VERSLAG over het voorstel voor een besluit van de Raad inzake de sluiting namens de Europese Unie van de overeenkomst tussen de Europese Unie en het Koninkrijk Noorwegen betreffende administratieve samenwerking, bestrijding van fraude en invordering van schuldvorderingen op het gebied van de btw

25.4.2018 - (COM(2017)0621 – C8-0407/2017 – 2017/0272(NLE)) - *

Commissie economische en monetaire zaken
Rapporteur: Miguel Viegas

Procedure : 2017/0272(NLE)
Stadium plenaire behandeling
Documentencyclus :  
A8-0147/2018
Ingediende teksten :
A8-0147/2018
Debatten :
Aangenomen teksten :

ONTWERPWETGEVINGSRESOLUTIE VAN HET EUROPEES PARLEMENT

over het voorstel voor een besluit van de Raad inzake de sluiting namens de Europese Unie van de overeenkomst tussen de Europese Unie en het Koninkrijk Noorwegen betreffende administratieve samenwerking, bestrijding van fraude en invordering van schuldvorderingen op het gebied van de btw

(COM(2017)0621 – C8-0407/2017 – 2017/0272(NLE))

(Raadpleging)

Het Europees Parlement,

–  gezien het voorstel voor een besluit van de Raad (COM(2017)0621),

–  gezien de Overeenkomst tussen de Europese Unie en het Koninkrijk Noorwegen betreffende administratieve samenwerking, bestrijding van fraude en invordering van schuldvorderingen op het gebied van de btw (14390/2017),

–  gezien de artikel 113 en artikel 218, lid 6, tweede alinea, onder b), en lid 8, tweede alinea, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, op grond waarvan het Parlement door de Raad is geraadpleegd (C8-0407/2017),

–  gezien artikel 78 quater en artikel 108, lid 8, van zijn Reglement,

–  gezien het verslag van de Commissie economische en monetaire zaken (A8-0147/2018),

1.  hecht zijn goedkeuring aan de sluiting van de overeenkomst;

2.  verzoekt zijn Voorzitter het standpunt van het Parlement te doen toekomen aan de Raad en aan de Commissie, alsmede aan de regeringen en parlementen van de lidstaten en het Koninkrijk Noorwegen.

TOELICHTING

Verordening (EU) nr. 904/2010 van de Raad en Richtlijn 2010/24/EU van de Raad vormen het rechtskader waarbinnen de lidstaten kunnen samenwerken om fraude te voorkomen en te bestrijden en schuldvorderingen in te vorderen op het gebied van de btw.

De ervaring in de lidstaten heeft evenwel geleerd dat fraudeurs vaak bedrijven in derde landen inschakelen om misbruik te maken van de zwakke plekken in het controlesysteem. Btw-fraude waar bedrijven in derde landen bij betrokken zijn is voornamelijk een risico in de telecom- en e-dienstensector. Gezien de groei van deze sectoren zijn effectievere instrumenten om dergelijke fraude te bestrijden van essentieel belang om overheidsmiddelen te beschermen. De hoofddoelstelling van deze overeenkomsten is een kader voor wederzijdse bijstand te creëren om grensoverschrijdende btw-fraude te bestrijden en elk land te helpen de misgelopen btw te in te vorderen. De sluiting van samenwerkingsovereenkomsten met EU-buurlanden en handelspartners zou het voor lidstaten gemakkelijker moeten maken btw-fraude op te sporen en tegen te gaan, en zou de financiële verliezen die hierdoor ontstaan moeten beperken.

Samenwerking met derde landen is daarom van wezenlijk belang om btw-fraude te bestrijden. Noorwegen, met name, is een lid van de Europese Economische Ruimte dat een vergelijkbaar btw-stelsel als de EU heeft en een goede traditie van samenwerking op het gebied van de btw met de EU-lidstaten kent.

In 2009 speelde Noorwegen een cruciale rol toen het de lidstaten op de hoogte bracht van btw-ploffraude met CO2-emissierechten. Tussen 2009 en 2012 hebben de Noorse belastingautoriteiten de autoriteiten van de lidstaten inlichtingen verstrekt over frauduleuze transacties ten belope van in totaal 2 703 miljoen EUR. Noorse ambtenaren hebben ook met een aantal lidstaten deelgenomen aan multilaterale controles in de energiesector en waren aanwezig als waarnemer bij de btw-observatie. Noorwegen heeft ook verschillende lidstaten ingelicht over de transacties van ploffers die gebruikmaakten van de Noorse alternatieve betalingsplatforms.

Dit toont aan welke voordelen een samenwerking met Noorwegen de lidstaten kan opleveren. Binnen het huidige rechtskader is de administratieve samenwerking met Noorwegen echter van incidentele aard en slechts mogelijk op basis van bilaterale overeenkomsten tussen Noorwegen en afzonderlijke lidstaten, het Noordse Verdrag of een zeldzaam verzoek aan Noorwegen om als waarnemer deel te nemen aan de bijeenkomsten op het werkterrein "btw-observatie".

