ONTWERPRESOLUTIE
22.11.2006
ingediend overeenkomstig artikel 103, lid 2 van het Reglement
door Eoin Ryan
namens de UEN-Fractie
over Wereld AIDS dag 2006
B6‑0621/06
Resolutie van het Europees Parlement over Wereld AIDS dag 2006
Het Europees Parlement,
– gezien de internationale dag voor actie tegen HIV en AIDS, met als thema verantwoordelijkheid, op 1 december 2006,
– gezien de resolutie van het Europees Parlement van juni 2006 over "AIDS - Tijd om beloften in te lossen",
– gezien de verklaring over de verplichtingen inzake HIV/AIDS, die in juni 2001 op de 26e speciale bijeenkomst van de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties (UNGASS) werd aangenomen, de komende uitgebreide evaluatie daarvan en de bijeenkomst op hoog niveau in juni 2006,
– gezien de verklaring van Dublin van 24 februari 2004 over partnerschappen ter bestrijding van HIV/AIDS in Europa en Centraal-Azië,
– gelet op artikel 103, lid 2 van zijn Reglement,
A. overwegende dat AIDS een van de ernstige ontwikkelingscrises in de menselijke geschiedenis is, en dat circa 40 miljoen mensen in de hele wereld besmet zijn met HIV,
B. overwegende dat de wereldleiders zich op de bijeenkomst van 2005 van de G8-naties en op de wereldtop van september 2005 van de Verenigde Naties tot een massieve intensivering van de preventie, behandeling en zorg op het gebied van HIV verplichtten ten einde vóór 2010 zo dicht mogelijk het doel te bereiken van een algemene toegang tot een behandeling voor allen die deze nodig hebben,
C. overwegende dat deze infectieziekte, ondanks inspanningen om de ziekte te bestrijden, zich in alarmerend tempo over de wereld verspreidt: in China met 30%, in Afrika en Afrika bezuiden de Sahara met 65% en in Centraal-Azië en Oost-Europa met 50%,
D. overwegende dat bestaande programma's voor AIDS-preventie in ontwikkelingslanden voor het grootste deel te weinig aandacht besteden aan gehandicapten, die een groter gevaar lopen te worden verkracht en minder kans hebben op politiebescherming, juridische ondersteuning of gezondheidszorg,
E. overwegende dat AIDS de oorzaak is geweest van onuitsprekelijk lijden in allerlei landen en gemeenschappen overal ter wereld, dat meer dan 65 miljoen mensen met HIV zijn besmet, meer dan 25 miljoen mensen zijn overleden, 15 miljoen kinderen als gevolg van AIDS wezen zijn geworden, miljoenen in een nog kwetsbaarder positie zijn komen te verkeren en dat 40 miljoen mensen momenteel met HIV leven, van wie meer dan 95% in ontwikkelingslanden,
F. overwegende dat, ondanks het feit dat de financiering in de gehele wereld van de aids-bestrijding de afgelopen jaren enorm is toegenomen, het beschikbare geld slechts een derde bedraagt van hetgeen nodig is om over enkele jaren op de toenemende epidemie te reageren,
G. overwegende dat het bij de helft van alle nieuwe HIV-infecties om kinderen en jongeren onder de leeftijd van 25 jaar gaat, dat in dit opzicht het gebrek aan pediatrische geneesmiddelen in een groot aantal landen een hindernis vormt bij de pogingen de gezondheid van kinderen te beschermen en dat ook een gebrek aan informatie, vaardigheden en kennis in verband met HIV/AIDS het besmettingsgevaar van infectie onder jongeren verhoogt,
H. overwegende dat vrouwen de helft van alle mensen met een HIV-besmetting vertegenwoordigen, onder wie bijna 60% in Afrika, en dat in dit verband de genderongelijkheden en allerlei vormen van geweld tegen vrouwen en meisjes hun kwetsbaarheid voor HIV/AIDS vergroten,
I. overwegende dat een onbeperkte toegang tot geneesmiddelen bij het optreden van pandemieën zoals HIV/AIDS een fundamentele voorwaarde is waaraan moet worden voldaan, wil men geleidelijk een situatie bereiken waarin iedereen het recht heeft op het hoogst bereikbare niveau van lichamelijke en mentale gezondheid,
J. overwegende dat, zoals benadrukt door de WHO, ontwikkelingslanden geen gebruik maken van de flexibele mogelijkheden die zijn ingebouwd in de WTO-Overeenkomst inzake de Handelsaspecten van de Intellectuele Eigendom (TRIP's) om octrooirechtelijke hinderpalen te overwinnen en zodoende in staat te worden gesteld de medicijnen te verwerven die ze nodig hebben voor ziektes met hoge prioriteit, met name HIV/AIDS,
1. geeft opnieuw uiting aan de wens op het toenemende aantal HIV-besmettingen onder jongeren te reageren, zodat een HIV-vrije toekomstige generatie ontstaat dankzij uitgebreide op empirische bewijzen gebaseerde preventiestrategieën, verantwoord seksueel gedrag, een van bewijsmateriaal en kennis uitgaande specifieke HIV-voorlichting die op jongeren is gericht, publiciteit in de massamedia en beschikbaarstelling van jongerenvriendelijke gezondheidsdiensten;
2. dringt aan op de bevordering op internationaal, regionaal, nationaal en lokaal niveau van de toegang tot HIV/AIDS-voorlichting, informatie, vrijwillige adviesinwinning, tests en aanverwante diensten met volledige bescherming van de vertrouwelijkheid en met instemming van de betrokkene is geïnformeerd, en wenst de bevordering van een sociaal en wettelijk milieu dat positief staat tegenover de vrijwillige openbaarmaking van een HIV-besmetting en dat daarvoor ook de veiligheid biedt;
3. roept ertoe op om in de AIDS-gerelateerde programma's van de Commissie in de derde wereld rekening te houden met de specifieke behoeften van gehandicapten;
4. roept op tot specifieke inspanningen om goede medische hulp en de juiste behandeling en sociale zorg voor HIV-positieve kinderen te waarborgen; roept nationale regeringen, internationale organisaties en gemeenschappen ertoe op deugdelijke zorg en ondersteuning te geven aan de 15 miljoen kinderen die wees geworden zijn vanwege AIDS en aan de miljoenen andere kinderen die door de epidemie in een kwetsbare positie zijn beland;
5. dringt aan op uitbreiding en diversifiëring van de plaatsen waar toegang tot een behandeling wordt gegeven en die zich nu voornamelijk in de stedelijke gebieden bevinden;
6. dringt er bij de Europese Unie op aan op internationaal niveau op te treden ter bevordering van het gemeenschappelijk doel van het verlagen van de prijs van anti-AIDS-medicijnen in ontwikkelingslanden en gebruik te maken van de ontheffing binnen de TRIPS-overeenkomst die het mogelijk maakt dwanglicenties toe te kennen om de productie van generieke geneesmiddelen mogelijk te maken;
7. is verheugd over het besluit van de deelnemers aan de bijeenkomst op hoog niveau om in 2008 en 2011 in het kader van de jaarlijkse evaluatie van de Algemene Vergadering een uitgebreide beoordeling te wijden aan de vooruitgang die is bereikt bij de verwezenlijking van de verklaring betreffende verplichtingen inzake HIV/AIDS "Global Crisis - Global Action", die op de 26e speciale bijeenkomst werd aangenomen;
8. verzoekt zijn Voorzitter deze resolutie te doen toekomen aan de Raad, de Commissie, de regeringsleiders van de lidstaten en de regeringshoofden van alle ontwikkelingslanden.