VERSLAG over het voorstel voor een richtlijn van het Europees Parlement en de Raad betreffende de interoperabiliteit van elektronische tolheffingssystemen voor het wegverkeer en ter vergemakkelijking van de grensoverschrijdende uitwisseling van informatie over niet-betaling van wegentol in de Unie (herschikking)
5.6.2018 - (COM(2017)0280 – C8-0173/2017 – 2017/0128(COD)) - ***I
Commissie vervoer en toerisme
Rapporteur: Massimiliano Salini
(Herschikking – artikel 104 van het Reglement)
- ONTWERPWETGEVINGSRESOLUTIE VAN HET EUROPEES PARLEMENT
- TOELICHTING
- BIJLAGE: BRIEF VAN DE COMMISSIE JURIDISCHE ZAKEN
- BIJLAGE: ADVIES VAN DE ADVIESGROEP VAN DE JURIDISCHE DIENSTEN VAN HET EUROPEES PARLEMENT, DE RAAD EN DE COMMISSIE
- ADVIES van de Commissie burgerlijke vrijheden, justitie en binnenlandse zaken
- PROCEDURE VAN DE BEVOEGDE COMMISSIE
- HOOFDELIJKE EINDSTEMMINGIN DE BEVOEGDE COMMISSIE
ONTWERPWETGEVINGSRESOLUTIE VAN HET EUROPEES PARLEMENT
over het voorstel voor een richtlijn van het Europees Parlement en de Raad betreffende de interoperabiliteit van elektronische tolheffingssystemen voor het wegverkeer en ter vergemakkelijking van de grensoverschrijdende uitwisseling van informatie over niet-betaling van wegentol in de Unie (herschikking)
(COM(2017)0280 – C8-0173/2017 – 2017/0128(COD))
(Gewone wetgevingsprocedure – herschikking)
Het Europees Parlement,
– gezien het voorstel van de Commissie aan het Europees Parlement en de Raad (COM(2017)0280),
– gezien artikel 294, lid 2, en artikel 91, lid 1, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, op grond waarvan het voorstel door de Commissie bij het Parlement is ingediend (C8-0173/2017),
– gezien artikel 294, lid 3, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,
– gezien het advies van het Europees Economisch en Sociaal Comité van 18 oktober 2017[1],
– na raadpleging van het Comité van de Regio's,
– gezien het Interinstitutioneel akkoord van 28 november 2001 over een systematischer gebruik van de herschikking van besluiten[2],
– gezien de brief van 24 juli 2017 van de Commissie juridische zaken aan de Commissie vervoer en toerisme overeenkomstig artikel 104, lid 3, van zijn Reglement,
– gezien de artikelen 104 en 59 van zijn Reglement,
– gezien het verslag van de Commissie vervoer en toerisme en het advies van de Commissie burgerlijke vrijheden, justitie en binnenlandse zaken (A8-0199/2018),
A. overwegende dat het voorstel van de Commissie volgens de adviesgroep van de juridische diensten van het Europees Parlement, de Raad en de Commissie geen andere inhoudelijke wijzigingen bevat dan die welke als zodanig in het voorstel worden vermeld en dat met betrekking tot de codificatie van de ongewijzigde bepalingen van de eerdere handelingen met die wijzigingen kan worden geconstateerd dat het voorstel louter een codificatie van de bestaande handelingen behelst, zonder inhoudelijke wijzigingen;
1. stelt onderstaand standpunt in eerste lezing vast, rekening houdend met de aanbevelingen van de adviesgroep van de juridische diensten van het Europees Parlement, de Raad en de Commissie;
2. verzoekt de Commissie om hernieuwde voorlegging aan het Parlement indien zij haar voorstel vervangt, ingrijpend wijzigt of voornemens is het ingrijpend te wijzigen;
3. verzoekt zijn Voorzitter het standpunt van het Parlement te doen toekomen aan de Raad en aan de Commissie alsmede aan de nationale parlementen.
Amendement 1 Voorstel voor een richtlijn Overweging 2 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(2) Er moet worden voorzien in de wijdverspreide invoering van elektronische tolheffingssystemen in de lidstaten en hun buurlanden, en men moet ook kunnen beschikken over interoperabele systemen die zijn afgestemd op de toekomstige ontwikkeling van rekeningrijden op het niveau van de Unie en op toekomstige technische ontwikkelingen. |
(2) Er moet worden voorzien in de wijdverspreide invoering van elektronische tolheffingssystemen in de lidstaten en hun buurlanden, en men moet ook zoveel mogelijk kunnen beschikken over betrouwbare, gebruiksvriendelijke, kostenefficiënte, interoperabele systemen die zijn afgestemd op de toekomstige ontwikkeling van rekeningrijden op het niveau van de Unie en op toekomstige technische ontwikkelingen. |
Amendement 2 Voorstel voor een richtlijn Overweging 4 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(4) Het toenemend aantal specificaties die lidstaten en buurlanden opleggen voor hun elektronische tolheffingssystemen, kunnen afbreuk doen aan de goede werking van de interne markt en de doelstellingen van het vervoerbeleid. Vrachtwagenchauffeurs dreigen in de toekomst opgescheept te worden met steeds meer incompatibele en dure elektronische kastjes in de bestuurderscabine, en lopen het risico vergissingen te maken bij het gebruik daarvan, zoals niet betalen zonder enig opzet. Een dergelijke wildgroei is voor de voertuiggebruikers en -fabrikanten op grond van financiële, veiligheids- en juridische overwegingen onaanvaardbaar. |
(4) Het toenemend aantal specificaties die lidstaten en buurlanden opleggen voor hun elektronische tolheffingssystemen, kunnen afbreuk doen aan de goede werking van de interne markt, het beginsel van vrij verkeer en de doelstellingen van het vervoerbeleid. Vrachtwagenchauffeurs dreigen in de toekomst opgescheept te worden met steeds meer incompatibele en dure elektronische kastjes in de bestuurderscabine, en lopen het risico vergissingen te maken bij het gebruik daarvan, zoals niet betalen zonder enig opzet. Een dergelijke wildgroei is voor de voertuiggebruikers en -fabrikanten op grond van financiële, veiligheids- en juridische overwegingen onaanvaardbaar. |
Amendement 3 Voorstel voor een richtlijn Overweging 5 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(5) De kunstmatige belemmeringen voor de werking van de interne markt moeten worden opgeheven, maar de lidstaten en de Unie moeten wel de mogelijkheid blijven behouden om voor alle soorten voertuigen lokaal, nationaal en internationaal verschillende toltarieven te hanteren. Het apparaat in de auto moet de mogelijkheid tot toepassing van die verschillende tarieven bieden, met inachtneming van het beginsel van non-discriminatie van burgers uit de verschillende lidstaten. De interoperabiliteit van de tolheffingssystemen op het niveau van de Unie moet dus zo snel mogelijk gerealiseerd worden. |
(5) De kunstmatige belemmeringen voor de werking van de interne markt moeten worden opgeheven, maar de lidstaten en de Unie moeten wel de mogelijkheid blijven behouden om voor alle soorten voertuigen lokaal, nationaal en internationaal verschillende toltarieven te hanteren. Het apparaat in de auto moet de mogelijkheid tot toepassing van die verschillende tarieven bieden, met inachtneming van het beginsel van non-discriminatie van burgers uit de verschillende lidstaten. Het moet mogelijk zijn om gebruik te maken van één enkele set voertuigapparatuur in alle lidstaten, zodat het niet langer noodzakelijk is om verschillende kortetermijnvignetten te kopen om in de Unie te reizen. De betrouwbare interoperabiliteit van de tolheffingssystemen op het niveau van de Unie, in overeenstemming met de algemene verordening gegevensbescherming, moet dus zo snel mogelijk gerealiseerd worden zonder dat er administratieve lasten worden opgelegd en met zo weinig mogelijk extra kosten voor de elektronische tolheffingsdiensten en voor de door de wegenexploitanten geïnstalleerde en beheerde apparatuur. |
Amendement 4 Voorstel voor een richtlijn Overweging 5 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
(5 bis) Tolheffende instanties moeten verplicht worden EETS-aanbieders op niet-discriminerende wijze toegang te verlenen tot hun EETS-gebied. |
Amendement 5 Voorstel voor een richtlijn Overweging 5 ter (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
(5 ter) Om alle EETS-aanbieders garanties te bieden voor transparantie en niet-discriminerende toegang tot de EETS-gebieden, moeten de tolheffende instanties alle relevante informatie inzake toegangsrechten in een EETS-gebiedverklaring kenbaar maken. |
Amendement 6 Voorstel voor een richtlijn Overweging 5 quater (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
(5 quater) Aangezien de EETS een marktgebaseerde dienst is, mogen EETS-aanbieders niet gedwongen worden de dienst meteen in de hele Unie te verlenen. In het belang van de gebruikers moeten EETS-aanbieders echter wel verplicht worden alle EETS-gebieden te bestrijken in elk land waar zij besluiten hun diensten te verlenen. Bovendien moet de Commissie erop toezien dat de flexibiliteit voor EETS-aanbieders er niet toe zal leiden dat kleine of perifere EETS-gebieden worden uitgesloten van de EETS. |
Amendement 7 Voorstel voor een richtlijn Overweging 6 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
(6 bis) De EETS-gebiedverklaring moet een gedetailleerde beschrijving geven van de commerciële kadervoorwaarden voor de activiteiten van EETS-aanbieders in het EETS-gebied in kwestie. Met name moet een beschrijving worden gegeven van de methode die gebruikt wordt om de vergoeding van EETS-aanbieders te berekenen. |
Amendement 8 Voorstel voor een richtlijn Overweging 6 ter (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
(6 ter) EETS-aanbieders moeten aanspraak kunnen maken op een billijke vergoeding, die wordt berekend op basis van een transparante en niet-discriminerende methode. |
Amendement 9 Voorstel voor een richtlijn Overweging 6 quater (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
(6 quater) EETS-gebruikers moeten niet meer wegentol betalen dan zij voor de dienovereenkomstige nationale/lokale wegentol zouden moeten betalen. Alle kortingen of rabatten op tolgeld die door een lidstaat of een tolheffende instantie worden toegekend aan gebruikers van boordapparatuur moeten onder dezelfde voorwaarden ook worden verleend aan klanten van EETS-aanbieders. |
Amendement 10 Voorstel voor een richtlijn Overweging 6 quinquies (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
(6 quinquies) Wanneer er een nieuw elektronisch tolheffingssysteem wordt opgezet of een bestaand systeem ingrijpend wordt gewijzigd, moet de tolheffende instantie ertoe worden verplicht om de nieuwe of bijgewerkte EETS-gebiedverklaringen tijdig genoeg te publiceren zodat EETS-aanbieders uiterlijk één maand voor de dag waarop het systeem in werking wordt gesteld (opnieuw) kunnen worden geaccrediteerd. De tolheffende instantie moet verplicht worden de procedure voor de accreditatie resp. hernieuwde accreditatie van EETS-aanbieders op zodanige wijze te ontwerpen en te volgen dat de procedure uiterlijk één maand voor de inbedrijfstelling van het nieuwe of ingrijpend gewijzigde systeem kan worden afgerond. Tolheffende instanties moeten gehouden zijn hun deel van de geplande procedure als gedefinieerd in de EETS-gebiedverklaring na te leven. |
Amendement 11 Voorstel voor een richtlijn Overweging 6 sexies (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
(6 sexies) In de EETS-gebiedverklaring moet in detail de accreditatieprocedure van een EETS-aanbieder in het EETS-gebied worden beschreven, met name de procedure voor de controle op de naleving van de specificaties en de geschiktheid voor het gebruik van interoperabiliteitsonderdelen. De procedure moet voor alle EETS-aanbieders identiek zijn. |
Amendement 12 Voorstel voor een richtlijn Overweging 6 septies (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
(6 septies) Tolheffende instanties mogen van EETS-aanbieders geen specifieke technische oplossingen vragen of eisen die de interoperabiliteit met andere tolgebieden en met de bestaande interoperabiliteitsonderdelen van de EETS-aanbieder in gevaar zouden kunnen brengen. |
Amendement 13 Voorstel voor een richtlijn Overweging 7 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
(7 bis) Het moet EETS-aanbieders worden toegestaan facturen uit te schrijven voor de gebruikers. Tolheffende instanties moeten echter kunnen verlangen dat facturen worden verzonden namens hen of op hun naam, aangezien rechtstreekse facturering op naam van de EETS-aanbieder in bepaalde tolgebieden ongunstige administratieve en fiscale gevolgen kan hebben. |
Amendement 14 Voorstel voor een richtlijn Overweging 7 ter (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
(7 ter) Indien een juridische entiteit die toldiensten verleent ook andere taken heeft binnen een systeem voor elektronische tolheffing, of andere activiteiten ontplooit die niet rechtstreeks verband houden met elektronische tolheffing, moet zij verplicht worden om gescheiden winst- en verliesrekeningen te hebben voor elk type activiteit. Kruissubsidies tussen deze verschillende activiteiten moeten worden uitgesloten. |
Amendement 15 Voorstel voor een richtlijn Overweging 8 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(8) Het dient te worden bevestigd dat de Europese elektronische tolheffingsdienst (EETS) door EETS-aanbieders wordt aangeboden, zoals gespecificeerd in Beschikking 2009/750/EG van de Commissie17. |
(8) Het dient te worden bevestigd dat de Europese elektronische tolheffingsdienst (EETS) rechtmatig door EETS-aanbieders wordt aangeboden, zoals gespecificeerd in Beschikking 2009/750/EG van de Commissie17 en in volledige overeenstemming met de grondrechten. |
_________________ |
_________________ |
17 Beschikking 2009/750/EG van de Commissie van 6 oktober 2009 tot definiëring van de Europese elektronische tolheffingsdienst en de bijbehorende technische onderdelen (PB L 268 van 13.10.2009, blz. 11). |
17 Beschikking 2009/750/EG van de Commissie van 6 oktober 2009 tot definiëring van de Europese elektronische tolheffingsdienst en de bijbehorende technische onderdelen (PB L 268 van 13.10.2009, blz. 11). |
Amendement 16 Voorstel voor een richtlijn Overweging 8 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
(8 bis) Iedere lidstaat met ten minste twee EETS-gebieden moet een instantie in de nationale administratie aanwijzen waartoe EETS-aanbieders zich kunnen wenden als zij de EETS willen aanbieden op het grondgebied van die lidstaat, teneinde hun contacten met de tolheffende instanties te vergemakkelijken. |
Amendement 17 Voorstel voor een richtlijn Overweging 10 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(10) Toepassingen voor elektronische tolheffing en coöperatieve ITS (C-ITS) maken gebruik van soortgelijke technologieën en aangrenzende frequentiebanden voor korteafstandscommunicatie tussen voertuigen onderling en tussen voertuigen en de infrastructuur. In de toekomst moet worden onderzocht of elektronische tolheffing kan worden gecombineerd met C-ITS in de 5,9 GHZ-band die momenteel door C-ITS wordt gebruikt, na een grondige beoordeling van de kosten, baten, technische hinderpalen en mogelijke oplossingen daarvoor. |
(10) Toepassingen voor elektronische tolheffing en coöperatieve ITS (C-ITS) maken gebruik van soortgelijke technologieën en aangrenzende frequentiebanden voor korteafstandscommunicatie tussen voertuigen onderling en tussen voertuigen en de infrastructuur. In de toekomst moet worden onderzocht of er nieuwe oplossingen voor en mogelijke synergieën mogelijk zijn tussen het elektronische tolheffingsplatform en coöperatieve intelligente vervoerssystemen, waarbij rekening moet worden gehouden met een gedetailleerde kosten-batenanalyse en de mogelijke gevolgen voor de privacy en de gegevensbescherming. |
Amendement 18 Voorstel voor een richtlijn Overweging 11 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(11) Er moet rekening worden gehouden met de specifieke kenmerken van elektronische tolheffingssystemen die op dit ogenblik worden toegepast op lichte voertuigen. Aangezien geen enkele van die elektronische tolheffingssystemen momenteel gebruik maakt van satellietplaatsbepaling of mobiele communicatie, moeten EETS-aanbieders toestemming krijgen om, gedurende een beperkte periode, boordapparatuur voor lichte voertuigen te leveren die alleen geschikt is voor gebruik met de 5,8 GHz-technologie. |
(11) Er moet rekening worden gehouden met de specifieke kenmerken van elektronische tolheffingssystemen die op dit ogenblik worden toegepast op lichte voertuigen. Aangezien geen enkele van die elektronische tolheffingssystemen momenteel gebruik maakt van satellietplaatsbepaling of mobiele communicatie, moeten EETS-aanbieders toestemming krijgen om, gedurende een beperkte periode, boordapparatuur voor lichte voertuigen te leveren die alleen geschikt is voor gebruik met de 5,8 GHz-technologie. Om interferentie van wifi in voertuigen en C-ITS-apparatuur te voorkomen, moet de 5.8 GHz-frequentieband worden beschermd met het oog op het gebruik in tolheffingssystemen. |
Amendement 19 Voorstel voor een richtlijn Overweging 13 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
(13 bis) Voor de grensoverschrijdende handhaving van wegentol, met inbegrip van in stedelijke gebieden geheven tol, en boetes wegens tolovertredingen te verzekeren, is een regeling voor wederzijdse bijstand tussen de lidstaten nodig. Om het probleem van grensoverschrijdende handhaving van tolontduiking aan te pakken, moeten er, ook via inschakeling van lokale autoriteiten, nieuwe wettelijke regelingen worden toegepast waarbij gebruikgemaakt wordt van een eenvoudig automatisch mechanisme voor de uitwisseling van informatie tussen lidstaten. |
