VERSLAG over de beraadslagingen van de Commissie verzoekschriften in 2020
16.11.2021 - (2021/2019(INI))
Commissie verzoekschriften
Rapporteur: Gheorghe Falcă
ONTWERPRESOLUTIE VAN HET EUROPEES PARLEMENT
over de beraadslagingen van de Commissie verzoekschriften in 2020
Het Europees Parlement,
– gezien zijn eerdere resoluties over de beraadslagingen van de Commissie verzoekschriften,
– gezien de artikelen 10 en 11 van het Verdrag betreffende de Europese Unie (VEU),
– gezien de artikelen 20, 24 en 227 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (VWEU), die uiting geven aan het belang dat in het Verdrag wordt gehecht aan het recht van EU-burgers en -ingezetenen om hun zorgen onder de aandacht van het Parlement te brengen,
– gezien artikel 228 VWEU inzake de rol en taken van de Europese Ombudsman,
– gezien artikel 44 van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie inzake het recht om verzoekschriften in te dienen bij het Europees Parlement,
– gezien de bepalingen van het VWEU met betrekking tot de inbreukprocedure, en met name de artikelen 258 en 260,
– gezien artikel 54 en artikel 227, lid 7, van zijn Reglement,
– gezien het verslag van de Commissie verzoekschriften (A9-0323/2021),
A. overwegende dat het Parlement in 2020 1 573 verzoekschriften heeft ontvangen, wat neerkomt op een stijging met 15,9 % ten opzichte van de 1 357 verzoekschriften die in 2019 zijn ingediend, en een stijging met 28,9 % ten opzichte van de 1 220 verzoekschriften die in 2018 zijn ingediend;
B. overwegende dat het aantal gebruikers dat in 2020 een of meer verzoekschriften op het internetportaal voor verzoekschriften van het Parlement heeft ondersteund, 48 882 bedroeg, wat een aanzienlijke stijging is ten opzichte van de 28 076 gebruikers die in 2019 werden geregistreerd; overwegende dat ook het aantal kliks ter ondersteuning van verzoekschriften in 2020 is toegenomen, tot een totaal van 55 129;
C. overwegende dat het grote aantal verzoekschriften waarin burgers hun bezorgdheid uiten over de noodsituatie op het gebied van de volksgezondheid en op sociaal-economisch gebied ten gevolge van de uitbraak van de COVID-19-pandemie in aanzienlijke mate heeft bijgedragen aan de stijging van het aantal geregistreerde verzoekschriften in 2020 ten opzichte van voorafgaande jaren; overwegende dat 13,23 % van de in 2020 ontvangen verzoekschriften verband hield met de COVID-19-pandemie;
D. overwegende dat uit het grote aantal verzoekschriften dat in 2020 is ingediend, blijkt dat burgers in tijden van crisis op hun gekozen vertegenwoordigers op EU-niveau vertrouwen door hun zorgen en klachten rechtstreeks aan hen voor te leggen;
E. overwegende dat het totaal aantal verzoekschriften evenwel bescheiden blijft in verhouding tot de totale bevolking van de EU en dat daaruit blijkt dat er nog meer inspanningen nodig zijn om ervoor te zorgen dat de burgers zich bewuster worden van hun recht om een verzoekschrift in te dienen en om hen aan te sporen van dat recht gebruik te maken; overwegende dat als burgers van het petitierecht gebruikmaken, zij verwachten dat de EU-instellingen een meerwaarde bieden door een oplossing voor hun problemen te vinden;
F. overwegende dat de criteria voor de ontvankelijkheid van verzoekschriften zijn vastgelegd in artikel 227 van het VWEU en artikel 226 van het Reglement van het Parlement, op grond waarvan verzoekschriften moeten worden ingediend door EU‑burgers of -ingezetenen die rechtstreeks de gevolgen ondervinden van aangelegenheden die tot de werkterreinen van de EU behoren;
G. overwegende dat van de 1 573 in 2020 ingediende verzoekschriften 392 niet-ontvankelijk zijn verklaard en 51 zijn ingetrokken; overwegende dat het relatief hoge percentage (24,92 %) van de niet-ontvankelijk verklaarde verzoekschriften in 2020 laat zien dat er nog steeds sprake is van een algemeen gebrek aan duidelijkheid over de reikwijdte en grenzen van de terreinen die onder de verantwoordelijkheid van de EU vallen;
H. overwegende dat het recht om een verzoekschrift in te dienen bij het Europees Parlement tot de grondrechten van de Europese burger behoort; overwegende dat het recht om verzoekschriften in te dienen EU-burgers en -ingezetenen een open, democratisch en transparant mechanisme biedt om hun gekozen vertegenwoordigers rechtstreeks aan te spreken, en daarom essentieel is voor de actieve deelname van burgers aan de werkzaamheden van de Unie;
I. overwegende dat het Parlement dankzij het petitierecht beter kan reageren op klachten en zorgen over de eerbiediging van de grondrechten van de EU en de naleving van het EU-recht in de lidstaten; overwegende dat verzoekschriften daarom een nuttige bron van informatie zijn om onjuiste toepassing van en inbreuken op het EU-recht op te sporen en het Parlement en andere EU-instellingen aldus in staat stellen om de omzetting en toepassing van het EU-recht en het mogelijke effect ervan op de rechten van EU-burgers en -ingezetenen te beoordelen;
J. overwegende dat het Parlement lange tijd een voortrekkersrol heeft gespeeld bij de ontwikkeling van de verzoekschriftenprocedure op internationaal niveau en over de meest open en transparante verzoekschriftenprocedure in Europa beschikt, waardoor indieners van verzoekschriften aan zijn activiteiten kunnen deelnemen;
K. overwegende dat de Commissie verzoekschriften elk verzoekschrift dat bij het Parlement wordt ingediend, zorgvuldig bestudeert en behandelt; overwegende dat elke indiener het recht heeft om binnen een redelijke termijn in zijn eigen taal of in de taal waarin het verzoekschrift is gesteld een antwoord te ontvangen met informatie over het door de Commissie verzoekschriften genomen ontvankelijkheidsbesluit en de follow-upacties; overwegende dat elke indiener kan verzoeken om op basis van relevante ontwikkelingen zijn verzoekschrift opnieuw te openen;
L. overwegende dat de activiteiten van de Commissie verzoekschriften gebaseerd zijn op de inbreng van de indieners; overwegende dat de informatie die indieners in hun verzoekschriften en tijdens vergaderingen verstrekken, samen met de beoordeling van de Commissie en de antwoorden van de lidstaten en andere organen, van cruciaal belang zijn voor de werkzaamheden van de commissie; overwegende dat ontvankelijke verzoekschriften ook een waardevolle bijdrage leveren aan de werkzaamheden van de andere parlementaire commissies, aangezien zij door de Commissie verzoekschriften voor advies of ter informatie aan andere commissies worden toegezonden;
M. overwegende dat de Commissie verzoekschriften het grootste belang hecht aan de behandeling en openbare bespreking van verzoekschriften tijdens haar vergaderingen; overwegende dat indieners het recht hebben om hun verzoekschriften te presenteren, en vaak het woord nemen tijdens de bespreking en zo actief bijdragen aan het werk van de commissie; overwegende dat de Commissie verzoekschriften in 2020 13 commissievergaderingen heeft gehouden, waarin 116 verzoekschriften werden besproken in aanwezigheid van 110 indieners, van wie er 78 actief deelnamen door het woord te voeren; overwegende dat het lagere aantal verzoekschriften dat in 2020 tijdens vergaderingen werd besproken ten opzichte van 2019 wordt verklaard door de ingekorte vergadertijden van de commissie, vooral van april tot juli, vanwege de beperkte vertolkingsfaciliteiten als gevolg van de voorzorgsmaatregelen van het Parlement in het kader van de pandemie;
N. overwegende dat de belangrijkste punten van zorg die in de in 2020 ingediende verzoekschriften aan de orde worden gesteld, betrekking hebben op de grondrechten (met name de gevolgen van de noodmaatregelen in verband met COVID-19 voor de rechtsstaat en de democratie, de vrijheid van verplaatsing, het recht op werk, het recht op informatie en het recht op onderwijs, evenals een groot aantal verzoekschriften over lhbtq+-rechten in de Unie), gezondheid (met name vraagstukken in verband met de volksgezondheidscrisis als gevolg van de pandemie, gaande van de bescherming van de gezondheid van de burgers, met inbegrip van behandelingen en beschermingsmiddelen, tot het beheer van de gezondheidscrisis in de lidstaten en de aanschaf en distributie van vaccins), het milieu (met name mijnbouwactiviteiten en de gevolgen daarvan voor het milieu, de nucleaire veiligheid, luchtverontreiniging en de achteruitgang van de natuurlijke ecosystemen), justitie (met name vraagstukken in verband met toegang tot de rechter, vermeende procedurele onregelmatigheden en zorgen over de rechtsstaat, alsook grensoverschrijdende gevallen van ontvoering van kinderen en voogdijrechten), werkgelegenheid (met name de toegang tot de arbeidsmarkt en precair werk), onderwijs (met name kwesties in verband met discriminatie bij de toegang tot onderwijs), en de interne markt (met name kwesties met betrekking tot nationale reisbeperkingen in het kader van de pandemie en de gevolgen daarvan voor het vrije verkeer van personen binnen en buiten de EU), en de uitvoering van het akkoord inzake de terugtrekking van het Verenigd Koninkrijk uit de Europese Unie, naast vele andere werkterreinen;
O. overwegende dat 79,7 % (1 254) van de in 2020 ontvangen verzoekschriften werd ingediend via het internetportaal voor verzoekschriften van het Parlement, in vergelijking met 73,9 % (1 003) in 2019, hetgeen bevestigt dat het internetportaal voor verzoekschriften van het Parlement verreweg het meest gebruikte kanaal is geworden voor indiening van verzoekschriften van burgers aan het Parlement;
P. overwegende dat het internetportaal voor verzoekschriften in 2020 verder is ontwikkeld en gebruikersvriendelijker, veiliger en toegankelijker voor burgers is gemaakt; overwegende dat de veelgestelde vragen (FAQ) zijn bijgewerkt en dat enkele verbeteringen zijn aangebracht in verband met gegevensbescherming om gevolg te geven aan de aanbevelingen van de Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming, en dat een nieuw wachtwoordherstelmechanisme is ingevoerd; overwegende dat de koppeling tussen het internetportaal voor verzoekschriften, ePeti en PETIGREF verder is ontwikkeld en dat er werkzaamheden zijn verricht om de integratie van externe ontwikkelingen en Hermes te verzekeren; overwegende dat een groot aantal individuele ondersteuningsaanvragen met succes is afgehandeld;
Q. overwegende dat veel verzoekschriften in verband met COVID-19 in 2020 via de spoedprocedure op de agenda zijn geplaatst;
R. overwegende dat de Commissie verzoekschriften in 2020 slechts één onderzoeksmissie heeft ondernomen; overwegende dat geen andere onderzoeksmissies konden plaatsvinden vanwege de pandemie en het besluit van de voorzitter van het Parlement om alle parlementaire evenementen, met inbegrip van delegaties, te schrappen, als een van de noodzakelijke voorzorgsmaatregelen om de verspreiding van COVID-19 te beteugelen en de gezondheidsrisico’s voor de leden en het personeel van het Parlement zoveel mogelijk te beperken;
