VERSLAG over het voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging van Verordening (EG) nr. 55/2008 van de Raad tot invoering van autonome handelspreferenties voor de Republiek Moldavië

5.12.2014 - (COM(2014)0542 – C8‑0128/2014 – 2014/0250(COD)) - ***I

Commissie internationale handel
Rapporteur: Sorin Moisă


Procedure : 2014/0250(COD)
Stadium plenaire behandeling
Documentencyclus :  
A8-0053/2014
Ingediende teksten :
A8-0053/2014
Aangenomen teksten :

ONTWERPWETGEVINGSRESOLUTIE VAN HET EUROPEES PARLEMENT

over het voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging van Verordening (EG) nr. 55/2008 van de Raad tot invoering van autonome handelspreferenties voor de Republiek Moldavië

(COM(2014)0542 – C8‑0128/2014 – 2014/0250(COD))

(Gewone wetgevingsprocedure: eerste lezing)

Het Europees Parlement,

–       gezien het voorstel van de Commissie aan het Europees Parlement en de Raad (COM(2014)0542),

–       gezien artikel 294, lid 2, en artikel 270, lid 2, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, op grond waarvan het voorstel door de Commissie bij het Parlement is ingediend (C8‑0128/2014),

–       gezien artikel 294, lid 3, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

–       gezien de schriftelijke toezegging van de vertegenwoordiger van de Raad van ... om het standpunt van het Europees Parlement goed te keuren, overeenkomstig artikel 294, lid 4, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

–       gezien artikel 59 van zijn Reglement,

–       gezien het verslag van de Commissie internationale handel en het advies van de Commissie landbouw en plattelandsontwikkeling (A8-0053/2014),

1.      stelt zijn standpunt in eerste lezing vast en neemt het voorstel van de Commissie over;

2.      verzoekt om hernieuwde voorlegging indien de Commissie voornemens is ingrijpende wijzigingen in haar voorstel aan te brengen of dit door een nieuwe tekst te vervangen;

3.      verzoekt zijn Voorzitter het standpunt van het Parlement te doen toekomen aan de Raad en aan de Commissie alsmede aan de nationale parlementen.

TOELICHTING

De EU voerde aanvankelijk autonome handelspreferenties (AHP's) in voor de Republiek Moldavië (hierna "Moldavië") door middel van Verordening (EG) nr. 55/2008 van de Raad van 21 januari 2008 ("Verordening inzake autonome handelspreferenties"). De toekenning van dergelijke preferenties was voorzien in het actieplan in het kader van het Europees nabuurschapsbeleid van 2005, mits Moldavië zijn systeem van controles en certificering van goederen sterk zou verbeteren. Moldavië is zijn verbintenissen nagekomen door zijn douanewetgeving te hervormen en die op bevredigende wijze uit te voeren vanaf 2007.

Bijgevolg heeft de EU aan Moldavië AHP's toegekend voor de periode van januari 2008 tot en met 31 december 2015.

De AHP's dienden ter vervanging van de SAP plus-preferenties die de EU in het kader van de SAP-regeling van de EU aan Moldavië had toegekend. Vergeleken met SAP plus-preferenties heeft de verordening inzake autonome handelspreferenties alle overige douanerechten voor Moldavische industrieproducten opgeheven en de toegang tot de Europese markt voor Moldavische landbouwproducten verbeterd. Bijgevolg werden alle producten uit Moldavië vrij toegelaten tot de Europese markt, behalve bepaalde in bijlage I van de verordening inzake autonome handelingspreferenties opgenomen landbouwproducten (voornamelijk rund- en varkensvlees, pluimvee, zuivelproducten, mais, gerst en suiker).

De afgelopen jaren hebben de EU en Moldavië hun politieke en economische betrekkingen versterkt, met name door het sluiten van een associatieovereenkomst. Deze overeenkomst, die op 27 juni 2014 werd ondertekend, omvat een commerciële pijler die heeft geleid tot de oprichting van een "diepe en brede vrijhandelsruimte" (DCFTA) tussen beide partijen. De DCFTA wordt sinds 1 september 2014 voorlopig toegepast. Dankzij de DCFTA zal Moldavië zijn toegang tot de markt van de EU verder vergroten, in het bijzonder door zich aan te passen aan de relevante wetten en normen van de EU. Er dient te worden opgemerkt dat de AHP's van de EU een aanvulling vormen op de liberalisering van de regeling voor goederen in de DCFTA.

