TWEEDE VERSLAG over het voorstel voor een richtlijn van het Europees Parlement en de Raad betreffende het gebruik van persoonsgegevens van passagiers voor het voorkomen, opsporen, onderzoeken en vervolgen van terroristische misdrijven en zware criminaliteit
07.09.2015 - (COM(2011)0032 – C8‑0039/2011 – 2011/0023(COD)) - ***I
Commissie burgerlijke vrijheden, justitie en binnenlandse zaken
Rapporteur: Timothy Kirkhope
ONTWERPWETGEVINGSRESOLUTIE VAN HET EUROPEES PARLEMENT
over het voorstel voor een richtlijn van het Europees Parlement en de Raad betreffende het gebruik van persoonsgegevens van passagiers voor het voorkomen, opsporen, onderzoeken en vervolgen van terroristische misdrijven en zware criminaliteit
(COM(2011)0032 – C8‑0039/2011 – 2011/0023(COD))
(Gewone wetgevingsprocedure: eerste lezing)
Het Europees Parlement,
– gezien het voorstel van de Commissie aan het Europees Parlement en de Raad (COM(2011)0032),
– gezien artikel 294, lid 2, artikel 82, lid 1, tweede alinea, letter d), en artikel 87, lid 2, letter a) van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, op grond waarvan het voorstel door de Commissie bij het Parlement is ingediend (C7‑0039/2011),
– gezien artikel 294, lid 3, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,
– gezien de bijdragen van het Bulgaarse parlement, de Tsjechische Senaat, de Duitse Bondsraad, de Italiaanse Senaat, de Roemeense Senaat, de Oostenrijkse Nationale Raad, het Portugese parlement en de Nederlandse Eerste Kamer ter zake van het ontwerp van wetgevingshandeling,
– gezien het advies van het Europees Economisch en Sociaal Comité van 5 mei 2011[1],
– gezien het advies van de Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming van 25 maart 2011[2],
– gezien het arrest van het Hof van Justitie van 8 april 2014 in gevoegde zaken C‑293/12 en C‑594/12 Digital Rights Ireland en Seitlinger e.a.[3],
– gezien Richtlijn 95/46/EG van het Europees Parlement en de Raad van 24 oktober 1995 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrije verkeer van die gegevens[4],
– gezien de artikelen 59 en 188 van zijn Reglement,
– gezien het verslag van de Commissie burgerlijke vrijheden, justitie en binnenlandse zaken en de adviezen van de Commissie buitenlandse zaken en de Commissie vervoer en toerisme (A7‑0150/2013),
– gezien het besluit van de Conferentie van voorzitters van 18 september 2014 inzake onafgedane zaken van de zevende zittingsperiode,
– gezien het tweede verslag van de Commissie burgerlijke vrijheden, justitie en binnenlandse zaken en de adviezen van de Commissie buitenlandse zaken en de Commissie vervoer en toerisme (A8-0248/2015),
1. stelt onderstaand standpunt in eerste lezing vast;
2. verzoekt om hernieuwde voorlegging indien de Commissie voornemens is ingrijpende wijzigingen in haar voorstel aan te brengen of dit door een nieuwe tekst te vervangen;
3. verzoekt zijn Voorzitter het standpunt van het Parlement te doen toekomen aan de Raad en aan de Commissie alsmede aan de nationale parlementen.
Amendement 1 Voorstel voor een richtlijn Titel | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
Voorstel voor een |
Voorstel voor een |
RICHTLIJN VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD |
RICHTLIJN VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD |
betreffende het gebruik van persoonsgegevens van passagiers voor het voorkomen, opsporen, onderzoeken en vervolgen van terroristische misdrijven en zware criminaliteit |
betreffende het gebruik van persoonsgegevens van passagiers voor het voorkomen, opsporen, onderzoeken en vervolgen van terroristische misdrijven en zware transnationale criminaliteit |
Amendement 2 Voorstel voor een richtlijn Overweging 4 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
(4 bis) Deze richtlijn heeft ten doel de veiligheid te waarborgen, het leven en de veiligheid van het publiek te beschermen, en een wettelijk kader te scheppen voor de bescherming van PNR-gegevens en de uitwisseling van deze gegevens tussen de lidstaten en rechtshandhavingsinstanties. |
Amendement 3 Voorstel voor een richtlijn Overweging 5 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(5) PNR-gegevens zijn nodig om terroristische misdrijven en zware criminaliteit doeltreffend te voorkomen, op te sporen, te onderzoeken en te vervolgen en zo de interne veiligheid te bevorderen. |
(5) PNR-gegevens zijn nodig om terroristische misdrijven en zware transnationale criminaliteit doeltreffend te voorkomen, op te sporen, te onderzoeken en te vervolgen en zo de interne veiligheid te bevorderen. |
Amendement 4 Voorstel voor een richtlijn Overweging 6 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(6) PNR-gegevens helpen rechtshandhavingsinstanties om zware misdrijven, waaronder terreurdaden, te voorkomen, op te sporen, te onderzoeken en te vervolgen, door deze te vergelijken met diverse databases van gezochte personen en voorwerpen, om bewijs op te bouwen en in voorkomend geval medeplichtigen van criminelen te vinden en criminele netwerken op te rollen. |
(6) PNR-gegevens helpen rechtshandhavingsinstanties om zware transnationale criminaliteit, waaronder terreurdaden, te voorkomen, op te sporen, te onderzoeken en te vervolgen, door deze te vergelijken met diverse databases van gezochte personen en voorwerpen, om bewijs op te bouwen en in voorkomend geval medeplichtigen van criminelen te vinden en criminele netwerken op te rollen. |
Amendement 5 Voorstel voor een richtlijn Overweging 7 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(7) Rechtshandhavingsinstanties kunnen met behulp van PNR-gegevens personen identificeren die voorheen "onbekend" waren, dat wil zeggen, personen die niet eerder verdacht waren van betrokkenheid bij zware criminaliteit en terrorisme, maar volgens een analyse van de gegevens bij dergelijke activiteiten betrokken zouden kunnen zijn en derhalve nader dienen te worden onderzocht door de bevoegde autoriteiten. Door PNR-gegevens te gebruiken kunnen rechtshandhavingsinstanties het gevaar van zware criminaliteit en terrorisme aanpakken vanuit een andere invalshoek dan bij de verwerking van andere categorieën persoonsgegevens het geval is. Om te waarborgen dat de verwerking van gegevens van onschuldige en onverdachte personen zo beperkt mogelijk blijft, dienen de aspecten van het gebruik van PNR-gegevens die betrekking hebben op de vaststelling en toepassing van beoordelingscriteria, echter verder te worden beperkt tot zware misdrijven die bovendien transnationaal van aard zijn, d.w.z. misdrijven die intrinsiek verbonden zijn met reizen, en waarvoor het soort gegevens dat wordt verwerkt dus relevant is. |
(7) Rechtshandhavingsinstanties kunnen met behulp van PNR-gegevens personen identificeren die voorheen "onbekend" waren, dat wil zeggen, personen die niet eerder verdacht waren van betrokkenheid bij zware transnationale criminaliteit en terrorisme, maar volgens een analyse van de gegevens bij dergelijke activiteiten betrokken zouden kunnen zijn en derhalve nader dienen te worden onderzocht door de bevoegde autoriteiten. |
Amendement 6 Voorstel voor een richtlijn Overweging 8 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(8) De verwerking van persoonsgegevens moet evenredig zijn aan het specifieke veiligheidsdoel dat met deze richtlijn wordt nagestreefd. |
(8) De verwerking van persoonsgegevens moet noodzakelijk zijn en evenredig zijn aan het specifieke doel dat met deze richtlijn wordt nagestreefd. |
Amendement 7 Voorstel voor een richtlijn Overweging 10 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(10) Voor het voorkomen, opsporen, onderzoeken en bestrijden van terroristische misdrijven en zware criminaliteit is het derhalve van essentieel belang dat alle lidstaten verplichtingen opleggen aan luchtvaartmaatschappijen die vluchten uitvoeren naar en vanaf het grondgebied van de lidstaten van de Europese Unie. |
(10) Voor het voorkomen, opsporen, onderzoeken en bestrijden van terroristische misdrijven en zware transnationale criminaliteit is het derhalve van essentieel belang dat alle lidstaten verplichtingen opleggen aan luchtvaartmaatschappijen en marktdeelnemers die geen luchtvaartmaatschappij zijn, die vluchten uitvoeren naar en vanaf het grondgebied van de lidstaten van de Europese Unie. |
Amendement 8 Voorstel voor een richtlijn Overweging 11 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(11) Luchtvaartmaatschappijen verzamelen en verwerken de PNR-gegevens van hun passagiers reeds voor hun eigen commerciële doeleinden. Het is niet de bedoeling van deze richtlijn om de luchtvaartmaatschappijen ertoe te verplichten aanvullende gegevens bij passagiers in te winnen of deze te bewaren, en evenmin om passagiers ertoe te verplichten nog meer gegevens aan de luchtvaartmaatschappijen te verstrekken dan thans het geval is. |
(11) Luchtvaartmaatschappijen en marktdeelnemers die geen luchtvaartmaatschappij zijn verzamelen en verwerken de PNR-gegevens van hun passagiers reeds voor hun eigen commerciële doeleinden. Het is niet de bedoeling van deze richtlijn om luchtvaartmaatschappijen of marktdeelnemers die geen luchtvaartmaatschappij zijn ertoe te verplichten aanvullende gegevens bij passagiers in te winnen of deze te bewaren, en evenmin om passagiers ertoe te verplichten nog meer gegevens aan luchtvaartmaatschappijen en marktdeelnemers die geen luchtvaartmaatschappij zijn te verstrekken dan thans het geval is. |
Amendement 9 Voorstel voor een richtlijn Overweging 11 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
(11 bis) Marktdeelnemers die geen luchtvaartmaatschappij zijn, zoals reisbureaus en touroperators, verkopen pakketreizen waarbij zij gebruikmaken van chartervluchten waarvoor zij PNR-gegevens van hun klanten verzamelen en verwerken, zonder daarbij echter noodzakelijkerwijs de gegevens door te geven aan de luchtvaartmaatschappij die de passagiersvlucht uitvoert. |
Amendement 10 Voorstel voor een richtlijn Overweging 11 ter (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
(11 ter) Iedere lidstaat moet verantwoordelijk zijn voor de kosten van het in bedrijf houden en onderhouden van zijn eigen PNR-systeem, met inbegrip van de kosten van het aanstellen van een bevoegde autoriteit en een nationale toezichthoudende autoriteit en de beheerskosten van deze autoriteiten. De kosten van de overdracht van PNR-gegevens die zich in de reserveringssystemen van luchtvaartmaatschappijen voor passagiersvervoer bevinden naar nationale rechtshandhavingsinstanties en bevoegde autoriteiten moeten door de luchtvaartmaatschappijen worden gedragen. |
Amendement 11 Voorstel voor een richtlijn Overweging 12 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(12) De definitie van terroristische misdrijven dient te worden ontleend aan de artikelen 1 tot en met 4 van Kaderbesluit 2002/475/JBZ inzake terrorismebestrijding37. De definitie van zware criminaliteit dient te worden gebaseerd op artikel 2 van Kaderbesluit 2002/584/JBZ van de Raad van 13 juni 2002 betreffende het Europees aanhoudingsbevel en de procedure van overlevering tussen de lidstaten38. Hiervan mogen de lidstaten minder ernstige misdrijven waarvoor de verwerking van PNR-gegevens krachtens deze richtlijn, gelet op hun respectieve strafrechtsysteem, niet in overeenstemming zou zijn met het evenredigheidsbeginsel, echter uitsluiten. De definitie van transnationale criminaliteit dient te worden ontleend aan artikel 2 van Kaderbesluit 2002/584/JBZ van de Raad en het Verdrag van de Verenigde Naties inzake grensoverschrijdende georganiseerde misdaad. |
(12) De definitie van terroristische misdrijven dient te worden ontleend aan de artikelen 1 tot en met 4 van Kaderbesluit 2002/475/JBZ van de Raad inzake terrorismebestrijding37. De definitie van zware transnationale criminaliteit dient te worden gebaseerd op artikel 2 van Kaderbesluit 2002/584/JBZ van de Raad en dient de in deze Richtlijn vermelde misdrijven te omvatten. |
__________________ |
__________________ |
37 PB L 164 van 22.06.2002, blz. 3. gewijzigd bij Kaderbesluit 2008/919/JBZ van de Raad van 28 november 2008, PB L 330 van 9.12.2008, blz. 21.
|
37 Kaderbesluit van de Raad van 13 juni 2002 inzake terrorismebestrijding (PB L 164 van 22.6.2002, blz. 3). |
38 PB L 190 van 18.07.2002, blz. 1. |
38 Kaderbesluit van de Raad van 13 juni 2002 betreffende het Europees aanhoudingsbevel en de procedures van overlevering tussen de lidstaten (PB L 190 van 18.7.2002, blz. 1). |
Amendement 12 Voorstel voor een richtlijn Overweging 13 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(13) De PNR-gegevens dienen te worden overgedragen aan één enkele aangewezen eenheid (passagiersinformatie-eenheid) in de betrokken lidstaat, teneinde voor de luchtvaartmaatschappijen een duidelijke situatie te creëren en de kosten te beperken. |
(13) De PNR-gegevens dienen te worden overgedragen aan één enkele aangewezen eenheid (passagiersinformatie-eenheid) in de betrokken lidstaat, teneinde voor de luchtvaartmaatschappijen en marktdeelnemers die geen luchtvaartmaatschappij zijn een duidelijke situatie te creëren en de kosten te beperken. De lidstaten dienen deze informatie uit te wisselen door gebruik te maken van Siena, de applicatie voor veilige informatie-uitwisseling, om interoperabiliteit en informatie-uitwisseling tussen de lidstaten te waarborgen. |
Amendement 13 Voorstel voor een richtlijn Overweging 14 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(14) De lijsten van opgevraagde PNR-gegevens die de passagiersinformatie-eenheden worden verkregen, dienen zo te worden opgesteld dat wordt tegemoetgekomen aan de legitieme behoeften van de overheid in verband met het voorkomen, opsporen, onderzoeken en vervolgen van terroristische misdrijven en zware criminaliteit, teneinde de interne veiligheid van de EU te bevorderen, en anderzijds de bescherming van de grondrechten van de burgers, en met name het recht op eerbiediging van het privéleven en op bescherming van persoonsgegevens, wordt gewaarborgd. Deze lijsten behoren geen persoonsgegevens te bevatten waaruit de raciale of etnische afkomst, de politieke opvattingen, de godsdienstige of levensbeschouwelijke overtuiging of het lidmaatschap van een vakvereniging blijkt, of die de gezondheid of het seksleven van de betrokken persoon betreffen. De PNR-gegevens dienen details over de reservering en de reisroute van de passagier te bevatten die de bevoegde autoriteiten in staat stellen te bepalen welke vliegpassagiers een risico voor de interne veiligheid vormen. |
(14) De lijsten van opgevraagde PNR-gegevens die door de passagiersinformatie-eenheden worden verkregen, dienen zo te worden opgesteld dat wordt tegemoetgekomen aan de legitieme behoeften van de overheid in verband met het voorkomen, opsporen, onderzoeken en vervolgen van terroristische misdrijven en zware transnationale criminaliteit, teneinde de interne veiligheid van de Unie te bevorderen en de grondrechten van de burgers te beschermen, met name het recht op eerbiediging van het privéleven en op bescherming van persoonsgegevens, door toepassing van hoge normen in overeenstemming met het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie (hierna "het Handvest"), het Verdrag tot bescherming van personen met betrekking tot de geautomatiseerde verwerking van persoonsgegevens ("Conventie 108") en het Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens ("EVRM"). Deze gegevens behoren geen persoonsgegevens te bevatten waaruit de raciale of etnische afkomst, de politieke opvattingen, de godsdienstige of levensbeschouwelijke overtuiging of het lidmaatschap van een vakvereniging blijkt, of die de gezondheid of het seksleven van de betrokken persoon betreffen. De PNR-gegevens dienen slechts details van de reservering en de reisroute van de passagier te bevatten, als bedoeld in deze richtlijn. |
Amendement 14 Voorstel voor een richtlijn Overweging 15 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(15) Er zijn op dit moment twee methoden voor de doorgifte van gegevens beschikbaar: de "pull-methode", waarbij de bevoegde autoriteiten van de staat die de gegevens opvraagt, toegang krijgen tot het boekingssysteem van de luchtvaartmaatschappij en uit het systeem een kopie van de benodigde gegevens kunnen halen ("pull"), en de "push-methode", waarbij de luchtvaartmaatschappijen de benodigde PNR-gegevens aan de verzoekende autoriteit doorgeven ("push") en de luchtvaartmaatschappijen dus controle houden over welke gegevens er worden verstrekt. De algemene opvatting is dat de "push-methode" een hogere mate van gegevensbescherming biedt en deze methode dient dan ook voor alle luchtvaartmaatschappijen verplicht te worden gesteld. |
(15) Er zijn op dit moment twee methoden voor de doorgifte van gegevens beschikbaar: de "pull-methode", waarbij de bevoegde autoriteiten van de staat die de gegevens opvraagt, toegang krijgen tot het boekingssysteem van de luchtvaartmaatschappij en uit het systeem een kopie van de benodigde gegevens kunnen halen ("pull"), en de "push-methode", waarbij luchtvaartmaatschappijen en marktdeelnemers die geen luchtvaartmaatschappij zijn de benodigde PNR-gegevens aan de verzoekende autoriteit doorgeven ("push") en de luchtvaartmaatschappijen dus controle houden over welke gegevens er worden verstrekt. De algemene opvatting is dat de "push-methode" een hogere mate van gegevensbescherming biedt en deze methode dient dan ook voor alle luchtvaartmaatschappijen en marktdeelnemers die geen luchtvaartmaatschappij zijn verplicht te worden gesteld. |
Amendement 15 Voorstel voor een richtlijn Overweging 16 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(16) De Commissie steunt de richtsnoeren inzake PNR-gegevens van de Internationale Burgerluchtvaartorganisatie (ICAO). Deze richtsnoeren dienen dan ook de grondslag te zijn bij het vaststellen van de ondersteunde dataformaten voor de doorgifte van PNR-gegevens door luchtvaartmaatschappijen aan lidstaten. Dit betekent dat deze ondersteunde dataformaten, alsmede de betrokken protocollen voor de doorgifte van gegevens van luchtvaartmaatschappijen, door de Commissie dienen te worden vastgesteld volgens de raadplegingsprocedure van Verordening (EU) nr. ... van het Europees Parlement en de Raad […..]. |
(16) De Commissie steunt de richtsnoeren inzake PNR-gegevens van de Internationale Burgerluchtvaartorganisatie (ICAO). Deze richtsnoeren dienen dan ook de grondslag te zijn bij het vaststellen van de ondersteunde dataformaten voor de doorgifte van PNR-gegevens door luchtvaartmaatschappijen en marktdeelnemers die geen luchtvaartmaatschappij zijn aan lidstaten. Om de doorgifte van PNR-gegevens te waarborgen dient aan de Commissie de bevoegdheid te worden overgedragen om overeenkomstig artikel 290 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie handelingen vast te stellen met betrekking tot de vaststelling van een lijst van deze ondersteunde dataformaten en van aanvaarde gemeenschappelijke protocollen voor de doorgifte van gegevens. Het is van bijzonder belang dat de Commissie bij haar voorbereidende werkzaamheden tot passende raadpleging overgaat, onder meer op deskundigenniveau. De Commissie moet bij de voorbereiding en opstelling van de gedelegeerde handelingen ervoor zorgen dat de desbetreffende documenten tijdig en op gepaste wijze gelijktijdig worden toegezonden aan het Europees Parlement en aan de Raad. |
Amendement 16 Voorstel voor een richtlijn Overweging 17 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(17) De lidstaten dienen alle nodige maatregelen te nemen om luchtvaartmaatschappijen in staat te stellen hun uit deze richtlijn voortvloeiende verplichtingen na te komen. Voor luchtvaartmaatschappijen die niet voldoen aan hun verplichtingen inzake de doorgifte van PNR-gegevens dienen de lidstaten te voorzien in afschrikkende, doeltreffende en evenredige sancties, met inbegrip van geldboeten. Bij herhaalde ernstige overtredingen die de basisdoelstellingen van deze richtlijn kunnen ondermijnen, kunnen deze sancties, in uitzonderlijke gevallen, maatregelen omvatten als aan de grond houden, inbeslagneming en verbeurdverklaring van het vervoermiddel, of opschorting dan wel intrekking van de exploitatievergunning. |
(17) De lidstaten dienen alle nodige maatregelen te nemen om luchtvaartmaatschappijen en marktdeelnemers die geen luchtvaartmaatschappij zijn in staat te stellen hun uit deze richtlijn voortvloeiende verplichtingen na te komen. Voor luchtvaartmaatschappijen en marktdeelnemers die geen luchtvaartmaatschappij zijn die niet voldoen aan hun verplichtingen inzake de doorgifte van PNR-gegevens of de bescherming van deze gegevens, dienen de lidstaten te voorzien in afschrikkende, doeltreffende en evenredige sancties, met inbegrip van geldboetes. Bij herhaalde ernstige overtredingen die de basisdoelstellingen van deze richtlijn kunnen ondermijnen, kunnen deze sancties, in uitzonderlijke gevallen, maatregelen omvatten als aan de grond houden, inbeslagneming en verbeurdverklaring van het vervoermiddel, of opschorting dan wel intrekking van de exploitatievergunning. |
Amendement 17 Voorstel voor een richtlijn Overweging 18 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(18) Iedere lidstaat dient verantwoordelijk te zijn voor het beoordelen van de mogelijke dreigingen op het gebied van terroristische misdrijven en zware criminaliteit. |
(18) Iedere lidstaat dient verantwoordelijk te zijn voor het beoordelen van de mogelijke dreigingen op het gebied van terroristische misdrijven en zware transnationale criminaliteit. |
Amendement 18 Voorstel voor een richtlijn Overweging 19 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(19) Gelet op het recht op bescherming van persoonsgegevens en het recht op non-discriminatie mag een besluit dat voor de betrokkene nadelige juridische of andere ingrijpende gevolgen heeft, niet uitsluitend berusten op langs geautomatiseerde weg verwerkte PNR-gegevens. Een dergelijk besluit mag bovendien niet worden gebaseerd op ras, etnische afstamming, religieuze, levensbeschouwelijke of politieke overtuiging, vakbondslidmaatschap, gezondheid of seksleven van de betrokkene. |
(19) Gelet op het recht op bescherming van persoonsgegevens en het recht op non-discriminatie, overeenkomstig de artikelen 8 en 21 van het Handvest, mag een besluit dat voor de betrokkene nadelige juridische of andere ingrijpende gevolgen heeft, niet uitsluitend berusten op langs geautomatiseerde weg verwerkte PNR-gegevens. Een dergelijk besluit mag bovendien niet worden gebaseerd op ras, etnische afstamming, religieuze, levensbeschouwelijke of politieke overtuiging, vakbondslidmaatschap, gezondheid of seksleven van de betrokkene. |
Amendement 19 Voorstel voor een richtlijn Overweging 19 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
(19 bis) Het resultaat van de verwerking van PNR-gegevens mag in geen geval door de lidstaten worden aangewend als reden om hun internationale verplichtingen uit hoofde van het Verdrag van Genève betreffende de status van vluchtelingen en het protocol daarbij uit 1967 te omzeilen en mag niet worden gebruikt om asielzoekers die hun recht op internationale bescherming willen uitoefenen de toegang tot veilige en doeltreffende kanalen naar het territorium van de Unie te ontzeggen. |
Amendement 20 Voorstel voor een richtlijn Overweging 19 ter (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
(19 ter) Gelet op de gevolgen van het arrest van het Hof van Justitie in gevoegde zaken C-293, Digital Rights Ireland, en C-594, Seitlinger e.a., moeten bij de toepassing van deze richtlijn de volledige eerbiediging van de grondrechten, het recht op eerbiediging van het privéleven en de naleving van het evenredigheidsbeginsel gewaarborgd worden. Tevens moet er bij de tenuitvoerlegging op worden toegezien dat de maatregelen werkelijk noodzakelijk en proportioneel zijn met het oog op het algemeen belang als erkend door de Unie en de noodzaak om de rechten en vrijheden van anderen bij de bestrijding van terrorisme en ernstige internationale criminaliteit te beschermen. De toepassing van deze richtlijn moet naar behoren worden gemotiveerd en er moet zijn voorzien in de nodige waarborgen om de rechtmatigheid van de opslag, analyse, overdracht en het gebruik van de PNR-gegevens te garanderen. |
Amendement 21 Voorstel voor een richtlijn Overweging 20 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(20) De lidstaten dienen de PNR-gegevens die zij ontvangen te delen met andere lidstaten, indien een dergelijke doorgifte nodig is voor het voorkomen, opsporen, onderzoeken of vervolgen van terroristische misdrijven of zware criminaliteit. De bepalingen van deze richtlijn mogen geen afbreuk doen aan andere EU-instrumenten voor informatie-uitwisseling tussen politiële en justitiële autoriteiten, zoals Besluit 2009/371/JBZ van de Raad van 6 april 2009 tot oprichting van de Europese politiedienst (Europol)39 en Kaderbesluit 2006/960/JBZ van de Raad van 18 december 2006 betreffende de vereenvoudiging van de uitwisseling van informatie en inlichtingen tussen de rechtshandhavingsinstanties van de lidstaten van de Europese Unie40. Voor de uitwisseling van PNR-gegevens tussen justitiële en rechtshandhavingsautoriteiten dienen de voorschriften inzake justitiële en politiële samenwerking te gelden. |
(20) De lidstaten dienen de PNR-gegevens die zij ontvangen te delen met andere lidstaten en op Unieniveau, onder meer via Europol, indien een dergelijke doorgifte nodig is voor het voorkomen, opsporen, onderzoeken of vervolgen van terroristische misdrijven of zware transnationale criminaliteit of ter voorkoming van een onmiddellijke en ernstige dreiging voor de openbare veiligheid. De passagiersinformatie-eenheden dienen de resultaten van de verwerking van PNR-gegevens in alle gevallen voor nader onderzoek aan de passagiersinformatie-eenheden van andere lidstaten door te zenden. De bepalingen van deze richtlijn mogen geen afbreuk doen aan andere EU-instrumenten voor informatie-uitwisseling tussen politiële en justitiële autoriteiten, zoals Besluit 2009/371/JBZ van de Raad39 en Kaderbesluit 2006/960/JBZ van de Raad40. Voor de uitwisseling van PNR-gegevens tussen justitiële en rechtshandhavingsautoriteiten dienen de voorschriften inzake justitiële en politiële samenwerking te gelden. Hierbij dient het beschermingsniveau ten minste in overeenstemming te zijn met het hoge niveau van bescherming van het privéleven en van persoonsgegevens dat geboden wordt door het Handvest, Conventie 108 en het EVRM. |
__________________ |
__________________ |
39 PB L 121 van 15.5.2009, blz. 37. |
39 Besluit 2009/371/JBZ van de Raad van 6 april 2009 tot oprichting van de Europese politiedienst (Europol) (PB L 121 van 15.5.2009, blz. 37). |
40 PB L 386 van 29.12.2006, blz. 89. |
40 Kaderbesluit 2006/960/JBZ van de Raad van 18 september 2006 betreffende de vereenvoudiging van de uitwisseling van informatie en inlichtingen tussen de rechtshandhavingsautoriteiten van de lidstaten van de Europese Unie (PB L 386 van 29.12.2006, blz. 89) |
Amendement 22 Voorstel voor een richtlijn Overweging 20 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
(20 bis) Er moet gewaarborgd worden dat de uitwisseling van informatie geschiedt via een veilig Uniesysteem voor de uitwisseling van PNR-gegevens tussen de lidstaten onderling en tussen de lidstaten en Europol. De ontwikkeling en het operationele beheer van dit systeem kunnen onder de verantwoordelijkheid van Europol vallen. Binnen dit systeem kan een centraal aanspreekpunt worden gecreëerd, dat alle verzoeken om toegang tot bepaalde gegevens registreert en doorstuurt. De Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming kan worden belast met het toezicht op de verwerking van persoonsgegevens via dit Uniesysteem voor de uitwisseling van PNR-gegevens met Europol. |
Amendement 23 Voorstel voor een richtlijn Overweging 21 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(21) De bewaartermijn voor PNR-gegevens dient evenredig te zijn aan het doel, namelijk het voorkomen, opsporen, onderzoeken en vervolgen van terroristische misdrijven en zware criminaliteit. Gezien de aard van de gegevens en het gebruik ervan, dienen de PNR-gegevens lang genoeg te worden bewaard om er een analyse mee te kunnen uitvoeren en ze bij onderzoek te kunnen gebruiken. Ter voorkoming van onevenredig gebruik dienen de gegevens na een bepaalde tijd te worden geanonimiseerd en alleen onder zeer strikte en restrictieve voorwaarden toegankelijk te zijn. |
(21) De bewaartermijn voor PNR-gegevens dient noodzakelijk te zijn en evenredig aan het doel, namelijk het voorkomen, opsporen, onderzoeken en vervolgen van terroristische misdrijven en zware transnationale criminaliteit. Gezien de aard van de gegevens en het gebruik ervan, dienen de PNR-gegevens lang genoeg te worden bewaard om er een analyse mee te kunnen uitvoeren en ze bij onderzoek te kunnen gebruiken. Ter voorkoming van onevenredig gebruik dienen de gegevens na een bepaalde tijd te worden afgeschermd en alleen onder zeer strikte en restrictieve voorwaarden toegankelijk te zijn. |
Amendement 24 Voorstel voor een richtlijn Overweging 21 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
(21 bis) PNR-gegevens moeten zoveel mogelijk op een afgeschermde manier worden verwerkt, om een zo hoog mogelijk niveau van gegevensbescherming te waarborgen door het voor degenen die toegang hebben tot de gegevens onmogelijk te maken de betrokkene te identificeren en uit de gegevens af te leiden op welke personen deze betrekking hebben. Het ontsleutelen van afgeschermde gegevens moet uitsluitend mogelijk zijn onder voorwaarden die een hoog niveau van gegevensbescherming waarborgen. |
Amendement 25 Voorstel voor een richtlijn Overweging 23 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(23) Voor de binnenlandse verwerking van PNR-gegevens door de passagiersinformatie-eenheid en bevoegde autoriteiten van een lidstaat dient op grond van het betreffende nationale recht een norm voor gegevensbescherming te gelden die in overeenstemming is met Kaderbesluit 2008/977/JBZ van de Raad van 27 november 2008 over de bescherming van persoonsgegevens die worden verwerkt in het kader van de politiële en justitiële samenwerking in strafzaken41 ("Kaderbesluit 2008/977/JBZ"). |
(23) Voor de binnenlandse verwerking van PNR-gegevens door de passagiersinformatie-eenheid en bevoegde autoriteiten van een lidstaat dient op grond van het betreffende nationale recht een norm voor gegevensbescherming te gelden die in overeenstemming is met Kaderbesluit 2008/977/JBZ van de Raad41en het Unierecht inzake gegevensbescherming, waaronder de specifieke gegevensbeschermingsvoorschriften van deze richtlijn. |
__________________ |
__________________ |
41 PB L 350 van 30.12.2008. |
41 Kaderbesluit 2008/977/JBZ van de Raad over de bescherming van persoonsgegevens die worden verwerkt in het kader van de politiële en justitiële samenwerking in strafzaken (PB L 350 van 30.12.2008). |
Amendement 26 Voorstel voor een richtlijn Overweging 24 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(24) Gelet op het recht op de bescherming van persoonsgegevens, dienen de rechten van de betrokkenen bij de verwerking van hun PNR-gegevens, zoals het recht van toegang en het recht om gegevens te laten corrigeren, wissen of afschermen, evenals het recht op schadevergoeding en het aanwenden van rechtsmiddelen, in overeenstemming te zijn met Kaderbesluit 2008/977/JBZ. |
(24) Gelet op het recht op de bescherming van persoonsgegevens, dienen de rechten van de betrokkenen bij de verwerking van hun PNR-gegevens, zoals het recht van toegang en het recht om gegevens te laten corrigeren, wissen of afschermen, evenals het recht op schadevergoeding en het aanwenden van rechtsmiddelen, in overeenstemming te zijn met Kaderbesluit 2008/977/JBZ, het recht van de Unie inzake gegevensbescherming en het hoge niveau van bescherming dat geboden wordt door het Handvest en het EVRM. |
Amendement 27 Voorstel voor een richtlijn Overweging 25 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(25) Aangezien passagiers het recht hebben te worden geïnformeerd over de verwerking van hun persoonsgegevens, dienen de lidstaten te waarborgen dat hun accurate informatie wordt verstrekt over de verzameling van PNR-gegevens en de doorgifte daarvan aan de passagiersinformatie-eenheid. |
(25) Aangezien passagiers het recht hebben te worden geïnformeerd over de verwerking van hun persoonsgegevens, dienen de lidstaten te waarborgen dat hun accurate, gemakkelijk toegankelijke en begrijpelijke informatie wordt verstrekt over de verzameling van PNR-gegevens en de doorgifte daarvan aan de passagiersinformatie-eenheid, alsmede over hun rechten als betrokkene. |
Amendement 28 Voorstel voor een richtlijn Overweging 26 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(26) De doorgifte van PNR-gegevens door een lidstaat aan een derde land dient alleen per geval en in overeenstemming met Kaderbesluit 2008/977/JBZ te worden toegestaan. Om de bescherming van persoonsgegevens te waarborgen, dient een dergelijke doorgifte onderworpen te zijn aan aanvullende voorwaarden betreffende het doel van de doorgifte, de hoedanigheid van de ontvangende autoriteit en het gegevensbeschermingsniveau in het derde land. |
(26) De doorgifte van PNR-gegevens door een lidstaat aan een derde land dient te worden toegestaan krachtens een internationale overeenkomst, of per geval en met volledige inachtneming van de door de lidstaten overeenkomstig Kaderbesluit 2008/977/JBZ vastgestelde bepalingen. Om de bescherming van persoonsgegevens te waarborgen, dient een dergelijke doorgifte onderworpen te zijn aan aanvullende voorwaarden betreffende het doel van de doorgifte, de hoedanigheid van de ontvangende autoriteit en het gegevensbeschermingsniveau in het derde land, en in overeenstemming te zijn met de beginselen van noodzakelijkheid en evenredigheid in verband met een dergelijke doorgifte en met het hoge niveau van bescherming dat wordt geboden door het Handvest, Conventie 108 en het EVRM. Indien de nationale toezichthoudende autoriteit de doorgifte aan een derde land strijdig acht met enig in deze richtlijn bedoeld beginsel, moet zij het recht hebben de gegevensstroom naar het derde land in kwestie op te schorten. |
Amendement 29 Voorstel voor een richtlijn Overweging 28 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(28) Deze richtlijn doet geen afbreuk aan de mogelijkheid van de lidstaten om krachtens hun nationale recht en met inachtneming van de relevante gegevensbeschermingsregels, mits die nationale regels in overeenstemming zijn met het acquis van de Unie, voor binnenlandse vluchten een systeem op te zetten voor het verzamelen en verwerken van PNR-gegevens voor andere doeleinden dan de in deze richtlijn bepaalde of afkomstig van andere vervoerders dan de in deze richtlijn bepaalde. Het verzamelen van PNR-gegevens over interne vluchten dient mettertijd afzonderlijk te worden overdacht. |
Schrappen |
Amendement 30 Voorstel voor een richtlijn Overweging 29 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(29) Als gevolg van de juridische en technische verschillen tussen de nationale bepalingen inzake de verwerking van persoonsgegevens, met inbegrip van PNR-gegevens, hebben de luchtvaartmaatschappijen te maken met verschillende eisen ten aanzien van de te verstrekken soorten informatie, evenals met verschillende voorwaarden waaronder deze informatie aan de bevoegde nationale autoriteiten moet worden verstrekt. Deze verschillen kunnen een belemmering zijn voor de effectieve samenwerking tussen de bevoegde nationale autoriteiten met het oog op het voorkomen, opsporen, onderzoeken, vervolgen van terroristische misdrijven of zware criminaliteit. |
(29) Als gevolg van de juridische en technische verschillen tussen de nationale bepalingen inzake de verwerking van persoonsgegevens, met inbegrip van PNR-gegevens, hebben de luchtvaartmaatschappijen en marktdeelnemers die geen luchtvaartmaatschappij zijn te maken met verschillende eisen ten aanzien van de te verstrekken soorten informatie, evenals met verschillende voorwaarden waaronder deze informatie aan de bevoegde nationale autoriteiten moet worden verstrekt. Deze verschillen kunnen een belemmering zijn voor de effectieve samenwerking tussen de bevoegde nationale autoriteiten met het oog op het voorkomen, opsporen, onderzoeken en vervolgen van terroristische misdrijven of zware transnationale criminaliteit. |
Amendement 31 Voorstel voor een richtlijn Overweging 32 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(32) Zo is het toepassingsgebied van de richtlijn zo beperkt mogelijk, mogen PNR-gegevens niet langer dan vijf jaar worden bewaard (daarna moeten zij worden gewist), dienen gegevens na een bijzonder korte periode te worden geanonimiseerd en is het verboden om gevoelige gegevens te verzamelen en gebruiken. Om efficiëntie en een hoog niveau van gegevensbescherming te waarborgen, dienen de lidstaten een onafhankelijke, nationale toezichthoudende autoriteit (gegevensbeschermingsautoriteit) te belasten met de verantwoordelijkheid voor het geven van advies over en het houden van toezicht op de verwerking van PNR-gegevens. Iedere verwerking van PNR-gegevens dient te worden geregistreerd of gedocumenteerd, zodat de rechtmatigheid van de gegevensverwerking kan worden gecontroleerd, interne controle kan worden uitgeoefend en de integriteit en de beveiliging van de gegevens kunnen worden gewaarborgd. De lidstaten moeten ook waarborgen dat passagiers duidelijk en nauwkeurig worden geïnformeerd over de verzameling van PNR-gegevens en hun rechten. |
(32) Zo is het toepassingsgebied van deze richtlijn zo beperkt mogelijk en mogen PNR-gegevens niet langer dan vijf jaar worden bewaard (daarna moeten zij worden gewist), dienen gegevens na 30 dagen te worden afgeschermd en dient het verboden te zijn om gevoelige gegevens te verzamelen en gebruiken. Om efficiëntie en een hoog niveau van gegevensbescherming te waarborgen, moet gewaarborgd worden dat een onafhankelijke, nationale toezichthoudende autoriteit (gegevensbeschermingsautoriteit), en in het bijzonder de functionaris voor gegevensbescherming van die autoriteit, belast wordt met de verantwoordelijkheid voor het geven van advies over en het houden van toezicht op de verwerking van PNR-gegevens. Iedere verwerking van PNR-gegevens dient te worden geregistreerd of gedocumenteerd, zodat de rechtmatigheid van de gegevensverwerking kan worden gecontroleerd, interne controle kan worden uitgeoefend en de integriteit en de beveiliging van de gegevens kunnen worden gewaarborgd. De lidstaten moeten ook waarborgen dat passagiers duidelijk en nauwkeurig worden geïnformeerd over het verzamelen van PNR-gegevens en over hun rechten. |
Amendement 32 Voorstel voor een richtlijn Artikel 1 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
HOOFDSTUK I |
HOOFDSTUK I |
ALGEMENE BEPALINGEN |
ALGEMENE BEPALINGEN |
Artikel 1 |
Artikel 1 |
Onderwerp en toepassingsgebied |
Onderwerp en toepassingsgebied |
1. Deze richtlijn voorziet in het verstrekken door luchtvaartmaatschappijen van persoonsgegevens van passagiers (Passenger Name Record - PNR) van internationale vluchten van en naar de lidstaten, alsmede in de verwerking van die gegevens, met het oog op het verzamelen, gebruiken, bewaren en onderling uitwisselen daarvan door de lidstaten. |
1. Deze richtlijn voorziet in het verstrekken door luchtvaartmaatschappijen en marktdeelnemers die geen luchtvaartmaatschappij zijn van persoonsgegevens van passagiers (Passenger Name Record - PNR) van internationale vluchten van en naar de lidstaten, alsmede in de verwerking van die gegevens, met het oog op het verzamelen, gebruiken, bewaren en onderling uitwisselen daarvan door de lidstaten en tussen de lidstaten en Europol. |
2. De overeenkomstig deze richtlijn verzamelde PNR-gegevens kunnen enkel voor de volgende doeleinden worden verwerkt: |
2. De overeenkomstig deze richtlijn verzamelde PNR-gegevens kunnen enkel worden verwerkt met het oog op het voorkomen, opsporen, onderzoeken en vervolgen van terroristische misdrijven en bepaalde vormen van zware transnationale criminaliteit als bedoeld in artikel 4, lid 2, of het voorkomen van een onmiddellijke en ernstige dreiging voor de openbare veiligheid. |
(a) het voorkomen, opsporen, onderzoeken en vervolgen van terroristische misdrijven en zware criminaliteit overeenkomstig artikel 4, lid 2, onder b) en c); en |
|
(b) het voorkomen, opsporen, onderzoeken en vervolgen van terroristische misdrijven en zware transnationale criminaliteit overeenkomstig artikel 4, lid 2, onder a) en d). |
|
Amendement 33 Voorstel voor een richtlijn Artikel 2 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
Artikel 2 |
Artikel 2 |
Definities |
Definities |
In deze richtlijn wordt verstaan onder: |
Voor de toepassing van deze richtlijn wordt verstaan onder: |
(a) "luchtvaartmaatschappij", een luchtvervoersonderneming met een geldige exploitatievergunning of een equivalent daarvan voor het luchtvervoer van passagiers; |
(a) "luchtvaartmaatschappij", een luchtvervoersonderneming met een geldige exploitatievergunning of een equivalent daarvan voor het luchtvervoer van passagiers; |
|
(a bis) "marktdeelnemer die geen luchtvaartmaatschappij is", een marktdeelnemer, zoals een reisbureau of touroperator, die diensten in verband met reizen aanbiedt, met inbegrip van het boeken van vluchten, waarvoor deze PNR-gegevens van passagiers verzamelt en verwerkt; |
(b) "internationale vlucht", iedere geregelde of niet-geregelde vlucht door een luchtvaartmaatschappij die volgens plan vanuit een derde land zal aankomen op het grondgebied van een lidstaat of zal vertrekken vanaf het grondgebied van een lidstaat met een eindbestemming in een derde land, daaronder begrepen transfer- en transitvluchten; |
(b) "internationale vlucht", iedere geregelde of niet-geregelde vlucht door een luchtvaartmaatschappij die volgens plan vanuit een derde land zal aankomen op het grondgebied van een lidstaat of zal vertrekken vanaf het grondgebied van een lidstaat met een eindbestemming in een derde land, daaronder begrepen transfer- en transitvluchten; |
(c) "Passenger Name Record" of "PNR-gegevens", een bestand met de reisgegevens van iedere passagier, dat informatie bevat die de boekende en de deelnemende luchtvaartmaatschappijen nodig hebben om reserveringen te kunnen verwerken en controleren bij elke reis die door of namens iemand wordt geboekt; dit bestand kan zich bevinden in een boekingssysteem, een vertrekcontrolesysteem of een soortgelijk systeem dat dezelfde functies vervult; |
