VERSLAG over de aanbeveling voor een besluit van de Raad betreffende de toetreding van Kroatië tot de Overeenkomst van 26 juli 1995, opgesteld op grond van artikel K.3 van het Verdrag betreffende de Europese Unie, aangaande de bescherming van de financiële belangen van de Europese Gemeenschappen, het Protocol van 27 september 1996, opgesteld op grond van artikel K.3 van het Verdrag betreffende de Europese Unie, bij de Overeenkomst aangaande de bescherming van de financiële belangen van de Europese Gemeenschappen, het Protocol van 29 november 1996, opgesteld op grond van artikel K.3 van het Verdrag betreffende de Europese Unie, betreffende de prejudiciële uitlegging, door het Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen, van de Overeenkomst aangaande de bescherming van de financiële belangen van de Europese Gemeenschappen en het tweede protocol van 19 juni 1997, opgesteld op grond van artikel K.3 van het Verdrag betreffende de Europese Unie, bij de Overeenkomst aangaande de bescherming van de financiële belangen van de Europese Gemeenschappen
1.2.2016 - (COM(2015)0458 – C8-0296/2015 – 2015/0210(NLE)) - *
Commissie burgerlijke vrijheden, justitie en binnenlandse zaken
Rapporteur: Tomáš Zdechovský
PR_NLE-CN_LegAct_app
ONTWERPWETGEVINGSRESOLUTIE VAN HET EUROPEES PARLEMENT
over het ontwerp van besluit van de Raad betreffende de toetreding van Kroatië tot de Overeenkomst van 26 juli 1995, opgesteld op grond van artikel K.3 van het Verdrag betreffende de Europese Unie, aangaande de bescherming van de financiële belangen van de Europese Gemeenschappen, het Protocol van 27 september 1996, opgesteld op grond van artikel K.3 van het Verdrag betreffende de Europese Unie, bij de Overeenkomst aangaande de bescherming van de financiële belangen van de Europese Gemeenschappen, het Protocol van 29 november 1996, opgesteld op grond van artikel K.3 van het Verdrag betreffende de Europese Unie, betreffende de prejudiciële uitlegging, door het Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen, van de Overeenkomst aangaande de bescherming van de financiële belangen van de Europese Gemeenschappen en het tweede protocol van 19 juni 1997, opgesteld op grond van artikel K.3 van het Verdrag betreffende de Europese Unie, bij de Overeenkomst aangaande de bescherming van de financiële belangen van de Europese Gemeenschappen
(COM(2015)0458 – C8-0296/2015 – 2015/0210(NLE))
(Raadpleging)
Het Europees Parlement,
– gezien de aanbeveling van de Commissie aan de Raad (COM(2015)0458),
– gezien artikel 3, leden 4 en 5, van de Akte van toetreding van Kroatië, op grond waarvan het Parlement door de Raad is geraadpleegd (C8-0296/2015),
– gezien artikel 59 van het Reglement,
– gezien het verslag van de Commissie burgerlijke vrijheden, justitie en binnenlandse zaken (A8-0019/2016),
1. hecht zijn goedkeuring de aanbeveling van de Commissie;
2. verzoekt de Raad, wanneer deze voornemens is af te wijken van de door het Parlement goedgekeurde tekst, het Parlement hiervan op de hoogte te stellen;
3. wenst opnieuw te worden geraadpleegd ingeval de Raad voornemens is ingrijpende wijzigingen aan te brengen in de door het Parlement goedgekeurde tekst;
4. verzoekt zijn Voorzitter het standpunt van het Parlement te doen toekomen aan de Raad en aan de Commissie.
TOELICHTING
Bij de Akte betreffende de voorwaarden voor de toetreding van de Republiek Kroatië van 2011 (hierna "toetredingsakte" genoemd) is een vereenvoudigde regeling ingevoerd voor de toetreding van Kroatië tot verdragen, overeenkomsten (en protocollen) die door de lidstaten zijn gesloten op grond van artikel 34 VEU (voorheen artikel K.3 VEU). In artikel 3, leden 4 en 5, van de toetredingsakte wordt bepaald dat Kroatië krachtens de toetredingsakte toetreedt tot deze verdragen, overeenkomsten en protocollen.
Overeenkomstig artikel 3, lid 5, van de toetredingsakte stelt de Raad daartoe besluiten vast waarin wordt bepaald op welke data deze verdragen en overeenkomsten in werking treden ten aanzien van Kroatië en waarin de als gevolg van de toetreding van de nieuwe lidstaat vereiste aanpassingen in deze verdragen en overeenkomsten worden aangebracht (dat omvat in elk geval de vaststelling van deze verdragen en overeenkomsten in de Kroatische taal, zodat deze versies "gelijkelijk authentiek" zijn). De Raad besluit op aanbeveling van de Commissie en na raadpleging van het Europees Parlement.
