VERSLAG over het voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad betreffende de transparantie en duurzaamheid van de EU-risicobeoordeling in de voedselketen en houdende wijziging van Verordening (EG) nr. 178/2002 [betreffende de algemene levensmiddelenwetgeving], Richtlijn 2001/18/EG [inzake de doelbewuste introductie van ggo's in het milieu], Verordening (EG) nr. 1829/2003 [inzake genetisch gemodificeerde levensmiddelen en diervoeders], Verordening (EG) nr. 1831/2003 [betreffende toevoegingsmiddelen voor diervoeding], Verordening (EG) nr. 2065/2003 [inzake rookaroma's], Verordening (EG) nr. 1935/2004 [inzake materialen die met levensmiddelen in contact komen], Verordening (EG) nr. 1331/2008 [inzake de uniforme toelatingsprocedure voor levensmiddelenadditieven, voedingsenzymen en levensmiddelenaroma's], Verordening (EG) nr. 1107/2009 [betreffende gewasbeschermingsmiddelen] en Verordening (EU) nr. 2015/2283 [betreffende nieuwe voedingsmiddelen]
29.12.2018 - (COM(2018)0179 – C8-0144/2018 – 2018/0088(COD)) - ***I
Commissie milieubeheer, volksgezondheid en voedselveiligheid
Rapporteur: Renate Sommer
ONTWERPWETGEVINGSRESOLUTIE VAN HET EUROPEES PARLEMENT
over het voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad betreffende de transparantie en duurzaamheid van de EU-risicobeoordeling in de voedselketen en houdende wijziging van Verordening (EG) nr. 178/2002 [betreffende de algemene levensmiddelenwetgeving], Richtlijn 2001/18/EG [inzake de doelbewuste introductie van ggo's in het milieu], Verordening (EG) nr. 1829/2003 [inzake genetisch gemodificeerde levensmiddelen en diervoeders], Verordening (EG) nr. 1831/2003 [betreffende toevoegingsmiddelen voor diervoeding], Verordening (EG) nr. 2065/2003 [inzake rookaroma's], Verordening (EG) nr. 1935/2004 [inzake materialen die met levensmiddelen in contact komen], Verordening (EG) nr. 1331/2008 [inzake de uniforme toelatingsprocedure voor levensmiddelenadditieven, voedingsenzymen en levensmiddelenaroma's], Verordening (EG) nr. 1107/2009 [betreffende gewasbeschermingsmiddelen] en Verordening (EU) nr. 2015/2283 [betreffende nieuwe voedingsmiddelen]
(COM(2018)0179 – C8-0144/2018 – 2018/0088(COD))
(Gewone wetgevingsprocedure: eerste lezing)
Het Europees Parlement,
– gezien het voorstel van de Commissie aan het Europees Parlement en de Raad (COM(2018)0179),
– gezien artikel 294, lid 2, en de artikelen 43, 114 en 168, lid 4, onder b), van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, op grond waarvan het voorstel door de Commissie bij het Parlement is ingediend (C8-0144/2018),
– gezien het advies van de Commissie juridische zaken inzake de voorgestelde rechtsgrond,
– gezien artikel 294, lid 3, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,
– gezien het advies van het Europees Economisch en Sociaal Comité van 19 september 2018[1],
– gezien het advies van het Comité van de Regio’s van 10 oktober 2018[2],
– gezien artikel 59 van zijn Reglement,
– gezien het verslag van de Commissie milieubeheer, volksgezondheid en voedselveiligheid en de adviezen van de Commissie visserij en de Commissie juridische zaken (A8-0417/2018),
1. stelt onderstaand standpunt in eerste lezing vast;
2. verzoekt de Commissie om hernieuwde voorlegging aan het Parlement indien zij haar voorstel vervangt, ingrijpend wijzigt of voornemens is het ingrijpend te wijzigen;
3. verzoekt zijn Voorzitter het standpunt van het Parlement te doen toekomen aan de Raad en aan de Commissie alsmede aan de nationale parlementen.
Amendement 1 Voorstel voor een verordening Visum 1 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Ontwerpwetgevingsresolutie |
Amendement | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name de artikelen 43, 114 en 168, lid 4, onder b), |
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name de artikelen 43, 114, 168, lid 4, onder b), en 192, lid 1, | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
De verlening van vergunningen om genetisch gemodificeerde organismen, planten of dieren te kweken of in de omloop te brengen en goedkeuringen van werkzame stoffen in pesticiden hebben aanzienlijke gevolgen voor de natuurlijke omgeving en de menselijke gezondheid. De bescherming van de menselijke gezondheid maakt deel uit van het milieubeleid van de EU. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 2 Voorstel voor een verordening Overweging 2 bis (nieuw) | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
(2 bis) Risicomanagement, risicobeoordeling en risicocommunicatie moeten gebaseerd zijn op een grondige toepassing van onder meer het voorzorgsbeginsel. | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 3 Voorstel voor een verordening Overweging 4 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
(4) Het is daarom noodzakelijk te zorgen voor een alomvattend en doorlopend risicocommunicatieproces gedurende de risicoanalyse, met betrokkenheid van de risicobeoordelaars en risicomanagers op het niveau van de Unie en op nationaal niveau. Dat proces moet worden gecombineerd met een open dialoog tussen alle belanghebbenden om te zorgen voor coherentie en samenhang binnen het risicoanalyseproces. |
(4) Het is daarom noodzakelijk te zorgen voor een transparant, onafhankelijk, doorlopend en inclusief risicocommunicatieproces gedurende de risicoanalyse, met betrokkenheid van de risicobeoordelaars en risicomanagers op het niveau van de Unie en op nationaal niveau. Dat proces moet ervoor zorgen dat de burgers opnieuw vertrouwen krijgen in het feit dat het gehele proces geschraagd is door de doelstelling van deze verordening, namelijk het waarborgen van een hoog niveau van bescherming van het leven en de gezondheid van de mens en de bescherming van de belangen van de consument. Dat proces moet ook kunnen bijdragen tot een participatieve en open dialoog tussen alle belanghebbenden, met name de bevolking, om ervoor te zorgen dat alleen het openbare belang prevaleert en om te zorgen voor nauwkeurigheid, grondigheid, transparantie, samenhang en aflegging van rekenschap binnen het risicoanalyseproces. | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Om het vertrouwen van het publiek te kunnen terugwinnen, moet in alle communicatie en marketing van het proces daadwerkelijke inhoud worden gegeven waarmee wordt aangetoond dat de zaken zijn verbeterd. Als dat niet gebeurt, is elke verandering gedoemd om te mislukken. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 4 Voorstel voor een verordening Overweging 4 bis (nieuw) | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
(4 bis) Bij de ondertekening van handelsakkoorden moet de Unie ervoor zorgen dat de levensmiddelenwetgeving van de derde landen met wie het akkoord wordt gesloten, minstens evenveel bescherming biedt op het gebied van voedselveiligheid als de wetgeving van de Unie, om de veiligheid van de consumenten te garanderen en oneerlijke concurrentie met Europese producten te voorkomen. | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 5 Voorstel voor een verordening Overweging 5 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
(5) Bijzondere nadruk moet worden gelegd op een coherente, geschikte en tijdige uitleg, niet alleen van de resultaten van de risicobeoordeling op zich, maar ook van de wijze waarop die, in voorkomend geval naast andere ter zake dienende factoren, worden benut ter onderbouwing van beslissingen inzake risicomanagement. |
(5) Bijzondere nadruk moet worden gelegd op een nauwkeurige, duidelijke, objectieve en tijdige uitleg, niet alleen van de resultaten van de risicobeoordeling op zich, maar ook van de wijze waarop die, in voorkomend geval naast andere ter zake dienende factoren, worden benut ter onderbouwing van beslissingen inzake risicomanagement. | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 6 Voorstel voor een verordening Overweging 5 bis (nieuw) | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
(5 bis) In de algemene levensmiddelenwetgeving is geen definitie opgenomen van "andere ter zake dienende factoren" met betrekking tot de doelstelling ervan. Dit beginsel moet steeds per geval worden toegepast, maar aangezien er geen algemene richtsnoeren bestaan omtrent de toepassing en de interpretatie ervan, vertoont de toepassing een gebrek aan samenhang. Daarom moet de Commissie algemene richtsnoeren inzake de toepassing van dit beginsel opstellen. | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 7 Voorstel voor een verordening Overweging 6 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
(6) Hiertoe is het noodzakelijk de algemene doelstellingen en beginselen van de risicocommunicatie vast te stellen, rekening houdend met de respectieve rollen van de risicobeoordelaars en -managers. |
(6) Hiertoe is het noodzakelijk de algemene doelstellingen en beginselen van de risicocommunicatie vast te stellen. Daarbij moet rekening worden gehouden met de respectieve rollen van de risicobeoordelaars en -managers en moet hun onafhankelijkheid worden gewaarborgd. | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 8 Voorstel voor een verordening Overweging 8 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
(8) In dit algemene plan moeten de voornaamste factoren worden aangewezen waarmee rekening moet worden gehouden wanneer risicocommunicatieactiviteiten worden overwogen, zoals de verschillende risiconiveaus, de aard van het risico en de mogelijke effecten ervan voor de volksgezondheid, de personen, dieren en zaken die direct of indirect door het risico wordt getroffen, de niveaus van blootstelling aan risico’s, de mogelijkheden voor risicobeheersing en andere factoren die van invloed zijn op de risicoperceptie, met inbegrip van de urgentie, alsmede het toepasselijke wetgevingskader en de desbetreffende marktcontext. In het algemene plan moeten ook de te gebruiken instrumenten en kanalen worden aangewezen en passende mechanismen worden vastgesteld om een samenhangende risicocommunicatie te waarborgen. |
(8) In dit algemene plan moeten de praktische regelingen worden opgenomen voor het beschikbaar stellen aan het publiek van de informatie die nodig is om een hoog niveau van transparantie in het risicomanagementproces te waarborgen. Er moeten de voornaamste factoren in worden aangewezen waarmee rekening moet worden gehouden wanneer risicocommunicatieactiviteiten worden overwogen, zoals de verschillende risiconiveaus, de aard van het risico en de mogelijke effecten ervan op de volksgezondheid, de diergezondheid en het milieu, de personen, dieren en zaken die direct of indirect door het risico worden getroffen, de niveaus van blootstelling aan risico's, de mogelijkheden voor risicominimalisatie of -beheersing en andere factoren die van invloed zijn op de risicoperceptie, met inbegrip van de urgentie, alsmede het toepasselijke wetgevingskader en de desbetreffende marktcontext. In het algemene plan moeten ook de te gebruiken instrumenten en kanalen worden aangewezen en passende mechanismen worden vastgesteld om een samenhangende risicocommunicatie te waarborgen. | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 9 Voorstel voor een verordening Overweging 9 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
(9) Transparantie van het risicobeoordelingsproces draagt bij tot een grotere legitimiteit van de Autoriteit in de ogen van de consumenten en het grote publiek bij de vervulling van haar opdracht en meer vertrouwen van hen in haar werk, en waarborgt een grotere verantwoording van de Autoriteit ten opzichte van de burgers van de Unie binnen een democratisch systeem. Het is derhalve essentieel het vertrouwen van het grote publiek en andere belanghebbenden in het risicoanalyseproces dat de grondslag vormt van de levensmiddelenwetgeving van de Unie, en met name in de risicobeoordeling, te behouden, inclusief de organisatie en onafhankelijkheid van de Autoriteit en transparantie. |
(9) Het verbeteren van de transparantie van het risicobeoordelingsproces zou bijdragen tot een grotere legitimiteit van de Autoriteit in de ogen van de consumenten en het grote publiek bij de vervulling van haar opdracht en meer vertrouwen van hen in haar werk, en zou een grotere verantwoording van de Autoriteit ten opzichte van de burgers van de Unie binnen een democratisch systeem waarborgen. Het is derhalve essentieel het vertrouwen van het grote publiek en andere belanghebbenden in het risicoanalyseproces dat de grondslag vormt van de levensmiddelenwetgeving van de Unie, en met name in de risicobeoordeling, te herstellen, inclusief de organisatie, werking en onafhankelijkheid van de Autoriteit en transparantie. | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 10 Voorstel voor een verordening Overweging 10 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
(10) Het is passend de samenstelling van de raad van bestuur van de Autoriteit aan te passen aan de gemeenschappelijke aanpak voor gedecentraliseerde agentschappen, overeenkomstig de gezamenlijke verklaring van het Europees Parlement, de Raad van de Europese Unie en de Europese Commissie van 2012 over de gedecentraliseerde agentschappen22. |
Schrappen | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
__________________ |
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
22 https://europa.eu/european-union/sites/europaeu/files/docs/body/joint_statement_and_common_approach_2012_nl.pdf |
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 11 Voorstel voor een verordening Overweging 11 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
(11) De ervaring leert dat de rol van de raad van bestuur van de Autoriteit is toegespitst op administratieve en financiële aspecten en geen gevolgen voor de onafhankelijkheid van de wetenschappelijke werkzaamheden van de Autoriteit. Het is derhalve passend om vertegenwoordigers van alle lidstaten in de raad van bestuur van de Autoriteit op te nemen, waarbij moet worden bepaald dat die vertegenwoordigers moeten beschikken over ervaring, met name op het gebied van risicobeoordeling. |
(11) De ervaring leert dat de rol van de raad van bestuur van de Autoriteit is toegespitst op administratieve en financiële aspecten en geen gevolgen voor de onafhankelijkheid van de wetenschappelijke werkzaamheden van de Autoriteit. Het is derhalve passend om vertegenwoordigers van alle lidstaten, de Commissie en het Parlement, alsmede het maatschappelijk middenveld en brancheorganisaties in de raad van bestuur van de Autoriteit op te nemen, waarbij moet worden bepaald dat die vertegenwoordigers moeten beschikken over ervaring, met name op het gebied van risicobeoordeling, en dat elke belangenverstrengeling moet worden voorkomen. | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 12 Voorstel voor een verordening Overweging 12 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
(12) Bij het selecteren van de raad van bestuur moeten de hoogste graad van bekwaamheid en relevante ervaring op een breed terrein van de vertegenwoordigers van de lidstaten, de Commissie en het Europees Parlement vooropstaan. |
(12) Bij het selecteren van de raad van bestuur moeten de hoogste graad van bekwaamheid en toewijding aan de bescherming van de gezondheid en het milieu, en relevante ervaring op een breed terrein van de vertegenwoordigers van de lidstaten, de Commissie en het Europees Parlement vooropstaan. | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 13 Voorstel voor een verordening Overweging 13 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
(13) Bij de geschiktheidscontrole van de algemene levensmiddelenwetgeving zijn bepaalde tekortkomingen aan het licht gekomen wat betreft het vermogen van de Autoriteit om op de lange termijn haar hoge niveau van deskundigheid te handhaven. Meer in het bijzonder daalde het aantal gegadigden dat solliciteerde naar posities als leden van de wetenschappelijke panels. Het systeem moet derhalve worden verstevigd en de lidstaten moeten een actievere rol spelen om te waarborgen dat een voldoende grote groep deskundigen beschikbaar is die aan de behoeften van de risicobeoordeling van de Unie kan voldoen wat betreft een hoog niveau van wetenschappelijke deskundigheid, onafhankelijkheid en multidisciplinaire expertise. |
(13) Bij de geschiktheidscontrole van de algemene levensmiddelenwetgeving zijn bepaalde tekortkomingen aan het licht gekomen wat betreft het vermogen van de Autoriteit om op de lange termijn haar hoge niveau van deskundigheid te handhaven door middel van deskundig personeel. Bovendien daalde het aantal gegadigden dat solliciteerde naar posities als leden van de wetenschappelijke panels en de reden voor deze daling moet worden onderzocht. Twee derde van de deskundigen in de wetenschappelijke panels wordt geleverd door zes lidstaten. Aangezien het Verenigd Koninkrijk momenteel rond 20 % van de nationale deskundigen levert, zal het probleem om geschikte deskundigen aan te trekken nog verergeren nu het Verenigd Koninkrijk de Unie verlaat. Om dit verschijnsel doeltreffender aan te pakken moet het systeem derhalve worden verstevigd en bevorderd, moeten kandidaten worden aangemoedigd om te solliciteren en moeten de lidstaten de verspreiding van de oproepen van de Autoriteit tot het indienen van blijken van belangstelling voor lidmaatschap van de wetenschappelijke panels en het wetenschappelijk comité ondersteunen, om te waarborgen dat een voldoende grote groep onafhankelijke deskundigen beschikbaar is, door ondersteunende maatregelen te nemen en gebruik te maken van stimulansen en beloningen om het participatieniveau en de belangstelling voor deelname te vergroten. | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Toelichting van de oorzaken van de personele problemen van de Autoriteit. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 14 Voorstel voor een verordening Overweging 14 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
(14) Om de onafhankelijkheid van de risicobeoordeling ten opzicht van risicomanagement en van andere belangen op het niveau van de Unie te bewaren, is het passend dat de benoeming van de leden van de wetenschappelijke panels door de lidstaten, hun selectie door de uitvoerend directeur van de Autoriteit en hun benoeming door de raad van bestuur van de Autoriteit op strenge criteria berusten die de uitmuntendheid en onafhankelijkheid van de deskundigen garanderen, en tegelijkertijd ook de vereiste multidisciplinaire expertise van elk panel waarborgen. Hiertoe is het ook van essentieel belang is dat de uitvoerend directeur, die tot taak heeft de belangen van EFSA, en met name het onafhankelijke karakter van haar expertise, te verdedigen, een rol speelt bij de selectie en benoeming van die wetenschappelijke deskundigen. Ook moeten aanvullende maatregelen worden getroffen om ervoor te zorgen dat de wetenschappelijke deskundigen beschikken over de middelen om onafhankelijk op te kunnen treden. |
(14) Om de onafhankelijkheid van de risicobeoordeling ten opzichte van risicomanagement en van andere belangen op het niveau van de Unie te bewaren, is het passend dat de benoeming van de leden van de wetenschappelijke panels, hun selectie door de uitvoerend directeur van de Autoriteit en hun benoeming door de raad van bestuur van de Autoriteit op strenge criteria berusten die de uitmuntendheid en onafhankelijkheid van de deskundigen garanderen, en tegelijkertijd ook de vereiste multidisciplinaire expertise van elk panel waarborgen. Hiertoe is het ook van essentieel belang dat de uitvoerend directeur, die de wettelijke vertegenwoordiger van de Autoriteit is en die tot taak heeft de belangen van EFSA, en met name het onafhankelijke karakter van haar expertise, te verdedigen en de prestaties van EFSA te controleren, een rol speelt bij de selectie en benoeming van die wetenschappelijke deskundigen. Ook moeten aanvullende maatregelen, waaronder behoorlijke financiële compensatie, worden getroffen om ervoor te zorgen dat de wetenschappelijke deskundigen beschikken over de middelen om onafhankelijk op te kunnen treden en om voldoende tijd aan hun taken op het gebied van risicobeoordeling voor de Autoriteit te kunnen besteden. | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 15 Voorstel voor een verordening Overweging 15 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
(15) Het is van essentieel belang om de efficiënte werking van de Autoriteit te waarborgen en de duurzaamheid van haar expertise te verbeteren. Het is derhalve noodzakelijk de ondersteuning door de Autoriteit en de lidstaten van de werkzaamheden van de wetenschappelijke panels van de Autoriteit te versterken. Meer in het bijzonder moet de Autoriteit de organisatie van de voorbereidende werkzaamheden ter ondersteuning van de taken van het panel op zich nemen, onder meer door het personeel van de Autoriteit of nationale wetenschappelijke organisaties uit het netwerk van de Autoriteit te verzoeken voorbereidende wetenschappelijke adviezen op te stellen die door de panels collegiaal worden getoetst en worden aangenomen. |
(15) Het is van essentieel belang om de efficiënte werking van de Autoriteit te waarborgen en de duurzaamheid van haar expertise te verbeteren. Het is derhalve noodzakelijk de ondersteuning door de Autoriteit en de lidstaten van de werkzaamheden van de wetenschappelijke panels van de Autoriteit te versterken. Meer in het bijzonder moet de Autoriteit de organisatie van de voorbereidende werkzaamheden ter ondersteuning van de taken van het panel op zich nemen, onder meer door het personeel van de Autoriteit of nationale wetenschappelijke organisaties uit het netwerk van de Autoriteit te verzoeken voorbereidende wetenschappelijke adviezen op te stellen die door de panels collegiaal worden getoetst en worden aangenomen. Dit mag geen afbreuk doen aan de onafhankelijkheid van de wetenschappelijke beoordelingen van de Autoriteit. | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 16 Voorstel voor een verordening Overweging 16 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
(16) De vergunningsprocedures zijn gebaseerd op het beginsel dat het aan de verzoekende partij is om aan te tonen dat het voorwerp van een vergunningsprocedure voldoet aan de veiligheidsvoorschriften van de Unie, uitgaande van de wetenschappelijke kennis waarover zij beschikt. Dit beginsel berust op de veronderstelling dat de volksgezondheid beter wordt beschermd wanneer de bewijslast bij de aanvrager ligt, aangezien die moet aantonen dat een bepaalde zaak veilig is voordat deze in de handel wordt gebracht, terwijl anders de overheidsinstanties aan zouden moeten tonen dat een zaak onveilig is teneinde deze van de markt te weren. Bovendien zou overheidsgeld niet mogen worden gebruikt om dure studies in opdracht te geven, die uiteindelijk het bedrijfsleven zullen helpen een product in de handel te brengen. Op basis van dit beginsel en overeenkomstig de toepasselijke wettelijke vereisten, zijn aanvragers verplicht ter ondersteuning van aanvragen voor een vergunning krachtens de sectorale levensmiddelenwetgeving van de Unie relevante studies, met inbegrip van tests, in te dienen om de veiligheid en soms ook de werkzaamheid van een zaak aan te tonen. |
(16) De vergunningsprocedures zijn gebaseerd op het beginsel dat het aan de verzoekende partij is om aan te tonen dat het voorwerp van een vergunningsprocedure voldoet aan de veiligheidsvoorschriften van de Unie, uitgaande van de wetenschappelijke kennis waarover zij beschikt. Dit beginsel berust op de veronderstelling dat de volksgezondheid en het milieu beter worden beschermd wanneer de bewijslast bij de aanvrager ligt, aangezien die moet aantonen dat een bepaalde zaak veilig is voordat deze in de handel wordt gebracht, terwijl anders de overheidsinstanties aan zouden moeten tonen dat een zaak onveilig is teneinde deze van de markt te weren. Bovendien zou overheidsgeld niet mogen worden gebruikt om dure studies in opdracht te geven, die uiteindelijk het bedrijfsleven zullen helpen een product in de handel te brengen. Op basis van dit beginsel en overeenkomstig de toepasselijke wettelijke vereisten, zijn aanvragers verplicht ter ondersteuning van aanvragen voor een vergunning krachtens de sectorale levensmiddelenwetgeving van de Unie relevante studies, met inbegrip van tests, in te dienen om de veiligheid en soms ook de werkzaamheid van een zaak aan te tonen. | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 17 Voorstel voor een verordening Overweging 16 bis (nieuw) | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
(16 bis) Uit een vergelijking van de agentschappen van de Unie blijkt dat de Autoriteit tot 55 maanden nodig heeft voor een vergunningsprocedure, vijf keer zo lang als het Europees Geneesmiddelenbureau (EMA). Dit leidt ertoe dat ondernemingen afzien van investeringen in innoverende producten en resulteert op de lange termijn in een verlies aan concurrentievermogen voor de Unie. Bovendien ondermijnen lange vergunningsprocedures het vertrouwen in de Autoriteit. De doeltreffendheid van de risicobeoordeling moet derhalve dringend worden gewaarborgd door middel van betere personele en financiële middelen. | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 18 Voorstel voor een verordening Overweging 17 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