Uw rapporteur is het met de Commissie eens dat deze bilaterale overeenkomst tussen de EU en Noorwegen een robuust rechtskader zal scheppen voor een degelijke samenwerking tussen Noorwegen en de lidstaten. Deze samenwerking wordt opgezet volgens dezelfde structuur als die van de huidige samenwerking tussen de EU-lidstaten en er zal een beroep kunnen worden gedaan op dezelfde instrumenten, zoals elektronische platforms en e-formulieren.

Uw rapporteur is verheugd over deze overeenkomst, en moedigt de lidstaten aan de Commissie een mandaat te verlenen om over vergelijkbare overeenkomsten over btw-samenwerking te onderhandelen met de overige EER- en EFTA-landen.

PROCEDURE VAN DE BEVOEGDE COMMISSIE

Titel

Overeenkomst tussen de Europese Unie en het Koninkrijk Noorwegen betreffende administratieve samenwerking, bestrijding van fraude en invordering van schuldvorderingen op het gebied van de btw

Document- en procedurenummers

COM(2017)0621 – C8-0407/2017 – 2017/0272(NLE)

Datum raadpleging / verzoek om goedkeuring

21.11.2017

 

 

 

Bevoegde commissie

       Datum bekendmaking

ECON

29.11.2017

 

 

 

Rapporteurs

       Datum benoeming

Miguel Viegas

23.1.2018

 

 

 

Behandeling in de commissie

19.3.2018

 

 

 

Datum goedkeuring

24.4.2018

 

 

 

Uitslag eindstemming

+:

–:

0:

49

1

1

Bij de eindstemming aanwezige leden

Burkhard Balz, Hugues Bayet, Pervenche Berès, Thierry Cornillet, Markus Ferber, Sven Giegold, Neena Gill, Roberto Gualtieri, Brian Hayes, Gunnar Hökmark, Danuta Maria Hübner, Cătălin Sorin Ivan, Petr Ježek, Barbara Kappel, Wolf Klinz, Georgios Kyrtsos, Philippe Lamberts, Werner Langen, Bernd Lucke, Olle Ludvigsson, Ivana Maletić, Gabriel Mato, Costas Mavrides, Alex Mayer, Bernard Monot, Caroline Nagtegaal, Luděk Niedermayer, Stanisław Ożóg, Dimitrios Papadimoulis, Sirpa Pietikäinen, Dariusz Rosati, Pirkko Ruohonen-Lerner, Alfred Sant, Martin Schirdewan, Molly Scott Cato, Pedro Silva Pereira, Peter Simon, Theodor Dumitru Stolojan, Paul Tang, Ramon Tremosa i Balcells, Marco Valli, Tom Vandenkendelaere, Miguel Viegas, Jakob von Weizsäcker, Marco Zanni

Bij de eindstemming aanwezige vaste plaatsvervangers

Mady Delvaux, Krišjānis Kariņš, Paloma López Bermejo, Thomas Mann, Eva Maydell, Romana Tomc

Datum indiening

25.4.2018

HOOFDELIJKE EINDSTEMMING IN DE BEVOEGDE COMMISSIE

49

+

ALDE

Thierry Cornillet, Petr Ježek, Wolf Klinz, Caroline Nagtegaal, Ramon Tremosa i Balcells

ECR

Bernd Lucke, Stanisław Ożóg, Pirkko Ruohonen-Lerner

EFDD

Marco Valli

ENF

Barbara Kappel

GUE/NGL

Paloma López Bermejo, Dimitrios Papadimoulis, Martin Schirdewan, Miguel Viegas

PPE

Burkhard Balz, Markus Ferber, Brian Hayes, Gunnar Hökmark, Danuta Maria Hübner, Krišjānis Kariņš, Georgios Kyrtsos, Werner Langen, Ivana Maletić, Thomas Mann, Gabriel Mato, Eva Maydell, Luděk Niedermayer, Sirpa Pietikäinen, Dariusz Rosati, Theodor Dumitru Stolojan, Romana Tomc, Tom Vandenkendelaere

S&D

Hugues Bayet, Pervenche Berès, Mady Delvaux, Neena Gill, Roberto Gualtieri, Cătălin Sorin Ivan, Olle Ludvigsson, Costas Mavrides, Alex Mayer, Alfred Sant, Pedro Silva Pereira, Peter Simon, Paul Tang, Jakob von Weizsäcker

VERTS/ALE

Sven Giegold, Philippe Lamberts, Molly Scott Cato

1

-

ENF

Bernard Monot

1

0

ENF

Marco Zanni

Verklaring van de gebruikte tekens:

+  :  voor

-  :  tegen

0  :  onthouding

Laatst bijgewerkt op: 16 mei 2018
Juridische mededeling - Privacybeleid