(c) "Passenger Name Record" of "PNR-gegevens", een bestand met de reisgegevens van iedere passagier, dat informatie bevat die de boekende en de deelnemende luchtvaartmaatschappijen nodig hebben om reserveringen te kunnen verwerken en controleren bij elke reis die door of namens iemand wordt geboekt; dit bestand kan zich bevinden in een boekingssysteem, een vertrekcontrolesysteem of een soortgelijk systeem dat dezelfde functies vervult; |
(d) "passagier", eenieder, met uitzondering van de bemanningsleden, die met toestemming van de luchtvaartmaatschappij in een luchtvaartuig wordt vervoerd of zal worden vervoerd; |
(d) "passagier", eenieder, met uitzondering van de bemanningsleden, die met toestemming van de luchtvaartmaatschappij in een luchtvaartuig wordt vervoerd of zal worden vervoerd; |
(e) "boekingssystemen", de interne inventarissystemen van de luchtvaartmaatschappij, waarin PNR-gegevens worden verzameld voor het verwerken van boekingen; |
(e) "boekingssystemen", de interne inventarissystemen van de luchtvaartmaatschappij of de marktdeelnemer die geen luchtvaartmaatschappij is, waarin PNR-gegevens worden verzameld voor het verwerken van boekingen; |
(f) "push-methode", de methode waarbij de luchtvaartmaatschappij de gevraagde PNR-gegevens doorgeeft aan de databank van de autoriteit die de gegevens opvraagt; |
(f) "push-methode", de methode waarbij de luchtvaartmaatschappij of de marktdeelnemer die geen luchtvaartmaatschappij is de gevraagde, in de bijlage bedoelde PNR-gegevens doorgeeft aan de databank van de autoriteit die de gegevens opvraagt; |
(g) "terroristische misdrijven", de in de artikelen 1 tot en met 4 van Kaderbesluit 2002/475/JBZ van de Raad bedoelde, volgens nationaal recht strafbare feiten; |
(g) "terroristische misdrijven", de in de artikelen 1 tot en met 4 van Kaderbesluit 2002/475/JBZ bedoelde, volgens nationaal recht strafbare feiten; |
(h) "zware criminaliteit", de in artikel 2, lid 2, van Kaderbesluit 2002/584/JBZ van de Raad bedoelde, volgens nationaal recht strafbare feiten, indien daarop in het nationale recht van een lidstaat een vrijheidsstraf of een tot vrijheidsbeneming strekkende maatregel staat met een maximumduur van ten minste drie jaar, met dien verstande dat de lidstaten minder ernstige misdrijven waarvoor de verwerking van PNR-gegevens krachtens deze richtlijn, gelet op hun respectieve strafrechtsysteem, niet in overeenstemming zou zijn met het evenredigheidsbeginsel, hiervan kunnen uitsluiten; |
|
(i) "zware transnationale criminaliteit", de in artikel 2, lid 2, van Kaderbesluit 2002/584/JBZ bedoelde, volgens het nationale recht strafbare feiten, indien daarop in het nationale recht van een lidstaat een vrijheidsstraf of een tot vrijheidsbeneming strekkende maatregel staat met een maximumduur van ten minste drie jaar, en indien: |
(i) "zware transnationale criminaliteit", de volgende strafbare feiten, indien daarop in het nationale recht van een lidstaat een vrijheidsstraf of een tot vrijheidsbeneming strekkende maatregel staat met een maximumduur van ten minste drie jaar, als bedoeld in Kaderbesluit 2002/584/JBZ van de Raad; |
(i) zij in meer dan één staat worden gepleegd; |
|
(ii) zij in één staat worden gepleegd, maar een aanzienlijk deel van de voorbereiding, planning, leiding of controle in een andere staat plaatsvindt; |
|
(iii) zij worden gepleegd in één staat, maar met betrokkenheid van een georganiseerde criminele groep die in meer dan één staat criminele activiteiten ontplooit; of |
|
(iv) zij worden gepleegd in één staat, maar aanzienlijke gevolgen hebben in een andere staat. |
|
|
– deelneming aan een criminele organisatie, |
|
– mensenhandel, hulp bij illegale binnenkomst en illegaal verblijf, illegale handel in menselijke organen en weefsels, |
|
– seksuele uitbuiting van kinderen en kinderpornografie, verkrachting, vrouwenbesnijdenis, |
|
– illegale handel in verdovende middelen en psychotrope stoffen, |
|
– illegale handel in wapens, munitie en explosieven, |
|
– ernstige fraude, fraude ten nadele van de financiële belangen van de EU, witwassen van opbrengsten van misdrijven, witwassen van geld en valsemunterij, |
|
– moord en doodslag, zware mishandeling, ontvoering, wederrechtelijke vrijheidsberoving en gijzeling, gewapende diefstal, |
|
– ernstige computercriminaliteit en cybercriminaliteit, |
|
– milieumisdrijven, met inbegrip van de illegale handel in bedreigde diersoorten en bedreigde planten- en boomsoorten, |
|
– vervalsing van administratieve documenten en handel in valse documenten, illegale handel in cultuurgoederen, waaronder antiquiteiten en kunstvoorwerpen, namaak van producten en productpiraterij, |
|
– kaping van vliegtuigen/schepen, |
|
– spionage en verraad, |
|
– illegale handel in nucleaire en radioactieve stoffen en hun precursoren en criminele activiteiten in strijd met het non-proliferatiebeginsel, |
|
– misdrijven die onder de rechtsmacht van het Internationaal Strafhof vallen. |
Amendement 34 Voorstel voor een richtlijn Artikel 3 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
1. Elke lidstaat wijst aan een bestaande of nieuwe instantie die bevoegd is terroristische misdrijven en zware criminaliteit te voorkomen, op te sporen, te onderzoeken of te vervolgen, dan wel aan een afdeling van een dergelijke instantie, de taak toe op te treden als zijn "passagiersinformatie-eenheid", die ermee is belast de PNR-gegevens van de luchtvaartmaatschappijen te verzamelen, op te slaan en te analyseren, en het resultaat van de analyse aan de in artikel 5 bedoelde bevoegde autoriteiten mee te delen. Het personeel van de eenheid kan uit bevoegde overheidsdiensten worden gedetacheerd. |
1. Elke lidstaat wijst aan een bestaande of nieuwe instantie die bevoegd is terroristische misdrijven en zware transnationale criminaliteit te voorkomen, op te sporen, te onderzoeken of te vervolgen en onmiddellijke en ernstige dreigingen voor de openbare veiligheid te voorkomen, dan wel aan een afdeling van een dergelijke instantie, de taak toe op te treden als zijn "passagiersinformatie-eenheid". De passagiersinformatie-eenheid is ermee belast de PNR-gegevens van de luchtvaartmaatschappijen en marktdeelnemers die geen luchtvaartmaatschappij zijn te verzamelen, op te slaan, te verwerken en te analyseren en het resultaat van de analyse aan de in artikel 5 bedoelde bevoegde autoriteiten mee te delen. De passagiersinformatie-eenheid is tevens belast met de uitwisseling van PNR-gegevens en de resultaten van de verwerking van die gegevens met de passagiersinformatie-eenheden van andere lidstaten en met Europol, overeenkomstig de artikelen 7 en 7 bis, en is belast met de uitvoering van de in artikel 4 bedoelde beoordelingen. Het personeel van de eenheid kan uit bevoegde overheidsdiensten worden gedetacheerd. De lidstaten verschaffen de passagiersinformatie-eenheid toereikende middelen om haar taken te vervullen. |
2. Twee of meer lidstaten kunnen gezamenlijk een nieuwe instantie oprichten of een bestaande instantie aanwijzen als hun passagiersinformatie-eenheid. Deze passagiersinformatie-eenheid geldt als de nationale passagiersinformatie-eenheid van alle daarin deelnemende lidstaten en wordt in een ervan gevestigd. De deelnemende lidstaten maken nadere afspraken over de werkwijze van de passagiersinformatie-eenheid en nemen daarbij de voorschriften van deze richtlijn in acht. |
2. Twee of meer lidstaten kunnen gezamenlijk een nieuwe instantie oprichten of een bestaande instantie aanwijzen als hun passagiersinformatie-eenheid. Deze passagiersinformatie-eenheid geldt als de nationale passagiersinformatie-eenheid van alle daarin deelnemende lidstaten en wordt in een ervan gevestigd. De deelnemende lidstaten maken gezamenlijk nadere afspraken over de werkwijze van de passagiersinformatie-eenheid en nemen daarbij de voorschriften van deze richtlijn in acht. |
3. Iedere lidstaat stelt binnen één maand na de oprichting van de passagiersinformatie-eenheid de Commissie hiervan in kennis en kan deze verklaring op elk moment aanpassen. De Commissie maakt deze informatie, alsmede alle wijzigingen daarin, bekend in het Publicatieblad van de Europese Unie. |
3. Iedere lidstaat stelt binnen één maand na de oprichting van de passagiersinformatie-eenheid de Commissie hiervan in kennis en houdt deze verklaring te allen tijde actueel. De Commissie maakt deze informatie, alsmede alle wijzigingen daarin, bekend in het Publicatieblad van de Europese Unie. |
Amendement 35 Voorstel voor een richtlijn Artikel 3 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
Artikel 3 bis |
|
Functionaris voor gegevensbescherming binnen de passagiersinformatie-eenheid |
|
1. Alle personeelsleden van de passagiersinformatie-eenheid die toegang hebben tot PNR-gegevens, volgen een specifieke, op maat gesneden opleiding met betrekking tot de verwerking van PNR- gegevens met volledige inachtneming van de beginselen inzake gegevensbescherming en de grondrechten. |
|
2. De passagiersinformatie-eenheden benoemen elk een functionaris voor gegevensbescherming die belast is met het toezicht op de verwerking van PNR-gegevens en met de toepassing van de daaraan verbonden waarborgen. |
|
3. De lidstaten waarborgen dat de functionaris voor gegevensbescherming wordt aangewezen op grond van zijn professionele kwaliteiten en, in het bijzonder, zijn deskundigheid op het gebied van de wetgeving en de praktijk inzake gegevensbescherming en zijn vermogen de in deze richtlijn bedoelde taken te vervullen. De lidstaten zien erop toe dat alle andere beroepswerkzaamheden van de functionaris voor gegevensbescherming verenigbaar zijn met zijn taken en verplichtingen als functionaris voor gegevensbescherming en niet tot een belangenconflict leiden. De functionaris voor gegevensbescherming: |
|
a) geeft voorlichting aan en adviseert personeelsleden van de passagiersinformatie-eenheid over hun verplichtingen op het gebied van de bescherming van persoonsgegevens, scholing van personeelsleden en toewijzing van verantwoordelijkheden; |
|
b) houdt toezicht op de uitvoering en toepassing van de in deze richtlijn neergelegde voorschriften inzake gegevensbescherming, met name door middel van steekproefsgewijze controles van gegevensverwerkingsactiviteiten; |
|
c) waarborgt dat alle documentatie wordt bewaard en gegevens worden bijgehouden in overeenstemming met deze richtlijn, en houdt toezicht op de verslaglegging over en kennisgeving en melding van inbreuken in verband met persoonsgegevens, en doet melding van niet-naleving van de voorschriften inzake gegevensbescherming van deze richtlijn aan de bevoegde autoriteiten; |
|
d) ziet toe op het gevolg dat aan verzoeken van de nationale toezichthoudende autoriteit wordt gegeven en werkt samen met de nationale toezichthoudende autoriteit, met name op het gebied van gegevensverstrekking aan andere lidstaten of aan derde landen, en treedt op als contactpunt voor de nationale toezichthoudende autoriteit in aangelegenheden in verband met de verwerking van PNR-gegevens en raadpleegt in voorkomend geval op eigen initiatief de nationale toezichthoudende autoriteit. |
|
De lidstaten bieden de functionarissen voor gegevensbescherming de middelen die zij nodig hebben om de in dit artikel genoemde taken doeltreffend en onafhankelijk uit te voeren. |
|
4. De lidstaten waarborgen dat de betrokkene het recht heeft zich te wenden tot de functionaris voor gegevensbescherming, die fungeert als enig aanspreekpunt, over alle aangelegenheden in verband met de verwerking van zijn of haar PNR-gegevens. De lidstaten waarborgen dat de naam en de contactgegevens van de functionaris voor gegevensbescherming aan de nationale toezichthoudende autoriteit en het publiek worden meegedeeld. |
Amendement 36 Voorstel voor een richtlijn Artikel 4 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
Artikel 4 |
Artikel 4 |
Verwerking van PNR-gegevens |
Verwerking van PNR-gegevens |
1. De PNR-gegevens die luchtvaartmaatschappijen overeenkomstig artikel 6 doorgeven voor internationale vluchten die aankomen op of vertrekken van het grondgebied van een bepaalde lidstaat, worden door de passagiersinformatie-eenheid van die lidstaat verzameld. Indien de door luchtvaartmaatschappijen doorgegeven PNR-gegevens andere dan de in bijlage vermelde gegevens bevatten, wist de passagiersinformatie-eenheid deze gegevens onmiddellijk na ontvangst. |
1. De PNR-gegevens die luchtvaartmaatschappijen en marktdeelnemers die geen luchtvaartmaatschappij zijn overeenkomstig artikel 6 doorgeven voor internationale vluchten die aankomen op of vertrekken van het grondgebied van een bepaalde lidstaat, worden door de passagiersinformatie-eenheid van die lidstaat verzameld. Indien de door luchtvaartmaatschappijen en marktdeelnemers die geen luchtvaartmaatschappij zijn doorgegeven PNR-gegevens andere dan de in bijlage vermelde gegevens bevatten, wist de passagiersinformatie-eenheid deze gegevens blijvend onmiddellijk na ontvangst. |
2. De passagiersinformatie-eenheid verwerkt de PNR-gegevens uitsluitend voor de volgende doeleinden: |
2. De passagiersinformatie-eenheid verwerkt de PNR-gegevens uitsluitend voor de volgende doeleinden: |
(a) het beoordelen van de passagiers vóór hun geplande aankomst in of vertrek uit de lidstaat, om te bepalen welke personen betrokken zouden kunnen zijn bij een terroristisch misdrijf of bij zware transnationale criminaliteit en het voorwerp moeten uitmaken van nader onderzoek door de in artikel 5 bedoelde bevoegde autoriteiten van de lidstaten. Bij een dergelijke beoordeling kan de passagiersinformatie-eenheid de PNR-gegevens routinematig toetsen aan vooraf bepaalde criteria. De lidstaten zorgen ervoor dat, indien de automatische verwerking een overeenstemming oplevert, per geval op niet-geautomatiseerde wijze wordt gecontroleerd of de in artikel 5 bedoelde bevoegde autoriteit actie moet ondernemen; |
(a) het beoordelen van de passagiers vóór hun geplande aankomst in of vertrek uit de lidstaat, om te bepalen welke personen betrokken zouden kunnen zijn bij een terroristisch misdrijf of bij zware transnationale criminaliteit en het voorwerp moeten uitmaken van nader onderzoek door de in artikel 5 bedoelde bevoegde autoriteiten van de lidstaten of, in voorkomend geval, van nader onderzoek door Europol, overeenkomstig artikel 7 bis. Bij een dergelijke beoordeling kan de passagiersinformatie-eenheid de PNR-gegevens routinematig toetsen aan vooraf bepaalde criteria, overeenkomstig deze richtlijn, en kan zij de PNR-gegevens vergelijken met relevante databases, met inbegrip van internationale of nationale databases of nationale spiegelbestanden van databases van de Unie, mits gemaakt met inachtneming van het recht van de Unie, over personen of voorwerpen die worden gezocht of die gesignaleerd zijn, zulks met in achtneming van de Europese, internationale en nationale regels welke op die bestanden van toepassing zijn, een en ander in overeenstemming met de in lid 3 genoemde vereisten. De lidstaten zorgen ervoor dat, indien de automatische verwerking een overeenstemming oplevert, per geval op niet-geautomatiseerde wijze wordt gecontroleerd of de in artikel 5 bedoelde bevoegde autoriteit actie moet ondernemen; |
(b) het beoordelen van de passagiers vóór hun geplande aankomst in of vertrek uit de lidstaat, om te bepalen welke personen betrokken zouden kunnen zijn bij een terroristisch misdrijf of bij zware criminaliteit en het voorwerp moeten uitmaken van nader onderzoek door de in artikel 5 bedoelde bevoegde autoriteiten van de lidstaten. Bij een dergelijke beoordeling kan de passagiersinformatie-eenheid de PNR-gegevens vergelijken met relevante databases, met inbegrip van internationale of nationale databases, of nationale, op basis van het EU-recht gemaakte spiegelbestanden van EU-databases over personen of voorwerpen die worden gezocht of die gesignaleerd zijn, zulks met inachtneming van de Europese, internationale en nationale regels welke op die bestanden van toepassing zijn. De lidstaten zorgen ervoor dat, indien de automatische verwerking een overeenstemming oplevert, per geval op niet-geautomatiseerde wijze wordt gecontroleerd of de in artikel 5 bedoelde bevoegde autoriteit actie moet ondernemen; |
(b) het beoordelen van de passagiers vóór hun geplande aankomst in of vertrek uit de lidstaat, om te bepalen welke personen betrokken zouden kunnen zijn bij een terroristisch misdrijf of bij zware transnationale criminaliteit en het voorwerp moeten uitmaken van nader onderzoek door de in artikel 5 bedoelde bevoegde autoriteiten van de lidstaten. Bij een dergelijke beoordeling kan de passagiersinformatie-eenheid de PNR-gegevens vergelijken met relevante databases, met inbegrip van nationale databases of nationale spiegelbestanden van databases van de Unie, over gezochte of gesignaleerde personen of voorwerpen, in overeenstemming met de Unie- en nationale voorschriften die gelden voor dergelijke databases voor het voorkomen, opsporen, onderzoeken en vervolgen van terroristische misdrijven en zware transnationale criminaliteit. Bij die beoordeling mag de passagiersinformatie-eenheid de PNR-gegevens vergelijken met het Schengeninformatiesysteem en het Visuminformatiesysteem. De lidstaten zorgen ervoor dat, indien de automatische verwerking een overeenstemming oplevert, per geval op niet-geautomatiseerde wijze wordt gecontroleerd of de in artikel 5 bedoelde bevoegde autoriteit actie moet ondernemen; |
(c) het per geval inwilligen van een met redenen omkleed verzoek van de bevoegde autoriteiten om PNR-gegevens te verstrekken, PNR-gegevens in specifieke gevallen te verwerken voor het voorkomen, opsporen, onderzoeken en vervolgen van een terroristisch misdrijf of zware criminaliteit, en de resultaten van deze verwerking aan die autoriteiten mee te delen; alsmede |
(c) het per geval op basis van afdoende bewijzen inwilligen van een met redenen omkleed verzoek van de bevoegde autoriteiten of Europol om PNR-gegevens te verstrekken, PNR-gegevens in specifieke gevallen te verwerken voor het voorkomen, opsporen, onderzoeken en vervolgen van een terroristisch misdrijf of zware transnationale criminaliteit als vermeld in artikel 2, letter i), of voor het voorkomen van een onmiddellijke en ernstige dreiging voor de openbare veiligheid, en de resultaten van deze verwerking aan die autoriteiten of, in voorkomend geval, aan Europol mee te delen; alsmede |
(d) het analyseren van PNR-gegevens voor het bijstellen van bestaande of formuleren van nieuwe criteria voor het verrichten van beoordelingen om te bepalen welke personen betrokken zouden kunnen zijn bij een terroristisch misdrijf of zware transnationale criminaliteit als bedoeld onder punt a). |
(d) het analyseren van PNR-gegevens voor het bijstellen van bestaande of formuleren van nieuwe criteria voor het verrichten van beoordelingen om te bepalen welke personen betrokken zouden kunnen zijn bij een terroristisch misdrijf of zware transnationale criminaliteit als bedoeld onder punt a). |
3. Het beoordelen van de passagiers vóór hun geplande aankomst in of vertrek uit de lidstaat, zoals bedoeld in lid 2, onder a), wordt op niet-discriminerende wijze verricht op grond van de door de passagiersinformatie-eenheid vastgestelde beoordelingscriteria. De lidstaten zorgen ervoor dat de beoordelingscriteria door de passagiersinformatie-eenheid worden vastgesteld, in samenwerking met de in artikel 5 bedoelde bevoegde autoriteiten. De beoordelingscriteria mogen onder geen beding gebaseerd zijn op ras, etnische afstamming, religieuze, levensbeschouwelijke of politieke overtuiging, vakbondslidmaatschap, gezondheid of seksleven van de betrokkene. |
3. Het beoordelen van de passagiers vóór hun geplande aankomst in of vertrek uit de lidstaat, zoals bedoeld in lid 2, onder a), wordt op niet-discriminerende wijze verricht op grond van de door de passagiersinformatie-eenheid vastgestelde beoordelingscriteria. Deze beoordelingscriteria moeten gericht, specifiek, gerechtvaardigd, evenredig en op feiten gebaseerd zijn. Bij de regelmatige evaluatie hiervan dient de functionaris voor gegevensbescherming betrokken te worden. De lidstaten zorgen ervoor dat de beoordelingscriteria door de passagiersinformatie-eenheid worden vastgesteld, in samenwerking met de in artikel 5 bedoelde bevoegde autoriteiten, en regelmatig worden geëvalueerd. De beoordelingscriteria mogen onder geen beding gebaseerd zijn op ras, etnische afstamming, religieuze, levensbeschouwelijke of politieke overtuiging, seksuele geaardheid of genderidentiteit, lidmaatschap van of activiteiten in het kader van een vakvereniging en de verwerking van gegevens die de gezondheid of het seksleven van de betrokkene betreffen. |
4. De PNR-gegevens of het resultaat van de verwerking van de PNR-gegevens van de overeenkomstig lid 2, onder a) en b), als potentieel risico aangemerkte personen worden door de passagiersinformatie-eenheid van een lidstaat voor nader onderzoek aan de bevoegde autoriteiten van die lidstaat doorgegeven. Tot die doorgifte kan alleen per geval worden besloten. |
4. De PNR-gegevens of het resultaat van de verwerking van de PNR-gegevens van de overeenkomstig lid 2, onder a) en b), als potentieel risico aangemerkte personen worden door de passagiersinformatie-eenheid van een lidstaat voor nader onderzoek aan de bevoegde autoriteiten van die lidstaat doorgegeven. Tot die doorgifte kan alleen per geval worden besloten door middel van menselijk ingrijpen. |
|
4 bis. De lidstaten waarborgen dat de functionaris voor gegevensbescherming toegang heeft tot alle gegevens die aan de passagiersinformatie-eenheid worden doorgegeven en tot alle gegevens die door de passagiersinformatie-eenheid overeenkomstig artikel 5 worden doorgegeven aan een bevoegde autoriteit. Indien de functionaris voor gegevensbescherming van oordeel is dat gegevens onrechtmatig zijn verwerkt, legt hij de zaak voor aan de toezichthoudende autoriteit, die de bevoegdheid heeft om de ontvangende bevoegde autoriteit te gelasten de betreffende gegevens te wissen. |
|
4 ter. Het opslaan, verwerken en analyseren van PNR-gegevens geschiedt uitsluitend op een veilige locatie op het grondgebied van de lidstaten van de Europese Economische ruimte. |
|
4 quater. De kosten voor het gebruiken, bewaren en uitwisselen van PNR-gegevens worden door de lidstaten gedragen. |
Amendement 37 Voorstel voor een richtlijn Artikel 5 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
Artikel 5 |
Artikel 5 |
Bevoegde autoriteiten |
Bevoegde autoriteiten |
1. Elke lidstaat stelt een lijst op van de bevoegde autoriteiten die gerechtigd zijn om van de passagiersinformatie-eenheden PNR-gegevens of het resultaat van de verwerking van PNR-gegevens te vragen of te ontvangen, teneinde deze informatie nader te onderzoeken of de nodige maatregelen te treffen voor het voorkomen, opsporen, onderzoeken en vervolgen van terroristische misdrijven en zware criminaliteit. |
1. Elke lidstaat stelt een lijst op van de bevoegde autoriteiten die gerechtigd zijn om van de passagiersinformatie-eenheden afgeschermde PNR-gegevens of het resultaat van de systematische verwerking van PNR-gegevens te vragen of te ontvangen, teneinde deze informatie nader te onderzoeken of de nodige maatregelen te treffen met het specifieke doel terroristische misdrijven en zware transnationale criminaliteit te voorkomen, op te sporen, te onderzoeken en te vervolgen of een onmiddellijke en ernstige dreiging voor de openbare veiligheid te voorkomen. Binnen de grenzen van zijn mandaat en waar nodig voor de uitvoering van zijn taken is Europol gerechtigd om van de passagiersinformatie-eenheden van de lidstaten PNR-gegevens en resultaten van de verwerking van PNR-gegevens te ontvangen. |
2. Bevoegde autoriteiten zijn autoriteiten die bevoegd zijn terroristische misdrijven en zware criminaliteit te voorkomen, op te sporen, te onderzoeken of te vervolgen. |
2. Bevoegde autoriteiten zijn autoriteiten die bevoegd zijn terroristische misdrijven en zware transnationale criminaliteit te voorkomen, op te sporen, te onderzoeken of te vervolgen of onmiddellijke en ernstige dreigingen voor de openbare veiligheid te voorkomen. |
3. Iedere lidstaat stelt de Commissie twaalf maanden na de inwerkingtreding van dit kaderbesluit in kennis van de lijst van zijn bevoegde autoriteiten, en kan deze verklaring te allen tijde aanpassen. De Commissie maakt deze informatie, alsmede alle wijzigingen daarin, bekend in het Publicatieblad van de Europese Unie. |
3. Uiterlijk …* [12 maanden na de inwerkingtreding van deze richtlijn] stelt iedere lidstaat de Commissie in kennis van de lijst van zijn bevoegde autoriteiten. De lidstaten houden deze verklaring te allen tijde actueel. De Commissie maakt deze informatie, alsmede alle wijzigingen daarin, bekend in het Publicatieblad van de Europese Unie. |
4. De PNR-gegevens en het resultaat van de verwerking van PNR-gegevens die de passagiersinformatie-eenheid heeft ontvangen, mogen door de bevoegde autoriteiten van de lidstaten uitsluitend met het oog op het voorkomen, opsporen, onderzoeken of vervolgen van terroristische misdrijven of zware criminaliteit verder worden verwerkt. |
4. De PNR-gegevens en het resultaat van de verwerking van PNR-gegevens die de passagiersinformatie-eenheid heeft ontvangen, mogen door de bevoegde autoriteiten van de lidstaten uitsluitend verder worden verwerkt, op verzoek, met het specifieke doel terroristische misdrijven of zware transnationale criminaliteit te voorkomen, op te sporen, te onderzoeken of te vervolgen, overeenkomstig artikel 4, lid 2, of om een onmiddellijke en ernstige dreiging van de openbare veiligheid te voorkomen. |
5. Lid 4 laat, wanneer in het kader van wetshandhavingsmaatregelen die naar aanleiding van de verwerking worden getroffen andere strafbare feiten of aanwijzingen daarvoor aan het licht komen, de nationale justitiële en handhavingsbevoegdheden onverlet. |
5. Lid 4 laat, wanneer in het kader van wetshandhavingsmaatregelen die naar aanleiding van de verwerking worden getroffen andere strafbare feiten of aanwijzingen daarvoor aan het licht komen dan waarvoor de maatregelen aanvankelijk waren getroffen, de nationale justitiële en handhavingsbevoegdheden onverlet. |
6. De bevoegde autoriteiten van de lidstaten nemen uitsluitend op grond van de geautomatiseerde verwerking van de PNR-gegevens geen besluiten die voor de betrokkene nadelige juridische of andere ingrijpende gevolgen hebben. Een dergelijk besluit wordt niet gebaseerd op ras, etnische afstamming, religieuze, levensbeschouwelijke of politieke overtuiging, vakbondslidmaatschap, gezondheid of seksleven van de betrokkene. |
6. De bevoegde autoriteiten van de lidstaten nemen uitsluitend op grond van de geautomatiseerde verwerking van de PNR-gegevens geen besluiten die voor de betrokkene nadelige juridische of andere ingrijpende gevolgen hebben. Een dergelijk besluit wordt niet gebaseerd op gegevens waaruit ras, etnische afstamming, politieke opvattingen, religieuze of levensbeschouwelijke overtuiging, seksuele geaardheid, genderidentiteit, vakbondslidmaatschap of vakbondsactiviteiten blijken, noch op de verwerking van gegevens die de gezondheid of het seksleven van de betrokkene betreffen. |
Amendement 38 Voorstel voor een richtlijn Artikel 6 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
Artikel 6 |
Artikel 6 |
Verplichtingen van de luchtvaartmaatschappijen |
Verplichtingen van de luchtvaartmaatschappijen en marktdeelnemers die geen luchtvaartmaatschappij zijn |
1. De lidstaten treffen de nodige maatregelen om ervoor te zorgen dat de luchtvaartmaatschappijen de in artikel 2, onder c), omschreven en in de bijlage vermelde PNR-gegevens verzenden naar de database van de nationale passagiersinformatie-eenheid van de lidstaat op het grondgebied waarvan de internationale vlucht aankomt of vertrekt (de "push"-methode). Bij een internationale vlucht die een code-sharingvlucht van twee of meer luchtvaartmaatschappijen is, rust de verplichting om de PNR-gegevens van alle passagiers door te geven op de maatschappij die de vlucht uitvoert. Omvat een vlucht één of meer tussenlandingen op luchthavens van meerdere lidstaten, dan geven de luchtvaartmaatschappijen de PNR-gegevens door aan de passagiersinformatie-eenheden van alle betrokken lidstaten. |
1. De lidstaten treffen de nodige maatregelen om ervoor te zorgen dat luchtvaartmaatschappijen en marktdeelnemers die geen luchtvaartmaatschappij zijn alle via de "push"-methode verkregen PNR-gegevens als bedoeld in artikel 2, letter c), en vermeld in de bijlage die in het kader van hun normale bedrijfsvoering reeds verzameld zijn, verzenden naar de database van de nationale passagiersinformatie-eenheid van de lidstaat op het grondgebied waarvan de internationale vlucht aankomt of vertrekt. Bij een internationale vlucht die een code-sharingvlucht van twee of meer luchtvaartmaatschappijen is, rust de verplichting om de PNR-gegevens van alle passagiers door te geven op de maatschappij die de vlucht uitvoert en op de betrokken marktdeelnemer die geen luchtvaartmaatschappij is. Omvat een vlucht één of meer tussenlandingen op luchthavens van meerdere lidstaten, dan geven de luchtvaartmaatschappijen en de marktdeelnemers die geen luchtvaartmaatschappij zijn de PNR-gegevens door aan de passagiersinformatie-eenheden van alle betrokken lidstaten. |
2. De PNR-gegevens worden door de luchtvaartmaatschappijen langs elektronische weg verstrekt, waarbij zij gebruikmaken van de gemeenschappelijke protocollen en de ondersteunde dataformaten die volgens de procedure van de artikelen 13 en 14 worden vastgesteld, of, in geval van technische storing, van andere passende middelen die een passend niveau van gegevensbeveiliging garanderen: |
2. De PNR-gegevens worden door de luchtvaartmaatschappijen en de marktdeelnemers die geen luchtvaartmaatschappij zijn langs elektronische weg verstrekt, waarbij zij gebruikmaken van de gemeenschappelijke protocollen en de ondersteunde dataformaten die volgens de procedure van de artikelen 13 en 14 worden vastgesteld, of, in geval van technische storing, van andere passende middelen die een passend niveau van gegevensbeveiliging garanderen: |
(a) eenmaal 24 tot 48 uur vóór de geplande vertrektijd van de vlucht; |
(a) eenmaal 24 tot 48 uur vóór de geplande vertrektijd van de vlucht; |
en |
en |
(b) eenmaal onmiddellijk na beëindiging van het inchecken, dat wil zeggen wanneer de passagiers aan boord zijn gegaan van het vliegtuig dat klaarstaat voor vertrek en er geen passagiers meer aan boord kunnen gaan. |
(b) eenmaal onmiddellijk na beëindiging van het inchecken, dat wil zeggen wanneer de passagiers aan boord zijn gegaan van het vliegtuig dat klaarstaat voor vertrek en er geen passagiers meer aan boord kunnen gaan. |
3. De lidstaten kunnen de luchtvaartmaatschappijen toestaan om de in lid 2, onder b), bedoelde doorgifte te beperken tot wijzigingen van de in lid 2, onder a), bedoelde doorgifte. |
3. De lidstaten kunnen de luchtvaartmaatschappijen en de marktdeelnemers die geen luchtvaartmaatschappij zijn toestaan om de in lid 2, onder b), bedoelde doorgifte te beperken tot wijzigingen van de in lid 2, onder a), bedoelde doorgifte. |
4. Op incidentele basis en ingaand op een verzoek dat een passagiersinformatie-eenheid op grond van haar nationale recht doet, verstrekken luchtvaartmaatschappijen PNR-gegevens vóór de in lid 2, onder a), vermelde termijn, wanneer dit noodzakelijk is om te kunnen helpen reageren op een specifiek en daadwerkelijk gevaar in verband met terroristische misdrijven of zware criminaliteit. |
4. Op incidentele basis en ingaand op een verzoek dat een passagiersinformatie-eenheid op grond van haar nationale recht doet, verstrekken luchtvaartmaatschappijen en marktdeelnemers die geen luchtvaartmaatschappij zijn PNR-gegevens vóór de in lid 2, onder a), vermelde termijn, wanneer dit noodzakelijk is om te kunnen helpen reageren op een specifiek, acuut en daadwerkelijk gevaar in verband met terroristische misdrijven of zware transnationale criminaliteit. |
|
4 bis. Luchtvaartmaatschappijen en marktdeelnemers die geen luchtvaartmaatschappij zijn informeren de passagiers over het type persoonsgegevens dat wordt ingezameld voor wetshandhavingsdoeleinden en over hun rechten in dit verband als passagier. Deze informatie wordt proactief aan de passagiers verstrekt, in begrijpelijke vorm. |
Amendement 39 Voorstel voor een richtlijn Artikel 7 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
Artikel 7 |
Artikel 7 |
Informatie-uitwisseling tussen de lidstaten |
Informatie-uitwisseling tussen de lidstaten |
1. De lidstaten zorgen ervoor dat, voor personen die overeenkomstig artikel 4, lid 2, onder a) en b), door een passagiersinformatie-eenheid als een potentieel risico zijn aangemerkt, het resultaat van de verwerking van PNR-gegevens door die eenheid wordt overgedragen aan de passagiersinformatie-eenheid van andere lidstaten in gevallen waarin deze eerste passagiersinformatie-eenheid doorgifte noodzakelijk acht voor het voorkomen, opsporen, onderzoeken of vervolgen van terroristische misdrijven of zware criminaliteit. De passagiersinformatie-eenheden van de ontvangende lidstaten delen de PNR-gegevens of het resultaat van de verwerking van PNR-gegevens mee aan hun ter zake bevoegde autoriteiten. |
1. Passagiersinformatie-eenheden wisselen automatisch gegevens uit over de resultaten van de verwerking van PNR-gegevens. De lidstaten zorgen ervoor dat de resultaten van de verwerking van PNR-gegevens, hetzij analytische informatie afgeleid uit PNR-data, hetzij de resultaten met betrekking tot personen die overeenkomstig artikel 4, lid 2, door een passagiersinformatie-eenheid als een risico zijn aangemerkt en die overeenkomstig artikel 4, lid 4, voor nader onderzoek aan de bevoegde autoriteiten zijn doorgegeven, proactief en onverwijld door de passagiersinformatie-eenheid van de ene lidstaat aan de passagiersinformatie-eenheden van de andere lidstaten wordt doorgegeven. De passagiersinformatie-eenheden van de ontvangende lidstaten delen de resultaten van de verwerking van PNR-gegevens mee aan hun ter zake bevoegde autoriteiten, in overeenstemming met de bepalingen van artikel 4, lid 4. Waar nodig wordt een signalering opgenomen in overeenstemming met artikel 36 van Besluit 2007/533/JBZ van de Raad1bis. |
2. De passagiersinformatie-eenheid van een lidstaat heeft het recht om, in voorkomend geval, bij de passagiersinformatie-eenheid van een andere lidstaat de PNR-gegevens op te vragen die deze overeenkomstig artikel 9, lid 1, in zijn database bewaart, alsmede, in voorkomend geval, het resultaat van de verwerking van de PNR-gegevens. Het opvragen van deze gegevens kan worden gebaseerd op elk van de gegevenselementen of op een combinatie daarvan, naargelang de verzoekende passagiersinformatie-eenheid of de bevoegde autoriteit zulks in een specifiek geval nodig acht voor het voorkomen, opsporen, onderzoeken of vervolgen van terroristische misdrijven of zware criminaliteit. De passagiersinformatie-eenheden verstrekken de gevraagde gegevens zo spoedig mogelijk en verstrekken ook het resultaat van de verwerking van PNR-gegevens, als die overeenkomstig artikel 4, lid 2, onder a) en b), reeds is uitgevoerd. |
2. De passagiersinformatie-eenheden hebben het recht om, in voorkomend geval, bij de passagiersinformatie-eenheid van een andere lidstaat de PNR-gegevens op te vragen die deze overeenkomstig artikel 9, lid 1, in zijn database bewaart, alsmede, in voorkomend geval, het resultaat van de verwerking daarvan, als die overeenkomstig artikel 4, lid 2, onder a) en b) reeds is uitgevoerd. Het opvragen van deze gegevens moet met redenen worden omkleed, is strikt beperkt tot gegevens die in het specifieke geval nodig zijn en kan worden gebaseerd op elk van de gegevenselementen of op een combinatie daarvan, naargelang de verzoekende passagiersinformatie-eenheid zulks in een specifiek geval nodig acht voor het voorkomen, opsporen, onderzoeken of vervolgen van terroristische misdrijven of zware transnationale criminaliteit of voor het voorkomen van een onmiddellijke en ernstige dreiging voor de openbare veiligheid. De passagiersinformatie-eenheden verstrekken de gevraagde gegevens zo spoedig mogelijk, met gebruikmaking van de gemeenschappelijke protocollen en ondersteunde dataformaten. Een dergelijk verzoek wordt schriftelijk gemotiveerd. |
3. De passagiersinformatie-eenheid van een lidstaat heeft het recht om, in voorkomend geval, bij de passagiersinformatie-eenheid van een andere lidstaat de PNR-gegevens op te vragen die deze overeenkomstig artikel 9, lid 2, in zijn database bewaart, alsmede, in voorkomend geval, het resultaat van de verwerking van de PNR-gegevens. Enkel in uitzonderlijke omstandigheden, in verband met een bepaald gevaar en of een bepaald onderzoek of bepaalde vervolging in verband met terroristische misdrijven en zware criminaliteit, kan de passagiersinformatie-eenheid de passagiersinformatie-eenheid van een andere lidstaat verzoeken om toegang tot de volledige niet-afgeschermde PNR-gegevens. |
3. Passagiersinformatie-eenheden hebben het recht om, in voorkomend geval, bij de passagiersinformatie-eenheid van een andere lidstaat PNR-gegevens op te vragen die reeds afgeschermd zijn en die deze overeenkomstig artikel 9, lid 2, in zijn database bewaart, alsmede, in voorkomend geval, het resultaat van de verwerking van de PNR-gegevens. Enkel in zeer uitzonderlijke omstandigheden, in verband met een bepaald actueel gevaar of in verband met een bepaald onderzoek of bepaalde vervolging in verband met terroristische misdrijven en zware transnationale criminaliteit of met het oog op het voorkomen van een onmiddellijke en ernstige dreiging voor de openbare veiligheid, kan de passagiersinformatie-eenheid de passagiersinformatie-eenheid van een andere lidstaat verzoeken om toegang tot de volledige niet-afgeschermde PNR-gegevens. Die toegang tot de volledige PNR-gegevens wordt alleen toegestaan met goedkeuring van het hoofd van de passagiersinformatie-eenheid waaraan het verzoek gericht werd. |
4. Uitsluitend in gevallen waarin dat noodzakelijk is voor het voorkomen van een onmiddellijke en ernstige bedreiging van de openbare orde, kunnen de bevoegde autoriteiten van een lidstaat rechtstreeks bij de passagiersinformatie-eenheid van een andere lidstaat de PNR-gegevens opvragen die deze overeenkomstig artikel 9, leden 1 en 2, in zijn database bewaart. Het verzoek moet betrekking hebben op een bepaald onderzoek of een bepaalde vervolging betreffende een terroristisch misdrijf of zware criminaliteit, en het moet met redenen zijn omkleed. De passagiersinformatie-eenheid willigt een dergelijk verzoek met voorrang in. In alle overige gevallen doen de bevoegde autoriteiten hun verzoek via de passagiersinformatie-eenheid van hun eigen lidstaat. |
|
5. In uitzonderlijke gevallen, waarin vroegtijdige toegang noodzakelijk is om te kunnen reageren op een specifiek en daadwerkelijk gevaar dat verband houdt met het voorkomen, opsporen, onderzoeken of vervolgen van terroristische misdrijven en zware criminaliteit, heeft de passagiersinformatie-eenheid van een lidstaat het recht om de passagiersinformatie-eenheid van een andere lidstaat te verzoeken om PNR-gegevens te verstrekken van vluchten die aankomen op of vertrekken van het grondgebied van deze laatste lidstaat. |
5. In uitzonderlijke gevallen, waarin vroegtijdige toegang noodzakelijk is om te kunnen reageren op een specifiek en daadwerkelijk gevaar dat verband houdt met het voorkomen, opsporen, onderzoeken of vervolgen van terroristische misdrijven en zware transnationale criminaliteit of om een onmiddellijke en ernstige dreiging voor de openbare veiligheid te voorkomen, heeft de passagiersinformatie-eenheid van een lidstaat het recht om, indien dergelijke gegevens zijn bewaard, de passagiersinformatie-eenheid van een andere lidstaat te verzoeken om PNR-gegevens te verstrekken van vluchten die aankomen op of vertrekken van het grondgebied van deze laatste lidstaat. Deze procedure omvat uitsluitend verzoeken om verstrekking van PNR-gegevens die door de passagiersinformatie-eenheid die om verstrekking van deze gegevens is verzocht reeds zijn verzameld en bewaard. |
6. Informatie-uitwisseling krachtens dit artikel kan plaatsvinden via alle bestaande kanalen voor internationale samenwerking bij rechtshandhaving. Voor het verzoek om en de uitwisseling van informatie wordt de taal gebruikt die voor het gekozen kanaal gebruikelijk is. Wanneer de lidstaten de in artikel 3, lid 3, bedoelde kennisgeving doen, verstrekken zij de Commissie ook nadere gegevens over de contactpunten waaraan in spoedeisende gevallen verzoeken kunnen worden toegezonden. De Commissie bevestigt de ontvangst van deze kennisgevingen aan de lidstaten. |
6. Informatie-uitwisseling krachtens dit artikel kan plaatsvinden via alle bestaande kanalen voor uniale en internationale samenwerking bij rechtshandhaving, met name Europol, de applicatie voor veilige informatie-uitwisseling van Europol (Siena) en de nationale eenheden die zijn opgericht overeenkomstig artikel 8 van Besluit 2009/371/JBZ. Voor het verzoek om en de uitwisseling van informatie wordt de taal gebruikt die voor het gekozen kanaal gebruikelijk is. Wanneer de lidstaten de in artikel 3, lid 3, bedoelde kennisgeving doen, verstrekken zij de Commissie ook nadere gegevens over de contactpunten waaraan in spoedeisende gevallen verzoeken kunnen worden toegezonden. De Commissie bevestigt de ontvangst van deze kennisgevingen aan de lidstaten. |
|
6 bis. Bij het doorgeven van analytische informatie die in het kader van deze richtlijn uit PNR-gegevens is afgeleid, worden de in lid 1 van dit artikel genoemde waarborgen in acht genomen. |
|
__________________ |
|
1a Besluit 2007/533/JBZ van de Raad van 12 juni 2007 betreffende de instelling, de werking en het gebruik van het Schengeninformatiesysteem van de tweede generatie (SIS II) (PB L 205 van 7.8.2007, blz. 63). |
Amendement 40 Voorstel voor een richtlijn Artikel 7 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
Artikel 7 bis |
|
Voorwaarden voor toegang van Europol tot PNR-gegevens |
|
1. Europol kan, per geval, bij de passagiersinformatie-eenheid van een lidstaat langs elektronische weg een met redenen omkleed verzoek om doorgifte van specifieke PNR-gegevens of van de resultaten van de verwerking van specifieke PNR-gegevens indienen wanneer doorgifte daarvan strikt noodzakelijk is ter ondersteuning of versterking van het optreden van de lidstaten, gericht op het voorkomen, opsporen of onderzoeken van een specifiek terroristisch misdrijf of zware transnationale criminaliteit, mits een dergelijk misdrijf of die vorm van criminaliteit onder de bevoegdheid van Europol valt, als bepaald in Besluit 2009/371/JBZ. In het met redenen omklede verzoek worden gegronde redenen aangevoerd op basis waarvan Europol van oordeel is dat het doorgeven van PNR-gegevens of van de resultaten van de verwerking van PNR-gegevens aanzienlijk zal bijdragen tot het voorkomen, opsporen, onderzoeken of vervolgen van het misdrijf in kwestie. |