Amendement 20 Voorstel voor een richtlijn Overweging 15 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
(15 bis) Tolheffende instanties moeten de mogelijkheid hebben om, in het kader van de handhaving van tolregelingen en wanneer wordt verondersteld dat de bestuurder van een voertuig geen wegentol heeft betaald, bij de EETS-aanbieder gegevens op te vragen met betrekking tot de voertuigen en de eigenaren of houders van voertuigen die cliënten van de EETS-aanbieder zijn. De tolheffende instantie moet voorkomen dat deze gegevens, die commercieel gevoelig kunnen zijn, worden gebruikt voor andere dan handhavingsdoeleinden. Met name moet van de tolheffende instantie worden geëist dat zij de gegevens niet bekend maken aan concurrenten van de EETS-aanbieder. De hoeveelheid en soort gegevens die EETS-aanbieders meedelen aan tolheffende instanties met het oog op de berekening en heffing van tolgelden of om de berekening te verifiëren van de tol die door de EETS-aanbieders geheven is op de voertuigen van EETS-gebruikers, moeten tot een strikt minimum worden beperkt. |
Amendement 21 Voorstel voor een richtlijn Overweging 16 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
(16 bis) Er moet worden voorzien in een bemiddelingsprocedure waarmee geschillen tussen tolheffende instanties en EETS-aanbieders tijdens de contractbesprekingen en de duur van de contractuele betrekkingen kunnen worden beslecht. Wanneer tolheffende instanties en EETS-aanbieders geschillen met betrekking tot de niet-discriminerende toegang tot EETS-gebieden wensen te beslechten, moeten zij de nationale bemiddelende instanties raadplegen. |
Amendement 22 Voorstel voor een richtlijn Overweging 16 ter (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
(16 ter) De bemiddelende instanties moeten gemachtigd worden te verifiëren dat de contractuele voorwaarden die aan een EETS-aanbieder worden opgelegd, niet-discriminerend zijn. In het bijzonder moeten zij gemachtigd worden te verifiëren of de vergoeding die de tolheffende instantie aanbiedt aan de EETS-aanbieders in overeenstemming is met de beginselen van deze richtlijn. |
Amendement 23 Voorstel voor een richtlijn Overweging 17 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(17) Bij invoering van elektronische tolheffingssystemen is sprake van de verwerking van persoonsgegevens. Dit dient te geschieden met inachtneming van de voorschriften van de Unie zoals onder meer vastgesteld in Verordening (EU) 2016/679 van het Europees Parlement en de Raad19, Richtlijn (EU) 2106/680 van het Europees Parlement en de Raad20 en Richtlijn 2002/58/EG van het Europees Parlement en de Raad21. Het recht op bescherming van persoonsgegevens is uitdrukkelijk vastgelegd in artikel 8 van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie. |
(17) Bij invoering van elektronische tolheffingssystemen is sprake van de verwerking van persoonsgegevens, waaruit uitvoerige bewegingsprofielen kunnen worden afgeleid. Om de privacy te waarborgen moeten de lidstaten dan ook anonieme, versleutelde vooruitbetalingsopties mogelijk maken in de EETS. Het recht op bescherming van persoonsgegevens is uitdrukkelijk vastgelegd in artikel 8 van het Handvest van de grondrechten van de Unie en artikel 16 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie. De verwerking van persoonsgegevens dient te geschieden met inachtneming van de voorschriften van de Unie zoals onder meer vastgesteld in Verordening (EU) 2016/679 van het Europees Parlement en de Raad19 en Richtlijn 2002/58/EG van het Europees Parlement en de Raad20 en, indien de niet-betaling van wegentol een strafbaar feit is in de lidstaat waar de betaling verschuldigd is, Richtlijn (EU) 2016/680 van het Europees Parlement en de Raad21. |
__________________ |
__________________ |
19 Verordening (EU) 2016/679 van het Europees Parlement en de Raad van 27 april 2016 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrije verkeer van die gegevens en tot intrekking van Richtlijn 95/46/EG (algemene verordening gegevensbescherming) (PB L 119 van 4.5.2016, blz. 1). |
19 Verordening (EU) 2016/679 van het Europees Parlement en de Raad van 27 april 2016 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrije verkeer van die gegevens en tot intrekking van Richtlijn 95/46/EG (algemene verordening gegevensbescherming) (PB L 119 van 4.5.2016, blz. 1). |
20 Richtlijn (EU) 2016/680 van het Europees Parlement en de Raad van 27 april 2016 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens door bevoegde autoriteiten met het oog op de voorkoming, het onderzoek, de opsporing en de vervolging van strafbare feiten of de tenuitvoerlegging van straffen, en betreffende het vrije verkeer van die gegevens en tot intrekking van Kaderbesluit 2008/977/JBZ van de Raad (PB L 119 van 4.5.2016, blz. 89). |
20 Richtlijn 2002/58/EG van het Europees Parlement en de Raad van 12 juli 2002 betreffende de verwerking van persoonsgegevens en de bescherming van de persoonlijke levenssfeer in de sector elektronische communicatie (PB L 201 van 31.7.2002, blz. 37). |
21 Richtlijn 2002/58/EG van het Europees Parlement en de Raad van 12 juli 2002 betreffende de verwerking van persoonsgegevens en de bescherming van de persoonlijke levenssfeer in de sector elektronische communicatie (PB L 201 van 31.7.2002, blz. 37). |
21 Richtlijn (EU) 2016/680 van het Europees Parlement en de Raad van 27 april 2016 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens door bevoegde autoriteiten met het oog op de voorkoming, het onderzoek, de opsporing en de vervolging van strafbare feiten of de tenuitvoerlegging van straffen, en betreffende het vrije verkeer van die gegevens en tot intrekking van Kaderbesluit 2008/977/JBZ van de Raad (PB L 119 van 4.5.2016, blz. 89). |
Amendement 24 Voorstel voor een richtlijn Overweging 17 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
(17 bis) EETS-aanbieders moeten verantwoordelijk worden gesteld voor het leveren van correcte gegevens over hun klanten aan tolheffende instanties en/of tolexploitanten, omdat deze gegevens van essentieel belang zijn voor een correcte tolinning en doeltreffende handhaving. |
Amendement 25 Voorstel voor een richtlijn Overweging 18 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(18) Deze richtlijn laat de vrijheid van de lidstaten om voorschriften inzake wegeninfrastructuurheffing en belastingaangelegenheden vast te stellen onverlet. |
(18) Deze richtlijn laat de vrijheid van de lidstaten om voorschriften inzake wegeninfrastructuurheffing en belastingaangelegenheden vast te stellen onverlet. Er wordt echter ook gesteld dat een interoperabel elektronisch tolheffingssysteem zou bijdragen aan de verwezenlijking van de doelstellingen van de Uniewetgeving inzake wegentol. De bepalingen van deze richtlijn zijn verenigbaar met die van Richtlijn .../... van het Europees Parlement en de Raad22. |
|
__________________ |
|
22 Richtlijn .../... van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging van Richtlijn 1999/62/EG betreffende het in rekening brengen van het gebruik van bepaalde infrastructuurvoorzieningen aan zware vrachtvoertuigen [procedure 2017/0114 COD] |
Amendement 26 Voorstel voor een richtlijn Overweging 19 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(19) Om de interoperabiliteit van elektronische tolheffingssystemen te garanderen en de grensoverschrijdende uitwisseling van informatie over niet-betaling van wegentol te vergemakkelijken, moet de Commissie, overeenkomstig artikel 290 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, de bevoegdheid krijgen om wetgevingshandelingen vast te stellen met het oog op de aanpassing aan de stand van de techniek van de lijst van technologieën die mogen worden gebruikt voor het uitvoeren van elektronische toltransacties in elektronische tolsystemen die de installatie of het gebruik van boordapparatuur vereisten. Het is met name belangrijk dat de Commissie tijdens de voorbereiding overleg pleegt, ook op deskundigenniveau, en dat dat overleg plaatsvindt overeenkomstig de beginselen die zijn vastgesteld in het Interinstitutioneel Akkoord van 13 april 2016 over beter wetgeven. Met name om te zorgen voor gelijke deelname aan de voorbereiding van gedelegeerde handelingen ontvangen het Europees Parlement en de Raad alle documenten op hetzelfde tijdstip als de deskundigen van de lidstaten, en hebben hun deskundigen systematisch toegang tot de vergaderingen van de deskundigengroepen van de Commissie die zich bezighouden met de voorbereiding van de gedelegeerde handelingen. |
(19) Om de interoperabiliteit van elektronische tolheffingssystemen te garanderen en de grensoverschrijdende uitwisseling van informatie over niet-betaling van wegentol langs juridisch weg te vergemakkelijken, moet de Commissie, overeenkomstig artikel 290 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, de bevoegdheid krijgen om wetgevingshandelingen vast te stellen met het oog op de aanpassing aan de stand van de techniek van de lijst van technologieën die mogen worden gebruikt voor het uitvoeren van elektronische toltransacties in elektronische tolsystemen die de installatie of het gebruik van boordapparatuur vereisten. Het is met name belangrijk dat de Commissie tijdens de voorbereiding overleg pleegt, ook op deskundigenniveau, en dat dat overleg plaatsvindt overeenkomstig de beginselen die zijn vastgesteld in het Interinstitutioneel Akkoord van 13 april 2016 over beter wetgeven. Met name om te zorgen voor gelijke deelname aan de voorbereiding van gedelegeerde handelingen ontvangen het Europees Parlement en de Raad alle documenten op hetzelfde tijdstip als de deskundigen van de lidstaten, en hebben hun deskundigen systematisch toegang tot de vergaderingen van de deskundigengroepen van de Commissie die zich bezighouden met de voorbereiding van de gedelegeerde handelingen. |
Amendement 27 Voorstel voor een richtlijn Artikel 1 – lid 1 – alinea 1 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
Deze richtlijn legt de voorwaarden vast om de interoperabiliteit tussen elektronische tolheffingssystemen voor het wegverkeer in de Unie te waarborgen en om de grensoverschrijdende uitwisseling van informatie over niet-betaling van wegentol te vergemakkelijken. De richtlijn is van toepassing op de elektronische inning van alle typen tolgelden op het gehele wegennet van de Unie, van stadswegen en verbindingswegen tussen de steden, snelwegen, hoofdwegen en secundaire wegen tot voorzieningen als tunnels, bruggen en veerponten. |
Deze richtlijn legt de voorwaarden vast die noodzakelijk zijn om: |
|
a) de interoperabiliteit tussen elektronische tolheffingssystemen te waarborgen op het gehele wegennet van de Unie, van stadswegen en verbindingswegen tussen de steden, snelwegen, hoofdwegen en secundaire wegen tot voorzieningen als tunnels, bruggen en veerponten, en |
|
b) de grensoverschrijdende uitwisseling van informatie over niet-betaling van wegentol in de Unie te vergemakkelijken, met inbegrip van niet-betaling van tol die handmatig moet worden geïnd in infrastructuur waarop deze richtlijn van toepassing is, alsook in stedelijke gebieden geheven tol als bedoeld in Richtlijn 2008/50/EG van het Europees Parlement en de Raad23, of boetes voor overtredingen in verband met de betaling van tol. |
|
__________________ |
|
23 Richtlijn 2008/50/EG van het Europees Parlement en de Raad van 21 mei 2008 betreffende de luchtkwaliteit en schonere lucht voor Europa (PB L 152 van 11.6.2008, blz. 1). |
Amendement 28 Voorstel voor een richtlijn Artikel 1 – lid 1 – alinea 2 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
Deze richtlijn laat de beslissingen van lidstaten om heffingen op te leggen aan bepaalde voertuigtypes en om het niveau van die heffingen en het doel waarvoor ze worden opgelegd te bepalen, onverlet. |
Om het subsidiariteitsbeginsel te eerbiedigen laat deze richtlijn de beslissingen van lidstaten om heffingen op te leggen aan bepaalde voertuigtypes en om het niveau van die heffingen en het doel waarvoor ze worden opgelegd te bepalen, onverlet. |
Amendement 29 Voorstel voor een richtlijn Artikel 2 – alinea 1 – letter -a (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
-a) "toldienst": een dienst die gebruikers in staat stelt met één contract en één set boordapparaten gebruik te maken van een voertuig in een of meer tolgebieden; dit betreft met name: |
|
i) het bieden van op maat gemaakte boordapparatuur aan de gebruikers, met behoud van functies; |
|
ii) de garantie dat de verschuldigde tol door de gebruiker wordt betaald aan de tolheffende instantie; |
|
iii) het beschikbaar stellen van betaalmethoden aan de gebruiker of het accepteren van een bestaande methode; |
|
iv) het innen van tolgelden bij de gebruiker; |
|
v) het beheren van de klantrelaties met de gebruiker; |
|
vi) het uitvoeren en naleven van het beveiligings- en privacybeleid voor de tolheffingssystemen; |
Amendement 30 Voorstel voor een richtlijn Artikel 2 – alinea 1 – letter a | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
a) "Europese elektronische tolheffingsdienst (EETS)": de diensten die, op basis van een contract, door een EETS-aanbieder worden verleend aan EETS-gebruikers. Die diensten omvatten onder meer de terbeschikkingstelling en correcte parametrisatie en werking van de boordapparatuur die nodig is om wegentol te betalen in alle elektronische tolgebieden die in het contract zijn overeengekomen, de verwerking van de betaling van wegentol door de gebruiker aan de tolheffer namens de gebruikers, en de verlening van andere diensten en bijstand die de gebruiker nodig heeft om te voldoen aan de verplichtingen die door de tolheffers worden opgelegd in de in het contract overeengekomen tolgebieden; |
a) "Europese elektronische tolheffingsdienst (EETS)": de tolheffingsdienst die, op basis van een contract, door een EETS-aanbieder wordt verleend aan EETS-gebruikers; |
Amendement 31 Voorstel voor een richtlijn Artikel 2 – alinea 1 – letter a bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
a bis) "tol": een heffing of belasting die wordt opgelegd aan een voertuig dat in een tolgebied rijdt; |
Amendement 32 Voorstel voor een richtlijn Artikel 2 – alinea 1 – letter a ter (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
a ter) "toldienst": een juridische entiteit die toldiensten verleent aan klanten in een of meer tolgebieden voor een of meer voertuigcategorieën. |
Amendement 33 Voorstel voor een richtlijn Artikel 2 – alinea 1 – letter b bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
b bis) "tolexploitant": een particuliere entiteit aan wie de tolheffende instantie de inning van de tolgelden delegeert namens en ten behoeve van de tolheffende instantie; |
Amendement 34 Voorstel voor een richtlijn Artikel 2 – alinea 1 – letter c bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
c bis) "nationale toldienst": een entiteit die de door de tolexploitant ontwikkelde en geëxploiteerde toldiensten aanbiedt aan de eindgebruikers. Deze dienst wordt aangewezen door een lidstaat en is belast met de openbaredienstverplichting om boordapparatuur te verstrekken aan alle gebruikers van toldiensten en de toldiensten aan te bieden in het hele grondgebied van de lidstaat in kwestie; |
Amendement 35 Voorstel voor een richtlijn Artikel 2 – alinea 1 – letter c ter (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
c ter) "hoofdaanbieder": een toldienst waaraan door de tolheffende instantie specifieke verplichtingen worden opgelegd (zoals de verplichting om overeenkomsten te sluiten met alle belanghebbende gebruikers) of waaraan specifieke rechten worden toegekend (zoals een specifieke vergoeding of een gegarandeerd langetermijncontract), die verschillen van de rechten en plichten van andere aanbieders; |
Amendement 36 Voorstel voor een richtlijn Artikel 2 – alinea 1 – letter e | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
e) "elektronisch tolgebied": een weg, een wegennet, een kunstwerk zoals een brug of een tunnel, of een ferry waarvoor wegentol wordt geïnd door, uitsluitend of gedeeltelijk, gebruik te maken van automatische detectiemechanismen zoals communicatie met boordapparatuur in het voertuig of automatische nummerplaatherkenning; |
e) "elektronisch tolgebied": een weg, een wegennet, of een kunstwerk zoals een brug of een tunnel, of een ferry waarvoor wegentol wordt geïnd door, uitsluitend of gedeeltelijk, gebruik te maken van automatische detectiemechanismen zoals de communicatie met boordapparatuur in het voertuig of automatische nummerplaatherkenning; |
Amendement 37 Voorstel voor een richtlijn Artikel 2 – alinea 1 – letter e bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
e bis) "tolcontextgegevens": de door de verantwoordelijke tolheffende instantie vastgestelde informatie die noodzakelijk is om het tolgeld te bepalen dat voor een bepaald voertuig in een specifiek tolgebied moet worden betaald en om de toltransactie af te ronden; |
Amendement 38 Voorstel voor een richtlijn Artikel 2 – alinea 1 – letter e ter (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
e ter) "tolmelding": een mededeling aan de tolheffende instantie, in een formaat dat is vastgesteld door de toldienst en de tolheffende instantie, waarmee de aanwezigheid van een voertuig in een tolgebied wordt bevestigd; |
