VERSLAG over het voorstel voor een richtlijn van de Raad tot wijziging van Richtlijn 2006/112/EG wat betreft de invoering van bepaalde voorschriften voor betalingsdienstaanbieders

6.12.2019 - (COM(2018)0812 – C8-0015/2019 – 2018/0412(CNS)) - *

Commissie economische en monetaire zaken
Rapporteur: Lídia Pereira


Procedure : 2018/0412(CNS)
Stadium plenaire behandeling
Documentencyclus :  
A9-0048/2019
Ingediende teksten :
A9-0048/2019
Aangenomen teksten :

ONTWERPWETGEVINGSRESOLUTIE VAN HET EUROPEES PARLEMENT

over het voorstel voor een richtlijn van de Raad tot wijziging van Richtlijn 2006/112/EG wat betreft de invoering van bepaalde voorschriften voor betalingsdienstaanbieders

(COM(2018)0812 – C9-0015/2019 – 2018/0412(CNS))

(Bijzondere wetgevingsprocedure – raadpleging)

Het Europees Parlement,

 gezien het voorstel van de Commissie aan de Raad (COM(2018)0812),

 gezien artikel 113 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, op grond waarvan het Parlement door de Raad is geraadpleegd (C9-0015/2019),

 gezien artikel 82 van zijn Reglement,

 gezien het verslag van de Commissie economische en monetaire zaken (A9-0048/2019),

1. hecht zijn goedkeuring aan het Commissievoorstel, als geamendeerd door het Parlement;

2. verzoekt de Commissie haar voorstel krachtens artikel 293, lid 2, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie dienovereenkomstig te wijzigen;

3. verzoekt de Raad, wanneer deze voornemens is af te wijken van de door het Parlement goedgekeurde tekst, het Parlement hiervan op de hoogte te stellen;

4. wenst opnieuw te worden geraadpleegd ingeval de Raad voornemens is ingrijpende wijzigingen aan te brengen in het voorstel van de Commissie;

5. verzoekt zijn Voorzitter het standpunt van het Parlement te doen toekomen aan de Raad en aan de Commissie alsmede aan de nationale parlementen.

Amendement  1

Voorstel voor een richtlijn

Overweging 2 bis (nieuw)

 

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

 

(2 bis) Volgens het aan de Commissie gepresenteerde eindverslag 2019 van het proces “Studie en verslagen over de btw-kloof in de EU-28”44 bis beliep de btw-kloof, dat wil zeggen het verschil tussen de verwachte btw-ontvangsten en het daadwerkelijk geïnde bedrag aan btw, in de Unie 137,5 miljard EUR in 2017, oftewel 267 EUR aan gederfde ontvangsten per persoon. Overigens zijn er grote verschillen tussen de lidstaten, met een btw-kloof die uiteenloopt van minder dan 0,7 % van de totale verwachte ontvangsten in sommige lidstaten tot 35,5 % in andere. Dit geeft het belang aan van meer grensoverschrijdende samenwerking voor een krachtdadiger aanpak van in het bijzonder btw-fraude in e-commerce, maar ook van btw-fraude in het algemeen (met inbegrip van carrouselfraude).

 

_________________

 

44 bis Beschikbaar op https://ec.europa.eu/taxation_customs/sites/taxation/files/vat-gap-full-report-2019_en.pdf.

Amendement  2

Voorstel voor een richtlijn

Overweging 2 ter (nieuw)

 

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

 

