstelling van dat verslag wordt de Commissie bijgestaan door wetenschappelijke en technische deskundigen uit de lidstaten om over alle nodige gegevens te beschikken. |
Amendement 66 Voorstel voor een richtlijn Artikel 24 – lid 2 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
2. Op grond van dwingende redenen in verband met de bescherming van de volksgezondheid mag een lidstaat voor onder deze richtlijn vallende materies echter strengere nationale voorschriften handhaven die op alle producten van toepassing zijn. Een lidstaat mag ook strengere nationale voorschriften invoeren om redenen die verband houden met de specifieke situatie van die lidstaat, en mits die voorschriften gerechtvaardigd zijn door de bescherming van de volksgezondheid. Die nationale voorschriften worden samen met de motivering voor de handhaving of invoering ervan aan de Commissie ter kennis gebracht. Binnen zes maanden na de datum van ontvangst van de kennisgeving keurt de Commissie die voorschriften goed of af, nadat zij, rekening houdend met het hoge niveau van bescherming van de volksgezondheid dat deze richtlijn tot stand brengt, heeft nagegaan of zij al dan niet gerechtvaardigd, noodzakelijk en evenredig aan hun doel zijn en of zij geen middel tot willekeurige discriminatie of een verkapte beperking van de handel tussen de lidstaten vormen. Wanneer de Commissie binnen de genoemde periode geen besluit neemt, worden de nationale voorschriften geacht te zijn goedgekeurd. |
2. Deze richtlijn heeft geen invloed op het recht van de lidstaten om, in overeenstemming met het Verdrag, striktere voorschriften voor de productie, invoer, verkoop en consumptie van tabaksproducten te handhaven of in te voeren als zij deze nodig achten voor de bescherming van de volksgezondheid, voor zover zulke voorschriften buiten de reikwijdte van de bepalingen van deze richtlijn vallen. |
Amendement 67 Voorstel voor een richtlijn Artikel 25 – lid 1 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
1. De lidstaten doen de nodige wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen in werking treden om uiterlijk op [Publicatiebureau: gelieve de juiste datum in te vullen: inwerkingtreding + 18 maanden] aan deze richtlijn te voldoen. Zij delen de Commissie de tekst van die bepalingen onverwijld mede. |
1. De lidstaten doen de nodige wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen in werking treden om uiterlijk op [Publicatiebureau: gelieve de juiste datum in te vullen: inwerkingtreding + 24 maanden] aan deze richtlijn te voldoen. Zij delen de Commissie de tekst van die bepalingen onverwijld mede. |
Amendement 68 Voorstel voor een richtlijn Artikel 26 – alinea 1 – inleidende formule | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
De lidstaten mogen toestaan dat de volgende producten die niet aan deze richtlijn voldoen, tot [Publicatiebureau: gelieve de juiste datum in te vullen: inwerkingtreding + 24 maanden] in de handel worden gebracht. |
De lidstaten mogen toestaan dat de volgende producten die niet aan deze richtlijn voldoen, tot [Publicatiebureau: gelieve de juiste datum in te vullen: inwerkingtreding + 48 maanden] in de handel worden gebracht. |
Motivering | |
De lidstaten moeten meer tijd krijgen om zich aan te passen aan de nieuwe bepalingen. | |
Amendement 69 Voorstel voor een richtlijn Artikel 26 – alinea 1 – letter a | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
a) tabaksproducten; |
a) sigaretten en shagtabak; |
Amendement 70 Voorstel voor een richtlijn Artikel 26 – alinea 1 – letter b | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
b) nicotinehoudende producten met een nicotinegehalte onder de in artikel 18, lid 1, vermelde waarde; |
b) nicotinehoudende producten; |
Motivering | |
Dit strookt met het amendement op artikel 18 van de voorgestelde richtlijn. | |
Amendement 71 Voorstel voor een richtlijn Artikel 26 – alinea 1 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
De lidstaten kunnen toestaan dat andere tabaksproducten dan sigaretten en shagtabak, die niet aan deze richtlijn voldoen, in de handel worden gebracht tot (Publicatiebureau: gelieve de juiste datum in te vullen: inwerkingtreding + 42 maanden). |
Motivering | |
Overeenkomstig overweging 18 van Richtlijn 2001/37/EG moet in overgangsperiodes worden voorzien die lang genoeg zijn om de noodzakelijke wijzigingen in de productie te laten plaatsvinden en om voorraden, met name van andere producten dan sigaretten, weg te werken. | |
Amendement 72 Voorstel voor een richtlijn Bijlage 2 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
BIJLAGE II bis |
|
Maximaal toelaatbaar gehalte in rookvrije tabak, giftige stof per gewichtseenheid droge tabak: |
|
NNN (N-nitrosonornicotine) plus NNK (4-(methylnitrosamine)-1-(3-pyridyl)-1-butanon): 2.0 mg/kg |
|
B(a)P (Benzo[a]pyreen): 5.0 µg/kg |
Motivering | |
In dit overzicht zijn de aanbevelingen op het gebied van toxiciteit van de WHO-studiegroep inzake tabaksproductenregelgeving overgenomen - Report on the Scientific Basis of Tobacco Product Regulation, WHO Technical Report Series, nr. 955. (2010) | |
Amendement 73 Voorstel voor een richtlijn Bijlage 2 ter (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
BIJLAGE II ter |
|
EU-wetgeving van toepassing op nicotinehoudende producten: |
|
Algemene veiligheid: |
|
Richtlijn 2001/95/EG inzake algemene productveiligheid, met name met betrekking tot het RAPEX-systeem – kennisgeving van en waarschuwingen voor gevaarlijke producten |
|
Verpakking en etikettering: |
|
Richtlijn 67/548/EEG inzake gevaarlijke stoffen |
|
Richtlijn 99/45/EG inzake gevaarlijke preparaten |
|
Indeling, etikettering en verpakking van stoffen en mengsels - de CLP-verordening 1272/2008 is van toepassing vanaf 2015. |
|
Chemische veiligheid: |
|
Verordening (EG) 1907/2006 betreffende de registratie en beoordeling van en autorisatie en beperkingen ten aanzien van chemische stoffen (REACH) |
|
Veiligheid van elektrisch materiaal: |
|
Richtlijn 2006/95/EG betreffende laagspanning |
|
Richtlijn 2004/108/EG betreffende elektromagnetische compatibiliteit |
|
Richtlijn 2011/65/EU betreffende de beperking van gevaarlijke stoffen (BGS) (in voorkomend geval) |
|
Richtlijn 2012/19/EU betreffende afgedankte elektrische en elektronische apparatuur (AEEA) |
|
Richtlijn 2006/66/EG betreffende batterijen |
|
Maten en gewichten: |
|
Richtlijn 76/211/EEG betreffende het voorverpakken naar gewicht of volume van bepaalde producten in voorverpakkingen |
|
Richtlijn 2007/45/EG betreffende nominale hoeveelheden voor voorverpakte producten |
|
Handelspraktijken: |
|
Richtlijn 97/7/EG inzake verkopen op afstand |
|
Richtlijn 2000/31/EG inzake elektronische handel |
|
Richtlijn 2006/114/EG inzake misleidende reclame en vergelijkende reclame |
|
Richtlijn 2005/29/EG inzake oneerlijke handelspraktijken |
Motivering | |
De lidstaten moeten de kern van bestaande regelgeving op het gebied van consumenten en veiligheid van toepassing laten zijn op nicotinehoudende producten. De verplichting tot verslaglegging toont aan dat voor een systematischere benadering wordt gekozen en vormt de basis voor een evaluatie door de Commissie die tegen april 2017 zal zijn afgerond. |
BIJLAGE – LIJST VAN INGEDIENDE VOORSTELLEN DOOR BELANGHEBBENDEN[1]
Organisatie |
|
Action Buendnis NICHT RAUCHEN |
|
Addleshaw Goddard LLP |
|
Prof. Andrzej Sobczak |
|
Association of the European Self-Medication Industry |
|
European Association of Communications Agencies |
|
Federation of European Direct and Interactive Marketing |
|
British American Tobacco |
|
Confédération Européenne des Détaillants en Tabac |
|
Deutsche Benkert GmbH & Co KG |
|
Clive Bates, former director of UK-based Action on Smoking and Health |
|
Confederation of European Union Cigarette Manufacturers |
|
Council of European Dentists |
|
European Carton Makers Association |
|
European Cigar Manufacturers Association |
|
Electronic Cigarette Industry Trade Association |
|
European Self-Medication Industry |
|
European Communities Trade Mark Association |
|
European Federation of Allergy and Airways Diseases Patients' Associations |
|
European Heart Network |
|
E-lites (Charles Hamshaw-Thomas) |
|
European Public Health Alliance |
|
European Society of Cardiology |
|
European Smokeless Tobacco Council ESTOC |
|
European Union Cigarette Manufacturers |
|
Fertin Pharma |
|
European Public Health Alliance |
|
Polish Chamber of Commerce |
|
German Cancer Research Center |
|
Gerry Stimson, Professor |
|
Global Acetate Manufacturers' Association |
|
International Chamber of Commerce |
|
Japan Tobacco International Poland |
|
Jacques Le Houezec, PhD |
|
Jean-Francois ETTER – Professeur associé - Dr ès sciences |
|
Krajowe Stowarzyszenie Przemysłu Tytoniowego |
|
Kreab Gavin Anderson |
|
MANE, a French Flavour Company/French Flavour Association (SNIAA) |
|
dr Michał Kozłowski -http://esmokinginstitute.com/ |
|
Mirosław Dworniczak starychemik.wordpress.com |
|
Naczelna Rada Lekarska |
|
National Brands Associations |
|
NJOY Electronic Cigarettes |
|
Phillip Morris |
|
Polish Confederation of Private Employers Lewiatan |
|
Polish Society for Health Programmes |
|
POLSKI ZWIĄZEK PLANTATORÓW TYTONIU |
|
Polish tobacco farmers association |
|
Smoke Free Partnership |
|
Stowarzyszenie MANKO - Partnerstwo Polska Bez Dymu |
|
SWM INTL |
|
SCIPA Security Solutions Poland Sp. z o.o. |
|
TRIERENBERG HOLDING AG |
|
Zakład Szkodliwości Chemicznych i Toksykologii Genetycznej |
|
Action on Smoking and Health (UK) |
|
PROCEDURE
Titel |
Onderlinge aanpassing van de wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen van de lidstaten inzake de productie, de presentatie en de verkoop van tabaks- en aanverwante producten |
||||
Document- en procedurenummers |
COM(2012)0788 – C7-0420/2012 – 2012/0366(COD) |
||||
Commissie ten principale Datum bekendmaking |
ENVI 15.1.2013 |
|
|
|
|
Advies uitgebracht door Datum bekendmaking |
IMCO 15.1.2013 |
||||
Rapporteur voor advies Datum benoeming |
Małgorzata Handzlik 23.1.2013 |
||||
Behandeling in de commissie |
21.3.2013 |
24.4.2013 |
30.5.2013 |
|
|
Datum goedkeuring |
18.6.2013 |
|
|
|
|
Uitslag eindstemming |
+: –: 0: |
23 14 0 |
|||
Bij de eindstemming aanwezige leden |
Claudette Abela Baldacchino, Pablo Arias Echeverría, Preslav Borissov, Jorgo Chatzimarkakis, Sergio Gaetano Cofferati, Birgit Collin-Langen, Lara Comi, Anna Maria Corazza Bildt, António Fernando Correia de Campos, Christian Engström, Evelyne Gebhardt, Małgorzata Handzlik, Malcolm Harbour, Toine Manders, Franz Obermayr, Sirpa Pietikäinen, Phil Prendergast, Zuzana Roithová, Heide Rühle, Matteo Salvini, Christel Schaldemose, Andreas Schwab, Catherine Stihler, Róża Gräfin von Thun und Hohenstein, Gino Trematerra, Bernadette Vergnaud, Barbara Weiler |
||||
Bij de eindstemming aanwezige vaste plaatsvervanger(s) |
Raffaele Baldassarre, Nora Berra, Jürgen Creutzmann, María Irigoyen Pérez, Roberta Metsola, Olle Schmidt, Marc Tarabella, Sabine Verheyen |
||||
Bij de eindstemming aanwezige plaatsvervanger(s) (art. 187, lid 2) |
Susy De Martini, Konrad Szymański |
||||
- [1] Deze lijst is niet volledig.
ADVIES van de Commissie landbouw en plattelandsontwikkeling (27.6.2013)
aan de Commissie milieubeheer, volksgezondheid en voedselveiligheid
over het voorstel voor een richtlijn van het Europees Parlement en de Raad betreffende de onderlinge aanpassing van de wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen van de lidstaten inzake de productie, de presentatie en de verkoop van tabaks- en aanverwante producten
(COM(2012)0788 – C7‑0420/2012 – 2012/0366(COD))
Rapporteur voor advies: Csaba Sándor Tabajdi
TOELICHTING
De rapporteur verwelkomt het voorstel van de Commissie voor een nieuwe tabaksproductenrichtlijn, staat volledig achter het doel het welzijn van mensen te bevorderen en steunt een betere bescherming van de volksgezondheid. Benadrukt wordt dat het voor een evenwichtig rechtskader van belang is rekening te houden met alle aspecten van de productie, de presentatie en de verkoop van tabaksproducten, met name het behoud van werkgelegenheid in de landbouw over de gehele waardeketen van tabaksproducten. De rapporteur onderstreept dat de voorgestelde tekst moet worden afgestemd op de internationale handelsverplichtingen in het kader van de WTO en de juridisch bindende verplichtingen die voortvloeien uit de Kaderovereenkomst van de Wereldgezondheidsorganisatie voor de bestrijding van tabaksgebruik (FCTC), die is aangenomen door de Europese Gemeenschappen.
De rapporteur benadrukt het belang van maatregelen die ertoe leiden dat de tabaksconsumptie aanzienlijk en daadwerkelijk daalt en dat jongeren niet gaan roken, maar die niet nadelig zijn voor de Europese tabaksproducenten, in die zin dat Europese tabak zou worden vervangen door goedkopere en niet gecontroleerde tabak uit derde landen en dat de illegale handel in tabaksproducten aan de buitengrenzen van de EU zou toenemen.
Tabak veroorzaakt in de Unie bijna 700 000 sterfgevallen per jaar. Het voorstel van de Commissie is er vooral op gericht te voorkomen dat met name jongeren tabak beginnen te gebruiken, aangezien 70 % van de rokers beginnen te roken voordat zij 18 jaar oud zijn. Daarnaast is tabak een arbeidsintensief landbouwproduct dat in heel Europa goed is voor 400 000 voltijds- en seizoensbanen, met name in sociaal achtergestelde regio's waar weinig tot geen alternatieve werkgelegenheid is. Uit gegevens van belanghebbende partijen blijkt dat 96 % van de landbouwbedrijven die tabak produceren familiebedrijven zijn met tussen de 0,5 en 3 hectare landbouwgrond.
Het Europees Parlement heeft herhaaldelijk gesproken over het ontbreken van een direct verband tussen tabaksproductie en roken. Ook erkent de Europese Commissie in haar evaluatieverslag dat er geen direct verband bestaat tussen tabaksproductie en het percentage rokers.
Het effectiefste instrument om roken onder jongeren te voorkomen zijn voorlichting en preventieprogramma's. Uit de meest recente representatieve enquêtes blijkt dat de tabaksconsumptie gestaag is gedaald tengevolge van preventieprogramma's, bijvoorbeeld in Duitsland. De rapporteur beveelt daarom sterk aan dat er een Europees Fonds voor rookpreventie wordt opgezet, waaruit programma's worden gefinancierd om burgers te helpen bij het stoppen met roken, alsmede voor preventie van roken en voor voorlichting aan burgers over de schadelijke effecten van roken voor de gezondheid.
De rapporteur is van mening dat burgers niet de juiste informatie krijgen over de schadelijke gevolgen van roken. Met het oog op de bescherming van consumenten dient de etikettering dan ook te worden verbeterd, bijvoorbeeld als het gaat om informatie over de verschillende niveaus van schadelijkheid van tabaksproducten. Consumenten moeten hierdoor niet worden misleid. Alle tabaksproducten zijn immers schadelijk.
In tal van lidstaten roken mannen en vrouwen met een lagere opleiding en in sociaal moeilijke omstandigheden aanzienlijk meer: in Hongarije roken bijvoorbeeld 45 % van de mannen en 26 % van de vrouwen die uitsluitend basisonderwijs hebben afgerond. Van de mannen en vrouwen die hun middelbare schoolopleiding hebben afgerond, roken respectievelijk 32 % en 22 %. Tegelijkertijd roken slechts 20 % van de mannen en 18 % van de vrouwen met een universitaire opleiding. In de richtlijn moet daarom bij de regulering van tabaksproducten ook rekening worden gehouden met sociale aspecten.
De rapporteur vreest dat de reikwijdte van de gedelegeerde handelingen zoals voorgesteld door de Commissie te ruim is en het institutioneel evenwicht tussen het Europees Parlement en de Raad, als wetgevers, en de Commissie kan verstoren.
Volgens artikel 3 van de voorgestelde nieuwe richtlijn tabaksproducten is de Commissie bevoegd de vastgestelde maximumgehalten aan teer, nicotine, koolmonoxide en andere stoffen aan te passen; een besluit om het nicotinegehalte drastisch te verlagen kan discriminerend uitpakken voor producenten van Burley-tabak.
Volgens artikel 6 van het voorstel mogen de lidstaten en de Commissie bepalen welke smaak of concentratie van ingrediënten een kenmerkend aroma veroorzaakt; ook mogen zij "op basis van wetenschappelijk bewijsmateriaal" het in de handel brengen van tabaksproducten die additieven bevatten, verbieden. Teneinde de situatie inzake additieven te verhelderen, is de rapporteur voorstander van het opstellen van een positieve of negatieve lijst van additieven die voor de vervaardiging van tabaksproducten van wezenlijk belang zijn en die resulteren in een product met een kenmerkend aroma.
Door grensoverschrijdende verkoop van tabaksproducten toe te staan, ook online, creëert het voorstel een specifiek risico voor jongere generaties. Indien het voorstel wordt aangenomen kan het voor jongeren onder de achttien eenvoudiger worden tabaksproducten te kopen. Om te voorkomen dat jongeren met roken beginnen stelt de rapporteur daarom voor de verkoop van tabaksproducten via internet te verbieden. In sommige lidstaten wordt dit in al in praktijk gebracht.
Om de belangrijkste doelstelling van het VWEU – het bevorderen van het welzijn van burgers – te bereiken, is de rapporteur van mening dat lidstaten die antitabakswetgeving hebben ingevoerd waarvan de bepalingen verder gaan dan het voorstel van de Commissie, hun stelsels op dit gebied moeten kunnen handhaven, mede gelet op het subsidiariteitsbeginsel.
AMENDEMENTEN
De Commissie landbouw en plattelandsontwikkeling verzoekt de ten principale bevoegde Commissie milieubeheer, volksgezondheid en voedselveiligheid onderstaande amendementen in haar verslag op te nemen:
Amendement 1 Voorstel voor een richtlijn Overweging 6 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(6) Wegens de omvang van de interne markt voor tabaks- en aanverwante producten, het feit dat de producenten van tabaksproducten de productie voor de gehele Unie meer en meer in een klein aantal fabrieken in de lidstaten concentreren, en de daaruit resulterende significante grensoverschrijdende verkoop van tabaks- en aanverwante producten, is er om de interne markt voor tabaksproducten goed te laten functioneren, behoefte aan wetgevend optreden op het niveau van de Unie, eerder dan op nationaal niveau. |
(6) Wegens de omvang van de interne markt voor tabaks- en aanverwante producten, het feit dat de producenten van tabaksproducten de productie voor de gehele Unie meer en meer in een klein aantal fabrieken in de lidstaten concentreren, en de daaruit resulterende significante grensoverschrijdende verkoop van tabaks- en aanverwante producten, is er om de interne markt voor tabaksproducten goed te laten functioneren, behoefte aan een intensiever wetgevend optreden op het niveau van de Unie. |
Amendement 2 Voorstel voor een richtlijn Overweging 6 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
(6 bis) De Europese Unie dient in het bijzonder aandacht te hebben voor de productie van tabak in probleemgebieden, met name de ultraperifere gebieden, die vaak gekenmerkt worden door specifieke geografische en sociaal-economische omstandigheden, en moet de betrokken lidstaat de mogelijkheid geven specifieke maatregelen te nemen om het behoud van de productie in die gebieden te garanderen. |
Amendement 3 Voorstel voor een richtlijn Overweging 8 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(8) Overeenkomstig artikel 114, lid 3, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (hierna "het Verdrag" genoemd) moet voor de volksgezondheid worden uitgegaan van een hoog beschermingsniveau, waarbij met name rekening wordt gehouden met nieuwe op wetenschappelijke feiten gebaseerde gegevens. Tabaksproducten zijn geen gewone producten, en gezien de buitengewoon schadelijke effecten van tabak moet groot belang worden gehecht aan de bescherming van de volksgezondheid, met name om het roken bij jongeren te verminderen. |
(8) Overeenkomstig artikel 114, lid 3, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (hierna "het Verdrag" genoemd) moet voor de volksgezondheid worden uitgegaan van een hoog beschermingsniveau, waarbij met name rekening wordt gehouden met nieuwe op wetenschappelijke feiten gebaseerde gegevens. Tabaksproducten zijn geen gewone producten, en gezien de buitengewoon schadelijke effecten van tabak moet groot belang worden gehecht aan de bescherming van de volksgezondheid, met name om het roken bij jongeren te verminderen. De effectiefste instrumenten om roken onder jongeren te voorkomen zijn voorlichtings- en preventiecampagnes en -programma's om mensen die met roken willen stoppen te helpen. Deze instrumenten spelen nog steeds een essentiële rol. Daarom dient er een Europees Fonds voor rookpreventie te worden opgezet, waaruit programma's worden gefinancierd om burgers te helpen bij het stoppen met roken, alsmede voor preventie van roken en voor voorlichting aan burgers over de schadelijke effecten van roken voor de gezondheid. |
Amendement 4 Voorstel voor een richtlijn Overweging 11 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(11) Wat de vaststelling van maximumgehalten betreft, zal het later noodzakelijk en passend kunnen blijken om de vastgestelde gehalten aan te passen of maximumemissies vast te stellen, gelet op hun toxiciteit of verslavende werking. |
(11) Wat de vaststelling van maximumgehalten betreft, zal het later noodzakelijk en passend kunnen blijken om de vastgestelde gehalten aan te passen of maximumemissies vast te stellen, met inachtneming van de wetenschappelijke ontwikkelingen, vooruitgang en kennis en internationaal overeengekomen normen bij de beoordeling van hun toxiciteit of verslavende werking. |
Amendement 5 Voorstel voor een richtlijn Overweging 13 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(13) Het huidige gebruik van verschillende formaten voor de informatieverstrekking maakt het producenten en importeurs moeilijk om aan hun rapportageverplichtingen te voldoen en maakt het de lidstaten en de Commissie lastig om de ontvangen informatie te vergelijken en te analyseren en er conclusies uit te trekken. Derhalve zou er een gemeenschappelijk verplicht formaat voor de verstrekking van informatie over ingrediënten en emissies moeten bestaan. Er dient te worden gezorgd voor een zo groot mogelijke doorzichtigheid van de productinformatie voor het grote publiek, waarbij op passende wijze rekening moet worden gehouden met de commerciële en intellectuele eigendomsrechten van de producenten van tabaksproducten. |
(13) Het huidige gebruik van verschillende formaten voor de informatieverstrekking maakt het producenten en importeurs moeilijk om aan hun rapportageverplichtingen te voldoen en maakt het de lidstaten en de Commissie lastig om de ontvangen informatie te vergelijken en te analyseren en er conclusies uit te trekken. Derhalve zou er een gemeenschappelijk verplicht formaat voor de verstrekking van informatie over ingrediënten en emissies moeten bestaan. Er dient te worden gezorgd voor een zo groot mogelijke doorzichtigheid van de productinformatie voor het grote publiek, waarbij op passende wijze rekening moet worden gehouden met de commerciële en intellectuele eigendomsrechten van de producenten van tabaksproducten en met de WTO-verplichtingen. |
Amendement 6 Voorstel voor een richtlijn Overweging 15 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(15) De waarschijnlijkheid van uiteenlopende regelgeving wordt nog vergroot door de bezorgdheid over tabaksproducten, met inbegrip van rookloze tabaksproducten, die een kenmerkend aroma hebben dat verschilt van dat van tabak, hetgeen het beginnen met de consumptie van tabak kan vergemakkelijken of de consumptiepatronen kan beïnvloeden. In veel landen is de verkoop van producten met menthol bijvoorbeeld geleidelijk gestegen, ook al is het totale aantal rokers afgenomen. Uit een aantal studies blijkt dat tabaksproducten met menthol de inhalatie en het beginnen met roken door jongeren kunnen vergemakkelijken. Maatregelen die leiden tot een ongerechtvaardigde gedifferentieerde behandeling van gearomatiseerde sigaretten (bv. sigaretten met menthol of kruidnagel) moeten worden vermeden. |
Schrappen |
Motivering | |
Er bestaat geen onafhankelijk onderzoek dat aantoont dat menthol het roken bevordert en het beginnen met roken stimuleert. Slechts in drie lidstaten is sprake van een hoge consumptie van mentholsigaretten. | |
Amendement 7 Voorstel voor een richtlijn Overweging 15 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
(15 bis) Uit betrouwbaar onderzoek blijkt dat de omvang van de tabaksteelt in de EU geen verband houdt met het aantal EU-burgers dat tabak rookt. Tegelijkertijd is de overgrote meerderheid van de tabak die in de EU wordt geteeld, afkomstig van bijzonder kleine familiebedrijven, waarvoor omschakeling naar een ander productiemodel bijzonder moeilijk is. Er moet daarom voor worden gezorgd dat de boeren uit de EU de mogelijkheid houden om de door hen geproduceerde tabak af te zetten om in de behoeften van de Europese consumenten te voorzien, onder handhaving van de hoogste kwaliteit van grondstoffen en met bestanddelen die voldoen aan de normen die in deze richtlijn vastgelegd zijn, zonder tabaksrassen die onder ongunstige klimatologische omstandigheden geteeld worden te discrimineren. De lidstaten moeten bovendien maatregelen nemen die gericht zijn op omscholing van tabakstelers naar andere branches van landbouwproductie, door gebruik te maken van de middelen die beschikbaar zijn op grond van Verordening XXX (plattelandsontwikkeling). |
Amendement 8 Voorstel voor een richtlijn Overweging 16 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(16) Het verbod op tabaksproducten met een kenmerkend aroma betekent niet dat afzonderlijke additieven volledig verboden zijn, maar verplicht de producenten het additief of de combinatie van additieven in die mate te verminderen dat de additieven niet langer een kenmerkend aroma produceren. Het gebruik van voor de vervaardiging van tabaksproducten noodzakelijke additieven moet worden toegestaan zolang dat niet resulteert in een kenmerkend aroma. De Commissie moet zorgen voor uniforme voorwaarden voor de toepassing van de bepaling inzake kenmerkende aroma's. Bij die besluitvorming moeten de lidstaten en de Commissie een beroep doen op onafhankelijke panels. De toepassing van deze richtlijn mag niet leiden tot discriminatie tussen verschillende tabakssoorten. |
Schrappen |
Amendement 9 Voorstel voor een richtlijn Overweging 22 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(22) De etiketteringsregels moeten ook worden aangepast aan het nieuwe wetenschappelijk bewijsmateriaal. Zo is bijvoorbeeld de vermelding van het teer-, nicotine- en koolmonoxidegehalte op sigarettenverpakkingen misleidend gebleken, daar dit consumenten in de waan brengt dat sommige sigaretten minder schadelijk zijn dan andere. Er zijn ook aanwijzingen dat grote gecombineerde gezondheidswaarschuwingen doeltreffender zijn dan waarschuwingen die louter uit tekst bestaan. In het licht daarvan moeten gecombineerde gezondheidswaarschuwingen in de hele Unie verplicht worden; zij moeten een groot en zichtbaar deel van de verpakking beslaan. Voor alle gezondheidswaarschuwingen moeten minimumafmetingen worden vastgesteld, zodat de zichtbaarheid en doeltreffendheid ervan gewaarborgd is. |
(22) De etiketteringsregels moeten ook worden aangepast aan het nieuwe wetenschappelijk bewijsmateriaal. Zo is bijvoorbeeld de vermelding van het teer-, nicotine- en koolmonoxidegehalte op sigarettenverpakkingen misleidend gebleken, daar dit consumenten in de waan brengt dat sommige sigaretten minder schadelijk zijn dan andere. Er zijn ook aanwijzingen dat grote gecombineerde gezondheidswaarschuwingen doeltreffender zijn dan waarschuwingen die louter uit tekst bestaan. In het licht daarvan moeten gecombineerde gezondheidswaarschuwingen in de hele Unie verplicht worden; zij moeten, om effectief te zijn, een groot en zichtbaar deel van de verpakking beslaan. |
Amendement 10 Voorstel voor een richtlijn Overweging 23 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(23) Om de integriteit en de zichtbaarheid van de gezondheidswaarschuwingen te waarborgen en de doeltreffendheid ervan te maximaliseren, moeten bepalingen worden vastgesteld inzake de afmetingen van de waarschuwingen en inzake bepaalde aspecten van de verschijningsvorm van de tabaksverpakking, inclusief het openingsmechanisme. De verpakking en de producten kunnen de consumenten, met name jongeren, misleiden door te suggereren dat de producten minder schadelijk zijn. Dit is bijvoorbeeld het geval voor sommige teksten of kenmerken als "laag teergehalte", "light", "ultra-light", "mild", "natuurlijk", "biologisch", "zonder additieven", "zonder smaakstoffen", "slim", namen, afbeeldingen en figuratieve of andere tekens. Ook de grootte en de verschijningsvorm van de individuele sigaretten kunnen de consumenten misleiden door de indruk te wekken dat zij minder schadelijk zijn. Uit een recent onderzoek is ook gebleken dat rokers van dunne sigaretten vaker geloven dat hun eigen merk minder schadelijk is. Dat moet worden aangepakt. |