S. overwegende dat de Commissie verzoekschriften als medeverantwoordelijke commissie, samen met de ter zake bevoegde commissies (de Commissie burgerlijke vrijheden, justitie en binnenlandse zaken (LIBE) en de Commissie cultuur en onderwijs (CULT)), op 15 oktober 2020 een openbare hoorzitting heeft georganiseerd over het Europees burgerinitiatief (EBI) getiteld “Minority SafePack – één miljoen handtekeningen voor verscheidenheid in Europa”; overwegende dat de hoorzitting vanwege de pandemie in hybride vorm werd gehouden en de organisatoren van het EBI op afstand aan de vergadering konden deelnemen, terwijl het publiek de vergadering via webstreaming kon volgen;
T. overwegende dat de Commissie als hoedster van de Verdragen een essentiële rol speelt in de werkzaamheden van de Commissie verzoekschriften en dat de informatie die door de indieners wordt verstrekt nuttig is om mogelijke inbreuken op of onjuiste toepassing van het Europees recht op te sporen;
U. overwegende dat de strategie van Commissie voor de behandeling van verzoekschriften gebaseerd is op haar mededeling van 2016 getiteld “EU-wetgeving: betere resultaten door betere toepassing” (C(2016)8600);
V. overwegende dat in de jaarverslagen van de Commissie over de controle op de toepassing van het EU-recht op heel algemene wijze wordt verwezen naar verzoekschriften, waaruit blijkt dat er geen goed systeem is om informatie over verzoekschriften en hun verband met inbreukprocedures of EU-handelingen te verzamelen;
W. overwegende dat de Commissie verzoekschriften op grond van het Reglement verantwoordelijk is voor de betrekkingen met de Europese Ombudsman, die klachten over mogelijk wanbeheer binnen de EU-instellingen en -organen onderzoekt; overwegende dat de huidige Europese Ombudsman, Emily O’Reilly, haar jaarverslag voor 2019 heeft voorgelegd aan de Commissie verzoekschriften tijdens haar vergadering van 3 september 2020;
X. overwegende dat de Commissie verzoekschriften lid is van het Europees netwerk van ombudsmannen, waar ook de Europese Ombudsman, nationale en regionale ombudsmannen en soortgelijke instanties in de lidstaten, kandidaat-lidstaten en andere landen van de Europese Economische Ruimte deel van uitmaken, en dat ten doel heeft de uitwisseling van informatie over het recht en beleid van de EU te bevorderen en beste praktijken uit te wisselen;
1. benadrukt de fundamentele rol van de Commissie verzoekschriften bij de bescherming en bevordering van de rechten van de EU-burgers en -ingezetenen door ervoor te zorgen dat de bekommernissen en klachten van de indieners tijdig en doeltreffend worden behandeld en dat zij, waar mogelijk, worden opgelost via een open, democratische, snelle en transparante verzoekschriftenprocedure; wijst op het cruciale belang van verzoekschriften om de beginselen van directe democratie te bevorderen en de actieve participatie van EU-burgers te verbeteren;
2. benadrukt dat de deelname van burgers aan het besluitvormingsproces van de Unie van essentieel belang is voor de totstandbrenging van een democratischere, open en transparante Unie; beklemtoont dat de Commissie verzoekschriften een fundamentele rol speelt bij het betrekken van Europese burgers bij de activiteiten van de Unie en een discussieforum vormt waar burgers hun stem kunnen laten horen in de EU-instellingen; roept de EU-instellingen op om in de beleidsvorming beter te reageren op de problemen van burgers door rekening te houden met de meningen en klachten die in verzoekschriften naar voren zijn gebracht;
3. wijst nogmaals op het belang van een permanent openbaar debat over de werkterreinen van de Unie, teneinde ervoor te zorgen dat de burgers correct worden geïnformeerd over de reikwijdte van de bevoegdheden van de Unie en de verschillende niveaus van besluitvorming; roept in dit verband op tot doeltreffende bewustmakingscampagnes; benadrukt dat de actieve betrokkenheid van de pers- en communicatiediensten op Europees en nationaal niveau en actievere sociale media de zichtbaarheid van de werkzaamheden van de Commissie verzoekschriften zouden vergroten en ervoor zouden zorgen dat zij beter inspeelt op de bezorgdheid van het publiek;
4. is van mening dat deze inspanning ook zou bijdragen tot het voorkomen van desinformatie over de werkzaamheden van de Commissie verzoekschriften, in overeenstemming met de door de Commissie bevorderde bestrijding van desinformatie, en zou helpen om de kennis van burgers te vergroten over hun recht om verzoekschriften in te dienen, evenals over de reikwijdte en grenzen van de bevoegdheden van de Unie en van de Commissie verzoekschriften, teneinde het aantal niet-ontvankelijke verzoekschriften te verminderen; is van mening dat het ook belangrijk is de aandacht te vestigen op succesverhalen waarin een door een indiener aangekaarte kwestie met de steun van de Commissie verzoekschriften is opgelost; benadrukt in dit opzicht het belang van het beleid van de EU inzake meertalige communicatie teneinde een beter contact met de burgers te ontwikkelen;
5. benadrukt dat de Conferentie over de toekomst van Europa moet worden aangegrepen als een kans om de rol van de Commissie verzoekschriften uit te leggen aan de EU‑burgers, teneinde burgers beter bewust te maken van het recht om verzoekschriften in te dienen en hen aan te sporen actief deel te nemen en hun zorgen en ideeën kenbaar te maken aan hun gekozen vertegenwoordigers;
6. wijst erop dat verzoekschriften voor de burgers als een deur naar de Europese instellingen fungeren en voor het Parlement en de andere EU-instellingen een unieke gelegenheid vormen om rechtstreeks in contact te treden met de EU-burgers en -ingezetenen, hun problemen te begrijpen en een regelmatige dialoog met hen te onderhouden, met name in gevallen waarin zij gevolgen ondervinden van de onjuiste toepassing van het EU-recht; benadrukt de noodzaak van nauwere samenwerking tussen de Commissie verzoekschriften en bevoegde commissies, de instellingen, organen en instanties van de Unie en de nationale, regionale en lokale autoriteiten bij vragen of voorstellen inzake de tenuitvoerlegging en de naleving van de EU-wetgeving, met inbegrip van de noodzakelijke antwoorden aan de commissie; meent dat een dergelijke samenwerking van cruciaal belang is voor het aanpakken en wegnemen van de zorgen van burgers over de toepassing van het EU-recht en bijdraagt tot de versterking van de democratische legitimiteit en verantwoordingsplicht van de Unie; roept derhalve op tot een actievere deelname van de vertegenwoordigers van de lidstaten aan de commissievergaderingen en tot een snellere beantwoording van de verzoeken om verduidelijking of informatie die de Commissie verzoekschriften aan de nationale autoriteiten doet toekomen; dringt er bij de Commissie op aan maatregelen te nemen om ervoor te zorgen dat het toepassingsgebied van artikel 51 van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie zo coherent en zo ruim mogelijk wordt uitgelegd;
7. roept de Commissie op een actievere rol te spelen in de Commissie verzoekschriften om ervoor te zorgen dat de burgers een gedetailleerd en begrijpelijk antwoord krijgen;
8. benadrukt dat de aanpak en de standpunten van de Commissie in haar antwoorden aan de Commissie verzoekschriften moeten worden geëerbiedigd, evenals haar rol als hoedster van de Verdragen;
9. herinnert eraan dat verzoekschriften in aanzienlijke mate bijdragen aan de rol van de Commissie als hoedster van de Verdragen; beklemtoont dat versterkte samenwerking tussen de Commissie verzoekschriften en de Commissie essentieel is voor de succesvolle behandeling van verzoekschriften; spoort de Commissie aan geen algemene maar tijdige, precieze, duidelijke en gerichte antwoorden te verschaffen teneinde de concrete verzoeken van de indieners doelgericht te beantwoorden; roept de Commissie op om te zorgen voor transparantie en toegang tot documenten en informatie in het kader van EU Pilot-procedures met betrekking tot ontvangen verzoekschriften en reeds afgesloten EU-Pilot-procedures en inbreukprocedures, en om alle in verzoekschriften aan de orde gestelde kwesties in verband met inbreuken op de EU-wetgeving als een prioriteit te beschouwen wanneer wordt overwogen een inbreukprocedure in te leiden, met name wanneer de kwesties verband houden met milieuwetgeving;
10. verzoekt de Commissie haar bevoegdheden met betrekking tot verzoekschriften te verduidelijken, met inbegrip van verzoekschriften die betrekking hebben op aangelegenheden die binnen een werkterrein van de EU vallen, maar niet binnen een beleidsterrein waarop de EU wetgevende bevoegdheid heeft;
11. verzoekt de nationale autoriteiten om in gevallen van systematische niet-naleving van het EU-recht proactief te zijn en de nodige maatregelen te treffen om tegemoet te komen aan de bezorgdheden van de burgers zoals die tot uiting komen in hun verzoekschriften; roept de Commissie op de vooruitgang op het gebied van de naleving van de EU‑wetgeving in de onderzochte gevallen op regelmatige wijze te volgen;
12. benadrukt dat de Commissie verzoekschriften de toegankelijkheidscriteria die in de artikelen 226 en 227 VWEU en in het Reglement van het Europees Parlement zijn vastgesteld, moet eerbiedigen;
13. herinnert eraan dat samenwerking met andere commissies van het Parlement essentieel is voor de nauwgezette en alomvattende behandeling van verzoekschriften; merkt op dat in 2020 56 verzoekschriften voor advies en 385 verzoekschriften ter informatie aan andere commissies zijn toegezonden; is ingenomen met het feit dat van andere commissies 40 adviezen werden ontvangen en 60 kennisgevingen dat verzoekschriften bij hun werkzaamheden in aanmerking werden genomen; merkt op dat openbare hoorzittingen die samen met andere parlementaire commissies worden georganiseerd een grondige behandeling van verzoekschriften vergemakkelijken; herinnert eraan dat indieners op de hoogte worden gesteld van de besluiten om in verband met de behandeling van hun verzoekschrift andere commissies om advies te vragen; verzoekt de parlementaire commissies hun inspanningen op te voeren om actief bij te dragen aan de behandeling van verzoekschriften – door hun deskundigheid aan te tonen – en het Parlement aldus in staat te stellen sneller en uitvoeriger te reageren op de zorgen van de burgers; betreurt dat het verzoekschriftennetwerk in 2020 niet bijeen kon komen als gevolg van de COVID-19-pandemie;
14. is van mening dat het verzoekschriftennetwerk een nuttig instrument is om meer bekendheid te geven aan de in de verzoekschriften aangekaarte kwesties en om de behandeling van verzoekschriften in andere commissies waaraan deze voor advies of ter informatie zijn doorgezonden, te vergemakkelijken; merkt op dat de follow-up van verzoekschriften bij parlementaire en wetgevende werkzaamheden moet worden vergemakkelijkt; is van mening dat dit netwerk de dialoog en samenwerking met de Commissie en andere EU-instellingen moet versterken; vertrouwt erop dat regelmatige vergaderingen van het verzoekschriftennetwerk van cruciaal belang zijn om de samenwerking tussen de parlementaire commissies te versterken middels de uitwisseling van informatie en het delen van beste praktijken tussen de leden van het netwerk; roept het Parlement op een mechanisme te ontwerpen om de Commissie verzoekschriften in staat te stellen rechtstreeks bij het wetgevingsproces betrokken te worden;