(2 ter) De strategie voor de aanpak van btw-fraude moet zich ontwikkelen in parallel met de toenemende modernisering en digitalisering van onze economie, én het btw-systeem zo eenvoudig mogelijk maken voor bedrijven en burgers. Het is in dit verband bijzonder belangrijk dat de lidstaten doorgaan met het investeren in door technologie gestuurde belastinginning, in concreto door het aanbrengen van een automatische koppeling tussen kasregisters en verkoopsystemen enerzijds en btw-aangiftes anderzijds. Daarnaast moeten de belastingautoriteiten zich blijven inzetten voor nauwere samenwerking en een betere uitwisseling van goede praktijken, waaronder middels Tax Administration EU Summit (TADEUS), een netwerk van hoofden van nationale belastingadministraties dat werkt aan een betere coördinatie op strategisch niveau tussen belastingadministraties. In dit kader moeten de belastingautoriteiten streven naar een doeltreffende communicatie tussen en interoperabiliteit van alle databanken inzake fiscale zaken op het niveau van de Unie. Ook zou blockchain-technologie kunnen worden gebruikt om persoonsgegevens beter te beschermen en de online-uitwisseling van gegevens tussen de belastingautoriteiten te verbeteren.

Amendement  3

Voorstel voor een richtlijn

Overweging 3 bis (nieuw)

 

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

 

(3 bis) Gezien het feit dat betalingen op dit moment slechts in een beperkt aantal gevallen middels zogenaamde “exchange platforms” voor virtuele munten verlopen, worden deze platforms niet beschouwd als betalingsdienstaanbieders in de zin van Richtlijn (EU) 2015/2366 van het Europees Parlement en de Raad1 bis. Er bestaat hier een (weliswaar klein) risico op btw-fraude. De Commissie dient dan ook binnen drie jaar te beoordelen of “exchange platforms” voor virtuele munten onder het toepassingsgebied van de richtlijn moeten worden gebracht.

 

_______________

 

1 bis Richtlijn (EU) 2015/2366 van het Europees Parlement en de Raad van 25 november 2015 betreffende betalingsdiensten in de interne markt, houdende wijziging van de Richtlijnen 2002/65/EG, 2009/110/EG en 2013/36/EU en Verordening (EU) nr. 1093/2010 en houdende intrekking van Richtlijn 2007/64/EG (PB L 337 van 23.12.2015, blz. 35).

Amendement  4

Voorstel voor een richtlijn

Overweging 7

 

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

(7) Het is in overeenstemming met Verordening (EU) 2016/679 van het Europees Parlement en de Raad46 van belang dat de verplichting voor een betalingsdienstaanbieder om informatie met betrekking tot een grensoverschrijdende betalingstransactie te bewaren en verstrekken, evenredig is en beperkt blijft tot wat nodig is voor de lidstaten om btw-fraude in e-commerce te bestrijden. Bovendien moet alleen de informatie over de betaler worden bewaard die betrekking heeft op de locatie van de betaler. Wat de informatie over de begunstigde en de betalingstransactie zelf betreft, zijn betalingsdienstaanbieders alleen verplicht om die informatie te bewaren en aan de belastingautoriteiten door te geven die de belastingautoriteiten nodig hebben om mogelijke fraudeurs op te sporen en btw-controles uit te voeren. Daarom moeten betalingsdienstaanbieders alleen verplicht worden om registers te bewaren over grensoverschrijdende betalingstransacties die op economische activiteiten kunnen wijzen. De invoering van een plafond op basis van het aantal betalingen dat een begunstigde in de loop van een kalenderkwartaal heeft ontvangen, vormt een betrouwbare aanwijzing dat die betalingen in het kader van een economische activiteit zijn ontvangen, waardoor betalingen om niet-commerciële redenen zijn uitgesloten. Wanneer dit plafond wordt bereikt, moet de boekhoudkundige verplichting van de betalingsdienstaanbieder worden getriggerd.