(23) Om de integriteit en de zichtbaarheid van de gezondheidswaarschuwingen te waarborgen en de doeltreffendheid ervan te maximaliseren, moeten bepalingen worden vastgesteld inzake de afmetingen van de waarschuwingen en inzake bepaalde aspecten van de verschijningsvorm van de tabaksverpakking, inclusief het openingsmechanisme. De verpakking en de producten kunnen de consumenten, met name jongeren, misleiden door te suggereren dat de producten minder schadelijk zijn. Dit is bijvoorbeeld het geval voor sommige teksten of kenmerken als "laag teergehalte", "light", "ultra-light", "mild", "natuurlijk", "biologisch", "zonder additieven", "zonder smaakstoffen", namen, afbeeldingen en figuratieve of andere tekens. |
Amendement 11 Voorstel voor een richtlijn Overweging 24 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(24) Andere voor roken bestemde tabaksproducten dan sigaretten en shagtabaksproducten, die hoofdzakelijk worden gebruikt door oudere consumenten, moeten van sommige etiketteringsvereisten worden vrijgesteld zolang er zich geen aanzienlijke verandering voordoet in de omstandigheden wat het verkoopvolume of het consumptiepatroon bij jongeren betreft. Voor de etikettering van die andere tabaksproducten moeten specifieke regels gelden. De zichtbaarheid van de gezondheidswaarschuwingen op rookloze tabaksproducten moet worden gewaarborgd. Daarom moeten waarschuwingen worden aangebracht op de twee belangrijkste oppervlakken van de verpakkingen van rookloze tabaksproducten. |
(24) Andere voor roken bestemde tabaksproducten dan sigaretten en shagtabaksproducten moeten van sommige etiketteringsvereisten worden vrijgesteld zolang er zich geen aanzienlijke verandering voordoet in de omstandigheden wat het verkoopvolume of het consumptiepatroon bij jongeren betreft. Voor de etikettering van die andere tabaksproducten moeten specifieke regels gelden. De zichtbaarheid van de gezondheidswaarschuwingen op rookloze tabaksproducten moet worden gewaarborgd. Daarom moeten waarschuwingen worden aangebracht op de twee belangrijkste oppervlakken van de verpakkingen van rookloze tabaksproducten. |
Amendement 12 Voorstel voor een richtlijn Overweging 26 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(26) Er worden grote hoeveelheden illegale producten, die niet aan de vereisten van Richtlijn 2001/37/EG voldoen, in de handel gebracht en er zijn aanwijzingen dat die hoeveelheden nog zullen toenemen. Die producten ondergraven het vrije verkeer van legale producten en de door de wetgeving inzake bestrijding van het tabaksgebruik geboden bescherming. Bovendien verplicht de FCTC de Unie om als onderdeel van een veelomvattend beleid ter bestrijding van het tabaksgebruik illegale producten te bestrijden. De verpakkingseenheden van tabaksproducten moeten daarom van een uniek en veilig merkteken worden voorzien en hun bewegingen moeten worden geregistreerd, zodat die producten in de Unie kunnen worden gevolgd en getraceerd en hun overeenstemming met deze richtlijn kan worden gecontroleerd en beter kan worden afgedwongen. Ook moeten veiligheidskenmerken worden ingevoerd die de verificatie van de authenticiteit van de producten zullen vergemakkelijken. |
(26) Er worden grote hoeveelheden illegale producten, die niet aan de vereisten van Richtlijn 2001/37/EG voldoen, in de handel gebracht en er zijn aanwijzingen dat die hoeveelheden nog zullen toenemen. Die producten ondergraven het vrije verkeer van legale producten en de door de wetgeving inzake bestrijding van het tabaksgebruik geboden bescherming. Bovendien verplicht de FCTC de Unie om als onderdeel van een veelomvattend beleid ter bestrijding van het tabaksgebruik illegale producten te bestrijden. De verpakkingseenheden van tabaksproducten moeten daarom van een uniek en veilig merkteken worden voorzien en hun bewegingen moeten worden geregistreerd, zodat die producten in de Unie kunnen worden gevolgd en getraceerd en hun overeenstemming met deze richtlijn kan worden gecontroleerd en beter kan worden afgedwongen, om de illegale handel in tabaksproducten, met name aan de buitengrenzen van de Unie, aan banden te leggen. Ook moeten veiligheidskenmerken worden ingevoerd die de verificatie van de authenticiteit van de producten zullen vergemakkelijken. De Commissie en de lidstaten moeten er voorts op toezien dat maatregelen die op grond van deze richtlijn worden genomen niet op indirecte wijze leiden tot een toename van de illegale handel in tabaksproducten. |
Amendement 13 Voorstel voor een richtlijn Overweging 30 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(30) De grensoverschrijdende verkoop van tabak op afstand geeft jongeren gemakkelijker toegang tot tabaksproducten en dreigt de naleving van de voorschriften van de wetgeving inzake bestrijding van het tabaksgebruik en met name in deze richtlijn te ondergraven. Gemeenschappelijke regels voor een kennisgevingssysteem zijn noodzakelijk om te waarborgen dat deze richtlijn haar volledige potentieel verwezenlijkt. De bepaling inzake de kennisgeving van grensoverschrijdende verkopen van tabak op afstand in deze richtlijn moet van toepassing zijn, onverminderd de kennisgevingsprocedure van Richtlijn 2000/31/EG van het Europees Parlement en de Raad van 8 juni 2000 betreffende bepaalde juridische aspecten van de diensten van de informatiemaatschappij. De verkoop van tabaksproducten op afstand door ondernemingen aan consumenten wordt verder gereglementeerd door Richtlijn 97/7/EG van het Europees Parlement en de Raad van 20 mei 1997 betreffende de bescherming van de consument bij op afstand gesloten overeenkomsten, die na 13 juni 2014 zal worden vervangen door Richtlijn 2011/83/EU van het Europees Parlement en de Raad van 25 oktober 2011 betreffende consumentenrechten. |
(30) De grensoverschrijdende verkoop van tabak op afstand, met inbegrip van verkoop via internet, en de gratis verstrekking van of de ruilhandel in tabaksproducten voor verkoopbevorderende doeleinden in de openbare ruimte geven jongeren gemakkelijker toegang tot tabaksproducten en dreigen de naleving van de voorschriften van de wetgeving inzake bestrijding van het tabaksgebruik en met name in deze richtlijn te ondergraven. Deze praktijken moeten derhalve worden verboden. |
Amendement 14 Voorstel voor een richtlijn Overweging 31 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(31) Alle tabaksproducten kunnen mortaliteit, morbiditeit en handicaps veroorzaken en de consumptie ervan moet worden ingedamd. Het is daarom van belang dat de ontwikkelingen inzake nieuwsoortige tabaksproducten worden gevolgd. De producenten en importeurs moeten worden verplicht om kennis te geven van nieuwsoortige tabaksproducten, onverminderd de bevoegdheid van de lidstaten om die producten te verbieden of toe te staan. De Commissie moet de ontwikkelingen volgen en moet vijf jaar na de uiterste datum voor de omzetting van deze richtlijn een verslag indienen om te beoordelen of wijzigingen van de richtlijn noodzakelijk zijn. |
(31) Alle tabaksproducten kunnen mortaliteit, morbiditeit en handicaps veroorzaken en de consumptie ervan moet worden ingedamd door middel van voorlichting en preventie, om te voorkomen dat mensen met roken beginnen. Het is daarom van belang dat de ontwikkelingen inzake nieuwsoortige tabaksproducten worden gevolgd. De producenten en importeurs moeten worden verplicht om kennis te geven van nieuwsoortige tabaksproducten, onverminderd de bevoegdheid van de lidstaten om die producten te verbieden of toe te staan. De Commissie moet de ontwikkelingen volgen en moet vijf jaar na de uiterste datum voor de omzetting van deze richtlijn een verslag indienen om te beoordelen of wijzigingen van de richtlijn noodzakelijk zijn. |
Amendement 15 Voorstel voor een richtlijn Overweging 37 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(37) Om uniforme voorwaarden voor de uitvoering van deze richtlijn te waarborgen, met name wat betreft het formaat voor de verstrekking van informatie over ingrediënten, het identificeren van producten met kenmerkende aroma's of met een verhoogde toxiciteit of verslavende werking, en de methode om uit te maken of een tabaksproduct een kenmerkend aroma heeft, moeten aan de Commissie uitvoeringsbevoegdheden worden toegekend. Die bevoegdheden moeten worden uitgeoefend overeenkomstig Verordening (EU) nr. 182/2011. |
(37) Om uniforme voorwaarden voor de uitvoering van deze richtlijn te waarborgen, met name wat betreft het formaat voor de verstrekking van informatie over ingrediënten, een verhoogde toxiciteit of verslavende werking. De Commissie kan door middel van uitvoeringshandelingen en in overeenstemming met de in artikel 21 bedoelde procedure de methodologie vaststellen om de verhoogde toxiciteit en het niveau van de gebruikte verslavende additieven te bepalen. |
Amendement 16 Voorstel voor een richtlijn Overweging 38 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(38) Om ervoor te zorgen dat de richtlijn volledig operationeel is en om gelijke tred te houden met de technische, wetenschappelijke en internationale ontwikkelingen in de tabaksproductie, -consumptie en -regulering moet aan de Commissie de bevoegdheid worden toegekend om overeenkomstig artikel 290 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie handelingen vast te stellen ten aanzien van met name de vaststelling en aanpassing van maximumgehalten in emissies en de meetmethoden daarvoor, de vaststelling van maximale hoeveelheden van ingrediënten die de toxiciteit, de verslavende werking of de aantrekkelijkheid vergroten, het gebruik van gezondheidswaarschuwingen, eenduidige identificatienummers en veiligheidskenmerken bij de etikettering en verpakking, de bepaling van centrale elementen van overeenkomsten met onafhankelijke derden voor de opslag van gegevens, de herziening van bepaalde vrijstellingen voor andere tabaksproducten dan sigaretten, shagtabak en rookloze tabaksproducten, en de herziening van het nicotinegehalte van nicotinehoudende producten. Het is van bijzonder belang dat de Commissie bij haar voorbereidende werkzaamheden tot passende raadpleging overgaat, onder meer op deskundigenniveau. De Commissie moet bij de voorbereiding en opstelling van de gedelegeerde handelingen ervoor zorgen dat de desbetreffende documenten tijdig en op gepaste wijze gelijktijdig worden toegezonden aan het Europees Parlement en de Raad. |
Schrappen |
Amendement 17 Voorstel voor een richtlijn Overweging 40 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(40) Een lidstaat die het noodzakelijk acht om voor onder deze richtlijn vallende aspecten strengere nationale voorschriften te handhaven, moet worden toegestaan dat voor alle producten te doen op grond van dwingende redenen in verband met de bescherming van de volksgezondheid. Een lidstaat moet ook worden toegestaan om voor alle producten strengere nationale voorschriften in te voeren om redenen die verband houden met de specifieke situatie van die lidstaat, en mits die voorschriften gerechtvaardigd zijn door de bescherming van de volksgezondheid. Strengere nationale voorschriften moeten noodzakelijk en evenredig zijn en mogen geen middel tot willekeurige discriminatie of een verkapte beperking van de handel tussen de lidstaten vormen. Strengere nationale voorschriften moeten vooraf aan de Commissie ter kennis worden gebracht en door haar worden goedgekeurd, waarbij zij rekening houdt met het hoge niveau van bescherming van de volksgezondheid dat deze richtlijn tot stand brengt. |
(40) Ten behoeve van een betere werking van de interne markt wordt het lidstaten niet toegestaan om voor alle producten die onder deze richtlijn vallen strengere nationale voorschriften in te voeren. |
Amendement 18 Voorstel voor een richtlijn Overweging 40 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
(40 bis) Een lidstaat die het noodzakelijk acht nationale en/of regionale bepalingen gericht op het behoud van traditionele tabaksplantages te behouden en/of in te voeren omdat de lidstaat terecht oordeelt dat de bevolking sociaal-economisch afhankelijk is van deze plantages, moet hiervoor toestemming krijgen. |
Amendement 19 Voorstel voor een richtlijn Overweging 41 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(41) Het moet de lidstaten vrijstaan om voor buiten de werkingssfeer van deze richtlijn vallende aspecten nationale wettelijke regelingen te handhaven of in te voeren die gelijkelijk van toepassing zijn op alle producten, mits die verenigbaar zijn met het Verdrag en de integrale toepassing van deze richtlijn niet in gevaar brengen. Zo kunnen de lidstaten bijvoorbeeld voorschriften handhaven of invoeren die voorzien in de volledige standaardisatie van de verpakkingen van tabaksproducten, mits die voorschriften verenigbaar zijn met het Verdrag en met de WTO-verplichtingen en niet in de weg staan aan de integrale toepassing van deze richtlijn. Voor technische voorschriften is een voorafgaande kennisgeving vereist op grond van Richtlijn 98/34/EG van het Europees Parlement en de Raad van 22 juni 1998 betreffende een informatieprocedure op het gebied van normen en technische voorschriften en regels betreffende de diensten van de informatiemaatschappij. |
(41) Onder naleving van de bestaande regels voor de interne markt alsook met het oog op een betere werking van de interne markt stellen lidstaten die strengere nationale regels hanteren of invoeren op gebieden die buiten de werkingssfeer van deze richtlijn vallen, geen verbod of beperkingen in op de invoer, verkoop en het verbruik van tabak en aanverwante producten die in overeenstemming zijn met deze richtlijn. |
Amendement 20 Voorstel voor een richtlijn Overweging 43 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
(43 bis) Deze richtlijn mag er niet toe leiden dat de levensomstandigheden van bevolkingsgroepen die afhankelijk zijn van de Europese tabaksteelt en die dikwijls in probleemgebieden wonen, erop achteruitgaan. Gelet op het feit dat uitsluitend beoogd wordt de stimulering van het verbruik van tabaksproducten te verminderen, moet bij elk besluit ten aanzien van de ingrediënten en additieven voldoende rekening worden gehouden met de mogelijke sociaal-economische gevolgen hiervan voor de bevolkingsgroepen die afhankelijk zijn van de tabaksteelt. De Europese tabaksteelt moet behouden blijven, omdat deze slechts een marginaal percentage van het verbruik in de Europese Unie dekt, maar daarentegen wel bijdraagt tot de economische stabiliteit in enkele Europese gebieden met weinig alternatieve productiemogelijkheden. De achteruitgang of de verdwijning van de tabaksteelt in de Europese Unie zou geen invloed hebben op het verbruik, omdat de invoer uit derde landen als gevolg daarvan zou toenemen, waardoor de kwaliteit zou achteruitgaan. |
Amendement 21 Voorstel voor een richtlijn Artikel 2 – alinea 1 – punt 4 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(4) "kenmerkend aroma": een duidelijk waarneembare geur of smaak die verschilt van die van tabak en die het resultaat is van een additief of combinatie van additieven, met inbegrip van maar niet enkel van fruit, specerijen, kruiden, alcohol, kandij, menthol of vanille, die kan worden waargenomen voor of bij het beoogde gebruik van het tabaksproduct; |
(4) "kenmerkend aroma": een duidelijk waarneembare geur of smaak die verschilt van die van tabak of menthol en die het resultaat is van een additief of combinatie van additieven, met inbegrip van maar niet enkel van fruit, specerijen, kruiden, alcohol, kandij of vanille, die kan worden waargenomen voor of bij het beoogde gebruik van het tabaksproduct; |
Amendement 22 Voorstel voor een richtlijn Artikel 2 – alinea 1 – punt 13 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(13) "geur- of smaakstof": een additief dat een geur en/of een smaak verleent; |
(13) "geur- of smaakstof": een additief dat een geur en/of een smaak verleent maar dat niet noodzakelijk is voor de vervaardiging van het tabaksproduct; |
Amendement 23 Voorstel voor een richtlijn Artikel 2 – alinea 1 – punt 18 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(18) "ingrediënt": een additief, tabak (bladeren en andere natuurlijke, getransformeerde of niet-getransformeerde delen van de tabaksplant, met inbegrip van geëxpandeerde en gereconstitueerde tabak), en elke in een afgewerkt tabaksproduct aanwezige stof, met inbegrip van papier, filters, inkt, capsules en kleefstoffen; |
(18) "ingrediënt": een additief en elke in een afgewerkt tabaksproduct aanwezige stof, met inbegrip van papier, filters, inkt, capsules en kleefstoffen; |
Motivering | |
Tabaksbladeren moeten niet worden beschouwd als een ingrediënt omdat ze het hoofdbestanddeel van het product vormen en niet een toevoeging. In de huidige TPR (2001/37/EG) wordt tabak niet vermeld als ingrediënt. | |
Amendement 24 Voorstel voor een richtlijn Artikel 2 – alinea 1 – punt 18 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
(18 bis) "natuurlijk bestanddeel": tabak (bladeren en andere natuurlijke, getransformeerde of niet-getransformeerde delen van de tabaksplant, met inbegrip van geëxpandeerde en gereconstitueerde tabak); |
Amendement 25 Voorstel voor een richtlijn Artikel 2 – alinea 1 – punt 19 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(19) "maximumniveau" of "maximumgehalte": de maximale hoeveelheid of emissie van een stof in een tabaksproduct, ook als het nul is, gemeten in gram; |
(19) "maximumniveau": de maximale hoeveelheid van een stof in een tabaksproduct, gemeten in gram; |
Amendement 26 Voorstel voor een richtlijn Artikel 2 – alinea 1 – punt 34 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(34) "tabaksproducten": producten die kunnen worden gebruikt voor consumptie door consumenten en die, al is het slechts ten dele, bestaan uit tabak, ook indien genetisch gemodificeerd; |
(34) "tabaksproducten": producten die kunnen worden gebruikt voor consumptie door consumenten en die, al is het slechts ten dele, bestaan uit tabak; |
Amendement 27 Voorstel voor een richtlijn Artikel 2 – alinea 1 – punt 36 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
(36 bis) "imitatietabaksproducten": snoepgoed, snacks, speelgoed of andere voorwerpen in de vorm van tabaksproducten die aantrekkelijk kunnen zijn voor minderjarigen; deze producten worden verboden. |
Motivering | |
Ingevolge artikel 16 van de Kaderovereenkomst van de Wereldgezondheidsorganisatie voor de bestrijding van tabaksgebruik (FCTC), die door de Europese Gemeenschap is geratificeerd tijdens de Conferentie van de Partijen op 30 juni 2005, dient de verkoop van tabaksproducten aan minderjarigen te worden uitgebannen door een verbod op imitatietabaksproducten. De EU-wetgeving moet worden afgestemd op de internationale verplichtingen. | |
Amendement 28 Voorstel voor een richtlijn Artikel 3 – lid 2 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
2. De Commissie is bevoegd overeenkomstig artikel 22 gedelegeerde handelingen vast te stellen om de in lid 1 vastgestelde maximumgehalten aan te passen, rekening houdend met de wetenschappelijke ontwikkeling en internationaal overeengekomen normen. |
2. De Commissie kan voorstellen doen om de in lid 1 vastgestelde maximumgehalten aan te passen, uitgaande van gedegen en onomstreden wetenschappelijk bewijsmateriaal en internationaal overeengekomen normen. |
Amendement 29 Voorstel voor een richtlijn Artikel 3 – lid 3 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
3. De lidstaten stellen de Commissie in kennis van de maximumgehalten die zij vaststellen voor andere emissies van sigaretten en voor de emissies van andere tabaksproducten dan sigaretten. Rekening houdend met eventuele internationaal overeengekomen normen en op basis van wetenschappelijk bewijsmateriaal en van de haar door de lidstaten ter kennis gebrachte gehalten is de Commissie bevoegd overeenkomstig artikel 22 gedelegeerde handelingen vast te stellen tot vaststelling en aanpassing van de maximumgehalten voor andere emissies van sigaretten en voor de emissies van andere tabaksproducten dan sigaretten die de toxische of verslavende werking van tabaksproducten aanmerkelijk vergroten tot boven de drempel van toxiciteit en verslavendheid gebaseerd op de in lid 1 vastgestelde teer-, nicotine- en koolmonoxidegehalten. |
3. De lidstaten stellen de Commissie in kennis van de maximumgehalten die zij vaststellen voor andere emissies van sigaretten en voor de emissies van andere tabaksproducten dan sigaretten. Rekening houdend met internationaal overeengekomen normen op basis van gedegen en onomstreden wetenschappelijk bewijsmateriaal en van de haar door de lidstaten ter kennis gebrachte gehalten kan de Commissie voorstellen doen tot vaststelling en aanpassing van de maximumgehalten voor andere emissies van sigaretten en voor de emissies van andere tabaksproducten dan sigaretten die de toxische of verslavende werking van tabaksproducten aanmerkelijk vergroten tot boven de drempel van toxiciteit en verslavendheid gebaseerd op de in lid 1 vastgestelde teer-, nicotine- en koolmonoxidegehalten. |
Amendement 30 Voorstel voor een richtlijn Artikel 4 – lid 3 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
3. De Commissie is bevoegd overeenkomstig artikel 22 gedelegeerde handelingen vast te stellen om de methoden voor het meten van het teer-, nicotine- en kolmonoxidegehalte aan te passen, rekening houdend met de wetenschappelijke en technische ontwikkeling en internationaal overeengekomen normen. |
3. De Commissie kan voorstellen doen om de in lid 1 vastgestelde maximumgehalten aan te passen, rekening houdend met de wetenschappelijke ontwikkeling en internationaal overeengekomen normen. |
Motivering | |
Doel van dit amendement is om te voorkomen dat de Commissie en de lidstaten de maximumgehalten teer, nicotine en koolmonoxide en andere emissies door middel van gedelegeerde handelingen kunnen wijzigen zonder het Europees Parlement hierin te betrekken. Een wezenlijke wijziging van deze niveaus zou gevolgen kunnen hebben voor de teelt, met name waar het nicotine betreft, dat het meeste in Burley-tabak voorkomt. Dit geldt met name voor nicotine, een hoofdbestanddeel van Burley-tabak. | |
Amendement 31 Voorstel voor een richtlijn Artikel 4 – lid 4 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
4. De lidstaten stellen de Commissie in kennis van de meetmethoden die zij hanteren voor andere emissies van sigaretten en voor de emissies van andere tabaksproducten dan sigaretten. Op grond van die methoden en rekening houdend met de wetenschappelijke en technische ontwikkeling en internationaal overeengekomen normen is de Commissie bevoegd overeenkomstig artikel 22 gedelegeerde handelingen vast te stellen om de meetmethoden vast te stellen en aan te passen. |
Schrappen |
Amendement 32 Voorstel voor een richtlijn Artikel 6 – lid -1 (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
-1. De Commissie kan een negatieve lijst opstellen van additieven die voor de vervaardiging van tabaksproducten niet van wezenlijk belang zijn en die resulteren in een product met een kenmerkend aroma. Het traditionele gebruik van menthol valt niet onder deze bepaling. |
Amendement 33 Voorstel voor een richtlijn Artikel 6 – lid 1 – alinea 1 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
1. De lidstaten verbieden het in de handel brengen van tabaksproducten met een kenmerkend aroma. |
1. De lidstaten verbieden het in de handel brengen van tabaksproducten met additieven waardoor een aroma ontstaat of vrijkomt dat niet overwegend dat van tabak of menthol is. |
Amendement 34 Voorstel voor een richtlijn Artikel 6 – lid 1 – alinea 2 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
De lidstaten mogen het gebruik van additieven die voor de vervaardiging van tabaksproducten van wezenlijk belang zijn, niet verbieden, zolang de additieven niet resulteren in een product met een kenmerkend aroma. |
De lidstaten mogen het gebruik van suiker en andere additieven die voor de vervaardiging van tabaksproducten van wezenlijk belang zijn, niet verbieden; dit geldt in het bijzonder voor additieven die bedoeld zijn om de kwaliteit te verbeteren van tabak die onder ongunstige klimatologische omstandigheden en in achterstandsgebieden geteeld is. |
Amendement 35 Voorstel voor een richtlijn Artikel 6 – lid 2 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
2. Op verzoek van een lidstaat of op eigen initiatief bepaalt de Commissie bij uitvoeringshandelingen of een tabaksproduct binnen de werkingssfeer van lid 1 valt. Die uitvoeringshandelingen worden volgens de in artikel 21 bedoelde onderzoeksprocedure vastgesteld. |
2. Op verzoek van een lidstaat of op eigen initiatief bepaalt de Commissie bij uitvoeringshandelingen op basis van wetenschappelijk bewijsmateriaal of een tabaksproduct binnen de werkingssfeer van lid 1 valt. Die uitvoeringshandelingen worden volgens de in artikel 21 bedoelde onderzoeksprocedure vastgesteld. De besluitvorming wordt ondersteund door een onafhankelijk panel. |
De Commissie stelt bij uitvoeringshandelingen uniforme regels vast met betrekking tot de procedures om uit te maken of een tabaksproduct binnen de werkingssfeer van lid 1 valt. Die uitvoeringshandelingen worden volgens de in artikel 21 bedoelde onderzoeksprocedure vastgesteld. |
|
Amendement 36 Voorstel voor een richtlijn Artikel 6 – lid 3 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
3. Indien uit de bij de toepassing van de leden 1 en 2 opgedane ervaring blijkt dat een bepaald additief of een combinatie daarvan doorgaans een kenmerkend aroma veroorzaakt als het in een grotere hoeveelheid of concentratie aanwezig is, is de Commissie bevoegd overeenkomstig artikel 22 gedelegeerde handelingen vast te stellen om voor die additieven of combinatie van additieven die het kenmerkend aroma veroorzaken maximumniveaus vast te stellen. |
Schrappen |
Amendement 37 Voorstel voor een richtlijn Artikel 6 – lid 4 – letter c | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
c) additieven die emissies kleuren. |
c) additieven die emissies kleuren tenzij ze geen effect hebben op de gezondheid van de consument; |
Amendement 38 Voorstel voor een richtlijn Artikel 6 – lid 4 – letter c bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
c bis) additieven die resulteren in een product met een kenmerkend aroma. |
Amendement 39 Voorstel voor een richtlijn Artikel 6 – lid 5 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
5. De lidstaten verbieden het gebruik van geur- of smaakstoffen in de bestanddelen van tabaksproducten, zoals filters, papier, verpakkingen of capsules, en van alle technische elementen die de smaak of de intensiteit van de rook kunnen wijzigen. Filters en capsules mogen geen tabak bevatten. |
5. De lidstaten reglementeren het gebruik van geur- of smaakstoffen in de bestanddelen van tabaksproducten, zoals filters, papier, verpakkingen of capsules, en van alle technische elementen die de smaak of de intensiteit van de rook kunnen wijzigen. Filters en capsules mogen geen tabak bevatten. |
Amendement 40 Voorstel voor een richtlijn Artikel 6 – lid 7 – alinea 1 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
Op deze basis verbieden de lidstaten echter niet het in de handel brengen van tabaksproducten met menthol, louter omdat deze mentholhoudend zijn. |
Amendement 41 Voorstel voor een richtlijn Artikel 6 – lid 9 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
9. Indien uit wetenschappelijk bewijsmateriaal en de bij de toepassing van de leden 7 en 8 opgedane ervaring blijkt dat een bepaald additief of een bepaalde hoeveelheid daarvan bij consumptie de toxische of verslavende werking van een tabaksproduct aanmerkelijk vergroten, is de Commissie bevoegd overeenkomstig artikel 22 gedelegeerde handelingen vast te stellen om voor die additieven maximumniveaus te bepalen. |
Schrappen |
Amendement 42 Voorstel voor een richtlijn Artikel 8 – lid 3 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
3. Bij pakjes sigaretten worden de algemene waarschuwing en de informatieve boodschap gedrukt op de zijkanten van de verpakkingseenheid. Die waarschuwingen zijn ten minste 20 mm breed en ten minste 43 mm hoog. Bij shagtabak wordt de informatieve boodschap gedrukt op de oppervlakte die zichtbaar wordt als de verpakkingseenheid wordt geopend. Zowel de algemene waarschuwing als de informatieve boodschap beslaat 50 % van de oppervlakte waarop zij wordt gedrukt. |