Amendement 39 Voorstel voor een richtlijn Artikel 2 – alinea 1 – letter f bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
f bis) "interoperabiliteitsonderdelen": een basiscomponent, groep componenten, deel van een samenstel of volledig samenstel van apparatuur die deel uitmaken of bestemd zijn om deel uit te maken van de Europese elektronische tolheffingsdienst en waarvan de interoperabiliteit van deze dienst direct of indirect afhankelijk is, met inbegrip van zowel materiële als immateriële objecten zoals software; |
Amendement 40 Voorstel voor een richtlijn Artikel 2 – alinea 1 – letter f ter (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
f ter) "geschiktheid voor gebruik": het vermogen van een interoperabiliteitsonderdeel om een specifieke prestatie te leveren en te blijven leveren zolang het in gebruik is, waarbij een representatieve integratie in de Europese elektronische tolheffingsdienst in relatie tot het systeem van een tolheffende instantie gewaarborgd moet zijn; |
Amendement 41 Voorstel voor een richtlijn Artikel 2 – alinea 1 – letter f quater (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
f quater) "ingrijpend gewijzigd systeem": een bestaand elektronisch tolsysteem dat een verandering heeft ondergaan of ondergaat waardoor EETS-aanbieders gedwongen worden wijzigingen aan te brengen in de interoperabiliteitsonderdelen die zij gebruiken, zoals het herprogrammeren of opnieuw testen van boordapparatuur of het aanpassen van de interfaces van hun backoffice; |
Amendement 42 Voorstel voor een richtlijn Artikel 2 – alinea 1 – letter f quinquies (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
f quinquies) "backoffice": het centrale elektronische systeem dat door de tolheffende instantie, een groep van tolheffende instanties die een interoperabiliteitshub hebben gevormd of een EETS-aanbieder wordt gebruikt om in het kader van elektronische tolheffing informatie te verzamelen, te verwerken en te verzenden; |
Amendement 43 Voorstel voor een richtlijn Artikel 2 – alinea 1 – letter f sexies (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
f sexies) "accreditatie": de door de tolheffende instantie opgezette en beheerde procedure die een EETS-aanbieder moet doorlopen alvorens in een EETS-gebied EETS te mogen aanbieden; |
Amendement 44 Voorstel voor een richtlijn Artikel 2 – alinea 1 – letter i | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
i) "lidstaat van registratie": de lidstaat waarin het voertuig is geregistreerd waarmee de overtreding werd begaan die tot gevolg had dat geen wegentol werd betaald; |
i) "lidstaat van registratie": de lidstaat waarin het voertuig waarmee de overtreding werd begaan die tot gevolg had dat geen wegentol werd betaald is geregistreerd; |
Amendement 45 Voorstel voor een richtlijn Artikel 2 – alinea 1 – letter l bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
l bis) "parameters voor voertuigclassificatie": de voertuiginformatie op basis waarvan het tolgeld wordt berekend met inachtneming van de tolcontextgegevens; |
Amendement 46 Voorstel voor een richtlijn Artikel 2 – alinea 1 – letter o | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
o) "licht voertuig": elk voertuig dat geen zwaar bedrijfsvoertuig is. |
o) "licht voertuig": een personenauto, minibus of bestelwagen. |
Amendement 47 Voorstel voor een richtlijn Artikel 3 – lid 1 – alinea 1 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
Alle nieuwe elektronische tolheffingssystemen waarvoor boordapparatuur moet worden geïnstalleerd of gebruikt maken voor de afhandeling van elektronische tolheffingstransacties gebruik van een of meer van de in bijlage IV vermelde technologieën. |
Alle nieuwe elektronische tolheffingssystemen waarvoor boordapparatuur moet worden geïnstalleerd of gebruikt maken voor de afhandeling van elektronische tolheffingstransacties gebruik van een of meer van de volgende technologieën: |
|
a) plaatsbepaling per satelliet; |
|
b) mobiele communicatie; |
|
c) 5,8 GHz microgolftechnologie. |
Amendement 48 Voorstel voor een richtlijn Artikel 3 – lid 1 – alinea 2 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
Bestaande elektronische tolheffingssystemen die gebruikmaken van andere dan de in bijlage IV vermelde technologieën beantwoorden aan die technologieën indien substantiële technologische verbeteringen worden uitgevoerd. |
Bestaande elektronische tolheffingssystemen die gebruikmaken van andere dan de in de eerste alinea vermelde technologieën zijn verenigbaar met die technologieën indien substantiële technologische verbeteringen worden uitgevoerd. |
Amendement 49 Voorstel voor een richtlijn Artikel 3 – lid 3 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
3. EETS-aanbieders stellen boordapparatuur ter beschikking van de gebruikers die geschikt is voor gebruik, interoperabel is en in staat is te communiceren met alle in de lidstaten in gebruik zijnde elektronische tolheffingssystemen die gebruikmaken van de in bijlage IV vermelde technologieën. |
3. EETS-aanbieders stellen boordapparatuur ter beschikking van de gebruikers die geschikt is voor gebruik, interoperabel is en in staat is te communiceren met alle in de lidstaten in gebruik zijnde elektronische tolheffingssystemen die gebruikmaken van de in lid 1 vermelde technologieën. |
Amendement 50 Voorstel voor een richtlijn Artikel 3 – lid 4 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
4. De boordapparatuur mag gebruikmaken van eigen hardware en software, van elementen van andere hardware en software die in het voertuig aanwezig is of van beide. Om met andere in het voertuig aanwezige hardwaresystemen te kunnen communiceren, mag de boordapparatuur gebruikmaken van andere dan de in bijlage IV vermelde technologieën. |
4. De boordapparatuur mag gebruikmaken van eigen hardware en software, van elementen van andere hardware en software die in het voertuig aanwezig is of van beide. Om met andere in het voertuig aanwezige hardwaresystemen te kunnen communiceren, mag de boordapparatuur gebruikmaken van andere dan de in lid 1 vermelde technologieën. Elk voertuig mag slechts over één boordunit beschikken en die boordunit mag slechts met één voertuig verbonden zijn. |
Amendement 51 Voorstel voor een richtlijn Artikel 3 – lid 5 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
5. Tot 31 december 2027 mogen EETS-aanbieders boordapparatuur die alleen geschikt is voor gebruik met de 5,8 GHz microgolftechnologie ter beschikking stellen van gebruikers van lichte voertuigen. |
5. Tot 31 december 2027 mogen EETS-aanbieders boordapparatuur die alleen geschikt is voor gebruik met de 5,8 GHz microgolftechnologie ter beschikking stellen van gebruikers van lichte voertuigen om te worden gebruikt in de EETS-gebieden die geen plaatsbepaling per satelliet of mobilecommunicatietechnologieën vereisen. |
Amendement 52 Voorstel voor een richtlijn Artikel 3 – lid 6 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
6. De lidstaten zien erop toe dat de met het oog op het functioneren van de EETS noodzakelijke verwerking van persoonsgegevens plaatsvindt in overeenstemming met de regels van de Unie op het gebied van de bescherming van de fundamentele rechten en vrijheden van natuurlijke personen, waaronder de persoonlijke levenssfeer, en dat in het bijzonder wordt voldaan aan de bepalingen van Verordening (EU) 2016/679, Richtlijn (EU) 2016/680 en Richtlijn 2002/58/EG. |
6. De lidstaten zien erop toe dat de met het oog op het functioneren van de EETS noodzakelijke verwerking van persoonsgegevens plaatsvindt in overeenstemming met de regels van de Unie op het gebied van de bescherming van de fundamentele rechten en vrijheden van natuurlijke personen, waaronder de persoonlijke levenssfeer, en dat in het bijzonder wordt voldaan aan de bepalingen van Verordening (EU) 2016/679, Richtlijn (EU) 2016/680 en Richtlijn 2002/58/EG. Tegelijkertijd maken de lidstaten de gegevensuitwisseling met andere lidstaten in gemotiveerde gevallen mogelijk, zoals niet-betaling van wegentol. |
Amendement 53 Voorstel voor een richtlijn Artikel 4 – lid 2 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
2. De EETS maakt de sluiting van de contracten mogelijk, ongeacht de plaats van inschrijving van het voertuig, de nationaliteit van de partijen bij het contract en de zone of het traject van het wegennet waarvoor de wegen tol verschuldigd is. |
2. De EETS maakt de sluiting van de contracten mogelijk, ongeacht de plaats van inschrijving van het voertuig, de nationaliteit van de partijen bij het contract en de zone of het traject van het wegennet waarvoor de wegen tol verschuldigd is, rekening houdend met de betaalmiddelen die in de betrokken lidstaat geldig zijn. |
Amendement 54 Voorstel voor een richtlijn Artikel 4 – lid 2 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
2 bis. De EETS wordt verleend op basis van contracten tussen EETS-aanbieders en tolheffers waarmee wordt gewaarborgd dat de verschuldigde tol correct wordt betaald. |
Amendement 55 Voorstel voor een richtlijn Artikel 4 – lid 3 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
3. Het EETS biedt ruimte voor de ontwikkeling van intermodaliteit, zonder dat er nadelen ontstaan voor andere vervoerswijzen. |
3. De EETS biedt ruimte voor de ontwikkeling van intermodaliteit en waarborgt dat het beginsel dat de gebruiker en vervuiler betaalt wordt toegepast en dat er voordelen ontstaan voor andere, duurzamere vervoerswijzen. |
Amendement 56 Voorstel voor een richtlijn Artikel 4 – lid 5 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
5. In overeenstemming met de procedure die is vastgesteld in Richtlijn 2015/1535/EU van het Europees Parlement en de Raad vraagt de Commissie de desbetreffende normalisatie-instellingen, in het bijzonder de Europese Commissie voor Normalisatie, om snel normen vast te stellen voor elektronische tolheffingssystemen op basis van communicatie in bijlage IV vermelde technologieën, en om deze indien nodig te actualiseren. De Commissie vraagt dat de normalisatie-instellingen toezien op de blijvende verenigbaarheid van interoperabiliteitsonderdelen. |
5. In overeenstemming met de procedure die is vastgesteld in Richtlijn 2015/1535/EU van het Europees Parlement en de Raad vraagt de Commissie de desbetreffende normalisatie-instellingen, in het bijzonder de Europese Commissie voor Normalisatie, om snel normen vast te stellen voor elektronische tolheffingssystemen op basis van communicatie in artikel 3 vermelde technologieën, en om deze indien nodig te actualiseren. De Commissie vraagt dat de normalisatie-instellingen toezien op de blijvende verenigbaarheid van interoperabiliteitsonderdelen. |
_________________ |
_________________ |
23 Richtlijn (EU) 2015/1535 van het Europees Parlement en de Raad van 9 september 2015 betreffende een informatieprocedure op het gebied van technische voorschriften en regels betreffende de diensten van de informatiemaatschappij (PB L 241 van 17.9.2015, blz. 1). |
23 Richtlijn (EU) 2015/1535 van het Europees Parlement en de Raad van 9 september 2015 betreffende een informatieprocedure op het gebied van technische voorschriften en regels betreffende de diensten van de informatiemaatschappij (PB L 241 van 17.9.2015, blz. 1). |
Amendement 57 Voorstel voor een richtlijn Artikel 4 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
Artikel 4 bis |
|
Eisen waaraan de EETS-aanbieders moeten voldoen |
|
EETS-aanbieders laten zich registreren in een lidstaat waarin ze zijn gevestigd. De registratie wordt toegekend als de EETS-aanbieders aan de volgende eisen voldoen: |
|
a) in het bezit zijn van een EN ISO 9001-certificaat of gelijkwaardige erkenning; |
|
b) aantonen dat zij over de nodige technische apparatuur beschikken en in het bezit zijn van de EG-verklaring of -certificering van conformiteit van de interoperabiliteitsonderdelen; |
|
c) aantonen dat zij bekwaam zijn om elektronische tolheffingsdiensten aan te bieden of kundig zijn op de betrokken terreinen; |
|
d) over de nodige financiële draagkracht beschikken; |
|
e) een alomvattend risicobeheersplan handhaven dat minstens om de twee jaar aan een controle wordt onderworpen; |
|
f) betrouwbaar zijn. |
|
De Commissie is bevoegd overeenkomstig artikel 11 gedelegeerde handelingen vast te stellen tot nadere bepaling van de in de eerste alinea, onder b), bedoelde specificaties. |
Amendement 58 Voorstel voor een richtlijn Artikel 4 ter (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
Artikel 4 ter |
|
Rechten en plichten van EETS-aanbieders |
|
1. De EETS-aanbieders sluiten EETS-overeenkomsten voor alle EETS-gebieden op het grondgebied van ten minste vier lidstaten binnen een termijn van 36 maanden nadat zij zijn ingeschreven overeenkomstig het bepaalde in artikel 4 bis. |
|
Zij sluiten EETS-overeenkomsten voor alle EETS-gebieden in een bepaalde lidstaat binnen een termijn van 24 maanden na de sluiting van de eerste overeenkomst in die lidstaat, behalve voor EETS-gebieden waar de verantwoordelijke tolheffende instanties niet voldoen aan de bepalingen van artikel 4 quinquies. |
|
2. De diensten van de EETS-aanbieder bestrijken te allen tijde alle EETS-gebieden zodra zij de overeenkomsten daarvoor hebben ondertekend. Wanneer een EETS-aanbieder niet in staat is een EETS-gebied te dekken omdat de tolheffende instantie haar verplichtingen niet nakomt, hervat hij de dienstverlening in het betrokken gebied zo spoedig mogelijk. |
|
3. EETS-aanbieders werken samen met de tolheffende instanties bij hun handhavingsinspanningen. Wanneer vermoed wordt dat een weggebruiker een tolgeld niet heeft betaald, kan de tolheffende instantie de EETS-aanbieder verzoeken de gegevens te verstrekken over het voertuig dat betrokken is bij de verdenking van niet-betaling van tolgeld en over de eigenaar of houder van dat voertuig die klant is van de EETS-aanbieder. De EETS-aanbieder zorgt ervoor dat die gegevens onmiddellijk beschikbaar zijn. |
|
De tolheffende instantie zorgt ervoor dat die gegevens niet bekend worden gemaakt aan een andere toldienst. Indien de tolheffende instantie deel uitmaakt van dezelfde entiteit als de toldienst, treft zij passende maatregelen en voert zij passende procedures in om te waarborgen dat de gegevens uitsluitend voor handhavingsdoeleinden worden gebruikt. |
Amendement 59 Voorstel voor een richtlijn Artikel 4 quater (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
Artikel 4 quater |
|
Rechten en plichten van de tolheffende instantie |
|
1. Elke tolheffende instantie ontwikkelt en onderhoudt voor elk EETS-gebied een specifiek overzicht waarin zij de algemene voorwaarden uiteenzet voor EETS-aanbieders die toegang tot haar tolgebieden wensen te krijgen. |
|
2. Wanneer een nieuw elektronisch tolsysteem wordt opgezet, maakt de toekomstige tolheffende instantie die verantwoordelijk is voor dat systeem de EETS-gebiedverklaring tijdig genoeg bekend om geïnteresseerde EETS-aanbieders uiterlijk een maand voor de inbedrijfstelling van het nieuwe systeem te kunnen accrediteren, met inachtneming van de duur van de procedure in verband met de beoordeling van de conformiteit met de specificatie en de geschiktheid voor gebruik van interoperabiliteitsonderdelen. |
|
3. Wanneer een elektronisch tolsysteem ingrijpend wordt gewijzigd, maakt de tolheffende instantie de EETS-gebiedverklaring tijdig genoeg bekend om reeds geaccrediteerde EETS-aanbieders in staat te stellen om hun interoperabiliteitsonderdelen aan te passen aan de nieuwe vereisten en om hen indien nodig uiterlijk een maand voor de inbedrijfstelling van het gewijzigde systeem opnieuw te kunnen accrediteren, met inachtneming van de duur van de procedure in verband met de beoordeling van de conformiteit met de specificatie en de geschiktheid voor gebruik van interoperabiliteitsonderdelen. |
|
De tolheffende instantie stelt in de EETS-gebiedverklaring de gedetailleerde planning vast, en maakt die bekend, van de procedure in verband met de beoordeling van de conformiteit met de specificatie en de geschiktheid voor gebruik van interoperabiliteitsonderdelen op grond waarvan geïnteresseerde EETS-aanbieders uiterlijk een maand voor de inbedrijfstelling van het nieuwe of ingrijpend gewijzigde systeem kunnen worden geaccrediteerd. De tolheffende instantie is verplicht zich aan die planning te houden. |
Amendement 60 Voorstel voor een richtlijn Artikel 4 quinquies (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
Artikel 4 quinquies |
|
De tolheffende instanties verlenen op niet-discriminerende wijze toegang aan elke EETS-aanbieder die EETS wenst aan te bieden in een of meerdere EETS-gebieden die onder de verantwoordelijkheid van de tolheffende instantie vallen. |
|
Een EETS-aanbieder wordt in een tolgebied aanvaard indien hij voldoet aan de verplichtingen en algemene voorwaarden die in de EETS-gebiedverklaring zijn vermeld. |
|
Tolheffende instanties verlangen niet van de EETS-aanbieder dat hij specifieke technische oplossingen of processen gebruikt die de interoperabiliteit van zijn interoperabiliteitsonderdelen met elektronische tolheffingssystemen in andere EETS-gebieden belemmert. |
|
Indien de tolheffende instantie en de EETS-aanbieder geen overeenstemming bereiken, kan de zaak worden voorgelegd aan de bemiddelende instantie die verantwoordelijk is voor het betrokken tolgebied. |
Amendement 61 Voorstel voor een richtlijn Artikel 4 sexies (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