(17) Er gelden bepalingen voor de inhoud van vergunningsaanvragen. Het is van essentieel belang dat de bij de Autoriteit met het oog op de uitvoering van een risicobeoordeling ingediende vergunningsaanvraag aan de toepasselijke specificaties voldoet, om de best mogelijke wetenschappelijke beoordeling door de Autoriteit te waarborgen. Aanvragers — en met name kleine en middelgrote ondernemingen — hebben niet altijd een duidelijk begrip van deze specificaties. Het zou derhalve passend zijn als de Autoriteit een potentiële aanvrager op diens verzoek adviseert over de toepasselijke regels en de vereiste inhoud van een vergunningaanvraag voordat die aanvraag formeel wordt ingediend, waarbij zij echter niet treedt in de opzet van de in te dienen studies, waarvoor de aanvrager verantwoordelijk blijft. Met het oog op de transparantie van dit proces moeten de adviezen van de Autoriteit openbaar worden gemaakt. |
(17) Er gelden bepalingen voor de inhoud van vergunningsaanvragen. Het is van essentieel belang dat de bij de Autoriteit met het oog op de uitvoering van een risicobeoordeling ingediende vergunningsaanvraag aan de toepasselijke specificaties voldoet, om de best mogelijke wetenschappelijke beoordeling door de Autoriteit te waarborgen. Aanvragers — en met name kleine en middelgrote ondernemingen — hebben niet altijd een duidelijk begrip van deze specificaties. Het zou derhalve passend zijn als de Autoriteit een potentiële aanvrager op diens verzoek adviseert over de toepasselijke regels en de vereiste inhoud van een vergunningaanvraag voordat die aanvraag formeel wordt ingediend. Uiterlijk 36 maanden na de inwerkingtreding van deze verordening moet de Commissie het effect evalueren van het algemeen advies dat wordt verleend, op de werking van de Autoriteit. Met name moet de Commissie het effect ervan evalueren op de toewijzing van de middelen van de Autoriteit en op de onafhankelijkheid van de Autoriteit. | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 19 Voorstel voor een verordening Overweging 18 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
(18) De Autoriteit moet op de hoogte zijn van het onderwerp van alle door een aanvrager met het oog op een toekomstige aanvraag van een vergunning krachtens de levensmiddelenwetgeving van de Unie uitgevoerde studies. Hiertoe is het noodzakelijk en passend dat exploitanten van bedrijven die de studies in opdracht geven en de laboratoria die deze uitvoeren, de Autoriteit in kennis stellen van die studies zodra deze in opdracht worden gegeven. Informatie over de ter kennis gebrachte studies mag pas openbaar worden gemaakt wanneer een overeenkomstige vergunningsaanvraag openbaar is gemaakt overeenkomstig de toepasselijke regels inzake transparantie. |
(18) De Autoriteit moet op de hoogte zijn van het onderwerp van alle door een aanvrager met het oog op een toekomstige aanvraag van een vergunning of verlenging krachtens de levensmiddelenwetgeving van de Unie uitgevoerde studies. Hiertoe is het noodzakelijk en passend dat exploitanten van bedrijven die de studies in opdracht geven en de laboratoria die deze uitvoeren, de Autoriteit in kennis stellen van die studies zodra deze in de Unie of daarbuiten in opdracht worden gegeven. Informatie over de ter kennis gebrachte studies mag pas openbaar worden gemaakt wanneer een overeenkomstige vergunnings- of verlengingsaanvraag openbaar is gemaakt overeenkomstig de toepasselijke regels inzake transparantie. | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 20 Voorstel voor een verordening Overweging 20 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
(20) Er is sprake van een bepaalde publieke bezorgdheid over het feit dat de beoordeling door de Autoriteit in de eerste plaats is gebaseerd op studies van bedrijven. De Autoriteit doorzoekt momenteel reeds de wetenschappelijke literatuur om rekening te kunnen houden met andere beschikbare gegevens en studies over het bij haar ter beoordeling ingediende onderwerp. Teneinde te zorgen voor een bijkomende garantie dat de Autoriteit toegang heeft tot alle beschikbare relevante wetenschappelijke gegevens en studies met betrekking tot het voorwerp van een vergunningsprocedure, is het passend te voorzien in een raadpleging van derden om na te gaan of er andere relevante wetenschappelijke gegevens of studies beschikbaar zijn. Om de raadpleging doeltreffender te maken, moet deze plaatsvinden wanneer de door bedrijven in het kader van een vergunningsaanvraag ingediende studies openbaar worden gemaakt, overeenkomstig de regels van deze verordening inzake transparantie. |
(20) Er is sprake van een bepaalde publieke bezorgdheid over het feit dat de beoordeling door de Autoriteit in de eerste plaats is gebaseerd op studies van bedrijven. In geval van een nieuwe aanvraag met betrekking tot een vergunnings- of verlengingsprocedure, moet de Autoriteit altijd de wetenschappelijke literatuur doorzoeken om rekening te kunnen houden met andere beschikbare gegevens en studies over het bij haar ter beoordeling ingediende onderwerp en moet zij indien nodig verzoeken om aanvullende studies. De Autoriteit moet het publiek toegang verlenen tot alle relevante wetenschappelijke literatuur ter zake die zij in haar bezit heeft. Teneinde te zorgen voor een bijkomende garantie dat de Autoriteit toegang heeft tot alle beschikbare relevante wetenschappelijke gegevens en studies met betrekking tot het voorwerp van een vergunningsprocedure, is het passend te voorzien in een raadpleging van derden om na te gaan of er andere relevante wetenschappelijke gegevens of studies beschikbaar zijn. Om de raadpleging doeltreffender te maken, moet deze plaatsvinden zodra de door bedrijven in het kader van een vergunningsaanvraag ingediende studies openbaar zijn gemaakt, overeenkomstig de regels van deze verordening inzake transparantie. | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 21 Voorstel voor een verordening Overweging 21 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
(21) De studies, met inbegrip van tests, die door exploitanten van bedrijven ter ondersteuning van aanvragen voor vergunningen krachtens de sectorale levensmiddelenwetgeving van de Unie worden ingediend, zijn doorgaans in overeenstemming met internationaal erkende beginselen, die een uniforme basis bieden voor de kwaliteit ervan, met name wat betreft de reproduceerbaarheid van resultaten. In sommige gevallen kunnen zich echter problemen voordoen met betrekking tot de naleving van de toepasselijke normen; er zijn daarom nationale stelsels ingericht om toe te zien op die naleving. Het is passend te zorgen voor bijkomende garanties om het grote publiek gerust te stellen ten aanzien van de kwaliteit van de studies en een verbeterd auditsysteem vast te stellen waarbij controles door de lidstaten op de tenuitvoerlegging van die beginselen door de laboratoria die die tests en studies uitvoeren, door de Commissie zullen geverifieerd. |
(21) De studies, met inbegrip van tests, die door exploitanten van bedrijven ter ondersteuning van aanvragen voor vergunningen krachtens de sectorale levensmiddelenwetgeving van de Unie worden ingediend, moeten gebaseerd zijn op wetenschappelijke open literatuur of in overeenstemming zijn met internationaal erkende beginselen inzake normen en goede laboratoriumpraktijk (Good Laboratory Practice, GLP), die een uniforme basis bieden voor de kwaliteit ervan, met name wat betreft de reproduceerbaarheid van resultaten. In sommige gevallen kunnen zich echter problemen voordoen met betrekking tot de naleving van de toepasselijke normen; er zijn daarom nationale stelsels ingericht om toe te zien op die naleving. Het is passend te zorgen voor bijkomende garanties om het grote publiek gerust te stellen ten aanzien van de kwaliteit van de studies en een verbeterd auditsysteem vast te stellen waarbij controles door de lidstaten of derde landen, in samenwerking met het directoraat Audits en analyse inzake gezondheid en voedsel van de Commissie, op de tenuitvoerlegging van die beginselen door de laboratoria die die tests en studies in de Unie en in derde landen uitvoeren, door de Commissie zullen geverifieerd. | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 22 Voorstel voor een verordening Overweging 21 bis (nieuw) | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
(21 bis) Er moet voldoende flexibiliteit in het proces worden ingebouwd, zodat met nieuwe inzichten inzake negatieve effecten op de gezondheid onmiddellijk rekening kan worden gehouden, zelfs indien hier geen specifieke wettelijke gegevensvereisten op van toepassing zijn. | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 23 Voorstel voor een verordening Overweging 22 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
(22) Voedselveiligheid is een gevoelige kwestie die van het grootste belang is voor alle burgers van de Unie. Zonder afbreuk te doen aan het beginsel dat de bewijslast om aan te tonen dat aan de vereisten van de Unie wordt voldaan bij het bedrijfsleven ligt, is het van belang om te voorzien in een extra verificatiemechanisme voor specifieke gevallen van groot maatschappelijk belang, waarbij er sprake is van controverse over veiligheidskwesties, namelijk het in opdracht geven van aanvullende studies om het in het kader van de risicobeoordeling gebruikte bewijsmateriaal te verifiëren. Overwegende dat dit vanuit de begroting van de Unie zou worden gefinancierd en dat het gebruik van dit uitzonderlijke verificatiemechanisme evenredig moet blijven, moet de Commissie verantwoordelijk zijn voor het in gang zetten van het in opdracht geven van dergelijke verificatiestudies. Er moet rekening worden gehouden met het feit dat het in bepaalde specifieke gevallen nodig kan zijn dat de studies een bredere reikwijdte hebben dan alleen het bewijsmateriaal in kwestie (bijvoorbeeld het beschikbaar komen van nieuwe wetenschappelijke ontwikkelingen). |
(22) Voedselveiligheid is een gevoelige kwestie die van het grootste belang is voor alle burgers van de Unie. Zonder afbreuk te doen aan het beginsel dat de bewijslast om aan te tonen dat aan de vereisten van de Unie wordt voldaan bij het bedrijfsleven ligt, is het van belang om te voorzien in een extra verificatiemechanisme voor specifieke gevallen van groot maatschappelijk belang, waarbij er sprake is van controverse over veiligheidskwesties, namelijk het in opdracht geven van aanvullende studies om het in het kader van de risicobeoordeling gebruikte bewijsmateriaal te verifiëren. Overwegende dat dit vanuit de begroting van de Unie zou worden gefinancierd en dat het gebruik van dit uitzonderlijke verificatiemechanisme evenredig moet blijven, moet de Commissie in geval van uiteenlopende wetenschappelijke bevindingen verantwoordelijk zijn voor het in gang zetten van het in opdracht geven van dergelijke verificatiestudies. Er moet rekening worden gehouden met het feit dat het in bepaalde specifieke gevallen nodig kan zijn dat de studies een bredere reikwijdte hebben dan alleen het bewijsmateriaal waarom het in het risicobeoordelingsproces draait (bijvoorbeeld het beschikbaar komen van nieuwe wetenschappelijke ontwikkelingen). | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 24 Voorstel voor een verordening Overweging 23 bis (nieuw) | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
(23 bis) In het Verdrag van Aarhus wordt een aantal rechten van het publiek op milieugebied vastgesteld. Met het Verdrag van Aarhus wordt iedereen het recht verleend om milieu-informatie op te vragen bij overheidsinstanties, het recht om deel te nemen aan de besluitvorming op milieugebied en het recht om beroepsprocedures in te leiden voor het aanvechten van overheidsbesluiten die zijn genomen zonder inachtneming van de twee hiervoor genoemde rechten of het milieurecht in algemene zin. | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 25 Voorstel voor een verordening Overweging 24 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
(24) Het Europese burgerinitiatief „Verbied glyfosaat en bescherm mens en milieu tegen giftige bestrijdingsmiddelen” bevestigde opnieuw dat er bezorgdheid bestaat over de transparantie met betrekking tot door het bedrijfsleven in opdracht gegeven studies die in het kader van een vergunningsaanvraag worden ingediend23. |
(24) Als partij bij het Verdrag van Aarhus heeft de Unie erkend dat op milieugebied een verbeterde toegang tot informatie en inspraak in besluitvorming de kwaliteit en de uitvoering van besluiten verbeteren, bijdragen tot de bewustheid van milieuvraagstukken bij het publiek, het publiek de gelegenheid bieden om zijn bezorgdheid te uiten en bestuursorganen in staat stellen om naar behoren met deze bezorgdheid rekening te houden. Het Europese burgerinitiatief „Verbied glyfosaat en bescherm mens en milieu tegen giftige bestrijdingsmiddelen” bevestigde opnieuw dat er bezorgdheid bestaat over de transparantie met betrekking tot door het bedrijfsleven in opdracht gegeven studies die in het kader van een vergunningsaanvraag worden ingediend23. | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
__________________ |
__________________ | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
23 Mededeling van de Commissie over het Europese burgerinitiatief „Verbied glyfosaat en bescherm mens en milieu tegen giftige bestrijdingsmiddelen”, C(2017) 8414 final. |
23 Mededeling van de Commissie over het Europese burgerinitiatief „Verbied glyfosaat en bescherm mens en milieu tegen giftige bestrijdingsmiddelen”, C(2017) 8414 final. | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 26 Voorstel voor een verordening Overweging 25 bis (nieuw) | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
(25 bis) Naar het model van de kamer van beroep van het Europees Agentschap voor chemische stoffen, zoals beschreven in de artikelen 89 tot en met 93 van Verordening (EG) nr. 1907/2006 van het Europees Parlement en de Raad1 bis moet door middel van gedelegeerde handelingen een kamer van beroep van de EFSA. | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
_______________ | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
1 bis Verordening (EG) nr. 1907/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 inzake de registratie en beoordeling van en de autorisatie en beperkingen ten aanzien van chemische stoffen (REACH), tot oprichting van een Europees Agentschap voor chemische stoffen, houdende wijziging van Richtlijn 1999/45/EG en houdende intrekking van Verordening (EEG) nr. 793/93 van de Raad en Verordening (EG) nr. 1488/94 van de Commissie alsmede Richtlijn 76/769/EEG van de Raad en de Richtlijnen 91/155/EEG, 93/67/EEG, 93/105/EG en 2000/21/EG van de Commissie (PB L 396 van 30.12.2006, blz. 1). | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 27 Voorstel voor een verordening Overweging 27 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
(27) Om te bepalen bij welk niveau van openbaarmaking een passend evenwicht wordt bereikt, moeten de desbetreffende rechten van het publiek op transparantie in het risicobeoordelingsproces worden afgewogen tegen de rechten van de commerciële aanvragers, rekening houdend met de doelstellingen van Verordening (EG) nr. 178/2002. |
(27) Om te bepalen bij welk niveau van proactieve openbaarmaking een passend evenwicht wordt bereikt, moet het feit dat transparantie in het risicobeoordelingsproces moet worden gegarandeerd, worden afgewogen tegen de rechten van de commerciële aanvragers, rekening houdend met de doelstellingen van Verordening (EG) nr. 178/2002 inzake een hoog niveau van bescherming van het leven en de gezondheid van de mens, de bescherming van de belangen van de consument, evenals de bescherming van de gezondheid en het welzijn van dieren, de gezondheid van planten en het milieu. | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Bewoording van artikel 5, lid 1, van Verordening (EG) nr. 178/2002. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 28 Voorstel voor een verordening Overweging 27 bis (nieuw) | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
(27 bis) Met de bepalingen inzake actieve verspreiding die zijn vastgesteld in deze verordening, wordt geenszins beoogd het toepassingsgebied van de uit hoofde van Verordening (EG) 1049/2001 en Verordening (EG) 1367/2006 verleende rechten te beperken. | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 29 Voorstel voor een verordening Overweging 30 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
(30) Het is tevens noodzakelijk specifieke eisen vast te stellen met betrekking tot de bescherming van persoonsgegevens in het kader van de transparantie van het risicobeoordelingsproces, waarbij rekening moet worden gehouden met Verordening (EG) nr. 45/2001 van het Europees Parlement en de Raad24 en Verordening (EU) 2016/679 van het Europees Parlement en de Raad25. Bijgevolg mogen krachtens deze verordening geen persoonsgegevens openbaar worden gemaakt, tenzij dit noodzakelijk en evenredig is om de transparantie, onafhankelijkheid en betrouwbaarheid van het risicobeoordelingsproces te waarborgen en daarbij belangenconflicten te voorkomen. |
(30) Met het oog op de bescherming en de vertrouwelijkheid van persoonsgegevens in het kader van de transparantie van het risicobeoordelingsproces is het tevens noodzakelijk te verwijzen naar Verordening (EG) nr. 45/2001 van het Europees Parlement en de Raad24 en Verordening (EU) 2016/679 van het Europees Parlement en de Raad25. Bijgevolg mogen krachtens deze verordening geen persoonsgegevens openbaar worden gemaakt, tenzij dit noodzakelijk en evenredig is om de transparantie, onafhankelijkheid en betrouwbaarheid van het risicobeoordelingsproces te waarborgen en daarbij belangenconflicten te voorkomen. Met het oog op de transparantie, onafhankelijkheid, duurzaamheid en betrouwbaarheid van de risicobeoordelingsprocedure, en met name om belangenconflicten te vermijden, wordt het noodzakelijk en evenredig geacht de namen te publiceren van alle personen die door de Autoriteit zijn aangewezen om bij te dragen tot het besluitvormingsproces van de Autoriteit, onder meer in de context van de goedkeuring van richtsnoeren. | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
__________________ |
__________________ | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
24 Verordening (EG) nr. 45/2001 van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2000 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens door de communautaire instellingen en organen en betreffende het vrije verkeer van die gegevens (PB L 8 van 12.1.2001, blz. 1). |
24 Verordening (EG) nr. 45/2001 van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2000 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens door de communautaire instellingen en organen en betreffende het vrije verkeer van die gegevens (PB L 8 van 12.1.2001, blz. 1). | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
25 Verordening (EU) 2016/679 van het Europees Parlement en de Raad van 27 april 2016 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrije verkeer van die gegevens en tot intrekking van Richtlijn 95/46/EG (algemene verordening gegevensbescherming) (PB L 119 van 4.5.2016, blz. 1). |
25 Verordening (EU) 2016/679 van het Europees Parlement en de Raad van 27 april 2016 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrije verkeer van die gegevens en tot intrekking van Richtlijn 95/46/EG (algemene verordening gegevensbescherming) (PB L 119 van 4.5.2016, blz. 1). | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 30 Voorstel voor een verordening Overweging 31 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
(31) Om te zorgen voor meer transparantie en te waarborgen dat door de Autoriteit ontvangen verzoeken om specifieke producten van wetenschappelijke output op een doeltreffende manier worden verwerkt, moeten gestandaardiseerde gegevensformaten en softwarepakketten worden ontwikkeld. Om eenvormige voorwaarden te waarborgen voor de uitvoering van Verordening (EG) nr. 178/2002 met betrekking tot de vaststelling van gestandaardiseerde gegevensformaten en softwarepakketten, moeten aan de Commissie uitvoeringsbevoegdheden worden toegekend. Die bevoegdheden moeten worden uitgeoefend overeenkomstig Verordening (EU) nr. 182/2011 van het Europees Parlement en de Raad26. |
(31) Om te zorgen voor meer transparantie en te waarborgen dat door de Autoriteit ontvangen verzoeken om specifieke producten van wetenschappelijke output op een doeltreffende manier worden verwerkt, moeten gestandaardiseerde gegevensformaten en softwarepakketten worden ontwikkeld. Om eenvormige en geharmoniseerde voorwaarden te waarborgen voor de uitvoering van Verordening (EG) nr. 178/2002 met betrekking tot de vaststelling van gestandaardiseerde gegevensformaten en softwarepakketten, moeten aan de Commissie uitvoeringsbevoegdheden worden toegekend. Die bevoegdheden moeten worden uitgeoefend overeenkomstig Verordening (EU) nr. 182/2011 van het Europees Parlement en de Raad26. | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
_________________ |
_________________ | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
26 Verordening (EU) nr. 182/2011 van het Europees Parlement en de Raad van 16 februari 2011 tot vaststelling van de algemene voorschriften en beginselen die van toepassing zijn op de wijze waarop de lidstaten de uitoefening van de uitvoeringsbevoegdheden door de Commissie controleren (PB L 55 van 28.2.2011, blz. 13). |
26 Verordening (EU) nr. 182/2011 van het Europees Parlement en de Raad van 16 februari 2011 tot vaststelling van de algemene voorschriften en beginselen die van toepassing zijn op de wijze waarop de lidstaten de uitoefening van de uitvoeringsbevoegdheden door de Commissie controleren (PB L 55 van 28.2.2011, blz. 13). | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 31 Voorstel voor een verordening Overweging 33 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
(33) Bovendien is het, ter beoordeling van de doeltreffendheid en doelmatigheid van de verschillende bepalingen die van toepassing zijn op de Autoriteit, ook noodzakelijk te voorzien in een evaluatie door de Commissie van de Autoriteit, overeenkomstig de gemeenschappelijke aanpak voor gedecentraliseerde agentschappen. Bij de evaluatie moet met name worden gekeken naar de procedures voor de selectie van de leden van het wetenschappelijk comité en de wetenschappelijke panels, de transparantie, de kosteneffectiviteit, en de vraag of de onafhankelijkheid en competentie kunnen worden gewaarborgd en belangenconflicten kunnen worden vermeden. |
(33) Bovendien is het, ter beoordeling van de doeltreffendheid en doelmatigheid van de verschillende bepalingen die van toepassing zijn op de Autoriteit, ook noodzakelijk een onafhankelijke evaluatie van de Autoriteit uit te voeren. Bij de evaluatie moet met name worden gekeken naar de procedures voor de selectie van de leden van het wetenschappelijk comité en de wetenschappelijke panels, de transparantie, de kosteneffectiviteit, en de vraag of de onafhankelijkheid en competentie kunnen worden gewaarborgd en belangenconflicten kunnen worden vermeden. | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 32 Voorstel voor een verordening Overweging 33 bis (nieuw) | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
(33 bis) In het zevende Europese milieuactieprogramma werd prioriteit gegeven aan de ontwikkeling en toepassing van benaderingen om de gecombineerde effecten aan te pakken van chemische stoffen op de menselijke gezondheid en het milieu. Een beoordeling van de "cocktaileffecten" vereist een transversale aanpak, nauwere samenwerking tussen kwaliteitsborgingsagentschappen op Europees niveau en de vaststelling van passende procedures nodig. | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Dit amendement stelt voor dat het Europese beoordelingsproces van chemische stoffen wordt uitgevoerd in het kader van een gecoördineerde aanpak voor alle desbetreffende sectoren, een taak waarbij de Autoriteit een sleutelrol moet spelen. Daarnaast is het belangrijk dat beoordelaars de beoordeling van cocktaileffecten integreren in hun werkzaamheden, zodat passende beheersmaatregelen kunnen worden geïmplementeerd. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 33 Voorstel voor een verordening Overweging 35 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
(35) Met het oog op het waarborgen van de transparantie van het risicobeoordelingsproces, is het ook noodzakelijk het toepassingsgebied van Verordening (EG) nr. 178/2002, dat momenteel beperkt is tot de levensmiddelenwetgeving, uit te breiden tot vergunningsaanvragen in het kader van Verordening (EG) nr. 1831/2003 wat betreft toevoegingsmiddelen voor diervoeding, Verordening (EG) nr. 1935/2004 wat betreft materialen die met levensmiddelen in contact komen en Verordening (EG) nr. 1107/2009 wat betreft gewasbeschermingsmiddelen. |