3. Bij pakjes sigaretten worden de algemene waarschuwing en de informatieve boodschap gedrukt op de zijkanten van de verpakkingseenheid. Bij shagtabak wordt de informatieve boodschap gedrukt op de oppervlakte die zichtbaar wordt als de verpakkingseenheid wordt geopend. Zowel de algemene waarschuwing als de informatieve boodschap beslaat 50 % van de oppervlakte waarop zij wordt gedrukt. |
Amendement 43 Voorstel voor een richtlijn Artikel 8 – lid 4 – inleidende formule | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
4. De Commissie is bevoegd overeenkomstig artikel 22 gedelegeerde handelingen vast te stellen: |
4. De Commissie is bevoegd voorstellen in te dienen: |
Amendement 44 Voorstel voor een richtlijn Artikel 8 – lid 4 – letter b | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
b) om de plaats, het formaat, de layout en het ontwerp van de in dit artikel bedoelde gezondheidswaarschuwingen vast te stellen, met inbegrip van het lettertype en de achtergrondkleur ervan. |
Schrappen |
Amendement 45 Voorstel voor een richtlijn Artikel 9 – lid 1 – inleidende formule | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
1. Op elke verpakkingseenheid en op elke buitenverpakking van rooktabak staan gecombineerde gezondheidswaarschuwingen. De gecombineerde gezondheidswaarschuwingen: |
1. Op elke verpakkingseenheid en op elke buitenverpakking van rooktabak staan gecombineerde gezondheidswaarschuwingen om het recht van de consument op gedegen informatie te waarborgen. De gecombineerde gezondheidswaarschuwingen: |
Amendement 46 Voorstel voor een richtlijn Artikel 9 – lid 1 – letter c | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
c) beslaan 75 % van de buitenvoorkant en -achterkant van de verpakkingseenheid en de buitenverpakking; |
c) beslaan 50 % van de buitenvoorkant en -achterkant van de verpakkingseenheid en de buitenverpakking; |
Amendement 47 Voorstel voor een richtlijn Artikel 9 – lid 1 – letter e | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
e) staan bovenaan de verpakkingseenheid en de buitenverpakking, in dezelfde richting als eventuele andere informatie op de verpakking; |
e) staan onder aan de verpakkingseenheid en de buitenverpakking; |
Amendement 48 Voorstel voor een richtlijn Artikel 9 – lid 1 – letter g | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
g) hebben voor verpakkingseenheden van sigaretten de volgende afmetingen: |
Schrappen |
i) hoogte: minimaal 64 mm; |
|
ii) breedte: minimaal 55 mm. |
|
Amendement 49 Voorstel voor een richtlijn Artikel 9 – lid 3 – inleidende formule | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
3. De Commissie is bevoegd overeenkomstig artikel 22 gedelegeerde handelingen vast te stellen om: |
3. De Commissie is bevoegd voorstellen in te dienen om: |
Amendement 50 Voorstel voor een richtlijn Artikel 9 – lid 3 – letter c | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
c) de plaats, het formaat, de layout, het ontwerp, de afwisseling en de afmetingen van de gezondheidswaarschuwingen vast te stellen; |
Schrappen |
Amendement 51 Voorstel voor een richtlijn Artikel 9 – lid 3 – letter d | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
d) in afwijking van artikel 7, lid 3, de voorwaarden vast te stellen waaronder gezondheidswaarschuwingen bij de opening van de verpakkingseenheid aldus mogen worden gescheurd dat de grafische integriteit en de zichtbaarheid van de tekst, de foto's en de informatie over het stoppen met roken zijn gewaarborgd. |
Schrappen |
Amendement 52 Voorstel voor een richtlijn Artikel 10 – lid 2 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
2. De in lid 1 bedoelde algemene waarschuwing beslaat 30 % van de buitenvoorkant of -achterkant van de verpakkingseenheid en de buitenverpakking. Dit percentage wordt verhoogd tot 32 % voor lidstaten met twee officiële talen en tot 35 % voor lidstaten met drie officiële talen. |
2. De in lid 1 bedoelde algemene waarschuwing beslaat 30 % van de buitenvoorkant of -achterkant van de verpakkingseenheid en de buitenverpakking. Dit percentage wordt verhoogd tot 32 % voor lidstaten met twee officiële talen en tot 35 % voor lidstaten met meer dan twee officiële talen. |
Amendement 53 Voorstel voor een richtlijn Artikel 10 – lid 5 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
5. De Commissie is bevoegd overeenkomstig artikel 22 gedelegeerde handelingen vast te stellen om die vrijstelling in te trekken als in een verslag van de Commissie wordt vastgesteld dat zich een aanzienlijke verandering in de omstandigheden heeft voorgedaan. |
Schrappen |
Amendement 54 Voorstel voor een richtlijn Artikel 11 – lid 2 – letter b | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
b) beslaat zij 30 % van de buitenvoorkant of -achterkant van de verpakkingseenheid en van elke buitenverpakking; Dit percentage wordt verhoogd tot 32 % voor lidstaten met twee officiële talen en tot 35 % voor lidstaten met drie officiële talen. |
b) beslaat zij 30 % van de buitenvoorkant of -achterkant van de verpakkingseenheid en van elke buitenverpakking; Dit percentage wordt verhoogd tot 32 % voor lidstaten met twee officiële talen en tot 35 % voor lidstaten met meer dan twee officiële talen. |
Amendement 55 Voorstel voor een richtlijn Artikel 11 – lid 3 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
3. De Commissie is bevoegd overeenkomstig artikel 22 gedelegeerde handelingen vast te stellen om de vereisten in de leden 1 en 2 aan te passen, rekening houdend met de wetenschappelijke en marktontwikkelingen. |
Schrappen |
Amendement 56 Voorstel voor een richtlijn Artikel 12 – lid 1 – letter c | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
c) verwijst naar een aroma, smaak, geur- of smaakstoffen of andere additieven, of het ontbreken daarvan; |
Schrappen |
Amendement 57 Voorstel voor een richtlijn Artikel 12 – lid 2 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
2. De verboden elementen en kenmerken omvatten maar zijn niet beperkt tot teksten, symbolen, namen, handelsmerken, al dan niet figuratieve tekens, misleidende kleuren, bijvoegsels of ander extra materiaal, bijvoorbeeld kleefetiketten, stickers, reclamebijlagen, krasbiljetten en hoezen, of kunnen betrekking hebben op de vorm van het tabaksproduct zelf. Sigaretten met een diameter van minder dan 7,5 mm worden geacht misleidend te zijn. |
2. De verboden elementen en kenmerken omvatten maar zijn niet beperkt tot teksten, symbolen, namen, handelsmerken, al dan niet figuratieve tekens, misleidende kleuren, bijvoegsels of ander extra materiaal, bijvoorbeeld kleefetiketten, stickers, reclamebijlagen, krasbiljetten en hoezen. |
Motivering | |
De invoering van een verbod op dunne sigaretten heeft negatieve gevolgen voor de economie en veroorzaakt verliezen die niet in verhouding staan tot de eventuele gezondheidswinst. | |
Amendement 58 Voorstel voor een richtlijn Artikel 12 – lid 2 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
2 bis. Op de verpakkingseenheid mogen de voor de vervaardiging van het product gebruikte tabakssoort en/of het land van oorsprong van de tabak worden vermeld. |
Amendement 59 Voorstel voor een richtlijn Artikel 13 – lid 1 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
1. Een verpakkingseenheid van sigaretten is balkvormig. Een verpakkingseenheid van shagtabak heeft de vorm van een buidel, d.w.z. een rechthoekige zak met een klep die de opening bedekt. De klep van de buidel bedekt ten minste 70 % van de voorkant van het pakje. Een verpakkingseenheid sigaretten bevat ten minste 20 sigaretten. Een verpakkingseenheid shagtabak bevat ten minste 40 g tabak. |
Schrappen |
Amendement 60 Voorstel voor een richtlijn Artikel 13 – lid 2 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
2. Een sigarettenverpakking kan bestaan uit karton of een zacht materiaal, en mag niet voorzien zijn van een andere opening dan een klapdeksel die na de eerste opening opnieuw kan worden gesloten of verzegeld. Het klapdeksel van een sigarettenverpakking scharniert enkel aan de achterkant van de verpakking. |
2. Een sigarettenverpakking kan bestaan uit karton of een zacht materiaal, en mag niet voorzien zijn van een opening die na de eerste opening opnieuw kan worden gesloten of verzegeld. |
Amendement 61 Voorstel voor een richtlijn Artikel 13 – lid 3 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
3. De Commissie is bevoegd overeenkomstig artikel 22 gedelegeerde handelingen vast te stellen om gedetailleerdere voorschriften voor de vorm en de afmetingen van verpakkingseenheden vast te stellen voor zover die voorschriften noodzakelijk zijn om de goede zichtbaarheid en de integriteit van de gezondheidswaarschuwingen voor de eerste opening, tijdens de opening en na het hersluiten van de verpakkingseenheid te waarborgen. |
Schrappen |
Amendement 62 Voorstel voor een richtlijn Artikel 13 – lid 4 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
4. De Commissie is bevoegd overeenkomstig artikel 22 gedelegeerde handelingen vast te stellen om voor verpakkingseenheden van andere tabaksproducten dan sigaretten en shagtabak de balk- of cilindervorm verplicht te stellen als in een verslag van de Commissie wordt vastgesteld dat zich een aanzienlijke verandering in de omstandigheden heeft voorgedaan. |
Schrappen |
Amendement 63 Voorstel voor een richtlijn Artikel 14 – lid 10 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
10. Andere tabaksproducten dan sigaretten en shagtabak zijn gedurende vijf jaar na de in artikel 25, lid 1, bedoelde datum vrijgesteld van de toepassing van de leden 1 tot en met 8. |
10. Andere tabaksproducten dan sigaretten en shagtabak zijn gedurende tien jaar na de in artikel 25, lid 1, bedoelde datum vrijgesteld van de toepassing van de leden 1 tot en met 8. |
Motivering | |
Zie artikel 8, lid 3, van het FTCT-protocol om de illegale handel in tabaksproducten uit te bannen. | |
Amendement 64 Voorstel voor een richtlijn Artikel 15 – lid 1 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
De lidstaten verbieden het in de handel brengen van tabak voor oraal gebruik, onverminderd artikel 151 van de Akte van Toetreding van Oostenrijk, Finland en Zweden. |
De lidstaten reglementeren het in de handel brengen van tabak voor oraal gebruik onverminderd artikel 151 van de Akte van Toetreding van Oostenrijk, Finland en Zweden. |
Amendement 65 Voorstel voor een richtlijn Artikel 16 – titel | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
Grensoverschrijdende verkoop van tabaksproducten op afstand |
Verkoop van tabaksproducten via internet |
Motivering | |
Het is lastig om leeftijdsbeperkingen op de verkoop van tabak via internet te handhaven. Bovendien zijn er problemen met illegaal adverteren op internet en niet-naleving van de bestaande regelgeving (bijvoorbeeld gezondheidswaarschuwingen). Zo worden jongeren aangespoord om te gaan roken en wordt het voor hen eenvoudiger om tabaksproducten te kopen. Derhalve moeten niet alleen grensoverschrijdende, maar alle verkopen via internet worden verboden. Negen lidstaten hebben dit reeds gedaan. Een Europees verbod zou de regelgeving harmoniseren en de handhaving eenvoudiger maken. | |
Amendement 66 Voorstel voor een richtlijn Artikel 16 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
1. De lidstaten verplichten detaillisten die grensoverschrijdende verkopen op afstand aan consumenten in de Unie willen verrichten om zich te registreren bij de bevoegde autoriteiten in de lidstaat waar de detaillist is gevestigd en in de lidstaat waar zich de daadwerkelijke of potentiële consument bevindt. Buiten de Unie gevestigde detaillisten moeten zich registreren bij de bevoegde autoriteiten in de lidstaat waar zich de daadwerkelijke of potentiële consument bevindt. Alle detaillisten die grensoverschrijdende verkopen op afstand willen verrichten, verstrekken de bevoegde autoriteiten ten minste de volgende informatie: |
De lidstaten verbieden de verkoop via internet van tabaksproducten op hun grondgebied. |
a) de naam of handelsnaam en het permanente adres van de bedrijfsruimten van waaruit de tabaksproducten worden geleverd; |
|
b) de datum waarop is begonnen met het aanbieden van tabaksproducten voor grensoverschrijdende verkopen op afstand aan het publiek door middel van diensten van de informatiemaatschappij; |
|
c) het adres van de daarvoor gebruikte website(s) en alle pertinente informatie die nodig is om de website(s) te identificeren. |
|
2. De bevoegde autoriteiten van de lidstaten publiceren de volledige lijst van alle bij hen geregistreerde detaillisten overeenkomstig de voorschriften en garanties in Richtlijn 95/46/EG. Detaillisten mogen tabaksproducten slechts door middel van verkoop op afstand in de handel brengen vanaf het tijdstip waarop de naam van de detaillist in de betrokken lidstaten is gepubliceerd. |
|
3. Indien dat nodig is om de naleving van de voorschriften te waarborgen en de handhaving ervan te vergemakkelijken, mogen de lidstaten van bestemming eisen dat de detaillist een natuurlijk persoon aanwijst die ervoor zorgt dat de tabaksproducten, voor zij de consument bereiken, in overeenstemming zijn met de nationale bepalingen die in de lidstaat van bestemming ter uitvoering van deze richtlijn zijn vastgesteld. |
|
4. Detaillisten die op afstand verkopen, zijn uitgerust met een leeftijdscontrolesysteem dat op het tijdstip van de verkoop nagaat of de koper de in de nationale wetgeving van de lidstaat van bestemming voorgeschreven minimumleeftijd heeft. De detailhandelaar of de aangewezen natuurlijke persoon deelt aan de bevoegde autoriteiten een beschrijving van de details en de werking van het leeftijdscontrolesysteem mee. |
|
5. Persoonsgegevens van de consument worden enkel verwerkt overeenkomstig Richtlijn 95/46/EG en worden niet bekendgemaakt aan de producent van tabaksproducten, aan ondernemingen die deel uitmaken van dezelfde groep ondernemingen of aan enige andere derde. Persoonsgegevens worden niet gebruikt of doorgegeven voor andere doelen dan deze aankoop. Dit geldt ook als de detaillist deel uitmaakt van een producent van tabaksproducten. |
|
Motivering | |
Het is lastig om leeftijdsbeperkingen op de verkoop van tabak via internet te handhaven. Bovendien zijn er problemen met illegaal adverteren op internet en niet-naleving van de bestaande regelgeving (bijvoorbeeld gezondheidswaarschuwingen). Zo worden jongeren aangespoord om te gaan roken en wordt het voor hen eenvoudiger om tabaksproducten te kopen. Derhalve moeten niet alleen grensoverschrijdende, maar alle verkopen via internet worden verboden. Negen lidstaten hebben dit reeds gedaan. Een Europees verbod zou de regelgeving harmoniseren en de handhaving eenvoudiger maken. | |
Amendement 67 Voorstel voor een richtlijn Artikel 16 – lid 1 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
1 bis. De lidstaten verbieden op hun grondgebied het gratis of met korting verstrekken van tabaksproducten, alsmede het ruilen van geopende verpakkingen van tabaksproducten tegen een nieuwe, verzegelde verpakking, langs welke weg dan ook. |
Motivering | |
Praktijken zoals het gratis verstrekken of ruilen van pakjes sigaretten in de openbare ruimte voor verkoopbevorderende doeleinden, zijn gericht op jongeren, en zijn derhalve onverdedigbaar. | |
Amendement 68 Voorstel voor een richtlijn Artikel 17 – lid 1 – inleidende formule | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
1. De lidstaten schrijven voor dat de producenten en importeurs van tabaksproducten de bevoegde autoriteiten van de lidstaten kennis geven van elk nieuwsoortig tabaksproduct dat zij in de betrokken lidstaten in de handel willen brengen. De kennisgeving wordt zes maanden voor de beoogde datum van het in de handel brengen in elektronische vorm ingediend en gaat vergezeld van een gedetailleerde beschrijving van het betrokken product en van informatie over de ingrediënten en de emissies overeenkomstig artikel 5. De producenten en importeurs die kennis geven van een nieuwsoortig tabaksproduct verstrekken de betrokken bevoegde autoriteiten ook: |
1. De lidstaten schrijven voor dat de producenten en importeurs van tabaksproducten de bevoegde autoriteiten van de lidstaten kennis geven van elk nieuwsoortig tabaksproduct dat zij in de betrokken lidstaten in de handel willen brengen en van de producten waarover zij op basis van solide wetenschappelijk bewijsmateriaal willen beweren dat die minder schadelijk zijn of een kleiner risico inhouden dan traditionele tabaksproducten. De kennisgeving wordt zes maanden voor de beoogde datum van het in de handel brengen in elektronische vorm ingediend en gaat vergezeld van een gedetailleerde beschrijving van het betrokken product en van informatie over de ingrediënten en de emissies overeenkomstig artikel 5. De producenten en importeurs die kennis geven van een nieuwsoortig tabaksproduct verstrekken de betrokken bevoegde autoriteiten ook: |
Amendement 69 Voorstel voor een richtlijn Artikel 18 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
1. De volgende nicotinehoudende producten mogen slechts in de handel worden gebracht als zij overeenkomstig Richtlijn 2001/83/EG zijn toegelaten: |
Nicotinehoudende producten mogen slechts in de handel worden gebracht als zij overeenkomstig Richtlijn 2001/83/EG zijn toegelaten. |
a) producten die per eenheid meer dan 2 mg nicotine bevatten, of |
|
b) producten met een nicotineconcentratie van meer dan 4 mg per ml, of |
|
c) producten waarvan het bedoelde gebruik resulteert in een gemiddelde maximale piekplasmaconcentratie van meer dan 4 ng nicotine per ml. |
|
2. De Commissie is bevoegd overeenkomstig artikel 22 gedelegeerde handelingen vast te stellen om de in lid 1 bedoelde hoeveelheden nicotine bij te werken, gelet op de wetenschappelijke ontwikkelingen en de overeenkomstig Richtlijn 2001/83/EG verleende vergunningen voor het in de handel brengen van nicotinehoudende producten. |
|
3. Op elke verpakkingseenheid en op elke buitenverpakking van nicotinehoudende producten met een nicotinegehalte onder de in lid 1 vermelde waarden staat de volgende gezondheidswaarschuwing: |
|
Dit product bevat nicotine en kan uw gezondheid schaden. |
|
4. De in lid 3 bedoelde gezondheidswaarschuwing voldoet aan de vereisten van artikel 10, lid 4. Bovendien: |
|
a) wordt zij aangebracht op de twee grootste oppervlakten van de verpakkingseenheid en van elke buitenverpakking; |
|
b) beslaat zij 30 % van de buitenvoorkant of -achterkant van de verpakkingseenheid en van elke buitenverpakking; Dit percentage wordt verhoogd tot 32 % voor lidstaten met twee officiële talen en tot 35 % voor lidstaten met drie officiële talen. |
|
5. De Commissie is bevoegd overeenkomstig artikel 22 gedelegeerde handelingen vast te stellen om de vereisten in de leden 3 en 4 aan te passen, rekening houdend met de wetenschappelijke en marktontwikkelingen, en om de plaats, het formaat, de layout, het ontwerp en de afwisseling van de gezondheidswaarschuwingen vast te stellen en aan te passen. |
|
Motivering | |
Met uitzondering van tabaksproducten moeten nicotinehoudende producten, ongeacht hun nicotinegehalte, worden aangemerkt als farmaceutisch product. Artikel 18 van het voorstel van de Commissie draagt niet bij aan een hoog niveau van bescherming van de gezondheid en is in strijd met artikel 168, lid 7 van het VWEU. Artikel 18, zoals voorgesteld door de Commissie, betekent een stap terug ten opzichte van de juridische bepalingen die in een aantal lidstaten van kracht zijn. | |
Amendement 70 Voorstel voor een richtlijn Artikel 19 – lid 3 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
3. De gezondheidswaarschuwing voldoet aan de vereisten van artikel 10, lid 4. Zij beslaat ten minste 30 % van de voorkant of achterkant van de verpakkingseenheid en van elke buitenverpakking. Dit percentage wordt verhoogd tot 32 % voor lidstaten met twee officiële talen en tot 35 % voor lidstaten met drie officiële talen. |
3. De gezondheidswaarschuwing voldoet aan de vereisten van artikel 10, lid 4. Zij beslaat ten minste 30 % van de voorkant of achterkant van de verpakkingseenheid en van elke buitenverpakking. Dit percentage wordt verhoogd tot 32 % voor lidstaten met twee officiële talen en tot 35 % voor lidstaten met meer dan twee officiële talen. |
Amendement 71 Voorstel voor een richtlijn Artikel 22 – lid 2 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
2. De in artikel 3, lid 2, artikel 3, lid 3, artikel 4, lid 3, artikel 4, lid 4, artikel 6, lid 3, artikel 6, lid 9, artikel 6, lid 10, artikel 8, lid 4, artikel 9, lid 3, artikel 10, lid 5, artikel 11, lid 3, artikel 13, lid 3, artikel 13, lid 4, artikel 14, lid 9, artikel 18, lid 2, en artikel 18, lid 5, bedoelde bevoegdheid om gedelegeerde handelingen vast te stellen, wordt aan de Commissie toegekend voor onbepaalde tijd met ingang van [Publicatiebureau: gelieve de datum van inwerkingtreding van deze richtlijn in te vullen]. |
2. De in artikel 6, lid 10, en artikel 14, lid 9, bedoelde delegatie om gedelegeerde handelingen vast te stellen wordt aan de Commissie toegekend voor een termijn van vijf jaar met ingang van [Publicatiebureau: gelieve de datum van inwerkingtreding van deze richtlijn in te vullen]. |
Amendement 72 Voorstel voor een richtlijn Artikel 22 – lid 3 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
3. Het Europees Parlement of de Raad kan de in artikel 3, lid 2, artikel 3, lid 3, artikel 4, lid 3, artikel 4, lid 4, artikel 6, lid 3, artikel 6, lid 9, artikel 6, lid 10, artikel 8, lid 4, artikel 9, lid 3, artikel 10, lid 5, artikel 11, lid 3, artikel 13, lid 3, artikel 13, lid 4, artikel 14, lid 9, artikel 18, lid 2, en artikel 18, lid 5, bedoelde bevoegdheidsdelegatie te allen tijde intrekken. Het besluit tot intrekking beëindigt de delegatie van de in dat besluit genoemde bevoegdheid. Het wordt van kracht op de dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie of op een daarin genoemde latere datum. Het laat de geldigheid van de reeds van kracht zijnde gedelegeerde handelingen onverlet. |
3. Het Europees Parlement of de Raad kan de in artikel 6, lid 10, en artikel 14, lid 9, bedoelde bevoegdheidsdelegatie te allen tijde intrekken. Het besluit tot intrekking beëindigt de delegatie van de in dat besluit genoemde bevoegdheid. Het wordt van kracht op de dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie of op een daarin genoemde latere datum. Het laat de geldigheid van de reeds van kracht zijnde gedelegeerde handelingen onverlet. |
Amendement 73 Voorstel voor een richtlijn Artikel 22 – lid 5 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
5. Een overeenkomstig artikel 3, lid 2, artikel 3, lid 3, artikel 4, lid 3, artikel 4, lid 4, artikel 6, lid 3, artikel 6, lid 9, artikel 6, lid 10, artikel 8, lid 4, artikel 9, lid 3, artikel 10, lid 5, artikel 11, lid 3, artikel 13, lid 3, artikel 13, lid 4, artikel 14, lid 9, artikel 18, lid 2, en artikel 18, lid 5, vastgestelde gedelegeerde handeling treedt alleen in werking indien het Europees Parlement noch de Raad daartegen binnen een termijn van twee maanden na de kennisgeving van de handeling aan het Europees Parlement en de Raad bezwaar heeft gemaakt, of indien zowel het Europees Parlement als de Raad voor het verstrijken van die termijn de Commissie hebben medegedeeld dat zij daartegen geen bezwaar zullen maken. Die termijn wordt op initiatief van het Europees Parlement of de Raad met twee maanden verlengd. |
5. Een overeenkomstig artikel 6, lid 10, en artikel 14, lid 9, vastgestelde gedelegeerde handeling treedt alleen in werking indien het Europees Parlement noch de Raad daartegen binnen een termijn van twee maanden na de kennisgeving van de handeling aan het Europees Parlement en de Raad bezwaar heeft gemaakt, of indien zowel het Europees Parlement als de Raad voor het verstrijken van die termijn de Commissie hebben medegedeeld dat zij daartegen geen bezwaar zullen maken. Die termijn wordt op initiatief van het Europees Parlement of de Raad met twee maanden verlengd. |
Amendement 74 Voorstel voor een richtlijn Artikel 23 – lid 2 – alinea 1 – inleidende formule | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
In het verslag geeft de Commissie in het bijzonder aan welke elementen vanwege de ontwikkeling van de wetenschappelijke en technische kennis herzien of verder uitgewerkt dienen te worden, met inbegrip van de ontwikkeling van internationaal overeengekomen regels en normen betreffende producten, waarbij bijzondere aandacht dient te worden besteed aan: |
In het verslag geeft de Commissie in het bijzonder aan welke elementen vanwege de ontwikkeling van de wetenschappelijke en technische kennis herzien of verder uitgewerkt dienen te worden, met inbegrip van de ontwikkeling van internationaal overeengekomen regels en normen betreffende producten, en de sociaal-economische gevolgen van de toepassing van deze richtlijn, waarbij bijzondere aandacht dient te worden besteed aan: |
Amendement 75 Voorstel voor een richtlijn Artikel 23 – lid 2 – alinea 1 – letter c bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
c bis) de gevolgen voor de productie en de werkgelegenheid in de tabakssector, waarbij bijzondere aandacht aan kleine en middelgrote telers wordt besteed; |
Amendement 76 Voorstel voor een richtlijn Artikel 23 – lid 2 – alinea 1 – letter c ter (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
c ter) de gevolgen die de richtlijn mogelijk heeft voor de Europese tabaksteelt. |
Amendement 77 Voorstel voor een richtlijn Artikel 24 – lid 1 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
1. De lidstaten mogen de invoer, de verkoop en het verbruik van tabaks- of aanverwante producten die aan deze richtlijn voldoen, niet verbieden of beperken. |
1. De lidstaten mogen de invoer, de verkoop en het verbruik van tabaks- of aanverwante producten die aan deze richtlijn voldoen, niet verbieden of beperken. Tegelijkertijd moeten er maatregelen worden genomen ter beperking van de invoer van tabaksproducten die niet aan deze richtlijn voldoen, ook vanuit derde landen. |
PROCEDURE
Titel |
Onderlinge aanpassing van de wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen van de lidstaten inzake de productie, de presentatie en de verkoop van tabaks- en aanverwante producten |
||||
Document- en procedurenummers |
COM(2012)0788 – C7-0420/2012 – 2012/0366(COD) |
||||
Commissie ten principale Datum bekendmaking |
ENVI 15.1.2013 |
|
|
|
|
Advies uitgebracht door Datum bekendmaking |
AGRI 7.2.2013 |
||||
Rapporteur voor advies Datum benoeming |
Csaba Sándor Tabajdi 5.3.2013 |
||||
Behandeling in de commissie |
25.4.2013 |
|
|
|
|
Datum goedkeuring |
19.6.2013 |
|
|
|
|
Uitslag eindstemming |
+: –: 0: |
36 4 2 |
|||
Bij de eindstemming aanwezige leden |
Eric Andrieu, Liam Aylward, Luis Manuel Capoulas Santos, Vasilica Viorica Dăncilă, Michel Dantin, Paolo De Castro, Albert Deß, Diane Dodds, Herbert Dorfmann, Robert Dušek, Mariya Gabriel, Iratxe García Pérez, Julie Girling, Béla Glattfelder, Martin Häusling, Esther Herranz García, Elisabeth Jeggle, Jarosław Kalinowski, Elisabeth Köstinger, Agnès Le Brun, Gabriel Mato Adrover, James Nicholson, Marit Paulsen, Britta Reimers, Ulrike Rodust, Alfreds Rubiks, Giancarlo Scottà, Czesław Adam Siekierski, Sergio Paolo Francesco Silvestris, Alyn Smith, Ewald Stadler, Csaba Sándor Tabajdi, Marc Tarabella, Janusz Wojciechowski |
||||
Bij de eindstemming aanwezige vaste plaatsvervanger(s) |
Luís Paulo Alves, Margrete Auken, María Auxiliadora Correa Zamora, Marian Harkin, Sandra Kalniete, Maria do Céu Patrão Neves, Valdemar Tomaševski, Jacek Włosowicz, Milan Zver |
||||
Bij de eindstemming aanwezige plaatsvervanger(s) (art. 187, lid 2) |
Fiona Hall |
||||
ADVIES van de Commissie juridische zaken (25.6.2013)
aan de Commissie milieubeheer, volksgezondheid en voedselveiligheid
inzake het voorstel voor een richtlijn van het Europees Parlement en de Raad betreffende de onderlinge aanpassing van de wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen van de lidstaten inzake de productie, de presentatie en de verkoop van tabaks- en aanverwante producten
(COM(2012)0788 – C7‑0420/2012 – 2012/0366(COD))
Rapporteur voor advies: Klaus-Heiner Lehne
BEKNOPTE MOTIVERING
Vandaag de dag wordt universeel aanvaard dat tabaksgebruik ernstige risico's voor de menselijke gezondheid met zich meebrengt. In deze context is het bijzonder zorgelijk dat de meeste rokers vóór hun achttiende met roken beginnen. Daarom moeten met name jonge mensen volledig worden geïnformeerd over de toxiciteit en verslavende werking van tabaksproducten. Voor degenen die reeds tabaksproducten consumeren zijn de bevordering en ontwikkeling van minder schadelijke producten en producten om te stoppen met roken van essentieel belang.