15. vestigt de aandacht op zijn resolutie van 17 december 2020 over de beraadslagingen van de Commissie verzoekschriften in 2019[1];
16. onderstreept dat de Commissie verzoekschriften, ondanks de beperkte tijd voor commissievergaderingen in 2020 als gevolg van de voorzorgsmaatregelen van het Parlement ter voorkoming van de verspreiding van COVID-19 in zijn gebouwen en de daaruit voortvloeiende beperkte vertolkingsfaciliteiten, haar advies heeft uitgebracht over belangrijke kwesties die in verzoekschriften aan de orde zijn gesteld door bij te dragen aan een groot aantal parlementaire verslagen, met name over de sluiting van het Akkoord inzake de terugtrekking van het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland uit de Europese Unie en de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie[2], over de controle op de toepassing van het EU-recht 2017 en 2018[3], over de aanbevelingen voor de onderhandelingen over een nieuw partnerschap met het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland[4], over de situatie van de grondrechten in de Europese Unie – Jaarverslag voor de jaren 2018-2019[5], over het terugdringen van ongelijkheid, met speciale aandacht voor armoede onder werkenden[6], over Turkije – jaarlijks voortgangsverslag 2019[7], en over de tenuitvoerlegging van Richtlijn 2000/78/EG tot instelling van een algemeen kader voor gelijke behandeling in arbeid en beroep in het licht van het VN-Verdrag inzake de rechten van personen met een handicap[8]; waardeert de werkzaamheden van het secretariaat van de Commissie verzoekschriften in het algemeen en, in het bijzonder, tijdens de pandemie, aangezien de werkomstandigheden complexer werden; benadrukt dat moet worden nagedacht over de uitdagingen tijdens de pandemie en moet worden gezocht naar manieren om het werk van de commissie te verbeteren, met name in tijden van crisis;
17. wijst erop dat de leden van de Commissie verzoekschriften in de aanbevelingen voor de onderhandelingen over een nieuw partnerschap met het Verenigd Koninkrijk hebben benadrukt dat elke EU-burger die in het Verenigd Koninkrijk verblijft, het recht heeft een verzoekschrift in te dienen bij het Europees Parlement overeenkomstig artikel 227 van het VWEU, het recht heeft deel te nemen aan het Europees burgerinitiatief (ECI) en het recht heeft zich na afloop van de overgangsperiode (naar verwachting 31 december 2020) tot de Europese Ombudsman te wenden, en dat zij de Ombudsman hebben verzocht om de voortzetting van haar werkzaamheden die van start zijn gegaan ten tijde van de onderhandelingen over het terugtrekkingsakkoord, met als doel ervoor te zorgen dat de onderhandelingen over een toekomstig partnerschap tussen de EU en het Verenigd Koninkrijk transparant verlopen;
18. vestigt de aandacht op het grote aantal verzoekschriften over COVID-19 dat de Commissie verzoekschriften in 2020 heeft behandeld en beantwoord, waarbij zij in de meeste gevallen gebruik heeft gemaakt van haar urgentieprocedure; benadrukt dat in de meeste van deze verzoekschriften werd aangedrongen op de bescherming van de fundamentele rechten en vrijheden van de burgers tegen de noodmaatregelen, met inbegrip van lockdowns, en op transparantie bij de ontwikkeling, aankoop en distributie van COVID-19-vaccins; benadrukt dat deze verzoekschriften ook vragen omvatten over behandelingen en beschermingsmiddelen, evenals over de beoordeling van het beheer van de gezondheidscrisis in de lidstaten; herinnert er tevens aan dat veel indieners hun bezorgdheid hebben geuit over de gevolgen van de nationale noodmaatregelen, waaronder lockdowns, voor de democratie, de rechtsstaat en de grondrechten, en dat zij vraagtekens hebben geplaatst bij de reis- en werkbeperkingen, evenals bij het initiële gebrek aan coördinatie tussen de lidstaten van de controles aan de binnengrenzen, die het vrije verkeer binnen het Schengengebied hebben belemmerd en met name voor veel grenswerkers, studenten en binationale koppels een probleem vormden, alsook bij het beheer van geannuleerde vluchten en reizen tijdens de pandemie en het terugbetalingsbeleid van de betrokken luchtvaartmaatschappijen; herinnert eraan dat alle restrictieve maatregelen noodzakelijk, evenredig en tijdelijk moeten zijn; herinnert eraan dat het waarborgen van een effectieve, gelijke en uniforme toepassing van het EU-recht van cruciaal belang is voor de handhaving van de rechtsstaat, een van de fundamentele waarden van de Unie en haar lidstaten overeenkomstig artikel 2 VEU, zelfs tijdens een crisis zoals de COVID-19-pandemie; is van mening dat de snelle en doeltreffende behandeling van verzoekschriften met name in tijden van grote crisis een voorwaarde is om het vertrouwen van de burgers in de EU-instellingen te winnen;
19. wijst op het besluit dat tijdens de eerste maanden van de pandemie is genomen om in de Commissie verzoekschriften prioriteit te geven aan verzoekschriften in verband met COVID-19, teneinde naar behoren tegemoet te komen aan de urgente verzoeken van burgers tijdens de eerste maanden van 2020;
20. is ernstig bezorgd over de door de COVID-19-pandemie berokkende schade aan de volksgezondheid en sociaal-economische schade; is ingenomen met het uitstekende werk van de Commissie verzoekschriften, die de bezorgdheid van de burgers over de volksgezondheidscrisis en de sociaal-economische crisis in verband met de COVID-19-pandemie onder de aandacht heeft gebracht en er aldus toe heeft bijgedragen dat het Parlement kan inspelen op de behoeften en verwachtingen van de burgers – met name zij die in het bijzonder getroffen zijn door de gezondheidscrisis – ten aanzien van het vermogen van de Unie om een dergelijke mondiale uitdaging aan te pakken; vestigt in dit verband de aandacht op de belangrijke follow-upacties die de Commissie verzoekschriften heeft ondernomen om te reageren op de kwesties die in de verzoekschriften in verband met COVID-19 aan de orde zijn gesteld, en die ertoe hebben geleid dat de resoluties over het Schengensysteem en de maatregelen die zijn genomen tijdens de COVID-19-crisis[9], over de rechten van personen met een verstandelijke handicap en hun familie tijdens de COVID-19-crisis[10], en over het aanpakken van dakloosheid in de Europese Unie[11] in de plenaire vergadering werden aangenomen;
21. beklemtoont de belangrijke bijdrage die de Commissie verzoekschriften heeft geleverd aan de bescherming van de rechten van het kind, zoals blijkt uit de behandeling van een aantal verzoekschriften over de ontvoering van kinderen door ouders in Japan; wijst in dit verband op de resolutie over de internationale en nationale ontvoering door ouders van EU-kinderen in Japan, waarvan de ontwerpresolutie op 16 juni 2020 door de Commissie verzoekschriften is goedgekeurd en op 8 juli 2020 in de plenaire vergadering is aangenomen[12];
22. vestigt de aandacht op de hoorzitting van 29 oktober 2020, getiteld “Union citizenship: Empowerment, Inclusion, Participation”, die de Commissie verzoekschriften samen met de Commissie juridische zaken, de Commissie constitutionele zaken en de Commissie burgerlijke vrijheden, justitie en binnenlandse zaken heeft gehouden; is van mening dat het Parlement met deze hoorzitting een belangrijke bijdrage heeft geleverd aan het verslag over het EU-burgerschap 2020 van de Commissie en aan de lopende werkzaamheden van de Commissie verzoekschriften over de betrokkenheid van burgers;
23. merkt op dat gezondheid, samen met de grondrechten, in 2020 voor indieners van verzoekschriften het belangrijkste punt van zorg was en erkent dat gezondheidskwesties in verband met de COVID-19-pandemie centraal stonden in de werkzaamheden van de Commissie verzoekschriften; vestigt de aandacht op de resolutie over aanvullende financiering voor biomedisch onderzoek naar myalgische encefalomyelitis, waarvan de ontwerpresolutie op 30 april 2020 door de commissie is goedgekeurd en op 18 juni 2020 in de plenaire vergadering is aangenomen[13]; herinnert eraan dat de resolutie van het Parlement warm is onthaald door de wetenschappelijke gemeenschap en patiënten, omdat in de resolutie wordt opgeroepen om in de lidstaten meer bewustzijn te creëren over dit soort ziekten door opleidingen aan te bieden die gericht zijn op werknemers van overheidsinstellingen, zorgverleners en ambtenaren in het algemeen; herhaalt in dit verband zijn oproep tot gecoördineerde en intensievere onderzoeksinspanningen en aanvullende financiering, waaronder in het kader van het programma Horizon Europa, ter ondersteuning van de vooruitgang in het onderzoek, om de menselijke en sociaal-economische gevolgen aan te pakken van het toenemende aantal mensen dat moet leven en werken terwijl ze lijden aan langdurig invaliderende en chronische aandoeningen;
24. merkt op dat milieukwesties in 2020 voor indieners een punt van ernstige zorg zijn gebleven; betreurt dat de milieuvoorschriften in de lidstaten niet altijd correct worden toegepast, zoals beschreven in de talrijke verzoekschriften waarin klachten worden geuit over luchtverontreiniging, de aantasting van natuurlijke ecosystemen, nucleaire veiligheid en de impact van mijnbouwactiviteiten op het milieu; beklemtoont dat het belangrijk is tegemoet te komen aan de verwachtingen van de EU-burgers op het gebied van milieubescherming; dringt er derhalve bij de Commissie op aan om samen met de lidstaten te zorgen voor een correcte uitvoering van de EU-wetgeving op dit gebied;
25. is verheugd over de specifieke beschermende rol die de Commissie verzoekschriften binnen de EU vervult in het kader van de tenuitvoerlegging van het VN-Verdrag inzake de rechten van personen met een handicap; wijst op de belangrijke lopende werkzaamheden van de commissie in verband met verzoekschriften over kwesties met betrekking tot handicaps; merkt op dat het aantal verzoekschriften over handicaps in 2020 bijna is verdubbeld in vergelijking met het voorgaande jaar; beklemtoont dat discriminatie en toegang tot onderwijs en werkgelegenheid nog steeds tot de belangrijkste uitdagingen voor personen met een handicap behoren en is van mening dat de Commissie en de lidstaten meer moeten doen om essentiële diensten volledig toegankelijk te maken; dringt aan op de tenuitvoerlegging van concrete voorstellen om inclusiviteit te bevorderen en de erkenning en overdraagbaarheid van vaardigheden in de EU te vergemakkelijken;
26. herinnert eraan dat de Commissie verzoekschriften in 2020 specifieke aandacht heeft besteed aan de bespreking van verzoekschriften over de moeilijkheden die mensen met een verstandelijke handicap en hun gezinnen hebben ondervonden tijdens de COVID‑19-pandemie, met name wat betreft de toegang tot gezondheidsdiensten, persoonlijke bijstand en contact met familie en verzorgers; vestigt in dit verband de aandacht op de resolutie over de rechten van personen met een verstandelijke handicap en hun familie tijdens de COVID-19-crisis, die de Commissie verzoekschriften heeft ingediend en die op 8 juli 2020 in de plenaire vergadering is aangenomen; is ingenomen met het resultaat van de jaarlijkse workshop van de Commissie verzoekschriften over de bescherming van de rechten van personen met een handicap – de nieuwe strategie inzake handicaps – die plaatsvond tijdens de commissievergadering van 28 oktober 2020;
