Ontwerpresolutie - B7-0089/2011Ontwerpresolutie
B7-0089/2011

ONTWERPRESOLUTIE over het "Tuberculosis Vaccine Initiative" (TBVI), een concrete toepassing van de 2020-strategie ter verwezenlijking van millenniumdoelstelling 6 en het uitbannen van tuberculose in het jaar 2050

26.1.2011

naar aanleiding van vraag voor mondeling antwoord B7‑0006/2011
ingediend overeenkomstig artikel 115, lid 5, van het Reglement

Véronique De Keyser, Thijs Berman, Michael Cashman, Ricardo Cortés Lastra namens de S&D-Fractie

Zie ook gezamenlijke ontwerpresolutie RC-B7-0075/2011

Procedure : 2010/3016(RSP)
Stadium plenaire behandeling
Documentencyclus :  
B7-0089/2011
Ingediende teksten :
B7-0089/2011
Aangenomen teksten :

B7‑0089/2011

over het "Tuberculosis Vaccine Initiative" (TBVI), een concrete toepassing van de 2020-strategie ter verwezenlijking van millenniumdoelstelling 6 en het uitbannen van tuberculose in het jaar 2050

Het Europees Parlement,

–   gelet op het "Tuberculosis Vaccine Initiative " (TBVI), een onafhankelijke organisatie zonder winstoogmerk en de enige pan-Europese organisatie van dit type, die in het leven is geroepen met steun van de Commissie, die de dringend noodzakelijk ontwikkeling van nieuwe vaccins steunt en zijn steun en ervaring inbrengt binnen een geïntegreerd Europees netwerk,

–   gezien de massale investeringen van de lidstaten en de Unie in onderzoek en innovatie ter ontwikkeling van vaccins tegen tuberculose (O&O-programma's 5, 6 en 7),

–   gezien de Lissabon-strategie met het oog op de instelling van een Europese ruimte voor onderzoek en innovatie, het Europa van de innovatie EU 2020 en het vlaggenschipinitiatief Europa 2020 voor innovatie,

–   gezien het WHO-programma "Stop tuberculose", dat zich ten doel stelt het voorkomen van tuberculose en de mortaliteit erdoor in de periode tot 2015 met 50% te verminderen vergeleken bij 1990 en tuberculose in 2050 volledig uit te roeien,

–   gezien de millenniumontwikkelingsdoelstellingen van de Verenigde Naties die betrekking hebben op het stoppen van de toename – vóór 2015 – en het terugdringen van het aantal gevallen van tuberculose,

–   onder verwijzing naar de prioriteiten van de Europese Unie als gedefinieerd in december 2005 in "De Europese consensus voor ontwikkeling",

–   gezien de Top van de G-8 van juni 2007 en de lancering van het initiatief "Providing for health" voor de ontwikkeling van financieringssystemen voor duurzame, rechtvaardige en ook voor arme mensen betaalbare zorgstelsels met universele dekking,

–   gezien de mededeling van de Commissie over de rol van de EU in de volksgezondheid in de wereld (COM(2010)0128),

–   gezien het slotdocument van de voltallige vergadering op hoog niveau van de 69ste zitting van de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties over de MOD met de titel : "De beloften nakomen: samen de millennniumontwikkelingsdoelen verwezenlijken",

–   gezien de vergadering van het Wereldfonds voor de bestrijding van AIDS, tbc en malaria die in oktober 2010 in New York is gehouden,

–   onder verwijzing naar zijn resolutie van 15 juni 2010 over verwezenlijking van de millenniumdoelstellingen voor ontwikkeling (MDO), tussentijdse beoordeling ter voorbereiding van de vergadering op hoog niveau van de Verenigde Naties van september 2010,

–   gezien het verslag van de Wereldgezondheidsorganisatie "Multidrug and extensively drug-resistant TB (M/XDR-TB): 2010 global report on surveillance and response" (WHO/HTM/TB/2010.3) over de zorgwekkende opmars van stammen die niet of nauwelijks meer op behandeling reageren,

–   gezien de verklaring van Berlijn over tuberculose tijdens het Europese ministersforum van de WHO (The Berlin Declaration on Tuberculosis – All Against Tuberculosis, EUR/07/5061622/5, WHO European Ministerial Forum, 74415) van 22 oktober 2007,