Het lijdt geen twijfel dat inspanningen om het tabaksgebruik te verminderen op zowel nationaal als internationaal niveau moeten worden voortgezet. Niettemin roepen enkele bepalingen van het voorstel van de Commissie aanzienlijke juridische bezwaren op. Deze bezwaren houden, onder meer, verband met de door de Commissie gekozen rechtsgrond, met grondrechten zoals het recht op eigendom, en met het evenredigheidsbeginsel.
De Commissie baseert haar voorstel op artikel 114, lid 1, VWEU. Deze bepaling maakt het mogelijk aanpassingsmaatregelen vast te stellen die erop zijn gericht de voorwaarden voor de instelling en werking van de interne markt te verbeteren. Bedoelde maatregelen dienen "daadwerkelijk die doelstelling [te] hebben, door ertoe bij te dragen dat de belemmeringen van het vrije verkeer van goederen en van de vrijheid van dienstverrichting worden weggenomen en de mededingingsverstoringen worden opgeheven".[1] Sommige van de door de Commissie voorgestelde maatregelen zijn evenwel niet bestemd om de voorwaarden voor de instelling en werking van de interne markt te verbeteren, doch zijn uitsluitend gericht op de bescherming van de volksgezondheid.
Het is bijvoorbeeld moeilijk te begrijpen hoe het voorgestelde (de facto) verbod op mentholsigaretten en dunne sigaretten de werking van de interne markt zou kunnen verbeteren. Het klopt dat zelfs verboden onder bepaalde omstandigheden kunnen worden beschouwd als harmonisatiemaatregelen, maar dit is uitsluitend het geval wanneer "er belemmeringen voor het handelsverkeer bestaan of het waarschijnlijk is dat dergelijke belemmeringen zich in de toekomst zullen voordoen".[2] Op dit moment bestaat evenwel in geen enkele lidstaat een verbod op dunne sigaretten of mentholsigaretten of wordt overwogen een dergelijk verbod in te stellen. Derhalve zal het verbod belemmeringen voor de grondrechten niet wegnemen noch het ontstaan ervan voorkomen.[3]
Uit de overwegingen van het Commissievoorstel komt naar voren dat de werkelijke doelstelling van deze maatregelen de verwezenlijking van een hoger niveau van gezondheidsbescherming is. Er wordt gevreesd dat mentholsigaretten en dunne sigaretten met name aantrekkelijk zijn voor jonge mensen.[4] Hoewel de gezondheidsbescherming van zeer groot belang is, is het aan de lidstaten en niet aan de Europese Unie om maatregelen op dit gebied te treffen. Artikel 168, lid 5, VWEU sluit expliciet enige harmonisering uit met betrekking tot maatregelen "die rechtstreeks verband houden met de bescherming van de volkgezondheid ter zake van tabak". De Commissie kan een hoog beschermingsniveau van de gezondheid alleen als basis nemen op grond van artikel 114, lid 3, VWEU indien aan de voorwaarden van artikel 114, lid 1, VWEU is voldaan.[5] Anders zou de Europese Unie de uit artikel 168, lid 5, VWEU voortvloeiende duidelijke scheiding van bevoegdheden kunnen omzeilen.
Enkele bepalingen van het Commissievoorstel doen tevens ernstige twijfels rijzen over de verenigbaarheid ervan met fundamentele rechten, zoals het recht op eigendom, het recht op vrijheid van meningsuiting en informatie en de vrijheid van ondernemerschap. Deze rechten zijn verankerd in het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie ("het Handvest") en mogen alleen worden beperkt op grond van artikel 52, lid 1, van het Handvest indien deze beperking noodzakelijk is, daadwerkelijk aan de doelstellingen van algemeen belang beantwoordt, en in overeenstemming is met het evenredigheidsbeginsel.
Een aantal van de voorgestelde maatregelen, met name met betrekking tot de verpakking, voldoet niet aan deze vereisten. Een voorbeeld hiervan is het voorstel om de gezondheidswaarschuwingen groter te maken zodat zij 75 % van de voor- en achterkant van de verpakking beslaan (artikel 9, lid 1, onder c)). Dit zou de beschikbare ruimte voor handelsmerken en de beschrijving van het product aanzienlijk beperken. In de praktijk zou nog geen 25 % van de voor- en achterkant van de verpakking beschikbaar zijn voor de door de producent verstrekte informatie, aangezien nationale wetgeving aanvullende kenmerken zoals accijnszegels en veiligheidskenmerken voorschrijft.
Intellectuele-eigendomsrechten zoals handelsmerken vallen expliciet onder het in artikel 17 van het Handvest opgenomen recht op eigendom. Het Hof van Justitie van de Europese Unie heeft geoordeeld dat waarschuwingen op de verpakkingseenheden aanvaardbaar zijn "in een verhouding die de producenten van die producten voldoende ruimte laat om er andere gegevens, in het bijzonder die betreffende hun merken, op aan te brengen".[6] Indien de beschikbare ruimte op de voor- en achterkant van de verpakking wordt beperkt tot minder dan 25 %, zou het evenwel moeilijk worden om de producten van de ene producent te onderscheiden van die van andere producenten, waardoor handelsmerken een van hun voornaamste functies zouden verliezen. Handelsmerken zouden ook hun andere functies, zoals de reclamefunctie, niet meer naar behoren kunnen vervullen. Dit zou ook niet in overeenstemming zijn met nationaal grondwettelijk recht[7] en met internationale verdragen zoals de Overeenkomst inzake de handelsaspecten van de intellectuele eigendom (TRIPS-overeenkomst)[8].
Gezien het effect op de intellectuele-eigendomsrechten is het buitengewoon verbazingwekkend dat de Commissie minder restrictieve maatregelen, zoals kleinere gezondheidswaarschuwingen, niet eens in overweging heeft genomen. Rekening houdend met het belang van intellectuele-eigendomsrechten en gerechtvaardigde gezondheidsdoelstellingen, wordt voorgesteld dat gezondheidswaarschuwingen 50 %van de voor- en achterkant van de verpakking moeten beslaan. Dit zou eveneens in lijn zijn met het WHO-Kaderverdrag inzake tabaksontmoediging, de tenuitvoerlegging waarvan een van de doelstellingen van het Commissievoorstel vormt. Uit hoofde van artikel 11, lid 1, van het WHO-Kaderverdrag inzake tabaksontmoediging maken gezondheidswaarschuwingen die de schadelijke effecten van tabaksgebruik beschrijven "bij voorkeur 50 % of meer van de belangrijkste etiketruimte uit, maar beslaan ten minste 30 % daarvan".
Andere door de Commissie voorgestelde maatregelen betreffende de omvang en de verschijningsvorm van verpakkingseenheden en betreffende de beschrijving van het product stuiten op soortgelijke bezwaren met betrekking tot de grondrechten. Zij ontnemen producenten hun intellectuele-eigendomsrechten, beperken de keuzevrijheid van de klant en dragen niet bij tot een betere werking van de interne markt.
Door iedere vorm van etikettering te verbieden waarmee wordt gesuggereerd dat bepaalde tabaksproducten minder schadelijk zijn dan andere, zorgt het voorstel voor een bijkomend probleem. De ontwikkeling en bevordering van minder schadelijke manieren van tabaksgebruik zijn essentieel om tabaksgebruikers aan te sporen te stoppen met het roken van sigaretten en andere tabakswaren. Producenten moeten in staat zijn kenbaar te maken dat een bepaald product minder schadelijk is dan andere indien dit wetenschappelijk bewezen en niet misleidend is. Dit is niet de enige maatregel die de toegang tot producten met een beperkter risico zou bemoeilijken. Artikel 18 van het voorstel verbiedt nicotinehoudende producten zoals elektronische sigaretten met een bepaald nicotinegehalte indien zij niet overeenkomstig Richtlijn 2001/83/EG (geneesmiddelenrichtlijn) zijn toegelaten. Het is evenwel tamelijk onduidelijk of deze producten (die veel minder schadelijk zijn dan tabaksproducten) wel onder het toepassingsgebied van de geneesmiddelenrichtlijn vallen.[9] Voor producten die niet onder de richtlijn vallen zou dit in feite een verbod betekenen. Het verbieden van producten die minder schadelijk zijn dan tabaksproducten en die een middel kunnen vormen om te stoppen met roken, strookt beslist niet met de doelstellingen van het voorstel met betrekking tot de volksgezondheid.[10]
Ten slotte bevat het voorstel van de Commissie een groot aantal bepalingen met betrekking tot de verlening van bevoegdheden aan de Commissie. Op grond van artikel 290 VWEU is een bevoegdheidsdelegatie echter alleen mogelijk met betrekking tot niet-essentiële onderdelen van het wetgevingsvoorstel. Enkele van de voorgestelde bepalingen inzake gedelegeerde handelingen voldoen niet aan deze voorwaarde. Zo zou de Commissie uit hoofde van artikel 3, lid 2, in combinatie met artikel 2, lid 19, de bevoegdheid krijgen om het maximumnicotinegehalte van sigaretten die op de markt worden gebracht tot 0 te reduceren, waarmee zij sigaretten in feite voorgoed zou kunnen verbieden.
AMENDEMENTEN
De Commissie juridische zaken verzoekt de ten principale bevoegde Commissie milieubeheer, volksgezondheid en voedselveiligheid onderstaande amendementen in haar verslag op te nemen:
Amendement 1 Voorstel voor een richtlijn Overweging 6 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(6) Wegens de omvang van de interne markt voor tabaks- en aanverwante producten, het feit dat de producenten van tabaksproducten de productie voor de gehele Unie meer en meer in een klein aantal fabrieken in de lidstaten concentreren, en de daaruit resulterende significante grensoverschrijdende verkoop van tabaks- en aanverwante producten, is er om de interne markt voor tabaksproducten goed te laten functioneren, behoefte aan wetgevend optreden op het niveau van de Unie, eerder dan op nationaal niveau. |
Schrappen |
Amendement 2 Voorstel voor een richtlijn Overweging 11 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(11) Wat de vaststelling van maximumgehalten betreft, zal het later noodzakelijk en passend kunnen blijken om de vastgestelde gehalten aan te passen of maximumemissies vast te stellen, gelet op hun toxiciteit of verslavende werking. |
(11) Wat de vaststelling van maximumgehalten betreft, zal het later noodzakelijk en passend kunnen blijken om de vastgestelde gehalten aan te passen of maximumemissies vast te stellen, gelet op de wetenschappelijke ontwikkelingen en de op internationaal niveau overeengekomen normen voor het beoordelen van hun toxiciteit of verslavende werking. |
Amendement 3 Voorstel voor een richtlijn Overweging 14 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(14) Het ontbreken van een geharmoniseerde aanpak van de regelgeving inzake ingrediënten beïnvloedt de werking van de interne markt en het vrije verkeer van goederen in de EU. Sommige lidstaten hebben wetgeving vastgesteld of met de industrie bindende overeenkomsten gesloten waarbij bepaalde ingrediënten worden toegelaten of verboden. Als gevolg daarvan bestaan voor sommige ingrediënten regels in sommige lidstaten, maar niet in andere. De lidstaten hebben ook verschillende benaderingen met betrekking tot in de filter van sigaretten verwerkte additieven en additieven die sigarettenrook kleuren. Zonder harmonisatie zullen de obstakels op de interne markt de volgende jaren naar verwachting toenemen, gelet op de uitvoering van de FCTC en de richtsnoeren ervan en de ervaringen in andere rechtsgebieden buiten de Unie. De richtsnoeren met betrekking tot de artikelen 9 en 10 van de FCTC roepen met name op tot het uitbannen van ingrediënten die de smaak versterken, die de indruk wekken dat tabaksproducten gezondheidsvoordelen bieden, die in verband worden gebracht met energie en vitaliteit of die kleurende eigenschappen hebben. |
(14) Het ontbreken van een geharmoniseerde aanpak van de regelgeving inzake ingrediënten beïnvloedt de werking van de interne markt en het vrije verkeer van goederen in de EU. Sommige lidstaten hebben wetgeving vastgesteld of met de industrie bindende overeenkomsten gesloten waarbij bepaalde ingrediënten worden toegelaten of verboden. Als gevolg daarvan bestaan voor sommige ingrediënten regels in sommige lidstaten, maar niet in andere. De lidstaten hebben ook verschillende benaderingen met betrekking tot in de filter van sigaretten verwerkte additieven en additieven die sigarettenrook kleuren. |
Amendement 4 Voorstel voor een richtlijn Overweging 15 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(15) De waarschijnlijkheid van uiteenlopende regelgeving wordt nog vergroot door de bezorgdheid over tabaksproducten, met inbegrip van rookloze tabaksproducten, die een kenmerkend aroma hebben dat verschilt van dat van tabak, hetgeen het beginnen met de consumptie van tabak kan vergemakkelijken of de consumptiepatronen kan beïnvloeden. In veel landen is de verkoop van producten met menthol bijvoorbeeld geleidelijk gestegen, ook al is het totale aantal rokers afgenomen. Uit een aantal studies blijkt dat tabaksproducten met menthol de inhalatie en het beginnen met roken door jongeren kunnen vergemakkelijken. Maatregelen die leiden tot een ongerechtvaardigde gedifferentieerde behandeling van gearomatiseerde sigaretten (bv. sigaretten met menthol of kruidnagel) moeten worden vermeden. |
(15) De waarschijnlijkheid van uiteenlopende regelgeving wordt nog vergroot door de bezorgdheid over tabaksproducten, met inbegrip van rookloze tabaksproducten, die een kenmerkend aroma hebben dat verschilt van dat van tabak of traditionele aroma's zoals menthol, hetgeen het beginnen met de consumptie van tabak kan vergemakkelijken of de consumptiepatronen kan beïnvloeden. |
Amendement 5 Voorstel voor een richtlijn Overweging 16 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(16) Het verbod op tabaksproducten met een kenmerkend aroma betekent niet dat afzonderlijke additieven volledig verboden zijn, maar verplicht de producenten het additief of de combinatie van additieven in die mate te verminderen dat de additieven niet langer een kenmerkend aroma produceren. Het gebruik van voor de vervaardiging van tabaksproducten noodzakelijke additieven moet worden toegestaan zolang dat niet resulteert in een kenmerkend aroma. De Commissie moet zorgen voor uniforme voorwaarden voor de toepassing van de bepaling inzake kenmerkende aroma's. Bij die besluitvorming moeten de lidstaten en de Commissie een beroep doen op onafhankelijke panels. De toepassing van deze richtlijn mag niet leiden tot discriminatie tussen verschillende tabakssoorten. |
(16) Het verbod op tabaksproducten met een kenmerkend aroma betekent niet dat afzonderlijke additieven volledig verboden zijn, maar verplicht de producenten het additief of de combinatie van additieven in die mate te verminderen dat de additieven niet langer een kenmerkend aroma produceren. Het gebruik van voor de vervaardiging van tabaksproducten noodzakelijke additieven is toegestaan. De Commissie moet zorgen voor uniforme voorwaarden voor de toepassing van de bepaling inzake kenmerkende aroma's. Bij die besluitvorming moeten de lidstaten en de Commissie een beroep doen op onafhankelijke panels. De toepassing van deze richtlijn mag niet leiden tot discriminatie tussen verschillende tabakssoorten. |
Amendement 6 Voorstel voor een richtlijn Overweging 23 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(23) Om de integriteit en de zichtbaarheid van de gezondheidswaarschuwingen te waarborgen en de doeltreffendheid ervan te maximaliseren, moeten bepalingen worden vastgesteld inzake de afmetingen van de waarschuwingen en inzake bepaalde aspecten van de verschijningsvorm van de tabaksverpakking, inclusief het openingsmechanisme. De verpakking en de producten kunnen de consumenten, met name jongeren, misleiden door te suggereren dat de producten minder schadelijk zijn. Dit is bijvoorbeeld het geval voor sommige teksten of kenmerken als "laag teergehalte", "light", "ultra-light", "mild", "natuurlijk", "biologisch", "zonder additieven", "zonder smaakstoffen", "slim", namen, afbeeldingen en figuratieve of andere tekens. Ook de grootte en de verschijningsvorm van de individuele sigaretten kunnen de consumenten misleiden door de indruk te wekken dat zij minder schadelijk zijn. Uit een recent onderzoek is ook gebleken dat rokers van dunne sigaretten vaker geloven dat hun eigen merk minder schadelijk is. Dat moet worden aangepakt. |
(23) Om de integriteit en de zichtbaarheid van de gezondheidswaarschuwingen te waarborgen en de doeltreffendheid ervan te maximaliseren, moeten bepalingen worden vastgesteld inzake de afmetingen van de waarschuwingen en inzake bepaalde aspecten van de verschijningsvorm van de tabaksverpakking, inclusief het openingsmechanisme. De verpakking en de producten kunnen de consumenten, met name jongeren, misleiden door te suggereren dat de producten minder schadelijk zijn. Dit is bijvoorbeeld het geval voor sommige teksten of kenmerken als "laag teergehalte", "light", "ultra-light", "mild", "natuurlijk" of "biologisch". |
Amendement 7 Voorstel voor een richtlijn Overweging 25 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(25) De lidstaten passen verschillende voorschriften toe met betrekking tot het minimumaantal sigaretten per verpakking. Die voorschriften moeten op elkaar worden afgestemd om het vrije verkeer van de betrokken producten te waarborgen. |
Schrappen |
Amendement 8 Voorstel voor een richtlijn Overweging 26 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(26) Er worden grote hoeveelheden illegale producten, die niet aan de vereisten van Richtlijn 2001/37/EG voldoen, in de handel gebracht en er zijn aanwijzingen dat die hoeveelheden nog zullen toenemen. Die producten ondergraven het vrije verkeer van legale producten en de door de wetgeving inzake bestrijding van het tabaksgebruik geboden bescherming. Bovendien verplicht de FCTC de Unie om als onderdeel van een veelomvattend beleid ter bestrijding van het tabaksgebruik illegale producten te bestrijden. De verpakkingseenheden van tabaksproducten moeten daarom van een uniek en veilig merkteken worden voorzien en hun bewegingen moeten worden geregistreerd, zodat die producten in de Unie kunnen worden gevolgd en getraceerd en hun overeenstemming met deze richtlijn kan worden gecontroleerd en beter kan worden afgedwongen. Ook moeten veiligheidskenmerken worden ingevoerd die de verificatie van de authenticiteit van de producten zullen vergemakkelijken. |
(26) Er worden grote hoeveelheden illegale producten, die niet aan de vereisten van Richtlijn 2001/37/EG voldoen, in de handel gebracht en er zijn aanwijzingen dat die hoeveelheden nog zullen toenemen. Die producten ondergraven het vrije verkeer van legale producten en de door de wetgeving inzake bestrijding van het tabaksgebruik geboden bescherming. Bovendien verplicht de FCTC de Unie om als onderdeel van een veelomvattend beleid ter bestrijding van het tabaksgebruik illegale producten te bestrijden. De verpakkingseenheden van tabaksproducten moeten daarom van een uniek en veilig merkteken worden voorzien en hun bewegingen moeten worden geregistreerd, zodat die producten in de Unie kunnen worden gevolgd en getraceerd en hun overeenstemming met deze richtlijn kan worden gecontroleerd en beter kan worden afgedwongen. |
Amendement 9 Voorstel voor een richtlijn Overweging 27 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(27) Er moet een interoperabel volg- en traceersysteem en een gemeenschappelijk veiligheidskenmerk worden ontwikkeld. In een eerste fase moeten het volg- en traceersysteem en de veiligheidskenmerken enkel van toepassing zijn op sigaretten en shagtabak. Hierdoor zullen de producenten van andere tabaksproducten kunnen profiteren van de ervaringen die intussen zullen zijn opgedaan. |
(27) Er moet een interoperabel volg- en traceersysteem worden ontwikkeld. In een eerste fase moet het volg- en traceersysteem enkel van toepassing zijn op sigaretten en shagtabak. Hierdoor zullen de producenten van andere tabaksproducten kunnen profiteren van de ervaringen die intussen zullen zijn opgedaan. |
Amendement 10 Voorstel voor een richtlijn Overweging 29 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(29) Bij Richtlijn 89/622/EEG van de Raad van 13 november 1989 betreffende de onderlinge aanpassing van de wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen van de lidstaten inzake de etikettering van tabaksproducten alsmede het verbod van bepaalde tabaksproducten voor oraal gebruik is de verkoop van bepaalde tabaksproducten voor oraal gebruik verboden. Richtlijn 2001/37/EG heeft dat verbod bevestigd. Artikel 151 van de Akte van Toetreding van Oostenrijk, Finland en Zweden verleent het Koninkrijk Zweden een afwijking van dat verbod. Het verbod om tabak voor oraal gebruik te verkopen, moet worden gehandhaafd om te vermijden dat een product op de interne markt wordt gebracht dat verslavend is, schadelijke gevolgen voor de gezondheid heeft en voor jongeren aantrekkelijk is. Voor andere rookloze tabaksproducten die niet voor de massamarkt bestemd zijn, wordt een strenge regeling inzake etikettering en ingrediënten geacht te volstaan om een groei van de markt die verder gaat dan het traditionele gebruik in te dammen. |
(29) Bij Richtlijn 89/622/EEG van de Raad van 13 november 1989 betreffende de onderlinge aanpassing van de wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen van de lidstaten inzake de etikettering van tabaksproducten alsmede het verbod van bepaalde tabaksproducten voor oraal gebruik is de verkoop van bepaalde tabaksproducten voor oraal gebruik verboden. Richtlijn 2001/37/EG heeft dat verbod bevestigd. Artikel 151 van de Akte van Toetreding van Oostenrijk, Finland en Zweden verleent het Koninkrijk Zweden een afwijking van dat verbod. Handhaving van het verbod op tabaksproducten voor oraal gebruik mag echter geen gevolgen hebben voor traditionele tabaksproducten voor oraal gebruik, die door de individuele lidstaten kunnen worden toegestaan. Voor andere rookloze tabaksproducten die niet voor de massamarkt bestemd zijn, wordt een strenge regeling inzake etikettering en ingrediënten geacht te volstaan om een groei van de markt die verder gaat dan het traditionele gebruik in te dammen. |
Amendement 11 Voorstel voor een richtlijn Overweging 30 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
(30 bis) De Commissie en de lidstaten dienen zich ertoe te verbinden het protocol bij de FCTC doeltreffend ten uitvoer te leggen, om een eind te maken aan de illegale handel in tabaksproducten. Er zijn inspanningen nodig ter voorkoming van de illegale handel in tabaksproducten uit derde landen en ter verbetering van de desbetreffende controlemaatregelen. |
Amendement 12 Voorstel voor een richtlijn Overweging 33 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(33) Nicotinehoudende producten worden op de markt van de Unie verkocht. De verschillende benaderingen van de lidstaten in de regelgeving waarmee zij de met die producten verband houdende gezondheidsheids- en veiligheidskwesties aanpakken, hebben een ongunstige invloed op de werking van de interne markt, met name gelet op het feit dat veel van die producten grensoverschrijdend op afstand worden verkocht, inclusief via internet. |
Schrappen |
Amendement 13 Voorstel voor een richtlijn Overweging 34 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(34) Richtlijn 2001/83/EG van het Europees Parlement en de Raad van 6 november 2001 tot vaststelling van een communautair wetboek betreffende geneesmiddelen voor menselijk gebruik voorziet in een juridisch kader voor de beoordeling van de kwaliteit, de veiligheid en de werkzaamheid van geneesmiddelen, waaronder nicotinehoudende producten. Voor een groot aantal nicotinehoudende producten is op grond van die regeling reeds een vergunning verleend. De vergunning houdt rekening met het nicotinegehalte van het betrokken product. De onderwerping van alle nicotinehoudende producten waarvan het nicotinegehalte hetzelfde is als of groter is dan dat van een nicotinehoudend product waarvoor reeds op grond van Richtlijn 2001/83/EG een vergunning is verleend, aan hetzelfde juridisch kader, verduidelijkt de rechtssituatie, vermindert de verschillen tussen de nationale wetgevingen, garandeert de gelijke behandeling van alle nicotinehoudende producten die kunnen worden gebruikt voor het stoppen met roken, en schept stimulansen voor onderzoek en innovatie in verband met het stoppen met roken. Dit mag niet afdoen aan de toepassing van Richtlijn 2001/83/EG op andere onder deze richtlijn vallende producten indien aan de voorwaarden van Richtlijn 2001/83/EG is voldaan. |
Schrappen |
Amendement 14 Voorstel voor een richtlijn Overweging 35 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(35) Voor producten die minder nicotine bevatten dan de in deze richtlijn genoemde drempel moeten etiketteringsvoorschriften worden ingevoerd, waardoor de aandacht van de consumenten kan worden gevestigd op potentiële gezondheidsrisico's. |
Schrappen |
Amendement 15 Voorstel voor een richtlijn Overweging 35 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
(35 bis) De lidstaten garanderen dat nicotinehoudende producten niet worden verkocht aan personen onder de minimumleeftijd die geldt voor het kopen van tabaksproducten. |
Amendement 16 Voorstel voor een richtlijn Overweging 38 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(38) Om ervoor te zorgen dat de richtlijn volledig operationeel is en om gelijke tred te houden met de technische, wetenschappelijke en internationale ontwikkelingen in de tabaksproductie, -consumptie en -regulering moet aan de Commissie de bevoegdheid worden toegekend om overeenkomstig artikel 290 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie handelingen vast te stellen ten aanzien van met name de vaststelling en aanpassing van maximumgehalten in emissies en de meetmethoden daarvoor, de vaststelling van maximale hoeveelheden van ingrediënten die de toxiciteit, de verslavende werking of de aantrekkelijkheid vergroten, het gebruik van gezondheidswaarschuwingen, eenduidige identificatienummers en veiligheidskenmerken bij de etikettering en verpakking, de bepaling van centrale elementen van overeenkomsten met onafhankelijke derden voor de opslag van gegevens, de herziening van bepaalde vrijstellingen voor andere tabaksproducten dan sigaretten, shagtabak en rookloze tabaksproducten, en de herziening van het nicotinegehalte van nicotinehoudende producten. Het is van bijzonder belang dat de Commissie bij haar voorbereidende werkzaamheden tot passende raadpleging overgaat, onder meer op deskundigenniveau. De Commissie moet bij de voorbereiding en opstelling van de gedelegeerde handelingen ervoor zorgen dat de desbetreffende documenten tijdig en op gepaste wijze gelijktijdig worden toegezonden aan het Europees Parlement en de Raad. |
(38) Om ervoor te zorgen dat de richtlijn volledig operationeel is en om gelijke tred te houden met de technische, wetenschappelijke en internationale ontwikkelingen in de tabaksproductie, -consumptie en -regulering moet aan de Commissie de bevoegdheid worden toegekend om overeenkomstig artikel 290 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie handelingen vast te stellen. Het is van bijzonder belang dat de Commissie bij haar voorbereidende werkzaamheden tot passende raadpleging overgaat, onder meer op deskundigenniveau. De Commissie moet bij de voorbereiding en opstelling van de gedelegeerde handelingen ervoor zorgen dat de desbetreffende documenten tijdig en op gepaste wijze gelijktijdig worden toegezonden aan het Europees Parlement en de Raad. |