Artikel 4 sexies |
|
Elke lidstaat zorgt ervoor dat de overeenkomsten tussen de tolheffende instantie en de EETS-aanbieder met betrekking tot het aanbieden van EETS op het grondgebied van die lidstaat het mogelijk maken dat het tolgeld door de EETS-aanbieder rechtsreeks aan de EETS-gebruiker wordt gefactureerd. De tolheffende instantie kan eisen dat de EETS-aanbieder de factuur voor de gebruiker uitschrijft in naam van of namens de tolheffende instantie, en de EETS-aanbieder voldoet aan die eis. |
Amendement 62 Voorstel voor een richtlijn Artikel 4 septies (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
Artikel 4 septies |
|
Elke lidstaat met ten minste twee EETS-gebieden op zijn grondgebied wijst één contactbureau voor EETS-aanbieders aan. Op verzoek van de EETS-aanbieder faciliteert en coördineert het contactbureau vroegtijdige contacten tussen de EETS-aanbieder en de tolheffende instanties die verantwoordelijk zijn voor de EETS-gebieden op het grondgebied van de lidstaat. Het contactbureau kan een persoon of een publiek- of privaatrechtelijk lichaam zijn. |
Amendement 63 Voorstel voor een richtlijn Artikel 4 octies (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
Artikel 4 octies |
|
Het tolgeld dat de tolheffende instantie int van EETS-gebruikers bedraagt niet meer dan het dienovereenkomstige nationale/lokale tolgeld. Alle kortingen of rabatten op tolgeld die door een lidstaat of een tolheffende instantie worden toegekend aan gebruikers van boordapparatuur worden onder dezelfde voorwaarden ook verleend aan klanten van EETS-aanbieders. |
Amendement 64 Voorstel voor een richtlijn Artikel 4 nonies (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
Artikel 4 nonies |
|
Vergoeding |
|
1. EETS-aanbieders hebben recht op een vergoeding door de tolheffende instantie. |
|
2. De methode voor de vaststelling van de vergoeding van de EETS-aanbieders is transparant, niet-discriminerend en identiek voor alle in een bepaald EETS-gebied geaccrediteerde EETS-aanbieders. |
Amendement 65 Voorstel voor een richtlijn Artikel 4 decies (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
Artikel 4 decies |
|
1. De tolheffende instantie stelt het toltarief vast op basis van onder meer de voertuigclassificatie. De voertuigclassificatie wordt bepaald overeenkomstig de parameters voor voertuigclassificatie. Indien de voertuigclassificatie van de EETS-aanbieder afwijkt van die van de tolheffende instantie prevaleert de classificatie van de tolheffende instantie, tenzij wordt aangetoond dat er sprake is van een vergissing. |
|
2. De tolheffende instantie mag van de EETS-aanbieder eisen dat hij niet alleen betaalt voor elke gesubstantieerde tolmelding, maar ook voor het uitblijven van een gesubstantieerde tolmelding die betrekking heeft op een door de EETS-aanbieder beheerde gebruikersrekening. |
|
3. EETS-aanbieders die een lijst van ongeldig verklaarde boordapparatuur aan een tolheffende instantie hebben opgestuurd, kunnen niet langer aansprakelijk worden gesteld voor tolkosten die voortvloeien uit het gebruik van dergelijke ongeldig verklaarde boordapparatuur. De tolheffende instanties en de EETS-aanbieders maken afspraken over het aantal items dat in de lijst van ongeldig verklaarde boordapparatuur wordt opgenomen, het formaat van de lijst en de actualiseringsfrequentie. |
|
4. In tolheffingssystemen die werken op basis van microgolven doen de tolheffende instanties gemotiveerde tolmeldingen toekomen aan de EETS-aanbieders met betrekking tot de tolkosten van hun respectieve EETS-gebruikers. |
Amendement 66 Voorstel voor een richtlijn Artikel 4 undecies (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
Artikel 4 undecies |
|
Boekhouding |
|
1. De lidstaten nemen de nodige maatregelen om te waarborgen dat rechtspersonen die als toldienst fungeren gescheiden winst- en verliesrekeningen en balansen opstellen voor activiteiten die verband houden met de verrichting van de toldienst, zoals gedefinieerd in ISO-norm 17573:2010, en alle andere activiteiten. Ook nemen zij de nodige maatregelen om ervoor te zorgen dat hun rekeningen en balansen apart worden gepubliceerd voor elk soort activiteit en dat kruissubsidies tussen de activiteiten die verband houden met de toldienst en andere werkzaamheden worden uitgesloten. |
|
2. De boekhouding van de activiteiten die in het kader van de verlening van de toldienst en andere activiteiten wordt gescheiden gehouden van de boekhouding van andere soorten activiteiten, zodat de kosten en baten van de activiteiten in verband met de toldienst duidelijk kunnen worden geëvalueerd. |
Amendement 67 Voorstel voor een richtlijn Artikel 4 duodecies (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
Artikel 4 duodecies |
|
Bemiddelende instantie |
|
1. Elke lidstaat met ten minste één EETS-gebied wijst een bemiddelende instantie aan of richt een dergelijke instantie op om bemiddeling mogelijk te maken tussen de tolheffende instanties die over een op het grondgebied van de lidstaat gelegen tolgebied beschikken en de EETS-aanbieders die met deze tolheffende instanties overeenkomsten hebben gesloten of daarover onderhandelen. |
|
2. De bemiddelende instantie is met name gemachtigd te verifiëren dat de contractuele voorwaarden die door een tolheffende instantie aan een EETS-aanbieder worden opgelegd, niet-discriminerend zijn. Die instantie is gemachtigd te verifiëren dat de EETS vergoed wordt volgens de in deze richtlijn vastgestelde beginselen. |
|
3. De in lid 1 bedoelde lidstaten nemen de nodige maatregelen om ervoor te zorgen dat hun bemiddelende instanties qua organisatie en juridische structuur onafhankelijk zijn van de commerciële belangen van tolheffende instanties en toldiensten. |
Amendement 68 Voorstel voor een richtlijn Artikel 4 terdecies (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
Artikel 4 terdecies |
|
Registers |
|
1. Met het oog op de tenuitvoerlegging van deze richtlijn houdt elke lidstaat een nationaal elektronisch register bij van: |
|
a) de EETS-gebieden op haar grondgebied, met informatie over: |
|
i) de betrokken tolheffende instanties, |
|
ii) de gebruikte tolheffingstechnologieën, |
|
iii) de tolcontextgegevens, |
|
iv) de EETS-gebiedverklaring, |
|
v) de EETS-aanbieders die EETS-overeenkomsten hebben gesloten met de in hun bevoegdheidsgebied actieve tolheffende instanties; |
|
b) de EETS-aanbieders die registratie hebben verkregen; |
|
c) de gegevens van een contactbureau voor EETS als bedoeld in artikel 4 septies, waaronder een e-mailadres en een telefoonnummer. |
|
Tenzij anders vermeld gaan de lidstaten ten minste eenmaal per jaar na of nog is voldaan aan de eisen in artikel 4 bis, onder a), d), e) en f), en passen zij het register dienovereenkomstig aan. Het register dient tevens de conclusies te bevatten van de in artikel 4 bis, onder e), bedoelde controle. De lidstaten kunnen niet aansprakelijk worden gesteld voor de handelingen van de in hun register opgenomen EETS-aanbieders. |
|
2. De lidstaten nemen alle nodige maatregelen om te garanderen dat de gegevens in het nationale elektronische register actueel en juist zijn. |
|
3. De registers zijn elektronisch toegankelijk voor het publiek. |
|
4. De registers zijn beschikbaar vanaf de datum van inwerkingtreding van deze richtlijn. |
|
5. De autoriteiten van de lidstaten die verantwoordelijk zijn voor de registers doen hun tegenhangers in de overige lidstaten aan het einde van elk kalenderjaar via elektronische weg de registers van tolheffingsgebieden en EETS-aanbieders toekomen. Onverenigbaarheden met de situatie in een lidstaat worden onder de aandacht van de lidstaat van registratie en van de Commissie gebracht. |
Amendement 69 Voorstel voor een richtlijn Artikel 4 quaterdecies (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
Artikel 4 quaterdecies |
|
Experimentele tolheffingssystemen |
|
Ten behoeve van de technische ontwikkeling van EETS kunnen de lidstaten tijdelijk in beperkte delen van hun tolgebied toestemming geven voor de toepassing van experimentele tolheffingssystemen, parallel met het EETS-conforme systeem, waarbij gebruik wordt gemaakt van nieuwe technologieën of nieuwe concepten die niet voldoen aan één of meer bepalingen van deze richtlijn. |
|
Zij mogen deze toestemming pas geven nadat de Commissie dit heeft goedgekeurd. |
|
De toestemming geldt voor een eerste periode van hoogstens drie jaar. EETS-aanbieders worden niet verplicht om aan experimentele tolheffingssystemen deel te nemen. |
Amendement 70 Voorstel voor een richtlijn Artikel 5 – lid 1 – alinea 1 – inleidende formule | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
Voor het onderzoek naar gevallen van niet-betaling van wegentol verleent de lidstaat de contactpunten van de andere lidstaten toegang tot de volgende nationale voertuigregistratiegegevens, en verleent ze hen toestemming om geautomatiseerde zoekopdrachten uit te voeren met betrekking tot die gegevens: |
De lidstaat verleent uitsluitend aan de contactpunten van de andere lidstaten en uitsluitend voor het onderzoek naar gevallen van niet-betaling toegang tot de volgende nationale voertuigregistratiegegevens, en verleent hen toestemming om geautomatiseerde zoekopdrachten uit te voeren met betrekking tot die gegevens: |
Amendement 71 Voorstel voor een richtlijn Artikel 5 – lid 1 – alinea 1 – letter a | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
a) gegevens met betrekking tot voertuigen; en |
a) gegevens die nodig zijn om een specifiek voertuig te identificeren; en |
Amendement 72 Voorstel voor een richtlijn Artikel 5 – lid 1 – alinea 1 – letter b | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
b) gegevens met betrekking tot de eigenaars of houders van het voertuig. |
b) gegevens die nodig zijn om de eigenaars of houders van het voertuig te identificeren en contact met hen op te nemen. |
Amendement 73 Voorstel voor een richtlijn Artikel 5 – lid 2 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
2. Met het oog op de uitwisseling van de in lid 1 bedoelde gegevens, wijst elke lidstaat een nationaal contactpunt aan. De bevoegdheden van het nationaal contactpunt zijn geregeld in de toepasselijke wetgeving van de desbetreffende lidstaat. |
2. Met het oog op de uitwisseling van de in lid 1 bedoelde gegevens, wijst elke lidstaat een nationaal contactpunt aan. De bevoegdheden van het nationaal contactpunt zijn geregeld in de toepasselijke wetgeving van de desbetreffende lidstaat. Bij deze procedure moet met name aandacht worden besteed aan de passende bescherming van de voor het functioneren van de EETS noodzakelijke persoonsgegevens. |
Amendement 74 Voorstel voor een richtlijn Artikel 5 – lid 4 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
4. De lidstaten nemen alle nodige maatregelen om ervoor te zorgen dat de uitwisseling van informatie via interoperabele elektronische middelen gebeurt, zonder uitwisseling van gegevens via andere gegevensbanken die niet voor de doeleinden van deze richtlijn worden gebruikt. De lidstaten zien erop toe dat die uitwisseling van informatie op kostenefficiënte en beveiligde wijze plaatsvindt. De lidstaten zorgen voor de beveiliging en bescherming van de verzonden gegevens, voor zover mogelijk met bestaande softwaretoepassingen, zoals die welke in artikel 15 van Besluit 2008/616/JBZ is vermeld, en gewijzigde versies van die softwaretoepassingen, overeenkomstig bijlage II bij de onderhavige richtlijn en punten 2 en 3 van hoofdstuk 3 van de bijlage bij Besluit 2008/616/JBZ. De gewijzigde versies van de softwaretoepassingen moeten beschikken over zowel een online-modus voor real-time-uitwisselingen als een modus voor batch-uitwisselingen, waarbij deze laatste het mogelijk maakt meerdere zoekopdrachten of antwoorden in één bericht uit te wisselen. |
4. De lidstaten nemen alle nodige maatregelen om ervoor te zorgen dat de uitwisseling van informatie via interoperabele elektronische middelen gebeurt, zonder uitwisseling van gegevens via andere gegevensbanken die niet voor de doeleinden van deze richtlijn worden gebruikt. De lidstaten zien erop toe dat die uitwisseling van informatie op kostenefficiënte en beveiligde wijze plaatsvindt en dat overheidsinstanties die niet krachtens deze richtlijn gemachtigd zijn geen toegang hebben tot deze gegevens. De lidstaten zorgen voor de beveiliging en bescherming van de verzonden gegevens, voor zover mogelijk met bestaande softwaretoepassingen, zoals die welke in artikel 15 van Besluit 2008/616/JBZ is vermeld, en gewijzigde versies van die softwaretoepassingen, overeenkomstig bijlage II bij de onderhavige richtlijn en punten 2 en 3 van hoofdstuk 3 van de bijlage bij Besluit 2008/616/JBZ. De gewijzigde versies van de softwaretoepassingen moeten beschikken over zowel een online-modus voor real-time-uitwisselingen als een modus voor batch-uitwisselingen, waarbij deze laatste het mogelijk maakt meerdere zoekopdrachten of antwoorden in één bericht uit te wisselen. |
Amendement 75 Voorstel voor een richtlijn Artikel 5 – lid 4 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
4 bis. De contactpunten van de lidstaten staan onder geen beding toe dat particuliere ondernemingen of privépersonen toegang hebben tot de in lid 1 van dit artikel bedoelde gegevens. |
Amendement 76 Voorstel voor een richtlijn Artikel 6 – titel | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
Kennisgeving van niet-betaling van wegentol |
Kennisgeving en afhandelingsprocedure in geval van niet-betaling van wegentol |
Amendement 77 Voorstel voor een richtlijn Artikel 6 – lid 1 – alinea 1 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
De lidstaat op wiens grondgebied een geval van niet-betaling van wegentol heeft plaatsgevonden, beslist al dan niet een afhandelingsprocedure met betrekking tot het geval van niet-betaling van wegentol in te stellen. |
De bevoegde autoriteit van de lidstaat op wiens grondgebied een geval van niet-betaling van wegentol heeft plaatsgevonden, start een procedure wegens niet-betaling van wegentol wanneer zij vaststelt dat die overtreding gepleegd is, overeenkomstig de in Richtlijn (EU) 2015/413 van het Europees Parlement en de Raad24 bedoelde instrumenten. |
|
__________________ |
|
24 Richtlijn (EU) 2015/413 van het Europees Parlement en de Raad van 11 maart 2015 ter facilitering van de grensoverschrijdende uitwisseling van informatie over verkeersveiligheidsgerelateerde verkeersovertredingen (PB L 68 van 13.3.2015, blz. 9). |
Amendement 78 Voorstel voor een richtlijn Artikel 6 – lid 2 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
2. Wanneer de lidstaat op wiens grondgebied een geval van niet-betaling van wegentol heeft plaatsgevonden de kennisgeving verstuurt aan de eigenaar, de houder van het voertuig of aan de persoon die anderszins geïdentificeerd is als degene die ervan verdacht wordt de wegentol niet te hebben betaald, deelt hij, overeenkomstig zijn nationaal recht, alle relevante informatie mee, met name de aard van het geval van niet-betaling van wegentol, de titel van de overtreden nationale wetsartikelen en de geldende sancties voor een dergelijke overtreding, en in voorkomend geval gegevens betreffende de apparatuur die is gebruikt om de overtreding vast te stellen. Daartoe kan de lidstaat op wiens grondgebied het geval van niet-betaling van wegentol heeft plaatsgevonden, gebruikmaken van het model in bijlage III. |
2. Wanneer de lidstaat op wiens grondgebied een geval van niet-betaling van wegentol heeft plaatsgevonden de kennisgeving verstuurt aan de eigenaar, de houder van het voertuig of aan de persoon die anderszins geïdentificeerd is als degene die ervan verdacht wordt de wegentol niet te hebben betaald, deelt hij, overeenkomstig zijn nationaal recht, alle relevante informatie mee, met name de aard van het geval van niet-betaling van wegentol, de titel van de overtreden nationale wetsartikelen, het recht om bezwaar aan te tekenen en geïnformeerd te worden en de geldende sancties voor een dergelijke overtreding, en gegevens betreffende de apparatuur die is gebruikt om de overtreding vast te stellen. Daartoe maakt de lidstaat op wiens grondgebied het geval van niet-betaling van wegentol heeft plaatsgevonden, gebruik van het model in bijlage III. |
Amendement 79 Voorstel voor een richtlijn Artikel 6 – lid 2 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
2 bis. Het besluit dat de bevoegde autoriteit van de lidstaat op wiens grondgebied niet-betaling van wegentol heeft plaatsgevonden op grond van de nationale wetgeving neemt, wordt automatisch erkend in de lidstaat van de eigenaar of houder van het voertuig of van een andere persoon die verdacht wordt van het niet betalen van de wegentol. |
Amendement 80 Voorstel voor een richtlijn Artikel 6 – lid 3 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
3 bis. Indien zulks noodzakelijk is voor de follow-up in verband met niet-betaling van een wegentol, kan het nationale contactpunt de tolheffer die bij de niet-betaling betrokken is voorzien van de gegevens die nodig zijn voor de invordering ervan. |
Amendement 81 Voorstel voor een richtlijn Artikel 6 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
Artikel 6 bis |
|
Mechanisme van wederzijdse bijstand |
|