(35) Met het oog op het waarborgen van de transparantie en onafhankelijkheid van het risicobeoordelingsproces, is het ook noodzakelijk het toepassingsgebied van Verordening (EG) nr. 178/2002, dat momenteel beperkt is tot de levensmiddelenwetgeving, uit te breiden tot vergunningsaanvragen in het kader van Verordening (EG) nr. 1831/2003 wat betreft toevoegingsmiddelen voor diervoeding, Verordening (EG) nr. 1935/2004 wat betreft materialen die met levensmiddelen in contact komen en Verordening (EG) nr. 1107/2009 wat betreft gewasbeschermingsmiddelen. | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 34 Voorstel voor een verordening Overweging 36 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
(36) Om te waarborgen dat specifieke sectorale aspecten met betrekking tot vertrouwelijke informatie in aanmerking worden genomen, is het noodzakelijk om de desbetreffende rechten van het publiek op transparantie in het risicobeoordelingsproces, met inbegrip van die welke voortvloeien uit het Verdrag van Aarhus35, af te wegen tegen de rechten van commerciële aanvragers, rekening houdend met de specifieke doelstellingen van de sectorale wetgeving van de Unie alsook met de opgedane ervaring. Het is derhalve noodzakelijk Richtlijn 2001/18/EG, Verordening (EG) nr. 1829/2003, Verordening (EG) nr. 1831/2003, Verordening (EG) nr. 1935/2004 en Verordening (EG) nr. 1107/2009 te wijzigen om te voorzien in aanvullende vertrouwelijke gegevens ten opzichte van die in Verordening (EG) nr. 178/2002. |
(36) Om te waarborgen dat specifieke sectorale aspecten met betrekking tot vertrouwelijke informatie in aanmerking worden genomen, is het noodzakelijk om de rechten van het publiek op transparantie, met inbegrip van het recht om proactieve informatie te krijgen in verband met het risicobeoordelingsproces, af te wegen tegen de rechten van commerciële aanvragers, rekening houdend met de specifieke doelstellingen van de sectorale wetgeving van de Unie alsook met de opgedane ervaring. Het is derhalve noodzakelijk Richtlijn 2001/18/EG, Verordening (EG) nr. 1829/2003, Verordening (EG) nr. 1831/2003, Verordening (EG) nr. 1935/2004 en Verordening (EG) nr. 1107/2009 te wijzigen om te voorzien in aanvullende vertrouwelijke gegevens ten opzichte van die in Verordening (EG) nr. 178/2002. De bepalingen inzake actieve verspreiding die zijn vastgesteld in deze verordening en de beoordeling van een verzoek om vertrouwelijke behandeling door de Autoriteit, mogen geenszins het toepassingsgebied van de uit hoofde van Verordening (EG) 1049/2001 en Verordening (EG) 1367/2006 verleende rechten beperken. | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
_____________________________ |
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Verordening (EG) nr. 1367/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 6 september 2006 betreffende de toepassing van de bepalingen van het Verdrag van Aarhus betreffende toegang tot informatie, inspraak bij besluitvorming en toegang tot de rechter inzake milieuaangelegenheden op de communautaire instellingen en organen (PB L 264 van 25.9.2006, blz. 13). |
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 35 Voorstel voor een verordening Overweging 36 bis (nieuw) | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
(36 bis) Bij de geschiktheidscontrole van de algemene levensmiddelenwetgeving is ook een gebrek aan transparantie in het risicomanagementproces gebleken. Het publiek moet beter worden ingelicht over de opties voor risicomanagement die worden overwogen en het niveau van bescherming van de gezondheid van de consument en van dieren en van milieubescherming dat met elk van deze opties zou worden gerealiseerd, evenals over andere factoren, naast de resultaten van de risicobeoordeling, waarmee de risicomanagers rekening houden en de manier waarop deze in het besluitvormingsproces tegen elkaar worden afgewogen. | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 36 Voorstel voor een verordening Overweging 37 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
(37) Teneinde de band tussen risicobeoordelaars en risicomanagers op het niveau van de Unie en op nationaal niveau, alsmede de coherentie en samenhang van de risicocommunicatie verder te versterken, moet aan de Commissie de bevoegdheid worden overgedragen om overeenkomstig artikel 290 van het Verdrag handelingen vast te stellen om te voorzien in een algemeen plan voor risicocommunicatie met betrekking tot aangelegenheden op het gebied van de landbouw- en voedselketen. Het is van bijzonder belang dat de Commissie bij haar voorbereidende werkzaamheden tot passende raadplegingen overgaat, onder meer op deskundigenniveau, en dat die raadplegingen gebeuren in overeenstemming met de beginselen die zijn vastgelegd in het Interinstitutioneel Akkoord van 13 april 2016 over beter wetgeven. Met name om te zorgen voor gelijke deelname aan de voorbereiding van gedelegeerde handelingen ontvangen het Europees Parlement en de Raad alle documenten op hetzelfde tijdstip als de deskundigen van de lidstaten, en hebben hun deskundigen systematisch toegang tot de vergaderingen van de deskundigengroepen van de Commissie die zich bezighouden met de voorbereiding van de gedelegeerde handelingen. |
(37) Teneinde gedurende het volledige risicoanalyseproces, de interactieve uitwisseling van informatie tussen risicobeoordelaars en risicomanagers op het niveau van de Unie en op nationaal niveau, alsmede met andere belanghebbenden in de voedselketen, bijvoorbeeld economische spelers, consumentenverenigingen en andere organisaties van het maatschappelijk middenveld te verbeteren, moet aan de Commissie de bevoegdheid worden overgedragen om overeenkomstig artikel 290 van het Verdrag handelingen vast te stellen om te voorzien in een algemeen plan voor risicocommunicatie met betrekking tot aangelegenheden op het gebied van de landbouw- en voedselketen. In het algemene plan inzake risicocommunicatie moeten de praktische regelingen worden opgenomen om aan het publiek de informatie beschikbaar te stellen die nodig is om een hoog niveau van transparantie in het risicomanagementproces te waarborgen. Het is derhalve van bijzonder belang dat de Commissie bij haar voorbereidende werkzaamheden tot passende raadplegingen overgaat, onder meer op deskundigenniveau, en dat die raadplegingen gebeuren in overeenstemming met de beginselen die zijn vastgelegd in het Interinstitutioneel Akkoord van 13 april 2016 over beter wetgeven. Met name om te zorgen voor gelijke deelname aan de voorbereiding van gedelegeerde handelingen ontvangen het Europees Parlement en de Raad alle documenten op hetzelfde tijdstip als de deskundigen van de lidstaten, en hebben hun deskundigen systematisch toegang tot de vergaderingen van de deskundigengroepen van de Commissie die zich bezighouden met de voorbereiding van de gedelegeerde handelingen. | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 37 Voorstel voor een verordening Overweging 37 bis (nieuw) | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
(37 bis) Bepalingen over de informatie die openbaar moet worden gemaakt, mogen geen afbreuk doen aan Verordening (EG) nr. 1049/2001 of de nationale of Uniewetgeving inzake toegang van het publiek tot officiële documenten. | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 38 Voorstel voor een verordening Overweging 38 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
(38) Om de Autoriteit en de exploitanten van bedrijven in staat te stellen zich aan de nieuwe voorschriften aan te passen en er tegelijkertijd voor te zorgen dat de Autoriteit goed blijft functioneren, is het noodzakelijk te voorzien in overgangsmaatregelen voor de toepassing van deze verordening. |
(38) Om de Autoriteit, de lidstaten, de Commissie en de exploitanten van bedrijven in staat te stellen zich aan de nieuwe voorschriften aan te passen en er tegelijkertijd voor te zorgen dat de Autoriteit goed blijft functioneren, is het noodzakelijk te voorzien in overgangsmaatregelen voor de toepassing van deze verordening. | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 39 Voorstel voor een verordening Overweging 39 bis (nieuw) | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
(39 bis) Aangezien met de in dit voorstel vervatte wijzigingen verregaande bevoegdheden inzake risicobeoordeling en vertrouwelijkheidscontrole worden overgedragen aan de Autoriteit, is een duidelijke verhoging van de begrotingsmiddelen van de Autoriteit overeenkomstig bijlage 3 bij het Commissievoorstel nodig. Het financieringsvoorstel is verenigbaar met het huidige meerjarige financiële kader, maar kan gebruik veronderstellen van speciale instrumenten als omschreven in Verordening (EU, Euratom) nr. 1311/2013 van de Raad. Als de gesprekken tussen het Europees Parlement en de lidstaten over de begroting van de Unie onvoldoende ruimte laten voor de benodigde begrotingsmiddelen, moet de Commissie een alternatief financieringsvoorstel indienen in het kader van een gedelegeerde handeling. | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Vanwege de gevolgen van de brexit op de EU-begroting, is nog volstrekt onbekend wat de uitkomst van de onderhandelingen over het meerjarig financieel kader zal zijn. Wanneer de Raad van Ministers en het Europees Parlement het niet eens kunnen worden over een passende begroting voor de EFSA, zadelen we de Autoriteit met een mandaat op dat zij met de huidige financiële en personele middelen onmogelijk kan uitvoeren. In dat geval moet een alternatief worden opgenomen in de onderhandelingen over het Commissievoorstel. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 40 Voorstel voor een verordening Overweging 40 bis (nieuw) | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
(40 bis) Uit recente voedselveiligheidsincidenten is gebleken dat er passende maatregelen voor noodsituaties moeten komen, om te waarborgen dat voor alle levensmiddelen, ongeacht soort en oorsprong, en voor alle diervoeders gemeenschappelijke maatregelen worden genomen in geval van een ernstig risico voor de gezondheid van de mens, de gezondheid van de dieren of het milieu. Deze algemene aanpak van noodmaatregelen op het gebied van voedselveiligheid moet doeltreffende actie mogelijk maken en kunstmatige ongelijkheden bij de behandeling van ernstige risico's voor levensmiddelen of diervoeders voorkomen, door een gemeenschappelijke en geharmoniseerde procedure voor het beheer van waarschuwingen op het gebied van voedselveiligheid. | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Bij Verordening (EG) nr. 178/2002 (artikelen 50 tot en met 54) is het systeem voor snelle waarschuwingen voor levensmiddelen en diervoeders (RASFF) ingesteld, met inbegrip van de elementaire bepalingen inzake het toepassingsgebied en de werking ervan. Later zijn tekortkomingen gesignaleerd die een herziening noodzakelijk maakten door middel van Verordening (EU) nr. 16/2011, die niet voorzag in een geharmoniseerde procedure voor het optreden van alle lidstaten, en de nodige inspanningen van de Commissie in verband met het beheer van waarschuwingen. Voor het beheer van waarschuwingen op het gebied van voedselveiligheid is een gemeenschappelijke, verplichte procedure nodig. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 41 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt -1 (nieuw) Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 6 – lid 2 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
In het geval van glyfosaat heeft de aanvrager naast zijn eigen studies slechts 52 % van de beschikbare publicaties ingediend. Volgens de "Klimisch-score" van het federale Duitse instituut voor risicobeoordeling, dat verslag uitbrengt aan de EFSA, waren deze studies grotendeels van "beperkte waarde" en hadden zij weinig invloed op de resultaten van de beoordeling. Dit leidt ertoe dat de EFSA meer gewicht toekent aan de eigen studies van de aanvrager. Bij een risicobeoordeling mag het niet mogelijk zijn om collegiaal getoetste wetenschappelijke publicaties uit te sluiten. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 42 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt -1 bis (nieuw) Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 7 – lid 1 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
De bewoording "kunnen […] worden" wordt vervangen door "worden". In het dossier inzake glyfosaat hadden de EFSA en de Commissie zich moeten baseren op het voorzorgsbeginsel, aangezien er sprake was van een situatie waarin "de mogelijkheid van schadelijke gevolgen voor de gezondheid is geconstateerd, maar er nog wetenschappelijke onzekerheid heerst" als bedoeld in artikel 7. In plaats van "voorlopige maatregelen voor risicomanagement" overeenkomstig artikel 7 te nemen, hebben de autoriteiten die stof blijkbaar het voordeel van de twijfel gegund. Daarom het nemen van voorlopige maatregelen voor risicomanagement verplicht, en niet slechts mogelijk, zijn in gevallen waarin het voorzorgsbeginsel van toepassing is. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 43 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt 1 Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 8 bis | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 44 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt 1 Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 8 ter | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 45 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt 1 Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 8 quater | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 46 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt 1 Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 8 quinquies (nieuw) | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 47 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt 1 bis (nieuw) Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 9 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Toevoeging van "bij de risicoanalyse". Dit amendement inzake het voor Verordening (EG) nr. 178/2002 geldende transparantiebeginsel is in overeenstemming met het voornemen van de Commissie om de transparantie in het risicoanalyseproces te vergroten. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 48 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt 1 ter (nieuw) Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 10 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 49 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt 1 quater (nieuw) Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 22 – lid 7 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Dit amendement is bedoeld om EFSA een wettelijk mandaat te geven en coördinatie mogelijk te maken tussen agentschappen, omdat dit op een transversaal niveau nodig is om rekening te houden met alle chemische stoffen waaraan de bevolking en het milieu kunnen worden blootgesteld. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 50 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt 1 quinquies (nieuw) Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 23 – alinea 1 – letter b | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Dit amendement stelt voor dat het Europese beoordelingsproces van chemische stoffen wordt uitgevoerd in het kader van een gecoördineerde aanpak voor alle desbetreffende sectoren, een taak waarbij de Autoriteit een sleutelrol moet spelen. Daarnaast is het belangrijk dat beoordelaars de beoordeling van cocktaileffecten integreren in hun werkzaamheden, zodat passende beheersmaatregelen kunnen worden geïmplementeerd. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 51 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt 2 – letter b Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 25 – lid 1 bis | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 52 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt 2 – letter c Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 25 – lid 2 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 53 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt 3 – letters a en b Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 28 – leden 5 tot 5 octies | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 54 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt 3 – letter c Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 28 – lid 9 – letter b | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 55 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt 3 – letter c bis (nieuw) Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 28 – lid 9 – letter g bis (nieuw) | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Tijdens de beoordeling van een dossier door de EFSA, kan het agentschap op kritieke probleemgebieden stoten (die in veel gevallen voortvloeien uit een gebrek aan specifieke gegevens), die vervolgens van invloed zijn op zijn wetenschappelijk advies. Het is echter niet mogelijk voor aanvragers om, eens die probleemgebieden deel uitmaken van het definitieve advies van de EFSA, nog erop te reageren, ook niet indien de problemen gemakkelijk zouden kunnen worden opgelost met specifieke gegevens die al voorhanden zijn, wat heel vaak zo is. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 56 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt 3 bis (nieuw) Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 29 – lid 6 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
In het glyfosaatdossier diende de aanvrager slechts 52 % van de beschikbare wetenschappelijke publicaties in, samen met zijn eigen studies. De meeste van deze studies werden geclassificeerd als hebbende een "beperkte waarde" en hadden daarom weinig invloed op de uitkomst van de beoordeling. Door die methodologische aanpak heeft de EFSA meer belang gehecht aan de eigen studies van de aanvrager. Het IARC baseerde zijn analyse daarentegen volledig op collegiaal getoetste publicaties. Een dergelijke a priori afwijzing van collegiaal getoetste publicaties zou, op grond van artikel 7, niet mogen in een risicoanalyse op basis van het voorzorgsbeginsel. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 57 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt 4 Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 32 bis | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 58 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt 4 Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 23 ter – lid 1 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 59 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt 4 Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 32 ter – lid 1 bis (nieuw) | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 60 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt 4 Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 32 ter – lid 2 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 61 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt 4 Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 32 ter – lid 2 bis (nieuw) | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Bepaling die waarborgt dat de aanvragers niet de onderzoeksresultaten eruit pikken die voor hen interessant zijn, maar dat alle onderzoeksresultaten bekend worden gemaakt en beschikbaar worden gesteld zodat een alomvattende beoordeling kan worden gemaakt. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 62 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt 4 Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 32 ter – lid 2 ter (nieuw) | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 63 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt 4 Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 32 ter – lid 3 bis (nieuw) | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Deze bepaling werd toegevoegd op aanbeveling van de Ombudsman, om de indruk bij het publiek te vermijden dat het dossier onvolledig is. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 64 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt 4 Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 32 ter – lid 4 bis (nieuw) | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 65 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt 4 Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 32 ter – lid 4 ter (nieuw) | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
De verplichting tot publicatie van studies geldt niet met terugwerkende kracht. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 66 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt 4 Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 32 quater – lid 1 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 67 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt 4 Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 32 quater – lid 2 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
De termijn van de raadplegingsfase moet duidelijk worden vastgelegd om de duur van de vergunningsprocedure in haar geheel duidelijker te structureren. De openbare raadpleging mag niet worden gezien als wondermiddel voor de goede kwaliteit en uitvoerige risicobeoordeling. Openbare raadplegingen hebben namelijk over het algemeen een zeer beperkte doelgroep. De EFSA is hiervoor verantwoordelijk. De grondige identificatie van relevante wetenschappelijke gegevens moet door de Autoriteit zelf worden uitgevoerd, zoals bepaald in artikel 33. De openbare raadpleging dient geen vrijstelling voor de EFSA van deze verplichting in te houden. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 68 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt 4 Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 32 quinquies | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 69 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt 4 Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 32 sexies | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 70 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt 4 Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 32 sexies – alinea 1 bis (nieuw) | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 71 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt 4 bis (nieuw) Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 33 – lid 1 – letter d bis (nieuw) | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 72 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt 5 – letter a Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 38 – lid 1 – inleidende formule | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 73 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt 5 – letter a Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 38 – lid 1 – letter a | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 74 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt 5 – letter a Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 38 – lid 1 – letter c | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 75 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt 5 – letter a Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 38 – lid 1 – letter d | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 76 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt 5 – letter a Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 38 – lid 1 – letter h bis (nieuw) | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 77 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt 5 – letter a Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 38 – lid 1 – letter i | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Verlening van advies vóór indiening van een aanvraag is van essentieel belang om het concurrentie- en innovatievermogen van kleine en middelgrote ondernemingen te stimuleren. De belangrijkste kostenfactor bestaat vaak uit studies die voor de vergunningsprocedure vereist zijn. Daarom moet advies ook deze aspecten omvatten, teneinde onnodige of ondoelmatige onderzoeken te voorkomen. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 78 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt 5 – letter a Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 38 – lid 1 – alinea 2 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 79 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt 5 – letter b Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 38 – lid 1 bis – alinea 1 – inleidende formule | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 80 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt 5 – letter b Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 38 – lid 1 bis – alinea 1 – letter a | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Er is geen reden om de volledige openbaarmakingsvereisten onder voorbehoud te stellen van de intellectuele-eigendomsrechten (IER's). Bovendien is het niet nodig om op dit punt naar IER's te verwijzen: "Harde IER's", zoals octrooien, auteursrechten of handelsmerken zijn reeds beschermd uit hoofde van artikel 38, lid 1 bis, onder b). "Zachte IER's" (bedrijfsgeheimen) vallen onder artikel 39, lid 2. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 81 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt 5 – letter b Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 38 – lid 1 bis – alinea 2 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 82 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt 5 – letter c bis (nieuw) Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 38 – lid 3 bis (nieuw) | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 83 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt 6 Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 39 – lid 1 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 84 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt 6 Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 39 – lid 2 – punt 1 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 85 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt 6 Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 39 – lid 2 – punt 3 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 86 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt 6 Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 39 – lid 2 – punt 4 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 87 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt 6 Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 39 – lid 4 – letter a | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 88 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt 6 Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 39 – lid 4 – letter b | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 89 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt 6 Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 39 – lid 4 – letter b bis (nieuw) | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Deze bepaling is nu al opgenomen in de verordening betreffende gewasbeschermingsmiddelen en mag niet worden afgeschaft. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 90 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt 6 Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 39 – lid 4 – letter b ter (nieuw) | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 91 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt 6 Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 39 – lid 4 bis (nieuw) | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 92 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt 7 Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 39 bis – lid 2 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 93 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt 7 Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 39 bis – lid 1 – alinea 1 – letter c | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Zowel het EMA als de Autoriteit heeft een soort raad van beroep. Zo wordt de aanvrager de mogelijkheid geboden het advies opnieuw te laten onderzoeken. De Commissie moet door middel van een gedelegeerde handeling dezelfde mogelijkheid bij de Autoriteit invoeren. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 94 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt 7 Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 39 bis – lid 1 – alinea 1 – letter d | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 95 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt 7 Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 39 ter – lid 1 – alinea 1 – letter e | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 96 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt 7 Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 39 ter – lid 1 – alinea 2 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 97 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt 7 Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 39 quinquies – lid 2 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Er moet worden verduidelijkt wanneer de verplichting van de Autoriteit om over vertrouwelijke behandeling te beslissen van toepassing is, met name wanneer de autoriteiten proactief informatie publiceren. Wanneer om toegang tot informatie wordt verzocht, moet een individuele beoordeling worden uitgevoerd, ook al heeft de instelling eerder besloten tot vertrouwelijke behandeling. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 98 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt 7 Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 39 quinquies – lid 3 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 99 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt 7 Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 39 sexies – lid 1 – letter c | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 100 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt 7 Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 39 sexies – lid 2 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 101 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt 7 Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 39 septies – lid 1 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Kmo's hebben beperkte technische mogelijkheden. Ook voor deze ondernemingen moet het daarom mogelijk zijn zonder kennis of bezit van de nieuwste computerprogramma's de gestandaardiseerde gegevensformaten te gebruiken. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 102 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt 7 Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 39 septies – lid 2 bis (nieuw) | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 103 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt 7 Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 39 octies – alinea 1 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 104 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt 9 Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 41 – lid 1 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 105 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt 9 bis (nieuw) Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 50 – lid 1 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 106 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt 9 ter (nieuw) Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 51 – lid 1 bis (nieuw) | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Bij Verordening (EG) nr. 178/2002 (artikelen 50 tot en met 54) is het systeem voor snelle waarschuwingen voor levensmiddelen en diervoeders (RASFF) ingesteld, met inbegrip van de elementaire bepalingen inzake het toepassingsgebied en de werking ervan. Later zijn tekortkomingen gesignaleerd die een herziening noodzakelijk maakten door middel van Verordening (EU) nr. 16/2011, die niet voorzag in een geharmoniseerde procedure voor het optreden van alle lidstaten, en de nodige inspanningen van de Commissie in verband met het beheer van waarschuwingen. Voor het beheer van waarschuwingen op het gebied van voedselveiligheid is een gemeenschappelijke, verplichte procedure nodig. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 107 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt 10 Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 57 bis – lid 2 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 108 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt 11 Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 61 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 109 Voorstel voor een verordening Artikel 2 – alinea 1 – punt 2 bis (nieuw) Richtlijn 2001/18/EG Artikel 24 – lid 2 bis (nieuw) | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 110 Voorstel voor een verordening Artikel 3 – alinea 1 – punt 9 Verordening (EG) nr. 1829/2003 Artikel 29 – lid 1 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Deze bepaling is overgenomen uit de huidige Verordening (EG) nr. 1829/2003, artikel 29. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 111 Voorstel voor een verordening Artikel 3 – alinea 1 – punt 9 Verordening (EG) nr. 1829/2003 Artikel 29 – lid 1 bis (nieuw) | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 112 Voorstel voor een verordening Artikel 4 – alinea 1 – punt 1 bis (nieuw) Verordening (EG) nr. 1831/2003 Artikel 17 – lid 2 bis (nieuw) | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 113 Voorstel voor een verordening Artikel 4 – alinea 1– punt 2 Verordening (EG) nr. 1831/2003 Artikel 18 – lid 3 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 114 Voorstel voor een verordening Artikel 4 – alinea 1– punt 2 Verordening (EG) nr. 1831/2003 Artikel 18 – lid 3 bis (nieuw) | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 115 Voorstel voor een verordening Artikel 4 – alinea 1– punt 2 Verordening (EG) nr. 1831/2003 Artikel 18 – lid 3 ter (new) | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 116 Voorstel voor een verordening Artikel 5 – alinea 1 – punt 2 Verordening (EG) nr. 2065/2003 Artikel 14 – lid 1 bis (nieuw) | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 117 Voorstel voor een verordening Artikel 6 – alinea 1– punt 2 bis (nieuw) Verordening (EG) nr. 1935/2004 Artikel 19 – lid 2 bis (nieuw) | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 118 Voorstel voor een verordening Artikel 6 – alinea 1 – punt 3 Verordening (EG) nr. 1935/2004 Artikel 20 – lid 2 – letter a | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 119 Voorstel voor een verordening Artikel 6 – alinea 1 – punt 3 Verordening (EG) nr. 1935/2004 Artikel 20 – lid 2 – letter b | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 120 Voorstel voor een verordening Artikel 7 – alinea 1 – punt 2 Verordening (EG) nr. 1331/2008 Artikel 11 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 121 Voorstel voor een verordening Artikel 7 – alinea 1 – punt 2 Verordening (EG) nr. 1331/2008 Artikel 11 – lid 1 ter (nieuw) | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 122 Voorstel voor een verordening Artikel 7 – alinea 1 – punt 3 Verordening (EG) nr. 1331/2008 Artikel 12 – lid 3 bis (nieuw) | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 123 Voorstel voor een verordening Artikel 8 – alinea 1 – punt 4 bis (nieuw) Verordening (EG) nr. 1107/2009 Artikel 23 – alinea 1 – laatste zin | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Toevoeging van "goedgekeurde". Dit amendement dient ter verduidelijking, aangezien er twijfels bestaan over welke stoffen kunnen worden beschouwd als basisstoffen. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 124 Voorstel voor een verordening Artikel 8 – alinea 1– punt 5 Verordening (EG) nr. 1107/2009 Artikel 63 – lid 1 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Dit amendement is een verduidelijking, zoals is voorzien in artikel 63 van Verordening (EG) nr. 1107/2009. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 125 Voorstel voor een verordening Artikel 8 – alinea 1– punt 5 Verordening (EG) nr. 1107/2009 Artikel 63 – lid 2 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 126 Voorstel voor een verordening Artikel 8 – alinea 1 – punt 5 bis (nieuw) Verordening (EG) nr. 1107/2009 Artikel 63 – lid 3 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 127 Voorstel voor een verordening Artikel 9 – alinea 1 – punt 1 – letter a Verordening (EG) nr. 2015/2283 Artikel 10 – lid 1 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 128 Voorstel voor een verordening Artikel 9 – alinea 1– punt 4 Verordening (EG) nr. 2015/2283 Artikel 23 – lid 4 bis (nieuw) | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 129 Voorstel voor een verordening Artikel 9 – alinea 1– punt 4 Verordening (EG) nr. 2015/2283 Artikel 23 – lid 4 ter (nieuw) | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Motivering | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
In artikel 23, lid 8, van Verordening (EU) 2015/2283 was erin voorzien dat de Commissie door middel van uitvoeringshandelingen uitvoeringsbepalingen voor de leden 1 tot en met 6 kan vaststellen. Dit is vereist vanwege de specifieke kenmerken van nieuwe voedingsmiddelen, die aspecten kunnen omvatten die nieuw zijn en vandaag de dag nog niet bekend. Deze bepaling moet behouden blijven. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 130 Voorstel voor een verordening Artikel 9 – alinea 1 – punt 4 bis (nieuw) Verordening (EU) nr. 2015/2283 Artikel 25 – lid 1 bis (nieuw) | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 131 Voorstel voor een verordening Artikel 9 bis (nieuw) | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
Artikel 9 bis | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
Transparantie van het risicomanagement | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
1. De Commissie en de lidstaten voeren hun taken op het gebied van risicomanagement in het kader van de in de artikelen 1 tot en met 9 genoemde wetgevingshandelingen uit met een hoog niveau van transparantie. Zij maken met name het volgende onverwijld openbaar: | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
a) in een vroeg stadium van het risicomanagementproces, alle ontwerpmaatregelen inzake risicomanagement die worden overwogen; | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
b) de agenda's, notulen en gedetailleerde samenvattende verslagen van vergaderingen en de als gedelegeerde dan wel uitvoeringshandelingen goed te keuren ontwerpmaatregelen, inclusief de stemmingen en stemverklaringen van de afzonderlijke lidstaten in comités in de zin van Verordening (EU) nr. 182/20111 bis, inclusief de beroepsinstanties, die de Commissie bijstaan bij de tenuitvoerlegging van [Verordening (EG) nr. 178/2002, Richtlijn 2001/18/EG, Verordening (EG) nr. 1829/2003, Verordening (EG) nr. 1831/2003, Verordening (EG) nr. 2065/2003, Verordening (EG) nr. 1935/2004, Verordening (EG) nr. 1331/2008, Verordening (EG) nr. 1107/2009 en Verordening nr. 2015/2283] in het kader waarvan de risicobeheersmaatregelen worden besproken en in stemming worden gebracht; en | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
c) de agenda's en gedetailleerde notulen van de vergaderingen van de werkgroepen van de lidstaten in het kader waarvan de respectievelijke risicomanagementmaatregelen worden besproken; | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
2. Voor de toepassing van lid 1 voegt de Commissie bij elke ontwerpmaatregel die moet worden goedgekeurd overeenkomstig artikel 58 [van de algemene levensmiddelenverordening], artikel 30 van Richtlijn 2001/18/EG, artikel 35 van Verordening (EG) nr. 1829/2003, artikel 22 van Verordening (EG) nr. 1831/2003, artikel 19 van Verordening (EG) nr. 2065/2003, artikel 23 van Verordening (EG) nr. 1935/2004, artikel 14 van Verordening (EG) nr. 1331/2008, artikel 79 van Verordening (EG) nr. 1107/2009 en de artikelen 30 en 32 van Verordening (EU) 2015/2283, een toelichting toe die het volgende bevat: | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
a) de redenen en doelstellingen van de maatregel; | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
b) de motivering van de maatregel op basis van de overwegingen ten aanzien van de noodzaak en evenredigheid; | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
c) de gevolgen van de maatregel voor de volksgezondheid, de diergezondheid en het milieu, voor de samenleving en de levensmiddelenbedrijven, zoals vastgesteld na uitvoering van een effectbeoordeling; en | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
d) het resultaat van elke raadpleging van het publiek, inclusief overeenkomstig artikel 9 van [de algemene levensmiddelenverordening]. | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
_______________ | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
1 bis Verordening (EU) nr. 182/2011 van het Europees Parlement en de Raad van 16 februari 2011 tot vaststelling van de algemene voorschriften en beginselen die van toepassing zijn op de wijze waarop de lidstaten de uitoefening van de uitvoeringsbevoegdheden door de Commissie controleren (PB L 55 van 28.2.2011, blz. 13). |
TOELICHTING
1. Achtergrond
Naar aanleiding van meerdere ernstige voedselschandalen werd in Basisverordening (EG) nr. 178/2002 de onafhankelijke Europese Autoriteit voor voedselveiligheid (EFSA) opgericht, die verantwoordelijk is voor de wetenschappelijke risicobeoordeling. Voor het risicomanagement zijn de instellingen van de Unie, en met name de Commissie, verantwoordelijk. Vandaag de dag geldt de voedselveiligheid in de Unie als de beste ter wereld. De Commissie stelde in het kader van een geschiktheidscontrole vast dat de verordening de doelstellingen van de waarborging van een hoog niveau van voedselveiligheid en de harmonisatie van de interne markt had verwezenlijkt.
De wijdverbreide scepsis ten aanzien van ggo's en het daarmee verbonden herbicide glyfosaat leidde tot een publieke controverse over herbiciden en pesticiden in het algemeen, die in een Europees burgerinitiatief aan de orde werd gesteld. De Commissie concludeerde op grond van het succes van dit burgerinitiatief dat het vertrouwen van het publiek in de risicobeoordeling moest worden verbeterd en verplichtte zichzelf tot het doen van een desbetreffend wetgevingsvoorstel.
2. Het voorstel van de Commissie
In april 2018 legde de Commissie het Parlement en de Raad een voorstel voor een herschikking van de Basisverordening (EU) nr. 178/2002 voor, dat de volgende kernpunten omvat:
– aanscherping van de transparantievoorschriften van de EFSA;
– strengere regels ter waarborging van de betrouwbaarheid, objectiviteit en onafhankelijkheid van de door de EFSA bij haar risicobeoordeling gebruikte studies;
– verbetering van het bestuur van de EFSA;
– zorgen voor een grotere betrokkenheid van de lidstaten bij de EFSA;
– verbetering van de aantrekkelijkheid van de EFSA voor wetenschappers;
– een alomvattende strategie inzake risicocommunicatie, met betrokkenheid van de Commissie, de lidstaten en de EFSA.
Om de samenhang te waarborgen, moeten tegelijkertijd acht sectorale wetgevingshandelingen worden aangepast met betrekking tot de transparantie en vertrouwelijkheid.
3. Mening van de rapporteur
In beginsel is de rapporteur ingenomen met het voorstel van de Commissie. Momenteel publiceert de EFSA weliswaar veel informatie, maar is zij hiertoe niet wettelijk verplicht. Daarom kan het publiek op het gebied van de levensmiddelenwetgeving slechts op grond van Verordening (EG) nr. 1049/2001 inzake de toegang tot documenten het recht worden verleend op toegang tot informatie uit aanvragen en ingediende studies. Uit de vergelijking met andere EU-agentschappen en het debat over de vergunningsprocedure voor gewasbeschermingsmiddelen blijkt dat de transparantieregels van de EFSA moeten worden herzien. Bovendien heeft de EFSA steeds meer problemen met het aantrekken van deskundigen voor de wetenschappelijke comités.
De voorgestelde wijzigingen creëren echter eerder nieuwe problemen dan dat deze bestaande problemen oplossen. Bovendien zijn het moment van de publicatie, de duidelijke verkorting van de raadpleging en het ontbreken van een effectbeoordeling niet in overeenstemming met de principes van beter wetgeven van de Commissie.
De rapporteur is met name kritisch over het volgende:
Effectbeoordeling ontbreekt
Hoewel de Refit-evaluatie van de basisverordening betrekking had op de algemene beginselen van de levensmiddelenwetgeving en het systeem voor snelle waarschuwing en crisismanagement, stelt de Commissie nu wijzigingen voor van artikelen die in de Refit-evaluatie niet aan de orde kwamen. De voorgestelde transparantieregels zouden aanzienlijke schade kunnen toebrengen aan het innovatie- en concurrentievermogen van de Europese levensmiddelenindustrie. Een afweging van verschillende opties met betrekking tot het tijdstip van de publicatie van gevoelige informatie uit aanvragen was dringend nodig geweest. Het is derhalve onbegrijpelijk dat de Commissie geen effectbeoordeling heeft uitgevoerd. Ook ten aanzien van de wijzigingen in de acht sectorale wetgevingshandelingen werd geen effectbeoordeling uitgevoerd.
De Commissie wil de begroting van de EFSA drastisch verhogen (+80 %). Wanneer de Europese wetgevers het echter niet eens worden over deze financiële toewijzing, kan de Autoriteit haar mandaat op grond van de herziene verordening onmogelijk uitoefenen. Ook met het oog hierop was een effectbeoordeling met verschillende financieringsmodellen nodig geweest.
Tijdstip van het Commissievoorstel
De Commissie onderbouwt haar voorstel in beduidende mate met de noodzaak te moeten reageren op het burgerinitiatief "Verbied glyfosaat en bescherm mens en milieu tegen giftige bestrijdingsmiddelen". Het Europees Parlement stelde als antwoord op het burgerinitiatief in maart 2018 een bijzondere commissie (PEST) in die advies moet verlenen over de goedkeuringsprocedure en uiteindelijk mogelijke maatregelen moet voorstellen. De Commissie negeert dit proces van democratische meningsvorming en loopt vooruit op de resultaten van de PEST.
Met de verkorting van de raadpleging van belanghebbenden van de gewoonlijke twaalf tot acht weken liet de Commissie de betrokkenen nauwelijks tijd om advies te verlenen. Bovendien kon slechts op algemene vragen worden gereageerd, maar niet op concrete plannen van de Commissie. De publicatie van het Commissievoorstel net na de afronding van de openbare raadpleging doet vermoeden dat het voorstel voor een verordening reeds volledig was opgesteld en dit slechts een pseudoraadpleging was.
Het Europees Parlement heeft gezien de tijdsdruk met het oog op de Europese verkiezingen in 2019 nauwelijks de mogelijkheid om de nodige zorgvuldigheid te betrachten en gebruik te maken van externe expertise. De rapporteur hoopt dat dit geen opzet is.
Regels inzake transparantie
In tegenstelling tot bij het ECHA en het EMA, die de informatie over aanvragen en hieraan ten grondslag liggende studies op het moment van de publicatie van hun wetenschappelijke advies openbaar maken, stelt de Commissie voor de goedkeuringsprocedure in de levensmiddelenwetgeving voor om deze informatie reeds op het moment van de indiening openbaar te maken. Dit kan echter verregaande gevolgen hebben voor het concurrentie- en innovatievermogen van de aanvrager. Concurrenten uit derde landen zouden productideeën kunnen onderscheppen en reeds tijdens de Europese vergunningsprocedure uitvoeren, in het bijzonder aangezien innovaties op het gebied van levensmiddelen normaal gesproken niet kunnen worden beschermd met octrooien. Het voorstel van de Commissie brengt dus belangrijke banen in gevaar. Bovendien zouden de nieuwe regels ertoe kunnen leiden dat ondernemingen hun onderzoeks- en ontwikkelingsactiviteiten verplaatsen naar derde landen. De vroege publicatie brengt bovendien het risico op publieke druk op de EFSA met zich mee.
De EFSA biedt belanghebbenden nu al de mogelijkheid om in controversiële gevallen na de publicatie van het wetenschappelijke ontwerpadvies in het kader van een raadpleging een standpunt in te nemen ten aanzien van de opgenomen studies. In het geval van aspartaam leidde deze raadpleging er bijvoorbeeld toe dat de EFSA haar advies herzag.
Samenstelling van het wetenschappelijke panel
Het betrekken van de lidstaten bij de samenstelling van het wetenschappelijke panel door middel van de verplichting om talrijke deskundigen voor te dragen, zou kunnen leiden tot politieke inmenging in de EFSA. Bovendien is het de vraag of alle vakgebieden zouden worden vertegenwoordigd wanneer elke lidstaat een eigen uitnodiging tot inschrijving zou doen. Een voortdurende uitwisseling van informatie tussen lidstaten over de situatie ten aanzien van de zoektocht naar deskundigen zou de nu al enorme extra administratieve lasten nog eens doen stijgen. Derhalve moeten de lidstaten weliswaar de mogelijkheid krijgen om deskundigen voor te dragen, maar moeten zij niet verplicht zijn om dit te doen. Tot slot moet de EFSA lijsten opstellen van deskundigen uit zo veel mogelijk lidstaten en daaruit kiezen.
III. Wijzigingsvoorstellen van de rapporteur
De rapporteur stelt voor de transparantieregels van de EFSA in overeenstemming te brengen met de regels van de andere agentschappen, zodat de niet-vertrouwelijke informatie uit aanvragen, studies en adviesgesprekken pas op het moment van de publicatie van het wetenschappelijke advies van de EFSA toegankelijk is, in plaats van op het moment van indiening. Slechts op die manier kan "ideeënpiraterij" worden voorkomen. De informatie dient alleen te worden gepubliceerd wanneer een aanvraag niet wordt ingetrokken.
De strenge transparantieplicht moet ook gelden voor het risicomanagement en de risicocommunicatie. De Commissie en de lidstaten moeten worden verplicht de notulen van de vergaderingen van de werkgroepen en de uitslagen van de stemmingen in de permanente comités te publiceren.
De controleplicht moet ook betrekking hebben op laboratoria in derde landen die van Europese ondernemingen de opdracht krijgen om studies uit te voeren. Hiervoor moet het Voedsel- en Veterinair Bureau (VVO) van de Commissie verantwoordelijk zijn.
De rapporteur is ingenomen met het feit dat belanghebbenden worden betrokken bij de raad van bestuur van de EFSA, net zoals bij het ECHA en het EMA het geval is. De rapporteur is echter van mening dat het, vanwege het brede scala aan producten die onder Verordening (EG) nr. 178/2002 vallen, noodzakelijk is om hierbij niet slechts één, maar twee vertegenwoordigers van de industrie (ggo/gewasbeschermingsmiddelen en levensmiddelen/toevoegingsmiddelen) te betrekken. Dit is ook gepland met betrekking tot de betrokkenheid van niet-gouvernementele organisaties (milieu en consumentenbescherming).