27. herinnert eraan dat het onderhouden van de betrekkingen met de Europese Ombudsman een van de taken is die het Reglement aan de Commissie verzoekschriften heeft opgedragen; is verheugd over de constructieve samenwerking van het Parlement met de Europese Ombudsman en over zijn betrokkenheid bij het Europese netwerk van ombudsmannen; erkent de regelmatige bijdragen die de Europese Ombudsman gedurende het hele jaar levert aan de werkzaamheden van de Commissie verzoekschriften; is stellig van oordeel dat de instellingen, organen en instanties van de Unie moeten zorgen voor een consistente en doeltreffende follow-up van de aanbevelingen van de Ombudsman;
28. acht het van essentieel belang dat burgers rechtstreeks kunnen worden betrokken bij het indienen van wetgevingsvoorstellen; benadrukt dat het EBI voor de Commissie verzoekschriften een belangrijk instrument voor actief burgerschap is, alsook een uniek instrument voor Europese participatieve democratie, en dat het daarom op open en responsieve wijze moet worden benaderd; benadrukt dat openbare hoorzittingen een uitstekende kans zijn voor de organisatoren om hun initiatief in het openbaar aan de EU-instellingen en deskundigen voor te leggen, zodat de Commissie en het Parlement een goed inzicht kunnen krijgen in de gewenste resultaten van het EBI; roept de Commissie op te overwegen op basis van de inhoud van succesvolle EBI’s een wetgevingsvoorstel in te dienen;
29. onderstreept dat transparantie en toegang van het publiek tot de documenten van de EU‑instellingen van essentieel belang zijn om het hoogste niveau van bescherming van de democratische rechten van de burgers te waarborgen en ervoor te zorgen dat zij vertrouwen hebben in de EU-instellingen; wijst erop dat de huidige Verordening (EG) nr. 1049/2001 inzake de toegang van het publiek tot documenten van het Europees Parlement, de Raad en de Commissie niet langer de werkelijke situatie weerspiegelt; betreurt ten zeerste dat de herziening van Verordening (EG) nr. 1049/2001 al jaren geblokkeerd is en dat er geen vooruitgang wordt geboekt; verzoekt de Commissie een voorstel in te dienen voor een herschikking van de verordening van 2001, teneinde de transparantie en verantwoordingsplicht te vergroten door goede administratieve praktijken te bevorderen, in overeenstemming met de vereisten van het Verdrag van Lissabon;
30. onderstreept dat het internetportaal voor verzoekschriften een essentieel instrument is om een vlotte, efficiënte en transparante verzoekschriftenprocedure te waarborgen; is in dit verband ingenomen met de verbeteringen op het gebied van gegevensbescherming en veiligheidskenmerken, die het portaal gebruiksvriendelijker en veiliger hebben gemaakt voor de burgers; beklemtoont dat de inspanningen moeten worden voortgezet om het portaal via sociale media bekender te maken, het gemakkelijker te maken het portaal te raadplegen en het portaal volledig toegankelijk te maken voor alle burgers, met name voor personen met een handicap, onder meer door de indiening van verzoekschriften in nationale gebarentalen mogelijk te maken; dringt erop aan dat er meer informatie wordt gepubliceerd op het webportaal voor verzoekschriften, onder meer over de voortgang van de verzoekschriften en onderzoeken in andere instellingen; roept op om te beoordelen hoe het gebruik van een gestolen of valse identiteit kan worden voorkomen en benadrukt dat het geautomatiseerde registratie- en handtekeningsysteem dringend moet worden gewijzigd of bijgewerkt om het echt flexibel te maken en de burgers in staat te stellen in real time deel te nemen overeenkomstig hun behoeften; steunt de oprichting van één digitale portaalsite waar burgers toegang hebben tot en alle informatie kunnen vinden over de verzoekschriftenprocedures;
31. merkt op dat het aantal mensen dat een of meer verzoekschriften steunt sterk toeneemt, maar dat veel indieners nog steeds zeggen dat de stappen die moeten worden ondernomen om een verzoekschrift op het internetportaal voor verzoekschriften van het Parlement te steunen, ingewikkeld zijn; is van mening dat de burgers hun petitierecht beter zouden kunnen uitoefenen als de procedure wordt vereenvoudigd;
32. verzoekt zijn Voorzitter deze resolutie en het verslag van de Commissie verzoekschriften te doen toekomen aan de Raad, de Commissie, de Europese Ombudsman, de regeringen en de parlementen van de lidstaten, alsmede aan hun verzoekschriftencommissies en nationale ombudsmannen of soortgelijke bevoegde organen in de lidstaten.
TOELICHTING
Overeenkomstig artikel 227, lid 7, van het Reglement brengt de Commissie verzoekschriften jaarlijks verslag uit over de resultaten van haar beraadslagingen. Het verslag bevat een uitgebreid overzicht van de werkzaamheden van de commissie in 2020 en een statistische analyse van de ontvangen en behandelde verzoekschriften, alsmede een inventarisatie van andere parlementaire activiteiten, zoals de goedkeuring van verslagen en adviezen, de organisatie van hoorzittingen en de betrekkingen van de commissie met andere EU-instellingen. Er wordt aan herinnerd dat de belangrijkste werkzaamheden van de Commissie verzoekschriften voortvloeien uit het recht van burgers en ingezetenen van de EU om een verzoekschrift in te dienen bij het Europees Parlement (artikel 227 VWEU), en niet rechtstreeks verband houden met het werkprogramma van de Commissie.
In 2020 hebben de uitbraak van de COVID-19-pandemie en de noodmaatregelen die in heel de Europese Unie werden genomen om het hoofd te bieden aan de ongekende volksgezondheidscrisis en de sociale gevolgen daarvan, de parlementaire democratie voor grote uitdagingen gesteld.
Vanaf het begin van de pandemie heeft het Europees Parlement een reeks ongekende maatregelen genomen die tot doel hadden de continuïteit van de kerntaken van het Parlement te waarborgen en tegelijkertijd gezondheidsrisico’s voor de leden en het personeel van het Parlement te vermijden. Met het oog daarop heeft de Voorzitter sinds maart 2020 diverse besluiten genomen waarmee onder meer alle evenementen in en bezoeken aan de gebouwen van het Parlement in de drie werkplaatsen, met inbegrip van delegaties en hoorzittingen in commissies, werden afgelast, maar waarmee de operationele capaciteit van de bestuursorganen van het Parlement, de plenaire vergadering en de gewone en buitengewone commissievergaderingen intact werd gelaten. De kernactiviteiten werden verminderd, maar in voldoende mate in stand gehouden om te verzekeren dat het Parlement zijn wetgevings-, begrotings- en controletaken kon blijven uitoefenen.
Om de leden in staat te stellen vanuit hun thuisland deel te nemen aan de parlementaire activiteiten, hebben de diensten van het Parlement grote inspanningen geleverd om digitale systemen voor vergaderingen en stemmen op afstand te ontwikkelen, die specifiek zijn afgestemd op de open, dynamische en meertalige omgeving van het Parlement. Deze procedures op afstand werden voor het eerst gebruikt tijdens de buitengewone plenaire vergadering van 26 maart 2020 – toen het Parlement cruciale steunmaatregelen van de EU om de pandemie aan te pakken, goedkeurde – en zijn sindsdien in gebruik, terwijl ze geleidelijk werden verbeterd en opgewaardeerd.
Onder deze uitzonderlijke omstandigheden heeft de Commissie verzoekschriften zich niet alleen snel aangepast aan deze nieuwe manier van werken, maar heeft zij ook een beslissende rol gespeeld bij de inspanningen van het Parlement om snel te reageren op de toenemende zorgen van de burgers over de pandemie en de ernstige gevolgen daarvan voor de economie, de samenleving en de democratie.
Ten eerste hebben de coördinatoren van de Commissie verzoekschriften op 2 april 2020 besloten de gewone procedure van de commissie voor de behandeling van verzoekschriften aan te passen, zodat burgers verzoekschriften kunnen blijven indienen en de besluiten van de commissie over de ontvankelijkheid en de follow-upacties in de gebruikelijke tijdsspanne kunnen ontvangen. Daartoe hebben de coördinatoren besloten vaker gebruik te maken van de schriftelijke procedures voor de behandeling van en de stemming over de betwiste aanbevelingen, en voor de bekendmaking van de resultaten daarvan. Ten tweede besloten de coördinatoren om bij verzoekschriften over COVID-19 de urgentieprocedure te volgen en deze met voorrang te behandelen.
Daartoe heeft de commissie, na de herziening van het vergaderrooster van het Parlement, op 30 april 2020 een buitengewone vergadering gehouden om de bezorgdheid van de burgers over de uitbraak van COVID-19 te bespreken, die aan de orde is gesteld in een groot aantal bij het Parlement ingediende verzoekschriften. Tijdens deze vergadering heeft de commissie ook haar eerste stemming op afstand gehouden en het ontwerpadvies over de aanbevelingen voor de onderhandelingen over een nieuw partnerschap met het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland goedgekeurd, alsmede de ontwerpresolutie over aanvullende financiering voor biomedisch onderzoek naar myalgische encefalomyelitis.
Afgezien daarvan waren alle commissievergaderingen van 30 april tot 2 juli 2020 volledig gewijd aan de behandeling van verzoekschriften over kwesties in verband met het beheer van de COVID-19-gezondheidscrisis en de impact van de nationale noodmaatregelen op de grondrechten. Tot de maand september bestonden al deze vergaderingen uit twee uur vergadertijd via interactio en werd voorzien in beperkte vertolking wegens de verminderde capaciteit van de beschikbare vertolkingsinfrastructuur. De commissievergaderingen vonden plaats in de gebouwen van het Parlement, met deelname op afstand van de indieners van de verzoekschriften, de vertegenwoordigers van de Europese Commissie en de meeste leden.
Tot slot zij eraan herinnerd dat de coördinatoren tijdens hun vergadering van 13 juli 2020 hebben besloten de urgentieprocedure stop te zetten en de gewone procedure te volgen voor elk nieuw ontvangen verzoekschrift over COVID-19, gelet op de lichte daling van het aantal verzoekschriften hierover. Bovendien is met ingang van september 2020 het aantal tijdsblokken voor gewone commissievergaderingen verhoogd naar vier keer twee uur vergaderen per maand.
Statistische analyse van de in 2020 ontvangen verzoekschriften ten opzichte van 2019
Volgens de statistieken heeft het Europees Parlement in 2020 1 573 verzoekschriften ontvangen, wat neerkomt op een stijging met 15,9 % ten opzichte van de 1 357 verzoekschriften die in 2019 zijn ingediend, en met 28,9 % ten opzichte van de 1 220 verzoekschriften die in 2018 zijn geregistreerd. Het grote aantal verzoekschriften over COVID-19 heeft er in belangrijke mate toe bijgedragen dat de stroom van verzoekschriften in 2020 is toegenomen ten opzichte van 2019 en 2018.