Om de grensoverschrijdende handhaving van de betaling van wegentol in de Unie te verzekeren, zal vanaf 2021 een mechanisme voor wederzijdse bijstand van toepassing zijn waarbij de lidstaat van registratie bijstand verleent aan de lidstaat op wiens grondgebied een geval van niet-betaling van wegentol heeft plaatsgevonden bij het innen van wegentol en boetes. De Commissie stelt uitvoeringshandelingen vast met nadere regelingen voor die wederzijdse bijstand. Die uitvoeringshandelingen worden volgens de in artikel 11 bis bedoelde onderzoeksprocedure vastgesteld. |
Amendement 82 Voorstel voor een richtlijn Artikel 8 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
Artikel 8 |
Artikel 8 |
Gegevensbescherming |
Gegevensbescherming |
1. De bepalingen van Verordening (EU) 2016/679 en de nationale wetten, regels en administratieve bepalingen ter omzetting van Richtlijn (EU) 2016/680 zijn van toepassing op de persoonsgegevens die in het kader van deze richtlijn worden verwerkt. |
1. Verordening (EU) 2016/679 en Richtlijn 2002/58/EG zijn van toepassing op de persoonsgegevens die in het kader van deze richtlijn worden verwerkt. Richtlijn (EU) 2016/680 is alleen van toepassing op de persoonsgegevens die in het kader van deze richtlijn worden verwerkt wanneer de niet-betaling van wegentol een strafbaar feit is in de lidstaat waar de betaling verschuldigd is. |
2. De lidstaten zien erop toe dat de in het kader van deze richtlijn verwerkte persoonsgegevens binnen een passende termijn worden gecorrigeerd indien ze onjuist zijn, of worden gewist of beperkt, en dat een uiterste termijn voor de opslag van gegevens wordt vastgesteld overeenkomstig Verordening (EU) 2016/679 en de nationale wetten, regels en administratieve bepalingen ter omzetting van Richtlijn (EU) 2016/680. |
2. De lidstaten zien erop toe dat de verwerking van persoonsgegevens voor de toepassing van artikel 5 beperkt blijft tot de in bijlage II vermelde soorten gegevens. De lidstaten zorgen er tevens voor dat de betrokkenen het recht hebben verwerkte persoonsgegevens onverwijld te laten bijwerken, corrigeren of wissen indien ze onjuist zijn. De lidstaten stellen een uiterste termijn voor de opslag van persoonsgegevens vast overeenkomstig Verordening (EU) 2016/679 en, indien van toepassing, Richtlijn (EU) 2016/680. |
De lidstaten zien erop toe dat alle in het kader van deze richtlijn verwerkte persoonsgegevens alleen worden gebruikt om de grensoverschrijdende uitwisseling van informatie over gevallen van niet-betaling van wegentol te vergemakkelijken, en dat de betrokkenen dezelfde rechten op informatie, toegang, rectificatie, wissing en blokkering, compensatie en beroep in rechte hebben als bepaald in Verordening (EU) 2016/679 en de nationale wetten, regels en administratieve bepalingen ter omzetting van Richtlijn (EU) 2016/680. |
De lidstaten zien erop toe dat de in het kader van deze richtlijn verwerkte persoonsgegevens uitsluitend worden verwerkt om de grensoverschrijdende uitwisseling van informatie over de niet-betaling van wegentol te vergemakkelijken, en niet verder worden verwerkt voor andere doeleinden. De lidstaten zien er tevens op toe dat de betrokkenen dezelfde rechten hebben op informatie, toegang, rectificatie, wissing en beperking van verwerking, indiening van een klacht bij een toezichthoudende autoriteit voor gegevensbescherming, compensatie en een doeltreffende voorziening in rechte als bepaald in Verordening (EU) 2016/679 en, indien van toepassing, Richtlijn (EU) 2016/680. De lidstaten zien erop toe dat uitsluitend toegang tot persoonsgegevens wordt verleend aan de aangewezen bevoegde autoriteiten voor de uitwisseling van voertuigregistratiegegevens. |
3. Elke betrokkene heeft het recht informatie te krijgen over welke in de lidstaat van registratie opgeslagen persoonsgegevens zijn doorgestuurd naar de lidstaat waarin een geval van niet-betaling van wegentol is vastgesteld, met inbegrip van de datum van het verzoek en de bevoegde autoriteit van de lidstaat op wiens grondgebied een geval van niet-betaling van wegentol is vastgesteld. |
3. Elke betrokkene heeft het recht onverwijld informatie te krijgen over welke in de lidstaat van registratie opgeslagen persoonsgegevens zijn doorgestuurd naar de lidstaat waarin een geval van niet-betaling van wegentol is vastgesteld, met inbegrip van de datum van het verzoek en de bevoegde autoriteit van de lidstaat op wiens grondgebied een geval van niet-betaling van wegentol is vastgesteld. |
Amendement 83 Voorstel voor een richtlijn Artikel 9 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
Artikel 9 |
Artikel 9 |
Verslag |
Verslag |
Uiterlijk [5 jaar na de inwerkingtreding van deze richtlijn] dient de Commissie bij het Europees Parlement en de Raad een verslag in over de toepassing van de artikelen 6 en 7 van deze richtlijn door de lidstaten. In dit verslag besteedt de Commissie met name aandacht aan de volgende aspecten en dient ze, in voorkomend geval, voorstellen in om deze aspecten te behandelen: |
1. Uiterlijk [vier jaar na de inwerkingtreding van deze richtlijn] dient de Commissie bij het Europees Parlement en de Raad een verslag in over de tenuitvoerlegging en de gevolgen van deze richtlijn, met name wat betreft de vorderingen en de uitrol van de EETS en de doeltreffendheid en doelmatigheid van het mechanisme voor de uitwisseling van gegevens in het kader van het onderzoek naar gevallen van niet-betaling van wegentol. |
|
In dat verslag wordt met name het volgende geanalyseerd: |
|
a) het effect van de bepalingen van artikel 4 ter op de uitrol van EETS, met speciale aandacht voor de beschikbaarheid van de dienst in kleine of perifere EETS-gebieden; |
- een beoordeling van de effectiviteit van de artikelen 6 en 7 inzake de beperking van het aantal gevallen van niet-betaling van wegentol in de Unie, |
b) de effectiviteit van de artikelen 6 en 7 inzake de beperking van het aantal gevallen van niet-betaling van wegentol in de Unie; |
|
c) de vorderingen die gemaakt zijn op het gebied van interoperabiliteitsaspecten tussen satelliet- en conventionele tolheffingssystemen. |
|
2. Het verslag gaat indien nodig vergezeld van een voorstel aan het Europees Parlement en de Raad tot nadere herziening van deze richtlijn, met name met betrekking tot de volgende elementen: |
|
a) aanvullende maatregelen om ervoor te zorgen dat de EETS beschikbaar is in alle EETS-gebieden, ook kleine en perifere; |
- een beoordeling van de noodzaak om de grensoverschrijdende handhaving van de betaling van wegentol in de Unie verder te vergemakkelijken door een mechanisme vast te stellen waarbij de lidstaat van registratie bijstand verleent aan de lidstaat op wiens grondgebied een geval van niet-betaling van wegentol heeft plaatsgevonden bij de inning van wegentol en boetes. |
b) een mechanisme voor bijstandverlening door de lidstaat van registratie aan de lidstaat op wiens grondgebied niet-betaling van wegentol heeft plaatsgevonden, teneinde de grensoverschrijdende handhaving van wegentol in de Unie verder te bevorderen, in het bijzonder wanneer gebruik wordt gemaakt van automatisch incassosystemen. |
Amendement 84 Voorstel voor een richtlijn Artikel 10 – lid 1 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
1. De Commissie is bevoegd om overeenkomstig artikel 11 gedelegeerde handelingen vast te stellen tot wijziging van bijlagen I en IV teneinde deze aan te passen aan de technische vooruitgang. |
1. De Commissie is bevoegd om overeenkomstig artikel 11 gedelegeerde handelingen vast te stellen tot wijziging van bijlage I teneinde deze aan te passen aan de technische vooruitgang. |
Amendement 85 Voorstel voor een richtlijn Artikel 11 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
Artikel 11 bis |
|
Comitéprocedure |
|
1. De Commissie wordt bijgestaan door het "Comité elektronische tolheffing". |
|
Dat comité is een comité in de zin van Verordening (EU) nr. 182/2011 van het Europees Parlement en de Raad**. |
|
2. Wanneer naar dit lid wordt verwezen, is artikel 5 van Verordening (EU) nr. 182/2011 van toepassing. Indien het comité geen advies uitbrengt, stelt de Commissie de ontwerpuitvoeringshandeling niet vast en is artikel 5, lid 4, derde alinea, van Verordening (EU) nr. 182/2011 van toepassing. |
Amendement 86 Voorstel voor een richtlijn Artikel 12 – lid 1 – alinea 1 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
De lidstaten doen de nodige wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen in werking treden om uiterlijk [18 maanden na de inwerkingtreding van deze richtlijn] aan artikel 1, de artikelen 3 tot en met 8 en bijlagen II en III te voldoen. Zij delen de Commissie onverwijld de tekst van die bepalingen mee. |
De lidstaten doen de nodige wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen in werking treden om uiterlijk [30 maanden na de inwerkingtreding van deze richtlijn] aan artikel 1, de artikelen 3 tot en met 8 en bijlagen II en III te voldoen. Zij delen de Commissie onverwijld de tekst van die bepalingen mee. |
Amendement 87 Voorstel voor een richtlijn Bijlage I – paragraaf 1 – alinea 3 – letter k | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
k) validering van de gekozen technische oplossingen aan de hand van de regels van de Unie op het gebied van de bescherming van de fundamentele vrijheden en rechten van natuurlijke personen, waaronder de persoonlijke levenssfeer en de bescherming van persoonsgegevens. Met name dient te worden gewaarborgd dat wordt voldaan aan de bepalingen van Verordening (EU) 2016/679 en Richtlijn 2002/58/EG; |
k) validering van de gekozen technische oplossingen aan de hand van de regels van de Unie op het gebied van de bescherming van de fundamentele vrijheden en rechten van natuurlijke personen, waaronder de persoonlijke levenssfeer en de bescherming van persoonsgegevens. Met name dient te worden gewaarborgd dat wordt voldaan aan de bepalingen van Verordening (EU) 2016/679 en Richtlijn 2002/58/EG, alsook Richtlijn (EU) 2016/680, indien van toepassing; |
Amendement 88 Voorstel voor een richtlijn Bijlage III – paragraaf 26 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
Disclaimer gegevensbescherming |
|
Overeenkomstig Verordening (EU) 2016/679, heeft u het recht te verzoeken om inzage in en rectificatie of wissing van uw persoonsgegevens, of beperking van de verwerking van uw persoonsgegevens, alsook om bezwaar te maken tegen de verwerking, en heeft u recht op gegevensoverdraagbaarheid. U heeft ook het recht op het indienen van een klacht bij [naam en adres van de relevante toezichthoudende instantie]. |
|
[Indien de niet-betaling van wegentol door de nationale wetgeving als een strafbaar feit wordt beschouwd: |
|
Overeenkomstig [naam van de nationale wet tot uitvoering van Richtlijn (EU) 2016/680], heeft u het recht de verwerkingsverantwoordelijke inzage in en rectificatie of wissing van uw persoonsgegevens te vragen, evenals een beperking van de verwerking van uw persoonsgegevens. U heeft ook het recht op het indienen van een klacht bij [naam en adres van de relevante toezichthoudende instantie ]. |
Amendement 89 Voorstel voor een richtlijn Bijlage IV | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
Bijlage IV |
Schrappen |
Lijst van technologieën die zijn toegestaan voor gebruik in systemen voor elektronische wegentol, met het oog op de uitvoering van elektronische toltransacties |
|
1. plaatsbepaling per satelliet; |
|
2. mobiele communicatie; |
|
3. 5,8 GHz microgolftechnologie. |
|
TOELICHTING
Het Commissievoorstel
Het voorstel van de Commissie heeft tot doel de tekortkomingen van de bestaande regelgeving op het gebied van de Europese elektronische tolheffingsdienst (EETS) weg te werken door de voorwaarden vast te stellen die nodig zijn om de interoperabiliteit van de wegentolsystemen te waarborgen en om de grensoverschrijdende uitwisseling van informatie over overtredingen in verband met niet-betaling van tol in de landen van de Unie te vergemakkelijken.
De ter zake geldende wetgeving, waaronder Richtlijn 2004/52/EG betreffende de interoperabiliteit van elektronische tolheffingssystemen voor het wegverkeer en Beschikking 2009/750/EG van de Commissie tot definiëring van de Europese elektronische tolheffingsdienst en de bijbehorende technische onderdelen, was bedoeld om de werking van de markt te verbeteren door een dienst te verlenen die op basis van boordapparatuur kan communiceren met de infrastructuur van de landen waar de gebruiker doorheen rijdt en aldus bij te dragen aan de totstandkoming van een interoperabel elektronisch tolheffingssysteem op het niveau van de Unie.
De Commissie vindt echter niet dat met de bestaande wetgeving de gestelde doelen op het gebied van automatische tolheffing zijn bereikt. Wel heeft zij enkele beperkingen in die regelgeving ontwaard, zoals de belemmeringen voor de markttoegang voor EETS-aanbieders, die met buitensporig hoge lasten worden geconfronteerd. Qua technologie is satellietapparatuur nog steeds duurder dan microgolf-OBU’s, maar tegelijkertijd noopt de voortschrijdende ontwikkeling van intelligente vervoerssystemen (ITS) tot nadenken over mogelijke synergieën tussen tolheffingssystemen en die systemen. Bovendien constateert de Commissie dat er op EU-niveau geen rechtsgrondslag bestaat voor de uitwisseling van voertuigregistratiegegevens tussen lidstaten met het oog op de handhaving van tolregelingen.
Standpunt van de rapporteur
• De rapporteur verwelkomt en steunt het voorstel van de Commissie, dat een belangrijke verbetering inhoudt ten opzichte van de huidige EETS-wetgeving. Hij stelt een aantal amendementen voor, die volgens hem een toegevoegde waarde opleveren voor de tekst van het voorstel, teneinde het interoperabele karakter van de EETS te benutten en de handhavingsprocedure doeltreffend te maken.
• De rapporteur is het ermee eens dat er een duidelijke en objectieve definitie van de diverse EETS-exploitanten moet komen, die momenteel alleen in Beschikking 2009/750/EG zijn beschreven. Ook erkent hij het belang van samenhang met Richtlijn 2017/0114(COD).
• De technologische aspecten acht de rapporteur van groot belang voor de totstandbrenging van een werkelijk interoperabel tolsysteem. Daarom worden er wijzigingen aangebracht om te benadrukken dat voorrang moet worden gegeven aan de medebeslissing, zodat alle betrokken partijen bij de besluitvorming worden betrokken.
• Wat de invordering van niet-betaalde tol betreft, erkent de rapporteur de beperkingen van de intergouvernementele aanpak, die in de praktijk niet kan waarborgen dat betaling van tolgelden grensoverschrijdend kan worden afgedwongen. Met betrekking tot de handhaving beperkt de rapporteur zich tot enkele verduidelijkingen van de tekst die de desbetreffende procedure doeltreffender moeten maken.
BIJLAGE: BRIEF VAN DE COMMISSIE JURIDISCHE ZAKEN
D(2017)36120
Karima Delli
Voorzitter van de Commissie vervoer en toerisme
ASP 04F155
Brussel
Betreft: Voorstel voor een richtlijn van het Europees Parlement en de Raad betreffende de interoperabiliteit van elektronische tolheffingssystemen voor het wegverkeer en ter vergemakkelijking van de grensoverschrijdende uitwisseling van informatie over niet-betaling van wegentol in de Unie (herschikking)
(COM(2017)0280 – C8-0173/2017 – 2017/0128(COD))
Geachte voorzitter,
De Commissie juridische zaken heeft bovengenoemd voorstel bestudeerd, overeenkomstig artikel 104 inzake herschikking, zoals opgenomen in het Reglement van het Europees Parlement.
Lid 3 van dat artikel luidt als volgt:
"Als de voor juridische zaken bevoegde commissie van oordeel is dat het ontwerp geen andere inhoudelijke wijzigingen bevat dan die welke als zodanig zijn aangegeven, stelt zij de bevoegde commissie hiervan in kennis.
In dat geval en onverminderd de in de artikelen 169 en 170 vastgelegde voorwaarden zijn amendementen in de ter zake bevoegde commissie alleen ontvankelijk als zij betrekking hebben op onderdelen van het ontwerp die wijzigingen bevatten.
Amendementen op ongewijzigd gebleven onderdelen van het ontwerp kunnen evenwel in uitzonderlijke en individuele gevallen door de voorzitter van de ter zake bevoegde commissie worden aanvaard indien hij van oordeel is dat dit noodzakelijk is om dwingende redenen die verband houden met de interne logica van de tekst of omdat de amendementen onlosmakelijk verbonden zijn met andere ontvankelijke amendementen. Deze redenen dienen in een schriftelijke motivering bij de amendementen te worden vermeld."
Op grond van het advies van de Adviesgroep, bestaande uit vertegenwoordigers van de juridische diensten van het Europees Parlement, de Raad en de Commissie, die het voorstel tot herschikking heeft onderzocht en overeenkomstig de aanbevelingen van de rapporteur voor advies, is de Commissie juridische zaken van oordeel dat het voorstel geen andere inhoudelijke wijzigingen bevat dan die welke als zodanig in het voorstel en in het advies van de Adviesgroep worden aangegeven en dat met betrekking tot de codificatie van de ongewijzigde bepalingen van de eerdere besluiten met die inhoudelijke wijzigingen kan worden geconstateerd dat het voorstel een loutere codificatie van de bestaande teksten behelst, zonder inhoudelijke wijzigingen.
Samenvattend doet de Commissie juridische zaken na haar vergadering van 7 september 2017 met algemene stemmen[1] de aanbeveling dat uw commissie als bevoegde commissie bovengenoemd voorstel overeenkomstig artikel 104 in behandeling kan nemen.