–   gezien het rapport van de EASAC (European Academies Science Advisory Council), waarin de kosten van alleen al de behandeling van tuberculose in de Europese Unie worden geraamd op 2 miljard euro per jaar (EASAC Policy report 10, maart 2009, ISBN: 9789-0-85403-746-9),

–   onder verwijzing naar zijn resolutie van 7 oktober 2010 over de gezondheidsstelsels in de landen van Afrika ten zuiden van de Sahara en de volksgezondheid in de wereld (2010/2070(INI)),

–   gelet op artikel 115, lid 5, en artikel 110, lid 2, van zijn Reglement,

A. overwegende dat de stichting TBVI is opgericht in aansluiting op het succes van het TBVAC-project (2004-2009), een door de Europese Unie gefinancierd kaderprogramma dat ten doel had nieuwe vaccins tegen tuberculose te vinden,

B.  overwegende dat het aantal gevallen van tuberculose op dit moment, vier jaar vóór het verstrijken van de datum voor het bereiken van de milleniumontwikkelingsdoelstellingen, ondanks de geboekte vooruitgang nog steeds zorgwekkend is,

C. overwegende dat tuberculose nog steeds een van de voornaamste doodsoorzaken in de wereld is, en per jaar de dood van bijna 2 miljoen mensen veroorzaakt, terwijl de ziekte een bedreiging blijft voor de Europese burgers,

D. overwegende dat het percentage van geslaagde behandelingen in de wereld met 87% zijn hoogste niveau heeft bereikt in 2008,

E.  overwegende dat tuberculose een van de grootste belemmeringen voor de ontwikkeling van de volksgezondheid in de ontwikkelingslanden is en een dreiging van wereldformaat blijft,

F.  overwegende dat de epidemie van meervoudig resistente en zelfs extreem medicijnresistente tuberculose een ernstig probleem vormt,

G. overwegende dat tuberculose, als ze in combinatie met HIV/AIDS optreedt, een zeer ernstige ziekte is,

H. overwegende dat tuberculose een schrijnend voorbeeld is van de ongelijke situatie van volkeren, daar deze ziekte in de geïndustrialiseerde landen vrijwel uitgeroeid is, hoewel ook daar onrustbarende aanwijzingen zijn voor een terugkeer in de vorm van resistente en meervoudig resistente stammen,

I.   overwegende dat er nieuwe vaccins nodig zijn, daar sinds 1921 één enkel type vaccin beschikbaar is, namelijk BCG, dat onvoldoende werkzaam is en alleen heel jonge kinderen beschermt (kindertuberculose),

J.   overwegende dat behandelingen niet meer werken omdat de bacillen sterke resistentie hebben ontwikkeld en de diagnosemethode nog steeds dezelfde is die Koch al in 1882 gebruikte, en dat met deze methode in het beste geval maar 50 % van de infecties ontdekt worden,

K. overwegende dat Afrika als gevolg van tuberculose volgens ramingen van de Wereldbank een economische schade van 52 miljard dollar per jaar lijdt, terwijl het verlies voor de hele wereld volgens dezelfde bron wordt geraamd op 0,52 % van het BBP in de wereld,

L.  overwegende dat de basisgezondheidsstelsels alle ziekten dienen te dekken en dat beide benaderingswijzen, te weten de horizontale en de verticale aanpak, noodzakelijk en complementair zijn,

M. overwegende dat verticale financiering bij voorbeeld door het Wereldfonds een belangrijke rol speelt in de strijd tegen AIDS, malaria en tuberculose, maar dat deze vormen van financiering niet in de plaats kunnen komen van een horizontale, duurzame aanpak die gericht is op door de nationale stelsels van gezondheidszorg verstrekte geneeskundige basiszorg,

N. overwegende dat het pan-Europese partnerschap TBVI wezenlijke vooruitgang heeft geboekt bij de ontwikkeling van nieuwe werkzame vaccins tegen tuberculose en dat deze kennis en innovatie laten zien dat de Europese Unie hierbij voorop loopt,