Gebruikers van het internetportaal voor verzoekschriften kunnen ook verzoekschriften medeondertekenen. In 2020 traden 48 882 gebruikers op als medeondertekenaar, tegen 28 076 in 2019. Daaruit blijkt dat het aantal gebruikers die verzoekschriften op het internetportaal mede hebben ondertekend, aanzienlijk is gestegen ten opzichte van het voorgaande jaar.
In 2020 werden 48 verzoekschriften medeondertekend door meer dan 1 burger. Van de 48 verzoekschriften die door meer dan 1 burger waren ondertekend, waren er 8 ondertekend door meer dan 1 000 burgers en 2 door meer dan 10 000 burgers.
Wijze van indiening van de verzoekschriften
In 2020 werd bijna 80 % van de verzoekschriften via het internetportaal voor verzoekschriften ingediend, terwijl 20 % van de verzoekschriften per post werd ingediend. Uit de cijfers in de twee tabellen blijkt dat het aantal via het internetportaal ingediende verzoekschriften in 2020 met 25 % is toegenomen ten opzichte van 2019. Hieruit blijkt ook dat dit aantal met 45,3 % is toegenomen in vergelijking met 2018, toen 863 verzoekschriften via het portaal werden ingediend, hetgeen bevestigt dat het internetportaal voor verzoekschriften verreweg het meest gebruikte kanaal is geworden voor indiening van verzoekschriften van burgers aan het Europees Parlement.
2020
|
2019 |
||||||||||||||||||
|
|
Status van de verzoekschriften per kalenderjaar[14]
De volgende tabel toont de status van verzoekschriften van 2003 tot 2020. Opgemerkt zij dat de meeste verzoekschriften in 2020 binnen een jaar nadat zij door de commissie werden ontvangen en onderzocht, zijn afgesloten. Na vergelijking met de gegevens over de status van de in de jaarverslagen over de periode 2010-2019 opgenomen verzoekschriften kan worden geconcludeerd dat de meeste verzoekschriften binnen een jaar na ontvangst en beoordeling worden afgesloten. Zeer kleine percentages (van 0,3 % tot 13,1 %) van de verzoekschriften van 2004 tot en met 2015 blijven open. De meeste van deze openstaande verzoekschriften hebben betrekking op milieukwesties en lopende inbreukprocedures bij het Hof van Justitie van de Europese Unie of op kwesties die de leden van de commissie op de voet willen volgen.
Status van de verzoekschriften
|
|||||
Jaar |
Aantal verzoekschriften |
Openbare procedure |
Gesloten procedure |
||
2020 |
1 573 |
652 |
41,4 % |
896 |
57,0 % |
2019 |
1 357 |
363 |
26,8 % |
994 |
73,2 % |
2018 |
1 220 |
299 |
24,5 % |
921 |
75,5 % |
2017 |
1 271 |
256 |
20,1 % |
1 015 |
79,9 % |
2016 |
1 569 |
478 |
30,5 % |
1 091 |
69,5 % |
2015 |
1 431 |
187 |
13,1 % |
1 244 |
86,9 % |
2014 |
2 715 |
225 |
8,3 % |
2 490 |
91,7 % |
2013 |
2 891 |
296 |
10,2 % |
2 595 |
89,8 % |
2012 |
1 986 |
125 |
6,3 % |
1 861 |
93,7 % |
2011 |
1 414 |
71 |
5,0 % |
1 343 |
95,0 % |
2010 |
1 656 |
37 |
2,2 % |
1 619 |
97,8 % |
2009 |
1 924 |
14 |
0,7 % |
1 910 |
99,3 % |
2008 |
1 886 |
19 |
1,0 % |
1 867 |
99,0 % |
2007 |
1 506 |
23 |
1,5 % |
1 483 |
98,5 % |
2006 |
1 021 |
4 |
0,4 % |
1 017 |
99,6 % |
2005 |
1 016 |
3 |
0,3 % |
1 013 |
99,7 % |
2004 |
1 002 |
3 |
0,3 % |
999 |
99,7 % |
2003 |
1 315 |
0 |
0 % |
1 315 |
100,0 % |
Behandeling van de verzoekschriften[15]
2020 |
|
|
|
2019 |
|
|
Behandeling van de verzoekschriften |
Nummer |
% |
|
Behandeling van de verzoekschriften |
Nummer |
%
|
Ontvankelijk verklaard en afgesloten
|
478 |
30,39 % |
|
Ontvankelijk verklaard en afgesloten |
575 |
42,37 % |
Ontvankelijk verklaard en openstaand
|
652 |
41,45 % |
|
Ontvankelijk verklaard en openstaand |
363 |
26,75 % |
Niet-ontvankelijk
|
392 |
24,92 % |
|
Niet-ontvankelijk |
406 |
29,9 % |
Ingetrokken
|
51 |
3,24 % |
|
Ingetrokken |
13 |
0,9 % |
Voor advies aan de EC overgelegd
|
794 |
52,90 % |
|
Voor advies aan de EC overgelegd |
557 |
48,27 % |
Voor advies aan andere organen overgelegd
|
44 |
2,93 % |
|
Voor advies aan andere organen overgelegd |
43 |
3,73 % |
Ter informatie aan andere organen overgelegd |
663 |
44,17 % |
|
Ter informatie aan andere organen overgelegd |
554 |
48,01 % |
Uit de tabellen blijkt dat het percentage van de in 2020 niet-ontvankelijk verklaarde verzoekschriften iets lager is dan het percentage van de in 2019 niet-ontvankelijk verklaarde verzoekschriften. In 2020 is ook het percentage van de ontvankelijke verzoekschriften (30,39 %), dat onmiddellijk is afgesloten door informatie te verstrekken aan indiener, lager dan in 2019 (42,37 %). Hieruit volgt dat in 2020 meer verzoekschriften (41,45 %) open werden gehouden dan in 2019, toen 26,75 % van de verzoekschriften open werd gehouden.
Ook moet worden opgemerkt dat in 2020 meer dan de helft van de ontvankelijke verzoekschriften voor advies naar de Commissie is gestuurd.
Ten slotte blijft het percentage verzoekschriften dat voor advies naar andere instanties wordt gezonden, in beide jaren vrijwel gelijk.
Aantal verzoekschriften per land
Onderstaande twee tabellen tonen de veranderingen in de aantallen en percentages verzoekschriften per land tussen 2019 en 2020. Een groot aantal van de in beide jaren ingediende verzoekschriften hebben betrekking op de EU. Dit betekent dat in deze verzoekschriften EU-brede kwesties aan de orde worden gesteld of wordt oproepen tot het nemen van gemeenschappelijke maatregelen die in de hele EU moeten worden uitgevoerd. Verzoekschriften over de EU kunnen ook betrekking hebben op een of meer lidstaten en worden daarom geregistreerd zowel onder de EU als onder de betrokken lidstaten. Dit verklaart waarom de som van de verzoekschriften over de EU en van de verzoekschriften over de lidstaten, groter is dan het totale aantal in 2019 en 2020 ingediende verzoekschriften.
Voorts moet worden benadrukt dat de negen landen waarop de meeste verzoekschriften betrekking hebben, in beide jaren dezelfde zijn gebleven, met als enige uitzondering Frankrijk. In 2020 is het aantal verzoekschriften betreffende Frankrijk bijna gehalveerd ten opzichte van 2019 (21 verzoekschriften in 2020 tegen 40 verzoekschriften in 2019). Bovendien is de volgorde van de meest betrokken landen aanzienlijk veranderd. Het merendeel van de in 2020 ingediende verzoekschriften heeft betrekking op Spanje, met een aanzienlijke stijging van 72,6% ten opzichte van 2019. Het aantal verzoekschriften met betrekking tot Duitsland en Italië is daarentegen afgenomen met respectievelijk 15,3 % en 33 % in vergelijking met 2019.
Een ander opmerkelijk verschil betreft het Verenigd Koninkrijk. In 2020 heeft de commissie 38 verzoekschriften over het Verenigd Koninkrijk ontvangen, wat minder is dan de helft van de verzoekschriften over het Verenigd Koninkrijk die in 2019 zijn ontvangen. Het aantal verzoekschriften met betrekking tot Polen is daarentegen in 2020 aanzienlijk toegenomen (89 verzoekschriften) ten opzichte van 2019 (51 verzoekschriften).
Wat de landen onderaan de lijst betreft, blijven Slovenië en Estland in beide jaren de minst betrokken landen.
2020 2019
Land |
Verz.schriften |
% |
Europese Unie |
642 |
33.1 |
Spanje |
283 |
14.6 |
Duitsland |
172 |
8.9 |
Polen |
89 |
4.6 |
Italië |
69 |
3.6 |
Roemenië |
56 |
2.9 |
Bulgarije |
42 |
2.2 |
Verenigd Koninkrijk |
38 |
2.0 |
Griekenland |
29 |
1.5 |
Oostenrijk |
23 |
1.2 |
Andere EU-landen |
187 |
9.3 |
Niet-EU-landen |
130 |
6.7 |
Land |
Verz.schriften |
% |
Europese Unie |
599 |
34.6 |
Duitsland |
203 |
11.7 |
Spanje |
164 |
9.5 |
Italië |
103 |
5.9 |
Verenigd Koninkrijk |
90 |
5.2 |
Roemenië |
80 |
4.6 |
Bulgarije |
52 |
3.0 |
Polen |
51 |
2.9 |
Griekenland |
46 |
2.7 |
Frankrijk |
40 |
2.3 |
Andere EU-landen |
218 |
12.6 |
Niet-EU-landen |
86 |
5.0 |
Taal van de verzoekschriften
In 2020 zijn, net zoals in 2019, verzoekschriften ontvangen in 22 van de officiële talen van de Europese Unie. Het Duits en het Engels blijven in beide jaren de meest gebruikte talen. Bovendien laten de tabellen zien dat het Duits, het Engels, het Spaans en het Italiaans goed waren voor bijna driekwart (76,5 %-71,8 %) van de in beide jaren ontvangen verzoekschriften.
Het Deens, het Maltees en het Sloveens waren in 2020 de minst gebruikte talen, in 2019 waren dit het Slowaaks, het Lets en het Sloveens.
2020 2019
Taal van het verzoekschrift |
Aantal verzoekschriften |
% |
Duits |
386 |
24,5 |
Engels |
379 |
24,1 |
Spaans |
334 |
21,2 |
Italiaans |
106 |
6,7 |
Pools |
76 |
4,8 |
Roemeens |
52 |
3,3 |
Frans |
37 |
2,3 |
Overige |
203 |
12,9 |
Totaal |
1 573 |
100 |
Taal van het verzoekschrift |
Aantal verzoekschriften |
% |
Duits |
337 |
24,8 |
Engels |
331 |
24,4 |
Spaans |
183 |
13,5 |
Italiaans |
123 |
9,1 |
Roemeens |
60 |
4,4 |
Pools |
56 |
4,1 |
Frans |
53 |
3,9 |
Overige |
214 |
15,8 |
Totaal |
1 357 |
100 |
Nationaliteit van de indieners
Wat nationaliteit betreft, vertegenwoordigen de door Duitse burgers ingediende verzoekschriften het hoogste aantal in beide jaren, met een stijging van 17,1 % in 2020.
