AANBEVELING VOOR DE TWEEDE LEZING betreffende het standpunt van de Raad in eerste lezing met het oog op de aanneming van de verordening van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1365/2006 betreffende de statistiek van het goederenvervoer over de binnenwateren wat betreft het verlenen van gedelegeerde en uitvoeringsbevoegdheden aan de Commissie voor de vaststelling van bepaalde maatregelen

18.10.2016 - (09878/2016 – C8-0358/2016 – 2013/0226(COD)) - ***II

Commissie vervoer en toerisme
Rapporteur: Bas Eickhout

Procedure : 2013/0226(COD)
Stadium plenaire behandeling
Documentencyclus :  
A8-0298/2016
Ingediende teksten :
A8-0298/2016
Debatten :
Aangenomen teksten :

ONTWERPWETGEVINGSRESOLUTIE VAN HET EUROPEES PARLEMENT

over het standpunt van de Raad in eerste lezing met het oog op de aanneming van de verordening van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1365/2006 betreffende de statistiek van het goederenvervoer over de binnenwateren wat betreft het verlenen van gedelegeerde en uitvoeringsbevoegdheden aan de Commissie voor de vaststelling van bepaalde maatregelen

(098780/2016 – C8-0358/2016 – 2013/0226(COD))

(Gewone wetgevingsprocedure: tweede lezing)

Het Europees Parlement,

–  gezien het standpunt van de Raad in eerste lezing (09878/2016 – C8-0358/2016),

–  gezien zijn in eerste lezing geformuleerde standpunt[1] inzake het voorstel van de Commissie aan het Europees Parlement en de Raad (COM(2013)0484),

–  gezien artikel 294, lid 7, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

–  gezien artikel 76 van zijn Reglement,

–  gezien de aanbeveling voor de tweede lezing van de Commissie vervoer en toerisme (A8-0298/2016),

1.  hecht zijn goedkeuring aan het standpunt van de Raad in eerste lezing;

2.  constateert dat het besluit is vastgesteld overeenkomstig het standpunt van de Raad;

3.  verzoekt zijn Voorzitter het besluit samen met de voorzitter van de Raad overeenkomstig artikel 297, lid 1, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie te ondertekenen;

4.  verzoekt zijn secretaris-generaal het besluit te ondertekenen nadat is nagegaan of alle procedures naar behoren zijn uitgevoerd, en met de secretaris-generaal van de Raad zorg te dragen voor publicatie ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie;

5.  verzoekt zijn Voorzitter het standpunt van het Parlement te doen toekomen aan de Raad en aan de Commissie alsmede aan de nationale parlementen.

TOELICHTING

Prioriteiten van het Parlement:

In eerste lezing breidde het Parlement de werkingssfeer van de verordening betreffende de statistiek van het goederenvervoer over de binnenwateren uit tot het personenvervoer. Het Parlement was van oordeel dat een succesvol beleid tot versterking van de rol van de binnenvaart in de vervoerssector gestoeld moest zijn op betrouwbare statistieken inzake zowel goederen als personen. Door de uitbreiding van de werkingssfeer van de bestaande verordening zou het vervoer over de binnenwateren op gelijke voet worden gesteld met het zee-, lucht- en wegvervoer, waarvoor statistische gegevens inzake zowel goederen als personen worden verzameld.

Het Parlement heeft tevens de afstemming van de verordening op de bepalingen van het Verdrag (artikelen 290 en 291) gesteund voor wat de aan de Commissie verleende gedelegeerde en uitvoeringsbevoegdheden betreft. Het Parlement heeft de aan de Commissie verleende bevoegdheden echter beperkt en beter gedefinieerd.

Belangrijkste resultaten:

Het Parlement en de Raad zijn overeengekomen het vervoer van personen over de binnenwateren te bezien in het kader van de verordening. Zij hebben de eerste stappen vastgesteld in de richting van de integratie van statistische gegevens over personenvervoer in de verordening. Allereerst zal de Commissie, in samenwerking met de lidstaten, een methode ontwikkelen voor het verzamelen van statistieken inzake personenvervoer over de binnenwateren. Vervolgens zal de Commissie van start gaan met vrijwillige verkennende studies om de haalbaarheid van de nieuwe gegevensverzamelingen te onderzoeken. Ten slotte zal de Commissie de resultaten van deze studies voorleggen aan het Parlement en de Raad en nadenken over een voorstel tot herziening van de verordening. De financiering van deze proefprojecten moet vanuit de EU-begroting worden ondersteund.