IV. Conclusies
Verordening (EG) nr. 178/2002 inzake de algemene levensmiddelenwetgeving is een succesverhaal. Met deze verordening heeft de EU de strengste veiligheidsnormen voor levensmiddelen ter wereld vastgesteld voor de interne markt. Dit werd bevestigd in het kader van de geschiktheidscontrole van de basisverordening.
De structuur en de transparantie van de EFSA moeten nu worden aangepast aan andere EU-agentschappen. De Commissie gaat in haar voorstel echter duidelijk verder dan de regels van het ECHA en het EMA. Dit is net zo onbegrijpelijk als het feit dat de Commissie alleen vanwege het publieke debat over de vergunningsprocedure voor een gewasbeschermingsmiddel en zonder de vereiste effectbeoordeling uit te voeren, regels voor de volledige levensmiddelenindustrie wil vaststellen die het voortbestaan van ondernemingen in gevaar brengen.
Bovendien is het voorstel van de Commissie onnauwkeurig. Talrijke detailkwesties moeten pas achteraf in het huishoudelijk reglement van de Autoriteit worden vastgelegd, wat ertoe leidt dat een beoordeling van het voorstel lastig is. Dit geldt ook voor de risicocommunicatie, die een belangrijke bouwsteen is wanneer de EU het vertrouwen van burgers in de voedselveiligheid wil terugwinnen.
ADVIES van de Commissie visserij (11.10.2018)
aan de Commissie milieubeheer, volksgezondheid en voedselveiligheid
inzake het voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad betreffende de transparantie en duurzaamheid van de EU-risicobeoordeling in de voedselketen en houdende wijziging van Verordening (EG) nr. 178/2002 [betreffende de algemene levensmiddelenwetgeving], Richtlijn 2001/18/EG [inzake de doelbewuste introductie van ggo's in het milieu], Verordening (EG) nr. 1829/2003 [inzake genetisch gemodificeerde levensmiddelen en diervoeders], Verordening (EG) nr. 1831/2003 [betreffende toevoegingsmiddelen voor diervoeding], Verordening (EG) nr. 2065/2003 [inzake rookaroma's], Verordening (EG) nr. 1935/2004 [inzake materialen die met levensmiddelen in contact komen], Verordening (EG) nr. 1331/2008 [inzake de uniforme toelatingsprocedure voor levensmiddelenadditieven, voedingsenzymen en levensmiddelenaroma's], Verordening (EG) nr. 1107/2009 [betreffende gewasbeschermingsmiddelen] en Verordening (EU) 2015/2283 [betreffende nieuwe voedingsmiddelen]
(COM(2018)0179 – C8-0144/2018 – 2018/0088(COD))
Rapporteur voor advies: Ricardo Serrão Santos
BEKNOPTE MOTIVERING
De rapporteur:
- acht het van groot belang voor de Europese burgers dat de veiligheid van levensmiddelen op de Europese markt wordt gewaarborgd, en dat deze aan hoge veiligheidsnormen voldoen;
- benadrukt dat de Europese Autoriteit voor voedselveiligheid (EFSA) een zeer belangrijke rol speelt, met name als verstrekker van wetenschappelijk advies aan de Commissie, het Parlement en de lidstaten;
- staat positief tegenover het voorstel van de Commissie om de algemene levensmiddelenwetgeving te actualiseren, met name wat betreft een verduidelijking van de transparantieregels bij risicobeoordelingen en een verbetering van de garantie van betrouwbaarheid, onpartijdigheid en onafhankelijkheid van de studies die EFSA gebruikt voor haar risicobeoordelingen;
- meent dat een klimaat moet worden geschapen waarin EU-burgers volledig vertrouwen hebben in EU-agentschappen en -autoriteiten, zoals EFSA, en dat dit vertrouwen alleen met transparante en duidelijke regels en methodologieën kan worden gewonnen en behouden;
- wijst erop dat de capaciteit van EFSA moet worden uitgebreid zodat zij een hoger niveau van wetenschappelijke deskundigheid kan bereiken op haar verschillende werkterreinen;
- meent dat op dit niveau besluiten gebaseerd moeten worden op het best beschikbare wetenschappelijke advies; acht het van belang de capaciteit van EFSA uit te breiden door erkende wetenschappers aan te werven voor haar wetenschappelijke panels;
- benadrukt dat een risicobeoordeling alleen snel kan worden uitgevoerd als er sprake is van een brede en doeltreffende risicocommunicatiestrategie, waarbij alle partijen gedurende de hele risicobeoordeling worden betrokken en een open dialoog wordt gevoerd;
- uit zijn zorgen over het feit dat visserij en met name aquacultuur niet aan bod komen in dit voorstel voor een verordening; brengt in herinnering dat visserijproducten tot de belangrijkste en gezondste dierlijke eiwittenbronnen behoren, dat de EU wereldwijd de grootste markt en afnemer is van deze producten en dat zij momenteel 68 % daarvan uit derde landen invoert;
- wijst op het grote belang van visserijproducten als voedselbron, en op het feit dat zij zelfs het onderwerp zijn geweest van een wetenschappelijk advies, 'Food from the Oceans', dat in november 2017 door de groep op hoog niveau van wetenschappelijk adviseurs bij de Europese Commissie is ingediend.
AMENDEMENTEN
De Commissie visserij verzoekt de bevoegde Commissie milieubeheer, volksgezondheid en voedselveiligheid onderstaande amendementen in aanmerking te nemen:
Amendement 1 Voorstel voor een verordening Overweging 8 bis (nieuw) | |||||||||||||
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement | ||||||||||||
|
(8 bis) De doelbewuste introductie in het milieu of het in de handel brengen van ggo's, als product of in producten, mag niet toegestaan zijn wanneer dit indruist tegen het voorzorgsbeginsel, of wanneer er geen wetenschappelijke kennis beschikbaar is over de gevolgen op alle terreinen (milieu, gezondheid, biodiversiteit enz.). | ||||||||||||
Amendement 2 Voorstel voor een verordening Overweging 11 | |||||||||||||
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement | ||||||||||||
(11) De ervaring leert dat de rol van de raad van bestuur van de Autoriteit is toegespitst op administratieve en financiële aspecten en geen gevolgen voor de onafhankelijkheid van de wetenschappelijke werkzaamheden van de Autoriteit. Het is derhalve passend om vertegenwoordigers van alle lidstaten in de raad van bestuur van de Autoriteit op te nemen, waarbij moet worden bepaald dat die vertegenwoordigers moeten beschikken over ervaring, met name op het gebied van risicobeoordeling. |
(11) De ervaring leert dat de rol van de raad van bestuur van de Autoriteit is toegespitst op administratieve en financiële aspecten en geen gevolgen heeft voor de onafhankelijkheid van de wetenschappelijke werkzaamheden van de Autoriteit. Het is derhalve passend om vertegenwoordigers van alle lidstaten, alsook vertegenwoordigers van het maatschappelijk middenveld en de industrie, in de raad van bestuur van de Autoriteit op te nemen, waarbij moet worden bepaald dat die vertegenwoordigers moeten beschikken over ervaring, met name op het gebied van risicobeoordeling. | ||||||||||||
Amendement 3 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt 1 Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 8 bis – alinea 1 – letter b | |||||||||||||
| |||||||||||||
Amendement 4 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt 2 – letter b Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 25 – lid 1 bis – letter a | |||||||||||||
| |||||||||||||
Amendement 5 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt 2 – letter b Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 25 – lid 1 bis – letter b | |||||||||||||
| |||||||||||||
Amendement 6 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt 2 – letter b Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 25 – lid 1 bis – letter c | |||||||||||||
| |||||||||||||
Motivering | |||||||||||||
De belangen van de producenten op het gebied van ggo's c.q. gewasbeschermingsmiddelen enerzijds en producenten van levensmiddelen en toevoegingsmiddelen anderzijds verschillen van elkaar. Evenzo landbouw en visserij/aquacultuur. De raad dient te worden aangevuld met een vertegenwoordiger van visserij- en aquacultuurorganisaties. Om deze reden moeten in de raad van bestuur dus ook twéé afzonderlijke vertegenwoordigers van de industrie plaatsnemen. | |||||||||||||
Amendement 7 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt 4 Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 32 quinquies – alinea 1 | |||||||||||||
| |||||||||||||
Motivering | |||||||||||||
Het Voedsel- en Veterinair Bureau zorgt voor doeltreffende controlesystemen en beoordeelt de manier waarop de EU-normen worden nageleefd in de EU en in derde landen die naar de EU exporteren. Dit doet het Voedsel- en Veterinair Bureau voornamelijk door middel van het uitvoeren van inspecties in de lidstaten en in derde landen die naar de EU exporteren. | |||||||||||||
Amendement 8 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt 7 Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 39 sexies – lid 2 | |||||||||||||
|
PROCEDURE VAN DE ADVISERENDE COMMISSIE
Titel |
Transparantie en duurzaamheid van de EU-risicobeoordeling in de voedselketen |
||||
Document- en procedurenummers |
COM(2018)0179 – C8-0144/2018 – 2018/0088(COD) |
||||
Bevoegde commissie Datum bekendmaking |
ENVI 28.5.2018 |
|
|
|
|
Advies uitgebracht door Datum bekendmaking |
PECH 28.5.2018 |
||||
Rapporteur voor advies Datum benoeming |
Ricardo Serrão Santos 31.5.2018 |
||||
Behandeling in de commissie |
20.6.2018 |
29.8.2018 |
|
|
|
Datum goedkeuring |
9.10.2018 |
|
|
|
|
Uitslag eindstemming |
+: –: 0: |
21 1 0 |
|||
Bij de eindstemming aanwezige leden |
Marco Affronte, Clara Eugenia Aguilera García, Renata Briano, Alain Cadec, David Coburn, Richard Corbett, Diane Dodds, Linnéa Engström, João Ferreira, Sylvie Goddyn, Mike Hookem, Ian Hudghton, Carlos Iturgaiz, Werner Kuhn, António Marinho e Pinto, Barbara Matera, Gabriel Mato, Norica Nicolai, Liadh Ní Riada, Ulrike Rodust, Annie Schreijer-Pierik, Remo Sernagiotto, Ricardo Serrão Santos, Isabelle Thomas, Ruža Tomašić, Peter van Dalen, Jarosław Wałęsa |
||||
Bij de eindstemming aanwezige vaste plaatsvervangers |
Izaskun Bilbao Barandica, José Blanco López, Nicola Caputo, Ole Christensen, Rosa D’Amato, Norbert Erdős, Giuseppe Ferrandino, John Flack, Elisabetta Gardini, Jens Gieseke, Anja Hazekamp, Maria Heubuch, Czesław Hoc, Yannick Jadot, France Jamet, Seán Kelly, Verónica Lope Fontagné, Linda McAvan, Francisco José Millán Mon, Ana Miranda, Nosheena Mobarik, Cláudia Monteiro de Aguiar, Rolandas Paksas, Daciana Octavia Sârbu, Maria Lidia Senra Rodríguez, Nils Torvalds |
||||
Bij de eindstemming aanwezige plaatsvervangers (art. 200, lid 2) |
Klaus Buchner |
||||
HOOFDELIJKE EINDSTEMMINGIN DE ADVISERENDE COMMISSIE
21 |
+ |
|
ALDE |
António Marinho e Pinto, Norica Nicolai |
|
ECR |
Nosheena Mobarik, Remo Sernagiotto, Ruža Tomašić |
|
EFDD |
Rosa D'Amato |
|
ENF |
Sylvie Goddyn |
|
PPE |
Alain Cadec, Carlos Iturgaiz, Werner Kuhn, Gabriel Mato, Francisco José Millán Mon |
|
S&D |
Clara Eugenia Aguilera García, Renata Briano, Ole Christensen, Giuseppe Ferrandino, Ulrike Rodust, Ricardo Serrão Santos |
|
VERTS/ALE |
Marco Affronte, Klaus Buchner, Linnéa Engström |
|
1 |
- |
|
GUE/NGL |
Anja Hazekamp |
|
0 |
0 |
|
|
|
|
Verklaring van de gebruikte tekens:
+ : voor
- : tegen
0 : onthouding
ADVIES van de Commissie juridische zaken (15.10.2018)
aan de Commissie milieubeheer, volksgezondheid en voedselveiligheid
inzake het voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad betreffende de transparantie en duurzaamheid van de EU-risicobeoordeling in de voedselketen en houdende wijziging van Verordening (EG) nr. 178/2002 [betreffende de algemene levensmiddelenwetgeving], Richtlijn 2001/18/EG [inzake de doelbewuste introductie van ggo's in het milieu], Verordening (EG) nr. 1829/2003 [inzake genetisch gemodificeerde levensmiddelen en diervoeders], Verordening (EG) nr. 1831/2003 [betreffende toevoegingsmiddelen voor diervoeding], Verordening (EG) nr. 2065/2003 [inzake rookaroma's], Verordening (EG) nr. 1935/2004 [inzake materialen die met levensmiddelen in contact komen], Verordening (EG) nr. 1331/2008 [inzake de uniforme toelatingsprocedure voor levensmiddelenadditieven, voedingsenzymen en levensmiddelenaroma's], Verordening (EG) nr. 1107/2009 [betreffende gewasbeschermingsmiddelen] en Verordening (EU) 2015/2283 [betreffende nieuwe voedingsmiddelen]
(COM(2018)0179 – C8-0144/2018 – 2018/0088(COD))
Rapporteur voor advies: Pavel Svoboda
BEKNOPTE MOTIVERING
Beoordeling van het voorstel
Dit langverwachte voorstel van de Europese Commissie inzake de openbaarmaking van vertrouwelijke studies van het bedrijfsleven die zijn gebruikt in de risicobeoordelingen van de Europese Autoriteit voor voedselveiligheid (EFSA) bevat positieve elementen, maar slaagt er niet in een zinvolle, onafhankelijke toetsing van de gegevens mogelijk te maken.
Het voorstel wijzigt Verordening (EG) nr. 178/2002 (hierna de algemene levensmiddelenverordening, ALV) en diverse andere verwante verordeningen en richtlijnen. De rapporteur is van mening dat er met betrekking tot transparantie positieve veranderingen zijn opgenomen in het voorstel, maar wijst ook op enkele bepalingen die moeten worden gewijzigd of verbeterd om de doelstelling van de Europese Commissie te kunnen verwezenlijken.
Met dat doel voor ogen heeft de rapporteur, voortbouwend op het voorstel van de Commissie, een breed standpunt ingenomen om de hoognodige hervormingen door te voeren in het risicobeoordelingsproces dat door de EFSA wordt uitgevoerd, zodat de EU in haar geheel kan voldoen aan het Verdrag van Aarhus (Verdrag betreffende toegang tot informatie, inspraak bij besluitvorming en toegang tot de rechter inzake milieuaangelegenheden).
De twee belangrijkste aspecten van het voorstel, automatische en proactieve publicatie van gegevens in een machineleesbaar formaat en het opstellen van een register van studies om te voorkomen dat het bedrijfsleven alleen studies met gunstige resultaten uitkiest, evenals een aantal kleine wijzigingen met betrekking tot risicocommunicatie, de raadpleging van derden en hervorming van de samenstelling van de raad van bestuur van de EFSA, zijn positieve stappen in de goede richting.
De rapporteur is echter van mening dat, als voor publicatie en gebruik van onafhankelijke kruiscontroles van gegevens inderdaad zoals voorgesteld toestemming van het bedrijfsleven nodig is, de bruikbaarheid van de twee bepalingen nogal beperkt zal zijn. In het voorstel worden inderdaad nieuwe bepalingen ingevoerd waarin wordt gesteld dat de openbaarmaking van wetenschappelijke gegevens en studies met betrekking tot vergunningsaanvragen uit hoofde van de levensmiddelenwetgeving of vergunningen voor ggo's of toevoegingsmiddelen geen afbreuk mag doen aan "de intellectuele-eigendomsrechten die kunnen rusten op documenten of de inhoud ervan". Voorts introduceert het voorstel de veronderstelling dat de openbaarmaking van bepaalde categorieën informatie "kan worden geacht de betrokken commerciële belangen aanzienlijk te schaden".
Als het niet mogelijk is de gegevens zonder toestemming te hergebruiken, zal het onmogelijk zijn de totale hoeveelheid onderzoeken naar toxiciteit te verminderen en wordt de publieke toetsing van de resultaten, waaronder de mogelijkheid om een beter inzicht te krijgen in de eventuele negatieve effecten op de volksgezondheid en het milieu, gehinderd. Het proces van collegiale toetsing, dat van groot belang is om de doeltreffendheid van de uitgevoerde risicobeoordeling te garanderen, kan hierdoor ook in het gedrang komen.
Ondanks de veranderingen in het voorstel van de Commissie die een positief effect hebben op de transparantie, acht de rapporteur het toch noodzakelijk het voorstel op een aantal punten te wijzigen om het huidige niveau van transparantie in het kader van de levensmiddelenwetgeving van de Europese Unie met betrekking tot verschillende categorieën informatie te handhaven en uit te breiden in het kader van de diverse bij dit voorstel gewijzigde richtlijnen.
Een daadwerkelijke herziening van de risicobeoordelingen van de EU in de voedselketen
De rapporteur is het er niet mee eens dat het redelijk is om "de desbetreffende rechten van het publiek op transparantie in het risicobeoordelingsproces, met inbegrip van die welke voortvloeien uit het Verdrag van Aarhus, af te wegen tegen de rechten van commerciële aanvragers", zoals de Europese Commissie in haar voorstel aangeeft. Ook vindt de rapporteur niet dat de EU de commerciële partijen meer bescherming moet bieden dan het niveau dat wordt voorzien in het Verdrag van Aarhus (ten uitvoer gelegd via Verordening (EG) nr. 1049/2001 en Verordening (EG) nr. 1367/2006). Hij is er ook sterk tegen gekant dat geld van de Europese belastingbetaler dat aan EFSA is toegekend, wordt gebruikt om advies te geven aan particuliere ondernemingen die een aanvraag indien.
De rapporteur wil van transparantie de regel maken en van geheimhouding de uitzondering. De uitzonderingen op het beginsel van transparantie moeten strikt worden geïnterpreteerd om publieke en onafhankelijke toetsing te garanderen. Dit heeft zich vertaald in diverse amendementen op de algemene levensmiddelenverordening.
Met de voorgestelde amendementen op het voorstel, die betrekking hebben op de relevante sectorale regelgeving, wordt beoogd de bestaande lacunes te dichten in de verplichting om de verzamelde informatie openbaar te maken wanneer "een hoger openbaar belang" op het gebied van voedselveiligheid "openbaarmaking gebiedt". Voorts acht de rapporteur het passend in de ALV een horizontale, niet-uitputtende lijst met gegevens op te nemen die nooit geheim mogen worden gehouden.