Amendement 17 Voorstel voor een richtlijn Overweging 40 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(40) Een lidstaat die het noodzakelijk acht om voor onder deze richtlijn vallende aspecten strengere nationale voorschriften te handhaven, moet worden toegestaan dat voor alle producten te doen op grond van dwingende redenen in verband met de bescherming van de volksgezondheid. Een lidstaat moet ook worden toegestaan om voor alle producten strengere nationale voorschriften in te voeren om redenen die verband houden met de specifieke situatie van die lidstaat, en mits die voorschriften gerechtvaardigd zijn door de bescherming van de volksgezondheid. Strengere nationale voorschriften moeten noodzakelijk en evenredig zijn en mogen geen middel tot willekeurige discriminatie of een verkapte beperking van de handel tussen de lidstaten vormen. Strengere nationale voorschriften moeten vooraf aan de Commissie ter kennis worden gebracht en door haar worden goedgekeurd, waarbij zij rekening houdt met het hoge niveau van bescherming van de volksgezondheid dat deze richtlijn tot stand brengt. |
Schrappen |
Amendement 18 Voorstel voor een richtlijn Overweging 41 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(41) Het moet de lidstaten vrijstaan om voor buiten de werkingssfeer van deze richtlijn vallende aspecten nationale wettelijke regelingen te handhaven of in te voeren die gelijkelijk van toepassing zijn op alle producten, mits die verenigbaar zijn met het Verdrag en de integrale toepassing van deze richtlijn niet in gevaar brengen. Zo kunnen de lidstaten bijvoorbeeld voorschriften handhaven of invoeren die voorzien in de volledige standaardisatie van de verpakkingen van tabaksproducten, mits die voorschriften verenigbaar zijn met het Verdrag en met de WTO-verplichtingen en niet in de weg staan aan de integrale toepassing van deze richtlijn. Voor technische voorschriften is een voorafgaande kennisgeving vereist op grond van Richtlijn 98/34/EG van het Europees Parlement en de Raad van 22 juni 1998 betreffende een informatieprocedure op het gebied van normen en technische voorschriften en regels betreffende de diensten van de informatiemaatschappij. |
(41) Het moet de lidstaten vrijstaan om voor buiten de werkingssfeer van deze richtlijn vallende aspecten nationale wettelijke regelingen te handhaven of in te voeren die gelijkelijk van toepassing zijn op alle producten, mits die verenigbaar zijn met het Verdrag en de integrale toepassing van deze richtlijn niet in gevaar brengen. Met betrekking tot de maatregelen die reeds door deze richtlijn zijn geharmoniseerd, zoals etiketterings- en verpakkingsvoorschriften, is de in artikel 114, lid 8, VWEU vastgelegde procedure van toepassing. |
Amendement 19 Voorstel voor een richtlijn Artikel 2 – alinea 1 – punt 3 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(3) "leeftijdscontrolesysteem": een informatieverwerkend systeem dat overeenkomstig de nationale voorschriften op elektronische wijze ondubbelzinnig de leeftijd van de consument bevestigt; |
(3) "leeftijdscontrolesysteem": een informatieverwerkend systeem dat overeenkomstig de nationale voorschriften op elektronische wijze ondubbelzinnig de leeftijd van de consument bevestigt; hieronder kan ook worden verstaan een systeem voor fysieke controle dat overeenkomstig de nationale voorschriften ondubbelzinnig de leeftijd van de consument bevestigt in andere situaties dan directe verkoop, bijvoorbeeld bij het gebruik van verkoopautomaten; |
Amendement 20 Voorstel voor een richtlijn Artikel 2 – punt 4 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(4) "kenmerkend aroma": een duidelijk waarneembare geur of smaak die verschilt van die van tabak en die het resultaat is van een additief of combinatie van additieven, met inbegrip van maar niet enkel van fruit, specerijen, kruiden, alcohol, kandij, menthol of vanille, die kan worden waargenomen voor of bij het beoogde gebruik van het tabaksproduct; |
(4) "kenmerkend aroma": een duidelijk waarneembare geur of smaak die verschilt van die van tabak en traditionele aroma's zoals menthol en die het resultaat is van een additief of combinatie van additieven, met inbegrip van maar niet enkel van fruit, specerijen, kruiden, alcohol, kandij of vanille, die kan worden waargenomen voor of bij het beoogde gebruik van het tabaksproduct; |
Motivering | |
Het verbod op menthol kan niet worden gebaseerd op artikel 114, lid 1, VWEU aangezien dit verbod belemmeringen voor de werking van de interne markt niet wegneemt noch het ontstaan ervan voorkomt. Het directe doel ervan is de bescherming van de volksgezondheid. Bijgevolg valt het onder artikel 168, lid 5, VWEU en beschikt het niet over een geldige rechtsgrondslag. | |
Amendement 21 Voorstel voor een richtlijn Artikel 2 – alinea 1 – punt 19 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(19) "maximumniveau" of "maximumgehalte": de maximale hoeveelheid of emissie van een stof in een tabaksproduct, ook als het nul is, gemeten in gram; |
Schrappen |
Amendement 22 Voorstel voor een richtlijn Artikel 2 – alinea 1 – punt 25 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(25) "in de handel brengen": de terbeschikkingstelling van producten aan consumenten in de Unie, al dan niet tegen betaling, inclusief via de verkoop op afstand; in het geval van grensoverschrijdende verkopen op afstand wordt het product geacht in de handel te zijn gebracht in de lidstaat waar zich de consument bevindt; |
(25) "in de handel brengen": de terbeschikkingstelling van producten aan consumenten in de Unie, al dan niet tegen betaling, inclusief via de verkoop op afstand of via verkoopautomaten; in het geval van grensoverschrijdende verkopen op afstand wordt het product geacht in de handel te zijn gebracht in de lidstaat waar zich de consument bevindt; |
Amendement 23 Voorstel voor een richtlijn Artikel 2 – lid 1 – punt 36 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
(36 bis) "tabaksproduct met beperkte schadelijke effecten": een tabaksproduct dat op basis van wetenschappelijke bewijzen aantoonbaar de schadelijke effecten van de rook kan reduceren, ongeacht of dit product als nieuwsoortig tabaksproduct in de zin van artikel 2, punt 23, moet worden beschouwd. |
Amendement 24 Voorstel voor een richtlijn Artikel 3 – lid 2 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
2. De Commissie is bevoegd overeenkomstig artikel 22 gedelegeerde handelingen vast te stellen om de in lid 1 vastgestelde maximumgehalten aan te passen, rekening houdend met de wetenschappelijke ontwikkeling en internationaal overeengekomen normen. |
Schrappen |
Motivering | |
De vaststelling van maximumgehalten voor teer, nicotine en koolmonoxide is een essentieel onderdeel van de voorgestelde richtlijn. Zij dient derhalve onderworpen te zijn aan de gewone wetgevingsprocedure. | |
Amendement 25 Voorstel voor een richtlijn Artikel 3 – lid 3 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
3. De lidstaten stellen de Commissie in kennis van de maximumgehalten die zij vaststellen voor andere emissies van sigaretten en voor de emissies van andere tabaksproducten dan sigaretten. Rekening houdend met eventuele internationaal overeengekomen normen en op basis van wetenschappelijk bewijsmateriaal en van de haar door de lidstaten ter kennis gebrachte gehalten is de Commissie bevoegd overeenkomstig artikel 22 gedelegeerde handelingen vast te stellen tot vaststelling en aanpassing van de maximumgehalten voor andere emissies van sigaretten en voor de emissies van andere tabaksproducten dan sigaretten die de toxische of verslavende werking van tabaksproducten aanmerkelijk vergroten tot boven de drempel van toxiciteit en verslavendheid gebaseerd op de in lid 1 vastgestelde teer-, nicotine- en koolmonoxidegehalten. |
Schrappen |
Motivering | |
De vaststelling van maximumgehalten voor teer, nicotine en koolmonoxide is een essentieel onderdeel van de voorgestelde richtlijn. Zij dient derhalve onderworpen te zijn aan de gewone wetgevingsprocedure. | |
Amendement 26 Voorstel voor een richtlijn Artikel 6 – lid 1 – alinea 1 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
De lidstaten verbieden het in de handel brengen van tabaksproducten met een kenmerkend aroma. |
De lidstaten verbieden het in de handel brengen van tabaksproducten met een kenmerkend aroma, onverminderd artikel 151 van de Akte van Toetreding van Oostenrijk, Finland en Zweden, waar door wetenschappelijke studies ondubbelzinnig is aangetoond dat het additief de toxiciteit van de producten vergroot of de verslavende werking versterkt. |
Motivering | |
Artikel 15 voorziet in een vrijstelling op culturele gronden van tabak voor oraal gebruik in Zweden. Dit beginsel dient ook van toepassing te zijn op de regels voor ingrediënten, aangezien traditionele Zweedse tabak vaak een kenmerkend aroma heeft. | |
Amendement 27 Voorstel voor een richtlijn Artikel 6 – lid 1 – alinea 2 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
De lidstaten mogen het gebruik van additieven die voor de vervaardiging van tabaksproducten van wezenlijk belang zijn, niet verbieden, zolang de additieven niet resulteren in een product met een kenmerkend aroma. |
De lidstaten mogen het gebruik van additieven die voor de vervaardiging van tabaksproducten van wezenlijk belang zijn, niet verbieden. |
Amendement 28 Voorstel voor een richtlijn Artikel 6 – lid 2 – alinea 1 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
Op verzoek van een lidstaat of op eigen initiatief bepaalt de Commissie bij uitvoeringshandelingen of een tabaksproduct binnen de werkingssfeer van lid 1 valt. Die uitvoeringshandelingen worden volgens de in artikel 21 bedoelde onderzoeksprocedure vastgesteld. |
Schrappen |
Motivering | |
Het besluit of een tabaksproduct binnen de werkingssfeer van lid 1 valt en bijgevolg verboden dient te worden, moet niet door de Commissie maar de wetgever worden genomen. | |
Amendement 29 Voorstel voor een richtlijn Artikel 6 – lid 2 – alinea 2 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
De Commissie stelt bij uitvoeringshandelingen uniforme regels vast met betrekking tot de procedures om uit te maken of een tabaksproduct binnen de werkingssfeer van lid 1 valt. Die uitvoeringshandelingen worden volgens de in artikel 21 bedoelde onderzoeksprocedure vastgesteld. |
Schrappen |
Amendement 30 Voorstel voor een richtlijn Artikel 6 – lid 3 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
3. Indien uit de bij de toepassing van de leden 1 en 2 opgedane ervaring blijkt dat een bepaald additief of een combinatie daarvan doorgaans een kenmerkend aroma veroorzaakt als het in een grotere hoeveelheid of concentratie aanwezig is, is de Commissie bevoegd overeenkomstig artikel 22 gedelegeerde handelingen vast te stellen om voor die additieven of combinatie van additieven die het kenmerkend aroma veroorzaken maximumniveaus vast te stellen. |
Schrappen |
Motivering | |
Dit besluit vormt een essentieel onderdeel van het voorstel en moet derhalve aan de wetgever worden overgelaten. | |
Amendement 31 Voorstel voor een richtlijn Artikel 6 – lid 5 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
5. De lidstaten verbieden het gebruik van geur- of smaakstoffen in de bestanddelen van tabaksproducten, zoals filters, papier, verpakkingen of capsules, en van alle technische elementen die de smaak of de intensiteit van de rook kunnen wijzigen. Filters en capsules mogen geen tabak bevatten. |
5. De lidstaten verbieden het gebruik van kenmerkende geur- of smaakstoffen in de bestanddelen van tabaksproducten, zoals filters, papier, verpakkingen of capsules, en van alle technische elementen die de smaak of de intensiteit van de rook kunnen wijzigen, wanneer door wetenschappelijke studies ondubbelzinnig is aangetoond dat het additief de toxiciteit van de producten vergroot of de verslavende werking versterkt. Filters en capsules mogen geen tabak bevatten. |
Amendement 32 Voorstel voor een richtlijn Artikel 6 – lid 9 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
9. Indien uit wetenschappelijk bewijsmateriaal en de bij de toepassing van de leden 7 en 8 opgedane ervaring blijkt dat een bepaald additief of een bepaalde hoeveelheid daarvan bij consumptie de toxische of verslavende werking van een tabaksproduct aanmerkelijk vergroten, is de Commissie bevoegd overeenkomstig artikel 22 gedelegeerde handelingen vast te stellen om voor die additieven maximumniveaus te bepalen. |
Schrappen |
Motivering | |
Dit besluit vormt een essentieel onderdeel van het voorstel en moet derhalve aan de wetgever worden overgelaten. | |
Amendement 33 Voorstel voor een richtlijn Artikel 6 – lid 10 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
10. Andere tabaksproducten dan sigaretten, shagtabak en rookloze tabaksproducten zijn vrijgesteld van het verbod in de leden 1 en 5. De Commissie is bevoegd overeenkomstig artikel 22 gedelegeerde handelingen vast te stellen om die vrijstelling in te trekken als in een verslag van de Commissie wordt vastgesteld dat zich een aanzienlijke verandering in de omstandigheden heeft voorgedaan. |
10. Andere tabaksproducten dan sigaretten en shagtabak zijn vrijgesteld van het verbod in de leden 1 en 5. |
Amendement 34 Voorstel voor een richtlijn Artikel 8 – lid 3 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
3. Bij pakjes sigaretten worden de algemene waarschuwing en de informatieve boodschap gedrukt op de zijkanten van de verpakkingseenheid. Die waarschuwingen zijn ten minste 20 mm breed en ten minste 43 mm hoog. Bij shagtabak wordt de informatieve boodschap gedrukt op de oppervlakte die zichtbaar wordt als de verpakkingseenheid wordt geopend. Zowel de algemene waarschuwing als de informatieve boodschap beslaat 50 % van de oppervlakte waarop zij wordt gedrukt. |
3. Bij pakjes sigaretten worden de algemene waarschuwing en de informatieve boodschap gedrukt op de zijkanten van de verpakkingseenheid. Bij shagtabak wordt de informatieve boodschap gedrukt op de oppervlakte die zichtbaar wordt als de verpakkingseenheid wordt geopend. Zowel de algemene waarschuwing als de informatieve boodschap beslaat 50 % van de oppervlakte waarop zij wordt gedrukt. |
Motivering | |
Het voorschrijven van minimumafmetingen van gezondheidswaarschuwingen leidt in feite tot minimumafmetingen van pakjes. Dit beperkt de keuzevrijheid van de consument en kan een inbreuk vormen op intellectuele-eigendomsrechten. Gezien de onzekere potentiële voordelen van minimumafmetingen van pakjes strookt de maatregel niet met het evenredigheidsbeginsel. | |
Amendement 35 Voorstel voor een richtlijn Artikel 8 – lid 4 – letter b | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
b) om de plaats, het formaat, de layout en het ontwerp van de in dit artikel bedoelde gezondheidswaarschuwingen vast te stellen, met inbegrip van het lettertype en de achtergrondkleur ervan. |
Schrappen |
Motivering | |
Het Parlement en de Raad moeten worden betrokken bij de besluitvorming. Een gedelegeerde handeling zou gevolgen hebben die niet door het Parlement en de Raad in hun hoedanigheid van wetgevers kunnen worden geëvalueerd bij indiening van wetgevingspakketten door de Commissie. De Commissie kan bij gedelegeerde handelingen wetgeving vaststellen betreffende technische kwesties zonder financiële gevolgen, maar niet met betrekking tot kwesties waarbij eventueel nadelige gevolgen kunnen ontstaan die moeilijk ongedaan kunnen worden gemaakt. Daarom dienen het Parlement en de lidstaten (via de Raad) te allen tijde te worden betrokken bij de wetgevingsprocedure als deze een wezenlijk effect kan hebben op een bepaalde markt. | |
Amendement 36 Voorstel voor een richtlijn Artikel 9 – lid 1 – letter b | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
b) bevatten informatie over het stoppen met roken, zoals telefoonnummers, e-mailadressen en/of websites die de consumenten informatie verstrekken over programma's voor hulp voor wie wil stoppen met roken; |
b) bevatten informatie over het stoppen met roken, zoals telefoonnummers, e-mailadressen en/of websites die de consumenten informatie verstrekken over programma's voor hulp voor wie wil stoppen met roken; de platforms die worden opgezet om de consumenten in te lichten over programma's voor hulp voor wie wil stoppen met roken, moeten een actieve rol spelen bij de verspreiding van kennis over de ernstige gevolgen van tabaksgebruik onder kinderen en jongeren, die het meest vatbaar zijn voor de verslavende werking van tabak; |
Amendement 37 Voorstel voor een richtlijn Artikel 9 – lid 1 – letter c | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
c) beslaan 75 % van de buitenvoorkant en -achterkant van de verpakkingseenheid en de buitenverpakking; |
c) beslaan 50 % van de buitenvoorkant en -achterkant van de verpakkingseenheid en de buitenverpakking; |
Motivering | |
Voorschriften met betrekking tot de afmetingen van de gezondheidswaarschuwingen mogen niet leiden tot een inbreuk op intellectuele-eigendomsrechten. Gecombineerde gezondheidswaarschuwingen die 50 % van de voor- en achterkant van de verpakking beslaan, zijn evenredig en in overeenstemming met de internationale verplichtingen die voortvloeien uit de TRIPS-overeenkomst en het WHO-Kaderverdrag inzake tabaksontmoediging. | |
Amendement 38 Voorstel voor een richtlijn Artikel 9 – lid 1 – letter e | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
e) staan bovenaan de verpakkingseenheid en de buitenverpakking, in dezelfde richting als eventuele andere informatie op de verpakking; |
e) staan in dezelfde richting als eventuele andere informatie op de verpakking; |
Motivering | |
Dit voorschrift vormt, in combinatie met de grote afmetingen van de gezondheidswaarschuwing, een onevenredige beperking van de intellectuele-eigendomsrechten van producenten. | |
Amendement 39 Voorstel voor een richtlijn Artikel 9 – lid 1 – letter g – inleidende formule | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
g) hebben voor verpakkingseenheden van sigaretten de volgende afmetingen: |
Schrappen |
Motivering | |
Het voorschrijven van minimumafmetingen van gezondheidswaarschuwingen leidt in feite tot minimumafmetingen van pakjes. Dit beperkt de keuzevrijheid van de consument en kan een inbreuk vormen op intellectuele-eigendomsrechten. Gezien de onzekere potentiële voordelen van minimumafmetingen van pakjes strookt de maatregel niet met het evenredigheidsbeginsel. | |
Amendement 40 Voorstel voor een richtlijn Artikel 9 – lid 1 – letter g – punt i | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
i) hoogte: minimaal 64 mm; |
Schrappen |
Amendement 41 Voorstel voor een richtlijn Artikel 9 – lid 1 – letter g – punt ii | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
ii) breedte: minimaal 55 mm. |
Schrappen |
Amendement 42 Voorstel voor een richtlijn Artikel 9 – lid 3 – letter c | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
c) de plaats, het formaat, de layout, het ontwerp, de afwisseling en de afmetingen van de gezondheidswaarschuwingen vast te stellen; |
Schrappen |
Motivering | |
Het Parlement en de Raad moeten worden betrokken bij de besluitvorming. Een gedelegeerde handeling zou gevolgen hebben die niet door het Parlement en de Raad in hun hoedanigheid van wetgevers kunnen worden geëvalueerd bij indiening van wetgevingspakketten door de Commissie. De Commissie kan bij gedelegeerde handelingen wetgeving vaststellen betreffende technische kwesties zonder financiële gevolgen, maar niet met betrekking tot kwesties waarbij eventueel nadelige gevolgen kunnen ontstaan die moeilijk ongedaan kunnen worden gemaakt. Daarom dienen het Parlement en de lidstaten (via de Raad) te allen tijde te worden betrokken bij de wetgevingsprocedure als deze een wezenlijk effect kan hebben op een bepaalde markt. | |
Amendement 43 Voorstel voor een richtlijn Artikel 10 – lid 5 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
5. De Commissie is bevoegd overeenkomstig artikel 22 gedelegeerde handelingen vast te stellen om die vrijstelling in te trekken als in een verslag van de Commissie wordt vastgesteld dat zich een aanzienlijke verandering in de omstandigheden heeft voorgedaan. |
Schrappen |
Motivering | |
Dit besluit vormt een essentieel onderdeel van het voorstel en moet derhalve aan de wetgever worden overgelaten. | |
Amendement 44 Voorstel voor een richtlijn Artikel 12 – lid 1 – letter a | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
a) een tabaksproduct aanprijst op een manier die onjuist, misleidend of bedrieglijk is of een verkeerde indruk kan wekken over de kenmerken, gevolgen voor de gezondheid, risico's of emissies ervan; |
a) een tabaksproduct aanprijst op een manier die onjuist, misleidend of bedrieglijk is of een verkeerde indruk kan wekken over de kenmerken, gevolgen voor de gezondheid, risico's of emissies ervan, in het bijzonder door de suggestie te wekken dat een bepaald tabaksproduct minder schadelijk is dan andere, tenzij er onafhankelijk wetenschappelijk bewijs bestaat voor een aanzienlijk lager risico voor de gezondheid, of activerende, energetische, genezende, verjongende, natuurlijke, biologische of anderszins positieve gevolgen voor de gezondheid heeft; |
Motivering | |
De beschrijving van het product mag niet misleidend zijn. | |
Amendement 45 Voorstel voor een richtlijn Artikel 12 – lid 1 – letter c | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
c) verwijst naar een aroma, smaak, geur- of smaakstoffen of andere additieven, of het ontbreken daarvan; |
Schrappen |
Motivering | |
Klanten mogen niet verstoken blijven van informatie over het product zolang deze informatie niet misleidend is. Het voorkomen dat producenten naar bijvoorbeeld aroma's verwijzen, roept vragen op met betrekking tot het recht op vrijheid van meningsuiting en het recht om informatie te ontvangen zonder inmenging van openbaar gezag, als vastgelegd in artikel 11, lid 1, van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie. | |
Amendement 46 Voorstel voor een richtlijn Artikel 12 – lid 2 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
2. De verboden elementen en kenmerken omvatten maar zijn niet beperkt tot teksten, symbolen, namen, handelsmerken, al dan niet figuratieve tekens, misleidende kleuren, bijvoegsels of ander extra materiaal, bijvoorbeeld kleefetiketten, stickers, reclamebijlagen, krasbiljetten en hoezen, of kunnen betrekking hebben op de vorm van het tabaksproduct zelf. Sigaretten met een diameter van minder dan 7,5 mm worden geacht misleidend te zijn. |
Schrappen |
Motivering | |
De kans is groot dat de bepaling betreffende verboden elementen en kenmerken tot rechtsonzekerheid leidt, daarom moet zij worden geschrapt. Artikel 12, lid 1, verschaft een toereikende leidraad, aangezien het iedere productbeschrijving die misleidend is verbiedt. Het voorgestelde de facto verbod van sigaretten met een diameter van minder dan 7,5 mm mist iedere rechtsgrond en is niet eens onderworpen aan een behoorlijke effectbeoordeling door de Commissie. Bovendien zou deze maatregel de intellectuele-eigendomsrechten van de producenten schenden. | |
Amendement 47 Voorstel voor een richtlijn Artikel 13 – lid 1 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
1. Een verpakkingseenheid van sigaretten is balkvormig. Een verpakkingseenheid van shagtabak heeft de vorm van een buidel, d.w.z. een rechthoekige zak met een klep die de opening bedekt. De klep van de buidel bedekt ten minste 70 % van de voorkant van het pakje. Een verpakkingseenheid sigaretten bevat ten minste 20 sigaretten. Een verpakkingseenheid shagtabak bevat ten minste 40 g tabak. |
1. De lengte van één zijde van de onderkant van een in de handel gebrachte verpakkingseenheid van sigaretten moet ten minste het dubbele bedragen van de lengte van de aangrenzende zijden. Een verpakkingseenheid van alle andere soorten rooktabak wordt verpakt in een balkvormige verpakking of cilindervormige bus of in een verpakkingseenheid met de vorm van een buidel, d.w.z. een rechthoekige zak met een klep die de opening bedekt. |
Amendement 48 Voorstel voor een richtlijn Artikel 13 – lid 2 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
2. Een sigarettenverpakking kan bestaan uit karton of een zacht materiaal, en mag niet voorzien zijn van een andere opening dan een klapdeksel die na de eerste opening opnieuw kan worden gesloten of verzegeld. Het klapdeksel van een sigarettenverpakking scharniert enkel aan de achterkant van de verpakking. |
Schrappen |
Amendement 49 Voorstel voor een richtlijn Artikel 13 – lid 3 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
3. De Commissie is bevoegd overeenkomstig artikel 22 gedelegeerde handelingen vast te stellen om gedetailleerdere voorschriften voor de vorm en de afmetingen van verpakkingseenheden vast te stellen voor zover die voorschriften noodzakelijk zijn om de goede zichtbaarheid en de integriteit van de gezondheidswaarschuwingen voor de eerste opening, tijdens de opening en na het hersluiten van de verpakkingseenheid te waarborgen. |
Schrappen |
Amendement 50 Voorstel voor een richtlijn Artikel 13 – lid 4 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
4. De Commissie is bevoegd overeenkomstig artikel 22 gedelegeerde handelingen vast te stellen om voor verpakkingseenheden van andere tabaksproducten dan sigaretten en shagtabak de balk- of cilindervorm verplicht te stellen als in een verslag van de Commissie wordt vastgesteld dat zich een aanzienlijke verandering in de omstandigheden heeft voorgedaan. |
Schrappen |
Amendement 51 Voorstel voor een richtlijn Artikel 14 – lid 1 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
1. De lidstaten zorgen ervoor dat alle verpakkingseenheden van tabaksproducten zijn voorzien van een eenduidig identificatienummer. Om hun integriteit te waarborgen, worden eenduidige identificatienummers zodanig afgedrukt/aangebracht dat ze niet verwijderd kunnen worden, dat ze onuitwisbaar zijn en op geen enkele wijze verborgen of onderbroken worden, inclusief wanneer dat gebeurt door middel van accijnszegels of prijsstickers of door het openen van de verpakking. Voor producten die buiten de Unie worden geproduceerd, gelden de verplichtingen van dit artikel slechts voor die welke bestemd zijn voor de markt van de Unie of daar in de handel worden gebracht. |
1. Teneinde effectief volgen en lokaliseren mogelijk te maken, eisen de lidstaten dat eenduidige, veilige en niet-verwijderbare identificatietekens, hierna aangeduid als eenduidige identificatietekens, zoals codes of stempels, worden aangebracht op of deel uitmaken van alle verpakkingseenheden en verpakkingen en alle buitenverpakkingen van sigaretten. Om hun integriteit te waarborgen, worden eenduidige identificatienummers zodanig afgedrukt/aangebracht dat ze niet verwijderd kunnen worden, dat ze onuitwisbaar zijn en op geen enkele wijze verborgen of onderbroken worden, inclusief wanneer dat gebeurt door middel van accijnszegels of prijsstickers of door het openen van de verpakking. Voor producten die buiten de Unie worden geproduceerd, gelden de verplichtingen van dit artikel slechts voor die welke bestemd zijn voor de markt van de Unie of daar in de handel worden gebracht. |