Bovendien blijkt uit onderstaande tabellen dat het aantal door Spaanse en Poolse burgers ingediende verzoekschriften in 2020 aanzienlijk is gestegen in vergelijking met het jaar daarvoor. Meer specifiek zijn de in 2020 door Spaanse en Poolse burgers ingediende verzoekschriften gestegen met respectievelijk 83,1 % en 45,8 %.
Het aantal door Britse burgers ingediende verzoekschriften is daarentegen in 2020 met meer dan de helft gedaald (56,8 %). Net als in 2019 hebben de belangrijkste kwesties die Britse indieners in 2020 aan de orde stellen, betrekking op het verlies van het EU-burgerschap en de daarmee samenhangende rechten, alsmede op de tenuitvoerlegging van het terugtrekkingsakkoord.
2020 |
|
|
|
2019 |
|
|
Nationaliteit van voornaamste indiener |
Aantal verzoekschriften |
% |
|
Nationaliteit van voornaamste indiener |
Aantal verzoekschriften |
% |
Duitsland |
404 |
13,8 |
|
Duitsland |
345 |
25,4 |
Spanje |
368 |
12,5 |
|
Spanje |
201 |
14,8 |
Italië |
127 |
4,3 |
|
Italië |
139 |
10,2 |
Polen |
105 |
3,6 |
|
Roemenië |
97 |
7,1 |
Roemenië |
89 |
3,0 |
|
Verenigd Koninkrijk |
88 |
6,5 |
Bulgarije |
47 |
1,6 |
|
Polen |
72 |
5,3 |
Griekenland |
45 |
1,5 |
|
Griekenland |
55 |
4,0 |
Finland |
40 |
1,4 |
|
Bulgarije |
52 |
3,8 |
Verenigd Koninkrijk |
38 |
1,3 |
|
Frankrijk |
51 |
3,8 |
Andere EU-nationaliteiten |
262 |
8,8 |
|
Andere EU-nationaliteiten |
231 |
17,1 |
Niet EU-nationaliteiten |
51 |
1,7 |
|
Niet EU-nationaliteiten |
28 |
2,0 |
Voornaamste onderwerpen van de verzoekschriften
In de onderstaande tabellen worden de tien voornaamste onderwerpen van de verzoekschriften vermeld. Uit de tabellen kan worden geconcludeerd dat grondrechten en milieu in zowel 2020 als 2019 hoog op de ranglijst stonden.
In 2020 is het aantal verzoekschriften waarin bezorgdheid over de gezondheid en de grondrechten wordt geuit, echter aanzienlijk gestegen. Het lijdt geen twijfel dat de hoogste toename gezondheid betreft. Meer bepaald heeft de commissie in 2020 221 verzoekschriften over gezondheid ontvangen, tegenover de 97 verzoekschriften die in 2019 onder hetzelfde thema werden geregistreerd. Het aantal is in 2020 meer dan verdubbeld, hetgeen vooral is toe te schrijven aan het grote aantal verzoekschriften over COVID-19. In dit verband zij eraan herinnerd dat meer dan de helft van de verzoekschriften over gezondheid verband houdt met de noodsituatie op het gebied van de volksgezondheid die is ontstaan door de uitbraak en de verspreiding van COVID-19 (122 van de 221).
Wat de grondrechten betreft, is het aantal verzoekschriften over dit onderwerp in 2020 met 41,8 % gestegen ten opzichte van 2019. Het is ook interessant om op te merken dat in 2020 72 van de 268 verzoekschriften die onder het thema grondrechten zijn geregistreerd, betrekking hebben op de impact van nationale COVID-19-gerelateerde noodmaatregelen op de grondrechten en fundamentele vrijheden van burgers, waaronder de vrijheid van verplaatsing, het recht op werk, het recht op toegang tot informatie en het recht op onderwijs.
Aan de andere kant is in 2020 het aantal verzoekschriften over milieu en justitie afgenomen met respectievelijk 20,6 % en 17,9 %.
2020
|
2019 |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
Internetportaal voor verzoekschriften
Het eind 2014 opgerichte internetportaal voor verzoekschriften is verder verbeterd om het gebruiksvriendelijker, veiliger en toegankelijker te maken voor de burgers.
In 2020 zijn er belangrijke technische upgrades uitgevoerd waardoor de ervaringen van de gebruikers met het internetportaal konden worden verbeterd. Ten eerste zijn twee nieuwe versies van het internetportaal uitgebracht, één in augustus en één in november 2020, waarmee een aantal correcties en ontwikkelingen werden geïmplementeerd die tot doel hadden een aantal beveiligingsproblemen op te lossen. Ten tweede zijn de veelgestelde vragen (FAQ) bijgewerkt en zijn nieuwe schermafbeeldingen toegevoegd. Afgezien daarvan zijn echter ook enkele verbeteringen in verband met gegevensbescherming aangebracht om gevolg te kunnen geven aan de aanbevelingen van de Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming, en is een nieuw wachtwoordherstelmechanisme ingevoerd. Bovendien is de koppeling tussen het internetportaal voor verzoekschriften, ePeti en PETIGREF verder ontwikkeld, waarvoor de gebruikersinterface ingrijpend moest worden gewijzigd. Tot slot zijn werkzaamheden uitgevoerd om de integratie van externe ontwikkelingen en van Hermes te kunnen verzekeren.
Al deze verbeteringen en updates zijn gepresenteerd en besproken tijdens de vergadering van de stuurgroep voor het verzoekschriftenportaal, die plaatsvond op 16 oktober 2020.
Betrekkingen met de Commissie
De Commissie blijft als EU-instelling die de toepassing en naleving van het EU-recht moet waarborgen, de natuurlijke partner van de Commissie verzoekschriften bij de verwerking van verzoekschriften. De Commissie verzoekschriften en de Commissie werken al langere tijd voortdurend samen. Het belangrijkste contactpunt in de Commissie is het secretariaat-generaal, dat de verdeling van de verzoekschriften aan de betrokken diensten van de Commissie coördineert en de antwoorden van de Commissie toezendt aan het secretariaat van de Commissie verzoekschriften. De Commissie heeft weliswaar meer inspanningen ondernomen om op tijd te antwoorden, maar de Commissie verzoekschriften is van mening dat zij actiever moet deelnemen aan haar werkzaamheden en moet verzekeren dat indieners van verzoekschriften nauwkeurige antwoorden krijgen op hun verzoeken en klachten betreffende de tenuitvoerlegging van de EU-wetgeving.
Voorts herhaalt de Commissie verzoekschriften haar verzoek om regelmatig op de hoogte te worden gehouden van de ontwikkelingen in inbreukprocedures en dringt zij aan op transparantie van en toegang tot documenten met betrekking tot inbreuken en EU Pilot-procedures die verband houden met openstaande verzoekschriften. Tot slot blijft de commissie kritisch ten aanzien van het nieuwe handhavingsbeleid van de Commissie dat is aangekondigd in haar mededeling van 2016 met als titel “EU-wetgeving: betere resultaten door betere toepassing” (C(2016)8600), waarmee wordt beoogd burgers door te verwijzen naar het nationale niveau wanneer klachten of verzoekschriften geen betrekking hebben op bredere principiële kwesties of op systematische niet-naleving van het EU-recht. In dit verband is de commissie van mening dat de Commissie moet nagaan of de nationale autoriteiten de nodige stappen ondernemen om tegemoet te komen aan de bezorgdheid van de burgers zoals die in hun verzoekschriften tot uiting komt.
In 2020 heeft de Conferentie van commissievoorzitters, gelet op de beperkte tijd voor commissievergaderingen en -activiteiten ten gevolge van de voorzorgsmaatregelen van het Parlement om de verspreiding van COVID-19 te beperken, bij wijze van uitzondering besloten (op 3 april 2020) dat de commissies met de Commissie schriftelijk van gedachten kunnen wisselen.
Als gevolg van dit besluit heeft de voorzitter van de commissie op 21 april 2020 een brief gestuurd aan de vicevoorzitter van de Commissie, Maroš Šefčovič, die een lijst met vragen bevatte die voornamelijk waren gericht op de door de Commissie overwogen maatregelen om de gezondheids-, economische en sociale crises als gevolg van de COVID-19-pandemie het hoofd te bieden, en op de betrokkenheid van de Commissie bij het werk van de commissie en haar aanpak van verzoekschriften die geen systematische schendingen van het EU-recht aan de orde stellen, evenals een reeks interinstitutionele kwesties, gaande van de Conferentie over de toekomst van Europa tot de transparantieverplichtingen in de Raad. Rekening houdend met de door de vicevoorzitter van de Commissie verschafte antwoorden heeft de Commissie verzoekschriften op 7 mei 2020 haar belangrijkste boodschappen voor het samenvattend verslag van het Parlement in het kader van de gestructureerde dialoog vastgesteld.
Voorts was de Commissie verzoekschriften verheugd over de deelname op afstand van vicevoorzitter Maroš Šefčovič aan haar vergadering op 3 december 2020 in het kader van de jaarlijkse cyclus van de gestructureerde dialoog. Het doel hiervan was een vervolg te geven aan de schriftelijke procedure van april en mei 2020 en de relevante initiatieven te bespreken die deel uitmaken van het nieuwe werkprogramma van de Commissie, en in het bijzonder de verwezenlijking van de hoofdambitie “Een nieuwe impuls voor Europese democratie”. Het Commissielid prees de vruchtbare samenwerking met de Commissie verzoekschriften en belichtte enkele van de belangrijkste punten van het werkprogramma van de Commissie.
Tot slot heeft de Commissie verzoekschriften op 2 december 2020 een gedachtewisseling gehouden met mevrouw Salla Saastamoinen, waarnemend directeur-generaal van het directoraat-generaal Gezondheid en Consumenten van de Commissie, over de resultaten van het toezicht op de door de lidstaten ingevoerde COVID-19-maatregelen.
Betrekkingen met de Raad
Leden van het secretariaat van de Raad nemen af en toe deel aan de vergaderingen van de Commissie verzoekschriften. Helaas is de deelname van de Raad aan de debatten in 2020 zeer beperkt gebleven. In dit verband is de commissie van mening dat een actievere samenwerking met de lidstaten nodig is om de verzoekschriften te deblokkeren die snelle reacties en antwoorden van nationale instanties vereisen. Afgezien daarvan erkent de commissie de inspanningen die verschillende lidstaten hebben geleverd om actief bij te dragen aan de discussie over de respectieve verzoekschriften in commissievergaderingen. In dit verband zij herinnerd aan de deelname van de permanente vertegenwoordiging van Slowakije aan de bespreking van verzoekschrift nr. 0194/2020 over vermeende corruptie in Slowakije tijdens de commissievergadering van 10 november 2020.
Betrekkingen met de Europese Ombudsman
De Commissie verzoekschriften heeft constructieve zakelijke betrekkingen onderhouden met het bureau van de Europese Ombudsman.
In 2020 heeft de Ombudsman, Emily O’Reilly, haar jaarverslag 2019 voorgesteld tijdens de commissievergadering van donderdag 3 september 2020. Bij die gelegenheid heeft de Ombudsman het Parlement bedankt voor haar herverkiezing en de speciale betrekkingen met de Commissie verzoekschriften beklemtoond. Ook gaf zij een korte presentatie over de voortgang van haar werkzaamheden in het afgelopen jaar, gaf zij voorbeelden van individuele gevallen die door haar instelling zijn opgelost en nam zij nota van de door de instellingen geboekte vooruitgang bij het verbeteren van de administratieve praktijken. Bovendien heeft de Ombudsman uiting gegeven aan haar voldoening over de enorme steun van het Parlement aan het speciale verslag van de Europese Ombudsman over de verantwoordingsplicht van de Raad en de transparantie in zijn wetgevingsproces.