(7) Het is in overeenstemming met Verordening (EU) 2016/679 van het Europees Parlement en de Raad46 van belang dat de verplichting voor een betalingsdienstaanbieder om informatie met betrekking tot een grensoverschrijdende betalingstransactie te bewaren en verstrekken, evenredig is en beperkt blijft tot wat nodig is voor de lidstaten om btw-fraude in e-commerce te bestrijden. Bovendien moet alleen de informatie over de betaler worden bewaard die betrekking heeft op de locatie van de betaler. Wat de informatie over de begunstigde en de betalingstransactie zelf betreft, zijn betalingsdienstaanbieders alleen verplicht om die informatie te bewaren en aan de belastingautoriteiten door te geven die de belastingautoriteiten nodig hebben om mogelijke fraudeurs op te sporen en btw-controles uit te voeren. Daarom moeten betalingsdienstaanbieders alleen verplicht worden om registers te bewaren over grensoverschrijdende betalingstransacties die op economische activiteiten kunnen wijzen. De invoering van een plafond op basis van ofwel het aantal betalingen dat een begunstigde in de loop van een kalenderkwartaal heeft ontvangen, ofwel een minimumbedrag per betaling, vormt een betrouwbare aanwijzing dat die betalingen in het kader van een economische activiteit zijn ontvangen, waardoor betalingen om niet-commerciële redenen zijn uitgesloten. Wanneer dit plafond wordt bereikt, moet de boekhoudkundige verplichting van de betalingsdienstaanbieder worden getriggerd.

_________________

_________________

46 Verordening (EU) 2016/679 van het Europees Parlement en de Raad van 27 april 2016 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrije verkeer van die gegevens en tot intrekking van Richtlijn 95/46/EG (algemene verordening gegevensbescherming) (PB L 119 van 4.5.2016, blz. 1).

46 Verordening (EU) 2016/679 van het Europees Parlement en de Raad van 27 april 2016 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrije verkeer van die gegevens en tot intrekking van Richtlijn 95/46/EG (algemene verordening gegevensbescherming) (PB L 119 van 4.5.2016, blz. 1).

Amendement  5

Voorstel voor een richtlijn

Overweging 8

 

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

(8) Als gevolg van de aanzienlijke hoeveelheid informatie en de gevoeligheid ervan in termen van de bescherming van persoonsgegevens, is het nodig en evenredig dat betalingsdienstaanbieders gedurende een periode van twee jaar registers bewaren over grensoverschrijdende betalingstransacties om de lidstaten te helpen bij de bestrijding van btw-fraude in e-commerce en het opsporen van fraudeurs. Deze periode is het noodzakelijke minimum voor de lidstaten om doeltreffende controles uit te kunnen voeren en vermoedelijke btw-fraude te onderzoeken of btw-fraude op te sporen.

(8) Als gevolg van de aanzienlijke hoeveelheid informatie en de gevoeligheid ervan in termen van de bescherming van persoonsgegevens, is het nodig en evenredig dat betalingsdienstaanbieders gedurende een periode van drie jaar registers bewaren over grensoverschrijdende betalingstransacties om de lidstaten te helpen bij de bestrijding van btw-fraude in e-commerce en het opsporen van fraudeurs. Deze periode is het noodzakelijke minimum voor de lidstaten om doeltreffende controles uit te kunnen voeren en vermoedelijke btw-fraude te onderzoeken of btw-fraude op te sporen.

Amendement  6

Voorstel voor een richtlijn

Overweging 8 bis (nieuw)

 

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

 

(8 bis) De verplichting tot het houden van registers en het meedelen van gegevens moet ook gelden in gevallen waarin betalingsdienstaanbieders middelen ontvangen of betalingstransacties aanvaarden namens de begunstigde, en dus niet alleen wanneer zij middelen overdragen of betaalinstrumenten uitgeven voor de betaler.

Amendement  7

Voorstel voor een richtlijn

Overweging 8 ter (nieuw)

 

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

 

(8 ter) Er dient een ambitieus mandaat voor het Europees Openbaar Ministerie (EOM) te worden vastgesteld, in samenwerking met de nationale justitiële autoriteiten, teneinde te bewerkstelligen dat fraudeurs daadwerkelijk voor de rechter worden gebracht in de lidstaten. Georganiseerde grensoverschrijdende btw-fraude moet worden aangepakt en de fraudeurs moeten worden bestraft.

