Ontwerpresolutie - B7-0116/2010Ontwerpresolutie
B7-0116/2010

ONTWERPRESOLUTIE over de situatie in Oekraïne

16.2.2010

naar aanleiding van een verklaring van de hoge vertegenwoordiger van de Unie voor buitenlandse zaken en veiligheidsbeleid/vice-voorzitter van de Commissie
ingediend overeenkomstig artikel 110, lid 2, van het Reglement

Adina-Ioana Vălean and Siiri Oviir namens de ALDE-Fractie

Zie ook gezamenlijke ontwerpresolutie RC-B7-0116/2010

Procedure : 2010/2525(RSP)
Stadium plenaire behandeling
Documentencyclus :  
B7-0116/2010
Ingediende teksten :
B7-0116/2010
Debatten :
Aangenomen teksten :

B7‑0116/2010

Resolutie van het Europees Parlement over de situatie in Oekraïne

Het Europees Parlement,

- onder verwijzing naar zijn eerdere resoluties over Oekraïne,

 

- gezien het oostelijke partnerschap, dat in mei 2009 in Praag van start is gegaan,

 

- gezien de conclusies van de op 4 december 2009 in Kiev gehouden top EU-Oekraïne,

 

- gezien de verklaring en de aanbevelingen van het parlementair samenwerkingscomité EU-Oekraïne, dat op 26 en 27 oktober 2009 bijeen is gekomen in Kiev,

 

- gezien de toetreding van Oekraïne tot het Verdrag tot oprichting van de Energiegemeenschap, die in december 2009 door de ministeriële raad van het Verdrag tot oprichting van de Energiegemeenschap is goedgekeurd in Zagreb,

 

- gezien de partnerschaps- en samenwerkingsovereenkomst tussen de Europese Unie en Oekraïne, die op 1 maart 1998 in werking is getreden, en de lopende onderhandelingen over een associatieovereenkomst, die in de plaats moet komen van de partnerschaps- en samenwerkingsovereenkomst,

 

- gezien de in juni 2009 goedgekeurde associatieagenda EU-Oekraïne, die in de plaats komt van het actieplan EU-Oekraïne,

 

- gezien de overeenkomst van de Europese Unie en Oekraïne over versoepeling van de visaverlening, die op 18 juni 2007 is ondertekend en op 1 januari 2008 in werking is getreden,

 

- gezien de uitslag van de presidentsverkiezingen in Oekraïne, waarvan de eerste ronde plaatsvond op 17 januari 2010 en de tweede ronde op 7 februari 2010,

 

- gezien de verklaringen van de waarnemingsmissie van OVSE/ODIHR bij de presidentsverkiezingen op 17 januari en 7 februari 2010, waarin staat dat de verkiezingen grotendeels voldeden aan de internationale normen,

 

- gelet op artikel 110, lid 2, van zijn Reglement,

 

A. overwegende dat uit het feit dat de presidentsverkiezingen op 17 januari en 7 februari 2010 vreedzaam zijn verlopen onder eerbiediging van de politieke en burgerrechten, blijkt dat Oekraïne in staat is vrije en eerlijke verkiezingen te houden,

 

B. overwegende dat de conclusies van de waarnemingsmissie van OVSE/ODIHR dat de verkiezingen grotendeels beantwoordden aan de internationale normen, het aannemelijk maken dat de Oekraïense autoriteiten kunnen zorgen voor politieke stabiliteit, wat de autoriteiten de gelegenheid geeft opnieuw een stabiele politieke omgeving op te bouwen, zodat de economie van het land zich kan herstellen,

 

C. overwegende dat een van de belangrijkste doelstellingen van het Parlement op het gebied van het buitenlands beleid gericht is op bevordering en versterking van het Europese nabuurschapsbeleid, dat streeft naar het aanhalen van de politieke, economische en culturele betrekkingen van de betrokken landen met de EU en haar lidstaten,

 

D. overwegende dat het oostelijke partnerschap vastere vorm aanneemt, dat de nieuwe Oekraïense autoriteiten zich moeten beijveren om de doelstellingen daarvan te verwezenlijken,

 

E. overwegende dat de EU een voorkeur heeft voor een stabiele en democratische Oekraïne die de beginselen van de markteconomie, de rechtsstaat, de mensenrechten en de bescherming van minderheden eerbiedigt en borg staat voor de grondrechten,

 