Amendement 52 Voorstel voor een richtlijn Artikel 14 – lid 2 – letter e | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
e) de naam van het product; |
e) de beschrijving van het product; |
Motivering | |
De bepaling moet in overeenstemming worden gebracht met het Protocol betreffende de illegale handel in tabaksproducten van het WHO-Kaderverdrag inzake tabaksontmoediging. | |
Amendement 53 Voorstel voor een richtlijn Artikel 14 – lid 2 – punt i | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
i) de daadwerkelijke verzendingsroute, van de productie tot de eerste detaillist, inclusief alle gebruikte opslagplaatsen; |
i) de verzendingsdatum, de bestemming, het vertrekpunt en de geadresseerde; |
Amendement 54 Voorstel voor een richtlijn Artikel 14 – lid 2 – letter j | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
j) de identiteit van alle kopers, van de productie tot de eerste detaillist; |
j) de identiteit van eventueel bekende volgende kopers; |
Amendement 55 Voorstel voor een richtlijn Artikel 14 – lid 2 – letter k | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
k) de factuur, het bestelnummer en de betalingsbewijzen van alle kopers, van de productie tot de eerste detaillist. |
k) de factuur, het bestelnummer en de betalingsbewijzen van de eerste klant die geen banden heeft met de producent. |
Amendement 56 Voorstel voor een richtlijn Artikel 14 – lid 3 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
3. De lidstaten zorgen ervoor dat alle marktdeelnemers die betrokken zijn bij de handel in tabaksproducten, van de producent tot de laatste marktdeelnemer vóór de eerste detaillist, van alle verpakkingseenheden het in bezit krijgen, alle intermediaire bewegingen en het niet langer in hun bezit hebben registreren. Aan deze verplichting kan worden voldaan door registratie in geaggregeerde vorm, bv. van buitenverpakkingen, mits het volgen en traceren van verpakkingseenheden mogelijk blijft. |
3. De lidstaten zorgen ervoor dat alle marktdeelnemers die betrokken zijn bij de handel in tabaksproducten, van de producent tot de eerste klant (koper), van alle verpakkingseenheden het in bezit krijgen, alle intermediaire bewegingen en het niet langer in hun bezit hebben registreren. Aan deze verplichting kan worden voldaan door registratie in geaggregeerde vorm, bv. van buitenverpakkingen, mits het volgen en traceren van verpakkingseenheden mogelijk blijft. |
Motivering | |
Op basis van overeenkomsten tussen de Commissie en de afzonderlijke lidstaten hebben de grote fabrikanten reeds een volgsysteem ingevoerd voor alle echter sigaretten in de EU. Het is niet mogelijk om sigaretten door de hele leveringsketen te volgen of kennis te hebben van de beoogde verzendingsroute na de eerste verkoop. Het protocol bij de FCTC bevat dan ook geen bepalingen die zulks voorschrijven. De beschrijving van het veiligheidsmerk moet daarom zijn gericht op betrouwbaarheid, en niet op de grootte, kleur of andere kenmerken. Hologrammen zijn bijvoorbeeld niet geschikt om de veiligheid te waarborgen (zij kunnen eenvoudig worden nagemaakt en wekken dan de schijn van een authentiek product). | |
Amendement 57 Voorstel voor een richtlijn Artikel 14 – lid 4 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
4. De lidstaten zorgen ervoor dat de producenten van tabaksproducten alle marktdeelnemers die betrokken zijn bij de handel in tabaksproducten, van de producent tot de laatste marktdeelnemer vóór de eerste detaillist, met inbegrip van de importeurs, opslagplaatsen en transportondernemingen, voorzien van de nodige apparatuur voor het registreren van de tabaksproducten die worden gekocht, verkocht, opgeslagen, getransporteerd of anderszins behandeld. De apparatuur moet de gegevens elektronisch kunnen lezen en doorsturen naar een installatie voor gegevensopslag in de zin van lid 6. |
4. De lidstaten zorgen ervoor dat de producenten van tabaksproducten alle marktdeelnemers die betrokken zijn bij de handel in tabaksproducten, van de producent tot de eerste klant die geen banden heeft met de producent, voorzien van de nodige apparatuur voor het registreren van de tabaksproducten die worden gekocht, verkocht aan de eerste klant die geen banden heeft met de producent, opgeslagen, getransporteerd of anderszins behandeld. De apparatuur moet de gegevens elektronisch kunnen lezen en doorsturen naar een installatie voor gegevensopslag in de zin van lid 6. |
Amendement 58 Voorstel voor een richtlijn Artikel 14 – lid 6 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
6. De lidstaten zorgen ervoor dat de producenten en importeurs van tabaksproducten contracten over de opslag van gegevens sluiten met een onafhankelijke derde, die de installatie voor gegevensopslag beheert voor de gegevens die de betrokken producent en importeur betreffen. De installatie voor gegevensopslag bevindt zich op het grondgebied van de Unie. De geschiktheid van de derde, met name zijn onafhankelijkheid en technische capaciteiten, en het contract, worden goedgekeurd en gecontroleerd door een extern auditor die door de tabaksproducent wordt voorgesteld en betaald en door de Commissie wordt aanvaard. De lidstaten zorgen ervoor dat de installaties voor gegevensopslag volledig transparant en te allen tijde volledig toegankelijk zijn voor de bevoegde autoriteiten van de lidstaten, de Commissie en de onafhankelijke derde. In naar behoren gemotiveerde gevallen kunnen de lidstaten of de Commissie producenten of importeurs toegang verlenen tot die informatie, mits commercieel gevoelige informatie genoegzaam beschermd blijft overeenkomstig het desbetreffende nationale en Unierecht. |
6. De lidstaten zorgen ervoor dat de producenten en importeurs van tabaksproducten contracten over de opslag van gegevens sluiten met een onafhankelijke derde, die de installatie voor gegevensopslag beheert voor de gegevens die de betrokken producent en importeur betreffen. De installatie voor gegevensopslag bevindt zich en is toegankelijk op het grondgebied van de Unie. De geschiktheid van de derde, met name zijn onafhankelijkheid en technische capaciteiten, en het contract, worden goedgekeurd en gecontroleerd door een extern auditor die door de tabaksproducent wordt voorgesteld en betaald en door de Commissie wordt aanvaard. De lidstaten zorgen ervoor dat de installaties voor gegevensopslag volledig transparant en te allen tijde volledig toegankelijk zijn voor de bevoegde autoriteiten van de lidstaten, de Commissie en de onafhankelijke derde. In naar behoren gemotiveerde gevallen kunnen de lidstaten of de Commissie producenten of importeurs toegang verlenen tot die informatie, mits commercieel gevoelige informatie genoegzaam beschermd blijft overeenkomstig het desbetreffende nationale en Unierecht. |
Motivering | |
Op basis van overeenkomsten tussen de Commissie en de afzonderlijke lidstaten hebben de grote fabrikanten reeds een volgsysteem ingevoerd voor alle echter sigaretten in de EU. Het is niet mogelijk om sigaretten door de hele leveringsketen te volgen of kennis te hebben van de beoogde verzendingsroute na de eerste verkoop. Het protocol bij de FCTC bevat dan ook geen bepalingen die zulks voorschrijven. De beschrijving van het veiligheidsmerk moet daarom zijn gericht op betrouwbaarheid, en niet op de grootte, kleur of andere kenmerken. Hologrammen zijn bijvoorbeeld niet geschikt om de veiligheid te waarborgen (zij kunnen eenvoudig worden nagemaakt en wekken dan de schijn van een authentiek product). | |
Amendement 59 Voorstel voor een richtlijn Artikel 14 – lid 8 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
8. De lidstaten eisen dat op alle verpakkingseenheden van tabaksproducten die in de handel worden gebracht behalve het eenduidig identificatienummer een zichtbaar, onvervalsbaar veiligheidskenmerk van ten minste 1 cm² staat, dat zodanig is afgedrukt of aangebracht dat het niet verwijderd kan worden, dat het onuitwisbaar is en op geen enkele wijze verborgen of onderbroken wordt, inclusief wanneer dat gebeurt door middel van accijnszegels of prijsstickers of andere elementen waarin de wetgeving voorziet. |
8. De lidstaten eisen dat op alle verpakkingseenheden van tabaksproducten die in de handel worden gebracht behalve het eenduidig identificatienummer een zichtbaar, onvervalsbaar veiligheidskenmerk staat, dat zodanig is afgedrukt of aangebracht dat het niet verwijderd kan worden, dat het onuitwisbaar is en op geen enkele wijze verborgen of onderbroken wordt, inclusief wanneer dat gebeurt door middel van accijnszegels of prijsstickers of andere elementen waarin de wetgeving voorziet. |
Motivering | |
Op basis van overeenkomsten tussen de Commissie en de afzonderlijke lidstaten hebben de grote fabrikanten reeds een volgsysteem ingevoerd voor alle echter sigaretten in de EU. Het is niet mogelijk om sigaretten door de hele leveringsketen te volgen of kennis te hebben van de beoogde verzendingsroute na de eerste verkoop. Het protocol bij de FCTC bevat dan ook geen bepalingen die zulks voorschrijven. De beschrijving van het veiligheidsmerk moet daarom zijn gericht op betrouwbaarheid, en niet op de grootte, kleur of andere kenmerken. Hologrammen zijn bijvoorbeeld niet geschikt om de veiligheid te waarborgen (zij kunnen eenvoudig worden nagemaakt en wekken dan de schijn van een authentiek product). | |
Amendement 60 Voorstel voor een richtlijn Artikel 14 – lid 9 – letter c | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
c) om de technische normen voor het veiligheidskenmerk en de mogelijke afwisseling daarvan te bepalen en die aan te passen aan de wetenschappelijke, technische en marktontwikkelingen. |
Schrappen |
Amendement 61 Voorstel voor een richtlijn Artikel 14 – lid 10 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
10. Andere tabaksproducten dan sigaretten en shagtabak zijn gedurende vijf jaar na de in artikel 25, lid 1, bedoelde datum vrijgesteld van de toepassing van de leden 1 tot en met 8. |
10. Andere tabaksproducten dan sigaretten en shagtabak zijn gedurende tien jaar na de in artikel 25, lid 1, bedoelde datum vrijgesteld van de toepassing van de leden 1 tot en met 8. |
Amendement 62 Voorstel voor een richtlijn Artikel 15 – lid 1 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
De lidstaten verbieden het in de handel brengen van tabak voor oraal gebruik, onverminderd artikel 151 van de Akte van Toetreding van Oostenrijk, Finland en Zweden. |
De lidstaten verbieden het in de handel brengen van tabak voor oraal gebruik, onverminderd artikel 151 van de Akte van Toetreding van Oostenrijk, Finland en Zweden. Dit verbod mag echter niet gelden voor traditionele tabaksproducten voor oraal gebruik, die om culturele en historische redenen door individuele lidstaten kunnen worden toegestaan. |
Amendement 63 Voorstel voor een richtlijn Artikel 17 – lid 2 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
2 bis. Voor de verkoop van tabaksproducten met beperkte schadelijke effecten moeten de lidstaten een vergunningenstelsel invoeren en een evenredige vergoeding vragen. Ze moeten voorts de normen vaststellen voor de wetenschappelijke risicobeoordeling en de aard van het bewijs dat moet worden overgelegd, met inbegrip van, maar niet beperkt tot, klinische en niet-klinische informatie en andere beschikbare onderzoeken over de manier waarop de consumenten het product gebruiken en waarnemen. De lidstaten mogen voor wat betreft de toegelaten producten met beperkte schadelijke effecten van de in deze richtlijn vastgestelde vereisten afwijken zodat deze in verhouding staan tot de beperkte schadelijkheid van deze producten. |
Amendement 64 Voorstel voor een richtlijn Artikel 17 – lid 3 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
3. Nieuwsoortige tabaksproducten die in de handel worden gebracht, voldoen aan de vereisten van deze richtlijn. Welke bepalingen van toepassing zijn, hangt af van de vraag of de producten onder de definitie van rookloos tabaksproduct in artikel 2, punt 29, dan wel van rooktabak in artikel 2, punt 33, vallen. |
3. Tenzij toegelaten overeenkomstig lid 2 van dit artikel, voldoen nieuwsoortige tabaksproducten die in de handel worden gebracht, aan de vereisten van deze richtlijn. Welke bepalingen van toepassing zijn, hangt af van de vraag of de producten onder de definitie van rookloos tabaksproduct in artikel 2, punt 29, dan wel van rooktabak in artikel 2, punt 33, vallen. |
Amendement 65 Voorstel voor een richtlijn Artikel 18 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
1. De volgende nicotinehoudende producten mogen slechts in de handel worden gebracht als zij overeenkomstig Richtlijn 2001/83/EG zijn toegelaten: |
1. Nicotinehoudende producten, aangediend als hebbende therapeutische of profylactische eigenschappen met betrekking tot ziekten bij de mens, anders dan via enige in lid 3 genoemde boodschap, mogen slechts in de handel worden gebracht als zij overeenkomstig Richtlijn 2001/83/EG zijn toegelaten. |
a) producten die per eenheid meer dan 2 mg nicotine bevatten, of |
|
b) producten met een nicotineconcentratie van meer dan 4 mg per ml, of |
|
c) products whose intended use results in a mean maximum peak plasma concentration exceeding 4 ng of nicotine per ml. |
|
|
1 bis. Deze richtlijn is niet van toepassing op nicotinehoudende producten die overeenkomstig Richtlijn 2001/83/EG zijn toegelaten. |
|
1 ter. Nicotinehoudende producten waarop lid 1 niet van toepassing is mogen op de markt worden toegelaten als ze aan deze richtlijn voldoen. |
|
1 quater. De lidstaten zorgen ervoor dat nicotinehoudende producten voldoen aan de Europese wetgeving inzake consumentenbescherming, -veiligheid en overige relevante wetgeving die van kracht is. |
|
1 quinquies. Uiterlijk twaalf maanden na de inwerkingtreding van deze richtlijn dient elke afzonderlijke lidstaat bij de Commissie een verslag in over de maatregelen die de lidstaat heeft genomen voor de invoering en naleving van de in [nieuw] bijlage IV opgenomen wetgeving inzake nicotinehoudende producten en de doeltreffendheid van deze maatregelen. |
|
1 sexies. De lidstaten zorgen ervoor dat nicotinehoudende producten niet verkocht worden aan personen beneden de nationale wettelijke leeftijd voor het kopen van tabaksproducten. |
2. De Commissie is bevoegd om overeenkomstig artikel 22 gedelegeerde handelingen vast te stellen om: de in lid 1 bedoelde hoeveelheden nicotine bij te werken, gelet op de wetenschappelijke ontwikkelingen en de overeenkomstig Richtlijn 2001/83/EG verleende vergunningen voor het in de handel brengen van nicotinehoudende producten. |
2. De Commissie voert vóór 1 april 2017 in overleg met relevante belanghebbenden en de lidstaten een onderzoek uit naar nicotinehoudende producten. Bij dit onderzoek wordt nagegaan of er behoefte bestaat aan specifieke wetgeving met betrekking tot nicotinehoudende producten. |
3. Op elke verpakkingseenheid en op elke buitenverpakking van nicotinehoudende producten met een nicotinegehalte onder de in lid 1 vermelde waarden staat de volgende gezondheidswaarschuwing: |
3. Op elke verpakkingseenheid en op elke buitenverpakking van nicotinehoudende producten die niet binnen het toepassingsgebied van Richtlijn 2011/83/EG vallen, staat de volgende gezondheidswaarschuwing: |
Dit product bevat nicotine en kan uw gezondheid schaden. |
Dit product bevat nicotine, een verslavende stof die uw gezondheid kan schaden. |
4. De in lid 3 bedoelde gezondheidswaarschuwing voldoet aan de vereisten van artikel 10, lid 4. Bovendien: |
|
a) wordt zij aangebracht op de twee grootste oppervlakten van de verpakkingseenheid en van elke buitenverpakking; |
|
b) beslaat zij 30 % van de buitenvoorkant of -achterkant van de verpakkingseenheid en van elke buitenverpakking; Dit percentage wordt verhoogd tot 32 % voor lidstaten met twee officiële talen en tot 35 % voor lidstaten met drie officiële talen. |
|
5. De Commissie is bevoegd om overeenkomstig artikel 22 gedelegeerde handelingen vast te stellen om de vereisten in de leden 3 en 4 aan te passen, rekening houdend met de wetenschappelijke en marktontwikkelingen, en om de plaats, het formaat, de layout, het ontwerp en de afwisseling van de gezondheidswaarschuwingen vast te stellen en aan te passen. |
|
Motivering | |
Dit maakt een vergunning voor het in de handel brengen van een geneesmiddel verplicht in het geval van een gezondheidsclaim waarbij een strikte interpretatie van de definitie in de geneesmiddelenrichtlijn wordt gehanteerd: "aangediend als hebbende therapeutische of profylactische eigenschappen met betrekking tot ziekten" is een aanhaling uit het eerste deel van de definitie van een geneesmiddel in artikel 1, lid 2, onder a), van de geneesmiddelenrichtlijn 2001/83/EG. | |
Amendement 66 Voorstel voor een richtlijn Artikel 20 – lid 3 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
3. De lidstaten stellen regels vast voor sancties op overtredingen van de ingevolge deze richtlijn vastgestelde nationale bepalingen en nemen alle nodige maatregelen om ervoor te zorgen dat zij worden toegepast. De vastgestelde sancties moeten doeltreffend, evenredig en afschrikkend zijn. |
3. De lidstaten stellen regels vast voor sancties op overtredingen van de ingevolge deze richtlijn vastgestelde nationale bepalingen en nemen alle nodige maatregelen om ervoor te zorgen dat zij worden toegepast. De vastgestelde sancties moeten doeltreffend, evenredig en afschrikkend zijn. Alle geldboetes die kunnen worden opgelegd moeten hoger zijn dan de economische voordelen die kunnen worden verkregen door overtreding van de bepalingen. |
Amendement 67 Voorstel voor een richtlijn Artikel 22 – lid 2 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
2. De in artikel 3, lid 2, artikel 3, lid 3, artikel 4, lid 3, artikel 4, lid 4, artikel 6, lid 3, artikel 6, lid 9, artikel 6, lid 10, artikel 8, lid 4, artikel 9, lid 3, artikel 10, lid 5, artikel 11, lid 3, artikel 13, lid 3, artikel 13, lid 4, artikel 14, lid 9, artikel 18, lid 2, en artikel 18, lid 5, bedoelde bevoegdheid om gedelegeerde handelingen vast te stellen, wordt aan de Commissie toegekend voor onbepaalde tijd met ingang van [Publicatiebureau: gelieve de datum van inwerkingtreding van deze richtlijn in te vullen]. |
2. De in artikel 4, lid 3, artikel 4, lid 4, artikel 8, lid 4, artikel 9, lid 3, artikel 11, lid 3, en artikel 14, lid 9 bedoelde bevoegdheid om gedelegeerde handelingen vast te stellen, wordt aan de Commissie toegekend voor onbepaalde tijd met ingang van [Publicatiebureau: gelieve de datum van inwerkingtreding van deze richtlijn in te vullen]. |
Motivering | |
Enkele van de in het Commissievoorstel opgenomen bepalingen inzake gedelegeerde handelingen beantwoorden niet aan de vereisten van artikel 290 VWEU. | |
Amendement 68 Voorstel voor een richtlijn Artikel 22 – lid 3 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
3. Het Europees Parlement of de Raad kan de in artikel 3, lid 2, artikel 3, lid 3, artikel 4, lid 3, artikel 4, lid 4, artikel 6, lid 3, artikel 6, lid 9, artikel 6, lid 10, artikel 8, lid 4, artikel 9, lid 3, artikel 10, lid 5, artikel 11, lid 3, artikel 13, lid 3, artikel 13, lid 4, artikel 14, lid 9, artikel 18, lid 2, en artikel 18, lid 5, bedoelde bevoegdheidsdelegatie te allen tijde intrekken. Het besluit tot intrekking beëindigt de delegatie van de in dat besluit genoemde bevoegdheid. Het wordt van kracht op de dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie of op een daarin genoemde latere datum. Het laat de geldigheid van de reeds van kracht zijnde gedelegeerde handelingen onverlet. |
3. Het Europees Parlement of de Raad kan de in artikel 4, lid 3, artikel 4, lid 4, artikel 8, lid 4, artikel 9, lid 3, artikel 11, lid 3, en artikel 14, lid 9 bedoelde bevoegdheidsdelegatie te allen tijde intrekken. Het besluit tot intrekking beëindigt de delegatie van de in dat besluit genoemde bevoegdheid. Het wordt van kracht op de dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie of op een daarin genoemde latere datum. Het laat de geldigheid van de reeds van kracht zijnde gedelegeerde handelingen onverlet. |
Amendement 69 Voorstel voor een richtlijn Artikel 22 – lid 5 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
5. Een overeenkomstig artikel 3, lid 2, artikel 3, lid 3, artikel 4, lid 3, artikel 4, lid 4, artikel 6, lid 3, artikel 6, lid 9, artikel 6, lid 10, artikel 8, lid 4, artikel 9, lid 3, artikel 10, lid 5, artikel 11, lid 3, artikel 13, lid 3, artikel 13, lid 4, artikel 14, lid 9, artikel 18, lid 2, en artikel 18, lid 5, vastgestelde gedelegeerde handeling treedt alleen in werking indien het Europees Parlement noch de Raad daartegen binnen een termijn van twee maanden na de kennisgeving van de handeling aan het Europees Parlement en de Raad bezwaar heeft gemaakt, of indien zowel het Europees Parlement als de Raad voor het verstrijken van die termijn de Commissie hebben medegedeeld dat zij daartegen geen bezwaar zullen maken. Die termijn wordt op initiatief van het Europees Parlement of de Raad met twee maanden verlengd. |
5. Een overeenkomstig artikel 4, lid 3, artikel 4, lid 4, artikel 8, lid 4, artikel 9, lid 3, en artikel 14, lid 9, vastgestelde gedelegeerde handeling treedt alleen in werking indien het Europees Parlement noch de Raad daartegen binnen een termijn van twee maanden na de kennisgeving van de handeling aan het Europees Parlement en de Raad bezwaar heeft gemaakt, of indien zowel het Europees Parlement als de Raad voor het verstrijken van die termijn de Commissie hebben medegedeeld dat zij daartegen geen bezwaar zullen maken. Die termijn wordt op initiatief van het Europees Parlement of de Raad met twee maanden verlengd. |
Amendement 70 Voorstel voor een richtlijn Artikel 23 – lid 1 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
1 bis. Uiterlijk twee jaar na de in artikel 25, lid 1, bedoelde datum legt de Commissie aan het Europees Parlement, de Raad, het Europees Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Regio's een verslag voor over de economische en sociale gevolgen van de toepassing van deze richtlijn. |
Amendement 71 Voorstel voor een richtlijn Artikel 24 – lid 2 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
2. Op grond van dwingende redenen in verband met de bescherming van de volksgezondheid mag een lidstaat voor onder deze richtlijn vallende materies echter strengere nationale voorschriften handhaven die op alle producten van toepassing zijn. Een lidstaat mag ook strengere nationale voorschriften invoeren om redenen die verband houden met de specifieke situatie van die lidstaat, en mits die voorschriften gerechtvaardigd zijn door de bescherming van de volksgezondheid. Die nationale voorschriften worden samen met de motivering voor de handhaving of invoering ervan aan de Commissie ter kennis gebracht. Binnen zes maanden na de datum van ontvangst van de kennisgeving keurt de Commissie die voorschriften goed of af, nadat zij, rekening houdend met het hoge niveau van bescherming van de volksgezondheid dat deze richtlijn tot stand brengt, heeft nagegaan of zij al dan niet gerechtvaardigd, noodzakelijk en evenredig aan hun doel zijn en of zij geen middel tot willekeurige discriminatie of een verkapte beperking van de handel tussen de lidstaten vormen. Wanneer de Commissie binnen de genoemde periode geen besluit neemt, worden de nationale voorschriften geacht te zijn goedgekeurd. |
Schrappen |
Motivering | |
De in artikel 24, lid 2, van het voorstel vastgelegde procedure strookt niet met het VWEU. De door de Commissie voorziene procedure is in overeenstemming met de in artikel 114, leden 5 en 6, VWEU opgenomen procedure, die expliciet uitsluitend van toepassing is op maatregelen die verband houden met de bescherming van het milieu of het arbeidsmilieu. | |
Amendement 72 Voorstel voor een richtlijn Artikel 25 – lid 1 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
1. De lidstaten doen de nodige wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen in werking treden om uiterlijk op [Publicatiebureau: gelieve de juiste datum in te vullen: inwerkingtreding + 18 maanden] aan deze richtlijn te voldoen. Zij delen de Commissie de tekst van die bepalingen onverwijld mede. |
1. De lidstaten doen de nodige wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen in werking treden om uiterlijk op [Publicatiebureau: gelieve de juiste datum in te vullen: inwerkingtreding + 36 maanden] aan deze richtlijn te voldoen. Zij delen de Commissie de tekst van die bepalingen onverwijld mede. |
Amendement 73 Voorstel voor een richtlijn Artikel 26 – lid 1 – letter b | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
b) nicotinehoudende producten met een nicotinegehalte onder de in artikel 18, lid 1, vermelde waarde; |
b) nicotinehoudende producten; |
Amendement 74 Voorstel voor een richtlijn Bijlage I bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
BIJLAGE I bis |
|
EU-wetgeving van toepassing op nicotinehoudende producten: |
|
Algemene veiligheid: |
|
Richtlijn 2001/95/EG inzake algemene productveiligheid |
|
Het Rapex-systeem – informatie en waarschuwingen over gevaarlijke producten |
|
Verpakking en etikettering: |
|
Richtlijn 67/548/EEG betreffende gevaarlijke stoffen |
|
Richtlijn 99/45/EG betreffende gevaarlijke preparaten |
|
De indeling, etikettering en verpakking van stoffen en mengsels – de CLP-verordening 1272/2008 is van toepassing vanaf 2015. |
|
Chemische veiligheid: |
|
Verordening (EG) 1907/2006 betreffende de registratie en beoordeling van en autorisatie en beperkingen ten aanzien van chemische stoffen (REACH) |
|
Veiligheid van elektrisch materiaal: |
|
Richtlijn 2006/95/EG betreffende laagspanning |
|
Richtlijn 2004/108/EG betreffende elektromagnetische compatibiliteit |
|
Richtlijn 2011/65/EU betreffende de beperking van gevaarlijke stoffen (BGS) (in voorkomend geval) |
|
Richtlijn 2012/19/EU betreffende afgedankte elektrische en elektronische apparatuur (AEEA) |
|
Richtlijn 2006/66/EG betreffende batterijen |
|
Maten en gewichten: |
|
Richtlijn 76/211/EEG betreffende het voorverpakken naar gewicht of volume van bepaalde producten in voorverpakkingen |
|
Richtlijn 2007/45/EG betreffende nominale hoeveelheden voor voorverpakte producten |
|
Handelspraktijken |
|
Richtlijn 97/7/EG inzake verkopen op afstand |
|
Richtlijn 2000/31/EG inzake elektronische handel |
|
Richtlijn 2006/114/EG inzake misleidende reclame en vergelijkende reclame |
|
Richtlijn 2005/29/EG inzake oneerlijke handelspraktijken |
Motivering | |
De lidstaten moeten de bestaande wetgeving inzake consument en veiligheid toepassen op nicotinehoudende producten. De rapportageverplichting betekent dat er een systematischer aanpak wordt gevolgd en zal de basis vormen voor een evaluatie door Commissie, die vóór april 2017 moet zijn afgerond. |
- [1] Zaak C-491/01, British American Tobacco (Investments) en Imperial Tobacco, punt 60.