|
2. Na ontvangst van een verzoek van Europol controleert een gerecht of een onafhankelijk bestuursorgaan van de lidstaat tijdig of aan alle voorwaarden van lid 1 is voldaan. Indien aan deze voorwaarden is voldaan, verstrekt de passagiersinformatie-eenheid de gevraagde gegevens zo snel mogelijk aan Europol. |
|
3. Europol stelt de functionaris voor gegevensbescherming, die is aangesteld overeenkomstig artikel 28 van Besluit 2009/371/JBZ, in kennis van elke informatie-uitwisseling uit hoofde van het onderhavige artikel. |
|
4. Informatie-uitwisseling krachtens dit artikel geschiedt met gebruikmaking van Siena en in overeenstemming met Besluit 2009/371/JBZ. Voor het verzoek om en de uitwisseling van informatie wordt de taal gebruikt die in het kader van Siena gebruikelijk is. |
Amendement 41 Voorstel voor een richtlijn Artikel 8 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
Artikel 8 |
Artikel 8 |
Doorgifte van gegevens aan derde landen |
Doorgifte van gegevens aan derde landen |
Een lidstaat mag PNR-gegevens en de resultaten van de verwerking van PNR-gegevens enkel per geval aan een derde land doorgeven en voor zover: |
1. Een lidstaat mag PNR-gegevens en de resultaten van de verwerking van PNR-gegevens enkel per geval naar aanleiding van een met redenen omkleed verzoek op basis van voldoende bewijs aan een derde land doorgeven, indien de doorgifte noodzakelijk is met het oog op het voorkomen, opsporen, onderzoeken of vervolgen van strafbare feiten, het voorkomen van een onmiddellijke en ernstige dreiging voor de openbare veiligheid, of de tenuitvoerlegging van straffen, en de ontvangende bevoegde autoriteit in het derde land belast is met het voorkomen, onderzoeken, opsporen en vervolgen van strafbare feiten, het voorkomen van onmiddellijke en ernstige dreigingen voor de openbare veiligheid, of de tenuitvoerlegging van straffen, mits: |
(a) aan de voorwaarden van artikel 13 van Kaderbesluit 2008/977/JBZ is voldaan, |
(a) het betrokken derde land een passend beschermingsniveau voor de voorgenomen gegevensverwerking waarborgt, als bedoeld in Richtlijn 95/46/EG van het Europees Parlement en de Raadl1bis, en aan alle overige in deze richtlijn gestelde voorwaarden voldoet; |
(b) de doorgifte noodzakelijk is voor de in artikel 1, lid 2, van deze richtlijn vastgestelde doeleinden, en |
(b) de lidstaat waarvan de gegevens afkomstig zijn in de doorgifte heeft toegestemd, met inachtneming van het nationale recht. |
(c) het derde land ermee instemt de gegevens alleen aan een ander derde land door te geven als dit noodzakelijk is voor de in artikel 1, lid 2, van deze richtlijn vastgestelde doeleinden en als de lidstaat hier uitdrukkelijk toestemming voor geeft. |
De doorgifte van PNR-gegevens zonder voorafgaande toestemming overeenkomstig lid 1 is alleen toegestaan in uitzonderlijke omstandigheden en indien zij van essentieel belang is ter voorkoming van een onmiddellijke en ernstige dreiging voor de openbare veiligheid van een lidstaat of derde land, of ter bescherming van de wezenlijke belangen van een lidstaat, en voorafgaande toestemming niet tijdig kan worden verkregen. De voor het verlenen van toestemming bevoegde autoriteit wordt onverwijld geïnformeerd en de doorgifte wordt naar behoren geregistreerd en wordt onderworpen aan een controle achteraf. |
|
In afwijking van de eerste alinea is doorgifte van gegevens op systematische wijze toegestaan na sluiting van een internationale overeenkomst tussen een derde land en de Unie. |
|
2. De lidstaten geven uitsluitend PNR-gegevens door aan bevoegde autoriteiten van derde landen onder voorwaarden die aan deze richtlijn voldoen en na te hebben vastgesteld dat het gebruik dat de ontvanger van de PNR-gegevens wenst te maken, aan die voorwaarden en waarborgen voldoet. |
|
3. Verdere doorgifte aan andere derde landen is niet toegestaan. |
|
4. Wanneer PNR-gegevens met betrekking tot een burger of inwoner van een andere lidstaat worden doorgegeven aan een derde land, worden de bevoegde autoriteiten van die lidstaat daarvan bij de eerste passende gelegenheid in kennis gesteld. |
|
5. Telkens als een lidstaat PNR-gegevens doorgeeft krachtens dit artikel, wordt de functionaris voor gegevensbescherming daarvan in kennis gesteld. De functionaris voor gegevensbescherming informeert de nationale toezichthoudende autoriteit regelmatig over de doorgifte van gegevens krachtens dit artikel. |
|
__________________ |
|
1bis Richtlijn 95/46/EG van het Europees Parlement en de Raad van 24 oktober 1995 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrije verkeer van die gegevens (PB L 281 van 23.11.1995, blz. 31). |
Amendement 42 Voorstel voor een richtlijn Artikel 9 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
Artikel 9 |
Artikel 9 |
Bewaartermijn van de gegevens |
Bewaartermijn van de gegevens |
1. De lidstaten zorgen ervoor dat de door de luchtvaartmaatschappijen aan de passagiersinformatie-eenheid verstrekte PNR-gegevens bij die eenheid in een database worden bewaard gedurende een termijn van 30 dagen nadat de gegevens zijn verstrekt aan de passagiersinformatie-eenheid van de eerste lidstaat op het grondgebied waarvan de internationale vlucht aankomt of vertrekt. |
1. De lidstaten zorgen ervoor dat de door de luchtvaartmaatschappijen en marktdeelnemers die geen luchtvaartmaatschappij zijn aan de passagiersinformatie-eenheid overeenkomstig artikel 4, lid 2, verstrekte PNR-gegevens bij die eenheid in een database worden bewaard gedurende een termijn van 30 dagen nadat de gegevens zijn verstrekt aan de passagiersinformatie-eenheid van de eerste lidstaat op het grondgebied waarvan de internationale vlucht aankomt of vertrekt. |
2. Na het verstrijken van de in lid 1 genoemde termijn van 30 dagen na de doorgifte van de PNR-gegevens aan de passagiersinformatie-eenheid worden de gegevens bij de passagiersinformatie-eenheid bewaard voor een verdere termijn van vijf jaar. Gedurende deze termijn worden alle gegevenselementen afgeschermd waaruit de identiteit van de passagier waarop de PNR-gegevens betrekking hebben, zou kunnen worden afgeleid. Dergelijke geanonimiseerde PNR-gegevens zijn alleen toegankelijk voor een beperkt aantal personeelsleden van de passagiersinformatie-eenheid, die speciaal gemachtigd zijn om PNR-gegevens te analyseren en beoordelingscriteria te ontwikkelen overeenkomstig artikel 4, lid 2, onder d). Toegang tot de volledige PNR-gegevens wordt alleen door het hoofd van de passagiersinformatie-eenheid verleend voor de doeleinden van artikel 4, lid 2, onder c), voor zover redelijkerwijs kan worden aangenomen dat onderzoek geboden is, en naar aanleiding van een specifiek en concreet gevaar of risico, dan wel in verband met een bepaald onderzoek of een bepaalde vervolging. |
2. Na het verstrijken van de in lid 1 genoemde termijn van 30 dagen na de doorgifte van de PNR-gegevens aan de passagiersinformatie-eenheid worden de gegevens bij de passagiersinformatie-eenheid bewaard voor een verdere termijn van vijf jaar. Gedurende deze termijn worden alle gegevenselementen afgeschermd waaruit de identiteit van de passagier waarop de PNR-gegevens betrekking hebben, zou kunnen worden afgeleid. Dergelijke afgeschermde PNR-gegevens zijn alleen toegankelijk voor een beperkt aantal personeelsleden van de passagiersinformatie-eenheid, die speciaal gemachtigd zijn om PNR-gegevens te analyseren en beoordelingscriteria te ontwikkelen overeenkomstig artikel 4, lid 2, onder d). |
|
2 bis. Na raadpleging van de functionaris voor gegevensbescherming met het oog op artikel 4, lid 2, onder b), geeft de nationale toezichthoudende autoriteit toestemming voor de ontsleuteling van afgeschermde PNR-gegevens en voor toegang tot de volledige PNR-gegevens indien zij redelijkerwijs kan aannemen dat ontsleuteling van de afgeschermde gegevens noodzakelijk is om een onderzoek uit te voeren naar aanleiding van een concrete en actuele dreiging of een dreiging in verband met terroristische misdrijven, om een specifiek onderzoek in te stellen of over te gaan tot vervolging in verband met ernstige transnationale criminaliteit of om een onmiddellijke en ernstige dreiging voor de openbare veiligheid te voorkomen. De toegang tot de volledige gegevens wordt toegestaan gedurende een termijn van vier jaar nadat de gegevens zijn afgeschermd in gevallen betreffende zware transnationale criminaliteit, en gedurende de in lid twee bedoelde volledige termijn van vijf jaar in gevallen betreffende terroristische misdrijven. |
Voor de toepassing van deze richtlijn dienen de volgende gegevenselementen te worden gefilterd en afgeschermd, omdat daaruit de identiteit zou kunnen worden afgeleid van de passagier waarop de PNR-gegevens betrekking hebben: |
Voor de toepassing van deze richtlijn dienen de volgende gegevenselementen te worden gefilterd en afgeschermd, omdat daaruit de identiteit zou kunnen worden afgeleid van de passagier waarop de PNR-gegevens betrekking hebben: |
– naam/namen, waaronder de namen van andere passagiers in hetzelfde PNR-bestand en het aantal reizigers in één PNR-bestand dat samen reist; |
– naam/namen, waaronder de namen van andere passagiers in hetzelfde PNR-bestand en het aantal reizigers in één PNR-bestand dat samen reist; |
– adres en contactgegevens; |
– adres en contactgegevens; |
– algemene opmerkingen voor zover deze informatie bevatten waaruit de identiteit zou kunnen worden afgeleid van de passagier waarop de PNR-gegevens betrekking hebben; alsmede |
– algemene opmerkingen voor zover deze informatie bevatten waaruit de identiteit zou kunnen worden afgeleid van de passagier waarop de PNR-gegevens betrekking hebben; alsmede |
– op voorhand af te geven passagiersgegevens (API-gegevens), voor zover die verzameld zijn. |
– op voorhand af te geven passagiersgegevens (API-gegevens), voor zover die verzameld zijn. |
3. De lidstaten zorgen ervoor dat de PNR-gegevens na het verstrijken van de in lid 2 bepaalde termijn worden gewist. Deze verplichting geldt niet wanneer specifieke PNR-gegevens zijn doorgegeven aan een bevoegde autoriteit en worden gebruikt in het kader van een strafrechtelijk onderzoek of strafvervolging; in dat geval wordt het bewaren van dergelijke gegevens door de bevoegde autoriteit geregeld door het nationale recht van de lidstaat. |
3. De lidstaten zorgen ervoor dat de PNR-gegevens na het verstrijken van de in lid 2 bepaalde termijn definitief worden gewist. Deze verplichting geldt niet wanneer specifieke PNR-gegevens zijn doorgegeven aan een bevoegde autoriteit en worden gebruikt in het kader van een strafrechtelijk onderzoek of strafvervolging; in dat geval wordt het bewaren van dergelijke gegevens door de bevoegde autoriteit geregeld door het nationale recht van de lidstaat. |
4. De passagiersinformatie-eenheid bewaart het resultaat van de in artikel 4, lid 2, onder a) en b), bedoelde vergelijking niet langer dan noodzakelijk is om een overeenstemming te kunnen melden aan de bevoegde autoriteiten. Indien het resultaat van een geautomatiseerde vergelijking na een afzonderlijke niet-geautomatiseerde controle negatief blijkt te zijn, wordt dit niettemin voor ten hoogste drie jaar opgeslagen om "valse" positieve resultaten in de toekomst te voorkomen, tenzij de onderliggende gegevens nog niet wegens het verstrijken van de in lid 3 vastgestelde bewaartermijn van vijf jaar zijn gewist; in dat laatste geval wordt het logbestand bewaard tot de onderliggende gegevens zijn gewist. |
4. De passagiersinformatie-eenheid bewaart het resultaat van de in artikel 4, lid 2, onder a) en b), bedoelde vergelijking niet langer dan noodzakelijk is om een overeenstemming te kunnen melden aan de bevoegde autoriteiten. Indien het resultaat van een geautomatiseerde vergelijking na menselijke tussenkomst door een personeelslid van de passagiersinformatie-eenheid negatief blijkt te zijn, wordt dit niettemin voor ten hoogste drie jaar opgeslagen om "valse" positieve resultaten in de toekomst te voorkomen, tenzij de onderliggende gegevens nog niet wegens het verstrijken van de in lid 3 vastgestelde bewaartermijn van vijf jaar zijn gewist; in dat laatste geval wordt het logbestand bewaard tot de onderliggende gegevens zijn gewist. |
Amendement 43 Voorstel voor een richtlijn Artikel 10 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
Artikel 10 |
Artikel 10 |
Sancties tegen luchtvaartmaatschappijen |
Sancties tegen luchtvaartmaatschappijen en marktdeelnemers die geen luchtvaartmaatschappij zijn |
De lidstaten zorgen ervoor dat in het nationale recht wordt voorzien in afschrikkende, doeltreffende en evenredige sancties, met inbegrip van geldboeten, tegen luchtvaartmaatschappijen die de volgens deze richtlijn vereiste gegevens niet verstrekken, hoewel ze die wel verzameld hebben, of de gegevens niet in het vereiste formaat verstrekken of anderszins de krachtens deze richtlijn vastgestelde nationale bepalingen overtreden. |
1. De lidstaten zorgen ervoor dat in het nationale recht wordt voorzien in afschrikkende, doeltreffende en evenredige sancties, met inbegrip van geldboeten, tegen luchtvaartmaatschappijen en marktdeelnemers die geen luchtvaartmaatschappij zijn die de volgens deze richtlijn vereiste gegevens niet verstrekken, hoewel ze die wel verzameld hebben, of de gegevens niet in het vereiste formaat verstrekken, of de gegevens niet verwerken overeenkomstig de voorschriften inzake gegevensbescherming van deze richtlijn, of anderszins de krachtens deze richtlijn vastgestelde nationale bepalingen overtreden. |
|
1 bis. Alle gegevens die worden bewaard door luchtvaartmaatschappijen en marktdeelnemers die geen luchtvaartmaatschappij zijn, moeten worden bewaard in een veilige database in een computersysteem met veiligheidsaccreditatie, dat ten minste voldoet aan de internationale industriële normen. |
Amendement 44 Voorstel voor een richtlijn Artikel 11 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
Artikel 11 |
Artikel 11 |
Bescherming van persoonsgegevens |
Bescherming van persoonsgegevens |
1. Iedere lidstaat zorgt ervoor dat ten aanzien van elke verwerking van persoonsgegevens krachtens deze richtlijn iedere passagier dezelfde rechten heeft inzake toegang, het laten corrigeren, wissen of afschermen van gegevens, schadevergoeding en het aanwenden van rechtsmiddelen, als die welke ter uitvoering van de artikelen 17, 18, 19 en 20 van Kaderbesluit 2008/977/JBZ van de Raad in het nationale recht zijn vastgesteld. De bepalingen van de artikelen 17, 18, 19 en 20 van Kaderbesluit 2008/977/JBZ zijn derhalve van toepassing. |
1. Iedere lidstaat zorgt ervoor dat ten aanzien van elke verwerking van persoonsgegevens krachtens deze richtlijn iedere passagier dezelfde rechten heeft inzake bescherming van persoonsgegevens, toegang, het laten corrigeren, wissen of afschermen van gegevens, schadevergoeding en het aanwenden van rechtsmiddelen, als zijn vastgelegd in nationaal recht en Unierecht en in de bepalingen ter uitvoering van de artikelen 17, 18, 19 en 20 van Kaderbesluit 2008/977/JBZ. Die artikelen zijn derhalve van toepassing. |
2. Iedere lidstaat zorgt ervoor dat de bepalingen die ter uitvoering van de artikelen 21 en 22 van Kaderbesluit 2008/977/JBZ betreffende de vertrouwelijkheid van de verwerking en de beveiliging van gegevens in het nationale recht zijn vastgesteld, ook van toepassing zijn op elke verwerking van persoonsgegevens krachtens deze richtlijn. |
2. Iedere lidstaat zorgt ervoor dat de bepalingen die ter uitvoering van de artikelen 21 en 22 van Kaderbesluit 2008/977/JBZ betreffende de vertrouwelijkheid van de verwerking en de beveiliging van gegevens in het nationale recht zijn vastgesteld, ook van toepassing zijn op elke verwerking van persoonsgegevens krachtens deze richtlijn. |
|
2 bis. Indien de nationale bepalingen ter uitvoering van Richtlijn 95/46/EC passagiers meer rechten verlenen op het gebied van gegevensverwerking dan deze richtlijn, zijn die bepalingen van toepassing. |
3. Iedere verwerking van PNR-gegevens waaruit ras, etnische afstamming, religieuze, levensbeschouwelijke of politieke overtuiging, vakbondslidmaatschap, gezondheid of seksleven van de betrokkene blijken, is verboden. Indien de passagiersinformatie-eenheid PNR-gegevens ontvangt waaruit dergelijke informatie blijkt, dan worden deze onmiddellijk gewist. |
3. De lidstaten verbieden dat uit de verwerking van PNR-gegevens ras of etnische afkomst, politieke opvattingen, godsdienstige of levensbeschouwelijke overtuiging, seksuele geaardheid of genderidentiteit, lidmaatschap van en activiteiten voor een vakvereniging valt af te leiden, en verbieden de verwerking van gegevens die de gezondheid of het seksuele leven betreffen. Indien de passagiersinformatie-eenheid PNR-gegevens ontvangt waaruit dergelijke informatie blijkt, dan worden deze onmiddellijk gewist. |
|
3 bis. De lidstaten bepalen dat de passagiersinformatie-eenheid documentatie bijhoudt inzake alle verwerkingssystemen en ‑procedures die onder haar verantwoordelijkheid vallen. Deze documentatie omvat ten minste: |
|
a) de naam en contactgegevens van de organisatie en het personeel van de passagiersinformatie-eenheid belast met de verwerking van PNR-gegevens, de verschillende niveaus van toegangsbevoegdheid en de personeelsleden die deze bevoegdheden hebben; |
|
b) de verzoeken die zijn ingediend door bevoegde autoriteiten en passagiersinformatie-eenheden van andere lidstaten en de ontvangers van verwerkte PNR-gegevens; |
|
c) alle verzoeken en iedere doorgifte van gegevens aan een derde land, de naam van het derde land en de rechtsgronden voor doorgifte van de gegevens; |
|
d) de termijnen die gelden voor het bewaren en wissen van de verschillende categorieën gegevens. |
|
De passagiersinformatie-eenheid stelt op verzoek alle documentatie ter beschikking aan de nationale toezichthoudende autoriteit. |
|
3 ter. De lidstaten zien erop toe dat de passagiersinformatie-eenheid registers bijhoudt van ten minste de volgende verwerkingsactiviteiten: het verzamelen, wijzigen, raadplegen, verstrekken, samenbrengen of wissen van gegevens. De registers inzake raadpleging en verstrekking van gegevens bevatten met name informatie over het doel, de datum en het tijdstip van raadpleging of verstrekking, de identiteit van de persoon die de PNR-gegevens raadpleegde of verstrekte en de identiteit van de ontvanger van die gegevens. De registers worden uitsluitend gebruikt voor verificatie of controle of om interne controle uit te oefenen en de integriteit en beveiliging van de gegevens te waarborgen. De passagiersinformatie-eenheid stelt op verzoek alle registers ter beschikking aan de toezichthoudende autoriteit. |
|
Personen die veiligheidscontroles uitvoeren, toegang hebben tot PNR-gegevens en deze analyseren en de gegevenslogs bedienen, worden onderworpen aan een veiligheidsonderzoek en moeten een veiligheidsopleiding hebben gevolgd. In hun taakomschrijving staat limitatief omschreven tot welke registers zij toegang hebben uit hoofde van de aard van hun werkzaamheden, hun taken en hun juridische bevoegdheid. |
|
De registers worden ten minste 4 jaar bewaard. Indien de onderliggende gegevens overeenkomstig artikel 9, lid 3, aan het einde van de termijn van 4 jaar evenwel niet zijn gewist, worden de registers bewaard tot de onderliggende gegevens zijn gewist. |
|
4 quater. De lidstaten zorgen ervoor dat hun passagiersinformatie-eenheid passende technische en organisatorische maatregelen en procedures vaststelt om een hoog veiligheidsniveau te waarborgen, dat aansluit bij de risico's die de verwerking en de aard van de te beschermen PNR-gegevens met zich meebrengen. |
|
4 quinquies. De lidstaten zorgen ervoor dat van inbreuken in verband met persoonsgegevens die naar verwachting nadelige gevolgen hebben voor de bescherming van de persoonsgegevens of de persoonlijke levenssfeer van de betrokkene, door de passagiersinformatie-eenheid onverwijld kennis wordt gegeven aan de betrokkene en aan de nationale toezichthouder voor gegevensbescherming. |
4. Iedere verwerking van PNR-gegevens door een luchtvaartmaatschappij, iedere doorgifte van PNR-gegevens door een passagiersinformatie-eenheid en ieder verzoek van bevoegde autoriteiten of passagiersinformatie-eenheden van andere lidstaten en van derde landen, zelfs indien geweigerd, moet door de passagiersinformatie-eenheid en de bevoegde autoriteiten worden geregistreerd of gedocumenteerd, zodat kan worden gecontroleerd of de gegevensverwerking rechtmatig is, interne controle kan worden uitgeoefend en de integriteit van de gegevens en de beveiliging van de gegevensverwerking kunnen worden gewaarborgd, met name door de nationale toezichthoudende autoriteiten voor gegevensbescherming. Deze logbestanden worden gedurende een periode van vijf jaar bewaard, tenzij de onderliggende gegevens na het verstrijken van die vijf jaar nog niet overeenkomstig artikel 9, lid 3, zijn gewist; in dat laatste geval worden de logbestanden bewaard totdat de onderliggende gegevens worden gewist. |
|
5. De lidstaten zien erop toe dat luchtvaartmaatschappijen, hun agenten of andere verkopers van vliegtickets passagiers voor internationale vluchten bij het boeken van een vlucht en bij het aankopen van een ticket duidelijk en nauwkeurig informeren over de verstrekking van PNR-gegevens aan de passagiersinformatie-eenheid, de doeleinden van de verwerking van deze gegevens, de bewaartermijn, de mogelijkheid dat de gegevens worden gebruikt voor het voorkomen, opsporen, onderzoeken en vervolgen van terroristische misdrijven en zware criminaliteit, het feit dat de gegevens kunnen worden uitgewisseld en gedeeld, alsmede over hun rechten inzake gegevensbescherming, en met name het recht om een klacht in te dienen bij de nationale toezichthoudende autoriteit voor gegevensbescherming van hun keus. Dezelfde informatie wordt door de lidstaten ter beschikking van het publiek gesteld. |
5. De lidstaten zien erop toe dat luchtvaartmaatschappijen en marktdeelnemers die geen luchtvaartmaatschappij zijn passagiers voor internationale vluchten bij het boeken van een vlucht en bij het aankopen van een ticket duidelijk en nauwkeurig informeren over de verstrekking van PNR-gegevens aan de passagiersinformatie-eenheid, de doeleinden van de verwerking van deze gegevens, de bewaartermijn, de mogelijkheid dat de gegevens worden gebruikt voor het voorkomen, opsporen, onderzoeken en vervolgen van terroristische misdrijven en zware transnationale criminaliteit, het feit dat de gegevens kunnen worden uitgewisseld en gedeeld, alsmede over hun rechten inzake gegevensbescherming, zoals het recht op toegang, het laten corrigeren, wissen of afschermen van gegevens, en het recht om een klacht in te dienen bij de nationale toezichthoudende autoriteit voor gegevensbescherming van hun keus. |
|
5 bis. De lidstaten zorgen er tevens voor dat hun passagiersinformatie-eenheid de betrokkene informatie verstrekt over de in lid 5 bedoelde rechten en de wijze waarop deze kunnen worden uitgeoefend. |
6. Iedere doorgifte van PNR-gegevens door passagiersinformatie-eenheden en bevoegde autoriteiten aan particulieren in de lidstaten of in derde landen is verboden. |
|
7. Onverminderd artikel 10, nemen de lidstaten passende maatregelen om de onverkorte toepassing van de bepalingen van deze richtlijn te garanderen en stellen zij met name doeltreffende, evenredige en afschrikkende sancties vast, die worden opgelegd bij inbreuken op de krachtens deze richtlijn vastgestelde voorschriften. |
7. Onverminderd artikel 10, nemen de lidstaten passende maatregelen om de onverkorte toepassing van alle bepalingen van deze richtlijn te garanderen en stellen zij met name doeltreffende, evenredige en afschrikkende sancties vast, die worden opgelegd bij inbreuken op de krachtens deze richtlijn vastgestelde voorschriften. Nationale toezichthoudende autoriteiten nemen passende disciplinaire maatregelen ten aanzien van personen die zich schuldig maken aan enige opzettelijke inbreuk op de persoonlijke levenssfeer, bijvoorbeeld intrekking van het recht op toegang tot het systeem, een formele berisping, schorsing, terugzetting in rang of verwijdering uit de dienst. |
|
7 bis. Iedere doorgifte van PNR-gegevens door bevoegde autoriteiten of passagiersinformatie-eenheden aan particulieren in de lidstaten of in derde landen is verboden. Onrechtmatig gedrag wordt bestraft. |
Amendement 45 Voorstel voor een richtlijn Artikel 12 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
Artikel 12 |
Artikel 12 |
Nationale toezichthoudende autoriteit |
Nationale toezichthoudende autoriteit |
Elke lidstaat bepaalt dat de nationale toezichthoudende autoriteit die is opgericht ter uitvoering van artikel 25 van Kaderbesluit 2008/977/JBZ ook wordt belast met advisering en toezicht met betrekking tot de toepassing op zijn grondgebied van de krachtens deze richtlijn door de lidstaten vastgestelde voorschriften. De nadere voorschriften van artikel 25 van Kaderbesluit 2008/977/JBZ zijn van toepassing. |
Elke lidstaat bepaalt dat de nationale toezichthoudende autoriteit die is opgericht ter uitvoering van artikel 25 van Kaderbesluit 2008/977/JBZ wordt belast met advisering en toezicht met betrekking tot de toepassing op zijn grondgebied van de krachtens deze richtlijn door de lidstaten vastgestelde voorschriften. De nadere voorschriften van artikel 25 van Kaderbesluit 2008/977/JBZ zijn van toepassing. |
Amendement 46 Voorstel voor een richtlijn Artikel 12 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
Artikel 12 bis |
|
Taken en bevoegdheden van de nationale toezichthoudende autoriteit |
|
1. De nationale toezichthoudende autoriteiten van iedere lidstaat zijn belast met het toezicht op de toepassing van de krachtens deze richtlijn vastgestelde bepalingen en met het leveren van een bijdrage aan de uniforme toepassing ervan in de hele Unie, teneinde de grondrechten in verband met de verwerking van persoonsgegevens te beschermen. Elke nationale toezichthoudende autoriteit: |
|
a) neemt kennis van klachten van betrokkenen (ongeacht door welke persoon deze worden ingediend en ongeacht nationaliteit, land van herkomst of woonplaats), onderzoekt de zaak en informeert de betrokkene binnen een redelijke termijn over de voortgang en het resultaat van de klacht, met name als nader onderzoek of samenwerking met een andere nationale toezichthoudende autoriteit noodzakelijk is; |
|
b) beschikt over doeltreffende bevoegdheden op het gebied van toezicht, onderzoek, interventie en evaluatie en is bevoegd om in voorkomend geval ter zake van schendingen van de wet in verband met deze richtlijn vervolging te doen instellen of tuchtmaatregelen voor te stellen; |
|
c) controleert de rechtmatigheid van de gegevensverwerking, verricht onderzoek, inspecties en controles overeenkomstig nationaal recht, hetzij op eigen initiatief, hetzij op basis van een klacht, en informeert de betrokkene, als deze een klacht heeft ingediend, binnen een redelijke termijn over de resultaten van het onderzoek; |
|
d) volgt relevante ontwikkelingen voor zover deze de bescherming van persoonsgegevens beïnvloeden, met name de ontwikkeling van de informatie- en communicatietechnologieën; |
|
De lidstaten voorzien in een verhaalsmogelijkheid voor personen die menen dat zij vertraging hebben opgelopen bij het nemen van een lijnvlucht of het verbod daartoe hebben gekregen omdat zij ten onrechte als een dreiging werden beschouwd. |
|
2. Elke nationale toezichthoudende autoriteit adviseert op verzoek elke betrokkene bij de uitoefening van zijn rechten uit hoofde van de krachtens deze richtlijn vastgestelde bepalingen en werkt daartoe, indien nodig, samen met de nationale toezichthoudende autoriteiten van andere lidstaten. |
|
3. Voor de in lid 1, onder a), bedoelde klachten stelt de nationale toezichthoudende autoriteit een klachtenformulier ter beschikking, dat elektronisch kan worden ingevuld, zonder dat andere communicatiemiddelen worden uitgesloten. |
|
4. De lidstaten waarborgen dat aan de taakuitoefening door hun nationale toezichthoudende autoriteit voor de betrokkene geen kosten verbonden zijn. Wanneer verzoeken duidelijk buitensporig zijn, met name door hun repetitieve karakter, kan de nationale toezichthoudende autoriteit een redelijke vergoeding vragen. |
|
5. Elke lidstaat zorgt ervoor dat de nationale toezichthoudende autoriteit kan beschikken over voldoende personele, technische en financiële middelen, gebouwen en infrastructuur, om haar taken doeltreffend te kunnen uitvoeren en haar bevoegdheden doeltreffend te kunnen uitoefenen. |
|
6. Elke lidstaat zorgt ervoor dat de nationale toezichthoudende autoriteit haar eigen personeelsleden heeft, die door het hoofd van de nationale toezichthoudende autoriteit worden benoemd en onder diens leiding staan. |
|
7. Bij de vervulling van hun taken vragen noch aanvaarden de leden van de nationale toezichthoudende autoriteit van wie dan ook instructies, en handelen zij in volkomen onpartijdigheid en onafhankelijkheid. |
Amendement 47 Voorstel voor een richtlijn Artikel 13 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
Artikel 13 |
Artikel 13 |
Gemeenschappelijke protocollen en ondersteunde dataformaten |
Gemeenschappelijke protocollen en ondersteunde dataformaten |
1. De doorgifte van PNR-gegevens door luchtvaartmaatschappijen aan passagiersinformatie-eenheden geschiedt langs elektronische weg of, in geval van technische storing, op een andere passende wijze, gedurende een periode van één jaar na de vaststelling van de gemeenschappelijke protocollen en ondersteunde dataformaten overeenkomstig artikel 14. |
1. De doorgifte van PNR-gegevens door luchtvaartmaatschappijen en marktdeelnemers die geen luchtvaartmaatschappij zijn aan passagiersinformatie-eenheden krachtens deze richtlijn geschiedt langs elektronische weg, waarbij voldoende waarborgen worden geboden met betrekking tot de technische veiligheidsmaatregelen en organisatorische maatregelen inzake de uit te voeren verwerking. Bij een technische storing worden de PNR-gegevens op andere passende wijze doorgegeven, waarbij het beveiligingsniveau behouden blijft en de Uniewetgeving op het gebied van gegevensbescherming volledig geëerbiedigd wordt. |
2. Zodra de periode van één jaar na de datum van vaststelling van de gemeenschappelijke protocollen en ondersteunde dataformaten is verstreken, wordt iedere doorgifte van PNR-gegevens door een luchtvaartmaatschappij aan de passagiersinformatie-eenheid die plaatsvindt voor de doeleinden van deze richtlijn langs elektronische weg uitgevoerd, volgens veilige methoden, namelijk in de vorm van aanvaarde gemeenschappelijke protocollen voor alle doorgiften, teneinde de beveiliging van de gegevens tijdens de doorgifte te waarborgen, en in een ondersteund dataformaat, teneinde ervoor te zorgen dat de gegevens voor alle betrokken partijen leesbaar zijn. De luchtvaartmaatschappijen zijn verplicht aan de passagiersinformatie-eenheid mee te delen welk gemeenschappelijk protocol en welk dataformaat bij de gegevensverstrekking zullen worden gebruikt. |
2. Zodra de periode van één jaar na de datum van vaststelling van de gemeenschappelijke protocollen en ondersteunde dataformaten is verstreken, wordt iedere doorgifte van PNR-gegevens door een luchtvaartmaatschappij of een marktdeelnemer die geen luchtvaartmaatschappij is aan de passagiersinformatie-eenheid die plaatsvindt voor de doeleinden van deze richtlijn langs elektronische weg uitgevoerd, volgens veilige methoden, namelijk in de vorm van aanvaarde gemeenschappelijke protocollen voor alle doorgiften, teneinde de beveiliging van de gegevens tijdens de doorgifte te waarborgen, en in een ondersteund dataformaat, teneinde ervoor te zorgen dat de gegevens voor alle betrokken partijen leesbaar zijn. De luchtvaartmaatschappijen zijn verplicht aan de passagiersinformatie-eenheid mee te delen welk gemeenschappelijk protocol en welk dataformaat bij de gegevensverstrekking zullen worden gebruikt. |
3. De lijst van aanvaarde gemeenschappelijke protocollen en ondersteunde dataformaten wordt door de Commissie opgesteld en, indien nodig, aangepast volgens de in artikel 14, lid 2, bedoelde procedure. |
3. De Commissie is bevoegd overeenkomstig artikel 14 gedelegeerde handelingen vast te stellen betreffende de vaststelling van een lijst, en in voorkomend geval de aanpassing van die lijst, van aanvaarde gemeenschappelijke protocollen en ondersteunde dataformaten. |
4. Zolang de aanvaarde gemeenschappelijke protocollen en ondersteunde dataformaten bedoeld in de leden 2 en 3 niet beschikbaar zijn, blijft lid 1 van toepassing. |
4. Zolang de aanvaarde gemeenschappelijke protocollen en ondersteunde dataformaten bedoeld in de leden 2 en 3 niet beschikbaar zijn, blijft lid 1 van toepassing. |
5. Iedere lidstaat zorgt ervoor dat de technische maatregelen worden genomen die nodig zijn om de gemeenschappelijke protocollen en ondersteunde dataformaten binnen één jaar na de datum waarop deze zijn vastgesteld, te kunnen gebruiken. |
5. Iedere lidstaat zorgt ervoor dat de technische maatregelen worden genomen die nodig zijn om de gemeenschappelijke protocollen en ondersteunde dataformaten binnen één jaar na de datum waarop deze zijn vastgesteld, te kunnen gebruiken. |
Amendement 48 Voorstel voor een richtlijn Artikel 14 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
Artikel 14 |
Artikel 14 |
Comitéprocedure |
Gedelegeerde handelingen |
1. De Commissie wordt bijgestaan door een comité. Het betreft een comité in de zin van Verordening […/2011/EU] van 16 februari 2011. |
1. De bevoegdheid om gedelegeerde handelingen vast te stellen, wordt aan de Commissie toegekend onder de in dit artikel neergelegde voorwaarden. |
2. Wanneer naar dit lid wordt verwezen, is artikel 4 van […/2011/EU] van 16 februari 2011 van toepassing. |
2. De in artikel 13, lid 3, bedoelde bevoegdheid om gedelegeerde handelingen vast te stellen, wordt aan de Commissie toegekend voor een termijn van [X] jaar met ingang van …* [de datum van inwerkingtreding van deze richtlijn]. De Commissie stelt uiterlijk negen maanden voor het einde van de termijn van X jaar een verslag op over de bevoegdheidsdelegatie. De bevoegdheidsdelegatie wordt stilzwijgend met termijnen van dezelfde duur verlengd, tenzij het Europees Parlement of de Raad zich uiterlijk drie maanden voor het einde van elke termijn tegen deze verlenging verzet. |
|
2 bis. Het Europees Parlement of de Raad kan de in artikel 13, lid 3, bedoelde bevoegdheidsdelegatie te allen tijde intrekken. Het besluit tot intrekking beëindigt de delegatie van de in dat besluit genoemde bevoegdheid. Het wordt van kracht op de dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie of op een daarin genoemde latere datum. Het laat de geldigheid van de reeds van kracht zijnde gedelegeerde handelingen onverlet. |
|
2 ter. Zodra de Commissie een gedelegeerde handeling heeft vastgesteld, doet zij daarvan gelijktijdig kennisgeving aan het Europees Parlement en de Raad. |
|
2 quater. Een overeenkomstig artikel 13, lid 3, vastgestelde gedelegeerde handeling treedt alleen in werking indien het Europees Parlement of de Raad binnen een termijn van twee maanden na de kennisgeving van de handeling aan het Europees Parlement en de Raad daartegen geen bezwaar heeft gemaakt, of indien zowel het Europees Parlement als de Raad voor het verstrijken van die termijn de Commissie hebben meegedeeld dat zij daartegen geen bezwaar zullen maken. Die termijn wordt op initiatief van het Europees Parlement of de Raad met twee maanden verlengd. |
Amendement 49 Voorstel voor een richtlijn Artikel 16 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
Artikel 16 |
Schrappen |
Overgangsbepalingen |
|
De lidstaten dragen er zorg voor dat met ingang van de in artikel 15, lid 1, genoemde datum, ofwel twee jaar na de inwerkingtreding van deze richtlijn, de PNR-gegevens van ten minste 30% van alle in artikel 6, lid 1, bedoelde vluchten worden verzameld. De lidstaten dragen er zorg voor dat vanaf twee jaar na de in artikel 15 genoemde datum de PNR-gegevens van ten minste 60% van alle in artikel 6, lid 1, bedoelde vluchten worden verzameld. De lidstaten dragen er zorg voor dat vanaf vier jaar na de in artikel 15 genoemde datum de PNR-gegevens van alle in artikel 6, lid 1, bedoelde vluchten worden verzameld. |
|
Amendement 50 Voorstel voor een richtlijn Artikel 17 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
Artikel 17 |
Artikel 17 |
Evaluatie |
Evaluatie |
De Commissie is gehouden op basis van de door de lidstaten verstrekte informatie: |
Uiterlijk …*[vier jaar na de in artikel 15, lid 1, bedoelde omzettingsdatum] evalueert de Commissie op basis van door de lidstaten verstrekte informatie de werking van onderhavige richtlijn en brengt zij verslag uit aan het Europees Parlement en aan de Raad. Deze evaluatie betreft alle elementen van deze richtlijn. |
(a) in het licht van de ervaring die is opgedaan door de lidstaten die PNR-gegevens van interne vluchten verzamelen, te beoordelen of het uitvoerbaar en nodig is het toepassingsgebied van de onderhavige richtlijn uit te breiden tot interne vluchten. De Commissie dient binnen twee jaar na de in artikel 15, lid 1, genoemde datum een verslag in bij het Europees Parlement en de Raad; |
|
(b) de werking van de onderhavige richtlijn te evalueren en binnen vier jaar na de in artikel 15, lid 1, genoemde datum een verslag in te dienen bij het Europees Parlement en de Raad. Deze evaluatie bestrijkt alle elementen van de onderhavige richtlijn, met bijzondere aandacht voor de overeenstemming met de beschermingsnormen voor persoonsgegevens, de lengte van de bewaartermijn en de kwaliteit van de beoordelingen. Ook de krachtens artikel 18 verzamelde statistische informatie wordt in de evaluatie opgenomen. |
Bij deze evaluatie besteedt de Commissie bijzondere aandacht aan de naleving van de normen voor de bescherming van persoonsgegevens, de noodzakelijkheid en evenredigheid van het verzamelen en de verwerking van PNR-gegevens ten behoeve van de verschillende doelen, de lengte van de bewaartermijn en de kwaliteit van de beoordelingen en de doeltreffendheid van de gegevensuitwisseling tussen de lidstaten, en de kwaliteit van de beoordeling van onder meer de krachtens artikel 18 verzamelde statistische gegevens. Ook de krachtens artikel 18 verzamelde statistische informatie wordt in de evaluatie opgenomen. |
|
De Commissie dient uiterlijk …* [twee jaar na in artikel 15, lid 1, bedoelde omzettingsdatum], na raadpleging van de relevante agentschappen van de Unie, een eerste evaluatieverslag in bij het Europees Parlement en de Raad. |
Amendement 51 Voorstel voor een richtlijn Artikel 18 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
Artikel 18 |
Artikel 18 |
Statistische gegevens |
Statistische gegevens |
1. De lidstaten produceren statistische informatie over de aan de passagiersinformatie-eenheid verstrekte PNR-gegevens. Deze statistieken omvatten ten minste het aantal identificaties overeenkomstig artikel 4, lid 2, van personen die betrokken zouden kunnen zijn bij een terroristisch misdrijf of zware criminaliteit, en per luchtvaartmaatschappij en bestemming het aantal op grond daarvan genomen wetshandhavingsmaatregelen waarbij PNR-gegevens zijn gebruikt. |
1. De lidstaten produceren statistische informatie over de aan de passagiersinformatie-eenheid verstrekte PNR-gegevens. Deze statistieken omvatten ten minste het aantal identificaties overeenkomstig artikel 4, lid 2, van personen die betrokken zouden kunnen zijn bij een terroristisch misdrijf of zware transnationale criminaliteit, en per luchtvaartmaatschappij en bestemming het aantal op grond daarvan genomen wetshandhavingsmaatregelen waarbij PNR-gegevens zijn gebruikt, waaronder het aantal onderzoeken en veroordelingen naar aanleiding van het verzamelen van PNR-gegevens in elke lidstaat. |
2. Deze statistieken bevatten geen persoonsgegevens. Zij worden jaarlijks aan de Commissie verstrekt. |
2. Deze statistieken bevatten geen persoonsgegevens. Zij worden iedere twee jaar aan het Europees Parlement, de Raad en de Commissie verstrekt. |
Amendement 52 Voorstel voor een richtlijn Artikel 19 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
Artikel 19 |
Artikel 19 |
Verhouding tot andere instrumenten |
Verhouding tot andere instrumenten |
1. De lidstaten mogen onderling de bilaterale of multilaterale overeenkomsten of regelingen betreffende de uitwisseling van informatie tussen de bevoegde autoriteiten die op het tijdstip van de aanneming van deze richtlijn van kracht zijn, blijven toepassen voor zover deze overeenkomsten of regelingen verenigbaar zijn met deze richtlijn. |
1. De lidstaten mogen onderling de bilaterale of multilaterale overeenkomsten of regelingen betreffende de uitwisseling van informatie tussen de bevoegde autoriteiten die op het tijdstip van de aanneming van deze richtlijn van kracht zijn, blijven toepassen voor zover deze overeenkomsten of regelingen verenigbaar zijn met deze richtlijn. |
|
1 bis. Deze richtlijn doet geen afbreuk aan Kaderbesluit 2008/977/JBZ. |
2. Deze richtlijn doet geen afbreuk aan bestaande verplichtingen en verbintenissen van de Europese Unie op grond van bilaterale en/of multilaterale overeenkomsten met derde landen. |
2. Deze richtlijn doet geen afbreuk aan bestaande verplichtingen en verbintenissen van de Europese Unie op grond van bilaterale en/of multilaterale overeenkomsten met derde landen. |
TOELICHTING
I. Achtergrond
De aard van criminele en terroristische activiteiten is de afgelopen jaren voortdurend in ontwikkeling. Zij zijn gewaagder, verfijnder en steeds grensoverschrijdender van aard geworden. Aangetoond is dat de burger, gezien de omvangrijke kosten van criminaliteit, steeds krachtiger maatregelen van de EU wenst om de georganiseerde misdaad en het terrorisme aan te pakken.[1]
Als reactie hierop is de Commissie via het programma van Stockholm verzocht een voorstel in te dienen over het gebruik van PNR-gegevens met het oog op het voorkomen, opsporen, onderzoeken en vervolgen van terrorisme en zware criminaliteit. Op 6 november 2007 keurde de Commissie een voorstel goed voor een kaderbesluit van de Raad over het gebruik van persoonsgegevens van passagiers (PNR-gegevens) voor wetshandhavingsdoeleinden. Het voorstel werd besproken in werkgroepen van de Raad en er werd overeenstemming bereikt over de meeste bepalingen in het document. Door de inwerkingtreding van het Verdrag van Lissabon op 1 december 2009 kwam het voorstel van de Commissie, dat op dat moment nog niet door de Raad was goedgekeurd, echter te vervallen.