AMENDEMENTEN
De Commissie juridische zaken verzoekt de bevoegde Commissie milieubeheer, volksgezondheid en voedselveiligheid onderstaande amendementen in aanmerking te nemen:
Amendement 1 Voorstel voor een verordening Overweging 2 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement | |||||||||||||||||||||||||||||||||
(2) In Verordening (EG) nr. 178/2002 wordt „risicoanalyse” gedefinieerd als een proces bestaande uit drie samenhangende onderdelen: risicobeoordeling, risicomanagement en risicocommunicatie. Voor de risicobeoordeling op het niveau van de Unie wordt bij die verordening de Europese Autoriteit voor voedselveiligheid (hierna „de Autoriteit” genoemd) opgericht als de bevoegde risicobeoordelingsinstantie van de Unie op het gebied van de veiligheid van levensmiddelen en diervoeders. Risicocommunicatie is een essentieel onderdeel van het risicoanalyseproces. |
(2) In Verordening (EG) nr. 178/2002 wordt „risicoanalyse” gedefinieerd als een proces bestaande uit drie afzonderlijke maar samenhangende onderdelen: risicobeoordeling, risicomanagement en risicocommunicatie. Voor de risicobeoordeling op het niveau van de Unie wordt bij die verordening de Europese Autoriteit voor voedselveiligheid (hierna „de Autoriteit” genoemd) opgericht als de bevoegde risicobeoordelingsinstantie van de Unie op het gebied van de veiligheid van levensmiddelen en diervoeders. Risicocommunicatie is een essentieel onderdeel van het risicoanalyseproces en impliceert de interactieve uitwisseling van informatie en standpunten gedurende het hele risicoanalyseproces betreffende gevaren en risico's, met de risico’s verband houdende factoren en risicopercepties, tussen risicobeoordelaars, risicomanagers, consumenten, levensmiddelen- en diervoederbedrijven en de academische wereld, met inbegrip van de toelichting van de resultaten van de risicobeoordeling en de grondslag voor risicomanagementbeslissingen. | |||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 2 Voorstel voor een verordening Overweging 3 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement | |||||||||||||||||||||||||||||||||
(3) Bij de evaluatie van Verordening (EG) nr. 178/200221 (hierna „de geschiktheidscontrole van de algemene levensmiddelenwetgeving” genoemd) werd vastgesteld dat de risicocommunicatie over het algemeen niet doeltreffend genoeg wordt geacht, hetgeen een weerslag heeft op het vertrouwen van de consument in de uitkomsten van het risicoanalyseproces. |
(3) Bij de evaluatie van Verordening (EG) nr. 178/2121 (hierna „de geschiktheidscontrole van de algemene levensmiddelenwetgeving” genoemd) werd vastgesteld dat de risicocommunicatie over het algemeen niet doeltreffend genoeg wordt geacht, hetgeen een negatieve weerslag kan hebben op de uitkomsten van het risicoanalyseproces. | |||||||||||||||||||||||||||||||||
__________________ |
__________________ | |||||||||||||||||||||||||||||||||
21 Werkdocument van de diensten van de Commissie "The REFIT evaluation of the General Food Law (Regulation (EC) No 178/2002)", SWD(2018)38 final van 15.1.2018. |
21 Werkdocument van de diensten van de Commissie "The REFIT evaluation of the General Food Law (Regulation (EC) No 178/2002)", SWD(2018)38 final van 15.1.2018. | |||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 3 Voorstel voor een verordening Overweging 4 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement | |||||||||||||||||||||||||||||||||
(4) Het is daarom noodzakelijk te zorgen voor een alomvattend en doorlopend risicocommunicatieproces gedurende de risicoanalyse, met betrokkenheid van de risicobeoordelaars en risicomanagers op het niveau van de Unie en op nationaal niveau. Dat proces moet worden gecombineerd met een open dialoog tussen alle belanghebbenden om te zorgen voor coherentie en samenhang binnen het risicoanalyseproces. |
(4) Het is daarom noodzakelijk te zorgen voor een alomvattend, transparant, onafhankelijk en doorlopend risicocommunicatieproces gedurende de risicoanalyse, met betrokkenheid van de risicobeoordelaars en risicomanagers op het niveau van de Unie en op nationaal niveau. Dat proces moet kunnen bijdragen tot een participatieve en open dialoog tussen alle belanghebbenden, om ervoor te zorgen dat alleen het openbare belang prevaleert en om te zorgen voor nauwkeurigheid, grondigheid, transparantie en samenhang binnen het risicoanalyseproces. | |||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 4 Voorstel voor een verordening Overweging 5 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement | |||||||||||||||||||||||||||||||||
(5) Bijzondere nadruk moet worden gelegd op een coherente, geschikte en tijdige uitleg, niet alleen van de resultaten van de risicobeoordeling op zich, maar ook van de wijze waarop die, in voorkomend geval naast andere ter zake dienende factoren, worden benut ter onderbouwing van beslissingen inzake risicomanagement. |
(5) Bijzondere nadruk moet worden gelegd op een nauwkeurige, duidelijke en tijdige uitleg, niet alleen van de resultaten van de risicobeoordeling op zich, maar ook van de wijze waarop die, in voorkomend geval naast andere ter zake dienende factoren, worden benut ter onderbouwing van beslissingen inzake risicomanagement. | |||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 5 Voorstel voor een verordening Overweging 6 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement | |||||||||||||||||||||||||||||||||
(6) Hiertoe is het noodzakelijk de algemene doelstellingen en beginselen van de risicocommunicatie vast te stellen, rekening houdend met de respectieve rollen van de risicobeoordelaars en -managers. |
(6) Hiertoe is het noodzakelijk de algemene doelstellingen en beginselen van de risicocommunicatie vast te stellen, rekening houdend met de respectieve rollen van de risicobeoordelaars en -managers en met vrijwaring van hun onafhankelijkheid. | |||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 6 Voorstel voor een verordening Overweging 7 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement | |||||||||||||||||||||||||||||||||
(7) Op basis van deze algemene doelstellingen en beginselen moet in nauwe samenwerking met de Autoriteit en de lidstaten, en na desbetreffende openbare raadplegingen, een algemeen plan voor risicocommunicatie worden opgesteld. |
(7) Op basis van deze algemene doelstellingen en beginselen moet in nauwe samenwerking met de Autoriteit en de lidstaten, en na de organisatie van desbetreffende openbare raadplegingen, een algemeen plan voor realtimerisicocommunicatie worden opgesteld. | |||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 7 Voorstel voor een verordening Overweging 8 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement | |||||||||||||||||||||||||||||||||
(8) In dit algemene plan moeten de voornaamste factoren worden aangewezen waarmee rekening moet worden gehouden wanneer risicocommunicatieactiviteiten worden overwogen, zoals de verschillende risiconiveaus, de aard van het risico en de mogelijke effecten ervan voor de volksgezondheid, de personen, dieren en zaken die direct of indirect door het risico wordt getroffen, de niveaus van blootstelling aan risico’s, de mogelijkheden voor risicobeheersing en andere factoren die van invloed zijn op de risicoperceptie, met inbegrip van de urgentie, alsmede het toepasselijke wetgevingskader en de desbetreffende marktcontext. In het algemene plan moeten ook de te gebruiken instrumenten en kanalen worden aangewezen en passende mechanismen worden vastgesteld om een samenhangende risicocommunicatie te waarborgen. |
(8) In dit algemene plan moeten de voornaamste factoren worden aangewezen waarmee rekening moet worden gehouden wanneer risicocommunicatieactiviteiten worden overwogen, zoals de verschillende niveaus van risico en gevaar, de aard van het gevaar en de mogelijke effecten ervan voor de volksgezondheid en het milieu, de bevolkingsgroepen die direct of indirect door het risico kunnen worden getroffen, de niveaus van blootstelling aan risico's, de mogelijkheden voor blootstellings- en risicobeheersing, de manieren om het risico te beheren en andere factoren die van invloed zijn op het inzicht in het risico, met inbegrip van de urgentie, alsmede het toepasselijke wetgevingskader. In het algemene plan moeten ook de te gebruiken instrumenten en kanalen worden aangewezen en passende, afdoende en snelle mechanismen worden vastgesteld om een nauwkeurige risicocommunicatie te waarborgen. | |||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 8 Voorstel voor een verordening Overweging 10 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement | |||||||||||||||||||||||||||||||||
(10) Het is passend de samenstelling van de raad van bestuur van de Autoriteit aan te passen aan de gemeenschappelijke aanpak voor gedecentraliseerde agentschappen, overeenkomstig de gezamenlijke verklaring van het Europees Parlement, de Raad van de Europese Unie en de Europese Commissie van 2012 over de gedecentraliseerde agentschappen22. |
(10) Het is passend de samenstelling van de raad van bestuur van de Autoriteit aan te passen aan de gemeenschappelijke aanpak voor gedecentraliseerde agentschappen, overeenkomstig de gezamenlijke verklaring van het Europees Parlement, de Raad van de Europese Unie en de Europese Commissie van 2012 over de gedecentraliseerde agentschappen22, en hierbij ook rekening te houden met de terugtreding van het Verenigd Koninkrijk uit de EU en de juridische gevolgen hiervan. | |||||||||||||||||||||||||||||||||
_________________ |
_________________ | |||||||||||||||||||||||||||||||||
22 https://europa.eu/european-union/sites/europaeu/files/docs/body/joint_statement_and_common_approach_2012_nl.pdf |
22 https://europa.eu/european-union/sites/europaeu/files/docs/body/joint_statement_and_common_approach_2012_nl.pdf | |||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 9 Voorstel voor een verordening Overweging 11 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement | |||||||||||||||||||||||||||||||||
(11) De ervaring leert dat de rol van de raad van bestuur van de Autoriteit is toegespitst op administratieve en financiële aspecten en geen gevolgen voor de onafhankelijkheid van de wetenschappelijke werkzaamheden van de Autoriteit. Het is derhalve passend om vertegenwoordigers van alle lidstaten in de raad van bestuur van de Autoriteit op te nemen, waarbij moet worden bepaald dat die vertegenwoordigers moeten beschikken over ervaring, met name op het gebied van risicobeoordeling. |
(11) De ervaring leert dat de rol van de raad van bestuur van de Autoriteit is toegespitst op administratieve en financiële aspecten en geen gevolgen voor de onafhankelijkheid van de wetenschappelijke werkzaamheden van de Autoriteit. Het is derhalve passend om vertegenwoordigers van alle lidstaten alsook vertegenwoordigers uit het maatschappelijk middenveld en de bedrijfswereld in de raad van bestuur van de Autoriteit op te nemen, waarbij moet worden bepaald dat die vertegenwoordigers moeten beschikken over ervaring, met name op het gebied van de beoordeling en het beheer van risico's en problemen, en er geen sprake is van belangenverstrengeling tussen de vertegenwoordigers en de aanvragers. | |||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 10 Voorstel voor een verordening Overweging 12 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement | |||||||||||||||||||||||||||||||||
(12) Bij het selecteren van de raad van bestuur moeten de hoogste graad van bekwaamheid en relevante ervaring op een breed terrein van de vertegenwoordigers van de lidstaten, de Commissie en het Europees Parlement vooropstaan. |
(12) Bij het selecteren van de raad van bestuur moeten de hoogste graad van bekwaamheid en toewijding aan de bescherming van de volksgezondheid en het milieu, en relevante ervaring op een breed terrein van de vertegenwoordigers van de lidstaten, de Commissie en het Europees Parlement vooropstaan. | |||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 11 Voorstel voor een verordening Overweging 13 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement | |||||||||||||||||||||||||||||||||
(13) Bij de geschiktheidscontrole van de algemene levensmiddelenwetgeving zijn bepaalde tekortkomingen aan het licht gekomen wat betreft het vermogen van de Autoriteit om op de lange termijn haar hoge niveau van deskundigheid te handhaven. Meer in het bijzonder daalde het aantal gegadigden dat solliciteerde naar posities als leden van de wetenschappelijke panels. Het systeem moet derhalve worden verstevigd en de lidstaten moeten een actievere rol spelen om te waarborgen dat een voldoende grote groep deskundigen beschikbaar is die aan de behoeften van de risicobeoordeling van de Unie kan voldoen wat betreft een hoog niveau van wetenschappelijke deskundigheid, onafhankelijkheid en multidisciplinaire expertise. |
(13) Bij de geschiktheidscontrole van de algemene levensmiddelenwetgeving zijn bepaalde tekortkomingen aan het licht gekomen wat betreft het vermogen van de Autoriteit om op de lange termijn haar hoge niveau van deskundigheid te handhaven. Meer in het bijzonder daalde het aantal gegadigden dat solliciteerde naar posities als leden van de wetenschappelijke panels. Voor een doeltreffender aanpak van verschijnsel moet het systeem derhalve worden verstevigd en gepromoot, en moeten de lidstaten een actievere rol spelen om te waarborgen dat een voldoende grote groep deskundigen beschikbaar is die aan de behoeften van de risicobeoordeling van de Unie kan voldoen wat betreft een hoog niveau van wetenschappelijke deskundigheid, onafhankelijkheid en multidisciplinaire expertise. Hiertoe moeten de lidstaten steunacties ondernemen en gebruikmaken van stimulansen en beloningen om het niveau van en de belangstelling voor deelname aan de wetenschappelijke panels te vergroten. | |||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 12 Voorstel voor een verordening Overweging 14 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement | |||||||||||||||||||||||||||||||||
(14) Om de onafhankelijkheid van de risicobeoordeling ten opzicht van risicomanagement en van andere belangen op het niveau van de Unie te bewaren, is het passend dat de benoeming van de leden van de wetenschappelijke panels door de lidstaten, hun selectie door de uitvoerend directeur van de Autoriteit en hun benoeming door de raad van bestuur van de Autoriteit op strenge criteria berusten die de uitmuntendheid en onafhankelijkheid van de deskundigen garanderen, en tegelijkertijd ook de vereiste multidisciplinaire expertise van elk panel waarborgen. Hiertoe is het ook van essentieel belang is dat de uitvoerend directeur, die tot taak heeft de belangen van EFSA, en met name het onafhankelijke karakter van haar expertise, te verdedigen, een rol speelt bij de selectie en benoeming van die wetenschappelijke deskundigen. Ook moeten aanvullende maatregelen worden getroffen om ervoor te zorgen dat de wetenschappelijke deskundigen beschikken over de middelen om onafhankelijk op te kunnen treden. |
(14) Om de onafhankelijkheid van de risicobeoordeling ten opzichte van risicomanagement en van gevestigde particuliere belangen op het niveau van de Unie te bewaren, is het passend dat de benoeming van de leden van de wetenschappelijke panels door de lidstaten, hun selectie door de uitvoerend directeur van de Autoriteit en hun benoeming door de raad van bestuur van de Autoriteit op strenge en transparante criteria berusten die de uitmuntendheid en onafhankelijkheid van de deskundigen garanderen, en tegelijkertijd ook de vereiste multidisciplinaire expertise van elk panel waarborgen. Hiertoe is het ook van essentieel belang dat de uitvoerend directeur, die tot taak heeft de verantwoording door EFSA, en met name het onafhankelijke karakter van haar expertise, te waarborgen, een rol speelt bij de uitsluiting van wetenschappelijke deskundigen die bezwaar maken tegen de vermelding van hun naam of tegenstrijdige belangen hebben met betrekking tot de risicobeoordeling. Er moeten adequate begrotingsmaatregelen worden getroffen om ervoor te zorgen dat de wetenschappelijke deskundigen beschikken over de middelen om onafhankelijk op te kunnen treden. Hiertoe moeten nieuwe, adequate begrotingsmaatregelen worden uitgevoerd. | |||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 13 Voorstel voor een verordening Overweging 16 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement | |||||||||||||||||||||||||||||||||
(16) De vergunningsprocedures zijn gebaseerd op het beginsel dat het aan de verzoekende partij is om aan te tonen dat het voorwerp van een vergunningsprocedure voldoet aan de veiligheidsvoorschriften van de Unie, uitgaande van de wetenschappelijke kennis waarover zij beschikt. Dit beginsel berust op de veronderstelling dat de volksgezondheid beter wordt beschermd wanneer de bewijslast bij de aanvrager ligt, aangezien die moet aantonen dat een bepaalde zaak veilig is voordat deze in de handel wordt gebracht, terwijl anders de overheidsinstanties aan zouden moeten tonen dat een zaak onveilig is teneinde deze van de markt te weren. Bovendien zou overheidsgeld niet mogen worden gebruikt om dure studies in opdracht te geven, die uiteindelijk het bedrijfsleven zullen helpen een product in de handel te brengen. Op basis van dit beginsel en overeenkomstig de toepasselijke wettelijke vereisten, zijn aanvragers verplicht ter ondersteuning van aanvragen voor een vergunning krachtens de sectorale levensmiddelenwetgeving van de Unie relevante studies, met inbegrip van tests, in te dienen om de veiligheid en soms ook de werkzaamheid van een zaak aan te tonen. |
(16) De vergunningsprocedures zijn gebaseerd op het beginsel dat het aan de verzoekende partij is om aan te tonen dat het voorwerp van een vergunningsprocedure voldoet aan de veiligheidsvoorschriften van de Unie, uitgaande van de wetenschappelijke kennis waarover zij beschikt. Dit beginsel berust op de veronderstelling dat de volksgezondheid en het milieu beter worden beschermd wanneer de bewijslast bij de aanvrager ligt, aangezien die moet aantonen dat een bepaalde zaak veilig is voordat deze in de handel wordt gebracht, terwijl anders de overheidsinstanties aan zouden moeten tonen dat een zaak onveilig is teneinde deze van de markt te weren. Bovendien zou overheidsgeld niet mogen worden gebruikt om dure studies in opdracht te geven, die uiteindelijk het bedrijfsleven zullen helpen een product in de handel te brengen. Op basis van dit beginsel en overeenkomstig de toepasselijke wettelijke vereisten, zijn aanvragers verplicht ter ondersteuning van aanvragen voor een vergunning krachtens de sectorale levensmiddelenwetgeving van de Unie relevante studies, met inbegrip van tests, in te dienen om de veiligheid en soms ook de werkzaamheid van een zaak aan te tonen. | |||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 14 Voorstel voor een verordening Overweging 17 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement | |||||||||||||||||||||||||||||||||
(17) Er gelden bepalingen voor de inhoud van vergunningsaanvragen. Het is van essentieel belang dat de bij de Autoriteit met het oog op de uitvoering van een risicobeoordeling ingediende vergunningsaanvraag aan de toepasselijke specificaties voldoet, om de best mogelijke wetenschappelijke beoordeling door de Autoriteit te waarborgen. Aanvragers — en met name kleine en middelgrote ondernemingen — hebben niet altijd een duidelijk begrip van deze specificaties. Het zou derhalve passend zijn als de Autoriteit een potentiële aanvrager op diens verzoek adviseert over de toepasselijke regels en de vereiste inhoud van een vergunningaanvraag voordat die aanvraag formeel wordt ingediend, waarbij zij echter niet treedt in de opzet van de in te dienen studies, waarvoor de aanvrager verantwoordelijk blijft. Met het oog op de transparantie van dit proces moeten de adviezen van de Autoriteit openbaar worden gemaakt. |
(17) Er gelden bepalingen voor de inhoud van vergunningsaanvragen. Het is van essentieel belang dat de bij de Autoriteit met het oog op de uitvoering van een risicobeoordeling ingediende vergunningsaanvraag aan de toepasselijke specificaties voldoet, om de best mogelijke wetenschappelijke beoordeling door de Autoriteit te waarborgen. Aanvragers — en met name kleine en middelgrote ondernemingen — hebben niet altijd een duidelijk begrip van deze specificaties. Het zou derhalve passend zijn als de Autoriteit een potentiële aanvrager op diens verzoek adviseert over de toepasselijke regels en de vereiste inhoud van een vergunningaanvraag voordat die aanvraag formeel wordt ingediend, waarbij zij echter niet treedt in de opzet van de in te dienen studies, waarvoor de aanvrager verantwoordelijk blijft. Met het oog op de transparantie van dit proces en op de algemene, niet-discriminatoire toegankelijkheid van informatie moeten de adviezen van de Autoriteit openbaar worden gemaakt. | |||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 15 Voorstel voor een verordening Overweging 18 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement | |||||||||||||||||||||||||||||||||
(18) De Autoriteit moet op de hoogte zijn van het onderwerp van alle door een aanvrager met het oog op een toekomstige aanvraag van een vergunning krachtens de levensmiddelenwetgeving van de Unie uitgevoerde studies. Hiertoe is het noodzakelijk en passend dat exploitanten van bedrijven die de studies in opdracht geven en de laboratoria die deze uitvoeren, de Autoriteit in kennis stellen van die studies zodra deze in opdracht worden gegeven. Informatie over de ter kennis gebrachte studies mag pas openbaar worden gemaakt wanneer een overeenkomstige vergunningsaanvraag openbaar is gemaakt overeenkomstig de toepasselijke regels inzake transparantie. |
(18) De Autoriteit moet op de hoogte zijn van het onderwerp van alle door een aanvrager met het oog op een toekomstige aanvraag van een vergunning krachtens de levensmiddelenwetgeving van de Unie uitgevoerde studies. Hiertoe is het noodzakelijk en passend dat exploitanten van bedrijven die de studies in opdracht geven en de laboratoria die deze uitvoeren, de Autoriteit in kennis stellen van die studies zodra deze in opdracht worden gegeven. Informatie over de ter kennis gebrachte studies mag pas openbaar worden gemaakt wanneer een overeenkomstige vergunningsaanvraag of een aanvraag voor een verlenging van de vergunning is ingediend en de Autoriteit haar officiële wetenschappelijke advies heeft gepubliceerd. | |||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 16 Voorstel voor een verordening Overweging 20 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement | |||||||||||||||||||||||||||||||||
(20) Er is sprake van een bepaalde publieke bezorgdheid over het feit dat de beoordeling door de Autoriteit in de eerste plaats is gebaseerd op studies van bedrijven. De Autoriteit doorzoekt momenteel reeds de wetenschappelijke literatuur om rekening te kunnen houden met andere beschikbare gegevens en studies over het bij haar ter beoordeling ingediende onderwerp. Teneinde te zorgen voor een bijkomende garantie dat de Autoriteit toegang heeft tot alle beschikbare relevante wetenschappelijke gegevens en studies met betrekking tot het voorwerp van een vergunningsprocedure, is het passend te voorzien in een raadpleging van derden om na te gaan of er andere relevante wetenschappelijke gegevens of studies beschikbaar zijn. Om de raadpleging doeltreffender te maken, moet deze plaatsvinden wanneer de door bedrijven in het kader van een vergunningsaanvraag ingediende studies openbaar worden gemaakt, overeenkomstig de regels van deze verordening inzake transparantie. |
(20) Er is sprake van een publieke bezorgdheid over het feit dat de beoordeling door de Autoriteit in de eerste plaats is gebaseerd op studies van bedrijven. De Autoriteit doorzoekt momenteel reeds de wetenschappelijke literatuur om rekening te kunnen houden met andere beschikbare gegevens en studies over het bij haar ter beoordeling ingediende onderwerp. Teneinde te garanderen dat de Autoriteit alle beschikbare relevante wetenschappelijke gegevens en studies met betrekking tot het voorwerp van een vergunningsprocedure in acht neemt, is het passend te voorzien in een openbare raadpleging zodra een overeenkomstige aanvraag voor een vergunning of verlenging openbaar is gemaakt om na te gaan of er andere relevante wetenschappelijke gegevens of studies beschikbaar zijn. | |||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 17 Voorstel voor een verordening Overweging 21 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement | |||||||||||||||||||||||||||||||||