Hoogachtend,
Pavel Svoboda
Bijl.: Verslag ondertekend door de voorzitter van de Adviesgroep
- [1] De volgende leden waren aanwezig: Isabella Adinolfi, Max Andersson, Joëlle Bergeron, Marie-Christine Boutonnet, Jean-Marie Cavada, Kostas Chrysogonos, Sergio Gaetano Cofferati, Angel Dzhambazki, Lidia Joanna Geringer de Oedenberg, Mary Honeyball, Sylvia-Yvonne Kaufmann, Gilles Lebreton, António Marinho e Pinto, Gabriel Mato, Andrey Novakov, Julia Reda, Evelyn Regner, Axel Voss, Rainer Wieland, Tiemo Wölken, Tadeusz Zwiefka.
BIJLAGE: ADVIES VAN DE ADVIESGROEP VAN DE JURIDISCHE DIENSTEN VAN HET EUROPEES PARLEMENT, DE RAAD EN DE COMMISSIE
|
ADVIESGROEP VAN DE JURIDISCHE DIENSTEN |
|
Brussel, 24 juli 2017
ADVIES
AAN HET EUROPEES PARLEMENT
DE RAAD
DE COMMISSIE
Voorstel voor een richtlijn van het Europees Parlement en de Raad betreffende de interoperabiliteit van elektronische tolheffingssystemen voor het wegverkeer en ter vergemakkelijking van de grensoverschrijdende uitwisseling van informatie over niet-betaling van wegentol in de Unie (herschikking)
COM(2017)0280 van 31.5.2017 – 2017/0128(COD)
Overeenkomstig het Interinstitutioneel Akkoord van 28 november 2001 over een systematischer gebruik van de herschikking van besluiten, en met name paragraaf 9 daarvan, is de uit de juridische diensten van het Europees Parlement, de Raad en de Commissie bestaande adviesgroep op 21 juni 2017 bijeengekomen om bovengenoemd voorstel van de Commissie te bestuderen.
Tijdens deze bijeenkomst[1] is de adviesgroep na bestudering van het voorstel voor een richtlijn van het Europees Parlement en de Raad tot herschikking van Richtlijn 2004/52/EG van het Europees Parlement en de Raad van 29 april 2004 betreffende de interoperabiliteit van elektronische tolheffingssystemen voor het wegverkeer in de Gemeenschap unaniem tot de conclusie gekomen dat de volgende tekstdelen gemarkeerd hadden moeten worden met de grijze achtergrond die gewoonlijk wordt gebruikt om materiële wijzigingen aan te geven:
– in overweging 4, de vervanging van het Engelse woord "goods" door "duty" (niet van toepassing op de Nederlandse versie);
– de schrapping van overweging 20 van Richtlijn 2004/52/EG;
– in artikel 4, lid 6, de toevoeging van het woorddeel "Boord-".
De adviesgroep heeft na bestudering van het voorstel eensgezind geconstateerd dat het voorstel geen andere inhoudelijke wijzigingen bevat dan die welke als zodanig zijn aangemerkt. Voorts heeft de adviesgroep met betrekking tot de codificatie van de ongewijzigde bepalingen van de eerdere rechtshandeling met die inhoudelijke wijzigingen geconstateerd dat het voorstel louter een codificatie van de bestaande tekst behelst, zonder inhoudelijke wijzigingen.
F. DREXLER H. LEGAL L. ROMERO REQUENA
Juridisch adviseur Juridisch adviseur Directeur-generaal
- [1] De adviesgroep heeft gewerkt op basis van de Engelse versie, aangezien de tekst in kwestie oorspronkelijk in deze taal gesteld was.
ADVIES van de Commissie burgerlijke vrijheden, justitie en binnenlandse zaken (28.3.2018)
aan de Commissie vervoer en toerisme
inzake het voorstel voor een richtlijn van het Europees Parlement en de Raad betreffende de interoperabiliteit van elektronische tolheffingssystemen voor het wegverkeer en ter vergemakkelijking van de grensoverschrijdende uitwisseling van informatie over niet-betaling van wegentol in de Unie (herschikking)
(COM(2017)0280 – C8-0173/2017 – 2017/0128(COD))
Rapporteur voor advies: Branislav Škripek
AMENDEMENTEN
De Commissie burgerlijke vrijheden, justitie en binnenlandse zaken verzoekt de bevoegde Commissie vervoer en toerisme onderstaande amendementen in aanmerking te nemen:
Amendement 1 Voorstel voor een richtlijn Overweging -1 (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
(-1) Elke EU-burger heeft krachtens artikel 6 van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie (het "Handvest") recht op vrijheid en veiligheid van zijn persoon, krachtens artikel 7 van het Handvest recht op eerbiediging van zijn privéleven en zijn familie- en gezinsleven, en krachtens artikel 8 van het Handvest recht op bescherming van zijn persoonsgegevens. |
Motivering | |
De bescherming van bovenvermelde rechten wordt expliciet benadrukt, omdat die rechten kunnen worden bedreigd door de grensoverschrijdende uitwisseling van informatie via de interoperabiliteit van elektronische tolheffingssystemen voor het wegverkeer. Dit amendement is onlosmakelijk verbonden met andere ontvankelijke amendementen. | |
Amendement 2 Voorstel voor een richtlijn Overweging 2 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(2) Er moet worden voorzien in de wijdverspreide invoering van elektronische tolheffingssystemen in de lidstaten en hun buurlanden, en men moet ook kunnen beschikken over interoperabele systemen die zijn afgestemd op de toekomstige ontwikkeling van rekeningrijden op het niveau van de Unie en op toekomstige technische ontwikkelingen. |
(2) Er moet worden voorzien in de wijdverspreide invoering van elektronische tolheffingssystemen in de lidstaten en hun buurlanden, en men moet ook zoveel mogelijk kunnen beschikken over betrouwbare, gebruiksvriendelijke, kostenefficiënte, interoperabele systemen die zijn afgestemd op de toekomstige ontwikkeling van rekeningrijden op het niveau van de Unie en op toekomstige technische ontwikkelingen. |
Motivering | |
De elektronische tolheffingssystemen moeten zoveel mogelijk betrouwbaar, gebruiksvriendelijk en kostenefficiënt zijn. Dit zal de EU-burgers ten goede komen. Dit amendement is onlosmakelijk verbonden met andere ontvankelijke amendementen. | |
Amendement 3 Voorstel voor een richtlijn Overweging 4 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(4) Het toenemend aantal specificaties die lidstaten en buurlanden opleggen voor hun elektronische tolheffingssystemen, kunnen afbreuk doen aan de goede werking van de interne markt en de doelstellingen van het vervoerbeleid. Vrachtwagenchauffeurs dreigen in de toekomst opgescheept te worden met steeds meer incompatibele en dure elektronische kastjes in de bestuurderscabine, en lopen het risico vergissingen te maken bij het gebruik daarvan, zoals niet betalen zonder enig opzet. Een dergelijke wildgroei is voor de voertuiggebruikers en -fabrikanten op grond van financiële, veiligheids- en juridische overwegingen onaanvaardbaar. |
(4) Het toenemend aantal specificaties die lidstaten en buurlanden opleggen voor hun elektronische tolheffingssystemen, kan afbreuk doen aan de goede werking van de interne markt, het beginsel van vrij verkeer en de doelstellingen van het vervoerbeleid. Vrachtwagenchauffeurs dreigen in de toekomst opgescheept te worden met steeds meer incompatibele en dure elektronische kastjes in de bestuurderscabine, en lopen het risico vergissingen te maken bij het gebruik daarvan, zoals niet betalen zonder enig opzet. Een dergelijke wildgroei is voor de voertuiggebruikers en -fabrikanten op grond van financiële, veiligheids- en juridische overwegingen onaanvaardbaar. |
Motivering | |
Dit amendement is nodig voor dringende redenen betreffende de interne logica van de tekst, om het voorstel te versterken door aan te geven dat de veelheid aan eToll-systemen afbreuk doet aan het beginsel van vrij verkeer. | |
Amendement 4 Voorstel voor een richtlijn Overweging 5 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(5) De kunstmatige belemmeringen voor de werking van de interne markt moeten worden opgeheven, maar de lidstaten en de Unie moeten wel de mogelijkheid blijven behouden om voor alle soorten voertuigen lokaal, nationaal en internationaal verschillende toltarieven te hanteren. Het apparaat in de auto moet de mogelijkheid tot toepassing van die verschillende tarieven bieden, met inachtneming van het beginsel van non-discriminatie van burgers uit de verschillende lidstaten. De interoperabiliteit van de tolheffingssystemen op het niveau van de Unie moet dus zo snel mogelijk gerealiseerd worden. |
(5) De kunstmatige belemmeringen voor de werking van de interne markt moeten worden opgeheven, maar de lidstaten en de Unie moeten wel de mogelijkheid blijven behouden om voor alle soorten voertuigen lokaal, nationaal en internationaal verschillende toltarieven te hanteren. Het apparaat in de auto moet de mogelijkheid tot toepassing van die verschillende tarieven bieden, met inachtneming van het beginsel van non-discriminatie van burgers uit de verschillende lidstaten, waarbij alle grondrechten volledig worden gerespecteerd. De betrouwbare interoperabiliteit van de elektronische tolheffingssystemen op het niveau van de Unie, gebaseerd op respect voor de grondrechten, moet dus zo snel mogelijk gerealiseerd worden. |
Motivering | |
De grondrechten van personen moeten volledig worden gerespecteerd bij de implementatie van de interoperabiliteit van elektronische tolheffingssystemen. Dit amendement is onlosmakelijk verbonden met andere ontvankelijke amendementen. | |
Amendement 5 Voorstel voor een richtlijn Overweging 8 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(8) Het dient te worden bevestigd dat de Europese elektronische tolheffingsdienst (EETS) door EETS-aanbieders wordt aangeboden, zoals gespecificeerd in Beschikking 2009/750/EG van de Commissie17. |
(8) Het dient te worden bevestigd dat de Europese elektronische tolheffingsdienst (EETS) krachtens de wet door EETS-aanbieders wordt aangeboden, zoals gespecificeerd in Beschikking 2009/750/EG van de Commissie17 en in volledige overeenstemming met de grondrechten. |
_________________ |
_________________ |
17 Beschikking 2009/750/EG van de Commissie van 6 oktober 2009 tot definiëring van de Europese elektronische tolheffingsdienst en de bijbehorende technische onderdelen (PB L 268 van 13.10.2009, blz. 11). |
17 Beschikking 2009/750/EG van de Commissie van 6 oktober 2009 tot definiëring van de Europese elektronische tolheffingsdienst en de bijbehorende technische onderdelen (PB L 268 van 13.10.2009, blz. 11). |
Amendement 6 Voorstel voor een richtlijn Overweging 10 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(10) Toepassingen voor elektronische tolheffing en coöperatieve ITS (C-ITS) maken gebruik van soortgelijke technologieën en aangrenzende frequentiebanden voor korteafstandscommunicatie tussen voertuigen onderling en tussen voertuigen en de infrastructuur. In de toekomst moet worden onderzocht of elektronische tolheffing kan worden gecombineerd met C-ITS in de 5,9 GHZ-band die momenteel door C-ITS wordt gebruikt, na een grondige beoordeling van de kosten, baten, technische hinderpalen en mogelijke oplossingen daarvoor. |
(10) Toepassingen voor elektronische tolheffing en coöperatieve ITS (C-ITS) maken gebruik van soortgelijke technologieën en aangrenzende frequentiebanden voor korteafstandscommunicatie tussen voertuigen onderling en tussen voertuigen en de infrastructuur. In de toekomst moet worden onderzocht of elektronische tolheffing kan worden gecombineerd met C-ITS in de 5,9 GHZ-band die momenteel door C-ITS wordt gebruikt, na een grondige beoordeling van de mogelijke gevolgen voor de persoonlijke levenssfeer en gegevensbescherming en van de kosten, baten, technische hinderpalen en mogelijke oplossingen daarvoor, zodat hierdoor geen drempel wordt opgeworpen, in het bijzonder voor kmo's. |
Motivering | |
In overeenstemming met het aangenomen LIBE-advies inzake een Europese strategie betreffende coöperatieve slimme vervoerssystemen (Grapini). | |
Amendement 7 Voorstel voor een richtlijn Overweging 13 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(13) Problemen met de identificatie van niet-ingezeten overtreders van elektronische tolsystemen belemmeren de verdere uitrol van dergelijke systemen en de ruimere toepassing van de beginselen "de gebruiker betaalt" en "de vervuiler betaalt" op de wegen van de Unie. |
(13) Problemen met de identificatie van niet-ingezeten overtreders van elektronische tolsystemen belemmeren de verdere uitrol van dergelijke systemen en de ruimere toepassing van de beginselen "de gebruiker betaalt" en "de vervuiler betaalt" op de wegen van de Unie, en daarom moet een manier worden gevonden om dergelijke personen te identificeren. |
Amendement 8 Voorstel voor een richtlijn Overweging 16 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(16) De lidstaten moeten verplicht worden de Commissie de nodige informatie en gegevens verstrekken om de effectiviteit en efficiëntie van het systeem voor de uitwisseling van informatie over personen die geen wegentol betalen, te evalueren. De commissie moet de verkregen gegevens en informatie beoordelen en, indien nodig, wijzigingen van de wetgeving voorstellen. |
(16) De lidstaten moeten verplicht worden de Commissie de nodige informatie en gegevens te verstrekken om de effectiviteit en efficiëntie van het systeem voor de uitwisseling van informatie over personen die geen wegentol betalen, te evalueren, waarbij de bescherming van persoonsgegevens ten volle wordt gerespecteerd. De Commissie moet de verkregen gegevens en informatie beoordelen en, indien nodig, wijzigingen van de wetgeving voorstellen. Er mogen geen persoonlijke gegevens worden doorgegeven aan of gedeeld met de Commissie. |
Motivering | |
Dit amendement moet zorgen voor juridische samenhang met de EU-wetgeving inzake gegevensbescherming. | |
Er moet expliciet worden benadrukt dat het verschaffen van relevante informatie door lidstaten aan de EU-instellingen moet gebeuren met volledige eerbiediging van het recht op bescherming van de persoonsgegevens. | |
Voor dringende redenen in verband met de interne logica van de tekst en de link met andere ontvankelijke amendementen, dient dit amendement te worden ingediend. | |
Amendement 9 Voorstel voor een richtlijn Overweging 17 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(17) Bij invoering van elektronische tolheffingssystemen is sprake van de verwerking van persoonsgegevens. Dit dient te geschieden met inachtneming van de voorschriften van de Unie zoals onder meer vastgesteld in Verordening (EU) 2016/679 van het Europees Parlement en de Raad19, Richtlijn (EU) 2106/680 van het Europees Parlement en de Raad20 en Richtlijn 2002/58/EG van het Europees Parlement en de Raad21. Het recht op bescherming van persoonsgegevens is uitdrukkelijk vastgelegd in artikel 8 van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie. |
(17) Bij invoering van elektronische tolheffingssystemen is sprake van de verwerking van persoonsgegevens. Het recht op bescherming van persoonsgegevens is uitdrukkelijk vastgelegd in artikel 8 van het Handvest en artikel 16 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie. De verwerking dient te geschieden met inachtneming van de voorschriften van de Unie zoals onder meer vastgesteld in Verordening (EU) 2016/679 van het Europees Parlement en de Raad19, Richtlijn 2002/58/EG van het Europees Parlement en de Raad20 en, indien de niet-betaling van wegentol een strafbaar feit is in de lidstaat waar de betaling verschuldigd is, Richtlijn (EU) 2016/680 van het Europees Parlement en de Raad21. |
__________________ |
__________________ |
19 Verordening (EU) 2016/679 van het Europees Parlement en de Raad van 27 april 2016 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrije verkeer van die gegevens en tot intrekking van Richtlijn 95/46/EG (algemene verordening gegevensbescherming) (PB L 119 van 4.5.2016, blz. 1). |
19 Verordening (EU) 2016/679 van het Europees Parlement en de Raad van 27 april 2016 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrije verkeer van die gegevens en tot intrekking van Richtlijn 95/46/EG (algemene verordening gegevensbescherming) (PB L 119 van 4.5.2016, blz. 1). |
20 Richtlijn (EU) 2016/680 van het Europees Parlement en de Raad van 27 april 2016 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens door bevoegde autoriteiten met het oog op de voorkoming, het onderzoek, de opsporing en de vervolging van strafbare feiten of de tenuitvoerlegging van straffen, en betreffende het vrije verkeer van die gegevens en tot intrekking van Kaderbesluit 2008/977/JBZ van de Raad (PB L 119 van 4.5.2016, blz. 89). |
20 Richtlijn 2002/58/EG van het Europees Parlement en de Raad van 12 juli 2002 betreffende de verwerking van persoonsgegevens en de bescherming van de persoonlijke levenssfeer in de sector elektronische communicatie (PB L 201 van 31.7.2002, blz. 37). |
21 Richtlijn 2002/58/EG van het Europees Parlement en de Raad van 12 juli 2002 betreffende de verwerking van persoonsgegevens en de bescherming van de persoonlijke levenssfeer in de sector elektronische communicatie (PB L 201 van 31.7.2002, blz. 37). |