Betrekkingen met de Europese Rekenkamer
In de afgelopen jaren heeft de Commissie verzoekschriften constructieve zakelijke betrekkingen kunnen opbouwen met de Europese Rekenkamer en actief bijgedragen aan haar jaarlijkse werkprogramma’s.
In 2020 heeft de Commissie verzoekschriften als bijdrage aan het werkprogramma 2021 van de Rekenkamer de volgende voorstellen gedaan: – “Evaluatie van het gebruik van financiële middelen en programma’s van de EU voor armoedebestrijding in de EU”; – “Welzijn van dieren tijdens het vervoer – Respecteert de EU het welzijn van dieren tijdens het vervoer?”
Afgezien daarvan heeft de voorzitter van de Rekenkamer in een brief van 11 mei 2020 de commissies de mogelijkheid geboden om aanvullende suggesties te doen voor het werkprogramma 2021 van de Rekenkamer, opdat daarin rekening kan worden met vraagstukken in verband met de COVID-19-pandemie. In dit verband heeft de Commissie verzoekschriften een aantal aanvullende voorstellen ingediend waaronder een voorstel om een beoordeling te maken van de gevolgen van COVID-19 voor zoek- en reddingsoperaties op de Middellandse Zee, het vrije verkeer van migrerende werknemers of grensarbeiders en gendergerelateerd geweld tijdens de lockdown, alsmede een voorstel om een beoordeling te maken van de behoeften aan en aankoop van goederen en diensten in verband met COVID‑19-projecten waarvoor is betaald met EU-middelen.
Tot slot heeft de Commissie verzoekschriften op 20 januari 2020 geluisterd naar de presentatie door rapporteur Annemie Turtelboom van Speciaal verslag nr. 14/2019 van de Rekenkamer: ““Geef uw mening!”: door de openbare raadplegingen van de Commissie kunnen burgers meedoen, maar ze schieten tekort qua activiteiten om burgers te bereiken”.
Betrekkingen met de andere EU-organen
Op 19 februari 2020 heeft de Commissie verzoekschriften geluisterd naar de presentatie van het verslag van het Europees Economisch en Sociaal Comité over het werkelijke stemrecht van personen met een handicap bij de EP-verkiezingen (informatief rapport) door rapporteur Krzysztof Pater.
Onderzoeksmissies
Van 24 tot en met 26 februari 2020 heeft de Commissie verzoekschriften een onderzoeksmissie georganiseerd met betrekking tot de handhavingsprocedures van het wetboek van burgerlijke rechtsvordering en de vermeende toepassing van oneerlijke bedingen in Bulgarije. Het ontwerpverslag over de onderzoeksmissie naar Bulgarije is behandeld tijdens de commissievergadering op 10 november 2020.
Hoewel de coördinatoren in januari 2020 hadden besloten dat de Commissie verzoekschriften in de tweede helft van 2020 twee onderzoeksmissies moest organiseren, namelijk een bezoek aan het Duitse Jugendamt en een bezoek aan Baskenland in Spanje, werd de organisatie van deze werkbezoeken opgeschort na het besluit van de voorzitter van het Parlement om alle parlementaire evenementen, met inbegrip van delegaties, te annuleren in het kader van de voorzorgsmaatregelen om de verspreiding van COVID-19 en de gezondheidsrisico’s voor leden en personeel te beperken. Vanwege dit besluit heeft er in 2020 geen andere onderzoeksmissie plaatsgevonden.
Openbare hoorzittingen
Zoals reeds werd opgemerkt in de inleidende opmerkingen konden ten minste gedurende de eerste helft van 2020 geen hoorzittingen worden georganiseerd vanwege de voorzorgsmaatregelen ter beperking van de verspreiding van COVID-19 binnen de gebouwen van het Parlement. Dit besluit is een verklaring voor het zeer beperkte aantal hoorzittingen in 2020.
Meer in het bijzonder heeft de Commissie verzoekschriften op 29 oktober 2020, samen met de Commissies juridische zaken, constitutionele zaken en burgerlijke vrijheden, justitie en binnenlandse zaken, een openbare hoorzitting gehouden met de titel: “Union citizenship: Empowerment, Inclusion, Participation”. Dit evenement was de bijdrage van het Parlement aan het verslag over het EU-burgerschap 2020 van de Commissie en vormde een forum voor de bespreking van de resultaten van de openbare raadpleging over de rechten van EU-burgerschap, die de Commissie tussen juli en oktober 2020 heeft gehouden. De hoorzitting ging met name over het Unieburgerschap als tastbare waarde voor burgers ter plaatse, ook gedurende de COVID-19-pandemie, en over de verbetering van inclusiviteit en participatie in democratisch processen en empowerment van burgers. Tot slot werd in het debat gesproken over toekomstige wegen naar vereenvoudiging en versterking van de rechten van EU-burgerschap, bevordering van de waarden van EU-burgerschap en de democratische participatie van burgers, en werd tegelijkertijd lering getrokken uit het beheer van de COVID‑19-pandemie.
Belangrijkste punten
COVID‑19 en volksgezondheid
Burgers die te lijden hebben onder de noodsituaties op gezondheids- en sociaal-economisch gebied ten gevolge van de uitbraak van COVID-19, hebben via het burgerportaal van het Parlement hun zorgen kenbaar gemaakt aan het Parlement en met name aan de Commissie verzoekschriften. In 2020 heeft de Commissie verzoekschriften 209 verzoekschriften over COVID-19 ontvangen, behandeld en beantwoord.
Er zij op gewezen dat in 122 van deze verzoekschriften kwesties in verband met de volksgezondheid aan de orde worden gesteld, gaande van de bescherming van de gezondheid van de burgers tegen de verspreiding van het virus, met inbegrip van behandelingen en beschermingsmiddelen, tot het beheer van de gezondheidscrisis in de lidstaten en de aankoop en distributie van vaccins.
In 72 van de verzoekschriften over COVID-19 lag de klemtoon echter eerder op de impact van de nationale noodmaatregelen, waaronder lockdowns, op de democratie, de rechtsstaat en de grondrechten. Met name de reis- en werkbeperkingen staan hoog op de lijst met de zorgen van de burgers. Andere belangrijke vraagstukken die indieners aan de orde stellen, hebben betrekking op vervoer, met name het beheer van geannuleerde vluchten en reizen tijdens de pandemie en op de compensatiemechanismen.
Zoals in de inleidende opmerkingen is vermeld, heeft de commissie tijdens haar vergaderingen van april tot en met juli 2020 prioritair de volgende belangrijke punten van zorg van de burgers in verband met de verspreiding van COVID-19 en de gevolgen daarvan besproken: – de hervorming van en het verlenen van bevoegdheden aan de EU om mondiale uitdagingen beter te kunnen aanpakken, alsmede de uitbreiding van de financiële instrumenten van de EU; – het beheer van geannuleerde vluchten en reizen door luchtvaartmaatschappijen en reisbureaus gedurende de COVID-19-uitbraak; – de gevolgen van de tijdens de COVID-19-crisis genomen maatregelen voor het Schengensysteem; – vaccinatie tegen COVID-19; – de moeilijke situatie van daklozen in Europa gedurende COVID-19-pandemie; – de bescherming van vluchtelingen en lokale bewoners op de eilanden in de Egeïsche Zee tegen COVID-19; – reisbeperkingen die bepaalde lidstaten hebben opgelegd; – de impact van COVID-19 op de rechten van mensen met verstandelijke beperkingen.
Wat het door de commissie bereikte resultaat betreft, zij eraan herinnerd dat er in 2020 nog 135 verzoekschriften over COVID-19 in behandeling waren en dat er 74 waren afgesloten. Zeer belangrijk is eveneens dat de Commissie verzoekschriften bij wijze van follow-upacties haar goedkeuring heeft gehecht aan een ontwerpresolutie over het Schengensysteem en de maatregelen die zijn genomen tijdens de COVID-19-crisis, een ontwerpresolutie over de rechten van personen met een verstandelijke handicap en hun familie tijdens de COVID-19-crisis en een ontwerpresolutie over het aanpakken van dakloosheid in de Europese Unie.
Tot slot is het de moeite waard eraan te herinneren dat in de context van gezondheid de Commissie verzoekschriften een belangrijke en lang verwachte ontwerpresolutie over aanvullende financiering voor biomedisch onderzoek naar myalgische encefalomyelitis heeft goedgekeurd, die warm werd onthaald door de wetenschappelijke gemeenschap en de patiëntengemeenschap.
Grondrechten
In 2020 heeft de Commissie verzoekschriften gediscussieerd over een groot aantal verzoekschriften over de grondrechten, waarbij het onder meer ging over de impact van de COVID-19-noodmaatregelen op de rechtsstaat en de democratie, alsook op de vrijheid van verplaatsing, het recht op werk, het recht op informatie en het recht op onderwijs. In dit verband heeft de commissie speciale aandacht besteed aan de zorgen van de burgers over de nationale reisbeperkingen en de gevolgen daarvan voor het Schengensysteem. In deze context heeft de Commissie verzoekschriften de voornoemde ontwerpresolutie over het Schengensysteem en de maatregelen die zijn genomen tijdens de COVID-19-crisis goedgekeurd. Als follow-up van de discussie over een verzoekschrift waarin de moeilijke situatie van meer dan 4 miljoen daklozen in Europa gedurende de COVID-19-crisis aan de kaak werd gesteld, heeft de commissie ook een ontwerpresolutie over het aanpakken van dakloosheid in de Europese Unie goedgekeurd.
Daarnaast heeft zij enorm veel aandacht besteed aan de rechten van kinderen. Met het oog hierop heeft de Commissie verzoekschriften een reeks verzoekschriften over ontvoering door ouders van kinderen in Japan behandeld, waarin werd beweerd dat Japan zijn verplichtingen uit hoofde van het Verdrag van Den Haag van 1980 en het VN-Verdrag inzake de rechten van het kind van 1989 niet nakomt. In verband hiermee heeft de commissie ook geluisterd naar mevrouw Ewa Kopacz, bemiddelaar van het Europees Parlement voor grensoverschrijdende ontvoeringen van kinderen door ouders. Als follow-upactie heeft de Commissie verzoekschriften op 16 juni 2020 een ontwerpresolutie over de internationale en nationale ontvoering door ouders van EU-kinderen in Japan goedgekeurd.
Bovendien heeft zij op 7 september 2020 een advies over het verslag over de situatie van de grondrechten in de Europese Unie – Jaarverslag voor de jaren 2018 en 2019, en een advies over het verslag over het terugdringen van ongelijkheden, met speciale aandacht voor armoede onder werkenden goedgekeurd.
Tot slot heeft de Commissie verzoekschriften samen met de Commissies juridische zaken, constitutionele zaken en burgerlijke vrijheden, justitie en binnenlandse zaken op 29 oktober 2020 de bovengenoemde openbare hoorzitting gehouden met de titel “Union citizenship: Empowerment, Inclusion, Participation”.