(21) De studies, met inbegrip van tests, die door exploitanten van bedrijven ter ondersteuning van aanvragen voor vergunningen krachtens de sectorale levensmiddelenwetgeving van de Unie worden ingediend, zijn doorgaans in overeenstemming met internationaal erkende beginselen, die een uniforme basis bieden voor de kwaliteit ervan, met name wat betreft de reproduceerbaarheid van resultaten. In sommige gevallen kunnen zich echter problemen voordoen met betrekking tot de naleving van de toepasselijke normen; er zijn daarom nationale stelsels ingericht om toe te zien op die naleving. Het is passend te zorgen voor bijkomende garanties om het grote publiek gerust te stellen ten aanzien van de kwaliteit van de studies en een verbeterd auditsysteem vast te stellen waarbij controles door de lidstaten op de tenuitvoerlegging van die beginselen door de laboratoria die die tests en studies uitvoeren, door de Commissie zullen geverifieerd. |
(21) In de studies, met inbegrip van tests, die door exploitanten van bedrijven ter ondersteuning van aanvragen voor vergunningen krachtens de sectorale levensmiddelenwetgeving van de Unie worden ingediend, wordt doorgaans verwezen naar internationaal erkende beginselen, die een uniforme basis bieden voor de kwaliteit ervan, met name wat betreft de reproduceerbaarheid van resultaten. In sommige gevallen zullende toepasselijke normen echter niet worden nageleefd; er zijn daarom nationale stelsels ingericht om toe te zien op die naleving. Om de kwaliteit van de studies te garanderen is het passend het auditsysteem te verbeteren, waarbij de lidstaten de tenuitvoerlegging van die beginselen door de laboratoria die die tests en studies uitvoeren controleren en waarborgen en waarbij de controles van de lidstaten door de Commissie moeten worden geverifieerd. | |||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 18 Voorstel voor een verordening Overweging 21 bis (nieuw) | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement | |||||||||||||||||||||||||||||||||
|
(21 bis) Er moet voldoende flexibiliteit worden opgenomen in het proces zodat onmiddellijk rekening kan worden gehouden met nieuwe inzichten inzake negatieve effecten op de volksgezondheid, zelfs indien hier geen specifieke wettelijke gegevensvereisten op van toepassing zijn. | |||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 19 Voorstel voor een verordening Overweging 22 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement | |||||||||||||||||||||||||||||||||
(22) Voedselveiligheid is een gevoelige kwestie die van het grootste belang is voor alle burgers van de Unie. Zonder afbreuk te doen aan het beginsel dat de bewijslast om aan te tonen dat aan de vereisten van de Unie wordt voldaan bij het bedrijfsleven ligt, is het van belang om te voorzien in een extra verificatiemechanisme voor specifieke gevallen van groot maatschappelijk belang, waarbij er sprake is van controverse over veiligheidskwesties, namelijk het in opdracht geven van aanvullende studies om het in het kader van de risicobeoordeling gebruikte bewijsmateriaal te verifiëren. Overwegende dat dit vanuit de begroting van de Unie zou worden gefinancierd en dat het gebruik van dit uitzonderlijke verificatiemechanisme evenredig moet blijven, moet de Commissie verantwoordelijk zijn voor het in gang zetten van het in opdracht geven van dergelijke verificatiestudies. Er moet rekening worden gehouden met het feit dat het in bepaalde specifieke gevallen nodig kan zijn dat de studies een bredere reikwijdte hebben dan alleen het bewijsmateriaal in kwestie (bijvoorbeeld het beschikbaar komen van nieuwe wetenschappelijke ontwikkelingen). |
(22) Voedselveiligheid is een gevoelige kwestie die van het grootste belang is voor alle burgers van de Unie. Zonder afbreuk te doen aan het beginsel dat de bewijslast om aan te tonen dat aan de vereisten van de Unie wordt voldaan bij het bedrijfsleven ligt, is het van belang om te voorzien in een extra verificatiemechanisme voor specifieke gevallen van groot maatschappelijk belang, waarbij er sprake is van controverse over veiligheidskwesties, namelijk het in opdracht geven van aanvullende studies om het in het kader van de risicobeoordeling gebruikte bewijsmateriaal te verifiëren. Overwegende dat dit vanuit de begroting van de Unie zou worden gefinancierd en dat het gebruik van dit uitzonderlijke verificatiemechanisme evenredig moet blijven, moet de Autoriteit verantwoordelijk zijn voor het in gang zetten van het in opdracht geven van dergelijke verificatiestudies. Er moet rekening worden gehouden met het feit dat het in bepaalde specifieke gevallen nodig kan zijn dat de studies een bredere reikwijdte hebben dan alleen het bewijsmateriaal in kwestie (bijvoorbeeld het beschikbaar komen van nieuwe wetenschappelijke ontwikkelingen). | |||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 20 Voorstel voor een verordening Overweging 23 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement | |||||||||||||||||||||||||||||||||
(23) Bij de geschiktheidscontrole van de algemene levensmiddelenwetgeving is gebleken dat de Autoriteit weliswaar aanzienlijke vooruitgang heeft geboekt op het gebied van transparantie, maar dat het risicobeoordelingsproces, met name in het kader van de vergunningsprocedures op het gebied van de landbouw- en voedselketen, niet altijd als volledig transparant worden gezien. Dit is voor een deel ook te wijten aan de verschillende regels inzake transparantie en vertrouwelijkheid die niet alleen in Verordening (EG) nr. 178/2002, maar ook in andere wetgevingshandelingen van de Unie betreffende de landbouw- en voedselketen zijn neergelegd. De wisselwerking daartussen kan gevolgen hebben voor de aanvaardbaarheid van de risicobeoordeling voor het grote publiek. |
(23) Bij de geschiktheidscontrole van de algemene levensmiddelenwetgeving is gebleken dat de Unie een groot aantal maatregelen heeft gepromoot om de kwaliteit en veiligheid van voedsel en producten te vrijwaren (Verordening (EG) nr. 2073/2005, Verordening (EG) nr. 853/2004, Verordening (EG) nr. 854/2004, en in het bijzonder overweging 12 van Richtlijn 2009/128/EG), en dat de Autoriteit weliswaar aanzienlijke vooruitgang heeft geboekt op het gebied van transparantie, maar dat het risicobeoordelingsproces, met name in het kader van de vergunningsprocedures op het gebied van de landbouw- en voedselketen, nog niet volledig transparant is. | |||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 21 Voorstel voor een verordening Overweging 23 bis (nieuw) | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement | |||||||||||||||||||||||||||||||||
|
(23 bis) In het Verdrag van Aarhus worden een aantal rechten van het publiek op milieugebied vastgesteld. Het verdrag geeft iedereen het recht om milieu-informatie op te vragen bij overheidsinstanties, evenals het recht om deel te nemen aan de besluitvorming op milieugebied en het recht om beroepsprocedures in te leiden voor het aanvechten van overheidsbesluiten die zijn genomen zonder inachtneming van de twee hiervoor genoemde rechten of het milieurecht in algemene zin. | |||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 22 Voorstel voor een verordening Overweging 24 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement | |||||||||||||||||||||||||||||||||
(24) Het Europese burgerinitiatief „Verbied glyfosaat en bescherm mens en milieu tegen giftige bestrijdingsmiddelen” bevestigde opnieuw dat er bezorgdheid bestaat over de transparantie met betrekking tot door het bedrijfsleven in opdracht gegeven studies die in het kader van een vergunningsaanvraag worden ingediend23. |
(24) Als partij bij het Verdrag van Aarhus heeft de Unie erkend dat op milieugebied een verbeterde toegang tot informatie alsmede inspraak in besluitvorming de kwaliteit en de uitvoering van besluiten verbeteren, bijdragen tot de bewustheid van milieuvraagstukken bij het publiek, dit publiek de gelegenheid bieden om zijn bezorgdheid te uiten en bestuursorganen in staat stellen om naar behoren rekening te houden met deze bezorgdheid. Het Europese burgerinitiatief „Verbied glyfosaat en bescherm mens en milieu tegen giftige bestrijdingsmiddelen” bevestigde opnieuw dat er bezorgdheid bestaat over de transparantie met betrekking tot door het bedrijfsleven in opdracht gegeven studies die in het kader van een vergunningsaanvraag worden ingediend23. | |||||||||||||||||||||||||||||||||
__________________ |
__________________ | |||||||||||||||||||||||||||||||||
23 Mededeling van de Commissie over het Europese burgerinitiatief "Verbied glyfosaat en bescherm mens en milieu tegen giftige bestrijdingsmiddelen", C(2017) 8414 final. |
23 Mededeling van de Commissie over het Europese burgerinitiatief "Verbied glyfosaat en bescherm mens en milieu tegen giftige bestrijdingsmiddelen", C(2017) 8414 final. | |||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 23 Voorstel voor een verordening Overweging 25 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement | |||||||||||||||||||||||||||||||||
(25) Het is derhalve noodzakelijk om de transparantie van het risicobeoordelingsproces op proactieve wijze te verbeteren. De toegang van het publiek tot alle wetenschappelijke gegevens en informatie ter ondersteuning van aanvragen voor vergunningen krachtens de levensmiddelenwetgeving van de Unie, alsook andere verzoeken om wetenschappelijke output, moet worden gewaarborgd in een zo vroeg mogelijk stadium van het risicobeoordelingsproces. Dit proces mag echter geen afbreuk doen aan bestaande intellectuele-eigendomsrechten of aan bepalingen in de levensmiddelenwetgeving van de Unie ter bescherming van de investeringen die innovatoren hebben gedaan om de bij de desbetreffende vergunningsaanvragen ingediende ondersteunende informatie en gegevens te verzamelen. |
(25) Om de verantwoording te verbeteren, het publieke vertrouwen in besluiten van de Autoriteit terug te winnen en de aansprakelijkheid van de Autoriteit te garanderen, is het derhalve noodzakelijk om de transparantie en duidelijkheid van het risicobeoordelingsproces op proactieve wijze te verbeteren. Om publieke toetsing te garanderen, moet de toegang van het publiek tot alle wetenschappelijke gegevens en informatie ter ondersteuning van aanvragen voor vergunningen krachtens de levensmiddelenwetgeving van de Unie, alsook andere verzoeken om wetenschappelijke output, worden gewaarborgd in een zo vroeg mogelijk stadium van het risicobeoordelingsproces. | |||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 24 Voorstel voor een verordening Overweging 27 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement | |||||||||||||||||||||||||||||||||
(27) Om te bepalen bij welk niveau van openbaarmaking een passend evenwicht wordt bereikt, moeten de desbetreffende rechten van het publiek op transparantie in het risicobeoordelingsproces worden afgewogen tegen de rechten van de commerciële aanvragers, rekening houdend met de doelstellingen van Verordening (EG) nr. 178/2002. |
(27) Met deze verordening wordt beoogd voor transparantie in het risicobeoordelingsproces te zorgen en het recht van het publiek op transparante informatie en op de toegang tot documenten van de Autoriteit maximaal zijn beslag te geven. De verordening dient te worden gelezen in samenhang met Verordening (EG) nr. 1049/2001 en Verordening (EG) nr. 1367/2006. | |||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 25 Voorstel voor een verordening Overweging 27 bis (nieuw) | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement | |||||||||||||||||||||||||||||||||
|
(27 bis) Met de bepalingen inzake actieve verspreiding die zijn neergelegd in deze verordening wordt geenszins beoogd het toepassingsgebied van de uit hoofde van Verordening (EG) 1049/2001 en Verordening (EG) 1367/2006 verleende rechten te beperken. | |||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 26 Voorstel voor een verordening Overweging 28 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement | |||||||||||||||||||||||||||||||||
(28) Met betrekking tot de procedures voor vergunningsaanvragen waarin de levensmiddelenwetgeving van de Unie voorziet, is uit de tot dusver opgedane ervaring gebleken dat bepaalde gegevens over het algemeen als gevoelig worden beschouwd en vertrouwelijk moeten blijven in de verschillende sectorale vergunningsprocedures. Het is passend om in Verordening (EG) nr. 178/2002 een horizontale lijst op te nemen van gegevens waarvan de openbaarmaking kan worden geacht de betrokken commerciële belangen aanzienlijk te schaden en die derhalve niet openbaar mogen worden gemaakt (een „algemene horizontale lijst van vertrouwelijke gegevens”). Alleen in zeer beperkte en uitzonderlijke omstandigheden, die betrekking hebben op de te verwachten gezondheidseffecten en de dringende noodzaak de menselijke gezondheid, de diergezondheid of het milieu te beschermen, moet die informatie openbaar worden gemaakt. |
(28) Alle informatie met een rechtstreekse impact op de volksgezondheid of het milieu moet derhalve systematisch openbaar worden gemaakt. Het is passend om in Verordening (EG) nr. 178/2002 een volledige horizontale lijst op te nemen van gegevens die geheim mogen worden gehouden aangezien de openbaarmaking ervan de bescherming van commerciële belangen aanzienlijk zou ondermijnen. Het mag echter alleen mogelijk zijn deze informatie geheim te houden als het bedrijf dat bezwaar maakt tegen de verspreiding ervan verifieerbaar bewijs kan leveren dat de proactieve verspreiding van de gegevens in kwestie zijn commerciële belangen aanzienlijk zou ondermijnen (een "algemene horizontale lijst van vertrouwelijke gegevens"). De uitzonderingen op het beginsel van transparantie moeten strikt worden geïnterpreteerd. De informatie mag echter niet geheim worden gehouden als er een hoger openbaar belang is dat openbaarmaking gebiedt, zelfs niet indien wordt geacht dat openbaarmaking ervan de commerciële belangen van een marktdeelnemer ondermijnt. De volksgezondheid heeft immers voorrang op commerciële belangen. Het is passend om in Verordening (EG) nr. 178/2002 een volledige horizontale lijst op te nemen van gegevens die niet geheim mogen worden gehouden omdat ze betrekking hebben op situaties waarin wordt geacht dat er een hoger openbaar belang is dat hun openbaarmaking gebiedt. | |||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 27 Voorstel voor een verordening Overweging 30 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement | |||||||||||||||||||||||||||||||||
(30) Het is tevens noodzakelijk specifieke eisen vast te stellen met betrekking tot de bescherming van persoonsgegevens in het kader van de transparantie van het risicobeoordelingsproces, waarbij rekening moet worden gehouden met Verordening (EG) nr. 45/2001 van het Europees Parlement en de Raad24 en Verordening (EU) 2016/679 van het Europees Parlement en de Raad25. Bijgevolg mogen krachtens deze verordening geen persoonsgegevens openbaar worden gemaakt, tenzij dit noodzakelijk en evenredig is om de transparantie, onafhankelijkheid en betrouwbaarheid van het risicobeoordelingsproces te waarborgen en daarbij belangenconflicten te voorkomen. |
(30) Met het oog op de bescherming en de vertrouwelijkheid van persoonsgegevens in het kader van de transparantie van het risicobeoordelingsproces is het tevens noodzakelijk te verwijzen naar Verordening (EG) nr. 45/2001 van het Europees Parlement en de Raad en Verordening (EU) 2016/679 van het Europees Parlement en de Raad25. Bijgevolg mogen krachtens deze verordening geen persoonsgegevens openbaar worden gemaakt, tenzij dit noodzakelijk en evenredig is om de transparantie, onafhankelijkheid en betrouwbaarheid van het risicobeoordelingsproces te waarborgen en daarbij belangenconflicten te voorkomen. Met het oog op de transparantie, onafhankelijkheid, duurzaamheid en betrouwbaarheid van de risicobeoordelingsprocedure, en met name om belangenconflicten te vermijden, wordt het noodzakelijk en evenredig geacht de namen te publiceren van alle personen die door de Autoriteit zijn aangewezen om bij te dragen tot het besluitvormingsproces van de Autoriteit, onder meer in de context van de goedkeuring van richtsnoeren. | |||||||||||||||||||||||||||||||||
__________________ |
__________________ | |||||||||||||||||||||||||||||||||
24 Verordening (EG) nr. 45/2001 van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2000 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens door de communautaire instellingen en organen en betreffende het vrije verkeer van die gegevens (PB L 8 van 12.1.2001, blz. 1). |
24 Verordening (EG) nr. 45/2001 van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2000 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens door de communautaire instellingen en organen en betreffende het vrije verkeer van die gegevens (PB L 8 van 12.1.2001, blz. 1). | |||||||||||||||||||||||||||||||||
25 Verordening (EU) 2016/679 van het Europees Parlement en de Raad van 27 april 2016 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrije verkeer van die gegevens en tot intrekking van Richtlijn 95/46/EG (algemene verordening gegevensbescherming) (PB L 119 van 4.5.2016, blz. 1). |
25 Verordening (EU) 2016/679 van het Europees Parlement en de Raad van 27april 2016 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrije verkeer van die gegevens en tot intrekking van Richtlijn 95/46/EG (algemene verordening gegevensbescherming) (PB L 119 van 4.5.2016, blz. 1). | |||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 28 Voorstel voor een verordening Overweging 31 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement | |||||||||||||||||||||||||||||||||
(31) Om te zorgen voor meer transparantie en te waarborgen dat door de Autoriteit ontvangen verzoeken om specifieke producten van wetenschappelijke output op een doeltreffende manier worden verwerkt, moeten gestandaardiseerde gegevensformaten en softwarepakketten worden ontwikkeld. Om eenvormige voorwaarden te waarborgen voor de uitvoering van Verordening (EG) nr. 178/2002 met betrekking tot de vaststelling van gestandaardiseerde gegevensformaten en softwarepakketten, moeten aan de Commissie uitvoeringsbevoegdheden worden toegekend. Die bevoegdheden moeten worden uitgeoefend overeenkomstig Verordening (EU) nr. 182/2011 van het Europees Parlement en de Raad26. |
(31) Om te zorgen voor meer transparantie en te waarborgen dat door de Autoriteit ontvangen verzoeken om specifieke producten van wetenschappelijke output op een doeltreffende manier worden verwerkt, moeten gestandaardiseerde gegevensformaten en softwarepakketten worden ontwikkeld. Om eenvormige en geharmoniseerde voorwaarden te waarborgen voor de uitvoering van Verordening (EG) nr. 178/2002 met betrekking tot de vaststelling van gestandaardiseerde gegevensformaten en softwarepakketten, moeten aan de Commissie uitvoeringsbevoegdheden worden toegekend. Die bevoegdheden moeten worden uitgeoefend overeenkomstig Verordening (EU) nr. 182/2011 van het Europees Parlement en de Raad26. | |||||||||||||||||||||||||||||||||
_________________ |
_________________ | |||||||||||||||||||||||||||||||||
26 Verordening (EU) nr. 182/2011 van het Europees Parlement en de Raad van 16 februari 2011 tot vaststelling van de algemene voorschriften en beginselen die van toepassing zijn op de wijze waarop de lidstaten de uitoefening van de uitvoeringsbevoegdheden door de Commissie controleren (PB L 55 van 28.2.2011, blz. 13). |
26 Verordening (EU) nr. 182/2011 van het Europees Parlement en de Raad van 16 februari 2011 tot vaststelling van de algemene voorschriften en beginselen die van toepassing zijn op de wijze waarop de lidstaten de uitoefening van de uitvoeringsbevoegdheden door de Commissie controleren (PB L 55 van 28.2.2011, blz. 13). | |||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 29 Voorstel voor een verordening Overweging 32 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement | |||||||||||||||||||||||||||||||||
(32) Gezien het feit dat de Autoriteit wetenschappelijke gegevens, met inbegrip van vertrouwelijke en persoonsgegevens, zou moeten opslaan, is het noodzakelijk ervoor te zorgen dat bij deze opslag een hoog beveiligingsniveau in acht wordt genomen. |
(32) Gezien het feit dat de Autoriteit wetenschappelijke gegevens, met inbegrip van vertrouwelijke en persoonsgegevens, zou moeten opslaan, is het noodzakelijk ervoor te zorgen dat deze opslag gebeurt op een manier die volledige beveiliging waarborgt. | |||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 30 Voorstel voor een verordening Overweging 33 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement | |||||||||||||||||||||||||||||||||
(33) Bovendien is het, ter beoordeling van de doeltreffendheid en doelmatigheid van de verschillende bepalingen die van toepassing zijn op de Autoriteit, ook noodzakelijk te voorzien in een evaluatie door de Commissie van de Autoriteit, overeenkomstig de gemeenschappelijke aanpak voor gedecentraliseerde agentschappen. Bij de evaluatie moet met name worden gekeken naar de procedures voor de selectie van de leden van het wetenschappelijk comité en de wetenschappelijke panels, de transparantie, de kosteneffectiviteit, en de vraag of de onafhankelijkheid en competentie kunnen worden gewaarborgd en belangenconflicten kunnen worden vermeden. |
(33) Bovendien is het, ter beoordeling van de doeltreffendheid en doelmatigheid van de verschillende bepalingen die van toepassing zijn op de Autoriteit, ook noodzakelijk te voorzien in een evaluatie door de Commissie van de Autoriteit, overeenkomstig de gemeenschappelijke aanpak voor gedecentraliseerde agentschappen. Bij de evaluatie moet met name worden gekeken naar de procedures voor de selectie van de leden van het wetenschappelijk comité en de wetenschappelijke panels, de transparantie, de kosteneffectiviteit, en de vraag of de onafhankelijkheid, waakzaamheid en competentie kunnen worden gewaarborgd en belangenconflicten kunnen worden vermeden. | |||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 31 Voorstel voor een verordening Overweging 35 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement | |||||||||||||||||||||||||||||||||
(35) Met het oog op het waarborgen van de transparantie van het risicobeoordelingsproces, is het ook noodzakelijk het toepassingsgebied van Verordening (EG) nr. 178/2002, dat momenteel beperkt is tot de levensmiddelenwetgeving, uit te breiden tot vergunningsaanvragen in het kader van Verordening (EG) nr. 1831/2003 wat betreft toevoegingsmiddelen voor diervoeding, Verordening (EG) nr. 1935/2004 wat betreft materialen die met levensmiddelen in contact komen en Verordening (EG) nr. 1107/2009 wat betreft gewasbeschermingsmiddelen. |
(35) Met het oog op het waarborgen van de transparantie en onafhankelijkheid van het risicobeoordelingsproces, is het ook noodzakelijk het toepassingsgebied van Verordening (EG) nr. 178/2002, dat momenteel beperkt is tot de levensmiddelenwetgeving, uit te breiden tot vergunningsaanvragen in het kader van Verordening (EG) nr. 1831/2003 wat betreft toevoegingsmiddelen voor diervoeding, Verordening (EG) nr. 1935/2004 wat betreft materialen die met levensmiddelen in contact komen en Verordening (EG) nr. 1107/2009 wat betreft gewasbeschermingsmiddelen. | |||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 32 Voorstel voor een verordening Overweging 36 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement | |||||||||||||||||||||||||||||||||
(36) Om te waarborgen dat specifieke sectorale aspecten met betrekking tot vertrouwelijke informatie in aanmerking worden genomen, is het noodzakelijk om de desbetreffende rechten van het publiek op transparantie in het risicobeoordelingsproces, met inbegrip van die welke voortvloeien uit het Verdrag van Aarhus35, af te wegen tegen de rechten van commerciële aanvragers, rekening houdend met de specifieke doelstellingen van de sectorale wetgeving van de Unie alsook met de opgedane ervaring. Het is derhalve noodzakelijk Richtlijn 2001/18/EG, Verordening (EG) nr. 1829/2003, Verordening (EG) nr. 1831/2003, Verordening (EG) nr. 1935/2004 en Verordening (EG) nr. 1107/2009 te wijzigen om te voorzien in aanvullende vertrouwelijke gegevens ten opzichte van die in Verordening (EG) nr. 178/2002. |
(36) Om te waarborgen dat specifieke sectorale aspecten met betrekking tot vertrouwelijke informatie in aanmerking worden genomen, is het noodzakelijk om de desbetreffende rechten van het publiek op transparantie in het risicobeoordelingsproces, met inbegrip van die welke voortvloeien uit het Verdrag van Aarhus35, af te wegen tegen de rechten van commerciële aanvragers, rekening houdend met de specifieke doelstellingen van de sectorale wetgeving van de Unie alsook met de opgedane ervaring. Hierbij moet echter in gedachten worden gehouden dat het openbaar belang voorrang heeft op commerciële belangen wanneer er specifieke redenen bestaat tot ongerustheid over het welzijn van de bevolking en de volksgezondheid. Het is derhalve noodzakelijk Richtlijn 2001/18/EG, Verordening (EG) nr. 1829/2003, Verordening (EG) nr. 1831/2003, Verordening (EG) nr. 1935/2004 en Verordening (EG) nr. 1107/2009 te wijzigen om te voorzien in aanvullende vertrouwelijke gegevens ten opzichte van die in Verordening (EG) nr. 178/2002. | |||||||||||||||||||||||||||||||||