PNR-gegevens zijn gegevens die door vliegpassagiers worden verstrekt als zij een vliegticket boeken, en die door de luchtvaartmaatschappijen worden bewaard. Deze gegevens worden door de luchtvaartmaatschappijen in eerste instantie gebruikt voor operationele doeleinden (het betreft gegevens in 19 sectoren zoals reisdata, routes, ticketgegevens, contactgegevens, gegevens van het reisbureau, gebruikte betaalmiddelen, stoelnummer en gegevens over bagage), maar zij hebben voor de luchtvaartmaatschappijen ook handels- en statistische waarde.
PNR-gegevens kunnen eveneens door wetshandhavingsorganen worden gebruikt en in het voorstel voor een richtlijn worden geharmoniseerde regels voor dit soort maatregelen vastgelegd. PNR-gegevens kunnen, als zij zorgvuldig worden geanalyseerd, een doelmatig instrument zijn om criminele en terroristische activiteiten te signaleren en op te sporen. Voorts kunnen zij reactief, op het moment zelf en proactief worden gebruikt om criminelen te onderscheppen, in het oog te houden, en om onderzoek naar hen te verrichten en hen te vervolgen. Momenteel beschikt van de 27 lidstaten van de Europese Unie alleen het Verenigd Koninkrijk over een volwaardig PNR-systeem[2], terwijl vijf andere (Frankrijk, Denemarken, Zweden, België en Nederland) het systeem in beperkte mate inzetten of het gebruik ervan uittesten.
PNR-gegevens moeten niet worden verward met vooraf te verstrekken passagiersgegevens (API), d.w.z. biografische gegevens afkomstig van het mechanisch leesbare deel van een paspoort. Dit is beperkter van omvang en het gebruik ervan is gereguleerd bij de API‑richtlijn[3].
II. Voorstel van de Commissie
In het Commissievoorstel (hierna "de tekst") wordt rekening gehouden met de aanbevelingen van het Europees Parlement zoals vervat in diens resolutie van november 2008[4] en wordt de stand van de besprekingen binnen de werkgroepen van de Raad in 2009 weergegeven. Ook de adviezen van de Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming, de Groep gegevensbescherming artikel 29 en het Bureau voor de grondrechten zijn in aanmerking genomen. Er zijn een volledige effectbeoordeling en een raadplegingsprocedure uitgevoerd.
In beginsel doet de tekst twee dingen: i) hij harmoniseert de verplichting van luchtvaartmaatschappijen die vluchten uitvoeren naar en vanuit een derde land en het grondgebied van ten minste één lidstaat om PNR-gegevens door te zenden aan wetshandhavingsorganen, en ii) hij bepaalt normen voor de wetshandhavingsorganen die zulke gegevens mogen gebruiken, met name om terroristische misdrijven en zware criminaliteit te voorkomen, op te sporen, te onderzoeken en te vervolgen. De tekst strookt met de voorschriften die zijn vastgelegd in Kaderbesluit 2008/977/JBZ (of andere kaderbesluiten die op dit gebied in de toekomst worden genomen) inzake de bescherming van persoonsgegevens. Het voorgestelde systeem is wettelijk verplicht en iedere lidstaat krijgt twee jaar om een functionerend systeem op te zetten. Om kosten te besparen mogen de lidstaten echter gezamenlijke systemen inzetten.
Afgezien van voornoemde beperking van de doeleinden, is er een aantal gebieden waarop parlementsleden van oudsher hun aandacht richten:
I. Bewaren van gegevens
In de tekst is er sprake van een tweefasenaanpak van het bewaren van PNR-gegevens door de bevoegde autoriteit van de lidstaat: te weten een periode van 30 dagen, gevolgd door een periode van vijf jaar waarin de gegevens worden afgeschermd.
II. Gecentraliseerd tegen gedecentraliseerd systeem
In de tekst worden voorschriften vastgesteld voor een gedecentraliseerd systeem. De argumenten die hiervoor pleiten hebben voornamelijk betrekking op de kosten, maar eveneens te maken met de gevoelige aard van een systeem dat op één bepaalde locatie is gevestigd.
III. Opneming van intra-EU-vluchten
Vluchten binnen de EU vallen buiten het toepassingsgebied van de tekst.
IV. Gerichte tegen 100% verzameling
De Commissie stelt voor om geleidelijk 100% van de internationale vluchten te dekken.
V. Omschrijving van terroristische misdrijven en zware criminaliteit
In de tekst worden met "terroristische misdrijven" de strafbare feiten bedoeld die worden opgesomd in de artikelen 1 tot en met 4 van Kaderbesluit 2002/475/JBZ van de Raad; en "zware criminaliteit" wordt eveneens omschreven onder verwijzing naar "artikel 2, lid 2, van Kaderbesluit 2002/584/JBZ, maar uitsluitend indien daarop in het nationale recht van een lidstaat een vrijheidsstraf of een tot vrijheidsbeneming strekkende maatregel staat met een maximumduur van ten minste drie jaar" zij het dat op dit punt enige soepelheid is toegestaan.
III. Standpunt van de rapporteur
De rapporteur stemt grotendeels in met de benadering van de Commissie voor wat de doorgifte en het gebruik van PNR-gegevens betreft. De Commissie en wetshandhavingsorganen van een aantal lidstaten hebben aan leden documenten overgelegd over de doelmatigheid van een dergelijk instrument, en de rapporteur stelt dat de noodzaak, evenredigheid en toegevoegde waarde van een dergelijke maatregel is aangetoond: de vrijheid van verkeer wordt door de maatregelen niet aangetast en het recht op binnenkomst van burgers wordt niet in gevaar gebracht, terwijl tegelijkertijd wordt bijgedragen tot bescherming van hun veiligheid. Daar in het voorstel van de Commissie rekening is gehouden met de aanbevelingen die het Europees Parlement in november 2008 heeft gedaan, en aangezien er minimumnormen worden bepaald die met betrekking tot andere PNR-overeenkomsten reeds door de LIBE-commissie zijn goedgekeurd, biedt de tekst bovendien een gezonde basis voor dialoog in deze vergadering.
I. Bewaren van gegevens
De rapporteur is niet van mening dat er wijzigingen in de tekst dienen te worden aangebracht, maar in zijn ontwerpverslag is een definitie opgenomen van "afscherming van gegevens" waardoor de precieze betekenis van deze bepaling wordt verduidelijkt. Het verslag voorziet tevens in twee verschillende termijnen voor de toegang tot de gegevens: vijf jaar voor terrorisme en vier jaar voor zware transnationale criminaliteit, waarbij het evenredigheidsbeginsel volledig in acht wordt genomen, met het oog op de gevoegde zaken C‑293/12 en C‑594/12 (Hof van Justitie).
II. Gecentraliseerd tegen gedecentraliseerd systeem
In het ontwerpverslag worden voorschriften uiteengezet voor een gedecentraliseerd systeem.
III. Opneming van intra-EU-vluchten
De rapporteur is ervan overtuigd dat door de opneming van vluchten binnen de EU duidelijk waarde zou worden toegevoegd aan de PNR-systemen van de EU. Hoewel hierdoor extra kosten zouden ontstaan, biedt opneming ervan duidelijke voordelen: een uniforme structuur en sterke veiligheidsvoordelen. Daar het toepassingsgebied van het programma wordt uitgebreid, heeft de rapporteur de voorbereidingsperiode van het voorstel verlengd van twee naar drie jaar.
IV. Gerichte tegen 100% verzameling
De rapporteur is voorstander van 100% dekking van vluchten, omdat dit duidelijke voordelen biedt op het gebied van doelmatigheid en veiligheid. Tevens zijn er aanwijzingen dat criminelen bepaalde vluchten in het kader van een gericht systeem mijden.
V. Omschrijving van terroristische misdrijven en zware transnationale criminaliteit
In het ontwerpverslag zijn de definities van "terroristisch misdrijf" en "zware criminaliteit" niet gewijzigd. De tekst heeft echter wel alleen betrekking gekregen op "zware transnationale criminaliteit", met een opsomming van specifieke strafbare feiten uit de lijst van Kaderbesluit 2002/584/JBZ.
De rapporteur heeft eveneens bepalingen ingelast die het probleem met betrekking tot kosten en beroepsmogelijkheden verduidelijken, alsook de rechtszekerheid van de tekst opgevoerd door uitdrukkelijker te verwijzen naar andere wetgeving die in deze sector reeds van kracht is.
- [1] Standaard Eurobarometer 71, blz. 149 van de bijlage.
- [2] E-grenzen van het VK, afdelingen 32 tot 38 van de Immigration, Asylum and Nationality Act 2006 (wet inzake immigratie, asiel en nationaliteit).
- [3] Richtlijn 2004/82/EG van 29 augustus 2004 betreffende de verplichting voor vervoerders om passagiersgegevens door te geven (PB L 261 van 6.8.2004, blz. 24).
- [4] Aangenomen teksten, P6_TA(2008)0561.
ADVIES van de Commissie buitenlandse zaken (6.5.2015)
aan de Commissie burgerlijke vrijheden, justitie en binnenlandse zaken
inzake het voorstel voor een richtlijn van het Europees Parlement en de Raad betreffende het gebruik van persoonsgegevens van passagiers voor het voorkomen, opsporen, onderzoeken en vervolgen van terroristische misdrijven en zware criminaliteit
(COM(2011)0032 – C7‑0039/2011 – 2011/0023(COD))
Rapporteur voor advies: Arnaud Danjean
BEKNOPTE MOTIVERING
Het Passenger Name Record (register van passagiersgegevens) bevat gegevens die door passagiers zijn verstrekt en door luchtvaartmaatschappijen worden verzameld voor commerciële doeleinden. Het bevat verschillende soorten informatie, variërend van reisdata en -routes tot informatie over de betaalmiddelen en contactgegevens.
PNR-gegevens zijn zeer nuttig voor rechtshandhavingsinstanties. Deze gegevens kunnen reactief worden gebruikt, bijvoorbeeld bij onderzoek of strafvervolging, realtime (vóór aankomst of vertrek), teneinde een strafbaar feit te voorkomen of personen aan te houden voordat een strafbaar feit is gepleegd, of proactief, voor bepaling van beoordelingscriteria om de beoordeling van passagiers vóór aankomst en vertrek te vergemakkelijken.
Hoewel sommige lidstaten reeds hun eigen PNR-systemen aan het ontwikkelen zijn, zou middels de richtlijn het gebruik van dergelijke gegevens op EU-niveau worden geregeld en worden getracht het beleid van de lidstaten te harmoniseren. Deze harmonisatie is van het grootste belang om te voorkomen dat elke lidstaat de luchtvaartmaatschappijen verschillende verplichtingen oplegt en zo de bureaucratische en financiële lasten van de verstrekking van PNR-gegevens aanzienlijk vergroot. Harmonisatie zou er tevens voor zorgen dat de hele EU volledig onder een PNR-systeem valt.
De invoering van een PNR-systeem in de EU is noodzakelijk om de EU in staat te stellen het hoofd te bieden aan de uitdagingen waar zij thans voor staat. De PNR-richtlijn beperkt zich niet tot de strijd tegen georganiseerde misdaad en intern terrorisme, maar levert ook een belangrijke bijdrage aan de handhaving van de internationale veiligheid. Terrorisme is uitgegroeid tot een wereldwijde bedreiging en moet als zodanig worden aangepakt. Luchtvervoer is een essentiële factor voor het voortbestaan van terroristische netwerken en het vertrek en de terugkeer van zogeheten "buitenlandse strijders". Zowel voor de handhaving van de interne veiligheid als voor de verwezenlijking van de doelstellingen van het buitenlandbeleid van de EU dienen rechtshandhavingsinstanties adequate toegang tot PNR‑gegevens te krijgen.
Het is eveneens noodzakelijk te waarborgen dat de PNR-gegevens die zijn verzameld door marktdeelnemers die geen luchtvaarmaatschappij zijn, zoals reisbureaus en touroperators die gebruikmaken van chartervluchten, worden opgenomen in het PNR-systeem van de EU om eventueel misbruik van achterpoortjes te voorkomen. Aangezien de uitvoerende luchtvaartmaatschappijen vaak geen toegang hebben tot de boekingsgegevens van dergelijke chartervluchten, is het zeer belangrijk reisbureaus en touroperators ertoe te verplichten om deze informatie te verstrekken.
Deze toegang moet noodzakelijkerwijs in evenwicht worden gehouden met het recht van EU‑burgers op eerbiediging van het privéleven. Voorts moet worden gewaarborgd dat de PNR-richtlijn wordt afgestemd op de uitspraak van het Europees Hof van Justitie over de richtlijn gegevensbewaring. Indien deze kwesties worden afgehandeld zal de richtlijn volgens de rapporteur een belangrijke bijdrage leveren aan de nationale en internationale veiligheid.
AMENDEMENTEN
De Commissie buitenlandse zaken verzoekt de ten principale bevoegde Commissie burgerlijke vrijheden, justitie en binnenlandse zaken onderstaande amendementen in aanmerking te nemen:
Amendement 1 Voorstel voor een richtlijn Overweging 3 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
(3 bis) De Veiligheidsraad van de Verenigde Naties uit in zijn resolutie 2178 (2014) zijn ernstige bezorgdheid over de acute en toenemende dreiging die uitgaat van buitenlandse terreurstrijders, namelijk individuen die naar een andere staat dan hun staat van verblijf of nationaliteit afreizen met het oog op het plegen, plannen of voorbereiden van, dan wel het deelnemen aan terroristische daden, of het verstrekken of ontvangen van terroristische training, en besluit in deze resolutie om deze dreiging aan te pakken. De Veiligheidsraad van de Verenigde Naties erkent dat het belangrijk is om de dreiging die uitgaat van buitenlandse terreurstrijders aan te pakken en moedigt de lidstaten aan op feitelijke gegevens gebaseerde risicobeoordelingen van reizigers en screeningprocedures uit te voeren, met inbegrip van de verzameling en analyse van reisgegevens, zonder daarbij profilering op basis van discriminerende stereotypen toe te passen. |
Amendement 2 Voorstel voor een richtlijn Overweging 5 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(5) PNR-gegevens zijn nodig om terroristische misdrijven en zware criminaliteit doeltreffend te voorkomen, op te sporen, te onderzoeken en te vervolgen en zo de interne veiligheid te bevorderen. |
(5) PNR-gegevens zijn nodig om terroristische misdrijven en zware criminaliteit doeltreffend te voorkomen, op te sporen, te onderzoeken en te vervolgen en zo de interne en internationale veiligheid te bevorderen. |
Amendement 3 Voorstel voor een richtlijn Overweging 5 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(5) PNR-gegevens zijn nodig om terroristische misdrijven en zware criminaliteit doeltreffend te voorkomen, op te sporen, te onderzoeken en te vervolgen en zo de interne veiligheid te bevorderen. |
(5) PNR-gegevens kunnen een nuttig instrument zijn om terroristische misdrijven en zware criminaliteit doeltreffend te voorkomen, op te sporen, te onderzoeken en te vervolgen en zo de interne veiligheid te bevorderen. |
Amendement 4 Voorstel voor een richtlijn Overweging 6 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(6) PNR-gegevens helpen rechtshandhavingsinstanties om zware misdrijven, waaronder terreurdaden, te voorkomen, op te sporen, te onderzoeken en te vervolgen, door deze te vergelijken met diverse databases van gezochte personen en voorwerpen, om bewijs op te bouwen en in voorkomend geval medeplichtigen van criminelen te vinden en criminele netwerken op te rollen. |
(6) PNR-gegevens kunnen rechtshandhavingsinstanties helpen om zware misdrijven, waaronder terreurdaden, te voorkomen, op te sporen, te onderzoeken en te vervolgen, door deze te vergelijken met diverse databases van gezochte personen en voorwerpen, om bewijs op te bouwen en in voorkomend geval medeplichtigen van criminelen te vinden en criminele netwerken op te rollen. |
Amendement 5 Voorstel voor een richtlijn Overweging 7 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(7) Rechtshandhavingsinstanties kunnen met behulp van PNR-gegevens personen identificeren die voorheen "onbekend" waren, dat wil zeggen, personen die niet eerder verdacht waren van betrokkenheid bij zware criminaliteit en terrorisme, maar volgens een analyse van de gegevens bij dergelijke activiteiten betrokken zouden kunnen zijn en derhalve nader dienen te worden onderzocht door de bevoegde autoriteiten. Door PNR-gegevens te gebruiken kunnen rechtshandhavingsinstanties het gevaar van zware criminaliteit en terrorisme aanpakken vanuit een andere invalshoek dan bij de verwerking van andere categorieën persoonsgegevens het geval is. Om te waarborgen dat de verwerking van gegevens van onschuldige en onverdachte personen zo beperkt mogelijk blijft, dienen de aspecten van het gebruik van PNR-gegevens die betrekking hebben op de vaststelling en toepassing van beoordelingscriteria, echter verder te worden beperkt tot zware misdrijven die bovendien transnationaal van aard zijn, d.w.z. misdrijven die intrinsiek verbonden zijn met reizen, en waarvoor het soort gegevens dat wordt verwerkt dus relevant is. |
(7) Rechtshandhavingsinstanties kunnen met behulp van PNR-gegevens personen identificeren die voorheen "onbekend" waren, dat wil zeggen, personen die niet eerder verdacht waren van betrokkenheid bij zware criminaliteit en terrorisme, maar volgens een analyse van de gegevens bij dergelijke activiteiten betrokken zouden kunnen zijn en derhalve nader dienen te worden onderzocht door de bevoegde autoriteiten, met inbegrip van personen die mogelijk reizen met als doel het plegen, plannen of voorbereiden van of deelnemen aan terreurdaden of het verzorgen van of deelnemen aan terroristische trainingen. Door PNR-gegevens te gebruiken kunnen rechtshandhavingsinstanties het gevaar van zware criminaliteit en terrorisme aanpakken vanuit een andere invalshoek dan bij de verwerking van andere categorieën persoonsgegevens het geval is. Om te waarborgen dat de verwerking van gegevens van onschuldige en onverdachte personen zo beperkt mogelijk blijft, dienen de aspecten van het gebruik van PNR-gegevens die betrekking hebben op de vaststelling en toepassing van beoordelingscriteria, echter verder te worden beperkt tot zware misdrijven die bovendien transnationaal van aard zijn, d.w.z. misdrijven die intrinsiek verbonden zijn met reizen, en waarvoor het soort gegevens dat wordt verwerkt dus relevant is. |
Amendement 6 Voorstel voor een richtlijn Overweging 8 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(8) De verwerking van persoonsgegevens moet evenredig zijn aan het specifieke veiligheidsdoel dat met deze richtlijn wordt nagestreefd. |
(8) De verwerking van persoonsgegevens moet evenredig zijn aan en noodzakelijk zijn voor het specifieke veiligheidsdoel dat met deze richtlijn wordt nagestreefd, in overeenstemming met het noodzakelijkheids- en het evenredigheidsbeginsel zoals vermeld in het arrest van 4 april 2014 van het HvJ-EU en het advies van de EDPS van 25 maart 2011. |
Amendement 7 Voorstel voor een richtlijn Overweging 10 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(10) Voor het voorkomen, opsporen, onderzoeken en bestrijden van terroristische misdrijven en zware criminaliteit is het derhalve van essentieel belang dat alle lidstaten verplichtingen opleggen aan luchtvaartmaatschappijen die vluchten uitvoeren naar en vanaf het grondgebied van de lidstaten van de Europese Unie. |
(10) Voor het voorkomen, opsporen, onderzoeken en bestrijden van terroristische misdrijven en zware criminaliteit is het derhalve van essentieel belang dat alle lidstaten verplichtingen opleggen aan luchtvaartmaatschappijen die vluchten uitvoeren naar en vanaf het grondgebied van de lidstaten van de Europese Unie. Marktdeelnemers die geen luchtvaartmaatschappij zijn moeten ook aan deze verplichtingen voldoen wanneer zij betrokken zijn bij het boeken van dergelijke vluchten. |
Amendement 8 Voorstel voor een richtlijn Overweging 10 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(10) Voor het voorkomen, opsporen, onderzoeken en bestrijden van terroristische misdrijven en zware criminaliteit is het derhalve van essentieel belang dat alle lidstaten verplichtingen opleggen aan luchtvaartmaatschappijen die vluchten uitvoeren naar en vanaf het grondgebied van de lidstaten van de Europese Unie. |
(10) Voor het voorkomen, opsporen, onderzoeken en bestrijden van terroristische misdrijven en zware transnationale criminaliteit is het derhalve van essentieel belang dat alle lidstaten verplichtingen opleggen aan luchtvaartmaatschappijen die vluchten uitvoeren naar en vanaf het grondgebied van de lidstaten van de Europese Unie. |
|
(Horizontaal amendement: "zware criminaliteit" wordt vervangen door "zware transnationale criminaliteit" in de gehele tekst) |
Amendement 9 Voorstel voor een richtlijn Overweging 10 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
(10 bis) Deze richtlijn heeft ten doel de veiligheid te waarborgen en het leven en de veiligheid van het publiek te beschermen, alsook een wettelijk kader te scheppen voor de bescherming van PNR-gegevens en de uitwisseling van deze gegevens tussen de lidstaten en rechtshandhavingsinstanties. |
Amendement 10 Voorstel voor een richtlijn Overweging 10 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
(10 bis) De recente stijging van het aantal terreurdaden in de EU, de toegenomen radicalisering en het stijgende aantal buitenlandse strijders die naar de EU terugkeren bevestigen dat het de hoogste tijd is dat deze richtlijn in werking treedt. |
Amendement 11 Voorstel voor een richtlijn Overweging 11 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(11) Luchtvaartmaatschappijen verzamelen en verwerken de PNR-gegevens van hun passagiers reeds voor hun eigen commerciële doeleinden. Het is niet de bedoeling van deze richtlijn om de luchtvaartmaatschappijen ertoe te verplichten aanvullende gegevens bij passagiers in te winnen of deze te bewaren, en evenmin om passagiers ertoe te verplichten nog meer gegevens aan de luchtvaartmaatschappijen te verstrekken dan thans het geval is. |
(11) Luchtvaartmaatschappijen verzamelen en verwerken de PNR-gegevens van hun passagiers reeds voor hun eigen commerciële doeleinden. Het is niet de bedoeling dat deze richtlijn de luchtvaartmaatschappijen en de marktdeelnemers die geen luchtvaartmaatschappij zijn ertoe verplicht aanvullende gegevens bij passagiers in te winnen of deze te bewaren, en evenmin dat passagiers ertoe worden verplicht nog meer gegevens aan de luchtvaartmaatschappijen en de marktdeelnemers die geen luchtvaartmaatschappij zijn te verstrekken dan thans het geval is. |
Amendement 12 Voorstel voor een richtlijn Overweging 11 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
(11 bis) Marktdeelnemers die geen luchtvaartmaatschappij zijn, zoals reisbureaus en touroperators, verkopen pakketreizen waarbij zij gebruikmaken van chartervluchten waarvoor zij PNR-gegevens van hun klanten verzamelen en verwerken, zonder daarbij echter noodzakelijkerwijs de gegevens door te geven aan de luchtvaartmaatschappij die de passagiersvlucht uitvoert. |
Amendement 13 Voorstel voor een richtlijn Overweging 12 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(12) De definitie van terroristische misdrijven dient te worden ontleend aan de artikelen 1 tot en met 4 van Kaderbesluit 2002/475/JBZ inzake terrorismebestrijding37. De definitie van zware criminaliteit dient te worden gebaseerd op artikel 2 van Kaderbesluit 2002/584/JBZ van de Raad van 13 juni 2002 betreffende het Europees aanhoudingsbevel en de procedure van overlevering tussen de lidstaten38. Hiervan mogen de lidstaten minder ernstige misdrijven waarvoor de verwerking van PNR-gegevens krachtens deze richtlijn, gelet op hun respectieve strafrechtsysteem, niet in overeenstemming zou zijn met het evenredigheidsbeginsel, echter uitsluiten. De definitie van transnationale criminaliteit dient te worden ontleend aan artikel 2 van Kaderbesluit 2002/584/JBZ van de Raad en het Verdrag van de Verenigde Naties inzake grensoverschrijdende georganiseerde misdaad. |
(12) De definitie van terroristische misdrijven dient te worden ontleend aan artikel 1 van Kaderbesluit 2002/475/JBZ inzake terrorismebestrijding37. De definitie van zware transnationale criminaliteit dient te worden gebaseerd op artikel 2 van Kaderbesluit 2002/584/JBZ van de Raad van 13 juni 2002 betreffende het Europees aanhoudingsbevel en het Verdrag van de Verenigde Naties tegen grensoverschrijdende georganiseerde misdaad. Hiervan zouden de lidstaten minder ernstige misdrijven waarvoor de verwerking van PNR-gegevens krachtens deze richtlijn, gelet op hun respectieve strafrechtsysteem, niet in overeenstemming zou zijn met het evenredigheidsbeginsel, echter moeten uitsluiten. |
__________________ |
__________________ |
37 PB L 164 van 22.6.2002, blz. 3. gewijzigd bij Kaderbesluit 2008/919/JBZ van de Raad van 28 november 2008, PB L 330 van 9.12.2008, blz. 21. |
37 PB L 164 van 22.6.2002, blz. 3. gewijzigd bij Kaderbesluit 2008/919/JBZ van de Raad van 28 november 2008, PB L 330 van 9.12.2008, blz. 21. |
38 PB L 190 van 18.7.2002, blz. 1. |
|
Amendement 14 Voorstel voor een richtlijn Overweging 14 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(14) De lijsten van opgevraagde PNR-gegevens die de passagiersinformatie-eenheden worden verkregen, dienen zo te worden opgesteld dat wordt tegemoetgekomen aan de legitieme behoeften van de overheid in verband met het voorkomen, opsporen, onderzoeken en vervolgen van terroristische misdrijven en zware criminaliteit, teneinde de interne veiligheid van de EU te bevorderen, en anderzijds de bescherming van de grondrechten van de burgers, en met name het recht op eerbiediging van het privéleven en op bescherming van persoonsgegevens, wordt gewaarborgd. Deze lijsten behoren geen persoonsgegevens te bevatten waaruit de raciale of etnische afkomst, de politieke opvattingen, de godsdienstige of levensbeschouwelijke overtuiging of het lidmaatschap van een vakvereniging blijkt, of die de gezondheid of het seksleven van de betrokken persoon betreffen. De PNR-gegevens dienen details over de reservering en de reisroute van de passagier te bevatten die de bevoegde autoriteiten in staat stellen te bepalen welke vliegpassagiers een risico voor de interne veiligheid vormen. |
(14) De lijsten van opgevraagde PNR-gegevens die de passagiersinformatie-eenheden worden verkregen, dienen zo te worden opgesteld dat wordt tegemoetgekomen aan de legitieme behoeften van de overheid in verband met het voorkomen, opsporen, onderzoeken en vervolgen van terroristische misdrijven en zware criminaliteit, teneinde de interne veiligheid van de EU te bevorderen, en anderzijds de bescherming van de grondrechten van de burgers, en met name het recht op eerbiediging van het privéleven en op bescherming van persoonsgegevens, wordt gewaarborgd. Deze lijsten behoren geen persoonsgegevens te bevatten waaruit de raciale of etnische afkomst, de politieke opvattingen, de godsdienstige of levensbeschouwelijke overtuiging of het lidmaatschap van een vakvereniging blijkt, of die de gezondheid of het seksleven van de betrokken persoon betreffen. De PNR-gegevens dienen details over de reservering en de reisroute van de passagier te bevatten die de bevoegde autoriteiten in staat stellen te bepalen welke vliegpassagiers een risico voor de interne veiligheid en de internationale veiligheid vormen. |
Amendement 15 Voorstel voor een richtlijn Overweging 15 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(15) Er zijn op dit moment twee methoden voor de doorgifte van gegevens beschikbaar: de "pull-methode", waarbij de bevoegde autoriteiten van de staat die de gegevens opvraagt, toegang krijgen tot het boekingssysteem van de luchtvaartmaatschappij en uit het systeem een kopie van de benodigde gegevens kunnen halen ("pull"), en de "push-methode", waarbij de luchtvaartmaatschappijen de benodigde PNR-gegevens aan de verzoekende autoriteit doorgeven ("push") en de luchtvaartmaatschappijen dus controle houden over welke gegevens er worden verstrekt. De algemene opvatting is dat de "push-methode" een hogere mate van gegevensbescherming biedt en deze methode dient dan ook voor alle luchtvaartmaatschappijen verplicht te worden gesteld. |
(15) Er zijn op dit moment twee methoden voor de doorgifte van gegevens beschikbaar: de "pull-methode", waarbij de bevoegde instanties van de lidstaat die de gegevens opvraagt, toegang krijgen tot het boekingssysteem van de luchtvaartmaatschappij en uit het systeem een kopie van de benodigde gegevens kunnen halen ("pull"), en de "push-methode", waarbij de luchtvaartmaatschappijen en de marktdeelnemers die geen luchtvaartmaatschappij zijn de benodigde PNR-gegevens aan de verzoekende instantie meedelen ("push") en de luchtvaartmaatschappijen dus controle behouden over de gegevens die worden verstrekt. De algemene opvatting is dat de "push-methode" een hogere mate van gegevensbescherming biedt, en deze methode dient dan ook voor alle luchtvaartmaatschappijen en marktdeelnemers die geen luchtvaartmaatschappij zijn verplicht te worden gesteld. |
Amendement 16 Voorstel voor een richtlijn Overweging 17 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(17) De lidstaten dienen alle nodige maatregelen te nemen om luchtvaartmaatschappijen in staat te stellen hun uit deze richtlijn voortvloeiende verplichtingen na te komen. Voor luchtvaartmaatschappijen die niet voldoen aan hun verplichtingen inzake de doorgifte van PNR-gegevens dienen de lidstaten te voorzien in afschrikkende, doeltreffende en evenredige sancties, met inbegrip van geldboeten. Bij herhaalde ernstige overtredingen die de basisdoelstellingen van deze richtlijn kunnen ondermijnen, kunnen deze sancties, in uitzonderlijke gevallen, maatregelen omvatten als aan de grond houden, inbeslagneming en verbeurdverklaring van het vervoermiddel, of opschorting dan wel intrekking van de exploitatievergunning. |
(17) De lidstaten dienen alle nodige maatregelen te nemen om luchtvaartmaatschappijen en marktdeelnemers die geen luchtvaartmaatschappij zijn in staat te stellen hun uit deze richtlijn voortvloeiende verplichtingen na te komen. Ten aanzien van luchtvaartmaatschappijen en marktdeelnemers die geen luchtvaartmaatschappij zijn die niet voldoen aan hun verplichtingen inzake de doorgifte van PNR-gegevens dienen de lidstaten te voorzien in afschrikkende, doeltreffende en evenredige sancties, met inbegrip van geldboetes. Bij herhaalde ernstige overtredingen die de basisdoelstellingen van deze richtlijn kunnen ondermijnen, kunnen deze sancties, in uitzonderlijke gevallen, maatregelen omvatten als aan de grond houden, inbeslagneming en verbeurdverklaring van het vervoermiddel, of opschorting dan wel intrekking van de exploitatievergunning. |
Amendement 17 Voorstel voor een richtlijn Overweging 18 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(18) Iedere lidstaat dient verantwoordelijk te zijn voor het beoordelen van de mogelijke dreigingen op het gebied van terroristische misdrijven en zware criminaliteit. |
(18) Iedere lidstaat dient verantwoordelijk te zijn voor het beoordelen van de mogelijke dreigingen op het gebied van terroristische misdrijven en zware transnationale criminaliteit. |
Amendement 18 Voorstel voor een richtlijn Overweging 19 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(19) Gelet op het recht op bescherming van persoonsgegevens en het recht op non-discriminatie mag een besluit dat voor de betrokkene nadelige juridische of andere ingrijpende gevolgen heeft, niet uitsluitend berusten op langs geautomatiseerde weg verwerkte PNR-gegevens. Een dergelijk besluit mag bovendien niet worden gebaseerd op ras, etnische afstamming, religieuze, levensbeschouwelijke of politieke overtuiging, vakbondslidmaatschap, gezondheid of seksleven van de betrokkene. |
(19) Gelet op het recht op bescherming van persoonsgegevens en het recht op non-discriminatie mag een besluit dat voor de betrokkene nadelige juridische of andere ingrijpende gevolgen heeft, niet uitsluitend berusten op langs geautomatiseerde weg verwerkte PNR-gegevens. Een dergelijk besluit mag bovendien niet worden gebaseerd op geslacht, huidskleur, etnische of sociale afstamming, genetische kenmerken, taal, religieuze, levensbeschouwelijke of politieke overtuiging, vakbondslidmaatschap, het behoren tot een nationale minderheid, vermogen, geboorte, invaliditeit, leeftijd, gezondheid of seksleven van de betrokkene. |
Amendement 19 Voorstel voor een richtlijn Overweging 20 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(20) De lidstaten dienen de PNR-gegevens die zij ontvangen te delen met andere lidstaten, indien een dergelijke doorgifte nodig is voor het voorkomen, opsporen, onderzoeken of vervolgen van terroristische misdrijven of zware criminaliteit. De bepalingen van deze richtlijn mogen geen afbreuk doen aan andere EU-instrumenten voor informatie-uitwisseling tussen politiële en justitiële autoriteiten, zoals Besluit 2009/371/JBZ van de Raad van 6 april 2009 tot oprichting van de Europese politiedienst (Europol)39 en Kaderbesluit 2006/960/JBZ van de Raad van 18 september 2006 betreffende de vereenvoudiging van de uitwisseling van informatie en inlichtingen tussen de rechtshandhavingsinstanties van de lidstaten van de Europese Unie40. Voor de uitwisseling van PNR-gegevens tussen justitiële en rechtshandhavingsautoriteiten dienen de voorschriften inzake justitiële en politiële samenwerking te gelden. |
(20) De lidstaten dienen de PNR-gegevens die zij ontvangen te delen met andere lidstaten, indien een dergelijke doorgifte nodig is voor het voorkomen, opsporen, onderzoeken of vervolgen van terroristische misdrijven of zware transnationale criminaliteit. De bepalingen van deze richtlijn mogen geen afbreuk doen aan andere EU-instrumenten voor informatie-uitwisseling tussen politiële en justitiële autoriteiten, zoals Besluit 2009/371/JBZ van de Raad van 6 april 2009 tot oprichting van de Europese politiedienst (Europol)39 en Kaderbesluit 2006/960/JBZ van de Raad van 18 september 2006 betreffende de vereenvoudiging van de uitwisseling van informatie en inlichtingen tussen de rechtshandhavingsinstanties van de lidstaten van de Europese Unie40. Voor de uitwisseling van PNR-gegevens tussen justitiële en rechtshandhavingsautoriteiten dienen de voorschriften inzake justitiële en politiële samenwerking te gelden. |
__________________ |
__________________ |
39 PB L 121 van 15.5.2009, blz. 37. |
39 PB L 121 van 15.5.2009, blz. 37. |
40 PB L 386 van 29.12.2006, blz. 89. |
40 PB L 386 van 29.12.2006, blz. 89. |
Amendement 20 Voorstel voor een richtlijn Overweging 26 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(26) De doorgifte van PNR-gegevens door een lidstaat aan een derde land dient alleen per geval en in overeenstemming met Kaderbesluit 2008/977/JBZ te worden toegestaan. Om de bescherming van persoonsgegevens te waarborgen, dient een dergelijke doorgifte onderworpen te zijn aan aanvullende voorwaarden betreffende het doel van de doorgifte, de hoedanigheid van de ontvangende autoriteit en het gegevensbeschermingsniveau in het derde land. |
(26) De doorgifte van PNR-gegevens door een lidstaat aan een derde land dient alleen per geval en in overeenstemming met het herziene Kaderbesluit 2008/977/JBZ te worden toegestaan. Om de bescherming van persoonsgegevens te waarborgen, dienen dergelijke gegevens alleen te worden doorgegeven wanneer de beoogde verwerking van de PNR-gegevens in het derde land, de beperkingen van de toegang tot de PNR-gegevens voor de bevoegde autoriteiten in het derde land en het daaropvolgende gebruik ervan en het gegevensbeschermingsniveau in het derde land exact bekend zijn. |
Motivering | |
Kaderbesluit 2008/977/JBZ wordt momenteel herzien, nadat de Commissie voorstelde het kaderbesluit te vervangen door een nieuwe richtlijn (COM(2012) 10 definitief). | |
Amendement 21 Voorstel voor een richtlijn Overweging 26 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(26) De doorgifte van PNR-gegevens door een lidstaat aan een derde land dient alleen per geval en in overeenstemming met Kaderbesluit 2008/977/JBZ te worden toegestaan. Om de bescherming van persoonsgegevens te waarborgen, dient een dergelijke doorgifte onderworpen te zijn aan aanvullende voorwaarden betreffende het doel van de doorgifte, de hoedanigheid van de ontvangende autoriteit en het gegevensbeschermingsniveau in het derde land. |
(26) De doorgifte van PNR-gegevens door een lidstaat aan een derde land dient alleen per geval en in overeenstemming met Kaderbesluit 2008/977/JBZ te worden toegestaan. Om de bescherming van persoonsgegevens te waarborgen, dient een dergelijke doorgifte onderworpen te zijn aan aanvullende voorwaarden betreffende het doel van de doorgifte, de hoedanigheid van de ontvangende autoriteit en het gegevensbeschermingsniveau in het derde land. De doorgifte van die gegevens aan een ander land dient alleen per geval en na goedkeuring door de oorspronkelijke lidstaat te worden toegestaan. |
Amendement 22 Voorstel voor een richtlijn Overweging 29 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(29) Als gevolg van de juridische en technische verschillen tussen de nationale bepalingen inzake de verwerking van persoonsgegevens, met inbegrip van PNR-gegevens, hebben de luchtvaartmaatschappijen te maken met verschillende eisen ten aanzien van de te verstrekken soorten informatie, evenals met verschillende voorwaarden waaronder deze informatie aan de bevoegde nationale autoriteiten moet worden verstrekt. Deze verschillen kunnen een belemmering zijn voor de effectieve samenwerking tussen de bevoegde nationale autoriteiten met het oog op het voorkomen, opsporen, onderzoeken, vervolgen van terroristische misdrijven of zware criminaliteit. |