Amendement  8

Voorstel voor een richtlijn

Artikel 1 – alinea 1 – punt 1 – letter b

Richtlijn 2006/112/EG

Artikel 243 ter – lid 2 – letter b

 

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

b) met betrekking tot de onder a) bedoelde overdracht van middelen, wanneer een betalingsdienstaanbieder in de loop van een kalenderkwartaal meer dan 25 betalingstransacties voor dezelfde begunstigde verricht.

b) met betrekking tot de onder a) bedoelde overdracht van middelen, wanneer een betalingsdienstaanbieder in de loop van een kalenderkwartaal meer dan 25 betalingstransacties voor dezelfde begunstigde verricht, of een overdracht van middelen met een monetaire waarde van ten minste 2 500 EUR verricht in één betalingstransactie.

Amendement  9

Voorstel voor een richtlijn

Artikel 1 – alinea 1 – punt 1 – letter b

Richtlijn 2006/112/EG

Artikel 243 ter – lid 3 - letter a

 

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

a) worden door de betalingsdienstaanbieder bewaard in elektronische vorm, voor een periode van twee jaar vanaf het eind van het jaar waarin de transactie is verricht;

a) worden door de betalingsdienstaanbieder bewaard in elektronische vorm, voor een periode van drie jaar vanaf het eind van het jaar waarin de transactie is verricht;

Amendement  10

Voorstel voor een richtlijn

Artikel 1 – alinea 1 – punt 1 – letter b

Richtlijn 2006/112/EG

Artikel 243 quater – lid 1 – letter a

 

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

a) hetzij het IBAN van de betaalrekening van de betaler;

a) hetzij het IBAN van de betaalrekening van de betaler of een andere identificatiecode die de betaler en zijn locatie ondubbelzinnig identificeert;

Motivering

Geeft de tekst van de Raad weer.

Amendement  11

Voorstel voor een richtlijn

Artikel 1 – alinea 1 – punt 1 – letter b

Richtlijn 2006/112/EG

Artikel 243 quinquies – lid 1 – letter h

 

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

h) eventueel verrichte terugbetalingen voor betaaltransacties als bedoeld onder g);

h) eventueel verrichte terugbetalingen voor betaaltransacties als bedoeld onder g), indien beschikbaar;

Motivering

Met het oog op naleving is het van belang dat betalingsdienstaanbieders alle gevraagde gegevens kunnen documenteren.

Amendement  12

Voorstel voor een richtlijn

Artikel 1 – alinea 1 – punt 1 bis (nieuw)

Richtlijn 2006/112/EG

Titel XV – hoofdstuk 2 bis– artikel 404 quater (nieuw)

 

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

 

(1 bis) In hoofdstuk 2 bis van titel XV wordt het volgende artikel ingevoegd:

 

“Artikel 410 quater

 

Uiterlijk op 31 december 2022 legt de Commissie, op basis van de informatie die zij krijgt van de lidstaten, aan het Europees Parlement en de Raad een verslag voor over de werking van deel 2 bis van hoofdstuk 4 van titel XI, in het bijzonder over de vraag of “exchange platforms” voor virtuele munten onder het toepassingsgebied van dat deel van de richtlijn moeten worden gebracht. Dat verslag gaat, in voorkomend geval, vergezeld van een wetgevingsvoorstel.”

Amendement  13

Voorstel voor een richtlijn

Artikel 2 – lid 1 – alinea 1

 

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

De lidstaten dienen uiterlijk op 31 december 2021 de nodige wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen vast te stellen en bekend te maken om aan deze richtlijn te voldoen. Zij delen de Commissie de tekst van die bepalingen onverwijld mede.

De lidstaten dienen uiterlijk op 31 december 2023 de nodige wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen vast te stellen en bekend te maken om aan deze richtlijn te voldoen. Zij delen de Commissie de tekst van die bepalingen onverwijld mede.

Amendement  14

Voorstel voor een richtlijn

Artikel 2 – lid 1 – alinea 2

 

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

Zij passen die bepalingen toe vanaf 1 januari 2022.