_________________ |
_________________ | |||||||||||||||||||||||||||||||||
35 Verordening (EG) nr. 1367/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 6 september 2006 betreffende de toepassing van de bepalingen van het Verdrag van Aarhus betreffende toegang tot informatie, inspraak bij besluitvorming en toegang tot de rechter inzake milieuaangelegenheden op de communautaire instellingen en organen (PB L 264 van 25.9.2006, blz. 13). |
35 Verordening (EG) nr. 1367/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 6 september 2006 betreffende de toepassing van de bepalingen van het Verdrag van Aarhus betreffende toegang tot informatie, inspraak bij besluitvorming en toegang tot de rechter inzake milieuaangelegenheden op de communautaire instellingen en organen (PB L 264 van 25.9.2006, blz. 13). | |||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 33 Voorstel voor een verordening Overweging 37 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement | |||||||||||||||||||||||||||||||||
(37) Teneinde de band tussen risicobeoordelaars en risicomanagers op het niveau van de Unie en op nationaal niveau, alsmede de coherentie en samenhang van de risicocommunicatie verder te versterken, moet aan de Commissie de bevoegdheid worden overgedragen om overeenkomstig artikel 290 van het Verdrag handelingen vast te stellen om te voorzien in een algemeen plan voor risicocommunicatie met betrekking tot aangelegenheden op het gebied van de landbouw- en voedselketen. Het is van bijzonder belang dat de Commissie bij haar voorbereidende werkzaamheden tot passende raadplegingen overgaat, onder meer op deskundigenniveau, en dat die raadplegingen gebeuren in overeenstemming met de beginselen die zijn vastgelegd in het Interinstitutioneel Akkoord van 13 april 2016 over beter wetgeven. Met name om te zorgen voor gelijke deelname aan de voorbereiding van gedelegeerde handelingen ontvangen het Europees Parlement en de Raad alle documenten op hetzelfde tijdstip als de deskundigen van de lidstaten, en hebben hun deskundigen systematisch toegang tot de vergaderingen van de deskundigengroepen van de Commissie die zich bezighouden met de voorbereiding van de gedelegeerde handelingen. |
(37) Teneinde de onafhankelijkheid van de risicobeoordelings- en risicomanagementfasen op het niveau van de Unie en op nationaal niveau, alsmede de nauwkeurigheid en samenhang van de risicocommunicatie verder te waarborgen, moet aan de Commissie de bevoegdheid worden overgedragen om overeenkomstig artikel 290 van het Verdrag handelingen vast te stellen om te voorzien in een algemeen plan voor risicocommunicatie met betrekking tot aangelegenheden op het gebied van de landbouw- en voedselketen. Het is van bijzonder belang dat de Commissie bij haar voorbereidende werkzaamheden tot passende raadplegingen overgaat, onder meer op deskundigenniveau, en dat die raadplegingen gebeuren in overeenstemming met de beginselen die zijn vastgelegd in het Interinstitutioneel Akkoord van 13 april 2016 over beter wetgeven. Met name om te zorgen voor gelijke deelname aan de voorbereiding van gedelegeerde handelingen ontvangen het Europees Parlement en de Raad alle documenten op hetzelfde tijdstip als de deskundigen van de lidstaten, en hebben hun deskundigen systematisch toegang tot de vergaderingen van de deskundigengroepen van de Commissie die zich bezighouden met de voorbereiding van de gedelegeerde handelingen. | |||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 34 Voorstel voor een verordening Overweging 38 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Door de Commissie voorgestelde tekst |
Amendement | |||||||||||||||||||||||||||||||||
(38) Om de Autoriteit en de exploitanten van bedrijven in staat te stellen zich aan de nieuwe voorschriften aan te passen en er tegelijkertijd voor te zorgen dat de Autoriteit goed blijft functioneren, is het noodzakelijk te voorzien in overgangsmaatregelen voor de toepassing van deze verordening. |
(38) Om de Autoriteit, de lidstaten, de Commissie en de exploitanten van bedrijven in staat te stellen zich aan de nieuwe voorschriften aan te passen en er tegelijkertijd voor te zorgen dat de Autoriteit goed blijft functioneren, is het noodzakelijk te voorzien in overgangsmaatregelen voor de toepassing van deze verordening. | |||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 35 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt 1 Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 8 bis – alinea 1 – letter a | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 36 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt 1 Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 8 bis – alinea 1 – letter b | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 37 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt 1 Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 8 bis – alinea 1 – letter c | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 38 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt 1 Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 8 bis – alinea 1 – letter d | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 39 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt 1 Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 8 bis – alinea 1 – letter f | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 40 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt 1 Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 8 bis – alinea 1 – letter f bis (nieuw) | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 41 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt 1 Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 8 ter – alinea 1 – letter b | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 42 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt 1 Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 8 ter – alinea 1 – letter c | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 43 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt 1 Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 8 ter – alinea 1 – letter d | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 44 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt 1 Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 8 ter – alinea 1 – letter e | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 45 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt 1 Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 8 quater – lid 2 – inleidende formule | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 46 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt 1 Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 8 quater – lid 2 – letter a | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 47 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt 1 Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 8 quater – lid 2 – letter b | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 48 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt 1 Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 8 quater – lid 2 – letter c | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 49 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt 2 – letter b Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 25 – lid 1 bis – letter b | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 50 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt 2 – letter b Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 25 – lid 1 bis – letter c | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 51 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt 2 – letter b Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 25 – lid 1 ter | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Motivering | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Plaatsvervangende leden mogen stemmen in de plaats van vaste leden. Bijgevolg moeten zij over dezelfde kwalificaties beschikken. | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 52 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt 2 – letter d Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 25 – lid 5 – alinea 2 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 53 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt 3 – letter b Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 28 – lid 5 bis – letter b | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 54 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt 3 – letter b Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 28 – lid 5 bis – letter c | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 55 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt 3 – letter b Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 28 – lid 5 bis – letter e | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 56 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt 3 – letter b Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 28 – lid 5 quinquies | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 57 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt 4 Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 32 bis – alinea 1 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 58 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt 4 Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 32 ter – lid 3 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 59 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt 4 Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 32 quater – lid 2 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 60 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt 4 Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 32 quinquies – alinea 1 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 61 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt 4 Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 32 sexies – alinea 1 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 62 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt 4 Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 32 sexies – lid 1 bis (nieuw) | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 63 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt 5 – letter a Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 38 – lid 1 – alinea 1 – inleidende formule | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 64 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt 5 – letter a Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 38 – lid 1 – alinea 1 – letter a | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 65 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt 5 – letter a Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 38 – lid 1 – alinea 1 – letter c | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 66 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt 5 – letter a Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 38 – lid 1 – alinea 1 – letter d | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 67 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt 5 – letter a Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 38 – lid 1 – alinea 1 – letter i | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 68 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt 5 – letter a bis (nieuw) Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 38 – lid -1 bis (nieuw) | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 69 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt 5 – letter b Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 38 – lid 1 bis – alinea 2 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 70 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt 5 – letter c bis (nieuw) Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 38 – lid 3 bis | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 71 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt 6 Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 39 – lid 1 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 72 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt 6 Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 39 – lid 2 – punt 2 bis (nieuw) | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 73 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt 6 Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 39 – lid 2 – punt 3 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 74 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt 6 Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 39 – lid 4 – letter b | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 75 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt 6 Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 39 – lid 4 bis (nieuw) | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Motivering | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Deze bewoording is noodzakelijk ten gunste van de transparantie. | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 76 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt 7 Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 39 bis – lid 2 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 77 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt 7 Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 39 ter – lid 1 – letter c | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 78 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt 7 Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 39 ter – lid 1 – letter d | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 79 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt 7 Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 39 ter – lid 1 – letter e | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 80 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt 7 Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 39 quinquies – lid 2 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 81 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt 7 Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 39 quinquies – lid 3 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 82 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt 7 Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 39 sexies – lid 1 – letter e | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 83 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt 7 Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 39 sexies – lid 2 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 84 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt 7 Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 39 octies – lid 1 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 85 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt 10 Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 57 bis – lid 6 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 86 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt 11 Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 61 – lid 2 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 87 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt 11 Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 61 – lid 3 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 88 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt 11 Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 61 – lid 4 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 89 Voorstel voor een verordening Artikel 2 – alinea 1 – punt 2 bis (nieuw) Richtlijn 2001/18/EG Artikel 24 – lid 3 bis (nieuw) | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 90 Voorstel voor een verordening Artikel 2 – alinea 1 – punt 4 Richtlijn 2001/18/EG Artikel 28 – lid 4 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 91 Voorstel voor een verordening Artikel 3 – alinea 1 – punt 9 Verordening (EG) nr. 1829/2003 Artikel 29 – lid 1 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 92 Voorstel voor een verordening Artikel 3 – alinea 1 – punt 9 Verordening (EG) nr. 1829/2003 Artikel 29 – lid 1 bis (nieuw) | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 93 Voorstel voor een verordening Artikel 3 – alinea 1 – punt 10 Verordening (EG) nr. 1829/2003 Artikel 30 – lid 2 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Motivering | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
In lid 2 wordt eenvoudigweg de huidige formulering van Verordening (EG) nr. 1829/2003 hersteld. Als het voorstel tot doel heeft de transparantie te vergroten, dan moet de lijst van informatie die vertrouwelijk kan worden gehouden niet worden uitgebreid, maar moeten de huidige bepalingen betreffende informatie die nooit vertrouwelijk mag worden gehouden, worden gehandhaafd. | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 94 Voorstel voor een verordening Artikel 1 – alinea 1 – punt 1 – letter b Verordening (EG) nr. 1831/2003 Artikel 7 – lid 2 – letter c | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 95 Voorstel voor een verordening Artikel 4 – alinea 1 – punt 1 bis (nieuw) Verordening (EG) nr. 1831/2003 Artikel 17 – lid 2 bis (nieuw) | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 96 Voorstel voor een verordening Artikel 4 – alinea 1 – punt 2 Verordening (EG) nr. 1831/2003 Artikel 18 – lid 1 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 97 Voorstel voor een verordening Artikel 4 – alinea 1 – punt 2 Verordening (EG) nr. 1831/2003 Artikel 18 – lid 3 bis (nieuw) | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 98 Voorstel voor een verordening Artikel 4 – alinea 1 – punt 2 Verordening (EG) nr. 1831/2003 Artikel 18 – lid 3 ter (nieuw) | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 99 Voorstel voor een verordening Artikel 5 – alinea 1 – punt 1 – letter a Verordening (EG) nr. 2065/2003 Artikel 7 – lid 2 – letter c – sub ii | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 100 Voorstel voor een verordening Artikel 5 – alinea 1 – punt 2 Verordening (EG) nr. 2065/2003 Artikel 14 – lid 1 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 101 Voorstel voor een verordening Artikel 5 – alinea 1 – punt 2 bis (nieuw) Verordening (EG) nr. 2065/2003 Artikel 14 – lid 1 bis (nieuw) | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 102 Voorstel voor een verordening Artikel 5 – alinea 1 – punt 3 Verordening (EG) nr. 178/2002 Artikel 15 – lid 1 – letter b | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 103 Voorstel voor een verordening Artikel 6 – alinea 1 – punt 1 – letter a Verordening (EG) nr. 1935/2004 Artikel 9 – lid 1 – letter c – sub ii | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 104 Voorstel voor een verordening Artikel 6 – alinea 1 – punt 2 Verordening (EG) nr. 1935/2004 Artikel 19 – lid 1 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 105 Voorstel voor een verordening Artikel 6 – alinea 1 – punt 2 bis (nieuw) Verordening (EG) nr. 1935/2004 Artikel 19 – lid 2 bis (nieuw) | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 106 Voorstel voor een verordening Artikel 7 – alinea 1 – punt 2 Verordening (EG) nr. 1331/2008 Artikel 11 – alinea 1 bis (nieuw) | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 107 Voorstel voor een verordening Artikel 7 – alinea 1 – punt 3 Verordening (EG) nr. 1331/2008 Artikel 12 – lid 3 bis (nieuw) | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 108 Voorstel voor een verordening Artikel 8 – alinea 1 – punt 5 bis (nieuw) Verordening (EG) nr. 1107/2009 Artikel 63 – lid 3 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 109 Voorstel voor een verordening Artikel 9 – alinea 1 – punt 1 – letter b Verordening (EG) nr. 2015/2283 Artikel 10 – lid 3 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 110 Voorstel voor een verordening Artikel 9 – alinea 1 – punt 3 – letter b Verordening (EG) nr. 2015/2283 Artikel 16 – alinea 2 – laatste zin | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 111 Voorstel voor een verordening Artikel 9 – alinea 1 – punt 4 Verordening (EG) nr. 2015/2283 Artikel 23 – lid 1 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Amendement 112 Voorstel voor een verordening Artikel 9 – alinea 1 – punt 4 bis (nieuw) Verordening (EU) nr. 2015/2283 Artikel 25 – lid 1 bis (nieuw) | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
PROCEDURE VAN DE ADVISERENDE COMMISSIE
Titel |
Transparantie en duurzaamheid van de EU-risicobeoordeling in de voedselketen |
||||
Document- en procedurenummers |
COM(2018)0179 – C8-0144/2018 – 2018/0088(COD) |
||||
Bevoegde commissie Datum bekendmaking |
ENVI 28.5.2018 |
|
|
|
|
Advies uitgebracht door Datum bekendmaking |
JURI 28.5.2018 |
||||
Rapporteur voor advies Datum benoeming |
Jiří Maštálka 23.4.2018 |
||||
Behandeling in de commissie |
3.9.2018 |
|
|
|
|
Datum goedkeuring |
10.10.2018 |
|
|
|
|
Uitslag eindstemming |
+: –: 0: |
12 5 6 |
|||
Bij de eindstemming aanwezige leden |
Max Andersson, Joëlle Bergeron, Jean-Marie Cavada, Kostas Chrysogonos, Mady Delvaux, Rosa Estaràs Ferragut, Enrico Gasbarra, Lidia Joanna Geringer de Oedenberg, Heidi Hautala, Sajjad Karim, Sylvia-Yvonne Kaufmann, Gilles Lebreton, António Marinho e Pinto, Pavel Svoboda, József Szájer, Axel Voss, Francis Zammit Dimech, Tadeusz Zwiefka |
||||
Bij de eindstemming aanwezige vaste plaatsvervangers |
Geoffroy Didier, Pascal Durand, Angel Dzhambazki, Angelika Niebler, Virginie Rozière, Tiemo Wölken |
||||
HOOFDELIJKE EINDSTEMMINGIN DE ADVISERENDE COMMISSIE
12 |
+ |
|
ALDE |
António Marinho e Pinto |
|
ECR |
Angel Dzhambazki, Sajjad Karim |
|
PPE |
Geoffroy Didier, Rosa Estaràs Ferragut, Angelika Niebler, József Szájer, Axel Voss, Francis Zammit Dimech, Tadeusz Zwiefka |
|
S&D |
Enrico Gasbarra, Virginie Rozière |
|
5 |
- |
|
GUE/NGL |
Kostas Chrysogonos |
|
S&D |
Lidia Joanna Geringer de Oedenberg |
|
VERTS/ALE |
Max Andersson, Pascal Durand, Heidi Hautala |
|
6 |
0 |
|
ALDE |
Jean-Marie Cavada |
|
EFDD |
Joëlle Bergeron |
|
ENF |
Gilles Lebreton |
|
S&D |
Mady Delvaux, Sylvia-Yvonne Kaufmann, Tiemo Wölken |
|
Verklaring van de gebruikte tekens:
+ : voor
- : tegen
0 : onthouding
PROCEDURE VAN DE BEVOEGDE COMMISSIE
Titel |
Transparantie en duurzaamheid van de EU-risicobeoordeling in de voedselketen |
||||
Document- en procedurenummers |
COM(2018)0179 – C8-0144/2018 – 2018/0088(COD) |
||||
Datum indiening bij EP |
11.4.2018 |
|
|
|
|
Bevoegde commissie Datum bekendmaking |
ENVI 28.5.2018 |
|
|
|
|
Medeadviserende commissies Datum bekendmaking |
BUDG 28.5.2018 |
ITRE 28.5.2018 |
IMCO 28.5.2018 |
AGRI 28.5.2018 |
|
|
PECH 28.5.2018 |
JURI 28.5.2018 |
|
|
|
Geen advies Datum besluit |
BUDG 23.4.2018 |
ITRE 24.4.2018 |
IMCO 19.6.2018 |
|
|
Rapporteurs Datum benoeming |
Renate Sommer 3.5.2018 |
|
|
|
|
Behandeling in de commissie |
30.8.2018 |
|
|
|
|
Datum goedkeuring |
27.11.2018 |
|
|
|
|
Uitslag eindstemming |
+: –: 0: |
43 16 1 |
|||
Bij de eindstemming aanwezige leden |
Margrete Auken, Pilar Ayuso, Zoltán Balczó, Ivo Belet, Paul Brannen, Nessa Childers, Birgit Collin-Langen, Miriam Dalli, Seb Dance, Mark Demesmaeker, Stefan Eck, Bas Eickhout, Karl-Heinz Florenz, Elisabetta Gardini, Gerben-Jan Gerbrandy, Jens Gieseke, Julie Girling, Françoise Grossetête, Jytte Guteland, György Hölvényi, Anneli Jäätteenmäki, Karin Kadenbach, Kateřina Konečná, Urszula Krupa, Giovanni La Via, Jo Leinen, Peter Liese, Lukas Mandl, Jiří Maštálka, Valentinas Mazuronis, Joëlle Mélin, Susanne Melior, Rory Palmer, Massimo Paolucci, Piernicola Pedicini, Bolesław G. Piecha, John Procter, Julia Reid, Frédérique Ries, Michèle Rivasi, Annie Schreijer-Pierik, Davor Škrlec, Renate Sommer, Adina-Ioana Vălean, Jadwiga Wiśniewska |
||||
Bij de eindstemming aanwezige vaste plaatsvervangers |
Nikos Androulakis, Christophe Hansen, Martin Häusling, Anja Hazekamp, Jan Huitema, Ulrike Müller, Alojz Peterle, Keith Taylor, Tiemo Wölken |
||||
Bij de eindstemming aanwezige plaatsvervangers (art. 200, lid 2) |
Martina Anderson, Edward Czesak, Jens Geier, Jude Kirton-Darling, Vladimír Maňka, Virginie Rozière |
||||
Datum indiening |
29.11.2018 |
||||
HOOFDELIJKE EINDSTEMMINGIN DE BEVOEGDE COMMISSIE
43 |
+ |
|
ALDE |
Gerben-Jan Gerbrandy, Jan Huitema, Anneli Jäätteenmäki, Valentinas Mazuronis, Ulrike Müller, Frédérique Ries |
|
ECR |
Edward Czesak, Mark Demesmaeker, Urszula Krupa, Bolesław G. Piecha, John Procter, Jadwiga Wiśniewska |
|
EFDD |
Piernicola Pedicini |
|
ENF |
Joëlle Mélin |
|
GUE/NGL |
Martina Anderson, Stefan Eck, Anja Hazekamp, Kateřina Konečná, Jiří Maštálka |
|
NI |
Zoltán Balczó |
|
PPE |
Françoise Grossetête |
|
S&D |
Nikos Androulakis, Paul Brannen, Nessa Childers, Miriam Dalli, Seb Dance, Jens Geier, Jytte Guteland, Karin Kadenbach, Jude Kirton Darling, Jo Leinen, Vladimír Maňka, Susanne Melior, Rory Palmer, Massimo Paolucci, Virginie Rozière, Tiemo Wölken |
|
Verts/ALE |
Margrete Auken, Bas Eickhout, Martin Häusling, Michèle Rivasi, Davor Škrlec, Keith Taylor |
|
16 |
- |
|
PPE |
Pilar Ayuso, Ivo Belet, Birgit Collin Langen, Karl Heinz Florenz, Elisabetta Gardini, Jens Gieseke, Julie Girling, Christophe Hansen, György Hölvényi, Giovanni La Via, Peter Liese, Lukas Mandl, Alojz Peterle, Annie Schreijer Pierik, Renate Sommer, Adina Ioana Vălean |
|
1 |
0 |
|
EFDD |
Julia Reid |
|
Verklaring van de gebruikte tekens:
+ : voor
- : tegen
0 : onthouding