(29) Als gevolg van de juridische en technische verschillen tussen de nationale bepalingen inzake de verwerking van persoonsgegevens, met inbegrip van PNR-gegevens, hebben de luchtvaartmaatschappijen en de marktdeelnemers die geen luchtvaartmaatschappij zijn te maken met verschillende eisen ten aanzien van de te verstrekken soorten informatie, evenals met verschillende voorwaarden waaronder deze informatie aan de bevoegde nationale instanties moet worden verstrekt; ook in de toekomst zal dat het geval zijn. Deze verschillen kunnen een belemmering zijn voor de effectieve samenwerking tussen de bevoegde nationale autoriteiten met het oog op het voorkomen, opsporen, onderzoeken, vervolgen van terroristische misdrijven of zware criminaliteit. |
Amendement 23 Voorstel voor een richtlijn Overweging 29 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(29) Als gevolg van de juridische en technische verschillen tussen de nationale bepalingen inzake de verwerking van persoonsgegevens, met inbegrip van PNR-gegevens, hebben de luchtvaartmaatschappijen te maken met verschillende eisen ten aanzien van de te verstrekken soorten informatie, evenals met verschillende voorwaarden waaronder deze informatie aan de bevoegde nationale autoriteiten moet worden verstrekt. Deze verschillen kunnen een belemmering zijn voor de effectieve samenwerking tussen de bevoegde nationale autoriteiten met het oog op het voorkomen, opsporen, onderzoeken, vervolgen van terroristische misdrijven of zware criminaliteit. |
(29) Als gevolg van de juridische en technische verschillen tussen de nationale bepalingen inzake de verwerking van persoonsgegevens, met inbegrip van PNR-gegevens, hebben de luchtvaartmaatschappijen te maken met verschillende eisen ten aanzien van de te verstrekken soorten informatie, evenals met verschillende voorwaarden waaronder deze informatie aan de bevoegde nationale autoriteiten moet worden verstrekt. Deze verschillen kunnen een belemmering zijn voor de effectieve samenwerking tussen de bevoegde nationale autoriteiten met het oog op het voorkomen, opsporen, onderzoeken en vervolgen van terroristische misdrijven of zware transnationale criminaliteit. |
Amendement 24 Voorstel voor een richtlijn Overweging 32 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(32) Zo is het toepassingsgebied van de richtlijn zo beperkt mogelijk, mogen PNR-gegevens niet langer dan vijf jaar worden bewaard (daarna moeten zij worden gewist), dienen gegevens na een bijzonder korte periode te worden geanonimiseerd en is het verboden om gevoelige gegevens te verzamelen en gebruiken. Om efficiëntie en een hoog niveau van gegevensbescherming te waarborgen, dienen de lidstaten een onafhankelijke, nationale toezichthoudende autoriteit (gegevensbeschermingsautoriteit) te belasten met de verantwoordelijkheid voor het geven van advies over en het houden van toezicht op de verwerking van PNR-gegevens. Iedere verwerking van PNR-gegevens dient te worden geregistreerd of gedocumenteerd, zodat de rechtmatigheid van de gegevensverwerking kan worden gecontroleerd, interne controle kan worden uitgeoefend en de integriteit en de beveiliging van de gegevens kunnen worden gewaarborgd. De lidstaten moeten ook waarborgen dat passagiers duidelijk en nauwkeurig worden geïnformeerd over de verzameling van PNR-gegevens en hun rechten. |
(32) Zo is het toepassingsgebied van de richtlijn zo beperkt mogelijk, mogen PNR-gegevens niet langer dan vijf jaar worden bewaard (daarna moeten zij worden gewist), dienen gegevens na een bijzonder korte periode te worden afgeschermd en is het verboden om gevoelige gegevens te verzamelen en gebruiken. Om efficiëntie en een hoog niveau van gegevensbescherming te waarborgen, dienen de lidstaten een onafhankelijke, nationale toezichthoudende autoriteit (gegevensbeschermingsautoriteit) te belasten met de verantwoordelijkheid voor het geven van advies over en het houden van toezicht op de verwerking van PNR-gegevens. Iedere verwerking van PNR-gegevens dient te worden geregistreerd of gedocumenteerd, zodat de rechtmatigheid van de gegevensverwerking kan worden gecontroleerd, interne controle kan worden uitgeoefend en de integriteit en de beveiliging van de gegevens kunnen worden gewaarborgd. De lidstaten moeten ook waarborgen dat passagiers duidelijk en nauwkeurig worden geïnformeerd over de verzameling van PNR-gegevens en hun rechten. |
Amendement 25 Voorstel voor een richtlijn Artikel 1 – lid 1 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
1 bis. Deze richtlijn is ook van toepassing op marktdeelnemers die geen luchtvaartmaatschappij zijn die PNR-gegevens over passagiersvluchten naar of vanuit derde landen, met een plaats in de Unie als vertrekpunt of eindbestemming, verzamelen of opslaan. |
Amendement 26 Voorstel voor een richtlijn Artikel 1 – lid 2 – inleidende formule | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
2. De overeenkomstig deze richtlijn verzamelde PNR-gegevens kunnen enkel voor de volgende doeleinden worden verwerkt: |
2. De overeenkomstig deze richtlijn verzamelde PNR-gegevens kunnen enkel door de bevoegde autoriteit van de lidstaat en enkel voor de volgende doeleinden worden verwerkt: |
Amendement 27 Voorstel voor een richtlijn Artikel 1 – lid 2 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
2 bis. Deze richtlijn geldt voor luchtvaartmaatschappijen en marktdeelnemers die geen luchtvaartmaatschappij zijn die passagiersvluchten uitvoeren tussen de Unie en derde landen, en binnen het grondgebied van de Unie. |
Motivering | |
De opname van vluchten binnen de EU is belangrijk, aangezien criminelen binnen de EU gebruikmaken van vluchten binnen het grondgebied van de Unie en niet slechts buitenlandse vluchten. Criminelen gebruiken ook complexe routes vanuit en naar een aantal EU-landen om opsporing en vervolging te voorkomen. | |
Amendement 28 Voorstel voor een richtlijn Artikel 1 – lid 2 ter (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
2 ter. Deze richtlijn is ook van toepassing op luchtvaartmaatschappijen en marktdeelnemers die geen luchtvaartmaatschappij zijn die in de Europese Unie zijn geregistreerd of gegevens opslaan en die passagiersvluchten uitvoeren naar of vanuit derde landen met een plaats in de Unie als vertrekpunt of eindbestemming. |
Amendement 29 Voorstel voor een richtlijn Artikel 2 – punt 1 – letter a | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(a) "luchtvaartmaatschappij", een luchtvervoersonderneming met een geldige exploitatievergunning of een equivalent daarvan voor het luchtvervoer van passagiers; |
(a) "luchtvaartmaatschappij", een luchtvervoersonderneming met een geldige exploitatievergunning of een equivalent daarvan; |
Motivering | |
De definitie van een luchtvaartmaatschappij moet in overeenstemming zijn met de definitie van Verordening 1008/2008 inzake gemeenschappelijke regels voor de exploitatie van luchtdiensten in de Gemeenschap. | |
Amendement 30 Voorstel voor een richtlijn Artikel 2 – lid 1 – letter a bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
(a bis) "marktdeelnemer die geen luchtvaartmaatschappij is", een geautoriseerde marktdeelnemer, zoals een reisbureau of touroperator, die diensten in verband met reizen aanbiedt, met inbegrip van het boeken van vluchten waarvoor zij PNR-gegevens van passagiers verzamelen en verwerken; |
Amendement 31 Voorstel voor een richtlijn Artikel 2 – lid 1– letter b | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(b) "internationale vlucht", iedere geregelde of niet-geregelde vlucht door een luchtvaartmaatschappij die volgens plan vanuit een derde land zal aankomen op het grondgebied van een lidstaat of zal vertrekken vanaf het grondgebied van een lidstaat met een eindbestemming in een derde land, daaronder begrepen transfer- en transitvluchten; |
(b) "internationale vlucht", iedere geregelde of niet-geregelde vlucht door een luchtvaartmaatschappij die volgens plan vanuit een derde land zal aankomen op het grondgebied van een lidstaat of zal vertrekken vanaf het grondgebied van een lidstaat met een eindbestemming in een derde land, daaronder begrepen chartervluchten, privévliegtuigen, particuliere vrachtvluchten, alsook transitvluchten waarbij passagiers van boord gaan; |
Amendement 32 Voorstel voor een richtlijn Artikel 2 – lid 1 – letter c | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(c) "Passenger Name Record" of "PNR-gegevens", een bestand met de reisgegevens van iedere passagier, dat informatie bevat die de boekende en de deelnemende luchtvaartmaatschappijen nodig hebben om reserveringen te kunnen verwerken en controleren bij elke reis die door of namens iemand wordt geboekt; dit bestand kan zich bevinden in een boekingssysteem, een vertrekcontrolesysteem of een soortgelijk systeem dat dezelfde functies vervult; |
(c) "Passenger Name Record" of "PNR-gegevens", een bestand met de reisgegevens van iedere passagier, dat informatie bevat die de boekende en de deelnemende luchtvaartmaatschappijen, alsook -indien de luchtvaarmaatschappijen de boeking niet zelf hebben gerealiseerd- de marktdeelnemers die geen luchtvaartmaatschappij zijn, nodig hebben om reserveringen te verwerken en controleren bij elke reis die door of namens iemand wordt geboekt; dit bestand kan zich bevinden in een boekingssysteem, een vertrekcontrolesysteem of een soortgelijk systeem dat dezelfde functies vervult; |
Amendement 33 Voorstel voor een richtlijn Artikel 2 – alinea 1 – letter e | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(e) "boekingssystemen", de interne inventarissystemen van de luchtvaartmaatschappij, waarin PNR-gegevens worden verzameld voor het verwerken van boekingen; |
(e) "boekingssystemen", de interne inventarissystemen van de luchtvaartmaatschappij of de marktdeelnemer die geen luchtvaartmaatschappij is, waarin PNR-gegevens worden verzameld voor het verwerken van boekingen; |
Amendement 34 Voorstel voor een richtlijn Artikel 2 – lid 1 – letter f | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(f) "push-methode": de methode waarbij de luchtvaartmaatschappij de gevraagde PNR-gegevens doorgeeft aan de databank van de autoriteit die de gegevens opvraagt; |
(f) "push-methode", de methode waarbij de luchtvaartmaatschappij de PNR-gegevens doorgeeft aan de databank van de autoriteit die de gegevens opvraagt; |
Motivering | |
Luchtvaartmaatschappijen geven de PNR-gegevens door die zij verzamelen voor reserveringsdoeleinden en geen "gevraagde" PNR-gegevens. Het is aan de autoriteiten om de gegevens te filteren en te selecteren wat zij nodig hebben. | |
Amendement 35 Voorstel voor een richtlijn Artikel 2 – alinea 1 – letter g | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(g) "terroristische misdrijven", de in de artikelen 1 tot en met 4 van Kaderbesluit 2002/475/JBZ van de Raad bedoelde, volgens nationaal recht strafbare feiten; |
(g) "terroristische misdrijven", de in de artikelen 1 tot en met 4 van Kaderbesluit 2002/475/JBZ van de Raad bedoelde, volgens nationaal recht strafbare feiten, met inbegrip van personen die mogelijk reizen met als doel het plegen, plannen of voorbereiden van of deelnemen aan terreurdaden of het verzorgen van of deelnemen aan terroristische trainingen; |
Amendement 36 Voorstel voor een richtlijn Artikel 2 – lid 1 – letter h | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(h) "zware criminaliteit", de in artikel 2, lid 2, van Kaderbesluit 2002/584/JBZ van de Raad bedoelde, volgens nationaal recht strafbare feiten, indien daarop in het nationale recht van een lidstaat een vrijheidsstraf of een tot vrijheidsbeneming strekkende maatregel staat met een maximumduur van ten minste drie jaar, met dien verstande dat de lidstaten minder ernstige misdrijven waarvoor de verwerking van PNR-gegevens krachtens deze richtlijn, gelet op hun respectieve strafrechtsysteem, niet in overeenstemming zou zijn met het evenredigheidsbeginsel, hiervan kunnen uitsluiten; |
Schrappen |
Amendement 37 Voorstel voor een richtlijn Artikel 3 – lid 1 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
1. Elke lidstaat wijst aan een bestaande of nieuwe instantie die bevoegd is terroristische misdrijven en zware criminaliteit te voorkomen, op te sporen, te onderzoeken of te vervolgen, dan wel aan een afdeling van een dergelijke instantie, de taak toe op te treden als zijn "passagiersinformatie-eenheid", die ermee is belast de PNR-gegevens van de luchtvaartmaatschappijen te verzamelen, op te slaan en te analyseren, en het resultaat van de analyse aan de in artikel 5 bedoelde bevoegde autoriteiten mee te delen. Het personeel van de eenheid kan uit bevoegde overheidsdiensten worden gedetacheerd. |
1. Elke lidstaat wijst aan een bestaande of nieuwe instantie die bevoegd is terroristische misdrijven en zware criminaliteit te voorkomen, op te sporen, te onderzoeken of te vervolgen, dan wel aan een afdeling van een dergelijke instantie, de taak toe op te treden als zijn "passagiersinformatie-eenheid", die ermee is belast de PNR-gegevens van de luchtvaartmaatschappijen te verzamelen, op te slaan en te analyseren, en het resultaat van de analyse aan de in artikel 5 bedoelde bevoegde autoriteiten mee te delen. Het personeel van de eenheid moet bestaan uit personen wier integriteit en bekwaamheid is aangetoond en die uit bevoegde overheidsdiensten kunnen worden gedetacheerd. |
Amendement 38 Voorstel voor een richtlijn Artikel 4 – lid 1 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
1. De PNR-gegevens die luchtvaartmaatschappijen overeenkomstig artikel 6 doorgeven voor internationale vluchten die aankomen op of vertrekken van het grondgebied van een bepaalde lidstaat, worden door de passagiersinformatie-eenheid van die lidstaat verzameld. Indien de door luchtvaartmaatschappijen doorgegeven PNR-gegevens andere dan de in bijlage vermelde gegevens bevatten, wist de passagiersinformatie-eenheid deze gegevens onmiddellijk na ontvangst. |
1. De PNR-gegevens die luchtvaartmaatschappijen en marktdeelnemers die geen luchtvaartmaatschappij zijn overeenkomstig artikel 6 doorgeven voor internationale vluchten die aankomen op of vertrekken van het grondgebied van een bepaalde lidstaat, worden door de passagiersinformatie-eenheid van die lidstaat verzameld. Indien de door luchtvaartmaatschappijen en marktdeelnemers die geen luchtvaartmaatschappij zijn doorgegeven PNR-gegevens andere dan de in bijlage vermelde gegevens bevatten, wist de passagiersinformatie-eenheid deze gegevens onmiddellijk na ontvangst. |
Amendement 39 Voorstel voor een richtlijn Artikel 4 – lid 1 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
1. De PNR-gegevens die luchtvaartmaatschappijen overeenkomstig artikel 6 doorgeven voor internationale vluchten die aankomen op of vertrekken van het grondgebied van een bepaalde lidstaat, worden door de passagiersinformatie-eenheid van die lidstaat verzameld. Indien de door luchtvaartmaatschappijen doorgegeven PNR-gegevens andere dan de in bijlage vermelde gegevens bevatten, wist de passagiersinformatie-eenheid deze gegevens onmiddellijk na ontvangst. |
1. De PNR-gegevens die luchtvaartmaatschappijen overeenkomstig artikel 6 doorgeven voor internationale vluchten die aankomen op of vertrekken van het grondgebied van een bepaalde lidstaat, worden door de passagiersinformatie-eenheid van die lidstaat verzameld. Luchtvaartmaatschappijen en marktdeelnemers die geen luchtvaartmaatschappij zijn geven de passagiersinformatie-eenheid geen gevoelige gegevens door zoals geslacht, huidskleur, etnische of sociale afkomst, genetische kenmerken, taal, religieuze, politieke of levensbeschouwelijke overtuiging, vakbondslidmaatschap, het behoren tot een nationale minderheid, vermogen, geboorte, invaliditeit, leeftijd, gezondheid of seksleven van de betrokkene. Indien de doorgegeven PNR-gegevens dergelijke gegevens of andere dan de in de uitputtende lijst in de bijlage vermelde gegevens bevatten, wist de passagiersinformatie-eenheid deze gegevens onmiddellijk na ontvangst. |
Amendement 40 Voorstel voor een richtlijn Artikel 4 – lid 1 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
1. De PNR-gegevens die luchtvaartmaatschappijen overeenkomstig artikel 6 doorgeven voor internationale vluchten die aankomen op of vertrekken van het grondgebied van een bepaalde lidstaat, worden door de passagiersinformatie-eenheid van die lidstaat verzameld. Indien de door luchtvaartmaatschappijen doorgegeven PNR-gegevens andere dan de in bijlage vermelde gegevens bevatten, wist de passagiersinformatie-eenheid deze gegevens onmiddellijk na ontvangst. |
1. De PNR-gegevens die luchtvaartmaatschappijen overeenkomstig artikel 6 doorgeven voor internationale vluchten die aankomen op of vertrekken van het grondgebied van een bepaalde lidstaat, worden uitsluitend door de passagiersinformatie-eenheid van die lidstaat verzameld. Indien de door luchtvaartmaatschappijen doorgegeven PNR-gegevens andere dan de in bijlage vermelde gegevens bevatten, wist de passagiersinformatie-eenheid deze gegevens onmiddellijk na ontvangst. |
Motivering | |
Het woord "uitsluitend" moet worden ingevoegd om ervoor te zorgen dat niet alle bevoegde autoriteiten die PNR-gegevens mogen opvragen (uit hoofde van artikel 5) deze van de luchtvaartmaatschappijen ontvangen. | |
Amendement 41 Voorstel voor een richtlijn Artikel 4 – lid 2 – letter a | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(a) het beoordelen van de passagiers vóór hun geplande aankomst in of vertrek uit de lidstaat, om te bepalen welke personen betrokken zouden kunnen zijn bij een terroristisch misdrijf of bij zware transnationale criminaliteit en het voorwerp moeten uitmaken van nader onderzoek door de in artikel 5 bedoelde bevoegde autoriteiten van de lidstaten. Bij een dergelijke beoordeling kan de passagiersinformatie-eenheid de PNR-gegevens routinematig toetsen aan vooraf bepaalde criteria. De lidstaten zorgen ervoor dat, indien de automatische verwerking een overeenstemming oplevert, per geval op niet-geautomatiseerde wijze wordt gecontroleerd of de in artikel 5 bedoelde bevoegde autoriteit actie moet ondernemen; |
(a) het beoordelen van de passagiers vóór hun geplande aankomst in of vertrek uit de lidstaat, om te bepalen welke personen betrokken zouden kunnen zijn bij een terroristisch misdrijf of bij zware transnationale criminaliteit, met inbegrip van individuen die mogelijk reizen met het oog op het plegen, plannen of voorbereiden van, dan wel het deelnemen aan terroristische daden, of het verstrekken of ontvangen van terroristische training, en het voorwerp moeten uitmaken van nader onderzoek door de in artikel 5 bedoelde bevoegde autoriteiten van de lidstaten. Bij een dergelijke beoordeling kan de passagiersinformatie-eenheid de PNR-gegevens routinematig toetsen aan vooraf bepaalde criteria. De lidstaten zorgen ervoor dat, indien de automatische verwerking een overeenstemming oplevert, per geval op niet-geautomatiseerde wijze wordt gecontroleerd of de in artikel 5 bedoelde bevoegde autoriteit actie moet ondernemen; |
Amendement 42 Voorstel voor een richtlijn Artikel 4 – lid 2 – letter b | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(b) het beoordelen van de passagiers vóór hun geplande aankomst in of vertrek uit de lidstaat, om te bepalen welke personen betrokken zouden kunnen zijn bij een terroristisch misdrijf of bij zware criminaliteit en het voorwerp moeten uitmaken van nader onderzoek door de in artikel 5 bedoelde bevoegde autoriteiten van de lidstaten. Bij een dergelijke beoordeling kan de passagiersinformatie-eenheid de PNR-gegevens vergelijken met relevante databases, met inbegrip van internationale of nationale databases, of nationale, op basis van het EU-recht gemaakte spiegelbestanden van EU-databases over personen of voorwerpen die worden gezocht of die gesignaleerd zijn, zulks met inachtneming van de Europese, internationale en nationale regels welke op die bestanden van toepassing zijn. De lidstaten zorgen ervoor dat, indien de automatische verwerking een overeenstemming oplevert, per geval op niet-geautomatiseerde wijze wordt gecontroleerd of de in artikel 5 bedoelde bevoegde autoriteit actie moet ondernemen; |
(b) het beoordelen van de passagiers vóór hun geplande aankomst in of vertrek uit de lidstaat, om te bepalen welke personen betrokken zouden kunnen zijn bij een terroristisch misdrijf of bij zware criminaliteit, met inbegrip van individuen die mogelijk reizen met het oog op het plegen, plannen of voorbereiden van, dan wel het deelnemen aan terroristische daden, of het verstrekken of ontvangen van terroristische training, en het voorwerp moeten uitmaken van nader onderzoek door de in artikel 5 bedoelde bevoegde autoriteiten van de lidstaten. Bij een dergelijke beoordeling kan de passagiersinformatie-eenheid de PNR-gegevens vergelijken met relevante databases, met inbegrip van internationale of nationale databases, of nationale, op basis van het EU-recht gemaakte spiegelbestanden van EU-databases over personen of voorwerpen die worden gezocht of die gesignaleerd zijn, zulks met inachtneming van de Europese, internationale en nationale regels welke op die bestanden van toepassing zijn. De lidstaten zorgen ervoor dat, indien de automatische verwerking een overeenstemming oplevert, per geval op niet-geautomatiseerde wijze wordt gecontroleerd of de in artikel 5 bedoelde bevoegde autoriteit actie moet ondernemen; |
Amendement 43 Voorstel voor een richtlijn Artikel 4 – lid 3 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
3. Het beoordelen van de passagiers vóór hun geplande aankomst in of vertrek uit de lidstaat, zoals bedoeld in lid 2, onder a), wordt op niet-discriminerende wijze verricht op grond van de door de passagiersinformatie-eenheid vastgestelde beoordelingscriteria. De lidstaten zorgen ervoor dat de beoordelingscriteria door de passagiersinformatie-eenheid worden vastgesteld, in samenwerking met de in artikel 5 bedoelde bevoegde autoriteiten. De beoordelingscriteria mogen onder geen beding gebaseerd zijn op ras, etnische afstamming, religieuze, levensbeschouwelijke of politieke overtuiging, vakbondslidmaatschap, gezondheid of seksleven van de betrokkene. |
3. Het beoordelen van de passagiers vóór hun geplande aankomst in of vertrek uit de lidstaat, zoals bedoeld in lid 2, onder a), wordt op niet-discriminerende wijze verricht op grond van de door de passagiersinformatie-eenheid vastgestelde beoordelingscriteria. De lidstaten zorgen ervoor dat de beoordelingscriteria door de passagiersinformatie-eenheid worden vastgesteld, in samenwerking met de in artikel 5 bedoelde bevoegde autoriteiten. De beoordelingscriteria mogen onder geen beding gebaseerd zijn op geslacht, huidskleur, etnische of sociale afstamming, genetische kenmerken, taal, religieuze, levensbeschouwelijke of politieke overtuiging, vakbondslidmaatschap, het behoren tot een nationale minderheid, vermogen, geboorte, invaliditeit, leeftijd, gezondheid of seksleven van de betrokkene. |
Amendement 44 Voorstel voor een richtlijn Artikel 5 – lid 6 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
6. De bevoegde autoriteiten van de lidstaten nemen uitsluitend op grond van de geautomatiseerde verwerking van de PNR-gegevens geen besluiten die voor de betrokkene nadelige juridische of andere ingrijpende gevolgen hebben. Een dergelijk besluit wordt niet gebaseerd op ras, etnische afstamming, religieuze, levensbeschouwelijke of politieke overtuiging, vakbondslidmaatschap, gezondheid of seksleven van de betrokkene. |
6. De bevoegde autoriteiten van de lidstaten nemen uitsluitend op grond van de geautomatiseerde verwerking van de PNR-gegevens geen besluiten die voor de betrokkene nadelige juridische of andere gevolgen hebben. Een dergelijk besluit wordt niet gebaseerd op geslacht, huidskleur, etnische of sociale afstamming, genetische kenmerken, taal, religieuze, levensbeschouwelijke of politieke overtuiging, vakbondslidmaatschap, het behoren tot een nationale minderheid, vermogen, geboorte, invaliditeit, leeftijd, gezondheid of seksleven van de betrokkene. |
Amendement 45 Voorstel voor een richtlijn Artikel 6 – titel | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
Verplichtingen van de luchtvaartmaatschappijen |
Verplichtingen van de luchtvaartmaatschappijen en de marktdeelnemers die geen luchtvaartmaatschappij zijn |
Amendement 46 Voorstel voor een richtlijn Artikel 6 – lid 1 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
1. De lidstaten treffen de nodige maatregelen om ervoor te zorgen dat de luchtvaartmaatschappijen de in artikel 2, onder c), omschreven en in de bijlage vermelde PNR-gegevens verzenden naar de database van de nationale passagiersinformatie-eenheid van de lidstaat op het grondgebied waarvan de internationale vlucht aankomt of vertrekt (de "push"-methode). Bij een internationale vlucht die een code-sharingvlucht van twee of meer luchtvaartmaatschappijen is, rust de verplichting om de PNR-gegevens van alle passagiers door te geven op de maatschappij die de vlucht uitvoert. Omvat een vlucht één of meer tussenlandingen op luchthavens van meerdere lidstaten, dan geven de luchtvaartmaatschappijen de PNR-gegevens door aan de passagiersinformatie-eenheden van alle betrokken lidstaten. |
1. De lidstaten treffen de nodige maatregelen om ervoor te zorgen dat de luchtvaartmaatschappijen en de marktdeelnemers die geen luchtvaartmaatschappij zijn de in artikel 2, onder c), omschreven en in de bijlage vermelde PNR-gegevens verzenden naar de database van de nationale passagiersinformatie-eenheid van de lidstaat op het grondgebied waarvan de internationale vlucht aankomt of vertrekt (de "push"-methode). Bij een internationale vlucht die een code-sharingvlucht van twee of meer luchtvaartmaatschappijen is, rust de verplichting om de PNR-gegevens van alle passagiers door te geven op de maatschappij die de vlucht uitvoert. Omvat een vlucht één of meer tussenlandingen op luchthavens van meerdere lidstaten, dan geven de luchtvaartmaatschappijen de PNR-gegevens door aan de passagiersinformatie-eenheden van alle betrokken lidstaten. |
Amendement 47 Voorstel voor een richtlijn Artikel 6 – lid 1 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
1. De lidstaten treffen de nodige maatregelen om ervoor te zorgen dat de luchtvaartmaatschappijen de in artikel 2, onder c), omschreven en in de bijlage vermelde PNR-gegevens verzenden naar de database van de nationale passagiersinformatie-eenheid van de lidstaat op het grondgebied waarvan de internationale vlucht aankomt of vertrekt (de "push"-methode). Bij een internationale vlucht die een code-sharingvlucht van twee of meer luchtvaartmaatschappijen is, rust de verplichting om de PNR-gegevens van alle passagiers door te geven op de maatschappij die de vlucht uitvoert. Omvat een vlucht één of meer tussenlandingen op luchthavens van meerdere lidstaten, dan geven de luchtvaartmaatschappijen de PNR-gegevens door aan de passagiersinformatie-eenheden van alle betrokken lidstaten. |
1. De lidstaten treffen de nodige maatregelen om ervoor te zorgen dat de luchtvaartmaatschappijen de in artikel 2, onder c), omschreven en in de bijlage vermelde PNR-gegevens die in hun normale bedrijfsvoering worden verzameld, verzenden naar de database van de nationale passagiersinformatie-eenheid van de lidstaat op het grondgebied waarvan de internationale vlucht aankomt of vertrekt (de "push"-methode). Bij een internationale vlucht die een code-sharingvlucht van twee of meer luchtvaartmaatschappijen is, rust de verplichting om de PNR-gegevens van alle passagiers door te geven op de maatschappij die de vlucht uitvoert. Omvat een vlucht één of meer tussenlandingen op luchthavens van meerdere lidstaten, dan geven de luchtvaartmaatschappijen de PNR-gegevens door aan de passagiersinformatie-eenheden van alle betrokken lidstaten. |
Amendement 48 Voorstel voor een richtlijn Artikel 6 – lid 1 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
1 bis. Ten aanzien van luchtvaartmaatschappijen en marktdeelnemers die geen luchtvaartmaatschappij zijn die op voorhand af te geven passagiersgegevens (API-gegevens) in de zin van punt 18 van bijlage 1 van deze richtlijn hebben verzameld, maar deze gegevens niet als PNR-gegevens bewaren, nemen de lidstaten de nodige maatregelen om ervoor te zorgen dat de luchtvaartmaatschappijen en de marktdeelnemers die geen luchtvaartmaatschappij zijn die gegevens tevens doorgeven aan de passagiersinformatie-eenheid van de in lid 1 bedoelde lidstaat. In het geval van een dergelijke doorgifte zijn alle bepalingen van deze richtlijn op die API-gegevens van toepassing, als golden het PNR-gegevens. |
Amendement 49 Voorstel voor een richtlijn Artikel 6 – lid 2 – inleidende formule | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
2. De PNR-gegevens worden door de luchtvaartmaatschappijen langs elektronische weg verstrekt, waarbij zij gebruikmaken van de gemeenschappelijke protocollen en de ondersteunde dataformaten die volgens de procedure van de artikelen 13 en 14 worden vastgesteld, of, in geval van technische storing, van andere passende middelen die een passend niveau van gegevensbeveiliging garanderen: |
2. De PNR-gegevens worden door de luchtvaartmaatschappijen en de marktdeelnemers die geen luchtvaartmaatschappij zijn langs elektronische weg verstrekt, waarbij zij gebruikmaken van de gemeenschappelijke protocollen en de ondersteunde dataformaten die volgens de procedure van de artikelen 13 en 14 worden vastgesteld, of, in geval van technische storing, van andere passende middelen die een passend niveau van gegevensbeveiliging garanderen: |
Amendement 50 Voorstel voor een richtlijn Artikel 6 – lid 2 – letter a | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(a) eenmaal 24 tot 48 uur vóór de geplande vertrektijd van de vlucht; |
(Niet van toepassing op de Nederlandse versie.) |
Amendement 51 Voorstel voor een richtlijn Artikel 6 – lid 2– letter b | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(b) eenmaal onmiddellijk na beëindiging van het inchecken, dat wil zeggen wanneer de passagiers aan boord zijn gegaan van het vliegtuig dat klaarstaat voor vertrek en er geen passagiers meer aan boord kunnen gaan. |
(Niet van toepassing op de Nederlandse versie.) |
Amendement 52 Voorstel voor een richtlijn Artikel 6 – lid 3 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
3. De lidstaten kunnen de luchtvaartmaatschappijen toestaan om de in lid 2, onder b), bedoelde doorgifte te beperken tot wijzigingen van de in lid 2, onder a), bedoelde doorgifte. |
3. De lidstaten kunnen de luchtvaartmaatschappijen en de marktdeelnemers die geen luchtvaartmaatschappij zijn toestaan om de in lid 2, onder b), bedoelde doorgifte te beperken tot wijzigingen van de in lid 2, onder a), bedoelde doorgifte. |
Amendement 53 Voorstel voor een richtlijn Artikel 6 – lid 4 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
4. Op incidentele basis en ingaand op een verzoek dat een passagiersinformatie-eenheid op grond van haar nationale recht doet, verstrekken luchtvaartmaatschappijen PNR-gegevens vóór de in lid 2, onder a), vermelde termijn, wanneer dit noodzakelijk is om te kunnen helpen reageren op een specifiek en daadwerkelijk gevaar in verband met terroristische misdrijven of zware criminaliteit. |
4. Op incidentele basis en ingaand op een verzoek dat een passagiersinformatie-eenheid op grond van haar nationale recht doet, verstrekken luchtvaartmaatschappijen en marktdeelnemers die geen luchtvaartmaatschappij zijn PNR-gegevens vóór de in lid 2, onder a), vermelde termijn, wanneer dit noodzakelijk is om te kunnen helpen reageren op een specifiek en daadwerkelijk gevaar in verband met terroristische misdrijven of zware criminaliteit. |
Amendement 54 Voorstel voor een richtlijn Artikel 6 – lid 4 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
4. Op incidentele basis en ingaand op een verzoek dat een passagiersinformatie-eenheid op grond van haar nationale recht doet, verstrekken luchtvaartmaatschappijen PNR-gegevens vóór de in lid 2, onder a), vermelde termijn, wanneer dit noodzakelijk is om te kunnen helpen reageren op een specifiek en daadwerkelijk gevaar in verband met terroristische misdrijven of zware criminaliteit. |
4. Op incidentele basis en ingaand op een verzoek dat een passagiersinformatie-eenheid op grond van haar nationale recht doet, verstrekken luchtvaartmaatschappijen PNR-gegevens vóór de in lid 2, onder a), vermelde termijn, wanneer dit noodzakelijk is om te kunnen helpen reageren op een specifiek en daadwerkelijk gevaar in verband met terroristische misdrijven of zware transnationale criminaliteit. |
Amendement 55 Voorstel voor een richtlijn Artikel 6 – lid 4 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
4. Op incidentele basis en ingaand op een verzoek dat een passagiersinformatie-eenheid op grond van haar nationale recht doet, verstrekken luchtvaartmaatschappijen PNR-gegevens vóór de in lid 2, onder a), vermelde termijn, wanneer dit noodzakelijk is om te kunnen helpen reageren op een specifiek en daadwerkelijk gevaar in verband met terroristische misdrijven of zware criminaliteit. |
(Niet van toepassing op de Nederlandse versie.) |
Amendement 56 Voorstel voor een richtlijn Artikel 7 – lid 4 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
4. Uitsluitend in gevallen waarin dat noodzakelijk is voor het voorkomen van een onmiddellijke en ernstige bedreiging van de openbare orde, kunnen de bevoegde autoriteiten van een lidstaat rechtstreeks bij de passagiersinformatie-eenheid van een andere lidstaat de PNR-gegevens opvragen die deze overeenkomstig artikel 9, leden 1 en 2, in zijn database bewaart. Het verzoek moet betrekking hebben op een bepaald onderzoek of een bepaalde vervolging betreffende een terroristisch misdrijf of zware criminaliteit, en het moet met redenen zijn omkleed. De passagiersinformatie-eenheid willigt een dergelijk verzoek met voorrang in. In alle overige gevallen doen de bevoegde autoriteiten hun verzoek via de passagiersinformatie-eenheid van hun eigen lidstaat. |
4. Uitsluitend in gevallen waarin dat noodzakelijk is voor het voorkomen van een onmiddellijke en ernstige bedreiging van de openbare orde, kunnen de bevoegde autoriteiten van een lidstaat rechtstreeks bij de passagiersinformatie-eenheid van een andere lidstaat de PNR-gegevens opvragen die deze overeenkomstig artikel 9, leden 1 en 2, in zijn database bewaart. Het verzoek moet betrekking hebben op een bepaald onderzoek of een bepaalde vervolging betreffende een terroristisch misdrijf of zware transnationale criminaliteit, en het moet met redenen zijn omkleed. De passagiersinformatie-eenheid willigt een dergelijk verzoek met voorrang in. In alle overige gevallen doen de bevoegde autoriteiten hun verzoek via de passagiersinformatie-eenheid van hun eigen lidstaat. |
Amendement 57 Voorstel voor een richtlijn Artikel 8 – inleidende formule | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
Een lidstaat mag PNR-gegevens en de resultaten van de verwerking van PNR-gegevens enkel per geval aan een derde land doorgeven en voor zover: |
Met het oog op het belang van samenhang tussen de interne en externe aspecten van veiligheid, en om de internationale samenwerking te verbeteren, mag een lidstaat PNR-gegevens en de resultaten van de verwerking van PNR-gegevens enkel per geval aan een derde land doorgeven en voor zover: |
Amendement 58 Voorstel voor een richtlijn Artikel 8 – lid 1 – letter a | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(a) aan de voorwaarden van artikel 13 van Kaderbesluit 2008/977/JBZ is voldaan, |
Schrappen |
Amendement 59 Voorstel voor een richtlijn Artikel 8 – lid 1 – letter b | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(b) de doorgifte noodzakelijk is voor de in artikel 1, lid 2, van deze richtlijn vastgestelde doeleinden, en |
(b) de doorgifte noodzakelijk is voor de in artikel 1, lid 2, van deze richtlijn vastgestelde doeleinden, |
Amendement 60 Voorstel voor een richtlijn Artikel 8 – lid 1 – letter b | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(b) de doorgifte noodzakelijk is voor de in artikel 1, lid 2, van deze richtlijn vastgestelde doeleinden, en |
(b) de doorgifte noodzakelijk is voor en evenredig is aan de in artikel 1, lid 2, van deze richtlijn vastgestelde doeleinden, en |
Amendement 61 Voorstel voor een richtlijn Artikel 8 – lid 1 – letter b bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