- [2] Zaak C-210/03, Swedish Match, punten 30 en 33.
- [3] Er bestaat eveneens geen verplichting om menthol te verbieden omdat andere smaken worden verboden. In het Commissievoorstel wordt verwezen naar een besluit van de beroepsinstantie van de WTO (WTO-Beroepsinstantie, AB-2012-1, United States – Measures Affecting the Production and Sale of Clove Cigarettes (DS406)). In dit besluit staat evenwel alleen dat sigaretten met menthol of kruidnagel onder de specifieke omstandigheden van de zaak "als producten" moesten worden beschouwd en dat zij niet op een andere manier behandeld konden worden. DE WTO-beroepsinstantie beargumenteerde niet dat de VS geen onderscheid zouden mogen maken tussen menthol en andere kenmerkende smaken zoals fruit- en snoepsmaken.
- [4] Zie overweging 15: "Uit een aantal studies blijkt dat tabaksproducten met menthol de inhalatie en het beginnen met roken door jongeren kunnen vergemakkelijken." en overweging 23: "Uit een recent onderzoek is ook gebleken dat rokers van dunne sigaretten vaker geloven dat hun eigen merk minder schadelijk is. Dat moet worden aangepakt."
- [5] Zie zaak C-491/01, British American Tobacco (Investments) en Imperial Tobacco, punt 62.
- [6] Zaak C-491/01, British American Tobacco (Investments) en Imperial Tobacco, punt 132.
- [7] Zie bijvoorbeeld het arrest van het Duitse Constitutioneel Hof, BVerGE 95, 173, punt 70.
- [8] Zie bv. artikel 8, lid 1, en artikel 20 van de TRIPS-overeenkomst. In tegenstelling met wat soms wordt beweerd suggereert het arrest van het Australisch hooggerechtshof van 15 augustus 2012 inzake de verenigbaarheid van de regels inzake gestandaardiseerde verpakkingen ("plain packaging") op geen enkele wijze dat dergelijke gestandaardiseerde verpakkingen of soortgelijke maatregelen in overeenstemming zouden zijn met het Europees recht. Op grond van paragraaf 51van de Australische grondwet maakt een wet inbreuk op de Australische grondwet wanneer zij een persoon of een onderneming zijn of haar eigendom ontneemt en de Australische regering een bepaald eigendomsvoordeel uit dit eigendom verschaft. Het voorschrift inzake gestandaardiseerde verpakkingen werd goedgekeurd omdat Australië het eigendom niet had "verkregen". Niettemin oordeelde het Hof dat de gestandaardiseerde verpakkingen tabaksfabrikanten wel degelijk hun eigendom "ontnemen". Overeenkomstig artikel 17 van het Handvest en bijgevolg het EU-recht vormt "het verkrijgen" van eigendom geen voorwaarde voor een inbreuk op het recht op eigendom - ontneming ervan is voldoende. De uitspraak van het Australisch Hooggerechtshof pleit dus veeleer tegen de aanvaardbaarheid van soortgelijke maatregelen uit hoofde van het EU-recht.
- [9] Op grond van de strikte jurisprudentie van het Hof van Justitie van de Europese Unie hebben diverse nationale rechtbanken reeds geoordeeld dat elektronische sigaretten op basis van hun werking niet als geneesmiddel kunnen worden aangemerkt overeenkomstig de geneesmiddelenrichtlijn. Zie bv. Oberverwaltungsgericht Nordrhein-Westfalen, 24 april 2012, 16 L 2043/11.
- [10] Artikel 18 mist tevens een geldige rechtsgrond aangezien het op geen enkele wijze is gericht op de verbetering van de voorwaarden voor de instelling en werking van de interne markt. Volgens de Commissie maakt de bepaling het mogelijk dat nicotinehoudende producten zich vrij tussen de lidstaten bewegen, aangezien zij zouden profiteren van de in de geneesmiddelenrichtlijn vastgelegde wederzijdse-erkenningsprocedure (Effectbeoordeling, blz. 8). Dit is evenwel reeds het geval zonder artikel 18, daar ieder nicotinehoudend product dat als geneesmiddel wordt aangemerkt ook nu al is onderworpen aan de geneesmiddelenrichtlijn. Het enige effect van artikel 18 ligt in het verbod op het in de handel brengen van nicotinehoudende producten die niet overeenkomstig de geneesmiddelenrichtlijn zijn toegelaten.
ADVIES VAN DE COMMISSIE JURIDISCHE ZAKEN INZAKE DE RECHTSGROND
De heer Matthias Groote
Voorzitter
Commissie milieubeheer, volksgezondheid en voedselveiligheid
BRUSSEL
Betreft: Advies uit hoofde van artikel 37 bis van het Reglement betreffende het gebruik van gedelegeerde handelingen, in het kader van de behandeling van de onderlinge aanpassing van de wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen van de lidstaten inzake de productie, de presentatie en de verkoop van tabaks- en aanverwante producten (COM(2012)0788 – C7‑0420/2012 – 2012/0366(COD))
Geachte voorzitter,
Tijdens haar vergadering van 6 juni 2013 heeft de Commissie juridische zaken, uit hoofde van artikel 37 bis, lid 3, van het Reglement, besloten aangelegenheden betreffende het gebruik van gedelegeerde handelingen in behandeling te nemen, in het kader van de behandeling van het bovengenoemde voorstel.
De commissie heeft bovengenoemde aangelegenheden tijdens haar vergadering van 20 juni 2013 behandeld.
Tijdens haar vergadering van 9 juli 2013 heeft de Commissie juridische zaken met eenparigheid van stemmen[1] het volgende advies goedgekeurd.
Hoogachtend,
Klaus-Heiner Lehne
I - Achtergrond
Het voornaamste doel van het bovengenoemde voorstel voor een richtlijn is de actualisering en aanvulling van Richtlijn 2001/37/EG van het Europees Parlement en de Raad van 5 juni 2001 betreffende de onderlinge aanpassing van de wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen van de lidstaten inzake de productie, de presentatie en de verkoop van tabaksproducten.
Het voorstel beoogt de onderlinge aanpassing van de wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen van de lidstaten op vijf beleidsterreinen:
1. Rookloze tabaksproducten en uitbreiding van de productomschrijving (d.w.z. nicotinehoudende producten en voor roken bestemde kruidenproducten);
2. Verpakking en etikettering;
3. Ingrediënten/additieven;
4. Grensoverschrijdende verkoop op afstand; en
5. Traceerbaarheid en veiligheidskenmerken.
Terwijl de richtlijn van 2001 slechts uitvoeringsbevoegdheden aan de Commissie toekende voor maatregelen betreffende het aantonen van gezondheidseffecten het aanpassen van meetmethoden aan nieuwe wetenschappelijke en technische ontwikkelingen, voeren de meeste domeinen waarvoor de Commissie in het huidige voorstel gedelegeerde handelingen of uitvoeringshandelingen voorstelt terug op het volgende artikel (eigen onderlijning):
Artikel 11
Verslag
Uiterlijk op 31 december 2004 - en daarna om de twee jaar - dient de Commissie bij het Europees Parlement, de Raad en het Economisch en Sociaal Comité een verslag over de toepassing van deze richtlijn in.
Voor de opstelling van dat verslag wordt de Commissie bijgestaan door wetenschappelijke en technische deskundigen om over alle nodige gegevens te beschikken.
Bij de indiening van het eerste verslag geeft de Commissie in het bijzonder aan welke elementen vanwege de ontwikkeling van de wetenschappelijke en technische kennis herzien of verder uitgewerkt dienen te worden, met inbegrip van de ontwikkeling van internationaal overeengekomen regels en normen betreffende producten, waarbij bijzondere aandacht dient te worden besteed aan:
— verdere verlaging van de in artikel 3, lid 1, genoemde maximumgehaltes,
— het eventuele verband tussen die gehaltes,
— verbetering van de gezondheidswaarschuwingen op het stuk van grootte, plaats en bewoordingen,
— nieuwe wetenschappelijke en technische gegevens aangaande etikettering en het op sigarettenverpakkingen afdrukken van foto's of andere afbeeldingen om de gevolgen van roken voor de gezondheid weer te geven of te verduidelijken,
— methodologieën om de toxiciteit en schadelijkheid realistischer te beoordelen en te reglementeren,
— de evaluatie van de verslavende effecten van die ingrediënten welke afhankelijkheid in de hand werken,
— de evaluatie van tabaksproducten die de schadelijkheid mogelijk kunnen verminderen,
— de ontwikkeling van gestandaardiseerde testmethodes voor het meten van de gehaltes in sigarettenrook van andere bestanddelen dan teer, nicotine en koolmonoxide,
— de toxicologische gegevens omtrent ingrediënten die van de producenten moeten worden verlangd, alsmede de wijze waarop zij moeten worden getest teneinde de volksgezondheidsinstanties in staat te stellen het gebruik ervan te beoordelen,
— de ontwikkeling van normen voor andere producten dan sigaretten, met name shag.
Het verslag gaat ook in op het verband tussen de etiketteringsvereisten van artikel 5 en het gedrag van de consument. Het verslag gaat vergezeld van alle door de Commissie noodzakelijk geachte voorstellen tot wijziging van deze richtlijn teneinde deze aan de ontwikkelingen in de sector van de tabaksproducten aan te passen, voor zover dit voor de totstandbrenging en de werking van de interne markt noodzakelijk is, en rekening te houden met nieuwe wetenschappelijke ontwikkelingen en met de ontwikkelingen ten aanzien van internationaal overeengekomen productnormen.
II – Gedelegeerde handelingen en uitvoeringshandelingen - achtergrond
Zie afdeling II van het bijgevoegde advies van de Commissie juridische zaken van 27 april 2012 aan de Commissie landbouw inzake de verordening tot wijziging van Verordening (EG) nr. 834/2007 inzake de biologische productie en de etikettering van biologische producten, alsook het werkdocument dat werd opgesteld in het kader van de follow-up van de delegatie van wetgevingsbevoegdheden en het toezicht van de lidstaten op de uitoefening van uitvoeringsbevoegdheden door de Commissie (rapporteur: József Szájer). Beide teksten bieden een uitvoerige toelichting bij gedelegeerde handelingen en uitvoeringshandelingen.
III – Het standpunt van het Parlement inzake de delegatie van wetgevingsbevoegdheid
Sinds de inwerkingtreding van het Verdrag van Lissabon is in een aantal wetgevingsprocedures de afbakening van gedelegeerde handelingen en uitvoeringshandelingen onderwerp van discussie geweest. De Raad heeft in een aantal gevallen aangedrongen op het gebruik van uitvoeringshandelingen om via deskundigen uit de lidstaten die deel uitmaken van een comité als bedoeld in de verordening inzake de controle op uitvoeringshandelingen tijdens de voorbereidende fase van deze handelingen meer invloed te kunnen uitoefenen. Tijdens de voorbereidende fase van gedelegeerde handelingen is er namelijk voor deskundigen uit de lidstaten geen formele rol weggelegd. Bovendien zijn de rol, invloed en prerogatieven van het Parlement bij gedelegeerde handelingen veel groter, waarbij de mogelijkheid die het Parlement heeft om bezwaar te maken tegen een voorstel voor een gedelegeerde handeling en de mogelijkheid om delegatie in te trekken de krachtigste instrumenten zijn. Bij uitvoeringshandelingen beperken de rechten van het Parlement zich tot toetsing van de handeling, en mag de Commissie de voorgestelde uitvoeringshandeling vaststellen, ongeacht eventuele bezwaren van het Parlement.
De keuze van het juiste instrument bepaalt echter niet alleen of het Parlement zijn controlerecht of zijn toetsingsrecht kan uitoefenen, maar is ook van groot belang voor de geldigheid van het wetgevingsbesluit zelf. De voorzitter van de Commissie heeft in een brief aan de Voorzitter van het Parlement benadrukt dat er ten aanzien van de afbakening van uitvoeringshandelingen en gedelegeerde handelingen geen politieke keuzevrijheid bestaat, maar dat de wettelijke criteria van de artikelen 290 en 291 VWEU als uitgangspunt voor iedere analyse moeten gelden[2]. De Commissie heeft in een geval waarin zij van oordeel was dat gekozen werd voor een onjuiste handeling het Hof van Justitie om uitlegging verzocht over de afbakening van beide soorten handelingen[3].
Om een horizontaal politiek standpunt ten aanzien van gedelegeerde handelingen te bepalen, teneinde de prerogatieven van het Parlement te beschermen, verdere juridische procedures te voorkomen en het gevaar af te wenden dat wetgevingshandelingen worden vernietigd omdat een onjuiste keuze is gemaakt tussen gedelegeerde handelingen en uitvoeringshandelingen, heeft de Conferentie van voorzitters zich in 2012 uitgesproken voor de volgende uit vier elementen bestaande benadering, die ervoor moet zorgen dat het Parlement de bevoegdheden die hem bij het Verdrag van Lissabon zijn toegekend ten volle kan uitoefenen[4]:
1. Keuze van het juiste instrument;
2. Versterking van de rol van de lidstaten in de voorbereidende fase van gedelegeerde handelingen;
3. Opname van zoveel mogelijk bepalingen in de basishandeling ("medebeslissing");
4. Vaststelling van het standpunt van het Parlement zonder akkoord in eerste lezing.
Als laatste element wordt voorgesteld om te weigeren dossiers waarin niet voor gedelegeerde handelingen wordt gekozen terwijl is vastgesteld dat dat wel zou moeten, aan de voltallige vergadering voor te leggen, zodat er opnieuw horizontale onderhandelingen met de Raad moeten worden gevoerd.
IV - Analyse
Omdat er met betrekking tot de afbakening van gedelegeerde handelingen en uitvoeringshandelingen nog geen jurisprudentie van het Hof van Justitie bestaat, moet bij een analyse het Verdrag zelf het uitgangspunt vormen. Op grond van artikel 290 VWEU kan in een wetgevingshandeling aan de Commissie de bevoegdheid worden overgedragen "niet-wetgevingshandelingen van algemene strekking vast te stellen ter aanvulling of wijziging van bepaalde niet-essentiële onderdelen van de wetgevingshandeling".
Om na te gaan of in onderhavig geval aan deze criteria is voldaan, moet de aard van de bevoegdheidstoekenning in de verschillende bepalingen afzonderlijk worden onderzocht. Zie hiervoor de bijlage.
V - Conclusie en aanbeveling
In het licht van het bovenstaande is de Commissie juridische zaken van oordeel dat het Parlement, met uitzondering van de voorgestelde bepalingen voor gedelegeerde handelingen in artikel 4, leden 3 en 4, en artikel 14, lid 9, onder b) en c), op het gebied van meetmethoden, geen van de voorgestelde bepalingen voor gedelegeerde handelingen mag aanvaarden.
Alle andere voorgestelde bepalingen die in de vaststelling van gedelegeerde handelingen voorzien dienen te worden geschrapt, en de wezenlijke inhoud ervan moet in de basishandeling worden opgenomen. In bepaalde gevallen zou er gebruik kunnen worden gemaakt van gedelegeerde handelingen voor vaststellingen of van uitvoeringshandelingen voor de bepaling van uniforme uitvoeringsvoorwaarden, maar dan alleen wanneer de criteria nader omschreven zijn in de basishandeling. Subsidiair zou de Commissie kunnen worden verzocht binnen een bepaalde termijn een verslag op te stellen voor de medewetgevers, met mogelijk begeleidende voorstellen tot wijziging van wetgevingshandelingen, zoals in de richtlijn van 2001.
De standaardoverwegingen en -artikelen uit de consensus en de verordening inzake uitvoeringshandelingen lijken te zijn geëerbiedigd. De huidige formulering van overweging 37 stemt evenwel niet overeen met wat de Commissie voorstelt in artikel 6, lid 2.
In het licht van de door de Conferentie van voorzitters aangenomen politieke richtsnoeren verzoekt de Commissie juridische zaken de Commissie milieubeheer, volksgezondheid en voedselveiligheid daarom deze aanbevelingen in overweging te nemen bij de opstelling van haar verslag. Als de Raad een standpunt inneemt dat haaks staat op deze aanbevelingen en zijn steun uitspreekt voor gedelegeerde handelingen of uitvoeringshandelingen waar die volgens de criteria niet op hun plaats zijn, moet de commissie de Raad meedelen dat het dossier in deze vorm niet aan de voltallige vergadering zal worden voorgelegd. Als de Raad dan nog volhardt, moet de commissie aandringen op vaststelling van het standpunt van het Parlement zonder akkoord in eerste lezing.
Bijlage - bepalingen inzake gedelegeerde handelingen en uitvoeringshandelingen
Artikel |
Tekst |
Doel, inhoud, werkingssfeer |
Aanbeveling |
|
Overweging 37
|
Om uniforme voorwaarden voor de uitvoering van deze richtlijn te waarborgen, met name wat betreft het formaat voor de verstrekking van informatie over ingrediënten, het identificeren van producten met kenmerkende aroma's of met een verhoogde toxiciteit of verslavende werking, en de methode om uit te maken of een tabaksproduct een kenmerkend aroma heeft, moeten aan de Commissie uitvoeringsbevoegdheden worden toegekend. Die bevoegdheden moeten worden uitgeoefend overeenkomstig Verordening (EU) nr. 182/2011. |
Deze passage staat haaks op de in artikel 6, lid 2, gesuggereerde vaststellingen op eigen initiatief wat kenmerkende aroma's betreft. De overweging heeft het enkel over de methodologie.
Een overweging die de keuze voor de onderzoeksprocedure rechtvaardigt lijkt te ontbreken.
|
Deze overweging sluit aan bij het correcte model, maar vermeldt niet wat de Commissie in artikel 6, lid 2, beoogt. De overweging moet in overeenstemming worden gebracht met de lager vermelde vaststellingen.
Een overweging over hetzij de raadplegingsprocedure, hetzij de onderzoeksprocedure moet worden toegevoegd.
|
|
Overweging 38
|
Om ervoor te zorgen dat de richtlijn volledig operationeel is en om gelijke tred te houden met de technische, wetenschappelijke en internationale ontwikkelingen in de tabaksproductie, -consumptie en -regulering moet aan de Commissie de bevoegdheid worden toegekend om overeenkomstig artikel 290 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie handelingen vast te stellen ten aanzien van met name de vaststelling en aanpassing van maximumgehalten in emissies en de meetmethoden daarvoor, de vaststelling van maximale hoeveelheden van ingrediënten die de toxiciteit, de verslavende werking of de aantrekkelijkheid vergroten, het gebruik van gezondheidswaarschuwingen, eenduidige identificatienummers en veiligheidskenmerken bij de etikettering en verpakking, de bepaling van centrale elementen van overeenkomsten met onafhankelijke derden voor de opslag van gegevens, de herziening van bepaalde vrijstellingen voor andere tabaksproducten dan sigaretten, shagtabak en rookloze tabaksproducten, en de herziening van het nicotinegehalte van nicotinehoudende producten. Het is van bijzonder belang dat de Commissie bij haar voorbereidende werkzaamheden tot passende raadpleging overgaat, onder meer op deskundigenniveau. De Commissie moet bij de voorbereiding en opstelling van de gedelegeerde handelingen ervoor zorgen dat de desbetreffende documenten tijdig en op gepaste wijze gelijktijdig worden toegezonden aan het Europees Parlement en de Raad |
De vermelde doelstelling luidt "gelijke tred [...] houden met de technische, wetenschappelijke en internationale ontwikkelingen", terwijl de meeste hieronder vermelde bepalingen inzake gedelegeerde handelingen geen verband houden met deze doelstelling, maar eerder met de al te vage en brede doelstelling "ervoor [...] zorgen dat de richtlijn volledig operationeel is".
In de standaardoverweging in de consensus komen de woorden "met name" niet voor als het gaat om de beschrijving van de inhoud en de werkingssfeer. Daardoor worden belangrijke aspecten niet vermeld.
De zin over de raadpleging van deskundigen komt niet voor in de standaardoverweging in de consensus.
|
De doelstelling om de richtlijn "volledig operationeel" te maken moet worden geschrapt. De doelstellingen van de delegatie moeten in overeenstemming worden gebracht met de lager vermelde vaststellingen.
De inhoud en de werkingssfeer van de vaststellingen moeten nauwkeurig worden beschreven.