21 Richtlijn (EU) 2016/680 van het Europees Parlement en de Raad van 27 april 2016 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens door bevoegde autoriteiten met het oog op de voorkoming, het onderzoek, de opsporing en de vervolging van strafbare feiten of de tenuitvoerlegging van straffen, en betreffende het vrije verkeer van die gegevens en tot intrekking van Kaderbesluit 2008/977/JBZ van de Raad (PB L 119 van 4.5.2016, blz. 89). |
Motivering | |
In het voorstel worden de algemene verordening gegevensbescherming en de politierichtlijn (2016/680) toegepast op de verwerking van persoonsgegevens. Het is echter belangrijk een onderscheid te maken tussen de lidstaten die de niet-betaling van tol als een administratieve overtreding beschouwen en de lidstaten die dit als een strafbaar feit beschouwen. Het amendement is onlosmakelijk verbonden met de andere amendementen van de rapporteur. | |
Amendement 10 Voorstel voor een richtlijn Overweging 19 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
(19) Om de interoperabiliteit van elektronische tolheffingssystemen te garanderen en de grensoverschrijdende uitwisseling van informatie over niet-betaling van wegentol te vergemakkelijken, moet de Commissie, overeenkomstig artikel 290 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, de bevoegdheid krijgen om wetgevingshandelingen vast te stellen met het oog op de aanpassing aan de stand van de techniek van de lijst van technologieën die mogen worden gebruikt voor het uitvoeren van elektronische toltransacties in elektronische tolsystemen die de installatie of het gebruik van boordapparatuur vereisten. Het is met name belangrijk dat de Commissie tijdens de voorbereiding overleg pleegt, ook op deskundigenniveau, en dat dat overleg plaatsvindt overeenkomstig de beginselen die zijn vastgesteld in het Interinstitutioneel Akkoord van 13 april 2016 over beter wetgeven. Met name om te zorgen voor gelijke deelname aan de voorbereiding van gedelegeerde handelingen ontvangen het Europees Parlement en de Raad alle documenten op hetzelfde tijdstip als de deskundigen van de lidstaten, en hebben hun deskundigen systematisch toegang tot de vergaderingen van de deskundigengroepen van de Commissie die zich bezighouden met de voorbereiding van de gedelegeerde handelingen. |
(19) Om de interoperabiliteit van elektronische tolheffingssystemen te garanderen en de grensoverschrijdende uitwisseling van informatie over niet-betaling van wegentol juridisch te vergemakkelijken, moet de Commissie, overeenkomstig artikel 290 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, de bevoegdheid krijgen om wetgevingshandelingen vast te stellen met het oog op de aanpassing aan de stand van de techniek van de lijst van technologieën die mogen worden gebruikt voor het uitvoeren van elektronische toltransacties in elektronische tolsystemen die de installatie of het gebruik van boordapparatuur vereisten. Het is met name belangrijk dat de Commissie tijdens de voorbereiding overleg pleegt, ook op deskundigenniveau, en dat dat overleg plaatsvindt overeenkomstig de beginselen die zijn vastgesteld in het Interinstitutioneel Akkoord van 13 april 2016 over beter wetgeven. Met name om te zorgen voor gelijke deelname aan de voorbereiding van gedelegeerde handelingen ontvangen het Europees Parlement en de Raad alle documenten op hetzelfde tijdstip als de deskundigen van de lidstaten, en hebben hun deskundigen systematisch toegang tot de vergaderingen van de deskundigengroepen van de Commissie die zich bezighouden met de voorbereiding van de gedelegeerde handelingen. |
Amendement 11 Voorstel voor een richtlijn Artikel 1 – lid 1 – alinea 2 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
Deze richtlijn laat de beslissingen van lidstaten om heffingen op te leggen aan bepaalde voertuigtypes en om het niveau van die heffingen en het doel waarvoor ze worden opgelegd te bepalen, onverlet. |
Om het subsidiariteitsbeginsel te eerbiedigen laat deze richtlijn de beslissingen van lidstaten om heffingen op te leggen aan bepaalde voertuigtypes en om het niveau van die heffingen en het doel waarvoor ze worden opgelegd te bepalen, onverlet. |
Amendement 12 Voorstel voor een richtlijn Artikel 2 – alinea 1 – letter e | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
e) "elektronisch tolgebied": een weg, een wegennet, een kunstwerk zoals een brug of een tunnel, of een ferry waarvoor wegentol wordt geïnd door, uitsluitend of gedeeltelijk, gebruik te maken van automatische detectiemechanismen zoals communicatie met boordapparatuur in het voertuig of automatische nummerplaatherkenning; |
e) "elektronisch tolgebied": een weg, een wegennet, een kunstwerk zoals een brug of een tunnel, of een ferry waarvoor wegentol wordt geïnd door, uitsluitend of gedeeltelijk, gebruik te maken van automatische detectiemechanismen zoals communicatie met boordapparatuur in het voertuig, eventueel aangevuld met automatische nummerplaatherkenning; |
Motivering | |
Wegens de beperkte graad van standaardisering van nummerplaten en herkenningssystemen in de Unie, kan het tot verkeerde resultaten leiden indien men zich uitsluitend verlaat op nummerplaatherkenning. Daarom mag automatische nummerplaatherkenning enkel worden gebruikt als een bijkomend instrument voor de inning van tolheffingen. | |
Amendement 13 Voorstel voor een richtlijn Artikel 2 – alinea 1 – letter i | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
i) "lidstaat van registratie": de lidstaat waarin het voertuig is geregistreerd waarmee de overtreding werd begaan die tot gevolg had dat geen wegentol werd betaald; |
(Niet van toepassing op de Nederlandse versie.) |
Amendement 14 Voorstel voor een richtlijn Artikel 3 – lid 1 – alinea 1 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
Alle nieuwe elektronische tolheffingssystemen waarvoor boordapparatuur moet worden geïnstalleerd of gebruikt maken voor de afhandeling van elektronische tolheffingstransacties gebruik van een of meer van de in bijlage IV vermelde technologieën. |
Alle nieuwe elektronische tolheffingssystemen waarvoor boordapparatuur moet worden geïnstalleerd of gebruikt, maken voor de afhandeling van elektronische tolheffingstransacties gebruik van een of meer van de volgende technologieën: |
|
a) plaatsbepaling per satelliet; |
|
b) mobiele communicatie volgens de GSM-GPRS-norm (referentie GSM TS 03.60/23.00); |
|
c) 5,8 GHz microgolftechnologie. |
Motivering | |
Technologische oplossingen zijn een belangrijke bepalende factor voor interoperabiliteit, een van de hoofddoelstellingen van deze herziening. Daarom moet de medewetgever beslissen over de lijst van in aanmerking komende technologische oplossingen en niet de Commissie. | |
Amendement 15 Voorstel voor een richtlijn Artikel 3 – lid 1 – alinea 2 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
Bestaande elektronische tolheffingssystemen die gebruik maken van andere dan de in bijlage IV vermelde technologieën beantwoorden aan die technologieën indien substantiële technologische verbeteringen worden uitgevoerd. |
Bestaande elektronische tolheffingssystemen die gebruik maken van andere dan de in de eerste alinea vermelde technologieën beantwoorden aan die technologieën indien substantiële technologische verbeteringen worden uitgevoerd. |
Motivering | |
In overeenstemming met het amendement strekkende tot schrapping van bijlage IV en tot verplaatsing van de lijst van in aanmerking komende technologieën naar artikel 3, lid 1, alinea 1. | |
Amendement 16 Voorstel voor een richtlijn Artikel 3, lid 3, alinea 1 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
EETS-aanbieders stellen boordapparatuur ter beschikking van de gebruikers die geschikt is voor gebruik, interoperabel is en in staat is te communiceren met alle in de lidstaten in gebruik zijnde elektronische tolheffingssystemen die gebruik maken van de in bijlage IV vermelde technologieën. |
EETS-aanbieders stellen boordapparatuur ter beschikking van de gebruikers die geschikt is voor gebruik, interoperabel is en in staat is te communiceren met alle in de lidstaten in gebruik zijnde elektronische tolheffingssystemen die gebruik maken van de in lid 1 vermelde technologieën. |
Motivering | |
In overeenstemming met het amendement strekkende tot schrapping van bijlage IV en tot verplaatsing van de lijst van in aanmerking komende technologieën naar artikel 3, lid 1, alinea 1. | |
Amendement 17 Voorstel voor een richtlijn Artikel 3 – lid 4 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
4. De boordapparatuur mag gebruik maken van eigen hardware en software, van elementen van andere hardware en software die in het voertuig aanwezig is of van beide. Om met andere in het voertuig aanwezige hardwaresystemen te kunnen communiceren, mag de boordapparatuur gebruik maken van andere dan de in bijlage IV vermelde technologieën. |
4. De boordapparatuur mag gebruik maken van eigen hardware en software, van elementen van andere hardware en software die in het voertuig aanwezig is of van beide. Om met andere in het voertuig aanwezige hardwaresystemen te kunnen communiceren, mag de boordapparatuur gebruik maken van andere dan de in lid 1 vermelde technologieën. |
Motivering | |
In overeenstemming met het amendement strekkende tot schrapping van bijlage IV en tot verplaatsing van de lijst van in aanmerking komende technologieën naar artikel 3, lid 1, alinea 1. | |
Amendement 18 Voorstel voor een richtlijn Artikel 3 – lid 6 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
6. De lidstaten zien erop toe dat de met het oog op het functioneren van de EETS noodzakelijke verwerking van persoonsgegevens plaatsvindt in overeenstemming met de regels van de Unie op het gebied van de bescherming van de fundamentele rechten en vrijheden van natuurlijke personen, waaronder de persoonlijke levenssfeer, en dat in het bijzonder wordt voldaan aan de bepalingen van Verordening (EU) 2016/679, Richtlijn (EU) 2016/680 en Richtlijn 2002/58/EG. |
6. De lidstaten zien erop toe dat de met het oog op het functioneren van de EETS noodzakelijke verwerking van persoonsgegevens plaatsvindt in overeenstemming met de regels van de Unie op het gebied van de bescherming van de fundamentele rechten en vrijheden van natuurlijke personen, waaronder de persoonlijke levenssfeer, en dat in het bijzonder wordt voldaan aan de bepalingen van Verordening (EU) 2016/679 en Richtlijn 2002/58/EG. Persoonsgegevens die in het kader van deze richtlijn worden verwerkt, worden niet verder verwerkt voor andere doeleinden en worden verwijderd zodra ze niet langer noodzakelijk zijn voor het doel waarvoor ze werden verwerkt. |
Motivering | |
Aangezien het voorstel een aanzienlijke wijziging van de momenteel van kracht zijnde tekst inhoudt met het oog op de interoperabiliteit van de EETS, de betaling van tol en nieuwe regels inzake samenwerking en handhaving over de grenzen van lidstaten heen met betrekking tot niet-betaalde tol, heeft het voorstel belangrijke gevolgen voor het recht op gegevensbescherming, die niet in dit voorstel worden behandeld. Daarom moet dit amendement worden ingediend, zodat de bescherming van persoonsgegevens en de consistentie met de EU-wetgeving kan worden verzekerd. | |
Amendement 19 Voorstel voor een richtlijn Artikel 5 – lid 1 – alinea 1 – inleidende formule | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
Voor het onderzoek naar gevallen van niet-betaling van wegentol verleent de lidstaat de contactpunten van de andere lidstaten toegang tot de volgende nationale voertuigregistratiegegevens, en verleent ze hen toestemming om geautomatiseerde zoekopdrachten uit te voeren met betrekking tot die gegevens: |
Uitsluitend voor het onderzoek naar gevallen van niet-betaling van wegentol verleent de lidstaat de contactpunten van de andere lidstaten toegang tot de volgende nationale voertuigregistratiegegevens, en verleent ze hen toestemming om geautomatiseerde zoekopdrachten uit te voeren met betrekking tot die gegevens: |
Motivering | |
Dit amendement moet zorgen voor juridische samenhang met de EU-wetgeving inzake gegevensbescherming. | |
Amendement 20 Voorstel voor een richtlijn Artikel 5 – lid 1 – alinea 1 – letter a | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
a) gegevens met betrekking tot voertuigen; en |
a) gegevens die nodig zijn om een specifiek voertuig te identificeren; en |
Amendement 21 Voorstel voor een richtlijn Artikel 5 – lid 1 – alinea 1 – letter b | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
b) gegevens met betrekking tot de eigenaars of houders van het voertuig. |
b) gegevens die nodig zijn om de eigenaars of houders van het voertuig te identificeren en contact met hen op te nemen. |
Amendement 22 Voorstel voor een richtlijn Artikel 5 – lid 3 – alinea 2 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
Die geautomatiseerde zoekopdrachten worden uitgevoerd in overeenstemming met de procedures van punten 2 en 3 van hoofdstuk 3 van de bijlage bij Besluit 2008/616/JBZ van de Raad26 en de eisen van bijlage II bij de onderhavige richtlijn. |
Die geautomatiseerde zoekopdrachten worden uitgevoerd in volledige overeenstemming met de procedures van punten 2 en 3 van hoofdstuk 3 van de bijlage bij Besluit 2008/616/JBZ van de Raad26 en de eisen van bijlage II bij de onderhavige richtlijn, en in volledige overeenstemming met alle grondrechten. |
_________________ |
_________________ |
26 Besluit 2008/616/JBZ van de Raad van 23 juni 2008 betreffende de uitvoering van Besluit 2008/615/JBZ inzake de intensivering van de grensoverschrijdende samenwerking, in het bijzonder ter bestrijding van terrorisme en grensoverschrijdende criminaliteit (PB L 210 van 6.8.2008, blz. 12). |
26 Besluit 2008/616/JBZ van de Raad van 23 juni 2008 betreffende de uitvoering van Besluit 2008/615/JBZ inzake de intensivering van de grensoverschrijdende samenwerking, in het bijzonder ter bestrijding van terrorisme en grensoverschrijdende criminaliteit (PB L 210 van 6.8.2008, blz. 12). |
Amendement 23 Voorstel voor een richtlijn Artikel 6 – lid 2 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
2. Wanneer de lidstaat op wiens grondgebied een geval van niet-betaling van wegentol heeft plaatsgevonden de kennisgeving verstuurt aan de eigenaar, de houder van het voertuig of aan de persoon die anderszins geïdentificeerd is als degene die ervan verdacht wordt de wegentol niet te hebben betaald, deelt hij, overeenkomstig zijn nationaal recht, alle relevante informatie mee, met name de aard van het geval van niet-betaling van wegentol, de titel van de overtreden nationale wetsartikelen en de geldende sancties voor een dergelijke overtreding, en in voorkomend geval gegevens betreffende de apparatuur die is gebruikt om de overtreding vast te stellen. Daartoe kan de lidstaat op wiens grondgebied het geval van niet-betaling van wegentol heeft plaatsgevonden, gebruikmaken van het model in bijlage III. |
2. Wanneer de lidstaat op wiens grondgebied een geval van niet-betaling van wegentol heeft plaatsgevonden de kennisgeving verstuurt aan de eigenaar, de houder van het voertuig of aan de persoon die anderszins geïdentificeerd is als degene die ervan verdacht wordt de wegentol niet te hebben betaald, deelt hij, overeenkomstig zijn nationaal recht, alle relevante informatie mee, met name de aard van het geval van niet-betaling van wegentol, de titel van de overtreden nationale wetsartikelen en de geldende sancties voor een dergelijke overtreding, en gegevens betreffende de apparatuur die is gebruikt om de overtreding vast te stellen. Daartoe kan de lidstaat op wiens grondgebied het geval van niet-betaling van wegentol heeft plaatsgevonden, gebruikmaken van het model in bijlage III. |
Amendement 24 Voorstel voor een richtlijn Artikel 6 – lid 3 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
3. Indien de lidstaat op wiens grondgebied het geval van niet-betaling van wegentol heeft plaatsgevonden beslist een afhandelingsprocedure met betrekking tot het geval van niet-betaling van wegentol in te stellen, verstuurt de lidstaat, met het oog op de eerbiediging van de grondrechten, de kennisgeving in de taal van het registratiedocument van het voertuig, voor zover dat beschikbaar is, of in één van de officiële talen van de lidstaat van registratie. |