(b bis) de ontvangende autoriteit in het derde land of het ontvangende internationale orgaan belast is met het voorkomen, onderzoeken, opsporen of vervolgen van internationale terreurdaden of zware transnationale misdrijven, |
Amendement 62 Voorstel voor een richtlijn Artikel 8 – lid 1 – letter b ter (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
(b ter) het verzoek van de ontvangende autoriteit in het derde land of het ontvangende internationale orgaan afhankelijk is gesteld van een gerecht of onafhankelijk bestuursorgaan waarvan het besluit ten doel heeft de toegang tot de gegevens in het derde land en het gebruik hiervan te beperken tot wat strikt noodzakelijk is voor het bereiken van de nagestreefde doelstelling, en dat ingrijpt naar aanleiding van een met redenen omkleed verzoek van die autoriteiten dat is ingediend in het kader van het voorkomen, onderzoeken, opsporen of vervolgen van internationale terreurdaden of zware transnationale misdrijven, |
Amendement 63 Voorstel voor een richtlijn Artikel 8 – lid 1 – letter b quater (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
(b quater) de lidstaat waarvan de gegevens afkomstig zijn toestemming heeft verleend voor de doorgifte met inachtneming van het nationale recht, |
Amendement 64 Voorstel voor een richtlijn Artikel 8 – lid 1 – letter b quinquies (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
(b quinquies) de bewaartermijn in het derde land of bij het internationale orgaan gebaseerd is op objectieve criteria om ervoor te zorgen dat deze beperkt is tot wat strikt noodzakelijk is, |
Amendement 65 Voorstel voor een richtlijn Artikel 8 – lid 1 – letter c | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(c) het derde land ermee instemt de gegevens alleen aan een ander derde land door te geven als dit noodzakelijk is voor de in artikel 1, lid 2, van deze richtlijn vastgestelde doeleinden en als de lidstaat hier uitdrukkelijk toestemming voor geeft. |
(c) het derde land dat de gegevens ontvangt ermee instemt de gegevens alleen aan een ander derde land door te geven als dit noodzakelijk is voor de in artikel 1, lid 2, van deze richtlijn vastgestelde doeleinden en als is voldaan aan de voorwaarden van artikel 8, onder a). |
Amendement 66 Voorstel voor een richtlijn Artikel 9 – lid 1 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
1. De lidstaten zorgen ervoor dat de door de luchtvaartmaatschappijen aan de passagiersinformatie-eenheid verstrekte PNR-gegevens bij die eenheid in een database worden bewaard gedurende een termijn van 30 dagen nadat de gegevens zijn verstrekt aan de passagiersinformatie-eenheid van de eerste lidstaat op het grondgebied waarvan de internationale vlucht aankomt of vertrekt. |
1. De lidstaten zorgen ervoor dat de door de luchtvaartmaatschappijen en de marktdeelnemers die geen luchtvaartmaatschappij zijn aan de passagiersinformatie-eenheid verstrekte PNR-gegevens bij die eenheid in een database worden bewaard gedurende een termijn van 30 dagen nadat de gegevens zijn verstrekt aan de passagiersinformatie-eenheid van de eerste lidstaat op het grondgebied waarvan de internationale vlucht aankomt of vertrekt. |
Amendement 67 Voorstel voor een richtlijn Artikel 9 – lid 1 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
1. De lidstaten zorgen ervoor dat de door de luchtvaartmaatschappijen aan de passagiersinformatie-eenheid verstrekte PNR-gegevens bij die eenheid in een database worden bewaard gedurende een termijn van 30 dagen nadat de gegevens zijn verstrekt aan de passagiersinformatie-eenheid van de eerste lidstaat op het grondgebied waarvan de internationale vlucht aankomt of vertrekt. |
1. De lidstaten zorgen ervoor dat de door de luchtvaartmaatschappijen aan de passagiersinformatie-eenheid verstrekte PNR-gegevens bij die eenheid in een database worden bewaard gedurende een termijn van 60 dagen nadat de gegevens zijn verstrekt aan de passagiersinformatie-eenheid van de eerste lidstaat op het grondgebied waarvan de internationale vlucht aankomt of vertrekt. |
Amendement 68 Voorstel voor een richtlijn Artikel 9 – lid 2 – alinea 1 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
Na het verstrijken van de in lid 1 genoemde termijn van 30 dagen na de doorgifte van de PNR-gegevens aan de passagiersinformatie-eenheid worden de gegevens bij de passagiersinformatie-eenheid bewaard voor een verdere termijn van vijf jaar. Gedurende deze termijn worden alle gegevenselementen afgeschermd waaruit de identiteit van de passagier waarop de PNR-gegevens betrekking hebben, zou kunnen worden afgeleid. Dergelijke geanonimiseerde PNR-gegevens zijn alleen toegankelijk voor een beperkt aantal personeelsleden van de passagiersinformatie-eenheid, die speciaal gemachtigd zijn om PNR-gegevens te analyseren en beoordelingscriteria te ontwikkelen overeenkomstig artikel 4, lid 2, onder d). Toegang tot de volledige PNR-gegevens wordt alleen door het hoofd van de passagiersinformatie-eenheid verleend voor de doeleinden van artikel 4, lid 2, onder c), voor zover redelijkerwijs kan worden aangenomen dat onderzoek geboden is, en naar aanleiding van een specifiek en concreet gevaar of risico, dan wel in verband met een bepaald onderzoek of een bepaalde vervolging. |
Na het verstrijken van de in lid 1 genoemde termijn van 60 dagen na de doorgifte van de PNR-gegevens aan de passagiersinformatie-eenheid worden de gegevens bij de passagiersinformatie-eenheid bewaard voor een verdere termijn van vijf jaar. Gedurende deze termijn worden alle gegevenselementen afgeschermd waaruit de identiteit van de passagier waarop de PNR-gegevens betrekking hebben, zou kunnen worden afgeleid. Dergelijke geanonimiseerde PNR-gegevens zijn alleen toegankelijk voor een beperkt aantal personeelsleden van de passagiersinformatie-eenheid, die speciaal gemachtigd zijn om PNR-gegevens te analyseren en beoordelingscriteria te ontwikkelen overeenkomstig artikel 4, lid 2, onder d). Toegang tot de volledige PNR-gegevens wordt alleen door het hoofd van de passagiersinformatie-eenheid verleend voor de doeleinden van artikel 4, lid 2, onder c), voor zover redelijkerwijs kan worden aangenomen dat onderzoek geboden is, en naar aanleiding van een specifiek en concreet gevaar of risico, dan wel in verband met een bepaald onderzoek of een bepaalde vervolging. |
Amendement 69 Voorstel voor een richtlijn Artikel 9 – lid 2 – alinea 1 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
Na het verstrijken van de in lid 1 genoemde termijn van 30 dagen na de doorgifte van de PNR-gegevens aan de passagiersinformatie-eenheid worden de gegevens bij de passagiersinformatie-eenheid bewaard voor een verdere termijn van vijf jaar. Gedurende deze termijn worden alle gegevenselementen afgeschermd waaruit de identiteit van de passagier waarop de PNR-gegevens betrekking hebben, zou kunnen worden afgeleid. Dergelijke geanonimiseerde PNR-gegevens zijn alleen toegankelijk voor een beperkt aantal personeelsleden van de passagiersinformatie-eenheid, die speciaal gemachtigd zijn om PNR-gegevens te analyseren en beoordelingscriteria te ontwikkelen overeenkomstig artikel 4, lid 2, onder d). Toegang tot de volledige PNR-gegevens wordt alleen door het hoofd van de passagiersinformatie-eenheid verleend voor de doeleinden van artikel 4, lid 2, onder c), voor zover redelijkerwijs kan worden aangenomen dat onderzoek geboden is, en naar aanleiding van een specifiek en concreet gevaar of risico, dan wel in verband met een bepaald onderzoek of een bepaalde vervolging. |
Na het verstrijken van de in lid 1 genoemde termijn van 30 dagen na de doorgifte van de PNR-gegevens aan de passagiersinformatie-eenheid worden de gegevens bij de passagiersinformatie-eenheid bewaard voor een verdere termijn van vijf jaar. Gedurende deze termijn worden alle gegevenselementen afgeschermd waaruit de identiteit van de passagier waarop de PNR-gegevens betrekking hebben, zou kunnen worden afgeleid. Dergelijke afgeschermde PNR-gegevens zijn alleen toegankelijk voor een beperkt aantal personeelsleden van de passagiersinformatie-eenheid, die speciaal gemachtigd zijn om PNR-gegevens te analyseren en beoordelingscriteria te ontwikkelen overeenkomstig artikel 4, lid 2, onder d). Toegang tot de volledige PNR-gegevens wordt alleen door het hoofd van de passagiersinformatie-eenheid verleend voor de doeleinden van artikel 4, lid 2, onder c), voor zover redelijkerwijs kan worden aangenomen dat onderzoek geboden is, en naar aanleiding van een specifiek en concreet gevaar of risico, dan wel in verband met een bepaald onderzoek of een bepaalde vervolging. |
Amendement 70 Voorstel voor een richtlijn Artikel 9 – lid 2 – alinea 2 – streepje 1 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
– naam/namen, waaronder de namen van andere passagiers in hetzelfde PNR-bestand en het aantal reizigers in één PNR-bestand dat samen reist; |
naam/namen, waaronder de namen van andere passagiers in hetzelfde PNR-bestand en van de in noodgevallen te contacteren personen, en het aantal reizigers in één PNR-bestand dat samen reist; |
Amendement 71 Voorstel voor een richtlijn Artikel 9 – lid 2 – alinea 2 – streepje 2 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
- telefoonnummers en e-mailadressen, ook van eventuele in noodgevallen te contacteren personen; |
Amendement 72 Voorstel voor een richtlijn Artikel 9 – lid 2 – alinea 2 – streepje 2 ter (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
- het "frequent flyer"-programma waar de passagier aan deelneemt en de desbetreffende code; |
Amendement 73 Voorstel voor een richtlijn Artikel 9 – lid 2 – alinea 2 – streepje 2 quater (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
- het IP-adres dat gebruikt werd voor de boeking; |
Amendement 74 Voorstel voor een richtlijn Artikel 9 – lid 3 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
3. De lidstaten zorgen ervoor dat de PNR-gegevens na het verstrijken van de in lid 2 bepaalde termijn worden gewist. Deze verplichting geldt niet wanneer specifieke PNR-gegevens zijn doorgegeven aan een bevoegde autoriteit en worden gebruikt in het kader van een strafrechtelijk onderzoek of strafvervolging; in dat geval wordt het bewaren van dergelijke gegevens door de bevoegde autoriteit geregeld door het nationale recht van de lidstaat. |
3. De lidstaten zorgen ervoor dat de PNR-gegevens na het verstrijken van de in lid 2 bepaalde termijn definitief worden gewist. Deze verplichting geldt niet wanneer specifieke PNR-gegevens zijn doorgegeven aan een bevoegde autoriteit en worden gebruikt in het kader van een strafrechtelijk onderzoek of strafvervolging; in dat geval wordt het bewaren van dergelijke gegevens door de bevoegde autoriteit geregeld door het nationale recht van de lidstaat. |
Amendement 75 Voorstel voor een richtlijn Artikel 10 – titel | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
Sancties tegen luchtvaartmaatschappijen |
Sancties tegen luchtvaartmaatschappijen en marktdeelnemers die geen luchtvaartmaatschappij zijn |
Amendement 76 Voorstel voor een richtlijn Artikel 10 – lid 1 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
De lidstaten zorgen ervoor dat in het nationale recht wordt voorzien in afschrikkende, doeltreffende en evenredige sancties, met inbegrip van geldboeten, tegen luchtvaartmaatschappijen die de volgens deze richtlijn vereiste gegevens niet verstrekken, hoewel ze die wel verzameld hebben, of de gegevens niet in het vereiste formaat verstrekken of anderszins de krachtens deze richtlijn vastgestelde nationale bepalingen overtreden. |
De lidstaten zorgen ervoor dat in het nationale recht wordt voorzien in afschrikkende, doeltreffende en evenredige sancties, met inbegrip van geldboeten, tegen luchtvaartmaatschappijen en marktdeelnemers die geen luchtvaartmaatschappij zijn die de volgens deze richtlijn vereiste gegevens niet verstrekken, hoewel ze die wel verzameld hebben, of de gegevens niet in het vereiste formaat verstrekken of anderszins de krachtens deze richtlijn vastgestelde nationale bepalingen overtreden. |
Amendement 77 Voorstel voor een richtlijn Artikel 11 – lid 3 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
3. Iedere verwerking van PNR-gegevens waaruit ras, etnische afstamming, religieuze, levensbeschouwelijke of politieke overtuiging, vakbondslidmaatschap, gezondheid of seksleven van de betrokkene blijken, is verboden. Indien de passagiersinformatie-eenheid PNR-gegevens ontvangt waaruit dergelijke informatie blijkt, dan worden deze onmiddellijk gewist. |
3. Iedere verwerking van PNR-gegevens waaruit geslacht, huidskleur, etnische of sociale afstamming, genetische kenmerken, taal, religieuze, levensbeschouwelijke of politieke overtuiging, vakbondslidmaatschap, het behoren tot een nationale minderheid, vermogen, geboorte, invaliditeit, leeftijd, gezondheid of seksleven van de betrokkene blijken, is verboden. Het is luchtvaartmaatschappijen niet toegestaan deze gegevens door te geven, maar indien de passagiersinformatie-eenheid PNR-gegevens ontvangt waaruit dergelijke informatie blijkt, dan worden deze onmiddellijk gewist. |
Amendement 78 Voorstel voor een richtlijn Artikel 11 – lid 4 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
4. Iedere verwerking van PNR-gegevens door een luchtvaartmaatschappij, iedere doorgifte van PNR-gegevens door een passagiersinformatie-eenheid en ieder verzoek van bevoegde autoriteiten of passagiersinformatie-eenheden van andere lidstaten en van derde landen, zelfs indien geweigerd, moet door de passagiersinformatie-eenheid en de bevoegde autoriteiten worden geregistreerd of gedocumenteerd, zodat kan worden gecontroleerd of de gegevensverwerking rechtmatig is, interne controle kan worden uitgeoefend en de integriteit van de gegevens en de beveiliging van de gegevensverwerking kunnen worden gewaarborgd, met name door de nationale toezichthoudende autoriteiten voor gegevensbescherming. Deze logbestanden worden gedurende een periode van vijf jaar bewaard, tenzij de onderliggende gegevens na het verstrijken van die vijf jaar nog niet overeenkomstig artikel 9, lid 3, zijn gewist; in dat laatste geval worden de logbestanden bewaard totdat de onderliggende gegevens worden gewist |
4. Iedere verwerking van PNR-gegevens door een luchtvaartmaatschappij of een marktdeelnemer die geen luchtvaartmaatschappij is, iedere doorgifte van PNR-gegevens door een passagiersinformatie-eenheid en ieder verzoek van bevoegde autoriteiten of passagiersinformatie-eenheden van andere lidstaten en van derde landen, zelfs indien geweigerd, moet door de passagiersinformatie-eenheid en de bevoegde autoriteiten worden geregistreerd of gedocumenteerd, zodat kan worden gecontroleerd of de gegevensverwerking rechtmatig is, interne controle kan worden uitgeoefend en de integriteit van de gegevens en de beveiliging van de gegevensverwerking kunnen worden gewaarborgd, met name door de nationale toezichthoudende autoriteiten voor gegevensbescherming. Deze logbestanden worden gedurende een periode van vijf jaar bewaard, tenzij de onderliggende gegevens na het verstrijken van die vijf jaar nog niet overeenkomstig artikel 9, lid 3, zijn gewist; in dat laatste geval worden de logbestanden bewaard totdat de onderliggende gegevens worden gewist. |
Amendement 79 Voorstel voor een richtlijn Artikel 11 – lid 4 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
4. Iedere verwerking van PNR-gegevens door een luchtvaartmaatschappij, iedere doorgifte van PNR-gegevens door een passagiersinformatie-eenheid en ieder verzoek van bevoegde autoriteiten of passagiersinformatie-eenheden van andere lidstaten en van derde landen, zelfs indien geweigerd, moet door de passagiersinformatie-eenheid en de bevoegde autoriteiten worden geregistreerd of gedocumenteerd, zodat kan worden gecontroleerd of de gegevensverwerking rechtmatig is, interne controle kan worden uitgeoefend en de integriteit van de gegevens en de beveiliging van de gegevensverwerking kunnen worden gewaarborgd, met name door de nationale toezichthoudende autoriteiten voor gegevensbescherming. Deze logbestanden worden gedurende een periode van vijf jaar bewaard, tenzij de onderliggende gegevens na het verstrijken van die vijf jaar nog niet overeenkomstig artikel 9, lid 3, zijn gewist; in dat laatste geval worden de logbestanden bewaard totdat de onderliggende gegevens worden gewist |
4. Iedere verwerking van PNR-gegevens, iedere doorgifte van PNR-gegevens door een passagiersinformatie-eenheid en ieder verzoek van bevoegde autoriteiten of passagiersinformatie-eenheden van andere lidstaten en van derde landen, zelfs indien geweigerd, moet door de passagiersinformatie-eenheid en de bevoegde autoriteiten worden geregistreerd of gedocumenteerd, zodat kan worden gecontroleerd of de gegevensverwerking rechtmatig is, interne controle kan worden uitgeoefend en de integriteit van de gegevens en de beveiliging van de gegevensverwerking kunnen worden gewaarborgd, met name door de nationale toezichthoudende autoriteiten voor gegevensbescherming. Deze logbestanden worden gedurende een periode van vijf jaar bewaard, tenzij de onderliggende gegevens na het verstrijken van die vijf jaar nog niet overeenkomstig artikel 9, lid 3, zijn gewist; in dat laatste geval worden de logbestanden bewaard totdat de onderliggende gegevens worden gewist. |
Amendement 80 Voorstel voor een richtlijn Artikel 11 – lid 4 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
4 bis. Voor de bescherming van alle gegevens wordt een bijzonder hoge veiligheidsnorm toegepast, die rekening houdt met de laatste ontwikkelingen binnen de vakinhoudelijke discussies over gegevensbescherming en voortdurend nieuwe kennis en inzichten meeweegt. Bij beslissingen over de toe te passen veiligheidsnorm worden economische aspecten pas in tweede instantie in aanmerking genomen. |
|
In het bijzonder wordt voorzien in het gebruik van een encryptiemethode die beantwoordt aan de huidige stand van de techniek en die: |
|
- voorkomt dat gegevensverwerkingssystemen door onbevoegden kunnen worden gebruikt, |
|
- garandeert dat de personen die bevoegd zijn om een gegevensverwerkingssysteem te gebruiken uitsluitend toegang hebben tot de gegevens waarvoor ze een toegangsbevoegdheid hebben en dat persoonsgegevens tijdens de verwerking en het gebruik en na de bewaartermijn niet door onbevoegden gelezen, gekopieerd, gewijzigd of verwijderd kunnen worden, |
|
- garandeert dat persoonsgegevens bij de elektronische overdracht of tijdens het transport of het opslaan op gegevensdragers niet door onbevoegden kunnen worden gelezen, gekopieerd, gewijzigd of verwijderd en dat kan worden gecontroleerd of vastgesteld naar welke plaatsen persoonsgegevens door overdrachtfaciliteiten zullen worden doorgegeven. |
|
Er moet worden gegarandeerd dat achteraf kan worden gecontroleerd en vastgesteld of en door wie persoonsgegevens in gegevensverwerkingssystemen zijn ingevoerd of gewijzigd of daaruit zijn verwijderd. |
|
Er moet worden gegarandeerd dat persoonsgegevens die in opdracht worden verwerkt, uitsluitend overeenkomstig de instructies van de opdrachtgever kunnen worden verwerkt. |
|
Er moet worden gegarandeerd dat persoonsgegevens beschermd zijn tegen onbedoelde vernietiging of onbedoeld verlies. |
|
Er moet worden gegarandeerd dat gegevens die voor verschillende doeleinden zijn verzameld, gescheiden verwerkt kunnen worden. |
Amendement 81 Voorstel voor een richtlijn Artikel 12 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
Artikel 12 bis |
|
Horizonbepaling |
|
1. Deze richtlijn vervalt op ...*. |
|
2. Daarnaast worden de toepassing, de gevolgen en de doeltreffendheid van deze richtlijn onderworpen aan onafhankelijke controle, beoordeling en toezicht van een of meer van de volgende entiteiten: |
|
a) het Europees Parlement; |
|
b) de Commissie; |
|
c) het in artikel 14 van deze richtlijn bedoelde comité. |
|
Deze procedure wordt afgesloten op ...**. |
|
______________ |
|
* PB: gelieve een datum in te voegen: vier jaar na de inwerkingtreding van deze richtlijn. |
|
** PB: gelieve een datum in te voegen: drie jaar na de inwerkingtreding van deze richtlijn. |
Motivering | |
De beëindiging of verlenging van de richtlijn dient pas plaats te vinden nadat de gevolgen en doeltreffendheid van de richtlijn zijn gecontroleerd en beoordeeld. | |
Amendement 82 Voorstel voor een richtlijn Artikel 13 – lid 1 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
1. De doorgifte van PNR-gegevens door luchtvaartmaatschappijen aan passagiersinformatie-eenheden geschiedt langs elektronische weg of, in geval van technische storing, op een andere passende wijze, gedurende een periode van één jaar na de vaststelling van de gemeenschappelijke protocollen en ondersteunde dataformaten overeenkomstig artikel 14. |
1. De doorgifte van PNR-gegevens door luchtvaartmaatschappijen en marktdeelnemers die geen luchtvaartmaatschappij zijn aan passagiersinformatie-eenheden geschiedt langs elektronische weg of, in geval van technische storing, op een andere passende wijze, gedurende een periode van één jaar na de vaststelling van de gemeenschappelijke protocollen en ondersteunde dataformaten overeenkomstig artikel 14. |
Amendement 83 Voorstel voor een richtlijn Artikel 13 – lid 2 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
2. Zodra de periode van één jaar na de datum van vaststelling van de gemeenschappelijke protocollen en ondersteunde dataformaten is verstreken, wordt iedere doorgifte van PNR-gegevens door een luchtvaartmaatschappij aan de passagiersinformatie-eenheid die plaatsvindt voor de doeleinden van deze richtlijn langs elektronische weg uitgevoerd, volgens veilige methoden, namelijk in de vorm van aanvaarde gemeenschappelijke protocollen voor alle doorgiften, teneinde de beveiliging van de gegevens tijdens de doorgifte te waarborgen, en in een ondersteund dataformaat, teneinde ervoor te zorgen dat de gegevens voor alle betrokken partijen leesbaar zijn. De luchtvaartmaatschappijen zijn verplicht aan de passagiersinformatie-eenheid mee te delen welk gemeenschappelijk protocol en welk dataformaat bij de gegevensverstrekking zullen worden gebruikt. |
2. Zodra de periode van één jaar na de datum van vaststelling van de gemeenschappelijke protocollen en ondersteunde dataformaten is verstreken, wordt iedere doorgifte van PNR-gegevens door een luchtvaartmaatschappij of een marktdeelnemer die geen luchtvaartmaatschappij is aan de passagiersinformatie-eenheid die plaatsvindt voor de doeleinden van deze richtlijn langs elektronische weg uitgevoerd, volgens veilige methoden, namelijk in de vorm van aanvaarde gemeenschappelijke protocollen voor alle doorgiften, teneinde de beveiliging van de gegevens tijdens de doorgifte te waarborgen, en in een ondersteund dataformaat, teneinde ervoor te zorgen dat de gegevens voor alle betrokken partijen leesbaar zijn. De luchtvaartmaatschappijen en de marktdeelnemers die geen luchtvaartmaatschappij zijn, zijn verplicht aan de passagiersinformatie-eenheid mee te delen welk gemeenschappelijk protocol en welk dataformaat zij bij de doorgifte zullen gebruiken. |
Amendement 84 Voorstel voor een richtlijn Artikel 16 – lid 1 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
De lidstaten dragen er zorg voor dat met ingang van de in artikel 15, lid 1, genoemde datum, ofwel twee jaar na de inwerkingtreding van deze richtlijn, de PNR-gegevens van ten minste 30% van alle in artikel 6, lid 1, bedoelde vluchten worden verzameld. De lidstaten dragen er zorg voor dat vanaf twee jaar na de in artikel 15 genoemde datum de PNR-gegevens van ten minste 60% van alle in artikel 6, lid 1, bedoelde vluchten worden verzameld. De lidstaten dragen er zorg voor dat vanaf vier jaar na de in artikel 15 genoemde datum de PNR-gegevens van alle in artikel 6, lid 1, bedoelde vluchten worden verzameld. |
Schrappen |
Motivering | |
Gezien het belang van het doel waarvoor PNR-gegevens worden verzameld en verwerkt, en gezien de uiteenlopende, geavanceerde en internationale aard van de dreiging, is het noodzakelijk te beschikken over een systeem dat werkt op basis van 100 % verzameling in de EU en met derde landen, wil dit systeem ten volle aan zijn doel beantwoorden. Het verzamelen van 100 % van de gegevens vermindert bovendien het risico van profilering. | |
Amendement 85 Voorstel voor een richtlijn Artikel 17 – lid 1 – letter a | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
a) in het licht van de ervaring die is opgedaan door de lidstaten die PNR-gegevens van interne vluchten verzamelen, te beoordelen of het uitvoerbaar en nodig is het toepassingsgebied van de onderhavige richtlijn uit te breiden tot interne vluchten. De Commissie dient binnen twee jaar na de in artikel 15, lid 1, genoemde datum een verslag in bij het Europees Parlement en de Raad; |
Schrappen |
Amendement 86 Voorstel voor een richtlijn Artikel 17 – lid 1– letter b | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(b) de werking van de onderhavige richtlijn te evalueren en binnen vier jaar na de in artikel 15, lid 1, genoemde datum een verslag in te dienen bij het Europees Parlement en de Raad. Deze evaluatie bestrijkt alle elementen van de onderhavige richtlijn, met bijzondere aandacht voor de overeenstemming met de beschermingsnormen voor persoonsgegevens, de lengte van de bewaartermijn en de kwaliteit van de beoordelingen. Ook de krachtens artikel 18 verzamelde statistische informatie wordt in de evaluatie opgenomen. |
(b) de werking van de onderhavige richtlijn te evalueren en binnen vier jaar na de in artikel 15, lid 1, genoemde datum een verslag in te dienen bij het Europees Parlement en de Raad. Deze evaluatie bestrijkt alle elementen van de onderhavige richtlijn, met bijzondere aandacht voor de overeenstemming met de beschermingsnormen voor persoonsgegevens, met inbegrip van gevallen waarin gegevens worden doorgegeven aan derde landen, de lengte van de bewaartermijn en de kwaliteit van de beoordelingen. Ook de krachtens artikel 18 verzamelde statistische informatie wordt in de evaluatie opgenomen. |
Amendement 87 Voorstel voor een richtlijn Artikel 17 – lid 1– letter b | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(b) de werking van de onderhavige richtlijn te evalueren en binnen vier jaar na de in artikel 15, lid 1, genoemde datum een verslag in te dienen bij het Europees Parlement en de Raad. Deze evaluatie bestrijkt alle elementen van de onderhavige richtlijn, met bijzondere aandacht voor de overeenstemming met de beschermingsnormen voor persoonsgegevens, de lengte van de bewaartermijn en de kwaliteit van de beoordelingen. Ook de krachtens artikel 18 verzamelde statistische informatie wordt in de evaluatie opgenomen. |
(b) de onderhavige richtlijn te evalueren en binnen vier jaar na de in artikel 15, lid 1, genoemde datum een verslag in te dienen bij het Europees Parlement en de Raad. Deze evaluatie moet in de eerste plaats erop gericht zijn na te gaan of het PNR-stelsel daadwerkelijk een noodzakelijke maatregel is en moet in de tweede plaats alle elementen van de onderhavige richtlijn bestrijken, met bijzondere aandacht voor de overeenstemming met de beschermingsnormen voor persoonsgegevens, de lengte van de bewaartermijn en de kwaliteit van de beoordelingen. Ook de krachtens artikel 18 verzamelde statistische informatie wordt in de evaluatie opgenomen. |
Motivering | |
Bij de evaluatie moet alleen niet de werking van de richtlijn worden beoordeeld, maar ook worden vastgesteld of het gebruik van de PNR-gegevens de vastgestelde doelstellingen dient en dus of de richtlijn bestaansrecht heeft. | |
Amendement 88 Voorstel voor een richtlijn Artikel 18 – lid 1 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
1. De lidstaten produceren statistische informatie over de aan de passagiersinformatie-eenheid verstrekte PNR-gegevens. Deze statistieken omvatten ten minste het aantal identificaties overeenkomstig artikel 4, lid 2, van personen die betrokken zouden kunnen zijn bij een terroristisch misdrijf of zware criminaliteit, en per luchtvaartmaatschappij en bestemming het aantal op grond daarvan genomen wetshandhavingsmaatregelen waarbij PNR-gegevens zijn gebruikt. |
1. De lidstaten produceren statistische informatie over de aan de passagiersinformatie-eenheid verstrekte PNR-gegevens. Deze statistieken omvatten ten minste het aantal identificaties overeenkomstig artikel 4, lid 2, van personen die betrokken zouden kunnen zijn bij een terroristisch misdrijf of zware transnationale criminaliteit, en per luchtvaartmaatschappij en bestemming het aantal op grond daarvan genomen wetshandhavingsmaatregelen waarbij PNR-gegevens zijn gebruikt. |
Amendement 89 Voorstel voor een richtlijn Artikel 19 – lid 2 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
2. Deze richtlijn doet geen afbreuk aan bestaande verplichtingen en verbintenissen van de Europese Unie op grond van bilaterale en/of multilaterale overeenkomsten met derde landen. |
2. Deze richtlijn doet geen afbreuk aan bestaande verplichtingen en verbintenissen van de Europese Unie op grond van bilaterale en/of multilaterale overeenkomsten met derde landen, maar nieuwe overeenkomsten met derde landen mogen geen bepalingen bevatten die de gegevensbescherming verlagen tot een lager niveau dan het in deze richtlijn voorziene niveau. |
Motivering | |
In eventuele PNR-overeenkomsten met derde landen moet ten minste hetzelfde beschermingsniveau als in deze richtlijn worden gewaarborgd. | |
Amendement 90 Voorstel voor een richtlijn Bijlage – titel | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
Passagiersgegevens (PNR) verzameld door luchtvaartmaatschappijen |
Passagiersgegevens (PNR) verzameld door luchtvaartmaatschappijen en marktdeelnemers die geen luchtvaartmaatschappij zijn |
PROCEDURE
Titel |
Gebruik van passagiersgegevens (EU-PNR) |
||||
Document- en procedurenummers |
COM(2011)0032 – C7-0039/2011 – 2011/0023(COD) |
||||
Commissie ten principale Datum bekendmaking |
LIBE 14.2.2011 |
|
|
|
|
Advies uitgebracht door Datum bekendmaking |
AFET 14.2.2011 |
||||
Rapporteur voor advies Datum benoeming |
Arnaud Danjean 13.1.2015 |
||||
Behandeling in de commissie |
30.3.2015 |
|
|
|
|
Datum goedkeuring |
4.5.2015 |
|
|
|
|
Uitslag eindstemming |
+: –: 0: |
41 5 10 |
|||
Bij de eindstemming aanwezige leden |
Lars Adaktusson, Michèle Alliot-Marie, Francisco Assis, Petras Auštrevičius, Bas Belder, Goffredo Maria Bettini, Mario Borghezio, Klaus Buchner, Fabio Massimo Castaldo, Lorenzo Cesa, Aymeric Chauprade, Arnaud Danjean, Mark Demesmaeker, Georgios Epitideios, Anna Elżbieta Fotyga, Eugen Freund, Michael Gahler, Sandra Kalniete, Eduard Kukan, Barbara Lochbihler, Sabine Lösing, Andrejs Mamikins, Ramona Nicole Mănescu, David McAllister, Francisco José Millán Mon, Javier Nart, Ioan Mircea Pașcu, Tonino Picula, Kati Piri, Cristian Dan Preda, Jozo Radoš, Sofia Sakorafa, Jaromír Štětina, Charles Tannock, Johannes Cornelis van Baalen, Geoffrey Van Orden |
||||
Bij de eindstemming aanwezige plaatsvervangers |
Reinhard Bütikofer, Neena Gill, Ana Gomes, Andrzej Grzyb, Liisa Jaakonsaari, Anneli Jäätteenmäki, Marek Jurek, Antonio López-Istúriz White, Norbert Neuser, Urmas Paet, Gilles Pargneaux, Soraya Post, Marietje Schaake, Renate Sommer, István Ujhelyi, Traian Ungureanu, Paavo Väyrynen, Janusz Zemke |
||||
Bij de eindstemming aanwezige plaatsvervangers (art. 200, lid 2) |
Victor Boștinaru, Jonás Fernández |
||||
ADVIES van de Commissie vervoer en toerisme (29.4.2015)
aan de Commissie burgerlijke vrijheden, justitie en binnenlandse zaken
inzake het voorstel voor een richtlijn van het Europees Parlement en de Raad betreffende het gebruik van persoonsgegevens van passagiers voor het voorkomen, opsporen, onderzoeken en vervolgen van terroristische misdrijven en zware criminaliteit
(COM(2011)0032 – C7‑0039/2011 – 2011/0023(COD))
Rapporteur voor advies: Michael Cramer
BEKNOPTE MOTIVERING
Dit voorstel van de Commissie voor een richtlijn betreffende het gebruik van persoonsgegevens van passagiers wordt ingediend, omdat ten gevolge van de inwerkingtreding van het Verdrag van Lissabon de wetgevingsprocedure voor een desbetreffend kaderbesluit is komen te vervallen.
Er is rekening gehouden met enkele punten van kritiek op het in 2008 ingediende voorstel. Er bestaan echter nog steeds aanzienlijke bezwaren tegen de noodzakelijkheid en de evenredigheid van deze maatregel, die o.a. kenbaar zijn gemaakt door de Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming[1], het Bureau van de Europese Unie voor de grondrechten[2] en de Juridische Dienst van de Raad[3]. Het voorstel moet zo worden gewijzigd dat de noodzakelijkheid en de evenredigheid vaststaan. Zoals bijvoorbeeld gebleken is uit de uitspraak van het Roemeens constitutioneel hof over de bewaring van gegevens[4], is niet gewaarborgd dat Unierecht met dergelijke omstreden inbreuken in de grondrechten überhaupt in de lidstaten kan worden omgezet. Het Duitse Bundesverfassungsgericht heeft er in zijn uitspraak over de bewaring van gegevens[5] duidelijk voor gewaarschuwd dat met verdere opslagmaatregelen – ook op EU-niveau – de absolute cumulatieve grens gemakkelijk kan worden overschreden waardoor er een controlesituatie zou ontstaan, ook van volstrekt onverdachte delen van de bevolking, die in strijd is met de grondrechten.
De kosten van de analyse van de passagiersgegevens zijn aanzienlijk. De Commissie schatte in 2007 dat de invoeringskosten voor alle lidstaten eenmalig (zonder vervolgkosten) 614 833 187 EUR bedragen. Voor de EU-luchtvaartmaatschappijen (zonder luchtvaartmaatschappijen uit derde landen) zouden de invoeringskosten in totaal 11 647 116 EUR bedragen, de jaarlijkse bedrijfskosten 2 250 080 EUR bij tweemaal "pushen" per passagier.
De rapporteur stelt voor de Commissie een studie te laten verrichten naar de kosten en eventueel maatregelen voor te stellen.
Om de evenredigheid van de richtlijn te waarborgen, stelt de rapporteur voor het toepassingsgebied te beperken.
·De analyse van PNR-gegevens mag alleen worden gebruikt om terroristische misdrijven te voorkomen, op te sporen, te onderzoeken en strafrechtelijk te vervolgen. Deze terroristische misdrijven moeten nauwkeuriger worden gedefinieerd en beperkt worden tot de in artikel 1 van Kaderbesluit 2002/475/JBZ genoemde strafbare feiten. De in de artikelen 2 tot en met 4 van dit kaderbesluit genoemde strafbare feiten hoeven er niet onder vallen. Het begrip "voorkomen" (prevent) van een terroristisch misdrijf omvat sowieso de voorbereiding, organisatie enz. van zo'n misdrijf.
·Met betrekking tot de in het voorstel genoemde "zware criminaliteit" mogen passagiersgegevens niet worden geanalyseerd, omdat de definitie van "zware criminaliteit" te ruim is. Daar vallen "gewone" delicten zoals fraude ook onder, alsmede "minor offences", waarvan de analyse ook volgens de Commissie niet in overeenstemming zou zijn met het evenredigheidsbeginsel (zie artikel 2, onder h)).
·Verder zou de wijze waarop de gegevens verwerkt worden nauwkeuriger moeten worden gedefinieerd (artikel 4).
·De doorgifte van de gegevens (artikelen 7 en 8) moet worden beperkt tot de gevallen waarin dit noodzakelijk is voor het voorkomen, opsporen, onderzoeken, vervolgen van een concreet terroristisch misdrijf, en in geval van derde landen uitsluitend, wanneer de nodige garanties zijn gegeven met betrekking tot de gegevensbescherming.
·De bewaartermijn moet duidelijk worden ingekort. In de voorgestelde bewaartermijn van 30 dagen wordt rekening gehouden met de eerdergenoemde grondrechtelijke bezwaren. Die termijn zou voldoende moeten zijn voor dringende gevallen van verdenking of risicobeperking. Voor oudere gegevens kunnen de nationale instanties bij gerede verdenking te allen tijde via wettelijke procedures teruggrijpen op de bij de luchtvaartmaatschappijen of reserveringssystemen gedurende meerdere maanden opgeslagen gegevens. Daar is geen rechtsgrondslag voor nodig.
·De rechten van passagiers inzake vertrouwelijkheid en veiligheid van de gegevens, alsmede inzake toegang, het laten corrigeren, wissen of afschermen van gegevens, schadevergoeding en het aanwenden van rechtsmiddelen, moeten worden versterkt. Met name het in het kaderbesluit sterk beperkte recht inzake toegang moet worden verbeterd. De rapporteur stelt voor de op Richtlijn 95/46/EG gebaseerde nationale regels voor PNR-gegevensverwerking toe te passen, hoewel genoemde richtlijn strikt genomen niet geldt voor justitiële en politiële samenwerking van de lidstaten in strafzaken. (zie artikel 3 van die richtlijn). Ten slotte is er na de inwerkingtreding van het Verdrag van Lissabon voor deze problematiek een passende oplossing nodig voor de gegevensbescherming op de gebieden justitie en binnenlandse zaken.
·Alleen de voor de in de richtlijn gestelde doelen noodzakelijke gegevens mogen worden doorgegeven.