O. overwegende dat het gezien deze innovaties terecht is dat hiervoor de nodige middelen worden uitgetrokken om toegevoegde waarde te creëren in de Europese Unie en in de landen en werelddelen waar tuberculose een zware last is,

P.  overwegende dat gestreefd wordt naar de investering van 3 % van het BBP in O&O (COM(2010)2020 en COM(2010)0546) ondanks de krappe begrotingsmiddelen,

1.  onderstreept dat alleen een programma voor een grootschalige vaccinatiecampagne kan bijdragen tot verwezenlijking van de millenniumdoelstelling 6 na 2015 en vooral de uitroeiing van tuberculose in de periode tot 2050;

2.  wijst er andermaal op dat dringend aan ontwikkelingslanden aangepaste betrouwbare , goedkope en solide tests moeten worden ontwikkeld om de infecties vast te stellen, daar de huidige tests weinig betrouwbaar en te duur zijn; acht het van belang doelmatiger diagnostische methoden en behandelingen te ontwikkelen ;

3.  wijst er andermaal op dat het geneesmiddelenonderzoek pijnlijk in gebreke blijft ten aanzien van de bevolking van de ontwikkelingslanden en dat het zich in veel hogere mate zou moeten richten op dodelijke ziektes zoals tuberculose; is van mening dat de financiering van het onderzoek door de Unie moet worden aangemoedigd met vernieuwende middelen zoals prijzen voor de geneesmiddelen die voor de volksgezondheid het meest doelmatig zijn;

4.  is van mening dat het TBVI, als het in dienst wordt gesteld van tuberculosepatiënten overal ter wereld – met name in de minst geavanceerde landen -, een concrete toepassing van de strategie 2020 kan worden en zo de strategische onafhankelijkheid van de Unie in de strijd tegen tuberculose en andere overdraagbare ziekten kan versterken;

5.  roept alle lidstaten en de Commissie op ten minste 20% van alle ontwikkelingsgelden toe te kennen aan basiszorg en -onderwijs, hun bijdragen aan het Wereldfonds voor de bestrijding van HIV/AIDS, malaria en tuberculose te verhogen, evenals hun financiering van andere programma's ter verbetering van de gezondheidsstelsels, en prioriteit te verlenen aan de gezondheid van moeders en de bestrijding van kindersterfte;

6.  is verheugd over het succes van de verticale fondsen qua attractiviteit voor donoren en de geboekte vooruitgang bij het terugdringen van veel voorkomende ziekten zoals AIDS, tuberculose, malaria, kinderverlamming en andere ernstige ziekten; onderstreept evenwel dat deze verticale aanpak in geen geval in de plaats mag treden van een horizontale en duurzame aanpak van de basisgezondheidszorg;

7.  roept de EU en de ontwikkelingslanden op tot bevordering van de vrije toegang tot de gezondheidszorg;

8.  onderstreept dat de Europese Commissie met 49 miljard euro de belangrijkste donor van overheidssteun voor ontwikkeling is;

9.  is van mening dat er onverwijld moet worden gezocht naar innoverende financieringsmogelijkheden, zoals invoering van een financiële waarborg van de lidstaten of de Unie waarmee bij de Europese Investeringsbank middelen kunnen worden vrijgemaakt voor het TBVI;

10. is van mening dat de financiële waarborg met de verwachte terugbetaling van de schuld een instrument is om het financiële risico zo veel mogelijk te verkleinen en tegelijk het onderzoek en de ontwikkeling te ondersteunen, en dat de waarborg zorgt voor een verantwoord gebruik van de middelen;

11. wijst erop dat elk kind recht heeft op toegang tot vaccinatie- en immunisatieprogramma's; wijst er voorts op dat nog steeds 8,8 miljoen kinderen onder de vijf jaar (de helft hiervan in de landen van Afrika bezuiden de Sahara) jaarlijks sterven aan ziekten die te voorkomen en te genezen zijn; onderstreept dat het TBVI ten doel heeft twee typen vaccins te ontwikkelen: vaccins die bestemd zijn voor eerste vaccinatie en vaccins voor herhalingsvaccinatie van kinderen;

12. verzoekt zijn Voorzitter deze resolutie te doen toekomen aan de Raad, de Commissie, de lidstaten, de staf van de stichting TBVI en de Wereldgezondheidsorganisatie.