In bijlage I bij de Akte van toetreding is de lijst van verdragen, overeenkomsten en protocollen in kwestie opgenomen. De lijst bevat onder andere de Overeenkomst betreffende de bescherming van de financiële belangen van de Europese Gemeenschappen van 26.7.1995 en de bijbehorende protocollen van 27.9.1996, van 29.11.1996 en het tweede protocol van 19.6.1997, alle vastgesteld op grond van titel VI van het EU-Verdrag, om tot een gemeenschappelijke basis voor de strafrechtelijke bescherming van de financiële belangen van de EG te komen.
De overeenkomst en de bijbehorende protocollen van 27.9.1996 en 29.11.1996 zijn op 17 oktober 2002 in werking getreden na ratificatie door de toenmalige 15 lidstaten; het protocol van 19.6.1997 is op 19 mei 2009 in werking getreden na ratificatie door de toenmalige 27 lidstaten.
Het is niet nodig om met deze aanbeveling van de Commissie de vereiste aanpassingen aan te brengen naar aanleiding van de toetreding van Kroatië tot de bovenvermelde overeenkomst en haar protocollen, overeenkomstig artikel 3, lid 5, van de Toetredingsakte. De Commissie beveelt de Raad aan een besluit te nemen met betrekking tot de datum waarop de Overeenkomst voor Kroatië van kracht wordt.
Daarom kan de rapporteur aanbevelen de aanbeveling van de Commissie goed te keuren.
UITSLAG VAN DE EINDSTEMMING
IN DE TEN PRINCIPALE BEVOEGDE COMMISSIE
Datum goedkeuring |
25.1.2016 |
|
|
|
|
Uitslag eindstemming |
+: –: 0: |
48 2 1 |
|||
Bij de eindstemming aanwezige leden |
Jan Philipp Albrecht, Malin Björk, Michał Boni, Caterina Chinnici, Rachida Dati, Frank Engel, Cornelia Ernst, Laura Ferrara, Lorenzo Fontana, Kinga Gál, Ana Gomes, Jussi Halla-aho, Sophia in ‘t Veld, Eva Joly, Sylvia-Yvonne Kaufmann, Barbara Kudrycka, Kashetu Kyenge, Marju Lauristin, Juan Fernando López Aguilar, Roberta Metsola, Louis Michel, József Nagy, Péter Niedermüller, Soraya Post, Judith Sargentini, Birgit Sippel, Branislav Škripek, Helga Stevens, Traian Ungureanu, Bodil Valero, Udo Voigt, Beatrix von Storch, Josef Weidenholzer, Cecilia Wikström, Kristina Winberg, Tomáš Zdechovský |
||||
Bij de eindstemming aanwezige vaste plaatsvervangers |
Marina Albiol Guzmán, Carlos Coelho, Anna Maria Corazza Bildt, Pál Csáky, Gérard Deprez, Anna Hedh, Marek Jurek, Jeroen Lenaers, Andrejs Mamikins, Emilian Pavel, Morten Helveg Petersen, Barbara Spinelli, Jaromír Štětina, Axel Voss |
||||
Bij de eindstemming aanwezige plaatsvervangers (art. 200, lid 2) |
Jeppe Kofod |
||||
HOOFDELIJKE EINDSTEMMING IN DE TEN PRINCIPALE BEVOEGDE COMMISSIE
48 |
+ |
|
ALDE |
Gérard Deprez, Louis Michel, Morten Helveg Petersen, Cecilia Wikström, Sophia in 't Veld |
|
ECR |
Jussi Halla-aho, Marek Jurek, Branislav Škripek, Helga Stevens, Beatrix von Storch |
|
EFDD |
Laura Ferrara |
|
GUE/NGL |
Marina Albiol Guzmán, Malin Björk, Cornelia Ernst, Barbara Spinelli |
|
PPE |
Michał Boni, Carlos Coelho, Anna Maria Corazza Bildt, Pál Csáky, Rachida Dati, Frank Engel, Kinga Gál, Barbara Kudrycka, Jeroen Lenaers, Roberta Metsola, József Nagy, Jaromír Štětina, Traian Ungureanu, Axel Voss, Tomáš Zdechovský |
|
S&D |
Caterina Chinnici, Ana Gomes, Anna Hedh, Sylvia-Yvonne Kaufmann, Jeppe Kofod, Kashetu Kyenge, Marju Lauristin, Juan Fernando López Aguilar, Andrejs Mamikins, Péter Niedermüller, Emilian Pavel, Soraya Post, Birgit Sippel, Josef Weidenholzer |
|
VERTS/ALE |
Jan Philipp Albrecht, Eva Joly, Judith Sargentini, Bodil Valero |
|
2 |
- |
|
EFDD |
Kristina Winberg |
|
NI |
Udo Voigt |
|
1 |
0 |
|
ENF |
Lorenzo Fontana |
|
Verklaring van de gebruikte tekens:
+ : voor
- : tegen
0 : onthoudingen