Zij passen die bepalingen toe vanaf 1 januari 2024.

 


 

 

TOELICHTING

De e-commerce is de afgelopen jaren snel gegroeid; steeds meer consumenten schaffen goederen en diensten online aan. Consumenten kunnen kiezen uit verschillende leveranciers, producten en merken. Ze kunnen online betalen in een betrouwbare omgeving zonder dat ze van hun computer of smartphone hoeven op te kijken. Leveranciers hebben hun bedrijfsmodellen aangepast om van de e-commerce te profiteren en verkopen hun producten aan consumenten over de hele wereld, zonder dat ze fysiek aanwezig hoeven te zijn. Frauduleuze bedrijven buiten deze mogelijkheden echter ook uit door hun btw-verplichtingen niet na te komen om zo een oneerlijk marktvoordeel te verkrijgen.

De Commissie stelt drie belangrijke gevallen van grensoverschrijdende btw-fraude in e-commerce vast: i) intra-EU-leveringen van goederen en diensten, ii) invoer van goederen van bedrijven die in een derde land of derdelandsgebied zijn gevestigd (d.w.z. een land of gebied buiten de EU) naar consumenten in de lidstaten, en iii) diensten van bedrijven die in een derde land zijn gevestigd aan consumenten in de lidstaten.

Volgens de Commissie beloopt de btw-kloof (het verschil tussen de verwachte btw-ontvangsten en het daadwerkelijk geïnde bedrag aan btw) in de EU op dit moment 137 miljard EUR, oftewel 267 EUR aan gederfde ontvangsten per persoon. Overigens zijn er grote verschillen tussen de EU-lidstaten, met een btw-kloof die uiteenloopt van minder dan 0,7 % van de totale verwachte ontvangsten in sommige lidstaten tot 35,5 % in andere. Dit geeft het belang aan van meer grensoverschrijdende samenwerking voor een krachtdadiger aanpak van in het bijzonder btw-fraude in e-commerce, maar ook van btw-fraude in het algemeen (met inbegrip van carrouselfraude).

Met het voorstel van de Commissie wordt geprobeerd het probleem van de btw-fraude in e-commerce op te lossen door de samenwerking tussen belastingautoriteiten en betalingsdienstaanbieders te verbeteren. De afgelopen jaren zijn meer dan 90 % van de onlineaankopen door Europese klanten verricht via overmakingen, automatische afschrijvingen en kaartbetalingen, d.w.z. via een bij de transactie betrokken tussenpersoon (een betalingsdienstaanbieder), en deze trend zal zich in de toekomst voortzetten.

Rapporteur steunt het voorstel van de Commissie ten volle en presenteert een aantal amendementen, die er voornamelijk op gericht zijn de doeltreffendheid van de aanpak van btw-fraude te verbeteren. Rapporteur geeft verder aan dat moet worden bekeken of het zinvol is de zogenaamde “digital currency platforms” onder het toepassingsgebied van het voorstel te laten vallen.

Bovendien is rapporteur van mening dat de strategie voor de aanpak van btw-fraude zich moet ontwikkelen in parallel met de toenemende modernisering en digitalisering van de economie, én het btw-systeem zo eenvoudig mogelijk moet maken voor bedrijven en burgers. Rapporteur roept de lidstaten in dit verband op door te gaan met het investeren in door technologie gestuurde belastinginning. In dit kader is zij van oordeel dat ook gebruik zou kunnen worden gemaakt van blockchain-technologie om persoonsgegevens beter te beschermen en de online-uitwisseling van gegevens tussen de belastingautoriteiten te verbeteren.