Milieukwesties
In 2020 heeft de Commissie verzoekschriften de grootste aandacht geschonken aan de zorgen van de burgers over milieubescherming. Deze zijn in alle commissievergaderingen besproken, met uitzondering van de vergaderingen tussen april en juli die waren gewijd aan de behandeling van de verzoekschriften over COVID-19.
De Commissie heeft zich met name beziggehouden met de volgende vraagstukken: mijnbouwactiviteiten en de gevolgen ervan voor het milieu, nucleaire veiligheid, luchtverontreiniging en de achteruitgang van de natuurlijke ecosystemen. In 2020 zijn tijdens diverse vergaderingen verzoekschriften over mijnbouwactiviteiten behandeld. Daarnaast heeft de commissie tijdens haar vergadering in februari een reeks verzoekschriften besproken over kerncentrales in diverse lidstaten, waaronder Duitsland, Bulgarije en Griekenland, alsook een aantal verzoekschriften waarin de klemtoon lag op de verontreiniging en de achteruitgang van het ecosysteem in de lagune van Mar Menor in Murcia, Spanje.
Tot slot bespraken de leden ook verzoekschriften over giftige stoffen en chemische residuen in de Oostzee die afkomstig zijn van gedumpte wapens uit de Tweede Wereldoorlog.
Gehandicaptenproblematiek
De Commissie verzoekschriften vervult een specifieke beschermende rol wat betreft de naleving van het VN-Verdrag inzake de rechten van personen met een handicap bij de beleidsvorming en wetgevende maatregelen op EU-niveau. Binnen deze verantwoordelijkheid behandelt de commissie verzoekschriften over handicapgerelateerde kwesties. Er dient te worden benadrukt dat het aantal verzoekschriften over handicapgerelateerde kwesties in 2020 bijna verdubbeld is in vergelijking met 2019 (twintig in 2020 en twaalf in 2019). In 2020 is de commissie doorgegaan met de behandeling van verzoekschriften over handicapgerelateerde kwesties, waaruit blijkt dat de grootste uitdagingen nog steeds verband houden met discriminatie, toegang tot onderwijs en arbeid alsook inclusie.
De commissie heeft bijvoorbeeld een verzoekschrift behandeld waarin gewag werd gemaakt van de moeilijkheden waarmee mensen met verstandelijke handicaps en hun gezinnen gedurende de COVID-19-pandemie zijn geconfronteerd, met name wat betreft toegang tot gezondheidszorg, persoonlijke bijstand en contact met familie en verzorgers. In dit verband heeft zij eveneens de bovengenoemde ontwerpresolutie over de rechten van personen met een verstandelijke handicap en hun familie tijdens de COVID-19-crisis goedgekeurd.
Daarnaast heeft de Commissie verzoekschriften verzoekschrift nr. 1056/2016 behandeld over een onderwerp dat nauw verband houdt met haar activiteit, namelijk de indiening van verzoekschriften bij het Europees Parlement in nationale gebarentalen die in de EU worden gebruikt. In het verzoekschrift, dat was ingediend namens de Europese Vereniging voor Doven, werd gesteld dat gebruikers van gebarentaal ook het recht moeten hebben om in hun eigen gebarentaal te communiceren en dat zij op voet van gelijkheid moeten staan met andere indieners die in staat zijn hun verzoekschriften in te dienen in de EU-taal die hun voorkeur geniet. Indienster verwees naar de bepalingen van het VN-Gehandicaptenverdrag en het Handvest van de grondrechten, en concludeerde dat de Europese instellingen een voortrekkersrol zouden moeten spelen als het gaat om toegankelijkheid in Europa. Bij wijze van follow-up besloot de commissie te voorzien in de uitvoering van de maatregelen om indieners van verzoekschriften het recht te geven in hun eigen gebarentaal te communiceren, en verzocht zij de Commissie constitutionele zaken te beoordelen of een herziening van het Reglement van het Parlement nodig is om de uitvoering mogelijk te maken. Daartoe werd op administratief niveau in 2020 een taskforce voor gebarentaal met de betrokkenheid van diverse DG’s opgericht.
Bovendien heeft de commissie tijdens haar vergadering van 19 februari 2020 geluisterd naar de presentatie van het verslag van het Europees Economisch en Sociaal Comité over het werkelijke stemrecht van personen met een handicap bij de EP-verkiezingen (informatief rapport).
Op 2 december 2020 heeft de commissie haar goedkeuring gehecht aan een advies inzake de tenuitvoerlegging van Richtlijn 2000/78/EG tot instelling van een algemeen kader voor gelijke behandeling in arbeid en beroep in het licht van het VN-Verdrag inzake de rechten van personen met een handicap.
Tot slot heeft de Commissie verzoekschriften op 28 oktober 2020 haar jaarlijkse workshop over de bescherming van de rechten van personen met een handicap gehouden (“de nieuwe strategie inzake handicaps”), georganiseerd door de beleidsondersteunende afdeling Rechten van de burger en Constitutionele Zaken. Tijdens de workshop vond een gedachtewisseling plaats over de nieuwe strategie inzake handicaps 2020-2030. Er was toen gelegenheid om een bespreking te voeren over de verschillende aspecten die opgenomen moeten worden in de nieuwe strategie inzake handicaps, suggesties te verzamelen en de activiteiten van de diverse deelnemers te coördineren.
Verslagen, ontwerpresoluties en adviezen
Met uitzondering van de maanden januari en februari waren de vergadertijden voor de PETI‑commissie beperkt tot aanvankelijk twee uur en vervolgens vier maal twee uur per maand. Ondanks de beperkte tijd voor commissievergaderingen heeft de Commissie verzoekschriften hard en in hoog tempo gewerkt aan de goedkeuring van een aanzienlijk aantal parlementaire dossiers.
Naast haar jaarlijks verslag over de beraadslagingen van de Commissie verzoekschriften in 2019 (2020/2044(INI)), heeft de commissie de volgende ontwerpresoluties goedgekeurd:
Ontwerpresolutie over aanvullende financiering voor biomedisch onderzoek naar myalgische encefalomyelitis (2020/2580(RSP)) (30 april 2020);
Ontwerpresolutie over de internationale en nationale ontvoering door ouders van EU‑kinderen in Japan (2020/2621(RSP)) (16 juni 2020);
Ontwerpresolutie over de rechten van personen met een verstandelijke handicap en hun familie tijdens de COVID-19-crisis (2020/2680(RSP)) (16 juni 2020);
Ontwerpresolutie over het Schengensysteem en de maatregelen die zijn genomen tijdens de COVID-19-crisis (2020/2801(RSP)) (10 november 2020);
Ontwerpresolutie over het aanpakken van dakloosheid in de Europese Unie (2020/2802(RSP)) (10 november 2020).
Tot slot heeft de Commissie verzoekschriften de volgende adviezen goedgekeurd:
Advies in de vorm van een brief inzake het besluit van de Raad betreffende de sluiting van de overeenkomst inzake de terugtrekking van het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland uit de Europese Unie en de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie (2018/0427(NLE)) (21 januari 2020);
Advies over het verslag over de controle op de toepassing van het EU-recht in 2017, 2018 en 2019 (2019/2132(INI)) (19 februari 2020);
Advies inzake de aanbevelingen voor de onderhandelingen over een nieuw partnerschap met het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland (2020/2023(INI)) (30 April 2020);
Advies over het verslag over de situatie van de grondrechten in de Europese Unie – Jaarverslag voor de jaren 2018-2019 (2019/2199(INI)) (7 september 2020);
Advies over het verslag over het terugdringen van ongelijkheid, met speciale aandacht voor armoede onder werkenden (2019/2188(INI)) (7 september 2020);
Advies over Turkije – jaarlijks voortgangsverslag 2019 en 2020 (2019/2176(INI)) (29 oktober 2020);
Advies over het verslag inzake de tenuitvoerlegging van Richtlijn 2000/78/EG tot instelling van een algemeen kader voor gelijke behandeling in arbeid en beroep in het licht van het VN-Verdrag inzake de rechten van personen met een handicap (2020/2086(INI)) (3 december 2020).
INFORMATIE OVER DE GOEDKEURING IN DE BEVOEGDE COMMISSIE
Datum goedkeuring |
9.11.2021 |
|
|
|
Uitslag eindstemming |
+: –: 0: |
26 0 1 |
||
Bij de eindstemming aanwezige leden |
Alex Agius Saliba, Andris Ameriks, Marc Angel, Margrete Auken, Markus Buchheit, Francesca Donato, Eleonora Evi, Gheorghe Falcă, Vlad Gheorghe, Peter Jahr, Radan Kanev, Stelios Kympouropoulos, Cristina Maestre Martín De Almagro, Dolors Montserrat, Ulrike Müller, Yana Toom, Loránt Vincze, Tatjana Ždanoka, Kosma Złotowski |
|||
Bij de eindstemming aanwezige vaste plaatsvervangers |
Karolin Braunsberger-Reinhold, Jarosław Duda, Angel Dzhambazki, Anne-Sophie Pelletier, Domènec Ruiz Devesa |
|||
Bij de eindstemming aanwezige plaatsvervangers (art. 209, lid 7) |
Adam Bielan, Ska Keller, Simone Schmiedtbauer |
HOOFDELIJKE EINDSTEMMING IN DE BEVOEGDE COMMISSIE
26 |
+ |
ECR |
Adam Bielan, Kosma Złotowski |
ID |
Markus Buchheit |
NI |
Francesca Donato |
PPE |
Karolin Braunsberger-Reinhold, Jarosław Duda, Gheorghe Falcă, Peter Jahr, Radan Kanev, Stelios Kympouropoulos, Dolors Montserrat, Simone Schmiedtbauer, Loránt Vincze |
RENEW |
Vlad Gheorghe, Ulrike Müller, Yana Toom |
S&D |
Alex Agius Saliba, Andris Ameriks, Marc Angel, Cristina Maestre Martín De Almagro, Domènec Ruiz Devesa |
THE LEFT |
Anne-Sophie Pelletier |
VERTS/ALE |
Margrete Auken, Eleonora Evi, Ska Keller, Tatjana Ždanoka |
0 |
- |
|
|
1 |
0 |
ECR |
Angel Dzhambazki |
Verklaring van de gebruikte tekens:
+ : voor
- : tegen
0 : onthouding
- [1] PB C 445 van 29.10.2021, blz. 168.
- [2] Advies aangenomen op 21 januari 2020.
- [3] Advies aangenomen op 19 februari 2020.
- [4] Advies aangenomen op 30 april 2020.
- [5] Advies aangenomen op 7 september 2020.
- [6] Advies aangenomen op 7 september 2020.
- [7] Advies aangenomen op 29 oktober 2020.
- [8] Advies aangenomen op 3 december 2020.
- [9] PB C 425 van 20.10.2021, blz. 7.
- [10] PB C 371 van 15.9.2021, blz. 6.
- [11] PB C 425 van 20.10.2021, blz. 2.
- [12] PB C 371 van 15.9.2021, blz. 2.
- [13] PB C 362 van 8.9.2021, blz. 2.
- [14] De statistieken over de status van de verzoekschriften zijn op 19 mei 2021 gedownload.
- [15] De statistieken over het resultaat van de verzoekschriften zijn op 19 mei 2021 gedownload.