Het Parlement en de Raad zijn overeengekomen de bevoegdheden van de Commissie om gedelegeerde handelen vast te stellen te beperken. Er mogen uitsluitend gedelegeerde handelingen worden vastgesteld om de verordening aan te passen aan veranderingen in de codering en classificatie op internationaal niveau en om drempels te verhogen. De duur van de delegatie is beperkt tot vijf jaar. Het moet worden opgemerkt dat deze verordening een van de eerste wetgevingsinstrumenten is om de bepalingen inzake gedelegeerde handelingen uit te voeren overeenkomstig het interinstitutioneel akkoord "Beter wetgeven".

Onderhandelingen:

Na de vaststelling van het standpunt van het Parlement in eerste lezing op 11 maart 2014 en het besluit van de Commissie vervoer en toerisme (TRAN) om onderhandelingen op te starten op 13 oktober 2014 is er een informele trialoog georganiseerd tijdens het Italiaanse voorzitterschap van de Raad op 25 november 2014. Hierna vonden er onderhandelingen met het oog op een akkoord in vervroegde tweede lezing plaats tijdens het Letse, Luxemburgse en Nederlandse voorzitterschap. De onderhandelingsteams van het Parlement en de Raad bereikten via de schriftelijke procedure op 11 mei 2016 overeenstemming over het dossier. De tekst die tijdens de onderhandelingen tot stand is gekomen, werd door de Commissie vervoer en toerisme op 24 mei 2016 goedgekeurd. Op basis van de goedkeuring in TRAN heeft de voorzitter van de commissie in zijn brief aan het Comité van permanente vertegenwoordigers aangegeven dat hij de plenaire vergadering zal aanbevelen zonder wijzigingen in te stemmen met het standpunt van de Raad in eerste lezing. Na een juridisch-linguïstische verificatie hechtte de Raad goedkeuring aan zijn standpunt in eerste lezing en werd de overeenkomst van 18 juli 2016 bekrachtigd.

PROCEDURE VAN DE TEN PRINCIPALE BEVOEGDE COMMISSIE

Titel

Wijziging van Verordening (EG) nr. 1365/2006 betreffende de statistiek van het goederenvervoer over de binnenwateren wat betreft het verlenen van gedelegeerde en uitvoeringsbevoegdheden aan de Commissie voor de vaststelling van bepaalde maatregelen

Document- en procedurenummers

09878/1/2016 – C8-0358/2016 – 2013/0226(COD)

Datum eerste lezing EP – P-nummer

11.3.2014                     T7-0180/2014

Voorstel van de Commissie

COM(2013)0484 - C7-0205/2013

Datum bekendmaking ontvangst standpunt van de Raad in eerste lezing

15.9.2016

Commissie ten principale

       Datum bekendmaking

TRAN

15.9.2016

 

 

 

Rapporteurs

       Datum benoeming

Bas Eickhout

13.10.2014

 

 

 

Vervangen rapporteurs

Bas Eickhout

 

 

 

Behandeling in de commissie

26.9.2016

 

 

 

Datum goedkeuring

11.10.2016

 

 

 

Uitslag eindstemming

+:

–:

0:

41

1

4

Bij de eindstemming aanwezige leden

Daniela Aiuto, Lucy Anderson, Marie-Christine Arnautu, Inés Ayala Sender, Georges Bach, Izaskun Bilbao Barandica, Deirdre Clune, Michael Cramer, Luis de Grandes Pascual, Andor Deli, Karima Delli, Isabella De Monte, Jacqueline Foster, Tania González Peñas, Dieter-Lebrecht Koch, Merja Kyllönen, Miltiadis Kyrkos, Bogusław Liberadzki, Peter Lundgren, Marian-Jean Marinescu, Georg Mayer, Gesine Meissner, Cláudia Monteiro de Aguiar, Renaud Muselier, Markus Pieper, Salvatore Domenico Pogliese, Tomasz Piotr Poręba, Gabriele Preuß, Christine Revault D’Allonnes Bonnefoy, Dominique Riquet, Massimiliano Salini, David-Maria Sassoli, Claudia Schmidt, Jill Seymour, Claudia Țapardel, Keith Taylor, Pavel Telička, Evžen Tošenovský, Wim van de Camp, Elissavet Vozemberg-Vrionidi, Roberts Zīle, Kosma Złotowski, Elżbieta Katarzyna Łukacijewska

Bij de eindstemming aanwezige vaste plaatsvervangers

Knut Fleckenstein, Maria Grapini

Bij de eindstemming aanwezige plaatsvervangers (art. 200, lid 2)

Olle Ludvigsson

Datum indiening

18.10.2016