PROCEDURE VAN DE BEVOEGDE COMMISSIE

Titel

Voorschriften voor betalingsdienstaanbieders

Document- en procedurenummers

COM(2018)0812 – C8-0015/2019 – 2018/0412(CNS)

Datum raadpleging EP

20.12.2018

 

 

 

Bevoegde commissie

 Datum bekendmaking

ECON

14.1.2019

 

 

 

Rapporteurs

 Datum benoeming

Lídia Pereira

18.7.2019

 

 

 

Behandeling in de commissie

4.11.2019

3.12.2019

 

 

Datum goedkeuring

3.12.2019

 

 

 

Uitslag eindstemming

+:

–:

0:

51

4

3

Bij de eindstemming aanwezige leden

Gunnar Beck, Marek Belka, Stefan Berger, Gilles Boyer, Cristian-Silviu Buşoi, Derk Jan Eppink, Engin Eroglu, Markus Ferber, Jonás Fernández, Raffaele Fitto, Frances Fitzgerald, Luis Garicano, Valentino Grant, José Gusmão, Enikő Győri, Danuta Maria Hübner, Stasys Jakeliūnas, Othmar Karas, Billy Kelleher, Ondřej Kovařík, Philippe Lamberts, Aušra Maldeikienė, Jörg Meuthen, Csaba Molnár, Luděk Niedermayer, Dimitrios Papadimoulis, Piernicola Pedicini, Lídia Pereira, Jake Pugh, Evelyn Regner, Antonio Maria Rinaldi, Robert Rowland, Martin Schirdewan, Pedro Silva Pereira, Paul Tang, Irene Tinagli, Inese Vaidere, Johan Van Overtveldt, Stéphanie Yon-Courtin, Marco Zanni

Bij de eindstemming aanwezige vaste plaatsvervangers

Carmen Avram, Gabriele Bischoff, Damien Carême, Fabio Massimo Castaldo, Richard Corbett, Agnès Evren, Eugen Jurzyca, Pedro Marques, Fulvio Martusciello, Ville Niinistö, Bogdan Rzońca, Stéphane Séjourné, Monica Semedo, Antonio Tajani, Julie Ward

Bij de eindstemming aanwezige plaatsvervangers (art. 209, lid 7)

Rosa D’Amato, Anna Deparnay-Grunenberg, Dino Giarrusso

Datum indiening

9.12.2019

 

HOOFDELIJKE EINDSTEMMING IN DE BEVOEGDE COMMISSIE

51

+

ECR

Derk Jan Eppink, Raffaele Fitto, Eugen Jurzyca, Bogdan Rzońca, Johan Van Overtveldt

GUE/NGL

José Gusmão, Dimitrios Papadimoulis, Martin Schirdewan

NI

Fabio Massimo Castaldo, Rosa D'Amato, Dino Giarrusso, Piernicola Pedicini

PPE

Stefan Berger, Cristian-Silviu Buşoi, Agnès Evren, Markus Ferber, Frances Fitzgerald, Enikő Győri, Danuta Maria Hübner, Othmar Karas, Aušra Maldeikienė, Fulvio Martusciello, Luděk Niedermayer, Lídia Pereira, Antonio Tajani, Inese Vaidere

RENEW

Gilles Boyer, Engin Eroglu, Luis Garicano, Billy Kelleher, Ondřej Kovařík, Stéphane Séjourné, Monica Semedo, Stéphanie Yon-Courtin

S&D

Carmen Avram, Marek Belka, Gabriele Bischoff, Richard Corbett, Jonás Fernández, Pedro Marques, Csaba Molnár, Evelyn Regner, Pedro Silva Pereira, Paul Tang, Irene Tinagli, Julie Ward

VERTS/ALE

Damien Carême, Anna Deparnay-Grunenberg, Stasys Jakeliūnas, Philippe Lamberts, Ville Niinistö

 

4

-

ID

Gunnar Beck, Jörg Meuthen

NI

Jake Pugh, Robert Rowland

 

3

0

ID

Valentino Grant, Antonio Maria Rinaldi, Marco Zanni

 

Verklaring van de gebruikte tekens:

+ : voor

- : tegen

0 : onthouding

 

Laatst bijgewerkt op: 10 december 2019
Juridische mededeling - Privacybeleid