Als gevolg van de versterking van de economische en politieke betrekkingen tussen de EU en Moldavië heeft Rusland op 21 juli 2014 een politiek gemotiveerd verbod op de invoer van landbouwproducten uit Moldavië opgelegd. Het verbod benadeelt de Moldavische economie in aanzienlijke mate. De landbouwsector vertegenwoordigt circa 40% van de Moldavische economie. Meer bepaald de tuinbouwsector is daar van fundamenteel belang. Deze sector biedt namelijk werk aan een 250 000-tal personen (ongeveer een tiende van de beroepsbevolking), die hoofdzakelijk in plattelandsgebieden wonen en kleine tot middelgrote familiepercelen cultiveren. Bovendien is de omvang van de uitvoer van tuinbouwproducten de afgelopen jaren gedaald en zou een aanzienlijke verdere daling een onevenredig negatief effect hebben, zowel op de economie als op de samenleving in haar geheel. De Moldavische autoriteiten zoeken in deze kritieke fase hulp en ondersteuning en hebben de EU om dringende bijstand verzocht teneinde de economische impact van het Russische invoerverbod te beperken, in het bijzonder wat betreft de voor Moldavische fruittelers belangrijkste producten: appelen, pruimen en druiven voor tafelgebruik.

Daarom heeft de Commissie vanuit solidariteitsoverwegingen voorgesteld om de verordening inzake AHP te wijzigen door drie nieuwe tariefcontingenten zonder douanerechten in te voeren voor verse appelen (40 000 ton), verse druiven voor tafelgebruik en verse pruimen (elk 10 000 ton) overeenkomstig de verordening inzake AHP, bovenop de in de DCFTA voorgestelde tariefcontingenten. De voorgestelde preferenties zouden de Moldavische economie onmiddellijk ontlasten en haar bepaalde voordelen opleveren, en hebben een zeer beperkte impact op de Europese markt. Gezien de seizoensgebonden piek van de drie producten hebben de tariefcontingenten een terugwerkende kracht vanaf 1 augustus 2014 maar zullen ze enkel van toepassing zijn tot eind 2015, wanneer de regeling inzake AHP ten einde loopt.

De tariefcontingenten zonder douanerechten voor de drie desbetreffende producten zijn in vergelijking met de betreffende productie in Europa (0,4% voor appelen, 0,7% voor pruimen en 0,6% voor tafeldruiven) qua volume zeer beperkt. Ook al zouden we het gecombineerde effect van de AHP en de DCFTA in aanmerking nemen, dan nog zouden die percentages zeer laag zijn en zou het andere marktsegmenten betreffen dan de meeste producten uit de Europese Unie.

Het is zeer waarschijnlijk dat de meeste extra hoeveelheden van de drie desbetreffende producten die op de EU-markt komen door de Roemeense markt zullen worden geabsorbeerd, meer bepaald gezien de culturele en geografische nabijheid, de overeenkomsten van hun landbouwmarkten in termen van productverpakking en de huidige marktsituatie. Uit de voorspellingen van de World Apple and Pear Association (WAPA) blijkt bijvoorbeeld dat na een dalende tendens in de afgelopen vijf jaar[1]de productie van appelen in Roemenië dit jaar met 22% zal dalen, terwijl het AHP-quotum slechts 8% van de Roemeense productie vertegenwoordigt. In diezelfde periode is de invoer van appelen in Roemenië bijna verdubbeld (+93%) terwijl de uitvoer ervan is gedaald (-7%).

Volgens de Commissie bedroeg de totale invoer uit Moldavië naar de EU in 2013 0,1% van de totale invoer in de EU. Ongeveer 90% van alle invoer uit de Republiek Moldavië wordt vrij van invoerrechten in de EU ingevoerd; de invoer van verse appelen, verse pruimen en druiven voor tafelgebruik uit Moldavië tegen de invoerprijs bedroeg daarentegen minder dan 0,01% van de totale wereldwijde invoer in de EU van deze producten. De overeenkomstige derving van tariefinkomsten zal daarom een verwaarloosbare impact hebben op de EU-begroting.