F. overwegende dat de toetreding van Oekraïne tot de Wereldhandelsorganisatie (WTO) een belangrijke stap is in de aanvaarding door Oekraïne van de internationale en Europese economische regels en zal leiden tot nauwere handelsbetrekkingen met de EU, en dat deze toetreding de onderhandelingen over de totstandbrenging van een brede, algemene vrijhandelszone als integraal onderdeel van de associatieovereenkomst in een stroomversnelling zal brengen,

 

G. overwegende dat de toetreding van Oekraïne tot het Verdrag tot oprichting van de Energiegemeenschap van groot belang is voor alle partijen,

 

H. overwegende dat Oekraïne, ongeacht de uitslag van de presidentsverkiezingen, zijn huidige koers op weg naar constitutionele hervormingen zal voortzetten om een levensvatbaar en efficiënt systeem van "checks and balances" in te voeren dat een duidelijke verdeling van de bevoegdheden tussen de president, de ministerraad en de Verkhovna Rada instelt,

 

I. overwegende dat binnenlandse politieke stabiliteit en nadruk op interne hervormingen in Oekraïne een voorwaarde zijn voor de verdere ontwikkeling van de betrekkingen tussen de EU en Oekraïne, overwegende dat bilaterale en multilaterale betrekkingen (het oostelijk partnerschap) absoluut noodzakelijk zijn voor de samenwerking van Oekraïne doordat zij de onbetwist consistente uitvoering van de doelstellingen van het land in een hogere versnelling zullen brengen,

 

J. overwegende dat de associatieovereenkomst tussen de EU en Oekraïne als instrument moet dienen om het hervormingsproces voort te zetten en om de positie van het maatschappelijk middenveld te verbeteren,

 

1. verwelkomt de verslagen van de internationale waarnemingsmissie bij de presidentsverkiezingen op 17 januari en 7 februari 2010, waarin wordt opgemerkt dat aanmerkelijke vooruitgang is geboekt vergeleken bij de vorige verkiezingen en dat deze verkiezingen voldeden aan de meeste normen van de OVSE en de EU;

 

2. verwelkomt de verklaring van de waarnemingsmissie van de OVSE/ODIHR inzake de eerbiediging van de politieke en burgerrechten, met inbegrip van de vrijheid van vergadering, vereniging en meningsuiting in een pluralistische mediaomgeving;

 

3. waardeert het dat bij de verkiezingen sprake was van een gevarieerd veld van kandidaten die verschillende politieke stromingen vertegenwoordigen, zodat de kiezers echt een keuze konden maken;

 

4. is zich bewust dat Oekraïne als Europees land een gezamenlijke geschiedenis en gemeenschappelijke waarden met de landen van de Europese Unie deelt en erkent Oekraïne's Europese aspiraties;

 

5. benadrukt de noodzaak van politieke en economische stabilisatie, met name door middel van constitutionele hervormingen, consolidatie van de rechtsstaat en hernieuwde inspanningen om corruptie te bestrijden en het bedrijfs- en investeringsklimaat te verbeteren;

 

6. beklemtoont het belang van nauwere samenwerking tussen Oekraïne en de EU op het gebied van energie en pleit voor verdere overeenkomsten tussen de EU en Oekraïne om de energievoorziening voor beide zijden veilig te stellen, met inbegrip van een betrouwbaar systeem voor de doorvoer van olie en gas;

 

7. onderstreept dat de bestaande visaversoepelingsovereenkomst weliswaar een vooruitgang betekent, maar dat zij herzien moet worden in het licht van doelstellingen voor de lange termijn en verzoekt de Raad om de Commissie te machtigen om deze overeenkomst met de autoriteiten van Oekraïne te herzien en te werken aan een regeling voor visavrij reizen voor Oekraïne;

 

8. betreurt het dat de regels voor de verkiezingen nog steeds ter discussie staan en wijst erop dat de bestaande kieswet, die in augustus 2009 is gewijzigd, door OVSE/ODIHR wordt gezien als stap terug vergeleken bij eerdere wetgeving en resulteert in een onduidelijk en onvolledig wettelijk kader; dringt er daarom bij de Oekraïense autoriteiten op aan om de kieswetgeving te herzien en aan te vullen;

 

9. verzoekt de Commissie en de Raad te bevestigen dat de EU onverkort bereid is Oekraïne hierbij te helpen met behulp van de instrumenten die worden voorgesteld door het oostelijk partnerschap en de associatieagenda EU-Oekraïne;

 

10. verzoekt zijn Voorzitter deze resolutie te doen toekomen aan de Raad, de Commissie, de lidstaten en de regering en het parlement van Oekraïne.