ONTWERPRESOLUTIE
4.7.2005
ingediend overeenkomstig artikel 103, lid 2 van het Reglement
door Jonas Sjöstedt en André Brie
namens de GUE/NGL-Fractie
over de toestand in Wit-Rusland
B6‑0424/2005
Resolutie van het Europees Parlement over de toestand in Wit-Rusland
Het Europees Parlement,
– onder verwijzing naar zijn vroegere resoluties over de toestand in Wit-Rusland,
– gezien de eindconclusies van de internationale waarnemingsdelegatie van de Parlementaire Vergadering van de OVSE voor de verkiezingen van 9 december 2004,
– onder verwijzing naar de resoluties van de Parlementaire vergadering van de Raad van Europa over de toestand in Wit-Rusland, en meer in het bijzonder die van 28 april 2004 over de vervolging van de pers in de republiek Wit-Rusland,
– gelet op artikel 103, lid 2 van zijn Reglement,
A. overwegende dat de Raad van Europa de parlementsverkiezingen en het referendum van 17 oktober 2004 in Wit-Rusland veroordeeld heeft omdat ze niet aan de internationale normen voldoen,
B. overwegende dat de Europese Unie bij herhaling de aanhouding van vooraanstaande oppositieleiders in Wit-Rusland veroordeeld heeft, dat er geen vooruitgang te merken is in een aantal onopgeloste zaken van verdwenen personen en dat de situatie van de democratie en de rechten van de mens in Wit-Rusland nog verder verslechterd is,
C. overwegende dat de commissie voor de rechten van de mens van de Verenigde Naties in april 2004 kritiek op Wit-Rusland geleverd heeft gezien de aanhoudende berichten over willekeurige aanhoudingen en opsluiting, en pesterijen tegen NGO's, politieke partijen in de oppositie en democratische activisten,
D. overwegende dat er in de jaren 2003-2004, 22 onafhankelijke nieuwsbladen gesloten zijn en zeven andere tijdelijk gesloten in de aanlooptijd naar de parlementsverkiezingen van oktober 2004,
E. overwegende dat de drukpers door de regering gemonopoliseerd is en dat de overblijvende privé uitgevers zware boeten onder ogen moeten zien als ze onafhankelijke nieuwsbladen publiceren,
F. overwegende dat het distributiesysteem van de pers als monopolie overgenomen is door staatsbedrijven en dat alle privé distributie van massamedia in 2004 verboden is,
G. overwegende dat alle tv-programma's, zowel nationaal als regionaal, onder controle van de regering staan,
1. veroordeelt met kracht de aanslagen van het Wit-Russisch regime op de media, journalisten, oppositieleden, activisten voor de rechten van de mens en al wie vrije kritiek op de president en het regime probeert te geven;
2. herhaalt zijn oproep tot de Wit-Russische autoriteiten om te zorgen dat de vrijheid van meningsuiting en de vrijheid van drukpers, die door de grondwet gewaarborgd worden, uitgeoefend kunnen worden; vraagt de Europese Commissie om te helpen bij de ontwikkeling van democratische en onafhankelijke media, ook op niet commerciële basis, aan de hand van het Europees instrument voor de democratie en de rechten van de mens, en vervolgde journalisten en hun gezin te ondersteunen;
3. benadrukt nogmaals dat de verdere uitbouw van de betrekkingen van de Europese Unie met Wit-Rusland afhankelijk blijft van de vooruitgang in democratische richting en binnenlandse hervormingen en de beschikbaarheid van objectieve, vrije en eerlijke media voor de Wit-Russische bevolking;
4. verzoekt zijn Voorzitter deze resolutie te doen toekomen aan de Commissie, de Raad, de parlementen en regeringen van de lidstaten, de Parlementaire Vergadering van de OVSE en de Raad van Europa, en de regering en het parlement van Wit-Rusland.