AMENDEMENTEN
De Commissie vervoer en toerisme verzoekt de ten principale bevoegde Commissie burgerlijke vrijheden, justitie en binnenlandse zaken onderstaande amendementen in haar verslag op te nemen:
Amendement 1 Voorstel voor een richtlijn Overweging 4 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(4) Richtlijn 2004/82/EG van de Raad van 29 april 2004 betreffende de verplichting voor vervoerders om passagiersgegevens door te geven regelt de overdracht van API-gegevens door luchtvaartmaatschappijen aan de bevoegde nationale autoriteiten ter verbetering van de grenscontroles en ter bestrijding van illegale immigratie. |
(Niet van toepassing op de Nederlandse versie.) |
Amendement 2 Voorstel voor een richtlijn Overweging 5 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(5) PNR-gegevens zijn nodig om terroristische misdrijven en zware criminaliteit doeltreffend te voorkomen, op te sporen, te onderzoeken en te vervolgen en zo de interne veiligheid te bevorderen. |
(5) PNR-gegevens kunnen een nuttig middel zijn om terroristische misdrijven en bepaalde soorten zware criminaliteit van transnationale aard doeltreffend te voorkomen, op te sporen, te onderzoeken en te vervolgen en zo de interne veiligheid te bevorderen. |
Motivering | |
"Zware transnationale criminaliteit", in het bijzonder mensenhandel en illegale handel in drugs en wapens zijn ook relevante en zware soorten criminaliteit waarvan de preventie gebaat kan zijn bij het gebruik van PNR-gegevens. Door het toepassingsgebied van de richtlijn te beperken met het schrappen van “zware criminaliteit”, is het gebruik van PNR-gegevens gericht op grensoverschrijdende misdrijven waarbij deze gegevens het meest relevant en effectief zijn. | |
Amendement 3 Voorstel voor een richtlijn Overweging 6 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(6) PNR-gegevens helpen rechtshandhavingsinstanties om zware misdrijven, waaronder terreurdaden, te voorkomen, op te sporen, te onderzoeken en te vervolgen, door deze te vergelijken met diverse databases van gezochte personen en voorwerpen, om bewijs op te bouwen en in voorkomend geval medeplichtigen van criminelen te vinden en criminele netwerken op te rollen. |
(6) PNR-gegevens kunnen rechtshandhavingsinstanties helpen om zware transnationale misdrijven, waaronder terreurdaden, te voorkomen, op te sporen, te onderzoeken en te vervolgen, door deze te vergelijken met diverse databases van gezochte personen en voorwerpen, om het noodzakelijke bewijs te vinden en in voorkomend geval medeplichtigen van criminelen te vinden en criminele netwerken op te rollen. |
Amendement 4 Voorstel voor een richtlijn Overweging 7 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(7) Rechtshandhavingsinstanties kunnen met behulp van PNR-gegevens personen identificeren die voorheen "onbekend" waren, dat wil zeggen, personen die niet eerder verdacht waren van betrokkenheid bij zware criminaliteit en terrorisme, maar volgens een analyse van de gegevens bij dergelijke activiteiten betrokken zouden kunnen zijn en derhalve nader dienen te worden onderzocht door de bevoegde autoriteiten. Door PNR-gegevens te gebruiken kunnen rechtshandhavingsinstanties het gevaar van zware criminaliteit en terrorisme aanpakken vanuit een andere invalshoek dan bij de verwerking van andere categorieën persoonsgegevens het geval is. Om te waarborgen dat de verwerking van gegevens van onschuldige en onverdachte personen zo beperkt mogelijk blijft, dienen de aspecten van het gebruik van PNR-gegevens die betrekking hebben op de vaststelling en toepassing van beoordelingscriteria, echter verder te worden beperkt tot zware misdrijven die bovendien transnationaal van aard zijn, d.w.z. misdrijven die intrinsiek verbonden zijn met reizen, en waarvoor het soort gegevens dat wordt verwerkt dus relevant is. |
Schrappen |
Motivering | |
De rapporteur stelt voor het gebruik van PNR-gegevens van alle passagiers te beperken tot het doeleinde van het voorkomen, opsporen, onderzoeken en vervolgen van terroristische misdrijven, met name door deze gegevens te vergelijken met de databases met gezochte personen (artikel 4, lid 2, onder b)) of op verzoek van de bevoegde autoriteiten in specifieke gevallen (artikel 4, lid 2, onder c)). | |
Amendement 5 Voorstel voor een richtlijn Overweging 11 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(11) Luchtvaartmaatschappijen verzamelen en verwerken de PNR-gegevens van hun passagiers reeds voor hun eigen commerciële doeleinden. Het is niet de bedoeling van deze richtlijn om de luchtvaartmaatschappijen ertoe te verplichten aanvullende gegevens bij passagiers in te winnen of deze te bewaren, en evenmin om passagiers ertoe te verplichten nog meer gegevens aan de luchtvaartmaatschappijen te verstrekken dan thans het geval is. |
(11) Luchtvaartmaatschappijen verzamelen en verwerken de PNR-gegevens van hun passagiers reeds voor hun eigen commerciële doeleinden. Het is niet de bedoeling van deze richtlijn om de luchtvaartmaatschappijen ertoe te verplichten aanvullende gegevens bij passagiers in te winnen of deze te bewaren, en evenmin om passagiers ertoe te verplichten nog meer gegevens aan de luchtvaartmaatschappijen te verstrekken dan thans het geval is. Indien luchtvaartmaatschappijen gegevens niet in hun normale bedrijfsvoering voor commerciële doeleinden verzamelen, moet van hen niet worden verlangd dat zij procedures ontwikkelen om dergelijke gegevens te verzamelen. |
Amendement 6 Voorstel voor een richtlijn Overweging 12 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(12) De definitie van terroristische misdrijven dient te worden ontleend aan de artikelen 1 tot en met 4 van Kaderbesluit 2002/475/JBZ inzake terrorismebestrijding. De definitie van zware criminaliteit dient te worden gebaseerd op artikel 2 van Kaderbesluit 2002/584/JBZ van de Raad van 13 juni 2002 betreffende het Europees aanhoudingsbevel en de procedure van overlevering tussen de lidstaten. Hiervan mogen de lidstaten minder ernstige misdrijven waarvoor de verwerking van PNR-gegevens krachtens deze richtlijn, gelet op hun respectieve strafrechtsysteem, niet in overeenstemming zou zijn met het evenredigheidsbeginsel, echter uitsluiten. De definitie van transnationale criminaliteit dient te worden ontleend aan artikel 2 van Kaderbesluit 2002/584/JBZ van de Raad en het Verdrag van de Verenigde Naties inzake grensoverschrijdende georganiseerde misdaad. |
(12) De definitie van terroristische misdrijven dient te worden ontleend aan de artikelen 1 tot en met 4 van Kaderbesluit 2002/475/JBZ inzake terrorismebestrijding. De definitie van zware transnationale criminaliteit dient te worden gebaseerd op artikel 2 van Kaderbesluit 2002/584/JBZ van de Raad en het Verdrag van de Verenigde Naties tegen grensoverschrijdende georganiseerde misdaad. Hiervan moeten de lidstaten misdrijven waarvoor de verwerking van PNR-gegevens krachtens deze richtlijn, gelet op hun respectieve strafrechtsysteem, niet in overeenstemming zou zijn met het evenredigheidsbeginsel, uitsluiten. |
Amendement 7 Voorstel voor een richtlijn Overweging 14 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(14) De lijsten van opgevraagde PNR-gegevens die de passagiersinformatie-eenheden worden verkregen, dienen zo te worden opgesteld dat wordt tegemoetgekomen aan de legitieme behoeften van de overheid in verband met het voorkomen, opsporen, onderzoeken en vervolgen van terroristische misdrijven en zware criminaliteit, teneinde de interne veiligheid van de EU te bevorderen, en anderzijds de bescherming van de grondrechten van de burgers, en met name het recht op eerbiediging van het privéleven en op bescherming van persoonsgegevens, wordt gewaarborgd. Deze lijsten behoren geen persoonsgegevens te bevatten waaruit de raciale of etnische afkomst, de politieke opvattingen, de godsdienstige of levensbeschouwelijke overtuiging of het lidmaatschap van een vakvereniging blijkt, of die de gezondheid of het seksleven van de betrokken persoon betreffen. De PNR-gegevens dienen details over de reservering en de reisroute van de passagier te bevatten die de bevoegde autoriteiten in staat stellen te bepalen welke vliegpassagiers een risico voor de interne veiligheid vormen. |
(14) De PNR-gegevens die door de in de bijlage bij deze richtlijn genoemde passagiersinformatie-eenheden worden verkregen, dienen zo te worden opgesteld dat wordt tegemoetgekomen aan de legitieme behoeften van de overheid in verband met het voorkomen, opsporen, onderzoeken en vervolgen van terroristische misdrijven en zware criminaliteit, teneinde de interne veiligheid van de EU te bevorderen, en anderzijds de bescherming van de grondrechten van personen, en met name het recht op eerbiediging van het privéleven en op bescherming van persoonsgegevens, wordt gewaarborgd. Deze gegevens behoren geen persoonsgegevens te bevatten waaruit de raciale of etnische afkomst, de politieke opvattingen, de godsdienstige of levensbeschouwelijke overtuiging of het lidmaatschap van een vakvereniging blijkt, of die de gezondheid of het seksleven van de betrokken persoon betreffen. De PNR-gegevens dienen details over de reservering en de reisroute van de passagier te bevatten die de bevoegde autoriteiten in staat stellen te bepalen welke vliegpassagiers een risico voor de interne veiligheid vormen. |
Motivering | |
Het woord "required" in de Engelse versie kan tot verwarring leiden, aangezien luchtvaartmaatschappijen de passagiersgegevens verzamelen waar zij naar vragen bij de normale ontplooiing van hun activiteiten. Zij moeten niet verplicht worden aanvullende passagiersgegevens te verzamelen of op te slaan, en evenmin kunnen de passagiers verplicht worden meer gegevens te verschaffen dan die welke normaal door de luchtvaartmaatschappijen gevraagd worden bij de ontplooiing van hun activiteiten. | |
Amendement 8 Voorstel voor een richtlijn Overweging 15 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(15) Er zijn op dit moment twee methoden voor de doorgifte van gegevens beschikbaar: de "pull-methode", waarbij de bevoegde autoriteiten van de staat die de gegevens opvraagt, toegang krijgen tot het boekingssysteem van de luchtvaartmaatschappij en uit het systeem een kopie van de benodigde gegevens kunnen halen ("pull"), en de "push-methode", waarbij de luchtvaartmaatschappijen de benodigde PNR-gegevens aan de verzoekende autoriteit doorgeven ("push") en de luchtvaartmaatschappijen dus controle houden over welke gegevens er worden verstrekt. De algemene opvatting is dat de "push-methode" een hogere mate van gegevensbescherming biedt en deze methode dient dan ook voor alle luchtvaartmaatschappijen verplicht te worden gesteld. |
(15) Er zijn op dit moment twee methoden voor de doorgifte van gegevens beschikbaar: de "pull-methode", waarbij de bevoegde autoriteiten van de staat die de gegevens opvraagt, toegang krijgen tot het boekingssysteem van de luchtvaartmaatschappij en uit het systeem een kopie van de benodigde gegevens kunnen halen ("pull"), en de "push-methode", waarbij de luchtvaartmaatschappijen PNR-gegevens aan de verzoekende autoriteit doorgeven ("push") en de luchtvaartmaatschappijen dus controle houden over welke gegevens er worden verstrekt. De "push-methode", die een hogere mate van gegevensbescherming biedt, dient twee jaar na inwerkingtreding van de richtlijn verplicht te worden gesteld voor alle luchtvaartmaatschappijen die al PNR-gegevens voor commerciële doeleinden verzamelen en verwerken en internationale vluchten uitvoeren naar of van het grondgebied van de lidstaten. Indien PNR-gegevens door gebruikers van geautomatiseerde boekingssystemen (CRS) worden gehanteerd, is de gedragscode voor geautomatiseerde boekingssystemen (Verordening (EG) nr. 80/2999 van het Europees Parlement en de Raad) van toepassing. |
Amendement 9 Voorstel voor een richtlijn Overweging 17 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(17) De lidstaten dienen alle nodige maatregelen te nemen om luchtvaartmaatschappijen in staat te stellen hun uit deze richtlijn voortvloeiende verplichtingen na te komen. Voor luchtvaartmaatschappijen die niet voldoen aan hun verplichtingen inzake de doorgifte van PNR-gegevens dienen de lidstaten te voorzien in afschrikkende, doeltreffende en evenredige sancties, met inbegrip van geldboeten. Bij herhaalde ernstige overtredingen die de basisdoelstellingen van deze richtlijn kunnen ondermijnen, kunnen deze sancties, in uitzonderlijke gevallen, maatregelen omvatten als aan de grond houden, inbeslagneming en verbeurdverklaring van het vervoermiddel, of opschorting dan wel intrekking van de exploitatievergunning. |
(17) De lidstaten dienen alle nodige maatregelen te nemen om luchtvaartmaatschappijen in staat te stellen hun uit deze richtlijn voortvloeiende verplichtingen na te komen. Voor luchtvaartmaatschappijen die niet voldoen aan hun verplichtingen inzake de doorgifte van PNR-gegevens dienen de lidstaten te voorzien in afschrikkende, doeltreffende en evenredige sancties, met inbegrip van geldboeten. |
Motivering | |
In sommige gevallen zal de verantwoordelijkheid niet bij de luchtvaartmaatschappijen liggen maar bij de derde landen die de PNR-gegevens waarover ze beschikken niet doorgeven. De sancties moeten afschrikkend, doeltreffend en proportioneel zijn, overeenkomstig de bepalingen in het eerste deel van de overweging. Daarom zou het tweede deel disproportioneel kunnen zijn of strijdig met het eerste deel, dat alle soorten sancties omvat. | |
Amendement 10 Voorstel voor een richtlijn Overweging 20 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(20) De lidstaten dienen de PNR-gegevens die zij ontvangen te delen met andere lidstaten, indien een dergelijke doorgifte nodig is voor het voorkomen, opsporen, onderzoeken of vervolgen van terroristische misdrijven of zware criminaliteit. De bepalingen van deze richtlijn mogen geen afbreuk doen aan andere EU-instrumenten voor informatie-uitwisseling tussen politiële en justitiële autoriteiten, zoals Besluit 2009/371/JBZ van de Raad van 6 april 2009 tot oprichting van de Europese politiedienst (Europol) en Kaderbesluit 2006/960/JBZ van de Raad van 18 december 2006 betreffende de vereenvoudiging van de uitwisseling van informatie en inlichtingen tussen de rechtshandhavingsinstanties van de lidstaten van de Europese Unie. Voor de uitwisseling van PNR-gegevens tussen justitiële en rechtshandhavingsautoriteiten dienen de voorschriften inzake justitiële en politiële samenwerking te gelden. |
(20) De lidstaten dienen de PNR-gegevens die zij ontvangen te delen met andere lidstaten, indien een dergelijke doorgifte nodig is voor het voorkomen, opsporen, onderzoeken of vervolgen van terroristische misdrijven of zware transnationale criminaliteit zoals in deze richtlijn gedefinieerd. De bepalingen van deze richtlijn mogen geen afbreuk doen aan andere EU-instrumenten voor informatie-uitwisseling tussen politiële en justitiële autoriteiten, zoals Besluit 2009/371/JBZ van de Raad van 6 april 2009 tot oprichting van de Europese politiedienst (Europol) en Kaderbesluit 2006/960/JBZ van de Raad van 18 december 2006 betreffende de vereenvoudiging van de uitwisseling van informatie en inlichtingen tussen de rechtshandhavingsinstanties van de lidstaten van de Europese Unie. Voor de uitwisseling van PNR-gegevens tussen justitiële en rechtshandhavingsautoriteiten dienen de voorschriften inzake justitiële en politiële samenwerking te gelden. |
Amendement 11 Voorstel voor een richtlijn Overweging 21 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(21) De bewaartermijn voor PNR-gegevens dient evenredig te zijn aan het doel, namelijk het voorkomen, opsporen, onderzoeken en vervolgen van terroristische misdrijven en zware criminaliteit. Gezien de aard van de gegevens en het gebruik ervan, dienen de PNR-gegevens lang genoeg te worden bewaard om er een analyse mee te kunnen uitvoeren en ze bij onderzoek te kunnen gebruiken. Ter voorkoming van onevenredig gebruik dienen de gegevens na een bepaalde tijd te worden geanonimiseerd en alleen onder zeer strikte en restrictieve voorwaarden toegankelijk te zijn. |
(21) De bewaartermijn voor PNR-gegevens dient evenredig te zijn aan het doel, namelijk het voorkomen, opsporen, onderzoeken en vervolgen van terroristische misdrijven en zware criminaliteit. Gezien de aard van de gegevens en het gebruik ervan, dienen de PNR-gegevens lang genoeg te worden bewaard om er een analyse mee te kunnen uitvoeren en ze bij onderzoek te kunnen gebruiken. Ter voorkoming van onevenredig gebruik dienen de gegevens na een bepaalde tijd te worden gedepersonaliseerd en alleen onder zeer strikte en restrictieve voorwaarden toegankelijk te zijn. |
Amendement 12 Voorstel voor een richtlijn Overweging 23 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(23) Voor de binnenlandse verwerking van PNR-gegevens door de passagiersinformatie-eenheid en bevoegde autoriteiten van een lidstaat dient op grond van het betreffende nationale recht een norm voor gegevensbescherming te gelden die in overeenstemming is met Kaderbesluit 2008/977/JBZ van de Raad van 27 november 2008 over de bescherming van persoonsgegevens die worden verwerkt in het kader van de politiële en justitiële samenwerking in strafzaken ("Kaderbesluit 2008/977/JBZ"). |
(23) Voor de binnenlandse verwerking van PNR-gegevens door de passagiersinformatie-eenheid en bevoegde autoriteiten van een lidstaat dient op grond van het betreffende nationale recht een norm voor gegevensbescherming te gelden die in overeenstemming is met Kaderbesluit 2008/977/JBZ van de Raad van 27 november 2008 over de bescherming van persoonsgegevens die worden verwerkt in het kader van de politiële en justitiële samenwerking in strafzaken ("Kaderbesluit 2008/977/JBZ") en met Richtlijn 95/46/EG van het Europees Parlement en de Raad van 24 oktober 1995 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrije verkeer van die gegevens1. |
|
____________ |
|
1 PB L 281 van 23.11.1995, blz.31. |
Motivering | |
Aangezien de gegevens van alle luchtvaartpassagiers worden verzameld, moet de strengste norm van gegevensbescherming worden gehanteerd. | |
Amendement 13 Voorstel voor een richtlijn Overweging 24 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(24) Gelet op het recht op de bescherming van persoonsgegevens, dienen de rechten van de betrokkenen bij de verwerking van hun PNR-gegevens, zoals het recht van toegang en het recht om gegevens te laten corrigeren, wissen of afschermen, evenals het recht op schadevergoeding en het aanwenden van rechtsmiddelen, in overeenstemming te zijn met Kaderbesluit 2008/977/JBZ. |
(24) Gelet op het recht op de bescherming van persoonsgegevens, dienen de rechten van de betrokkenen bij de verwerking van hun PNR-gegevens, zoals het recht van toegang en het recht om gegevens te laten corrigeren, wissen of afschermen, evenals het recht op schadevergoeding en het aanwenden van rechtsmiddelen, in overeenstemming te zijn met Kaderbesluit 2008/977/JBZ en Richtlijn 95/46/EG. |
Motivering | |
Aangezien de gegevens van alle luchtvaartpassagiers worden verzameld, moet de strengste norm van gegevensbescherming worden gehanteerd. | |
Amendement 14 Voorstel voor een richtlijn Overweging 25 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
(25 bis) De lidstaten dienen ervoor te zorgen dat de kosten van maatregelen voor het gebruik van PNR-gegevens niet op de passagiers worden afgewenteld. |
Amendement 15 Voorstel voor een richtlijn Overweging 28 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(28) Deze richtlijn doet geen afbreuk aan de mogelijkheid van de lidstaten om krachtens hun nationale recht en met inachtneming van de relevante gegevensbeschermingsregels, mits die nationale regels in overeenstemming zijn met het acquis van de Unie, voor binnenlandse vluchten een systeem op te zetten voor het verzamelen en verwerken van PNR-gegevens voor andere doeleinden dan de in deze richtlijn bepaalde of afkomstig van andere vervoerders dan de in deze richtlijn bepaalde. Het verzamelen van PNR-gegevens over interne vluchten dient mettertijd afzonderlijk te worden overdacht. |
Schrappen |
Motivering | |
Omwille van de rechtszekerheid van zowel de gegevensbescherming van de passagiers als de economische belangen van de luchtvaartmaatschappijen, mogen lidstaten geen andere PNR‑gegevens verzamelen dan die welke in deze richtlijn worden gedefinieerd. | |
Amendement 16 Voorstel voor een richtlijn Overweging 28 ter (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
(28 ter) De doorgifte van de gegevens moet worden beperkt tot de gevallen waarin dit noodzakelijk is voor het voorkomen en opsporen van een concreet terroristisch misdrijf en het verloop van rechtszaken en mag, wanneer er derde landen bij zijn betrokken, uitsluitend plaatsvinden indien daar gelijkwaardige waarborgen bestaan met betrekking tot de gegevensbescherming. |
Amendement 17 Voorstel voor een richtlijn Overweging 32 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(32) Zo is het toepassingsgebied van de richtlijn zo beperkt mogelijk, mogen PNR-gegevens niet langer dan vijf jaar worden bewaard (daarna moeten zij worden gewist), dienen gegevens na een bijzonder korte periode te worden geanonimiseerd en is het verboden om gevoelige gegevens te verzamelen en gebruiken. Om efficiëntie en een hoog niveau van gegevensbescherming te waarborgen, dienen de lidstaten een onafhankelijke, nationale toezichthoudende autoriteit (gegevensbeschermingsautoriteit) te belasten met de verantwoordelijkheid voor het geven van advies over en het houden van toezicht op de verwerking van PNR-gegevens. Iedere verwerking van PNR-gegevens dient te worden geregistreerd of gedocumenteerd, zodat de rechtmatigheid van de gegevensverwerking kan worden gecontroleerd, interne controle kan worden uitgeoefend en de integriteit en de beveiliging van de gegevens kunnen worden gewaarborgd. De lidstaten moeten ook waarborgen dat passagiers duidelijk en nauwkeurig worden geïnformeerd over de verzameling van PNR-gegevens en hun rechten. |
(32) Zo is het toepassingsgebied van de richtlijn zo beperkt mogelijk: PNR-gegevens mogen niet langer dan drie maanden worden bewaard, waarna zij moeten worden gewist; de gegevens dienen na een zeer korte periode te worden afgeschermd en slechts voor een zeer beperkt aantal bevoegde personeelsleden toegankelijk te zijn, en het is verboden om gevoelige gegevens te verzamelen en gebruiken. Om efficiëntie en een hoog niveau van gegevensbescherming te waarborgen, dienen de lidstaten een onafhankelijke, nationale toezichthoudende autoriteit (gegevensbeschermingsautoriteit) te belasten met de verantwoordelijkheid voor het geven van advies over en het houden van toezicht op de verwerking van PNR-gegevens. Iedere verwerking van PNR-gegevens dient te worden geregistreerd of gedocumenteerd, zodat de rechtmatigheid van de gegevensverwerking kan worden gecontroleerd, interne controle kan worden uitgeoefend en de integriteit en de beveiliging van de gegevens kunnen worden gewaarborgd. De lidstaten moeten ook waarborgen dat passagiers duidelijk en nauwkeurig worden geïnformeerd over de verzameling van PNR-gegevens en hun rechten. |
Amendement 18 Voorstel voor een richtlijn Artikel 1 – lid 2 – letter a | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
a) het voorkomen, opsporen, onderzoeken en vervolgen van terroristische misdrijven en zware criminaliteit overeenkomstig artikel 4, lid 2, onder b) en c); en |
a) het voorkomen, opsporen, onderzoeken en vervolgen van terroristische misdrijven en bepaalde soorten zware transnationale criminaliteit, zoals gedefinieerd in artikel 2 onder i), en overeenkomstig artikel 4, lid 2; |
Amendement 19 Voorstel voor een richtlijn Artikel 1 – lid 2 – letter b | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
b) het voorkomen, opsporen, onderzoeken en vervolgen van terroristische misdrijven en zware transnationale criminaliteit overeenkomstig artikel 4, lid 2, onder a) en d). |
Schrappen |
Motivering | |
Wordt behandeld in gewijzigd artikel 1, lid 2, onder a) | |
Amendement 20 Voorstel voor een richtlijn Artikel 1 – lid 2 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
2 bis. Overeenkomstig deze richtlijn verzamelde PNR-gegevens mogen niet worden verwerkt voor minder ernstige misdrijven indien daarop in het nationale recht van een lidstaat een vrijheidsstraf of een tot vrijheidsbeneming strekkende maatregel staat met een maximumduur van minder dan drie jaar. |
Amendement 21 Voorstel voor een richtlijn Artikel 1 – lid 2 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
2 bis. Deze richtlijn is niet van toepassing op vluchten binnen de Unie of op andere verkeersmiddelen dan vliegtuigen. |
Amendement 22 Voorstel voor een richtlijn Artikel 2 – alinea 1 – letter b | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
b) "internationale vlucht", iedere geregelde of niet-geregelde vlucht door een luchtvaartmaatschappij die volgens plan vanuit een derde land zal aankomen op het grondgebied van een lidstaat of zal vertrekken vanaf het grondgebied van een lidstaat met een eindbestemming in een derde land, daaronder begrepen transfer- en transitvluchten; |
b) "internationale vlucht", iedere geregelde of niet-geregelde vlucht door een luchtvaartmaatschappij die volgens plan vanuit een derde land zal aankomen op het grondgebied van een lidstaat of zal vertrekken vanaf het grondgebied van een lidstaat met een eindbestemming in een derde land; |
Motivering | |
Indien transfer- en transitvluchten zijn inbegrepen, betekent dit dat ook interne vluchten binnen de EU onder het toepassingsgebied van de richtlijn vallen. | |
1) S'agissant des vols de transfert: étant donné que les transmissions PNR concernent la totalité des vols et non les passagers, les demandes visant à inclure les vols de transfer équivalent à demander des transmissions PNR pour pratiquement tous les vols intra communautaires. 2)S'agissant des vols de transit: les données PNR sont envoyées aux autorités des aéroports d'où les passagers débarquent de vols, (et non les autorités des aéroports de transit, où par définition, les passagers "n'atterrissent" pas dans les contrôles de l'immigration). L'itinéraire d'un passager ne correspondra pas toujours au point de transit, ainsi cette clause ne permet pas de satisfaire le système des conditions de demande. | |
Amendement 23 Voorstel voor een richtlijn Artikel 2 – alinea 1 – letter c | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
c) "Passenger Name Record" of "PNR-gegevens", een bestand met de reisgegevens van iedere passagier, dat informatie bevat die de boekende en de deelnemende luchtvaartmaatschappijen nodig hebben om reserveringen te kunnen verwerken en controleren bij elke reis die door of namens iemand wordt geboekt; dit bestand kan zich bevinden in een boekingssysteem, een vertrekcontrolesysteem of een soortgelijk systeem dat dezelfde functies vervult; |
c) "Passenger Name Record" of "PNR-gegevens", een bestand met de reisgegevens van iedere passagier die door de luchtvaartmaatschappijen in hun normale bedrijfsvoering verzameld en elektronisch opgeslagen worden, dat informatie bevat die de boekende en de deelnemende luchtvaartmaatschappijen nodig hebben om reserveringen te kunnen verwerken en controleren bij elke reis die door of namens iemand wordt geboekt; dit bestand kan zich bevinden in een boekingssysteem, een vertrekcontrolesysteem of een soortgelijk systeem dat dezelfde functies vervult; |
Motivering | |
Om te voorkomen dat luchtvaartmaatschappijen worden opgezadeld met zware lasten die weer zouden worden doorberekend in de kosten voor de reizigers/consumenten. | |
Amendement 24 Voorstel voor een richtlijn Artikel 2 – alinea 1 – letter f | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
f) "push-methode", de methode waarbij de luchtvaartmaatschappij de PNR-gegevens doorgeeft aan de databank van de autoriteit die de gegevens opvraagt; |
f) "push-methode", de methode waarbij de luchtvaartmaatschappij haar in de bijlage bij deze richtlijn opgesomde, verzamelde PNR-gegevens doorgeeft aan de databank van de autoriteit die de gegevens opvraagt; |
Amendement 25 Voorstel voor een richtlijn Artikel 2 – alinea 1 – letter f bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
f bis) "pull-methode", de methode waarbij de autoriteit die de gegevens opvraagt, direct toegang krijgt tot de databank van het boekingssysteem van de luchtvaartmaatschappijen en daaruit de passagiersgegevens kan halen; |
Motivering | |
Een definitie van het "pull"-systeem lijkt niet onnodig, omdat hier in het voorstel van de Europese Commissie herhaaldelijk naar wordt verwezen. | |
Amendement 26 Voorstel voor een richtlijn Artikel 2 – alinea 1 – letter h | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
h) "zware criminaliteit", de in artikel 2, lid 2, van Kaderbesluit 2002/584/JBZ van de Raad bedoelde, volgens nationaal recht strafbare feiten, indien daarop in het nationale recht van een lidstaat een vrijheidsstraf of een tot vrijheidsbeneming strekkende maatregel staat met een maximumduur van ten minste drie jaar, met dien verstande dat de lidstaten minder ernstige misdrijven waarvoor de verwerking van PNR-gegevens krachtens deze richtlijn, gelet op hun respectieve strafrechtsysteem, niet in overeenstemming zou zijn met het evenredigheidsbeginsel, hiervan kunnen uitsluiten; |
Schrappen |
Amendement 27 Voorstel voor een richtlijn Artikel 2 – alinea 1 – letter i – inleidende formule | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
i) "zware transnationale criminaliteit", de in artikel 2, lid 2, van Kaderbesluit 2002/584/JBZ bedoelde, volgens het nationale recht strafbare feiten, indien daarop in het nationale recht van een lidstaat een vrijheidsstraf of een tot vrijheidsbeneming strekkende maatregel staat met een maximumduur van ten minste drie jaar, en indien: |
i) "zware transnationale criminaliteit", de volgende in artikel 2, lid 2, van Kaderbesluit 2002/584/JBZ bedoelde, volgens het nationale recht strafbare feiten: mensenhandel, illegale handel in verdovende middelen en illegale handel in wapens, munitie en explosieven, indien daarop in het nationale recht van een lidstaat een vrijheidsstraf of een tot vrijheidsbeneming strekkende maatregel staat met een maximumduur van ten minste drie jaar, en indien: |
Amendement 28 Voorstel voor een richtlijn Artikel 3 – lid 1 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
1. Elke lidstaat wijst aan een bestaande of nieuwe instantie die bevoegd is terroristische misdrijven en zware criminaliteit te voorkomen, op te sporen, te onderzoeken of te vervolgen, dan wel aan een afdeling van een dergelijke instantie, de taak toe op te treden als zijn "passagiersinformatie-eenheid", die ermee is belast de PNR-gegevens van de luchtvaartmaatschappijen te verzamelen, op te slaan en te analyseren, en het resultaat van de analyse aan de in artikel 5 bedoelde bevoegde autoriteiten mee te delen. Het personeel van de eenheid kan uit bevoegde overheidsdiensten worden gedetacheerd. |
1. Elke lidstaat wijst aan een bestaande of nieuwe instantie die bevoegd is terroristische misdrijven en zware transnationale criminaliteit te voorkomen, op te sporen, te onderzoeken of te vervolgen, dan wel aan een afdeling van een dergelijke instantie, de taak toe op te treden als zijn "passagiersinformatie-eenheid", die ermee is belast de PNR-gegevens van de luchtvaartmaatschappijen te verzamelen, op te slaan en te analyseren, en het resultaat van de analyse aan de in artikel 5 bedoelde bevoegde autoriteiten mee te delen. Het personeel van de eenheid kan uit bevoegde overheidsdiensten worden gedetacheerd. |
Amendement 29 Voorstel voor een richtlijn Artikel 3 – lid 3 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
3 bis. Het opslaan, verwerken en analyseren van PNR-gegevens van passagiers van internationale vluchten wordt uitsluitend op het grondgebied van de Unie verricht. Op deze procedures is derhalve de wetgeving van de Unie inzake de bescherming van persoonsgegevens van toepassing. |
Amendement 30 Voorstel voor een richtlijn Artikel 4 – lid 1 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
1 bis. De kosten voor het verzamelen, verwerken en doorgeven van PNR-gegevens worden door de lidstaten gedragen. |
Amendement 31 Voorstel voor een richtlijn Artikel 4 – lid 2 – letter a | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
a) het beoordelen van de passagiers vóór hun geplande aankomst in of vertrek uit de lidstaat, om te bepalen welke personen betrokken zouden kunnen zijn bij een terroristisch misdrijf of bij zware transnationale criminaliteit en het voorwerp moeten uitmaken van nader onderzoek door de in artikel 5 bedoelde bevoegde autoriteiten van de lidstaten. Bij een dergelijke beoordeling kan de passagiersinformatie-eenheid de PNR-gegevens routinematig toetsen aan vooraf bepaalde criteria. De lidstaten zorgen ervoor dat, indien de automatische verwerking een overeenstemming oplevert, per geval op niet-geautomatiseerde wijze wordt gecontroleerd of de in artikel 5 bedoelde bevoegde autoriteit actie moet ondernemen; |
Schrappen |
Amendement 32 Voorstel voor een richtlijn Artikel 4 – lid 2 – letter b | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
b) het beoordelen van de passagiers vóór hun geplande aankomst in of vertrek uit de lidstaat, om te bepalen welke personen betrokken zouden kunnen zijn bij een terroristisch misdrijf of bij zware criminaliteit en het voorwerp moeten uitmaken van nader onderzoek door de in artikel 5 bedoelde bevoegde autoriteiten van de lidstaten. Bij een dergelijke beoordeling kan de passagiersinformatie-eenheid de PNR-gegevens vergelijken met relevante databases, met inbegrip van internationale of nationale databases, of nationale, op basis van het EU-recht gemaakte spiegelbestanden van EU-databases over personen of voorwerpen die worden gezocht of die gesignaleerd zijn, zulks met inachtneming van de Europese, internationale en nationale regels welke op die bestanden van toepassing zijn. De lidstaten zorgen ervoor dat, indien de automatische verwerking een overeenstemming oplevert, per geval op niet-geautomatiseerde wijze wordt gecontroleerd of de in artikel 5 bedoelde bevoegde autoriteit actie moet ondernemen; |
b) het nader beoordelen - eventueel vóór hun geplande aankomst in of vertrek uit de lidstaat, door de in artikel 5 bedoelde bevoegde autoriteiten van de lidstaten - van passagiers die op feitelijke gronden verdacht worden van betrokkenheid bij een terroristisch misdrijf of bij zware transnationale criminaliteit. Bij een dergelijke beoordeling kan de passagiersinformatie-eenheid de PNR-gegevens vergelijken met relevante databases, met inbegrip van internationale of nationale databases, of nationale, op basis van het EU-recht gemaakte spiegelbestanden van EU-databases over personen of voorwerpen die worden gezocht of die gesignaleerd zijn, zulks met inachtneming van de Europese, internationale en nationale regels welke op die bestanden van toepassing zijn. De lidstaten zorgen ervoor dat, indien de automatische verwerking een overeenstemming oplevert, per geval op niet-geautomatiseerde wijze wordt gecontroleerd of de in artikel 5 bedoelde bevoegde autoriteit actie moet ondernemen; |
Amendement 33 Voorstel voor een richtlijn Artikel 4 – lid 2 – letter c | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
c) het per geval inwilligen van een met redenen omkleed verzoek van de bevoegde autoriteiten om PNR-gegevens te verstrekken, PNR-gegevens in specifieke gevallen te verwerken voor het voorkomen, opsporen, onderzoeken en vervolgen van een terroristisch misdrijf of zware criminaliteit, en de resultaten van deze verwerking aan die autoriteiten mee te delen; en |
c) het per geval inwilligen van een met redenen omkleed verzoek van de bevoegde autoriteiten om PNR-gegevens te verstrekken, PNR-gegevens in specifieke gevallen te verwerken voor het voorkomen, opsporen, onderzoeken en vervolgen van een terroristisch misdrijf of zware transnationale criminaliteit, en de resultaten van deze verwerking aan die autoriteiten mee te delen; en |
Amendement 34 Voorstel voor een richtlijn Artikel 4 – lid 2 – letter d | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
d) het analyseren van PNR-gegevens voor het bijstellen van bestaande of formuleren van nieuwe criteria voor het verrichten van beoordelingen om te bepalen welke personen betrokken zouden kunnen zijn bij een terroristisch misdrijf of zware transnationale criminaliteit als bedoeld onder punt a). |
Schrappen |
Amendement 35 Voorstel voor een richtlijn Artikel 4 – lid 3 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
3 bis. De verwerking van PNR-gegevens mag slechts op aanvraag van de passagiersinformatie-eenheid door een hiertoe bevoegd gerechtsorgaan van een lidstaat worden gelast. Enkel wanneer de passagiersinformatie-eenheid acuut gevaar signaleert ("periculum in mora"), kan daartoe ook zelf gelasten. |
Amendement 36 Voorstel voor een richtlijn Artikel 4 – lid 4 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
4. De PNR-gegevens of het resultaat van de verwerking van de PNR-gegevens van de overeenkomstig lid 2, onder a) en b), als potentieel risico aangemerkte personen worden door de passagiersinformatie-eenheid van een lidstaat voor nader onderzoek aan de bevoegde autoriteiten van die lidstaat doorgegeven. Tot die doorgifte kan alleen per geval worden besloten. |
4. De PNR-gegevens of het resultaat van de verwerking van de PNR-gegevens van de overeenkomstig lid 2, onder b) als potentieel risico aangemerkte personen worden door de passagiersinformatie-eenheid van een lidstaat voor nader onderzoek aan de bevoegde autoriteiten van die lidstaat doorgegeven. Tot die doorgifte kan alleen per geval worden besloten. |
Amendement 37 Voorstel voor een richtlijn Artikel 5 – lid 1 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
1. Elke lidstaat stelt een lijst op van de bevoegde autoriteiten die gerechtigd zijn om van de passagiersinformatie-eenheden PNR-gegevens of het resultaat van de verwerking van PNR-gegevens te vragen of te ontvangen, teneinde deze informatie nader te onderzoeken of de nodige maatregelen te treffen voor het voorkomen, opsporen, onderzoeken en vervolgen van terroristische misdrijven en zware criminaliteit. |
1. Elke lidstaat stelt een lijst op van de bevoegde autoriteiten die gerechtigd zijn om van de passagiersinformatie-eenheden PNR-gegevens of het resultaat van de verwerking van PNR-gegevens te vragen of te ontvangen, teneinde deze informatie nader te onderzoeken of de nodige maatregelen te treffen voor het voorkomen, opsporen, onderzoeken en vervolgen van terroristische misdrijven en zware transnationale criminaliteit. |
Amendement 38 Voorstel voor een richtlijn Artikel 5 – lid 2 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
2. Bevoegde autoriteiten zijn autoriteiten die bevoegd zijn terroristische misdrijven en zware criminaliteit te voorkomen, op te sporen, te onderzoeken of te vervolgen. |
2. Bevoegde autoriteiten zijn autoriteiten die bevoegd zijn terroristische misdrijven en zware transnationale criminaliteit te voorkomen, op te sporen, te onderzoeken of te vervolgen. |
Amendement 39 Voorstel voor een richtlijn Artikel 5 – lid 4 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
4. De PNR-gegevens en het resultaat van de verwerking van PNR-gegevens die de passagiersinformatie-eenheid heeft ontvangen, mogen door de bevoegde autoriteiten van de lidstaten uitsluitend met het oog op het voorkomen, opsporen, onderzoeken of vervolgen van terroristische misdrijven of zware criminaliteit verder worden verwerkt. |
4. De PNR-gegevens en het resultaat van de verwerking van PNR-gegevens die de passagiersinformatie-eenheid heeft ontvangen, mogen door de bevoegde autoriteiten van de lidstaten uitsluitend met het oog op het voorkomen, opsporen, onderzoeken of vervolgen van terroristische misdrijven of zware transnationale criminaliteit verder worden verwerkt. |
Amendement 40 Voorstel voor een richtlijn Artikel 6 – lid 1 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
1. De lidstaten treffen de nodige maatregelen om ervoor te zorgen dat de luchtvaartmaatschappijen de in artikel 2, onder c), omschreven en in de bijlage vermelde PNR-gegevens verzenden naar de database van de nationale passagiersinformatie-eenheid van de lidstaat op het grondgebied waarvan de internationale vlucht aankomt of vertrekt (de "push"-methode). Bij een internationale vlucht die een code-sharingvlucht van twee of meer luchtvaartmaatschappijen is, rust de verplichting om de PNR-gegevens van alle passagiers door te geven op de maatschappij die de vlucht uitvoert. Omvat een vlucht één of meer tussenlandingen op luchthavens van meerdere lidstaten, dan geven de luchtvaartmaatschappijen de PNR-gegevens door aan de passagiersinformatie-eenheden van alle betrokken lidstaten. |
1. De lidstaten treffen de nodige maatregelen om ervoor te zorgen dat de luchtvaartmaatschappijen die de PNR-gegevens van hun passagiers al verzamelen, de in artikel 2, onder c), omschreven en in de bijlage vermelde PNR-gegevens, voor zover die in hun normale bedrijfsvoering verzameld worden, doorgeven (d.w.z. "push") aan de database van de nationale passagiersinformatie-eenheid van de lidstaat op het grondgebied waarvan de internationale vlucht aankomt of vertrekt. Bij een internationale vlucht die een code-sharingvlucht van twee of meer luchtvaartmaatschappijen is, rust de verplichting om de PNR-gegevens van alle passagiers door te geven op de maatschappij die de vlucht uitvoert. Omvat een vlucht één of meer tussenlandingen op luchthavens van meerdere lidstaten, dan geven de luchtvaartmaatschappijen de PNR-gegevens uitsluitend door aan de passagiersinformatie-eenheid van de lidstaat op het grondgebied waarvan de vlucht definitief aankomt. |
|