Ten slotte worden in het voorstel GN-codes van een aantal producten (spelt, zachte tarwe en mengkoren, en gerst) gewijzigd zoals vermeld in de bijlage bij de verordening inzake autonome handelspreferenties, om rekening te houden met de wijzigingen die door Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1001/2013 van de Commissie zijn aangebracht in bijlage I bij Verordening (EEG) nr. 2658/87 van de Raad van 23 juli 1987 met betrekking tot de tarief- en statistieknomenclatuur en het gemeenschappelijk douanetarief. Dit is een aanpassing van zuiver technische aard.

Gezien bovenstaande overwegingen stelt de rapporteur voor dat het Europees Parlement het voorstel van de Commissie zonder amendementen goedkeurt.

  • [1]  http://www.wapa-association.org/docs/2014/European_apple_and_pear_crop_forecast_2014_-_Summary.pdf

ADVIES van de Commissie landbouw en plattelandsontwikkeling (3.12.2014)

aan de Commissie internationale handel

over het voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging van Verordening (EG) nr. 55/2008 van de Raad tot invoering van autonome handelspreferenties voor de Republiek Moldavië
(COM(2014)0542 – C8‑0128/2014 – 2014/0250(COD))

Rapporteur voor advies: Laurențiu Rebega

BEKNOPTE MOTIVERING

De gewijzigde Verordening (EG) nr. 55/2008 van de Raad waarin drie nieuwe tariefcontingenten worden ingevoerd met een vrijstelling voor rechten op verse appelen, druiven voor tafelgebruik en verse pruimen, is een ondersteunende maatregel voor de Republiek Moldavië, gezien de moeilijke sociale en financiële omstandigheden waarin het land verkeert.

We steunen het voorstel van de Commissie omdat:

•   de financiële gevolgen voor de interne markt zeer beperkt zijn ten opzichte van de voordelen die deze vrijstelling kan bieden voor het financiële herstel van de markt;

•   hiermee het landbouwhervormingsproces in de Republiek Moldavië zal worden ondersteund waarmee ernaar gestreefd wordt om de Europese normen steeds meer te benaderen;

•   daarmee de handelsbetrekkingen tussen de Unie en de Republiek Moldavië beter worden.

We verwachten dat de hoeveelheden die onder de preferentiële handelsregeling zullen vallen geen extra druk zullen leggen op vergelijkbare producten op de interne markt.

Volgens de gegevens van de douaneautoriteit zijn er bijvoorbeeld slechts 575 ton (32 vrachtwagens) verse druiven naar Roemenië geëxporteerd. Ook voor pruimen en appels geldt dat er van de bestaande preferentiële quota slechts 650 ton pruimen (36 vrachtwagens) en 59 ton appels (3 vrachtwagens) naar Roemenië geëxporteerd zijn. Bovendien zal het totale gebruik van deze quota naar verwachting de komende periode niet stijgen.

Aangezien hier sprake is van vers fruit, kunnen deze producten niet worden vervoerd over lange afstanden. Relatief korte afstanden zorgen voor een toevoer van verse waar op de markt op de korte en zeer korte termijn. De producten uit Moldavië gaan naar de buurlanden, dus niet naar de landen die de belangrijkste producenten van vers fruit zijn en rechtstreeks getroffen zijn door het Russische embargo.

We zijn ons bewust van de situatie van de groente- en fruitproducenten in de Unie, maar door dit amendement aan te nemen, dat minimale gevolgen zal hebben voor de eigen middelen van de Unie, bewijzen we dat de Unie in staat is zijn toezeggingen aan de Republiek Moldavië na te blijven komen. Zelfs als de omstandigheden op de groente- en fruitmarkt in de Unie veranderen, blijft de Unie de Moldavische boeren helpen.

Deze verandering zal ook sociale gevolgen hebben, vooral voor Moldavische producenten die deze producten verbouwen in kleine en middelgrote familieboerderijen en zeer hard geraakt worden door de economische malaise in het land. Dankzij veranderingen waar wij achter staan, kunnen deze boeren hun baan behouden en de nodige financiële middelen genereren om het volgende jaar in hun landbouwbedrijf te investeren.