3. Indien de lidstaat op wiens grondgebied het geval van niet-betaling van wegentol heeft plaatsgevonden beslist een afhandelingsprocedure met betrekking tot het geval van niet-betaling van wegentol in te stellen, verstuurt de lidstaat, met het oog op de eerbiediging van de grondrechten, de kennisgeving in de taal van het registratiedocument van het voertuig, voor zover dat beschikbaar is, of in één van de officiële talen van de lidstaat van registratie. In die kennisgeving informeert de lidstaat de ontvanger over de mogelijkheden die de eigenaar van het voertuig heeft om het vermeende strafbare feit te betwisten, in het bijzonder het recht op beroep en voorziening in rechte, en over de instantie waarvoor die rechten kunnen worden uitgeoefend. |
Motivering | |
Dit amendement moet zorgen voor juridische samenhang met de EU-wetgeving inzake gegevensbescherming. | |
Amendement 25 Voorstel voor een richtlijn Artikel 8 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
Artikel 8 |
Artikel 8 |
Gegevensbescherming |
Gegevensbescherming |
1. De bepalingen van Verordening (EU) 2016/679 en de nationale wetten, regels en administratieve bepalingen ter omzetting van Richtlijn (EU) 2016/680 zijn van toepassing op de persoonsgegevens die in het kader van deze richtlijn worden verwerkt. |
1. Verordening (EU) 2016/679 en Richtlijn 2002/58/EG zijn van toepassing op de persoonsgegevens die in het kader van deze richtlijn worden verwerkt. Richtlijn (EU) 2016/680 is alleen van toepassing op de persoonsgegevens die in het kader van deze richtlijn worden verwerkt wanneer de niet-betaling van wegentol een strafbaar feit is in de lidstaat waar de betaling verschuldigd is. |
2. De lidstaten zien erop toe dat de in het kader van deze richtlijn verwerkte persoonsgegevens binnen een passende termijn worden gecorrigeerd indien ze onjuist zijn, of worden gewist of beperkt, en dat een uiterste termijn voor de opslag van gegevens wordt vastgesteld overeenkomstig Verordening (EU) 2016/679 en de nationale wetten, regels en administratieve bepalingen ter omzetting van Richtlijn (EU) 2016/680. |
2. De lidstaten zien erop toe dat de verwerking van persoonsgegevens voor de toepassing van artikel 5 beperkt blijft tot de in bijlage II vermelde soorten gegevens. De lidstaten zorgen er tevens voor dat de betrokkenen het recht hebben verwerkte persoonsgegevens onverwijld te laten bijwerken, corrigeren of wissen indien ze onjuist zijn. De lidstaten stellen een uiterste termijn voor de opslag van persoonsgegevens vast overeenkomstig Verordening (EU) 2016/679 en, indien van toepassing, Richtlijn (EU) 2016/680. |
De lidstaten zien erop toe dat alle in het kader van deze richtlijn verwerkte persoonsgegevens alleen worden gebruikt om de grensoverschrijdende uitwisseling van informatie over gevallen van niet-betaling van wegentol te vergemakkelijken, en dat de betrokkenen dezelfde rechten op informatie, toegang, rectificatie, wissing en blokkering, compensatie en beroep in rechte hebben als bepaald in Verordening (EU) 2016/679 en de nationale wetten, regels en administratieve bepalingen ter omzetting van Richtlijn (EU) 2016/680. |
De lidstaten zien erop toe dat de in het kader van deze richtlijn verwerkte persoonsgegevens uitsluitend worden verwerkt om de grensoverschrijdende uitwisseling van informatie over de niet-betaling van wegentol te vergemakkelijken, en niet verder worden verwerkt voor andere doeleinden. De lidstaten zien er tevens op toe dat de betrokkenen hetzelfde recht hebben op informatie, toegang, rectificatie, wissing en beperking van verwerking, indiening van een klacht bij een toezichthoudende autoriteit voor gegevensbescherming, compensatie en een doeltreffende voorziening in rechte als bepaald in Verordening (EU) 2016/679 en, indien van toepassing, Richtlijn (EU) 2016/680. De lidstaten zien erop toe dat uitsluitend toegang tot persoonsgegevens wordt verleend aan de aangewezen bevoegde autoriteiten voor de uitwisseling van voertuigregistratiegegevens. |
3. Elke betrokkene heeft het recht informatie te krijgen over welke in de lidstaat van registratie opgeslagen persoonsgegevens zijn doorgestuurd naar de lidstaat waarin een geval van niet-betaling van wegentol is vastgesteld, met inbegrip van de datum van het verzoek en de bevoegde autoriteit van de lidstaat op wiens grondgebied een geval van niet-betaling van wegentol is vastgesteld. |
3. Elke betrokkene heeft het recht onverwijld informatie te krijgen over welke in de lidstaat van registratie opgeslagen persoonsgegevens zijn doorgestuurd naar de lidstaat waarin een geval van niet-betaling van wegentol is vastgesteld, met inbegrip van de datum van het verzoek en de bevoegde autoriteit van de lidstaat op wiens grondgebied een geval van niet-betaling van wegentol is vastgesteld. |
Amendement 26 Voorstel voor een richtlijn Artikel 9 – lid 1 – inleidende formule | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
Uiterlijk [5 jaar na de inwerkingtreding van deze richtlijn] dient de Commissie bij het Europees Parlement en de Raad een verslag in over de toepassing van de artikelen 6 en 7 van deze richtlijn door de lidstaten. In dit verslag besteedt de Commissie met name aandacht aan de volgende aspecten en dient ze, in voorkomend geval, voorstellen in om deze aspecten te behandelen: |
Uiterlijk [4 jaar na de inwerkingtreding van deze richtlijn] dient de Commissie bij het Europees Parlement en de Raad een verslag in over de toepassing van de artikelen 6 en 7 van deze richtlijn door de lidstaten. In dit verslag besteedt de Commissie met name aandacht aan de volgende aspecten en dient ze, in voorkomend geval, voorstellen in om deze aspecten te behandelen: |
Amendement 27 Voorstel voor een richtlijn Artikel 9 – lid 1 – streepje 1 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
- een analyse van de gevolgen van de toepassing van de artikelen 6 en 7 van deze richtlijn op de grondrechten, in het bijzonder het recht op eerbiediging van de persoonlijke levenssfeer en de bescherming van persoonsgegevens, |
Amendement 28 Voorstel voor een richtlijn Artikel 10 – lid 1 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
1. De Commissie is bevoegd om overeenkomstig artikel 11 gedelegeerde handelingen vast te stellen tot wijziging van bijlagen I en IV teneinde deze aan te passen aan de technische vooruitgang. |
1. De Commissie is bevoegd om overeenkomstig artikel 11 gedelegeerde handelingen vast te stellen tot wijziging van bijlage I teneinde deze aan te passen aan de technische vooruitgang. |
Motivering | |
In overeenstemming met het amendement strekkende tot schrapping van bijlage IV en tot verplaatsing van de lijst van in aanmerking komende technologieën naar artikel 3, lid 1, alinea 1. | |
Amendement 29 Voorstel voor een richtlijn Artikel 11 – lid 2 | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
2. De bevoegdheid om de in artikel 10 bedoelde gedelegeerde handelingen vast te stellen wordt voor onbepaalde tijd aan de Commissie verleend, met ingang van [de datum van inwerkingtreding van deze richtlijn]. |
2. De bevoegdheid om de in artikel 10 bedoelde gedelegeerde handelingen vast te stellen wordt voor een periode van vijf jaar aan de Commissie verleend, met ingang van [de datum van inwerkingtreding van deze richtlijn]. De Commissie stelt uiterlijk negen maanden voor het einde van de termijn van vijf jaar een verslag op over de bevoegdheidsdelegatie. De bevoegdheidsdelegatie wordt stilzwijgend met termijnen van dezelfde duur verlengd, tenzij het Europees Parlement of de Raad zich uiterlijk drie maanden voor het einde van elke termijn tegen die verlenging verzet. |
Motivering | |
Hoewel de delegatie van bevoegdheden aan de Commissie in de tijd beperkt moet zijn, moet de richtlijn de mogelijkheid bieden van een stilzwijgende verlenging van die termijn. | |
Amendement 30 Voorstel voor een richtlijn Bijlage I - paragraaf 1 – alinea 3 – letter k | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
k) validering van de gekozen technische oplossingen aan de hand van de regels van de Unie op het gebied van de bescherming van de fundamentele vrijheden en rechten van natuurlijke personen, waaronder de persoonlijke levenssfeer en de bescherming van persoonsgegevens. Met name dient te worden gewaarborgd dat wordt voldaan aan de bepalingen van Verordening (EU) 2016/679 en Richtlijn 2002/58/EG; |
k) validering van de gekozen technische oplossingen aan de hand van de regels van de Unie op het gebied van de bescherming van de fundamentele vrijheden en rechten van natuurlijke personen, waaronder de persoonlijke levenssfeer en de bescherming van persoonsgegevens. Met name dient te worden gewaarborgd dat wordt voldaan aan de bepalingen van Verordening (EU) 2016/679 en Richtlijn 2002/58/EG, alsook, indien van toepassing, Richtlijn (EU) 2016/680; |
Motivering | |
Dit amendement is nodig omdat het onlosmakelijk is verbonden met andere ontvankelijke amendementen die de verwijzing naar Richtlijn (EU) 2016/680 invoegen in de tekst. | |
Amendement 31 Voorstel voor een richtlijn Bijlage III – paragraaf 26 bis (nieuw) | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
|
Disclaimer gegevensbescherming: |
|
Overeenkomstig Verordening (EU) 2016/679 hebt u het recht te verzoeken om inzage in en rectificatie of wissing van uw persoonsgegevens, of beperking van de verwerking van uw persoonsgegevens, alsook om bezwaar te maken tegen de verwerking, en hebt u recht op gegevensoverdraagbaarheid. U hebt ook het recht een klacht in te dienen bij [naam en adres van de relevante toezichthoudende autoriteit]. |
|
[Indien de niet-betaling van wegentol door de nationale wetgeving als een strafbaar feit wordt beschouwd: |
|
Overeenkomstig [naam van de nationale wet tot uitvoering van Richtlijn (EU) 2016/680], hebt u het recht de verwerkingsverantwoordelijke inzage in en rectificatie of wissing van uw persoonsgegevens te vragen, alsook een beperking van de verwerking van uw persoonsgegevens. U hebt ook het recht een klacht in te dienen bij [naam en adres van de relevante toezichthoudende autoriteit]. ] |
Motivering | |
Overeenkomstig de algemene verordening gegevensbescherming en de politierichtlijn, waar toepasselijk, dient de brief de basisrechten inzake gegevensbescherming te vermelden die beschikbaar zijn voor alle burgers, evenals de naam en het adres van de instantie waar de burgers een klacht kunnen indienen. Dit amendement is noodzakelijk om dwingende redenen in verband met de interne logica van de tekst. | |
Amendement 32 Voorstel voor een richtlijn Bijlage IV | |
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement |
Lijst van technologieën die zijn toegestaan voor gebruik in systemen voor elektronische wegentol, met het oog op de uitvoering van elektronische toltransacties |
Schrappen |
1. plaatsbepaling per satelliet; |
|
2. mobiele communicatie; |
|
3. 5,8 GHz microgolftechnologie. |
|
Motivering | |
De lijst met technologieën moet door de wetgever aan de medebeslissingsprocedure worden onderworpen. Dit amendement is noodzakelijk om dwingende redenen in verband met de interne logica van de tekst. |
PROCEDURE VAN DE ADVISERENDE COMMISSIE
Titel |
Interoperabiliteit van elektronische tolheffingssystemen voor het wegverkeer en vergemakkelijking van de grensoverschrijdende uitwisseling van informatie over het niet-betalen van wegentol in de Unie (herschikking) |
||||
Document- en procedurenummers |
COM(2017)0280 – C8-0173/2017 – 2017/0128(COD) |
||||
Bevoegde commissie Datum bekendmaking |
TRAN 15.6.2017 |
|
|
|
|
Advies uitgebracht door Datum bekendmaking |
LIBE 15.6.2017 |
||||
Rapporteur voor advies Datum benoeming |
Branislav Škripek 31.8.2017 |
||||
Behandeling in de commissie |
20.2.2018 |
20.3.2018 |
27.3.2018 |
|
|
Datum goedkeuring |
27.3.2018 |
|
|
|
|
Uitslag eindstemming |
+: –: 0: |
48 2 4 |
|||
Bij de eindstemming aanwezige leden |
Asim Ademov, Jan Philipp Albrecht, Heinz K. Becker, Monika Beňová, Caterina Chinnici, Rachida Dati, Agustín Díaz de Mera García Consuegra, Tanja Fajon, Laura Ferrara, Kinga Gál, Ana Gomes, Sylvie Guillaume, Jussi Halla-aho, Eva Joly, Cécile Kashetu Kyenge, Juan Fernando López Aguilar, Monica Macovei, Roberta Metsola, Claude Moraes, Ivari Padar, Judith Sargentini, Branislav Škripek, Csaba Sógor, Sergei Stanishev, Helga Stevens, Traian Ungureanu, Bodil Valero, Marie-Christine Vergiat, Harald Vilimsky, Udo Voigt, Josef Weidenholzer, Cecilia Wikström |
||||
Bij de eindstemming aanwezige vaste plaatsvervangers |
Carlos Coelho, Anna Maria Corazza Bildt, Ignazio Corrao, Gérard Deprez, Maria Grapini, Marek Jurek, Miltiadis Kyrkos, Nuno Melo, Angelika Mlinar, Nadine Morano, Maite Pagazaurtundúa Ruiz, Emilian Pavel, Morten Helveg Petersen, Petri Sarvamaa, Elly Schlein, Barbara Spinelli |
||||
Bij de eindstemming aanwezige plaatsvervangers (art. 200, lid 2) |
André Elissen, Marc Joulaud, Christelle Lechevalier, Martina Michels, Liadh Ní Riada, Anna Záborská |
||||
HOOFDELIJKE EINDSTEMMING IN DE ADVISERENDE COMMISSIE
48 |
+ |
|
ALDE |
Gérard Deprez, Angelika Mlinar, Maite Pagazaurtundúa Ruiz, Morten Helveg Petersen, Cecilia Wikström |
|
ECR |
Jussi Halla-aho, Marek Jurek, Monica Macovei, Branislav Škripek, Helga Stevens |
|
EFDD |
Ignazio Corrao, Laura Ferrara |
|
ENF |
Christelle Lechevalier, Harald Vilimsky |
|
PPE |
Asim Ademov, Heinz K. Becker, Carlos Coelho, Anna Maria Corazza Bildt, Rachida Dati, Agustín Díaz de Mera García Consuegra, Kinga Gál, Marc Joulaud, Nuno Melo, Roberta Metsola, Nadine Morano, Petri Sarvamaa, Csaba Sógor, Traian Ungureanu, Anna Záborská |
|
S&D |
Monika Beňová, Caterina Chinnici, Tanja Fajon, Ana Gomes, Maria Grapini, Sylvie Guillaume, Cécile Kashetu Kyenge, Miltiadis Kyrkos, Juan Fernando López Aguilar, Claude Moraes, Ivari Padar, Emilian Pavel, Elly Schlein, Sergei Stanishev, Josef Weidenholzer |
|
VERTS/ALE |
Jan Philipp Albrecht, Eva Joly, Judith Sargentini, Bodil Valero |
|
2 |
- |
|
ENF |
André Elissen |
|
NI |
Udo Voigt |
|
4 |
0 |
|
GUE/NGL |
Martina Michels, Liadh Ní Riada, Barbara Spinelli, Marie-Christine Vergiat |
|
Verklaring van de gebruikte tekens:
+ : voor
- : tegen
0 : onthouding
PROCEDURE VAN DE BEVOEGDE COMMISSIE
Titel |
Interoperabiliteit van elektronische tolheffingssystemen voor het wegverkeer en vergemakkelijking van de grensoverschrijdende uitwisseling van informatie over het niet-betalen van wegentol in de Unie (herschikking) |
||||
Document- en procedurenummers |
COM(2017)0280 – C8-0173/2017 – 2017/0128(COD) |
||||
Datum indiening bij EP |
31.5.2017 |
|
|
|
|
Bevoegde commissie Datum bekendmaking |
TRAN 15.6.2017 |
|
|
|
|
Medeadviserende commissies Datum bekendmaking |
ITRE 15.6.2017 |
LIBE 15.6.2017 |
|
|
|
Geen advies Datum besluit |
ITRE 21.6.2017 |
|
|
|
|
Rapporteurs Datum benoeming |
Massimiliano Salini 30.6.2017 |
|
|
|
|
Behandeling in de commissie |
22.1.2018 |
20.3.2018 |
14.5.2018 |
|
|
Datum goedkeuring |
24.5.2018 |
|
|
|
|
Uitslag eindstemming |
+: –: 0: |
40 1 0 |
|||
Bij de eindstemming aanwezige leden |
Lucy Anderson, Inés Ayala Sender, Georges Bach, Deirdre Clune, Michael Cramer, Luis de Grandes Pascual, Andor Deli, Karima Delli, Isabella De Monte, Ismail Ertug, Jacqueline Foster, Dieter-Lebrecht Koch, Miltiadis Kyrkos, Bogusław Liberadzki, Cláudia Monteiro de Aguiar, Tomasz Piotr Poręba, Gabriele Preuß, Christine Revault d’Allonnes Bonnefoy, Dominique Riquet, Massimiliano Salini, David-Maria Sassoli, Claudia Schmidt, Claudia Țapardel, Keith Taylor, Pavel Telička, Wim van de Camp, Marie-Pierre Vieu, Janusz Zemke, Elżbieta Katarzyna Łukacijewska |
||||
Bij de eindstemming aanwezige vaste plaatsvervangers |
Michael Gahler, Maria Grapini, Ramona Nicole Mănescu, Marek Plura, Jozo Radoš, Matthijs van Miltenburg |
||||
Bij de eindstemming aanwezige plaatsvervangers (art. 200, lid 2) |
Eleonora Evi, Jude Kirton-Darling, José Ignacio Salafranca Sánchez-Neyra, Annie Schreijer-Pierik, Anneleen Van Bossuyt, Marco Zullo |
||||
Datum indiening |
5.6.2018 |
||||
HOOFDELIJKE EINDSTEMMINGIN DE BEVOEGDE COMMISSIE
40 |
+ |
|
ALDE |
Jozo Radoš, Dominique Riquet, Pavel Telička, Matthijs van Miltenburg |
|
ECR |
Tomasz Piotr Poręba, Anneleen Van Bossuyt |
|
EFDD |
Eleonora Evi, Marco Zullo |
|
GUE/NGL |
Marie-Pierre Vieu |
|
PPE |
Georges Bach, Deirdre Clune, Andor Deli, Michael Gahler, Dieter-Lebrecht Koch, Elżbieta Katarzyna Łukacijewska, Ramona Nicole Mănescu, Cláudia Monteiro de Aguiar, Marek Plura, José Ignacio Salafranca Sánchez-Neyra, Massimiliano Salini, Claudia Schmidt, Annie Schreijer-Pierik, Luis de Grandes Pascual, Wim van de Camp |
|
S&D |
Lucy Anderson, Inés Ayala Sender, Isabella De Monte, Ismail Ertug, Maria Grapini, Jude Kirton-Darling, Miltiadis Kyrkos, Bogusław Liberadzki, Gabriele Preuß, Christine Revault d'Allonnes Bonnefoy, David-Maria Sassoli, Claudia Țapardel, Janusz Zemke |
|
VERTS/ALE |
Michael Cramer, Karima Delli, Keith Taylor |
|
1 |
- |
|
ECR |
Jacqueline Foster |
|
0 |
0 |
|
|
|
|
Verklaring van de gebruikte tekens:
+ : voor
- : tegen
0 : onthouding