1 bis. De lidstaten verlangen niet van luchtvaartmaatschappijen dat zij andere PNR-gegevens verzamelen dan die welke zij al verzamelen. De luchtvaartmaatschappijen geven geen andere PNR-gegevens door dan die welke omschreven zijn in artikel 2, onder c) en in de bijlage zijn gespecificeerd. De luchtvaartmaatschappijen zijn niet aansprakelijk voor de nauwkeurigheid en de volledigheid van gegevens die door de passagiers worden verstrekt, behalve indien zij niet de redelijke maatregelen treffen om ervoor te zorgen dat de van passagiers verkregen gegevens accuraat en juist zijn. |
2. De PNR-gegevens worden door de luchtvaartmaatschappijen langs elektronische weg verstrekt, waarbij zij gebruikmaken van de gemeenschappelijke protocollen en de ondersteunde dataformaten die volgens de procedure van de artikelen 13 en 14 worden vastgesteld, of, in geval van technische storing, van andere passende middelen die een passend niveau van gegevensbeveiliging garanderen: |
2. De PNR-gegevens worden door de luchtvaartmaatschappijen langs elektronische weg verstrekt, waarbij zij gebruikmaken van de gemeenschappelijke protocollen en de ondersteunde dataformaten die volgens de procedure van de artikelen 13 en 14 worden vastgesteld, of, in geval van technische storing bij de luchtvaartmaatschappijen, van andere passende middelen die een passend niveau van gegevensbeveiliging garanderen: |
a) eenmaal 24 tot 48 uur vóór de geplande vertrektijd van de vlucht; |
a) eenmaal 24 tot 48 uur vóór de geplande vertrektijd van de vlucht; |
en |
en |
b) eenmaal onmiddellijk na beëindiging van het inchecken, dat wil zeggen wanneer de passagiers aan boord zijn gegaan van het vliegtuig dat klaarstaat voor vertrek en er geen passagiers meer aan boord kunnen gaan. |
b) eenmaal onmiddellijk na beëindiging van het inchecken, dat wil zeggen wanneer de passagiers aan boord zijn gegaan van het vliegtuig dat klaarstaat voor vertrek en er geen passagiers meer aan boord kunnen gaan. |
3. De lidstaten kunnen de luchtvaartmaatschappijen toestaan om de in lid 2, onder b), bedoelde doorgifte te beperken tot wijzigingen van de in lid 2, onder a), bedoelde doorgifte. |
3. De lidstaten staan de luchtvaartmaatschappijen toe om de in lid 2, onder b), bedoelde doorgifte te beperken tot wijzigingen van de in lid 2, onder a), bedoelde doorgifte. |
4. Op incidentele basis en ingaand op een verzoek dat een passagiersinformatie-eenheid op grond van haar nationale recht doet, verstrekken luchtvaartmaatschappijen PNR-gegevens vóór de in lid 2, onder a), vermelde termijn, wanneer dit noodzakelijk is om te kunnen helpen reageren op een specifiek en daadwerkelijk gevaar in verband met terroristische misdrijven of zware criminaliteit. |
4. Op incidentele basis en ingaand op een verzoek dat een passagiersinformatie-eenheid op grond van haar nationale recht doet, verstrekken luchtvaartmaatschappijen PNR-gegevens vóór de in lid 2, onder a), vermelde termijn, wanneer dit noodzakelijk is om te kunnen helpen reageren op een specifiek en daadwerkelijk gevaar in verband met terroristische misdrijven of zware transnationale criminaliteit. |
Amendement 41 Voorstel voor een richtlijn Artikel 7 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
1. De lidstaten zorgen ervoor dat, voor personen die overeenkomstig artikel 4, lid 2, onder a) en b), door een passagiersinformatie-eenheid als een potentieel risico zijn aangemerkt, het resultaat van de verwerking van PNR-gegevens door die eenheid wordt overgedragen aan de passagiersinformatie-eenheid van andere lidstaten in gevallen waarin deze eerste passagiersinformatie-eenheid doorgifte noodzakelijk acht voor het voorkomen, opsporen, onderzoeken of vervolgen van terroristische misdrijven of zware criminaliteit. De passagiersinformatie-eenheden van de ontvangende lidstaten delen de PNR-gegevens of het resultaat van de verwerking van PNR-gegevens mee aan hun ter zake bevoegde autoriteiten. |
1. De lidstaten zorgen ervoor dat, voor personen die overeenkomstig artikel 4, lid 2, onder b), door een passagiersinformatie-eenheid als een potentieel risico zijn aangemerkt, het resultaat van de verwerking van PNR-gegevens door die eenheid wordt overgedragen aan de passagiersinformatie-eenheid van andere lidstaten in gevallen waarin deze eerste passagiersinformatie-eenheid doorgifte noodzakelijk acht voor het voorkomen, opsporen, onderzoeken of vervolgen van terroristische misdrijven of zware transnationale criminaliteit. Dergelijke doorgiftes zijn strikt beperkt tot de gegevens die in een specifiek geval nodig zijn met het oog op het voorkomen, opsporen, onderzoeken of vervolgen van een terroristisch misdrijf of zware transnationale criminaliteit en worden schriftelijk gemotiveerd. De passagiersinformatie-eenheden van de ontvangende lidstaten delen de PNR-gegevens of het resultaat van de verwerking van PNR-gegevens mee aan hun ter zake bevoegde autoriteiten. |
2. De passagiersinformatie-eenheid van een lidstaat heeft het recht om, in voorkomend geval, bij de passagiersinformatie-eenheid van een andere lidstaat de PNR-gegevens op te vragen die deze overeenkomstig artikel 9, lid 1, in zijn database bewaart, alsmede, in voorkomend geval, het resultaat van de verwerking van de PNR-gegevens. Het opvragen van deze gegevens kan worden gebaseerd op elk van de gegevenselementen of op een combinatie daarvan, naargelang de verzoekende passagiersinformatie-eenheid of de bevoegde autoriteit zulks in een specifiek geval nodig acht voor het voorkomen, opsporen, onderzoeken of vervolgen van terroristische misdrijven of zware criminaliteit. De passagiersinformatie-eenheden verstrekken de gevraagde gegevens zo spoedig mogelijk en verstrekken ook het resultaat van de verwerking van PNR-gegevens, als die overeenkomstig artikel 4, lid 2, onder a) en b), reeds is uitgevoerd. |
2. De passagiersinformatie-eenheid van een lidstaat heeft het recht om, in voorkomend geval, bij de passagiersinformatie-eenheid van een andere lidstaat de PNR-gegevens op te vragen die deze overeenkomstig artikel 9, lid 1, in zijn database bewaart, alsmede, in voorkomend geval, het resultaat van de verwerking van de PNR-gegevens. Het opvragen van deze gegevens is strikt beperkt tot de gegevens die in het specifieke geval nodig zijn. Het kan worden gebaseerd op elk van de gegevenselementen of op een combinatie daarvan, naargelang de verzoekende passagiersinformatie-eenheid of de bevoegde autoriteit zulks in een specifiek geval nodig acht voor het voorkomen, opsporen, onderzoeken of vervolgen van terroristische misdrijven of zware transnationale criminaliteit en wordt schriftelijk gemotiveerd. De passagiersinformatie-eenheden verstrekken de gevraagde gegevens zo spoedig mogelijk en verstrekken ook het resultaat van de verwerking van PNR-gegevens, als die overeenkomstig artikel 4, lid 2, onder b), reeds is uitgevoerd. |
3. De passagiersinformatie-eenheid van een lidstaat heeft het recht om, in voorkomend geval, bij de passagiersinformatie-eenheid van een andere lidstaat de PNR-gegevens op te vragen die deze overeenkomstig artikel 9, lid 2, in zijn database bewaart, alsmede, in voorkomend geval, het resultaat van de verwerking van de PNR-gegevens. Enkel in uitzonderlijke omstandigheden, in verband met een bepaald gevaar en of een bepaald onderzoek of bepaalde vervolging in verband met terroristische misdrijven en zware criminaliteit, kan de passagiersinformatie-eenheid de passagiersinformatie-eenheid van een andere lidstaat verzoeken om toegang tot de volledige niet-afgeschermde PNR-gegevens. |
3. De passagiersinformatie-eenheid van een lidstaat heeft het recht om, in voorkomend geval, bij de passagiersinformatie-eenheid van een andere lidstaat de PNR-gegevens op te vragen die deze overeenkomstig artikel 9, lid 2, in zijn database bewaart, alsmede, in voorkomend geval, het resultaat van de verwerking van de PNR-gegevens. Enkel in uitzonderlijke omstandigheden, in verband met een bepaald gevaar en of een bepaald onderzoek of bepaalde vervolging in verband met terroristische misdrijven en zware transnationale criminaliteit, kan de passagiersinformatie-eenheid de passagiersinformatie-eenheid van een andere lidstaat verzoeken om toegang tot de volledige niet-afgeschermde PNR-gegevens. Een dergelijk verzoek wordt schriftelijk gemotiveerd. |
4. Uitsluitend in gevallen waarin dat noodzakelijk is voor het voorkomen van een onmiddellijke en ernstige bedreiging van de openbare orde, kunnen de bevoegde autoriteiten van een lidstaat rechtstreeks bij de passagiersinformatie-eenheid van een andere lidstaat de PNR-gegevens opvragen die deze overeenkomstig artikel 9, leden 1 en 2, in zijn database bewaart. Het verzoek moet betrekking hebben op een bepaald onderzoek of een bepaalde vervolging betreffende een terroristisch misdrijf of zware criminaliteit, en het moet met redenen zijn omkleed. De passagiersinformatie-eenheid willigt een dergelijk verzoek met voorrang in. In alle overige gevallen doen de bevoegde autoriteiten hun verzoek via de passagiersinformatie-eenheid van hun eigen lidstaat. |
4. Uitsluitend in gevallen waarin dat noodzakelijk is voor het voorkomen van een onmiddellijke en ernstige bedreiging van de openbare orde, kunnen de bevoegde autoriteiten van een lidstaat rechtstreeks bij de passagiersinformatie-eenheid van een andere lidstaat de PNR-gegevens opvragen die deze overeenkomstig artikel 9, leden 1 en 2, in zijn database bewaart. Het verzoek moet betrekking hebben op een bepaald onderzoek of een bepaalde vervolging betreffende een terroristisch misdrijf of zware transnationale criminaliteit, en wordt met redenen omkleed. De passagiersinformatie-eenheid willigt een dergelijk verzoek met voorrang in. In alle overige gevallen doen de bevoegde autoriteiten hun verzoek via de passagiersinformatie-eenheid van hun eigen lidstaat. |
5. In uitzonderlijke gevallen, waarin vroegtijdige toegang noodzakelijk is om te kunnen reageren op een specifiek en daadwerkelijk gevaar dat verband houdt met het voorkomen, opsporen, onderzoeken of vervolgen van terroristische misdrijven en zware criminaliteit, heeft de passagiersinformatie-eenheid van een lidstaat het recht om de passagiersinformatie-eenheid van een andere lidstaat te verzoeken om PNR-gegevens te verstrekken van vluchten die aankomen op of vertrekken van het grondgebied van deze laatste lidstaat. |
5. In uitzonderlijke gevallen, waarin vroegtijdige toegang noodzakelijk is om te kunnen reageren op een specifiek en daadwerkelijk gevaar dat verband houdt met het voorkomen, opsporen, onderzoeken of vervolgen van terroristische misdrijven of zware transnationale criminaliteit, heeft de passagiersinformatie-eenheid van een lidstaat het recht om de passagiersinformatie-eenheid van een andere lidstaat te verzoeken om PNR-gegevens te verstrekken van vluchten die aankomen op of vertrekken van het grondgebied van deze laatste lidstaat. Dergelijke verzoeken zijn strikt beperkt tot de gegevens die in een specifiek geval nodig zijn met het oog op het voorkomen, opsporen, onderzoeken of vervolgen van een terroristisch misdrijf of zware transnationale criminaliteit en worden schriftelijk gemotiveerd. |
6. Informatie-uitwisseling krachtens dit artikel kan plaatsvinden via alle bestaande kanalen voor internationale samenwerking bij rechtshandhaving. Voor het verzoek om en de uitwisseling van informatie wordt de taal gebruikt die voor het gekozen kanaal gebruikelijk is. Wanneer de lidstaten de in artikel 3, lid 3, bedoelde kennisgeving doen, verstrekken zij de Commissie ook nadere gegevens over de contactpunten waaraan in spoedeisende gevallen verzoeken kunnen worden toegezonden. De Commissie bevestigt de ontvangst van deze kennisgevingen aan de lidstaten. |
6. Informatie-uitwisseling krachtens dit artikel kan plaatsvinden via alle bestaande kanalen voor Europese en internationale samenwerking bij rechtshandhaving, in het bijzonder Europol of de bevoegde autoriteiten in de zin van artikel 8 van Besluit 2009/371/JBZ van de Raad van 6 april 2009. Voor het verzoek om en de uitwisseling van informatie wordt de taal gebruikt die voor het gekozen kanaal gebruikelijk is. Wanneer de lidstaten de in artikel 3, lid 3, bedoelde kennisgeving doen, verstrekken zij de Commissie ook nadere gegevens over de contactpunten waaraan in spoedeisende gevallen verzoeken kunnen worden toegezonden. De Commissie bevestigt de ontvangst van deze kennisgevingen aan de lidstaten. |
Motivering | |
Persoonsgegevens van alle luchtvaartpassagiers mogen niet routinematig worden uitgewisseld. Gegevensuitwisseling moet strikt worden beperkt tot een specifiek geval om terroristische misdrijven te voorkomen, op te sporen, te onderzoeken of te vervolgen en verzoeken daartoe moeten schriftelijk worden gemotiveerd zodat ze kunnen worden geverifieerd. | |
Voor de informatie-uitwisseling moeten bestaande kanalen worden gebruikt. Daarom moet Europol uitdrukkelijk worden genoemd. | |
Amendement 42 Voorstel voor een richtlijn Artikel 8 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
Een lidstaat mag PNR-gegevens en de resultaten van de verwerking van PNR-gegevens enkel per geval aan een derde land doorgeven en voor zover: |
Een lidstaat mag PNR-gegevens en de resultaten van de verwerking van PNR-gegevens enkel per geval aan een derde land doorgeven, enkel op basis van een internationale overeenkomst tussen de Unie en dat derde land, en voor zover: |
|
- a) aan alle in artikel 7 vermelde voorwaarden mutatis mutandis is voldaan, |
a) aan de voorwaarden van artikel 13 van Kaderbesluit 2008/977/JBZ is voldaan, |
a) aan de voorwaarden van artikel 13 van Kaderbesluit 2008/977/JBZ is voldaan, |
b) de doorgifte noodzakelijk is voor de in artikel 1, lid 2, van deze richtlijn vastgestelde doeleinden, en |
b) de doorgifte noodzakelijk is voor de in artikel 1, lid 2, van deze richtlijn vastgestelde doeleinden, en |
c) het derde land ermee instemt de gegevens alleen aan een ander derde land door te geven als dit noodzakelijk is voor de in artikel 1, lid 2, van deze richtlijn vastgestelde doeleinden en als de lidstaat hier uitdrukkelijk toestemming voor geeft. |
c) het derde land garandeert dat het de gegevens alleen zal gebruiken voor de in artikel 1, lid 2, van deze richtlijn vastgestelde doeleinden. Het betrokken derde land mag geen gegevens doorgeven aan een ander derde land, |
|
d) het derde land Unieburgers zonder buitensporige vertraging of kosten hetzelfde recht van toegang, rectificatie, uitwissing, afscherming en schadevergoeding met betrekking tot PNR-gegevens verleent als het recht dat in de Unie van toepassing is, |
|
e) het derde land een adequaat en vergelijkbaar beschermingsniveau voor PNR-gegevens waarborgt. |
Motivering | |
PNR-gegevens mogen alleen maar worden doorgegeven aan derde landen als voldoende gegevensbescherming wordt gegarandeerd. | |
Amendement 43 Voorstel voor een richtlijn Artikel 9 – lid 2 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
2. Na het verstrijken van de in lid 1 genoemde termijn van 30 dagen na de doorgifte van de PNR-gegevens aan de passagiersinformatie-eenheid worden de gegevens bij de passagiersinformatie-eenheid bewaard voor een verdere termijn van vijf jaar. Gedurende deze termijn worden alle gegevenselementen afgeschermd waaruit de identiteit van de passagier waarop de PNR-gegevens betrekking hebben, zou kunnen worden afgeleid. Dergelijke geanonimiseerde PNR-gegevens zijn alleen toegankelijk voor een beperkt aantal personeelsleden van de passagiersinformatie-eenheid, die speciaal gemachtigd zijn om PNR-gegevens te analyseren en beoordelingscriteria te ontwikkelen overeenkomstig artikel 4, lid 2, onder d). Toegang tot de volledige PNR-gegevens wordt alleen door het hoofd van de passagiersinformatie-eenheid verleend voor de doeleinden van artikel 4, lid 2, onder c), voor zover redelijkerwijs kan worden aangenomen dat onderzoek geboden is, en naar aanleiding van een specifiek en concreet gevaar of risico, dan wel in verband met een bepaald onderzoek of een bepaalde vervolging. |
Schrappen |
Motivering | |
Storing all PNR data for longer periods of time even without any initial suspicion is disproportionate. National constitutional courts in several rulings on telecommunications data retention as based on directive 2006/24/EC as well as the ECHR in its ruling on retention of DNA samples (S. and Marper vs UK) have made this clear and have also warned that the cumulative effects of retention of several types data may be close to the absolute constitutional threshold. Neither the Legal Service of the Council nor the EU Fundamental Rights Agency have been convinced by the necessity and proportionality of the retention of data about all passengers. | |
Amendement 44 Voorstel voor een richtlijn Artikel 9 – lid 3 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
3. De lidstaten zorgen ervoor dat de PNR-gegevens na het verstrijken van de in lid 2 bepaalde termijn worden gewist. Deze verplichting geldt niet wanneer specifieke PNR-gegevens zijn doorgegeven aan een bevoegde autoriteit en worden gebruikt in het kader van een strafrechtelijk onderzoek of strafvervolging; in dat geval wordt het bewaren van dergelijke gegevens door de bevoegde autoriteit geregeld door het nationale recht van de lidstaat. |
3. De lidstaten zorgen ervoor dat de PNR-gegevens na het verstrijken van de in lid 1 bepaalde termijn worden gewist. Deze verplichting geldt niet wanneer specifieke PNR-gegevens zijn doorgegeven aan een bevoegde autoriteit en worden gebruikt in het kader van een strafrechtelijk onderzoek of voor tegen een bepaalde persoon of een bepaalde groep personen gerichte vervolgingshandelingen; in dat geval wordt het bewaren van dergelijke gegevens door de bevoegde autoriteit geregeld door het nationale recht van de lidstaat. |
Motivering | |
De plicht om gegevens na vijf jaar te wissen moet definitief zijn. De hier gedefinieerde uitzondering is wellicht zinvol, maar het moet duidelijk worden gemaakt dat het langer dan vijf jaar bewaren van gegevens alleen toegestaan is bij onderzoekshandelingen die tegen bepaalde personen of bepaalde groepen personen gericht zijn. De formulering van de Commissie, "...in het kader van een strafrechtelijk onderzoek of strafvervolging...", kan ook van toepassing zijn op een onbepaald aantal personen. | |
Amendement 45 Voorstel voor een richtlijn Artikel 9 – lid 4 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
De passagiersinformatie-eenheid bewaart het resultaat van de in artikel 4, lid 2, onder a) en b), bedoelde vergelijking niet langer dan noodzakelijk is om een overeenstemming te kunnen melden aan de bevoegde autoriteiten. Indien het resultaat van een geautomatiseerde vergelijking na een afzonderlijke niet-geautomatiseerde controle negatief blijkt te zijn, wordt dit niettemin voor ten hoogste drie jaar opgeslagen om "valse" positieve resultaten in de toekomst te voorkomen, tenzij de onderliggende gegevens nog niet wegens het verstrijken van de in lid 3 vastgestelde bewaartermijn van vijf jaar zijn gewist; in dat laatste geval wordt het logbestand bewaard tot de onderliggende gegevens zijn gewist. |
De passagiersinformatie-eenheid bewaart het resultaat van de in artikel 4, lid 2, onder b), bedoelde vergelijking niet langer dan noodzakelijk is om een overeenstemming te kunnen melden aan de bevoegde autoriteiten. Indien het resultaat van een geautomatiseerde vergelijking na een afzonderlijke niet-geautomatiseerde controle negatief blijkt te zijn, worden de onderliggende gegevens in de desbetreffende database gecorrigeerd of gewist. |
Amendement 46 Voorstel voor een richtlijn Artikel 10 – lid 1 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
De lidstaten zorgen ervoor dat in het nationale recht wordt voorzien in afschrikkende, doeltreffende en evenredige sancties, met inbegrip van geldboeten, tegen luchtvaartmaatschappijen die de volgens deze richtlijn vereiste gegevens niet verstrekken, hoewel ze die wel verzameld hebben, of de gegevens niet in het vereiste formaat verstrekken of anderszins de krachtens deze richtlijn vastgestelde nationale bepalingen overtreden. |
De lidstaten zorgen ervoor dat in het nationale recht wordt voorzien in afschrikkende, doeltreffende en evenredige sancties, met inbegrip van geldboeten, tegen luchtvaartmaatschappijen die de volgens deze richtlijn vereiste gegevens niet verstrekken, hoewel ze die wel verzameld hebben, of de gegevens niet in het in de richtsnoeren van de ICAO inzake PNR-gegevens voorgeschreven formaat verstrekken, of anderszins de krachtens deze richtlijn vastgestelde nationale bepalingen overtreden. De luchtvaartmaatschappijen krijgen geen sancties opgelegd wanneer de autoriteiten van een derde land hun geen toestemming geven om de PNR-gegevens door te geven. |
Motivering | |
Bij het vereiste formaat dient het te gaan om het internationaal geaccepteerde en door de ICAO en de Werelddouaneorganisatie erkende formaat (document 9944). | |
Deze verduidelijking is noodzakelijk omdat de wetgeving op het gebied van de doorgifte van gegevens in derde landen verschilt. | |
Amendement 47 Voorstel voor een richtlijn Artikel 11 – lid 2 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
2. Iedere lidstaat zorgt ervoor dat de bepalingen die ter uitvoering van de artikelen 21 en 22 van Kaderbesluit 2008/977/JBZ betreffende de vertrouwelijkheid van de verwerking en de beveiliging van gegevens in het nationale recht zijn vastgesteld, ook van toepassing zijn op elke verwerking van persoonsgegevens krachtens deze richtlijn. |
2. Iedere lidstaat zorgt ervoor dat de bepalingen die ter uitvoering van de artikelen 21 en 22 van Kaderbesluit 2008/977/JBZ betreffende de vertrouwelijkheid van de verwerking en de beveiliging van gegevens in het nationale recht zijn vastgesteld, ook van toepassing zijn op elke verwerking van persoonsgegevens krachtens deze richtlijn. Luchtvaartmaatschappijen die de contactgegevens van de passagiers van een reisagent ontvangen mogen die niet gebruiken voor commerciële doeleinden. |
Amendement 48 Voorstel voor een richtlijn Artikel 11 – lid 2 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
2 bis. Indien ter uitvoering van Richtlijn 95/46/EG in het nationale recht vastgestelde bepalingen de passagier meer rechten van toegang, rectificatie, uitwissing en afscherming van gegevens, schadevergoeding, gerechtelijk beroep, vertrouwelijkheid van de verwerking van de gegevens en dataveiligheid verlenen dan de in de leden 1 en 2 bedoelde bepalingen, zijn die bepalingen van toepassing. |
Motivering | |
Bepaalde rechten van de betrokken worden beter geregeld in Richtlijn 95/46/EG, met name de vereisten van informatie aan de betrokkene. | |
Amendement 49 Voorstel voor een richtlijn Artikel 11 – lid 3 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
3. Iedere verwerking van PNR-gegevens waaruit ras, etnische afstamming, religieuze, levensbeschouwelijke of politieke overtuiging, vakbondslidmaatschap, gezondheid of seksleven van de betrokkene blijken, is verboden. Indien de passagiersinformatie-eenheid PNR-gegevens ontvangt waaruit dergelijke informatie blijkt, dan worden deze onmiddellijk gewist. |
3. Iedere verwerking van PNR-gegevens door de passagiersinformatie-eenheden waaruit ras, etnische afstamming, religieuze, levensbeschouwelijke of politieke overtuiging, vakbondslidmaatschap, gezondheid of seksleven van de betrokkene blijken, is verboden. Indien de passagiersinformatie-eenheid PNR-gegevens ontvangt waaruit dergelijke informatie blijkt, dan worden deze onmiddellijk gewist. |
Motivering | |
In het kader van het voorkomen en opsporen van terroristische misdrijven en zware criminaliteit zijn de passagiersinformatie-eenheden en niet de luchtvaartmaatschappijen verantwoordelijk voor het screenen en verwerken van de PNR-gegevens. | |
De luchtvaartmaatschappijen beschikken over deze informatie omdat ze hen door de passagiers wordt verstrekt. | |
Amendement 50 Voorstel voor een richtlijn Artikel 11 – lid 4 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
4. Iedere doorgifte van PNR-gegevens door een luchtvaartmaatschappij, iedere verwerking van PNR-gegevens door een passagiersinformatie-eenheid en ieder verzoek van bevoegde autoriteiten of passagiersinformatie-eenheden van andere lidstaten en van derde landen, zelfs indien geweigerd, moet door de passagiersinformatie-eenheid en de bevoegde autoriteiten worden geregistreerd of gedocumenteerd, zodat kan worden gecontroleerd of de gegevensverwerking rechtmatig is, interne controle kan worden uitgeoefend en de integriteit van de gegevens en de beveiliging van de gegevensverwerking kunnen worden gewaarborgd, met name door de nationale toezichthoudende autoriteiten voor gegevensbescherming. Deze logbestanden worden gedurende een periode van vijf jaar bewaard, tenzij de onderliggende gegevens na het verstrijken van die vijf jaar nog niet overeenkomstig artikel 9, lid 3, zijn gewist; in dat laatste geval worden de logbestanden bewaard totdat de onderliggende gegevens worden gewist. |
4. Iedere verwerking van PNR-gegevens, iedere doorgifte van PNR-gegevens door een passagiersinformatie-eenheid en ieder verzoek van bevoegde autoriteiten of passagiersinformatie-eenheden van andere lidstaten en van derde landen, zelfs indien geweigerd, moet door de passagiersinformatie-eenheid en de bevoegde autoriteiten worden geregistreerd of gedocumenteerd, zodat kan worden gecontroleerd of de gegevensverwerking rechtmatig is, interne controle kan worden uitgeoefend en de integriteit van de gegevens en de beveiliging van de gegevensverwerking kunnen worden gewaarborgd, met name door de nationale toezichthoudende autoriteiten voor gegevensbescherming. Deze logbestanden worden gedurende een periode van vijf jaar bewaard, tenzij de onderliggende gegevens na het verstrijken van die vijf jaar nog niet overeenkomstig artikel 9, lid 3, zijn gewist; in dat laatste geval worden de logbestanden bewaard totdat de onderliggende gegevens worden gewist. |
Motivering | |
Hier wordt verwezen naar de PNR-gegevens die zijn doorgegeven aan de passagiersinformatie-eenheid, niet naar de PNR-gegevens waarover de luchtvaartmaatschappijen beschikken. | |
Amendement 51 Voorstel voor een richtlijn Artikel 11 – lid 4 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
4 bis. Voor de bescherming van alle gegevens wordt een bijzonder hoge veiligheidsnorm toegepast, die rekening houdt met de laatste ontwikkelingen binnen de vakinhoudelijke discussies over gegevensbescherming en voortdurend nieuwe kennis en inzichten meeweegt. Bij beslissingen over de toe te passen veiligheidsnorm worden economische aspecten pas in tweede instantie in aanmerking genomen. |
|
In het bijzonder wordt voorzien in het gebruik van een encryptiemethode die beantwoordt aan de huidige stand van de techniek en die |
|
- voorkomt dat gegevensverwerkingssystemen door onbevoegden kunnen worden gebruikt, |
|
- garandeert dat de personen die bevoegd zijn om een gegevensverwerkingssysteem te gebruiken uitsluitend toegang hebben tot de gegevens waarvoor ze een toegangsbevoegdheid hebben en dat persoonsgegevens tijdens de verwerking en het gebruik en na de bewaartermijn niet door onbevoegden gelezen, gekopieerd, gewijzigd of verwijderd kunnen worden, |
|
- garandeert dat persoonsgegevens bij de elektronische overdracht of tijdens het transport of het opslaan op gegevensdragers niet door onbevoegden kunnen worden gelezen, gekopieerd, gewijzigd of verwijderd en dat kan worden gecontroleerd of vastgesteld naar welke plaatsen persoonsgegevens door overdrachtfaciliteiten zullen worden doorgegeven. |
|
Er moet worden gegarandeerd dat achteraf kan worden gecontroleerd en vastgesteld of en door wie persoonsgegevens in gegevensverwerkingssystemen zijn ingevoerd of gewijzigd of daaruit zijn verwijderd. |
|
Er moet worden gegarandeerd dat persoonsgegevens die in opdracht worden verwerkt, uitsluitend overeenkomstig de instructies van de opdrachtgever kunnen worden verwerkt. |
|
Er moet worden gegarandeerd dat persoonsgegevens beschermd zijn tegen onbedoelde vernietiging of onbedoeld verlies |
|
Er moet worden gegarandeerd dat gegevens die voor verschillende doeleinden zijn verzameld, gescheiden verwerkt kunnen worden. |
Amendement 52 Voorstel voor een richtlijn Artikel 11 – lid 5 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
5. De lidstaten zien erop toe dat luchtvaartmaatschappijen, hun agenten of andere verkopers van vliegtickets passagiers voor internationale vluchten bij het boeken van een vlucht en bij het aankopen van een ticket duidelijk en nauwkeurig informeren over de verstrekking van PNR-gegevens aan de passagiersinformatie-eenheid, de doeleinden van de verwerking van deze gegevens, de bewaartermijn, de mogelijkheid dat de gegevens worden gebruikt voor het voorkomen, opsporen, onderzoeken en vervolgen van terroristische misdrijven en zware criminaliteit, het feit dat de gegevens kunnen worden uitgewisseld en gedeeld, alsmede over hun rechten inzake gegevensbescherming, en met name het recht om een klacht in te dienen bij de nationale toezichthoudende autoriteit voor gegevensbescherming van hun keus. Dezelfde informatie wordt door de lidstaten ter beschikking van het publiek gesteld. |
5. De lidstaten zien erop toe dat luchtvaartmaatschappijen, hun agenten of andere verkopers van vliegtickets passagiers voor internationale vluchten bij het boeken van een vlucht en bij het aankopen van een ticket duidelijk en nauwkeurig informeren over de verstrekking van PNR-gegevens aan passagiersinformatie-eenheden, de doeleinden van de verwerking van deze gegevens, de bewaartermijn, de mogelijkheid dat de gegevens worden gebruikt voor het voorkomen, opsporen, onderzoeken en vervolgen van terroristische misdrijven en zware transnationale criminaliteit, het feit dat de gegevens kunnen worden uitgewisseld en gedeeld, alsmede over hun rechten inzake gegevensbescherming, zoals het recht van toegang, rectificatie, uitwissing en afscherming van gegevens, en het recht om een klacht in te dienen bij de nationale toezichthoudende autoriteit voor gegevensbescherming van hun keus. Dezelfde informatie wordt door de lidstaten ter beschikking van het publiek gesteld. |
Motivering | |
Nadere verduidelijking van de maatregelen met betrekking tot de bescherming van persoonsgegevens. | |
Amendement 53 Voorstel voor een richtlijn Artikel 12 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
Artikel 12 bis |
|
Kosten |
|
Uiterlijk op …* dient de Commissie bij het Europees Parlement en de Raad een verslag in over de financiële gevolgen van deze richtlijn. In het verslag staan met name de kosten voor de passagiers, de luchtvaartmaatschappijen en de verkopers van vliegtickets centraal. Zo nodig gaat het verslag vergezeld van een wetgevingsvoorstel dat tot doel heeft de verdeling van de financiële lasten tussen de overheden en de luchtvaartmaatschappijen voor de Unie te harmoniseren. |
|
_____________ |
|
* PB: gelieve de datum in te voegen: 2 jaar na de datum van inwerkingtreding van deze richtlijn. |
Motivering | |
De kwestie van de kosten moet in deze richtlijn worden geregeld. | |
Amendement 54 Voorstel voor een richtlijn Artikel 15 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
1. De lidstaten doen de nodige wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen in werking treden om uiterlijk twee jaar nadat zij in werking is getreden aan deze richtlijn te voldoen. Zij delen de Commissie de tekst van die bepalingen onverwijld mee, alsmede een transponeringstabel ter weergave van het verband tussen die bepalingen en deze richtlijn. |
1. De lidstaten doen de nodige wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen in werking treden om uiterlijk twee jaar nadat zij in werking is getreden aan deze richtlijn te voldoen. Bij de vaststelling van deze bepalingen nemen de lidstaten de algemene beginselen van het Unierecht en het noodzakelijkheids- en het evenredigheidsbeginsel in acht. Zij delen de Commissie de tekst van die bepalingen onverwijld mee, alsmede een transponeringstabel ter weergave van het verband tussen die bepalingen en deze richtlijn. |
Amendement 55 Voorstel voor een richtlijn Artikel 16 – alinea 1 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
De lidstaten dragen er zorg voor dat met ingang van de in artikel 15, lid 1, genoemde datum, ofwel twee jaar na de inwerkingtreding van deze richtlijn, de PNR-gegevens van ten minste 30% van alle in artikel 6, lid 1, bedoelde vluchten worden verzameld. De lidstaten dragen er zorg voor dat vanaf twee jaar na de in artikel 15 genoemde datum de PNR-gegevens van ten minste 60% van alle in artikel 6, lid 1, bedoelde vluchten worden verzameld. De lidstaten dragen er zorg voor dat vanaf vier jaar na de in artikel 15 genoemde datum de PNR-gegevens van alle in artikel 6, lid 1, bedoelde vluchten worden verzameld. |
Schrappen |
Amendement 56 Voorstel voor een richtlijn Artikel 17 – alinea 1 – letter a | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
a) in het licht van de ervaring die is opgedaan door de lidstaten die PNR-gegevens van interne vluchten verzamelen, te beoordelen of het uitvoerbaar en nodig is het toepassingsgebied van de onderhavige richtlijn uit te breiden tot interne vluchten. De Commissie dient binnen twee jaar na de in artikel 15, lid 1, genoemde datum een verslag in bij het Europees Parlement en de Raad; |
Schrappen |
Amendement 57 Voorstel voor een richtlijn Artikel 18 – lid 1 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
1. De lidstaten produceren statistische informatie over de aan de passagiersinformatie-eenheid verstrekte PNR-gegevens. Deze statistieken omvatten ten minste het aantal identificaties overeenkomstig artikel 4, lid 2, van personen die betrokken zouden kunnen zijn bij een terroristisch misdrijf of zware criminaliteit, en per luchtvaartmaatschappij en bestemming het aantal op grond daarvan genomen wetshandhavingsmaatregelen waarbij PNR-gegevens zijn gebruikt. |
1. De lidstaten produceren statistische informatie over de aan de passagiersinformatie-eenheid verstrekte PNR-gegevens. Deze statistieken omvatten ten minste het aantal identificaties overeenkomstig artikel 4, lid 2, van personen die betrokken zouden kunnen zijn bij een terroristisch misdrijf of zware transnationale criminaliteit, en per luchtvaartmaatschappij en bestemming het aantal op grond daarvan genomen wetshandhavingsmaatregelen waarbij PNR-gegevens zijn gebruikt. |
Amendement 58 Voorstel voor een richtlijn Bijlage I – punt 12 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(12) Algemene opmerkingen (met inbegrip van alle beschikbare informatie over niet-begeleide minderjarigen jonger dan 18 jaar, zoals naam en geslacht van de minderjarige, leeftijd, taal/talen die de minderjarige spreekt, naam en contactgegevens van de persoon die de minderjarige begeleidt naar het vertrek en de aard van de relatie van deze persoon met de minderjarige, naam en contactgegevens van de persoon die de minderjarige afhaalt bij aankomst en de aard van de relatie van deze persoon met de minderjarige, functionaris voor vertrek en aankomst) |
(12) beschikbare informatie over niet-begeleide minderjarigen jonger dan 18 jaar |
PROCEDURE
Titel |
Gebruik van passagiersgegevens (EU-PNR) |
||||
Document- en procedurenummers |
COM(2011)0032 – C7-0039/2011 – 2011/0023(COD) |
||||
Commissie ten principale Datum bekendmaking |
LIBE 14.2.2011 |
|
|
|
|
Medeadviserende commissie(s) Datum bekendmaking |
TRAN 14.2.2011 |
|
|
|
|
Rapporteur voor advies Datum benoeming |
Eva Lichtenberger 21.3.2011 |
|
|
|
|
Behandeling in de commissie |
11.7.2011 |
10.10.2011 |
21.11.2011 |
|
|
Datum goedkeuring |
22.11.2011 |
|
|
|
|
Uitslag eindstemming |
+: –: 0: |
25 15 1 |
|||
Bij de eindstemming aanwezige leden |
Inés Ayala Sender, Georges Bach, Izaskun Bilbao Barandica, Antonio Cancian, Michael Cramer, Philippe De Backer, Saïd El Khadraoui, Ismail Ertug, Carlo Fidanza, Knut Fleckenstein, Jacqueline Foster, Mathieu Grosch, Jim Higgins, Dieter-Lebrecht Koch, Jaromír Kohlíček, Georgios Koumoutsakos, Werner Kuhn, Jörg Leichtfried, Bogusław Liberadzki, Eva Lichtenberger, Marian-Jean Marinescu, Gesine Meissner, Hubert Pirker, David-Maria Sassoli, Vilja Savisaar-Toomast, Olga Sehnalová, Debora Serracchiani, Brian Simpson, Keith Taylor, Silvia-Adriana Ţicău, Thomas Ulmer, Peter van Dalen, Dominique Vlasto, Artur Zasada, Roberts Zīle |
||||
Bij de eindstemming aanwezige plaatsvervanger(s) |
Philip Bradbourn, Michel Dantin, Dominique Riquet, Laurence J.A.J. Stassen, Sabine Wils |
||||
Bij de eindstemming aanwezige plaatsvervanger(s) (art. 187, lid 2) |
Pablo Zalba Bidegain |
||||
- [1] Zie http://www.edps.europa.eu/EDPSWEB/webdav/site/mySite/shared/Documents/Consultation/Opinions/2011/11-03-25_PNR_EN.pdf
- [2] Zie http://fra.europa.eu/fraWebsite/attachments/FRA-PNR-Opinion-June2011.pdf
- [3] Het advies is niet gepubliceerd, maar is onder andere hier beschikbaar: http://gruen-digital.de/wp-content/uploads/2011/05/Gutachten-JD-Rat-PNR.pdf
- [4] Uitspraak nr. 1258 van 8 oktober 2009, http://www.ccr.ro/decisions/pdf/ro/2009/D1258_09.pdf
- [5] Uitspraak van 2 maart 2010, 1 BvR 256/08, 1 BvR 263/08, 1 BvR 586/08, http://www.bundesverfassungsgericht.de/entscheidungen/rs20100302_1bvr025608.html
PROCEDURE
Titel |
Gebruik van passagiersgegevens (EU-PNR) |
||||
Document- en procedurenummers |
COM(2011)0032 – C7-0039/2011 – 2011/0023(COD) |
||||
Commissie ten principale Datum bekendmaking |
LIBE 14.2.2011 |
|
|
|
|
Advies uitgebracht door Datum bekendmaking |
TRAN 14.2.2011 |
||||
Rapporteur voor advies Datum benoeming |
Michael Cramer 17.3.2015 |
||||
Datum goedkeuring |
17.3.2015 |
|
|
|
|
Resultaat |
Goedgekeurd (zie notulen) |
|
|||
Aanwezige leden |
Marie-Christine Arnautu, Inés Ayala Sender, Georges Bach, Izaskun Bilbao Barandica, Deirdre Clune, Michael Cramer, Andor Deli, Karima Delli, Ismail Ertug, Jacqueline Foster, Bruno Gollnisch, Dieter-Lebrecht Koch, Merja Kyllönen, Peter Lundgren, Marian-Jean Marinescu, Georg Mayer, Gesine Meissner, Cláudia Monteiro de Aguiar, Jens Nilsson, Markus Pieper, Salvatore Domenico Pogliese, Tomasz Piotr Poręba, Gabriele Preuß, Christine Revault D’Allonnes Bonnefoy, Dominique Riquet, Massimiliano Salini, David-Maria Sassoli, Claudia Schmidt, Claudia Tapardel, István Ujhelyi, Peter van Dalen, Wim van de Camp, Janusz Zemke |
||||
Aanwezige plaatsvervangers |
Ivo Belet, Rosa D’Amato, Daniel Dalton, Bas Eickhout, Kateřina Konečná, Werner Kuhn, Massimo Paolucci, Olga Sehnalová, Davor Škrlec, Patricija Šulin, Henna Virkkunen |
||||
PROCEDURE
Titel |
Gebruik van passagiersgegevens (EU-PNR) |
||||
Document- en procedurenummers |
COM(2011)0032 – C7-0039/2011 – 2011/0023(COD) |
||||
Datum indiening bij EP |
2.2.2011 |
|
|
|
|
Commissie ten principale Datum bekendmaking |
LIBE 14.2.2011 |
|
|
|
|
Medeadviserende commissies Datum bekendmaking |
AFET 14.2.2011 |
TRAN 14.2.2011 |
|
|
|
Rapporteurs Datum benoeming |
Timothy Kirkhope 15.7.2014 |
|
|
|
|
Datum goedkeuring |
15.7.2015 |
|
|
|
|
Uitslag eindstemming |
+: –: 0: |
33 26 0 |
|||
Bij de eindstemming aanwezige leden |
Jan Philipp Albrecht, Gerard Batten, Heinz K. Becker, Malin Björk, Michał Boni, Caterina Chinnici, Ignazio Corrao, Rachida Dati, Frank Engel, Cornelia Ernst, Tanja Fajon, Laura Ferrara, Monika Flašíková Beňová, Lorenzo Fontana, Mariya Gabriel, Kinga Gál, Ana Gomes, Nathalie Griesbeck, Sylvie Guillaume, Jussi Halla-aho, Monika Hohlmeier, Filiz Hyusmenova, Sophia in ‘t Veld, Iliana Iotova, Eva Joly, Sylvia-Yvonne Kaufmann, Timothy Kirkhope, Barbara Kudrycka, Kashetu Kyenge, Marju Lauristin, Juan Fernando López Aguilar, Monica Macovei, Vicky Maeijer, Roberta Metsola, Louis Michel, Claude Moraes, Péter Niedermüller, Soraya Post, Judith Sargentini, Birgit Sippel, Branislav Škripek, Csaba Sógor, Helga Stevens, Traian Ungureanu, Bodil Valero, Marie-Christine Vergiat, Udo Voigt, Cecilia Wikström, Kristina Winberg, Tomáš Zdechovský |
||||
Bij de eindstemming aanwezige plaatsvervangers |
Anna Maria Corazza Bildt, Daniel Dalton, Jeroen Lenaers, Artis Pabriks, Barbara Spinelli, Kazimierz Michał Ujazdowski, Axel Voss |
||||
Bij de eindstemming aanwezige plaatsvervangers (art. 200, lid 2) |
Esteban González Pons, Norbert Neuser |
||||
Datum indiening |
24.8.2015 |
||||
TERUGVERWIJZING NAAR DE COMMISSIE
Datum terugverwijzing commissie overeenkomstig artikel 60, lid 3 |
6.6.2014
|
||||||
Termijn voor terugverwijzing |
0.0.0000 |
||||||
Rapporteur(s) Datum bekrachtiging/benoeming |
Timothy Kirkhope 15.7.2014 |
||||||
Behandeling in de commissie |
11.11.2014 |
26.2.2015 |
26.5.2015 |
4.6.2015 |
|
||
Datum goedkeuring |
15.7.2015 |
||||||
Uitslag eindstemming |
+: –: 0: |
33 26 0 |
|||||
Bij de eindstemming aanwezige leden |
Jan Philipp Albrecht, Gerard Batten, Heinz K. Becker, Malin Björk, Michał Boni, Caterina Chinnici, Ignazio Corrao, Rachida Dati, Frank Engel, Cornelia Ernst, Tanja Fajon, Laura Ferrara, Monika Flašíková Beňová, Lorenzo Fontana, Mariya Gabriel, Kinga Gál, Ana Gomes, Nathalie Griesbeck, Sylvie Guillaume, Jussi Halla-aho, Monika Hohlmeier, Filiz Hyusmenova, Sophia in ‘t Veld, Iliana Iotova, Eva Joly, Sylvia-Yvonne Kaufmann, Timothy Kirkhope, Barbara Kudrycka, Kashetu Kyenge, Marju Lauristin, Juan Fernando López Aguilar, Monica Macovei, Vicky Maeijer, Roberta Metsola, Louis Michel, Claude Moraes, Péter Niedermüller, Soraya Post, Judith Sargentini, Birgit Sippel, Branislav Škripek, Csaba Sógor, Helga Stevens, Traian Ungureanu, Bodil Valero, Marie-Christine Vergiat, Udo Voigt, Cecilia Wikström, Kristina Winberg, Tomáš Zdechovský |
||||||
Bij de eindstemming aanwezige plaatsvervangers |
Anna Maria Corazza Bildt, Daniel Dalton, Jeroen Lenaers, Artis Pabriks, Barbara Spinelli, Kazimierz Michał Ujazdowski, Axel Voss |
||||||
Bij de eindstemming aanwezige plaatsvervangers (art. 200, lid 2) |
Esteban González Pons, Norbert Neuser |
||||||
Datum indiening |
7.9.2015 |
||||||