De zin over de raadpleging van deskundigen moet worden geschrapt, tenzij er uitdrukkelijk melding wordt gemaakt van deskundigen van het Parlement. |
|
Artikel 3 Maximumgehalten aan teer, nicotine, koolmonoxide en andere stoffen |
2. De Commissie is bevoegd overeenkomstig artikel 22 gedelegeerde handelingen vast te stellen om de in lid 1 vastgestelde maximumgehalten aan te passen, rekening houdend met de wetenschappelijke ontwikkeling en internationaal overeengekomen normen.
|
Gezien de doelstelling de volksgezondheid betreft, houden de maximumgehalten aan schadelijke stoffen verband met essentiële onderdelen. De ruimte om stoffen eventueel te verbieden is onbeperkt. |
Schrappen, gedelegeerde handelingen niet aangewezen. Moet in de basishandeling worden verwerkt. |
|
3. De lidstaten stellen de Commissie in kennis van de maximumgehalten die zij vaststellen voor andere emissies van sigaretten en voor de emissies van andere tabaksproducten dan sigaretten. Rekening houdend met eventuele internationaal overeengekomen normen en op basis van wetenschappelijk bewijsmateriaal en van de haar door de lidstaten ter kennis gebrachte gehalten is de Commissie bevoegd overeenkomstig artikel 22 gedelegeerde handelingen vast te stellen tot vaststelling en aanpassing van de maximumgehalten voor andere emissies van sigaretten en voor de emissies van andere tabaksproducten dan sigaretten die de toxische of verslavende werking van tabaksproducten aanmerkelijk vergroten tot boven de drempel van toxiciteit en verslavendheid gebaseerd op de in lid 1 vastgestelde teer-, nicotine- en koolmonoxidegehalten.
|
Het Parlement zou in de praktijk worden uitgesloten bij het vaststellen van de maximumgehalten aan schadelijke stoffen, wat verband houdt met essentiële onderdelen. De ruimte om stoffen eventueel te verbieden is onbeperkt. |
Schrappen, gedelegeerde handelingen niet aangewezen. Moet in de basishandeling worden verwerkt. |
||
Artikel 4 Meetmethoden |
3. De Commissie is bevoegd overeenkomstig artikel 22 gedelegeerde handelingen vast te stellen om de methoden voor het meten van het teer-, nicotine- en koolmonoxidegehalte aan te passen, rekening houdend met de wetenschappelijke en technische ontwikkeling en internationaal overeengekomen normen. |
Het doel is hier de aanpassing van de meetmethoden, die slechts zijdelings verband houden met de in artikel 3 bedoelde verplichting en dus niet-essentiële onderdelen vormen. Aangezien deze methoden voor alle fabrikanten zullen gelden, zullen de gedelegeerde handelingen algemeen van toepassing zijn, wat maakt dat de Commissie het best geplaatst is om deze onderdelen aan te vullen of te wijzigen. Het woord "aanpassen" kan echter beter niet worden gebruikt. |
Gedelegeerde handelingen OK, maar in plaats van "aan te passen" "aan te vullen of te wijzigen" gebruiken. |
|
4. De lidstaten stellen de Commissie in kennis van de meetmethoden die zij hanteren voor andere emissies van sigaretten en voor de emissies van andere tabaksproducten dan sigaretten. Op grond van die methoden en rekening houdend met de wetenschappelijke en technische ontwikkeling en internationaal overeengekomen normen is de Commissie bevoegd overeenkomstig artikel 22 gedelegeerde handelingen vast te stellen om de meetmethoden vast te stellen en aan te passen.
|
Zelfde opmerking als bij artikel 4, lid 3. De beste praktijken van de lidstaten zouden nuttig kunnen zijn voor de Commissie. Het woord "aanpassen" kan beter niet worden gebruikt, en het woord "vaststellen" mag niet worden gebruikt. |
Gedelegeerde handelingen OK, maar in plaats van "vast te stellen en aan te passen" "aan te vullen of te wijzigen" gebruiken. |
||
Artikel 5 Verstrekking van informatie over ingrediënten en emissies |
3. De Commissie stelt bij uitvoeringshandelingen het formaat voor de indiening en verspreiding van de in de leden 1 en 2 bedoelde informatie vast en werkt dat zo nodig bij. Die uitvoeringshandelingen worden volgens de in artikel 21 bedoelde onderzoeksprocedure vastgesteld.
|
Hier gaat het om het vastleggen van uniforme uitvoeringsvoorwaarden. |
Uitvoeringshandelingen OK. |
|
Artikel 6 Voorschriften betreffende de ingrediënten |
2. Op verzoek van een lidstaat of op eigen initiatief bepaalt de Commissie bij uitvoeringshandelingen of een tabaksproduct binnen de werkingssfeer van lid 1 valt. Die uitvoeringshandelingen worden volgens de in artikel 21 bedoelde onderzoeksprocedure vastgesteld.
De Commissie stelt bij uitvoeringshandelingen uniforme regels vast met betrekking tot de procedures om uit te maken of een tabaksproduct binnen de werkingssfeer van lid 1 valt. Die uitvoeringshandelingen worden volgens de in artikel 21 bedoelde onderzoeksprocedure vastgesteld.
|
Deze tekst gaat niet over uniforme uitvoeringsvoorwaarden. De Commissie kent zichzelf een onbeperkte beoordelingsmarge toe. De formulering is onnauwkeurig en houdt verband met essentiële onderdelen.
|
Schrappen, uitvoeringshandelingen niet aangewezen. Nauwkeurigere criteria moeten in de basishandeling worden opgenomen. Vaststellingen kunnen worden gedaan door middel van gedelegeerde handelingen (zie ook het advies van JURI inzake biologische producten). |
|
3. Indien uit de bij de toepassing van de leden 1 en 2 opgedane ervaring blijkt dat een bepaald additief of een combinatie daarvan doorgaans een kenmerkend aroma veroorzaakt als het in een grotere hoeveelheid of concentratie aanwezig is, is de Commissie bevoegd overeenkomstig artikel 22 gedelegeerde handelingen vast te stellen om voor die additieven of combinatie van additieven die het kenmerkend aroma veroorzaken maximumniveaus vast te stellen.
|
De Commissie kent zichzelf een onbeperkte beoordelingsmarge toe ten aanzien van essentiële onderdelen. |
Schrappen, gedelegeerde handelingen niet aangewezen. Er kan beter een datum worden afgesproken voor een herziening door de Commissie, met daarbij een verslag voor de medewetgevers en eventueel voorstellen tot wijziging van wetgevingshandelingen.
|
||
8. Op verzoek van een lidstaat of op eigen initiatief bepaalt de Commissie bij uitvoeringshandeling of een tabaksproduct binnen de werkingssfeer van lid 7 valt. Die uitvoeringshandelingen worden volgens de in artikel 21 bedoelde onderzoeksprocedure vastgesteld op basis van het recentste wetenschappelijk bewijsmateriaal.
|
Onnauwkeurig, kan betrekking hebben op essentiële onderdelen. |
Schrappen, de verplichting in lid 7 is voldoende duidelijk. |
||
9. Indien uit wetenschappelijk bewijsmateriaal en de bij de toepassing van de leden 7 en 8 opgedane ervaring blijkt dat een bepaald additief of een bepaalde hoeveelheid daarvan bij consumptie de toxische of verslavende werking van een tabaksproduct aanmerkelijk vergroten, is de Commissie bevoegd overeenkomstig artikel 22 gedelegeerde handelingen vast te stellen om voor die additieven maximumniveaus te bepalen.
|
De Commissie kent zichzelf een onbeperkte beoordelingsmarge toe ten aanzien van essentiële onderdelen. |
Schrappen, gedelegeerde handelingen niet aangewezen. Ofwel specificeren in de basishandeling, ofwel voorzien in een toekomstig verslag met eventueel begeleidende wetgevingsvoorstellen. |
||
10. Andere tabaksproducten dan sigaretten, shagtabak en rookloze tabaksproducten zijn vrijgesteld van het verbod in de leden 1 en 5. De Commissie is bevoegd overeenkomstig artikel 22 gedelegeerde handelingen vast te stellen om die vrijstelling in te trekken als in een verslag van de Commissie wordt vastgesteld dat zich een aanzienlijke verandering in de omstandigheden heeft voorgedaan.
|
De Commissie kent zichzelf een onbeperkte beoordelingsmarge toe ten aanzien van essentiële onderdelen. |
Schrappen, gedelegeerde handelingen niet aangewezen. Ofwel specificeren in de basishandeling, ofwel voorzien in een toekomstig verslag met eventueel begeleidende wetgevingsvoorstellen. |
||
Artikel 8 Waarschuwende teksten voor rooktabak
|
4. De Commissie is bevoegd overeenkomstig artikel 22 gedelegeerde handelingen vast te stellen:
a) om de tekst van de in de leden 1 en 2 bedoelde gezondheidswaarschuwingen aan te passen aan de wetenschappelijke en marktontwikkelingen;
|
De formulering van de waarschuwingstekst heeft duidelijk betrekking op essentiële onderdelen en dient in de basishandeling te worden gespecificeerd. |
Schrappen, gedelegeerde handelingen niet mogelijk. |
|
b) om de plaats, het formaat, de layout en het ontwerp van de in dit artikel bedoelde gezondheidswaarschuwingen vast te stellen, met inbegrip van het lettertype en de achtergrondkleur ervan.
|
De plaats van de gezondheidswaarschuwing dient in de basishandeling te worden gespecificeerd.
|
De inhoud van deze letter moet in de richtlijn zelf worden geregeld.
|
||
Artikel 9 Gecombineerde gezondheids‑waarschuwingen voor rooktabak
|
3. De Commissie is bevoegd overeenkomstig artikel 22 gedelegeerde handelingen vast te stellen om:
a) rekening houdend met de wetenschappelijke en technische ontwikkeling de in bijlage I bij deze richtlijn bedoelde waarschuwende teksten aan te passen;
|
De formulering van de waarschuwingstekst heeft duidelijk betrekking op essentiële onderdelen en dient in de basishandeling te worden gespecificeerd. |
Schrappen, gedelegeerde handelingen niet mogelijk. |
|
b) rekening houdend met de wetenschappelijke en marktontwikkelingen de in lid 1, onder a), bedoelde beeldbank in te stellen en aan te passen;
|
De waarschuwingsfoto's hebben duidelijk betrekking op essentiële onderdelen. |
Schrappen, gedelegeerde handelingen niet mogelijk. |
||
c) de plaats, het formaat, de layout, het ontwerp, de afwisseling en de afmetingen van de gezondheidswaarschuwingen vast te stellen; |
De plaats van de gezondheidswaarschuwing dient in de basishandeling te worden gespecificeerd.
|
De inhoud van deze letter moet in de richtlijn zelf worden geregeld. |
||
d) in afwijking van artikel 7, lid 3, de voorwaarden vast te stellen waaronder gezondheidswaarschuwingen bij de opening van de verpakkingseenheid aldus mogen worden gescheurd dat de grafische integriteit en de zichtbaarheid van de tekst, de foto's en de informatie over het stoppen met roken zijn gewaarborgd.
|
De plaats van de gezondheidswaarschuwing dient in de basishandeling te worden gespecificeerd.
|
De inhoud van deze letter moet in de richtlijn zelf worden geregeld. |
||
Artikel 10 Etikettering van andere rooktabak dan sigaretten en shagtabak |
5. De Commissie is bevoegd overeenkomstig artikel 22 gedelegeerde handelingen vast te stellen om die vrijstelling in te trekken als in een verslag van de Commissie wordt vastgesteld dat zich een aanzienlijke verandering in de omstandigheden heeft voorgedaan.
|
De Commissie kan niet worden gemachtigd een vrijstelling in te trekken, tenzij de criteria hiervoor voldoende zijn gespecificeerd. De Commissie kent zichzelf hier een onbeperkte beoordelingsmarge toe ten aanzien van essentiële onderdelen.
|
Schrappen, gedelegeerde handelingen niet mogelijk. |
|
Artikel 11 Etikettering van rookloze tabaksproducten |
3. De Commissie is bevoegd overeenkomstig artikel 22 gedelegeerde handelingen vast te stellen om de vereisten in de leden 1 en 2 aan te passen, rekening houdend met de wetenschappelijke en marktontwikkelingen.
|
De formulering van de waarschuwingstekst, die in de basishandeling dient te worden gespecificeerd, heeft duidelijk betrekking op essentiële onderdelen. |
Schrappen, gedelegeerde handelingen niet mogelijk. |
|
Artikel 13 Verschijningsvorm en inhoud van verpakkings‑eenheden
|
3. De Commissie is bevoegd overeenkomstig artikel 22 gedelegeerde handelingen vast te stellen om gedetailleerdere voorschriften voor de vorm en de afmetingen van verpakkingseenheden vast te stellen voor zover die voorschriften noodzakelijk zijn om de goede zichtbaarheid en de integriteit van de gezondheidswaarschuwingen voor de eerste opening, tijdens de opening en na het hersluiten van de verpakkingseenheid te waarborgen.
|
De Commissie kent zichzelf een onbeperkte beoordelingsmarge toe ten aanzien van essentiële onderdelen, met name waar zij het heeft over "gedetailleerdere voorschriften [...] vast te stellen". Het komt er veeleer op aan uniforme uitvoeringsvoorwaarden op basis van in de basishandeling opgenomen criteria vast te leggen.
|
Schrappen, gedelegeerde handelingen niet mogelijk. Eventueel uitvoeringshandelingen indien de criteria nader worden omschreven in de basishandeling. |
|
4. De Commissie is bevoegd overeenkomstig artikel 22 gedelegeerde handelingen vast te stellen om voor verpakkingseenheden van andere tabaksproducten dan sigaretten en shagtabak de balk- of cilindervorm verplicht te stellen als in een verslag van de Commissie wordt vastgesteld dat zich een aanzienlijke verandering in de omstandigheden heeft voorgedaan.
|
De Commissie kent zichzelf een onbeperkte beoordelingsmarge toe ten aanzien van essentiële onderdelen, met name waar zij het heeft over "[...] verplicht te stellen". Het komt er veeleer op aan uniforme uitvoeringsvoorwaarden op basis van in de basishandeling opgenomen criteria vast te leggen.
|
Schrappen, gedelegeerde handelingen niet mogelijk. Eventueel uitvoeringshandelingen indien de criteria nader worden omschreven in de basishandeling. |
||
Artikel 14 Traceerbaarheid en veiligheids‑kenmerken
|
9. De Commissie is bevoegd overeenkomstig artikel 22 gedelegeerde handelingen vast te stellen:
a) om de centrale elementen (zoals duur, verlengbaarheid, vereiste expertise, vertrouwelijkheid) van het in lid 6 bedoelde contract te bepalen, met inbegrip van regelmatig toezicht en evaluatie;
|
De Commissie kent zichzelf een onbeperkte beoordelingsmarge toe ten aanzien van essentiële onderdelen, met name waar zij het heeft over "de centrale elementen [...] bepalen". Het komt er veeleer op aan uniforme uitvoeringsvoorwaarden op basis van in de basishandeling opgenomen criteria vast te leggen.
|
Schrappen, gedelegeerde handelingen niet mogelijk. Eventueel uitvoeringshandelingen indien de criteria nader worden omschreven in de basishandeling. |
|
b) om de technische normen te bepalen om ervoor te zorgen dat de systemen die worden gebruikt voor het eenduidig identificatienummer en de daarmee verband houdende functies in de gehele Unie met elkaar verenigbaar zijn, en
|
Dit zijn niet-essentiële onderdelen van het voorstel.
|
Gedelegeerde handelingen OK. |
||
c) om de technische normen voor het veiligheidskenmerk en de mogelijke afwisseling daarvan te bepalen en die aan te passen aan de wetenschappelijke, technische en marktontwikkelingen.
|
Dit zijn niet-essentiële onderdelen van het voorstel. |
Gedelegeerde handelingen OK. |
||
Artikel 18 Nicotinehoudende producten |
2. De Commissie is bevoegd overeenkomstig artikel 22 gedelegeerde handelingen vast te stellen om de in lid 1 bedoelde hoeveelheden nicotine bij te werken, gelet op de wetenschappelijke ontwikkelingen en de overeenkomstig Richtlijn 2001/83/EG verleende vergunningen voor het in de handel brengen van nicotinehoudende producten. |
Gezien de doelstelling de volksgezondheid betreft, houden de maximumgehalten aan schadelijke stoffen verband met essentiële onderdelen. De ruimte om stoffen eventueel te verbieden is onbeperkt.
|
Schrappen, gedelegeerde handelingen niet aangewezen. Moet in de basishandeling worden verwerkt. |
|
5. De Commissie is bevoegd overeenkomstig artikel 22 gedelegeerde handelingen vast te stellen om de vereisten in de leden 3 en 4 aan te passen, rekening houdend met de wetenschappelijke en marktontwikkelingen, en om de plaats, het formaat, de layout, het ontwerp en de afwisseling van de gezondheidswaarschuwingen vast te stellen en aan te passen.
|
De formulering van de waarschuwingstekst heeft duidelijk betrekking op essentiële onderdelen en dient in de basishandeling te worden gespecificeerd. |
Schrappen, gedelegeerde handelingen niet aangewezen. |
||
Artikel 21 Comitéprocedure |
1. De Commissie wordt bijgestaan door een comité. Dat comité is een comité in de zin van Verordening (EU) nr. 182/2011.
2. Wanneer naar dit lid wordt verwezen, is artikel 5 van Verordening (EU) nr. 182/2011 van toepassing.
3. Wanneer het advies van het comité via een schriftelijke procedure dient te worden verkregen, wordt die procedure zonder gevolg beëindigd indien, binnen de termijn voor het uitbrengen van het advies, door de voorzitter van het comité daartoe wordt besloten of door een eenvoudige meerderheid van de leden van het comité daarom wordt verzocht.
|
Het Parlement kan van oordeel zijn dat de raadplegingsprocedure in artikel 4 van Verordening (EU) nr. 182/2011 moet worden gebruikt in plaats van de onderzoeksprocedure in artikel 5.
De in lid 3 bedoelde meerderheid van de leden van het comité kan worden gewijzigd. |
Dit artikel sluit aan bij het correcte model.
Het staat het Parlement vrij de procedure en de vereiste meerderheid te wijzigen. |
|
Artikel 22 Uitoefening van de bevoegdheids‑delegatie
|
1. De bevoegdheid om gedelegeerde handelingen vast te stellen, wordt aan de Commissie toegekend onder de in dit artikel neergelegde voorwaarden.
2. De in artikel 3, lid 2, artikel 3, lid 3, artikel 4, lid 3, artikel 4, lid 4, artikel 6, lid 3, artikel 6, lid 9, artikel 6, lid 10, artikel 8, lid 4, artikel 9, lid 3, artikel 10, lid 5, artikel 11, lid 3, artikel 13, lid 3, artikel 13, lid 4, artikel 14, lid 9, artikel 18, lid 2, en artikel 18, lid 5, bedoelde bevoegdheid om gedelegeerde handelingen vast te stellen, wordt aan de Commissie toegekend voor onbepaalde tijd met ingang van [Publicatiebureau: gelieve de datum van inwerkingtreding van deze richtlijn in te vullen].
3. Het Europees Parlement of de Raad kan de in artikel 3, lid 2, artikel 3, lid 3, artikel 4, lid 3, artikel 4, lid 4, artikel 6, lid 3, artikel 6, lid 9, artikel 6, lid 10, artikel 8, lid 4, artikel 9, lid 3, artikel 10, lid 5, artikel 11, lid 3, artikel 13, lid 3, artikel 13, lid 4, artikel 14, lid 9, artikel 18, lid 2, en artikel 18, lid 5, bedoelde bevoegdheidsdelegatie te allen tijde intrekken. Het besluit tot intrekking beëindigt de delegatie van de in dat besluit genoemde bevoegdheid. Het wordt van kracht op de dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie of op een daarin genoemde latere datum. Het laat de geldigheid van de reeds van kracht zijnde gedelegeerde handelingen onverlet.
4. Zodra de Commissie een gedelegeerde handeling heeft vastgesteld, doet zij daarvan gelijktijdig kennisgeving aan het Europees Parlement en de Raad.
5. Een overeenkomstig artikel 3, lid 2, artikel 3, lid 3, artikel 4, lid 3, artikel 4, lid 4, artikel 6, lid 3, artikel 6, lid 9, artikel 6, lid 10, artikel 8, lid 4, artikel 9, lid 3, artikel 10, lid 5, artikel 11, lid 3, artikel 13, lid 3, artikel 13, lid 4, artikel 14, lid 9, artikel 18, lid 2, en artikel 18, lid 5, vastgestelde gedelegeerde handeling treedt alleen in werking indien het Europees Parlement noch de Raad daartegen binnen een termijn van twee maanden na de kennisgeving van de handeling aan het Europees Parlement en de Raad bezwaar heeft gemaakt, of indien zowel het Europees Parlement als de Raad voor het verstrijken van die termijn de Commissie hebben medegedeeld dat zij daartegen geen bezwaar zullen maken. Die termijn wordt op initiatief van het Europees Parlement of de Raad met twee maanden verlengd. |
Het Parlement kan in lid 3 voor een vaste termijn kiezen, bijvoorbeeld een aantal jaar, met daaraan gekoppeld verslaglegginsvereisten (optie 2 in de consensus).
De in lid 5 bedoelde termijn om bezwaar te maken is de standaardtermijn van 2+2 maanden, maar het Parlement kan deze verlengen of verkorten.
|
Dit artikel sluit aan bij het model in de consensus, maar moet in overeenstemming worden gebracht met de hoger vermelde vaststellingen.
Het staat het Parlement vrij de termijnen te wijzigen. |
|
PROCEDURE
Titel |
Onderlinge aanpassing van de wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen van de lidstaten inzake de productie, de presentatie en de verkoop van tabaks- en aanverwante producten |
||||
Document- en procedurenummers |
COM(2012)0788 – C7-0420/2012 – 2012/0366(COD) |
||||
Commissie ten principale Datum bekendmaking |
ENVI 15.1.2013 |
|
|
|
|
Advies uitgebracht door Datum bekendmaking |
JURI 15.1.2013 |
||||
Rapporteur voor advies Datum benoeming |
Klaus-Heiner Lehne 22.1.2013 |
||||
Behandeling in de commissie |
24.4.2013 |
30.5.2013 |
19.6.2013 |
|
|
Datum goedkeuring |
20.6.2013 |
|
|
|
|
Uitslag eindstemming |
+: –: 0: |
14 6 4 |
|||
Bij de eindstemming aanwezige leden |
Raffaele Baldassarre, Luigi Berlinguer, Sebastian Valentin Bodu, Françoise Castex, Christian Engström, Marielle Gallo, Lidia Joanna Geringer de Oedenberg, Sajjad Karim, Klaus-Heiner Lehne, Antonio Masip Hidalgo, Jiří Maštálka, Alajos Mészáros, Bernhard Rapkay, Evelyn Regner, Dimitar Stoyanov, Rebecca Taylor, Alexandra Thein, Tadeusz Zwiefka |
||||
Bij de eindstemming aanwezige vaste plaatsvervanger(s) |
Sergio Gaetano Cofferati, Eva Lichtenberger, Angelika Niebler, Axel Voss |
||||
Bij de eindstemming aanwezige plaatsvervanger(s) (art. 187, lid 2) |
Frédérique Ries, Nikolaos Salavrakos, Jacek Włosowicz |
||||
- [1] In aanwezigheid van: Raffaele Baldassarre (ondervoorzitter), Luigi Berlinguer, Sebastian Valentin Bodu (ondervoorzitter), Piotr Borys, Françoise Castex (ondervoorzitter), Christian Engström, Giuseppe Gargani, Lidia Joanna Geringer de Oedenberg, Sajjad Karim, Klaus-Heiner Lehne (voorzitter), Jörg Leichtfried (uit hoofde van artikel 187, lid 2, van het Reglement), Eva Lichtenberger, Antonio López-Istúriz White, Jiří Maštálka, Bernhard Rapkay, Rebecca Taylor, Alexandra Thein, Axel Voss, Cecilia Wikström, Tadeusz Zwiefka, Anna Záborská (uit hoofde van artikel 187, lid 2, van het Reglement).
- [2] Brief d.d. 3 februari 2012 van de heer Barroso aan de heer Schulz.
- [3] Op 19 september 2012 heeft de Commissie bij het Hof van Justitie beroep ingesteld tegen het Europees Parlement en de Raad tot nietigverklaring van een artikel in de verordening betreffende het op de markt aanbieden en het gebruik van biociden, voor zover het in de vaststelling van maatregelen tot bepaling van de aan het Europees Agentschap voor chemische stoffen (ECHA) verschuldigde vergoedingen voorziet door middel van een uitvoeringshandeling en niet door middel van een gedelegeerde handeling. De Commissie voert aan dat, aangezien het betreffende artikel ertoe strekt bepaalde niet-essentiële gegevens van de wetgevende handeling aan te vullen, en gelet op de aard van de bevoegdheidstoekenning aan de Commissie en het voorwerp van de krachtens die bevoegdheden vast te stellen handeling, een dergelijke handeling moet worden vastgesteld overeenkomstig de in artikel 290 VWEU bepaalde procedure en niet volgens de procedures van artikel 291 VWEU. Zaak 427/12, Europese Commissie/Europees Parlement en Raad van de Europese Unie.
- [4] Politieke richtsnoeren inzake een horizontale benadering van gedelegeerde handelingen binnen het Parlement (brief d.d. 19 april 2012 van de voorzitter van de Conferentie van commissievoorzitters aan de Voorzitter van het Parlement).
PROCEDURE
Titel |
Onderlinge aanpassing van de wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen van de lidstaten inzake de productie, de presentatie en de verkoop van tabaks- en aanverwante producten |
||||
Document- en procedurenummers |
COM(2012)0788 – C7-0420/2012 – 2012/0366(COD) |
||||
Datum indiening bij EP |
19.12.2012 |
|
|
|
|
Commissie ten principale Datum bekendmaking |
ENVI 15.1.2013 |
|
|
|
|
Medeadviserende commissie(s) Datum bekendmaking |
INTA 18.4.2013 |
ITRE 15.1.2013 |
IMCO 15.1.2013 |
AGRI 7.2.2013 |
|
|
JURI 15.1.2013 |
|
|
|
|
Rapporteur(s) Datum benoeming |
Linda McAvan 23.1.2013 |
|
|
|
|
Behandeling in de commissie |
21.3.2013 |
24.4.2013 |
30.5.2013 |
|
|
Datum goedkeuring |
10.7.2013 |
|
|
|
|
Uitslag eindstemming |
+: –: 0: |
51 12 8 |
|||
Bij de eindstemming aanwezige leden |
Martina Anderson, Kriton Arsenis, Pilar Ayuso, Paolo Bartolozzi, Sergio Berlato, Franco Bonanini, Biljana Borzan, Milan Cabrnoch, Martin Callanan, Nessa Childers, Tadeusz Cymański, Chris Davies, Esther de Lange, Anne Delvaux, Bas Eickhout, Edite Estrela, Jill Evans, Karl-Heinz Florenz, Elisabetta Gardini, Gerben-Jan Gerbrandy, Matthias Groote, Françoise Grossetête, Cristina Gutiérrez-Cortines, Satu Hassi, Jolanta Emilia Hibner, Karin Kadenbach, Christa Klaß, Eija-Riitta Korhola, Holger Krahmer, Jo Leinen, Corinne Lepage, Peter Liese, Kartika Tamara Liotard, Zofija Mazej Kukovič, Linda McAvan, Radvilė Morkūnaitė-Mikulėnienė, Paul Nuttall, Miroslav Ouzký, Vladko Todorov Panayotov, Gilles Pargneaux, Antonyia Parvanova, Andrés Perelló Rodríguez, Mario Pirillo, Pavel Poc, Frédérique Ries, Anna Rosbach, Oreste Rossi, Dagmar Roth-Behrendt, Kārlis Šadurskis, Carl Schlyter, Horst Schnellhardt, Richard Seeber, Theodoros Skylakakis, Bogusław Sonik, Salvatore Tatarella, Glenis Willmott, Sabine Wils |
||||
Bij de eindstemming aanwezige vaste plaatsvervanger(s) |
Christofer Fjellner, Gaston Franco, Julie Girling, Jutta Haug, Georgios Koumoutsakos, James Nicholson, Michèle Rivasi, Christel Schaldemose, Renate Sommer, Bart Staes, Marianne Thyssen, Marita Ulvskog, Kathleen Van Brempt |
||||
Bij de eindstemming aanwezige plaatsvervanger(s) (art. 187, lid 2) |
Philip Claeys |
||||
Datum indiening |
22.7.2013 |
||||