Met de aanvaarding door de interne markt van dit voorstel tot wijziging van Verordening (EG) nr. 55/2008 worden in de toekomst tevens nieuwe handelsmogelijkheden gecreëerd met de Republiek Moldavië voor andere producten uit de Unie.

******

De Commissie landbouw en plattelandsontwikkeling verzoekt de ten principale bevoegde Commissie internationale handel voor te stellen dat het Europees Parlement zijn standpunt in eerste lezing vaststelt en het voorstel van de Commissie overneemt.

PROCEDURE

Titel

Autonome handelspreferenties voor de Republiek Moldavië

Document- en procedurenummers

COM(2014)0542 – C8-0128/2014 – 2014/0250(COD)

Commissie ten principale

       Datum bekendmaking

INTA

15.9.2014

 

 

 

Advies uitgebracht door

       Datum bekendmaking

AGRI

15.9.2014

Rapporteur voor advies

       Datum benoeming

Laurențiu Rebega

6.10.2014

Datum goedkeuring

3.12.2014

 

 

 

Uitslag eindstemming

+:

–:

0:

35

5

2

Bij de eindstemming aanwezige leden

John Stuart Agnew, Clara Eugenia Aguilera García, Eric Andrieu, Richard Ashworth, José Bové, Paul Brannen, Daniel Buda, Nicola Caputo, Viorica Dăncilă, Michel Dantin, Paolo De Castro, Albert Deß, Diane Dodds, Herbert Dorfmann, Norbert Erdős, Edouard Ferrand, Beata Gosiewska, Martin Häusling, Anja Hazekamp, Esther Herranz García, Jan Huitema, Peter Jahr, Jarosław Kalinowski, Elisabeth Köstinger, Zbigniew Kuźmiuk, Mairead McGuinness, Giulia Moi, Ulrike Müller, James Nicholson, Maria Noichl, Marit Paulsen, Laurențiu Rebega, Jens Rohde, Bronis Ropė, Jordi Sebastià, Lidia Senra Rodríguez, Czesław Adam Siekierski, Marc Tarabella, Marco Zullo

Bij de eindstemming aanwezige vaste plaatsvervangers

Gianluca Buonanno, Norbert Lins, Sofia Ribeiro, Annie Schreijer-Pierik

PROCEDURE

Titel

Autonome handelspreferenties voor de Republiek Moldavië

Document- en procedurenummers

COM(2014)0542 – C8-0128/2014 – 2014/0250(COD)

Datum indiening bij EP

1.9.2014

 

 

 

Commissie ten principale

       Datum bekendmaking

INTA

15.9.2014

 

 

 

Medeadviserende commissies

       Datum bekendmaking

AGRI

15.9.2014

 

 

 

Rapporteurs

       Datum benoeming

Sorin Moisă

24.9.2014

 

 

 

Behandeling in de commissie

5.11.2014

3.12.2014

 

 

Datum goedkeuring

4.12.2014

 

 

 

Uitslag eindstemming

+:

–:

0:

34

4

3

Bij de eindstemming aanwezige leden

William (The Earl of) Dartmouth, Maria Arena, Tiziana Beghin, Salvatore Cicu, Santiago Fisas Ayxelà, Christofer Fjellner, Eleonora Forenza, Yannick Jadot, Jude Kirton-Darling, Alexander Graf Lambsdorff, Gabrielius Landsbergis, Bernd Lange, Jörg Leichtfried, Marine Le Pen, David Martin, Emma McClarkin, Anne-Marie Mineur, Sorin Moisă, Alessia Maria Mosca, Godelieve Quisthoudt-Rowohl, Viviane Reding, Inmaculada Rodríguez-Piñero Fernández, Matteo Salvini, Marietje Schaake, Helmut Scholz, Joachim Schuster, Joachim Starbatty, Adam Szejnfeld, Iuliu Winkler, Jan Zahradil

Bij de eindstemming aanwezige vaste plaatsvervangers

Fabio Massimo Castaldo, Dita Charanzová, Georgios Epitideios, Sander Loones, Fernando Ruas, József Szájer, Ramon Tremosa i Balcells, Marita Ulvskog, Jarosław Wałęsa

Bij de eindstemming aanwezige plaatsvervangers (art. 200, lid 2)

Tunne Kelam, Judith Sargentini

Datum indiening

5.12.2014